Trends & Ontwikkelingen in Crossmedia

Page 1

In dit trendboek geeft iMMovator aan de hand van de thema’s technologie, creativiteit, Business impact en Media impact de belangrijkste ontwikkelingen en activiteiten van 2015 weer, met een blik naar 2016. Het jaar 2015 was het jaar van het vergaren van big data om producten te verbeteren en aanbevelingssystemen te creëren. Meer manieren om online content te consumeren komen via onder andere Play van KPN, Videoland en AppleTV. Omroepen zoeken de gebruiker op door middel van second screen apps om meer interactie te realiseren. Het imago van Internet of Things evolueert van ‘techy’ niche naar mainstream met producten die smart living toegankelijker maken. 2015 is ook het jaar waarin cross-over projecten gerealiseerd worden tussen de gezondheidszorg, games en educatie. En het jaar waarin video optimalisatie een grote rol speelt met begrippen als UHD, HDR, 4k en 8k. Duurzaamheid zal in 2016 een grotere rol gaan spelen. Een aantal organisaties op het Media Park gaan zich onder de naam Media Groen inzetten voor het verduurzamen van de broadcast- en media industrie op ecologisch, economisch en sociaal terrein. Kortom, een innovatief jaar met veel potentiële innovaties in zicht.

Ketenoverleg

Digitale Televisie

- Monitor Digitale

TV in Nederland

derde kwartaal

2011

1

op

kwartaal

2011

Trends

en onTwikke 2010-2011 in crossme ediTie

Versie december

20-01-12

18.0 2011

16:10

omic s - Cover.indd

1-3

Cross

cover_jaarboek_2010_plano_def.indd

in Cijfers

S-PrePress-iMMovator

Cross Cross

Media

Media

Monitor

2012

D I A M E t / m 1 6

1

Media

update

Media

Week mei 2011 Future t/m 19

Televisie rleg Digitale

2011 3 kwartaal

Ketenove e

ngen onTwikkeli edia Trends en in crossm -2011 ediTie 2010

• ediTie 2010-2

co n re - e - Jaarboek 12002

2

2008) (januari immovaTor: van 2007-2008 (januari 2009) editie uiTgaven 2010) in crossmedia, editie 2008-2009 (januari crossmedia, editie 2009-2010 ieder kwartaal) en ontwikkelingen in 2007 • Trends crossmedia, september en ontwikkelingen in (vanaf • Trends en ontwikkelingen Televisie 2006) Digitale • Trends 2006 (december 2008) • Kwartaalmonitor Monitor Media 2008 (juni 2010) • Cross Monitor Media 2010 (juni 2006) • Cross Monitor (juni Media • Cross in Verbindingen • Investeren

andere

derde

editie 201

op

movaTor.nl

immovaTor

edia n in crossm

is te vinden

Nederland

onTwikkelinge

informatie

www.immovaTor.nl

TV in

2011

• Trends en

Meer

18.0 2011

Digitale

Televisie

immovaTor

crossmediasector het gevolgd werd, 2010-2011 Nederlandse Dagen en in de ediTie de 3D gelanceerd Cafés, de iPad ontwikkelingenMedia waarin in crossmedia, de relevante zoals de Cross het jaar kwam van 2010, gingen op gang mate aan bod. een overzicht evenementen, thema’s nog langzaam toenemende en onTwikkelingen geeft bestond! maar georganiseerde zich in 10 jaar verschillende in crossmedia in 2010 precies komen de bioscopen en de media door iMMovator Network nam in en ontwikkelingen van de netwerken crossmediasector Media vlucht en onderzoeken hand in de Trends Cross 3D een via sociale projecten Aan de waarin in 2010. kan delen waarin iMMovator ontwikkelingen Het jaar Jaarcongres, elkaar van de het jaar Mediapark andere tablets. je alles met overzicht – ook 2010 een boeiend door diverse Het jaar waarin en diensten. biedt veranderen! op televisie.lokale content in crossmedia kunnen markt op richten 2011 de die in en ontwikkelingen trends Trends in prille en inzicht

Trends

Versie december

16:10

11:36

- Monitor

3 kwartaal

is te vinden

ia • editie 2011-201

uTu gy - F 12:56

elingen in crossmed

a on crossmedi en onTwikkel 2010-2011 in ediTie

20-01-12

23-01-12

Televisie

Digitale Ketenoverleg e

1

23/07/13

Meer informatie

www.im Digitale Ketenoverleg

1

Cross

Almere May 2013

ontwikkeli trends en in crossmedia 1-2012

Editie 201

dia

tor immovang en

sector e crossmedia in gen in de Nederlands Dagen en het ontwikkelin onTwikkelingen Cafés, de 3D werd, gevolgd van de relevante Trends en Cross Media iPad gelanceerd geeft een overzicht en, zoals de jaar waarin de evenement gen in crossmedia bod. 2010, het georganiseerde e thema’s aan Trends en ontwikkelin op gang kwam de door iMMovator n komen verschillend de hand van maar nog langzaam e mate gingen onderzoeke in 2010. Aan zich in toenemend nam in de bioscopen , projecten en en de media 3D een vlucht 10 jaar bestond! Mediapark Jaarcongres Het jaar waarin via sociale netwerken Network precies andere tablets. Cross Media sector in 2010 elkaar kan delen door diverse je alles met waarin iMMovator gen in de crossmedia Het jaar waarin – ook het jaar de ontwikkelin op televisie. diensten. 2010 overzicht van content en een boeiend lokale op biedt richten ! gen in crossmedia kunnen veranderen Trends en ontwikkelin die in 2011 de markt prille trends en inzicht in

trends en ontwikk

n o lo

2008) (januari immovaTor: van 2007-2008 (januari 2009) editie uiTgaven 2010) in crossmedia, editie 2008-2009 (januari crossmedia, editie 2009-2010 ieder kwartaal) en ontwikkelingen in 2007 • Trends crossmedia, september en ontwikkelingen in (vanaf • Trends en ontwikkelingen Televisie 2006) Digitale • Trends (december 2006 • Kwartaalmonitor Monitor (juni 2008) Media 2008 • Cross Monitor (juni 2010) Media 2010 • Cross Monitor (juni 2006) Media • Cross in Verbindingen • Investeren

andere

2010-2011

Tech

13 - 16

1 MFW13_boekje_A5.indd

11 ediTie 2010-20 crossmedia,

Ontwikkeli Trends en in Crossmedia 2-2013

r.nl

2012-2013

Network,

• ediTie

Media

Trends

2011-2012

Week 2011 19 mei Future 16 t/m

Hilversum Cross iMMovator

edia, ediTie

Tor immova lingen

in crossmedia

2010-2011

Media

update

2011

en onTwikkelingen

editie

2011-2012

• ediTie

Media

2011 Monitor versie Media compacte

K E E E W 1 1 U R 2 0 U T i A F m e D I 1 9 M E m t / 1 6

n l k . e e e w u r u t a f d i m e w. w w

or

ingen ia en ontwikkel in crossmed

op

2010-2011

in crossmedia

Cross

kwartaal

• Trends

is te vinden

• editie

en onTwikkelingen

Cross

derde

• ediTie

18.0 Versie 2011 december

2008) (januari immovaTor: 2007-2008 (januari 2009) van editie 2010) 2008-2009 (januari uiTgaven 2011) in crossmedia, editie 2009-2010 (januari in crossmedia, editie 2010-2011 ieder kwartaal) en ontwikkelingen crossmedia, editie 2007 • Trends en ontwikkelingen in crossmedia, september • Trends en ontwikkelingen in (vanaf • Trends en ontwikkelingenTelevisie (juni 2011) Digitale 2006) • Trends sfeerimpressie (december Week • Kwartaalmonitor 2006 Future 2008) (juni Monitor • Media 2008 Media 2010) (juni Monitor • Cross 2010 2011) Media Monitor • Cross (november 2006) Media (juni Update • Cross Media 2011) • Cross in Verbindingen (september • Investeren DataCapital • Almere

Nederland

immovaTor

trends

informatie

www.immovaTor.nl

2014-2015

3 kwartaal

16:10 20-01-12

editie 2008-2009 (januari kwartaal) editie

1

cover_jaarboek_2010_plano_def.indd

andere

TV in

2011

DIA • EDITIE

Meer

in crossmedia

kwartaal

Nederland

2011

Ketenoverleg e

2010-2011 onTwikkelingen ediTie in crossmedia

immovaTor:2007-2008 (januari 2010)

(vanaf 2006) • Trends en ontwikkelingen Televisie • Trends en ontwikkelingen Digitale (december 2008) 2006 • Trends (juni Monitor 2008 2010) • Kwartaalmonitor (juni Media Monitor 2010 (juni 2006) • Cross Media Monitor • Cross Media in Verbindingen • Cross • Investeren

Week

Digitale

Televisie

in crossmedia

TV in

Televisie

en ontwikkelingen

Digitale

• trends

en Trends

• Trends

gevolgd

2008) (januari 2009)

van

ieder uiTgaven in crossmedia, editie 2009-2010 2007 crossmedia, andere ontwikkelingen in september in crossmedia, en

Future

- Monitor

3 kwartaal

en onTwikkelingen

immovaTor

16

2011 Monitorversie Media compacte

E K W E R E T U 0 1 1 F U i 2 m e 1 9

cover_jaarboek_2010_plano_def.indd

011

aar) af 2008, jaarlijks) 11, jaarlijks)

informatie

www.immovaTor.nl

immovator

derde Digitale - Monitor Televisie Digitale Ketenoverleg

1

immovaTor

Meer

immovat

crossmediasector het gevolgd werd, Nederlandse Dagen en 2010-2011 in de de 3D ediTie gelanceerd Cafés, de iPad ontwikkelingenMedia waarin relevante de Cross in crossmedia, het jaar kwam zoals van de 2010, gingen op gang mate aan bod. een overzicht evenementen, thema’s nog langzaam toenemende en onTwikkelingen geeft bestond! maar georganiseerde zich in 10 jaar verschillende in crossmedia in 2010 precies komen de bioscopen en de media door iMMovator Network nam in en ontwikkelingen van de crossmediasector netwerken Media vlucht en onderzoeken hand in de Trends Cross 3D een via sociale projecten Aan de waarin kan delen waarin iMMovator in 2010. ontwikkelingen Het jaar Jaarcongres, elkaar van de het jaar Mediapark andere tablets. je alles met overzicht – ook 2010 een boeiend door diverse Het jaar waarin en diensten. biedt veranderen! op televisie.lokale content in crossmedia kunnen markt op 2011 de richten die in en ontwikkelingen trends Trends in prille en inzicht

Trends

2011

en Ontwikkelingen

www.immovaTor.nl

crossmediasector werd, en het Dagen gelanceerd Nederlandse de 3D in de de iPad Cafés, 2010-2011 Media jaar waarinkwam gingen ediTie ontwikkelingen mate de Cross2010, het op gang bestond! de relevante zoalsaan bod. van langzaam in 2010 10 jaar in toenemende in crossmedia, zich thema’s maar nog evenementen, precies overzicht media een crossmediasector Network geeft en de verschillende in de georganiseerde de bioscopen Media komen nam in onTwikkelingen netwerkenCross en in crossmedia iMMovator vlucht via socialeiMMovator de door en onderzoeken de ontwikkelingen 3D een delen van van waarin kan en ontwikkelingen hand jaar projectenjaar waarin overzicht het elkaar Trends Aan de Het met – ook boeiend Jaarcongres, tablets. je alles in 2010. 2010 een veranderen! andere waarin diensten. biedt Mediapark kunnen en diverse Het jaar door de markt content in crossmedia in 2011 op televisie. op lokale die richten en ontwikkelingen trends in prille Trends op en inzicht vinden is te

Trends

Media

Televisie

Digitale Ketenoverleg e

or immovaT ingen

• Trends

Trends

16:10

11:36

immovaTor

beurzen on internationale en Video en was van grote op meer succes thema 2011-2012 groot waarin TV, hét een glasvezel. ediTie Het jaar Connected of Holland’ “Trends aanleggen: doorbreken. Voice ook van ‘The moet in crossmedia, Maar de toekomst aankondigde.en inzicht nog van format in 2011 de tablets. eigenlijk jaar van omroepbezuinigingen het crossmediale is het in Nederland telecomnetwerken en onTwikkelingen crossmediasector grote 2011 waarin maar in de de nieuwe kabinet van 3D, Het jaar geworden, en het is het jaar en de IBC. ontwikkelingen was graafmachines toesloeg van de 2010 Show eens big business met NAB mannen crisis nog overzicht als de de Netwerk. internationaal een boeiend in Nederland Media Demand jaar waarin geeft Cross veranderen! plaatsen ook het meer was kunnen in Crossmedia” van iMMovator 2011 de markt Maar uitgave 2012 is een die in en Ontwikkelingen trends in Crossmedia in prille

Trends

20-01-12

23-01-12

Digitale

www.im movaTo

Ketenoverleg

1

DIA • EDITIE

2010-2011 in crossmed ediTie

4-2015

ELINGEN IN CROSSME

en

Editie 201

ELINGEN IN CROSSME

Trends

tor iMMovang en

2011-2012

ale beurzen internation on van grote en Video TV, hét thema succes was van Connected een groot meer en onTwik Maar ook waarin op of Holland’ n. Het jaar ‘The Voice Trends en van de tablets. : glasvezel. iale format is het jaar moet doorbreke aanleggen 3D, 2011 het crossmed eigenlijk nog de toekomst het jaar van de. “Trends jaar waarin Nederland 2010 was twerken van n aankondig , maar in de IBC. Het telecomne zuiniginge Show en is geworden 2011 en inzicht de nieuwe als de NAB grote omroepbe iasector in aal big business met graafmachines crossmed en het kabinet mannen ngen in de Demand internation eens toesloeg in Nederland van de ontwikkeli de crisis nog meer plaatsen jaar waarin boeiend overzicht was ook het ia” geeft een Maar 2011 n! ingen in Crossmed kunnen verandere Netwerk. en Ontwikkel de markt r Cross Media die in 2012 trends iMMovato van in prille ia is een uitgave ingen in Crossmed Ontwikkel Trends en

in crossm kelinge n

TRENDS EN ONTWIKK

TRENDS EN ONTWIKK

ngen Ontwikkeli Trends en in Crossmedia

immovator •

Rift komen. Oculus op niet na te grond 2012-2013 de beeldbuis zijn belofte elen uit de passingen device lijkt EDIA, EDITIE paddensto leven internettoe e nieuwe de doorbraak diensten als IN CROSSM tor nieuw elbelovend ) TV, waarmee het jaar van waarin VOD KELINGEN dat de uitgeefsec rden vele 2012 was ook ook het jaar op je (connected worden de EN ONTWIK van Blendle, kt. 2014 is van HbbTV? e, tablet en 2012 introducee meer en meer en TRENDS jaar worden afleiden. In op je smartphon platforms van de doorbraak de kaart in 2014 en , zal 2013 het n het jaar op of juist de aandacht met hun second screen de apps. Apps van de omroepen zet zichzelf het jaar van aal ma’s verrijken, gezien door vol innovatie! Style’ het record 2012 was internation . Digital Design . Een jaar die tv-program scoorden en ‘Gangnam wordt als kansrijk afvraagt passingen ook daarbuiten se bedrijven online formats schermtoe industrie zich in dit trendboek komen. HbbTV strie, maar teren met en Nederland iMMovator screen’, tweede en de advertising mediabestedingen. passingen te experimen capital geeft omarmde van ‘Second schermtoe s en human n en dalende amakers begonnensocial media compleet a’s hun tweede crossover zuiniginge programm radio programm ness impact, jaar waarin toekomst. crisis, omroepbe de Het jaar waarin 2012 , ook vol innovatie! e. 2012, het jaar van de blik naar iasector in budgetten ooit verbrak. technologi was ook het eer, met een crossmed ovator.nl de druk op YouTube video Maar 2012 www.imm ngen in de de toenemen petto heeft. best bekeken Network, van de ontwikkeli voor hen in gen en ondanks r Cross Media overzicht de toekomst sche vernieuwin wat iMMovato boeiend van een ave ia’ geeft veel technologi n! Een jaar met ingen in Crossmedmarkt kunnen verandere Ontwikkel de Netwerk. ‘Trends en die in 2013 r Cross Media in prille trends van iMMovato en inzicht uitgave ia is een ingen in Crossmed Ontwikkel Trends en or ovator.nl immovaT ingen www.imm ia onTwikkel on

IMMOVATOR •

iMMovator

IMMOVATOR •

2014-2015 DIA, EDITIE

n l e k . e w e t u r a f u e d i w.m w w

iMMovator

iMMovator

Cross

Media

Network,

Cross

Media

Network,

Hilversum

Hilversum

TOR:

N VAN IMMOVA (januari 2008) ia, editie 2007-2008 (januari 2009) gen in crossmed ia, editie 2008-2009 (januari 2010) en ontwikkelin • Trends gen in crossmed ia, editie 2009-2010 (januari 2011) en ontwikkelin • Trends gen in crossmed ia, editie 2010-2011 (december 2012) en ontwikkelin • Trends gen in crossmed februari 2012) ia, edtiei 2011-2012 r 2007 tot en ontwikkelin • Trends gen in crossmed kwartaal van septembe en ontwikkelin • Trends Televisie (ieder onitor Digitale ssie (juni 2011) • Kwartaalm Week sfeerimpre ssie (juni 2012) • Media Future Week sfeerimpre r 2006) (decembe • Media Future 2006 Monitor (juni 2008) • Cross Media Monitor 2008 (juni 2010) • Cross Media Monitor 2010 (juni 2012) • Cross Media Monitor 2012 r 2011) • Cross Media Update (novembe 2006) • Cross Media en (juni in Verbinding r 2011) • Investeren al (septembe DataCapit • Almere

ANDERE UITGAVE

Tor:

n van immova (januari 2008) a, editie 2007-2008 2009) gen in crossmedi editie 2008-2009 (januari a, 2010) en ontwikkelin • Trends gen in crossmedi editie 2009-2010 (januari a, 2011) en ontwikkelin • Trends gen in crossmedi editie 2010-2011 (januari a, kwartaal) en ontwikkelin • Trends gen in crossmedi september 2007 ieder en ontwikkelin • Trends Televisie (vanaf onitor Digitale ssie (juni 2011) • Kwartaalm Week sfeerimpre r 2006) (decembe • Media Future Monitor 2006 (juni 2008) • Cross Media Monitor 2008 (juni 2010) • Cross Media Monitor 2010 r 2011) • Cross Media Update (novembe 2006) Media • Cross en (juni in Verbinding r 2011) • Investeren l (septembe DataCapita • Almere

andere uiTgave

n andere uiTgave

or: van immovaT

(januari 2008) , editie 2007-2008 (januari 2009) gen in crossmedia ontwikkelin , editie 2008-2009 • Trends en (januari 2010) gen in crossmedia ontwikkelin , editie 2009-2010 • Trends en ieder kwartaal) gen in crossmedia ontwikkelin september 2007 • Trends en Televisie (vanaf nitor Digitale • Kwartaalmo (december 2006) Monitor 2006 • Cross Media (juni 2008) Monitor 2008 • Cross Media (juni 2010) Monitor 2010 • Cross Media n (juni 2006) in Verbindinge • Investeren

Versie 18.0

december 2011

05-01-15

16:28

30-11-12

18:16

23-01-12

11:36

20-01-12

dd 1-3

2012_cover.in ovator jaarboek

00_12056_iMM

Jaarboek Movator -

- Cover.indd

16:10

1-3

12002 S-PrePress-iM

ef.indd 1

_2010_plano_d

cover_jaarboek

re Week

T e c h n o lo

Media Futu

omi re - econ gy - FuTu cs

Almere 2013 13 - 16 May

23/07/13 12:56

_A5.indd 1

MFW13_boekje

ANDERE UITGAVEN VAN IMMOVATOR: • • • • •

Monitor Creatieve Industrie (November 2014) Cross Media Monitor (2006 – 2012 iedere twee jaar) Trends en Ontwikkelingen in Crossmedia (vanaf 2008, jaarlijks) Media Future Week sfeerimpressie (vanaf 2011, jaarlijks) Diverse whitepapers i.s.m. TNO (vanaf 2012)

IMMOVATOR • TRENDS EN ONTWIKKELINGEN IN CROSSMEDIA • EDITIE 2015-2016

TRENDS EN ONTWIKKELINGEN IN CROSSMEDIA, EDITIE 2015-2016

iMMovator

Trends en Ontwikkelingen in Crossmedia Editie 2015-2016



iMMovator Trends en Ontwikkelingen in Crossmedia Editie 2015-2016



iMMovator

n e g n i l e k k i w t n O n e Trends in Crossmedia

Editie 2015-2016


Colofon Trends en ontwikkelingen in crossmedia • Editie 2015-2016 ©iMMovator Cross Media Network

Dankwoord Wij danken graag de dagvoorzitters en sprekers van de Cross Media Cafés, het Mediapark Jaarcongres, ThingsCon, Meet the Master sessies, Media Park updates, de Technology updates en de verschillende projectleiders en alle andere betrokkenen voor hun bijdrage aan deze uitgave. Colofon Trends en ontwikkelingen in crossmedia, editie 2015-2016 is een uitgave van iMMovator Cross Media Network. Disclaimer De teksten in deze publicatie zijn gebaseerd op door iMMovator verzamelde informatie die zo zorgvuldig mogelijk is verwerkt. Als er desondanks toch wat is misgegaan of als er verzuimd is bij specifiek materiaal de rechthebbende te vermelden, dan kunt u contact opnemen met iMMovator. Ondanks alle aan de samenstelling van de tekst bestede zorg, kan noch de redactie, noch de uitgever, aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele schade, die zou kunnen voortvloeien uit enige fout, die in deze uitgave zou kunnen voorkomen. In dit boek komen namen voor van gedeponeerde handelsmerken. Deze namen zijn in de tekst niet voorzien van een handelsmerksymbool, omdat ze slechts fungeren als aanduiding van de besproken producten of diensten. Hierbij wordt op geen enkele wijze getracht inbreuk te maken op de rechten van de handelsmerkhouder. Tekst en redactie Marlies Hakvoort, Minouche van Reenen, Vincent Jagers, Ellen Röling, Bas Nieuwehuijsen en Marc Notebomer Speciale dank gaat uit naar de columnisten: Marcel Schouwenaar, Jeroen te Nuijl, Simon Douw, Paul Römer en Mark Achterberg Fotografie Mark Janssen, Rob Koenen, Oscar Timmers, Frank Visser en Robert Tjalondo Vormgeving De Grafische Keuken, Hilversum Druk Koninklijke BDU Grafisch Bedrijf Contactgegevens iMMovator Cross Media Network Bezoekadres Postadres Mediacentrum/MC3 Postbus 124 Media Park 1200 AC Hilversum Joop van den Endeplein 1 Telefoon: 035 677 75 07 1217 WJ Hilversum E-mail: info@immovator.nl Website: www.immovator.nl


INHOUD

1 Voorwoord

6

2 Enabling Technologies 3 Creativity

9 65

4

Business Impact

103

5

Media Impact

137

6

Media Park revisited

191

7

Over iMMovator

221

Register

245

5


VOORWOORD Begin 2016 eindigt ons programma Growing Games dat zich richt op de bedrijven die serious games inzetten om onder andere onderwijs te bieden, problemen met gezondheid aan te pakken en om te kunnen gaan met veiligheidsrisico’s. De toepassingen zijn legio, de marktvoorspellingen enorm en de kwaliteit van de Nederlandse game developers is erg hoog. De omvang van de Nederlandse gamestudio’s is op een viertal na erg klein en niets leek dan ook logischer om begin 2014 een op groei gericht programma “los te laten”. Met de publicatie van de Gamesmonitor eind 2015 weten we ook het resultaat. De vier grotere bedrijven groeien vrolijk door, er zijn veel nieuwe bedrijven bijgekomen maar de gemiddelde bedrijfsomvang is verder verkleind. Teleurgesteld? Ja eigenlijk wel. Ik deel toch graag dit inzicht omdat het laat zien dat ons werk niet eenvoudig is en de wereld niet maakbaar. Trends op waarde schatten en op het juiste moment aangrijpingspunten voor groei zoeken is wat wij voortdurend doen. Vaak met succes en soms is het gewoon te vroeg, duurt het langer of zit het er eenvoudig niet in. In 2008 hebben wij, met succes, het programma BreedNet gelanceerd om glasvezelverbindingen betaalbaar te krijgen voor het MKB. Toen werd er nog gediscussieerd of de bandbreedte van glasvezel wel nodig was. Nu is het een commodity in onze industrie en wordt het zelfs ingezet zodat regiewagens niet meer naar voetbalstadia hoeven te rijden. De regie wordt ingevuld vanaf het Media Park waarmee het productieproces ook nog fors duurzamer is geworden omdat het transport van de grotere wagens niet meer nodig is. In 2010 werden wij gevraagd het 3D platform op te richten om de introductie van 3D TV in onze sector te begeleiden. Hoewel er veel tv’s zijn verkocht die 3D ondersteunen is het totaal verwaarloosbaar in het tv product en in 2013 hebben wij er voor het laatst op de IBC aandacht aan geschonken in de context van TV. HbbTV ontwikkelt zich voorspoediger. Het HbbTV platform is op veler verzoek door ons in 2012 opgericht, is zeer levendig en lijkt kansrijk om in 2016 serieus toepassingen te laten zien. Het is wel interessant dat de online wereld en de omroep wereld nog steeds heel verschillende ontwikkellijnen laten zien. Opmerkelijk dat ze elkaar steeds kruisen maar in snelheid en businesslogica nog zo verschillen. En ook dat wij ze als verschillende werelden (blijven) duiden. Ik vraag me af wanneer we hiertussen geen onderscheid meer maken en het bereik van consumenten in één uniforme eenheid uitdrukken. Nu big data haar entree maakt in onze industrie komt dit sneller nabij. En hier is dan weer zo’n trend. Big data en het enorme tekort aan datascientists die van de enorme hoeveelheden data die wij online en al TV kijkend achterlaten zinvolle nieuwe producten maken zoals aanbevelingen om naar te kijken, hulp bij het zoeken, betere en vooral relevantere aanbiedingen maar ook relevantere content zoals gepersonaliseerd nieuws. Onomkeerbaar is deze ontwikkeling en hype. Tegelijkertijd voelt het zo relevant dat je niet eens kan besluiten er geen aandacht aan te geven. IMMovator zet er fors op in. Afgelopen najaar hebben we met vier masterclasses de thermo­ meter in de industrie gezet om te duiden welke onderwerpen aangepakt moeten worden.

6


We gaan in samenwerking met de universitaire wereld een master Datascientist for Media ontwikkelen om voldoende jong talent te kunnen laten instromen en gaan daarnaast een certificate course voor de professionals uit de sector bieden. We zetten er zo op in omdat we het geloof hebben dat de Nederlandse media industrie ook internationaal onderscheidend kan zijn in nieuwe data gedreven diensten. Het verschil maken in de ontwikkeling van nieuwe algoritmes zal niet meevallen met de enorme power die Google en Facebook daar in hebben maar het toepassen en er slimme diensten van maken is een kansrijk gebied. Rest me om nog een voorbeeld van big data te noemen dat ons aanspoort wel kritisch te blijven. In een recente pilot rond data gedreven sturing in een Smart City waar allerlei data permanent beschikbaar is over mobiliteit, energieverbruik, kwaliteit van de lucht, beschikbaarheid van voedsel en water, verwerking van afval en ga zo maar door, besloot het algoritme dat de beste strategie om de CO2 uitstoot van de stad te verminderen was volledig te stoppen met voedseltoevoer aan de bewoners. Een voorwoord leent zich niet om volledig te zijn. Internet of Things, de crossovers energie en health, onze hernieuwde aandacht voor startups en scaleups, het is allemaal gegroepeerd in de indeling die we in 2015 hebben ge誰ntroduceerd: Enabling Technologies, Creativity en Business Impact. Inzichten die ons aangereikt zijn door de vele sprekers die ons helpen een relevant platform voor de industrie te zijn en waarvan ik hoop dat ze u inspireren.

Veel leesplezier en datawijsheid!

Ton van Mil

7



ies g lo o n h c e T g n li b a n E ➔

Inleiding

Data Master Minds on

:M Cross Media Café

Meet the Master:

Science

edia & Data

Google News Lab ccording by EBU

Broadcast a f o re tu u F : te a d chnology Up

Te

it Ketenoverleg Dig

Spot on: Mobyso

Nederland klaar

IBC Tours: De hoo

Drone journalist

d ThingsCon 2015:

chouwenaar: Column Marcel S ? ired by the Future sp in g in e b to ck Ba

ale TV

cial TV l van HbbTV ro it u e d in se fa or de volgende

vo

gtepunten

iek e toekomst zien


ENABLING TECHNOLOGIES Innovatie is vaak technologisch gedreven. Nieuwe devices en technieken zorgen voor ­nieuwe toepassingen die ons leven kunnen veranderen. 2015 was het jaar van Virtual Reality en drones. Maar ook het jaar waarin de behoefte naar meer kennis over datascience ­toenam en Internet of Things niet meer alleen leuk maar ook nuttig moet zijn. De digitale revolutie gaat onverminderd hard door en technologische vernieuwingen in de media-industrie schieten als paddenstoelen uit de grond.

Technische bouwstenen In de crossmediasector draait het vaak niet om nieuwe fundamentele technologie, maar wel om het creatief en inventief combineren van technologie-bouwstenen die samen de basis zorgen voor een nieuwe dienst. Daarom zijn mediaprofessionals ook steeds op zoek naar die bouwstenen en hoe ze die kunnen toepassen voor een stabiele, vernieuwende dienstverlening. Video(on-demand) technologie, camera’s, geluid, licht, postproductie-tools, IP/cloudbased oplossingen, over-the-top, synchronisatie, metadatering, luidheidsoptimalisatie, audio- en videocompressie, internetapplicaties, mobiele platforms, apps, HbbTV, enz. De lijst van technologie bouwstenen is enorm. Dit wordt ieder jaar weer geïllustreerd door de omvang van de IBC-beurs in Amsterdam en dat gaat alleen nog maar over broadcasttechnologie. De buzzwords van IBC2015 waren Ultra HD, HDR, Over-the-top en companion apps. Maar het meest opvallende buzzword is Collaboration. Kleine en grote bedrijven proberen door samen te werken tot nieuwe standaarden te komen. Daarvoor moeten wel de nodige hobbels genomen worden qua technologie, wet- en regelgeving. Neem bijvoorbeeld targeted advertising, een ontwikkeling die in Engeland veel sneller gaat dan in Nederland vanwege soepelere wetgeving. Of de ontwikkeling van UHD techniek – waarvoor in de hele keten aanpassingen en investeringen worden gedaan. Overigens wel met gezamenlijk belang: want door deze superieure beeldkwaliteit kan de belevingscomponent om samen televisie te kijken in stand worden gehouden. In dit hoofdstuk lees je meer over de technologische agendapunten van de broadcast industrie en de projecten zoals het Ketenoverleg Digitale Televisie en het HbbTV forum die samenwerking in de keten stimuleren.

Nieuwe devices Niet alleen voor mediaprofessionals verandert er veel op het gebied van technologie, ook het leven van de consument wordt drastisch veranderd door de opkomst van nieuwe technologieën. Alles om ons heen wordt steeds slimmer, steeds meer apparaten zijn in staat data over ons te verzamelen en daarmee nieuwe toepassingen mogelijk te maken. Apparaten verzamelen deze gegevens niet alleen, ze kunnen ze delen, er analyses mee doen en ons gepersonaliseerde diensten aanbieden.

10


Enabling Technologies

Het Internet of Things zit volgens Gartner in 2015 in de piek van de Hype Cycle, wat volgens dat onderzoeksbureau wil zeggen dat er grote verwachtingen rond het concept ontstaan die soms, met de wijsheid achteraf tot het absurde worden opgevoerd. Na de piek spatten de verwachtingen uiteen en overheerst teleurstelling. Van teleurstelling rondom Internet of Things is in 2015 zeker nog geen sprake. ThingsCon Amsterdam, hét event rondom Internet of Things in Nederland raakte uitverkocht en honderden whizzkids, developers en designers kwamen bij elkaar op dit event. Bovendien was er niet alleen sprake van hoge verwachtingen, veel sprekers op het programma benadrukten dat de relevantie van nieuwe IoT toepassingen het allerbelangrijkste is. Zoals Tina Aspiala dat mooi samenvatte: “I don’t want nagging house plants, I want butlers”. Volgens Gartner zijn wearables inmiddels wel afgedaald naar de fase waarin teleurstelling overheerst. Wij denken dat dit ten dele waar is. Niet zelden spreken we mensen met een nieuwe smartwatch die hun verwachtingen niet heeft waar gemaakt. Maar ook hoor je verhalen van, met name sporters of mensen die hun gezondheid nauwlettende in de gaten houden, die de smart watch een geweldig middel vinden om hun leefstijl te monitoren. Hoe zullen deze wearables 2016 gaan overleven? Belangrijk is dat makers blijven nadenken waar de consument behoefte aan heeft, hoeveel ruimte er eigenlijk is in ons leven voor smart devices en hoe je omgaat met bescherming van privacy en persoonsgegevens.

Met data naar nieuwe diensten Overigens hoef je bij smart objects niet alleen aan high tech gadgets te denken zoals wearables en sensoren. Ook via je smartphone, tablet en laptop worden er aan de lopende band data verzameld over van het gedrag van consumenten. Wanneer steeds meer data gemeten en gedeeld wordt, opent dit nieuwe mogelijkheden voor media makers. Hoe zetten we deze overvloed aan data om in relevante media diensten? Er is behoefte aan algoritmes en tools voor data-verzameling, analyse en datamining waarop nieuwe diensten ontwikkeld kunnen worden. Op basis van (liefst realtime) big data analytics worden slimme algoritmes gebouwd die massale en individuele gebruikerservaringen context-, locatie- en tijdbewust maken. In het vorige trendboek voorspelden we dat een persoonlijke nieuwsuitzending snel realiteit gaat worden. In 2015 lieten TNO en RTL in het project News Genius zien dat het technisch al mogelijk is. De techniek is er klaar voor, maar onze industrie nog niet helemaal. Human Capital is net zo belangrijk. We hebben mensen nodig die de algoritmes kunnen bouwen, die de data snappen en kansen zien en systemen bouwen waarmee je met data bijvoorbeeld programmatic buying kan faciliteren. Deze mensen, de Data Scientists, zoals wij ze noemen zijn echter schaars. Een echte opleiding tot Data Scientist is er nog niet, en de afgestudeerden die erbij in de buurt komen worden vaak al tijdens hun studie gecontracteerd door grote bedrijven uit de financiële sector. Daarom zet iMMovator in samenwerking met de Universiteit van Amsterdam en de Universiteit Utrecht een nieuw masterprogramma op waarmee we mensen opleiden die in de media-industrie aan de slag gaan met de schat aan data die we hebben. Dit is ook een van de speerpunten van de Hilversum Media Campus die in hoofdstuk 6 aan bod komt. Techniek is geen beperkende factor meer maar zet de deuren voor innovatie wagenwijd open. Daarom is het van belang dat we de kennis over ‘Enabling Technologies’ met elkaar delen, samen onderzoek doen naar de effecten en de goede mensen aantrekken die met de techniek mooie dingen voor elkaar krijgen.

11


MASTER MINDS ON DATA SCIENCE IMMovator organiseerde, in het kader van de Hilversum Media Campus, een vierdelige serie van bijeenkomsten rondom Data science. Data science is het genereren van nieuwe data uit bestaande data. Daarbij gaat het dus niet alleen om data om achteraf inzichten te ­verwerven zoals marktaandelen, kijkcijfers, webanalytics en het inrichten van handige dashboards, maar juist meer en meer om actionable data die leiden tot directe keuzes en interventies. In deze vierdelige Master Minds sessies gingen we dieper in op welke tools er nu gebruikt ­worden om tot die actionable data te komen, hoe succesvol die zijn, en welke ­beloftevol ­lijken te worden in de nabije toekomst. De serie werd geleid door Hans Bouwknegt, adviseur Digital Strategy bij Dasym en lector aan de Hogeschool Utrecht. In deze Master Minds serie hebben we een aantal masters uit de wetenschappelijke wereld uitgenodigd om ons op de hoogte te brengen van de laatste stand van zaken op een specifiek terrein, en kregen we een kijkje in waar verschillende mediabedrijven op dit moment mee bezig zijn.

12


Enabling Technologies

Personalization & Content recommendation We begonnen de Master Minds serie met de vraag hoe content aanbieders hun aanbod kunnen verrijken door slim gebruik te maken van eerder of elders verkregen (meta)data over mediagebruik en het aanbod zelf. Deze verrijking wordt momenteel vooral gezocht in het personaliseren van content, waardoor tegemoet gekomen kan worden aan behoeftes van just in time, just in placecontent van hun doelgroep. Ook het doen van aanbevelingen is een populair middel hierbij. Kortom, hoe zorg je voor een goede user experience? In e-commerce (denk aan BOL.com, Amazon, TripAdvisor) is het inmiddels gebruikelijk dat gebruikers steeds meer maatwerk-aanbiedingen krijgen voorgeschoteld op basis van hun eigen of vergelijkbaar koopgedrag. Personalisatie en aanbevelingen zijn daarbij de sleutelwoorden, waarbij slimme algoritmes worden ingezet om dat maatwerk geautomatiseerd te kunnen leveren. De uitdaging bij e-commerce ligt in het nog slimmer maken van die algoritmes, zodat ook veel beter voorspeld kan worden welk aanbod nauw precies tot de hoogste conversie zal leiden. Bij pure mediacontent-aanbieders zien we de inzet van geautomatiseerde personalization & recommendation nog veel minder terug, terwijl media-aanbieders vergeleken met vroeger nog meer en harder moeten werken om de ‘eyeballs’ en loyaliteit van de mediagebruiker te behouden. De mediagebruiker stelt immers hogere eisen aan het aanbod. Dit geldt zeker voor nieuwsaanbieders. Omdat nieuws 24/7 via vele kanalen tot ons komt, moeten nieuwsaanbieders een meerwaarde creëren om tegemoet te komen aan die hogere eisen van hun publiek. In de eerste Master Minds bijeenkomst vertelden Nu.nl en de NOS hoe ze dat doen, wat de ervaringen van de gebruikers zijn, en welke hulp ze daarbij hebben gehad van de wetenschap. Er zijn verschillende definities van het begrip personalisatie. Personalisatie, in economie, marketing of productie, is het op maat maken of personaliseren van producten en/of diensten, op basis van eigenschappen of voorkeuren van de gebruiker. Personalisatie vindt plaats door een gebruiker, die zelf een product of dienst configureert. Personalisatie in de informatica omvat een geheel van methoden en technieken om gebruikers informatie aan te bieden, die voor hen op maat gegenereerd wordt. Door het categoriseren van content en het onderscheiden en vastleggen van bezoekersprofielen, krijgt de bezoeker direct de voor hem-haar relevante informatie en aanbevelingen aangeboden. Martin Prins, Consultant Media and Network Services bij TNO, vertelt de stappen die ondernomen worden om content via aanbevelingssystemen te verbeteren. Een bedrijf heeft content en doet met behulp van bepaalde algoritmiek voorspellingen. Het bedrijf wil deze voorspellingen verbeteren en deze verbeterde voorspellingen presenteren aan de gebruiker. De gebruiker interacteert met deze content waardoor het systeem leert van de inter­actie en de impliciete feedback.

Voorspellen Door de grote hoeveelheid data zijn er over de jaren heen verschillende methodes ontstaan die zich richten op het ordenen van deze data. Maarten de Rijke vertelt dat eind jaren 80 het principe van het ‘learning to rank’ ontstond. De Rijke is hoogleraar Informatieverwerking en Internet aan het Instituut voor Informatica van de Universiteit van Amsterdam. Hij is tevens directeur van Amsterdam Data Science. Dit principe heeft zich door de jaren heen geëvolueerd. Aanvankelijk ordende men pointwise, waarbij er per item een score werd berekend. Dit werd gevolgd door pairwise, waarbij

13


twee objecten met elkaar vergeleken werden om vervolgens de ‘beste’ uit te kiezen. De laatste paar jaren staan in het teken van listwise, waarbij het geheel geordend wordt. Deze geordende data kan ingezet worden om gedrag te voorspellen. De meest voorkomende filtersystemen om te voorspellen zijn: content-based filtering, collaborative filtering en popularitybased filtering. Content-based filtering wordt toegepast om te zien wat een gebruiker in de voorafgaande periode heeft gedaan op bijvoorbeeld een website. Via welke website is de persoon op de site is beland, welke artikelen en producten heeft hij voorafgaand aan de sessie bekeken, en wat is zijn zoekgeschiedenis tot nu toe geweest? Collaborative filtering is het proces waarbij een persoonlijk profiel wordt opgebouwd van een gebruiker op basis van voorafgaand gedrag. Dit profiel wordt samengevoegd met andere gebruikersprofielen die een soortgelijk gedrag vertonen. Via kleine verschillen in het gedrag kunnen er aanbevelingen gedaan worden voor voorwerpen waar de gebruiker geïnteresseerd in zou kunnen zijn. Popularity based filtering is het proces waarbij de meest populaire voorwerpen aanbevolen worden, omdat die veel geconsumeerd worden. Deze filters worden geïntegreerd in een recommender system, die het scoren en voorspellen van producten voor gebruikers mogelijk maakt.

Voorspellende algoritmes – Nu.nl Nu.nl wil graag de relevantie brengen aan de gebruiker. Dit doen ze niet alleen via content, maar ook via het product. Op het gebied van content vindt Jorik Dopmeijer, Head of Product bij Nu.nl, dat ze al aardig bezig zijn met het leveren van relevante aanbevelingen. Nu.nl kijkt naar locatie en moment en bracht deze twee elementen samen in de pilot NUGroningen. Nu.nl kon via hun databases bekijken wanneer en waar nieuws geconsumeerd werd. NUGroningen speelde hier op in door lokaal nieuws aan te leveren bij de Groningse gebruiker, wat resulteerde in een positief resultaat. Dit experiment is verder uitgegroeid en bestaat nu in 10 regio’s. De redactie van Nu.nl moet hier ook op inspelen. In plaats van nieuws te produceren gericht op de massa, gebeurt dit Jorik Dopmeijer (Nu.nl) nu gericht op een bepaalde niche. De beschikbare tijd, wanneer mensen consumeren, speelt ook een rol bij de redactie. Hier speelt Nu.nl in op wat er in de nabije toekomst staat te gebeuren. In samenwerking met TNO heeft NU.nl NUgemist opgezet. Dit gepersonaliseerde aanbevelingssysteem laat zien wat de gebruiker in zijn vorige bezoek gemist heeft. Dit project had twee doelstellingen. Enerzijds de content bieden wat relevant is voor de gebruiker en anderzijds kijken naar de effecten die het heeft op het product van NU.nl.

TNO Wat doet TNO? TNO is een onderzoeksinstituut dat zich tussen de wetenschap en praktijk in ­bevindt. TNO probeert de kennis toe te passen om zo een brug te slaan tussen de praktijk en de wetenschap, waardoor de mogelijkheid bestaat om te gaan innoveren. Martin Prins, Consultant Media and Network Services bij TNO, is bezig met projecten over gepersonaliseerde nieuwsaan­ bevelingen en gepersonaliseerde nieuwsuitzendingen. Hierbij wordt rekening gehouden met de interesses van de gebruiker. Op basis van eigen samengestelde categorieën en tijd kunnen gebrui-

14


Enabling Technologies

kers hun eigen uitzending samenstellen. Om deze personalisatie mogelijk te maken moet er gekeken worden naar hoe gebruikers inter­acteren met het systeem. Dit gebeurt door expliciete feedback, waarbij de gebruiker duidelijk laat weten wat hij leuk vindt, en door impliciete feedback. Wanneer gebruikers op iets klikken, dan zegt dat iets over de relevantie van een artikel of website.

Scyfer Scyfer is een spin-off van de Universiteit van Amsterdam. Voor de NOS heeft Scyfer een recommendation engine gemaakt, een algoritme dat leert op basis van de interactie met de mensen op de website wat de gebruiker leuk vindt en wat voor een nieuws de gebruiker graag wil consumeren. Bij Scyfer proberen ze de technologie, die op academisch hoog niveau ontwikkeld wordt door Google en Facebook, in de praktijk te brengen. Scyfer is ontstaan door een competitie, waarvoor ze een algoritme had ontwikkeld die 21% beter scoorde dan de algoritmes van de concurrenten. Tijmen Blankevoort, co-founder van Scyfer, vertelt dat dat komt omdat de algoritmes vanuit de UvA en de wetenschappelijke wereld veel beter zijn dan die van de grote bedrijven in Nederland.

Tijmen Blankevoort (Scyfer)

Het algoritme kijkt naar welke artikelen gelezen worden en plaats deze in een matrix. Als een gebruiker een artikel heeft gelezen zet het algoritme een ‘1’ neer. Heeft de gebruiker het artikel gezien maar het niet gelezen dan verschijnt er een ‘0’ in de matrix. Een leeg vakje betekent dat de gebruiker het artikel niet heeft gezien. Het doel is om die lege plekken in de matrix te voorspellen en daarvan de score te bepalen. Wanneer deze informatie beschikbaar wordt, kunnen er relevante aanbevelingen gedaan worden. Scyfer heeft een algoritme gecreëerd op basis van de ideeën uit een paper van Agarwal en Chen uit 2011 over het Yahoo News Recommender systeem. Dit systeem maakt gebruik van een slimme combinatie tussen collaborative, content-based en popularitybased filtering. Het systeem maakt aanbevelingen op basis van persoonlijke profielen. Het Scyfer recommender system beschrijft elk persoon en elk artikel in een set variabelen. Ook hier geldt dat het algoritme op basis van het gedrag van de gebruiker de matrix kan invullen. De kracht van dit algoritme is dat het rekening houdt met de veelzijdigheid van individuen en er voor zorgt dat de gebruiker niet belandt in een filter bubble. Serendipiteit is van groot belang, vindt Blankevoort. Het recommender system genereert niet alleen scores, maar het vertelt ook hoe zeker hij is van deze scores. Bij onzekerheid geeft het algoritme meer explorerende aanbevelingen, zodat de gebruiker niet het gevoel krijgt dat hij in een hoekje wordt geduwd.

Resultaten In februari 2015 werd het aanbevelingssysteem van Scyfer getraind op 100.000 gebruikers en haalde daar 15 miljoen ratings uit. Het systeem ervaarde clicks als positief en homepage/views en niets gelezen als negatief. Het algoritme voorspelde veel beter dan de huidige recommender systems, die hun aanbevelingen genereren op basis van populariteit of willekeur. Ook de resultaten van

15


Nu.nl waren positief. Aan de hand van de doelstellingen die waren gesteld, werd een onderzoeksvraag geformuleerd: “Hoe kunnen persoonlijke aanbevelingen geïmplementeerd worden binnen Nu.nl en wat is het effect op het gedrag van de gebruikers?” Gepersonaliseerde nieuwsaanbevelingen kunnen ervoor zorgen dat consumenten: 60% meer artikelen per sessie lezen, 4,5 keer zo vaak een mediaplatform bezoeken, en ruim 2,5 keer zoveel tijd op een mediaplatform spenderen.

Deepfalls Wanneer het nieuwsaanbod voldoet aan de voorkeuren van een individu dan creëer je meer engagement op een product of website. Maar hoe kunnen er voorspellingen en aanbevelingen gedaan worden op basis van gegevens, als er nog geen gegevens over de gebruiker beschikbaar zijn? Dit zogeheten cold start problem is op meerdere manieren te bedwingen. Prins benoemt het gebruikmaken van een context based recommender, waarbij er gekeken wordt naar de context van de relatie met de gebruiker (tijd en locatie). De Rijke vertelt over randomizing, waarbij een algoritme af en toe een compleet willekeurige aanbeveling doet voor de gebruiker. Deze aanbeveling is niet gebaseerd op een persoonlijk profiel of op context. Vaak pakken deze aanbevelingen positief uit, maar ze brengen wel risico’s met zich mee. Hoe goed gaan al deze content recommendation en personalization systemen werken? De meeste feedback bestaat uit leerprocessen vanuit de impliciete feedback die gebruikers genereren vanuit hun online gedrag. De algoritmes, die de impliciete feedback meten, zijn nog niet in staat te vertellen op welke manier de gebruiker de content consumeert. Wanneer een gebruiker tien minuten lang een artikel open heeft staan op zijn tablet, weet het algoritme niet of de gebruiker actief aan het lezen is, of tussendoor het toilet aan het bezoeken is. Door middel van expliciete feedback kan hier wel verduidelijking in aangebracht worden, alleen vraagt het verkrijgen van expliciete feedback om actieve deelname van de gebruiker. Deze gebruiker heeft hier de bewuste keuze om feedback te geven of niet.

Hoe richt je onderzoek in? Er wordt volop online geëxperimenteerd met gebruikers. Veelal worden er A/B tests gedaan door bedrijven. De A/B-test is een marktonderzoekmethode die gehanteerd wordt om te onderzoeken wat de meest efficiënte van twee mogelijkheden is. Door gebruikers te verdelen in twee groepen, die elk een ander concept te gebruiken krijgen, kan er op basis van de onderzoeksresultaten beslist worden welke opzet, A of B, het gewenste doel het best benadert. Scyfer wil in de nabije toekomst alle data proberen aan elkaar te koppelen en hun aanbevelingssysteem draaiende krijgen op de NOS servers. Hierbij willen ze een A/B test doen op 1% van alle gebruikers. Het nadeel van een A/B test is niet alleen dat er geëxperimenteerd wordt met de gebruiker, maar ook dat er veel data nodig is om tot statisch validiteit te komen. Vanuit de wetenschap is er een ‘goedkopere’ manier bedacht, wat minder interactie vergt van de gebruiker om tot een conclusie te komen, namelijk interleaving. Interleaving heeft minder interacties nodig om tot dezelfde conclusie te komen. Hoe werkt het? Het idee is hetzelfde als een A/B test. De Rijke schetst een situatie: “Er is systeem A, het huidige productiesysteem, en systeem B, het alternatief. Elke gebruiker krijgt dezelfde behandeling. Bij een zoekmachine gaat het als volgt: de gebruiker komt binnen en vult een zoekopdracht in. Deze opdracht wordt verstuurd naar systeem A en systeem B. Deze produceren hun eigen geordende lijsten. Bij interleaving worden deze lijsten technologisch samengevoegd. Het gecombineerde resultaat wordt getoond. Met dit resultaat heeft de gebruiker interactie. Uiteindelijk kan er gekeken worden of de gebruiker op een zoekresultaat van systeem A of B heeft geklikt.”

16


Het grote risico van persoonlijke aanbevelingen is dat de kans bestaat dat de gebruiker een negatieve ervaring kan krijgen. Een voorbeeld hiervan is de automatische aanvulling van vragen bij de Google Search Box. Deze aanvullingen komen voort uit de databanken. De Rijke noemt het voorbeeld van de zoekvraag “homo zijn…”. Deze aanvraag wordt automatisch ingevuld als “homo zijn is een ziekte”. De vraag is of je dit wel wilt. Ook houden zoekmachines alleen rekening met de dominante groep en niet met specifieke niches, wat te maken heeft met het popularity filter. De gebruikers stellen het niet altijd op prijs wanneer ze er achter komen dat de wetenschap met hen experimenteert. De vraag die hier uit volgt is of we zulke experimenten moeten blijven hanteren. Het door TNO opgezette NUgemist kan ook tot negatieve ervaringen leiden, want de gebruiker krijgt het gevoel alsof hij wordt gecontroleerd aangezien er hem verteld wordt wat hij nog niet heeft gelezen.

Toekomst Er liggen nog enkele uitdagingen in het verschiet op het gebied van het creëren van recommender systems, waaronder de combinaties van meerdere contextvormen, naast locatie en tijd, om betere aanbevelingen te kunnen doen op het juiste moment. Zoals het meenemen van emoties als context en het veranderen van de interesses van gebruikers. Ook moet er gekeken worden naar data bescherming en privacy van gebruikers. Nu.nl wil de tools die ze nu hebben ontwikkeld in de nabije toekomst naar de Nu.nl app brengen, aangezien 80% van het totale bereik van Nu.nl de app gebruikt. Verwachting is dat ze begin 2016 producten hebben die ze live kunnen brengen in de app. Scyfer zal hun aanbevelingssysteem op de NOS-site implementeren met als doel het aantal clicks onderaan de pagina te verhogen. TNO heeft een nieuw project gestart met Media Distillery, waarbij ze gebruikers kunnen helpen de juiste video’s te vinden. De Rijke vertelt dat meer dan 80% van de Netflix consumpties van aanbevelingen af komen. Moet er gestreefd worden naar 100% en moeten we dat willen?

Multimedia Datamining Multimedia data mining vereist het verzamelen van echt grote hoeveelheden data. De omvang van de gebruikte data is essentieel om goede voorspellingen en verrijkingen te kunnen toevoegen aan je mediacontent. Vandaar dat deze gegevens worden verzameld uit een aantal verschillende media, waaronder tekst, video’s, geluidsbestanden en afbeeldingen, maar steeds vaker ook uit ‘spatial data’. Om die echt bruikbare informatie te extraheren uit deze databronnen zijn traditionele technieken echter niet meer afdoende. Datamining en Machine Learning technieken uit het domein van de Kunstmatige Intelligentie zijn specifiek ontwikkeld om op een datagedreven manier automatisch patronen te ontdekken. In deze tweede bijeenkomst stonden we ook stil bij de uitdagingen rondom beeld- en spraakherkenning, het doorzoeken van audiovisuele content, semantisch zoeken en de voorwaarden voor goede metadateringen. Multimedia datamining is alleen al noodzakelijk om de grote hoeveelheid eigen data die een content aanbieder genereert te kunnen doorzoeken en terugvinden, nog los van de vraag of je ze in wil zetten voor nieuwe of verrijkte personalisatiediensten.

17


Het belang van patroonherkenning Arno Siebes is hoogleraar Algoritmische Data Analyse aan het Departement Informatica van de Universiteit Utrecht. Hij doet onderzoek op het gebied van datamining: het zoeken naar patronen in grote databestanden. Dit gebied verbindt de diepe theorie met praktische toepassingen. De toepassingsgebieden variëren van de financiële wereld tot wetenschappen als de bio-informatica. Naast zijn bijdrage aan onderwijs en onderzoek, is hij ook lid van een aantal tijdschriftredacties en meerdere programmacommissies van conferenties. Siebes start zijn verhaal met de constatering dat informatie in feite immaterieel is. En dat er maar één machine voor nodig is – de computer-, die alles wat je met informatie zou kunnen willen doen, je ook in Arno Siebes (Universiteit Utrecht) staat stelt om dat te kunnen doen. Informatie heeft geen materiële grootte, waardoor het mogelijk was om apparaten te laten krimpen. In tegenstelling tot de apparaten nemen wel de databases toe in grootte, zoals grote digitale bibliotheken, clouds en socialnetworks. Daarmee zijn we beland in een wereld van Big Data. Big Data is feitelijk een marketingterm gedefinieerd door de drie V’s: volume, velocity (snelheid) en variety (verschillende vormen en groottes). Big is echt Big. In 2012 heeft de wereld 1,8 zettabyte aan data geproduceerd. Het is interessant dat er veel data wordt geproduceerd, maar waarom wordt alles bewaard? Ten eerste uploaden gebruikers persoonlijke data over zichzelf via social media, waardoor het aantal dataproducenten vele malen groter is geworden. En ten tweede gebruiken bedrijven deze data om profielen te schetsen om daarop te anticiperen in de vorm van het genereren van aanbevelingen en het behouden van klanten, zoals we ook al in de eerste sessie over personalization & recommendation zagen. Om aanbevelingen te kunnen doen moeten eerst bepaalde patronen vastgesteld worden.

Patronen en profielen Een patroon is een set van karakteristieken die gedeeld worden door een bepaalde groep (bijv. klanten of patiënten). De karakteristieken kunnen dan bijvoorbeeld zijn: alle patiënten met dezelfde ziekte, of alle klanten die de afgelopen maand meer dan 1000 euro hebben besteed in je webshop. Omdat mensen meer op elkaar lijken dan ze denken (“birds of a featherflocktogether”), komen bij patroonherkenning meer overeenkomsten naar boven dan het ene resultaat dat ze >1000 euro hebben besteed. Zo’n heel patroon van interessante overeenkomsten kan ingezet worden als een profiel. Op basis van digitale gebruiks- en gedragspatronen kan deze groep steeds rijker en gedetailleerder beschreven worden en kunnen vervolgens voorspellingen zoals aanbevelingen gedaan worden. Dataminers kunnen met behulp van algoritmes relatief efficiënt alle interessante patronen voor deze doelgroep vinden in de database (van een ziekenhuis, een webshop, etc.).

18


Enabling Technologies

Een datascientist heeft voor het trainen van algoritmes voor patroonherkenning ook altijd een domeinexpert nodig die kan omschrijven welke karakteristieken in een patroon zinvol zijn, want niet elk gevonden patroon in de datastromen leidt tot zinvolle profielen in de echte wereld. Want misschien laat bovenstaand profiel op basis van de patronen ook zien dat ze in hun jeugd een goudvis bezaten, maar dat interesseert de webshop-marketeer niet bij het doen van product-aanbevelingen. Een andere beperking die Siebes schetst bij patroonherkenning is de mogelijke schending van privacy. Aan de hand van slechts vier kenmerken kan een algoritme namelijk al ontdekken wie jij bent en wat je hebt gedaan. Hij noemt dit de paradox of patterns, waarbij patronen zowel een vloek zijn door het schenden van privacy, als een geschenk doordat ze data omzetten tot actionableknowledge.

Archief van Beeld en Geluid 足doorzoekbaar maken Bouke Huurnink, IT Development Manager bij Beeld & Geluid, deelt de ervaringen van Beeld & Geluid in het gebruik van datamining-technieken om hun archief beter doorzoekbaar te maken voor hun professionele gebruikers (onderzoekers en mediaprofessionals). Beeld & Geluid fungeert als museum, archief en als kennisinstituut op het gebied van audiovisueel erfgoed. Het archief bezit meer dan 70% van al het Nederlandse audiovisuele erfgoed. Al het materiaal van de Publieke Omroepen wordt onmiddellijk na uitzending ingestroomd in het archief van Beeld & Geluid. Tot vorig jaar had Beeld & Geluid 40-60 mensen in dienst die de content handmatig aan het beschrijven waren om data vindbaar te maken. Vanaf dit jaar maakt Beeld & Geluid geen gebruik meer van deze groep mensen. Nu zorgt Beeld & Geluid er voor dat de door de omroepen aangeboden (tekst gebaseerde) metadata zo goed mogelijk is, om daarnaast met b 足 ehulp van automatische annotaties extra metadata toe te voegen.

Bouke Huurnink (Beeld en Geluid)

De twee automatische technieken waarmee Beeld & Geluid zich bezig houdt zijn: sprekerherkenning (niet spraakherkenning) en termextractie op basis van ondertitels. Het doel is om zoekresultaten met hoge precisie te leveren zonder ruis. Bij sprekerherkenning wordt het audiosignaal van televisie-uitzendingen geanalyseerd. Er is een model gevormd met 300 verschillende sprekers. In samenwerking met Spraaklab wordt de aangeleverde audio geanalyseerd: wie praat er, wanneer begon iemand te praten, en wanneer stopte iemand met praten. Bij termextractie worden de ondertitels geanalyseerd. Ondertitels zijn echter ontzettend uitgebreid en ongestructureerd. Het doel is om structuur aan te brengen in die ondertitels. Door het gebruik van beide technieken heeft Beeld & Geluid nu een zoekmachine die vrij goed inspeelt op de behoeften van de professionele gebruiker, die bijvoorbeeld graag alle data willen sorteren op data, gewend zijn zeer gestructureerd te zoeken en volledige transparantie willen. Beeld & Geluid gebruikt Thesaurus-termen voor keywords, mensen, locaties en organisaties die

19


belangrijk zijn in het beschrijvingsproces van een uitzending. Per journaal uitzending gebruikt Beeld & Geluid nu vijf tot tien keywords. Het gebruikmaken van Thesaurus-termen geeft echter nog geen volledige garantie voor ruisvrije zoekresultaten. Ook is de zoekmachine nog niet optimaal voor gebruik door het gewone publiek. Beeld & Geluid blijft daarom ook de komende tijd flink investeren in nog betere automatische annotatietools. Een andere vorm van het vindbaar maken van AV-content wordt aangeboden door de Nederlandse startup Media Distillery.

Mediamonitoring door Media Distillery Joost de Wit en Geert Vos hebben anderhalf jaar geleden Media Distillery opgericht. Media Distillery houdt zich bezig met het vindbaar maken van audio en video, met name radio- en tv-content. De hoeveelheid audiovisuele content neemt in hoog tempo toe, maar de slechte doorzoekbaarheid maakt hergebruik lastig. Media Distillery lost dit probleem op en laat de gebruiker op een gemakkelijke manier audiovisuele databases doorzoeken, aldus De Wit. Daarbij hanteert Media Distillery verschillende technieken om informatie uit videocontent te halen, waaronder teletekst-extracties, spraakherkenning, ingebrande ondertiteling, (ingetrainde) logo’s, en gezichtsherkenning. De geJoost de Wit (Media Distillery) bruiker kan een zoekvraag indienen die zeer specifiek beantwoord wordt. De gebruiker krijgt te weten in welke video en op welk moment datgene gezegd of getoond wordt wat de gebruiker probeert te zoeken. Media Distillery heeft drie proposities rondom de analyses die ze doen. Ze metadateren uitzendingen in real time. Alle informatie die binnenkomt wordt opgeslagen in een zoekmachine, en uiteindelijk belandt alle data in een archief dat achteraf doorzoekbaar is. Media Distillery richt zich op twee markten: mediamonitoring en content owners. Mediamonitoring is interessant voor bedrijven die in de gaten willen houden hoe ze in de media genoemd worden. Content owners zijn mensen die hun eigen content doorzoekbaar willen maken. Op dit moment verkrijgt Media Distillery al het audiovisuele materiaal van 26 Nederlandse radioen televisiezenders. Vanaf het moment van instroming begint het analyseproces. Allereerst wordt er gekeken naar een region of interest (ROI zoals ‘voetbal’). Elk frame wordt beschreven en de ondertiteling wordt gedetecteerd en geanalyseerd. Verder maakt Media Distillery geen gebruik van een woordenboek, maar van lettercombinaties die normaal in de Nederlandse taal aanwezig zijn. De laatste stap is om opeenvolgende frames te combineren om tot betere resultaten te komen. De grootste uitdaging is de balans vinden tussen de beperkingen die gesteld worden aan het echt real time metadateren, de kwaliteit van de zoekresultaten en de hoge kosten die ermee gemoeid zijn.

20


Enabling Technologies

Toekomstplannen en verbeteringen Het development team van Beeld & Geluid houdt zich op het moment bezig met het verbeteren en toevoegen van de annotatiemethoden. Doordat Beeld & Geluid gebruik maakt van een thesaurus is het lastig om zeer specifieke content aan te leveren als zoekresultaat. Verder wil Beeld & Geluid expliciete feedback verkrijgen van gebruikers, de zoekmachine geïntegreerd krijgen op de publieke website, en nieuwe interfaces ontwikkelen. Media Distillery is bezig met het verder ontwikkelen van gezichtsherkenning, teksten in beeld (naast ondertitels), en het automatisch herkennen van reclame-uitingen (ad detection). Verder verbeteren ze de spraakherkenning, ondertitelextractie, en logoherkenning. Op het gebied van logoherkenning gebruikt Media Distillery momenteel een conventionele techniek genaamd SIFT. SIFT kan enkele 7 punten in het beeld detecteren die overeen kunnen komen met een al bestaand logo, woonachtig in de database, waardoor een logo herkend kan worden. In de toekomst willen ze echter gebruikmaken van deeplearning. Deeplearning is een dataminingmethode waarmee je het algoritme echt kan trainen waardoor volautomatisch patronen geanalyseerd en geclassificeerd worden. Hierdoor kan het algoritme snel ontdekken of er bijvoorbeeld één of meerdere logo’s zich in het beeld bevinden. Verder wil Media Distillery kijken of ze de kwaliteit van aanbevelingen kunnen verbeteren met behulp van metadata.

Conclusie Big data is hier en gaat nooit meer weg. De hoeveelheid verkregen data neemt alsmaar toe. Big data kan het leven verbeteren, mits de data relevant is, er personen zijn die het domein begrijpen, en er personen zijn die het leuk vinden om met data om te gaan. Arno Siebes vertelt dat privacy niet geschonden hoeft te worden bij het realiseren van het potentieel van big data, en dat daar dus de toekomst ligt.

Predictive & real-time marketing Ervan uitgaand dat gepersonaliseerd aanbod een rijkere mediabeleving oplevert voor de gebruiker, roept de vraag op wat jij daar als content-aanbieder mee opschiet. Voor de meeste contentaanbieders is het leveren van een optimale gebruikerservaring alleen niet genoeg. Zeker voor media die afhankelijk zijn van reclame-inkomsten en/of E-commerce is het werven van nieuwe gebruikers, het behouden en terug laten keren van gebruikers van levensbelang om die inkomsten op peil te houden. Het inrichten van een optimale customer journey over al je kanalen heen is daarbij essentieel: naadloos over apparaten heen, inspringen op eerder gedrag, en anticiperen op bewuste en onbewuste ontluikende content behoeftes. In online advertising heeft daarom programmatic buying al een enorme vlucht genomen en deze opmars zien we nu ook terug bij televisie- en zelfs outdoorreclame. Bij programmatic buying wordt op basis van algoritmes real time berekend op basis van jouw eigen of vergelijkbaar gedrag welke reclame-uiting je voorgeschoteld krijgt, waardoor er optimale conversie-omstandigheden

21


gecreëerd worden. Predictive marketing gaat daarmee veel verder dan een simpele aanbeveling, maar kan echt ook voorspellen dat de kans het grootst is dat een individu met interesse in A ook D wil kopen, en doet dus alleen een prominente aanbeveling voor D. Voor media-aanbieders ligt de uitdaging dus in om data uit content gebruik, reclamebereik en daadwerkelijke lead conversion aan elkaar te koppelen, en daar voorspellingen uit te halen die niet alleen adverteerders helpen, maar ook zinvol zijn voor de relatie met je gebruikers en de keuzes die je wil maken met toekomstig content-aanbod.

Identificeren en profileren Ed Peelen is onlangs begonnen als bijzonder hoogleraar contentmarketing aan de Universiteit van Amsterdam. Hij heeft een achtergrond in relatiemarketing, customer intelligence, customer experience en omnichannels, en nieuwe klantgerichte business modellen en -proposities. Als bijzonder hoogleraar richt hij zich op de veranderingen in het medialandschap en de daaraan gereEd Peelen (Universiteit van Amsterdam) lateerde opkomst van content marketing. Met het veranderen van de informatiedragers en de communicatie­patronen wordt het belangrijker aandacht te besteden aan het verhaal, de content, de wijze waarop deze wordt gedeeld, verrijkt en verspreid onder mensen. Daarnaast is het van belang te kijken naar de effecten hiervan op customer engagement, de klantbeleving en de uiteindelijke verkoop en merkbinding. In nauwe samenwerking met het bedrijfsleven gaat Peelen onderzoek op dit gebied initiëren. Peelen opent zijn sessie door op te merken dat wiskundigen patronen ontdekken en kunnen ­vinden, maar niet altijd weten wat ze zoeken. Terwijl andere wetenschappers zoals economen als hijzelf, wel weten wat ze willen zoeken, alleen het niet kunnen vinden. Daarom vindt hij het samenspel tussen economen en wiskundigen enorm interessant.

22


Enabling Technologies

De vraag die Peelen zichzelf stelt is “hoe krijgen we de precisie in onze content, zodat de adverteerders exact krijgen wat ze willen?” Er is veel data en er wordt nog weinig mee gedaan. Deze data kan gebruikt worden om het profiel van een individu scherper te stellen. Profilering levert essentiële kenmerken op, waardoor je individuen kunt clusteren en daarmee ­gerichte content kunt aanbieden. Zo werkt de gaming-industrie met een klein aantal personages wat het makkelijk maakt om de gebruikers te profileren. Zo is er bijvoorbeeld de sociale speler en de competitieve speler. In een online game kunnen profielen worden gemeten, waarna spelers geprikkeld kunnen worden. Dat gedrag kan je uittekenen in journeys. Deze journey is eigenlijk een ‘kruimelspoor’ van de handelingen en interactie van de gebruiker. Deze journey bevat veel informatie waardoor adverteerders kunnen weten hoe, waar en wanneer ze toe moeten slaan.

Basket analysis In de marketing wordt vaak gebruik gemaakt van basket analysis. Er wordt gekeken naar welke ­combinaties van aankopen in de winkelwagen vaker voorkomen, zodat er aanbevelingen gedaan kunnen worden in de trant van “mensen die dit gekocht hebben, vonden dit ook leuk”. Dit wordt veelal gedaan met de eerder behandelde methode van collaborative filtering. Uiteraard kan collaborative filtering voor meer vormen van personalisaties gebruikt worden dan alleen aankoop­aanbevelingen. Het doel van hedendaagse contentmarketing is om via de tijdlijn van de journey in het leven van de consument te komen, en op basis daarvan zeer geavanceerde en gepersonaliseerde aanbevelingen te kunnen doen. Peelen noemt als voorbeeld het merk Nutricia. Dit merk maakt geen gebruik van Basket Analysis, maar kijkt naar het real time gebruik van bijvoorbeeld hun app voor jonge moeders. De bedoeling is dat ze de app continu gebruiken om een aantal relevante zaken bij te houden: hoeveel heeft de baby gedronken, hoeveel is hij gegroeid, et cetera? Deze data wordt gelijk gebruikt om real time vergelijkingen te maken (benchmarking) met andere baby’s. Door deze user journeys te monitoren, kan Nutricia verschillende soorten moederprofielen destilleren en gericht product- en contentaanbiedingen doen. Peelen laat zien hoe Nutricia daarmee vergelijkbare datascience toepast als in de case van NU.nl die Jorik Dopmeijer heeft toegelicht in de eerste sessie.

Privacy Deze manier van marketing en gebruikmaking van data brengt ook hier de discussies over privacy met zich mee. Peelen haalt het boek The Circle aan van Dave Eggers waar het opgeven van privacy erg ver gaat. Het opslaan en gebruiken van alle gebruikersdata kan heel ver gaan. Vinden we het erg of vinden we het niet erg, en maakt het eigenlijk verschil of al die data gebruikt wordt door de overheid met het oog op het waarborgen van staatsveiligheid of door commerciële bedrijven? Peelen haalt daarbij Marcel van Galen die met zijn Qiy Domein zijn motto “geef het internet terug aan de mens” probeert vorm te geven. Een mens moet eigenlijk zelf kunnen beslissen of de overheid/bedrijf toegang mag krijgen tot zijn gegevens of niet, en dan kan er misschien pas sprake zijn van echte gepersonaliseerde media.

23


Programmatic buying Jeroen Rutte, hoofd business development van SpotX Benelux &Nordics geeft een zeer gedetailleerd inkijkje in hun toepassing van het immens populaire programmatic buying. SpotX is een cross-screen video-advertisingplatform met een veilingmodel. Binnen het platform kan real time worden geboden op beschikbare advertentieruimte door premium adverteerders. Bij programmatic vormt het slim aanwenden van algoritmes op grote hoeveelheden data in real time de kern van de dienst. Zonder datascience geen programmatic! SpotX is het eerste bedrijf dat het concept van real time bidding (RTB) heeft geïntroduceerd voor video. Bij programmatic buying wordt op basis van algoritmes real time berekend op basis van jouw eigen of vergelijkbaar gedrag welke reclame-uiting je voorgeschoteld krijgt, waardoor er optimale conversie-omstandigheden gecreëerd worden. Rutte laat een filmpje zien waarin het systeem van programmatic wordt uitgelegd. “How an Ad is served with Real Time Bidding (RTB)”. Het proces begint wanneer een gebruiker op de website komt van een publisher, de eigenaar van de website. Wanneer de gebruiker op de site van de publisher terecht komt, opent de browser een verbinding met de content server van de publisher. Deze server stuurt dan de content door naar de browser van de gebruiker via HTML. In deze HTML-code bevindt zich een regel die ruimte biedt voor een advertentie. Deze regel omvat ook de URL naar de content van de advertentie. De publisher heeft ook een Ad server. Deze Ad server gebruikt built-in logic die kiest wat er vervolgens gebeurt aan de hand van verschillende vragen: Wat weet ik al van de gebruiker? En welke adverteerder past daar het beste bij? Als de ruimte voor de advertentie nog niet gereserveerd is door een specifieke adverteerder dan kan de Ad server er voor kiezen om een oproep te plaatsen op de open Ad market. De Ad server maakt verbinding met een SSP, wat staat voor Supply Side Platform. Dit is een platform wat de publisher gebruikt om de programmatic ad inventory te monitoren. De SSP stelt ook de vraag “Heb ik deze consument vaker gezien?” en “Wat heeft mijn data provider te zeggen over deze consument?” Deze kennis wordt samen met de vraag naar een adverteerder doorgestuurd

24


naar een Ad exchange. Het systeem van de Ad exchange maakt verbindingen en communiceert met potentiële buyers. Deze buyer systemen omvatten DSPs, Demand Side Platform, netwerken en andere exchangers. Deze buyer systemen doen biedingen in de vorm van “ik betaal 1 dollar voor 1000 geserveerde advertenties op de doelgroep mannen 25-35 jaar”. Zo’n bod wat van tevoren al is ingesteld door een adverteerder heet een pre-cached bid. De Ad exchange kijkt eerst of er pre-cachedbids zijn of niet. Mocht het zo zijn dat er geen pre-cachedbids zijn, dan vraagt de Ad exchange aan al haar partners “Wil jij een advertentie laten zien aan deze specifieke doelgroep? Vertel me hoeveel geld je er voor over hebt en doe dit binnen 10 milliseconden.” Na 10 milliseconden kiest de Ad exchange een winnaar uit met het hoogste bod. Het winnende DSP stuurt content door naar de Ad exchange, die deze content weer doorstuurt naar de Supply-Side Platform, en deze stuurt het weer door naar de publisher’s Ad server. En deze Ad server vertelt de browser dat de browser naar de Agency Ad Server moet gaan om daar de advertentie vandaan te halen. De Agency Ad Server houdt de statistieken van advertenties bij. Een opgevraagde advertentie van een browser wordt geteld als een impression. Nu kan de browser eindelijk de advertentie renderen op de pagina van de website. Dit gehele proces speelt zich af in ongeveer een seconde. Wat er feitelijk gebeurt bij een programmatic dealmaking is dat de publisher de markt ingeeft dat hij een gebruiker heeft die een video gaat kijken en de publisher weet dat deze gebruiker bijvoorbeeld een bepaalde leeftijd en geslacht heeft, en dat hij de content consumeert op een specifiek apparaat. Vervolgens kan de adverteerder/agency/tradingdesk daarop reageren. De publisher kan er uiteindelijk voor kiezen om de adverteerder die het meeste biedt zijn advertentie te laten tonen, maar de publisher kan ook specifieke eisen stellen, of een bepaalde adverteerder voorrang bieden omdat deze adverteerder beter aansluit bij zijn eigen merk. Dit proces gaat aan de hand van een protocol. Momenteel geldt het RTB-protocol 2.3.1. Dit protocol is een opsomming van velden, waarin alle informatie die er is over een gebruiker, gelinkt wordt aan een DSP.

De meerwaarde van Private Market Places binnen programmatic buying Tot voor kort werd meer dan de helft van de totale reclame-inventaris bij online advertising verkocht op de traditionele manier en werd het overgebleven deel via de programmatic-veiling aangeboden. Daarbij kan het dan zo zijn dat een groot deel van de doelgroep al verkocht is via de traditionele manier, en is het draag waarom je als adverteerder mee zou willen blijven doen aan programmatic. Hiervoor is de Private Market Place (PMP) in het leven geroepen. PMP is onderdeel van het programmatic-deel. Deze programmatic manier van adverteren richt zich meer op een bepaalde doelgroep, waardoor er efficiënter geadverteerd kan worden. Hierdoor kan je de prijs van de advertentie ook verhogen en zo meer winst genereren. De verwachting is dat het PMP-gedeelte de komende tijd enorm zal gaan groeien (new set up-figuur), omdat de input aan bruikbare dataprofielen ook steeds geavanceerder wordt. En hoe rijker de profielen, hoe beter (relevanter, persoonlijker) de geserveerde reclame-impressies worden.

Businesscases & verdienmodellen Welke eisen worden aan je organisatie gesteld om data science goed te verankeren? En hoe ziet je Return-on-Investment er uit. Welke technische, financiële en organisatie-randvoorwaarden moeten op orde zijn en hoe implementeer je de nieuwe datadiensten binnen de huidige organisatie? Moet je je data science professionals in de organisatie aanstellen of dergelijke capaciteit juist extern inkopen?

25


Bedrijven die big data verwerken en utiliseren Eric van Tol, Doorbraakaanjager Big Data voor Ministerie van Economische zaken, Director Big Data expert centreFontys Hogescholen, noemt enkele Nederlandse voorbeelden van bedrijven die big data toepassen voor hun eigen voordeel. Het CBS, in samenwerking met COOSTO, heeft het consumentenvertrouwen gemeten aan de hand van Facebook- en Twitterdata. Deze metingen verliepen realtime. Het bedrijf Dataprovider analyseert alle websites van 23 landen. Hierdoor kunnen ze datasets creëren om zowel maatschappelijke als economische details te analyseren en te visualiseren. Spilgames is een gameuitgever. Met behulp van technieken kunnen ze het speelgedrag van de gebruiker optimaal analyseren en voorspellen wanneer de gebruiker zin heeft om een bepaald spel te spelen. Big data digitaliseert, integreert en personaliseert. Big data verleent nauwkeurige informatie over zeer diverse topics zoals: agricultuur, gedragsbeïnvloeding, aanbevelingen, gezondheidszorg, locatie gebaseerde diensten, context based diensten en het voorspellen van het gedrag van de gebruiker. Waar moet je op letten als je big data uit en in je eigen organisatie wilt inzetten om tot de gewenste procesoptimalisatie en verrijking van je gebruikerservaringen te komen?

