DIT IS EEN UITGAVE VAN HET LANDELIJK KENNISINSTITUUT CULTUUREDUCATIE EN AMATEURKUNST • LKCA.NL • INFO@LKCA.NL • POSTBUS 452, 3500 AL UTRECHT • NOVEMBER 2016
Cultuurkrant NL Voor professionals die werken voor cultuur op school of in de vrije tijd
Anders kijken in het Joods Historisch Museum p 4
De vereniging dood? Lang leve de vereniging! p 7
Ieder kind heeft recht op culturele ontwikkeling p 10
DE SCHIEDAMSE BASISSCHOOL DE TAALTUIN TIJDENS TAAL- EN REKENLES IN MUSEUM BOYMANS VAN BEUNINGEN. DE KOPPELING VAN CULTUUR MET ANDERE SCHOOLVAKKEN IS INSPIREREND, ZEGT DE MINISTER. FOTO FRED ERNST
Jet Bussemaker over haar eerste ambitie als minister
Creativiteit ontwikkelen betekent het ondenkbare denkbaar maken Jet Bussemaker heeft zich ontwikkeld tot hét politieke gezicht van de cultuureducatie in ons land. De minister over het belang van cultuureducatie op het vmbo en het extra geld voor muziekonderwijs. ‘Kinderen die ineens leren spelen en met het Residentieorkest optreden!’
Door Anita Twaalfhoven ‘Het recht van ieder kind op creatieve ontwikkeling is mijn eerste ambitie als minister’, zegt Jet Bussemaker. Cultuureducatie gaat de minister duidelijk aan het hart, zij vertelt er bevlogen over en de vele werkbezoeken aan scholen lijken in haar geheugen gegrift te staan. ‘Er wordt vaak benadrukt dat ieder kind voor zijn achttiende de Nachtwacht moet zien, en natuurlijk vind ik dat ook. Maar het is minstens zo belangrijk dat
kinderen leren om te spelen, zelf te maken en creatief te zijn.’ Op zachte toon, haast verlegen, vervolgt zij: ‘Creativiteit ontwikkelen betekent dat je breder leert kijken en ook het ondenkbare denkbaar kunt maken. Vooral voor kinderen uit kansarme groepen vind ik dat erg belangrijk. De vraag of je je een leven kunt voorstellen dat héél anders is dan het leven dat je nu leidt.’ Volgend jaar gaat de nieuwe periode in van de matchingsregeling
Cultuureducatie met Kwaliteit (CMK). Welke effecten springen tot nu toe in het oog?
‘Het aantal scholen en leerlingen dat we bereikt hebben, want de kwaliteit van cultuureducatie was natuurlijk wél een ondergeschoven kindje. Bij 3868 scholen en 515.421 leerlingen is dit nu écht op de kaart gezet. Mijn ideaal is om de komende periode 100 procent van de scholen te bereiken. Ook zie ik de noodzaak van een overkoepelend kader met basiseisen voor cultuureducatie,
waarvoor de Tweede Kamer zich heeft uitgesproken. We mogen hoge kwaliteitseisen stellen aan cultuuronderwijs. Maar timmer het cultuuronderwijs alsjebliéft niet dicht: als je teveel stuurt en normeert verliezen leerkrachten hun gevoel van eigenaarschap. Ze vinden vaak dat ze te weinig ruimte krijgen in beleid, dat alles door anderen wordt bepaald. Ik wil voorkomen dat we dat hier ook doen. Juist cultuureducatie vraagt om een flexibele invulling.’ Lees verder op pagina 3
INHOUD: Kiezen voor cultuurprofiel 6 Vakmensen over feedback 8 Tips voor verenigingen 10 Henk Oosterling en kunst in moeilijke wijken 12 Column: Merlijn Twaalfhoven 13 Opleiding tot cultuurbegeleider 14 Column: Jan Jaap Knol 15 Nieuwe publicaties en agenda 16
2 Nieuws Fotowedstrijd
De winnende foto’s In de vorige Cultuurkrant NL vroegen we je foto’s op te sturen van een situatie waarin amateurkunst of cultuureducatie centraal staan. We ontvingen prachtige, vrolijke, gekke, serieuze, interessante foto’s! Dank aan alle inzenders. En: blijf je foto’s (300 dpi op A4-formaat) insturen naar cultuurkrantnl@lkca.nl.
Voor professionals die werken voor cultuur op school of in de vrije tijd
Kom naar onze bijeenkomsten
De eerste voorstelling van de Musicalschool
Theaterdocent Christianne Kapitein is dit jaar gestart met de Musicalschool op Urk, voor kinderen van 8 tot 16 jaar. Dat deed ze samen met docenten voor zang en dans. Voor de allereerste voorstelling schreef Kapitein het script Annie. Maar liefst 54 leerlingen deden mee, en daarnaast veel ouders, bekenden en andere vrijwilligers voor de kostuums, het decor, de belichting.
Wat is een talent?
Iedereen heeft een talent, maar hert en vos weten niet welk talent zij hebben. Hert kan bijvoorbeeld goed helpen, maar is dat een talent? Daarover gaat een voorstelling van studenten met een kunst & cultuur-profiel van de Pabo Hanzehogeschool, Groningen. De leerlingen van basisschool De Meander reageerden er enthousiast op.’Na afloop werd er onder het genot van groente/fruit en water (gezonde school!) nog lang nagepraat’, schrijft Loes Heitling van de Pabo. ‘Een daverend succes en voor herhaling vatbaar.’
• De kunst van… Verschillen overbruggen 10 november Ede • De kunst van… Professionals voor ouderen en cultuur 11 november Ede • Studentennetwerkbijeenkomst (lerarenopleiding beeldend) 15 november, Utrecht • MBO 18 november, Utrecht • Onderzoeksconferentie 2016 28 november, Utrecht > Aanmelding via lkca.nl
Lees onze publicaties
Het thuisgevoel ontdekken
Het waere verhael van Maerten en Oopjen
Het waere verhael van Maerten en Oopjen, een voorstelling van theaterkoor Vinger in je oor, gaat over de verhuizing van de twee beroemde schilderijen van Rembrandt naar een nieuw museum. Wat vinden de huidige museumbewoners van hun komst? En wat doet het met het jonge stel zelf? In deze voorstelling zie en hoor je hoe het allemaal echt is gegaan. FOTO TON C KROON
Kinderen in de tentoonstelling Welkom Thuis in Villa Zebra, het Rotterdamse museum en kunstlaboratorium voor hedendaagse beeldende kunst voor kinderen van 3 t/m 12 jaar. In Welkom Thuis (7-12 jaar) ontdekken ze meer over hun thuisgevoel. Deze meiden staan bij de installatie ‘Het takkeneiland’ van kunstenaar Peter de Boer. FOTO HESTER BLANKESTIJN
• Culture Guides – Handboek (2016) • Handreiking Lokaal beleid ouderen en cultuur (begin november 2016) • Cultuur+Educatie 46 met als thema evaluatieonderzoek (eind november 2016) • Zicht op actieve cultuurparticipatie 2015 (eind december 2016) > Bestellen of downloaden via lkca.nl
Deel je opinie en kennis op cultureelkapitaal.nl
Abonneer je nu kosteloos op de Cultuurkrant NL via lkca.nl/cultuurkrantnl
Volg ons www.lkca.nl
Cultuurkrant NL 3
‘Zoals we Cruyffveldjes hebben,wil ik ook cultuurplekken in de wijken’ Vervolg van pagina 1
werk, traditionele materialen en duurzaamheid. Aan de andere kant zijn de ideeën over Maker-Education inspirerend, waarbij jongeren met moderne technologie hun creativiteit ontwikkelen. Dat sluit weer heel goed aan bij de nieuwe technologie in de kunst en crossovers tussen kunstuitingen.’
Heeft u daar aansprekende voorbeelden van gezien?
‘Bij Ons’ Lieve Heer op Solder, een verborgen kerk in Amsterdam, werd ik verrast door een lesprogramma dat samen met vmbo-docenten is ontwikkeld. Als je bij hen vanuit de educatieruimte uit het raam kijkt, zie je aan de ene kant de kerk en aan de andere kant de Wallen.
Sluit het aanbod wel genoeg aan bij de groeiende culturele diversiteit op de scholen?
Door die zichtbare tegenstelling kwamen ze spontaan op het idee voor een lespakket over respect en tolerantie. Daarmee raak je de problemen van onze samenleving in het hart. Cultuur kan je helpen om in de schoenen van een ander te gaan staan en met de blik van een buitenstaander te kijken.’ U investeert extra in cultuureducatie voor het vmbo.
Inderdaad. Want cultuurinstellingen denken nog te vaak aan havo en vwo als doelgroep. Maar juist het vmbo kan inspireren om nieuwe verbindingen te leggen. Er is een extra bedrag van €1,2 miljoen voor CMK en dat is vooral bedoeld als stimulans voor het vmbo.’ Wat wilt u nog meer verbeteren de komende periode?
‘De koppeling van cultuur met andere schoolvakken is inspirerend. Zoals het innovatieve taalen rekenprogramma dat Museum Boymans van Beuningen heeft ontwikkeld rond de kunstwerken in hun collectie. Kwaliteit betekent dat je zo veelzijdig mogelijk de creatieve vermogens en verbeeldingskracht van kinderen ontwikkelt. Het versterken van de schakel tussen scholen, cultuurinstellingen en lerarenopleidingen vind ik daarbij cruciaal. Zo bereik je dat niet alleen zittende maar ook aankomende leerkrachten zich eigenaar gaan voelen van het cultuuronderwijs.’ U vindt de cultuurcoach een belangrijke spil. Toch is hier door veel gemeenten op bezuinigd.
‘Dat vind ik erg jammer. Voor de toekomst zouden we nog beter in kaart moeten brengen wat er lokaal precies gebeurt en wat de lessen daaruit zijn. Want cultuurcoaches zijn dé manier om binnen- en buitenschoolse cultuureducatie, van kinderopvang tot BSO en van concertgebouw tot fanfare met elkaar te verbinden. Bij de 373 gemeenten
MINISTER JET BUSSEMAKER TIJDENS EEN WERKBEZOEK.
die meedoen aan deze matchingregeling is veel in gang gezet.’
U heeft ook 1,2 miljoen extra vrijgemaakt voor de Impuls muziekonderwijs op Prinsjesdag, naast de 25 miljoen.
‘Deze subsidieregeling is de afgelopen periode enorm overvraagd, van de 728 aanvragen konden we er 557 honoreren. De Impuls helpt leerkrachten hun muzikale vaardigheden te vergroten en samen te werken met allerlei
“
soorten muziekorganisaties. Ik ben er erg blij mee. Kinderen die nog nooit een cello of viool in hun handen hadden gehad, en daar ineens op leren spelen en met het Residentieorkest optreden! Of optreden met een saxofoon bij de harmonie. Dit zijn voor mij hele stimulerende voorbeelden.’ In 2015 is de mbo-card gelanceerd en die blijkt een groot succes.
