Trends en ontwikkelingen in crossmedia geeft een overzicht van de relevante ontwikkelingen in de Nederlandse crossmedia sector in 2009. Aan de hand van de door iMMovator georganiseerde evenementen, zoals de Cross Media Cafés, de HD Dagen en het Mediapark Jaarcongres, projecten en onderzoeken komen verschillende thema’s aan bod. 2009, het jaar waarin heel Nederland gebruik begon te maken van mobiele diensten, HDTV zich langzaam verder ontwikkelde, digitale archieven springlevend zijn en serious health gaming de belofte voor 2010 werd. Trends en ontwikkelingen in crossmedia biedt een boeiend overzicht van de ontwikkelingen in de crossmedia sector in 2009 en inzicht in prille trends die in 2010 de markt kunnen veranderen!
Meer informatie is te vinden op
WWW.IMMOVATOR.NL
ANDERE UITGAVEN VAN IMMOVATOR: • Trends en ontwikkelingen in crossmedia, editie 2007-2008 (januari 2008) • Trends en ontwikkelingen in crossmedia, editie 2008-2009 (januari 2009) • Cross Media Monitor 2006 (december 2006) • Cross Media Monitor 2008 (juni 2008) • Kwartaalmonitor Digitale Televisie (vanaf september 2007 ieder kwartaal) • Investeren in Verbindingen (juni 2006)
IMMOVATOR • TRENDS EN ONTWIKKELINGEN IN CROSSMEDIA • EDITIE 2009-2010
TRENDS EN ONTWIKKELINGEN IN CROSSMEDIA, EDITIE 2009-2010
IMMOVATOR TRENDS EN ONTWIKKELINGEN IN CROSSMEDIA EDITIE 2009-2010
IMMOVATOR TRENDS EN ONTWIKKELINGEN IN CROSSMEDIA EDITIE 2009-2010
iMMovator Cross Media Expertisecentrum is mede gefinancierd met steun van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling van de Europese Commissie.
02
iMMovator Cross Media Network
Inhoudsopgave Trends en ontwikkelingen in crossmedia
Voorwoord . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 05 Door Ton van Mil
Hoofdstuk 1. Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 07 Cross Media Café over mobiel
Hoofdstuk 2. Aflevering: Digitale tv
..........................................................................................
21
Cross Media Café over digitale tv
Hoofdstuk 3. Aflevering: HDTV. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31 De Nederlandse HD Dagen
Hoofdstuk 4. Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49 Cross Media Café over digitale archieven
Hoofdstuk 5. Toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61 Het Mediapark Jaarcongres
Hoofdstuk 6. BreedNet . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 81 Innovatiever, sneller, voordeliger
Hoofdstuk 7. Dutch Media Hub . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 87 Digital Gateway to Europe
Hoofdstuk 8. Nieuw seizoen, nieuwe plannen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 93 Cross Media Zomercafé over nieuwe crossmediale plannen van de omroepen
Hoofdstuk 9. Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 101 Cross Media Café over media en uitvinders
Hoofdstuk 10. Games en Zorg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 111 Cross Media Café op locatie: Game in the City
Hoofdstuk 11. Crossmedia marktontwikkelingen: de nieuwste cijfers
........
119
Cross Media Café over trends en ontwikkelingen
Hoofdstuk 12. Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 127 Netwerkorganisatie, expertisecentrum, projectbureau
Register
..................................................................................................................................................
138
Colofon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 144
Inhoudsopgave
03
04
iMMovator Cross Media Network
Voorwoord Door Ton van Mil Voor u ligt de derde editie van ons jaarboek ‘Trends en ontwikkelingen in crossmedia’. Wederom zijn onze vakgenoten bereid gevonden hun inzichten met ons te delen. En dat niet alleen op onze evenementen of binnen de projecten maar ook in deze uitgave. Daarmee bereikbaar voor eenieder en tijdloos geworden door ze aan papier toe te vertrouwen. Op uw verzoek geven we in deze uitgave voor het eerst een korte toelichting op de thema’s die aan de orde komen en weven er een rode draad doorheen. Een traditie is gezet! Trends en ontwikkelingen in crossmedia is een blijvende publicatie geworden. Van en voor U. We hebben nu een vol jaar crisis achter ons. Een crisis is altijd oneerlijk. Degene die niet wordt getroffen kijkt vaak verbaasd en soms onverschillig naar de effecten. Degene die wel wordt getroffen is zuur. De scheidslijn in onze sector tussen wel of niet geraakt is dun en behalve voor de structurele problemen in de print en reclamesector erg van toeval afhankelijk. Onze sector toont zich veerkrachtig en onomkeerbaar is de succesvolle werkvorm van de kleine zelfstandige, soms als zzp’er maar ook als kleine MKB-er. Dankzij de verworvenheden van internet en breedbandnetwerken, zoals het door iMMovator geïnitieerde BreedNet zijn kleine bedrijven steeds meer in staat grote dingen te doen. Dat geeft een nieuwe beweeglijkheid in de sector en nieuwe dynamiek in de kleinere steden rondom de metropool Amsterdam. We zien een toenemend ondernemerschap in Haarlem, Amersfoort en ook Almere begint vanuit een ICT perspectief aan te sluiten bij de traditioneel in Amsterdam en Hilversum gevestigde media-industrie. Media groeien nog steeds en sneller in belang in de creatief zakelijke dienstverlening. Ook hier slaagt (weet) de zzp’er meer en meer positie te kiezen. Kleinschaligheid wordt door de afnemers niet meer gezien als een potentieel risico in continuïteit maar gewaardeerd als flexibiliteit, kosteneffectief en value for money. Nederland went mede dankzij de crisis snel aan het idee dat medewerkers niet in dienst hoeven te zijn maar prima vanuit hun zelfstandigheid hun diensten kunnen leveren. 2010 wordt HET jaar voor ondernemerschap, aangemoedigd door de voorbije crisis!
Ton van Mil
Klein ondernemerschap bergt ook het risico van versnippering in zich en minder oriëntatie op internationale groeikansen. Nieuwe samenwerkingsvormen zijn nodig om de sector internationaal op de kaart te zetten en te houden. IMMovator speelt hier op in met het project Dutch Media Hub maar ook met het organiseren van gezamenlijke aanwezigheid op internationale beurzen. Inmiddels wordt breed erkend dat de crossmedia industrie groeit in belang voor de internationale positie van Nederland. Dat heeft zich vertaald naar extra financiering voor onze activiteiten door de Europese Unie. IMMovator kan hiermee haar activiteiten voor de sector intensiveren. Daarbij zoeken we nog nadrukkelijker de samenwerking met u als individu, kleine ondernemer, groot bedrijf of netwerkorganisatie. Nieuwe coalities zijn nodig, laten we die gaan smeden! Veel leesplezier. Ton van Mil Directeur iMMovator Cross Media Network
Stand Dutch Media Hub op IBC
Voorwoord
05
06
iMMovator Cross Media Network
1. Mobiele media Cross Media CafĂŠ over mobiel Cross Media CafĂŠ over mobiele Media Datum: 10 februari 2009 Locatie: studio 31, Media Park Hilversum Samenvatting en PowerPoint presentaties: http://www.immovator.nl/cross-mediacafe-10-februari 490 inschrijvingen
Hoofdstuk 1. Mobiele Media
07
1. Mobiele media inleiding door Peter Olsthoorn
Mobiele markt brengt weer een complete verrassing Na het veel te late succes van sms, het slecht aanslaan van mms, de mislukking mobiele portalen en van open mobiel internet toont de mobiele markt wederom een grote verrassende wending. Makers van mobiele besturing zetten de toon met de nieuwe poging om mobiel internet tot een succes te maken. En het lukt, met Apple die de toon zet met iPhone. Eerst nog een mislukking. Op het Cross Media Café mobiele media begin februari 2009 werd Blyk aangekondigd: gratis mobiele telefonie voor bellers die veel reclame willen ontvangen op grond van hun interesseprofiel. Een jaar later op de website: “Blyk is het gratis mobiele netwerk voor jongeren. Blyk verbindt jou met je favoriete merken en geeft je elke maand gratis sms’jes en belminuten. Blyk komt binnenkort ook naar Nederland.” Vragen naar de e-mail adressen geven slechts foutmeldingen terug. In september 2008 was de eerste presentatie van Blyk al. Geveld door ‘de crisis’, wellicht? Vodafone moet Blyk proberen te redden in 2010. De economische recessie was van invloed op de omzet uit het mobiel bellen, maar niet in ernstige mate. Het was een boeiend jaar 2009 voor de mobiele markt. Dat was vooral te danken aan de doorbraak van mobiel internet.
Pad met doornen De doorbraak kwam, in retrospectief, op een totaal onverwachte wijze. Net als eerder het geval was met sms. Het korte tekstbericht was oorspronkelijk ontworpen voor technische signalen in het mobiele systeem. Nadat met vooral Duitse, Noorse en later Britse inbreng van technici het versturen van sms tussen toestellen was gestandaardiseerd, duurde het nog jaren alvorens het gebruik ervan werd opgepikt door het publiek. Onwetendheid kwam mede door laksheid van telecomaanbieders. Eind goed al goed, 2,5 miljard personen, zo’n driekwart van de mobiele bellers, verstuurt sms. In 2008 kreeg de Fin Matti Makkonen nog een prijs voor de uitvinding die zo’n groot, hoewel onbedoeld, succes werd. Het intikken van 140 tekens stond zelfs aan de basis van het succesvolle Twitter.
08
mislukte, op een paar uitzonderingen na, zoals e-mail met de Blackberry. Een tweede reden vormde de moeilijke instelling van toestellen voor het mobiele internet. Daarop poogden aanbieders hun eigen mobiele diensten eenvoudiger te presenteren. Die ‘ommuurde tuinen’ heetten Vodafone Live, T-Mobile T-Zones en Orange World. KPN ging nog een stap verder met een heel aparte technologie voor mobiele data: i-mode. Dit alles faalde jammerlijk. Ondertussen kwamen aanbieders van websites in verzet met een roep om ‘Open Mobile’. Ook Nederland kreeg een pressiegroep onder die naam. Die eisten dat genoemde aanbieders een open standaard mobiel internet gingen hanteren in plaats van hun eigen portalen. Dat was ook een geldkwestie want ‘contentaanbieders’ kregen bijna niets van de toch al schaarse opbrengsten. T-Mobile ging het eerst moedig overstag en presenteerde trots een smartphone met een open browser en aangepaste websites van Nu.nl en Google. Nu kon mobiel internet echt beginnen, zo luidde de boodschap. Maar nog lukte het niet. De honderden verschillende toestellen, met elk eigen instellingen, vormden nog steeds een te grote hobbel. Ook de makers van besturingsystemen voor mobiel, Symbian (Nokia) en Microsoft (Windows Mobile) faalden in hun pogingen gebruiksvriendelijkheid te laten prevaleren. Alleen nerds konden mobiel internetten.
Daar is de iPhone Apple kondigde begin 2007 de iPhone aan en halverwege 2007 was de introductie in de VS daar. Europa moest nog een half jaar wachten. De hype rond ‘Dé uitvinding van 2007’ (Time) bleek terecht. Ofschoon het toestel kampte met tragische korte batterijduur en eerst zelfs ongeschikt was voor umts, was de ervaring met mobiel internet op de iPhone fenomenaal. Eindelijk was het gebruik eenvoudig.
Mobiel internet is al jaren een grote belofte. Die leverde rond 2000 de overheden in Europa gezamenlijk een kleine 100 miljard euro op aan verkochte frequenties voor umts. Telecombedrijven, waaronder KPN, ging er bijna door kopje onder nadat de telecomhype ineens op een luchtbel bleek te berusten.
De derde generatie iPhone halverwege 2009 maakte een eind aan de kinderziekten, maar toen was de afzet al bijzonder groot. Maar wat de iPhone tot een buitengewoon succesvolle uitvinding maakte, was de toegevoegde ‘App Store’: iedere ontwikkelaar mocht zelf programmaatjes schrijven en verkopen via de winkel met toepassingen.
Voor UMTS-aanleg was nauwelijks geld meer. Dus probeerden telecombedrijven om GPRS datacommunicatie over gsm aan te smeren. Maar de capaciteit daarvan was veel te gering. GPRS
De vrucht van dit alles was dat het Cross Media Café van begin 2009 vooral een iPhone-show mocht worden. Het Haagse ontwikkelbedrijf Sharewire plaatste de iPhone in de schijnwerper
iMMovator Cross Media Network
met Pathé Mobile van het bekende bioscoopbedrijf. Verliep de communicatie aanvankelijk via de mobiele website redelijk, de komst van een applicatie voor de iPhone stelde dat totaal in de schaduw. Tweederde van het verkeer kwam spoedig van de iPhone en dat aandeel groeit slechts.
Concurrenten op de markt Antwoorden bleven niet uit met gelijksoortige webwinkels met applicaties van Blackberry, Vodafone, Samsung, Microsoft en Google. De laatste zette mobiele besturing Android in de markt. Daar dit een open source systeem is, dus niets kost en eenvoudig is aan te passen aan specifieke wensen, gaan toestelfabrikanten ermee aan de slag. Google zelf is met de G1 en G2 bij lange na niet zo succesvol als Apple met de iPhone. Maar met al die sterke partijen, zoals Samsung, Motorola en LG, krijgt Android een groter marktaandeel. En dus wordt het aantrekkelijker voor programmeurs om behalve voor de iPhone ook voor Android toepassingen te schrijven. Op deze wijze wordt de open source besturing mobiel een veel groter succes dan de open source besturing van de pc (Linux geheten) ooit is geworden. Dat is een opvallend gegeven: de instellingen voor de telefoons waren eerder een brug te ver, maar het installeren van applicaties als technische handeling bleek (voor de eerste generaties gebruikers) geen enkel probleem.
Maar meer dan ooit is hun ontwikkeling mondiaal. Vooral Google spreidt de vleugels uit. Niet alleen telt Google de nodige Nederlandse programmeurs op de eigen basis, er werken er ook in ‘Amsterdam en omstreken’ die applicaties bouwen. Google houdt periodiek bijeenkomsten met programmeurs in Amsterdam en jaarlijks nemen Nederlandse studenten deel aan het Google Booth Camp. Want iedereen met een goed idee die softwarekennis kan bijschakelen kan de wereld veroveren met een applicatie. Neem bijvoorbeeld Layar dat voorloper is met virtual reality, de combinatie van de werkelijkheid (beeld van je omgeving via je mobiel) in combinatie met een applicatie (bijvoorbeeld woningprijzen). Maar er zijn ook nationale markten voor mobiele applicaties. Zo doen uiteraard Buienradar, Hyves, Telefoonboek, Nu.nl en Trein het hier goed. Behalve de successen van Hyves en Nu – beide krijgen ruim de helft van hun mobiele gebruik via de iPhone – toonde het Cross Media Café ook de opkomende helden die hun geluk beproeven met Layar, restaurantgids Iens en applicaties voor radio, en spelletjes. Niet zelden op zolderkamers in de vrije tijd gemaakt, ook met tieners. En natuurlijk de vraag: waar blijft toch de Publieke Omroep met Uitzending Gemist op de iPhone. U leest er het nodige over op de volgende pagina’s. Er spreekt een lichte voorkeur van William Valkenburg uit voor het open internet. Applicaties kosten geld en bedienen maar een deel van het publiek. Het zijn terechte vraagtekens. Want wie maakt nu eigenlijk de dienst uit in de mobiele markt? Vroeger waren de providers, KPN en Vodafone voorop, oppermachtig. Ze legden hun wil op aan makers van content die publiek wilden en konden bereiken, zoals met hun torenhoge tarieven voor leuke sms-diensten. De bordjes zijn verhangen. Makers van besturing trekken de macht naar zich toe met hun marktplaatsen. Wie opent er een stalletje? Hier treedt een paradox op: pas wanneer een platform een voldoende bereik heeft wordt het mogelijk rendabel om een applicatie te maken. Wordt een platform als iPhone of Android echter te sterk dan krijg je ongewenste grote macht. Apple speelde al enkele machtsspelletjes met ongewenste applicaties. Maar zoals het er nu naar uit ziet blijft er voldoende concurrentie tussen platforms.
Technologie geeft de doorslag Met excuses voor dit nogal technisch georiënteerde verhaal, maar dit draait om technologie, en wel in dienst van gebruiksgemak. Mobiel internet gedreven door geld en beleggers (overnames en licenties) werd een ramp. Vervolgens probeerden marketeers het met hun mobiele portalen en wederom werd het niets. Technici redden de zaak. En dan is daar niet de mobiele voorloper Japan (van i-mode) noch de nieuwe grootmacht China, noch het opkomende programmeursland India en al helemaal niet Europa dat de wereld de GSM-standaard schonk; nee, dan is het toch weer Silicon Valley, met Apple in Cupertino en Google in Mountain View, dat de dienst uitmaakt in informatietechnologie.
Bovendien spelen providers en makers van mobieltjes een spel om de opbrengsten. Wie gaan er winnen en wie spelen er straks de tweede en derde viool? Partijen als Vodafone en Nokia leken onverslaanbaar gezien hun grote marktaandelen. Nu kon Apple providers flinke offers afdwingen, ondermeer met opbrengstdeling van inkomsten. Dat maakt het veld er spannender op. Dat geldt ook voor grote mobiele applicatiemakers als TomTom en Hyves. Waar eindigt hun strategische polsstok? De mobiele datastrijd is ingezet in 2009 en zal in volle hevigheid woeden in 2010. Zou goed zijn om met een Cross Media Café tegen het einde van 2010 de balans eens op te maken?
Hoofdstuk 1. Mobiele Media
09
Mobiel staat nu ook in Nederland op doorbreken en dat blijkt uit de massale opkomst voor dit Cross Media Café. De registratie van de inschrijvingen moest na de 490e deelnemer worden stopgezet omdat de maximale capaciteit van de zaal was bereikt.
iPhone
1.1 Blyk: gratis mobiele communicatie voor jongeren De openingspresentatie is van Eric Kip (Blyk), een nieuw initiatief dat zich richt op het gratis aanbieden van mobiele communicatie aan jongeren. Hij opent met de vraag wie er op zijn of haar mobiel wel eens advertenties heeft ontvangen en vervolgens of het ook een relevante advertentie was. Er gaan bij die tweede vraag nog maar zo’n vier tot vijf handen de lucht in. Relevantie is bij mobiele advertenties erg belangrijk en dat is er dus nog veel te weinig, zo blijkt uit deze kleine steekproef.
Messaging zorgt voor meerwaarde Blyk heeft de ambitie om mobiele communicatie voor jongeren gratis te maken. Om dat mogelijk te maken worden er advertenties aangeboden, dat zullen relevante en dus waardevolle advertenties zijn. De mobiele advertentiemarkt zal in de komende jaren gemiddeld ruim 40% blijven groeien. ‘Messaging’, zoals Eric Kip het noemt, zal de meerwaarde creëren in mobiele media en daarmee een verdienmodel worden.
Merken zijn traditioneel op zoek naar bereik en frequentie en hebben daarnaast ook behoefte aan merkbinding. Dus niet alleen exposure, maar ook een daadwerkelijke relatie met de doelgroep. Blyk denkt dit voor elkaar te gaan krijgen via messaging. Omdat messaging nog steeds het dominante communicatiemiddel is, zal het de barrières gaan slijten. Men ziet vier mogelijkheden om marketingdoelstellingen te realiseren: • Awareness: bereiken van de doelgroep via mobile messaging. • Engagement: gebruik van response en interactie om een dialoog op te bouwen. • Sales: toevoegen van een call to action. • Insight: analyseren van interacties met de doelgroep of opzetten ad hoc onderzoek. Vervolgens laat Eric Kip een aantal voorbeelden van mobile messaging zien uit Groot-Brittannië waar Blyk in september 2007 gelanceerd werd. Onder meer van Living TV/Britain’s Next Top Model (promotie TV-programma), Penguin Books (promotie van boek) en WKD (drankje uit Engeland). Blyk zal eind maart/begin april 2009 in Nederland starten, de ambitie is om in een jaar tijd 50.000 abonnees halen.
UPDATE Lancering Blyk verschoven De lancering van Blyk in Nederland is doorgeschoven van maart 2009 naar een nieuwe datum die op korte termijn bekend gemaakt zal worden. De reden voor het uitstel ligt in het feit dat Blyk internationaal sinds maart niet langer opereert als een zelfstandige mobile virtual network operator. In plaats daarvan worden internationale strategische allianties aangegaan met bestaande mobiele operators. De belangrijkste reden voor de strategiewijziging ligt in het feit dat de strategische allianties Blyk in staat stellen sneller internationaal uit te rollen tegen significant lagere kosten. In Nederland is Blyk een strategische samenwerking aangegaan met Vodafone. Voor zowel de Nederlandse consument als de adverteerders verandert er niets in het oorspronkelijke Blyk idee. De doelgroep blijft jongeren in de leeftijd 16-29 jaar die vrijwel gratis kunnen bellen en sms’en. In ruil hiervoor krijgen de jongeren berichten (advertentie- en merkberichten) die geheel zijn toegesneden op het door hen ingevulde profiel. Adverteerders krijgen toegang tot een volledig opt-in en geprofileerde doelgroep.
Blyk: ‘Messaging zal de meerwaarde creëren in mobile media’
Blyk wordt het gratis mobiele netwerk voor jongeren, mogelijk gemaakt door adverteerders. Gebruikers krijgen bij Blyk iedere maand gratis sms’jes en belminuten en leveren tegelijkertijd een bijdrage aan de marketingdoelstellingen van merken.
10
iMMovator Cross Media Network
In Groot-Brittannië is Blyk reeds sinds augustus actief met Orange in de nieuwe strategische samenwerking. Na een iets langere aanloopperiode zal Blyk alnog binnenkort het Nederlandse mobiele medialandschap willen veranderen.
• Rabobank is hiermee een mobiele incubator, wat het mogelijk maakt nieuwe producten te stimuleren en aan te jagen • Door eerdere ervaringen beschikt de bank over een groot mobiel kenniscentrum Rabobank vindt dat mobiel bij de kernwaarden van de bank past. Kernwaarden zoals vertrouwen, veiligheid, kwaliteit en gemakkelijk te gebruiken. Waarden die ook bij ‘betalen’ belangrijk zijn. Daarnaast is de Rabobank een onafhankelijk bedrijf dat het beste wil bieden voor haar klanten. Inmiddels heeft Rabo mobiel 200.000 klanten.
Is dit de toekomst? Eric Kip (Blyk)
1.2 Rabo Mobiel: De Bank in je Broekzak Rabobank is een voorloper als je kijkt naar mobiel bankieren, daar start Dan Armstrong (CTO van Rabo Mobiel B.V.) zijn verhaal mee. Stabilisatie en differentiaties zijn daarbij twee belangrijke doelstellingen. Als je MVNO-speler bent (MVNO = mobile virtual network operator) dan kun je via verschillende modellen opereren: • de dienst telefonie (bijvoorbeeld goedkoop, je richten op specifieke doelgroepen, goedkope roaming); • zo goed mogelijk verkrijgbaar zijn via point-of-sales locaties of goede distributie; • core business gaan toepassen in andere markten; • koppelen aan grote merken (zoals Virgin Mobile); • gebruiken van machine-to-machine communicatie (M2M) of het benutten van netwerken.
Rabobank: enkele MVNO-modellen
Waarom Rabo Mobiel? De Rabobank heeft telefonie aan het eigen merk gekoppeld en is een van de spelers op de MVNO-markt. De redenen waarom Rabo Mobiel goed bij de Rabobank past zijn: • Het is een premium product. • Het is een mooi communicatiekanaal naar, met en tussen lokale banken, leden en klanten.
De diverse producten en diensten die – niet alleen door de Rabobank – ondertussen ontwikkeld zijn, zorgen ervoor dat je je mobiel kunt zien als een afstandsbediening in je leven, als controlemiddel maar ook betaalmiddel. Je kunt er je mail mee doen, je saldo mee checken, je parkeerkosten mee betalen etc.
UPDATE Met Rabo Mobiel parkeren Met Rabo Mobiel is het in 2009 mogelijk geworden om fiets en auto te parkeren. Calllock Rabo Mobiel is nauw betrokken bij de ontwikkeling van Calllock. Met Calllock kun je je fiets op een nieuwe manier parkeren. Calllock werkt eenvoudig: met je mobiel wordt de stalling geopend en parkeer je je fiets. Bij vertrek gebruik je je mobiel weer om de stalling te openen. De communicatie met het slot kan via het versturen van een sms’je, via een pasje van Calllock of door je mobiel bij het slot te houden. Dat laatste werkt via near field communication (NFC), een draadloze communicatiemethode waar steeds meer nieuwe telefoons gebruik van maken. Soms moet er betaald worden voor de fietsenstalling, dan wordt op Calllock pasje met een tegoed gewerkt, of met SMS Betalen van Rabo Mobiel. Calllock wordt de komende maanden getest in diverse plaatsen. De verwachting is dat Calllock in 2010 op de markt komt. Parkline Ook bij het parkeren van een auto kan gebruik gemaakt worden van Rabo Mobiel. Bij het parkeren bel je naar Parkline en toets je het nummer in van de parkeerzone. Wanneer je weggaat, bel je om de auto af te melden. Om te voorkomen dat je wegrijdt zonder je af te melden, ontvang je iedere twee uur een herinnering per sms. Je betaalt een klein bedrag voor het aan- en afmelden plus het lokale parkeertarief. Intensieve gebruikers kunnen een abonnement afsluiten. Maandelijks wordt het parkeergeld in één keer van je rekening afgeschreven. Mobiel parkeren kan bij iedere provider, maar Rabo Mobiel heeft speciale afspraken met Parkline gemaakt. Bron: Rabobank
Hoofdstuk 1. Mobiele Media
11
Wat de Rabobank ondertussen al gedaan heeft, is te zien in de onderstaand overzicht. Een aantal voorbeelden van applicatiegericht (de blauwe rondjes) en op afstand betalen (de gele rondjes).
1.3 Sharewire: Distributie van mobiele content Ivo Wentholt (algemeen directeur van Sharewire) geeft een presentatie over de distributie van mobiele content. Sharewire is een partij die onder meer werkt voor Financieele Dagblad, Reed Business, Spits, RTL en ING. Volgens Ivo Wentholt is het tot nu toe een groot probleem geweest om mobiele content bij de gebruiker te krijgen. Tenminste, tot een jaar geleden, tot juli 2008. Op dat moment zette de iPhone, en met name de achterliggende distributie van mobiele content via de App Store, de mobiele wereld op zijn kop. Het nieuwe distributiemodel dat door Apple geïntroduceerd werd, heeft een revolutie veroorzaakt. 14 miljoen iPhone gebruikers downloaden sindsdien alles wat los en vast zit en iedereen volgt. Dat is goed nieuws voor Sharewire, aldus Ivo Wentholt.
Rabobank: overzicht producten 2007-2009
Volgens Dan Armstrong loopt de Rabobank ten opzichte van de bankcollega’s voorop en zijn ‘standaarden nodig’ voor brede marktacceptatie. De Rabobank is voorbereid om nieuwe diensten te lanceren en MVNO past in de lange termijnvisie van de Rabobank.
Sharewire: ‘Traffic & usage’
Praktijkcase Pathé Mobiel op iPhone
Dan Armstrong (CTO, Rabo Mobiel B.V.)
UPDATE Met Rabo Mobiel drankjes bestellen Wachten tot je bestelling wordt opgenomen op een terrasje is verleden tijd, met MyOrder bestel je via je mobiele telefoon. Dit is een mobiele applicatie MyOrder om bestellingen te plaatsen en de rekening betalen in horecagelegenheden. De menukaart van aangesloten horeca gelegenheden is via je mobiel te bekijken, je verzendt je bestelling rechtstreeks naar de bar en je rekent direct af met SMS Betalen van de Rabobank. Sinds 21 juni 2009 is het mogelijk om bij bijna alle strandpaviljoens in Noordwijk via mobiel te bestellen en betalen. Noordwijk is de eerste badplaats in Nederland die werkt met deze nieuwe manier van betalen en is mogelijk gemaakt door MyOrder, Rabo Mobiel, Rabobank Bollenstreek, Noordwijk Marketing en een aantal horecaondernemers. Bron: Rabobank
12
iMMovator Cross Media Network
Hij geeft een demonstratie van Pathé Mobiel, waar je direct toegang hebt tot alle tijden waarop en locaties waar de films draaien en waar je ook streaming de trailers van de films kunt bekijken. Pathé kwam in april 2007 naar Sharewire toe met het verzoek om een mobiele strategie te ontwikkelen. Het succes van de eigen internetsite moest ook naar mobiel vertaald kunnen worden, zo was de gedachte destijds. Als target werd geformuleerd om eind 2008 zo’n 25.000 mobiele gebruikers per maand te hebben. Marketing en distributie vonden plaats vanaf de eigen website, via sms (FILM naar 4443), via downloads vanaf de mobiele website en offline in de vorm van flyers in de bioscopen. Het resultaat tot oktober 2008 was mooi in lijn met de doelstellingen: de target van het aantal gebruikers per maand werd gehaald, er werden 150.000 views per maand gerealiseerd en 12% van het aantal gebruikers kwam via de mobiele site.
En toen: de iPhone revolutie Sinds de lancering van de iPhone in Nederland zijn er al 110.000 in gebruik. De helft van deze groep heeft Pathé Mobiel geïnstalleerd, een niet eerder vertoonde conversie. Binnen drie dagen na de lancering van de applicatie in de App Store was het de meest
populaire applicatie op de iPhone. Zonder enige marketing doet de mobiele applicatie vandaag de dag zelfs 67% van de traffic en het gebruik van Pathé. De applicatie heeft de website inmiddels zelfs op een forse achterstand gezet. Van 150.000 views in september naar 550.000 op dit moment. Pathé Mobiel wordt vooral gebruikt op zaterdag, ‘de dag van de bioscoop’, dat is erg herkenbaar.
Peter Olsthoorn stelt dat de operators hun macht verliezen, hoe gaan ze hiermee om, zo vraagt hij? Volgens Ivo Wentholt hadden ze al nooit die macht. Ze konden applicaties distribueren omdat het kon, niet omdat het hun core business was. Monique van Dusseldorp vraagt naar hoeveel mensen er nu naar trailers van films kijken. Ivo Wentholt geeft als antwoord dat ongeveer 20% van het verkeer naar het kijken van trailers gaat.
Het App Store effect Als je kijkt naar de impact van de distributie dan wordt 81% van alle applicaties op de iPhone gebruikt, de andere 19% zit bij andere devices (Nokio, PocketPC, Sony e.d). Van de mensen die de applicatie download, gebruikt bij de iPhone 98% daadwerkelijk de applicatie, bij de andere devices is dit ‘slechts’ 60% van de gebruikers De andere devices hebben een mindere interface en vragen om die reden veel support, de iPhone doet het zonder support. Ook qua marketing hebben we te maken met twee uitersten: wel marketing voor de overige devices en geen marketing acties voor de iPhone.
UPDATE Sharewire lanceert Mobiele spraakapplicaties Later in september kondigde Sharewire aan om met VoiceCorp te gaan samenwerken om de eerste mobiele ‘spraak applicaties’ in Nederland te leveren voor de iPhone en andere mobiele platforms. Met haar ReadSpeaker product biedt VoiceCorp een tekst-naar-spraak dienst, wat een aanvulling is op het platform dat Sharewire levert om content van de klant beschikbaar te maken in een mobiele omgeving “De voorleesfunctionaliteit biedt flexibiliteit en gemak aan de mobiele gebruiker. De gebruiker kan luisteren naar de content waar en wanneer hij dat wil, maar ook hoe hij dat wil,” vertelt Staffan Meij, CFO bij VoiceCorp. “Iedereen is tegenwoordig druk. Tijdens andere bezigheden, of onderweg, kan de mobiele gebruiker zijn tijd nuttig besteden door te luisteren naar de door hem gewenste informatie. Daarnaast is het scherm van een mobiel relatief klein, wat het lezen van de content niet altijd ten goede komt. Ook hiervoor is de voorleesfunctionaliteit een uitkomst. VoiceCorp is enthousiast over een samenwerking met Sharewire. Samen kunnen we een totaaloplossing bieden voor mobiele applicaties.”
Sharewire: ‘Het App Store Effect’
De ‘return on investment’ is voor Pathé overduidelijk. Er wordt gekeken op prime-time (zaterdag tussen 16 en 19 uur), de kosten zijn lager dan 5 cent per gebruiker/per maand en er was veel free publicity. En last but not least: in de volgende release zal ook kaartverkoop zitten. Dit succes is aan anderen niet voorbij gegaan, iedereen gaat Apple nu kopiëren. Google kwam al met Android Market, Blackberry komt met haar Application Storefront, Microsoft met Skymarket, Vodafone met de Application Manager en bij Samsung heet het de Application Store.
Bron: Sharewire
1.4 Mobiele Pitches In het tweede deel van het programma van het Cross Media Café over mobiele media komt er in een hoog tempo een tiental pitches voorbij. Mobiele start-ups en MKB’ers presenteren nieuwe en succesvolle mobiele diensten. Op de volgende pagina’s volgt een kort overzicht van de bedrijven en een korte uitleg over het product of de dienst.
Wat betekent dit? In elk geval veel stof tot nadenken, aldus Ivo Wentholt. • Game on! Er wordt een strijd gestreden, maak er gebruik van. • Volg de distributiekanalen, wat is mijn potentieel bereik en is dit interessant? • Met nieuwe distributiekanalen kan internationaal gedacht worden. • (Kleine) ontwikkelaars gaan aan de haal met je content. Bedenk wat je daar van vindt (NS en ANWB hebben hiermee te maken). • Denk niet na over 110.000 iPhones. Ga er van uit dat bereik enorm groeit in 2009 en daarna. • Met alleen een mobiele site worden sowieso distributiekanalen gemist.
Hoofdstuk 1. Mobiele Media
13
Pitch 1: Arthur Tolsma, Greetinq
Pitch 3: Joost Ligtvoet, SMS9009
Wat? Gepersonaliseerde voicemail boodschappen en visual voicemail. Waarom? 60% van de zakelijke telefoontjes eindigt in voicemail. Dat betekent dat iedere keer dat iemand je probeert te bellen, hij een grotere kans heeft om je voicemail begroeting te horen dan dat hij je persoonlijk aan de telefoon krijgt. Wanneer je dit beseft, realiseer je je meteen dat de voicemail begroeting veel meer aandacht verdient om een zo positief mogelijk contactmoment te creëren. Greetinq maakt dat vanaf nu mogelijk, het is een innovatieve manier om uw relaties te laten merken dat zij belangrijk zijn. Hoe werkt het? Het eerste product van Greetinq is Premium voicemail, waarmee ze zich richten op de zakelijke markt. De belangrijkste functionaliteiten van Premium voicemail zijn: • persoonlijke begroetingen voor belangrijke relaties; • begroetingen in meerdere talen, gekoppeld aan een landnummer; • een professioneel ingesproken begroeting als standaardbegroeting; • voicemailberichten overzichtelijk afluisteren via email; • mogelijkheid om berichten door te sturen via email; • uw berichten worden 6 maanden bewaard. En verder? De visie van Greetinq op voicemail wordt algemeen enthousiast ontvangen. De MKB innovatie top 100 heeft Greetinq zelfs uitgeroepen tot ‘meest veelbelovende concept 2009’! Greetinq is eind 2009 op verschillende kanalen te zien en te horen geweest. In de Telegraaf en op BNR in Business. Daarnaast is Premium voicemail twee keer gepresenteerd in het tv programma ‘Bij ons in de bv’. Meer info: www.greetinq.com.
Wat? Flatfee sms dienst voor adverteerders en mobiele sites, met een vast tarief van 500 euro per 3 maanden. Waarom? Sms 9009 kan ingezet worden om interactie vanuit een advertentie te bewerkstelligen. Hoe werkt het? Consumenten kunnen een merknaam naar 9009 sms’en. Ze krijgen dan een gratis link naar een mobiele site. Hierbij kun je denken aan aanvraag van een sample, proefrit of proefabonnement. Maar ook voor een prijsvraag, quiz of enquête is een mobiele Internetsite een zeer effectief middel gebleken. En verder? Geen moeilijke url’s en directe interactie. Meer info: www.sms9009.nl
Pitch 2: Paul Stringer, Treasure my text
Wat? Forwarden, opslaan, organiseren en delen van sms’jes. Treasuremytext is een gratis online sms opslag dienst. Sinds 2003 kun je bij Treasuremytext sms’jes opslaan. Treasuremytext 2.0 – de nieuwe versie van Treasuremytext – is geactualiseerd met een nieuwe interface met nieuwe mogelijkheden. Waarom? Lage operationele kosten en goed schaalbaar. Hoe werkt het? Maak een account aan op www.treasuremytext.nl en forward de sms berichten naar de standaard nummers. Je favoriete berichten worden dan bewaard. Het werkt met elke telefoon, elk netwerk, overal. Een bericht wordt bewaard in je account. Deze berichten zullen nooit per ongeluk verwijderd worden als je verandert van telefoon en er zit geen limiet aan de opslag. Via Treasuremytext kun je de berichten bewaren, categoriseren en delen. En verder? 22.000 actieve gebruikers en een groei van 1.000 per maand. Meer info: www.treasuremytext.nl
14
iMMovator Cross Media Network
Pitch 4: Louise Verschuren, Wuzzon
Wat? Wuzzon is de eerste community in Nederland, waar iedereen in zijn eigen webshop zelfgemaakte mobiele content – ringtones, wallpapers en animated wallpapers – kan creëren, uploaden en verkopen. Waarom? De eerste en enige jongeren community waar dit kan. Hoe werkt het? Op Wuzzon kunnen creatievenlingen al hun creaties laten zien. Eerst maak je een account aan op Wuzzon. Vervolgens kun je je mobiele content uploaden, bijvoorbeeld een ringtone. Aan elke download kan de maker zelf een bedrag naar keuze hangen. Bij een tarief van 1,10 euro houdt de aanbieder 25 eurocent over. De rest blijft bij operators en Wuzzon houdt zelf een gedeelte in. Als een maker 10 euro verdiend heeft kan hij dat laten uitbetalen. En verder? Een primeur: de Wuzzon community krijgt de mogelijkheid om producten en diensten van Telfort te verkopen. De verwachting is dat 10% dat gaat toevoegen en 10% daarvan binnen half jaar een conversie gaat realiseren. Meer info: www.wuzzon.nl
Pitch 5: Michel van der Velde, One Shoe
Pitch 6: Claire Boonstra, SPRXmobile
Wat? One Shoe mobile introduceerde als eerste in Nederland QR codes (Quick Response codes) om mobiele websites toegankelijk te maken voor een breed publiek. Navigatie naar een website wordt via een QR code gemakkelijk. Hiervoor hoeft alleen de barcodelezer op de mobiele telefoon geactiveerd te worden om vervolgens de QR code te scannen. Waarom? De QR code wordt volgens One Shoe mobile vaak niet juist ingezet. Met het oog op gebruikersgemak voor een ideale mobiele internet ervaring is het noodzakelijk dat een consument, na het scannen van de QR code, naar een mobiele website wordt door verwezen. Het is de ideale brug tussen de fysieke en online wereld. Een QR code kan eigenlijk overal op geplaatst worden: folders, brochures, kleding, muren, eigenlijk alles waar je maar iets op kan drukken, printen of plakken. Een QR code wekt heel erg veel nieuwsgierigheid op. Na het scannen van een QR code gaat een gebruiker naar een mobiele website waar een filmpje afgespeeld kan worden, meer informatie gelezen kan worden, mobile coupon ontvangen kan worden, inschrijf- of registratieformulier ingevuld worden etc.
Wat? Je kunt via je mobiel zien waar zich in directe omgeving geldautomaten bevinden. Waarom? Kleine sensatie, grote mogelijkheden. En verder? Draait op Android. Binnen twee weken gerealiseerd in samenwerking met ING. Meer info: www.sprxmobile.com
UPDATE Layar SPRXmobile doet geen projecten momenteel en concentreert zich volledig op de 16 juni 2009 gelanceerde applicatie Layar. Layar heeft al snel zeer veel belangstelling getrokken. Zowel van gebruikers, investeerders, content eigenaren en internationale pers. Layar is een gratis applicatie voor je mobiele telefoon die je toont wat er zich rondom jou begeeft door real time informatie op de realiteit door de camera van je mobiele telefoon te projecteren. Layar is wereldwijd beschikbaar en inzetbaar en te gebruiken op iPhone 3GS, T-Mobile G1, HTC Magic en andere Android phones in alle Android markten. Het is ook voor geïnstalleerd op de Samsung Galaxy in Nederland. Je gebruikt Layar door je mobiele telefoon voor je te houden als een camera. Informatie wordt bovenop het camerabeeld getoond. Van alle interessante punten die op je scherm worden gemerkt, is informatie beschikbaar onderin het scherm. Zo zie je welke huizen te koop of te huur zijn, welke bars en winkels populair zijn, of waar in de straat zich geldautomaten bevinden. Er zijn duizenden lagen beschikbaar en de gebruiker kan hier tussen wisselen.
Oneshoe: ‘Makelaar introduceert QR code op huizen’
Hoe werkt het? De gebruiker opent een QR reader (applicatie op de mobiele telefoon). De camera van de telefoon registreert een QR code en zet deze om naar een url van een mobiele website. Hierdoor kun je automatisch doorverwezen worden naar een mobiele website. En verder? In samenwerking met One Shoe mobile biedt TNT Post haar zakelijke klanten de mogelijkheid om een QR code toe te voegen aan direct mails, zodat consumenten zelf via hun mobiele telefoon meer informatie van een product of dienst kunnen opvragen. Onder de naam Direct Mobile Marketing voegt TNT Post hiermee een digitaal kanaal toe aan direct mail waardoor de mogelijkheid tot interactie tussen de adverteerder en de consument verder wordt versterkt. De toepassing werd op de DM vakdag in Rotterdam geïntroduceerd. Meer info: www.oneshoe.nl
Pitch 7: Ronald van der Lingen, Pim Pam Wat? Gezelschapsspel gebaseerd op pim pam pet en gratis te downloaden vanaf Android Market. Waarom? Testcase, om ervaring op te doen met ontwikkeling, distributie en publiek. Veel Nederlanders zijn opgegroeid met het klassieke gezelschapsspel ‘pim pam pet’. PimPam is moderne versie voor je telefoon voor een ouderwets gezellige avond met vrienden en/of familie. Hoe werkt het? Het doel van het spel is woorden te vinden voor specifieke onderwerpen die beginnen met de door de draaischijf geselecteerde letter. En verder? Ontwikkeltijd slechts 1 weekend, time to market slechts 1 week. PimPam voor Android™ is sinds 29 januari
Hoofdstuk 1. Mobiele Media
15
2009 beschikbaar op de Nederlandse Android Market (onder Games/Brain & Puzzle). Het is de eerste Nederlandse game die hierop te verkrijgen is. Meer info: http://pimpam.mobi/
Pitch 8: Thomas Engel, Movels Wat? Een Movel is een verhaal op je mobiel. De Movel download je eenmalig, je opent de applicatie en begint direct met lezen. Na het eerste hoofdstuk wordt je gevraagd of je het verhaal wilt kopen. Zo ja, dan klik op je op de ‘koop knop’ en kun je het hele verhaal op je gemak uitlezen, als het niet bevalt (het lezen op de mobiel of het verhaal) dan lees je niet verder en koop je het verhaal niet. Waarom? Elk jaar verdubbelt de schermresolutie, dus schermgrootte is geen probleem meer. Movels biedt een laagdrempelige en nieuwe manier van lezen waarbij je het verhaal altijd bij je hebt en niet naar een winkel hoeft te gaan om een boek te kopen. Hoe werkt het? Het is een stukje software dat je eenmalig download en installeert op je mobiel. Hierna kun je het altijd en overal kosteloos gebruiken. De hoeveelheid tekst is bepalend voor op hoeveel mobiele telefoons het geschikt is, maar ga er vanuit dat jouw Movel zal werken op de meerderheid van de mobiele telefoons die de laatste 2 à 3 jaar zijn uitgekomen. Een Movel bestaat uit de voorkaft en het verhaal, niets meer niets minder. Er zijn features ingebouwd die het aangenamer maken voor de lezer, zoals: 5 font groottes, wit op zwart of zwart op wit lezen en op schermen die niet vierkant zijn kun je de tekst roteren. Verder is er een hoofdstukindeling, zal de Movel software onthouden waar je bent gebleven en is er tijdens het lezen te zien hoe ver je in het hoofdstuk en totale verhaal bent. Als je aan het lezen bent en gebeld wordt dan kun je gewoon opnemen en na je gesprek verder gaan waar je was gebleven. Verder zorgt de verlichting van het telefoonscherm ervoor dat je makkelijk in het donker kunt lezen. En verder? Obama doet het ook... Meer info: www.movels.eu
(november 2009) bijna een miljoen maal gedownload, in 68 landen over de hele wereld. Hoe werkt het? Met de standaard webbrowser van je mobiele telefoon ga je naar de url: wap.tunin.fm. Je ziet dan direct het zenderoverzicht dat geschikt is voor jouw mobiele telefoon en je selecteert een zender. De muziekspeler wordt gestart en begint na enige tijd te spelen. Voor sommige toestellen moet nog een muziekspeler geïnstalleerd worden. Die is direct vanaf de site te downloaden. En verder? Binnen 1 week nummer 1 in de Nederlandse App Store, al in 36 landen beschikbaar. Na de presentatie van Dennis Kokkelink op het Cross Media Café lanceerde Mobilaria/Tunin.FM een gerichte campagne om radiostations, groot en klein, te voorzien van een eigen ‘branded’ of ‘dedicated’ iPhone player. Hiermee krijgen radiostations een eigen plek in de App Store en op de iPhone. Inmiddels zijn tientallen radiostations klant geworden, in Nederland, waaronder NPO, Radio 538, Q-Music, 100% NL, Keizerstad FM, RTV Rijnmond, Omroep West, Radio Decibel, Simone FM en Radio NL. Meer info: http://w3.tunin.fm/
Pitch 10: Iens Boswijk, Iens
Pitch 9: Dennis Kokkelink, Tunin fm
Wat? iCarRadio is een nieuwe dienst waarmee je naar webradio kunt luisteren via GPRS streaming audio op je mobiele telefoon. iCarRadio is de eerste radio-applicatie op de iPhone die het mogelijk maakt om ook rijdend te luisteren naar radio via mobiel internet, ook in gebieden waar geen 3G/UMTS- of Wi-Fi/WLAN-dekking is, maar slechts 2.5G/GPRS. Waarom? Geen UMTS, 3G en WiFi nodig. Meer dan 1.000 radiostations uit de hele wereld kunnen via iCarRadio in de best mogelijke kwaliteit via de iPhone ontvangen worden. Binnen 1 week was iCarRadio nummer 1 in de Nederlandse App Store, inmiddels
16
iMMovator Cross Media Network
Wat? Location based search naar restaurants via iPhone. Dé restaurantgids met alle restaurants in Nederland en recensies van andere restaurantbezoekers. Waarom? Waar is een restaurant? Het is up to date met 18.000 restaurants, meningen en slechts in 3 clicks bij je restaurant. Hoe werkt het? Blader door steden of zoek uitgebreid naar restaurants via internet of op je mobiel. Je kunt direct reserveren via iens.nl. Na het etentje kan de bezoeker zijn mening achterlaten. Favoriete restaurants kunnen opgeslagen worden. IENS begon met 60 proevers in 1999 en heeft er nu bijna 80.000. Dit aantal groeit wekelijks. Iedereen kan proever worden bij IENS, je hoeft je alleen maar aan te melden op de website. En verder? meer dan 100 downloads per dag, in de Top 25 van de App Store. Meer info: www.iens.nl
1.5 iPhone zorgt voor sterke stijging mobiel bezoek Nu.nl en Hyves Ook in het derde deel van dit Cross Media Café was de rode draad weer: de iPhone zorgt, waar beschikbaar, voor een explosie van traffic. En de concurrenten zijn bezig met een inhaalslag, de gebruikers zijn namelijk helemaal toe aan mobiel internet.
Ilse media: Optimalisatie in content én per toestel Ilse media bestaat uit een groot aantal online merken. Met deze merken wordt ongeveer 80% van de online populatie bereikt. De potentie van mobiel internet is volgens Erik Rovers (Leading Business Development Mobile van ilse media) echter dusdanig groot dat er bij ilse in 2009 nog meer focus voor mobiel internet zal zijn.
De drie randvoorwaarden voor meer mobiel internet zijn: • beschikbaarheid van devices; • beschikbaarheid van betaalbare en transparante toegang; • beschikbaarheid van content. In de eerste twee gebieden wil ilse zich niet begeven. Wél wil ilse leverancier zijn van content en services in de waardeketen en kan ilse zich nog onderscheiden. Een mooie case is bijvoorbeeld Nu.nl. Nu.nl mobiel is in 2008 met een factor 10.000 gegroeid. Hoe dat kan? Nu.nl geeft invulling aan mobiele functionaliteit en behoefte: ‘snack’ mogelijkheid en interface • Nu.nl hecht hoge waarde aan usability: toegankelijkheid, snelheid en layout-optimalisatie. • Nu.nl besteedt veel aandacht aan de marketing: awareness en conversie. • Nu.nl is gratis: advertising funded. Mooie mobiele toepassingen die laten zien hoe Nu.nl dat in de praktijk waarmaakt zijn bijvoorbeeld de beurskoersen, de sportstanden (zondagmiddag) en de sneeuwhoogtes. Usability: ook optimalisateren per toestel Optimalisatie heeft echter ook te maken met optimalisatie per toestel. Toepassingen kunnen er per mobiel anders uit zien, dus als je het per mobiel zo goed mogelijk maakt dan haal je alles uit het toestel en geef je tegelijkertijd de gebruiker ook zoveel mogelijk.
ilse media: ‘Potentie mobiel internet’
De bovenste lijn geeft het potentiële bereik van mobiel internet aan, de middelste lijn het aantal mensen dat weet dat ze mobiel internet hebben en de onderste lijn is het aantal mensen dat momenteel ook echt mobiel internet gebruikt. De hoogste tijd dus om de afstand tussen de bovenste en onderste lijn te verkleinen door het pushen van mobiel internet! Maar wat bepaalt nou dat mobiel internet gepushed wordt? Dat is volgens Erik Rovers voornamelijk de lancering van nieuwe telefoontoestellen. De iPhone heeft ervoor gezorgd dat deze gebruikers 30 keer zoveel meer mobiele data gebruiken als andere mobiele telefoon gebruikers.
Wat is de visie van ilse op mobiel internet: • Mobiel moet integraal onderdeel zijn van internet. • Het is hard groeiend en kan wel tot 25% van de online mediaconsumptie gaan uitmaken. • Het is een medium wat zeer persoonlijk is en tegenwoordig ook locatie-bewust. • Maar bovenal is het de connector van de analoge wereld met digitale media. Wat gaat ilse in 2009 doen: • doorontwikkeling van mobiel naar tv; • doorontwikkeling van Nu.nl mobiel – nufoto, nujij en nuvideo; • doorontwikkeling van Nu.nl tv; • ontwikkeling van Kieskeuring mobiel 2.0; • ontwikkelen van locatie-gebonden diensten; • vernieuwen van de mobile advertising propositie (zoals formats, interactiviteit en targeting).
Erik Rovers (Leading Business Development Mobile, ilse media)
Hoofdstuk 1. Mobiele Media
17
Nu.nl is de succes case van ilse Media en de ervaring die ze hier opdoen willen ze graag toepassen op de andere merken. Werk aan de winkel dus.
Publieke Omroep: meer aanbod op meer toestellen William Valkenburg (directeur Internetcoördinatie Publieke Omroep) presenteert vervolgens Uitzending Gemist op mobiel. Deze service is in december 2008 live gegaan en hij begint het verhaal met een demonstratie ervan. Het aanbod: breed en actueel Bijzonder handig in de applicatie is dat je op het NL-tekentje in de applicatie kunt klikken en William Valkenburg (directeur Interdan snel bij alle (andere) monetcoördinatie, Publieke Omroep) biele applicaties van de publieke omroep komt. De NOS is al langere tijd succesvol bezig met onder meer Teletekst. De nadruk bij de Publiek Omroep ligt op uitzendingen van vandaag en gisteren en dagelijks is er dan ook nieuwe inhoud te vinden. Het gaat daarbij om de premium programma’s van Nederland 1, 2 en 3. Veel ondersteuning en feedback De applicatie is beschikbaar voor diverse platforms (besturingssystemen en toestellen). Er is daarnaast ook een mobiele website, zodat er ook bereikbaarheid voor andere toestellen is. Er zijn overigens verschillende variabelen die bij gebruikers problemen kunnen veroorzaken, daarvoor geeft men op testlab.omroep.nl ondersteuning en feedback. De eerste cijfers De eerste maand december gaf 17.000 downloads en upgrades, in januari is er een kleine stijging naar 20.000 waarvan 9.000 voor Uitzending Gemist. Als je het vergelijkt met internet (13-14 miljoen streams per maand), dan valt het mobiele gedeelte (23.000 streams in januari) weg. De mobiele site zit dus nog duidelijk in de beginfase.
Binnenkort: iPhone, Blackberry en Android Er is op veel sites aandacht en positieve berichtgeving geweest. Maar het belangrijkste kritiekpunt was toch wel het uitblijven van Uitzending Gemist op de iPhone. Maar William Valkenburg benadrukt dat er hiervoor goede alternatieven zijn: via het YouTube kanaal, via de iTunes store podcast, via Mobinews (betaalde applicatie) en via TuninFM (publieke radiozenders). Aan de iPhone wordt gewerkt (streven: lancering in maart), daarvoor komt nog de Blackberry aan de beurt (februari) en in april volgt dan Android. Vanaf deze week zijn er ook uitbreidingen op de mobiele site: er is meer aanbod (van twee dagen naar een hele week) en er komt een toplijst.
UPDATE Uitzending Gemist nu beschikbaar voor iPhone, Apple staat gebruik 3G alsnog toe De internetdienst Uitzending Gemist van de publieke omroep is in september beschikbaar gekomen op de iPhone. De video’s kunnen zowel via WIFI als 3G netwerken worden bekeken. Even leek het erop dat Apple de applicatie niet wilde toelaten vanwege de mogelijke belasting van het mobiele datanetwerk. Dankzij een goede samenwerking met T-Mobile Nederland en Apple Europa is de applicatie nu alsnog ongewijzigd beschikbaar gekomen. De iPhone-applicatie heeft een archief van acht dagen. Over Wifi heeft de applicatie dezelfde beeldkwaliteit als de website van Uitzending Gemist (500 kb/s). Via 3G worden de afleveringen met een beeldkwaliteit van 200 kb/s aangeboden. Afleveringen zijn vrijwel direct na uitzending op televisie beschikbaar in de applicatie. William Valkenburg (directeur internetcoördinatie bij de NPO): “De iPhone is niet te vergelijken met de ruim 300 andere mobiele toestellen die we al ondersteunen. Er moest een hele nieuwe applicatie voor worden ontwikkeld.” Een grote uitdaging was om de dienst zowel via WIfI als 3G beschikbaar te krijgen. “De Uitzending Gemist applicatie is in dat opzicht uniek en vernieuwend. We zijn blij dat we, o.a. dankzij de steun van T-Mobile de applicatie nu via de App Store kunnen aanbieden.” Bron: NPO
NPO: Uitzending Gemist op mobiel
18
iMMovator Cross Media Network
Hyves gaat volgens Peter Olsthoorn net zo hard als dat Yme snel praat, worden ze dan misschien een concurrent van Nu.nl en gaan ze ook nieuws verspreiden? Volgens Erik Rovers van ilse media zal Hyves niet opeens nieuws gaan maken. Wat dit betreft zijn ze eerder aanvullend dan concurrerend. Hyves en authentificatie Een andere vraag is of Hyves in de toekomst niet iets moet gaan doen met authentificatie? Hoe voorkom je dat mensen in de toekomst niet binnen komen onder andere namen dan dat ze daadwerkelijk zijn. Yme Bosma geeft aan dat dit voorkomen kan worden met de unieke code van je mobiel, deze is moeilijker te kraken. Echt 100% dicht zal echter nooit lukken.
Op de vraag van Monique van Dusseldorp naar eventuele verschillen tussen mobiel en internet zegt William Valkenburg dat die er eigenlijk niet zo zijn. DWDD en het NOS Journaal zijn op mobiel erg populair, net als al op internet het geval is. Ook het gebruik gedurende dag is net zoals op internet, het bouwt ’s ochtends geleidelijk aan op en om tien uur ’s avonds is er een absoluut hoogtepunt.
Hyves vindt experimenteren leuk en ze hebben geen kip-ei-probleem, er is een grote gebruikersgroep dus kun je makkelijk iets uitproberen. Ook geeft Hyves kleine start-ups de mogelijkheid hun producten of diensten te proberen binnen Hyves, wat dat betreft staan ze altijd open voor nieuwe ideeën.
Hyves: Met mobiel on Spot in 2009 “Hyves is in de loop der jaren een groot en financieel gezond bedrijf geworden,” daar begint Yme Bosma (Hyves) zijn presentatie mee. Continu kijkt men naar mogelijke verbeteringen online. In 2008 is daar mobiel bijgekomen om de groeitrend in 2009 verder voort te zetten. Mobiel is namelijk het ultieme platform voor social networking en 10% van de Hyvers gebruikt Hyves regelmatig via mobiel. De iPhone heeft daar enorm aan bijgedragen en de iPhonegebruikers zorgen voor ruim twee miljoen pageviews per dag wat 50% van het mobiele bezoek is. Het iPhonegebruikers is echter bij lange na niet 50% van het aantal mobiele Hyves-gebruikers. Hyves in 2009 2009 staat bij Hyves in het teken van locatie-gebaseerde diensten, maar ook sms via shortcodes komt beschikbaar. Dit laatste is niet nieuw in de wereld, maar Hyves werkte hier tot nu toe nog niet mee. Zo worden de mensen die wel kunnen sms’en maar niet mobiel online kunnen ook bediend. Daarnaast kun je via Bluetooth en de nieuwe Poken in de nabije toekomst aan je omgeving (andere aanwezigen) laten zien dat je als Hyver ergens binnenkomt. Je Hyves-naam wordt hiermee eigenlijk een soort legitimatie. Pokens zijn te koop in de webshop van Hyves. Als je ze koopt, dan kun je er in de toekomst makkelijk geïdentificeerd mee worden, als je dat tenminste wil. Het product is pas sinds een paar dagen te koop, maar tijdens dit event zijn toch al een 20-tal mensen die zo’n Poken hebben. Hyves on Spot Wat echt nieuw is, is Hyves on Spot. De laatste nieuwtjes in de vorm van ‘Wie wat waar’ en ‘krabbeltjes’ worden dan via schermen in de desbetreffende spot (bijvoorbeeld Heineken Music Hall) weergegeven. De spot kan dit helemaal in eigen look & feel maken en zelf beslissen welke dingen ze wel of niet aan het publiek willen doorgeven.
Yme Bosma (Hyves)
En zo kwam er een einde aan het eerste Cross Media Café van 2009. Het jaar waarin mobiel echt doorbrak. Met mobiele diensten die als paddenstoelen uit de grond springen en een groei in de verkoop van smartphones (zie figuur). Geen kip en ei problemen (meer) in deze markt!
