YESWECONOMY 10.000 tips* om de wereld nog te redden
Gelieve niet op de openbare weg te gooien
Hogeschool PXL Journalistiek 28 mei 2015
*Tip 1: nooit overdrijven Š Red Bull
Yes We Conomy 12
GEEN IK, MAAR WIJ
14 | Erik Paredis: ‘Zo kan het niet verder’ 18 | Jeremy Rifkin en de derde Industriële Revolutie 22 | Jan Jonker: De aanloop naar samenwerking 26 | Myriam Wouters: ‘We moeten niet wachten op de overheid.’ 28 | Dirk Holemans: ‘De Aarde is geen bodemloze vuilbak’ 30 | Low impact als levensstijl 32 | Met de wind vooruit 36 | Milieuminnaars schrijven boek vol tips
38
DEELECONOMIE ALS REMEDIE TEGEN DE CRISIS
40 | Erik Mathijs: ‘Weg met de ik maatschappij 42 | Peter Stouthuysen: ‘Plan C zet transitie op de kaart 43 | Luk Lafosse: ‘Transitie gebruiken als middel tegen economische crisis’ 46 | Barbara Janssens: ‘Delen is het nieuwe hebben’ 50 | Weg met de euro 54 | Ecopower telt al 50 000 coöperanten en blijft groeien 58 | Zelf groenten plukken is de toekomst 62 | Cleantech 66 | Albertknoop: tactisch en grens overschrijdend 68 | Minimum 6.2 miljoen euro nodig voor door start NewB
06 55
LIMBURG WIJST DE WEG TRANSITIE IN LIMBURG
Lijst met alle transitie-initiatieven in Limburg
70
SOCIAAL DENKEN
73 | Tom Palmaerts: ‘Het collectief denken is bij de jeugd belangrijker dan het individuele denken’ 76 | VITO: ‘Er is een omwenteling nodig, waarbij alles opnieuw in vraag gesteld wordt’ 79 | Dries Gysels: ‘Mensen die aan transitie doen, zijn inbrekers in het gangbare’ 81 | Bijna 22.000 Belgen doen aan Cambio autodelen 84 | Cohousing kan een antwoord zijn voor Vlaanderen 86 | Zero Waste Challenge: restjes kunnen ook lekker zijn 89 | Komosie komt op voor de armere gezinnen
92
WEG MET DE WEGWERPMAATSCHAPPIJ
94 | Frank Ruymen: ‘Cohousing is het wonen van de toekomst!’ 96 | Rudy Dhont: ‘Hokjesdenken en losse specialismen helpen ons niet vooruit’ 98 | Isabel Pousset: ‘In het Repair Café wordt reparatiekennis op een sociale manier doorgegeven!’ 100 | FabLab draagt zijn steentje bij tot transitie 102 | Meer dan 100 Repair cafes in Vlaanderen 106 | Lease A Jeans, een combinatie van mode en milieubewustzijn 110 | Nederlanders zijn geïndoctineerd door consumptiemaatschappij
Colofon
Voorwoord
D
e aarde heeft koorts en de mens is het virus. Het eerste Living Planet Report van de natuurbehoudsorganisatie WWF in 2010 drukte ons hardhandig met onze neus op de feiten. Ons verbruik overschrijdt op dit moment de draagkracht van de aarde met vijftig procent. Tegen 2030 zullen we een tweede planeet nodig om de wereldbevolking te kunnen voeden, als we aan dit tempo voortdoen. De gevolgen zijn dramatisch: diersoorten sterven uit, natuurrampen slokken steden en mensen op en grondstoffen worden steeds zeldzamer. De vraag die zich echter steeds vaker opdringt, is of we er zelf nog zullen zijn om deze catastrofe mee te maken. De grens voor de ‘aanvaardbare’ opwarming van de aarde ligt op 2 graden Celsius. We stevenen echter af op een aarde die maar liefst 4 tot 6 graden warmer is. Die warmere aarde wordt gekenmerkt door extreme hittegolven, gebrek aan voedsel, het verlies aan ecosystemen en biodiversiteit en het stijgen van de zeespiegel tot levensbedreigende hoogtes. Kevin Anderson van het Tyndall Centre for Climate Change Research gaat nog een stap verder door te zeggen dat het leven op een 4 graden warmere aarde incompatibel is met elke redelijke vorm van een geciviliseerde samenleving. Het goede nieuws is dat we dit doemscenario kunnen voorkomen. Met genoeg samenwerking vanuit alle belanghebbende groepen is het mogelijk om een Marshall-plan voor de aarde in gang te zetten. Eerst moeten we echter stoppen met massaal de andere kant op te kijken ten voordele van ons eigen gemak. Het is geen makkelijke weg om te bewandelen, maar hij is noodzakelijk voor het voortbestaan van de mensheid. Klimaatverandering kan de voortstuwende kracht zijn voor een positieve verandering. Transitie zal de mens onherroepelijk veranderen en de samenleving van de nabije toekomst zal
Laurens Bammens, Maarten Claes, Mark Coenen, Laura Colémont, Wout Donckers, Aaron Eerdekens, Yasmine El Farissi, Chiel Fransis, Cédric Habex, Alexandra Heinen, Melissa Hellings, Gijs Hendriks, onherkenbaar zijn. We zullen anders moeten leven, onze economieën moeten anders functioneren en zelfs onze plaats op de planeet zal wijzigen. De laatste jaren openen we langzaamaan de ogen voor deze problematiek. De overheid is moeilijk te overtuigen en de mens zit vastgeroest in zijn oude gewoontes. De voortstuwende kracht moet op dit moment van het volk komen, dat met zijn inspanningen transitie op de agenda zet. Over de hele wereld slaat men de handen in elkaar om onze aarde wat rust te gunnen. YesWEconomy is een project van studenten Journalistiek aan de PXL om de jonge transitiebeweging binnen Limburg in kaart te brengen. Door middel van interviews met experts hopen we meer inzicht te verschaffen in de ecologische revolutie die op til is. We doken in transitieorganisaties om de evolutie van binnenuit te bestuderen. We groeven in het brein van insiders en verzamelden in dit magazine hun overwegingen, overtuigingen en passies. Bovendien geven we met een kaart een overzicht van de bewegingen in Limburg die zich als transitieorganisatie profileren. Transitie is de laatste maanden een zoektocht geweest die zich zowel binnen als buiten onszelf heeft afgespeeld. We hebben ons ondergedompeld in de beweging en een eigen transitie-evenement georganiseerd. Met YesWEconomy hopen we kracht toe te voegen aan de groeiende transitiebeweging binnen Limburg en bij te dragen aan een nieuwe wereld. Wat volgt, is een compacte selectie van een reeks interviews en reportages over transitie. Het volledige magazine ‘YesWEconomy’ kan je terugvinden op www.relaaz.be. Het design van de voorpagina is tot stand gekomen met hulp van Guy Mortier, waarvoor dank.
Merlijn Kinnaert, Marijcke Lecok, Robin Locht, Guy Mortier, Asli Özyurek, Saul Pauls Asensio, Eric Pompen, Jip Peels, Yannick Reulens, Diny Thomas, Pauljan Truyens, Lies Vanbets, Matthias Vanherle, Steven Vanmechelen, Christophe Van Ende, Kenneth Voorter, Annick Wellens, Valerie Wynants
© GF
Limburg wijst de Weg
ogen’, zegt David Michiels, coördinator van het klimaatbeleid in Limburg. ‘Er dreigt natuurlijk een afschaffing van de provinciebesturen in Vlaanderen. Nu, die afschaffing blijkt eerder een grondige afslanking te worden. Later is natuurlijk ook de bom in de vorm van Ford Genk gebarsten. Die heeft in de provincie heel wat prioriteiten verschoven.’ Transitie 2050 De ambitie werd bijgesteld en Limburg koos voor klimaatneutraliteit tegen 2050. 2020 blijft wel de eerste mijlpaal. De uitstoot moet tegen dan al zoveel mogelijk gereduceerd zijn. Daarna zal het bestuur kiezen welke zaken voortgezet worden tot 2050. Het is dus zeker geen afzwakking, eerder een plan dat geduld nodig heeft. Natuurlijk kan de provincie dat niet alleen. Met de dreigende machtsvermindering probeert de provincie ervoor te zorgen dat de toekomst van het klimaatbeleid veilig staat. Een van de zaken die erg vooruitstrevend zijn in het klimaatplan, is de samenwerking tussen burgers en bedrijven. Alle nieuwe klimaatvriendelijke projecten moeten openstaan voor minstens 20% coöptatie van burgers en de lokale overheden. ‘Bijvoorbeeld door te investeren in de school
David Michiels
Coördinator klimaatbeleid in de provincie Limburg. © GF
van je kinderen. Door een kleine investering te doen kan de school de kosten drukken en geld uitgeven aan andere dingen. Als je zoon of dochter na zes jaar de school verlaat, krijg je gewoon het instapbedrag terug’, zegt Michiels. Dan is er ook het burgemeestersconvenant. Het is een initiatief van de Europese Commissie dat lokale overheden moet stimuleren iets te doen aan het klimaat. Onder impuls van de provincie hebben alle 44 Limburgse gemeenten zich hierbij aangesloten. Europa besloot dat met de samenwerking van
© Tepeko
de gemeenten en steden het mogelijk moet zijn om voor
Klimaatplan kiest voor transitie
L
imburg is na de gezelligste, ook de groenste
Het was in 2008 dat de Limburgse klimaatambitie
provincie van België. De Limburgers hebben als
vorm begon te krijgen. Van Europa moeten er sowieso
eerste een klimaatbeleid dat transitiewaardig is.
doelstellingen rond energie, water- en luchtkwaliteit gevolgd
Tegen 2050 wil het provinciebestuur dat Limburg
worden. Daarom liet Limburg een studie uitvoeren om de
klimaatneutraal is.
klimaatambitie waar te maken.
Duurzaamheid en klimaat zitten in de genen van de
Het provinciebestuur legde de lat hoog. Er werd
Limburgers. Al jaren lopen in de provincie ecologische
afgesproken dat Limburg klimaatneutraal zou zijn tegen
initiatieven rond mobiliteit, ondernemen, bouwen,
2020. Inmiddels zijn de politieke kaarten opnieuw geschud.
energie en wonen.
‘Klimaatneutraliteit staat bij de nieuwe gedeputeerde Ludwig
6
YesWEconomy
30% minder broeikasgassen te gaan tegen 2020. Dat is ook het streefdoel van de provincie. Het provinciebestuur trok sinds 2012 honderdduizenden euro’s uit voor het realiseren van de klimaatambitie. Limburg is ook bij Europa om geld gaan vragen. ‘Er bestaan Europese fondsen voor wat wij proberen te doen. Jammer genoeg zijn die meer bedoeld voor grote steden. Door alle gemeenten in blok te laten aansluiten probeerden we Limburg als een ‘stad’ erdoor te krijgen, maar die fondsen hebben het eerder over Londen, Parijs en Barcelona. De resultaten van deze strategie zijn beperkt gebleven.’
“
De sluiting van Ford Genk heeft in de provincie heel wat prioriteiten verschoven
Begin bij jezelf
Vandenhove (SP.A-Groen) _ bevoegd voor leefmilieu _ hoog
De provincie beseft dat voor de toepassing van de
op de agenda, maar hij had wel een andere aanpak voor
maatregelen grote inspanningen nodig zijn, maar is er wel YesWEconomy
7
zeker van dat ze haalbaar zijn. Sommige
wereld voor een transitieperiode staat. Zij
samen met POM Antwerpen en POM West-
maatregelen zijn ook bijgesteld, omdat ze
doen er daarom alles aan om de bedrijven
Vlaanderen. POM garandeert 100% groene
als niet haalbaar of niet wenselijk werden
hiermee te helpen.
stroom uit eigen streek aan een voordelig
beschouwd. ‘De focus van de verschillende
tarief. Bedrijven besparen gemiddeld 15%
initiatieven moet vooral komen te liggen
Concreet organiseert POM Limburg een
bij energie- en materialenbesparing bij
groepsaankoop van groene energie en
bedrijven, het verder verbeteren van de
aardgas. Zo dragen zij hun steentje bij aan
Het worden hoe dan ook moeilijke jaren
energiehuishouding van woningen (isoleren,
WEconomy en klimaatneutraliteit. Vorig jaar
voor Limburg. De kleinste provincie moet zijn
verbruik toestellen) en het verder vervangen
waren er zo’n 55 bedrijven die deelnamen aan
mannetje staan, maar zal uiteindelijk wel laten
van fossiele brandstoffen door hernieuwbare
de groepsaankoop. Samen spaarden
zien dat ze het al die jaren bij het rechte eind
energiebronnen,’ zegt Michiels.
ze 650 000 euro.
hadden. Sterker nog, tegen 2050 zal blijken
energiekosten. Zeker een goed begin.
dat Limburg de juiste keuzes heeft gemaakt. Het klimaatplan oppert ook voor de juiste
POM Limburg werkt niet alleen. Ze organiseert
Ondanks de moeizame start zal Limburg toch
investeringen. Om tegen 2050 optimale
al voor het derde jaar zo’n groepsaankoop
bovenaan de ladder eindigen.
duurzame energieopwekking en maximale
Laurens Bammens
energie-efficiëntie te halen, moeten nu al de juiste investeringen gebeuren. Het zal ook de taak van de gewone mensen zijn om milieuvriendelijker te gaan leven. Er zijn ook maatregelen die Limburg zullen tegenhouden. Zo houdt de provincie zijn voet stijf en laat het niet toe dat schaliegas en koolmijngas ontgonnen zullen worden. Deze nieuwe fossiele brandstoffen ontginnen zou teveel CO2-uitstoot veroorzaken. Met deze vorm van ontginning wordt een stap terug in de tijd gezet en het is alles behalve duurzaam. Dan is er nog het Strategisch Actieplan Limburg in het Kwadraat (SALK). Het SALK zou volgens de provincie enkel zaken mogen implementeren als ze duurzaam zijn. Bij jobcreatie en dergelijke meer wordt klimaatvriendelijkheid niet altijd hoog in het vaandel gedragen. De provincie haalt aan dat het SALK een politiek product is dat bovendien met grote tijdsdruk is ontstaan. Ze drukken vooral hun bezorgdheid uit over de Limburgse mobiliteit. Een traject dat al jaren een moeilijk punt is in Limburg, zeker sinds de besparingen van De Lijn en de NMBS en de kritiek op de tramlijn van Hasselt naar Maastricht. © David Edgar
Groepsaankopen De Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) Limburg is het bedrijf dat verantwoordelijk is voor het sociaaleconomisch beleid. Ook zij beseffen dat de © Bart Bosmans
8
YesWEconomy
YesWEconomy
9
Wat moet er nog gebeuren? 1. Maximale broeikasreductie tegen 2020 Limburg liet door VITO een klimaatstudie uitvoeren. Die bepaalde dat 30% CO2-reductie tegen 2020 haalbaar moet zijn. Ze gaat wel uit van het meest wenselijke scenario. Het blijft wel realistisch. Maatregelen die te veel zouden eisen van de maatschappij worden zoveel mogelijk geweerd. Bijvoorbeeld de volledige omschakeling van industriële stookinstallaties op biomassa is te moeilijk voor de huidige situatie. Volledig is onmogelijk, maar beperkt gaat wel.
De provincie speelt ook met het idee om de veestapel met 20% te verminderen, maar beseft dat dit niet haalbaar is voor de Limburgse boeren. Ook 20 000 ha bijkomend bos aanleggen lijkt onmogelijk. De bossen in Limburg nemen jaarlijks nog af.
3. Een veerkrachtige en weerbare provincie Limburg moet zich voorbereiden op een veranderend klimaat. Ze zeggen zelf dat de burgers daarom moeten streven naar een kringloopeconomie (WEconomy voor wie wil). Duurzaamheid moet centraal komen staan in zaken zoals beleid, media,
onderwijs, handel, bouwen, transport en vrijetijdsbesteding. De provincie noemt enkele initiatieven cruciaal voor deze toekomst. Zo is er Energyville, Greenville en Agropolis. Laurens Bammens
2. Optimale duurzame energieopwekking en maximale energie-efficiëntie tegen 2050 Iedereen moet leren om minder energie te verbruiken. Niet alleen thuis, maar ook bij transport en vervoer. De provincie zegt dat dit al kan, zelfs zonder uit onze comfortzone te komen. Het zal wel enige flexibiliteit vergen. Ze waarschuwen hierbij voor het rekeningrijden. Het zal binnenkort niet meer haalbaar zijn om met zijn allen de baan op te gaan, dus moet er iets veranderen.
10
YesWEconomy
De absolute droom van de provincie is dat Limburg volledig zelfvoorzienend wordt op vlak van energie. Dat enkel en alleen door duurzame oplossingen. Het zal afhangen van de technologieën die tegen 2050 doorbreken. Geothermie zou wel zo’n technologie kunnen worden. Hier gebruikt men warmte uit diepe waterlagen om energie op te wekken en huizen te verwarmen. Vijf zulke centrales zou ongeveer de helft van de Limburgse gezinnen van stroom kunnen voorzien. YesWEconomy
11
Geen Ik, maar Wij T
ransitie is een vaag begrip. Enerzijds
kijken naar de waardecreatie van een product. Als
is het onlosmakelijk verbonden met
voorbeeld haalt hij het hergebruik van grondstoffen
begrippen als duurzaamheid, milieu en
aan: ‘Een kapotte laptop wordt als waardeloos
andersglobalisme. Anderzijds is het zoveel
beschouwd. Toch bezit de laptop nog waardevolle
meer dan dat. Volgens de Engelse milieu-activist
eigenschappen, alleen niet voor de consument.’
Rob Hopkins, stichter van het netwerk ‘Transition Towns, is transitie een grondig maatschappelijk
Daarom pleit Jonker voor een nieuwe invulling van
veranderingsproces van een oud naar een nieuw
het begrip bezit. ‘Waarom moeten we de laptop fysiek
evenwicht, waarbij veranderingen optreden in
bezitten als we enkel betalen voor zijn functies? In de
structuren, cultuur en werk- en leefwijzen.
deeleconomie betaalt de consument enkel nog voor de diensten. Daardoor verzeker je de producent dat
‘Als je niet schuurt, kun je niet polijsten’ zegt Leen
de grondstoffen terugkomen en dan kan hij de laptop
Gorissen, onderzoekcoördinator Transitie binnen de
weer opnieuw “verkopen”. Dit betekent niet direct het
Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek
einde van grote ketens en multinationals, maar een
(VITO): ‘Het aantal grondstoffen op aarde is eindig.
andere mentaliteit van de burger. Het is geen “ik”-,
Als we zo verder blijven doen, zal de voorraad op
maar “wij”-verhaal’, aldus Jonker.
een bepaalde dag op zijn. Dat betekent het einde van de mensheid. Met technologische oplossingen alleen kom je er niet. De huidige structuren in de maatschappij zijn niet aangepast om de groeiende problemen op te lossen. Zonder een drastische omschakeling van het systeem komen we er niet. Dit gaat niet zonder slag of stoot. Verandering is een
Hart boven Hard Ook in Vlaanderen staat een beweging van burgers en bedrijven op, die het roer willen omgooien. Zo verzet ‘Hart boven Hard’ zich tegen een al te economische kijk op onze samenleving en verdedigt
moeizaam proces.’
gelijkheid, solidariteit en zuurstof voor iedereen.
In zijn boek ‘Werken Aan de WEconomy’ (Kluwer,
eeuw. Het klinkt misschien soft, maar sharing is het
2013) beschrijft Jan Jonker, hoogleraar Duurzaam
economische principe bij uitstek als we deze wereld
Ondernemen aan de Radboud Universiteit in
leefbaar willen houden. De klassieke economie
Nijmegen (Nederland) de route naar de verandering.
lijkt dat nog niet helemaal door te hebben. Ik heb
Uit de samenwerking van burgers en bedrijven
daar geen grote theorieën over. Je hoeft maar
ontstaat WEconomy, aldus Jonker: ‘Om de WEconomy
rond te kijken. Autodelen is een goed voorbeeld,
te bereiken, moeten we duurzamer omgaan met onze
net als de manier waarop Wikipedia werkt. Dat zal
producten. In onze lineaire economie produceren we
alleen maar toenemen. Wie alleen op eigenbelang
een product met slechts een beperkte levensduur.
uit is, is daar minder goed op voorbereid. Hoe we
Daarna is het rijp voor het afval.’
dat nieuwe collectivisme zullen combineren met
Dat moet duurzamer. Dat kan volgens Jonker als we
daarvoor is Hart boven Hard de ideale oefening,’ zegt
nieuwe businessmodellen (NBM) ontwikkelen, die
Woordvoerder Wouter Hillaert in het DS Weekblad van 4 april 2015.
YesWEconomy
1712 1824
De eerste stoommachine door Thomas Newcomen: het begin van de Industriële Revolutie
Joseph Fourier beschrijft voor het eerst het broeikaseffect
1972
De eerste milieuconferentie van de Verenigde Naties
1975
De Amerikaanse wetenschapper Wallace Broecker lanceert de term ‘opwarming van de Aarde’
1992
VN-Klimaatconferentie in Rio de Janeiro: het klimaatverdrag
‘Concurreren en jezelf profileren is iets van de vorige
individuele vrijheid, dat is uitermate interessant. En
12
Mijlpalen in de transitie
Het Kyoto-protocol
Het Kyoto-protocol treedt in werking
1997 2005
De ijsvlaktes van het Noordpoolgebied zijn het kleinst sinds het begin van de metingen
2012
Nieuwe VN-klimaatconferentie in Parijs
2015 YesWEconomy
13 © NASA
‘Zo kan het niet verder!’ T
ransitie gaat over grote systeemveranderingen in de maatschappij. In zijn doctoraat bestudeert Erik Paredis van de
© Shutterstock
Universiteit Gent hoe het beleid deze om-
wenteling kan invoeren. Het laatste decennium heeft Erik Paredis een enorme expertise rond transitie opgebouwd. Naast het schrijven van zijn doctoraat, is Paredis ook onderzoeker bij het Centrum voor Duurzame Ontwikkeling aan de universiteit van Gent. Velen hebben al geprobeerd om een definitie te vormen voor transitie, maar bijna niemand slaagde hierin. Doctor Erik Paredis waagt
De term radicaal wordt vaak in verband gebracht met transitie. Wanneer een fenomeen radicaal is, gebeurt de verandering van de huidige structuren van de systemen niet plots. Een evolutie is radicaal wanneer de evolutie enkele jaren nodig heeft. Is dat bij transitie ook het geval?
een poging.
Paredis: ‘Volgens mij wel. De structuur is hoe een
Paredis: ‘Transitie gaat over serieuze veranderingen
georganiseerd worden. Een belangrijk onderdeel is
in de maatschappij. Wij gebruiken dat vooral om te verwijzen naar radicale veranderingen. We verwijzen naar veranderingen binnen grote systemen waar wij allemaal gebruik van maken, zoals het energiesysteem, mobiliteitssystemen of alles wat met landbouw en voeding te maken heeft. Alle systemen waarop onze welvaart gebouwd is’.
systeem in elkaar zit, hoe de industrie en het beleid de cultuur, die verwijst naar de manier van denken. Bijvoorbeeld hoe wij denken over de mobiliteit, wat in onze hoofden zit, wat wij normaal vinden. Die veranderingen hebben tijd nodig.’ Als we blijven voortdoen zoals nu, zullen de
YesWEconomy
voorkomen en de problemen die er al zijn op te lossen.’ Als onderzoeker voor het Centrum voor Duurzame Ontwikkeling, later TRADO, doet u verschillende
Vlaanderen vooruit te helpen. Wat heeft u
wordt. Dan krijgen we problemen op vlak van
14
we doen om de eerder genoemde problemen te
Paredis: ‘De manier waarop we onze welvaart Zeker niet als die overal ter wereld overgenomen
“
die systemen grondig veranderen. Dat moeten
studies om het beleid te informeren over
opgebouwd hebben, kan niet blijven bestaan.
Er moeten nog heel veel dingen veranderen, maar we hebben al veel bereikt
Op deze manier kan het dus niet verder! We moeten
problemen alleen maar toenemen?
Erik Paredis
Onderzoeker bij het centrum voor duurzame ontwikkeling UGent en medewerker bij TRADO. © digplanet
grondstoffen, rijkdommen, bevoorrading en klimaat.
duurzame ontwikkeling en om transities in daaruit geleerd? Paredis: ‘Mijn studie ging over de transitie van wonen en bouwen. Een deel van de studie gaat over indicatoren: cijfergegevens die aanduiden of je goed bezig bent. Het belangrijkste dat ik uit mijn studie leerde, is het feit dat we dringend moeten overschakelen naar duurzamer wonen en bouwen.’
YesWEconomy
15
meer op actie van de overheid. Ik merk
“ Mensen
vooral een stijging van initiatieven rond delen en herstellen, net die vind ik heel interessant. Onze producten moeten op een andere manier gemaakt worden, zodat ze langer meegaan en herstelbaar
blijven ontkennen
worden. We hebben tegenwoordig te veel producten die niet meer herstelbaar zijn, zoals producten van Apple. Een site die ik aanraad is ifixit.com. Op deze site vind je handleidingen hoe je producten kan herstellen. Daarnaast is de deeleconomie ook belangrijk.’
Een overstap naar transitie kan alleen slagen wanneer iedereen zware inspanningen levert. Paredis: ‘Ik ben al 20 jaar vegetariër. Wij zijn als gezin ook lid van een voedselteam, waardoor we lokale boeren steunen. Wij kopen veel bioproducten en denken ook na over ons geld. Wij
© Jan Paul Close
proberen ons autogebruik te beperken. Ik ga bijvoorbeeld bijna altijd met de fiets naar het werk. Dat is allemaal niet in één keer Verschillende mensen zijn al bezig met transitie. Toch
Informatie is cruciaal in de evolutie naar transitie. Welke
zijn er ook nog veel tegenstanders. Hoe wilt u
rol spelen de media hierin?
die overtuigen? Paredis: ‘Men spreekt ook wel eens van de push- en de Paredis: ‘Ik geloof niet dat er één manier is om iedereen te
pullfactoren. De pushfactoren zijn dingen die mensen
overtuigen, toch zal dat volgens mij moeten gebeuren. Een
wegduwen uit de huidige situatie, bijvoorbeeld een ramp.
belangrijke factor hierbij is dat je het kan blijven ontkennen,
Meestal is dat niet genoeg. Daarom zijn de pullfactoren
maar op een bepaald moment zie je het toch gebeuren.
ook belangrijk. Dat zijn de dingen die mensen aantrekkelijk
Neem nu de klimaatproblematiek. Die was er in de jaren ’90
vinden. Bijvoorbeeld isolatie kost veel bij aankoop, maar
al, maar toen maakte het niemand iets uit. Nu ziet men dat
is wel rendabel. De media kunnen beslissen hoe ze gaan
het wel een probleem is en valt het niet meer te ontkennen.
berichten over transitie en spelen dus een belangrijke rol.’
Hetzelfde met de financiële crisis. Soms halen de feiten de mensen in.’
Hoe zit het met de toekomst van de duurzame ontwikkeling? Is de huidige trend van beperkte of
gekomen, maar stapje voor stapje. Dat zijn trouwens acties die niet veel inspanningen vergen en iedereen kan doen.’ Transitie is nog niet echt bekend bij het grote publiek. Hoe kunnen we hen het verhaal van transitie bijbrengen? Paredis: ‘Mensen moeten weten dat het nodig is om te veranderen. We zijn erin geslaagd een enorme welvaart te creëren. Toch moeten heel veel dingen gewijzigd worden. Als je mensen wil bereiken met je boodschap, verspreidt die boodschap dan niet alleen via een magazine, maar ook via sociale media.’ Maarten Claes
blijvende duur? Paredis: ‘Nu worden meer initiatieven dan in de jaren ’90 opgestart. Dat is dus positief. Mensen wachten niet
16
YesWEconomy
YesWEconomy
17
Jeremy Rifkin
en de derde Industriële Revolutie
W
e liggen te slapen,
Group LLC adviseert hij nationale
allemaal, overal ter
en regionale overheden en andere
wereld, en dat terwijl
leefgemeenschappen over het
we op een cruciaal
ontwikkelen van Derde Industriële
keerpunt voor de mensheid zitten.
Revolutie master plannen.
Dat zegt de Amerikaanse econoom en sociaal theoreticus Jeremy
Daarbij is Rifkin de oprichter van de
Rifkin. Niet alleen in zijn boek, The
Third Industrial Revolution Global
Third Industrial Revolution, maar
CEO Business Round Table, die
eveneens tegen alle staatshoofden
bestaat uit ’s werelds belangrijkste
die het maar willen horen. Als
hernieuwbare energiebedrijven,
voorzitter van de TIR Consulting
bouwbedrijven, architectuurfirma’s,
De derde Industriële Revolutie is nabij
hebben, is het binnen de vijftig jaar, misschien
goedkoop is. Het probleem is, dat toen de olieprijs
hooguit over een eeuw, potentieel afgelopen met de
boven de 50 dollar per vat kwam te liggen, de inflatie
menselijke soort op aarde. We zitten op een keerpunt,
steeg, zowel van voedsel- als van brandstofprijzen.
en we slapen.
