Trends en ontwikkelingen in Crossmedia 2013-2014

Page 1


2013, het jaar van online video! Netflix kwam naar Nederland en RTL, NPO en SBS kondigden het gezamenlijke VOD platform NL Ziet aan. Het jaar waarin smart & social media een steeds belangrijkere rol nemen in ons dagelijks leven. Big data wordt door de industrie als kansrijk gezien, maar nog niet overal wordt het maximale gehaald uit deze nieuwe ontwikkeling. Meer kennis over de opslag, verwerking en analyse van big data zal nodig zijn. Wordt 2014 het jaar waarin Big Data door de media industrie en breder omarmd wordt? 2013 was ook het jaar waarin de nadruk kwam te liggen op crossovers. Expertise en kennis uit de media industrie die toegepast wordt in andere sectoren. Zoals games die toegepast worden in de zorg en bij defensie, bijvoorbeeld voor trainingen en revalidatie. 2013 was ook het jaar waarin de omroepen zich voorbereiden op de omroepfusies die in 2014 gaan plaatsvinden. Een roerig jaar, maar met genoeg kansen voor een interessante toekomst! Een jaar met veel technologische vernieuwingen en ondanks de druk op budgetten, ook vol innovatie! Trends en Ontwikkelingen in Crossmedia is een uitgave van iMMovator Cross Media Netwerk. www.immovator.nl

Ketenoverleg

Digitale Televisie

- Monitor Digitale

TV in Nederland

derde kwartaal

2011

1

Trends

- Monitor

3 kwartaal

Digitale

TV in

Nederland

derde

kwartaal

2011

Televisie

2011

dia

en onTwikke 2010-2011 in crossme ediTie

Versie december

18.0 2011

16:10

Cross Cross

D I A M E t / m 1 6

Media

update

Media

Week mei 2011 Future t/m 19

2

20-01-12

1

Televisie rleg Digitale

2011 3 kwartaal

Ketenove e

ngen onTwikkeli edia Trends en in crossm -2011 ediTie 2010

• ediTie 2010-2

2010-2011

2012-2013

• ediTie

2008) (januari immovaTor: van 2007-2008 (januari 2009) editie uiTgaven 2010) in crossmedia, editie 2008-2009 (januari crossmedia, editie 2009-2010 ieder kwartaal) en ontwikkelingen in 2007 • Trends crossmedia, september en ontwikkelingen in (vanaf • Trends en ontwikkelingen Televisie 2006) Digitale • Trends 2006 (december 2008) • Kwartaalmonitor Monitor Media 2008 (juni 2010) • Cross Monitor Media 2010 (juni 2006) • Cross Monitor (juni Media • Cross in Verbindingen • Investeren

andere

Televisie

Digitale Ketenoverleg e

editie 201

ia • editie 2011-201

op

in crossmedia

is te vinden

en onTwikkelingen

informatie

www.immovaTor.nl

• Trends

Meer

18.0 2011

www.im Digitale Ketenoverleg

1

Tor immova lingen

immovaTor

crossmediasector het gevolgd werd, 2010-2011 Nederlandse Dagen en in de ediTie de 3D gelanceerd Cafés, de iPad ontwikkelingenMedia waarin in crossmedia, de relevante zoals de Cross het jaar kwam van 2010, gingen op gang mate aan bod. een overzicht evenementen, thema’s nog langzaam toenemende en onTwikkelingen geeft bestond! maar georganiseerde zich in 10 jaar verschillende in crossmedia in 2010 precies komen de bioscopen en de media door iMMovator Network nam in en ontwikkelingen van de netwerken crossmediasector Media vlucht en onderzoeken hand in de Trends Cross 3D een via sociale projecten Aan de waarin in 2010. kan delen waarin iMMovator ontwikkelingen Het jaar Jaarcongres, elkaar van de het jaar Mediapark andere tablets. je alles met overzicht – ook 2010 een boeiend door diverse Het jaar waarin en diensten. biedt veranderen! op televisie.lokale content in crossmedia kunnen markt op richten 2011 de die in en ontwikkelingen trends Trends in prille en inzicht

Trends

Versie december

ontwikkeli trends en in crossmedia 1-2012

op

movaTor.nl

immovaTor

edia n in crossm

2011

is te vinden

onTwikkelinge

kwartaal

tor immovang en • Trends en

derde

Meer informatie

immovaTor

Nederland

r.nl

elingen in crossmed

TV in

2011

Ontwikkeli Trends en in Crossmedia 2-2013 trends en ontwikk

Digitale

Televisie

DIA • EDITIE

3 kwartaal

immovator •

- Monitor

ELINGEN IN CROSSME

Televisie

Digitale Ketenoverleg e

edia, ediTie

sector e crossmedia in gen in de Nederlands Dagen en het ontwikkelin onTwikkelingen Cafés, de 3D werd, gevolgd van de relevante Trends en Cross Media iPad gelanceerd geeft een overzicht en, zoals de jaar waarin de evenement gen in crossmedia bod. 2010, het georganiseerde e thema’s aan Trends en ontwikkelin op gang kwam de door iMMovator n komen verschillend de hand van maar nog langzaam e mate gingen onderzoeke in 2010. Aan zich in toenemend nam in de bioscopen , projecten en en de media 3D een vlucht 10 jaar bestond! Mediapark Jaarcongres Het jaar waarin via sociale netwerken Network precies andere tablets. Cross Media sector in 2010 elkaar kan delen door diverse je alles met waarin iMMovator gen in de crossmedia Het jaar waarin – ook het jaar de ontwikkelin op televisie. diensten. 2010 overzicht van content en een boeiend lokale op biedt richten ! gen in crossmedia kunnen veranderen Trends en ontwikkelin die in 2011 de markt prille trends en inzicht in

Editie 201

www.im movaTo

Ketenoverleg

1

tor iMMovang en

2011-2012

ale beurzen internation on van grote en Video TV, hét thema succes was van Connected een groot meer en onTwik Maar ook waarin op of Holland’ n. Het jaar ‘The Voice Trends en van de tablets. : glasvezel. iale format is het jaar moet doorbreke aanleggen 3D, 2011 het crossmed eigenlijk nog de toekomst het jaar van de. “Trends jaar waarin Nederland 2010 was twerken van n aankondig , maar in de IBC. Het telecomne zuiniginge Show en is geworden 2011 en inzicht de nieuwe als de NAB grote omroepbe iasector in aal big business met graafmachines crossmed en het kabinet mannen ngen in de Demand internation eens toesloeg in Nederland van de ontwikkeli de crisis nog meer plaatsen jaar waarin boeiend overzicht was ook het ia” geeft een Maar 2011 n! ingen in Crossmed kunnen verandere Netwerk. en Ontwikkel de markt r Cross Media die in 2012 trends iMMovato van in prille ia is een uitgave ingen in Crossmed Ontwikkel Trends en

in crossm kelinge n

TRENDS EN ONTWIKK

Digitale

IMMOVATOR •

13 op de beeldbuis EDITIE 2012-20 passingen internettoe de doorbraak ) TV, waarmee het jaar van rden vele 2012 was ook op je (connected van HbbTV? , tablet en 2012 introducee en afleiden. In het jaar worden platforms pen, zal 2013 of juist de aandacht met hun second screen van aal ma’s verrijken, Style’ het record internation v-program scoorden en ‘Gangnam afvraagt bedrijven online formats industrie zich derlandse teren met en de advertising mediabestedingen. te experimen omarmde begonnen compleet n en dalende zuiniginge social media arin radio crisis, omroepbe 2012 , ook vol innovatie! jaar van de iasector in budgetten as ook het crossmed de druk op toenemen ngen in de ondanks de van de ontwikkeli overzicht en boeiend n! nen verandere Netwerk. r Cross Media iMMovato uitgave van

SMEDIA,

11 ediTie 2010-20 crossmedia,

16

2011 Monitorversie Media compacte

E K W E R E T U 0 1 1 F U i 2 m e 1 9

cover_jaarboek_2010_plano_def.indd

011

n l e k . e w e t u r a f u e d i w.m w w

iMMovator

Cross

Media

Network,

Hilversum

OR:

(januari 2008) editie 2007-2008 (januari 2009) , editie 2008-2009 (januari 2010) , editie 2009-2010 (januari 2011) a, editie 2010-2011 (december 2012) februari 2012) a, edtiei 2011-2012 r 2007 tot van septembe r kwartaal i 2011) i 2012)

2006)

1) )

1)

Tor:

n van immova (januari 2008) a, editie 2007-2008 2009) gen in crossmedi editie 2008-2009 (januari a, 2010) en ontwikkelin • Trends gen in crossmedi editie 2009-2010 (januari a, 2011) en ontwikkelin • Trends gen in crossmedi editie 2010-2011 (januari a, kwartaal) en ontwikkelin • Trends gen in crossmedi september 2007 ieder en ontwikkelin • Trends Televisie (vanaf onitor Digitale ssie (juni 2011) • Kwartaalm Week sfeerimpre r 2006) (decembe • Media Future Monitor 2006 (juni 2008) • Cross Media Monitor 2008 (juni 2010) • Cross Media Monitor 2010 r 2011) • Cross Media Update (novembe 2006) Media • Cross en (juni in Verbinding r 2011) • Investeren l (septembe DataCapita • Almere

andere uiTgave

n andere uiTgave

or: van immovaT

(januari 2008) , editie 2007-2008 (januari 2009) gen in crossmedia ontwikkelin , editie 2008-2009 • Trends en (januari 2010) gen in crossmedia ontwikkelin , editie 2009-2010 • Trends en ieder kwartaal) gen in crossmedia ontwikkelin september 2007 • Trends en Televisie (vanaf nitor Digitale • Kwartaalmo (december 2006) Monitor 2006 • Cross Media (juni 2008) Monitor 2008 • Cross Media (juni 2010) Monitor 2010 • Cross Media n (juni 2006) in Verbindinge • Investeren

Versie 18.0

december 2011

30-11-12

18:16

23-01-12

11:36

20-01-12

Jaarboek Movator -

- Cover.indd

16:10

1-3

12002 S-PrePress-iM

ef.indd 1

_2010_plano_d

cover_jaarboek

Media Futu

in Cijfers

re Week

a Monitor 2012

omi re - econ gy - FuTu

Cross Medi

T e c h n o lo

Cross Media

cs

Almere 2013 13 - 16 May

23/07/13 12:56

_A5.indd 1

MFW13_boekje

iMMovator

Cross Media

Network, Hilversu

m

Andere uitgaven van iMMovator: • Cross Media Monitor 2006 (tweejaarlijks, vanaf 2006) • Investeren in Verbindingen (juni 2006) • Kwartaalmonitor Digitale Televisie (ieder kwartaal van september 2007 tot februari 2012) • Trends en ontwikkelingen in crossmedia (jaarlijks, vanaf januari 2008) • Media Future Week sfeerimpressie (jaarlijks, vanaf juni 2011) • Almere DataCapital (september 2011) • Diverse whitepapers i.s.m. TNO, o.a. over innovatie, fiber to the hom en connected TV (vanaf 2012)

immovator • Trends en ontwikkelingen in crossmedia • Editie 2013-2014

Trends en ontwikkelingen in crossmedia, editie 2013-2014

immovator

Trends en Ontwikkelingen in Crossmedia Editie 2013-2014


immovator Trends en Ontwikkelingen in Crossmedia Editie 2013-2014



immovator

n e g n i l e k k i w t n O n e Trends in Crossmedia

Editie 2013-2014

Hier wordt ge誰nvesteerd in uw toekomst. Dit project wordt mede mogelijk gemaakt door het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling van de Europese Unie.


Colofon Trends en ontwikkelingen in crossmedia • Editie 2013-2014 ©iMMovator Cross Media Network

Dankwoord Wij danken graag de dagvoorzitters en sprekers van de Cross Media Cafés, het Mediapark Jaarcongres, Eurosonic Noorderslag, masterclasses, workshops, en de technology updates, de verschillende projectleiders en alle andere betrokkenen voor hun bijdrage aan deze uitgave. Colofon Trends en ontwikkelingen in crossmedia, editie 2013-2014 is een uitgave van iMMovator Cross Media Network. Disclaimer De teksten in deze publicatie zijn gebaseerd op door iMMovator verzamelde informatie die zo zorgvuldig mogelijk is verwerkt. Als er desondanks toch wat is misgegaan of als er verzuimd is bij specifiek materiaal de rechthebbende te vermelden, dan kunt u contact opnemen met iMMovator. Ondanks alle aan de samenstelling van de tekst bestede zorg, kan noch de redactie, noch de uitgever, aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele schade, die zou kunnen voortvloeien uit enige fout, die in deze uitgave zou kunnen voorkomen. In dit boek komen namen voor van gedeponeerde handelsmerken. Deze namen zijn in de tekst niet voorzien van een handelsmerksymbool, omdat ze slechts fungeren als aanduiding van de besproken producten of diensten. Hierbij wordt op geen enkele wijze getracht inbreuk te maken op de rechten van de handelsmerkhouder. Tekst en redactie Sander Beekman, George Freriks, Marlies Hakvoort, Brent Meulenberg, Bas Nieuwenhuijsen, Marc Notebomer en Ellen Röling Speciale dank gaat uit naar de columnisten: Frank Kresin, Jurriaan van Rijswijk, Paul Rutten, Iskander Smit en Stef van der Ziel Fotografie Mark Janssen, Rob Koenen, Frank Visser en dreamstime.com Vormgeving De Grafische Keuken, Hilversum Druk Koninklijke BDU Grafisch Bedrijf Contactgegevens iMMovator Cross Media Network Bezoekadres Postadres Mediacentrum/MC3 Postbus 124 Media Park 1200 AC Hilversum Joop van den Endeplein 1 Telefoon: 035 677 75 07 1217 WJ Hilversum E-mail: info@immovator.nl Website: www.immovator.nl

Hier wordt geïnvesteerd in uw toekomst. Dit project wordt mede mogelijk gemaakt door het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling van de Europese Unie.


Inhoud

1 Voorwoord

6

2

iMMovator en CLICKNL | Media en ICT

8

3

Smart & Social media

11

4

Big en Open Data

59

5 Crossovers

91

6 Businesstransformatie

109

7

Media Future

159

8

Over iMMovator

207

Register

231

5


Voorwoord Er is iets bijzonders aan de hand. En in vrijwel elke sector die te maken heeft met digitale processen zie je het terug: Big Data en Open Data. Beide worden gezien als een nieuw soort “grondstof” waarmee nieuwe diensten kunnen worden “geproduceerd”. Ik kan me niet herinneren dat een trend zo manifest en in zoveel sectoren tegelijk opkomt! Hoewel beide begrippen totaal verschillend zijn is de overeenkomst dat het nieuwe dienstverlening mogelijk maakt en dus marktruimte biedt. Met name voor onze creatieve industrie! Data is immers nutteloos totdat je er in slaagt er betekenis aan te geven en dat is exact waar wij goed in zijn. In hoofdstuk 4 geven we duiding aan beide begrippen en welke kansen voor toepassingen in de markt door u zijn gesignaleerd. Dat is onverminderd de doelstelling van deze publicatie; het bieden van een platform van het gedachtegoed van onze creatieve industrie en het signaleren van marktkansen. Ook deze publicatie is stand gekomen dankzij uw inbreng. Meer dan 100 professionals hebben hun kennis ter beschikking gesteld en vindt u hier gebundeld. Geen vergezichten en visionaire bespiegelingen maar praktisch toepasbare kennis die de innovatie in onze industrie op de voet volgt. IMMovator heeft naast haar reguliere activiteiten ook veel aandacht besteed aan het innovatiebeleid van de overheid. IMMovator is daartoe door de overheid uitgenodigd als bruggenhoofd tussen de overheid en de industrie. Daarbij is door ons vooral ingezet op de crossovers, dus de verbindingen tussen sectoren. Dat is een aanvulling op het beleid zoals het door de overheid was ingezet. Dit zogenoemde topsectorenbeleid is vooral van start gegaan door de innovatie van een sector te versterken. Voor de creatieve industrie bieden juist de verbindingen met andere sectoren nieuwe marktkansen. Denk daarbij aan de verbinding met zorg waar met behulp van gamingtechnieken moderne behandelwijzen mogelijk zijn of de verbinding met energie waar met mediale toepassingen het bewust omgaan met energieverbruik wordt gestimuleerd. Maar ook meer “Big Data” toepassingen, het omgaan met massieve hoeveelheden beelddata zoals in de oncologie. Hier wordt steeds meer beeldverwerking ingezet als diagnosetool en ervaren de ziekenhuizen steeds meer problemen om deze enorme databerg te hanteren en in de academische ziekenhuizen om deze data in te zetten voor analyse. De ervaringen vanuit met name de broadcast industrie kunnen hier zinvol hergebruikt worden. In hoofdstuk 4 en hoofdstuk 5 vindt u de achtergrond van twee projecten die iMMovator hierop heeft ontwikkeld (Almere DataCapital in hoofdstuk 4 en Growing Games in Hoofdstuk 5). In hoofdstuk 2 leest u meer over het topsectorenbeleid en de rol van iMMovator.

6


Met deze publicatie geven we daarmee aandacht aan twee lijnen waarlangs iMMovator haar activiteiten nu organiseert: • het aanwakkeren en platform bieden aan de ontwikkelingen en innovaties vanuit onze creatieve industrie, • het op verzoek van de overheid inhoud geven aan het topsectorenbeleid. We streven naar een evenwichtige balans daarin en een maximaal rendement voor iedereen in onze industrie maar zeker ook onze leden en participanten van het iMMovator Cross Media Network die onze activiteiten mogelijk maken.

Ik wens u veel leesplezier.

Ton van Mil

7


iMMovator en CLICKNL | Media & ICT

De indeling van deze editie van ‘Trends en Ontwikkelingen in crossmedia’ is anders opgebouwd dan u van ons gewend bent. Sinds 2012 is iMMovator een actieve partner bij het topsectorenbeleid voor de Creatieve Industrie van de overheid. We zijn betrokken bij de opstelling en uitvoering van de innovatieagenda voor Media & ICT en veel van onze activiteiten vallen binnen deze agenda. Maar eerst een korte toelichting over het topsectorenbeleid en het innovatienetwerk CLICKNL.

Topsectorenbeleid & CLICKNL De creatieve industrie is een van de negen topsectoren in het Nederlandse bedrijvenbeleid. Deze topsectoren groeien sneller dan de rest van de economie en leveren een belangrijke bijdrage aan de werkgelegenheid en de groei van het aantal nieuwe ondernemingen in Nederland. De topsector Creatieve Industrie is bovendien een aanjager van innovatie in andere sectoren en levert creatieve oplossingen voor maatschappelijke uitdagingen. State of the art kennis is essentieel om de Nederlandse creatieve industrie ook internationaal een toppositie te geven. Om deze toppositie te bereiken is een kennis- en innovatieagenda opgesteld. Kennisinstituten NWO, KNAW en TNO stellen samen met het ministerie van EZ ruim €20 miljoen ter beschikking voor de uitvoering van die agenda. De investeringen in kennis en innovatie verlopen via een landelijk innovatienetwerk CLICKNL. CLICKNL heeft als doel om onderzoekers en ondernemers aan elkaar te koppelen om samen kennis en innovaties te ontwikkelen voor een sterke economie en duurzame samenleving. Vanuit CLICKNL wordt een kennis- en innovatieagenda ontwikkeld en CLICKNL zet activiteiten op om de uitvoering hiervan te stimuleren. Voorbeelden hiervan zijn het MKB loket (het aanspreekpunt voor het creatief MKB dat wil innoveren en kennis ontwikkelen) en de MIT regeling (subsidieregeling om samenwerking tussen onderzoekers en ondernemers te stimuleren). CLICKNL is onderverdeeld in zeven netwerken: mode, design, cultureel erfgoed, media & ICT, games, architectuur en CI Next.

IMMovator & CLICKNL | Media & ICT IMMovator is gevraagd het netwerk Media & ICT te trekken. Dit was een logische combinatie omdat iMMovator al bestond uit een groot netwerk van professionals uit de media-industrie en veel van onze activiteiten er ook op gericht zijn kennis en innovatie te stimuleren. Onder onze regie is samen met een aantal partijen de innovatieagenda ‘De kracht van verbeelding’ opgesteld. De samenwerking tussen onderzoek, bedrijfsleven en overheid staat hierbij centraal. De innovatieagenda is ambitieus: In 2020 wil Nederland behoren tot de top 3 mediaregio’s in Europa en leidend zijn voor het ontwikkelen van nieuwe smart media en breedband diensten. Centraal in de innovatieagenda staat dienstenontwikkeling: het toepasbaar maken van technologie om innovatieve diensten te ontwikkelen. Deze dienstenontwikkeling staat in het teken van dialoog. De

8


gebruiker als prosument staat centraal. De kracht van storytelling is hierbij essentieel om de ‘content’ van die nieuwe diensten over te brengen. Naast innovatieve mediadiensten voor informatie en entertainment gaat het steeds meer om innovatieve contentdiensten voor de grand challenges en andere topsectoren.

Thema’s innovatieagenda als rode draad De Innovatie Agenda is inhoudelijk vormgegeven aan de hand van inhoudelijke thema’s. Deze komen in de volgende hoofdstukken uitvoeriger aan bod. Aan het begin van ieder hoofdstuk wordt kort beschreven op welke aspecten van dat thema de innovatieagenda ingaat. Waar liggen volgens de agenda de grootste innovatiekansen? Op welk gebied moet meer kennis ontwikkeld worden? Welke onderzoeksvragen komen aan bod bij de thema’s? Vervolgens komen artikelen aan bod die passen binnen het thema van de innovatieagenda. Dit zijn verslagen van onze events en projecten maar ook showcases van innovatieve bedrijven uit ons netwerk. We hopen dat deze verhalen u inspireren! En met dit trendboek dragen we dan ook weer bij aan een van de doelen die beschreven staan in de innovatieagenda: kennisdisseminatie en hopelijk een snellere gang van kennis naar dienstenontwikkeling of korter: van kennis naar kassa!

Thema’s Innovatieagenda CLICKNL | Media & ICT • S mart & social media: de opkomst van nieuwe, intelligente technologie en de gebruiker als prosumer hebben nu en in de toekomst een grote impact op het media-aanbod en -gebruik; • Big data: de groeiende hoeveelheid (visuele) data en de ontwikkeling van vernieuwende diensten om (open) data te verzamelen, op te slaan, te ontsluiten en te exploiteren; • Businesstransformatie en sectorspecifieke innovatie (impact digitalisering in de breedte, diensteninnovatie, businessmodellen, rechten/IP); • Crossovers: manieren waarop media &ICT als onderdeel van de Creatieve industrie een bijdrage kan leveren aan ontwikkelingen in andere economische en maatschappelijke sectoren

Freek van ’t Ooster (iMMovator) presenteert de activiteiten van CLICKNL tijdens een Cross Media Café.

9



ia d e M l ia c o S & t r a m S e innovatie agenda

ia in d Smart & social med

ie consumen lu e d t p el h p p za p Wap

TV in the Cloud &

en cten van de omroep je ro p ia ed m ss o cr Nieuwe

en ra Pluxbox: innovatie

Veranderend con

Visual & Social Rad

Onlin Geld verdienen met

lling & audie Transmedia storyte

are ruimte Media in de openb

t te kiezen

On demand

diomaken in één es en screens

t om integratie gam g aa vr g ra d ge n te sumen io

➔ ➔

e Videoclips nce engagement

ig

on helpt zelfstand

board My Reputati Ondernemersdash line reputatie n o et m al n io ss fe pro

sting times

ve in intere Column: May you li


Smart & Social Media

Ons dagelijks leven is de afgelopen jaren drastisch veranderd door de opkomst van digitale en ­sociale media. Innovatieve devices zoals smartphones, tablets, eReaders en connected TV’s ­hebben een snelle opkomst gemaakt. Het toenemende beeldgebruik, de hogere resoluties, het persoonlijker, socialer en interactiever door (mobiele) internettechnologie maakt media intenser. Dit brengt nieuwe uitdagingen met zich mee op verschillende vlakken. Smart & Social media zorgen voor ongekende mogelijkheden voor mediagebruikers én media­ makers. Geen wonder dat dit thema een belangrijke rol speelt in de innovatieagenda. Nieuwe schermen en nieuwe distributievormen van media kwamen uitvoerig aan bod in 2013. Een doorsnee smartphone beschikt tegenwoordig al over een HD-scherm en HD-camera. Op de IBC werden de laatste scherminnovaties getoond (3D, 4K, 8K) en werd een speciaal event gewijd aan wat deze scherminnovaties betekenen voor games. Nieuwe distributievormen van ­video kwamen aan bod in het Cross Media Café TV in the Cloud en On Demand. Daarbij stond het eerste scherm centraal: wat gaat daar de komende jaren gebeuren? Wie biedt de content waar de consument naar kijkt? En hoe? Hoe kan de consument zelf bijdragen? De gebruiker staat centraal en het onderscheidende vermogen ligt niet meer in de content alleen, maar in de totale ervaring: content, aggregatie, context en functionaliteit. Voor media­ bedrijven biedt dit kansen om op vernieuwende manieren in te spelen op deze veranderende consument. Een zoektocht naar nieuwe formats en nieuwe manieren van storytelling. Deze zoektocht is terug te zien in de presentaties van die de hoofden Nieuwe Media van de omroepen gaven op het Cross Media Café in september. Hoe ga je als mediabedrijf om met alle verschillende schermen die de consument ter beschikking heeft? Hoe koppel je ze en hoe zorg je voor goede content? Hoe benut je de nieuwe wegen om de consument meer te betrekken? Daarnaast organiseerden we een masterclass met een internationaal storytelling expert: Ivan Askwith, producer van de film Veronica Mars en ex-Lucas Film hoofd Digitale Media. Een pionier op het gebied van storytelling en audience engagement. In zijn masterclass gaf hij tien lessen, u kunt ze in dit hoofdstuk terug vinden. Smart & Social Media bieden ook ongekende mogelijkheden voor gebruikers. Om zichzelf te laten zien, zich te ontplooien, te delen, identiteit te ontwikkelen en bij te dragen aan maatschappelijke processen. Audience engagement, bijvoorbeeld via crowdfunding initiatieven geven het publiek meer macht. Maar er is ook een keerzijde. Mediawijsheid is daarom een belangrijk aandachtspunt bij deze toekomstige ontwikkelingen, want hoe voorkom je dat (social) mediaontwikkelingen ­leiden tot misbruik, ongelijkheid of selectiviteit?

12


Smart & Social Media

De impact van smart en social media gaat veel breder dan de invloed die ze hebben op televisie­ programma’s. Wat het betekent voor muziekprofessionals en radiomakers, daarover is meer te l­ ezen in het verslag van ons café op Noorderslag. Uitgevers en reclamemakers ’konden hun hart ophalen tijdens vakcongressen van partners van iMMovator, zoals InCTspiratie, Mediafacts Uitgeefdag, de 24u van de reclame en Emerce Eday. De veranderingen die smart & social media te weeg brengen zijn groot, en iedere mediaprofessional springt daar vol op in. Maar er valt ook nog veel te leren. Denk daarbij aan vragen rondom het meten van het gedrag van een gebruiker, tags en aanbeve­ lingen, de opkomst van performance based advertising en multichannel publishing. Om nog maar te zwijgen van de impact en kansen die smart en social media bieden in meer zakelijke en sociale toepassingen, zoals bijvoorbeeld digitale diensten in het onderwijs of de zorg.

13


event

TV in the Cloud en On demand Het eerste scherm staat centraal in het Cross Media Café van 26 november 2013. Want daar gaat het de komende jaren gebeuren. Maar wie biedt de content waar de consument naar kijkt? En hoe? De omroepen via HbbTV? De providers via hun virtuele settopbox? De fabrikanten met hun eigen portals op de smart tv’s? Of kiezen we uiteindelijk voor ‘over-the-top’partijen als Netflix?

Welke partij biedt de ingang naar interactief televisiekijken? Rob Koenen, Senior Business Consultant Media Networks and Systems van TNO schetst het span­ ningsveld tussen omroepen, providers en televisiefabrikanten. Elke partij biedt content en elke partij wil de consument een ingang bieden naar interactief televisiekijken. Maar het zijn vooral technologische hobbels die een grote doorbraak nog in de weg staan. Rob schetst de initiatieven van de traditionele spelers om de hobbels te slechten. Omroepen en fabrikanten hebben beiden belang bij het voortbestaan van televisie in de huidige vorm. Ze vin­ den elkaar in projecten rond de invoering van HbbTV, Hybrid Broadcast Broadband Televisie. HbbTV is een open standaard die televisie combineert met internetdiensten. Het gewone lineaire digitale televisiesignaal wordt zo verrijkt met een interactieve laag.

14


Smart & Social Media

Fabrikanten ontwikkelen daarnaast ook initiatieven met operators. De settop box is hierin de verbindende factor. Er zijn meer dan tweehonderd operators in Europa en honderden verschillende televisietoestellen. Interactieve diensten moeten voor elke combinatie worden getest en – indien nodig – aangepast. Standaardisering is dus een noodzaak, maar vraagt een lange adem. Een snellere oplossing is om de cloud te gebrui­ ken om een gedeelte van de functionaliteit van bijvoorbeeld de set-top box over te nemen. Koenen noemt het voorbeeld van de PVR (Personal Video Recording). Door opnamecapaciteit in de cloud te regelen, hoeft de contentaanbieder niet langer rekening te houden met de verschillende standaarden binnen de hardware. Rob verwacht dat de set-top boxen door standaardisering en door cloud-oplossingen zullen verdwijnen. Tot slot de omroepen en de providers. De providers staan niet te popelen om HbbTV door te ­geven. Volgens Koenen zien ze nog niet allemaal welke kansen HbbTV hen biedt: namelijk een e­ igen portal. Als de providers het proces nog langer blijven traineren, verwacht Koenen dat om­roepen en fabrikanten samen verder gaan en de cloud kiezen voor hun distributie. De providers komen daarmee buiten spel te staan. Rob Koenen (TNO)

Activevideo creëert ‘set-up box’ in de cloud Ronald Brockmann, CTO Activevideo, is een pionier op het gebied van CloudTV. Het Amerikaanse Activevideo nam zijn bedrijf over om clouddiensten voor kabel- en IPTV set-top boxen aan te bie­ den. Brockmann startte zijn bedrijf enige jaren geleden toen hij merkte dat diensten voor elk ­device (televisies, allerlei soorten set-top boxen) apart moest worden geprogrammeerd. Want niet alleen software en hardware verschilden vaak van elkaar, de systemen gebruikten ook vaak verschillende userinterfaces. De komst van Connected TV loste dat probleem volgens hem niet op. Connected TV bevat weliswaar een browser, maar instellingen en besturingssystemen verschillen van elkaar. Bovendien veranderen fabrikanten regelmatig hun browserversie. Zijn oplossing: “Zorg dat je je niet door de eigenschappen van een apparaat of software laat beperken. Laat een virtuele browser in de cloud draaien in een HTML5-omgeving. En stream vervolgens je content als videostroom naar de verschillende devices.” Door deze oplossing kan operator Ziggo een Video on Demand-dienst ­aanbieden op tien verschillende set-top boxen en 250 verschillende devices. Want helemaal zonder set-top box kan het nog niet. “Maar deze set-top box is een light versie. Er draait alleen een kleine client op. En in plaats van set-top box is ook een Ci+-kaart of een HDMI-stick toereikend.” Activevideo wil providers met de clouddiensten helpen hun snelheid in de markt te vergroten. Providers konden voorheen heel traag innoveren vanwege hun fysieke infrastructuur. Ronald Brockmann (Activevideo)

15


Ziggo maakt snelle stappen dankzij de cloud Ziggo wil vaart maken met interactieve televisie. Director Content & Entertainment Yoram Levi van Ziggo: “Wij zijn de eerste ­provider die cloud tv inzet voor interactieve kabel­televisiediensten.” Ziggo had de ambitie om interactieve diensten­aan te bieden voor ­zoveel mogelijk televisies, ook de oudere. Samen met Activevideo pakte Ziggo daarvoor eerst de set-top box aan. “De cloudoplossing van Activevideo is een revolutionair concept. Elke gebruiker heeft een virtuele set-top box. De grafi­ sche interface wordt gestreamd vanuit de cloud via de fysieke set-top box naar het scherm. Omdat de content nu via de cloud loopt, kunnen we wijzigingen en ideeën snel doorvoeren. Voorheen moesten we de set-up box upgraden en aanpassen. Dit kostte heel veel tijd, waardoor acties veel tijd kostten. We ­bieden nu een high-end service op een low-end apparaat. De set-op box is heel eenvoudig: CPU, geheugen en een internet­ verbinding. Met deze cloudoplossing bereikte Ziggo de finale van de Innovation Award van de IBC. De tweede belangrijke ontwikkeling bij Ziggo is de focus op Ci+, een eenvoudige set-top box in kaartvorm die in de televisie ­gestoken kan worden. Bij een druk op de rode knop op de ­afstandsbediening wordt de userinterface via de Ci+-module naar de televisie gescreend. Vervolgens kan de klant de gewens­ te diensten selecteren. Ziggo biedt met name Video on Demand, waaronder tv gemist, films, en series, aangevuld met persoon­ lijke aanbevelingen gebaseerd op kijkgedrag en reviews van ­gebruikers. Ziggo heeft daarvoor een soort Amazon-achtige ­applicatie ontwikkeld.

Yoram Levi (Ziggo)

16


Smart & Social Media

sho wc a s e

Wappzapp helpt de luie ­consument te kiezen Wienke Giezeman startte met zijn KPN-collega Colin Ellis het bedrijf Wappzapp. Hun ­business: de Wappzapp app, die je helpt je eigen tv samen te stellen uit het gigantische ­video-aanbod dat online is te vinden. ‘Onze kracht zit in het cureren’, zegt Giezeman. ‘Voor de luie content consument, die alles wil maar niet kan kiezen.’ ‘Eigenlijk begon het allemaal met de vraag waarom er op tv maar zo weinig leuke, inspirerende programma’s te zien waren’, legt Giezeman uit. ‘En waarom het video-aanbod op internet zoveel beter was, maar zo moeilijk te vinden. Mensen moeten tegenwoordig hard werken en hebben ­relatief weinig vrije tijd. Daarom besloten we een app te maken om hen te helpen, een app die leuke online content voor je vindt, toegespitst op jouw interesses.’ Wappzapp biedt de gebruiker een overzicht van het online tv-aanbod (bijvoorbeeld YouTube ­ kanalen, Vimeo kanalen en interessante weblogs). Giezeman: ‘Ook stelt Wappzapp de gebruiker in staat om zijn favoriete shows op te slaan en te zien ­ wanneer er nieuwe afleveringen zijn. Een derde belangrijke feature geeft inzicht in wat zijn vrienden kijken. Verder is het mogelijk om Wappzapp aan je smart tv te koppelen ­ zodat je online tv op een groot scherm kunt kijken.’

Wienke Giezeman en Colin Ellis (Wappzapp)

Wappzapp heeft Giezeman en Ellis geen windeieren gelegd. In hun kantoor aan de Amsterdamse Vijzelstraat zitten ze inmiddels met z’n tienen. Bovendien wisten ze Sanoma over te halen om in Wappzapp te investeren. Giezeman: ‘Tel daar 400.000 downloads en 100.000 actieve gebruikers bij op, en je kunt concluderen dat we niet hebben te klagen. 25 procent retentie is hoog voor een app in de entertainment industrie.’ Toekomstplannen zijn er ook. Giezeman: ‘Zo moet het mogelijk worden om BN’ers te volgen. En willen we het platform worden voor de ‘nieuwe tv-maker’. Steeds vaker zetten gebruikers zelf ­content online, met name op YouTube. Wij willen ze een alternatief bieden: een portal waarop die content achter elkaar wordt geprogrammeerd. Je zou kunnen zeggen: hun eigen tv-kanaal, zodat de content gemakkelijker bij hun doelgroep terecht komt.’ Het materiaal dat met Wappzapp wordt ontsloten is deels gratis’, zegt Giezeman. ‘Onze inkomsten komen uit advertenties maar ook uit het verkopen van premiumcontent. In 2014 en 2015 willen we meer investeren in video-on-demand en ook betaalde content aan gaan bieden.’ Mensen willen veel content, maar niet kiezen’, besluit Giezeman. ‘Wij helpen hen om toch een keuze te maken. Je kunt het vergelijken met Spotify. Waarom heb ik nog steeds een abonnement, omdat er lijstjes in zitten. Ik ben een luie content consument. Net als de meeste mensen in onze doelgroep.’

17


Ron van der Sterren (Videodock)

Marco van den Akker (123 Cloud)

Pitches!

Videodock Wie? Ron van der Sterren, Videodock

Wat? Videodock biedt mogelijkheden aan bedrijven om hun content te verrijken én te verzilveren.

Waarom? Je kunt natuurlijk gewoon je video op YouTube zetten, maar je kunt er ook iets mee doen. Het Concert­ gebouworkest wil graag de beleving van muziek uit­ breiden en voor een breed publiek toegankelijk ­maken. Vidoedock maakte er een tweewekelijks iPod magazine (app) van, waarbij onder meer tekst en parti­ tuur van gespeelde stukken zichtbaar zijn. De app is al 15.000 keer gedownload.

En verder? Videodock creëert video experiences. De ultieme ­video experience is een ervaring waarbij de gebruiker content van goede kwaliteit overal en op elk device kan bekijken in een interface die gebruiksvriendelijk is en uitdaagt meer te willen weten, zien en ervaren. Door de gebruiker aan zet te laten en zelf door de ver­ rijkte tijdslijn of het videoaanbod te laten navigeren, creëert hij een gepersonaliseerde ervaring, passend bij zijn interesses. Met state-of-the-art apps, sites en toe­ passingen wil Videodock voorop lopen in het creëren van de ultieme video experience voor een breed publiek.

18

Mediapaas Wie? Marco van den Akker, 123 Cloud & Mediapaas

Wat? Mediapaas is een platform dat gebouwd is van cloud­ computingbedrijven. Ze leveren een dienst waarbij je als producent je data kan distribueren op een veilige manier. Mediapaas levert de mogelijkheid om van test drive tot aan productie een wereldwijd publiek te bereiken.

Waarom? Geen Hardware, vroeger moest je een complete uit­ zendstraat aanschaffen en honderdduizenden euro’s uitgeven om de zelfde kwaliteit als Talpa te halen, nu kan dat met Mediapaas on the fly. Hierdoor hoef je je geen zorgen meer te maken over server capaciteit.

En verder? Go global, bereik de hele wereld met jouw content. Wereldwijd heeft Mediapaas bijna 50 providers die ­lokaal jouw content kunnen uploaden en vervolgens kunnen distribueren als een keten. Dus als jij Zuid Korea, Japan en Duitsland wil bereiken kan dat vanaf 1 platform.


Albert-Jan Tebbe (Ooyala)

Ooyala Wie? Albert-Jan Tebbe, Ooyala

Wat? Ooyala is een Online video platform en biedt diensten van transcoding tot afleveren op de video player. Wat Ooyala onderscheidt volgens Albert-Jan Tebbe, Director Benelux and Nordics, is hun vermogen om gebruiksdata van online video te verzamelen en te analyseren.

Waarom? De oprichters van Ooyala komen van Google. Ze zijn ooit betrokken geweest bij de exploitatie van YouTube. De generatie van big data is dan ook geïntegreerd in het platform. Ooyala biedt onder meer inzicht in kijk­ gedrag en de gebruikte devices. Onmisbare informatie om je adcampagne beter in te richten.

En verder? Met de hoeveelheid aan apparaten, content en de personalisering daarvan is het ongelofelijk belangrijk om je content op de juiste manier aan te bieden. Engagement is daarbij erg belangrijk, hoe weet je de kijker te boeien. Daar heb je uiteraard goede content voor nodig, maar omdat er tegenwoordig niet 10 ­kanalen zijn meer via verschillende devices duizenden kanalen aangeboden worden is het belang dat je ­erachter komt hoe jouw doelgroep de content consu­ meert. Hoe kom je daar dan achter? Door middel van big data, en laat dat nou in Ooyala’s DNA zitten.

19


event

Welke nieuwe diensten zijn mogelijk rond TV in de cloud? Het eerste scherm verrijken met relevante interactieve content: de eerste successen zijn al behaald. In het tweede deel van het Cross Media Café ‘In the Cloud & On Demand’, een bijdrage over de mogelijkheden van HbbTV door Régis Saint Girons, CEO van het Franse Httv en vertegenwoordiger van het internationale HbbTV forum. Tony Henderson van Microsoft vertelt over de nieuwe koers van Microsoft. Max Pinas van TWC trakteert op een succesvolle case. En tot slot een primeur: de lancering van de Regio TV-app door projectmanager Erik Hogeboom.

HbbTV in de lift Régis Saint Girons, CEO van het Franse Httv (High Tech Television) houdt zich bezig met doorontwik­ keling van HbbTV en de promotie van het platform in Europa en daarbuiten. HbbTV is een standaard die het mogelijk maakt om televisieprogramma’s te verrijken met interactieve content. Saint Girons: “HbbTV ontwikkelt zich snel. In Duitsland en Frankrijk is het merendeel van de connected tv’s HbbTVcompatible.” Hij laat op een kaart zien dat HbbTV in een groeiend aantal Europese landen wordt omarmd. HbbTV wint ook terrein op de zogenaamde emerging markets in Azië en Zuid-Amerika. “Deze landen zitten in de omslag van analoge naar digitale televisie. Met HbbTV kunnen ze goed laten zien wat de meerwaarde van digitale televisie is.” Via ‘lichte’ set-top box kunnen interactieve diensten ook worden gebruikt op televisie die nog niet internet-connected zijn.

20


Smart & Social Media

Op dit moment is HbbTV 1.5 de standaard, maar volgend jaar komt een 2.0-versie met nog meer features. Onder de mogelijkhe­ den van HbbTV vallen: Video on Demand, Uitzending Gemist-achtige applicaties, Startover-applicaties, Games, Education, Advertising en ook tv-portals voor distribu­ teurs. In Frankrijk en Duitsland zijn er veel succesvolle toepassingen. Saint Girons noemt het Franse kanaal ARTE dat een inter­ face heeft ontworpen voor alle services. Deze interface kan tijdens het kijken worden opgeroepen. “Een soort superteletekst voor ARTE.”

Régis Saint Girons (Httv)

Saint Girons noemt de lichte weerstand van kabelaars om HbbTV aan het televisiesignaal toe te voegen. Want als HbbTV eenmaal in het signaal zit, dan gaat de levering van diensten buiten hen om. Hij verwacht echter dat de operators de nieuwe standaard gaan omarmen. HbbTV biedt hen de mogelijkheid om hun eigen diensten via een eigen portal aan hun klanten aan te bieden.

HbbTV in Nederland Frank Visser, projectleider HbbTV Forum Nederland, geeft een korte toelichting op HbbTV en de stand van zaken in Nederland. Hij benadrukt het open karakter van het platform. “HbbTV is een open innovatieplatform. Als HbbTV eenmaal in het broadcastsignaal zit, kan iedereen met een ­eigen kanaal content aanbieden. Lokaal, regionaal, groot, klein. Ook kabelaars als Ziggo zouden gebruik kunnen maken van HbbTV.” Het forum in Nederland bestaat uit 21 leden, van regionale en landelijke omroepen tot internatio­ nale aanbieders en operators. Doel is te komen tot afspraken over HbbTV in Nederland, het ­publiceren van die afspraken en het bevorderen van de invoering van HbbTV in Nederland. De huidige focus van het platform is HbbTV te ­positioneren als open HTML-platform. Daarnaast wil het platform zorgen voor brede doorgifte van het HbbTV-signaal. Op dit moment geven providers als KPN, Ziggo en UPC het signaal nog niet door. Het forum is in gesprek met het Ministerie van OCW en de Tweede Kamer om te kijken of de Mediawet doorgifte verplicht kan maken. Tot slot wil het forum ook langzamerhand meer nadruk gaan leggen op de nieuwe concepten die dankzij HbbTV mogelijk worden. Frank Visser (HbbTV Forum Nederland)

21


TWC maakt succesvolle Smart TV-applicatie voor NOS Als iemand weet wat de mogelijkheden zijn van interactieve televisie, dan is het Max Pinas van TWC. Het bedrijf deed al ervaring op met de NOS Sportzomer-app voor Smart TV’s. Tijdens de Olympische Spelen konden mensen niet alleen ­lineair televisie kijken, maar konden ze live schake­ len tussen 12 kanalen met andere sporten.” De bediening was eenvoudig. “De eenvoud van ­ Teletekst. Mijn moeder van 65 moest de app zonder­ uitleg kunnen bedienen.” Via het gebruik van de app kwamen interessante gebruiksgegevens boven­tafel. “Het blijkt dat 94% van alle catch up views (kijken op een later tijdstip) van sportuitzen­ dingen van de NOS binnen vijf dagen plaatsvond, 70% zelfs ­binnen 3 dagen. Het is dus eigenlijk on­ zinnig om content oneindig beschikbaar te stellen.” De toepassing kreeg drie nominaties en kreeg een vaste plek in de mediastrategie van de NOS. Max Pinas (TWC)

Microsoft maakt shift van device naar service Account Director Operator Channels Tony Henderson van Microsoft start met een presentatie van de Lions app. Microsoft sponsort de rugbyclub en wilde onderzoeken wat technologie voor een team kan betekenen, een app in dit geval. Het doel was de conservatieve rugby-community berei­ ken en zorgen dat deze ook buiten de wedstrijden om bij de Lions betrokken bleef. Microsoft? Apps? Tony Henderson: “Ik laat deze app zien omdat het de eerste keer is dat Microsoft zoiets gemaakt heeft.” Microsoft is bezig met een shift van ‘devices’ naar ‘service’. Het bedrijf ver­ koopt software development kids waarmee ontwikkelaars niet alleen applicaties voor Windows kunnen maken, maar ook voor iOs en Android. “Hoe kunnen we je helpen om een consistente servicer over alle platforms te bieden?” Het nieuwe Microsoft motto: Cloud backend, Cross platform, Nieuw microsoft.

Tony Henderson (Microsoft)

22


Smart & Social Media

Erik Hogeboom (RTV Noord)

Primeur: de Regio TV app De regionale omroepen hebben een eigen app voor Smart TV: de Regio TV app. Gebruikers kunnen met de app de content van de tien deelnemende regionale omroepen kan bekijken. De opzet is hetzelfde als de Mobiele App die al de regionale omroepen al eerder samen ontwikkelden. De content van alle tien deel­ nemende omroepen zijn via één Regio-app benader­ baar. Binnen die app kan de gebruiker kiezen voor een specifieke omroep. “Handig als je bijvoorbeeld nieuws uit meerdere regio’s wilt volgen”, stelt Erik Hogeboom van RTV Noord die namens de gezamenlijke regionale omroepen de projectleiding doet. Het aanbod: Nieuws, Live (radio en televisie), ‘Uitzending Gemist’ en een gidsfunctie. Waarom de regionale omroep dit doet? Er worden steeds meer televisies met internet verkocht. Ook het aantal devices neemt toe waarmee mensen televisie kunnen kijken: Apple TV, Chrome Cast en Xbox. Het aanbod voor interactieve televisie neemt ook toe. We mogen eenvoudigweg niet ontbreken.” De beschikbaarheid van de app is afhankelijk van de snelheid waarmee de verschillende stores de Regionale TV-app in de etalage zetten. De app is HbbTV-proof en vooralsnog ontwikkeld voor Samsung-televisies. Later zullen ook LG, Philips en ­andere fabrikanten volgen. Hogeboom: “Innoveren is proberen.”

23


event

Nieuwe cross media projecten van BNN, VARA en IDFA Tijdens de IBC 2013 was het een belangrijk topic: hoe ga je als mediabedrijf om met alle verschillende schermen die de consument ter beschikking heeft? Hoe koppel je ze en hoe zorg je voor goede content? Tijdens het Cross Media Café presenteerden de hoofden nieuwe media van de omroepen wat hun plannen zijn op gebied van internet, mobiel, en second screen. Met nieuwe cases, succesvolle projecten en de laatste ontwikkelingen.

BNN: het belang van schermtijd en de nieuwe serie StartUp Jesse Burkunk, Hoofd nieuwe media BNN constateert dat het concept televisie sterk aan het veran­ deren is, vooral bij jongeren. De televisie is voor hen niet meer dan een scherm dat je ook voor social media en gaming gebruikt. Volgens Burkunk is voor een omroep als BNN de schermtijd op alle devices belangrijker dan een kijkcijfer. “Je moet tijdlijnen domineren en zorgen dat je altijd trending bent.” BNN wil daarom ook buiten uitzendingen aanwezig zijn en fans binden. Bij een nieuwe serie als Sluipschutters gaf BNN bijvoorbeeld vooraf al afleveringen vrij op Dumper of You Tube. Resultaat: 400.000 views en betrokkenheid van de kijker. Burkunk: “Nieuwe producties worden nu nog achter de schermen gemaakt, maar waarom zou je de doelgroep ook daar niet ­laten meekijken?”

24


Smart & Social Media

Social media spelen een belangrijke rol om de effectiviteit van een programma te verlengen, zoals de foto-estafette van 3 op Reis op Facebook. Waarbij Nederlandse reizigers foto’s posten met de 3 op Reis Globetrotter-knuffel. Voor Feuten creëerde BNN een transmediale app met een echte community, een virtuele studenten­ vereniging met een ontgroening, rangorde en events. Vooruit kijken is belangrijk. Binnen de app is de volgende aflevering al te zien. Feuten heeft gemiddeld 300.000 kij­ kers, 200.000 terugkijkers. De app is 70.000 keer gedownload, dagelijks zijn er tussen 15.000 en 30.000 fans actief op het platform. Nieuw project is StartUp, een dage­ lijkse dramaserie over 12 jonge onder­ nemers die een bedrijf hebben in het­ zelfde pand. Start in januari 2014. De serie wil jonge mensen stimuleren om initiatieven te nemen. StartUp kan vooraf en achteraf worden bekeken. Van iedere aflevering wil BNN een ­social event maken, met contentgere­ lateerde hashtags. “Het is de bedoe­ ling dat mensen ook ­inhoudelijk gaan meepraten.” Op Facebook komt er ­onder meer een verdieping met een extra ­karakter en een extra verhaallijn.

VARA: pionieren met DWDDmagazine en Spotvogel Rutger Verhoeven, Hoofd nieuwe ­media VARA, begint met de constate­ ring dat niemand weet hoe de markt in elkaar steekt: ontwikkelingen gaan razendsnel, aanbod is enorm. Hoe zorg je als omroep dat je je doelgroep, je kijkers bereikt. Verhoeven: “Dat doe je met een sterk merk, goede proposi­ ties, en met focus op hoe, wat en wanneer je iets wilt vertellen.” De VARA brengt daarvoor de levensduur Jesse Burkunk (BNN) van verschillende typen content in kaart. De levensduur blijkt per type content, per merk en per platform te verschillen. Het onderzoek zegt ook iets over hoe de doel­ groep met c­ ontent bezig is. De VARA onderzocht ook op welke momenten de gebruikers content zochten en op welke momenten de redactie actief is. “Rond DWDD doen we veel met Facebook om bezoek aan te jagen, maar het blijkt dat gebruikers vooral vóór de uitzending alvast kijken wat de onderwerpen zijn.”

25


Rutger Verhoeven (VARA)

Gebruik van social media en internet daalt sterk in de zomer. De VARA wilde de traditionele zomer­ dip van DWDD opvangen met het digitale DWDD-magazine. Dat is niet gelukt. Ondertussen is het magazine nog steeds in ontwikkeling. Verhoeven staat open voor opmerkingen en suggesties. “Het project heeft veel potentie, maar we zijn er nog niet.” En dan Spotvogel, een online game met een doel: het video-archief van Vroege Vogels van tref­ woorden voorzien. Spelers moeten zoveel mogelijk trefwoorden aan videofragmenten toekennen en kunnen daarmee punten verdienen. Met de tags worden de 600 prachtige fragmenten in het Vroege Vogel-archief beter vindbaar. De game is ontwikkeld door de VARA in samenwerking met Beeld en Geluid.

IDFA Doc Lab: over interactieve documentaires en nieuwe vormen van digital story telling.

Caspar Sonnen (IDFA)

26

Caspar Sonnen, curator DocLab Program IDFA, startte het pro­ ject in 2008 toen er mediavormen ontstonden die niet ­binnen de bestaande categorieën van de IDFA pasten. DocLab laat nieuwe vormen van digitale storytelling zien, met als kern de interactieve documentaire. Doel is inspireren, bijvoorbeeld voor storytelling met inzet van het tweede scherm. Sonnen beseft dat het toepassen van alle nieuwe technische moge­ lijkheden nog steeds duur is. En dat de technologie snel ver­ andert. Maar het publiek lijkt de nieuwe vorm te omarmen. Het Franse televisiekanaal ARTE maakte de award-winnende documentaireALMA – A tale of violence: de interactieve versie werd twee keer meer bekeken dan de lineaire versie. Bear 71 is volgens Sonnen een overtuigend en niet-te-missen voorbeeld van de kracht van de interactieve documentaire.


sho wc a s e

Smart & Social Media

Pluxbox: innovatie en radiomaken in één In de zes jaar dat Pluxbox bestaat, heeft het radiomaken aanzienlijk efficiënter gemaakt. Met pbRadiomanager kunnen medewerkers van omroepen en radiostations hun samenwerking beter afstemmen en optimaliseren. Momenteel werkt het bedrijf aan een oplossing voor uitgesteld luisteren. Pluxbox is gevestigd op het Media Park in Hilversum. Een goede plek voor een bedrijf dat intensief met de publieke omroep samenwerkt. Maar ook niet-publieke stations maken gebruik van ­pbRadiomanager. ‘pbRadiomanager is een centraal systeem, van waaruit alle radiomakers van een omroep of station werken’, legt commercieel directeur Dennis Laupman uit. ‘Zo voorkom je wat wij ‘dubbeling op de zender’ noemen. Vroeger kwam het veelvuldig voor dat je in alle radio­programma’s dezelfde gasten over dezelfde onderwerpen hoorde, omdat redacties, producers en presentatoren niet met elkaar spraken of overlegden. Met pbRadiomanager wordt dat voorkomen. Bovendien kan de inhoud van een radio-uitzending direct gedeeld worden via social media of andere externe communicatiekanalen. Met een druk op de knop.’ Een van de stokpaardjes van Pluxbox is pbVisualRadio, single source software waarmee radio kan worden gevisualiseerd op tv, apps, internet, DAB en RadioVIS. Wat je ermee kunt doen? Laupman: ‘Stel dat een plaat van Michael Jackson wordt gedraaid, dan kunnen we zijn biografie doorzetten, of een fotoslideshow. En wanneer iemand in een programma inbelt, kunnen we zijn Facebookprofiel tonen. Ook maakt de software mogelijk om directer met de luisteraars te interacteren. De pbVisualRadio graphics engine is op HTML5 gebaseerde technologie. ‘Het grote voordeel hier­ van is dat de engine zowel SDI en image output heeft alsmede ingezet kan worden voor uitingen als web, tablets, smartphones en smart TV’s. Bij deze laatste uitingen is interactiviteit een optie omdat de html-lagen los van het video signaal naar de uiting worden gestuurd. Omdat deze sepa­ raat van elkaar zijn is het mogelijk om de lagen klikbaar en interactief te maken.’ Een tweede interessant product is de pbAudioEncoder: een nieuwe methode om digitale radio te distribueren èn te archiveren. Laupman: ‘Momenteel zijn we bezig om met pbAudioEncoder de streams van verschillende radiostations te archiveren. Voor de publieke omroep geldt dat deze daarna voor zowel zenders als 3FM, Radio 2 en Radio 1 als voor omroepen als de TROS, NCRV, etc de content direct voor (on demand) terugluisteren kan worden aangeboden. Daarnaast sturen wij de audio van de publieke radiostations door naar Beeld en Geluid voor de opslag ervan.’ Het verrijken van de audio stream met metadata zal de komende jaren een vogelvlucht nemen. ‘Ook zal radio te pauzeren zijn en is er een mogelijkheid terug te springen in tijd / stream. Je stapt bijvoorbeeld in je auto en zet je radio aan. Je ziet op de display van je autoradio wie de gast is aan de hand van zijn naam, foto en zijn laatste tweets. Het interview is op dat moment 3 minuten bezig. Je drukt op een knop en de audio stream schakelt automatisch terug naar het begin van het inter­ view. Na 4 minuten rijden word je gebeld, op dat moment pauzeert de audio stream en na dat je hebt opgehangen hervat de audio stream en wordt het interview vervolgd.’

27


Ralf Verhoef (AngryBytes)

Martine Bouman (Centrum Media & Gezondheid)

Pitches!

Centrum Media & Gezondheid Wie? Martine Bouman, oprichter Centrum Media & Gezondheid

Wat? Interactieve storytelling is een krachtige manier om sociale en maatschappelijke verandering te onder­ steunen. Centrum Media & Gezondheid is een weten­ schappelijk expertisecentrum dat hierin gespeciali­ seerd is. Ze richten zich op entertainment met een meerwaarde, die sociale verandering te weeg bren­ gen. De mediaproducties die ze daartoe maken zijn zeer divers.

Hoe? Binnen het het UP2U-project maakte het bedrijf een interactieve serie over grensoverschrijdend seksueel gedrag voor het onderwijs. Aan de hand van situaties krijgen jongeren een dilemma voorgelegd. Elke keuze leidt tot een eigen verhaallijn en lokt discussie uit. De serie is gemaakt met behulp van experts en gebaseerd op de laatste sociaal wetenschappelijke theorieën en de ervaringen van jongeren zelf.

En verder? Bouman wil dergelijke formats ook uitwerken voor ­televisie. Voor publieke omroepen is het een manier om een maatschappelijk thema bespreekbaar te ­maken en daarmee invulling te geven aan de publieke taak.

28

TwoScreen Wie? Ralf Verhoef, eigenaar van AngryBytes

Wat? AngryBytes heeft veel ervaring met het maken van ­second screen applicaties en won daar ook prijzen voor. Maar: seconds screen-applicaties maken kost vaak veel tijd en geld. Het bedrijf ontwikkelde TwoScreen­Now, een soort CMS voor second screen waarmee de programmaredactie een goed werkende toepassing voor tablet of smartphone maakt. Het nieuwe product is gelanceerd tijdens de IBC.

Waarom? Eigenlijk vinden de mensen bij AngryBytes dat een second screen applicatie in een middag gemaakt ­ moet kunnen worden. Zonder daarbij dure consul­ tants voor te hoeven in huren. Daarom maakten zij een applicatie waarmee programma makers makkelijk zelf een ­second screen toepassing kunnen maken.

En verder? Kies bijvoorbeeld uit een formulier wat je van je ge­ bruikers wilt weten. Integreer je app integreren in je CRM systeen en koppel het aan je social media. Verder kun je de look & feel van je app aanpassen en beïn­ vloeden. Ook de hele interactiestructuur is in te ­stellen. Kortom: geen tweede scherm ziet er hetzelfde uit met TwoScreenNow.


Wesly Kolsteeg (Infostrada)

Sjef Pijnenburg (Expoza)

Expoza Wie? Sjef Pijnenburg, co-founder van Expoza

Wat? Expoza genereert inkomsten en beschermt copyrights van mediabedrijven op het grootste videoplatform in Europa: YouTube. Expoza is onderdeel van OD Media, een van de grootste Europese facilitaire bedrijven op het gebied van Video on Demand. YouTube besloot daarom een partnership met Expoza aan te gaan. Expoza beheert onder meer videocontent voor klan­ ten en zoekt naar illegale uploads van materiaal. De content eigenaar kan bepalen wat er af moet en wat kan blijven staan.

Waarom? Er is een interessante extra optie. In plaats van de con­ tent te laten verwijderen geeft Expoza aan YouTube de opdracht om advertenties te plaatsen rondom de ille­ gale uploads. De advertentieopbrengsten komen ­terecht bij de rechtmatig eigenaar van de content. Piraten worden zo onbedoeld distributiepartners.

En verder? Ook beheert Expoza themakanalen waarmee je video een nog groter publiek kan krijgen. Het Youtube net­ werk van Expoza is inmiddels een van de grootste in Nederland. Expoza heeft ook andere verdienmodellen ontwikkeld en loopt voorop bij het monitor van de nieuwste mogelijkheden van YouTube, zoals betaal­ abonnementen en huur van bepaalde content.

Infostrada Wie? Wesley Kolsteeg, Postproduction specialist bij Info­strada

Wat? Het LiveCenter van Infostrada brengt alle mogelijk­ heden om op nieuwe manier te produceren bijeen. LiveCenter biedt programmaregie, eindregie en MCR ineen, aangevuld met onder meer montage, live enco­ ding, online distributie en grafische weergaves op ­basis van user generated content. De mogeljikheden voor programmamakers zijn eindeloos.

Waarom? Voor Fox Eredivisie is LiveCenter ingezet om de kijker nog meer bij live voetbalwedstrijden te betrekken. Bij live eredivisiewedstrijden kan de kijker via de app ­binnen drie minuten een doelpunt terugzien vanuit verschillende camerastandpunten. Wesley toont in ­ een live demo hoe een doelpunt van afgelopen week­ end terug kan worden gekeken.

En verder? Infostrada biedt naast LiveCenter ook Cloud Based Workflow oplossingen en Multi-publishing diensten. Door het gebruik van creativiteit en innovatieve tech­ nology brengt Infostrada rights owners, content ­creators en merken in contact met de consument.

29


John Goedegebuure (adviseur)

Michal Hubschmann (Videodeals)

Pitches!

xSi Home Entertainment Wie? John Goedegebuure, adviseur

Wat? xSi levert grote schermen gericht op de public ­viewing markt, zoals kroegen, sportkantines, evenementen en vakantieparken. De schermen zijn beschikbaar tot 17 meter breed. John laat een foto zien van een 17 meter breed scherm, HD kwaliteit die op kantoor staat in Beijing.

Waarom? Video kijken gaat om beleving, stelt Goedebuure. En hoe groter het scherm, hoe groter de beleving. De grote schermen bieden de locaties extra mogelijkhe­ den zoals het organiseren van movie nights, game nights en het kijken van live events. Ook zijn er moge­ lijkheden voor digital signace.

En verder? Daarnaast biedt het kroegen, sportkantines etc moge­ lijkheden om nieuwe inkomsten te generen. Want naast het vergroten van de beleving gaat het ook om verlengen van de beleving, dus meer tijd in de kroeg.

30

Videodeals Wie? Michal Hubschmann van Videodeals

Wat? Videodeals biedt een manier om relevante adverten­ ties bij videos te plaatsen. Een video recognition sys­ teem tagt de content van videos. Advertenties van voetbalschoenen kunnen daardoor bij bijvoorbeeld bij voetbalbeelden of bij specifieke voetballers (via face recognition) geplaatst worden.

Waarom? Door de juiste match tussen video en content te maken creëert Videodeals ‘relevancy’. Relevantie ­ ­betekent een hogere conversie. Als je een interview met een voetballer bekijkt koop je eerder iets van Adidas dan van Pampers. Door de techniek van Videodeals kan je adverteren bij relevante content, ­gericht op jouw doelgroep.

En verder? Videodeals liet haar techniek zijn tijdens het event TEDxAmsterdam. Iedere bezoeker liet zichzelf fotogra­ feren bij binnenkomst. Videodeals zorgde dat door middel van gezichtsherkenning de foto’s die op de dag zelf werden gemaakt gesynchroniseerd werden met de foto’s die gemaakt werden bij binnenkomst. Zo kregen de deelnemers niet alleen een mail met hun foto bij binnenkomst, maar werd deze ook gematcht met de foto’s die door de TEDx fotografen werden gemaakt.


event

Smart & Social Media

Nieuwe cross media projecten van VPRO, KRO, NCRV, RTL en NOS In het tweede deel van het Cross Media Café komt VPRO TV langs, een internet kanaal voor de VPRO. Daarna wordt van de KRO de sociale integratie van Boer zoekt vrouw besproken. De NCRV zet in op het verlengen van de beleving van de kijker en RTL richt zich vooral in op het verlengen van “schermtijd” door transmediale storytelling. Tenslotte de NOS met een nieuwe app die Smart TV’s kan aansturen.

VPROTV: een eigen internetkanaal voor VPRO Leonieke Verhoog, eindredacteur VPRO.nl, is nu ook zenderbaas van VPROTV. Het aanbod op internet is groot. Mensen hebben behoefte aan ‘curatie’, aldus Verhoog. Ze willen zich laten gidsen. Dat kan zijn door een per­ soon, maar ook door een omroep. VPROTV biedt een uitgebalanceerd wekelijks ‘typisch VPRO’-programma en wil zo een waarde creëren voor kijkers. En tegelijkertijd invulling geven aan de publieke taak in de ­wereld van Netflixen en YouTubes. VPROTV biedt wekelijks een anderhalf uur durende selectie van de meest inspirerende VPRO-uitzendingen. Elke uitzending biedt podium voor nieuwsprimeurs (bijv. van ArgosTV), aan fragmenten uit het VPROarchief (bijv. Van Kooten & De Bie) en aan talent op gebied van kunst en cultuur. De selectie is in z’n geheel lineair te bekijken, maar de kijker kan ook per onderdeel selecteren. Elke zondag om 12.00 uur komt een nieuwe ‘uitzending’ online. De zondag is van oudsher de vaste avond van VPRO. Vandaar de keuze voor zondag. Verhoog: “Maar met VPROTV kan het elke dag zondag zijn.”