GfK: ‘The smartphone revolution’
Hoofdstuk 1. Mobiele Media
19
20
iMMovator Cross Media Network
2. Aflevering: Digitale tv Cross Media CafĂŠ over digitale tv Cross Media CafĂŠ over digitale tv Datum: 17 maart 2009 Locatie: studio 31, Media Park Hilversum Samenvatting en PowerPoint presentaties: http://www.immovator.nl/cross-mediacafe-digitale-tv 432 inschrijvingen
Hoofdstuk 2. Aflevering: Digitale tv
21
2. Aflevering: Digitale tv inleiding door Peter Olsthoorn
Aanloop naar de echte innovatie met digitalisering Louter wat beter beeld en langzamer schakelen, dat was de eerste indruk van digitale tv. Nu de meerderheid van Nederland ‘om’ is in 2009 kan wellicht in 2010 het accent komen te liggen op de werkelijke innovatie. Want digitaal maakt altijd veel meer mogelijk. In het derde kwartaal 2009 kam het percentage digitaal met bijna nieuwe 200.000 aansluitingen via de tv-kabel, satelliet, ether en internet op bijna 62 procent. Dat stond in de kwartaal Monitor Digitale Televisie. Telecompaper hield het op 57 procent, ofwel circa 4,6 miljoen digitale tv-verbindingen. De oplettende statisticus ziet dan direct dat we te maken hebben met meer verbindingen per huishouden, want het totaal aantal huishoudens bedraagt ruim 7 miljoen en ruim de helft daarvan is 3,6 miljoen. Onderzoeksbureau Telecom Paper noteerde een toename in het derde kwartaal (zomermaanden) van 3,4 procent, ofwel bijna 150.000 aansluitingen. Naar verwachting zal die groei in 2010 per kwartaal tussen de 4 en 4,5 procent zal bedragen. De marktaandelen: • TV-kabel: 52,6 procent. • Satelliet-tv: 22,1 procent. • Digitenne: 19,1 procent. Qua aanbieders: • Ziggo: 31,8 procent. • KPN: 20,7 procent. • Canal Digitaal: 18,5 procent. • UPC: 15,6 procent. Dat Ziggo precies twee keer zoveel digitale afnemers heeft als UPC is vooral een gevolg van een andere strategie: Ziggo beschouwt digitaal als noodzakelijke basisdienst waarop abonnees tegen eenvoudige voorwaarden over moeten kunnen overstappen. UPC dacht er aanvankelijk ook zo over, maar momenteel is digitaal meer een commerciële optie geworden. Het meest vooruitstrevend met de digitale strategie is Caiway, voorheen Cai Westland. Vanaf 10 oktober 2010 stopt Caiway met analoge doorgifte. Dit geldt ook voor Gouda waar Caiway levert voor Rekam. Dat is opvallend want Rekam was jarenlang de horzel in de pels van de kabelexploitanten, met een maandtarief dat meer dan 50 procent goedkoper was dan dat van de grote partijen. Daarmee werd de hoge winstmarge van digitale standaardpakketten zichtbaar. Dat was mede reden voor toezichthouder OPTA om concurrentie in analoog aanbod te bevorderen. OPTA bepaalde in 2009 de tarieven waartegen UPC en Ziggo hun ver-
22
iMMovator Cross Media Network
bindingen ter beschikking van derden moeten stellen. En daar komen in 2010 nog beroepszaken van. Ondertussen is analoog passé bij Caiway. Het pad van vooruitgang is nooit glad geplaveid noch voorspelbaar. Kabelaars kenden in Nederland nauwelijks last van de recessie dankzij de hoge vaste winstmarges op analoog. In de Verenigde Staten dreigden kabelexploitanten voor hoge kosten te komen als gevolg van hogere tarieven van de zenders. Die kampen immers met teruglopende advertentie-inkomsten. In Europa zetten de zenders, zoals RTL en SBS, de tering naar de nering. Eind 2009 schreef het Financieele Dagblad uitgebreid over de veranderde verhouding tussen producenten en de zenders. Je zou verwachten dat, met internet, themakanalen en video on demand, producenten steeds eenvoudiger zelf hun weg naar het publiek weten te vinden. Het tegendeel blijkt het geval. De recessie in de economie en de crisis in de reclamemarkt raken vooral commerciële partijen als RTL en SBS diep. Ze bezuinigen enorm, met 20 procent of meer van hun budget. Producenten voelen dat intens. Konden ze ‘vroeger’ hoge prijzen bedingen met meer gegadigden voor hun programma’s, de tv-markt is nu veel meer een kopersmarkt. Producenten als Endemol (omzet 1,3 miljard euro), Freemantle (1,2 miljard) Eyeworks (230 miljoen) en IDTV (All3media, 400 miljoen) en ‘nieuwkomers’ als (nu) Talpa en Warner Brothers moeten vechten om de afnemers. Net als veel mediabedrijven, zoals internetpartijen en tijdschriftuitgevers, begeven producenten zich in sponsoring. Zo produceert IDTV de Eneco duurzaamheidsaward. 2009 was ook het jaar van het bankroet van The Entertainment Group van Marco Borsato, Lex van den Boog en Unico Glorie met alle besognes en negatieve publiciteit die daar het gevolg van waren. Dit kan negatief afstralen op nieuwe crossmedia productiebedrijven, zei John de Mol in een vraaggesprek met Broadcast Magazine. Hij zei eveneens dat Nederland met moderne multimedia producties achterblijft. Technische platforms komen niet snel genoeg massaal van de grond. Maar we kunnen wat verwachten aan nieuwe formaten programma’s, zo laat John de Mol doorschermen. John de Mol kraakt ook een noot over de markt voor Nederlandse productiemarkt waar het elkaar kennen en gunnen een te sterke rol zouden spelen. Dat neemt niet weg dat hij de stap zet naar de Verenigde Staten, naar andere Europese landen kijkt maar ook nieuwe grote markten als de Aziatische en Rusland. Nederlandse creativiteit doet immers nog goed mee.
Creativiteit moet de drijfveer blijven. Nederland doet het daarin overigens goed, met 35 geëxporteerde formats in de drie jaar 2006-2008, de derde exporteur na de Verenigde Staten en Engeland. In die drie jaar is er voor 9,3 miljard euro aan formats verhandeld.
Themakanalen: hoog, maar weinig zeggend bereik Met de digitale themakanalen ging het niet goed, tot verdriet van producenten én zenderaanbieders die hoopten op extra revenuen. Endemol en KPN verloren bijvoorbeeld een berg geld met Xi, hun gezamenlijke exploitant voor (digitale) themakanalen. IPTV (tv via internet) liet te lang op zich wachten. Meest opvallend is nog dat adverteerders er geen brood in zien. Dat was de commerciële lakmoesproef. Zenders voor doelgroepen leken een snoepje, maar adverteerders en mediabureaus krijgen te weinig homogene doelgroepen in de schoot geworpen. Bovendien zijn ze klein. Kijkcijfers vallen tegen. En dan houdt alles op. Bij het Cross Media Café in maart introduceerde Bas de Vos (directeur SKO) de pilot SKO Digitaal. Uit de eerste resultaten is te leren dat 15% van de mensen minimaal eenmaal per week één minuut naar het pakket onderzochte zenders kijkt. In de hele periode van vier weken zijn 4,1 miljoen kijkers geteld. Dat leek veel. In oktober was het bereik al bijna 26 procent en bij digitale kijkers bijna 42 procent. In november 2009 was dit een kleine 28 procent, nu inclusief de nieuwe zender RTL Lounge. Misdaadnet (7,8%) en 13th Street (8%) en Humor TV (6%) hadden de hoogste cijfers. Kijktijden zijn niet bekend, en dat is een probleem.
fragmentatie en individualisatie. Anderzijds groeien de mogelijkheden om te interacteren rond en gedurende uitzendingen. Hoe moet dat als we niet meer tegelijk kijken? Dat zal zich in 2010 openbaren wanneer naar verwachting de ‘Web 2.0’ faciliteiten dichter tegen tv aan zullen komen. Een voorproefje is de verbeterde software voor aanbevelingen voor programma’s. Dat wordt nu aangeboden aan omroepen en zenders. De VPRO hapt als eerste toe en andere partijen zullen volgen. In het kielzog hiervan zal dergelijke software ook voor de kijkers beschikbaar moeten komen zodat ze elkaar kunnen tippen. Of gaat zo’n applicatie via Facebook verlopen? Of zullen contentaanbieders dit naar zich toe weten te trekken, bijvoorbeeld de NPO die communicatie opbouwt rond Uitzending Gemist? Tele2 spreekt terecht van televisie 2.0: digitalisering heeft immers nog lang niet gebracht wat we ervan mochten verwachten. Al ‘sinds mensenheugenis’ is sms met eenvoudige response het belangrijkste platform voor communicatie over en met tvprogramma’s. YouTube uiteraard op tv, maar ook Hyves en Facebook met zinnige functionaliteit toevoegen; het zal een kunst op zich zijn om de kijker actief te krijgen. Sceptici zien dat ‘never nooit’ gebeuren in de huiskamer. Je wilt toch het volgende doelpunt niet missen? Een aanbieders willen niet dat tijdens reclame kijkers massaal gaan interacteren? 2010 wordt een boeiend jaar!
De NPO bracht in 2008 het aantal themakanalen al terug van 17 naar 12. Sport1 liet via het Financieele Dagblad weten dat komend jaar ‘waarschijnlijk winst’ in het verschiet ligt. Dat is te danken aan veel lagere inkoopkosten. De prijzen voor sportrechten dalen, nadat die in de tijd van Talpa stegen. Met 400.000 abonnees voor Film1/Sport1, samen goed voor ruim 70 miljoen euro omzet in 2009, heeft UPC-zusje Chello Benelux een aardige basis, maar niet winstgevend voor Sport1. Toch was er groei in 2009, volgens de directie daar consumenten juist bezuinigen op bestedingen buitenshuis maar als ‘compensatie’ een tv-abonnementje nemen. Eredivisie voetbal ontbreekt op Sport1, en dat blijft ook zo. Eredivisie Live concurreert en tijdens het Cross Media Café afgelopen voorjaar werden 350.000 abonnees genoemd die 10 tot 15 euro per maand betaalden. Jongste cijfers wil men liever niet verstrekken. Betalen voor voetbal is nog niet zo ingeburgerd als in Engeland waar Sky al ruim 5 miljoen abonnees heeft (waarvan ruim één miljoen op HD). Maar wel is er een groei van payper-view van 30 procent; dat op ruim 15.000 kijkers per weekend dit voorjaar, zowel op tv als op internet en 150.000 streams.
Innovatie Dat sluit aan op de trend van groei van on-demand die UPC vaststelt, onder meer met Uitzending Gemist. Dat past bij meer
Hoofdstuk 2. Aflevering: Digitale tv
23
Het digitale televisielandschap in Nederland ontwikkelt zich snel. De combinatie van het internet en de televisiewereld komt dichterbij en er zijn steeds meer aanbieders en meer netwerken. Er lijkt een sneeuwbaleffect te ontstaan en dat biedt nieuwe spelers interessante mogelijkheden.
schermen. De crisis heeft tot nu toe nog geen invloed op de televisieverkopen. Er worden op dit moment nog steeds 34% meer platte schermen verkocht dan een jaar geleden. In omzet is het wel minder omdat de prijzendruk groter is geworden. Vrijwel alle tv’s die op dit moment verkocht worden zijn inmiddels ook HD ready of Full HD. Als je naar huishoudens kijkt dan is inmiddels 50% van de schermen thuis geschikt voor hogere kwaliteit tv. De schermen worden ook steeds groter. Inmiddels heeft 53% van de Nederlanders een digitale tv in huis. Als je kijkt naar de aanbieders van digitale tv dan zie je de onderstaande ontwikkeling:
Publiek tijdens het Cross Media Café Digitale tv
2.1 Digitale tv is het 50% punt voorbij Freek van ’t Ooster (iMMovator) opent de middag met een presentatie over de laatste ontwikkelingen rond digitale tv in Nederland. De cijfers die Freek van ’t Ooster presenteert komen uit de Monitor Digitale Televisie, een reportage die elk kwartaal wordt uitgebracht door de Expertgroep Digitale TV, een samenwerkingsverband van producenten, omroepen (publiek en commercieel), audiovisuele facilitaire industrie en distributiepartijen en is ontstaan op initiatief van iMMovator. De Monitor Digitale Televisie is opgezet in samenwerking met GfK Benelux Marketing Services. De inhoudelijke redactie wordt gevoerd door iMMovator Cross Media Network. Via deze monitor publiceert de Expertgroep periodiek belangrijke ontwikkelingen rond de acceptatie van digitale tv in Nederland. Wat zijn de belangrijkste statistieken op dit moment? De totale televisieverkopen nemen nog steeds toe. Het grootste deel daarvan neemt de LCD-TV in, die wint het duidelijk van de plasma-
Aantal aansluitingen digitale televisie 2005-2008 per aanbieder
Ziggo heeft een erg snelle groei doorgemaakt en is inmiddels met afstand de marktleider met het aanbieden van digitale tv. KPN doet het ook bijzonder goed. Het Digitenne signaal van KPN is fors gegroeid en heeft inmiddels na UPC de derde plek ingenomen. “We zitten nu voorbij het 50% punt,” aldus Freek van ’t Ooster, “het wordt nu tijd om te gaan kijken naar wat Nederlanders eigenlijk doen met die digitale tv.” Wordt er gebruik gemaakt van digitale zenderpakketten, themakanalen, premiumzenders, uitgesteld kijken, dat soort vragen.
UPDATE Kwartaalmonitor november: bijna tweederde Nederlandse huishoudens aangesloten op digitale tv De Monitor Digitale Televisie van november 2009 laat zien dat het aantal aansluitingen op digitale tv een voortgaande groei kent en uitkomt boven de 60% in het derde kwartaal van 2009. Daarnaast is vooral de doorbraak naar HDTV opvallend, zowel in penetratie van schermen, verkopen van randapparatuur en mensen met HD ontvangstapparatuur. Daarom wordt er in deze tiende editie van de Monitor Digitale Televisie een uitgebreide analyse van de HD ontwikkelingen gegeven. In het derde kwartaal kwamen er bijna 200.000 aansluitingen van de aanbieders van digitale tv via de kabel, satelliet, ether en internet bij. De penetratie in Nederlandse huiskamers is daarmee tot 62 procent gestegen.
Freek van ’t Ooster (iMMovator)
24
iMMovator Cross Media Network
Aan de prognoses van verkoop en penetratie van platte en HD schermen veranderde in het afgelopen kwartaal weinig. De verkopen bleven in het zomerkwartaal zonder grote sport toernooien goed op peil. De verwachting is dan ook nog steeds dat aan het eind van 2009 in 83% van de huiskamers het belangrijkste toestel een plat scherm is. In 69% van alle Nederlandse huiskamers zal dan een toestel geschikt voor Full HD of HD Ready ontvangst staan.
Dutch Guild (zie www.dutchguild.nl), dat inmiddels een rapportage heeft gemaakt over een ‘recommended practice’. Daarover is documentatie beschikbaar bij iMMovator via info@immovator.nl. Daarnaast is onderzoek gedaan naar een standaardisatie van het knoppengebruik voor interactieve toepassingen.
HDTV De Expertgroep Digitale TV buigt zich regelmatig over mogelijkheden om de kloof tussen HDTV-aanbod en HDTV-vraag te doorbreken. Zo zet de Expertgroep Digitale TV zich in om afspraken te maken tussen de partijen in de keten over hoe de televisiesector in Nederland de komende jaren overgaat naar deze nieuwe digitale standaard. Daartoe zijn ook de Nederlandse HD Dagen georganiseerd. Meer informatie hierover vindt u in hoofdstuk 3 over de ontwikkeling van HDTV.
2.3 Zes digitale tv pitches Een vast onderdeel van het programma van het Cross Media Café vormen de pitches. Welke echt nieuwe diensten zijn mogelijk op het digitale televisie platform? Een reportage met een zestal korte presentaties van jonge bedrijven met interessante projecten. Ontwikkeling FULL HD & HD TV verkopen 2001-2009 NL
Pitch 1: Paul Janssen, ConnectedPeople
In 2010 wordt zelfs een groei naar verkoop van meer dan 1,9 miljoen toestellen voorzien. Daarbij is de rol van de plasmaschermen minder groot dan in eerdere prognoses en nadert de verkoop van beeldbuis toestellen nog sneller de nul dan eerder voorzien. Daartegenover neemt de rol van de verkopen van Full HD schermen snel toe tot dit jaar al 50% van de verkopen, met een verdere stijging naar 70% in 2010.
Wat? ConnectedPeople is een community die ‘echte interactiviteit’ biedt via tv. Je kunt er reageren, sms’jes verzenden, bloemetjes sturen etc. Waarom? Met ConnectedPeople kun je nu ook op tv eindelijk interactief bezig zijn. En verder? Men ontwikkelt verder met diverse andere partijen communities, onder meer Slash FM. Meer informatie: www.3-frogs.com
Opvallend in deze HD Special van de Monitor Digitale Televisie is dat al een derde van de verkochte settopboxen voor HDTV ontvangst geschikt zijn. Bij de discspelers groeit de verkoop van Blu-ray nu heel snel tot inmiddels 15 procent van alle verkochte discspelers. De uitgaven van de Monitor Digitale Televisie zijn te downloaden via http://www.immovator.nl/onderzoeken
2.2 Expertgroep Digitale TV De Expertgroep Digitale TV zet zich in om de acceptatie van digitale tv in Nederland te versnellen en neemt daarvoor diverse initiatieven waaronder de Monitor Digitale Televisie. Via de monitor publiceert de expertgroep periodiek de belangrijkste ontwikkelingen in Nederland. Daarnaast heeft de expertgroep in 2009 speciale aandacht gegeven aan HDTV en standaardisatie.
ConnectedPeople: overal verbonden
Pitch 2: Jan-Pieter Gerritsen, CrownTech Standaardisatie Op het gebied van metadata, programmagegevens en het knoppengebruik voor interactieve tv zijn vanuit de expertgroep acties ondernomen om afspraken te maken tussen de partijen in de keten zodat de dienstverlening over de hele keten kan worden gewaarborgd. Rondom metadata is een traject opgezet met
Wat? CrownTech biedt de consument een centrale keuze om alles te doen met één box. Over The Top Global TV (‘YouTube’), themakanalen, contentopslag, doorzetten naar je pc, mediaspeler, iPhone etc. Waarom? Er wordt een breed scala technologieën ondersteund, van Flash tot Skype.
Hoofdstuk 2. Aflevering: Digitale tv
25
En verder? Op 1 april gaat men in heel Europa live, vanaf augustus ligt CrownTech ook in de Nederlandse winkel. De retailprijs is vanaf € 195,95. Meer informatie: www.crowntech.nl
Pitch 3: Annelies Kaptein, iFanzy Wat? Bij iFanzy, de persoonlijke televisiegids van Stoneroos, gaat het om de vraag: ‘Is er nog iets leuks voor mij op tv vanavond?’ Waarom? Er worden verschillende platforms ontsloten, zowel het web als de set-top box. En verder? Actief vanaf april 2009 via Lijbrandt Telecom. Meer informatie: www.ifanzy.nl
Pitch 4: Wilfred Stegeman, Schedjoules Wat? SchedJoules is een Calendar Marketing platform. Via SchedJoules breng je event informatie (onderwerp, datum, tijd, beschrijving) naar de persoonlijke agenda van gebruikers op de desktop (onder andere Outlook, iCal), online (onder andere Google Calendar, Facebook) en smartphone (iPhone). Waarom? Datum, locatie en tijd van een event worden uitsluitend vermeld als statische tekst op een website, flyer, abri of in de krant voorafgaand aan een event. Ten tijde van een event is een gebruiker echter vergeten dat dit event gaande is. Dit kan een koopzondag zijn of een voetbalwedstrijd, maar ook een aandeelhoudersvergadering of een tv-programma. De oplossing is om de event informatie over te brengen naar de agenda van deze gebruiker op het moment dat hij er aandacht voor heeft. De aandacht voor events en het succes ervan wordt hierdoor sterk vergroot. Hoe werkt het? SchedJoules is een webbased platform dat via XML data krijgt aangeleverd en transformeert tot pakketjes die door gebruikers kunnen worden toegevoegd aan social media, smartphones en agenda-applicaties. En verder? Het platform heeft zich sinds de pitch nadrukkelijk ontwikkeld als een one-stop-shop voor de distributie van events. Tevens beschikt SchedJoules tegenwoordig over eigen data die klanten kunnen inzetten, waaronder de evenementen van alle beursgenoteerde ondernemingen in heel Europa (inzetbaar door nieuwssites, banken en beleggingpartijen) en uitgebreide sportdata van sporten over de hele wereld (inzetbaar voor bonden, nieuwssites en sponsors). Meer informatie: www.schedjoules.nl
SchedJoules: event informatie naar persoonlijke agenda
26
iMMovator Cross Media Network
Pitch 5: Raph Bode, Working Tomorrow Wat? De GSM zapper is een project waar door een aantal verschillende studenten aan is gewerkt. Met de GSM Zapper wordt via een mobieltje gevolgd wie er naar de tv kijkt. De telefoon is via de settop box aan de tv gekoppeld. Waarom? De GSM Zapper vervangt je huidige afstandsbediening van je tv en settop box. De GSM zapper is een kleine applicatie die op je mobiele telefoon draait. Met je telefoon toetsen kun je zappen op je televisie. Maar er kan meer. Omdat je een tweeweg verbinding hebt kun je ook informatie van je tv naar je telefoon sturen waardoor je interactiviteit krijgt. Zo is het mogelijk om deel te nemen aan een spelprogramma, zou je programma’s kunnen waarderen, kun je informatie ontvangen over de volgende uitzending van een serie en deze direct in je agenda plaatsen zodat je het niet vergeet. Maar ook tijdens de reclame van bijvoorbeeld een auto kun je door het drukken op een knop direct je belangstelling voor een proefrit doorgeven aan de dichts bij zijnde dealer. Het is tenslotte bekend waar je GSM zich bevindt. Allemaal nieuwe en spannende mogelijkheden die zijn uitgewerkt in prototypes door studenten. En verder? Working Tomorrow is het afstudeerprogramma van Logica dat zich richt op de haalbaarheid en mogelijkheden van innovatieve toepassingen. In de afgelopen jaren hebben al 500 studenten aan het programma deelgenomen. De afstudeerders zijn in de laatste fase van hun opleiding. Ze ontwikkelen concepten, prototypes en demo’s om nieuwe technologie te toetsen op haalbaarheid en commerciële kansen. De opdrachten stellen de mens centraal en sluiten aan bij maatschappelijke thema’s, zoals duurzaam energiegebruik, nationale veiligheid en langer zelfstandig leven. Meer informatie: www.workingtomorrow.nl
Pitch 6: Arno van Boven, Dance TV Wat? Het themakanaal Dance TV is een internetplatform voor de liefhebbers van dance. Waarom? Dance is exportproduct nummer 3 van Nederland, er gaat jaarlijks 500 miljoen euro om in de dance industrie en er zijn 2,5 miljoen liefhebbers van de dance muziek in Nederland. Dance TV brengt 24 uur per dag, 7 dagen per week de dance cultuur in beeld. Geen clipzender maar een infotainment kanaal met reportages over dance feesten, interviews met dj’s en producers, documentaires uit de dance scene en live uitzendingen vanaf festivals, evenementen en uit clubs. Dance TV is een lifestyle kanaal met een hoog feel good gehalte. Hoe werkt het? Op digitale tv gebied is Dance TV een nieuw concept. Naast het televisiekanaal biedt Dance TV haar content ook aan als VOD en zelfs als stream voor iPhone en Web TV. Kijk hier naar de Dance TV International (trailer: www.dancetv.nl/index.swf) En verder? Halverwege 2008 startte Dance TV via de digitale kabel van UPC. Andere kabelmaatschappijen zullen volgen. Andere vormen van distributie zoals IPTV en mobiele tv staan in de startblokken. Meer informatie: www.dancetv.nl
2.4 Digitale tv: maandelijks ruim 4 miljoen kijkers Wat doen mensen dan met digitale tv? Dat is het onderwerp van het verhaal van Bas de Vos (directeur, Stichting KijkOnderzoek). Hij legt kort uit hoe het kijkonderzoek is opgezet, welke partijen betrokken zijn en hoe het TV Panel is samengesteld. Bovendien beschikt hij vers van de pers over de laatste cijfers op het vlak van digitaal tv-kijken. Bas de Vos vertelt dat men de pilot SKO Digitaal is gestart omdat het aantal digitale huishoudens en het aanbod van digitale kanalen flink toeneemt. Maar omdat het gedrag anders is, bijvoorbeeld meer gefragmenteerd, wordt er geëxperimenteerd en bekeken wat de beste onderzoeksmethode is. De volgende 33 zenders zitten op dit moment in de rapportage:
UPDATE Resultaten SKO Digitaal Oktober In september 2008 begon Stichting KijkOnderzoek een pilot om het bereik te meten van uitsluitend digitaal beschikbare kanalen. Intomart GfK zette met succes de ‘Enhanced Audio Matching’-techniek in om het aantal kijkers van dergelijke kanalen te meten. Naast deze technische meting ontwikkelde SKO een statistische maat om de betrouwbaarheid van kijkcijfers van digitale kanalen vast te stellen. De zenders die worden gemeten, bereikten in de weken 40-44 (oktober 2009) gemiddeld 25,7% van de Nederlandse bevolking van zes jaar en ouder per week. In huishoudens die beschikken over digitale ontvangst lag dit percentage op 41,7%. Deze percentages laten een lichte daling ten opzichte van de septembercijfers zien. Over de totale vijfweekse periode bedroeg het bereik 49,4% van de Nederlandse bevolking en 70,4% van de personen in huishoudens die over digitale ontvangst beschikken. Bron: SKO
Bas de Vos besluit zijn presentatie met de volgende samenvatting:
SKO: ‘Zenders in de rapportage’
Voordat hij in de resultaten duikt, stelt Bas de Vos de vraag hoe betrouwbaar de cijfers eigenlijk zijn. De inschatting was dat bij een traditionele aanpak de cijfers niet betrouwbaar genoeg zouden zijn. Digitale thematische kanalen hebben vaak een specifieker publiek dat kleiner van omvang is dan bij de brede zenders die van seconde tot seconde worden gerapporteerd. Om die reden heeft men voor een andere rapportagevorm gekozen: alleen bereikcijfers en geen informatie over marktaandeel en kijkdichtheid. Uit de eerste resultaten is te leren dat 15% van de mensen minimaal eenmaal per week één minuut naar het pakket onderzochte zenders kijkt. In de hele periode van vier weken gaat het om 4,1 miljoen mensen die minstens een keer gekeken hebben.
Digitale zenders zijn op bereik te rapporteren uit het huidige kijkonderzoek, mits ze voldoen aan het criterium van een minimaal bereik. De groeimarkt van digitale tv is daarmee te monitoren uit het kijkonderzoek. Er is nog geen inzicht in het totale aandeel van het digitale domein. De gerapporteerde groep zenders bereikt een fors deel van de Nederlandse bevolking; in vier weken tijd 4,1 miljoen Nederlanders (27,4%). In digitale huishoudens is dat zelfs bijna de helft (48,5%). SKO kan gaan werken aan het structureel opnemen van deze zenders in het kijkonderzoek vanaf 2010. Er wordt overwogen om de pilot te verlengen en er zal maandelijks op Kijkonderzoek.nl gerapporteerd worden. Bas de Vos doet ook een uitnodiging aan de aanwezigen om samen te werken om in pilotvorm te gaan testen hoe uit een settop box informatie verkregen kan worden. Peter Olsthoorn vraagt wat het marktaandeel van digitaal kijken is. Gaat het om enkele procenten of is het een substantieel aandeel? Bas de Vos zegt op dit moment geen harde uitspraak te kunnen doen over het marktaandeel. Omdat de totaalcijfers redelijk stabiel zijn, is wel te zeggen dat de groei in digitaal meteen een vervanging van traditioneel tv-kijken is. Porno zit overigens nog niet in de onderzoeken, maar de inschatting hierbij is dat het qua kijktijd om relatief korte trajecten gaat...
2.5 Digitale tv: nieuwe rondes, nieuwe plannen
SKO: eerste resultaten pilot SKO-digitaal
In het laatste deel van het Cross Media Café presenteren Jan de Vries (Eredivisie Live), Ivo Lochtman (UPC), Frank Hermans (Ericsson) en Hans Broekhuis (Tele2) hun nieuwe plannen. Een verhaal over praktijkcases, trends en Televisie 2.0.
Hoofdstuk 2. Aflevering: Digitale tv
27
Eredivisie Live: al 350.000 abonnees Jan de Vries (manager Eredivisie Live) presenteert het gezamenlijke initiatief van de Nederlandse eredivisieclubs en Endemol Holding. Eredivisie Media & Marketing CV, zoals het bedrijf officieel heet, doet de exploitatie van de mediarechten (inclusief buitenland), de exploitatie van tv, internet en mobiel, het management van de sponsoractiviteiten en de verkoop van licenties.
Eredivisie Live is te ontvangen via alle platforms, dus kabel, satelliet, ether, IPTV, glaszvezel, Digitenne, 3G en zoals gezegd internet. De waardering voor Eredivisie Live is erg hoog, volgens onderzoek van Kobalt schommelt dat tussen de 7,6 en 8,0 als het gaat om de aspecten kwaliteit en tevredenheid (februari 2009). Ook de kijkcijfers liggen hoog.
Jan de Vries (manager, Eredivisie Live)
Wat feiten over het product Eredivisie Live: • Eredivisie Live biedt 4 premium tv-kanalen. • De prijs ligt tussen € 9,95 en € 14,95. • Eredivisie Live is weekendtelevisie met een aanvullende programmering door de week. • Eredivisie Live wordt via alle platforms aangeboden. • Eredivisie Live is van de clubs en voor de fans.
Het gaat hierbij niet alleen om mensen die hun eigen club willen volgen, de kijkers zijn breder geïnteresseerd in het product voetbal. De mensen met een relatie met een club konden direct benaderd worden, dat was uiterst handig voor onderzoek. Bij de marketingstrategie van Eredivisie Live draait het om de volgende zaken: • beperkte brand campagne, focus op sales; • intensieve samenwerking met distributeurs; • direct sales via de clubs naar de fans; • eigen verkoopsite met directe fulfillment; • 1/3 van de abonnees via verkoop door Eredivisie.
UPDATE Eredivisie Live zet door
Distributie Eredivisie Live
De doelstellingen voor het seizoen 2008-2009 lagen op het vlak van het afsluiten van distributie overeenkomsten met alle partijen, het realiseren van een kwalitatief hoogwaardig tv-kanaal, herkenbare marketing (‘it must be love’) en samenwerking met de clubs. Dat is eigenlijk heel goed gelukt. Op dit moment zijn er ongeveer 350.000 abonnees en tussen de 15.000 en 20.000 pay per view kijkers per weekend, zowel op tv als op internet. Er zijn via internet 1 miljoen unieke bezoekers, die kijken samen naar onder meer 150.000 video streams per weekend. En, wat Jan de Vries betreft enigszins onverwacht, er zijn al meer dan 5.000 mobiele tv-abonnees.
28
iMMovator Cross Media Network
Na het Cross Media Café van 17 maart is Eredivisie Live zich positief blijven ontwikkelen. Hoewel de groei van de digitalisering van de Nederlandse tv-huishoudens momenteel iets achter blijft bij de verwachtingen wordt dit gecompenseerd door een doorzettende groei van abonnees. De vijver mag dan wel wat kleiner zijn maar er wordt meer vis gevangen. Met pay per view is tot en met november een stijging van 30% behaald. Ook in de samenwerking met distributeurs zijn flinke stappen gezet, getuige bijvoorbeeld de samenwerking met Ziggo, die gedurende de maand oktober al haar digitale abonnees een proefabonnement op Eredivisie Live heeft aangeboden. Op basis hiervan worden vergelijkbare acties met de overige distributeurs voorbereid. Online is eredivisie.nl vernieuwd en verrijkt met een Silverlight Player met aanbod van interactieve elementen voor meer beleving tijdens de live wedstrijden. Ook is er dit jaar een mobiele portal gelanceerd met een goal alert service gekoppeld waarbij enkele minuten na een doelpunt deze middels een korte video te zien is op de mobiele telefoon. Tevens zal na de winterstop een bijbehorende Eredivisie Live iPhone applicatie worden gepresenteerd.
De doelstellingen die voor het komende seizoen (2009-2010) geformuleerd zijn, zijn de volgende: • Verdere groei van het aantal abonnees, op de golf van de groei van de digitalisering. • Groei aanbod pay per view en ‘Wedstrijd Gemist’. • Intensivering van de samenwerking met distributeurs. • Uitbreiding van de internetactiviteiten. • Lancering van een mobiele clip service. Peter Olsthorn vraagt zich af of men weet wie wat kijkt. Dat blijkt niet zo te zijn er is wel meegedaan met het onderzoek van SKO en wil zelfs graag meer weten. Bijvoorbeeld of de programmering bij de behoefte van de kijkers past.
UPC: vier trends voor digitale televisie Ivo Lochtman (VP Content, UPC) bespreekt vier belangrijke trends die van belang zijn voor de ontwikkeling van digitale televisie in Nederland. Trend 1: de ontwikkeling van broadcast naar on demand Er is een duidelijke ontwikkeling van broadcast naar on demand, in de VS is deze ontwikkeling al wat verder. Elke maand weer weet een paar procent extra van de UPC-klanten video on demand te vinden. In veel landen is video on demand al in de top 5 van ‘tv-zenders’ terecht gekomen, in sommige landen zelfs op de tweede plek. In Nederland zit VoD tussen de vijfde en tiende plek, dat is bijvoorbeeld hoger dan Veronica, RTL 7 en RTL 8.
UPC-klantendatabase heeft kinderen, 22% van die klanten gebruikt deze service 6 keer per maand. Het werkt dus echt. Video on Demand, fragmentatie, kwaliteit en personalisatie zijn de trends die Ivo Lochtman ziet. maar ook al zijn de trends duidelijk, er moeten volgens hem nog heel wat stappen worden gezet om dit alles ook werkelijkheid te laten worden.
Ericsson: de individuele tv-experience Frank Hermans (Business Development Multimedia, Ericsson) vertelt dat Ericsson na een recente acquisitie nog actiever is geworden op het vlak van digitale tv. In de visie van Ericsson zijn personalisatie, communicatie en interactiviteit belangrijk. Verder is het ook interessant om te kijken naar businessmodellen. Enkele statements hierbij: • Tv that is personal: Interactieve diensten op internet en tv gaan samensmelten. Ericsson steunt in dit trouwens de open standaard voor interactieve tv (Open IPTV Forum). • Tv that is worth the money: De betaalmodellen gaan veranderen, er komen nieuwe advertentiemodellen om gedurende de VoD uitzendingen punten te vinden waarop geïndividualiseerd reclame naar klanten gebracht kan worden. • Tv that is high quality: Een belangrijk element om het bij de klant te krijgen, een uitdaging voor de distributiebedrijven. • Tv that connects me to everything: user generated content, steeds meer eigen tv’s, video’s en kanalen, die bovendien gedeeld (sharing) worden.
Er is ook een ontwikkeling naar Channel on Demand, dat is een vorm waarbij een lineair kanaal wordt uitgebreid met een video on demand aanbod. Een voorbeeld hiervan is het kanaal van MGM. Trend 2: fragmentatie Een tweede trend is fragmentatie. Vroeger keken we allemaal naar één televisie, nu zijn er meerdere televisies in huis, maar kijken we ook via computers, mobieltjes etcetera. Uitzending Gemist wordt bovendien alsmaar groter. Om een idee te geven over de omvang van dit nieuwe kijken: UPC heeft afgelopen jaar (2008) 34 miljoen streams gedaan. YouTube is de belangrijkste speler, maar Hulu is in een paar maanden tijd de tweede videosite van de Verenigde Staten geworden. Ook deze ontwikkeling geeft een duidelijke indicatie van de groei.
Ericsson: visie op tv-kijken
Trend 3: kwaliteit is steeds belangrijker De derde trend is dat kwaliteit steeds belangrijker wordt. Inmiddels is 90% van de UPC-klanten tevreden over de kwaliteit van digitale tv, het nieuwe product is dus duidelijk volwassen geworden en dan gaat het niet alleen om beeld en geluid, maar ook om zaken als klantenservice en user interface.
De user interface wordt van cruciaal belang, die moet eenvoudiger, intuïtief zijn. De gaming industrie is daarbij een goed voorbeeld, het ‘met een knop’ kunnen schakelen tussen verschillende vormen van interactiviteit. Verder wordt in de nabije toekomst het integreren van communicatiemogelijkheden in de tv, bijvoorbeeld een chatberichtje kunnen sturen, erg belangrijk.
Trend 4: personalisation De laatste grote trend is personalisation, een bekende partij hierin is Tivo. De BBC is op dit vlak erg goed bezig, maar wordt natuurlijk ook gesteund door grote budgetten (€ 140 miljoen). Als je het hebt over personalisation, dan spelen er zaken als op trefwoorden zoeken, promotie, aanbeveling, maar ook een visuele interface die speciaal voor kinderen ontworpen is. Ongeveer 23% van de
De integratie van tv en mobiel is steeds gemakkelijker te realiseren. Bij kabelbedrijf Comcast, een van de grootste klanten van Ericsson, wordt ook actief gekeken naar On-demand advertising. In de doelgroep 25-45-jarigen is het gebruik van mobiele tv enorm toegenomen, zo blijkt uit resultaten die net afgelopen week bekend zijn geworden. In de VS is Ericsson samen met CNN in mobiele tv gestapt, maar ook in andere marktsegmenten
Hoofdstuk 2. Aflevering: Digitale tv
29
(naast de omroep ook Telecom aanbieders, kabelaars, etcetera) heeft men verschillende klanten. Wereldwijd gaat het inmiddels al om bijna 2.000 klanten. Wat zijn de partijen in Nederland waarmee men spreekt, zo vraagt Peter Olsthoorn zich af. De kabelaars, KPN en Tele2, aldus Hermans. Als één van deze partijen ja zou zeggen, dan kan het in 2010 ook in Nederland werkend zijn.
Tele2: televisie 2.0 is nu echt aan het gebeuren Hans Broekhuis (Director TV Marketing & Content bij Tele2) vraagt zich hardop af of er in de afgelopen decennia bij het tv-kijken sprake is geweest van een revolutie. Uit een viertal foto’s die hij laat zien, blijkt dat we nog steeds erg lineair zitten te kijken. Meer evolutie dan revolutie dus: Televisie 1.0. Maar Televisie 2.0 komt er hard aan: interactieve content, internet integratie en intelligentie.
De startpagina gaat heel persoonlijk worden, met persoonlijke suggesties voor films. Niet meer het standaard tien-kanalen principe. “Het gaat niet alleen echt gebeuren, een groot deel gebeurt op dit moment al!” aldus Hans Broekhuis. Drie zaken spelen daarbij een belangrijke rol: technologische ontwikkeling, praktisch nut en concurrentie. Wat betreft dit laatste punt: door een recente uitspraak is het ineens voor iedereen in Nederland een stuk gemakkelijker geworden om van aanbieder te wisselen, tv via de kabel kan nu ook bij Tele2. Tele2 was de eerste landelijke operator die video on demand en Hyves op tv heeft gebracht. Het zou raar zijn als we er twee jaar over moeten doen om bijvoorbeeld Google advertenties op tv te brengen, reageert Hans Broekhuis op de slotvraag van Peter Olsthoorn.
2.6 De paneldiscussie In de paneldiscussie die aansluitend op de presentaties gehouden wordt komt YouTube naar voren. Tele2 geeft aan al een jaar met YouTube in gesprek te zijn om YouTube content op tv te kunnen vertonen. Maar hier spelen rechten issues (denk aan de rechtszaken die rond muziek spelen), men wacht op Google’s goedkeuring om YouTube op tv te presenteren. Eredivisie Live voert op dit moment ongeveer twee rechtszaken per week over rechtenkwesties, Ericsson heeft vergelijkbare ervaringen. De vertaalslag van wat technisch allemaal mogelijk is naar hoe het juridisch ook te organiseren is, blijkt nog regelmatig een lastige.
Tele2: revolutie in tv-kijken?
Televisie 2.0: interactieve content De tv wordt standaard interactief. We krijgen video on demand, dat is video aan huis, dus niet meer naar de videotheek. Broekhuis: “Programma gemist is ongelooflijk populair bij Tele2, 50% van de klanten maakt er actief gebruik van, 25% doet zelfs een transactie. Van passieve lean back naar actieve lean back.” Televisie 2.0: internet integratie Er komen internet ready services, denk daarbij aan de iPhone, TomTom en game consoles. De tv gaat online, waarom is Teletekst eigenlijk nog niet internetgeschikt? Waarom bekijken we YouTube nog niet gewoon op tv? Of de foto slideshows van je vrienden die op Flickr staan? Er ontstaan microsites: kijk naar wat de Rabobank op YouTube doet, Hyves is op tv gelanceerd. Bij Tele2 kon je als eerste de Hyves profielen van je vrienden op tv bekijken. Televisie 2.0 is Web 2.0. Televisie 2.0: intelligentie De tv wordt tot slot ook echt intelligent en gaat dingen bijhouden. Denk dan aan tracking, cross referenties en het aanbieden van suggesties. Het zal gaan op de manier waarop Google AdWords werkt, maar ook Amazon.com, Bol.com en iTunes. Er worden suggesties gedaan. Bij de ‘Doe mee & Win’-campagne heeft 20% van de kijkers meegedaan, bij een BNN-actie heeft 10-20% van de kijkers meegedaan.
30
iMMovator Cross Media Network
Wie, hier aan tafel, is straks de machtigste partij als het gaat om de kennis van de kijker, wie heeft de data, zo vraagt Peter Olsthoorn zich af. Jan de Vries (Eredivisie Live) geeft aan dat zowel de uitgever als de distributeur er belang bij heeft, hier ligt een grote ambitie voor het komende seizoen. UPC is terughoudend met het beschikbaar stellen van de data, hier spelen privacy issues. Tele2 geeft aan dat men geaggregeerde data beschikbaar kan stellen. Iemand van de OPTA, die in de zaal aanwezig is, vraagt zich af of al deze mogelijkheden ook met elkaar gaan praten. Frank Hermans (Ericsson) benadrukt dat door de samenwerking in het Open IPTV Forum vrij schakelen mogelijk wordt, bijvoorbeeld van UPC naar Tele2 naar UPC met behoud van de settop box. Dus de middelware is uitwisselbaar. De eerste Open IPTV producten komen dit jaar al op de markt.
3. Aflevering: HDTV De Nederlandse HD Dagen Nederlandse HD Dagen Datum: 9 november 2009 Locatie: Beeld en Geluid, Media Park Hilversum Samenvatting en PowerPoint presentaties: http://www.immovator.nl/hd-dagen-2009 175 inschrijvingen
Hoofdstuk 3. Aflevering: HDTV
31
3. Aflevering: HDTV inleiding door Peter Olsthoorn
HD: kopen, kopen, niet kijken Over tien jaar zullen we niet snappen waarom het toch zo traag ging met het maken van HD-programmering. Want anno 2009 keek al 70 procent hier naar een HD-scherm. Maar het was nog steeds duwen en trekken voor content. 2010 belooft beterschap, maar zullen er weer ‘HD Dagen’ moeten worden gehouden? Anders dan het hoofdstuk over digitale tv gaat dit meer over techniek en hardware dan over diensten. Wat halen we in huis aan apparatuur? Wat HD betreft heeft de consument gekozen: dat komt er en blijft er. Juist met een belangrijke innovatie als high definition television of HDTV blijkt dat producenten en hun afnemers, de zenders en omroepen, moeizaam hun belangen gelijkschalen. Kabelaars lijken er weinig aan te kunnen doen, ondanks hun fonds. Maar toch gaat HDTV echt doorbreken in 2010, omdat de consument het wil, zo blijkt uit de HD Dagen in november 2009 en het onderzoek voorafgaand aan de HD Dagen. In het onderzoek was het meest opvallende het volstrekt gebrek aan coördinatie in Hilversum wat betreft HDTV: omroepen die niet samenwerken maar elk hun technologie aanschaffen. Producenten die niet staan te springen om te investeren maar wel geld willen hebben. Geld dat er uiteindelijk komt van een fonds van de kabelexploitanten, uit het geld dat ze (gaan) verdienen met HDTV-zenders. Maar ook de besteding van dat fonds, zo laat kabelaar Ziggo weten, is hoogst onbevredigend: de publieke omroep (NPO) pleegt te weinig inspanningen om HDTV tot een succes te maken.
Onrendabele investering en klachten Tijdens de HD Dagen liet onderzoeksclub Screen Digest een boeiende figuur zien: het aantal Europese HD-schermen waar-
op nog geen HD wordt genoten. Dat was in 2006 nog ongeveer 97 procent en in 2009 nog altijd ruim 80 procent: ruim 9 miljoen kijkers op 75 miljoen HD-schermen (op 165 miljoen toestellen). De lijn daalt scherp maar nog in 2013 is het percentage niet onder de 60 procent gedaald. Dan heeft het overgrote deel van de ruim 160 miljoen huishoudens toch al een HD-scherm. Nederland zit iets boven het gemiddelde met echter ook slechts 11 procent HD-bezitters die HD kijken. Frankrijk zit er ver boven en bijvoorbeeld Duitsland en Spanje er ver onder. Screen Digest telt 23 Nederlandse zenders met HD, maar hun percentage aan HD-programma’s is ongewis. Of zover wij weten: nog minder dan 10 procent. De onderzoeker ziet dat betaalde pakketten veel sterker stimuleren dan gratis beschikbare HD. Om maar niet te spreken van achterblijvende adverteerders: reclame-inkomsten uit HD groeien wel maar vormen met minder dan 8 miljoen euro voor heel Europa ook in 2013 nog maar een kwart van de inkomsten uit abonneepakketten van dan naar schatting 35 miljoen. Ook dat is overigens weinig. En dat is weer te wijten aan (te) dure vervanging van settop boxen door HD-boxen. De Europese topomroep BBC, tijdens de HD Dagen wijzend op een grote groei in eigen land, is er nog lang niet. Nog maar 30 procent van de programma’s wordt in HD gemaakt en in Olympische jaar 2012 (Londen) moet dit dan 70 procent zijn. Productie is een probleem, behalve goede camera’s ook fatsoenlijk geluid. Juist eind 2009 klaagden veel Britse HD-kijkers over brokkelig beeld! De ‘bitrate’ heeft de BBC in augustus 2009 verlaagd van 16 naar minder dan 10 mb/s. Capaciteit is immers schaars. Afbraak?
Nederlanders Europa in
Gat tussen bezit van HD scherm en HD ontvangst
32
iMMovator Cross Media Network
Toch is er goed nieuws zoals van het pan-Europese Brava HDTV vanuit Nederland onder leiding van Jur Bron, dat uit de rode cijfers denkt te komen begin 2010 met nu 250 uur per maand programma’s. En Dance TV staat in de steigers, een tweede internationaal initiatief vanuit Nederland. NOS ziet sport als blikvanger, maar heeft nog moeite met de kosten (verbindingen), organisatie en regie. Nationaal gaan SBS, RTL en Het Gesprek volgen met HD, ofschoon de commerciële markt ongewis is. Wie rekent wie nu wanneer af voor de bedragen? Immers, bovenal is er schaarste op de tv-kabel. CanalDigitaal heeft daar minder last van, maar nog geen groot arsenaal HD-kijkers voor de 17 zenders.
KPN zou vanaf het eerste kwartaal 2010 zenders in HD gaan faciliteren en hoopt dat de nieuwe VDSL-infrastructuur (snel uitgerold bij gebrek aan glasvezelsucces) voldoende capaciteit biedt voor HDTV. Als zo vaak in de afgelopen decennium wordt een WK voetbal, nu in Zuid-Afrika gehouden met Nederlandse deelname, als een belangrijke aanjager gezien voor de HD-markt.
WebTV historie Volkomen logisch is een groeicurve niet, zoals met HD. Zo namen in 2009 de groeicurven voor de afzet van bijvoorbeeld de dvdspeler waaronder de opgewaardeerde versie Blu-ray, al af. De markt tendeert, zo stelt marktonderzoeker GfK vast, naar online consumptie van content. Verbindingen worden daarmee belangrijker en televisies moeten geschikt gemaakt worden voor ontvangst van content met IP, maar ook voor bediening van browsers.
een 3D-bril op? Philips liep weer voorop met 3D en toonde al in 2006 een goed werkend platform. Sony, samen met bedrijf RealD, komt met toestellen op de markt en Panasonic, Samsung en LG kunnen niet achterblijven. Dus HD wordt 3D vanaf 2010? Tot zover het uitstapje in dit hoofdstuk over HD. Want je mag toch verwachten dat er een einde komt aan de HD Dagen zodra HDTV standaard is? Want er is geen ontwikkeling, evenmin als bij de komst van kleurentelevisie. Meer kleuren waren er niet. Maar in tv-apparatuur zit nog vernieuwing genoeg. Dus met wat fantasie kunnen HD Dagen nog lang blijven bestaan, met steeds nieuwe kip-ei problemen...
Die laatste ontwikkeling kreeg een ferm startschot in 2009 en het wordt spannend in 2010: gaan we eindelijk naar ‘web tv’ toe? ‘Eindelijk’ want het bedrijf WebTV zag al in 1995 het licht, inmiddels toch vijftien jaar geleden. Een stukje geschiedenis vanuit de vorige eeuw: Steve Perlman raakte als student gefascineerd door WebTV en het lukte hem om van idee naar uitvoering naar bedrijf in Silicon Valley te gaan. Sony en Philips namen licenties af, brachten hun eigen versies WebTV’s in de winkel en kochten zelfs aandelen in het bedrijf WebTV. De verwachte enorme groei bleef uit, ook nadat Microsoft in 1997 een meerderheid kocht: in 1999 waren er nog maar 800.000 abonnees binnen. Maar die bleven trouw: abonnementsgelden in de VS brachten zelfs in 2005 nog 150 miljoen dollar op. Philips beloofde eind vorige eeuw diverse malen om WebTV in Europa te introduceren, maar maakte dat niet waar. Het was een ‘hot item’ in de markt, zeker gedurende de hypejaren toen veel in de online markt tot grote proporties werd opgeblazen. Anno 2009 kondigt Philips dan op het Cross Media Café aan niet alleen een groot deel van zijn tv’s voor IP-toegang uit te rusten, maar ook om met een eigen browser en iets van een portaal te komen met het oog op reclame-inkomsten. En ook anno 2010 is dit dus een opzienbarende ontwikkeling, met nog steeds de grote vraag: gaan tv-kijkers ook internetten? Komen de platforms bij elkaar? En, niet te vergeten in de aangezwengelde iPhone hype: wordt de televisie ook een platform voor applicaties?
3D wordt ineens hot Sneller dan het internet op televisie zal wellicht een andere ontwikkeling in de tv-hardware gaan vormen: driedimensionaal weergeven en kijken. De grote tv-makers zien een nieuwe markt gloren nadat hun R&D labs er veel geld in gestoken hebben. Bioscopen zetten de toon: Zo bracht eind 2009 de 3D-film Avatar van regisseur James Cameron veel geld op voor Twentieth Century Fox. Vanwege het 3D-effect was de prijs van de kaartjes verhoogd. Op tv dezelfde vraag als met HD: wie gaat dat betalen met programma’s? En kan de markt afrekenen bij de kijker? Zet die wel
Hoofdstuk 3. Aflevering: HDTV
33
Maandag 9 november organiseerde iMMovator voor de tweede keer de Nederlandse HD Dagen in Beeld en Geluid. Distributiepartijen, producenten en omroepen bespraken de wat moeizame ontwikkeling van HDTV in Nederland. De doorbraak van HDTV werd tegen gehouden door de nodige kip en ei problemen, toch is de sector optimistisch over de toekomst. Veel omroepen en producenten wachten niet langer met HDTV en bieden steeds meer content in HD kwaliteit aan.
zit iets boven het gemiddelde, Frankrijk zit er ver boven en Duitsland er ver onder. Het ligt niet aan de toestellen, want die zijn er al. Maar waar de relatie wel ligt is betaal-tv, dat zorgt voor de verspreiding van settop boxen en daarmee HDTV. ‘Gratis’ is geen voldoende sterke driver van HDTV volgens Tom Morrod.
HD content in West Europa en Verenigde Staten
De HD Dagen werden live gestreamed door United Broadcast Facilities
3.1 Ontwikkelingen in Europa Tom Morrod (Screen Digest) gaat in de openingspresentatie in op de ontwikkelingen in Europa. Hij opent met de conclusie dat HD nu, na 3 jaar, overal in Europa beschikbaar is. Maar er is nog veel te doen, er zijn meer schermen dan settop boxen. De betaal-tv markt is uiteraard de drijver, maar ook daar zie je een beperkt aantal HD settop boxen. Spanje en Duitsland lopen erg achter, maar daar staan gerichte acties op stapel om het percentage omhoog te brengen. In Europa zie je grote verschillen in wie er geïnteresseerd is in HDTV. Nederland
Een blik op de content (bovenstaande tabel) laat zien dat GrootBrittannië, Frankrijk, Nederland en Zweden ook hier voorop lopen. Italië, Spanje en Duitsland blijven achter. Er is een correlatie: naarmate het aantal kanalen groeit zie je een beweging naar meer normale kanalen als entertainment en nationale kanalen. De grootste uitdagingen zijn de vergroting van de productiefaciliteiten, het managen van de transmissiekosten en het op gang krijgen van de advertentie-inkomsten. Verder is het vervangen van settop boxen erg duur en kost het veel tijd. HD zorgt dus nog niet voor extra inkomsten uit advertenties, maar opbrengsten uit abonnementen vloeien wel deels voort uit HDTV. Als het gaat om de verdere vooruitzichten dan ziet Tom Morrod 3D als the ‘next big thing’, maar dat zal in de komende jaren (2010 - 2013) nog nauwelijks zichtbaar zijn.
Tom Morrod (Screen Digest)
Samenvattend: • HD platformen zie je in vrijwel elk Europees land. • Maar HD echt succesvol maken hangt samen met het ontwikkelen van het hele ecosysteem. • De content groeit snel en wordt steeds veelzijdiger. • Er liggen uitdagingen op het vlak van productiefaciliteiten, transmissiekosten en businessmodellen. • Op de langere termijn is de upgrade naar 3D te verwachten.
3.2 BBC over HDTV Andy Quested (Head of Technology, BBC) belicht als tweede keynote speaker de ontwikkelingen op het vlak van HDTV zoals hij ze vanuit Groot Brittannië en de BBC beleeft.
Betaal-tv als aanjager van HDTV
34
iMMovator Cross Media Network
In Groot-Brittannië groeit het aantal abonnees erg hard, zo blijkt uit de statistieken per kwartaal. Interessant is
Andy Quested (BBC)
de invloed van content. De invloed van evenementen op de verdere verspreiding van HDTV is slechts beperkt. Het effect komt vooral door de gewone programma’s. HD is volgens Andy Quested meer dan een standaard, het is een merk. Op allerlei manieren wordt in beeld gebracht dat een programma in HD beschikbaar is. Kijkers willen echter geen speciale HD-programma’s zien, maar willen in HD kijken naar gewone programma’s. De groei zit dus sterk in documentaires, drama, entertainment, kinderprogramma’s, etcetera.
besluit door te zeggen dat er ook onder het publiek nog veel verwarring is over de HD technologie.
3.3 HD Dagen: Nationale contentontwikkeling Het tweede deel van de ochtendsessie van HD dagen staat in het teken van de nationale contentontwikkeling. Achtereenvolgens komen Jur Bron (Brava HDTV), Jeffrey van der Veer (Dance TV), Hans Hulscher, Philippe Tamme (The Beagle) en Philippe Vié (Cam-a-lot) aan het woord, samen geven ze een mooi beeld van de Nederlandse situatie van HD content.
Jur Bron over Brava HDTV
BBC: groei HD kanaal programma’s (in percentages)
Op dit moment wordt zo’n 30% van de programma’s in HD gemaakt, dit groeit door naar 70% in 2012 (Olympische Spelen). Andy Quested adviseert om bij het maken van programma’s al in een zo vroeg mogelijk stadium na te denken over de inzet van HD, dus al bij de eerste ideeën en voorbereidingen. Denk dan bijvoorbeeld aan trainingen van mensen, camera’s en graphics. Per genre heeft men prioriteiten/strategie vastgesteld:
Jur Bron is bezig met de ontwikkeling van Brava HDTV, een panEuropese HDTV zender. Door een toevallige ontmoeting met een HD-expert kwam hij in aanraking met de mogelijkheden van HD en besloot hij de zender in juni 2007 als HD-kanaal te lanceren. Brava HDTV is te zien in Portugal, Frankrijk, België, Tsjechië, Slowakije, Monaco en natuurlijk Nederland. Jur Bron: “We zijn begonnen met 40 tot 60 uur en dat is uitgegroeid tot zo’n 200 tot 300 uur per maand. In Jur Bron (Brava HDTV) eerste instantie werd er met een producent samengewerkt, inmiddels is dat een hele groep producenten geworden. Anderhalf jaar geleden was het even moeilijk, maar nu gaat het weer een stuk beter. We verwachten in januari 2010 voor het eerst zwarte cijfers te schrijven. Het is een dure zender, de content is best kostbaar, maar het omslagpunt komt in zicht.”
Jeffrey van der Veer over Dance TV
BBC: prioriteiten per genre
In de praktijk blijken er nog onvoldoende goede HD-camera’s te zijn, daar ligt nog een uitdaging. Geluid wordt ook vaak ‘onderbelicht’, dat is nog veel belangrijker dan beeld. Andy Quested Jeffrey van der Veer (Dance TV)
“Dance TV zit in een beginnende fase. Er is veel internationale belangstelling dus om die reden laten we een strategisch HD-kanaal in de markt zetten. We zijn content aan het regelen, 80% programma’s (dus niet overwegend clips!) komt onder meer vanuit clubs. De markt ervaart het als heel logisch dat zo’n initiatief uit Nederland komt,” vertelt Jeffrey van der Veer.
Hans Hulscher over Wings of Wax
BBC: geluid bij HDTV vaak onderbelicht
Hans Hulscher (regisseur) begon al vanaf 1991 te experimenteren met HDTV. Hij vertelt over zijn ervaringen als HD-pionier. “In het begin werd de opname in HD gedaan, maar de uitzending in SD gedaan. Per saldo was het effect dat de uiteindelijke uitzendkwaliteit slechter was, maar dat moest natuurlijk verzwegen worden.”
Hans Hulscher
Hoofdstuk 3. Aflevering: HDTV
35
Uit deze eerste jaren is jammer genoeg geen enkel materiaal bewaard gebleven. Gelukkig wel uit de afgelopen vijf jaren en daarvan worden enkele voorbeelden van HD-registraties getoond.