Toen in juli 2008 de prijs per vat olie op 147 dollar kwam te liggen, sloeg de crisis toe en liep de
Drie crisisgolven Volgens Rifkin vinden er in de hedendaagse samenleving drie crises plaats, die elkaar versterken en de perfecte storm veroorzaken. De eerste is de
18
YesWEconomy
IT-bedrijven, elektriciteitsbedrijven
binnen de twintig jaar tijd ’s zomers
financiële crisis. Rifkin ziet dit huidige probleem
en transport- en logistieke bedrijven.
ijsvrij zal zijn. Dat is op zich al een
als meer dan een financiële of bankencrisis. Het is
Rifkin’s economisch ontwikkelingsteam
extreem feit, maar misschien nog
een resultaat van iets groters, namelijk de totale
is het meest uitgebreide ter wereld
belangrijker is dat dit stukje informatie,
consumentenschuld van de Verenigde Staten, die 15
en werkt met steden en nationale
dat volgens Rifkin van extreem belang
biljoen dollar bedraagt. De USA zijn blut, wat betekent
en regionale overheden om
is, ergens in een hoekje van een krant
dat de basis voor globalisering, de Amerikaanse
masterplannen te ontwikkelen, om
stond weggedrumd. Het is tijd om te
koopkracht dus, ineens weg is. Hierdoor is de
zo de transitie te maken naar een
ontwaken, overal en voor iedereen.
tweede Industriële Revolutie zo goed als dood. De
post koolstof gebaseerde economie,
Het is ongeveer drie miljoen jaar
technologie, de infrastructuur en de productiviteit zijn
en naar een Derde Industriële
geleden dat het Noordpoolgebied
allemaal verouderd.
Revolutie-infrastructuur. Rifkin
ijsvrij was, en dit betekent zoveel
De tweede is de energiecrisis. Globalisering
ziet verschillende problemen in de
als een drastische, rampzalige
vereist goedkope energie. Kapitaal wordt dus naar
hedendaagse samenleving en in de
klimaatverandering, die op dit eigenste
goedkopere arbeidsmarkten gebracht, bijvoorbeeld in
huidige economische infrastructuur.
moment bezig is. Als de desbetreffende
Azië, waar bedrijven hun producten laten produceren,
Een ervan is dat het Noordpoolgebied
wetenschappers hierover gelijk
en ze daarna terug halen, omdat de energie er
economische motor van globalisering vast. De inflatie werd zo hoog dat mensen niets meer kochten. Zestig dagen later brak de crisis uit en liep de op krediet gebaseerde leencultuur vast. Alles is gebaseerd op fossiele brandstoffen. Onze pesticiden en landbouwproducten, kleding, farmaceutische producten, energie, gas, licht, transport, bouwmaterialen en ga zo maar door. De 147 dollar per vat zorgde ervoor dat alles stokte, en dat zal telkens opnieuw gebeuren wanneer de olieprijs die barrière raakt. Rifkin noemt dit piekglobalisering. De derde crisis zijn de gevolgen van de klimaatverandering op onze voedselvoorziening. De klimaatverandering is volgens Rifkin veel erger en acuter dan aan het publiek wordt verteld. We blijven de snelheid van de klimaatverandering onderschatten omdat we niet begrijpen wat de volgende fase in gang zet. Het vierde klimaatrapport van de VN uit 2007 vertoont bijvoorbeeld gigantische verschillen in projecties met dat van 2001. In dat van 2001 staat dat
YesWEconomy
19
de gletsjers zullen beginnen smelten in de 22e eeuw. In dat van 2007 staat er dat ze op dat moment al aan het smelten zijn en dat ze binnen de 50 jaar voor 60% gesmolten zullen zijn. Dit is een gigantisch verschil, dat zich op korte tijd heeft gemanifesteerd. Ook het aantal zware orkanen verdubbelt nu al. De voorspelling nu is dat de temperatuur op aarde met 3 graden celsius zal stijgen, wat immense veranderingen inhoudt. Zo kan maar liefst 70% van alle plant-en diersoorten op aarde uitsterven. Dat is dan nog een optimistische kijk. Realistischer is een stijging van 6 graden celsius in de 21e eeuw, wat het einde van de mensheid kan betekenen. De oplossing Gelukkig heeft Rifkin een aantal oplossingen voor die problemen bedacht, die hij bundelt onder noemer van de Derde Industriële Revolutie. Wat volgens hem mist in het VN-rapport van Kopenhagen is een globaal economich strijdplan. De grote economische revoluties vonden plaats als er twee dingen veranderden, namelijk het energiebeheer en een communicatierevolutie die plaatsvindt om die verandering in energiebeheer te leiden. Rifkin bundelt zijn Third Industrial Revolution, die de ons allen mogelijk van de klimaatverandering kan redden, onder vier pijlers.
De eerste pijler is de productie van hernieuwbare energie. Steenkool, gas en uranium lopen op hun einde als energiebronnen. Wat we nodig hebben, vinden we in onze eigen tuin. De zon schijnt elke dag, de wind waait bijna constant, de aarde is gevuld met magma.
op te slaan. Rifkin ziet één universele techniek die hierin
overschotten zitten, hun energie opslaan en het via
cruciaal wordt: waterstof. Waterstof is geen energiebron,
smart grids delen met anderen. Zo wordt distributie
maar wordt gebruikt om energie te vervoeren. Rifkin
misschien wel het belangrijkste aspect van de Derde
spoort aan om, als je even geen energie gebruikt, water
Industriële Revolutie. We moeten dus afstappen van
te elektrolyseren. Dit kan heel simpel. Steek een anode
geopolitiek, en streven naar een biosfeer-politiek. We
en een kathode in water en de elektriciteit wekt waterstof
zijn allen van elkaar afhankelijk.
op, die je dan opslaat. Waterstofopslag is dus cruciaal.
Rifkin’s ingenieuze kijk op de Derde Industriële
De vierde en laatste pijler, die nauw aansluit bij de
Revolutie is een drastische, maar haalbare en
derde, is de verdeling van opgeslagen energie via
noodzakelijk verandering van economische
smart grids. Zo wordt elke verbruiker tegelijkertijd
infrastructuur. De wekker loopt af, en als we opstaan
leverancier van energie. Hier komen de communicatie
kunnen we de mensheid misschien nog redden.
en de energierevoluties samen. Hier wordt dezelfde
Zolang we maar niet op de snoozeknop blijven
techniek gebruikt als die voor het internet. Bundel alle
duwen.
elektriciteitsnetten van de EU tot één groot energie-
Vuilnis en landbouwafval zijn er meer dan
internet. Zo kunnen alle gebouwen in de EU, die een
genoeg. We hebben de technologie om
Aaron Eerdekens
deel van hun eigen energie opwekken en die met
die bronnen om te zetten in bruikbare energie. Deze wetenschap loopt samen met en kan gekoppeld worden aan de krachtige communicatierevolutie die de afgelopen 15 jaar heeft plaatsgevonden, namelijk de computer en het internet. Door deze trend is er niet langer sprake van eenrichtingscommunicatie, maar van distributie. Als we die revolutie koppelen aan hernieuwbare energiebronnen, bestaat er een kans dat de mensheid overleeft. De tweede pijler is de herinrichting van gebouwen, zodat deze kunnen instaan voor de productie van de eigen energie en de CO2-uitstoot beperken. Dit moet binnen de dertig jaar realiteit worden. Ieder huis, iedere fabriek of kantoorgebouw kan instaan voor de opwekking van de eigen energie. Dit kan in de vorm van zonnepanelen, muren die wind omzetten in stroom en waterpompen die geothermische stroom opwekken, om maar een paar voorbeelden te noemen. De gebouwen zijn dus niet alleen een deel van het probleem, maar ook van de oplossing. Gebouwen moeten worden aangepast, wat niet alleen duurzaamheid bevordert, maar eveneens banen creëert. De derde pijler is de opslag van energie. Op die manier kunnen plotse uitvallen of tekorten worden voorkomen. De zon schijnt niet altijd, soms is het windstil of
Jeremy Rifkin
daalt het waterpeil. Het is dus belangrijk
Rifkins vier pijlers moeten de oplossing bieden.
om een manier te vinden om deze energie
20
YesWEconomy
YesWEconomy
21
Om WEconomy te bereiken moeten we
Een voorbeeld uit zijn boek ‘Werken
duurzamer omgaan met onze producten.
Aan De WEconomy’ is herbruikbaarheid.
In onze lineaire economie produceren
Hoe we nu kijken naar grondstoffen is
we een product met slechts een beperkte
verkeerd. ‘Een kapotte laptop wordt als
levensduur en daarna is het rijp voor het
waardeloos beschouwd,’ stelt Jonker.
afval. ‘Daar moeten we op inspelen, het
‘Toch bezit de laptop nog waardevolle
moet duurzamer,’ zegt Jonker. ‘We gaan
eigenschappen, alleen niet voor de
kijken naar de waardecreatie van een
consument. We kunnen de grondstoffen
product en dat doen we door nieuwe
nog steeds opnieuw gebruiken.’ Alles moet
businessmodellen te creëren. Door te
dus terug kunnen komen en opnieuw
brainstormen over hoe we het anders
gebruikt kunnen worden. En dat lukt niet
kunnen aanpakken.’
met het huidige, lineaire model. We moeten circulair denken, duurzamer
De aanloop naar Samen-
denken. Het begrip bezit zou volgens de geleerde ook moeten veranderen. ‘Waarom moeten we de laptop fysiek hebben als we enkel betalen voor zijn functies?’ vraagt Jonker zich af. ‘In de circulaire economie betaalt de consument enkel nog voor de diensten. Daardoor verzeker je de producent dat de grondstoffen terugkomen en dan kan hij de laptop weer opnieuw “verkopen”.’
Transitie is helemaal in tegenwoordig. We willen werken aan nieuwe, duurzame ontwikkelingen om zo de planeet te redden. Een cruciaal onderdeel daarvan is de WEconomy, een economie die burger en ondernemer samen in stand houdt. Hoogleraar Duurzaam Ondernemen aan de Radboud Universiteit Jan Jonker schreef er een boek over ‘Werken Aan De WEconomy’.
De roep naar verandering is de
Het boek bespreekt de route naar de
Ze verspreidt zich over verschillende
afgelopen jaren luider geworden.
verandering en waar die al begonnen
vlakken. Milieu, economie en energie
Mensen verliezen vertrouwen in de
is. ‘De WEconomy die ik zie ontstaan,
zijn daar de bekendste
bestaande instellingen omdat ze de
komt vanuit de samenwerking tussen
voorbeelden van.
problemen enkel voor zich uitschuiven.
burgers en bedrijven,’ stelde Jonker een
‘De oplossing van deze
De economie zit in het slop, de
jaar geleden al. Toch is de WEconomy
maatschappelijke problemen zijn
poolkappen smelten in snel tempo en
slechts een onderdeel van een groter
verweven onder één noemer: transitie,’
de kloof tussen arm en rijk
geheel: de transitiebeweging.
zei hoogleraar Jan Jonker eerder al
groeit maar door. De toekomst ziet er daardoor ook minder prettig uit. Doemscenario’s en dystopische voorspellingen hebben de laatste jaren de bovenhand genomen. Binnen enkele decennia komen er 3 miljard mensen bij op Aarde en zullen we niet kunnen rondkomen met de eindige voorraad van de Aarde. Een voorbeeld uit het boek ‘Werken Aan De WEconomy’ van hoogleraar Jan Jonker.
22
YesWEconomy
tijdens een TED Talk. ‘Het kapitalistisch Naar een circulaire economie Transitie is een periode van verandering. Een periode waar mensen een oplossing of een ommekeer moeten maken. In de geschiedenis is het al vaker voorgekomen: de switch van steenkool naar aardgas, de industriële revoluties... Toch is deze
systeem nadert zijn einde. We moeten beginnen denken aan een WEconomy, een onderdeel van die transitie,’ Jonker zegt daarbij dat het zeker niet gemakkelijk zal zijn. Het wordt puzzelen om de uitkomst te berekenen. ‘Maar we moeten dit allemaal samen doen, enkel dan werkt het,’ zegt de hoogleraar.
transitiebeweging een andere zaak.
YesWEconomy
23
Samenwerking is de sleutel Naar de WEconomy toe stappen is meer dan laptops leasen. ‘Het gaat om samenwerking tussen bedrijven en burgers,’ gaat Jonker verder. In een interview met Down To Earth geeft hij het voorbeeld dat gezamenlijk tomaten verbouwen, of een boerderij met boer door middel van crowdfunding even goede oplossingen zijn. ‘Zo gaan burgers en ondernemers direct met elkaar om,’ zegt Jonker. ‘Zelf tomaten in je tuin verbouwen is goed voor de knuffelfactor, maar weinig efficiënt.’ Zo moeten we overstappen op een andere manier van denken, de cruciale manier om nieuwe business-modellen te vinden. Dit betekent niet direct het einde van grote ketens en multinationals, maar een andere mentaliteit van de burger. Het is geen ‘ik-’, maar ‘wij-verhaal. ‘De meeste bedrijven zijn georganiseerd vanuit de visie “wij sturen, jullie volgen”. Nu gaat het om de onderdelen, want het uiteindelijke product maken we zelf,’ zegt Jonker.
“
Dit proces is al begonnen. ‘Praktisch elk bedrijf heeft inmiddels de eerste stappen al gezet naar duurzaam ondernemen,’ zegt Jonker. Het ene voorbeeld is beter als het ander natuurlijk. ‘Je hebt energiemaatschappijen die de ommekeer beginnen maken en de burger aanzetten tot eigen energiecreatie. Maar de eerste de beste bouwmarkt heeft nog geen idee. Daar zitten ze nog in de duurzame knuffelfase met als hoogtepunt balkonhangzakken voor tuinkruiden. Schattig, maar volstrekt irrelevant.’ We moeten het individualistisch denken dus veranderen en naar een collectieve denkwijze stappen. De mens moeten samen de puzzelstukken op zijn plaats leggen en zo tot een oplossing komen. Die vinden zal echter de uitdaging zijn. We zitten nu in het denkproces naar iets anders. De stap naar een WEconomy is een groot onderdeel van dat proces. Dat is transitie, en dat is ook de conclusie van Jan Jonker. Kenneth Voorter
WEconomy 24
YesWEconomy
YesWEconomy
25
‘De Aarde is geen bodemloze vuilbak’
D
e wereld is in verandering. Niet alleen warmt de aarde op, ook zijn we stilaan de beschikbare grondstoffen aan het opgebruiken. ‘Het economische systeem van de 20ste eeuw werkt niet meer’, stelt Dirk Holemans. We staan momenteel dan ook voor een overgang naar een nieuwe samenleving. Een samenleving met nieuwe vormen van solidariteit en een nieuw soort economie binnen de grenzen van onze planeet. Of zoals Holemans het verwoordt: we moeten van een groei-economie naar een balanseconomie. Op die manier vinden we de weg naar ecologische rechtvaardigheid. België is echter slecht bezig op dat vlak. De ecologische voetafdruk van ons land is de vijfde grootste ter wereld. Concreet houdt dit in dat wanneer alle mensen zouden leven zoals de gemiddelde Belg, we zo’n 4,3 Aardes nodig zouden hebben. Holemans verduidelijkt de situatie waarin de wereld verkeert met een verhaaltje over ‘de grootvader die visser was’. Begin jaren zestig boomde de
26
YesWEconomy
kabeljauwvangst. De voorraad leek
Holemans ziet transitie dan ook als een
evenwicht zijn met wat mensen en de
eindeloos, en vissers bleven dan ook op
belangrijk middel om deze uitdagingen
planeet kunnen dragen. Daarvoor dient
kabeljauw jagen. ‘Het gaat hier echter om
aan te gaan. ‘Dat gaat niet louter om
eveneens het begrip welzijn opnieuw
een complex systeem,’ legt Holemans
vergroenen’, stelt hij. ‘Transitie draait
gedefinieerd te worden. Niet alleen is een
uit, ‘zulke systemen reageren anders
om de zoektocht naar een nieuwe
nieuwe economie noodzakelijk volgens
dan we initieel zouden verwachten.’ Op
samenleving waarin we minder energie
Holemans, maar ook een nieuwe visie op
een bepaald moment is alle vis op. De
en grondstoffen gaan gebruiken. We
het goede leven. We moeten ons afvragen
kabeljauwmarkt stokt. Onder de vissers
staan nu voor de transitie van een fossiele
wat zin en betekenis geeft in ons leven.
heerst paniek. ‘Op dat moment spreken
brandstof-gestookte groei-economie naar
Gaat dat louter om geld en koopkracht?
we van een kantelpunt. Eens dat punt
een economie die binnen de grenzen van
Of is er meer in het leven? Verder is er ook
overschreden, herstelt de natuurlijke
een eindige planeet valt.’
een nieuwe invulling van
hoeveel vis zich niet meer vanzelf. Er is
Die ‘nieuwe’ economie dient een
gelijkheid noodzakelijk.
geen weg meer terug.’
balanseconomie te zijn. Dat houdt in dat
‘Een balanseconomie vergt transitie van
Dit voorbeeld valt terug te brengen naar
we de natuurlijke voorraden moeten
al onze systemen,’ vervolgt Holemans
de discussie rond de aardverandering.
respecteren. Eveneens moeten we de
nog. Hiervoor zijn dan nieuwe vormen
Stilaan naderen we een kantelpunt voor
doorstroom aan energie en grondstoffen
van samenwerking nodig. Kortom: we
onze planeet. Ter verduidelijking: indien
verminderen en rekening houden met
zullen samen op nieuwe manieren moeten
de opwarming van de aarde met meer
het regeneratievermogen van de natuur.
werken aan een nieuwe economie, opdat
dan twee graden stijgt, bereiken we dit
‘We moeten leren denken in kringlopen,’
we samen in een duurzame wereld
punt. Het punt waarop we niet meer
stelt Holemans, ‘en de lineaire Neem,
kunnen leven.
terug kunnen. ‘We staan momenteel op
Produceer, Gebruik en Dump-economie
een kruispunt van vier grote uitdagingen,’
inruilen voor een kringloopeconomie.’
stelt Holemans, ‘namelijk op het einde van
Kort gesteld moet de economie in
Lies Vanbets
goedkope en vlot beschikbare energie, grondstoffen en geld. De aarde is niet
© Groen Gent
oneindig. Grondstoffen raken op en onze aarde is geen bodemloze vuilbak. Als vierde factor is er de steeds toenemende milieuschade, die we zoveel mogelijk moeten voorkomen.’
Dirk Holemans ‘Transitie draait om de zoektocht naar een nieuwe samenleving waarin we minder energie en grondstoffen gaan gebruiken. We staan nu voor de transitie van een fossiele brandstof-gestookte groei-economie naar een economie die binnen de grenzen van een eindige planeet valt.’ YesWEconomy
27
‘We moeten niet wachten op de overheid’
Deelnemers worden uitgenodigd om in hun
moeten we niet wachten op stappen van
buurt zelf een initiatief te starten.’
de overheid. Bij onderwerpen als klimaat,
Wat is het verschil tussen transitie en
we geen tientallen jaren de tijd om te wachten.
andersglobalisme?
Wonen, werken, mobiliteit, voedsel, energie,
‘Vaak groeit een dergelijk bewustzijn vanuit een verontwaardiging of boosheid. Dat kan
gezondheid… Die thema’s zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Er is maar één planeet.’
vertaald worden in verzet en daar is niks op
Denkt u dat transitie op dit moment veel
aan te merken. De kracht van een transitie-
publieke steun geniet?
initiatief is dat je voorbij dat verzet vanuit een positief gedachtengoed kan reageren en zelf
‘Het is essentieel dat we zelf een draagvlak
je toekomst mee kan bepalen. Zie het boek
creëren en onderhouden. Samenwerken
‘Stop met klagen’ van Steven Vromman, de ‘low
versus niet tegenwerken is daarbij het motto.
impact man’.’
Mocht de maatschappij klaar zijn voor transitie, zouden burgerinitiatieven niet meer nodig
Waarom is het zo belangrijk dat we het
zijn. Er zijn zoveel excuusjes om het concept
concept van transitie invoeren in onze
van transitie overboord te gooien. Geen
maatschappij?
budget, ‘ze zullen ons niet laten doen’, ‘er zijn al genoeg groene groepen in onze stad en ik wil ze niet in de weg lopen’, ‘hier in de stad geeft toch niemand iets om het milieu’, ‘het is vast te laat om er iets aan te veranderen’, ‘ik heb niet de juiste kwalificaties’, ‘ik heb de energie daarvoor niet’… We noemen het de zeven ‘maren’ die als excuus worden gebruikt om niet met transitie te starten.’ Wat is jullie visie omtrent transitie? ‘We hebben veel inspiratie opgedaan in Totnes. Later hebben we het handboek vertaald en laten uitgeven. In de spirit van pionieren als Rob Hopkins hebben we de boodschap van transitie proberen door te geven.’
ransitienetwerk Vlaanderen zet
moeten vanuit een bepaald bewustzijn dingen op
zich al jaren in om het ideeëngoed
poten zetten in zijn lokale gemeenschap om een
Welke resultaten hebben jullie tot hiertoe
transitie bij de mensen te brengen.
warmer, minder olieverspillend, veerkrachtiger en
geboekt?
Hierbij ligt de focus op het ondersteunen van
gelukkiger leven te realiseren.’
initiatieven. ‘De kracht van een transitie-
‘We hebben een groot aantal actieve
initiatief is dat je voorbij dat verzet vanuit
Welke rol speelt Transitienetwerk Vlaanderen
initiatieven lopen in Vlaanderen. Er is een
een positief gedachtengoed kan reageren
bij een overgang naar transitie?
goede samenwerking met onze Waalse
en zelf je toekomst mee kan bepalen’ aldus Myriam Wouters, persverantwoordelijke
28
‘Als we een gezonde samenleving willen,
armoede en stijgende werkloosheid hebben
Myriam Wouters, woordvoerder Transitie Vlaanderen
T
van lokale transitie-initiatieven aan bod komen.
Myriam: ‘Bij Transitienetwerk Vlaanderen hebben
Transitienetwerk Vlaanderen.
we vooral een faciliterende taak opgenomen.
‘Het initiatief moet van de burger komen’, dat
communiceren en inspireren. Informatie
antwoordt Myriam Wouters zonder nadenken
verspreiden via het organiseren van inloopdagen
wanneer we haar vragen wat essentieel is bij het
waarbij thema’s als klimaat, economie en
slagen van een overgang naar transitie. ‘Burgers
permacultuur, innerlijke transitie, getuigenissen
YesWEconomy
Concreet wil dat zeggen dat we informeren,
collega’s van ‘Réseau Transition’ en met de internationale hubs over de hele wereld. We maken echter geen tabellen of excel-files van onze resultaten. Elk initiatief beleeft transitie op zijn eigen, specifieke lokale manier. We zijn geen controle-orgaan. Wout Donckers
YesWEconomy
29
‘Het is geen hype of hobby, het is een radicaal andere manier van leven’
TIPS VAN VROMMAN Koop geen drank in verpakkingen
Low Impact A
ls elke Belg zou leven zoals de gemiddelde Belg, hadden we twee planeten nodig. Ons land staat inmiddels op de vijfde plaats in de wereld van de grootste ecologische voetafdruk. Low Impact man Steven Vromman werkt hard om zijn voetafdruk klein te houden. Maar zou u zijn voorbeeld volgen?
De cijfers liegen niet. België staat op de vijfde plaats in de wereld van landen met de grootste ecologische voetafdruk. Met 7,47 hectare doet België het enorm slecht. Het Europese gemiddelde is vastgesteld op 4,3 hectare. Landen als Koeweit en Qatar gaan ons vooraf in de lijst. Opvallend is dat van de Europese landen enkel Denemarken het nóg slechter doet. Nederland staat bijvoorbeeld pas op de twaalfde plaats.
‘Het zou me nu veel meer moeite kosten om weer verspillend te leven’, zegt Vromman. Toch blijft het soms een uitdaging voor onze Low Impact Man. ‘Soms krijg ik een aanbod om een lezing te geven in het buitenland’, vertelt Vromman. ‘Ik moet dan het aanbod vriendelijk afslaan, want ik wil niet in een vliegtuig stappen. Dat is soms wel moeilijk.’ Vromman heeft echter helemaal geen spijt van zijn levensswitch.
Vromman vroeg zich net als veel anderen af of hij een goed leven kon leiden met een kleine ecologische voetafdruk. Canvas maakte in 2008 een documentaire over ‘Low Impact Man’. In dat programma ging Vromman de uitdaging aan om zijn voetafdruk te verkleinen tot 1,6 hectare. In eerste instantie was het plan om een volledig jaar door te gaan als Low Impact Man, zodat hij alle seizoenen doorgemaakt heeft. Na dat jaar merkte Vromman dat het eigenlijk goed haalbaar was om low impact te leven, dus ging hij er gewoon mee door.
Met een broodzak naar de winkel
30
YesWEconomy
Vromman is er bijvoorbeeld in geslaagd om zich tot één PMD-zak per jaar te beperken. Het lijkt een enorme opgave. Volgens Vromman helemaal niet moeilijk, ook al kijken mensen soms vreemd. ‘Ik ben de nieuwe levensstijl al gewend. In het begin kostte het wel veel energie.’ De Low Impact Man woont in Gent. Daar is transitie al een tijdje geleden overgewaaid uit Engeland. Volgens Vromman is het hip in Gent, omdat mensen beseffen dat we binnenkort wel moeten. Dat zegt Erik Mathijs, ook
Kraanwater is alleen om te drinken Spoel door met regenwater Neem Tupperwarebakjes mee naar de winkel Neem een broodzak mee naar de bakker
Impact Man, geeft hij praktische tips om zo ecologisch mogelijk te leven. Ook schreef Vromman boeken over de planeet en de klimaatsveranderingen. Vromman heeft een heel document opgesteld over hoe je het best low impact kan leven, een soort checklist. Begin dit jaar stelde hij zijn nieuwe boek voor: Stop met klagen. Het boek werd natuurlijk low impact geprint en weegt 400 gram en is 23 op 15 centimeter. In dit boek geeft Vromman ook tips, maar deze keer vooral over activisme, mededogen en verbondenheid. Op zijn website prijst Vromman het boek aan als ‘een ideale tip voor het nieuwjaarsfeest, waar je tante en nonkel alweer zullen zeggen dat er toch niets meer aan te doen is’. Low impact is geen hype ‘Steven is een geweldige inspiratiebron’, zegt Myriam Wouters van Transitie Vlaanderen. Wouters waarschuwt wel dat we low impact leven niet te licht moeten opvatten. ‘Low impact leven is geen hobby of hype. Het is een bewuste, doordachte en radicale manier om je levensstijl grondig aan te pakken’, vertelt Wouters. Volgens Transitie Vlaanderen komt low impact leven voort uit een bewustwording van hoe ons leven zich vervreemd van haar basisbehoeften. ‘Het heeft ermee te maken dat onze samenleving niet meer vrolijk, gelukkig en eenvoudig is’, zegt Myriam Wouters. ‘Tegenwoordig is alles gericht op consumptie, consumptie, consumptie…’ Net als Vromman haalt Wouters de problemen over het tekort aan aardolie en klimaatverandering aan. De aarde wordt tegenwoordig niet meer gerespecteerd door haar bewoners. Daarom zijn er meer mensen als Vromman nodig, volgens Transitie Vlaanderen. Myriam Wouters is zelf ook actief bezig binnen het Transitienetwerk en zet haar beste beentje voor. ‘Ik neem altijd de fiets voor korte afstanden. Verder deel ik mijn auto met vijf anderen’, vertelt ze trots. Wouters leeft van opgevangen regenwater, eet geen vlees en nauwelijks zuivel en speelt graag gezelschapsspelletjes met haar kleinkinderen. Een flatscreen televisie is immers, net zoals bij Steven Vromman, niet in haar woonkamer terug te vinden. Jip Peels
expert in transitie en professor aan de KU Leuven. ‘Omschakelen naar low impact leven en transitie initiatieven omarmen, zal binnenkort moeten uit noodzaak. Niet enkel uit morele overwegingen’, zegt hij. Steven Vromman benadrukt zijn visie in zijn verschillende boeken. Hij wil niet alleen zelf low impact leven, maar ook anderen vertellen hoe ze het kunnen doen. Daarom publiceerde hij ook al een aantal boeken. In zijn eerste boek, Low
U kunt zelf ook veel doen om ‘low impact’ te leven. Bijvoorbeeld door enkel
groenten
uit
Vlaanderen
te
kopen, die hebben geen vervuilde, lange transportweg achter de rug.