Als je beperkingen hebt, kan kunst je weer laten doen waar je goed in bent
‘Ja, hij is véél populairder dan de Cultuurkaart voor vmbo, havo en vwo in het begin was: voor de mbo-card heeft nu al 84 procent van de jongeren zich aangemeld. Ze gaan natuurlijk niet allemaal braaf naar het museum en gebruiken de card evengoed voor de film of een popfestival. Maar het neemt ook de financiële belemmeringen weg om verder te kijken en voor cultuurinstellingen is het een stimulans om aantrekkelijke programma’s te maken.’ Wat maakt u enthousiast over cultuureducatie in het mbo?
‘Ik vind het eigenlijk iets vanzelfsprekends. Meer dan in andere onderwijsvormen zijn mbo-studenten bezig met maken, ambachtelijk werk. Ook in de kunstwereld zie je een herwaardering van ambachtelijk
‘In België zag ik een ontroerend voorbeeld in de Brusselse wijk Molenbeek, een wijk met allerlei culturen die in het nieuws kwam door terroristen die daar verbleven. Kinderen deden mee aan een fotografieproject over “Imagoschade”, want hun eigen buurt was ineens wereldnieuws. Samen met hun juf maakten ze twee series, één met negatieve beelden en één met positieve beelden en daaronder kwam muziek. Zo leerden ze hoe je met sfeer, licht en techniek kunt manipuleren, ook in het nieuws. Ook bespraken ze hun emoties en hoe ze daar thuis mee omgingen. Ik raakte daar zo geëmotioneerd van dat ik kippenvel kreeg.’ Dit soort initiatieven, die midden in de actualiteit staan, verdienen navolging. Daarom heb ik de BIS-instellingen expliciet om aandacht voor de Code Culturele Diversiteit gevraagd: hoe bereik je een diverser publiek bij wat je maakt en wat je speelt?’ Welke lijnen zou u graag doortrekken naar de volgende bewindsperiode?
‘Ik wil geen nieuwe gebouwen maar nieuwe synergie tussen alles wat al aanwezig is. Ik vind het echt treurig als ik zie hoeveel schouwburgen er zijn gebouwd die niet optimaal worden gebruikt. Maar als ze er dan tóch staan: zet de deuren open voor buitenschoolse culturele activiteiten en nieuwe muziekscholen. Zoals we voor sport de Cruyff veldjes in de buurt hebben, wil ik ook allerlei toegankelijke cultuurplekken in de wijken. Liefst vanaf de kinderopvang tot aan het verzorgingstehuis, waar ouderen vaak enorm opleven als ze muziek horen en mee kunnen zingen. Als je beperkingen hebt, kan kunst je weer laten doen waar je nog goed in bent. Het doet bij uitstek een beroep op je mogelijkheden en nieuwe talenten.’
4 Interview Joods Cultureel Kwartier – Educatie
We verleiden ze anders te kijken In onze multiculturele samenleving, en zeker in deze conflictueuze tijden, tieren vooroordelen over ‘de ander’ welig. Merk jij dat ook als docent, cursusleider of educatiemedewerker? Het Joods Cultureel Kwartier in Amsterdam ontwikkelde een succesvolle methode om lastige onderwerpen bespreekbaar te maken.
A
Door Francine van der Wiel
l ruim twintig jaar maakt het Amsterdamse Joods Historisch Museum (JHM), tegenwoordig onderdeel van het Joods Cultureel Kwartier (JCK), serieus werk van zijn educatieve dienst. Het JHM Kindermuseum bestaat in december alweer tien jaar en daarnaast zijn er uitgebreide educatieve programma’s ontwikkeld voor binnen én buiten de museummuren. ‘De benadering veranderde al gauw van zenden naar luisteren, aansluiting zoeken, bestaande beelden proberen te nuanceren,’ vertelt Hetty Berg, Manager Museale Zaken. Contact is daarbij het kernwoord, vult Hoofd Educatie Mirjam van Emden aan. ‘In onze multiculturele, gedigitaliseerde samenleving is de persoonlijke connectie steeds belangrijker.’
Hoe krijgt dat ‘contact’ vorm in het JCK, hoe ziet jullie educatieve programma eruit?
Van Emden: ‘In het JHM Kindermuseum is alles heel ‘hands on’. Het Joodse leven leren ze bijvoorbeeld kennen door matzes of challes te bakken en muziek te maken. Oudere kinderen kunnen met de Esnoga Quest, een programma op een iPad, zelfstandig de Portugese Synagoge verkennen. We proberen alles goed af te stemmen op de groep. Bij sommige
klassen moet je bijvoorbeeld niet met veel tekst aankomen.’ Berg: ‘Een goed voorbeeld is ook het Joods Monument. Dat is een website (Joodsmonument.nl) met de namen, adressen en geboorte- en sterfdata van de duizenden Joden die in de Tweede Wereldoorlog werden vermoord. Maar alleen een naam op een wand is statisch. Je kunt dus allerlei dingen doen, zoals verhalen en herinneringen toevoegen. Zo creëren we een community, een gemeenschap die de herinnering actief levend houdt.’ Van Emden: ‘Leerlingen kunnen bijvoorbeeld iemand opzoeken die op dezelfde dag jarig is als zijzelf, of die in een huis in hun straat heeft gewoond. Ze kunnen dan een foto uploaden van henzelf bij dat huis. Op verschillende scholen wordt het Monument al in de les gebruikt.’
“
Het JCK heeft een succesvolle eigen educatieve methode ontwikkeld, I ASK. Wat houdt die in?
Van Emden: ‘I ASK staat voor Intentie, Attitude, Systeemblik en Kennis. Dat zijn basisvoorwaarden om goed te kunnen aansluiten bij de groep. Ben je echt geïnteresseerd in de ideeën en meningen van degenen die je rondleidt, bijvoorbeeld. Is je attitude open? Daarom beginnen rondleidingen vaak met een vraag. Waar denk je aan bij Joods? Dan hoor je bijvoorbeeld: Ajax, oorlog, Israël, rijk. In plaats van de confrontatie aan te gaan, probeer je er iets naast te zetten. Dat kan door de groep mee te nemen naar een object in het museum waarmee je een vooroordeel kunt nuanceren en iemand aan het denken zet. Reflectie is een deel van de methode.’
We vragen ze: Waar denk je aan bij Joods? Dan hoor je bijvoorbeeld: Ajax, oorlog, Israël, rijk. We gaan de confrontatie niet aan, maar proberen daar iets naast te zetten
Het JCK ontvangt schoolklassen, die vaak gemêleerd zijn van samenstelling. In de media horen we vaak dat docenten onderwerpen als de Holocaust niet meer durven te behandelen, uit angst voor spanningen in de klas. De terroristische aanslagen hebben dat nog eens versterkt. Dat moet haast wel effect hebben gehad op jullie activiteiten.
Berg: ‘Door de aanslag op het Joods Museum in Brussel, in 2014, voelden we meteen de urgentie om iets te bedenken voor leerlingen die niet naar het museum komen. Op een aantal scholen in Amsterdam doen we nu Talkshow in de klas. Dat gaat helemaal over beeldvorming, imago versus identiteit.’ Van Emden: ‘We creëren een veilige sfeer door niet te vragen naar wat zij zelf denken, maar bijvoorbeeld ‘Wat hoor je als mensen over Joden praten?’. Maar ook ‘Wat hoor je over moslims, vmbo’ers, Nederlanders, Antillianen?’ Het gaat om groepen waar de leerlingen zelf deel van uit maken. Dat levert lijsten op waar je niet per se blij van wordt. Vaak schrikken ze er zelf van. Maar gaan ook parallellen zien tussen de vooroordelen die zij over anderen hebben en de vooroordelen waarmee ze zelf worden geconfronteerd. ‘Alle Joden zijn moordenaars’ klinkt niet heel anders dan ‘Alle moslims zijn terroristen’, bijvoorbeeld. Om de betrokkenheid te stimuleren, laten we de talkshow leiden door twee
Cultuurkrant NL 5
JONGE BEZOEKERS MET EEN ‘IKPOD’ BIJ DE NAMENWAND IN DE HOLLANDSCHE SCHOUWBURG. MET DE IKPOD IS DE WAND VERBONDEN MET DE WEBSITE JOODSMONUMENT.NL. ZO KUNNEN DEZE BEZOEKERS NAMEN VAN DE NAMENWAND OPZOEKEN OP HET ONLINE JOODS MONUMENT. FOTO MICHAEL JACOBS
FOTO JOODS HISTORISCH MUSEUM
Nationaal Holocaust Museum: ter plekke de geschiedenis voelen
leerlingen. Anderen moeten een leader verzinnen, net als op tv. Als alles is voorbereid, volgt een discussie. Ze krijgen dus ook ruimte om zich te uiten over hoe ze zelf worden gezien. Docenten zijn vaak verbaasd over de openheid en de concentratie.’
> Meer weten over de I ASK Methode die is ontwikkeld door het Joods Cultureel Kwartier? De publicatie I ASK Methode en Handboek bij training, door Petra Katzenstein en Irith Koster, kun je bestellen via katz@jhm. nl. Prijs € 15,90 excl. verzendkosten.
Het kan niet anders of er is belangstelling voor de expertise die jullie in huis hebben. Krijgen jullie veel vragen uit het onderwijs?
Berg: ‘Heel vaak. Scholen hebben enorme behoefte aan hulp bij het omgaan met de toegenomen onverdraagzaamheid, lees het rapport van Margalith Kleywegt (2 werelden, 2 werkelijkheden uit 2016) er maar op na. Binnen de gemeente Amsterdam zoekt men ook naar initiatieven om hier op een constructieve manier mee om te gaan. Wij dragen daar met I ASK en de Talkshow in de Klas graag aan bij. Voor Joodse musea in Europa zijn wij echt de benchmark en I ASK wordt inmiddels ook door de meeste Utrechtse musea toegepast. In het Rijksmuseum hebben we een training verzorgd. Er is ook belangstelling in het buitenland.’ Van Emden: ‘Want er zijn natuurlijk mensen die bij kunst meteen denken: hè bah. Die moet je net zo goed verleiden om anders te gaan kijken.’
Hetty Berg is Manager Museale Zaken. Zij is sinds 1989 in dienst van het JCK.
Mirjam van Emden is Hoofd Educatie en werkt sinds 2011 bij het JCK.
In mei 2016 opende het Nationaal Holocaust Museum ‘in oprichting’ de deuren aan de Amsterdamse Plantage Middenlaan. Het is gevestigd in de voormalige Hervormde Kweekschool tegenover de Hollandsche Schouwburg. Bijzonder is dat beide locaties deel uitmaken van de historie van de Jodenvervolging in Nederland: de Hollandsche Schouwburg was de plek van waaruit duizenden Joden naar Westerbork en Vught werden gedeporteerd, voor verder transport naar de concentratiekampen in Duitsland en Polen. Vanuit de Kweekschool werden, praktisch onder de neus van de Duitsers, Joodse baby’s en kleuters naar onderduikadressen gesmokkeld. ‘Dat is een van onze sterke punten’, zegt Hetty Berg. ‘Je merkt dat mensen die geschiedenis voelen als ze op zo’n plek staan. Ze stellen zich voor hoe het was om met meer dan duizend mensen dagen, soms langer nog, opgepropt te zitten in die theaterzaal. Zonder bedden, een paar wc’s maar.’ Het museum is nog in oprichting, maar er zijn al activiteiten. Voor een volledig programma wordt nog gezocht naar ettelijke miljoenen.