Big Data Management: wie, wat, waar en hoe? Ten eerste moet je kijken of je de gewenste competenties in huis hebt. Van Tol maakt een onderscheid tussen de hoodies en de suits, ook wel de fox (vos) en de hedgehog (egel). De vos is een scharrelaar die dingen bijeen brengt en veel afweet van big data. Een egel weet één ding heel goed. Van Tol geeft aan dat men in het geval van big data en het verwerken ervan, weinig heeft aan een hedgehog. Het tweede aspect, de kosten, speelt eigenlijk geen doorslaggevende rol meer. De entry barrier om te beginnen met big data is tegenwoordig heel laag. Dit heeft te maken met o.a. de lage kosten van de technologie, veel open source systemen, cloud systemen en sensordata die maken dat je dataopslag heel beschikbaar en goedkoop is. Ook de beschikbaarheid van eigen data en data van derden die je nodig hebt om tot personalisatie en verrijking te komen, is geen enkel probleem. Momenteel bestaan er social media-data, crowdsourcing en open data. Van Tol raadt iedereen aan om een zogenaamd pirateneiland te beginnen. Een locatie waar je vrij kan experimenteren met data, maar waar je wel rekening moet houden met de consument. Zorg ervoor dat deze consument aanwezig is bij het creëren van je dienst: ‘think big and start small’

26


Enabling Technologies

Show me the money: de business case Big data kan een business veranderen of een business optimaliseren. Hij geeft hierbij enkele voorbeelden hoe ‘content publishers’ hun business anders aan het inrichten zijn door de aanwending van big data en datascience. Denk aan nieuwe diensten rondom realtime bidding, en gepersonaliseerde advertenties voor de consument. Voor journalisten kan er gedacht worden aan datajournalistiek en datavisualisatie. Ook ontstaat er automatische, door algoritmes gedreven journalistiek. Een ontwikkeling waar je eigenlijk als ‘content publisher’ niet meer omheen kan. Als je kijkt naar big data en de economische kansen daarvan, dan zijn er twee groeperingen: big data teams van de corporates (echt grote bedrijven) en de start-ups. Momenteel bevindt zich een gat tussen deze twee groeperingen. Als voorbeeld van een bedrijf dat zich in het gat bevindt, noemt Van Tol een accountancybureau. Dit bureau ziet in dat big data interessant is door extra analyses aan te bieden, bijvoorbeeld datavisualisaties van grote bakken omzet-data gecombineerd met open data zoals weerdata: in hoeverre heeft regen invloed op aankoopproces in de afgelopen 40 jaar? Een accountancybureau helpt daarmee als het ware de klant van de klant (de klant van een start-up of groot bedrijf ). Een ander voorbeeld om geld te verdienen met data, is Alibaba, de Chinese versie van eBay. Alibaba is de grootste e-retailer in de wereld. Het heeft meer online transacties dan eBay en Amazon samen. Deze transactiedata zijn een goudmijn. Alibaba is gestart een publisher en heeft in de loop der jaren steeds meer verschillende functies in de media toegeëigend. Wanneer je een platform bent waar vervolgens alle transacties overheen gaan, creëer je een machtspositie van data. De Sacramento Bee was een lokale krant, maar is gegroeid naar een multimediaconcern. Ze zijn een relatie aangegaan met CustomerLink en proberen zo de MKB’ers die zij als klanten hebben, van data te voorzien. Ze gaan de co-creatie aan. De Sacramento Bee probeert waardevolle klanten van de MKB’ers van CustomerLink te koppelen aan hun mediakanalen. Kortom, allemaal bedrijven die ergens nieuwe kansen roken en het roer volledig hebben omgegooid. Van Tol geeft vervolgens nog een aantal voorbeelden van contentpartijen die slim omgaan met data.

Automatic news alert & Automated Journalism & Crowdsourcing Archant is een Engels mediabedrijf gericht op regionale kranten en magazines. Archant heeft een Noors bedrijf ingehuurd, Cxense, die al het relevante verkeer monitort voor die krant. Cxense levert real-time statistieken, datamanagement, search en gepersonaliseerde oplossingen om meer engagement te creëren voor de gebruiker. Dataminr analyseert continu de sociale media. Toen er een schietpartij plaatsvond in de bioscoop in Amerika tijdens het vertonen van een Batman-film, kon Dataminr als een van de eersten daarover rapporteren, aangezien het systeem veel informatie van Twitter afhaalde.

27


‘Automated journalism’ komt tot stand wanneer systemen vanuit de databronnen voorstellen doen die nieuwswaardig zijn. Zo’n bedrijf is Wordsmith. Dit bedrijf kan gepersonaliseerde artikelen vormgeven vanuit jouw data. ‘Crowdsourcing’ wordt gebruikt om een recente ontwikkeling aan te duiden waarin organisaties (overheid, bedrijven, instituten) of personen gebruikmaken van een grote groep niet vooraf gespecificeerde individuen (professionals, vrijwilligers, geïnteresseerden) voor consultancy, innovatie, beleidsvorming en onderzoek. Met het Waisda?-project Woordentikkertje heeft bijvoorbeeld Beeld en Geluid het publiek betrokken bij zijn collecties. Man bijt hond-liefhebbers kunnen door het spelen van Woordentikkertje bijdragen aan het beter doorzoekbaar maken van het Man bijt hond-cliparchief.

Big data business modellen Momenteel is er weinig wetenschappelijk onderzoek verricht naar de business modellen achter big data. De Universiteit van Cambridge heeft een groot onderzoek geschreven onder de naam “Big Data or Big Business? A Taxonomy of Data-driven Business Models used by Start-up Firms”. Dit onderzoek dient als basis voor onderzoek naar data-driven business models. In dit onderzoek zijn o.a. grote en kleine bedrijven vergeleken en onderzocht. Er werd gekeken naar wat ze willen met big data en hoe ze het willen gebruiken. Er bevinden zich grote verschillen tussen de inkomstmodellen van start-ups en corporale bedrijven. Men moet zich zes fundamentele vragen stellen en deze beantwoorden bij het creëren van een business model voor een data-driven bedrijf: Wat wil je bereiken met de data? Welke dienst wil je leveren? Welke data wil je verzamelen en hoe verkrijg je die? Op welke manier ga je deze data verwerken en toepassen? Hoe ga je de data monitoren? En welke interne/externe barrières moet je overwinnen?

Tot slot: Hadoop Hacker & Data Detective Vaardigheden zijn belangrijk. Van Tol heeft twee archetypes bedacht: de Hadoop Hacker en de Data Detective. De Hadoop Hacker zorgt ervoor dat de techniek werkt, het is de ontwikkelaar en engineer van de technologie. Hij bouwt en onderhoudt Big Data gereedschappen en methoden. Kernwoorden van dit archetype zijn: onderzoeken, ontdekken en onderhouden. Deze Hadoop Hacker kan vaak extern ingehuurd worden om diensten te leveren. De Data Detective is de domeinexpert en analist, die de juiste businessvragen naar big data vragen kan vormen. Dit archetype behoor je te hebben in je bedrijf, iemand die jouw domein door en door kent. In de toekomst willen we een mix zien van de Hadoop Hacker en de Data Detective. Met behulp van onderwijs kan dit doel gerealiseerd worden. Van Tol is momenteel bezig met het opleiden van Hadoop Hackers bij de Fontys Hogeschool, omdat eerst de techniek in orde moet zijn. De business komt later. IMMovator zal begin 2016 zowel op het onderwijs-als onderzoek spoor kleinschalige vervolgsessies organiseren.

28


Enabling Technologies

CROSS MEDIA CAFÉ: MEDIA & DATA Op 21 april 2015 organiseerde iMMovator een Cross Media Café over data in het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid. De enorme datastromen die we met zijn allen achterlaten bij al onze gedragingen, hebben steeds vaker voorspellende waarden. Welke data zijn interessant en belangrijk voor media bedrijven? Hoe kunnen start ups rond datastromen nieuwe diensten ontwikkelen? Een speciaal onderdeel van dit Cross Media Café was een blok met twee internationale sprekers. Deze waren in Hilversum voor de Media Future Week, waaronder Genevieve Bell en Scott Smith.

Genevieve Bell Genevieve Bell is Vice President Intel en één van de meest invloedrijke vrouwen in de technische industrie. Ze groeide op in Australië, waar ze een groot deel van haar jeugd doorbracht bij de inheemse bevolking, en studeerde antropologie. Ze werd 16 jaar geleden door Intel gevraagd om het bedrijf te helpen bij onderzoek naar de wijze waarop mensen technologie gebruiken. Op het Cross Media Café van 21 april gaf Genevieve een presentatie over het gebruik van big data.

29


Als Director of Interaction and Experience Research van Intel Labs leidt Genevieve een team van 120 sociaal wetenschappers, interaction designers, human factors engineers en computerwetenschappers. “We onderzoeken wat mensen bezighoudt. Wat willen ze voor zichzelf, voor elkaar en voor hun community betekenen? En hoe kunnen we ze helpen die behoeftes vorm te geven.” Big data zijn daarin een belangrijk hulpmiddel. Maar dan wel vanuit een zorgvuldig opgesteld en verantwoord kader, stelt Genevieve. Ze geeft een korte toelichting op haar visie op big data aan de hand van het Engelse Domesday book. Willem de Bastaard veroverde in 1066 Engeland met de slag bij Hastings. Hij verbleef echter weinig in Engeland. Toen hem een kleine jaar later de oorlog werd verklaard, wist hij bijna niets van zijn land. Niet hoeveel man hij ter beschikking had, hoeveel eten er was, hoeveel land en hoeveel vee er was. En voor het innen van belasting was het belangrijk te weten hoeveel land iemand bezat. Hij maakte een vragenformulier met 20 vragen en vroeg aan landeigenaren deze in te vullen en terug te sturen. Hij ontving 13.000 formulieren. Alleen al door het invullen van het formulier ontstonden overal in het land geschillen over landbezit. Een Koninklijk team ging het land door om geschillen te beslechten en land op waarde te schatten. Vanaf dat moment stonden landeigenaren en hun bezit vast. Alles werd genoteerd in een boek: Domesday book. Aan de hand van het boek kon de koning belasting heffen. Bell stelt dat het Domesday book een van de eerste big dataprojecten was. Voor haar is ‘big data’ een aanduiding voor drie afzonderlijke activiteiten: datacollectie (de survey), analytics en visualisatie (gestructureerd opschrijven in een boek) en het gebruik van algoritmes om uiteindelijk waarde te creëren (belasting heffen).” Zwakke schakel in het hele proces van verzamelen, visualiseren en waardecreatie, is de mens zelf, volgens Bell. Bij de datacollectie worden keuzes gemaakt. In het Domesday boek is bijvoorbeeld voornamelijk informatie over land en landeigenaren verzameld, maar het zegt niets over de bevolking: “Er zijn geen gegevens over vrouwen.” Bij de dataselectie moet ook duidelijk zijn waar feiten vandaan komen en hoe ze zijn verzameld. “Je kunt er niet vanuit gaan dat data altijd waar zijn. Mensen zeggen soms bewust niet de waarheid.” Dan komt de analysefase. “Ook dat vraagt om keuzes: welke data worden gekoppeld?” Bell geeft het Genevieve Bell (Intel) voorbeeld van een cholera-uitbraak in Engeland. Toen het aantal doden door cholera steeg, brak er paniek uit in het land. Toen later de koppeling met locatie werd gemaakt, werd duidelijk dat de uitbraak in een klein gebied was. “We moeten leren de goede vragen te stellen.” Tot slot de algoritmes. Bell geeft een voorbeeld waarbij iemand een algoritme maakte voor het bepalen van de meest invloedrijke persoon ter wereld. In het algoritme speelden social media een grote rol. Op basis van het algoritme bleek Justin Bieber de meest invloedrijke persoon ter wereld te zijn en niet – zoals aangenomen – iemand als Warren Buffet. Er was een aanname gemaakt dat retweeten en liken iets zegt over invloed. “Algoritmes zijn in zichzelf heel effectief, maar je maakt aannames over welke gegevens met elkaar in relatie staan. Daarin kun je dus ook iets missen.” In algoritmes zitten onbewust de oordelen en aannames van de programmeurs en analisten verwerkt.

30


Enabling Technologies

De potentieel destructieve invloed van (onbewuste) aannames en oordelen mogen niet worden onderschat volgens Bell. Zeker niet nu algoritmes een fysieke vorm gaan krijgen, bijvoorbeeld in de vorm van zelfsturende auto’s, en zelf beslissingen gaan nemen. “Maar wat nu als opeens een kangoeroe voor de auto springt en de auto moet uitwijken en het niet te voorkomen is dat één persoon zal sterven: de bestuurder, de bijrijder of een toevallige wandelaar. Welke keuze wordt er dan gemaakt?” Voor Genevieve Bell is het een uitgemaakte zaak dat dergelijke beslissingen niet aan de data-analist of programmeur kan worden overgelaten. “Dit gaat over morele, culturele en ethische zaken. Daarvoor is een multidisciplinair team nodig waar niet alleen technologen, maar ook bijvoorbeeld politici, kunstenaars en designers deel van uit maken.” Op een vraag uit de zaal noemt Bell meer issues die goed geregeld moeten zijn voor verantwoord gebruik van big data, waaronder veiligheid van gegevens, privacy, rechten en ethiek (mogen data ook voor andere doeleinden worden gebruikt dan waarvoor ze zijn verzameld). “Data en algoritmes gaan over macht. Je ziet het aan koning Willem die het Domesday book maakte om zijn land te inventariseren, maar het ging gebruiken om belasting te innen. Het verschil is dat Willem burgers liet participeren en iedereen begreep waar de datacollectie toe zou leiden. Nu ontstaan digitale Domesday boeken en zijn we helemaal niet betrokken.”

Scott Smith Scott Smith is oprichter van Changeist, een denktank, laboratorium en consultancy die trends in politiek, milieu, technologie, cultuur en economie onderzoekt en bedrijven helpt bij het navigeren in een complex toekomstbeeld. “We laten organisaties zien wat er zou kunnen gebeuren en hoe ze daarmee om kunnen gaan.” Voor het Cross Media Café ‘Media en Data’ op 21 april belichtte hij de invloed van nieuwe technologie op de media. Hij concludeert: “de mens verdwijnt uit de media.”

Scott Smith (Changeist)

Scott noemt als eerste Meerkat en Periscope, twee apps waarmee mensen zelf opnames kunnen maken en beelden live kunnen streamen. De nieuwe serie van Game of Thrones was zo ook live te zien voor niet-HBO-abonnees. Hij vertelt dat dit soort ontwikkelingen een groot probleem vormen voor HBO. Hij noemt ook een voorbeeld waarbij een diskjockey achter de schermen van het BBCnieuws filmt en live streamt en daarmee het hele broadcastsysteem omzeilt. De dashcam-video is een nieuw fenomeen uit Rusland. Veel Russen hebben een videocamera op hun dashboard die de weg filmt. Ze kunnen hiermee onterechte schadeclaims voor niet gebeurde ongevallen tegengaan. Bijkomend voordeel is dat plotse nieuwsfeiten per ongeluk in beeld worden gebracht. Zo brachten meerdere dashcams een vallende meteoriet in beeld. Voor een nieuwsitem is dankzij Periscope/Meerkat en de selfiestick ook geen aparte cameraman en geluidsman meer nodig. De reporter kan zichzelf filmen en live streamen. Scott ziet functies verdwijnen, maar ook nieuwe functies ontstaan. Hij wijst op een vacature van online nieuwsstation Quartz die een editor of Things zoekt. Want nieuws bestaat niet alleen meer uit tekst of beeld, maar ook uit andere ‘things’ die informatie opleveren. Een voorbeeld van een ‘thing’ is de verslaglegging van een aardbeving in Westwood, Los Angeles, door journalist Ken Schwencke. Schwencke had een nieuwstemplate gemaakt, waarin de meetgegevens van het Amerikaanse geologisch instituut direct automatisch konden worden ingelezen

31


en verspreid. Schwencke was daarmee de eerste die over de aardbeving berichtte. Scott noemt ook verkeersinformatie over drukte in de stad op basis van de gegevens van smartphones. Veel smartphones registreren beweging, bijvoorbeeld wanneer een auto over een hobbel in de weg rijdt. Hij noemt ook nieuwe ‘things’ als de ‘heatmatches’: graphics die bij wedstrijden aangeven in welk deel van het veld de meeste activiteit was. En voor fotograferen hoef je ook geen professional meer te zijn. Auto Awesome voegt elementen uit een serie van foto’s samen tot een ‘awesome picture’. Voor distributie zijn broadcasters en uitgevers ook steeds minder nodig. 65% van alle mensen die online nieuws lezen, komen binnen via social media, Facebook voorop. Smith concludeert dat er voldoende middelen zijn om beelden op een kwalitatief aanvaardbare manier te verzamelen, te editen en te distribueren, zonder dat daar een broadcaster of uitgever aan te pas komt. Maar de nieuwe manieren van data verzamelen kunnen ook juist in dienst van de uitgevers staan. Jawbone maakt wearable fitness monitors die onder andere registreren hoe mensen slapen. Tijdens een nacht met aardbevingen kon Jawbone uit de gegevens zien wanneer mensen wakker waren. Daarmee leverde het bedrijf een leuke nieuwe invalshoek voor berichtgeving over de aardbeving. Hetzelfde geldt voor andere gegevens die met quantified self-apps kunnen worden gemeten, zoals de ‘collectieve’ hartslag tijdens festivals. Smith sluit af met een korte blik op de smart home systems die veel data verzamelen over wie thuis is. “Gaat de nieuwsreporter van de toekomst ook deze data gebruiken?”

Yocter – Voorspellen met data Godfried van Loo is creative director bij Yocter en oprichter van semantic search engine Scoutle, social media data analyse tool Statilizer en data aggragator Analysion. Van Loo vertelt wat nodig is om gedrag te kunnen voorspellen met data. Hij ondersteunt bedrijven onder meer bij het vergroten van impact van content op internet. “Content heeft een beperkte houdbaarheid. Het is belangrijk om op het juiste moment te posten”, stelt Van Loo. “Stel, Ajax wil een nieuw shirt verkopen aan de jeugd. Hoe laat moet Ajax hierover dan een berichtje op Facebook plaatsen?” Als eerste is het volgens Van Loo nodig om patronen te ontdekken in gedrag. Bijvoorbeeld: wanneer zit de jeugd op Facebook? En wanneer koopt de jeugd het meest? Ten tweede moeten gevonden verbanden goed onder de loep worden genomen. Stel de prijs wordt getest. Eerst de hoge prijs en daarna de lage. Het blijkt dat een product bij hoge prijs niet verkoopt, maar bij de lage prijs wel. Dan bestaat de neiging om hier al snel een patroon in te zien: een lage prijs verkoopt beter dan een hoge prijs. “Het is echter belangrijk te achterhalen of er andere factoren meespeelden, bijvoorbeeld problemen met de payments serviceprovider op de dag dat de hoge prijs getest werd.” Dan is het een kwestie van patronen en verbanden combineren waarmee met redelijk grote zekerheid koopgedrag kan worden voorspeld. Voor New Skool Media kan Yocter bijvoorbeeld op basis van het bezoek aan de newssite voorspellen hoeveel mensen proefabonnementen gaan afnemen of juist opzeggen. Van Loo verkocht semantic search engine Scoutle onlangs aan het Amerikaanse Triberr. “Scoutle helpt bloggers om content waardevoller te maken. De tool kan adviezen geven over de waarde van content op basis van een groot aantal gemeten variabelen en geeft advies over inhoud en optimale tijd van posten.

32


Enabling Technologies

U P DAT E

Na de verkoop van Scoutle, het zelflerende algoritme dat de waarde van content voorspelde, begin 2015, is Yocter in gesloten beta verder gegaan met Analysion. Voor o.a. uitgeverij New Skool Media wordt met Analysion verschillende online data bronnen verzameld en geanalyseerd op trends. Wanneer Analysion voor andere bedrijven dan New Skool Media beschikbaar komt is vooralsnog onbekend. Daarnaast zal in 2016 meer nieuws volgen aangaande Statilizer (het On-demand Social Analytics platform) en komt Yocter met een concept in, jawel, de uitvaartsector.

Godfried van Loo (Yocter)

Marktplaats voorspelt: Triangl bikini’s worden hit deze zomer Robin Schuil, Innovatie programma manager bij Marktplaats.nl (onderdeel van Ebay) vertelt over de trends die kunnen worden afgeleid uit Marktplaats-data. Bij Markplaats.nl gaat een ongelofelijke hoeveelheid data om. De cijfers per dag: 1,3 miljoen bezoekers, 350.000 advertenties, 8 miljoen mensen online en 6 miljoen unieke zoekopdrachten. Markplaats bestaat nu 15 jaar en kan ondertussen op de week nauwkeurig voorspellen welke producten in elke periode favoriet zijn. Schuil noemt seizoenen: in de winter scoren zoekwoorden als skibroek, skipak en snowboard goed. Vlak daarna ‘carnaval’, dan volgen de ‘tuinmeubelen’, gevolgd door ‘barbecue’ en het kampeerseizoen, met vlak daarna de zoektocht naar de ‘winterjas’. Het jaar sluit af met ‘sinterklaas’ en ‘kerst’. Favoriete zoekwoord: gratis. Met op de tweede plaats: iPhone. Markplaats ontdekte ook verbanden tussen temperatuur en zoekwoorden. Bij warmte: ‘airco’ en ‘vliegengordijn’. Bij kou: ‘kachel’. Aan hand van de zoekopdrachten die op dit moment trending zijn, kan Schuil nu al de trends voor de zomer voorspellen. De Triangl bikini wordt een hit deze zomer en ook de Heelys (sportschoenen met wieltjes in de hak) zijn bezig met een comeback. Trendvoorspellingen gebruikt Marktplaats alleen voor de eigen online strategie: optimalisatie (homepage), aanbiedingen, nieuwsbrief en hun eigen AdWords campagne. Markplaats verkoopt ook geen data. “We hebben in het verleden veel moeite gehad met de data-analyse vanwege de grote hoeveelheid data en hebben het algoritme zelf gebouwd.” Moedermaatschappij eBay gaat het algoritme nu zelf ook gebruiken.

Robin Schuil (Marktplaats)

CleverLions – een effectieve contentstrategie met big data Rutger Verhoeven is mede-eigenaar van CleverLions en hoofd Digitaal BNN-VARA. Bij BNN-VARA onderzocht Verhoeven met z’n team wat het beste moment is om content over de BNN-VARA-

33


merken te pushen via alle kanalen. Ze ontwikkelden daarvoor enige jaren geleden de ‘bubblegraph’, een tool waarmee inzichtelijk wordt wanneer mensen online zijn om content te zoeken en wanneer redacties zelf actief waren. Deze tijdstippen bleken vaak niet matchen. Vervolgens is het team in kaart gaan brengen hoe lang content relevant blijft. Dat bleek voor video anders dan voor tekst of fotografie en het was ook per kanaal verschillend. Per kanaal werd ook de relevantie in kaart gebracht wat betreft: sales, conversie en bereik. Hoe relevant Rutger Verhoeven (BNN-VARA) is dit kanaal voor bepaalde content? Op basis van deze gegevens en de ‘bubblegraph’ is BNN-VARA alle merken actief op content gaan sturen. Resultaat: het bereik groeit, websites worden relevanter en er wordt meer over content gesproken. Verhoeven: “Maar weinig webredacties denken na over wat ze met een boodschap willen realiseren. Deze content aanpak leverde bij het merk GIEL veel resultaat op. Het bleek dat GIEL ’s avonds een opvallende bezoekerspiek op zijn app had. Op basis van deze gegevens biedt de GIEL-app alleen voor app-bezitters een unieke avondshow binnen de app. “Het werkt als een malle: traffic is enorm toegenomen en er wordt meer over de show gepraat.” Deze kennis biedt hij nu – samen met businesspartner Erik van Heeswijk (ex-hoofdredacteur VPRO Digital) – aan in CleverLions om daarmee ook andere mediapartijen te ondersteunen bij hun contentstrategie. Ze ontwikkelden hiervoor een extra instrument waarmee verkeer per kanaal realtime in beeld wordt gebracht “Als je een verhaal publiceert, wil je weten of het verhaal gevonden wordt en hoe het beter kan. ”Wat draagt een tweet bijvoorbeeld bij aan de impact van een boodschap?“ CleverLions kan het effect real-time meten en op een timeline aangeven hoe vaak posts gelezen zijn en via welk kanaal: rechtstreeks, Facebook, Twitter of search engines. ”We kunnen ook een real-time analyse geven. Op basis van onze ervaring en de gemeten gegevens geven we advies voor verbetering. Het blijft altijd een kwestie van ervaring opdoen en daar lering uit trekken.”

NPO spirit zoekt handlezers On Demand themakanaal NPO Spirit wil een pluriforme balans vinden van aanbod voor de zeven hoofdstromen. Maar hoe vind je binnen die stromingen de relevante sleutelfiguren en het juiste platform om de content te publiceren? Heinze Havinga, onderzoeker Crossmedialab van de Hogeschool Utrecht ontwikkelde een tool waarmee de redacteur zelf op een eenvoudige manier relevante trefwoorden kan vinden die verband houden met het onderwerp. “Als je ‘Paus’ in tikt, analyseert het prototype alle onderregels van de zoekresultaten in Google. Deze resultaten vergelijken we weer met teletekst-woorden om de woorden te vinden die in spreektaal het meest gebruikt worden.” Stap twee was deze trefwoorden gebruiken om een relevante twittersearch te doen: wie

34

Heinze Havinga (Hogeschool Utrecht)


Enabling Technologies

gebruikt deze woorden in zijn tweets. “Dat geeft inzicht in relevante accounts en in platformen.” Vervolgens kan de tool ook nog een analyse van mogelijk relevante tweedegraads accounts maken. Werkt het ook? NPO Spirit is actief aan de slag gegaan met verhalen uitzetten via Twitter. “Dit had onmiddellijk effect op het aantal bezoekers.” Havinga is ook betrokken bij het maken van een verjaardagskalender van Nederland. Hij gebruikte hiervoor onder meer data uit Schoolbank en Hyves, platforms die niet of nauwelijks meer worden gebruikt. Havinga constateerde dat gegevens min of meer op straat liggen. Hij heeft zeer privé gevoelige data van 80.000 mensen. Hij wenst dat de platforms uit de lucht worden gehaald voordat er misbruik van dit ‘data-afval’ wordt gemaakt.

Beeld & Geluid: beeldherkenning kost nog steeds heel veel capaciteit Roeland Ordelman, specialist in beeld- en geluidherkenning bij Beeld en Geluid vertelt over de grote sprongen in beeldherkenning. Het instituut probeert de collectie volledig doorzoekbaar te maken en uiteindelijk open te stellen voor gebruik in social media. Er kan al gezocht worden op geluid en via metatags. Via beeldherkenning kan in een testomgeving nu al gezocht worden op visuele herkenningspunten als ‘baard’. Er kan ook worden gezocht op personen, locatie of evenement. Het grote nadeel is de benodigde rekencapaciteit. Er wordt nu nog getest in 5.000 uur video. “Feature extractie in 150.000 uur video (nog steeds een fractie van de collectie van Beeld & Geluid) kost op de huidige infrastructuur 22 jaar reken.” Opschaling vraagt nog veel academisch onderzoek en geld. Er is subsidie aangevraagd bij de Europese commissie.

Roeland Ordelman (Beeld en Geluid)

RTL: Data van alle platformen combineren voor betere intelligence Geoffrey van Meer, Manager Consumer Intelligence, RTL Nederland vertelt over de wijze waarop RTL de relevantie van content wil vergroten en de inzet van content op alle beschikbare kanalen (YouTube, social media, online en offline) kan optimaliseren. RTL heeft een groot ecosysteem met een groot aantal bedrijven in broadcast, digital B-to-B (zoals SpotXchange), digital B-to-C (Videoland) en ventures. Alle bedrijven hebben eigen platforms met eigen datastromen. Om deze data te kunnen gebruiken, zijn alle datastromen bij elkaar geveegd (online en offline) binnen een platform. Dit platform wordt gebruikt om informatie te genereren op drie gebieden: 1. Marketing intelligence: RTL wil een directe relatie aangaan met de consument. De data bieden ingangen voor verdere segmentatie. Bij Videoland is bijvoorbeeld de doelgroep drama kijkende vrouwen gedefinieerd, waarop specifieke acties kunnen worden losgelaten. Binnen NLZiet kunnen ze aan predictive modelling doen (nemen mensen een proefabonnement en verlengen ze deze) op basis van het kijk en klik-gedrag. 2. Sales intelligence: op basis van data kunnen segmenten beter worden gevonden (bijv. mannen, autoliefhebbers) ten behoeve van adverteerders. “We vragen niet meer naar geslacht, maar kunnen op basis van gedrag zien of we met een man of een vrouw te maken hebben (look-a-like-modelling)”

35


3. Content intelligence: data kunnen worden gebruikt voor recommandatie, zoeken en inkoop. Recommandatie kan op filmtype, maar daarbinnen nog verfijnder op basis van de text mining van ondertiteling. RTL leest alle ondertiteling in om het woordgebruik in kaart te brengen en daar films beter op te matchen. Via gezichtsherkenning kunnen ook acteurs worden herkend en films met deze acteurs worden aanbevolen. “Onze afdeling inkoop krijgt zo informatie over de categorie films waar mensen alles al hebben gezien en waar moeten worden bijgekocht.”

U P DAT E

RTL is net begonnen, maar het doel is om de losse componenten van RTL beter te verbinden om zo een goede relatie tussen feiten en creatie te hebben opgebouwd. Dit gaat steeds beter. De data is de lijm om alle componenten aan elkaar te verbinden, en met data science voegen we intelligentie toe waardoor we met relevante content meer waarde creëren voor onze kijkers. Zo heeft Videoland verschillende voorspelmodellen draaien (bijvoorbeeld, zetten proefabonnees hun abonnement om in een betaalabonnement, of wanneer zeggen klanten hun abonnement op) op basis van het kijk en klikgedrag. En kunnen adverteerders nu ook op doelgroepen hun bereik inkopen bij RTL.

Geoffrey van Meer (RTL Nederland)

Doorbraakproject Big Data Gera Pronk, Projectmanager ICT doorbraak­ project Big Data, brengt Doorbraakmetbigdata. nl onder de aandacht. Een driejarig initiatief van het ministerie van EZ in samenwerking met kennispartners om gebruik van big data door de kleinere ondernemers te stimuleren. “We kijken welke ondernemers al eerste gebaat ­ zouden zijn met big data en selecteren deze in samenwerking met CBS en KvK.” Neem vooral contact op voor meer informatie.

Gera Pronk

36


Enabling Technologies

MEET THE MASTER GOOGLE NEWS LAB: STORYTELLING TOOLS VOOR CONTENT MAKERS

Meet the Master sessie met Matt Cooke

Tijdens een boeiende Meet the Master sessie van iMMovator op 29 oktober introduceerde nieuwsexpert Matt Cooke de mogelijkheden van het nieuwe Google News Lab. Cooke nam het publiek mee in de wereld van Google met verschillende tools, data en programma’s die journalisten en content creëerders helpen bij het spotten van trends en bruikbare content. Online research neemt een steeds belangrijkere positie in als het gaat om het creëren van sterke content. Wereldwijd maken mensen gebruik van Google om hun verhalen te visualiseren. Het Google News Lab speelt hierop in door bezoekers de mogelijkheid te bieden om verschillende tools van Google te combineren om zo tot nieuwe inzichten te komen. Een interessant aspect voor de nieuwsproducenten onder ons. Matt Cooke leidt het Google News Lab in Europa. Hij werkt in een team dat nauw samenwerkt met Europese nieuwsorganisaties.

Bruikbare tools voor storytelling Het lab speelt in op de huidige situatie van nieuwsconsumptie. Daarom richt het zich op research, report, distribute en optimize. Eén van de bekendste tool van Google is Google Search, de meesten waarschijnlijk wel bekend. Advanced Search biedt de moge­lijkheid om dieper op een zoekterm in te gaan door het zoekgebied af te bakenen. Ben je opzoek naar bruikbaar beeldmateriaal? Een andere afbakening van Google Search is Google Search Image. De tool die inzicht geeft in de kwaliteit en de achtergrond van beeldmateriaal. Voor zij die hun verhaal in kaart willen brengen biedt Google Maps een meerwaarde. Want met Google Maps kun je niet alleen plaatsen zoeken, de tool biedt ook de mogelijkheid om gegevens en items aan een kaart toe te voegen. Zo kan een journalist bijvoorbeeld laten zien waar tijdens presidents-

37


verkiezingen in de US de voorkeur ligt in een bepaald gebied. Welke staten wijken af en waarom wijken zij af? Dit biedt voor journalisten nieuwe perspectieven om nieuws te creëren. Om meerdere gegevens in een kaart te combineren biedt Google Fusiontables een meerwaarde. Spreadsheets worden zo overzichtelijk in een kaart weergegeven. Maar dat is nog niet alles. In Google Public Data heb je beschikking tot verschillende openbare data. En dat naast de grote database die Google zelf al heeft.

Google’s data Per dag wordt Google zo’n 3 biljoen keer gebruikt. Gedetailleerde zoekmogelijkheden zijn daarom erg gewenst, volgens Cooke. Google Trends Before is daar een goed voorbeeld van. Deze tool biedt de mogelijkheid om de interesse in een bepaald onderwerp binnen een bepaalde periode te laten zien. Hoe vaak is er afgelopen week gezocht naar prinses Maxima, toen bekend werd dat zij als gevolg van een nierbekkenontsteking eerder van haar staatsbezoek uit China terugkwam? Deze data wordt continu bijgehouden.

Matt Cooke (Google News Lab)

Om realtime data zo goed mogelijk te weergeven, steekt het News Lab op dit moment veel tijd in het samenvoegen van Google Search, Google News en YouTube. Waar zes maanden geleden nog helemaal geen sprake was van het combineren van tools, is deze mogelijkheid nu niet meer weg te denken. Google Maps biedt bijvoorbeeld de kans om nieuwselementen visueel te maken. Door middel van Embeddable Maps kan de gebruiker van de content deze personaliseren tot een bruikbaar element voor zijn of haar artikel of onderzoek.

Virtual Reality neemt het publiek mee naar de plek van het nieuws Google News Lab houdt zich ook bezig met de ontwikkelen binnen Virtual Reality, oftewel VR. Virtual Reality is een prachtig voorbeeld van een manier om het publiek echt in een verhaal te betrekken. Het filmen hiervan hoeft helemaal niet duur, volgens Cook. Zelfs met een Go Pro is het mogelijk om een goede kwaliteit VR film te creëren. Dankzij de openheid in de wereld van content productie zal het Lab zich in de toekomst nog verder kunnen ontwikkelen.

Matt Cooke Met zijn ervaring bij Google kan Matt Cooke met overtuiging zeggen dat hij van de ontwikkelingen binnen de organisatie op de hoogte is. Op dit moment leidt Cooke het Google News Lab in Europa. Dit lab bestaat uit een toegewijd team dat samenwerkt met uitgeverijen om trainingen te organiseren, innovatieve partnerships te bespreken en ideeën te delen. Cooke ontmoet journalisten en contentmakers van over de hele wereld. Hij gaat met hen het gesprek aan over mogelijkheden en innovaties op het gebied van content maken en verspreiden. Op het moment werkt Matt al drie jaar voor Google. Hiervoor was hij acht jaar werkzaam bij BCC News als broadcast journalist.

38


Enabling Technologies

TECHNOLOGY UPDATE: FUTURE OF BROADCAST ACCORDING BY EBU Media Park en iMMovator starten in 2015 in het ­kader van de Hilversum Media Campus een nieuwe reeks Technology Updates, dicht op de technologische ontwikkelingen voor broadcast en (online) mediabedrijven. De reeks start op vrijdagochtend 11 december met een overzicht van de strategische ontwikkelingen op technologisch gebied volgens de European Broadcasting Union (EBU). En wie kan die reeks beter inleiden dan Egon Verharen. Egon Verharen is naast manager R&D van NPO ook de voorzitter van de Technical Comittee van de EBU (European Broadcasting Union). De European Broad­ casting Union (EBU) beperkt zich niet tot Europa. EBU is inmiddels wereldwijd de grootste vereniging van publieke mediabedrijven met 73 leden uit 56 landen die gezamenlijk goed zijn voor 913 televisiekanalen, 854 radiokanalen in 96 talen voor een publiek van 1 miljard mensen.

Egon Verharen (NPO, EBU)

Strategische thema’s Publieke Mediadiensten 2016-2017 In deze iMMovator Technology Update geeft hij een overzicht van 8 strategische technische thema’s waar de Europese TV industrie mee worstelt en wat de EBU daaraan doet in haar technisch programma.

THEMA 1: Network IP Production architectures & Cloud-based services Publieke mediabedrijven zijn steeds op zoek om meer content aan te bieden via nieuwe diensten met meer flexibiliteit voor de consument en voor de omroep en liefst tegen minder kosten. Nieuwe IP en IT-gebaseerde productiemiddelen en architecturen bieden die belofte, maar hebben ook nog veel hordes te nemen. Voor filebased workflow is dit al een heel eind gevorderd, maar live meercamera workflows zijn toch nog een flinke uitdaging. VRT heeft daarvoor een eerste resultaat gebouwd en gedemonstreerd op IBC2015. BBC heeft bij de Commonwealth games 2014 LiveIP voor het eerst in praktijk gebracht in het goed gedocumenteerde project BBC IP Studio. In de filebased workflows is File Based Quality Control een groot issue en volstaan huidige processen niet meer. Handmatig alle bestanden nalopen is simpelweg onmogelijk geworden. Hoe zorg je dat de files goed de opslag ingaan en daarin vindbaar en automatisch afspeelbaar zijn? De kern ligt bij het begin: hoe zorg je ervoor dat alle informatie (metadata) en alle controles zoveel mogelijk bij de inname (ingest) van materiaal kunt realiseren en hoe kun je die automatiseren?

39


THEMA 2: Better, more immersive User Experiences: not more pixels, but better pixels EBU is niet meegegaan in de wedloop naar ­hogere resoluties en meer pixels alleen. Niet meer pixels, maar betere pixels is de inzet: betere kleuren, meer details, beter verschil licht/donker, ­soepeler smooth beeld. Dit is waar de echte UltraHD (UHD) experience omdraait volgens EBU.

Wat zijn dan de belangrijkste ontwikkelingen op weg naar die betere pixels? • Kleur: nu is nog een beperkt spectrum in gebruik van wat menselijk oog kan zien. Recommendation 2020 in UHDTV beschrijft uitbreiding spectrum, maar is nu nog heel uitdagend. • Meer beelden per seconde (Higher frame rate) maakt bewegingen veel natuurlijker. • Hoog dynamisch bereik (high dynamic range of HDR) maakt het licht veel natuurlijker, zorgt voor meer details zowel in het licht als in het donker. BBC R&D benadrukt in een recente whitepaper dat HDR al veel eerder en “display independent” mogelijk is. • Bitdiepte: alle bovengenoemde ontwikkelingen vereisen een opstap van de huidige 8bit naar 10bit, 12 bit en zelfs 14bit • Future Audio: een oude wet dat audio belangrijker is dan videokwaliteit geldt net zozeer voor online en mobiele video. Dus bij beter beeld hoort ook beter geluid en daarvoor spreekt EBU over beyond5.1 of object-based audio. Meer en beter pixels leiden ook tot exploderende datastreams. Dit vereist ook toepassen van compressies in productie, in playout, in distributie en weer decoderen voor weergave op het eindscherm. Hiervoor worden Codecs ontwikkeld en getest. Opvolger van de populair H264-encoding is High Efficiency Video Coding (HEVC). Benodigde bandbreedte (bits/sec) kan worden gehalveerd, maar door bovenstaande ontwikkelingen ontstaat weer een verviervoudiging van het benodigd aantal bits/sec waardoor hoge kwaliteit video al maar grotere bandbreedte blijft vragen. En als het allemaal technologisch op orde is, dan resteert altijd nog het probleem dat niet iedereen van de één op andere dag zijn apparatuur kan vervangen, niet in de keten, maar al helemaal niet bij de consument thuis. Het moet altijd enige tijd nog goed blijven werken ook op oudere schermen en settopboxen (backwards compatibility). Implementeren van nieuwe technologie kost gewoon tijd.

40


Enabling Technologies

Egon verwacht dat in Europa voor uitzenden in UHD PayTV, Film en Sport over satelliet de voorhoede vormen. BBC en RAI zullen de eerste zijn die echt in UHD gaan uitzenden (rond 2018). Tot die tijd blijft iedereen experimenteren. In Nederland kan het niet over het huidige DVB-T (en laat T2 in ieder geval tot eind 2017 op zich wachten). Voor kabel en satelliet geldt afhankelijkheid van distributeurs en het tempo waarin zij hun settopboxen vervangen. Resteert Over-the-top (OTT), maar daarvoor is de bandbreedte onvoldoende om een uitrol van UHD voor heel Nederland op te baseren. Virtual Reality gaat aan belang winnen als ultieme vorm van personalized immersive media. Mediamakers zijn verhalenvertellers en zoeken de optimale persoonlijke ervaring. Mediabedrijven gaan voor schaal: 17 miljoen Nederlanders moeten het kunnen ervaren. 360gr video is een leuke ervaring, maar biedt geen verhaal, geen context. Het ruimtelijk gevoel is bijzonder, zeker als apparatuur verder verbetert. Arte heeft met Polar Sea een heel mooie documentaire gemaakt, volledig in 360gr. Echte virtual reality vereist meer en dan met name het kunnen interacteren met en sturen in je virtuele omgeving. Als contentmaker, maar ook als consument. In Nederland gaan NTR / VPRO voorop in het experimenteren met VR en staan oa bijzondere productie rond Jheronimus Boschjaar 2016 in de steigers.

THEMA 3: Distribution Control “If Content is King, then distribution is King Kong” Distribution control gaat traditioneel over afspraken over toekenning, gebruik en bescherming van frequenties en voor EBU dan vooral om het beschermen van het spectrum dat bedoeld is voor doorgifte van broadcastdiensten. Mooie content maken en produceren is één ding, maar het moet zijn weg vinden naar consumenten. En in het geval van publiek gemaakte content, gemaakt met belastinggelden is nog belangrijker dat die content van en voor alle belastingbetalers beschikbaar is. Zonder belemmeringen van abonnementen of gatekeepers die content en context (zouden) kunnen aanpassen of zelfs blokkeren. “Free-to-air” is daarom voor EBU een belangrijke voorwaarde, ook in moderne distributiesystemen en een hoofdreden voor EBU om in te zetten op DVB-T2x (opvolger huidige DVBT). “Free-to-air” over mobiel/5G zou heel mooi zijn, maar betekent dat je ook zonder SIM-kaart broadcastdiensten over 4G (en straks 5G) netwerken moet kunnen ontvangen. En met name daarover is de EBU in gesprek met de Telecom industrie en providers .

THEMA 4: Groei van Over-the-top (OTT) Services Het publiek gebruikt massaal en parallel allerlei verschillende apparaten om toegang te krijgen tot mediacontent en om mediadiensten te gebruiken. Als publiek mediabedrijf wil je dat consumenten ook zo eenvoudig mogelijk toegang kunnen krijgen tot de aangeboden content, gebruik makend van die mogelijkheden. Time-shifted en on-demand diensten bieden kansen om meer consumenten te bereiken. Deze ontwikkeling maakt ook mogelijk dat nieuwe spelers/platforms als Netflix en Youtube hun diensten aanbieden en concurreren om de “kijktijd” van de consument. Voor EBU blijft echter essentieel dat de door publieke mediabedrijven geproduceerde content van en voor iedere inwoner beschikbaar moet zijn en blijven. In de huidige “app”-wereld is een multiscreen ecosysteem ontstaan dat directe impact heeft op keuzes voor publieke mediabedrijven. Keuzes rond distributie-strategie (wat en hoe op welk platform voor wie op welke moment), rond de benodigde achterliggende “back-end” infrastructuur (MultiCDN, HEVC over DVB-DASH) en de ontwikkeling van nieuwe “front-end” interfaces, zowel in ondersteunende technologie/applicaties (HBBTV, 2nd Screen applicaties) als in thema’s als cross platform authenticatie.

41


EBU maakt zich sterk voor open platforms, open source ontwikkeling en open standaarden. EBU zet zich in voor regulering om te voorkomen dat andere partijen toegang kunnen blokkeren of bemoeilijken. HBBTV is daarvan een mooi voorbeeld. Deze technologie stelt mediabedrijven in staat om een internetlaag te verbinden aan de broadcastcontent en zo aanvullende diensten te bieden op hetzelfde scherm als de uitzending.

THEMA 5: Metadata and Personalisering Data is de nieuwe olie, big data de basis voor het veel beter en op maat kunnen bedienen van klanten. Maar in feite vormen metadata al jaren het smeermiddel waar de sector op draait, zeker in de digitale workflows van productie, archivering, publicatie en distributie. Metadata zijn essentieel voor vindbaar zijn en goed ontsluiten van content, maar ook voor het doorgeven van de juiste informatie voor volgende schakels in de keten naar het publiek. Technische metadata, beschrijvende metadata, maar ook verbindende data voor synchronisatie van audio/video of het koppelen van ondertitelbestanden. En nu wordt ook prioriteit gegeven aan systemen waarin data over gebruik en over gebruikers kan worden verbonden. Deze data is voor publieke mediabedrijven een waardevolle bron van nieuwe dienstverlening en om vindbaar te zijn voor consumenten. EBU heeft daar het open source, volledig cloudbased EBU RecSys voor ingericht en zal hier komende jaren op verder ontwikkelen met haar leden en partners.

THEMA 6: Digital Radio Radio is al jaren een mooie stabiele dienst die uitstekend past bij publieke mediabedrijven. Onterecht wordt deze vaak ondergesneeuwd, want ook deze wereld is verre van statisch. Er ontwikkelen zich nieuw vormen van digitaal uitzenden. Radio is bij uitstek een mobiele dienst en EBU maakt zich sterk dat in ieder mobiel apparaat een DAB-chip voor ontvangst wordt ingebouwd. Maar ook wordt volop ontwikkeld aan meer hybride vormen van radio, waarbij je als publiek eenvoudiger kunt interacteren met radio of bij een live verslag statistieken in beeld verschijnen op je DAB-schermen.

THEMA 7: Media Cyber Security Mediabedrijven zien op dagelijkse basis ook de keerzijde van de digitale revolutie. De toenemende frequentie en impact van digitale aanvallen is aan de orde van de dag. Maar het is echt op de agenda terecht gekomen na de verstoring bij TV5Monde. Een simpele hack via een trojan horse in een email zorgde ervoor dat de uitzendingen plat lagen en de websites op zwart. Tot op heden wordt er terughoudend over gecommuniceerd, maar cyberaanvallen zijn de praktijk van alledag. De IT/IP-gebaseerde systemen maken kwetsbaar, maar de werkwijzes in de media met veel uitwisseling op afstand, vanuit thuis of onderweg toegang bieden tot systemen/processen verergeren de kwetsbaarheid voor nalatigheid door gebruikers, door leveranciers, door partners en zeker ook door de publieke mediabedrijven zelf. Dit zal komende jaren hoog op de agenda’s staan van ieder mediabedrijf en de kennis erover is nog relatief beperkt binnen de sector.

42


Enabling Technologies

THEMA 8: Reference infrastructure and collaborative research and ­development Met alle bovenstaande programma’s en thema’s werkt EBU (samen met SMPTE en VSF) aan een soort referentie-architectuur hoe je systemen kunt bouwen op basis van “best of breed” componenten die de voordelen van de IT/IP-infrastructuren ten volle benutten zonder afhankelijk te worden van individuele leveranciers, platforms of technologie. Voor welke onderdelen zijn welke producten beschikbaar en het beste geschikt? Welke standaarden waar toepassen? Welke belangrijke standaardisaties kun en wil je nog bereiken en met wie moet je daarover overleg voeren. EBU realiseert zich dat noch EBU noch de individuele leden dit kunnen realiseren. Binnen EBU hebben eigenlijk alleen BBC, RAI en IRT nog echt eigen R&D afdelingen. Vanuit EBU worden er met grote regelmaat events georganiseerd om resultaten te delen. Maar ook Hacketons als RadioHack en Open source meetups. Informatie is te vinden op de site van EBU Inputs & Outputs). Bij NPO R&D werken 4 mensen die voornamelijk druk zijn met coördinatie en aansturen van projecten die met andere omroepen en door derden worden gedaan. Er wordt veel samengewerkt en kennisuitwisseling is een must om verder te komen. Mede door bezuinigingen is de situatie gegroeid dat Azië de belangrijkste leverancier is van technologie, Noord-Amerika die van content. De rol van Europa? Die ziet Egon vooral in het vertalen van research naar diensten: development, engineering van nieuwe (mobiele?) mediadiensten en die vertalen naar welke infrastructuur daarvoor nodig is. En daarbij is grote behoefte aan toeleverende bedrijven die daaraan een bijdrage kunnen levereren. Rond de content-mediabedrijven is een hele industrie van startups en kleinere bedrijven ontstaan met wie wordt samengewerkt. Partijen als iMMovator vervullen daarvoor in Nederland een belangrijke rol.

43


KETENOVERLEG DIGITALE TV IMMovator organiseert 3 à 4 keer per jaar het ketenoverleg digitale televisie. Aan het overleg nemen de belangrijkste organisaties deel die samen de dienst televisie verzorgen in Nederland. Doel van het overleg is om elkaar te informeren over veranderingen die verwacht worden rond het productie-, uitzend- en distributieproces voor televisie in Nederland. Het overleg fungeert als een coördinerend overleg. Uitvoering van acties en activiteiten wordt door de deelnemers zelf gedaan. iMMovator vormt het secretariaat voor het ketenoverleg en agendeert de onderwerpen die van belang zijn voor onderzoek en innovatie of die nieuwe kansen bieden voor bedrijven uit het iMMovator Cross Media Network. In een tijdperk lang geleden (rond 2006) loopt Nederland ver achter met de adoptie van digitale televisie en introductie van nieuwe beeldformats als HD. iMMovator neemt het initiatief om de Expertgroep Digitale Televisie in te richten met daarin de belangrijkste bedrijven die samen in Nederland digitale televisie verzorgen, voornamelijk omroepen en distributeurs. Al snel sluiten facilitaire bedrijven, regionale omroepen en Beeld en Geluid aan. Doel van de Expertgroep is de adoptie van digitale televisie van ca. 15% van de huishoudens naar 70% van de huishoudens te krijgen. Die doelstelling werd begin 2010 gerealiseerd. In de zijlijn van dat grotere doel zijn echter ook andere, technische onderwerpen opgepakt op het gebied van onder andere metadatering, luidheidsoptimalisatie, audio- en videocompressie, nieuwe workflows, introductie HD, knoppengebruik op de afstandsbediening enzovoort. Bovendien tekenen zich ontwikkelingen af rond 3D, CI Plus, TV Everywhere, ConnectedTV, Over-the-top, Catch­ upTV, etc. Duidelijk voor iedere deelnemer is dat digitalisering niet alleen een procesinnovatie is voor mediabedrijven, maar veel nieuwe kansen biedt waarbij spelers in de keten elkaar nodig hebben. Besloten wordt om de Expertgroep voort te zetten als Ketenoverleg digitale Televisie.

Van 3D naar ConnectedTV De kennishonger rond 3D in broadcasting wordt gestild met 3D Dagen, een apart 3DNL platform en een 3Dinnovatielab. Al snel tekent zich af dat 3D niet zal doorzetten in de (Nederlandse) televisie­ wereld voornamelijk vanwege de extra productiekosten die gemoeid zijn met 3D en het “brilletjes” probleem bij de consument. ConnectedTV is het nieuwe thema waarbij interne gebaseerde diensten via portalen van de TVfabrikanten en distributeurs aan de consument kunnen worden geboden. De opkomst van tablets en smartphones leiden tot 2nd screen applicaties die direct synchroniseren met de content die op het televisiescherm te zien is. Speciale synchronisatiesoftware wordt toegepast om te herkennen

44


Enabling Technologies

naar welk programma wordt gekeken en met welke vertraging (dan wel uitgesteld). De media­ keten leert veel over de interacties die consumenten wel of niet aangaan en over de hobbels die genomen moeten worden om grootschalige adoptie mogelijk te maken. Al deze ontwikkelingen zorgen er echter ook voor dat bedrijven in de keten zich anders tegenover elkaar gaan verhouden. Distributeurs bieden eigen content aan. Mediabedrijven gaan “overthe-top” rechtstreeks naar de consument. Producenten leveren wereldwijde formats inclusief de bijbehorende “digitale” diensten. Nieuwe spelers maken hun opwachting en betreden de ­ Nederlandse markt. Met name voor “on demand” diensten kan de consumenten uit vele aanbieders en via vele kanalen kiezen. De traditionele mediaketen transformeert langzaam tot een mediaweb en dat leidt ook tot spanningen.

HbbTV in Nederland In 2012 kondigen de omroepen aan in te zetten op introductie van hybride televisie op basis van de Europees aanbevolen HbbTV-standaard. HbbTV maakt het mogelijk om in de broadcastcontent triggers mee te sturen, die (zodra geactiveerd door de gebruiker) internetdiensten aanbiedt die direct verbonden zijn aan die uitzending of dat kanaal. Vergelijkbaar met hoe teletekst altijd al zender gebonden is. De internetdienst wordt door de omroep bepaald en kan eenvoudig navigatie zijn (Nu op TV, straks, kijk terug, kijk verder op themakanaal), maar ook verrijkend (achter­ gronden, gerelateerde content, statistieken), interactief (play-along, polls, reageren) of eenvoudigweg commercieel (kijk volgende aflevering, koop dit product, abonneer je nu, etc). Al deze diensten ­bereiken de consument rechtstreeks “over-the-top” via het internet. IMMovator start het HbbTV forum Nederland op om keuzes te maken in Nederland, de implementatie van HbbTV te begeleiden en de nieuwe innovatiekansen die deze technologie biedt voor MKBers in ons netwerk te verzilveren. Omroepen, ontwikkelaars, leveranciers van consumentenelektronica en enkele distributeurs nemen deel in het forum (Bekijk ook hoofdstuk HBBTV Forum NL). UPC en Ziggo weigeren echter medewerking en weigeren de HbbTV -signalen door te geven. Officieel omdat de nieuwe dienst tot verwarring leidt bij de consument en storingen zou kunnen veroorzaken, maar duidelijk is ook dat commerciële belangen spelen. Het punt speelt hoog op en is reden voor de Nederlandse mediabedrijven om volop de discussie te voeren over netneutraliteit en signaalintegriteit. En technologisch worden oplossingen rond “independent application discovery” ontwikkeld, waardoor HbbTV applicaties toch het scherm kunnen bereiken. De voor­genomen fusie tussen UPC en Ziggo en de daarmee gepaarde dominante positie in de Nederlandse markt verhevigt de discussie. Maar lijkt hem ook op te lossen door de toezeggingen die LibertyGlobal doet om de fusie tussen UPC en Ziggo doorgang te kunnen laten vinden. 2016 zal in ieder geval een belangrijk jaar worden voor HbbTV in Nederland.

Mijlpalen in 2015 In 2015 wordt het ketenoverleg weer op de oude voet opgestart en kan rekenen op een brede deelname vanuit de sector. Deelnemers zijn oa: • Nationale omroepen: NPO, NOS, RTL, SBS • Regionale omroepen verenigd in ROOS • Overige omroepen als Fox Sports, Discovery, Disney, Eurosport, Viacom • Distributiebedrijven als KPN, M7, Ziggo, Tele2 • Facilitaire bedrijven United, Ericsson, DMC, Media Choice • Nederlands Instituut voor Beeld en Gelui • Overige partijen als GfK, STER, SPOT, TNO, Dutch Guild of Multimedia Engineers

45


De agenda voor 2015 omvat operationele punten als behoud van spectrum voor draadloze verbindingen, luidheidsoptimalisatie voor online video (incl prerolls/midrolls), distributiemonitoring, doorgifte audio (LoRo). Veel aandacht wordt gegeven aan toegankelijkheidsdiensten voor mensen met een beperking (accessibility), niet alleen bij lineaire uitzending maar ook voor uitgesteld kijken. Denk aan ondertiteling, doventolk, responsive subtitling, gesproken ondertitels en audiodescriptie (voor slechtzienden). Ook is in 2015 verkend of het nodig is tot een gezamenlijke tijdlijn te komen voor uitfasering van oude standaarden als analoog, SD, MPEG2. Hier volgt de pragmatische keuze dat deze keuze bij de distributeurs ligt. Omroepen leveren hun signaal in hoge kwaliteit aan en distributeurs beslissen of en in welke varianten zij dat signaal nog doorgeven aan consumenten. Het voor publieke ­omroepen zo essentiële “free-to-air” wordt blijvend gegarandeerd door uitzending via de ether (DVB-T). Dit waarborgt dat iedere Nederlander zonder gatekeeper/abonnement altijd toegang kan krijgen tot publiek geproduceerde content middels eenmalige aanschaf van een ontvanger.

Aandacht voor Adressable TV, Data Science en network security Maar ook de nieuwe onderwerpen kondigen zich al weer aan in 2015. SBS start met een reeks ­experimenten rond Adressable TV met als doel om meer mogelijkheden te creëren om ook bij lineaire uitzending beperkte personalisering mogelijk te maken. De ontwikkelingen rond programmatic buying en real-time bidding voor advertising op internet gaan snel, maar worden nu verkend voor de mogelijkheden via lineaire televisie. Sceptici verwachten dat dit pas realistisch is als distributie volledig IP is geworden (volledig “over-the-top”) maar door slim combineren van televisietechnologieën als HBBTV en ScTE zijn al eerder mogelijkheden op dit gebied te realiseren. IMMovator organiseert in 2015 een reeks over Data Science voor de media gericht op agendering en kennisuitwisseling over “big data” voor de media. In een uitwisseling tussen bedrijven en wetenschappers staan onderwerpen als personalisering en aanbevelingen, multimedia datamining en data-gedreven commerciële mogelijkheden centraal. Samenwerkingen kondigen zich aan en universiteiten committeren zich aan het vormgeven van een nieuwe opleiding. Het belang van network security voor mediabedrijven wordt volop manifest als DDoS-attacks in intensiteit toenemen en blijkt hoe lastig het televisieproductieproces te combineren is met een rigide securitybeleid. Er wordt veel op afstand gewerkt, content wordt in verschillende vormen tussentijds uitgewisseld, regisseurs, journalisten, programmamakers loggen via laptops in op productie- en uitzendsystemen met alle gevaren voor virussen en veiligheidslekken. En dat er nog veel meer punten op de agenda van het ketenoverleg zullen komen, wordt duidelijk in de overzichtspresentatie die Egon Verharen als voorzitter van de Technical Committee van de European Broadcast Union (EBU) verzorgt in december 2015. Uiteraard zal het streven naar een optimale gebruikerservaring het ketenoverleg bezig blijven houden. Variërend van de steeds ­betere beeld- en geluidskwaliteit met thema’s als UltraHD-standaarden, High Dynamic Range (HDR), maar ook de ontwikkeling van nieuwe formats rond virtual en augmented reality in broadcasting. Niet alleen de nieuwe technologieën, maar ook het waarborgen van een goede aflevering over al die verschillende netwerken en devices blijft de gemoederen bezig houden. Metadata is terug en belangrijker dan ooit. Radio zal daarbij niet worden vergeten. Uitdagingen genoeg en één ding is zeker: de behoefte en noodzaak tot afstemming en samenwerking is groter dan ooit.

46


Enabling Technologies

SPOT ON: BOUW JE EIGEN SECOND SCREEN APP MET MOBYSOCIAL.TV Een bescheiden marge en een transparant kostenmodel. Dat is wat MobySocial.tv van zijn concurrenten onderscheidt. Met PAAS. tv was MobySocial.tv in september 2015 een van de winnaars van de startup-wedstrijd van Media Park, iMMovator en Beeld en Geluid. Met dit platform kan iedereen met minimale ervaring zijn eigen Second Screen app bouwen. MobySocial.tv is een Social TV startup, die is gestart in 2013 en bouwt aan Second Screen oplossingen voor zijn klanten. Het bedrijf levert development en consultancy voor Custom en White Label Second Screen oplossingen, wat in de praktijk betekent, aldus CEO Anthony van de Veen, ‘dat we als consultants de klant kunnen bijstaan met onze Social TV en Second Screen ervaring maar ook volledig turn key oplossingen kunnen bouwen. Doordat we ons eigen development team in Argentinië hebben zitten, kunnen we eenvoudig concurreren met de andere Europese bureaus maar wel dezelfde, verwachte kwaliteit leveren. Daarnaast zijn we partner van IBM Softlayer waarmee we alle backend oplossingen bouwen.’

Backend oplossing MobySocial.tv heeft een aantal succesvolle projecten op zijn naam staan. Met name noemt Van de Veen een opdracht die het voor een grote commerciële zender in Argentinië heeft gedaan. ‘Voor het spelprogramma Million Dollar Drop hebben we een mobiele app gebouwd en daarnaast een compleet custom portaal waar de klant de vragen en antwoorden kon programmeren voor de show.’ MobySocial.tv werkt dus niet alleen in Nederland. Van de Veen: ‘We hebben door onze internationale opzet klanten in meerdere territoria en richten ons dus ook niet op een bepaalde regio.’ Wat onderscheidt MobySocial.tv van concurrenten? Van de Veen: ‘Met name de prijs en onze gegarandeerde backend oplossing samen met IBM. Alle Second Screen bureaus bieden in principe dezelfde service. Alleen wij nemen genoegen met een bescheiden marge en geven een transparant kostenmodel.’

Winnaar ‘Naast onze custom oplossingen zijn we ook gestart dit jaar met ons eigen platform PAAS.tv’, vervolgt Van de Veen. ‘Daarmee kan iedereen zijn eigen Second Screen app kan bouwen en binnen een dag gebruiken. De gemiddelde kosten per uitzending zijn zo’n 600 euro. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld shows als The Voice, die tonnen hebben gekost en ook maanden in development zaten. Voor komend jaar verwachten we hiermee een leuke groei te maken in de internationale markt.’ Met PAAS.tv was MobySocial.tv afgelopen najaar een van winnaars van de startup-wedstrijd van iMMovator, Media Park en Beeld en Geluid. De prijs: een jaar lang gratis huisvesting in Lab24 op het Media Park. Van de Veen: ‘Met ons platform zoeken we onze klanten in de tv- en mediawereld. Uiteraard is het daarom van zeer groot belang om dicht bij het vuur te zitten. Daarnaast is het ook straks handig voor deze bedrijven als we om de hoek zitten.’

47


NEDERLAND KLAAR VOOR DE VOLGENDE FASE IN DE UITROL VAN HBBTV Nu HbbTV begin 2016 op vrijwel het gehele kabelnetwerk in Nederland beschikbaar is, is het tijd voor het HbbTV Forum Nederland om stappen te zetten. ‘De eerste twee jaar draaiden vooral om de techniek. Het komende halfjaar denken we na over de vraag welke inter­actieve diensten er ontwikkeld kunnen worden en hoe we meer mensen kunnen activeren om HbbTV te gebruiken.’ ‘Het is iets magisch’, zegt Frank Visser op de vraag of hij uit kan leggen wat HbbTV is. Visser is namens iMMovator betrokken bij het HbbTV Forum Nederland, een industrieplatform waarin relevante partijen uit de keten bij elkaar komen om afspraken te maken over de techniek en marketing van HbbTV. ‘Je kunt er op twee manieren naar kijken. Ten eerste is HbbTV een wereldwijde standaard om interactiviteit via de televisie mogelijk te maken. Hbb staat voor Hybrid Broadcast Broadband. Dat is een open standaard, gebaseerd op HTML5, die tv combineert met internetdiensten. In het programmasignaal zit een trigger waarmee de kijker die internetdiensten kan activeren. Ondertussen kan hij gewoon naar Josbert van Rooijen (SBS) zijn tv-programma blijven kijken. ‘ ‘Ten tweede is HbbTV een middel om de machts- en communicatieverhoudingen in de keten te veranderen. HbbTV stelt omroepen namelijk in staat om direct interactief contact te hebben met de kijker via de tv, of andere zoals de iPad, iPhone en de laptop. Dat is tamelijk revolutionair want tot voor kort was interactiviteit slechts mogelijk via de kabeloperator, of via de smart-tv portal die beheerd werd door de tv fabrikant.’ ‘Interactiviteit kan nu voor het eerst binnen een programma worden getriggerd’, vervolgt Visser. ‘Het maakt zaken als voting en polling mogelijk, maar bijvoorbeeld ook het bieden van verdieping bij een uitzending. De NOS is met dat laatste al bezig. De omroep heeft een nieuwsapp voor HbbTV ontwikkeld die via een algoritme van de Universiteit van Amsterdam op teletekst (TT888) gebaseerde berichten aanbiedt in aanvulling op het nieuws dat op dat moment wordt gelezen. Dat kan schermgroot, dan zie je niks anders meer. Maar ook als overlay.’ De omroep heeft daar geen kabelaar meer voor nodig. Visser: ‘Ze kunnen het met HTML zelf ontwikkelen. ‘ Joost Negeman (NPO)

48


Enabling Technologies

Machtswisseling Het HbbTV Forum Nederland bestaat al een aantal jaren. Zoals gezegd heeft het tot doel om afspraken te maken over de techniek en marketing van HbbTV. In het Forum hebben meerdere partijen zitting. Visser: omroeppartijen als RTL, ROOS, NPO en SBS, fabrikanten en importeurs van apparatuur als Sony en Quantis Electronics, appontwikkelaars als 24iMedia, Peoples Playground, TWC en Angry Bytes en sinds kort is daar ook de reclamewereld bijgekomen, in de vorm van SPOT en Dentsu Aegis Network.’ Het Forum heeft het afgelopen jaar flink zijn best gedaan om HbbTV van de grond te krijgen. Visser: ‘Er is sprake van een machtswisseling van kabelaars naar programmamakers. Dat is een kaartspel waarin allerlei dingen worden uitgeruild waarop wij maar voor een klein deel invloed op hebben.’ In dat kaartspel is onlangs een grote slag gemaakt. Visser: ‘Zowel in het oude UPC- als het oude Ziggo-gebied wordt HbbTV sinds kort doorgegeven. Of beter gezegd, de trigger wordt niet langer geblokkeerd. Bovendien werkt men op internationaal niveau aan een manier om tv's de content helemaal zelfstandig te laten ophalen, ook zonder doorgifte.' Overigens heb je wel een HbbTV-capable televisie nodig. Visser: ‘Maar negen van de tien televisies die tegenwoordig worden verkocht zijn HbbTV-enabled. Verder moet je je settopbox de deur uitdoen. Het HbbTV signaal is namelijk niet via de HDMI-kabel naar je tv te versturen. Dat betekent dus dat je settopboxloos moet kijken als je HbbTV wilt ontvangen. Overigens kijken steeds meer mensen zonder settopbox. Het kan ook steeds beter omdat steeds minder zenders zijn versleuteld, en met een CI+ kaart heb je ook geen settopbox nodig. Het bereik begin 2016 is al 150.000 huishoudens per maand. Dat maakt het voor adverteerders nu al interessant, en dat zal alleen maar groeien.’

Regionale zenders Ook in andere Europese landen doet HbbTV het goed. Visser: ‘Vooral in Frankrijk en Duitsland is het groot. Bij de Olympische Spelen kon de Duitse kijker bijvoorbeeld medaillespiegels opvragen en andere wedstrijden bekijken. In Frankrijk doen ze veel aan interactiviteit en commerciële toepassingen. En in Polen is het bijvoorbeeld mogelijk om via je ene regionale zender, alle regionale zenders via HbbTV te bekijken.’ De in Europa aangeboden HbbTV-diensten zijn onder te verdelen in vier categorieën: programma gerelateerde informatie zoals EPG, verdieping, polling en voting; content zoals uitzending gemist, on demand programma’s, streaming kanalen; informatie over weer, verkeer, nieuws; maatschappelijke diensten zoals toegankelijksdiensten en informatie van de overheid zoals gebarentaal, Amber Alert etc.

49


OV-Chipkaart Wat staat er de komende tijd in de planning voor het HbbTV Forum? Visser: ‘De eerste twee jaar hebben we vooral aan de techniek gewerkt. Sinds een half jaar zijn we ook met de branding bezig. We hebben een aantal doelgroepen en persona’s geformuleerd. En zijn nu bezig om zogenoemde customer journey touch points te benoemen. In gewoon Nederlands: welke mensen kunnen we op welk moment en op welke manier bereiken. Verder kijken we ook naar het buitenland, hoe daar het publiek is geactiveerd. En willen leren van andere producten, bijvoorbeeld de OV-Chipkaart. Hoe heeft men de mensen ­zover gekregen dat ze de OV-Chipkaart zijn gaan gebruiken.’ ‘Tot nu toe blijft het iets teveel in de technische hoek hangen’, aldus Visser. ‘In de eerste helft van 2016 gaan we om die reden sessies organiseren met programmamakers. We willen hen vragen om na te denken over de vraag welke interactieve diensten er bij hun programma’s aangeboden kunnen worden. Dat kan gaan van ‘de waarde schatten van objecten die worden aangeboden in Tussen Kunst en Kitsch’ tot ‘verdieping van programma’s en items’. Maar ook moeten ze gaan uitvinden welke beeldtaal de juiste is voor zo'n dienst. Omdat het HTML5 is kan vrijwel alles, maar welke concepten vullen de programma's het beste aan? Het ligt voor de hand dat bijvoorbeeld de NOS meer publieksgerichte apps zal ontwikkelen. SBS steekt het ongetwijfeld commerciëler in. Ze werkt al samen met partijen als VT Wonen/Sanoma, de Champions League.’

HbbTV 2.0 Overigens zijn er al aardige voorbeelden van interactieve Hbb-diensten voor handen, zoals de nieuwsapp en de WK app van de NOS. Visser: ‘Verder heeft TNO samen met NPO een computer gegenereerde gebaren­tolk ontwikkeld. Deze ‘avatar’ is te zien in de vorm van het draakje Dino in het programma Het Zandkasteel.’ Een ander voorbeeld is eigenlijk een vorm van HbbTV 2.0, aldus Visser: ‘See2gather. Dat is een interactieve tv app ontwikkeld door Angry Bytes en People’s Playground. De tv functioneert in deze toepassing als het centrale punt waarop iedereen via een eigen second screen mee kan spelen, met bijvoorbeeld het Songfestival, een voetbalwedstrijd of de 1-tegen-100 spelshow. De scores worden centraal bij­ gehouden en via een HbbTV-applicatie op het tv-scherm getoond. De app is getest in Nederland en Spanje tijdens het Songfestival en was een groot succes.’

50


Enabling Technologies

‘Sommige mensen zeggen: stop maar met HbbTV’, besluit Visser, ‘want we hebben immers internet. Op het eerste gezicht klinkt dat logisch maar dat is het niet. Kijk maar naar Youtube, die zou het verst moeten zijn. Maar veel verder dan commentaar leveren op filmpjes kun je niet. De interactiviteit en de verdieping missen daar nog. Dit nog afgezien van de grote rol die live televisie nog zal houden bij nieuws, entertainment en sport. HbbTV blijft een mooie techniek om de mogelijk­heden van HTML5 en internet op het eerste scherm midden in de huiskamer te krijgen. We zullen er de komende jaren nog veel van horen.’

51


IBC TOURS: DE HOOGTEPUNTEN Voor het vierde jaar op rij organiseerde iMMovator verschillende IBC tours in de RAI in Amsterdam. Een totaal van 150 mediaprofessionals uit zowel binnen- als buitenland had zich aangemeld voor de tours die op maandag 14 en dinsdag 15 september plaatsvonden. De deelnemers bezochten belangrijke fabrikanten op het gebied van synchronized advertising, HbbTV, targeted advertising en 2nd screen toepassingen. Onder leiding van i­ MMovator’s Frank Visser, George Freriks en Freek van ’t Ooster werden de deelnemers begeleid langs de talloze stands op de IBC. De International Broadcasting Convention, ook wel de IBC, was dit jaar van 10 tot en met 15 september in de Amsterdam RAI. Met 55.128 bezoekers, meer dan 1800 fabrikanten in 14 hallen en 250 sprekers was dit de succesvolste editie tot nu toe. De IBC is dé Broadcast beurs van Europa en een fenomeen op het gebied van TV en tegenwoordig ook online video. Er werd een onderscheid gemaakt tussen drie verschillende tours. Er was een algemene tour, een SPOT tour die meer gericht was op de kansen van adverteerders, en een tour gericht op duurzaamheid voor NPO Groen.

Terugblik op de IBC Frank Visser, werkzaam bij iMMovator en voorzitter van het HbbTV forum in Nederland, is de organisator van de IBC tours. Visser vertelt dat hij van het Media Park een groen project probeert te

52


Frank Visser (iMMovator)

maken. Eén van de tours op de IBC was een groene tour die zich richtte op sustainability in broadcast. Een groep van 15 man van de NPO, waaronder van BNN-VARA, EO, KRO-NCRV en de NTR, struinden over de IBC langs 8 verschillende bedrijven die bezig zijn met het verduurzamen van de media. Vragen als ‘hoe kun je media groen maken?’, ‘hoe kunnen bedrijven groen werken?’ en ‘waar is de duurzaamheid al te vinden?’ stonden hier centraal. Er waren twee componenten die Frank Visser opvielen deze IBC. Het eerste component was dat de IBC dit jaar niet specifiek één feature had. In voorgaande jaren was er vooral aandacht voor: HD, 3D, 4K en HDR. De tweede feature was de interactie met het second screen. HbbTV 2.0 heeft een companion screen standaard om makkelijk van het first screen naar het second screen te gaan. Wanneer gevraagd wordt hoeveel huishoudens deze applicatie kunnen gebruiken, wordt er geantwoord met 200.000 huishoudens. George Freriks gaat hier verder op in door te stellen dat de geldstromen nog vooral dominant zijn in ‘de oude wereld’. Kijk naar Sony, die een geheel eigen hal had afgehuurd. De fragmentatie die in de media-industrie aanwezig is, zie je ook terug op de IBC. Er zijn allerlei verschillende technologieën, standaarden, distributiekanalen, satellieten etc. Collaboration is het toverwoord. Zowel kleine als grote bedrijven proberen door middel van samenwerkingen tot nieuwe standaarden te komen. Een satelliet leverancier wil zoveel mogelijk bandbreedte verkopen, met als gevolg meer pixels en grotere schermen. Zo’n leverancier pusht als het ware de 8K en UHD technologieën om zo de belevingscomponent van samen naar de televisie kijken in stand te houden. Men wil de slag maken van lineaire televisie naar targeted en personalized television, maar daarin bevinden zich nog zoveel hobbels qua technologie, wet- en regelgeving.

George Freriks (iMMovator)

53


Ben Kreimer (foto: Wiebe de Jager van Dronewatch)

DRONE JOURNALISTIEK Op vrijdag 9 oktober nodigde iMMovator Ben Kreimer uit om een masterclass te geven op het Media Park in Hilversum. Tijdens deze sessie behandelde Ben Kreimer zijn ervaringen op het gebied van Drone- en Sensor journalistiek. Ben Kreimer is een journalism technologist en werkt momenteel als Beta Fellow voor Buzzfeed’s Open Lab for Journalism, Technology and the Arts. Het Open Lab houdt zich bezig met het ontwikkelen van nieuwe tools voor journalisten. Kreimer is constant op zoek naar vernieuwende manieren van storytelling. Hij werkt met: drones, weerballonnen, lucht fotografie en video, 3D-reconstructies, 360-graden video, mobile devices, virtual reality, sensoren en social media. Kreimer begon te experimenteren met drones toen de eerste drones beschikbaar werden gemaakt voor de consument, nu drie jaar geleden. Toentertijd was Kreimer een student journalistiek aan de universiteit van Nebraska. Eén van zijn hoogleraren, Pulitzer prijswinnaar Matt Waite, had het idee om een lab te openen waarin geëxperimenteerd kon worden met drone journalistiek. Het Drone Journalism Lab, met zowel commerciële als academische doeleinden, was het de eerste in zijn soort. De gevonden resultaten werden gepubliceerd op een blog, waar mensen praten over drones en bijbehorende zaken. In juli 2013 ontving het lab een brief van de Amerikaanse luchtvaartautoriteiten (FAA) waarin stond dat het lab niet meer mocht experimenteren met drones, omdat ze voor het besturen van een drone een vlieg brevet nodig moeten hebben. Deze obstakels zorgden er voor dat Kreimer besloot naar het buitenland te gaan om zich daar verder te verdiepen in de dronejournalistiek.

54


Enabling Technologies

Samenwerken met AfricanSkyCAM Ben Kreimer heeft voornamelijk gewerkt aan projecten in Kenia en India. In Kenia heeft hij veel gewerkt met AfricanSkyCAM, een groot gesubsidieerd drone journalistiek project. Dickens Olewe, oprichter van het project, wil een PAN-African netwerk van journalisten realiseren. Dit netwerk bestaat uit een gemeenschap van drone gebruikers die autonoom te werk gaan, maar wel erg verantwoordelijk zijn met drones. In de afgelopen jaren zijn er een aantal ongelukken veroorzaakt door onverantwoordelijk gedrag met drones. Enkelingen werden aangevlogen door een drone en enkele drones werden ingezet om de privacy van ­anderen te schenden. Al deze conflicten met drones hebben er voor gezorgd dat drones tegenwoordig verbannen zijn uit Kenia.

Storytelling met drones Kreimer focust zich op nieuwe manieren van vertellen. Dit doet hij door het unieke perspectief en de visuele ervaringen die uniek zijn aan drones. Hij heeft gewerkt met universiteiten, mediabedrijven en nieuwszenders. De drone heeft een unieke manier om zich door de ruimte te bewegen, waardoor interessante beelden mogelijk worden gemaakt. Kreimer bezit over een artistieke achtergrond, waardoor hij in zijn creatieproces erg begaan is met de kadrering van zijn beelden. De drone is geen vervangende techniek voor de helikopter, maar is zeer geschikt voor low altitude en eye-level shots.