YesWEconomy
31
D
De goedkoopste energie blijft de energie die je niet verbruikt. Hoe minder verbruik, hoe beter
voor onze toekomst. Elk transitie-initiatief helpt om een overgang te maken naar een groenere wereld. Bronsgroen is een van die initiatieven. Sinds haar oprichting, vanuit vzw Bilzen Energiek, investeert Bronsgroen in projecten omtrent energiebesparing en hernieuwbare energie. Bronsgroen, is een erkend Limburgse energie coöperatieve vennootschap met sociaal oogmerk (cvba-so). Het heeft een duidelijk missie: investeren in hernieuwbare energie en het verlagen van de energiefactuur. ‘We willen coöperanten en mensen de kans geven om mee te investeren via de coöperatie’, zegt coördinator Anton Gerits van Bronsgroen, ‘Niet iedereen heeft een dak dat geschikt is om zonnepanelen op te plaatsen, maar veel mensen kunnen samen wel investeren in één windmolen.’ Het begin Met die gedachte startte de vzw Bilzen Energiek. Ruim vijf jaar geleden vond zij haar wortels in de sociale woonwijk Gansbeek te Bilzen. In die periode dienden grote bedrijven aanvragen in om in Limburg windmolenparken te bouwen. De wijkbewoners waren verontwaardigd, want die bedrijven gaan vaak uit op een zo groot mogelijke winst. Zo stromen de opbrengsten van die windenergie naar beursgenoteerde bedrijven en niet naar de burgers. Daarnaast houden grote bedrijven amper rekening met de lasten voor de bewoners.
32
YesWEconomy
Met de wind vooruit
In tijden waarin velen moeite hebben
laten investeren’, zegt Gerits. De coöperatie investeert
om hun energiefactuur te betalen, is dat
momenteel in het windmolenpark aan de E313 Bilzen/
onrechtvaardig. In de sociale woonwijk
Hoeselt. Windenergie is de meest volwaardige en
Gansbeek bevonden veel mensen zich in die
rendabele technologie om ecologische
situatie. Daar wouden zij iets aan doen. Samen
stroom te creëren.
met Windvision, Ecopower, ACW Limburg en
Hoewel windenergie de meeste aandacht krijgt, plaatst
het gemeentebestuur van Bilzen slaagden ze
de coöperatie zonnepanelen op de daken van talrijke
erin om zelf vier windturbines te plaatsen. Op
scholen. ‘Zo kunnen zij een deel van hun energiefactuur
die manier werd de energie niet alleen zelf
met groene stroom dekken, zonder dat zij moeten
geproduceerd, maar kon de winst terug in
investeren’, aldus Anton Gerits.
sociale projecten worden geïnvesteerd. Energiebeheer Ecologische energie Dat is niet het enige wat Bronsgroen voor de scholen Enkele jaren zijn voorbij. Ondertussen is
doet. Zij investeren intensief in LED-verlichting. ‘Wij
Bronsgroen uitgegroeid tot een belangrijk
prefinancieren scholen die interesse hebben om hun
transitie initiatief in Limburg. Bronsgroen
lampen te laten vervangen door energiezuinige LED-
legt haar focus op windenergie. Dat doen
lampen,’ vertelt de coördinator van Bronsgroen, ‘door
ze in samenwerking met haar partners. ‘Wij
onze investering daalt de energiefactuur van de school.
voeren gesprekken omtrent windenergie met
Met het geld dat zij op die manier besparen kunnen
verschillende bedrijven die windmolens willen
ze ons later terugbetalen.’ Dankzij Bronsgroen kunnen
plaatsen en daarbij de omwonenden mee
scholen investeringen doen die ze anders niet
YesWEconomy
33
‘Wij hebben nauwelijks budget’
Limburg gepompt. De aandeelhouders investeren niet alleen in hun energiefactuur, maar krijgen ook inkomsten bovenop. Daarnaast draagt de coöperatie actief bij aan energiebesparing. Dat doen ze door erkende energie-adviseurs in de Raad van Bestuur op te nemen en voor iedereen die advies zoekt, persoonlijk
hadden gekund. Daarnaast werkt Bronsgroen
en professioneel advies aan te bieden.
nauw samen met de OCMW’s van de Limburgse
Bronsgroen levert een bijdrage aan
gemeenten. Bronsgroen biedt hen deskundig
projecten, die tot doelstelling hebben om gezinnen in energie-armoede te
advies omtrent energiebeheer. ‘Wij sturen op
Bronsgroen investeert in talrijke projecten in verband
aanvraag van OCMW’s deskundigen in energie
met hernieuwbare energie of energiebesparing.
besparen naar energiearme gezinnen. Die gezinnen
De financiering ervan wordt vooral met haar
worden dan ondersteund en leren beter energie
eigen middelen mogelijk gemaakt. Daar spelen de
te besparen’. Maar die informatie is voor iedereen
aandeelhouders de belangrijkste rol. ‘Wij hebben
verkrijgbaar. Bronsgroen helpt bij het organiseren
nauwelijks budget, wij verzamelen kapitaal dat
van infoavonden rond energiebeheer. Het doel blijft
vervolgens geïnvesteerd wordt’, vertelt Gerits.
in Limburg te promoten. Door te
Bronsgroen is een coöperatieve vennootschap met
Bronsgroen niet enkel energiearme
om je energiefactuur zo laag mogelijk te houden.
Sociaal oogmerk
sociaal oogmerk. Dit wil zeggen dat Bronsgroen via een economische activiteit een maatschappelijk
De werkwijze van Bronsgroen is duidelijk. Investeer
doel wil bereiken, waarbij ze tegelijk een beperkte
in groene energie en bespaar energie. Iedereen die
verrijking van de vennoot nastreeft. Dat sociaal
wil besparen, kan dat doen door aandeelhouder
oogmerk proberen ze op verschillende manieren te
te worden. De prijs van een aandeel bedraagt 125
realiseren: De spaarformule is een van die manieren.
euro. Je kan dat bedrag in één keer betalen of via
Een andere manier is hoe ze omgaat met haar
de spaarformule, dan spreid je de betaling over
winsten. Bronsgroen houdt haar winsten thuis in
een jaar. Op die manier is de prijs voor iedereen
de transitiewereld. Een deel van de winst gaat, in de
betaalbaar.
vorm van dividenden, naar de leden van Bronsgroen. Wat overblijft wordt in sociaalecologische projecten in
ondersteunen bij het verlagen van hun energiefactuur. Via de verschillende projecten probeert Bronsgroen de transitiebeweging investeren voor anderen helpt gezinnen, maar zorgt zij voor een transitie naar een ‘groenere’ en ecologische wereld. ‘De weg naar meer hernieuwbare energie is volgens ons geslaagd als ook mensen die het financieel wat moeilijker hebben daadwerkelijk betrokken worden bij deze transitie, en zo ook mee kunnen genieten van de voordelen.’ Saul Pauls Asensio
© UMB
34
YesWEconomy
YesWEconomy
35
Milieu minnnaars schrijven boek vol
tipsE
cologisch bewustzijn is een begrip waar
mijn voorbeeld dan ook volgen. Ik heb bijvoorbeeld
we met zijn allen zo ver mogelijk van weg
in 2010 een voorschot betaald voor een Tesla.
blijven. Waarschijnlijk heb je het wel gehad
Die auto was toen nog in zijn tekenfase, maar
met alle groene hippies, die ons steeds
zonder voorschotten van kopers zou die auto nooit
opnieuw vertellen wat we allemaal fout doen.
gemaakt worden. Iedereen verklaarde me gek
Maar groen is hip geworden. In het boek Groeten
toen ik hen over dat voorschot vertelde. Diezelfde
uit Transitië worden tips gegeven over een meer
personen bewonderen nu de moed die ik vijf jaar
milieubewust leven.
geleden toonde, aldus Patrick Claerhout, inwoner Cohousingproject Meerhem en verzekeraar
Die tips mag je gerust heel uitgebreid noemen. De
elektrische auto’s.
auteurs zijn ervaringsdeskundigen en de ervaringen
Eva Peeter, Kristien Hens, Mme Zsazsa, Joke Rous
die zij hebben, delen ze maar al te graag met
en Dorien Knockaert, de auteurs van het boek,
milieubewust Vlaanderen. Het boek wil de gewoonten
benadrukken dat Transitie eerder permanent
in Vlaamse gezinnen veranderen, liefst naar een
zoeken is in plaats van een eindpunt. Er moeten
ecologische richting.
steeds nieuwe initiatieven ontstaan. De titel van
In Groeten uit Transitië staan hoofdstukken
het boek bevestigt dit, ‘Transitië is een knipoog, een
geschreven over vegetarisme, moestuinieren,
mopje. Het land is geen reëel land en evenmin een
autodelen en verbouwen. Ook meer specifieke
eindpunt. Transitië is een instelling die wil dat een
transitieprojecten zoals eetbare bloemen,
andere wereld denkbaar en mogelijk is én dat de
composttoiletten en zelfgemaakte deo komen aan
reis daarheen op zich al het doel is’,
bod. De schrijfsters zochten uit welke praktische en
aldus De Morgen.
‘Transitie is geen sexy woord’, zegt Patrick Claerhout: ‘Het heeft voor veel mensen een niet al te positieve bijklank. Ik noem mezelf geen hippie, maar toch ben ik iedere dag bezig met transitie. Niet omdat ik het vroeger heb meegekregen, maar omdat ik besef dat het zo niet langer verder kan. Veel mensen erkennen het probleem. Waarom ze niet willen meehelpen aan een beter milieu, blijft voor mij een mysterie. Is het nu zo raar dat ik iets wil teruggeven aan de planeet die me al mijn plezier bezorgt? Gijs Hendriks
duurzame veranderingen kunnen worden toegepast zonder dat je aan kwaliteit inboet. Vaak zijn transitieprojecten nog onbekend, hierdoor vinden initiatieven niet de respons waarop ze hopen. ‘Dat is jammer want wanneer mensen zich informeren naar transitieprojecten zijn ze altijd verbaasd. Ik probeer initiatief te nemen en ik hoop dat mensen Het is misschien niet zo hygiënisch, maar buitentoiletten worden sterk aangeraden in het boek
“
Transitie is geen sexy woord. Het heeft voor veel mensen een niet al te positieve bijklank.
In Groeten uit Transitië worden ook tips gegeven voor de opstart van een moestuin
36
YesWEconomy
YesWEconomy
37
Deeleconomie als remedie tegen de crisis Vandaag leven we in een lineaire economie: we kopen iets, gebruiken het en gooien het weg. Hiermee zadelen we moeder natuur en dus ook onszelf met een groot probleem op. Door dit systeem zijn we namelijk verplicht om ongeziene hoeveelheden grondstoffen te ontginnen.
T
In België is dat probleem zowaar nog groter, met een lichte zin voor overdrijving kunnen we zeggen dat het aantal grondstoffen in België op twee handen te tellen is. De regering lijkt dat probleem echter nog niet te beseffen. In de strategische nota die MinisterPresident Geert Bourgois (NVA) momenteel aan het opstellen is, komt het woord transitie niet één keer voor. Die strategische nota bepaalt welke richting Vlaanderen uitgaat tot 2050.
wee elementen die dreigen op te raken zijn indium en fosfaat. Indium is enkel te vinden in delen van China en wordt in allerlei
Natuurlijk systeem van de aarde
elektronica zoals mobiele telefoons, mp3spelers en elektrische auto’s gebruikt. Fosfaat
- Kwaliteit van het ecosysteem - Levenskwaliteit van de mens - Kwaliteit en voorraad van de grondstoffen
is dan weer de basis voor kunstmest. Door hogere inkomsten in landen als China en Brazilië neemt de vraag naar kunstmest toe. Volgens verschillende schattingen zal de fosforpiek plaatsvinden rond 2035. Het wordt dan ook tijd dat we overgaan naar een circulaire economie, ook wel deeleconomie genoemd. Dat is een economische strategie die afval wil wegontwerpen. Slim design, hergebruik en toegang tot diensten boven eigendom staan daarbij centraal. De circulaire economie combineert winsten en kostenbesparing met duurzaam materialenbeheer.
Oneidige voorraadkamer?
Bronnen: Biologische, non-biologisch, water & land
MAATSCHAPELIJK ECONOMISCH SYSTEEM
Vuilbak zonder bodem vervuiling en afval
Europa in vieze papieren Europa voelt nu ook de gevolgen van onze slechte manier van omgaan met onze planeet. De uitdagingen op Europees en Belgisch niveau zijn glashelder. Europa is namelijk het armste continent ter wereld als we kijken naar de rijkdommen in de ondergrond. Onze economie is dan ook zo goed als volledig afhankelijk van import van materialen en energie uit andere werelddelen. Als de andere continenten op een dag beslissen om geen grondstoffen meer te exporteren, zit de Europese economie met een groot probleem.
38
YesWEconomy
© GF
YesWEconomy
39
Erik Mathijs, professor Bio-economics aan de KU Leuven
‘Weg met de ik-maatschappij’
“
en zwembad, om het leven zo goedkoper te maken. Dat is de moeilijkste transitie van allemaal, want het stelt de vrije markteconomie en ons kapitalistisch bestel zelf in vraag. De enige mogelijkheden zijn bottom-up initiatieven, gesteund door de civiele maatschappij. Er is immers geen enkele politieke partij die zo’n economie zou willen realiseren. Burgers moeten dus zelf met kleine initiatieven beginnen en die stap voor stap proberen groter te maken.’ Moeten we omschakelen naar WEconomy uit morele overwegingen?
Wanneer de transitie er niet komt, davert ons systeem maar door
Mathijs: ‘Nee, uit noodzaak. Wanneer de transitie er niet komt, davert ons systeem maar door. Dat heeft steeds meer ongelijkheid, meer ecologische druk en meer burn-outs tot gevolg. Het betekent dat we moeten veranderen voordat het te laat is. Met morele overwegingen alleen, komen we niet ver.’ Wat zijn volgens u de knelpunten bij het omschakelen naar een WEconomy? Mathijs: ‘Het belangrijkste knelpunt is cultureel. Helaas zijn in onze samenleving de meeste mensen niet ‘wij’- maar ‘ik’-georiënteerd. Voordat we kunnen overstappen naar een WEconomy moet het hele systeem veranderen.’ Maar is dat niet typisch aan ons westerse, kapitalistische systeem? U denkt dus niet dat hier voldoende publieke steun voor te vinden is?
Cohousing
Een groep mensen die samenwonen in aparte gebouwen maar verschillende ruimtes delen. © GF
Mathijs: ‘Nee, dat denk ik inderdaad niet. De mentaliteit moet veranderen. Van ik naar wij, zonder die mentaliteitsverandering is een overgang naar een nieuwe Erik Mathijs © cocreeer
‘Omschakelen naar transitie zullen we moeten doen uit noodzaak, niet uit morele overwegingen’, zegt professor Erik Mathijs van de KU Leuven en departementsvoorzitter van het departement Earth en Environmental Sciences. ‘We moeten van een ik- naar een wij-maatschappij, anders is het te laat.’
W
e kunnen niet verder gaan zoals we nu bezig zijn. Dat is de ‘bottom line’ van WEconomy. Het huidige model moet veranderen, want de economie én het klimaat gaan eraan kapot.
Fossiele brandstoffen raken uitgeput, de aarde warmt op. Genoeg redenen om groener en bewuster te gaan leven. In
40
YesWEconomy
Vlaanderen zijn al heel wat transitieprojecten opgericht. ‘Het kan dat het oude systeem niet meer voldoet, doordat het systeem zorgt voor een te grote ecologische voetafdruk. Dat is nu het geval. We moeten wel beseffen dat niet enkel burgers hun gedrag moeten aanpassen, ook instituties en cultuur spelen een belangrijke rol’, aldus Erik Mathijs.
vorm van de economie niet mogelijk.’ Hoe staat u zelf tegenover transitie, wat is uw verhaal? Mathijs: ‘Ik ben iemand die transitie openlijk steunt. Samen met enkele collega’s geef ik lezingen over de werking van transitie. Hierin vertel ik altijd dat het dominante denken en doen ingrijpend moet veranderen. Landschapsontwikkelingen en het huidige dominante
Is het mogelijk om een ‘WEconomy’ te realiseren?
systeem spelen een belangrijke rol. Ten eerste stijgt de
Mathijs: ‘Ik ben niet bekend met het begrip, maar ik vermoed
de bevolking. De wereld en Vlaanderen verstedelijken en
dat het gaat over de nieuwe stroming initiatieven, waarbij
het klimaat verandert. Honger en ongelijkheid blijven en
meer vanuit collectief, dan vanuit individueel belang wordt
alles wordt meer gedigitaliseerd. Dat zijn enkele landelijke
gehandeld. Cohousing is hier een goed voorbeeld van. Bij
veranderingen die een rol spelen. Het huidige dominante
cohousing wonen meerdere gezinnen samen, wel in een
systeem speelt aan de andere kant een belangrijke rol.
aparte woning, maar zij delen bijvoorbeeld een wasruimte
Onze ‘weggooimaatschappij’ moet veranderen naar meer
wereldbevolking, zet de globalisering door en vergrijst
specialisatie, duurzamere materialen op mensenmaat.’ Gaan de resultaten van de kleinschalige transitie die nu bezig is iets uithalen? Mathijs: ‘Ik hoop het. De hoop is dat als er voldoende kleine initiatieven zijn, er op een bepaald moment een tipping point wordt bereikt waardoor heel het systeem dan toch duurzamer wordt. Maar wat we daarmee kunnen bereiken en wanneer het zover is, weten we nog niet.’ Jip Peels
YesWEconomy
41
Peter Stouthuysen, programmamanager bij Plan C
‘Plan C zet transitie op de kaart’
Luk Lafosse, algemeen coördinator van Transitienetwerk Middenveld
‘Transitie gebruiken als middel tegen economische crisis’ Transitienetwerk Middenveld is een organisatie met leden uit diverse sectoren. Zij proberen hun krachten te bundelen om de transitie naar een duurzame samenleving waar te maken. Luk Lafosse, algemeen coördinator van Transitienetwerk Middenveld, pleit voor een alternatief economisch systeem. Met hem spraken we over de noodzaak van transitie en de moeilijkheden die een overgang met zich mee zal brengen. Robin Locht
©PlanC
Plan C is het Vlaamse transitienetwerk dat pleit voor duurzaam materialenbeheer. ‘Een systeemverandering dringt zich op. We moeten het gebruiken, verbruiken en verwerken van materialen dringend veranderen’, zegt programmamanager bij Plan C Peter Stouthuysen.
Plan C wil bijdragen aan een nieuwe visie binnen het bedrijfsleven’, verklaart Peter Stouthuysen. ‘Dat doet de organisatie door samen te zitten met mensen uit de bedrijfswereld en kleine projecten op te starten. ‘We richten vaak kleine projecten op. Zo startte Plan C al een project rond 3D printen, waar zowel
krabbelen meestal terug. Ze stellen zich vragen bij het winstmodel van circulair ondernemen op lange termijn. De meeste businessmodellen zijn immers vaak niet compatibel met circulair ondernemen.’ Behaalde Plan C al resultaten?
professionals als studenten deel aan konden nemen.’
‘Plan C zorgt dat het transitiethema steeds meer verspreid wordt. De interesse van bedrijven en Welke knelpunten ervaren jullie? individu’s groeit. Dat is het ‘Om een visie te verspreiden, moet belangrijkste resultaat dat we je de juiste mensen weten te vinden. reeds behaalden. We zetten Ook kruipt er veel tijd en energie in, transitie op de kaart. Daarnaast wat echt geen probleem mag zijn. hebben we ook een E-book Bij onze experimenten ervaren we gemaakt waarin je alle bedrijven en wel moeilijkheden. Bedrijven zijn in spelers die met transitie eerste instantie geïnteresseerd, maar bezig zijn, terugvindt.’ Matthias Vanherle
42
YesWEconomy
De medewerkers van Transitienetwerk Middenveld Vlaanderen komen uit verschillende sectoren. Zowel vakbondslieden als leden van de Noord-Zuid beweging werken mee aan het project. ‘Er moet een alternatief gevonden worden voor het economisch systeem zoals het nu bestaat. We slagen er namelijk al enkele jaren niet in om uit de economische en klimaatcrisis te komen’, aldus algemeen coördinator van Transitienetwerk Middenveld Luk Lafosse. Hoe is Transitienetwerk Middenveld ontstaan en wat is het idee achter de organisatie? ‘Transitienetwerk Middenveld is drie jaar geleden ontstaan. Toen hebben een aantal personen uit verschillende organisaties de koppen bij elkaar gestoken. Dat gaat van leden van de Noord-Zuid beweging tot de alternatieve media (nvdr. dewereldmorgen.be, Mo magazine). Zelfs mensen uit de vakbond en mensen van 11.11.11 stapten mee in het project. Die mensen zijn samen-
‘Op dit ogenblik deel ik mijn auto en mijn huis. Ik doe mee aan ‘Op Wielekes’. Ik deel nogal veel moet ik zeggen.’ ©Nimmegeers
gekomen met het idee om op een heel vrije manier transitie te realiseren. Enerzijds willen we een duurzame maatschappij en anderzijds een sociaal rechtvaardige maatschappij.’ ‘Aanleiding waren allerlei veranderingen op het terrein. Initieel was het idee om deze veranderingen in een bepaald kader te plaatsen. Op die manier probeerden de leden transitie te versterken en te versnellen. Wanneer je lokale initiatieven aan elkaar kan koppelen of groter kan maken, krijgen ze meer impact. Dat was de hoofdgedachte van Transitienetwerk Middenveld’, zegt Luk Lafosse. Hebben jullie al veel resultaten behaald? ‘Het meest tastbare resultaat zijn de twee transitiefestivals die we hebben YesWEconomy
43
georganiseerd. Tijdens die festivals brengen we organisaties en personen samen om inhoudelijk een aantal ideeën op vlak van transitie voor te stellen. Dan wordt er gediscussieerd over thema’s als wonen, fiscaliteit, energie en mobiliteit’. De aanwezige organisaties kunnen dan nieuwe inzichten krijgen op bepaalde vlakken en tonen waarmee zij bezig zijn’, gaat Luk Lafosse verder. ‘Een ander voorbeeld van wat we op het terrein bereikten, is de Gentse energiecoöperatie ‘Energent’. Deze organisatie is binnen Transitienetwerk Middenveld opgestart. Dat was een idee van een aantal mensen binnen het netwerk. Met de nodige steun zijn zij erin geslaagd een coöperatie op te starten. Momenteel bouwen zij een werking uit om hernieuwbare energie op een democratische manier op te wekken en energiebesparende maatregelen te organiseren.’ Wat probeert u met het transitiefestival te bereiken? ‘Voor ons is het heel belangrijk om verschillende mensen samen te brengen uit het middenveld. Anderzijds willen we ook een overzicht maken van alles wat in Vlaanderen rond transitie leeft. Tijdens het transitiefestival proberen we samen te brengen wat er allemaal bestaat en het grote kader rond transitie te tonen.’ Wat is uw definitie van transitie? ‘We hebben die vraag al vaker proberen te beantwoorden, maar het is ons nooit gelukt om het begrip transitie uit te leggen in één of twee zinnen. Wij delen transitie meestal op in verschillende thema’s omdat het begrip voor bijna iedereen iets anders betekent. Heel kort kan je stellen dat wanneer we aan transitie denken, we aan een duurzame toekomst op
44
YesWEconomy
eender welk vlak en aan sociale rechtvaardigheid denken.’ ‘Iedereen in onze samenleving moet bij de duurzame maatregelen wel varen. De mensen die over minder financiële middelen beschikken, mogen geen negatieve gevolgen ervaren bij die maatregelen. Dat is voor ons transitie: het evolueren naar een duurzame en sociale rechtvaardige maatschappij waar iedereen gelijke kansen krijgt.’ Is het noodzakelijk dat we aan transitie gaan doen? ‘Dat denk ik wel. Steeds meer mensen en organisaties zijn ervan overtuigd dat de huidige samenleving niet werkt. Voor het economisch systeem zoals het nu bestaat moet een alternatief komen. We slagen er namelijk al enkele jaren niet in om uit de economische en klimaatcrisis te komen.’ U heeft het over de economische crisis, hoe kan een overgang naar transitie de economische crisis oplossen? ‘Dit kan op verschillende manieren. Wat het netwerk zeer duidelijk wil stellen, is dat een aanpassing van het huidige systeem niet voldoende is om uit die crisis te geraken. Dat is eigenlijk wat wij bedoelen met transitie, dat verschillende aspecten van de samenleving moeten veranderen. Dat één aspect verandert, is niet genoeg. Het klinkt heel algemeen, maar het is moeilijk om op die vraag een concreet antwoord te geven. Waar we wel mee bezig zijn, is nadenken over hoe we de aanwezige rijkdom kunnen inzetten voor duurzame alternatieven in plaats van voor winstmaximalisatie’, aldus Luk Lafosse. Vreest u niet dat er veel jobs zullen verdwijnen? ‘Er zullen zeker jobs verdwijnen, maar er zullen ook jobs gecreëerd worden. Dat is
een belangrijk punt in ons netwerk, zeker door de aanwezigheid van de vakbonden. Zij zijn daar constant mee bezig. Ook zijn er enkele studies die bewijzen dat bij een overgang naar transitie extra jobs gecreëerd kunnen worden. Een nieuwe sector waar veel jobs gecreëerd kunnen worden, is de herstelsector. Het vereist wel een nieuwe aanpak van de samenleving. Deze sector kan er alleen komen als je producten gaat maken met als doel dat ze zolang mogelijk blijven functioneren en niet om zoveel mogelijk exemplaren te verkopen of een zo groot mogelijke winstmarge te halen.’ Steunt de overheid transitieprojecten voldoende? ‘Nee, daar is nog veel ruimte voor verbetering. In de strategische nota die Minister-President Geert Bourgeois momenteel aan het opstellen is, komt het woord transitie niet één keer voor. Deze strategische nota bepaalt welke richting Vlaanderen uitgaat in 2050. Dan merk je dat de visie van de Vlaamse overheid beperkt is tot het stimuleren van innovatieve bedrijven. De overheid kijkt vooral naar de bedrijven zelf, terwijl haar rol veel groter en sterker zou kunnen zijn. Nu wordt er gestreefd naar een slanke overheid, die zich zo weinig mogelijk bemoeit met de economie. Dat is financieel natuurlijk voordelig voor de overheid, stelt Luk Lafosse van Transitienetwerk Middenveld. Hoe groot is de rol van overheden in andere landen? ‘Dat is moeilijk om te vergelijken. Op sommige vlakken zullen bepaalde overheden meer met transitie bezig zijn. In de energiesector heb je enkele goede voorbeelden. In Denemarken staan ze daar heel ver in. In Kopenhagen bestaat een plan dat schetst hoe een klimaatneutrale stad er zou moeten uitzien. In dit plan worden de thema’s mobiliteit,
energie en wonen betrokken. Daar werken ze op een planmatige manier naar toe. Dan merk je dat op dat vlak, er bij ons op lange termijn weinig visie aanwezig is’, zegt Luk Lafosse. ‘Als je de klimaatplannen van de Vlaamse steden zou vergelijken met die van verschillende Deense steden, zie je dat er op dit vlak nog veel werk aan de winkel is. Een algemene vergelijking maken, is echter moeilijk. België is bijvoorbeeld heel sterk op het vlak van de korte-keteninitiatieven. Dat zijn initiatieven die de voedselketen zo kort mogelijk proberen te maken. Vaak zijn ze ontstaan als burgerinitiatieven, maar ze worden steeds meer gesteund door lokale overheden.’ Wat zullen de grote moeilijkheden zijn bij een overgang naar een transitie-economie? ‘Voor een overgang moet je heel veel partners kunnen samenbrengen en die moet je dan nog eens op één lijn krijgen. Daarin willen wij als Transitienetwerk Middenveld een belangrijke rol spelen. Je hebt natuurlijk ook de bedrijven en de overheid nodig. Het is een complex samengaan tussen verschillende organisaties die verschillende belangen hebben. De overheid moet beslissen waar ze haar prioriteiten wil leggen.’ ‘Hiernaast moet het middenveld gesensibiliseerd worden en op hun verantwoordelijkheden gewezen worden. Met het middenveld bedoel ik de burgers en alle organisaties die zich tussen overheid en industrie bevinden. Het is uiteindelijk ook de bedoeling om die organisaties te betrekken bij transitie, hen te informeren en initiatieven die zij doen te kaderen in een groter verhaal. De uitdaging is volgens mij daarin de opportuniteiten te vinden en de verschillende actoren samenbrengen’, concludeert algemeen coördinator Luk Lafosse.