Joods Cultureel Kwartier in cijfers (2015) • Totaal bezoeken aan het Joods Cultureel Kwartier (JHM, JHM Kindermuseum, Portugese Synagoge, Hollandsche Schouwburg) > 284.254 • Waarvan JHM en JHM Kindermuseum > 121.928 • Bezoeken van schoolkinderen basisonderwijs (zelfstandig bezoek, rondleidingen, educatieve programma’s) > 5536 • Bezoeken van schoolkinderen voortgezet onderwijs (zelfstandig bezoek, rondleidingen, educatieve programma’s) > 28806 • Aantal basisschoolleerlingen dat een educatief programma doet van het JCK > 2602 • Aantal leerlingen voortgezet onderwijs dat een educatief programma doet van het JCK > 1919
Abonneer je nu kosteloos op de Cultuurkrant NL via lkca.nl/cultuurkrantnl
6 Kort Achter de cijfers
3 vragen aan... Pepijn Lagerwey De korenwereld wil een vuist kunnen maken richting de politiek. Dat is nu lastig, want Nederland telt maar liefst elf nationale koorbonden, van shanty en lichte muziek tot christelijk en ouderen. Die zijn verbonden in de Vereniging Nederlandse Korenorganisaties (VNK), maar deze belangenvereniging hield zich eigenlijk alleen nog met de BUMA-rechten bezig. Dat moet veranderen, vonden de grote bonden en Pepijn Lagerwey, korenbond BALK. Waarom is die samenwerking nodig? ‘Stel dat de politiek 200 miljoen in cultuur wil investeren. Dan moet je als koorwereld een vuist kunnen maken en een sterke lobby op kunnen zetten. Veel koren kampen met minder leden, vergrijzing en individualisering. Tegelijkertijd is de koorwereld nog een van de laatste verzuilde bolwerken. We moeten niet blijven hangen in de geschiedenis, maar samen naar de toekomst kijken. Gelukkig is dat besef er, want de leden hebben ingestemd met het nieuwe plan.’ Hoe ziet die samenwerking eruit? ‘Ons voorbeeld was de NOC*NSF. Alle bonden behouden hun eigen identiteit, net zoals wielrennen en atletiek, maar we trekken wel gezamenlijk op. Naast de landelijke vereniging komt er een ondersteunend bureau, dat bonden helpt met leden administratie, contracten, samenwerking, muziekliteratuur en de organisatie van korenfestivals.’ Wie wordt het boegbeeld? ‘We zoeken, naast een sterk bestuur, een ambassadeur om ons op de kaart te zetten. Zeg maar de Erica Terpstra van de koorwereld. Ik heb nog geen namen, maar ik weet dat bijvoorbeeld Wouter Bos actief is in een koor.’ (Ralf Steenbeek)
Waarom kiezen steeds minder leerlingen voor een cultuurprofiel? In 2005 koos een kwart van de havo/vwo-leerlingen voor het profiel Cultuur & Maatschappij. Nu, tien jaar later, is dat nog maar tien procent. Wat is er aan de hand? Arno Neele kijkt achter de cijfers. van het bedrijfsleven hun vruchten af. In 2003 lanceerde het kabinet het Platform Bèta Techniek. Het platform moest via het Deltaplan bèta/techniek zorgen voor voldoende en kwalitatief goed opgeleide bèta’s en technici in de nabije toekomst. Tien jaar later sloot de overheid samen met het bedrijfsleven en het onderwijs ook nog eens een Techniekpact.
Mondige burgers
H
avo- en vwo-leerlingen kunnen kiezen uit de profielen Cultuur & Maatschappij, Natuur & Techniek , Natuur & Gezondheid , Economie & Maatschappij of een combinatieprofiel. Cultuur & Maatschappij was tien jaar geleden zeer populair. De meeste leerlingen kozen in het schooljaar 2005-2006 weliswaar voor het profiel Economie & Maatschappij (31%), maar Cultuur & Maatschappij (25%) kwam op een goede tweede plaats. Natuur & Gezondheid (22%) en Natuur & Techniek (11%) stonden op een respectievelijke derde en vierde plaats. Maar de verhoudingen zijn inmiddels grondig gewijzigd. Economie & Maatschappij blijft onverminderd in trek bij de leerlingen, maar Cultuur & Maatschappij is anno 2016 het minst populair. En als we het zien als een battle tussen de natuurprofielen en de maatschappijprofielen, dan zijn de bèta’s aan de winnende hand. Afgelopen schooljaar koos iets meer dan de helft van de leerlingen voor een natuurprofiel. Niet voor niets hebben de technische universiteiten onlangs de noodklok geluid. Zij kunnen de grote toestroom van nieuwe studenten niet aan. In tien jaar tijd is hun studentenaantal gestegen van 32.000 naar 53.000.
en financiële crisis zou een rol kunnen spelen. In ieder geval zet de daling in op het moment dat de crisis uitbreekt. Sindsdien houden scholieren bij hun profielkeuze mogelijk meer rekening met hun latere
“
Ik zeg: een deltaplan alfa/cultuur
Arbeidsmarkt
kansen op de arbeidsmarkt, en minder met hun interesses en talenten. Als je als scholier kiest voor een cultuurprofiel dan sluit je bovendien gelijk een groot aantal vervolgstudies uit, want de meeste technische opleidingen hanteren scherpe toelatingscriteria. Maar kies je voor een natuurprofiel dan houd je alle opties nog open. Om toegelaten te worden tot een kunstvakopleiding is het bijvoorbeeld niet nodig een kunstvak op de middelbare school te hebben gevolgd. Ook op faculteiten geesteswetenschappen ben je meer dan welkom ongeacht je profielkeuze.
Waarom kiezen steeds minder leerlingen voor het cultuurprofiel? De economische
Mogelijk werpen ook de beleidsprogramma’s van de overheid en de lobby
Techniekpact
De overheid en het bedrijfsleven zullen dan ook tevreden zijn over de toenemende interesse voor een natuurprofiel. Maar de keerzijde is dat een toenemend aantal leerlingen van school komt met een beperkte culturele bagage. Een bagage die volgens bijvoorbeeld Martha Nussbaum cruciaal is voor het opvoeden van mondige, kritische en democratische burgers. Maar ook vanuit economisch perspectief worden pleidooien gehouden voor culturele kennis en culturele vaardigheden. Onze snel globaliserende arbeidsmarkt heeft in de toekomst behoefte aan creatieve en flexibele krachten met een grote talenkennis. De overheid hecht weliswaar grote waarde aan cultuureducatie, maar richt zich de laatste tien jaar eigenlijk alleen nog maar op het basisonderwijs. Sinds 2004 ontwikkelt het ministerie nauwelijks nog cultuureducatiebeleid voor het voortgezet onderwijs. Niet toevallig valt deze verschuiving nagenoeg samen met de lancering van het Deltaplan bèta/techniek. Misschien wordt het tijd dat het ministerie cultuureducatie in het voortgezet onderwijs (weer) serieus gaat nemen. Ik zeg: een Deltaplan alfa/cultuur. ’
Arno Neele is onderzoeker bij het LKCA
Cultuurkrant NL 7 Lekker spuiten
Sanne Scholten
De vereniging dood? Lang leve de vereniging!
A
l decennialang wordt het einde van de vereniging voorspeld. En al even lang bewijzen tienduizenden culturele verenigingen in Nederland het tegendeel. En niet alleen culturele verenigingen trouwens. Natuurlijk, ze hebben het niet altijd makkelijk, blijkt ook uit onderzoek dat het LKCA recent uitvoerde: ledenwerving gaat niet vanzelf en ook voldoende vrijwilligers en geld vinden is een uitdaging. Het is hoog tijd voor een herwaardering van het culturele clubleven in Nederland. En dan bedoel ik clubs in de brede zin van het woord. We kennen natuurlijk allemaal harmonieën, fanfares en de koren, die voor heel veel mensen de thuisbasis van hun kunstbeoefening zijn. Maar daarnaast zijn er ook nog allerlei clubs en clubjes waar mensen samen cultuur beoefenen. Of het nu Chinees dansen in buurthuis Oase in Utrecht is of een via internet opgericht schrijfgroepje. Al die clubs en clubjes krijgen eigenlijk maar weinig aandacht de laatste jaren. Ze worden regelmatig neergezet als stoffig en niet meer van deze tijd. Terwijl ze een belangrijke basis vormen van onze samenleving. En terwijl er, juist in deze tijd, veel waardering is voor ‘initiatieven van onderop’. Immers, juist in deze tijd is er een behoefte om het heft meer in eigen hand te nemen en minder over te laten aan instituties. Tegelijkertijd maakt de overheid een terugtrekkende beweging en kijkt meer naar wat mensen in ‘de participatiesamenleving’ zelf kunnen regelen. Overal in Nederland De deuren zie je moderne clubjes ontstaan: van zorgcoöperatie tot groen-in-zelfbemoeten open heer-groep tot Facebook-voetbalclub. Op gemeentelijk niveau zie je dat met name deze nieuwe initiatieven veel aandacht krijgen. Aandacht voor de ‘oude’ initiatieven is er veel minder. En dat is jammer. Voor de traditionele amateurkunstvereniging is er echt een momentum om aandacht te claimen, om trots te zijn op wat je de lokale samenleving te bieden hebt.
FOTO’S THOMAS MEIJERMAN
Is nieuwe cultuur alleen interessant voor jongeren? Welnee. Ouderen namen de spuitbus ter hand tijdens een project van Mad Skills, de expert op het gebied van urban culture & sport in Eindhoven. Ook in het Eindhovense Designhuis draaide het in oktober tijdens de Dutch Design Week om ‘nieuwe’ cultuur voor ouderen en ook daar organiseerde Mad Skills een workshop graffiti. Maar er werden meer vernieuwende activiteiten voor ouderen gepresenteerd, bijvoorbeeld op het gebied van programmeren, design en creatieve technologie. De manifestatie was onderdeel van het landelijke programma Lang Leve Kunst. Op weg naar Age Friendly Cities.
Maar er ligt ook een uitdaging: de deuren moeten open, het aanbod vernieuwd en verbreed. Alles om relevant te blijven voor de leden van de toekomst. Onlangs stond in de NRC een geweldig verhaal over het Christelijk Gemengd Koor Delfshaven, uit de gelijknamige wijk in Rotterdam. Dit artikel liet precies zien waar het om gaat: om besturen die trots zijn op hun club, die dóór willen gaan en zich realiseren dat ze daarom soms andere keuzes moeten maken. In het geval van dit koor: een nieuwe, jonge dirigent, ander repertoire, een bewuste zoektocht naar meer culturele diversiteit in het ledenbestand en het bestuur. Een vergelijkbare zoektocht wens ik alle culturele verenigingen van Nederland toe. Want het verenigingsleven is te mooi en waardevol om zomaar te laten verdwijnen.