Leonieke Verhoog (VPRO)

KRO: Online en sociaal geïntegreerd in programma’s en Boer zoekt vrouw gaat internationaal Patrick de Koning, hoofd nieuwe media KRO, vertelt dat de inzet van ­social media en online bij programma’s voortaan onder de verantwoor­ delijkheid van de programmamakers valt. Vanuit de filosofie dat pro­ grammamakers de content het beste kennen, zijn internet en social ­media onderdeel van elk televisie- en radioprogramma. Programma­ makers moeten ook zelf zoeken naar de toegevoegde waarde ervan. De makers van Boer zoekt Vrouw bedachten de telefonische speeddate. In de ­nieuwe serie staan vijf boeren centraal die in het buitenland wonen. Via webcams maken ze alvast kennis met de eerste briefschrijvers. Om het spannend te houden, is alleen de stem hoorbaar. De webcam-uit­ zending Boer zoekt Vrouw internationaal was alleen online te bekijken. De Koning vertelt dat tot nu toe ‘slechts’ 30.000 mensen hebben geke­ ken. Maar het effect was merkbaar: mede door het web­programma ont­ ving de redactie 30% meer brieven van kandidaten dan andere jaren.

Patrick de Koning (KRO)

31


Op de valreep noemt De Koning ook de nieuwe app van DJ Paul Rabbeling: Pauls Popduel. Het is een app gebaseerd op een bestaand radioformat.

NCRV verlengt beleving van de kijker: Zapp Mysterie en Altijd Wat Monito

Wilo van Iperen (NCRV)

Wilko van Iperen, Head interactive NCRV, noemt met enige trots de succes­ volle crossmediale concepten van de NCRV. Zoals Spangas en In Therapie, die beide prijzen wonnen. Of de Quiz-app van de Slimste Mens die al 750.000 keer is gedownload. De totale speeltijd van alle gebruikers samen tijdens de zomermaanden was 97 jaar. Nieuw in dit rijtje is het Zappmysterie, een serie rondom tien Zapppresentatoren en -acteurs. Twee van hen worden vermoord. Iemand van de groep is de dader. Maar wie? Kinderen kunnen het spel online spelen en op zoek gaan naar aanwijzingen. Ook de uitzendingen bevatten terugkoppe­ lingen en aanwijzingen, waardoor het ZappMysterie een continue ervaring wordt. Vooral de interactie tussen spel en uitzending ziet Van Iperen als een stap verder vooruit. De Altijd Wat Monitor is begonnen als experiment van het opinie­programma Altijd Wat, maar gaat nu zelfstandig verder. De Altijd Wat Monitor maakt journalistiek onderzoek transparant en interactief. Mensen kunnen journa­ listieke proces live volgen en participeren. De eerste case betrof verspilling in de gezondheidszorg. Via de Monitor zijn b ­ elangrijke tips binnen geko­ men van hooggeplaatste insiders. De Altijd Wat Monitor was genomineerd voor de Dutch Interactive Award.

RTL: GTST verlengen schermentijd met transmediale storytelling en de redesign van RTL XL Patrick Klink, Manager Product development RTL, start met de positieve ­invloed van de zomerapp van GTST op de kijkcijfers. De zomerapp van GTST bewijst dat de populaire soap ondertussen al meer is dan alleen een ­televisie­serie. Vorig jaar waren GTST-fans tijdens de zomerstop wekenlang ­geobsedeerd door de vraag: Wie is Tim. Na de zomer bleken de kijkcijfers van de GTST 14% hoger te zijn dan het jaar ervoor. De case kreeg onder meer een Silver Spin Award. De resultaten van Springlevend, de zomerapp van 2013, mag Klink nog niet vrijgeven. Maar voor de zomer trok de cliff­hanger 1,8 miljoen kijkers. Na de zomer startte de serie met 2,5 miljoen kijkers. RTL is op dit moment bezig met een grote redesign van alle RTL-sites. RTL XL is al klaar en totaal vernieuwd. Mobiel of televisie, de site heeft een een­ duidige look. RTL XL heeft ook nieuwe functionaliteiten. Gebruikers kunnen favorieten instellen en persoonlijke lijsten maken. De volgende stap zijn de corporate en programma-sites, die meer worden geïntegreerd. In oktober moet alles klaar zijn.

Patrick Klink (RTL)

32

Tot slot wil RTL dat mensen niet langer voor elk programma een aparte app moeten downloaden. De zender wil zoveel mogelijk toe naar één algemene app, één second screen-toepassing voor alle programma’s (behalve als het niet anders kan).


Smart & Social Media

Met de overname van Videoland on Demand is RTL een sterke speler op de Nederlandse Video on Demand-markt. Bang voor de Amerikaanse videostreaming service Netflix is Van Iperen niet. “Wij zijn de grootste en hebben de nieuwste films.”

NOS journaal app schakelt ­auto­matisch Smart-tv aan Lara Ankersmit, Hoofd nieuwe media NOS, vertelt over laatste ontwikkelingen binnen de NOS: de NOS Journaal-app voor smartphone. De NOS Journaal app biedt de laatste nieuwsen sportuitzendingen, uitzendingen van de themakanalen Journaal 24, Politiek 24, Sport 24 en de livestreams van NOS, waaronder persconferenties en Champions League voetbal. Bijzonder aan de NOS Journaal app is dat deze bij ­ gebruik automatisch een smarttv vindt en activeert. De afstandsbediening is dus overbodig. De kijker hoeft ook niet zelf om te schakelen van broadcast naar internetomgeving. En voor gebruik van de app hoeft ook niets extra’s te worden geïnstalleerd op televisie. Enige voorwaarde is een aansluiting op internet. De app is in een bescheiden test­ groep getest. De meningen w ­ aren positief. De app is nu nog alleen voor iOS beschikbaar. Android volgt. Aan het einde van het jaar wordt de app geëvalueerd:NOS Journaal app.

Lara Ankersmit (NOS)

33


event

Veranderend consumentengedrag vraagt om integratie games en screens De consument van nu switcht tussen vele schermen tegelijk, en wil op andere manieren bediend worden. Voor bedrijven is een crossmediale aanpak dan ook onmisbaar om die consument te bereiken. Games nemen nog steeds een grote vlucht en zijn daarmee een middel bij uitstek om de kijker betrokken te maken en houden bij de aangeboden content.

Games and Screens Op 15 september vond op de IBC het door iMMovator en de gemeente Amsterdam georgani­ seerde seminar ‘Games & Screens’ plaats. De IBC wordt vanouds gedomineerd door met name hardwareaanbieders in de televisiewereld, maar kan al lang niet meer zonder de integratie met andere media. Zoveel werd wel duidelijk uit de verhalen van de verschillende specialisten op dit seminar. Na een overview van relevante trends in de gamingwereld werd ingezoomd op de moge­ lijkheden met secondscreen, waarna afgesloten werd met 2 cases uit de praktijk.

Big business Na introductie door Monique van Dusseldorp was het woord aan Peter Warman van Newzoo. Hij gaf inzichten in de nog steeds hard groeiende gamingwereld. Met 70 miljard omzet is deze van ver­ gelijkbare grootte met bijvoorbeeld de filmwereld, en daarmee een factor van belang. E-sports

34


Smart & Social Media

­ emen een vlucht, ook als publiekevenement, en n games als Angry Birds en Minecraft zijn niet meer weg te denken uit de maatschappij. Kanalen als Youtube en Twitch worden gedomineerd door ­gamecontent. Broadcasters spelen nog niet veel in op de wensen van deze groeiende groep gamers, en missen daarmee een kans. Door het succes van games komt de sector zelfs al op als adverteerder, vanouds een bepalende partij in het commerciële televisielandschap . De verwachting is dat dit alleen maar verder zal groeien, met name in nieuwe groei­ markten als Latijns Amerika, Zuidoost-Azië en Rusland. Groei zit vooral in de jongste screens zoals mobile en tablets. Het aantal gebruikers neemt toe, evenals de tijd en het geld dat zij besteden. Hoewel gratis in toenemende mate de standaard wordt, is gamecontent nog steeds het soort content wat het best te kapitaliseren is voor wie een flexibel cross­ mediaal concept weet te ontwikkelen en bereid is continu het verdienmodel aan te passen.

Peter Warman (Newzoo)

Customer involvement Maar hoe krijg je de consument dan betrokken bij jouw content? Jeroen Elfferich van Ex Machina nam de bezoekers mee naar de wereld van customer ­involvement. TV blijft het grootste medium op aar­ de, maar het betrekken van de massa bij games is ook sterk in opkomst. Ons kijkgedrag verandert, de commercial break is nu hét moment om mobiel of tablet tevoorschijn te halen. De aandacht wordt door het switchen tussen schermen niet lang meer vastgehouden op 1 scherm, de adverteerder heeft daardoor meer moeite om de consument nog te bereiken. Door het toevoegen van game-elemen­ ten kan hier wellicht verandering in worden aange­ bracht. Het inbouwen van een feedbackloop met informatie en meningen van de kijker wordt steeds belangrijker voor programmamakers. Via enkele voorbeelden uit de praktijk en vragen aan het ­publiek liet Jeroen zien hoe we al gewend zijn om als publiek direct betrokken te zijn, en deze interac­ tie ook van de makers te verlangen. Het loont om in te zetten op piekmomenten, en die te koppelen aan een totaalervaring waarbij nadrukkelijk gebruik maakt wordt van de massa. Het vraagt om een an­ dere manier van televisie maken, en maakt tegelij­ kertijd ook een schat aan data vrij waar weer nieu­ we businessmodellen op te ontwikkelen zijn.

Jeroen Elfferich (Ex Machina)

35


De Game changer Alle nieuw verworven inzichten werden nog ondersteund door de laatste twee sprekers, die voor­ beelden uit hun eigen praktijk hadden meegenomen. Yannis Bolman van Little Chicken liet Aviation Empire zien, een game ontwikkeld in samenwerking met KLM. De game bevat naast een gave ­simulatie ook allerlei mogelijkheden om gebeurtenissen in het echte leven te integreren in de gameplay. Een voorbeeld van een onverwachte crossover tussen de gamingwereld en het traditi­ onele grootbedrijf. De laatste crossmediale verrassing kwam van Wouter Reeskamp van Sophisti. Hij liet zijn hoe je door inpassing van een tablet het traditionele bordspel kunt omvormen tot een interactieve totaalbeleving: de Game Changer. Het spel is dan ook echt aan het veranderen, en wie zich het best aanpast op de veranderende klantbehoefte kan door goede crossmediale concepten de winnaar van morgen blijken te zijn.

Na het seminar 'Games & Screens' konden bezoekers deelnemen aan een rondleiding over de beursvloer van IBC.

36


event

Smart & Social Media

Visual en social radio Sociale media, visual radio, nieuwe platforms: het radiolandschap is in voortdurende ver­ andering. In deze sessie op Eurosonic gingen Ranil Kralendonk (VidiGoTV), Wilbert Mutsaers (NPO) en Giel Beelen (3FM) in op de belangrijkste veranderingen. We keken naar verschillende manieren waarop sociale media en radio met elkaar verbonden worden en hoe radio televisie wordt door ‘visual radio’ toepassingen.

Visual Radio: geautomatiseerde tv-uitzendingen van radio De wijze waarop men radio luistert, verandert. Men gebruikt steeds minder echte radio’s en luistert vaker social en via apps op mobiel of tablet. 90% van de media interactie vindt plaats via een scherm. Wat doen radiostations met deze nieuwe vorm van radioconsumptie? Hoe spreek je con­ sumenten aan die radio op een heel andere manier gebruiken? Softwarebedrijf VidiGo heeft hiervoor Visual Radio ontwikkeld, vertelt Ranil Kralendonk, business developer bij VidiGo. Visual Radio zorgt ervoor dat radiomensen ook goed op te zien zijn op tv of internet. Visual Radio maakt geautomatiseerd een tv-uitzending van radio. Daarnaast zijn er moge­ lijkheden voor social media implementatie in de uitzending, kan men zien welke nummers er s­ pelen en via YouTube filmpjes bekijken over wat er in het programma besproken wordt. Klanten van VidiGo zijn onder andere Radio1, Top2000, Radio 538, SVT (Zweden), ABC (Australie), Radio Pilatus , NRJ (Zwitserland), Primedia (Zuid – Afrika), Clouds Media (Tanzania). Bij de BBC hangen 72 camera’s in het kantoor. Zij gebruiken de geautomatiseerde camerabeelden voor in de eigen o ­ rganisatie. Zo kan bijvoorbeeld de sportafdeling kijken wat er bij de nieuwsredactie gebeurt. Visual Radio is echt een internationele trend in de radio-wereld, overal duiken Visual Radio ­projecten op.

Ranil Kranendonk (VidiGo)

37


Dagvoorzitter Monique van Dusseldorp vraagt: “Waarom willen mensen VidiGo als radio oplos­ sing?” Kralendonk antwoord dat de oplossing heel nauwkeurig werk. “Als de dj praat, komt hij in beeld, als de gast praat, komt die in beeld. Praten ze allebei, dan komen ze allebei in beeld. Dit ge­ beurt volledig geautomatiseerd, er is haast geen operator meer nodig. Alleen emotie is moeilijk te vangen, maar we zijn bezig dat te verbeteren.”

Wat doen radiomakers met social radio? We hebben gehoord hoe de nieuwe radiobeleving mogelijk gemaakt wordt, maar wat betekend dit voor de radiomakers? Hierover vertellen Wilbert Mutsaers, NPO zendermanager van 3FM, Radio 6 Soul & Jazz, KX Radio en FunX, en Giel Beelen, DJ en presentator bij 3FM. Beelen vindt vooral het contact met luisteraars een fundamentele verandering bij het radio maken. Vroeger had hij wel contact met luisteraars, maar dat was sporadisch via de telefoon. Dj’s kwamen niet op tv, niemand kende hen. “Ik heb in mijn begindagen op de radio een interview gegeven aan het Achtuurjournaal met een pruik op. Niemand die het door had, omdat men alleen mijn stem kende en ik nog nooit op tv was geweest”. Dat is nu wel anders. Giel Beelen is een bekende Nederlander en komt veelvuldig op tv, ook als hij radio maakt. Mutsaers daarover: “Wij noemen het geen visual radio, maar social radio. Beeld heb­ ben we al een jaar of 7, 8, met handheld camera’s of geautomatiseerd. Beeld bij radio is heel een­ voudig en goedkoop te maken. Tegenwoordig kan je alles doen met radio wat je wilt”. Bijvoorbeeld integratie van social media bij de radiostream op website. Mutsaers: “We proberen meer te doen dan het gewone radio maken”. Social media vormen een groot deel van de nieuwe dingen die bijvoorbeeld 3FM probeert. “Bij alle vormen van social media zeggen we ‘laten we het maar proberen’. Sommige dingen nemen dan een grote vlucht, bijvoorbeeld Twitter. Nu zijn we de enige radiozender op Spotify. De 3FM app is de één na meest gebruikte Spotify app”, aldus Mutsaers.

Giel Beelen en Wilbert Mutsaers

38


Smart & Social Media

Giel Beelen en Wilbert Mutsaers

“Maar Spotify is geen radio, het is in principe gewoon een playlist. Je hebt geen interactie met l­uisteraars”, meent Beelen. Mutsaers beaamt dit: “Er is veel behoefte aan ‘guidance’ van de dj bij de muziek. De dj’s hebben dus nog steeds een grote functie.” Dat social radio een vlucht heeft genomen blijkt wel uit de volgende cijfers. De Glazen Huis actie zorgde voor 3FM voor een bereiksrecord van 12,1 mln mensen via tv, radio, online en mobiel. Via Facebook heeft meer dan 200.000 volgers, via Twitter volgen 135.000 mensen @serieousrequest en 93.000 volgen @3fm en er waren 688936 mentions van de hashtag #SR12. Deze cijfers tonen naast de grote groei van social radio aan dat mensen daadwerkelijk meeleven met een radioprogramma. Mutsaers: “Als de webcams uitvallen, is er paniek en dan merken we weer hoeveel mensen er kijken. We krijgen dan heel veel reacties. Mensen bemoeien zich zelfs met de vorm en de inhoud. En het is heel eenvoudig en goedkoop te maken. 3FM is allang geen radio­ station meer, maar een mediaplatform. En dat tegen lage kosten. Maar we blijven de balans tussen social en radio goed in de gaten houden.” Beelen: “Ik denk dat er een heel groot verschil is tussen radio en tv. Radio moet het sleutelgat blijven waar je doorheen kan kijken. Radio is minder vluchtig geworden door alle verschillende manieren om contact met luisteraars te hebben. Daardoor kan ik ook meer duiding geven aan nummers. Dat vind ik erg fijn.” Van Dusseldorp vraagt waar Mutsaers en Beelen de toekomst van radio in zien. Beelen: “Radio wordt alleen maar belangrijker. Er is nog nooit zoveel radio geweest met bijvoorbeeld Spotify. Er is dus veel meer duiding nodig en daar zie ik mijn taak als ‘platendraaier’ voornamelijk in”. Mutsaers: “Je kan in Spotify niet intypen ‘nieuwe muziek’, je zal altijd ergens op moeten zoeken. Guidance blijft dus belangrijk. En het voordeel van radio is dat we veel uit kunnen proberen. Dus als iets niet lukt, is dat geen ramp en kunnen we het zo lozen. Zoiets kan niet bij het Achtuurjournaal.”

39


event

Geld verdienen met Online Videoclips We leven in een YouTube wereld. En in die wereld heeft elke liedje een videoclip nodig. Hoe maak je een clip die iedereen steeds maar weer wil zien? Waar haal je het geld vandaan om de clip te maken? En hoe verdien je geld? Een sessie vol tips en trucs voor online succes.

Geld verdienen via YouTube De verkoop van muziekdragers blijft dalen, maar de omzet van de muziekindustrie stijgt. Dit komt deels door het succes van muziekclips op YouTube. Er wordt enorm veel naar muziekclips gekeken op YouTube. De reclame-inkomsten van deze filmpjes gaan naar de rechtenhouder. Maar ook de reclame-inkomsten van user-generated content met rechtenhoudend materiaal kunnen naar de rechtenhouder gaan. YouTube heeft speciale fingerprintsoftware om bijvoorbeeld liedjes te vinden in user-generated content. De rechtenhouder krijgt dan een melding dat zijn materiaal in een ­bepaald filmpje gebruikt wordt en kan ervoor kiezen om de reclame-inkomsten te claimen of de video offline te laten halen. Steeds meer muziekmakers hebben door dat het niet slim is om de video’s offline te laten halen. Naast de extra reclame-inkomsten zorgt zo’n video ook voor promotie van je muziek. Een nieuw advertentiemodel van YouTube laat consumenten kiezen advertenties voor een video wegklikken. Als ze wel besluiten om de video te kijken, betaald de adverteerder ook meer.

40


Smart & Social Media

Internet killed the videostar Bram de Wijs, drummer van Only Seven Left en succevol videoblogger, heeft geholpen met de programmering van de middag. Hij merkt net als Giel Beelen en Wilbert Mutsaers op dat radio niet ten onder is gegaan aan de opkomst van videoclips. Of zoals hij het stelt: “video did not kill the ­radio star. De vraag is ‘Did internet kill the videostar?’”. Op MTV worden nog nauwelijks muziekclips uitgezonden, TMF en The Box zijn weg. YouTube heeft de videofunctie overgenomen. En goed ook: “als je niet op YouTube staat, besta je niet”. Maar wat moet je doen op YouTube? Zijn er bijvoorbeeld andere vormen die wel op YouTube ­kunnen, maar niet op de tv? Veel bands gebruiken een albumcover of lyrics als video. Dit kan heel eenvoudig, maar ook heel creatief (zie de Katy Perry clip van Wide Awake). Tijdens de Interactive awards kwamen ook veel mooie voorbeelden voorbij. Zo kan je in de clip van ‘Tell Me What You See’ van Death by Chocolate een bandlid met van alles in zijn gezicht slaan. Bløf won de Interactive Awards voor hun augmented reality videoclip en app van laatste single ‘Zo Stil’. De Wijs haalt The Wilderness Downtown aan van Arcade Fire en Google. Hiermee kan je op de ­tonen van ‘We Used To Wait’ van Arcade Fire door je oude woonplaats lopen terug naar het huis waar je bent opgegroeid. Een minder succesvol concept, en tot De Wijs’ spijt een eigen project, is dansergezocht.nl. Fans van Only Seven Left konden meedansen in een clip, maar dit bleek ­technisch toch minder goed te werken dan gedacht. YouTube biedt veel creatieven een wereldwijd platform, maar wat zijn andere voordelen? De Wijs noemt de mogelijkheid om geld te verdienen met video’s een logisch voordeel. Maar ook het bij­ houden van kijkerstatistieken kan in je voordeel werken. Zo weet Only Seven Left dat het een fanbase in Indonesië heeft en hebben ze plannen om daar concerten te geven. Ook het creëren van sfeer rondom de muziek toevoegen ook handig. Je kan op een meer persoonlijk niveau met fans commu­ niceren, je kan de band voorstellen. Achter-de-schermen-materiaal vinden fans heel leuk om te zien.

U p dat e

Exit Album, enter videoclip. “Bijna een jaar na mijn presentatie geloof ik nog sterker in het belang van video voor de promotie van muziek. Als een bandje aan me vraagt: waar beginnen we, is mijn antwoord: maak een videoclip. En een making of van de videoclip. En een clip met een akoestische versie van je liedje. Alles delen! Ik ben nog minder gaan geloven in albums. Het is een ouderwetse vorm waar muzikanten (en 40-plussers) (ja, en platenzaken) enorm veel waarde aan hechten, maar de gemiddelde jongere heeft er niks mee. Die maakt zelf een playlist op Spotify of YouTube en zet de handel vervolgens op shuffle. En dat heeft een groot voordeel voor bands: je hoeft niet meer een jaar lang liedjes te sparen voor je album! Je kan het hele jaar door dingen schrijven, opnemen en releasen en dus continu de aandacht van je fans vasthouden. Wat een vrijheid! Dat is precies waar we met mijn band Only Seven Left mee zijn begonnen. We benaderen online marketing van de band meer als een tijdschrift. Nouja, dat is ook weer zoiets ouderwets, laten we het een blog noemen. We nemen regelmatig een nieuw liedje op, maken er een vette clip bij, brengen covers in een eigen jasje uit, grappige bloopervideo’s, doen livechats met fans, schrijven over onze avonturen en posten veel foto’s. Muziek blijft de basis en het ultieme doel van dit alles is: een zaal vullen. Want social media zijn mooi, maar op het podium staan met je beste vrienden voor een volle zaal meezingende fans - dat is het állermooiste.” Bram de Wijs

41


“Je kan het zo gek maken als je zelf wil” Gijs Kerbosch van 100% Halal vindt het wereldwijde bereik het grootste voordeel van YouTube. Ook als je in een niche opereert, kan je alsnog een groot publiek bereiken. Hij noemt Grindin’ van Nobody Beats The Drums als voorbeeld. Deze kunstzinnige clip is opgepikt door veel blogs wereldwijd en kreeg zo een groot publiek.

Gijs Kerbosch (100% Halal)

Over de kosten voor een clip kan Kerbosch geen duidelijk­ heid geven: “het is maar net hoe gek je het zelf maakt en hoe creatief je bent in je kostenposten. Met hulp van fans en wat liefdewerk oud papier valt het mee”. Hij haalt een voorbeeld aan van Only Seven Left. Zij hadden voor de clip van ‘Turn Your Head Around’ € 400 aan kosten voor de huur van een uil en rails. Bas Kennis van Bløf springt in: “Wij zitten tegen­ woordig qua budget voor clips niet meer boven de € 6000”. “Ik heb zelf de nieuwe video van Kyteman geregisseerd. Die kostte zo rond de € 30.000, € 40.000. En daar zit zijn ook lang niet alle kosten doorberekend”, aldus Kerbosch. Hij geeft aan dat met deze clip Kyteman in Duitsland gaat starten en er daarom extra aandacht aangegeven wordt.

Financiering van je videoclip via crowdsourcing Roel van de Weijer, cofounder van Cinecrowd, vertelt over crowdsourcing voor videoclips. Met Cinecrowd kunnen bands proberen om een project samen met fans binnen een bepaalde tijd te financieren. Hier kan iets tegenover staan. Cinecrowd heeft al ruim € 400.000 opgehaald voor films en denkt ook iets voor kunst te kunnen opzetten. Kerbosch haalde voor de financiering van een clip van Kyteman bijvoorbeeld binnen 5 dagen € 5500 op. Hier stond een bezoek aan de studio van Kyteman, Kytopia, tegenover. Kerbosch: “de eerste paar dagen ging het supersnel, we stonden al snel op € 3500. Toen zag een mevrouw die Kytopia steunt het initiatief en zij zei ‘ik stort het hele bedrag’. We hadden wel onze twijfels. Moet je je fans geld gaan vragen? Maar we vragen ze niet om geld, we geven er ook echt iets leuks voor terug.”

TAX-videoclipfonds regeling gaat door Namens het TAX-videoclipfonds komen Rogier van der Ploeg en Wilbert Mutsaers op podium. Het TAX-fonds is een subsidieregeling voor videoclipmakers. Per jaar is er vier keer een mogelijkheid om tot € 25.000 en in uitzonderlijke gevallen € 30.000 aan te vragen. Hoe krijg je geld van TAX-fonds? Mutsaers: “We zijn heel blij dat regeling komende paar jaar doorgaat. We krijgen elke keer enkele tientallen aanvragen. We kijken naar het creatieve plan, maar ook naar de boekhouding”. Van de Ploeg: “Het basis idee is het belangrijkst, daarnaast kijken we naar relevantie van muziek. Het kan ook heel handig zijn om sommige artiesten een klein extra zetje te geven, omdat ze dan echt door­ breken, bijvoorbeeld Caro Emerald”.

42


Smart & Social Media

V.l.n.r. Gijs Kerbosch, Rogier van der Ploeg, Roel van de Weijer en Wilbert Mutsaers.

43


event

De makers van de mooiste ­videoclips van Nederland Wie maken de mooiste clips van Nederland? Hoe pakken ze het aan? Wat maakt een clip goed? Met primeurs als de nieuwe clip voor MC Fit (Top Notch), de verhalen achter ‘Ik neem je mee’, ‘Hedde Drugs Op’ en nog veel meer. Bram de Wijs, drummer van Only Seven Left en succevol videoblogger, heeft geholpen met de programmering van de middag.

Job, Joris en Marieke, (Gers Pardoel, Happy Camper) Job, Joris en Marieke van het gelijknamige productiebedrijf zijn verantwoordelijk voor de clips van ‘Ik Neem Je Mee’ van Gers Pardoel en voor ‘Happy Camper’, een project onder welke naam een heel album is uitgebracht. Manfred de Jeti heeft de hoofdrol in de clips, de liedjes worden gezongen door onder andere Tim Knol en Blaudzun.

Job, Joris en Marieke

44

“Hoe is ‘Ik Neem Je Mee’ tot stand gekomen?”, wil De Wijs weten. “ Kees de Koning van Top Notch zag eerder werk van mij en vond dat zo leuk dat hij ons vroeg een clip voor hen te maken. Uiteindelijk is de keuze gevallen op ‘Ik Neem Je


Smart & Social Media

Mee’ van Gers Pardoel”, aldus Job. “Het is inderdaad een gewaagde vorm voor een rap”, beaamt Joris een vraag van De Wijs. “Top Notch gaf ons alle vrijheid bij het maken. Gers moest even wennen, maar vond het toch goed. Het was niet het doel om kinderlijk over te komen, maar het sloeg ­gewoon aan bij een jonge doelgroep.” De inkomsten voor ‘Ik Neem Je Mee’ dekten niet de kosten. “Maar we vinden het belangrijk om vrij­ heid te hebben om dingen te creëren die we zelf leuk vonden”, aldus Joris. Het gemis van royalties voelen de drie niet. Joris: “Dat is eigenlijk nooit bij ons opgekomen”. De clip leverde hen wel veel vragen voor nieuw werk op, maar muziekvideoclips maken is niet de belangrijkste bezigheid van Job, Joris en Marieke: “We willen er hooguit zo’n 3, 4 per jaar doen”.

U p dat e

Update: Vorig jaar werkten Job, Joris en Marieke aan twee projecten die allebei voor een totaal andere doel­ groep waren; een serie educationele films voor groep 1 en 2 voor Malmberg, en de bloederiggrappige animatiefilm MUTE die toch zeker wel het stempel 10 jaar en ouder zou moeten krijgen. Voor Malmberg maakten Job, Joris en Marieke 42 korte films over de letters en klanken van het ­alfabet. In elke film wordt een letter of klank geïntroduceerd en komen er voorwerpen of dieren in rap tempo voorbij die met die letter zijn. Dit leverde grappige absurde verhaaltjes op, zoals bij de B; een Bal die in een Ballon verandert en dan in een Beer, waarop de hoofdpersoon in een Boom klimt die vervolgens wordt om geknaagd door een Bever. Bij deze films horen ook wandplaten die in de klas komen te hangen. Ze zijn erg vereerd dat ze een moderne Aap Noot Mies hebben ­mogen maken. Daarnaast hebben Job, Joris en Marieke een korte film gemaakt, genaamd MUTE. Het is een film over een volkje dat het zonder mond moet stellen. Bij bloederig toeval ontdekken ze dat er een mond ontstaat door het maken van een snee in het gezicht. Dit ontketent een enthousiaste ketting­reactie onder de bevolking. MUTE ging in première op het Nederlands Film Festival en ­draaide daar in de Gouden Kalf competitie. De film won de prijs voor Best Independent op het Playgrounds Festival en werd in 1 maand 250.000 keer bekeken op internet.

Wouter Stoter (I Am Oak, Rob Klerkx) Bram: “Ik kende Wouter en zijn werk niet, tot ik werk van I Am Oak (Palpable) voorbij zag komen. Ik zag het tegenovergestelde van wat ik zelf maak, maar het is zo’n mooie clip, dat ik hem gelijk uitnodigde.” “Hoe kwam video tot stand?”, vraagt De Wijs. Stoter: “Ik ben fan van I Am Oak. Ik benader zelf vaak bands die ik tof vind. Dat lukt niet altijd, maar ik ken de foto­ graaf van I Am Oak en we zijn samen gaan praten. Hun muziek deed me denken aan werk van Friedrich. Hij schildert vaak mensen die naar mooie uitzichten kijken. De nieuwe tracks klonken iets wijder en ik had

Wouter Stoter

45


het gevoel dat er iets groots nodig was aan het einde. Het nummer gaat over iemand die vast komt te zitten, aan de rand zit en zich dan moet overgeven aan de natuur. Het gevoel van de muziek moet goed passen bij beelden.” Stoter maakt ook commercials. “Ik maak geen flashy reclames, maar probeer het wel mooi te ­houden”. Hij maakte video’s voor onder andere Vodafone (I’m Alive commercial), IKEA en Ben.

Teemong (Fresku, Go Back To The Zoo) en Fresku Als laatste op het podium is rapper Fresku en via Skype de maker van zijn videoclip ‘Hedde Drugs Op’ van Teemong. De twee kennen elkaar sinds 2006 en maakten “grappige ­onzin filmpjes”. De clip heeft erg expliciete beelden, maar hier hebben ze geen proble­ men mee gehad met YouTube. Daarom wil De Wijs dan ook weten: “Hoe kom je tot zo’n clip?” Fresku: “Ik heb Theo Maassen benaderd en die vond het een leuk idee om samen een clip te maken. Iedereen vond het erg grappig om te doen. Ons doel is niet om te shockeren. We doen gewoon dingen die we zelf leuk vinden.” De Wijs vraagt Teemong hoe hij tot zijn rauwe, estetisch niet perfecte vorm komt. Teemong: “Ik heb nooit voor video maken doorgeleerd, dus ik doe in ­ principe maar wat.” Naast ‘Hedde Drugs Op’ hebben Teemong en Fresku ook een nepdocumentaire ge­ Teemong maakt (Fresku 2.0) over de making of Maskerade. In deze docu leek het of Fresku doorgedraaid was. Zo was hij het geluid van gras aan het opnemen om er een beat van te maken. Dit was gedaan om iedereen op verkeerde voet te zetten en zonder verwachtingen zijn tweede album uit te kunnen brengen.

46


Smart & Social Media

event

Transmedia storytelling en ­audience engagement Vrijdag 11 oktober gaf Ivan Askwith (ex-Lucasfilm, Veronica Mars) aan een gezelschap ­bestaande uit producenten, omroepen, filmmakers, onderzoekers en studenten een openhartige masterclass over transmedia storytelling en audience engagement. Aan de hand van zijn ervaringen bij onderzoeksinstelling MIT, reclamebureau Big Spaceship, film­ producent Lucasfilm en de productie en crowdfundingcampagne van Veronica Mars ­presenteerde Ivan tien wijsheden over storytelling en de relatie met het publiek. Een ochtend met veel inspirerende verhalen, mooie voorbeelden en rake adviezen.

Interactief De Masterclass was opgedeeld in 2 stukken, in deel 1 vertelde Ivan zijn verhaal waarvan hieronder het verslag te lezen is. Deel 2 was het interactieve gedeelte waarin hij met behulp van zijn ervaring vragen uit het publiek beantwoorde en de interactie met hen aanging. Na afloop van de master­ class konden mensen nog persoonlijk met Ivan in gesprek om uitgebreidere vragen toe te lichten. Ivan begint zijn verhaal met een reeks voorbeelden van transmedia storytelling die hem inspireer­ den tijdens zijn thesis aan Massachusetts Institute of Technology. In zijn thesis ‘Television 2.0: Reconceptializing TV as an egnagement medium’ (PDF download) vergeleek hij de manieren waar­

47


op verschillende series relaties met het publiek aangaan door transmedia narratives en interactieve toevoegingen aan de serie. Denk bijvoorbeeld aan de manier waarop de film The Matrix meer verhalen en karakters introduceerden in games en comic books. Twee series die zijn speciale aan­ dacht kregen waren de zeer succesvolle televisieserie Lost en Veronica Mars (hierover later meer). Zijn lessen:

You can’t make assumptions about how the audience will engage Twee weken voor de release van een nieuwe Matrix film werd een animated story uitgebracht over een nieuw karakter. In de film werd dit karakter echter niet opnieuw geïntroduceerd. Voor veel fans was dit verwarrend, omdat zij de animated story niet hadden gezien. Je kan er niet vanuit gaan dat alle filmbezoekers deze extra verhaallijn hebben opgepikt.

Trans media work alone & together Een nieuwe verhaallijn moet dus niet noodzakelijk zijn om de film te snappen, maar ze moeten wel op elkaar aansluiten. Bij de serie Lost werd dit mooi gedaan, toen er tijdens de zomerstop een website gelanceerd werd van de airline uit de serie waar fans meer informatie konden vinden over de vlieg­ tuigramp in Lost. Deze manier van transmedia storytelling vulde de theorieën aan die over de serie bestonden (waarom is het vliegtuig neergestort? Wat betekent de cijferreeks die steeds terug komt?).

48


Smart & Social Media

If you contradict yourself, fans stop believing (and start hating) Dit zag Ivan terug bij bijvoorbeeld Star Wars. Naast de films werden er diverse Star Wars boeken uitgegeven. Bij de productie van nieuwe films werd echter geen rekening gehouden met de ver­ halen die in de boeken stonden, ze waren compleet anders. Fans die de boeken hadden gelezen konden dit niet waarderen! Na zijn thesis kreeg Ivan een baan aangeboden bij het reclamebureau Big Spaceship (een van de bureaus die hij interviewde voor zijn thesis!). Een bijzondere carrièremove, waar hij ook weer een aantal interessante ervaringen heeft opgedaan:

Everything is experience design, even if you ignore it Via Big Spaceship werkte Ivan onder andere voor de serie Lost. Zo maakten ze een website voor de serie, maar waren vergeten hun eigen naam (Big Spaceship) te verwijderen uit de HTML code. Diehard fans achterhaalden de HTML code en ontdekten dat er Big Spaceship in stond. Zo ontston­ den er wilde theorieën over de invloed van buitenaardse wezens in de serie Lost. Fans wilden ge­ woonweg niet geloven dat Big Spaceship een reclamebureau is en een kantoor heeft in New York.

Everything has to be paid for, being cool isn’t enough Er zijn wel marketeers die geïnteresseerd zijn in storytelling, maar lang niet alle storytellers zijn ge­ ïnteresseerd in marketing. Bij Big Spaceship kwam Ivan erachter dat er goed nagedacht moet wor­ den over het businessmodel achter een verhaal, ook al is het verhaal nog zo gaaf.

49


Great trans media stories require real interaction among teams Overleg tussen het team dat de transmedia verhaallijnen vormgeeft en de makers van het media­ product is noodzakelijk voor een goed transmediaal concept. Ivan geeft een voorbeeld rondom de serie Breaking Bad waarbij deze afstemming er niet was, en er een slecht transmediaal concept werd gemaakt dat het verhaal van de serie mogelijk had kunnen verpesten. Een van de opdrachten waar Ivan tijdens zijn carrière bij Big Spaceship aan werkte was een op­ dracht van Lucasfilm. Ivan maakte een voorstel voor een transmediaal concept voor Star Wars. Key was daarin de totaal ervaring rondom Star Wars, die tot dan toe eigenlijk meer bestond uit allerlei losse stukjes dan een overall ecosysteem. Uiteindelijk werd Ivan gevraagd om deze strategie te coördineren voor als Hoofd Digitale Media bij Lucasfilm. Ook al mag Ivan niet veel zeggen over zijn activiteiten bij Lucasfilm, hij deelt wel de volgende lessen:

Teaching talented teams to work together on the bigger picture is very challenging Star Wars was al onwijs succesvol en niet iedereen die daaraan werkte zag meteen het nut om dingen te gaan veranderen. Als je diep in een project zit vergeet je soms wat het is om het product als fan te ervaren.

Learn to work across divisions and disciplines Als coördinator is het goed om van veel verschillende a­ fdelingen en disciplines wat af te weten. Je begrijpt mensen beter en je bent in staat issues te vertalen naar probleemstellingen waar team­leden wat mee kunnen. Let op de details, maar overzie ook het transmediale plan. Momenteel is Ivan betrokken bij de productie van de Veronica Mars film. Deze film is tot stand gekomen door een succesvolle crowdfunding campagne via Kickstarter. Een ontwikkeling die hij al tijden interessant vindt. Zo schreef hij in 2005 een ­artikel ‘TV you’ll want to pay for’ , waarbij hij het iTunes concept doorvertaalt naar de tv-industrie. Over Veronica Mars zegt hij:

Passion is great but alone it doesn’t pay the rent De fans van Veronica Mars zijn onwijs gepassioneerd over de serie. Elke keer als de televisieserie dreigde te stoppen bedachten ze ludieke acties om hun liefde voor de serie duidelijk te maken aan de studio. Zo stuurden ze duizenden speciale dollarbiljetten op, lieten een vliegtuig met een ban­ ner langs het kantoor vliegen en kochten DVD’s voor bibliotheken zodat meer mensen de serie zouden gaan kijken en fans zouden worden. Na drie seizoenen werd de serie van de buis gehaald, terwijl het verhaal nog lang niet afgerond was. De producers wilden voor de fans graag een Veronica Mars film maken, zodat de openstaande vragen uit het laatste seizoen beantwoord kon­ den worden in de film. De studio bleef bij hun standpunt: Veronica Mars had te weinig kijkers en er zou geen nieuw seizoen en ook geen film komen. Bij de opkomst van kickstarter kwam hier verandering in. Als de producenten in 31 dagen 2 miljoen dollar op zouden halen, dan zou de studio instemmen met de productie van de film. Het koste het

50


Smart & Social Media

team van Veronica Mars echter niet 31 dagen, maar slechts 10 uur (!!) om het budget binnen te halen. Na 1 maand hadden ze 5,7 miljoen dollar opgehaald. Meer dan 91 duizend mensen hadden geparticipeerd in de campagne. Tijdens de campagne zag Ivan een aantal opvallende dingen ge­ beuren wat hem bij zijn laatste les brengt:

Crowdfunding is not really about money, it’s about meaningfull relation­ ships and fan empowerment Verschillende media benoemden het moment dat Veronica Mars zo’n groot bedrag ophaalde als de start van een revolutie in de filmindustrie: crowdfunding als nieuw businessmodel. Maar als je kijkt naar andere vergelijkbare crowdfunding initiatieven zie je dat ze niet allemaal zo succesvol zijn. Wat volgens Ivan de doorslag heeft gegeven is de boodschap van de Veronica Mars campagne.­ Het ging niet zozeer om het binnenhalen van geld, als wel om een boodschap te geven aan Hollywood. Mensen gingen doneren omdat ze iets wilden veranderen in de filmindustrie, omdat ze onderdeel wilden zijn van een project dat ingaat tegen de gevestigde orde. Zo zei een van de participanten: “Ik geef niks om de film Veronica Mars, ik ken de serie ook niet, maar ik wil de Hollywood studio’s via mijn bijdrage laten weten dat het tijd wordt dat ze naar ons luisteren!’. Op dit moment is Ivan betrokken bij de productie van Veronica Mars, waarbij zijn taak is om de 91.000 participanten van de kickstarter campagne betrokken te houden. Dat doet hij door onder andere foto’s te plaatsen van de productie, updates rond te sturen en uitleg te geven over bepaal­ de keuzes en processen bij het maken van een film.

51


event

Media in de openbare ruimte Op donderdag 27 juni organiseerde CLICKNL | Media&ICT haar eerste challenge: hoe kan de gemeente Hilversum de naam Hilversum Mediastad beter laden door media meer zichtbaar te maken in het centrum van de stad? Tijdens de Challenge kwamen 40 professionals en onderzoekers bij elkaar in Museum Hilversum om vanuit hun expertise oplossingsrichtingen aan te dragen. Na twee expert presentaties gingen zij in groepen aan de slag, met als resultaat een reeks interessante concepten. Een geslaagde eerste editie van de challenge.

Over de Challenges In 2013 is iMMovator in het kader van CLICKNL | Media & ICT begonnen met het organiseren van Challenges. De Challenges hebben tot doel mensen en partijen aan elkaar te koppelen rond een voor hen relevant businessthema dat aansluit op de innovatieagenda. In iedere Challenge staat één businessgedreven vraag centraal. Deze vraag wordt geïntroduceerd door de “Challenger”. De Challenger zoekt input op zijn vraagstuk, acht deze zeer relevant voor zijn eigen (business)praktijk en is van plan op korte termijn ook daadwerkelijk te investeren in het ge­ realiseerd krijgen van zijn Challenge. De Challenger is nog zoekende naar de meest optimale in­ steek om invulling te geven aan zijn Challenge. Wellicht is het elders al bedacht of toegepast. Of kunnen andere partijen hem op weg helpen. Of is er al relevant onderzoek naar gedaan. Of kan hij leren van andere cases. Of als testlab fungeren voor nieuwe partijen.

52


Smart & Social Media

De partijen die deelnemen aan de Challenge (de Challenged) hebben relevante kennis of ervarin­ gen op het vraagstuk dat centraal staat in de Challenge. Zij kunnen inbreng leveren, oplossingen aanbrengen, de Challenger op andere ideeën brengen. Maar de deelnemers komen ook luisteren en leren van elkaar. Vinden aanvullende expertises en inzichten. En vormen ter plekke de basis voor nieuwe samenwerking in de toekomst. Anders gezegd: de Challenge biedt de ideale voorbereiding voor de Challenger om de briefing te schrijven voor een aanstaande pitch of om de juiste insteek te kiezen voor een aankomende aan­ besteding. Voor de Challenged de kans om kennis te nemen van de achtergronden en motieven van de Challenger, om zijn eigen visie in te brengen en relevante contacten op te doen voor toe­ komstige projecten.

De Challenge Hilversum vormt van oudsher het hart van de audiovisuele mediasector. “Hilversum Mediastad” vormt sinds enkele jaren de slogan van gemeente Hilversum. Gemeente Hilversum is echter nog ontevreden over de mate waarin je dit in de stad zelf ook daadwerkelijk ervaart. Gemeente Hilversum heeft daarom budget vrijgemaakt in het kader van stedelijke vernieuwing om te investeren in “Media in de openbare ruimte”. Dit kan nog vele invullingen krijgen, variërend van schermen tot locationbased diensten, in hardware, in content, in beheer, in exploitatie, maar in ieder geval te realiseren in 2013/2014.

Ervaringen Heerlen live Allereerst presenteren twee ervaringsdeskundigen hun visie op media in de openbare ruimte. Rob Aalders heeft voor de ge­ meente Heerlen een integraal media strategie ontwikkelt en op­ gezet. Hij geeft zijn belangrijkste inzichten en geleerde lessen. Digitale ontwikkelingen veranderen alles, ook steden worden erdoor beïnvloed. Omdat mensen tegenwoordig steeds vaker op hun mobiele telefoon kijken sluiten zij zich af van hun ­fysieke omgeving. Maar, steden moeten juist levendig gehouden ­worden en mensen verbinden. Het gaat erom mensen te ver­ binden met ideeën en plekken. Daarbij is het geen kwestie van ‘schermen neerzetten en je bent er’. Gemeente Heerlen heeft verschillende lagen ontwikkeld: fiber, wifi, schermen, content en objecten. De hamvraag is: hoe krijg je de juiste info bij de juiste gebruiker op het juiste moment en de juiste plek? Daarbij zijn drie factoren van belang: • Zorg voor goede en nieuwe content. Houdt er rekening mee dat dit tijd en geld kost. Het platform Heerlen live rekt de beleving van de stad op. Daarbij spelen gebruikers ook een grote rol, je moet een platform opzetten maar niet willen controleren.

53


Context: geef informatie die hoort bij de omgeving waar een scherm in is geplaatst, anders begrijpen passanten het niet. Maak ook gebruik van big data om een betere dienstverlening te bieden. Rol gemeente: hoe zien zij hun stad? Welke beleving wil je creëren en hoe integreer je media hier optimaal in? Denk in beleving, niet in kanalen.

Do´s en dont´s media in de openbare ruimte Mettina Veenstra (HvA/Novay) deed de afgelopen jaren veel onderzoek en ervaring op naar de do’s en dont’s van schermen in de publieke ruimte. Zo is het van belang om niet alleen aan schermen te denken of om het scherm alleen voor jezelf te houden. Maar maak er ook geen digitaal billboard van, betrek de bezoeker en faciliteer dat zij met elkaar gaan communiceren. Zorg voor vernieuwing en verrassing, maar het een gezamenlijke ‘huiskamer’ van de openbare ruimte. Experimenteer, je kan bijv. eerst een scherm huren, of een mobiel scherm verplaatsen om te onderzoeken wat de juiste plek is voor zo’n scherm. Ook belangrijk: evalueer! Probeer iets uit, pas het aan en… houd op zeker moment ook weer op.

Aan de slag! Vervolgens gingen de deelnemers in teams aan de slag met de volgende opdracht: bedenk con­ cepten waardoor Hilversum Mediastad zich beter profileert waarmee economie en identiteit wor­ den gestimuleerd respectievelijk verduidelijkt. Het gaat erom het DNA van de stad zichtbaar te maken. Mediastad is niet alleen het Mediapark, maar zichtbaar in heel Hilversum. Iedere groep bedenkt concepten en presenteert aan het einde in 1 minuut hun beste idee. Een greep uit de ideeën: maak in Hilversum een landmark á la Hollywood en een walk of fame, een concept met mobiele schermen die laten zien wat er gefilmd is en wat er beschikbaar is op het gebied van media in Hilversum, een festival met digitale straatartiesten, combineer future genera­ ted content en scripted reality, een scherm in het centrum en op het MediaPark met elkaar laten interacteren, een game fontein op het station en een local square advisor die nagaat wat er in de stad te doen is.

U p dat e

De pitch Als vervolg op de Challenge schreef de gemeente Hilversum een pitch uit voor nader uitgewerkte concepten voor ‘media in de openbare ruimte’. Dat leverde een rijke oogst op van 25 ideeën, af­ komstig van een breed gezelschap aan inzenders: (consortia van) media- en technologiebedrijven, burgers, vastgoedpartijen en studenten. De tien beste ideeën werden gepitcht aan een jury, ­bestaande uit Kuno Buyze (juryvoorzitter, investment manager), Veronique Jansen (marketing- en communicatieadviseur), Chris Vanderheyden (stadsbouwmeester) en Victor Knaap (CEO Mediamonks). Een greep uit de voorstellen: • Fontein van de tijd waarbij waterstralen de tijd weergeven en geluidsfragmenten refereren aan de mediahistorie en –actualiteit; • Een verzameling van ‘Hilversumse huiskamers’ in de binnenstad met een grote bank, schemer­ lamp en interactief tv-scherm waar zowel Hilversumse mediaproducten draaien als verhalen van en over Hilversummers en Hilversumse bedrijven.

54


Smart & Social Media

• • • •

Een interactieve game gericht op families die langs verschillende belangrijke punten leidt en de spelers leren over de media(geschiedenis) van Hilversum; Diverse plannen met schermen die op Hilversum toegespitste content bieden en zowel voor kunst, informatie, reclame en sociale interactie ingezet kunnen worden; Silhouetten van mediaberoepen (cameraman, etc.) bevestigd of geprojecteerd op gevels; Een Walk of Fame van in de grond verankerde schermen met content over bekende mediaper­ soonlijkheden en mediabedrijven.

De jury selecteerde vervolgens vijf inzenders die in opdracht van de gemeente het plan in een businesscase zullen uitwerken. Eén of meer van deze toepassingen zullen medio 2014 in Hilversum te zien zijn. Alle inzendingen worden gebundeld in een ideeënboek.

De ideeën worden door de deelnemers aan de Challenge aan elkaar gepresenteerd.

55


showc ase

➔ Ondernemersdashboard My Reputation

helpt zelfstandig professional met ­online reputatie

Wil je van je bedrijf of zelfstandige professie een succes maken? Dan is het van belang om aandacht te besteden aan je online reputatie en autoriteit. ‘Als je dat goed doet’, zegt ­communicatiedeskundige Marcel Olislagers, ‘dan gaan opdrachtgevers vragen naar je ­professionele kwaliteiten in plaats van dat je dagelijks koud moet aquireren.’ Olislagers’ ­bedrijf My Reputation bedenkt webbased oplossingen die dat eenvoudiger en vooral ­minder tijd­rovend maken. ‘Mijn hart ligt ligt bij het bedenken en ontwikkelen van communicatiestrategieën waarin nieuwe digitale middelen worden ingezet die bedrijven en zelf­standige professionals daadwerkelijk succesvol maken.’ My Reputation bestaat inmiddels twee jaar. In die tijd heeft het menig zelfstandige pro­ fessional maar ook mkb’er geholpen met zijn online bedrijfsreputatie. ‘Ik zoek altijd de uitdaging van communicatie en technologie, waarmee ondernemers het succes van hun bedrijf beter kunnen sturen, legt Olislagers uit. ‘Ik verbaasde me over al die Social Media-workshops waarin zogenaamde goeroe’s pragmatische oplossingen aandragen waar je iets aan zou hebben maar eigenlijk puur op de hype voortborduurden.’

Marcel Olislagers

Samen met zijn collega’s van My Reputation bedacht Olislagers een oplossing: een all-inone ­ondernemersdashboard met de naam My Reputation. ‘In het ondernemersdash­ board kan een zelfstandig professional onder andere zijn Social Media, sales, website en online reputatie beheren. Het helpt hem zichzelf en zijn bedrijf online te profileren, zijn reputatie en autoriteit te vestigen, zodat opdrachtgevers hem bellen in plaats van ­andersom. Op die manier nemen zijn opdrachten en omzet toe.’

Een voorbeeld. Olislagers: ‘Stel, in het onder­nemersdashboard geeft je Salesfunnel aan dat je omzet iets terugloopt. Daar krijg je dan noctice over die verwijst naar de academy, waarin je informatie krijgt wat je kunt doem om je omzet weer op te krikken: een blog schrijven bijvoorbeeld. Ook krijg je tips hoe je het schrijft, en hoe je de blog het beste online zet. Het dashboard neemt je als het ware bij de hand om succes­voller te worden. Ook voor het MKB is er een nieuwe dashboard ontwikkeld om het online imago op te vijzelen. ‘Voor MKB-bedrijven is het belangrijk om zich als thoughtleader in de markt te zetten. Dat doe je niet met een corporate website en pers­berichten of door alleen maar informatie te z­ enden. Je moet nieuws brengen, blogs schrijven en met je doelgroep de dialoog aangaan. Wij hebben een online tool ontwikkeld, PRdesQ, waarmee dit allemaal te realiseren valt.’ ‘Ik realiseer me dat het voor sommige onder­nemers moeilijk is om met hun online reputatie bezig te zijn’, aldus Olislagers. ‘Wil je vanuit een sterke autoriteit meer succes boeken, dan is het aan te raden er dagelijks zo’n twintig minuten aan te besteden, maar dat vraagt een sterke discipline. Ik kan alleen maar zeggen: het is een ontwikkeling die niet is tegen te houden.’

56


co lu m n

“May you live in interesting times” Deze kop is op twee manieren te interpreteren. In positieve zin: ik hoop dat u een interessant leven lijdt. Maar ook ironisch: ik wens u roerige tijden toe. En beide boodschappen zijn nu meer dan ooit van toepassing op het concept omroep. Een interessant leven is per definitie roerig. Zodra alles onder controle is wordt het leven saai. Makkelijk misschien. Overzichtelijk waarschijnlijk ook. Maar saai. En dat is hoe je televisie tegenwoordig kan omschrijven. Saai. Hoe snel de montages, hoe ­schreeuwerig de reclames, hoe extreem het format: het publiek zegt meh. Ja natuurlijk zijn er kijkcijfers en die zeggen dat het allemaal zo snel niet gaat. Blijft u daar dan vooral aan vastklampen, in uw comfort zone. Intussen zit ‘de kijker’ gezellig op de bank met tablets, smart phones of laptops. Te twitteren, te facebooken of filmpjes op Netflix en YouTube te kijken. Terwijl de TV op de achtergrond tettert maar geen aandacht meer krijgt. Uw adverteerders dus ook niet meer. Aan een omroep wordt altijd veel heil toegekend. Het gaat om actualiteit. Kennis. Vermaak. Duiding. Verbinding. Actualiteit en kennis waren al verloren aan het Internet. De laatste maanden is te merken dat mensen ook voor vermaak, binding en duiding de omroepen links laten liggen. Men vermaakt elkaar. Op bijzonder creatieve wijze, via Twitter, Facebook en Instagram. Netflix biedt fantastische content en dit is nog maar het begin. Zitten wij wel te wachten op een Nederlands antwoord? En dan duiding. De levendige online discussies over politiek gaan veel verder dan wat pers en ­omroepen ooit konden. Er is enorm veel interesse en betrokkenheid, maar niet via de oude k­ analen. Men duidt het nieuws zelf wel. Tsja. Verbinding. Een populair woord. Met die verzuilde omroepen was er veel verbinding binnen de stromingen in de maatschappij. En nu zie je nieuwe verbinding ontstaan. Tussen mensen. Tussen diverse stromingen. Soms samen, met zijn allen, vaak tegen elkaar. Met passie. Een betrokkenheid die veel verder gaat dan het lidmaatschap van een omroep, het kopen van een product dat in een reclameblok wordt gepusht of het SMS-en van de favoriete zangeres. Social media (hype term du jour) is de wereld aan het veranderen. Het blikveld van burgers is nu zo breed dat ze weinig toegevoegde waarde meer zien in een omroep. Waarom bepaal jij voor mij wat ik wanneer wil zien? Waarom duid jij voor mij? Ik kan die informatie zelf wel vinden en er zelf met mijn netwerk een mening over vormen. Waarom zou ik reclame moeten ­accepteren in ruil voor content? Waarom zou ik belasting moeten betalen voor iets waar ik me niet meer voor interesseer?

57


co lu m n

Dit raakt niet alleen omroepen in hun bestaansrecht. Dit raakt ook de politiek, de democratie. Politici en journalisten struikelen over de feedback die ze via Twitter krijgen. Niet alleen landelijk, ook regionaal. Wereldwijd zijn regimes gevallen over deze nieuwe macht van burgers. Het concept omroep zal altijd blijven bestaan. Maar de centrale positie die ze hadden zijn ze kwijt. En dan de vraag: hoe ga jij de komende tijd interessant maken? Ik zie het graag op Twitter. @stefvanderziel Stef van der Ziel is internetpionier. Hij produceerde zijn eerste webcast twintig jaar geleden, in 1994 en voorzag dat het Internet broadcasting voor altijd zou veranderen. Dat duurde hem te lang dus begon hij zelf een -inmiddels succesvol bedrijf- op gebied van streaming media.

58


Big & Open Data novatie Agenda

de In Big & Open Data in

ap oe het app landsch h en et w ij ‘W t: ex IT N

pen data als bron vo O a: at D s& p p A C M C

Ap Mediabedrijven &

Big Data in de USA

ke data’ op Wakoopa oogst ‘rij

ing mee houden bij Waar moet je reken

inden Apps4Curaçao: verb

eruit ziet’

or nieuwe diensten

ps

juiste manier privacy in apps?

en versnellen ata Value Center

Netwerk en Big D DataCapital: MKB

Almere

Wat je kan

Column: Personal D

? icerende apparaten n u m m co n va k er doen met een netw ata Stores


Big en Open Data

In onze wereld anno 2013 wordt steeds meer data gegenereerd. Niet alleen consumenten produceren steeds meer data (denk bijvoorbeeld aan de toegenomen hoeveelheden berichten, foto’s en films die we maken en delen via social media). Ook in het bedrijfsleven wordt steeds meer gebruik gemaakt van (bewegende) beelden in steeds hogere resoluties. Daarnaast laten wij online en via ons mobiel overal datasporen achter, waardoor het ook mogelijk wordt om steeds meer data te verzamelen van je klanten en gebruikers: bijvoorbeeld over hun online zoekgedrag, hun profiel, hun voorkeuren, hun ­locatie. En dan hebben we het nog niet eens over de enorme datastromen die via sensoren, camera’s, en machine-machinecommunicatie worden gegenereerd. Van Quantified self tot Internet of Things: Big Data is booming. De explosieve toename in de hoeveelheid data leidt tot uitdagingen bij het verzamelen, uitwisselen, opslaan en beschikbaar stellen van big data. Wanneer dit goed geregeld is kan big data zorgen voor enorme kansen in de media & ICT sector. Verbeteringen in bestaande bedrijfsprocessen (bijv. analyses die sneller gedaan kunnen worden) maar ook nieuwe businessmodellen ­ontstaan. Daarom is big en open data een belangrijk onderdeel in de innovatie agenda van CLICKNL Media & ICT en kwam het onderwerp in 2013 ook tijdens veel van de iMMovator activiteiten ­prominent aan bod.

Verzamelen van big data Bij het verzamelen van data zie je dat er steeds meer mogelijk is. Zo kan Wakoopa (zie verderop in dit hoofdstuk) van mensen achterhalen welke websites, advertenties en apps zij gebruiken. Ook apparaten worden steeds slimmer. In de workshop Internet of Things kwam aan bod dat en hoe apparaten zelf data verzamelen en deze onderling gaan delen. Via de slimme thermostaat weten energieleveranciers bijvoorbeeld exacter wat het verbruik is van hun klanten. Klanten kunnen via deze thermostaat zelf ook beter monitoren wat hun energieverbruik is, en de thermostaat ook van afstand bedienen. Deze slimme en connected apparaten leiden tot hele nieuwe businesskansen bleek tijdens de workshop. De toename in data die we verzamelen vraagt om interoperabele architecturen en infastructuren om deze data uit te wisselen, op te slaan en beschikbaar te stellen. Denk alleen de zware druk op netwerken die het toenemend gebruik van hogere resolutie videobeelden veroorzaakt en de daarmee vereiste vernieuwingen in de content delivery networks.

Verwerken van big data Data levert pas (meer)waarde op wanneer je er slimme dingen mee kunt doen. Data analyseren en visualiseren wordt een volledig nieuw vakgebied en in de media is de term “Datajournalistiek” ­inmiddels ingeburgerd. Je maakt nieuwe combinaties die eerder niet mogelijk waren of te veel tijd

60


Big en Open data

kostten. Nieuwe realtime gepersonaliseerde en toegepaste diensten worden ontwikkeld, zoals de slimme advertentiemodellen die George Freriks verderop in dit hoofdstuk beschrijft. Het accuraat kunnen meten en voorspellen van gedrag uit massale gebruiksdata leidt tot betere en nieuwe mediadiensten op maat voor de gebruiker. Er is grote behoefte aan kennis over het (semi-)automatisch analyseren van big data, zoals pattern matching en machine learning. Vanuit het project Almere DataCapital is inmiddels het Big Data Value Center opgezet in Almere waar ondernemers kunnen experimenteren met big data oplossingen.

Beschikbaar stellen van big data Grote hoeveelheden data kunnen op verschillende manieren toegankelijk worden gemaakt. Tijdens het Cross Media Café over Apps en Data kwamen veel voorbeelden aan bod. Ook kwam daarbij de ontwikkeling van open data en open acces naar voren: steeds meer publieke data die toegankelijk gemaakt kan worden. Bij het toegankelijk maken van open data liggen de grootste uitdagingen in data-analyse en visualisatie. Open databronnen kunnen op nieuwe en creatieve manieren worden gecombineerd en zo totaal nieuwe media, informatie of beelden opleveren voor allerlei toepassingen. Om die toegankelijk te maken zijn creatieve interfaces en apps, nodig die al die data combineren en inzichtelijk maken. Voor de eindgebruiker, maar ook voor mediabedrijven. De data-explosie is overigens niet exclusief voor de mediasector zelf. Ook in sectoren als de gezond­ heidszorg, onderzoek, beveiliging en logistiek neemt de hoeveelheid data als gevolg van het groeiende gebruik van (bewegende) beelden explosief toe. En consumenten experimenteren volop met datasets, variërend van “open data” verzamelingen tot de verzamelde data over het functioneren van hun eigen lichaam. De media & ICT sector kan hier haar kennis en ervaring met de opslag en ontsluiting van groot­ schalige hoeveelheden data inzetten. De kennis hoe je van data een verhaal maakt, hoe je data doorzoekbaar maakt, hoe je visualiseert. Wat er komt kijken bij metadatering, applicatiebouw en beheer, maar ook rond hot topics als security en privacy. Big Data: we staan nog maar aan het begin!

61


Sho wc a s e

‘Wij weten hoe het app ­landschap eruit ziet’ ‘We Build Apps’, staat er met grote letters op de website van ITNEXT. En korter en bondiger kun je het ook niet zeggen. De ­toekomst van het Groningse bedrijf? ‘Minder doen met de ­con­sumentenmarkt en meer met de mobiele processen van de top 500 bedrijven in de Benelux.’ ‘Sinds 2009 zijn wij gespecialiseerd in (mobiele) apps’, legt commercial director Ruben Vermijs van ITNEXT uit. ‘Tot op de dag van vandaag hebben wij de meeste nummer 1 AppStore hits in de Benelux en zijn wij de ontwikkelaars van de beroemde EK en WK app (2,5 miljoen downloads in 94 verschillende landen, op verschillende platforms). Ook richten we ons op de complexere en serieuzere apps. We hebben verschillende medische apps ontwikkeld die worden gebruikt door de top van Nederlandse en internationale medische specialisten. Ook Ruben Vermijs (ITNEXT) ontwikkelen we onder andere business apps voor de Politie Amsterdam, De Bibliotheek, Das ­incasso, Saab, Catawiki en HTC. Kortom, qua producten en diensten zijn we gespecialiseerd in de consumenten en business to business oplossingen, waarbij onze visie vooral naar b2b uitgaat.’ Bijzonder aan de werkwijze van ITNEXT: het werkt met een eigen Appstore. Vermijs: ‘Waarin onze klanten ‘live’ kunnen meekijken hoe wij werken, en waar het project zich bevind. Wij zijn ook voorstander van de tactiek om zo snel mogelijk een versie 1.0 uit te brengen en vervolgens te leren van de reacties van de gebruiker, en steeds een update uit te brengen met nieuwe functionaliteit.’ Meten is weten, aldus Vermijs. ‘Op de achtergrond wil je zoveel mogelijk data vergaren, maar op de voorgrond zo weinig mogelijk tonen. Een goede app moet maar één ding doen. Een weer-app moet het weer laten zien, niet ook nieuwsberichten en filenieuws… Mensen gebruiken een app over het algemeen maar een paar seconden, maar wel meerdere keren per dag. Het belang is dus om zo simpel mogelijk zo veel mogelijk relevante data te tonen. Dit doe je trouwens met een simpele user ­interface, het stunten is er inmiddels -net zo als bij websites vroeger- gelukkig wel een beetje af.’ ITNEXT is in 4 jaar tijd gegroeid van een kleine V.O.F. naar een onderneming met 20 medewerkers (inclusief stagiaires). ‘We zijn begonnen in Groningen, maar hebben ons na een jaar uitgebreid naar Amsterdam. In het begin moesten we mensen echt overtuigen van de toegevoegde waarde van een app, maar inmiddels loopt iedereen met een smartphone en hebben we het een stuk gemakkelijker. Wij hebben ons nog niet gespecialiseerd in een bepaalde afzetmarkt, maar onze focus ligt wel op de top 500 Nederlandse bedrijven. Met meer dan 4 miljoen gebruikers van onze apps ­weten wij goed hoe het app landschap er uit ziet.’ De toekomstplannen van ITNEXT? Vermijs: ‘Minder doen met de consumentenmarkt (op onze WK apps na, dit is ons eigen project) en meer focussen op het verbeteren van de mobiele processen van de top 500 bedrijven in de Benelux; dit staat namelijk echt nog in de kinderschoenen.’