Robin Locht YesWEconomy
45
Barbara Janssens coördinator bij Netwerk Bewust Verbruiken
jaarlijks lidgeld van 30 euro te betalen, kinderfietsen uitlenen. Mensen die een eigen fiets binnenbrengen krijgen een jaar gratis lidmaatschap.
‘Delen is het nieuwe hebben’
“
‘Er zijn veel voorbeelden die aantonen dat delen werken, maar we zitten ook nog met een pak obstakels’ ©NetwerkBewustVerbruiken
De vzw Netwerk Bewust Verbruiken is een netwerkorganisatie die duurzame consumptie in Vlaanderen en Nederlandstalig Brussel bevordert. Hun strategie richt zich vooral op het informeren en activeren van consumenten. ‘De mind-set van de mensen moet veranderen. We moeten de mensen duidelijk maken dat toegankelijkheid belangrijker wordt dan iets bezitten’, aldus Barbara Janssens. Momenteel loopt het project ‘Op Wielekes’ op volle toeren.
46
YesWEconomy
‘Op Wielekes is een deelproject in de stad Gent dat draait rond het delen van kinderfietsen. Ouders kopen vaak kinderfietsen, maar de kinderen worden al snel groot. Dus al gauw is de fiets te klein en wordt hij niet meer gebruikt. Vaak blijven die fietsen dan zeer lang in de garage staan. Net daarom zijn we ongeveer een jaar geleden gestart met ons project’, zegt Barbara coördinator van Netwerk Bewust Verbruiken. Deelnemers kunnen door een waarborg van 70 euro en
‘Als de fiets te klein is geworden, kunnen de leden hem gewoon ruilen voor een grotere. De fietsen worden ook door onze mensen onderhouden. Dat zijn in totaal acht vrijwilligers. De grootste troef van ‘Op Wielekes’ is de toegankelijkheid en de originaliteit. Er is momenteel veel vraag naar soortgelijke projecten in andere steden. Daarom zijn we nu bezig met het zoeken naar een manier om makkelijke handleidingen te maken. Zodat andere groepen via die handleidingen vergelijkbare projecten kunnen opstarten. Er is al contact met onder andere Brussel, Antwerpen, Mechelen’, aldus de coördinator van Netwerk Bewust Verbruiken. Heel het project ‘Op Wielekes’ draait eigenlijk rond het concept consudelen dat de laatste tijd aan een opmars bezig is. ‘Delen is het nieuwe hebben. Het idee van het project is eigenlijk dat toegankelijkheid belangijker is dan bezitten. Dan hebben we het over toegang tot mobiliteit, gezond voedsel en zelfs tot boormachines. Belangrijk hierbij is dat je jezelf eens afvraagt hoelang je een voorwerp gebruikt. Neem nu bijvoorbeeld een boormachine. We gebruiken dat gemiddeld 10 a 15 minuten per jaar. De rest van de tijd ligt het stof te vangen in de kelder. Hetzelfde geldt voor auto’s, die staan 23 van de 24 uren stil. In de tussentijd kan iemand anders die gebruiken.’ ‘Dat is zeker ook het geval met kinderspullen. Denk aan de fietsen, na een jaar of twee zijn de kinderen te groot en
worden de spullen niet meer gebruikt ofwel weggegooid. We moeten in mijn ogen gaan naar een economie waar het gebruik voorop staat en niet het bezit. Op die manier kom je ooit bij de deeleconomie’, zegt Barbara Janssens. Naast het project ‘Op Wielekes houdt Barbara zich ook nog met een ander initiatief bezig. ‘Tijdens het project ‘Gedeeld:Door’ van Netwerk Bewust Gebruiken proberen we de belangrijkste initiatieven rond deeleconomie te bundelen. In dat project vind je alles terug. De luchtigere onderwerpen zoals samen kamperen en reizen, maar ook de serieuze onderwerpen zoals autodelen en samenhuizen. Hiernaast geven we ook vormingen rond delen. Zo leren meer mensen het begrip kennen en vinden we meer deelnemers.’ ‘Voor mij is dat ook de toekomst. Ik ben ervan overtuigd dat we naar een samenleving moeten overstappen waarin delen centraal staat. Spullen moeten op zoveel mogelijk manieren gedeeld kunnen worden. Zoveel mogelijk mensen moeten daar de toegang toe krijgen. Delen is wel maar een klein, maar belangrijk, onderdeel in wat ze noemen de circulaire economie. Dat is een economie die niet meer gericht is op productie, consumptie en afvalbergen, maar wel op een economie waarin zoveel mogelijk in omloop blijft’, aldus mevrouw Janssens. Dat transitie aan een opmars bezig is, merken de medewerkers van Netwerk Bewust Verbruiken. Toch moet het grootste deel van de
YesWEconomy
47
“ De mindset van
de mensen moet veranderen. Bezitten is vaak een last en dat beseffen weinig mensen
over oplossingen om materiaal op een andere manier te gebruiken. © Les Haines
bevolking nog overtuigd worden. ‘Veel mensen vinden onze projecten zeer boeiend. Mensen beginnen ook echt stil te staan bij de problemen rond de thema’s gebruik en verbruik van goederen. Er zijn zeker mensen die er actief iets aan willen doen. Daartegenover staat wel een grote groep die nog met een hoop argwaan zit. Vooral de oudere generatie staat niet te springen om hun eigendom op te geven. Er zijn veel voorbeelden dat delen en de deeleconomie werkt, maar we zitten ook nog met een pak obstakels.’ ‘Het beleid kan bijvoorbeeld een grotere rol spelen in groepsverzekeringen en groep-
48
YesWEconomy
saankopen. Ook samenhuizen is iets wat op beleidsniveau aangepakt kan worden. Veel huizen en kamers staan leeg. Ze zijn aan het verkommeren. We kunnen in die gebouwen perfect gezinnen samen onder één dak laten wonen. Op dit moment zijn er echter nog te veel drempels op gemeentelijk en federaal niveau. Mensen worden niet aangezet, laat staan aangemoedigd om samen een huis te delen’, vertelt Barbara Janssens. Het beleid moet een tandje bij steken, maar de rol van de burgers kan niet onderschat worden. ‘De mind-set van de mensen moet verander-
en. Bezitten is vaak een last en dat beseffen weinig mensen. Dat is een klik die veel mensen nog moeten maken. Ikzelf heb die klik enkele jaren geleden gemaakt. Op dit ogenblik deel ik mijn auto en huis. Daarnaast doe ik mee aan ‘Op Wielekes’. Ik deel nogal veel moet ik zeggen’, lacht de coördinator van Netwerk bewust Verbruiken. Volgens verschillende bronnen is een overgang naar transitie noodzakelijk. Het Netwerk Bewust Verbruiken wil daar een belangrijke rol in spelen. ‘Ik geloof steevast dat transitie aan het opkomen is, ook aan de kant van de producenten. Zij doen hun uiterste best om na te denken
Niet noodzakelijk met de insteek om naar een circulair model te evolueren, maar het begin is er.’ ‘Of transitie zal slagen is een ander paar mouwen. Volgens mij is het noodzakelijk dat we hierin slagen. Er is steeds minder materiaal beschikbaar. Denk bijvoorbeeld aan olie en andere grondstoffen. Hiernaast wonen steeds meer mensen op onze planeet. Daarom zullen we ook met meer mensen op een kleinere oppervlakte moeten leven. Kortom: er zal een omslag of kantelpunt nodig zijn. Het is te hopen dat dat punt er op tijd zal komen. Net daarom moeten we er stevig aan beginnen, anders is het misschien te laat’, besluit Barbara Janssens. Chiel Fransis
YesWEconomy
49
Weg met de Euro N
ationale munten zijn mislukt. Mensen hebben geen zin meer om het slachtoffer te zijn van hoge pieten bij de Wereldbank of het Internationaal
Muntfonds. Complementaire munten bestaan al erg lang, maar zijn nu actueler dan ooit. De crisis van 2008 heeft bewezen dat de euro niemand zal helpen. Althans toch niet zolang bankiers blijven leven op de kap van de mensen. In een aflevering van Tegenlicht van de Nederlandse openbare omroep op 1 maart zegt Joris Luyendijk, journalist van The Guardian, dat mensen voor het minste op straat komen. Maar ze laten het wel gewoon toe dat banken gered worden met belastinggeld. Als er één cruciale zaak is veranderd na de crisis, dan is het dat banken beseffen dat mensen alles pikken. De bankenwereld is een wereld die leeft van onderlinge wedstrijden. Het motto luidt: Jij moét en zal de beste zijn. Daarom geloven bankiers ook vaak dat niemand beter is dan hen en zij echt de beste job ter wereld hebben. Het is dan ook de schuld van de gewone burgers als ze hun lening niet kunnen betalen. Een lening verschaffen aan mensen die het niet kunnen betalen, wordt gezien als een aanwinst en niet als een misdaad.
Drepkes
euro aan te pas komt. Iedereen kan meegenieten Daarom beseffen mensen dat het ook zonder
van de diensten van anderen. Dat initiatief noemt
nationale munt kan. Dat was zelfs al lang voor
een Local Exchange Trading System, in de volksmond
de crisis van 2008. In België ontstonden al sinds
gewoon LETS. Vooral voor armere gezinnen is het
de jaren ’90 lokale munten. Die munten zijn niet
handig om van diensten te kunnen genieten zonder
meteen gebaseerd op goederen, maar eerder op
geld te moeten uitgeven. ‘LETS is eigenlijk ruilhandel
diensten.
zonder geld. Met dit beloningsysteem kunnen mensen
Jan woont alleen en werkt graag in de tuin. Hij komt in contact met mensen die een grote tuin hebben,
Aurélie van LETS Limburg. LETS kent navolging in heel Vlaanderen met meer
mensen vragen Jan om hun tuin te onderhouden.
dan 40 LETS-groepen. Hasselt maakt daar met haar
In ruil hiervoor krijgt Jan ‘drepkes’, een lokale
‘drepkes’ ook deel van uit. In Hasselt draait het vooral
munt. Met deze ‘drepkes’ kan Jan andere diensten
om diensten. In sommige groepen worden ook
verschaffen. Hij woont alleen en heeft een hekel
tweedehands spullen geruild tegen een lokale munt. In
aan strijken. Hij contacteert Rita, zij vindt het
de ‘LETS’-Facebookgroep bieden mensen vaak dingen
niet erg om de strijd van Jan te doen. Jan betaalt dolor haar Lorem met deipsum ‘drepkes’ diesithijamet, heeftconsectetuer verdiend metadipiscing
aan tegen een bepaalde prijs. Bijvoorbeeld een oude
elit, sed diam nonummy nibh euismod tincidunt tuinieren.
YesWEconomy
drepkes uitwisselen voor bewezen diensten’, zegt
maar geen tijd vinden om erin te werken. Die
Lorem ipsum dolor sit amet consectetuer
50
Zo ontstaat een wisselwerking waar geen enkele
nog werkende printer voor 15 drepkes, ietsjes of stafjes.
YesWEconomy
51
Exclusiviteit is de grootste vijand
000 bedrijven. Het aanbod gaat van
steeds worden aangepast. Dat is
De munt moet natuurlijk een systeem kennen. In
Bijvoorbeeld het kopen van isolatie of het onkruid
masseurs tot elektriciens en
een hel voor handelaars. Schaarste
Hasselt mag men maar maximum 500 drepkes
in de tuin wegbranden in de plaats van gevaarlijke
zelfs advocaten.
impliceert natuurlijk dat de waarde zal
Het grootste probleem aan lokale
hebben. Dan is die persoon verplicht het weer uit
pesticiden gebruiken. ‘Het gaat niet alleen om
toenemen. Dat is ook de reden waarom
munten is dat de handelaars die er
te geven. LETS’ers mogen ook maar 200 drepkes in
goederen kopen,’ volgens Devolder’, voor het volgen
Daarnaast bestaan in Spanje ook
veel gebruikers de munt oppotten.
niet aan meedoen, uit de boot vallen.
het rood staan, dan moeten ze weer bijverdienen.
van cursussen over energie besparen en isoleren
tijdbanken. Wie een dienst levert, krijgt
Het gevolg daarvan is dat de waarde
Een munt is exclusief en versterkt vaak
Zo wordt voor een goede cashflow gezorgd in het
krijgt de burger ook punten.’
krediet in een bank. Eigenlijk is dat
van de bitcoin rampzalig instortte in
de identiteit. Als enkel handelaars in
systeem. Dat de 1% rijksten 99% van het kapitaal in
gewoon het principe van werkgever Eenmaal punten verdiend, kunnen ze worden
2014. In 2013 was ze nog meer dan
Hasselt mogen deelnemen, dan zullen
en werknemer. Jij verkoopt je tijd voor
verzilverd. Er kan bijvoorbeeld een spaarlamp worden
1000 Amerikaanse dollar waard, op dit
verkopers in Diepenbeek en Zonhoven
het loon dat je iedere maand krijgt.
De grootste zegen, maar meteen ook de grootste
gekocht, korting op een treinticket worden verkregen
moment nog maar 233 dollar.
daar niet blij mee zijn. Dat creëert
Toch zeggen critici dat lokale munten
vloek van LETS is dat het lokaal moet blijven. LETS
of een kortingsbon voor de cinema worden verdiend.
geen oplossing zullen bieden voor de
De bitcoin is daarnaast ook een
economische crisis.
achterpoortje voor criminelen. De
Een complementaire munt kan de
bitcoin heeft geen middenorganisatie
plaatselijke economie geweldig
zoals een bank nodig. Het gaat gewoon
steunen. Grote ketens worden
handen hebben is daardoor onmogelijk.
heeft geen zin als dit op grote schaal, bijvoorbeeld
oneerlijke concurrentie.
Limburg, georganiseerd zou worden, al is dat nu
Die punten worden bijgehouden op de
wel de overkoepelende groep. Op dit moment
identiteitskaart. Er moeten dus geen extra zaken
bestaan er al wisselkoersen tussen LETS-groepen.
gekocht worden om mee te doen. ‘De mensen moeten zich enkel eenmalig registreren, dan zitten
van gebruiker naar gebruiker. Dat
natuurlijk geweerd, waardoor ook zij
Hoe meer dat soort zaken ontstaan, hoe meer LETS
Lokale munten zijn dan ook niet
geen zaken kunnen doen. Een lokale
op de euro gaat lijken.
ze in ons systeem. In Limburg doen al veertien
schenkt een gevaarlijk niveau van
zonder gevaar. Zo wordt bitcoin vaak
gemeenten mee. Vanaf half april organiseren zij
anonimiteit. Zo kunnen fraudeurs
boetiek kan de munt aanvaarden,
als voorbeeld aangehaald. Door een
samen met Limburg.net acties waar punten te
makkelijk geld witwassen en pedofielen
maar modehuis H&M zou dat dan
extreem moeilijke wiskundeoefening
verdienen en te verzilveren vallen’, aldus Devolder.
gemakkelijk geld verdienen
niet mogen. Daarom zijn het vaak de
te helpen oplossen kan je bitcoins
met kinderpornografie.
multinationals die ervoor zorgen dat
E-portemonnee Dan is er ook nog de e-portemonnee van Limburg. net. Dat puntensysteem lijkt een beetje op het
Tijdbanken
LETS. Het werkt zoals de oude ARTIS-punten,
Bitcoin
binnenhalen. Gebruikers lieten hun
lokale munten het onderspit delven.
computers dag en nacht aanstaan
Als alternatief voor de bitcoin zijn er
zodat ze langzaam de munt konden
enkele alternatieven opgestaan zoals
Een complementaire munt is
binnenhalen. Processorkracht in ruil
de altcoin, litecoin en zelfs de Coinye
leuk, maar zal de wetten van de
voor geld.
West (gebaseerd op zanger Kanye
economie zoals vraag en aanbod
alleen beperkt tot milieuvriendelijke goederen.
Buiten België zijn er nog erg veel andere landen die
‘De e-portemonnee is een koppeling tussen de
met lokale munten werken. Onder meer in Italië en
Limburgse afvalverwerker, Limburg.net, en de
Spanje waar de economie wat minder goed draait. Op Sardinië is het systeem een alternatief voor
West). Na de bitcoincrisis worden die
niet kunnen vermijden. Een stad of
burger’, zegt Katrien Devolder van Limburg.net.
Het probleem van de bitcoin is dan
bedrijven die geen leningen van banken meer krijgen.
munten waarschijnlijk niet meer dan
een dorp kan zijn financiële situatie
ook dat ze erg schaars is. Doordat het
Elke gemeente heeft zijn eigen lijst van goederen
Daar werkten in 2009 al zo’n 1200 bedrijven met de
een goede poging of streling van een
misschien verbeteren, maar het zal de
totaal aantal bitcoins zo gemakkelijk
waarvoor punten verzameld kunnen worden.
‘sardex’. In de Catalaanse stad Girona zijn dat al 15
ego. Ze zullen nooit meer zo
wereldwijde economie niet stimuleren.
beïnvloed wordt, moeten de prijzen
succesvol worden.
Ook zal geen overheid of bank kunnen helpen als er fraude wordt gepleegd of een harde schijf naar de knoppen gaat. Laurens Bammens
52
YesWEconomy
YesWEconomy
53
van wie we kunnen inschatten
protest. ‘Wij hebben altijd een model
als je die norm wil halen, komt er
dat de gronden geschikt zijn voor
dat toelaat om steun voor projecten
automatisch een bepaalde afstand bij
windturbines en waar we mogelijk een
te mobiliseren. Bij ieder project zijn
kijken. Wanneer we bijvoorbeeld vlak
vergunning voor een project
er voor-en tegenstanders. Bepaalde
naast een autostrade een windturbine
kunnen krijgen’.
tegenstanders kan je niet overtuigen
zetten waar veel achtergrondgeluid is,
met argumenten. Zij vinden die
kunnen we die korter bij huizen zetten.’
windturbines lelijk en vrezen voor
In Asse-Mollem staan de windturbines
minder watervoorziening, maar er zijn
in de industriezone op 500 meter van
wettelijke normen’, vertelt Willems.
het dichtstbijzijnde huis.
begin vorige maand in Asse-Mollem.
Voor de afstand van een windturbine
In de gemeente zijn de bewoners niet
Wanneer ze nieuwe windturbines
tot een huis bestaat er geen norm.
tegen de windturbines. ‘De windmolens
willen plaatsen, stuit Ecopower vaak op
‘Er bestaat enkel een geluidsnorm,
staan tamelijk ver van ons, we hebben
Lelijk De laatste verwezenlijking van het bedrijf, waren vier windturbines
er dus geen last van. Mijn dochter, die er wel kort bij woont, ondervindt ook
© David Clarke
Alternatieve energiecentrales van Ecopower
geen hinder’, zegt mevrouw Verbeken uit Asse-Mollem. ‘Het zal wel een goed
Burgers investeren mee
idee zijn, er was toch veel volk op de opening’, besluit ze.
Merlijn Kinnaert
Ecopower is de meest bekende coöperatieve vennootschap voor hernieuwbare energie in België. Dat wil zeggen dat het bedrijf veel kleine aandeelhouders heeft en dus rekent op burgers. ‘Ze investeren mee in installaties waarvan ze ook de stroom kunnen afnemen’, zegt projectontwikkelaar Tom Willems van Ecopower.
H
oewel pas sinds het begin
dat de prijs voor elektriciteit bij
en hernieuwbare energie was plots
van deze eeuw volop wordt
ons lager ligt.’ Het bedrijf leende
het gat in de markt. Na een lange stilte
ingezet op hernieuwbare
aanvankelijk geld voor de bouw of
kan Ecopower in 2001 eindelijk twee
energie en transitie, bestaat
restauratie van waterkrachtcentrales.
windturbines in Eeklo bouwen. Het
Ecopower uit Berchem al sinds 1991.
‘Er is een verschil tussen het opstarten
bleek het startschot te zijn voor een
De coöperatie rekende vanaf de
en hoe we nu werken. Nu hebben
resem projecten rond hernieuwbare
opstart op zoveel mogelijk burgers
we 50.000 coöperanten en blijven
energie. Naast windmolens werd ook
die aandeelhouder wilden worden.
we groeien, dat is een totaal andere
geïnvesteerd en gebruik gemaakt van
Projectontwikkelaar Tom Willems
situatie. Wanneer je opstart ben je met
waterkrachtcentrales
denkt te weten waarom mensen mee
een kleine groep van mensen en heb je
en zonnecelinstallaties.
in het verhaal van Ecopower stappen.
een beperkte hoeveelheid kapitaal.’ Voor nieuwe projecten zijn er
‘Burgers investeren mee in installaties waarvan ze de stroom kunnen
Klimaat
verschillende mogelijkheden. Willems: ‘Soms worden
afnemen en waarop ze democratische Het gat in de ozonlaag en de
aanbestedingsprocedures
bezorgdheid rond het klimaat
uitgeschreven, Ecopower gaat hier op
Er wordt mee in het verhaal gestapt
veranderden het energielandschap.
in en hoopt het project binnen te halen.
omwille van principiële en ethische
Kerncentrales waren de gebeten hond
Een andere mogelijkheid is dat we
controle kunnen uitoefenen.
redenen, of omdat ze hebben gezien 54
YesWEconomy
De windturbines in Asse-Mollem draaien sinds april 2015 op volle toeren. © VanMalder
zelf grondeigenaars gaan contacteren
‘Het zal wel een goed idee zijn, er was toch veel volk op de opening’, volgens mevrouw Verbeken uit Asse. © VanMalder
YesWEconomy
55
Limburg in Transitie 1. Lommel
- Voedselteam
2. Neerpelt
10. Houthalen-Helchteren
- Greenville
- Weggeefwinkel Alken
11. Zonhoven
18. Kortessem
3. Hechtel-Eksel
- De Hoef - Lokale munt ‘De Ar’ - Sint-Vincentiusvereniging
4. Peer
- Energyville - Weggeefwinkel Genk - FABlab Genk - Repair Café Genk
- Samentuinen Neerpelt - Binnen bij boeren - Volkstuinen Hechtel-Eksel - Voedselteam - Tuinhier Hechtel-eksel - Mini-recyclagepark voor jongeren - Voedselteams Peer
12. Genk
13. Lummen
- Weggeefwinkel Lummen - Velt Lummen-Herk-de-Stad
6. Leopoldsburg
- Velt Lummen-Herk-de-Stad
- Volkstuinen Tuinhier
7. Tessenderlo
- Tessenderlo Chemie en Umicore
8. Beringen
- Volkstuinen Beringen - E-portemonnee Beringen
9. Heusden-Zolder
- Berenkasten boekenruil
- Arbeidscentrum De Wroeter
19. Sint-Truiden
- Workshops Kristien Hens
5. Meeuwen-Gruitrode
- Weggeefhoek Meeuwen
17. Alken
14. Herk-de-Stad
15. Hasselt
- Volkstuinen Hasselt - Oxfam bookshop - Repair Café Hasselt - Lokale munt: 'drèpkes' - Transitiefestival Hasselt - Cohousing Hasselt - Freecycle Hasselt
16. Diepenbeek
- Repair Café Diepenbeek
20. Heers
- Tuinen in Transitie - Kasteel van Heks
21. Tongeren
- De Krekel en de Mier - Volkstuinen Tongeren
22. Bilzen
- Bronsgroen
23. Lanaken
- De Albertknoop Lanaken
24. Dilsen-Stokkem
- Repair café Dilsen-Stokkem
25. Maaseik
- De Kade Dagcentra
26. Kinrooi
- Repair café Kinrooi
LEGENDE Repair café Repair cafés zijn gratis bijeenkomsten waarbij buurtgenoten elkaar op vrijwillige basis helpen met het herstellen van allerlei voorwerpen. Herstellen is een goede manier om geld te besparen. Voor veel voorwerpen die je weggooit omdat ze stuk zijn, moet je immers iets nieuws in de plaats kopen. Netwerk Bewust Verbruiken is de Vlaamse partner van de Nederlandse Stichting Repair Café. Voedselteam Voedselteams vormen een netwerk dat de directe verhandeling van duurzame streek- en seizoensvoeding organiseert. Op die manier probeert het netwerk bij te dragen aan de verdere uitbouw van regionale voedselsystemen. Voedselteams zijn immers per provincie georganiseerd. Volkstuinen Volkstuinen zijn openbare tuinen waar bewoners kleinere moestuintjes kunnen onderhouden. Op die manier kan de lokale bevolking gedeeltelijk aan zelfvoorziening doen wat voedsel betreft. De vzw Tuinhier is de grootste overkoepelende volkstuinenverening die ook in Limburg actief is. De vereniging organiseert amateur-tuinieren in Vlaanderen. Lokale munt Een lokale munt is een alternatief betaalmiddel dat in een bepaalde gemeente of regio wordt gebruikt om betalingen mee te doen. LetsLimburg is veruit het grootste alternatieve handelsysteem. De afkorting Lets staat immers voor ‘Local Exchange and Trade System’. Het is een uitbreiding van het klassieke handelsysteem en hanteert het principe: ‘ik doe iets voor jou omdat jij iets voor mij hebt gedaan’.
“ Ik ben geen hippie
met lange haren die drugs gebruikt
kosten altijd betalen. Hierdoor kunnen CSA-boeren op lange termijn makkelijker overleven op de markt. Dat is een groot verschil met de meeste Vlaamse boeren die elke maand de eindjes aan elkaar moeten knopen. Een kwart van de melkveehouders kan momenteel zijn rekeningen niet meer betalen. ‘Klanten betalen elk jaar 250 euro’, vertelt Robby. ‘Dat heeft verschillende voordelen. Alles is op voorhand al verkocht waardoor we enkel nog maar moeten telen. We ontvangen daarnaast voor het seizoen al het geld van de klanten. Ons klantenbestand blijft trouwens ook heel stabiel.
© Metrofarming
Zelf groenten plukken is de toekomst 58
YesWEconomy
Daardoor hebben we als bedrijf echt zekerheid’, legt Robby
L
uit.
andbouwbedrijven hebben het
met transitie’, vertelt Robby. ‘Ik ging
steeds moeilijker om op de markt
bijvoorbeeld naar de vergaderingen van
te overleven. Het transitie-initiatief
een landbouwtransitiegroep. Ik was enorm
Boeren krijgen een eerlijke prijs en klanten verse producten.