Drones als fotocamera voor 3D constructies ​ aast het vastleggen van video’s gebruikt Kreimer de drone ook als fotocamera. Hij heeft enkele N 3D-reconstructies gemaakt met behulp van de drone en honderden gemaakte foto’s. Een drone kan hogere hoogtes bereiken dan een crane. Als je de basics begrijpt van het vastleggen van 3D-models dan is het een gemakkelijke onderneming. Met behulp van de Agisoft Photoscan software kan de 3D-reconstructie gerealiseerd worden, deze kan naderhand worden gepubliceerd op Sketchfab. “Waarom 3D-reconstructies?” vraagt Kreimer zichzelf af. Hij beantwoordt deze vraag met

55


Vuilnisbelt in Nairobi. Afbeelding: Ben Kreimer

“3D-reconstructions are the closest link to the real thing”. Het zijn echte plekken die digitaal gereconstrueerd zijn. Door het creëren van 3D-reconstructies wordt de consument geplaatst op een plek, wat veel moeilijker te realiseren is in 2D-fotografie. Kreimer heeft een 3D-reconstructie gemaakt van een klein dorpje in Nairobi wat zich bevindt naast een grote vuilnisbelt. Hij creëerde een aerial map van de vuilnisbelt met behulp van 560 individuele foto’s. Kreimer geeft als tip geen bewegende objecten in het gebied van de 3D-reconstructie vast te leggen, aangezien er hierdoor vage vlekken ontstaan op de uiteindelijke reconstructie. Het ideale aan een drone is het lichte gewicht en de draagbaarheid. Tijdens opnames gebruikt Kreimer een scherm, waarop real-time te zien is wat er wordt gefilmd. De drone die hij gebruikt is de DJI Phantom 3 Professional. Deze drone kost ongeveer 1.800 euro en ziet er (gebruikers)vriendelijk uit, waardoor hij weinig problemen heeft bij douanes.

Weer ballonnen en 360 graden video Naast drones maakt Ben Kreimer ook gebruik van weer ballonnen. Door een camera te monteren aan een ballon die vast zit aan twee touwen kan de camera stabiele beelden schieten. In tegenstelling tot de korte levensduur van de batterijen in een drone, kan er door de ballon dagenlang gefilmd worden. Ben Kreimer is erg geïnteresseerd in 360-video’s. Veelal worden 360-video’s geschoten met een bal van minimaal 6 Go-Pros. Dit kost een consument minimaal 3.000 euro. Het gewicht van deze ­constructie is enigszins zwaar. Kreimer wilde een low weight en low cost manier vinden om 360-

56


Enabling Technologies

video’s te kunnen schieten. In het Open Lab heeft hij 2 GoPros aan elkaar gevestigd. Deze GoPros hebben beide een 185 graden lens en zijn met de ruggen tegen elkaar aan bevestigd. De camera’s zijn perfect gesynchroniseerd, waardoor de 360-video’s over een goede kwaliteit beschikken. 360-video’s kunnen bekeken worden door het mobiele apparaat door de ruimte heen te laten ­bewegen. De software die Ben Kreimer gebruikt voor het editen van de 360-video is Autopano Video Pro 2 en Autopano Giga van Kolor.

Sensor journalism Naast drones, weerballonnen en 360-degree video experimenteert Kreimer ook met sensoren. Als voorbeeld liet hij een sensor zien die men in zijn bagage kan laten wanneer men gaat reizen. Deze sensor wordt geplaats in de koffer en houdt bij hoe ruw er met de bagage om wordt gegaan door schokgolven te meten. Naast deze sensor bestaat er ook een zaklamp die de frequenties van WiFi, bluetooth en mobiele apparaten kan laten horen.

‘Luggage trauma sensors’ afbeelding: Ben Kreimer

Als afsluiter bespreekt Kreimer zijn toekomstige ideeën en experimenteren. Momenteel werkt hij aan een project over luchtvervuiling in India. Dit project is een crowdsourced platform en wil ­publieke engagement genereren, zodat mensen zich bewust worden van de lucht die ze in- en uitademen. Door een luchtsensor in bijvoorbeeld een helm te doen, wordt er gemeten wanneer en waar men vuile lucht inademt. Verder is Kreimer van plan drones met sensoren te combineren. Door een luchtscanner te bevestigen aan een drone kan hij data verzamelen over waar de lucht echt vervuild is.

57


THINGSCON 2015: DE TOEKOMST ZIEN Het Volkshotel in Amsterdam stond 4 december in het teken van Internet of Things. Designers, ontwikkelaars en whizzkids kwamen in Amsterdam bij elkaar voor ThingsCon 2015. Geleyn Meijer, voorzitter van het domein Economie en Management van de HvA, opende de dag en heette de deelnemers welkom in het Volkshotel, op de Knowledge Mile van Amsterdam. Na het welkomstwoord van Geleyn Meijer gaf Iskander Smit, van Info.nl en één van de initiatiefnemers van ThingsCon, een korte introductie. Doordat een product connected wordt, verandert volgens Iskander ook de kern van het product en hoe we het gebruiken. Door hiermee te experimenteren en het te gebruiken kom je tot nieuwe ontwerpen en uitdagingen. En dat doet Iskander het liefst samen met andere partijen. In het ochtendprogramma kwamen twee inspirerende presentaties aan bod: Matt Cottam en Nadya Peek.

Matt Cottam: het onzichtbare zichtbaar maken met Internet of Things Matt Cottam nam het publiek mee naar het werk van Tellart. Hij richtte zich in zijn presentatie op dingen die het onzichtbare zichtbaar maken, het ontastbare tastbaar en liet ons nadenken over de toekomst. Chrome Web Lab: het web komt tot leven Matt verteld over de tentoonstelling Web Lab die Tellart met Google en het Science Museum London maakten om te laten zien hoe het web werkt. In deze tentoonstelling kwamen onzichtbare

58


Enabling Technologies

processen tot leven. Een belangrijk aspect van de tentoonstelling is dat je hem niet alleen in het museum, maar ook online kunt ervaren. Zo kun je online spelen met robots die in het museum interacteren met de bezoekers. Als bezoeker van het museum in London kun je dus zomaar met iemand uit Vietnam spelen. Beelden van de toekomst realiseren Een andere reeks inspirerende projecten die Matt tijdens ThingsCon presenteerde, is de serie experiences over de toekomst in Dubai. Bezoekers van internationale summits bezochten deze installaties als voorbereiding op hun besprekingen. In een door Tellart gecreëerde omgeving kun je ervaren hoe we in de toekomst reizen door de stad en internationaal. De experiences zijn niet alleen bedoeld om je inzicht te geven hoe de toekomst eruit zou kunnen zien, maar vooral om de discussie over de toekomst aan te gaan. Als we straks in self-driving cars rondrijden, zou je je kinderen dan nog naar school brengen? Matt Cottam (Tellart) Als er hersenimplantaat is waardoor je 10 jaar langer kan leven, zou je dan een operatie ondergaan? De installaties, die gecreëerd zijn met connected producten maken het makkelijker om de toekomst in te beelden en erover na te denken.

Nadya Peek: Things that make things Nadya is een Nederlandse PhD student op de MIT Center for Bits and Atoms in Boston. Nadya omschrijft haar werk als: “I make things that make things that make things’. Er bestaan miljoenen machines die worden gebruikt voor massaproductie. Maar hoe maken we het toegankelijker en makkelijker om zelf een machine te bouwen? Hoe maak je bijvoorbeeld een 3D printer die je meeneemt in je koffer? Dit is makkelijker gezegd dan gedaan. Persoonlijke fabricatie is dan ook wat Nadya het meest inspireert. Fablab de bibliotheek van de toekomst In haar vrije tijd werkt Nadya als vrijwilligster bij een Fablab (Fabrication Laboratory). Met behulp van moderne digitale productiemiddelen kun je hier je eigen apparaat ontwerpen en fabriceren. Nadya noemt deze Fablabs de “bibliotheken van de toekomst”. Op de Fab Academy leren studenten om hun ideeën en prototypes uit te werken door ervaring op te doen met digitale fabricage tools.

Nadya Peek ( MIT Center for Bits and Atoms in Boston)

Er is nog steeds een groot gat tussen de Fablabs en de massaproductie. Maar hoe verkleinen we dit gat? Daarvoor is Nadya continue aan het experimenteren met nieuwe machines. Een Fablab dat je in een koffer kunt meenemen bijvoorbeeld, en ter plekke in elkaar kunt zetten tot PopUp Fablab. Of een constructie die gebaseerd is op Google Cardboard, waarmee je zelf een machine in elkaar knutselt die 3D kan printen. Door middel van deze vernuftige, kleine machines komt het Internet of Things steeds dichter naar de maatschappij toe, en wordt het experimenteren en maken van connected producten steeds toegankelijker.

59


Het tweede deel van ThingsCon stond in het teken van het ontwerpen van connected producten. Waar moet je rekening mee houden bij het designen van IoT toepassingen? Hoe gaat de gebruiker om met connected producten? Hoe verzamel je feedback?

Marcel Schouwenaar, The Incredible Machine Marcel Schouwenaar, één van de organisatoren van ThingsCon Amsterdam 2015, deelde zijn visie op de culturele verandering in de IoT. Waar de IoT voorheen vooral “techy” beschouwd werd, worden IoT producten steeds meer geliefd onder de gewone mens. Schouwenaar ziet niet alleen producten die zichzelf integreren in de dagelijkse praktijken of belangen van mensen, maar er ontstaan steeds meer objecten die niet alleen probleemoplossend werken. Deze objecten zijn voorwerpen die we gewoonweg willen hebben in ons leven. De grootste uitdaging voor de IoT is het winnen van vertrouwen. Volgens Marcel wordt hij vaak beschreven als een technologie criticus, maar hij is eigenlijk optimistisch over de toekomstige ontwikkelingen. Daarom pitcht hij continu de IoT manifesto, een richtlijn van designers voor designers. Dit manifesto levert tools die leiden tot actie en ze geven toegang tot design. Schouwenaar meldt dat er begin 2016 een stichting wordt gestart voor verantwoordelijk IoT, gefocust op het creëren van bewustzijn, assessment tools en standaarden voor een meer gewenste IoT. De stichting werkt samen met bedrijven en organisaties en wil nieuwe manieren vinden om de IoT te verbeteren.

Claire Rowland – Hoe ontwerp je ‘Things that make sense’? Vroeger waren er allerlei glanzende beelden over het Internet of Things waarbij alles met alles kan praten. Maar de realiteit is minder shiny; er kan namelijk ook van alles mis gaan. Claire Rowland (Independent UX Designer) benadrukte tijdens haar speech elementen waar je als UX designer op moet letten bij het ontwerpen van connected producten. Claire Rowland (Independent UX Designer)

60


Connected producten zijn vaak complexer dan consumenten vermoeden. Ze begrijpen vaak het systeem niet wat er achter schuil gaat en hebben daardoor andere verwachtingen van IoT toepassingen. Claire zoomt in op het conceptuele model van een connected product en de interusability. Conceptuele model: leg het uit of maak het simpeler Het conceptuele model van een connected product is complexer dan een regulier product. Om dat goed te begrijpen moeten gebruikers eigenlijk iets weten over systeem modellen; welke bit doet wat? Welke code zorgt waarvoor? En wat gebeurt er als de verbinding weg valt? Designers kunnen gebruikers helpen uitleggen hoe het systeem in elkaar zit, bijvoorbeeld door elementen te laten zien bij het gebruik. Aan de andere kant kun je er ook voor kiezen om het conceptuele model te versimpelen. Interusability: compositie, consistentie en continuïteit Als het gaat om interusability zijn drie elementen belangrijk: • compositie, ontwerp functionaliteiten die passen bij de context van het gebruik • consistentie, gebruik overal dezelfde terminologie • continuïteit, laat de gebruiker zien dat er iets gebeurt Claire sluit tenslotte af met een quote van Larry Tesler (voormalig VP van Apple): “As you make the user interaction simpler you make things more complicated for the designer or engineer”.

Telemetry bij Pebble Martijn Thé is een software engineer bij Pebble, een smart watch bedrijf. Thé opent zijn presentatie met het verhaal over hoe het idee van een smart watch is ontstaan door de uitvinder. Dit gebeurde tijdens het fietsen, toen de uitvinder een berichtje kreeg, maar zijn telefoon niet uit zijn zak durfde te pakken omdat hij bang was dat die in de gracht zou belanden waar hij net langs fietste. In zijn speech richtte Martjin zich vervolgens op Telemetry, een geautomatiseerd communicatie proces waardoor bedrijven hun gebruikers kunnen begrijpen en problemen kunnen verhelpen. Aanvankelijk ondervonden de consumenten van Pebble technische problemen, alleen beschikte Pebble niet over de juiste data om deze probleMartijn Thé (Pebble) men te verhelpen. Zodoende werd de smart watch geüpdate met nieuwe software waarin data logs worden bijgehouden en waarin een support file te vinden is. Deze support file wordt doorgestuurd naar het bedrijf, waarna engineers aan de slag kunnen om het product te verbeteren. Ondanks de data logs miraculeus werken voor de engineers en de techniek, brengt dit de nodige privacy vraagstukken met zich mee. Thé vermeldt dat Pebble alleen de verzamelde data inzet om technische problemen te verhelpen en de data niet gebruikt om het te helpen. Het laatste deel van ThingsCon 2015 stond in het teken van de toekomst van Internet of Things en de impact hiervan op de steden waar we in leven.

61


Tina Aspiala (KnowCards)

Tina Aspiala – New Things Tina Aspiala is de maker van KnowCards, een kaart deck waarmee je op spelenderwijze tot nieuwe ideeën komt voor je Internet of Things product. Tina geeft op sites als Kickstarter.com advies aan startende ondernemers voor hun projecten. What can go wrong? Tina vertelt tijdens haar presentatie over de problemen waar men tegenaan loopt bij het starten van een nieuw project. Zo kan het zijn dan je iets bedenkt wat uiteindelijk in de praktijk niet blijkt te werken of dat er te weinig is nagedacht over het ontwerp en de bruikbaarheid van een product. Je kunt jezelf daarvoor de volgende vragen stellen: ‘Is it seamless? Does it earn its keep? Does it become a natural part of your life?’ ‘The possibilities are limitless. The only limit is your imagination.’ Er zijn wel honderden functies die je kunt toevoegen bij het ontwerpen van een nieuw Internet of Things product. Maar hoe kies je de juiste? KnowCards zijn kaart decks met eenvoudige beschrijvingen van de onderdelen die je kunt gebruiken om een nieuw product te begrijpen of ontwerpen. Er zijn input en output kaarten. Input kaarten zijn bijvoorbeeld: gas, temperatuur, gewicht en tijd. Output is bijvoorbeeld licht, geluid of beweging. We gebruiken in het dagelijks leven allerlei apparaten die continu lichtgeven of geluid maken en dus continu aandacht vragen. De boodschap die Tina mee wil geven is om meer menselijke, tastbare, vriendelijke producten te ontwerpen. Producten die men graag overal mee naar toe neemt zonder dat deze verder aandacht vragen.

Ross Atkin – Smart Cities

Ross Atkin (onderzoeker, designer, engineer)

62

Ross Atkin is werkzaam in Londen als onderzoeker, designer en engineer. Ross geeft in zijn presentatie zijn visie over Connected Cities.


Enabling Technologies

‘What is wrong with the smart city?’ Volgens hem kun je de stad beter begrijpen vanaf het straatniveau dan vanuit de lucht. Dus niet top-down zoals sommige overheden het wel bekijken. Hij geeft hiervoor twee voorbeelden uit de praktijk om zijn standpunt te ondersteunen. De eerste case gaat over responsive straatmeubilair. In deze case zijn smartphones verbonden met de verkeerslichten, waardoor deze ouderen langer de tijd geeft om de straat over te steken. Wanneer er geen oudere mensen de straat oversteken wordt de oversteektijd minder en het verkeer makkelijker te regelen. De tweede case gaat over een ondergrondse tunnel die onder een rivier loopt. Men kan hiermee met de lift naar beneden en aan het weer naar boven, wanneer deze lift niet werkt moest men de trap op en neer beklimmen. Zo kwam Ross met het idee om men via een mobiele app een bericht te sturen die aangaf of de lift wel of niet in werking is. Hij pleit er voor om digitale technieken te gebruiken om problemen van de stadsbewoners op te lossen. Hiervoor moet men eerst de problemen begrijpen. Als tip geeft hij mee; Verzamel niet meer informatie dan nodig, alleen de informatie die nodig is om de bewoners te helpen.

Workshops en demo’s Naast een programma vol cutting-edge presentaties stond ThingsCon ook nadrukkelijk in het teken van verdieping en uitwisseling in gefocuste sessies. Zo worden er diverse, hands-on workshops en inspirerende masterclasses georganiseerd over onder andere crafty robots, creative tech in een corporate omgeving, haptic interactions en mediated touch, IoT engineering, Speculative design en Thingclash (tools waarmee je een helder beeld krijgt over een leefbare IoT toekomst). Daarnaast was er uitgebreide demo-markt waar men zijn eigen Internet of Things Sinterklaas surprise in elkaar kon zetten.

Sinterklaas surprise workshop

63


CO LU M N

MARCEL SCHOUWENAAR: BACK TO BEING INSPIRED BY THE FUTURE?

In 'Back To The Future part 2' reisden Marty Mc. Fly en Doc Brown van 1985 naar 21 oktober 2015. Ter ere van dit fictieve toch heugelijke feit, hadden we dit jaar 'Back to the Future Day'. Waarom dit duo in de film naar 2015 reisden is me ontschoten. Wat interessanter is, is hoe men in 1989 dacht hoe de toekomst eruit zou zien. We hebben nog steeds geen -echte- hoverboards en we moeten ook nog steeds zelf onze veters strikken. Toch hadden ze wel wat dingen correct voorspeld, zoals video conferencing, camera drones en 3D films. De film toonde zelfs mobiel betalen met vingerafdruk, een smartwatch met het weerbericht en videogames die je met gestures speelt. BTTFp2 is geen enorm visionaire film maar het is interessant om te zien hoe men toen opkomende technologieën duidde. Mobiele telefonie, internet en gaming stonden nog in hun kinderschoenen, maar ze zagen al dat het weerbericht op je horloge heel normaal ging worden. En ook dat personal devices – in de film virtual reality brillen – het familiediner een stuk minder gezellig zouden maken. Of de schrijvers 2015 nu goed voorspeld hadden of niet, ze durfden te dromen, verder te denken dan waar de staat van techniek stond. Ik vraag me af: kunnen we nog ­dromen over de toekomst van technologie? Als ontwerper in het veld van emerging technologies ben ik in principe altijd bezig met de vraag: hoe gaat technologie X ons leven veranderen? Wat maakt het mogelijk dat voorheen onmogelijk leek? In principe voorspel je met elk product of dienst die je ontwerpt weer opnieuw de toekomst. Eén van de emerging technologies waar wij ons als design consultancy intensief mee bezighouden is 'The Internet of Things' (IoT). Het IoT principe neemt aan dat fysieke producten met sensoren en connectiviteit op afstand uit te lezen of te besturen zijn. De data die dit produceert kan tot nieuwe inzichten en uiteindelijk efficiëntere en betere producten leiden. Kent u de Nest thermostaat en Philips Hue lampen? Mooi. dan zitten we op dezelfde bladzijde. Al jaren wordt door de grote techgiganten en consultancies voorspeld dat IoT de grootste revolutie gaat worden sinds smartphones, het internet en gesneden brood. Miljarden connected products en biljoenen winst worden voorspeld, want zodra de fysieke wereld beheersbaar en voorspelbaar is zijn de kansen legio. Bij dit soort beloften verbleekt toch het hoverboard? Tijdens het schrijven van deze column vindt de Consumer Electronic Show (CES) in Las Vegas plaats. Net als vorig jaar is het mantra weer: 'connected products' en 'internet of things'. En net als vorig jaar krab ik me achter mijn oor en denk: is dit nou die fantastische toekomst die ons beloofd is? Volgens Wired waren de hoogtepunten polaroid camera's, platenspelers en een slimme k­ oelkast. Verder zien we een slimme BH, connected voerbakjes voor je huisdier en blenders die met je telefoon kan aanzetten. U moet weten, de CES is geen fictie. Voorgenoemde producten zijn echt de producten waarmee startups en multinationals denken de consument voor zich te winnen. 2015 zou het jaar van het Internet of Things worden. Maar als we zelfs in 2016 niet verder komen dan onzinnige gadgets zoals connected floss dispensers, vraag ik me af of we die belofte spoedig inlossen. Er is op technologisch al vlak verschrikkelijk veel mogelijk, blijkbaar is de fantasie van fabrikanten de beperkende factor. Zeuren is gemakkelijk: je moet iets doen! Daarom organiseerden we de dit jaar ThingsCon Amsterdam waarin je in het vorig hoofdstuk alles over kunt lezen. Marcel Schouwenaar is ontwerpen en mede-oprichter van design consultancy The Incredible Machine

64


Creativity ➔

Inleiding

ek: Gen Media Future we

: Co Cross Media Café

: News & Cross Media Café

: Cross Media Café

Spot on: The Bro

fi Ondernemerspro

Nick Meet the Master:

evieve Bell

ming Soon

New Media

Live Events

adcaster el: Prolody Fortugno

ed ands grote invlo rl e d e N l: ij u N te Column Jeroen ia Industrie d e M le a n o ti a rn op de inte


CREATIVITY Bij succesvolle innovatie gaat het niet alleen om de technologie en een goed businessmodel – het design, of de creativiteit van een dienst of product is in toenemende mate de sleutel tot succes. Key daarbij is de focus op de gebruiker. Op welke manier wil hij zijn nieuws geser­ veerd krijgen? Hoe kun je zijn ervaring van een event verrijken? Hoe neem je hem dieper mee in het verhaal? De laatste jaren is het inzicht gegroeid dat succesvolle innovatie niet alleen een kwestie is van de juiste technologie combineren met een goed businessmodel en financiering. Zeker nu de kapitaalintensiviteit afneemt en het steeds eenvoudiger is een mediadienst te starten, uit te proberen en aan te passen. In toenemende mate blijkt creativiteit de basis van onderscheidend concurrerend vermogen te vormen. Het gaat niet om de combinatie, maar de manier waarop je die combinatie op een unieke wijze ontwerpt, inrichten en vormgeeft. En dat je daarin alternatieve oplossingen de loef weet af te steken.

Human Needs Technologie is niet meer de beperkende factor bij het ontwerpen van nieuwe diensten en producten, zeker niet bij een organisatie als Intel. Genevieve Bell, Vice President van Intel en openingsspreker van de Media Future Week, hamert erop dat het veel belangrijker is om de mens centraal te stellen en te kijken naar onze behoeften. De truc is, volgens haar, om over alle dingen die veranderen heen te kijken naar bekommeringen die hetzelfde zijn gebleven. Mensen willen bij een groep horen, vinden vrienden en familie belangrijk, liegen en hebben geheimen. We vinden het belangrijk wat anderen van ons vinden, houden van structuur maar willen zo nu en dan ook verrast worden. Inspelen op deze human needs klinkt logisch en makkelijk, maar als je er langer bij stilstaat zie je dat sommige behoeften ook veranderen door de digitalisering, of dat het juist lastig is door de digitalisering om hier goed op in te spelen. Het verhaal van Genevieve Bell is op de volgende pagina terug te lezen. Een must-read voor iedere ontwerper! De focus op de gebruiker en zijn/haar wensen is een belangrijk kenmerk van onze creatieve industrie. We zien ook steeds vaker dat andere sectoren bij ons een beroep doen op onze creatieve denkkracht om het gedrag van gebruikers te veranderen. UCREATE, het expertisecentrum van de Hogeschool van Utrecht heeft in het SIA-RAAK project Touchpoints een toolkit ontwikkeld die de creatieve industrie inspireert en ondersteunt bij het ontwerpen van producten die aanzetten tot duurzaam en gezond gedrag. Deze toolkit is tot stand gekomen door een nauwe samenwerking met de beroepspraktijk en onderzoekers van universiteiten en hogescholen.

Verrijking van ervaring Maar ook in de mediasector is creativiteit en design natuurlijk erg belangrijk. Tijdens het nazomer Cross Media CafĂŠ, traditioneel in het teken van omroepen die hun nieuwe plannen en projecten presenteren, kwam dit ook uitgebreid aan de orde. Online kun je bijvoorbeeld door slim gebruik te

66


Creativity

maken van social media en digitale toepassingen, het verhaal van een serie of programma een extra laag geven, voor de fans die nog dieper in het verhaal meegezogen willen worden. Een voorbeeld hiervan is de serie Penoza waar via een app extra verhalenlijnen waren te volgen. Op deze manier werd de ervaring van de serie uitgebreid. Ook tijdens het Cross Media Café live events ging het over het uitbreiden van de bezoekerservaring, door innovatieve media en toenemende connectiviteit. Het uiteindelijke doel is dat de loyaliteit van bezoekers toeneemt, en dit biedt weer meer commerciële mogelijkheden. Door het gebruik van iBeacons, Virtual Reality en bezoekers zelf iets laten doen kun je ze de ervaring intrekken. Google Cardboard werd tijdens dit café gepresenteerd toen hij nog redelijk nieuw was. In de loop van het jaar kwamen we dit devices steeds meer tegen. Dat is ook niet zo gek, omdat het een goedkoop en makkelijk device is. Virtual Reality werd toegankelijker gemaakt en verschillende Nederlandse omroepen zagen hun kans om VR naar het grote publiek te brengen. VPRO had een VR-primeur tijdens het MPJC met hun eerste VR-productie. AVRO-TROS organiseerde in hun VondelCS de eerste VR Days en KRO-NCRV maakten eind 2015 het eerste VR-nieuwsitem. Zal VR in 2016 gaan vliegen? Creativiteit bij nieuws klinkt misschien niet als een logische combinatie, maar om nieuws bij een jonge doelgroep over het voetlicht te krijgen is het wel degelijk belangrijk om je te focussen op de gebruiker en creatief na te denken wat voor hem relevant is en op welke manier. NOS experimenteerde in 2015 met succes op Instagram, waar het nieuws in een kort format werd verpakt. Een goede visual en bondige tekst zijn hier van groot belang. Ook VICE richt zich op een jonge doelgroep, maar doet dat vooral door kwalitatief hoogstaande video’s. Zij kijken bijvoorbeeld naar het perspectief van waaruit het nieuws gebracht wordt.

Creativiteit organiseren Hoe organiseer je die creativiteit en focus op de eindgebruiker? Genevieve Bell werd hiervoor juist naar Intel gehaald, om de buitenwereld binnen Intel een gezicht te geven. In dit technologisch georiënteerde bedrijf is het belangrijk een goede mix van mensen aan bord te hebben. Maar eigenlijk geldt dit wel voor alle (media)bedrijven. Zorg voor een gemengd team waar verschillende disciplines elkaar kunnen vinden en met elkaar kunnen praten. Waar je aan de ene kant ziet dat de media-industrie behoefte heeft aan technische datascientists, zie je ook dat er een behoefte is aan mensen die van alle markten thuis zijn. Het schaap met vijf poten, die wat afweet van verschillende technische platforms zodat hij er goede concepten voor kan ontwikkelen. Een schaap dat een verhaal kan vertellen en daarbij de gebruiker centraal stelt. Een schaap dat hands-on is en weet wat er productioneel bij zijn concept komt kijken. Een schaap dat businesskansen signaleert en concreet kan maken. Een schaap die niet in de kudde blijft, maar over onbegane paden gaat!

67


MEDIA FUTURE WEEK GENEVIEVE BELL

Technologie is niet meer de beperkende factor bij innovatie en het ontwerpen van nieuwe diensten en producten, zeker niet bij een organisatie als Intel. Genevieve Bell, Vice President van Intel, hamert erop dat het veel belangrijker is om de mens centraal te stellen en te kijken naar onze behoeften. Wat is de mens voor wezen en hoe gaan we om met technologie?

Een stem geven aan de mensen buiten Intel Genevieve Bell was de openingsspreker van de Media Future Week, een pressure cooker week voor mediastudenten van twaalf hogescholen. Genevieves roots liggen in Australië. Als klein meisje ging ze niet zo veel naar school, verklapt ze aan het begin van haar speech. In plaats daarvan ving ze haar eigen eten en leefde ze samen met Aboriginals. Haar moeder had als lijfspreuk: “If you see a better world, you’re obligated to try to make a better world.”

Technologie helpt de nieuwe wereld creëren Genevieve trad in de voetsporen van haar moeder en werd antropologe. Ze gaf les aan Stanford, tot ze in 1998 een bijzonder aanbod kreeg om voor Intel te gaan werken. In eerste instantie vond Genevieve het niet de moeite waard om hierop in te gaan, tot ze besefte dat ze deze stap moest nemen als ze de wereld écht wilde veranderen. Bij dit technologiebedrijf, dat in het hart zit van de

68


Creativity

technologische veranderingen, had ze de kans om die nieuwe wereld mee te helpen creëren. Nietsvermoedend struikelde ze in de beste baan ter wereld. Vandaag de dag leidt ze bij Intel de afdeling Interaction and Experience Research, waar 120 mensen werken aan nieuwe producten en diensten. Intel onderzoekt hoe nieuwe digitale ervaringen tot stand komen rond de wensen en verlangens van gebruikers. Haar taak is, zoals Genevieve omschrijft, om betekenis te geven aan de wereld buiten Intel. Om de gebruikers van hun techniek een stem te geven en te zorgen dat er gepraat wordt over mensen. Zodat de volgende generatie technologie echt aansluit op de behoeften van mensen.

We willen nog steeds verhalen vertellen en horen Tijdens haar loopbaan bij Intel heeft Genevieve veel tijd besteed aan het maken van nieuwe producten, waarvan sommigen de wereld over zijn gegaan. Ze heeft dertien patenten op haar naam staan. Maar waar ze achter is gekomen, is dat niet innovatie of productontwikkeling het belangrijkste is, maar het vertellen van verhalen over de toekomst. Over de wereld die we willen maken. Dat is eigenlijk wat innovatie is, een verhaal over een mogelijke toekomst. Sommige verhalen over de toekomst zijn al oud. Het idee van een self driving car bijvoorbeeld, is al zeker 60 jaar oud. Een aantal zaken is veranderd, maar het basisidee erachter (minder ongelukken, minder files) is blijven bestaan. Zelfs als je televisieschermen van vroeger en nu vergelijkt blijft er één ding hetzelfde; we zetten de televisie nog steeds aan om verhalen te horen. Technologie verandert aan de lopende band, maar onze behoefte aan het horen van een goed verhaal blijft hetzelfde.

69


5 menselijke behoeften die niet veranderen De truc is dus om over alle dingen die veranderen heen te kijken naar bekommeringen die altijd hetzelfde zijn gebleven. Genevieve herkent tien van die kenmerken. De eerste categorie – zaken die ons menselijk maken – bevat 5 dingen die niet veel veranderen. 1. We need family and friends Het onderhouden van relaties met je vrienden en familie is een stabiele, menselijke behoefte. De manier waarop we deze relaties onderhouden verandert wel. Vroeger zag en sprak je je familie en vrienden vooral face-to-face of over de telefoon. Nu delen we van alles met elkaar via social media. 2. We want to belong to a community We willen graag bij een groep horen die onze waarden en activiteiten deelt. Sportverenigingen, jaarclubs of online community’s: we horen graag bij een groep. Dit is ook een van de redenen waarom Pinterest en Tumblr zo succesvol zijn; ze helpen je bij het vinden van mensen die om dezelfde zaken geven als jij. 3. We want to have meaning in our lives Mensen zoeken naar een doel of betekenis van hun leven. Dit kun je zoeken in een religie, maar je kunt ook denken aan inzet voor democratie of gelijke rechten. Het zijn doelen waar mensen gepassioneerd over zijn en gemotiveerd zijn om iets voor te doen. Technologie kan hier een rol in spelen, bijvoorbeeld om het verhaal te vertellen – denk aan de inzet van social media in de Arabische lente. 4. We use objects to talk about who we are Iedereen gebruikt dingen om zichzelf te uiten. Welke kleding draag je? Heb je een iPhone of Android-toestel? Deze keuze zegt iets over jou. Wat je aandoet, zegt iets over jou. De voorwerpen die we kopen en bij ons dragen, zeggen iets over wie we zijn. 5. We tell lies and keep secrets Hiermee doelt Genevieve niet zozeer op liegen, maar op bepaalde vormen van sociale inter­ actie waarbij je niet per se eerlijk bent. Bijvoorbeeld om het gesprek gaande te houden of omdat je niet iemand wilt kwetsen. “Zo duurde het bijvoorbeeld een hele tijd voordat ik snapte dat Amerikanen niet echt willen weten hoe het met je gaat als ze vragen: how are you?”, geeft Genevieve als voorbeeld. Dit gebeurt ook bij nieuwe technologie. Hoe vaak wordt er niet gelogen bij het aanmaken van een online profiel? Online gaat liegen ons vaak makkelijker af dan bij face-to-face-interactie.

5 menselijke kenmerken die constant in ­verandering zijn Naast deze vijf kenmerken van mensen die volgens Genevieve niet zullen veranderen, is er ook een vijftal ‘menselijke kenmerken’ dat constant in verandering is. Deze zaken hebben altijd al een complexe relatie gehad met technologie en worden steeds opnieuw geformuleerd en overwogen. Het zijn de uitdagingen waar we mee te maken hebben.

70


1. We worry about our reputations Eigenlijk zijn we altijd al bezig met wat andere mensen van ons denken, maar de manier waarop we ermee bezig zijn en de manier waarop we dat uiten verandert voortdurend. In het digitale tijdperk gaat het hierbij om persoonlijke data, online veiligheid en vertrouwen. 2. We need to be bored and want to be surprised Aan de ene kant wil je meer van hetzelfde (dat wat je al kent), totdat het op een zeker moment begint te vervelen en je weer graag verrast wilt worden. Mediamakers weten hier op in te gaan door bijvoorbeeld met een nieuw format te komen.

Het probleem is dat veel services die we nu gebruiken andere media (boeken, films, series) aanraden gebaseerd op algoritmes. Je krijgt dus steeds meer van hetzelfde, omdat je dat eerder hebt gekeken, of gelezen, en je wordt niet meer verrast. Mensen verlangen soms naar iets nieuws, naar serendipiteit, maar hoe breng je dat?

3. We want to be different Mensen hebben de behoefte om anders te zijn dan anderen, gebaseerd op geografische, historische of culturele verschillen. De spanning zit ‘m in het feit dat je in een wereld van globalisatie iedereen kunt bereiken, maar dat services en diensten op verschillende plekken en verschillende tijden anders beleefd worden.

Hoe ga je om met de verschillen tussen mensen, zonder dat je je product in 100 verschillende versies hoeft aan te bieden? Hoe manage je de belofte van techniek om mensen met elkaar te kunnen verbinden en het sterke gevoel van mensen om anders te zijn?

4. We want to feel time Toen mensen begonnen met het gebruiken van klokken veranderde er veel in ons leven. Wanneer moest je werken? Wanneer was het tijd om te slapen? Hoe lang moet je slapen? We gingen leven aan de hand van de klok en sindsdien worden devices op basis van tijd ingesteld.

Vandaag de dag slapen we bijna allemaal met onze smartphone vlak naast ons. Aannames over beschikbaarheid veranderen – we zijn gewend dat alles op elk moment naar ons toekomt. Onze devices functioneren het beste als ze constant ‘connected’ zijn. Mensen, aan de andere kant, functioneren het beste als ze disconnected zijn. Hoe krijgen we dat weer in balans?

71


5. We want to be forgotten Tenslotte: we willen allemaal weleens vergeten worden, of willen onszelf opnieuw uitvinden. We zijn selectief in het onthouden van zaken. In de online wereld wordt echter alles onthouden. Je kunt alles terugvinden, terwijl je sommige dingen juist wil vergeten.

Innovatie & nieuwe producten ontwerpen Al deze tien kenmerken zijn belangrijk als je nieuwe producten of formats wilt ontwerpen. Als je kijkt naar technologieĂŤn die de afgelopen decennia succesvol waren, dan springen ze 9 van de 10 keer in op een van bovenstaande kenmerken. Dus ga je aan de slag met iets nieuws? Dan is het altijd goed om een van de elementen te pakken uit het rijtje van wat ons mensen uniek maakt, en hierop in te spelen. Ingewikkelder is om aan de slag te gaan met de uitdagingen, de veranderende kenmerken uit het tweede rijtje. Maar lukt het je om een product te ontwerpen dat aansluit op een element dat in verandering is, dan heb je iets revolutionairs in handen!

De twee rijtjes kenmerken staan niet los van elkaar De twee rijtjes staan overigens niet los van elkaar. Als je iets ontwerpt rondom privacy, denk er dan aan dat mensen liegen en geheimen bewaren. Als je iets met tijd doet, denk er dan aan dat mensen graag bij community’s horen. We leven in een wereld waarbij technologie steeds ingewikkelder wordt. We moeten hier zorgvuldig mee omgaan en ons niet laten verleiden door technologie waarmee je alles kunt doen. Wij maken de toekomstverhalen en leven ermee. Het gaat niet om de technologie of de digitale wereld, het gaat om ons mensen en waar wij als mensen om geven.

72


Creativity

CROSS MEDIA CAFÉ: COMING SOON

Traditiegetrouw werden de innovatieve projecten en diensten van omroepen en media­ bedrijven gepresenteerd op het Cross Media Café van 4 september op het Media Park in Hilversum. Wethouder Wimar Jaeger opent het café met de plannen van de gemeente Hilversum. “Hilversum heeft de media in haar DNA en wil dat duidelijker zichtbaar maken.” Vorig jaar is daarvoor al de Hilversum Media Campus van start gegaan. De Hilversum Media een samenwerkingsverband van mediabedrijven, kennisinstellingen en overheid. Samen streven deze partijen er naar om aanbod en vraag in de mediasector beter op elkaar af laten sluiten onder meer met opleidingen en masterclasses. Jaeger stelt dat de media in Hilversum ook beter voelbaar en zichtbaar gaan worden. In de stad werden rond de jaarwisseling grote schermen opgehangen waar een stadredactie 24/7 verslag doet van evenementen en alles wat in de media achter de schermen gebeurt. Tot slot wil de gemeente stad en mediapark beter op elkaar laten aansluiten. Om dit te stimuleren komt er een Walk of Fame met beeld, geluid en bekende rekwisieten, zoals de wagen van Pipo.

Wethouder Wimar Jaeger

73


Michiel Veenstra met Soundtrack van je leven

Michiel Veenstra (3FM)

3FM bestaat 50 jaar. Vanzelfsprekend ging dat niet onopgemerkt voorbij. Er komt een boek, een TV-special, een tentoonstelling in Beeld en Geluid en een special met (oud-)DJ’s op het eiland Pampus. Eén van de initiatieven is ook de ‘Soundtrack van je Leven’. Michiel Veenstra bedacht het concept als spin-off van zijn radioprogramma ‘Met Michiel’ van 10 tot 12 uur. Tijdens ‘Met Michiel’ vragen luisteraars liedjes aan en vertellen daar hun verhaal bij: over hun eerste liefde of over die geweldige vakantie. Dit inspireerde tot de ‘Soundtrack van je Leven’. Een app waar luisteraars enkele persoonlijke vragen beantwoorden, waaronder geslacht, leeftijd, geboorteplaats en memorabele levensgebeurtenissen. Op basis van deze gegevens wordt een gepersonaliseerde animatie gemaakt met muziek. “We gebruiken passende nummers die in de betreffende maand op nummer één stonden. Dat is dan weliswaar niet hét liedje maar de muziek brengt wel de herinneringen aan die tijd naar boven.” Voor het samenstellen van de animatie wordt gebruik gemaakt van Google Streetview voor de achtergrond en een 3FM database met liedjes. De ‘Soundtrack van je Leven’ kan ook worden aangepast, bijvoorbeeld voor events. De app is ontwikkeld in samenwerking met Angry Bytes en Forest Poker.

Lara Ankersmit over NOS Lab en de Tour site Waar is de NOS mee bezig? Lara Ankersmit, hoofd NOS Digitale Media, geeft een update. NOS ­experimenteert veel. Denk aan NOS op Instagram, berichten op de smart watch en Prinsjesdag bijwonen met de Oculus rift. Ankersmit krijgt vaak verbaasde reacties als mensen horen over de vele media-experimenten. Om deze projecten een duidelijker label te geven is NOS Lab opgericht. Projecten die onder NOS Lab vallen zijn nadrukkelijk bedoeld om van te leren, voordat ze eventueel worden toegepast in bestaande media. Nieuw is een online programma van NOS op 3 dat zich richt op de millennials, de groep waarvoor reguliere televisie minder belangrijk wordt. NOS maakt online verhalen over relevante onderwerpen. Het eerste online verhaal wat ze publiceerde heette ‘De DNA van MDMA’. Nieuw is ook het experiment met livestreaming met behulp van de Ubideo-app. NOS werkt graag samen met start-ups die een platform of project zoeken. Tijdens de start van de Tour de France konden toeschouwers zelf opnames maken van renners of activiteiten om hen heen. Vervolgens konden ze live streamen via Ubideo. Via het Ubideo regiepaneel kon NOS selecties maken en vertonen via NOS.nl. Met de livestreaming wil NOS eventueel de eigen beelden gaan verrijken. Op de vraag van Monique van Dusseldorp naar de resultaten vertelt Lara dat de beeldkwaliteit van alle streams goed was, maar dat het systeem nog wel enige technische hiccups had, waardoor slechts weinigen de beelden hebben kunnen zien. De volgende stap is om die hiccups goed te krijgen.

74


Creativity

U P DAT E

Lara Ankersmit is sinds 2001 hoofd Digitale media bij de NOS en ze is vaker te gast geweest bij iMMovator evenementen. Zo was Lara op 22 oktober 2015 te gast bij de allereerste aflevering van de Media Park Update, een door iMMovator georganiseerde wekelijkse talkshow. Hier ging Lara dieper in op wat de NOS doet op het gebied van apps, diensten voor jongeren, live streaming en meer. In hoofdstuk 6 is het verslag van deze sessie ­terug te vinden.

Lara Ankersmit (NOS)

Herbert ten Have over Viedit, platform voor freelance movie makers Veel mensen maken filmpjes van een feest en van een vakantie, maar dan? Op Viedit kunnen bedrijven tegen lage kosten kleine films laten editen. Hiervoor werkt Viedit met editors over de hele wereld. Viedit werkt, zoals veel websites, voor freelancers. Opdrachtgevers kunnen hun idee posten en editors kunnen daarop inschrijven met een plan van aanpak en een prijsopgave. Met de ‘Hire Me-knop’ kan het contact direct worden gelegd. Herbert ten Have stelt dat het voor mensen buiten de media-industrie moeilijk is om aan te geven wat voor soort film ze precies zoeken, qua beeld, snijden en snelheid. Op Viedit zijn daarom ook portfolio’s van alle aangesloten editors te vinden. Bevalt een stijl, dan is ook in het portfolio een ‘Hire Me-knop’ te vinden. Viedit is ontdekt door de reiswereld die het platform wil gebruiken om user generatedcontent te genereren. Herbert: “Gewone reviews worden steeds ongeloofwaardiger.” Een filmpje gemaakt door iemand die op een plek is geweest, is veel waardevoller. Om mensen te stimuleren om hun vakantiefilms te laten editen, krijgen ze een voucher aangeboden. Herbert ten Have (Viedit) Als ze van de voucher gebruik maken en het filmpje ter beschikking stellen aan de reisorganisatie krijgen ze de voucher cadeau. Anders betalen ze enkele tientjes. “Aan de filmpjes kunnen metadata worden toegevoegd waardoor ze online waarde krijgen.”

75


Maarten van Oeveren over de nieuwe initiatieven van Viacom Jongeren kijken steeds minder lineair, ook Viacom International Media Networks (VIMN) merkt het. Het mediabedrijf achter Comedy Central, MTV en Nickelodeon haalt een belangrijk deel van zijn omzet uit de verkoop van content en advertentie-inkomsten en wil relevant blijven voor hun partners. Daarom levert Viacom nieuwe kanalen voor doelgroepen die nog wél graag lineair kijken. Het eerste kanaal is Spike, een ‘on-demand zender met een ‘linear window’ op de zenderpositie van Nickelodeon. Gericht op een iets oudere, mannelijke doelgroep die op zoek is naar ‘avontuur, actie en cutting edge entertainment’. Spike werd gelanceerd op 1 oktober 2015.

Maarten van Oeveren (Viacom)

Een tweede nieuwe initiatief is My Nick jr., een educatief kanaal voor kleine kinderen waarvan de content kan worden aangepast per kind door het onderwerp en het niveau te selecteren. Tot slot is er de Nickolodeon-app, die is ontworpen vanuit het gegeven dat kinderen niet auto­matisch de televisie nemen als startpunt voor het consumeren van content en een korte spanningsboog hebben. De app biedt een grabbelton aan korte filmpjes, spelletjes en triggers, en is de ingang naar langere content. De app is tot een bepaald niveau gratis te gebruiken, maar is ver­volgens betaald. Via de app kan ook content gepusht worden. Viacom staat nog open voor samen­werkingspartners.

Mark Achterberg over de plannen van het ­Mediapark Mark Achterberg, directeur Media Park Beheer, vertelde over zijn plannen. Voorop staat dat Media Park een prettige omgeving moet zijn voor medewerkers, bedrijven en bezoekers. Het idee is om beter zichtbaar te maken wat er op het Media Park gebeurt. De bedrijven op het park weten nu vaak niet van elkaar wat ze doen. In dat streven past het nieuwe paviljoen, de Switch, dat een podium biedt voor nieuwe initiatieven en productpresentaties. Het Mediapark had ook een wedstrijd uitgeschreven voor startups die zichzelf een goede toevoeging voor het Mediapark vinden. De genomineerden waren: MobySocialTV met PaasTV, een platform om op eenvoudige wijze second screen apps in de cloud te maken. Prolody met DJ plugins, muzieksoftware waarmee een fan de klank van een bekende dj kan imiteren en The Broadcaster met Me You Press, een combinatie van (hyperlokale) journalistiek, user generated content en burgerparticipatie. De prijzen bestaan uit een jaar lang gratis huisvesting op het Media Park en bij Beeld en Geluid plus coaching. Na het Cross Media Café werden de winnaars bekend gemaakt.

Mark Achterberg (Media Park Beheer)

76


Creativity

KPN over de nieuwe Play app Kjeld Beijer, Manager interactieve TV KPN, vertelt over de Play app. Met Play kan Nederland op een nieuwe, persoonlijke manier content bekijken via één app. KPN reageert met de app op de tendens dat jongeren anders televisie willen consumeren: tvkijken op de tablet neemt toe, lineair kijken daalt. Play is een OTT-app. Op Play kunnen mensen live televisie en on demand kijken, waar ze ook zijn en ongeacht de provider van het WiFi of het 4G-netwerk. De app werkt met persoonlijke voorkeuren en aanbevelingen. Door middel van Chromecast kan de content ook op het televisiescherm worden bekeken. Beijer: “Jongeren hoeven geen triple pay-abonnement meer. Play werkt met losse abonnementen.” De app was tijdens het Cross Media Café nog in betaversie. Een betagroep van enkele honderden testers probeerden de app uit. Kjeld Beijer (KPN)

U P DAT E

Begin november lanceerde KPN de nieuwe app Play. Kjeld Beijer was te gast bij de Media Park Update, een door iMMovator georganiseerde wekelijkse talkshow. Hier vertelde hij meer over de diensten die KPN Play aanbiedt, en hoe ze de televisie markt willen veroveren. Het verslag van deze sessie is terug te vinden in hoofdstuk 6 van dit trendboek.

Beeld en Geluid en de VR-app Kelly Mostert, projectmanager Beeld en Geluid, vertelde over de Virtual Reality-app die Beeld en Geluid heeft ontwikkeld ter gelegenheid van het Jaar van de Mijnen. De app combineert videomateriaal van DSM en het Polygoon journaal om de ervaring van de mijnen over te brengen. Er komen steeds meer VRdevices op de markt. Beeld en Geluid wil met de VR-app op deze trend inhaken en onderzoeken op welke wijze ook archiefmateriaal geïntegreerd kan worden. De VR-app over de mijnen is een pilot in samenwerking met DSM en Virtual Dutchman. Met de app kunnen mensen een virtuele tour door de mijnen te maken, waarbij op de muren polygoonbeelden zijn geprojecteerd. In de app is ook een achtbaanrit opgenomen. Eind september was de VR-app werkend. De app kan ook door andere culturele instellingen worden gebruikt.

Kelly Mostert (Beeld en Geluid)

77


NTR introduceert Sprekend ­Nederland Sander Nieuwenhuijsen, NTR redacteur Wetenschap en Dirk de Bekker, programmamaker NTR presenteren ‘Sprekend Nederland’, een cross-over tussen wetenschap en media. Via een app worden mensen door heel Nederland uitgenodigd om zinnen in te spreken. Anderen worden uitgenodigd om het gesprokene te beoordelen, waardoor vooroordelen over accenten aan het licht komen. Wetenschappers kunnen zo alle accenten in Nederland vastleggen en krijgen een schat aan informatie over de stereotyperingen die daarbij horen. Nieuwenhuijsen en De Bekker wijzen erop dat Sprekend Nederland bijzonder is omdat de app geen spin-off is van een programma. De app is de basis en levert conDirk de Bekker en Sander Nieuwenhuijsen (NTR) tent die in social media en in een live show gebruikt gaan worden. Sprekend Nederland wil ook met spreekhokken op festivals staan. De resultaten van Sprekend Nederland zijn voorjaar 2016 bekend.

U P DAT E

SPREKEND NEDERLAND Inmiddels loopt de app een maand en zijn er meer dan 5000 deelnemers en al bijna 100.000 spraakopnamen. Maar dat is niet genoeg: de onderzoekers achter Sprekend Nederland willen minstens 100.000 deelnemers hebben, voordat ze in het voorjaar met de eerste resultaten komen. Deze resultaten worden waarschijnlijk getoond in een liveshow op NPO-1, waarin gezocht wordt naar het 'mooiste accent van Nederland'. Eind januari 2016 wordt een hernieuwde versie van de app gelanceerd, die nog beter werkt en ook leuker is voor de gebruiker om te spelen. De makers blijven bezig met het verbeteren van de app, omdat ze iets hebben willen bouwen dat duurzaam is. De app loopt tenminste een jaar, en het kan zomaar zijn dat ze in de toekomst het accent-onderzoek gaan uitbreiden, of er een nieuw onderzoek wordt gelanceerd waarbij ze de basis van deze app gebruiken. Bovendien is het interessant om te zien wat buitenlandse tv-stations met dit concept kunnen. Nederland is immers niet het enige land met een grote variatie aan accenten en bijbehorende vooroordelen.

KRO-NCRV over innovaties en ervaringen Elsa Gorter, Hoofd digitaal en innovatie KRO-NCRV, vertelde over de ervaringen met de transmediale dramaserie 4JIM, over de transmediale plannen met Penoza en over het vernieuwde online concept van Spoorloos. KRO-NCRV experimenteert met transmediale dramaseries. 4Jim werd afgelopen zomer uitgezonden, een serie van zes weken die zich op festivals afspeelde rond het karakter Jim. Er was geen script. De verhaallijnen waren uitgeschreven, maar de karakters kregen wat aanwijzingen en acteerden spontaan. Bij de serie hoorde een app waarmee Jim de hulp van de kijker

78


Creativity

kon inroepen. Gorter betreurt het dat de serie niet helemaal uit de verf kwam. Kijkcijfers waren laag en de app was niet het succes waar de omroep op had gehoopt. Het totaalconcept van 4Jim bestond uit: een scripted reality serie die dichtbij de actualiteiten stond, user generated content via een app, vlogs op YouTube en shortform content via social media. Lessons learned? Gorter: transmediale projecten hebben behoefte aan een transmediale regisseur voor de relatie tussen actie en participatie. Een volgende keer zal Gorter ook zeker weer gebruik gaan maken van shortform content voor social media en Whatsapp en user generated content: “Jongeren vonden het supertof dat ze konden bijdragen aan de serie.” Wat de jongeren niet konden waarderen was dat ze moeilijk onderscheid konden maken tussen fictie en non-fictie. Gorter: “Dat vonden wij nu juist zo leuk.”

Elsa Gorter (KRO-NCRV)

Ook het populaire Penoza gaat transmediaal. De serie krijgt extra verhaallijnen die te volgen zijn via een app. Er wordt gebruik gemaakt van verschillende contentvormen, waaronder videoconfessions, telefoongesprekken, blog, boek, en een hoorspel. Via de app kunnen kijkers meedoen met opdrachten. Indien goed uitgevoerd, mogen ze een aflevering vooruitkijken. Via een chatmodule kunnen deelnemers onderling overleggen. De verhaallijnen zijn ook op de website te volgen in een andere vorm. KRO-NCRV zocht ook voor Spoorloos een online strategie, maar dat blijkt moeilijker. Online aanbod bleek de bezoekers niet te binden. Bezoekersaantallen daalden al snel. Op dit moment onderzoekt de omroep aan welke extra informatie de kijker behoefte heeft. Op basis van de uitkomsten wordt een nieuw concept gemaakt. Gorter zette ook een jonge startup-redactie tussen de bestaande redactieleden, wat voor een nieuwe dynamiek zorgt.

Jeroen te Nuijl over Broadcast Magazine Hoofdredacteur Jeroen te Nuijl van Broadcast Magazine presenteerde het nieuwe nummer met een special over 50 jaar STER. Broadcast Magazine bestaat zelf al 25 jaar. Het platform biedt naast het magazine ook netwerkbijeenkomsten, zoals de kwartaalsessies van Broadcast Media Society en events als de jaarlijkse International Media Top Convention die op 7 maart 2016 plaatsvindt. Nieuw is dat Broadcast Magazine voortaan ook op tablet verschijnt. Niet als een PDF, maar als een interactief magazine te bedienen via het touchscreen.

Jeroen te Nuijl (Broadcast Magazine)

79


CROSS MEDIA CAFÉ: NEWS & NEW MEDIA

We worden overspoeld met nieuws en data. Er zijn ook steeds meer data beschikbaar over de nieuwsgebruikers en steeds meer kanalen om ze te bereiken of te triggeren. Hoe ga je daar als nieuwsorganisatie mee om en hoe bereik je je doelgroepen? Dit was het onderwerp van het Cross Media Café op 31 maart 2015 georganiseerd door iMMovator op het Media Park in Hilversum.

GfK: Nu.nl populairste nieuwssite, mobiel meest gebruikte device Marion Appel, Director Media Research, GfK, geeft inzicht in de nieuwsconsumptie aan de hand van het GfK Digital Audience Measurement (DAM) bereikonderzoek. Wie, wat en waar is de digitale nieuwsconsument? Allereerst weer de bevestiging dat de mobiele consumptie toeneemt. In december 2014 beschikten 7,9 miljoen Nederlanders over een tablet en hadden 10 miljoen mensen een smartphone. Appel: “PC wordt steeds minder belangrijk voor digitale nieuwsvoorziening. Nieuwsconsumptie gebeurt mobiel.” Het DAM-onderzoek meet bereik. “We kijken wat mensen doen. Drie miljoen tweets naar aanleiding van een gebeurtenis Marion Appel (GfK)

80


Creativity

lijkt bijvoorbeeld veel, maar het getal is relatief als blijkt die tweets verzonden zijn door 200.000 mensen.” GfK meet onder meer het gemiddeld maandbereik van websites. Google voert de lijst aan met een gemiddeld bereik van 83% onder digitale gebruikers ouder dan 13 jaar. Facebook volgt met 77,4%. Wat zijn de populairste nieuwssites? De grootste is Nu.nl met een gemiddeld maandbereik van 29,9%. Gevolgd door NOS (23,7%), Twitter (19,6%), Telegraaf (18,3%) en AD (17,1%).

NOS experimenteert met nieuwe nieuwsplatformen voor jongeren De afdeling Nieuwe Media van de NOS experimenteert voortdurend met nieuwe platforms en nieuwe vormen van nieuwsvoorziening. Lara Ankersmit, Hoofd Nieuwe Media: “De NOS is er voor iedereen, maar dan moet je wel iedereen kunnen bereiken. We onderzoeken welke doelgroep via de nieuwe kanalen te vinden zijn.” In dit kader doet de NOS onderzoek naar de nieuwsbehoefte van jongeren. De aanname dat jongeren alleen maar kort nieuws waarderen werd in het onderzoek van tafel geveegd. Jongeren willen wel degelijk goed op de hoogte blijven van ontwikkelingen, zich een mening vormen over wat er in de wereld gebeurt en getuige zijn of deelnemen aan nieuwswaardige Lara Ankersmit (NOS) gebeurtenissen, zoals sportevenementen of persconferenties. Maar hoe bereik je ze en in welke vorm giet je het nieuws? Vandaar een experiment op Instagram, toenemend populair onder jongeren. NOS publiceert 15 seconden filmpjes met een voice-over en onscreen text, zodat de filmpjes ook zonder geluid te consumeren zijn. “We hebben nu 9.000 volgers en gemiddeld 300 likes per post. Het is nog een pilot. We moeten kijken of het gaat werken.” Voor wie snel nieuws wil checken” maakte de NOS een digitale nieuwswall op nos.nl. “Dit sluit aan met wat we met NOS op 3 voor ogen hebben: bijblijven. Een kort overzicht van het nieuws dat je gezien moet hebben om te weten waar iedereen het over heeft.” Het NOS Jeugdjournaal bestaat al 35 jaar voor kinderen van 8 tot 12 jaar. De NOS heeft nu ook een app om het jeugdnieuws op een andere manier te verpakken. Kinderen kunnen foto’s opsturen, meedoen met de stelling van de dag en met hartjes nieuwsberichten favoriet maken. “Met de app bereiken we weer andere kinderen, dan via televisie.” De app (alleen Android) is genomineerd voor de Kinder Media Awards 2015

Nu.nl: relevantie is key Met maandelijks ruim 5,5 miljoen unieke bezoekers en een miljard pageviews is Nu.nl Nederlands grootste nieuwsplatform. 75% van de pageviews vindt plaats op mobiele devices en dagelijks worden de Nu.nl-apps door 1,5 miljoen Nederlanders gebruikt. Joost Bon, uitgever van Nu.nl, weet waarom. “Nieuws is emotie, emotie betekent impact, en hoe dichterbij het nieuws komt, hoe meer impact. Vlak na de vliegtuigcrash in de Franse Alpen waren er 450.000 gebruikers tegelijk op de Nu.nl-app.” Bon vertelt dat Nu.nl een live-blog bijhield van de ontwikkelingen rond de ramp en de lezers uitnodigde om vragen te stellen. “We kregen 1.000 vragen.” Nu.nl had een dergelijk vragenvuur niet verwacht en kon daardoor minder snel en minder persoonlijk reageren op elke vraag, dan gewild. Maar het geeft volgens Bon wel aan hoe betrokken mensen zijn bij nieuws dat hen raakt, dat relevant voor hen is.

81


Bij Nu.nl is dan ook de allerbelangrijkste vraag: “Hoe zorgen we dat onze app voor iedereen op elke dag elk moment relevant is.” Nu.nl is begonnen met de app af te stemmen op de regio van ontvangst. Getriggerd door het GPS-signaal krijgen mensen in Groningen naast landelijk nieuws ook een regionale update. Nu.nl biedt ondertussen al streeknieuws in negen regio’s in Nederland, waaronder Twente in samenwerking met dagblad Tubantia. Het voornaamste verdienmodel van Nu.nl is nog steeds advertising, waaronder branded content. Voor 15.000 euro kunnen adverteerders een boodschap in een ­artikel verpakken en in de nieuwstijdlijn laten plaatsen. “Voorwaarde is relevantie. Dus een haakje naar een actualiteit of een echt nieuwsfeit.” Gepersonaliseerd nieuws biedt Nu.nl niet. “Op een desktop gebruiken we cookies, maar mobiel weten we niets van de gebruikers. Alleen dát ze kijken en vanaf welke locatie. Regionaal nieuws is een eerste stap in het bieden van meer relevant nieuws.”

Joost Bon (Nu.nl)

Vice goes Dutch Vice News is in Nederland niet breed bekend. Vice begon 20 jaar geleden als een gratis tijdschrift in Canada, maar is inmiddels uitgegroeid tot een wereldwijd online platform gericht op video op de millennials, jongeren tussen 18-34 jaar. Opbrengsten uit het Vice-magazine maakt nog maar 2% van hun omzet uit. Vice News heeft online redacties in 38 landen en trekt in Nederland inmiddels al 2,4 miljoen unieke bezoekers per maand. Op het kantoor in Amsterdam werken 70 mensen. Sjoerd Raaijmakers, uitgever uitgever Vice Media: “De traditionele media kunnen de millennials niet meer bereiken.” Kenmerkend voor Vice is de manier van reportages maken. “Waar traditionele media een man op een dak in New York zetten om te berichten over rellen in het Midden-Oosten, hebben wij een reporter ter plekke.” Vice News maakte een spraakmakende reportage van 40 minuten over ISIS van binnenuit. De kracht van Vice zijn de vele lokale redacties die samen content maken die voor mensen over de hele wereld interessant zijn. Vice News wil nu ook een Nederlandse redactie toevoegen.

Sjoerd Raaijmakers (Vice)

“Relevant nieuws vanuit Nederland is bijvoorbeeld ons drugsbeleid of de nasleep van de crash van de MH17.” Vice wil de omzet in Nederland verhogen van 11,8 naar 16,5 miljoen euro. Vice.com is de kapstok voor een groot aantal online channels en standalone sites, van nieuws tot special interest. “1 procent van alle YouTubekijktijd wordt besteed aan Vice-content.” Distributie van videocontent gaat niet alleen online. In juni komt Vice met een eerste speelfilm, content wordt ook gebruikt door televisiestations en verleden jaar won Vice een Emmy met de nieuwsshow VICE op HBO. Twee weken geleden tekenden ze een vierjarig contract met HBO voor een nieuwe reeks.

De verdiensten van Vice komen uit de verkopen van advertentieruimte en branded content. De redacties helpen adverteerders om hun verhalen te vertellen. Vice verkoopt ook data en kennis van de doelgroep. Het bestaansrecht van Vice? “Wij brengen verhalen die traditionele media laten liggen, maar die jonge mensen wel graag willen horen. En wij brengen die verhalen op een manier zoals wij die graag willen horen. Onze redacteuren behoren zelf tot de doelgroep.”

82


Innovatieve journalistieke projecten in The Challenge Het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek organiseert jaarlijks The Challenge. Tien masterclasses waarmee laatste­ jaarsstudenten en net afgestudeerden de kans krijgen vernieuwende journalistieke ideeën om te zetten in een concreet plan en meer te leren over journalistiek ondernemen. Mir Wermuth, vice-voorzitter van het bestuur van het ­stimuleringsfonds: “Het Stimulerings­fonds voor de Journali­ stiek (vroeger Bedrijfs­fonds Pers) bewaakt de pluriformiteit en Mir Wermuth (Stimuleringsfonds, iMMovator) kwaliteit van de Nederlandse journalistiek. We kijken wat in Nederland nodig is om een goede journalistieke functie te behouden.” Daarvoor beschikt het fonds over een aantal instrumenten, waaronder de persinnovatie­regeling.

Aankomend journalisten kunnen in aanmerking komen voor een subsidie via The Challenge. De drie winnaars presenteerden hun ideeën tijdens het Cross Media Café.

Page Facts zoekt journalisten die helpen research tool te optimaliseren “Redacties zijn veel tijd kwijt met het verifiëren van hun bronnen”, vertelt Challenge-winnaar Luke Ex. Page Facts maakt betrouwbaarheid van online bronnen in een oogopslag zichtbaar naast de zoekresultaten. Page Facts hanteert daarbij de methodes die journalisten zelf gebruiken en vond een manier om die te automatiseren. De studenten willen Page Facts verder optimaliseren door in gesprek te gaan met journalisten.

Root content zoekt redactie die nieuwe informatietool voor televisie willen testen Root Content wil extra content aanbieden aan televisiekijkers. Challenge-winnaar Stefan Heijdra: “Veel content die een tv-item verdiept, blijft liggen op televisieredacties, terwijl die informatie wel degelijk relevant is voor de kijker.” Root Content biedt redacties de mogelijkheid om die achtergrondinformatie aan te bieden op het televisiescherm via alerts of achteraf in de vorm van een mozaïek in plaats van de aftiteling. Zo voorkomt een zender dat hij kijkers verliest aan mobiel of dat aandacht wordt verdeeld over de twee media. Volgens Westerhof een manier om jongeren beter te binden.

Journee zoekt onderzoeksjournalisten die open staan voor een experiment Challenge-winnaar Wouter Vroege: “Er is een discrepantie tussen belangstelling voor onderwerpen en het belang ervan. Denk aan Joris Luyendijk met zijn berichtgeving over de financiële wereld.” Journee wil een platform creëren voor onderzoeksjournalistiek. Een mogelijkheid om via crowdfunding een journalist de kans te geven om onderwerpen uit te werken die van belang zijn. Via Journee kunnen belangstellenden de journalist via multimediale rapportages in dagboekvorm volgen. Mensen krijgen zo een relatie met de journalist en raken bij hem en zijn onderwerp betrokk Nieuwe technologie maakt ruimte voor nieuwe business modellen. Na de pauze vertelden vijf ondernemers over hun projecten en producten tijdens het Cross Media Café: TNO over News Genius, KRO/AVRO over innovatieproject Backstage, Local Focus over online datavisualisaties, Crowdynews over nieuw gebruik van social content en Flitsmeister over slim gebruik van data.

83


TNO: regisseer je eigen nieuwsuitzending met News Genius De videoconsumptie groeit. Er is veel aanbod en weinig tijd. Met subsidie van het Stimuleringsfonds van de Journalistiek onderzoekt RTL samen met TNO naar de mogelijkheid om nieuws te personaliseren met News Genius. Paul Valk, business development manager TNO: “Met de News Geniusapp kunnen we een persoonlijke nieuwsuitzending creëren op basis van het materiaal van RTLnieuws. De kijker kan zelf voorkeuren aangeven en de gewenste kijktijd.” De app is nu in demofase. Vooral de user interface vergt creativiteit. Want wil de News Genius lekker werken, dan moet je je voorkeuren kunnen aangeven, kunnen skippen, wegswipen en delen. Wat zijn de lessons learned tot nu toe? Valk noemt dat sommige gebruikers nog meer controle wensen over wat ze te zien krijgen. News Genius stelt ook hogere technische eisen aan nieuwsitems. De items moeten voorzien worden van goede metadata en eenvoudig opknipbaar zijn. Ook een goede user interface is cruciaal. Daarnaast vereist News Genius een nieuwe manier van werken binnen de nieuwsredacties. Belangrijk onderdeel van News Genius vormt de recommandatietechnologie. Valk stelt dat deze nog in de kinderschoenen staat, maar veelbelovend is. “Het kan waardevolle kansen bieden voor differentiatie en personalisering van nieuws.” News Genius is vooralsnog exclusief voor RTL. Paul Valk (TNO)

KRO-NCRV biedt roadmap journalistieke vernieuwing Niet het televisieprogramma maar het verhaal zou centraal moeten staan in televisiejournalistiek vindt Wilko van Iperen, hoofd van de afdeling Digitaal & Innovatie KRO-NCRV. Hij vertelt over innovatieprojecten bij de publieke omroep, zoals, de roadmap journalistieke vernieuwing van KRO-NCRV. “Televisie is een afgeleide van een crossmediaal concept.” En dat crossmediale concept begint met een probleemstelling die uiteindelijk leidt tot diverse mediauitingen, tot interactie met publiek en tot een hoofdpublicatie op televisie, waarna de lijn weer doorgaat met misschien een nieuwe probleemstelling of interactiemomenten.” Van Iperen werkt ook mee aan het Backstage-project dat de innovatie binnen de publieke omroep bevordert door kleinschalige projecten te lanceren. De eerste is NPO Journalistiek, een project dat hergebruik van journalistiek materiaal wil bevorderen. Bijvoorbeeld via NPOjournalistiek.nl, waar interessante stukjes uit langere nieuwsitems vindbaar zijn en nieuws Wilko van Iperen (KRO-NCRV)

84


Creativity

duiding krijgt in dossiers. Het materiaal kan ook worden aangeboden als open data voor hergebruik buiten de omroep. Het is de bedoeling om via een online hackaton tien projecten geselecteerd worden. Deze kunnen gaan experimenteren met de toepassing van het materiaal in hun eigen omgeving. De fragmenten zijn (binnen kaders) vrij van rechten. Het tweede project is Perspectief dat met nieuws een jongere doelgroep op een andere manier wil bereiken. De Perspectief-app zet meningen over actualiteiten in perspectief. De opinie van betrokkenen of deskundigen wordt aan een bericht toegevoegd. De app-gebruiker kan alle meningen bekijken, aangeven welke mening hij deelt en zien hoe de andere meningen scoren. Van Iperen: “Een soort Standpunt.nl, een Tinder voor opinies. We wilden een keer iets maken dat los staat van televisie.” Het derde project is Dynamic social content distribution. Als een televisiefragment trending topic op Twitter is, willen mensen direct zien waar het over gaat. Via Twitter moet de gebruiker het televisiefragment direct kunnen vinden en delen. Dit project doet de NPO in samenwerking met Video Dock.

Persgroep biedt online experience die je ‘uit’ kan lezen. Wat zijn de ontwikkelingen bij De Persgroep? Monique van Dusseldorp vraagt het aan Jeroen Verkroost, Chief digital officer bij De Persgroep. Hij is verantwoordelijk voor het digitale domein van De Volkskrant, AD, Parool en Trouw. Het meest actuele nieuws is de overname van de Wegener titels. Verkroost: “De Persgroep wil relevanter worden voor de doelgroep en de primaire interface zijn voor nieuwsvoorziening. Dankzij de overname van de regionale titels van Wegener maken we het nieuws dichterbij en dus relevanter.” Vroeger was de krant de enige brenger van nieuws. Verkroost stelt dat nieuwsinterface die rol heeft overgenomen. Hij noemt het voorbeeld van Facebook die grote Amerikaanse uitgevers heeft aangeboden om hun nieuws te publiceren via het Facebookplatform. De uitgevers zouden volgens hem daarmee hun lezers aan Facebook verliezen. Wat is het bestaansrecht van een krant, ook digitaal? Verkroost stelt dat oplages van De Telegraaf de afgelopen twee jaar groeiden en dat het publiek ook verjongt. Trouw trekt bijvoorbeeld een jonger publiek. Een derde van de lezers doet dat digitaal. Hij stelt dat de krant een belangrijk voordeel heeft boven alle andere online nieuwsbronnen: ‘Een krant heb je op een gegeven moment uit. Websites en nieuwssites heb je nooit uit.’ Jeroen Verkroost (De Persgroep)

Local Focus maakt nieuwsdata visualiseren makkelijk Verhalen onderbouwen met cijfers in aantrekkelijke graphics. Voor de kleinere nieuwsmedia vaak een onhaalbare kaart. Local Focus biedt een dataplatform, dat redacties kunnen gebruiken om snel een aantrekkelijke infographic of een tabel in huisstijl te maken. Jelle Kamsma is oprichter en eigenaar van Local Focus. Twee jaar geleden was hij winnaar van The Challenge van het Stimuleringsfonds van de Journalistiek. Nieuwsredacties kunnen via het Local Focus-platform hun eigen datasets visualiseren, maar ook gebruik maken van het dataplatform van Local Focus. Ook doet het bedrijf

85


eigen research die redacties als bron voor hun eigen nieuwsberichten kunnen gebruiken. Zoals een onderzoek naar de zogenaamde windhappers: de mensen die geen belasting betalen, maar wel een dure auto en een duur huis hebben. De data van Local Focus kunnen per locatie worden aangepast. Klanten zijn landelijke media (voor visualisaties van hun eigen data), lokale nieuwsredacties (voor nieuws) en ook nieuwswebsites als Nu.nl en onderzoeksbureaus. Kosten voor een abonnement: 400 tot 800 euro. Local Focus oriënteert zich ook in het buitenland, te beginnen met België.

Jelle Kamsma (Local Focus)

Crowdynews verrijkt redactie met social content Het Groningse Crowdynews biedt technologie waarmee relevante social media berichten kunnen worden toegevoegd aan redactionele content. Bijvoorbeeld via een widget naast het bericht. Crowdynews startte in 2010 in de USA met het leveren van Engelstalige feeds aan mediabedrijven. Nu is het bedrijf live op alle continenten in 25 talen en heeft het 75 werknemers, waarvan 25 in het buitenland. De kracht van de Crowdynews-applicatie is het vermogen om relevante koppelingen te maken. Hiervoor wordt de redactionele content gescand op de belangrijkste keywords. Jeroen Zanen, CEO Crowdynews.: “We doen momenteel een miljard pageviews per maand. Onze ambitie is vier á vijf pageviews.” Het bedrijf begon vier jaar geleden met Twitterberichten, maar koppelt nu ook Facebook, YouTube, Vimeo, Instagram en berichten uit populaire lokale social networks. Zanen gelooft niet meer in algemene homepages. Hij stelt dat artikelpagina’s de homepages van de toekomst worden. Door feeds van alle social media te koppelen aan het bericht hoeft de gebruiker niet van platform te wisselen om berichten over het onderwerp te verzamelen. Hij geeft een voorbeeld van de verkiezingen in het Verenigd Koninkrijk, waar op een mozaïekpagina alle social media content van politieke partijen en trending topics zichtbaar waren. Samen met De Persgroep doet Crowdynews ook een experiment om hyperlokale nieuwsvoorziening op een betaalbare manier mogelijk te maken. Door het combineren van relevante hyperlokale sociale content kunnen mensen in dorpen toch op de hoogte blijven van wat er zich in hun omgeving afspeelt. In India is het WK cricket compleet verslagen via een social stream. Een sponsor bood de social stream gratis aan voor publicatie in de grotere websites van India. Maar het kan ook kleiner: ook een nieuwsartikel over gevechten in de Oekraïne kon upto-date blijven via de social media stream ernaast. Jeroen Zanen (Crowdynews)

86


Creativity

U P DAT E

Afgelopen jaar heeft Crowdynews veel positieve veranderingen doorgemaakt. Zo hebben ze hun eerste Amerikaanse kantoor geopend in Boston, waar Michael Po is aangesteld tot COO. Hij zal verantwoordelijk zijn voor zowel de verdere expansie in Amerika als de expansie op internationaal niveau. Crowdynews levert zijn diensten nu ook aan NewsMe, een Zweeds bedrijf, dat de websites van bepaalde niche sporten managet. Het doel van NewsMe is om sport fans van over de hele wereld in tune te houden met sport evenementen die wereldwijd plaatsvinden. Het NewsMe team was op zoek naar nieuwe manieren om hun huidige en toekomstige lezers meer te betrekken en meer inkomsten te genereren. Om deze doelen te behalen hebben ze de hulp ingeschakeld van Crowdynews. Ook heeft Crowdynews in december het team van leidinggevenden in Europa en Noord-Amerika uitgebreid door twee nieuwe VPs of Sales en een VP of Marketing aan te stellen. Flitsmeister meet ook billboards

Flitsmeister meet ook billboards Tot slot Flitsmeister, een verkeersinformatie app met meer dan 700.000 actieve gebruikers, die samen zorgen voor de meest nauwkeurige flitsmeldingen. Jorn de Vries, Business development Flitsmeister: “Onze app geeft meldingen op basis van locatiegegevens. Bij het naderen van een flitser krijgt de gebruiker een melding en vragen we of de flitser nog aanwezig was. Daarmee houden we de flitserinformatie up-to-date. Mensen kunnen ook een flitser aanmelden.” Flitsmeister weet niets van een gebruiker, maar via hun technologie is veel informatie beschikbaar over verkeersintensiteit en beweging. De data van Flitsmeister worden dan ook voor veel meer gebruikt, dan alleen flitsmeldingen. “We genereren ook filedata. Jorn de Vries (Flitsmeister) We kunnen verkeersintensiteit meten en zien waar verkeer stil staat.” Dit leidde weer tot een nieuwe dienst: file-informatie. De app is gratis. Flitsmeister verdient aan adverteerders. Niet met advertenties, maar met relevante meldingen. Bij het naderen van een benzinepomp krijgt de gebruiker bijvoorbeeld een melding van korting op een carwash. De verkeersdata van Flitsmeister worden ook door derden gebruikt. “Bijvoorbeeld om het bereik van billboards te meten of het effect van een prijswijziging bij tankstations.”

U P DAT E

Flitsmeister is momenteel druk bezig met het verder verbeteren van de ambulance notificaties. Ze zijn dit systeem aan het optimaliseren zodat de meldingen alleen bij de juiste meldingen komen. Verder zijn ze ook meer ambulances aan het aansluiten. Waarschijnlijk worden ook de brandweer en de politie aangesloten. Daarnaast is Flitsmeister druk met de Flitspalen Europa modus; een modus waarbij je alle vaste flitspalen offline kunt gebruiken in heel Europa. Dit is eind 2015 live gegaan. Flitsmeister is momenteel actief in Nederland en België maar bereid zich voor om uit te breiden naar heel Europa. In het eerste kwartaal van 2016 verwachten zij de technisch Europese versie klaar te hebben. Kortom.. Ze willen en gaan Europa veroveren. Met als doel dat Flitsmeister in heel Europa de nummer 1 verkeersapp wordt.

87


SPOT ON: THE BROADCASTER, MET MEDIA­ KENNIS DE WERELD MOOIER MAKEN Met The Broadcaster hebben ze een droomstart gemaakt, vinden ze zelf. Niet alleen wonnen ze het afgelopen najaar de startup-wedstrijd van iMMovator, Media Park en Beeld en Geluid, ook kregen ze een subsidie van 100.000 euro van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek voor de ontwikkeling van de app Locali. Met dit platform voor burgerparticipatie willen Frank du Mosch en zijn collega Jeroen Illy de interactie tussen gemeenten en hun burgers een stimulans geven. ‘Nu raken gemeenten hun boodschap niet kwijt en voelen burgers zich vaak niet gehoord.’ Du Mosch en Illy zijn oude rotten in het vak. Beiden werkten zo’n 25 jaar bij de publieke omroep; Du Mosch als programmamaker en presentator bij de NOS, NCRV en Omroep MAX en Illy als ­programmamaker en hoofdredacteur bij de KRO/NCRV. Met The Broadcaster zijn de twee in 2015 een nieuwe weg ingeslagen. ‘Als journalist gooi je eigenlijk alleen maar een steen in een vijver’, vertelt du Mosch. ‘Je veroorzaakt een rimpeling en vervolgens ga je weer verder. Met The Broadcaster willen we maatschappelijk engagement en commitment creëren. We willen onze mediakennis ­gebruiken om de wereld mooier te maken.’