SANNE SCHOLTEN IS DIRECTEUR VAN HET LKCA DE UITKOMSTEN VAN HET LKCA-ONDERZOEK NAAR CULTURELE VERENIGINGEN STAAN OP LKCA.NL, ZOEK OP: OP ZOEK NAAR LEDEN. LEES OOK: ‘OVERLEVEN ALS VERENIGING’ OP P 10
8 Uit de praktijk Vakmensen over het geven van feedback
Wie ben ik om te zeggen dat het niet mooi is? Deze vier professionals geven op een voorzichtige en positieve manier feedback aan hun cursisten en leerlingen. Want echt de confrontatie aangaan werkt niet. ‘Het gaat om de juiste timing.’ Door Anita Hegeman • Tekening Bas van der Schot
‘Voor mij is er geen mooi of lelijk’
‘B
ij mijn vak – ik geef handvaardigheid en CKV – gaat het om creativiteit, om je best doen. Dat is wat anders dan een vak als Engels waarbij je echt kunt aangeven wat goed en fout is. Bij handvaardigheid is dat een stuk moeilijker.
Tijdens mijn opleiding hebben we veel geoefend met feedback. In het begin vond ik het best moeilijk, maar je wordt zo getraind dat je feedback altijd positief kunt brengen en ontvangen. Nu ben ik er zelf eigenlijk altijd blij mee, want je kunt er veel van leren. Ik probeer mijn leerlingen nu ook op die manier positief te stimuleren. Tijdens de les loop ik altijd rond en geef ik tussendoor tips. Ik zeg dan bijvoorbeeld ‘dit is goed gedaan, maar kijk ook nog even hiernaar’ of ‘probeer je potlood eens zo vast te houden’. Op de praktijkschool waar ik lesgeef laat ik leerlingen ook elkaar feedback geven.
Dat werkt heel goed. Voor CKV moesten ze onlangs een fotostrip maken, en aan het einde van de les komen dan alle werkstukken op een tafel te liggen. Leerlingen krijgen post-its en moeten daar een top en een tip voor een ander groepje op zetten. Ik kijk niet naar het resultaat, maar naar het proces. Voor mij is er geen mooi of lelijk. Het ene kind is een talent, de ander is motorisch misschien niet zo sterk, maar vindt het wel helemaal geweldig en gaat thuis extra oefenen en heel erg zijn best doen. Wie ben ik dan om te zeggen dat het niet mooi is?’ Ayda Hasanoglu is docent handvaardigheid / CKV aan de Groene Hart Praktijkschool en freelance kunstdocent.
‘Ik heb voor iedere speler een maatwerk-aanpak’
‘D
e acteurs met wie ik werk hebben een verstandelijke beperking. Ik verplaats me in hun wereld en geef feedback die ze kunnen begrijpen. Dat betekent dat ik mijn woordkeus aanpas en niet te veel in een keer probeer te vragen of te zeggen.
Als ik feedback geef, ben ik open en eerlijk, maar niet te direct. Ik geef vooral positieve, opbouwende feedback, en heb voor iedere speler een maatwerk-aanpak. Het allerbelangrijkste is respect. Als er een sfeer is waarin iedereen zich veilig voelt, dan is feedback geven eigenlijk nooit een probleem. Bij andere groepen sta ik vooral voor de groep, bij deze groep sta ik op de vloer. Ik doe dingen voor, en speel mee om de spelers ergens te krijgen. Als er iets fout gaat in het spel, wacht ik niet tot de scène is afgelopen, maar grijp ik meteen in. Anders slijt het in. En
dan is het heel moeilijk om dat nog te veranderen.
Spelers moeten weten waarmee ze bezig zijn, ze moeten bijna geloven dat het werkelijk gebeurt. Als dat lukt, gebeuren er heel bijzondere dingen. Momenteel werken we aan een bewerking van het boek Koning van Katoren van Jan Terlouw. Een van de spelers is een man die niet zo toegankelijk is en bij wie het altijd lang duurt voor hij erin zit. Hij speelt de rol van minister. Op een gegeven moment sprong hij tijdens een repetitie spontaan van zijn stoel en begon hij te bewegen op de muziek. Dat had het stuk zó nodig. Dat hebben we erin gehouden. Dat zijn mooie cadeautjes die je dan krijgt.’ Jan-Willem Slotboom is muzikaal theatermaker bij Theaterwerkplaats Momo. Hij werkt met acteurs met een verstandelijke beperking. www.momotheaterwerkplaats.nl
Cultuurkrant NL 9
‘Met feedback geef ik terug wat ik hoor’
‘Positieve feedback geeft je vleugels!
‘H
et allerbelangrijkste is dat ik een basis creëer met de leerling, zodat feedback kan plaatsvinden. Ik zorg dat er een vertrouwensband is. Dat we prettig met elkaar omgaan, dat we kunnen samenwerken. Dat is mijn fundering voor alles.
In de danswereld ligt de focus nog vaak op wat niet goed is en dansers zijn erg zelfkritisch. Maar ik heb zelf ervaren hoeveel indruk het maakt als je positieve feedback krijgt. Als je tijdens het dansen hoort ‘Ja, dat is het!´ Dat geeft je vleugels! Ik geef met name positieve feedback, en het liefst op het moment zelf. Zodat leerlingen ook dat gevoel krijgen van ‘hé, dat kan ik’ en vervuld raken met zelfvertrouwen. Als ze dan lekker krachtig zijn, kijk ik: wat kunnen we hier verder mee? Wat kunnen we verder ontwikkelen? Ik bouw een vertrouwensband op door leerlingen echt te zien, en te laten weten dat ik ze zie. Dat betekent dat ik ze
bijvoorbeeld aankijk als ik ‘goed zo’ zeg. En dat ik iets specifiek benoem, zoals ‘die arm die je daar bovenlangs deed. Super!’ Als je de positieve dingen benoemt, heb je een aanknopingspunt om tips te geven. Ik werk met sandwichfeedback: je zegt iets positiefs, dan geef je een tip en dan eindig je weer met wat positiefs.
Je feedback moet in balans zijn met de wensen van je leerlingen. Aan de academie maak ik de uitdaging groter. De studenten daar willen dat ook. Ze willen weten wat ze kunnen verbeteren. Maar als je net iets te veel correcties geeft, kan de boel dichtslaan. Als ik dat moment voel aankomen, dan zie ik misschien nog wel dingen die aandacht vragen, maar zeg ik niets meer. Ik laat ze dan lekker doordansen.’ Esther Nederpelt is dansdocente op de Tilburgse dansacademie en op een amateurdans-school. Ze geeft ook nascholing aan dansdocenten.
‘H
oe ik feedback geef, hangt samen met mijn visie op muziekles geven. Ik vind het belangrijk dat iemand zijn eigen smaak, creativiteit en vertrouwen ontwikkelt. Dit betekent dat ik een leerling soms beter zelf kan laten ontdekken dan dat ik alles voorkauw.
Leerlingen durven echter pas dingen uit te proberen als ze zich veilig voelen. En daarom is de manier waarop je feedback geeft belangrijk. Als je bijvoorbeeld iedere fout direct benoemt zal een leerling het eng vinden om creatief te zijn en eerder kiezen voor de veilige weg. Natuurlijk ben je er als docent voor om verbeteringen aan te geven. Als een leerling een fis over het hoofd ziet, wil je dat laten weten. Dat kan op verschillende manieren: je kunt vragen stellen zoals ‘in welke toonsoort staat het liedje?’ of ‘één noot was nog niet goed. Weet je welke?’ Je kunt er ook een spelletje van maken door het op twee manieren voor te spelen en
de leerling te laten raden wat het verschil is. De meeste leerlingen vinden het prettig om zo zelf te ontdekken wat er anders of beter kan. Bij het geven van feedback gaat het om de juiste timing en de sfeer moet motiverend zijn. Als je je leerling kunt uitdagen én in zijn waarde kunt laten, valt er volgens mij veel te winnen in zelfvertrouwen en creativiteit. Met mijn feedback geef ik aan wat mij opvalt, wat ik goed vind en waar de leerling nog aan kan werken. Het woord feedback zegt het al: ‘ik geef terug’ wat ik hoor.’
Floor Wittink is saxofoniste en heeft in Utrecht haar eigen saxofoonschool: de Saxschool. Daarnaast treedt zij op als saxofoniste en schrijft zij blogs over muziek maken.
10 Pleidooi Handreiking Basis voor Cultuureducatie
Mijn vlakke land Laten we nou eindelijk afscheid nemen van ons 19e eeuwse schoolsysteem, bepleit Ronald Kox. Want het werkt ongelijkheid op het gebied van culturele en artistieke ontplooiing in de hand. We moeten ervoor zorgen dat ieder kind kunstvakken kan volgen op school. Daarom is de handreiking Basis voor Cultuureducatie ontwikkeld.
N
Door Ronald Kox ederland is een vlak land. Een land van gelijke niveaus en het streven daarnaar. Pieken en dalen worden zoveel mogelijk afgevlakt, we reizen het liefst met zo min mogelijk verstoring van de gemiddelde lijn. Keurig geasfalteerd, bestraat en afgewerkt met een groene zoom. Dat geldt voor de inrichting van ons landschap en de omgeving, maar ook voor hoe de Nederlandse maatschappij en het onderwijs worden ingericht.
Gelijke kansen en mogelijkheden voor iedereen, maar wie beter kijkt ziet dat er toch veel ongelijkheid is. Net als er meer wegen en asfalt zijn in het westen van Nederland geldt dit ook voor de mogelijkheden in maatschappelijk opzicht. Dit zorgt er voor dat iemand die in Zeeland of Groningen woont minder wegen tot zijn beschikking heeft, maar ook minder culturele voorzieningen of minder mogelijkheden zich te ontwikkelen op het gebied van kunst, erfgoed, cultuur. Voor een belangrijk deel hangt dit samen met de mogelijkheden en voorzieningen die de lokale overheid kan bieden. Voorzieningen zijn aan inwonertal gekoppeld. Minder inwoners betekent al snel minder budget en dus minder mogelijkheden.
En daarmee wordt het lege platteland al snel ook leger qua mogelijkheden voor werk, ontwikkeling en vrije tijd. De kansenongelijkheid die in het inspectierapport De Staat van het Onderwijs werd geconstateerd tussen kinderen van laagen hoogopgeleide en van arme en rijke ouders wordt helaas nog eens versterkt wat cultuureducatie betreft. Want de kansen van een kind binnen cultuureducatie hangen ook af van de rijkdom en de politieke keuzes van de gemeente of regio waarin je opgroeit. Er zijn er die fors bezuinigen op cultuureducatie, en er zijn er die de muziekschool, het centrum voor de kunsten of andere voorzieningen en fondsen proberen te sparen.