Community Supported Agriculture
geïnteresseerd in het concept. Wat me vooral
CSA lijkt een concept met alleen maar voordelen. Toch
wil daaraan iets doen. Boeren krijgen
aansprak was de directe samenwerking
zijn er ook risico’s aan CSA verbonden. De klant deelt het
voor hun producten een eerlijke prijs
tussen de boer en zijn klant.’ Community
landbouwrisico van de boer. Als de oogst mislukt, dan heeft
en gebruiken biologische methoden om
Supported Agriculture is een van de vele
de klant niets. Als de oogst zou tegenvallen, dan zal de
hun groenten en fruit te verbouwen. ‘Dit
transitie-initiatieven. Klanten betalen jaarlijks
consument dat ook voelen. Toch is dat volgens Robby geen
systeem is de toekomst’, legt CSA-boer
een bedrag aan de boer en mogen zelf hun
Robby Kelchtermans uit.
groenten en fruit komen plukken. Boeren
Risico’s
beloven in ruil hun groenten en fruit op ‘Ik ben geen hippie met lange haren die drugs
een ecologische manier te verbouwen. ‘Wij
gebruikt’, lacht Jeanine. Ze laat naast zich een
gebruiken bijvoorbeeld geen chemische
zak vol groenten slingeren. Jeanine is een
stoffen. Alles wordt via biologische methoden
52-jarige zakenvrouw. ‘Transitie interesseert me
verbouwd’, vertelt Robby. ‘Onze klanten kunnen
niet. Ik vind CSA gewoon een leuk concept’, legt
altijd op onze boerderij terecht. Sommigen
Jeanine uit. Community Supported Agriculture
komen elke dag langs om groenten te oogsten,
is een moeilijke naam voor een simpel concept.
terwijl anderen dan weer om de twee
Klanten plukken zelf hun groenten of fruit en
weken langskomen.’
betalen daarvoor jaarlijks een eerlijke prijs aan de boer. ‘Dit systeem is de toekomst’, vertelt
Klanten betalen niet voor de
CSA-boer Robby Kelchtermans.
landbouwproducten, maar dragen bij aan de werkingskosten van het bedrijf. CSA-boeren
Etienne Geerdens en Robby Kelchtermans
krijgen op voorhand een eerlijke prijs voor hun
baten in Herk-De-Stad hun eigen CSA-
groenten en fruit. Doordat ze hun inkomsten
boerderij uit. ‘Ik was al een tijdje bezig
voor het seizoen al ontvangen, kunnen ze hun
© GF
YesWEconomy
59
“
Stel dat een oogst mislukt, dan zijn er nog altijd 95 andere soorten die wel lukken. De klant heeft altijd iets Hoe CSA ontstond probleem. ‘De klant deelt inderdaad
meegenomen,’ vertelt Eline. ‘Onze
het risico, maar we telen bijvoorbeeld
klanten zijn vooral jonge mensen met
verschillende soorten groenten. Stel
kinderen. We merken dat ze meestal
dat een oogst mislukt, dan zijn er nog
al met gezonde voeding of met een
altijd 95 andere soorten die wel lukken.
ecologische manier van leven bezig
De klant heeft
zijn’, vertelt Robby. ‘Het concept
altijd iets.’
spreekt ook veel soorten mensen
CSA ontstond in de boerderij Les Jardins de Cocagne in Zwitserland. Het concept sloeg meteen aan in de Verenigde Staten. Jan Vander Tuin en Robyn Van En richtten de eerste Amerikaanse CSA-boerderij The Indian Line Farm in Massachusetts op. Verschillende nieuwe CSA-boerderijen ontstonden daarna in snel tempo in de VS. Het concept keerde daarna terug naar Europa. In Frankrijk, Nederland en het Verenigd Koninkrijk sloeg het concept enorm aan. Community Supported Agriculture sijpelde pas in 2007 tot Vlaanderen door. Netwerk CSA Vlaanderen, een overkoepeld netwerk voor CSA-boerderijen in Vlaanderen, werd twee jaar later opgericht. Het netwerk telt vandaag de dag ongeveer 30 CSA-boerderijen over heel Vlaanderen.
aan’, legt de 22-jarige student Ronald ‘CSA is voor mij de toekomst’, legt
uit. Ronald probeert sinds vorig jaar
Robby uit. ‘Je hebt als boer zoveel
ecologischer te leven. ‘Oud of jong,
zekerheid met dit systeem. Toch
hippie of normaal, het maakt niet uit. Je
kunnen er momenteel geen CSA-
moet je niet met transitie bezig houden
boerderijen in Vlaanderen meer
om mee te doen aan dit project. Dat is
bijkomen. De vraag groeit niet snel
het mooie van dit concept.’
genoeg. Als mensen nu massaal CSAboerderijen oprichten, dan zakt de
Community Supported Agriculture
prijs door een veel te groot aanbod.
toont aan dat een andere manier
Daardoor komen wij dan weer in
van landbouwen mogelijk is. Boeren
de problemen. Het aanbod en de
kunnen ecologisch te werk gaan zonder
vraag moeten geleidelijk aan groeien.
daarvoor een hogere prijs te moeten
Iedereen legt momenteel de focus
aanrekenen. Het concept toont ook
op groenten en fruit. Nieuwe CSA-
dat klanten bereid zijn een eerlijke
boerderijen moeten zich specialiseren
prijs te betalen in ruil voor kwalitatief
op andere producten zoals graan.’
goede en verse producten. CSA biedt een antwoord op de problemen van
Eline is een 32-jarige lerares wiskunde.
de landbouwsector. Toch blijft de
Ze koopt haar groenten al vijf maanden
toekomst van CSA nog onduidelijk.
niet meer in de supermarkt. Ze plukt
Als de vraag niet groeit en het aanbod
die zelf bij haar lokale CSA-boer. Toch
wel, dan kan het enthousiasme van de
had Eline nog nooit van transitie
CSA-initiatiefnemers hun eigen concept
gehoord. ‘Ik koop mijn groenten bij een
onderuit halen. Of dat scenario zal
CSA-boerderij omdat ik het concept
uitkomen, kan alleen de
leuk vind. Ik eet verse groenten met
toekomst uitwijzen.
de seizoenen mee en help de lokale boer hier te overleven. Dat ik dan ook
Matthias Vanherle
nog eens het klimaat help door mijn groenten niet uit verre landen te laten importeren, is dan ook weer mooi
60
YesWEconomy
YesWEconomy © bkwdoyton
61
3 pijlers: transitie, onderzoek en industrie.
vzw jaarlijks een cleantech rapport uit. In
4 thema’s: energie, water, materiaal en
dit rapport geven ze een overzicht van het
mobiliteit.
ecosysteem van de Vlaamse Cleantech Cluster.
5 provinciale antennes: Limburg, Antwerpen,
Zo krijgt i-Cleantech niet alleen een beeld
Vlaams-Brabant, Oost-Vlaanderen
van de evolutie doorheen de jaren, ook zijn
en West-Vlaanderen.
ze in staat om vergelijkingen te maken met de rest van de wereld. ‘De klimaatcrisis is
‘I-Cleantech Vlaanderen ziet zichzelf als een
een wereldwijd probleem. Door data uit te
netwerkorganisatie. Wij zorgen ervoor dat
wisselen, blijven de verschillende organisaties
de bedrijven aangesloten bij hun organisatie
op de hoogte van eventuele nieuwigheden bij
met de juiste partners in contact komen’,
de bestrijding van de opwarming van de aarde’,
aldus Vandormael. Dit kan gaan over het
zegt Katleen Vandormael.
verzorgen van het contact tussen twee of drie bedrijven, maar eveneens over een
Zelf beschikt i-Cleantech Vlaanderen over de
samenwerkingsverband tussen
nodige knowhow op het vlak van milieubeleid
tientallen bedrijven.
en projectmanagement. De vzw heeft acht mensen in dienst. Algemeen directeur van
Takenpakket
i-Cleantech is Bart Vercoutere. De bio-ingenieur volgde Peter Tom Jones in 2012 op.
De vzw i-Cleantech Vlaanderen is meer dan enkel een netwerkorgaan. Ook brengt de
De meerwaarde van Cleantech Cluster
© I-Cleantech Vlaanderen
Cleantech D
Over welke voordelen beschikken leden van de Cleantech Cluster?
e vzw I-Cleantech Vlaanderen
Cleantech staat voor ‘clean technology’. Het
probeert sinds 2012 een platform te
is een overkoepelende term voor elke vorm
bieden voor verscheidene organisaties
van technologie die bijdraagt aan het milieu
en individuele partners inzake
of energie bespaart. Een aantal voorbeelden
milieuontwikkeling. Binnen de vzw kunnen
zijn zonnepanelen en windmolens, maar ook
bedrijven netwerken en ideeën uitwisselen
biobrandstof uit algen en warmtekrachtkoppeling.
Business opportuniteiten vergroten zowel in België als in de rest van de wereld Grote netwerkpool creëren om kennis te bekomen en te delen Op de hoogte blijven van nieuwe trends en technologieën
op weg naar een ‘groene’ toekomst. ‘Onze missie is het identificeren en stimuleren van de ontwikkeling van cleantech instrumenten die de realisatie van een duurzame wereld versnellen’, zegt Katleen Vandormael van i-Cleantech Vlaanderen. Een antwoord
De 3-4-5 structuur
Extra publiciteit door vermelding op hun site en Cleantech Rapport
I-Cleantech Vlaanderen deelt hun werking op in verschillende onderwerpen. De 3-4-5 structuur
Toegang tot de databank van alle aangesloten bedrijven
bestaat uit de volgende onderdelen:
aanreiken om de klimaatcrisis tegen te gaan, vormt hun prioriteit. © I-Cleantech Vlaanderen
62
YesWEconomy
YesWEconomy
63
Het team wordt aangevuld met de
vierledige oplossing:
worden doorgedreven dat afval terug
mentaliteitswijziging moeten komen.
In dit verhaal wordt echter soms het
nodig zijn en welke wetgevingen de
‘cleantech antennes’ in de vijf Vlaamse
-Bedrijven en overheden verbruiken
een bruikbare grondstof wordt. Het
We mogen trouwens niet enkel
grotere kader vergeten: in plaats van
uitwerking in het gedrang
provincies en een aparte raad van
minder energie
einddoel is dat het impliceren van
focussen op de personenwagens.
nieuwe technologieën te verzinnen,
kunnen brengen.
bestuur die mee de lijnen voor de
-Op een meer rationele manier omgaan
recyclage een natuurlijke stap wordt in
Denk aan water- en spoortransport
moeten we misschien nadenken over
toekomst uitzet.
met energie
het productieproces. ‘Wij noemen het
en openbaar vervoer. i-Cleantech
de fundamenten van het systeem.
‘Een transitie-arena richt zich specifiek
-De nodige energievragen combineren
design for recycling’, legt Vandormael
Vlaanderen wil vrijwaren dat genoeg
‘Sommige technologieën dagen het
op het zoeken naar een totaaloplossing
-Verstandig opwekken en opslaan
van i-Cleantech verder uit.
aandacht blijft gaan naar
systeem dusdanig uit dat aanpassingen
voor de huidige gang van zaken. De
alle mobiliteitssectoren.
aan het systeem dienen aangebracht te
transitie-arena kan je niet in een
worden’, zegt Vandormael.
bepaald hokje plaatsen. Het is een
Energie
van energie De wereldeconomie wordt steeds
Europa, inclusief België, heeft amper
groter. Een groeiende economie en
‘De (utopische) gedachte van onze
nog eigen grondstoffen. Afval vormt
industrie vragen ook energie, veel
organisatie is het bekomen van 100%
potentieel onze grootste bron van
energie. De grondstoffen die we de
hernieuwbare energie in Vlaanderen’,
beschikbaar materiaal. Dat afval ook
De mens bestaat grotendeels uit water.
nog efficiënt gebruiken in onze huidige
Water lijkt nog ruim aanwezig op deze
I-Cleantech organiseerde verschillende
ook dat eigenlijk voor de huidige
industrie, vormt een uitdaging voor de
aardbol. Er is genoeg drinkwater.
arena’s. Het opzet van deze constructie
klimaatproblematiek alle expertise
komende jaren.
Met zuiver water zitten we echter
is het vormen van een visie omtrent
reeds aanwezig is. De bedrijven
in nauwere schoentjes. Zodra onze
een bepaald thema. Binnen een
werken gewoon te weinig samen. De
watervoorraad op is, is het gedaan met
arena worden de sterke figuren van
netwerkfunctie van zulke arena’s kan
de mensheid. I-Cleantech Vlaanderen
een bepaalde sector samengebracht.
dus bijdragen tot een oplossing’,
zoekt mee naar oplossingen.
Zo kunnen ze samen uitkijken naar
vertelt Vandormael.
laatste decennia hebben aangeboord,
aldus Vandormael.
raken stilaan uitgeput. I-Cleantech blijft zoeken naar hernieuwbare
Afval
vormen van energie. Zo kennen we
Blauw goud
multidisciplinaire aanpak. I-Cleantech
Transitie-arena
Vlaanderen ziet deze TA als een ondervindend netwerk. Ze stellen
bijvoorbeeld al off-shore windparken,
De Vlamingen zijn koploper als het
de verspreiding van zonnepanelen en
gaat om recycleren. Zowel de Vlaamse
vergistingsinstallaties. Meer aandacht
huishoudens als bedrijven weten
De elektrische wagens hebben hun
wordt gegeven aan de isolatie van
hun afval op een correcte manier te
intrede gemaakt in het wagenpark. Dat
gebouwen. Al deze dingen zijn volgens
scheiden. I-Cleantech vindt het ook
bracht al vele positieve gevolgen voor
Bezig zijn met technologie is een
Hiervan worden dan de voordelen
Enkele voorbeelden van organisaties
I-Cleantech Vlaanderen een stap in de
belangrijk om niet zomaar tevreden
de uitstoot mee. De technologische
geweldige activiteit, het is een even
en nadelen afgewogen. Niet enkel de
en bedrijven binnen de transitie-arena
goede richting.
te zijn met de huidige gang van zaken.
wijzigingen geven een boost aan
grote uitdaging om nieuwe oplossingen
technologische haalbaarheid wordt
zijn PlanC en DUWOBO.
Beterschap is altijd mogelijk. Volgens
het milieubewuster omgaan met
te bedenken als om ze toe te passen.
onder de loep genomen. I-Cleantech
i-Cleantech moet recyclage zo ver
mobiliteit. Er zal echter ook een
Vanuit deze kennis ontstaat kunde.
bepaalt ook welke wetgevingen
Bij i-Cleantech Vlaanderen vraagt
Mobiliteit
potentiële toekomstige systemen.
Pauljan Truyens
het nakende energieprobleem een
64
YesWEconomy
YesWEconomy © I-Cleantech Vlaanderen
65
verdere ruimtelijk-economische ontwikkeling van
schaalniveaus: interieurs, straatmeubilair, maar ook
Vlaanderen. Het doel van het project is het treffen
grensoverschrijdende visies over landschapsplannen
van alle voorbereidingen. Ten eerste is het voor
en gebouwen. Geen betere grensmanager dus voor
de ontwikkeling van een grensoverschrijdend
het project.
multimodaal ontsloten bedrijventerrein in het resterende open gebied tussen Lanaken en
Recente activiteiten
Maastricht uit te bouwen. Het bereiken van een grensoverschrijdende ruimtelijke afstemming
Tijdens een bijeenkomst van de stuurgroep
voor nieuwe stedelijke ontwikkelingen binnen het
Albertknoop, die plaatsvond in november 2014,
projectgebied is het tweede doel van dit project.
ondertekenden de vier bestuurders* van het samenwerkingsverband
Het project brengt heel wat voordelen met
een engagementsverklaring.
zich mee. Een van die voordelen is de creatie van nieuwe jobs. Verder is er een goede
De inrichting van de grensoverschrijdende ‘kop van
samenwerking tussen de
het Zouwdal’ staat bovenaan de bucketlist. Verder
Albertknooppartners. Hierdoor
willen de organisatoren ook natuurontwikkeling,
communiceren overheden over plannen en
landschappelijke inpassing en buffering van de
vergunningen met omliggende woonwijken in
steenfabriek Wienerberger van het lijstje afvinken. In
Maastricht, ook al betreft dat enkel Vlaamse
het najaar van 2015 kan de uitvoeringsfase
aangelegenheden. Andersom geldt dat natuurlijk
van start gaan.
ook. Het is win-win situatie.
Asli Özyurek
Niet alleen in die regio’s wordt aan het project
Project Albertknoop zorgt voor veel economische voordelen. © GF
gewerkt. Brussel en Den Haag werkt ook aan het project Albertknoop. Onder voorzitterschap
PROJECT ALBERTKNOOP: tactisch en grensoverschrijdend
van de Benelux onderzoeken milieu-experten de milieunormen en milieuprocedures op de Belgische en Nederlandse grens. De grens mag geen hindernis vormen voor dit project gericht op welzijn en welvaart.
Grensmanager OMGEVING CVBA werd door de betrokken
E
partners aangesteld als ‘grensmanager’.
en paar jaar geleden ging het project Albertknoop van start. Dat project is
OMGEVING is een onafhankelijk ontwerpbureau
een samenwerking tussen Belgisch en Nederlands Limburg. Het is tactisch en
op het vlak van ruimtelijke planning en
grensoverschrijdend. Op vlak van economie en milieu brengt project Albertknoop veel
ontwikkeling. Zij houden zich bezig met de
voordelen met zich mee.
architectuur en de inrichting van publieke ruimten. Het bureau bestaat sinds 1973.
In 2004 presenteerden Belgisch Limburg
in het grensgebied, tussen de Nederlandse stad
en Nederlands Limburg de ‘Euregionale
Maastricht en de Vlaamse gemeente Lanaken, een
Ontwikkelingsvisie Limburgse Maasvallei’. Op
multimodaal ontsloten en regionaal bedrijventerrein
basis van die visie besloten de provinciebesturen,
tot stand te brengen. Dat terrein past zich op een
met instemming van de gemeenten Lanaken en
duurzame wijze in de omgeving aan.
Maastricht, om het project Albertknoop verder uit te werken.
Voordelen
Het project Albertknoop is een strategisch,
Project Albertknoop maakt deel uit van het
grensoverschrijdend project. Tactisch én
Economisch Netwerk Albertknoop. Dat staat overigens
internationaal dus. Het project werd uitgewerkt om
aangeduid als een zeer belangrijk gebied voor de
Sindsdien heeft het zich opgewerkt tot een toonaangevend bureau. OMGEVING bestaat uit een ervaren team van meer dan 50 architecten, stedenbouwkundigen, ruimtelijke planners, geografen, landschapsarchitecten en mobiliteitsdeskundigen. Het bureau werkt voor de publieke en private sector. Hun ontwerpen situeren zich op verschillende
©GF
66
YesWEconomy
YesWEconomy
67
Minimum 6.2 miljoen euro nodig voor doorstart NewB
D
e duurzame lagekostenbank NewB staat voor een belangrijk jaar. De bank moet
wettelijk minimum 6,2 miljoen euro inzamelen om een banklicentie te verkrijgen. NewB haalde eerder al 1,9 miljoen euro op bij ongeveer 48.000 coöperanten. Het volgende doel is een kapitaalverhoging van 3,5 miljoen euro.
Centrale Bank (ECB) kan de eigenlijke licentie verworven
Bontemps argumenteert dat een duurzame bank zoals NewB
worden in 2016. In het beste geval kan de bank dan in 2017
zeker een toekomst heeft in België. Over de toekomst van
echt opstarten.
NewB zijn veel bankiers en marktonderzoekers het eens. Zo kunnen we vaststellen dat de Belgische markt gedomineerd
Voorlopig heeft NewB nog geen aanvraag ingediend. Dat
wordt door vier grootbanken die een vrij gelijkaardig
vertelt Jim Lannoo, woordvoerder bij de FSMA. ‘NewB
aanbod hebben. Daarnaast is er slechts één heel kleine
valt momenteel niet onder het toezicht van de FSMA
lokale coöperatieve bank en slechts één duurzame bank in
omdat deze vennootschap geen bankvergunning heeft
ons land met een beperkt producten- en serviceaanbod.
en geen prospectus heeft laten goedkeuren in het kader
Hierdoor menen we dat er effectief een markt is voor
van een financiële verrichting. Het verstrekken van
een coöperatieve door waarden gedreven bank. In elk
bankvergunningen gebeurt door de ECB. De Nationale
van de ons omringende landen is er meer diversiteit
Bank staat in voor het prudentiële toezicht (toezicht
in het bankenlandschap, het wijst in de richting van de
op solvabiliteit, liquiditeit, rendabiliteit, ….) van de
mogelijkheden die er ook in België zijn’.
kredietinstellingen.’
Werkwijze
Volgens Marc Bontemps, woordvoerder van NewB, is een startkapitaal van
Bij NewB wil men vooral via het internet werken. ‘Dat is
6.2 miljoen euro meer dan voldoende
vele kostenefficiënter, en een goede klantenservice kan ook gegeven worden zonder een duur lokaal kantorennet. We willen dan ook een sobere bank. Wist u dat een Belg gemiddeld maar een keer per jaar in zijn kantoor binnenstapt met een concrete vraag voor een bankbediende of de gerant? Overigens zal ook de cash-economie de volgende jaren zienderogen wegebben. Nog een reden om zonder kantorennet te werken,’ zo zegt Bontemps. In 2015 plant men ook de uitgave van de NewB Card. Dat is een soort bankkaart met een ethische inslag die aan iedere coöperant zal aangeboden worden. De bank hoopt hiermee zijn eerste operationele inkomsten te verwerven. Daarnaast zal NewB ook gaan samenwerken met de Belgische bankverzekeraar Crelan. De leden van NewB kunnen daar terecht voor het storten van hun geld.
Triodos Het initiatief voor een duurzame bank werd voor het eerst genomen in Nederland. De Triodos Bank N.V. werd opgericht om een bankvergunning te verkrijgen. NewB wil uiteindelijk
Het benodigde kapitaal zou van de coöperanten moeten
uitgroeien tot een bank met een vermogen van 60 miljoen
komen. Dit zijn dus zowel de burgers, de organisaties, als de
euro. Volgens experts is dit echter niet voldoende. Zij zeggen
investeerders’, zo vertelt Bontemps.
in 1980 en wordt beschouwd als een van de wereldleiders op
Iedere particulier kan voor slechts twintig euro
een samenleving tot stand te brengen waarin levenskwaliteit
aandeelhouder van NewB worden. Daarnaast vormen
dat een vermogen van 100 miljoen euro het minimum is om een kans te maken op de bankenmarkt. Voor NewB is dit een
Coöperatie
Vergunning
organisaties en bedrijven via hun sociaal netwerk van klanten en werknemers, het middenveld in de investeringsstructuur
plan op langere termijn. NewB werd opgericht op 6 mei 2011. De bank werd aan
van NewB. Zij moeten minimum 2000 euro bijdragen.
‘NewB heeft de ambitie om hogere veiligheidsnormen te
het grote publiek voorgesteld op 24 maart 2013. In de
Uiteindelijk zijn er ook nog de pure investeerders. Zij kunnen
hanteren dan gebruikelijk en om meteen een vrij grote
eerste drie jaar groeide de bank gestaag van zo’n 10.000
coöperant worden van de bank door een minimale bijdrage
werking te ontplooien. Dit is een voluntaristische aanpak die
leden in de beginweek naar een ruime 40.000 in 2014.
van 200.000 euro te storten. Iedereen krijgt bij de aankoop
een belangrijker kapitaal zou behoeven. Welk bedrag daar
Hierna stagneerde de groei van het ledenaantal. Als alles
van een aandeel ook een stem in de Algemene Vergadering.
precies moet tegenover staan, wordt uitgemaakt door de
volgens plan verloopt, kan de bank dit jaar een banklicentie
Iedereen heeft dus per hoofd een gelijkwaardige stem.
Nationale Bank en de Europese Centrale Bank, afhankelijk
aanvragen bij de Autoriteit van Financiële Diensten en
NewB zal zijn aantal coöperanten moeten opkrikken tot zo’n
van de grootte, de producten en de ratio’s die ze oplegt.
Markten (FSMA). Mits toestemming van de Europese
125.000 personen indien het een goede doorstart wil maken.
vlak van duurzaam bankieren. De bank stelt zich als doel om en menselijke waardigheid voorop staan. Zo wil Triodos enkel de door haar gegenereerde omzet investeren in de reële economie. Er is dus geen sprake van het investeren van onbestaand kapitaal. Sinds 2009 groeide de bank gemiddeld met 20 procent. In 2014 was het eigen vermogen van Triodos verdubbeld tot 704 miljoen euro. De bank telde in 2014 zo’n 65.000 klanten in België en zo’n 517.000 in Europa. NewB ziet de Triodos eerder als bondgenoot dan als concurrent. De bank wil dan ook de mogelijkheid tot samenwerking in de toekomst zeker niet uitsluiten. Steven Vanmechelen
68
YesWEconomy
YesWEconomy
69
Wij-denken
D
e huidige consumptiemaatschappij van individualisme en materialisme heeft nood aan een psychologische ommezwaai. We moeten af van het
idee dat welzijn afhankelijk is van een steeds groeiende materiële welvaart. De bewijzen hiervoor liggen al een tijdje op tafel. Depressies, burn-outs en een sterke stijging van allerlei psychologische klachten in het algemeen wijzen erop dat de rat race van de hedendaagse
eigen groentetuin zal in tijden van crisis afhankelijk zijn van anderen. De voorbije decennia lag de nadruk op individuele ontplooiing en onafhankelijkheid. Daardoor wordt de indruk gewekt dat een mens prima op zijn eentje kan leven en anderen niet nodig heeft. Die tendens is maatschappelijk ook te zien in de toename van het consumentisme, het verkleinen van de huishoudens en de grote toename van het aantal alleenstaanden. De keerzijde van de medaille is
maatschappij niet houdbaar is.
de stijging van eenzaamheid en isolement, de
Hoewel individuen veel kunnen doen is het
problemen zoals burn-out, depressie en slaap-
belangrijk om de grote uitdagingen als gemeenschap aan te pakken. Zelfs iemand die een goed geïsoleerd huis heeft met zonnepanelen en een
grote groei van de groep mensen met psychische problemen. Bij tegenslagen op persoonlijk of maatschappelijk vlak, blijkt echter snel dat een sociaal vangnet onontbeerlijk is.
Heel vaak ervaart men het ecologische discours als
geen bal aan van milieu en sociale voorschriften en
tegengesteld aan de sociale problematiek.
denken vooral aan economische groei.
‘Zonnepanelen zijn voor rijke mensen’, zegt men dan. En daar zit iets in natuurlijk. Een groot deel van
De welvaart is ook onrechtvaardig verdeeld. Het is
de bevolking heeft andere zorgen aan zijn hoofd dan
dus een dubbel probleem dat we in zijn samenhang
wollige, abstracte begrippen als duurzaamheid en
moeten aanpakken. De confrontatie met de
een beter leefmilieu. De kinderen zijn ziek, er moet-
ecologische grenzen radicaliseert immers ook de eis
en rekeningen betaald worden, geen brood meer in
tot herverdeling: wanneer de natuurlijke hulpbron-
huis…
nen beperkt zijn, dan is een te grote voetafdruk ook een afname van levensmogelijkheden van anderen.
Die vergelijking kan ook internationaal door-getrokken worden. De Westerse wereld is bezig met
De rechtvaardigheidsproblematiek moeten we
transitie, omdat we de luxe en de middelen hebben
vandaag dus ook benaderen vanuit die ecologische
om ermee bezig te zijn. Een groot deel van de wereld
dimensie. Wanneer we dat niet doen, zitten we
is echter bezig met overleven. Het hoe is daarbij niet
grondig naast de kwestie waar de samenleving
van belang. Landen als China en India trekken zich
vandaag om draait. Als contextdenkers moeten so-
©foam
70
YesWEconomy
YesWEconomy
71
Tom Palmaerts, trendwatcher en sympathisant leefstraten
‘Het collectief denken is bij de jeugd belangrijker dan individueel denken’
ciaalwerkers dit opnemen als uitdaging. De uitdaging blijft echter om de onderste lagen van de samenleving mee te krijgen in het verhaal. Niet enkel de machthebbers moeten zich dus engageren. Tot een goede transitie kunnen we enkel komen als de samenwerking gebeurt met de burgers en natuurlijk experten binnen de aan te pakken deelgebieden. Dat proces focust op vier belangrijke punten. Lokale overheden moeten aandacht geven aan een adequaat milieubeleid. Burgers moeten ten tweede inspraak krijgen. Er moet gezorgd worden voor een stevige wetenschappelijke basis. Ten laatste is er een koppeling tussen ecologie en sociologie. Cultuur en educatie Een transitie is onmogelijk zonder cultuur, maar cultuur zelf zal ook in transitie moeten gaan. Eerst en vooral gaat het hier om een fundamentele gedragsverandering. Dit is aard/tsmoeilijk. Een slechte gewoonte afleren, is zowat het moeilijkste dat bestaat. Probeer maar eens een maand van je lievelingsfrisdrank af te blijven. Daarom moeten we zorgen voor enthousiasmerende toekomstbeelden. De mensen uit de cultuursector zijn sterk betrokken bij de voorstelling van die beelden. Als we onze toekomst niet kunnen verbeelden, kunnen we ze ook niet creëren. Hier kan kunst zijn nut bewijzen. Een voorstelling maken van een duurzame toekomst zal mensen aansporen om mee in het verhaal te stappen. Een groene stad betekent niet dat we moeten gaan inboeten op luxe.
We moeten zorgen voor de nodige enthousiasmering -> ENCOURAGE. Hier speelt geld een belangrijke rol. Met de nodige financiële ondersteuning geven we transitie meer mogelijkheden. Het is belangrijk om de technologische knowhow te ontwikkelen om de alternatieven te kunnen uitwerken -> ENABLE. Deze E’s zijn eerder de hardware van het transitieverhaal. Cultuur kan ervoor zorgen dat normen en waarden worden vastgelegd om deze dan te kunnen toepassen als basis van heel het transitie denken. Individualisme moet baan ruimen voor delen en samendoen. Ethiek speelt een steeds belangrijkere rol bij het maken van beslissingen. Het is allemaal goed en wel om deze normen en waarden vast te leggen, die moeten wel navolging krijgen. Het begint dan ook pas bij het daadwerkelijk naleven van die principes. Grote organisaties moeten zelf het voorbeeld geven en een consistent beleid voeren. Walk your talk. -> EXEMPLIFY. De laatste E is die van
De vier E’s
ENGAGEMENT. De sleutel ligt in het zorgen voor
Het transitiemodel is het best uit te leggen aan de
voelt bij een veranderingsproces, hoe meer hij zich zal
hand van het Britse 4 E’s model.
72
YesWEconomy
betrokkenheid. Hoe meer een persoon zich betrokken inzetten.
Leefstraten zijn een sociaal gegeven
Als trendwatcher zijnde: denkt u
niet als iets trendy wordt beschouwd,
die het transitie denken een boost kan
dat transitie-economie snel aan het
maar wel als iets dat revolutionair is.
geven. Trendwatcher Tom Palmaerts
toenemen is of eerder traag?