Meerwaarde Dat doet The Broadcaster door ‘social engagement tv’ te maken: online content, programma’s en films voor organisaties die veranderingen niet als bedreiging zien, maar als een kans. ‘Die maatschappelijke betrokkenheid maakt ons anders dan andere mediabedrijven’, zegt Du Mosch. ‘Die betrokkenheid proberen we ook in onze werkwijze tot uiting te brengen. Zo bieden we ZZP’ers werkruimte aan en de gelegenheid om met ons samen te werken. Onze overtuiging is: er zit meerwaarde in cocreatie. Bovendien: delen is leuk om te doen. Op het moment hebben we hier een cameraman, online jongens en een geluidsnabewerker zitten.’ Een van de nieuwste ideeën van The Broadcaster is een app die Locali heet. ‘Locali is een platform voor burgerparticipatie’, legt Du Mosch uit. ‘Eraan ten grondslag liggen twee gedachte: gemeente raken hun boodschap niet kwijt. En burgers voelen zich niet goed geïnformeerd. Via Locali kan een gemeente issues voorleggen en bewoners kunnen actief meepraten en adviseren. De informatie die we burgers bieden selecteren we op persoonlijk relevantie. Met andere woorden, mensen ­praten over wat er in hun directe omgeving, hun wijk, gebeurt.’

Bouwfase Locali moet nog gebouwd worden. ‘Maar, zegt Du Mosch trots, er zijn al twee launching customers. En in Vlaanderen staat een pilot gepland.’ Ook won The Broadcaster met Locali afgelopen najaar een startup-wedstrijd van iMMovator, Media Park en Beeld en Geluid en kregen ze onder de Persinnovatieregeling van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek een ton subsidie voor de ontwikkeling van de app. ‘De bouwfase is deels gecovered’, lacht du Mosch. ‘In februari gaan we van start. Eigenlijk hebben we met The Broadcaster een droomstart achter de rug.’

88


CROSS MEDIA CAFÉ: LIVE EVENTS Het Cross Media Cafe van 10 februari ging in op de media innovaties rond live events: van festival tot voetbalwedstrijd, van dansfeest tot manifestatie, welke nieuwe diensten worden ontwikkeld? Welke samenwerkingsverbanden zijn daartoe nodig? Wat doet het publiek? Rond live events is een nieuwe industrie ontstaan. Door innovatieve media en toenemende ­connectiviteit kan de ervaring van de bezoeker worden verrijkt en versterkt. Met als uiteindelijk doel meer loyaliteit en dus meer commerciële mogelijkheden. Tijdens het Cross Media Café presenteerde een reeks van ondernemers hun ideeën, productinnovaties en verdienmodellen.

Welkom Freek van ’t Ooster (directie iMMovator) opent het Cross Media Café door te wijzen op de iMMovator Eventagenda voor de komende tijd. Hij staat kort stil bij de crossoverprojecten rondom Health en Energy die binnenkort van start gaan. IMMovator en TNO willen internetbureaus, gamingbedrijven en appbouwers die ideeën hebben voor zinvolle diensten in deze sectoren, ondersteunen bij de ontwikkeling ervan. Bij Health draait het om diensten waardoor dementerende ouderen langer thuis kunnen blijven wonen. Aan het project werken Hilversumse zorginstellingen mee.

89


Amsterdam Arena als meest innovatieve eventlocatie Henk van Raan, Projectdirecteur Amsterdam ArenA verteld over de visie van de Amsterdam ArenA. Het stadion wil tot de meest innovatieve stadions ter wereld (blijven) behoren en zich verder innoveren als live event-partner voor Ajax en de stad Amsterdam. Onderdeel van die ambitie is deelname aan Amsterdam Smartcity. Amsterdam ArenA gaat zich inzetten om de connectiviteit van het stadsdeel op duurzame wijze te vergroten en daarmee de footprint van het gebied te verlagen. Eerste stap is zorgen voor topfaciliteiten in het stadion, zoals goede connectiviteit. Daarnaast wil Amsterdam Arena de faciliteiten bieden voor digitale innovatie, zoals de ontwikkeling van apps, in het kader van Amsterdam Smartcity. Hiervoor wordt een digitaal platform neergezet dat draait op de mainframes van het stadion. Ook stelt Amsterdam Arena letterlijk ruimte ter beschikking voor ondernemers.

Henk van Raan (Amsterdam ArenA)

Van Raan stelt dat de Amsterdam Arena tot de drie grote stadions ter wereld behoort die rendabel zijn. Het management wordt regelmatig gevraagd voor consultancydiensten over de hele wereld. Toepassingen die op het nieuwe digitale platform worden ontwikkeld moeten daarom schaalbaar zijn en moeten kunnen worden toegepast in andere stadions, stelt Van Raan. ArenA helpt zo mee aan de innovatie van collegastadions en kan tegelijkertijd een kruiwagenfunctie hebben voor de Amsterdamse ontwikkelaars.

Kijkervaring van sportliefhebbers verder verbeteren Paul Valk (Business developer TNO) en Ramon Luijten (partner EMansion) vertellen over nieuwe technologische toepassingen die de ervaring van de kijker van sportevents verbeteren. HDbeelden schieten is geen kunst, maar deze hoge kwaliteit ook goed bij de consument krijgen, is nog niet altijd makkelijk. Buffering, lange laadtijden of simpelweg congestie zorgen dat de consument afhaakt. TNO heeft een nieuwe technologie ontwikkelt, ‘tiled streaming’. Met deze technologie kunnen beeldopnames van hoge resolutie (UHD of 4K) op mobiele apparaten zoals smartphones en tablets worden bekeken. Cijfers en statistieken doen het altijd goed tijdens wedstrijden. Er is nu een technologie ontwikkeld die de snelheid van de bal meet tijdens een hockeywedstrijd. De toepassing gebruikt daarvoor een combi van GPS en radartechnologie. Tijdens het WK Hockey werd deze toepassing voor het eerst gebruikt. De technologie wordt momenteel aangepast voor het meten van de snelheid van de puk bij ijshockeywedstrijden. Een derde innovatie waar Paul Valk van TNO aandacht voor vraagt, is een nieuwe toepassing waarbij professioneel gemaakte content en user generated content samen kunnen worden gevoegd bij live-uitzendingen. Dit verrijkt de registratie van wedstrijden met bijzondere beelden en perspectieven.

Paul Valk (TNO)

90

Waar dit alles naartoe leidt? Valk noemt ‘freeview’. Alle beschikbare beelden van een event worden gesynchroniseerd en gekoppeld en de consument bepaalt zelf waar hij naar kijkt.


Creativity

Emansion vergroot customer intimacy met contextual services Ramon Luijten (partner EMansion) vertelt over toepassingen die de ervaring van eventbezoekers verrijken en versterken met als gevolg: grotere customer intimacy en uiteindelijk meer omzet. Voorbeelden: het gebruik van iBeacons tijdens bijvoorbeeld rondleidingen, waarbij de klant een boodschap via smartphone gepusht krijgt als hij een bepaald punt (beacon) in de rondleiding bereikt. Een nieuwe toepassing is ook Face analytics, waarmee leeftijd, geslacht en stemming van bezoekers tot op 95% nauwkeurig kan worden bepaald, en content dus heel gericht kan worden aangeboden. Ramon Luijten (Emansion)

Samen met TNO doet Emansion een project waarbij bezoekers van sportwedstrijden of andere grote stadionevenementen toegang moeten gaan krijgen tot HD panoramabeeld, waarin ze zelf kunnen kiezen waar ze naar kijken en waar ze op kunnen inzoomen (immersive video). Er worden veel apps gemaakt om het leven van de smartphonebezitter makkelijker en leuker te maken. Maar het is nog een hele kunst om de juiste app op het juiste moment te gebruiken (of te herinneren). Emansion is bezig met location based app presentment. Met deze toepassing krijgt de consument op het juiste moment en op de juiste plek een relevante boodschap op het scherm. De betreffende app hoeft daarvoor niet per se op het toestel van de consument geïnstalleerd te zijn. Dit heeft twee voordelen: meer gemak voor de consument, maar ook meer kans voor bouwers om zichzelf aan consument te presenteren.

Tinker imagineers: de ervaring vorm geven Imaginering is de crossover tussen verbeelden en sleutelen stelt Nils van Keulen, partner bij Tinker imagineers. Zijn bedrijf helpt bij het versterken en verrijken van ervaringen, bijvoorbeeld in musea, pretparken of tijdens events. Want, aldus Van Keulen, een ervaring is niet datgene wat er gebeurt, maar hoe je ermee om gaat. En Tinker helpt de consument met ervaren wat er is. Het bedrijf hanteert daarvoor verschillende aanvliegroutes, die ze ook kunnen combineren. De eerste is de verbeelding aanspreken door de ervaring visueel te maken, de tweede is de creativiteit aanspreken, bijvoorbeeld door mensen zelf iets te laten bouwen, de derde is een sociale laag aanbrengen, bijvoorbeeld een ruimte maken waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. Dan is er de beleving: de bezoeker kan ondergedomNils van Keulen (Tinker Imagineers) peld worden in een ervaring door bijvoorbeeld 360 graden audiovisuele content. Dan de actieruimte, waarin van alles gedaan en geëxperimenteerd kan worden en tot slot de Storytelling: mensen meenemen in het verhaal dat verteld moet/mag worden op de plek. Van Keulen over de Tinker-formule: “A: met een groot gebaar mensen de erva-

91


ring in trekken. B: zorgen dat ze meegaan in het verhaal en content tot zich nemen. C: zorgen dat ze iets willen gaan doen: verdiepen, delen, actie.” Installaties van Tinker zijn onder meer te vinden in de kelders onder Utrecht en in het Scheepvaartmuseum.

ESL Gaming en de bloei van ­Esports Met tienduizenden mensen in een groot stadion kijken hoe topgamers op het podium met elkaar de strijd aan gaan. Jaap Visser, Business Development Manager bij ESLGaming, laat zien hoe er een totaal nieuwe markt rond live gametoernooien is ontstaan. Op dit moment spelen 1,2 miljard mensen weleens een game, dat is 17% van de wereldbevolking. Competitief gamen groeit. Topspelers kunnen miljoenen verdienen en moeten daarvoor serieus trainen: 6 tot 8 uur per dag en wonen daarvoor veelal in teamhuizen. Populaire games zijn onder meer League of Legends (76 miljoen actieve spelers per maand), Counter strike en Dota 2. ESL streamt wedstrijden via Twitch, doet live verslaglegging (geeft dus commentaar bij Jaap Visser (ESLGaming) wat er op het scherm gebeurt) en geeft analyse. Esports blijken een enorme en trouwe fanbase te hebben. Gemiddeld logt een ESL-abonnee 19 keer per maand in en is de gemiddelde kijktijd zo’n 2,2 uur. Volgens Visser komt dat omdat Esports entertainment op het hoogste niveau is met veel spektakel, entertainment en een hoge mate van professie en competitie. Gaming begint definitief uit de nerd-hoek te komen. Steeds meer bekende merken verbinden zich aan toernooien of sponsoren spelers.

Foove presenteert Myke, de persoonlijke uitgaansassistent

Masi Dawoud (Foove)

92

Als het aan Foove ligt, gebruikt binnen vijf jaar de hele wereld Myke. De app helpt een slimme keuze te maken uit het grote aanbod aan events. Masi Dawoud, CEO Foove, ontwikkelde Myke samen met collegastudenten van de universiteit van Delft. De app ontstond vanuit een persoonlijke behoefte van de heren zelf. Zoveel dance events, zoveel nieuwe festivals. Ze zagen door de bomen het bos niet meer. Aan de andere kant zagen ze ook de onmacht van de organisatoren om hun event goed aan de man te brengen. Myke geeft de gebruiker passend advies op basis van sociale context (likes, vrienden in de sociale media) en muzieksmaak. De app is gratis en blijft verschoond van advertenties. Het verdienmodel ligt aan de andere kant van de lijn. De ingewikkelde algoritmes achter de app kunnen ook gebruikt worden om selecties te maken uit an-


Creativity

der aanbod, zoals reizen, exposities of podiumkunsten. Bovendien verzamelt de app veel data die bijzonder waardevol zijn voor bijvoorbeeld marketing of productontwikkeling. In april komt de betaversie uit. Dit jaar moet de app opgepikt zijn door gebruikers in alle uitgaanssteden in Nederland en binnen vijf jaar moet Myke ook internationaal een succes zijn.

Veejays: bouwers van virtuele decors Hidde Kross representeert Veejays.com, de grootste club van live video performers in Nederland. Kross omschrijft de ‘veejay’ als een bouwer van virtuele decors, bijvoorbeeld bij dance events of shows. Via beeld kan de bezoeker aanvullende informatie krijgen over wat er op het podium gebeurt en kan de podiumactie worden uitvergroot, zoals bij concerten. Maar beeld is ook een belangrijke sfeerbepaler. Beeld onderstreept de identiteit van het festival, voert de bezoeker mee in een droom en zorgt voor een onvergetelijke indruk. Voor festivals is vooral dat laatste, gezien het grote aanbod, een belangrijk aspect. Een en ander is ook afhankelijk van de complexiteit. Techniek? De LED wall is het instrument van de veejay. In opkomst is 3D mapping, waarbij beamers zorgen voor een 3D-beeld op het podium.

Hidde Kross (Veejays.com)

PSV, augmented reality, virtual reality, iBeacons en Mojo In het tweede deel van het Cross Media Café over live events aandacht voor the Connected Stadium van PSV, het inzetten van iBeacons om negatieve aspecten van events leuker te maken en virtual en augmented reality. Zo lieten Prographics en Avi-Drome zien hoe zij augmented reality toepassen in televisieshows zoals The Voice of Holland en toonden Google Cardboard en yellowbird hoe je de beleving van een event kunt uitbreiden dankzij surround video livestreams en virtual reality brillen.

Connected stadium van PSV Peter Rovers, Manager Marketing, Media, Merchandising & Business Development bij PSV Eindhoven, vertelt over het ‘Connected Stadium’, een service waarbij draadloos internet, online media, een nieuwe PSV app en digitale diensten bij elkaar samenkomen. Ter inleiding vertelt Rovers kort iets over de fanstrategie van PSV. In de basis komt het erop neer dat PSV zoveel mogelijk voetballiefhebbers tot de vaste fanbase zou willen rekenen. De inspanningen van PSV zijn erop gericht om het fan engagement te versterken: dus van een fan een member te maken en van een member een stadionbezoeker. PSV heeft een Peter Rovers (PSV Eindhoven) uitgebreid FRM-systeem (Fan Relationship Management) om fangegevens en -gedrag te registreren en de fanbenadering zo persoonlijk mogelijk te maken. Eerste voorwaarde is goede techniek: goede registratie, goede technische faciliteiten en goede targeting sofware. Dan moet ook de wijze van communiceren doeltreffend zijn, bij voorkeur vanuit de spelers en dan ook nog idealiter 1-op-1. Spraakmakend was de ingesproken Nieuwjaarsboodschap die trainer Philip Cocu naar de fanbase stuurde: een persoonlijk bedankje dat hoge ogen gooide.

93


Het project Connected Stadium is bedoeld om de fanbeleving in het stadion te verbeteren en de band met de fan te versterken. Onlosmakelijk daarmee verbonden is de nieuwe PSV-app die eind januari werd gelanceerd. In de basisversie vinden gebruikers onder meer een digitaal wedstrijdprogramma, uitgebreide club- en spelers info en online bestelmogelijkheden. De premium versie voorziet in statistieken, extra beelden en 2nd screen-toepassingen. De app werd in 1 week 22.000 gedownload.

Graag in de rij voor de Top2000 bij Beeld en Geluid De Top2000 is het grootste evenement van Beeld en geluid. Jaarlijks komen er ruim 15.000 mensen op af. Alles helemaal top, behalve de wachtrij die voor het gebouw kan ontstaan. Radha Pleijsant (namens Beeld en Geluid) en Bas van der Lans, Van Ons BV ontwikkelden een app waarmee ook het wachten leuk wordt. Via de app kunnen wachtenden meedoen met een interactieve quiz die hun muziekkennis test. De vragen worden geactiveerd met IBeacon technologie, wat inhoudt dat de wachtende een nieuwe vraag krijgt zodra hij op een volgende ingeprogrammeerde plek in de rij staat. Beeld en Geluid kon ook berichten sturen naar de gebruikers. Dankzij de app werd de wachtrij entertainment en een extensie van de ervaring, aldus beide sprekers. Via de toepassing kon bovendien interessante informatie worden verzameld over de gebruiker. Radha Pleijsant (Beeld en Geluid) en Bas van der Lans (Van Ons BV)

De toekomst? De app kan ook voor andere events worden gebruikt. Lessons learned? 1. Zorg voor goede signing, ofwel: geef aan wat en waar gebruikers een pushbericht kunnen verwachten. 2. Er moet een wacht­moment zijn: de gebruiker moet logischerwijze ergens stil staan. 3. Het moet technisch goed werken. Om dat laatste te ondervangen hadden de heren een ‘panic’-button ingebouwd, die de gebruiker alle vragen in één keer stuurde op het moment dat bijvoorbeeld iBeacon-technologie het liet afweten. Deze wachtrijtoepassing iets voor Amsterdam ArenA?

Virtual Reality in ieders bereik dankzij Google Cardboard

Jasper de Valk, Google Nederland

94

Er wordt steeds meer surround video gemaakt. Virtual Reality zou daadwerkelijk kunnen worden ingezet om de beleving van live events intenser te maken of events naar een nieuw publiek te brengen, als de VR-brillen maar niet zo duur waren. Google heeft een oplossing: Google Cardboard, een simpel kartonnen gadget dat nog geen vijf euro kost. Jasper de Valk, Industry Manager Google


Creativity

Nederland vertelt over de lancering van Google Cardboard in Nederland tijdens het TEDxAmsterdam congres afgelopen november. In de Stadschouwburg waar TEDxAmsterdam plaatsvindt, is er slechts plek voor zo’n 700 man, maar er zijn minstens dubbel zoveel aanmeldingen. In samenwerking met yellowBird zorgde Google voor een live VR videoverslag van de bijeenkomst. yellowBird plaatste hiervoor een 360 graden-camera op de eerste rij. Met behulp van Google Cardboard, een Googleapp en hun eigen smartphone konden mensen op straat en bij de livestream parties virtueel meekijken vanaf de eerste rij. Alleen al het gegeven dat er dankzij deze oplossing oneindig veel frontrow seats gegenereerd kunnen worden, prikkelt de creativiteit. Maar ook andere toepassingen werden genoemd: zoals meevliegen met een drone door het bekende Nieuwjaarsvuurwerk in Sydney, of testritten maken in nieuwe auto’s, fashion shows bijwonen, of backstage bij concerten zijn. Google Cardboard kun je zelf maken.

yellowBird: Surround video booming business Jan Albert Jager, Chief Business Development Officer van yellowBird gaat na het verhaal van Google’s Jasper de Valk nog even verder in op surround video. yellowbird maakt 360 graden video. Maar, zo zegt Jager: “360 graden is leuk, maar wat kun je ermee? Het moet iets opleveren: geld, likes…” yellowBird ondersteunt bedrijven daarom bij het uitwerken van 360 graden video-concepten tot en met distributie. yellowBird zelf focust op toepassingen in sport, muziek en grote live events, zoals Sensation in Amsterdam ArenA. Jager stelt dat live events dankzij surround video extra revenuen kunnen opleveren. Ten eerste door extra kaartverkoop van virtuele plaatsen op de eerste rij en daarna als Video-on-Demand. Hiermee doorbreek je de traditionele beperkingen van een live event: limited time, limited location en limited seats.

Jan Albert Jager (yellowBird)

Decors verrijken met beeld en graphics Leonie Rotermundt, General manager van Pro­­grap­ hics en Jonathan Vermeulen, commercieel manager Avi-Drome werkten samen om tijdens The Voice of Holland live shows augmented reality toe te voegen aan de registratie. Op het scherm is een opname te zien van een deelnemer die in een kathedraal lijkt te zingen. Dit was het werk van Prographics en Avi-Drome. Bij augmented reality worden add ons aan de content toegevoegd. Dat kan realtime. De kathedraalbeelden waren als extra laag aan de opnames toegevoegd, en dus alleen zichtbaar voor kijkers thuis. De techniek is ook al toegepast om extra grafische elementen toe te voegen aan NOS Journaal en Studio Sport.

Jonathan Vermeulen (Avi-Drome) en Leonie Rotermundt (Prographics)

95


Vernieuwend is het gebruik van augmented reality in het nieuwe quiz- en loterijprogramma: The Big Picture. Dit programma wordt vooraf opgenomen, maar krijgt een ‘live’ gevoel doordat kijkers tijdens de uitzending kunnen meespelen via een app. Thuiswinnaars komen ook ‘realtime’ in beeld, doordat foto en naam tijdens de uitzending in een grafische laag aan de originele opnames worden toegevoegd. Te winnen geldbedragen liepen op tot 5.000 euro. Dit soort formules zijn met name kansrijk naarmate te winnen bedragen hoger ­kunnen zijn.

Mojo start Livescope, een kennis­ platform voor de eventindustrie

Marcel Surendonk (Mojo Concerts A Live Nation Company)

96

Marcel Surendonk | Manager Sponsoring Mojo Concerts A Live Nation Company komt iets vertellen over Livescope, een site met nieuws over innovaties in de eventindustrie. Hij stelt dat er een kenniskloof begint te ontstaan tussen professionals uit de marketingwereld die dénken dat ze weten hoe ze hun publiek via live events kunnen bereiken, en mensen die er écht verstand van hebben. Mojo wil die kloof dichten met Livescope, een online community voor professionals in live muziekevents. Livescope heeft een blogvorm. Het is bedoeling dat experts vertellen over hun expertiseveld. De site is in de soft launchfase, een fase waarin content gemaakt wordt. Welke interessante ontwikkelingen ziet Surendonk in de eventwereld? Hij noemt het cashless betalen met smartphone. Hij stelt ook dat techniek niet langer de beperkende factor is om bijvoorbeeld livestreams ter beschikking te stellen voor mobiel. Hij waarschuwt dat het zaak is om altijd na te gaan of zulk aanbod ook daadwerkelijk relevant is. Mojo zelf is met name gefocust op het verbeteren van veiligheid en kaart­­controles.


Creativity

➔ PLUGIN VAN PROLODY ONDERSCHEIDT PRO-

SUMERS VAN PROFESSIONELE ­PRODUCENTEN Intelligente audio technologie; dat is kort maar krachtig waar Prolody in Hilversum zich mee bezighoudt. Het jonge bedrijf is opgericht door componist en muziekproducent Dennis Braunsdorf en zijn compagnon Alexander Mooij. Hun nieuwste idee: software waarmee kinderen via audio en muziek worden getraind in wiskunde, engineering, science en technology. Prolody is een samentrekking van de Engelse woorden prosody en melody. De naam weerspiegelt waar het bedrijf zich mee bezig houdt, namelijk muziek en spraak. Braunsdorf: ‘We maken toepassingen van deze twee voor verschillende contexten en situaties. Bijvoorbeeld, software die op een menselijke manier telefoonnummers kan voorlezen. We zijn gevraagd om de hele Nederlandse taal te doen, maar we kiezen ervoor om met een selectie te beginnen.’

Nabootsen Een ander voorbeeld: een plugin die amateur-dj’s en –dance producers in staat stelt om electronic dance music (EDM) te maken die lijkt op die van hun favoriete dj. Braunsdorf: ‘Nederland staat bekend om zijn electronic dance music. Bovendien zijn er op de wereld 40 miljoen prosumers van EDM. Dat wil zeggen dat ze niet alleen luisteren maar zelf op een hobbyachtige manier muziek maken. Met onze plugin kunnen de klank van hun idool nabootsen.’ ‘Ik ben bevriend met een aantal dj’s’, vervolgt hij. ‘Ze maken reclame voor bestaande plugins; dat vond ik weird. Waarom niet je eigen plugin promoten? We hebben er trouwens een start-up wedstrijd mee gewonnen. Wat men er goed aan vond? Dat het de groep prosumers zichtbaar maakt. Nu is deze groep maar moeilijk van professionele producenten te onderscheiden.’

Spelenderwijs Een van de meest recente ideeën van Prolody helpt kinderen via audio en muziek op weg naar een beter begrip van vakken als trigonometrie, engineering, wiskunde, science en technology. Braunsdorf: ‘Het zijn kleine games die ingaan op verbindingen tussen de bètavakken en geluid en muziek. Dat werkt als volgt: Harry de hond komt een draak tegen. De stem van de draak is te hoog. Dat kunnen kinderen veranderen door de lengte van de nek van de draak aan te passen. Zo leren ze spelenderwijs over de verhouding tussen toonhoogte en grootte en lengte.’ ‘Bij de ontwikkeling van zo’n game komt meer kijken dan je in eerste instantie zou denken: programmeren, visuals en er moet een didactisch verantwoord verhaal komen. Dat zijn taken die er allemaal bij komen en dat maakt het complex.’

Snel schakelen Het gaat Prolody voor de wind. Maar niet alles Braunsdorf en Mooij aanraken, verandert in goud. ‘We zijn het hedendaagse startup-cliche’, zegt Braunsdorf. ‘Dat betekent snel schakelen en veel ideeën genereren maar ook accepteren dat je soms een slecht idee hebt. Vervolgens moet je een besluit nemen: ga je verder, verander je wat of begin je overnieuw. Het is geen lineair proces, maar cirkelvormig.’

97


Nick Fortugno (Playmatics)

NICK FORTUGNO: VAN TRANSMEDIA CHECKLIST NAAR TRANSMEDIA ECOSYSTEEM Vrijdag 2 oktober nodigden we de Amerikaans game designer Nick Fortugno uit om een masterclass te geven op het Media Park in Hilversum. Tijdens deze sessie behandelde Nick Fortugno zijn visie op transmedia en engagement. Nick Fortugno is een gamedesigner en co-founder van Playmatics sinds 2009. Hij maakt al 15 jaar lang games en interactieve media en heeft een brede achtergrond bestaande uit brands, serious topics, healthcare en educatie. Hij maakt ook interactive storytelling, narrative work en trans­media design.

E-comic Dead Reckoning: spin-off van succesvolle serie The Walking Dead Fortugno heeft veel samengewerkt met de tv-zender AMC in New York. Voor de tv-serie The Walking Dead heeft hij een e-comic gemaakt genaamd “Dead Reckoning”. Het was de nummer 1 meest gedownloade app in de Apple Store voor 13 weken. De tv-serie is gebaseerd op een stripverhalenreeks en AMC bezit niet de rechten tot de stripboeken, wat ervoor heeft gezorgd dat het universum uit de tv-serie een ander universum is dan die uit de stripboeken. De e-comic gaat over de backstory van de antagonist Shane. Tijdens het maken van dit verhaal zochten ze naar een interactieve manier om het verhaal spannend te houden. Het verhaal over de zombies is algemeen bekend in onze maatschappij. Iedereen weet dat zombies kunnen worden uitgeschakeld door een kogel door het hoofd te schieten. De serie The Walking Dead voegt een emotionele dimensie toe aan het verhaal, Comic The Walking Dead

98


Creativity

waardoor de serie populair is geworden. De personages uit de serie moeten accepteren dat de persoon van wie ze houden onomkeerbaar is veranderd in een zombie. Deze emotionele worsteling wilde Fortugno representeren in de e-comic. The Walking Dead heeft een seasonal release strategy. In de periode tussen de seizoenen wil AMC zijn publiek tevreden houden en dat resulteerde in de e-comic, wat een logische keuze was gezien het feit dat het oorspronkelijke verhaal een comic is.

Transmedia stories rondom karakters van Breaking Bad Ook heeft Fortugno transmedia gecreëerd voor een andere AMC serie, namelijk Breaking Bad. Nick vertelt erg trots te zijn om hier aan deel te mogen nemen aangezien hij Breaking Bad “the best show on television” noemt. Breaking Bad is een intense character drama tussen een groepje mensen. Het gaat erover hoe het is om een vader te zijn, wat het betekent om een zoon te zijn, en wat het betekent om gerespecteerd te worden en hoe respect werkt. Het thema is lastig te herleiden naar één duidelijk genre. AMC wilde deze serie ook uitbreiden door middel van transmedia. Fortugno maakte twee e-comics voor Breaking Bad. De eerste is een side story van Jesse Pinkman (één van de hoofdpersonages), de tweede was een interrogation game met Hank Schrader (ook een personage). Vince Gilligan, executive producer van Breaking Bad, evalueerde het ontwikkelingsproces van de games. Vanaf het begin van de serie gebruikte Breaking Bad al een transmediale benadering. Er is nu een app genaamd Alchemy dat alle transmediale elementen bij elkaar brengt van Breaking Bad. Dit is interessant, want het is een “highly complex and hard to classify piece of work”, waardoor de brand strategy lastiger wordt. Toch was de brand strategy succesvol. Zelfs de comic sloeg aan terwijl Breaking Bad geen oorspronkelijke connecties heeft met comics. Dit brengt ons tot E-comic Breaking Bad concept van transmedia.

Transmedia: geen checklist Nick Fortugno ziet transmedia als een algemene benadering over hoe storyworlds de wereld inkomen. Het probleem met transmedia, volgens veel mensen, is dat we het zien als een checklist. Een afgeleverd product wordt vaak verbonden aan een marketingteam die niet geheel betrokken zijn geweest bij het maakproces van het product. Het marketingteam volgt de transmedia checklist bestaande uit: een feature, boek, app, game, website, YouTube series en een social media component. Wanneer deze checklist is behaald heb je engagement. Dit frustreert Fortugno. Fortugno is ervan overtuigd dat de marketingafdeling al vanaf het begin van het productieproces aanwezig moet zijn om de transmedia checklist te vermijden. De transmedia checklist gaat ervan uit dat elke component even belangrijk is, maar Fortugno is het hier niet mee eens, want de brand relationships zijn niet gelijk. Veelal is er één component groter en van meer belang dan andere componenten. Het probleem dat Fortugno heeft met de checklist is dat elke franchise elke component moet bevatten. Dat betekent dat er apps en dergelijke ontwikkeld worden die geen toegevoegde waarde hebben.

99


Publiek maakt geen onderscheid tussen devices Nick Fortugno noemt de rol van the audience interessant. Kinderen en jongeren zullen in hun ­leven veel meer technologische apparaten gebruiken. Het is niet zo dat ze geen televisie consumeren, maar wel op een andere manier. Mobile technology groeit nog altijd aan populariteit. Wat ook belangrijk is, is dat de audience geen onderscheid maakt tussen de app en het apparaat wat ze gebruiken om de app te gebruiken. De gebruiker ziet het als één geheel.

Transmedia is onderdeel van Brand Lifecycle Dit leidt tot de vraag: Is brand extension the only way we can use transmedia? Als goed voorbeeld noemt Fortugno Disney. In Chicago heb je een bedrijf genaamd Creature Feep. Creature Feep is een game ontwikkelaar en ze maken games voor Disney. Ze wilden een character maken en kijken hoe ze deze beroemd konden maken door Disney. Ze maakten een eenvoudig spelletje ­genaamd Where’s my Water? Het gaat over Swampy de alligator die woont in het riool. Hij is geobsedeerd met hygiëne en in elk level moet Swampy zichzelf douchen met het water wat de speler naar hem moet leiden. Swampy’s brand begon als een kleine tekening en de makers hebben het narratief uitgebouwd naar een game. Deze game werd immens populair. Het interessante is dat ze niet stopte bij alleen een spel. Uiteindelijk kwamen er knuffels van Swampy en is Swampy overal in Disneyland te zien. Er is nu ook een animatieserie van Swampy op YouTube. Er bevindt zich hier een interessante flow, aangezien het merk Swampy zich al in de game zelf bevond. Games kunnen gezien worden als een deel van de Brand Lifecycle. Deze cyclus bestaat uit inventi­ on, development, en extension. Hoe wordt het merk geconsumeerd en hoe kan het uitgebreid ­worden? Games kunnen gebruikt worden als experiment, deel uit maken van verhalen en om het publiek uit te breiden. Games hebben marketing of commerciële doeleinden. Een commercieel voorbeeld is de app Kim Kardashian Hollywood. Deze app fungeerde niet als een extension van de brand ‘Kim Kardashian’, maar het was een slim initiatief om een bepaalde doelgroep aan te sporen die geïnteresseerd is in het leven van Kim Kardashian om het spel te spelen. Kim’s leven in het spel komt redelijk overeen met Kim’s leven in het echt in Hollywood.

Van transmedia checklist naar transmedia ecosysteem Hoe komen we af van de Transmedia Checklist? Fortugno stelt een transmedial ecosystem voor. Met ecosysteem bedoelt Fortugno een echt ecosysteem. Als voorbeeld noemt hij het traditionele ecosysteem waarbij vogels planten eten, hun uitwerpselen op de grond achterlaten, waardoor er meer planten gaan groeien. Fortugno heeft een eigen transmediaal ecosysteem gemaakt. Elk element beschrijft wat het element inhoudt en wat het doet. Film is: concise, heartfelt, emotional, confronta­ tional en humanizing. Film is goed in het vertellen van verhalen. De game is: challenging, hardhit­ ting, shocking. De game geeft een embodied ervaring. Ook is er ­gekeken naar hoe deze elementen verbonden zijn. Sociale media heeft verbindingen met bijna alle andere elementen. Door social shares gaan mensen naar de film en naar de website. Het ecosysteem is, vanuit het perspectief van marketing gezien, functioneler, voordeliger en praktischer dan de transmedia checklist.

100


CO LU M N

NEDERLANDS GROTE INVLOED OP DE INTERNATIONALE MEDIA INDUSTRIE

Twee keer per jaar, in april en oktober, verzamelt de internationale mediawereld zich massaal in Cannes. Tijdens respectievelijk MIPTV en MIPCOM – tussen beide programmabeurzen/conferenties zit wezenlijk weinig verschil – strijken uit alle mogelijke windstreken steevast meer dan tienduizend deelnemers neer aan de Franse zuidkust. En dat zijn dan nog louter degenen die de moeite nemen een (dure) accreditatie te betalen. Steeds meer aanwezigen regelen hun zaken wel op de terrassen of in de hotels buiten het Palais des Festivals, dat dan ook steeds minder standruimte slijt. Desondanks: met 13.700 deelnemers uit 108 landen, van wie 4.800 programma-inkopers, vestigde MIPCOM 2015 weer eens een bezoekersrecord. Een opvallend feit in deze digitale tijden met onder andere video conferencing, waarmee andermaal wordt onderstreept dat de mondiale format business – want daar spreken we hier over – ook nog steeds draait om menselijk contact en relatieonderhoud. Maar los van die warme banden en de (overwegend) prettige beursomstandigheden – lunchen op een zonovergoten strand met een rosé in de hand heeft zo zijn bekoringen – geeft uiteindelijk maar één ding de doorslag: creativiteit. En dan valt telkens weer op dat Nederland nadrukkelijk meedoet in het grote mediaspel. Producenten als Endemol (Big Brother) en Talpa (The Voice) plaveiden daarvoor de weg en doen dat nog steeds, terwijl Nederlandse collegabedrijven steeds succesvoller in hun voetsporen treden. Niet voor niets behoren Blue Circle, No Pictures Please en FourOne.Media inmiddels tot de Britse productiegigant FremantleMedia en heeft het Amerikaanse Warner Bros. alweer enige tijd geleden BlazHoffski en Eyeworks Nederland ingelijfd, of beter gezegd Warner Bros International TV Production Netherlands. De reden is helder: in Nederland bedachte formats blijken nog altijd grote internationale potentie te hebben. Of het nu Professor Nicolai & Dr. Beckand is – in Cannes onder de titel The Eureka Moment aan de man gebracht – of Van Hagelslag naar Halal (My Kid Wants To Be a Muslim), met name op het gebied van reality zijn ‘we’ erg goed in formats die kunnen reizen, zoals dat zo fraai heet. Daar weet ook Ronald Goes alles van. Hij opereert alweer jarenlang vanuit Londen als Executive Vice President & Head Of International Television Production bij Warner Bros. “Produceerden we zes jaar geleden precies 0 minuten televisie buiten de VS, in 2015 hebben we daar 3.700 uur tv voor gemaakt met 240 verschillende programmaseries,” liet Goes in Cannes optekenen. Ook Nederland speelt daarbij een niet te onderschatten rol. Zo heeft BlazHoffski bijna ongemerkt voor een paar internationale krakers gezorgd. Met bovenaan Hello Goodbye, dat in Nederland aan zijn negentiende (!) seizoen begint en inmiddels is verkocht aan twaalf landen. Vooral prestigieus dat dertien afleveringen worden gemaakt voor Travel Channel in de VS, met als executive producer niemand minder dan Ellen DeGeneres. De Keuringsdienst van Waarde blijkt een groot succes en gaat onder andere het vierde seizoen in bij het Britse Channel 4, dat ook De Rekenkamer afneemt. Het is bovendien veelzeggend dat Warner Bros. International TV Production voor MIPCOM de focus legde op tien nieuwe programma formats, waarvan ditmaal drie uit Nederland. “Die selectie is een mooie afspiegeling van de huidige internationale verhoudingen,” aldus Goes. “Nederland behoort met de VS en Engeland gewoon consequent tot de top-3. Ik vind dat we ons nog steeds onvoldoende realiseren welke impact we eigenlijk hebben in de industrie. We mogen daar best eens wat trotser op zijn.” Horen jullie dat, in Den Haag en Hilversum? Jeroen te Nuijl Hoofdredacteur Broadcast Magazine

101



Business Impact ➔

Inleiding

Ben Huh Meet the Master:

ong Mediapark Jaarc

Onde

om th IBC: Innovation fr

de VS, dan heb je in s e cc su je b e ‘H PIB:

Spot on: Corrino

Spot on: Approm

Hub: uitbreid Caribbean Media

res: Act Global

diaMonks

Me the limit voor de is y sk e h T l: e fi rnemerspro e Low Lands

overal succes’

oters e

ing naar Surinam g

funding wijst we

ouw: Crowd Column Simon D nomie naar nieuwe eco


BUSINESS IMPACT Wat natuurlijk niet mag ontbreken aan een innovatief concept is een goed business model erachter. Hoe verdien je er geld mee? En: hoeveel geld kun je ermee verdienen? Hoe verover je de markt? En wat kost het om op te schalen? Deze vragen staan vaak centraal bij onze Cross Media Cafés en zeker bij het Mediapark Jaarcongres. We kijken naar disruptieve krachten en grote ontwikkelingen die effect hebben op ondernemerschap in de crossmedia sector. Technologie en creativiteit alleen is niet voldoende voor economisch rendement. Businessimpact ontstaat als met de technologiebouwstenen en een goed ontwerp succesvolle diensten worden gerealiseerd. Succesvol in de zin dat de diensten (in potentie) bijvoorbeeld leiden tot massaal ­gebruik, tot grote besparingen of problemen op een vernieuwende manier oplossen. Hier onderscheidt de ondernemer zich van de uitvinder.

Act Global Nederland is de bakermat van een groeiend aantal succesvolle, innovatieve media-ondernemers. dan hebben we het niet alleen over de Daan Roosengaardes van deze wereld, maar ook over minder bekende Nederlanders die het gemaakt hebben over de grens. Neem bijvoorbeeld Jeroen Wijering, die als pas afgestudeerde HKU student op zijn zolderkamertje een player in elkaar knutselde waarmee hij gemakkelijk zijn werk online kon laten zien. Hij besluit een opensourceversie van de software op zijn website te zetten. De rest is history – websites als NU.nl en die van het Witte Huis maken er gebruik van en zelfs YouTube draaide in z’n eerste jaar van bestaan op de JW Player. Inmiddels is de player live op 2 miljoen sites. Of neem Jan Riemens, ondernemer pur sang. Zijn internationale mediabedrijf Zoomin.TV is kop­ loper op het gebied van online video, actief in 26 markten. Vlak voor MPJC werd bekend dat Zoomin.tv kantoren opent in Miami, Los Angeles en New York. Emerce omschrijft Zoomin als een van Nederlands grootste onbekende mediabedrijven. Met 50.000 kanalen en 2 miljards views per maand is Zoomin.TV het grootste niet-Amerikaanse MCN op YouTube. ‘Video of de gladiolen’ stelde Jan tijdens MPJC. Als je niets met video doet kun je het wel schudden. Video wordt de primaire drager van informatie. Dat heeft als consequentie dat Storytellers de media ratrace winnen. De nieuwe succesvolle creatieven zijn volgens Riemens de creatieven die weten hoe ze met beeld moeten werken. Een andere Nederlander met een groot online imperium is Eelko van Kooten, directeur van Spinnin’ Records. Dit toonaangevende dancelabel staat hoog in de top 10 van de meest bekeken YouTube Channels ter wereld. Zijn strategie? Een mix van intuïtie, data-analyse en een goede muziekredactie die altijd bezig is met het vinden van nieuwe muziekstijlen. En het blijven boeien van de doelgroep – zijn waar zij zijn en ze voeden met voor hun interessante items. En vergeet het belang van de adverteerder niet. Jongeren denken dat muziek gratis is, maar deze wordt betaald door adverteerders.

104


Business Impact

Wat kenmerkt deze succesvolle ondernemers? Ze kennen hun doelgroep, analyseren hun gedrag, hebben lef en visie en durven de stap naar het buitenland te maken.

Dutch Media Innovators Het lijkt wel of deze durf en lef aanstekelijk is – in 2015 maken steeds meer Nederlandse media­ bedrijven een stap over de landsgrenzen. Business impact is voor iMMovator een belangrijk speerpunt en daarbij gaat het ons ook vooral om de BV Nederland. Zo houden we via de Monitor Creatieve Industrie (zie hoofdstuk 7 voor meer informatie) in de gaten hoe de Creatieve Industrie in Nederland zich ontwikkelt als het gaat om het aantal banen, vestigingen en de toegevoegde waarde van de industrie. Hoe kunnen we de sector stimuleren zodat onze internationale concurrentiepositie versterkt wordt? Als we meer business naar Nederland halen, profiteren de individuele bedrijven daarvan! Op de IBC in september presenteerde een groep bedrijven zich als de Dutch Media Innovators en kondigden aan om gezamenlijk activiteiten te ondernemen om de Amerikaanse markt te betreden. De eerste mijlpaal wordt de aanwezigheid op SXSW, waarbij de partijen elkaar actief gaan helpen door hun netwerken in te zetten. Het lijkt wel alsof de Dutch Media Hub, een iMMovator project dat in 2011 eindigde, weer nieuw leven ingeblazen wordt en bedrijven vol nieuwe zin hun pijlen richten op het buitenland. Maar er is ook een omgekeerde beweging gaande. Zo verkocht Jan Riemens een maand na het Mediapark Jaarcongres 51 procent van de aandelen van Zoomin.tv aan het Zweedse mediabedrijf MTG. Het Nederlandse imperium van CMI, waar onder andere DutchView en Infostrada onder vallen, komt in Amerikaanse handen. In juli wordt overeenstemming bereikt met het Amerikaanse bedrijf NEP, vanaf 1 januari 2016 wordt ook de naam NEP overgenomen. Weer een bevestiging dat we als Nederlandse media-industrie een niet te onderschatten speler zijn en op het vizier van internationale grootheden staan!

105


MEET THE MASTER:

BEN HUH

flickr.com/yodelanecdotal

Vrijdag 9 oktober nodigden iMMovator en Rockstart Ben Huh uit om een masterclass te geven in het pand van Rockstart aan de Herengracht in Amsterdam. Tijdens de Meet the Master sessie behandelde Ben Huh zijn ervaringen op het gebied van ondernemerschap en hoe je een goede CEO kan zijn. Ben Huh opent zijn sessie met een klein overzicht van hoe hij zijn humorimperium is begonnen. Als entrepreneur moet je een rising tide weten te vinden. Als je een opkomende markt vindt, dan moet je daar op inzetten. “Being an entrepreneur is always a story of luck.” Je kan beschikken over het beste netwerk, de beste kennis en de beste vaardigheden, maar het komt altijd neer op geluk. Het Cheezburger network is begonnen in september 2007 toen Huh de website ‘I Can Has Cheezburger’ opkocht die toentertijd 8 maanden oud was. Hij stopte met zijn baan en richtte zich volledig op zijn nieuw gekochte site. Zijn toenmalige investeerders gaven hem een bedrag van 2.2 miljoen dollar en sinds toen is het balletje gaan rollen.

‘Work and purpose’ Voordat hij de aankoop van zijn leven deed, stelde Huh zichzelf de vraag: “How much time do I have left?” Hij vulde online een willekeurige test die volgens je geboortedatum uit kan rekenen wanneer je zal sterven. Hieruit bleek dat hij zal sterven rond 2040. Als je weet hoe lang je nog te leven hebt,

106


Business Impact

wat ga je dan nog doen met je leven? Men moet zich blijven herinneren dat het leven wat je leeft een einde heeft. Wanneer je dit besef hebt, “why bother with work?” Deze vraag stelde Ben Huh zichzelf ook en begon hierdoor te filosoferen over het leven en kwam er achter wat zijn persoonlijke doelen en wensen in het leven zijn. “Make the world happy for a few moments everyday” werd zijn doel en hij deed er alles aan om dat te bewerkstelligen. Dit motto trok hij door naar zijn eigen bedrijf. Dit brengt Huh tot het volgende onderwerp: the purpose of Work vs. Purpose the company. Huh pleit er voor dat elk bedrijf moet weten wat hun doel is en wat ze bijdragen aan het leven van anderen. Wanneer je 8 á 10 uur per dag werkt aan iets, dan moet je geloven in waarom je doet wat je doet. Ben Huh maakt hier een verschil tussen ‘work’ en ‘purpose’. ‘Work’ is wat je doet en wat je kan en het heeft een duidelijke finishline. Maar als je het hebt over je ‘sense of purpose’ dan zou het zo kunnen zijn dat datgene niet is vervuld na een dag werken. Als je een CEO of entrepreneur bent en je doet het alleen voor je eigen voordeel, dan volgen mensen je niet. Veel werknemers in onze huidige maatschappij zijn ‘knowledge workers’; specialisten die verstand hebben van wat ze doen en kunnen doen. De grootste uitdaging voor deze zogeheten knowledge workers is motivatie. Door middel van een gecontempleerd doel motiveer je je werknemers en word jij als CEO meer gewaardeerd.

Het geheim van een goede CEO Ben Huh haalt een artikel aan van Fred Wilson, een venture capitalist uit New York. Wilson spreekt over de drie dingen die een CEO moet doen om een goede CEO te zijn. Wilson noemt dit de basis van een goede CEO. Ten eerste moet je er voor zorgen dat het geld niet opraakt. Je moet er voor zorgen dat het bedrijf voldoende inkomstbronnen heeft, zowel qua motivatie als geld, werknemers en tools. Ten tweede moet je de beste talenten rekruteren en behouden. Niet alleen moet je de beste mensen in je organisatie weten te halen, je moet er ook voor zorgen dat ze blijven. Het laatste en derde wat je moet doen is duidelijk je visie communiceren naar het bedrijf en naar de wereld. Zorg er voor dat zowel jij als je werknemers en de wereld begrijpen waarom je elke dag je naar werk gaat.

‘Learning-to-make-something process’ Als je iets wilt bewerkstelligen of manifesteren dan moet je door het zogeheten learning-to-makesomething process. Dit stappenplan bestaat uit drie fases: eerst moet je door het ‘process of sucking’, gevolgd door het ‘process of sucking less’ wat wellicht tot het ‘process of maybe doing something good’ leidt. Je moet het idee dat je kan falen accepteren. Huh vergelijkt dit met universiteiten waar je niet gelijk van de universiteit wordt afgestuurd als je faalt, maar dat je door middel van iets opnieuw doen met nieuwe inzichten jezelf kan revancheren om uiteindelijk iets af te leveren. Huh ziet universiteiten als broedplaatsen van ‘knowledge workers’.

‘How progress happens’ Ben Huh gaat verder in op de verschillende percepties over hoe vooruitgang werkt. De meeste mensen, vooral in het bedrijfsleven, hebben een raar idee over hoe het leven zich voordraagt. Het

107


standaard model van vooruitgang bestaat uit: het vergaren van vaardigheden, promotie krijgen, geld gebruiken om bepaalde producten te kopen, gevolgd door het vergeten van hoe je bent gekomen op de (werk)plek waar je je nu bevindt, maar je wilt wel weer een promotie krijgen. Huh introduceert het niet-standaard model van vooruitgang bestaande uit: geld verkrijgen, verkrijgen van ervaring, iets creëren, weer vooraan beginnen en dit proces meerdere malen herhalen. Huh is er van overtuigd dat mensen ‘life long learners’ zijn die altijd een kans hebben om zichzelf te vernieuwen en zich te verdiepen in andere vakgebieden.

‘Start with bigger pool of money or smaller pool of money’ Ben Huh stelt de ondernemers in het publiek gerust door te stellen dat het enige wat er gebeurt als je onderneming failliet gaat, is dat je met minder geld weer begint als je een nieuwe onderneming start. Echter beschikken veel ondernemers over faalangst. Huh noemt de realisatie van deze angst het ergste wat je mee kunt maken, want het is niet alleen gênant, maar ook emotioneel zeer zwaar. Wanneer je, als entrepreneur, genoeg gemotiveerd bent dan weet je altijd een manier te vinden om dingen te laten werken. Alles komt goed, weet Huh te vertellen. Ondanks deze bemoedigende woorden blijft de slagingskans van de nieuwe onderneming hetzelfde als de vorige onderneming.

De donkere dagen van Huh Wanneer Ben Huh vraagt wie sommige bedrijfskosten op hun persoonlijke credit card heeft staan, steken een aantal deelnemers van de sessie hun hand omhoog. “Do not put your company expenses on your personal credit card. You are not your company!” Huh neemt ons terug naar het jaar 2001 waarin hij een schuld had opgebouwd van veertig duizend dollar na het faillissement van zijn bedrijf. Hij raakte in een depressie en overwoog zelfmoord. De reden waarom hij in een depressie raakte was dat hij zichzelf verwarde met zijn bedrijf. Zijn bedrijf faalde, waardoor Huh het gevoel had dat hij als persoon had gefaald. Deze gedachtegang gaat Ben Huh aan het hart en hij laat duidelijk merken dat hij het oneens is met het heersende stigma op depressie. Een depressie is iets wat je overkomt en je moet er over kunnen praten met je familie en vrienden. Iedereen is bang om te mislukken, maar “failure is a lesson learned”. En deze les is onbetaalbaar.

Het verhaal van success In 2007 kocht hij de kattenwebsite met behulp van investeringen ter waarde van 2.2 miljoen dollar. Hij begon zijn eigen bedrijf en begon winst te maken. Hij kocht andere websites en vergaarde bij elke website nieuwe kennis over hoe je meer winst kan maken. In 2011 bezat Ben Huh over 25 werknemers en een kleine kantoorruimte. In ditzelfde jaar had hij al 30 miljoen dollar winst geboekt. Men denkt

108


Business Impact

veelal dat de CEO alles in zijn eentje doet, maar het is het team dat het succes boekt. Op een dag koos Huh er voor om het bedrijf van identiteit te laten veranderen: van een mediabedrijf naar een software bedrijf. Hierdoor heeft hij veel werknemers moeten ontslaan en dat vond hij één van de moeilijkste taken die hij als CEO op zich moest nemen. Echter noemt hij dit onderdeel van de “entrepreneur journey”. In 2013 had Huh een nieuw team samengesteld waarmee hij opnieuw succesvol werd. Huh’s ogen zijn gericht op de toekomst, en zijn plannen zijn om zichzelf wederom opnieuw uit te vinden.

‘How to reinvent yourself’ Ook voor dit proces heeft Ben Huh een routine opgesteld. De eerste stap in het “reinvention process” is het idee aanvechten dat je jezelf met heruitvinden. De tweede stap is het erkennen van de nieuwe waarheid. Dit wordt gevolgd door een mentale “flip” waarin je beseft wat je moet doen om je nieuwe identiteit aan te gaan. Dan komt de moeilijkste stap, de benodigde offers maken. Vaak willen we onszelf niet heruitvinden, omdat we de offers niet willen maken. Deze stappen gelden zowel op persoonlijk niveau als op zakelijk niveau. Ben Huh moest enkele werknemers opofferen om een nieuwe identiteit te creëren voor zijn bedrijf. Ben Huh sluit zijn sessie af met de woorden: “You will evaluate your life based on your last identity.”

109


MEDIA PARK JAARCONGRES ACT GLOBAL 18 juni vond de achtste editie plaats van het Mediapark Jaarcongres. Het MPJC brengt de televisie, uitgevers, internet, reclame, ICT en telecom wereld samen en geeft inzicht in de stand van zaken in de mediawereld, gericht op innovatie en inspiratie. Het MPJC kijkt naar de actuele ontwikkelingen in Nederland, laat prominenten uit de industrie aan het woord, geeft innovatieve bedrijven de kans om hun diensten te presenteren en biedt door presentaties en demo’s ook een blik op de toekomst. Het MPJC is een initiatief van iMMovator Cross Media Network, Media Academie en Beeld en Geluid.

David Mattin: big data drijft ­revolutie in verhalen vertellen aan Als je wilt innoveren, denk dan vanuit de behoefte die mensen hebben en niet vanuit nieuwe technologische mogelijkheden. Met die boodschap van keynote speaker David Mattin (hoofd Trends & Insights bij Trendwatching.com), ging het Mediapark Jaarcongres 2015 van start. De technologie mag veranderen, onze behoeften blijven in wezen hetzelfde. Een trend is dus een nieuwe manifestatie van een fundamentele menselijke behoefte.

David Mattin ( Trendwatching.com)

Mattin schetste vijf trends onder consumenten en riep de bezoekers van het Mediapark Jaar­ congres op te bedenken, wat zij daarmee zouden kunnen doen. Kijk naar innovatie door de bril van behoeften, niet door de bril van technologische ontwikkelingen was zijn advies. De eerste trend die hij belichtte, was artificial intelligence. Apparaten worden steeds slimmer, maar hoe kun je ze zo inzetten dat ze je leven makkelijker maken? Mattin gaf een paar voorbeelden, waaronder een app van Schiphol en de NS, die je helpt met onder andere reisinformatie als je trein naar het vliegveld vertraagd is of uitvalt. Ander voorbeeld: Facebook waarschuwt je dat de foto die je wilt uploaden gênant kan zijn, of het biometrische armbandje PPLKPR (Peoplekeeper) dat je vertelt hoe je je voelt als je bij een bepaalde persoon in de buurt bent. De tweede trend is peer armies: grote groepen mensen met een gemeenschappelijke band of interesse kunnen meer voor elkaar betekenen. Zoals mensen die via Airbnb niet alleen gasten ontvangen in hun woning, maar ook als gids in hun buurt optreden. Of Audi die een service biedt waardoor automobilisten elkaar te hulp kunnen schieten als ze bijvoorbeeld in de sneeuw vastzitten. Als derde trend noemde Mattin crowd shaping, een manier om via slim gebruik van big data je diensten beter af te stemmen op een bepaalde groep. Neem Prizm, een muziekdienst die uit de playlist van smartphones leert wat de muzikale smaak is van de aanwezigen en daar de muziekkeuze op aanpast. Of nog een biometrisch armbandje, Lightwave, dat bijvoorbeeld de belichting tijdens concerten kan aanpassen aan de stemming van de bezoekers.

110


Business Impact

De vierde trend die Mattin ziet, is rampant real time, zoals Periscope waarmee je via je smartphone real time video kunt delen. Beelden die een drone maakt live streamen op YouTube is ook een voorbeeld van deze trend, net als de “Nature Adventure� real-life game van Old Spice, waarbij internetgebruikers een man in een bos alles kunnen laten doen wat ze willen. De laatste trend was heritage heresy: bekende merken doen iets dat je als consument niet van ze verwacht. Harley Davidson laat bomen planten, het Italiaanse modemerk Versace baseert een nieuwe collectie op nepversies van de eigen stijl en topveilinghuis Sotheby’s werkt samen met online concurrent eBay.

Facts and figures van Gfk Tijdens het Mediapark Jaarcongres geeft onderzoeksbureau GfK traditiegetrouw een overzicht van de ontwikkelingen in het bezit en gebruik van verschillende soorten media en apparaten. Uit de cijfers van Liesbeth Nekkers (Research Manager Media GfK) blijkt dat intussen bijna alle jongeren van 13 tot 19 jaar (96 procent!) een smartphone hebben. Die markt is dus nagenoeg verzadigd. Overigens rukt de smartphone ook bij de rest van de bevolking steeds verder op: 80 procent van Nederland bezit er nu eentje. Jongeren hebben ook steeds vaker een tablet: in 2014 was dat nog 47 procent, nu is dat al 57 procent. Over alle consumenten gemeten, is het bezit van een tablet gestegen naar 65 procent (was 57 procent vorig jaar).

Liesbeth Nekkers (Gfk)

Video on demand neemt een steeds grotere vlucht. Zo is het gebruik van betaalde VoD-diensten gestegen van 31 naar 38 procent, onder jongeren is dat flink hoger: 53 procent. Videocontent wordt in toenemende mate op mobiele apparaten bekeken. Als het om televisie gaat, gebeurt dat met name op een laptop. Gemiddeld daalt dat overigens wel, van 35 procent in 2011 naar 31 procent dit jaar. Maar jongeren kijken juist vaker via de laptop, 51 procent doet dit nu (tegen 41 procent in 2011). De tablet is voor tv-kijken duidelijk in opkomst, met een stijging naar 26 procent (was 5 procent in 2011). Onder jongeren is die ontwikkeling nog spectaculairder: van 3 naar 31 procent. Tablets en smartphones worden veel gebruikt voor social media en VoD diensten. GfK DAM (Digital Audience Measurement, met een panel van 8000 consumenten) ziet bijvoorbeeld voor YouTube een maandbereik van 66 procent onder alle bevolkingsgroepen, onder jongeren is dit zelfs 86 procent. Facebook torent bij de social media boven alles uit, met een bereik van 74 procent onder alle consumenten (89 procent onder jongeren). Verder zit Snapchat bij de jeugd in de lift: het bereik daarvan steeg van 41 naar 55 procent.

Digitale strategie van NPO en RTL Tijdens Mediapark Jaarcongres interviewde dagvoorzitter Rick Nieman een strijdbare NPOvoorzitter Henk Hagoort en Managing Director Digital Media van RTL Nederland Arno Otto. Wat is hun visie op video on demand? En wat kunnen we het komende jaar van de omroepen verwachten op het gebied van innovatie?

111


Hagoort gaf een aantal critici een paar flinke vegen uit de pan. De veel gehoorde verwijten van onder meer kranten, dat de NPO de markt verstoort, is Hagoort langzaamaan zat. “Wij proberen de overkant te bereiken en daarbij hebben we geen drenkeling om de nek nodig”, zei hij, doelend op de problemen waarin veel dagbladconcerns zitten als gevolg van onder meer de dalende advertentieverkoop. Kranten hebben niet alleen in Nederland een probleem en dat los je niet op door de publieke omroep een kopje kleiner te maken, stelde Hagoort. Hij ging ook in op kritiek vanuit de omroepverenigingen, dat de NPO te veel centraal wil regelen. De NPO wil alle distributiekanalen controleren, ook digitale. Maar omroepverenigingen willen juist de vrijheid hebben om op internet hun eigen aanbod te presenteren. De afgelopen tijd heeft Hagoort veel met makers gepraat om de NPO-plannen uit te leggen, zei hij. Het gaat hem vooral om VoD-diensten, verder blijven er mogelijkheden voor omroepverenigingen om hun achterban te bedienen op de platforms van hun keuze. De kritiek vanuit de omroepen noemde Hagoort naïef: aan de ene kant maken ze documentaires over het grootkapitaal, en aan de andere kant willen ze alle content op YouTube zetten, terwijl dat een dienst van Google is. Nieman vroeg de NPO-baas ook naar de plannen voor de komende jaren. Hagoort wil programmatisch scherpere keuzes maken. “Er zijn teveel formats die bestaan uit stoelen, een tafel en drie instarts”, vindt hij. Daarbij zal strenger worden gekeken naar welke programma’s geschikt zijn voor de lineaire kanalen. Die content moet vooral urgent of live zijn, zoals sport en evenementen. De strategie van de NPO vatte hij – met dank aan de BBC- samen als “fewer, bigger, better”.

Rick Nieman en Henk Hagoort (NPO)

NLziet, de VoD-dienst van NPO, RTL en SBS, is volgens Hagoort niet gestrand. Maar er liggen wel flinke hobbels op de weg. Eén daarvan is technisch van aard: de interface is niet optimaal. Daarnaast is het aanbod aan programma’s niet compleet. Dat is een rechtenkwestie: de NPO bezit niet altijd de rechten, en om die voor alle content af te kopen is te duur. Een vergoeding vragen voor het gebruik is een oplossing, vindt Hagoort. De opmerking van critici dat er al voor publieke content is betaald met belastinggeld wijst hij van de hand. Dat argument gaat alleen op voor lineaire uitzending. “Een dvd van de serie “Oud geld” is ook niet gratis.” Tenslotte had Hagoort nog een nieuwtje: de NPO wil Digitenne van KPN overnemen. Om het digitale ethersignaal in HD goed te benutten, wil hij liefst een consortium vormen met andere grote omroep­bedrijven, zoals RTL en SBS.

112


Business Impact

Zwarte Tulp Arno Otto (Managing Director Digital Media van RTL Nederland), die na Hagoort bij Nieman in de schijnwerpers zat, hield zich over Digitenne op de vlakte. “Maar je zegt niet bij voorbaat nee”, constateerde Nieman. Otto liet het zo. Volgens hem wordt er overigens in het algemeen te veel vanuit techniek en bestaande processen gedacht. Dat moet anders. Bijvoorbeeld als het om de financiering gaat: RTL leunt nog zwaar op de advertentieverkoop, het zou beter zijn als de consument meer rechtstreeks betaalt. Nieman vroeg Otto ook naar het inzetten van proArno Otto (RTL Nederland) grammatic buying bij de reclameverkoop: een geautomatiseerde manier om vraag en aanbod aan elkaar te koppelen. Voor online-reclame gebeurt dat al, nu komt dit ook in de televisiemarkt meer en meer voor. Otto nuanceerde de nieuwigheid van deze techniek: mediabureaus houden gewoon de rol van broker, de match komt alleen wat anders tot stand. Ten aanzien van Videoland signaleerde Otto gelijksoortige problemen als bij NLziet: het technologische proces duurt lang. Maar Videoland staat nu goed overeind, vindt hij, en kan bijvoorbeeld Netflix uitdagen met de serie “Zwarte Tulp”. En er komt nog meer aan, al zei hij er niet bij wat. Ook hier is er weinig nieuws onder de zon volgens Otto, het is gewoon de strijd om de kijker met de beste of meeste originele content. Hij haalde een kleine anekdote aan in dit verband. Toen Netflix op de Nederlandse markt kwam, wilden de Amerikanen graag RTL-programma’s als “Gooische vrouwen” gaan aanbieden. Prima, zei RTL, als wij dan “House of Cards” krijgen. “Maar dat is onze signature content”, riepen de Amerikanen. Het antwoord laat zich raden.

William uricchio: data driven storytelling William Uricchio (Professor of Comparative Media Studies aan MIT in Boston) liet in zijn bijdrage op Mediapark Jaarcongres enkele trends in storytelling zien, waarbij big data een rol speelt. Het gebruik van driedimensionale beelden bijvoorbeeld, dat inspeelt op een die gewortelde menselijke behoefte om “in het verhaal” te stappen. Dat gebeurt met behulp van allerlei technieken al heel lang, Uricchio noemde in dit verband bijvoorbeeld panaromavoorstellingen, maar ook de veel recentere mogelijkheid om 3D-scans te maken van een omgeving of scène. Dat laatste wordt al enige tijd gebruikt door allerlei beroepsgroepen, zoals tandartsen, archeologen en politiemensen. Wat het voor omroepen betekent, moet nog blijken, want die maken nog nauwelijks gebruik van 3D beelden. De computer schrijft intussen steeds vaker de krant vol. Vooral sportberichten en financieel nieuws wordt door

William Uricchio ( MIT Boston)

113


algoritmen gemaakt. Een gamechanger in de bedrijfstak, aldus Uricchio. De computer gebruikt big data om verhalen te vinden en te vertellen. Dat geldt niet alleen voor krantenberichten, de computer kan ons ook steeds beter helpen om te bepalen welk beeld geschikt is om te gebruiken in een montage. Volgens Uricchio staat data driven storytelling op het punt helemaal door te breken, er komt een revolutie aan denkt hij. Door big data slim te combineren, zoals gegevens uit het “internet of things” en andere bronnen, ontstaan automatisch nieuwe verhalen. “Een dramatische verandering”, aldus Uricchio.

Vlogger Enzo Knol is gewoon zichzelf Enzo Knol (22) is de populairste vlogger van Nederland. Dagelijks post hij om 16.00 en 19.00 uur een vlog op zijn YouTube-kanaal. Onderwerp: het leven van Enzo Knol. 700.000 jongeren volgen hem op de voet. “Een droom is werkelijkheid geworden,” vertelt Knol. Hoe is het zo gekomen? Knol vertelt dat hij een paar geleden geen idee had wat hij met zijn leven aan moest. Zijn broer Milan was toen al succesvol vlogger en stimuleerde Enzo zijn eigen kanaal te beginnen. Vanaf dat moment ging het snel. De feiten spreken voor zich: begin mei 2014 had hij nog 3 miljoen weergaven per maand. In mei dit jaar haalde hij 34 miljoen weergaves. Ondertussen heeft hij Vlogger Enzo Knol ook een eigen merk ‘Knol Power’, waaronder hij onder meer kleding verkoopt. Hij moest wel even wennen aan het succes. “Het drong pas echt goed tot me door dat ik veel mensen bereikte, toen ik tijdens een vlog mensen uitnodigde om me te ontmoeten en er spontaan twee- of drieduizend man kwamen. Ik begrijp ondertussen dat jongeren naar me kijken en dat ik een voorbeeldfunctie heb. Mijn filmpjes gaan daarom ook vaak over pesten en gescheiden ouders (daar heb ik zelf ervaring mee) en zelfdoding.” Zijn geheim? “Er is geen recept,” zegt Enzo. Wat volgens hem goed heeft geholpen, is dat hij altijd helemaal zichzelf is. “Als je niet jezelf bent, hebben volgers dat onmiddellijk door.” Ten tweede is het heel belangrijk om heel veel interactie met de volgers te hebben. “Dat vinden ze tof.” Knol deelt ondertussen tags en muismatten uit aan bezoekers met kinderen die fan zijn van Enzo Knol. Knol noemt tot slot van het rijtje succesfactoren dat zijn volgers hem waarderen omdat hij veel improviseert. “Enzo Knol staat voor positiviteit en kracht. Ik probeer mensen te helpen die het leven niet zo vrolijk zien.” Wil hij nu ook op tv? Knol onthult dat hij benaderd is voor een real life soap, maar vriendelijk heeft bedankt. “YouTube is mijn ding! YouTube heeft meer invloed dan TV. De interactie op YouTube is gigantisch. YouTube is mijn platform.” Heeft hij tips voor mensen die ook een kanaal willen starten? Knol benadrukt nogmaals het geluk dat hij heeft gehad met een broer die ervaring en een groot aantal volgers had. Enzo is op het kanaal van zijn broer geïntroduceerd. Pas toen hij daar veel positieve reacties

114


Business Impact

kreeg, is hij zijn eigen kanaal begonnen. Hij stelt ook dat foutjes maken niet erg is. Sterker nog: het filmpje dat aan het begin van zijn enorme populariteit stond, was een registratie van een interview door regionale televisie waarbij hij zijn ellenboog brak. Op het podium wijst hij op een wond aan zijn hoofd: een live uitschieter met de hamer. “Goed voor een half miljoen views extra.” Als laatste tip voor aankomend vloggers: “Jezelf blijven en vloggen omdat je het echt leuk vindt.” Want Knols leven ziet er dan aan de buitenkant betrekkelijk eenvoudig uit, maar het is hard werken. “Ik doe al het praktische werk zelf, ook het editen. Ik heb ook geen manager, behalve dan dat ik gekoppeld ben aan Divimove. Ik ben fulltime bezig. Mijn filmpjes zijn soms 40 minuten, maar moeten minimaal 10 minuten zijn. Korter is killing. Ik kan het me ook niet veroorloven om niets te posten.” Over zijn verdiensten laat hij niets los. “Daar gaat het niet om. Ik ben dankbaar dat ik dit mag doen. Zoals mijn broer altijd zegt: Ik verdien meer dan mijn moeder en mijn moeder is secretaresse op een advocatenkantoor.”

Frank Botman (Dasym): “als Nederland een testpark was, zou China het allang gekocht hebben” Tijdens Mediapark Jaarcongres 2015 interviewde dagvoorzitter Rick Nieman Frank Botman (Dasym) over de ontwikkeling van media bedrijven naar platform diensten en services. Over zijn visie op de toekomst, de rol die media hierin spelen, het belang van relevantie en persoonlijke benadering en de beweging die China daarin maakt. Frank Botman was de laatste tijd in het nieuws als grootaandeelhouder van de Telegraaf. Hij gaat er niet diep op in, maar geeft aan dat hij belangen heeft in mediabedrijven over de hele wereld en overal ‘ideeën uitwisselt’. Maar dat dit Frank Botman (Dasym) alleen het nieuws haalt als het over De Telegraaf gaat. En hij veronderstelt dat dat komt omdat De Telegraaf voor Nederlanders klaarblijkelijk relevantie heeft en koppelt daaraan vast dat print in ons land dus nog wel degelijk relevantie heeft. “Een CEO-wisseling bij SBS levert lang niet zoveel publiciteit op.” Dasym is weinig bekend. Een visionaire investeringsmaatschappij die in de luwte opereert en zich onder meer sterk focust op China, één van de grote groeimarkten. Frank Botman schetst zijn visie op de nabije toekomst. Hij voorspelt dat media een nieuwe belangrijke rol krijgen. De grote mediabedrijven communiceren nu nog van one-to-many, maar we gaan toe naar many-to-one, naar ­relevante informatie afgestemd op de persoon. En dat is essentieel volgens Botman, omdat we naar een wereld gaan met eLearing, eHealth, en Domotica. Mensen moeten in de nieuwe technologie getraind worden en media kunnen ze daarin ondersteunen door een vertaalslag te maken van product naar gebruiker. Journalisten worden volgens hem merken. Hij wijst naar Evert Santegoeds en John van den Heuvel die over alle platformen heen communiceren. Mensen gaan voor informatie naar de merken waar ze vertrouwen in hebben, ongeacht het platform. We leveren in een ubiquitous tijdperk: technologie is alom vertegenwoordigd. Overal waar je komt, pak je je device uit je zak en ga je naar het merk dat je kent.”

115


Hij illustreert zijn verhaal door een vergelijking te maken met auto’s. Bij elke introductie van nieuwe technologie krijg je een beweging van luxury naar necessity. Toen de auto’s net op de markt kwamen, waren de voertuigen een luxe. De auto maakte mogelijk dat mensen in een andere stad konden werken, dan waarin ze woonden. De auto werd daardoor uiteindelijk een necessity. Dezelfde beweging ziet hij ook voor technologie in ubiquitous tijdperk. In de media werd informatie­ technologie ingezet voor e-communicatie, e-media en e-commerce. Mensen besteden een deel van hun tijd aan consumptie. Maar in het ubiquitous tijdperk is techno­logie een 100% geïntegreerd onderdeel van het leven.

China Hoe ga je daar als investeerder mee om? Botman noemt China een interessante markt die vooruitloopt. “In Nederland hebben we nog massamedia en spreken we van bereik. In China snappen ze al dat alle communicatie direct op jou persoonlijk van toepassing moet zijn. Het moet relevant zijn. China slaat stappen in hun ontwikkeling over: leapfroggen. Als je kijkt naar televisie dan consumeren ze niet free to air, maar nemen op een gepersonaliseerd device content tot zich.” Snappen wij goed genoeg wat er aan de hand is? “Ja, absoluut”, zegt Botman. “Spelen wij er voldoende op in? Ja en nee. We worden elke keer door techniek verrast. Het is heel belangrijk dat we een ubiquitous netwerk hebben, dat we een auto hebben. Als je naar Korea kijkt, waar een echt ubitquitous netwerk is, waar ze al 5G hebben dan zie je dat ze er heel andere dingen mee gaan doen. Overal komen sensoren in, kleding en apparatuur, en die praten met elkaar. Bij de meeste telco’s in Azië bestaat 50% van de omzet uit machine-to-machine communicatie. Techniek neemt heel relevante taken over, zoals verwarming aanzetten en gordijnen sluiten. Nu nog simpel, maar het gaat steeds verder.” Botman zoekt ook naar maatschappelijk voordeel. We leven in een uniek tijdperk en nu is de kans om mensen met een inkomen onder modaal een hoger en voorspelbaar inkomen te geven. Hij wijst ook op gebieden waarin Nederland voorop loopt: Endemol en Talpa die nieuwe mediatechnologie testen en finetunen. “Als Nederland een onderneming was, had China ons allang gekocht als testpark.” Botman is ook betrokken bij het Center for Applied Games in Amsterdam. “Straks gaat niemand meer met pensioen. Door middel van applied games kun je mensen blijven voorlichten, onderwijzen en nieuwe technieken aanleren, bijvoorbeeld een thermostaat instellen.”

Virtual Reality vraagt om een nieuwe manier van storytelling Hoe kun je als merk of medium virtual reality gebruiken om een totaalervaring aan te bieden? Wat heeft deze relatief nieuwe technologie te bieden aan mediaformats? Hoe breng je via VR mediaervaringen zo dicht mogelijk bij de consument? In het programma van MPJC presenteert Geert Jan Bogaearts (VPRO zijn ervaring.

116


Business Impact

VPRO presenteert De Volmaakte Mens in VR Geert-Jan Bogaerts, hoofd digitaal VPRO, laat zien hoe VPRO experimenteert met virtual reality en daarmee ook invulling geeft aan een kerntaak van de publieke omroep: innovatie. De omroep maakt een aflevering van de documentaireserie De Volmaakte Mens met behulp van een 360 graden camera. Met hulp van een VR-bril of een geavanceerder ‘bril’ als Oculus Rift krijgt de kijker een immersed experience ofwel: het lijkt alsof je erbij bent. Bogaerts vertelt over de geheel andere manier van vertellen die VR vraagt. “Het vraagt een nieuwe taal. We staan nog aan het begin. Het lijkt alsof we in het jaar twee van de stomme film zitten. Iedereen roept ‘oh’ en ‘ah’ over de mogelijkheden, maar we zijn nog ver verwijderd van het maken van Oscarwinnend materiaal.” Geert-Jan Bogaerts (VPRO)

De VPRO is bezig met vier onderzoekslijnen: • Virtual Reality: ervaring opdoen met deze nieuwe technologie • Distibutie en schaal: hoe deel je VR op grote schaal? VPRO heeft als oplossing de cardboardbril gekozen, die ook tijdens het congres uitgedeeld. • Media in de publieke ruimte. Hoe kunnen we doelgroepen bereiken bij live events? • Delen van gepersonaliseerde ervaring. Hoe kunnen we individuele ervaringen collectief maken. Voor de innovatietrajecten is de VPRO op 1 maart jl. een Medialab gestart op Strijp-S op het oude Philipsterrein in Eindhoven, een technologie en design hub waarin VPRO samenwerkt met ontwerpers, uitvinders en mediamakers.

Jan Riemens: video of de gladiolen Tot voor kort was Zoomin.tv in Nederland relatief onbekend. Daar is de laatste tijd verandering in gekomen en terecht. Het bedrijf van Jan Riemens is ongekend succesvol in online video. Jan Riemens is geen onbekende. Eerder startte hij al Money View, persbureau Novum en Finance tv. De laatste vijftien jaar richt hij zich op Zoomin.tv. Het bedrijf produceert video’s voor 2000 premium websites over de hele wereld, waaronder websites van uitgevers, nieuwsportals en blogs. Zoomin.tv heeft ruim 2000 correspondenten over de hele wereld die items maken en

Jan Riemens (Zoomin.tv)

117


live verslag kunnen doen. Daarnaast heeft Zoomin.tv een succesvol eigen kanaal op YouTube en een Multi Channel Network met 50.000 kanalen. Op Mediapark Jaarcongres ligt Jan Riemens zijn visie en strategie toe. Riemens: “Over MCN’s wordt altijd ingewikkeld gedaan, maar een MCN is niets meer en niets minder dan een platenmaatschappij met veel artiesten. Wij zorgen dat vloggers zich kunnen focussen op wat ze goed doen en zorgen dat ze geld verdienen en populair worden. In 2,5 jaar tijd hebben we meer dan 2,5 miljard views per maand en meer dan 100 miljoen abonnees.” Riemens voegt nog wat getallen toe: “Als online videobedrijf zijn we nummer elf in de wereld qua uniek bereik en op YouTube staat ons MCN op nummer vijf. Als je dat relateert aan televisie, dan zijn de grootste vier MCN’s al groter dan het gemiddelde kabelstation.“ Welke trends ziet hij in het Nederlandse medialandschap? Riemans noemt onder meer: advertentiebestedingen bij online video nemen toe ten koste van print. Kijktijd op televisie neemt toe en bestedingen nemen toe, maar wie kijkt er? Jongeren kijken geen televisie meer op televisie. Abonneetelevisie neemt exponentieel toe. “Waar ga je dan als adverteerder met je geld naartoe?” Hij laat een staafdiagram met mediabestedingen en mediagebruik en wijst op een disbalans: aan print wordt 4% van de mediatijd besteed, maar print krijgt nog steeds 18 procent van de bestedingen. Bij mobiel video is dat andersom. En hoe kun je geld verdienen met video? Hij stelt dat online video qua bereik nog zo’n 64x moet groeien, voordat online dezelfde reclameruimte (in euro’s) biedt als televisie. Online wordt vergeleken met televisie en verliest het onder meer op kwaliteit. Volgens Riemens zullen adverteerders steeds vaker zelf mediabedrijven worden, zoals Red Bull, want native advertising (slim integreren van je merk in een uiting), gaat het worden. Jongeren willen geen commercials meer kijken. Waar zitten de online videokijkers? Duidelijk is dat YouTube concurrentie heeft. Riemens stelt dat Facebook al bijna groter is in online video. Doelgroepen bewegen zich snel. “Er zitten al bijna geen tieners meer op Facebook.” En de afgelopen maanden maakte 13% van hen een account aan op het dit jaar gelanceerde SnapChat. Riemens stelt dat het heel moeilijk is om alle nieuwe platforms bij te houden.