Ongemakkelijk gevoel
Het gevolg is dat kinderen met dezelfde talenten en interesses die op verschillende plaatsen in ons land leven niet dezelfde mogelijkheden en kansen krijgen. Dat een getalenteerd creatief kind in de ene plaats zich wel kan ontwikkelen tot die innovatieve volwassene met een succesvolle baan in de alsmaar groeiende creatieve industrie. En dat een zelfde kind in een andere plaats opgroeit met dat ongemakkelijke gevoel dat er meer moet zijn maar dat pas (te) laat ontdekt om nog echt door te kunnen breken. Nederland kent een wonderlijk systeem
Innovatie amateurkunst Als je als amateurkunst vereniging wilt overleven, moet je jezelf opnieuw uitvinden. Arno Neele geeft tips.
D
e vereniging heeft zijn langste tijd gehad. Dat hoorde je een aantal jaar geleden nog al eens. Mensen in de 21ste eeuw zouden geen behoefte en tijd meer hebben om wekelijks bij elkaar te komen om te repeteren, laat staan ook nog bestuurswerk te doen. Maar verschillende onderzoeken laten zien dat de vereniging over veerkracht beschikt en dat de
“
We willen een nieuw soort school waar alle kinderen hun grote of kleine talent kunnen ontwikkelen
Overleven als vereniging,
organisatievorm populair blijft. Wel blijkt overduidelijk dat verenigingen die alles bij het oude laten het vaak niet redden. Het zijn de verenigingen die zich opnieuw uitvinden die succesvol zijn. Hoe pak je dat aan?
1
waar het gaat om cultuureducatie, een systeem dat we (helaas) in veel meer Westerse landen tegenkomen. Kinderen en jongeren die een beroepsopleiding in de kunsten cultuursector willen volgen, kunnen vaak alleen succesvol worden toegelaten als ze ook buitenschools lessen hebben gevolgd. Bijvoorbeeld muziekles bij een muziekschool of een vrijgevestigde docent. Of toneelles, dansles of tekenles bij een centrum voor de kunsten. Door deze extra lessen te volgen zitten ze feitelijk meer op school en hebben meer huiswerk dan hun leeftijdsgenootjes. En hun ouders zijn meer geld kwijt aan de scholing van hun kinderen, er vanuit gaande dat ze dat geld hebben.
PAS JE AAN!
Veel verenigingen zijn opgericht in een andere tijd. Maar tijden en smaken veranderen. Wanneer blijkt dat het repertoire niet meer in de smaak valt, houd dan als vereniging niet halsstarrig vast aan de traditie. Zo heeft het Muziektheater VAKK Hardenberg bij zijn vijftigjarige jubileum in 2005 de rigoureuze keuze gemaakt het repertoire aan te passen van
operette naar musical. Met als gevolg dat de vereniging weer nieuwe en jonge leden weet aan te trekken. Muziektheater VAKK kent nu zelfs een eigen jeugdafdeling met meer dan 30 jonge leden.
2
Muziektheater VAKK schakelde over op musical
WERK STRUCTUREEL SAMEN
Qua samenwerking valt er nog een wereld te winnen. Dat gebeurt natuurlijk al veel bij het maken van gezamenlijke voorstellingen en optredens. Maar ga als vereniging ook meer structurele samenwerkingen aan met andere verenigingen op bestuurlijk en organisatorisch niveau. Stichting Verenigingsleven Arcen is een
mooi voorbeeld van een samenwerkingsverband van zes verenigingen uit het Limburgse dorp Arcen, waaronder Koninklijke Harmonie Arcen. Overkoepelende verenigingstaken worden samen opgepakt, zoals een gezamenlijke website, het organiseren van Koningsdag, het opstellen van gedragsregels, en het aanvragen van een
Cultuurkrant NL 11
De handreiking Basis voor Cultuureducatie In juli 2015 vroegen de Kamerleden Monasch en Van Veen in een motie op het gebied van cultuureducatie ‘om een gemeenschappelijk houvast voor samenhangend, weloverwogen beleid.’ De minister van OCW heeft het LKCA gevraagd om te komen tot een inhoudelijke ambitie voor cultuur educatie voor kinderen en jongeren, binnen- en buitenschools. Zodra deze handreiking naar de Tweede Kamer is gestuurd, is dit document openbaar en te downloaden via lkca.nl. Wil je op de hoogte blijven? Schrijf je dan nu in voor de nieuwsbrief van het LKCA via lkca.nl
FOTO: HOLLANDSE HOOGTE
Een grote mate van kansenongelijkheid is het gevolg; historisch is de situatie gegroeid dat een deel van ons hoger onderwijs vooral door het volgen van particulier onderwijs is te bereiken. Deze ongelijkheid in cultuureducatie is er al sinds de jaren zestig van de vorige eeuw, al veel eerder dan de constatering van de inspectie dit jaar.
Nieuw soort school
Wij willen daar iets aan doen en daarom hebben we nu, samen met organisaties uit de onderwijswereld, de culturele sector en de overheid, een handreiking opgesteld. Een handreiking die er naar streeft dat alle
kinderen naar een heel nieuw soort school gaan waar leren, spelen, sporten, kunst en cultuur bij elkaar komen en elkaar kunnen afwisselen. Waar leerlingen en docenten op hun talenten en kwaliteiten ingezet en uitgedaagd kunnen worden, en waar we in de 21e eeuw eindelijk afscheid durven nemen van een laat 19e eeuws schoolsysteem. Waar alle kinderen kunstvakken volgen en hun kleine of grote talent kunnen ontdekken en ontwikkelen. Waar kunstvakken worden gegeven door vakdocenten. Waar kunstvakken niet alleen als aparte vakken bestaan, maar ook onderdeel uitmaken van geïntegreerde lessen en projecten en ook leren door middel van
zo doe je dat
VOG voor al hun vrijwilligers die met jeugd werken. Ook stemmen ze elk jaar de cluben trainingsavonden op elkaar af, zodat jeugdleden die van meerdere verenigingen lid zijn, aan alle clubavonden kunnen meedoen. Zo hoeft sport niet in de weg te staan van cultuur en andersom.
3
LOOP EENS EEN SCHOOL BINNEN
Een veel gehoorde klacht is het gebrek aan jeugdige aanwas. Jongeren komen niet als vanzelf het verenigingsgebouw binnenlopen. Zoek daarom zelf de jeugd op. En waar vind je jongeren beter dan op school? Daar ontmoet je ook
kinderen die anders nooit in aanraking zouden komen met de vereniging. Daarom begon Christelijke Muziekvereniging Jubal uit Dedemsvaart zeven jaar geleden met kennismakingen in de klas. Een week per jaar gaat de vereniging met een muziekvakdocent naar alle basisscholen. Het resultaat is er naar: jaarlijks melden zich 10 à 15 jeugdleden aan bij de vereniging voor het volgen van lessen. Vooral orkesten maken de laatste jaren gebruik van deze strategie. Maar waarom zouden koren en toneelverenigingen niet ook deze stap kunnen zetten? ARNO NEELE IS ONDERZOEKER BIJ HET LKCA
kunst en cultuur vanzelfsprekender wordt. Dan kunnen er themalessen gegeven worden, bijvoorbeeld over de buurt waarin het kind woont. Met aandacht voor de sociale cohesie in de wijk, de talen en dialecten die er gesproken worden, welke dieren en planten er zijn, hoe de wijk is ingedeeld, hoe de hoogte en het volume berekend kunnen worden, wat het ritme van de gebouwen is en hoe de wijk er in de ogen van de leerling uit zou moeten zien. Geschiedenis, aardrijkskunde, biologie, Nederlands, vreemde talen, wiskunde, architectuur, muziek en beeldende kunst ontmoeten elkaar in één lessenreeks. Zodat het voor de leerling duidelijk wordt hoe alomtegenwoordig kunst en cultuur in zijn omgeving en dagelijks leven zijn. Hoe gewoon ze eigenlijk zijn.
Onnodige drempels
In de handreiking Basis voor Cultuureducatie heeft het LKCA deze visie uitgewerkt voor de toekomst, maar ook voor de stappen die vandaag al gezet kunnen worden. Want ook al is het een toekomstvisie, er is ook al veel dat nu al mogelijk is binnen het onderwijs en de culturele voorzieningen. Alleen wordt er van die mogelijkheden lang niet altijd gebruik gemaakt. Culturele aanbieders kunnen nu op sommige
plaatsen ook al voor cultuurlessen in de voor- of naschoolse opvang zorgen. Op verschillende scholen is cultuur al verankerd in het curriculum, en wordt cultuur ingezet als basis voor de visie van de school. Maar dat zou nog op veel meer plaatsen moeten gebeuren. En soms kan het ook nog niet, zit regelgeving in de weg of werpen ingewikkelde geldstromen onnodige drempels op. Ook daarvoor gaan we op zoek naar een oplossing. De handreiking biedt dan ook een agenda voor de nabije toekomst en inbreng voor landelijke discussies over de toekomst van ons onderwijs. Of eigenlijk zouden we moeten zeggen: de toekomst van onze kinderen. Want ieder kind heeft recht op goed onderwijs, waar hij of zij ook woont, hoe rijk of arm de ouders ook zijn. Om op te groeien tot de volwassene die hij of zij kan worden en wil zijn. En dat kan niet zonder een volwaardige culturele ontwikkeling en dus niet zonder cultuureducatie voor ieder kind. En als het vandaag niet kan, dan tenminste morgen. DE HANDREIKING BASIS VOOR CULTUUREDUCATIE WORDT BINNENKORT DOOR DE MINISTER VAN OCW NAAR DE TWEEDE KAMER GESTUURD EN IS VANAF DAT MOMENT TE DOWNLOADEN OP LKCA.NL.
Ronald Kox is Hoofd Cultuur educatie bij het LKCA, en is intensief betrokken geweest bij de totstandkoming van de handreiking Basis voor Cultuureducatie. Hij heeft met name bijgedragen aan het visiedeel en de positie van cultuureducatie binnen en buiten de school.
Bisschop Boele bijzonder hoogleraar Evert Bisschop Boele is benoemd tot bijzonder hoogleraar Betekenis van cultuurparticipatie aan de Erasmus School of History, Culture and Communication (ESHCC). Boele wordt een van de gezichtsbepalende figuren van het recent opgerichte Rotterdam Arts & Sciences Lab. De leerstoel is ingesteld door het LKCA. Wil je Bisschop Boele horen spreken? Op de Onderzoeksconferentie Cultuureducatie en Cultuurparticipatie 2016 (zie ook de agenda op de achterpagina van deze krant) is hij een van de keynote sprekers. Hij gaat dan in op de vraag wat actieve cultuurparticipatie de beoefenaars brengt. Dat doet hij aan de hand van zijn lopende etnografische onderzoek naar een shantykoor. Bisschop Boele publiceerde
enkele malen op het LKCA-opinieplatform cultureelkapitaal.nl.