62


Big en Open data

Event

CMC Apps & Data: Open data als bron voor nieuwe diensten Data verzamelen, opnieuw verpakken en dan aantrekkelijk aanbieden via een nieuwe dienst, zoals een app. Dat is waar het Cross Media Café Apps & Data van 28 maart in Beeld & Geluid om draaide. Met bijdragen van onder andere datastrateeg Joost Plattel, het CBS, en Waag Society. En een nieuwsmakende presentatie van Stijn Veegers van Mobile Pioneers, die onthulde dat hij via zijn apps precies kan zien welke andere apps op het toestel van een gebruiker staat…

Bewust leven met meet- en analyse-apps Datastrateeg Joost Plattel verzamelt al vier jaar data over zichzelf. Hoeveel hij slaapt, wat hij eet, hoeveel hij beweegt, maar ook data uit bloedanalyses of OV Chipkaartverbruik. Doel is bewuster en gezonder te leven. Quantified Self is vier jaar geleden in San Francisco opgestart door twee journalisten van het tijdschrift Wired. Plattel was de eerste Nederlander die het gedachtegoed omarmde. Ondertussen zijn er in Nederland al 700 geïnteresseerden. Voor het meten gebruikt Plattel apps en slimme gadgets. Hij geeft een paar voorbeelden, zoals een twitterende weegschaal (hoef je zelf je gegevens niet bij te houden) en een stappenteller die gegevens synchroniseert met je smartphone. Daarnaast laat hij zien wat de kracht van devices kan zijn. Hij geeft een voorbeeld van een inhalator met GPS-sensor. Elke keer als een longpatiënt zijn inhalator gebruikt geeft de GPS-sensor een signaal af. Door data van alle gebruikers te combineren kun je trends zien, bijvoorbeeld dat er op bepaalde tijdstippen op een bepaalde plek relatief vaak gebruik wordt gemaakt van de inhalator. Hoe komt dat? En moet gebruikers een alert krijgen om voortaan op deze tijdstippen deze plek te vermijden?

U p dat e

Datastrateeg Joost Plattel

Update: Quantified Self anno december 2013 Joost Plattel gaf begin 2013 een presentatie over de Quantified Self. Eind 2013 vroegen we hem om een update. Joost Plattel: “De Quantified Self groeit, en dat is te zien aan het aantal leden van de Meetup groepen in Amsterdam en Groningen. Ook de internationale conferenties in Amsterdam en San Francisco worden goed bezocht. De groei is te volgen via de meetup groep. Ook de ­technologische ontwikkeling staat niet stil, zo worden sensoren steeds kleiner en zijn ze binnenkort in sticker vorm te verkrijgen via VitalConnect en MC10. Al die data wordt ook verzameld en ge­aggregeerd door verschillende diensten zoals TicTrac en Fluxtream. De startup Scanadu heeft inmiddels een grote investering voor het ontwikkelen van de tricorder uit Star Trek. En ook DNA analyse wordt steeds goedkoper, kijk maar eens naar 23andme.”

63


Plattel geeft aan dat zelfmonitoring en zelfdiagnose een oplossing kan zijn voor de groeiende ziekte­kosten. Mensen kunnen zichzelf monitoren en op basis daarvan gedrag aanpassen of de dokter consulteren voor een oplossing.

Gebruik onze gegevens! Het CBS is een onafhankelijke overheidsorganisatie, die betrouwbare en onafhankelijke data ­ver­zamelt en publiceert over een groot aantal thema’s gerelateerd aan de Nederlandse samen­ leving. Deze data zijn gratis en beschikbaar voor gebruik en hergebruik in apps, aldus Maarten Emons en Hans de Ruiter (CBS). De enige eis is bronvermelding. Emons en De Ruiter laten in vogelvlucht zien voor welke doeleinden hun data zoal gebruikt kan worden. Voorbij komen onder meer interactieve infographics voor RTL Nieuws, omgevingsdata voor Funda.nl en de WOZ spotter app van Open Huis. Voor wie zelf aan de slag wil gaan met de veelheid aan gegevens zijn er diverse mogelijkheden. Via StatLine kun je zelf zoeken in 50 GB aan open data, beschikbaar als cijfers of in tabel/grafiek. Het CBS biedt hiervoor een gratis cursus aan, zodat je zelf gemakkelijker je weg leert te vinden in deze enorme goudmijn aan data. Zoek je heel specifieke informatie dan kunnen de ­experts van het CBS zoeken in de totale database van 600 TB. Hiervoor vraagt het CBS alleen een vergoeding voor de gewerkte uren. Heb je snel iets nodig, dan kun je data opvragen via de persdienst. Voor andere vragen is er een Infoservice (088 570 70 70) die helpt vragen te specificeren en binnen StatLine helpt zoeken naar de benodigde datasets. Hans de Ruiter (CBS)

Business met open data De Waag Society is een kennisinstituut dat creatieve technologie inzet voor maatschappelijke doeleinden. Een van hun aandachtsgebieden is Open Data Services. Projectmanager Ivonne Jansen-Dings: “Wij willen het gebruik van open data stimuleren. Wij geloven in een open maatschappij waarin iedereen kan participeren. We zijn van mening dat open data een middel is om die open samenleving te bereiken.” Om het gebruik van open data in apps te stimuleren organiseert het instituut onder meer competities. Een van die projecten is Apps for Amsterdam, een samenwerkingsverband met de gemeente Amster­dam. Dit leverde een groot aantal nieuwe apps op waarin open data van de gemeente Amsterdam werd gebruikt, waaronder Hoge Maarten Emons (CBS) Nood, een app om openbare toiletten met speciale voorzieningen te vinden en Bike like a local, een app die fietsende toeristen moet helpen veilig en comfortabel door Amsterdam te ­fietsen. Waag Society helpt de app-ontwikkelaar ook met hun business cases.

64


Big en Open data

Jansen-Dings geeft aan dat meer gemeentes op dit moment initiatieven ontwikkelen om hun data te ontsluiten. Een standaard is er nog niet, maar op data.overheid.nl worden wel standaarden aangeboden. Een ander project van Waag Society om het gebruik van open data te stimuleren is Arts Holland, Doel: data van culturele instellingen onder meer gebruiken voor apps voor de culturele en toeristische sector. In het internationale project Smart CitySDK helpt Waag Society een standaard te ­ontwikkelen voor het ontsluiten en aanbieden van data op het gebied van Mobiliteit in een aantal grote Europese steden. Wie app’s of diensten aanbiedt en wil gaan werken met open data van gemeentes, is van harte uitgenodigd om de events van Waag Society te bezoeken. “Een goede plek om mensen te ontmoeten en hier zitten ook grote Europese trajecten.”

U p dat e

Ivonne Jansen-Dings (Waag Society)

Gebruik van open data gestimuleerd in tal van events Binnen het open data programma van de gemeente Amsterdam zijn diverse activiteiten gepland. Waag Society, Amsterdam Economic Board, VU en UVA werken samen aan de realisatie van drie pilots rondom democratie, toerisme en mobiliteit. Waag society werkt ook aan CitySDK, waarbij ze de data van de stad realtime ontsluiten middels een API. De API wordt mede mogelijk gemaakt door samenwerking met Economische zaken en Dienst infrastructuur Verkeer en Vervoer. Laatstgenoemde en Waag Society organiseren begin 2014 ook het event Open Data FWD, dat ook een wedstrijd component kent. Samen met de G4 wordt er nieuwe data rondom mobiliteit ­vrij­gegeven. Zo krijgen partijen de kans hiermee aan de slag te gaan. In Juni 2013 is er door Waag Society, OpenstatFoundation en de gemeente Amsterdam een ­hackaton georganiseerd, met daaraan een Business Lounge gekoppeld, waarbij de beste open data ­startups gekoppeld werden aan het bedrijfswereld en investeerders. Tot slot hebben Waag Society, Amsterdam Economic Board en Appsterdam begin dit jaar een Apps for Amsterdam - open for business programma georganiseerd waarbij we met een aantal partijen uit de wedstrijden van afgelopen jaar concreet aan de slag zijn geweest ter verbetering van hun app en hun netwerk.

65


Mobile Pioneers weet welke apps je hebt De aanleiding voor de aanwezigheid van Mobile Pioneers op het Cross Media Café is hun zeer ­populaire weer app Weathercube. In drie weken tijd is de app drie miljoen keer gedownload. Directeur Stijn Veeger onthult het geheim: zijn app was onlangs app van de week in de Apple Store. Naar eigen zeggen biedt de app zelf geen uitzonderlijke gebruiksmogelijkheden, maar heeft het wel een mooi en vernieuwend design. Het bedrijf ontwikkelde al zo’n 50 eigen apps & websites, waaronder TVgids.tv. Volgens Veegers staat op 50% van alle iPhones ten minste een van hun apps.

U p dat e

Het succes van Weathercube Mobile Pioneers hebben voor de app Weathercube veel aandacht gekregen. De app heeft prijzen gewonnen (voor design) en er zijn een aantal artikelen over geschreven. Stijn Veeger: “Ik had plannen om het concept ‘cube navigation’ verder uit te werken met andere apps die van dezelfde interface gebruik maakten, maar daar is weinig van terecht gekomen doordat we prioriteiten gesteld hebben en meer aandacht aan andere projecten hebben gegeven. In het begin van 2014 verwacht ik de volgende grote nieuwe internationale apps waarbij we gebruik zullen gaan maken van het netwerk dat ontstaan is n.a.v. het succes van Weathercube.”

Specialiteit van Mobile Pioneers is het verzamelen, combineren en interpreteren van gebruiks­ gegevens voor marketingdoeleinden. Veegers: “Als iemand in de Tvgids-app zoekt naar GTST, dan is de gebruiker hoogstwaarschijnlijk om een vrouw. En wie Top Gear zoekt is waarschijnlijk een man. We slaan alles op in de ­database van de app: bekeken tv-zenders, tv-programma’s, genres. We ­weten ook exact welk toestel en welke provider iemand heeft.” Deze info is waardevolle informatie voor adverteerders. In de zaal ontstond wat roering toen Veeger onthulde dat hij precies kan zien welke apps een user op zijn smartphone heeft geïnstalleerd. “Daar kunnen we op targetten”, stelt hij. Als je op autobezitters wilt targetten, ga je bijvoorbeeld na wie TomTom en Flitser.nl heeft geïnstalleerd.”

66


Big en Open data

U p dat e

Segmentatie & targeting in apps Stijn Veeger is eind 2013 druk bezig om – s­ amen met twee partners uit de advertising industrie – een nieuw media bedrijf op te zetten. De lancering wordt gepland in januari 2014. “We zullen onze ervaring van segmentatie & targeting in apps gaan benutten om andere app-publishers te helpen om targeting toe te passen op apptraffic dat zij hebben (3rd party targeting). Onze ervaringen, maar ook de ‘miljoenen database’ van gebruikers-profielen (via onze tv-gids) zijn een hele mooie combi om andere publishers in staat te stellen hun inventory veel efficiënter te gaan verkopen aan adverteerders. Daarnaast willen we de techniek ook gaan benutten voor ­re-targeting in apps. Deze nieuwe club zijn we nu aan het vormgeven en ik verwacht hier heel veel van voor 2014.”

Stijn Veeger (Mobile Pioneers)

Er was tijdens het café best wat ophef over de mogelijkheid om te zien welke apps een gebruiker op zijn telefoon heeft staan, maar dit heeft het bereik/succes van tvgids.tv niet aangetast aldus Stijn. “Sterker nog, we zijn alleen maar weer harder gegroeid. Zoals ik naderhand ook al uitlegde, zijn alle profiel gegevens volledig anoniem en dus kunnen wij een profiel niet koppelen aan een individu. Ondanks de vele tweets die er zijn geweest, en een aantal artikelen in de media is het niet meer dan een storm in een glas water geweest.” De gemiddelde user vindt het blijkbaar niet erg dat app-bouwers kunnen zien of hij/zij Angry Birds op z’n telefoon heeft staan en dat bijgehouden wordt of je klikt op GTST of op Studio Sport. Er zijn inmiddels een heleboel uitgevers van apps en ook media partijen die gebruik maken van big data. Stijn Veeger: “Ik weet wel dat wij ver voorliggen op hen en dat de combinatie van deze technieken samen met het tv-gids-klikgedrag erg waardevol is voor ons. Vandaar dat we hier dus ook vol op gaan inzetten in 2014. En uiteraard zullen we – nee trouwens, kunnen we – niet eens individuen herkennen. Alles is dus anoniem en de user hoeft zich absoluut geen zorgen te maken.”

67


Tom Visser (SURFSara)

Reind van Olst (2CoolMonkeys)

Pitches!

SURFSara Wie? Tom Visser van SURFSara

Wat? SURFSara is een not-for-profit dienstverlener uit de academische wereld, een specialist in data-opslag en verwerking. Sinds 1971 ondersteunen ze technische ontwikkelingen en innovatie van wetenschappers en onderzoeksinstituten.

Waarom? De wetenschappelijke wereld bestaat uit heel veel kennis en heel veel technologie waar je mee wilt experimenteren. SURFSara biedt de mogelijkheid om de nieuwste technologieën daadwerkelijk uit te proberen. “We werken niet cutting edge maar leading edge, met de nieuwste technologie. We hebben bijvoorbeeld het grootste shared HADOOP systeem in Nederland en eind dit jaar een verse petascale supercomputer.” Bedrijven die willen experimenten met nieuwe technieken kunnen bij SURFSara terecht. SURFSara werkt nog aan een bedrijvennetwerk om ervaringen rondom nieuwe technologieën uit te wisselen met elkaar. Een eerste aanzet is de hackaton die ze in mei organiseren. Bedrijven worden opgeroepen met data aan te komen, SURF Sara begeleidt studenten om daar wat moois van te maken.

En verder? SURFsara biedt haar diensten ook aan buiten de ­academische wereld. “Voor advies over grootschalige ­dataopslag, quickscans en het uitproberen van de nieuwste technologieën.” SURFsara heeft veel e­ xpertise in het begeleiden van onderzoeks- en ontwikkelings­ trajecten, waaronder medische dataverwerking, ­CBS-verkeers­lussenonderzoek en grootschalige data-­ analyse voor DNA-onderzoek.

68

2CoolMonkeys Wie? Reind van Olst, app consultant en open data specialist bij 2CoolMonkeys

Wat? Omdat trends in mobiel internet razendsnel veranderen, doet 2CoolMonkeys regelmatig onderzoek samen met partners als KPN. Eén van de zaken die we onderzoeken, is Open Data: data makkelijk elektronisch aanbieden.

Waarom? Het kabinet moedigt deze trend aan, omdat Open Data leidt tot een minder complexe en transparantere overheid. Een belangrijk -en daarom veelgevraagdthema. 2CoolMonkeys ontsluiten Open Databronnen naar apps. Voorbeelden hiervan zijn onze apps voor de Rijks­over­heid, het ministerie van Buitenlandse Zaken, Rijks­water­staat en het Kadaster. Tijdens het Cross Media Café pitchte Reind van Olst hun Open Huis-app, waarmee ze inzicht geven in de omgeving waar je toekomstige of huidige huis staat. 2CoolMonkeys heeft daarvoor diverse bronnen gecombineerd zoals Google Streetview, kadastergegevens, kaarten en CBSgegevens over de buurt.

En verder? De laatste jaren heeft 2CoolMonkeys zich onder andere gespecialiseerd in location-based apps. Ze zijn experts in mobiel ArcGIS en verwerken geo-informatie in innovatieve apps. Dit doen ze samen met ESRI. Een voorbeeld is de Grenspalen app, gemaakt voor het Kadaster. Na een succesvolle Pitch bij het Cross Media Café in Beeld & Geluid kwamen 2CoolMonkeys onder andere in contact met Media Bridges en RTL.


Remco Dolman (Spotzi)

Spotzi

Wie?

Remco Dolman, oprichter van Spotzi

Wat? Spotzi verzamelt en ontsluit geografische data in elk denkbaar formaat. Spotzi heeft inmiddels meer dan 3000 datasets. De informatie varieert van de dikte van het poolijs tot aan een zeer gedetailleerde woningwaarde database van alle 7.5 miljoen adressen in Nederland. De informatie is afkomstig van gerenommeerde partijen zoals de NASA, Wereldbank, politie, het Kadaster en andere instanties. Ook halen ze veel gegevens van het internet, uit HTML, maar ook posts van sociale media die locatiegegevens bevatten.

kunt vinden. Spotzi heeft 700 kaarten en 3000 datasets. Op www.spotzi.nl staat een complete wereld­ atlas, waar je ook je eigen kaart kunt maken en downloaden.

Waarom? Het kost vaak veel tijd om data op een snelle manier te verwerken en te analyseren, omdat er nog niet één universele dataset is. Spotzi specialiseert zich in ­geografische data. Allerlei data wordt opgeslagen op de server van Spotzi, zodat ze alle data zelf in huis hebben en een hoge continuïteit kunnen bieden aan hun klanten. Er worden geen datasets aan elkaar gelinkt. Ze verzamelen de data niet alleen, maar analyseren die ook om tot nieuwe inzichten te komen. “We analyseren de data om zo nieuwe gepersonaliseerde datasets te creëren.” Zo liet Remco een kaart zien van Amerika met het kalkoen eetgedrag rondom Thanksgiving ­(gegenereerd uit tweets) en hebben ze voor verzekeraars en energieleveranciers interessante gegevens over verhuizingen.

En verder? Spotzi levert onder meer een vastgoeddatabase voor www.woningwijs.nl en maakte zelf een Parkeerapp waarin je de beste parkeertarieven in de buurt

69


Event

Mediabedrijven & Apps Data verzamelen, opnieuw verpakken en dan aantrekkelijk aanbieden via een nieuwe dienst, zoals een app. Dat is waar het Cross Media Café Apps & Data van 28 maart in Beeld & Geluid om draaide. Hoe ontsluiten mediabedrijven hun eigen informatie via nieuwe ­diensten? Met na de pauze presentaties van Audiotour-specialist iWhisper, RTV-Noord, RT Reporter en RTL Nieuws.

GPS-gestuurde audiotours iWhisper verzorgt indoor en outdoor audiotours. Ze gebruiken hier voor GPS-gestuurde apps. M ­ irte Gosker: “We ontsluiten niet alleen data, maar bieden ook een ervaring aan.” Als de app eenmaal op een audiotour is ingesteld, activeert het zichzelf op het moment dat de gebruiker een locatie uit de toer bereikt. Gosker geeft als voorbeeld een hoorspel rond ‘De Vrede van Utrecht (1713)’ op het Domplein. Wandelend over het plein hoor je achtergrondgeluiden en vang je ­flarden van gesprekken op die samen het verhaal van deze historische gebeurtenis vertellen. Een ander voorbeeld: location based poetry. Een kunstroute wordt verrijkt met voorgedragen gedichten bij elk kunstwerk. iWhisper levert maatwerk, maar organisaties kunnen via de ­editor van iWhisper ook hun eigen audiotour maken.

Mirte Gosker (iWhisper)

70


Big en Open data

Eén landelijke app voor regionaal nieuws Erik Hogeboom van RTV Noord vertelt namens dertien publieke regionale omroepen het verhaal achter de landelijke Regio-app. Het afgelopen jaar hebben de regionale omroepen samengewerkt bij de ontwikkeling van een eigen app. De technische ontwikkeling ervan deden ze gezamenlijk, waarna elke zender zijn­e­ igen versie van content voorzag. Waardoor er uiteindelijk dertien versies ontstonden. Onhandig was dat je per app alleen het nieuws uit een betreffende regio kon volgen. Een gezamenlijke nieuwsapp, de RegioApp, moet hier een einde aan maken. Hogeboom: “Met de app kun je zelf bepalen uit welke regio je nieuws wil volgen.” De provincie- of regiogrenzen spelen daarbij geen rol. “Je kunt bijvoorbeeld een lijst van nieuws opvragen van gebeurtenissen in een straal van 20 kilometer rond je locatie. Je kunt ook zelf filters met locaties toevoegen, z­odat je ­bijvoorbeeld op de hoogte blijft van het nieuws in de omgeving van familie en vrienden.” Voor deze functie moeten redacties hun nieuwsfeeds voorzien van geo­grafische gegevens. Hogeboom verwacht dat de nieuwe landelijke Regio-app eind mei live gaat. De app wordt ontwikkeld voor ­iPhone, iPad en Android mobiel.

Erik Hoogeboom (RTV Noord)

U p dat e

De bestaande regionale apps zijn overigens een groot succes. Hogeboom stelt dat er sinds de lancering in 2012 al 1,6 miljoen downloads zijn, dat er in 2013 700.000 ­actieve gebruikers waren die zorgden voor een kleine 22 m ­ iljoen bezoeken. Hij stelt dat de app tot een ­wezenlijke verandering in het online verkeer heeft geleid: 50 tot 70 procent van het online verkeer gaat via tablet en mobiel.

Eén landelijke Connected TV app voor regionaal nieuws Eind 2013 werd de Regio-appvoor iPhone, iPad en Android mobiel opgevolgd door een tv-app voor Connected TV’s. Aanvankelijk voor televisies van Samsung, later ook die van LG, Philips, Sharp en andere merken. Erik Hogeboom, projectmanager van de samenwerkende regionale­ ­om­roepen, presenteerde de app tijdens het Cross Media Café TV in the CLoud & On Demand op 26 november (zie hoofdstuk 3 over Smart & Social Media). De app biedt grosso modo dezelfde functionaliteit als de apps van de regionale omroepen voor tablets en smartphones. Kijkers kunnen nieuws selecteren, live tv-kijken of radio luisteren en ­programma’s terugkijken. Afhankelijk van de omroep (onder meer RTV Oost) in hoge kwaliteit. Uit het overzichtscherm kan de kijker zijn favoriete zender kiezen.

Nieuws spotten via het Twitter dashboard RT Reporter Via RT Reporter zijn trending topics op twitter snel te spotten. RT Reporter is daarmee een waardevolle tool voor media die nieuws in een vroeg stadium willen oppakken. Boudewijn Moerman van ont­wikkelaar CCinq laat de werking van het dashboard zien via een eenvoudige test. Trending

71


topics worden afgebeeld als dynamische vakjes op het scherm. Hoe meer er getwitterd wordt, hoe groter het hokje. Als het Twitterverkeer toeneemt, wordt de kleur lichter. Rechts in het scherm staat een Twitter-feed waarin journalisten relevante links of mogelijke getuigen van een gebeurtenis kunnen vinden. RT Reporter voorziet in een behoefte van journalisten: het volgen van keywords blijkt vaak niet voldoende om alle nieuws te spotten. En met alleen al 6 miljoen Nederlandse tweets per dag is het volgen van alle tweets ondoenlijk.

Boudewijn Moerman (RTReporter).

U p dat e

RT Reporter is ontwikkeld in samenwerking met Nu.nl en met de Vrije Universiteit in Amsterdam die ondersteunde bij de ontwikkeling van het algoritme dat geautomatiseerde nieuwssignalering mogelijk maakt. Het project kreeg ook steun van het Stimuleringsfonds voor de Pers.

RTreporter breidt uit met context in tweets Sinds de presentatie tijdens het Cross Media Café Apps & Data zijn er een flink aantal ontwikkelingen geweest bij RTreporter, kleine en grote. Allereerst heeft de look & feel een flinke visuele opfris beurt gekregen. Er worden andere kleuren toegepast die ook te vinden zijn in het nieuwe logo. Ook is de UI aangepast om de gebruikerservaring soepeler en natuurlijker te maken. Tevens heeft RTreporter een nieuwe subsidie ontvangen van het Persinnovatie Fonds. Met deze subsidie wordt een module ontwikkeld die de semantische (taalkundige) analyse van Tweets mogelijk maakt. Een van de belangrijke speerpunten hierin is het herkennen van context in de Tweets. De verbeteringen die hier uit voort moeten komen zijn: het beter clusteren van Tweets die over hetzelfde onderwerp gaan, en de teksten in de blokken logischer maken zodat het spotten van een relevant onderwerp makkelijker wordt.

Gebruik van twitter in de journalistiek RTreporter ziet dat het gebruik van Twitter steeds meer wordt onderstreept door journalisten in binnen- en buitenland. Niet alleen voor het vinden van nieuws items vanwege het real time karakter en burgerjournalistiek, maar ook voor het meten van sentiment en commerciële uitingen ­tijdens tv programma’s. Hierdoor zijn de mogelijkheden voor nieuwe toepassingen van de tool eindeloos en blijven de uitdagingen interessant.

RTL Nieuws rijker met RTL Nieuws Facts RTL Nieuws heeft nu ook een portal voor datajournalistiek: RTL Nieuws Facts. Voor het project ontving RTL in 2011 subsidie van het Stimuleringsfonds voor de Pers. Redacteur Frank Tieskens van RTL Nieuws Facts vertelt over de ervaringen tot nu toe. “Het dataproject heeft ertoe geleid dat we meer gebruik maken van data in onze berichtgeving. We zijn ook op een andere manier verhalen gaan maken. Data zijn een relevante aanvulling op onze berichtgeving.”

72


Big en Open data

Het dataproject heeft ook tot nieuwe vormen van informatievoorziening geleid. Tieskens noemt voorbeelden van aanvullende tools, zoals een BMItool voor kinderen bij nieuws over kinder­obesitas. Of een tool waarmee je direct kan zien wat maatregelen zoals het Woningakkoord voor elk mens persoonlijk betekenen. Of bij berichtgeving over veiligheid in gemeentes of stijging van woonlasten kan worden gekeken hoe het daarmee gesteld is in een specifieke gemeente. Wat betekent RTL Nieuws Facts voor de nieuwsorganisatie? Tieskens merkt op dat de link van televisienieuws naar online vaak lastig is. De datatools bieden echter online een meerwaarde voor de kijker, doordat macroverhalen zo micro gemaakt kunnen worden.”

Bewust boodschappen doen met Boodschapp. Jeroen de Bakker ontwikkelde met zijn bedrijf Lab111 een app voor bewust boodschappen doen: Boodschapp . De Bakker: “De strijd in het schap is groot. Consumenten worden geforceerd om voor prijs te kiezen. En er zijn een hoop merken die met behulp van emotie een meerwaarde verkopen die het product intrinsiek niet heeft.” Met Boodschapp kun je een product vergelijken met vergelijkbare producten, op basis van samenstelling en op prijs. Je kunt ook de samenstelling inhoudelijk raadplegen. De database bevat op dit ­moment 10.000 producten uit de schappen van Albert Heijn, C1000 en Jumbo. Zowel discount, A-merk als huismerk. De app helpt bij het maken van een bewustere keuze: het beste product voor je geld. De tool is ontwikkeld samen met diëtisten en het Voedingscentrum. Het is de bedoeling dat de database nog veel verder wordt uitgebreid. De Bakker ziet grote mogelijkheden voor mensen die d ­ agelijks moeten letten op wat ze kopen in verband met allergieën en intoleranties. Als de app aanslaat, kan dit ook leiden tot een aanvullend televisieprogramma of magazine. In een ideale situatie gaat de app helpen om de kwaliteit van de voeding in Nederland te verbeteren. Producenten krijgen immers hogere scores in de app naarmate hun aanbod kwalitatief beter is.

Frank Tieskes (RTL)

Jeroen de Bakker (Lab111)

Zijn businessmodel: De Bakker wil vooralsnog vasthouden aan een gratis ­versie. “We willen zoveel mogelijk mensen binden in het domein van voeding.” Maar voor toegevoegde diensten (dieetinfo) zouden consumenten kunnen gaan betalen. De Bakker merkt ook dat consumenten vragen willen stellen aan diëtisten en dat hij vraag krijgt naar de data uit de Boodschapp-database. De Bakker hoopt dat de transparantie een bijdrage gaat leveren aan een betere volksgezondheid.

De video’s van het Cross Media Café apps en data terug kijken? Alles video’s zijn terug te vinden op ons vimeokanaal!

73


SHOWCASE

Big Data in de USA Big Data is een containerbegrip. Alles is big data.. of we het nu hebben over “lussen” in de weg die verkeersstromen meten of over het met camera’s volgen van een bezoeker in een winkel, steeds meer worden data verzameld. George Freriks vraagt zich af: wat is de stand van zaken rondom het verzamelen en gebruik van Big Data in de media en entertainment industrie in de USA? In Amerika is natuurlijk hét voorbeeld van een instantie die optimaal gebruik maakt van Big Data de NSA, the National Security Agency. Inmiddels is in de USA een heel debat op gang gekomen over het gebrek aan transparantie over welke data nu verzameld worden en wat er mee gedaan wordt. Maar het betreft niet alleen de overheid. Ook het bedrijfsleven verzamelt steeds meer informatie en als gevolg van groeiend gebruik van digitale apparaten en technologieën wordt dat alleen maar meer. Hoewel een zeer relevant onderwerp, dit artikel zal niet over privacy en ethiek gaan. In dit artikel zal met name ingegaan worden op het verzamelen en het gebruik van Big Data in de media en entertainment industrie.

Big Data in de Media & Entertainment industrie Daar waar iemand een digitaal apparaat bediend kunnen data worden verzameld. Inderdaad “­kunnen” want niet iedereen verzamelt data. Het traditionele broadcastmodel betekent dat er

74


Big en Open data

z­ enders worden doorgegeven aan een digitaal apparaat, maar omdat er een retourkanaal ontbreekt wordt er niet gemeten waar iemand naar kijkt. Ook lang niet alle geavanceerdere op IP ­gebaseerde distributienetwerken verzamelen data van de consument. Het verzamelen, opslaan, analyseren en gebruiken van Big Data is geen sinecure. Als gevolg van de hele fragmentatie in de media- en entertainment industrie is het niet eenvoudig op van alle ­apparaten met hun verschillende platformen (o.a. iOS en Android) data te verzamelen en deze met elkaar in verband te brengen. Cookies zijn niet altijd betrouwbaar en de cookietechnologie werkt matig op smartphones en tablets. Een bedrijf als Sony Pictures Entertainment geeft toe dat bedrijven als Google, Facebook, Amazon en Apple veel meer van hun gebruikers weten dan zij. Daar waar de gebruiker steeds met het zelfde device en in dezelfde omgeving actief is worden de meeste relevante data verzameld. Voorbeelden zijn hiervan het consumeren van content via mobiel en in de gamingsector. Als we het over data hebben, gaat het o.a. over metadata, data die door de aanbieder van content zelf wordt toegevoegd en over “fluid data” data die relevant wordt omdat de gebruiker die toevoegt.

Amazon koploper Amazon was in de USA één van de eerste bedrijven die succesvol gebruik maakte van Big Data. Je zoek- en aankoopgedrag werd online bijgehouden en op basis daarvan krijg je aanbevelingen. Voor de gebruiker relevant en voor de “verkoper” een manier om de omzet te verhogen. Allemaal binnen de eigen omgeving. Er zijn inmiddels veel meer bedrijven die op basis van gedrag ­aan­bevelingen doen, maar Amazon wordt toch wel als één van de beste in haar soort beschouwd. Ik ben zelf een gebruiker van Netflix, maar de “recommendation engine” die Netflix gebruikt is maar matig. Het verzamelen van data en het doen van aanbevelingen is één van de vele toepassingen van Big Data. Een andere toepassing is het volgen van zoekgedrag en het op basis daarvan aanbieden van advertenties. Het is inmiddels gemeengoed dat als ik op internet naar een hotel heb gezocht, dat ik dan in de dagen erna stedentrips, vliegreizen naar diezelfde bestemming krijg aangeboden.

Handel van data Achter dit verzamelen en gebruiken van Big Data zit inmiddels een hele handel inclusief veilingen van dit soort data. Het gaat zelfs zo ver dat het in- en verkopen van Big Data op zichzelf al een l­ucratieve business is geworden. Een bedrijf als One/M koopt data op van met name Afrikaanse consumenten actief op USA websites, combineert en verrijkt deze data, en verkoopt deze dan weer aan Amerikaanse bedrijven zodat die gerichter kunnen adverteren. Dat gebeurt allemaal ­online, automatisch en soms zonder menselijke interventie. The “Internet of Things” is aan het werk… Andere spelers op dit vlak zijn Acxiom, Datalogix en Epsilon.

75


In deze industrie van data verzamelen, bewerken, verrijken en gebruiken ontstaan inmiddels ­duizenden bedrijven waarvan het niveau uiteenloopt van onvervalste Amerikaanse cowboys tot de meest geavanceerde bedrijven die voor adverteerders echt waarde kunnen toevoegen. Het gaat dan over bedrijven die analytische “tools” aanbieden zoals Alpine Data Labs, Cloudera, Continuuty, Platfora. Dit soort bedrijven zijn amper drie jaar oud, vaak gevestigd in Sillicon Valley waar je snel en veel risicokapitaal kunt ophalen. Maar het gaat ook over bedrijven die meer aan de adverteerderskant zitten en met de adverteerder “meedenken” hoe de consument doelgerichter kan worden benaderd. Het vereist een team van analisten om door dit grote digitale bos de juiste bomen te detecteren. Maar één voorbeeld is het bedrijf Channel Factory, hier in Los Angeles, zij garanderen hoeveelheden bekeken video’s door mensen met het juiste profiel. Zij maken gebruik van “contextual advertising”. Het is inmiddels een zeer relevante bedrijfstak. Adverteerders zetten grote stappen in deze markt en dat betekent dat er ook geld in deze nieuwe “industrie” wordt gepompt. Met name in de gaming industrie is het spel goed op de wagen. In een apart artikel zal ik binnenkort ingaan op “monetization” van games, maar laatst was ik op de “Games Developers Conference Next” in Los Angeles en er waren daar meer bedrijven die handelden in gegevensverzameling, het opkopen en verkopen van profielen, het aanbieden van advertisementdollars dan dat er gamingbedrijven zelf stonden. In de gamingwereld is het meestal zo dat de consument in eenzelfde omgeving op een zeer geëngageerde wijze met een game bezig is en dat zijn prima randvoorwaarden voor het meten en manipuleren van gedrag.

Crossplatfrom ID Al eerder vermeldde ik dat bedrijven als Amazon, Google en Facebook, koplopers zijn in het ver­ zamelen en bewerken van data. Dat komt omdat consumenten relatief veel bewegen binnen het door hun geregisseerde domein. Dat kan via een Amazon account of via alle platformen (You Tube, Gmail, google search) die Google zelf aan elkaar koppelt. Zowel Microsoft als Google en Facebook werken aan technologieën waarbij de consument in plaats van een cookie een soort ID krijgt zodat ook crossplatform het gebruikersgedrag te volgen is. Deze bedrijven leveren hun data inmiddels tegen betaling -zonder tussenkomst van brokers en dergelijke- aan adverteerders. Complexer wordt het op het moment dat er “crossplatform” en “crossdevice” verzamelt en gedistribueerd moet gaan worden over de diverse platforms heen. In het videodomein is een mooi voorbeeld, het bedrijf Ooyala dat crossplatform oplossingen aanbiedt. Wat betreft het vergaren en gebruiken van Big Data staan we nog maar aan het begin. Hot is natuurlijk de opkomst van allerlei “wearable connected devices”. Apparaatjes die via Near Field Communication, Blootooth of RFID achtige technologieën data versturen en/of kunnen ontvangen. Kansen voor ook Nederlandse ondernemers om mee te deinen op deze golf van het verzamelen en gebruiken van Big Data. Het betreft hier wel een dynamische en “hot area”. Zaak om van te voren wat huiswerk te doen..

76


Big en Open data

sho wc a s e

Wakoopa oogst ‘rijke data’ op juiste manier Wil je als bedrijf of marketingbureau meer weten over de impact van je internetcampagne? Dan moet je bij Wakoopa zijn. De technologie van Wakoopa maakt zichtbaar wat mensen online doen: welke websites ze bezoeken, welke advertenties ze zien of welke apps ze ­gebruiken… En op welke devices. Wakoopa (spreek uit op z’n Engels: Wakoepa) doet het goed. Het bedrijf, dat is gevestigd in de Warmoesstraat in Amsterdam, is het afgelopen jaar maar liefst 50 procent gegroeid.’ We zijn inmiddels met 12 man’, zegt CEO Piet Hein van Dam. ‘Da’s best een prestatie in deze tijd.’ ‘Internetdata zijn overal verkrijgbaar en kosten weinig’, legt Van Dam uit. ‘Maar vaak zijn ze onnauwkeurig en hebben ze weinig diepte. Stel, een adverteerder koopt een campagne in. Hij wil vervolgens weten of hij met die campagne verbinding met de doelgroep heeft gelegd. Maar wat wordt gemeten, is het aantal impressies, het aantal keren dat een advertentie wordt getoond. Of dat aan echte mensen was of aan een search robot... onduidelijk. Of een ad in het beeldscherm wordt ­getoond of erbuiten... onduidelijk. Of de juiste doelgroep is bereikt.... je raadt het al: onduidelijk. En of de campagne het juiste lange termijn effect had: juist, ook onduidelijk. Bovendien worden de data op een onfatsoenlijke wijze geoogst. De personen wier digitale footprint wordt vastgelegd, weten dat niet en hebben er vaak geen toestemming voor verleend. Wakoopa draait het om. Van Dam: ‘ We willen data op de juiste manier oogsten. We gaan naar de mensen toe en zeggen: je digitale footprint is veel waard. Wil je hem laten gebruiken voor marktonderzoeksdoeleinden? Zo ja, dan krijg je er iets voor terug. Zo verzamelen data van 100.000 mensen wereldwijd en 15.000 in Nederland, terwijl we rekening houden met hun privacy. Google, ­bijvoorbeeld, doet dat niet. Die gebruikt de verzamelde data gewoon en verdient daar per jaar 60 dollar per gebruiker mee. ‘ De technologie van Wakoopa maakt zichtbaar wat mensen online doen: welke websites ze bezoeken, welke advertenties ze zien of welke apps ze gebruiken… En op welke devices. Dat levert n ­ atuurlijk enorme hoeveelheden zogenoemde rijke data op. Hoe worden die gesorteerd? Van Dam: ‘We hebben een multi purpose tool (Wakoopa QD), een dashboard waarmee markt­onderzoeksbureau’s rechtstreeks toegang hebben tot de data zelf. Zo kunnen ze zelf kiezen wat ze nodig hebben. Ik noem dat ‘vork en mes’: ze kunnen zelf het lekkerste stukje er tussen uit snijden.’ Ook werkt Wakoopa aan one-pupose tools. Van Dam: ‘Dat zijn dashboard die zijn toegespitst op de interesse van de klant. Zodat bijvoorbeeld alleen data worden geselecteerd over de zoekwoorden die mensen gebruiken, of van welke sites ze vandaan komen en waar ze heengaan. ‘ Met name op de one purpose tools loopt het storm. ‘Begrijpelijk’, zegt Van Dam, ‘want die zijn lekker eenvoudig.’ Piet Hein van Dam (Wakoopa)

77


event

Technology Update: waar moet je rekening mee houden bij privacy in apps? Op maandag 2 december organiseerden we voor de eerste keer een Technology Update samen met TNO. In één middag bijgepraat over een nieuwe, actuele ontwikkeling. Na ­vragen uit het netwerk over hoe om te gaan met de privacy van je gebruikers in je apps stond de eerste Technology Update volledig in het teken van privacy in apps. Hoe privacyproof is jouw app, aan welke regels moet je voldoen en welke tools bestaan er al? De bijeenkomst begon met een serie prikkelende stellingen waar de deelnemers via een stemkastje eens of oneens op konden stemmen. De stellingen, die som wat breed en ongenuanceerd waren, zorgden direct voor veel discussie en verschillende meningen. Mag je derden partijen toegang geven tot je app om advertenties te verzorgen? De groep was verdeeld. Mogen deze partijen gegevens verzamelen van jouw gebruikers voor gerichte advertenties? Wederom was de groep verdeeld, al waren de meeste deelnemers het oneens met de stelling. Tenzij je de gebruikers er goed en expliciet over informeert is het not-done. Na deze opwarmronde schetste Marc van Lieshout (TNO) de gevoeligheid van privacy in apps door de resultaten van een aantal onderzoeken naar de houding en acties van gebruikers richting apps te noemen. Aan de ene kant is te zien dat gebruikers steeds meer nadenken over het wel/niet downloaden van een app vanwege privacy-overwegingen, maar aan de andere kant zie je dat bij populaire apps, zoals Facebook, er snel over deze zorg heen gestapt wordt, omdat de app zonder toestemming niet te gebruiken is. Opvallend is dat adresgegevens en locatiegegevens door gebruikers als privacy gevoelig worden beschouwd, terwijl een app-bouwer vaak niet eens precies weet waar je je bevindt (vaak wordt er geen GPRS gebruikt, maar en globale schatting van je locatie gedaan). Toegang tot foto’s en de camera van je device geven gebruikers al eerder, terwijl foto’s en gezichten daarop met nieuwe technologieën gemakkelijk te gebruiken zijn, en te herkennen zijn.

Juridisch kader

Arnold Roosendaal (TNO)

78

Arnold Roosendaal (TNO) ging vervolgens in op het juridische kader waar je als app-bouwer mee te maken hebt. De eerste case die daarbij aan bod komt is rondom Connected TV’s. Gegevens die via Connected TV’s verzameld kunnen worden zijn kijkgedrag, surfgegevens, locatie en allerlei a­ ndere informatie die in de apps gevraagd worden. Daarvoor dient echter wel toestemming ­gevraagd te zijn.


Big en Open data

Om welke privacy issues gaat het? Het gaat om persoonsgegevens: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijk persoon. Vanuit de Wet Bescherming Persoonsgegevens (Wbp) worden er verschillende eisen gesteld aan het verzamelen van persoonsgegevens: Informatieverplichting: De eindgebruiker moet specifiek weten welke gegevens over hem verwerkt worden, voor welke doeleinden, door wie, en waar hij terecht kan met eventuele vragen of klachten. informatieverplichtingen zijn noodzakelijk om van ondubbelzinnige toestemming te kunnen spreken. Het gaat om instemming, dus geen opt-out. Rechtmatige grondslag: Voor het verzamelen van persoonsgegevens heb je een rechtmatige grondslag nodig, bijvoorbeeld toestemming van de eindgebruiker. Daarbij spelen proportionaliteit (hoeveel gegevens verzamel je, en zijn die functioneel) en subsidiariteit (kun je de gegevens ook op een minder privacy gevoelige manier verzamelen?) mee. Daarnaast wordt dit getoetst aan de hand van een belangenafweging. Een voorbeeld is de gegevens die de NS verzameld via hun OVchipkaarten. Het in en uitchecken is privacy gevoelig, maar noodzakelijk voor het functioneren van het betaalsysteem. Voor abonnementshouders geldt dit niet, die hebben al betaald, maar die gegevens gebruikt de NS voor de verbetering van de dienstverlening (gegevens over de drukte op bepaalde trajecten). Arnold geeft aan dat dit een grijs gebied is als je gaat kijken naar de verschillende uitwerkingen. Hoe specifiek moet je zijn? Iedere keer toestemming vragen kan bijvoorbeeld ook tot een ongewenste praktijk leiden waarbij gebruikers gek worden van het iedere keer toestemming geven (denk aan de cookies discussie). Doelbinding: persoonsgegevens mogen alleen worden verwerkt voor een specifiek omschreven doel. Verdere verwerking is alleen toegestaan indien dit aansluit bij het oorspronkelijk doel van de verwerking, anders is een nieuwe grondslag vereist. Bewerkersovereenkomst: dit is een overeenkomst tussen verantwoordelijke en derde partijen die optreden als bewerker. De overeenkomst moet betrekking hebben op de gegevensverwerking. Google Analytics is bijvoorbeeld een derde partij, maar Google wilde voorheen geen aparte bewerkersovereenkomsten sluiten. Dat geeft een probleem bij het bedrijf dat Google Analytics gebruikt zonder geldige bewerkersovereenkomst. Google sluit overigens sinds de TP Vision case wel dergelijke contracten af, waardoor het gebruik van Google Analytics mogelijk is binnen de Wbp.

Connected TV’s Bij Connected TV’s spelen er vragen bij de uitwerking van deze juridische basis. Hoe zit het met verschillende kijkers binnen een aansluiting? Is 1x toestemming vragen dan voldoende? En ook al zijn de juridische eisen m.b.t. toestemming cookies helder, de handhaving lijkt te verschillen. En geldt dit ook voor HTML based toepassingen?

Apps Marc van Lieshout gaat verder door specifieker naar apps te kijken. Privacyrisico’s die daar spelen zijn een gebrek aan transparantie (wat wordt er verzameld), gebrek aan vrije en geïnformeerde toestemming (veel gebruikers willen meer mogelijkheden dan alleen ja/nee), slechte veiligheidsmaatregelen en weinig aandacht voor doelbeperking. Bij apps is het verplicht om vooraf toestemming te vragen voor alle gegevensverzameling, voor dat de app gedownload wordt. Maar er dient ook mogelijkheid te zijn om de toestemming weer in te trekken.

79


Eigenlijk zou het voor de gebruiker fijner zijn als hij/zij toestemming kan geven voor het verzamelen van bepaalde gegevens, in plaats van voor alles wel/niet. Zo kan je je af­vragen waarom bepaalde apps toegang willen krijgen tot je c­ amera. Als je daar geen toestemming voor geeft zou je de app nog wel willen gebruiken, maar de functionaliteiten waarvoor je camera nodig is niet. Een app zou dan modulair opgebouwd moeten worden waarbij sommige functionaliteiten wel/niet bruikbaar zijn, afhankelijk of de gebruiker toestemming heeft gegeven. Als gebruiker wil je ook makkelijk toegang krijgen tot informatie over deze functionaliteiten. Soms is het makkelijker om dit op een website na te lezen dan op het kleine schermpje van je telefoon. Privacy statements die meer dan 750 woorden ­bevatten worden vaak niet goed gelezen. Als app-bouwer kan je nadenken over makkelijkere manieren om te laten zien hoe je met privacy omgaat. Je zit als het ware in een spagaat: aan de ene kant wil je jezelf indekken vanwege het juridische kader en zo uitgebreid mogelijk zijn, voor de gebruiker wil je Marc van Lieshout (TNO) kort en bondig kunnen vertellen waar je hun gegevens voor gebruikt. Eigenlijk zou er een soort keurmerk moeten zijn waaraan gebruikers kunnen zien dat de privacy voorwaarden acceptabel zijn. Vanuit de zaal wordt de behoefte aan zo’n garantie bevestigd, maar tegelijkertijd wordt er afgevraagd welke instantie dat zou kunnen oppakken. Het College Bescherming Persoonsgegevens zou dat kunnen zijn, maar zij doen dat nu niet. Marc toont ook het Privacy Maturity Model waarmee hij benadrukt dat privacy overwegingen ­gesteund moeten worden door alle lagen van de organisatie. Een organisatorische inbedding is van belang, en daarbij hoort ook steun van het hoger management. Voortbordurend op dit model bestaan er allerlei tools (privacy audits) waarmee je als bedrijf kan checken hoe goed je over p ­ rivacy hebt nagedacht en wat er allemaal voor geregeld moet worden. Je kunt ongetwijfeld dingen hergebruiken, bijvoorbeeld van privacy statement die er al zijn gemaakt voor andere producten dan de app, maar apps verzamelen vaak toch andere gegevens en daarvoor moet je apart t­ oestemming vragen.

80


event

Apps4Curaçao:

Winnaars Apps4Curacao

verbinden en versnellen Van 3 tot en met 8 maart vond de pressure cooker week Apps4Curaçao plaats. Tijdens deze week, die opgezet is vanuit het Carribean Media Hub stimuleringsprogramma, werden in rap tempo concepten voor mobiele applicaties bedacht. Na selectie is een groep van 20 creatieven, programmeurs en marketeers die elkaar van tevoren helemaal niet kenden, aan de slag gegaan met het bedenken van een mobiel concept; het uitwerken daarvan in een werkend prototype, en; het maken van een business- en marketingplan. De mobiele applicaties die na een week keihard weken van dagelijks 8 tot 20 uur opgeleverd moesten worden, waren niet vrijblijvend. Vier echte opdrachtgevers gaven op maandagochtend een briefing af en kwamen op vrijdagmiddag het eindresultaat beoordelen: het befaamde high end Avila Hotel, een consortium rondom de Curaçaose topsport baseball, de nationale weerdienst Meteo, en een anonieme nieuwstitel (na de uitreiking werd bekend gemaakt dat het om Versgeperst gaat). De sense of urgency bij deze opdrachtgevers voor een mobile applicatie is zeer hoog: hun huidige websites voldoen niet op het scherm van mobiele apparaten waardoor zij klandizie en/of omzet dreigen te verliezen. Het aanbod van gespecialiseerde mobiele bureaus is op dit moment echter niet zo groot op Curaçao, reden waarom de bedenkers van Apps4Curaçao actief vraag en aanbod aan elkaar wilden koppelen.

81


De ICT-netwerkorganisatie Stimul-IT, iMMovator, Verburg Consultants, TNO en Syntens hebben Apps4Curaçao ontwikkeld als een van deelprojecten van het Caribbean Media Hub-programma. Doelstellingen zijn onder meer het stimuleren van samenwerking tussen professionals uit verschillende gebieden (co-creatie), het bevorderen van open innovatie bij bedrijven door samen te werken met externen, professionalisering van de bestaande creatieve industrie-bedrijven op het ­gebied van mobiele toepassingen, en daarmee het versterken van de gehele economie. Deze doelstellingen zijn in de pressure cookerweek ruimschoots gehaald. “Het was onwijs leuk en leerzaam. Ik zag er tegen op; vijf dagenlang omringd met allerlei mensen. Maar dat viel mee. Het was gezellig en leuk om met zijn allen naar het resultaat toe te werken. Nu ik alle informatie een paar dagen heb kunnen laten zinken, zie ik eigenlijk pas echt de mogelijkheden. Nogmaals, ik vond het echt super om mee te mogen doen.” (Citaat van een van de deelnemers enkele dagen na afloop)

De week bestond uit verschillende onderdelen. De ochtenden startten met keynote speeches en masterclasses op het gebied van Mobile Technology & Design waarvoor Laurens Schuurkamp en Bert Spaan, twee experts van Waag Society, waren toegevoegd aan het trainersteam. Jan Wester van TNO en Mir Wermuth van iMMovator verzorgden elk twee masterclasses op het gebied van respectievelijk Businessmodels en Marketing. Om de creativiteit los te weken waren verschillende brainstromsessies onder leiding van TNOexpert Arjanna van der Plas ingebouwd. ’s Middags werkten de teams aan hun eigen app en sloten ze èlke dag af met een elevator pitch aan de groep trainers. Naast het leren van elkaar op inhoudelijk vlak, bood Apps4Curaçao ook individuele coaching en ontwikkelingsmogelijkheden. Syntens heeft de deelnemers de uitgebreide gedrags- en job drivers-test van MDI afgenomen en hen de hele week bijgestaan met feedback hoe zij kunnen individueel èn als samengesteld team konden pieken.

Mir Wermuth (iMMovator) geeft een masterclass over marketing

82


Big en Open data

De deelnemers presenteren hun ideeën

Om de spirit tijdens deze afmattende week hoog te houden, zorgde Desiree Murk van Syntens ook voor disruptieve energizer-oefeningen. Van de aanvankelijke scepsis aan het begin van de week tegen een dergelijke aanpak was vrijdag niets meer over. Op je hurken een galopperend paard nadoen? Geen enkel probleem! De spanning liep donderdag tijdens de laatste pitch lekker op, en vrijdagochtend waren de teams dus nog druk bezig met het strijken van overhemden, het inbinden van hun marketingplan en het werkend maken van de laatste prototype-schermen. Na afloop van de vier eindpresentaties mochten alle aanwezige gasten (opdrachtgevers, trainers en speciaal uitgenodigde externe experts) ­cijfers uitdelen voor de App Award die door Steven Martina, de Minister van Economische Zaken uitgereikt zou worden. De prijs is, na een close call, gewonnen door de nieuwsapp van het Ictual-team: goed uitgewerkt idee zowel qua functionaliteiten als businessmodel, met veel interactie, en waar een grote doelgroep behoefte aan zal hebben. Alle vier concepten worden de komende maanden doorontwikkeld tot volwaardige native apps en mobiele sites. Nu deze succesvolle eerste editie van Apps4Curaçao is afgerond, wordt samen met de deelnemers gekeken naar een vervolg met extra trainingen, waardoor Curaçao op het mobiele vlak een grote speler kan worden in de hele Caribische regio.

83


SHOWCASE

MKB-netwerk Almere D ­ ataCapital Signaleren en inspireren: bedrijven informeren over wat Big Data en Almere DataCapital inhouden. Dát is het doel van het MKB-netwerk van Almere DataCapital dat door de Kamer van Koophandel in samenwerking met de Economic Development Board Almere is opgericht. Innovatie komt voornamelijk vanuit het MKB. Almere DataCapital helpt het MKB in Almere en de Metropoolregio Amsterdam Big Data toepassingen te ontwikkelen. Door ze te informeren en enthousiast te maken zodat de aanwezige bedrijven zich gaan afvragen: wat kan ik hierin doen? Waar liggen mijn kansen? Aan wat voor een soort diensten kan ik dan denken? Hoe kan ik betrokken raken bij Almere DataCapital/Dutch HealthHub? De Kamer van Koophandel heeft samen met het programma Almere DataCapital van de Economic Development Board Almere in 2012 en 2013 flink geïnvesteerd in het opbouwen van een MKBnetwerk van bedrijven in Almere en de metropoolregio Amsterdam uit de ICT-sector. Het netwerk is nog steeds groeiende. In 2013 zijn er vijf bijeenkomsten voor het MKB georganiseerd over big data in het Big Data Value Center Almere met gemiddeld 25-30 bedrijven/ondernemers uit de regio per bijeenkomst. Dit jaar is er aandacht besteed aan verschillende onderwerpen. Wat big data in algemene zin nou eigenlijk is, wat het Big Data Value Center is en wat het MKB eraan heeft. De kennismaking met analyse en visualisatie en tools voor bewerking van grote datasets. Tijdens deze bijeenkomsten kunnen MKB-bedrijven pitchen over wat zij al met big data doen, daarna speed daten de bezoekers met deze bedrijven om kennis te delen en levert de netwerkborrel geanimeerde gesprekken op. Elke bijeenkomst komen weer nieuwe bezoekers, meestal ICT-bedrijven uit de regio. Het resultaat is dat het netwerk meer kennis kan opdoen over businesskansen met big data. Dat het netwerk aantoonbaar leidt tot nieuwe business. Dat kan ontwikkeling zijn, maar ook nieuwe klanten en samenwerkingspartners. De ondernemers geven aan dat zijn door deze reeks van bijeenkomsten een beter beeld krijgen van big data en wat zij daarmee kunnen in hun bedrijf.

Bijeenkomst van Almere DataCapital

84


SHOWCASE

Big Data Value Center Almere: Praktische waarde uit grote datasets halen In het Big Data Value Center Almere wordt gewerkt aan concrete meerwaarde door het ­innovatief gebruik maken van grote hoeveelheden data. Het Big Data Value Center Almere, opgezet vanuit het regieprogramma Almere DataCapital is gevestigd in een grote ruimte in een pand aan de A6.

Bijeenkomst in het Bug Data Value Center Almere

Waarde Data levert (meer)waarde op wanneer je er slimme dingen mee kunt doen. Zoals het maken van nieuwe combinaties die eerder niet mogelijk waren of te veel tijd kostten. En daar draait het om in het Big Data Value Center: het aantonen dat het interessant is voor bedrijven en instellingen om veel meer met al hun beschikbare data te doen. Niet alleen met eigen datasets maar ook met die van anderen. Die waarde kun je alleen ontdekken door gerichte experimenten. Het Value Center biedt een fysieke omgeving om gestructureerd te experimenteren met big data oplossingen. Dit kan leiden tot een verbetering van het primaire bedrijfsproces maar ook het ontdekken van nieuwe waardevolle dienstverlening en inzichten voor de eigen doelgroepen. Het woord ‘value’ is belangrijk in de naamgeving van het centrum. Want waarde is meer dan euro’s alleen. Ook verbetering van het milieu, sociale betrokkenheid en welzijn zijn relevante doelen. “In het Big Data Value Center kunnen we multidisciplinair en sectoroverstijgend aan cases van behoeftestellers werken, kansen ontdekken, uitdenken en toetsen. Het unieke hieraan is dat dit in een open ­innovatiemodel gaat waarbij er voor elke partij winst te halen valt. Het maakt combinaties mogelijk die geen enkele partij individueel kan maken. Als we dit in de vingers krijgen komt er gegarandeerd een enorme vraag naar kennis, diensten en producten. Big Data is een fantastische aanjager voor economische ontwikkeling waarbij het bedrijfsleven in Almere ‘front row’ zit.” Henk Weyschedé, directeur Economic Development Board Almere:

85


event

Internet of Things:

Wat je kan doen met een netwerk van communicerende apparaten Slimme producten, sensortechnologie en beeldherkenning maken een serie aan nieuwe business kansen nodig. Daarbij gaat het vooral om wat je met de nieuwe data doet, die door producten verzameld wordt. Wat je kan doen met Internet of Things stond centraal tijdens de workshop ‘Internet of Things en Crossmedia’ die iMMovator, TNO en Syntens ­organiseerden op 13 november. Van zelfrijdende auto’s tot knipperende HUE lampen.

Internet of Things: een nieuwe mindset Internet of Things, waar staat dit begrip eigenlijk voor? Joris Castermans, innovatie-adviseur van Syntens geeft een introductie en gaat daarbij vooral in op de business kansen voor het MKB. Internet of Things is een ‘netwerk van communicerende objecten’, zoals bijvoorbeeld een slimme thermostaat en een connected TV. Maar denk ook eens aan een connected gitaar, die je vertelt welke andere muzikanten in de buurt zouden willen jammen. Of een camera, die je kan vertellen waar en wanneer je de mooiste foto kan schieten op die locatie. De objecten (apparaten, mensen, dieren etc) zijn via het web digitaal met elkaar verbonden, en kunnen door sensoren en communicatietechnologie nieuwe data verzamelen. Door deze nieuwe data en nieuwe interactie ontstaan nieuwe businesskansen; procesoptimalisaties, nieuwe productiefuncties, diensten, business en verdienmodellen. Maar denk ook aan nieuwe of verbeterde klantwaarde.

86


Big en Open data

Waarom begint Internet of Things nu op te komen? Technologieën worden toegankelijker en goedkoper, we zijn gewend om altijd connected te zijn op verschillende devices en met de toegenomen rekenkracht kunnen we data beter analyseren en verwerken. De toegevoegde waarde van IoT ligt in verschillende aspecten. Door te meten, data te verzamelen en te analyseren ontstaan nieuwe inzichten. Door deze nieuwe inzichten ontstaan er kansen voor procesoptimalisatie, maar denk ook aan nieuwe business mogelijkheden. Het gaat om een nieuwe mindset: je product verzamelt nu data en dat biedt veel nieuwe mogelijkheden. Het gaat niet meer alleen om een product, applicatie of dienst, maar om een nieuw ecosysteem waarbij kennis uit verschillende disciplines en daardoor­ ­samenwerking belangrijk is. Dit vereist een nieuwe manier van kijken naar jouw eigen business, waarbij nieuwe manieren van interactie en het genereren van nieuwe data centraal staan.

TNO: Zelfrijdende auto’s en Gorilla TV Vervolgens laat Martin van Rijn, onderzoeker en consultant bij TNO, een aantal inspirerende voorbeelden zien van IoT toepassingen. Zo laat hij een Amerikaanse toepassing zien waarbij er via video-opnames geautomatiseerd gedrag herkend kan worden. Een deelnemer voegt toe dat deze techniek al gebruikt wordt bij grote events zoals festivals, om gewelddadig gedrag te signaleren. Een ander voorbeeld is de toename van auto-cams, met name in het buitenland. In de Verenigde staten krijg je korting op je autoverzekering als je een dashboard camera hebt. Wat verder gaan de zelfrijdende auto’s, waarmee TNO op 12 november in het nieuws was. De auto’s wisselen onderling informatie uit en volgen elkaar dan automatisch. Tenslotte gaat Marin wat dieper in op de case ‘Gorilla’s in the Cloud’, een project dat zij samen met de Apenheul doen. Op het gorilla eiland zijn verschillende camera’s opgehangen die, door middel van beeldherkenning, kunnen signaleren waar de apen zijn. Je kan de apen van afstand waarnemen met deze nieuwe techniek, zonder dat de apen zenders bij zich hoeven te dragen. Met deze camera’s zijn nieuwe diensten mogelijk voor biologen, bezoekers en techneuten. Op de site kan je nu bijvoorbeeld zien bij welke camera’s apen te zien zijn. Op basis van gezichtsherkenning kan TNO in de toekomst ook extra informatie meegeven aan de apen, een techniek die ook bij sport waarde toevoegt: bij voetballers wil je bijv ook weten wat hun positie, energielevel en doelsaldo is.

Martin van Rijn (TNO)

Q42: Maak samen gave, nuttige dingen met IoT Waarom is Internet of Things zo in opkomst? Volgens Kars Veling van Q42 komt dat vooral om het zo ‘focking vet’ is. Q42 is een technisch, strategisch internetbureau waar de eindgebruiker centraal staat. De Q staat voor question – want de vraag die de klant stelt, is volgens Q42 niet altijd de beste vraag. Soms vragen klanten wat anders dan wat ze eigenlijk willen. Q42 raakte betrokken bij de ontwikkeling van de Philips Hue lampen. Deze lamp kan je in allerlei kleuren instellen en om de bediening mogelijk te maken werd er gebruik gemaakt van Wifi. Met een kastje in de meterkast kunnen de lampen met elkaar praten via een online platform. Q42 stelde en jumpstart voor en begon met bouwen van prototypes. Daarbij vroegen ze zich wel eens af, wat is het nut van die verschillende kleurtjes, en dat je je lampen van afstand aan en uit kan zetten? Toch waren de eerste serie lampen binnen 4 dagen uitverkocht!

87


Deelnemers gaan in groepen aan de slag met business ideeĂŤn rondom Internet of Things

Nu de lampen een netwerk zijn en met elkaar kunnen praten rees de vraag: wat is nu het echte product? Wat kan je met al die nieuwe data? Q42 bouwde een open API waardoor ontwikkelaars over de hele wereld toepassingen konden bouwen voor de lampen. Zelf bouwden ze ook een serie toepassingen, bijvoorbeeld dat de lampen bij hun op kantoor gaan knipperen als Q42 in een tweet genoemd wordt. Het lijkt nutteloos, geeft Kars toe, maar het geeft een hoop lol en je leert er ook van. Wat zijn de lessons learned vanuit deze case? Kars benadrukt dat je door open te zijn (in Philips geval met de API) mooie dingen kan laten gebeuren door anderen. IT afdelingen kunnen niet alles bedenken. Ook kunnen er onverwachte kosten de hoek om komen kijken als je nieuwe toepassingen bedenkt (bijv. backup van gegevens). Privacy is ook een issue dat niet onderschat mag worden. Wil je alle gegevens wel weten? Is dat wel veilig en verantwoord? Om de kansen van IoT echt goed te kunnen grijpen zijn multidisciplinaire teams nodig; zet techneuten, designers, marketeers, business mensen en servicegerichte personen bij elkaar en laat ze aan iets nieuws werken. Tenslotte laat Kars nog een aantal nieuwe technologieĂŤn (bijv sensoren) zien die steeds kleiner en goedkoper worden. Technologie is niet meer de beperkende factor, alles kan. Verlies niet de eindgebruiker uit het oog, jouw product/dienst moet nuttig zijn. Maar wees ook niet bang om dingen uit te proberen, blijf niet te lang nadenken. Na de presentatie van Kars gingen de deelnemers, met de nodige inspiratie, zelf aan de slag met hun IoT concepten. In groepjes werd gesproken over diverse cases die waren aangedragen door de deelnemers. Dat openheid en multidisciplinaire teams zich uitbetalen bleek bij het bespreken van de mogelijkheden. De volgende stap, het echt proberen en bouwen van nieuwe toepassingen is iets waar de deelnemers zelf mee aan de gang gaan na de workshop. Kars Veling (Q42)

88


co lu m n

Personal Data Stores

Overal en altijd – dat is het eenvoudige antwoord op de vraag hoe we on- en offline in de gaten worden gehouden. Denk aan ons surf-, mail- en twittergedrag, met wie we bellen en hoe lang, al onze aankopen in de supermarkt, de plekken waar we parkeren en de boeken die we lenen in de bieb: de gemiddelde Nederlander komt in meer dan 1500 databases voor. De controle door bedrijven en overheden is zo totaal dat je je er gemakkelijk bij neerlegt: zo is het leven in de informatiemaatschappij nou eenmaal, en wat heb ik eigenlijk te verbergen? Die houding staat een meer volwassen, op waarde gedreven omgang met persoonlijke data in de weg. Tot voor kort konden we er zeker van zijn dat al die gegevens, als ze al werden opgeslagen, door niemand te lezen en te begrijpen waren. Maar met de komst van Big Data, oneindige opslag en data mining algoritmen kan het gedrag van ieder individu tot in detail worden gevolgd, geanalyseerd en geïnterpreteerd. Met als oogmerken een betere dienstverlening, hogere omzetten en een veiligere samenleving. Zo wordt automatisch gechecked of je een bankrekening mag openen en zal het niet lang meer duren voordat iemand die rokend op sociale media wordt betrapt automatisch een toeslag op zijn zorgverzekering krijgt. Er zijn goede redenen om (deels) anoniem door het leven te gaan. Mensen veranderen hun gedrag als ze weten dat ze worden gevolgd. Het beeld dat door automatische analyses ontstaat zal regelmatig niet kloppen, en kan tot vervelende consequenties leiden – van oponthoud op het vliegveld tot onterechte arrestatie of ontslag. Het ontstaan en onderhouden van relaties bestaat bij de gratie van kleine leugens om bestwil. De meerderheid die de dienst uitmaakt kan van mening veranderen waardoor gedrag uit het verleden ineens in een heel ander daglicht komt te staan. In navolging van de onthullingen van klokkenluiders als Edward Snowden staat privacy, of het gebrek daaraan, sinds 2013 hoog op de publieke agenda. Overheden zijn hier, voorlopig tevergeefs, op aangesproken en er is spontaan verzet ontstaan in de vorm van networkshops en cryptoparties. Tijdens deze hands-on bijeenkomsten leren hackers en activisten iedereen die het horen wil alert te zijn op de manieren waarop we het internet gebruiken. Ze installeren programma’s als de GNU Privacy Guard om veilig te mailen, Ghostery of Disconnect om te voorkomen dat je surfgedrag wordt gevolgd, en TOR om anoniem te browsen. Toch is dit maar het halve antwoord. Persoonlijke data zijn veel geld waard. Door bedrijven en overheden simpelweg de toegang tot je data te ontzeggen voorkom je ook legitieme toepassingen die voor alle betrokkenen waarde opleveren. Ik wil een deel van mijn data best afstaan voor een goed doel, voor betere persoonlijke adviezen of voor wetenschappelijk onderzoek. Sommige data zou ik willen verkopen, bijvoorbeeld aan mijn energieleverancier, telecomprovider of boekensite. Weer andere zijn echt helemaal van mij. Ik voorzie een situatie waarin we zelf kunnen bepalen wie onze data kan inzien en combineren, en tegen welke prijs. De eerste Personal Data Stores, die gebruikers controle geven over hun data, worden nu ontwikkeld, waaronder OpenPDS, Qiy en The Locker Project. Zodra deze initiatieven volwassen worden, en bedrijven en overheden inzien dat ze meer kunnen winnen door hun diensten hierop aan te laten sluiten, ontstaat er een markt van vraag en aanbod voor persoonlijke data. Alle partijen hebben daar belang bij. Ik verwacht een gouden toekomst voor wie hierbij het voortouw nemen en als eerste de juiste, wederkerige businessmodellen bedenken en implementeren. Frank Kresin is Research Director Waag Society

89



Crossovers novatieagenda

Crossovers in de in

st wordt gaming indu es am G g in w ro G Met

rie volwassen

Quadia gooit

➔ ➔

edische wereld

ne video voor m hoge ogen met onli

en en ‘top of mind’ kom re de ie j bi n te oe m b C Dutch Health Hu Belang innovaties IP succesformules en n ge in ag d it u s: ij derw Digitalisering in on

gy eten met Upp Ener m ie g er en e im lt Rea

tail Sweebr Kassa is re

s va igitale vrachtwagen d e d jn zi es am g Column: Applied

ers’ Holy Grail n het internet


Crossovers in de innovatieagenda

Een belangrijke focus in de innovatie agenda en de activiteiten van iMMovator ligt op crossovers: manieren waarop de media en ICT industrie een bijdrage kan leveren aan ontwikkelingen in a­ndere economische en maatschappelijke sectoren. Innovatieve concepten die door crossmediabedrijven zijn ontwikkeld, kunnen bijvoorbeeld toegepast worden in de zorg. Denk aan games en simulatie ter bevordering van het revalidatieproces. De crossmedia industrie is daarmee een innovatiemotor voor andere sectoren. Een specialiteit van de Media & ICT industrie die belangrijk bij crossovers is bijvoorbeeld de focus op de gebruiker. Bij het ontwikkelen van innovatieve mediadiensten staat de gebruiker centraal. We zijn sterk in het inzetten van storytelling bij het overbrengen van boodschappen en het in ­dialoog gaan met gebruikers. De ontwikkelingen van big data, de opslag en het ontsluiten van grote hoeveelheden data is misschien nog wel de grootste kans die door Media & ICT professionals ­opgepakt kan worden. Niet alleen binnen de Media & ICT industrie is dit een belangrijke ontwikkeling, big data biedt ook tal van nieuwe mogelijkheden in andere sectoren. Kennis op het gebied van big data is daarom erg belangrijk. In de innovatieagenda worden drie sectoren benoemd waar crossovers gestimuleerd zullen ­worden: de zorg, energie en retail/eCommerce.