Er zijn in de wereld kortstondige
volgde het concept leefstraat vanaf
veranderingen, de zogenoemde
het begin op de voet. ‘Het brengt een
‘Ik vind de hele transitie-economie een
hypes, maar ook trendcurves. Trend-
buurt samen, waardoor je mensen
positief gebeuren, maar ik heb er toch
curves zijn eigenlijk lijnen die een
leert kennen die op amper 50 meter
ook veel vragen bij. Ik denk dat het
beetje omhoog of een beetje meer
van je huis wonen.’
niet meteen gaat doorgroeien tot iets
omlaag gaan ten opzichte van de x-as.
groots. Wel zijn er al veel initiatieven.
Verder zijn er radicale veranderingen
Het is daarbij belangrijk dat transitie
waarbij er door een schokkende geYesWEconomy
73
beurtenis plots alles veranderd. Dat is eigenlijk enkel het geval bij vulkaanuitbarstingen, aanslagen of orkanen. Die rampen hebben een grote impact op de samenleving. Mensen verwachten dat alles op die manier moet veranderen, maar dat gaat niet.’ ‘Dan zijn er ook nog evoluties waarbij er een versnelling in de groei naar boven of naar onder is. Transitie maakt een versnelling in de groei naar boven toe mee. De Wet van Move verklaart dit model het beste. Hierbij stelt men dat de capaciteit van de
“
Ik vond het geweldig om ’s avonds terug van mijn werk te komen en niet meteen thuis binnen te gaan. Overal waar ik langs liep werd me een drankje aangeboden
technologie om de twee jaar verdubbelt. Dat betekent dat de curve in de eerste fase amper stijgt en op het einde bijna verticaal de lucht in gaat. Momenteel zit transitie in de eerste fase. Het verloopt dus nog erg traag.’ U kijkt vooral naar de jongerencultuur. Zijn jongeren met transitie bezig, of zijn
door je mensen leert kennen die op amper
‘Ik denk ook dat leefstraten enkel in een stad
50 meter van je huis wonen. Voordien had ik
haalbaar zijn. Het verkeer zit daar vaak
deze mensen nog nooit ontmoet. Het leven
zodanig vast dat mensen hieraan willen
wordt tijdens de leefstraat veel meer een
ontsnappen. In dorpen is dat veel minder het
buitenleven. Ik vind het ook belangrijk om
geval. Het is daar nooit echt druk, daardoor
daarbij te benadrukken dat dit niet
leeft deze idee ook veel minder
nostalgisch is, maar wel revolutionair.
op het platteland.’
Oudere mensen beamen dat de huidige situatie totaal niet te vergelijken is met
‘Overigens vraagt zo’n verandering tijd, een
vroeger. Toen zaten de mensen wel meer
aanpassing van het DNA heeft zijn tijd nodig.
buiten en hadden de mensen meer tijd,
Het kost vijf tot tien jaar vooraleer iemand
maar nog nooit werden mensen zo dicht bij
iets normaal gaat vinden. Roken in cafés werd
elkaar gebracht.’
bijvoorbeeld op het juiste moment gelanceerd als wet, toen de mensen het al meer normaal
‘Vooral de ondernemingszin tijdens zo’n
begonnen te vinden om niet te roken op café.
leefstraat is mooi om te zien. De manier
Toch wordt nu nog steeds gerookt op café.
van denken is revolutionair. Het is nog
Om samen te vatten: ja, ik geloof in leef-
nooit gebeurd dat zo spontaan barbecues,
straten. Of alles een leefstraat kan worden:
aperitiefavonden en voetbalpartijtjes op
neen, dat denk ik niet.’
straat werden georganiseerd. Iedereen leeft tegenwoordig in een rush. Het klopt dat
Wat was dan uw mooiste herinnering aan
bepaalde dingen organisch groeien, maar
de leefstraat?
ze totaal niet op de hoogte?
toch wil ik de ongekende ondernemingszin
‘Als het gaat om het concrete van transitie,
buurt te kennen. Hiervoor verwijs ik naar het
dan bedoel ik dus de initiatieven. Daarvan
spreekwoord: beter een goede buur dan een
zijn jongeren nog niet op de hoogte. Maar
verre vriend.’
de culturele mindset van transitie: het samen delen en de verandering van het systeem. Daar zijn jongeren meer van op de hoogte dan andere groepen in onze samenleving. Het collectief denken is bij de jeugd nu al vaak belangrijker dan het individueel denken.’ Nu over de leefstraten: groeit de vraag
onderstrepen. Het is ook belangrijk om je
‘‘s Morgens las ik in de krant over de overkapping van de ring van Antwerpen. Ik probeerde dat tevergeefs aan de kinderen uit te leggen. Om het allemaal wat duidelijker te maken, ben ik naar buiten gegaan en zijn we
Leefstraten zijn tijdelijke initiatieven. Zijn
met wat houten paletten de overkapping van
blijvende leefstraten haalbaar?
de ring van Antwerpen beginnen na te maken. Spontaan kwamen gezinnen meehelpen. We
‘In een utopisch toekomstbeeld zeg ik ja. Ik
hadden zelfs zaadjes in de grond gestopt.
zie dan gigantische parkeerplaatsen voor
Enkele dagen later zagen we die plantjes
me aan de rand van de stad. De wijken en
groeien. De kinderen vonden het geweldig
straten in de binnenstad zouden dan enkel
en speelden hierin.”
via het openbaar vervoer of met de fiets
naar leefstraten?
bereikbaar zijn. Leefstraten zouden dan
‘Ik vond het ook geweldig om ’s avonds terug
uitgroeien tot leefsteden. Natuurlijk moeten
van mijn werk te komen en niet meteen thuis
‘Zelf neem ik eigenlijk enkel deel aan het
we ook dystopisch en realistisch denken.
binnen te gaan. Overal waar ik langs liep
initiatief. Omdat ik veel sympathie heb voor
Dat zal in de eerste honderd jaar zeker niet
werd me een drankje aangeboden. In leef-
de leefstraten, heb ik hier een artikel over
haalbaar zijn.’
straten worden constant spontane initiatieven
geschreven. Om naar de populariteit van de leefstraten te peilen, moet je bij mensen van de organisatie zelf zijn. Ik weet wel dat veel jonge moeders echt enthousiast zijn over dit initiatief in Gent. Dit is een krachtige groep in de samenleving en dus denk ik dat er
georganiseerd en dat is vooral hetgeen dat ‘Daarbij komt dat mensen hun auto vaak
mij bijgebleven is. Soms werden er ook op
voor de deur willen hebben staan en voor de
voorhand grote festivals en concerten
deur van hun werk willen parkeren. Jongeren
gepland in de straten, maar dat hoeft
zien een auto als één van de vele vervoer-
helemaal niet vind ik.’
smiddelen, maar de oudere generatie ziet de
zeker toenemende vraag is naar leefstraten.’
auto echt als een vrijheidsbeeld. In zekere
Wat is uw ervaring dan met de leefstraat?
iemands vrijheid. Jongeren zijn er
Cédric Habex
zin is de auto ook een uitbreiding van daarentegen steeds meer van bewust dat
74
YesWEconomy
‘Zoals ik al zei, vind ik het een heel knap
het openbaar vervoer, autodelen en de fiets
initiatief. Het brengt een buurt samen, waar-
ook mogelijkheden bieden.’
YesWEconomy
75
Leen Gorissen, onderzoekscoördinator Transitie binnen VITO Dirk Fransaer, gedelegeerd bestuurders VITO
‘Er is een omwenteling nodig, waarbij alles opnieuw in vraag gesteld wordt’ De Vlaamse instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) is een overheidsorganisatie. VITO integreert transitie naar duurzaamheid op een wetenschappelijke onderbouwde manier in haar projecten. ‘Transitie betekent bruggen slaan. Transities, die gestoeld zijn op innovatie en nieuwe samenwerking, kunnen voor de economie en de hele samenleving het verschil maken’, vertelt Fransaer, gedelegeerd bestuurder VITO. ‘Als je niet schuurt, kun je niet polijsten’ zegt Leen Gorissen, onderzoekcoördinator Transitie binnen de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO): ‘Het aantal grondstoffen op aarde is eindig. Als we zo verder blijven doen, zal de voorraad op een bepaalde dag op zijn. Dat betekent het einde van de mensheid. Met technologische oplossingen alleen kom je er niet. De huidige structuren in de maatschappij zijn niet aangepast om de groeiende problemen op te lossen. Zonder een drastische omschakeling van het systeem komen we er niet. Dit gaat niet zonder slag of stoot. Verandering is een moeizaam proces.’ De crisis heeft pijnlijk duidelijk gemaakt dat ons financieel-economisch bestel aan herbronning toe is. Duurzame ontwikkeling is een eerste stap om uit het slop te geraken. Maar dat is niet genoeg. Gorissen: ‘Er is een omwenteling nodig, waarbij alles opnieuw in vraag gesteld wordt. Dat
76
YesWEconomy
botst op weerstand. De mens is nu eenmaal gehecht aan vaste structuren. Hetzelfde geldt voor de overheid. De vernieuwing zal dus van onderuit moeten komen. Gelukkig leert de geschiedenis ons dat transities mogelijk zijn. Denk maar aan de omschakeling van paard en wagen naar de auto met verbrandingsmotor als transportmiddel. Hetzelfde geldt voor de transitie van traditionele landbouw naar moderne bio-industrie. Transities zijn verre van onbeduidende veranderingen, maar integendeel transformaties die de fundamenten van het systeem hervormen.’ Als onderzoeksinstelling integreert VITO de transitie naar duurzaamheid op een wetenschappelijk onderbouwde manier in haar projecten. Hiervoor lanceerde de overheidsorganisatie in september 2013 het Transitieplatform, dat als kennis en verbindingsorgaan de integratie van het transitie denken in alle activiteiten van VITO ondersteunt en faciliteert. Duurzame chemie, energie, gezondheid, materialen- en landgebruik. Dat zijn de vijf thema’s waarop VITO zich het komende decennium zal focussen. Die thema’s werden in vijf onderzoeksprogramma’s vastgelegd. Ze sluiten perfect aan bij de missie en expertise van VITO als technologische onderzoeksorganisatie en bieden een antwoord op de maatschappelijke uitdagingen waar mens en maatschappij vandaag en morgen mee worden geconfronteerd.
©Plan C
Naast onderzoek stapt VITO ook naar de buitenwereld om transitie te promoten. Gedelegeerd bestuurder Dirk Fransaer: ‘Transitie betekent bruggen slaan. Transities, die gestoeld zijn op innovatie en nieuwe samenwerking, kunnen voor de economie en de hele samen-leving het verschil maken. Daarom gaan we een intensieve dialoog aan met industrie, overheden, middenveld, nieuwe markt-actoren en burgers treden in onze projecten steeds meer op de voorgrond. Zo ontwikkelden onze onderzoekers een tool die het Vlaamse natuurbeleid helpt om
weloverwogen ruimtelijke beslissingen te nemen in het kader van het Europese natuurnetwerk Natura 2000. Samen met de overheid, natuurverenigingen, landbouworganisaties en drinkwatermaatschappijen konden we op die manier een participatief traject voor biodiversiteit uittekenen: een primeur.’ VITO beperkt zich niet louter tot wetenschappelijk onderzoek in de enge betekenis en tot beleidsondersteuning, maar denkt ook “out of the box” om transitie vorm te geven. Dat zit nu in het DNA van de overheidsinstelling. YesWEconomy
77
“
Het is belangrijk dat systeeminnovaties worden gestuurd door krachtige visies over het toekomstige systeem
78
YesWEconomy
Fransaer: ‘De grootschalige demonstratie van smart grids technologie om vraag en aanbod van elektriciteit te beheren - bij particulieren, die we samen met de KU Leuven (EnergyVille) en een hele reeks industriële partners opzetten in het kader van Linear, toont dat VITO met beide voeten in het veld staat. Door het energieverbruik van 250 gezinnen actief aan te sturen met intelligente toestellen, wil EnergyVille Vlaanderen voorbereiden op de komst van smart grids. In STEP-UP, een grootschalig Europees project rond slimme steden, tekent VITO samen met de stad Gent een nieuw klimaatplan uit voor de stad: opnieuw een initiatief waarin heel wat stakeholders een rol spelen.’ Ook in het proces dat de Vlaamse industrie moet klaarstomen voor de groene kringloopeconomie, slaat VITO de brug naar de bedrijfssectoren. Fransaer: ‘Samen met de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) voeren we onderzoeks- en demonstratieprojecten uit, maar bouwen we ook aan platformen om initiatieven uit de industrie zuurstof te geven. Initiatieven zoals Flanders Strategic Initiative for Sustainable Chemistry (FISCH) en Flanders Cleantech Association (FCA) llustreren nu al hoe de wisselwerking met maatschappelijke actoren vruchten afwerpt. Van recentere datum is het Shared Research Center Biobased Aromatics dat we samen met de Nederlandse Organisatie voor Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek (TNO) en de Green Chemistry Campus lanceerden. Dat platform breekt een lans voor een duurzame biogebaseerde economie en wil de chemische sector in Vlaanderen ruggensteunen.’
Elk programma zal bouwen aan een stevige kennis- en competentiebasis, die de toegevoegde waarde van VITO verzekert. Het resultaat: nieuw en innovatief onderzoek én een uitgebreide portfolio van wetenschappelijke dienstverlening. In de vijf expertisedomeinen van VITO is een maatschappelijke transitie ingezet of dringt zich een transitie op. Smart grids, een doorgedreven materialenhergebruik, een biogebaseerde economie … Bij VITO zijn we er rotsvast van overtuigd én de voorbeelden in deze VITO VISION tonen het overduidelijk aan: transities die gestoeld zijn op innovatie en nieuwe samenwerking kunnen voor de economie en de hele samenleving wel degelijk het verschil maken.’ Transitie vergt een heldere visie. Fransaer: ‘Het begrip ‘transitie’ nemen we steeds vaker in de mond, ook bij VITO. Maar wat bedoelen we er precies mee? Transities zijn veranderingen van wat men in de gespecialiseerde literatuur ‘sociotechnische systemen’ noemt. De veranderingen spelen zich bovendien af op lange termijn; ze zijn functioneel en complex. In het verleden maakten we al enkele transities mee. ‘ ‘Niet alle systeeminnovaties zijn ingegeven vanuit een streven naar meer duurzaamheid. Ze zijn ook niet altijd even succesvol. Daarom is het belangrijk dat systeeminnovaties worden gestuurd door krachtige visies over het toekomstige systeem.’
Dries Gysels, Meneer de Leeuw Gent
‘Mensen die aan transitie doen, zijn inbrekers in het gangbare’ ‘Waarom ik aan transitie doe? In de eerste plaats om iets fundamenteel aan mijn eigen stad te veranderen of te verbeteren. Hopelijk zullen andere steden een voorbeeld nemen aan ons en kunnen we samen werken aan een duurzame samenleving.’ Dries Gysels startte in 2014 Meneer de Leeuw in Gent. Als co-creator en transitiemanager ontwikkelde hij samen met Pepik Henneman, oprichter van Meneer de Leeuw, een toekomstperspectief op het gebied van duurzame mobiliteit voor de stad Gent. Hij ziet zichzelf als een inbreker in het gangbare, naar de visie van Jan Rotmans die transitie als volgt omschrijft: ‘Grote omslagen die bewerkstelligd kunnen worden door een paar mensen met afwijkende ideeën. Een paar mensen in de juiste combinatie, meestal uit totaal verschillende hoeken, die elkaar vinden en dwars tegen het gangbare ingaan. Ik noem ze wel eens inbrekers in het gangbare.’ Dries Gysels houdt zich zowel professioneel als privé bezig met transities. Hij is al meer dan een jaar een fervent autodeler. © Meneer de Leeuw
Heel wat systemen, zoals bijvoorbeeld de mobiliteit, zijn momenteel in verandering en dat verloopt vaak woelig. Juist die woeligheid werkt voor Dries Gysels inspirerend om op zoek te gaan naar nieuwe systemen voor in de toekomst. Dat is dan ook wat aan de grondslag ligt voor de oprichting van de Fiets van Troje, wat twee jaar later een heus Lab van Troje geworden is. ‘Vanuit de organisatie, in samenwerking met Meneer de Leeuw, doen wij aan transitiemanagement. We willen duurzame transities versnellen en de omslag naar een andere manier van handelen, denken en doen vlotter laten verlopen. Een omslag die sowieso aan het plaats-vinden is, wij maken die enkel minder lastig.’
we proberen heel Gent of de wereld te overtuigen van onze ideeën. Bij een leefstraat zoeken we een duurzame samenlevingsvorm waar alle betrokken partijen, zoals de bewoners en de bedrijven uit de buurt, de meerwaarde van inzien.’
De omslag minder lastig maken, gebeurt aan de hand van de transitiemethodiek. Die werd ook gehanteerd in het experiment Leefstraat van het Lab van Troje. ‘We zoeken een draagvlak in de diepte in plaats van een draagvlak in de breedte waarbij
nog niet de juiste moment voor. We moeten eerst experimenteren om vooruit te blikken op Gent in 2050.’
Laura Colémont
‘Het besef dat het anders moet, is er. Wij hebben dat dan vertaald in drie toekomstbeelden en vijf harde keuzes om de verwevenheid in Gent te vernieuwen. Die keuzes moet de stad maken om versneld de toekomstbeelden te realiseren. Maar daar is het nu
Diny Thomas
YesWEconomy
79
22.000 Belgen doen aan Cambio
Ons land zit in het peloton van autodelen Autodelen zit in de lift. 21 787 Belgen zijn aangesloten bij autodeelsysteem Cambio autodelen. De succesingrediënten van het concept zijn volgens Geert Gisquière de zorgeloosheid en de makkelijke toegankelijkheid die gebruikers ervaren. Het systeem vergt echter ook stressbestendigheid, geduld en verdraagzaamheid van haar klanten. Autodelen is dus niet voor iedereen weggelegd.
C
ambio is een autodeelnetwerk. Met een abonnement bij cambio kan je een wagen huren voor
een bepaalde tijd. Het netwerk verlost je van verzekeringen, herstellingen,
tot 1116 euro per jaar.
zijn we met Cambio ook heel
Het autodeelnetwerk Cambio is actief
immers zowel via onze applicatie als
in Duitsland, Ierland en België. Het is het grootste autodeelsysteem in België en het derde grootste in Duitsland. In België is Autopia de tweede grote speler op de markt, maar deze is veel minder ingeburgerd dan Cambio. ‘Als het op autodelen aankomt, bekleedt België eerder een middenpositie. Het zijn vooral de Germaanse landen zoals Zwitserland, Duitsland en Nederland die de pioniers waren. De Romaanse landen volgden heel wat later pas. Wij zitten daar als Belgen een beetje tussenin’,
toegankelijk. Klanten kunnen ons via de klantendienst steeds bereiken’. Autodelen gebeurt in Limburg op kleinere schaal dan in de andere Vlaamse provincies. In Limburg vind je namelijk enkel Cambio-ophaalpunten in Hasselt (5) en in Genk (1). Dit zijn er tien keer minder dan in Gent, de stad met het meeste aantal standplaatsen en de stad waar Cambio gevestigd is. Gent telt maar liefst 49 standplaatsen. Limburg heeft minder grote steden en meer platteland. Volgens manager Geert Gisquière is dat een belangrijke reden waarom autodelen hier minder
De eerste Belgische standplaats
komt omdat het een aanvulling vormt
werd in 2002 opgericht in Wallonië.
op andere alternatieven zoals het
Vlaanderen volgde pas in 2004. Op
openbaar vervoer en de fiets. Als je
afstanden met je wagen maakt.
1 april 2015 hebben 31 steden en
uit de stedelijke context gaat, zijn
gemeenten in België standplaatsen
mensen logischerwijs veel meer op
Volgens het bedrijf zelf is autodelen bij
met Cambiowagens. Er zijn 301
een wagen aangewezen. Delen wordt
ophaalpunten en 709 Cambiowagens.
in dat geval dan ook minder evident.’
van je auto. Dit betekent dat Cambio je financieel voordelen kan opleveren, tenminste als je niet dagelijks lange
Cambio al voordeliger dan een eigen auto wanneer je minder dan 10.000 kilometer per jaar op de teller hebt en je de auto niet dagelijks gebruikt voor bijvoorbeeld woon-werkverkeer. Hoe minder kilometers op de teller hoe voordeliger het wordt. Rij je
© GF
naar hen om te kijken. Tegelijkertijd
snel van de grond komt. ‘Autodelen
betaal je enkel en alleen het gebruik
YesWEconomy
per jaar, dan bespaar je met Cambio
wagens lenen en je hoeft verder niet
verklaart manager Geert Gisquière.
onderhoud en andere kosten. Hierdoor
80
bijvoorbeeld maar 7.000 kilometer
Deze 709 wagens staan op dit moment ten dienste van 21 787 gebruikers. ‘Het systeem heeft een zeer lage drempel. De gebruikers kunnen de
is eerder een stedelijk verhaal. Dat
Mobiliteit ‘Een andere belangrijke reden waarom mensen aan autodelen doen, is om de stad leefbaarder te maken.
YesWEconomy
81
Schadeaangifte Aan het Cambio-ophaalpunt aan het Hendrikaplein in Gent ontmoeten we Marc. Als technieker bij Cambio controleert hij de wagens aan de standplaatsen regelmatig. Net zoals de gebruikers zich aan hun huurtijd moeten houden, krijgt hij ook maar beperkte tijd om een wagen te controleren. Marc legt graag uit hoe gebruikers schade aan het voertuig moeten rapporteren. Dit moeten zij altijd doen alvorens ze de wagen gebruiken. ‘De terminal in het voertuig vraagt na het intoetsen van de code om het voertuig te controleren op eventuele schade. Als de gebruiker schade opmerkt, noteert hij of zij dit op de schadelijst in het handschoenenkastje.’ ‘Vervolgens krijgen wij, de techniekers, een oproep van de balie om naar het voertuig te gaan kijken. Als het om kleine deuken of krassen gaat, brengen wij enkel een sticker aan op de wagen om aan te tonen dat wij de schade al opgemeten hebben.’ Marc heeft tot half vijf om dit Cambio-voertuig te controleren op schade. © GF
Dat is ook effectief zo, want één Cambio-
werknemer een eigen
zijn of haar persoonlijke code in te
wagen vervangt ongeveer twaalf auto’s.
bedrijfswagen nodig.
geven. Dan wordt er meteen gevraagd
Daardoor kan het verkeer vlotter door de stad en vermindert de parkeerdruk.
“
Autodelen is eerder een stedelijk verhaal
om eventuele schade aan het voertuig Hoe werkt Cambio?
Dit maakt het voor de steden dan ook
Het principe dat Cambio hanteert
interessant om zulke projecten
om auto’s te delen, is makkelijk te
te ondersteunen.’
begrijpen. Toch zijn er enkele zeer specifieke handelingen die de klant moet
YesWEconomy
autosleutel uit de terminal vrijgegeven en kan de gebruiker de wagen starten. Gebruikers
Cambio hoopt dan ook dat de
uitvoeren om een Cambio-wagen te
overheid extra inspanningen zal leveren
kunnen gebruiken. In de eerste plaats
Niet alleen de financiële voordelen
op het gebied van ruimtelijke ordening.
moet je als gebruiker op voorhand via
van autodelen moedigen mensen aan
Concreet moet er gestreefd worden naar
de klantendienst, website of applicatie
om zich bij Cambio aan te sluiten. Een
een betere organisatie van de steden om
vastleggen wanneer en op welk tijdstip je
aanzienlijk deel van de gebruikers
plaats te bieden aan de ophaalpunten
welke auto wilt huren. Eens dit bevestigd
hebben naast een lidmaatschap bij
van Cambio.
is, kan je de auto op dat tijdstip gaan
Cambio immers nog een eigen auto.
ophalen aan het ophaalpunt.
Deze gebruiken ze in hoofdzaak.
Het autodeelnetwerk wil daarnaast dat
82
op te meten. Pas daarna wordt de
Cambio stelt haar klanten een hele
de overheid een soort van fiscaal statuut
Elke gebruiker heeft een eigen lidkaart
resem aan voertuigen ter beschikking,
uitwerkt dat het voor bedrijven gunstig
van Cambio. Daarmee kan de wagen via
gaande van kleine stadswagens tot
maakt om met Cambio in zee te gaan. Op
de kaartlezer aan de voorruit worden
bestelwagens. Veel mensen vinden het
die manier zouden bedrijfswagens, die in
geopend. Op dat moment kan de
dan ook handig om bijvoorbeeld van
principe louter tijdens het werk gebruikt
gebruiker de wagen nog niet starten. Hij
een bestelwagen gebruik te kunnen
zouden moeten worden, ook nog
of zij dient eerst de terminal, gelijkend
maken wanneer ze meubels gaan
uitgeleend kunnen worden door Cambio
op een bankcontact in een winkel, in het
kopen of verhuizen.
na de werkuren. Daarnaast heeft niet elke
handschoenenkastje te nemen en hierop
Het is natuurlijk ook niet allemaal rozengeur en maneschijn. Autodelen is een sociaal gebeuren en daardoor zijn zowel verdraagzaamheid als discipline belangrijke steunpilaren van het project. Aangezien gebruikers op voorhand moeten vastleggen hoelang zij een bepaalde auto zullen gebruiken, kunnen zij het zich niet permitteren om te laat te zijn. Een andere klant kan de auto immers nadien gehuurd hebben. In steden is het echter niet altijd gemakkelijk om op voorhand in te schatten hoelang je onderweg zal zijn. Auto’s die te laat terug worden gebracht naar het ophaalpunt vormen dan ook geen uitzondering. Gebruikers zijn steeds afhankelijk van elkaar. Autodelen vergt daarom stressbestendigheid, geduld en verdraagzaamheid van haar gebruikers. Het systeem is dus niet voor iedereen gemaakt. Cédric Habex
YesWEconomy
83
‘Cohousing kan een antwo ord voor Vlaanderen zijn’ Vlaanderen is volgebouwd. Toch moet dat geen probleem zijn volgens masterstudent architectuur Thomas Dreesen. In zijn masterthesis toont hij aan dat cohousing een alternatief woonconcept is. Cohousing is een Deens idee. In 1964 discussieerde de architect Jan Gudmand-høyer met zijn vrienden over verschillende manieren van wonen. Ze wilden de essentie, het gevoel van het dorp, naar de stad halen. ‘Een cohousing-project staat of valt bij de sociale interactie tussen de bewoners’, vertelt Thomas. ‘Samenhuizen vzw schat dat van de vijf tot tien projecten die worden opgestart in België, er maar één slaagt’. ‘Ik heb verschillende wijken in België bekeken en sommige in theorie omgevormd tot cohousingprojecten. In Vlaanderen zijn er 2.956.628 eenheden verspreid over verschil-
lende soorten functies. Er zijn ongeveer 2,6 miljoen huishoudens. Bijna negentig procent van de gebruikte gebouwen zijn woningen. Daar komt dan nog eens bij dat de Vlaming sinds de eerste Wereld Oorlog zelf de eigenaar van zijn woning is. We willen allemaal een alleenstaande woning met een tuin. Dat zorgt ervoor dat bouwen in Vlaanderen erg duur is. Als je grond aankoopt, dan kost dat je al snel een klein fortuin.’ In België zijn er meerdere actieve cohousingprojecten. Het eerste succesvolle project ligt in Tubize. ‘La grande cense’ huist 21 gezinnen sinds 2010. Ook Vlaanderen heeft actieve cohousing-projecten. Gent heeft er
bijvoorbeeld twee. Vinderhoute is een voorbeeld van cohousing in de klassieke stijl: er staan verschillende privéwoningen in rijen van 3. Er is in het midden van het terrein een grote gemeenschappelijke ruimte waar men samen kan koken en eten. Boven zijn er speelkamers, een studio voor muziek en een bibliotheekje. Meerhem is dan weer een stadscohousing. Dat houdt in dat de 8 gezinnen die in de voormalige school verblijven hun eigen appartementje hebben binnen het schoolgebouw. Er is een grote eetzaal en een sporthal. De speelplaats is omgevormd tot een gedeelde tuin.
Volgens de Vlaamse confederatie voor de bouw is Vlaanderen niet volgebouwd. De bouwsector kan volgens de federatie voldoen aan de eisen van de Vlaamse overheid. In 2013 bestaat 58% van de woningen uit appartementen. Een enorme stijging ten opzichte van de 35% in 1996. Verder maken ze beter gebruik van de overgebleven bouwgrond. ‘Maar dat neemt natuurlijk niet weg dat het Vlaamse land eindig is. We kunnen niet voor eeuwig bijbouwen, ook al zijn dat appartementen’, vertelt Thomas Dreesen. Er staan in Vlaanderen veel projecten in de start-blokken.