118


Rick Nieman interviewt Jeroen Wijering via een live-verbinding met New York

Anyway, het is ‘Video of de gladiolen’, aldus Riemens. Als je niets met video doet kun je het wel schudden. Video wordt de primaire drager van informatie. Dat heeft als consequentie dat Storytellers de media ratrace winnen: zij hebben waarde, de middle men gaan verdwijnen, want voegen niets toe. De nieuwe succesvolle creatieven zijn volgens Riemens de creatieven die weten hoe ze met beeld moeten werken. Hij eindigt zijn betoog met drie laatste opmerkingen over de rol van (online) video in de toekomst: het verdienmodel wordt native, een MCN-model is noodzakelijk voor brandengagement en ondanks alles is televisie nog lang niet dood.

Jeroen Wijering: maker van de bekende JW-player Toen hij nog op de designacademie in Eindhoven zat, ergerde hij zich dat er geen videoplayer was die je eenvoudig in een website kon plakken. Hij maakte er zelf een: de JW-player. Gratis voor iedereen en tegen een klein bedrag beschikbaar voor bedrijven. Een van die bedrijven was YouTube. Op dit moment wordt 5% van alle online video ter wereld afgespeeld met de JW-player. Via een liveverbinding met New York interviewde Rick Nieman de man achter de JW-Player: Jeroen Wijering. Na zijn studietijd wilde Wijering de player verder uitbouwen en ging naar Amerika, omdat daar de technologie en de adverteerders waren, die hij dacht nodig te hebben. Het lukte en ondertussen heeft hij een bedrijf met zo’n 100 mensen en een indrukwekkende klantenlijst met organisaties als Walt Disney, Nasa, Harvard, Yale en het Witte Huis. Wijering over zijn activiteiten: “We hebben de JW-player verder uitgebouwd en verzorgen nu ook encodering en analytics. Daarnaast bouwen we voor mobiel, tablets en over de top.” Het bedrijf houdt zich ook bezig met de ontwikkeling van een zoeksysteem voor video op basis van audiotranscriptie. Trends? Ook Wijering ziet dat steeds meer bedrijven zelf content produceren. “Een bedrijf als Red Bull streamt ook via de JW-player. Iedereen zet een videoafdeling op en gaat zelf produceren.” Hij stelt dat veel bedrijven beginnen op YouTube en Vimeo, en bij succes de kijkers naar hun eigen omgeving proberen te halen. Dat scheelt geld: YouTube krijgt de helft van alle advertentie-inkomsten. Heeft Wijering al kopers op bezoek gehad? “Dat gebeurt af en toe en dan gaan we altijd in overleg. Maar we zijn er niet alleen voor onze investeerders. We zijn er ook voor onze klanten en die zijn bij ons omdat ze hun video en hun rechten in eigen hand willen houden. Dus die zouden niet blij zijn als we het bedrijf aan YouTube zouden verkopen.”

119


NU.NL LANCEERT BETAVERSIE CAMERAAD VOOR LIVE BURGERVERSLAGLEGGING Kunnen we onze bezoekers gaan inzetten voor verslaglegging vroeg Nu.nl zich in maart af. Samen met TNO en het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek ontwikkelde Nu.nl in rap tempo (en sneller dan verwacht) Cameraad. Op Mediapark Jaarcongres presenteerde Nu.nl hoofdredacteur Gert-Jaap Hoekman hoe Cameraad in zijn werk gaat. Cameraad is een app die qua functionaliteit lijkt op Periscope. Gebruikers kunnen er een video mee maken en deze live streamen. Nu.nl wil deze video’s gaan gebruiken als aanvulling op het bestaande nieuws­aanbod. Nu.nl gebruikt momenteel videomateriaal van onder meer ANP, Zoomin.tv en ook van lezers. Daarnaast maken ze zelf 50 video’s per dag. Aangezien nieuws vluchtig is, produceren ze slim, aldus hoofdredacteur Gert-Jaap Hoekman. “We produceren live of we maken longtail video waarbij we in 60 seconden achtergronden geven bij het nieuws. Die kunnen we vaker gebruiken.”

120

Gert-Jaap Hoekman (Nu.nl)


Business Impact

Cameraad voegt een dimensie toe. De toepassing wordt onderdeel van de Nu.nl-app. Door een druk op de knop kan de redactie aan mensen die zich binnen een bepaalde straal rond een gebeurtenis bevinden, vragen om te filmen met hun telefoon. Deze livestreams kan de redactie vervolgens, na minimale regie, de video toevoegen aan nieuwsartikelen, maar de livestreams kunnen ook rechtstreeks worden bekeken. Nu.nl gaat de toepassing tijdens de Vierdaagse en bij de start van de Tour de France in Utrecht testen. “De mogelijkheden zijn eindeloos.”

Innovatie uit de muziek industrie: Spinnin’Records en VeeJays.com Het laatste deel van MPJC wordt er een uitstapje gemaakt naar de wereld van muziek en festivals. Hoe zetten zij online video in? Hoe laat je scherm visuals reageren op muziek of dans? De succesverhalen van Spinnin’Records en Veejays.com.

Spinnin’ Records: marktleider in wereld van dance Eelko van Kooten is directeur van Spinnin’ Records, marktleider in de wereld van de dance. Van Kooten: “We maken de coole platen die je hoort in de clubs. En de uitdaging is om die zo nu en dan ook op de radio te krijgen, zodat je de massa bereikt.” Dat lukt hem aardig. “We spreken wereldwijd grote doelgroepen aan, ons YouTube-kanaal heeft 9,5 abonnees en we halen hoge chartposities in de UK, USA en Australië.” Hoe is het zo gekomen? Eelko heeft het ondernemen bij zijn vader Willem van Kooten geleerd. Zijn vader Eelko van Kooten ( Spinnin’ Records) was gericht op popmuziek. Eelko trok meer naar dance: “Ik dacht dance is eenvoudiger te maken, goedkoper en internationaal.” In 1998 startte hij zijn eigen muziekuitgeverij, waar hij onder meer DJ Armin van Buuren onder contract had. Niet veel later startte hij ook zijn eigen label, omdat hij heel eigen ideeën had over hoe een DJ in de markt gezet moest worden. Aanvankelijk bracht hij vinyl en cd’s uit. Vanaf 2010 ging Spinnin’ Records online. “Toen internet werd ontdekt voor muziek zijn wij meegegroeid. Het fijne van internet is dat je kunt zien wat populair is.” Van Kooten wijt zijn succes aan het goede onderbuikgevoel van Spinnin’ Records: “We voelen goed aan wat de doelgroep over zes maanden leuk zal vinden.” Hij spreekt van een mix van intuïtie, dataanalyse en een goede muziekredactie die altijd bezig is met het vinden van nieuwe muziekstijlen. “Zoals Animals van Martin Garrix in 2014”. Jongeren willen zelf nieuwe muziek ontdekken en groot maken. “Je moet ze blijven boeien met nieuwe dingen.” Spinnin’ Records doet daarom onder andere drie uploads per dag op YouTube en 8 uploads per week op online muziekboutique Beatport. Hoe verdient hij zijn geld? Van Kooten noemt onder meer de muziekrechten en gaat in op zijn online-activiteiten: “We hebben ruim 9,5 miljoen abonnees op YouTube en 9 miljoen views per dag. De nieuwe generatie denkt dat muziek gratis is, maar dat is het niet: de muziek wordt betaald door de adverteerders.” Dankzij internet kan Spinnin’ Records repertoire wereldwijd online muziek aanbieden en promoten. “We krijgen geld van adverteerders over de hele wereld, waaronder Brazilië, India en China.

121


Alle content wordt volgens Van Kooten gratis, ook video. Van Kooten grijpt daarmee nog even terug op de uitspraak van NPObestuurder Henk Hagoort eerder deze dag, dat voor goede content betaald moet worden. “Voor Netflix betalen we 10 euro per maand, maar wij denken dat ze 20 euro online zouden kunnen verdienen als ze hun content online zouden zetten. Muziek loopt vooruit op de markt: sharing is caring. Als je deelt, komt het geld vanzelf wel.”

VeeJays.com: imaginering als kunstvorm

Michelle van Mil (VeeJays.Com)

VJ Michelle van Mil van VeeJays.com sluit de dag. Veejays.com is een netwerk van VJ’s die de visuals verzorgen op evenementen en in clubs over de hele wereld. Ze mixen live videobeeld en maken visuals op maat. Op het podium geeft VeeJays een ­demonstratie van de nieuwste techniek: performance mapping met een live danseres. De visuals op het LED-scherm r­eageren op de bewegingen van de danseres wat zorgt voor spectaculaire effecten.

Afsluiting MPJC met een show van VeeJays.com

122


Business Impact

IBC: INNOVATION FROM THE LOW LANDS

MEDIA INNOVATORS FROM THE LOW LANDS Tijdens IBC Amsterdam stond Amsterdam RAI een week lang in het teken van de nieuwste elektronische media en entertainment. De laatste technologieën en ontwikkelingen werden uitgewisseld. Ook Nederlandse en Vlaamse crossmediabedrijven maken flinke stappen. Op de vijfde dag kwamen een aantal kleinschalige, maar toonaangevende ondernemers aan het woord tijdens de ‘Media Innovators from the Low Lands’ sessie, georganiseerd door ­gemeente Amsterdam en iMMovator. Rijk van Ark, Director Economic Affairs van de gemeente Amsterdam, heette het publiek welkom op de sessie waar ondernemerschap in de media wereld centraal staat. Welke veranderingen in de mediawereld bieden nieuwe kansen? Onder leiding van moderator Monique van Dusseldorp presenteerden drie Nederlandse en drie Vlaamse bedrijven zichzelf, en gingen met elkaar in gesprek over ondernemerschap, het Nederlandse en Vlaamse media landschap, internationalisering en samenwerking.

Rijk van Ark (Gemeente Amsterdam)

24i Media: experimenteren met omroepen Hans Disch (24i Media) beet het spits af door het publiek mee te nemen in de veranderende wereld van televisie. 24i Media houdt zich bezig met het leveren van Smart TV services. Op de beursvloer lag volgens hem de nadruk dit jaar vooral op de verschuivingen in de TV wereld, Over The Top neemt een steeds grotere plek in op de markt. IBC is voor 24i het ideale moment om te laten zien wat zij in huis hebben. Het bedrijf zet zichzelf in de markt als 24i Shop, 24i Studio en 24i Factory. Naast dat het bedrijf gestandaardiseer-

Hans Disch (24i Media)

123


de apps aanbiedt, ontwerpen zij ook customer-designed apps voor onder andere Smart TV en game consoles. Wat Hans prettig vindt aan zijn thuisbasis in Nederland is het innovatieve medialandschap dat ruimte geeft om nieuwe dingen uit te proberen, samen met bijvoorbeeld omroepen. IT ontwikkelingen worden in het medialandschap steeds belangrijker.

Corrino Media Group zoekt ‘preditors’ Corrino is een bedrijf dat grote stappen maakt. Zij zijn uniek als cross-media bedrijf. Wereldwijd leveren zij creatieve concepten en producten aan voor verschillende media en evenementen. Corrino is continu bezig met innovatieve ontwikkelingen zodat zij de klant de nieuwe technologieën kan bieden. De kracht van Corrino ligt volgens Atilla Meijs bij storytelling. Je moet een goede visie hebben en creatief zijn om een goed verhaal te vertellen. Daar liggen de mogelijkheden. Atilla: ‘’Ik ben op zoek naar preditors. Mensen die zowel director, als editor én producer in één zijn. Unieke mensen dus. Maar deze unieke mensen zorgen wel voor een concurrentiepositie die in de snel ontwikkelende crossmediawereld nodig is.”

Corrino

Sticky Studios, van concept tot implementatie van games StickyStudios heeft een breed netwerk aan klanten, zoals McDonalds, Disney en Red Bull. Bij het woord ‘game’ denkt de gemiddelde Nederlander vaak aan games zoals Call of Duty of World of Warcraft. Niets is minder waar. Sticky Studios ontwerpt laagdrempelige games die een breed publiek aanspreken. Door middel van dataverzameling kan het bedrijf de levels aanpassen aan de toekomstige gebruiker, zodat de drempel om een game te spelen laag blijft. Internationaal maken zij enorme stappen met bijvoorbeeld de game van The Maze Runner. Zo haalt Sticky Studios 59% van haar omzet uit de VS. Monique haakte gelijk in op dit feitje met de vraag: ‘’Hoe ben je zover gekomen?’’ Jeroen de Cloe: ‘’Spammen en nabellen. Dat klinkt misschien heel stom, maar zo gaat het wel. Je moet toch ergens beginnen als gamenerd. Al het bellen en mailen heeft er uiteindelijk voor gezorgd dat Warner Brothers onze eerste klant werd.’’ Vanuit deze eerste klant kwam Sticky Studios bij andere studio’s terecht en zo is eigenlijk het balletje gaan rollen.

Jeroen de Cloe (Sticky Studios)

124


Business Impact

Limecraft: durf samen te ­experimenteren Nooit meer gedoe met uren zoeken in videodatabases. Limecraft ontwierp een streamlined werkomgeving die het zoeken naar audio- en videobestanden een stuk makkelijk maakt. In deze werkomgeving worden audiobestanden omgezet naar tekst, die aan de audiobestanden zijn gekoppeld. Een bedrijf kan op een later moment door middel van een citaat of een stuk tekst het audio- of videobestand makkelijk en snel terugvinden. Dagen, weken, maanden heeft Limecraft gestopt Maarten Verwaest (Limecraft) in onderzoek om de juiste techniek te ontwikkelen. Deze ontwikkeling kon het bedrijf niet alleen. In samenwerking met Belgische onderzoekers, maakte Limecraft het waar om een succesvolle database neer te zetten. Ook volgens Maarten Verwaest is het belangrijk om ruimte te creëren die het mogelijk maakt te experimenteren. Contact hebben met andere organisaties die net als jij bezig zijn met innovatie en samen optrekken, creëert de mogelijkheid tot nieuwe inzicht. Daar is de IBC natuurlijk de perfecte gelegenheid voor.

Zentrick brengt reclames naar the next level Go interactive and distribute your content anywhere. Dat is de hoofdgedachte achter Zentrick Studio. Zentrick plaatst als het ware een layer over de huidige reclame, waardoor de kijker tijdens de reclame met een druk op de knop extra informatie kan opvragen. Denk aan een reclame voor een biermerk. Tijdens de reclame kun je als kijker het bier bestellen door op het biertje te klikken. De interactieve layer verlaagt de drempel om een handeling te ondernemen. Zentrick ontneemt de omschakeling van het enige medium naar het andere medium.

Frederik Neus (Zentrick)

Zentrick heeft zeer uiteenlopende klanten zoals merken, agencies en producten. Soms komt het voor dat het bedrijf met concurrent in aanraking komt. Zo ziet Zentrick het zelf niet. Samenwerking is volgens Frederik Neus een betere beschrijving. Zentrick denkt met ze mee over het concept van een actie. Een reclamebureau zorgt niet voor concurrentie maar voor een mogelijkheid om samen door één deur te gaan door middel van samenwerking.

VRTSandbox: smart co-creatie Sandbox, een gemeenschappelijke IP studio voor innovatieve samenwerking samen met VRT, EBU en iMinds. Het platform zorgt voor innovatieve samenwerking en smart co-creatie door nieuwe bedrijven bij de huidige omroepen te betrekken, vertelt Koen Meyskens. Zij bieden bedrijven van buiten het media ecosysteem de mogelijkheid om voor een korte periode met deze m ­ ediabedrijven

125


Koen Meyskens (VRT)

samen te werken. Dit biedt voor zowel mediabedrijven als de buitenstaande bedrijven nieuwe inzichten, win-winsituatie dus. De bedoeling is om de komende maanden een multi-camera live TV show te creĂŤren in een echte IP omgeving. Sandbox won dit jaar de IABM Design &Innovation Award. De uitreiking was 12 september, dus de vreugde zat er nog vers in. Het bedrijf gaat een mooie toekomst tegemoet.

IBC highlights: wat zoeken deze bedrijven op IBC? Nadat alle sprekers aan het woord waren geweest, nam Monique de mannen nog even mee in een gesprek over de innovatieve diensten. Wat is volgens hen de belangrijkste focus in het vak­gebied? Collaboration oftewel samenwerking is toch wel het begrip van 2015. Samenwerken, het combineren van nieuwe energie en dynamiek. Hier waren alle sprekers het unaniem over eens. Volgens Atilla Meijs van Corrino is het ook belangrijk om elkaar te helpen, om een brug te slaan tussen creativiteit en technische ontwikkelingen. Alleen zo kom je verder. Jeroen de Cloe van Sticky Studios geeft het advies om altijd je ogen open te houden voor nieuwe diensten en producten. Denk bijvoorbeeld aan E-sports. Kijk ook eens buiten het eigen vakgebied en durf die grens te overschrijden. Volgens Maarten Verwest (Limecraft) is het belangrijk om te letten op de earlyadaptors. Dit zijn vaak startups met energieke en bijzondere ontwikkelingen. Het afsluitende advies luidde: Hard werken en hard blijven werken. Geef het niet op. Sticky Studios heeft er veel voor moeten doen om in de VS stok achter de deur te krijgen. Maar uiteindelijk plukt het bedrijf er de vruchten van.

126


Business Impact

Deelnemers Dutch Media Innovators ondertekenen contract

Samenwerking door Dutch Media Innovators Tot slot sprak Suzanne Cox kort over ‘Dutch Media Innovators’ – een samenwerkingsprogramma (Partners in Business) waarin o.a. Sticky Studios, Corrino en Beeld & Geluid gezamenlijk de Amerikaanse markt betreden. Het programma is een initiatief van iMMovator Cross Media Network en wordt gesteund door RVO. De focus ligt vooral op de westkust van de VS. Samen met de overheid gaat Partners in Business proberen om Nederland als digitaal kennisland neer te zetten, de business te vergroten en daarmee uiteindelijk de omzet te vergroten. Partners in Business gaat in VS onder andere samenwerken met Consulaat en Dutch Sparks. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland heeft het plan in mei goedgekeurd. Tijdens de sessie “Media Innovators from the Low Lands” werden alle afgevaardigden op het podium geroepen om het contract te ondertekenen. Het programma is nu officieel van start gegaan.

127


PIB: ‘HEB JE SUCCES IN DE VS, DAN HEB JE OVERAL SUCCES’

Afgelopen najaar hebben het consortium Dutch Media Innovators, Stichting iMMovator en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RvO) een tweejarige samenwerkingsovereenkomst ondertekend in het kader van het programma Partners for International Business (PIB). De bedrijven in het consortium zullen met de overheid samenwerken om het imago van Nederland als digitaal kennisland te verbeteren, hun business development te versterken en kennis met Amerikaanse instellingen uit te wisselen. ‘De Amerikaanse markt is waanzinnig groot. Je kunt dus veel sneller opschalen dan in Europa. Bovendien zijn de bedragen die in de industrie omgaan fenomenaal.’ Aan het woord is George Freriks, die namens penvoerder iMMovator bij PIB is betrokken. Het programma richt zich vooral op Californië’, legt hij uit. ‘New York is belangrijk voor de media- en entertainmentindustrie maar dat geldt net zo zeer voor Californië, San Francisco en Los Angeles. De bedoeling is om daar nieuwe business te generen vanuit het idee: samen sta je sterker. Daartoe gaan we de komende twee jaar activiteiten ontwikkelen: handelsmissies, matchmaking activiteiten, knowledge to knowledge-evenementen en gezamenlijke aanwezigheid op beurzen. Ook willen we samenwerken met partijen in de VS, zoals kennisinstituten en bedrijven aan de innovatiekant, en ontwikkelen we activiteiten van government to government. Het Nederlands consulaat in San Francisco gaat daar een rol in spelen.’

128


Business Impact

Sneller opschalen De bedrijven die deelnemen aan PIB zijn Corrino, 24i, MediaMonks, Appromoters, Beeld en Geluid, TNO en Angry Bytes. Freriks: ‘Allemaal voorlopers in hun vakgebied. Sowieso hebben Nederlandse bedrijven de Amerikaanse markt heel wat te bieden. Hun innovatieve voorsprong op digitaal gebied ontstaat doordat producten en diensten en nieuwe businessmodellen in Nederland als eerste in de wereld worden getest. Helaas is die voorsprong moeilijk te materialiseren. Amerikaanse bedrijven kiezen nu eenmaal liever voor andere Amerikaanse bedrijven. Weliswaar staan kleinere en nieuwere bedrijven meer open voor spelers uit de Europese markt, maar bij grote bedrijven als Disney en Warner krijg je maar moeilijk een voet tussen de deur. Overigens: als je eenmaal binnen bent, dan lopen contracten al vrij snel door en krijg je gemakkelijker meerwerk. En met klanten van een dergelijke statuur opent de rest van de Amerikaanse markt zich ook gemakkelijker voor je.’ De voordelen van de Verenigde Staten voor Nederlandse bedrijven liggen voor de hand. Freriks: ‘De markt daar is waanzinnig groot. Je kunt dus veel sneller opschalen dan in Europa. Bovendien zijn de bedragen die in de industrie omgaan fenomenaal en is het beslag van facilitaire diensten op de totale kosten van tv maken kleiner dan in Nederland. Daardoor wordt er op facilitair in tijden van crisis minder snel bezuinigd. Maar het belangrijkste voordeel is toch wel: heb je succes in de VS, dan heb je overal succes.

Super enthousiast Zoals gezegd is iMMovator is penvoerder van PIB. Freriks: ‘We hebben een contract met de deelnemende bedrijven over de uitvoering van het programma. En als groep hebben we een contract met RVO, maar dat gaat vooral over financiering en verantwoording. Hoeveel geld in totaal met PIB gemoeid is? Rond de 700.000 in kind diensten en in cash. Dat geld komt van de deelnemende bedrijven en RVO samen.’ Op 10 november jongstleden zijn de papieren voor PIB getekend. Wat gaat er op korte termijn gebeuren? ‘We gaan naar de beurs South by Southwest in Austin Texas.’ Lachend: ‘Californië moet je dus breed opvatten. Verder zullen we seminars organiseren waarop onze Nederlandse en de Amerikaanse bedrijven zich aan elkaar kunnen presenteren. En er komt een website.’ ‘De Nederlands bedrijven zijn super enthousiast’, gaat hij verder. ‘We kunnen met hen veel bereiken. Het zijn namelijk geen concurrenten van elkaar. Ze vullen elkaar juist aan en kunnen elkaar meenemen in offertetrajecten. Overigens kunnen ook andere digitale mediabedrijven zich de komende twee jaar voor PIB aanmelden. Nogmaals: samen sta je sterker.’ PIB is een manier van samenwerking die zich ook goed leent voor markten in andere

129


delen van de wereld, aldus Freriks. ‘Het heeft bijvoorbeeld programma’s voor andere branches die gericht zijn op Azië. Wij richten ons echter voorlopig op de Verenigde Staten. Eerst dit maar eens goed doen voordat we verder kijken.’ Hoe definieert Freriks ‘goed’? ‘We hebben wel degelijk een meetlat: het realiseren van omzet. Dat is een heel concrete doelstelling en die nemen we ook serieus. Zo hebben we een nulmeting gedaan en per deelnemer een doelstelling geformuleerd. We zijn zeker van plan die doelstellingen te halen!’

Kennisoverdracht naar de VS Als voorloper in archivering van audiovisuele media wil Beeld en Geluid zijn expertise en kennis internationaal positioneren en verbindingen met het buitenland te stimuleren. Het PIB-programma helpt daarbij. Beeld en Geluid heeft de ambitie om zichzelf te verbreden van een audiovisueel naar een multimedia-archief. ‘Zo wil de organisatie recht doen aan de pluriformiteit van het huidige medialandschap’, zegt Specialist Publieksparticipatie en Innovatieve Toegang Maarten Brinkerink. ‘Dat brengt de behoefte met zich mee om nieuwe kennis op te doen en samenwerkingsverbanden op internationale schaal aan te gaan. Veel van de innovatie in het audiovisuele en multimediale medialandschap komt voort uit de VS’, aldus Brinkerink. ‘Dit maakt de Amerikaanse markt voor Beeld en Geluid extra relevant. Andersom is de expertise van Beeld en Geluid voor de VS relevant. Wij zien PIB dus als een kans om kennisoverdracht naar de VS vorm te geven.’ ‘Tot slot zijn de VS zeer interessant vanwege een aantal private fondsen die zeer interessante projecten met een publieke doelstelling in het mediaveld financieren. Deze fondsen hebben vaak een concrete focus. In mijn ervaring leidt dat vaak tot zeer succesvolle projecten, waaraan Beeld en Geluid een voorbeeld probeert te nemen. Een prachtig voortvloeisel van de contacten die Beeld en Geluid dankzij PIB in de VS kan leggen bij een internationale samenwerking met steun van een dergelijk fonds zijn.’ Overigens zijn er ook ander markten waarop Beeld en Geluid van plan is zich te richten. Brinkerink: ‘Wij participeren momenteel al actief in – met name – het Europese onderzoeksveld. Hierbij wordt voornamelijk met publieke organisatie en onderzoeksinstituten samengewerkt, maar in toenemende mate ook met de creative industrie.’

Voordelen van samenwerking Appromoters is een van de bedrijven die deelneemt aan het PIB-programma. De reden: gezamenlijk kun je een betere positie innemen en joint proposities uitwerken voor een sterkere ‘offering’ naar de klant. Appromoters is momenteel bezig met het opzetten van een tweede kantoor in Santa Monica, Los Angeles. Het PIB-programma kwam dus precies op het juiste moment. Managing director Raoul Milhado: ‘We doen mee vanwege netwerkuitbreiding, kennisdeling en overige voordelen die het programma biedt. En het maakt de verhuizing naar Amerika bevorderlijker.’ Veel klanten van Appromoters willen groeien naar Amerika. Milhado: ‘En dus is het interessant dat wij ons daar vestigen. Bovendien is de gemiddelde Amerikaanse app-klant voor ons een stuk ­interessanter omdat apps in de meeste gevallen start-ups zijn. Start-ups worden in Amerika veel beter gefinancierd als in Nederland, wij krijgen daardoor de mogelijkheid om veel meer activiteiten en marketingcampagnes uit te voeren en dus onze waarde aan te tonen.’

130


Business Impact

‘We werken liever met partijen die budget hebben’, aldus Milhado. ‘Dat is de belangrijkste reden waarom Amerika interessant is. Daarnaast gaat de ontwikkeling op het gebied van mobiele apps en games in de States natuurlijk ontzettend snel en daar willen wij een groot onderdeel van worden.’ Milhado ziet meerdere voordelen in de samenwerking met andere bedrijven in PIB? ‘Zoals ­gezamenlijk naar events gaan om daar een sterke positie in te nemen, joint proposities uitwerken voor een sterkere offering naar (app) klanten en gebruik maken van elkaars diensten en kennis om op die manier nog betere resultaten voor klanten te behalen. ‘De focus van Appromoters ligt in eerste instantie op Amerika, daarna op Zuid-Amerika. Dit zullen we doen in samenwerking met verschillende lokale partners. Nadat we de Amerikaanse office succesvol hebben neergezet, moeten we hetzelfde trucje gaan herhalen en leren van de dingen die goed gingen en fout gingen. Online marketing en de positionering van ons bedrijf en onze software gaan daar ook een belangrijke rol in spelen.’

131


SPOT ON: CORRINO MEDIA, CREATIEVE KRUISBESTUIVING VAN CROSS­ MEDIALE VERHALENVERTELLERS Twaalf jaar geleden startte Corrino Media met de ambitie Nederlandse films te maken. Maar na één poging hadden de oprichters Atilla Meijs, Michael John Fedun en Joyce van Diepen, alle drie afgestudeerd aan de Filmacademie, hun lesje geleerd: daar is in Nederland geen droog brood mee te verdienen. Hun skills verzilveren ze nu wereldwijd met crossmediale storytelling voor artiesten, media, brands en events. ‘Onze kracht is dat we een verhaal en een stijl consistent door kunnen zetten’, stelt CEO Atilla Meijs. ‘Als we eenmaal weten wat het DNA en het verhaal van een brand is, dan kunnen wij de content maken: trailers, commercials, documentaires, liveregistraties. Het gaat om het verhaal, niet om het medium. Voor Sensations werken we al jaren op die manier.’ Ook omroepen, platenmaatschappijen en merken vonden hun weg naar Corrino vanwege hun kenmerkende visuele aanpak. Zo is Corrino al vanaf het begin betrokken bij 3FM Serious Request voor de televisieregistratie, het maken van items in het land en een stuk evenementorganisatie.

Kruisbestuiving Corrino houdt de productie van alle content in eigen hand. Het bedrijf heeft mensen voor ontwikkeling, productie en nabewerking. Ook verzorgen ze live opnames en broadcasting. Meijs: ‘Versnippering? Nee. Diversiteit is onze specialiteit. Juist omdat we alles in eigen hand houden kunnen we de consistentie van een brand en een verhaal goed bewaken.’ Ondertussen is Corrino uitgegroeid tot een bedrijf van 40 mensen die bijna allemaal in meerdere disciplines inzetbaar zijn. ‘Dit zorgt voor een creatieve kruisbestuiving.’ Muziek en evenementen vormen het zwaartepunt van de producties van Corrino. En speelfilms hebben ze nooit losgelaten. Ondertussen hebben ze een Engelstalige speelfilm op hun naam: The Devils Double, een verfilming van het boek over de dubbelganger van de zoon van Saddam Hussein.

Grote getallen Sinds twee jaar heeft Corrino een kantoor in Los Angeles. ‘De Nederlandse markt wordt voor wat we doen te krap. We werken nu al mee aan de grootste Nederlandse muziekevenementen, dus daar zit geen groei. En van speelfilms kun je hier niet leven. In Amerika werkt de wet van de grote getallen en kan dat wel. Europeanen liggen daar bovendien goed in de markt: we zijn creatief en betrouwbaar.’ ‘We werken mee aan muziekevenementen en ik verwacht dat we uiteindelijk vooral in Amerika in actief zullen zijn. Nederland opgeven? Nee. We houden hier onze creatieve broedplaats. De kleine budgetten maken ons innovatief en in tegenstelling tot Amerikanen hebben we hier het lef om creatieve risico’s te nemen.’

132


Business Impact

SPOT ON: APPROMOTERS, CONCURRENT VAN GOOGLE EN FACEBOOK Appromoters biedt specifieke marketingoplossingen en performance campagnes voor mobiele apps die op basis van hun eigen technologie worden uitgevoerd. De zaken gaan goed voor het Amsterdamse bedrijf. ‘Binnen 2 jaar willen we het nummer 1 app marketingbedrijf van de wereld zijn en gaan we met onze ad technologie de concurrentie aan met bedrijven als Google & Facebook’. Appromoters is opgericht door Raoul Milhado en Florian Rost van Tonningen, twee ondernemers die elkaar nog van school kende en vanuit een gezamenlijk project Appromoters zijn begonnen. Milhado is verantwoordelijk voor commercie en Rost van Tonningen houdt zich bezig met de innovatie binnen het bedrijf. Milhado: ‘In totaal werken er 15 mensen bij Appromoters. Het team bestaat uit een combinatie van jonge ondernemers, marktexperts en een aantal zeer ervaren branche-professionals.’

Verbeteren Zoals gezegd is Appromoters gespecialiseerd in specifieke marketingoplossingen en performance campagnes voor mobiele apps die op basis van eigen technologie worden uitgevoerd. Milhado: ‘In concreto richten we ons op: het verbeteren van de vindbaarheid van apps in de beide App stores, het inzichtelijk maken van marketing data, product data en App store data, het realiseren van kwalitatieve gebruikers voor mobiele apps waarin een onderscheid wordt gemaakt in volume, activiteit en winstgevendheid. De gebruikers worden gerealiseerd via platformen als Facebook, Twitter, Linkedin en via mobiele advertenties die gerund worden in ons eigen publisher netwerk.’ Wat maakt het werk van Appromoters bijzonder? ‘We richten onze diensten specifiek alleen op mobiele apps’, aldus Milhado, ‘dat is al vrij uniek. Daarnaast hebben we onze eigen technologie die het inzichtelijk maakt waar je – aan de hand van de drie belangrijkste datacomponenten – je ideale doelgroep kan vinden, volledig geautomatiseerd en gebaseerd op historische data. Hoe meer data er wordt verzameld, hoe gerichter het systeem zijn werk kan doen.’ ‘Naast de voordelen van het platform zijn we gebaat bij het succes van onze klanten. Het gaat er bij ons dus niet alleen om één succesvolle campagne neer te zetten, het is bij ons belangrijk om een langetermijnstrategie uit te werken voor klanten om op die manier een succesvolle langetermijnsamenwerking aan te gaan.’

Behoorlijke groei De aanpak van Appromoters werkt. Milhado: ‘Een klant als Izi.TRAVEL ging binnen zes maanden tijd van 100.000 naar 2 miljoen downloads, waardoor ze nu de grootste tourguide app van de wereld zijn. En Crystal Adblocker heeft 3 weken in de top 5 van de USA App store gestaan.’ Alle reden dus om met vertrouwen naar de toekomst te kijken. ‘We zijn in 6 maanden tijd van 4 naar 15 man gegroeid’, zegt Milhado. ‘Er zit dus een behoorlijke groei in momenteel. De volgende stap is Amerika en het uitbreiden van het team in Europa. 2016 moet een jaar worden waarin we de omzet verviervoudigen, het team uitbreiden naar ongeveer 20 fulltimers en een serieuze naam gaan opbouwen in Amerika. Ook zullen we het platform groots lanceren en zetten we in Q1 onze eigen consumenten app in de markt. Binnen 2 jaar willen we het nummer 1 app marketingbedrijf van de wereld zijn waarin we met onze ad technologie de concurrentie aangaan met bedrijven als Google & Facebook.’

133


CARIBBEAN MEDIA HUB: UITBREIDING NAAR SURINAME In 2013 is iMMovator begonnen met het onderzoeken van de mogelijkheden van een Caribbean Media Hub op Curaçao. Na de oplevering van de allereerste Cross Media Monitor Curaçao door iMMovator en TNO, is een uitgebreide analyse gemaakt van de mogelijkheden om de export van media- en ICT-bedrijven uit Nederland en Curaçao te versterken: tussen de twee landen, maar ook om de hub te gebruiken als springplank naar ZuidAmerika. CITI, het Curaçao Innovation & Technology Institute is de trekker van de hub op de Antillen. Dit jaar heeft de hub zich weten uit te breiden naar Suriname. De Caribbean Media Hub bestaat uit een compleet programma van activiteiten. Naast het regelmatig doorlichten van de werkgelegenheid middels de Monitor zoals die ook tweejaarlijks in Nederland wordt uitgevoerd, bestaat het programma uit de inrichting van een incubator, business coaching, matchmaking, internationale promotie en de organisatie van verschillende kennisbijeenkomsten. Deze activiteiten moeten leiden tot een vergelijkbare sterke creatieve industrie in het Caribisch gebied, zoals iMMovator die ook heeft gelegd onder die van Nederland. Met een franchisemodel kunnen lokale organisaties in de Caraïben de door iMMovator ontwikkelde stimuleringsactiviteiten aanwenden voor de versterking van hun eigen nationale creatieve industrie. Door slim samen te werken kunnen bedrijven uit Nederland en het Nederlands sprekende deel van het Caribisch gebied hun afzetmarkten aan beide zijden van de oceaan uitbreiden.

Naadloos elkaars werk overnemen De uitbreiding van de hub naar Suriname is daarmee een logische stap. Net als op Curaçao is een deel van de creatieven en kenniswerkers opgeleid in Nederland, en is het Nederlands een belangrijke voertaal. Bovendien zijn er vanuit de private sector al veel succesvolle initiatieven van bedrijven die 24/7 services bieden, doordat bijvoorbeeld het werk van hun telefonische en online klantenservices na afloop van de werkdag in Nederland naadloos wordt overgenomen door de in Suriname woonachtige werknemers. Onder andere BOL.com maakt gebruik van dergelijke constructies. Op het gebied van media en ICT gebeurt dat nog veel kleinschaliger, en daar liggen dus kansen die verder benut kunnen worden. Ook is een aantal mediabedrijven onder leiding van Spang Makandra enkele jaren geleden al begonnen met de vorming van een netwerk waarin R&D, kennisdeling, delen van faciliteiten en talentontwikkeling centraal staan. Op uitnodiging van Spang Makandra en de Nederlandse ambassade hebben CITI, iMMovator en Spang Makandra het startschot voor de uitbreiding van de Caribbean Media Hub gegeven tijdens de jaarlijkse ICT SUMMIT in Paramaribo in juli 2015. Naast de organisatie van eigen lokale activiteiten heeft de hub zich in het najaar van 2015 gericht op de uitwisseling van kennis tussen Suriname en Curaçao, en de internationale promotie van Nederlands-Caribische creatieven op het sinds 2001 jaarlijkse Animae Caribe Film and New Media Festival op Trinidad.

134


Business Impact

Orange Grove Naast de lancering van de hub op de Summit heeft iMMovator twee workshops gegeven aan professionals uit de creatieve industrie, onder meer over business modelling aan startende ondernemers. De tweede workshop betrof een interactieve sessie over de noodzaak tot innovatie en samenwerken aan docenten/studenten van de twee kunstacademies en veelal als ZZP-er werkende creatieven. Opvallend was daarbij de enorme leergierigheid van de deelnemers en de grote opkomst van de pers om de workshop te verslaan. Ook kondigde de Nederlandse ambassadeur Ernst Noorman tijdens de workshop aan de creatieve industrie in Suriname mee te willen versterken door in hun prachtige door Lafour & Wijk ontworpen pand een incubator te gaan starten in het najaar van 2015. Inmiddels heeft de incubator de naam Orange Grove gekregen en wordt deze onder leiding van Diana Duttenhofer verder uitgebouwd. Begin 2016 zal onder leiding van iMMovator ook voor Suriname een Cross Media Monitor uitgebracht worden, zodat er een goede nulmeting ligt ten aanzien van de werkgelegenheid, bedrijfstypen en in het oog springen de specialismes in Suriname.

De ICT Summit bestaat sinds 2013, duurt meerdere dagen en kent een beurs- en een congres­ gedeelte. De Summit wordt georganiseerd door de ICT Associatie Suriname. Behalve Surinaamse bedrijven zijn er bedrijven uit andere Caribische landen, de VS en Nederland vertegenwoordigd. Het thema van de 2015-editie was MAGICSS: Mobile, Analytics, Governance, Internet of Things, Cloud, Social & Security. Hoewel oorspronkelijk gericht op leveranciers van hard- en bedrijfssoftware, richt de Summit zich in 2015 nadrukkelijk op content-toepassingen gericht op de consument (apps, social media, games, e-learning). Er worden veel hackatons tijdens de Summit georganiseerd, zowel voor professionals als voor kinderen en jongeren die daarmee spelenderwijs kunnen ruiken aan een carrière in de ICT. Ook de jonge bedrijven uit TMIL, de incubator van een van de grootste telecom-bedrijven, Telesur, kregen een platfom om hun producten te promoten. Voor Nederlandse bedrijven is de ICT Summit een laagdrempelige manier om bekendheid op te bouwen en de afzetmarkt van Nederlandse producten en diensten te vergroten.

135


CO LU M N

CROWDFUNDING WIJST WEG NAAR NIEUWE ECONOMIE

Crowdfunding is serious business. Inmiddels financieren jaarlijks duizenden Nederlandse ondernemers en creatieven hun bedrijf op deze manier. En jaarlijks investeren inmiddels tienduizenden Nederlanders meer dan 125 miljoen euro aan crowdfunding bij elkaar. Wereldwijd gaat het om miljarden.

Waarom? Vaak wordt naar de worstelende banken gewezen als reden voor de rappe opkomst van crowdfunding, maar er is meer. De opkomst van crowdfunding laat zien dat we fundamenteel anders in ondernemen en de economie willen staan. We komen uit een ‘economy of the few’, waarbij je als burger deelneemt aan de economie door te consumeren of door je geld toe te vertrouwen aan een zeer beperkt aantal economische grootheden, zoals banken, verzekeraars en (pensioen)fondsen. Inmiddels komen we ervan terug om al ons geld daar te stallen. We snappen niet meer hoe die financiële wereld werkt en we voelen ons disconnected van wat er met ons geld gebeurt. We willen zien en begrijpen wat ons geld doet. We willen ervaren dat onze 100 of 10.000 euro niet op een grote hoop belandt en via allerlei lagen en schijven wordt herverdeeld via onzichtbare mechanismen, maar zelf zien dat onze investering impact heeft op de wereld om ons heen. De crowd heeft een honger naar participatie in projecten van betekenis.

En wat blijkt? Het soort projecten waarin wordt geïnvesteerd is zo divers als je maar kunt bedenken, zoals te zien in de volgende twee crowdfunding campagnes waaraan we onlangs werkten. The Smog Free Tower, van kunstenaar Daan Roosegaarde, is een droom die realiteit wordt. Een 8 meter hoge toren zuigt smog – één van de grote uitdagingen voor het komende decennium – uit de lucht, pers deze samen en verwerkt deze ‘smog cubes’ tot ringen en manchetknopen. De toren creëert daarmee niet alleen smogvrije zones in wereldsteden, maar laat ook zien dat afval verleden tijd is: je kunt afval immers altijd een nieuwe betekenis geven. Meer dan 1500 mensen van over de hele wereld investeerden mee. En dan Crematorium Westerhout: de ondernemer achter dit bestaande bedrijf, zocht financiering voor – jawel – een nieuwe oven. Hun crowdfunding campagne haalde binnen een weekend de benodigde 300.000 euro op. Investeerders die meededen krijgen als het het crematorium goed gaat hun inleg terug met een flinke rente. Maar lopen dus ook risico: als de onderneming niet slaagt, kunnen ze (een deel van) hun inleg verliezen. Naarmate crowdfunding groter wordt, worden de belangen ook groter. En worden de gesprekken serieuzer. Want crowdfunding is – zoals we zeker na de crisis kunnen weten: net als iedere andere investeringsvorm – niet zonder risico’s. Zo kan de producent van een technisch product geconfronteerd worden met onverwachte problemen in de levering. En een crowdfundend zorgconcept kan uit de markt worden gedrukt door een succesvolle concurrent. Waarom mensen dan toch via crowdfunding zullen blijven investeren? Omdat het unieke aan crowdfunding is dat investeerders zelf kunnen bepalen naar welke ondernemer hun geld precies gaat. Omdat crowdfunding bij uitstek laagdrempelig is en dus niet alleen voor de rijken: je kunt al vanaf heel bescheiden bedragen investeren via crowdfunding. En omdat veel investeerders de geboden rendementen een aantrekkelijke compensatie vinden voor de risico’s. Crowdfunding is eerlijk en direct. Simon Douw Managing partner Douw&Koren Crowdfunding

136


Media Impact ➔

Inleiding

esigning fo D : k e e W re tu u F Media

Create Health

Spot on: Dementi

Create Energy

r Society

a app

atieve industrie e cr e d in e ti a v o n inn ClickNL: Kennis e

Spot on: Ideate

Media Groen

Growing Games

: Ga Cross Media Café

te: Hacks Technology upda

er: We ain’t see Column Paul Röm

mes and Media & Attacks n nothing yet


MEDIA IMPACT Dat media grote impact hebben op de samenleving hoeven we niet uit te leggen. Media zijn overal om ons heen en worden steeds meer ‘immersive’. Media zijn de kanalen waarlangs wij informatie tot ons nemen. Ze laten ons zien wat elders gebeurt. In dit hoofdstuk verkennen we ontwikkelingen waarin media van naast de rol van “spiegel/inzoomlens” ook daadwerkelijk impact kunnen realiseren in andere sectoren en welke kansen daar liggen. Met andere woorden: kunnen de kennis en technieken die wij als media-industrie hebben toegevoegde waarde bieden in andere sectoren, bijvoorbeeld in de zorg of in de energiesector. Met een mooi woord worden dat ook wel ‘crossovers’ genoemd. Professionals in de media-industrie zijn vaak bevlogen mensen die gepassioneerd een verhaal willen vertellen. Zoals Erland Galjaard het mooi verwoordde in HP/de Tijd: “Vanwege ons bereik hebben we de mogelijkheid om dingen te doen die misschien zelfs sommige politici niet kunnen. Ik doe dit werk omdat ik geloof dat je met tv een belangrijke positieve invloed kan hebben op mensen. Zowel door ze te amuseren, te laten ontspannen, als door discussies op gang te brengen, begrip te kweken.” Het gaat ook bij een commerciële omroep als RTL niet alleen om geld verdienen met amuserende mediacontent. In 2015 zien we dat het steeds belangrijker wordt om met je mediaproduct een bijdrage te leveren aan de maatschappij. Bijvoorbeeld door een maatschappelijk probleem aan de kaak te stellen, maar ook door daadwerkelijk bij te dragen aan een oplossing voor dat probleem. Niet voor niets was het thema van Media Future Week dit jaar ‘Designing for Society’ – wat wil zeggen dat je bij het ontwerpen van nieuwe diensten en producten kijkt naar de maatschappelijke relevantie, naar wat de waarde is voor de samenleving. Niet alleen via de content heeft onze industrie veel impact. Ook door gebruik te maken van onze kennis en ervaringen, van onze tools en expertise, kunnen we als media-industrie bijdragen aan het oplossen van de grote uitdagingen van onze tijd. Het gaat dus niet alleen om de boodschap of inhoud van de programma’s van media, maar ook om de achterliggende technologieën, creativiteit en businessmodellen die in andere vakgebieden relevant zijn. Afgelopen jaar is met TNO werk gemaakt van de verkenning van crossovers met de energiesector en met de zorgsector.

Media & energiesector Eén van de grootste maatschappelijke problemen is dat we te snel door onze energiebronnen heen gaan – we zullen energie bewuster en zuiniger moeten gaan leven. De media-industrie kan daar op verschillende manieren een bijdrage aan leveren: door zelf als industrie minder energie te gaan gebruiken, door in haar programma’s meer aandacht aan dit topic te besteden, én door producten en diensten te ontwikkelen waardoor het voor consumenten makkelijker wordt zuiniger met energie om te gaan. De media-industrie is een grootgebruiker als het om energie gaat. Dat begint al bij opnames. Televisieprogramma’s worden opgenomen in studio’s vol met felle lampen. Door de hitte die deze

138


Media Impact

lampen afgeven zijn weer energie slurpende aircosystemen nodig. Door een aantal aanpassingen, zoals LED lampen, valt er al winst te halen. Verbindingencentra, straalverbindingen, editingfaciliteiten, archivering, playout- en distributiesystemen zijn ieder voor zich “always-on” energie slurpers, waarin betrouwbaarheid en beschikbaarheid vele male belangrijker zijn dan energieverbruik of CO2-footprint. En het gaat nog verder: waarom niet kijken naar mogelijkheden zoals zonnepanelen op het dak van studio’s, recycling/afvalverwerking van omroepen of het leveren van energie aan omliggende wijken. De mogelijkheden zijn eindeloos, en eind 2015 zet een groep partijen onder leiding van iMMovator zijn schouders om een samenhangend plan te ontwikkelen voor verduurzaming van de media-industrie: We maken media groen! NPO heeft in 2015 al het voortouw genomen: NPO Groen focust op energiezuiniger televisie maken. Daarnaast maakt NPO ook programma’s over groener leven, waarbij kijkers concrete tips krijgen en bekende Nederlanders met elkaar de strijd aangaan wie het ‘groenst’ leeft. Henk Hagoort vertelde er in een Media Park Update meer over, een verslag daarvan lees in je in het volgende hoofdstuk. Naast het bewust maken van de kijkers ontwikkelt NPO een app waarmee makers precies kunnen zien wat hun ‘footprint’ is als ze een programma maken. Dit soort apps helpen makers, maar ook consumenten bij het bewust worden van de hoeveelheid energie die ze gebruiken, en kan ze spelenderwijs helpen hun energieverbruik te verminderen. In het project CREATE Energy nemen bedrijven begeleid door TNO en iMMovator de uitdaging aan om meer van dit soort toepassingen te bedenken en diensten/apps te bouwen rond (consumenten)data.

Media & zorgsector Een andere sector waar we als media-industrie diensten van toegevoegde waarde kunnen leveren is in de zorgsector. Met de vergrijzing wordt goede zorg bijna onbetaalbaar. Daarom wordt er gekeken hoe je met slimme toepassingen de zorg kan verbeteren. Bijvoorbeeld door met speciale games het revalidatieproces van patiënten leuker en effectiever te maken. Of door kinderen met overgewicht meer te laten bewegen door mee te spelen met een game. Dat is precies waar het project Growing Games zich mee bezig houdt. Ontwikkelen van applied games voor directe toepassing binnen ‘Cure & Care’, maar ook de inzet van games om artsen te trainen (Teaching & Training) of om crisissituaties te simuleren (Safety & Security). Naast gaming kunnen ICT-toepassingen ook goed ingezet worden in de zorg. Bijvoorbeeld om mensen met dementie langer thuis te laten wonen. Er is steeds meer (technologische) ondersteuning beschikbaar om langer thuis wonen mogelijk te maken. Met TNO wordt in 2015 samenwerking tussen bedrijven uit de mediasector en zorginstellingen verkend. Het enthousiasme is groot en leidt tot het voornemen om regio Gooi en Vechtstreek tot Living Lab te maken voor oplossingen die mensen met dementie in staat stellen langer thuis te wonen. De samenwerking wordt uitgebreid naar kennisinstellingen in Amsterdam en het project FIT wordt voorbereid. Voor de persoon met dementie, mantelzorger en zorgverlener is het echter nog moeilijk om te kiezen welke ondersteuning in welke situatie goede resultaten geeft en een ondersteuningspakket op maat te bepalen. Een groep van bedrijven, kennis-, en zorginstellingen gaat met elkaar aan de slag om de ondersteuning in kaart te brengen, onderzoek te doen naar de vraag en tot gepersonaliseerde pakketten te komen. Super relevant en een gewaardeerd project, dat eind 2015 een speciale subsidie toegewezen kreeg! 2016 wordt het jaar dat we als industrie onze impact nog meer gaan vergroten, van ‘Let me entertain you’, maar ‘let me change you’.

139


âž”

MEDIA FUTURE WEEK:

DESIGNING FOR SOCIETY Van 20-23 april werkten 120 studenten van twaalf verschillende hogescholen uit Nederland aan cases van mediabedrijven tijdens de Media Future Week. Deze pressure cooker week vond, net zoals vorig jaar, plaats op het Media Park in Hilversum. Deelnemende studenten, bedrijven en hogescholen waren zeer te spreken over het resultaat van de week.

Mix van disciplines, ieder met eigen passie Deelnemende hogescholen, waaronder Hogeschool Utrecht, Hogeschool van Amsterdam, HKU en NHTV, selecteerden hun beste media studenten om mee te doen aan het exclusieve programma. De deelnemers werden aan het begin van de week gemengd in tien teams. In ieder team zaten studenten van verschillende hogescholen en met verschillende achtergronden zodat het probleem vanuit verschillende disciplines bekeken kon worden. Iedereen kan zijn eigen passie kwijt in het concept, maar leert tegelijkertijd ook hoe je met andere expertisen samen het probleem aanpakt.

Intensief programma De deelnemers gingen tijdens het intensieve programma van de Media Future Week de uitdaging aan om oplossingen te bedenken voor crossmediale cases van VondelCS, Beeld & Geluid, NOS, TWC, Ericsson, Angrybytes, de gemeente Hilversum en Ziggo. Met een frisse blik keken de

140


Media Impact

gemotiveerde studenten naar de vragen van de bedrijven. In korte designloops werden ideeën gegenereerd, vormgegeven en getoetst. Daarbij werden ze ondersteund door een programma met internationale topsprekers en 50 uur aan co-creatie sessies. Centraal thema was daarbij ‘Designing for Society’: waarbij je de samenleving en de gebruiker centraal stelt bij het ontwerpen van je dienst of product. Deelnemers én casepartners keken aan het einde van de week terug op een vruchtbare samenwerking.

Designing for society Het thema van MFW15 was ‘Designing for society’ – het ontwerpen van relevante media toepassingen voor de samenleving. Iedereen is een designer, elke student, docent en professional. Bij het succes van een dienst of product is het steeds belangrijker geworden dat ze relevant zijn voor de samenleving. Een concept kan van toegevoegde waarde zijn voor een individu, maar kan ook ­effect hebben op de maatschappij als geheel. En eigenlijk kun je niet goed ontwerpen zonder te participeren in een samenleving. Tijdens de MFW15 werd er aandacht gegeven aan producten en diensten die ingaan op het welbevinden van mensen, het gemakkelijker maken van alledaagse processen, activiteiten leuker maken, het op de agenda zetten van problemen, het oplossen van problemen of het hacken van problemen.

Van dag tot dag Op 20 april ging de Media Future Week 2015 van start. Na een introductie van de organisatie hield Genevieve Bell, vice president van Intel een inspirerende speech over de manier waarop zij gebruikers­centraal stelt in de tech-gedreven organisatie Intel. Na deze kick-off werden de cases geïntroduceerd aan de teams. In de eerste teamsessie wordt al druk gebrainstormd over mogelijke oplossingen. Voor een extra dosis inspiratie presenteerde en Tech Panel nieuwe technologieën. Marcel Schouwenaar introduceerde de wereld van Internet of Things en Yosef Safi Harb demonstreerde live hoe je met gebruik van sensoren biofeedback kunt gebruiken in een game. In de middag gingen de deelnemers op ‘Media Park Safari’. De teams bezochten allemaal een bedrijf op het Media Park dat hen liet kennismaken met hun werkzaamheden en hun visie op Designing for Society. De teams gingen langs bij NOS, VPRO, Infostrada, DutchView/Prographics, Beeld en Geluid, United en BNNVARA. Marcel Schouwenaar en Yosef Safi Harb in gesprek met dagvoorzitter Monique van Dusseldorp

141


Dinsdag stond in het teken van de ‘Society’. Allereerst gaf Futurist Scott Smith een keynote presentatie over de toekomst van media en manieren waarop je daarover kunt nadenken. Hij benadrukte het belang van creatieve technieken en multidisciplinaire teams. Onderzoeker Martijn de Waal ging in op het ‘laagje’ software dat we in toenemende mate gebruiken als we in de stad rondlopen, bijvoorbeeld om de weg te vinden of een restaurant uit te zoeken. Door nieuwe technologie bewegen we ons op een andere manier door de stad. In de middag bereidden de teams zich voor, voor de Dragons’ Den sessie aan het einde van de dag. Vier experts gaven kritiek op hun ideeën waarmee de teams verder aan de slag gaan.

Hans Klaver (MFW Vlogger)

De woensdag is een spannende dag, de dag voor de eindpresentaties. Op deze dag moeten alle elementen van het concept samen komen. Belangrijk onderdeel daarvan is het businessmodel. De workshop business modelling is voor de deelnemers daarom een van de cruciale momenten tijdens de week. Maar ook kregen ze workshop aangeboden op het gebied van pecha kucha, visualisatie en prototyping. De twee keynote speeches waren van Amy Yo Kim en Hajo van Beijma. Gamedesigner Amy Yo Kim legde de deelnemers uit hoe je met game principes mensen meer kunt betrekken bij je product of dienst. Zij is onder meer betrokken geweest bij de ontwikkeling van The Sims. Een bijzondere sprekers dus, vandaar dat zij in de middag nog een exclusieve lezing verzorgde voor een exclusief groepje gamebedrijven. Hajo van Beijma is sociaal entrepreneur en vertelde over de mobiele diensten die hij opgezet heeft in Afrika. Hij benadrukte de grote emotionele waarde die dit voor hem gaf. Donderdag is D-Day: de dag van de eindpresentaties. Voordat de deelnemers zelf het podium betraden was er nog een spreker geprogrammeerd: Eboman (Jeroen Hoffs). Hij gaf een spectaculaire en interactieve show waarin hij liet zien hoe hij experimenteert met nieuwe technologie. Na zijn inspirerende optreden waren de teams zelf aan de beurt. Het resultaat: bijzondere en inhoudelijk goede presentatie en tevreden opdrachtgevers!

Enthousiaste casepartners De casepartners waren zeer onder de indruk van de creatieve en hardwerkende studenten. Zo nodigde Angry Bytes het betreffende team na afloop van hun eindpresentatie uit.

142


Media Impact

Ralf Verhoef: “We hebben het team uitgedaagd om ons te verrassen met een visie op de toekomst waarin privacy en online veiligheid heel belangrijk zijn. Dat is ze gelukt. Het concept spreekt ons erg aan we nodigen het team uit om deze visie samen met ons verder uit te werken”.

Studenten raden Media Future Week aan Ook de studenten zelf waren razend enthousiast over de week. Job Klinkhamer (Student, Saxion): “Media Future Week was een energizer voor mijn eigen ontwikkeling, zowel op persoonlijk als op professioneel vlak. Ik heb met de schat aan ervaring die ik m ­ eegekregen heb al verschillende nieuwe ideeën en concepten opgedaan waarvan ik er een voor een ­ondernemerspanel ga pitchen”. De Media Future Week is een initiatief van iMMovator Cross Media Network en wordt mede mogelijk gemaakt door partners Media Park, gemeente Hilversum, Beeld en Geluid, Hilversum Media Campus, Events in Business, Chain, Mediastages, Streamzilla en Old School Projects. De Media Future Week wordt georganiseerd in samenwerking met 12 hogescholen: NHL Hogeschool, Fontys Hogescholen, Saxion, Hogeschool Rotterdam, Hogeschool Utrecht, InHolland, Hogeschool of Amsterdam, Hogeschool of Arnhem en Nijmegen, NHTV, Stenden, Hogeschool Zuyd en HKU.

Meer weten over Media Future Week? Alle presentaties van sprekers en de eindconcepten van de teams zijn opgenomen en on demand terug te kijken via de website www.mediafutureweek.nl

143


MEDIA FUTURE WEEK: DE CASES Tijdens Media Future Week werken de studenten in multidisciplinaire teams aan opdrachten uit het bedrijfsleven. De casepartners die deze opdrachten aanleveren zijn een belangrijk onderdeel van de week. Zo investeren ze zelf ook veel tijd om de opdracht goed te formuleren en de studenten te brieven. Wie waren de casepartners van MFW15?

VondelCS: platform voor media, cultuur en opinie VondelCS is een plek waar in samenwerking met organisaties, initiatieven of individuele makers een divers aanbod van kwaliteitsprogramma’s en activiteiten gerealiseerd worden op het gebied van media, cultuur en opinie. VondelCS focust op talent en innovatie. De case die aan de deelnemers werd voorgelegd is hoe ze getalenteerde media-, cultuur-, en opiniemakers aan zich kunnen binden. Hoe creëren ze een nationale hun voor innovatie in media, cultuur en opinie op een duurzame manier? De studententeams bedachten concepten waarbij VondelCS een online platform wordt waar vraag en aanbod gematcht wordt, werk gedeeld kan worden en professionals kunnen co-creëren. Het gebouw zal uitgerust worden met sensoren die de bezoekers herkennen en weten wat ze zoeken.

NOS: relevant zijn voor gebruiker NOS is een publieke nieuwsorganisatie die onafhankelijk over nieuws en sport verslaggeeft voor iedere Nederlander. De wens van NOS is om te weten hoe ze nieuws op maat kunnen aanbieden

144


aan hun gebruikers, gebaseerd op een profiel en de context van de gebruiker. Op die manier wordt de relevantie en de toegankelijkheid van nieuwsitems verbeterd. Het team dat zich met deze case bezig hield ontwierp een concept waarbij de NOS gegevens van het gedrag van de gebruiker analyseert en gebruikt om het nieuwsaanbod op af te stemmen. Kom je veel op Funda om huizen in de omgeving Utrecht te zoeken, dan zie je op jouw nieuwsoverzicht relevant nieuws uit Utrecht met betrekking tot leefomgeving.

Beeld en Geluid: uitbreiding van de experience Het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid is het AV-archief van Nederland en een populair museum. Met het archief en de experience faciliteert Beeld en Geluid mensen om te leren, te ervaren en te creëren met AV-materiaal. Voor de nieuwe experience geeft Beeld en Geluid de teams de opdracht om een concept te bedenken waarin het bezoek naar Beeld en Geluid uitgebreid wordt, met nadruk op de bewustwording bij bezoekers hoe media hun wereldbeeld beïnvloeden. De teams ontwierpen concepten die de bezoekers vooraf al in het archief lieten zoeken, selecteren en nieuwe content maken, voor zowel jong als oud.

Hilversum en Ziggo: breedbandnetwerk in het centrum De gemeente Hilversum en Ziggo maken een vrij mobiel breedband netwerk in het centrum van Hilversum. Wat kun je doen met dit netwerk, waardoor het centrum een leukere plek wordt waar mensen elkaar ontmoeten? Het team bedacht een concept waarbij de inwoners van Hilversum via het netwerk gemakkelijk ideeën kunnen aanleveren voor de stad, media weer terugkomt in het centrum van Hilversum en mensen weer samen komen in het centrum.

TWC: future of television TWC richt zich op de betrokkenheid van gebruikers tussen connected devices, waardoor nieuwe digitale media-ervaringen gecreëerd worden. Hiervoor wil TWC de teams laten nadenken over de relevantie en context waardoor tv-publiek in de toekomst kunnen genieten van media ervaringen. Het team dat deze opdracht kreeg, bedacht Swipit: een televisie die weet wat je wilt kijken. Het is een soort Tinder voor tv-shows, waardoor de televisie leert wat jouw favoriete content is.

145


Ericsson: future of radio

Deelnemers krijgen feedback van hun casepartner

Ericsson gelooft sterk in de networked society, waarbij alles dat verbonden is kan profiteren van die verbinding. Zo kun je waar en wanneer je dat wilt genieten van media content. Radio heeft nu nog een sterke positie. Radioprogramma’s worden verrijkt en interactief – hoe ontwikkelt dit zich door in de toekomst? Welke rol speelt radio dan in de samenleving? De teams bedachten concepten waarbij de radio je emoties kunt voelen en de muziek daarop aanpast. Dat kan in de toekomst bijvoorbeeld door biofeedback. Overigens kan een uitkomst ook zijn dat je, als je in een bepaalde stemming bent, juist geen behoefte hebt aan interactieve programma’s, maar gewoon passief wilt luisteren.

Angry Bytes: controle op data en real-time feedback Angry Bytes is een interactief bureau dat mensen verbindt door de laatste real time online technologie. Een volgende stap die Angry Bytes daarin wilt nemen is het onderzoeken van mogelijkheden om groepen in real time te verbinden en ze te faciliteren in het verbeteren van hun leefstijl. Het team dat hiermee aan de gang ging kwam erachter dat we in de toekomst meer controle willen hebben over onze data, over wat er verzameld en gedeeld mag worden. Daardoor kwamen ze op een concept waarbij je daar zelf veel meer inzicht in hebt en real time feedback kunt krijgen door gemiddelden van groepen te bekijken.

Docenten case: future education Het docententeam van Media Future Week ging dit jaar aan de slag met een case die voor hen heel relevant is: hoe ziet onderwijs er in de toekomst uit? Hoe kunnen ze ervaringen uit MFW gebruiken en toepassen in het huidige onderwijs? Ze bedachten een concept waarbij studenten zelf hun opleiding kunnen vormgeven. Eigenlijk niet alleen hun opleiding, maar ook de trainingsmogelijkheden tijdens hun carrière. Door trial en error en korte stages komen ze erachter wat ze willen en wat daarvoor nodig is. Docenten zijn meer gidsen en je leert door co-creatie met anderen.

146


Media Impact

MFW: LESSONS LEARNED FROM ­KEYNOTE SPEAKERS Tijdens Media Future Week werden internationale sprekers naar Nederland gehaald om de deelnemers te inspireren met verhalen over de toekomst. Hoe zien we de toekomst voor ons en wat is belangrijk bij het nadenken hierover? Genevieve Bell, Vice President van Intel, was de openingsspreker van de Media Future Week. Ze zette direct de toon met haar lijfspreuk: “If you see a better world, you’re obligated to try to make a better world”. In een prikkelend, persoonlijk en scherp verhaal lichtte Genevieve Bell toe hoe ze van Australisch meisje transformeerde naar een van de meest invloedrijke vrouwen in de technische industrie. Haar taak binnen Intel: zorgen de volgende generatie technologie aansluit op de behoeften van mensen. Genevieve Bell coacht een van de teams van MFW15

Wat maakt ons mensen uniek? Bij innovatie is het belangrijk om te kijken wat wij voor wezens zijn en wat onze behoeften zijn. 9 van de 10 succesvolle apps, diensten of producten zet in op een menselijke behoefte die niet of nauwelijks verandert. We vinden vrienden en familie belangrijk, horen graag bij een community, zoeken naar betekenis in ons leven, uitten ons in objecten (bijv. door wat we aandoen) en we vertellen leugens en houden geheimen.

Amy Yo Kim over gamedesign

Amy Jo Kim, neurowetenschapper en gamedesigner van o.a. The Sims, deed hier op woensdag nog een schepje boven op. Als gamedesigner kijkt ze naar manieren waarop je mensen nog meer kan betrekken bij games. Mensen vinden het bijvoorbeeld leuker om samen tegen het systeem te spelen (samenwerking) dan tegen elkaar (competitie). Daarnaast kun je ze nog meer betrekken bij je spel door ze dingen te laten delen met elkaar (scores, doelen, middelen), spelers of projecten in the spotlight te zetten en mensen elkaar te laten beoordelen (likes, kudos).

Onder druk Maar er zijn ook zaken die wel in verandering zijn. Het is moeilijker om hierop in te spelen, maar als je iets bedenkt wat hierop inhaakt dan heb je geheid iets revolutionairs in handen volgens Genevieve Bell.

147


De notie over privacy of wat anderen van ons denken is zo’n element. We vinden het altijd al belangrijk wat andere mensen van ons vinden, maar in het digitale tijdperk is de notie van privacy veranderd naar persoonlijke data, online veiligheid en vertrouwen. Of onze relatie met tijd: dankzij onze devices is alles op elk moment toegankelijk. Devices werken het beste als ze constant connected zijn, maar mensen functioneren het beste als ze disconnected zijn… Hoe komen we weer in balans?

Algoritmes die ons verrassen Een andere interessant element is onze hang naar dingen die we al kennen en aan de andere kant onze behoefte om verrast te worden. Als we iets leuk vinden kijken we graag nog een keer naar iets dergelijks, net zo lang totdat je verveelt raakt en weer verrast wilt worden. Kijk naar de format industrie: jarenlang waren reality shows de meeste populaire formats. Je zag ze terugkomen in verschillende variaties, Holland’s Got Talent, The Voice, Idols etc. Met de opkomst van Mad Men, Breaking Bad en de klapper Game of Thrones werd een nieuw format (narrative based format) geïntroduceerd waardoor kijkers verrast werden en massaal naar gingen kijken. Steeds meer services die we nu gebruiken maken gebruik van algoritmes om aangeraden content te genereren. Dit is gebaseerd op content die je al eerder hebt gekeken, op basis van dingen die je dus al kent. De vraag is: hoe zorg je ervoor dat mensen niet verveeld raken en af en toe verrast worden? Hoe breng je dat?

Ontwerpproces

Scott Smith, keynote speaker MFW

148

Innovatie is volgens Genevieve Bell het vertellen van verhalen over een mogelijke toekomst, of eigen­lijk een verhaal over de wereld die we willen


creëren. Daarbij is het niet alleen belangrijk om na te denken over menselijke behoeften en de manier waarop mensen nieuwe diensten gaan gebruiken, maar ook om ze te betrekken bij je ontwerpproces. Scott Smith, trendwatcher, schonk hier uitgebreid aandacht aan tijdens zijn keynote presentatie op de tweede dag van Media Future Week. Als maker moet je een stapje terugnemen bij je ontwerpproces en je afvragen of je wel echt een probleem oplost met je nieuwe product. Scott geeft als voorbeeld een Sokken-app waarmee je sokken kan matchen. Elke sok heeft een chip en is connected met het internet. Super gaaf dat dit kan, maar los je hier wel echt een probleem mee op? Wordt er niet te veel energie en talent gestopt in het maken van een oplossing die voor weinig mensen relevant is? Hoe los je dat op? Betrek mensen bij je ontwerpproces, praat met mensen over je innovatie en laat ze feedback geven. Laat mensen het product ervaren door prototypes te verspreiden en ondervraag ze wat ze ervan vinden. Scott Smith: “The Future isn’t about predicting, disrupting or innovation in isolation – it’s about engaging, connecting en co-designing”.

149


CREATE HEALTH IMMovator heeft in samenwerking met iZovator (innovatie in de zorgeconomie), TNO (onafhankelijke onderzoeksorganisatie) en zorginstellingen Inovum, Amaris en Hilverzorg het project ‘Thuis wonen met dementie’ geïnitieerd. Hoofddoel is om met alle deelnemers de plannen te gaan uitwerken en uiteindelijk (gezamenlijk) te realiseren. Zo brengen iMMovator en iZovator deelnemers in contact met mogelijke partners, launching customers en maken hen wegwijs in financieringsmogelijkheden. TNO brengt ondersteunende expertise in die zij in andere projecten hebben opgedaan over innovatieve technologie, vernieuwende business modellen en de wijze waarop cross sectorale innovatie succesvol werkt. Op donderdag 12 februari heeft in Bussum op het regiokantoor de kickoff ‘Thuis wonen met dementie’ plaatsgevonden. Onder de 40 deelnemers waren regionale zorginstellingen, dienstverleners, internetbureaus, gamebedrijven en mediabedrijven. Er is op creatieve wijze verkend wat er nodig is om met innovatieve en langdurige oplossingen dementerenden in staat te stellen langer thuis te blijven wonen. Zowel voor mensen met beginnende en gevorderde dementie, mantelzorgers én de professionele zorgdienstverlener zijn vernieuwende oplossingen nodig om dit werkelijkheid te maken. De regio Gooi en Vechtstreek wil hier in ieder geval mee aan de slag! Na de aftrap door Freek van ‘t Ooster (iMMovator) schetsten bestuurders en zorgverleners van Amaris, Inovum en Hilverzorg wat het betekent om zorg voor dementerenden te leveren. Nu vindt dat nog vaak binnen de instellingen plaats, maar verwacht wordt dat dit steeds meer en langer in

150


Media Impact

de thuissituatie gaat plaatsvinden. Het belang van partners en mantelzorgers is daarin enorm. De uitdaging is om diensten te ontwikkelen die langer thuis wonen met dementie beter mogelijk maken. Veiliger, socialer en met oog voor de kwaliteit van leven. Zeker voor een groep mensen voor wie alledaagse technologie verre van alledaags is. TNO (Ronald Mooij) gaf een overzichtspresentatie van de kennis die TNO op dit gebied heeft ontwikkeld en projecten waarbij TNO is betrokken. Speciaal voor dit traject heeft iMMovator een overeenkomst met TNO gesloten dat die opgebouwde kennis beschikbaar wordt gemaakt voor de deelnemers.

Samen diensten ontwikkelen De deelnemers gingen met elkaar aan de slag om te verkennen hoe ze zelf kunnen samenwerken om tot oplossingen te komen. De interactieve sessie leverde een eerste reeks suggesties op waar deelnemers komend half jaar verder aan willen werken. Voorbeelden hiervan waren: • Omgevingen die mensen laten ervaren wat het betekent om dementie te hebben of om voor iemand te zorgen die dementeert. Projecten als Alzheimer Experience en Into d’mentia hebben hierin al mooie resultaten geboekt. • Digitale interactie door middel van bijv. het televisiescherm als relatief vertrouwd medium. Bijvoorbeeld een online programma dat, in ­geanimeerde vormen, informatie aan de vroeg dementerende (en mantelzorgers) geeft. Met sensortelevisies en spelcomputers kunnen activiteiten nagespeeld worden waardoor dementerenden hun brein en lichaam kunnen trainen. ‘Actief zijn houdt niet alleen ons lichaam fit, maar houdt ook onze hersenen in goede conditie.’ (Mens en gezondheid, 2015, bewegen de motor voor een gezond brein) Voor tablets, laptops en andere computersystemen zijn er diverse applicaties ontworpen en het aantal zal stijgen. • Diensten die inhaken op de belevingswereld van de dementerenden, zoals een rondje fietsen op de hometrainer door het Bussum van vervlogen jaren. Geholpen met oude beelden vanuit het ­archief van Beeld en Geluid. • Oplossingen waarin sensoren slim worden toegepast in huis om te detecteren of zich wellicht een vreemde situatie voordoet. Van dwaaldetectie tot slimme toepassingen uit de wereld van domotica, iBeacons, camera’s en koppeling daarvan naar alarmeringsdiensten. • Demonstraties en deelname via de Alzheimer Cafés voor mantelzorgers en anderen geïnteresseerden. Dienstenontwikkelaars zoeken zo contact met ervaren mantelzorgers en/of professionals zodat ze heel gericht hun diensten kunnen bouwen en uitproberen.

151


Vervolgtraject Op donderdag 19 maart heeft in Bussum op het regiokantoor de follow-up ‘Thuis wonen met dementie’ plaatsgevonden. Onder de nu ruim 20 deelnemers waren regionale zorginstellingen, dienstverleners, internetbureaus, gamebedrijven en mediabedrijven aanwezig. In navolging van de eerste workshop werd de focus van een Living Lab rondom ‘Langer thuis wonen met dementie’ in de Gooi en Vechtstreek steeds duidelijker. De aftrap van de tweede workshop werd verzorgd door de bestuurders Patricia Esveld (Hilverzorg) en Aad de Jonge (Inovum). Beiden onderstrepen hun betrokkenheid en het belang voor de thuiswonende mensen met dementie, voor de mantelzorgers en voor de regio die landelijk voorop loopt qua vergrijzing. De bestaande oplossingen zijn niet goed genoeg voor de toekomst waarin een verdubbeling van het aantal mensen met dementie wordt verwacht. Als het om mogelijkheden gaat om mensen met dementie te ondersteunen, gaan de ontwikkelingen snel. Sneller dan we kunnen bedenken zelfs. Zoals Aad de Jonge aangeeft: “Eigenlijk verwacht ik het onverwachte”. Kijk naar de ontwikkeling die zorgrobots doormaken (van fysieke hulpmiddelen, naar sociale partners voor patiënten). Oplossingen moeten echter aansluiten bij het dagelijks leven van de kwetsbare groep van mensen met dementie en hun mantelzorgers. Het draait om innovatie die faciliteert, die rust en structuur brengt, die zorgt voor vertraging van ziektebeeld of die mantelzorger rust/ontspanning biedt. Iedere innovator voor deze kwetsbare groep zou daarvan doordrongen moeten zijn. Het uitwerken van “patient journeys” van deze kwetsbare groep kan daarin zeer behulpzaam zijn. De kans tekende zich af een soort “Living Lab” te realiseren in de Gooi en Vechtstreek voor oplossingen rond ‘Langer thuis wonen met dementie’. En dan specifiek ook voor de personen die veel beperkingen ondervinden in huis en relatief veel ondersteuning nodig hebben (ZZP4). Ronald Mooij (TNO) verzorgt daarom een inleiding wat zo’n Living Lab eigenlijk precies is en wat “open innovatie” betekent. Een terugkerend thema is delen en samenwerken. Het delen van innovatieve ideeën, van mensen en middelen om te innoveren, maar ook van opbrengsten en kosten. Hiervoor zijn niet alleen de stakeholders nodig die bij de tweede workshop aan tafel zaten, maar ook partijen als de zorgverzekeraar, gemeente, opleiders (universiteit, HBO en MBO) en onderzoekers. Het is essentieel om de oplossing praktisch te houden en rekening houden met de behoeften van beide groepen is essentieel, benadrukt Jan van Westering, voorzitter van Alzheimer vereniging Gooi- en Vechtstreek. Ook werd het duidelijk dat oplossingen en diensteninnovatie rondom langer thuis wonen met dementie in te delen valt in langs twee assen: 1. Voor wie is de dienst bedoeld? • Ondersteuning van de (inwonende) mantelzorger • Ondersteuning van de (vaak alleenwonende) persoon met dementie 2. Wie levert de dienst? • Wat kunnen mensen/mantelzorgers zelf doen/inkopen? • Welke diensten kunnen worden geleverd door (zorg)professionals

152


Media Impact

Na de discussie werd de doelstelling uit de eerste workshop aangescherpt: Het ontwikkelen van een open en praktijkgerichte omgeving (“Living Lab”) in de regio Gooi- en Vechtstreek, waarin stakeholders gezamenlijk en gericht op de behoeften van zelfstandig wonende (extramuraal) mensen met dementie en hun (al dan niet inwonende) mantelzorgers innovatieve producten en diensten kunnen ontwikkelen en toepassen. Stakeholders zijn in ieder geval creatieve partijen, zorginstellingen, gemeente, verzekeraars en opleiders. Voorwaarde is dat innovatie in het Living Lab kort-cyclisch plaats vindt en dat deze aansluit op de dagelijkse gang van zaken voor een persoon met dementie en zijn/haar mantelzorger en bij voorkeur bijdraagt in het aanbrengen van structuur (‘patient journey’). In twee groepen is vervolgens doorgewerkt om de beoogde opzet en dienstverlening aan te scherpen vanuit twee dimensies redenerend: • de behoefte van de alleenwonende persoon met dementie • de behoefte van de (inwonende) mantel­zorger

Living Labs Op woensdag 3 juni 2015 wordt de derde workshop gehouden ter voorbereiding van een Living Lab gericht op Langer Thuis Wonen met Dementie. Freek van ’t Ooster van iMMovator opent het programma met een korte toelichting op de subsidie oproep van Create Health, een samenwerking van de Topsectoren Life Sciences & Health en Creatieve Industrie. De subsidie is een kans om het Living Lab op de kaart te zetten, maar dit betekent niet dat de oprichting van het Living Lab exclusief verbonden is aan deze subsidie. Denise van der Klauw schetst vervolgens in een presentatie de bouwstenen van een Living Lab vanuit de expertise van TNO, waarbij samenwerking tussen ondernemers, mensen met dementie en hun mantelzorgers, zorgorganisaties, kennisinstellingen en financiers (gemeente en zorgverzekeraar) centraal staat. Hierna hebben vier ondernemers hun dementie-product gepitcht: 1) Jan van Galen met de applicatie Don’t forget it, een tablet of digitaal fotolijstje die reminders toont aan iemand met dementie. 2) Pieter Hasenaar met de Dementia app, een ­ondersteunende app met verschillende functionaliteiten (foto’s uit het verleden, agenda functie, logboek voor mantelzorgers, spelletjes, videobellen en tips over omgaan met dementie). Voor de verspreiding van de app is samenwerking met o.a. 10 gemeenten in de Gooien Vechtstreek (en gesprekken met andere gemeenten lopen) en met zorgverzekeraar CZ. 3) Hjalmar van der Schaaf van de toepassing KNOOP, die een smartwatch combineert met iBeacons. Hiervan is een werkend prototype beschikbaar dat hij wilt doorontwikkelen. 4) Pier Tholen van Brevidius met een online platform met verschillende functies, zoals informatieve video’s, agenda, alarmering, een mantelzorgportaal en beeldberichten. Namens HilverZorg gaven Tineke Harmsen en Marion Verhey een presentatie over de lopende

153


projecten en plannen. HilverZorg heeft zelf een groot driejarig traject gericht op technologie dat dit jaar is begonnen. Veel projecten van HilverZorg vinden plaats in Hilversum Noord, waar kansen zijn omdat de wijk een upgrade heeft gehad, maar ook omdat er grote uitdagingen zijn als het gaat om ondersteuning van wijkbewoners. Wijk- en buurtgericht werken is het uitgangspunt. Belangrijke randvoorwaarden voor het Living Lab vanuit Hilverzorg zijn dat het aansluit bij de strategische doelen, bestaande initiatieven en landelijke speerpunten en uiteraard bij de vraag van de klant en de wijk. Daarnaast streeft HilverZorg naar een goede balans tussen ‘bewezen’ en ‘nieuwe’ technologie. Na een korte koffiepauze richt de discussie zich op de invulling van het Living Lab en het voorstel voor de Create Health subsidie oproep. Wat gaan we doen en wie kan wat doen? Freek van ’t Ooster poneert een ambitieuze doelstelling: Wat als in de regio Gooi- en Vechtstreek niemand met dementie meer opgenomen wordt in een zorginstelling? Dit zou een mooi uitgangspunt kunnen zijn voor de subsidie aanvraag. Igor Meuwese, directeur Sociaal domein van Regio Gooi en Vechtstreek geeft aan dat de regio bovendien drie onderscheidende kenmerken heeft die voor de aanvraag kunnen worden benut: De regio is het snelst vergrijzend van alle regio’s in Nederland (piek ligt al in 2025), de zorgcapaciteit in instellingen schiet tekort om dit te kunnen opvangen en de regio heeft al jarenlang goede netwerken, die een unieke infrastructuur vormen. De regio is bereid om geld op tafel te leggen om een Living Lab te faciliteren. De discussie gaat over de inhoud en de vorm van een Living Lab. De discussie over de inhoud gaat over de ontwikkeling van arrangementen in zorg en welzijn voor mensen met dementie. Igor Meuwese geeft aan dat de arrangementen een publiek-private combinatie kunnen zijn, dus dat mensen zelf ondersteuning kopen, bijvoorbeeld apps of sensortechnologie in huis, naast de zorg die zij van zorginstellingen ontvangen. Saskia Robben van de Hogeschool van Amsterdam vraagt zich wel af hoe je als gemeente goede arrangementen kan maken als het aanbod nog niet optimaal en de vraag niet goed in kaart is. Ronald Mooij van TNO geeft aan dat je duidelijk moet hebben wat de sociale kaart (hulpverleningsaanbod) en de ‘technologische kaart’ (technologie aanbod) in de regio is. Als je in de praktijk dan vragen ziet ontstaan die door (combinaties van) dit aanbod niet gedekt worden, weet je waar de ruimte is om te experimenteren. Vraag en aanbod kun je monitoren door in het Living Lab data te verzamelen en te combineren, bijvoorbeeld data van zorginstellingen, verzekeraars, gemeente en uit het gebruik van apps. Hieruit kan feedback worden

154


Media Impact

gegeven op het innovatieproces. Het bij elkaar brengen van vraag en aanbod en monitoren daarvan zouden onderwerpen kunnen zijn voor de subsidieaanvraag bij Create Health. Om de vraag te verduidelijken kan ook de ‘patiënt journey’ onderdeel van de aanvraag zijn. De patient journey geeft inzicht in de behoeften van iemand met dementie en zijn of haar mantelzorgers. Pier Tholen en Jan van Galen geven aan dat in het Living Lab niet alleen aandacht moet zijn voor wat er technisch mogelijk is, maar ook wat je wilt en hoe je issues over aansprakelijkheid en privacy kan borgen. Yolanda Gagliardi (voormalig directeur iZovator) stelt dat het Living Lab zich op meerdere niveaus zou moeten richten, ook op de financiering. Hierin worden op dit moment stappen gezet door zorginstellingen HilverZorg en Vivium in een experiment van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Over de vorm van het Living Lab zijn de aanwezigen het snel eens. Een open structuur is belangrijk, waar partijen bij kunnen komen en kunnen afhaken. Dit geeft kansen voor ondernemers die met nieuwe technologieën in de toekomst willen aansluiten. Freek van ’t Ooster stelt een constructie voor van ‘Familiy, friends & fans’, waarbij de kern (family) gevormd kan worden door de gemeente, de zorgpartijen en de branche. Ronald Mooij geeft aan dat een open structuur goed is, maar dat het wel belangrijk is om met elkaar de spelregels te bepalen. Een partner die nu nog ontbreekt, is de zorgverzekeraar. De aanwezige zorgpartijen ondernemen actie om de verzekeraar te betrekken. Op donderdag 4 juni 2015 i een matchmaking bijeenkomst georganiseerd vanuit Create Health. Freek van ’t Ooster pitcht hier het Living Lab en zoekt naar samenwerkingskansen voor de aanvraag. De aanvraag dient voor eind september ingediend te zijn. De looptijd is 2 jaar.