Zorg In de zorg wordt, net als in de media, veel beeldmateriaal geproduceerd. Het is daarom niet zo gek dat deze twee sectoren veel van elkaar kunnen leren als het gaat om het opslaan, verwerken en distribueren van data. Almere DataCapital (zie hoofdstuk 4) is een voorbeeld van een project dat zich richt op dit nieuwe vakgebied en de nieuwe vaardigheden en toepassingen die daarbij horen. In dit hoofdstuk komt een spin-off aan bod van Almere DataCapital: de Dutch Health Hub. Dit ­project heeft tot doel om te komen tot een gegevensuitwisselingplatform waarmee diensten­ innovatie in de zorg op een open manier tot stand komt. Daarnaast is ook het project Growing Games gericht op de crossover naar de zorg. Hier wordt ­gekeken hoe gameconcepten gebruikt kunnen worden in de zorg. Bijvoorbeeld om artsen te ­trainen of om het revalideren leuker te maken. Hier zie je hoe de focus op de gebruiker (artsen / patiënten) helpt om processen in de zorg efficiënter en leuker te maken.

Energie Op het gebied van energie is in 2013 een samenwerkingsovereenkomst gesloten tussen de topsectoren Energie en Creatieve Industrie. Via deze deal wordt een extra impuls gegeven aan de verduurzaming van de Nederlandse energievoorziening. De opschaling en uitrol van nieuwe

92


Crossovers

c­ oncepten, producten en diensten die nodig zijn voor het ontwikkelen van intelligente energienetwerken zal worden gestimuleerd. De crossover zit hem weer in de focus op de eindgebruiker: hoe kun je die overtuigen om deze nieuwe concepten te gaan gebruiken? In dit hoofdstuk vind je een showcase van het bedrijf Upp Energy dat in het pilotproject Smart Grid in Utrecht meewerkte om zoveel mogelijk lokaal opgewekte duurzame energie lokaal te gebruiken.

Retail/eCommerce Het winkelgedrag van de gemiddelde Nederlander is aan het verschuiven. Zo wordt voorspeld dat in 2020 consumenten moeiteloos zullen switchen tussen online en fysiek winkelen. Shopping 2020 is een onderzoeksprogramma dat als doel heeft een toekomstvisie op de online verkoop van ­producten en diensten te ontwikkelen in een breed maatschappelijk perspectief. ‘Hoe shopt de consument online in 2020 en welke acties moeten worden ondernomen op nationaal, branche- en bedrijfsniveau opdat online ondernemend Nederland hierop succesvol in kan spelen?’ is de c­ entrale vraag in het Shopping2020-programma. Circa 470 experts verdeeld over 19 expertgroepen leveren in 2013 vanuit verschillende invalshoeken een bijdrage aan het beantwoorden van deze vraag. Begin 2014 zullen de eindresultaten gepresenteerd worden in een congres. De crossovers tussen Media & ICT en retail/eCommerce zijn talloos. Denk aan de verschillende media/communicatie middelen die ingezet worden door retailers. Webshops, mobiele apps, ­manieren om met je klant in contact te blijven, de ontwikkelingen op het gebied van media & ICT veranderen de retailindustrie ingrijpend. Maar ook hier speelt big data een rol: retailers weten steeds meer over hun klanten en kunnen met die data gepaste aanbiedingen doen. Maar denk ook aan steeds slimmere apparaten: online kleding passen met een virtuele spiegel, via de smart­ phones van klanten de ultieme winkelinrichting bepalen aan de hand van hun looproutes in de winkel en slimme kassasystemen zoals de kassa’s van Sweebr (zie verderop in dit hoofdstuk). Wanneer je gaat denken over verschillende crossovers zie je dat samenwerking tussen verschillende disciplines tot mooie diensten en producten kan leiden. Ons motto is om in 2014 nog veel meer te organiseren op het gebied van crossovers. 2014 wordt het jaar van Crossovers! Big Data

Zorg

Platvorms Games

Gedragsverandering

Media & ICT

Energie

Intelligente netwerken Eindgebruiker

Logistiek Virtuele werelden

Retail/eCommerce Webshops Transacties

93


showc ase

Met growing Games wordt gaming industrie volwassen Growing Games is een tweejarig stimuleringsprogramma (2014-1015) dat als doel heeft de applied gamingsector in Nederland te stimuleren. Het concrete doel: een sterkere en ­innovatievere gaming industrie waarin crossovers met andere industrieën worden gerealiseerd en ondernemerschap wordt geprofessionaliseerd. De markt voor applied gaming groeit snel. Naar verwachting groeit de omzet wereldwijd tot 10 miljard euro in 2015. In Nederland groeit het aantal banen in deze sector waarschijnlijk van 1.000 in 2012 naar circa 2.300 banen in 2015. Probleem is dat bedrijven in de huidige gaming industrie moeite hebben om deze ontwikkeling bij te benen. Reden voor meer dan 25 bedrijven en organisaties, waaronder iMMovator Crossmedia Network, om Growing Games op te zetten. ‘iMMovator is al een aantal jaren met gamebedrijven bezig’, vertelt projectleider Mir Wermuth van iMMovator. ‘Zo hebben we de afgelopen jaren onder andere game monitors uitgebracht. In grote lijnen kun je zeggen dat de applied gaming industrie in Nederland klein is maar veel potentie heeft. Het punt is alleen: de kosten in manuren zijn vaak veel te hoog. Bedrijven zijn soms jaren met een game bezig. Bovendien denken ze vaak niet na over de belangrijkste vraag: of er een groeimarkt is voor hun game.’

94


Crossovers

Kapitaal Die markt is er wel degelijk, aldus Wermuth. ‘Niet ­alleen in Nederland maar ook internationaal. Applied games zijn heel goed te gebruiken in de zorg, de educatie­en training en in de beveiliging. Het is dus zaak om die markt en de gaming industrie dichter bij ­elkaar te brengen. Growing Games stimuleert dat op een aantal manieren: zo zorgen we dat ondernemers ‘­access to finance’ krijgen, toegang tot kapitaal. Met behulp van ontwikkelkapitaal van TFI en iMMovator is inmiddels een fonds gestart. In de lente van 2014 komen daar nog drie fondsen bij. Bij elkaar hebben die fondsen 40 miljoen euro gereserveerd voor de gaming industrie.’ Een tweede manier is kennisuitwisseling. Wermuth: ‘Neem bijvoorbeeld Defensie. In Nederland is dat de grootste afnemer van games. Vaak ­komen deze uit het buitenland, met name uit de Verenigde Staten en Israël. Wat voor games dat zijn? Revalidatiegames bijvoorbeeld of games waarbij je moet kiezen tussen leven en dood. In het laatste geval gaat het om dilemmatraining, wat in het bedrijfsleven ook goed is te gebruiken. Defensie is bereid om de kennis en ervaring die ze met dat soort games hebben opgedaan te delen, terug te geven. Growing ­ Games bevordert dat, want zo komt gratis hoogwaardige kennis beschikbaar voor de gaming industrie.’

Jurriaan van Rijswijk en Mir Wermuth presenteren Growing Games tijdens het CLICKNL Inspiratie event

‘Ook gaan we masterclasses organiseren’, vervolgt Wermuth, ‘waarin we naar de bedrijfsvoering kijken. Dat doen we door een vergelijking te maken met de media industrie. De gaming industrie maakt nu dezelfde ontwikkeling als de media 20 jaar geleden. Het bestaat vooral uit kleine bedrijven waarvan de medewerkers alles zelf moeten doen. Neem sales, dat vinden gamemakers v­ reselijk. Wij gaan kijken: hoe kun je nou zo groeien dat je iemand kunt aannemen die dat voor je doet. Het aantal bedrijven met meer dan 25 werknemers is nu klein. Dat moeten er meer worden.’

Imago Hoe kijkt men ‘in het veld’ tegen Growing Games aan? Wermuth: ‘De gaming bedrijven zijn enthousiast en willen in het algemeen graag veranderen. En ook de markt heeft veel interesse. Neem bijvoorbeeld ziektekostenverzekeraar CZ. Die ziet duidelijk de voordelen die games kunnen bieden. Je kunt bijvoorbeeld gemakkelijk de therapietrouw van patiënten testen, of de mate waarin ze zich bewust zijn van hun gezond­heids­­toestand.’

95


Het CLICKNL Inspiratie Event werd gehouden in de Arminiuskerk in Rotterdam

Voorwaarde is natuurlijk wel dat onomstotelijk vast staat dat de game ‘het doet’. ‘Om die reden zijn ook de Nederlandse universiteiten en TNO bij Growing Games betrokken, om validatie-onderzoek uit te voeren: vult een game aan, vervangt-ie of verbetert-ie. Maar ook: is de game leuk om te spelen?’

Buitenland In het VS kijkt men jaloers naar de situatie in Nederland, zegt Wermuth. ‘Daar haakt men af, als iets niet direct een 1 op 1-kostenreductie oplevert. Ook andere Europese landen houden in de gaten wat hier gebeurt. Er zijn weliswaar andere Europese spelers die zich met games bezighouden, maar die kunnen zich met het totaal van Nederlands bedrijven niet meten. ‘ Growing Games gaat in januari 2014 van start en duurt twee jaar. Is dat niet aan de korte kant? ‘Juist niet, vindt Wermuth. ‘Het is van belang om zo snel mogelijk uit de stimulerings- en subsidiesfeer te komen. De markt moet het oppakken. Bovendien: als je het langer laat duren, verdwijnt het ­momentum. Ik ben heel benieuwd wat er de komende twee jaar gaat gebeuren. De voorwaarden zijn gecreëerd: Let the games begin.’

96


Crossovers

sho wc a s e

Quadia gooit hoge ogen met ­online video voor medische wereld Quadia timmert lekker aan de weg. In Duitsland ontving de online video specialist in 2013 de Health Media Award voor Breast Cancer TV. En alsof dat nog niet genoeg was kreeg Oncologie TV, ook van Quadia, een nominatie voor de Europan Excellence Award. Je zou kunnen denken dat Quadia zich slechts op de medische wereld richt maar niets is minder waar. ‘We werken ook in andere sectoren, zegt CEO en mede-oprichter Nico Verspaget, ‘zoals voor banken, de overheid, media, retail. In gewoon Nederlands komt het er op neer dat bedrijven voor alles op het gebied van online video bij Quadia terecht kunnen, zoals het beheer en publicatie van video’s het maken van content (in de vorm van webcasts, webinars, commercials, e-learning, howto video’s, personalised video’s en nieuwsitems) en advies over de juiste online video strategie. Toch gooit Quadia met name hoge ogen met zijn werk in de medisch wereld. ‘We zorgen dat ­kennis verkregen vanuit internationaal onderzoek bij eerste- en tweedelijnszorg terecht komt’, legt Verspaget uit. ‘Zo gaan we bijvoorbeeld naar het congres van de ASCO (American Society of Clinical Oncology) in de Verenigde Staten. We maken daar onder andere een journaal en live uitzendingen. Artsen in Nederland, maar ook in andere landen, kunnen online over dat videomateriaal b ­ eschikken. En besparen zo tijd en geld. Ook inhoudelijk biedt het voordelen. Als je met duizenden artsen op een congres bent, is de kans dat je met een hotshot in contact komt minimaal. Via ons lukt dat wel.’ Technisch is het hele online video gebeuren hieromtrent voor ons niet zo ingewikkeld, aldus Verspaget. ‘Je moet alleen wel weten waarover je het hebt. Om die reden hebben we een eigen medische redactie. En beschikken we over een goed netwerk met nationale en internationale key opinion leaders. Ook is het belangrijk je journalistieke onafhankelijkheid te bewaren. De farmaceutische industrie maakt Oncologie TV wel mogelijk maar de programma’s zijn onafhankelijk.’ In Duitsland won Quadia vorig jaar de Health Media Award voor Breast Cancer TV, een crossover videokanaal dat artsen in Europa ­informeert over de laatste ontwikkelingen in de behandeling van borstkanker. En in december van dat jaar kreeg Oncologie TV een nominatie voor de European Excellence Award. ‘Het gaat goed met ons, zegt Verspaget tevreden. ‘We hebben de afgelopen tien jaar veel online video bedrijven zien komen en gaan maar wij zijn er nog steeds. Online video wordt bovendien steeds professioneler aangevlogen en daar profiteren wij van. In juni van 2012 h ­ ebben we zelfs een vestiging in Duitsland g ­ eopend. Zo worden we steeds zichtbaarder.’ Nico Verspaget (Quadia)

97


showc ase

Belang innovaties IPC Dutch Health Hub moeten bij iedereen ‘top of mind’ komen Het IPC Dutch Health Hub is goed op weg. Ondanks eerder opgelopen vertraging hebben de 16 deelnemende bedrijven flinke vorderingen gemaakt en is het aantal samenwerkingen gegroeid. In juli 2014 loopt het IPC Dutch Health Hub ten einde. Tot die tijd is het belangrijk om aan de medische sector te laten zien wat er is ontwikkeld. Het IPC Dutch Health Hub (Innovatie Prestatie contract) heeft tot doel om te komen tot een gegevens­uitwisselingplatform waarmee diensteninnovatie in de zorg op een open manier tot stand komt. Het platform is met name gericht op diensten in de behandeling van borstkanker. Concreet gaat het om 16 bedrijven die met subsidie van Agenschap NL pilots uitvoeren gericht op een viertal hoofdzaken: een borstkanker data service portaal, duurzame archivering van borst­ kanker data, een Master-Patient Index en privacy en veiligheid.

Vorderingen Penvoerder van het project is iMMovator. Projectleider Frank Visser vertelt: ‘Het IPC Dutch Health Hub ging wat moeizaam van start. Dat kwam onder andere doordat de zorgsector minder enthousiast reageerde dan bij aanvang van het project was ingeschat. De zorgsector blijkt erg conservatief en sommige innovaties bleken de markt te ver vooruit. Toch zijn er flinke vorderingen gemaakt.’

98


Crossovers

Visser: ‘De deelnemers zijn ruwweg onder te verdelen in bedrijven die zich richten op: de patiënt, de infrastructuur, de interface, privacy en uniciteit en de professional. De algehele sfeer tussen hen is goed. Sommige bedrijven zijn klaar, anderen bijna klaar en bij sommigen moet nog flink wat werk worden verricht. Om die reden hebben we in overleg besloten de einddatum te verschuiven, van 31 januari naar 31 juli 2014, om zo een aantal deelnemers meer tijd te geven om de ontwikkelingen tot een goed einde te brengen.’

Anoniem Je loopt soms tegen onverwachte zaken aan, aldus Visser. ‘Bijvoorbeeld op het gebied van de ­re­versible­privacy. Je uitgangspunt is: de gegevens van een patiënt dienen anoniem te worden ­opgeslagen. Maar wat als blijkt dat er voor zo’n patiënt belangrijke informatie uit het onderzoek op basis van die gegevens komt? Dan wil zij dat waarschijnlijk toch wel graag weten.’ ‘Of hoe weet je nou dat je de juiste P. Jansen uit die index haalt, als er drie of vier in je bestand zitten? Dat zijn interessante vraagstukken. Daarnaast zijn er projecten op het gebied van quantifed self en nieuwe devices zoals smart watches, en is er een project dat de metadata van scans vertaalt naar voor iedereen leesbare XML gegevens.’

Mammografie-onderzoek Een van de deelnemende bedrijven is PS-Tech, een spin off van het Centrum voor Wiskunde en Informatica in Amsterdam. Het bedrijf ontwikkelt eenvoudig gezegd werkstations waarmee je medische data in 3D en 4D (3D plus tijd) daadwerkelijk in 3D kunt bekijken. Nu is het zo dat artsen 3D-informatie van bijvoorbeeld een MRI op een plat scherm in 2D bekijken’, legt Arjen Brinkman van PS-Tech uit. ‘Met onze technologie kunnen ze 3D-informatie op een veel natuurlijker en intuïtiever wijze bekijken waardoor een snellere en betere diagnose mogelijk wordt. Ook is het mogelijk de informatie in real time te delen met collega’s in andere ziekenhuizen als ook in andere landen.’ Deelname aan IPC Dutch Health Hub levert PS-Tech de nodige voordelen op. ‘We richtten ons tot voor kort op het cardiogebied en oncologie in de breedste zijn van het woord. Maar specifiek mammografie-onderzoek is voor ons net zo interessant. Ook is het voor ons belangrijk om kennis op te bouwen over remote computing en data streaming.’ Frank Visser (iMMovator)

Verbeteren Zoals gezegd is de einddatum van het IPC Dutch Health Hub 31 juli 2014. ‘Ik wil me er tot die tijd mee bezig houden om de samenwerking tussen de deelnemers te verbeteren’, zegt Visser. ‘Zodat we straks een aantal mooie proposities hebben, gebundeld in een portaal. Of dat portaal een ‘plek’ worden waar alle specialisten in de wereld straks naar toe zullen gaan, betwijfelt Visser. ‘Simpelweg vanwege het conservatisme van de medische sector, maar er zullen zeker 16 invloedrijke innovatietrajecten zijn doorlopen waarvan we het belang van een aantal misschien pas op termijn in z­ ullen zien.’ ‘Het komende half jaar zal gewerkt worden aan het samenbrengen van de resultaten en wordt de balans opgemaakt van dit innovatietraject. Als het niet direct via de ziekenhuizen is dat deze innovaties worden geadopteerd, dan zal het wel via patiënten en artsen zijn die er direct baat bij hebben. Het belang van innovatie in de zorg is helder, nu nog zorgen dat het bij iedereen ‘top of mind’ komt.’

99


showc ase

Digitalisering in onderwijs: uitdagingen en succesformules Over het nut van het digitaliseren van onderwijs hoeven we niet meer in discussie: technologie kan kinderen en volwassenen helpen efficiënter en effectiever te leren. Dat is intussen bewezen. Maar waarom is die digitalisering dan niet allang en breed doorgevoerd? Daarover praten acht ondernemers die zich bezig houden met de digitalisering van onderwijs en ­educatieve middelen tijdens een rondetafelgesprek eind 2012. Wat zijn de uitdagingen en wat zijn de succesformules?

De uitdagingen: waar lopen ondernemers tegenaan? 1. De traagheid en de geslotenheid van het huidige onderwijssysteem, van scholen, overheid en de grote traditionele marktspelers, zien veel ondernemers als grote uitdaging. Gespreksleider Serge Bueters houdt zich vanuit zijn bedrijf LearNXT Ventures bezig met ondernemerschap in onderwijs. ‘Beslissingsprocessen zijn traag, maar ook de noodzakelijke verandering van het systeem van klassikaal naar individueel gaat te langzaam,’ vertelt hij zijn ervaring. Er is ook relatief weinig ruimte voor innovatie op scholen, merkt Jaap Gerritsen van QLVR: ‘Wij maken serious games, die het schoolonderwijs niet vervangen, maar wel het leerproces aanjagen. Omdat scholen methodes krijgen opgelegd, is er geen ruimte voor onze producten, terwijl daar wel behoefte aan is.’ Het gaan niet alleen om gebrek aan ruimte, maar ook angst voor het nieuwe, ondervindt Marco Sterkenburg van Drillster: ‘Wij maken een tool voor zelfstudie,

100


Crossovers

waarmee je gegevens beter en sneller kan onthouden. Een deel van de scholen werkt met iPads en die staan open voor Drillster, maar op een groot deel van de scholen vinden docenten digitalisering zeer bedreigend.’

Niet alleen docenten zijn angstig, ook de grote educatieve uitgevers houden zich maar mondjesmaat bezig met digitale leermiddelen, ondervindt Jan Anton Brouwer van Co-Piloten. ‘Educatieve uitgevers willen boeken blijven maken en digitaal lesmateriaal ervaren ze als een bedreiging. Het systeem houdt zichzelf zo in stand. Maar iedereen voelt dat de boel in elkaar gaat klappen. De uitgeverijen zien elkaar momenteel nog als concurrent, maar die concurrenten zitten hier samen aan tafel en dat zien ze niet.’ Copiloten is een maatschap van professionals uit het onderwijs.

2. De juiste marktbenadering levert hoofdbrekens op. Hoe bereik je je doelgroep? En hoe zorg je dat potentiële klanten in je product gaan geloven? René Konings van Tik-Tik maakt een communicatieplatform voor kinderopvang, waar ouders en leiders gegevens over een kind kunnen delen. ‘Het kost veel energie om te laten zien wat de toegevoegde waarde is van de tool en wat de toenemende noodzaak ervan is in een veranderende omgeving.’ En hoe zorg je überhaupt dat je scholen bereikt?

Michiel Klöhnhammer maakte met MaxClass een communicatieplatform voor onderwijs. ‘Een soort social media platform dat pas echt gaat renderen bij veel gebruikers. Maar hoe introduceer je zo’n educatief middel vanuit een kleine organisatie bij een grote groep scholen? Hoe laat je het nut zien?’

MaxClass is één platform waar alle communicatiemiddelen rondom school worden gebundeld

Nut en effectiviteit aantoonbaar maken, is ook de belangrijkste uitdaging voor Hidde Kross van Sense Studios en 12count.nl. ‘Wij maken serious games en interactieve video’s. Maar hoe maak je het effect tastbaar en meetbaar voor scholen en docenten?’ Ook Homam Karimi van Studytube liep hier tegenaan. Zijn bedrijf ontwikkelde een digitaal platform voor persoonlijke zelfstudie in het hoger onderwijs: ‘We hebben onze geloofwaardigheid ondertussen bewezen doordat studenten zelf gebruik zijn gaan maken van onze tool en daar goede resultaten mee behalen.’

101


Studytube: digitaal platform voor persoonlijke zelfstudie

3. De samenwerking met uitgevers. Want waar Karimi vooral tegenaan loopt, is de samenwerking met scholen en uitgevers. ‘Deals sluiten is een zaak van lange adem.’ Samenwerking met educatieve uitgevers is ook voor Christiaan Henny van eFaqt een cruciale factor. Met het online schrift biedt eFaqt een zelfstudietool aan voor kinderen en studenten. ‘Wij werken daarvoor veel samen met uitgevers. Lastig daarbij is dat ze allemaal op hun eigen eilandje zitten en niet naar elkaar durven uitreiken, bijvoorbeeld voor samenwerking.’

Voor het snelle geld moet je niet op de onderwijsmarkt zijn? De onderwijsmarkt is niet de meest makkelijke markt. De markt wordt beheerst door drie grote uitgevers en twee distributeurs, de schooldirecties staan mondjesmaat open voor innovatie door tijd- en geldgebrek, en de creativiteit van het docententeam lijkt gesmoord te worden in de wurgende­greep van een overladen verplicht onderwijsprogramma. Kom daar nog maar eens tussen­met je mooie producten en diensten.

Hoe zorg je dat je innovaties gebruikt worden? Op welke doelgroep kun je je het beste richten: management, docenten, studenten, ouders? Docenten vinden techniek bedreigend en zouden daarom niet de beste ingang zijn, werd al eerder gezegd. Jaap Gerritsen van QLVR wil dat nuanceren. ‘De leerkrachten zijn voortdurend in tijdsnood. Docenten hebben geen vrijheid om hun eigen vak in te vullen. Zij moeten weer ruimte krijgen om dat te gaan doen.’

102


Crossovers

Vergeet het hele schoolsysteem en ga direct naar de ­student, is de oplossing van Homam Karimi: ‘Wij verkopen direct aan academische studenten. Zij zien het nut van Studytube en geven er graag geld aan uit om sneller en effectiever te kunnen studeren. Door de vraag van studenten ontstaat de verandering bottom up, waar je die beweging top down niet voor elkaar krijgt.’ Leuk bedacht, maar je moet ook onderscheid maken tussen de typen onderwijs, stelt Brouwer van Copiloten. ‘Leerlingen op de basisschool maken niet zelf de keuze voor leermiddelen of leermethodes. Die doen wat de leerkracht zegt. Maar op HBO en Universiteit zijn de studenten inderdaad hun docenten voorbij gestreefd in het gebruik van middelen om kennis tot zich te nemen.’ En ouders? Gerritsen van QLVR: ‘Als een kind achterblijft op school, dan zijn ouders zeker bereid om geld uit te geven. Ik geloof ook in de combinatie van kennisverwerving thuis en kennisverwerking op school, maar ik vind dat het onderwijssysteem de nieuwe leermethodes moet invoeren.’ Marco Sterkenburg heeft dezelfde ervaring met ouders: ‘In de remedial teaching-hoek is de vraag naar slimme tools vanuit ouders groot. En als het dan werkt, dan zie je dat scholen ook volgen.’ Het platform van MaxClass werd zelfs door ouders bij instellingen voor basisonderwijs geïntroduceerd, vertelt Klöhnhammer: ‘Ouders hebben grote invloed op basisonderwijs.’ Toch wordt niet rechtstreeks aan ouders geld verdiend. ‘Dat kost te veel tijd. Aan scholen verkopen is efficiënter en effectiever en wij bieden advertentieruimte voor educatieve bedrijven.’

Wat is een businessmodel dat werkt? Tijdens het gesprek is vooral de nadruk gelegd op de uitdagingen in het ondernemen, maar wat is nu het ­businessmodel dat het beste kan werken en dus het meest kan opleveren? Twee voorbeelden die genoemd worden zijn 1 subsidies en 2 licensies verkopen via school aan ­ouders van schoolkinderen. Karimi ziet ook nog inkomsten uit de verkoop van data. ‘Er ontstaan zulke grote en succes­ volle studieplatforms dat hun data geld waard is.’ Christiaan Henny heeft met eFaqt goede resultaten met het free­ miummodel. ‘Ons basismodel van het online schriftje is gratis, maar we hebben 25 procent conversie naar de betaalde versie.’ Niet alle ondernemers kunnen zich in het freemiummodel vinden. Ondanks de goede e­ rvaringen van Henny zouden toch te weinig mensen ­bereid zijn te betalen. Karimi ziet echter een kentering in de markt. ‘Het is waar: veel content is vrij verkrijgbaar via internet, waar-

103


door de bereidheid om te betalen minimaal was. Maar in tegenstelling tot twintigers lijken tieners weer te willen betalen. Zeker als ze goede content makkelijk kunnen vinden en er ook nog een social aspect aan zit, waardoor ze dingen kunnen delen met anderen.’

Het meest effectief: samenwerken met de (grote) marktspelers Bijna alle ondernemers zouden het liefst hun producten en diensten via de grote marktspelers aan de man brengen. Dat is het meest effectief. Algemeen bekend is dat de uitgevers al met vele ontwikkelaars van digitale onderwijsmethodes aan tafel zitten. En als ze al in eigen beheer een digitale leermethode ontwikkelen, dan is dat in 95 procent van de gevallen in samen­ werking met een externe partij. Maar waren er ook al daadwerkelijk acquisities? Bueters: ‘In Amerika zie je dat de grote uitgevers intensief kopen wat goed is. In Europa is de nood nog ­minder groot en is ook de drang om acquisities te doen, nog kleiner.’ Werken de aanwezige ondernemers nu al met of voor uitgeverijen? Hidde Kross vertelt dat hij voor een succesvolle uitgever van bijbels en schoolboeken bezig is een tool te bouwen voor de ROC-scholen. Karimi vindt dat in samenwerking al snel het gevaar ontstaat dat je een te beperkte rol krijg. ‘Ik wil een speler worden waar de uitgeverijen ­rekening mee moeten houden en geen softwareleverancier. ‘ De meeste ondernemers lijken de samenwerking met kleine, veel flexibelere uitgevers het meest kansrijk te vinden. Klöhnhammer breekt desondanks toch een lans voor de moeilijkere weg: de grote uitgevers: ‘De grotere uitgevers zijn misschien logger en enigszins monopolistisch maar ze hebben wel hun distributie goed voor elkaar, waardoor ze digitale leermethodes gebundeld en onder één inlognaam kunnen aan­ bieden. Denk aan initiatieven als Kennisnet, eduroute en edupoort. Startups zoeken ieder voor zich een kleinere en snellere oplossing, met bijvoorbeeld een Facebook-login.’ Ook wat geloofwaardigheid betreft scoren de grote uitgevers beter. Karimi: ‘Als scholen iets van Kluwer kunnen kopen, doen ze dat eerder dan van een minder bekend bedrijf. Bij business-to-consumer is dat minder belangrijk.’

104


Crossovers

Niemand weet precies hoe de toekomst eruit gaat zien. Bueters: ‘‘Zoals in andere mediasegmenten wordt het printproduct vervangen door het digitale product. Dit digitale product is rijker, persoonlijker en effectiever. Traditionele commerciële partijen in de onderwijssector begrijpen goed hoe ze kennisoverdracht moet verpakken, maar hebben onvoldoende kennis van technologie om dit zelf te kunnen. Hier ligt een grote kans voor ondernemers.’

Met dank aan de ondernemers die bij dit gesprek aanwezig waren te w ­ eten: Drillster BV, Marco van Sterkenburg, www.drillster.com; Sense Studios, Hidde Kross, www.sense-studios.com; Tik-Tik B.V., Rene Konings, www.tiktik.nl; Maxclass, Michiel Klöhnhammer www.maxclass.com; StudyTube, Homam Karimi, www.studytube.nl; eFaqt B.V., Christiaan Henny, www.efaqt.com; Qlvr, Jaap Gerretsen, www.qlvr.co Shapers v.o.f., Niles Floor, www.shapers.nl; Co-Piloten, Jan Anton Brouwer www.co-piloten.nl; LearnNXT Ventures, Serge Bueters, www.learnxtventures.com

105


showc ase

Realtime energie meten met Upp Energy Wil je bewust met energie omgaan, dan ben je bij Upp Energy aan het goede adres. Met de technologie van dit Utrechtse bedrijf kun je bijvoorbeeld per seconde zien wat het zonne­paneel op het dak je oplevert. In de toekomst wil Upp Energy namens de consument de markt op met de energie die het monitort. ‘Straks kun je 20 tot 30 procent extra verdienen op je energie.’ ‘Het is heel eenvoudig’, zegt Jean Paul Soethout van Upp Energy. ‘Als je een zonnepaneel op je dak hebt, kun je onze UppBox en Upp Sensor laten plaatsen. Deze verzamelen data over de opgewekte energie en versturen dit via internet naar Upp Energy. Deze data zijn vervolgens toegankelijk via je eigen account op de site van Upp Energy. Het bijzondere is dat je tot op de seconde en realtime ziet wat er opgewekt wordt. Waait er een wolk voor de zon, dan zie je dat in je data terug. Bovendien drukken we de opbrengst niet alleen uit in kWh’s maar ook in geld. Of voor de milieu­ bewuste gebruiker: in de hoeveelheid CO2 die je minder uitstoot.’ Upp Energy is een van de deelnemers aan de smart grid pilot in Utrecht. Doelstelling van deze pilot is om zoveel mogelijk lokaal opgewekte duurzame energie lokaal te gebruiken. ‘Smart grid betekent letterlijk ‘slim elektriciteitsnetwerk’’, zegt Soethout. ‘Het gaat er eigenlijk om hoe je een traditioneel elektriciteitsnetwerk beter kunt laten functioneren met IT-toepassingen.’ ‘In het kader van de pilot hebben we onder andere meegedaan aan een onderzoek van de Universiteit van Utrecht over wolkbewegingen. En hebben we in scholen monitors en beeld­ schermen opgehangen en beeldschermen zodat leerlingen en ouders kunnen zien wat er met de zonnepanelen op het dank van de school gebeurd.’ In de toekomst heeft Upp Energy plannen om de boer op te gaan met de energie die het nu monitort. ‘We willen die virtueel bundelen en dan namens de consument verkopen op de energiemarkt’, legt Soethout uit. ‘Nu is het zo dat je de energie die opwekt aan je energieleverancier levert tegen dezelfde prijs als die je betaalt voor de energie die je van hen afneemt. Maar dat gaat over een jaar of drie veranderen. En dan is voor ons de weg vrij. Je kunt dan waarschijnlijk 20 tot 30 procent extra verdienen op je energie.’

106


Crossovers

sho wc a s e

Sweebr Kassa is retailers’ Holy Grail Het Haarlemse Sweebr maakt online software voor retailers. De missie van het technologiebedrijf is, zo staat op hun website te lezen, om van re-tailers free-tailers te maken. ‘Dat doen we door hen te bevrijden van bestaande closed source kassa-oplossingen’, aldus Bart Jaspers van Sweebr. ‘Met behulp van de zogenoemde Sweebr Kassa.’ De Sweebr Kassa heeft als doel om de fysieke kassa uit de retail te halen. ‘Nu is een kassa een fysiek apparaat’, legt Jaspers uit. ‘In het beste geval is het een pc met windows loopt en specifieke ­kassasoftware. We hebben de kassafunctie naar het web gehaald. De Sweebr Kassa is een web­ applicatie die loopt op alles dat een browser heeft: een iPad, Android of Linux tablet, Windows touch screen, Mac of Linux apparaat.’ Maar de Sweebr Kassa is veel meer dan een kassa alleen. Ook geeft ie allerlei extra informatie die de bedrijfsvoering voor ondernemers een stuk gemakkelijker maakt. Jaspers: ‘Met een Application Programma Interface kun je de Sweebr Kassa koppelen aan andere sofware, zoals boekhoud­ systemen, coupon- en loyaltysystemen en payrollsystemen.’ Het enige wat ontbreekt is dat hij zelf de bevoorrading doet. ‘Verrassing’, zegt Jaspers, ‘dat kan de Sweebr Kassa ook. Hij kan inkooporders opstellen en versturen naar groothandels.’ Het wekt geen verbazing dat Sweebr met zijn online kassa flink aan de weg timmert. Jaspers: ‘Anderhalf jaar geleden zijn we er commercieel mee gaan spelen. En ik moet zeggen: het groeit heel aardig. Inmiddels hebben we 2000 klanten. Om een indruk te geven: in november van 2013 kwamen daar 190 bij. Wie die klanten zijn? Dat varieert, van schoenverkopers tot slijterijen en van fietsenwinkels tot restaurants.’ De toekomst ziet er voor Sweebr dus zonnig uit. En wordt misschien nog wel zonniger met de klantenapplicatie waarover het bedrijf nadenkt. ‘Op het moment slaat de Sweebr Kassa geen informatie op over specifieke klanten en hun koopgedrag’, legt Jaspers uit. ‘Maar we werken aan applicatie waarmee de consument zich in de winkel kan identificeren. Voor veel retailers is dat natuurlijk de holy grail.‘ Ook is Sweebrin in overleg met een aantal filiaalbedrijven en groothandels. Jaspers: ‘Die zijn erg geïnteresseerd want met onze kassa kunnen ze van alle vestigingen tegelijk zien wat de omzet en voorraad is en wat er op bestelling staat voor ieder product. Dat de Sweebr Kassa maar een een euro per dag kost en veel goedkoper is dan bestaande kassa-oplossingen, laat hun interesse alleen maar toenemen.’ Lachend: ‘Conventionele kassaleveranciers zijn dan ook niet zo blij met ons. Maar dat vinden wij dan weer niet zo erg.’ Bart Jaspers (Sweebr)

107


co lu m n

Applied games zijn de digitale vrachtwagens van het internet Sinds we als mensen rechtop lopen vertellen we verhalen aan elkaar en spelen we spellen. Voor lange tijd zijn gesproken woord, voordracht en primitieve tekeningen in overdrachtelijke zin de belangrijkste vorm van overlevering van ervaringen, kennis en informatie geweest. Spel is, net als het vertellen van verhalen zo oud als de mensheid, een mechanisme dat zowel mens als dier ontwikkeld heeft om risico’s te kunnen inschatten en om hiermee evolutionair aanpassingen te kunnen maken. Want spel is, zo blijkt uit o.a. het baanbrekende onderzoek van Stuart Brown, het enige mechanisme dat instinct (voorgeprogrammeerd gedrag) als het ware kan overschrijven. Waarbij de mens ten opzichte van dieren door de sterk ontwikkelde en grote neo-cortex van alle andere ­levende wezens het best in staat is om te gaan met verandering en onverwachte sitaties. En is de mens in dat opzicht het meest succesvol is gebleken. Spel, spelen en gamen zo blijkt, is daarmee een heel krachtige gedragsveranderende activiteit die ons samen met het vertellen van verhalen heeft gebracht waar we op dit moment staan. En gedragsverandering is leren, leren door te doen, leren door te spelen en leren door verhalen te vertellen. Als we de ontwikkeling van de mensen, welzijn, welvaart en de groei van economieën analyseren dan blijkt de motor van deze ontwikkeling, de motor van het succes, transport te zijn. Hierbij gaat het natuurlijk over transport van mensen en goederen, maar gaat het ook over transport van communicatie en informatie. Dit verklaart naast het succes van boten, treinen en auto’s ook het succes van technologieen zoals telefonie, radio en televisie. De laatste drie allemaal snelwegen waarover verhalen prima kunnen worden getransporteerd. Maar met de komst van internet, de grootste machine op aarde ooit door mensen gemaakt, is er een wereldwijd netwerk van supersnelwegen gekomen waarover digitale informatie kan worden verstuurd. Aanvankelijk werden deze snelwegen ingezet om de verhalenvertellerij nog verder uit te breiden, maar dat bleek al snel veel van hetzelfde te zijn. Maar wat bleek ook? Wat hebben we de afgelopen jaren aan ontwikkelingen gezien? Dat we dankzij internet het spelen van spellen als het ware aan het herontdekken zijn. Dit begon uiteraard met spellen voor entertainment, maar steeds meer en meer ontdekken we ­pnieuw die gedragsveranderende activiteit die spel heet, of met een modern woord: applied games. Applied games zijn games die worden toegepast als (leer)middel om een bepaald doel te bereiken. Spel is, zoals al eerder aangegeven, een mechanisme dat we van nature gebruiken om o.a. bepaalde risico’s te kunnen inschatten en waardoor we activiteiten ‘In Real Life’ anders gaan doen. In Nederland snappen we heel erg goed dat internet een fantastische snelweg is. Maar nog beter snappen we het belang van het ontwerpen en produceren van de vrachtwagens in de vorm van applied games die hierop rijden. Dit doen we om op deze manier transport als het economische succes dat we kennen als distributieland en medialand uit te breiden naar internet met applied games. Applied games zijn letterlijk en figuurlijk de vrachtwagens waarmee mensen kunnen leren en daarmee kunnen veranderen. Dit gebeurt op dit moment in de zorg, bedrijfsleven, onderwijs en defensie. Nederland is koploper in de wereld op het gebied van het toepassen, ontwikkelen en uitgeven van applied games. Het is een sector die wereldwijd 50% per jaar groeit en in 2020 naar verwachting groter zal zijn dan de wereldwijde markt voor entertainment games. Jurriaan van Rijswijk is een van Nederlands eerste games consultant. Hij is voorzitter van de stichting Games for Health Europe en CEO van Monpellier Venture, gespecialiseerd in de ontwikkeling van corporate game strategieën en de productie van applied games.

108


atie m r o f s n a r t s s e in s u B tie agenda

atie in de innova Businesstransform

ti ligt open voor crea d el er w e D : 13 20 C MPJ

ce: strateg Media & E-commer

3DSVP:

eve ondernemers

ie en casestudies

r ereen een 3D Printe d ie at rd o vo en ev ‘Het duurt nog wel

thuis heeft staan’

en maar poetsen

Elastique: niet lull

in de USA

Fiber to the home

çao, Carribea ra u C : o ça ra u C r o it Mon

Divitel: Think glob

niet voor winst, m Waardecreatie: Ga

ustrie Column: Media-ind

n Media Hub

al, act local aar voor waarde!

door het zwarte gat


Businesstransformatie in de innovatie agenda

De businessmodellen van mediabedrijven staan zwaar onder druk. Digitalisering, veranderend mediabedrag, lage intrededrempels voor nieuwe spelers en toenemende globalisering zetten de traditionele modellen op zijn kop. Consumenten zijngewend geraakt content gratis toegankelijk is via internet, en zijn steeds minder bereid om te betalen voor content. Op YouTube kijk je gratis videocontent, via Spotify stream je gratis audio. Krantenabonnementen lopen al jaren terug en de advertentie-inkomsten zijn niet meer wat ze geweest zijn. De effectiviteit van de mediareclames wordt steeds meer ter discussie gesteld. Bestaande businessmodellen zijn niet meer bestand tegen al deze veranderingen. Constant aanpassen en innoveren om te overleven is het devies. Tegelijkertijd weten we ook steeds meer over onze consumenten, er is een schat aan data over hen beschikbaar. Met deze data kunnen, zoals te lezen is in hoofdstuk 4, een hele serie aan nieuwe diensten ontwikkeld worden. Maar ook deze ontwikkeling vraagt om een nieuwe kijk op businessmodellen.

Nieuwe verdienmodellen Fundamenteel en toegepast onderzoek naar (effectiviteit van) nieuwe businessmodellen (nieuwe vormen van waardecreatie) is daardoor noodzakelijk. Daarom is business transformatie ook een van de belangrijke thema’s in de innovatie agenda. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om het vinden van werkbare (gedeelde) rechtenmodellen of de ontwikkeling van compleet nieuwe afrekenmodellen die mogelijk gemaakt worden door technologische innovaties. Zo zie je ook dat steeds meer mediabedrijven via derde geldstromen extra inkomsten genereren. Kranten die via webshops sieraden verkopen en omroepen die investeren in datingsites. E-commerce biedt kansen, maar is ook niet het Ei van Columbus. Dat bleek tijdens het Cross Media Café Media & E-commerce waarover meer te lezen is verderop in dit hoofdstuk. Rondom waardecreatie organiseerden we twee workshops in 2013. Opvallend is dat deze workshops binnen no-time vol zaten. De behoefte aan nieuwe verdienmodellen en nieuwe vormen van waardecreatie is groot, ook onder het MKB.

Standaardisatie Technologische innovaties maken de roep om standaardisatie en interoperabiliteit van diensten en ­architecturen sterker. Gestandaardiseerde en/of interoperabele infrastructuren en platformen zijn cruciaal voor efficiënte en effectieve dienstenontwikkeling. Dat is bijvoorbeeld terug te zien in de ontwikkeling rondom Fiber to the Home diensten. Nu huizen beschikken over steeds snellere internetverbindingen, worden diensten mogelijk die eerder niet beschikbaar waren. Zorg op afstand bijvoorbeeld. In dit hoofdstuk kunt u nalezen wat er in de Verenigde Staten aan diensten wordt ontwikkeld dankzij Fiber to the Home.

110


Businesstransformatie

Wereldmarkt Grenzen vervagen, ook de landsgrenzen. Een markt die in 2013 enorm is gegroeid is de Video on demand markt. Steeds meer aanbieders worden actief in steeds meer landen. Zo kwam Netflix in 2013 naar Nederland. Tijdens het Mediapark Jaarcongres voorspelde Erik Anderson dat de grootste groei nog moest komen. Uiteindelijk is de hele wereld dus de markt, maar lokale content blijft ook nog steeds belangrijk. Een wereldmarkt met lokale accenten. En dat biedt kleine bedrijven ook kansen om met technische oplossingen en diensten mee te spelen op dit speelveld. Stef van der Ziel betoogde tijdens MPJC dat Nederlandse bedrijven meer internationaal moeten gaan denken. We zijn innovatief, beschikken over prima infrastructuur, Nederlanders staan open voor nieuwe diensten en omarmen snel nieuwe technologie, we hebben expertise en handelsgeest: waarom zou een Nederlandse partij niet de volgende Netflix kunnen worden? Divitel is een voorbeeld van een Nederlandse partij die de landsgrenzen over ging. Naast een vestiging in Apeldoorn zitten ze op Curaçao om de Noord- en Zuid Amerikaanse markt te bedienen. Dat Curaçao daar een goed punt voor is (gelegen tussen twee grote afzetmarkten) is ook de reden om een programma te starten om de media industrie op Curaçao een boost te geven. Over Divitel en het stimuleringsprogramma is in dit hoofdstuk meer te lezen. CLICKNL Media & ICT zet zich, naast het aanjagen van onderzoek naar nieuwe businessmodellen, in om bedrijven te stimuleren tot duurzame groei. Het gaat hierbij om sociale innovatie, professionalisering, samenwerking en opschaling. Er gaat nog heel veel veranderen, maar niemand weet nog precies wat en hoe en in welk tempo. We hopen dat u door de artikelen in dit hoofdstuk wel geïnspireerd om op zoek te gaan naar de “next big thing” en wie weet uw eigen heilige graal!

CI NEXT

Trends

Anytime, anywhere, any device, any network Realistic personalization customization Crosssectoral products & sevices

Vraagstukken

Open dat, open access

Existing business model failures Social innovation

Immersive media

Service innovation

Location based services

Authorship/IPR

Privacy & safety issues

Standardization, interoperability

Accountability/ROI/lead generation Organisation & Branding strategies Marketing 3.0: lead generation / engagement / relevancy / relationship Literacy

Semantic solutions Solutions

Intertwinement cultural production & consumption/ co-creation

Format Development Labs

Mobility / Employability / Professialization

Business roadmapping, secnarioplanning Smart clustering Revenu models Metrics

Rules, regulations, laws, governance, policy Embedded researchers

Crowdsourcing crowdfunding

Metrics

Technology Innovation

User Innovation

Financial innovation instruments Business Innovation

111


event

MPJC 2013: De wereld ligt open

voor creatieve ondernemers Grenzen tussen media vervagen, een crossmediaal aanbod is al heel gewoon geworden. Distributeurs produceren en producenten distribueren. En de consument communiceert, creëert en distribueert driftig mee. Achter de schermen houdt de techniek de toename in dataverkeer maar nét bij. Ja, de ontwikkelingen gaan razendsnel. Creativiteit kent letterlijk geen grenzen meer en dat biedt gouden kansen voor innovatieve ondernemers. Tijdens het MPJC 2013 op het Media Park in Hilversum gaven (keynote)sprekers uit binnen- en buitenland hun visie op ontwikkelingen en mogelijkheden in aanbod, gebruik en techniek. Staatssecretaris Sander Dekker opende het congres. Sander Dekker: Wees onderscheidend, werk samen en stop elkaar te bevechten. Staatssecretaris voor media Sander Dekker opende het Mediapark Jaarcongres. Hij gaf zijn beknopte visie op het medialandschap van de toekomst, met name de Publieke Omroep. Sander Dekker schetst de veranderde markt met het snel groeiende media-aanbod, de toename van spelers en – als logisch gevolg – de toename van concurrentie, ook uit het buitenland. Een goede ontwikkeling stelt Dekker: consumenten kunnen meer kiezen. “Maar hoe zorgen we dat Nederland daarin blijft meedraaien en dat het Nederlandse aanbod vindbaar blijft?” Hij stelt dat

112


Businesstransformatie

Nederland niet bang moet zijn voor de ontwikkelingen, maar er in mee moet gaan en voorop moet blijven lopen in media-innovaties. Hij stelt dat Nederland daarvoor een goede basis heeft: “Een fantastische infrastructuur, een goede Publieke Omroep met goede programma’s, en producenten die formats maken die de hele wereld veroveren.” Als Nederland voorop wil blijven lopen, moet volgens Dekker worden gekozen voor kwaliteit in programma’s en formats. “Je moet je onder­scheiden.” Wat hem betreft geldt dat met name voor de Publieke Omroep die de Nederlandse ­belastingbetaler moet kunnen blijven verklaren hoe de vele miljoenen publiek geld besteed ­worden. Hij onderstreept ook het belang van een goede Publieke Omroep. Van een Publieke Omroep die ­programma’s maakt die anders niet gemaakt zouden worden, die Nederland verbindt, zoals rond de kroning, en die aanzetten tot nadenken en tot discussie. Sander Dekker Tot slot stelt Dekker dat de kwaliteit van een programma voor de kijker belangrijker is dan de omroep die deze uitzendt. Hij doet een oproep om het in de discussie rond de Publieke Omroep vooral te hebben over kwaliteit en inhoud en niet te lang stil te staan bij discussies over financiering en stelsels. Te kiezen voor datgene waarmee de Publieke Omroep zich kan onderscheiden, en samen te werken in plaats van elkaar te bevechten. Dekker voegt daar als slot aan toe dat voor hem het collectieve belang van kijker en luisteraar boven het belang van de omroeporganisaties staat.

U p dat e

Omroepbezuinigingen gehalveerd Na de speech van Sander Dekker op Mediapark Jaarcongres is er veel gebeurd. Op 9 oktober ­hebben de medewerkers van de Publieke Omroep geprotesteerd op het Malieveld in Den Haag. Hoewel de staatssecretaris eerst niet wilde toegeven kwam in de dagen na het protest in het nieuws dat de bezuiniging op de publieke omroep werd gehalveerd. Vanaf 2016 moest de ­publieke omroep 100 miljoen extra besparen, maar dat wordt nu 50 miljoen. Het kabinet sloot een akkoord met oppositiepartijen D66, ChristenUnie en SGP over de omroepbegroting. Het grootste deel van deze 50 miljoen komt ten gunste van de landelijke publieke omroep. Kamerlid Verhoeven van D66 gaat ‘zo nodig bij wet’ vastleggen dat de NPO in ieder geval 16 miljoen euro besteedt aan drama, kinderprogramma’s en documentaires. “Dat ging altijd via het Mediafonds, dat onafhankelijke producenten financierde. Ik wil dat Hilversum dat op precies ­dezelfde manier gaat doen.” In ruil hiervoor gaat dan 42 miljoen van de 50 miljoen naar Hilversum, en slechts 8 naar de regionale publieke omroepen, die volgens het regeerakkoord een zesde (25 miljoen) van hun begroting moesten besparen.

‘Meer geld verdienen’ Eerder riep Staatssecretaris Sander Dekker in de Tweede Kamer de NPO op om ‘snel meer geld te gaan verdienen’. Hij vindt dat de publieke omroep actief aan de slag moet om meer Ster-inkomsten te verwerven. Dat is volgens Ster mogelijk, maar stuitte op veel weerstand van commerciële omroepen.

113


event

Reacties op de plannen van Dekker Madeleine de Cock Buning, de nieuwe voorzitter van het Commissariaat voor de Media, Jan Slagter, oprichter en directeur Omroep MAX, en Shula Rijxman, Lid Raad van Bestuur van de Publieke Omroep reageren tijdens Mediapark Jaarcongres op de woorden van Sander Dekker en geven hun visie op het medialandschap van de toekomst.

“Voorkomen van oneerlijke concurrentie” Madeleine de Cock Buning, ziet in de toekomst voor het Commissariaat vooral de rol van scherp toezichthouder weggelegd. Een onafhankelijke toezichthouder die zorgt dat publieke omroepen kansen krijgen voor het verdienen van eigen inkomsten. En dat op zo’n manier dat de legitimatie van het publieke bestel onaangeroerd blijft en met marktconforme prijzen. Het Commissariaat wil oneerlijke concurrentie voorkomen. Niet alleen tussen publieke en private organisaties, maar ook tussen publieke organisaties onderling.

“Herinvoering kijk- en luistergeld” Jan Slager (MAX) vindt dat de Publieke Omroep financieel te afhankelijk is van de grillen van de politiek. De extra bezuiniging van 100 miljoen noemt hij een strafkorting waarvan ook de politiek niet weet hoe deze moet worden ingevuld. Hij voert aan dat de Publieke Omroep hoog wordt

114


Businesstransformatie

Jan Slagter

Sander Dekker in gesprek met Jan Slagter

gewaardeerd door de kijker. Hij pleit daarom voor de herinvoering van het kijk- en luistergeld, zodat de burger de Publieke Omroep rechtstreeks betaalt. “Door het huidige beleid waarin de politiek ons betaalt, willen zij ook de programmering bepalen. Als wij niet brengen wat zij willen, gaan de handen weer naar de geldkraan.”

“NPO wil betaalde plus-variant ­Uitzending ­Gemist in 2014” Shula Rijxman (NPO) schreef Dekker een brief, waarin ze onder meer schrijft over de Publieke Omroep en het belang ervan. “Op ieder moment van de dag wil de Publieke Omroep van betekenis zijn. Of mensen nu live kijken of achteraf.” Vanwege rechten zijn nog niet alle programma’s achteraf te zien, zoals kwaliteits­series. NPO wil daarom in 2014 starten met een ­betaalde plusvariant van Uitzending Gemist. Rijxman sluit haar brief af met de belofte dat de Publieke Omroep met nog veel meer van dit soort slimme ideeën zal komen.

Shula Rijxman (NPO)

115


Andere reacties uit de sector Voorafgaand aan het Mediapark Jaarcongres inventariseerde Peter Olsthoorn reacties op de ­omroepplannen bij VVD, PvdA, Mediafonds en ex-hoofdredacteur van de NOS.

“De kaberlaars moeten meer betalen voor Nederlandse zenders” Martijn van Dam is als kamerlid van de PvdA gebonden aan het Regeerakkoord. “Maar ik ben er absoluut niet blij mee”, zo laat de meest deskundige mediawoordvoerder in het parlement weten. Van Dam wil in elk geval de 100 miljoen zo veel mogelijk verzachten, door de publieke omroep extra inkomsten te laten verwerven. Bijvoorbeeld door kabelaanbieders meer te laten betalen voor de doorgifte van de publieke zenders. “Niet het publiek moet gaan betalen, maar de kabelaars. Die maken op elke euro 50 tot 60 cent winst door hun machtige positie in de distributie.”

“Beperkte blik Dekker” Volgens Hans Maarten van den Brink, directeur van het Mediafonds is dit reden genoeg om het mediabeleid breed te bezien. Dekker verzuimt dat tot nu toe, vindt hij: “Het kabinet neemt de publieke omroep apart terwijl die meer dan ooit onverbrekelijk verbonden is met de rest van het media- en digitale distributiespeelveld. De huidige aanpak is echt achterhaald.” Van den Brink noemt het mediadebat van april als teleurstellend voorbeeld. “Er is geen beeld van wat toekomstbestendige omroep is. Je zult alle media moeten beschouwen, ook de pers. Kranten zijn ­verbonden met commerciële omroepen, terwijl de publieke omroep nog steeds op het volstrekt achterhaalde begrip van de leden is gebaseerd.”

“Maak markt leidend” Wat de VVD betreft zou de markt leidend moeten zijn en vult de publieke omroep de belangrijke gaten. Dat zegt kamerlid Matthijs Huizing van die partij. “Nu is het andersom en ontstaat er een kip-ei situatie. De publieke omroep zendt programma’s uit omdat ze die tot haar taken rekent. De commerciële partijen laten die dus liggen. Als je als publieke omroep een aantal programma’s ­loslaat dan zal na een poosje meer worden opgepakt door de markt.”

“Lange termijn formuleren” Hans Laroes, de gewezen hoofdredacteur van het NOS Nieuws, wenst geduldige en goede journalistiek vervat in documentaires en buitenlandse verhalen. “Van innovatie en experiment, te delen met iedereen buiten de publieken. Van nieuwe verbanden via de digitale netwerken met iedereen die nieuws te delen heeft, wil meepraten, wil suggereren. Durven, doen en dromen.” Laroes wil een nieuwe systeem vanaf 2020 definiëren. Dat is niet even de publieke omroep regelen zoals de ­kabinetten Rutte bedachten, maar een visie waarmee je over zeven jaar een organisatie neerzet die voldoet aan het veelgehoorde criterium ‘toekomstbestendig’. “Dat zou een model a la BBC mogen worden, maar minder uitbundig. Formuleer één taak voor programmering in alle ­media. Maak een soort van tienpuntenplan als afspraak met de samenleving over de publieke taak.”

116


Businesstransformatie

event

Matt Danzico (BBC): The Science of ­Storytelling Steeds weer vernieuwen door te experimenteren. Dat is de weg die de Amerikaanse BBC-journalist Matt Danzico komt verwoorden tijdens het Mediapark Jaarcongres 2013. Matt Danzico maakt voor BBC Worldwide vanuit New York reportages over wetenschap en technologie, nadat hij de Amerikaanse BBC site hielp opbouwen. Hij is vooral videojournalist. Danzico deed enkele opvallende experimenten. Zijn laatste project was ‘The Time Hack’ waarbij hij elke dag in 2011 een ongewone activiteit deed om erachter te komen of onze perceptie van tijd beïnvloed wordt door onze acties.

Matt Danzico

De uitkomst was dat hij in totaal 305 uren spendeerde aan die nieuwe activiteiten, maar voor zijn gevoel 320 uren. Dat is een verschil van 5 procent, niet zo opzienbarend. Immers, in plaats van 80 jaar leven zou je er met veel nieuwe belevenissen 84 jaar van kunnen maken voor je gevoel. Danzico vindt het wel een belangrijk signaal voor een mensenleven: “Het bewees hoe belangrijk het is om jezelf ertoe aan te zetten om nieuwe dingen te doen. Je kan de perceptie van je leven uitbreiden en verbeteren. Het gaat tenslotte om perceptie. Je kunt niet objectief je leven meten, alleen de perceptie telt. Het bewees dat je je leven niet ongemerkt voorbij moeten laten gaan met tv kijken op de bank.”

Op de hersens inwerken Maar hoe boei je je kijkers? Welke neurologische en evolutionaire basis is er voor het vertellen van verhalen. Hoe kun je je onderscheiden met verhalen in een markt die overloopt van media-­ indrukken? “Wat gebeurt er in je hersens met het vastleggen van indrukken? Wat beklijft er?” Neurowetenschapper Uri Hassan vertelde Matt wat er gebeurt bij verhalen vertellen. Als iemand een verhaal vertelt, is er hersenactiviteit bij de verteller en zendt hij geluidsgolven uit. Deze geluidsgolven veroorzaken weer hersenactiviteit bij de ontvanger. Er is dus een soort wireless communicatie tussen de twee breinen. Hassan noemt dit brain-to-brain coupling. Of in Danzico’s woorden: “We are wired for stories.” Hoe beter de ontvanger het verhaal begrijpt en zich kan inleven, hoe meer de patronen van de hersenactiviteit in de twee breinen met elkaar overeen komen. Wat betekent dat voor storytelling? Ten eerste: een goede verteller is in staat neuropatronen op te wekken in het brein van zijn luisteraars, die lijken op die van hemzelf. Hoe beter hem dat lukt, hoe beter de ontvanger zijn verhaal begrijpt en doorvoelt. Een indringend verhaal heeft het beste ­effect. Dat geldt volgens Danzico ook voor audiovisuele boodschappen. In detail vertellen over een heerlijke sappige appel beïnvloedt de smaakcortex in de hersenen, waardoor de ontvanger een levendige herinnering krijgt van de smaak van een appel. Bij video werkt dit net zo. Hoe hoger de kwaliteit van het beeld (HD bijvoorbeeld), hoe beter het effect. Matt Danzico tijdens een van de MPJC lunchsessies

117


event

Grenzen overschrijden is middel, geen doel Hoe mediawijs is BNN? Mediawijs ben je als je kritisch kunt omgaan met media én de k­ ansen kunt benutten die media bieden. Mediamakers hebben daarin een speciale verantwoordelijkheid. Waar ligt de grens bij BNN? Wat kan wel en wat kan niet? BNN-directeur Marc Adriani beseft de verantwoordelijkheid van de omroep: “Jongeren spelen bij ons de hoofdrol en we storten onze programma’s uit over jongeren.” De eerste check of iets kan of niet kan, lijkt makkelijk. De programmamakers behoren zelf tot de doelgroep en doen zelf een check. Maar helemaal waterdicht was dat systeem niet. Door schade en schande wijs geworden, moeten programmakers tegenwoordig een startovereenkomst tekenen. Directe aanleiding was het Crofty-incident, waar makers een bom maakten van Crofty-schoonmaakmiddel. De explosievenopruimingsdienst rukte uit en op een haar na werd de wijk rond BNN geëvacueerd. “Dat ging te ver”, stelt Adriani. Hij vertelt dat er in het begin intern veel kritiek was op de startovereenkomst. Maar kaders zijn belangrijk: “We zijn een Publieke Omroep en mogen geen geld verspillen aan claims van derden.” In de startovereenkomst staat onder meer dat plagiaat niet getolereerd wordt. “We willen origineel zijn.” Maar ook: toepassen van hoor en wederhoor, geen manipulatie, portretrecht respecteren en geen strafbare feiten plegen. “Bij twijfel of risico moeten ze de directie raadplegen.” Dat betekent niet dat BNN braaf geworden is. Adriani stelt dat grenzen nog steeds overschreden mogen worden, maar dan wel als middel en niet als doel.”

118


Businesstransformatie

Op dit moment maakt BNN een realityshow De School, 4. De School waarin jongeren van HAVO 4 zes weken lang op school gevolgd worden. Daarvoor hangen door het hele gebouw camera’s. Het was een hele toer om een school te vinden. Elke keer laaide de discussie op of jongeren niet te kwetsbaar zijn daarvoor. Zijn ze wel mediawijs genoeg? Eenmaal een school gevonden pakte BNN het Havo 4 project zorgvuldig aan met informatiebijeenkomsten, 6 weken schriftelijke toestemming van ouderen, leerlingen en 35 camera’s leraren, begeleiding van een pedagoog en een psychoRealistisch beeld loog. Ouders en jongeren mogen bovendien bepaalde Zoals: Educating Essex beelden verbieden. Ook de social media rondom het project worden goed gemonitord en de leerlingen krijDe DeSchool School gen social mediales. Adriani stelt dat de hele discussie rondom mediawijsheid ook binnen BNN weer nieuwe dilemma’s heeft opgeroepen, waaronder de vraag of BNN-makers wel representatief zijn voor alle jongeren. woensdag 26 juni 2013

Over Mediapark Jaarcongres Mediapark Jaarcongres (MPJC) brengt de televisie, uitgevers, internet, reclame, ICT en telecom wereld samen en geeft inzicht in de stand van zaken in de mediawereld, gericht op innovatie en inspiratie. Het MPJC kijkt naar de actuele ontwikkelingen in Nederland, laat prominenten uit de industrie aan het woord, geeft innovatieve bedrijven de kans om hun diensten te presenteren en biedt door presentaties en demo’s ook een blik op de toekomst. In 2013 organiseerde iMMovator voor de zesde keer MPJC in samenwerking met Media Academie en Beeld en Geluid. Nog niet eerder stonden er zoveel internationale sprekers op het podium van MPJC. Een andere primeur was het aantal betrokken partijen bij MPJC. Steeds meer mediabedrijven gebruiken MPJC als platform voor hun nieuws. RTL Nederland en de gemeente Hilversum zijn al een paar jaar partner, dit jaar werden onder meer Ericsson en Microsoft toegevoegd aan het rijtje partners. MPJC2013 was een groot succes met interessante presentaties met onder andere: Erik Anderson (PDS) over kansen voor Nederlandse partijen in online video, Stef van der Ziel (StreamZilla) over de komst van Netflix naar Nederland en inspirerende internationale sprekers zoals Matt Danzico (BBC) en Kenyatta Cheese (Know Your Meme). Heb je het congres gemist of wil je nog presentaties terugzien? Video’s, verslagen en foto’s van het congres (en informatie over MPJC2014) vind je hier: www.mpjc.nl

119


event

Nog steeds tweederde kijktijd zónder tablet op schoot Paul van Niekerk, directeur GfK Audience Measurement Benelux geeft inzicht in media­ gebruik aan de hand van onderzoeksgegevens.