Bisschop Boele (1964) studeerde Schoolmuziek aan het Conservatorium Maastricht, filosofie en musicologie aan de UvA en promoveerde in 2013 summa cum laude op de toepassingen en functies van muziek in het dagelijks leven in de moderne westerse maatschappij. Hij is leading lector ‘New Audiences’ aan het Kenniscentrum Kunst & Samenleving van het Prins Claus Conservatorium en de Hanzehogeschool Groningen. Abonneer je kosteloos op de Cultuurkrant NL via lkca.nl/cultuurkrantnl
12 Interview Henk Oosterling – Rotterdam Vakmanstad
Je hebt wel een dikke huid In plaats van elkaar de tent uit te vechten, vormen Rotterdamse leerlingen samen een orkest. Zodat ze beter in hun vel komen te zitten. Henk Oosterling organiseert kunstlessen voor scholen in arme wijken. ‘Als je het gelazer in de stad wilt kwijtraken, dat ze een vak leren, dan moet je dáár beginnen.’
FOTO’S ROTTERDAM VAKMANSTAD
K
Door Sofie Cerutti
Henk Oosterling is universitair hoofddocent filosofie aan de Erasmus Universiteit. Hij begon zijn carrière als leraar op de basisschool. Werd in 1983 Nederlands kampioen kendo, Japans zwaardvechten. Leidde een internationaal onderzoek naar kunstzinnige interdisciplinariteit. Startte in 2004 ‘Rotterdam Vakmanstad’, een stichting die op verschillende Rotterdamse basisscholen lessen in judo, koken, tuinieren, filosofie, techniek en creatieve vakken verzorgt.
inderen krijgen op school taal, geschiedenis en rekenen, maar het zou in alle opzichten beter zijn als ze ook aan filosofie, judo, tuinieren, techniek, koken en creatieve vakken doen. Dat is de stellige overtuiging van filosoof Henk Oosterling. Hij zette twaalf jaar geleden Rotterdam Vakmanstad op, een stichting die specifiek in die vakken lessen verzorgt op een aantal Rotterdamse basisscholen. Extra lessen dus, op scholen die in hun omgeving al te kampen hebben met armoede, werkloosheid, obesitas, gedragsproblemen. Niet eenvoudig om dat draaiend te krijgen en draaiend te houden. En wie weet, in de toekomst uit te breiden. Het is een intensief programma. Scholen kunnen niet kiezen voor alléén tuinieren, of alléén muziekles.
‘Nee, je doet het basispakket filosofie en techniek, of het hele pakket. Kinderen – in feite alle mensen – leren fysiek, sociaal en mentaal. Dat is de visie die hierachter zit. Een vak als filosofie is vooral mentaal, maar ook sociaal; judo is fysiek maar daarnaast ook mentaal, enzovoort. Van sporten krijg je honger: dat leidt tot koken, en voedsel verbouwen. Ze krijgen techniek, wat inventief omgaan met middelen inhoudt. Wij noemen dat mediawijsheid.
Er zijn ook culturele vakken, die worden gegeven door vakdocenten van de SKVR. De zes leerlijnen vormen een zogenaamde ecosociale cirkel, ze grijpen in elkaar en versterken elkaar.’ Waar kwam het idee vandaan dat er iets anders moest?
‘De wereld is de laatste decennia gewoon heel erg veranderd: we zijn van een individualistische maatschappij veranderd in een netwerkmaatschappij. Iedereen is een knooppunt in een netwerk. We hebben nieuwe skills nodig om daarin te kunnen functioneren, om te kunnen communiceren. Dat vergt nieuwe geletterdheid, mediawijsheid, ecowijsheid.’
“
Topambtenaren komen hier kijken, zijn razend enthousiast. En dan hoor je er nooit meer wat van
Hoe werkt dat in de praktijk?
‘Heel simpel: in plaats van elkaar de tent uit te vechten, vormen kinderen samen een orkest.’ Heel simpel?!
‘Nou, de uitvoering daarvan is nog best ingewikkeld ja, haha. Dan kom je op het terrein van de politiek.’
Zo veel aandacht voor creatieve vakken, voor koken en filosofie, dat betekent een enorme omslag ten opzichte van het traditionele lessysteem.
‘Dat kun je wel zeggen ja. Daarom is het ook heel kwetsbaar. Het is veel extra werk. Kinderen moeten eraan wennen, leraren moeten eraan wennen. En als het eindelijk goed loopt, en er gaat een goeie directeur van een school weg, dan kan het hele zaakje instorten en kun je opnieuw beginnen. Je hebt een dikke huid nodig, en een lange adem. Maar het lijkt te werken. Kinderen ontwikkelen zich sociaal-emotioneel, komen beter in hun vel te zitten.’ Jullie zijn met de moeilijkste scholen in de moeilijkste wijken aan de slag gegaan, waar veel kinderen te maken hebben met armoede, taalachterstand, criminaliteit. Waarom juist daar?
‘Kinderen daar hebben het het hardste nodig. En het was voor een deel ook persoonlijk: ik kom zelf uit zo’n buurt en
Cultuurkrant NL 13
nodig weet dat het kan. En ja, als je het gelazer in de stad wilt kwijtraken, als je wilt dat kinderen hun school afmaken, dat ze een vak leren, dan moet je dáár beginnen. En niet in Kralingen.’
Is er belangstelling bij andere scholen, om zoiets elders op te zetten?
‘Belangstelling zeker. Ze komen tot vanuit Japan kijken. Maar zoiets daadwerkelijk opzetten, dat is nog niet zo makkelijk. Wij gaan ons kunstje niet herhalen op een andere plek, dat zouden we ook helemaal niet kunnen. Wat wij doen, werkt in Rotterdam-Zuid omdat wij het dna van die wijk tot in onze tenen hebben. Het is geen blauwdruk om het in Amsterdam of in de Parijse banlieues of waar ook te herhalen.’ Maar kennelijk werkt het goed. De scholen waarmee jullie werken, doen dit al jaren.
‘Zeker, dat mag je wel constateren. Het hele project wordt wetenschappelijk gemonitord, wat overigens niet zo simpel is. Maar je merkt het vooral in de interesses van kinderen: als je met zo’n groep naar het museum gaat, is de educatief medewerker stomverbaasd door de vragen die gesteld worden. Dat heeft ie nog nooit meegemaakt. En als ze een keuken binnenkomen, pakken ze niet direct het grootste mes om naar elkaar te gaan steken. Ze snappen dat dat is om straks de uien mee te snijden. Zo ontwikkelen ze de tools om zich in netwerken anders te gaan gedragen dan met de passief-agressieve houding die ze kennen uit de straatcultuur.’
Kinderen moeten veranderen van passiefconsumerende consumenten naar
actief-producerende, is uw overtuiging.
‘Zo werkt het wel zo’n beetje. Kijk, die kids werken gewoon een kapsalon naar binnen. 1800 calorieën! Als je ze iets nieuws voorzet, zeggen ze: ‘Lus ik niet’. Een heel grote groep is obees, die kan zich moeilijk concentreren. Dus je moet ze blootstellen aan een ervaring, sterker: je moet ze producént maken van een ervaring. Een maaltijd plannen, inkopen doen, klaarmaken. En dan kijken wat er gebeurt als ze je na uren werk een maaltijd voorzetten en je dan zegt: ‘Lus ik niet’. Ze moeten dat zelf ervaren.’ Mediawijsheid is een essentiële tool voor kinderen nu.
‘Ze hebben natuurlijk allemaal een telefoon, staan voortdurend met elkaar in contact. Maar wij laten ze een tv-programma maken: filmen, interviewen, monteren, alles. Dan snappen ze bij YouTube-filmpjes ineens ook: hee, over alles, over élk shot, is een beslissing genomen. Maar media, dan heb je het niet alleen over een telefoon of een computer. Een piano is ook een medium. Of een keukenmes.’ Wat kunnen culturele instellingen – musea, orkesten – doen om hier meer bij aan te sluiten?
‘Ook zij zijn gebaat bij samenwerking. Dat kan nu gewoon niet anders. Kijk, toen mijn dochter zes jaar was, bracht ik haar naar de SKVR, naar een gebouw in Rotterdam, waar ze een viool kreeg, en les. Nu moet de SKVR de wijken in. Dat is moeilijk, maar dat lukt. Maar ook kunstenaars, beleidsmakers en de politiek moeten uit hun comfortzone.’ Het zou natuurlijk mooi zijn om dit door heel Nederland te verspreiden. Kwestie van de juiste personen op ministeries benaderen?
‘Natuurlijk, ik lobby daar al jaren voor. Heel frustrerend hoor. Topambtenaren komen hier kijken, zijn allemaal razend enthousiast. En dan hoor je er nooit meer wat van. Nee, ik vrees dat dat nog even gaat duren.’
Merlijn Twaalfhoven Sirenen Mijn opa was kunstschilder. Hij liet een zolder na vol schilderijen. De overblijvers. Alle mooie stukken waren immers al verkocht of weggegeven. Daar zit je dan mee als respectvolle nabestaande. Van een muziekstuk blijft niets over. Het dwaalt even rond en vervliegt zodra het klonk. Dat is heerlijk. Toch werd ik op het conservatorium door mijn docenten aangespoord om mijn stukken ondubbelzinnig en precies op te schrijven en zo uitgeefbare partituren te produceren. Spul dat je kunt opstapelen, verkopen, downloaden... Ook in Tokyo. Het lukte niet. Want hoe vat je een project met dansers, koks, het bespelen van een autowrak en samenzingen met publiek in een partituur? En wie wil dat uitvoeren? Ik zie het al voor me: pagina 1: begin 1,5 jaar voor het concert met het schrijven van subsidie-aanvragen, daarna 4 maanden rust. Dan een opmaat voor het marketingplan, de inzet van het productiedraaiboek, het recruteren van een fanfare en als solo: het regelen van een touringcar. Mijn stukken zijn onherhaalbaar. Is dat een schande? Iemand noemde me een componist van gelegenheid. Dat klinkt pijnlijk. Maar pijnlijker is het om een prachtige partituur te ontwerpen die na haar première blijft liggen wachten op faam. Ongespeeld in het archief. Zorgvuldige arbeid van toegewijde componisten wordt op deze manier verspild. Het vak van componist is vol tragiek. De tijd van meesterwerken is over. Herhaalbaarheid is verkocht aan productiemachines die radio en tv vol zetten met geruis. Natuurlijk kun je je liedje, stukje, deuntje of bandje op youtube zetten, in een Stop doosje of hoesje plaatsen en geloven alsjeblieft! dat je iets gemaakt hebt. Je kunt de roep van grijsgespeelde strijkkwartetten van Schubert horen als verleidelijke sirenen die de makers van nu een illusie van onsterfelijkheid toezingen. ‘Schrijf je muziek mooi op en over 100 jaar zal iedereen het spelen’, zo klinkt het. Maar het is een illusie. Muziek, ooit geboren als ultieme vorm van communicatie, is een op hol geslagen zender geworden die dag en nacht spul de wereld instuurt en vergeet te wachten op respons. Wij musici verspillen onze tijd door nieuwe deuntjes te bedenken terwijl de mensen in de ban zijn van hun whatsapp en nu.nl. Stop alsjeblieft. Leg je pen neer, kom van je zolderkamer af, je repetitiestudio uit en vergeet de afwerking van het laatste deel van je sonate. Luister. Er is geen gebrek aan schoonheid, vindingrijkheid en avontuur. Klanken zitten vol eeuwen betekenis. Maar zonder te stromen, vibreren en nagalmen is muziek levenloos. Pas als er lucht is om te trillen kan er klank ontstaan. En zonder weerklank geen resonantie. Het echte musiceren is het ontwerpen van contact. Het meesterwerk is het scheppen van de gelegenheid.