Philippe Tammes over The Beagle Philippe Tammes (The Yardmen) was betrokken bij VPRO’s The Beagle. Hij is vaak betrokken bij de opzet van creatieve en complexe projecten en The Beagle is hiervan een mooi voorbeeld. Uitdagingen waren onder meer het vinden van een goed schip, het opzetten van de HD-productie, het vinden van financiering en het regelen van internetfaciliteiten op het schip. “Als het gaat om
De ervaring leert dat de ‘nare, harde HD-plaatjes’ in de filmomgeving niet altijd goed worden ontvangen, ‘men mist de korrels’. Wat minder scherp vastleggen, een andere kleurdiepte kiezen (12bit xyz) en een andere instelling van de projector kan dit oplossen. Maar de grootste uitdaging is misschien nog wel het voorkomen dat in een bioscoop iemand met een HD-camera de zaak zit vast te leggen...
3.4 GfK - Uptake van HD door consument Na de lunchpauze vertelt Barbara Schouten (business consultant, GfK Retail and technology) over het toenemende gebruik van HD door consumenten. De Nederlandse markt staat, net als de internationale markt, onder druk. Het is spannend wat er in de komende maanden gaat gebeuren, de televisiemarkt groeit wereldwijd nog steeds.
GfK: wereldwijde consumenten bestedingen non-food In Nederland is de prognose dat eind van het jaar 1,8 miljoen HD televisies verkocht zijn. De groei van grotere inch maten stabiliseert, 35% is groter dan 32 inch. Eind dit jaar heeft 87% van de huishoudens een platte tv staan daarvan is 71% HD geschikt. De helft van de verkochte televisies is Full HD (de hoogste resolutie). Vanaf eind volgend jaar gaat de vervangingsvraag een rol spelen, daarvoor is het belangrijk dat er nieuwe technologieën op de markt komen. Enerzijds zie je webTV opkomen (nog zonder standaard!), anderzijds zie je dat LED in opkomst is. Verder is ook 3D televisie aan een opmars bezig. Innovaties blijven essentieel.
VPRO’s The Beagle
de HD-productie hadden we te maken met ‘de ombouw van de VPRO’ naar AVID HD. Maar ook het schip moest omgebouwd worden zodat er twee AVID HD sets ingezet konden worden. Uiteraard moesten er ook satellietverbindingen geregeld worden. De verbinding was een groot issue en is misschien wel het grootste geheim van het project. Andere uitdagingen waren de bemensing (ploegen uit allerlei landen), de scherpte (instellingen die verkeerd zijn, materiaal wat niet in HD opgenomen is) en MS Stereo (de opname ervan bleek toch een probleem). Maar ook in Hilversum waren er allerlei problemen, als het gaat om zaken als kleurcorrectie, vertaling, audio nabewerking en het uitzenden.” The Beagle bleek een complex project in verband met de schaal, de investeringen, communicatie, betrokken partijen, lengte, afstand, tijdsverschil en de Hilversumse samenwerking. Maar HD zelf? “Dat is helemaal niet ingewikkeld!”, zo besluit Philippe Tammes zijn presentatie.
De opkomst van HDTV geeft ook een vliegwieleffect voor allerlei zaken eromheen zoals de HD Blu-ray speler, camcorder, digitale camera en settop box. Steeds meer tv’s hebben een HDtuner, daarbij kunnen consumenten kiezen of ze een settop box aanschaffen of een cammodule. Voor het eind van het jaar zijn er vermoedelijk 9000 cammodules verkocht. Eind 2010 verwacht Barbara Schouten 4,2% penetratie van cammodules en 70% van settop boxen. De aandacht op de winkelvloer neemt toe en de impact van acties bij Blu-ray verkopen is enorm, zo blijkt. De combinatie van hardware en content werkt dus echt. De prijs van Blu-ray spelers is dit
Philippe Vié over Cam-a-lot
Philippe Vié (Cam-a-lot)
36
Philippe Vié vertelt over de HD-productie en weergave, thuis en in de bioscoop. Hij opent met een stukje uitleg over de verschillen tussen de diverse formaten: SD PAL (720x576), HD ready (1280x720), Full HD (1920x1080), 2K (2048x1157) en 4k (4096x2314). Overigens kunnen mensen het verschil tussen 2k en 4k vrijwel niet zien, hoogstens op de voorste rijen.
iMMovator Cross Media Network
GfK: ‘Wereldwijde consumenten bestedingen non-food’
erg groeiend, dus de vraag is hoe ook broadcast aantrekkelijk kan blijven voor de consument. Hoe lukt het om een redelijk aandeel te houden als het gaat om de aandacht van de kijker.” Volgens David Linssen is het daarbij van belang volop voor HD te kiezen, HD is namelijk onderscheidend voor broadcast.
GfK: ‘Product lifecycle van software Blu-ray vs VHS en DVD’
jaar gemiddeld € 280 en zakt volgend jaar naar verwachting naar € 195. Bij audio zie je een vergelijkbaar beeld. Bij home audio systemen ligt de verkoop nog een stuk lager. De verspreiding van game consoles neemt wel fors toe, eind dit jaar zal dat rond 7% liggen.
Een uitdaging is om de consument uit te leggen hoe hij HD kan gebruiken, daarbij zijn aandachtspunten voor iedere schakel in de keten: • Fabrikanten: hoe sluit je HD aan, aandacht voor CI+ en interface, uitleg wat het precies is en training van het retail personeel. • Distributeurs: vindbaarheid, on-demand beschikbaar maken, meer HD content en adopteer de CI+ standaard. • Zenders: branding, gebruik het in promotie, zichtbaarheid in EPG’s en gidsen en het stimuleren van productie van HD programma’s. • Facilitaire dienstverleners: ontwikkelen van nieuwe producten en diensten, meer samenwerking, ook met producenten en omroepen en verlaag de kostprijs. • Producenten en omroepen: programmamakers leren werken met HD, op alle genres toepassen, niet zien als cash-cow maar als noodzaak om te overleven en vooral niet langer wachten, het moment is nu!
Een voorwaarde om HD te kijken is natuurlijk een digitale tv-aansluiting, Barbara Schouten (GfK Retail dat percentage ligt nu op een niveau and technology) van rond de 60% van de Nederlandse huishoudens. Verder is ook het aanbod van belang, relevant daarbij is dat SBS dit najaar start met Net5 en Veronica en RTL ook voor haar vier zenders HD gaat bieden.
3.5 HD Dagen: Stand van zaken in Nederland De stand van zaken vanuit de producenten is het volgende aspect bij de HD Dagen. AVRO, SBS Broadcasting, Het Gesprek, CanalDigitaal en Ziggo presenteren hun visie en gaan de discussie met elkaar aan.
Strijd om de aandacht van de consument
Het gebeurt misschien al, maar het kan echt beter, zeker ook door in de keten samen te gaan werken. Je komt dan al snel in de sfeer van werkgroepen, stuurgroepen, regiegroepen en taskforces. Maar om dat nou te doorbreken stelt David Linssen voor om binnenkort een brainstormdag te houden en roept de aanwezigen op om daar aan mee te doen.
David Linssen van AVRO David Linssen (manager Mediatechnologie, AVRO), geeft een presentatie over de ontwikkelingen bij de AVRO. Hij kijkt terug op het afgelopen jaar en zegt dat er sinds zijn presentatie op de HD dagen van 2008 “vergaderd, gewacht, gediscussieerd, onderhandeld en geïnvesteerd” is. Maar: “Uiteindelijk zijn we het ook echt gaan doen!”
Eric Eljon van SBS Broadcasting
David Linssen (manager
“Bij elke nieuwe serie, elk nieuw pro- Mediatechnologie, AVRO) gramma, wordt bij de AVRO nu de afweging gemaakt of we het ook in HD kunnen vastleggen. Belangrijk omdat we de aandacht van de consument willen vasthouden. De tv moet immers steeds harder concurreren met de pc’s, mobiele telefoons, spelcomputers en alle andere content die via de settop box en Blu-ray te zien is. In die reeks is het percentage HD
Eric Eljon (SBS Broadcasting) vertelt over HD bij zijn organisatie. “De sleutel ligt bij de kijker, die zal uiteindelijk moeten gaan kijken en daar komt ook de rekening terecht. Dat geldt ook voor de Publieke Omroep, het is een illusie om te denken dat we dit gratis gaan aanbieden.” Overigens is de kijker ook best bereid om er voor te betalen, zo bleek ook al uit het eerdere verhaal van GfK.
Eric Eljon (SBS Broadcasting)
Hoofdstuk 3. Aflevering: HDTV
37
Het probleem zit echter niet bij de kijker, maar in de keten, met name in het laatste deel ervan. De kijker moet bereid zijn om de distributeur te betalen en de distributeur moet bereid zijn de omroep te betalen. SBS heeft niet stilgezeten en heeft een paar weken geleden met Hart van Nederland een proefuitzending gemaakt. “Daar maken we ook veel gebruik van user generated content en het viel niet tegen om hierbij HD in te zetten,” aldus Eric Eljon. SBS is nu ‘om’, sinds kort is Net5 in HDTV beschikbaar en vanaf januari 2010 ook Veronica. SBS6 zal volgen.
Ruud Hendriks van Het Gesprek Ruud Hendriks (Het Gesprek), vertelt dat ze een uur nodig hebben gehad om te beslissen dat men op 1 januari 2010 met HDTV zou beginnen. Wat Het Gesprek betreft zou men vanaf die datum dan ook volledig HDTV gaan doen. Maar de kabel is er niet klaar voor, er is nu al te weinig capaciteit op de kabel! Een kwart van de Amerikanen kijkt eenmaal per maand via de mobiele telefoon tv, Hendriks kan zich niet voorstellen dat die groep zich ergert aan de kwaliteit van SD. Het gaat de Ruud Hendriks (Het Gesprek) consument niet om de beeldkwaliteit van de programma’s maar om de inhoud. Verder waarschuwt Ruud Hendriks er voor dat het niet gaat om de verspreiding van HD over de huishoudens, maar over het kijken naar HDTV op de toestellen binnen die huishoudens.
Rene Tensen van CanalDigitaal Voor Rene Tensen (CanalDigitaal) is de centrale vraag of HDTV de mogelijkheid biedt voor een duurzaam concurrentievoordeel op marktpartijen. Een blik op het speelveld biedt veel positieve elementen: • Veel kijkers hebben een geschikte tv. • De kijkers willen mooi beeld & snel internet. Rene Tensen (CanalDigitaal) • De top 10 zenders komt met HD. • De strijd tussen kabel en KPN (Digitenne) versnelt de markt. • Het WK komt eraan! (40% van de jaaromzet wordt dan in het betreffende kwartaal ‘gescoord’.) Het gerucht gaat dat KPN met HDTV gaat komen en er is een officiële aankondiging geweest dat Tele2 de markt gaan betreden. Beide zaken zijn goed voor de ontwikkeling van de markt. Maar tegelijkertijd zijn er ook allerlei onzekere factoren: • De markt voor nieuwe televisies staat onder druk (maar dat lijkt mee te vallen). • Gaan kijkers extra betalen voor mooi beeld? • Gaan distributeurs extra betalen voor HD? • Hoeveel native HD vs. upscaled SD wordt er uitgezonden?
38
iMMovator Cross Media Network
• Gaan de zenders HD ‘vermarkten’? • Werkt HDTV over ADSL goed genoeg? • Hoe snel komt er meer VDSL en glas? Rene Tensen gaat daarna in op de positionering van HDTV: • Bereik: alle Nederlandse huishoudens en tweede huizen in Europa. • Zenderaanbod: 400+, HD sterk groeiend. • Capaciteit: meer dan genoeg satellietcapaciteit via ASTRA. • Betrouwbaarheid: het is proven technology. • Triple Play: samenwerkingsmodel, samen met televisie en bellen aanbieden. • Interactiviteit: over the top eenvoudig toe te voegen. • Zorgeloos: Smartpack direct of op maat via de vakhandel. CanalDigitaal heeft inmiddels zeventien HD-zenders en doet de marketing hiervoor ook anders. In april 2009 hebben we de HD Smartpack geïntroduceerd en daarmee bereiken we nieuwe doelgroepen als vrouwen en jongeren (in de stad). Belangrijk is dat HD een belangrijke feature is, maar niet de kern van het product. In de aanloop naar het WK van 2010 verwachten we een enorme push vanuit zowel bestaande als nieuwe aanbieders om HD te verkopen.
ADVERTORIAL Astra Satellietsysteem Het ASTRA Satellietsysteem biedt voor de Nederlandse markt meer dan 400 televisie- en radiokanalen, waaronder alle Nederlandse landelijke zenders, regionale omroepen en een groeiend HDaanbod voor de Nederlandse markt. Behalve het HD-aanbod van CanalDigitaal biedt ASTRA diverse gratis te ontvangen HD-zenders zoals ARTE HD, ZDF HD, DasErste HD en Servus HD. Met de geplande verdere uitbouw van de ASTRA 23.5° Oost positie naar 64 transponders is er volop ruimte voor verdere groei van het HD-aanbod in Nederland. ASTRA voert regelmatig HD marketingcampagens in samenwerking met marktpartners; recent voorbeeld is de ‘Scherp in HD campagne’ in samenwerking met CanalDigitaal.
Dagvoorzitter George Freriks vraagt of SBS misschien ook uit het fonds van de Publieke Omroep zou willen putten. Dat is niet zo, het gaat hier om een bedrag dat ooit op is en de ontwikkelingen blijven doorgaan. De deelnemers lijken elkaar te vinden op de conclusie dat de content productie zoals die nu bij tv gebeurt onder druk staat.
Yoram Levi van Ziggo Yoram Levi (Ziggo) verwacht met Ziggo eind dit jaar 50% HDTV-abonnees te hebben. HD gaat volgens hem met de komst van CI+ een enorme stap maken. Als het gaat om het capaciteitsvraagstuk dan is uitbreiding te doen, maar niet van de ene op de andere dag. Het gaat steeds om keuzes tussen HD, SD, internet, analoog en (in mindere mate) telefonie over diezelfde kabel.
3.6 HD Dagen: Sport als aanjager van HD
Yoram Levi (Ziggo)
Het laatste deel van de middag wordt gevuld door vier korte presentaties over sport. De sprekers die voorbij komen zijn vertegenwoordigers van de NOS, Sport1, Eurosport en United. Aansluitend gaan ze met elkaar in debat.
Paneldiscussie Volgens David Linssen (AVRO) is het HDTV virus zich aan het verspreiden, maar het is nog geen Mexicaanse griep. Ruud Hendriks (Het Gesprek) vindt dat de marktleiders een voortrekkersrol moeten vervullen maar staat zelf ook te popelen om te beginnen, daarvoor moeten de kabelaars wel eerst de ruimte aanbieden. Er ontspint zich een discussie tussen AVRO en SBS over de financiering van HDTV. “Als wij 800 miljoen van de overheid krijgen, dan kan ik ook met HDTV aan de slag. Je voedt de kijker op met de gedachte dat het gratis is en over een paar jaar zal blijken dat dit niet zo is,” aldus Eric Eljon (SBS Broadcasting). Ruud Hendriks vindt dat je analoog zou moeten afschaffen en Yoram Levi (Ziggo) vindt dat helemaal geen gekke gedachte, maar voorlopig blijft analoog nog erg relevant. De politiek heeft eerder ook de ether-
Jan de Jong van NOS Jan de Jong (NOS) is al jarenlang actief voor de NOS en vertelt dat HD bij de NOS op het programma staat. Enkele constateringen: • De faciliteiten voor HD zijn op dit moment (nog) duurder dan SD, al is de prijs wel aan het dalen. • Er ontstaat opnieuw schaarste op de satelliet bij grote evenementen, verbindingen zijn ook tot twee keer zo duur. • De opslag bij HD is tot vier keer duurder dan bij SD, er moet snel een goedkoper alternatief uit de markt komen. • Rechtenvergoedingen De NOS is zeer voor HD, maar tegelijk gaat de journalistieke taak en ambitie voor op HD. Nederland loopt volgens Jan de Jong zeker niet voorop als het gaat om HD. De NOS heeft de infrastructuur klaar. Er is één Full HD studio en regie maar de opslag is nog niet geregeld. Dit staat er op het programma:
Jan de Jong (NOS)
• UEFA Champions League; • FIFA World Cup 2010; • Tour de France; • Vancouver 2010; • NOS wil alles in HD rond 2012/2013. Aandachtspunten zijn de regie (‘opnieuw uitvinden’), het decor en het licht. Verder blijft de technische keten ook kwetsbaar. Het panel
zenders afgeschaft, dus waarom zou dat met digitaal niet kunnen, aldus Ruud Hendriks. David Linssen vindt het frustrerend dat het voor de kijker niet helder is wat HDTV is, dat zou duidelijker moeten. Ruud Hendriks voelt niks voor een extra logo in beeld, hooguit bij analoge uitzendingen de melding dat je het ook in HD kunt zien. Volgens Ziggo wil de klant niet meer betalen voor HDTV, daar is SBS het uiteraard niet mee eens. De kijker zal ervoor moeten betalen want het kost echt meer geld. AVRO stelt vast dat iedereen de hete aardappel door blijft geven, David Linssen gelooft niet in de stelling van SBS dat HD premium is. “Wij willen onze programma’s door veel mensen gezien hebben.”
Rende Luitjes van Sport1 Voor Sport1 zijn kosten en beschikbaarheid belangrijke beperkende factoren om HD uit te zenden. Als Sport1 iets uitzendt is het in native HD. HD maakt, volgens Rende Luitjes (Sport1), de ervaring van relevante content beter. Het maakt slechte content echter niet goed.
Rende Luitjes (Sport1)
Samenwerking met distributiepartijen blijft voor Sport1 in de toekomst belangrijk, al blijft de invloed van Sport1 als tussenschakel natuurlijk beperkt.
Hoofdstuk 3. Aflevering: HDTV
39
Verder speelt de wens en bereidheid van de consument ook in de toekomst een grote rol.
Danny Menken van Eurosport
Danny Menken (Eurosport)
Eurosport is in mei 2008 met HD begonnen en heeft meer dan 6000 uur per sport in HD en meer dan 3100 uur live sport. Het gaat om ruim 100 verschillende sporten en alle grote evenementen zijn live in native HD te bekijken. Danny Menken (Eurosport) presenteert een primeur: sinds ‘vandaag’ wordt Eurosport ook bij Caiway doorgegeven.
Veel consumenten hebben volgens Markus Bos het idee dat als ze een flatscreen kopen ze ook naar HD zitten te kijken. Er is dus nog veel uit te leggen! De perceptie van de consument is ‘HD = for free’. De businessmodellen zijn aan verandering onderhevig. Sport zou een aanjager voor HD kunnen zijn, maar de bereidheid om hier in Nederland in sportevenementen te investeren Markus Bos (United Broadcast Facilities) is nog erg beperkt. De conculsie is: HD is geen revolutie, maar een langzaam proces. De vraag is wat de volgende stap wordt. Markus Bos denkt dat er volop nieuwe kansen gaan komen en wil daarin graag samenwerken met andere partijen.
Paneldiscussie Voordat de discussie van start gaat vraagt George Freriks aan Jan de Vries (Eredivisie Live) of men ook in HD van start zal gaan. Het antwoord is dat men daar nog minstens een jaar en zeker ook andere partijen voor nodig heeft. Het zal terugverdiend moeten worden en het is nog niet duidelijk hoe dat het beste kan. Er gaan geruchten over een eventuele fusie tussen Eredivisie Live en Sport1, maar dat kan niet bevestigd worden. Wel geeft Rende Luijtjes (Sport1) aan dat er gesprekken plaatsvinden, maar over de inhoud daarvan wordt niks gezegd.
Distributie Eurosport HD
De kosten van HD zijn volgens United zo’n 15 tot 25% hoger, dat vormt bij de NOS ook het belangrijkste twijfelpunt. Zo is de vraag of de Olympische Spelen in Vancouver, die vooral ’s nachts plaats gaan vinden, wel in HD uitgezonden moeten worden. Het WK voetbal is geen twijfelpunt.
In de Verenigde Staten is de meest bekeken content sport en HD huishoudens kijken 54% meer sport dan SD huishoudens: • 60% van de HDTV-bezitters ziet zichzelf als ‘sportfan’. • 50% van HDTV-kopers vindt sport in HD een belangrijke reden voor aanschaf. • 44% kijkt meer sport door de komst van HDTV. • 39% is zwaar teleurgesteld wanneer een sportevent niet in HD is. • 37% nodigt vrienden/familie uit om sport bij hen thuis te kijken in HD. • 22% kijkt sporten in HD die ze anders niet zouden kijken.
Markus Bos van United Broadcast Facilities Sport als aanjager van HD, dat is het thema van de presentatie van Markus Bos (United Broadcast Facilities). Meer dan de helft van de camera’s van United Unicam is geschikt voor HD. Ook de andere dochterbedrijven van United Broadcast Facilities (UBF) beschikken over goede HD-faciliteiten, denk dan aan het decor en postproductie. Werken voor buitenlandse opdrachtgevers betekent vaak ook automatisch werken in HD. Maar Nederlandse opdrachten die ook voor het buitenland bestemd zijn gaan ook vaak in HD. Nederlandse HD producties voor de Nederlandse markt zijn er nog maar weinig.
40
iMMovator Cross Media Network
V.l.n.r. Rende Luitjes (Sport1), Danny Menken (Eurosport), Markus Bos (United Broadcast Facilities)
Tot slot komt 3D aan bod. Is het realistisch om van kijkers te verwachten dat ze een 3D brilletje op gaan zitten kijken? Markus Bos (United Broadcast Facilities) vindt het zeker niet ondenkbaar, opgaan in het evenement is soms toch erg belangrijk. Danny Menken (Eurosport) heeft als ervaring dat 3D bij veel kijkers met bril hoofdpijn veroorzaakt. Rende Luijtjes vraagt zich af wie het gaat betalen. Jan de Jong (NOS) denkt dat het wel gaat gebeuren, hij
is recent met zijn dochter naar een 3D film geweest en dat was een prima ervaring, al zal het door de crisis wel wat langer duren voordat het zover is.
Het gaat wereldwijd om 109.000 doeken waarvan 9.000 digitaal (8,3%). Thema’s die spelen zijn de kwaliteitsverbetering, flexibel programmeren, 3D, alternatieve content en andere verdienmodellen.
3.7 HD Dagen: Beyond HD Het laatste deel van de HD Dagen wordt ingevuld door TNO en de Nederlandse Vereniging van Bioscopen. Frits Klok (TNO) en Ron Sterk (Nederlandse Vereniging van Bioscopen) geven een kijkje over de grenzen van HD heen.
Frits Klok van TNO Frits Klok (TNO) ziet twee belangrijke uitdagingen: we willen content op een andere manier gaan vastleggen en liefst eenmalig en wel zodanig dat het vervolgens overal af te spelen is.
Frits Klok (TNO)
De randvoorwaarden drieërlei:
hiervoor
De ontwikkelingen gaan in de Verenigde Staten momenteel een stuk sneller dan in Europa en Nederland. Wat ook snel Ron Sterk (Nederlandse vereniging van gaat dat zijn de ontwikkelingen Bioscopen rond de projectoren. In de Verenigde Staten werkt men met een Virtual Print Fee om de branche te stimuleren over te stappen naar digitale print.
zijn
1. Hogere resoluties • Waarvoor: digital cinema, kunst en cultuur, medische toepassingen, evenementen en personalisatie. • In Nederland zien we onder meer het project Cinegrid. • 4k en Super Hi-Vision; hogere content is interessant omdat je er dichterbij kunt zitten en dan meer omgeven bent met het materiaal (“4k is 3D zonder brilletje”). • TNO is betrokken bij het EU Project FascinatE (2010 - 2014). 2. Meer beelden per seconde • Waarvoor: sport, actiefilms, snelle bewegingen. • Uitdagingen op vlak van weergave en contributie. 3. Meer audio kanalen • Waarvoor: clubs, events, bioscoop. • Ontwikkeling van akoestische golftheorie.
Ontwikkeling in de Verenigde Staten en Europa
3D zal in de komende periode echt een trekker gaan worden, zo was Ice Age al een groot 3D succes. De omzet per kopie is in 3D bijna dubbel zo hoog ten opzichte van 2D. Wie meer wil weten over digitale projectie kan terecht op www.cineserver.nl. George Freriks vraagt of Ron Sterk mogelijkheden ziet om als bioscoopbranche samen te werken met de tv-branche. Ron Sterk denkt dat het mogelijk is, hij wil ook graag de Olympische Spelen in 3D in de bioscoop krijgen.
TNO: randvoorwaarden ‘Capture once- view anywhere’
Ron Sterk van de Nederlandse vereniging van Bioscopen De bioscoop is bezig met de transitie naar ‘Digitale Cinema’. Het lijkt simpel, maar er is een aantal essentiële belemmeringen, zoals kosten, keten falen, de standaard (DCI) en... de crisis.
3D films
Hoofdstuk 3. Aflevering: HDTV
41
SPONSORS HD DAGEN 2009
Beloften niet nagekomen
De HD Dagen zijn een initiatief van stichting iMMovator en wordt mede mogelijk gemaakt door sponsoring vanuit de industrie. De sponsoren van de HD Dagen 2009 waren: United Broadcast Facilities, CanalDigitaal, ASTRA en NLKabel.
De NPO stelde begin 2009 de aangekondigde lancering van de HDTV-kanalen van Nederland 1, 2 en 3 uit. De reden hiervoor was volgens NPO de vertraagde oplevering van de nieuwe eindregie die noodzakelijk is om in HD-kwaliteit uit te kunnen zenden. “Deze oplevering is complex door de hoge eisen die de NPO stelt aan de kwaliteit en continuïteit van het uitzendproces. De NPO is ambitieus in het uitzenden in HD-kwaliteit aan het Nederlandse publiek, maar wil geen concessies doen aan de kwaliteit en de continuïteit van de reguliere uitzendingen,” heette het officieel.
3.8 Onderzoek: HDTV en de omroepen Tijdens de HD Dagen vertelden veel omroepen en distributiepartijen over hun visie op de ontwikkeling van HDTV. Toch kwamen niet alle partijen aan bod. Peter Olsthoorn ondervroeg in aanloop naar de HD Dagen verschillende omroepen en distributiepartijen over de ontwikkeling van HDTV binnen hun organisatie. Hieronder vindt u zijn uitgebreide inventarisatie. Hoe vaak en in welke toonaarden is het niet beloofd? HD is de gewisse toekomst van televisie. Maar de nodige kip-ei problemen hielden een doorbraak tegen, met uitzondering van voorlopers zoals Discovery. Nu zijn omroepen en producenten aan zet. Ze kunnen niet langer wachten en pakken HD op, zo blijkt uit een uitgebreide inventarisatie. Maar problemen zijn er nog. In de negende editie van de Monitor Digitale Televisie van de Expertgroep Digitale Televisie, over het tweede kwartaal van 2009, werden opnieuw stevige groeicijfers voor digitale televisie en platte schermen gepubliceerd. In dit kwartaal kwamen er bijna 300.000 aansluitingen van de aanbieders van digitale televisie via de kabel, satelliet, ether en internet bij. De verkoop en penetratie van platte en HD-schermen bleef snel stijgen waardoor aan het eind van 2009 naar verwachting in 83 procent van de huiskamers het eerste televisietoestel een plat scherm is. In 69 procent van alle Nederlandse huiskamers zal dan een toestel geschikt zijn voor Full HD of HD Ready ontvangst staan. Na een voorzichtige eerste kwartaal schatting van 2009 is door GfK de prognose van de verkopen van platte beeldschermen voor 2009 stevig naar boven bijgesteld, naar 1,8 miljoen exemplaren. In 2010 wordt zelfs een groei naar meer dan 1,9 miljoen toestellen voorzien. Daarbij groeit het aandeel van Full HD in de verkopen naar verwachting van 50 procent in 2009 naar 70 procent in 2010. Per eind 2009 verwacht GfK nu, met de cijfers van het derde kwartaal, de volgende verdeling: totaal 1,85 miljoen platte schermen (alles plat), waarvan 900.000 Full HD, 835.000 HD Ready en 115.000 geen HD.
42
iMMovator Cross Media Network
“De afgelopen tijd is bij omroepen, (post-)productiebedrijven en de NPO hard gewerkt om HDTV mogelijk te maken. Dit heeft onder meer geleid tot het vaststellen van een nieuwe gezamenlijke uitzendnorm met alle betrokken partijen. De NPO realiseert zich dat de vertraging vervelend is voor de betrokken partijen en de vele tv-kijkers die uitkijken naar het HDTV-aanbod van de publieke omroep. De NPO zet zich ervoor in om het aanbod in HDTV zo spoedig mogelijk te kunnen realiseren.” Al in 2008 werd aangekondigd door Ziggo-voorloper Zesko (Casema, Multikabel, @Home) dat Nederland 1, 2 en 3 in HD beschikbaar zouden komen via Zesko. “De zenders komen bij Zesko zonder extra kosten beschikbaar in het digitale basispakket. Ook UPC en andere kabelbedrijven streven er naar om bovengenoemde zenders in 2009 door te geven.” Daar kwam de volgende belofte bij: “Zesko en andere kabelbedrijven gaan ook samen in juni en augustus van dit jaar het Europees Kampioenschap Voetbal en de 29e Olympische Spelen in HD uit te zenden. Om het Europees Kampioenschap Voetbal en de Olympische Spelen in HD bij het publiek te brengen, wordt gedurende de zomer een extra kanaal voor Nederland 1 in HD geopend. Programma’s van Nederland 1 die niet HD zijn, worden van juni tot en met augustus geconverteerd naar HD-kwaliteit. Bij deze uitzendingen gebruikt de publieke omroep voor het eerst haar nieuwe voor HDTV ingerichte eindregie. Het is de bedoeling dat Nederland 1, 2 en 3 vanaf begin 2009 in HD uitgezonden gaan worden. In eerste instantie zal een beperkt deel van de programma’s echte HD-content zijn, terwijl de overige programma’s naar HD opgewaardeerd worden. Het percentage ‘echte’ HDcontent neemt vervolgens jaarlijks toe. Naar verwachting sluiten ook de andere kabelbedrijven in Nederland zich op korte termijn aan bij dit NPO/Zesko HD-initiatief.”
HD Tourstart Met de Tour de France 2009 heeft de publieke omroep afgelopen zomer echter pas zijn eerste reeks reguliere High Definition uitzendingen op Nederland 1, 2 en 3 volbracht. Het was het startschot om HDTV nu echt te gaan oppakken. Het aantal programma’s dat in volwaardig HD wordt uitgezonden zou vanaf afgelopen zomer stapsgewijs toenemen: “Steeds meer publieke omroepen zullen overgaan tot het produceren (of laten produceren) van HD-programma’s. Daarnaast is de NPO druk bezig om alle buitenlandse series en films, indien beschikbaar, in HD aan te kopen.”
Hoe staat het met upconverted acties om oude programma’s naar HD over te brengen? “Hier is nooit sprake van geweest. Vermoedelijk komt de verwarring voort uit het feit dat we alle programma’s die nu niet in HD zijn in de nieuwe eindregie upconverten en als HD uitzenden op de HD-kanalen. Dat doen we sinds de start van de HD-kanalen. Hoe meer native HD programma’s hoe minder er hoeft te worden geupconvert,” aldus de woordvoerster van de NPO. Met distributeurs is afgesproken om op 12 Mb/s uit te zenden om de distributie niet al te zeer te belasten. Dat zou ‘langzaam’ worden verhoogd. Hoe staat het ermee en wat zijn de plannen? De woordvoerster van NPO: “Deze aanname is niet correct. Er is afgesproken om met 14 Mbit/s naar de kabel te distribueren. Dit bleek niet mogelijk omdat problemen met sommige settop boxen dat verhinderen. We zijn uitgekomen op 12 Mbit/s waarop alle settop boxen die in de kabelnetten uitstaan goed werken. Zodra de problemen zijn opgelost (dit vereist firmware upgrade, of natuurlijk een nieuwe box) willen we weer omhoog om nog hogere beeldkwaliteit te bieden.” RTL lijkt een voorsprong te nemen. Hoe zien jullie dat? “Het lijkt erop dat RTL dezelfde opstartproblemen kent als wij, met name bij het omzetten van oudere programma’s van aspect ratio, ondertiteling etc. Op de kanalen die zij gekozen hebben om mee te beginnen zijn meer aankoopproducties te zien dan eigen producties. Hiervoor is dus eenvoudiger en goedkoper aan HD-materiaal te komen. Deze programma’s zijn voor de Verenigde Staten vaak al in HD geproduceerd en kunnen nu dus als zodanig uitgezonden worden. Daarnaast zijn zij niet gebonden aan regels voor ondertiteling. De publieke omroep biedt volledige teletekst en ondertiteling-service aan.” Ter stimulering van HDTV-producties storten distributeurs geld in een HD-fonds van de NPO. De woordvoerster van de NPO: “Er is een regeling waarbij omroepen een tegemoetkoming in de meerkosten van HD productie kunnen aanvragen. Je ziet dat verschillende omroepen daar gebruik van maken, er komen een aantal interessante programma’s aan. Verder zien we het aantal HD-programma’s gestaag toenemen. Er zijn bijvoorbeeld uitzendingen geweest van de AVRO (Metropole orkest), Kunst en Kitsch komt nog, de VPRO doet The Beagle in HD en komt met Dexter, EO met Rail Away, NOS met Studio Voetbal en de Champions League wedstrijden. We verwachten onze targets dit jaar te halen.”
HD-programma van NOS: Studio Voetbal
Er is vanaf de zomer van 2009 een pot van minimaal 2 miljoen euro in totaal beschikbaar van de kabelaars voor de publieke omroep. Dat betekent, grofweg, voor elke omroep in Hilversum een bedrag van zo’n 200.000 euro.
RTL snel met UPC Dus stak recent RTL de publieke omroepen de loef af: vanaf donderdag 15 oktober werden RTL 7 en RTL 8 in HD aangeboden. Hiermee was RTL Nederland met twee van haar vier zenders als eerste commerciële mediabedrijf in Nederland operationeel in HD. Deze stap zette RTL samen met UPC, via de HD settopbox van UPC kunnen kijkers met een HD abonnement vanaf nu beide zenders in HD-kwaliteit ontvangen. RTL 4 en RTL 5 zijn technisch klaar om in HD te worden uitgezonden. Beide zenders worden volgend jaar bij UPC beschikbaar in HD. Arno Otto (MD Digital Media van RTL Nederland) over de start met HD: “Deze zomer waren we er al technisch klaar voor en slechts een paar maanden later gaan we ook daadwerkelijk met twee zenders uitzenden. Het bewijst dat RTL onderdeel is van elke belangrijke verandering in medialand en dit ook waarmaakt.” De eerste programma’s die 15 oktober te zien waren in HD-kwaliteit zijn bij RTL 8 ‘Oprah’ (17.30 - 18.30 uur) gevolgd door ‘Dr. Phil’
Eén van de eerste programma’s door RTL in HD uitgezonden: Oprah
(18.30 - 19.30 uur) en bij RTL 7 ‘Law & Order’ (19:00 - 20:00uur). De eerste films in HD kwaliteit bij RTL 7 waren: ‘Porky’s’ op 20 oktober (20.30 - 22.30 uur), ‘Copperhead’ op 21 oktober (20.30 22.30 uur) en ‘Tank’ op 24 oktober (22.00 - 00.00 uur). Bij RTL 8 was op 25 oktober (22.30 - 00.30 uur) de speelfilm ‘Fear Dot Com’ te zien. Vanaf 15 oktober zijn de meeste buitenlandse series en films bij RTL 7 en RTL 8 in HD-kwaliteit te bekijken. De kijker wordt voorafgaand aan het programma geïnformeerd of het desbetreffende programma in HD-kwaliteit wordt uitgezonden. RTL 7 is te ontvangen via kanaal 77 en RTL 8 via kanaal 80 binnen het UPC domein. RTL moet het antwoord op de vraag naar de eerste kijkcijfers van RTL 7 en 8 in HD schuldig blijven. “Deze gegevens hebben wij niet beschikbaar,” zegt de woordvoerder. Dat is opvallend voor een nieuw experiment waar veel inspanning in gestoken. RTL wil evenmin een specifiek antwoord geven op de vraag naar investeringen. Lopen investeringen voor HD-straten in tonnen of miljoenen? Precies bedrag? Wat kost productie in HD extra? Zijn aangekochte programma’s in HD duurder en zo ja, hoeveel?
Hoofdstuk 3. Aflevering: HDTV
43
“Voor films en series in HD-kwaliteit en Nederlandse producties die in HD worden geproduceerd, liggen de kosten inderdaad flink hoger. We doen verder geen uitspraken over geïnvesteerde bedragen. We streven er naar om onze kijkers een zo hoog mogelijke kwaliteit te bieden. Dat blijkt ook uit onze forse investeringen in de uitzendstraat en andere technische faciliteiten.” Over de eigen producties in HD zegt RTL: “Die komen eraan. Het startmoment van uitzenden van Nederlandse producties bij RTL verschilt per titel. Wij kunnen daar op dit moment nog geen concrete data voor geven.” Wel zegt RTL op de vraag hoe het momenteel staat met upconverted acties om oude programma’s naar HD over te brengen: “Al het SD-materiaal op onze vier zenders wordt upconverted naar HD.” Over de coördinatie van HD op Europees Niveau met RTL Group wil RTL geen uitspraken doen. Ook is ongewis wat het commercieel kan opleveren. Hoe staat het met reclame in HD? “Technisch is dit mogelijk. Uiteraard wordt de vraag hierom bepaald door de adverteerder.”
UPC rekent meerwaarde af Uitzenden in HD-kwaliteit maakt deel uit van een bredere samenwerking tussen RTL Nederland en UPC. Er komt tevens een aantal nieuwe diensten bij voor klanten van UPC digitale tv waardoor het dit jaar nog mogelijk is om RTL Gemist te gebruiken via de Mediabox van UPC. Naast RTL Gemist wordt een geheel nieuwe functionaliteit aan UPC On Demand toegevoegd. Hiermee wordt het in de nabije toekomst mogelijk om afleveringen van verschillende door RTL uitgezonden tv-series al te bekijken voordat deze bij de RTL-zenders te zien zijn. “Nooit eerder werd in Nederland een dergelijke unieke dienst zo grootschalig uitgerold,” zegt UPC. De zenders die onderdeel uitmaken van ons HD-aanbod, zijn de volgende: Nederland 1, 2 & 3, RTL 7 en 8, Eurosport HD, History HD, Discovery HD, National Geographic Channel HD en myZen.TV HD. Ook de zenders Film1 en Sport 1 beschikken over een HD Zender. Wat is er werkelijk aan percentages aan oorspronkelijke HD-content en opgeschaalde content beschikbaar? “Daarvoor moet je bij de diverse zenders zijn. Daar hebben wij geen invloed op,” aldus de UPC-woordvoerder. UPC-klanten kunnen een tweetal digitale pakketten kiezen, Starter en Royaal, desgewenst met een Mediabox met harde schijf. Als aanvulling op hun Starter of Royaal pakket kunnen zij voor een pakket aan HD-zenders kiezen. Het tarief van een pakket aan HDzenders bedraagt 9 euro per maand. Welke percentage kijkt HD? Zijn er HD-kijkcijfers met totalen en van verschillende kanalen? “Op deze vraag kunnen we en mogen we geen antwoord geven, want dit is bedrijfs- en marktgevoelige informatie.” Datzelfde geldt voor de antwoorden op de vragen over de kosten voor HD-productie en extra inkoopkosten in het buitenland voor video on demand in HD. Wat staat een snellere ontwikkeling in de weg? “Als kabelbedrijf zijn wij er klaar voor om onze klanten HDTV te bieden. Steeds meer zenders investeren in de mogelijkheden om HDTV door te
44
iMMovator Cross Media Network
Website van UPC
kunnen geven. Aanbieders zullen goed in kaart willen hebben wat HDTV toevoegt aan hun aanbod, alvorens zij dergelijke (grote) investeringen doen. Dat vraagt tijd. Tegelijkertijd zetten we in Nederland nu belangrijke stappen vooruit. In ongeveer een jaar was er Nederland 1,2, en 3 en RTL 7 en 8. RTL 4 en 5 komen in 2010. Het kan zomaar zijn dat dit een motiverend effect heeft op andere aanbieders. Nieuwe ontwikkelingen vragen tegelijkertijd om duidelijke afspraken. Voorop staat wel dat wij onze klanten graag zoveel mogelijk HD-content willen aanbieden.” RTL lijkt een voorsprong te nemen met UPC, zo beaamt UPC. “Met straks vier HD-zenders neemt RTL een significant deel van het Nederlandse HD-aanbod voor haar rekening. Daarbij komt nog RTL Gemist en RTL On Demand (met als mogelijkheid tvseries te bekijken vóórdat deze bij de RTL-zenders te zien zijn). Met dit aanbod speelt RTL niet alleen een grote rol als HD-content aanbieder, maar is zij zeker een belangrijke partij met wie we (interactieve) digitale televisie verder kunnen ontwikkelen en relevant kunnen maken voor onze klanten.”
Andere boeg bij Ziggo Ziggo gooit het commercieel over een andere boeg dan UPC, blijkt uit de antwoorden van de woordvoerder: “Bij UPC kun je alleen HD-zenders bekijken als je een apart HD-pakket hebt. Ziggo heeft HD-zenders beschikbaar in het voor iedereen te ontvangen Z1. Dat is de basis die iedereen krijgt.” Ziggo biedt daarin HD-zenders Nederland 1, 2 en 3 die in feite nog nauwelijks HD-programma’s bieden en Eurosport HD. Ziggo biedt ook een aantal specifieke HD zenders in een apart HD-pakket. Ziggo wil HD zonder meerkosten aanbieden: “Wij zijn er voorstander van de HD-zenders van RTL en SBS door te geven zonder extra kosten voor onze abonnees. Dus beschikbaar te stellen in ons basispakket. Hierover onderhandelen wij momenteel met deze omroepen.” De motivatie hiervoor: “Ons uitgangspunt is dat de transitie van SD naar HD te vergelijken is met de transitie van zwart/wit naar kleur en dat de kijker daar eigenlijk niet extra voor zou hoeven te betalen. De markt zit tegenwoordig echter heel anders in elkaar, want commerciële zenders overheersen terwijl destijds met de
wisseling van zwart/wit naar kleur publieke zenders het beeld bepaalden. Dat heeft tot gevolg dat veel zenders de kosten die zij moeten maken voor HD-uitzending direct willen verhalen op de kijker en dus voorstander zijn van aparte HD-pakketten waarvoor extra betaald moet worden.” Ziggo is daar, in tegenstelling tot UPC, geen voorstander van: “Een groot aanbod van gratis HD-zenders is in ons voordeel omdat concurrerende infrastructuren zoals die van KPN, Tele2 en Digitenne beperkingen kennen bij het doorgeven van HD. Bij KPN en Tele2 ben je afhankelijk van de afstand tot de centrale. Een beetje HD-kanaal heeft ongeveer 16Mb downstream nodig en om dit gegarandeerd te kunnen hebben moet je zo’n beetje in de centrale wonen. Digitenne heeft een capaciteitsprobleem en zou om een HD-kanaal door te geven vier tot zes van de huidige ruim dertig SD-kanalen moeten inleveren.” Maar hoe publiek ook de opvatting, Ziggo wil niet zeggen hoeveel HDTV-pakketabonnees ze heeft en wat de kijkcijfers daarvan zijn: “Dit is concurrentiegevoelige informatie.” Voor een deel is het ook onbekend. Welke percentage kijkt HD? Zijn er HD kijkcijfers met totalen en van verschillende kanalen? “Dat weten wij niet omdat lang niet alle klanten met een HD-ontvanger een abonnement op het HD-pakket hebben. Deze nemen genoegen met de HD-zenders in het Z1-pakket. Bovendien kunnen abonnees op onze interactieve tv-dienst via video-ondemand naar HD-films en series kijken. Moet je die dan ook meenemen in je kijkcijfers?” Naast de HD-zenders in het voor iedereen te ontvangen basispakket heeft Ziggo een HD-pakket met drie doelgroepzenders zitten. Verder geeft Ziggo ook de betaalzender Film 1 en Sport1 in HD door. “Of wij doelgroepzenders in HD doorgeven is afhankelijk van het feit of deze zenders ook een HD-variant hebben en wat de kosten zijn.” Ziggo is ambitieus met HD: “Komend jaar is onze strategie erop gericht om digitaal definitief te laten doorbreken. Nu hebben al 1,4 miljoen van onze 3,2 miljoen klanten digitale televisie en HD speelt voor de verdere groei een heel belangrijke rol en wel langs twee pijlers: lineaire HDTV en video on demand HDTV. Ten aan-
zien van de eerste pijler willen wij zoveel mogelijk HD zenders beschikbaar stellen in het Z1 (basis) pakket. In sommige gevallen zal dat niet lukken omdat de providers er gewoon te veel voor vragen. Deze zenders komen dan in het aparte HD-pakket. Wat betreft de tweede pijler kopen wij op dit moment grote aantallen HDfilms en HD-series in. Als mensen via video on demand veel goede content in HD zien, zal de vraag naar lineaire HD-content ook toenemen.” En nog een punt van kritiek: “Ik heb de indruk dat de HD-dagen primair gericht zijn op lineaire zenders. Echter HD speelt ook een grote rol bij interactieve tv en video on demand en juist daar is wel veel HD-content beschikbaar.” Maar het echte probleem betreft de gebrekkige productie in Nederland, vindt Ziggo: “De voornaamste hindernis is het gebrek aan Nederlandstalige HD-content! Een heel stuk daarachter komen de hoge vergoeding die bepaalde contentproviders willen hebben en de tot nu toe beperkte keuze in HD compatible DTV-apparatuur voor de gebruikers.” Omroepen doen te weinig, en producenten evenmin, vindt Ziggo: “Wat betreft lineaire tv-producenten zien wij dat men erg voorzichtig is. Op zich is dit niet verwonderlijk want de investeringskosten zijn niet gering. Daarbij gaat het niet alleen om opname-apparatuur! Je producties worden ook duurder omdat bijvoorbeeld de bouw van een set veel duurder wordt. Kun je nu bijvoorbeeld voor een achterwand nog kaasdoek gebruiken omdat dit bij SD eruit ziet als een mooie strakke wand, bij HD zie je dat dit kaasdoek is.” In het buitenland is men vaak voortvarender, vindt Ziggo: “De buitenlandse leveranciers van video on demand content zijn al een stuk verder. Zij nemen films, series en andere content de laatste paar jaar al in verschillende kwaliteiten op. Sommige leveranciers rekenen voor de HD-kwaliteit iets meer dan bijvoorbeeld de SDversie maar door de bank genomen is bij deze leveranciers het besef dat HD een must is al veel verder dan bij de aanbieders van lineaire tv.” RTL lijkt een voorsprong te nemen met UPC. Hoe zien jullie dat? “Een voorspong ten opzichte van wie? Bij UPC kun je RTL HD alleen zien als je een geabonneerd bent op een apart HD-pakket. Ik weet bovendien niet hoeveel van de content echt HD is en hoeveel opgewaardeerd wordt tot HD.”
CanalDigitaal CanalDigitaal neemt nu zo veel mogelijk beschikbare HD-kanalen op in het palet, zoals per 1 juli 2009 Eurosport HD en History HD. Nederland 1 met de Tour was in HD gratis beschikbaar zonder meerkosten voor iedereen met een smartcard. Afhankelijk van de technische inrichting bij de abonnee en het abonnement zijn via CanalDigitaal en het ASTRA satellietsysteem op dit moment de volgende HD zenders te ontvangen: Nederland 1, Eurosport, History, National Geographic, Discovery, Brava, MTVN, Eén, Arte, Anixe, Luxe en BBC.
Website van Ziggo
CanalDigitaal biedt twee abonnementen met HD: FamilieHD voor 20 euro per maand en 99 euro eenmalig met een Philips HD-ontvanger en 400 digitale tv en radio zenders uit Nederland en de rest van Europa, waaronder minimaal 14 HD-zenders.
Hoofdstuk 3. Aflevering: HDTV
45
Eric Eljon van SBS Broadcasting maakte tijdens de HD Dagen bekend dat NET5 vanaf eind november in HD uitzendt, Veronica en SBS6 volgen in januari 2010.
VPRO en EO traag
Website van CanalDigitaal
EntertainmentHD biedt voor 30 euro per maand hetzelfde plus een harddisk ontvanger van Philips om op te nemen en live-tv te pauzeren. Dit pakket biedt acht extra zenders met veel sport en sex in HD.
KPN en Tele2 Vanaf het tweede kwartaal van 2010 wil KPN HD distribueren in haar dienst voor IPTV. Na een jarenlange moeizame start van deze dienst zijn er nu 70.000 abonnees . De marketing van dit tv-product zal KPN intensiveren vanaf april 2010, wanneer HD beschikbaar komt. HD wordt mogelijk met een opwaardering van het IP-net naar VDSL2 per april 2010, met glasvezel ontsluiting van 28.000 wijkcentrales. Dit biedt, in theorie download snelheden van 20 tot 250 megabit per seconde. Ook Tele2 gaat hiervan gebruikmaken voor distributie van HDTV met haar bestaande IPTV-pakket. De woordvoerder van Tele2 zegt nog niet te weten in welke vorm en prijs. “Er is een contract gesloten met Amino voor levering van een settopbox die ook voor HD geschikt is.” Het aantal abonnees wil Tele2 niet noemen. Ze hebben meestal dual play (met internettoegang) of triple play (televisie-internettelefonie) abonnementen.
SBS SBS Broadcasting beloofde ‘nog dit jaar’ met HDTV te beginnen met Net 5 HD. De gehele infrastructuur voor de aanlevering van al haar zenders in HD-kwaliteit is nagenoeg operationeel. Met een Eurofiber glasvezelverbinding kan HD-beeld heen en weer tussen de hoofdlocatie van SBS en de studio’s in Amsterdam aan het IJ en de Mediagateway in Hilversum. Vanuit deze locaties kan HD naar de distributeurs. SBS is na veel onderhandelingen naar eigen zeggen bijna rond met de kabelaars Ziggo, UPC en Caiway en met CanalDigitaal. Net 5 kan relatief veel buitenlandse producties in HD vertonen.
46
iMMovator Cross Media Network
De VPRO is een voorloper in Hilversum, maar niet het HDTV, zo blijkt uit de summiere antwoorden van de woordvoerster. De VPRO zendt The Beagle-serie op zondagavond geheel in HD uit. In de vraag (kwantitatief) hoe dat nu wordt bekeken en of dat bijdraagt aan de waardering van de serie (kwalitatief) toont de omroep geen belangstelling. Ze verwijst naar de NPO: “Alle vragen kan de NPO beantwoorden. NPO sluit contracten af met kabelaars. Of hiervan kijkcijfers bekend zijn, zou NPO uitsluitsel kunnen geven.” En wat mogen we na de Beagle nog verwachten aan HD van de VPRO? The Beagle wordt geheel in HD uitgezonden “Er zijn geen geformaliseerde voornemens, nu slechts incidenteel.” Hoe staat het dan met upconverted acties om oude programma’s naar HD over te brengen? “Hiervoor moet je bij Beeld en Geluid zijn.” De treinserie Rail Away, de al tien jaar durende documentaireserie over markante spoorlijnen in de wereld, is in dit nieuwe seizoen de eerste productie van de EO in HD-kwaliteit. Net als de VPRO weet de EO niet hoe het met de distributie loopt en verwijst naar Rail Away is de eerste productie van de EO in HD NPO. Dat komt ook door het ontbreken van een visie: “Wij zijn ons aan het beraden op een strategie. Sporadisch komen er wel producties, met name documentaires in HD.” En opschalen? “Upconverten gebeurt bij NPO als dat nodig is.” De EO schat dat HD 20 procent extra kost bij een productie, afhankelijk of het een studioprogramma is of niet. “De omroepen bepalen wat HD wordt en of dat dan een programma is bij een buitenproducent dat maakt dan niet echt uit.”
NCRV enthousiaster De NCRV is een stuk enthousiaster, en ‘bijna’ klaar: “Voor de televisiestudio loopt op dit moment een traject om een Full HD regie aan te schaffen en te installeren. De verwachting is dat dit in mei 2010 gerealiseerd is. De postproductie omgeving wordt nu ge-upgrade naar een HD omgeving.” Daardoor kan al het materiaal wat in HD gedraaid of aangeleverd wordt ook HD verwerkt en
gedistribueerd worden. De eerste fase hiervoor is op 1 januari 2010 afgerond. De tweede fase zal in mei 2010 zijn afgerond. “Technisch loopt de NCRV voorop. De postproductie omgeving is één van de eerste in Hilversum die volledig HD is uitgevoerd. Ook voor wat betreft de studio geldt dit.” Opschalen heeft niet de hoogste prioriteit: “Nederland 1, 2 en 3 worden nu al HD aangeboden via de kabel. Dit betreft echter content die voornamelijk SD is. Om dit materiaal op de HD kanalen aan te bieden dient er een conversieslag te worden gemaakt. De kwaliteit verbetert dan iets, maar het wordt nooit beter dan het bronmateriaal.” Dat RTL een voorsprong lijkt te nemen, vindt de NCRV een voorbarige conclusie: “Nederland 1,2 en 3 worden al sinds de Olympische spelen in Peking in HD aangeboden. RTL biedt wel HD-versies van hun kanalen aan, maar qua content biedt de Publieke omroep veel meer aan.”
AVRO wil meer Volgens David Linssen (Manager Mediatechnologie, AVRO), is de late doorbraak van HD in Nederland vooral te wijten aan de vertraging bij het tot stand komen van de afspraken tussen distributeurs en de NPO: “In feite is pas op 1 juli 2009 het ‘go’ signaal gegeven zodat de Tour AVRO is begonnen met Tussen Kunst en Kitsch in HD de France in HD kon worden uitgezonden. Ondertussen zijn wij begonnen met eigen producties in HD zoals de serie Het Metropole Ontmoet, het Prinsengrachtconcert en de serie Tussen Kunst & Kitsch.” Net als de NCRV vind de AVRO zich voorloper: “We hebben als eerste onze montageomgeving geheel in HD uitgevoerd en zijn klaar voor het op grotere schaal produceren van HD-producties. We maken nu echt bij elke productie de afweging om het wel of niet in HD te doen.” ‘In principe’ wil de AVRO graag alles in HD maken en uitzenden, maar er staan praktische bezwaren in de weg zoals de meerkosten die 5 tot 20 procent van de productie belopen. David Linssen: “Veel montage kunnen we zelf ter hand nemen, maar vóór we investeren moeten we nagaan of het de meerkosten waard is. We willen wel een prachtige dramaserie in HD maken, maar ben je dan je dan niet te veel kwijt? Heb je eenmaal alles staan en een kritische massa bereikt voor productie, dan nemen de kosten per programma snel af.” Hoewel RTL nu even de show steelt, vindt David Linssen dat de doorbraak voor de NPO aanstaande is: “Iedereen wordt zich nu snel heel bewust van de noodzaak en mogelijkheden om veel meer programma’s in HD te maken en verspreiden.” Het ‘potje’ van de NPO en Ziggo vindt de AVRO leuk, maar niet meer dan dat: “Je kunt toch maar een paar procent van de productie daaruit financieren.”
KRO volgt Dat laatste vindt Michel Nillesen (Hoofd Televisie, KRO), juist meevallen: “De kleine bijdragen helpen ook, want per uitzending kost het een paar duizend euro extra om in HD te produceren. Maar je krijgt niet zomaar je aandeel van zeg 10 procent uit die 2 miljoen euro, je moet per programma een aanvraag doen. En de uitkering bedraagt maximaal 10 procent van het productiebudget.” Michel Nillesen zegt in alle eerlijkheid dat hij met de KRO geen voortrekkersfunctie in HD ambieert: “We zijn geen innovatieve omroep wat HD betreft. De trein begint te rijden en we willen graag mee. We tasten nu de mogelijkheden af en beginnen met ’T Spaanse Schaep en de dramaserie Penoza.” In 2010 zullen deze in HD opgenomen worden om in de loop van 2010 en in 2011 te worden uitgezonden. “Je moet voor de camera in HD zorgen, maar heel veel meer inspanning vergt het niet.” Opname van succesnummers als Boer zoekt Vrouw en Spoorloos in HD is een kwestie van afspraken met de producenten. Die hebben weinig haast volgens Michel Nillesen: “In een tijd van bezuinigen ligt het voor de hand dat de makers kiezen voor de inhoud en dan pas een financiële keuze maken voor HD.” Hij verwacht wel een HD-doorbraak, maar niet in een hoog tempo.
VARA niet ambitieus Ook de VARA heeft geen grote ambities met HD, maar heeft wel een startschot gegeven volgens Walter Eggenkamp (Hoofd Media Technologie, VARA): “We zullen cabaretregistraties in HD gaan doen en de nieuwe dramaserie Overspel ook.” Walter Eggenkamp hanteert als vuistregel dat HDTV 10 procent extra kost boven SD. Voor een cabaretregistratie van zeg 50 mille komt er dan € 5.000 bij. Voor een serie is geen HD-productiestraat voorhanden bij de VARA en de (post)producenten Cineco Filmore en Filmscan. Dus is er een aantal conversieslagen nodig alvorens weer via tape en Mpeg II en nog eens compressie er een HD-signaal ontstaat. “Drama draaien we op film en wordt vanaf heden volledig HD afgewerkt. Maar voordat de film op zender gaat vindt er een conversie plaats. Idealiter zou je zonder die conversie willen uitzenden, maar dat is vooralsnog niet mogelijk.” Volgens Walter Eggenkamp moeten er meer bijdragen komen van distributeurs dan de twee miljoen die nu beschikbaar is: “Ook een KPN met Interactieve Televisie, Tele2 en CanalDigitaal zouden mogen bijdragen want ze hebben ook voornemens om met HD meer inkomsten te gaan genereren.”
Het Gesprek wel Ruud Hendriks, directeur en mede-eigenaar van Het Gesprek, sprak op de HD Dagen. Hij belooft: “Vanaf 1 januari 2010 is Het Gesprek zo goed als zeker Full HD.” Wat mag en moet dat kosten? “Dat gaat niemand iets aan.” Wat levert het op, ofwel wat is de meerwaarde voor jullie voor de verschillende programma’s? “Ons publiek is hoogopgeleid, wel-
Hoofdstuk 3. Aflevering: HDTV
47
standig en daaronder zitten veel early adaptors. Bovendien is HD onvermijdelijk. Het gaat echt heel hard.” Doen producenten wel mee? Wat kost HD hen en jullie extra? En bij inkoop in het buitenland? Ruud Hendriks: “Wij werken nauwelijks met externe producenten. Alle BBC programma’s en David Letterman worden al Full HD aangeleverd.” Hoe staat het met upconverted acties om oude programma’s naar HD over te brengen? “Wij zenden maar weinig oude programma’s uit. Kortom zeer beperkt.”
MTV nog niet “Op dit moment bieden wij bij een aantal partijen wel een zender in HD aan: MTVN HD. We doen dat al per 1 december 2008, dus waren één van de eersten in Nederland. Dit is een HD-zender waar in prime time rond de 80 procent van de programmering Full HD is. Buiten prime time is het een combinatie van upconverted content en Full HD content. De programmering bestaat uit aangekochte Full HD programmering dan wel opnames van MTV zoals de Europe Music Awards, Rock am Ring en The Isle of MTV.”