Ooit werd gezegd dat televisie ten onder zou gaan aan internet. “Dat blijkt niet waar”, stelt Paul van Niekerk. Per dag wordt gemiddeld nog steeds 3 uur televisie gekeken en 1,5 uur aan internet ­besteed. Maar mensen doen steeds meer tegelijk.” Uit het SPOT Tijdsbestedingsonderzoek blijkt dat een derde van de televisiekijktijd wordt gedeeld met een andere activiteit, zoals internet via tablet. Of dat gunstig of ongunstig is, hangt af van het soort programma. Er is nader onderzoek gedaan over dubbeling en ontdubbeling van media. Soms kan dubbeling nadelig zijn en soms een voordeel. Bij film leidt een second screen bijvoorbeeld te veel af, maar bij sportwedstrijden kan het ­second screen juist de betrokkenheid vergroten. Van Niekerk geeft in rap tempo kerncijfers over de markt. Apple is nog steeds overtuigend marktleider in de tabletmarkt. Bij de smartphone is dat anders, daar is het marktaandeel nog maar 20%. De tablet wordt primair gebruikt voor internet, email, social media en spelletjes. Televisiekijken doet 30% van de bezitters weleens via tablet. Op de smartphone wordt beduidend minder t­ elevisie gekeken, maar wel naar radio geluisterd. Om videomateriaal te bekijken op de tablet is YouTube de populairste app, gevolgd door Uitzending Gemist, NOS en RTL XL. Ook op de smartphone is YouTube dominant. Voor digitaal luisteren via smarphone is 3FM de meeste gebruikte app, gevolgd

120


Businesstransformatie

door Radio 538 en Sky Radio. Wat social media b ­ etreft is Facebook bezig met een opmars, Hyves verliest terrein. Tweederde van alle Nederlandse internetgebruikers heeft ondertussen een Face­book account en een derde heeft Twitter.

Paul van Niekerk (GfK)

U p dat e

Aantal smartphones hoger dan aantal computers in december 2013 Het aantal smartphones en tablets in Nederland blijft stijgen. Voor het eerst zijn er met 8,5 miljoen smartphonebezitters meer mensen die een smartphone bezitten (67%) dan een pc/desktop (65%). Dit blijkt uit de resultaten van het onderzoek ‘GfK Trends in Digitale Media’ die GfK eind 2013 ­bekend maakte. Het aantal smartphonebezitters stijgt in een jaar tijd van ruim 7 miljoen naar 8,5 miljoen. Opvallend is dat 20% van de smartphonebezitters aangeeft helemaal niet met het toestel te bellen maar het voornamelijk te gebruiken voor chatten als WhatsApp (67%), mailen (72%) en surfen (78%). Het aantal tabletbezitters stijgt tot bijna 7 miljoen waarmee meer dan de helft (53%) van de Nederlanders in het bezit is van de tablet. Ook het mediagebruik op de tablet stijgt. Een derde (31%) leest wel eens de krant op een tablet (dec. 2012 was dit 21%), een kwart (24%) kijkt tv op de tablet (dec. 2012 16%). Facebook blijft het grootste social media kanaal en groeit nog steeds, Het aantal Nederlanders met een Twitter account blijft met 27% stabiel maar het actieve gebruik daalt fors; het gemiddeld aantal twitterberichten per week is in een jaar tijd gehalveerd. Instagram is vooral in opkomst bij de jongeren; een derde van de groep 13-17 jarigen heeft hier een account. Bijna een derde van de Nederlanders gebruikt één of meerdere betaalde video on demand diensten zoals Netflix, Videoland of UPC on demand. 1 op de 10 Nederlanders geeft aan de afgelopen maand gebruik te hebben gemaakt van een streamingsabonnement voor muziek zoals Spotify en Deezer. Niet verrassend is dat jongeren relatief meer gebruik van deze diensten maken.

121


event

Microsoft slaat brug tussen ­media en technologie Wat kan een technologieprovider als Microsoft betekenen voor de media industrie?National Technology Officer Hans Bos vertelt dat Microsoft op een natuurlijkere manier de link tussen techniek en media wil maken. Wat bedoelt hij daarmee? “Microsoft had altijd een technische focus, software. Toen we de stap zetten naar interactieve ­gaming was dat een technische stap. Wij leverden de hardware en de gadgets, en maakten de games samen met de media industrie.” Microsoft kiest nu voor een menselijkere benadering. “We willen mensen betrekken in ons verhaal en laten participeren in wat we te bieden hebben.” Als voorbeeld noemt hij de nieuwe user interface die zorgt voor een veel ­natuurlijkere interactie ­tussen mens en computer. Ander voorbeeld is het nieuwe game concept Quantum Break, waar real life en game met elkaar vervlochten zijn. Met de Xbox smartglass kan ­iemand extra info opvragen, ­bijvoorbeeld over de video die hij kijkt. Bos: “Het zou mooi zijn als dit tweewegverkeer zou zijn: niet alleen info opvragen, maar ook producten kopen, of zelfs participeren.” Ook de creatieve industrie wil Microsoft faciliteren, bijvoorbeeld met Pixar Renderman on Demand. De toepassing ondersteunt bij het snel renderen van animaties voor bijvoorbeeld films, waardoor creatieve processen sneller kunnen verlopen. Microsoft faciliteert het renderen met rekencapaciteit in de cloud. Microsoft heeft hiervoor overal ter wereld ­datacenters. Voor Serious Request wilde 3FM pieken Hans Bos (Microsoft) in dataverkeer kunnen opvangen, maar niet altijd betalen voor de top. Pieken konden ook hier worden opgevangen met een betrouwbare cloud­ oplossing.“ De datacapaciteit van Microsoft is groot. Alleen al in Dublin staat 40.000 m2 serverruimte. “Beschikbaar voor bedrijven die ruimte nodig hebben voor creatieve ideeën, cocreatie, ­beter bereik of voor een nieuw ontworpen interface.” Hans Bos noemt ook met nadruk het voor­ nemen om de infrastructuur van Xbox wereldwijd van 15.000 naar 300.000 servers uit te breiden. Daarmee wil het bedrijf klaar staan om een toename van creativiteit uit de media industrie op te vangen.

122


event

Businesstransformatie

Mobiele netwerken gaan de wereld veranderen Ericsson voorspelt dat binnen een paar jaar een miljard gebruikers van zeer snelle mobiele netwerken gebruik zullen maken. We gaan naar een Networked Society. Welke kansen biedt dat? “Connectivity gaat personen en de maatschappij veranderen”, stelt Simon Frost, hoofd TV Marketing van Ericsson. Ericsson levert producten en diensten op gebied van telecommunicatie aan providers van mobiele en vaste telefoonnetwerken. Hij verwacht dat de komst van een network society ook grote ­impact zal hebben op de media-industrie. Hij noemt wat cijfers. In 2020 zullen al 50 miljard devices t­ oegang hebben tot het mobiele netwerk, waarvan 15 miljard video-enabled. Het aantal paytv abonnees zal in 2016 volgens hem gegroeid zijn van 740.000 naar 1,1 miljard.” Hij stelt dat consumenten bovendien zal bereid zijn voor content te betalen. Nog wat cijfers: Frost verwacht dat er in 2018 wereldwijd 850 miljoen pc’s en tablets zijn, en 3,3 miljard smart­phoneabonnementen en 6,5 miljard m ­ obiele breedband abonnementen (nu is dat nog 0,5 miljard).­Frost verwacht dat de enorme groei van mobiel en video een grote invloed zal hebben op de manier waarop we media consumeren. De toename van data zal netwerkproviders ook hoofd­brekens bezorgen. Het dataverkeer zal over vijf jaar zo’n 12 keer groter zijn, vooral door video. Hierop moeten netwerkproviders zich voorbereiden. Frost voorziet Simon Frost (Ericsson) daarom wereldwijd een supersnelle uitbreiding en uitrol van high speed LTE- of 4G-netwerken. Frost zelf houdt zich bezig met onderzoek naar consumentenverwachtingen op het gebied van entertainment. Zijn onderzoek is volgens hem representatief voor zo’n 270 miljoen consumenten over de hele wereld. Een paar cijfers uit het onderzoek van 2012. Social TV is een feit: 60% van alle respondenten gaf aan social media te gebruiken als ze televisie kijken. 42% van het social media verkeer ging over het bekeken programma. Uit het onderzoek blijkt onder meer ook dat de gemiddelde kijktijd gelijk blijft en dat de consument kwaliteit wil: 41% is bereid meer te betalen voor HD. Nieuwe zendtechnologie ondersteunt de overgang naar mobiel. Frost wijst op LTE broadcast. Met LTE kan een provider extra capaciteit bieden gedurende een bepaalde periode of een bepaald gebied, een regio of een stadion. Dat betekent nieuwe mogelijkheden voor de media industrie. Zelf is Ericsson met broadcaster Horizon, de Amerikaanse NFL (National Football League) en Nascar een samenwerking aangegaan om LTE broadcast te gebruiken tijdens events, zoals football-­ wedstrijden of Formule 1-races. Bezoekers kunnen daardoor ter plekke second screen gebruiken voor live feeds of andere camerahoeken.

123


event

Online als TV Lab Online is de plek waar op dit moment nieuwe media formats ontstaan, en waar mediamakers in contact komen met hun publiek. Stand-up comedian, cabaretier en televisiepresentator Jan Jaap van der Wal ervoer het met Panache. Toen omroepen verleden jaar geen tijdslot over hadden voor zijn satirische verkiezingsprogramma, richtte hij zijn eigen YouTube-kanaal op waar hij Panache met steun van Jamesons Whiskey en NRCNext maakte. Jan Jaap: “Het leuke was dat we alle vrijheid hadden. Een uitzending mag zo lang duren als je wil, je kunt laten zien wat je wil en nieuwe ­comedytalent kan zich presenteren. Soms maakten we zo iets heel goeds en soms was het wat minder.” Panache sloeg aan, waardoor er opeens wél tijd en geld beschikbaar was op televisie. “Rond de kroning hebben we drie weken Panache mogen maken.” Van der Wal vindt dat de online wereld geweldige nieuwe kansen biedt voor makers. “Veel makers verenigen zich op internet, zetten kanalen op en beginnen ze te vullen. Wat zou het mooi zou zijn als de Publieke Omroep zelf ook meer gaat inzetten op online. Je eigen

Jan Jaap van der Wal

TV-lab online: ruimte voor nieuw talent en nieuwe f­ormats.” Van der Wal’s volgende project is Appisode, het eerste televisieprogramma dat via een speciaal g ­ emaakte app te bekijken is. Volgens hem is dit de televisie van de toekomst. Hij zoekt nog funding partners.

U p dat e

Teletijd uitgezonden tijdens TV Lab Het project Teletijd werd in het kader van de kortlopende serie TV Lab eind augustus uitgezonden op Nederland 3. Maar dat niet alleen, ook is het tv-programma, dat alleen als app wordt uit­gebracht, te downloaden in alle appstores. Jan Jaap zocht tijdens MPJC2013 nog funding partners voor Teletijd en is hartstikke blij mee dat het programma / app tot stand is gekomen.

124


event

Second screen demo’s:

vergroten van de kijkervaring Het gebruik van mobiele online devices als tweede scherm tijdens het TV kijken neemt toe in 2013. Tijdens het Mediapark Jaarcongres worden drie demo’s gegeven van succesvolle Nederlandse Second Screen toepassingen: App de film, Divorce Sleutelspel en Pitlane.

Film kijken met de eerste biosapp ter wereld CEO Alex Terpstra van Civolution presenteert de allereerste second screen app voor de bioscoop. De App en App de Film ontwikkelde hij samen met Service2Media en filmbedrijf 2CFILM. Het hoofdverhaal speelt zich af op het scherm en de tweede storylijn op het tweede scherm. De telefoon trilt als er aanvullende info op het tweede scherm komt en dat geeft extra beleving aan de film. De kijker krijgt soms een parallelle scene te zien of kan de sms lezen die een speler verstuurt. De film is op het filmfestival in Cannes goed ontvangen en is verkocht aan negen landen. Terpstra hoopt op een remake in Amerika.

Het Divorce Sleutelspel: product placement 2.0 Reclamebureau Achtung! ontwikkelde voor Volkswagen het Sleutelspel, bij de RTL-serie Divorce. In de serie Divorce zijn drie gescheiden mannen in een huis ingetrokken. Ze rijden alle drie Volkswagen, sponsor van de serie. Product placement dus, maar Volkswagen wilde meer dan alleen af en toe de auto’s in beeld, en vroeg Achtung! om een verrijkend concept te bedenken. Dat werd het Sleutelspel

125


op het tweede scherm, vertelde Daniël Sytsma, art director van het reclamebureau. Een spel dat samenhing met de inhoud van de serie en daarmee op een natuurlijke manier was geïntegreerd. Kijkers konden een app downloaden en kregen via een Sleutelalarm een waarschuwing als de VWautosleutels in beeld zouden komen tijdens Sleutelscènes. Goed zoeken, want vaak waren de sleutels terloops in een hoekje te zien, op een nachtkastje of andere onopvallende plek. Per aflevering konden speler vier of vijf sleutels vinden en virtueel oppakken. Met de verzamelde sleutels konden ze proberen een VW Beetle te openen, met succes voor een gelukkige winnaar, die de auto kreeg. Succesvol waren ook RTL, Volkswagen en Achtung!, met ruim 67.000 downloads van de app, 188.000 opgepakte sleutels en 14.000 product bezoeken. Engagement en awareness, zonder irritatie.

Alex Terpstra (Civolution)

Pitlane: alles over Formule 1 op het tweede scherm Matthijs van Elk (Product Development Director, Infostrada Sports) presenteerde Pitlane. Pitlane biedt gebruikers alle extra informatie rond Formule 1 races die ze willen. Infostrada Sports verzorgt productie en distributie voor onder meer Sport 1. Om de kijkers nog meer bij het aanbod te betrekken, ontwikkelde Infostrada Sports een speciale app om alle relevante gegevens rond de autosport op het tweede scherm te kunnen bekijken. Live tijdens de wedstrijden. Met informatie over de posities van de coureurs, de rondetijden, het circuit, de coureurs zelf, de klassementen en ga zo maar door. Gebruikers kunnen niet alleen deze schat aan extra informatie tot zich nemen, ze ­kunnen er via Twitter ook over praten met andere fans. Een individuele verrijking voor wie dat wil, en tegelijkertijd een toegevoegde waarde voor het sociaal kijken.

126


event

video on demand:

Erik Anderson (Premiere Digital Services)

een wereldmarkt met lokale kansen Na de lunch vertelde Erik Anderson (oprichter van Premiere Digital Services) hoe de markt voor ­video on demand vanuit het niets een enorm succes is geworden. Anderson was in 2005 betrokken bij de ontwikkeling van de iTunes video store van Apple. ‘We hadden eigenlijk geen idee van wat we deden’, herinnert hij zich, toen eerste aanbod aan filmpjes werd opgebouwd. Muziek verkopen via iTunes was inmiddels succesvol gebleken, maar zou dat ook voor video gelden? Er bestond geen markt, geen ervaring. Welk formaat moest worden gekozen, welke schaal zou de markt hebben, en zou de vraag duurzaam zijn? Anderson en zijn collega’s sprongen in het diepe, en hadden overweldigend succes. Dat trok uiteraard al snel de aandacht van concurrenten, zodat er nu een groot en gevarieerd aanbod aan content is van een nog steeds groeiend aantal aanbieders, zoals Netflix, Hulu en ga zo maar door. De impact daarvan is enorm: 30 procent van het internetgebruik in de Verenigde Staten komt voor rekening van Netflix. De vraag stijgt nog altijd en de aanbieders worden in steeds meer landen actief, zo komt Netflix bijvoorbeeld naar Nederland. Was de groei van de markt al spectaculair, de grootste groei moet nog komen, voorspelt Anderson. Uiteindelijk is de hele wereld de markt, voorziet hij. Opvallend daarbij is, dat lokale content net zo belangrijk is als internationale. Een wereldmarkt met lokale ­accenten en kansen dus, vindt Anderson, die met zijn bedrijf PDS grote en kleine aanbieders helpt om hun content in de huiskamers te krijgen. Compleet met technische oplossingen en diensten zoals ondertiteling.

127


event

➔ Ga internationaal: Nederlandse

­bedrijven als wereldspelers

Na de presentatie van Erik Anderson blok een Nederlandse ondernemer met een visie op de VOD markt het podium: Stef van der Ziel van Jet-Stream en Streamzilla. Video on Demand biedt een wereldmarkt met veel kansen. Nederlandse ondernemers: grijp ze! Netflix komt naar Nederland, de meest open markt van de wereld. De Amerikanen van Netflix en hun concurrenten komen hier oorlog voeren om de consument voor zich te winnen, stelt Stef van der Ziel (Jet-Stream, Streamzilla). Dat klinkt dreigend, en bijvoorbeeld kabelaars kunnen er last van krijgen. Maar waarom zou een Nederlands bedrijf niet de Netflix van de wereld kunnen worden? Denk en werk internationaal, is het devies van Van der Ziel, want er is een wereld te winnen. De voorwaarden voor succes zijn aanwezig volgens hem: we ontwikkelen internationale formats, zijn innovatief, beschikken over een prima infrastructuur, we hebben expertise, zijn goed in productie en hebben een roemruchte handelsgeest. Van der Ziel ziet overigens beperkingen aan het content aanbod via internet. Het internet heeft nog altijd niet dezelfde kwaliteit en schaal als digitale televisie. En het internet performt niet, zoals Van der Ziel zei. Want als het allemaal niet werkt, bij wie ga je dan klagen? Bij je provider? Bij de aanbieder van de content? Die zullen allemaal naar elkaar wijzen. Internet biedt geen premium service, vindt Van der Ziel, en daarom ziet hij meer in gebruik maken van CDN- techniek (content delivery –of ook wel distribution- network). Dat is wel schaalbaar en heeft wel dezelfde kwaliteit als broadcast, en met de wereld als markt is CDN de toekomst, aldus Van der Ziel.

Stef van der Ziel (Jet-Stream en Streamzilla)

128


event

Businesstransformatie

➔ De Youtube economie: omarm je fans Voor succes van video op internet bestaat geen formule die altijd werkt. Het loont in elk g ­ eval wel de moeite om fans de ruimte te geven met je materiaal aan de slag te gaan, zegt Kenyatta Cheese (Know Your Meme). Een verhaal over hoe fans het succes van content aanjagen. De veranderingen in de mediawereld hebben onder meer gevolgen voor de werkwijzen, beseft Cheese. Het tv productiehandboek dat hij vroeger gebruikte, is bijna totaal achterhaald. Techniek, content, business, alles is anders geworden. Maar het meest veranderd is het publiek, vindt hij, dat niet alleen consument maar ook producent is geworden. Dat heeft zo zijn impact op de industrie. Cheese vergelijkt de ontwikkelingen in de videowereld met die in de wereld van de diskjockeys. Van een plaatje met een praatje gingen dj’s platen blenden, en uiteindelijk nieuwe muziek maken door te scratchen. Dankzij de mogelijkheden van onder meer Photoshop en het internet is een soortgelijke ontwikkeling op gang gekomen rond Kenyatta Cheese video. Maar hoe krijg je je content populair in het exponentieel groeiende aanbod? Begin bij fans, is de raad van Cheese. Hij deed dat bijvoorbeeld voor de introductie van de Britse SF-hitserie Doctor Who in Amerika. Cheese startte daarmee op Tumblr, met een profiel en het delen van (korte ­stukjes) content. Fans van het eerste uur konden ermee aan de slag gaan en GIF-animaties maken. Vanuit die basis ontwikkelde de community en het bereik van Doctor Who zich, en mede dankzij social media blijft de serie ook buiten het seizoen populair. Sommige series worden speciaal geschreven om dit effect te bereiken, Cheese noemde als voorbeeld de comedyserie Parks and Recreation, die veel Twitter hashtags en GIF’s oplevert. Succes is het gevolg van de kracht van het community netwerk en het hergebruik van materiaal door fans, die dat gratis doen en met groot enthousiasme verspreiden. Fans willen ook zelf scènes schrijven en er met elkaar over praten. Daar moet je als content eigenaar niet van schrikken, je moet er juist gebruik van maken, aldus Cheese.

Generation C: cool en connected Het publiek fragmenteert en het aanbod explodeert. Per minuut komt er 100 uur content bij op YouTube. Hoe blijf je als aanbieder vindbaar? Grote mediabedrijven zoals RTL en Discovery stappen in YouTube kanalen. Ze investeren er flink in, aldus Jelle Jan Bruinsma (Manager content partnerships YouTube Benelux), om hun doelgroep te blijven bereiken. YouTube noemt die groep Generation C: niet echt een verzameling mensen van min of meer dezelfde leeftijd (al gaat het eerder om jongeren dan om ouderen), maar een groep met dezelfde mindset. Ze zijn voorzien van smartphones, gericht op social media, creativiteit, community, curation (aanbevelen van content aan vrienden) en ze zijn bovenal connected.

129


Hoe ben je voor deze groeiende groep vindbaar? Belangrijke tip: programmeer voor het platform. Pas je aanbod aan de omgeving aan en maak er promotie voor. Maar nog belangrijker is het om je fans te omarmen, vindt Bruinsma. Maak gebruik van hun enthousiasme en waardeer en koester ze. Dat levert het meeste op, want vanuit die fanbase kun je een steeds groter publiek bereiken, dat je content aanbevolen krijgt. Jelle Jan Bruinsma (YouTube)

Geef je fans iets terug: hangouts op Google+ Fans spelen de hoofdrol voor Armada Music, het platenlabel en YouTube dance-kanaal rond Armin van Buuren. ‘Het is belangrijk om een early adopter te zijn, je moet meteen instappen en meegroeien.’ Eveline van der Steen (Head Social Media, Armada Music) is er duidelijk over: het YouTube kanaal van Armada is vooral een manier om de muziek te promoten en de verkoop te stimuleren. En dat werkt, zegt ze: de verkoop via bijvoorbeeld iTunes en Spotify stijgt als de video uitkomt. Is het ­kanaal dan alleen een marketing instrument? Nee, vindt Van der Steen, het is meer een creatieve tool waarmee je de fans iets kunt teruggeven. Zoals hangouts met Armin van Buuren via Google+. De fans en de interactie met hen bepalen het succes van het label. Van der Steen probeert dan ook daar te zijn, waar de fans zijn. Zijn ze te bereiken via YouTube, dan opent Armada zo gauw het kan een eigen subkanaal. ‘Het is belangrijk om een early adopter te zijn, je moet meteen instappen en meegroeien.’ Dat leidt niet altijd tot groot succes. ‘Pinterest bijvoorbeeld, daar bleek voor ons geen groei in te zitten. Het is niet gericht op muziek. Maar je moet het wel proberen. Als je wacht tot het groot is geworden, is het veel moeilijker om je nog te onderscheiden.’ Met vallen en opstaan dus, maar zo worden meer mensen wijs.

Eveline van der Steen (Armada Music) in gesprek met Diana Matroos (dagvoorzitter MPJC)

130


Businesstransformatie

Twitter: goed voor impact en kijkcijfers Fan of geen fan, kijkers twitteren tegenwoordig veel over televisieprogramma’s. Remotely.tv houdt het allemaal bij. Tijdens MPJC onthulden zij de Hitparade Sociale TV: over welk programma, uit­ zending en zender werd het meest getwitterd? Twitter werkt als een accelerator voor tv, stelt Mark van de Crommert van Remotely. tv. Tweets over programma’s zorgen ervoor dat die een groter bereik krijgen en meer impact hebben. Twitteraars zijn een niet te verwaar­lozen deel van het publiek. In de leeftijdsgroep van 13 tot en met 49 jaar zijn 2,9 miljoen mensen actief op Twitter. Zij kunnen je programma redden, zoals gebeurde met de Amerikaanse serie Scandal. Toen de kijkcijfers inzakten, bedacht men een list: het programma werd een Twitter event. Met de speciale, contextuele hashtag #WhoShotFitz werd een discussie aangezwengeld over de vraag wie het personage Fitz (in de serie de president van de VS) had neergeschoten. En rond de verdachte, het personage Huck, werden #WhatTheHuck en #FreeHuck gelanceerd. Met groot succes, want de kijkcijfers schoten omhoog en de serie bleef lopen.

Mark van de Crommert (Remotely.tv)

Remotely.tv stelde op basis van de tweets over programma’s een aparte ‘hitparade sociale tv’ samen. Met drie categorieën: meeste tweets per serie, per uitzending en per zender. Bij de series eindigde Goede Tijden Slechte Tijden op 1. De uitzending waarover het meest getwitterd werd, was het Eurovisie Songfestival, en bij de zenders kwam RTL4 op de eerste plaats.

Wie is Tim? RTL-succes op het tweede scherm Het tweede scherm biedt kansen, als je het gebruik ervan aanpast aan het programma. Wat je ook doet, het moet relevant zijn voor de consument. Matthias Scholten (directeur content, RTL Nederland) stelt vast dat ook jongeren nog net zoveel tv kijken als vroeger. Er zijn alleen

Matthias Scholten (RTL)

131


dingen bijgekomen, zoals het tweede scherm. De strijd om de kijker is er vooral heviger door ­geworden. Daarom is het belangrijk volgens Scholten om waarde te zoeken in activiteiten op het tweede scherm. Die waarde kan een transactie zijn, maar ook iets anders. Niet alles is meteen een doorslaand succes. Scholten wees bijvoorbeeld op de problemen met de app rond de kennisquiz Weet ik veel. Zoveel mensen wilden op het tweede scherm meespelen, dat het systeem vastliep. ‘De kijker heeft het ons vergeven’, merkte Scholten op. Hij vond het, ondanks de technische perikelen, toch een succes, met een miljoen downloads en 300.000 meespelers. ‘De consument is gretig, vernieuwing is key. Dat ligt aan het karakter van de Nederlandse consument.’ Verschillende programma’s vragen om een verschillende benadering, aldus Scholten. RTL Nieuws bijvoorbeeld is het hele jaar door elke dag op de buis. Dan is een simpele verwijzing naar het tweede scherm tijdens de aftiteling niet voldoende. Je moet continu relevant zijn voor de consument. Bij een specifieke uitzending of een (korte) serie ligt dat anders, daarbij kun je wel de kijker oproepen om bijvoorbeeld een app te downloaden zonder dat het irritant wordt. Als voorbeeld van een bijzonder succesvolle toepassing noemde Scholten Wie is Tim? Tim is een nieuw personage dat aan het einde van het seizoen in Goede Tijden Slechte Tijden werd geïntroduceerd, op een geheimzinnige wijze. Via de app kon het publiek meer te weten komen over Tim, dankzij onder meer aanwijzingen in diens notitieboekje en codewoorden die werden verspreid via onder andere RTL Boulevard en kranten. De app was populairder dan de gratis versie van Angry Birds en realiseerde ruimschoots de doelstelling, het overbruggen van de zomerstop van de soap. Toen het nieuwe seizoen begon, trok de serie 20 procent meer kijkers dan anders na de zomer.

132


Businesstransformatie

Nieuwe vakprijzen: de Cross Media Awards 2013 Crossmediaal werken is meer dan alleen een kreet. Het is een realiteit die niet meer uit de ­mediawereld is weg te denken. Tijd om dat te erkennen en een nieuwe prijs in te stellen, de Cross Media Awards. Niemand minder dan filmjournalist René Mioch reikte aan het slot van het Mediapark Jaarcongres de eerste Cross Media Awards uit. Er waren prijzen te vergeven in vijf categorieën; Beste Exploitant, Beste Bureau, Beste Case, Beste Adverteerder en tenslotte de Cross Media Man of Vrouw van het jaar 2013. Dit zijn de winnaars:

Exploitant van het jaar: RTL Nederland De jury vond dat de omroep erin is geslaagd om met onder meer de Thuiscoach app (bij The Voice of Holland) en Wie is Tim? de grenzen tussen aparte mediazuilen te slechten.

Bureau van het jaar: BRAND|WEBBING BRAND | WEBBING neemt de wens van de consument als uitgangspunt en komt daardoor logisch uitop crossmediale campagnes.

Beste Case van het jaar: Wie is Tim? (RTL) Jaloers makend, volgens de jury, een geslaagde manier om een programmaserie ook buiten het seizoen relevant te maken.

Adverteerder van het jaar; Nederlands Film Festival. NFF liet met een gedurfde campagne zien dat je ook met beperkte middelen heel veel kunt ­bereiken, aldus de jury.

Cross Media Man of Vrouw van het jaar: Jacqueline Smit (Directeur Consumer Channel Group, Microsoft) De jury koos haar, vanwege de manier waarop ze communicatie innoveert, gericht op de behoefte van de consument.

De winnaars van de Cross Media Awards 2013 met initiatiefnemers Bas Vlugt en Peter Wybenga.

133


event

Cross Media Café: Media en ­e-commerce: de strategie Waar is het geld in de mediabranche en hoe kunnen media­bedrijven daar een graantje van meepikken. E-commerce biedt kansen! Tijdens het eerste deel van het Cross Media Café op 19 april bij Sanoma Media in Hoofddorp deelden sprekers hun visie. Met bij­ dragen van Marc Stubbé (Sanoma Media), Jorij Abrahams (Thuis­ winkel), Sander ten Dam (Sanoma) en Nicolas Eglau (Ventures RTL Nederland), gevolgd door de presentatie van de vier pitchers. De bijeenkomst werd georganiseerd in samenwerking met het Neder­ lands Medianetwerk. Marc Stubbé, Chief Commercial Officer Sanoma heet de bezoekers harte­ lijk welkom bij Sanoma. “Wat moeten uitgevers met e-commerce?” Bladen waren volgens hem jarenlang vooral bezig met inspireren en ­informeren. Maar door meer nadruk op interaction of action te leggen maken ze hun lezerskring toegankelijk voor adverteerders. Marc Stubbé (Sanoma)

134


Businesstransformatie

E-commerce. De kengetallen. De Nederlandse e-commerce-markt. Wat bedoelen we daar eigenlijk mee? Jorij Abrahams (Thuiswinkel) geeft wat kengetallen. Thuiswinkel.org vertegenwoordigt de belangen van alle partijen die online b-to-c verkopen. Van grote partijen als Wehkamp tot winkeliers. Thuiswinkel lobbyt namens alle leden in Brussel en Den Haag, deelt kennis en wil het vertrouwen in online shoppen vergroten via het Thuiswinkel-waarborg. Hoe ziet de online markt eruit? • Vrijwel iedereen koopt wel eens online. Verschillen tussen leeftijdscategorieën en opleidingsniveau zijn er nauwelijks meer. • De marktomvang is zo’n 9 tot 10 miljard euro. De groei neemt af, maar bedraagt nog steeds 9%. Volgend jaar is de groei naar verwachting tussen 8 en 9%. • Travel neemt 40 tot 50% van de omzet voor z’n rekening, gevolgd door Fashion en Toys. • Elk jaar kopen consumenten meer online. De gemiddelde transactiesom neemt af. Groei zit vooral in Toys, Muziek, Games, Boeken, Fashion, Telecom en Verzekeringen. Afname is te zien in Software en Consumer Electronics. • De groei in aantal transacties zit met name in Kleding en Levensmiddelen. Abrahams stipt aan dat dit ook een toename van het aantal PostNL-wagens met zich zal meebrengen. “Willen we dat of kiezen we voor andere distributiemodellen?” Abrahams waarschuwt de uitgevers voor te veel online optimisme: “Het is een enorme uitdaging om online te verkopen. Het is een vechtmarkt. Het is moeilijk om binnen te komen en omzet te maken.”

Jorij Abrahams (Thuiswinkel.org)

Thuiswinkel ziet ingrijpende veranderingen op de online consumentenmarkt, waaronder een ­toe­nemende concurrentie uit het buitenland. Met het onderzoeksprogramma Shopping2020 wil Thuiswinkel (in samenwerking met Sanoma) een toekomstvisie ontwikkelen op de consumentenmarkt in 2020. Een paar trends die Thuiswinkel signaleert: • Grenzen verdwijnen tussen online en niet-online. Consumenten ervaren één geheel. Ze gaan in de winkel kijken en dan online kopen of ­kopen zelfs in de winkel online. • Verwacht wordt dat veel winkels gaan sluiten. In hoeverre biedt digitaal een alternatief voor de winkelstraat? Thuiswinkel denkt niet dat de winkel gaat verdwijnen. Deze krijgt wel een ­andere rol. • Alles is online te koop, maar wie maakt de sale? Dat is de vraag. Waarom hebben wij geen Nederlandse Zalando. Waarom veroveren Amerikaanse, Duitse en Engelse partijen steeds meer terrein in Nederland? Thuiswinkel wil het onderzoeken.

Abrahams: “Er gaan interessante nieuwe businessmodellen ontstaan. Uitgevers moeten goed­ ­kijken: Waar zit ik in de keten?”

135


U p dat e

Shopping Today, Shopping Tomorrow 26 september organiseerde het onderzoeksprogramma Shopping2020 het event ‘Shopping Today’. Tijdens Shopping Today gaven 19 expertgroepen van Shopping2020 een presentatie over de ­tussenresultaten van hun onderzoek, met praktische tips en voorwaarden om succesvol in te ­spelen op de nieuwste ontwikkelingen. De bijeenkomst werd door ruim 1000 (e)commerce professionals uit uiteenlopende branches bezocht en mag met recht een succes genoemd worden! Ook werden de resultaten uit nieuw onderzoek gepresenteerd. GfK en Shopping2020 ondervroegen bijna 12.000 consumenten over hun shopgedrag. De belangrijkste conclusie: In 2020 switcht de Nederlandse consument moeiteloos tussen online en fysiek winkelen. De oriëntatie en aankoop van goederen en diensten wordt een crossmediale beleving. Zo’n 80% tot 90% van de consumenten komt over acht jaar nog steeds in winkels voor het passen en kopen van fashion en personal lifestyle producten. Tegelijkertijd zal 52% van de aankopen in 2020 via een online kanaal gedaan worden. Het gaat daarbij om alle online aankopen die zowel thuis, op het werk of in de winkel (online instore) worden gedaan. Dat is een stijging van 35% ten opzichte van het aantal online aankopen van producten en diensten in 2013. Dit moeiteloos schakelen tussen on- en offline winkelen, kenmerkt het shopgedrag van de toekomst. Consumenten staan open voor nieuwe initiatieven en zien een blijvende toegevoegde waarde van zowel het fysieke als het online kanaal. Meer interessante informatie over het veranderende winkelgedrag in al haar facetten is te vinden op www.shopping2020.nl.

De e-commerce strategie van Sanoma Sander ten Dam, Performance Based Director Sanoma over de e-commerce strategie van Sanoma: “De kern van mijn taak is websites runnen die mensen doorsturen naar webshops en daar laten afrekenen.” Sanoma bezit onder meer Kieskeurig.nl, Startpagina en Fashionchicks en is op gebied van e-commerce actief in heel Europa, waaronder in Nederland. Sander: “Onder e-commerce ­verstaan we drie dingen: het verkopen van eigen producten, het verkopen via contentplatforms en het verkopen vanuit een leadgenerating platform. E-commerce is een numbers game. Klanten moeten komen en niet alleen ‘kennen’.” Op een contentplatform bundelt Sanoma informatie en koppelt deze op een slimme manier aan producten die vervolgens via andere websites worden verkocht. Maar het meeste geld wordt verdiend met leadgeneration. Sanoma voelt daarbij de hete adem van retailers als Bol, Zalando en Amazon. Ook het kleine taalgebied en de afhankelijkheid van Google speelt parten. “Nederland is een interessante markt voor buitenlanders. Hier zijn veel online kopers, die bovendien graag kopen en over een breedband verbinding beschikken.” Sanoma gaat vijf dingen doen om haar positie op de leadgenerating markt te versterken, aldus Ten Dam: 1. Producten beter maken. “Startpagina heeft nog steeds bijna miljoen bezoekers per dag. Startpagina biedt relevante links en stuurt relevante links naar winkels. We willen de dienst verbeteren met personal recommandation technieken die zorgen dat aanbod aansluit op het vertoonde zoekgedrag.

136


Businesstransformatie

2. Nieuwe verticals introduceren: we gaan uitbreiden in de fashionhoek. 3. Websites via andere devices introduceren: we gaan Fashionchicks en Kieskeurig via andere kanalen aanbieden. Bijvoorbeeld via mobiel, tablet en connected tv. 4. Succesvolle concepten kopiëren in grotere markten. Fashionchicks groeit in Duitsland. Kieskeurig in Frankrijk. We hebben ‘aantallen’ nodig om investeringen aan de ‘achterkant’ van de website te kunnen blijven betalen. 5. Betere funneling. We gaan verder dan alleen leadgeneration. We stappen bijvoorbeeld zelf in Homedecor. En bij Kieskeurig kan ook worden afgerekend. De ambitie is groot? Hoe gaan Sander en z’n team dit aanpakken? Ten Dam benadrukt het belang van hergebruik van bestaande ­materiaal. Maar met name ook het belang van het goed trainen en benutten van aanwezig talent.

RTL Ventures linkt business RTL Ventures maakt links tussen mediabedrijf en transactiebedrijf, en haalt daar omzet uit, vertelt directeur Nicolas Egau. RTL Ventures geeft startups (met een omzet van 2 à 3 miljoen euro) geld en business support in combinatie met media- en marketingmogelijkheden. RTL Ventures ontstond vier jaar geleden. RTL-CEO Bert Habets en Nicolas Egau wilden in de crisis minder afhankelijk zijn van de adverteerder en rechtstreeks zaken doen met de ­consument. Egau: “Ventures haalt 100% van de inkomsten uit e-commerce.” Het bedrijf heeft alleen belangstelling voor initiatieven als deze voldoen aan vier voorwaarden: • minimale groei van 10% in de markt, zoals onderwijs • product moet aansluiten bij productgroep of thema’s binnen RTL, zoals homedecoration of koken. • business moet gevoelig zijn voor televisie. • voor business mag niet te veel liquiditeit nodig zijn.

Sander ten Dam (Sanoma)

Voorbeelden van Ventures-projecten zijn Couverts (direct restaurants resereveren), Minto (voor retailers die last hebben van Zalando), Pepper (dating), Sizz (Telecom), Pepper (Dating) en Squla (Onderwijs). Belangrijke Lessons Learned? “We hebben de luxe dat we onze business kunnen promoten via televisie, maar dat maakt ook afhankelijk.” Een tweede les: “We kunnen niets zelf doen. We zijn afhankelijk van goede partners.” En tot slot: “We zien steeds meer dat RTL ook van ons kan leren, van hoe wij de consument benaderen.”

Nicolas Eglau (RTL)

137


Frits Nolet (IPv6)

Hans Disch (24i Media)

Pitches!

24i Media Wie? Hans Disch, partner 24i Media

Wat? De pitch van 24i Media ging in op de TV als e-commerce scherm. Doordat het TV-scherm steeds vaker wordt verbonden met internet, wordt het mogelijk de kracht van de massa te combineren met de waarde van een individuele, interactieve relatie met de kijker: TV apps bieden radicaal nieuwe mogelijkheden voor e-commerce.

Waarom? Het gedrag van de TV-consument verandert. On demand wint structureel terrein van live TV. Dat knaagt aan de waarde/effectiviteit van TV-commercials, maar bovenal biedt dat nieuwe kansen voor commerciële interactie met individuele TV-kijkers. Kortom, TVreclame wordt vervangen door “e-commerce”. Door de interactieve TV-apps kunnen consumenten direct, ­letterlijk met één druk op de knop, reageren op impliciete of expliciete commerciële boodschappen. Technieken als HbbTV verbinden daarbij de traditionele TV-uitzending met een individuele e-commerceomgeving: massabereik én klantinteractie inéén. 24i Media bouwt TV-apps die dat mogelijk maken.

En verder: “TV is een App” is als thema doorgebroken. Voor 24i Media is 2013 het jaar geworden van groeibeslissingen: uitbreiding van platformen (XBOX, Android, iOS) en markten (Latijns-Amerika, USA).

138

IPv6 Wie? Frits Nolet, oprichter van stichting IPv6

Wat? IP (internetprotocol) zorgt voor vindbaarheid van websites (via IP-adressen) en consument. Het aantal z.g. IP adressen waar iedereen van gebruik maakt, is bijna 4 miljard. Dat leek in de begin tijd van het internet in de zeventiger jaren onuitputtelijk veel. Maar het is toch beperkt gebleken en in 2012 feitelijk opgeraakt. Hierdoor kan het aantal gebruikers op het internet niet meer groeien. Op dit moment worden speciale maatregelen toegepast, zoals het delen van een internet adres met meerdere gebruikers. Dit gaat echter ten koste van de kwaliteit van de dienst die van dat internet gebruik maakt. De oplossing is een nieuw internet adressen systeem, IPv6 genaamd.

Waarom? IPv6 heeft een werkelijk onuitputtelijk aantal mogelijke IP adressen. Dit onuitspreekbare aantal is gerealiseerd door het IP adres 4 keer zo lang te maken. Dat grote aantal is noodzakelijk om het internet nog veel langere tijd te kunnen laten groeien. Het is echter onmogelijk om IPv4 in een keer te vervangen door IPv6. De komende jaren zal IPv6 naast IPv4 steeds meer ingevoerd gaan worden.

En verder? Het aantal gebruikers wat wereldwijd toegang heeft tot internet met IPv6 is dit jaar met een hockeystick curve gestegen van 0,4 naar 2,5%. Dat is een snellere stijging dan nodig is om in dezelfde trend in 2017 op 50% te komen. Echter in Nederland blijft het aantal consumenten met toegang tot IPv6 met zo’n honderdduizend nog op 0,7% steken. Stichting STIPv6 is druk bezig dit aantal omhoog te helpen.


Hans Nouwens (4me)

Arco van den Berg (Tabula Nova)

Tabula Nova Wie? Arco van den Berg, Tablet Publisher bij Tabula Nova

Wat? Tabula Nova is publisher van boeken, tijdschriften, ­magazines en brochures op tablets en mobiele apparaten. Voornamelijk via apps, met of zonder interactiviteit. Bijvoorbeeld, Papa leest voor: een kinderboek dat tijdens het voorlezen kan worden opgenomen, zodat het kind het boek zelf later nog eens kan nalezen of naluisteren (met de stem van de ouder). Bookster is een app voor het downloaden, lezen en kopen van boeken. Je kunt het boek ook in druk bestellen of slechts 1 foto op canvas laten afdrukken, waar ook ter wereld.

Waarom? Papa leest voor is een app die Kinderen leert lezen, daarbij is het natuurlijk extra leuk met de stem van een bekende. Ook als één van de ouders een langere tijd weg moet is het leuk om voor je kind een boek achter te laten die je zelf ingesproken hebt.

En verder? “Papa leest voor” wordt eind 2013 in de AppStore verwacht, met een klein aantal leuke titels. Met “Booxter” liep Tabula Nova tegen serieuze rechtenkwesties op, waardoor ze uiteindelijk heil moesten zoeken bij de fotografen/kunstenaars zelf. Booxter heeft sindsdien een metamorfose ondergaan en is omgedoopt tot Artposee.com. Dit is uitgegroeid tot een platform voor kunstenaars, die hun werk als reproductie willen aanbieden. In 2014 komt er een Apps van kunstenaars zelf, een Artposee.com App en digitale boeken die Tabula Nova helemaal zelf gaat uitgeven (en dus ook de rechten van hebben).

Second page Wie? Hans Nouwens, general manager bij 4me.

Wat? 4me zorgt voor een mobiele second page, een gecontroleerde verdieping van print. Lezers worden bijvoorbeeld opgeroepen een QR code te scannen in een tijdschrift. Daarna komen ze op een tweede pagina (second page) waar ze aanvullende informatie kunnen vinden of via pay pall producten kunnen kopen.

Waarom? Hans demonstreerde het al aan het begin van zijn pitch: mensen zijn snel bereid hun smartphone te pakken en daar iets mee te doen bij een call to action. Ondanks dat er nu nog niet heel veel gescand is, is het aanbieden van QR-codes ook goed voor je merk. ‘Ga het gewoon doen’ is de oproep van Hans Nouwens. Zorg voor interactieve content en zorg dat lezers die ook makkelijk kunnen vinden. Veronica Magazine deed een actie met een QR code om de verkoop van cosmetica aan te prijzen. Maar liefst 11% van de aankopen werd gedaan via de QR code.

En verder? 4me regelt via second page dat er interactieve content beschikbaar is en dat de betaling afgehandeld wordt via pay pall. Door gebruik te maken van second page kan je meer geld verdienen met een bestaande community, meer businessmodellen ontplooien, meer bieden aan lezer en meer meetbare resultaten. Zo ontdekte 4me tijdens een campagne dat QR-codes veel meer gebruikt worden dan Layar voor het oproepen van een second page.

139


event

Media & E-commerce: Casestudies Hoe kunnen mediaorganisaties nog iets verdienen? De advertentie-inkomsten zijn laag, de lezer minder loyaal. Na de pauze van het café vier case studies van e-commerce initiatieven uit de uitgeefwereld. Met Corrie Gerritsma (Veen/Bright Magazine), Kris Boon (Sanoma/Leef.NL), Nico Verspaget (Quadia) en Yvette Frantsen en Martijn Hoeksema (Telegraaf/ADSieraden).

Bright voor de gadget liefhebber Corrie Gerritsma is eindredacteur van Bright Magazine, het blad voor de gadget liefhebber dat wordt uitgegeven door Veen Media. Sinds oktober 2012 is er nu ook een Bright Store. Gerritsma vertelt hoe ook Bright Magazine merkte dat inkomsten uit advertenties en abonnementen daalden. “Maar er was wél geld. Onze klanten hadden wel 50 euro over voor een iPhone-hoesje, maar niet voor een abonnement op Bright Magazine.” Dat bracht de redactie op het idee om een eigen store te beginnen. “In Bright schrijven we over gadgets die we zelf supertof vinden en vervolgens verwijzen we ze naar Google voor verkoopadressen. Waarom zouden we niet een eigen Bright Store beginnen, met alleen producten die we zelf “supertof” vinden, een curated store.” Het eerste product was een design lamp. “We wilden bijzondere dingen aanbieden en zelf inkopen. Daardoor kunnen we met kleinere partijen werken, zoals een leermaker uit Utrecht die iPhone-hoesjes maakt. Als we met grotere partijen werken, dan maken bieden we niet het hele assortiment. We maken zelf een keuze uit de collectie of kiezen een unieke uitvoering. Bij elk product hebben we een redactioneel verhaal te vertellen.”

140


Businesstransformatie

De resultaten: er zijn bijna 500 producten verkocht. Gemiddeld orderbedrag: 51 euro. “Soms levert de verkoop meer op dan de advertentie-inkomsten. Als we nog beter weten wat mensen willen, kan dat alleen maar meer worden.” Een redactie die spullen verkoopt. Zit daar geen conflict? “Tot nu toe niet. We zijn pas vijf maanden bezig en zijn alles nog aan het uitzoeken.” Toekomst­ droom? “We zouden graag een leuk fysiek Brigth-winkeltje willen hebben.”

Corrie Gerritsma (Bright)

Leef.nl, een online medisch warenhuis Sanoma presenteert Leef.nl. Manager Business Development E-commerce Kris Boon vertelt meer over het nieuwe medische online warenhuis. “Leef.nl verkoopt producten om gezond te worden en gezond te blijven.” De website is een samenwerking tussen Sanoma en Mosadex-apothekers. “Mosadex had de behoefte om met de consument te communiceren. Sanoma is daar expert in. De samenwerking werkt goed, omdat we twee complementaire bedrijven zijn.” Leef.nl is een gezondheids- en medisch warenhuis. De site wil Nederlanders helpen aan hun gezondheid te werken. Mensen kunnen hier ook hun medicijnen kopen of halen. De afhandeling gebeurt via de Mosadexapotheker (Service Apotheker). Leef.nl is nadrukkelijk geen online apotheek. Over de strategie van Leef.nl: “Zorg is een grote en zeer gefragmenteerde markt, waar veel aanbod is. Leef.nl wil niches vinden en deze helemaal uitwerken. Bijvoorbeeld: kinderen met astma. Dit kerndomein gaan we helemaal uitzoeken en bouwen daar content en producten omheen, zodat we mensen echt kunnen helpen.” Learnings tot nu toe. Boon: “We zijn pas sinds 1 januari live, dus veel ervaring hebben we nog niet.” Maar dan toch: • Gezondheidszorg is geen retail. We wilden een e-commerce platform maken, maar de gezondheidsmarkt werkt anders. • Eerst een soft lounge en dan een –officiëlehard lounge werkt goed. Zo kun je online ervaring opdoen. Ons huidige succes hebben we op basis van de soft lounge. (De hard lounge is op 1 juni via radio, tv en de aangesloten apothekers.) Kris Boon (Sanoma)

141


Sanoma heeft echt iets toe te voegen voor business partners (los van de content). Via onze eigen media hebben we bereik. Daarnaast is Sanoma een opeenhoping van experts. We hebben tientallen experts die ons hebben kunnen helpen door even mee te kijken. Kernteam is dus klein, maar kennisgroep is groot. Aldoende leren. We zijn erin gesprongen en leren stapje voor stapje. Onze strategie is al drie keer gewisseld. Was het dan beter geweest niet direct te springen? Pas als je begint, kun je zien wat werkt of niet.

Medicijnen bestellen via Leef.nl. Hoe zit dat? En hoe zit het met de wet op privacy? Boon: “Leef.nl is veel meer een contentplatform dan een webshop. De patiëntengegevens zijn van de apothekers. De afhandeling van de medicijnen verloopt ook via de apotheker.“

U p dat e

Leef.nl in de volgende fase Leef.nl is een samenwerkingsverband tussen Sanoma en Mosadex. De samenwerking wordt vanuit beide bedrijven als zeer constructief en positief ervaren. In oktober is er een kernteam benoemd dat verantwoordelijk is voor de operationele gang van zaken om de slagkracht verder te vergroten. Dit team bestaat uit een combinatie van Sanoma en Mosadex medewerkers waarbij op een goeie manier gebruik gemaakt wordt van de wederzijdse expertise. In oktober is ook de nieuwe versie van Leef.nl live gegaan; de site straalt meer autoriteit en deskundigheid uit, de rol van de apotheek is prominenter geworden, het assortiment is fors uitgebreid (ruim 9.000 producten) en dit geldt ook voor de content. De content is opgebouwd uit een groot aantal specifieke onderwerpen rondom gezondheid; zogenaamde mini-verticals (niches). Door het stapelen van deze niches ontstaat een uitgebreid gezondheidsplatform. Het uitbreiden met relevante niches in combinatie met relevante producten is een continue proces. Momenteel staat de teller op ongeveer 300. De industrie reageert zeer positief op Leef.nl en deze aanpak. Dit heeft al geleid tot verschillende partnerships. Kort na de introductie van Leef 3.0 is er een radio en tv-campagne op diverse kanalen ingezet. Dit om de bekendheid van Leef.nl te vergroten en de verkopen versneld op gang te brengen. Mede hierdoor toont Leef.nl een gezonde groei. Hoewel Leef.nl pas recent is geïntroduceerd zijn de eerste resultaten zeker positief en lijkt de strategie te gaan werken.

Online video voor beste resultaten Video verkoopt aldus Nico Verspaget van Quadia Online Video. Quadia is gespecialiseerd in online video en maakt onder meer video voor e-commerce websites. Quadia biedt een online videoplatform waar bedrijven video’s kunnen beheren en produceren. Quadia ondersteunt ook bij contentproductie en adviseert bedrijven. Hoe kun je online video inzetten om resultaten te behalen? Nico onderstreept het toenemende belang en de impact van online video o.a. voor e-commerce met cijfers: • Tegenover elke zoekopdracht bij Google, staan 3 video views. • per dag wordt 104.000 uur videocontent geupload op YouTube • De verwachting is dat mobiele video in 2015 groter is dan video via desktop. Verspaget: “Zorg dus dat je webshop ook mobiel goed werkt.” • 60% van alle televisies zijn al internetenabled.

142


Businesstransformatie

Social media: het vijfde scherm. Aanbod van video posts via social media groeit. Deze video referrals worden gemiddeld beter bekeken: de kijktijd stijgt met zo’n 15%. Alleen al in oktober 2012 waren er 840.000 video shares.

Het belangrijkst: video blijkt aankoop fors te stimuleren. 60% kijkt naar een filmpje (review, testimonial of productfilmpje) voordat ze overgaan tot aankoop. En consumenten die video bekijken, blijken vaker tot aankoop over te gaan. Quadia illustreert de kracht van online video met een case over de ticketverkoop voor Mama Mia i.o.v. Stage Entertainment. Videoclips konden gratis worden geshared en bevatten de link naar ticket­verkoop. Meer dan 57% van de bestellingen kwam via social netwerk. Dit leidde tot 24% meer omzet. Een andere case is de interactieve video van ABN Amro voor advies over schenken en erven. De interactieve video genereerde tegelijkertijd cijfers voor marktonderzoek. Tot slot de automatisch gegenereerde en gepersonaliseerde video van Vodafone. Klanten krijgen een persoonlijk advies via video op basis van hun verbruiksgegevens.

Nico Verspaget (Quadia)

U p dat e

Webshops eenvoudig verrijken met video Het gebruik van video in webshops neemt snel toe. Online video zorgt voor hogere conversie en 65% van de bezoekers van webshops bekijkt de video’s als deze worden aangeboden. Maar hoe zorg je er als webshop eigenaar voor dat veel van je producten ook een video hebben? Hiervoor kun je zelf video’s opnemen of je gaat bekijken wat er al is. Voor dit laatste is er nu een mooie ­oplossing. Authorized Videos zorgt ervoor dat producten in webshops automatisch worden voorzien van officiële productvideo’s die zijn gemaakt door de fabrikanten. Hun slimme software checkt productcodes en publiceert automatisch de juiste video bij het juiste product. Dus webshops ­worden hiermee verrijkt met video zonder dat beheerders moeten zoeken naar de juiste video’s. In deze nieuwe dienst zorgt Quadia voor de videodistributie en branded cross-platform video­players.

143


Telegraaf verkoopt sieraden TMG verbindt media met mensen. Past dan de verkoop van sieraden? “Ja”, aldus shopmanager ­e-commerce Yvette Frantsen en Category Manager webshop Martijn Hoeksema van TMG. “Het ­sieradenmerk is via onze media geïntroduceerd aan ons hele bereik. TMG definieert E-commerce als ‘turning audience into customers’. Hoeksema: “De e-commerce-afdeling is in 2006 gestart. We zorgen voor een derde geldstroom naast abonnementen en advertenties.” Momenteel exploiteert E-commerce drie websites: Telegraaf.nl, Heimweewinkel.nl en A&Csieraden.nl.” A&C is een populair Noors sieradenmerk. De sieraden worden wereldwijd verkocht in meer dan 1000 winkels. De omzet was140 miljoen in 2010. Hoeksema: “De focus lag op retail totdat wij met ze in contact kwamen.” De sieraden werden eerst in de gewone Telegraaf-webshop verkocht, maar dit werd zo’n groot ­succes dat er een aparte webshop werd gemaakt. “Een white label. De achterkant is nog steeds de Telegraaf-webshop. Marketing vindt plaats via De Telegraaf en andere Telegraaf-media.” De Telegraaf lanceert met A&C een nieuw merk op de Nederlandse markt. We willen een A-brand neerzetten. “We starten met etail, maar willen de sieraden ook fysiek via retail gaan aanbieden.” Het verdienmodel: “Van A&C krijgen we marketingvergoeding, een marge, kickback van retailverkopen en we mogen het model doorvertalen naar het buitenland.” Het interessante van het model is dat Telegraaf z’n mediabereik verzilvert door etail en retail van sieraden.”

Martijn Hoeksema en Yvette Frantsen (TMG) in gesprek met dagvoorzitter Monique van Dusseldorp

144


Businesstransformatie

Yvette Frantsen houdt zich bezig met verkoop en marketing: “Hoe zorg je dat de juiste doelgroep de sieraden koopt.” A&C is in september 2011 gestart. Voor marketing wordt gebruik gemaakt van eigen media. Ook is er zoveel mogelijk samenwerking met eigen titels zoals Vrouw magazine, Privé en Sky Radio en zijn er online campagnes via eigen portals. Uitdaging is nieuwe doelgroepen vinden. Frantsen: “Ons budget is vrij beperkt. We zijn afhankelijk van de marge.” De marketing is daarom creatief. A&C lift vaak mee op productpagina’s, maakt gebruik van BN’ers als Angela Groothuizen en Beertje van Beers en verstuurt email-nieuwsbrieven. Er is ook gestart met social media. “Facebook is ideaal voor branding en storytelling. Het verhaal achter A&C, een lovestory, bepaalt een deel van hun succes.” In mei start A&C ook een popup store in 9 straatjes in Amsterdam. Resultaten A&C tot nu toe: Facebook 2600 likes, 12.500 sieraden verkocht, 10.000 e-mailadressen, 10 retailers. Wat kan A&C betekenen voor andere media en titels? A&C zoekt samenwerking • voor A&C-advertenties in titels, waarbij uitgever geld verdient door omzet uit verkoop. • voor lezersaanbiedingen met A&C-sieraden. • voor wervingspremiums. Sieraden met hoge verkoopwaarde tegen lage inkoop of speciaal voor een titel geproduceerde sieraden. • voor bel & win-acties waarbij lezers/abonnees een meet&greet in Oslo kunnen winnen

U p dat e

Update: A&C Sieraden werkt aan naamsbekendheid A&C Sieraden heeft een goed jaar achter de rug. Ze zijn continu op zoek naar nieuwe verkoop­ kanalen en A&C Europe heeft hiervoor vijf agenten in dienst genomen. Zij zijn onlangs begonnen en zijn verantwoordelijk voor het aansluiten van nieuwe verkoopkanalen, zoals hotels, zieken­ huizen, sieraden winkels. De eerste resultaten zijn positief. Daarnaast stond A&C Sieraden op de Margriet Winter Fair en hebben ze een item gehad in het tv-programma LifestyleXperience op RTL4. Er wordt druk gewerkt aan het verhogen van de naamsbekendheid in binnen- en buitenland.

145


showc ase

‘Het duurt nog wel even voordat ­iedereen een 3D Printer thuis heeft staan’ 3D Printen is al dertig jaar mogelijk. Maar pas nadat drie jaar geleden de eerste thuisprinters verschenen, werd het een echte hype. Met 3D Printing kun je alles maken: van enzymbakjes tot kunstheupen en van sieraden tot driedimensionale-beeldjes van jezelf. Probleem is ­alleen dat het erg duur is. Norman van Beek is eigenaar van 3DSVP, de eerste winkel in Nederland op het gebied van 3D Printen. ‘We zijn al zo’n acht jaar bezig. Ons doel is om te laten zien wat je met 3D Printing allemaal kunt doen. We zetten je concept of tekening om naar een werkbaar 3D bestand en zorgen vervolgens dat het wordt geprint, in materialen als zilver, metaal, papier of verschillende soorten kunststof. De voordelen van 3D Printing: vooral dat het mogelijkheden biedt die in normale giet-productie niet mogelijk zijn.’ Behalve met 3D objecten houdt 3DSVP zich bezig met de productie en verkoop van 3D printers, bijvoorbeeld op scholen. ‘We bieden ze samen met een onderhoudscontract aan, zodat scholen er geen omkijken meer naar hebben. Wat scholen met een 3D Printer kunnen? Bijvoorbeeld in een geschiedenisles een ruïne tekenen en printen. Dan hebben de leerlingen een voorbeeld bij de hand.’ 3DSVP is ook aanwezig op events. Van Beek: ‘We maken dan een Full Bodyscan waarmee we een driedimensionaal poppetje van de gescande persoon kunnen maken.’ Lachend: ‘Vind je jezelf te dik, dan kun we er ook een paar kilo voor je af printen.’ 3D Printen is een hype aan het worden. Mensen zijn heel nieuwsgierig, aldus Van Beek. ‘Ze komen speciaal naar de winkel om 3D objecten aan te raken. En om uitleg te krijgen. De webshops die de mogelijkheid van 3D ontwerpen bieden, schieten als paddenstoelen uit de grond. Het lastige is alleen dat mensen vaak niet creatief zijn. Je moet ze dus kant en klare ontwerpen aanbieden.’ Probleem van 3D Printen is dat het erg duur is. Dat heeft bij sommige materialen te maken met de bestaande octrooien. Als die dadelijk aflopen, zullen die ongetwijfeld goedkoper worden. De ­mogelijkheden om 3D Printing voor industriële doeleinden in te zetten zijn niet voor alle branches de moeite waard door de kosten die er aan hangen. In de automotive industrie of de medische industrie wordt veel gebruik gemaakt van 3D Printing.’ Het zal nog wel even duren voordat iedereen in Nederland een 3D Printer thuis heeft staan en ook werkelijk actief gebruikt. ‘Een printer kost voor de consument nog steeds een aardig bedrag.’, zegt Van Beek. ‘Tussen de €1400 en €2350. Dat lijkt een heel bedrag, maar wanneer je hem een aantal jaren heel actief gebruikt en weet dat het filament (de grondstof waarmee je print) heel goedkoop is, dan valt dit weer mee.

146


showc ase

Businesstransformatie

Elastique: niet lullen maar poetsen Elastique creëert online ervaringen voor web en mobiel. Op een zolderetage in het centrum van Hilversum werkt een hecht team van designers en developers aan projecten die de ­traditionele manier van tv-kijken flink veranderen. ‘Content is daarbij leidend’, zegt oprichter Bart Robben. ‘Maar we zijn zelf geen verhalenvertellers; we stoppen de verhalen van ­anderen, met behulp van anderen, in een digitaal jasje.’ ‘Elastique werd vijf jaar geleden opgericht door vier HKU- studenten. Terwijl ze nog studeerden en met gekraakte software, wist het viertal onder andere opdrachten in de wacht te slepen van het MCN. Die begintijd ligt inmiddels ver achter hen. Want het creatieve, digitale productiebedrijf werkt met twaalf vaste krachten en zes freelancers voor grote opdrachtgevers, zoals NCRV, BNN en a­ ndere omroepen. Zo maakte Elastique een app waarmee men de NCRV-quiz De Slimste Mens kan spelen. ‘Een groot succes’, zegt Robben, ‘met maar liefst 800K installs en140K unieke spelers per dag. Ook in België, waar het format van De Slimste Mens vandaan komt, is de app populair. Daar is sprake van maar liefst 400K installs.’ Ook voor het programma Feuten van BNN ontwikkelde Elastique een app. Robben: ‘Daarmee kan de gebruiker zichzelf ontgroenen en spelen voor een hogere positie in de studentenvereniging waarover Feuten gaat. Met de app realiseren we 80K installs en 50K unieke gebruikers per dag. Overigens is Feuten het eerste ‘mobile first’-programma in de Nederlandse geschiedenis. Het programa was een week voor de uitzending op tv al beschikbaar op mobiel.’ Net als in de muziekindustrie, zegt Robben, verandert bij de omroep de distributie-voorkeur. Maar nog steeds blijft content ‘king’. ‘Daarnaast blijkt dat mensen een sterke behoefte hebben aan een meer immersieve ervaring van de content die ze tot zich nemen. De gebruiker of de kijker wordt een ervaarder en accepteert van de maker geen autoritaire ‘ik weet wel wat goed voor jou is’-opstelling meer. Dat neemt niet weg dat de ervaarder graag kwaliteit wil, de lat ligt nog steeds hoog (goed drama, 4K TV, HD etc etc), de definitie van wat kwaliteit is, verandert alleen. Hoe komt het dat een relatief jong bedrijf als Elastique zo succesvol is? Robben: ‘Ons motto is: niet lullen maar poetsen. We richten ons op dingen die werken en maakbaar zijn. Dat klinkt misschien logisch maar dat is het niet. In het verleden werd veel bedacht maar niet gemaakt. Omdat het technisch niet haalbaar was, of teveel tijd en geld kostte. ‘ De derde succesfactor is wat Robben de Agile Scrum-methode noemt. ‘Het komt er in grote lijnen op neer dat ons ­productieproces wordt opgedeeld in periodes van twee weken. Elke periode overleggen we met de opdrachtgever en met elkaar. Zo is het gemakkelijker om rekening te houden met voort­schrijdende of veranderende inzichten. In plaats van een grote discussie als een project af is, heb je steeds kleine discussies ­tussendoor. Dat werkt heel goed. Iedereen denkt mee, en ­iedereen voelt zich serieus genomen. En het beste idee wint. Soms gaat het er wel heftig aan toe, maar ach: waar wrijving is, is warmte.’