In Leuven heeft een groep een oude school in de Kapucijnenvoer gekocht. ‘Het gebouw zit nu in de planningsfase, maar door de aankoop van de site is het project al goed op weg. Elf gezinnen hebben hun eerste toezegging al gedaan’, vertelt Melanie. Ze was samen met haar vriend de initiatiefneemster voor het project. ‘Ik heb altijd in een gemeenschapswoning gewoond. Dus ik wou terug naar dat sociale contact.’ In totaal zal er plaats zijn voor twintig gezinnen in het gebouw. ‘Maar omdat het binnen de ring van Leuven ligt is het een duur project. Er zijn daardoor al
verschillende mensen uit het project gestapt. Langs de andere kant heeft dat aspect weer anderen aangetrokken. De locatie houdt eerder mensen tegen dan dat de prijs dat doet.’ Een woning in een cohousing-gemeenschap hangt gemiddeld rond die van een gewone woning. ‘Maar je krijgt er een gemeen-schappelijk gebouw en een gemeenschappelijke tuin bij’. Cohousing wordt steeds populairder. De woonvorm is financieel aantrekkelijk en makkelijk voor gezinnen met kinderen. Cohousing is de alternatieve woonvorm bij uitstek. Christophe VanEnde
©CoHousing
84
YesWEconomy
YesWEconomy
85
Een hele maand leven van restjes, dat is waar studente grafisch ontwerp, Jill De Graaf, in slaagde. Elke Belg produceert maar liefst 535 kilogram afval per jaar. Een derde daarvan wordt zomaar weggegooid. Dat terwijl 805 miljoen Belgen honger lijden.
Ongeveer de helft van alle verspilling gebeurt bij mensen thuis: de gemiddelde Belg verspilt jaarlijks tussen de 13 en 25 kilogram voedsel. In heel Vlaanderen komt dat neer op een totale verspilling van 120 000 ton bruikbaar voedsel per jaar. Een Vlaams gezin van vier personen gooit dus met andere woorden driehonderd euro aan voedsel
haar stad, Antwerpen. De honger en het bruikbaar voedsel dat op dagelijkse basis verspild wordt, waren twee contrasten die niet in haar hoofd pasten. ‘Ik kan zoiets niet begrijpen. Het is een fout in
boodschap aan de buitenwereld: missie begon. Met een lege ‘mensen moeten inzien dat ze zak trok ze naar de winkels
restaurant waar ze werkt. De
vermoeiend eigenlijk, want dan
bakker bij haar in de straat
moest ik nog thuiskomen en
bij haar in de buurt, schooien moeten durven vragen naar rest- naar restjes die niet meer jes. Zo wordt het voor verkocht raakten en die dag
doneerde zijn oud brood
op zoek gaan naar voedsel om
namelijk al aan de voedselbank.
klaar te maken. Een heel karwei
‘Dat heb ik niet aangenomen
op een lege maag.’
zich niet moeten schamen. Ze
winkeliers ook duidelijk dat ze
onze maatschappij. Groothandels
hun overschot aan voedsel aan
vertelden me dat veel eten
de armen moeten geven.’
gewoon wordt weggegooid, ook al is het niet vervallen. Van
Bedelvaart
hogerop wordt gewoonweg verboden om het eten weg te
Om haar project te doen slagen,
geven,’ vertelt Jill.
haalde Jill haar kasten leeg. Ze
Ze wou haar vrienden en
deed alles weg wat ze dertig
vriendinnen die in armoede
dagen lang niet meer mocht ope-
per Nederlander.
leven een hart onder de riem
ten. Haar huisgenoten vertelde
steken. Zo besloot ze om op één
ze niet aan haar
Voor Jill De graaf kon het zo niet
april te starten met haar project
schap in de diepvriezer en
langer. Ze begon rond te kijken in
‘Zero Waste Challenge’. Haar
koelkast te komen. Haar
gewoon in de vuilbak. Onze noorderburen doen het nog slechter met ongeveer 50 kilogram voedselverspilling
zonder pardon de vuilbak in
omdat het echt naar mensen
zouden belanden.
in nood gaat, wat juist het doel
Haar dorst lestte ze met kraant-
van mijn project is.’
jeswater. Drank in de winkel ko-
overschot aan eten weggoo-
Honger heeft ze niet echt
principe. Aangezien drank niet
iden omdat ik ’s avonds het
geleden, maar toch moet Jill
tot de restjes behoort, weigerde
afval voor de deur van die
toegeven dat de honger soms
ze die dan ook aan te kopen.
winkels gecontroleerd heb,’
wel begon te knagen als ze op
Op die manier gaf ze enkel geld
lacht Jill. Om voor eten op tafel
school zat. ‘Ik kon niet goed
uit aan haar waterrekening.
te zorgen moest ze elke dag
inschatten hoeveel voedsel te
Op de vensterbank stonden
ongeveer vijf verschillende
voorzien als ik naar school ging.
wat muntplantjes, de blaadjes
winkels afgaan op zoek naar
Daardoor zat ik vaak nog vier
daarvan gebruikte ze wel om
restjes. Oud brood kreeg ze
uur aan een stuk met honger in
verse muntthee te zetten om
mee van het
de les,’ zegt Jill. ‘Heel
wat variatie te brengen.
‘Ik wist welke winkels het
pen, deed ze niet. Dit vooral uit
Zero Waste Challenge: rest jes kunnen ook lekker zijn 86
YesWEconomy
YesWEconomy
87
‘Mensen financieel een goed gevoel geven, daar doen we het voor’
komosie komt op voor arme Ecologie met de paplepel Milieubewust zijn heeft altijd al een rol gespeeld in Jills leven. Dat leerden haar ouders haar aan. Zo werd bij haar thuis gesorteerd en gingen ze elke vorm van verspilling tegen. ‘Mijn ouders vinden het fantastisch dat ik me achter dit project heb gezet. Ze reageren echt heel trots, vooral nu ik de media heb gehaald met mijn verhaal,’ vertelt Jill. Wel weet ze dat de hele wereld niet kan leven op de manier dat ze de afgelopen dertig dagen heeft geleefd. Zoiets is niet haalbaar. Al wat ze wilde bereiken met haar project was de armoede en de wegwerpmaatschappij aankaarten. ‘Het grootste probleem ligt bij de gezinnen en de winkels die hun eten weggooien. Als iedereen daar een beetje rekening mee zou houden komt het denk ik wel in orde. Mijn project zou daar een opstapje voor moeten zijn.’ Yasmine El Farissi
88
YesWEconomy
ZERO WASTE SHOP Een goed initiatief om zo weinig mogelijk te verspillen en ook de afvalberg te verkleinen, vindt Jill de Zero Waste Shops. Onlangs heeft er zich zowel in Gent als in Antwerpen zo’n shop gevestigd. Voor Jill was zo’n shop niks nieuws. Ze kende het principe al. ‘Ik was heel blij toen er hier zo’n winkel kwam. Het principe vind ik fantastisch. Het doet denken aan vroeger, want toen moesten de mensen zelf hun potjes mee-nemen. Dat is veel beter dan vijf plastiekjes rond een koekje,’ aldus Jill. Nu dat er een Zero Waste Shop in Antwerpen is probeert ze zoveel mogelijk voedsel daar aan te kopen, wel zorgt ze voor haar eigen potjes en zakjes want in de shop zijn ze toch wat duur.
Al meer dan 20 jaar zet Komosie, de koepel voor milieuondernemers in de sociale economie, zich in voor mensen met beperkte middelen. De focus ligt vooral op het creëren en in stand houden van werkgelegenheid voor risicogroepen en het beschermen van het leefmilieu. Komosie overkoepelt alle 125 Vlaamse kringwinkels en de 30 energiesnoeiersbedrijven waarin de thema’s hergebruik, energie en voedselverlies centraal staan. Diny Thomas ‘Komosie houdt zich bezig met alles wat op het kruispunt ligt van milieu en sociale tewerkstelling’, zegt Liesbeth De Schamphelaere, persverantwoordelijke van Komosie. De vereniging zonder oogwinstmerk focust zich vooral op de mensen met beperkte middelen. ‘Mensen financieel een fijn gevoel geven, daar doen we het voor.’ Dat financieel fijn gevoel geven, doet Komosie op verschillende manieren. Zo biedt de vereniging aan zo’n 5000 mensen, die om uiteenlopende redenen weinig of geen kans maken op de arbeidsmarkt een job, een opleiding en een toekomstperspectief aan. Daarnaast probeert Komosie via de twee grote spelers, De Kringwinkel en de Energiesnoeiers, de armere
gezinnen meer waar voor hun geld te geven. Dat doet elke speler op zijn eigen manier. ‘Eigenzinnig, innovatief en creatief.’ Met die woorden omschrijft Liesbeth de Schamphelaere de 125 kringwinkels in Vlaanderen. Hoewel de focus vooral ligt op de armere gezinnen, trekken ze tegen-woordig ook hoogopgeleiden en vooral jongeren aan. Tweedehands is gewoon hip. ‘Je vindt de meest unieke stukken nog altijd in de kringwinkel. Maar weinig mensen hebben hetzelfde als jou, in tegenstelling tot bijvoorbeeld een rokje uit de Zara,’ zegt Jana Bongaerts, een liefhebber van de kringwinkels. In de kringwinkels vind je kleding, meubelen, huishoudelijke spullen zoals borden en glazen, boeken en nog veel meer. Het zijn producten van mensen die ze niet meer kunnen of willen gebruiken. Alvorens de spullen in de winkel uitgestald worden voor verkoop, wordt gecontroleerd of ze nog wel bruikbaar zijn. Als bijvoorbeeld een puzzel binnenkomt, wordt die eerst helemaal gemaakt door een van de werknemers. Ontbreekt een stukje van de puzzel, dan belandt die in de vuilnisbak. 45% van alle producten die binnenkomen, wordt gerecycleerd en slechts 7% belandt op de afvalberg. ‘Het werk is soms frustrerend. Je steekt zoveel tijd en moeite in het opknappen van een kast om dan
YesWEconomy
89
“
Mensen financieel een goed gevoel geven, daar doen we het voor
”
uiteindelijk tot de conclusie te komen dat alles voor niets is geweest. Gewoon weg ermee,’ vertelt Bram Vandebeek, werknemer bij de Kringwinkel in Hasselt. ‘Maar ik doe het graag. Ik heb maanden geen werk gehad en kon amper rondkomen. Goed dat ik hier terecht kon.’ ‘Blij met minder’ De Energiesnoeiers zijn mensen die energiebesparende maatregelen uitvoeren bij maatschappelijk en financieel kwetsbare groepen. Daarom werken ze ook samen met verschillende OCMW ’s en armoedeverenigingen. De bedoeling van de energiesnoeiers is het verlagen van een aantal huishoudelijke rekeningen, zoals die van de verwarming. Een voorbeeld van zo’n maatregel is het plaatsen van aluminiumfolie achter de verwarming. Hierdoor gaat minder warme lucht
verloren en moet de verwarming niet de hele dag opstaan. ‘Op die manier maken ze de mensen blij met minder onkosten, want hun rekening zal drastisch dalen,’ legt De Schamphelaere uit. Daarnaast staan de Energiesnoeiers in voor dakisolatie en gratis energiescans. Ook begeleiden zij het sociaal dakisolatieproject, waarbij de focus ligt op verhuurders van woningen. Als verhuurders beroep doen op de energiesnoeiers, ontvangen zij een verhoogde premie van 23 euro per m2. Sinds dit jaar kunnen eigenaars die een woning verhuren zonder dakisolatie bestraft worden. Vanaf 2020 zal het verboden zijn om een woning te verhuren zonder dakisolatie. Voedt de armen Komosie komt vooral op voor de mensen met beperkte middelen en helpen waar ze kunnen.
‘Daarom hebben we sinds kort een nieuwe niche toegevoegd aan onze thema’s. Naast hergebruik en energie, ondersteunen we nu ook startende en bestaande Vlaamse organisaties om sociaal aan de slag te gaan met en rond voedseloverschotten,’ zegt Liesbeth De Schamphelaere. De Biehal in Lommel is een van de organisaties die ondersteund wordt door Komosie. Zij focust zich niet enkel op de Kringwinkel en Groendienst, maar vooral op de Horeca. Het sociaal restaurant ‘Het Groote Verschil’ biedt een gezond, vers en lekker driegangenmenu aan voor een betaalbare prijs. Zij richten zich dan ook vooral op het eigen doelpubliek, namelijk de gezinnen die het financieel wat moeilijker hebben. Toch is het sociaal restaurant ook aantrekkelijk voor de modale burger. Diny Thomas
‘Tweedehands is vies’ De tijd waarin de kringloopwinkels alleen armere gezinnen en ecologisten over de vloer kregen, is helemaal voorbij. Steeds meer mensen vinden hun weg naar de tweedehandszaken. Dat gaat van armen tot hoogopgeleiden en vooral jongeren. Toch kan niet iedereen zich vinden in het concept hergebruik. Debbie Thomas neemt graag een kijkje in tweedehandszaken, maar daar blijft het ook bij. ‘De sfeer in zo’n winkel is vaak heel gezellig, maar zelf spullen hergebruiken vind ik echt vies. Het is me eender of het gaat om kleding of om meubelen. Wie weet hoe de vorige eigenaar was en wat met die spullen is gebeurd.’
van tweedehandsspullen. Op verschillende fora laait de discussie rond het hergebruik van spullen hoog op. ‘Waarom zou je bijvoorbeeld geen tweedehands matras kopen? Dat is toch net hetzelfde als een matras in een hotel. Daar hebben ook al honderden mensen op geslapen, maar dat is wel oké!?!?’, zegt de 22-jarige Jana Bongaerts, die regelmatig gaat shoppen in tweedehandswinkels. ‘Hoewel 80% van mijn kleren afkomstig zijn uit kringloopwinkels, trek ik voor mezelf wel ergens een grens. Wat overigens het grootste deel van de bevolking wel doet, denk ik. Zo zou ik nooit ondergoed in een tweedehandszaak kopen. Dat gaat voor mijn een brug te ver,’ aldus Jana Bongaerts.
Debbie Thomas is zeker niet de enige die absoluut geen voorstander is 90 © GF
YesWEconomy
YesWEconomy
91
Spullen gaan kapot. Wanneer dat gebeurt, hebben we meestal de neiging om die meteen weg te gooien. We produceren en consumeren voortdurend. Tegelijkertijd danken we steeds meer producten af. Hierdoor vullen we onze stortplaatsen en verbruiken we meer en meer natuurlijke grondstoffen. Dat allemaal op een alarmerend tempo.
Weg met de wegwerpmaatschappij
Volgens cijfers van het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) is het verbruik van natuurlijke hulpbronnen in de afgelopen 30 jaar met 50% gestegen. Daarnaast zorgen producenten ervoor dat hun product zo snel mogelijk veroudert. Zo moeten wij, de consumenten, telkens een nieuw product aanschaffen. Vele producten begeven het zelfs al vlak na hun garantieperiode. ‘Geplande veroudering’ heet dat dan. Het product terug naar het bedrijf opsturen, is geen optie. Die weigeren producten terug te nemen of te repareren. Als ze daarmee dan toch instemmen, kost het erg veel geld.
In een duurzame wereld zou Apple de batterij goedkoper moeten maken, zodat wij niet steeds een nieuwe smartphone moeten kopen. Zo zouden ook de grondstoffen voor de maak van een nieuwe Iphone gespaard blijven. Denkende in een kringloopeconomie zou Apple de grondstoffen terug uit de producten kunnen halen en zo een volledig duurzame Iphone kunnen creëren. Gelukkig bestaan er al initiatieven die bezig zijn met het herbenutten van grondstoffen, zoals bv. Urban Mining. Ze streven naar een wereld waar de afvalberg van technologische apparaten niet meer bestaat.
Iphone
We moeten afstappen van het idee dat producten kapot gaan en bijgevolg dus ook onbruikbaar zijn. De nieuwe producten binnen het circulaire aankoopbeleid vragen dus een andere manier van consumeren dan de gebruikelijke goederen. Als consument waarborg je op die manier dat de producent de materialen of producten aan het einde van de levensduur of gebruiksfase weer optimaal in een nieuwe cyclus kan inzetten.
Een klassiek voorbeeld van hoe het niet moet, is de Iphone. Het is een duur speeltje en eigenlijk niets meer dan een hebbeding. De levensduur van de batterij van zo’n apparaat is ingesteld tot een maximumperiode van ongeveer 5 jaar. Daarna is het volgens de economische redenering van Apple de bedoeling om een geheel nieuwe Iphone te kopen. Ook al is alleen de batterij kapot, je wordt bijna verplicht om een nieuw toestel te kopen. De batterij is namelijk even duur als een nieuwe smartphone. Slim van Apple, duur voor ons en absoluut slecht voor het milieu.
92 © GF
YesWEconomy
Het circulaire aankoopbeleid, de oplossing?
Hiervoor zijn afspraken nodig over hoe producten na het gebruiken worden teruggenomen en verwerkt. Het circulair inkopen is dus een vorm van duurzaam aankopen. Als consument krijg je een maatschappelijke verantwoordelijkheid binnen de
waardeketen. Als gemeenschap moeten we onze focus verleggen van de minimale kosten naar de minimale ‘life cycle cost’. Een voorbeeld van hergebruik zijn kringwinkels. Hier vind je kleding, meubelen, huishoudelijke spullen zoals borden en glazen, boeken en nog veel meer. Het zijn producten van mensen die ze niet meer kunnen of willen gebruiken. Alvorens de spullen in de winkel uitgestald worden voor verkoop, wordt gecontroleerd of ze nog wel bruikbaar zijn. Als bijvoorbeeld een puzzel binnenkomt, wordt die eerst helemaal gemaakt door een van de werknemers. Ontbreekt een stukje van de puzzel, dan belandt die in de vuilnisbak. 45% van alle producten die binnenkomen, wordt gerecycleerd en slechts 7% belandt op de afvalberg. ‘Eigenzinnig, innovatief en creatief.’ Met die woorden omschrijft Liesbeth de Schamphelaere de 125 kringwinkels in Vlaanderen. Hoewel de focus vooral ligt op de armere gezinnen, trekken ze tegenwoordig ook hoogopgeleiden en vooral jongeren aan. Tweedehands is gewoon hip. ‘Je vindt de meest unieke stukken nog altijd in de kringwinkel. Maar weinig mensen hebben hetzelfde als jou, in tegenstelling tot bijvoorbeeld een rokje uit de Zara,’ bevestigt Jana Bongaerts, een liefhebber van de kringwinkels.
YesWEconomy
93
Frank Ruymen, vzw Plukrijk
‘Cohousing is het wonen van de toekomst’
‘Hier woont eigenlijk niemand, maar iedereen mag hier verblijven. Wij sturen niemand weg, het enige wat ze moeten doen is hun naam opschrijven en de regels respecteren. Wij vragen vijf werkuren op de boerderij: van negen tot twaalf en van drie tot vijf. Dat verplicht iedereen om op een bepaald ritme te leven’, zo vertelt Ruymen. Frank deed afstand van zijn bedrijf en startte een ecologische boerderij. ‘We hebben een permacultuurtuin van anderhalve hectare. Er wordt elke dag in gewerkt. Mensen vanuit de buurt mogen zelf komen oogsten wat ze mee naar huis willen nemen. Daar kunnen ze dan een vrije bijdrage achterlaten.’ Frank heeft afstand gedaan van de kapitalistische consumenteneconomie. ‘Wij geloven in een gifteconomie. Wij geven alles weg omdat alles toch waardeloos is geworden. We hebben toch van alles veel te veel. Niets heeft tegenwoordig nog waarde. Deze economie is failliet. We komen niet meer uit de kosten omdat er teveel speculatie is op waarde. Er zijn ook te veel nutteloze jobs. Banken en al hun personeel zijn bijvoorbeeld absoluut overbodig, geld is toch niet belangrijk.’ ‘Waarde vertrekt vanuit jezelf, maar niemand lijkt dat te
‘Transitie is verandering.’ Frank Ruymen zegt waar het
De groep varieert ook voortdurend. ‘Vanmorgen waren hier
beseffen. Dat is een van de redenen waarom ik deze tuin
op staat. Hij is stichter van de vzw Plukrijp en van de
nog tien mensen, vanavond zijn we met minder. Iedereen is
voor iedereen heb opengezet. Mensen kunnen nu hun eigen
‘community’ die al zeven jaar op zijn grond verblijft. Hij
vrij om te komen en te gaan’. Frank vertelt dit nogal laconiek.
groenten kweken en zelf bepalen hoeveel die groenten
probeert al 50 jaar harmonieus met de natuur te leven.
Het is nu eenmaal hoe deze gemeenschap werkt. Zeven jaar
waard zijn. In die zin is transitie een bewuste keuze voor een
‘Wij geven alles weg wat we kweken. Als mensen iets
geleden werd zijn boerderij een plaats waar nieuwe no-
andere manier van zijn.’ Frank is ervan overtuigd dat de geef-
willen teruggeven, mag dat.’
maden konden verblijven. De nomaden zijn mensen die ron-
maatschappij de volgende zal zijn. ‘Onze manier van handel
dtrekken en aan een verblijfplaats komen via couchsurfen of
is heel effectief. Door te geven bouw je een netwerk uit. Dat
Frank Ruymen is een interessant figuur. Hij is al sinds zijn
die werken terwijl ze reizen.
netwerk zorgt voor veel mogelijkheden en je wordt bovendi-
zestiende overtuigd van de nood aan verandering in de
De boerderij waar Frank Ruymen woont is een uitgebreid
en veelvuldig terugbetaald voor wat je gegeven hebt.’
moderne maatschappij en de economie. Hij studeerde
complex. Vanbuiten ziet het er haveloos uit maar binnen
Frank ziet transitie heel erg ver gaan. Niet enkel op sociaal
geschiedenis en wou niet zoals velen van zijn medestudent-
komt het eerder gezellig over. Het gebouw reflecteert nu
en economisch vlak, maar ook op het medische vlak. ‘Als
en in het onderwijs stappen omdat hij geen leugens wou
eenmaal de bewoners; elk deel is anders.
de dokters staken, gaat het sterftecijfer met vijftien procent
vertellen in zijn klas. ‘En praktisch alles op het curriculum
Op het moment van het interview zitten vijf jongeren en
naar beneden. Dat is toch helemaal geen toeval. Niet alle
was een leugen’, stelt hij. Hij is de eigenaar van grote stukken
twee volwassen mannen binnen. Frank is de eigenaar van
dokters zijn overbodig, maar zeker 95 procent van hen
grond waar hij samen met ‘moderne nomaden’ en mensen
de grond, maar niet de baas. De jongeren hebben evenveel
is dat wel.’
vanuit de buurt gratis groenten kweekt. Hij gelooft helemaal
inspraak in het huis als Frank.
Op juridisch vlak pleit Frank voor een versimpeling; lokaal
niet in bezit.
voorgekomen omdat hij in de jaren tachtig miljoenen verloor met het speculeren op vreemde valuta. De burgers worden voor de rechter gesleept, maar de mensen die echt fout zijn, daar doen ze niets aan.’ Christophe Van Ende
recht moet terug lokaal uitgesproken worden. ‘Als er hier een ruzie is, plannen we een meeting waarop alle bewoners samenkomen. Zo kan iedereen zijn mening geven. In dat geval wordt er recht gesproken door de hele groep. Dat is veel eerlijker dan hoe het er in de maatschappij aan toe gaat. Rechtszaken verjaren of komen zelfs nooit in de rechtbanken om verscheidene redenen. Koning Boudewijn heeft de Société Générale ooit helemaal vergokt waardoor we in handen kwamen van het bedrijf wat nu GDF Suez is. Daar heb ik nooit een rechtszaak van gezien. Reynders is ook nooit
94
YesWEconomy
YesWEconomy
95
Rudy Dhont, UCLL
‘Hokjesdenken helpt ons niet vooruit’
R
samenlevingen en individuen bijna
meteen bij gaat liggen. ‘No ecology? No
meer dan één manier om dit alles te
letterlijk onze schulden af met onze
economy!: een duurzame economie
bekijken, beleven of ervaren.’
udy Dhont is deeltijds actief
haast onmogelijk.
toekomst’, voegt hij er nog aan toe.
zal niet de ecologie onder ons uithalen.
‘Los van het feit dat we met gevaarli-
als lector bedrijfsethiek
En toch, als je naar
Het soort economie dat we nu hanter-
Die ecologie is immers niet het decor
jke grenzen flirten (de ‘neveneffecten’
aan het UCLL. Tegelijkertijd
de geschiedenis
en ligt dus op de grens van fout. We
waarin wij ons bewegen: ze is waar we
van wat we doen), kunnen we de hele
werkt hij ook als duurzaam-
kijkt, zie je meteen
zijn het eigenlijk bijna zo gewoon ge-
met ons leven, en onze economie, van
situatie ook gewoon van de andere
heidsonderzoeker. Hij gaf ons zijn
dat zulke grote en
worden dat we er niet meer bij stilstaan
afhankelijk zijn’, zegt Rudy Dhont.
kant bekijken en ons afvragen of de
mening over transitie.
diepe veranderin-
dat een economie ook totaal anders
Nu rest ons enkel nog de vraag hoe we
manier waarop we bezig zijn ons wel
gen wel degelijk Transitie is volgens Rudy Dhont ook
kan georganiseerd worden. Vanuit een
zoiets kunnen realiseren, want de ding- oplevert wat we ten diepste willen
gebeuren. Maar
een soort van overgang. Het betekent
theoretisch en principieel standpunt
en die we daartoe moeten veranderen
(de ‘effecten’ van wat we doen). Dat is
transitie kan ook
iets achter je laten, om vervolgens in
blijkt het niet zo moeilijk om aan te
zijn nu niet de makkelijkste veranderin-
niet alleen een veel kritischer per-
best heel concreet
iets anders terecht te komen. Onder
tonen hoe een economie er zou kun-
gen. Dhont zegt hierover: ‘Het is één
spectief, het geeft ook aan dat het om
en direct zicht-
de noemer van transitie vallen dan
nen uitzien. Zo moet er bijvoorbeeld
ding om te weten waar je naartoe wil,
heel wat meer gaat dan om een soort
baar of voelbaar
die initiatieven die werk maken van de
veel meer op lokaal niveau gehandeld
maar een ander ding hoe je daar moet
minimalistische duurzaamheid die wil
zijn: denk dan aan
overgang naar een ander soort samen-
worden. Minder transporteren betek-
geraken. Misschien moeten we ons op
‘volhouden’ en gevaren probeert te
allerlei initiatieven
leving. Zelfs een overgang naar ander
ent dus ook een pak minder fossiele
zo’n moment toch blijven herinneren
vermijden: je wil het leven toch meer
als repaircafés,
model van economie, is nodig. We
brandstoffen verbruiken.
dat we keuzes kunnen maken, elke
dan gewoon ’volhouden’? Samenlevin-
deeleconomieën,
moeten ook leren anders naar onszelf
Ook kunnen we ons indelen in biore-
dag opnieuw, en zelfs gewoon bij de
gen zijn toch op zoek naar het goede
Transition Towns,
te kijken.
gio’s. Die regio’s vertonen een zekere
dingen waar we mee bezig zijn – we
leven voor iedereen? Als nu blijkt dat
complementaire
‘Transitie kan heel traag, diep en
onafhankelijkheid van elkaar. Dat is
hoeven het niet elders te gaan zoeken.
onze fossiel aangedreven industriële
muntsystemen,
abstract zijn: diep uitgesleten cul-
beter dan één overgeconnecteerd
Je hebt er geen idee van wat één of
groei-economiën die focussen op geld,
CSA-projecten,
turele sporen verlaat je immers niet
kwetsbaar geheel waarin problemen
enkele mensen in beweging kunnen
op individuen, op altijd meer, op ding-
coöperatieve
zomaar, die houden je als het ware
tot in de verste uithoeken razen. Een
zetten. Ook daar moeten we maar eens en in plaats van op relaties, … ons niet
businessmodellen,
gevangen in hun manier van denken.
andere oplossing volgens Rudy Dhont
opnieuw de geschiedenis
opleveren wat we ervan verwachten,
slimme stadsbouw,
Een transitie maken op dat niveau lijkt
is veeleer circulair handelen. Dit moet
voor raadplegen…’
dan is het een terechte vraag of we ons
etc. Zo zijn er
gebaseerd zijn op hergebruik, waar-
De noodzaak is simpel in te zien: met
niet anders moeten organiseren.’
bij grondstoffen en energie zo min
het bestaande verhaal lopen we vast.
mogelijk verloren gaan als afval. Een
Groei blijft niet groeien en ook voor
duurzame economie zal ook op veel
mensen, hun organisaties en samenlev-
langere termijn denken.
ingen is er een limiet aan draagkracht.