Website van Animal Planet
In welk commercieel model: afrekening per kijker, kijktijd, reclame of anders? “Discovery Networks wordt voor al haar zenders betaald door de distributeur,” aldus de woordvoerster. Alle programma’s op Discovery HD zijn native HD, dus opgenomen in HD. Er is niets ‘upconverted’. Kijkcijfers van afgelopen jaren van HD groei zijn er nog altijd niet: “Het aantal abonnees met een HD-decoder is op dit moment nog te beperkt om kijkcijfers te kunnen meten. Discovery Channel is in alle Nederlandse 7 miljoen huishoudens te zien, Discovery HD in een fractie daarvan, zo’n 150.000.” Discovery Nederland ziet geen problemen: “De groei van het aantal HD-abonnees is een kwestie van tijd, vergelijkbaar met de uitrol van kleurentelevisie in de jaren ’70 van de vorige eeuw. Het zou mooi zijn als het tempo wat zou versnellen, HD is echt zoveel mooier dan gewone televisie en geeft een zoveel rijkere ervaring, zeker met onze programmering! Seeing is believing ofwel kijken is kopen in dit geval.”
Website van MTVN HD
Dit zegt Edwin Teerink (Head of Distribution & Affiliate Sales, MTV Networks). Hij zegt dat het nog niet duidelijk is wanneer MTV, TMF, Nickelodeon en Comedy Central in HD zullen gaan uitzenden. Wat zijn de obstakels? “Net zoals bij veel andere omroepen, is er op dit moment nog weinig Full HD content beschikbaar. We beschikken wel over HD-materiaal, met name eigen registraties van concerten etcetera.” Hoe staat het met upconverted acties om oude programma’s naar HD over te brengen? “Het upconverten van content behoort inderdaad tot de mogelijkheden en we kijken hier dan ook serieus naar.”
Discovery Discovery was een voorloper met HD in Nederland, want al op 1 november 2006 ging Discovery HD live in Nederland bij de grote kabelaars. Op 1 juli 2009 ging Animal Planet HD live bij Delta in Zeeland. UPC, Ziggo, Caiway, Delta, Canal Digitaal, Glashart en een aantal kleine kabelaars distribueren de zender.
48
iMMovator Cross Media Network
Maar het lukt nog maar niet, waarom niet? “We zien wel een uitdaging die meer door producenten van televisies en tv-distributeurs zou moeten worden opgepakt. Te veel mensen met een HD ready of Full HD scherm denken nog steeds dat ze HD in huis hebben omdat ze zo’n scherm hebben en dat is niet zo; men moet ook de digitale decoder upgraden naar een exemplaar wat HD aankan.” Met wat humor: “Dat was bij de overgang van zwart-wit naar kleur wat makkelijker uit te leggen, immers ook op een kleurentelevisie waren Swiebertje en Floris nog steeds in zwart-wit.” De toekomst? “Met de groei van het aantal HD abonnees en het aantal uur beschikbare HD-programmering, zullen Discovery HD en Animal Planet HD langzamerhand simultane versies van Discovery Channel en Animal Planet worden. We sluiten ook de komst van nieuwe HD-versies van onze andere zenders niet uit. In de Verenigde Staten heeft Discovery inmiddels zes HD simulcast zenders.”
4. Digitale archieven springlevend Cross Media CafĂŠ over digitale archieven Cross Media CafĂŠ over digitale archieven Datum: 19 mei 2009 Locatie: studio 1, Media Park Hilversum Samenvatting en PowerPoint presentaties: http://www.immovator.nl/cross-mediacafe-digitale-archieven 360 inschrijvingen
Hoofdstuk 4. Digitale archieven springlevend
49
4. Digitale archieven springlevend inleiding door Peter Olsthoorn
Archieven naar het web is pure rijkdom Pagina’s vol en tv-aandacht aan de lopende band vielen in 2009 ten deel aan het doorbrekende Twitter, jongste communicatiemiddel op internet. En o zo vluchtig, ook al blijven al die losse flodders bewaard en vormen die ook een digitaal archief. Ondertussen komende er vele decennia aan ‘hard copy’ archieven naar het web toe. Dat zijn dan digitale archieven. Beetje saaie term wellicht, ‘digitale archieven’. Maar welke schatten erachter schuil gaan kwam het publiek van het Cross Media Café over ‘digitale archieven’ op 19 mei 2009 aan de weet. Wellicht dat de Hyves/generatie en de druk twitterende midlife crisis generatie er niets in zien, maar dat komt dan ooit nog wel. Want welk een enorme rijkdom er momenteel met archieven aan het web wordt toegevoegd is fenomenaal. Hoewel dit Cross Media Café een buitenbeentje leek in de serie van afgelopen jaren, werd het onverwacht een hoogtepunt.
Vroeguhhh Want ondergetekende is behalve werkzaam als in allerhande media als ondernemer ook nog historicus. Die wortels vergeet je eenvoudig als je commercieel bezig bent met, vooral, de dag van vandaag. De sprekers over ‘Digitale Archieven’ raakten m’n wortels, en wel buitengewoon positief. Natuurlijk twitter ik, want je moet mee blijven doen. Zo schreef ik ook artikelen over ‘real time web’, zeg maar de snelle communicatie en economie die het gevolg zijn van intensief gebruik van Twitter en mobiel internet. Daartegenover werd de term ‘timeless web’ geplaatst tijdens het congres ‘Show me the Money’ van de Dutch Media Professionals, begin december 2009 in Haarlem. Sprekend over online archiefvorming door kranten liet Matt Thompson de term vallen. ‘Tijdloos’ ofwel ‘niet aan tijd gebonden’ is overigens betrekkelijk. Het tv-programma van de NPS over geschiedenis heet bijvoorbeeld ‘Andere Tijden’. Dit programma maakt intensief gebruik van de archieven van Beeld en Geluid. Dit instituut herbergt meer dan 700.000 uur aan Nederlandse radio, televisie, film en muziekopnamen en/of uitzendingen. Het is een stichting met een zwaar bestuur met onder meer – momenteel – de bazen van de NOS, AVRO, BNN, SBS en een ex-staatssecretaris. Immers, we vinden het belangrijk. En, het is van ons, van u ook. Goed om te beseffen. En natuurlijk, deze tijd staat bol van nostalgie en (gelukkig) aandacht voor geschiedenis, niet zelden hand-in-hand gaand met
50
iMMovator Cross Media Network
nationalisme. Maar dat wil niet zeggen dat de aandacht van voorbijgaande aard is. Steeds zal die in golven aanwakkeren en verminderen. Maar wat online staat, is er, mogen we hopen, voor eeuwig.
Publiek mag monteren Het profiel van Beeld en Geluid groeit zienderogen, met nu al jaarlijks 250.000 fysieke bezoekers in dat prachtige gebouw op het mediapark plus niet minder dan 1.250.000 bezoekers van de website. Zo is Teleblik voor het onderwijs al goed voor een half miljoen filmpjes per jaar. Boeiend is ook het typische ‘web 2.0’ experiment Open Beelden: iedereen kan geselecteerde fragmenten gebruiken voor hergebruik. Dat is een poort naar creativiteit van ‘het volk’ dat met de hoogwaardige tv-beelden en de radiofragmenten zelf kan knutselen. Een compilatie van versprekingen van sportverslaggevers? Een samengestelde kersttoespraak van de vorstin vanuit al haar toespraken afgelopen decennia? Een ‘best of’ op welk terrein dan ook. Net als al die Idols-achtige talentenjachten de deur openen naar een schier oneindige hoeveelheid zangtalent, zo kan Open Beelden prachtige programma’s gaan oplegveren uit het betere knip- en plakwerk van amateurs op hun hobbykamers. Ook traditioneel web (2.0): een project als Waisda(.nl) waarbij videofragmenten in tv-programma’s worden voorzien van trefwoorden (‘tags’) om het terugvinden op grond van relevantie te helpen. Dit wordt gedaan in de vorm van een spel waarbij het publiek deelneemt, leuk om te zien. Nederland loopt voorop hiermee. ‘Onze’ universiteit Utrecht trekt een Europees project voor ontsluiting van tv-archieven onder de naam Video Active(.eu). Het bezoek aan die website werkte enige tijd verslavend op me, met titels als ‘Budapesti tavasz’ over het einde van de Wereldoorlog in Hongarije. Het werkt zoals bij jongeren die het ene na het ander grappige of vunzige filmpje op YouTube of Dumpert aanklikken. Overigens is het nogal fragmentarisch, veel minder gestructureerd dan Beeld en Geluid bijvoorbeeld.
Baten berekenen En wellicht een reden om eens een blik te werpen op prachtige projecten zoals Beelden voor de Toekomst(.nl). Daarin digitaliseren Beeld en Geluid, Filmmuseum, Nationaal Archief, Vereniging van Openbare Bibliotheken, Centrale Discotheek en Nederland Kennisland met maar liefst 154 miljoen euro van ‘ons aardgas-
geld’ het ‘audiovisueel geheugen van Nederland’. Het duurt van 2007 tot 2014. Nu komt dat aardgas gratis en voor niks uit de grond, maar Nederland zou Nederland niet zijn als tegenover de bestedingen vanuit het FES-programma van Economische Zaken geen harde baten stonden. Dus vinden we op de website een uitgebreide berekening, met vele aannames, met onder de streep 176 miljoen euro aan baten, plus een ‘cultuureffect’ in euro’s uitgedrukt met een ‘vraagteken’. Dit gaat niet om geld, of eigenlijk wel natuurlijk waar we over rechten spreken. Altijd en eeuwig weer komt dit onderwerp ter sprake met digitale video en muziek. Al jaren leveren eigenaren van rechten strijd met de ‘vrije jongens’ van het web. De laatste verloren vooral terrein in 2009, meestal in rechtszaken zoals gevoerd door de Nederlandse organisatie Brein. Dat is reden genoeg voor clubs als Beeld en Geluid, maar ook voor de Publieke Omroep (NPO) om te pogen de rechten tijdig te ‘regelen’ voor online gebruik.
werd in 2009 voor het eerst het congres ‘Digital Strategies on Heritage’ gehouden, dat gezien het grote internationale succes zeker een vervolg zal krijgen. Tijdens het Cross Media Café Digitale Archieven maakten we kennis met een spil in deze wereld, Theo Meereboer. Hij is adviseur en (gast)docent erfgoed en nieuwe media aan de Reinwardt Academy. Vanuit Erfgoed 2.0 bood hij een fascinerend inkijkje in snel opkomende wereld van nieuwe media en traditionele erfgoedinstellingen. Hun gelijknamige website berichtte eind 2009 dat studenten op stage bij musea hun directeuren ervan overtuigden dat musea ook moeten... twitteren. Tja, het kan verkeren, oud en nieuw komen bij elkaar voor verrijking, leren van elkaar en er ontstat een prachtige kruisbestuiving. Op het moment van schrijven vindt in de kranten en op blogs en twitter net een heftige discussie plaats over de kritiek van koningin Beatrix op communicatie via beeldschermen. Internet heeft het weer gedaan. Zou onze vorstin op de hoogste zijn van al die prachtige projecten met ons digitaal erfgoed?
Overigens staan er voor Uitzending Gemist ook inkomsten tegenover verspreiding via digitale kanalen van de kabelexploitanten. Los van de vraag of dit terecht is, kan de NPO dit geld gebruiken om haar dienstverlening uit te breiden. Zo worden programma’s doorzoekbaar gemaakt, waardoor je sneller bij gewenste fragmenten kunt vinden.
Google Library Dit vermindert de afhankelijkheid van commerciële partijen. Immers, het meest spraakmakende archiefproject kwam in genoemd Cross Media Café niet aan bod: Google Books met het Google Library Project, de poging van de zoekgigant om alle boeken in de wereld te laten digitaliseren en doorzoekbaar te maken. Dit stuitte op hevig verzet van de betrokken partijen in die markt. Dat was reden genoeg voor Google om in de buidel te tasten. Daaruit resulteerde de standaard schikking van Google met uitgevers en schrijvers (zie Googlebooksettlement.com) waarbij Google 60 dollar per boek betaalt als dat zonder toestemming is gedigitaliseerd. Rechthebbenden kunnen ook digitalisering weigeren. Dat is boeiend. Immers, een uitgever of schrijver kan ervan overtuigd zijn dat een derde niet ‘aan de haal’ moet gaan met zijn producten. Maar aan de andere kant knaagt het nare gevoel dat je dan straks niet optimaal ontsloten bent voor degenen die zoeken naar de inhoud van je boek en voor het geheel of een deel willen betalen.
Het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid in Hilversum
Hetzelfde laken een pak overigens voor de korte termijn opslag met Google News: veel uitgevers willen zich er het liefst aan onttrekken, zoals Rupert Murdoch met News Corp. Maar aan de andere kant: kun je het je permitteren om niet universeel vindbaar te zijn met de belangrijkste zoekdienst(en)?
Koningin Beatrix Over dit soort onderwerpen wordt veel gedebatteerd in kringen van bibliotheken en archieven. Nederland is voortrekker en hier
Hoofdstuk 4. Digitale archieven springlevend
51
Het is fascinerend om te zien in welk tempo de beeld- en geluidsarchieven gedigitaliseerd worden. Op 19 mei werd hierover een Cross Media Café georganiseerd. Digitalisering heeft de wereld van archieven radicaal veranderd van een dooie boel in meterslange kelderkasten tot een springlevende en voor iedereen toegankelijke collectie.
4.1 Hoe haal je waarde uit een digitaal archief? Eerde Hovinga (sectormanager Diensten, Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid) geeft een korte video-impressie om een indruk te geven van de gigantische hoeveelheid historisch beeld en geluidsmateriaal die beschikbaar is bij Beeld en Geluid. Het is materiaal van iedereen en voor iedereen. Het verschil met vroeger: we praten niet meer in meters maar in bits en bites. Er zijn twee belangrijke stappen gemaakt: het digitaliseren van de collectie en het automatiseren van het archiefproces.
Een van de conclusies is dat digitalisering leidt tot meer archiefgebruik. Beeld en Geluid is er om de collectie zo goed mogelijk toegankelijk te maken en het gebruik zo hoog mogelijk te laten zijn. De digitalisering maakt dit steeds beter mogelijk. Iedereen die materiaal wil digitaliseren kan (tegen betaling) gebruik maken van de infrastructuur van Beeld en Geluid. Een van de eerste klanten die dit doet is de Eredivisie. Ook is men met deze infrastructuur via Teleblik actief voor het onderwijs, per maand worden er 500.000 filmpjes bekeken. Dat moet je vergelijken met een paar duizend cd’s per maand voorheen en de overgrote meerderheid van de scholen maakt dan ook gebruik van Teleblik. Digitalisering heeft de wereld van archieven radicaal veranderd, zo besluit Eerde Hovinga zijn boeiende verhaal.
UPDATE Open Beelden In september lanceerde Beeld en Geluid Open Beelden, een nieuw open mediaplatform dat toegang biedt tot een selectie archiefmateriaal voor creatief hergebruik. Fragmenten uit deze audiovisuele collecties mogen geremixed worden in nieuwe werken. Gebruikers van Open Beelden kunnen dit nieuwe materiaal vervolgens weer toevoegen aan het platform en daarmee deze beeldbank verder uitbreiden.
De archieven van Beeld en Geluid
De grootste aanjager van deze digitalisering is het project Beelden voor de Toekomst, waarbij vijf organisaties betrokken zijn. Na twee jaar is al meer dan 1,3 petabyte (1,3 miljoen gigabyte, red.) digitale opslag. In de afbeelding hieronder is te zien dat de laatste jaren het materiaal in toenemende mate digitaal wordt opgeslagen.
Creative Commons De toegang tot het materiaal op Open Beelden is gebaseerd op het Creative Commons-licentiemodel. Creative Commons biedt auteurs, kunstenaars, wetenschappers en onderwijzers de vrijheid om op een flexibele manier met hun auteursrechten om te gaan en om werken beschikbaar te stellen aan anderen op een manier die men zelf kiest. Zo worden niet alle rechten (zoals binnen het traditionele auteursrecht het geval is) maar slechts enkele rechten naar keuze voorbehouden. Deze ‘open’ benadering wordt ook in de techniek van het platform doorgevoerd door gebruik te maken van open formaten, standaarden en softwarecomponenten. Daarbij wordt alle software die in het kader van Open Beelden wordt ontwikkeld tevens als open source-software beschikbaar gesteld. Bron: Beeld en Geluid
4.2 Zoeken en vinden in Uitzending Gemist
Digitale en analoge archivering 2002-2008
52
iMMovator Cross Media Network
Volgens Michel Mol (directeur innovatie en nieuwe media, NPO) is Uitzending Gemist dé plek om het beeldmateriaal te etaleren en om bereik te genereren. Er moesten allerlei stappen worden gezet en allerlei zaken worden geregeld, denk bijvoorbeeld aan rechten en het koppelen met het archief van Beeld en Geluid. Erg belangrijk daarbij is dat al het materiaal voorzien wordt van metadata. Een van de resultaten is dat je straks via zoeken in search engines als Google direct in het goede fragment van de Publieke Omroep terecht komt. Een voorbeeld hiervan is KRO’s Profiel, daarvan zul je straks bovendien niet alleen de hele documentaire maar ook een verkorte versie van drie minuten terugvinden.
4.3 Pitch! De 9 digitaal archief pitches Pitch 1: Thijs van Exel, Celluloid Remix Wat? Wedstrijd monteren, mixen, bewerken en uploaden; prijsuitreiking op Nederlands Filmfestival. Waarom? Wie maakt het beste gebruik van archiefmateriaal (celluloid)? Meer informatie: www.celluloidremix.nl
UPDATE Jata Haan wint Celluloid Remix Online overzicht van uitzendingen van KRO’s Profiel
De allereerste partij die het volledige archief (10 jaar) met metadata online gaat zetten is Man bijt hond, het gaat hier om meer dan 1000 afleveringen. Als binnenkort de embeddable videoplayer van Uitzending Gemist beschikbaar komt, kan er bovendien op andere plekken (websites, weblogs, social networks) een nieuwe context aan het materiaal worden gegeven.
Op het Nederlands Film Festival, op 25 september, werden de prijswinnaars van Celluloid Remix bekend gemaakt. Uit 54 inzendingen van zeer hoge kwaliteit koos de jury Jata Haan’s filmpje Movement als winnaar. Jata Haan wint een remixpakket ter waarde van duizend euro naar keuze te besteden aan hard- of software, een Gouden Kalf-pas voor het Nederlands Film Festival en een jaar lang gratis toegang tot het Filmmuseum. Uit het juryrapport: “De gebruikte techniek sprong eruit tussen de overige inzendingen. Als je eenmaal begint met kijken, kijk je het filmpje uit. Het genot van het proces is te zien.”
Pitch 2: Klaus Buenk, Proact
Online fragmenten van het programma Man bijt hond
Zijn er ook inkomsten, zo vraagt Peter Olsthoorn zich af? Uitzending Gemist via de digitale kabel (UPC, straks ook Ziggo) is een voorbeeld van het betaald aanbieden van diensten. Verder wordt er op kleine schaal ook gewerkt met pre-rolls (advertenties, red.) op beeldmateriaal. Op de kabel kun je op dit moment tot maximaal tien dagen terugkijken. Men is hard op zoek naar manieren om meer materiaal (dus over een langere periode) beschikbaar te krijgen, maar volgens Michel Mol is dat een forse uitdaging. Dit zal vermoedelijk pas echt lukken als tv via internet wordt ontsloten, de penetratie van web connected televisies is momenteel daarvoor nog veel te laag.
Wat? Systeem voor de opslag en backup van data, hardware onafhankelijk. Waarom? Het voelt, werkt en ruikt als Google. Meer informatie: www.proact.nl
Pitch 3: Derk Ruules, ECP Wat? Het archiveren van analoog video materiaal dat regelmatig wordt gedigitaliseerd om de inhoud zeker te stellen voor de toekomst en tevens te kijken naar hergebruik modellen. European Communication Projects (ECP) levert verder als facilitair dienstverlener al jaren diverse audiovisuele diensten aan de media productie, reclame, tv broadcast en multi media bedrijven. Waarom? ECP zet zich in voor het zeker stellen van waardevol analoog video materiaal dat momenteel in diverse archieven door het natuurlijke verouderingsproces verloren dreigt te gaan. Aangezien veel eigenaren van de opgeslagen content geen idee hebben van de mogelijkheden voor hergebruik en de noodzaak van het digitaliseren, heeft ECP het initiatief genomen om samen met de eigenaren van de content en een distributeur te kijken naar de hergebruik mogelijkheden waaruit voor
Hoofdstuk 4. Digitale archieven springlevend
53
alle partijen een verdienmodel af te leiden is. Zodra hierover duidelijkheid bestaat, kan het onnodig vernietigen van waardevol materiaal voorkomen worden. En verder? ECP heeft inmiddels diverse gesprekken gevoerd met een aantal multinationals voor het heruitgeven van gedateerde content. De nostaligische ‘boer zoekt vrouw emotie’ leeft enorm en draagt eraan bij om gedateerde content onder een geselecteerd (senioren) publiek te laten herbeleven. Meer informatie: www.ECPgroup.nl
Pitch 4: Wietske van den Heuvel, Video Active
Studenten van de HU streamen het Cross Media Café
Wat? Video Active geeft toegang tot Europees televisie erfgoed via een meertalige, online portal. De website bevat meer dan 10.000 video’s, foto’s en artikelen. Nederlandse content is afkomstig uit de collecties van het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid. Waarom? Televisiebeelden zijn een vitaal onderdeel van Europa’s erfgoed, collectief geheugen en identiteit. Culturele verschillen en overeenkomsten worden echter alleen zichtbaar wanneer de bron en de context van het audiovisuele materiaal zijn beschreven. Door een grote collectie aan Europees televisie erfgoed online samen te brengen en te contextualiseren, biedt Video Active een terugblik op culturele en historische gebeurtenissen op nationaal en Europees niveau en de ontwikkeling van het medium televisie. Er kan op diverse manieren gezocht worden in de collecties, bijvoorbeeld door het gebruik van vrije tekst en een tijdlijn. Daarnaast zijn er door onderzoekers showcases gemaakt die aan de hand van een thema een deel van de collectie uitlichten. Het Video Active consortium bestaat uit 15 audiovisuele archieven, drie universiteiten en een software bedrijf. De coördinatie is in handen van de Universiteit Utrecht. Video Active is tot stand gekomen met financiële steun uit het eContentplus programma van de Europese Commissie. Wereldwijd heeft het project erkenning gekregen door de culturele erfgoedsector, onder andere door het winnen van de Best of the Web People’s Choice Award 2009 en een nominatie voor de FIAT-IFTA Archive Achievement Award. En verder? De ontwikkelingsfase is afgerond in augustus 2009. Er zal steeds nieuwe content worden toegevoegd en de samenwerking tussen de archieven wordt voortgezet in een nieuw project: EUscreen. Meer informatie: www.videoactive.eu
Pitch 5: Naftalie Herschel, Noterik
Wat? Videomateriaal met automatische spraakherkenning. Waarom? Online video goed doorzoekbaar maken; de vindbaarheid per moment is van belang, niet per video. Meer informatie: www.noterik.nl
54
iMMovator Cross Media Network
Pitch 6: Richard van den Bogaard, Branded Channels
Wat? Herkenbaar platform met beeldmateriaal voor merken binnen de context van een extern medium. Waarom? Merken kunnen meer mensen bereiken als zij zich manifesteren op externe platformen middels branded channels. In plaats van alles te centreren op de eigen site (wat inhoudt dat je daar traffic naar toe moet genereren), zoek je de doelgroep daar waar ze zich bevinden. Door te denken en werken in termen van contentsyndicatie kunnen beheerders van digitale archieven hun materialen op effectieve wijze ontsluiten. Kortom: think distributed. Meer informatie: www.brandedchannels.com
Pitch 7: Maarten Brinkering, Waisda
Wat? Waisda? maakt het mogelijk om spelenderwijs archiefmateriaal van Beeld en Geluid en programma’s van de KRO te beschrijven. Het spel bevat ruim 2.400 verschillende items, die in totaal bijna 700 uur beslaan. Deze items zijn nog maar beperkt beschreven en dus niet gemakkelijk terug te vinden en te doorzoeken. Waarom? Tijdsgerelateerde publieksbeschrijving, data voor wetenschappelijk onderzoek en ervaring met nieuwe publieksdiensten. Waisda? is gebaseerd op het principe dat als je, tegelijkertijd met één of meerdere spelers, hetzelfde trefwoord (of tag) toekent aan een stuk film, het waarschijnlijk is dat deze tag correct is. De trefwoorden die worden ingevoerd zullen worden gebruikt om de programma’s en het archief beter doorzoekbaar te maken. Daarnaast is het de bedoeling om de tags direct in te gaan zetten om de websites waarop de programma’s staan beter te kunnen doorzoeken. En verder? Sinds de lancering op 18 mei zijn er meer dan 30.000 unieke tags toegevoegd, en maar liefst 160.000 tags in totaal. Een groot deel van deze trefwoorden zijn meer dan één keer toegevoegd, wat betekent dat de spelers het regelmatig met elkaar eens zijn, en dat veel tags gebruikt kunnen worden om de programma’s beter doorzoekbaar te maken.
Waisda? is een project van Beeld en Geluid in samenwerking met de KRO, in het kader van Beelden voor de Toekomst . De ontwikkeling van het spel is in handen van Q42. De Vrije Universiteit Amsterdam adviseert binnen het PrestoPRIME onderzoeksproject onder andere over de (semantische) verwerking van de ingevoerde tags. Meer informatie: http://waisda.nl/
Pitch 8: Nick Ceton, Technicolor
4.4 Erfgoed 2.0: Gesproken column Theo Meereboer
Wat? Technicolor levert een totaalpakket van digitale workflow diensten en verzorgt onder meer digitalisering, distributiediensten en digitale opslag voor het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid en de Nederlandse Publieke Omroep. Waarom? Digitale archivering is meer dan het digitaal opslaan van bestanden. Het gaat om correct aanleveren, veilig en betrouwbaar opslaan en bewaren en vervolgens snel en flexibel afleveren van materiaal in diverse formaten voor hergebruik. Bijvoorbeeld digitalisering van grote hoeveelheden banden of controle van digitaal aangeleverde bestanden of deze wel aan de juiste standaarden voldoen. Daarnaast biedt Technicolor diensten om opgeslagen materiaal snel in elk gewenst formaat af te leveren: hoge resolutie files, getranscodeerde bestanden voor gebruik op internet, Video on demand of digitale tv, als live videosignaal of zelfs terug op band of DVD. Meer informatie: www.technicolor.com
Pitch 9: Mascha Visser, ED*IT
Wat? Online onderwijs makkelijk gemaakt door de makers van Teleblik. Waarom? In het huidige onderwijs is online informatievergaring door zowel docenten als leerlingen een gegeven. De oneindige hoeveelheid informatie stelt docenten voor meerdere uitdagingen: duiding en selectie, vertaling naar verschillende educatieniveaus, gebruiksvriendelijke toepassing en veiligheid. ED*IT ontsluit materiaal uit musea en archieven. Een abonnement op ED*IT, biedt toegang tot één beveiligde website, een online onderwijs platform, waarop gewerkt kan worden met alle gedigitaliseerde bronnen uit het Nederlandse culturele erfgoed. Door de ED*IT redactie zijn deze bronnen zowel voor docenten als leerlingen makkelijk toegankelijk en toepasbaar gemaakt. Bovendien is het platform verrijkt met tools waarmee de informatie bewerkt kan worden zonder gebruik te hoeven maken van externe programma’s. Meer informatie: www.ed-it.nu
Er is veel meer mogelijk rond archieven dan hergebruik van video materiaal voor videoproducties. Het materiaal kan op allerlei manieren gedeeld en verrijkt worden. Wat zijn de leukste, mooiste en nieuwste media formats die ontstaan nu ons erfgoed digitaal gedeeld kan worden? Theo Meereboer (Erfgoed 2.0) sprak op het Cross Media Café over digitale archieven een persoonlijke column uit en introduceerde twee bijzondere initiatieven die het culturele erfgoed op een nieuwe manier ontsluiten: WatWasWaar en NARB. “In september 2007 gaf ik als gastdocent bij de Reinwardt Academie, HBO opleiding bachelor erfgoed en master museology, aan mijn studenten de opdracht om met z’n allen een weblog te beginnen over ‘e-Cultuur, erfgoed, musea, nieuwe media, web 2.0’. Eén van de studenten bedacht de naam Erfgoed 2.0 en een kwartier later hadden we een weblog. En dan begint het pas goed. Zelf vond ik het ook handig een plek te hebben waar ik de voor mij relevante onderwerpen kon bewaren, overdenken (deels geholpen door commentaren en aanvullingen van bezoekers) en terugvinden; mijn eigen vakblad en naslagwerk tegelijk. De studenten gingen, nadat de lessen waren afgelopen verder met de volgende lessen, maar ik had mijn ‘knollentuin’ gevonden. De volgende lichting studenten heeft een wiki over e-Cultuur en erfgoed opgezet.
Theo Meereboer (Erfgoed 2.0)
Hoofdstuk 4. Digitale archieven springlevend
55
Anderhalf jaar na de eerste blogpost is Erfgoed 2.0 uitgegroeid tot een niche-netwerk voor erfgoedspecialisten in de breedste zin. Inmiddels is Erfgoed 2.0, naast summiere aanwezigheid op Flickr, YouTube, Slideshare, Ning en Netvibes, vooral ook actief via Twitter en via LinkedIn, waar onze groep binnen een half jaar meer dan 600 leden telt.
leerde (tja, Rob van Vuure...). Beide sectoren zouden dus goed kunnen meeliften op elkaars bereik. Hou daarbij voor ogen dat musea, en archieven en bibliotheken niet langer aleen maar stoffige bewaarplaatsen zijn, maar steeds vaker hippe tenten die de vernieuwing zoeken, die experimenteren met media en marketing. Voor deze keer is de ontmoeting toegespitst op digitale archieven zoals van Beeld en Geluid. De cultureel erfgoedsector is eigenlijk erg divers. We spreken, naast archieven zoals die van NIBG, vaak van musea en collecties, maar ook van historische verenigingen, monumenten, living history, volkscultuur, genealogie, archeologie, polderlandschappen, grafheuvels, etc... volkstuintjes... Dus niet alleen hippe tenten. De diversiteit is soms lastig, maar meteen ook een kracht. Zeker in Nederland is er geen niche of er is wel een museum, met bijbehorende doelgroep, voor.
Erfgoed 2.0
Er wordt inhoudelijk sterk gediscussieerd over tal van vakgerelateerde onderwerpen. Een wapenfeit: recent zijn we uitgenodigd op de mondiale CIDOC conferentie in Santiago de Chile om te komen vertellen over onze opzet en resultaten. Het is eigenlijk een soort tuinieren voor gevorderden, op een volkstuintje weliswaar, en nu mogen we dus in Chili onze pompoen laten zien. Omdat het voor de sector interessant is hoe wij dat doen. Dat tuinieren kost veel tijd maar het levert evenredig veel informatie, inzicht, kennis en connecties op. Liefdewerk oud papier is een term die nogal bij de sector past. Het netwerk is ook zakelijk interessant. Ik wordt gevraagd als consultant, geef lezingen/presentaties en voor geïntegreerde crossmedia- communicatie- en tentoonstellingsconcepten voor de erfgoedsector moet je ook bij mij zijn. Binnenkort gaan we ook trainingen aanbieden. Deze aanpak is niet nieuw, ik zag zoiets eerder al bij Frankwatching gebeuren, en zo zie je maar hoe ontwikkelingen uit die hoek op sommige punten als blauwdruk kunnen fungeren voor de erfgoedsector. In november 2008 stuurde ik de organisatie van het Cross Media Café een mail met het voorstel om tijdens één van de CMC’s een ontmoeting tot stand te brengen tussen de gebruikelijke bezoekers van het CMC, die ik voor het gemak even de Media, IT, AV en Telecom zal noemen, en de erfgoedsector. Ik ben al geruime tijd bezoeker van de CMC’s en ik merkte dat wat daar ter sprake komt dikwijls interessant is voor de erfgoedsector. Dan gaat het om techniek, om toepassingen, maar ook om een denk- en handelwijze. Deze ontwikkelingen bereiken de erfgoedsector ook wel, maar soms pas na verloop van tijd. In het beste geval kunnen we spreken van parallelle ontwikkelingen. Samenwerking zal de innovatie flink aanwakkeren, zou extra gereedschappen, kansen en partnerschap genereren en aan nieuwe media formats extra betekenis en impact geven. Crossmedia betekent immers bereik, “vinden boeien binden” zoals Bladendokter en mentor Rob van Vuure me
56
iMMovator Cross Media Network
Ze zijn momenteel allemaal bezig met digitaliseren, met afspraken over standaarden, ze proberen met meer of minder enthousiasme – hangt ook van het budget af – nieuwe media te integreren in hun tentoonstellings- en communicatiebeleid. Ze zijn op zoek naar ambassadeurs, naar een betrokken doelgroep die liefst moet participeren en bij elke organisatie gaat dat verschillend. Een Duizend Eilandenrijk waar verkaveling gaande is.
Over tuinders gesproken... De overeenkomsten zijn allereerst de maatschappelijke functie. Daarnaast een regionale of locale impact; cultureel erfgoed gaat vaak over identiteit. Collecties, authentieke hoogwaardige con-
tent, is wat ze gemeen hebben. Collecties die vele thema’s omvatten, content die van alle tijden is maar vooral ook van nu, die kan worden hergebruikt, herbestemd, geherinterpreteerd. Verhalen die mensen bindt en boeit. En wanneer beide sectoren samen optrekken kunnen zij nieuwe verhalen ontwikkelen, verhalen van nu en straks. De thema’s die voortkomen uit de context van de collectie, staan doorgaans dicht bij wat ons in de samenleving bezighoudt. En daarom ook betrokkenheid en passie. Zoals ik al zei: oud papier, kunst, film, maar vooral liefdewerk. Waar crossmedia gaat over bereik en verhalen (storytelling) kan de erfgoedsector beide leveren. Web 2.0 gaat dan over betrokkenheid en gesprekken en dat zijn de nieuwe ontwikkelingen binnen de erfgoedsector, waar ze naarstig op zoek zijn naar techniek en formats die dit kunnen faciliteren. Erfgoedinstellingen zijn op zoek naar innovatie. En ze bieden content, verhalen, thema’s, authenticiteit, mogelijkheden voor maatschappelijk verantwoord ondernemen, doelgroepen, soms ook budgetten en een podium c.q. event dat zich uitstekend verbindt met andere media. Een Vermeercentrum in Delft leent zich uitstekend voor citymarketing, maar voor sommigen is dat verkwanselen van wat echt waarde heeft, de diepgaande cultuurbeleving. Terwijl ik er van overtuigd ben dat beide sectoren baat hebben bij een respectvol maar ook creatief en gedurfd gebruik van cultureel erfgoed. Bekend maakt bemind, maar voor die bekendheid moet je wel de mogelijkheden creëren. Tot zover zijn er veel open deuren. Iedereen is van goede wil en weet elkaar te vinden, als het moet. Toch is mijn ervaring dat de kruisbestuiving tussen beide sectoren nog goed op gang moet komen. Het goede nieuws is verder, dat er bijvoorbeeld in Friesland volop vernieuwing gaande is. Met een integraal voorstel voor de provincie willen musea, bibliotheken en archieven het Verhaal van Friesland vertellen, waarbij zowel op de Friese bevolking en nazaten als op toeristen gemikt wordt. Er is bijvoorbeeld het weblog dat bezoekers laat participeren bij de tentoonstelling Scherven en Geluk over trouwserviezen in Nederland van Keramiek Museum Het Princessehof. Mensen kunnen foto’s van hun servies insturen (via Flickr), al dan niet begeleid door hun eigen verhaal. Daarmee werd een snaar bij de doelgroep geraakt. Met zoveel toeloop bij de opening, dat uitgeweken moest worden naar een kerk. Het Fries Museum doet ook, samen met 26 andere musea, mee aan het project ‘Wikipedia Loves Art/NL’, een initiatief van Creative Commons en Wikimedia Nederland in samenwerking met Erfgoed Nederland en Museumn8. In Tilburg en Middelburg is ook volop vernieuwing gaande, Archief 2.0, ZBDigitaal (Zeeuwse Bibliotheek) en Bibliotheek 2.0 zijn voortrekkers van vernieuwing. Het Rijksmuseum heeft al geruime tijd de Rijkswidget, het Maritiem Museum in Rotterdam, het Nationaal Glasmuseum in Leerdam, Zuiderzee Museum in Enkhuizen, het Nationaal Archief en met hen nog veel erfgoedinstellingen zijn ook voorlopers in de toepassing van web 2.0 mogelijkheden, daarin voorgegaan door o.a. het Powerhouse Museum in Sidney, het Brooklyn Museum, het Indianapolis Museum of Art e.a. In Gelderland probeert Stichting Gelders Erfgoed een crossmediale invulling te geven aan de jaarlijkse uitgave de Museum Kijkwijzer.
Het publiek tijdens het Cross Media Café digitale archieven
Een heleboel pompoenen en er is niet eens zoveel nodig om te uit te laten groeien tot koetsen. En in Nederland zijn er ook voorbeelden van toepassingen die verder gaan dan het inruimen van een kanaal op YouTube. Ik wil er 2 bij jullie introduceren: WatWasWaar en NARB.”
WatWasWaar en WieWasWie
WatWasWaar
Bij Cultureel erfgoed moet je volgens Leila Liberge kijken naar ingangen. In feite zijn dat tijd, plaats, object, personen en gebeurtenissen. Samen vertellen ze het verhaal van de geschiedenis. Verder heb je nog de koppelingen ertussen. Op WatWasWaar kun je over elke plek in Nederland historische gegevens vinden. De informatie is heel divers, van archiefstukken tot oude kaarten en afbeeldingen, verschilt per locatie (hoe kan het ook anders) en is afkomstig uit de rijke collecties van een toenemend aantal plaatselijke, regionale en landelijke archiefinstellingen in Nederland. Na WatWasWaar is er nu ook een nieuwe applicatie: WieWasWie. Meer informatie: www.watwaswaar.nl
NARB: online kunstgids met social tools James Burke (NARB) vertelt over de verbinding van virtuele en fysieke wereld in musea. Museasites gaan meer richting platform, dus faciliteren van productie en delen van user generated con-
Hoofdstuk 4. Digitale archieven springlevend
57
Wim-Jan Kolpa ziet de volgende doelstellingen bij archiefexploitatie: • bereiken van een (zo groot mogelijke) doelgroep; • naambekendheid afzender en/of collectie; • additionele inkomsten genereren; • kwaliteit en identiteit versterken; • innovatie.
NARB: ‘Meer context via mobiele diensten’
tent. NARB is een online kunstgids voor musea en archieven met allerlei social tools. “In essentie zijn wij een kunstontdekkingssite met sociale functionaliteit. We tonen welke exposities er op dit moment te zien zijn, vergelijkbaar met een tijdschrift of een uitgids, maar we voegen daar instrumenten aan toe om te filteren en te discussiëren die mensen helpen kunst te vinden waar ze enthousiast van worden. Die ze van de bank krijgt en het museum in.” Meer informatie: www.narb.me
4.5 Nostalgienet: Brengt het verleden tot leven Aan het einde van het Cross Media Café over digitale archieven worden drie cases gepresenteerd waaruit blijkt hoe de bedrijvigheid in digitale archieven zich aan het ontwikkelen is. Wim-Jan Kolpa (zakelijk partner, Tijdsbeeld Media) vertelt over de activiteiten van Tijdsbeeld Media en NostalgieNet.
Geld verdienen met archiefexploitatie is lastig, maar ze hebben wel vormen gevonden om dit samen met archiefeigenaren op poten te zetten. Ter illustratie: men heeft in de afgelopen 4 tot 5 jaar voor 400 titels meer dan 3 miljoen dvd’s gemaakt. Denk dan aan titels als Uw/Jouw Geboortejaar in Beeld, Mijn Nostalgisch...., Andere Tijden (met de Volkskrant), Tijdsbeeld Nederland (met NRC) en Canon van de Nederlandse Kinder-TV. Wat je met consumenten kunt doen, kun je ook zakelijk doen, voorbeelden daarvan zijn 50 jaar NOS Studio Sport, Mijn Verleden (DSM), 100 jaar Royal Dutch Shell en 50 jaar NOS Journaal. Tijdsbeeld Media heeft voor tv een format ontwikkeld: NostalgieNet. Een themakanaal dat voor 1 miljoen mensen beschikbaar is in heel Nederland. Er kijken ongeveer 250.000 mensen per week, het kanaal staat in de Top 10 van het SKO (vaak rond de 6/7e plek). Mensen kijken vaak een half uur, dus best lang. Niet de feiten, maar het gevoel staat bij NostalgieNet centraal. Nostalgienet is op dit moment etalagekanaal bij Ziggo, dat betekent tijdelijk een bereik van 4,5 miljoen kijkers. Dit levert veel traffic naar de site op, maar ook in de webwinkel. Wim-Jan Kolpa sluit af met een aantal aanbevelingen en conclusies: • Digitaal beschikbaar is voorwaarde. • Ontwikkel een integraal uitgeefplan. • Combineer creatie en commercie, ga op zoek naar je toegevoegde waarde. • Organiseer synergie in research, zoek verbreding. • Realisme in waardebepaling content. • Kom en blijf in gesprek met de consument. Peter Olsthoorn vraagt of Beeld en Geluid een concurrent van Tijdsbeeld Media wordt. Af en toe speelt inderdaad de vraag of men een concurrent van de opdrachtgever wordt. Uiteindelijk denkt Wim-Jan Kolpa dat dit niet zo is, men is er vooral om vanuit een geïntegreerd uitgeefmodel de formats te bedenken. Ton van Mil van iMMovator vraagt naar de omzet. Wim-Jan Kolpa geeft aan dat men vooral draait op kabeluitgifte en dat de additionele
Tijdsbeeld Media brengt het verleden tot leven met consumentendvd’s, tv-producties, bedrijfsdocumentaires en tentoonstellingsprojecten. “We brengen het verleden tot leven, dat doen we op basis van digitale archieven.” Daarbij is er speciale aandacht voor de commerciële mogelijkheden van media die gemaakt worden uit archiefmateriaal. Tijdsbeeld Media ziet zichzelf als producent, uitgever, omroep en zender.
58
iMMovator Cross Media Network
Wim-Jan Kolpa (zakelijk partner, Tijdsbeeld Media)
inkomsten nog maar mondjesmaat zijn. Per week worden er via de shop zo’n 50 artikelen verkocht. Overigens is er, nu men tijdelijk via Ziggo te zien is, sprake van een verveelvoudiging.
4.6 Praktijkcases iMMix (SBS) en Eredivisie (Sport2Media) Aan het einde van de middag staan twee praktijkcases op het programma: Boudewijn Vos (SBS) vertelt over iMMix, de digitale catalogus waarmee SBS werkt. Guido Bouw van Sport2Media sluit de bijeenkomst af met het Eredivisie Archief en heeft het antwoord op de vraag waarom AZ afgelopen seizoen kampioen werd...
onder tijdsdruk – vaak niet goed of goed genoeg. Sinds eind 2008 is er sprake van een nieuwe situatie en wordt er gewerkt met iMMix. We hebben het dan over: • een digitale catalogus van beeldmateriaal; • zoek- en bestelfunctionaliteit; • geïnstalleerde software bij eindgebruiker (je hoeft als redacteur dus niet altijd ingelogd te zijn). Hoeveel geld bespaart dat dan per maand, zo vraagt Monique van Dusseldorp aan het einde van de presentatie? Het blijkt echter nog te vroeg om aan te geven hoeveel SBS werkelijk bespaart met iMMix, maar een aansluiting op iMMix kost € 175,- per maand, zo vertelt een medewerker van Beeld en Geluid vanuit het publiek.
SBS Productions: iMMix Sport2Media: Eredivisie Archief Guido Bouw (Sport2Media) geeft aan dat Sport2Media de partij is achter het materiaal van Eredivisie en zich bezighoudt met advies, realisatie en exploitatie. Sport2Media produceert onder meer videocontent voor opdrachtgevers, distribueert content, bouwt incidenteel websites en kan de schakel zijn naar de partijen die de content beschikbaar stellen. Het is de omgeving van sportorganisaties die op zoek zijn naar exploitatiemogelijkheden van de eigen content, supporters die op zoek zijn naar content die aansluit bij interesses en belevingswereld en adverteerders/sponsors die op zoek zijn naar podia voor promotie van producten en diensten (doelgroepmarketing).
Boudewijn Vos (productieleider SBS Productions)
Boudewijn Vos (Productieleider SBS Productions) produceert ondermeer Hart van Nederland en Shownieuws. SBS Productions is een van de grootste productiebedrijven van Nederland. Na een korte inleiding over SBS vertelt hij dat SBS Productions een grote afnemer is van beeldmateriaal bij het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid. Gemiddeld gaat het dan om 15 tot 20 aanvragen per week, dat is een kwart van alle commerciële aanvragen die momenteel worden gedaan. De oude situatie van aanvragen van beeldmateriaal was erg omslachtig en tijdrovend. Bovendien waren de kosten vrij hoog, denk daarbij aan zaken als een zichtkopie, koerierskosten, straalkosten en arbeidsloon (bij beide partijen). Ook ging er veel tijd verloren en was de kwaliteit – zeker Sport2Media: ‘Advies, realisatie & exploitatie’
Bij het Eredivisie Archief staat productie en distributie staat centraal, daarbij wordt metadata toegevoegd aan de content en worden de rechten ‘geregeld’. Het recht om het te exploiteren is uiteraard het recht van de clubs. Het belangrijkste doel van dit archief: • Veiligstellen en digitaliseren Eredivisie erfgoed • Bewaren, archiveren en beschikbaar maken videomateriaal • Exploitatiekans
SBS: zoeken en bestellen in iMMix
Gebruikers van dit archief zijn: • Mediarechtenhouders Eredivisie, rechtstreeks of via Beeld en Geluid • 18 Eredivisieclubs, via Sport2Media • 3e partijen/markt, via Beeld en Geluid; denk dan aan tv-zenders en/of programma’s (landelijk en regionaal), AV-producenten, tentoonstellingen
Hoofdstuk 4. Digitale archieven springlevend
59
Sport2Media: gebruikers van het Eredivisie Archief
Het archief bevat: • Alle recente wedstrijden van de Eredivisie Live (en voegt continue toe). • Alle Eredivisiewedstrijden van de afgelopen tien jaar (met afspraken met Filmnet, Canal+ en Tele2). • Door clubs zelf toegevoegde clubcontent (interviews/reportages). • Objectieve en subjectieve metadata. Het oude archief van voor 1997 maakt géén deel uit van het contract, maar Beeld en Geluid voegt dit samen met de NOS later nog toe. Eyeworks verzorgt de registratie, Infostrada Sports voegt de metadata toe, Beeld en geluid verzorgt de distributie voor de 3e partijenmarkt en Sport2Media focust op de dialoog met de clubs. Guido Bouw geeft een demonstratie van de backoffice van AZ, Sport-on-demand. Via het zoeken op ‘Suarez’ en ‘penalty’ komt meteen het gezochte fragment boven. De club kan na zo’n zoekactie het fragment meteen bestellen en het juiste formaat kiezen. De kosten van zo’n fragment zijn tussen de € 250 - € 500. Waarom is AZ nou kampioen geworden? Dat is de vraag die iedereen in de zaal natuurlijk nog bezig houdt. Het antwoord is: omdat Max Reckers, videoanalist, in het schaduwteam van AZ zit (aldus een artikel in een gerenommeerd voetbalblad). AZ is by far de club die het meeste materiaal heeft verzameld en bestanden heeft gedownload voor videoanalyse. 18 clubs hebben besloten het exploitatierecht bij zichzelf te houden. De nieuwe werkwijze levert de clubs wat minder op dan eerder, maar ze hebben er bewust voor gekozen om de exploitatie in eigen hand te nemen. De gedachte hierachter is dat dit uiteindelijk meer op gaat leveren en tot een ander businessmodel zal leiden. Sport2Media is ook actief bij andere sporten samen met NOC NSF en de andere sportbonden. Men gaat Sport.nl ombouwen, de nieuwe portal is vanaf 1 juni 2009 online en er doen 21 bonden mee. Samen met KPN en Endemol exploiteert men verder Eredivisie.nl, waar – tegen betaling (video on demand) – live wedstrijden bekeken kunnen worden. Op de vraag ‘Hoe het in andere landen zit’ zegt Guido Bouw dat het is niet typisch Nederlands is, maar hij heeft geen idee hoe het precies in andere landen is geregeld.
60
iMMovator Cross Media Network
5. Toekomst van het medialandschap Het Mediapark Jaarcongres Mediapark Jaarcongres 2009 Datum: 23 juni 2009 Locatie: Studio 21, Media Park Hilversum Samenvatting en PowerPoint presentaties: http://www.immovator.nl/cross-mediacafe-digitale-archieven 764 inschrijvingen
Hoofdstuk 5. Toekomst van het medialandschap
61
5. Toekomst van het medialandschap inleiding door Peter Olsthoorn
Mediaparkjaarcongres met PSV als topinnovatie Het Mediapark Jaarcongres, de tweede editie vond plaats op 23 juni 2009, is nu al een niet weg te denken fenomeen. Minister Plasterk én staatssecretaris Heemskerk kwamen opdraven. Waar is het succes aan te danken? En welk beeld verschafte het congres? We concentreren ons op topsport, van het voetbalveld naar online. Minister Ronald Plasterk (Onderwijs, Cultuur & Wetenschap) kwam pas in de foyer tijdens de borrel van het MPJC, aan het woord. In de file stond hij, maar improviseren is hem toevertrouwd. En ook een eigenzinnige insteek: waar het publiek kwam voor een hele dag over elektronische communicatie koos de bewindsman voor een krantenverhaal. Immers, juist die morgen van de 23e juni was het advies van de commissie-Brinkman voor de krantenbranche gepresenteerd. De pers zelf wist dat rapport niet op waarde te schatten maar koos die dag in de berichtgeving voor een onbelangrijk detail, waardoor de aandacht een hyperige sfeer kende: een internetheffing voor elke Nederlander. De opbrengst zou aan contentmakers zoals krantenuitgevers, ten goede kunnen komen, Slecht idee, pareerde Plasterk. Maar Plasterk ging verder: ook het aanspreken van de STER als concurrentievervalsing door de commissie-Brinkman wees hij af. En hetzelfde laken een pak voor de vrijgave van programmadata door Hilversum aan de uitgevers. En dat waren, hoewel schoten uit de heup, belangrijke primeurs van het congres van de bewindsman staande aan de borreltafel.
Powned oefening in braafheid Geen voorschot nam hij op de wens van PowNed, voortgekomen uit GeenStijl, voor een publieke omroeplicentie. Voor de tweede keer in successie stond Marjan Zwagerman (PowNed) op het grote MPJC-podium, haar langdurige ziekte viel er precies tussenin. Maar de toon verschilde aanzienlijk: een jaar terug stond ze er om Hilversum te tarten met het succes van GeenStijl en Dumpert. En nu om dezelfde machthebbers stroop om de mond te smeren teneinde de felbegeerde licentie in de wacht te kunnen slepen. Dat is gelukt. Bij het onvergetelijke beeld van het uitdagen van minister Vogelaar door GeenStijl van een jaar terug, is het beeld van de wang van diezelfde presentator tegen die van genoemde minister Plasterk gevoegd. Ze zijn partijgenoten, Plasterk en Vogelaar. Het kan verkeren, zo in twee jaar mediageschiedenis.
62
iMMovator Cross Media Network
Daarin toont zich het MPJC ineens sterk: een lijn die is door te trekken als geschiedenis. Wellicht is het een idee om sprekers van het MPJC te laten terugkeren voor een ‘update’? Want PowNed, met Zwagerman en directeur Dominique Weesie, nog volop in marketing voor de licentie, schiep hoge verwachtingen als omroep: intelligentie, humor, satire, schoppen tegen de macht en vooral: het allemaal heel anders aanpakken dan tot nu toe gebruikelijk in Hilversum. De methode: netwerkomroep en ‘open source’, door en voor jongeren van 25-40 jaar. Voor 1,5 miljoen mensen, of nee, 4,8 miljoen ‘leden’ van de netwerkgeneratie. Benieuwd: hoe anoniem kunnen die ‘reaguurders’ zijn op tv? Zak over het hoofd voor de camera? En hoe positioneert De Telegraaf WNL? Of liet de omroepscène de twee nieuwelingen alleen toe om bij de komst van een eventueel rechtse regering niet te hard te worden getroffen. We vernemen het wellicht bij het versie 3 van het MPJC.
PSV de echte innovatie Vernieuwing kan Hilversum goed gebruiken. Die kwam tijdens het MPJC het meest effectief aan bod in de vorm van PSV. Tijdgebrek, altijd een euvel met zo’n vol programma, teisterde de voordracht van PSV’s marketing en mediamanger Peter Kentie het meest. Om drie redenen gaan we er hier wat dieper op in, met een blik naar 2010. Immers, hier is sprake van ‘disruptive’ nieuwe media, van ‘disintermediation’ ook; iets waar de reis- en muziekbranche zo mee te kampen hadden. De mediasector ontkomt er niet aan. Want Studio Sport is het aan te vallen ‘oude model’. De spreekwoordelijke man met het bord op schoot, (dus) op één vast tijdstip, dat wil zeggen etenstijd op zondagavond. Tijdens het MPJC bracht PSV de praktijk van de nieuwe tv-wereld op het podium en het grote doek erachter. De websites vormen het verlengstuk van het stadion, met een kleine half miljoen online bezoekers per maand. De Eindhovense topclub bouwt een relatie met het publiek dat zowel ‘levenslang’ als ‘op ieder moment’ gevoed wordt met content en communicatie. En die produceert PSV, samen met onder meer Eyeworks Sport en een eigen redactie, ook grotendeels zelf. De marketingformule, gebaseerd op binding en betrokkenheid, werkt als een magneet. Merk en imago en de content bepalen de kracht van de community. De boodschap: mediabereik wordt niet langer gehinderd door welke schaarste of rechtenhandel ook. Technologie en toegang
zijn niet meer de bepalende criteria. De voetbalclub is het medium; de boodschap valt samen met de club. Hooguit is het succes afhankelijk van de voetbalprestaties van de club. Die wegen zwaar, maar zijn per definitie wisselvallig.
Toetsing aan de theorie Past dit PSV-initiatief in het beeld van ‘futurist Gerd Leonhard’? Hij predikte tijdens het MPJC dat het delen van informatie en (vooral) amusement momenteel bepalend is: niet meer zenden maar delen. Niet langer is ‘push’ dominant, wat de media maken en de markt in slingeren, maar ‘pull’, dat wat ze zelf willen aanklikken op het scherm, welk scherm dan ook. Ligt bij tv de macht over het netwerk nog bij een minderheid van makers die toegang hebben tot de distributie, bij PSV.nl vervalt die exclusiviteit en dus macht. Is de tv-kijker nog passief en zelfs ‘hulpeloos’ volgens Leonhard, de netwerkgeneratie is voortdurend aangesloten, actief, heeft macht en kracht met eigen bijdragen en meningen. Linken en aanbevelen, bij voorkeur via Twitter, bepaalt de aandacht die er voor de uitingen zal zijn. Daar dit steeds meer mobiel plaatsvindt, groeien we naar een real-time web beleving. De monocultuur die televisieprogramma heet wordt de multicultuur van de uiting op internet. Kijkend naar het PSV-model gaat dat momenteel nog sterk uit van een machtige partij die eigenaar is van unieke content en de waarde daarvan zelf uitmelkt. Zij het dat het exploitatiemodel divers en rijk is, gericht op zo veel mogelijk momenten van contact in verschillende vormen. Het is zeker ook multicultureel, bijvoorbeeld gericht op de Aziatische markt.
Virtuele suppertersclubs PSV hanteert de participatieladder waarbij met het meer betrokken raken, leden ook intensiever deelnemen aan de communicatie. Maar het delen en verrijken van content zien we bij de Eindhovense club nog geen belangrijke rol spelen. Het merk en de binding eraan zijn zo sterk dat PSV zich wel een machtspositie kan permitteren en als zendende partij het beeld kan bepalen. In 2010 krijgt de communityvorming nog meer aandacht, maar niet in een losse vorm maar in een door PSV gecontroleerde vorm. Zo is de ‘Phoxy’ club voor kinderen al heel succesvol met bijna 25.000 betalende leden en Ons PSV is het equivalent voor de volwassenen. Extern is PSV ook aanwezig, zoals met 1.600 aangemelde vrienden op Hyves, en professioneel op Linked in. In 2010 zal PSV zich nadrukkelijker op Facebook manifesteren. Twitter is een marketingkanaal en ‘PSVEindhoven’ als eigen mondiale Youtubekanaal biedt de inhoud, die daarmee ook naar persoonlijke webuitingen zoals blogs haar weg vindt. Iedereen kan daar naar eigen willekeur commentaren achterlaten. Daar is de content ‘vrij’. Want binnen de eigen kanalen geldt: kritiek kanaliseren en beperken. Want het doel van PSV is, laat er geen misverstand over bestaan, marketing ten behoeve van opbrengstmaximalisatie met gecontroleerde boodschappen.
De toekomst met Faceboek en e-lezers Peter Kentie (ex-ilse media) kent het internet en de omgang daarmee zo goed dat hij haarscherp nieuwe ontwikkelingen kan sturen maar ook accepteren en omarmen voor zover die niet binnen zijn directe macht liggen. Op dinsdag 15 december organiseerde hij het eerste ‘voetbalmarketingcongres’ in het Philips Stadion. Hij toonde daar animaties van PSV online op een ‘tablet pc’ en de iPhone. Om de PSV.nl en PSV.tv bezoekers nog beter te kunnen bedienen en op zijn of haar wensen in te spelen installeert PSV ‘tracking & tracing’: het volgen van de klant over de websites van de binnenkomst vanaf bijvoorbeeld VI.nl, gekoppeld aan IP-nummer, koopgedrag etc. Kentie: “En we blijven inspelen op de nieuwe media met een focus op de mobiele internetdragers zoals de PDA’s en tablets. Alles met als doel om de crossmediale aanpak annex media exploitatie verder uit te bouwen en te laten renderen.”
Hans Teeuwen en Frank Heemkerk PSV gaat in ‘tracking’ ten behoeve van klantdata. Opvallend in 2009 waren crossmedia sprongen van bekende merken zoals Viva, Autoweek (beide Sanoma), BNN en Vodafone. En al die partijen zullen elkaar ontmoeten op het nieuwe terrein van dataverzameling en customer relationship management (crm). Daarover presenteerde ondergetekende tijdens het MPJC uitgebreid onderzoek. Waren media vroeger dragers van reclame als financieringsbron, meer en meer schuiven ze op naar e-commerce. Data leggen dan veel gewicht in de schaal. Zwagerman en Weesie belijden voor Powned de revolutie van ‘open source’ en een ‘netwerkgeneratie’. Maar Powned heeft Hans Teeuwen aangetrokken, niet uit de ‘open bron’ maar een gevestigde cabaretier. Immers, om omroepen en zenders draaien mondiaal, net als andere media-exploitaties van belang, op hoog niveau van creativiteit. In topcreativiteit is Nederland sterk volgens staatssecretaris Frank Heemkerk (Economische Zaken). Hij benutte het podium van het MPJC om het Dutch Media Hub te lanceren. Dit moest een krachtenbundeling worden voor het promoten van Nederland als ‘digitale toegangspoort’. Zoiets als Rotterdam de poort voor goederen is. Zowel in technologie als in inhoud zou het ‘hub’ Nederland omhoog moeten stuwen, ook als proeftuin van nieuwe diensten. Deze Dutch Media Hub, ‘groeit voortdurend’ volgens de website en zich liet zien tijdens de Europese mediabeurs IBC in Amsterdam en Digital Hollywood in Californië. Het is altijd moeilijk om markt en sturing te coördineren. Een stimulans in de vorm van krachtenbundeling zou Nederland vooruit kunnen helpen. Het aardige van het MPJC is juist het gemengde podium van markt, overheid en de eigenzinnig publieke omroep met haar interne en externe concurrentie met overheidsgeld. What’s next? Stay tuned! Op 9 juni, vroeg dit keer vanwege het WK voetbal, zien we u weer.