147


showcase

Fiber to the home in de USA Begin Oktober 2013 werd er in Tampa, Florida de “ 2013 Fiber To The Home Conference and Expo” gehouden. Alle relevante, met name Amerikaanse, spelers kwamen daar bij elkaar voor een conferentie en er waren een honderdtal standhouders. George Freriks was aan­ wezig en vergelijkt de Amerikaanse ontwikkelingen met de situatie hier in Nederland. Wat kunnen we van de Amerikaanse markt leren? Of kunnen zij wat van ons leren? Fiber groeit gestaag in de USA. Inmiddels zijn circa 26 miljoen “homes passed”, dat wil zeggen dat glasvezel daar binnen het bereik ligt. Bijna 10 miljoen huishoudens zijn daadwerkelijk aangesloten, maar dat is nog geen 10% van alle huishoudens. Fiber To The Home (FttH) is eigenlijk niks meer of minder dan een enorme pijp met veel bandbreedte, maar uiteraard waren er ook hier enkele pleidooien te horen waarom “cable” niet werkte en je toch echt “fiber” nodig had. Niet anders dan de discussie zoals die in Nederland wordt gevoerd. Ook niet anders was de intensievere betrokkenheid vanuit de gemeentelijke overheid. Qua ­connectiviteit loopt de USA nogal achter en met name in “rural areas” beschikken veel huis­houdens historisch wel over televisie (vaak via de satelliet) en telefoon, maar niet over internet en al zeker geen

148


Businesstransformatie

breedband internet. Ook hier speelt de discussie over private/public partnerships en wie de “lead” moet nemen en wie het financieel risico etc. Businesscases zijn nu eenmaal gemakkelijker in geurbaniseerde gebieden te maken dan voor het platteland. Zelfs in de gemeente Palo Alto, de bakermat van Apple sleept al jaren een discussie over hoe het locale FttH project moet worden aangepakt! Google is een opvallende nieuwe speler in dit veld. Men rolt nu uit in vier Amerikaanse steden en bij het annonceren van hun eerste initiatief en de melding aan de markt dat men met gemeentes in gesprek wilde komen, reageerden maar liefst 1100 gemeentes. Google biedt een pakket aan van 1Gigabit, triple play, dat wil zeggen telefoon, internet en televisie. Dat er televisie wordt aange­ boden is voor ons Nederlanders logisch, maar voor de FttH operators in de USA minder vanzelfsprekend. De Amerikaanse televisiemarkt wordt gedomineerd door een paar grote spelers: Dish, Direct TV, Comcast en Time Warner Cable. Zij hebben allemaal tot op het scherpst van de snede uit onderhandelde deals met de content partijen en met leveranciers van technologie. Deze voordelen zijn niet te behalen voor de kleinere operators. Bovendien is het regelen van rechten en het onderhouden en installeren van een televisie infrastructuur ingewikkeld en duur. De meeste FttH operators richten zich in eerste instantie op het B to B segment. Het eenvoudig leveren van connectiviteit met een hoge marge en weinig last van privé klanten die met een helpdesk willen communiceren. Een volgende stap is dan het aanbieden van diensten aan particulieren, het echte FttH. Verschil met Nederland is dat men hier niet meteen de grond in gaat graven maar eerste met de leverancier van elektriciteit gaat overleggen of men niet gebruik kan maken van hun “palen”. “If you can hang, why would you dig!” is het motto! In Amerika wordt nog heel veel elektriciteit via palen getransporteerd.

149


Er zijn zo’n 850 aanbieders, waarvan heel veel voormalige, kleinere regionale telefoonmaat­schappijen. Er zijn naast Google slechts maar een paar grotere bedrijven actief. Dat zijn o.a. Verizon en AT&T. De fans van FttH stelden dat door het aanleggen van FttH de prijzen van onroerend goed omhoog gaan en dat FttH gebruikers ca 35% meer aan diensten zouden besteden.

Smart homes Een van de aardige discussies tijdens de conferentie was of de trend nu is of de intelligentie in het netwerk (cloud) verdwijnt of dat die meer naar het huis in de (residential gateway) verschuift. Een en ander maakt nogal uit m.b.t. customer lock in, continuïteit van services, kosten van hardware etc. Een beetje het Ziggo (cloud) versus het UPC (Horizon) model. Een eenduidig antwoord was er niet, behalve dat we (natuurlijk!) naar flexibele modellen gaan waarbij ­ naar gelang de applicaties en de behoefte van de klant meer of minder apparatuur in het huis dan wel het netwerk kan ­worden geplaatst.

Interessanter is om te kijken naar wat men nu allemaal met die connectiviteit doet. Hierin vallen de basis en de meer speciale applicaties te onderscheiden. Redelijk basis is al het gebruik van “smart home technologies” als bijvoorbeeld beveiliging van huizen, het op afstand bedienen en monitoren van apparaten en elektra en uiteraard gebruik van internet en telefoon. Bij een groeiende “over the top” televisie markt is het de vraag waarom je nog je nog een “televisiepakket” nodig hebt. FttH is overigens wel klaar voor distributie van Ultra HD signalen. Daarnaast worden toch ook wel “telemedicine” en onderwijs vaak als toepassing genoemd. Met name in de USA, waar de afstanden soms zeer groot zijn, is “zorg en onderwijs op afstand” soms een enorme uitkomst. MOOC’s (Massive Open Online Courses) die inmiddels door vele Amerikaanse Universiteiten worden aangeboden kennen een enorme groei. Een aantal steden, bijvoorbeeld Kansas, heeft inmiddels succesvol Fiber aangelegd om daarmee startende techno­ logiebedrijven aan te trekken. Tijdens de conferentie werd ook gesproken over de omvang van “Machine to Machine” communicatie en “The Internet of Things” die in toenemende mate het internetverkeer domineren. Nog minimaal twee cases zijn interessant om te noemen. Allereerst de bibliotheek van Kansas City. Wereldwijd is er een heftige discussie of we nog wel bibliotheken nodig hebben en wat dan ­precies de functie van een bibliotheek is. Is het boeken uitlenen, of moet het gaan richting media educatie of is het een ontmoetingsplek voor de “lerende bevolking” . We denken bij een bibliotheek ook aan een fysieke locatie. Nee, deze bibliotheek leent software uit. Je kunt op afstand, software bestellen, lenen en gebruiken. Het gaat in eerste instantie nog maar om een beperkt aanbod van o.a. Office,

150


Businesstransformatie

Photoshop en video editing software. Maar men kan zich voorstellen dat hier voor de bibliotheken een nieuw gebied wordt ontgonnen. Een andere aardige case is “the real-time Emergency Response” toepassing. Deze toepassing omvat een app, een web server en een on screen toepassing, die het mogelijk maakt voor hulpdiensten om op afstand via de mobiele telefoon te kijken naar plaatsen waar een ramp of een incident heeft plaatsgevonden. Dus in plaats van “911” bellen, wordt er via de smartphone een intelligente beeldverbinding opgezet die meteen in de centrale kan weergeven wat er precies aan de hand is, welke hulpdiensten in de buurt zijn, waar vluchtroutes zijn etc, etc. Deze toepassing is met o.a. geld van Mozilla ontwikkeld door de McGill universiteit van Montreal.

Wat voor Nederlandse bedrijven natuurlijk interessant is om te bekijken welke applicaties er zoal zijn ontwikkeld, welke populair zijn, welke eventueel naar Nederland zijn te halen en ook, welke Nederlandse/Europese applicaties mogelijk in de US gelanceerd kunnen worden. Duidelijk is in ieder geval wel dat hier in de USA, Fiber, inclusief toepassingen, nog een geweldig groeipad te gaan heeft.

151


event

Monitor Curaçao

Curaçao: Caribbean Media Hub Curaçao heeft een relatief sterke crossmedia industrie. Het eiland heeft de potentie uit te groeien tot het middelpunt van een Caribbean Media Hub en kan zo een brug slaan tussen Eurpa en Zuid- en Noord-Amerika. Om die reden hebben iMMovator, Syntens, TNO, Verburg Consultants namens Stichting Willem4, en het Curaçaose Information Technology Institute Stimul-IT de handen ineen geslagen om met een stimuleringsprogramma de economische positie van Curaçao, als land van het Caribische deel van het Koninkrijk, te versterken. Het stimuleringsprogramma heeft zijn eerste jaar achter de rug. Het programma is financieel ­mogelijk gemaakt door steun van SLS- Curaçao Foundation for the Development of the Logistical Sector, MEO Ministerie van economische ontwikkeling en USONA . In het kader ervan is op Curaçao een aantal activiteiten gestart, die de huidige infra- en kennisstructuur op gebied van digitale ­mediatechnologie een ‘boost’ moeten geven. ‘Vanuit Europa werd al langer met interesse naar Curaçao gekeken’, zegt voorzitter van iMMovator Cross Media Network Bob Verburg, ‘maar concrete cijfers over hoe het met de crossmedia industrie was gesteld waren er niet. Daarom hebben we TNO een monitor, een nulmeting, laten maken, op dezelfde manier als iMMovator dat in Nederland doet. Die monitor is eigenlijk het belangrijkste product van afgelopen jaar. Het is onze analyse van het krachtenveld, de benchmark, zo je wilt.’

152


Businesstransformatie

18e plaats Die monitor laat een aantal opvallende zaken zien. Verburg: ‘Vergeleken met andere plaatsen in het Koninkrijk staat Curaçao op plaats 18. Het eiland laat steden als Zaanstad, Lelystad en zelfs Enschede achter zich. Bovendien is de crossmedia industrie (IT en creatieve industrie) verantwoordelijk voor 8,7 procent van het bruto nationaal product. De Crossmedia industrie blijkt sterker dan transport, logistiek en opslag... terwijl Curaçao een grote haven heeft.’ Van de ongeveer 150.000 mensen die er wonen werkt 6,6 procent in de sector’, gaat Verburg verder. ‘En een kleine 10 procent van alle bedrijven werkt in de crossmedia sector. Hoewel ik bij dat laatste moet aantekenen: dat beeld is een beetje vertekend, door de sterke aanwezigheid van de tele­ communicatie industrie. Ook is de gemiddelde bezetting per bedrijf lager.’ ‘Het cijfermateriaal in de monitor geeft voldoende houvast’, aldus Verburg. ‘Er liggen kansen, die moeten worden opgepakt.’ De aanwezigheid van onder andere een universitaire ICT-opleiding en de Caribbean Internet Exchange (de CAR-IX, een aan de AMS-IX gelieerde internet-backbone) waar ­onder meer Google en Akamai servers hebben onder­ gebracht, maken van Curaçao een uitermate geschikte crossmedia hot spot in de Caribische en Zuid-Amerikaanse regio. ‘Curaçao kan een internationaal middelpunt worden voor de creatieve industrie’, aldus Verburg. ‘Waarom juist Curaçao en niet een van de andere eilanden? Een voor de hand liggende, andere kandidaat is Aruba, maar die doet het veel minder dan Curaçao. En historisch gezien ligt Curaçao meer voor de hand. Op het eiland is bijvoorbeeld van oudsher het telecommunicatiehoofdkantoor gevestigd.’

Mir Wermuth (iMMovator) tijdens de kick-off bijeenkomst van het project)

Stappen Welke stappen moeten er nu worden gezet? Verburg: ‘We dienen antwoorden te vinden op een aantal belangrijke vragen. Bijvoorbeeld: Hoe kan crossmedia ten dienste gesteld worden(crossovers) aan duurzame ontwikkeling in andere sectoren aldaar. Bijvoorbeeld transport, financial services en erfgoed. Ook op terreinen als E-government en E-health kan de crossmedia industrie iets betekenen. Curaçao is per slot van rekening een eiland en je kunt niet alles importeren.’ Een tweede aandachtspunt is de brain drain die daar plaatsvindt . ‘Hoe zorg je dat de mensen met skills en kennis niet vertrekken, maar op Curaçao blijven? Het afgelopen jaar hebben we aan dit onderwerp aandacht besteedt om Stimul-IT Cross­media Incubator, in 2014 een belangrijke rol te laten spelen voor een leerwerkbedrijf voor studenten en startende professionals.’ Ook is het belangrijk om aansluiting te zoeken bij de Europese agenda. Verburg: ‘Vanuit die hoek ­komen vanaf 2014 nieuwe financiële impulsen, bijvoorbeeld in het kader van het EU/OCT-programma.’ De digitale agenda van Curaçao ligt bovendien in het verlengde van die van Europa en Nederland. Het eiland deelt veel DNA met Nederland. Dat levert vaak voordelen op: Nederlandse handelsmissies gaan bijvoorbeeld niet meer naar Zuid-Amerika zonder delegaties van de Dutch Caribbean.

153


showc ase

Divitel: Think global, act local Divitel heeft wereldwijd een naam hoog te houden als oplossingsaanbieder en systeemintegrator voor professionele, digitale videosystemen. De onderneming bouwt aan een Center of Excellence en heeft zeer ruime ervaring op het gebied van broadcast, digitale en analoge televisie en radio- en IPTV-oplossingen. De branche is internationaal flink aan het veranderen, aldus PR & Communications Manager Irene Kuipers en CEO Hans Kornmann van Divitel. ‘Er zal meer technologie nodig zijn en minder mensen. Divitel verwacht met deze huidige markt mee te kunnen groeien.’ Divitel is opgericht in 1997 en is gevestigd in Apeldoorn. Het kennisbedrijf komt van origine uit de professionele broadcasthoek en levert diensten, integratie en onderhoud aan bedrijven die televisie aanbieden, zoals kabelmaatschappijen, internetproviders, telecombedrijven en professionele mediabedrijven. Divitel werkt voornamelijk b-to-b, maar ook non-profit. Zo is de zorgsector een opkomende markt. Sinds haar oprichting heeft Divitel een flink trackrecord opgebouwd. En, zeggen Kuipers en Kornmann, ‘we weten hoe we onze legacy moet implementeren. Qua technologie lopen we voorop, omdat we in tegenstelling tot andere bedrijven 100 procent gefocust zijn op video. Bovendien is innovatie bij ons van levensbelang. We maken digitale, interactieve televisie mogelijk. Uit de cloud, maar ook managed platformen. Divitel ziet de trend van outsourcen door haar klanten en speelt daar eveneens op in. En ook voor innovaties als bij Divisio, SALIG++ of Veluwe App kan de klant bij ons terecht.’ Apeldoorn is voor Divitel een goede locatie. ‘Omdat ‘t een mooie omgeving is, weg uit de drukte van de Randstad. Veel medewerkers komen uit de regio. Internet speelt ­natuurlijk een rol, maar ook de fysieke verbindingen (zoals trein) zijn zeer goed te doen. Divitel timmert nationaal en internationaal behoorlijk aan de weg. De fysieke locatie in Nederland is dan ook van ondergeschikt belang.’ Naast het moederbedrijf in Nederland en vestigingen in Duitsland en Portugal houdt Divitel ook kantoor op Curacao. Kuipers en Kornmann: ‘We deden daar al jaren zaken met UTS en wilden de regio verder uitbouwen. Een kantoor op Curaçao of Miami, Florida behoorde tot de opties. We hebben gekozen voor Curaçao omdat we geen ‘Amerikaans bedrijf’ wilden zijn. De slogan ‘Think global, act local’ onderstrepen wij dan ook van harte. Curaçao is met name een verkoopkantoor, de technische ondersteuning komt vanuit Apeldoorn. Dat heeft recentelijk geresulteerd in een mooie ­opdracht voor Suriname; de verwachting is dan ook dat hier nog wel groei in zit. ‘ Welke toekomst zien Kuijpers en Kornmann voor Divitel? ‘De branche is internationaal flink aan het groeien; het aantal videoverbindingen zal behoorlijk gaan toenemen. Daarnaast zullen verdien­ modellen bij de klanten drastisch gaan veranderen. Er zal meer technologie nodig zijn, maar ­minder mensen. Divitel verwacht met deze huidige markt mee te kunnen groeien. ‘

154


Businesstransformatie

event

ga niet voor winst, maar voor waarde!

Hoe haal je meer uit je creatieve onderneming? Of beter: Hoe kun je uiteindelijk het meest verdienen met je bedrijf? Corporate finance specialist Micha Zwaaf is duidelijk: zet niet de winst voorop, maar ga voor waardecreatie op de lange termijn. Hoe meer waarde een bedrijf heeft, hoe hoger de prijs wordt en hoe makkelijker het is om financiers te vinden voor nieuwe plannen. Hoe waarde­creatie in z’n werk gaat, legde Zwaaf uit tijdens de workshop die iMMovator in 2013 in samen­werking met Syntens organiseerde. Dat winst geen voorwaarde is voor succes is de afgelopen jaren al talloze malen bewezen. Zwaaf. “Neem Instagram, de populaire fotoapp maakte verlies maar werd toch voor 1 miljard euro door Facebook gekocht.” Ook voor Facebook zelf stonden investeerders dit voorjaar in de rij: het bedrijf kreeg een waardering die niet in verhouding stond tot winst. “Het draaide bij de investeerders niet om winst, maar om waarde”, stelt Zwaaf. “Welke waarde zagen zij in het bedrijf en welke prijs waren ze daarvoor bereid te betalen? Waarde is wat iets voor een ander betekent. De prijs is het bedrag waarvoor de transactie tot stand komt.” Zwaaf stelt dat je de waarde van een bedrijf daarom niet – alleen – in de boekhouding kan vinden in de vorm van assets, winst en omzet. Belangrijker voor waardebepaling is de intrinsieke waarde, de waarde die door en binnen de onderneming zelf is gevormd, zoals de merknaam, de kwaliteit van de mensen en het intellectueel eigendom van creatieve producten. Maar ook: hoe trouw zijn klanten? Hoe is het verloop van je medewerkers en op welke locatie zit je?

155


Zo bepaal je de waarde Voor het bepalen van de waarde van een onderneming, is er een redelijk eenvoudig rekenmodel dat een goede indicatie geeft. Zwaaf:“Uitgangspunt bij waardebepaling is de winst van een onderneming, de kwantitatieve waarde. Deze ver­ menigvuldigen we met de P/E-multiple. Voorbeeld: bedrijf A heeft een winst van 10.000 euro en een P/E-multiple van 5. Dat maakt dat de waarde 5 x 10.000 euro = 50.000 euro. Een bedrijf dat een goed netwerk heeft, goede service biedt, mooie octrooien in bezit heeft en een sterke brandnaam heeft, zal een hogere P/E multiple hebben dan een bedrijf dat als middelmatig bekend staat. Hoe hoger de intrinsieke waarde, hoe hoger de P/E multiple en hoe hoger de prijs.” Micha Zwaaf

Winst vs waarde De waarde van een onderneming kan volgens dit model dus op twee manieren worden verhoogd: door meer winst te maken of door te concentreren op waardecreatie. Zwaaf: “De meeste onder­ nemers concentreren zich op winst, maar – zeker creatieve ondernemingen – zouden zich bezig moeten houden met waardevermeerdering. Geld verdienen staat op twee. Je moet als onder­ nemer mooie dingen maken. Je moet eerst de waarde gaan maken, waardoor je onderneming meer waarde krijgt en de prijs uiteindelijk hoger zal zijn.” Dat maakt je bedrijf ook investeerbaar. “Want alleen als je waarde creëert, ben je interessant voor investeerders.” Zwaaf noemt als voorbeeld Facebook. Toen Facebook in het eerste jaar razend­ ­populair werd onder Harvard-studenten en oprichter Mark Zuckerberg een nieuwe server nodig had, was het vinden van een investeerder geen enkel probleem. “Zuckerberg had een goed verhaal.”

Waardecreatie Hoe creëer je meer waarde? Zwaaf noemt als eerste een goede positionering en een sterke merknaam met een duidelijke identiteit en mission statement. “Instagram is een goed voorbeeld van slimme positionering. Via Instagram kunnen gebruikers foto’s maken, publiceren en met elkaar delen. Door zich als fotoservice te positioneren en zich niet in de markt van Twitter of Facebook te begeven als berichtenservice of social network, was Instagram voor beide bedrijven een interessante partner, wat uiteindelijk de prijs opdreef.” Van hoe een sterke merknaam kan zorgen voor waardevermeerdering zijn vele voorbeelden. Een van de meest aansprekende is Apple. Zwaaf: “Apple zet als bedrijf iets neer wat meer is dan de producten alleen, waardoor ze een hogere prijs voor hun producten kunnen rekenen en het bedrijf miljarden waard is.” Belangrijk daarbij is een duidelijke mission statement, waardoor je op logische wijze meer diensten onder dezelfde naam kunt aanbieden en zo meer waarde creëert. “Als je je bedrijf goed neerzet, kun je steeds nieuwe dingen bedenken.” Een voorbeeld is Lucas Films die onlangs door Disney is gekocht. De productiemaatschappij is bekend van de Star Wars-films. In de loop der jaren is het

156


Businesstransformatie

bedrijf zich naast film ook onder meer gaan bezighouden met merchandising (Lucas Licensing), gaming (LucasArts), visual effects technologie (Industrial Light and Magic), en animaties (Lucasfilm Animation). Disney betaalde de hoge prijs onder meer voor de bewezen creativiteit van het bedrijf en gaat bovendien nieuwe Star Warsfilms maken, (bijna) gegarandeerde kaskrakers.

Praktische tips Tot slot geeft Zwaaf vijf praktische tips voor waarde­­creatie: 1. Consistentie. Zorg ervoor dat je bedrijf consistent is, dat het aan alle kanten klopt. Zorg voor een duidelijke identiteit met een duidelijke visie, missie en kernwaarden. Zorg voor een consistente uitvoering, zowel operationeel, commercieel als financieel. En ga voor resultaat: omzet, winst, tevreden klanten. 2. Maak een gedegen businessmodel, waarin tot uiting komt waarmee je je geld verdient (verdienpotentie), hoe je dat doet (verdienmodel), hoe de geldstromen lopen (business­model) en hoe je je zaken financiert. Een voorbeeld is de verhuur van kantoorruimtes. Verhuur je per maand of per jaar, verhuur je per verdieping of maak je flexibele werkplekken die per m2 te huur zijn. Financier je het pand door deze te kopen of huur je zelf ook. Elke keuze hierin kan de waarde van het business­model vergroten. 3. Perfect execution of a second-rate strategy is better than second-rate execution of a perfect strategy. Zorg ervoor dat je alles wat je doet, zo goed mogelijk doet. 4. Let op het rendement van je beslissingen. Hoe beter je met tijd, geld, personeel en klanten omgaat, hoe meer waarde je creëert. Als je teveel middelen nodig hebt om een bepaald resultaat te halen, dan creëert dat minder waarde. Als voorbeeld noemt Zwaaf het inhuren van medewerkers voor een gamingbedrijf dat dringend op zoek is naar een schoonmaker en een programmeur. Het vinden van een schoonmaker zou vele malen minder tijd mogen kosten dan het vinden van een programmeur, omdat de eerste minder cruciaal is voor de kwaliteit van het bedrijf en makkelijker vervangbaar is. 5. Tot slot misschien wel de belangrijkste: Creëer een brand, een van de grootste waardevermeerderaars die er is, en formuleer een mission statement. Wat wil je in de wereld teweeg brengen. Want, zoals de kat in Alice in Wonderland zo treffend zegt: “If you don’t know where you’re going, every road will take you nowhere.”

157


co lu m n

Media-industrie door het zwarte gat De laatste editie van 2013 van Intelligent Life, een uitgave van de gezaghebbende Britse Economist, wijdde de coverstory aan de toekomst van televisie. Centraal staat een nieuwe generatie media personalities die tot grote roem is gerezen. Tanya Burt is een 24-jarige videoblogger actief op YouTube waar ze make-up tips deelt met de wereld. Recentelijk heeft ze de miljoenste volger ­mogen begroeten. Tanya’s meet- and greet in een Londonse Apple Store werd door de politie afgebroken omdat de openbare orde niet langer gehandhaafd kon worden. Door de 55/45 split van advertentie-inkomsten met YouTube heeft Burt een interessant verdienmodel aangeboord. Jamal Edwards geeft muzikanten en comedy-acts een platform via SB.TV. Dit kanaal telt ruim 350.000 abonnees en kan Reebok, Adidas en Universal tot zijn adverteerders rekenen. Burt en Edwards hebben een status die vergelijkbaar is met popidolen. Ze staan in direct contact met hun fans via iPods, smart-phones en computers, zonder tussenkomst van de afstandsbediening. In het najaar 2013 maakte de Nederlandse Bachvereniging het project All of Bach wereldkundig. De meer dan 90-jarige gaat meer dan duizend werken van Johan Sebastian Bach, in duur variërend van drie minuten tot drie uur, audiovisueel vastleggen en beschikbaar stellen via een eigen digitaal kanaal. De NBV kiest de kortste weg naar de gebruiker en is daarmee onafhankelijk van de radio en televisie om hun volgers te bereiken. Ze vaart voor haar financiering op de uitstekende reputatie binnen cultureel en corporate Nederland. Het project gaat in de loop van 2014 online en zet de Nederlandse Bach vertolkers op de mondiale kaart. Wat bloggers en Bach verbindt is de inlossing van de digitale belofte. Ze staan voor een brede ­beweging van toepassingen en diensten die zich op eigen kracht bewijst, buiten de traditionele kanalen om. We speculeren al meer dan een decennium over de strategische en praktische consequenties van digitalisering. Nu zien we convergentie in volle actie. Grenzen vervagen, modellen gaan op de helling. Het tipping point gloort. In 1997 liet ik me inspireren door een grensverleggend artikel met de titel: Winners and losers. Industry structure in the converging world of tele­ communications, computing and entertainment.1 Daarin onder meer de legendarische zin ‘The forces of digitization act like the gravity of a “wormhole” in Star Trek, pulling recognizable industries through it and transforming them into something unrecognizable on the other side.’ Nu ruim vijftien jaar verder geldt het zwaartekrachtveld onverminderd. De trekkracht is sterker dan ooit, door technologie, door bottom-up creativiteit en ondernemerschap. De mastodonten in de mediascene zorgen voor andere krachten in het mediaspel. Zo is Liberty Media met UPC als v­ ehikel hier te lande op weg naar een kabelmonopolie, hyperconcurrentie met KPN en een scherpe ­propositie op het terrein van VOD. Liberty staat model voor de vervlechting van de media-industrie met de kapitaalmarkt; innovatie ten dienste van de aandeelhouder. De tendens van consolidatie en concentratie die zichtbaar is in de distributiemarkt, maar ook bijvoorbeeld in de dagbladsector, voorspelt echter niet veel goeds voor de traditionele mediabedrijven. Innovaties vinden meestal plaats binnen het bestaande model, terwijl uitdagers in de markt het vuur opstoken. De muziek­ industrie vormt daarvan een illustratief voorbeeld. De doorontwikkeling van digitale technologie en de daarop gebaseerde diensten speelt uiteindelijk in hun nadeel. Wanneer op termijn de glasvezelnetten opengaan om de huidige gatekeepers te omzeilen gloort weer een nieuwe dimensie. Of in dat tijdperk de nieuwe mastodonten als Google, Facebook en Apple tot de winners of de ­losers zullen behoren is een boeiende vraag. Paul Rutten is als onderzoeker verbonden aan de Hogeschool Rotterdam en Universiteit Antwerpen. Daarnaast werkt hij als onafhankelijk onderzoeker bij Paul Rutten Onderzoek. 1 D avid J. Collis, P.William Bane & Stephen P. Bradley. Winners and losers. Industry Structure in the converging world of telecommunications, computing and entertainment. In: David B. Yoffie (Ed.). Competing in the age of digital convergence. Boston, Massachusetts: Harvard Business School Press, 1997.

158


Future Media e agenda

innovati Future Media in de

amkamers van gebeurt er in de kra

de nieuwe media?

Uit het lab: Wat

re : Technolog y, Futu k ee W re tu Fu ia ed M

em: Get Ready fo Steven van Bellegh

e your own futu p ty to o Pr : h it Sm Scott

ness modellen voo si u b e st u u b ro : w o The Future N

e diensten op het ee HbbTV: innovatiev

, Economics

r marketing 2020 re(s) r mediabedrijven

rste scherm

➔ ➔

en ondernemerschap is n en k t, n le ta t d e Industries verbin Amsterdam Creativ n den om oplossinge in rb ve n se ti er p Ex tise Utrecht: Het Centre of Exper te creëren Media Campus

rsum Coming soon: Hilve

op derzoeken gericht n o e k ij el p ap h sc Nieuwe weten

rbereid op Column: Wees voo

de overal-media

Media & ICT


Future Media in de innovatie agenda

Een van de doelen van het topsectorenbeleid is om onderzoekers en ondernemers dichterbij elkaar te brengen. Daartoe worden regelingen opgezet die samenwerking stimuleren, events georganiseerd, kennis gedeeld en nieuwsberichten gepubliceerd over relevante p ­ rojecten. Het gaat daarbij altijd om onderzoek naar nieuwe media ontwikkelingen of ­innovatieve projecten. In dit hoofdstuk kom je meer te weten over initiatieven en onderzoeksprojecten uit de onderzoekswereld.

Cross Media Café uit het Lab

Tijdens het Cross Media Café ‘Uit het lab’ kwam een reeks van innovatieve projecten aan bod die ontwikkeld worden in diverse labomgevingen: bij universiteiten en bedrijven, lokale projecten en onderzoeksprojecten die in Europees verband zijn georganiseerd zoals het LinkedTV van Beeld en Geluid. Dit project ontstaan vanuit een Europees innovatieprogramma. Het nieuwe Europese ­innovatieprogramma Horizon2020 gaat in 2014 van start. Eind 2013 hebben we daar een voorlich­ tingsbijeenkomst over georganiseerd. Mocht je er meer over willen weten, houdt deze website dan in de gaten voor follow up activiteiten: www.clicknl.nl/media-ict.

Jong talent Een ander key event dat ingaat op ‘Future Media’ is Media Future Week. Bijzonder aan dit event is dat het zich richt op jong talent van verschillende hogescholen. Studenten worden in multi­ disciplinaire teams uitgedaagd op cases uit het bedrijfsleven op te lossen. IMMovator is begonnen met dit event om hogescholen dichterbij elkaar te brengen en de mismatch tussen wat het be­ drijfsleven vraagt van jonge ondernemers en wat studenten hebben geleerd bij hun opleidingen te verkleinen. Mediabedrijven hebben grote behoefte aan zogeheten 21th century skills zoals zelf­

160


Future Media

sturing, samenwerken, pro-activiteit en adviesvaardigheden. Mediaopleidingen kunnen echter (nog) niet altijd voldoen aan de specifieke opleidingseisen die mediabedrijven stellen aan hun personeel, maar de wil om de mismatch te verkleinen is bij beide partijen bijzonder groot. Een ander project dat zich richt op deze mismatch is Hilversum Media Campus. De Hilversum Media Campus is een initiatief van de Gemeente Hilversum, Beeld en Geluid en iMMovator. Met dit initiatief, dat nauw aansluit bij de human capitalagenda van het topsectorenbeleid, worden drie partijen duurzaam verbonden om de mismatch te verklei­ nen: overheid, ­mediabedrijven en kennisinstellingen. Eind 2013 zijn de resultaten van onderzoek naar deze mismatch gepresenteerd. In de eerste helft van 2014 zal toegewerkt worden naar een Mediapact: een meerjarig plan om de boven­genoemde mismatch doelmatig aan te pakken.

Media onderzoek In 2013 hebben 23 onderzoeksprojecten financiering ge­ kregen van NWO. Vier daarvan vallen in het Media & ICT Domein en worden in dit hoofdstuk kort beschreven. Een andere interessante ontwikkelingen is de totstandkoming van de Centres of Expertise op het gebied van de Creatieve Industrie. Amsterdam en Utrecht hebben een Centre of Expertise die tot doel hebben om beter aan de vraag van­ uit het bedrijfsleven te voldoen en in te spelen op de be­ roepspraktijk. Een ontwikkeling die we vanuit iMMovator een warm hart toedragen! De Centres stellen zich verder­ op in dit hoofdstuk aan u voor. Een andere ontwikkeling die we een warm hart toedragen is de totstandkoming van de Master of Media Innovation van NHTV, speciaal voor professionals. De ‘Executive Master in Media Innovation’ is de eerste en enige master gericht op media innovatie op strategisch niveau in Nederland. Met de komst van deze post-HBO opleiding naar Hilversum zal het ecosysteem in Hilversum worden versterkt door de combinatie van de media industrie die al aanwezig is en de high level kennis vanuit de opleiding van NHTV. Begin 2014 gaat de eerste lichting professionals beginnen aan de opleiding die in één jaar is af te ronden. Een aantal mooie initiatieven om het bedrijfsleven en de onderzoekswereld dichter bij elkaar te brengen. In 2014 zullen we doorgaan met het stimuleren van jong talent, verkleinen van de kloof tussen het bedrijfsleven en onder­ wijsinstellingen en het aanjagen van samenwerking ­tussen ­ondernemers en onderzoekers.

161


EVENT

Uit het lab: Wat gebeurt er in de ­kraamkamers van de nieuwe media? In ‘labs’ door heel Nederland zijn wetenschappers, uitvinders, kunstenaars en studenten ­bezig met uitvindingen en vernieuwende ideeën. Waar zijn ze precies mee bezig? En wat kunnen ermee? Tijdens het Cross Media Café op 12 februari jl. presenteerden iMMovator en CMBO een bonte verzameling van verrassende, innovatieve en veelbelovende projecten. “Nederland is één groot lab voor IT en media en daar kunnen we wereldwijd bij hebben”, stelt Freek van ’t Ooster, directie iMMovator. Samen met moderator/ samensteller Monique van Dusseldorp opent hij de middag. Een lab is volgens hem niet langer een ruimte bij een groot bedrijf. Aan innovaties­ op gebied van digitale media wordt op vele plekken gewerkt en er wordt ook veel samengewerkt. IMMovator en medeorganisator CMBO, het innovatie platform voor de grafische industrie, willen een bijdrage leveren aan deze ontwikkelingen. Onder meer door het organiseren van cross media cafés, congressen en workshops, het delen van informatie en het samenbrengen van partijen.

TNO en de verbonden informatiemaatschappij TNO wil proactief de innovatieagenda bepalen voor een innovatieve informatiemaatschappij”, stelt Prof. dr. ir. Erik Fledderus van TNO. Bij TNO werken zo’n 3.500 mensen binnen zeven aandachts­

162


Future Media

gebieden. Fledderus is onlangs benoemd als managing director van het thema Informatie­ maatschappij en is directeur van het Innovation Future Internet Use programma. Hoe bepaalt TNO die agenda? TNO richt zich binnen het thema Informatiemaatschappij met name op re-imagination, het vinden van nieuwe mogelijkheden voor iets wat al bestaat: • • • •

Re-imagination of information creation: over datastromen en wat de mogelijkheden zijn van analyse en gebruik van data. Re-imagionaton of content delivery: over dataopslag en transport. Re-imagination of learning and working: over werken en leren. Re-imaginaton of identity: over de gevolgen voor wie ik ben en met wie ik communiceer.

Fledderus noemt een groot aantal projecten waarin TNO in een ‘open lab’- situatie samenwerkt met kleine en grote ondernemers in binnen- en buitenland. In Nederland: 1. Branche innovatie contract Multimediale convergentie (Connected Home): samenwerking van partijen die producten en diensten leveren rond het thema Connected Home, zoals om­roepen, distributeurs en hardwareleveranciers. 2. Effectiviteit van serious gaming in het onderwijs (Technologie Cluster MKB). Aandacht voor de effectiviteit van het gebruik van games in het onderwijs en de meetbaarheid daarvan. 3. Engagement game: een serious game om de positieve effecten van bevlogen leiderschap ­inzichtelijk te maken. De Engagement game is een deel van een trainingstraject dat het HRdienstverleningsbedrijf 365 aanbiedt ter verlaging van kort verzuim. 4. Hybrid Broadcast Broadband TV: iMMovator en TNO coördineren het HbbTV Forum Nederland. Zowel heel praktisch (het coördineren van de uitrol in Nederland) als strategisch op Europees niveau. 5. Metadata Extraction Services (MES): het zo snel ­mogelijk doorzoeken van informatiebronnen. Europese projecten: 1. Webinos. Een visionair project dat uitgaat van web­ technologie, waarbij wordt gewerkt vanuit de cloud en geen centrale plek meer nodig is. Niet alleen tablet,­smartphone of tv geven toegang tot cloud, maar ook displays in auto’s. Het project heeft grote internationale partners, waaronder Oxford University en autofabrikant BMW. In het project is veel aandacht voor veiligheid van informatie en van de gebruiker. 2. Fascinate: Hoe ga je om met video-opnames met zeer hoge resolutie, zoals 8K? Het project gaat experimen­ teren tijdens WK Voetbal in Engeland volgend jaar. 3. Printed elecronics: het printen van elektronica op buigzame dragers (nog in ontwikkel fase). Tot slot merkt Fledderus op Nederland een ideaal ‘lab’ vormt. Nederlanders zijn zeer creatief en Nederland heeft een ­goede infrastructuur voor high performance computing: “We hebben een fantastische infrastructuur (breedband en ­mobiel) en de dichtheid van mobiele dekking is goed.” Erik Fledderus (TNO)

163


Uit het lab: Wetenschap Victor Klos van TNO presenteert MES (Metadata Extraction Services), een manier om snel informatie te vinden binnen radio- of televisiemateriaal. Zoekopdrachten leiden tot een “Google-achtige” lijst met radio of televisiefragmenten waarin het bedrijf wordt ­genoemd. “Vernieuwend”, stelt Klos. Want tot nu toe was het niet mogelijk om snel in audio- of video-archieven te zoeken. “MES kan het en MES heeft al zeer geïnteresseerde klanten. Bedrijven willen graag weten hoe vaak ze worden genoemd en in welke context, en wat klanten van hen ­vinden. “

Victor Klos (TNO)

U p date

Volgens Klos is MES nét uit de lab-fase. “MES heeft werken­ de technologie, MES heeft goede innovatiepartners en MES heeft klanten. Alleen we kunnen niet aan de slag in verband met de radio- en televisierechten.” Klos roept daarom alle aanwezigen op om met een idee te komen om MES verder te brengen met een goede toepassing.

Update: samenwerking met contenteigenaren en spinout MediaDistillery Inmiddels hebben een flink aantal partijen de demo van MES gezien, in binnen- en buitenland. En de reactie is altijd enthousiast. Dat betekent dus: doorgaan met het vermarkten van deze techno­ logie. Victor Klos: “De televisierechten blijven een lastig obstakel, dus dit doen we op twee m ­ anieren. Ten eerste zoeken we samenwerking met grote partijen die zelf eigenaar zijn van de content. Ten tweede wordt er gewerkt aan de spinout MediaDistillery die de technologie als dienst naar de markt wil brengen.” Operators en omroepen zien de MES technologie als manier om hun klanten beter te bedienen. De toegenomen concurrentiedruk – vooral met Over-the-Top partijen – maakt partijen scherper op gebruiksvriendelijkheid. En wat is er nu mooier dan je klanten laten zoeken in alles wat je aanbiedt? De content-rechten zijn bovendien al geworven, dus het laten zien van zoekresultaten kan in hoge kwaliteit. MediaDistillery wil zich focussen op real-time toegang tot uitgebreide metadata en trends. Alerts (“Nu op Nederland 1: nieuws over AJAX”), uitgebreide zoekopdrachten of combinaties daarvan worden vlot afgehandeld. Is een resultaat eenmaal gevonden dan kan aan de hand van de context de relevatie worden bepaald. Afspelen gaat – indien mogelijk – via één van de gemist-websites. Victor Klos: “In 9 maanden is er veel gebeurd. De discussie rond uitzendrechten heeft tijd en energie gekost maar weinig opgeleverd, tegen onze verwachting in. Inmiddels werken we met nationale en internationale partners stapje voor stapje naar een proef en een lancering toe. Gelukkig hebben we andere wegen gevonden om onze technologie uit te rollen: 2014 wordt MES-jaar.”

164


Future Media

LinkedTV en AXES Roeland Ordelman en Lotte Belice Baltussen van Beeld en Geluid vertellen over LinkedTV en AXES, twee ontwikkelprojecten met steun van de EU. Het project LinkedTV wil televisie koppelen aan het web. AXES wil de koppeling maken met ­archiefbronnen. De projecten zijn nog in ontwik­ kelfase, maar er is al wel een draaiende demo. De demo is gemaakt met een uitzending van Kunst & Kitsch (met dank aan AVRO). Op basis van ­ gezichtsherkenning, ondertiteling, audioanalyse en video-analyse koppelingen worden koppelingen gemaakt met bijvoorbeeld een ­ biografie van de presentator en/of expert, ­ ­informatie over de getoonde schilderijen en in­ formatie over de verschillende kunststromingen.

U p date

Lotte Belice Baltussen (Beeld en Geluid)

Update: Meer over LinkedTV Het televisielandschap is drastisch aan het veranderen. Lineaire programmering zoals we die ­kennen wordt enorm beïnvloed door het internet en het feit dat tv op allerhande schermen wordt bekeken - van tablet tot mobiel en van laptops tot SmartTVs. Lotte Belice Baltussen: “Het naadloos integreren van web en televisie heeft een enorm potentieel. Het project LinkedTV maakt dit inzich­ telijk door het opzetten van een systeem om televisieprogramma’s te verrijken met online content. Hierbij wordt gebruik gemaakt van geautomatiseerde processen zoals shot- en scenedetectie en het herkennen van entiteiten en visuele concepten in ondertitels. Via deze processen wordt tvcontent verrijkt met online content.” Eén van de LinkedTV use cases is Tussen Kunst & Kitsch (TKK) van de AVRO. LinkedTV partner Noterik heeft een ‘second screen’ applicatie ontwikkeld voor verrijkte TKK content. Voor de ontwikkeling van dit tweede scherm zijn gebruikersstudies gedaan met TKK kijkers. Zij willen verrijkingen zien per ‘hoofdstuk’, zoals een item over een horloge van Breguet of een schilderij van Jan Sluijters. Kijkers willen vervolgens per relevant concepten binnen dit hoofdstuk verrijkingen zien. Een concept is hier ‘Wie’, ‘Wat’ en ‘Waar’ informatie - het onderwerp van een kunstwerk (Griekse godin Hebe), locatie (Rijksmuseum) of persoon (Jan Sluijters). Deze concepten zijn verrijkt met gerelateerde online bronnen, zoals Wikipedia. Kijkers ­willen deze informatie bookmarken tijdens het kijken, en deze rustig achteraf doornemen. LinkedTV gaat door met onderzoek naar betere verrijkings- en personalisatietechnieken om de kwaliteit van de verrijkingen te optimaliseren en aan te laten sluiten bij de wensen van individuele kijkers, en het verder in kaart brengen van de wensen van eindgebruikers én omroepen. Zo wordt de naadloze integratie van web en tv van toekomstbeeld tot een realiteit gemaakt.

165


Printed electronics Marc Koetse van Holst Centre is specialist op het gebied van flexibele of printbare elektronica. Holst Centre ontwik­ kelt technologie voor intelligente, draadloze, sensorgeba­ seerde microsystemen en voor “systems-in-foil”.

Marc Koetse (Holst Centre)

Na de zoektocht naar het maken van steeds kleinere ­elektronische componenten ziet Koetse nu een ontwikke­ ling naar groot en oprolbaar (en dus lage kosten). Holst Centre werkt aan technieken waarbij organische (plastic) elektronica per strekkende meter op een folie wordt geprint (roll-to-roll), vergelijkbaar met hoe een krant ­ ­gedrukt wordt. Zo is het al mogelijk om flexibele zonne­ panelen te printen. Ook zijn de eerste flexibele OLEDverlichtingstegels geprint. De kosten zijn nog hoog. Koetse voorziet in vijf jaar een acceptabele prijs/rendements­ verhouding. Hij ziet meer toepassingen van flexibele elek­ tronica, waaronder in textiel.

Uit het lab: Medialabs Innovatieve organisaties uit de culturele sector hebben zich verenigd in Dutchpack. Dutchpack bestaat uit zes ‘labs’: Waag Society, V2, Mediamatic, Submarine Channel, Steim, NASA (voorheen NIMk) en Worm. Bruno Felix van Submarine komt de samenwerking toe­ lichten. De reden voor samenwerking zijn de maatschappe­ lijke verschuivingen. Kunst wordt niet langer gesubsidi­ eerd. Maar voor de topsector Creatieve Industrie is nog voldoende geld beschikbaar. Met Dutchpack positioneren de zes ‘labs’ zich binnen de creatieve sector. Niet onterecht volgens Felix. De zes ‘labs’ maakten al crossover-projecten met andere sectoren, waaronder met onderwijs en media. Ook hebben ze contacten met kennisinstellingen en bedrijven. Dutchpack positioneert zich als innovatie-­ ­ instituut voor de creatieve sector, dat zich qua wetenschap­ pelijke insteek tussen TNO en universiteiten in bevindt. Wat kenmerkt Dutchpack? Felix: “Onderzoek en innovatie zijn artistiek geïnspireerd. Kennis wordt open en vrij wordt gedeeld en er is een voortdurende zoektocht naar nieuwe technologie. Bij Dutchpack lopen hardcore wetenschappers, kunstenaars, journalisten en activisten. Naast innovatie hou­ Bruno Felix (Submarine) den de instellingen zich ook bezig met het kritisch ­bevragen van technologie. Felix: “Door deze helemaal uit elkaar te trekken, kom je tot kritiek (privacy-issues bijvoorbeeld) of zie je nieuwe toepassingen.” Felix noemt een ­tactiele toepassing uit de muziekindustrie die nu met zeer veel succes wordt gebruikt om te communiceren met autistische kinderen.

166


Future Media

Voorbeelden van Dutch Pack-projecten: • Fab lab van de Waag: een lab waar je als publiek vrij naar binnen kunt lopen om iets op een 3D-printer uit te printen. Fab lab maakt daarmee highend technologie toegankelijk voor amateurs. • 2.0 suicide machine van WORM , een tool waarmee je al je ­social media identiteiten van het internet kunt verwijderen. • D-tower van V2 dat de gemoedstoestand van de inwoners van Doetinchem meet (via internet) en laat zien in kleur.

Demo van Rezone (pitch zie volgende pagina)

167


Rolf van Boxmeer (BAI)

Steven Kok (MediaLAB)

Pitches!

WAIT.THINK! Wie? Steven Kok van het MediaLAB Amsterdam

Wat? Wait. Think!, een project vanuit MediaLAB Amsterdam. Het is een platform om de wachttijd van treinreizigers op een leuke manier te veraangenamen. Het project was een combinatie van animaties op schermen op de perrons en een mobiele app. Door reizigers (grap­ pige) suggesties aan te bieden voor het doorbrengen van hun tijd en ze oplossingen te verschaffen voor mogelijke problemen wordt positiviteit onder reizigers­ bevorderd.

Waarom? Opdrachtgever ProRail is verantwoordelijk voor het welzijn van hun reizigers. De mobiele app zal het wachten voor de reizigers draaglijker maken en sluit daarom goed aan bij de doelstellingen van ProRail.

En verder? De opzet van MediaLAB Amsterdam is om groepen studenten prototypes te laten ontwikkelen van een concept dat daarna verwezenlijkt zou kunnen worden. Of dat gebeurt is aan de opdrachtgever. ProRail heeft het project voor een deel overgenomen, en is nu b ­ ezig om met animators van MediaLAB een vervolg voor dit project te verwezenlijken.

Rezone Wie? Rolf van Boxmeer van BAI

Wat? Hoe pak je een actueel maar ook complex stedelijk probleem aan zoals leegstand? Zeker in tijden van economische neergang zijn is het moeilijk om via de traditionele kanalen oplossingen te vinden. De Bossche culturele organisaties het Bosch Architectuur Initiatief en de Digitale Werkplaats bedachten een on­ conventionele oplossing: Rezone, een urban game met als uitdaging het bestrijden van leegstand. In het spel Rezone moeten spelers de stad behoeden voor verloedering en leegstand door onroerend goed te redden van de ondergang.

Waarom? Rezone past in de ontwikkeling waarbij digitale medi­ atechnologieën steeds vaker in de stedelijke ruimte te vinden zijn. Mediatechnologieën beïnvloeden de ma­ nier waarop stedelingen omgaan met fysieke ruimte, hoe ze sociale verbanden aangaan en onderhouden en hoe zij de stad ervaren. Digitale mediatechnologie­ ën vormen geen apart virtueel domein maar raken juist steeds sterker vervlochten met het alledaagse leven. Tot nu toe proberen de meeste digitale toepassingen het leven in de stad vooral gemakkelijker te maken voor individuen. Rezone is een project waarin digitale mediatechnologieën juist een rol spelen in het betrek­ ken van bewoners bij hun leefomgeving en bij elkaar.

En verder? De game wordt momenteel doorontwikkeld en er is inmiddels een Rezone the Game 1.0 versie.

168


Ron van der Sterren (Videodock)

Frank Peters (NHTV)

Digital Agent Wie? Frank Peters, NHTV

Wat? NHTV internationale hogeschool Breda heeft de Intelligent Agent gepresenteerd: Een Artificial Intelli­ gence dataplatform met middleware voor de ontwik­ keling van apps. Het system maakt op basis van ­locatie, agenda en gedrag in het verleden een consu­menten­ profiel. Op basis van permissive vindt timing, filtering en presentatie van informatie plaats. Het system doet aanbevelingen aan de gebruiker: “Blijf nog even thuis want de trein is vertraagd”, of “Pizza met 10% korting in de winkel waar je voor staat”. De toepassing verschilt van bestaande toepassingen, zoals bijvoorbeeld Google Now doordat de data van de g ­ ebruiker blijven: deze kan zelf besluiten wie zijn informative mag gebruiken.

Waarom? Voor de gebruiker ontstaat zo een digital assistent, voor de content leverancier een mogelijkheid aanbie­ dingen te doen op het juiste moment, voor de juiste persoon.

En verder? In 2013 is op basis van het systeem een NHTV studenten­ app ontwikkeld die momenteel wordt getest. Daarnaast wordt toepassingsmogelijkheden op het gebied van gezondheidszorg onderzocht.

RCO meets Fink Wie? Ron van der Sterren, product manager Videodock

Wat? Veel uitgevers willen print verrijken met video. Maar wat als video je startpunt is? Van der Sterren laat een voorbeeld zien van een registratie van het Koninginne­ nachtconcert 2012 van het Koninklijke Concert­ gebouworkest. Deze registratie verrijkte Videodock met contextuele video’s over de musici en de muziek. Deze video’s worden aangeboden in een tijdlijn boven in het beeld. Bij selectie ervan start de tweede video op een second screen.

Waarom? Het valt Videodock op dat de integratie tussen mooie verhalen en video’s nog niet altijd goed is gedaan. Veel uitgevers pompen hun artikelen naar het digitale do­ mein en zoeken daar een paar filmpjes bij. Dat kan be­ ter vonden ze bij Videodock en daarom nemen zij ­video als startpunt.

En verder? Het Concertgebouworkest was erg tevreden met de manier waarop de registratie was verrijkt dat ze Video­ dock hebben gevraagd dit concept verder uit te werken. In november presenteerde Ron van der ­ Sterren het resultaat tijdens het Cross Media Café TV in the Cloud & On demand: een app van het Concert­ gebouworkest. Meer daarover is te vinden in hoofd­ stuk 3: Smart & Social Media.

169


event

Uit het lab: uitvinders In deel 2 van het Cross Media Café ‘Uit het lab’ werden vijf nieuwe producten gepresenteerd. We nemen je mee naar de wereld van Augmented Reality, 3D printing en Social TV.

Beyond Reality Jeroen Mol van Beyond Reality is augmented reality specialist. Hij presenteert diverse innovaties zoals Xpose, een soort Shazam voor video! Met Xpose kun je beelden scannen op televisie en deze koppelen aan een website. Mol noemt als voorbeeld een autocommercial waarbij je na scannen direct een proefrit kunt aanvragen. Een andere innovatie van Mol is Virtually.at, waar­ mee mensen een event live kunnen beleven zonder er daadwerkelijk te zijn. Mol: “In wedstrijden op tele­ visie bepaalt de regisseur wat je te zien krijgt, bij ons kun je dat zelf bepalen.” Een 360 graden camera filmt het event vanaf een goede plek op de tribune. Thuis kan de kijker virtueel om zich heen kijken door zijn tablet om zich heen te bewegen. Volgens Mol is deze toepassing met name geschikt voor live events. Hij is in gesprek met Amsterdam Arena voor een pi­ lot tijdens de UEFA finale.

Jeroen Mol (Beyond Reality)

Met Holo@home is het mogelijk om thuis een holo­ gram te projecteren met smartphone of tablet. Zeer geschikt voor presentaties. Mol ontwikkelde hier­ voor een speciaal open kastje met hologramfolie. Het hologram kan ook communiceren met de con­ sument. Mol gebruikt hiervoor de techniek van Xpose. Doordat de tablet met de beeldzijde naar beneden op het kastje ligt, is de camera (aan de ach­ terzijde) vrij. Op een vraag van de virtuele holografi­ sche presentator kan de consument dus antwoor­ den door een kaartje met het antwoord voor de camera te houden.

Landscape House 3D-printen Architect Janjaap Ruijssenaars van Universe Architecture wil een bijzonder Landscape huis gaan printen met een reusachtige 3D-printer. Het bureau kreeg de laatste jaren al eerder brede bekend­ heid door hun innovatieve zwevende bed (op basis van magnetisme). Universe Architecture komt tot hun innovatieve ideeën via het Question, Answer, Discovery-model. Zo ontstond het idee van een printable Landscape house toen het bureau meedeed aan een wed­ strijd voor 40 woningen in het Ierse Calway. Ruijssenaars: “Een supermooie locatie. We stelden ons de Vraag: Kan een gebouw als het landschap zijn? Het Antwoord was: Het landschap is continue.” Op basis daarvan begonnen de architecten aan een Discovery van een model zonder begin en

170


Future Media

zonder einde. Ze kwamen uit op de Möbiusband, een 3D-oneindigheidsteken. De vervolg­ stap was een model maken zonder begin en einde. Het bureau maakte een model van pa­ pier en later van lood. Maar altijd was er een knip nodig om het model te maken. Toen ont­ stond het idee om het model te printen op een 3D-printer. Dit leidde tot het plan om ook het huis zelf te printen met behulp van de enige betonprinter ter wereld. De printer werkt met vermalen steen en zand. De eerste proefprint op locatie heeft al plaatsgevonden. Voor de to­ tale ‘print’ worden nog financiers gezocht. Of het oneindige Landscape House uiteindelijk in één keer geprint gaat worden is nog niet bekend.

Janjaap Ruijssenaars (Universe Architecture)

Augment your Reality Kunstenaar Sander Veenhof ziet zichzelf als een één-persoons-lab. Hij onderzoekt de relatie tus­ sen augmented reality en de gewone wereld. Veenhof: “Je kunt bijna alles augmenten.” En dat doet Veenhof dan ook. Als hij de wereld door zijn ­tablet of smartphone bekijkt, kan hij het niet ­nalaten er een virtuele laag aan toe te voegen Er komt een keur aan leuke en bizarre projecten voorbij. Een greep. Veenhof geeft mensen op straat, goudvissen, televisiepresentatoren en magazines een tekstballon met gedachten. Tijdens de Amsterdam Fashion Week maakte hij

Sander Veenhof

171


Augmented Fashion: een jurk kreeg bewegende en expanderende blokpatronen als je er door een tablet naar keek. Voor het EYE theater maakte hij een productie met haaievinnen in het IJ. Eigenhandig maakt hij ook het grootste kunstwerk ter wereld: een virtueel object van 7 miljard blokjes rond de aarde. “Ik laat het meter voor m ­ eter uitdijen, zodat het uiteindelijk het grootste virtuele­kunstwerk van het universum wordt.” Van de zomer wil hij een virtueel festival organiseren in Amsterdam. “Ik hoop dat het lukt. En zo niet, dan gaat het toch door…”

Uit het Lab: Media VARA: social media player met extra achtergrondinfo De Universiteit van Amsterdam (UvA) heeft een technologie ontwikkeld waarmee Informatie over tv-programma’s automa­ tisch toegevoegd kan worden op een twee­ de scherm. De VARA gaat die techniek ­inzetten voor een eigen mediaspeler. Het project Information retrieval for information services - waaraan de Universiteit van Amster­dam deelneemt - is één van de pro­ jecten binnen COMMIT , het grootste ICTonderzoeks­project van Nederland. “De zoekmachine analyseert het gesproken woord, selecteert kernwoorden en zoekt daar relevante onderwerpen bij”, vertelt Daan Odijk van de UvA. “De analyse gebeurt realtime en gaat al in zo’n 80% van de geval­ len goed. Het systeem is zelf-lerend.” Om te bepalen of een kernwoord echt interessant genoeg is om er aanvullende informatie bij te zoeken, wordt gekeken naar de context waarin iets wordt gezegd.” Vervolgens ­worden de onderwerpen gekoppeld aan databases, zoals Wikipedia of elke andere bron die betrouwbaar genoeg wordt ge­ acht.” Uit tests met fragmenten uit DWDD Daan Odijk (UvA) blijkt dat het systeem gemiddeld 2,5 ­zinvolle links per minuut produceert. Ook is De UvA in gesprek met onder andere NPO om de zoekmachine voor alle publieke omroepen ­beschikbaar te maken.

VPRO: UploadTV Op 5 april start VPRO met een nieuwe live tv-show rondom webvideo’s: UploadTV. Annelies Termeer van VPRO Digitaal: “Het is een interactieve tv-show. Het publiek kan de inhoud van de show ­meebepalen door video’s in te sturen, mee te discussiëren en te stemmen. Het motto: Baas op ­eigen buis!” Elke show draait om een thema dat gasten hebben ingebracht. Kijkers kunnen ook hun eigen UploadTV starten in Google Hangouts.” Google Hangout is een soort Skype-functie binnen

172


Future Media

Google+, maar dan voor maximaal tien deelnemers. “Je kunt samen kijken naar de live uitzending of je eigen suggesties uploaden. Alle deelnemers in de hangout kunnen stemmen of de nieuwe upload in de hangout wordt getoond. De hangout wordt ontwikkeld in ­samenwerking met Videodock. Aan de show zelf wordt nog hard gewerkt.

U p date

Lessons Learned van UploadTV In december 2013 vroegen we Annelies Termeer een update te geven over UploadTV. Ze zegt daarover: “Er zijn niet heel veel ontwikkelingen rondom UploadTV omdat het programma in mei 2013 afliep. Er zijn per tv-aflevering erg veel video’s ingestuurd via de site, dus dat werkte heel goed en de Samsung smartTV app is goed bekeken. De interactieve Hangout app die ik ook presenteerde is enthousiast ontvangen maar uit­ eindelijk niet heel veel gebruikt. Mogelijk kwam dit door onbekendheid met Google+ en Hangouts bij het publiek of door onbereidheid van het ­publiek om ­tijdens de tv-uitzending iets anders te gaan doen. We zien meer mogelijk­ heden in ­interactie voor en na het programma dan tijdens, omdat het al een een heel ­dynamisch en ­contentrijk programma was. “ Annelies Termeer (VPRO)

173


event

Media Future Week:

Technology, Future, Economics In samenwerking met maar liefst 11 hogescholen in Nederland organiseerde iMMovator voor de derde keer de Media Future Week (MFW) in Almere. Van 13 tot en met 16 mei kwamen de 150 beste en meest gemotiveerde mediastudenten samen om zich te buigen over media vraagstukken van onze casepartners. Doel van de Media Future Week is deelnemers naar een next level in hun vakgebied te brengen en de relatie tussen onderwijs en mediaindustrie te versterken. Media Future Week 2013 begon op maandag 13 mei waarop de cases gepresenteerd waar de deelnemers gedurende de week aan werken. In teams waarin verschillende opleidingsrichtingen van verschillende hogescholen vertegenwoordigd waren werkten de deelnemers aan cross­ mediale cases uit het bedrijfsleven. Issues die aan bod kwamen in de cases zijn het fileprobleem, TV kijken in de toekomst, Smart Society, open data en gameplay. In interactieve co-creatie sessies werkten de deelnemers aan hun cases. Dit jaar was er gekozen voor een iteratieve opzet van het programma waarbij de deelnemers op drie momenten hun plannen aan mededeelnemers, experts en hun opdrachtgevers presenteren en feedback krijgen. Alle con­ tent die de deelnemers produceerden gedurende het project werd bovendien opgeslagen in een speciaal CtrlS systeem dat MFW alumnus Frank Abrahams heeft ontworpen. Via de Media Future Week website is nu nog een schat aan informatie beschikbaar die tijdens de week is gegenereerd.

174


Future Media

Van dag tot dag Maandag 13 mei ging de Media Future Week 2013 van start. Na een introductie van de organisatie gaf marketing expert Steven van Belleghem een keynote presentatie. Het verslag daarvan is ver­ derop in dit hoofdstuk terug te vinden. Na deze kick-off werden de cases geïntroduceerd aan de teams. In de eerste teamsessie werd al druk gebrainstormd over mogelijke oplossin­ gen. Voor een extra dosis inspiratie gaven drie uitvinders een presentatie. Janjaap Ruijssenaars (Universal Architecture) vertelde over het Landscape House, een huis dat volledig door 3D printers gemaakt wordt. Maarten den Braber introduceerde ‘Quantified Self’, een be­ weging waarbij je steeds meer gegevens over je eigen gezondheid kan monitoren door ge­ bruik van nieuwe devices. Marc Koetse (Holst Centre) liet de wereld van Printed Electronics zien: flexibele en draagbare sensoren die ons leven zullen gaan veranderen in de komende 10 jaar. Scott Smith coacht de teams Dinsdag stond in het teken van de toekomst. Allereerst gaf Futurist Scott Smith een keynote pre­ sentatie over toekomstperspectieven. Een verslag van zijn presentatie vind je verderop in dit hoofdstuk. Scott ging na zijn speech langs de teams om hen van feedback te voorzien. Voor de lunch presenteerden nog twee andere sprekers hun toekomstperspectieven. Justien Marseille be­ nadrukte de rol van curatie in de toekomst. Martijn de Waal legde de focus op het visualiseren van data in de stad, waarmee sociale issues aan de kaak gesteld worden. In de middag bereidden de teams zich voor, voor de Dragons’ Den sessie aan het einde van de dag. Vier experts gaven kritiek op hun ideeën waarmee de teams verder aan de slag gaan.

175


De woensdag is ‘Economics Day’, met een keynote speech van Seth Shapiro over business models. Hij liet, aan de hand van voorbeelden uit de televisie­ wereld, zien hoe business models op verschillende manieren kunnen werken. Mascha Driessen ging die­ per in op online video en gaf tips voor het maken van goede keuzes ten aanzien van jouw business model. In de middag kregen de teams praktische workshops voorgeschoteld. Thema’s die aan bod kwamen waren: business modeling, pecha kucha, visualisatie en pro­ totyping. Alles om klaar gestoomd te worden voor de laatste dag: de eindpresentaties. 3D printer om prototypes mee te printen

Voor het zover was kregen de teams eerst nog tijd om hun concepten af te maken op donderdagochtend. Voordat de deelnemers zelf het podium betraden was er nog een spreker geprogrammeerd: Vincent Reijnders. Deze jonge ondernemers vertelde het ­succesverhaal van zijn bedrijf 22tracks waarmee hij nu internationaal actief is. Na zijn inspirerende speech waren de teams zelf aan de beurt. Hun case oplos­ singen zijn op de volgende pagina terug te lezen

Mascha Driessen (ex-YouTube)

176


Future Media

Meer informatie

Zoals gezegd bevat de MFW website een schat aan informatie over de week, de cases en de deelnemers. Goed om eens te kijken als je meer wilt weten over het event of bijvoorbeeld partner wilt worden.

De Media Future Week is een initiatief van iMMovator Cross Media Network en wordt mede moge­ lijk gemaakt door partners Hilversum Events, gemeente Amsterdam (Amsterdam Campus), ­gemeente Almere en het onderzoeksproject “The Future Now”. De Media Future Week wordt geor­ ganiseerd in samenwerking met 11 hogescholen: NHL Hogeschool, Fontys Hogescholen, Saxion, Hogeschool Rotterdam, Hogeschool Utrecht, Windesheim Flevoland, InHolland, Hogeschool of Amster­dam, Hogeschool voor de Kunsten Utrecht, Hogeschool of Arnhem and Nijmegen, NHTV en de HKU.

177


event

Cases oplossing presenteren aan de opdrachtgevers

Media Future Week: Cases Aan het begin van de Media Future Week krijgen de deelnemers een case voorgelegd: een vraagstuk van een bedrijf of een onderzoeksvraag uit een project op de scheidslijn tussen media en maatschappij. De deelnemers creëren hun visie op dit vraagstuk en presenteren hem aan het einde van de week aan de casepartners. In 2013 waren er cases die betrekking hadden op het fileprobleem, een avondje TV kijken in de toekomst, Almere Smart Society, energie en open data, en gameplay.

Anders op weg: fileprobleem aanpakken ‘Anders op weg’ is een project dat als doel heeft verkeersgedrag te veranderen om zo de reistijd te verkorten. De vraag aan de Media Future Week deelnemers was om te onderzoeken hoe gaming en nieuwe media campagnes gebruikt kunnen worden om het gedrag van mensen te veranderen. Om het gedrag van mensen te veranderen bedachten de MFW teams een app. Zo bedacht een team een app die social media en agenda functies combineert en je zo een op maat gemaakt ­advies geeft over de reismogelijkheden. Het andere team bedacht ook een app met veel mogelijkheden: games voor toeristen, maar tegelijkertijd ook reserveringsmogelijkheden voor huurauto’s. De oplossing, zo bedacht dit team, zit hem erin door de consument iets te geven wat hij kan gebruiken, in plaats van wat hij kan hebben. Zo hebben veel jongeren geen auto, maar willen er wel een gebruiken.

178


Future Media

The Future Now: tv avond van de toekomst Het project ‘The Future Now’ onderzoekt hoe media bedrijven kunnen anticiperen op de ver­ anderende trends in techniek en maatschappij. MFW-deelnemers werd gevraagd om te onder­ zoeken hoe media bedrijven zouden moeten kunnen faciliteren over tien jaar. Hoe ziet een typische tv-avond er dan uit? Tijdens MFW werd een product bedacht waar­ mee de eenzaamheid onder ouderen en tijds­ druk in gezinnen opgelost wordt. Oma kookt het avondeten dat via een 3D printer wordt geprint voor het gezin. Het gezin en oma gaan eten ter­ wijl ze Google Glasses op hebben zodat ze virtu­ eel bij elkaar aan tafel zitten. Het andere team dat zich bezig hield met deze opdracht richtte zich op het personaliseren van televisiecontent. De schermen van de toekomsten weten, op basis van je eerdere gedrag, precies wat jij wilt kijken na een lange werkdag.

Almere Smart Society: ICT ­geïntegreerd in de samenleving Gemeente Almere wil weten hoe social media het leven, werken, leren en ontspannen beter en leuker kan maken in Almere in 2018. Hoe kunnen­ ICT ontwikkelingen van Almere een smart society­ maken? Spontaneous gaming is de oplossing volgens een MFW-team. Almere wordt Spontaneous game city, waar bezoekers, winkeliers en inwo­ ners van Almere virtuele spellen met elkaar ­spelen. Het andere team zag de mogelijkheid van social media om meer sociale cohesie in de stad aan te brengen. Een virtuele superheld (Flevo­man) kan je via social media benaderen als je hulp nodig hebt. Andere inwoners van Almere krijgen een oproep van deze held en kunnen je te hulp schieten.