Bedrijven moeten ook het principe van
Ze zijn niet precies te bepalen of te
coöperatie toevoegen aan dat van de
situeren, maar er bestaan we degelijk
competitiegeest. Daarbovenop moet er
breekpunten. Het onderzoek en de
een financieel systeem komen dat ten
literatuur die die breekpunten in kaart
dienste staat van de reële economie en
probeert te brengen is uitgebreid. ‘Er is
niet omgekeerd. Ook moet de econ-
een gemeenschap van mensen die zich
omie gekenmerkt worden door een
duidelijk – en terecht volgens mij – heel
filosofie van het genoeg.
erg zorgen maakt. Je kan het natuurlijk
Duurzame en veerkrachtige econo-
ook gewoon de gang van de dingen,
mieën zullen ook een bont geheel zijn
of de gang van de natuur vinden. Of
van diverse modellen en manieren van
je kan zo bezig zijn in je eigen wereld
werken. Enkel zo kan je al eens een
te leven dat je er zelfs niet het minste
schok incasseren zonder dat alles er
benul van hebt… Er is overduidelijk
96
YesWEconomy
wereldwijd honderdduizenden, zelfs
en dumpen er bovendien ook steeds
miljoenen initiatieven die het over een
meer afval in; de grenzen van draag-
andere boeg proberen te gooien. Miss-
kracht raken overschreden en de vraag
chien zijn zij het teken dat er zich “diep
is maar hoe lang we in het rood
van binnen” wel degelijk iets roert’,
kunnen gaan.’
aldus Dhont.
Vanuit systeemperspectief is ook elke
De planeet, maar ook wij lijden onder
economie die op voortdurende groei
onze zelf gezochte economie. Dhont:
gebaseerd is zwaar problematisch,
‘De economie wordt gekenmerkt door
want aan groei komt altijd een eind. ‘En
haar zwaar industrieel, mondiaal en
laat ons nu net van die groei afhankelijk
consumptief karakter waarbij massa’s
zijn voor onze jobs, voor onze pensioe-
fossiele brandstoffen gebruikt worden;
nen, voor het mogelijk maken/houden
daar heb je meteen ook de directe link
van ons samenlevingsmodel. Ook om
met de klimaatverandering. Bovendi-
ons geldsysteem, dat eigenlijk een
en is ze extractivistisch: we halen en
schuldsysteem is, overeind te houden
verbruiken steeds meer uit de natuur,
is groei noodzakelijk. We betalen als
Valerie Wynants
YesWEconomy
97
Netwerk Bewust Verbruiken ondersteunt
één aspect. Momenteel wordt heel veel
mensen, groepen of verenigen die een
afval weggesmeten. Afval dat eigenlijk
herstelbijeenkomst willen organiseren.
makkelijk gerepareerd en gebruikt kan
NBV biedt hen de juiste en nodige
worden. Daardoor stijgt de levensduur
informatie aan, maar uiteindelijk moeten
van die producten aanzienlijk. ‘60% van
de mensen het zelf organiseren en enkele
de producten die in de Repair Cafés
handige Harry’s bereiken.
binnenkomen, kunnen worden hersteld. Dat is een mooi cijfer dat vervuiling
Repareer mee
tegengaat’, aldus Isabel. Als tweede heb je het sociale aspect. Net omdat de Repair
Er zijn verschillende redenen om hier
Cafés zeer lokaal worden georganiseerd,
aan deel te nemen. Repair Cafés zijn
leren de buurtbewoners elkaar beter
belangrijker dan je denkt. De ideologie
kennen. Zo wordt de sociale cohesie
erachter zou niet alleen onze samenleving,
versterkt. Het geld dat je dankzij deze
maar ook het milieu veranderen. Dat is
herstellingen bespaart is een laatste aspect. Via de bijeenkomsten doen ze aan hergebruik in plaats van nieuwe producten te kopen.
‘In het Repair Café wordt reparatiekennis op een sociale manier doorgegeven!’
Grote vraag en show-off In België kan je ongeveer 150 Repair Cafés terugvinden. Dat is een indrukwekkend cijfer, zeker als je weet dat Netwerk Bewust Verbruiken pas in 2013 het concept begon te promoten. ‘Er is ook een grote vraag naar deze Repair Cafés,’ zegt de NBV medewerkster, ‘elke bijeenkomst is een succes. Niet alleen komen er veel mensen op af, maar ook erg veel
Spullen gaan kapot. Wanneer dat gebeurt hebben we meestal de neiging om die meteen weg te gooien. Tegelijkertijd produceren, consumeren en danken wij steeds meer producten af. Hierdoor vullen we onze stortplaatsen en verbruiken we meer en meer natuurlijke grondstoffen. Dat allemaal op een alarmerend tempo. Volgens cijfers van het Europees Economisch en Sociaal Comité is het verbruik van natuurlijke hulpbronnen in de afgelopen 30 jaar met 50% gestegen.
ze toch instemmen, kost het je erg
bijeenkomsten waar buurtbewoners
veel geld.
elkaar helpen bij het herstellen van
vrijwilligers’. Niet elk Repair Café heeft verschillende handige Harry’s in haar bezit, maar de aanwezigen tonen veel enthousiasme. ‘De vrijwilligers zijn trots op hun werk. Ze tonen ook heel graag wat ze kunnen, het is echt een show-off van hun talenten’, voegt Isabel nog toe. Saul Pauls Asensio
spullen.’ Daarnaast zorgen producenten ervoor dat hun product zo snel mogelijk veroudert zodat wij, de consument, een nieuw product moet aanschaffen. Veel producten gaan zelfs vlak na hun garantieperiode stuk. Geplande veroudering noemen we dat dan. Het product terug naar het bedrijf opsturen is geen optie. Die weigeren producten terug te nemen of te repareren en als
98
YesWEconomy
Kantelpunt In plaats van een nieuw product te Nu is het moment om die twee grote
kopen, kom je samen met vrienden en
problemen tegen te gaan. Met die
vrijwilligers die jouw product proberen
gedachte in het achterhoofd bedacht
te herstellen. ‘Vaak worden kapotte
een Nederlandse milieuactiviste
stukken weggegooid die hersteld
een nieuw concept: het Repair
kunnen worden, maar waarvan
Café. Isabel van Netwerk Bewust
mensen de kennis niet van hebben om
Verbruiken en medewerkster van het
dat te doen,’ vertelt Isabel, ‘door de
Belgische compartiment Repair Cafés
Repair Cafés wordt die reparatiekennis
definieert het als volgt: ‘Het zijn gratis
op een sociale manier doorgegeven.’
YesWEconomy
99
Gratis gebruik van werktuigen
© GF
© GF
Fablab draagt steentje bij tot transitie Het Fabrication Laboratory, kortweg FabLab, is een uniek concept. Het is een gezamenlijke werkplaats waar mensen gratis gebruik kunnen maken van de infrastructuur. ‘Deelnemers betalen niet in geld, maar met kennis’, zegt Danny Leen, verantwoordelijke van het FabLab in Genk.
missen vaak de werktuigen om dat idee
bezoekers over de vloer. Er zijn 500
te realiseren. Wij geven hen
FabLabs. Reken zelf maar uit hoeveel
die werktuigen.’
ideeën hier bij elkaar gebracht worden. Op die manier komt echte innovatie tot
Het gebruik van die werktuigen is
stand’, vertelt Danny.
De FabLabs zijn een wereldwijd
gratis. ‘In ruil daarvoor vragen we de
initiatief. ‘Er zijn momenteel ongeveer
mensen om te betalen in kennis. Ze
500 FabLabs over heel de wereld’,
moeten een Fab-moment invullen, die
vertelt Danny Leen. ‘Het is een open
we op de website zetten. Op die manier
Uiteraard is niets in deze wereld gratis,
werkplaats, waar iedereen gebruik kan
kan elk FabLab over de hele wereld
en de dure apparatuur in het FabLab al
maken van digitale fabricage. Mensen
gebruik maken van dat ontwerp.
helemaal niet. ‘We werken samen met
komen hier binnen met een idee, maar
Zelf krijgen we per jaar rond de 3000
de MAD-faculty van de PXL en de LUCA
100
YesWEconomy
Subsidies
School of Arts. Zij betalen de grootste onkosten van
gefabriceerd met lokale materialen. Dit maakt deel
het FabLab’, verklaart Danny. Op die manier wordt het
uit van het distributieve manufacturingmodel, waarbij
FabLab eigenlijk onrechtstreeks gesubsidieerd door
geen transport meer nodig is uit verre landen.’
de staat.
Doelgroep Het basisconcept ontstond aan het Massachusetts Institute of Technology. Zij hanteerden een duidelijk
‘Aangezien we zo nauw verbonden zijn met de MAD-
open-deurbeleid, waarbij iedereen de mogelijkheid
faculty, is het ook logisch dat de grootste groep mensen
kreeg om van een werkplaats met gespecialiseerde
die naar het FabLab komen, studenten van de MAD-
apparatuur gebruik te maken. Dat bleek een krachtig
faculty zijn’, zegt Danny. ‘Een tweede grote groep zijn
middel te zijn om innovatie te stimuleren en kennis
hobbyclubjes van gepensioneerden. Eigenlijk is het
te verspreiden ter verbetering van de samenleving.
publiek dat naar het FabLab komt heel divers.’
De krachtlijnen van FabLabs zijn dus enerzijds een educatieve werkplek en anderzijds een innovatietool.
3D-printen
FabLab en transitie
3D-printen is relatief nieuw, en het is dan ook logisch
Op het eerste zicht lijkt het concept van het FabLab
zijn echter wel een aantal vereisten waaraan je moet
enorm op dat van het Repair Café. ‘Dat is echter niet
voldoen voordat je de printers mag gebruiken. Je
zo. Herstellen gebeurt hier eigenlijk vrij weinig. Af en
moet kunnen 3D-tekenen en kennis hebben van het
toe wordt met onze 3D‑printer wel eens een knopje van
materiaal. Het is ons lokmiddel, maar eigenlijk is het
een oude oven afgeprint, maar doorgaans worden hier
een van de minst gebruikte machines’, zegt Danny. ‘Het
echt nieuwe dingen gemaakt’,
is ook zeer duur om te gebruiken, en de kwaliteit is nog
verklaart Danny.
niet optimaal.’
‘Het FabLab opent wel de deuren om zelf dingen te
dat de apparatuur zeer populair is in het FabLab. ‘Er
Wout Donckers
maken, waardoor ze het niet moeten gaan importeren uit China’, zegt Danny. ‘Zo hebben we ook het Open Desk-initiatief. Hierbij kunnen mensen ontwerpen van onze website zoals stoelen of tafels laten maken in het FabLab. Zij betalen hiervoor, en het wordt dus lokaal YesWEconomy
101
Meer dan 100 Repair cafés in Vlaanderen
‘Zonder vrijwilligers geen herstellingen’ In 2013 kwam het concept van Repair Cafés vanuit Nederland overgewaaid naar Vlaanderen. Nu zijn er al meer dan 100 Repair Cafés opgericht. ‘Het concept bleek een groter succes dan verwacht, de aanvragen blijven maar binnenstromen’, aldus Isabelle Haentjens, medewerkster bij Netwerk Bewust Verbruiken.
kennis van ambachtslieden en laaggeschoolden ondergewaardeerd. In het Repair Café is net die knowhow van belang. Hier kunnen die mensen hun talenten gebruiken bij het herstellen van producten. Die herstellingen dragen ook bij aan een duurzamere wereld. Zowel bij het produceren van nieuwe producten als bij het recycleren, komt CO2 vrij. ‘Onze partner KOMOSIE, de federatie van kringloopcentra in Vlaanderen, deed onlangs een CO2-calculatie aan de hand van een steekproef bij 29 Repair Cafés. In 2014 reduceerden alle Vlaamse en Brussels Repair Cafés net geen 60 ton CO2’, zegt Isabel Haentjens medewerkster bij Netwerk Bewust Verbruiken.
Nederlandse journaliste
E
De grondlegster van het concept is en stoel met een wiebelende poot, een cd-speler
in de Grote Oceaan bevindt zich namelijk een ‘drijvende
waarvan het klepje niet meer open gaat, een
vuilnisbelt’ die 34 keer zo groot is als Nederland.
lekkende koffiepot,… Al deze spullen gooien we weg, zonder te beseffen dat die nog gemaakt
Kennismaatschappij
kunnen worden. Een product herstellen is voor veel mensen geen logische reflex meer. Vaak weten we
De minieme kennis op vlak van herstellen is deels te
simpelweg ook niet meer hoe we iets moeten herstellen.
wijten aan onze kennismaatschappij. Wanneer je geen
Door zomaar alles weg te gooien creëren we enorme
universitair of bachelor diploma hebt, tel je vandaag niet
afvalbergen. De gevolgen beginnen we nu te merken,
mee. In de huidige samenleving wordt de praktische
de Nederlandse freelance journaliste Martine Postma. Tijdens haar carrière als journaliste schreef ze over duurzaamheid en in het bijzonder over afvalbeperking. In haar boek ‘Weggooien? Mooi niet!’ vertelt ze hoe ze op het idee kwam. ‘In Nederland gooien we ontzettend veel weg, ook
Vrije bijdrage
Om de laagdrempeligheid te behouden, vragen de Repair Cafés geen inkom. Wel kunnen de deelnemers steeds een vrije bijdrage leveren. © GF
Openhuis Kuringen © GF
102
YesWEconomy
‘In het Repair Café in Kuringen kunnen de buurtbewoners één keer per maand terecht met hun kapotte spullen.’ © GF
YesWEconomy
103
“
Nederlandse freelance journaliste Martine Postma. Tijdens haar carrière als journaliste schreef ze over duurzaamheid en in het bijzonder over afvalbeperking. In haar boek ‘Weggooien? Mooi niet!’ vertelt ze hoe ze op het idee kwam. ‘In Nederland gooien we ontzettend veel weg, ook dingen waar bijna niets aan scheelt. Ik vroeg me af waarom we die spullen niet konden repareren en zo
Het staat vast dat een Repair Café staat of valt met de hulp van vrijwilligers
kwam ik op het idee om een repair café op te starten’, vertelt Martine Postma. Op 18 oktober 2009 opende Martine Postma een eerste Repair Café in Amsterdam . Het idee sloeg aan en enkele maanden later werd de Stichting Repair café opgericht. Nu, iets meer dan vijf jaar later, kent Nederland bijna 300 Repair Cafés. Wereldwijd zijn dat er al meer dan 700, verspreid over zestien landen waaronder België, Duitsland, Australië en Chili. In 2013 kwam het concept overgewaaid naar Vlaanderen. Toen begon Netwerk Bewust verbruiken (NBV) Repair cafés op te richten in Vlaanderen. De taak van NBV bestaat eruit lokale groepen bij een opstart te ondersteunen. Ook in Vlaanderen werd het concept een succesverhaal, momenteel zijn er al 150 Repair Cafés in ons land te vinden. Meer dan 100 in Vlaanderen, 35 in Wallonië en
15 in het Brussels gewest. Dat aantal
en soms leidt dat zelfs tot hechte
stijgt nog altijd enorm snel.
vriendschappen’, zegt de coördinator van vzw Openhuis Kuringen. ‘In de
Openhuis Kuringen
meeste Repair Cafés is de inkom gratis, dat om de laagdrempeligheid
Eén van die Repair Cafés bevindt zich
te behouden. Tevreden bezoekers
in Kuringen, een deelgemeente van
kunnen wel altijd een vrije
Hasselt. Elk eerste woensdag van
bijdrage doneren.’
de maand, kan iedereen met zijn of haar kapotte voorwerpen bij de vzw
Repair Cafés staan bekend om hun
Openhuis Kuringen terecht. ‘Elke keer
laagdrempeligheid, de overgrote
voeren onze vrijwilligers tussen de
meerderheid biedt hun diensten dan
40 en 45 reparaties uit’, zegt Kevin
ook gratis aan. Inkomsten halen de
Schouterden coördinator bij vzw
Repair Cafés uit de vrije bijdragen die
Openhuis Kuringen.
worden gedoneerd door tevreden bezoekers, ook krijgen ze steun
De spullen waarmee de
van de Vlaamse overheid. ‘Sinds
buurtbewoners aankomen zijn zeer
het najaar van 2013 kunnen we
divers. Onder andere een oude
rekenen op de steun van de Vlaamse
platenspeler en een kapot t-shirt
overheid’, zegt Isabel Haentjens.
hebben een herstelling nodig. De
© Ilvy Njokiktjien
zeven vrijwilligers moeten dus van
In het Repair Café in Kuringen
alle markten thuis zijn. ‘Het staat
is dat niet anders, meteen als je
vast dat een Repair Café staat of valt
binnenkomt, voel je de ongedwongen
met de hulp van vrijwilligers, zonder
sfeer. ‘Door onze samenwerking met
hen kunnen we geen reparaties
CREAZI en andere activiteiten zoals
uitvoeren’, zegt Kevin Schouterden.
start-to-run en een wijkrestaurant,
Dat vrijwilligers een belangrijke rol
zijn wij in staat om rendabel te blijven
spelen in het verhaal van de Repair
zonder inkom te vragen’, zegt Kevin
Cafés bewijst het feit dat het concept
Schouterden. ‘Daarnaast halen we
in 2014 de prijs voor vrijwilligers in de
ook inkomsten uit drankconsumptie.
wacht kon slepen.
Nadat hun voorwerp hersteld is,
Samen koffietje drinken Naast het herstellen van spullen, staat bij Repair Cafés de sociale
praten de buurtbewoners gezellig na aan de toog. Vaak bijgestaan door een hapje en een drankje.’ Robin Locht
cohesie centraal. ‘De vrijwilligers zijn vaak gepensioneerd en om de isolatie te verbreken komen ze naar © GF
104
YesWEconomy
hier. Ze leren elkaar beter kennen
YesWEconomy
105
Lease A Jeans, de combinatie van mode en milieubewustzijn
‘We need your jeans back’
© Mud Jeans
januari 2013 opende een Mud Jeans Store in Gent, maar die is intussen alweer verdwenen. Momenteel bestaat er dan ook geen enkele Belgische winkel of
‘We dromen van een wereld zonder afval.’ Dat is de hoofdgedachte van het Nederlandse denim merk Mud Jeans, de bedenkers van Lease A Jeans. Het concept is simpel: afgedragen jeansbroeken worden teruggestuurd en geupcycled tot unieke vintage paren. Zo creëert Mud Jeans zijn eigen cirkel van denim producten.
E
en jeansbroek leasen, het lijkt een vreemd concept. Bij het woord leasen denken de meesten waarschijnlijk in eerste instantie aan het huren van een auto. Maar de Nederlander
Bert van Son gooide het over een compleet andere boeg. In 2013 introduceerde hij Lease A Jeans, een duurzaam concept dat verder ontwikkeld is en intussen Cotton Lease heet.
keten die het concept toepast De ecologische winkel Anders Getint in Leuven overwoog even om het concept uit te proberen, maar ook zij hebben de plannen uiteindelijk gecanceld. ‘De precieze redenen waarom we Lease A Jeans hebben afgewezen, weet ik niet meer’, vertelt An Moeyaert, eigenares van Anders Getint. ‘Het concept is interessant, maar het was te complex om in België uit te voeren,’ gaat ze verder, ‘daarom zijn we er dan ook niet mee doorgegaan.’
Nieuw leaseconcept In Nederland blijft Lease A Jeans echter wel doorleven. Fans van duurzame kledij blijven er niet op hun honger zitten. Met Lease A Fleece en
Het concept werkt als volgt: consumenten leasen
Lease A Bag, de nieuwe concepten van Mud Jeans, kunnen ze er van kop tot teen fashionable uitzien én dragen ze hun steentje bij aan het milieu. Wel is het oorspronkelijke leaseconcept intussen aangepast. Tot voor kort gebeurde het leasen op de volgende manier: een broek leende je telkens voor een periode van minstens een jaar. Consumenten betaalden een vaste startprijs van 20 euro. Gedurende de eerste twaalf maanden, betaalden ze maandelijks 5,95 euro. Op jaarbasis betaalden ze dan 119 euro voor de jeansbroek. Na een jaar konden de consumenten dan kiezen uit drie verschillende opties. Ofwel hielden ze de broek simpelweg nog een tijdje bij, ofwel konden ze ervoor kiezen deze terug te sturen. De teruggestuurde items werden dan door Mud Jeans gerecycleerd. Als derde mogelijkheid konden de gebruikers de jeansbroek inruilen voor een nieuwe.
een jeans. Na gebruik kunnen ze deze gewoon weer terugsturen. De jeans wordt dan geupcycled tot een uniek vintage paar of gerecycled tot een nieuw kledingstuk. Op die manier vormt Lease A Jeans een innovatieve manier van ‘guilt-free’ consumeren.
Geen succes in België Terwijl het concept in Nederland nu al zo’n twee jaar bestaat, scoort Lease A Jeans echter niet in ons land. In © Mud Jeans
106
YesWEconomy
YesWEconomy © Oneplanetcrowd
107
Dat concept was nodeloos ingewikkeld,
deed hij ook. Samen met een sterk team
zowel voor consumenten als winkeliers.
ontwierp hij Mud Jeans en maakte hiervan
Ook voor Mud Jeans zelf was het oude
een duurzaam kledingmerk.
Lease A Jeans concept niet ideaal, vertelt marketing manager Danique Gunning in
Het kledingmerk werkt volgens de
een interview met Fashion United. ‘We
principes van de circulaire economie. In dit
hielden ons te veel bezig met financiën en
systeem wordt afval gebruikt als grondstof
administratie,’ stelt hij, ‘we waren soms net
voor iets nieuws. In andere woorden: afval
een bank.’
bestaat hier niet. En dat komt onze planeet alleen maar ten goede. Grondstoffen zijn
Daarom besloot Mud Jeans in maart
nu eenmaal niet oneindig en de voorraad
dit jaar om het concept aan te passen.
raakt langzaam maar zeker uitgeput.
Winkeliers kunnen van nu gewoon
Door minder grondstoffen te gebruiken,
jeansbroeken verkopen .Consumenten
probeert Mud Jeans dan ook een positieve
betalen het bedrag voor hun spijkerbroek
impact te hebben op het milieu.
nu in een keer, in plaats van een maandelijkse afbetaling. ‘Veel mensen
Door de mogelijkheid te bieden om
betalen liever in één keer, om niet nog
duurzame kledij te leasen, werkt Mud
meer vaste maandlasten te hebben naast
Jeans dus samen met de consumenten
hun telefoonrekening en Netflix-account’,
aan een betere wereld. Een wereld die
vervolgt Gunning nog.
duurzamer is en waarin onze uitputbare grondstoffen op een creatieve, maar
Van fast fashion naar duurzame kledij
verstandige manier herbruikt worden. Lies Vanbets
Bert van Son, de bedenker van Lease A Jeans, verhuisde in 1983 naar China voor een baan in de textielindustrie. Daar leerde hij veel van de Chinese cultuur. Waarvan hij echter vooral onder de indruk was, waren de consequenties van fast fashion op de fabrieksarbeiders. Net zoals fast food consumenten aanzet tot onnodig veel ongezond eten, stimuleert fast fashion de consumenten om op ongekende snelheden onnodige kleding aan te schaffen. Gemiddeld is zo’n 30% van de kledingstukken in een kledingkast langer dan een jaar niet gedragen. Ook zag van Son hoe de druk om zo snel mogelijk zo veel mogelijk te produceren tot gezondheids- en veiligheidsrisico’s leidde. Toen werd het hem reeds duidelijk: ooit zou hij het zelf anders aanpakken En dat
108
YesWEconomy
YesWEconomy © Futurestrategy
109
ze de coördinator en initiatiefneemster is. De Warmoezerij Wolfslaar is een moestuin op het landgoed Wolfslaar. Het landgoed is eigendom van de gemeente. Voor €1.500 per jaar kan Olga met haar groep van 14 vrijwilliger materialen voor het onderhoud kopen. Meestal is dat niet genoeg, dus kunnen zowel particulieren als bedrijven wijnstokken adopteren. Dat kost 375 euro voor 3 jaar. De Warmoezerij maakt ook gebruik van fondsen en donaties. Olga hoopt dat mensen steeds meer overschakelen naar lokale producten. “Lokaal geteelde producten kosten weinig brandstof. Het product staat ook dichter bij de producent. De klant weet dus wat hij eet en de prijs kan
daardoor ook lager worden gehouden.” Daarnaast zegt ze dat
Nederlanders zijn geindoctineerd door consumptiemaatschappij
boeren het niet erg vinden wanneer hun klanten langskomen om te kijken hoe iets gemaakt wordt. Daarnaast vindt ze dat we meer de nadruk moeten letten op kwaliteit in plaats van kwantiteit als het op eten aankomt. “We zijn inmiddels zo geïndoctrineerd door de voedingsindustrie en de consumptiemaatschappij dat we alleen maar meer en exotischer willen eten.” Volgens Olga hoeven lokale en biologische producten niet duur te zijn. Ze stelt voor om websites, adressen en QR-codes op de verpakkingen van
Nederland is klaar met vervuiling en oneerlijke handel.
park met zonnepanelen. Geïnteresseerden kunnen zich
Het is tijd dat de egocentrische manier van zaken doen
inschrijven op zonnewijdebreda.nl. Edwin is de drijvende
plaats maakt voor het nieuwe, duurzaam ondernemen. Die
kracht achter dit project. Hij zorgt dat een terrein in het
overgang gaat langzaam. Dat komt voor een deel omdat
Westen van de stad Breda klaar wordt gemaakt voor de
duurzaam tegenwoordig op alles toegepast wordt, en deels
zonnepanelen. Zodra de panelen op hun plaats staan, krijgen
omdat sommige organisaties en bedrijven nog steeds liever
de mensen die ervoor betaald hebben een deel van de
op winst jagen dan op windenergie.
energie die ze opleveren.
Breda DuurSaam is een samenwerkingsverband van 5
Zo’n 800 inwoners van de stad werken daaraan mee. Voor
mensen. Ieder heeft zijn eigen achtergrond. Olga Kroes
25 euro kunnen ze een deel van een zonnepaneel huren.
houdt zich vooral bezig met voeding en gezond leven. Esther
Alle energie die de panelen opvangen en gebruiken, gaat
Ruiten moedigt mensen aan bewuster na te denken over hun
van de energierekening van de huurders af, net als wanneer
rol in de wereld. Ze organiseert ook de Tegenlicht Meet Ups
de zonnepanelen op hun eigen dak zouden liggen. Breda
in Breda. Ray Meur communiceert de belangrijkste aspecten
DuurSaam maakte bij deze actie gebruik van sociale media.
van een duurzame samenleving naar scholieren. Hij was ook
Zo zijn de leden van BredaDuurSaam te vinden op Twitter
een van de oprichters van Transition Breda, de voorloper van
(@BredaDuurSaam) en op Facebook. Een van de leden, Ray,
Breda DuurSaam. Derk Hueting richt zich voornamelijk naar
heeft zijn eigen blog en maakt podcasts.
bedrijven en de gemeente terwijl Edwin Waelput gebouwen aanpakt en zo energiezuinig maakt.
Olga Kroes vertelt hoe zij van haar stad een betere wil maken. Ze heeft een achtergrond in voeding en probeert zo
Door alle verschillende talenten binnen het Breda
veel mogelijk mensen te laten zien dat lokaal geproduceerde
DuurSaam-team kunnen ze zich richten op verschillende
voeding het beste is. Binnen Breda DuurSaam houdt ze zich
projecten. De laatste nieuwe actie was de aanleg van een
vooral bezig met het project Warmoezerij Wolfslaar, waarvan
110
YesWEconomy
voedsel te vermelden, zodat klanten precies kunnen zien waar hun eten vandaan komt. Consumenten moeten volgens Olga het verhaal achter hun fruit, groente,.. kennen. Klanten moeten meer gezonde producten kopen en bewuster gaan eten. Dan gaat de prijs vanzelf omlaag. Niet alleen in Breda geven de mensen om hun omgeving De provincie Zeeland heeft een politieke partij gewijd aan duurzame vooruitgang. Het is dan misschien een kleine partij, die maar een zetel heeft gewonnen bij de laatste provinciale statenverkiezing, maar hun verkiezingsprogramma staat vol met aandachtspunten die de natuur van Zeeland moeten beschermen en de leefomstandigheden van de Zeelanders moet verbeteren. Zo willen ze de ontpoldering tegengaan die nodig is om de natuurlijke balans te herstellen die de Belgen hebben verstoord door de Schelde te laten uitdiepen. Uiteindelijk is het logisch dat, wanneer België iets wil veranderen om hun economie te bevorderen, dat geen gevolgen moet hebben voor Nederland. Tegelijkertijd wil de partij dat lokale ondernemingen zo veel mogelijk binnen de grenzen blijven. De bedrijven in kwestie moeten wel zo klimaatneutraal werken. Alexandra Heinen
YesWEconomy
111
Of zullen we toch maar besluiten niets te doen?
Š Rachelle Stein-Wotten