Hoofdstuk 5. Toekomst van het medialandschap
63
In 2009 organiseerde iMMovator voor de tweede keer het Mediapark Jaarcongres. Met 764 inschrijvingen zat het aardig vol in studio 21 en de foyer. De livestream werd ook nog eens door meer dan 750 unieke kijkers bekeken. Het congresprogramma was gericht op het medialandschap van de toekomst. Met een keynote presentatie van futurist Gerd Leonhard, een onderzoekspresentatie over gebruikersgegevens van de omroepen en nieuwe mediamakers PSV en PowNed. Daarnaast twee Dutch All Stars (internationaal succesvolle bedrijven), een pitchronde en een afsluitende talkshow. Minister Plasterk en Staatssecretaris Heemskerk gebruikten het MPJC om nieuw beleid aan te kondigen.
5.1 Futurist Gerd Leonhard over de Toekomst van Media “Er zijn nogal weinig media futuristen, dus eigenlijk is het vrij makkelijk om er eentje te zijn.” Zo start Gerd Leonhard als eerste keynote tijdens het Mediapark Jaarcongres. Gerd Leonhard is auteur van ‘The future of Music’ en ‘Music 2.0’ en media futurist. Het is zijn business om onderwerpen en trends te begrijpen om hieruit vervolgens ideeën te genereren. De trend van dit moment is de razende snelheid van verandering in combinatie met de steeds verder groeiende media omvang. Paradepaardje hierbij is digitale content en omdat internet al in veel landen belangrijker wordt gevonden dan de televisie, zal digitale content de toekomst van de mobiliteit steeds verder gaan vormgeven.
steeds verder terrein en het tijdperk van totale mobiliteit staat op het punt te beginnen...
Van push naar pull Waar vroeger een zogeheten ‘pushmechanisme’ van kracht was, waarbinnen ‘pushobjecten’ zoals tv, krant en radio een rol speelden, gelden er tegenwoordig andere regels. ‘Pullobjecten’ zoals social networks, mobiele applicaties en blogging zijn op het toneel verschenen. In tegenstelling tot de pushmodus, waarbinnen de focus ligt op controle, gaat het in de pullmodus om aanbieden. Oftewel: sharing, want zo stelt Gerd Leonhard: “Sharing is the new oil.” Naarmate content steeds omvangrijker wordt, explodeert ook de competitie op dit vlak. Grote content monopolies kunnen niet langer rekenen op trouwe volgers en zijn aan grensvervaging onderhevig. De gemiddelde mens in het ‘totale mobiliteit’ tijdperk ontvangt rond de 1.500 berichten per dag, waardoor attentiefiltering het sleutelwoord voor de toekomst is.
Gerd Leonhard
Het tijdperk van Total Mobility Voorlopers van deze tijd zijn de ‘Digital Natives’, zij vertegenwoordigen de generatie van nu en zijn niet langer ‘disconnected’ maar ‘connected’ en een ‘connected’ mens consumeert nu eenmaal anders. We bevinden ons voorlopig nog in de pioniersfase, maar het is wel raadzaam om na te denken hoe we met content om moeten gaan in relatie tot breedband internet. Feit is dat de huidige wereld van content momenteel op zijn kop staat met ‘sharing’ als belangrijkste gegeven. Hoe kan dit dan toch worden omgezet naar business? Het internet is immers niet langer gebonden aan de computer, de mobiele telefoon verovert
64
iMMovator Cross Media Network
Push objects en pull objects
De Linkeconomie Het verkopen van kopieproducten volstaat niet langer: de linkeconomie doet langzamerhand zijn intrede met Twitter als belangrijkste hoofdrolspeler. Gerd Leonhard constateert dat: “Normaliter de jeugdigere generatie het voortouw neemt bij dit soort
ontwikkelingen, maar we zien nu dat twintigers, dertigers en veertigers het heft in eigen handen nemen.” Gesproken kan daarom worden van een ‘grand momentum’, waarbij geldt dat: • Het real-time web zijn intrede doet. • De logica van de followers domineert. • Datafiltering en dataonderhoud door professionals en peers plaatsvinden. • De gedeelde nationale ervaring is wedergeboren. • Fragmentatie en aggregatie waarneembare tendensen zijn.
werk zelf, dát is Broadcasting 2.0. Dus pak uw koffers maar Dear Mister Couch Potato, want Sir Subway Surfer is ready to kick some ass...”
De gebruiker, voorheen behorende tot het publiek van de ‘passieve consument’ wordt opeens zelf meegetrokken in het data creatieproces en transformeert zo naar een ‘actieve producer’. “En daar zou weleens een socialistisch luchtje aan ontdekt kunnen worden,” zo argumenteert Gerd Leonhard. In ieder geval exit content 1.0, welkom content 2.0, dat wordt gekenmerkt door: • het steunen op sharing rights in plaats van owner rights; • creatie en sharing door producers; • meta content; • professionele content: op maat gemaakt door producers; • gelijkheid aan producers oftewel: producer = content = (eventueel) geld.
Actieve producers
Van Broadcasting 1.0 naar Broadcasting 2.0 Om de televisiegeneratie te kunnen bedienen, telt het idee dat producenten en omroepen niet hoeven te weten wie de kijker precies is. Broadcasting 1.0 is een gesloten systeem, waarin de macht bij de minderheid ligt, die content verspreidt naar de meerderheid en waarbij het netwerk de macht belichaamt. Het principe van water geven is hierbij van kracht, waarbij geldt dat water alle planten en bloemen laat groeien of het nu rozen, tulpen of varens zijn. Het content aanbod dat hierbij past is dan ook mono cultureel. Maar nu internet het terrein van de televisie heeft betreden, vindt daardoor tegelijk een restyling van content plaats; deze is inmiddels Netgeneratie-proof en multicultureel geworden. Door middel van een sneeuwbaleffect wordt de content doorgegeven: via producer 1 naar producer 2, 3, 4… waarvan een deel het op hun beurt weer verder stuurt. Gerd Leonhard vergelijkt de tv generatie met de Net generatie: het is “genetwerkt zijn in plaats van het net-
The tv and the net generation
Het World Wide Web Het web is een kopieerapparaat geworden, waarbij angstdromen over het mobiele tijdperk transformeren naar de werkelijkheid. Content delen is eenmaal waar het om gaat en waarop het online draait, maar hoe ga je nu om met al die beschikbare kopieermogelijkheden? In ieder geval zullen alle pogingen tot het stopzetten van kopiëren op niets uitlopen, want zo stelt Gerd Leonhard: “If you turn off sharing, you turn off the oil.” Het web laat zich simpelweg niet in een hoekje drukken; dus kalmeer, leer en herorganiseer. “If you can’t beat it, join it” en in dit geval betekent dit, dat de focus niet langer bij het kopiëren zelf, maar bij de business eromheen ligt. Luisteren, lezen en kijken zijn het houden, kopiëren en delen van nu. Vruchtbare bodem bieden daarom de context, betekenis, relevantie, ervaring, belichaming en timing of kort gezegd: de kopieerbeleving. En dat had Google al vroeg in de gaten. Als zorgzame moeder deelt zij haar diensten met anderen al gedurende lange tijd, waardoor Gmail niet alleen haar lieveling, maar ook die van het publiek geworden is. Een ander voorbeeld van een bedrijf dat zich richt op content 2.0 is Inamo, een Engels voedingsbedrijf, dat volgens Gerd Leonhard weliswaar “geweldige sushi” schijnt te hebben, maar dit lijkt voornamelijk te komen door de beleving die achter het product schuil gaat. Inamo is namelijk ‘sushi-business’ of met andere woorden: alles wat de sushi maakt. De ervaring, het design, het distributieproces enzovoort. Gemak is hierbij het toverwoord. Probeer (potentiële) klanten daarom eerst te binden, hen op hun gemak te stellen en daarna pas om geld te vragen (1). Attract, not enforce (2) én als je dan ook nog unlimited freemium service biedt (3), dan is drie keer scheepsrecht. Zwem vooral niet tegen de stroom in en laat het bestaande model voor wat het is. Accepteer, maar probeer het water wel in optimale banen te leiden. Gerd Leonhard: “Op deze manier kunnen we met zijn allen een ‘Web Native Content Ecosysteem’ creëren, waarin telecom & ICT, broadcasting, CE (device makers), brands en content producers allemaal vrij rondcirkelen en elkaar kunnen inspireren.”
Hoofdstuk 5. Toekomst van het medialandschap
65
De 5 belangrijkste leerpunten • Creëer nieuwe modellen voor een nieuwe content economie. • De sleutel ligt niet langer in de content, maar in de business (new-generatives) eromheen. • Focus op het toevoegen van waarde in plaats van het extraheren daarvan. • Focus eerst op het publiek en pas daarna op de revenuen. • Er is geen recept en die gaat er waarschijnlijk ook niet komen, dus innoveer en experimenteer non-stop! Volgens Gerd Leonhard bevinden we ons in de repetitiefase, de fase waarin de instrumenten worden gestemd en de sound wordt gecheckt. Klaar om eens flink wat kabaal te gaan maken, zodat na de generale repetitie het echte werk kan gaan beginnen. Maar daarvoor moeten we wel eerst op elkaar afstemmen, dus: “Are YOU ready to make some noise?”
ADVERTORIAL Ziggo in het nieuwe medialandschap Het medialandschap is sterk aan het veranderen. Content is altijd king geweest, maar de vraag is of dit in de toekomst ook zo zal blijven, gezien de voortschrijdende technologie. Als landelijke aanbieder van media- en communicatiediensten geeft dit snel veranderende medialandschap voor ons nieuwe mogelijkheden om voor onze klanten de ultieme beleving te geven op het gebied van o.a. tv. Innovatie staat hierbij voor ons voorop. IMMovator biedt ons een uitstekend platform om de discussies die hieruit voortvloeien vorm te geven en te delen met de partners in de branche.
5.2 Van massamedia naar één op één Interactie levert automatisch informatie op over media gebruikers. En die informatie kan gebruikt worden als basis voor nieuwe diensten. Google weet wat we zoeken, Hyves weet wie we kennen. Maar wat weten Nederlandse mediabedrijven van hun gebruikers? Journalist Peter Olsthoorn (van onder meer Netkwesties) presenteerde de resultaten van een recent onderzoek naar deze materie. De grote lijn: we gaan van massa media naar één-op-één en dat levert een nieuw strijdtoneel op.
66
iMMovator Cross Media Network
Vroeger had je gescheiden media: de omroep (tv en radio), drukwerk (tijdschrift en krant) en communicatie (mobiel en internet). Dat is veranderd. Er is geen sprake van een revolutie omdat de traditionele media niet verdwijnen en hun unieke creatieve prestatie en de emoties erom heen behouden blijven. Maar mensen versmelten ook met media en dat brengt wel degelijk grote veranderingen met zich mee. Er is een soort nieuwe laag ontstaan, er lijkt geen verschil meer te zijn tussen het echte leven en het virtuele leven. Zo zie je bijvoorbeeld heel sterk bij jongeren dat er een soort onophoudelijke communicatie is ontstaan. Peter Olsthoorn toont vervolgens ter illustratie een video over mediagebruik die gemaakt is in samenwerking met studenten van Hogeschool INHolland. Vervolgens geeft hij in vogelvlucht een overzicht van feiten en ontwikkelingen bij een aantal oude en nieuwe mediapartijen. Allereerst komen er enkele nieuwe spelers voorbij: • Hyves: Met 8 miljoen klanten een podium voor massamarketing, 80% bereik in de doelgroep tot 35 jaar. • Google: Heeft een uitgebreid inzicht in zoek- en klikgedrag en persoonlijke en geografische data. • ilse media: Via onder meer Nu.nl eveneens volop bezig met gedrag meten, analyseren en volgen. • Sanoma Men’s Magazines: Verdient aan views, kliks, aanbrengen van klanten en verkopen. • NBC.com: Een traditionele partij die volop bezig is met vernieuwingen o.m. tv-verkoop via Microsoft technologie. Vervolgens zoomt hij in op de meer traditionele partijen: • SBS: Een echte voorloper in het verzamelen, bundelen en kruisen van data. De datastrategie is alom aanwezig in het bedrijf. Zenden is niet meer het belangrijkste doel, maar de dialoog. Ze gebruiken daarvoor een aantal kunstjes (spelletjes, cookies, hash keys, acties etc.) en verzamelen op die manier grote aantallen data: 5 miljoen adressen, 900.000 opt-in, 1,2 miljoen NAWT-profielen, 1 miljoen online cookie profielen. • TROS: Heeft 60.000 kale e-mailadressen en 370.000 TROS Kompas NAW-gegevens. Het nadenken is begonnen. • AVRO: Heeft een systeem aangeschaft voor CRM, op AKNniveau wordt er gedacht over een integratie met TVgids.nl. • VARA: Maar liefst 19 nieuwsbrieven. Loopt met Kassa als multimediaal platform voorop, maar loopt achter op het gebied van data. • EO: 25.000 e-mailadressen, plan voor communities rond programma’s en CRM in onderzoek. • KRO: 38.000 e-mailabonnees, een mislukte poging tot CRM met leden en bezig met aanschaffing CRM-systeem. • NCRV: 45.000 e-mailabonnees en bezig met aanschaffing CRM-systeem. • RTL: Wilde nog geen data beschikbaar stellen, zijn bezig met een strategische heroriëntatie. • TAPPS: Een bedrijf om in de gaten te houden, beschikt over 7 miljoen opt-in adressen. RTL en PCM verhuren hun data, TAPPS ziet verrijking van data als kern. • Telegraaf Media Groep: Beschikt over 5 miljoen opt-in adressen en meer dan 1 miljoen abonneegegevens. Ze zijn op dit moment hun adressen aan het verrijken met de data van Cendris (TNT Post). Telegraaf heeft beste online acquisitie strategie, maar is slechtste in consolidatie en combinatie. Nu bezig met reorganisatie en een nieuwe poging.
Als we het hebben over CRM, dan zijn er volgens Peter Olsthoorn allerlei voetangels en klemmen: • Er is een enorm gevecht om data tussen infra en inhoud. • CRM heeft (na ERP) de grootste IT-drama’s opgeleverd. • Doel en middelen moet je heel goed afwegen. • CRM is slechts een middel, mensen zijn het doel. Technologie schrijdt ondertussen als een razende voort. Er komen steeds meer mogelijkheden, ook in de vorm van mobiel en real-time communciatie en websites lijken zelfs onbelangrijk te worden, zo roept Mark Zuckerberg, de oprichter van Facebook. Een tweede video van INHolland gaat over privacy. Peter Olsthoorn vervolgt hierna zijn verhaal en stelt dat er ontzettend veel verwarring en onzekerheid is over privacy. Privacy is geen kwestie van open en dicht, het is niet absoluut. Europa is bang voor de buren, de VS voor lekkage. Volgens hem zijn er in de samenleving twee betaalmiddelen: geld en aandacht. Bij SBS, TAPPS en Telegraaf lijken consumenten niet zo geïnteresseerd in privacy-aspecten. Ook op Hyves maakt slechts 20% van de personen gebruik van de mogelijkheid om profielen dicht te zetten. Markant is overigens dat UPC, KPN en Advance voorafgaand aan dit congres interviews hebben afgezegd, zouden ze wat te verbergen hebben? “Privacy wordt het belangrijkste betaalmiddel van de 21e eeuw,” zo werd tien jaar geleden al voorspeld door Jos Birken, direct marketing ondernemer in Azië. Peter Olsthoorn sluit af met een pleidooi (zie column). Belangrijk is volgens hem dat burgers baas over eigen portemonnee en inhoud zijn. Zo moeten ze de mogelijkheid hebben om hun eigen profielen te verwijderen. Ook lijkt het goed om een juridisering van dit onderwerp tegen te gaan. Maar tegelijk is er die twijfel. Zou het ook zo kunnen zijn dat het gedaan is met die privacy? Mensen zijn op internet zelf de grootste privacyschenders, de discussie is dus gedateerd. Veel twitteraars zijn die laatste mening toegedaan, zo besluit Olsthoorn zijn presentatie.
Column Peter Olsthoorn: Geef burgers privacymacht terug
Peter Olsthoorn
Steeds meer partijen verzamelen meer en meer klantdata en verrijken deze, op velerlei manieren. De nadruk komt meer en meer te liggen op gedragsanalyse, als aanvulling op persoonsgegevens. Het is strategisch de vraag of de stappen die mediaorganisaties zetten voor het zogenaamde customer relationship management (CRM) in de huidige statische vorm juist zijn, daar er steeds meer real-time communicatie (Twitter, mobiel) ontstaat en mensen communiceren via schuilnamen en avatars. Maar eerst de privacy. De privacywet, vandaag al weer 9 jaar oud, vind ik te eenzijdig gericht op spelers in het veld, bedrijven en juristen, en houdt onvoldoende rekening met consumenten. Weliswaar doet toezichthouder CBP ontzettend haar best, bijvoorbeeld met MijnPrivacy.nl. Maar zelfs deze site is voor mij als deskundige al wazig (wat nou signaal geven?) laat staan voor de ‘gewone burger’. Deze omgang met privacy door deskundigen is volgens mij de belangrijkste oorzaak dat consumenten in verwarring zijn over privacy en het gevoel hebben de controle verloren te zijn geraakt. Bedrijven bedienen zich alle van uitgebreide juridische ondersteuning om de grenzen van de wet op te zoeken. En hebben vrede met die wet, want ze mogen heel veel. Rechtszaken zijn er nauwelijks, en betrokkenen vinden dat nog gek ook. In de communicatie over privacy moet ook verandering komen. De campagne van de Consumentenbond is een goed begin. Maar ook die gaat uit van complexiteit en stelt veel punten aan de orde. Het gaat over ‘mijn geheimen’. Veel beter zou het zijn om uit te gaan van nieuwe principes.
Je hele hebben en houwen op Hyves? Natuurlijk, als volwassene moet je zelf kunnen bepalen dat privacy onzin is, iets van de vorige eeuw. Maar ook het tegendeel: iedereen moet met hand en tand, en vooral middelen, z’n privacy kunnen verdedigen. Mediaorganisaties komen in elkaars vaarwater met interactieve communicatie en marketing. Dit is goed voor bedrijven en consumenten, maar de wetgever hobbelt erachteraan. Voor het Mediapark Jaarcongres 2009 deed ik onderzoek naar het gebruik van persoonlijke data door media in Nederland om de communicatie met lezers, kijkers en luisteraars aan te halen en de adverteerders meer te bieden.
Volgens mij moet dit principe als volgt luiden: consumenten blijven altijd eigenaar van hun data en krijgen mogelijkheden om dataverzameling en het beheer door organisaties te beïnvloeden of zelfs te bepalen.
Veel organisaties, waaronder SBS, RTL, Telegraaf, uiteraard ook internetbedrijven als Google, Microsoft, Hyves en niet te vergeten mobiele aanbieders breiden databasemarketing uit. Tussen Hilversum en kabelaars ontpopt zich een strijd om kijkersdata.
Nog een paar punten: • Het toenemend boekstaven van individueel surfgedrag en zoekopdrachten op websites (ook bij Google moet onder een opt-in regeling komen).
Nu kunnen ze zich uitschrijven voor e-mail nieuwsbrieven, maar dat moet worden uitgebreid met het kunnen laten verwijderen van profielen en dossiers in databanken. Nu is er een ‘lousy’ meldplicht voor organisaties bij het CBP zelf. Maar een individu heeft geen benul van opslag van zijn data, dat is fout!
Hoofdstuk 5. Toekomst van het medialandschap
67
• Organisaties moeten verplicht worden om in alle contacten (e-mail, telefoontjes, geadresseerd drukwerk) vermelden hoe ze data bemachtigd hebben. • Er moet een termijn komen voor periodieke vernieuwing van opt-in toestemming. • Je moet uiteindelijk als burger online toegang hebben tot je eigen data bij elke organisatie die ze bezit, en kunnen wijzigen voor zover dit primaire processen (bezorging, facturering etc.) niet schaadt. • Consumenten zouden dus, voor zover praktisch haalbaar en mogelijk, zelf data moeten kunnen (laten) verwijderen en aanpassen. Dit kan, met de genoemde aanvullende punten, consumenten het gevoel van macht over hun privacy teruggeven, dan hoeft het ook niet zo ingewikkeld te zijn.
5.3 Lancering Dutch Media Hub door Staatssecretaris Heemskerk
Frank Heemskerk (Staatssecretaris van Economische Zaken)
Frank Heemskerk (Staatssecretaris van Economische Zaken) verzorgde de lancering van het project Dutch Media Hub. De Dutch Media Hub staat voor het promoten van Nederland als digital gateway. Diensten, die hierbij een rol spelen zijn het leveren van audiovisueel materiaal en toebehoren en het stimuleren van innovatie en (digitale) verbondenheid in Nederland.
De kracht van Nederland ligt volgens Frank Heemskerk in het feit dat het de Gateway van Europa is. Musici als Prince zijn hier doorgebroken, artiesten als Armin van Buuren en Tiësto zijn van Nederlandse bodem. Nederland is met andere woorden een proeftuin en: “Laten we dat ook zijn voor de wereld. We kunnen veroveren en geld verdienen in de ICT, media, creatieve sector,” aldus Frank Heemskerk, die de reputatie van Nederland graag in het buitenland zou willen verzilveren. Op welke manier kunnen wij daar met zijn allen aan bijdragen? Iedereen ziet hoe de sector aan het veranderen is: van papier naar digitaal, supersnelle convergentie, crossmedia gebruik en de grensvervaging tussen producent en consument, tussen burger en verslaggever. Misstanden worden wereldwijd aantoonbaar gemaakt door iedereen en voor iedereen, waardoor alles zichtbaar wordt. Uit een wereldwijd onderzoek, waaraan meer dan 70 landen deelnamen, blijkt dat Nederland beschikt over de meeste computers en breedband (e-readiness) aansluitingen per inwoner. Marktwerking zorgt hierbij voor keuzemogelijkheden en het aanbod van verbindingen in combinatie met lage kosten. Getronics, Philips, DutchView, Getstream et cetera, volgens Frank Heemskerk ligt hun kracht in de koppeling, de exploitatie en de distributie van de Creative Industries, die als bedrijfstak inmiddels groter is dan chemie, landbouw en het verzekeringswezen. Hoofdtaken van de overheid liggen hierbij op het gebied van het zorgdragen voor een vruchtbare omgeving. Duidelijke spelregels zijn hierbij onmisbaar en ook de markt moet zijn gang kunnen
68
iMMovator Cross Media Network
gaan. De kabelsector (Ziggo/UPC) moet open gaan voor gebruik door derden, zodat het monopolie uiteen zal vallen en de prijzen zullen zakken. Op die manier wordt er een voedingsbodem voor de proeftuin gecreëerd. Nieuwe technologieën, zoals glasvezels moeten worden outsourced naar marktspelers, snelle ICT-diensten moeten worden gebundeld, vraag en aanbod moeten beter op elkaar aansluiten en het overstappen naar Open Source Software zijn maatregels die hieraan zullen bijdragen, volgens Heemkerk. En iedereen doet mee! Toegankelijkheid is hierbij het codewoord, waarbij overstapdrempels zoveel mogelijk beperkt moeten worden, mensen met een functionele beperking en ouderen makkelijk moeten kunnen aansluiten en er een interactie tussen verschillende partijen in de digitale economie kan plaatsvinden. Want: “samen staan we sterk en vele handen maken het werk een stuk lichter.” Digitaal heeft de toekomst en daarom moeten we beperkt digitaal experimenteren. Frequenties moeten volgens de staatssecretaris zo technologie neutraal mogelijk worden uitgeven. Eind augustus 2009 worden dergelijke uitgiftes gerealiseerd en de hoop is dat in 2010 zo’n 50% van het landelijk netwerk over digitale tv beschikt. Multimediaal is hierbij de nieuwe standaard, waarbij snelle breedbandverbindingen essentieel zijn. Op dit moment worden er drie vergunningen uitgegeven aan T-Mobile, KPN en Vodafone, maar er moet ook ruimte komen voor nieuwkomers naast deze bestaande partijen. Innovatie is dus belangrijk en dat geldt ook voor radio. Zeven bestaande analoge radiovergunningen zullen na 2011 met 7 jaar worden verlengd en gaan een marktconforme vergoeding betalen. Het plan is om met deze bestaande sterke merken (538, Sky Radio, etc) de luisteraars mee te krijgen naar digitale radio. Twee vrijgekomen FM kabelfrequenties bieden ruimte voor nieuwe partijen op korte termijn, zodat samen met de zeven reeds bestaande vergunningen gedeeltelijk veranderingen kunnen worden doorgevoerd. Tot nu toe heeft Nederland te weinig internationale kansen benut. “We kunnen meer internationaal groeien door schaalvergroting en op dit gebied kan de Dutch Media Hub een bijdrage leveren”. Op deze manier is Nederland niet alleen een fysieke haven, maar ook een digitale toegangpoort voor Europa.
ADVERTORIAL BT sluit Hilversum aan op wereldwijd medianetwerk BT, een van ’s werelds grootste leveranciers van communicatieoplossingen en -diensten, kondigde tijdens het Mediapark Jaarcongres aan zijn wereldwijde medianetwerk naar het Media Park in Hilversum uit te breiden. Hierdoor wordt real-time uitwisseling van data en video van hoge kwaliteit mogelijk tussen Nederland en populaire mediahubs overal ter wereld. De uitbreiding is een goed voorbeeld van BT’s betrokkenheid bij de Nederlandse mediasector en sluit naadloos aan bij het streven van iMMovator om de Nederlandse crossmediasector te versterken. Het medianetwerk van BT omspant meer dan zeventig locaties, verspreid over tien landen. Het netwerk biedt optimale beschikbaarheid voor televisie- en productiedistributeurs en ondersteunt de transitie van videotapes naar digitale bestanden door de uitwisseling van grote hoeveelheden data mogelijk te maken. Hiermee levert BT een hoogwaardig en concurrerend alternatief voor buitenlandse verbindingen via satelliet of huurlijnen.
Het PSV effect: de aanpak
De kern van de aanpak is dat je je fans persoonlijk moet weten te binden. De relatie duurt vervolgens lang, 24 uur per dag, 7 dagen per week, 365 dagen per jaar en levenslang. PSV heeft de mediaregie volledig in eigen hand genomen: alle externe producties en uitgaven zijn gestopt en de productie en publicatie is in eigen hand genomen. Dat wil zeggen zelf communiceren met de kerndoelgroepen, persoonlijker en met aandacht voor de binding via een eigen community. Een keuze voor source publishing en 100% ook een crossmediale aanpak (print, mobiel, televisie, internet en stadionschermen). Het hart van PSV media is www.psv.nl, de virtuele gemeenschap is immers veel groter dan fysiek. Het bereik was in maart 2009 7 miljoen pageviews, 460.000 unieke bezoekers per maand. Oftewel 20x zo groot als het stadionbezoek. De fan wordt vanuit de gedachte van een customer life cycle benaderd. Als een klant van 0 - 98 jaar (=oudste seizoenkaarthouder) die men probeert te upgraden van een latente fan naar een echt lid/seizoenkaarthouder of zelfs een business club lid.
5.4 Nieuwe massa media: het PSV-effect Waar komen sterke cross mediale merken vandaan? En wat is hun verdienmodel? Ze lijken allemaal te berusten op een sterke sociale groep die elkaar online vindt. Pionier Peter Kentie (PSV) vertelde over de ontwikkeling van PSV tot een crossmediaal merk met een sterke community. Het PSV effect: de participatie ladder voor klantrelaties
Peter Kentie (Manager Marketing & Media, PSV), begint zijn presentatie met een kort filmpje. Uniek aan voetbal is dat iedereen wel wat met voetbal heeft. En dat is dan ook nog eens wereldwijd.
De kidsclub (PSV Phoxy CLub) heeft inmiddels 24.500 betalende jeugdleden, het zou bijna een omroep kunnen zijn. Het geld wat hier verdiend wordt, wordt weer opnieuw geïnvesteerd. In zijn algemeenheid kun je zeggen dat de media wereld snel verandert en vooral richting on demand gaat. PSV is al een jaar of tien bezig met tv maken en werd destijds geïnspireerd door een club als AC Milan. Men heeft een eigen tv-studio gebouwd in het stadion en werkt samen met Eye Works om televisie te maken. De kunst is om onderhuids een commerciële boodschap over te brengen: de introductie van een nieuw shirt kun je zien als een nieuwsbericht of als een commerciële uiting van de sponsor Nike. Ook YouTube is een belangrijk kanaal in de media inzet. PSV ziet
Hoofdstuk 5. Toekomst van het medialandschap
69
Deze ‘netwerkgeneratie’ van 18-40 jaar is eigenlijk niet te vangen, maar gemiddeld genomen is de leeftijd 29 jaar, is er een actieve houding ten aanzien van informatievergaring, wordt er gedacht in beelden en worden verschillende opinies aan elkaar ‘gescherpt’. Ze zijn zeker geïnteresseerd in de actualiteit, maar dit moet anders worden gebracht. Ze hebben een ingebouwde bullshit detector: ze voelen zich niet serieus genomen door traditionele media en gaan daardoor op zoek naar nieuwe vormen. Mensen zoeken hun eigen waarheid en zie hier, een generatiekloof.
PSV Net tv
echt elke nieuwe mediatechnologie als een nieuwe exploitatiekans. De ‘final frontier’ is een eigen tv-zender, televisie was lang het enige medium dat niet in eigen regie werd uitgevoerd. Dankzij het glasvezelnetwerk is een 1:1 relatie met de fan mogelijk. In feite is dit een omroep, al is het bewust zo niet genoemd, het heet ‘een experiment’. Source publishing stelt eisen, er zijn vier primaire voorwaarden: • sterk merk en imago; • omvangrijke en sterk betrokken community; • veel & eigen content; • groot mediabereik.
5.5 PowNed: mediarevolutie!
Marianne Zwagerman en Dominique Weesie (PowNed) op het podium samen met dagvoorzitter Joost Karhof
Marianne Zwagerman en Dominique Weesie (PowNed) gingen op het Mediapark Jaarcongres in op de strategie van PowNed (Publieke Omroep Weldenkend Nederland, spreek uit: ‘pound’). “Waarom PowNed? Omdat het kan!” zo luidt de opening van het verhaal. PowNed is mede mogelijk gemaakt door het open bestel en de mediarevolutie: de grootste culturele revolutie sinds de jaren ’60. Deze revolutie gaat niet over techniek maar over gedrag, dit gedrag is veranderd door de techniek die er momenteel is. Aanjagers van deze mediarevolutie zijn: • Internet: dit wordt steeds belangrijker. • Jongeren (iedereen tot 40 jaar): zij consumeren digitaal thuis en op school/tijdens de studie of hun baan. Multi bezigheden, dat is waar het bij hen op dit moment om draait: ‘live the moment’.
70
iMMovator Cross Media Network
PowNed: nu al kampioen uitgesteld kijken
De vooroordelen over de PowNed-achterban zijn voortgekomen uit de community GeenStijl. Ongeveer 70% is man en 30% is vrouw, de gemiddelde leeftijd is 29 jaar. De groep heeft een optimistisch toekomstbeeld en er worden geen specifieke politieke dogma’s aangehangen. Pas hier dus op met etikettering ten aanzien van politieke partijen, tenzij je een uitgesproken partij bent. Want uitgesproken initiatieven, van de PVV, SP of de Partij voor de Dieren scoren relatief wel goed. Identiteit is met andere woorden eclectisch of juist heel erg uitgesproken. PowNed is kort geformuleerd de ‘niet-omroep omroep’ voor de ‘Zorgeloze Spanningszoeker’ en de ‘Ambitieuze Pleziermaker’. Een subgroep van ongeveer 1,5 miljoen potentiële nieuwe leden, die hun roots hebben liggen in de eerder genoemde netwerkgeneratie, die rond de 4,8 miljoen leden telt, dat op zijn beurt gelijk staat aan 29% van de Nederlandse bevolking. Hoe neem je deze groep vervolgens mee naar Hilversum? Marianne Zwagerman: “Wij zijn geen omroep-omroep: maar zoveel mogelijk open source: voor elkaar en door elkaar.” En misschien juist door deze ontkenning, vindt de bevestiging vanzelf plaats, want PowNed haalde 50.000 leden binnen in 1 week tijd zonder enig cadeau daarvoor te hoeven weggeven. GeenStijl, in 2005 opgericht door Dominique Weesie wordt misschien door de overheid niet serieus genomen, het vindt gretig aftrek bij een groot publiek. “Maak je borst maar nat als we een omroep zijn,” aldus Marianne Zwagerman. Want dat het anders moet is duidelijk. En dat het ook anders kan, maakt PowNed zeker duidelijk. Humor, satire, uitdaging, intelligentie – de zogenaamde tongue in cheek manier – die misschien wel het hart op tong heeft liggen, maar informatie brengt op zo’n manier dat het serieus genomen wordt door zaken niet serieus te nemen. Wees ongemakkelijk, wees anders en steek boven het grijze muizen nieuws uit. Schop tegen de macht, ga ouderwets oproer kraaien en choqueer en dat graag met zijn allen. Vergeet de regels en ontdek de waarheid achter het nieuws. Dat is waar PowNed voor staat. Maar zo vertelt Zwagerman: “We kunnen ook
serieus zijn als het moet: want samen een betere wereld: respect voor de mens zoals jij en ik en zeker als deze zich in een extreme situatie bevindt.” Gelukkig maar: grote mond, klein hartje zullen we maar zeggen...
Pitch 1: Aletta Becker, Anastasia
In het najaar zal er uitsluitsel komen over het bestaan van PowNed als nieuwe Nederlandse omroep.
UPDATE Powned maakt deel uit van de publieke omroep PowNed en WNL (Wakker NederLand) maken vanaf september 2010 deel uit van de publieke omroep. Minister Plasterk geeft PowNed en WNL vijf jaar de tijd om “hun toegevoegde waarde te bewijzen”. PowNed en WNL zijn toegelaten als aspirant-omroep. Als ze hun doelstellingen halen, worden ze een volwaardige omroep. De minister noemt PowNed ‘dwars, eigentijds en geworteld in de voorhoede van nieuwe mediagebruikers’. Deze ‘netwerkgeneratie’ is jong en is actief op het internet. PowNed wil de ‘brutale onder de gezapigen’ zijn, en denkt onder meer aan een late night satirisch actualiteitenprogramma. De omroep krijgt twee uur tv- en negen uur radiozendtijd per week. Het Commissariaat voor de Media houdt verscherpt toezicht op PowNed. Er wordt gelet op de bestuurlijke en redactionele onafhankelijkheid van de Telegraaf Media Groep, eigenaar van PowNed. Bron: Trouw
5.6 De Pitches van het Mediapark Jaarcongres Op het Mediapark Jaarcongres kon een aantal nieuwe bedrijven zich aan het publiek presenteren. Dat gebeurde in samenwerking met TNO en Starthub, een project van Erwin Blom en partners, dat gedurende een jaar het leven van Nederlandse start-ups in beeld zal brengen. De start-ups werden beoordeeld door de volgende juryleden/investeerders: • Willem Sijthoff, media ondernemer (Financieele Dagblad, BNR, etc) • Floris van Alkemade, investeerder, Solid Ventures • Martijn Hamann, Partner, Van den Ende Deitmers • Guido van Nispen, directeur Veronica Holding Zij beoordelen op grond van service- en/of productpotentie voor de markt en geven hun oordeel over de geschiktheid van de organisatie. Dat leidt tot een positionering van de start-ups in de kwadranten KILL, REORGANIZE. INVEST en REDESIGN.
Anastasia is een interactieve online luister- tekentool met 3d luister-knutselbox, waarin een humeurig spinnetje centraal staat, dat korte avonturen beleeft op het World Wide Web. Kinderen vanaf vier jaar kunnen Anastasia online zelf tekenen en van deze tekening worden vervolgens kopieën in verschillende kleuren gemaakt, die Anastasia’s zusjes vertegenwoordigen. Naast de online game wordt er een spel audio-doe-box inclusief mp3 speler geleverd. Hierbij worden dezelfde 5-minuten-verhalen geleverd als bij de online tekentool en met behulp van de bijgeleverde materialen kunnen kinderen Anastasia ook offline verder vormgeven. Het voordeel van het online-offline aanbod ligt in de herhaling. Kinderen herkennen de spinnetjes op de computer en in de audio-doe-box, daarnaast wordt Anastasia door merchandising verder leven ingeblazen. Denk hierbij aan T-shirts met afgebeelde spinnen, door kinderen zelf getekend, waardoor ze hun eigen wereld kunnen dragen. Door deze multimedia benadering hoopt Anastasia de Nijntje van de 21ste eeuw te worden. En extra leuk: als papa of mama in het buitenland is, kan hij/zij online een verhaaltje inspreken, wat vervolgens op de mp3-speler kan worden gedownload en afgespeeld. Zo dichtbij is inmiddels ver weg geworden. Vragen van de investeerders hadden betrekking op praktische aspecten zoals financiering, volume, traffic issues en de creatieve invulling van de online tekentool. Hieruit volgt dat Anastasia zich financieel draaiende wil houden via de merchandising. Door een samenwerkingsverband met een uitgeverij en door het plaatsen van een wekelijks verhaal, zullen kinderen de site: www.squareweb.org – de spinnenwebben zijn vierkant in de wereld van Anastasia – blijven bezoeken. De meeste verhalen worden gemaakt door Aletta Becker zelf (tekst) in samenwerking met Jantine Koppert (beeld). Ook kunnen kinderen hun eigen verhalen uploaden en uitwisselen met elkaar. Op deze manier is hun beleving sterker, dragen ze zelf bij en zijn ze zodoende meer betrokken. De investeerders blijven bij hun standpunt en vinden dat Anastasia een te kleine propositie heeft en het team bestaande uit Aletta en Jantine lijkt hen niet capabel genoeg. Het uiteindelijke oordeel was dan ook de KILL-optie: weinig marktpotentie. Meer informatie: www.squareweb.org
Hoofdstuk 5. Toekomst van het medialandschap
71
Pitch 2: Wilfred Stegeman, MarketDrums MarketDrums is een site met financieel nieuws voor beleggers, professionals en managers. Wilfred Stegeman (MarketDrums) is met name op zoek naar partners die zich richten op beleggers en verder ook nieuwe bezoekers.
MarketDrums is een site met financieel nieuws voor beleggers, professionals en managers
Hoe krijg je de juiste informatie op het juiste moment over beleggen, zodat je tijd bespaart en op het goede moment kunt handelen als belegger? Dat is de ambitie die MarketDrums heeft. MarketDrums levert aan o.a. beleggers, accountants, advocaten en managers real-time en compleet beleggings- en ondernemingsnieuws.
Pitch 3: Hidde Kross, Sense Studio’s: Smoov Platform Smoov/Sense Studios is het basisprototype voor een open informatie-, communicatie- en beeldplatform. Volgens Hidde Kross (Sense Studios) gaan het web en de televisie trouwen op het Smoov Platform, waarop tekst, beeld, discussie, wiki en nieuws geïntegreerd worden in één story. Smoov is met andere woorden een online mediaplatform dat het echte tv-kijken probeert te evenaren. Smoov weet een maximale beeldkwaliteit over een internetverbinding te persen met slimme streaming- en compressiemethodes. Smoov is bedoeld voor iedereen die zijn boodschap met rich media wil overbrengen. Denk bijvoorbeeld aan modemerken, reisbureaus of theaters. Of een natuurorganisatie die een ‘kanaal’ via Smoov begint over het Waddengebied. Hier kan de bezoeker hoge kwaliteit video bekijken over de flora en fauna. Dynamische tekst of stilstaande illustraties worden los over het beeld getoond. Ook kan naadloos actuele info uit Wikipedia, Google, Googlemaps, Twitter of andere bronnen in dezelfde context worden geraadpleegd. Daarnaast kan met andere bezoekers worden gediscussieerd over dit thema – direct in het fragment waar de discussie over gaat. Eén van de inspiratiebronnen is de journalistiek, met name de schrijvende pers: een zorgenkindje in medialand. Juist hier kan een Smoov-concept veel betekenen voor de lezer/kijker in termen van informatiewaarde en begrijpelijkheid.
Het nieuws dat MarketDrums levert, is afkomstig van internationaal gerenommeerde nieuwsdiensten en wordt real-time via e-mail, rss en sms verzonden. Abonnees hoeven dus niet meer zelf te zoeken, wat veel kostbare tijd bespaart. Abonnees hebben tevens de beschikking over alle evenementen (jaarvergaderingen, ex dividend dagen, kwartaalcijfers, analisten bijeenkomsten, etcetera) van de ondernemingen die zij willen volgen. Deze evenementen kunnen zij eenvoudig aan hun elektronische agenda toevoegen zodat zij niet alleen op de hoogte zijn van het nieuws van vandaag maar ook van dat van morgen. Er is een team van vier professionals betrokken bij de site. Het verschil met Alex.nl is (onder meer) dat MarketDrums een meer uitgebreide informatiestroom biedt. De investeerders blijken gematigd enthousiast. Het eindoordeel zit op het grensvlak van REORGANIZE en INVEST. Meer informatie: www.marketdrums.com
UPDATE Nieuwe ontwikkelingen MarketDrums is een abonnementsdienst die in het Engels en Nederlands wordt aangeboden. De prijs is afhankelijk van het aantal ondernemingen dat een abonnee volgt en of deze het nieuws per sms wil ontvangen. MarketDrums is in mei 2009 gestart en heeft op het moment van schrijven een paar honderd geregistreerde gebruikers, bovendien wordt een white label geleverd aan onder andere banken die de dienst gebruiken om hun klanten beter op de hoogte te brengen van het reilen en zeilen van hun beleggingen.
72
iMMovator Cross Media Network
Smoov Platform: tekst, beeld, discussie, wiki en nieuwst geïntegreerd in één story
Smoov wordt bediend als een soort DVD-menu: de keuzemenu’s kun je voor de video schuiven en weer wegklappen. Een tijdsbalk laat je navigeren binnen de content. Als beheerder van een online Smoov-kanaal kun uiteraard video-fragmenten uploaden en losse scenes tot programma’s combineren en voorzien van tekst-overs en plaatjes. Bovendien kun je de indeling en look and feel van de site managen. Smoov is als prototype allereerst uitgetest op sense-studios.com, en de time-on-site verviervoudigde meteen tot bijna 10 minuten. Smoov wordt via een brons-zilver-goud keuzemodel in de markt gezet: op abonnementsbasis en als maatwerk, met een gratis open source basiseditie vanaf augustus 2009. Smoov heeft in 2009 een innovatiebijdrage ontvangen van het Ministerie van Economische zaken. Een voorbeeld is te zien op www.visionimpossible.nl.
Na zijn uiteenzetting kreeg Hidde Kross voornamelijk opmerkingen over zijn product. Wat is het nu precies en wat levert het? Hierbij kwam naar voren dat het uitgangspunt van het platform is om verschillende lagen nieuws in een oogopslag te leveren, maar dat de uitwerking nog bijschaving nodig heeft. Om deze redenen beoordeelde de jury Smoov met een REORGANIZE/KILL optie. Meer informatie: www.sense-studios.com
Pitch 4: Arnoud Haverlag, GetMarvia Arnoud Haverlag is een van de oprichters van Getmarvia. GetMarvia brengt printmedia naar het digitale tijdperk. Het gaat er om hoe je op een eenvoudige en snelle manier zelf wijzigingen kunt doorvoeren in jouw drukwerk. Bij het doorvoeren van de wijzigingen blijft de huisstijl altijd bewaard.
Mobypicture: ‘Shoot n share’
De investeerders zijn gematigd enthousiast: om echt succesvol te zijn moet Mobypicture.com wereldwijd heel groot worden. In vergelijking met de pitch van Marketdrums, die in Nederland heel snel groot worden, is Mobypicture misschien een te grote uitdaging en minder haalbaar. Zodoende ontvangt het bedrijf de REORGANIZE optie. Meer informatie: www.mobypicture.com
Conclusie
GetMarvia: ‘Happiness workflow’
De voordelen: eenvoudig in gebruik, korte time-to-market en besparing van kosten. Het wordt als een pay-per-use model aangeboden. Relevant is dat ze binnenkort voor alle titels van Telegraaf Media Groep de buildtool voor het zelfstandig samenstellen van advertentie gaan aanbieden. Jurylid Guido van Nispen vertelt dat men recent twee printinvesteringen heeft gedaan en dat dit verrassend interessant bleek te zijn. Dat blijkt ook het totaaloordeel te zijn, er wordt volmondig gekozen voor INVEST. Meer informatie: www.getmarvia.nl
Pitch 5: Matthijs van Abbe, Mobypicture
GetMarvia komt als beste uit de bus met als enige een INVEST optie. Daarna volgen Marketdrums en Mobypicture beiden met een REORGANIZE/INVEST optie, vervolgens Smoov met een KILL/REORGANIZE optie en als laatste Anastasia met een KILL optie.
5.7 Studenten tijdens Mediapark Jaarcongres Tijdens het Mediapark Jaarcongres waren verschillende studenten actief betrokken bij de organisatie. Zo maakten studenten van INHolland begeleidende filmpjes bij het onderzoek van Peter Olsthoorn en produceerden studenten van de Media Academie korte filmpjes over het medialandschap van de toekomst. Aan de hand van deze filmpjes werd de zaal vervolgens uitgedaagd om hun mening te geven via stellingen. Studenten van de HU zorgden voor de cameravoering in de zaal. Dat het Mediapark Jaarcongres ook voor deze studenten inspirerend was blijkt uit het enthousiasme waarmee studenten van INHolland vervolgens zelf een crossmediaevent organiseerden.
Mobypicture draait om het direct verspreiden van foto’s en video vanaf je mobiele telefoon naar al je social networks. Kernfilosofie vormt de sharing gedachte, die via allerlei apps (zoals bijvoorbeeld het aanvinken van je GPS-locatie) kan worden gerealiseerd. Drie handelingen vormen hierbij het uitgangspunt: ‘easy signup’, ‘setup services’ en ‘shoot n care’. Marketing vindt plaats door de gebruikers zelf, klanten en ‘derden’ ontwikkelaars. Mobypicture.com is op zoek naar groei: het wil maatwerk content en premium services voor eindgebruikers kunnen aanbieden. Hiervoor wordt een focus op publishers en developers gehanteerd, omdat er geld nodig is om internationaal te kunnen groeien. Op dit moment vindt er per maand een verdubbeling van het aantal gebruikers plaats.
Hoofdstuk 5. Toekomst van het medialandschap
73
ADVERTORIAL Studenten INHolland organiseren eigen crossmedia-event Media innovaties waren op 5 november 2009 het middelpunt van MiXM!: hét crossmedia-evenement van Hogeschool INHOLLAND. Eerstejaars studenten van de Associate degree Crossmediale Communicatie ontvingen als kick-off van hun studie de ambitieuze opdracht, ‘organiseer een crossmedia evenement waar professionals van vandaag mixen met professionals van morgen’. Het resultaat was overdonderend. De centrale hal van INHOLLAND Diemen werd omgetoverd tot een evenemententerrein met tientallen interactieve stands. Daarnaast werden inspirerende sprekers uitgenodigd, waaronder hoofd nieuwe media Toon Toetenel van AT5, Bram Elderman (Apple Benelux), Irene van Dam (Sanoma), Erik van Heeswijk (hoofd digitaal VPRO) en Marcel Nieuwpoort (Microsoft). Het evenement werd bezocht door ca. 400 bezoekers. “Het bijzondere aan dit evenement is dat het laat zien waar onze studenten binnen tien weken al toe in staat zijn. En over krap twee jaar staan zij op de arbeidsmarkt,” vertelt docent Bob Götte met gepaste trots. Kijk voor meer informatie op www.mixm.nl of www.adcrossmedia.nl.
dat het toenmalige Avinity vooral technische expertise had en geen televisieachtergrond had. Marc van der Chijs is CEO van Spil Games Asia. In China heeft Spil Games een Flash game website met 32 miljoen bezoekers per maand. Van der Chijs zit al een jaar of tien in China en was destijds ook oprichter van Tudou.com, de grootste videosite van China. Hij vertelt onder meer dat games steeds meer gebruikt worden door grote adverteerders die aan advergaming doen. Zo heeft men een game gemaakt voor Nokia.
Ronald Brockmann (Active Video Europe)
Gaming wordt een van de nieuwe massamedia en zal vooral via mobiele telefoons erg groot worden. De iPhone heeft bewezen dat mobiel een platform is met een grote toe- Marc van der Chijs (Spil Games Asia) komst is. Als je vooruit kijkt naar 2015 dan ziet hij een nieuw aanbod ontstaat dat bestaat uit de combinatie van mobiel met de locatie waar je bent.
ARISTOTELES VOORBIJ 5.8 Dutch All Stars Er is een nieuwe generatie Nederlandse mediabedrijven die met een kleine organisatie een groot internationaal netwerk aanspreekt. Een serie korte interviews met een drietal internationale ondernemers. Jeroen van Glabbeek is CEO van CM. Dit bedrijf exploiteert sinds 1999 een zelf ontwikkeld sms netwerk dat verbonden is met alle operators in Nederland en België. CM is Nederlands marktleider in business to business sms en mms diensten. Het bedrijf zit ook in Polen, omdat daar veel te winnen is en is tien jaar geleden begonnen, toen sms nog relatief onbekend was. Ronald Brockmann (Managing Director, ActiveVideo Europe, voormalig Avinity) is gespecialiseerd in een video content platform. Men ontwikJeroen van Glabbeek (CM) kelt technieken en verkoopt ze dan weer. Men stapte in 2005 in deze markt en één van de redenen om zich op het Hilversumse Media Park te vestigen, was
74
iMMovator Cross Media Network
Onderzoek naar het medialandschap van de toekomst door de Media Academie In aanloop naar het Mediapark Jaarcongres deed de Media Academie een onderzoek naar het medialandschap van de toekomst. De periode van met z’n allen op een vast moment op de bank naar bijvoorbeeld de televisie kijken, is aan het voorbijgaan. Het publiek valt uiteen in doelgroepen en nichemarkten, gebruikers worden aanbieders: bloggers of makers van user generated content. Maar hoe kunnen mediabedrijven hierop reageren? Op basis van interviews met vooraanstaande deskundigen uit mediabedrijven, het toezicht op de sector en de wetenschap kwam de Media Academie tot vier toekomst scenario’s: ‘We krijgen een menu aangereikt en de meesten van ons zullen achterover leunen en van het menu gebruikmaken’ Een wereld waarin de aanbieder leidend is, en voor de producten niet betaald wordt In deze wereld spelen bedrijven een dominante rol: in ruil voor gericht bereik onder doelgroepen zijn ze bereid de kosten van de content te betalen. Het is een advertising model, met bijvoorbeeld bladen en tv-kanalen die niet meer van traditionele mediapartijen komen, maar vanuit bedrijven: lifestyle magazines, company channels. Narrowcasting is in, broadcasting uit. Als er geld uitgegeven wordt aan een reclame-
campagne in een (traditioneel) medium, moeten er cijfers beschikbaar zijn over de accountability. ‘De gebruiker wil zelf ook aan de knoppen zitten en niet alles voorgeschoteld krijgen’ Een wereld waarin de gebruiker leidend is, en voor de producten niet betaald wordt Vrijheid, blijheid: 1968 in optima forma. Privacy telt niet en iedereen deelt alles rechtenvrij, van open source software tot muziek en filmpjes op YouTube. De gebruiker wordt steeds meer prosumer: zowel producent als consument. Bloggers zijn nieuwsleiders in deze wereld, waarin broodje aap verhalen overal de ronde doen.Adverteerders maken slim gebruik van communities om hun boodschap te verspreiden. Ook in deze wereld is weinig geld voor de kostbare diepgang van onderzoeksjournalistiek. ‘Het zou kunnen gebeuren dat er een parallelnet ontstaat dat helemaal exclusief gesloten is’ Een wereld waarin de gebruiker leidend is, en voor de producten wel betaald wordt De gebruiker wil kwaliteit en veiligheid en is bereid daarvoor te betalen. De wereld van de kritische mediaconsument, die niet zomaar alles en iedereen vertrouwt. Kwaliteitskranten, documentaires, onderzoeksjournalistiek blijven bestaan, maar er is ook fragmentatie van het publiek. De gebruiker heeft ook geld over voor het waarborgen van zijn of haar privacy. Dat biedt perspectieven voor ‘trusted thirth parties’. Adverteerders haken met sterke en betrouwbare merken aan bij erkende partijen, die maatwerk leveren. ‘In 2015 zal de massa nog steeds op bank zitten en het laten gebeuren’ Een wereld waarin de aanbieder leidend is, en voor de producten wel betaald wordt Deze is vooral een voortzetting van de huidige situatie. De grote publieke en commerciële omroepen en de uitgeverijconcerns consolideren hun positie. De gebruiker betaalt voor de content, via abonnementen, Digital Rights Management enzovoorts. Broadcasting blijft dominant en de rol van bijvoorbeeld interactiviteit en User Generated Content is beperkt. De gidsfunctie vanuit de aanbieder blijft bestaan: de aanbieder neemt de gebruiker bij de hand en loodst hem veilig door het aanbod.
5.9 Talkshow MPJC: Toekomst Nederlandse medialandschap
Joost Karhof (moderator)
Aan het einde van de middag is een talkshow onder leiding van Joost Karhof over de toekomst van het Nederlandse medialandschap georganiseerd. Deelnemers: Henk Hagoort (voorzitter Raad van Bestuur Publieke Omroep), Jan Muller (directeur, Beeld en Geluid), Arian Buurman (directeur STER), Mirko Mensink (director Corporate Development, Ziggo) en Rob Haans (uitgever, Volkskrant).
Het panel: v.l.n.r Henk Hagoort, Rob Haans, Mirko Mensink, Arian Buurman, Jan Muller
Henk Hagoort: De Telegraaf is begonnen met het publiceren van programmagegevens in de krant. Het van tevoren prijsgeven van dit soort gegevens is niet belangrijk. Auteursrechten horen bij een programma, die kun je niet zomaar weggeven. Als we daarmee echt de kranten zouden kunnen redden zou ik wel willen gaan praten. Het maakt de publiek omroep echter wel kwetsbaarder: Omroepgidsen werken ook met die gegevens, we willen niet dat deze concurrentie gaat krijgen met gidsen van de krant. Rob Haans: Ik vind het een mooi moment om programmagegevens voor iedereen beschikbaar te maken. Kranten springen er niet om, maar het haakt aan bij het gemaakte werk door de publieke omroep: het past erbij. Eerlijke concurrentie betekent samenwerking. Mirko Mensink: Ja, maar we willen er niet meteen geld voor betalen. Henk Hagoort: Samenwerking is prima als iedereen doet waar hij goed in is. Rob Haans: Door de tendens van convergentie staan we niet langer naast elkaar, maar komen we langzamerhand op elkaars terrein. Dit geldt niet alleen voor de content, maar ook voor de wijze van exploitatie. In het verleden zijn er al succesvolle samenwerkingen met de publieke omroep van de grond gekomen. Alleen gaat dat niet veel verder door de huidige wetvorming en kartelvorming. Daarbij blijft de vraag of de gegevens gematerialiseerd worden. Op dit moment staat de wet in de weg voor exploitatiemogelijkheden, tegelijkertijd willen we het materiaal ook voor onszelf kunnen gebruiken. Henk Hagoort: Wat mij betreft hebben derden recht op ruw materiaal. Het vormen van compleet eigen content is niet handig. Jan Muller: Wij zoeken voor archief + duiding nieuws + metadata. Dat willen we best delen mits er een goede manier van samenwerking ontstaat, waarbij het duidelijk is wat ieders rechten zijn in het proces. Rob Haans: Ja maar we zijn er nog niet. Op dit moment lijken de eerste stappen te zijn gezet, daarna is er meer nodig; dat is onvermijdelijk. De Volkskrant heeft een eigen stem en een eigen context.