Yolanda Gagliardi

Op 18 juni tijdens het Media Park Jaarcongres wordt er een speciale expertsessie georganiseerd onder de naam ‘Create Health: Langer thuis wonen met dementie’. Op basis hiervan is er deelname gerealiseerd aan het project FIT dat midden december is gehonoreerd.

U P DAT E

Project FIT Mensen die te maken krijgen met dementie willen zo lang mogelijk thuis blijven wonen en ook de overheid stuurt op een samenleving waar mensen oud kunnen worden in hun vertrouwde om­geving. Er is steeds meer (technologische) ondersteuning beschikbaar om langer thuis wonen ­mogelijk te maken. Voor de persoon met dementie, mantelzorger en zorgverlener is het echter nog moeilijk om te kiezen welke ondersteuning in welke situatie goede resultaten geeft en een ondersteuningspakket op maat te bepalen, een combinatie van producten en diensten die is afgestemd op de fase van dementie en de specifieke situatie.

155


De doelstelling van project FIT is om mensen met dementie, mantelzorgers en zorgverleners te helpen bij het kiezen van producten en diensten waarmee dementerenden langer zelfstandig kunnen blijven wonen. Het project wordt in drie fasen uitgevoerd: 1. In kaart brengen vraag en aanbod. 2. De ‘fit’ tussen vraag en aanbod bestuderen, een keuzehulp en een evaluatiemethode ontwerpen. 3. De afrondende fase waarin de keuzehulp wordt getoetst om gepersonaliseerde pakketten voor ondersteuning van mensen met dementie en de mantelzorgers te bepalen.

Mensen met dementie staan in het project centraal; binnen living labs worden zij geïnterviewd, participeren in codesign sessies en testen oplossingen. De kennis over (bruikbare) oplossingen wordt breed gedeeld met de betrokkenen (mensen met dementie, mantelzorgers en zorginstellingen) om tot betere keuzes en passende pakketten te komen. De betrokkenheid van bedrijven uit de creatieve sector zorgt er voor dat de huidige producten en diensten worden verbeterd en er nieuwe product/dienst combinaties en samenwerkingen ontstaan voor betere oplossingen. Hogeschool van Amsterdam, VUmc, Waag Society en TNO gaan in het project nauw samenwerken met de regio Gooi en Vechtstreek. Wetenschap, informatie- en communicatietechnologie wordt samen met zorg ingezet voor mensen met dementie en hun mantelzorgers, die de wens hebben om thuis te blijven wonen. Lees op de website van de HvA meer over de opzet van het project.

Samenwerking topsectoren Op 16 december 2015 is bekend gemaakt dat de projectaanvraag FIT is gehonoreerd als een unieke samenwerking tussen de topsectoren Life Sciences & Health en Creatieve Industrie. De topsectoren hebben gezamenlijk een oproep uitgebracht voor crossover onderzoek naar oplossingen met impact waardoor mensen met dementie langer zelfstandig kunnen blijven, onder de naam Langer zelfstandig met dementie. Naast FIT maakt ook het project Roodkapje aanspraak op de subsidie die verstrekt wordt door de TKI bureau’s van de topsectoren Creatieve Industrie (CLICKNL) en Life Sciences & Health (Health~Holland). De subsidie voor het twee jaar durende project bedraagt 470 duizend euro. Lees hier het persbericht van CLIKCNL en Health-Holland over de toekenning.

Regio werkt mee in living labs Alle partijen in FIT zijn in ‘living labs’ actief betrokken bij de ontwikkeling van ideeën, testen van concepten en eindproducten. De Regio Gooi en Vechtstreek richt zich op mensen met gevorderde dementie (ZZP 3, 4 en 5). De insteek is om met professionele zorg (o.a. Hilverzorg, Vivium, Inovum, Amaris & Buurtzorg), mantelzorgers, hulp van de omgeving, en slimme technologie mensen met dementie zo lang mogelijk te laten thuis wonen. Gedurende het gehele traject vindt snelle feedback plaats naar bedrijven die betrokken zijn bij de living labs. IMMovator en iZovator zijn partner in het project. Regionale ondernemers die participeren zijn onder andere de Dementiewinkel.nl en de dementie-App. Lees hier meer over de betrokkenheid van de regio Gooi en Vechtstreek.

156


Media Impact

SPOT ON: DEMENTIA-APP ‘HET JUISTE IDEE OP HET JUISTE MOMENT’ Twee jaar geleden kregen vastgoedmakelaar Pieter Hasenaar en zijn broer, architect Harm Hasenaar, te horen dat hun moeder Alzheimer had. Na de eerste emotionele verwerking kwam de praktische vraag: en wat nu? Die vraag leidde tot de ontwikkeling van de dementia-App en de oprichting van hun bedrijf ZevHas Lab. In 2016 verwachten ze de honderdduizendste gebruiker en staat een nieuwe app in de planning. De dementia-App bevat een digitaal fotoboek en Polygoonjournaals (met dank aan het instituut Beeld & Geluid). ‘Want fijne herinneringen aan vroeger geven een positieve impuls’, stelt Pieter Hasenaar. Daarnaast geeft de app geheugensteuntjes via een eenvoudige agendafunctie. Door beeldbellen is direct contact mogelijk. ‘De app is bovendien een besloten cirkel voor iedereen om de mensen met dementie heen. Familie, vrienden, mantelzorgers, casemanagers en zorginstellingen kunnen inloggen en activiteiten aan de agenda toevoegen en aantekeningen voor elkaar achterlaten in het logboek.’ Al vanaf de ideefase is de app een succes. Pieter Hasenaar: ‘We bleken het juiste idee te hebben op het juiste moment. Zorgbudgetten worden steeds verder teruggeschroefd. Mantelzorgers worden steeds zwaarder belast. En vanuit de WMO kregen gemeentes de plicht om mensen met dementie en mantelzorgers te ondersteunen. Op dit moment draaien 21 gemeentes een pilot met de app. Het idee is dat ze daarmee mensen kunnen helpen om langer thuis te wonen, mantelzorgers kunnen ontlasten en ook de hulpvraag naar andere gemeentelijke instellingen kunnen verlagen.’

Buitenland Naast gemeentes hebben ook zorginstellingen de app ontdekt. ‘We doen een pilot met zorgorganisatie Cordaan in Amsterdam. De casemanagers en de wijkverpleging leggen periodiek huisbezoeken af. Via de app kunnen ze vooraf in het logboek kijken wat de stand van zaken is.’ Ook de universitaire wereld haakt aan. ‘Er is meer kennis nodig over dementie. Via de app werken mensen vrijwillig mee aan onderzoeken. Zo krijgen wetenschappers een schat aan informatie.’ Er is ook veel belangstelling voor de app uit het buitenland. Voor Pieter Hasenaar is de dementia-App meer dan een fulltime job. ‘Ik ben ondertussen expert en geef gemiddeld twee à drie lezingen per week.’ Zijn broer richt zich weer op zijn goed lopende architectenbureau. Na lezingen kreeg Pieter Hasenaar regelmatig de vraag of de app ook beschikbaar is als familie-app. ‘We willen de app nu doorontwikkelen als besloten platformX waarmee families met elkaar in contact kunnen blijven. Zo kunnen we helpen om eenzaamheid van met name ouderen tegen te gaan.’ www.dementia-App.nl

157


CREATE ENERGY

Eerste workshop Create Energy

In de energiesector is een grote transitie gaande van een centrale (fossiele) energievoorziening naar een decentrale, duurzame energievoorziening, waarbij energie lokaal wordt opgevangen, opgewekt, opgeslagen en gebruikt. In die transitie speelt (energie)data een cruciale rol. Van het in kaart brengen van energiepotenties en kansrijke locaties tot het balanceren van de energie infrastructuur tot mensen in staat stellen regie te voeren over hun eigen energiegebruik en energievoorziening. Wat kan er nu al? Welke data is beschikbaar? Welke diensten kun je ontwikkelen? En voor wie?

Energietransitie in 2030 veel complexer Energietransitie. Hét woord dat centraal stond tijdens de eerste bijeenkomst met als thema Energy: Datagedreven diensten. Op woensdag 4 maart kwamen 25 professionals uit de media en energie industrie samen om te brainstormen hoe je data kunt inzetten om energie gebruik, opslag en winning te veranderen. Freek van ’t Ooster, die namens iMMovator de middag opende, heeft dit programma opgezet om MKB met elkaar in contact te laten komen om uitgangspunten te vinden die leiden tot innovatieve ideeën voor de energiesector. Waar liggen kansen? Hoe kunnen we data inzetten t.b.v. diensten rond de energietransitie? Hoe krijg je inzicht in daadwerkelijk gedrag van de consument? Dit waren een aantal doelstellingen die centraal stonden. In hevige brainstorm sessies en

158


Media Impact

met de begeleidende kennis van TNO, gingen de deelnemers op zoek naar concrete pilots, cases en/of oplossingsrichtingen.

De regie in handen van de consument Van ’t Ooster begon de middag met een algemene inleiding op de energietransitie die op dit moment plaats vindt. ‘Deze transitie ziet er in 2030 veel complexer uit. We gaan meer lokaal opereren door buffers aan te leggen, ter plaatse opslaan en opwekken. Op dit moment is de eindgebruiker als een soort stopcontact. Deze heeft namelijk weinig in te brengen. Het wordt voor hem of haar geregeld’, aldus van ’t Ooster. Volgens hem moet er meer naar de doelgroep geluisterd worden. Heel veel mensen willen namelijk zelf de regie in handen hebben. Er zijn al veel innovaties om dit mogelijk te maken zoals Toon, YouLess, en de hit uit Amerika Nest. Dit zijn allemaal digitale hulpstukken die een goede stap in de richting symboliseren maar er moet nog verder worden nagedacht. Hoe krijgen we de consument zo ver dat deze reflectieve beslissingen neemt in plaats van de huidige impulsieve beslissingen?

Energieatlas: marktkansen ­inzichtelijk maken In 2014 is door gemeente Amsterdam met partners de Energieatlas ontwikkeld. In eerste instantie is de Energieatlas bedoeld als analysetool voor beleidsdoeleinden en om de gemeente te ondersteunen om op basis van “energiepotenties” keuzes en prioriteiten per gebied in kaart te brengen. Nationale uitrol van de energieatlas wordt voorbereid en dit betekent ook de kans om functionaliteit en onderliggende data uit te breiden. Doel is de Energieatlas te laten groeien van “beleidstool” naar een economisch instrument dat op allerlei niveaus operationele economische diensten ondersteunt. En zodoende marktkansen inzichtelijk maakt voor energiesystemen op maat per locatie (met lokale opwek, opslag en slimme producten en diensten in een decentraal, gedistribueerd energiesysteem). ‘We willen dit graag nationaliseren en ik zie dit als een mooi kerstcadeautje’ aldus Mantel.

PowerMatchingCity: slimme ­energiesystemen realiseren Aan de andere kant van het spectrum wordt met slimme meters, slimme thermostaten en dataplatforms initiatieven ingeregeld om veel meer realtime data rond energieverbruik en energievoorziening te verzamelen. Deze data wordt ingezet om gebruikers inzicht te geven in hun energiegedrag, maar ook om smart home systems in te regelen of op grotere schaal slimme lokale energiesystemen te realiseren. ‘Het PowerMatchingCity project is hier een mooi voorbeeld van’ aldus Smart Energy Consultant, Irin Bouwman. Bekijk de video en slides voor een overzicht van het PowerMatchingCity project.

159


Adviserende rol vanuit TNO De rol die TNO heeft binnen dit crossover project is een adviserende rol met als kernvragen; Welke gegevens ga je verzamelen? Hoe verzamel je ze en waar? Welke I(C)T- infrastructuur is daarvoor nodig? Gerrit Jan Valk, Business Developer Sustaineble Energy bij TNO, vertelde de groep welke trends een belangrijke rol spelen zoals het overstappen van centrale productie naar decentrale productie.

Gerrit Jan Valk (TNO)

Datagedreven innovatie in de energiesector Op 20 mei vond in het Big Data Value Center in Almere de tweede workshop plaats. In deze bijeenkomst stond de volgende vraag centraal: “Hoe kunnen de aanwezige partijen elkaar kunnen versterken om gezamenlijk nieuwe datagedreven diensten te ontwikkelen die gebruik maken van data over energieverbruik en de energieproductie?” De ambitie is om bij te dragen aan de energietransitie waar duurzame energie en participatie van burgers via burgerinitiatieven een centrale rol spelen.

Datagedreven innovatie als ­bedrijfsstrategie en de rol van de ­eindgebruiker De tweede sessie stond in het teken van business maken in de energiesector. Jop Esmeijer en Marijn Rijken (beiden TNO) verzorgden een inleiding op het doel van de middag. Aan de hand van praktijkvoorbeelden uit verschillende domeinen en de energiesector in het bijzonder besprak Jop Esmeijer datagedreven innovatie als bedrijfsstrategie, het belang van inzicht in het dataecosysteem en waar daarin de kansen liggen voor crossovers. Marijn Rijken ging vervolgens verder in op de veranderende rol van eindgebruikers in de energietransitie. Hoe gaan huidige partijen in de energiesector om met de nieuwe relaties die gaan ontstaan? Hoe doorgronden we het gedrag van de energiegebruiker? En hoe kunnen we dit gedrag beïnvloeden door gebruik te maken van data? Inzicht in gebruik, power predicition en een slimme leefomgeving

Marijn Rijken (TNO)

160

Na de inleidende presentaties was het tijd voor de deelnemers om met business modelling tools zelf aan de slag te gaan met hun te ontwikkelen producten/diensten. De deelnemers maakten een korte pitch van hun huidige business model: de waarde proposities, hun kernactiviteiten en de (im) materiele middelen waar ze over beschikten,


Media Impact

evenals de activiteiten en middelen waar ze juist behoefte aan hebben. Op basis van deze pitches werden dwarsverbanden tussen de verschillende deelnemers in kaart gebracht en geclusterd. Dit resulteerde in drie typen (nog verder te ontwikkelen) waarde proposities die bij kunnen dragen aan de energietransitie: • Energiebesparing voor consumenten op basis van inzicht in verbruik d.m.v. monitoring en presentatie. • Power prediction en load balancing voor zowel energieleveranciers (B2B) als voor lokale communities en individuele consumenten in hun huishouden (B2C). • Dienstontwikkeling op het gebied van de slimme leefomgeving waarbij het totale huishouden als ecosysteem centraal staat – en energie is hier onderdeel van. Het gaat om diensten die de consument ‘ontzorgen’ en mogelijk benaderen als producent op het gebied van energie en data. In de aansluitende discussie werden de uitdagingen besproken om vervolgstappen in deze richting te maken. Aan de orde kwamen onder andere: • Het opschalen van nieuwe datagedreven diensten in Nederland met momenteel slechts een beperkt aantal pilots voor smart grids (ca. 70), • De aansluiting bij zowel de belangrijkste probleemeigenaren als hele nieuwe spelers met nieuwe business modellen en nieuwe ambities en vragen, • De rol van de overheid om de energietransitie – en de kansen die de transitie biedt – te versnellen.

De middag met onderhoudende discussies leverde nieuwe inzichten op in de energiesector en de kansen voor de creatieve industrie om nieuwe diensten te ontwikkelen die de energietransitie versnellen en nieuwe business genereren. Op basis van de uitkomsten en de feedback van deze sessie wordt een vervolg gepland.

Inzicht in verbruik Op 7 juli jl. vond op het Media Park te Hilversum de derde bijeenkomst plaats in het kader van het dit traject ‘Create Energy’. Hierbinnen wordt gewerkt aan het verkennen van crossovers tussen de cross-media en energie sector. Professionals uit de beide sectoren gingen aan de slag met de vraag

161


welke nieuwe data-gedreven diensten zouden kunnen worden ontwikkeld voor het versnellen van de energietransitie. Er werd vooral ingezoomd op energiebesparing voor consumenten op basis van inzicht in verbruik d.m.v. monitoring en presentatie.

Aan de slag: Inzicht in verbruik Na de inleidende presentatie gingen de deelnemers verder op het punt waar men tijdens de tweede workshop was gestopt. De doelstelling van de bijeenkomst was om de proposities van de vorige sessie aan te scherpen en om aan de hand daarvan te komen tot concrete vervolgstappen en mogelijk verdere samenwerking in gang te zetten. De drie proposities waarmee werd getart waren: • Energiebesparing voor consumenten op basis van inzicht in verbruik d.m.v. monitoring en presentatie; • Power prediction en load balancing voor zowel energieleveranciers (B2B) als voor lokale communities en individuele consumenten in hun huishouden (B2C); • Dienstontwikkeling op het gebied van de slimme leefomgeving waarbij het totale huishouden als ecosysteem centraal staat – en energie is hier onderdeel van. Het gaat om diensten die de consument ‘ontzorgen’ en mogelijk benaderen als producent op het gebied van energie en data. In de sessie werd de eerste propositie onder handen genomen. Belangrijke vragen daarbij waren: Wie kan en wil de verantwoordelijkheid dragen? Wat kan er concreet geleverd worden door elk bedrijf? Waarin kan er nog verder ontwikkeld worden? En hoe kunnen we ons onderscheiden van diensten en producten die al op de markt zijn? De groepen deelnemers gingen aan de slag door eerst een profiel van de klant te schetsen om vervolgens een beeld te krijgen van de problemen waar hij tegen aan loopt m.b.t. energie. Op basis van de aldus opgedane inzichten probeerde men tot oplossingen te komen die waarde creëren voor de consument en eventuele problemen kunnen wegnemen. Conclusie van de twee groepen luidde dat de twee grote uitdagingen zijn om aan de ene kant data te vertalen in betekenisvolle informatie en aan de andere kant de kernmomenten te identificeren die het gedrag van consumenten beïnvloeden.

Gat in de markt: de kleine winkelier De eerste groep besloot zich te richten op de kleine winkelier of de kleine retailer. Deze heeft geen professionals in dienst die zich bezig houden met energie of productieoptimalisatie. Verder is hij prijsbewust en wil hij het graag beter doen dan concurrenten, maar heeft hij niet veel tijd om zich bezig te houden met keuzes op het gebied van energiegebruik. Voor hem is de klant altijd koning.

162


Media Impact

Eventuele aanpassingen mogen dus niet ten koste gaan van de klant. Wat betreft energie is het voor hem lastig zijn jaarlijkse nota te analyseren en een precies beeld te krijgen van zijn energiegebruik. Hij weet bijvoorbeeld niet hoeveel energie hij heeft per productie-eenheid gebruikt. De oplossing die groep bedacht, kan worden vergeleken worden met ‘Toon’ van Eneco. In feite is het een display die het energieverbruik aangeeft. Verder zou het apparaat aan de hand van verkoopdata en weervoorspellingen de winkelier (bijvoorbeeld een bakker) moeten kunnen adviseren hoeveel er ingekocht dan wel geproduceerd moet worden en wanneer. Daarnaast zou hij aan de hand van weergegevens bezoekersaantallen kunnen voorspellen en geeft hij aan hoe men het wat energiegebruik doet t.o.v. andere retailers in dezelfde branche. Vervolgstappen voor deze propositie zijn: • Verdienmodel uitzoeken; • Uitzoeken welke platformen mogelijk zijn en hoe de interface er dan uitziet; • Bepalen hoe de data van de verschillende partijen aangeleverd wordt aan de andere partijen. • Het kan zo veel gemakkelijker Het tweede team benaderde de vraag wat geschikte producten of diensten zouden kunnen zijn vanuit het perspectief van de verschillende consumentensegmenten die kunnen worden onderscheiden. Een belangrijke segmentatie lijkt op basis van ‘benefits’ gemaakt te kunnen worden: zijn klanten vooral geïnteresseerd in het leveren van een bijdrage aan een duurzame wereld, in het besparen van kosten of in gemak? Met name het laatstgenoemde segment krijgt volgens de groep op dit moment nog onvoldoende aandacht in de energietransitie. Voor dit segment is globaal bepaald wat de belangrijkste problemen zijn, en daaruit kwamen ‘gedoe’ en ‘vele afhaakmomenten’ naar voren. Het team heeft afgesproken om na de zomer opnieuw bij elkaar te komen, en wil dan de ‘customer journey’ voor de gemak-georiënteerde energiegebruiker uitwerken: wat zet deze consument aan tot handelen, op welke momenten is er een extra impuls nodig, en welke proposities zouden kunnen worden ontwikkeld om juist deze groep aan te spreken?

163


âž”

CLICKNL: KENNIS EN INNOVATIE IN DE CREATIEVE INDUSTRIE

CLICKNL is het kennis- en innovatienetwerk van de creatieve industrie in Nederland. IMMovator is binnen CLICKNL de trekker van het Media&ICT netwerk. Vanuit CLICKNL Media&ICT werd in 2015 met interesse gekeken naar onderzoek en innovatie op het gebied van contentcreatie, contentexploitatie, smart maken van diensten met big data, mens centraal, verandering van business modellen en crossovers.

Over CLICKNL CLICKNL brengt mensen en middelen bij elkaar vanuit de gedeelde ambitie om de Nederlandse creatieve industrie tot internationale koploper te maken. Daarbij wordt een nationale kennis en innovatieagenda ontwikkeld en uitgevoerd. Kansrijke vormen van samenwerking en crossovers worden gesignaleerd en geĂŻnitieerd. De samenwerking tussen onderzoek, bedrijfsleven en overheid staat hierbij centraal. Bron: KIA, vormgeving Dorothee Haneke (Pudelskern)

164

Foto: CLICKNL


Media Impact

Op de website van CLICKNL worden geregeld nieuwe calls, inspirerende projecten en innovatief onderzoek gepubliceerd. Twee mijlpalen van CLICKNL in 2015 zijn de totstandkoming van de kennis en innovatie agenda en het sluiten van het innovatiecontract.

Kennis en Innovatieagenda Verschillende industrieën worden onder invloed van technologische ontwikkelingen onderworpen aan een proces van verandering. Ook de Nederlandse creatieve sector zal deze uitdaging moeten aangaan. De Kennis en Innovatieagenda 2016-2019 voor de creatieve industrie van CLICKNL vormt de basis waarmee de komende jaren innovatie en nieuwe diensten en producten kunnen worden gestimuleerd en ontwikkeld. De Kennis en Innovatieagenda Creatieve Industrie stelt belangrijke vragen en probeert onderwerpen en kennisgebieden te identificeren die de creatieve industrie kan inspireren om met verschillende instituten, bedrijven en overheidsinstellingen samen te werken zodat de Nederlandse economie in 2020 de meest creatieve van Europa zal zijn. Daarnaast legt de CLICKNL Kennis en Innovatieagenda de basis voor het kennis- en innovatiecontract waarin overheid, kennisinstituten, topsectoren met elkaar afspreken hoe CLICKNL, aan de hand van onderzoek, invulling geeft aan innovatie binnen de Topsector Creatieve Industrie. Het is bovendien richtinggevend voor de calls voor onderzoek van de topsector creatieve industrie. De Kennis en Innovatieagenda 2016-2019 is een verdere aanscherping van eerdere agenda’s uit 2012 en 2014-2015.

Innovatiecontract: 84 miljoen voor versterken Creatieve Industrie Op 5 oktober 2015 werd het Innovatie Contract gesloten waar in staat dat overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen in 2016 en 2017 84 miljoen euro investeren in het versterken van de kennisbasis van de Creatieve Industrie. Ruim de helft van het investeringsbedrag, 49 miljoen euro, bestaat uit publiek-private samenwerkingsverbanden, gestimuleerd en ondersteund door diverse calls en regelingen vanuit de overheid. Daarnaast investeert de overheid in de periode 2016-2017 32 miljoen euro in het versterken van de infrastructuur van de Creatieve Sector. Andere Topsectoren investeren nog eens 3 miljoen euro in gezamenlijke projecten, zogenaamde crossovers. CLICKNL wil de kennisbasis van de sector verder ontwikkelen en versterken door samen te werken met andere topsectoren en door in te zetten op onderzoeks- en innovatieprogramma’s die cross-sectorale kennisverbinding mogelijk maken en interdisciplinair onderzoek ondersteunen. De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) draagt ruim 24 miljoen euro bij aan de onderzoeksprogrammering van de Topsector Creatieve industrie.

165


Societal Challenges Net als in de vorige agenda’s kiest CLICKNL voor een aantal grand societal challenges als leidraad voor onderzoek. Het onderzoek heeft tot doel kennis en innovaties te realiseren die bijdragen aan oplossingen voor grote maatschappelijke uitdagingen. CLICKNL legt haar prioriteit bij drie maatschappelijke uitdagingen: • Inclusieve en innovatieve samenleving • Schone energie en circulaire economie • Langer gezonder leven

Creative Industries ­Research Areas Om oplossingen voor maatschappelijke uitdagingen aan te dragen en de concurrentiekracht van de sector te versterken, stelt CLICKNL voor het onderzoek te richten op een aantal themagebieden waarin de creatieve industrie waarde toevoegt op basis van haar specifieke expertises en competenties. Dit zijn de creative industries research areas die in de voorbije jaren binnen de sector zijn opgebouwd. CLICKNL Bron: KIA, vormgeving Dorothee Haneke (Pudelskern) netwerken zijn doorgaans binnen meerdere van de thema’s actief. Het onderzoek kent een vijftal thema’s: Smart Societies, Creative Futures, Redefining Innovation, User Impact en Business Transformation.

Solution spaces CLICKNL bestaat uit netwerken waarbinnen de relevante kennisontwikkeling plaats vindt. Zij vormen de solution spaces van CLICKNL, de deelsectoren waarin kennisinstellingen, onderzoekers, bedrijven, professionals, en overheidsorganisaties concreet samenwerken aan projecten. Ze dragen bij aan de realisatie van de doelstellingen van CLICKNL, zowel binnen de eigen thematische domeinen als in samenwerking met elkaar en met andere sectoren buiten de creatieve industrie. In CLICKNL zijn de volgende deelsectoren betrokken voor de verdere uitwerking van de Kennis en Innovatieagenda: Built Environment, Cultural Heritage, Design, Next Fashion, Games en Media & ICT.

Crossover programma’s In samenwerking met andere topsectoren zijn de afgelopen jaren crossover programma’s ontwikkeld en uitgevoerd. Deze samenwerkingsprogramma’s trachten door middel van synergie de krachten van verschillende sectoren te bundelen om maatschappelijke uitdagingen aan te gaan en innovatie te stimuleren. Voor de periode 2016-2019 gaat het in ieder geval om vier programma’s: • Create Health • Create Energy • Smart Industry / High Tech • Smart Retail / De Nieuwe Winkelstraat

166


Media Impact

CLICKNL DRIVE Festival Op 21 en 22 oktober toonde CLICKNL met het Drive festival het belang van kennis en innovatie in de creatieve industrie voor de circulaire en inclusieve economie waar samenwerken met andere sectoren centraal staat. Het festival werd voor de tweede keer georganiseerd in het Natlab in Eindhoven, tijdens de Dutch Design Week. Op deze twee dagen werd in meer dan 50 presentaties een dwarsdoorsnede gepresenteerd van onderzoek & innovatie in de creatieve sector met een focus op design. Thema’s van de twee dagen waren crossovers en circular economy, twee belangrijke thema’s binnen de CLICKNL innovatie agenda. DRIVE toonde hoe (onderzoek in) de creatieve sector een bijdrage levert aan maatschappelijke uitdagingen van vandaag. Naast onderzoekers kwamen creatieve ondernemers, jong talent en veelbelovende MKB-ers aan bod in het programma.

Media&ICT: De Kracht van Verbeelding CLICKNL Media&ICT heeft de ambitie dat Nederland in 2020 tot de top 3 mediaregio’s in Europa behoort en leidend is voor het ontwikkelen van nieuwe smart media en breedband diensten. Nederland zal hierbij fungeren als living lab waarbij hier uitontwikkelde diensten door bedrijven geëxporteerd kunnen worden. Insteek is om meer samenhang te hebben in de onderzoeks- en innovatieactiviteiten van Nederlandse bedrijven en onderzoeksinstellingen, hierbij ondersteund door de nationale, regionale en Europese overheid. Centraal staat het toepasbaar maken van technologie om innovatieve diensten te ontwikkelen voor (latente) behoeftes van de gebruiker. Deze dienstenontwikkeling staat in het teken van dialoog en stelt de gebruiker als prosument centraal. De kracht van storytelling is hierbij essentieel om de ‘content’ van die nieuwe diensten over te brengen. Naast innovatieve mediadiensten voor informatie en entertainment gaat het steeds meer om innovatieve contentdiensten voor de grand challenges en andere topsectoren. CLICKNL Media&ICT wil onderzoek en innovatiestimulering richten op de hoofdonderwerpen:

167


Contentcreatie Hoe kun je als maker/producent van content nieuwe (technologische) mogelijkheden en interactievormen inzetten bij het creëren van vernieuwende programma’s, producties en ervaringen? Hierbij gaat het om de ontwikkeling formats, events, (transmedia) storytelling, narrative design, gameplay en (digital) design. Maar ook wordt er geëxperimenteerd met het gebruik van augmented, mixed en virtual reality. Daarbij is er een hoofdrol weggelegd voor de veranderende rol van de individuele gebruikers van media- en entertainmentdiensten (van consument via (publieks)participatie naar co-creatie). Contentexploitatie Hierbij gaat het om onderzoek naar veranderingen in de ketens en infrastructuur rond contentproductie -processing, aggregatie, -opslag, -distributie en devices. Wat zijn emerging technologies en standaarden? Welke ontwikkelingen zijn er gaande op het gebied van interoperabiliteit, netneutraliteit, technische kwaliteit, beveiliging en online platforms? En voldoen deze aan de consumentenvraag (anytime-anywhere-anydevice)? Big Data Hoe kunnen (media)diensten ‘smart’ gemaakt worden met big data? Het gaat om het opdoen van kennis op het gebied van datacollectie, sensor(netwerk)en, en tooling. Hoe vergroot je het inzicht in de markt en de gebruikers, op basis van (realtime) big data analytics? Hoe ontwikkel je ‘slimme’ algoritmes voor de optimalisatie van diensten, zowel massaal als geïndividualiseerde gebruikerservaring, context-/locatie-/tijdbewust.

ThingsCon: nieuwe diensten met Internet of Things Vrijdag 4 december vond de tweede editie van ThingsCon Amsterdam plaats, in het Volkshotel. CLICKNL was als partner betrokken bij dit evenement over de toekomst van de hardware industrie, met een speciale focus op de Internet of Things en het design van nieuwe producten en diensten die software en hardware combineren. Avontuurlijke Designers, whizzkids en IoT pioniers van over de hele wereld kwamen bij elkaar voor een serie hands-on workshops, intieme sessies en een internationale line-up van gerenommeerde sprekers die de noodzakelijke stappen besproken om een hardware product uit te laten groeien van een prototype naar een succes. Er was veel interesse in het Internet of Things, ThingsCon was namelijk al een paar dagen voor het event uitverkocht. In een stampvolle zaal hoorden de bezoekers inspirerende verhalen van IoT ­pioniers. Het ging zeker niet alleen over de kansen die sensoren en connected producten bieden, maar ook over de manier waarop je dit het beste kunt ontwerpen en inzetten zodat ze echt ­relevant zijn. Zoals Tina Aspiala mooi samenvatte: “I don’t want nagging house plants, I want butlers”.

168


Media Impact

Mens Centraal Hierbij gaat het om onderzoek naar zowel individuele als gedeelde gebruikerservaringen, storytelling vertaald naar individu en gemeenschapsvorming en identiteit met media als verbindende factor. Ook onderzoek naar gedragsverandering hoort hierbij. Met welke argumenten haal je mensen over hun gedrag te veranderen? Hoe meet je emoties en gedrag van je gebruikers? En hoe gebruik je deze gegevens bij het ontwerpen van gedragsverandering? Uiteraard komen ook nieuwe vormen van interactie en interfacing aan bod, bijvoorbeeld in onderzoek rondom wearables en augmented reality. Tenslotte is er aandacht voor onderzoek naar de toegankelijkheid van diensten en ethische vraagstukken rond mediawijsheid, privacy en security. Veranderingen van businessmodellen CLICKNL stimuleert onderzoek naar veranderingen van businessmodellen, zoals trendonderzoek, andere vormen van meten en ‘afrekenen’, intellectueel eigendomsrecht in een globale digitale wereld en rechtenbeheer en ontbundeling van rechten. Ook de invloed van social media op mediaconsumptie en de integratie en innovatie bij publiekevents, zoals tijdelijke steden en security vallen hieronder. Crossovers Tenslotte ondersteunt CLICKNL sociale innovatie en oplossingen die bijdragen rond grote maatschappelijke thema’s. Vanuit het Media&ICT netwerk ligt daarbij de nadruk op de crossover richting de energiesector.

Empowering Smart Energy Citizens De energiesector, de creatieve industrie, Netbeheer Nederland, het Ministerie van Economische Zaken en vijf grote gemeenten sloten in 2013 de Green Deal Smart Energy Cities. De Green Deal Smart Energy Cities fungeert als impuls voor grootschalige uitrol van energiebesparing, verduurzaming (lokale opwekking en opslag) en slimme netten door toepassing van innovatieve producten, diensten en concepten. Essentieel voor succesvolle opschaling binnen de Green Deal projecten is dat de gebruikers centraal worden gesteld: bewoners, eigenaars en gebruikers van gebouwen. De betrokken gemeentes dragen projectlocaties aan en verzamelen stakeholders. TKI’s van de topsector Energie en Netbeheer Nederland dragen kennis aan over state-of-the-art innovaties die geïmplementeerd kunnen worden in het project. De creatieve industrie versterkt de projectaanpak door de inzet van creative producers.

Creative Producers CLICKNL ondersteunt 12 kickstartprojecten die in de kwartiersmakersfase van de Green Deal geselecteerd zijn, met kennis en expertise én door de inzet van Creative Producers. De creative producers richten zich op de gebruikers en op de aanpak van het project als geheel. Zij zijn de schakel tussen eigenaren, gebruikers en innovatieve oplossingen. Zij zorgen voor co-creatie, co-design en vraagsturing: oplossingen die door gebruikers en eigenaren gewenst en geaccepteerd worden. En creëren daarmee eigenaarschap van de oplossingen bij de gebruikers.

169


ONDERNEMERSPROFIEL: HET MENSENWERK VAN IDEATE

De gebruiker en zijn belevingswereld centraal. Dat is kort maar krachtig waar het bij Ideate om draait. Dit service design bureau uit Amersfoort helpt organisaties om de wereld van hun klanten in kaart te brengen om vandaaruit nieuwe proposities en diensten te o­ ntwerpen. ‘Veel transities worden technologisch aangevlogen. Aan de menselijke kant gaat men vaak voorbij.’ Aan het woord is Kai Köllen, partner bij Ideate. ‘Zowel commerciële bedrijven als organisaties in de non-profit-sfeer zijn momenteel druk bezig om hun proposities aan te scherpen of nieuwe te ontwikkelen’, legt hij uit. ‘Dat moeten ze wel, willen ze relevant blijven in een tijdperk waarin de gelijkwaardigheid tussen partijen groeit en de technologische mogelijkheden alleen maar toenemen. Het gaat erom dat je betrokkenheid van mensen weet te creëren en je verdiept in hun belevingswereld.’ Goed onderzoek doen is daarbij cruciaal. Ideate beschikt over de juiste gereedschappen om de gebruikersbehoefte boven tafel te krijgen. Projectmatig van A naar B marcheren is niet langer zinvol. Köllen: ‘Die behoefte wordt bepaald door alles wat er speelt in iemands leven. Context is het sleutelwoord. Die bestaat uit duizenden variabelen.’ Met een multidisciplinair team van zowel analytici als creatievelingen brengt Ideate die context in kaart. Köllen: ‘Zo krijgen we inzicht in de

170


Media Impact

levens van mensen, de customer journeys die ze maken en de manieren waarop je ze daarbij van dienst kan zijn.’

Energie-akkoord Of Köllen voorbeelden kan geven van Ideate’s werkwijze? ‘Voor Scania hebben we bijvoorbeeld een programma over energiezuinig rijden ontwikkeld. Een multidisciplinair service design team verdiepte zich grondig in de belevingswereld van chauffeurs en verzamelde inzichten over de drijfveren en aspiraties, overtuigingen en belemmeringen van chauffeurs. Die inzichten konden we gebruiken om een programma te ontwerpen dat chauffeurs werkelijk motiveert om zuinig te rijden en op die manier serieuze energiebesparingen te realiseren.’ Een tweede voorbeeld: de Green Deal Smart Energy Cities. Köllen: ‘Een initiatief in het kader van het Energie-accoord, een crossover van de energiesector en de creatieve industrie. Vijf grote gemeenten committeerden zich om tenminste 100.000 gebouwen per eind 2020 energieneutraal te maken. Men is geneigd om dit soort zaken vooral vanuit de technologie aan te vliegen. Terwijl juist de betrokkenheid van de gebruikers van die gebouwen nodig is om de Deal succesvol te maken.’

Mensenwerk Ideate heeft bij de Green Deal de rol van creative producer op zich genomen. Köllen: ‘Dat betekent dat we ons bezighouden met vragen als hoe breng je zoveel verschillende partijen bij elkaar, wie doet wat, hoe stem je dat op elkaar af, hoe zorgen we dat verschillende stakeholders meedoen in het proces? Hoe zorgen we voor actieve participatie van bewoners? In de driehoek business, technologie en gebruiker focussen we ons dus op de gebruiker.’ Het werk van Ideate is echt mensenwerk, aldus Köllen. ‘Het is geen kwestie van alleen maar data invoeren... daarmee genereer je geen betrokkenheid, daar realiseer je geen energietransitie mee. Het is een manier van werken. Hoe? We zijn niet directief en zoeken naar wat mensen bindt en waar de energie zit. We weten daardoor niet altijd waar we uitkomen. Dat is vaak anders dan we van tevoren hadden gedacht. Dat maakt zo’n proces zo boeiend.’

171


MEDIA GROEN

Over Media Groen Het Media Groen team bestaat uit een aantal betrokken organisaties op het Media Park die de voor Hilversum zeer belangrijke broadcast- en media industrie op ecologisch, economisch en sociaal terrein van binnenuit willen verduurzamen. Dit om de stad, haar industrie en haar omgeving op termijn blijvend te laten bloeien.

Project De media industrie in Hilversum is een industrie waar voor en door mensen programma’s worden gemaakt voor allerlei distributiemethoden; radio, tv, internet, mobiel. Deze programma’s staan midden in de maatschappij, reflecteren op de maatschappij en helpen de maatschappij zich te ontwikkelen. Cruciaal onderdeel van die maatschappij is de manier waarop we de komende decennia omgaan met ons klimaat. Als media industrie dragen wij daaraan bij door de komende vijf jaar samen op te trekken in het project Media Groen en zo de mogelijkheden die we als onderdelen in de keten van mediacreatie, -productie en -distributie hebben om op om dit gebied winst te behalen te bundelen.

Onderdelen Het Media Groen project bestaat uit drie onderdelen: • Bedrijven en bedrijfsprocessen • Locatie en gebouwen • Mens en omgeving – de direct om het Media Park gelegen stad – de 5.000 medewerkers op het Media Park – 17 miljoen Nederlanders

172


Media Impact

Bedrijven en bedrijfsprocessen Dit onderdeel richt zich op alles wat te maken heeft met verduurzaming van de operationele bedrijfsprocessen in mediabedrijven en tussen bedrijven onderling. Het gaat hier om bedrijfsprocessen die onderdeel zijn van het primaire proces van het maken en distribueren van media. Voorbeelden hiervan zijn de gebruikte ICT, verlichting, ob vans etc. Een voorbeeld is ook het Albert + rating systeem voor de milieubelasting van producties. Ook het belang van continuïteit en ‘resilience’ in het primaire proces zijn belangrijke factoren. Niet alleen techniek is hier onderdeel van, maar ook organisatievormen, contractduur, contractvormen, samenwerkingsverbanden etc. Het zijn juist vaak deze laatste dingen die een sluitende business case in de weg staan.

Locatie en gebouwen Dit onderdeel richt zich op alles wat te maken heeft met de verduurzaming van het Media Park als bedrijventerrein, en de gebouwen die zich op en rond het Media Park bevinden. Voorbeelden van verduurzaming die onderzocht worden zijn zonne-energie, afvalmanagement, warmtehuishouding en mobiliteit. Kansen in de infrastructuur zijn legio. Het Media Park heeft een eigen stroomnetwerk, ze is zelf netbeheerder en is er een eigen energiecentrale. Deels is dit historisch gegroeid, deels hangt dit samen met de primaire processen en de vereisten die daaraan gesteld worden. Er zijn een aantal grote huurders en er zijn bedrijfsverzamelgebouwen. Dit, met de verschillende gebouwfuncties zoals publieksfuncties versus kantoren, maakt dat de verduurzamingsmaatregelen technisch wellicht identiek kunnen zijn, maar publicitair verschillend benut kunnen worden. Ook gebeurt er al veel op het Media Park dat niet in de publiciteit komt, maar dat ter voorbeeld kan dienen voor andere organisaties. Een eerste inventarisatie heeft opgeleverd dat het Media Park een zonne-energie capaciteit heeft van 3MWpiek, en er jaarlijks 2,8MWh aan zonne-energie opgewekt kan worden, dit is genoeg om 1000 gemiddelde Nederlandse huishoudens van stroom te voorzien.

planfase tot april 2016, uitvoering 2016‐2020

173


Mens en omgeving Dit onderdeel richt zich op alle verduurzaming die te maken heeft met de directe omgeving, met de 5.000 medewerkers op het park, of met de 17 miljoen Nederlanders die met de content van het Media Park in aanraking komen. Het gaat om betrokkenheid, het ontvangen van een boodschap en om publiciteit uit te dragen. De directe omgeving, de omliggende postcodegebieden, kunnen betrokken worden bij de energieprojecten van het park, als afnemers en financiers. De 5.000 werknemers zijn betrokken ambassadeurs van een duurzame werkomgeving. De 17 miljoen Nederlanders worden betrokken via programma’s van de NPO.

Doelen tot april 2016 De volgende stappen willen we bereikt hebben in april 2016: • een lijst met initiatieven die alle drie deelgebieden omvatten • een actieplan voor mei 2016 tot en met december 2020 • een consortium dat deze projectperiode met ons meemaakt • een idee hebben hoe we de verschillende provinciale fondsen en subsidieregelingen kunnen benutten • een aantal ‘laaghangend fruit’ projecten reeds hebben opgepakt

Consortium Het Hilversumse college gaat voor 100kTon CO2 reductie en een klimaatneutrale eigen bedrijfsvoering in 2020. Dat staat in het nieuwe duurzaamheidsprogramma dat het college voorlegt aan de gemeenteraad. Hilversum wil in 2050 klimaatneutraal zijn. Wethouder Nicolien van Vroonhoven over dit ambitieuze doel: “We kunnen dit doel bereiken als we dit samen met de samenleving oppakken, met bewoners, ondernemers, bedrijven en organisaties. Zij krijgen in het duurzaamheidsvraagstuk een steeds grotere rol. Dat zie je ook in Hilversum. We gaan initiatieven aanjagen en de investeringen versnellen. We zien zelf mogelijkheden voor projecten ter waarde van 50kTon. Voor de resterende 50% zijn de komende jaren nieuwe plannen en financiering nodig. Samenwerking wordt hierin onder andere gezocht met de voor Hilversum belangrijke media industrie. Het consortium van bedrijven dat Media Groen ondersteunt is open voor aanvullingen, maar bestaat nu uit de volgende organisaties die hun steun op directie- en bestuursniveau hebben uitgesproken:

174


Media Impact

GROWING GAMES Growing Games is een tweejarig stimuleringsprogramma om de duurzame groei van de Nederlandse applied game-sector te bevorderen. Deze sector heeft een enorme groeipotentie. In 2010 bedroeg het wereldwijde volume van applied games 1,5 miljard euro. In 2014 was dat al gegroeid naar 4,5 miljard en de verwachting is dat het in 2018 om ruim 11,7 miljard euro gaat. Met Growing Games springen we in op deze groeipotentie: we willen grotere bedrijven creëren voor meer werkgelegenheid, meer omzet en welvaart genereren voor de Nederlandse economie, een betere toegang realiseren voor Nederlandse gamestudio’s tot de internationale markt, en een sterker en innovatiever ecosysteem in de gamesindustrie ontwikkelen. IMMovator is een van de initiators van het programma. Growing Games is in 2015 zijn laatste jaar ingegaan. Het programma kent twee globale actielijnen: het vergroten van crossover markten, en professionalisering van de gamebedrijven. Na het opstartjaar 2014 hebben we in 2015 flink doorgepakt op die twee lijnen, en hebben we ook al behoorlijk kunnen oogsten. In de eerste lijn zijn drie cruciale crossovermarkten uitgekozen waar Growing Games een focusgebied van heeft gemaakt: Cure & Care, Teaching & Training en Safety & Security. Een kleine greep uit de resultaten van dit jaar.

Cure & Care Op het gebied van Cure & Care heeft Growing Games twee showcase-competities georganiseerd om zeer kansrijke gameconcepten verder uit te laten werken, zodat ze het stadium van louter gebruik bij de oorspronkelijke opdrachtgever, kunnen ontstijgen en breed kunnen opschalen. In 2015 heeft de doorontwikkeling van Moodbot, de eerste gehonoreerde showcase, plaatsgevonden. De Moodbot-game is dit jaar geselecteerd voor implementatie bij het UMCU-ziekenhuis, naast de GGZ-instellingen waar de game al in gebruik is genomen. Daarnaast zal de game door Startup Delta-ambassadeur Neelie Kroes meegenomen worden op internationale handelsreizen, als voorbeeld van een succesvolle Nederlandse applied game. In de tweede Cure & Care showcase competitie stond het ontwikkelen van een game voor revalidatie bij polsbreuken centraal: Revalidate! Deze case wordt uitgevoerd bij Growing Games-partner Academisch Medisch Centrum in Amsterdam. Na twee pitchrondes heeft de jury het reeds internationaal werkende Motek Medical gekozen als winnaar, die samen met de creatief sterke runner up Virtual Play het concept verder uitwerkt tot een speelbaar prototype. Dit prototype zal halverwege 2016 opgeleverd worden, en gaat vergezeld van promotieonderzoek voor de klinische validatie. Er is reeds interesse voor het concept getoond vanuit Dubai en de Stanford Medical School.

Validatie moet sneller en beter De politieke lobby die in 2014 is gestart met de ontwikkeling van ons Ehealth-manifest, heeft in 2015 zijn vervolg gekregen in het vragen voor aandacht voor de belemmeringen die eHealth-applicaties, waaronder games, ondervinden door de eisen die gesteld worden aan de validatie daarvan. Er is een position paper gepubliceerd, dat veel pers en journalistieke aandacht heeft gekregen, en waar in

175


2016 verder aan gewerkt wordt. Een van de allerbelangrijkste resultaten van Growing Games is namelijk het inzicht dat smart validation de sleutel tot succes is voor bedrijven die zorggames m ­ aken. Binnen het huidige zorgsysteem en de bijbehorende wettelijke kaders zullen zorggames nooit makkelijk hun weg vinden in de markt. Dit geldt overigens ook voor alle andere Ehealth-­applicaties. Doorbraken om meer vormen van validatie toe te staan -daar waar dat kan-, zijn dus essentieel. De Growing Games-partners nemen hier nu het voortouw in, om die doorbraken ook daadwerkelijk te helpen realiseren. De position paper is te downloaden op de website van Growing Games.

Teaching & Training Naast de organisatie van verschillende binnenlandse en buitenlandse masterclasses over game based learning is vooral veel werk gemaakt van het game ready maken van de educatieve uitgevers. Deze groep ervaart het toevoegen van games aan hun portfolio nog als erg lastig, reden waarom we hen in twee middagen hebben klaargestoomd om een goede businesscase te maken voor het uitgeven van educatieve games. Ook hebben zij leren werken met de educatieve bijsluiter die door de Growing Games-partners is ontwikkeld. Bij educatieve uitgevers verschilt het traditionele businessmodel van het uitgeven van boeken enorm met het uitgeven van games: de content wordt bijvoorbeeld in boeken voor het hoger onderwijs nagenoeg gratis aangeleverd door docent-auteurs, en bij het uitgeven van boeken voor het voortgezet onderwijs geldt dat de terugverdientijd lang is, omdat lesmethoden voor jaren vastliggen. Het voorfinancieren van een game die aanvullend is op een bestaande lesmethode is in hun ogen daardoor erg kostbaar. En een game een complete lesmethodes helemaal laten vervangen is ook vaak geen optie: het validatievraagstuk (“leren kinderen even snel en even goed rekenen met een game?”) en de bekostiging daarvan, komt dan als een boemerang weer terug in de schoot van de gamebedrijven, die veelal te weinig eigen vermogen hebben om deze investering up front te kunnen doen. De waardeketen van educatieve uitgevers moet dus nog flink op zijn kop, voordat het uitgeven van digitale methodes en games business as usual worden. En ook hier is validatie een voorwaarde voor duurzame implementatie.

Safety & Security Het bewerken van deze crossover markt is de meest ingewikkelde gebleken. De mogelijk afnemende partijen zijn over het algemeen grote, daardoor ietwat trage en door bezuinigingen geteisterde overheidsorganisaties zoals Defensie en de Landelijke Politie. Een andere interessante afzetmarkt binnen deze markt is echter die rondom cybersecurity, een vraagstuk waar alle grote bedrijven en instellingen mee worstelen: hoe de eigen organisatie zorgvuldig voor te bereiden en trainen op dergelijke aanvallen? Rond dit onderwerp is daarom een Cybergame Biathlon georganiseerd met twee grote partijen die dit vraagstuk met behulp van gaming willen agenderen in hun eigen organisaties.

Crossovermarkten moeizaam op dreef De conclusie uit de bijna twee jaar waarin Growing Games deze drie crossovermarkten bewerkt, is dat er nog veel organisaties zijn die niet weten hoe ze een eventuele vraag naar een game juist moeten omschrijven. Dat is echter een kwestie van tijd en zal door de snelle groei van andere digitale toepassingen zoals fitnessapps op de smartwatch, de Ipad-scholen of Elearning-modules steeds makkelijker worden. Belangrijker is dat in twee van de door ons gekozen crossovermarkten, zorg en educatie, de grootschalige implementatie van games uitblijft. Dit heeft twee oorzaken.

176


Media Impact

Doordat, ten eerste, games te vaak als maatwerk-oplossing zijn ontwikkeld voor een individuele opdrachtgever zijn ze lastig vertaalbaar te maken naar vergelijkbare andere organisaties. Ten tweede wordt het laten maken van games als erg duur ervaren, omdat de validatie ervan tijdrovend en arbeidsintensief is, en vaak onduidelijk is welke partij deze kosten gaat dragen. Duidelijk moge zijn dat het zoeken naar het oplossen van het validatievraagstuk de grootste prioriteit heeft in het afrondende jaar 2016 en een mogelijk vervolg van Growing Games. Pas als we in Nederland een passend antwoord kunnen vinden op dit vraagstuk, biedt de internationale afzetmarkt een wenkend perspectief.

Talentontwikkeling en opschaling In de andere lijn van Growing Games, de professionalisering van de sector zelf, is aanvankelijk een knip gemaakt tussen het helpen professionaliseren van startende bedrijven en studenten middels de talentontwikkelingslijn enerzijds, en het ondersteunen van zogenaamde tweede fase groei-bedrijven anderzijds. In de loop van 2015 zagen we aftekenen dat die twee groepen over het algemeen veel dichter bij elkaar liggen dan gehoopt. Een deel van de smalle top van applied game bedrijven met meer dan 20 fte, heeft zich zelf georganiseerd in een soort coรถperatief verband van vier bedrijven, de G4 genaamd (IJsfontein, Grendel Games, Little Chicken en &Ranj). Zij trekken internationaal gezamenlijk op, en doen veel aan onderlinge kennisuitwisseling. Een mooi voorbeeld van samenwerking die voldoende slagkracht laat zien. Dat geldt veel minder voor de grote groep van gamebedrijven daaronder. Er is een grote groep bedrijven met vaak veel minder dan 20 fte die al langer bestaan, maar allerhande problemen ervaren in het verder opschalen, of hun eigen productieketen niet kunnen of durven opsplitsen door te kiezen voor een bepaald specialisme. Zij doen dus alles in eigen huis: van creatief concept en research naar de doelmarkt, tot sales en distributie. Deze groep is erg leergiering en hongerig naar kennis op al die deelterreinen om verder te kunnen groeien, en is daarmee ook de grootste groep deelnemers aan Growing Games-activiteiten. De vraag is echter of zij alle benodigde kennis echt in eigen huis kunnen halen en houden. Hun businessvraagstukken liggen mede daardoor nog heel dicht op die van de beginnende startups: ze zijn echt op zoek naar business basics. Dit is ook terug te zien in de dit jaar uitgevoerde Games Monitor: financiering, verkoop, personeel en ondernemersvaardigheden worden door de gamebedrijven ervaren als de grootste pijnpunten bij hun groei. In 2015 zijn de professionalserings-

177


activiteiten van Growing Games daarom minder gericht op het realiseren van access2finance voor de tweede fase groei, maar op die vraag naar de business basics, zowel voor de echte starters als het langer bestaande klein-MKB. Om te zorgen dat startende professionals (studenten van de gameopleidingen) qua ondernemersvaardigheden goed toegerust de arbeidsmarkt betreden is dit jaar tevens gestart met een preincubation traject. Voor game developers zijn door Growing Games-penvoerder Dutch Game Garden scholingsprogramma’s in het kader van life long learning in gang gezet, de DGG Academy.

Huwelijk tussen media en games Ook is dit jaar gestart met coaching van gamemakers door ervaren mediaprofessionals. Beide sectoren hebben hun eigen dynamiek, maar kennen ook veel parallellen. Hoe kan de gamesector profiteren van het internationale succes van de Nederlandse mediasector? De ervaren mediaprofessionals ondersteunen gamebedrijven in hun groeiambities, en omgekeerd leren oude mediarotten hoe ze games en gamification in hun mediaproducten kunnen brengen. Ook het Crossmedia Café van 27 oktober bracht de werelden van media en games samen. Spellen en quizzen zijn al sinds de introductie van tv niet meer weg te denken van het scherm, en programma’s als LTRZ van RTL4 hebben ook een mobiele variant waardoor de ‘kijker’ ook zelf mee kan spelen. En door het succes van Twitch-uitzendingen is het kijken naar het spelen van games immens populair geworden. Opvallend is dat een aantal Nederlandse bedrijven, opererend op dat crossmediale snijvlak tussen tv en games, het internationaal zeer goed doet, zoals Mediamonks, Ex Machina en Angry Bytes, maar dat zij nauwelijks erkend en herkend worden als succesvol gameproducent. Tijd dus om de muren te slechten en meer van deze voorbeelden te leren, want in de toekomst zullen games steeds vaker onderdeel gaan uitmaken van een veelomvattender E-toepassing of een totale content experience.

178


âž”

CROSS MEDIA CAFÉ: GAMES AND MEDIA

Hoe ziet het ideale huwelijk tussen gaming en televisie eruit? Sprekers uit de gaming- en mediasector gaven hun visie tijdens het Cross Media CafĂŠ: Games en Media op 27 oktober op het Media Park in Hilversum. Met het stimuleringsprogramma Growing Games wil iMMovator samen met ruim 25 partners de Nederlandse gamesindustrie versterken. De focus ligt op applied games in de crossover met sectoren, zoals zorg, veiligheid en educatie. Wat gebeurt er als gaming en media (beter) met elkaar gaan samenwerken? En hoe doe je dat? Mir Wermuth, projectleider Growing Games, vertelt dat hoe beter de interactie met de doelgroep, hoe hoger de betrokkenheid bij het programma is. Ondertussen is door de versmelting van gaming en media een totaal nieuwe dimensie in interactie bereikt met Twitch, een soort YouTube voor games dat in 2014 voor bijna een miljard dollar is gekocht door Amazon. Twitch maakt het mogelijk live mee te kijken met anderen die online gamen. De kijkers vinden de commentaren en tips van de spelers interessant en gebruiken die vaak om hun eigen spel te verbeteren. Er is een snelgroeiende e-sportsector ontstaan, waarin professionele spelers het tegen elkaar opnemen. The League of Legends World Championship trok in 2013 32 miljoen kijkers. Wie de finales wil zien kan dat ook meemaken in de gigantische stadions waar de gamers live op het podium spelen.

179


Prof. Dr. Ben Schouten: naar de cinema in 2016 Prof. Dr. Ben Schouten is hoogleraar Playful Interaction aan de faculteit Industrial Design (Eindhoven) en Lector Play and Civic Media aan de Hogeschool van Amsterdam. Hij ziet een paar interessante ontwikkelingen. Allereerst de kijkcijfers van het afgelopen jaar. Jongeren kijken volgens kijkonderzoek 32% minder televisie dan 2010, terwijl de kijktijd van 50-plussers stabiel blijft. Wat doen die jongeren dan wel? Jongeren kijken nog wel, maar willen niet meer vast zitten aan een tijdstip en ze willen iets doen. Wat zijn algemene tendensen? Het gaat volgens Schouten niet meer over play OR watch, maar over play AND watch. Hoe krijgt de gebruiker het verhaal voorgeschoteld: documentary or roleplay? Vertelt iemand het verhaal of kan het zelf ervaren worden. En kan de gebruiker dan als regisseur de verhaallijn zelf bepalen of schept hij de gelegenheid om de wereld te onderzoeken en te creëren? Interactie is volgens Schouten essentieel en de belevenis staat centraal. Interactie is de laag die zorgt dat we ons materie eigen maken en kunnen inleven. Schouten onderzoekt twee aspecten van games: wat zijn de dynamieken van een spel en welke mediakwaliteiten moet het hebben. Hij laat zien hoe de interactie tussen de gamedesigner en player fundamenteel anders is dan de interactie tussen filmmaker en kijker. Bij filmmaker kiest de regisseur het verhaal en de kijker consumeert. Bij games maakt de designer een spel, waarin een dynamiek ontstaat tussen spel en speler en dat zorgt voor emoties. Die emoties brengt de speler in als hij binnen zijn rol in het spel weer nieuwe keuzes maakt. Wat zijn nu de fundamentele verschillen tussen games en cinema? Schouten zet ze op een rij. Wie is de kijker? En wie is de speler? Hij laat zien dat bij Twitch die twee perspectieven volledig in elkaar overlopen: de gamer speelt en kijkt. Goede formats weten dat in balans te houden, stelt Schouten. Dan: waar is de kijker? De gamer is niet gebonden aan tijd of plaats. Hij kan altijd en overal spelen. Bovendien Prof. Dr. Ben Schouten kan hij meerdere games tegelijk spelen of iets anders tussendoor doen. Schouten wijst ook op de trend waarbij steeds meer spellen een virtuele laag over de echte wereld leggen, zoals Ingress. Games kunnen daardoor ook op de openbare weg of in openbare ruimtes worden gespeeld. Er ontstaat zo een mengvorm van droom en werkelijkheid. Door interactie word je bij de ervaring betrokken of je het wil of niet, stelt Schouten. Schouten stelt zich voor hoe het zou zijn als een spel daadwerkelijk als laag over de stad wordt gelegd en mensen de stad als speelruimte gebruiken: je wordt vanuit de cinema de straat op gestuurd om het verhaal te ervaren. Je interacteert daarbij deels in de echte en deels in de virtuele wereld. Hij vertelt kort iets over experimenten waar hij bij is betrokken, zoals De Pont, waarin mensen zelf een verhaal kunnen creëren met stukjes film, game, en programmatuur. Zelf films of games maken zal in de toekomst steeds makkelijker worden. Hij voorspelt ook een terugkeer van de Arcadehal met de Oculus Rift, waarin het mogelijk is om intense ervaringen te creëren met gebruik van alle zintuigen. Hij liet een Oculus Rift ervaring zien waarin menen beleven hoe het is om als vluchteling

180


Media Impact

in een vrachtwagen te zitten. Schouten: “Cinema in 2016 kan dus een ervaring worden, een experiencegame waarbij je de straat op gaat en het verhaal beleeft. Waarin er geen sprake meer is van film of game, maar waarin alle elementen samen de beleving vormen. En die je kunt uitzetten en de volgende dag weer verder kunt spelen.” De uitdaging ligt volgens Schouten niet primair in de technologie, maar in het verhalen vertellen. “Hoe doe je dat?”

Interactie voor je laten werken Jeroen Elfferich is CEO en co-founder van Ex Machina, een Nederlands bedrijf dat internationale second screen en gameprojecten doet voor de grootste TV-producenten. Ex machina is ooit begonnen als ontwikkelaar van een game engine voor een groot publiek. In 2000 Jeroen Elfferich (Ex Machina) gebruikte SBS de engine bij een dagelijkse tvquiz. “Live konden mensen meespelen in een videocall en overdag via internet. Het programma trok honderdduizenden bezoekers. Heel bijzonder voor die tijd.” Elfferich noemt best practices van formats op de snijlijn van televisie en gaming, zoals de XBOX-game 1 vs 100 gebaseerd op de Nederlandse quiz 1 tegen 100. “Een briljante case. Televisiemechanics zijn hier toegepast op een game. Als je televisie en gaming goed wil integreren, moet je goed nadenken of het format geschikt is voor televisie en gaming.” Elfferich ziet grote toegevoegde waarde van interactiviteit, vooral voor sport, quizzen, realityshows en live events. Hij noemt ‘Weet ik veel?’, een traditioneel quizformat met een interactieve laag. Het programma is van tevoren opgenomen, maar tijdens de uitzending kunnen kijkers meespelen via een app. Het programma lijkt live doordat de speelresultaten van de kijkers in een grafische laag worden toegevoegd en een tweede presentator deze resultaten daadwerkelijk live bespreekt. Elfferich wijst kort op de technische uitdagingen: “Soms spelen bijna 400.000 mensen mee. Dat betekent dat de engine 400.000 antwoorden tegelijk moet verwerken. Ter vergelijking: Google verwerkt 70.000 zoekopdrachten tegelijk.” Zijn tips voor succesvolle interactieve televisie: Zorg dat het live is en als het niet live is, doe dan alsof. Zorg dat het programma naar een piekmoment toewerkt. Combineer een gedeelde lineaire ervaring met individuele interactiviteit. Trek een groot publiek aan en zorg dat ze allemaal tegelijk kunnen meespelen. Deel de spelresultaten en doe er iets mee: gebruik de resultaten als input voor je programma. Zorg dat je veel van de ‘spelers’ weet: leeftijd, regio etc. Tot slot gebruik deze data in je programma.

De lessen van de Nationale IQtest Bij de laatste editie van de Nationale IQ-test van BNN speelden 12.368 kijkers thuis live mee via een thuisspeel-app. Met dank aan BNN vertelt Marc Veuger, eigenaar/oprichter van Angry Bytes over de geleerde lessen. Tijdens de uitzending zijn data van kijkers en spelers verzameld. 50% van de spelers bleek tussen 13 en 19 jaar. Daarna volgden de 50-plussers. De dertigers waren opvallend slecht vertegenwoordigd. Bij vergelijking van de speeldata en de kijkdata bleken er verschillende pieken te zijn. De spelers waren massaal aanwezig aan het begin van het programma, terwijl de

181


gewone kijkers wat later inschakelden. In de loop van het programma toonde de grafiek van de spelers een groot verval. Veuger: “In de spelopzet moesten thuisspelers het hele spel meedoen. Wie dus een paar vragen mist, haakt af. Ons voorstel is dat thuisspelers in elk van de vijf rondes van de test opnieuw kan instromen.” Enkele andere geleerde lessen waren: Maak aanmelden gemakkelijk, niet via Facebook of Twitter. Zorg dat mensen zich met iemand kunnen vergelijken: laat ze in competitie gaan met een BN’er. Houd de second screen-app simpel. Het grote scherm is leidend. En beloon de kijkers.

Ga nu applicaties ontwikkelen voor HbbTV

Marc Veuger (Angry Bytes)

HbbTV kom eraan. Met HbbTV krijgt lineaire televisie een transparante browserlaag. Handig voor informatie en statistieken, maar ook voor spelletjes. Groot voordeel is dat de aandacht zo op het grote televisiescherm blijft. Voor de bediening is geen ingewikkelde technologie nodig. HbbTV wordt geactiveerd met een knop op de afstandsbediening. Joost Negenman, senior beleidsadviseur DDU (Distributie en Uitzending) van de NPO vertelt over een pilot met See2gather tijdens het Eurovisie Songfestival. Via de app kunnen familie en vrienden vanaf de bank tegen elkaar spelen op het televisiescherm. Spelers kunnen zich eenvoudig aanmelden via de app en zijn met een avatar zichtbaar op het televisiescherm. De app stuurt tijdens de uitzending vragen naar de devices van de spelers. De scores komen direct op het grote scherm. De spelers kunnen ook punten geven voor de optredens. Negenman nodigt developers uit om aan de slag te gaan. “HbbTV maakt gebruik van open EBUstandaarden, HTML en Java. De techniek is heel eenvoudig.” Zijn advies: houd het simpel. Joost Negenman (NPO)

Gamedesign wordt televisiemaken en andersom IJsfontein is gespecialiseerd in het ontwerpen en ontwikkelen van spelend leren via digitale media. Oprichter Jan-Willem Huisman presenteert een paar best practices. Van het Waterliniemuseum kreeg hij de opdracht: Maak het verhaal over de Nederlandse Waterlinie spannend. IJsfontein ontwierp daarvoor een passieve VR-experience. Bezoekers kunnen met de Oculus Rift een hele rustige parachutesprong maken en van bovenaf live zien hoe de waterlinie ontstaat. Voor medisch specialisten ontwikkelde IJsfontein een interactieve game waarmee ze kunnen leren omgaan met mensen met een delirium. In de game kunnen specialisten dingen doen of vragen die de toestand van de patiënt verbeteren of verslechteren, alles vanuit het perspectief van de patiënt. Huisman grijnst dat de game helaas omgekeerd lijkt te werken. De artsen proberen de toestand van de patiënt te verergeren, vanwege de mooie visuals die dat oplevert. Hoe ziet hij de relatie tussen games en televisie? Huisman spreekt van multiple screen verveling. “Veel spellen proberen de gezamenlijke televisiebeleving terug te brengen voor de oude doel-

182


Media Impact

groep. Maar door nieuwe technieken, zoals virtual reality, raken mensen zo betrokken bij wat ze zien dat ze in actie willen komen. Ze willen iets doen, interactie hebben. Gamedesign wordt televisie maken en andersom.”

Gamesmonitor 2015 Matthijs Dierckx is uitgever van Control Magazine, het vakblad voor de gamesindustrie. De uitgever reikt jaarlijks prijzen uit voor de beste gamedevelopers, organiseert de Control Conference over gaming en voert de Games Monitor uit in samenwerking met EBU en Growing Games. De resultaten van de Games Monitor 2015 werden in december gepresenteerd, maar Matthijs onthulde alvast de belangrijkste resultaten. Nederland telt momenteel 455 gamesbedrijven. In 2012 waren dat er 330. Onder gamesbedrijven vallen alle bedrijven waarbij games voor minimaal 30% tot de kernactiviteiten behoort.

Jan-Willem Huisman (IJsfontein)

De sector bestaat vooral uit kleine bedrijven: 70% heeft minder dan 5 FTE. 52% richt zich op entertainment games, 37% houdt zich bezig met applied en 11% met beide. De sector was in 2012 goed voor 3000 banen. In 2015 is dat aantal nauwelijks gegroeid: 3130. Aan de opleidingenkant zal het niet liggen. In totaal heeft Nederland 66 game-opleidingen op universitair, hbo- en mbo-niveau die samen een jaarlijkse uitstroom van 1689 studenten hebben. Veel afgestudeerden komen overigens niet bij een typisch gamesbedrijf terecht, maar ook bij reclamebureaus, defensie, en de zorg. Op de vraag naar de ambities van de gamesbedrijven zegt 80% dat ze willen groeien, waarvan 90% dat met eigen middelen wil. Minder dan 30% overweegt een externe investeerder. Die ambities stroken niet geheel met de realiteit: 50% heeft een omzet van minder dan 100.000 euro en 15% maakt geen winst. Slechts 9% heeft een winst van meer dan 500.000 euro en heeft dus de middelen om zelf groei te financieren. Voorlopige conclusie: de potentie van de gamessector heeft zich (nog) niet waargemaakt. Ton van Mil, directie iMMovator, geeft een korte reactie op de resultaten van de monitor. Hij is een van de initiatiefnemers van Growing Games. “De sector verkruimelt: de bedrijven worden kleiner en er is maar een handvol grote bedrijven die zich niet voor niets de G4 noemen. Met Growing Games wilden we de markt professionaliseren en financieren, maar dat lukt nog niet.” Volgens Matthijs Dierckx komt dat omdat de meeste bedrijven graag klein willen blijven. “Oprichters beseffen niet dat ze nooit succes zullen boeken als ze met 2 of 3 man blijven zitten.” Matthijs Dierckx (Control Magazine) Matthijs vindt Growing Games nog steeds de moeite waarde. “De markt heeft tijd nodig. Binnen de applied games doen we het niet zo slecht. Het is vooral entertainment waar de klappen vallen. Ze moeten gaan nadenken over hun games als product en niet alleen als dienst. We moeten IP creëren en IP gaan maken. Professor Ben Schouten vraagt of de vraagkant wel toeneemt. Zowel Ton van Mil als Matthijs Dierckx zien een groei. Ton: “Bij RTL, SBS en Sanoma vragen ze me hulp bij het vinden van goede gamesbedrijven. Vanuit de media-industrie is er het gevoel dat er met games veel te winnen is.”

183


De marketing van games en de value of IP Simon Usiskin is co-founder/CCO van IQU.com en specialist in de marketing en distributie van games. “Content is king, distribution is queen … and a bitch.” Hij gaat in op de rol van IP (Intellectual property)rechten in de entertainmentindustrie, en hoe die aan de basis liggen van succesvolle games. Een goede game maken is volgens hem belangrijk, maar niet voldoende. Alleen in de appstore zijn er al 500 gamereleases per dag. Hoe val je op? Met een geweldige IP is de weg naar de consument een stuk makkelijker. Denk aan het gebruik van de films en figuren van Walt Disney of Star Wars. Licensies op IP’s zijn vaak duur en vol voorwaarden. En dat een succesvolle film of een Simon Usiskin (IQU.com) goed televisieformat ook leidt tot een succesvolle game is geen vanzelfsprekendheid. Usiskin pleit ervoor dat filmmakers, televisiemakers en gamemakers samenwerken aan het creëren van IP dat geschikt is voor elk mediumtype en waarvan de IP-rechten worden gedeeld. Mensen maken gebruik van steeds meer platforms. Die platforms concurreren met elkaar en strijden om de vrije tijd van de gebruiker. Usiskin stelt dat platforms en mediamakers kunnen kiezen om vanaf het prilste begin samen te werken en gebruik te maken van elkaars kracht. Gamedevelopers zijn bijvoorbeeld bij uitstek in staat om elke dag traffic te genereren rond dezelfde content.

De tijdloze case van Raveleijn van de Efteling Yannis Bolman is COO van Little Chicken, maker van entertainment en serious games zoals de ING Chaingame, KLM Jets en Raveleijn. Die laatste game maakte onderdeel uit van een crossmedia-concept ter promotie van de Raveleijn liveshow in de Efteling, met naast game en attractie ook een televisieserie en een boek. Bijzonder aan de case is dat Little Chicken in een vroeg stadium bij het project werd betrokken. De Raveleijncase stamt uit 2011 maar kan eigenlijk nog steeds model staan voor de ideale samenwerking. Bolman vertelt hoe het team van Little Chicken aanwezig kon zijn bij de bouw van de Raveleijn-attractie en in de geest van het verhaal gamewerelden mocht creëren, waardoor het bedrijf bijdroeg aan de verdere ontwikkeling van het concept. De online game is ondertussen al 1,3 miljoen keer gespeeld. Bolman: “Een game linken naar een park is spannend en maakt de game alleen maar sterker.” Ook Raveleijn profiteert van het doorlopende succes van de game. De Raveleijn game trekt nog steeds 9000 spelers per dag.”

184

Yannis Bolman (Little Chicken)


Media Impact

MediaMonks ondersteunt Google met uitbreiding Chromecast Sander van der Vegte is Lead Game Monk bij MediaMonks, een mediabedrijf met zeven vestigingen over de hele wereld en 300 medewerkers, waarvan ca. 35 bezig zijn met games. Van der Vegte vertelde over een project dat MediaMonks deed voor een bijzondere klant: Google. Google is de uitvinder van de Chromecast, een soort USB-stick die je in de HDMI-uitgang van je televisie kan doen en waarmee je content kan streamen naar je televisie. Een ideaal systeem voor mensen die bijvoorbeeld Netflix willen bekijken, maar nog geen moderne tv hebben aangeschaft. Nadeel is dat alleen audio en video streaming mogelijk is en niet bijvoorbeeld games. Dat komt doordat niet de smartphone of tablet zorgt voor het streamen, maar doordat de Chromecast zelf streamt. Google had zelf naar oplossingen voor dit probleem gezocht, maar was nog niet tevreden. Het bedrijf legde de vraag in de gamesmarkt en MediaMonks was ĂŠĂŠn van de bedrijven die reageerde. MediaMonks maakte een pokerspel voor Chromecast dat beter was dan Google tot nu toe zelf had geproduceerd, waarna het bedrijf werd uitgenodigd om mee te helpen met de Sander van der Vegte (MediaMonks) ontwikkeling van de benodigde software voor de Chromecast. MediaMonks maakte vervolgens ook Tricky Titans speciaal voor de Chromecast en dus voor het televisiescherm. Op dit moment is het bedrijf bezig met een opdracht voor 42 games voor Google.