Op 10 november houdt Henk Oosterling de openingslezing van de inspiratiedag voor artistieke professionals in de amateurkunst van het LKCA in Ede, met als thema ‘De Kunst van… Verschillen overbruggen’. Aanmelding via lkca.nl.
MERLIJN TWAALFHOVEN IS COMPONIST EN ONTWERPT CONCERTEN FOTO: JAQ. VAN DER FEESTEN
14 Nieuws Door Anita Twaalfhoven ‘Stel vooral vragen aan je collega’s’, zegt Saskia van der Putten. ‘Dat werkt vaak véél beter dan met allerlei kant-en-klare ideeën over cultuureducatie aan te komen.’ De groepsleerkracht van groep 7 op de Haarlemse Dreefschool vertelt in een rap tempo over haar ervaringen met de nieuwe post- hbo-opleiding Cultuurbegeleider. Ze is enthousiast over de opleiding, die een verdieping biedt van de icc-cursus, met bijvoorbeeld aandacht voor het coachen van collega’s en het aanscherpen van je vakinhoudelijke kennis.
Opleiding tot cultuurbegeleider
De module over coachen was een eyeopener Ben je als icc’er op zoek naar verdieping? Dan is de opleiding tot Cultuurbegeleider misschien iets voor jou. Saskia van der Putten volgde de opleiding en is enthousiast.
Wat is je het sterkst bijgebleven van de opleiding?
Daar hoeft zij niet lang over na te denken: ‘Ik vond de module over het coachen van collega’s écht een eyeopener’. Het boek Coachen met een leeg hoofd gaf daarin allerlei praktische tips, die je direct kunt toepassen. Vroeger was ik snel geneigd om met allerlei kant-en-klare ideeën aan te komen voor andere leerkrachten, maar het werkt veel beter om het uit henzelf te laten komen. Ook als een collega ergens mee zit: stel vooral vragen, dan bedenkt hij zelf een antwoord.’ Over welke kennis die je hebt opgedaan ben je enthousiast?
‘De module met inhoudelijke kennis van kunst-, erfgoed- en
Saskia van der Putten:
‘Met een creatieve ingang bereik je veel meer’
media-educatie vond ik inspirerend. Door de input vanuit deze disciplines kreeg ik allerlei nieuwe ideeën, die ik zelf ook in de praktijk kan toepassen. Bijvoorbeeld om leerlingen te stimuleren al hun zintuigen te gebruiken tijdens de lessen.’ Heb je daar een voorbeeld van? ‘Ik hoorde over een opdracht
om leerlingen een gedicht te laten maken van hun vakantie, waarin je alle zintuigen terug laat komen. Niet alleen vragen: wat zag je daar? Maar ook: hoe rook het op die plek? Of: hoe smaakte dat eten precies? Dan spreek je de creativiteit van kinderen op een totaal andere manier aan.’
Heb je bepaalde kennis ook al toegepast op school?
‘Als eindopdracht werk je tijdens de opleiding aan een meesterproef. Ik heb een leerlijn beeldende vorming ontwikkeld, waarbij je in iedere les vier fases terug laat komen: oriënteren, onderzoeken, uitvoeren en evalueren. Tijdens een teamvergadering hebben we per leerjaar een les met deze fases voorbereid. Daarna hebben we het in twee groepen laten presenteren. Zo leer je ook weer van elkaar.’ Hoe ziet jouw leerlijn beeldende vorming er uit?
‘Ik heb een serie lesopdrachten gebruikt die in elke groep terugkomen maar met wisselende materialen. Zoals collages
maken, eerst van papier en in een volgend schooljaar van tijdschriften of stukjes textiel. Of we maken mensfiguren met verschillende technieken en materialen. Dan herinneren kinderen zich: ‘Hé, die hebben we vorig jaar van klei gemaakt en nu werken we met verf!’
Merk je dat het beter lukt om draagvlak te vinden voor kunst en cultuur op school?
‘Oh ja, het lukt me zeker beter om draagvlak te vinden voor kunst en cultuur op school. Ik geef aan het begin van het schooljaar praktijkgerichte presentaties over cultuureducatie en dan is het team enthousiast om aan de slag te gaan. Maar het lastige is altijd: hoe houd je
Toegewijd Nu op LKCA.nl Cultuureducatie in het mbo
Sinds 1 januari krijgen mbostudenten de MBO-Card om meer culturele activiteiten te ondernemen. Scholen krijgen meer mogelijkheden om cultuureducatie op te nemen in het curriculum waardoor culturele instellingen gestimuleerd worden aanbod voor mbo’ers te creëren. Op lkca.nl/praktijkvoorbeelden-mbo staan al inspirerende voorbeelden. We vullen die graag aan met jouw verhaal!
Simon van Dommelen
Deze medewerker van Stichting Noorderpark Trust vertelt hoe je bij het organiseren van wijkactiviteiten de belangen van buurtbewoners, welzijnsorganisaties, kunstenaars en de gemeente bij elkaar brengt. lkca.nl/simon-van-dommelen
Kwaliteit leraren Voor het boek Zicht op actieve cultuurparticipatie fotografeerde Ruben Schipper amateurkunstenaars in hun eigen omgeving. Dit is Harry Holtkamp, in zijn atelier. In Zicht op actieve cultuurparticipatie 2016 vind je feiten, cijfers, actuele trends en achtergronden op het gebied van amateurkunst en cultuurparticipatie. Het boek wordt uitgegeven door het LKCA en het Fonds voor Cultuurparticipatie en verschijnt januari 2017. Geïnteresseerd? Stuur een mailtje naar communicatie@lkca.nl, onder vermelding van ‘Zicht op actieve cultuurparticipatie’. Dan houden we je op de hoogte.
Zijn leraren beter geworden in de kunstles na vier jaar Cultuur educatie met Kwaliteit? Edwin van Meerkerk onderzocht het: lkca.nl/van-meerkerk
Cultuurkrant NL 15 dat draagvlak daarna vast? Als je structureel iets wilt bereiken, zet het dan steeds opnieuw op de agenda bij de docentenvergaderingen. Vooral als je op een grootschalige school werkt, zoals ik, waar je niet vaak alle collega’s bij elkaar krijgt. Dan moet je je niet generen om alle mogelijke momenten te pakken.’ Ook klassenbezoeken werken goed. Zo heb ik vorig jaar een aantal lessen beeldende vorming bekeken van collega’s en deze samen geëvalueerd.’ Heb je tips voor icc’ers om collega’s op school te enthousiasmeren voor cultuur en meer draagvlak te vinden?
‘Je moet de dingen die je wilt bereiken steeds opnieuw terug laten komen, zoals tijdens vergaderingen. Liefst op een praktische manier. Wanneer je een
creatieve ingang bedenkt om tot je collega’s door te dringen en hen bij je vak te betrekken, bereik je veel meer dan wanneer je iets vertelt. Ga ook langs bij collega’s en kijk wat ze in de klas doen met een leerlijn. Zelf ben ik ook bezig met de vraag: hoe leg je de lessen en leerlijnen vast voor andere leerkrachten? Ik denk aan een digitaal portfolio, met praktische voorbeelden en werk dat door de leerlingen is gemaakt.’ Nog een laatste tip?
‘Voor cultuurbegeleiders en icc’ers is het belangrijk goed met elkaar af te stemmen. Bij ons op school is de icc’er verantwoordelijk voor de organisatie en praktische uitvoering en ik zorg vooral voor de vakinhoudelijke verdieping.’
De opleiding tot cultuurbegeleider De post-hbo Cultuurbegeleider is een opleiding voor cultuurcoördinatoren in het primair onderwijs die zich verder willen ontwikkelen. Cursisten worden toegerust om cultuuronderwijs te ontwerpen en te verbeteren. Onderwerpen die aan bod komen zijn onder meer het ontwikkelen van een leerlijn, creativiteitsontwikkeling, het begeleiden en coachen van collega’s en team. Theorie is altijd gekoppeld
aan de eigen schoolpraktijk. De opleiding duurt anderhalf jaar, heeft ongeveer 100 contacturen en een totale studiebelasting van 360 uur. Afgestudeerden ontvangen een officieel erkend diploma. Met deze post-hbo opleiding kun je in aanmerking komen voor een LB functie. De opleiding wordt aangeboden in Groningen, Haarlem, Utrecht, Helmond en Nijmegen. www.lkca.nl/cultuurcoordinator
Nu op CultureelKapitaal.nl Hèt opinieplatform voor de sector Arnold Heertje
Cultuurparticipatie met ouderen is geen rendementsvraagstuk
Chris Winsemius
Achter elke zingende leerkracht zie ik dertig zingende kinderen. Tips voor onzekere leerkrachten
Evert Bisschop Boele
Weg met ‘onze’ cultuur! Maar investeer wel in goed cultuuronderwijs
Sanne Scholten Stefan Franz
Dans is de verborgen taal van de ziel. Dus bezuinig niet op amateurdans
Geert Drion
Laat ook cultuureducatie de plek zijn waar het mag schuren
Christiaan Weijts
Wij willen werken aan cultuur educatie en amateurkunst voor iedereen. Doe je mee?
René de Haan
Drempels verlagen tussen culturele instelling en onderwijs? Dit zijn mijn tips
Suzan Lutke
Mensen zijn gelijkwaardig, wat zij voortbrengen is dat niet
Ik wil ogen zien stralen. Waarom vind jij muziekonderwijs belangrijk?
Frans Meerhoff
Lode Vermeersch
Ouderen en cultuurparticipatie: actie van gemeenten gevraagd
Warm pleidooi voor meer cultuur en reflectie in het onderwijs
Dit jaar al zó’n vrolijke foto gezien?