Hoofdstuk 5. Toekomst van het medialandschap
75
Henk Hagoort: Het beeld- en geluidsmateriaal uit Uitzending Gemist kun je prima gebruiken. Of je kranten echter ook toegang moet geven tot het ruwe materiaal, is eigenlijk een grens voor mij, misschien wel een harde grens. Want wat verdien je ermee? Rob Haans: De Volkskrant is een onderneming met een winst- en verliesrekening. Dat is een compleet ander model Henk Hagoort dan de publieke omroep. De relatie met onze achterban is zeer direct. Het lijkt me onwaarschijnlijk dat de krant verdwijnt. Momenteel worden er gemiddeld 4,9 miljoen kranten per dag rondgebracht. Ik ben er daardoor van overtuigd dat er in 2015 nog steeds miljoenen kranten zullen worden gelezen. Laten we dus wat optimistischer zijn, we zijn veel te negatief. Arian Buurman: De STER is ingehuurd om de audiovisuele content op radio, tv en internet zo goed mogelijk te verzorgen. Het geld dat wordt binnengehaald gaat door naar OC&W. De minister verdeelt het en de publieke omroep wordt er mede door gefinancierd. Nu ben ik niet op voorhand tegen het beschikbaar stellen van programmagegevens, maar de organisatie hiervan is wel cruciaal. Want weliswaar beschikt de Volkskrant over een winsten verliesrekening, dit is totaal anders dan bij de publieke omroep, waar wettelijke bepalingen uitmaken wat wel en niet kan. Daarom moet binnen de huidige wet gekeken worden wat wel of niet kan. Mirko Mensink: Een vervelende dag voor u vandaag? Toch is de situatie wel apart in zoverre dat er gepraat wordt over een heffing van twee euro per kabelaansluiting. De vraag is of fietsen duurder zou moeten worden doordat het slecht zou gaan met de autoindustrie? Nou nee, iedere industrie moet haar eigen business omhoog kunnen houden. Vindt hiervoor desnoods een nieuw businessmodel uit. Rob Haans: Stelselmatig wordt door de overheid 2 miljoen door middel van de STER binnengehaald. Het geld komt dus binnen via de STER. Omdat het slecht gaat met de kranten, zou de maatschappij door het invoeren van de nieuwe maatregelingen in een strafmodus terecht komen. Daarbij zie ik een organisatie die gewend is van oudsher projecten zelfstandig overeind te houden, eerlijk gezegd, niet zo snel transformeren.. Arian Buurman: Het is belangrijk dat iedere partij de eigen taak zo goed mogelijk doet. Veel krantenbedrijven roepen dat de STER de markt
76
iMMovator Cross Media Network
Rob Haans
zou verstoren. Dit heeft te maken met het feit dat (beeld-)media anders wordt geconsumeerd dan de krant. Zo wordt er gemiddeld 3 uur per dag naar de tv gekeken. Kranten hebben een heel ander probleem: een commercial kan nu eenmaal niet in de krant. De papieren variant is gewoon niet meer de enige vorm, die nieuws biedt. Daarom is hun bereik kleiner geworden. Vechten voor aandacht is hierbij niet een echte oplossing. Henk Hagoort: Ik denk dat we gewoon moeten wennen. Vroeger wilde ook niemand kijk- en luistergeld betalen. Dat dit in Nederland is afgeschaft, dat is toch behoorlijk uniek. Zo betaal je € 140 per jaar voor de BBC in Engeland en ook in andere landen worden dit soort gelden betaald. Volgens mij moeten we het niet te snel afschieten. Rob Haans: De kijk- en luistergelden stonden gelijk met het kostenniveau. Henk Hagoort: En door de afschaffing van deze kijk en luistergelden, is het idee van gratis tv alleen maar verder gevoed. Feit blijft dat het krantenmodel als businessmodel niet meer functioneert. Dit is de CORE. Hetzelfde probleem speelt ook in de Verenigde Staten. Het is een internationaal fenomeen. Nederland is niet de oorzaak van het probleem en daardoor kunnen we het ook niet oplossen. Het businessmodel kan dus niet worden gered, maar de structuur moet veranderen. Jan Muller: Toch vind ik het voorstel omtrent de nieuwe maatregelingen niet van grote visie getuigen. Het internet platform is vooral voor de professionele markt en minder voor het grote publiek. Mirko Mensink: Of het haalbaar is, blijft moeilijk in te schatten. De prijzen voor de publieke omroep liggen nu eenmaal anders. Voor 6,25 euro kun je in de Europese Jan Muller Unie nergens tv kijken. De vraag blijft of je de ene industrie moet gaan inzetten om een andere industrie te redden. Wij moeten zelf constant blijven investeren in infrastructuur. Content kan daardoor het best door kranten zelf worden geëxploiteerd. Rob Haans: Met het introduceren van 140 -150 euro mediageld kan meteen de hele sector worden gesteund. Beter een grote stap dan een halve, zou ik zeggen. Henk Hagoort: En er komt zeker een vorm van kijk- en luistergeld terug. Dat is gezond voor de sector en het komt de professionele journalistiek ook zeker ten goede. Tegelijk moet er altijd enige vorm van regelgeving vanuit de overheid komen, zodat de journalistiek op twee benen kan staan. Rob Haans: Met betrekking tot de subsidie financieringsvorm: als dat de content gaat beïnvloeden dan houdt het voor ons als Volkskrant op. De krant is immers onafhankelijk en pluriform.
Henk Hagoort: Wij sluiten inmiddels een prestatieovereenkomst, waarin 150 doelstellingen zijn opgenomen die de verschillende doelgroepen moeten dienen. Deze doelstellingen drukken door het aangeboden pakket van programma’s door. Wetgeving is er nu eenmaal voor periodes van slecht weer. Arian Buurman: Verschillende taken, verschillende doelgroepen. Programma’s voor een klein publiek zijn relatief duur. Het zou dus zeker schelen als een deel door de markt gefinancierd zou worden, dat scheelt de belastingbetaler alleen maar geld.
Arian Buurman
Joost Karhof: Maar hoe zit het precies met de ontwikkeling van massamedia als we kijken naar de sporen van gebruikers?
Mirko Mensink: Er bestaat een bewaarplicht: we weten niet inhoudelijk wat mensen doen, wel kunnen we inschattingen maken van hun wensen. Eindgebruikers kunnen vervolgens zelf beslissen of hij/zij advies wil hebben. Dit heet service bieden. Op basis van netwerkgegevens kan de aangeboden content beter gepersonaliseerd worden. Henk Hagoort: Wij zetten geen persoonsbestanden op het internet, daarmee moeten voorzichtig zijn. Nederland zit op het gebied van auteursrechten lastig in elkaar. Alleen al de publieke omroep is in de weer met 30 auteursrechten bedrijven. Het is een waar oerwoud: laten we daarom de bomen omkappen. Maar dit blijft een lastig gegeven, want je kunt niet iemand van zijn rechten onteigenen… Mirko Mensink: Maar als we de rechten omtrent Uitzending Gemist bekijken, van wie zijn die dan eigenlijk? Jan Muller: Uitzending Gemist is dieper doorzoekbaar en vergt extra beeld- en geluidsbewerking. Inderdaad bestaat er een risico dat men ermee aan de wandel gaat, maar dat hou je niet tegen. Het komt gewoon ergens in de crowd terecht. Mirko Mensink: Dat kan allemaal wel zo zijn, maar dat wil niet zegen dat je alle informatie ook op je scherm krijgt. Het vinden van informatie is een ware kunst. Misschien dat we op dit gebied nieuwe diensten moeten leveren. Arian Buurman: Met betrekking tot Uitzending Gemist is er wel gewoon reclame. Kijkersprofielen zijn hierbij belangrijk, want voor adverteerders is het belangrijk doelgroepen te kunnen differentiëren. Henk Hagoort: Inderdaad, het gaat om de doelgroep. Arian Buurman: Klopt, zo wordt bijvoorbeeld ‘NOVA’ door meer mannen dan vrouwen bekeken, is het merendeel hoogopgeleid en behoort het tot het krantenpubliek.
Joost Karhof: Wat gebeurt er eigenlijk met reclame omtrent het uitgesteld kijken? Arian Buurman: Non-lineair of lineair kijken, dat kan elkaar versterken. Nu besteedt de gemiddelde Nederlander 3 uur per dag aan tv kijken, maar dit zal in de toekomst zeker minder worden. Dat is natuurlijk ook verschillend per doelgroep. In ieder geval blijft de tv een krachtig massamedium en er komt door de komst van internet iets extra’s bij: de kracht van online video. Online video en de tv kunnen elkaar versterken. Rob Haans: Kranten hebben van oudsher te maken met een uitgestelde leeservaring: de krant blijft bestaan, ook al lees je het later. Op internet zal in de toekomst steeds meer gebeuren, daarom is het nodig om ook hier een positie in te nemen. Mirko Mensink: De opdracht van de STER is het neerzetten van audiovisuele content en dit terug te verdienen via de burgers. Op internet komen we elkaar allemaal tegen, dus het is nodig hier een rolverdeling aan te brengen. Zo draait de publieke omroep eerder om audiovisuele content en is het daardoor aannemelijk dat online meer audio en video wordt aangeboden dan tekst. Hier hebben de kranten een punt. In ieder geval is het niet de bedoeling om de STER te verbannen naar een analoog reservaat. In principe heeft iedere partij recht op een online bestaan, alleen moeten de verschillende vormgevingen daarvan onderling op elkaar worden afgestemd. Arian Buurman: Er gebeurt veel en wat gaat het betekenen? Waar het ons raakt, daar doen we onderzoek. Wat wel en niet mag vergt nog meer onderzoek. Tegelijk verruimen nieuwe technologieën het huidige hokjesdenken, zodat we kunnen gaan nadenken over hoe de mediaconsument profijt kan blijven hebben van de verschillende media-uitingen en op welke manier de STER nog steeds een interessante bijdrage kan blijven leveren. Mirko Mensink: Toch hebben we in zoverre met hokjes te maken dat de mediaconsument wel in verschillende doelgroepen kan worden ingedeeld. Als het gaat om kijkgedrag vertonen bijvoorbeeld gebruikers boven de 35 jaar vertonen meer zap-gedrag, daaronder vindt meer crossmedia gebruik plaats. Digitale tv is hierbij populair: het is in- Mirko Mensink teractief kijken en het biedt veel zenders. Daarnaast draait alles om de adverteerders. Bepaalde content is interessant voor bepaalde adverteerders. De vraag is wie wat gaat claimen en daar zijn we nog niet over uit. De status quo houdt dat tegen. In de toekomst zal goede content in HD zeker een boost gaan geven aan de tv. Op dit moment hebben gemiddeld 4,5 miljoen Nederlanders een flatscreen. De kijkervaring is dus aan het veranderen en daarom is er nieuwe service nodig. Henk Hagoort: Naast het aanbieden van nieuwe service, moeten daarnaast niet alleen de verschillende omroepmerken worden
Hoofdstuk 5. Toekomst van het medialandschap
77
versterkt, maar is het ook raadzaam energie te steken in corporate merken: in dit geval de publieke omroep als geheel. Zowel het deel als geheel behoeven beiden meer investering om zichzelf in de toekomst staande te kunnen houden.
5.10 8 miljoen om te innoveren in de krantensector Het is de ‘week van de media’. Een mooi moment dus om bij het Mediapark Jaarcongres een aantal mediazaken te delen aldus Minister Ronald Plasterk (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap). Waar je bij het Mediapark niet gelijk aan denkt, maar wat wel speelt momenteel, is de crisis bij de kranten. Op de dag van het congres is er door de commissie Brinkman een rapport gepresenteerd waarin beschreven staat wat het probleem is in de krantensector en water de komende jaren moet gebeuren om deze crisis ‘om te draaien’.
• De neerwaartse trend moet gestopt worden. • Je moet kijken naar nieuwe journalistieke vormen om online activiteiten kostendekkend te maken. • Samen met de overheid moeten uitgevers de verantwoordelijkheid nemen om te kijken hoe men met de sanering van kranten om gaat. • Er moet gekeken worden naar de wijze van productie en distributie van de kranten. De 8 miljoen zou nog kunnen worden uitgebreid worden naar 20 miljoen als er 2 euro extra aan elk huishouden wordt gevraagd. Ronald Plasterk heeft grote aarzelingen over dat voorstel. Hij wil graag eerst kijken hoe ze de 8 miljoen gaan besteden alvorens de kranten ook de huishoudens extra laten betalen. En als je wel extra geld zou willen besteden, dan is het de vraag of dat uit een algemene heffing op internetabonnementen zou moeten zijn. Binnen het advies staat eveneens het voorstel om de programmagegevens volledig beschikbaar te stellen aan de kranten. Ook hier heeft Ronald Plasterk aarzelingen over, omdat het effect zal hebben op de ledenaantallen van omroepen. Hij is hier dus niet voor evenzo als het advies om de reclamemogelijkheden van de publieke omroepen te beperken. Kranten en omroepen moeten elkaar niet in de weg gaan staan, maar zouden juist de synergie moeten proberen te versterken. Een ander idee zou kunnen zijn dat je mensen die op kamers gaan een jaar lang de krant gratis geeft. Ze kunnen dan een keuze maken die waarschijnlijk de rest van het leven van invloed kan zijn. Gezien het feit dat hier op vele vlakken bezwaren te bedenken zijn, is dit voorstel ook niet in het adviesrapport opgenomen.
Dit zijn kort samengevat de problemen die in de krantensector spelen: • dalende oplage; • teruglopende inkomsten uit advertenties; • minder bereik onder jongere lezers; • er is nog geen businessmodel voor de content van kranten op internet.
Ronald Plasterk wil na deze toelichting niet verder inhoudelijk ingaan op het voorstel van de commissie Brinkman. Tot oktober kunnen hier allemaal aanvullende voorstellen voor worden ingediend. Dan zal in de maanden daarna een beslissing worden genomen.
Deze vier zaken worden versterkt door de huidige economische crisis. Om het tij te keren heeft Ronald Plasterk 8 miljoen vrijgemaakt, een bedrag dat er voor zou moeten zorgen dat er in de huidige tijd toch geïnnoveerd kan worden. Een mooi voorbeeld hiervan is nrc.next, waarbij de redactionele content van NRC gebruikt wordt, maar waarmee ze wel een doelgroep die 15 jaar jonger is, bereiken. Maar dit soort initiatieven kost veel geld, geld dat er in de huidige tijd niet is. De zorg voor de kranten ligt vooral ook regionaal, minder landelijk. Ook al neemt de lokale omroep deze functie voor een deel over, het is wel zorgwekkend. De landelijke kranten kunnen het lokale nieuws niet goed dekken en als je alleen landelijke kranten leest, dan heb je geen idee meer wat de lokale volksvertegenwoordiging voor je doet. Ronald Plasterk vindt dit een gevaarlijke ontwikkeling. De commissie Brinkman heeft een aantal opdrachten neergelegd. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan:
78
iMMovator Cross Media Network
Minister Ronald Plasterk (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap)
Als laatste komt Ronald Plasterk nog met een ander fenomeen wat hij los van de opdracht bij de commissie Brinkman bespreekbaar heeft gemaakt. Bij het bezoeken van krantenredacties kwam namelijk naar voren dat de vergrijzing binnen de redactie een probleem wordt. Door de huidige bezuinigingen is er geen geld voor nieuwe redactieleden. En juist jong bloed is belangrijk om te kijken hoe je de voortgang en het bestaansrecht van kranten kunt
stimuleren. Om de vergrijzing te voorkomen heeft Plasterk budget vrijgemaakt om 60 schoolverlaters gedurende 2 jaar bij de krantenredacties te laten werken. De commissie Brinkman heeft dit voorstel positief ontvangen, echter wel met de kanttekening dat dit een breder probleem is en bijvoorbeeld ook bij weekbladen en de lokale schrijvende pers speelt. Ronald Plasterk gaat nu kijken naar deze aanvulling en zal binnenkort met een uitspraak hierover komen. Het Mediapark Jaarcongres is mede mogelijk gemaakt door de volgende sponsoren:
2010 Mediapark Jaarcongres 2010 Het Mediapark Jaarcongres wordt in 2010 voor derde keer georganiseerd door iMMovator en de Media Academie, op woensdag 9 juni 2010. Op het moment van schrijven wordt hard aan het programma gewerkt. De interactieve ontbijtsessie en het plenaire deel in studio 21 worden aangescherpt en verder uitgewerkt. Er zal in 2010 meer aandacht zijn voor media onderzoek; voorafgaand aan het congres zal de congresorganisatie zelf onderzoek verrichten. Daarnaast zal er een innovatiemarkt parallel aan het congres gehouden worden. Hier kunnen starters zich presenteren met nieuwe media diensten. Ook hogescholen en universiteiten worden nadrukkelijk uitgenodigd zich hier te presenteren met eigen werk en werk van studenten. Meer informatie: www.mediaparkjaarcongres.nl of info@mediaparkjaarcongres.nl
Hoofdstuk 5. Toekomst van het medialandschap
79
80
iMMovator Cross Media Network
6. BreedNet Innovatiever, sneller, voordeliger
Hoofdstuk 6. BreedNet
81
Het project BreedNet is een initiatief van iMMovator. Met BreedNet wordt glasvezel betaalbaar voor alle bedrijven en instellingen. Een hypermoderne infrastructuur is de basis voor innovatie. Het uiteindelijke doel van het project is een flinke impuls te geven aan de ontwikkeling en het gebruik van innovatieve ICT- en mediadiensten. Met name voor de ICT en creatieve industrie biedt dit volop kansen voor innovatie, kostenbesparingen en nieuwe bedrijvigheid.
6.1 Betaalbaar glasvezel voor kleine en middelgrote organisaties Voor alle duidelijkheid: BreedNet is zelf geen aanbieder, maar zorgt voor bundeling van de vraag naar glasvezel. Door deze gezamelijk aan te bieden kunnen telecomaanbieders met hele scherpe tarieven glasvezelaansluitingen leveren. Op dit moment zijn dat vijf glasvezelaanbieders: Eurofiber, KPN, Priority, UNET en Ziggo. Met BreedNet kan de noordelijke Randstad een internationale koppositie innemen op het gebied van glasvezel. Met deze infrastructuur kunnen kennisinstellingen, het bedrijfsleven en maatschappelijke instellingen onbeperkt met elkaar communiceren en samenwerken. Dit geeft een krachtige impuls aan innovatie in de steden van de noordelijke Randstad. De nieuwe toepassingen hiervan kunnen de Amsterdamse regio op de kaart zetten als digitale mainport van Europa. Het project wordt mogelijk gemaakt door een financiële bijdrage van het ministerie van Economische Zaken in het kader van de stimuleringsregeling ‘Pieken in de Delta’. Daarnaast dragen ook de provincies Noord-Holland, Flevoland en Utrecht, de veertien deelnemende gemeenten Haarlem, Zaanstad, Purmerend, Amsterdam, Hilversum, Almere, Lelystad, Amersfoort, Haarlemmer-
Deelnemende overheden
82
iMMovator Cross Media Network
BreedNet-aanbieders
meer, Amstelveen, Aalsmeer, Ouder-Amstel, Diemen, Uithoorn en de Stadsregio Amsterdam bij aan dit project. Syntens, de Kamer van Koophandel, Nederland Breedbandland, de Amsterdamse Innovatie Motor, Creative Cities Amsterdam Area, Taskforce Innovation Utrecht en Almere Kennisstad zijn innovatiepartner in het project.
6.2 BreedNet voor de ICT en Creatieve Industrie De steeds verdergaande digitalisering van onze samenleving heeft een grote impact op de creatieve industrie en de ICT. Dit wordt elke dag beter zichtbaar en zal de komende jaren van grote betekenis zijn voor de ontwikkeling, innovatie en groei van deze sectoren. De toekomstperspectieven zijn veelbelovend. • Nieuwe ketens, netwerken en crosssectorale samenwerkingsverbanden ontstaan. • De mogelijkheden voor creatie, productie en distributie van content nemen toe terwijl de kosten afnemen. • Nieuwe vormen van crossmediale diensten en producten ontstaan in hoog tempo mede omdat de kosten om (op kleine schaal) te experimenteren c.q. te exploiteren afnemen. • Bestaande markten versmelten, geografische grenzen vervagen en nieuwe markten ontstaan.
IMMovator wil met dit project een stevige basis leggen voor innovatie in de crossmedia sector. BreedNet is bijzonder geschikt voor het uitwisselen en distribueren van professionele high quality content zoals film, video en foto. Hiermee is de creatieve industrie en de ICT een zeer belangrijke doelgroep voor BreedNet. Deze sector is zeer sterk vertegenwoordigd in de noordelijke Randstad (40% van de creatieve industrie en 35% van de ICT), is relatief kleinschalig, maakt intensief gebruik van media en werkt onderling veel samen.
ONTSLUITEN VAN DIGITALE ARCHIEVEN Dankzij zeer snelle glasvezelverbindingen ontstaan tal van nieuwe mogelijkheden om digitale archieven te beheren, ontsluiten en exploiteren. Het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid speelt hierin een centrale rol. Niet alleen kan iedereen snel en eenvoudig zoeken in de digitale archieven van Beeld en Geluid. Bedrijven of culturele instellingen kunnen ook hun digitale archief volledig onderbrengen bij Beeld en Geluid. Hiermee ontstaan veel meer mogelijkheden om dit materiaal te gaan exploiteren en beschikbaar te stellen aan klanten of specifieke doelgroepen. Beeld en Geluid heeft inmiddels een knooppuntfunctie bij het digitaliseren, ontsluiten en vindbaar maken, het beschikbaar stellen en uitwisselen van audiovisueel materiaal aan uiteenlopende partijen op diverse platforms. Met de dienst PROARCHIVE biedt Beeld en Geluid een veilige en duurzame opslag van uw audiovisuele collectie. Online en uitstekend toegankelijk, bijvoorbeeld via de snelle glasvezelverbinding van BreedNet.
• Diensten aanbieden via BreedNet is relatief goedkoop en eenvoudig. Veel bedrijven hebben deze stap al gezet. Er zijn ongeveer 100 dienstaanbieders met ruim 400 diensten. Meer informatie over het aanbieden van diensten via BreedNet is te vinden op www.breednet.nl. • Last but not least: alle bovengenoemde zaken kunnen via één glasvezelaansluiting geregeld worden. Daardoor wordt er optimaal rendement gehaald uit de investering en kan er bespaard worden op kosten.
VERNIEUWING Vernieuwend werken in de creatieve Industrie Online business-to-business diensten zijn sterk in opmars in de creatieve industrie. Onderstaand twee voorbeelden van vernieuwend werken. In de eerste plaats de ontwikkeling van Remote Editing Services. Niet meer ‘bovenop de machine’ je professionele editwerk doen maar via een supersnelle glasvezelverbinding. Goedkoper, eenvoudiger en overal beschikbaar waar glasvezel is. In de tweede plaats gaat het om keteninnovatie: flexibeler, sneller en goedkoper samenwerken met businesspartners. Zo gaan steeds meer Post Productie bedrijven hun content via glasvezel razendsnel en betrouwbaar aanleveren bij o.a. omroepen. De distributie van content gaat nu met koeriers en tapes. Met BreedNet kunnen bedrijven in de creatieve industrie betaalbaar en eenvoudig innoveren in hun online business-to-business dienstverlening.
6.4 De BreedNet-website Op de BreedNet-website is alle nodige informatie te vinden over BreedNet. Via filmpjes en tekst wordt onder andere uitgelegd hoe BreedNet werkt, wat de voordelen zijn van glasvezel en hoe je tot een aansluiting kunt komen. Via de postcode-check kan men zien wat het aanbod is op de bedrijfslocatie. Ook is er een uitgebreid overzicht van alle dienstaanbieders die hun diensten aanbieden op BreedNet en wordt er uitgelegd hoe je zelf diensten kan aanbieden op BreedNet. Ook zijn er per sector interessante innovatieve cases te vinden die door glasvezel zijn mogelijk gemaakt.
6.3 Meerwaarde voor de Cross Media sector De meerwaarde voor de crossmedia sector is divers: • Basisdiensten als zeer snel en symmetrisch internet en telefonie zijn goedkoop en van zeer hoge kwaliteit. • Via BreedNet kan beter, flexibeler en sneller samengewerkt worden met businesspartners in de regio. Virtuele dataverbindingen naar partners met hoge SLA-garanties zijn mogelijk. • Diverse innovatieve diensten kunnen worden afgenomen via BreedNet. Diensten die zonder glasvezel niet of maar beperkt mogelijk zijn. Denk aan Remote Editing Services, zoeken in beeldbanken, contributie en distributie van hoogwaardige content, narrowcasting et cetera. • Met BreedNet kunnen nu ook kleinere en middelgrote bedrijven betaalbaar toegang krijgen tot professionele mediafaciliteiten van de grote mediabedrijven.
De BreedNet-website
Hoofdstuk 6. BreedNet
83
6.5 Mijlpalen 2009 In 2009 is bij BreedNet vooral verder gebouwd op wat er in 2007 en 2008 is neergezet. In juni is het project officieel afgerond en is de beheerfase ingegaan. Het project is afgerond met een eindrapport en het boek ‘BreedNet in de Praktijk’, dat in augustus is uitgekomen. Geïnteresseerden kunnen een exemplaar van dit eindboek opvragen via info@immovator.nl.
Kortom, het project BreedNet is succesvol afgerond. De beheerfase die intussen is ingetreden wordt vooral gebruikt om lopende zaken af te handelen en de nog altijd binnenkomende vragen en intentieverklaringen te verwerken. Bovendien is de voorbereiding voor de uitrol van BreedNet naar andere regio’s in 2010 in volle gang.
Heemskerk: nationale opschaling BreedNet (maart 2009) De nationale opschaling van BreedNet staat hoog op de beleidsagenda van staatssecretaris Frank Heemskerk. Deze ambitie sprak hij uit tijdens het congres Light my Fibre dat woensdag 4 maart 2009 plaatsvond in de schouwburg van Almere. Hij was onder de indruk van de resultaten van BreedNet en de succesvolle samenwerking tussen overheid en marktpartijen.
Een aantal opvallende kengetallen: Beschikbaarheid Aantal infrastructuuraanbieders
BreedNet
BreedNet Utrecht
5
5
Totaal aantal postcodes in BreedNet gebied
48247 100%
23195 100%
Postcodes waar BreedNet standaard geleverd kan worden
36818
76%
18125
Postcodes waar BreedNet onder aanvullende voorwaarden standaard geleverd kan worden
46630
97%
23195 100%
Postcodes waar twee of meer aanbieders actief zijn
41047
85%
19143
78%
83%
Het doel van het project was om circa 1750 geïnteresseerde bedrijven te verzamelen. In totaal waren er echter halverwege dit jaar 2330 getekende intentieverklaringen ontvangen. Met name de sectoren Creatieve Industrie, Handel, ICT en Zakelijke Dienstverlening hebben veel intenties opgeleverd. De intentieverklaringen komen nog steeds binnen en worden nog verwerkt. Ook het oversluiten van de intenties naar contracten loopt onverminderd door. De schatting is dat er ultimo 2009 tussen de 700 en 1000 aansluitingen zijn gecontracteerd. Het aantal en de diversiteit in soorten diensten beschikbaar via een BreedNet-aansluiting is groot te noemen. Er zijn 98 dienstaanbieders die tezamen 412 diensten leveren in de volgende categorieën:
Categorie
5
Cross-Media diensten
15
Online Applicatie diensten
29
Remote diensten
84
Aantal diensten
Combinatie pakketten
123
Data-netwerkdiensten
46
Internet
62
Telefonie
69
Overig
63
Totaal
412
iMMovator Cross Media Network
Heemskerk: “Binnenkort eindigt het project BreedNet. In de noordelijke Randstad werden, met steun van EZ en gemeenten, aanbieders en zakelijke klanten van snelle internetdiensten bij elkaar gebracht. Resultaat: meer dan 2330 bedrijven en instellingen meldden zich voor een glasvezelaansluiting, en ruim 100 aanbieders voor meer dan 400 internetdiensten. Binnenkort kom ik met een plan over hoe we dat initiatief gaan voortzetten en systematisch uitbreiden naar de rest van het land, zodat ook daar de uitrol van glasvezel versnelt.”
Staatssecretaris Frank Heemskerk
Eind 2009 is duidelijk geworden dat BreedNet inderdaad zal opschalen, in ieder geval richting Noord-Holland Noord, Gooi en Vechtstreek en Zuid-Holland. Organisator Almere Kennisstad kan trots zijn op de geslaagde bijeenkomst ‘Light my fibre’ waarin duidelijk werd dat investeren in glasvezel een zeer verstandige keuze is in deze tijden van crisis. Het zorgt niet alleen voor korte termijn resultaten zoals werkgelegenheid en kostenbesparingen bij het bedrijfsleven maar ook voor structurele verbeteringen bijvoorbeeld op het gebied van efficiency omdat consumenten, bedrijven en instellingen eerder gebruik gaan maken van de vele innovatieve mogelijkheden van glasvezel. Kortom met deze investeringen moet de ‘BV Nederland’ zorgen dat zij beter uit de crisis komt dan zij erin gaat! BreedNet was aanwezig met een stand en had volop belangstelling van ondernemers die informatie wilden hebben over de vele innovatieve Media en ICT-diensten die op BreedNet worden aan-
geboden. Dienstaanbieder Eyecrown gaf een live demo met HD-videoconferencing via glasvezel. Daarnaast was ook dienstaanbieder Brevidius aanwezig voor de introductie van BuurtTV in Almere Haven. BuurtTV kan worden ingezet als instrument om de participatie en sociale samenhang binnen wijken en stadsdelen te versterken. Bob Verburg (bestuursvoorzitter iMMovator) spreekt de genodigden toe
‘BreedNet gaat Live’ (14 mei 2009) 2009 was ook het jaar waarin BreedNet live ging, het moment waarop de eerste bedrijven daadwerkelijk aangesloten werden op glasvezel via BreedNet. Dit gebeurde bij het Zaanse Volker SafeGuard en het Purmerendse WebRegio. De wethouders van Economische Zaken Hans Luiten in Zaanstad en wethouder Berent Daan in Purmerend gaven op 14 mei 2009 het startsein voor het live gaan van BreedNet. Dit deden ze door met elkaar te toosten, elk in hun eigen gemeente, maar verbonden via een live videoverbinding via BreedNet. De live verbinding tussen Zaanstad en Purmerend werd mede mogelijk gemaakt door EyeCrown, een bedrijf dat deze dienst aanbiedt op het BreedNet netwerk en eveneens is aangesloten via BreedNet.
6.6 De toekomst Het project BreedNet wordt door de actieve steun van provincie Noord-Holland opgeschaald naar het gebied Noord-Holland Noord. Meer dan 25 gemeenten zullen hieraan gaan deelnemen. Daarnaast is door het gewest Gooi en Vechtstreek geïnitieerd dat er ook BreedNet in de gehele Gooi en Vechtstreek gaat komen. Ook in Zuid Nederland is er veel belangstelling voor het BreedNet project. Provincie Limburg heeft een haalbaarheidsonderzoek laten uitvoeren voor het opstarten van ‘BreedNet Limburg’. Doel was te verkennen of er voldoende vraag en aanbod aanwezig is om in de gehele provincie BreedNet te gaan opzetten zoals nu in de noordelijke Randstad wordt uitgevoerd. Deze studie dient als basis voor de breedbandstrategie van de provincie Limburg. De provincie wil begin 2010 besluiten welke economische stimuleringsmaatregelen zij gaan nemen. BreedNet is één van de opties. Daarnaast gaat BreedNet samenwerken met BoschNet om afspraken en standaarden op elkaar af te stemmen zodat BoschNet en BreedNet gekoppeld kunnen worden en toegankelijk worden voor dienstaanbieders.
TOT SLOT
Live verbinding tussen Zaandam en Purmerend
De wethouders benadrukten dat het project BreedNet zich richt op instellingen en ondernemers in het MKB die behoefte hebben aan een betaalbare glasvezelverbinding. Erik Vredeveld, directeur Volker SafeGuard is blij met de eerste glasvezelverbinding: “Meer bandbreedte door glasvezel was voor ons beveiligingsbedrijf noodzakelijk om te kunnen groeien. Door glasvezel kunnen wij meer klanten onze diensten aanbieden, zoals camerabewaking op afstand en het beveiligingen en volgen van voertuigen, met behoud van de beeldkwaliteit. BreedNet was voor ons een ideale mogelijkheid om snel een glasvezelverbinding te krijgen.” De viering werd afgesloten met een informatiemarkt en borrel bij Volker SafeGuard, waar veel relaties van het project bij elkaar kwamen om gezamenlijk het glas te heffen op deze heuglijke gebeurtenis.
”
Mark Filius (programmamanager BreedNet): “De regiovoor-regio aanpak, flinke aandacht voor diensten en mooie schaalgrootte maken dat BreedNet een landelijk succes is. Het gaat niet vanzelf, maar we zijn hard op weg om de ambitie om breedbandige diensten te kunnen krijgen én leveren voor MKB-Nederland te verwezenlijken.”
Hoofdstuk 6. BreedNet
85
86
iMMovator Cross Media Network
7. Dutch Media Hub Digital Gateway to Europe
Hoofdstuk 7. Dutch Media Hub
87
In 2018 is Nederland het internationale knooppunt voor opslag en distributie van digitale media in Europa. Films, video, games, tv-uitzendingen uit heden en verleden, muziek, foto’s, audioboeken; alles wordt digitaal. Vanuit Nederland wordt alles efficiënt opslagen, vindbaar gemaakt en in topkwaliteit gedistribueerd. Een lokale internetprovider uit Litouwen bestelt online een film voor een van zijn klanten. Vanuit Nederland leveren wij de film in HD-kwaliteit en in het juiste formaat aan lokale leveranciers en zorgen voor de verrekening met de eigenaar van de content in de Verenigde Staten.
7.1 Dutch Media Hub Wat is Dutch Media Hub? De ontwikkeling van grootschalige mediahubs is een belangrijke internationale ontwikkeling. Het gaat in dit project onder andere om de positie van Nederland als doorvoerhaven, in dit geval van digitale content. Content is digitaal geworden en verspreidt zich razendsnel over breedbandinfrastructuren waardoor productieen distributiecentra zich steeds meer gaan concentreren. Dutch Media Hub biedt internationale partijen niet alleen schaalvoordelen, maar ook toegevoegde waardediensten om kwalitatief hoogwaardige content te kunnen produceren, (her)bewerken, lokaliseren, exploiteren en distribueren. Nederland is uitstekend gepositioneerd om de Digital Gateway to Europe te worden voor internationaal opererende bedrijven.
Daarnaast heeft Nederland een aantrekkelijk vestigingsklimaat, 57% van bedrijven uit de Verenigde Staten heeft Nederland als hoofdkwartier voor hun Europese activiteiten. Nederlanders spreken meerdere talen en hebben een ondernemende handelsgeest. Nederland is, met zijn kritische consumenten, hoge bandbreedtedichtheid en toonaangevende kennis en onderwijsinstellingen een goede testmarkt voor nieuwe producten en diensten. Een grote internationale mediahub is van majeure economische betekenis. Nederland als Digital Gateway to Europe (content movers) kan zonder twijfel in het rijtje van Rotterdam (good movers) en Schiphol (people movers) geplaatst worden. Nederland is echter niet alleen in deze ambitie. Steden als Londen, Frankfurt, Parijs en Stockholm spelen in op deze ontwikkeling. Deze partijen zijn sterk in promotie en gezamenlijk internationaal presenteren. De kracht van Nederland is dat de werkelijk aanwezige bouwstenen hier het meest concreet zijn. Met het project Dutch Media Hub kan Nederland een belangrijke stap zetten om deze kans actief en massief aan te pakken.
Diensten van Dutch Media Hub
7.2 Het project
Nederland uitstekend gepositioneerd Een succesvolle mediahub vergt een breed palet aan kennis, vaardigheden, infrastructuren en faciliteiten (zie figuur met diensten van Dutch Media Hub). Van creativiteit tot en met hoogwaardige technische kennis. De kansen voor Nederland om de Digital Gateway to Europe te worden zijn uitstekend en dan met name in het gebied rond Amsterdam: de noordelijke Randstad. Alle elementen zijn aanwezig. Er is sprake van grote nationaal en internationaal opererende media en ICT-bedrijven en een spraakmakende creatieve industrie. In de Randstad zijn bovendien hoogwaardige breedbandinfrastructuren en internationale verbindingen (denk aan Media Park en AMS-IX). Nederland kent een hoge bandbreedtedichtheid en excellente technologie voor opslag, rechtenprotectie en voor het zoeken en vinden van data.
88
iMMovator Cross Media Network
iMMovator heeft het initiatief genomen om de regio te mobiliseren. Er is grote interesse uit het Nederlandse bedrijfsleven voor het project Dutch Media Hub. Dit project heeft tot doel regie, samenhang en (internationale) promotie te organiseren en bestaat uit de volgende hoofdlijnen: • Internationaal marktonderzoek en businesscase voor totale concept en doorlopende business intelligence over onze concurrentiepositie. • Samenwerking en netwerkvorming met als doel samen met het bedrijfsleven en instellingen internationale proposities te ontwikkelen en aan te bieden. • Operationaliseren Dutch Media Hub door inrichten van een loket contenthubdiensten, verkennen van specifieke businesscases voor individuele diensten en uitvoeren van kansrijke pilots • Internationale marketing en promotie om Nederland als Dutch Media Hub op de kaart te zetten. Doelstelling van dit project is dat de Noordvleugel in 2011 internationaal toonaangevend is als Digital Gateway to Europe, en in deze regio leidt tot:
• Concentratie van creatieve en ICT bedrijvigheid rond contentontwikkeling. • Internationaal testbed voor nieuwe (cross mediale) contentvormen. • Concentratie kennis rond contenttechnologie, gaming en media en entertainment. • Internationale verbindingen: zowel contributie als distributie.
Van Contenthub naar Dutch Media Hub Samenwerking is noodzakelijk om de internationale positie van Nederland als Mediahub van Europa te kunnen realiseren. De steun vanuit het bedrijfsleven voor dit project is groot. Een consortium van bedrijven en instellingen waaronder TNO, Novay, BT, Technicolor/Thomson, Ams-IX, KPN Broadcast en Civolution hebben al aangeven het project in de planvorming en uitvoering actief te willen steunen. In januari 2008 is met provincie Noord-Holland een succesvolle handelsmissie georganiseerd naar de westkust van de Verenigde Staten waarbij de propositie Nederland als Contenthub is getoetst bij de grote contentproducenten. Tijdens de reis werd bevestigd dat Nederland internationaal gezien op het vlak van digitale opslag en distributie van mediacontent een voorsprong heeft. Na deze reis is de projectnaam Contenthub veranderd naar Dutch Media Hub. Een nieuwe huisstijl is gemaakt en in april 2009 is in deze nieuwe stijl een website gelanceerd. In 2009 heeft de Dutch Media Hub de ontwikkeling doorgemaakt van ‘mooi plan’ naar ‘concreet project’. De plannen en ideeën zijn concreet gemaakt in een uitgewerkt Projectplan, met een plan van aanpak, onderverdeling in werkpakketten (deelprojecten) en een tijdslijn. Er is besloten de praktijk van de Dutch Media Hub uit te gaan testen en vast te leggen door middel van een aantal pilotprojecten. Het eerste pilotproject bestaat uit het testen van opslag, bewerking en distributie van een grote hoeveelheid content naar diverse kanalen. Deze pilot wordt uitgevoerd samen met Warner Brothers. De bevindingen vanuit deze pilot zullen gebruikt worden om de overige pilots vorm te geven, maar ook als testomgeving voor diverse technieken en de samenwerking tussen Dutch Media Hub en de contenteigenaar (Warner in dit geval), maar ook tussen de partners onderling.
steunen. Zij hebben meegewerkt aan de uitwerking van de plannen en de inventarisatie van de wensen van de industrie. In oktober 2009 heeft er een grote deelnemersbijeenkomst plaatsgevonden waarbij de wensen vanuit de industrie verder zijn geconcretiseerd en ook de pilotprojecten zijn vastgesteld. Ook heeft er een bijeenkomst plaatsgevonden waarbij alle cofinanciers van het project aanwezig waren. Gezamenlijk heeft men daar naar de strategie voor de komende jaren gekeken. Naast overheden en cofinanciers en de deelnemende bedrijven, is er nog een groep instellingen waarmee Dutch Media Hub nauw wil samenwerken. Bedrijven en instellingen die niet uit de mediaindustrie komen, geen belang hebben om deelnemer te worden, maar ook geen cofinancier zijn. Deze partijen zijn partners of supporters van Dutch Media Hub. Denk aan bijvoorbeeld de Kamer van Koophandel, de NFIA, Amsterdam inbusiness, maar ook kennisinstellingen kunnen hier deel van uitmaken. In december 2009 zijn de partners voor het eerst bijeengekomen om te bespreken hoe zij het project kunnen steunen. Dit heeft direct geleid tot artikelen in de pers maar ook een interview op AT5 in het programma Amsterdam Inc.
7.3 Events Om Dutch Media Hub nationaal en internationaal op de kaart te zetten zijn een aantal events georganiseerd. Zo waren er vertegenwoordigers van Dutch Media Hub aanwezig op verscheidene beurzen in binnen- en buitenland. In juni 2009 werd de officiële nationale launch georganiseerd tijdens het Mediapark Jaarcongres en in september organiseerde Dutch Media Hub een internationale matchmaking tijdens de IBC.
Nationale launch Voorafgaand aan het Mediapark Jaarcongres vond op dinsdag 23 juni 2009 in het gebouw van de Media Academie op het Media Park in Hilversum de lancering van het project Dutch Media Hub plaats. De opening werd gedaan door een groep vertegenwoordigers van de overheid en het bedrijfsleven. In grote getale zijn mensen uit de industrie, vanuit zowel landelijke als lokale overheid en vertegenwoordiging van de pers naar de bijeenkomst gekomen om deze launch bij te wonen.
EERSTE PILOTPROJECT In juli is de eerste Dutch Media Hub pilot van start gegaan met een kleine delegatie van deelnemers aan het project. Deze pilot betreft het digitaal opslaan, bewerken en distribueren van content naar diverse kanalen, in samenwerking met content-eigenaar Warner Brothers. Deze groep stond voor de moeilijke taak om uit te denken hoe zo’n pilot vormgegeven zou moeten worden, maar ook uit te werken hoe de samenwerking onderling eruit zou moeten zien.
Daarnaast is er veel tijd besteed aan het wereldkundig maken van het project, zowel nationaal als internationaal. Dat heeft er in geresulteerd dat bijna 40 bedrijven uit de Nederlandse AV industrie een intentieverklaring hebben ondertekend om het project te
Jaap Bond, gedeputeerde van de Provincie Noord-Holland
Hoofdstuk 7. Dutch Media Hub
89
Jaap Bond (gedeputeerde van de Provincie Noord-Holland) benadrukte in zijn openingsspeech dat, naast de Provincie NoordHolland, ook de gemeenten Hilversum, Amsterdam en Almere in dit project meedoen. Jaap Bond was al vroeg betrokken bij het project Dutch Media Hub. Het heeft lang geduurd, maar de aanhouder wint. De hamvraag voor ondernemers is natuurlijk ‘what’s in it for me?’. Dat is veel, aldus Bond, daarom adviseert hij ondernemers om te investeren, juist nu. Niets doen is geen optie, dat is een belangrijke conclusie in het rapport. Zelfs in het slechtste scenario zijn er grote omzetstijgingen te wachten. Het succes wordt bepaald door de ondernemer, dus de vraag is “Doet u mee?”, aldus Bond. Het enthousiasme moet nu omgezet worden in daden. Vervolgens liet George Freriks (projectmanager van Dutch Media Hub) de internationale promotiefilm van de Dutch Media Hub zien. Hij vertelde dat er een opdracht is verstrekt aan Dialogic om te onderzoeken waar de kansen voor de Dutch Media Hub liggen. Je kunt zeggen dat Nederland concurrentie ondervindt van Londen, Parijs en grote bedrijven. Er zijn door Dialogic hiervoor drie scenario’s beschreven en men heeft een inschatting gemaakt dat er een marktpotentieel is van 100 tot 500 miljoen euro. Edwin Hageman (board member van BT Benelux) nam vervolgens het woord en gaf aan dat ook BT erg blij is met de lancering van het Dutch Media Hub. BT noemt zichzelf een netwerk/IT- provider (en dus niet langer telecom-provider) en dat heeft een reden: steeds meer dienstverlening wordt vanuit het netwerk geregeld. Het gaat om end-to-end dienstverlening aan organisaties en bedrijven. Men heeft in de laatste jaren iets van 30 organisaties gekocht om dat ook waar te maken. Om duidelijk te maken wat de omvang is: meer dan 40% van de omzet komt inmiddels uit non-telco activiteiten. De grootste media hub ter wereld is de BT Tower in Hilversum, daar gaat wekelijks 100.000 uniek digitaal broadcast materiaal doorheen. 90% van de contentindustrie (tv- en filmproductiebedrijven) zijn aangesloten op dit netwerk. Hageman noemde de volgende voordelen van de Dutch Media Hub: • generieke toegang; • schaalbaar in bandbreedte; • groter afzetbereik en meer kijkers; • vergroot de omzetmogelijkheden; • reduceer de kosten;
• eenvoudige administratie; • geen CAPEX; • gegarandeerde kwaliteiten beschikbaar. Via Dutch Media Hub komt er toegang tot het wereldwijde ecosysteem en de expertise van BT. Concluderend zou je kunnen zeggen dat de dienstenactiviteit door deze ontwikkeling significant toeneemt. De media- en broadcastindustie is een van de belangrijkste ecosystemen en ook BT is ervan overtuigd dat hier een substantiële business op te bouwen is. Fons van der Ham (World Trade Center Almere Association) belichtte vervolgens de dimensie van de regionale economische ontwikkeling, hiervoor is een afzonderlijke stichting opgericht. Hij trok de vergelijking met de wereld van de bloemenveiligingen, waar Nederland door samenwerking een sterke internationale positie heeft opgebouwd. Na deze serie presentaties was het de eer aan Jan Rensen (wethouder, gemeente Hilversum) om de officiële openingshandeling te doen. Hij benadrukte dat in het buitenland ook over de Amsterdam Media Hub wordt gesproken en dat dit helemaal niet erg is omdat Amsterdam nou eenmaal een sterk merk is. Maar hij is er wel trots op dat dit vanuit Hilversum gebeurt en dat bijvoorbeeld BT er voor heeft gekozen om zich op het Media Park te vestigen. “Hub Holland hub,” zo besloot hij.
Nationale lancering Dutch Media Hub
Het hele gezelschap deed vervolgens – heel symbolisch – gezamenlijk de openingshandeling. Een uitgebreid verslag van deze bijeenkomst is gepubliceerd en diverse persberichten waren het gevolg. Later op de dag, tijdens het Mediapark Jaarcongres 2009, werd er nogmaals uitgebreid aandacht aan de Dutch Media Hub besteed door Staatssecretaris Heemskerk, die nog eens het belang van dit project onderstreepte.
IBC In september stond Dutch Media Hub voor het eerst met een eigen stand op een beurs en wel op de International Broadcast Convention & Exhibition in de RAI in Amsterdam. Tijdens deze vijfdaagse beurs konden deelnemende bedrijven de stand gebruiken als meeting point. Enkele partners hebben intensief gebruik gemaakt van deze mogelijkheid. Ook werden er diverse borrels georganiseerd op de Dutch Media Hub stand, gespon-
90
iMMovator Cross Media Network
– PERSBERICHT – Nederlandse filmsector omarmt plan digitalisering bioscopen De start van de gezamenlijke digi talisering van de bioscopen is een feit. Tijd ens de jaarlijkse beleidsdiscussie op het Nederlands Film Festival hebben alle belangri jke belangenorganisaties, met de steun van aanwezige politici, ministeries, het Filmsect orinstituut in oprichting en de Dutch Media Hub, zich uitgesproken voor een masterplan om de gehele bioscoopsector te digitaliseren. Stand Dutch Media Hub op IBC
sord door de partners Amsterdam inbusiness, Technicolor, Blue Billywig, GX en Jetstream. Op de eerste beursdag organiseerde Dutch Media Hub bovendien een internationale matchmaking. Internationale bedrijven konden zich inschrijven voor een gesprek met enkele Dutch Media Hub partners. Voor internationale bezoekers een unieke mogelijkheid om snel meerdere ‘state of the art’ bedrijven uit de Nederlandse media-industrie te ontmoeten.
Internationale matchmaking tijdens IBC
Daarnaast heeft Dutch Media Hub gedurende de IBC een Colombiaanse Handelsmissie ontvangen en aan diverse Nederlandse partners gekoppeld. Ook is er een delegatie van de Motion Picture Asssociation of America op bezoek geweest, waarvoor eveneens een programma is opgesteld met bezoeken aan diverse Dutch Media Hub partners. Samen hebben deze activiteiten tot nieuwe contacten geleid voor Dutch Media Hub als project, maar zeker ook voor de betrokken partners.
Nederlands Filmfestival In november vond het jaarlijkse Nederlands Filmfestival plaats. George Freriks, projectleider van de Dutch Media Hub, werd gevraagd om het project en de achtergronden daarvan toe te lichten. Dit heeft ertoe geleid dat Dutch Media Hub gevraagd is mee te doen in een project om de Nederlandse Filmsector te digitaliseren.
Producentenorganisatie NVS en dist ributeursorganisatie NVF scharen zich acht er het plan van de Nederlandse Vereniging van Bioscoopexploitanten dat voordelen biedt voor alle spelers in de sector. Met dit geza menlijke plan kan een divers filmaanbod in bioscopen worden gegarandeerd en het maakt digitaliseren betaalbaar, ook voor kleine bios copen en filmtheaters. Bioscoopexploita nten, filmdistributeurs en de rijksoverhei d zullen moeten bijdragen aan de financie ring van het plan, dat binnen enkele dagen verd er wordt uitgewerkt in samenwerking met de Dutch Media Hub. Uniek voor Nederland is dat grote bioscoopketens bereid zijn de kleinere collega’s te steunen. Aanwezige politici van PvdA en VVD spraken tijdens de beleidsdiscussie hun verbazing uit over de achterstand van Nederlan d op het gebied van digitalisering. Ze zegd en toe de kwestie in de Tweede Kamer aan de orde te stellen. Dat het moment van handelen met urgentie is aangebroken, bleek ook al uit een analyse die eerder dit jaar op init iatief van het Filmmuseum - als één van de fusi epartners van het toekomstige Filmsectorin stituut - in overleg met het Filmfonds is gema akt.
Bron: Broadcast Press
7.4 De toekomst In 2010, maar ook daarna, is het van belang om verder door te pakken op de ingeslagen weg. De plannen liggen er in grote lijnen, alhoewel sommige details nog verder uitgewerkt moeten worden. Nu is het zaak om te gaan ‘doen’. Er zal gestart worden met een marketingcampagne en ook social media zullen worden ingezet. Begin van het jaar zal duidelijk worden welke bedrijven daadwerkelijk gaan deelnemen aan Dutch Media Hub en zullen de Consortiumraad en de Raad van Advies vastgesteld worden. Daarna
Hoofdstuk 7. Dutch Media Hub
91
zullen zo snel mogelijk de pilotprojecten opgepakt gaan worden. Onderwerpen voor deze pilots zijn o.a. de opslag en distributie aan digitale bioscopen, distributie van tv-programma’s naar andere landen, maar ook de opslag, bewerking en distributie van commercials binnen Nederland. Ook staan er voor 2010 weer diverse events op het programma waar Dutch Media Hub aanwezig zal zijn en zich zal presenteren. Een kleine greep hieruit is hieronder te vinden.
EVENTS IN 2010 10-15 april 2010 NAB, Las Vegas (Verenigde Staten) april 2010 economische missie naar Verenigde Staten 12-16 april 2010 MIP TV, Cannes (Frankrijk) 9-14 september 2010 IBC, Amsterdam datum nog niet bekend economische missie naar Duitsland
92
iMMovator Cross Media Network
8. Nieuw seizoen, nieuwe plannen Cross Media ZomercafĂŠ over crossmediale plannen Cross Media ZomercafĂŠ over nieuwe crossmediale plannen van de omroepen Datum: 25 augustus 2009 Locatie: studio 31, Media Park Hilversum Samenvatting en PowerPoint presentaties: http://www.immovator.nl/cross-mediazomercafe-nieuwe-crossmediale-plannen 393 inschrijvingen
Hoofdstuk 8. Nieuw seizoen, nieuwe plannen
93
8. Nieuw seizoen, nieuwe plannen inleiding door Peter Olsthoorn
Omroepen online: kleine stappen met behoorlijke budgetten Internetchefs van omroepen willen graag hun hele organisatie warm laten lopen voor internet. Ze moeten ‘integraal’ leren denken en produceren met internet en mobiel in het verlengde van tv en radio. De publieke omroep loopt voorop, maar niet voortdurend. RTL en SBS maken zich klaar voor de inhaalslag. Met budgetten van zo’n 5 miljoen euro per jaar voor bijvoorbeeld de VPRO en het derde gedeelte daaraan voor een omroep als BNN wordt in Hilversum financieel grote waarde toegekend aan internet. Wat levert dat inhoudelijk en qua kijkers op? Wordt de weg naar de toekomst goed geplaveid? Daar is geen snel antwoord op te geven. We doen het in deze inleiding met wat cijfers. In het hierna volgende verslag, met onder meer de ‘operatie Beagle’ en later onder ‘trends en ontwikkelingen’ zullen we ook op kwalitatieve veranderingen ingaan als gevolg van nieuwe cross- of multimedia inzet. Het trekken van de cijfers van de omroepen en zenders uit de maandelijkse tabellen van de Stichting Internetreclame (STIR) vergt wat werk, zeker gezien de technische problemen en inconsistenties die er soms in optreden. Eerst de bereikcijfers, dan de bezoeken. Het gaat om de STIR bereik- en bezoekcijfers van november 2009 vergeleken met november 2008. In het nu volgende rijtje het percentage van het online publiek van 13 jaar en ouder, dat de organisaties met hun websites bereiken. Tabel 1: Bereik van websites omroepen Website NOS RTL 4 VARA TROS RTL Alg. TVGids SBS 6 KRO BNN NPS NCRV AVRO EO MAX Samenwerkende publieke omroepen* VPRO: Radio 538 Net 5
Bereik 2008 Bereik 2009 (% van online publiek) (% van online publiek) 21,9 19,8 18,8 18,0 15,0 10,7 6,9 9,2 9,1 8,2 7,1 4,4 3,0 3,5
23,3 22,0 21,0 20,6 19,9 14,2 13,9 12,1 9,4 9,2 8,5 7,0 5,0 3,0 10,6
7,8 6,0 4,9
8,4 6,4 5,7
* NPO staat voor ‘Samenwerkende publieke omroepen’. In 2008 werd Omroep.nl nog apart genoemd (bereik 21,8), maar in 2009 niet meer.
94
iMMovator Cross Media Network
De publieke omroep laat geen bezoek van radiosites apart meten. Dat is opvallend, zeker in het licht van de waarschijnlijk grote aantallen bezoekers van de Radio2-site in december vanwege de top-2000, en aan 3FM.nl in verband met Serious Request. Uit de bereikcijfers blijkt dat RTL het al uitstekend doet en de NOS benadert, ondanks het feit dat de NOS bijvoorbeeld Teletekst en NOS Nieuws exploiteert. De VARA is de TROS duidelijk voorbijgestreefd en de KRO steeg flink. Een ander beeld doemt echter op uit de cijfers van het aantal bezoeken aan de websites over een hele maand, weer november 2009 vergeleken met november 2008. We hebben hiervoor wat meer domeinen genomen. Tabel 2: Aantal bezoeken van websites omroepen Website NOS RTL 4 VARA TROS TVGids SBS 6 KRO NPO* BNN NPS NCRV EO VPRO RTL 5 AVRO Radio 538 Sky Radio RTL Z RTL 7 Net 5 MAX Radio Veronica Veronica Magazine RTL 8 Programma Gemist (SBS) Veronica MTV Classic FM
Aantal bezoeken nov. 2008 (in miljoenen) 29,2 9,2 9,6 7,4
Aantal bezoeken nov. 2009 (in miljoenen)
3,2 1,7 0,9 3,2 3,2 2,7 2,2 2,5 2,9 2,9 2,0 2,1 2,0 0,9 1,7 1,3 1,1 0,4 0,2 -
30,1 12,6 11,3 8,8 8,4 4,9 4,5 4,2 4,1 3,1 2,7 2,8 2,9 2,7 2,4 2,4 2,2 1,8 1,6 1,6 1,4 1,4 1,1 0,5 0,5
0,4 0,2 0,4
0,5 0,4 0,4
* NPO staat voor ‘Samenwerkende publieke omroepen’. In 2008 werd Omroep.nl nog apart genoemd, maar in 2009 niet meer.
Hilversum en Hyves Wat het aantal bezoeken betreft staat de NOS dus op eenzame hoogte in Hilversum. Maar RTL 4 trekt wel meer bezoeken aan de websites dan de VARA, die het relatief erg goed doet, en de TROS die al ruim tien jaar hoog scoort. Nu we toch aan het cijferen zijn: Hyves.nl alleen krijgt meer bezoeken dan alle publieke- en commerciële omroepsites bij elkaar: ruim 170 miljoen in november 2009 (november 2008: 155 miljoen). Het totale aantal bezoeken door de STIR gemeten beliep in die maand 1,4 miljard. Met 170 miljoen bezoeken heb je dan een marktaandeel van 12 procent, Marktplaats is met 60 miljoen bezoeken goed voor een aandeel van 4 procent. Maar de STIR meet lang niet alles, bijvoorbeeld niet Google en geen buitenlandse sites. Hyves’ marktaandeel in bezoeken is niettemin groot. Op internet ontmoeten immers alle media elkaar, oud en nieuw.
Uitgevers en omroepen Zo scoort tijdschriftuitgever Sanoma goed op het internet dankzij een toevallige gelukkige overname van ilse media. Alleen al met Nu.nl met 90 miljoen en het – terugvallende – Startpagina met een kleine 100 miljoen bezoeken. De gehele Persgroep met de vijf dagbladen moet het met 30 miljoen bezoeken per maand doen, De Telegraaf (inclusief GeenStijl met 8 miljoen) komt tot 80 miljoen en Wegener tot 20 miljoen. Ofwel voor de krantenuitgevers samen: 130 miljoen bezoeken. Met zo’n 120 miljoen bezoeken per maand doet ‘Hilversum’ het niet slecht noch buitengewoon goed. De positie is echter sterk genoeg voor verzet van de kranten- en tijdschriftuitgevers tegen gesubsidieerde concurrentie op internet van de publieke omroep. Met een haastige toezegging dat krantensites gebruik mogen maken van het materiaal van de publieke omroep hopen deze en hun ‘baas’ minister Plasterk het verzet te keren. Maar de uitgevers stellen – terecht? – dat ze het materiaal willen publiceren met eigen reclame en niet met STER-reclame. We noemen de grote getallen omdat het leeuwendeel van de online reclameinkomsten komt uit het aantal bezochte pagina’s met reclame. Dat is in feite een model uit de vorige eeuw, maar nieuwe modellen winnen nog maar moeilijk terrein op het web. Meer en meer zal het gaan naar marketing van doelgroepen, dat wil zeggen een combinatie van datamining en directe eigen verkoop of wederverkoop (‘affiliate marketing’) van bijvoorbeeld dvd’s en boeken. Dat betekent dat omroepen doelgroepen online moeten vinden met hun programma’s, indien ze in die (commerciële) slag mee willen. Zo kwam de AVRO al vroeg met haar ‘Tribunes’ met doelgroepen en poogde de publieke omroep met Themazenders in deze bus te blazen. Dit zijn voorbeelden van mislukte initiatieven, maar het gaat natuurlijk ook vaak wel goed, soms gewoon met typische massaprogramma’s als De Wereld Draait Door en Paul de Leeuw van de VARA die ook hele hordes kijkers naar het web trekken.
BNN en VARA Juist met wat kleiner, gerichter ‘underground’ werk doet BNN het erg goed. Net als bij de VARA gaat het gewoon om een hoog ni-
veau creativiteit dat in Hilversum nog welig tiert. Geld en drang kennelijk nog voldoende om sterke tv te maken en die de basis te laten vormen voor het web. Bovenstaande cijfers tonen genoegzaam aan dat je op de eerste plaats op je eigen terrein sterk moet zijn en aanpalend in de jungle van internet je plek moet zien te veroveren. Zoals de VPRO-chef terecht opmerkt: je hoeft niet perse altijd ‘crossmediaal’ actief te zijn. BNN gelooft in de groei van online video, en de NOS bewijst die al. De NOS spreekt met cijfers en initiatieven van vooral sportuitzendingen met online verlangstukken tot de verbeelding. In het hierna volgende verslag staan indrukwekkende resultaten van online video. Inmiddels blijkt uit cijfers dat één op de drie Nederlanders soms of vaak een televisieprogramma op internet bekijken. Het populairst zijn informatieve en educatieve programma’s, en uiteraard humor op de publieke tv, en soaps en series bij ‘de commerciëlen’. Volgens Stichting Kijkonderzoek (SKO) en Stichting Internetreclame (STIR) bekeken Nederlanders gemiddeld tien programma’s (streams) van de publieke omroep en RTL in het eerste kwartaal van 2009. De groep 20-34 jaar kwam tot gemiddeld ruim 13 programma’s op Uitzendinggemist.nl en RTLgemist.nl.