185


TECHNOLOGY UPDATE: HACKS & ­ATTACKS

Op dinsdag 17 februari organiseerde iMMovator een Technology Update met thema ‘Hacks & Attacks’ in samenwerking met Akamai. In één middag werden de deelnemers bijgepraat over de laatste ontwikkelingen rondom cyber-attacks. ‘Het is van belang dat we ons hierin verdiepen, omdat hackers telkens nieuwe en slimmere manieren vinden om tot grotere en impactvolle aanvallen te komen’ aldus Mir Wermuth namens iMMovator die deze middag opende. Het doel van Akamai is content sneller bij de eindgebruiker krijgen. Akamai ziet dagelijks 30% van het webverkeer met een snelheid van 15 tbps en meer dan 2 triljoen ‘requests’ over hun servers vliegen. Daarmee zijn ze ’s werelds grootste on demand distributed computing platform en leveren en beveiligen ze diverse webdiensten. Hans Nipshagen, Regional Sales Manager bij Akamai Benelux, vertelt dat de workflow van begin tot eind complexer wordt door de diverse vormen. Distributed Denial of Service (DDoS) aanvallen worden groter, complexer en frequenter. Er is zoveel data dankzij de explosieve groei sinds de bh’s van Victoria’s Secret in 1999 voor het eerst online te zien waren omdat grote hoeveelheden online video getransporteerd werden. Het wordt makkelijker om als onbekende in de IT wereld een attack te lanceren. Wat is de oplossing? Pro-actief werken lijkt op dit moment de enige oplossing. Hackers worden slimmer en sneller en daarom is op tijd reageren essentieel. Akamai krijgt dagelijks een melding van een cyber-attack. Het zijn ook niet alleen grote spelers (SONY, ING, Rabobank) die de dupe zijn. Scholen, mediabedrijven, overheidsinstellingen, het zijn allemaal organisaties met waardevolle content die interessant is voor hackers. Door de inzet van bepaalde toepassingen en modules heeft Akamai een manier gevonden om aanvallen tegen te gaan.

OSI Model en diverse attacks Het OSI model geeft alle stadia van het internetverkeer weer. Jeroen Wijdogen, Enterprise Security Architect van Akamai, laat zien dat dit model uit een aantal lagen is opgebouwd en dat er verschillende groepen aanvallen bestaan die zich op een bepaalde groep lagen richt. Beginnend met lagen 2-3 waar aanvallen zich richten op netwerken en data links. Deze infrastructuur wordt veelal overspoeld met reflection attacks of packets waarbij een grote hoeveelheid pakketten op de bandbreedte wordt gelanceerd. Dit type aanval staat bekend als de Volumetric Attack. Binnen de lagen 4-5, Protocol Attacks, bevinden zich SYN floods, gefragmenteerde pakket aanvallen, ping of death, smurf DDoS en nog veel

186

OSI model


Media Impact

meer. Dit type aanval heeft het gemund op server bronnen, of die van intermediaire communicatieapparatuur, zoals firewalls en loadbalancers. Dit wordt uitgedrukt in het aantal afgeleverde pakketten per seconde. Ten slotte zijn de lagen 6-7 vooral Application Attacks aanvallen die zich richten op de Application laag van het ISO Model. Een Application DDoS-aanval wordt vooral gedaan voor specifieke gerichte doeleinden, waaronder het verstoren van transacties en toegang tot databases. Ze vereisen minder middelen en gaan vaak gepaard met netwerklaag-aanvallen. Deze aanval is vermomd als legitiem verkeer en is daarom moeilijk te herkennen. Met deze aanval kunnen diensten verstoord worden, zoals het opvragen van informatie of zoekfunctie evenals webbrowser functies, e-maildiensten en foto applicaties. Van deze drie categorieën is de Volumetric Attack trend nummer één. Dit zijn aanvallen die vaak opstoppingen en/of vertragingen veroorzaken. Het probleem zit grotendeels in de verbinding omdat 80-90% van deze aanvallen zich puur op de infrastructuur richt. Je krijgt een grote hoeveelheid ‘dummy data’ per seconde binnen die o.a. opstoppingen veroorzaken waardoor de goede data niet meer gestuurd noch ontvangen wordt als gevolg van de betreffende overbelasting.

Waar komen deze aanvallen vandaan? Het is vaak moeilijk te achterhalen waar deze aanvallen vandaan komen. DDoS-aanvallen lopen meestal via ‘botnets’. Dat zijn netwerken van computers of andere met het internet verbonden apparaten die zijn besmet met malware. Vanuit een centraal ‘moederschip’ kunnen de apparaten vervolgens worden aangestuurd bijvoorbeeld om een server aan te vallen. Daarbij wordt geen kwaadaardige software verspreid. Botnets kunnen bestaan uit honderdduizenden of zelfs miljoenen computers van over de hele wereld. Puur door hun omvang vertragen ze verbindingen of leggen ze zelfs servers plat.

Script Kiddies en Ex-Employees De aanvallen worden voornamelijk uit de VS en Azië gelanceerd. Motivatie kan overal vandaan komen en de dader zit misschien dichterbij dan je denkt. Zo zijn er zelfs oud-werknemers die een aanval plaatsen op hun voormalige werkgever. Jeroen Wijdogen heeft hackers onderverdeeld in een aantal groepen: Script Kiddies, Extortionists, Competitors, State Sponsored groups en Hactivists. De naam verraadt grotendeels het doel. Zo opereren de Hactivists vaak met de gedachte om een bepaalde gebeurtenis tegen te gaan. Anonymous is het bekendste voorbeeld van een groep die DDoS-aanvallen inzet tegen overheden, religieuze organisaties en bedrijven. Jeroen Wijdogen (Akamai) De Extortionists zijn daarentegen groepen of individuen die spam-mail versturen met daarin de dreiging tot het overmaken van geld bedragen. Deze agressieve groep is in staat een attack te lanceren zodra er niet aan bepaalde eisen wordt voldaan.

Cyber-attack voor maar $6 Maar ook Lizard Squad, een groep Script Kiddies, heeft inmiddels 13.000 leden via het hackersplatform LizardStresser, dat ontstaan is rond de kerst van 2014. En al meer dan de helft van deze leden

187


heeft wel eens een aanval gelanceerd. ‘Je kunt hier vanaf zes dollar een kleine aanval lanceren, al is het eerder een pesterij dan een serieuze aanval. Er is een vraag- en aanbodmarkt ontstaan na de lancering van dit platform’ aldus Wijdogen.

Hoe vermijd ik DDoS-aanvallen Akamai biedt je de mogelijkheid om jouw webcontent extra te beveiligen via de ‘Global DDoS Mitigation Network’. Dit houdt in dat al het inkomende netwerkverkeer eerst naar een wasstraat (scrubbing centre) van Akamai gaat. Hier wordt 24 uur per dag kwade netwerkstromingen opgespoord en per direct geblokkeerd. Zo worden alle inkomende online stromingen voordat deze in jouw server komen gesorteerd. Hierdoor wordt jouw webcontent dus flink beveiligd tegen DDoSaanvallen. Dit is een eenvoudige en veilige manier van webbeveiliging waarin er online geen zichtbare aanpassingen in jouw webcontent worden toegepast.

Aanvallen binnen de mediasector Ook de media hebben last van cyberaanvallen. Live en On Demand content kan zijn waarde verliezen als deze vroegtijdig gepubliceerd wordt. Denk aan financieel verlies, imagoschade en onnodig tijdverlies om de aanval te stoppen. Guido Hettema, Service Line Manager bij Akamai Benelux, geeft aan de hand van vier modellen aan hoe Akamai te werk gaat om aanvallen te voorkomen. De ‘SecureHD Building Blocks’ zijn vier modellen die de digitale beveiligingsdienst symboliseren en zijn gericht op live en online webcontent. Zo zijn er vier ‘Blocks’ waarin jouw streaming kan worden beveiligd. Guido Hettema (Akamai)

Media Encryption Bij Media Encryption wordt webcontent versleuteld bij het opzetten van de sessie. Zowel de aanvraag als de segmenten zijn encoded en dienen weer gedecodeerd te worden. Dit beveiligingsniveau is optimaal en beschermt tegen vele zaken zoals content theft and deeplinking. Content Targeting Deze beveiligingsmethode kan bepaalde regio in- of uitsluiten. Dit gebeurt op IP niveau waarbij gebruik wordt gemaakt van de opgebouwde IP stats in de Edgescap database van Akamai. Player Verification De player verification zorgt ervoor dat de echtheid van de player eerst door een verificatie code wordt geverifieerd. Hierdoor kan er niet geknoeid worden met de media die wordt afgespeeld. Token Authorization Door middel van een token en/of cookie wordt er op URL niveau verificatie uitgevoerd. De playrequest en zo ook de volgende segmenten zullen voor een bepaalde tijdsperiode d.m.v. een token(hash) check gecontroleerd worden.

188


CO LU M N

WE AIN’T SEEN NOTHING YET

Hallo mijn naam is Paul Römer, ik ben geboren in 1962. Toen ik op aarde kwam bestond de personal computer nog niet en had de gehele Amerikaanse overheid minder computing rekenkracht dan ik nu in mijn mobieltje heb. In mijn jeugd keek ik zwart wit TV. Ik kan mij de opwinding nog levendig herinneren van de eerste commercial in kleur. Voor alle 18 jarige lezers; ik kom uit een andere wereld. Ik ben altijd een fan geweest van het Science Fiction genre. Met verwondering keek ik hoe Captain Kirk via een polshorloge sprak met zijn bemanning op de planeet. Of hoe Princes Layla in Star Wars verscheen per hologram. Ooit fiction nu werkelijkheid. In de afgelopen 20 jaar is de wereld fundamenteler veranderd dan in de honderd jaar daarvoor. En we staan pas aan het allereerste begin van deze digitale revolutie. Wij hebben nog niets gezien is de correcte vertaling van ‘we ain’t seen nothing yet’. En als er één sector centraal staat in deze digitale revolutie is het wel de sector van de media. De impact op de media en de impact van de media is enorm en kan niet genoeg overschat worden. De revoluties in het midden oosten hadden niet plaats kunnen vinden zonder Facebook of Twitter. Een drieduizend jaar werkend systeem van onderdrukking is in 6 maanden van de kaart geveegd. IS had nooit zo snel kunnen groeien en zoveel impact kunnen hebben zonder de functie die de (sociale)media hierin gespeeld hebben. Ik zeg dus bepaald niet dat deze mediarevolutie louter zegeningen kent. De sociale media, hoewel de actieve twitteraar met een mening vaak ervaart dat het beter a-sociale media genoemd kan worden, spelen een steeds belangrijker rol in de eerste meningsvorming van de burger. En wij van de media weten eigenlijk nog niet goed hoe hiermee om te gaan. Voor je het weet wordt een particuliere mening, geuit in een pittige post of tweet, opgepakt door een talkshow, vloeit via een kranten artikel zo door naar het 8 Uur Journaal, lokt reacties uit en er is weer een rel of een hype voor één dag geboren. De snelle opeenvolging beneemt je soms de adem. Het filter tussen echt relevante en minder relevante zaken lijkt verdwenen. Van alles wordt uitvergroot en tot forse proporties opgeblazen en daarna net zo makkelijk weer vergeten. Dat is allemaal het gevolg van de democratisering van productiemiddelen en acces. Met een toetsenbord of mobieltje kan iedereen produceren en via het internet publiceren. Wij moeten leren dit allemaal iets beter te selecteren op relevantie alvorens we het non-nieuws oppakken en tot groot nieuws verheffen. Dit proces moeten we onder controle krijgen want we gaan op weg naar een maatschappij waarin elke burger 24 uur per dag in contact staat met zijn mediaprofiel. Elk glazen oppervlak in je huis is in potentie een videoprojectie scherm. De Google Glass was een miskleun, maar zoek de Hololens van Microsoft maar eens op. Ik voorspel je dat het geen 10 jaar duurt of de lezers van deze column zijn de hele dag connected via vele devices en op vele platforms. De impact van de media op de maatschappij? Er is straks geen onderscheid meer tussen de media en de maatschappij, die impact is 100%. Is dat een toekomst om naar uit te zien, of is dit een toekomst om te vrezen? Als SF liefhebber kijk ik ernaar uit en prijs mij gelukkig dat ik op dit kantelpunt in de geschiedenis aanwezig ben Paul Römer is algemeen directeur bij de NTR.

189



d e it is v e r k r a P ia d e M ➔

Inleiding

lerator program Media Park Acce

Hilversum Media

tes Media Park Upda

o erg: Media Park in rb te ch A rk a M n Colum

ma

Campus

ntwikkeling


INLEIDING Het Media Park in Hilversum is al vanaf het ontstaan van iMMovator (inmiddels 15 jaar geleden!) onze thuisbasis. In die 15 jaar is er veel veranderd op het Media Park. Bedrijven komen en gaan, panden worden gerenoveerd, horecagelegenheden maken hun intrede op het park en de meest zichtbare verandering is ongetwijfeld het kleurrijke gebouw van Beeld en Geluid (al staat die er ook al weer bijna 10 jaar!). 2015 was het jaar van start-ups en de SWITCH op het Media Park. Niet zo’n zichtbare verandering als de komst van Beeld en Geluid, maar wel eentje die nieuw elan gaat brengen op het Media Park. Het Media Park wordt door sceptici soms bestempeld als een saai bedrijventerrein met Oost-Duitse gebouwen waar omroepmedewerkers chagrijnig hun dagen slijten. De bewoners zelf zijn overigens niet zo negatief: de nabijheid van concullega’s, leveranciers en studio’s wordt door velen als belangrijk en relevant beschouwd. Maar ruimte voor verbetering is er overigens wel – en dat ziet de eigenaar van het park ook. In 2015 pakten we samen met Media Park twee verbetermogelijkheden aan: meer ruimte voor start-ups op het park én een ontmoetingsplek waar concullega’s elkaar treffen om met en van elkaar te leren.

Plek voor starters en snelle groeiers Het Media Park is van oudsher hét centrum van de gevestigde nationale broadcastsector. Met grote gebouwen en langlopende huurcontracten. Maar lastig voor jonge, startende bedrijven om zich te nestelen terwijl het eigenlijk een ideale werkplek biedt in het hart van de media sector. Dichtbij klanten, expertise, investeerders en faciliteiten. Dé plek voor bedrijven die business willen maken, snel willen groeien en zich concentreren op mediadiensten. Een netwerk van grote spelers en gespecialiseerde kennis onder handbereik. Tijdens het Mediapark Jaarcongres zijn start-ups uitgedaagd om te pitchen voor een jaar gratis huisvesting op het Media Park, onder meer in het nieuwe LAB24 en bij Beeld en Geluid. Naast gratis huisvesting krijgen zij ook coaching aangeboden vanuit het iMMovator Accelerator programma (verderop in dit hoofdstuk meer informatie over dit programma). De eerste start-ups zijn inmiddels ingetrokken in LAB24 waar je ‘front row’ zit op het Media Park. Letterlijk: bij grote opnames in de naast gelegen studio 21 kun je vanuit je kantoor meegenieten. Een soort zolderkamer maar dan wel op het Media Park. De komst van nieuwe start-ups is een waardevolle toevoeging voor het Media Park. Veel innovaties die bij grote omroepen worden geïmplementeerd, zijn immers uitgedacht een zolderkamer van een start-up. Eenmaal op de radar van een omroep bereiken de innovaties een volgend niveau en worden ze opgeschaald. En als je product of dienst het echt goed doet, kan je bovendien mee gaan op de internationaliseringsgolf van het format, zoals bijvoorbeeld bij de Voice of Holland. Voor omroepen blijkt het overigens ook heel verfrissend om jonge bedrijven in hun omgeving te hebben die ze triggeren op nieuwe mogelijkheden.

192


Media Park revisited

Media Park als campus: kom bij elkaar en deel Op het Media Park werken dagelijks meer dan 5.000 mensen. Veel van hen gaan naar hun eigen kantoor, werken aan programma’s, in redacties, studio’s of aan nieuwe concepten. Er gebeurt van alles binnen de gebouwen, maar van buiten is dat niet zichtbaar. En mensen ontmoeten elkaar weinig, komen soms hun gebouwen nauwelijks uit. Zonde, want onderlinge inspiratie en kennisdeling is juist essentieel voor innovatie en voor het bedenken en verbeteren van creatieve concepten zouden kunnen maken. Tijdens de Cross Media Cafés worden er natuurlijk volop ideeën gepresenteerd en uitgewisseld, maar deze vinden maar enkele keren per jaar plaats. In 2015 is een nieuwe pand gecreëerd waarin continue ontmoetingen georganiseerd worden op het Media Park: na de zomer werd op het Joop van den Endeplein de SWITCH gebouwd – een creatief gebouwtje waar je in een creatieve omgeving kunt vergaderen, brainstormen, borrelen of een masterclass kunt volgen. In het najaar van 2015 zijn we in samenwerking met Media Park gestart met de Media Park Updates: een wekelijkse talkshow tijdens de lunch. In een korte en interactieve sessie staat iedere keer een andere pionier in de spotlight met aandacht voor nieuwe diensten die gelanceerd worden. Daarbij mag elke gast een starter meenemen die aandacht verdient. De talkshows zijn niet alleen gratis bij te wonen maar ook te volgen via een livestream. Vragen worden gesteld via twitter. De verslagen van de diverse uitzendingen vind je verderop in dit hoofdstuk. Naast de wat lichtere Media Park Updates wordt een speciaal masterclass programma opgezet. In de ‘Meet the Master’ sessies kregen internationale topsprekers de gelegenheid in een kleine setting hun verhaal te delen met geïnteresseerde mediaprofessionals. Geen 7 minuten pitch, maar 2 uur de tijd voor presentatie en discussie. Er zijn vaak internationale sprekers in het land voor een optreden op een groot congres – wij vragen ze ervoor of erna hun verhaal te houden in de SWITCH, met een select gezelschap. Zo ontvingen we gamedesigner Nick Fortugno, Dronejournalist Ben Kreimer en Google’s News Lab coördinator Matt Cooke op het Media Park. De verslagen van deze sessies zijn te vinden in dit trendboek, de video’s zijn uiteraard in onze online mediatheek on demand terug te kijken. De beweging om meer kennis en ervaringen met elkaar te delen op het Media Park vind je ook terug in het initiatief Hilversum Media Campus (HMC) – een platform voor een leven lang leren in de media industrie. Onder de vlag van HMC bieden we Meet the Master sessies en Technology Updates aan zodat mediaprofessionals en docenten bij kunnen blijven bij de snelle ontwikkelingen in ons boeiende vak. Maar HMC is meer dan dat, want het richt zich ook op studenten die op het punt staan hun carrière in de media wereld te beginnen. Zo haalt HMC studenten naar het Media Park om een kijkje achter de schermen te krijgen bij mediabedrijven, of om mee te doen aan challenges uit het bedrijfsleven. De ambitie: een brug zijn tussen de opleidingswereld en de media om ervoor te zorgen dat het opleidingsaanbod passend en actueel blijft. Maar SWITCH is voor meer beschikbaar dan alleen de het delen van inhoudelijke kennis en ervaringen. In de SWITCH worden daarom ook regelmatig borrels en andere activiteiten georganiseerd. Zo begon dit jaar de traditie van het Curling Cup Toernooi waar RTL de eerste trotse winnaar van is. Kortom: het Media Park begint te veranderen naar een hippe en creatieve campus waar altijd wel iets te beleven valt!

193


MEDIA PARK BIEDT STARTUPS DE RUIMTE! Op 18 juni van 2015 werd tijdens het Media Park Jaarcongres een startup-wedstrijd bekend­ gemaakt. Deze wedstrijd is in het leven geroepen door een aantal organisaties op het Media Park, waaronder Media Park Beheer, het Instituut voor Beeld & Geluid en de NPO. Startups werden uitgedaagd om onder met een videopitch te laten zien waarom zij een waardevolle toevoeging zijn op het Media Park en daarom een plek in het hart van de media-industrie verdienen. De deelnemers maakten kans op een jaar gratis kantoorruimte bij de nieuwe startup-hub Lab24 en bij Beeld & Geluid en op coaching ter waarde van €10.000 vanuit iMMovator. De wedstrijd liep tot 31 augustus en in die periode schreven ruim 10 startups in. Een jury bestaande uit Pieter Broertjes (burgemeester van de Gemeente Hilversum), Jan Müller (directeur Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid), Roel Raatgever (directeur UtrechtInc), Edwin Hengstmengel (Investment Manager, Van den Ende & Deitmers Crossmedia Fund) Henk Hagoort (voorzitter Raad van Bestuur van de Nederlandse Publieke Omroep) en Mark Achterberg (commercieel directeur van het Media Park) boog zich over de inzendingen en besloot de volgende drie startups te nomineren: 1 MobySocialTV met de dienst PaasTV, een platform om op eenvoudige wijze second screen apps in de cloud te maken voor zowel zenders, productiehuizen als onafhankelijke spelers. 2 Prolody met het product DJ plugins, muzieksoftware applicaties gekoppeld aan een bekende DJ waarmee een fan de klank van zijn idool kan namaken. 3 The Broadcasters met het product Me You Press, een combinatie van (hyper lokale) journalistiek, user generated content en burgerparticipatie. De nominaties werden bekendgemaakt tijdens het Cross Media Café Coming Soon dat tegelijkertijd plaatsvond met de opening van het nieuwe mediaseizoen op vrijdag 4 september. Wimar Jaeger, ­wethouder Economie van de gemeente Hilversum, maakte aansluitend op de Happy New Year borrel in de nieuwe locatie Switch de winnaars van de startup-wedstrijd bekend. MobySocialTV won begeleiding van iMMovator en een jaar lang gratis huisvesting in de nieuwe netwerkhub LAB24.

Wimar Jaeger (Gemeente Hilversum)

194

De gratis ruimte en begeleiding bij Beeld en Geluid werd ­gewonnen door muziek startup Prolody. De laatste prijswinnaar was startup The Broadcaster. Zij ­wonnen ook gratis huisvesting in LAB24. De jury heeft bij de beoordeling van de inzendingen vooral gelet op de volgende punten: het innovatieve k­ arakter van het product of de dienst, de team­samenstelling, de relevantie voor het Media Park en de kwaliteit van de videopitch.


Media Park revisited

Winnaars maken indruk op jury Wimar Jaeger over PaasTV: “Het is een innovatieve oplossing die de drempel voor second screen apps verlaagt. Wat opviel was de heldere videopitch en een team met ruime ervaring met TV, ­online media en apps. Bovendien past het karakter van het product perfect bij het ecosysteem van het Media Park.” Jan Müller, jurylid en directeur Beeld en Geluid over het product DJ plugins van Prolody: “Het gaat om een innovatief product voor de dance scene, waar een sterk team van muziektechnologen achter zit. Zeer interessant en waardevol voor het Media Park en in het bijzonder Beeld en Geluid. We zijn benieuwd hoe we vanuit ons onderzoeksteam met hen kunnen optrekken.” De laatste winnaar, The Broadcaster, werd ­beloond met huisvesting in LAB24. Zij pitchten het product Me You Press, een combinatie van (hyper lokale) journalistiek, user generated content en burgerparticipatie. Ze vielen vooral op door hun sterke videopitch. Winnaars start-up wedstrijd

Accelerator programma De start-up wedstrijd maakt onderdeel uit van het Media Park Accelerator Programma dat op dit moment wordt uitgewerkt onder de werktitel MediaMatters. Vanaf september is een rondje ­gemaakt langs belangstellende bedrijven en instellingen. Iedereen is het er over eens dat startups en vooral snelle groeiers (scale-ups) een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan innovatie op en verlevendiging van het Media Park. Ook is iedereen het erover eens dat het aanbieden van een gericht accelerator programma -waarbij startups zich een aantal maanden op het Park vestigen en intensief begeleid worden- een goede manier is om startups te bewegen naar het Media Park te komen. De meerwaarde zit voor de startups vooral in de aanwezigheid van mediabedrijven en -instellingen die als launching customer kunnen optreden, naast de mooie leefomgeving en de mogelijkheid om met andere bedrijven en startups kennis uit te wisselen. Mediabedrijven krijgen door de aanwezigheid van startups toegang tot nieuw talent, nieuwe technologie en nieuwe ideeën. Kortom, een duidelijke win-win situatie. Uit de interviewronde is verder het beeld naar voren gekomen dat de belangstelling vooral uitgaat naar startups die zich op het snijvlak van media, ICT en techniek bewegen en die zich vooral concentreren op de vraag: Hoe krijg je de mediacontent daar, waar het qua inhoud, moment en platform voor de gebruiker de meeste relevantie heeft en hoe verdien je daar geld mee? Dit thema zal in overleg met de partners, die op dit moment geworven worden, verder worden gefinetuned. Het is de bedoeling in 2016 te starten met een beta-versie (pilot) van het accelerator programma en daarbij te onderzoeken wat de beste manier is om het programma vorm te geven, of samenwerking met andere programma’s mogelijk en wenselijk is, hoe het business model eruit moet zien, waarin de behoefte verschilt tussen startups en scale-ups, en dergelijke. De pilot bestaat uit het aanbieden van een mentorprogramma van drie maanden aan tien start- en scale-ups op het Media Park. Onder meer de NPO, de Gemeente Hilversum, Media Park Beheer, het Instituut voor Beeld & Geluid, Endeit en United hebben zich enthousiast getoond en begin 2016 zal met deze partijen worden verkend hoe zij zo effectief mogelijk bij het programma betrokken kunnen worden.

195


HILVERSUM MEDIA CAMPUS: ­ LATFORM VOOR DE CONTINUE P ­ONTWIKKELING VAN MENSEN IN DE MEDIA-INDUSTRIE

Hilversum Media Campus is een platform voor een leven lang leren in de mediawereld: een netwerk van mediabedrijven en aanbieders van opleidingen die samen de media-industrie sterk willen houden. Hilversum Media Campus heeft de ambitie om dé plek voor leren in de media-industrie te worden, en zet in 2015 een aantal grote stappen in die richting. De Nederlandse media-industrie ontwikkelt zich steeds verder tot een wereldspeler. Grote televisie formats die van Nederlandse makelij zijn, spraakmakende reclamecampagnes die in Nederland gemaakt zijn, Nederlandse animatoren die door Hollywood gevraagd worden mee te werken aan films, Nederlandse technologiebedrijven die de achterkant van grote on demand diensten verzorgen; we hebben best wat om trots op te zijn! Tegelijkertijd zie je dat de mediawereld een dynamische markt is. Digitalisering en de opkomst van nieuwe technologieën bieden mediamakers kansen om nieuwe, innovatieve toepassingen te ontwikkelen. Wat nodig is, is kennis over de nieuwe techniek en lef om creatief te experimenteren met nieuwe concepten.

196


Media Park revisited

Daarom zijn de mensen in de media-industrie zo belangrijk! De professionals die werken in onze sector, de docenten die leerlingen klaarstomen voor de toekomst en de talenten die kiezen voor onze sector. Hilversum Media Campus richt zich juist op die groepen: studenten, docenten en professionals. Hoe zorgen we dat zij zich op hun plek voelen, de juiste tools in handen hebben en zich uitgedaagd voelen om de wereld te veranderen? HMC verbindt mensen, organisaties en opleidingsaanbieders zodat we samen zorgen dat de Nederlandse media-industrie sterk blijft.

Naar een plek voor leven lang leren in de media-industrie Diverse partijen omarmden Hilversum Media Campus al in 2013 toen het project vanuit Beeld & Geluid geïnitieerd is. Inmiddels zijn we vele kopgroep meetings verder en is er een HMC-team gevormd dat serieus aan de slag is gegaan met de gesignaleerde kansen. Onder leiding van programma manager Hans Lodders heeft het team in 2015 al de nodige verbindingen gelegd en gewerkt aan drie pijlers: HMC community, een Medialab en het Talent Development Program. Begin 2016 zal de stuurgroep van Hilversum Media Campus een beslissing maken op welke manier iedere pijler concreet ingevuld gaat worden, maar Hans kan ons wel vast een idee geven van iedere pijler. HMC Team (Herman Julsing, Hans Lodders,

HMC Community

Marlies Hakvoort en Katinka Wals)

HMC is een platform voor een leven lang leren in de mediawereld: een netwerk van mediabedrijven en aanbieders van opleidingen. HMC biedt je een overzicht van relevante opleidingsmogelijkheden, geeft informatie over actuele thema’s en maakt slimme verbindingen tussen opleidingen en bedrijven. Hans Lodders: “De steun van de partijen uit de community is voor HMC daarbij erg belangrijk. Hoe kunnen we werken in de media-industrie makkelijker en leuker maken? Welke skills of kennis willen professionals en studenten ontwikkelen? Hoe kunnen we dit slim organiseren? Er wordt al heel veel georganiseerd, maar soms moet je maar net weten waar en bij wie je moet aankloppen. HMC kan je daarbij helpen: HMC is een kruispunt voor een leven lang leren in de media-industrie.” Daarnaast zet HMC zich ook in om studenten en bedrijven dichterbij elkaar te brengen. Zo organiseerde HMC in 2015 haar eerste Media Park Safari waarbij studenten van het project ‘Videonerds’ van NHL een kijkje achter de schermen kregen bij een aantal bedrijven op het Media Park (zie volgende pagina)

197


Meet the Master sessie in de SWITCH

Medialab De ontwikkelingen in de media-industrie gaan hard en bij blijven met de laatste technologische of social trends is een must. Je blijft vooral goed op de hoogte door zelf te experimenteren met nieuwe technieken, devices en toepassingen. Daarom onderzoekt HMC in 2015 de wensen en haalbaarheid van een medialab voor de mediaindustrie. Hans Lodders: “Het medialab wordt een plek waar je samen met anderen nieuwe technieken kunt uitproberen, je kunt buigen over complexe projecten of vrijuit kunt spelen met nieuwe producten. Organisaties doen zelf ook al veel aan onderzoek en ontwikkeling, maar de ervaring en kennis delen met andere pioniers is bijzonder waardevol. Onze droom is daarom ook dat concurrenten in het medialab gaan samenwerken aan innovatie en dat dit een plek wordt waar nieuwe producten en diensten direct getest kunnen worden.”

Talent Development Program De laatste pijler is het Talent Development Program, een traineeship dat zich richt op jongeren die net afgestudeerd zijn en klaar zijn om het te gaan maken in de mediawereld. Hans: “Je hebt je diploma op zak en hebt onwijs veel zin om te gaan beginnen. Maar je bent uiteraard niet de enige… Hoe zet je jezelf in de spotlight van gave mediabedrijven?” Studenten hebben tijdens hun opleiding veel kennis en ervaringen op gedaan, maar soms werken dingen in de praktijk toch net even anders. “Professionals in de media-industrie hebben vaak veel verschillende taken, er is eigenlijk geen opleiding die al die facetten allemaal goed kan belichten. Daarom onderzoekt HMC of we een Talent Development Program kunnen starten waarbij we jonge professionals in een korte periode kunnen klaarstomen voor de dynamische mediawereld.” Naast een inhoudelijk sterk en op maat gemaakt programma van masterclasses en workshops werken de deelnemers veel in de praktijk: learning by doing bij verschillende vooraanstaande mediabedrijven. “Zoals we het nu in gedachten hebben zullen deelnemers 4 dagen werkzaam zijn

198


bij mediabedrijven en één dag en twee avonden een lesprogramma aangeboden krijgen. Die twee avonden staan overigens ook open voor mediaprofessionals om bij aan te schuiven”, aldus Hans Lodders.

2016: van plannen naar projecten Naast het uitwerken van plannen voor het medialab en het Talent Development Program heeft het programmateam al het nodige bereikt. “Zo zijn we samen met het MBO College Hilversum een AVID High End Video Editing Course gestart voor studenten mbo, hbo, wo. Er was veel interesse voor deze leermodule en daarom is er niet één groep gestart, maar zijn er twee groepen begonnen met de sessies. Na gesprekken die Hilversum Media Campus voerde met de Fontys Academy for Creative Industries (ACI) heeft deze hogeschool besloten haar advanced course TV te gaan geven op het Media Park. Tijdens dit vak gaan studenten dieper in op het Nederlandse medialandschap. En waar kun je dat beter doen dan in het hart van de media-­industrie? Daarom heeft Hilversum Media Campus Fontys uitgenodigd om in februari 2016 deze cursus op het Media Park te o ­ rganiseren en mediaprofessionals als gastdocent in te zetten. Media Park Beheer stelt daarvoor de SWITCH (ON/OFF) beschikbaar. Daarnaast zijn in samenwerking met iMMovator al een aantal ‘Meet the Master’ sessies en Technology updates georganiseerd in 2015. Wanneer een internationale expert in het land is bekijken iMMovator en Hilversum Media Campus of deze spreker naar het Media Park gehaald kan worden voor een interactieve en diepgaande sessie met Nederlandse mediaprofessionals. Onder groot interesse werden al Meet the Masters georganiseerd met Matt Cooke (Google News Lab), Nick Fortugno (gamedesigner) en Ben Kreimer (Dronejournalist). De verslagen zijn ook te vinden in dit trendboek. “In 2016 hopen we nog veel meer van dit soort events te organiseren en ‘matches’ te maken”, zegt Hans Lodders. “Begin 2016 buigt de stuurgroep zich over onze plannen op de drie pijlers. Na goedkeuring hopen we in het voorjaar pilots te draaien en het medialab en het Talent Development Program draaiende te hebben. 2016 wordt voor ons een spannend jaar!”

Meet the Master: Matt Cooke

199


NHL STUDENTEN NEMEN

KIJKJE OP HET MEDIA PARK Twaalf excellente studenten van de opleiding Communicatie, Multimedia & Design aan de NHL in Leeuwarden bezochten in het kader van hun programma ‘Videonerds’ op 10 september het Media Park. Onder leiding van Hilversum Media Campus namen ze een kijkje achter de schermen bij BNNVARA, United en Kurta52 om erachter te komen wat je nodig hebt om een glansrijke carrière in de mediaindustrie tegemoet te zien. Welke skills heb je nodig? Wat voor eigenschappen komen goed van pas? Hoe beweeg je je als videonerd in de dynamische mediawereld?

Gewoon doen De dag begon met een uitvoerige rondleiding in het pand van BNN, VARA, NTR en VPRO. BNNproducer Stijn Roelofs nam de studenten mee langs alle onderdelen van BNNVARA, van de studio van 101Barz, de edit suites waar promo’s gemaakt worden tot de afdeling waar nieuwe formats bedacht worden. Het fijne aan werken bij een omroep is volgens Stijn dat je gebruik kunt maken van allerlei faciliteiten, zoals een studio. Maar ook als freelancer met een goed idee kun je bij de publieke omroep aankloppen. Bij 3Lab kun je je idee inzenden en als de redactie het goed genoeg vindt, word je gekoppeld aan een goede crew om het idee werkelijkheid te maken. Voor de studenten ook een prima mogelijkheid om voet aan de grond te krijgen in Hilversum. “Gewoon doen” is het belangrijkste advies: een diploma is belangrijk, maar ervaring op doen en experimenteren is eigenlijk nog veel belangrijker.

200


Media Park revisited

Slimme jongens die meedenken Bij United doken de studenten de technische kant in van televisie maken. En daar zijn veel verschillende functies bij betrokken: van cameramannen tot editors, van audionabewerking tot media­managers. Iedereen bij United denkt mee hoe de workflow verbeterd kunnen worden en wat er geautomatiseerd zou kunnen worden. Het werd duidelijk dat je als onderdeel van United zeker niet alleen met je eigen specialisme bezig bent. Van cameramannen wordt bijvoorbeeld ook verwacht dat ze meedenken ‘in het hoofd van de regisseur’, over hoe je een verhaal in beeld kunnen brengen.

Denk mee met je opdrachtgever Het laatste bedrijf dat bezocht werd was Kurta52, een MKB-er gevestigd in het Mediacentrum. Voor vele studenten de uitgelezen plek om te vragen hoe je nu met je eigen bedrijfje start. Hoe kom je bijvoorbeeld aan opdrachtgevers? Voor Kurta52 is nabijheid bij de omroepen erg belangrijk, zodat ze snel met hen kunnen schakelen. Maar zij hebben ook veel bedrijven als klant, en daarbij is het juist van belang om mee te denken over het concept. Denk mee met je klant en houdt rekening met deze overleguren in je offerte is een van de belangrijkste adviezen. Een lange dag met veel indrukken die de studenten mee naar huis nemen. Het gezegde ‘Schoenmaker blij bij je leest’ is zeker niet van toepassing in de mediawereld. Als medewerker van een groot facilitair bedrijf zoals United denk je bijvoorbeeld ook mee over automatiseringsprocessen. En als ondernemer is het super belangrijk om goede adviesvaardigheden te hebben om je klanten te kunnen helpen.

201


Fontys Docenten op Media Park Safari Naast de groep studenten van NHL nam Hilversum Media Campus ook een groep docenten van Fontys mee op safari. Tijdens hun studiedag brachten docenten van de Academy of Creative Industries een bezoek aan Hilversum. Na een inhoudelijk programma in het raadhuis brachten groepen docenten een bezoek aan verschillende bedrijven. Bij MediaMonks kregen de docenten een rondleiding door het bedrijf en verbaasden zich over de grote internationale projecten die deze digital agency uitvoert. Bij BNN-VARA kwamen de digitale projecten van deze omroep aan bod, waaronder de Giel app. Een andere groep ging bij de buren op bezoek en spraken met de makers van VPRO Tegenlicht. Ook United verwelkomde een groep docenten die zich vergaapten aan de state-of-the-art techniek die United in huis heeft. Een andere groep ging langs bij Angry Bytes en brainstormden mee over het volgende second screen project rondom de Nationale IQ test. Volgens de docenten een goede en leerzame ervaring om eens rond te kijken bij deze mediabedrijven!

202


âž”

MEDIA PARK UPDATES WEKELIJKSE LUNCH SESSIE IN DE SWITCH De Media Park Update bestaat uit een serie lunchbijeenkomsten voor professionals uit de facilitaire industrie. In een korte en interactieve sessie staat iedere keer een ander bedrijf of evenement in de spotlight met aandacht voor hun nieuwe producten en diensten. Monique van Dusseldorp opent de wekelijkse talkshow in de SWITCH. Het is een nieuw interviewprogramma dat live wordt opgenomen en uitgezonden vanuit de SWITCH. De studio bestaat uit twee aan elkaar geschroefde zeecontainers op steenworp afstand van Bar Boon op het Media Park. Een zeer laagdrempelige locatie die tot en met het eind van het jaar gratis te huren is door alle bedrijven die werkzaam zijn op het park.

203


LARA ANKERSMIT, HEAD OF DIGITAL NOS

Monique van Dusseldorp en Lara Ankersmit (NOS)

Donderdag 22 oktober vond de eerste aflevering van de Media Park Update plaats. iMMovator nodigde Lara Ankersmit (Head of Digital NOS) uit voor de eerste editie van de Media Park Update. Belangrijk nieuws is dat de nieuwe mediawet is aangenomen. Daarin staat onomwonden dat de kerntaken van de NPO nu beperkt zijn tot educatie, informatie en cultuur. Dus geen Banana Split en badkuipen met vla meer. Dat moet koren op de molen zijn van Lara, die met haar club veel innovaties loslaat op veelal serieuze domeinen zoals nieuws en sport.

Innovaties van de NOS In het begin was dat veelal website georiënteerd, maar mobiel is steeds vaker het speelveld. Onlangs werd de complete NOS-organisatie een dag lang afgesloten van de NOS-website. Alleen de mobiele app was toegankelijk. Het doel was om de redacteuren en medewerkers bewust te maken van de consumptie via een mobiele device. “Zo nemen onze gebruikers het nieuws tot zich. Mensen in de organisatie zitten toch vaak achter een groot beeldscherm met een heel andere beleving van hetzelfde bericht”, aldus Ankersmit. Inmiddels is de helft van online consumptie bij NOS afkomstig van een mobiele device en op piekdagen is dat nog veel meer. Aan innovaties geen gebrek bij de NOS. Ankersmit heeft ze verzameld onder de naam Labs. En daar kan van alles onder zitten. Smartwatch, Oculus Rift, Google Glass, you name it. Er hoeft niet per se een verband tussen al die Lab-initiatieven te zitten. Ankersmit ziet het als puzzelstukjes die gezamenlijk tot iets groots kunnen leiden. Belangrijk blijft wel om het nieuws op een zo goed mogelijke manier te brengen. Storytelling, daar gaat het om. Het overzetten van de feed van Teletekst naar een ander device vindt Ankersmit beduidend minder spannend.

204


Media Park revisited

Redactioneel wordt er ook volop geëxperimenteerd. Kanalen als Instagram en Snapchat worden ingezet en specials of items worden bij tijd en wijle interactief gemaakt. Hierbij wordt vooral gemikt op de millennials. Deze groep is via radio en TV steeds lastiger te bereiken, dus moet je alternatieven zoeken. YouTube wordt nu zelfs ingezet. Niet als kanaal, maar er staan wel losse items op. Een vraag uit de zaal. Waarom NOS HbbTV zo weinig ingezet. SBS doet dat wel met bijvoorbeeld voetbal. Ankersmit geeft aan dat er wel twee experimenten zijn geweest met HbbTV (nieuws en WK voetbal), maar dat HbbTV nog zo klein is in termen van bereik. Volgens Ankersmit kun je beter lineaire TV verrijken met data via connected TV/Smart TV.

Livestreaming Van Dusseldorp vraagt wat de toekomst is van live streamen binnen de NOS. Wordt daar al iets mee gedaan? Zeker, zegt Ankersmit. Er is afgelopen zomer een pilot gedaan met Ubideo en de Tour de France. Maar het kan ook zonder regie van de NOS. De NOS pikt veel streams op van Periscope of Meerkat, checkt de informatie en de nieuwswaarde, cleart de rechten en gebruikt het dan in de eigen nieuwsvoorziening. Van Dusseldorp rondt af met de mededeling dat elke gast elke week een startup mee mag nemen. Ankersmit bracht Development Bootcamp mee. Onder het mom ‘Programmeren kun je leren’ werkt deze club voor o.a. de NOS. Niet dat elke medewerker een HTML-code moet kunnen schrijven maar Ankersmit beoogt wel een bewustzijn bij de medewerkers over de ‘achterkant’ van een website.

SWITCH = ON Op vrijdag 4 september werd het nieuwe paviljoen SWITCH geopend door wethouder ­ Wimar Jaeger. SWITCH is een uit containers opgebouwde plek op het Joop van den Endeplein, in het hart van het Media Park. Het in het oog springend paviljoen is een flexibele en open ruimte waar een divers programma aan lezingen, workshops, exposities en vrijdagmiddagborrels wordt georganiseerd. Samen met Media Park Beheer heeft iMMovator het o.a. het programma van Media Park Updates ontwikkeld om reuring op het park en in de SWITCH te creeëren. Want de SWITCH moet uitgroeien tot een plek waar media­ professionals voor uit hun kantoren komen! SWITCH is tegen lage kosten (alleen catering­kosten) te gebruiken en is ook voor externe partijen te gebruiken. Mark Achterberg (commercieel directeur Media Park): “SWITCH is een belangrijke, nieuwe faciliteit voor al onze bewoners. Zo kunnen creatieve brainstorms, vergaderingen, ontbijtsessies, (product)presentaties, opnames, live uitzendingen en ontvangst van relaties of klanten voor ­presentaties en demo’s plaatsvinden op een verrassende plek. Het draagt bij aan een prettig verblijf voor eenieder op het Media Park, dat is ons hoogste doel!” Kijk voor meer informatie op www.mediapark.nl/SWITCH

205


RENÉ DELWEL, UNITED

René Delwel (United)

Donderdag 29 oktober was René Delwel aan het woord tijdens de Media Park Update. René is directeur van United, het Nederlands technisch productiebedrijf voor audiovisuele media. Zij produceren niet alleen beeldmateriaal van artiesten zoals The Rolling Stones, Coldplay en Muse, maar ook van verschillende programma’s. Denk aan Chantal blijft slapen, Boer zoekt Vrouw, maar ook internationale programma’s zoals de EMA Milan. Op dit moment is United de frontrunner als het gaat om UHD en HDR verwerking.

EMA Milan Eind oktober vond de MTV European Music Awards plaats. United is voor de derde keer gevraagd om de MTV EMA te filmen. De complexiteit van zo’n groot event ligt bij het registreren van heel veel beelden tegelijkertijd. En dit allemaal op hoge kwaliteit. Dit soort events tonen aan dat er nog steeds een markt bestaat voor film- en beeldmateriaal dat op een professionele manier wordt verwerkt. Ondanks de toename van betere kwaliteit smartphone camera’s en GoPro’s, tippen deze niet aan de kwaliteit die professionele camera’s leveren. René: “We zien een paar routes voor ons bedrijf: De traditionele business, dus televisie goedkoper en efficiënter maken, omdat de markt toch steeds meer versnippert door een andere manier van kijken. Maar aan de andere kant wil men nog steeds leuke televisie en nieuws zien. Het is tijd om na te denken over een manier waardoor mensen toch nog naar televisie kijken, al dan niet op second screen.”

206


Media Park revisited

United zet in op Ultra High Definition (UHD) United is één van de bedrijven die als eerste investeert in UHD. De afkorting UHD staat voor Ultra High Definition, ook wel Quad HD genoemd. 4K is de resolutie die UHD behaalt. Dat is viermaal zo hoog als normaal Full HD. Is het veel beter? ‘’Hangt er vanaf’’, zegt René. “Meer pixels, dus mooi HD, levert een betere vorm van diepte op. Mooi HD komt erg in de buurt van 3D. Vooral op groot scherm is dit goed te zien. Voor de kleine schermen werken HDR en Frame Rate beter. Deze geven meer licht en daardoor ook een betere weergave.”

Inspelen op een veranderende markt De uitdaging ligt volgens René voor United bij het samenbrengen van de ICT- en de IT-wereld. De focus ligt steeds meer op gedigitaliseerde diensten en software. United wordt dus steeds meer een IT-bedrijf. Daarom is het goed om te kijken hoe ICT-ers en IT-ers op een efficiënte manier kunnen samenwerken. ‘Kill your own darlings.’ – Een uitspraak waar René erg achterstaat. Je kunt beter je eigen markt wegkapen dan dat een concurrent dat doet. Denk bijvoorbeeld aan cameramensen die ook het journalistieke en montage aspect oppakken. Veel bedrijven huiveren bij het idee om dit door te zetten, maar als die markt bestaat kun je daar beter zelf op inspelen dan dat een ander dat doet vindt René.

Wat doet United om met alle nieuwe technologie producenten te stimuleren? United daagt ze uit om verder te gaan. Producenten en omroepen in Nederland zijn wat huiverig en leggen de focus meer op het goedkoper maken van het productieproces terwijl het juist gaat om meer resultaat te boeken, volgens United. En daar zien zij de toekomst in.

207


TIM BEUDEL, TUVALU MEDIA

Monique van Dusseldorp en Tim Beudel (Tuvalu)

Op 5 november vond de derde aflevering van de Media Park Update plaats. De gast van deze week was Tim Beudel, Head of Digital van Tuvalu Media. Tuvalu Media ontwikkelt en produceert tv-programma’s, dramaseries, speelfilms en documentaires voor nationale en internationale omroepen, zenders en andere opdrachtgevers. Ook is het bedrijf actief op platforms als YouTube met eigen kanalen.

Wat doet Tim Beudel bij Tuvalu Media? De officiële benoeming is Head of Digital. En dat houdt in dat Tim Beudel kijkt naar hoe Tuvalu Media audiovisuele verhalen gaat vertellen in de nieuwe wereld en met name de digitale wereld. Er zijn maar 6 werknemers op de afdeling Digitaal.

Waarom heeft Tuvalu Media gekozen voor een nieuwe aanpak? Allereerst het verschuivende kijkgedrag, waar de jeugd grotendeels verantwoordelijk voor is. De jeugd van tegenwoordig consumeert media op verschillende manieren via verschillende apparaten. Als producent moet je aanwezig zijn op de plekken waar men gaat consumeren. Daarnaast houdt Tuvalu zich bezig met infotainment. Kijk naar programma’s als Ali B Op Volle Toeren en Maestro. Dat zijn ontspannende programma’s met een boodschap. Als gevolg van deze twee factoren is Tuvalu gaan nadenken over wat ze op YouTube konden doen. Ten eerste heeft Tim Beudel gekeken naar wat er gebeurt op YouTube en wat er gebeurt met de content op YouTube. Veel wordt nog niet geclaimd of gemonitized. Ten tweede heeft Beudel gekeken naar de ontwikkeling van kanalen op YouTube, waar een propositie gebouwd wordt die fans

208


Media Park revisited

creëert. Zo is Tuvalu gaan bedenken wat een boeiend content kanaal kan worden voor de jeugd. Zo zijn ze o.a. gekomen op de paardensport. Inhoudelijk is er veel over de paardensport te vertellen en er bevindt zich veel geld in deze niche, denk aan paardrijdlaarzen en caps.

Er is geld geïnvesteerd in deze online productie, maar waar komen de inkomsten vandaan? Enerzijds door de pre-rolling. De advertising die vanuit YouTube geserveerd wordt en daar krijgt Tuvalu Media kickback op, maar dat is niet genoeg om van te produceren. Anderzijds is er branded content. Wat inhoudt dat Tuvalu Media in samenwerking met adverteerders leuke content maakt, waarvoor de adverteerder betaalt. Deze adverteerder moet wel aansluiten op de doelgroep. Met 35.000 abonnees op het YouTube kanaal PaardenPraatTV is het makkelijker om een juiste adverteerder te vinden. Een goed voorbeeld van branded content is de meest bekeken video op dit ­kanaal. Er is een video gemaakt in samenwerking met AppleJack, een winkel vol met paardensportartikelen. Tim Beudel definieert de doelgroep van PaardenPraatTV ‘meiden van 8-16 jaar die gek zijn op paardrijden’. Beudel is van mening dat 30% van het marktaandeel van deze doelgroep aanwezig is op hun kanaal.

Wie is de gast van de gast deze week? De gast van de gast deze week is Amon Havers. Amon managet de MultiChannelNetwork bij Tuvalu Media. Hij is 19 jaar en heeft een paar jaar geleden een eigen MCN gestart. Toentertijd werkte hij samen met YouTuber Kwebbelkop die 200 abonnees had. Samen bedachten ze een concept genaamd Gaming Myths. Dit werd opgepakt door een enorm kanaal op YouTube met één miljoen abonnees. Die hebben de content van Gaming Myths opnieuw geüpload via hun kanaal en gaven 50% van de kickbacks en alle crosspromotie aan Kwebbelkop en Amon. Zo heeft Amon het kanaal van Kwebbelkop door laten groeien tot een aantal van twee miljoen abonnees.

209


âž”

HENK HAGOORT, NPO

Monique van Dusseldorp en Henk Hagoort (NPO)

Afgelopen donderdag 12 november sprak Henk Hagoort tijdens de wekelijkse Media Park Update. Henk Hagoort is voorzitter van de raad van bestuur van de NPO.

Wat wil je doen voor 2018? Wat nog erg veel energie gaat vragen is het neerzetten van een goede strategie, het verrijken en innoveren daarvan. De wens bestaat om voor eind 2016 een totaal nieuwe NPO omgeving te lanceren. De huidige strategie is gefocust op zoeken, terwijl de toekomstige strategie zich meer zal richten op ontdekken. De NPO gaat zich meer richten op digitaliseren en personaliseren.

Wat is NPO Groen? NPO Groen is een verzamelnaam voor extra initiatieven die de NPO neemt rondom duurzaamheid. Heel veel programmamakers zijn hier al jaren actief mee om dit onderwerp meer onder de aandacht te brengen. Maar de NPO wil graag meer actief zijn en dan vooral op het front. Waarom? Omdat er verschillende initiatieven ontplooien van zowel grote als kleine bedrijven die echt laten zien dat er doorbraken van innovatie nodig en mogelijk zijn. Elke week bereikt de NPO zo’n 80% van de bevolking. Dit bereik geeft de mogelijkheid om het publiek beter te informeren maar ook te activeren. Daarnaast lanceerde de NPO ook een duurzame app. Deze app daagt mensen uit om bewuster met het milieu om te gaan. De app geeft tips zoals: neem eens plastic tasjes mee, kraan dicht als je je tanden poetst en neem een wat vaker de trap. Echt gericht op gedragsverandering dus. Zelf heeft Hagoort de vegetarische dag ingevoerd in zijn dagelijks leven.

210


Media Park revisited

Wat doen jullie binnen het bedrijf aan groen ondernemen? De verhuizing van NPO is net achter de rug. Tijdens de verbouwing van het nieuwe pand zijn er bewuste keuzes gemaakt met betrekking tot milieubewustzijn. Hagoort voelt zich verantwoordelijk om de plek die we met elkaar op het Media Park hebben op een goede manier te gebruiken en dan ga je daar zelf in mee.

Gast van deze week: Paul Römer Ook vandaag heeft de spreker een gast meegenomen en vandaag is dat Paul Römer van de NTR. Hij licht vandaag Project Albert uit. Geïnspireerd door een uitspraak van de directeur van DSM, ‘’Zolang ik op deze positie zit, heb ik macht en invloed. Nu kan ik wat doen.’’, vertelt hij zijn verhaal tijdens de Media Park Update.

Wat houdt Project Albert in? Albert is een project dat in Engeland bij de BBC is ontstaan. Het is een CO2-calculator, dus een programma. De calculator kan voor begrotingen de CO2-uitstoot berekenen. Denk dan aan studioproductie of een dramaproductie. Vervolgens komt een er specialist die advies geeft over de aanpak om CO2-uitstoot, en daarmee vaak ook gelduitgaven, te verminderen. Na een project kan een bedrijf laten uitrekenen hoeveel CO2-uitstoot er daadwerkelijk is bespaard.

Waarom is het berekenen van CO2-uitstoot zo belangrijk? Een bedrijf wordt uitgedaagd om een productieproces zo milieubewust mogelijk neer te zetten. Daarnaast gaat het om bewustwording. Römer gelooft dat deze bewustwording uiteindelijk op een natuurlijke manier wordt meegenomen in de productie van programma’s en dat deze bewustwording ook bij het publiek terechtkomt.

211


KJELD BEIJER, PROPOSITION ­MANAGER INTERACTIVE TV, KPN

Monique van Dusseldorp en Kjeld Beijer (KPN)

Tijdens de Media Park Update op donderdag 19 november was Kjeld Beijer, proposition manager interactive TV bij KPN, te gast. Kjeld Beijer is proposition manager bij KPN. Hij bedenkt een wens en vraagt intern naar meningen en belangen om de wens zodanig op te bouwen, zodat het zich kan ontwikkelen naar een mooi product. In dit geval was de wens een dienst die goed aansluit op ‘het nieuwe kijken'. Na wat onderzoeken kon geconcludeerd worden dat de kijker tegenwoordig TV wil consumeren wanneer hij dat wil. Ook personalisering en navigering in de content spelen een grotere rol. Vanuit deze combinatie is het product Play ontstaan. Kjeld meldt dat Play zich meer richt op de iets jongere generatie. Dat wil zeggen de groep die wil kijken wanneer zij dat willen. Play kan geconsumeerd worden via vijf verschillende apparaten, maar kan alleen op één apparaat tegelijkertijd worden gebruikt.

Hoe hebben jullie Play gelanceerd? Play is een dienst die langzaamaan groot gemaakt moet worden. De doelgroep die Play wil hebben die is nog groeiende. KPN moet deze groep eerst bereiken en informeren over wat Play precies is. De strategie die KPN nu hanteert is door zich meer te focussen op de online wereld. De dienst is voor iedereen beschikbaar en niet alleen voor bestaande KPN klanten. KPN wil voor iedereen een geschikte televisiedienst bieden.

212


Media Park revisited

Hoe ziet de app van Play eruit? KPN heeft zich gefocust op het ontdekkersscherm. Hier staan o.a. persoonlijke aanbevelingen, zodat de gebruiker niet alle content hoeft door te zoeken. Naarmate je meer consumeert, hoe beter de persoonlijke aanbevelingen worden. De klant moet wel zelf aangeven of ze willen dat KPN hun persoonlijke gegevens en gebruiksinformatie mag opslaan in hun database om die te verwerken.

Hoe denkt KPN over beeldkwaliteit? De content wordt uitgezonden in SD en niet in HD. Het HD-aspect komt in de nabije toekomst, vermeldt Kjeld. De reden waarom het nog niet is toegepast heeft o.a. te maken met de techniek en content rechten. Uit bèta testen is gebleken dat er een grote groep hun smartphone of hun tablet gebruikt als een tv-oplossing. Het grote scherm is mooi, maar het grote scherm is nog lang niet voor iedereen van toepassing

Waarom heeft KPN deze dienst ontwikkeld? KPN heeft in de afgelopen jaren een identiteit opgebouwd die zeer betrouwbaar is. Deze betrouwbaarheidsstempel werkt positief wanneer er een nieuwe dienst gelanceerd wordt. Play is een innovatieve dienst en de combinatie van innovatie en betrouwbaarheid is een goede match.

Wie is de gast van de gast? Jasper Oolieroock van Makerstreet BV is de gast van de gast. Jasper is één van de developers die de website van Play heeft geconstrueerd. De website is op een agile methode ontwikkeld, wat betekent dat het in een korte tijd in een team van KPN en developers in een aantal sprints de website tot een minimum viable ­product is gekomen. Dit proces heeft enkele maanden geduurd, wat relatief een korte ­periode is.

213


EGON VERHAREN, MANAGER R&D, NPO

Egon Verharen (NPO)

De gast van de zesde aflevering van de Media Park Update was Egon Verharen. Egon is manager van de Research & Development afdeling voor de NPO. Ook is hij voorzitter van het Technisch Comité van de EBU (European Broadcasting Union). Tijdens de Media Park Update ging hij in op het R&D beleid van de NPO, vertelde hij over de plannen van de Publieke Omroep voor het nieuwe jaar én ging hij in op de manier van werken die de NPO nu hanteert rondom innovatie. Waar Egon Verharen zich mee bezig houdt is de content brengen aan de gebruiker, en dat kan op verschillende manieren. Online content leveren is de nieuwste manier van distribueren, alleen relatief gezien is het een klein segment van alle content die de publieke omroepen maken. In de mediawet staat dat de publieke omroep altijd een ‘free-to-air’ initiatief moeten aanbieden. Mensen met een televisie moeten kosteloos en zonder abonnement toegang hebben tot de NPO-kanalen.

Gebruik van de ether Rond de 400.000 – 500.000 duizend gebruikers kijken nog televisie via de ether. Monique van Dusseldorp merkt op dat dat geen grote getalen zijn. Dit is het resultaat van de marketing van KPN die veel gebruikers heeft overgehaald om naar IPTV te gaan. Het ministerie heeft besloten dat de etherfrequentie opnieuw in de markt wordt gebracht. De overheid wijst de frequentie toe aan de publieke omroep. Dat geeft de NPO de kans om de volgende stap te maken, waaronder een technology upgrade om HD-televisie te leveren via de digitale ether. Van Dusseldorp vraagt of daar genoeg ruimte voor is, waarop Egon verrassend genoeg ‘ja’ antwoord. Want de nieuwe technologie is zo efficiënt dat HD in dezelfde bandbreedte en bereik als SD gestopt kan worden.

214


Media Park revisited

Ether televisie is lineair en beschikt niet over een retourkanaal. Echter was de NPO al vroeg betrokken met de ontwikkeling van HbbTV. Waar interactie nodig is, kan dat via HbbTV. Egon beantwoorde ook vragen over TV via de ether and second screen - want de Publieke Omroep gelooft dat second screen toepassingen bij tv-programma’s nog steeds erg waardevol zijn. De mogelijkheden van HbbTV en het second screen en de combinatie van die twee, maakt zaken als samenspelen op het eerste scherm mogelijk. Via een Europees project is onderzocht hoe deze combinatie mogelijk wordt.

Second screen toepassingen De gast van de gast was Marc Veuger, medeoprichter van Angry Bytes. Dit bedrijf is een Hilversumse ontwikkelaar die veel second screen toepassingen voor de omroepen produceert. See2gather is het samenwerkingsverband tussen Angry Bytes, People’s Playground en de NPO. In de afgelopen zes jaar heeft Angry Bytes door middel van het programma ‘De Nationale IQ-Test’ veel data verzameld betreffende het gebruikersgedrag op het tweede scherm. Uit het onderzoek van vorig jaar bleek dat mensen die samen keken ook samen speelden. Er is dus competitie in de huiskamer en dat kan beter gefaciliteerd worden. HbbTV bracht de twee werelden samen. Alle data vanuit de huiskamer wordt geaggregeerd op het eerste scherm. Wie speelt er, wat zijn de scores, wie is er beter, en wat gebeurt er in de rest van het land? Het Eurovisie Songfestival is een groot Europees project. Angry Bytes heeft hun dienst gepresenteerd voor het Eurovisie Songfestival en hoopt daar te kunnen leveren. De NPO is ook begonnen met big data. Door gebruikersgegevens vast te leggen, gebruikcijfers te bepalen en het verzamelen van anonieme gebruikcijfers verzamelt de NPO veel data. Met die data verbetert de NPO hun recommendation system die persoonlijke aanbevelingen doen bij het consumeren van content.

215


INEKE MIDDAG (BEELD EN GELUID)

Monique van Dusseldorp en Ineke Middag (Beeld en Geluid)

Op 26 november was Ineke Middag van Beeld en Geluid te gast in de Media Park Update. Ineke Middag is sinds eind september 2015 verantwoordelijk voor het museum van het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid, de vernieuwing ervan en de positionering en zichtbaarheid van Beeld en Geluid op bestuurlijk niveau in het museale en culturele veld.

Tijd voor verandering Om de bezoekers vanaf 2018 te kunnen ontvangen in een museum dat aansluit bij de laatste innovatieve ontwikkelingen, waarbij online en fysiek naadloos in elkaar overlopen, is Beeld en Geluid onlangs met een veranderprogramma gestart. Ineke is vanuit haar functie verantwoordelijk voor dit verandertraject en vertelt daarover tijdens deze Media Park Update. Het museum trekt jaarlijks 200.000 – 250.000 duizend bezoekers. Op dit moment is het museum een grote hal met een aantal paviljoens waar je op verschillende programmatypes content uit het mediaverleden van de (publieke) omroep op een speelse manier kunt ervaren en er mee kan interacten. In de afgelopen tien jaar heeft het museum meerdere kleine aanpassingen doorgevoerd, alleen is de onderliggende structuur nooit veranderd. Tot nu. Voorheen verzamelde Beeld en Geluid alleen archiefcontent van de publieke omroep, maar de wereld waarin de kijkers leven bestaat uit veel meer media dan alleen de zenders van de publieke omroepen. Dan gaat het over allerlei vormen van contentproductie die Beeld en Geluid niet verzamelen, en dus niet representeren. Momenteel worden webvideo’s ook gearchiveerd.

216


Media Park revisited

Nieuwe experience Wat de nieuwe experience de bezoeker wil meegeven is de les “jij maakt media, en de media maakt jou”. Het beeld van het medium als gezaghebbend kanaal waarna geluisterd wordt is veranderd. Tegenwoordig is het een wederzijds beïnvloedend proces. Beeld en Geluid gaat over media, maar is zelf ook een medium. Om de nieuwe plannen te realiseren zoekt Beeld en Geluid partners die met hen het project willen behalen. Beeld en Geluid levert een fantastisch gebouw op een goede plek met een focus. Op het moment is de locatie niet de meest gezellige locatie, maar dat kan er wel gemaakt van worden. Bij het zoeken van partners is Ineke op zoek naar een partij die zelf ideeën heeft en producten kan leveren voor in het museum. Vanuit Beeld en Geluid kan er een platform geregeld worden en kunnen producten ontwikkeld worden, want de ontwikkelmogelijkheden zitten ook in de ­ organisatie.

217


PATRICK KLINK (RTL)

Monique van Dusseldorp en Patrick Klink (RTL)

Tijdens de achtste aflevering van de Media Park Update was Patrick Klink te gast. Patrick is Manager Product Development Digital & Technology bij RTL Nederland. Tijdens de Media Park Update vertelde Patrick over de nieuwe digitale plannen van RTL, welke technologische ontwikkelingen relevant zijn voor RTL én aan welke innovaties gewerkt worden. Op het gebied van product development digital houdt Patrick zich bezig met de entertainment kant van kernprojecten als video on demand, apps rondom televisieprogramma’s en het plaatsen van fragmenten op YouTube. Daarnaast werkt hij aan technologieën van RTL, dat verschilt van ontwikkelaars tot designers, IT-systemen, distributiesystemen en rechten.

Videoland op AppleTV RTL Nederland richt zich op wat de gebruiker wil en speelt daar op in. De gebruiker anno 2015 wil content consumeren waar en wanneer hij wil. Tegenwoordig is dat niet alleen thuis in de woon­ kamer voor de televisie. RTL speelt in op deze vraag en biedt content on demand aan. Zo is onlangs Videoland gelanceerd op AppleTV. Videoland, is net als Netflix, een video on demand systeem waar gebruikers content kunnen streamen. Naast het inspelen op de vraag van de gebruiker, houdt RTL ook rekening mee met de mogelijke gecompliceerde ontwikkelingen. Als het ontwikkelen van een bepaalde technieken twee jaren zal duren, dan wordt er gekeken naar snellere opties. Het kostte enkele weken om Videoland beschikbaar te stellen op AppleTV. RTL is zeer content met de hoeveelheid geconsumeerde content.

Pionieren Volgens Patrick moet er online gepionierd worden, en dat doet RTL. In de televisiewereld heeft RTL ook altijd gepionierd. Zo was RTL één van de eerste commerciële zenders, was het de eerste zender met een soap én was RTL de eerste in Nederland die een serie eerst on demand distribueerde en

218


Media Park revisited

daarna op televisie. Monique van Dusseldorp vraagt hoeveel consumenten gebruikmaken van Videoland. Over exacte aantallen mag Patrick niks loslaten. Het enige wat vermeld mag worden is dat Videoland momenteel om de tweede plaats staat in Nederland. Patrick vertelt dat televisie- en contentbedrijven nauw samenwerken met de digitale teams en mensen in de distributiewereld, waaronder het RTL Multi Channel Network. Bert Habets, CEO van RTL, is van mening dat voor elk goed plan er budget moet zijn. Hierdoor kan Patrick Klink experimenteren met innovaties. Verder werkt RTL ook samen met kleinere bedrijven om innovaties tot stand te laten komen.

Persoonlijke aanbevelingen De gast van de gast deze week is Joost Metten. Joost is CEO van Pertimatic, het bedrijf verantwoordelijk voor de recommendation engine voor RTL-XL en Videoland. RTL is al langere tijd bezig met personaliseren en relevante aanbevelingen doen voor gebruikers. Tijdens dit proces kwam RTL in contact met een start-up die aan de slag is gegaan met een recommendation engine. Joost Metten vertelt dat big data een term is die iedereen kent. Uit verschillende databronnen wil Pertimatic vergelijkend materiaal halen om op basis van gebruikersprofielen relevante aanbevelingen te kunnen doen voor de gebruikers. Aan de hand van een recommendation engine kunnen deze aanbevelingen gerealiseerd worden. Maar om tot die aanbevelingen te komen moet de geleverde content eerst geanalyseerd worden. Het analyseren van ondertitels is een gemakkelijke methode om films te categoriseren. Met behulp van metatags wordt verschillende content gecategoriseerd. Pertimatic mag gebruikmaken van de grote databronnen waarover RTL beschikt, waardoor ze effectief te werk kunnen gaan.

219


CO LU M N

MEDIA PARK IN ONTWIKKELING

Het Media Park is een plek met een lange geschiedenis door haar iconische gebouwen en kenmerkende bewoners. Maar bovenal is het een plek waar ideeën ontstaan én worden gerealiseerd. Waar datgeen wat we dagelijks in de media zien, gemaakt wordt. Een ecosysteem waar vele partijen, broadcasters&producers, knowledge&education, leisure& ­convenience, crossmedia&new media en technical services companies elkaar vinden en versterken. Het Media Park is de thuisbasis waar mediaspecialisten, creatieven, innovatieven en visionairs samenkomen en ontwik­kelen. Om dit te kunnen bewerkstelligen is het belangrijk om snel in te spelen op bewegingen in de markt, nieuwe plekken en concepten te creëren en samenwerkingen op te zetten. Media Park Beheer werkt nauw samen met bedrijven op het Media Park en andere stakeholders, zoals het Instituut voor Beeld en Geluid en de zeer betrokken gemeente Hilversum.

Van park naar campus Met de komst van de Hilversum Media Campus (HMC) en het MBO College Hilversum, onderdeel van ROC Amsterdam, op het Media Park wordt de campus verder ontwikkeld in het mediahart van Nederland. Mediabedrijven zijn steeds meer op zoek naar goed opgeleide media-makers, die beschikken over actuele kennis en innovatieve skills. De lijnen tussen docenten en professionals zijn hier kort en dat komt ten goede van zowel het onderwijs als het bedrijfsleven. De HMC is het resultaat van een duurzame verbinding tussen overheid, mediabedrijven en kennisinstellingen en sluit nauw aan bij de agenda van het topsectorenbeleid. Media Park faciliteert en ondersteunt HMC als partner.

Activatie Media Park Beheer heeft een sterke focus op kennisdeling en kennisoverdracht en werkt hierin onder andere samen met iMMovator, waarbij verbindingen worden gelegd en bevorderd via de Cross Media Cafés en het nieuw ontwikkelde accelerator programma. Ook de recent ontwikkelde SWITCH, draagt bij aan de verbinding. Naast de SWITCH wordt begin 2016 ‘The Beachclub’ geopend, een ontmoetings- en activatieplek op een verrassende locatie.

Innovatie Speciaal voor innovatieve start&scale ups is dit jaar LAB24 geopend, een inspirerende low-budget werkplek in het hart van het Media Park. Dit lab biedt uitzicht op het Joop van de Endeplein en biedt daarmee een ‘front row’ huisvesting in medialand. De studenten en start-ups zorgen voor reuring en krijgen de mogelijkheid flexibel door te groeien. Een prachtig voorbeeld is Omroep Max, begonnen als start-up op het Media Park, nu tien jaar en een zeer succesvolle bewoner. Kortom, het Media Park is een plek die faciliteert en inspireert. Zodat de bewoners en bezoekers ongestoord ideeën kunnen bedenken en creëren, en zo optimaal kunnen bouwen aan de (media) toekomst van morgen.. MAKING IDEAS WORK! Mark Achterberg is COO van Media Park Beheer. Het team van Media Park Beheer bestaat uit vakmensen met jarenlange ervaring op het Media Park, en draagt zorg voor het concept, commercieel, technisch/facilitair en financieel management van 160.000m2 vastgoed, waaronder kantoren, bedrijfsruimte, horeca en studio’s.

220


Over iMMovator ➔

Inleiding

Events

Onderzoek

Projecten

Formules

Organisatie

Participanten


NETWERKORGANISATIE, EXPERTISECENTRUM, PROJECTBUREAU Uit de voorgaande hoofdstukken blijkt hoe divers de activiteiten van iMMovator zijn. Van Cross Media Cafés via onderzoeksrapporten zoals de Monitor Creatieve Industrie tot projecten zoals het HbbTV Forum Nederland. Deze diversiteit past goed bij het dynamische karakter van de cross­mediasector en bij het type organisatie dat iMMovator wil zijn.

Missie: versterken van de crossmediasector Het iMMovator Cross Media Network is een netwerkorganisatie die zich richt op het versterken van de crossmediasector met de nadruk op innovatie en economisch rendement. Hiertoe organiseren we evenementen, projecten en onderzoek. Daarnaast versterkt iMMovator de rol van de crossmedia industrie als innovatiemotor voor andere economische en maatschappelijke sectoren. Innovatieve concepten die door crossmediabedrijven zijn ontwikkeld kunnen bijvoorbeeld toegepast worden in de zorg. Denk aan games en simulatie ter bevordering van het revalidatieproces. Als netwerkorganisatie brengt iMMovator verschillende partijen bij elkaar om kennis uit te wisselen over de nieuwste ontwikkelingen binnen de cross media industrie. Onze events zijn de plek bij uitstek om op de hoogte te raken van de stand van zaken in de cross media industrie. Voor onze events worden sprekers aangetrokken die normaliteit niet voor de hele industrie toegankelijk zijn. Wij vragen ze tijd vrij te maken om hun visie en ervaringen te delen. Actuele thema’s worden in een informele sfeer behandeld, waarbij bezoekers de cross media industrie en haar breedheid ervaren.

222


Over iMMovator

Als expertisecentrum vergaart iMMovator, vaak in samenwerking met andere partijen, ook zelf informatie over de sector: waar liggen innovatiekansen en hoe kunnen we die benutten? Om nieuwe ontwikkelingen te versnellen en innovatiekansen te benutten organiseert iMMovator projecten gericht op specifieke onderwerpen. Om nieuwe ontwikkelingen te versnellen en innovatiekansen te benutten organiseert iMMovator geregeld projecten, gericht op specifieke onderwerpen. IMMovator is daarbij vaak de aanjager en initiator van innovatie en brengt daarbij overheden, kennisinstellingen en het bedrijfsleven samen om nieuwe verbindingen te leggen, samenwerking te bevorderen, kennisuitwisseling te stimuleren en partijen te mobiliseren rond een bepaald thema. Door deze brede invulling van haar rol kan iMMovator goed anticiperen op kansen en ontwikkelingen in de crossmediasector. IMMovator Cross Media Network maakt latente vragen en innovatiekansen expliciet en neemt initiatieven waaraan bij participanten, bedrijven, kennisinstellingen, overheden en andere partijen in de crossmediasector behoefte blijkt te zijn.

223


EVENTS Als netwerkorganisatie organiseert iMMovator een aantal evenementen om kennisdeling tussen bedrijven, overheden en kennisinstellingen te bevorderen. Het organiseren van deze contact­momenten gebeurt in grootschalige events zoals Cross Media Cafés, het Mediapark Jaarcongres (zie hoofdstuk 4) en de Media Future Week (zie hoofdstuk 5), maar ook tijdens kleinschalige workshops en masterclasses waar meer plek is voor interactie.

Cross Media Cafés De Cross Media Cafés zijn vakbijeenkomsten waarin leden van het iMMovator Cross Media Network in korte tijd worden bijgepraat over een relevante ontwikkeling in het crossmedia veld. Cross Media Cafés zijn de plek bij uitstek om op de hoogte te raken van de stand van zaken in de crossmedia industrie. Het is een plek om snel te leren van de ervaringen van anderen en daarover met anderen in gesprek te raken. Elk Cross Media Café is georganiseerd rond een bepaald thema. Nieuwe business cases, veranderingen in de sector en markt­onderzoeken zijn een aantal van de onderwerpen die binnen een thema aan bod komen.

De bijeenkomsten zijn grootschalig opgezet en vinden plaats in een mediaomgeving zoals een studio op het Media Park. Experts geven hun visie of presenteren cases. Ook is er elke keer een pitchronde waarin startende bedrijven hun product of dienst kort presenteren. In de pauze en tijdens de borrel kan er met deze bedrijven verder gepraat worden tijdens het demo café: de bedrijven presenteren zich bij een statafel aan de bezoekers. Doorgaans komen er zo’n 200-300 leden uit het netwerk op de Cross Media Cafés af. Meer informatie (ook voor actuele thema’s en data) op: www.immovator.nl/crossmediacafe

224


Over iMMovator

Meet the Master Geregeld zijn er internationale experts in Nederland voor een groot congres. IMMovator haalt deze goeroes voor of na hun optreden naar het Media Park voor een kleinschalige, interactieve ‘Meet the Master’ sessie. Tijdens deze sessie kan de master uitgebreid zijn verhaal doen en inspiratie en input bieden voor een visie of strategie. Daarnaast krijgen de deelnemers de mogelijkheid om de master vragen te stellen of een case voor te leggen. In 2015 zijn er vier Meet the Master sessies georganiseerd, met de volgende sprekers: • Amerikaanse gamedesigner Nick Fortuno (verslag is te vinden in hoofdstuk 3) • Drone journalist Ben Kreimer (verslag is te vinden in hoofdstuk 2) • Internetondernemer Ben Huh (verslag is te vinden in hoofdstuk 4) • Google’s News Lab coördinator Matt Cooke (verslag is te vinden in hoofdstuk 2)

Media Park Updates Na de opening van het nieuwe paviljoen SWITCH op het Media Park is iMMovator in samenwerking met Media Park Beheer begonnen met de programmering van de wekelijkse internet uitzending ‘Media Park Update’. In een korte en interactieve sessie staat iedere keer een andere pionier in de spotlight met aandacht voor nieuwe diensten die gelanceerd worden. Daarbij mag elke gast een starter meenemen die aandacht verdient. De uitzendingen zijn live bij te wonen in de SWITCH, waar het publiek ook uitgebreid de mogelijkheid krijgt om vragen te stellen, maar is ook via de livestream op de iMMovator website te volgen.

Technology Updates De Technology Updates zijn, zoals de naam al doet vermoeden, een stuk technischer van aard dan onze andere activiteiten. In een dagdeel wordt je door experts bijgepraat over een actuele nieuwe ontwikkeling. Door een interactieve opzet komen jouw vragen aan bod en er zullen een aantal praktische handvatten gegeven worden waar je direct mee aan de slag kunt. Daarmee zijn de technology updates interessant voor professionals die meer willen weten over het desbetreffende onderwerp, omdat zij er in hun dagelijks werk mee te maken hebben. In 2015 werden technology updates georganiseerd over Hacks & Attacks (zie verslag in hoofdstuk 5) en de ‘Future of Broadcast’ (zie verslag in hoofdstuk 2).

225


ONDERZOEK Als expertisecentrum bundelt iMMovator kennis over de crossmedia industrie. Ons meest bekende publicatie is de Monitor Creatieve Industrie.