Sixpac: games tegen overgewicht Het project ‘Sixpac’ vraag MFW deelnemers na te denken hoe gamesconcepten in het alledaagse leven toegepast kunnen worden om ervoor te zorgen dat gebruikers onbewust meer bewegen.

Google Glass prototype, geprint met 3D printer

179


De teams bedachten twee interessante toepassingen. Het eerste team bedacht games waarmee VMBO scholieren op hun weg naar school uitgedaagd worden. Het andere team kwam met een kinetic hub: een werkruimte waarin je meer beweegt dan in andere werkruimten. Je gebruikt de allerlaatste technieken waarbij je ook veel fysiek in beweging bent. Werk wordt leuker en gezonder.

Liander: open data Liander verzamelt als energieleverancier veel data over hun klanten en netwerk. Maar wat kan Liander met al deze data? Hoe kan deze data ingezet worden de 足samenleving duurzamer te maken? De MFW-teams gingen ermee aan de slag. Zo kwam een team met het idee de data beschikbaar te maken voor andere, opkomende landen. Wanneer je te maken krijgt met een groeiende vraag naar energie is het handig te putten uit een bron aan informatie van landen die al verder zijn. Het andere team bedacht een reeks toepassingen waarmee Liander gebruikers bewust kan maken van hun energiegebruik. Bijvoorbeeld door de data over energiegebruik in de wijk te verwerken op public screens of apparaten van de toekomst (bijvoorbeeld slimme koelkasten) aan te sturen.

Tevreden casepartners van Gemeente Almere

180


event

Future Media

Get Ready for marketing 2020 De consumentenmarkt verandert steeds sneller. De kinderen van nu zijn de consumenten van de toekomst. Technologie zit in hun genen. Ze tolereren geen bullshit en zijn ook nog eens extreem moeilijk te bereiken. Mediafuturist Steven van Belleghem waarschuwt daarom alle deelnemers van Media Future Week 2013: Get ready for marketing 2020! Hoe bereid je je voor op de consument van 2020? En op alle uitdagingen die daarbij horen?­ Van Belleghem vindt dat marketing zich op drie niveaus moet vernieuwen. “Ten eerste moet de marketeer van de toekomst nieuwe competenties ontwikkelen en gebruik maken van alle nieuwe ­(technologische) mogelijkheden (new capabilities). Daarnaast is er een nieuw soort marketing­ organisatie nodig om met de snelle ontwikkelingen om te gaan. En tot slot moeten marketing- en communicatiemedewerkers vooral ook investeren in hun eigen groei.” Bedrijven die op de oude manier blijven werken, zullen het volgens hem niet redden.

New capabilities Welke nieuwe marketing competenties zouden dan nodig zijn? Van Belleghem ziet er in ieder ­geval drie: Extreme customer centricity, wees extreem klantgericht en bied meer dan een goed serviceniveau. Technology as a facilitator: gebruik de mogelijkheden van nieuwe technologie. Tot slot: Selling without selling: verkoop zonder daadwerkelijk te verkopen, bijvoorbeeld door slimme content marketing. “Deze punten lijken misschien weinig vernieuwend, maar er zijn nog maar ­weinig bedrijven die op alle drie punten goed s­ coren,” stelt Van Belleghem. Hij noemt e-commerce ­bedrijven als ­positieve uitzondering, zoals Amazon en het online reisbureau Booking.com. “Booking. com herinnert zich mijn gegevens, zodat ik die niet elke keer hoef in te vullen. Ik kan kostenloos tot 24 uur van tevoren annuleren. Ze bieden 24 uurs service. De content is Selling without selling, want user-generated. En als ze me wél iets willen verkopen, is de content niet pushy, maar relevant.”

Steven van Belleghem openingskeynote MFW13

181


Extreme customer c­ entricity Van Belleghem stelt dat marketing van de toekomst gaat over (extreem) goed voor je klanten z­ orgen. “Veel organisa­ ties zijn zo extern ­gefocust dat ze de klanten vergeten. If your eyes are facing your boss, your ass is facing your client.” Maar klanten accepteren incorrect en onethisch gedrag niet meer. “Technologie zorgt ervoor dat klanten steeds transparanter en machtiger worden in hun dialoog met bedrijven. Denk aan de mogelijkheden van Google Glass, die gesprekken met customer service medewerkers straks direct live kan streamen.”­ Hoe bereidt een bedrijf zich hierop voor? Hoe zorg je voor perfecte klantenservice? Van Belleghem ­adviseert om te be­ ginnen met de basics. “Elk bedrijf heeft blinde vlekken. Dingen die wel bekend zijn, maar die ze niet oplossen, terwijl deze bij de klant d ­ irect opvallen. Voorkom dat klanten afhaken,­ omdat ze zich aan die punten gaan ergeren.” Steven van Belleghem

Pas op voor service schizofrenie “Zorg verder voor een goed serviceniveau voor iedereen”, vervolgt Van Belleghem.” Hij waarschuwt voor serviceschizofrenie. “Bijvoorbeeld als je voor diverse klanten diverse ser­ viceniveaus hanteert. Dat kan scheve ogen geven. Zoals in het geval van een man die via Twitter een maaltijd bestelde bij restaurantketen Porters. Twee uur later zou hij op een vliegveld landen. Daar stond inderdaad zijn bestelling klaar. Later bleek dat de man 152.000 followers had. Had iemand met 152 followers ook deze service gekregen? “Goede ser­ vice geven is goed, maar mensen moeten dat ook weten. Dat kan met extreme symbolen, activiteiten die uitvergroten waar je als bedrijf voor staat.” Van Belleghem noemt Tomorrowland, het populaire dance event waarvoor gasten uit de wereld naar België vliegen. De organisatie zorgt er­ voor dat de party al aan boord begint met DJ’s, cocktails en video. “Dit geeft de dance experience een extra boost. Maar zorgt ook dat mensen over je praten en je aanbevelen.”

Laat technologie voor je werken Nieuwe technologie biedt ook nieuwe mogelijkheden voor de marketeer. Van Belleghem noemt het self service touch screen bij MacDonalds om wachttijden te verkorten. En de digitale arm­banden waarmee hotelgasten van Disneyland bij parkattracties kunnen doorlopen en waarmee producten op rekening kunnen worden gekocht en in de hotelkamer worden afgeleverd. “De armband bevat alle persoonlijke gegevens, waardoor Mickey Mouse kinderen met hun naam kan aanspreken en weten wanneer je jarig bent.” Hoe ver kunnen en willen bedrijven gaan? En wat laten consumenten toe? Dat is nog even zoeken. “Zelf weet ik zeker dat ik op deze manier twee keer meer zal besteden”, stelt Van Belleghem. Hij is er dan ook van overtuigd dat de IT-budgetten van bedrijven voor een groot deel naar de marketing zullen verschuiven. “Dankzij technologie kunnen bedrijven hun mar­ keting efficiënter maken, een betere klant experience creëren en meer geld verdienen.”

182


Future Media

Selling without selling Het wordt steeds moeilijker om klanten te bereiken. Ook via social media. Van Belleghem: “Mensen zijn niet op Facebook om te connecten met brands, maar met friends. Uiteindelijk willen consumenten­ slechts vijf á zes brands op hun Facebook tijdlijn. Dat betekent dat bedrijven de concurrentie m ­ oeten aangaan met bedrijven die goed liggen bij consumenten, zoals Apple en Red Bull. Want het verhaal rond je product zorgt voor added value. Waardevolle content bieden is een bekende vorm van Selling without selling. Van Belleghem benadrukt dat social media vooral moeten doorverwijzen naar content op eigen latforms. “Likes leveren niets op. Via je eigen website of videokanaal kun je waardevolle data verzamelen over de klant.” Hij noemt ook het belang van een goed verhaal. “Denk aan de commercial van Red Bull met de bekende sprong uit de ruimte die door 8 miljoen mensen op hetzelfde moment is gezien.” Tot slot noemt hij de kracht van shared purpose, zoals Triodos bank met duurzaam bankieren. “De bank investeert vooral in projecten die een bijdrage leveren aan een betere wereld en trekt daardoor klanten aan die hetzelfde willen.

Marketing wordt projectgeoriënteerd Klassieke grote marketingorganisaties kunnen de toekomstige uitdagingen volgens Van Belleghem niet aan. “Daarvoor heb je kleinere, flexibelere ­organisaties nodig.” Deze zou moeten bestaan uit een strateeg, projectleiders en uit enkele experts in ­communicatie, data en IT. “Deze mensen omring je met kleine bedrijven, experts in hun veld. Zo werk je flexibeler, goedkoper en met goede en gemotiveer­ de mensen.” Marketing zal ook meer op basis van trial en error gaan. “Geen groot marketingplan, maar veel experimenteren met kleine projecten. Niet langer dan drie maanden vooruitkijken. Voorwaarde voor succes is volgens hem commitment. “Marketeers moeten niet alleen zéggen dat ze iets doen, maar het ook doen en zich daaraan committeren. Want alleen dan worden doelen bereikt. En dat vraagt discipline.” Steven van Belleghem in gesprek met de zaal MFW deelnemers

Investeer in jezelf En dan de noodzaak voor marketingprofessionals om in zichzelf te blijven investeren. “Je moet blij­ ven groeien, want ontwikkelingen gaan snel.” Alleen zo kan de marketingafdeling in staat zijn om de nieuwe marketingcompetenties in te vullen. “Huur een trainer in. Zorg voor een persoonlijke coach. Of laat je inspireren door andere bedrijven.” Tot slot ter relativering: ondanks alle nieuwe mogelijkheden die (online) technologie de marketing brengt, mag het belang van de offline ervaring met medewerkers, organisatie en producten nooit worden vergeten. “Mensen praten online over hun offline ervaring en niet andersom. De offline ervaring van klanten is voor 80 a 90 procent verantwoordelijk voor je online succes.”

183


event

Scott Smith:

Prototype your own future(s) Hoe gaat de toekomst eruit zien? In ieder geval niet zo perfect als de prachtige plaatjes van grote bedrijven ons willen laten geloven. Nieuwe technologie is niet het tovermiddel voor schoonheid en geluk. Futurist en designer Scott Smith maakt zich zorgen: de consument krijgt deze onrealistische flinterdunne projecties met de paplepel ingegoten. Wat de wereld nodig heeft, zo vertelt hij op de Media Future Week, is een meer uitgewogen toekomstbeeld waarbij de mens in controle is. Op het projectiescherm komen beelden voorbij. Een mooie vrouw die lachend wakker wordt in een heldere zonnige slaapkamer. Op een groot raam verschijnen boodschappen. Dan een scene met het ideale gezin in een licht interieur. Overal touchscreens die de bewoners met een simpele beweging direct van de gewenste informatie voorzien. Moeder kijkt vol geluk naar haar kinderen die via televisie worden voorgelezen. Een smetteloos witte keuken waar een man online kookles krijgt via een manshoog scherm. De beeldenstroom blijkt een compilatie van corporate videos van een aantal grote internationale bedrijven als Chevrolet, Google en Microsoft. “Ze schetsen een leven vol media en communicatie”, vertelt Scott Smith. Als futurist helpt hij organisaties en individuen met toekomstvisies en out-ofthe box denken en kijken. “Ze schetsen een wereld waar alles werkt, alles klopt en alles direct voor­ handen is. Iedereen is mooi, gelukkig en gezond. De beelden zijn zelfs allemaal in dezelfde stijl en

184


Future Media

in hetzelfde kleurenpalet gemaakt, met veel ramen, licht, en met veel informatieschermen op de achtergrond die zorgen dat alles perfect verloopt. En dat dankzij nieuwe technologie, die de ­consument kan aanschaffen…”

Verdovend Met de toekomstvisie op zich is Smith het eens. Ja, in de toekomst zal technologie inderdaad een grote rol spelen. Maar over de manier waarop deze in beeld wordt gebracht, maakt hij zich grote zorgen. “De beelden hebben een soort verdovend effect op de consument. Ze krijgen een goed ge­ voel en hebben het idee dat geluk en schoonheid ook binnen hun bereik liggen via een nieuw stuk technologie.” Scott stelt dat de invloed van deze beelden verder gaat, dan alleen verkoop. De beelden zorgen dat iedereen hetzelfde beeld van de toekomst voor ogen heeft, ook de nieuwe generatie designers en studenten. Maar het is een onrealistisch en eendimensionaal, waar geen plek is de eigen­heid van elk individu. En waarin de complexe, chaotische wereld wordt buiten­gesloten.

MFW13 deelnemers

Scott Smith in gesprek met Monique van Dusseldorp (dagvoorzitter MFW)

Thin future Scott Smith en z’n collega’s noemen dit thin futures. Dit is het tegenovergestelde van thick futures, waarin visies of ontwerpen in een context worden geplaatst. Smith: “Bij een ‘thick’ omschrijving van een toekomst of een ‘thick’ design wordt het echte leven meegenomen. Er wordt rekening gehouden met onvoorspelbaar menselijk gedrag en voorkeuren, met actuele ontwikkelingen, zoals ­sociale, ­culturele, politieke en spirituele trends en ook met onzekerheden. “In zulke toekomstvisies ­bieden we verschillende mogelijkheden van wat zou kunnen gebeuren.” Thin futures missen die diepgang. Ze laten alleen het perfecte plaatje zien. Smith vergelijke het met de monocultuur van IKEA. De ­consument hoeft niet zelf na te denken. Hij ziet een mooi plaatje van een slaapkamer en kan letterlijk alles in dozen meenemen en thuis opbouwen. One size fits all. En deel het vooral met je vrienden. “Maar brengt dit mooie standaard plaatje ook het verwachte geluk. Of voelt het toch niet zo goed?”

Kritiek “De situatie is kritiek”, stelt Smith. Hij mist agency bij de mens, het vermogen en de wil om zelf (doordachte) keuzes te maken. “Wat laat je je voorspiegelen? Dat alles geweldig is? In de ‘thin’ ­toekomstprojecties zijn de mensen altijd bezig en productief. Ook de cloud wordt verkocht. Alle technologie werkt met de cloud zonder enig probleem. Het lijkt op een sprookje dat we zijn gaan ­geloven, waardoor we het vermogen verliezen kritisch te zijn.” Smith vreest een soort pret-a-porter

185


toekomst. “De vijf allergrootste bedrijven in de wereld, zoals Google, Amazon, Microsoft, Apple en Facebook (de über-companies) be­ palen het nieuwe normaal. De bedrijven gaan ook zelfs steeds meer op elkaar lijken.” Scott Smith spreekt ook over superdensitiy, het zwarte gat waar alles in verdwijnt wat bijzon­ der is, en één geheel wordt.”

Trends Wat is er aan de hand in de wereld? Scott Smith signaleert trends: Immateriality We hebben een datagedreven maatschappij. Bijna elke handeling van een individu levert nieuwe data op die kan worden gebruikt. Er zijn veel open data waarmee individuen zelf mee aan de slag kunnen om hun eigen verhaal te maken en die ze kunnen gebruiken voor eigen nuttige producten en innovaties. Non Human Media Hoe we over auto’s en transport nadenken wordt anders. Auto’s kunnen straks zelfstandig rijden en ‘zien’. De auto’s genereren hun eigen data en hebben hun eigen ervaringen. Het zou dus mogelijk zijn dat auto’s ook hun eigen reality show krijgen. Er zijn nu al reality shows op basis van politiecamera’s! Smart objects Objecten zijn steeds slimmer. Er zijn al digitale camera’s zijn net zo slim zijn als baby’s van zes maanden. Ze herkennen een lach of een gezicht. Maar wat gebeurt er als deze ontwikkeling ver­ der gaat? Als de technologie slimmer wordt als jij? En als het beslissingen voor je maakt en data uitwisselt met mensen die je niet kent.? Ownership Het begrip ‘eigendom’ is totaal aan het veranderen. Als je files downloadt, dan hoeft dat niet automatisch te betekenen dat de files je eigendom zijn. Hetzelfde geldt voor devices als kabel­ boxen en smartphones. We betalen ze, maar bezitten we ze ook echt? En wat betekent dat?

186


Future Media

Permanence Niets is uitwisbaar. Alles wordt bewaard: van Facebook-post tot hotelregistratie. In 2020 zullen er zo’n 40 triljoen Gigabytes aan gegevens ergens zijn opgeslagen. Wat betekent dat? En wat kunnen we ermee? Transparency De wereld wordt steeds transparanter. De zoektocht naar de Boston-marathon-dader was wereld­ wijd live te volgen. De media hadden eigenlijk geen rol. Ze hadden geen controle meer over de informatievoor­ziening, ze hadden geen eigen verhaal. De kijker maakt zelf toegang tot informatie en wordt zelf de analist. Materiality Wat kun je allemaal maken als je zelf dingen kunt printen? Werkelijk alles! Je kunt heel snel een prototype van je ideeën maken en deze gaan produceren. Mass media is an aberration Massamedia (b)lijken een tijdelijk ­fenomeen te zijn. Honderd jaar ge­ leden schreef elk mens zijn eigen brieven, daarna kwam er controle over nieuwsvoorziening door massa­ media. Nu verdwijnt die invloed stukje bij beetje naar het individu. MFW13 deelnemers aan de slag met hun eigen prototypes

Design Future Scaping Veel van de trends laten een wereld zien die uit elkaar valt. Volgens Smith is het goede nieuws dat we nu de wereld weer in elkaar kunnen en mogen zetten. “Ontwikkel je eigen toekomst­ visie.” Hij geeft aan hoe belangrijk het is om ideeën te visualise­ ren, met klei, met objecten of via prototyping. Een idee komt zo sneller tot leven en is makkelijker uit te leggen. “Werk snel. Bouw modellen, breek ze weer af, ga na wat werkte en wat niet, test ze en ga door. Speel, experimenteer met de mogelijke toe­ komst(en!), verken de mogelijke s­ cenario’s. Probeer niet tot één grote, alles overkoepelende toekomstvisie te komen.” Deze nieuwe trend heet Design future scaping, waarbij design, futu­ risme en innovatie samenkomen om een model te ontwikkelen van een idee of een concept. “Het is een discipline die zich nu aan het ontwikkelen is. Gebruik deze nieuwe tools om de con­ trole terug te nemen en je eigen ideeën vorm te geven.”

187


showc ase

The Future Now: robuuste business modellen voor mediabedrijven In februari 2013 is het onderzoeksproject The Future Now van start gegaan. Het project richt zich op het ontwikkelen van methoden en technieken waarmee de mediasector Business Modellen kan vormgeven en innoveren.

Bijeenkomst van The Future Now

Toekomstbestendige business modellen voor mediadiensten zijn lastig te ontwikkelen door het adembenemend tempo waarin de markt zich vernieuwd. Als ondernemer wil je weten welke con­ cepten werken én standhouden. Ondernemers zijn continue op zoek naar het vergroten van het rendement op hun media investeringen. De vraag voor het programma The Future Now is ont­ staan vanuit de vraag van mediaondernemers om ‘businesswise’ te kunnen innoveren; generieke business modellen en tools voor handen te hebben waarmee ze nieuwe diensten kunnen ont­ wikkelen die toekomstbestendig zijn. De vraag naar wat gaat werken, waarom en hoe speelt een terugkerende rol in de ontwikkeling van nieuwe mediadiensten. Al deze vragen zijn gebundeld in de centrale vraag van The Future Now: Hoe kunnen mediabedrijven anticiperen op de snel veranderende (cross)media technologieën en ­sociaal-maatschappelijke trends om hun eigen business impact in de toekomst veilig te stellen?

Wat is er tot nu toe gedaan? Het project wordt in samenwerking uitgevoerd met 9 hogescholen en bij de start 14 media­ partners. Hogeschool Utrecht is de penvoeder van het project. Elke hogeschool werkt samen met

188


Future Media

de regionale partners aan de ontwikkeling en uitwerking van vernieuwende Business modellen ­gebaseerd op trends en mogelijke toekomstscenario’s. Op welke manier kunnen mediabedrijven anticiperen op deze mogelijke toekomst en wat betekent dat voor hun eigen services en diensten. Daarbij wordt gericht op duidelijke trends als second screens – gamification – social TV/gaming/ reading. Om gericht hieraan te werken is er in februari een grote Kick-off geweest waar alle partners bij aanwezig waren. Aansluitend zijn er vier grote werksessies georganiseerd waarin betrokken media­ partijen en onderzoekers en studenten van de hogescholen gezamenlijk kennis uitwisselen en werken aan hun business modellen. De kennis hierover wordt verder ontwikkeld en begeleid met kennispartner Novay. Daarnaast zijn iMMovator en studenten en onderzoekers van de Universiteit Utrecht betrokken. De Media Future Week is onderdeel van het programma van The Future Now. Studenten van de deelnemende hogelscholen hebben in de 2013 editie gewerkt aan een opdracht vanuit het pro­ ject (te vinden op de site van MFW.) Ook dit jaar worden de uitkomsten van deze intensieve week meegenomen in de resultaten van The Future Now. De intensieve en brede samenwerking binnen het project levert nieuwe verbin­ dingen op en kennis voor ondernemers en onderwijs. Volg de ontwikkelingen op www.mediafuturenow.nl

189


showc ase

HbbTV: innovatieve diensten op het eerste scherm Na twee jaar druk overleg over techniek en regelgeving staan in Nederland omroepen, ­fabrikanten en distributeurs opgelijnd. (Bijna) niets staat meer in de weg om HbbTV uit te rollen als standaard voor interactieve televisie. Tijd om alvast de aandacht te richten op waar het uiteindelijk om draait: applicaties en content. HbbTV, wat kun je er allemaal mee? Op de bijeenkomst van het HbbTV Forum Nederland op 26 november jl. kregen de aan­ wezigen een impressie. Voorbeelden van succesvolle HbbTV-applicaties zijn er te over. De ontwikkeling gaat snel. In Europa is HbbTV (Hybrid Broadcast Broadband Television) aan een ware opmars begonnen, met Frankrijk en Duitsland voorop. Maar ook in Australië, de VS en de snel opkomende economieën in Azië lijkt HbbTV voet aan de grond te krijgen. Régis Saint Girons, de CEO van het Franse HTTV en internatio­ naal promotor van HbbTV, toont beelden van het Franse kunst- en cultuurkanaal ARTE. Met een druk op de rode knop van de afstandsbediening verschijnt er een laag over een deel van het tele­ visiebeeld. “Een soort superteletekst”, stelt Saint Girons. De interactieve laag van ARTE biedt onder meer een zeer uitgebreide televisiegids met informatie over programma’s, uitgesteld kijken, en trailers. Een andere Franse HbbTV-toepassing is Salto, de start over-service van France Télévisions. Wie te laat inschakelt, kan via de Salto-knop, waarvan ter herinnering rechtsonder een icoon in beeld verschijnt, naar het begin van een programma gaan. De omroep biedt de populaire service in de avonduren aan op enkele kanalen, waaronder France 2. “De beeldkwaliteit van de HbbTV

190


Future Media

t­erugkijkservice kan gelijk zijn aan die van het broad­ castsignaal.” In Duitsland zijn er al zo’n 70 HbbTVapplicaties beschikbaar, waaronder Das Erste Mediathek van ARD, een zeer uitgebreide en zeer snelle uitgesteld kijken-applicatie. “Het laden van video­kost nauwelijks tijd.”

Hobbels HbbTV is ontwikkeld om omroepen te faciliteren in de overgang van lineaire naar interactieve televisie. Saint Girons: “De omroepen zochten een eenvoudige ­manier om hun programma’s interactief te maken. Ook wilden ze rechtstreeks via internet bij de gebrui­ ker op het scherm komen.” Dat kan met HbbTV. Het enige wat de ontvanger nodig heeft, is een internet­ verbinding en een Smart TV of set-top box die HbbTV ondersteunt.

Régis Saint Girons (Httv)

Het HbbTV Forum Nederland, een initiatief van iMMovator en TNO, is al twee jaar bezig om de uitrol technisch en organisatorisch voor elkaar te krijgen. Het forum bestaat uit 21 vertegenwoordigers van fabrikanten, omroepen en distributeurs. De hele keten van maker tot televisiefabrikant moet technisch op elkaar afgestemd zijn om van HbbTV een succes te maken. Het forum koos onder­ tussen voor HbbTV 1.5 als standaard, de versie die door heel Europa ­gebruikt wordt. Ook houdt het Forum zich bezig met de nodig aanpassingen in wet- en regelgeving. De grootste hobbels lijken genomen. Alhoewel, de grote distributeurs staan nog niet te trappelen om HbbTV-signalen die nu al bij de zenders geleverd worden door te geven. Als het HbbTV-signaal eenmaal aan het broadcast­ signaal is toegevoegd, verandert de poortwachters­ rol van de distributeurs. Elke contentaanbieder met een eigen kanaal kan dan over-the-top aan de kijker leveren. Frank Visser van iMMovator en ver­ antwoordelijk voor de communicatie binnen het HbbTV Forum, geeft aan dat het forum zich inspant om een ‘must carry’ (verplichte doorgave) af te dwingen via de Mediawet om een brede dienste­ ninnovatie mogelijk te maken voor lokale, regio­ nale, nationale en internationale aanbieders.

Portaal van Zeeland

Frank Visser (HbbTV Forum NL)

Saint Girons verwacht dat de aarzeling van de dis­ tributeurs tijdelijk zal zijn, omdat HbbTV nieuwe kansen biedt. Goed voorbeeld is de Zeeuwse distributeur Delta die in 2013 een eigen HbbTVportal lanceerde voor haar klanten: “Het Portaal van Zeeland”. Het portal werd ontwikkeld in

191


s­ amen­werking met People’s Playground die ook het HbbTV-portal voor de NPO maakte. Technisch directeur Ammar Tijani: “Het Portaal van Zeeland staat op kanaal 12 van Delta en bestaat uit een bundeling HbbTV-diensten.” De distributeur focust met name op applicaties die waarde hebben voor de lokale markt, zoals het lokale weerbericht, Zeeuws nieuws in samenwerking met Omroep Zeeland en een foto-applicatie waar klanten foto’s van zichzelf en anderen via televisie kunnen bekijken. Het aanbod wordt aangevuld met populaire applicaties van andere aanbieders, zoals Uitzending Gemist, Nu.nl en de Video-on-Demand app van Videoland. “Voor Delta is dit een manier om de band met de achterban te versterken. Delta was ook al heel actief met mobiele applicaties met een lokaal karakter.”

Ideeën Hoe bedenk je geschikte apps voor HbbTV? CEO Martijn van Horssen van 24i Media heeft daar duidelijke ideeën over. Zijn bedrijf is gespecialiseerd in apps voor het first screen en behoorde tot de eerste bedrijven die apps speciaal voor Smart TV ontwikkelde. Voor hem bestaat de kracht van HbbTV onder meer uit Enrichment (aanvullende informatie), Catch Up (uitgesteld kijken), Interaction (stemmen, quizes, polls), Games en Advertising (met directe verkoop). Hij neemt enkele populaire programma’s als voorbeeld en bedacht daar een mogelijke app bij. Tijdens een voetbalwedstrijd zouden kijkers met de rode of groene knop kun­ nen beslissen of ze een wissel wel of geen goed plan vinden. Bij een complexe dramaserie als Game of Thrones zou je via een kader snel een korte uitleg kunnen opvragen. Tijdens het NOS Journaal zou je aanvullende filmpjes op YouTube kunnen bekijken. Het Journaal pauzeert dan tot je klaar bent. En dan tot slot: adverteren. Hij laat een videoclip zien, waarbij de schoenen van de zanger via HbbTV kunnen worden aangeschaft. Belangrijk is om niet te proberen alle knoppen van de af­ Ammar Tijani (People's Playground) standsbediening te gebruiken, vijf knoppen zijn genoeg om simpel te kunnen navigeren.

Realtime

Max Pinas (TWC)

192

Video-on-Demand, Uitzending Gemist, leuke toe­ passingen maar niet uniek voor HbbTV. Wie de unieke mogelijkheden van HbbTV volledig wil ­benutten, moet kiezen voor toepassingen die te maken hebben met wat er op dit moment op het televisiescherm gebeurt, vindt Max Pinas, mana­ ging partner van TWC. Realtime en overlay zijn voor hem de sleutelwoorden. De first screen appspecialist ontwikkelt momenteel de Buienradarapp voor RTL, ook voor HbbTV. “Een weerbericht moet location en time based zijn. Als je naar het weer kijkt, moet je ook kunnen zien hoe het weer


Future Media

bij jou is en wat de verwachtingen voor de komende dagen zijn. Naast deze lokale focus, krijgt buienradar ook een persoonlijke focus via Facebook: Wat is jouw bui?”

Innovatieve diensten De specialisten staan klaar voor app-ontwikkeling. De omroepen zijn nog een beetje afwachtend: “We wachten tot HbbTV politiek helemaal geregeld is” (RTL). Of ze spelen op safe met diensten als Video-on-Demand (SBS) of Uitzending Gemist (NPO). HbbTV staat in Nederland nog in de kinder­ schoenen. Frank Visser: “In Nederland bereikt HbbTV naar schatting nog maar tien procent van de huishoudens omdat de grootste distributeurs het HbbTV signaal tegenhouden.” Daarnaast zijn de oudere televisies en set-top boxen nog niet HbbTV-enabled. De meeste nieuwe overigens wel, en over een jaar of vijf zal het merendeel van de huishoudens een HbbTV compatibele TV in de huis­ kamer hebben. En dan vraagt ook de communicatie met de consument nog de nodige inspan­ ning. In het buitenland wordt de afkorting HbbTV vaak vermeden en verwijzen de omroepen een­ voudigweg naar de ‘rode knop’. Saint Girons: “Wat is HbbTV en wat kunnen we ermee? zijn vragen die nog niet bij de kijker leven, maar men wil weten wat er achter de rode, of de blauwe knop zit!” Er wordt hard aan gewerkt om de innovatie die met HbbTV mogelijk is tot l­even te laten komen.

193


showc ase

Amsterdam Creative ­Industries

verbindt talent, kennis en ­ondernemerschap

In 2013 is het landelijke Centre of Expertise voor de creatieve industrie en ICT gestart onder de naam ‘Amsterdam Creative Industries’. Initiatiefnemers van Amsterdam Creative Industries zijn de drie grootste opleiders in de creatieve industrie en ICT in de Metropoolregio Amsterdam: de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten, Hogeschool van Amsterdam en Hogeschool Inholland. Gezamenlijk bieden deze drie founding partners op 10 locaties aan 13.000 studenten 33 opleidin­ gen, variërend van Amsterdam Fashion Institute (AMFI) tot de Academie van Bouwkunst en Informatica. Ook verbindt Amsterdam Creative Industries twintig lectoren die samen met het on­ derwijs, het bedrijfsleven en maatschappelijke instellingen aan praktijkgericht onderzoek werken.

Eén aanspreekpunt Het doel van Amsterdam Creative Industries is om beter aan de vraag vanuit het bedrijfsleven te voldoen en in te spelen op de beroepspraktijk. Het heeft dan ook als missie om toegepast onder­ zoek op het raakvlak van creatieve industrie en ICT te ontwikkelen, te bundelen en te valoriseren. Founding partners en de industrie bouwen zo gezamenlijk aan één aanspreekpunt voor praktijk­ gericht onderzoek, onderwijs en scholing voor de creatieve industrie. Een kennisinfrastructuur die een kansrijke en groeiende maar ook kleinschalige industrie de mogelijkheid biedt tot samen­ werking en tot interessante cross-overs naar andere sectoren.

194


Future Media

Resultaten Amsterdam Creative Industries is in 2013 van start gegaan met 28 pilotprojecten waarin zo’n ­honderd grote en kleinere bedrijven en publie­ ke instellingen met studenten, docenten en ­lectoren samenwerken aan vragen uit de indus­ trie. Bij alle projecten leidt de verbinding tussen creativiteit en techniek tot praktijkgerichte ken­ nis die nieuwe kansen biedt voor de maat­ schappij en economie.

Media & Safety Zo onderzoekt MediaLAB Amsterdam met Cisco en Fields of View uit Bangalore (India) in het pro­ ject ‘Design Across Cultures’ hoe media- en ICTtoepassingen de veiligheid van vrouwen in de De Theaterfabriek in Amsterdam publieke ruimte kunnen vergroten. De directe aanleiding voor dit plan lag in de incidenten van seksueel geweld tegen vrouwen in het Indiase openbaar vervoer in 2013. In Amsterdam en Bangalore werken s­imultaan twee studentenprojectteams met de opdrachtgever aan het ont­ werpen en ontwikkelen van toepassingen die de veiligheid kunnen vergroten. Een team van Indiase studenten heeft plaatsgenomen in MediaLAB Amsterdam en een team van Nederlandse studenten is afgereisd naar India om daar ter plekke te werken aan dit urgente maatschappelijke vraagstuk.

Digital Fashion In een tweede Amsterdam Creative Industries project­ ‘3D Fabrics Development for Fashion Design’ werken de ­lectoraten Fashion Technology en Digital Archiving en AMFI samen met de industrie aan een database waarin de digitale karakteristieken van ‘fabrics’ zijn vastgelegd. Op deze wijze worden 3D manifestaties mogelijk en wordt een methode ontwikkeld waarmee ‘fashion’ ­volledig digitaal ontworpen kan worden. Door onder meer de globalisering van productieketens en door digi­ talisering heeft ­‘fashion design software’ op basis van CAD (Computer Aided Design)-tools een revo­lutionair effect op het ontwerpen van mode. Samenwerking binnen de Nederlandse mode- en textielsector is daarom geboden. Wilt u meer weten over Amsterdam Creative Industries of bent u geïnteresseerd in samenwerking? Neem dan ­contact op met directeur Matthijs ten Berge matthijs@ amsterdamcreativeindustries.com of 020-595 18 27 www.amsterdamcreativeindustries.com

195


showc ase

Het Centre of Expertise Creatieve ­Industrie Utrecht

➔ Expertisen verbinden om oplossingen te creëren

De creatieve industrie is een aanjager van vernieuwing en daarmee van vitaal belang voor de Nederlandse economie en samenleving. Het Centre of Expertise Creatieve Industrie te Utrecht helpt bedrijven, NGO’s en overheid bij het creëren van innovatieve oplossingen met impact door middel van interactieve media. Dit gebeurt vanuit de snelst groeiende creatieve­ regio in Nederland met een multidisciplinaire aanpak van studenttalenten, gespecialiseerde­ onderzoekers en gerenommeerde creatieve bureaus.

Samenwerkingsverband rondom thema Interactieve Media Het Centre of Expertise Creatieve Industrie te Utrecht is een samenwerkingsverband tussen de onderwijs- en onderzoeksinstellingen Hogeschool Utrecht en Hogeschool voor de Kunsten Utrecht, de kennisinstellingen TNO en Utrecht VC, de interactieve-mediabureaus Evident, OneShoe en eFocus en werkt samen met tal van andere organisaties en tientallen bedrijven uit de creatieve industrie. Hiermee verbindt het Centre ­expertisen uit het onderwijs, onderzoek en het bedrijfs­ leven. Gezamenlijk wordt gewerkt aan ­talentontwikkeling van (aankomende) mediaprofessionals, het vergroten van de slagkracht van bedrijven in de creatieve industrie om succesvol te kunnen innoveren en groeien, en het realiseren van innovatieve oplossingen met impact voor economische­ en maatschappelijke vraagstukken. De focus ligt daarbij op de sectoren Zorg en Energie.

Aansprekende projecten Het Centre investeert in aansprekende projecten waarbij de driehoekverbinding onderwijs, onder­ zoek en bedrijfsleven de onderscheidende factor is.

Kinderoncologie en voeding

Winnaars #youthbattle 2013

196

Uit een Call for Impact in 2013 zijn acht onder­ zoeksprojecten geselecteerd. Een van die projec­ ten betreft het ontwikkelen van interactieve me­ diaproducten voor het stimuleren van positieve eet­ervaringen bij jeugdige kankerpatiënten. De langdurige behandeling zorgt bij kinderen vrijwel altijd voor voedingsproblemen. De smaak veran­ dert of verdwijnt en slikken lukt soms niet meer, waardoor eetlust weg is en patiënten vaak afhan­ kelijk worden van sondevoeding. Onderzoek aan de TU Delft heeft aangetoond dat interactieve producten met spelelementen kansrijk zijn om de eetervaring positiever te maken. Voor dit project bundelen TU Delft en de Hogeschool Utrecht hun krachten met zes creatieve bureaus om samen met zorgverleners en – vragers uit het Beatrix Kinderziekenhuis Groningen te werken aan een innovatieve oplossing.


Future Media

#Youthbattle – Gezonde Leefstijl In juni 2013 organiseerde het Centre in opdracht van het RIVM de #Youthbattle – Gezonde Leefstijl, waarbij 45 studenten onder begeleiding van onderzoekers en professionele coaches uit de ­creatieve industrie in groepjes een week lang streden om het beste interactieve mediaconcept voor vraagstukken van verschillende leefstijlinstituten, waaronder Stichting Kind Online, De Nationale Hoorstichting en het Voedingscentrum. Het resultaat was 15 crossmedia concepten om een gezonde leefstijl onder jongeren te bevorderen. 7 hiervan zijn door de leefstijlinstituten uitge­ kozen om verder te worden uitgewerkt. Het Centre zal in 2014 een publicatie uitbrengen over de battle als innovatieve onderwijsvorm.

Innovatieteam voor bedrijven Ook zijn de voorbereidingen gestart voor de try-out van het ‘ULab’. Dit betreft een multidisciplinair studenten- en onderzoeksteam van de Hogeschool Utrecht, dat een half jaar lang in-company aan de slag gaat bij bedrijven in de creatieve industrie uit regio Utrecht om ze te helpen innoveren. Begin 2014 gaat het eerste ULab van start bij internetbureau Evident.

Een blik op de toekomst Het doel van het Centre of Expertise Creatieve Industrie is om verrassende samenwerkings­ verbanden tot stand te brengen die leiden tot nieuwe inzichten en toepassingen. Studenten, professionals, ondernemers, docenten en onderzoekers vinden elkaar in uitdagende interactieve media projecten en inspireren elkaar door samen te onderzoeken, samen te leren en zo samen een substantiële verandering tot stand te brengen die leiden tot innovaties met impact voor de maatschappij. Heeft uw organisatie een vraagstuk waarvoor u een innovatieve oplossing zoekt met inzet van ­interactieve media? Of bent u geïnteresseerd in samenwerking? Neem dan contact op met ­directeur Nathalie Waser via CoE_CI@hu.nl of kijk op www.ci.hu.nl

197


event

Coming soon: Hilversum Media Campus

Beeld en Geluid, Hilversum

Op 31 oktober 2013 werden de resultaten gepresenteerd van het behoefteonderzoek naar de Hilversum Media Campus. Onder verantwoordelijkheid van het netwerk CLICKNL Media en ICT, hebben de Gemeente Hilversum, Beeld en Geluid en iMMovator onderzoek laten uitvoeren naar behoefte en aanbod van arbeid in media en ICT-sectoren in Hilversum en ­omstreken. Belangrijkste conclusie is dat vraag en aanbod niet op elkaar aansluiten en dat bundeling van krachten aan te bevelen is om hier verandering in te brengen. Betrokken ­partijen zouden intensiever met elkaar samen moeten werken en deze samenwerking moet plaatsvinden op een structurele basis. Jan Müller, directeur Beeld en Geluid, vertelt tijdens zijn welkomstwoord over de ambities van de initiatiefnemers. “Doel is om ‘best of both worlds’, bedrijfsleven en onderwijs/onderzoek te ­ver­binden. Beeld en Geluid neemt daarbij graag de regietaak op zich”, aldus Müller, “maar cruciaal is het commitment van de aanwezige stakeholders. We willen immers toe naar een gezamenlijk ­gedragen Hilversum Media Campus.” De Hilversum Media Campus moet zorg gaan dragen voor modern mediaonderwijs, van basis­ school tot universiteit. “Ons doel is talentontwikkeling die aansluit bij de arbeidsmarktvraag. Als één regio een dergelijke campus voor elkaar moet kunnen krijgen, dan is dat de Hilversumse wel”, zegt

198


Future Media

een bevlogen burgemeester Broertjes. “Alle ingrediënten voor kennisconcentratie en samen­ werking van de diverse partijen zijn immers al in Hilversum Mediastad aanwezig. De gemeente wil graag faciliteren, maar onderwijs en bedrijfsleven moeten het zélf doen. Het umfeld hebben we, maar niet de kennisinfrastructuur.”

Gouden driehoek John Leek, manager onderwijs bij Beeld en Geluid, licht toe waarom intensievere en effectievere samenwerking en afstemming noodzakelijk is. De wil om de mismatch te verkleinen is bij beide partijen echter bijzonder groot, wijst het onderzoek nu uit. Leek: “Door een krachtig functioneren­ de ‘gouden driehoek’ van bedrijfsleven, kennisinstellingen en gemeente kunnen vraag en aanbod beter op elkaar worden afgestemd. Om te komen tot duurzame en effectieve samenwerking is, aan de hand van de onderzoeksresultaten, een vijftal scenario’s ontwikkeld. Door een integrale aanpak en goede regie kan de Hilversum Media Campus binnen afzienbare tijd een feit zijn.”

Onderzoek Wat is de behoefte van mediaorganisaties in Hilversum en omgeving aan gekwalificeerd personeel en in welke mate voorzien de huidige (media-)opleidingen in deze behoefte? “De belangrijkste constatering uit de diepteinterviews met een dertigtal medewerkers van 23 media­bedrijven en -opleidingen is dat vraag en aanbod niet op elkaar aansluiten”, aldus onder­ zoeker Matthijs Leendertse van ELMconcepts. Leendertse, tevens docent Media en Business aan de Erasmus Universiteit Rotterdam: “De gemiddelde jongere die van een mediaopleiding komt is dan wel mediaconsument, maar dat wil niet zeggen dat hij of zij, na een mediaopleiding doorlopen te hebben, ook de mediaprofessional is, waar het Hilversumse bedrijfsleven op zit te wachten.” De uitkomsten van de gesprekken met bedrijven zijn gespiegeld aan de opleidingen. Daardoor kan worden geconstateerd dat vraag en aanbod op een vijftal punten sterk uiteenlopen: 1. Technische kwalificaties. Veel jonge mensen willen in de media werken, maar de gevraagde technische kwalificaties ontberen ze, aldus de werkgevers. 2. Gevraagde 21th century skills als zelfsturing, samenwerken, creativiteit, pro-activiteit, commu­ nicatief, sociaal en multi-disciplinair kunnen werken krijgen onvoldoende aandacht in de opleidingen. 3. Adviesvaardigheden krijgen onvoldoende aandacht in de opleidingen. 4. De ondernemende houding van studenten laat te wensen over. Business rules, daar gaat het uiteindelijk toch om. 5. Taalbeheersing en taalvaardigheid laten te wensen over. Verder verschuift de vraag naar het opleidingsniveau. Waar vroeger mbo-ers aan het werk konden, worden nu hbo-ers gevraagd. Steeds meer redacteuren hebben - met het oog op hun analytisch vermogen - een universitaire, in plaats van een hbo-achtergrond. Je kunt als redacteur niet meer volstaan met hoor en wederhoor. Ook het kunnen analyseren van data wordt een belangrijke vaar­ digheid die je op je opleiding geleerd moet hebben. Aan de andere kant hechten bedrijven m ­ inder aan diploma’s. Jonge mensen met de juiste drive vinden misschien wel gemakkelijker hun weg.

Let’s connect! Uit het onderzoek komt ook dat de (media)opleidingen erg naar binnen gericht blijken te zijn. Opleidingen zijn zich daarvan bewust en willen het tij maar al te graag keren. Echter, mede door de curriculumduur van vier jaar, beperking van budget en strakke regelgeving zijn ze niet voldoende in staat up-to-date en flexibel te reageren op hedendaagse arbeidsmarktvragen.

199


De noodzaak om de mismatch aan te pakken is groot. “Het is nu alle hens aan dek. Er worden veel te veel jonge mensen opgeleid in knuffelstudies waar zij én wij niets mee kunnen”, aldus een van de ­geïnterviewde werkgevers.“Bedrijven zijn op zoek naar het ‘duizend dingen doekje’”, zegt Leendertse beeldend. De mediabedrijven proberen de tekorten­ zelf op te vangen. Ze leiden i­nstromers zelf op of schakelen recruiters in. Ook zetten ze vaak zzp-ers in en halen mensen uit het buitenland. De geschetste kloof wordt erkend door zowel de opleidingen als de bedrijven. De wil om beter te matchen is bij beide partijen aanwezig. Boven­dien zijn er al verschillende initiatieven die wél de goede kant uitgaan. Maar het is als het internet zonder zoeksysteem: ze zijn niet verbonden. De oproep van onderzoeker Leendertse aan ­opleidingen en bedrijfsleven is dan ook: Let’s connect!

Vraag en aanbod duurzaam samen laten komen Aan de hand van de onderzoeksresultaten zullen de initiatiefnemers samen met mediabedrijven en -opleidingen activiteiten ontwikkelen die bedrijven nodig hebben om arbeidskrachten aan zich te binden, als ook activiteiten die nodig zijn voor opleidingen om hun programma’s af te stem­ men op de snel veranderende vragen vanuit het bedrijfsleven. Op de toekomstige Hilversum Media Campus moeten vraag en aanbod op het gebied van arbeidskwalificaties op duurzame wijze veel beter samenkomen dan nu het geval is. Hiertoe worden diverse scenario’s voor de Hilversum Media Campus verder uitgewerkt. Deze scenario’s zijn gedestilleerd uit de resultaten van het onderzoek. Tijdens de presentatie werd een vijftal scenario’s geïllustreerd aan de hand van aansprekende ­pitches van stakeholders. De aanwezigen, allen belangrijke spelers in het Hilversumse, verbinden zich aan een of meer scenario’s, waarin men voor zichzelf kansen ziet. Vervolgens zullen de ­scenario’s verder worden uitgewerkt.

1. Toptalent: verbinden van talent aan ervaring. Rik Rensen van de Stichting Philip Bloemendal Fonds roept op om, als in het oude Gildesysteem, ervaren mediaprofessionals als ‘meesters’ te koppelen aan jonge ‘gezellen’, waaraan ze hun exper­ tise kunnen overdragen.

2. Challenges in MediaLab-setting Het door middel van uitdagende onderzoeksvragen verbinden van studenten van opleidingen aan mediabedrijven. Bijvoorbeeld voor projecten op het gebied van datajournalistiek of rapid ­prototyping. Twee studenten Media en Communicatie van de Erasmus Universiteit Rotterdam houden een pleidooi: “We volgen een brede wo-opleiding, maar we missen het opdoen van ­ervaring in de techniek, waar mediabedrijven zo’n behoefte aan hebben. Bedrijven, schakel ons in om onderzoek te verrichten en tegelijkertijd veel waarheidsgetrouwe werkervaring op te doen.”

200


Future Media

3. Masterclasses van internationale allure: ­actueel, tailormade en van topniveau. Freek van ‘t Ooster van iMMovator roept op om de profes­ sionalisering van mediadocenten ter hand te nemen. Zijn idee is om ‘masters’ op relevante vakgebieden in contact te brengen met ­docenten van opleidingen en medewerkers van mediabedrijven, zodat men elkaar volop kan inspireren.

4. Kick-ass onderzoek: vraaggestuurd ­baanbrekend onderzoek. Wat betekent bijvoorbeeld de hele ontwikkeling van big data voor de journalistiek? Of wat kunnen we vanuit de media doen voor de zorg? Dat soort velden moeten we volgens Freek van ’t Ooster willen ontginnen. Afgelopen zomer zijn 23 onderzoeksvoorstellen uit de creatieve in­ dustrie door NWO gehonoreerd. Hij heeft aan aanwezigen het verzoek om na te denken over relevante onderzoeks­ voorstellen voor de nieuwe NWO-ronde.

5. Leermodules: Flexibel en dynamisch maatwerk. Betere matching van vraag en aanbod via flexibele, korte en snel aan te passen opleidingsmodules. Victor Knaap, managing director van MediaMonks, ziet vele uitdagingen in de digitale industrie en hoopt dat de Hilversum Media Campus daarbij kan helpen. “We zijn heel goed in Dutch Design, maar waarom zijn we niet goed in Dutch Digital Design?” Als het aan Knaap ligt, gaat daar heel snel verandering in komen. Samen met gerenom­ meerde collega-bureaus zijn de gesprekken over een nieuwe opleiding die volledig aansluit bij behoeftes van bureaus als MediaMonks – denk aan interface, storytelling en animatie – al in een vergevorderd stadium. Tekst: Brigitte Bloem, Tekstbureau Blij dat ik schrijf

U p date

Mediapact De vijf (of meer, de initiatiefnemers staan open voor uitbreiding) scenario’s zullen op korte termijn verder worden uitgewerkt. Daarnaast hebben de initiatiefnemers toegezegd om in nauwe samen­ werking met de bedrijven en opleiders toe te werken naar een Mediapact: een meerjarenplan om de mismatch doelmatig en duurzaam aan te pakken. Voorafgaand hieraan zal in maart 2014 een concept-Mediapact gepresenteerd worden, inclusief bijbehorend actieprogramma. Tevens zullen dan de concrete resultaten van de eerste scenario’s gepresenteerd worden.

201


showc ase

Nieuwe wetenschappelijke onderzoeken gericht op Media & ICT In 2013 ging een groot aantal onderzoeksprojecten van start waarvan de resultaten ten goede komen aan de Creatieve Industrie in Nederland. De projecten zijn tot stand gekomen onder de vlag van het topsectorenbeleid en worden gefinancierd door NWO en TNO. Het kennis- en innovatienetwerk van de Creatieve Industrie, CLICKNL, is betrokken als linking pin tussen wetenschap en bedrijfsleven en als aanspreekpunt voor innovatie in de creatieve sector. De onderzoeken zijn erop gericht om wetenschappelijke kennis toegankelijk te maken voor de creatieve industrie, nieuwe kennis te ontwikkelen en verbindingen tot stand te brengen tussen wetenschap en praktijk. Alle 23 onderzoeksprojecten vormen samenwerkingsverbanden van ­wetenschappers en publieke en private partijen. Samen gaan zij zoeken naar antwoorden op ­onderzoeksvragen die voor de Creatieve Industrie van belang zijn. Van de 23 onderzoeksprojecten vallen er vier in het domein van Media & ICT:

MIME: automatisch metadateren van historisch tv-materiaal door ouderen In MIME (MemoryBanks Interactive Metadata Extraction) wordt onderzocht in hoeverre het moge­ lijk is om de emoties en sociale interactie, die bij oudere kijkers worden opgeroepen wanneer ze televisie kijken, middels camera’s en andere sensoren te registreren, te interpreteren en als m ­ etadata aan de content toe te voegen. Op deze manier is het mogelijk om content diensten persoonlijker en beter doorzoekbaar te maken. Daarnaast wordt in MIME onderzocht of het aanbevelen van speciale (historische) content mensen kan aanzetten om bijvoorbeeld meer te gaan bewegen.

202


Future Media

In het MIME-onderzoek wordt er in fases onderzoek gedaan naar twee verschillende manieren van metadateren door kijkers: reconstructie van nieuwe metadata door het analyseren van interactie tussen mensen onderling of tussen mensen en machines (mining user interaction) en door het­ leggen­van verbindingen tussen nieuw toegevoegd en al bekeken materiaal (mining user uploads). Consortiumpartners: TNO, Ziggo, Noldus.

KING: interfaces op maat KING (Kan Ik Nu Goed) onderzoekt hoe je goed onderbouwde gebruikersinterfaces kunt ontwerpen voor personen met een verstandelijke beperking. Dit gebeurt door kennis over cognitieve vaardig­ heden (zoals aandacht, taalbegrip) en mens-computer interactieprincipes (zoals navigatie, gebruik van iconen) systematisch mee te nemen in het ontwerpproces. De toepassing is toegang tot audiovisueel materiaal (bijvoorbeeld muziekvideo’s, televisieprogramma’s). Zo compenseert de ­ ­gebruikers­interface optimaal voor beperkingen en stimuleert zelfstandig gebruik van de toepassing. Binnen TNO wordt onderzoek gedaan naar richtlijnen voor en ontwerpen samen met laag­geletterden, ouderen en personen met een verstandelijke beperking. Ook wordt er onderzoek ­gedaan naar ­inclusive design, user profiling, user requirements en visuele design oplossingen die zorgen voor bewustzijn van en controle over privacy, onder andere in relatie tot aanbevelingen van content. Consortiumpartners: TNO, SIZA en NTR

Succesfactoren voor crowdfunding binnen de culturele erfgoedsector In dit onderzoeksproject wordt onderzocht welke factoren crowdfunding campagnes succesvol maken. Specifieke aandacht wordt besteed aan methoden om donateurs uit het eigen netwerk (familie en vrienden) te vergroten naar crowdfunders die op grotere afstand staan. Tevens wordt er onderzocht mogelijke effecten van het publiceren van sociale informatie op het geefgedrag van individuele crowdfunders. Tot slot wordt de impact die het betrekken van grote aantallen dona­ teurs op diverse organisatievormen en arrangementen heeft geanalyseerd. Consortiumpartners: Douw&Koren, Flintwave.com, Seeds.nl, Voordekunst.nl, Vrije Universiteit

203


Inspelen op veranderingen binnen het nieuws- en mediagebruik Digitalisering van nieuws en informatie faciliteert veranderingen in zowel de productie als het ­gebruik van nieuws. Binnen dit project onderzoeken wetenschappers samen met publieke en commerciële nieuwsmedia en gebruikers hoe de journalistiek beter kan inspelen op veranderin­ gen in het dagelijks mediagebruik. Wanneer journalisten beter kunnen inspelen op veranderend mediagebruik is dat niet alleen goed voor de journalistiek, maar wordt ook de democratische en sociale functie van media versterkt. Centraal staat hoe mediaorganisaties nieuwe behoeftes aan nieuws kunnen vertalen in innovatieve, effectieve en betaalbare nieuwsproducten. Verwacht de gebruiker van NOS.nl automatisch meer diepgang dan van Nu.nl? Stelt de gebruiker dezelfde eisen aan een (mobiele) site van een krant, een nieuwszender of een actualiteitenrubriek? Sociale media lenen zich goed voor het toegankelijker maken van journalistiek. Andersom kunnen journalisten deze platforms inzetten om kennis van burgers en bedrijven­ te gebruiken om de kwaliteit van nieuws te v­ erhogen. Maar hoe doe je dat optimaal? Hanteren nieuws­ gebruikers één kwaliteitsmaatstaf voor waardevolle journalistiek of gelden er platformgebonden of merk­ specifieke of zelfs momentgebonden maatstaven voor journalistieke kwaliteit? Consortiumpartners: Buitenhof, De Persgroep, EenVandaag, EO Informatief, NCRV Informatief, Nieuwsuur, Noordelijke Dagblad Combinatie, NOS Nieuws, Vrije Universiteit, Rijksuniversiteit Groningen.

204


co lu m n

Wees voorbereid op de overal-media Dat we in 2013 een omslagpunt hebben gezien naar mobiel consumeren van media is nog maar het begin. Hoe groot de impact ook is voor traditionele digitale mediadenkers die opeens ont­ dekken dat het geld niet meer te verdienen is met display rond content, we staan nog maar aan het begin van een grote omslag. Eentje waarvan in 2013 de kiem is gelegd. Er is hard geklust aan de nieuwe fase die de media in zal gaan. Het model gaat op de schop. Media als plek waar je naar toegaat als gebruiker is achterhaald. Alles is straks media, en alles is sensitief, wil jou leren kennen en de media moet die kennis gebruiken om de boodschap aan te passen aan jou, op dat moment. Moment ervaringen. Alles is media, de eerste tekenen zijn er al in 2013. Een vuilnisbak in Londen wordt media, een elek­ trische auto uit Amerika, een straatlantaarn in Eindhoven, je huis via de slimme thermostaat. Nu nog steeds specifieke plekken, maar het zal extremer blijken. Alles om je heen is potentieel ­contactpunt voor informatie, voor transacties. Dit is allemaal mogelijk doordat we apparaten bij ons dragen die op de omgeving reageren en die vertalen. Overal is contextrelevante informatie. In de cloud. Een van de meest zichtbare apparaten is de Google Glass. Nu nog alleen beschikbaar voor zogenaamde explorers, uitverkoren testers. In Nederland slecht drie tot voor kort. Met eentje (Daphne Channa Horn) heb ik de eerste apps ge­ bouwd voor Glass en ontdekt dat het meer is dan een gadget. Een nieuwe benadering zit erachter. Een benadering die ook de smartwatches gaat bepalen die nu langzaam op de markt komen. Voor mediamakers zijn deze veranderingen cruciaal. Als het model verdwijnt met plekken waar de con­ sument heen gaat en waar hij media consumeert, of dat nu offline of online is, op tv of de mobiel, dan moet je anders denken. De context van de gebruiker bepaalt welke content wordt geserveerd en geconsumeerd. En de consument gaat in nog extremere vorm dan nu zijn momenten delen. De Narrative camera die elke 30 seconde een foto neemt is slechts voorbode. We worden nog meer mediamakers. De essentie van deze omslag is dus dat alles media kan zijn. Zolang er maar triggers zijn die je kunt opvangen en zolang je ook maar echt relevant bent. Authenticiteit en relevantie, het is niet alleen een trend bij hipsters, het zal de aanjager van alles worden. Niet alleen een authentiek verhaal, maar ook authentiek in gedrag op elk moment. Dat we deze kant op bewegen is overduidelijk, in de ervaringen van de Glass explorers is ook te zien dan het app-model inmiddels diep geworteld is. Wat gaat dat betekenen voor de adaptatie is nog een interessante vraag. Is Google wel in staat het model sterk neer te zetten. Zo krachtig als ze destijds met search deden eind jaren negentig? Of zal Apple het nieuwe model introduceren via de watches en daarmee de consument op sleeptouw nemen. Dat zou me niks verbazen. Hoe dan ook. Als we volgend jaar terugkijken op 2014 zullen we onderkennen dat de toekomst van een nieuwe fase in media in dit jaar is gemaakt. Een toekomst waarin media alleen maar meer alomvattend wordt, maar het maken van media ook geheel anders is geworden. Iskander Smit is Strategy Director van Info.nl. Hij is verantwoordelijk voor info.nl/labs waar door middel van het uitvoeren van onderzoeksprojecten gekeken wordt naar de nabije toekomst.

205



Over iMMovator um, projectbureau

ie, expertisecentr Netwerkorganisat

Events

Onderzoek

Projecten

Formules

Organisatie

Participanten


âž”

Netwerkorganisatie, expertisecentrum, projectbureau Uit de voorgaande hoofdstukken blijkt hoe divers de activiteiten van iMMovator zijn. Van Cross Media CafĂŠs via onderzoeksrapporten zoals de Cross Media Monitor tot projecten zoals het HbbTV Forum Nederland. Deze diversiteit past goed bij het dynamische karakter van de crossmediasector en bij het type organisatie dat iMMovator wil zijn.

Missie Het iMMovator Cross Media Network is een netwerkorganisatie die zich richt op het versterken van de crossmediasector met de nadruk op innovatie en economisch rendement. Hiertoe organiseren we evenementen, projecten en onderzoek. Daarnaast versterkt iMMovator de rol van de crossmedia industrie als innovatiemotor voor andere economische en maatschappelijke sectoren. Innovatieve concepten die door crossmediabedrijven zijn ontwikkeld kunnen bijvoorbeeld toegepast worden in de zorg. Denk aan games en simulatie ter bevordering van het revalidatieproces. Als netwerkorganisatie brengt iMMovator verschillende partijen bij elkaar om kennis uit te wisselen over de nieuwste ontwikkelingen binnen de cross media industrie. Tijdens deze bijeenkomsten is er altijd ruimte om te netwerken waardoor nieuwe verbindingen tussen organisaties kunnen ontstaan. Als expertisecentrum vergaart iMMovator, vaak in samenwerking met andere partijen, ook zelf informatie over de sector: waar liggen innovatiekansen en hoe kunnen we die benutten? Om nieuwe ontwikkelingen te versnellen en innovatiekansen te benutten organiseert iMMovator projecten gericht op specifieke onderwerpen. Het projectbureau is daarbij vaak de aanjager en initiator van innovatie en brengt daarbij partijen samen om nieuwe verbindingen te leggen. Tenslotte stimuleert iMMovator ondernemerschap door haar activiteiten af te stemmen op het MKB.

208


Over iMMovator

Events Als netwerkorganisatie organiseert iMMovator een aantal evenementen om kennisdeling tussen bedrijven, overheden en kennisinstellingen te bevorderen. Het organiseren van deze contactmomenten gebeurt in grootschalige events zoals Cross Media Cafés, het Mediapark Jaarcongres (zie hoofdstuk 6) en de Media Future Week (zie hoofdstuk 7), maar ook tijdens kleinschalige workshops en masterclasses waar meer plek is voor interactie.

Cross Media Cafés De Cross Media Cafés zijn vakbijeenkomsten waarin leden van het iMMovator Cross Media Network in korte tijd worden bijgepraat over een relevante ontwikkeling in het crossmedia veld. Cross Media Cafés zijn de plek bij uitstek om op de hoogte te raken van de stand van zaken in de crossmedia industrie. Het is een plek om snel te leren van de ervaringen van anderen en daarover met anderen in gesprek te raken. Elk Cross Media Café is georganiseerd rond een bepaald thema. Nieuwe business cases, veranderingen in de sector en marktonderzoeken zijn een aantal van de onderwerpen die binnen een thema aan bod komen.

De bijeenkomsten zijn grootschalig opgezet en vinden plaats in een mediaomgeving zoals een studio op het Media Park. Experts geven hun visie of presenteren cases. Ook is er elke keer een pitchronde waarin startende bedrijven hun product of dienst kort presenteren. In de pauze en tijdens de borrel kan er met deze bedrijven verder gepraat worden tijdens het demo café: de bedrijven presenteren zich bij een statafel aan de bezoekers. Doorgaans komen er zo’n 200-300 leden uit het netwerk op de Cross Media Cafés af. Meer informatie (ook voor actuele thema’s en data) op: www.immovator.nl/crossmediacafe

209


Workshops IMMovator organiseert in samenwerking met Syntens/Kamer van Koophandel professionaliseringsworkshops om praktische kennis over innovaties binnen de sector te delen. De workshops zijn speciaal voor MKB’ers uit het netwerk (media, entertainment en technologie) en ondernemers uit de media sector en bevatten praktische tips en do’s & don’ts rondom een specifiek thema. De workshops zijn kleinschalig (20-30 deelnemers), interactief, en worden gegeven door experts op desbetreffend onderwerp. In hoofdstuk 6 is een verslag te lezen van de workshop waardecreatie.

Masterclasses De masterclasses gaan dieper in op actuele thema’s, waardoor ze wat minder praktisch zijn, maar bieden vooral inspiratie en input voor een visie of strategie. De masterclasses zijn met name bedoeld voor beslissers, productmanagers, lectoren, docenten, hoogleraren en business developers in de media. Masterclasses bieden geïnteresseerden de mogelijkheid om de visie van een (internationale) specialist aan te horen, en deze vragen te stellen. De masterclasses zijn kleinschalig (20-30 deelnemers). In hoofdstuk 3 is een verslag te vinden van een masterclass met Ivan Askwith. Deze masterclass werd georganiseerd in samenwerking met Emerce Eweek.

Technology Updates Tijdens een Technology Update word je door experts van TNO in één middag bijgepraat over een actuele nieuwe ontwikkeling. Door een interactieve opzet komen jouw vragen aan bod en er zullen een aantal praktische handvatten gegeven worden waar je direct mee aan de slag kunt. Daarmee zijn de technology updates interessant voor professionals die meer willen weten over het desbetreffende onderwerp, omdat zij er in hun dagelijks werk mee te maken hebben. De eerste Technology Update die we in 2013 met TNO organiseerden ging over privacy in apps, het verslag is na te lezen in hoofdstuk 4. Deze bijeenkomst werd georganiseerd naar aanleiding van vragen uit het netwerk over waar je precies aan moet voldoen qua privacy voorwaarden bij het bouwen van een app.

210


Over iMMovator

âž”

Onderzoek Als expertisecentrum bundelt iMMovator kennis over de crossmedia industrie. Ons meest bekende publicatie is de Cross Media Monitor.

Cross Media Monitor De Cross Media Monitor is een analyse van de ontwikkelingen binnen de ICT en creatieve industrie in de Noordvleugel van de Randstad. Crossmediale innovaties en ontwikkelingen concentreren zich bij uitstek in dit gebied en in deze sectoren. Diverse beleids- en bedrijfstrategieĂŤn zijn erop gericht deze innovaties en ontwikkelingen te stimuleren of commercieel te benutten. De Cross Media Monitor laat zien waar de creatieve sector staat en wat de belangrijkste ontwikkelingen in de clusters en steden zijn en is daarom bijzonder geschikt als input voor beleids- en bedrijfsstrategieĂŤn. De Cross Media Monitor is uitgevoerd door TNO, Intomart GfK en Paul Rutten Onderzoek. Meer informatie over de Cross Media Monitor is te vinden op www.immovator.nl/crossmediamonitor. In 214 zal een nieuwe editie uitkomen van de monitor.

211


âž”

Projecten Naast diverse evenementen en onderzoek initieert iMMovator projecten. Deze projecten zijn erop gericht innovatie te stimuleren en brengen overheden, kennisinstellingen en het bedrijfsleven bij elkaar. Om verbindingen te leggen, samenwerking te bevorderen, kennisuitwisseling te stimuleren en partijen te mobiliseren rond een bepaald thema. IMMovator heeft projecten gestart als het Ketenoverleg Digitale Televisie, 10-10-10, Luidheidnormalisatie, Almere DataCapital (zie hoofdstuk 4), Dutch Health Hub , 3DNL en is verder penvoerder voor de IPC regeling (Innovatie Prestatie Contracten – zie hoofdstuk 5). Belangrijke projecten in 2013 waren het HbbTV Forum Nederland (zie hoofdstuk 7), Growing Games (zie hoofdstuk 5) en het stimuleringsprogramma Curacao (zie hoofdstuk 6). Door deze brede invulling van haar rol kan iMMovator goed anticiperen op kansen en ontwikkelingen in de crossmediasector. IMMovator Cross Media Network maakt latente vragen en innovatiekansen expliciet en neemt initiatieven waaraan bij participanten, bedrijven, kennisinstellingen, overheden en andere partijen in de crossmediasector behoefte blijkt te zijn.