Knagen aan het massamedium? Hoe lang mensen online tv kijken kan pas in 2010 worden gemeten. Vermoedelijk zullen de cijfers meer en meer beïnvloed worden door tv’s die aan internet worden gekoppeld. In dat geval kijken personen via het internet naar de televisie. Met tv-kijken van Tele2 en KPN’s IPTV wordt ook het ‘gewone tv-kijken’ als via de internetverbinding geleverd. Dat maakt niet zo veel uit. Het gaat erom in hoeverre het ‘uitgesteld kijken’ terrein wint. Mensen vinden het nog steeds overwegend prettiger om ‘geleid’ naar de buis te kijken, dat wil zeggen op de tijdstippen en die zenders en omroepen dicteren en waarmee kabelaars goed uit de voeten kunnen. Dat is opvallend. Gedragsveranderingen verlopen traag. En onvoorspelbaar, vreemd ook: we kopen kennelijk liever stapels dvd’s voor het uitgesteld kijken dan (goedkoper) online te kijken. Veranderingen treden niet op bij massaprogramma’s. Zie de cijfers over november 2009 voor online kijken: Boer zoekt Vrouw een kleine 200.000 ‘streams’ tegen 4 miljoen directe kijkers, ofwel minder dan 5 procent uitgesteld. Maar doelgroepprogramma ‘Nieuws uit de Natuur’: 22.000 kijkers direct en uitgesteld. Kinderprogramma´s worden relatief vaak ‘uitgesteld’ bekeken. In de lijst staat ook ‘Jensen’ (‘Informatie/educatie’, vindt SKO) hoog met 110.000 online kijkers of 15 procent van de directe kijkers. Aan de televisie als massamedium wordt meer evolutionair geknaagd dan revolutionair. Er komen meer zenders bij, dus treedt er een zekere fragmentatie op, maar van kleine groepen. YouTube stimuleert het bekijken van fragmenten en een winkel van sinkel aan video, straks ideaal om op tv even te schakelen tijdens reclame bijvoorbeeld. Maar dat alles kan vooralsnog ook in de 21e eeuw geen afbreuk doen aan de attractie van het gezamenlijk kijken naar een massamedium bij breed gewaardeerde creativiteit en sport.
Hoofdstuk 8. Nieuw seizoen, nieuwe plannen
95
Een nieuw televisie seizoen begint. Traditiegetrouw worden de nieuwe crossmediale plannen van de omroepen gepresenteerd tijdens het Zomercafé. Vroeger ging het alleen om het zenden en de inhoud, nu gaat het ook om het kanaal en het publiek. NOS, BNN en VPRO vertellen op het Cross Media Café over hun strategie om het kanaal te verbreden en het publiek te betrekken bij hun content.
8.1 NOS: pioniersrol op vlak van online en mobiele video
Als het publiek nieuws op de iPhone wil, dan moet dat. En als ze teletekst op het LCD-scherm van de magnetron willen, dan moet zelfs dat kunnen. Ook het altijd is belangrijk. Een zomerstop kennen we bij de NOS niet.” Zo heeft de NOS in 2008 EK voetbalwedstrijden op internet gebracht. Een tv-beeld verrijkt met onder meer statistieken en – naar wens – het geluid van de radioreportages. Vorig jaar waren er ook voor het eerst live beelden van de Tour de France via mobiel. Maar het was ook het jaar van de 13 simultane live streams van de Olympische Spelen die via mobiel beschikbaar waren.
Roeland Stekelenburg (hoofd Nieuwe Media, NOS) vertelt op het Zomercafé over de strategie van de NOS. Een verhaal over het belang van distributie, de doorbraak van mobiele video en het geheim van de innovatiemotor. De NOS is een echte pionier als het gaat om nieuwe concepten op het vlak van nieuws en sport. Roeland Stekelenburg vertelt wat er bij de NOS zoal speelt en geeft in zijn presentatie onder meer voorbeelden uit het afgelopen jaar en belicht de plannen voor het komende seizoen. Sommigen stellen ter discussie dat de Roeland Stekelenburg omroep zich ook met distributie bezig (hoofd Nieuwe Media, NOS) houdt. Dat is wat Roeland Stekelenburg betreft een achterhaalde discussie. Vroeger was het alleen de inhoud en het zenden, nu gaat het ook om het kanaal en het publiek. Kortom we hebben het over een echt product. Zelfs de context is vandaag de dag belangrijk geworden omdat het product zo goed mogelijk afgestemd moet worden op het publiek. De NOS krijgt veel reacties van het publiek op de manier waarop de distributie geregeld is. Dat gebeurt onder meer in de vorm van reacties op internet artikelen, tweets etc. “Interactiviteit is er en het zal nooit meer weg gaan, daar zullen we met zijn allen aan moeten wennen.” Maar wat is dan de strategie, vraagt Roeland Stekelenburg zich hardop af. Hij beantwoordt die vraag in eerste instantie met een filmpje en dat laat niks aan duidelijkheid te wensen over, het nieuwe motto is: ‘Altijd overal voor iedereen’. “De NOS wil daar zijn waar het publiek is, we volgen het publiek.
Webpagina NOS tijdens het Europees Kampioenschap voetbal 2008
96
iMMovator Cross Media Network
NOS: aantal kijkers op internet
In de bovenstaande figuur zie je het aantal kijkers op internet: in blauw de live stream van Nederland 1 en in rood de andere streams van de andere sporten. De conclusie is snel getrokken: de andere streams werden gezamenlijk meer bekeken dan de Nederland 1 stream. Het is sowieso mooi materiaal dat op deze manier beschikbaar komt. Je kunt bijvoorbeeld ook het aantal unieke bezoekers per sport achterhalen. Beachvolleybal doet het bijvoorbeeld erg goed. Dat dit alles beschikbaar is betekent dat er ook waardevolle marktinformatie voorhanden is, je kunt eruit afleiden waar er kansen voor andere partijen liggen. Een ander groot project vorig najaar waren de Amerikaanse verkiezingen. Ook hier konden mensen zelf de keuze maken wat ze
NOS website tijdens de verkiezingen in de Verenigde Staten in 2008
wilden zien. De eigen stream, een aantal buitenlandse zenders en radiostreams. Maar ook een interactieve kaart waar real-time de uitslagen van de verschillende staten binnenkwamen. Dat is nog eens herhaald bij de Europese verkiezingen, dat bewees toen ook meteen haar waarde. Omdat de stemmen laat binnenkwamen konden mensen namelijk na het afsluiten van de tv-uitzending via internet toch alles blijven volgen. Dit alles heeft de NOS geen windeieren gelegd, de omroep werd tot ‘Mediabedrijf van het jaar’ uitgeroepen door de vooruitstrevende manier waarop men videocontent beschikbaar stelt aan het publiek. Maar uiteindelijk gaat het natuurlijk om het bereik, en ook dat groeit fors zo blijkt uit onderstaande figuur. Er is goed te zien hoe evenementen tot pieken leiden, maar tegelijk ook hoe het bodemniveau steeds hoger wordt.
van de Tour de France op de iPhone, als eerste in Europa. Deze gaf meteen al mooie getallen: 58.000 opgestarte live streams alleen al via de iPhone plus nog 30.000 andere live streams via de NOS Mobiel applicatie. Ter vergelijking: de Olympische Spelen van 2008 genereerden 21.000 opgestarte streams en het laatste Journaal heeft er elke dag zo’n 13.000 tot 14.000 via mobiel. Dat aantal is al bijna net zo hoog als het aantal dat via Uitzending Gemist wordt opgevraagd. Ineens zie je nu ook in de lijst met meest bezochte sites de mobiele site op nummer 15 verschijnen, hoger dan bijvoorbeeld de portals van de omroepen. Dit terwijl een deel van het mobiele verkeer nog niet gemeten kan worden. “Kortom: mobiel is booming,” aldus Roeland Stekelenburg.
Meest bezochte sites juli 2009
NOS: ‘bereik NOS domein’
Mobiel is in het afgelopen half jaar echt een substantiële factor geworden. m.nos.nl (de tekstversie) was ooit de eerste stap. Vorig jaar werd de NOS mobiel applicatie gelanceerd waarin ook al de genoemde sportevenementen zaten. Vervolgens kwam m.nos.nl (de mobiele site), daarna de Tour de France applicatie en de Olympische spelen van Beijing. Een volgende stap was het NOS journaal op m.nos.nl, via symbian, iPhone etcetera. De iPhone is een verhaal apart met 15 miljoen pageviews per maand. De meest recente ontwikkeling was afgelopen zomer de live stream
Tour de France 2009
Bijzonder is ook de wijze waarop we samenwerken met derden en de innovaties die dit oplevert. Hoe werkt dat nou, die innovatiemotor bij de NOS? We werken veel met freelancers uit het circuit van de nieuwe media, onder meer Raimo van der Klein (de man achter het onlangs gelanceerde Layer). Het werk gebeurt in een klein groepje, een man of vijf, een soort mix van invloeden van binnen en buiten. Het is voor de NOS belangrijk dat men met veel voeten in innovatieve clubjes staat. We bouwen veel websites zelf omdat we ook zelf de kennisopbouw wil doen. De eerste week van september 2009 lanceert de NOS een teletekst applicatie voor de Android, uiteraard straks gratis te downloaden. De Jeugdjournaal applicatie voor de iPhone is ook klaar, maar Apple heeft nog steeds geen toestemming gegeven (dat gebeurt binnenkort vast wel). Verder zit er ook een NOS Journaal applicatie voor Android in de planning. Ook user generated content van het publiek zal geïntegreerd gaan worden. Verder zal er een Voetbal LIVE pagina gelanceerd worden, met standen, tussenstanden etc. Bijzonder is ook 50 Jaar Studio Sport. Tot slot is er de Philips Net TV. Philips reguleert de openingspagina maar Roeland Stekelenburg vindt het maar niks dat de kijker zelf niet kan bookmarken. Daarom biedt men een alternatief voor deze kijkers op http://tv.nos.nl. Ook andere tv-producenten en game consoles komen in aanmerking voor dit soort toepassingen. We moeten van multimediaal naar crossmediaal en de redactie zal nieuwe vormen moeten vinden om die journalistieke verhalen te vertellen. Dat betekent ook dat er een nieuwe site moet komen waar tussen alle content in de database relaties worden gelegd via metadata. In november is er een beta-versie beschikbaar van de nieuwe NOS-site.
Hoofdstuk 8. Nieuw seizoen, nieuwe plannen
97
“De kabelaars hebben problemen met het feit dat de publieke omroep steeds meer content via internet aanbiedt,” zo stelt Peter Olsthoorn. Roeland Stekelenburg geeft als antwoord dat de NOS grote problemen heeft met de belemmeringen die de kabelaars opwerpen. Het beschikbaar komen van allerlei nieuwe uitingsvormen en apparaten geeft de NOS steeds meer mogelijkheden. “Zou de NOS zich niet bij productie moeten houden en de distributie aan anderen moeten overlaten?,” zo vraagt Peter Olsthoorn zich af. “Dat is een model, maar het zou jammer zijn als het die kant opgaat. De mogelijkheid die je nu hebt om content af te leveren met een duidelijke afzender, dat heeft de voorkeur,” aldus Roeland Stekelenburg. “Don’t tell us what you think, tell us what you know,” zo luiden de afsluitende woorden. Je moet op zoek naar een plek waar mensen het leuk vinden om kennis te delen, dat vindt Roeland Stekelenburg belangrijk. De NOS zal verschillende fabrikanten ook altijd gelijkwaardig behandelen. “Doordat de NOS nu prime content via mobiel beschikbaar stelt, zet je nu ook echt wat in werking.”
kijkers thuis gedaan. Belangrijk daarbij is dat het laagdrempelig is en daarvoor heeft men de webcam in gedachten. Maar er komt meer bij Badgasten. Een ander element is dat men na afloop van de tv-uitzending nog 15 minuten door wil gaan op internet. Er komt verder een LOL cursus van Bob McLaren, een Hyve, een screensaver, een community en men kan steeds video terugkijken, doorsturen en delen via Hyves. Binnenkort bij BNN ook het TV Lab, de week van de vernieuwing. Een van de programma’s die men gaat doen is Kamikaze TV. Een eenmalig programma dat ondersteund moet worden op internet, dus men moet werken met een relatief laag budget. Wasabitv.bnn.nl is een ander nieuw concept. Het idee hier is: zet je vriend voor de camera, voer hem Wasabi, film de reactie en upload je video.
8.2 BNN: participatie, web-only, crossmedia en video Berend Jan Verheijen (hoofd Nieuwe Media, BNN) vertelt over de plannen van BNN de komende tijd. Ver vooruitkijken kan eigenlijk niet meer in deze tijd. Vier zaken staan er in de plannen centraal: bezoekers laten participeren, web-only content maken, verschillende platformen laten samenwerken (crossmedia) en heel veel video online zetten. Om te beginnen het laten participeren van bezoekers. Men wil graag een band Berend Jan Verheijen, met de kijkers opbouwen, fans betrek(hoofd Nieuwe Media, BNN) ken en bezoekers met het merk bezig laten zijn. Maar bovenal is het ‘retegoeie promotie’ voor je website. Het werkt het beste als je met je website iets toe kan voegen aan je programma. Bijvoorbeeld Badgasten, een soort opvolger van de Lama’s. Onderdeel van het format is het spel Greatest Hits waarbij input van het publiek nodig is. Dat werd bij de Lama’s door het publiek in de zaal gegeven, bij Badgasten worden de suggesties door de
Wasabitv.bnn.nl
Web-only is een tweede belangrijke ingrediënt bij BNN. Een van de leukste dingen, volgens Berend Jan Verheijen, is OMG. Een webcom over online daten, bedacht door een webredacteur. Het wordt gefilmd vanuit een webcam standpunt en bezoekers kunnen meedoen. Andere web-only projecten zijn State Magazine, BNN Gids en BNN Weblogs. Dan de derde ingrediënt, het crossmediale. De IQ Test 2009 is daar een mooi voorbeeld van. Je kunt meespelen via pen en papier, sms, de mobiele website en internet. Een ander voorbeeld is Katja versus Bridget. Hierbij worden extra punten uitgedeeld voor de best bezochte website en werd de winnaar van het beste kerstnummer online bepaald. De mentaliteit van televisiemakers verandert overigens ook snel, zo benadrukt Berend Jan Verheijen. De makers van Gamer 01 zijn bijvoorbeeld erg benieuwd hoeveel keer hun filmpje op internet bekeken is, de gewone kijkcijfers vinden ze niet echt interessant meer. Gamer 01 is een voorbeeld van crossmediale productie, mensen maken filmpjes van games en die worden verwerkt in het programma.
De Badgasten online
98
iMMovator Cross Media Network
Een voorbeeld van multimediaal is Onderweg Naar Morgen shorts. “We wilden dat op meer manieren naar de mensen toe brengen. Zo is het nu mogelijk om op je Hyves pagina een short van de uitzending van morgen te plaatsen. Ook is er tegenwoordig een samenvatting van de uitzendingen van de afgelopen week beschikbaar.”
ook zelf zaken gaan aanbieden. Zo kwam iemand met het idee om iets in Microsoft Flight Simulator te doen. Een vliegtuig komt daar nu in acht missies het schip opzoeken.” Een goed voorbeeld om het verhaal zijn ding te laten doen, aldus Erik van Heeswijk.
Onderweg Naar Morgen shorts
Waarom werk je crossmediaal? • Techniek geeft de richting aan, media groeien naar elkaar toe. • Marketing, je probeert mensen vast te houden. • Synergie, inhoudelijk maar ook financieel. • Maar niet: de publiekswens.
Tot slot, het vierde en laatste punt in de plannen van BNN, is video, video en nog eens video. Video’s worden erg goed bekeken, zo zijn er 150 clips die al meer dan 200 miljoen keer bekeken zijn. De aantallen zie je ook terug in de statistieken. 200 miljoen video’s die in 2 jaar tijd via mobiele devices werden bekeken vs. 43 miljoen video’s via Uitzending Gemist. Verder is het interessant dat video’s veel reacties oproepen, de best bekeken clip (Studiosessie Greengang) werd niet alleen 5 miljoen keer bekeken, maar heeft ook de meeste comments (18.000). Video leidt elke dag weer tot 1.500 nieuwe comments. Een ervaring is ook dat bij sommige programma’s mensen gaan reageren als meteen na de tv-uitzending het programma nog niet online staat. Dat vindt men immers steeds gewoner. Soms is er ook bonusmateriaal, zoals bij de Lama’s, dat doorgezet wordt naar internet. De ervaring van bij de Lama’s is overigens ook dat het erg lastig is om user generated content binnen te krijgen.
8.3 VPRO’s Beagle: crossmedia met BBC-allure Erik van Heeswijk is nu een jaar actief als hoofd Nieuwe Media bij de VPRO, hij presenteert op het Cross Media Zomercafé de crossmediale casus Beagle. Hij belicht het concept zowel inhoudelijk als vanuit een marketing perspectief. In een kort filmpje horen we nazaat Sarah Darwin uitleggen dat men met de Beagle de zeiltocht van Charles Darwin uit het jaar 1831 nog een keer compleet na wil varen, een tocht de wereld rond. Erik van Erik van Heeswijk (hoofd Heeswijk zegt dat het hier gaat om één Nieuwe Media, VPRO) van de grootste crossmediale projecten van de publieke omroep ooit. The Beagle is vanaf 13 september bij de VPRO te zien (35 afleveringen) maar ook 7 dagen per week online en dat allemaal vanaf een schip op de oceaan. Het schip is trouwens ook vol gehangen met allerlei metertjes en, zo stelt hij, daarmee een soort thermometer van de ecologie van de wereld. Het schip is de basis, televisie, radio, de VPRO gids en internet zijn er uiteraard direct aan gekoppeld. Maar ook kanalen als mobiel, iPod, het digitale schoolbord, games, de krant (Trouw), Playstation, desktop widgets, events, sociale netwerken als Facebook, Twitter, Hyves, een vliegtuig, dvd en wat hem betreft ook de postduif (die misschien wel heel symbolisch staat voor al het andere dat nog te bedenken is). In principe is op al deze platforms interactie mogelijk. “We gaan niet alleen alle mediumtypen verbinden, maar ook de interactie op al deze plekken met elkaar verbinden. Eén van die gekke dingen die dan gebeuren is dat mensen
De website van The Beagle
Sommige dingen hoef je niet crossmediaal te doen. Misschien is de charme van een programma als Zomergasten wel dat je iemand alleen maar drie uur hoort praten. Wat heb je nodig voor crossmediaal? • Een goed platformonafhankelijk idee of verhaal, dus niet tv of internet dat centraal staat. • Een crossmediaal denkend projectteam. • Een crossmediaal denkende organisatie. Media maken veronderstelt een totaalaanpak, je moet je als hoofd Nieuwe Media ook bemoeien met andermans spullen, zoals design en de leader van het tv-programma. Vragen die bij een project als The Beagle opkomen zijn: • Waar welke doelgroepen? • Hoe knoop je het aan elkaar? • Centraal of decentraal? • Individuele route: spanningsboog & gelaagdheid & merk. Erik van Heeswijk vindt het handig om metaforen te verzinnen en het beste voorbeeld dat hij kon verzinnen was de ballonnenwedstrijd. Je laat het product zijn ding doen en het heeft een afzender. Je kunt je wel afvragen wie nou die afzender van het product The Beagle is. Is het de NPO, de VPRO, de wetenschap of nog iets anders? Oplossingen voor met name dat laatste punt: • Elk element verwijst naar het crossmediale hoofdkantoor (web). • Veel elementen verwijzen naar elkaar. • Veel elementen moeten actie uitlokken. • Elk element moet naar meer smaken. • Elk element moet zoveel mogelijk huisstijl zijn.
Hoofdstuk 8. Nieuw seizoen, nieuwe plannen
99
Erik van Heeswijk sluit af met de mededeling dat de VPRO in 2010 al haar grote sites op de schop gaat nemen. Tegenlicht, HollandDoc, Eeuw van de stad en /Geschiedenis krijgen een nieuwe opzet. In antwoord op de vraag van Peter Olsthoorn wat het jaarbudget voor online is, verteld hij dat dit ongeveer drie maal zo groot is als dat van zijn BNN-collega (die vlak daarvoor had verteld dat hij het met 1,7 miljoen euro ‘moest doen’). Voor Erik van Heeswijk is The Beagle een project met BBC allure. Desondanks wordt het geen Engelstalig programma, de doelgroep is het Nederlandse publiek en verkoop aan het buitenland is slechts bijzaak.
8.4 De theorie en praktijk van crossmedia Het Cross Media Zomercafé wordt afgesloten met een serie gesprekken met Indira Reynaert en Daphne Dijkerman (over het Basisboek Crossmedia Concepting), Vivian Opsteegh (MTV Networks Productions over crossmedia bij TMF) en een korte pitch van Corne Bouwman (Proskope). Indira Reynaert en Daphne Dijkerman komen het Basisboek Crossmedia Concepting toelichten. Indira vertelt hoe ze ooit met een weblog begon waarbij steeds meer mensen aanhaakten. De lezers kwamen met het idee om de artikelen ook in boekvorm uit te brengen. Het boek is in eerste instantie voor studenten geschreven, maar krijgt van een breder publiek aandacht.
De website van TMF
Vivian Opsteegh (head of Digital Media, MTV Networks Productions) vertelt over de aanpak bij TMF. Men wil graag samen met jongeren programma’s maken. Zeg maar tv maken op een radio-achtige manier en daarbij afwijken van het standaard draaiboek. Om die reden is men bij bijvoorbeeld Kijkditnou ook gestart met een weblog. Dat wordt een uur per dag op tv samengevat. Je kunt verder bellen, smsen en via webcam een vraag opnemen en toesturen. Men krijgt 1.200 sms’jes per uur, (via de sms-balk), maandelijks zo’n 3.000 reacties op de site en er wordt zo’n 1.000 keer per maand wat geüpload. Zo’n 1 procent per maand doet mee. Peter Olsthoorn benadrukt dat het in dit verband ook minder om kwantiteit gaat, maar meer om de kwaliteit. TMF is ook bezig om crossmediale concepten met adverteerders te matchen, bijvoorbeeld daten in de achtbaan van Walibi. Er wordt ook getwitterd, al hebben de VJ’s daar wel af en toe een duwtje bij nodig.
8.5 Pitch Proskope Afsluitend geeft Corne Bouwman, Managing Director Europe bij Proskope, een korte pitch. Hij laat een kort fragment van een RTL-programma zien waarmee het product meteen duidelijk is: de journalist heeft een oortje in en filmt zichzelf. Ideaal dus om de kosten laag te houden en vooral ook om snel te acteren, bijvoorbeeld als er sprake is van breaking news. De website van Basisboek Crossmedia Concepting
Meer informatie: www.proskope.nl
Monique van Dusseldorp vraagt naar voorbeelden van cases die men gevonden heeft. Indira Reynaert geeft als voorbeeld van een goed format Startrek. Er zijn verschillende verhaallijnen uitgeschreven door de scenarioschrijvers, verhaallijnen die daarna door de fans zijn overgenomen en vervolgens weer in het format zijn betrokken. Er is een andere wereld ontstaan waar fans met elkaar over de verhalen communiceren. Peter Olsthoorn geeft aan dat het bezoek nogal theoretisch is en de praktijk wat lijkt te ontbreken. Volgens de schrijvers speelt hierbij een rol dat crossmedia een soort containerbegrip lijkt te zijn geworden, multimediaal en crossmediaal worden bijvoorbeeld vaak verward. In het boek komen in elk geval de belangrijkste basisprincipes aan bod, zaken als storytelling, narrativiteit, usability, mediumspecificiteit en relevantie.
100
iMMovator Cross Media Network
De website van Proskope
9. Media en uitvinders Cross Media CafĂŠ over media en uitvinders Cross Media CafĂŠ over media en uitvinders Datum: 6 oktober 2009 Locatie: studio 31, Media Park Hilversum Samenvatting en PowerPoint presentaties: http://www.immovator.nl/cross-mediacafe-media-uitvinders 361 inschrijvingen
Hoofdstuk 9. Media en uitvinders
101
9. Media en uitvinders inleiding door Peter Olsthoorn
Een lauwerkrans voor de uitvinders Wat wil je later worden? ‘Uitvinder!’ Het jochie van negen jaar dat dit antwoord gaf, vindt bij IMMovator 15, 25 of 35 jaar later een prachtig podium. Hoe jubelend kun je zijn over de uitvinders die schuchter maar vastberaden hun technologie over het voetlicht brengen en waarin je het enthousiasme van jongens en meisjes van negen jaar nog herkent? Woorden tellen. ‘Innovatie’ is een platgetreden begrip geworden, vooral in Nederland met haar ‘Innovatieplatform’ van de overheid. De balans die daarover enkele malen is opgemaakt, was bepaald niet positief. Samengevat: een praatcollege, te veel woorden en te weinig daden. Het is ook moeilijk: aan de ene kant roept de maatschappij dat de overheid zich druk moet maken om innovatie. Dan verschijnt er weer een bericht in de krant dat we op gebied X of Y ver achterlopen op andere landen, met als onderliggende boodschap: doe er wat aan! Maar wat dan? Praten helpt niet. Praktijk en theorie dus en dat probeert iMMovator zelf vorm te geven in het Cross Media Innovation Center waarin bedrijven samen hokken en ondersteund worden met kennis, wetenschap en ondernemersgeest. Netwerken is het principe. Dat alles op de praktijk gericht. En dan: ‘pamperen’ of keihard ‘survival of the fittest’? Immers, de 80-20 regel, of erger nog, betekent dat je alleen de allerbeste moet steunen op weg naar.
Meer aandacht schenken
Amsterdamse videoprofessor en Google Parels glinsterden tussen de pitches. Bij het Cross Media Café ‘media en uitvinders’ in oktober 2009 schoof de wetenschap aan. En hoe! Professor Arnold Smeulders van de Universiteit van Amsterdam sprak over de specialiteiten zoeken in tekst en beeld. Zijn club neemt jaarlijks deel aan een competitie van videozoekdiensten met eigen technologie. Daar weet de UvA zich ondermeer goed te meten met Microsoft, MIT, Rank Xerox en IBM. “Na afloop vertellen we elkaar hoe we de zoekopdrachten tot een oplossing hebben gebracht. Dat is weer een startpunt voor elke partij om mee verder te gaan. Dit is dus ‘open source’ voor de technologie, maar die geldt niet voor eventuele business modellen. Die moet ieder voor zich bepalen.” Daarnaar luisterend, kijkend naar de mogelijkheden van het zoeken in video van de club van Smeulders vraag je je stil af: hebben we hier te maken met een wetenschappelijke parel die we moeten koesteren en vooruit helpen? De UvA werkt samen met de ‘Chinese MIT’, een relatief kleine universiteit in Peking waarvan we volgens Smeulders nog veel van zullen vernemen. Deze kan hoge ogen kan gooien op de markt, want heeft ook de juiste instelling. De Chinezen zijn veel opener dan men denkt.
Goed, bij het Cross Media Café hijsen we in ‘pitches’ steeds uitvinders op het podium. Ze krijgen maar een paar minuten om hun boodschap te vertellen. Nagenoeg altijd blijkt dat ook genoeg te zijn. Ze kennen immers hun kracht en beperkingen. Het is een genot om naar te kijken (beperking met Powerpoint) en vooral te luisteren. Zit er vuur in hun stem? Of zijn ze juist bedeesd? Of berekenend, en al marktgericht?
Minder te spreken was de Nederlandse hoogleraar over Google dat volgens hem juist niet goed omgaat met de wetenschap, te hebberig is en te weinig coöperatief. Aan de andere kant is het ontstaan van Google wel een goed voorbeeld voor Nederland: “Google had nooit kunnen ontstaan als er niet een in de wetenschap ontwikkelde technologie meegenomen was naar het bedrijfsleven.”
Ruwweg vijftig uitvinders brachten we op het podium afgelopen jaar. Eén keer lieten we ze beoordelen door een panel van wijsneuzen uit de investeerdersmarkt tijdens het Mediapark Jaarcongres. In de pers lazen we er niet over. Ik vind dat wij journalisten hier in de fout gaan. Vooral vak- en managementtitels zouden voortdurend gespitst moeten zijn op uitvinden. Of als het moet, onder de vlag van ‘innovatie’. Maar je leest hooguit een berichtje als een bedrijf geld van een investeerder wist op te halen. Daarvóór en daarna verneem je er weinig of niets meer van.
De wetenschap laat zich steeds meer in met de creatieve industrie. Smeulders ziet mogelijkheden voor een gezamenlijke ‘vonk van inspiratie’ en nodigt bedrijven en ontwikkelaars uit voor samenwerking. “We willen de wereld in met onze technologische ontwikkeling. Technologen zijn doorgaans onbenaderbaar. Ze spugen formules of komen met Microsoft-jargon. Dat vrijt niet lekker.”
Terwijl we juist met het web in staat zouden moeten zijn om een soort van continue berichtgeving te verzorgen over jonge bedrijven met nieuwe producten en diensten. De basis wordt al gelegd met verslaglegging van de pitches door weblog
102
Frankwatching in opdracht van iMMovator. Op de website van iMMovator zijn de video’s, presentaties en verslagen van alle pitches te vinden in ondermeer het Mediacentrum.
iMMovator Cross Media Network
Er liggen kansen voor de creatieve regio rond Amsterdam volgens Smeulders: “U moet niet wachten tot het klaar en perfect is, want dan is het te laat. We moeten nu de handschoen oppakken. Eens was Yahoo de standaard met zoeken, maar werd verslagen door Google. Maar ook Google heeft niet de perfecte zoekmachine, want er zijn nog talloze onjuiste resultaten. Er zijn wel oneindig veel mogelijkheden voor verbetering.”
Met ilse media doet de UvA een project voor gezichtsherkenning. Ilse media heeft heel veel portretten in fotoarchieven maar ook op haar weblogs en sociale ontmoetingsplaatsen. Technisch gaat het de UvA om beeldherkenning. Het zoeken en vinden van fragmenten in ‘pure’ video, dat wil zeggen zonder toegevoegde trefwoorden, is moeilijk. Smeulders: “Bijvoorbeeld: hoe ziet een boot eruit? Daar kun je een model voor proberen te ontwikkelen. Maar ik heb twintig jaar van mijn wetenschappelijke carrière volkomen verwoest door naar modellen te kijken. De essentie van een boot in video is de omgeving: water, andere boten soms. Een boot is dan een ‘gat in het water’. De methode werkt als volgt: het beeld gaat als het ware door een patatsnijder en de uit de elementen wordt een ‘gok’ gemaakt van een object in een beeld. Het gaat om de context.” Het is belangrijk, volgens Smeulders: “U doet hetzelfde. Eén derde van onze hersenen gebruiken we dagelijks voor beeld.”
Medialabs en topsport Dit voorbeeld sprak ons aan vanwege de inhoud, maar vooral vanwege de vorm van opereren. De andere ‘pitchers’ niet te na gesproken. Respect dwong ook Roeland Ordelman af met zijn ‘Multimedia Retrieval’ aan de Universiteit Twente, en speciaal de spraakherkenning. De ‘open source’ spraakherkenner Shout. Anderen mogen er dus ook mee verder.
zoeken in de barre praktijk. Het stadium van testen wordt in elk geval bereikt. Maar hoe dan verder? Het veroveren van een markt, met internet en mobiel mondiaal, is een ander verhaal. Dat is de wereld van de harde bedrijfsmodellen. Om die reden is het mooi dat Logica intensief samenwerkt met studenten die bij het bedrijf mogen afstuderen en ideeën direct in de praktijk kunnen toetsen. Maar de vraag is of Nederland dit niet groter moet aanpakken. Heeft dat zin? Of gaat het vooral om het klimaat? Hoe komt het bijvoorbeeld dat Nederland met e-readers en nu ook schermtechnologie voor deze ‘e-lezers’ het mondiaal zo goed doet? In 2010 gaat deze sector de grote confrontatie aan met de Aziatische en Amerikaanse partijen met scherm- en leestechnologie. Welke factoren geven de doorslag? Misschien is het net als in de sport: Nederland begon jaren terug met de ontwikkeling van een goed klimaat voor sporters, met financiële ondersteuning van excellente sporters. Vervolgens moeten die het zelf doen, individueel, onder begeesterde coaches. Na afloop van een wereldprestatie kleuren we dan massaal oranje. Gaan we dat enthousiasme en respect ook etaleren voor onze uitvinders?
Of wat te denken van het Europese project iNem4U dat beoogt bij een evenement geschoten film en video’s op beeldschermen van thuisblijvers te brengen, eventueel gedurende de live uitzending van het evenement. Het lijkt heel erg toekomst, maar met wedstrijden van PSV en het netwerk van T-Mobile wordt dit getest in 2010. En we zagen YellowBird een vinding presenteren waarbij je zelf in beeld kunt rondstruinen, en Zero Creative met ontwikkelingen 3D-ervaringen in allerhande omgevingen. De lijst met referenties op de website is indrukwekkend, met vele tientallen grote organisaties die er ‘iets’ mee deden. Heel goed gaat het met Mobypicture. De Nederlandse dienst laat gebruikers onder meer foto’s van hun mobiel uploaden naar Hyves en Flickr. Daarnaast kunnen foto’s en video’s real-time gedeeld worden, inclusief een bericht op Twitter. Mobypicture haalde de Red Herring 100 lijst van Europa van veelbelovende internetbedrijven waar investeerders op letten. Op die lijst kwamen ook Nimbuzz (geavanceerde – gratis – mobiele diensten), In Real Life (online en ‘echt’ sociaal netwerken), Delta Solutions (met VidiGo videosoftware) en Service2Media (bouw van mobiele applicaties) voor. Ongetwijfeld vergeten we hier nog belangrijke namen. Nederlands is relatief goed vertegenwoordigd in de ‘jungle’ van nieuwe internetbedrijven. Daarin zijn beloften nog altijd groot, maar wel onder realistischer voorwaarden dan een jaar of tien geleden. We smachten uiteraard toch naar een nieuwe geweldenaar als TomTom. Onderhand telt Nederland behalve deze ondernemingen ook de nodige medialabs met elk hun eigen vindingen die en weg
Hoofdstuk 9. Media en uitvinders
103
Op 6 oktober vond een bijzonder Cross Media Café plaats. Deze keer geen business modellen en business cases, maar een overzicht van ontwikkelingen op het gebied van techniek en wetenschap die het medialandschap van de toekomst zullen bepalen.
9.1 Innovatie in de IPC regeling Arno Bouwens (iMMovator) opent het Cross Media Café met een korte presentatie over het IPC-project (Innovatie Prestatie Contract) en de daaraan ten grondslag liggende IPC-subsidieregeling. Aansluitend op zijn verhaal geven drie IPC-deelnemers een pitchpresentatie. In 2005 is het IPC-project begonnen met een groep van 32 bedrijven die met steun van de IPC-subsidie innovatie en samenwerking versnellen. Het project heeft drie jaar gelopen en in die tijd is deze groep bedrijven twee tot drie keer zo groot geworden als het gaat om medewerkers en omzet. Een mooi succesverhaal dus. Ook is er een tiental samenwerkingsprojecten geïnitieerd, deze zijn vooral gericht op gecombineerde pilots richting de markt. Er zit een duidelijk verschil in hoe ondernemers en het ministerie de IPC-regeling zien. Ondernemers willen vooral geld (of lagere lasten) van EZ, EZ daarentegen wil vooral dat ondernemers innoveren en groeien. Het MKB benut de stimuleringsregelingen op dit moment nog relatief weinig. Zaken als administratieve rompslomp en de rapportageverplichting spelen hierbij een rol.
PILOT IPC CREATIEVE INDUSTRIE In oktober 2005 is iMMovator gestart met de uitvoer van de pilot IPC creatieve industrie, een project met bedrijven die diensten rond digitale creatieve content leveren. De 32 bedrijven komen uit verschillende delen van de sector: animatie, grafimedia, gaming, mobiel, online advertising en muziek. De resultaten van de deelnemers zijn wisselend. Sommige deelnemers zitten in een groeisegment (mobiel), anderen hadden al te kampen met een teruglopende markt (muziek, grafimedia) en de economische recessie heeft daarop een versterkend effect gehad.
IPC lijken tot de overwinnaars in de sector te behoren; er is overcapaciteit en de bedrijven die niet innoveren en kunnen onderscheiden zullen failliet gaan of overgenomen worden. De ‘klant aan de knoppen’ was voor de meeste bedrijven de sleutel voor succes, hierdoor kunnen kosten bespaard worden en kunnen klanten op hun beurt meer gepersonaliseerde en printing on demand diensten aanbieden. De muziekbedrijven hebben geen geluk gehad met hun gezamenlijke innovatieplan. De branche organisatie bleek minder ambassadeur te zijn dan men gehoopt had en de technologiepartner is tweemaal failliet gegaan. Toch hebben ook zij – mede door het IPC – de weg naar een groeiende omzet uit online kunnen realiseren. Momenteel is dit niet genoeg om de omzetderving uit CD’s en DVD’s te compenseren, maar er is duidelijk groei te zien. De bedrijven zoeken naar andere inkomstenbronnen en hebben mede door het onderzoek de afgelopen jaren meer kansen gevonden in de online hoek voor de muziekindustrie. De bedrijven zijn – doordat ze klein en jong zijn – zeer wendbaar. De plannen zijn dan ook bij het merendeel van de bedrijven aangepast gedurende de looptijd van het project. De snelle technologische ontwikkelingen op het gebied van internet, mobiel en crossmediale concepten is hierbij een drijver. De toegevoegde waarde van de IPC-subsidie is evident. Alle uitgangspunten van de IPC-regeling (planmatig innoveren, meer innoveren, externe kennis inkopen en samenwerken) zijn door de ondernemers zelf ook genoemd als voordelen van deelname aan het IPC. Omdat het innovaties in relatief kleine bedrijven betreft, zijn de innovaties ook snel vertaald in tastbare producten en diensten. Verschillende innovaties profileren zich inmiddels op de markt.
Pitch 1: Jelmer Pott, Instore Digital Printing Wat? Platform (CMS) met een totaal-oplossing voor instore media, mediashop en narrowcasting. Waarom? Snel en vanuit een database reclame kunnen maken in de winkels. Meer informatie: www.supermet.nl
De deelnemers die vooral op mobiele diensten gericht zijn tonen een sterke groei, maar deze is wel vertraagd ten opzichte van de eigen planning. 2009 lijkt het jaar van de doorbraak voor mobiele diensten. De iPhone App Store heeft ervoor gezorgd dat betaalde diensten ook haalbaar blijken. Hetzelfde geldt voor bedrijven die gaming/communities leveren. De R&D fase bleek meestal lastiger dan gedacht waardoor lancering van nieuwe diensten vertraagd werd. Tegelijkertijd bleek het zoeken naar werkende verdienmodellen voor een aantal bedrijven moeilijk. Hierdoor is de omzetprognose naar voren geschoven. Inmiddels begint de omzet aan te trekken en hebben ook investeerders interesse getoond. De grafimedia bedrijven hebben te maken met vraaguitval, prijsconcurrentie en algehele winstdruk. De bedrijven in het Instore Digital Printing: ‘Eén totaaloplossing voor instore media’
104
iMMovator Cross Media Network
Pitch 2: Richard Hazenberg, Lunaforte Wat? Mobiele applicaties wereldwijd aanbieden voor publishing (momenteel drie miljoen downloads per maand). Waarom? Mobiele markt is snel aan het groeien, iPhone heeft dynamiek veranderd, anderen volgen. Meer informatie: www.lunaforte.nl
handig uitklapbare drager, die opgevouwen zeer klein is (past in een brillenkoker), maar die zich in een paar seconden ontpopt tot een tool waarop je elke mobiel snel en stevig kunt bevestigen en waarmee je mooi en stabiel kunt filmen. Waarom? MoCaH is ontwikkeld omdat er verwacht wordt dat op korte termijn veel gefilmd zal worden met mobiele telefoons en omdat de stabiliteit daarvan zeer veel te wensen overlaat. Met de MoCaH kun je stabiel foto’s maken, met de horizon goed in beeld. Aanbod! Iedereen die op het Cross Media Café aanwezig was en zelf actief filmt is van harte welkom om zich op te geven voor een gratis mobiele camerahouder. De verwachting is dat prototype en proefserie begin 2010 klaar zijn. Daarna zal de MoCaH door ca. 100 mensen getest worden die zich daarvoor opgegeven hebben en die hem hiervoor gratis ontvangen. Meer informatie: www.MoCaH.nl
Lunaforte: mobiele applicaties
Pitch 3: Fried Broekhof, DanceRadio.tv & Qooler Wat? Promotie van muziek en artiesten en direct contact met fans. Waarom? 140 seconds of fame – video inzetten om jezelf te promoten. Meer informatie: www.djtrx.com MoCaH: Mobiele Camera Houder
Pitch 2: Paul Braam, VirtuaGym
Qooler: ‘Life the experience!’
9.2 Uitvinders aan het woord In het tweede blok van het Cross Media Café komen vijf pitches van uitvinders aan bod. Achtereenvolgens geven MoCaH, VirtuaGym, yellowBird, Zero Creative en Opalio acte de presence.
Pitch 1: Willem Doevendans, MoCaH Wat? De MoCaH (Mobiele Camera Houder) is een stabilisator, die helpt om mooi en stabiel te filmen met een mobiele telefoon of met een mini-camera (foto-camera met video). De MoCaH is een
Wat? VirtuaGym is een online fitness- & lifestyleplatform, waarmee je op een laagdrempelige en vooral leuke manier fit kunt worden. Waarom? Mensen missen vaak de motivatie om een gezonde levensstijl aan te (blijven) hangen. VirtuaGym helpt hen hierbij. Hoe werkt het? De aanpak is gebaseerd op drie succesformules: personal training, sociale interactie en een spelelement. Met de Fittest met virtuele personal trainer Brad Fit wordt je Virtua-leeftijd bepaald, die een goed beeld geeft van je fitheid. Vervolgens kun je persoonlijke doelen stellen en ontvang je een fitplan op maat. In je eigen Fit-profiel kun je je voortgang bijhouden samen met vrienden en prijzen winnen door je doelen te behalen. Binnenkort is er ook de mogelijkheid een voedingsplan op maat te laten aanmaken en kun je online sporten, zoals bijvoorbeeld met de game Heartbeat Master, die je volledig bestuurt met je hartslag. Het maakt daarbij dus niet uit of je roeit, fietst of danst. Na afloop worden verbrande calorieën en score verwerkt in je profiel. VirtuaGym is een open platform, wat betekent dat softwareen hardwareontwikkelaars van sporten gezondheidsgerelateerde producten aan VirtuaGym kunnen koppelen. Hierdoor wordt het ook mogelijk om zorgoplossingen op een leuke manier aan te bieden, zoals bijvoorbeeld het bijhouden van voeding en
Hoofdstuk 9. Media en uitvinders
105
bloedsuikerwaarden door diabetici. De eerste productontwikkelaars hebben zich al gemeld. En verder? VirtuaGym groeit gestaag en werd genomineerd voor de iZovator Award, als beste zorginnovatie 2009. Meer informatie: www.virtuagym.nl
9.3 Drie pitches van medialabs In de derde serie pitches komt een drietal medialabs aan bod: Working Tomorrow van Logica, Novay en Medialab NHTV.
Pitch 1: Raph Bode, Working Tomorrow Logica Pitch 3: Rafaël Redczus, yellowBird
Wat? Afstudeerprogramma voor studenten dat zich richt op de haalbaarheid en mogelijkheden van innovatieve toepassingen. Waarom? Jaarlijks 100 studenten laten (mee)werken aan ontwikkeling van nieuwe concepten. Meer informatie: http://www.logica.nl/studenten/400011253
YellowBird: experience 3D reality
Wat? Video waarin je rond kunt kijken, naar voorbeeld van de foto’s van Google Streetview, maar dan met bewegend beeld. Waarom? Af te spelen op elke computer met een normale breedbandverbinding. Meer informatie: www.yellowbirdsdonthavewingsbuttheyflytomakeyouexperiencea3dreality.com
Pitch 4: Jean-Pierre van Maasakker, Zero Creative Wat? Interactieve 3D digital signage (narrowcasting). Waarom? 3D zonder brilletje, intuïtief, augmented reality en geslachts- en leeftijdsherkenning. Maak het beeld onweerstaanbaar en maak kijkers benieuwd. Meer informatie: www.zerocreative.com
Zero Creative: toekomst van digital signage
Pitch 5: Rik Wagter, Opalio Wat? Duurzame buitenreclame (tussen € 400 en € 12.000 euro) die gekoppeld is aan een digitaal signaal en LCD scherm. Waarom? Ontwikkeling naar digitale, duurzame en dunne displays. Bovendien goedkoop. Meer informatie: www.opalio.com
106
iMMovator Cross Media Network
Website van Working Tomorrow
Pitch 2: Dr Cristian Hesselman, Novay Wat? Het Europese onderzoeksconsortium iNEM4U heeft een platform ontwikkeld voor nieuwe interactieve mediabelevingen. Consumenten kunnen hiermee media en diensten uit verschillende technische domeinen, zoals tv, mobiel en internet, op een eenvoudige manier combineren. Het platform gebruikt hiervoor gestandaardiseerde technologieën zoals CE-HTML en 3G netwerken. Tijdens een voetbalwedstrijd kunnen fans bijvoorbeeld vanaf de tribune foto’s en filmpjes maken en die via een mobiel netwerk versturen naar het tv-scherm van vrienden die de wedstrijd thuis volgen. Het mobiele materiaal verschijnt daar in een klein venster dat als ‘overlay’ op de reguliere tv-uitzending wordt geprojecteerd. Kijkers thuis kunnen daarnaast via de tv praten met hun vrienden in het stadion, bijvoorbeeld via tekst-chat. Waarom? Uitwisseling gebeurt via internet, IPTV en mobiel, leidt tot meer verbondenheid. En verder? Het consortium rondt op dit moment enkele prototypes af. Begin 2010 start een aantal gebruikersexperimenten. Het doel daarbij is te achterhalen wat consumenten vinden van de geïntegreerde mediabelevingen. De toepassing die wordt geëvalueerd laat voetbalfans tijdens een wedstrijd foto’s en video’s delen met vrienden die de wedstrijd thuis volgen. PSV en T-Mobile verlenen hieraan hun medewerking. Cristian Hesselman
Meer informatie: iNEM4U staat onder leiding van Novay en wordt gedeeltelijk gefinancierd door de Europese Commissie. Deelnemende bedrijven zijn Philips, HP en Logica. De webpagina is www.INEM4U.eu.
Pitch 3: Hans Bouwknegt, Medialab NHTV Internationale Hogeschool Breda, Academy for Digital Entertainment Wat? Het medialab van NHTV’s Academy for Digital Entertainment is een testsetting waarin personen worden omringd door grote videoschermen. Op deze manier kunnen in het lab allerlei omgevingen tot leven worden gewekt, variërend van realistische omgevingen als supermarkten of nog te realiseren bouwprojecten, tot fictieve gameomgevingen. Nieuwe interactieve technieken als ‘head tracking’ ma- Hans Bouwknegt ken het bovendien mogelijk om een zeer realistische interactie tussen persoon en omgeving te realiseren, waardoor de gebruiker steeds sterker het gevoel krijgt ‘echt’ in een wereld te rond lopen. Testpersonen in het medialab worden uitgerust met een eye-tracker en met biometrische meetapparatuur, waardoor precies gemeten kan worden waar iemand naar kijkt en welke emoties worden opgeroepen. Waarom? Nu nieuwe interactie- en visualisatietechnieken het mogelijk maken om virtuele werelden te bouwen die de werkelijkheid steeds realistischer simuleren (rijsimulaties, vliegsimulaties, etc.), worden ook virtuele testsettings steeds relevanter. Nu al kan het medialab bestaande visualisatietechnieken vervangen (zoals maquettes bij bouwprojecten) en is het een aanvulling op bestaande meetmethodieken (zoals de introductie van een nieuwe productof verpakkingslijn in supermarkten). Door mediaprikkels exact te manipuleren en te focussen op het meten van de aandacht (door middel van eye-tracking) en de emotie (door middel van biometrische data) van de consument, wil NHTV begrijpen hoe virtuele testsettings iets zeggen over echte en online situaties. De verwachting is dat dergelijke inzichten alleen maar relevanter worden, zeker als technologieën zich in het huidige rappe tempo blijven ontwikkelen. Meer informatie: www.nhtv.nl
9.4 De toekomst van de media In het laatste gedeelte van het Cross Media Café kijken we naar de toekomst aan de hand van een aantal ontwikkelingen in de wetenschappelijke wereld. Vertegenwoordigers van de Universiteit Twente, de Universiteit van Amsterdam en TNO ICT krijgen het woord over taal- en spraakherkenning, audio- en videozoeken en de belangrijkste trends in de mediawereld.
Zoeken in spraak Dr. Roeland Ordelman (senior onderzoeker Multimedia Retrieval aan de Universiteit Twente) weet alles van taal- en spraakherkenning als hulpmiddel voor het ontsluiten van audiovisuele content. De digitalisering van historisch materiaal, dagelijkse professione-
le aanwas, user generated content en allerlei typen vastgelegde gesproken content als getuigenissen, interviews, vergaderingen, lezingen en telefoongesprekken leiden tot een steeds grotere verzameling ontsluitbare audio. Gebruikers van deze content zijn producers, journalisten, onderzoekers en het algemene publiek. Bij spraakherkenning gaat het erom dat je slim gebruik gaat maken van beschikbare data. Je probeert materiaal toegankelijk te maken door de informatie in het audiosignaal te exploiteren. Belangrijk hierbij is dat je structuur aanbrengt, mede omdat je hierdoor later gemakkelijker tot spraakherkenning kunt overgaan. Ook sprekerkarakteristieken (man/vrouw, leeftijd, spreekstijl etc.) kunnen nuttige informatie opleveren voor spraakherkenning. De Universiteit Twente heeft de spraakherkenner SHOUT ontwikkeld, een open source toolkit die voor iedereen beschikbaar is. Hoe goed werkt het nou allemaal, zo kun je je afvragen. Het is in elk geval zo dat zaken als de kwaliteit van de opname, de kwaliteit van de spraak en ook achtergronden een rol spelen. Dat iets niet helemaal herkend wordt is eigenlijk niet zo erg, als er al 50% van de woorden herkend wordt dan is dat vaak al genoeg en relevant voor het zoeken. Bovendien worden de belangrijkste inhoudswoorden meestal goed herkend.
Universiteit Twente: ‘Spraakherkenning nauwkeurigheid’
Concluderend kun je zeggen: • Er is een zeer grote hoeveelheid rijke content. • Handmatig beschrijven is kostbaar en per definitie beperkt. • Verbeteren van de toegankelijkheid van audiovisuele content is mogelijk door gebruik van nieuwe technologie. • Het audiosignaal bevat waardevolle informatie. • Spraakherkenning heeft zich al bewezen als een nuttige tool.
Zoeken in video Prof. dr. ir. Arnold Smeulders (Intelligent Systems Lab Amsterdam (ISLA), Informatics Institute, Universiteit van Amsterdam) geeft aan dat de wetenschap zich steeds meer met de creatieve industrie gaat bezig houden. Google had nooit bestaan als ooit de wetenschap zich niet met de achterliggende technologie had bezig gehouden. Men houdt zich bij het ISLA bezig met information mining, het blootleggen van informatie. Een alsmaar groeiende hoeveelheid video: 1.000.000.000 nieuwsitems, professionele content (alleen al Disney heeft 8 miljoen uur footage), consumenten content (10 miljoen uur video per jaar bij YouTube) en onderzoek (1.000.000.000 uren videoarchief).
Hoofdstuk 9. Media en uitvinders
107
Er is een internationale world search engine competition waar diverse partijen aan meedoen, onder meer de UvA en de TU Delft. Videozoeken loopt, aldus Arnold Smeulders, zo’n 10 jaar achter op spraakherkenning. Dr. Cees Snoek (Universiteit van Amsterdam) geeft vervolgens een demonstratie van het detecteren van objecten op videobeelden. Arno Stokman Arnold Smeulders (UvA) vraagt aansluitend de zaal ‘Why research on rushes summarization?’. Een ‘rush’ is een onbewerkte tape die vaak dezelfde scene bevatten. Dus welke scene is het meest informatief of bevat bepaalde fragmenten. Wie in de zaal heeft daar wat aan? Een kleine groep van de aanwezigen steekt de hand op. Arnold Smeulders geeft het voorbeeld van een rechercheur die met het verzoek kwam om voor onderzoek naar kinderporno een toepassing te ontwikkelen, een oplossing die inmiddels succesvol gebruikt wordt. Prof.dr. Maarten de Rijke (Universiteit van Amsterdam) gaat daarna in op tekstherkenning aan de hand van drie praktische voorbeelden. Allereerst kun je de stemming op blogs volgen, een piek geeft aan dat er ergens in de wereld iets gebeurt (is). Ten tweede kun je voorspellen wat een nieuwsartikel gaat doen, wat de impact zal zijn. En tot slot kun je bepalen wat de stakeholders zijn van een bepaald onderwerp.
spelen. Een andere ontwikkeling is die van kijken naar beleving en van massa naar individu. Kennis komt breder beschikbaar en individuen bouwen op elkaars kennis. Een volgende trend is dat de interface, die eigenlijk vooral Windows was, steeds minder eenduidig wordt; er is een grotere verscheidenheid en met veel meer apparaten dan voorheen. De trends aan de bedrijvenkant laten zien dat de markt weer veel meer een conversatie is geworden. Je moet van gesloten naar open, van Windows naar Google. De zoektocht naar andere businessmodellen is begonnen en dat geldt ook voor communicatiemodellen met klanten. ‘Koppelen’ is daarbij het motto. Bij de overheid is het beeld niet veel anders. De geïnformeerde burger praat mee, ICT is vaak disruptive, soms een driver en natuurlijk enabler. Er is geen sturing op technologische ontwikkelingen, maar men heeft wel met de consequenties te maken. Ontwikkelingen van devices liggen onder meer bij moleculaire en nano processoren, quantum computing, smart agents, schrift- en spraakherkenning, multitouch tafels en sensoren. De opkomt van sensoren brengt ons bij ‘the internet of things’. Dit alles leidt tot de mogelijkheid om allerlei nieuwe diensten te ontwikkelen. Hier zien we trends als contextualisering, augmented reality, data mining, serious gaming, virtualization en het virtual office. Aan de infrastructuur kant speelt ook een aantal zaken. We draaien in feite nog steeds op het aloude (in 1969 ontwikkelde) internet protocol. Een van de problemen waar we tegenaan gaan lopen, is dat in juli 2010 de IP-adressen op zijn. Er komt dus een nieuw internet protocol. Een andere interessante ontwikkeling is mobiel IP. Dat houdt in dat je bijvoorbeeld een video kunt blijven bekijken als je naar een ander apparaat overschakelt.
UvA: videozoeken: een gat in het water
Andere media ontwikkelingen die Erik Huizer ziet zijn: • Chaos op het vlak van middleware voor interactieve tv. • We gaan van HD naar 3D of Super HD. • Ambient media (samenwerkende mediakanalen, vanaf je mobiel je tv programmeren bijvoorbeeld). • Content wordt onafhankelijk van het kanaal. • De schrijvende pers komt eindelijk in beweging (commissie Brinkman). • En... er kijken nog steeds veel mensen naar het Journaal.
Arnold Smeulders vertelt tenslotte dat hij samen met ilse media aan gezichtsherkenning werkt. Hij benadrukt verder dat Google economisch een zeer gevaarlijke macht geworden is omdat men zoveel weet van het gedrag van mensen.
9.5 De mediavoorspellingen Prof. dr. ir. Erik Huizer (directeur Kennis TNO ICT), en onderzoekers Ir. Mark van Staalduinen, (Consultant, TNO ICT) en Ir. Frits Klok (Senior Consultant, TNO ICT) vullen het laatste deel van de bijeenkomst in. Erik Huizer trapt af met een presentatie over trends in de media. Aan de gebruikerskant zie je onder meer dat het mediagebruik niet meer lineair is. Profielen worden verder steeds belangrijker, niet alleen voor advertising maar ook om op stemmingen in te
108
iMMovator Cross Media Network
TNO: ‘Trends Bedreigingen’
is. TNO zit erg aan de toepassingskant in een branchebrede zin. Daarnaast doet TNO veel aan contractresearch, inmiddels de belangrijkste inkomstenbron. KPN is nog steeds de grootste opdrachtgever bij TNO-ICT, maar dat aandeel wordt snel kleiner (nu nog zo’n 20%), men is hard bezig om andere klanten en opdrachten binnen te halen.
TNO: the internet of things
Uiteindelijk zijn we op weg naar ‘the internet of things’ waar steeds meer data worden verzameld. Rond 2020 gaat dit alles ondergronds, de data verdwijnen uit het zicht en alles wordt voor je gedaan. Het web gaat zichzelf verbeteren, ‘the singularity’. Mark van Staalduinen (TNO ICT) vertelt dat het ook belangrijk is hoe je met die content geld gaat verdienen. Gebruikers consumeren via een groot aantal kanalen en nog groter aantal devices. Denk hierbij aan actualiteiten, Twitter, YouTube, tv en mobiel. Dit doen niet alleen consumenten, maar alle mogelijke gebruikers op ieder moment van de dag. Essentieel is de juiste content op het juiste moment beschikbaar te krijgen. Dit is niet triviaal en dat biedt volop kansen voor content gebaseerde portals.
TNO: twee belangrijke uitdagingen in opname- en distributieketen
Een portal wordt succesvol als zij toegevoegde waarde biedt en de volgende drie succesfactoren beter implementeert dan de concurrentie: • Zo volledig mogelijke content verzameling zodat de gebruiker antwoord kan krijgen op al zijn vragen. • De interactie om een vraag te stellen moet zo intuïtief mogelijk zijn. • Een relevantie mechanisme is vereist om de content zo goed mogelijk aan te laten aansluiten bij de vraag van de gebruiker. Succesvolle voorbeelden zijn Google, Tweakers, Nu.nl, Funda en Iens. Om deze succesfactoren te implementeren is media mining technologie beschikbaar, die automatisch betekenis geeft aan multimedia content. Daarmee kan bijvoorbeeld specifieke beeldinformatie herkend worden, specialistische multimediale zoekmachines ontwikkeld worden of een persoonlijk filter geleerd worden dat voor jou content (bijvoorbeeld tv-programma’s) selecteert.
Mark van Staalduinen
Frits Klok (TNO ICT) besluit de serie presentaties van de middag met inzicht in de zaken die in de opname- en distributieketen geregeld moeten worden om flexibel content te kunnen consumeren. Zoals interactiviteit met kijkers bij een voetbalwedstrijd. In de afsluitende paneldiscussie vraagt Peter Olsthoorn naar de rol van TNO. Wordt dat niet steeds meer samengeperst tussen tafellaken en servet? Erik Huizer geeft aan dat die rol er nog zeker
Hoofdstuk 9. Media en uitvinders
109
110
iMMovator Cross Media Network
10. Games en Zorg Cross Media CafĂŠ op locatie: Game in the City Cross Care/Media CafĂŠ op locatie Game in the City Datum: 12 november 2009 Locatie: Rijtuigenloods/Henrik Rail, Amersfoort Samenvatting en PowerPoint presentaties: http://www.immovator.nl/game-in-the-city 112 inschrijvingen
Hoofdstuk 10. Games en Zorg
111
10. Games en Zorg inleiding door Peter Olsthoorn
Spelen met je gezondheid Je gezondheid zet je niet op het spel. Toch wisten iMMovator en iZovator het thema ‘Games en Zorg’ op de kaart te zetten. En wat blijkt: achter de pc is het hele leven een spelletje, zelfs je gezondheid. Maar serieus even: hoe kunnen IT en nieuwe media het groeiende zorgprobleem helpen oplossen? ‘iZovator’ lelijk woord? U bent de enige niet, maar het gaat om de inhoud. Over namen gesproken: Yolanda Gagliardi is een prachtige klank, de naam van de cheffin van iZovator. Met Doret Brandjes en Anita Smet trekt ze de kar: een trio innoverende vrouwen. Het platform iZovator voor innovatie van de zorgeconomie blijkt het nodige om het lijf te hebben. Goed, het is regionaal, van de Gooi en Vechtstreek. Maar je hebt nu eenmaal belangen nodig. Versterking is dichtbij voorhanden in Utrecht met vier steunpilaren: de provincie, de Task Force Innovatie, Universiteit en Hogeschool.