Monitor Creatieve Industrie De Monitor Creatieve Industrie 2014 (opvolger Cross Media Monitor) is een analyse van de ontwikkelingen binnen de ICT en creatieve industrie. De monitor laat zien waar de Creatieve Industrie en de ICT sector staat en wat de belangrijkste ontwikkelingen in de clusters en steden zijn. In welke sectoren in de Creatieve Industrie zijn opvallende stijgingen of dalingen te zien? Hoe zit het met de toegevoegde waarde? Wat moeten we met de versnippering? En welke steden huisvesten de meeste banen in de Creatieve Industrie? Waarom rekenen we bepaalde onderdelen wel en niet mee? Welke sectortransities vinden er plaats? Diverse beleids- en bedrijfsstrategieën zijn erop gericht deze innovaties en ontwikkelingen te stimuleren of commercieel te benutten. De Monitor Creatieve Industrie laat zien waar de creatieve sector staat en wat de belangrijkste ontwikkelingen in de clusters en steden zijn en is daarom bijzonder geschikt als input voor beleids- en bedrijfsstrategieën. De Monitor Creatieve Industrie is uitgevoerd door TNO en Paul Rutten Onderzoek.

226


Over iMMovator

Belangrijkste Conclusies 2014 De laatste Monitor Creatieve Industrie kwam uit in 2014. Lange tijd heeft de Creatieve Industrie in Nederland zich weten te onttrekken aan het zware weer waarin onze economie terecht is gekomen. In de periode van 2005 naar 2013 laat de creatieve industrie een groei van meer dan vijftigduizend banen (2,5 procent per jaar) zien. De groei was groter dan die in de rest van de economie. In de crisis doet de Creatieve Industrie het dus nog steeds beter dan de gehele economie. Wanneer echter wordt gekeken naar het aantal vestigingen en de toegevoegde waarde van de Creatieve Industrie doet zich een verontrustend beeld op. Het aantal vestigingen is sinds 2005 meer dan verdubbeld naar 132.000, terwijl het aantal banen is toegenomen met ongeveer eenvijfde. Grote bedrijven worden kleiner en hert aantal zelfstandigen en eenmansbedrijven worden talrijker. De ­creatieve industrie loopt daarmee voorop in de trend van schaal­verkleining. Deze schaalverkleining valt samen met een verlies aan toegevoegde waarde en productiewaarde. Er wordt in de Creatieve Industrie als geheel in 2013, zelfs iets minder toegevoegde waarde gecreÍerd dan in 2005. De Monitor Creatieve Industrie pleit er daarom voor om het versterken van het verdienvermogen hoog op de beleidsagenda te zetten. De ontwikkelingen die hierboven beschreven worden zijn vooral te zien in steden. Steden die een omvangrijke economie kennen en daarbinnen een gevarieerd scala van activiteiten in en buiten de Creatieve Industrie kennen, hebben de beste voorwaarden voor groei. In Nederland voldoen Amsterdam en Utrecht het best aan dit profiel. Meer weten? Lees verder op www.immovator.nl/monitor-creatieve-industrie

227


PROJECTEN Naast diverse evenementen en onderzoek initieert iMMovator projecten. Deze projecten zijn erop gericht innovatie te stimuleren en brengen overheden, kennisinstellingen en het bedrijfsleven bij elkaar. Om verbindingen te leggen, samenwerking te bevorderen, kennisuitwisseling te stimuleren en partijen te mobiliseren rond een bepaald thema. IMMovator heeft projecten gestart als het Ketenoverleg Digitale Televisie, 10-10-10, Luidheidnormalisatie, Almere DataCapital, Dutch Media Hub, 3DNL en is verder penvoerder geweest voor verschillende IPC regelingen. Belangrijke ­projecten in 2015 waren: • • • • • • •

HbbTV Forum Nederland (zie hoofdstuk 2), Growing Games (zie hoofdstuk 5), Ketenoverleg Digitale TV (zie hoofdstuk 2), Media Groen (zie hoofdstuk 5), PIB programma Dutch Media Innovators (zie hoofdstuk 4), stimuleringsprogramma Curacao (zie hoofdstuk 4) en de crossoverprogramma’s Create Health en Create Energy (zie hoofdstuk 5).

Door deze brede invulling van haar rol kan iMMovator goed anticiperen op kansen en ontwikkelingen in de crossmediasector. IMMovator Cross Media Network maakt latente vragen en innovatiekansen expliciet en neemt initiatieven waaraan bij participanten, bedrijven, kennisinstellingen, overheden en andere partijen in de crossmediasector behoefte blijkt te zijn.

228


Over iMMovator

FORMULES Een van de succesvolle concepten van iMMovator is het Cross Media Innovation Center. Deze unieke formule mobiliseert en stimuleert de innovatiekracht in de ontwikkelingsfasen van de student naar het ondernemerschap. De combinatie van en samenwerking in de drie ontwikkelingsfasen stimuleert het samenspel van enthousiasme, ervaring, kennis en professie. Doel hiervan is om de samenhang tussen deze drie fasen zodanig te versterken dat het geheel als een krachtige innovatiemotor gaat functioneren. De fasen worden binnen het Cross Media Innovation Center als volgt ingevuld:

1. Leerbedrijf De eerste ontwikkelingsfase vindt plaats in het Leerbedrijf. Een leerbedrijf is een bedrijf waarin studenten uit het hoger en middelbaar beroepsonderwijs in een interdisciplinaire omgeving innovatieve opdrachten voor (MKB) ondernemers uitvoeren. Het betreft opdrachten in het kader van een keuzesemester, stage en afstuderen. De samenwerking tussen het onderwijs en het bedrijfsleven zorgt ervoor dat theorie en deskundigheid bijeenkomen. Per opdracht worden de vereiste competenties/disciplines bijeengebracht in een projectgroep. Deze interdisciplinaire aanpak leert de studenten over de muren van het ­eigen vak heen te kijken en is een belangrijke voorwaarde voor innovatie. Opdrachtgevers zijn veelal afkomstig uit het crossmedia veld maar zijn daarbinnen zeer divers. • • •

De winst voor de studenten is het ervaren van ondernemerschap en het in teams kunnen werken aan daarmee grotere en complexe opdrachten, De winst voor de opleidingsinstituten is dat zij teruggekoppeld krijgen wat er schort aan de curricula en een pakket van workshops kunnen overnemen van het Leerbedrijf, De winst voor de ondernemers is dat ze grotere en complete opdrachten kunnen plaatsen zonder zich te hoeven bekommeren over het huisvesten en begeleiden van een team van studenten.

2. Starterscentrum De tweede ontwikkelingsfase vindt plaats in het Starterscentrum. Er zijn twee starterscentra: een in Hilversum (Mediacentrum op het Media Park) en een in Haarlem (Gonnetstraat). Veelbelovende jonge ondernemers kunnen in aanmerking komen voor een starterhuisvesting. Naast het aanbieden van betaalbare huisvesting wordt gewerkt aan een programma waarbij de ondernemers worden ondersteund in de startfase van hun bedrijf. Met de organisatie van kennisoverdracht, de ervaringsuitwisseling en de georganiseerde netwerkverbanden ontstaat zo een broedplaats voor nieuw ondernemerschap

229


Luchtfoto Media Park (bron: Team 4 Architecten)

Netwerk023 In Haarlem werkt iMMovator mee aan de netwerkvorming en kennisdeling tussen bedrijfsleven en opleidingen binnen de Haarlemse creatieve industrie. Hiervoor zijn verschillende workshops en bijeenkomsten georganiseerd in de regio Haarlem. Netwerk023 is het netwerk voor bedrijven in de media, reclame en internet met als bindende factor Haarlem. Het netwerk is geïnitieerd door Urbanology, Wazooky, Blutarsky en GNR8. Thuisbasis van het netwerk is de Internetsite: ­ www.netwerk023.nl. Omdat enkel een online netwerk niet voldoende is wordt er om de twee maanden een netwerkborrel gegeven. Een van de belangrijkste reden van de oprichting het is gemis van een netwerk voor freelancers, ondernemers en studenten werkzaam in de creatieve industrie van Haarlem. Netwerk023 vult dit gat en biedt zowel online als offline de mogelijkheid dat creatieven elkaar ontmoeten. Daarnaast biedt het netwerk voor studenten die starten in de ­creatieve industrie een goede startlocatie om in contact te treden met dé creatieve bedrijven.

Lab24: Front Row at the Media Park Naast het Mediacentrum waar snel groeiende bedrijven zijn gehuisvest is er in 2015 nog een ruimte vrijgemaakt op het Media Park voor snelle groeiers en startups: Lab24. Het Media Park biedt speciaal voor innovatieve jonge ondernemers en startups een inspirerende werkplek in het hart van het Media Park, voor weinig. LAB24 biedt uitzicht op het Joop van de Endeplein en naast de grote studio’s zit je in deze startup kantoorruimte front row in het Media Park en daarmee front row in medialand. Kleine bijkomstigheid: je betaalt weinig en profiteert daarnaast van alle faciliteiten van het Media Park.

230


Over iMMovator

De winnaars van de startup wedstrijd (zie hoofdstuk 6) kregen gratis kantoorruimte aangeboden in Lab24. Maar daarnaast hebben ook al andere bedrijven hun intrek genomen in deze startersruimten. Zo heeft onder andere Hilversum Media Campus er hun thuisbasis gevestigd. Hans Lodders, programmamanager Hilversum Media Campus: “Een betere plek om ons te vestigen dan vanuit het hart van het Media Park is er niet. Met onze activiteiten gericht op ontwikkeling van kennis en kunde van mediaprofessionals zijn we een waardevolle toevoeging voor alle bedrijven op het Media Park. Bovendien zitten we in ons nieuwe kantoor in LAB24 vlakbij de SWITCH waar we geregeld interessante lezingen gaan organiseren met onze partners.”

3. Snel groeiende ondernemers De derde fase is het snel groeiende innovatieve bedrijf. Naast fysieke ondersteuning biedt iMMovator de bedrijven toegang tot haar uitgebreide netwerk van contacten op directieniveau van alle relevante bedrijven in de crossmediasector. Hiermee wordt de groeisnelheid van de bedrijven ­bevorderd. Daarnaast weten financiële instellingen en participatiefondsen via iMMovator hun weg te vinden naar bedrijven die extra kapitaal willen inzetten.

Accelerator Programma In 2015 is de formule van het Cross Media Innovation Center weer nieuw leven ingeblazen met het opzetten van een Media Park Accelerator programma. Dit programma heeft als doel om startups, snelle groeiers en samenwerkende flexwerkers/zzp-ers te helpen hun business te versnellen. Het programma moet voorzien in coaching, kennisuitwisseling, toegang tot kapitaal en benut de aanwezige netwerken optimaal. Vanuit zijn studie Business Development en Innovatie heeft Rick van Dijk de behoefte aan en de opzet van een media-accelerator in Nederlands onderzocht. Media hebben behalve een commercieel ook een publiek belang en zijn onderzoek is erop gericht vast te stellen hoe een ­accelerator de innovatie in de mediasector kan versnellen op een manier die duurzame modellen voor de samenleving oplevert. Hij is daarvoor in gesprek gegaan met de overheid, uitgevers, de commerciële en publiek omroep en mediadienstverleners. Lees meer over het Accelerator Programma in hoofdstuk 6.

231


ORGANISATIE iMMovator is een netwerkorganisatie en bestaat grotendeels uit zelfstandige professionals. Deze vormen het projectbureau en de kern van de uitvoeringsorganisatie. iMMovator kent een bestuur dat afgevaardigd wordt vanuit de in iMMovator participerende bedrijven, overheden en kennisinstellingen. Deze werkvorm maakt ons flexibel, biedt de mogelijkheid te werken met de beste mensen uit het veld en sterk resultaat gedreven. De harde kern van iMMovator stelt zich hieronder voor:

TON VAN MIL

Directie iMMovator Wist je dat… Ton zich in 2015 hard heeft gemaakt voor de verduurzaming van de grootste kerstboom ter wereld? De boom brandt al 18 jaar en de lampen zijn dit jaar vervangen door LED lampen. Ton hielp mee bij de sponsoring van de lampen en had de eer de boom ‘aan te zetten’.

FREEK VAN ’T OOST ER

Directie, financiën, programma’s, CLICKNL | Media & ICT Wist je dat… Freek naast de media-industrie inmiddels ook behoorlijk thuis is in de zorg en energiesector? Als vertegenwoordiger van CLICKNL Media & ICT komt hij vaak over de vloer bij zorginstellingen en energieleveranciers om te kijken waar we elkaar kunnen versterken. En eind 2015 volgde nog een groot succes met de honorering van projectaanvraag FIT met Gooi- en Vechtstreek als Living Lab Thuis.

MIR WERMUT H

Business development, Growing Games, kleinschalige events Wist je dat… dit het jaar van de mijlpalen was voor Mir? Growing Games wist met het position paper over validatie van zorggames de politiek en ministeries wakker te schudden, en de nieuwe editie van de Games Monitor deed de sector op zijn grondvesten schudden. Daarnaast introduceerde zij met Master Minds on Datascience een nieuw iMMovator-concept: een vierdelige serie waarin ­wetenschap en de sector intensief met elkaar aan het werk gaan.

MONIQUE VAN DUSSELDORP

Cross Media Cafés, Mediapark Jaarcongres, Media Future Week Wist je dat… Monique naast de events die ze voor iMMovator doet nog veel ­vaker betrokken is bij mooie events in binnen- en buitenland? Zo werkt ze al jaren mee aan internationale congressen als TEDxAmsterdam, Next Hamburg en ThingsCon. iMMovator collega’s vragen zich wel eens af waar ze de tijd vandaan haalt om dit allemaal voor elkaar te boxen!

232


Over iMMovator

GEORGE FRERIKS

Dutch Media Innovators Wist je dat… George in 2015 de Verenigde Staten verruilde voor Nederland? Na twee jaar in the States is hij weer terug in Hillywood. Om toch nog een beetje in het Amerikaanse te blijven organiseert hij samen met Suzanne Cox voor de Dutch Media Innovators activiteiten om de Amerikaanse markt te betreden.

FRANK VISSER

HbbTV forum NL, Media Future Week, Media Groen, IBC Wist je dat… Frank dit jaar de vijfde editie van Media Future Week organiseerde? Het event was weer een daverend succes met topsprekers met bijzondere hotelwensen, een vloggend mediateam en een ballenbak op de serieus playground. En dat hij Media Groen is gestart, een project om de media-industrie te verduurzamen en waar het hele Media Park in meedoet?

RICK VAN DIJK

Accelerator Programma Wist je dat... Rick van Dijk dit jaar bij iMMovator aan de slag is gegaan om het Accelerator Programma op te zetten? Met zijn jarenlange ervaring bij het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek en opleiding Business Development en Innovatie heeft Rick de goede mix om starters, snelle groeiers en samenwerkende flexwerkers/zzp-ers te helpen hun business te versnellen.

ELLEN KLEIN-HUVÊR

Projectenbureau Wist je dat… Ellen een kei is in het bij elkaar brengen van het iMMovator team? Ieder jaar organiseert ze (in het geheim) minstens twee gezellige teamuitjes. Zo hebben we al eens een Bob Ross schildercursus gedaan, djembé gespeeld en in de zomer het traditionele ‘floating diner’.

MARLIES HAKVOORT

Communicatie, Hilversum Media Campus, CLICKNL Wist je dat… Marlies spelverdeelster is in een gezellig volleybalteam? Ook bij iMMovator is ze achter de schermen degene die boel aan de gang houdt en iMMovator laat shinen. Met twee stagiairs en een nieuwe collega vormt ze een ijzersterk team.

233


MINOUCHE VAN REENEN

Communicatie Wist je dat.. Minouche dit jaar het iMMovator team is komen versterken? Met haar communicatie- en marketingskills is ze een waardevolle toevoeging voor het team. Het eerste event waar ze bij meedraaide was ook meteen uitverkocht!

ANOUK CLEMENS

Stagiair Wist je dat… Anouk met haar afstudeeronderzoek bij ons de wereld van de startups binnen stapte? Haar opdracht is een positioneringsstrategie op te stellen voor het Accelerator programma op het Media Park. Met veel desk research en interviews ging Anouk op avontuur in deze voor haar tot nog toe onbekende wereld.

VINCENT JAGERS

Stagiair Wist je dat… Vincent altijd de intro’s van de Media Park Updates inspreekt? Geef hem een paar aanwijzingen, internet toegang en een iPhone om de voice over in op te nemen en je krijgt een geweldig verhaal! Samen met Nilish werden er prachtige filmpjes van gemaakt.

NILISH SITARAM

Stagiair Wist je dat… Nilish de meest ontspannen stagiair is die we hebben gehad? Filmen onder moeilijke omstandigheden, camera spullen versjouwen, geen probleem – no stress. Nilish is er en laat zich niet gek maken.

Bestuur Het bestuur bestaat uit de volgende personen: Bob Verburg (voorzitter, onafhankelijk) Regine von Stieglitz (Secretaris, InHolland) René Delwel (penningmeester, United) Jan Wester (bestuurslid, TNO) Désirée Majoor (bestuurslid, Hogeschool voor de Kunsten Utrecht) Fons Schootstra (bestuurslid, KvK)

234


Over iMMovator

Adviesraad Wimar Jaeger (wethouder Gemeente Hilversum) Lem van Eupen (faculteitsdirecteur Communicatie en Journalistiek, Hogeschool Utrecht)

Participanten IMMovator zou niet kunnen bestaan zonder de steun van participanten. Zij maken het mogelijk dat iMMovator in staat is om interessante events te organiseren, bijzondere projecten op te zetten en de kennis uit de sector te bundelen en op grote schaal beschikbaar te maken. Het is dankzij hen dat u gratis Cross Media Cafés kunt bezoeken, dat we de crossmediasector kunnen blijven monitoren en projecten uitdenken waar de sector verder mee komt.

NHTV is in 2015 als participant toegetreden en daar zijn we reuze blij mee! Een unieke master die door NHTV aangeboden wordt is het eenjarige executive programma ‘Master in Media Innovation’. Dit eerste en enige geaccrediteerde masterprogramma in zijn soort in Nederland spoort deel­ nemers aan verder te kijken dan de oppervlakte van digitale media. De opleiding wordt bekostigd door de Nederlandse overheid. Het collegegeld van net geen € 2.000 opent deuren voor vrijwel iedereen die actief is in de media-industrie en nog geen mastertitel bezit. Deze propositie sluit perfect aan bij de missie van iMMovator! Een andere participant die ik graag in het zonnetje wil zetten is Media Park Beheer. Vanaf de zomer ziet het Media Park er een stukje anders uit, met de komst van de SWITCH op het Joop van den Endeplein. Media Park Beheer heeft ons gevraagd mee te denken over de programmering van dit nieuwe gebouw en met enthousiasme hebben we samen met hen de Media Park Updates op­gezet. Maar daarnaast organiseert Media Park Beheer geregeld zelf borrels en events, waarvan het curling cup toernooi het hoogtepunt was. Een traditie op het Media Park is gezet! Daarnaast ook veel lof voor Jan Douwe Rekers en zijn team van Hilversum Events. Zij regelen de dagelijkse gang van zaken in de SWITCH en zorgen dat alles en goed georganiseerd aan toe gaat. De SWITCH in 2016 tegen lage kosten te gebruiken. Dus heeft u een event, sessie, brainstorm of perspresentatie die u nu eens niet in uw eigen bedrijf wilt organiseren? Weet dan dat je de SWITCH kunt gebruiken, een creatieve en inspirerende ruimte in het hart van het Media Park! Ik wens u allen een inspirerend en innovatief 2016 toe!

BOB VERBURG Bestuursvoorzitter iMMovator

235


RTL Nederland IMMovator is de initiator van het Hbb-TV platform; een open standaard die televisie combineert met internetdiensten. Dankzij de HbbTV-technologieën is het nu mogelijk om live-uitzendingen te verrijken met extra informatie. Het platform maakt het mogelijk om een grote diversiteit aan diensten te ontwikkelen voor de consument. Om dergelijke ontwikkelingen te stimuleren, is een Nederlandse standaard essentieel. IMMovator heeft zich in het traject om deze standaard te ontwikkelen bewezen als een initiator en een krachtige moderator die de belangen en achtergronden van de verschillende participanten zorgvuldig bewaakt en het proces op gang houdt.

JOHN DE JONG Manager Distribution Cable

SBS Broadcasting De projecten van iMMovator, zoals het Ketenoverleg en HbbTV Forum, zijn waardevol voor SBS. Juist in de tijd dat de digitale transformatie van televisie in volle gang is zoeken we dikwijls samenwerking met bedrijven uit het netwerk van iMMovator voor de ontwikkeling van diensten. Het is belangrijk dat we ons als mediasector gezamenlijk aan de slag gaan met de nieuwe ontwikkelingen. IMMovator is daar een geschikt platform voor. Tevreden kijken we terug op succesvolle projecten; de luidheidsproblematiek op televisie is mede dankzij iMMovator industrie breed opgelost.

JOSBERT VAN ROOIJEN, Manager Broadcast & IT SBS Broadcasting

TNO TNO is een onafhankelijke onderzoeksorganisatie die op basis van haar expertise en onderzoek een belangrijke bijdrage levert aan de concurrentiekracht van bedrijven en organisaties, aan de economie en aan de kwaliteit van de samenleving als geheel. TNO participeert in iMMovator om de concurrentiekracht van de crossmedia-sector te helpen bevorderen. Ons doel is om media-innovaties met en voor media bedrijven te ontwikkelen zodat deze bedrijven zich hiermee kunnen onderscheiden in het veranderende medialandschap. We werken hiertoe intensief samen met iMMovator, onder andere in het HbbTV Forum Nederland, CLICK Media&ICT, Growing Games en Dutch Media Innovators. Verder dragen we bij aan Cross Media Cafés, het Mediapark Jaarcongres en andere events.

NAT HALIE VAN SCHIE Business Developer TNO

Nederlandse Publieke Omroep iMMovator is voor ons een belangrijk platform, voor zowel kennisvergaring als kennisdeling. Via de door hen georganiseerde bijeenkomsten blijven we op de hoogte van ontwikkelingen in het medialandschap die zich buiten ons afspelen. En het geeft ons de mogelijkheid ontwikkelingen binnen de publieke omroep aan geïnteresseerde vakgenoten en/of publiek te presenteren.

236


Over iMMovator

In hun coördinerende rol, met voor ons interessante gremia zoals het Digitaal Ketenoverleg of het HbbTV NL forum, weten ze de industrie in de mediaketen te verenigen. Voor het MKB in de creatieve sector is het een waardevolle aanvulling in het beschikbaar krijgen van middelen voor en hulp bij innovatieprojecten waar wij waar mogelijk aansluiting bij trachten te vinden.

CEES DE BRUIN Directeur Distributie & Uitzending NPO

Beeld en Geluid Beeld en Geluid vervult een belangrijke rol als verbindende plek in het centrum van de media, waar publiek, bedrijfsleven, creatieve industrie, onderwijs en cultuur samen kunnen leren, ervaren en creëren. Met onze opgebouwde kennis, infrastructuur en dienstverlening voor duurzame digitale toegang in Nederland zal Beeld en Geluid de komende jaren een drijvende kracht blijven achter de samenwerking en vernieuwing in de sector. Het intensiveren en aangaan van nieuwe samenwerkingsverbanden met externe partners leverde in 2015 mooie resultaten op. In nauwe samenwerking met 3FM en al zijn dj’s opende in oktober onze tentoonstelling 3FM presents: Your Serious Radio. De inmiddels vertrouwde samenwerking tussen Beeld en Geluid en iMMovator met betrekking tot de Hilversum Media Campus en het jaarlijks terugkerende Media Parkjaarcongres breidde zich dit jaar uit tot een nieuw partnerschap. Zo sloot Beeld en Geluid zich aan bij de ‘Dutch Media Innovators (DMI)’. In het kader van het overheidsprogramma ‘Partners for International Business’ houdt dit consortium zich bezig met het versterken en uitbreiden van activiteiten en kennisdelen richting de VS, met als focusgebied de westkust.

JAN MÜLLER Algemeen Directeur Beeld en Geluid

Provincie Noord-Holland Ook het afgelopen jaar is de stichting iMMovator weer een partner geweest bij de uitvoering van het Innovatiebeleid van de provincie Noord-Holland, vanwege de link met creatieve industrie. Om internationaal onderscheidend te zijn en te blijven in de AV-industrie, is het van belang de ontwikkelingen in de digitalisering en de crossmedia op de voet te volgen. Met iMMovator en haar kennis en netwerk hebben de overheden een belangrijke partner hiervoor. De uitstraling is daarbij breder dan enkel de AV-industrie, maar gaat ook over economische ontwikkeling in zijn algemeenheid.

JAAP BOND Gedeputeerde Economische Zaken Provincie Noord-Holland

HKU (Hogeschool voor de Kunsten Utrecht) HKU (Hogeschool voor de Kunsten Utrecht) onderscheidt zich met hoger onderwijs in de kunsten en de media en is een drijvende kracht in opleidingen en innovatie voor de creatieve industrie. Aan HKU studeren bijna 4000 studenten aan acht schools: Beeldende Kunst, Design, Muziek en Technologie, Games en Interactie, Kunst en Economie, Media, Utrechts Conservatorium en Theater. HKU heeft vier expertisecentra die onderwijs en onderzoek in de verschillende disciplines verbinden.

237


Een diploma van HKU betekent een startkwalificatie op graduate- of postgraduate niveau voor een bekende of nieuwe professionele rol in de culturele sector, media en educatie, en/of andere werkgebieden in de creatieve industrie. Daarbij biedt een opleiding van HKU een meerwaarde door gerichtheid op artistiek-professionele competentie bewust te combineren met gedegen ervaring in het actief omgaan met interdisciplinaire mogelijkheden én innovatieve en multidisciplinaire projectpraktijken. HKU is toekomst- en vernieuwingsgericht. Zij gelooft in het belang van het leggen van verbindingen tussen artistieke en creatieve processen en andere werkgebieden, disciplines en hybride beroepspraktijken. HKU wil haar studenten en medewerkers een stimulerende en ondersteunende leer- en werkomgeving bieden. Het opdoen van onderzoeks- en ondernemerschapservaring in uitdagende praktijksituaties wordt daarbij gezien als noodzakelijk ingrediënt. Zowel met de vorming van zelfstandige, initiatiefrijke en vernieuwende jonge professionals als met het onderzoek dat zij initieert en uitvoert wil HKU een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van bekende, nieuwe en vernieuwende beroepspraktijken in en op de randen van de kunsten.

DÉSIRÉE MAJOOR Vice voorzitter College van Bestuur HKU

Kamer van Koophandel De Kamer van Koophandel is al vele jaren participant van iMMovator. En niet voor niets! De creatieve sector is één van de toonaangevende sectoren als het gaat om versterking van het innovatieve vermogen van Nederland. De KvK speelt hier op in door de organisatie van de KvK Mix&Match Mondays, bijeenkomsten waar ondernemers uit telkens een andere sector worden gekoppeld aan de kennis en kunde van ondernemers uit de creatieve industrie. Deze cross-over sessies leiden tot mooie nieuwe producten/diensten die via de inmiddels vierde editie van Cross Over Works worden verspreid. In deze editie staan cross overs tussen zorg en de creatieve industrie centraal. Ook op het Media Park Jaarcongres hebben adviseurs van de KvK ­ondernemers bijeen gebracht in mix & match meetings. Via de deelname aan het programma Growing Games heeft de KvK game bedrijven van informatie voorzien over diverse vormen van financiering en het bekostigingsstelsel in de zorg. Hierdoor zijn game bedrijven beter in staat toepassingen te ontwikkelen binnen de zorg. De KvK ziet ook voor 2016 veel mogelijkheden in de samenwerking met iMMovator. Boven op de mix & match activiteiten is één van de belangrijke ontwikkelingen in de markt het toepassen van Big Data in de bedrijfsvoering. Onderdeel hiervan is ook het visualiseren van gegevens, waar de kennis van de creatieve industrie een belangrijke rol kan spelen.

FONS SCHOOTST RA Directeur Dienstverlening

GfK GfK is een vooruitstrevend marktonderzoekbureau met vestigingen in meer dan 100 landen en met 13.000 marktonderzoek-experts over de hele wereld. De onderzoeksexpertise van GfK reikt

238


Over iMMovator

over diverse branches heen. Eén ervan is de mediabranche. In deze branche geeft GfK inzicht in de ontwikkelingen op het gebied van crossmediaal mediagebruik, de toename van de mobiele en vaste devices en hun verkoopkanalen zowel online als offline, de ontwikkelingen op social media gebied en het mediabereik en profiel van de gebruikers voor TV, Radio, Internet, de dagbladen en tijdschriften. Deze onderzoeksgegevens delen we graag met de markt. Zodat onze klanten de marktontwikkelingen kennen en weten welke innovaties de meeste kans hebben op succes. iMMovator biedt voor GfK een mooi platform om al deze informatie verder te delen. De samenwerking zorgt voor een versterking van de crossmediasector en voor verdere innovatie binnen de branche.

PAUL VAN NIEKERK GfK Regional Lead Audience Measurement & Insights South West Europe.

Media Academie - focus op impact Media Academie en iMMovator werken intensief samen, zeker daar waar het gaat om kennisdeling, opleidingskunde, innovatie en creativiteit. Voorbeeld hiervan is het partnerschap in de jaarlijkse organisatie van het Mediapark Jaarcongres. Media Academie helpt organisaties in te richten voor de toekomst, om na te denken waar ze voor staan en welk verhaal zij te vertellen hebben. Als geen ander verstaat Media Academie de kunst om de kracht van personen of organisaties snel te duiden en het bijbehorende verhaal te filteren. Maar ook hoe bedrijven hiervoor draagvlak kunnen creëren in de interne organisatie. Ontstaan vanuit het hart van de omroepen weet Media Academie dan ook welke kracht en impact een heldere boodschap heeft die goed wordt overgebracht. Een krachtige boodschap inspireert, informeert, komt over en heeft echt impact. Hoe zorg je ervoor dat een verhaal echt impact heeft? Dat vraagt om gedegen kennis, goed inzicht en de juiste vaardigheden. En hier ligt precies de expertise van Media Academie. Professionals en organisaties krijgen bij ons de juist middelen en ondersteuning aangereikt om te leren: wat de werkelijke boodschap van hun verhaal is hoe het verhaal optimaal verteld wordt hoe het verhaal authentiek en helder overkomt met als resultaat dat het verhaal écht impact heeft. En dit heeft tegelijkertijd een dubbele werking omdat de vertellers inzicht, kracht, zelfvertrouwen en begrip krijgen. Hoe doen we dit? Niet alleen door het geven van advies, training en coaching maar ook doordat we beschikken over de expertise en middelen om verhalen op te nemen en te produceren via uiteenlopende media. Zo beschikken we midden op het Media Park over 2 professioneel ingerichte tv-studio’s met av-specialisten en regieruimten voor het uitzenden van verhalen via radio, tv of internet. Media Academie biedt een ideale omgeving om, onder leiding van professionele trainers, te leren de boodschap helder en goed te vertellen zodat het overkomt en echt impact heeft! Samen met dochteronderneming ‘Mediastages’, vormt Media Academie een belangrijke schakel in het opleidings- en medialandschap voor bedrijven, studenten en (media)professionals.

VICKY KUYK Directeur Media Academie

239


Villa Heideheuvel Villa Heideheuvel is een verrassende locatie op een onverwacht mooie plek, midden in het hart van de omroepwereld. Een inspirerende plek waar veel van de iMMovator bijeenkomsten plaatsvinden en waar Media Academie gehuisvest is. Met 2 professionele en volledig ingerichte TV-studio’s inclusief regie, editor en montage-ruimten en verschillende soorten zalen en torenkamers, is Villa Heideheuvel bij uitstek geschikt voor elke denkbare bijeenkomst of evenement van 2 tot 100 personen. Door slim gebruik te maken van topkwaliteit robotcamera’s, een vernuftig decor en een regie waarin met een kleine multidisciplinaire crew kan worden gewerkt, is het mogelijk om volwaardige televisie leveren binnen financieel bereik. De mensen van Villa Heideheuvel kennen de omroepwereld als geen ander en beschikken over een team aan mediaprofessionals waarmee van elke gewone bijeenkomst, een onvergetelijke bijeenkomst gemaakt kan worden door de toevoeging van media content. Informeer vrijblijvend naar de talloze mogelijkheden die Villa Heideheuvel u kan bieden!

VICKY KUYK Directeur Villa Heideheuvel

Ericsson Broadcast & Media Services Na enkele jaren afwezigheid zijn we sinds dit jaar weer trotse partner van iMMovator. In 2015 hebben we binnen onze organisatie enkele grote transformatie processen afgerond. Via de acquisitie van Technicolor en Red Bee Media is Ericsson Broadcast & Media services een van de grootste facilitaire leveranciers ter wereld. We investeren jaarlijks veel geld in innovatie. Participeren in een initiatief als iMMovator is dan ook niet meer dan logisch voor een bedrijf als Ericsson. IMMovator geeft ons namelijk een fantastisch platform waar we naast het ophalen van mediakennis in breedste zin van het woord ook de verantwoordelijkheid voelen en hebben om onze kennis van markt en technologie te delen. Dat doen we met veel enthousiasme en plezier. Ook in 2016 wacht onze industrie nog voldoende uitdaging. Een platform als iMMovator helpt ook ons om via een gezamenlijk netwerk deze toekomst verder te ontdekken.

RAYMOND LAMPHEN Head of Broadcast & Media Service Benelux at Ericsson

Hogeschool Utrecht De kracht van de creatieve industrie zit in het vermogen om te innoveren en waarde te creëren. Deze kracht wordt steeds breder onderkend en een nauwe aansluiting tussen onderwijs, onderzoek en bedrijven is cruciaal om de potentie en verwachtingen waar te kunnen maken. Hogeschool Utrecht zit met haar opleidingen en onderzoek op het gebied van crossmediale interactie in het hart van de creatieve industrie. Doel is het versterken van de creatieve sector en het realiseren van innovatieve, interactieve, oplossingen met impact voor economische en maatschappelijke vraagstukken. Samen met andere kennisinstellingen, bedrijven en organisaties werken we aan het opleiden van innovatieve, ondernemende en creatieve talenten en het ontwikkelen van nieuwe kennis en praktische instrumenten.

240


Over iMMovator

iMMovator is voor ons een belangrijke schakel naar het bedrijfsleven op het gebied van (cross-) mediaontwikkelingen. We werken gezamenlijk aan de uitvoering van de kennis- en innovatieagenda Media & ICT. De Media Future Week en de Hilversum Media Campus zijn concrete aanknopingspunten om die samenwerking vorm te geven.

LEM VAN EUPEN Directeur Faculteit Communicatie & Journalistiek, Hogeschool Utrecht

United Voor United was 2015 een bijzonder jaar. Wij hebben geweldige projecten mede mogelijk ­gemaakt, van een prachtige editie van Expeditie Robinson tot een historische uitzending van U2 in Bercy Arena. We hebben, zoals vele collega’s in de branche, te maken met een sterk veranderende commerciële omgeving. Internet first wordt steeds vaker als vertrekpunt gehanteerd door klanten. Soms komt onze wens om altijd de hoogste kwaliteit te leveren op gespannen voet te staan met beschikbare budgetten en supersnelle workflows. Zeer interessant vraagstuk vanuit development perspectief. Tegelijkertijd zijn we succesvol geweest met de introductie van onze UHD factory. Van over de hele wereld komen bedrijven naar Hilversum om advies te krijgen over methoden om met UHD materiaal om te gaan. Alleen draaien met dure camera’s levert nog geen immersive media op. Uiteraard gaat het er in 2016 ook weer om spannen, al is het alleen maar omdat we een EK Atletiek, een EK voetbal en Olympische Spelen op de roadmap hebben staan. Naast deze en andere grote projecten gaat de ontwikkeling van slimme workflows en nieuwe business modellen gewoon door. In een aantal gevallen gaat onze focus eerder uit naar groei van de markt, dan naar groei van ons aandeel. Historisch blinken de bewoners van het Media Park niet uit door hun samenwerking. Gelukkig is er iMMovator.

RENÉ DELWEL Directeur United

Gemeente Amersfoort Wij willen de verduurzaming van de stad versnellen door het regionale innovatieklimaat te verbeteren en (duurzame) bedrijvigheid versterken. Op die manier werken we aan een vitale economie waarin versterking van het vestigingsklimaat en een toename van de werkgelegenheid gecombineerd worden met een duurzame ontwikkeling van de stad. Duurzame ontwikkeling betekent voor ons dat er geen sprake is van afwenteling in de tijd (de rekening wordt niet betaald door generaties na ons) of in ruimte (ontwikkeling hier gaat niet ten koste van mensen elders). We willen aansluiten bij initiatieven uit stad en regio (faciliteren en stimuleren). Vanuit een faciliterende en stimulerende rol versterken wij het regionale innovatieklimaat en de beweging naar een duurzame economie. Dit krijgt vorm door samenwerking met ondernemers, kennisinstellingen en organisaties aan concrete projecten in de driehoek economie, innovatie en duurzaamheid.

241


Door samenwerking met organisaties als iMMovator en de Economic Board Utrecht (EBU) werken we aan innovatie en duurzaamheid. De EBU-speerpunten zijn groen, gezond en slim. Dit sluit ook aan op onze kansrijke sectoren ICT, Advies, Zorg en Bouw (de ‘Amersfoortse Ruit’).

YVONNE KEMMERLING Wethouder

Hilversum Mediastad: stad van digitale content creatie Hilversum Mediastad is de motor van de regio. Je vindt alles in onze dynamische stad: omroepen, programmamakers, facilitaire en (post) productiebedrijven, maar ook communicatiebureaus, ICTbedrijven, game developers en opleidingen. We zijn trots op onze bedrijven en hechten veel waarde aan de versterking en de verbreding van deze bloeiende creatieve industrie. De gemeente werkt met een speciaal mediateam verder aan de versterking van de positie en de beleving van Hilversum als Mediastad. De Hilversum Media Campus is in de lucht, de economische ontwikkeling wordt versterkt, het Media Park biedt ruimte voor start-ups, er is meer levendigheid op de creatieve Werf35 en het centrum is beter verbonden met het Media Park door succesvolle evenementen. De lancering van het eerste interactieve scherm op het Stationsplein maakt de ­mediastad permanent zichtbaar. 2015 gaat de boeken in als het jaar waarin de mediasector, samen met Amsterdam, Utrecht en Hilversum voor het eerst de handen ineen sloeg richting het kabinet, vanuit een gezamenlijk perspectief op de ontwikkeling van media en broadcasting naar een toekomst die gericht is op digitale content creatie. Alleen samen kunnen we een krachtige lobby voor een innovatieve sector op gang brengen. Wat ons betreft liggen er volop kansen voor de Mediastad van de toekomst!

PIET ER BROERTJES Burgemeester Hilversum WIMAR JAEGER Wethouder Economie, Media en Cultuur

Media Park Beheer Media Park Beheer heeft een sterke focus op kennisdeling en kennisoverdracht en werkt hierin onder andere samen met iMMovator, waarbij verbindingen worden gelegd en bevorderd via de Cross Media Cafés, het Media Park Jaarcongres en het nieuw ontwikkelde accelerator programma. Tijdens deze events wordt kennis binnen de sector verspreid en delen koplopers uit de industrie hun strategische inzichten. Mediabedrijven zijn steeds meer op zoek naar goed opgeleide mediamakers, die beschikken over actuele kennis en innovatieve skills. Met de komst van de Hilversum Media Campus (HMC) en het MBO College Hilversum, onderdeel van ROC Amsterdam, op het Media Park wordt de campus verder ontwikkeld in het mediahart van Nederland. Wij kijken uit naar de (media)toekomst en naar een verdere, vruchtbare samenwerking met iMMovator.

MARK ACHT ERBERG COO Media Park Beheer

242


Over iMMovator

StreamZilla Streaming video is volwassen geworden. Televisie kijken via internet is definitief doorgebroken. Een volwassen markt vereist ook een volwassen strategie. In een markt waarin distributie een commodity is geworden, verlangt de omroepindustrie naar een speler die ze helpt hun distributie strategie zowel commercieel, operationeel als technisch in te vullen. Met onze diepe integratie met wereldwijde CDN partners en onze unieke MultiCDN propositie is StreamZilla deze strategische partner. Wij bundelen inkoopvolumes en verdelen deze over de CDN partners, waardoor ze hun sales en distributiekosten kunnen verlagen. Naast fors lagere distributiekosten zijn de voordelen voor de omroepen dat ze onafhankelijk worden van één distributieleverancier, dat er realtime wordt gemonitord en geschakeld op basis van beschikbaarheid en performance, en dat alle operationele zorgen om met tal van leveranciers te werken en te integreren uit handen wordt genomen. Wij zijn er trots op dat wij deze rol in Europa vanuit Nederland vervullen en dat Nederlandse omroepen en facilitaire bedrijven in onze branche hier een voorloper in zijn.

ST EF VAN DER ZIEL Directeur, StreamZilla

Hogeschool Inholland Nederland dient zich te onderscheiden als kennisland waarbij de creatieve industrie binnen de Noordvleugel als een belangrijke speerpunt geldt. Het beroepenveld van de creatieve industrie richt zich volgens de bedrijfsindeling van de overheid op het creëren van symbolische betekenis die economische maar ook sociale en culturele waarde heeft. In de opleidingen in het domein Creative Business van Inholland gaat het vooral om de symbolische en belevingswaarde van een product voor de creatieve industrie (een ontwerp, een nieuw concept/product, een communicatieplan, een ontwikkeltraject voor een toeristische bestemming, etc.). Voor ons verwijst “business” derhalve naar het bedrijfsmatig produceren van goederen en diensten waarvan de symbolische betekenis een (relevant) deel van de economische, sociale of culturele waarde uitmaakt. Symbolische betekenis (zoals bijvoorbeeld de manier waarop het imago van een bedrijf is vastgelegd in een brand) en status blijven een bron van waarde en daarmee van vermarkting voor bedrijven. Onze opleidingen bedienen daarmee een specifiek deel van de creatieve industrie: de creatiefzakelijke dienstverlening, media & entertainment en de kunsten (met name muziek). Aangevuld met toerisme, vrijetijds-management en facilitair management, al worden de laatste drie in de regel niet tot de creatieve industrie gerekend. Het gaat echter ook daar om het creëren van symbolische betekenis; vooral in de vorm van ‘experience’ (beleving). Het management van ontwerp- en productieprocessen, business-modellering, vermarkting en distributie van diensten en producten op al deze deelgebieden is vanzelfsprekend nauw aan elkaar verwant. De managers/ondernemers (producenten, muzikanten, adviseurs en ondernemers) die het domein Creative Business opleidt, zullen vooral in deze markt voor symbolische producten een inkomen gaan verwerven. Het “opleidingsprofiel” biedt hen zeer diverse kansen op de arbeidsmarkt: afgestudeerden worden zelf ondernemer of kunnen aan de slag in het midden- en grootbedrijf. Zij worden gewaardeerd om hun ondernemende, creatief-markgerichte drive om nieuwe producten/concepten tot ontwikkeling te brengen en reële waarde toe te voegen in/aan hun professionele omgeving.

243


De aansluiting tussen het bedrijfsleven, de overheid en kennisinstellingen dient nauwkeurig te zijn om talent tot bloei te laten komen en implementatie van het potentieel te bewerkstelligen. Inholland profileert zich bij uitstek als kennisinstelling op de profilerende thema’s duurzaam, gezond en creatief. Wij willen creatieve en ondernemende professionals opleiden die bijdragen aan een wereld waarin mensen zin kunnen geven aan hun leven. In dat licht onderzoeken, ontwerpen, ontwikkelen en vermarkten studenten en docenten (multidisciplinair werkend) nieuwe producten en diensten. Wij richten ons met onze opleidingen op ondernemende, (pro)actieve studenten met aangeboren nieuwsgierigheid en grote interesse voor creatie én het vermarkten van creatieve producten. Zij opereren bij voorkeur in een interdisciplinaire, multiculturele en internationale context én in een inspirerende, dynamische, sociaal bewuste (digitale) internationale leeromgeving. Die leeromgeving bevindt zich binnen, maar ook buiten de fysieke hogeschool-omgeving. Met iMMovator voorziet Inholland in de vraag naar ‘leerwerkbedrijven’ om de professionals van de toekomst goed uit te rusten. Studenten leren spelenderwijs analyseren, innoveren en implementeren nieuwe business concepten voor uiteenlopende opdrachtgevers uit de creatieve industrie. IMMovator is een belangrijke partner om op de as Utrecht, Hilversum, Amsterdam de continue verbinding tussen bedrijfsleven, overheid en kennisinstelling en CLICK NL te faciliteren. Vanuit onze leerwerkbedrijven leveren wij jaarlijks met trots 10 jonge entrepreneurs af. In de toekomst wensen we nog een stap verder te gaan zodat wij ook als incubator een platform bieden voor young professionals. Actuele, innovatieve thema’s in de branche worden via het unieke instrument van Media Future Week en Cross Media Cafés aan onze studenten, docenten en onderzoekers aangeboden.

REGINA VON ST IEGLIT Z Hogeschool Inholland

NHTV Door het verstevigen van de samenwerking met iMMovator versterken we de relatie met de media-industrie. Door actief in het netwerk te opereren kan NHTV tevens snel inspringen op de behoeftes naar innovatie die er leven in de industrie en kunnen onderzoeksonderwerpen adequaat opgepakt worden. De driehoek bedrijfsleven, onderwijs en onderzoek krijgt hierdoor een waardevolle invulling. NHTV Breda is een middelgrote, niet-particuliere instelling voor internationaal hoger onderwijs met vier locaties in Breda. In een crossculturele setting studeren er ruim 7.000 Nederlandse en buitenlandse studenten. NTHV biedt hbo-bacheloropleidingen aan op het gebied van: Games & Media, Hotel & Facility, Built Environment, Logistiek, Toerisme en Vrije tijd. Een unieke master die door NHTV aangeboden wordt is het eenjarige executive programma ‘Master in Media Innovation’. Deze master is het eerste en enige geaccrediteerde masterprogramma in zijn soort in Nederland en streeft ernaar deelnemers aan te sporen verder te kijken dan de oppervlakte van digitale media. In nauwe samenwerking met iMMovator en de gemeente Hilversum is de master in 2014 gestart in Hilversum. In 2015 is de eerste lichting studenten afgestudeerd. Een mijlpaal!

DAPHNE HEEROMA academiedirecteur van de Academy for Digital Entertainment

244


Register

âž”

REGISTER 24i Hans Disch Business Impact..............................................................................P. 123 www.24i.com 3FM Michiel Veenstra Creativity ............................................................................................... P. 74 www.3fm.nl Akamai Jeroen Wijdogen Media Impact ...................................................................................P. 186 Guido Hettema Media Impact ...................................................................................P. 188 Hans Nipshagen Media Impact ...................................................................................P. 186 www.akamai.com Amsterdam ArenA Henk van Raan Creativity ............................................................................................... P. 90 www.amsterdamarena.nl Angry Bytes Marc Veuger Media Impact ...................................................................................P. 182 Media Park Revisited P. 215 www.angrybytes.nl Appromoters Raoul Milhado Business Impact...................................................................P. 130, 133 www.appromoters.com Avi-Drome Jonathan Vermeulen Creativity ............................................................................................... P. 95 www.avi-drome.nl Beeld en Geluid Bouke Huurnink Enabling Technologies ................................................................. P. 19 Roeland Ordelman Enabling Technologies ................................................................. P. 35 Kelly Mostert Creativity ............................................................................................... P. 77 Radha Pleijsant Creativity ............................................................................................... P. 94 Ineke Middag Media Park Revisited ....................................................................P. 216 www.beeldengeluid.nl Broadcast Magazine Jeroen te Nuijl Creativity .....................................................................................P. 79, 101 www.broadcastmagazine.nl Buzzfeed Ben Kreimer Enabling Technologies ................................................................. P. 54 www.buzzfeed.com Changeist Scott Smith Enabling Technologies ................................................................. P. 31 www.changeist.com

Cheezburger Ben Huh Business Impact..............................................................................P. 106 www.cheezburger.com CleverLions Rutger Verhoeven Enabling Technologies ................................................................. P. 33 www.cleverlions.com Control Magazine Matthijs Dierckx Media Impact ...................................................................................P. 183 www.control-online.nl Corrino Media Atilla Meijs Business Impact...................................................................P. 124, 132 www.corrino.com Crowdynews Jeroen Zanen Creativity ............................................................................................... P. 86 www.crowdynews.com Dasym Frank Botman Business Impact..............................................................................P. 115 www.dasym.com De Persgroep Jeroen Verkroost Creativity ............................................................................................... P. 85 www.persgroep.nl Douw&Koren Simon Douw Business Impact..............................................................................P. 136 www.douwenkoren.nl EMansion Ramon Luijten Creativity ............................................................................................... P. 91 www.emansion.nl Enzo Knol Enzo Knol Business Impact..............................................................................P. 114 www.youtube.com/enzoknol ESLGaming Jaap Visser Creativity ............................................................................................... P. 92 www.eslgaming.com Ex Machina Jeroen Elfferich Media Impact ...................................................................................P. 181 www.exmachinagroup.tv Flitsmeister Jorn de Vries Creativity ............................................................................................... P. 87 www.flitsmeister.nl Fontys Hogescholen Eric van Tol Enabling Technologies ................................................................. P. 26 www.fontys.nl

245


Foove Masi Dawoud Creativity ............................................................................................... P. 92 www.foove.nl Gemeente Amsterdam Rijk van Ark Business Impact..............................................................................P. 123 www.amsterdam.nl Gemeente Hilversum Wimar Jaeger Creativity ............................................................................................... P. 73 Media Park Revisited ....................................................................P. 194 www.hilversum.nl GfK Marion Appel Creativity ............................................................................................... P. 80 Liesbeth Nekkers Business Impact..............................................................................P. 111 www.gfk.com/nl

Industrial Design Eindhoven Ben Schouten Media Impact ...................................................................................P. 180 www.tue.nl

Google Matt Cooke Enabling Technologies ................................................................. P. 37 www.newslab.withgoogle.com

Inovum Aad de Jonge Media Impact ...................................................................................P. 152 www.inovum.nl

Google Nederland Jasper de Valk Creativity ............................................................................................... P. 94 www.google.nl

Intel Genevieve Bell Enabling Technologies ................................................................. P. 29 Creativity ............................................................................................... P. 68 Media Impact ...................................................................................P. 141 www.intel.nl

Hilversum Media Campus Hans Lodders Media Park Revisited ....................................................................P. 197 Herman Julsing Media Park Revisited ....................................................................P. 197 Marlies Hakvoort Media Park Revisited ....................................................................P. 197 Katinka Wals Media Park Revisited ....................................................................P. 197 www.hilversummediacampus.nl Hilverzorg Patricia Esveld Media Impact ...................................................................................P. 152 www.hilverzorg.nl Hogeschool Utrecht Heinze Havinga Enabling Technologies ................................................................. P. 34 www.hu.nl ICT doorbraakproject Big Data Gera Pronk Enabling Technologies ................................................................. P. 36 www.doorbraakmetbigdata.nl Ideate Kai KĂśllen Media Impact ...................................................................................P. 170 www.ideate.nl IJsfontein Jan-Willem Huisman Media Impact ...................................................................................P. 182 www.ijsfontein.nl

246

iMMovator Frank Visser Enabling Technologies ......................................................... P. 48, 52 George Freriks Enabling Technologies ................................................................. P. 53 Business Impact..............................................................................P. 128 Ton van Mil Voorwoord .............................................................................................. P. 6 Freek van ‘t Ooster Creativity ............................................................................................... P. 89 Media Impact ...................................................................................P. 158 Mir Wermuth Creativity ............................................................................................... P. 83 Media Impact ...................................................................................P. 179 Bob Verburg Over iMMovator .............................................................................P. 235 www.immovator.nl

IQU.com Simon Usiskin Media Impact ...................................................................................P. 184 www.iqu.com JW Player Jeroen Wijering Business Impact..............................................................................P. 119 www.jwplayer.com Know Cards Tina Aspiala Enabling Technologies ................................................................. P. 62 www.know-cards.com KPN Kjeld Beijer Creativity ............................................................................................... P. 77 Media Park Revisited ....................................................................P. 212 www.kpn.nl KRO-NCRV Elsa Gorter Creativity ............................................................................................... P. 78 Wilko van Iperen Creativity ............................................................................................... P. 84 www.kro-ncrv.nl Limecraft Maarten Verwaest Business Impact..............................................................................P. 125 www.limecraft.com


Register

Little Chicken Yannis Bolman Media Impact ...................................................................................P. 184 www.littlechicken.nl Local Focus Jelle Kamsma Creativity ............................................................................................... P. 85 www.localfocus.nl Marktplaats Robin Schuil Enabling Technologies ................................................................. P. 33 www.marktplaats.nl Media Distillery Joost de Wit Enabling Technologies ................................................................. P. 20 www.mediadistillery.tv MediaMonks Sander van der Vegte Media Impact ...................................................................................P. 185 www.mediamonks.com Mediapark Beheer Mark Achterberg Creativity ............................................................................................... P. 76 Media Park Revisited .........................................................P. 205, 220 www.mediapark.nl MIT Boston William Uricchio Business Impact..............................................................................P. 113 www.web.mit.edu MIT Center for Bits and Atoms Nadya Peek Enabling Technologies ................................................................. P. 59 www.cba.mit.edu MobySocial.tv Anthony van de Veen Enabling Technologies ................................................................. P. 47 www.mobysocial.tv Mojo Concerts A Live Nation Company Marcel Surendonk Creativity ............................................................................................... P. 96 www.mojo.nl NOS Lara Ankersmit Creativity ....................................................................................... P. 74, 81 Media Park Revisited ....................................................................P. 204 www.nos.nl NPO Egon Verharen Enabling Technologies ................................................................. P. 39 Media Park Revisited ....................................................................P. 214 Henk Hagoort Business Impact..............................................................................P. 111 Media Park Revisited ....................................................................P. 210 Joost Negenman Media Impact ...................................................................................P. 182 www.npo.nl

NTR Dirk de Bekker Creativity ............................................................................................... P. 78 Sander Nieuwenhuijsen Creativity ............................................................................................... P. 78 Paul RĂśmer Media Impact ...................................................................................P. 189 www.ntr.nl Nu.nl Jorik Dopmeijer Enabling Technologies ................................................................. P. 14 Joost Bon Creativity ............................................................................................... P. 81 Gert-Jaap Hoekman Business Impact..............................................................................P. 120 www.nu.nl Page Facts Luuk Ex Creativity ............................................................................................... P. 83 www.pagefacts.nl Pebble Martijn ThĂŠ Enabling Technologies ................................................................. P. 61 www.pebble.com Playmatics Nick Fortugno Creativity ............................................................................................... P. 98 www.playmatics.com Prographics Leonie Rotermundt Creativity ............................................................................................... P. 95 www.prographics.nl Prolody Dennis Braunsdorf Creativity ............................................................................................... P. 97 Alexander Mooij Creativity ............................................................................................... P. 97 www.prolody.com PSV Eindhoven Peter Rovers Creativity ............................................................................................... P. 93 www.psv.nl Ross Atkin Ross Atkin Enabling Technologies ................................................................. P. 62 www.rossatkin.com RTL Nederland Geoffrey van Meer Enabling Technologies ................................................................. P. 35 Arno Otto Business Impact..............................................................................P. 111 Patrick Klink Media Park Revisited ....................................................................P. 218 www.rtl.nl Scyfer Tijmen Blankevoort Enabling Technologies ................................................................. P. 15 www.scyfer.nl

247


Spinnin’ Records Eelko van Kooten Business Impact..............................................................................P. 121 www.spinninrecords.com SpotXchange Jeroen Rutte Enabling Technologies ................................................................. P. 24 www.spotxchange.com Sticky Studios Jeroen de Cloe Business Impact..............................................................................P. 124 www.stickystudios.com Tellart Matt Cottam Enabling Technologies ................................................................. P. 58 www.tellart.com The Broadcaster Frank du Mosch Creativity ............................................................................................... P. 88 Jeroen Illy Creativity ............................................................................................... P. 88 www.thebroadcaster.nl The Incredible Machine Marcel Schouwenaar Enabling Technologies ......................................................... P. 60, 64 www.the-incredible-machine.com Tinker Imagineers Nils van Keulen Creativity ............................................................................................... P. 91 www.tinker.nl TNO Ronald Mooij Media Impact ...................................................................................P. 151 Martin Prins Enabling Technologies ................................................................. P. 14 Marijn Rijken Media Impact ...................................................................................P. 160 Paul Valk Creativity ....................................................................................... P. 84, 90 Gerrit Jan Valk Media Impact ...................................................................................P. 160 www.tno.nl Trendwatching.com David Mattin Business Impact..............................................................................P. 110 www.trendwatching.com Tuvalu Media Tim Beudel Media Park Revisited ....................................................................P. 208 www.tuvalu.nl United RenÊ Delwel Media Park Revisited ....................................................................P. 206 www.united4all.nl Universiteit Utrecht Arno Siebes Enabling Technologies ................................................................. P. 18 www.uu.nl

248

Universiteit van Amsterdam Maarten de Rijke Enabling Technologies P. 13 Ed Peelen Enabling Technologies ................................................................. P. 22 www.uva.nl Van Ons BV Bas van der Lans Creativity ............................................................................................... P. 94 www.van-ons.nl Veejays.com Hidde Kross Creativity ............................................................................................... P. 93 Michelle van Mil Business Impact..............................................................................P. 122 www.veejays.com Viacom Maarten van Oeveren Creativity ............................................................................................... P. 76 www.viacom.com Vice Sjoerd Raaijmakers Creativity ............................................................................................... P. 82 www.vice.com Viedit Herbert ten Have Creativity ............................................................................................... P. 75 www.viedit.com VPRO Geert-Jan Bogaerts Business Impact..............................................................................P. 117 www.vpro.nl VRT Koen Meyskens Business Impact..............................................................................P. 125 www.innovatie.vrt.be yellowBird Jan Albert Jager Creativity ............................................................................................... P. 95 www.yb.com Yocter Godfried van Loo Enabling Technologies ................................................................. P. 32 www.yocter.com Zentrick Frederik Neus Business Impact..............................................................................P. 125 www.zentrick.com ZevHas Lab Pieter Hasenaar Media Impact ...................................................................................P. 157 www.zevhaslab.nl Zoomin.tv Jan Riemens Business Impact..............................................................................P. 117 www.zoomin.tv



In dit trendboek geeft iMMovator aan de hand van de thema’s technologie, creativiteit, Business impact en Media impact de belangrijkste ontwikkelingen en activiteiten van 2015 weer, met een blik naar 2016. Het jaar 2015 was het jaar van het vergaren van big data om producten te verbeteren en aanbevelingssystemen te creëren. Meer manieren om online content te consumeren komen via onder andere Play van KPN, Videoland en AppleTV. Omroepen zoeken de gebruiker op door middel van second screen apps om meer interactie te realiseren. Het imago van Internet of Things evolueert van ‘techy’ niche naar mainstream met producten die smart living toegankelijker maken. 2015 is ook het jaar waarin cross-over projecten gerealiseerd worden tussen de gezondheidszorg, games en educatie. En het jaar waarin video optimalisatie een grote rol speelt met begrippen als UHD, HDR, 4k en 8k. Duurzaamheid zal in 2016 een grotere rol gaan spelen. Een aantal organisaties op het Media Park gaan zich onder de naam Media Groen inzetten voor het verduurzamen van de broadcast- en media industrie op ecologisch, economisch en sociaal terrein. Kortom, een innovatief jaar met veel potentiële innovaties in zicht.

Ketenoverleg

Digitale Televisie

- Monitor Digitale

TV in Nederland

derde kwartaal

2011

1

op

kwartaal

2011

Trends

en onTwikke 2010-2011 in crossme ediTie

Versie december

20-01-12

18.0 2011

16:10

omic s - Cover.indd

1-3

Cross

cover_jaarboek_2010_plano_def.indd

in Cijfers

S-PrePress-iMMovator

Cross Cross

Media

Media

Monitor

2012

D I A M E t / m 1 6

1

Media

update

Media

Week mei 2011 Future t/m 19

Televisie rleg Digitale

2011 3 kwartaal

Ketenove e

ngen onTwikkeli edia Trends en in crossm -2011 ediTie 2010

• ediTie 2010-2

co n re - e - Jaarboek 12002

2

2008) (januari immovaTor: van 2007-2008 (januari 2009) editie uiTgaven 2010) in crossmedia, editie 2008-2009 (januari crossmedia, editie 2009-2010 ieder kwartaal) en ontwikkelingen in 2007 • Trends crossmedia, september en ontwikkelingen in (vanaf • Trends en ontwikkelingen Televisie 2006) Digitale • Trends 2006 (december 2008) • Kwartaalmonitor Monitor Media 2008 (juni 2010) • Cross Monitor Media 2010 (juni 2006) • Cross Monitor (juni Media • Cross in Verbindingen • Investeren

andere

derde

editie 201

op

movaTor.nl

immovaTor

edia n in crossm

is te vinden

Nederland

onTwikkelinge

informatie

www.immovaTor.nl

TV in

2011

• Trends en

Meer

18.0 2011

Digitale

Televisie

immovaTor

crossmediasector het gevolgd werd, 2010-2011 Nederlandse Dagen en in de ediTie de 3D gelanceerd Cafés, de iPad ontwikkelingenMedia waarin in crossmedia, de relevante zoals de Cross het jaar kwam van 2010, gingen op gang mate aan bod. een overzicht evenementen, thema’s nog langzaam toenemende en onTwikkelingen geeft bestond! maar georganiseerde zich in 10 jaar verschillende in crossmedia in 2010 precies komen de bioscopen en de media door iMMovator Network nam in en ontwikkelingen van de netwerken crossmediasector Media vlucht en onderzoeken hand in de Trends Cross 3D een via sociale projecten Aan de waarin in 2010. kan delen waarin iMMovator ontwikkelingen Het jaar Jaarcongres, elkaar van de het jaar Mediapark andere tablets. je alles met overzicht – ook 2010 een boeiend door diverse Het jaar waarin en diensten. biedt veranderen! op televisie.lokale content in crossmedia kunnen markt op richten 2011 de die in en ontwikkelingen trends Trends in prille en inzicht

Trends

Versie december

16:10

11:36

- Monitor

3 kwartaal

is te vinden

ia • editie 2011-201

uTu gy - F 12:56

elingen in crossmed

a on crossmedi en onTwikkel 2010-2011 in ediTie

20-01-12

23-01-12

Televisie

Digitale Ketenoverleg e

1

23/07/13

Meer informatie

www.im Digitale Ketenoverleg

1

Cross

Almere May 2013

ontwikkeli trends en in crossmedia 1-2012

Editie 201

dia

tor immovang en

sector e crossmedia in gen in de Nederlands Dagen en het ontwikkelin onTwikkelingen Cafés, de 3D werd, gevolgd van de relevante Trends en Cross Media iPad gelanceerd geeft een overzicht en, zoals de jaar waarin de evenement gen in crossmedia bod. 2010, het georganiseerde e thema’s aan Trends en ontwikkelin op gang kwam de door iMMovator n komen verschillend de hand van maar nog langzaam e mate gingen onderzoeke in 2010. Aan zich in toenemend nam in de bioscopen , projecten en en de media 3D een vlucht 10 jaar bestond! Mediapark Jaarcongres Het jaar waarin via sociale netwerken Network precies andere tablets. Cross Media sector in 2010 elkaar kan delen door diverse je alles met waarin iMMovator gen in de crossmedia Het jaar waarin – ook het jaar de ontwikkelin op televisie. diensten. 2010 overzicht van content en een boeiend lokale op biedt richten ! gen in crossmedia kunnen veranderen Trends en ontwikkelin die in 2011 de markt prille trends en inzicht in

trends en ontwikk

n o lo

2008) (januari immovaTor: van 2007-2008 (januari 2009) editie uiTgaven 2010) in crossmedia, editie 2008-2009 (januari crossmedia, editie 2009-2010 ieder kwartaal) en ontwikkelingen in 2007 • Trends crossmedia, september en ontwikkelingen in (vanaf • Trends en ontwikkelingen Televisie 2006) Digitale • Trends (december 2006 • Kwartaalmonitor Monitor (juni 2008) Media 2008 • Cross Monitor (juni 2010) Media 2010 • Cross Monitor (juni 2006) Media • Cross in Verbindingen • Investeren

andere

2010-2011

Tech

13 - 16

1 MFW13_boekje_A5.indd

11 ediTie 2010-20 crossmedia,

Ontwikkeli Trends en in Crossmedia 2-2013

r.nl

2012-2013

Network,

• ediTie

Media

Trends

2011-2012

Week 2011 19 mei Future 16 t/m

Hilversum Cross iMMovator

edia, ediTie

Tor immova lingen

in crossmedia

2010-2011

Media

update

2011

en onTwikkelingen

editie

2011-2012

• ediTie

Media

2011 Monitor versie Media compacte

K E E E W 1 1 U R 2 0 U T i A F m e D I 1 9 M E m t / 1 6

n l k . e e e w u r u t a f d i m e w. w w

or

ingen ia en ontwikkel in crossmed

op

2010-2011

in crossmedia

Cross

kwartaal

• Trends

is te vinden

• editie

en onTwikkelingen

Cross

derde

• ediTie

18.0 Versie 2011 december

2008) (januari immovaTor: 2007-2008 (januari 2009) van editie 2010) 2008-2009 (januari uiTgaven 2011) in crossmedia, editie 2009-2010 (januari in crossmedia, editie 2010-2011 ieder kwartaal) en ontwikkelingen crossmedia, editie 2007 • Trends en ontwikkelingen in crossmedia, september • Trends en ontwikkelingen in (vanaf • Trends en ontwikkelingenTelevisie (juni 2011) Digitale 2006) • Trends sfeerimpressie (december Week • Kwartaalmonitor 2006 Future 2008) (juni Monitor • Media 2008 Media 2010) (juni Monitor • Cross 2010 2011) Media Monitor • Cross (november 2006) Media (juni Update • Cross Media 2011) • Cross in Verbindingen (september • Investeren DataCapital • Almere

Nederland

immovaTor

trends

informatie

www.immovaTor.nl

2014-2015

3 kwartaal

16:10 20-01-12

editie 2008-2009 (januari kwartaal) editie

1

cover_jaarboek_2010_plano_def.indd

andere

TV in

2011

DIA • EDITIE

Meer

in crossmedia

kwartaal

Nederland

2011

Ketenoverleg e

2010-2011 onTwikkelingen ediTie in crossmedia

immovaTor:2007-2008 (januari 2010)

(vanaf 2006) • Trends en ontwikkelingen Televisie • Trends en ontwikkelingen Digitale (december 2008) 2006 • Trends (juni Monitor 2008 2010) • Kwartaalmonitor (juni Media Monitor 2010 (juni 2006) • Cross Media Monitor • Cross Media in Verbindingen • Cross • Investeren

Week

Digitale

Televisie

in crossmedia

TV in

Televisie

en ontwikkelingen

Digitale

• trends

en Trends

• Trends

gevolgd

2008) (januari 2009)

van

ieder uiTgaven in crossmedia, editie 2009-2010 2007 crossmedia, andere ontwikkelingen in september in crossmedia, en

Future

- Monitor

3 kwartaal

en onTwikkelingen

immovaTor

16

2011 Monitorversie Media compacte

E K W E R E T U 0 1 1 F U i 2 m e 1 9

cover_jaarboek_2010_plano_def.indd

011

aar) af 2008, jaarlijks) 11, jaarlijks)

informatie

www.immovaTor.nl

immovator

derde Digitale - Monitor Televisie Digitale Ketenoverleg

1

immovaTor

Meer

immovat

crossmediasector het gevolgd werd, Nederlandse Dagen en 2010-2011 in de de 3D ediTie gelanceerd Cafés, de iPad ontwikkelingenMedia waarin relevante de Cross in crossmedia, het jaar kwam zoals van de 2010, gingen op gang mate aan bod. een overzicht evenementen, thema’s nog langzaam toenemende en onTwikkelingen geeft bestond! maar georganiseerde zich in 10 jaar verschillende in crossmedia in 2010 precies komen de bioscopen en de media door iMMovator Network nam in en ontwikkelingen van de crossmediasector netwerken Media vlucht en onderzoeken hand in de Trends Cross 3D een via sociale projecten Aan de waarin kan delen waarin iMMovator in 2010. ontwikkelingen Het jaar Jaarcongres, elkaar van de het jaar Mediapark andere tablets. je alles met overzicht – ook 2010 een boeiend door diverse Het jaar waarin en diensten. biedt veranderen! op televisie.lokale content in crossmedia kunnen markt op 2011 de richten die in en ontwikkelingen trends Trends in prille en inzicht

Trends

2011

en Ontwikkelingen

www.immovaTor.nl

crossmediasector werd, en het Dagen gelanceerd Nederlandse de 3D in de de iPad Cafés, 2010-2011 Media jaar waarinkwam gingen ediTie ontwikkelingen mate de Cross2010, het op gang bestond! de relevante zoalsaan bod. van langzaam in 2010 10 jaar in toenemende in crossmedia, zich thema’s maar nog evenementen, precies overzicht media een crossmediasector Network geeft en de verschillende in de georganiseerde de bioscopen Media komen nam in onTwikkelingen netwerkenCross en in crossmedia iMMovator vlucht via socialeiMMovator de door en onderzoeken de ontwikkelingen 3D een delen van van waarin kan en ontwikkelingen hand jaar projectenjaar waarin overzicht het elkaar Trends Aan de Het met – ook boeiend Jaarcongres, tablets. je alles in 2010. 2010 een veranderen! andere waarin diensten. biedt Mediapark kunnen en diverse Het jaar door de markt content in crossmedia in 2011 op televisie. op lokale die richten en ontwikkelingen trends in prille Trends op en inzicht vinden is te

Trends

Media

Televisie

Digitale Ketenoverleg e

or immovaT ingen

• Trends

Trends

16:10

11:36

immovaTor

beurzen on internationale en Video en was van grote op meer succes thema 2011-2012 groot waarin TV, hét een glasvezel. ediTie Het jaar Connected of Holland’ “Trends aanleggen: doorbreken. Voice ook van ‘The moet in crossmedia, Maar de toekomst aankondigde.en inzicht nog van format in 2011 de tablets. eigenlijk jaar van omroepbezuinigingen het crossmediale is het in Nederland telecomnetwerken en onTwikkelingen crossmediasector grote 2011 waarin maar in de de nieuwe kabinet van 3D, Het jaar geworden, en het is het jaar en de IBC. ontwikkelingen was graafmachines toesloeg van de 2010 Show eens big business met NAB mannen crisis nog overzicht als de de Netwerk. internationaal een boeiend in Nederland Media Demand jaar waarin geeft Cross veranderen! plaatsen ook het meer was kunnen in Crossmedia” van iMMovator 2011 de markt Maar uitgave 2012 is een die in en Ontwikkelingen trends in Crossmedia in prille

Trends

20-01-12

23-01-12

Digitale

www.im movaTo

Ketenoverleg

1

DIA • EDITIE

2010-2011 in crossmed ediTie

4-2015

ELINGEN IN CROSSME

en

Editie 201

ELINGEN IN CROSSME

Trends

tor iMMovang en

2011-2012

ale beurzen internation on van grote en Video TV, hét thema succes was van Connected een groot meer en onTwik Maar ook waarin op of Holland’ n. Het jaar ‘The Voice Trends en van de tablets. : glasvezel. iale format is het jaar moet doorbreke aanleggen 3D, 2011 het crossmed eigenlijk nog de toekomst het jaar van de. “Trends jaar waarin Nederland 2010 was twerken van n aankondig , maar in de IBC. Het telecomne zuiniginge Show en is geworden 2011 en inzicht de nieuwe als de NAB grote omroepbe iasector in aal big business met graafmachines crossmed en het kabinet mannen ngen in de Demand internation eens toesloeg in Nederland van de ontwikkeli de crisis nog meer plaatsen jaar waarin boeiend overzicht was ook het ia” geeft een Maar 2011 n! ingen in Crossmed kunnen verandere Netwerk. en Ontwikkel de markt r Cross Media die in 2012 trends iMMovato van in prille ia is een uitgave ingen in Crossmed Ontwikkel Trends en

in crossm kelinge n

TRENDS EN ONTWIKK

TRENDS EN ONTWIKK

ngen Ontwikkeli Trends en in Crossmedia

immovator •

Rift komen. Oculus op niet na te grond 2012-2013 de beeldbuis zijn belofte elen uit de passingen device lijkt EDIA, EDITIE paddensto leven internettoe e nieuwe de doorbraak diensten als IN CROSSM tor nieuw elbelovend ) TV, waarmee het jaar van waarin VOD KELINGEN dat de uitgeefsec rden vele 2012 was ook ook het jaar op je (connected worden de EN ONTWIK van Blendle, kt. 2014 is van HbbTV? e, tablet en 2012 introducee meer en meer en TRENDS jaar worden afleiden. In op je smartphon platforms van de doorbraak de kaart in 2014 en , zal 2013 het n het jaar op of juist de aandacht met hun second screen de apps. Apps van de omroepen zet zichzelf het jaar van aal ma’s verrijken, gezien door vol innovatie! Style’ het record 2012 was internation . Digital Design . Een jaar die tv-program scoorden en ‘Gangnam wordt als kansrijk afvraagt passingen ook daarbuiten se bedrijven online formats schermtoe industrie zich in dit trendboek komen. HbbTV strie, maar teren met en Nederland iMMovator screen’, tweede en de advertising mediabestedingen. passingen te experimen capital geeft omarmde van ‘Second schermtoe s en human n en dalende amakers begonnensocial media compleet a’s hun tweede crossover zuiniginge programm radio programm ness impact, jaar waarin toekomst. crisis, omroepbe de Het jaar waarin 2012 , ook vol innovatie! e. 2012, het jaar van de blik naar iasector in budgetten ooit verbrak. technologi was ook het eer, met een crossmed ovator.nl de druk op YouTube video Maar 2012 www.imm ngen in de de toenemen petto heeft. best bekeken Network, van de ontwikkeli voor hen in gen en ondanks r Cross Media overzicht de toekomst sche vernieuwin wat iMMovato boeiend van een ave ia’ geeft veel technologi n! Een jaar met ingen in Crossmedmarkt kunnen verandere Ontwikkel de Netwerk. ‘Trends en die in 2013 r Cross Media in prille trends van iMMovato en inzicht uitgave ia is een ingen in Crossmed Ontwikkel Trends en or ovator.nl immovaT ingen www.imm ia onTwikkel on

IMMOVATOR •

iMMovator

IMMOVATOR •

2014-2015 DIA, EDITIE

n l e k . e w e t u r a f u e d i w.m w w

iMMovator

iMMovator

Cross

Media

Network,

Cross

Media

Network,

Hilversum

Hilversum

TOR:

N VAN IMMOVA (januari 2008) ia, editie 2007-2008 (januari 2009) gen in crossmed ia, editie 2008-2009 (januari 2010) en ontwikkelin • Trends gen in crossmed ia, editie 2009-2010 (januari 2011) en ontwikkelin • Trends gen in crossmed ia, editie 2010-2011 (december 2012) en ontwikkelin • Trends gen in crossmed februari 2012) ia, edtiei 2011-2012 r 2007 tot en ontwikkelin • Trends gen in crossmed kwartaal van septembe en ontwikkelin • Trends Televisie (ieder onitor Digitale ssie (juni 2011) • Kwartaalm Week sfeerimpre ssie (juni 2012) • Media Future Week sfeerimpre r 2006) (decembe • Media Future 2006 Monitor (juni 2008) • Cross Media Monitor 2008 (juni 2010) • Cross Media Monitor 2010 (juni 2012) • Cross Media Monitor 2012 r 2011) • Cross Media Update (novembe 2006) • Cross Media en (juni in Verbinding r 2011) • Investeren al (septembe DataCapit • Almere

ANDERE UITGAVE

Tor:

n van immova (januari 2008) a, editie 2007-2008 2009) gen in crossmedi editie 2008-2009 (januari a, 2010) en ontwikkelin • Trends gen in crossmedi editie 2009-2010 (januari a, 2011) en ontwikkelin • Trends gen in crossmedi editie 2010-2011 (januari a, kwartaal) en ontwikkelin • Trends gen in crossmedi september 2007 ieder en ontwikkelin • Trends Televisie (vanaf onitor Digitale ssie (juni 2011) • Kwartaalm Week sfeerimpre r 2006) (decembe • Media Future Monitor 2006 (juni 2008) • Cross Media Monitor 2008 (juni 2010) • Cross Media Monitor 2010 r 2011) • Cross Media Update (novembe 2006) Media • Cross en (juni in Verbinding r 2011) • Investeren l (septembe DataCapita • Almere

andere uiTgave

n andere uiTgave

or: van immovaT

(januari 2008) , editie 2007-2008 (januari 2009) gen in crossmedia ontwikkelin , editie 2008-2009 • Trends en (januari 2010) gen in crossmedia ontwikkelin , editie 2009-2010 • Trends en ieder kwartaal) gen in crossmedia ontwikkelin september 2007 • Trends en Televisie (vanaf nitor Digitale • Kwartaalmo (december 2006) Monitor 2006 • Cross Media (juni 2008) Monitor 2008 • Cross Media (juni 2010) Monitor 2010 • Cross Media n (juni 2006) in Verbindinge • Investeren

Versie 18.0

december 2011

05-01-15

16:28

30-11-12

18:16

23-01-12

11:36

20-01-12

dd 1-3

2012_cover.in ovator jaarboek

00_12056_iMM

Jaarboek Movator -

- Cover.indd

16:10

1-3

12002 S-PrePress-iM

ef.indd 1

_2010_plano_d

cover_jaarboek

re Week

T e c h n o lo

Media Futu

omi re - econ gy - FuTu cs

Almere 2013 13 - 16 May

23/07/13 12:56

_A5.indd 1

MFW13_boekje

ANDERE UITGAVEN VAN IMMOVATOR: • • • • •

Monitor Creatieve Industrie (November 2014) Cross Media Monitor (2006 – 2012 iedere twee jaar) Trends en Ontwikkelingen in Crossmedia (vanaf 2008, jaarlijks) Media Future Week sfeerimpressie (vanaf 2011, jaarlijks) Diverse whitepapers i.s.m. TNO (vanaf 2012)

IMMOVATOR • TRENDS EN ONTWIKKELINGEN IN CROSSMEDIA • EDITIE 2015-2016

TRENDS EN ONTWIKKELINGEN IN CROSSMEDIA, EDITIE 2015-2016

iMMovator

Trends en Ontwikkelingen in Crossmedia Editie 2015-2016


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.