Z
eg eerlijk. Die jongen met zijn stralende gezicht. Dit jaar al zó’n vrolijke foto gezien? Links heeft hij een Oscar in zijn hand, rechts een feestelijke enveloppe. The winner is… Mohamed Aslan. Mohamed is leerling van de Bredero Mavo in Amsterdam-Noord. Hij was in 2015 één van de deelnemers aan de VMBO Filmschool, een meerjarig samenwerkingsverband van de school met Bekijk’t, een bekende cultuureducatieve multimediale instelling in dezelfde stad. Een jaar lang werkten groepjes leerlingen samen aan verschillende filmproducties met aan het einde een galapresentatie in het Ketelhuis. Mohamed kreeg daar zijn prijs uitgereikt voor de winnende hoofdrol in De wraak van Sarah. Een korte film die het verhaal vertelt van pestkop Nordin die met zijn getreiter medeleerling Sarah een zelfgekozen dood in jaagt. Nordin wordt daarna overal achtervolgd door de geest van Sarah: op de fiets, op straat, op school en in de klas. De wraak van Sarah is een film vol effecten. Het tempo is hoog, het dramatische einde onafwendbaar. Voor kenners van het horrorgenre: denk aan Carrie (1976) en je komt een beetje in de buurt. Een prachtig staaltje filmeducatie. Wat vertelt het ons verder over het vmbo? Aha, denk je wellicht. Pesten! Geregeld verschijnen er berichten over schoppende jongens of bijtende meisjes die gretig hun slachtoffers dissen met videoposts op internet. Die treitervloggers uit Zaanstad? Vast en zeker vmbo! Het vmbo kampt al jaren met een negatief imago en dito vooroordelen. Hoog opgeleide ouders bewegen zelfs hemel en aarde om hun zoon of dochter toch naar de havo of liever nog het vwo te krijgen, ook al wijst de Cito-toets een andere richting uit. Leerlingen uit minder mondige gezinnen volgen wel het advies. Sterker nog, het blijkt dat ze op school en in hun omgeving stelselmatig worden ondergewaardeerd.
Dit project van Bekijk’t laat in zo’n film van vijf minuten zien dat al die vmboers graag zelf hun verhaal vertellen. Je creativiteit ontplooien, je verbeelding vleugels geven, ruimte en vrijheid krijgen om je eigen plek te vinden in de wereld: het is voor alle jongeren van levensbelang. Daarom is cultuuronderwijs zo belangrijk. Ook op het vmbo. We kunnen het ons niet veroorloven zestig (!) procent van de leerlingen in het voortgezet onderwijs die kans nog langer te ontnemen. De scheidslijn in het onderwijs wordt dan straks een breuklijn in de samenleving. Minister Bussemaker wil de komende jaren fors investeren in veel meer cultuur op het vmbo, zo maakte zij bekend met Prinsjesdag. Niet als een eenmalige kennismaking, maar in de vorm van stevige programma’s, ingebed in de visie van de school en geworteld in structurele samenwerking met culturele partners daar omheen. Het Fonds voor Cultuurparticipatie gaat er werk van maken, samen met het Prins Bernhard Cultuurfonds. Dat worden meer stralende Mohameds de komende jaren. Komt het met Sarah ook wel goed. DE FILM IS ZEER DE MOEITE WAARD, MAAR LASTIG TE VINDEN OP YOUTUBE: YOUTUBE.COM/WATCH?V=CFMFEBSLO98
Jan Jaap Knol JAN JAAP KNOL IS DIRECTEUR VAN HET FONDS VOOR CULTUURPARTICIPATIE
16 Colofon
Nieuwe publicaties
CULTUUR+EDUCATIE 46
BRUISEN, BROUWEN, BINDEN!
Handboek voor lokale community builders Heleen van Praag
H
oe zorg je voor meer verbinding en initiatieven in je buurt, dorp, stad of organisatie? Dit handboek beschrijft de BRUIS-methode, die het proces van community bouwen inzichtelijk maakt aan de hand van verschillende werkvormen en voorbeelden, waaronder artistieke buurtprojecten. Voor sociaal ondernemers, bijvoorbeeld bestuursleden van een vereniging.
Met artikelen van Caroline Sharp, Nelly van der Geest, Claudia de Graauw, Ellen van Hoek, Edwin van Meerkerk, Eelco van Es, Vera Meewis en Hanka Otte. Los nummer € 15,95
‘E
UITGEVER: GOUDEN INITIATIEVEN,
120 BLZ. € 20,00
TE BESTELLEN VIA BRUISPUNT.NL
OVER WATERWOORDEN EN BROODJES BONBON
Uitgever: Kunst Centraal, Landschap Erfgoed Utrecht en Het Filiaal theatermakers. Door T. Scholten (tekst), J. van der Woude en M. de Heer. 44 p.
valueren om te leren’ heet het themadeel van dit nummer. Hoe kun je evaluatieonderzoek dusdanig opzetten dat het kennis oplevert om van te leren en bij te kunnen sturen? Onderzoekers reflecteren op eigen onderzoek naar cultuureducatieprogramma’s en -projecten. Het nummer is een oproep aan ontwikkelaars én beleidsmakers om tijd en middelen vrij te maken voor evaluatieonderzoek.
V
TE BESTELLEN VIA LKCA.NL
CENTRAAL, INFO@KUNSTCENTRAAL.NL
ier jaar lang hebben 66 scholen in de provincie Utrecht gewerkt aan het verbeteren van de kwaliteit van hun cultuureducatie. Zij vertellen wat dat hen gebracht heeft. Hetzelfde doen de acht lokale culturele instellingen die een programma opzetten voor scholen in hun gemeente. Een inspirerend werkboek voor scholen met een hart voor creativiteit. GRATIS VERKRIJGBAAR BIJ KUNST
HANDBOEK CULTURE GUIDES
Door Ingrid Docter en Hans Noijens Uitgever: LKCA. 52 blz.
D
it handboek laat zien hoe vrijwilligers een cruciale rol kunnen spelen in het stimuleren van cultuurparticipatie van kwetsbare burgers. Culturele, welzijns- en zorginstellingen kunnen een vrijwilliger toerusten tot Culture Guide - cultuurgids. Die gaat op zoek naar passend cultureel aanbod of creëert dat zelf. Zo kan de instelling (kwetsbare) bewoners of bezoekers beter bereiken en bedienen. TE DOWNLOADEN VIA LKCA.NL
Cultuurkrant NL is een uitgave van het Landelijk Kennisinstituut Cultuureducatie en Amateurkunst (LKCA). De krant is voor professionals die werken voor cultuur op school of in de vrije tijd. Postbus 452, 3500 AL Utrecht •lkca.nl • cultuurkrantnl@ lkca.nl • Tel.030 711 51 00 • Wil je meer exemplaren ontvangen voor je medewerkers, collega’s of studenten? Dat kan, via het bestel formulier op lkca.nl • Je kunt kosteloos een abonnement nemen op de Cultuurkrant NL via lkca.nl/ cultuurkrantnl • De opinies in deze krant geven niet noodzakelijkerwijs de mening of het beleid van het LKCA weer • Artikelen mogen alleen na toestemming van de redactie en de auteur worden overgenomen. Hoofd- en eindredactie Marianne Selie Ontwerp Marinka Reuten Druk BDU Oplage 13.000 Advertenties & Marketing: Sanne van den Hoek/Anita Hegeman, cultuurkrantnl@lkca.nl • 030 711 51 00 En verder werkten mee Sofie Cerutti, Petra Faber, Paulien Franken, Leontine Herschoe, Fenna van Hout, Jan Jaap Knol, Ronald Kox, Arno Neele, Sanne Scholten, Bas van der Schot, Miriam Schout, Ralf Steenbeek, Anita Twaalfhoven, Merlijn Twaalfhoven, Francine van der Wiel.
Agenda Agendaberichten kun je sturen naar cultuurkrantnl@lkca.nl ovv ‘agenda’.
Sinds 3 oktober: Méér Muziek in de Klas op Schooltv
Leerkrachten en leerlingen uit de groepen 6 t/m 8 kunnen aan de slag met een muziekles aan de hand van de sound van de week uit de BZT Muziek Show (NPO). Méér Muziek in de Klas en Schooltv. nl ontwikkelden samen een gratis en laagdrempelig lespakket met video’s en lesbrieven. De lessen zijn ook los van de Shows in te zetten. www.schooltv.nl/video/ meer-muziek-in-de-klas
2 november: Cultureel Kapitaal Live: in debat met politiek
Wat is de waarde van cultuur op school en in de vrije tijd voor urgente vraagstukken als de 21e-eeuwse arbeidsmarkt en maatschappelijke segregatie? Hierover organiseert het LKCA samen met de Boekmanstichting en Kunsten ’92 in de oude zaal van de Tweede Kamer een debat met de cultuurwoordvoerders van CDA, D66, PvdA en VVD.
10 november: De Kunst van... Verschillen overbruggen
Het LKCA organiseert in Ede een inspiratiedag over diversiteit in culturen, jong-oud, rijk-arm, met-zonder een beperking etc. Welke waarden levert deze diversiteit de samenleving op en welke rol heeft kunst daarbij? - Je krijgt in werksessies kennis en vaardigheden aangereikt die goed van
28 november: Onderzoeksconferentie
pas komen in je beroepspraktijk. Ze gaan over onder meer storytelling, innovatie en verdienmodellen. - Er zijn voorbeeldprojecten, zoals die van Nazmiye Oral / Özkan Gölpinar: Een nieuw discours over culturele diversiteit. De keynote is van Henk Oosterling (zie ook pagina 12). lkca.nl/agenda
11 november: De Kunst van... professionals voor ouderen en cultuur In 2040 is meer dan een kwart van onze bevolking ouder dan 65 jaar. Hoe maken we cultuurparticipatie ook voor ouderen aantrekkelijk? Een dag vol inspirerende verdiepingssessies en een markt voor vraag, aanbod en nieuwe matches. lkca.nl/agenda
17 november: Train-de-trainer ICC cursus
Eendaagse cursus waarbij medewerkers van culturele instellingen of pabodocenten worden opgeleid tot icc-trainer. lkca.nl/agenda
26 november: De methodeproeverij muziek PO
Music + Academy organiseert een dag over de verschillende muziekmethodes in het basisonderwijs voor cultuurcoördinatoren, muziekdocenten, schoolleiders, medewerkers van culturele instellingen…. musicplusacademy.nl
26 november: CKV verdiept: nascholingscursus docenten kunstvakken
Deze cursus helpt docenten aan de benodigde informatie voor het nieuwe CKV-programma. Je gaat zelf aan de slag en er is ruimte voor uitwisseling van ideeën en ervaringen. ahk.nl/nieuws
Op deze jubileumeditie komen inspirerende thema’s aan bod als onderzoekend onderwijs ontwerpen, democratische praktijken in het kunstonderwijs, publieksparticipatie in musea, muzisch makerschap, erfgoedwijsheid en lerende netwerken. Met lezingen van Hanka Otte, Hester Dibbits en Stijn Sieckelinck en een keynote van de nieuwe bijzonder hoogleraar Betekenis van cultuurparticipatie Evert Bisschop Boele (foto). lkca.nl/agenda
7 december: Cultuur in Beeld
Jaarlijkse kunst- en cultuurconferentie van OCW. Dit jaar staan diversiteit en verbinding centraal. cultuurinbeeld.com
Blijf op de hoogte van ontwikkelingen in je vakgebied! Neem kosteloos een abonnement op de Cultuurkrant NL via lkca.nl/ cultuurkrantnl. De Cultuurkrant NL verschijnt enkele malen per jaar.
Het LKCA is het landelijk kennis platform voor educatie en participatie in kunst en cultuur. We dragen bij aan de kwaliteit van praktijk en beleid door kennis toegankelijk te maken, te delen en te ontwikkelen. We stimuleren de professionele ontwikkeling van het veld door ontmoeting en debat en we bieden advies bij vraagstukken op het gebied van cultuureducatie en cultuurparticipatie.