212


Over iMMovator

Formules Een van de succesvolle concepten van iMMovator is het Cross Media Innovation Center. Deze unieke formule mobiliseert en stimuleert de innovatiekracht in de ontwikkelingsfasen van de student naar het ondernemerschap. De combinatie van en samenwerking in de drie ontwikkelingsfasen stimuleert het samenspel van enthousiasme, ervaring, kennis en professie. Doel hiervan is om de samenhang tussen deze drie fasen zodanig te versterken dat het geheel als een krachtige innovatiemotor gaat functioneren. De fasen worden binnen het Cross Media Innovation Center als volgt ingevuld:

1 Leerbedrijf De eerste ontwikkelingsfase vindt plaats in het Leerbedrijf. Een leerbedrijf is een bedrijf waarin studenten uit het hoger en middelbaar beroepsonderwijs in een interdisciplinaire omgeving innovatieve opdrachten voor (MKB) ondernemers uitvoeren. Het betreft opdrachten in het kader van een keuzesemester, stage en afstuderen. In 2013 was er één leerbedrijf: GNR8 (zie kader). GNR8 is tot stand gekomen in samenwerking met Hogeschool Inholland en heeft op dit moment vier locaties. De samenwerking tussen het onderwijs en het bedrijfsleven zorgt ervoor dat theorie en deskundigheid bijeenkomen. Per opdracht worden de vereiste competenties/disciplines bijeengebracht in een projectgroep. Deze interdisciplinaire aanpak leert de studenten over de muren van het eigen vak heen te kijken en is een belangrijke voorwaarde voor innovatie. Opdrachtgevers zijn veelal afkomstig uit het crossmedia veld maar zijn daarbinnen zeer divers. • De winst voor de studenten is het ervaren van ondernemerschap en het in teams kunnen werken aan daarmee grotere en complexe opdrachten, • De winst voor de opleidingsinstituten is dat zij teruggekoppeld krijgen wat er schort aan de curricula en een pakket van workshops kunnen overnemen van het Leerbedrijf, • De winst voor de ondernemers is dat ze grotere en complete opdrachten kunnen plaatsen zonder zich te hoeven bekommeren over het huisvesten en begeleiden van een team van studenten.

213


GNR8: hoogtepunten 2013 Het media, communicatie en innovatie leerbedrijf van Inholland, GNR8 heeft in 2013 een goed jaar gehad. Geconcentreerd vanuit Haarlem worden tegenwoordig projecten opgepakt in Rotterdam, Den Haag, Amsterdam en Haarlem. De beproefde formule waar MBO en HBO studenten gezamenlijk werken aan(innovatie) projecten heeft zich weer bewezen. Totaal hebben er zo'n 25 studenten gewerkt aan eenzelfde aantal projecten. Speerpunten in de ontwikkeling van de medewerkers van GNR8: • Vakkennis, • Professionele werkhouding • Persoonlijk Netwerk. Projecten die niet geschikt zijn voor GNR8 worden verder uitgezet onder alumni studenten die voor zichzelf zijn begonnen of ondernemers die een dergelijk project kunnen oppakken. Op dit moment is de verhouding zo dat voor elk project dat GNR8 wel oppakt, er zo’n 3 projecten worden uitgezet onder alumni/ondernemers. Een van de opdrachten was een onderzoek naar een robuust businessmodel voor uitgeven van hoogwaardig digitale content, voor Digital Arts Magazine. In een periode van 8 weken is verdiepend onderzoek gedaan naar het uitgeven van hoogwaardige redactionele content op een tablet. Als casus hiervoor is het iPad magazine Digitial Arts Magazine gebruikt. Als methode is het Novey Robuust Businessmodel boekje gebruikt. Op basis van onderzoek naar ontwikkelingen op het gebied van techniek, business models en de dromen en wensen van de uitgever is middels verschillende stresstest rondes een robuust business model geschreven.

Lessons learned en Netwerk delen Door de jaren heen zijn er veel lessen geleerd bij de organisatie, een flink aantal zijn opgeschreven en terug te lezen. Het netwerk van oud studenten en zzp’ers, met wie we regelmatig samenwerken, hebben we overzichtelijk een lijst van gemaakt en is terug te vinden via www.gnr8.nl/kennis. Meer weten over GNR8? Schrijf je in voor de GNR8 nieuwsbrief: http://www.gnr8.nl/nieuwsbrief

Blijf aange-

sloten bij de activiteiten van GNR8!

214


Over iMMovator

2 Starterscentrum De tweede ontwikkelingsfase vindt plaats in het Starterscentrum. Er zijn twee starterscentra: een in Hilversum (Mediacentrum op het Media Park) en een in Haarlem (Gonnetstraat). Veelbelovende jonge ondernemers kunnen in aanmerking komen voor een starterhuisvesting. Naast het aanbieden van betaalbare huisvesting wordt gewerkt aan een programma waarbij de ondernemers worden ondersteund in de startfase van hun bedrijf. Met de organisatie van kennisoverdracht, de ervaringsuitwisseling en de georganiseerde netwerkverbanden ontstaat zo een broedplaats voor nieuw ondernemerschap.

Luchtfoto Media Park (bron: Team 4 Architecten)

Netwerk023 In Haarlem werkt iMMovator mee aan de netwerkvorming en kennisdeling tussen bedrijfsleven en opleidingen binnen de Haarlemse creatieve industrie. Hiervoor zijn verschillende workshops en bijeenkomsten georganiseerd in de regio Haarlem. Netwerk023 is het netwerk voor bedrijven in de media, reclame en internet met als bindende factor Haarlem. Het netwerk is geïnitieerd door Urbanology, Wazooky, Blutarsky en GNR8. Thuisbasis van het netwerk is de Internetsite: www.netwerk023.nl. Omdat enkel een online netwerk niet voldoende is wordt er om de twee maanden een netwerkborrel gegeven. Een van de belangrijkste reden van de oprichting het is gemis van een netwerk voor freelancers, ondernemers en studenten werkzaam in de creatieve industrie van Haarlem. Het Netwerk vult dit gat en biedt zowel online als offline de mogelijkheid dat creatieven elkaar ontmoeten. Daarnaast biedt het netwerk voor studenten die starten in de creatieve industrie een goede startlocatie om in contact te treden met dé creatieve bedrijven.

215


Netwerk023, een jaar van Verdieping en Professionalisering Ook in 2013 had Netwerk023 het doel om de creatieve industrie de ondersteunen, te versterken en te ontwikkelen. Dit doet het netwerk zowel offline als Online. Offline met workshops, paneldiscussies en netwerkbijeenkomsten. Online door het bieden van een community platform waar leden eenvoudig in contact kunnen treden met elkaar. Geselecteerde experts bloggen en komende evenementen staan aangekondigd. Leden plaatsen zelf ook evenementen. 2013 stond voor het netwerk in het teken van Verdiepen en professionaliseren van haar activiteiten.

Professionaliseren Ontwerper en lid van het eerste uur, Maarten van den Berg heeft een nieuw modern logo ontworpen, deze is doorgevoerd in de een nieuwe stijl op de website en in de nieuwsbrief. Er is een betaald lidmaatschap geïntroduceerd. Voor slechts €50,- per jaar mogen Plusleden deelnemen aan de inhoudelijke bijeenkomsten van het netwerk. Daarnaast zijn er diverse ledenvoordelen bij de netwerkpartners. Het bestuur van het Netwerk is uitgebreid met twee bestuursleden met als de taak om de leden communicatie en de promotie van de events een boost te geven. BDO en de Rabobank Haarlem en Omstreken zijn aangetrokken als eerste sponsoren. De samenwerking met ondernemers netwerk Young MKB Haarlem is verder aangetrokken.

De volgende events hebben het afgelopen jaar op de agenda gestaan: Het afgelopen jaar heeft het netwerk een verscherping en verdieping in de programmering van haar bijeenkomsten aangebracht. De focus ligt nu meer op de ambitieuze zelfstandigen en de groeiers. Bijeenkomsten bestaan altijd uit enerzijds een verdiepende en inspirerende spreker of panel discussie en een goed moment om te borrelen. • 17 januari – Trends voor 2014 icm nieuwjaarsborrel • 6 juni – Startuppanel met oa Layergloss, imgZine, iQU, Werk aan de muur en OneFit. • 29 augustus – Zomer BBQ – ism Young MKB Haarlem • 12 september 3D – Printen – Herman Bolhuis • 21 november – Big Data – Sander Duivestein • 19 december – Kerstborrel voor Plusleden

216


Over iMMovator

De verdieping voor het komende jaar,exclusief voor Plusleden: De aangebrachte focus zet zich ook in 2014 stevig door. De thema’s die voor het komende jaar op de agenda staan zijn als volgt: • Persuasion: Overtuigen, binden en doordringen! Aan de hand van de principes van Robert Cialdini • Internet of Things: Koelkasten, Thermostaten, chips en nog veel meer. • Collaborative economy: Delen, lenen en samengebruiken, de toekomst? Het Nieuwjaars event en de zomer BBQ zijn openbaar toegankelijk voor alle leden van het Netwerk. Aansluiten bij Netwerk023? Dat kan via eenvoudig via www.netwerk023.nl

3  Snel groeiende ondernemers De derde fase is het snel groeiende innovatieve bedrijf. Naast fysieke ondersteuning biedt iMMovator de bedrijven toegang tot haar uitgebreide netwerk van contacten op directieniveau van alle relevante bedrijven in de crossmediasector. Hiermee wordt de groeisnelheid van de bedrijven bevorderd. Daarnaast weten financiële instellingen en participatiefondsen via iMMovator hun weg te vinden naar bedrijven die extra kapitaal willen inzetten.

217


De organisatie iMMovator is een netwerkorganisatie en bestaat grotendeels uit zelfstandige professionals. Deze vormen het projectbureau en de kern van de uitvoeringsorganisatie. iMMovator kent een bestuur dat afgevaardigd wordt vanuit de in iMMovator participerende bedrijven, overheden en kennisinstellingen. Deze werkvorm maakt ons flexibel, biedt de mogelijkheid te werken met de beste mensen uit het veld en sterk resultaat gedreven. De harde kern van iMMovator stelt zich hieronder voor:

Ton van Mil

Directie iMMovator Wist je dat… Ton naast zijn werk voor iMMovator actief is in de regio Utrecht bij de Economic Board Utrecht? Hij rijdt daarom veel op en neer naar Utrecht in zijn Prius. Gelukkig kan je op steeds meer plekken je auto opladen!

Freek van ’t Oost er

Directie, financiën, programma’s, CLICKNL | Media & ICT Wist je dat.. Freek naast iMMovator ook leiding geeft aan een jong enthousiast voetbalteam? Daarnaast managed hij thuis nog aardig wat bedrijvigheid. Op zijn boerderij vind je paarden, eigenwijze geiten, katten en honden.

Mir Wermut h

Business development, Growing Games, Stimuleringsprogramma Curaçao, workshops en masterclasses Wist je dat… Mir houdt van lekker eten maar zelf naar eigen zeggen niet goed kan koken? Het meest houdt ze van exotisch eten in verre landen en het zal je niet verbazen dat ze van reizen houdt. Wat een geluk dat ze voor iMMovator naar Curaçao mocht voor Apps4Curacao.

Monique van Dusseldorp

Cross Media Cafés, Mediapark Jaarcongres, Media Future Week, masterclasses Wist je dat… Monique naast de events die ze voor iMMovator doet nog veel vaker betrokken is bij mooie events? Zo werkt ze al jaren mee aan het succesvolle TEDxAmsterdam. IMMovator collega’s vragen zich wel eens af waar ze de tijd vandaan haalt om dit allemaal voor elkaar te boxen!

218


Over iMMovator

George Freriks

Reporter USA Wist je dat… George het grootste gedeelte van 2013 in Amerika heeft doorgebracht? Daar houdt hij Nederlandse tradities in ere. Zo fietst hij regelmatig en organiseert er een keer in de zoveel tijd een Nederlandse borrel voor de Holland Hollywood Connection.

Frank Visser

HbbTV forum NL, Media Future Week, IPC Dutch Health Hub, IBC Wist je dat… Frank een echte Apple fan is? Hij begon als een van de eerste iMMovator collega’s aan de Mac en intussen zijn velen hem gevolgd. Daarnaast is Frank ook auto-fan, hij heeft er maar liefst vijf! Van BMW tot Prius.

Sieneke Croes

Sponsoring Mediapark Jaarcongres, IBC, relatiemanagement Wist je dat… Sieneke onze creatieve duizendpoot is? Wil je ons steunen, dan is Sieneke degene om mee te praten. Zij zorgt ervoor dat jouw merk op een sympathieke manier onder de aandacht wordt gebracht van ons netwerk of tijdens events.

Ellen Klein-Huvêr

Projectenbureau Wist je dat… Ellen de meest sportieve iMMovator medewerker is? De Spieren voor Spieren City Run die het iMMovator team dit jaar liep was voor haar eigenlijk een eitje. In het najaar deed ze zelfs mee met de Mud Masters: Een onwijs zware stormbaan, ontworpen door mariniers, in de polder van Biddinghuizen. Als de meeste iMMovator collega’s nog in hun bedje liggen op zondagochtend staat zij keihard te trainen.

Marlies Hakvoort

Communicatie Wist je dat… Je als je het iMMovator kantoor bezoekt Marlies bijna altijd wel tegen komt? Zij is de vaste bezetting van het iMMovator honk op het Media Park. Daarnaast is ze ook te vinden op de meeste iMMovator events en stuurt ze de iMMovator mailings uit. Je kan haar alles vragen, behalve onze pincode ;-)

219


Sander Beekman

Stagiair Wist je dat‌ Sander bij het begin van zijn stage direct met zijn neus in de boter viel? Hij draaide meteen mee in de rondleidingen die we verzorgden op de IBC. Hij heeft naar eigen zeggen nog nooit zoveel moeten lopen! Tijdens onze events vond je hem ook vaak achter de camera: veel video’s op vimeo.com/Immovator zijn door Sander gemaakt.

220


Over iMMovator

Bestuur Het bestuur bestaat uit de volgende personen: Bob Verburg (voorzitter, onafhankelijk) Gaston Crolla (penningmeester, KvK) Jan Wester (bestuurslid, TNO) Dirk Minne Vis (bestuurslid, Syntens) Regina von Stieglitz (InHolland) René Delwel (bestuurslid, United) Nathalie Waser (bestuurslid, Hogeschool Utrecht) Adviesraad Jan Rensen (wethouder Gemeente Hilversum) Désirée Majoor (Hogeschool voor de Kunsten Utrecht)

Participanten IMMovator zou niet kunnen bestaan zonder de steun van participanten. Zij maken het mogelijk dat iMMovator in staat is om interessante events te organiseren, bijzondere projecten op te zetten en de kennis uit de sector te bundelen en op grote schaal beschikbaar te maken. Het is dankzij hen dat u gratis Cross Media Cafés kunt bezoeken, en dat het bijwonen van een congres als het Mediapark Jaarcongres niet honderden euro’s kost. Dankzij hen kunnen we de crossmediasector blijven monitoren en zien we dat deze nog steeds groeiende en kansrijk is.

Ik wil Jetstream graag in het zonnetje zetten. Jetstream maakt al jaren de streaming van de Cross Media Cafés mogelijk, waardoor nog meer mensen kunnen genieten van de kennis die op deze events wordt gedeeld. Per keer kijken er toch zo’n 100 mensen mee van afstand, prachtig om ons publiek zo te kunnen uitbreiden. Vanaf eind 2013 streamen we onze Cross Media Cafés zelfs in HD. We zijn er erg blij mee dat een innovatief bedrijf als Jetstreams ons hiermee van dienst kan zijn. Vooruitkijkend op 2014 gaan we op zoek naar manieren waarop we meer van dit soort innovatieve ondernemers aan ons kunnen binden. Terugkijkend op 2013 zie ik dat we naast de uitbreiding van ons publiek door middel van streaming ook weer over landsgrenzen heen gaan. Met het stimuleringsprogramma Curaçao geven we de media industrie daar een boost. Dit resulteerde in een prachtig event op voor en door de industrie op Curaçao: Apps4Curaçao. Daarnaast halen we met onze reporter uit Amerika, George Freriks (voorheen projectleider van Dutch Media Hub) ook kennis van buiten Nederland. George houdt voor ons de Amerikaanse markt in de gaten vanuit L.A. en tipt ons netwerk op businesskansen. Ik wens u allen een inspirerend en innovatief 2014 toe!

Bob Verburg Bestuursvoorzitter iMMovator

221


Beeld en Geluid 2013 was een mooi jaar voor Beeld en Geluid. De laatste week van het jaar stond weer volledig in het teken van de Top2000. Ruim 25.000 bezoekers bezochten tussen Kerst en Oud en Nieuw het Top 2000-café. We merkten eens te meer dat samenwerken met verschillende partners zijn vruchten afwerpt. Dat geldt ook voor onze samenwerking met iMMovator. Zo organiseren iMMovator en Beeld en Geluid samen met de Media Academie al jaren het Mediapark Jaarcongres. Afgelopen jaar was dit netwerkevent weer uitermate succesvol met boeiende sprekers en zo’n 700 bezoekers. Maar we trekken ook samen op in projecten als de Hilversum Media Campus en rond het topsectorenbeleid van de overheid, zoals binnen CLICKNL. 'Hilversum' heeft veel te bieden en nog veel meer te ontwikkelen; Beeld en Geluid en iMMovator zien elkaar als logische partners in veel van dergelijke ontwikkelingen.

Jan Müller Algemeen Directeur Beeld en Geluid

European Media Projects European Media Projects B.V., kortweg EMP is een van de weinige Nederlandse audiovisuele media bedrijven met internationale vestigingen. Ook heeft de groep waaronder EMP valt, een brede portefeuille aan producten en diensten in verschillende sectoren waaronder luchtvaart, gezondheidszorg en media. European Media Projects is in staat om vanuit haar expertise in de media, een succesvolle brug te slaan naar de gezondheidszorg met innovatieve producten. EMP is gevestigd in een ander succesvol project van de groep; Old School Projects, een voormalig schoolgebouw in Hilversum uit 1929 dat nu dienst doet als broedplaats voor creatieve bedrijven. Daarnaast zijn er inspirerende daglichtstudio’s voor foto, film en events. Mark Janssen CEO; "Wij ondersteunen alle activiteiten van iMMovator van harte. De netwerkbijeenkomsten moeten gezien worden als bijeenkomsten die je bedenksels, uitvindingen, producten en diensten laten zien, waarvan je misschien elementen zelf kunt gebruiken. Bezoek dus niet alleen de ‘bekende’ bijeenkomsten, maar ga vooral, met een open mind, naar diegene waaraan je denkt niets te hebben. Daar kom je juist met frisse ideeën vandaan".

Mark Janssen CEO Inflight Television International Ltd European Media Projects B.V. Old School Projects – Creative Spaces & Bright Studios

Gemeente Almere IMMovator is een belangrijke partner en adviseur van Almere voor de ontwikkeling van het economisch speerpunt ICT&Media van de Economische Visie Almere 2030 en ondersteunt daarin de ICT&Media tafel van de Economic Development Board Almere (EDBA) in haar ambitie Almere te ontwikkelen als de intelligente en verbonden stad als onderdeel van de Metropoolregio. iMMovator is o.a. de stuwende kracht achter een van de programmalijnen van de ICT&Media tafel, genaamd 'Almere DataCapital': “De ontwikkeling van een duurzaam ecosysteem van kennis en bedrijvigheid

222


Over iMMovator

rondom de opslag en bewerking van ‘big data’.” Hoogtepunt voor de EDBA in 2013 was de Media Future Week. MFW heeft wederom in Almere plaatsgevonden en was ook weer een daverend succes met nog meer deelnemende hogescholen. De koppeling via opdrachten aan deze studenten vanuit ons programma Almere DataCapital heeft mooie en goede ideeën opgeleverd die de NUCA‘s (New Urban Creatives Almere, zwermbeweging rond Almere Smart Society) verder heeft doen ontwikkelen.

Frank Halsema Economische Zaken Gemeente Almere

Gemeente Amersfoort De afgelopen jaren is binnen Amersfoort een programma van samenhangende activiteiten uitgevoerd onder de noemer ‘Amersfoort Innovatief Sterk’. Kernelement daarbinnen vormde AmersfoortBreed, gericht op het stimuleren van digitale diensten. Met onder meer de Cross Media Cafés is met IMMovator samengewerkt om het bedrijfsleven, instellingen en overheden met elkaar te verbinden, noodzakelijk voor de ontwikkeling digitale diensten. Met het succes van AmersfoortBreed is er bij zowel het bedrijfsleven als de overheden de ambitie om dit programma door te ontwikkelen en op te schalen. Om deze opschaling te stimuleren en te versnellen is een samenwerking ingezet met onze regionale partners de IMMovator en de gemeente Utrecht. Een eerste uitkomst van die samenwerking is het indienen van een aanvraag voor Europese subsidie: ‘Media in the City’. Als partner in onze aanvraag, pakt IMMovator haar rol als netwerkorganisatie op stedelijk, regionaal en bovenregionaal niveau ,die zowel sterk is in het faciliteren van het bedrijfsleven als in het samenbrengen van stakeholders. Juist die kracht maakt iMMovator voor ons een belangrijke partner in de ontwikkeling van digitale diensten.

Han Engels Economische Zaken Gemeente Amersfoort

Gemeente Haarlem Ook in 2013 heeft de deelname aan iMMovator bijgedragen aan de ambitie van gemeente Haarlem om in de Noordvleugel een substantiële speler te zijn binnen de creatieve industrie. Wij maken door de deelname aan het project ‘Crossmedia in the Media Valley’ heel graag gebruik van het zeer uitgebreide netwerk en de kennis van iMMovator. En geven daarmee een goede follow up op het succesvolle project ‘Nieuwe Energie op de Creatieve as’ dat wij eerder samen met IMMovator uitvoerden.

Ellen van der Vossen Economische Zaken Gemeente Haarlem

Gemeente Hilversum Hilversum heeft een rijke mediageschiedenis en –toekomst. De mediasector is de motor van de regio. De gemeente hecht veel waarde aan het behoud, de versterking en de verbreding van deze creatieve industrie.

223


Speerpunten voor beleid zijn in 2013 gevat in de beleidsnota ‘Hilversum met beide benen in de Media Valley’. Om positie in te nemen binnen de Media Valley, trekt Hilversum intensief op met andere gemeenten in de Metropool Regio Amsterdam en Utrecht. iMMovator is een belangrijke partner bij de internationale profilering van onze regio. Sinds oktober 2013 bieden wij als gemeente een extra service aan internationale bedrijven en expats: zij kunnen diensten van het Expatcenter Amsterdam Area gebruiken. De wereld van tv, radio en media is continu in beweging: second screen doet zijn intrede, mobiele toepassingen worden gemeengoed en businessmodellen veranderen. Daarom streeft de gemeente naar een optimale aansluiting tussen opleiding en arbeidsmarkt. Samen Beeld en Geluid, iMMovator en CLICK Media & ICT nam de gemeente het initiatief voor Hilversum Media Campus. Op basis van een onderzoek naar de (mis)match tussen opleidingen en mediabedrijven distilleerden we vijf actielijnen die in 2014 gestalte krijgen met concrete projecten. De komst van de NHTV master Media Innovation, de eerste en enige master op dit gebied in Nederland, is een primeur voor Hilversum die het opleidingspalet verrijkt. 2013 was verder het jaar waarin verschillende omroepen bekend maakten in Hilversum te blijven, TViconen een straatnaam kregen op het Media Park, station Hilversum Media Park een feit werd, de best bezochte Top2000 ooit plaatsvond en vele mediavakprijzen in Hilversum werden uitgereikt. Kortom, een goed mediajaar dat vertrouwen geeft voor de toekomst.

Jan Rensen Wethouder EZ en Media van de Gemeente Hilversum

GfK GfK is één van de grootste onderzoeksbedrijven ter wereld waar dagelijks meer dan 13.000 experts op zoek gaan naar nieuwe inzichten over de manier waarop mensen leven, denken en kopen, in meer dan 100 landen. GfK innoveert voortdurend en maakt daarbij gebruik van de nieuwste technologieën en de beste methoden om opdrachtgevers een optimaal inzicht te geven in hun klanten. Kennisdeling tussen het bedrijfsleven, overheid en kennisinstellingen is essentieel en vormt de basis voor het creëren van innovatiekansen. GfK geeft inzicht in de ontwikkelingen op het gebied van crossmediaal mediagebruik, de toename van de mobiele devices, de ontwikkelingen op social media gebied en het mediabereik en profiel van de gebruikers voor TV, Radio, Internet, de dagbladen en tijdschriften. Ook beschikt GfK over de meest actuele verkoopcijfers van meer dan 10.000 retailers en resellers (on-en offline). iMMovator biedt een mooi platform om al deze informatie verder te delen en de marktontwikkelingen in kaart te brengen. De samenwerking zorgt voor een versterking van de crossmediasector en zorgt voor verdere innovatie binnen de branche. GfK helpt bedrijven graag mee deze groei te realiseren. Voor meer informatie: www.gfk.com/nl

Paul van Niekerk Managing director van de GfK vestiging in Hilversum

224


Over iMMovator

Hogeschool Inholland “Nederland dient zich te onderscheiden als kennisland waarbij de creatieve industrie binnen de Noordvleugel als een van de belangrijkste speerpunt geldt. De aansluiting tussen het bedrijfsleven, de overheid en kennisinstellingen dient nauwkeurig te zijn om talent tot bloei te laten komen en implementatie van het potentieel te bewerkstelligen. Inholland profi leert zich bij uitstek als kennisinstelling teneinde het toekomstige talent in de creatieve industrie op te leiden voor verschillende disciplines binnen én buiten haar domein. Met iMMovator en GNR8 voorziet Inholland in de vraag naar ‘leerwerkbedrijven’ om de professionals van de toekomst goed uit te rusten. Studenten leren spelenderwijs innoveren en implementeren nieuwe business concepten voor uiteenlopende opdrachtgevers uit de creatieve as van Hilversum tot Haarlem zodat we die koploperspositie als kenniscentrum kunnen garanderen. Vanuit onze leerwerkbedrijven leveren wij jaarlijks met trots 10 jonge entrepreneurs af. In de toekomst wensen we nog een stap verder te gaan zodat wij ook als incubator een platform bieden voor young professionals. Tevens zal de verbinding naar onderzoek en innovatie met het Centre of Expertise Amsterdam Creative Industries verder worden uitgebreid.”

Regina von St ieglit z Domeindirecteur Communicatie Media en Muziek, Hogeschool Inholland

Hogeschool Utrecht en het Centre of Expertise Creatieve Industrie De kracht van de creatieve industrie zit in het vermogen om te innoveren en waarde te creëren. Deze kracht wordt steeds breder onderkend en een nauwe aansluiting tussen onderwijs, onderzoek en bedrijven is cruciaal om de potentie en verwachtingen waar te kunnen maken. Hogeschool Utrecht is initiatiefnemer van het Centre of Expertise Creatieve Industrie. Het Centre organiseert een sterk en toonaangevend samenwerkingsverband van kennisinstellingen en bedrijven die samenwerken bij het opleiden van innovatieve, ondernemende en creatieve talenten en het ontwikkelen van nieuwe kennis en praktische instrumenten. Het gezamenlijke doel is het versterken van de creatieve sector en het realiseren van innovatieve, interactieve, oplossingen met impact voor economische en maatschappelijke vraagstukken. iMMovator is voor ons een belangrijke schakel naar het bedrijfsleven op het gebied van (cross) media ontwikkelingen. We werken gezamenlijk aan de uitvoering van de kennis- en innovatieagenda Media & ICT. De Media Future Week en de samenwerking daarin tussen iMMovator en de Hogescholen heeft in 2013 geleid tot de start van het 2-jarige onderzoeks- en innovatieprogramma ‘The Future Now’. Naast 9 Hogescholen en iMMovator participeren meer dan 20 bedrijven in dit programma dat zich richt op de ontwikkeling van toekomstbestendige businessmodellen voor Media & ICT bedrijven.

Nat halie Waser Directeur Centre of Expertise Creatieve Industrie – Hogeschool Utrecht

225


Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU) HKU (Hogeschool voor de Kunsten Utrecht) is per 1 september 2012 toegetreden als participant van iMMovator Cross Media Network. HKU is een kunstenhogeschool die zich profileert op kunst en media en nieuwe creatieve beroepspraktijken. HKU is steeds op zoek naar toepassingen van nieuwe mediatechnologie en de bevordering van vernieuwend economisch en managementdenken in de creatieve sector. Deze ambitie sluit perfect aan bij de missie van iMMovator, die als stichting innovatie in de media-industrie aanjaagt. Een belangrijke mijlpaal dit jaar was de tot standkoming van Growing Games, een stimuleringsprogramma om door middel van games nieuwe behandelwijzen in de zorg te ontwikkelen. De Economic Board Utrecht, Dasym (een private investeerder) en zorgverzekeraar CZ trekken hierin samen op. HKU participeert in dit programma als belangrijke partner in het ontwikkelen en valideren van games. IMMovator speelde een cruciale rol in het tot stand laten komen van dit stimuleringsprogramma. Dit programma heeft de potentie om veel nieuwe gaming bedrijvigheid in de regio te genereren: goed voor de regio, goed voor de media industrie, en goed voor de afstudeerders van de HKU!

Désirée Majoor Vice-voorzitter College van Bestuur HKU

Kamer van Koophandel (en Syntens) De crossmedia industrie is één van de drijvende sectoren in de regio. Dat is ook de reden dat de Kamer van Koophandel inmiddels ruim 10 jaar geleden mede initiatiefnemer was om iMMovator op te richten. De kracht van iMMovator zit in het feit dat zij in staat is te denken vanuit de economische kansen voor de sector. Het gebied waarin iMMovator actief is strekt zich inmiddels verder uit dan de Metropool Regio Amsterdam. Dit maakt het mogelijk ook zaken op te pakken die een nationale en internationale uitstraling hebben. De nieuwe, landelijke Kamer van Koophandel, waarin de regionale Kamers van Koophandel en Syntens opgaan vanaf 2014, maakt zich sterk om ondernemers succesvol te laten zijn door ze data, kennis en netwerken aan te bieden. De samenwerking met iMMovator is daarin zeer succesvol. Projecten als Cross Media Industrie in de Media Valley, de Cross Media Cafés en het Big Data Value Center in Almere zijn mooie voorbeelden waarin ondernemers worden ondersteund in het benutten van nieuwe marktkansen. Het stimuleren van het gebruik van kennis uit de Cross Media sector in andere sectoren zorgt voor een innovatie impuls ook buiten de cross media industrie. Hier zal de Kamer van Koophandel vanuit haar regionale en landelijke netwerken ook in 2014 samen met iMMovator van toegevoegde waarde kunnen zijn voor de ondernemers in de creative industrie.

Gaston Crolla Kamer van Koophandel

226


Over iMMovator

Media Academie Al meer dan 50 jaar biedt de Media Academie training en opleiding in alle onderdelen van het maken van een verhaal in tekst, beeld en geluid. Uitgangspunt en drijfveer voor al haar activiteiten is het creëren van effectieve opleidingsconcepten door kennis van het mediawerkveld te combineren met haar opleidingsexpertise. De opleidingsconcepten worden vervolgens vertaald naar praktijkgerichte trainingen en begeleidingstrajecten. Altijd met het doel om mensen beter te maken in de uitoefening van hun vak en daarmee de organisatie waarvoor zij werken te versterken. iMMovator en de Media Academie werken intensief samen, zeker daar waar het gaat om kennisdeling, opleidingskunde, innovatie en creativiteit. Voorbeeld hiervan is het partnership in de jaarlijkse organisatie van het Mediapark Jaarcongres maar ook de try-out trainingsessies, voorafgaand aan de iMMovator Cross Media Cafés.

Vicky Kuyk Directeur

Media Park iMMovator is al vele jaren een van onze partners bij de planning van ontwikkelingen op het Media Park. Onze ambitie is verder te groeien als crossmedia campus, waarbij wij de fysieke én de virtuele wereld willen faciliteren. Fysiek door het bieden van comfortabele, veilige werkplekken, ontmoetingspunten en studio’s; virtueel met een gevarieerd aanbod van data-opslag mogelijkheden en bijbehorende netwerken plus de vereiste betrouwbare energievoorziening. iMMovator verbreedt daarbij ons speelveld. De tweemaandelijkse Cross Media Cafés die iMMovator doorgaans in een van onze studio’s organiseert, leveren daarnaast een belangrijke bijdrage aan het ontstaan van synergie binnen het iMMovator netwerk en daarmee ook binnen de kleine tweehonderd organisaties die zijn gevestigd op het Media Park.

JACCO ZWERVER Directeur Media Park Beheer

Nederlandse Publieke Omroep Als grote mediaorganisatie heeft de NPO meer dan ooit de behoefte om te weten wat er speelt in het veranderende medialandschap en blijven we scouten naar nieuwe technologieën en bedrijven die een meerwaarde voor ons media-aanbod kunnen betekenen. Daarnaast is het belangrijk om de industrie te laten zien waar wij toe in staat zijn. Hierin faciliteert IMMovator uitstekend door haar omvangrijke netwerk en plaats in de industrie. Ook in het coördineren van nationale vertegenwoordiging en lobbying voor bijvoorbeeld HbbTV speelt IMMovator een belangrijke rol waar we ook het komend jaar graag gebruik van maken.

Cees de Bruin Directeur Distributie & Uitzending NPO

227


Provincie Noord-Holland “Stichting iMMovator is een belangrijke partner bij de uitvoering van het innovatiebeleid van de provincie Noord-Holland. Immovator bewijst elk jaar weer dat zij het bedrijfsleven en kennisinstellingen aan zich weten te binden en crossovers creëert met andere sectoren. Ook in 2014 zien wij een verbindende en initiërende rol weggelegd voor iMMovator. Het actief mobiliseren en verbinden van het bedrijfsleven is van groot belang om internationaal aan de top te blijven en werkgelegenheid te behouden in de AV-industrie. Met de kennis en het netwerk van iMMovator kunnen we dit waarborgen.”

Jan van Run Gedeputeerde economische zaken Provincie Noord-Holland

Provincie Utrecht “Het afgelopen jaar heeft de provincie Utrecht op meerdere vlakken opgetrokken met iMMovator om innovatie in de media- en ICT-industrie te versnellen. Een mooi voorbeeld is het Growing Games project: iMMovator trok samen met de Economic Board Utrecht op om dit ambitieuze project met vele belangrijke stakeholders op te zetten. Voor zowel de provincie Utrecht als iMMovator is de gamesindustrie een belangrijke economische pijler, die we met Growing Games verder stimuleren door onder andere cross sectorale verbanden met andere industrieën te versterken. Als netwerkorganisatie is iMMovator goed in staat om vanuit de verschillende perspectieven naar het project te kijken en daarbij het algemeen belang van de sector in het oog te houden. Dit jaar gaat het project echt van start, 2014 wordt het jaar van Growing Games.”

Liza Groeneveld Economische Zaken Provincie Utrecht

Rabobank Samen sterker. Dat is het idee van coöperatief bankieren. De Rabobank is een coöperatieve bank. Dat betekent dat we niet bankieren voor aandeelhouders, maar voor onze klanten, onze 1,9 miljoen leden en de samenleving. Juist als coöperatieve bank weten we dat je samen meer bereikt dan alleen. Door mensen met elkaar te verbinden en kennis te delen. Wij volgen de economische ontwikkelingen op de voet, doen regelmatig onderzoek en analyseren en becommentariëren (financieel-) economische trends. Regionaal, nationaal en internationaal. In onze kennisbank vindt u zowel actuele economische studies op nationaal en regionaal niveau als macro-economische analyses en scenariostudies. Onze internationale kennis vertaalt zich in een scala aan landenrapporten. Bekijk alle studies, analyses en rapporten op www.rabobank.com.

Jan Berkhof Directeur Bedrijven Rabobank Hilversum-Vecht en Plassen

228


Over iMMovator

RTL Nederland IMMovator is de initiator van het Hbb-TV platform; een open standaard die televisie combineert met internetdiensten. Dankzij de HbbTV-technologieën is het nu mogelijk om live-uitzendingen te verrijken met extra informatie. Het platform maakt het mogelijk om een grote diversiteit aan diensten te ontwikkelen voor de consument. Om dergelijke ontwikkelingen te stimuleren, is een Nederlandse standaard essentieel. IMMovator heeft zich in het traject om deze standaard te ontwikkelen bewezen als een initiator en een krachtige moderator die de belangen en achtergronden van de verschillende participanten zorgvuldig bewaakt en het proces op gang houdt.

John de Jong Manager Distribution Cable

SBS Broadcasting De projecten van iMMovator, zoals het Ketenoverleg, HbbTV Forum, 10-10-10 en luidheidnormalisatie, zijn waardevol voor SBS. Daarnaast zoeken we dikwijls samenwerking met bedrijven uit het netwerk van iMMovator voor de ontwikkeling van diensten. Het is belangrijk dat we ons als mediasector gezamenlijk voorbereiden op de nieuwe ontwikkelingen die de komende jaren gaan volgen. IMMovator is daar een geschikt platform voor.

Josbert van Rooijen Manager Broadcast & IT SBS Broadcasting

TNO TNO is een onafhankelijke onderzoeksorganisatie die op basis van haar expertise en onderzoek een belangrijke bijdrage levert aan de concurrentiekracht van bedrijven en organisaties, aan de economie en aan de kwaliteit van de samenleving als geheel. TNO participeert in iMMovator om de concurrentiekracht van de crossmedia-sector te helpen bevorderen. Ons doel is innovatieve MKB-bedrijven inzicht te geven in de kansen voor nieuwe diensten door technologische ontwikkelingen en marktbewegingen. We werken daarbij intensief samen, onder andere in het project “Multimediale Convergentie”, het HbbTV Forum Nederland en CLICK Media&ICT. Verder organiseren we samen masterclasses, en dragen we bij aan Cross Media Cafés en aan het Mediapark Jaarcongres.

Nat halie van Schie Business Developer TNO

United Televisie is als medium aan verandering onderhevig. Interactiviteit en play-out naar allerlei (mobiele) devices vraagt om IT gedreven oplossingen. In dit domein wordt nog volop gepionierd en zullen door 'trial and error' nieuwe successen tot ontwikkeling komen. Als toonaangevend televisie faciliteiten bedrijf willen wij een actieve bijdrage leveren aan het stimuleren van innovatieve initiatieven. We laten ons graag uitdagen en inspireren door startende ondernemers om daar ook zelf ons voordeel mee te kunnen doen. Daarom zijn we participant in iMMovator.

René Delwel Directeur United

229


Villa Heideheuvel Villa Heideheuvel is dé vergaderlocatie op het Media Park in Hilversum. Een inspirerende plek waar veel van de iMMovator bijeenkomsten plaatsvinden en waar de Media Academie gehuisvest is. Het afgelopen jaar ontving Villa Heideheuvel gasten en deelnemers aan de iMMovator Cross Media Cafés, workshops en try-outs. Ook vonden er de Mediapark Jaarcongres lunchsessies plaats. De villa beschikt over 12 multifunctionele vergaderzalen en 2 volledig ingerichte tv-(vergader)studio’s, voor 2 tot 100 personen. Villa Heideheuvel staat voor vergaderen en training volgen in een inspirerende en groene omgeving, centraal gelegen, vlakbij de A27 en A1, en op loopafstand van NS station Hilversum Media Park.

VICKY KUYK Directeur

230


Over iMMovator

Register

100% Halal Gijs Kerbosch Smart & Social Media ....................................................... P. 42 www.100procenthalal.nl

Activevideo Ronald Brockmann Smart & Social Media ....................................................... P. 15 www.activevideo.com

22tracks Vincent Reinders Future Media ...................................................................... P. 176 www.22tracks.com

Amsterdam Creative Industries Matthijs ten Berge Future Media ...................................................................... P. 195 www.amsterdamcreativeindustries.com

24i Media Hans Disch Businesstransformatie .................................................. P. 138 Martijn van Horssen Future Media ...................................................................... P. 192 www.24imedia.com

Angrybytes Ralf Verhoef Smart & Social Media ....................................................... P. 28 www.angrybytes.nl

2CoolMonkeys Reind van Olst Big & Open Data ................................................................. P. 68 www.2coolmonkeys.com 3DSVP Norman van Beek Businesstransformatie .................................................. P. 146 www.3dsvp.com 3FM Giel Beelen Smart & Social Media ....................................................... P. 38 www.3fm.nl 4me Hans Nouwens Businesstransformatie .................................................. P. 139 www.4me.mobi Achtung! Daniël Sytsma Businesstransformatie .................................................. P. 126 www.achtung.nl

Armada Music Eveline van der Steen Businesstransformatie .................................................. P. 130 www.armadamusic.com BBC Matt Danzico Businesstransformatie .................................................. P. 117 www.bbc.nl B-Conversational Steven van Belleghem Future Media ........................................................... P. 175, 181 stevenvanbelleghem.com Beeld & Geluid Roeland Ordelman Future Media ...................................................................... Lotte Belice Baltussen Future Media ...................................................................... Jan Müller Future Media ...................................................................... John Leek Future Media ...................................................................... www.beeldengeluid.nl

P. 165 P. 165 P. 198 P. 199

231


Beyond Reality Jeroen Mol Future Media ...................................................................... P. 170 www.beyondreality.nl

Commissariaat voor de Media Madeleine de Cock Buning Businesstransformatie .................................................. P. 114 www.cvdm.nl

BNN Jesse Burkunk Smart & Social Media ....................................................... P. 24 Marc Adriani Businesstransformatie .................................................. P. 118 www.bnn.nl

Co-Piloten Jan Anton Brouwer Crossovers ............................................................................ P. 101 www.co-piloten.nl

Bosch Architectuur Initiatief (BAI) Rolf van Boxmeer Future Media ...................................................................... P. 168 www.bai-denbosch.nl CBS Maarten Emons Big & Open Data ................................................................. P. 64 Hans de Ruiter Big & Open Data ................................................................. P. 64 www.cbs.nl Centre of Expertise Creatieve Industrie Nathalie Waser Future Media ...................................................................... P. 197 www.ci.hu.nl Centrum Media & Gezondheid Martine Bouman Smart & Social Media ....................................................... P. 28 www.media-gezondheid.nl

232

CZAR Wouter Stoter Smart & Social Media ....................................................... P. 45 www.czar.nl De Waag Society Ivonne Jansen-Dings Big & Open Data ................................................................. P. 65 waag.org/nl Divitel Hans Kornmann Businesstransformatie .................................................. P. 154 www.divitel.com DocLab, IDFA Caspar Sonnen Smart & Social Media ....................................................... P. 26 www.doclab.org Drillster Marco Sterkenburg Crossovers ............................................................................ P. 100 www.drillster.com

Changeist Scott Smith Future Media ........................................................... P. 175, 184 changeist.com

Dutchpack Bruno Felix Future Media ...................................................................... P. 166

Cinecrowd Roel van de Weijer Smart & Social Media ....................................................... P. 42 www.cinecrowd.nl

Economic Development Board Almere Henk WeyschedĂŠ Big & Open Data ................................................................. P. 85 www.edba.nu

Civolution Alex Terpstra Businesstransformatie .................................................. P. 125 www.civolution.com

eFaqt Christiaan Henny Crossovers ............................................................................ P. 102 www.efaqt.com/nl


Over iMMovator

Elastique Bart Robben Businesstransformatie .................................................. P. 147 www.elastique.nl

Holst Centre Marc Koetse Future Media ........................................................... P. 165, 175 www.holstcentre.com

ELMconcepts Matthijs Leendertse Future Media ...................................................................... P. 199 www.elmconcepts.com

Httv RĂŠgis Saint Girons Smart & Social Media ....................................................... P. 20 Future Media ...................................................................... P. 190 www.httv.fr

Ericsson Simon Frost Businesstransformatie .................................................. P. 123 www.Ericsson.com Ex Machina Jeroen Elfferich Smart & Social Media ....................................................... P. 35 www.exmachinagroup.tv Expoza Sjef Pijnenburg Smart & Social Media ....................................................... P. 29 www.expoza.com Gemeente Hilversum Pieter Broertjes Future Media ...................................................................... P. 199 www.hilversum.nl George Freriks George Freriks Big & Open Data ................................................................. P. 74 Businesstransformatie .................................................. P. 148 www.GeorgeFreriks.com GfK Paul van Niekerk Businesstransformatie .................................................. P. 120 www.gfk.nl Hbbtv forum Frank Visser Smart & Social Media ....................................................... P. 21 http://hbbtv.nu/

HvA Mettina Veenstra Smart & Social Media ....................................................... P. 54 www.hva.nl iMMovator Bob Verburg Businesstransformatie ....................................... P. 152, 221 Frank Visser Crossovers ............................................................................... P. 98 Future Media ...................................................................... P. 191 Freek van ‘t Ooster Future Media ...................................................................... P. 201 Mir Wermuth Crossovers ............................................................................... P. 94 Ton van Mil Voorwoord ................................................................................ P. 6 www.immovator.nl Info.nl Iskander Smit Future Media ...................................................................... P. 205 www.info.nl Infostrada Wesley Kolsteeg Smart & Social Media ....................................................... P. 29 www.infostrada.nl IPv6 Frits Nolet Businesstransformatie .................................................. P. 138 new.ipv6-taskforce.nl ITNEXT Ruben Vermijs Big & Open Data ................................................................. P. 62 itnext.nl

233


iWhisper Mirte Gosker Big & Open Data ................................................................. P. 70 www.iwhisper.nl

MediaLAB Amsterdam Steven Kok Future Media ...................................................................... P. 168 medialab.hva.nl

Jet-Stream Stef van der Ziel Smart & Social Media ....................................................... P. 57 Businesstransformatie .................................................. P. 128 www.jet-stream.com Job, Joris en Marieke Smart & Social Media ....................................................... P. 44 jobjorisenmarieke.nl

MediaMonks Victor Knaap Future Media ...................................................................... P. 201 www.mediamonks.com

Know Your Meme Kenyatta Cheese Businesstransformatie .................................................. P. 129 knowyourmeme.com

234

Mediapaas Marco van den Akker Smart & Social Media ....................................................... P. 18 www.mediapaas.com

KRO Patrick de Koning Smart & Social Media ....................................................... P. 31 www.kro.nl

Microsoft Tony Henderson Smart & Social Media ....................................................... P. 22 Hans Bos Businesstransformatie .................................................. P. 122 Jacqueline Smit Businesstransformatie .................................................. P. 133 www.microsoft.com

Lab111 Jeroen de Bakker Big & Open Data ................................................................. P. 73 www.lab111.nl

Mobile Pioneers Stijn Veeger Big & Open Data ................................................................. P. 66 www.mobilepioneers.com

LearNXT Serge Bueters Crossovers ............................................................................ P. 100 www.learnxtventures.com

Monpellier venture Jurriaan van Rijswijk Crossovers .................................................................... P. 95, 108 monpellierventure.com

Little Chicken Yannis Bolman Smart & Social Media ....................................................... P. 36 www.littlechicken.nl

My Reputation Marcel Olislagers Smart & Social Media ....................................................... P. 56 www.myreputation.nl

MaxClass Michiel Klรถhnhammer Crossovers ............................................................................ P. 101 www.maxclass.com

NCRV Wilko van Iperen Smart & Social Media ....................................................... P. 32 www.ncrv.nl

Mediafonds Hans Maarten van den Brink Businesstransformatie .................................................. P. 116 www.mediafonds.nl

New Amsterdam Media Seth Shapiro Future Media ...................................................................... P. 176 ww.sethshapiro.com


Over iMMovator

Newzoo Peter Warman Smart & Social Media ....................................................... P. 34 www.newzoo.com

People’s Playground Ammar Tijani Future Media ...................................................................... P. 192 www.peoplesplayground.nl

NHTV Frank Peters Future Media ...................................................................... P. 169 www.nhtv.nl

Pitlane Matthijs van Elk Businesstransformatie .................................................. P. 126 pitlane.sport1.nl

NOS Lara Ankersmit Smart & Social Media ....................................................... P. 33 Hans Laroes Businesstransformatie .................................................. P. 116 www.nos.nl

Pluxbox Dennis Laupman Smart & Social Media ....................................................... P. 27 www.pluxbox.com

NPO Shula Rijxman Businesstransformatie .................................................. P. 115 Wilbert Mutsaers Smart & Social Media ............................................... P. 38, 42 www.npo.nl Omroep MAX Jan Slagter Businesstransformatie .................................................. P. 114 www.omroepmax.nl Only Seven Left Bram de Wijs Smart & Social Media ....................................................... P. 41 www.onlysevenleft.nl/blog/ Ooyala Albert-Jan Tebbe Smart & Social Media ....................................................... P. 19 www.ooyala.com Panache Jan Jaap van der Wal Businesstransformatie .................................................. P. 124 www.janjaapvanderwal.nl/panache/ Paul Rutten onderzoek Paul Rutten Businesstransformatie .................................................. P. 158

Premiere Digital Services Erik Anderson Businesstransformatie .................................................. P. 127 www.premieredigital.net PvdA Martijn van Dam Businesstransformatie .................................................. P. 116 www.pvda.nl Q42 Kars Veling Big & Open Data ................................................................. P. 87 www.q42.nl QLVR Jaap Gerritsen Crossovers ............................................................................ P. 100 qlvr.co QSGear Maarten den Braber Future Media ...................................................................... P. 175 mdbraber.com Quadia Nico Verspaget Crossovers ............................................................................... P. 97 Businesstransformatie .................................................. P. 142 nl.quadia.com

235


Remotely.tv Mark van de Crommert Businesstransformatie .................................................. P. 131 www.Remotely.tv

Sophisti Wouter Reeskamp Smart & Social Media ....................................................... P. 36 www.studiosophisti.nl

RT Reporter Boudewijn Moerman Big & Open Data ................................................................. P. 71 www.rtreporter.com

Spotzi Remco Dolman Big & Open Data ................................................................. P. 69 www.spotzi.nl

RTL Frank Tieskens Big & Open Data ................................................................. P. 72 Matthias Scholten Businesstransformatie .................................................. P. 131 Nicolas Eglau Businesstransformatie .................................................. P. 137 Patrick Klink Smart & Social Media ....................................................... P. 32 www.rtl.nl

Stichting Philip Bloemendal Fonds Rik Rensen Future Media ...................................................................... P. 200 bloemendal.info

RTV Noord Erik Hogeboom Smart & Social Media ....................................................... P. 23 Big & Open Data ................................................................. P. 71 www.rtvnoord.nl Sanoma Marc StubbĂŠ Businesstransformatie .................................................. P. 134 Sander ten Dam Businesstransformatie .................................................. P. 136 Kris Boon Businesstransformatie .................................................. P. 141 www.sanoma.nl Sense Studios Hidde Kross Crossovers ............................................................................ P. 101 www.sense-studios.com SNDRV Sander Veenhof Future Media ...................................................................... P. 171 sndrv.nl

236

Studytube Homam Karimi Crossovers ............................................................................ P. 101 www.studytube.nl SURFSara Tom Visser Big & Open Data ................................................................. P. 68 www.surfsara.nl Sweebr Bart Jaspers Crossovers ............................................................................ P. 107 www.sweebr.com/nl/ Syntens/KvK Joris Castermans Big & Open Data ................................................................. P. 86 Micha Zwaaf Businesstransformatie .................................................. P. 155 www.kvk.nl Tabula Nova Arco van den Berg Businesstransformatie .................................................. P. 139 www.tabulanova.nl TAX-videoclipfonds Rogier van der Ploeg Smart & Social Media ....................................................... P. 42 videoclipfonds.nl


Over iMMovator

Telegraaf/ADSieraden Yvette Frantsen Businesstransformatie .................................................. P. 144 Martijn Hoeksema Businesstransformatie .................................................. P. 144 www.acsieraden.nl The Future Institute Justien Marseille Future Media ...................................................................... P. 175 www.thefutureinstitute.nl The Public Matters Martijn de Waal Future Media ...................................................................... P. 175 www.martijndewaal.nl Thuiswinkel.org Jorij Abrahams Businesstransformatie .................................................. P. 135 www.thuiswinkel.org Tik-Tik RenĂŠ Konings Crossovers ............................................................................ P. 101 www.tiktik.nl TNO Arnold Roosendaal Big & Open Data ................................................................. P. 78 Erik Fledderus Future Media ...................................................................... P. 162 Marc van Lieshout Big & Open Data ................................................................. P. 78 Martin van Rijn Big & Open Data ................................................................. P. 87 Rob Koenen Smart & Social Media ....................................................... P. 14 Victor Klos Future Media ...................................................................... P. 164 www.tno.nl TWC Max Pinas Smart & Social Media ....................................................... P. 22 Future Media ...................................................................... P. 192 www.twcapps.com

Universe Architecture Janjaap Ruijssenaars Future Media ........................................................... P. 170, 175 www.universearchitecture.com Universiteit van Amsterdam Daan Odijk Future Media ...................................................................... P. 172 www.uva.nl Upp Energy Jean Paul Soethout Crossovers ............................................................................ P. 106 www.uppenergy.com VARA Rutger Verhoeven Smart & Social Media ....................................................... P. 25 www.vara.nl Veen/Bright Magazine Corrie Gerritsma Businesstransformatie .................................................. P. 140 www.bright.nl Veronica Mars Ivan Askwith Smart & Social Media ....................................................... P. 47 theveronicamarsmovie.com Videodeals Michal Hubschmann Smart & Social Media ....................................................... P. 30 www.videodeals.com Videodock Ron van der Sterren Smart & Social Media ....................................................... P. 18 Future Media ...................................................................... P. 169 www.videodock.com VidiGo Ranil Kralendonk Smart & Social Media ....................................................... P. 37 http://www.vidigo.tv/

237


VPRO Leonieke Verhoog Smart & Social Media ....................................................... P. 31 Annelies Termeer Future Media ...................................................................... P. 172 www.vpro.nl VVD Sander Dekker Businesstransformatie .................................................. P. 112 Matthijs Huizing Businesstransformatie .................................................. P. 116 www.vvd.nl Waag Society Frank Kresin Big & Open Data ................................................................. P. 89 www.waag.org Wakoopa Piet Hein van Dam Big & Open Data ................................................................. P. 77 wakoopa.nl Wappzapp Wienke Giezeman Smart & Social Media ....................................................... P. 17 Colin Ellis Smart & Social Media ....................................................... P. 17 wappzapp.com YouTube Jelle Jan Bruinsma Businesstransformatie .................................................. P. 129 Mascha Driessen Future Media ...................................................................... P. 176 www.youtube.com Ziggo Yoram Levi Smart & Social Media ....................................................... P. 16 www.ziggo.nl John Goedegebuure Smart & Social Media ....................................................... P. 30 Joost Plattel Big & Open Data ................................................................. P. 63 www.jplattel.nl

238



2013, het jaar van online video! Netflix kwam naar Nederland en RTL, NPO en SBS kondigden het gezamenlijke VOD platform NL Ziet aan. Het jaar waarin smart & social media een steeds belangrijkere rol nemen in ons dagelijks leven. Big data wordt door de industrie als kansrijk gezien, maar nog niet overal wordt het maximale gehaald uit deze nieuwe ontwikkeling. Meer kennis over de opslag, verwerking en analyse van big data zal nodig zijn. Wordt 2014 het jaar waarin Big Data door de media industrie en breder omarmd wordt? 2013 was ook het jaar waarin de nadruk kwam te liggen op crossovers. Expertise en kennis uit de media industrie die toegepast wordt in andere sectoren. Zoals games die toegepast worden in de zorg en bij defensie, bijvoorbeeld voor trainingen en revalidatie. 2013 was ook het jaar waarin de omroepen zich voorbereiden op de omroepfusies die in 2014 gaan plaatsvinden. Een roerig jaar, maar met genoeg kansen voor een interessante toekomst! Een jaar met veel technologische vernieuwingen en ondanks de druk op budgetten, ook vol innovatie! Trends en Ontwikkelingen in Crossmedia is een uitgave van iMMovator Cross Media Netwerk. www.immovator.nl

Ketenoverleg

Digitale Televisie

- Monitor Digitale

TV in Nederland

derde kwartaal

2011

1

Trends

- Monitor

3 kwartaal

Digitale

TV in

Nederland

derde

kwartaal

2011

Televisie

2011

dia

en onTwikke 2010-2011 in crossme ediTie

Versie december

18.0 2011

16:10

Cross Cross

D I A M E t / m 1 6

Media

update

Media

Week mei 2011 Future t/m 19

2

20-01-12

1

Televisie rleg Digitale

2011 3 kwartaal

Ketenove e

ngen onTwikkeli edia Trends en in crossm -2011 ediTie 2010

• ediTie 2010-2

2010-2011

2012-2013

• ediTie

2008) (januari immovaTor: van 2007-2008 (januari 2009) editie uiTgaven 2010) in crossmedia, editie 2008-2009 (januari crossmedia, editie 2009-2010 ieder kwartaal) en ontwikkelingen in 2007 • Trends crossmedia, september en ontwikkelingen in (vanaf • Trends en ontwikkelingen Televisie 2006) Digitale • Trends 2006 (december 2008) • Kwartaalmonitor Monitor Media 2008 (juni 2010) • Cross Monitor Media 2010 (juni 2006) • Cross Monitor (juni Media • Cross in Verbindingen • Investeren

andere

Televisie

Digitale Ketenoverleg e

editie 201

ia • editie 2011-201

op

in crossmedia

is te vinden

en onTwikkelingen

informatie

www.immovaTor.nl

• Trends

Meer

18.0 2011

www.im Digitale Ketenoverleg

1

Tor immova lingen

immovaTor

crossmediasector het gevolgd werd, 2010-2011 Nederlandse Dagen en in de ediTie de 3D gelanceerd Cafés, de iPad ontwikkelingenMedia waarin in crossmedia, de relevante zoals de Cross het jaar kwam van 2010, gingen op gang mate aan bod. een overzicht evenementen, thema’s nog langzaam toenemende en onTwikkelingen geeft bestond! maar georganiseerde zich in 10 jaar verschillende in crossmedia in 2010 precies komen de bioscopen en de media door iMMovator Network nam in en ontwikkelingen van de netwerken crossmediasector Media vlucht en onderzoeken hand in de Trends Cross 3D een via sociale projecten Aan de waarin in 2010. kan delen waarin iMMovator ontwikkelingen Het jaar Jaarcongres, elkaar van de het jaar Mediapark andere tablets. je alles met overzicht – ook 2010 een boeiend door diverse Het jaar waarin en diensten. biedt veranderen! op televisie.lokale content in crossmedia kunnen markt op richten 2011 de die in en ontwikkelingen trends Trends in prille en inzicht

Trends

Versie december

ontwikkeli trends en in crossmedia 1-2012

op

movaTor.nl

immovaTor

edia n in crossm

2011

is te vinden

onTwikkelinge

kwartaal

tor immovang en • Trends en

derde

Meer informatie

immovaTor

Nederland

r.nl

elingen in crossmed

TV in

2011

Ontwikkeli Trends en in Crossmedia 2-2013 trends en ontwikk

Digitale

Televisie

DIA • EDITIE

3 kwartaal

immovator •

- Monitor

ELINGEN IN CROSSME

Televisie

Digitale Ketenoverleg e

edia, ediTie

sector e crossmedia in gen in de Nederlands Dagen en het ontwikkelin onTwikkelingen Cafés, de 3D werd, gevolgd van de relevante Trends en Cross Media iPad gelanceerd geeft een overzicht en, zoals de jaar waarin de evenement gen in crossmedia bod. 2010, het georganiseerde e thema’s aan Trends en ontwikkelin op gang kwam de door iMMovator n komen verschillend de hand van maar nog langzaam e mate gingen onderzoeke in 2010. Aan zich in toenemend nam in de bioscopen , projecten en en de media 3D een vlucht 10 jaar bestond! Mediapark Jaarcongres Het jaar waarin via sociale netwerken Network precies andere tablets. Cross Media sector in 2010 elkaar kan delen door diverse je alles met waarin iMMovator gen in de crossmedia Het jaar waarin – ook het jaar de ontwikkelin op televisie. diensten. 2010 overzicht van content en een boeiend lokale op biedt richten ! gen in crossmedia kunnen veranderen Trends en ontwikkelin die in 2011 de markt prille trends en inzicht in

Editie 201

www.im movaTo

Ketenoverleg

1

tor iMMovang en

2011-2012

ale beurzen internation on van grote en Video TV, hét thema succes was van Connected een groot meer en onTwik Maar ook waarin op of Holland’ n. Het jaar ‘The Voice Trends en van de tablets. : glasvezel. iale format is het jaar moet doorbreke aanleggen 3D, 2011 het crossmed eigenlijk nog de toekomst het jaar van de. “Trends jaar waarin Nederland 2010 was twerken van n aankondig , maar in de IBC. Het telecomne zuiniginge Show en is geworden 2011 en inzicht de nieuwe als de NAB grote omroepbe iasector in aal big business met graafmachines crossmed en het kabinet mannen ngen in de Demand internation eens toesloeg in Nederland van de ontwikkeli de crisis nog meer plaatsen jaar waarin boeiend overzicht was ook het ia” geeft een Maar 2011 n! ingen in Crossmed kunnen verandere Netwerk. en Ontwikkel de markt r Cross Media die in 2012 trends iMMovato van in prille ia is een uitgave ingen in Crossmed Ontwikkel Trends en

in crossm kelinge n

TRENDS EN ONTWIKK

Digitale

IMMOVATOR •

13 op de beeldbuis EDITIE 2012-20 passingen internettoe de doorbraak ) TV, waarmee het jaar van rden vele 2012 was ook op je (connected van HbbTV? , tablet en 2012 introducee en afleiden. In het jaar worden platforms pen, zal 2013 of juist de aandacht met hun second screen van aal ma’s verrijken, Style’ het record internation v-program scoorden en ‘Gangnam afvraagt bedrijven online formats industrie zich derlandse teren met en de advertising mediabestedingen. te experimen omarmde begonnen compleet n en dalende zuiniginge social media arin radio crisis, omroepbe 2012 , ook vol innovatie! jaar van de iasector in budgetten as ook het crossmed de druk op toenemen ngen in de ondanks de van de ontwikkeli overzicht en boeiend n! nen verandere Netwerk. r Cross Media iMMovato uitgave van

SMEDIA,

11 ediTie 2010-20 crossmedia,

16

2011 Monitorversie Media compacte

E K W E R E T U 0 1 1 F U i 2 m e 1 9

cover_jaarboek_2010_plano_def.indd

011

n l e k . e w e t u r a f u e d i w.m w w

iMMovator

Cross

Media

Network,

Hilversum

OR:

(januari 2008) editie 2007-2008 (januari 2009) , editie 2008-2009 (januari 2010) , editie 2009-2010 (januari 2011) a, editie 2010-2011 (december 2012) februari 2012) a, edtiei 2011-2012 r 2007 tot van septembe r kwartaal i 2011) i 2012)

2006)

1) )

1)

Tor:

n van immova (januari 2008) a, editie 2007-2008 2009) gen in crossmedi editie 2008-2009 (januari a, 2010) en ontwikkelin • Trends gen in crossmedi editie 2009-2010 (januari a, 2011) en ontwikkelin • Trends gen in crossmedi editie 2010-2011 (januari a, kwartaal) en ontwikkelin • Trends gen in crossmedi september 2007 ieder en ontwikkelin • Trends Televisie (vanaf onitor Digitale ssie (juni 2011) • Kwartaalm Week sfeerimpre r 2006) (decembe • Media Future Monitor 2006 (juni 2008) • Cross Media Monitor 2008 (juni 2010) • Cross Media Monitor 2010 r 2011) • Cross Media Update (novembe 2006) Media • Cross en (juni in Verbinding r 2011) • Investeren l (septembe DataCapita • Almere

andere uiTgave

n andere uiTgave

or: van immovaT

(januari 2008) , editie 2007-2008 (januari 2009) gen in crossmedia ontwikkelin , editie 2008-2009 • Trends en (januari 2010) gen in crossmedia ontwikkelin , editie 2009-2010 • Trends en ieder kwartaal) gen in crossmedia ontwikkelin september 2007 • Trends en Televisie (vanaf nitor Digitale • Kwartaalmo (december 2006) Monitor 2006 • Cross Media (juni 2008) Monitor 2008 • Cross Media (juni 2010) Monitor 2010 • Cross Media n (juni 2006) in Verbindinge • Investeren

Versie 18.0

december 2011

30-11-12

18:16

23-01-12

11:36

20-01-12

Jaarboek Movator -

- Cover.indd

16:10

1-3

12002 S-PrePress-iM

ef.indd 1

_2010_plano_d

cover_jaarboek

Media Futu

in Cijfers

re Week

a Monitor 2012

omi re - econ gy - FuTu

Cross Medi

T e c h n o lo

Cross Media

cs

Almere 2013 13 - 16 May

23/07/13 12:56

_A5.indd 1

MFW13_boekje

iMMovator

Cross Media

Network, Hilversu

m

Andere uitgaven van iMMovator: • Cross Media Monitor 2006 (tweejaarlijks, vanaf 2006) • Investeren in Verbindingen (juni 2006) • Kwartaalmonitor Digitale Televisie (ieder kwartaal van september 2007 tot februari 2012) • Trends en ontwikkelingen in crossmedia (jaarlijks, vanaf januari 2008) • Media Future Week sfeerimpressie (jaarlijks, vanaf juni 2011) • Almere DataCapital (september 2011) • Diverse whitepapers i.s.m. TNO, o.a. over innovatie, fiber to the hom en connected TV (vanaf 2012)

immovator • Trends en ontwikkelingen in crossmedia • Editie 2013-2014

Trends en ontwikkelingen in crossmedia, editie 2013-2014

immovator

Trends en Ontwikkelingen in Crossmedia Editie 2013-2014


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.