Hippocrates anno 2010 De streek wil met iZovator de bedrijvigheid ontwikkelen en stimuleren. Het middel: serious health gaming met toepassingen variërend van weergave en beïnvloeding van preventieve processen in de zorg tot en met de behandeling en revalidatie. Het doel is op de eerste plaats economisch, simpelweg omdat de gezondheid schreeuwend duur begint te worden. Niet voor niets was de ‘grootste leugen van 2009’ (Time) de mare (van Republikeinen) dat er in de Verenigde Staten ‘Death Panels’ zouden komen: commissies om per individu te bepalen of zorg nog rendabel zou zijn. Ethisch gezien bevinden we ons echter (nog?) in ‘alle gezondheidszorg in het kader van levensverlening is een plicht’, voortgekomen uit de eed van Hippocrates. Die is 2.400 jaar oud, afgelegd voor ‘alle goden en godinnen tot getuige’. Anno 2010 draait het om toepassingen van de computertechnologie, echter nog steeds gericht op ‘het belang van mijn patiënten’ van Hippocrates. Die patiënten zijn meer en meer klanten, en wel van de zorgverzekeraars. Zij worden bepalend in de zorg als markt. Kostenbesparing is belangrijk, en dus stijgt het gewicht van preventie van het optreden van ziekten en van herhaling van het optreden van kwalen. Als u dit leest is in de tweede week van januari op drie locaties in Hilversum het ‘gaming evenement Gooi en Vechtstreek’ gehouden. Leerlingen van de basisschool en senioren werden gestimuleerd om... te bewegen. En wel meer te bewegen dan stuurwiel, muis of joystick bewegen.
112
iMMovator Cross Media Network
Beweging, ‘voldoende’ dan wel ‘zo veel mogelijk’ wordt, evenals gezonde voeding, gezien als belangrijkste middel voor preventie van benodigde zorg. Dus zijn spellen daar op gericht. De Gooi en Vechtstreek telt immers momenteel de grootste groep inwoners van 65 jaar en ouder in Nederland. ‘Erger nog’, in 2025 is naar verwachting 44 procent van de Gooi en Vechtstrekers 75-plusser. En we willen niet dat de rollator dan het meest gebruikte vervoermiddel is.
Zoveel te winnen Was in het ‘crisisjaar’ 2009 de zorg de banenmotor die de groei van de werkloosheid dimde (cijfers CBS), dat moet niet zo blijven: al een kwart van de banen wordt straks vervuld in de zorg als we niets doen aan preventie en efficiency. Er is een scala van snel groeiende problemen in de zorg waar ‘serious health gaming’ een bijdrage aan een oplossing zou kunnen bieden. Er valt te denken aan voor de hand liggende euvels als betere, doelgerichte informatievoorziening en communicatie met de artsenij, uitleg over behandelingen en contacten met de zorg tot aan verbetering van de trouw van patiënten aan voorgeschreven therapie, het eerder serieus onderkennen van gezondheidsproblemen en het simpel overbrengen van complexe boodschappen. Bovenal kan er het nodige worden gedaan aan het onderling wantrouwen tussen veel partijen in de zorg. Dat is het gevolg van het gebrek aan samenhang dat er nog altijd is. Niet heel veel terreinen in de zorg kan de logistiek worden verbeterd, vooral van de informatie tussen verschillende partijen. Het woord ‘patiëntendossier’ zegt genoeg, al is de vraag of dat een panacee vormt voor alle problemen in de zorg, vooral het uitgeven van te veel geld zonder meting van effectiviteit en gevolgen voor de werkers en zorgontvangers.
Prachtige spellen Dit verhaal klinkt wellicht nogal theoretisch. Tot we gaan kijken naar de spellen zelf. Ondergetekende geloofde zijn ogen niet toen hij door het raam de overburen in de huiskamer zag bowlen, en tennissen. Bleken ze vroege gebruikers van de Wii spelcomputers. Dit product stimuleert veel spellenmakers tot het produceren van games met beweging. Neem de game Silverfit, prijswinnaar in Europa en in Nederland: een systeem voor ‘virtuele’ fysiotherapie en ouderenfitness ten behoeve van revalidatie. Doel: de motoriek weer op gang brengen, en houden. Razend knap ontwikkeld en ook heel pragmatisch. In dit veld treffen we ook spektakelstukken aan zoals het ‘(muziek)trilvest voor doven en slechthorenden’ waarmee een
nieuwe ‘taal’ is geboren op basis van het versturen en uitwisselen van trillingen. Of neem het spel GripSugarKids om kinderen met diabetes te ondersteunen bij het dagelijks spuiten van insuline. Het spel reikt verder dan een beetje hulp, want het biedt kinderen en ouders inzicht in de effecten van gezondheidssituatie en ook nieuwe manieren van communiceren met de omgeving. Dit spel krijgt wellicht in 2010 een uitbreiding met verbindingen tussen gebruikers die communiceren. Zo kan er een community ontstaan voor intensieve onderlinge communicatie en ondersteuning.
sluiting met een ‘app store’ waar je diensten en producenten online kunt betrekken, al dan niet door de verzekering betaald, om je gezondheid te ‘upgraden’. Dat lijkt toch een stuk boeiender perspectief dan het onophoudelijk gezever over het elektronisch patiëntendossier dat wellicht een oplossing is voor een probleem dat nog op een ouderwetse manier is geformuleerd. Kortom: iZovator gaat een prachtig nieuw decennium in.
Vermoedelijk is dit een richting die veel soelaas kan bieden aan patiënten. Want waar willen we heen? Spellen zijn behalve vooral leuk ook effectief. Maar zijn ze onderdeel van een strategie en een strategische ontwikkeling om de zorg te verlichten met behulp van ICT?
Naar een dashboard? Er is nog veel fragmentatie. Aan de aanbodzijde is een krachtige wil om deel te nemen, als gevolg van de glorende lucratieve markt. Philips zet strategisch in op de zorgmarkt en ontwikkelde ook een internettoepassing voor patiënten in de VS. In Nederland heeft bijvoorbeeld UPC veilige verbindingen opgezet voor Viedome. Dit is een ‘woonservice’ voor patiënten en ouderen die behalve in contact met buurt en familie ook voorziet in communicatie met zorg en mantelzorg. Vitale gegevens worden gemeten, doorgegeven en besproken voor medicatie. Zo werd Kabel Noord in Friesland de eigenaar van NijFinster, een bedrijf dat ict-toepassingen over de tv-kabel ontwikkelt voor zorg, overheid en onderwijs. De kabelaar neemt het heft in handen daar innovatie bij zorginstellingen niet snel gaat. Dat is mede het gevolg van de geldzorgen waarin veel zorgorganisaties zijn beland. Neem Meavita dat heel voortvarend met een zorg op afstand toeapssing was bezonnen, maar uiteindelijk haar kerntaken niet meer kon uitvoeren wegens oplopende schulden. Wat dat betreft was 2009 een slecht jaar, maar het bood ook nieuwe richtingen: kleinschalig is er veel creativiteit. Die moet je verbinden met de strategieën en ze schaalgrootte bieden in de afzetmarkt. We gaan wellicht, als in veel markten, naar een persoonlijk dashboard van je gezondheid en activiteiten (sport, fitness, revalidatie) op je pc of bij een online dienstverlener. Op het web raken data niet kwijt, maar beveiliging wordt dan wel cruciaal. Je kunt je indenken dat je zorgverleners steeds toegang kunt geven tot je dashboard waarop ze kunnen inspelen met het aanbod van preventie zen zorg, al dan niet in de vorm van spellen. Terugkoppeling vindt ook online plaats; controle vindt eventueel via beeldverbindingen plaats en schiet dat alles tekort dan kun je een ‘slot’ plannen voor fysieke controle bij een huisarts, zorgpost of eventueel met huisbezoek. Zorgonderhoud en -bewaking wordt dan een permanente privéaangelegenheid waar je in noodzakelijke gevallen, mogelijk via de verzekeraar die een nieuwe functie ontwikkelt, extern schakelt voor hulp. En om maar helemaal modern te worden: er is aan-
Hoofdstuk 10. Games en Zorg
113
Op 12 november is in coproductie van iMMovator en iZovator (innovatieplatform voor de zorg) tijdens het business event Game in the City een sessie over Games en Zorg georganiseerd. Een bijzondere combinatie op het eerste oog, maar schijn bedriegt: Vijf bedrijven lieten zien dat er veel kansen liggen op de cross-over van Games en zorg.
10.1 Gooi en Vechtstreek zet in op Serious Health Gaming Jan Rensen (wethouder Economie in Hilversum), opent de bijeenkomst met een speech. “Graag wil ik mij voorstellen. Mijn naam is Jan Rensen, wethouder in Hilversum met in portefeuille Media en Economie. Op verzoek van iZovator, kennis en innovatieplatform zorgeconomie en iMMovator, kennis en innovatieplatform media wordt in dit Cross Care/Media CafĂŠ uitgebreid aandacht besteed aan een specifiek gebied in de game wereld, namelijk serious health gaming. Met serious health gaming bedoelen we alle game applicaties op het gebied van de zorg. Onder invloed van de vergrijzing en de verwachte tekorten aan arbeidspotentieel in de zorgsector is de verwachting dat serious health gaming een vlucht zal nemen in de komende jaren. Eigenlijk is het hele gebied van de zorg gebaat bij een gaming aanpak. Van preventieve processen als geheugentraining of bewegingsgames, tot behandeling en revalidatie. Op al deze gebieden gaat het er om mensen te motiveren en dat is niet eenvoudig. Als dit soort processen echter in de vorm van een game applicatie gebracht worden, krijgt de deelnemer er veel meer plezier in. Games maken dit soort moeilijke taken ineens leuk, en uitdagend. Binnen het Gewest Gooi en Vechtstreek waar de gemeente Hilversum onderdeel van is, is de expertise op het gebied van multimedia een unique selling point (USP). Naast een bloeiende audiovisuele industrie, is er een groot aantal bedrijven aanwezig die zich bezig houden met games en interactieve applicaties. We weten allemaal dat met de vergrijzing de gezondheidszorg zich anders moet gaan opstellen, en nieuwe expertises moet ontwikkelen. Wij denken dan ook dat Gooi en Vechtstreek zich moet gaan profileren op het gebied van serious Jan Rensen (wethouder Economie in health gaming. Hilversum)
114
iMMovator Cross Media Network
Dit willen wij doen in nauwe samenwerking met de provincie Utrecht, de Task Force Innovatie Utrecht, de Universiteit van Utrecht, de Hogeschool van Utrecht en anderen. Wellicht denk u nu, waarom in Hilversum, waarom in de Gooi en Vechtstreek? In onze regio groeit tot 2025 het aantal 75-plussers met 44%! De jongere bevolkingsgroep van 0-54 jaar groeit in dezelfde periode met 1,6 %. De Gooi en Vechtstreek heeft de grootste groep inwoners van 65 jaar en ouder. Hierin loopt onze regio voor op de ontwikkelingen die elders in Nederland zullen volgen. Van die grote groep ouderen zijn er vele vitale ouderen met weinig of geen beperkingen. Echter een veel grotere groep zal beperkingen hebben in de mobiliteit of in de persoonlijke verzorging tot aan volledige afhankelijkheid toe. Er is dus een grote behoefte aan arbeidskrachten in de zorg. Zoals u wellicht hebt gehoord of gelezen zou 1 op de 4 potentiĂŤle werknemers moeten kiezen voor een beroep in de zorg willen we ouderen, maar ook anderen met een beperking, zorg bieden. Het is echter een illusie te denken dat 1 op de 4 mensen zal kiezen voor een beroep in de zorg nog afgezien van het feit dat het bijzonder kostbaar zal zijn.
Het publiek tijdens Game in the City
Kortom we zullen zaken anders moeten gaan organiseren. Het belang van het verder ontwikkelen van techniek, ter ondersteuning van zorg in en om huis of in voorzieningen, is groot. Niet alleen techniek om de arbeidseffectiviteit van verpleegkundigen, verzorgenden en andere hulpverleners te verhogen, maar ook techniek die bijdraagt aan het behoud van zelfstandigheid van mensen met een beperking of ze nu oud of jong zijn. Vandaag hebben wij hier een aantal zeer inspirerende voorbeelden van innovatieve serious games, die bijdragen aan het zelfstandig functioneren van mensen. U heeft daar vanochtend al een en ander over gehoord en gezien en vanmiddag spitst dit zich nog verder toe op de zorg. In de Gooi en Vechtstreek zien we niet alleen het belang van serious games, gezien onze demografische ontwikkelingen, maar we dragen deze industrie ook een warm hart toe. Er is al een aantal mooie bedrijven gevestigd in Hilversum, die zich wereldwijd
op de kaart gezet hebben met het ontwikkelen van games. Deze expertise, gecombineerd met de specialisatie welke aanwezig is in Hilversum op het gebied van multimedia, maakt dat de Gooi en Vechtstreek unieke mogelijkheden heeft om serious gaming in Nederland uit te bouwen tot een nog grotere industrie. We willen dat graag samen met u doen. We vragen u in de zaal dan ook nadrukkelijk om zich aan te sluiten. Is uw bedrijf actief op het gebied van serious health gaming? Laat het weten aan ons via iZovator of iMMovator!” Volgend jaar vindt er een Europese conferentie over (serious) gaming plaats en wat Jan Rensen betreft zou die op het Mediapark in Hilversum gehouden kunnen worden.
10.2 Agis: werk met fun aan je gezondheid Jeroen Crasborn (directeur Strategie, Agis zorgverzekeringen) schetst het speelveld met zorgaanbieders/ondernemers, zorgverzekeraars, overheid en natuurlijk de patiënt/klant. Een presentatie over het gebrek aan samenhang, het belang van fun en de kansen van nieuwe game technologieën. In de wereld van de zorg zie je veel problemen op het Jeroen Crasborn (directeur Strategie, gebied van de samenhang. Agis zorgverzekeringen) Fun zou wat Jeroen Crasborn betreft veel meer centraal moeten staan, “het is zonde dat we daar met zijn allen steeds verder van af aan het raken zijn.” Het is ook belangrijk dat mensen het heft weer in eigen hand nemen. Mensen moeten meer zeggenschap krijgen over eigen lijf en leden en dat vraagt om meer interactie en feedback. Agis is op zoek naar manieren om dit proces op gang te krijgen. Vraagstukken die hierbij spelen zijn onder meer: • Slechte therapietrouw, mensen houden zich niet aan de voorgeschreven therapie. • Ontkennen van gezondheidsprobleem, mensen ontkennen regelmatig dat er misschien wat mis is.
Agis: ongezonde lifestyle
• Ongezonde lifestyle, het gedrag moet veranderen. • Overbrengen complexe boodschappen, dat lukt vaak niet of niet goed. • Overkill aan informatie en het is onduidelijk welke informatie te vertrouwen is. • Nieuwe medische technologieën. • Slechte afstemming van wederzijdse verwachtingen tussen professionals onderling en tussen arts en patiënt. De dokter denkt dat hij alles vertelt heeft, de patiënt weet eigenlijk niks. • De mens is geen optelsom van organen maar een geheel. De zorg is echter erg versnipperd, dat moet bij elkaar worden gebracht. • Onderling wantrouwen tussen veel marktpartijen. Dan een blik op de technologieën. De chirurgen van nu hebben over het algemeen een gebrekkige oog-hand coördinatie, voor de kinderen en jongeren van nu geldt dat dit, mede door gaming, op een veel hoger niveau ligt. Complexe boodschappen overbrengen is een volgende uitdaging, games zouden hierin erg goed kunnen faciliteren. Behandelen via internet, e-health, blijkt erg goede effecten te hebben Dit gekoppeld aan de gaming expertise zou weer nieuwe dimensies kunnen geven. Agis is betrokken bij een pilot embedded fitness, de combinatie van gaming, entertainment en fitness, volgens Jeroen Crasborn een veelbelovende ontwikkeling. Op een meer ontspannen manier met zorg en data erover bezig zijn, dat is de uitdaging. Er zou bij voorkeur een platform van game professionals in de zorg moeten ontstaan, zo besluit hij zijn inleiding.
10.3 Game Accessibility: Te weinig games voor blinden en doven Games voor blinden of doven zijn er maar weinig. Brian Bors (Stichting Game Accessibility) gaat in zijn presentatie in op de toegankelijkheid van games voor bijvoorbeeld blinden of doven. We hebben het volgens Brian Bors over een onderbelicht gebied waarin vooral kleine projecten lopen, projecten van hobbyisten, kleine bedrijven en studenten. De uitdaging is om toegankelijke games te maken, bijvoorbeeld games die met een knop te bedienen zijn.
Hoofdstuk 10. Games en Zorg
115
Brian Bors (Stichting Game Accessibility)
De state of the art van accessibilty games is nog lang niet te vergelijken met de state of the art van gewone games. Er hangt wel een verandering in de lucht, zo zie je bijvoorbeeld games als Half-Life 2 en World of Warcraft. Het heeft voor game ontwikkelaars verschillende voordelen om zich te richten op accessibility, in het bijzonder gaat het dan om een verbreding van de markt, een betere score in reviews en het feit dat het je een betere naam geeft.
de game is een dagboek en ook allerlei tools voor zelfmanagement en zelfcontrole. Je kunt er bijvoorbeeld bijhouden wat je eet en wat het effect daarvan is op het insulineniveau in je lichaam. Eén van de leuke zaken in het spel is dat de ontwikkelaars merken dat jongens en meisjes erg verschillen, jongens gaan duidelijk voor snel. Vanuit het spel krijgen kinderen meteen terugkoppeling over de glucosewaarde in hun bloed. Voor kinderen is het ook een gemakkelijk communicatiemiddel met de omgeving, een beeldende manier om je vriendjes of je onderwijzer te betrekken bij je ziekte.
Als het gaat om verbreding van de markt, dan gaat het om zo’n 30% extra gebruikers, gebruikers die fysieke, auditieve, visuele of verstandelijke beperkingen hebben. Snelle, goedkope oplossingen die hierbij ingezet kunnen worden: • variabele input, dus via bijvoorbeeld verschillende randapparatuur; • toegankelijke handleiding, bijvoorbeeld downloadbaar; • meer moeilijkheidsgraadopties, dat betekent ook de niveau’s easy en very easy; • schaalbare tekst; • closed captioning; • niet (alleen) op kleur vertrouwen, zaken ook gewoon in tekst toevoegen; • assistentie opties; • audio markeringen, laat alles in je spel geluid maken; • aanpasbare speelsnelheid, zorg dat spelletjes ook langzamer kunnen gaan. Meer informatie over dit onderwerp is te vinden op: www.game-accessibility.com www.gameaccessibility.org www.ablegamers.com www.igda.org/accessibility
10.4 Grip Sugar Kids helpt kinderen met Diabetes Diabetes is een auto-immuunziekte waarbij het lichaam per ongeluk de insulineproducerende cellen in de alvleesklier vernietigt. Om dit tekort aan insuline aan te vullen moeten kinderen dagelijks zelf spuiten. De internetgame GripSugarKids is ontwikkeld om ze daarbij te helpen. Margot van den Beuken (Diabetesvereniging Nederland) vertelt erover.
iMMovator Cross Media Network
“We zijn op zoek naar een manier om er een social network game van te maken, dus vriendjes ook online te betrekken. Ook is het een uitdaging om na te denken over nieuwe game levels en een variant voor oudere leeftijdsgroepen,” zo geeft Margot van den Beuken aan. De Diabetesvereniging is kortom volop op zoek naar nieuwe impulsen en nodigt iedereen uit om daar over mee te denken. De groep kinderen die de game speelt is nog klein, maar het is goed om je hierbij te realiseren dat ‘slechts’ 7.000 kinderen de (totale) doelgroep vormen. De ontwikkeling van de game is door The Health Agency gedaan, de ontwikkelkosten bedragen tussen de 70.000 en 100.000 euro.
10.5 Sense Company’s FTM Suit: muziektrilvest voor doven en slechthorenden Sense Company heeft FTM Suit, de Feel the Music suit oftewel een muziektrilvest, ontwikkeld. Bij het kledingsstuk staat de 5-D beleving centraal staan, dat wil zeggen dat alle zintuigen worden geprikkeld. Martijn van Jole en Ewoud Kuyper (Sense Company) spraken over deze nieuwe ontwikkeling.
Margot van den Beuken (Diabetesvereniging Nederland)
De doelgroep van de game is kinderen met diabetes type 1 van 7 tot 11 jaar. In de game kunnen kinderen een eigen profiel aanmaken waar het karakter zich vervolgens op aanpast. Onderdeel van
116
Introductiefilm GripSugarKids
De aanleiding voor de ontwikkeling van het vest lag in Sencity, een feest voor doven en slechthorenden, waar een gehandicapt kind helemaal ontspannen bleek te worden van een sensefloor, een vloerkleed waarmee alle zintuigen werden geprikkeld. Uit een samenwerking van TNO en de Hogeschool voor de Kunsten uit Utrecht is het trilvest ontstaan. Er moest software ontwikkeld
worden waarbij via een eigen ‘triltaal’ gecommuniceerd kon worden. Niet alleen via muziek maar ook via bijvoorbeeld een polsband of een riem. Onderzoek is bij dit alles erg belangrijk, met de doelgroep wil men deze triltaal verder schrijven en ontwikkelen. Toen het vest ontwikkeld was en enkele weken geleden de fase van roll-out aanbrak kwam er in korte Martijn van Jole (Sense Company) tijd een heel proces op gang en ontstond er veel belangstelling van media (onder meer het AD) en belangenorganisaties (bijvoorbeeld voor ouderen). Het is duidelijk dat er nog veel (door)ontwikkeld kan worden en om die reden is men nu ook actief op zoek naar partners. Op de vraag van dagvoorzitter Monique van Dusseldorp naar de prijs van het vest komt het antwoord dat het qua hardware € 450 kost.
Tel je dit bij elkaar op dan heb je het over Silverfit, aldus Joris Wiersinga. De Silverfit is een systeem voor ‘virtuele’ fysiotherapie en ouderenfitness. Het doel ervan is revalidatie bijvoorbeeld na een CVA of orthopedische ingreep. De Silverfit is ontwikkeld voor oudere gebruikers, revalidanten kunnen de Silverfit zelfstandig gebruik of onder directe begeleiding van hun fysiotherapeut. Wetenschappelijk onderzoek laat zien dat virtuele therapie effectief kan zijn. De Silverfit traint in het bijzonder de grote motoriek. De basis is een ‘time of flight camera’ die de bewegingen van de patiënt registreert en als een 3D beeld op een tv-scherm toont. De Silverfit maakt het mogelijk om meer uren therapie te geven tegen lagere kosten dan je kwijt zou zijn met de inzet van een therapeut. Uit onderzoek blijkt dat het apparaat de hele dag door zeer intensief wordt gebruikt. Het is dus een groot succes. Het apparaat kost € 10.000, ongeveer vergelijkbaar met de prijs van een loopband. Partners waarmee men samenwerkt zijn onder meer de TU Delft, TU Eindhoven, Avans Hogeschool, Het Roessingh (Centrum voor revalidatie) en de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden.
Zo ziet het trilvest van Sense Company eruit
10.6 Silverfit: virtuele fysiotherapie voor ouderen Silverfit is een systeem voor ‘virtuele’ fysiotherapie en stimuleert ouderen om op een ontspannen manier met fitness bezig te zijn. In de pers werd eerder al de vergelijking gemaakt met de Wii. Joris Wiersinga (Silverfit) spreekt over deze innovatieve game toepassing.
Silverfit: ‘Een paar getallen’
Joris Wiersinga (Silverfit)
Deze presentatie vormt de afsluiting van het middagprogramma serious gaming en de zorg, een initiatief van de zusterorganisaties iZovator en iMMovator op het event Game in the city. Ton van Mil van iMMovator besluit het middagprogramma en geeft, mede namens iZovator, aan dat men vanuit beide organisaties facilitaire zaken als huisvesting, een relatienetwerk e.d. kan aanbieden. Hij benadrukt de waarde die de intermediaire rol naar bijvoorbeeld zorginstellingen, kennisinstanties en venture capitalists kan hebben.
Silverfit: time of flight camera
Hoofdstuk 10. Games en Zorg
117
UPDATE Awardwinnaar Op 6 november werd Silverfit al tot winnaar van de European Innovative Games Award 2009 uitgeroepen en tijdens Game in the City werd Silverfit bij de Dutch Game Awards uitgeroepen tot winnaar van de categorie ‘Best Serious Game’. Uit het jury rapport: De categorie serious games viel dit jaar op door het groot aantal aanmeldingen, waaronder opmerkelijk veel op het gebied van gezondheidszorg. Dat zien we terug bij twee genomineerden die enerzijds kinderen en anderzijds ouderen helpen hun mobiliteit te verbeteren. De derde genomineerde belicht de veelzijdigheid van de Luchtmacht op een aantrekkelijke manier. De uiteindelijke keus is gevallen op de kandidaat die in verbazingwekkend korte tijd een nieuwe technologie heeft ingezet op een heel toegankelijke manier. De resultaten van dit project spreken boekdelen. iZovator Award Als klap op de vuurpijl won Silverfit op 17 december ook nog de iZovator Award. De jury, bestaande uit Annemarie van Gaal, Bart Peletier (directeur Residex), Jeroen Crasborn (directeur strategie van Agis) en Harm van Veldhuizen (directeur Kamer van Koophandel Gooi-, Eem- en Flevoland) riep na een serie van 7 pitches Silverfit tot winnaar uit. De jury vond SilverFit een bijzonder effectieve methode die erg goed in de tijd past, met de toenemende vergrijzing van de bevolking. Ook had de jury veel vertrouwen in de ondernemer en de wijze waarop het initiatief gepresenteerd werd.
118
iMMovator Cross Media Network
11. Crossmedia marktontwikkelingen: de nieuwste cijfers Cross Media CafĂŠ over trends en ontwikkelingen Cross Media CafĂŠ over trends en ontwikkelingen Datum: 1 december 2009 Locatie: studio 31, Media Park Hilversum Samenvatting en PowerPoint presentaties: http://www.immovator.nl/cross-mediacafe-trends-ontwikkelingen 354 inschrijvingen
Hoofdstuk 11. Crossmedia marktontwikkelingen: de nieuwste cijfers
119
11. Crossmedia marktontwikkelingen: de nieuwste cijfers inleiding door Peter Olsthoorn
Trends: van Beatrix tot Plasterk; van overload naar focus Cijfers, veel cijfers, stortten we uit tijdens het laatste Cross Media Café in 2009; trends en ontwikkelingen. Ook hier de vraag: wordt het beter in 2010? En hoe snel? En in welke richtingen? Voorspellen is moeilijk, vooral de toekomst. Maar onze vorstin en de mediaminister hielpen een handje. “Je spreekt elkaar zonder gesprek, je kijkt naar elkaar zonder de ander te zien. Mensen communiceren via snelle korte boodschapjes. Onze samenleving wordt steeds individualistischer. Persoonlijke vrijheid is los komen te staan van verbondenheid met de gemeenschap. Maar zonder enig ‘wij-gevoel’ wordt ons bestaan leeg. Met virtuele ontmoetingen is die leegte niet te vullen; integendeel, afstanden worden juist vergroot. Het ideaal van het bevrijde individu heeft zijn eindpunt bereikt. We moeten trachten een weg terug te vinden naar wat samenbindt... Domweg, grofweg emoties uiten is makkelijk geworden. Op spreken zonder respect wordt niemand meer afgerekend. Niet het vreemd zijn maakt de ander agressief maar agressiviteit maakt de ander tot vreemde.” Was getekend: Beatrix, vorstin der Nederlanden. Haar eerste, unieke bijdrage aan de meningsvorming op internet. Het is echt Holland, mopperen, en des internets, vooral het negatieve zoekend. Op Beatrix’ site staat: “De Koningin houdt van beeldhouwen, paardrijden en zeilen.” Dat zijn ook redelijk individualistische hobby’s. Serieus: er is een enorme strijd gaande tussen gevoelens van veiligheid en privacy; tussen anonimiteit en de moed van het open vizier; tussen saamhorigheid en individuele waarden; tussen korte termijn genot en lange termijn overleven. De tendens is naar meer regulering van internet. De vrijstaat die er was op grond van technologie en meritocratie is geen eeuwig leven beschoren. Immers, met internet komt er een hele maatschappij bij, direct mondiaal zonder de eeuwen tijd voor opbouw die de ‘echte’ wereld kreeg. Media en de mediacratie wegen zwaar. Zorgen zijn altijd oprecht, maar ook gegrond? Heeft minister Ronald Plasterk de vorstin bijvoorbeeld duidelijk kunnen maken waarom ’s lands mediawijzen het grof geschut op internet waartegen Beatrix ageert een omroeplicentie verschaffen?
Laatste reservaatperiode Internet regeert straks het medialandschap: Plasterk uitte vlak na de koningin, in een interview met Het Parool zijn visie op de
120
iMMovator Cross Media Network
toekomst van de tv; het programmeren van tv-avonden is niet lang meer houdbaar. Met nieuwe technologie bepalen kijkers zelf hun schema. De concessieperiode 2010-2014 kan de laatste worden in de huidige vorm. “De techniek krijgt grote invloed op het kijkgedrag. De conversie van tv en internet zit er echt aan te komen.” Ondertussen weigerde de regering een conclusie van een verstrekte onderzoeksopdracht uit te voeren, namelijk het toezicht van de telecom- en mediamarkten samen te voegen. Internet huist vooral bij Economische Zaken, OC&W wil graag ‘Hilversum’ blijven besturen. Dat laatste mocht tot op heden: het departement en haar Commissariaat voor de Media waakten exclusief over her reservaat Hilversum met al haar beschermde diersoorten. En de markt? Arno Otto (Managing Director Digital Media, RTL) heeft als strategie om, met de hele directie, het bedrijf om te turnen: van tv- en radiozender naar een onderneming die via een groot aantal kanalen communiceert en adverteerders en kijkers faciliteert. Dat is een moeilijke opgave. RTL begon met RTL Gemist ten behoeve van uitgesteld kijken. Maar programma’s zijn soms ook eerder dan op tv te zien, tegen betaling door kijkers. Er komen veel meer betaal- en vooral sponsormodellen dankzij (mobiel) internet. Maar adverteerders blijven de belangrijkste inkomsten brengen de komende jaren, vermoedt behalve Arno Otto ook Michiel Buitelaar (COO Digital Media van Sanoma). Die moeten dus op de eerste plaats worden bediend. De 80-20 regel geldt: 20 procent van de (200) websites die zowel RTL als Sanoma exploiteren leveren de benodigde inkomsten op. De economie is volatiel, en mediamarkt des te meer. Voortdurend nieuwe modellen en titels moeten uitgevers en tv-bedrijven loslaten op verschillende platforms teneinde publiek opnieuw te verrassen. De aandachtsspanne is steeds korter.
Concurrentie uitgevers en tv-bedrijven Arno Otto en Michiel Buitelaar antwoordden ontkennend op de vraag of uitgevers en tv-bedrijven meer zullen concurreren nu ze samenkomen op internet. Dat is opvallend, want tenminste drie belangrijke feiten wijzen anders uit: 1. Hun titels staan in dezelfde staatjes over online bezoekcijfers (zie eerder hoofdstuk). 2. Niet voor niets protesteert RTL tegen vrije overdracht van omroepvideo naar krantensites.
3. En adverteerders en mediabureaus selecteren uit websites voor doelgroepen die zowel door de uitgevers als ‘Hilversum’ worden bediend. We treffen er dezelfde banners en videoreclame aan. En Buitelaar en Otto beaamden een zelfde trend: vanuit reclame meer en meer opschuiven richting de online verkopen. Dat doen ze direct, met eigen winkels, en indirect als wederverkoper c.q. ‘affiliate’ handel. Dit model wint snel terrein. Daarbij zullen meer en meer de data over het bezoek-, kijk- en koopgedrag van de klanten van mediabedrijven ondersteuning bieden voor deze handel. Crossmedia is dus wel meer concurrentie: Sanoma ziet het bezoek van Startpagina (jarenlang nummer 1) krimpen, en dat van concurrent Hyves groeien. RTL distribueert via Hyves nieuws, dat daardoor krachtiger concurreert met Nu.nl van Sanoma. MSN als communicatiemiddel viel weg uit de top-10 websites van 2009, en de nieuwe communicatievorm Twitter groeit.
Verdringt online de schijfjes? YouTube kwam binnen in die top-10, maar Uitzending Gemist niet. Gaat dat dan de komende vijf jaar wel gebeuren zoals de minister meent? De kans is aanzienlijk. GfK voorspelde tijdens het Cross Media Café dat we aan de vooravond staan van het ‘digitale distributiedecennium’. Amusement zal meer en meer via internet worden aangeschaft, ook de hardware trouwens. “Entertainment on the go & on demand is key!,” aldus GfK. De beste illustratie vormt de spelmarkt. De Xbox, Wii en Playstation verbinden Microsoft, Nintendo en Sony standaard met het internet. De spellen komen online of worden via internet gespeeld. Al twee miljoen huishoudens hebben zo’n online spelcomputer en 2,5 miljoen een draagbare spelcomputer met een draadloze verbinding. Er is echter ook nog altijd veel offline amusement. Kijk eens wat er alleen al aan schijfjes verstouwd wordt door zenders en omroepen. Al een half miljoen huishoudens heeft een HD Bluray speler; in combinatie met 70 procent HD-ready tv’s en 60 procent digitale tv-abonnementen.
Apps op je tv? Het gebruik van apps, applicaties voor de mobiele telefoon, om informatie op internet te raadplegen neemt snel toe. Gebruikers van de iPhone en Android smartphones geven de voorkeur aan apps boven mobiele versies van websites. Gebruiksgemak is groter met apps, ook al moeten gebruikers daar vaak voor betalen. Apple had rond de jaarwisseling via zijn winkel de App Store al meer dan drie miljard ‘Apps’ ter download aangeboden. De groei verliep in duizelingwekkende vaart: de mijlpaal van 1 miljard in april 2009, in september de grens van 2 miljard. Trek nu deze beide lijnen eens door: gaan we dan meer en meer via applicaties digitaal de content naar ons halen? Is dat het model voor het komende decennium. En is de groei in digitale tv alleen nog maar een voorbode van de revolutie die tv te wachten staat met ‘apps’? En welke partijen grijpen dan de macht in de keten? Is content nog king? Eén ding is zeker: crossmedia is nu meer lippendienst dan realiteit. Er is nog altijd veel meer sprake van multimedia: op verschillende platforms doen media en adverteerders meestal verschillende kunstjes. Die vullen elkaar in meer of mindere mate aan, maar gaan niet vloeiend in elkaar over. Naar verwachting zal vooral het platform tv de komende jaren toch meer en meer met digitale communicatie worden uitgerust.
Voorspellen en zzp’ers Nu gaat Apple tv-kanalen aanbieden via internet, om te beginnen van CBS en Walt Disney, via iTunes te bekijken. Er bestaat overigens al Apple TV, een settop box zonder veel succes momenteel. Maar een internetverbinding en een box volstaan dan voor tv kijken. Wist u overigens dat het goedkoopste basispakket voor tv niet van een kleine kabelaar, noch van Digitenne of de satelliet of IPTV komt, maar van Vodafone? Voor 5 euro per maand de zenders mobiel.
Echter, en nu komt de adder onder het gras ofwel de mogelijke buiging van de trend: niet alleen is een groot deel van deze Bluray spelers met internet verbonden, ook verloopt de groeicurve van Blu-ray niet zo stijl als de voorgaande standaard, de DVD. Dat is boeiend: het overgrote deel van de huishoudens heeft een dvd-speler maar haalt Bluray nog een meerderheid?
Grappig: de mobiele telefoon (iPhone) wordt ook de afstandsbediening voor tv en andere apparatuur. Dat opperde collega Monique van Dusseldorp van iMMovator al een jaar of tien geleden. Dat was dus een rake voorspelling, al was het weer moeilijk om er een juist jaartal op te plakken. En toch: wie The Black Swan las, de prachtige bestseller van Nassim Nicholas Taleb, neemt enige nederigheid in acht over de toekomst. Wie van de personen die in het decennium tot 2008 zo gretig voor zichzelf begon en zijn baas verliet, konden bevroeden in 2009 de grootste klappen van de recessie te moeten opvangen?
Zou kunnen. Je kunt de traditie niet onderschatten: schijfjes strelen het gevoel van bezit, meer dan een bestand op een harde schijf. En weliswaar evenaart het aantal digitaal betaalde muziekconsumpties reeds het aantal fysiek betaalde aankopen van cd’s, maar niet in waarde. Het duurdere bezit heeft men liever nog op schijf. Hoe lang nog?
Die ‘zzp’ers’ vormden een groot deel van ons publiek van de bijeenkomsten van iMMovator. Daar hoeven we niet geheimzinnig over te doen. En dat doen ze zelf ook niet. Voor hen en anderen vormden de Cross Media Cafés bij uitstek het middel om de vinger aan de pols van hun markt te houden. En om te netwerken voor de schaarse opdrachten die er nog te vergeven zijn.
Het online aandeel van verkopen stijgt volgens GfK van 16 procent in 2009 naar 29 procent in 2015. Dus: “Cruciale vraag wordt: Aan wiens digitale kassa de ‘on demand & on the go’-behoefte bevredigd wordt in het nieuwe decennium?”
We hopen dat we overheden, bedrijven én die aparte – en groeiende – factor zzp’er goed en onderhoudend van dienst zijn geweest in 2009. 2010 belooft nóg boeiender te worden!
Hoofdstuk 11. Crossmedia marktontwikkelingen: de nieuwste cijfers
121
Het laatste Cross Media Café van 2009 heeft als thema ‘Trends en ontwikkelingen’. Ton van Mil (directeur iMMovator) opent met de aankondiging van een aantal nieuwe iMMovator activiteiten. Aansluitend presenteren vijf sprekers van achtereenvolgens Intomart GfK/Stichting KijkOnderzoek, SPOT, RAB Radio Adviesbureau, GfK Retail en VINEX/STIR aan de hand van de laatste cijfers hun updates van de marktontwikkelingen.
11.1 Liesbeth Nekkers van Intomart Gfk/Stichting KijkOnderzoek Liesbeth Nekkers (projectmanager, Intomart GfK) presenteert de resultaten van het kijkonderzoek, zowel live als uitgesteld kijken (7 dagen). Men meet in dit onderzoek momenteel 162 zenders en heeft een dagelijkse rapportage over 59 zenders. In SKO Digitaal, een maandelijkse rapportage, worden er momenteel 42 digitale zenders gemeten, Liesbeth Nekkers (projectmanager, begin van dit jaar waren dat er 33. Intomart GfK) Het rapporteren gebeurt wat anders dan bij de ‘normale’ zenders, men kijkt bij digitale zenders op maandniveau naar de bereikcijfers. Het bereik via uitgesteld kijken neemt toe, bij sommige programma’s gaat het inmiddels om een erg grote groep. Eén op de vier kijkers van een recente aflevering van Gooische Vrouwen bekeek dit programma op een later moment, voor zo’n programma is uitgesteld kijken dus erg belangrijk. Bij bepaalde genres ligt het percentage hoger dan bij andere percentages. Bij fictie is het percentage uitgesteld kijken hoog en ligt het op 4,5%. Het aantal mensen dat tv via internet kijkt is in de afgelopen maanden sterk toegenomen, op dit moment gaat het al om één op de vier Nederlanders die weleens via internet kijkt. SKO is gestart met het meten van online streams en voor sommige programma’s neemt dat een grote omvang aan, zo is Ushi en Dushi al 170.000 keer opgestart.
11.2 Paul van Niekerk van SPOT Paul van Niekerk (directeur SPOT) laat zien dat de crisis erg toegeslagen heeft. In de eerste drie kwartalen liep de omzet bij televisie met 11% terug, bij de Telegraaf met 16%, bij Wegener was dat -24% en bij tijdschriften (bruto volgens Nielsen) -19%. Er is tegelijk een toename van digitale zenders, zoals Disney, RTL Lounge en Eredivisie. De kijktijd blijft de laatste tijd stabiel. Het Paul van Niekerk (directeur SPOT) marktaandeel van de grootste zenders nam al een tijd af (en dat van de kleine zenders nam toe) maar die trend lijkt nu gekeerd en het aandeel van de top 5 zenders neemt weer toe. Tv kijken via internet en het bezoek van websites van tv-zenders met online video neemt alsmaar verder toe, het tv-gebruik kan nog sterk groeien door Net tv (televisie met internetaansluiting). 34% van de Nederlanders kijkt wel eens televisie op pc, in de Verenigde Staten gaat zo’n 10% van het internetgebruik naar online video.
SPOT: ‘Kijktijd-aandeel zenders’
Wat betreft reclamebestedingen zie je in de Verenigde Staten een groei van het aandeel van video in internetreclame naar 4% in 2009. Je hebt drie basis marketingmogelijkheden via video: spot, stream spot en non spot, die laatste (non spot of sponsoring) vormt inmiddels 12% van de totale bestedingen.
11.3 George Bohlander van RAB Radio Adviesbureau George Bohlander (directeur RAB) opent met een sheet over de netto mediabestedingen en constateert dat radio van alle media de hoogste netto mediabestedingen kent en dat er een gezonde ontwikkeling is geweest.
SKO Digitaal: ‘maandelijkse rapportage 42 zenders’
122
iMMovator Cross Media Network
Zoom je verder in op de verschillende mediatypen dan zie je dat over de gehele linie gezien 2008 het jaar van de verandering was, 0,1% daling. In 2009 is de verwachting dat de totale daling zelfs 13,7% zal zijn, hij hoopt en denkt dat radio er wat dat betreft dit jaar iets positiever uitkomt.
RAB: ‘Media-ontwikkeling 10 jaar’ (bron: Index Nielsen Netto Mediabestedingen ’99-’08)
Opvallend is de structurele stijging van de luistertijd van radio. In uren per week is dit erg hoog met 21 uur per week (tv volgt met 18,2 uur en internet met 6,9 uur). Radio is gedurende de dag marktleider, ’s avonds neemt tv die rol over. Internet blijft over de hele dag erg stabiel. Het luisteronderzoek vindt tegenwoordig voor een belangrijk deel (2/3) online plaats. Er wordt ook getest met allerlei soorten persoonlijke meters, vermoedelijk gaat dit een belangrijke nieuwe onderzoeksmethode worden. Een andere belangrijke ontwikkeling wordt DAB+, naast de publieke omroepen moeten ook de commerciële omroepen dit introduceren omdat het een voorwaarde voor de licentie wordt. Verder is de sterke groei van de luistercijfers via internet (inmiddels luistert 31,7% wel eens via in- George Bohlander (directeur RAB) ternet) van belang, al is het als onderdeel van het totale luistergedrag nog beperkt. Als je kijkt naar het gebruik van nieuwe platforms voor radio luisteren, dan heeft PC/laptop momenteel een aandeel van 18% en mobiel 12%.
RAB: ‘Luisterduur naar platform’
De conclusie die je kunt trekken als het gaat om radio luisteren via internet: • Ongeveer 1/3 van de bevolking luistert wel eens naar de radio via internet. • 12% van de totale luistertijd per week gaat nu al via de pc en laptop (PC/laptop is bij jongeren al nummer 2). • Er wordt gemiddeld 7 uur per week naar internetradio geluisterd. • 63% luistert naar dezelfde radiostations als op FM/AM. • Radio via internet wordt voornamelijk thuis beluisterd (88%). • Luisteren via een portal site is fors toegenomen in vergelijking met 2007. De ‘gewone’ radio en autoradio blijven verreweg favoriet als luisterbron, bij de autoradio zijn dit vaker mannen van in een hogere sociale klasse die fulltime werken. Voor de overige platforms zijn tot slot nog deze conclusies te trekken: • Mobiel scoort met radio het hoogst 12%, gevolgd door iPod/MP3 speler 8%. • Jongeren luisteren vaker radio via nieuwe platforms (MP3, iPhone, mobiel etc). • Digitale settop box scoort het hoogst op de beoordeling van het zenderaanbod (8,5) en het gemak van het vinden van de zenders (8,1). • Ochtend en middag zijn voor meeste platforms het favoriete dagdeel. Voor de digitale settop box is dit avond en voor de pc/laptop middag en avond. Het is duidelijk: er ontstaan meer radiomogelijkheden voor de consument. Meer variatie, meer luisteren, meer interactie en ook meer controle.
11.4 Maikel Verhaaren van GfK Retail and Technology Maikel Verhaaren (Manager Entertainment, Gfk Retail and Technology) verwacht dat eind 2009 16% van de omzet online plaatsvindt en dat dit doorgroeit naar 29% eind 2015. In met name de sectoren entertainment, boeken, telecom en toerisme is dat aandeel al veel groter.
RAB: ‘Stijging luisteren naar radio via internet’
70% van de huishoudens heeft een HD-ready tv-scherm en 60% van de huishoudens bezit een digitale tv-aansluiting. Voor DVD en
Hoofdstuk 11. Crossmedia marktontwikkelingen: de nieuwste cijfers
123
Blu-ray is er sprake van een afnemende groeicurve, dat wil zeggen dat de markt naar verwachting versneld in een online fase (lees: digitale content) terecht komt. Bij games zie je dat de grote spelers allemaal in hoog tempo bezig zijn met het online maken van hun omgeving. Innovaties zullen zich Maikel Verhaaren (Manager ook hier heel sterk richten op het Entertainment, Gfk Retail and uitbouwen van het online kanaal. Technology) Van E-book readers zullen er eind 2009 zo’n 15.000 op de Nederlandse markt zijn en dit versterkt de vlucht richting online content. VINEX: ‘Surfvolume 2005-2009’
zijn. Pak je dit samen dan zie je een groei van 40% van het surfvolume. De groei in aantallen mensen zit bij de oudere doelgroepen, de groei in surftijd zit bij de jongere doelgroepen. De Webmeter, het tweede onderzoek, laat zien dat het aantal pageviews en bezoeken per persoon flink toeneemt. Omdat niet alle sites gemeten worden is het handig om even in te zoomen op de grootste websites. Het bereik blijkt dan toe te nemen maar het aantal pageviews laat een daling zien.
GfK: ‘Groeicurve hardwareverkopen DVD en Blu-Ray’
Het derde onderzoek is de Internet Marktmonitor. Het aantal pageviews van de Top 500 sites laat een groei van 70% zien. De Top 10 is van 2005 naar 2009 in grote lijnen hetzelfde gebleven al zijn Hyves, YouTube en Wikipedia in die periode in de Top 10 gekomen.
Tot slot de smartphone. De content en de applicaties via dit platform hebben geleid tot een enorme hype en op dit moment is zelfs één op de zeven verkochte telefoons een smartphone. Samenvattend: • De digitale distributie groeit zeer sterk, zowel on demand als on the go. • De hamvraag is: welke partijen laten hierdoor de kassa rinkelen. Maikel Verhaaren verwacht dat de traditionele spelers die de stap naar online goed weten te maken de meeste kans op succes zullen hebben.
11.5 Peter Wiegman van VINEX VINEX: Top 10 pageviews (2005 en 2009)
Peter Wiegman is directeur van VINEX, dat staat voor Verenigde Internet Exploitanten. Hij belicht drie belangrijke bronnen van cijfermateriaal. Het eerste onderzoek, de Establishment survey, geeft een beeld van het profiel van de respondenten. In 2005 was 9,5 miljoen mensen 7 uur per week online, in 2009 is dat 11,5 miljoen mensen die 8,2 uur online
124
iMMovator Cross Media Network
“Daarnaast werken we aan de opzet van een onderzoek voor mobiel bereik, dat komt er in 2010 aan,” aldus Peter Wiegman.
11.6 Pitches: Hoe zien een uitgever, een advocaat en een consultant de markt?
Peter Wiegman (directeur VINEX)
In deze editie van het Cross Media Café nu eens een keer geen ondernemers, maar een uitgever (Andrea Wiegman van Second Sight), een advocaat (Jerome Michel van Versteeg Wigman Sprey Advocaten) en een consultant (Niels Aalberts van Eerste Hulp bij Plaatopnamen) die gaan pitchen. Ze vertellen alle drie in vijf minuten hoe zij de markt zien.
Andrea Wiegman van Second Sight Andrea Wiegman (uitgever trendblad Second Sight) belicht enkele trends zoals die later deze maand in het trendnummer van het blad voorbij gaan komen. “Via Second Sight watchen we de trendwatchers, in de meest brede zin van het woord. Dat gebeurt crossmediaal, in een magazine, in een blog, in een newsletter, in een agenda en in een community.” De informatie overload vraagt om een nieuwe manier van wegzetten van informatie, aldus AndreaWegman, en daar helpt Second Sight bij. Andrea Wiegman (Uitgever Second Sight)
Meer informatie: www.secondsight.nl
Jerome Michel van Versteeg Wigman Sprey Advocaten Jerome Michel is advocaat bij Versteeg Wigman Sprey Advocaten, een klein gespecialiseerd advocatenkantoor in Amsterdam. Het bureau richt zich op slechts één branche, de mediabranche, en kan op alle rechtsgebieden adviseren. Er is volgens hem één woord waar iedereen in zijn clientèle het momenteel over heeft: crisis. Een Jerome Michel (Advocaat, Versteeg gevolg is dat Versteeg Wigman Wigman Sprey Advocaten) Sprey Advocaten het drukker heeft dan ooit heeft. De kunst is om van crisis tot creaties te komen. Een crisis kan dwingen om tot innovaties te komen, ondernemers gaan op zoek naar nieuwe businessmodellen. Zo kunnen intellectuele eigendommen geld waard zijn en het kan helpen om op te treden tegen partijen die daar inbreuk op maken.
11.7 Wat gaan we doen? - De visies van Sanoma en RTL Het laatste onderdeel van dit Cross Media Café is ‘Wat gaan we doen?’, een vraaggesprek waarbij Peter Olsthoorn en Monique van Dusseldorp spreken met Michiel Buitelaar (COO Digital Media, Sanoma) en Arno Otto, (Managing Director Digital Media, RTL). Arno Otto heeft recent geprotesteerd tegen het vrij beschikbaar komen van content van de publieke omroep voor internetsites. Dat geeft volgens hem scheve verhoudingen. Peter Olsthoorn noemt het voorbeeld van Van Thillo (de nieuwe eigenaar van Volkskrant en Trouw), die de website van de Volkskrant los wil weken en meer zelfstandig wil maken omdat de site te weinig oplevert. Arno Otto vindt dat geen goed idee, Michiel Buitelaar is dat met hem eens en geeft aan dat de resultaten van online goed kunnen zijn, Nu.nl verdient meer dan de gemiddelde krant. Sanoma heeft zo’n 200 sites, RTL heeft eveneens 200 ‘levende’ sites. Michiel Buitelaar geeft aan dat velen worstelen met de vraag of er wel of niet een koppeling tussen een krant en een site moet zijn. Het feit dat Nu.nl de grootste nieuwssite is, is misschien wel te danken aan het feit dat de makers van Nu.nl geen verstand hebben van het maken van een krant. Is een website soms commerciëler dan een blad, zo vraagt Peter Olsthoorn zich af? Michiel Buitelaar is voorzichtig, misschien is dit zo, het is moeilijk te zeggen.
Meer informatie: www.vwsadvocaten.nl
Niels Aalberts van Eerste Hulp bij Plaatopnamen Niels Aalberts (manager Kyteman en schrijver op ‘Eerste Hulp bij Plaatopnamen’) belicht in zijn pitch een aantal trends in de muziekindustrie. Bij Kyteman is er dit jaar in totaal € 53,10 aan marketing uitgegeven, een sms-actie. Dit is illustratief voor internet, de grootste uitvinding sinds muziek zelf. Iets onder de aandacht brengen en bekend laten worden kan tegenwoordig zonder een cent aan marketinginspanning, zo blijkt ook uit voorbeelden als het Handboek Communities en Seats2meet die worden getoond. Meer informatie: www.ehpo.net
Niels Aalberts (manager Kyteman en schrijver op ‘Eerste Hulp bij Plaatopnamen’)
V.l.n.r. Arno Otto, Michiel Buitelaar en Peter Olsthoorn
13% van de tv-inkomsten is sponsoring, zo is eerder gezegd. Wat is momenteel de belangrijkste verschuiving, waar zitten de inkomstenbronnen van de toekomst, zo vraagt Monique van Dusseldorp? Volgens Arno Otto heeft RTL een flinke groei in digitale advertentie inkomsten. Er is een groeiende behoefte aan content, als adverteerders zich collectief terugtrekken dan zal de consument toch moeten gaan betalen. Er moet een diversificatie van omzet komen, er moeten meer bronnen aangeboord worden. RTL is sinds kort met een zusje van Uitzending Gemist begonnen en ook dat ontwikkelt zich heel voorspoedig. Michiel Buitelaar denkt dat de afhankelijkheid van advertentieinkomsten niet kleiner wordt. Online is voor 98% een door advertenties betaald model. SBS, zo geeft Peter Olsthoorn aan, doet daarnaast ook aan events, ticketverkoop en dergelijke. Michiel Buitelaar reageert met te zeggen dat dit soort zaken voor hem
Hoofdstuk 11. Crossmedia marktontwikkelingen: de nieuwste cijfers
125
ook in deze categorie advertenties valt. Online zie je dat het opschuift van ‘kliks’ naar transacties en dat ziet er niet altijd uit als een advertentie. Peter Olsthoorn geeft aan dat de omzet van webshops van kranten inmiddels op sommige plekken naar 15% loopt. Michiel Buitelaar beaamt deze ontwikkeling. Toen Michael Jackson overleed werd er door links vanuit Sanoma sites veel muziek van hem op andere sites verkocht, dit is een voorbeeld van leadgeneratie door Nu.nl.
Michiel Buitelaar vindt RTL geen concurrent, hoogstens in nieuws. Peter Olsthoorn merkt op dat je wellicht meer concurrent bent in de tijdsbesteding. Vanuit de zaal wordt aangevuld dat er ook een concurrentie is als het gaat om het adverteerdersbudget. Michiel Buitelaar zegt dat de hap die dé sociale netwerken uit de advertentiemarkt hebben genomen nog niet zo groot is. Sites als Viva.nl vindt hij overigens ook een sociaal netwerk, daar wordt voor 80% gebabbeld. Als je dit soort sites betrekt bij de advertentiebestedingen, dan wordt het beeld wel anders. Sociale netwerken gaan onder meer nieuws distribueren, zoals nu Hyves en RTL gaan samenwerken. Daar zitten geen grote businessmodellen achter. De potentie van sociale netwerken ligt toch vooral bij Google, aldus Arno Otto. Google kan zorgen voor de ontsluiting naar andere partijen.
Michiel Buitelaar (COO Digital Media, Sanoma)
Michiel Buitelaar vertelt dat er van bezoekersprofielen worden aangelegd en bijgehouden, maar dat dit niet naar personen is te herleiden. Adverteerders wordt aangeboden om hiermee te targeten, bijvoorbeeld op bezoekers van Kieskeurig. Het lijkt dan sterk op klassieke databasemarketing, de click through wordt daarmee soms drie en zelfs tien keer hoger. RTL is daar veel minder ver in maar ziet wel mogelijkheden. Worden RTL en Sanoma uitgevers, naarmate er verder gedigitaliseerd wordt, steeds meer elkaars concurrent? Arno Otto denkt van niet, het is eerder complementair, waarbij ieder een eigen specialisme heeft. Zo is RTL meer audiovisueel ingesteld. Als de markt zo transformeert is het funest als je bij je eigen kern blijft, veranderend gedrag betekent ook dat je je core-business moet durven loslaten. Bij elke programma-aankoop wordt nu ook naar alle kanten van de koop gekeken, ook naar online.
Het Cross Media Café werd live gestreamed door ECP
126
iMMovator Cross Media Network
Michiel Buitelaar sluit af met het statement dat mobiel spectaculair aan het groeien is. Hoewel Peter Olsthoorn zegt dat het nog maar om kleine aantallen gaat, houdt Michiel Buitelaar vast aan zijn stelling; het mobiel consumeren van content neemt steeds grotere vormen aan. Bij Sanoma gaat het om 50 miljoen pageviews van mobiele content per maand en het groeit heel hard. Ook operators ervaren dit. In feite is dit vooral voor rekening van de iPhone, op de meeste smartphones wordt er nog weinig gebruik van gemaakt. Als Google haar systeem opengooit dan komt er een enorme behoefte op gang waar nu nog maar ten dele in wordt voorzien. Bij Nu.nl stortte nog niet zo lang geleden het bereik ’s avonds in, dat is nu niet meer zo. Via mobiel wordt er ook ’s avonds gekeken en vanaf 6 uur in de morgen gaat het weer door. Er wordt afgesloten met een blik vooruit naar 2010. RTL wil in de STIR lijst van de 10e naar de 5e positie, daarnaast wil RTL de content op alle apparaten ontsluiten (ondermeer mobiel en web tv’s). Bij Sanoma is zo’n 20% van de sites verantwoordelijk voor 80% van de winst, dat zou beter kunnen. Mobiel is al genoemd als een erg belangrijke ontwikkeling, in verschillende landen zou content meer naar mobiel kunnen. De advertentieomzet van mobiel was begin dit jaar nog steeds lager dan Michiel Buitelaars salaris (“en zoveel verdien ik echt niet...”). Over het businessmodel voegt hij toe dat op het web alles erg advertiser funded is, op mobiel zou dat veel meer consumer funded kunnen zijn. Een paar euro per applicatie is ook een businessmodel, je hoeft niet alles voor niks weg te geven. Tenslotte wordt geconcludeerd dat paid content een onzinterm is. Je moet onderscheid maken tussen ver- Monique van Dusseldorp schillende soorten content; content als nieuws die breed en vrij beschikbaar is, daar kun je geen geld mee verdienen. Rond kwart voor zes sluit Monique van Dusseldorp het Cross Media Café af en nodigt iedereen uit om nog even een drankje te nemen.
12. Over iMMovator Netwerkorganisatie, expertisecentrum, projectbureau
Hoofdstuk 12. Over iMMovator
127
Uit de voorgaande hoofdstukken blijkt hoe divers de activiteiten van iMMovator zijn. Van Cross Media Cafés via onderzoeksrapporten zoals de Cross Media Monitor tot projecten zoals BreedNet. Deze diversiteit past goed bij het dynamische karakter van de crossmediasector en bij het type organisatie dat iMMovator wil zijn. Lees in dit hoofdstuk meer over iMMovator.
12.1 Missie Het iMMovator Cross Media Network is een netwerkorganisatie die zich richt op het versterken van de crossmediasector met de nadruk op innovatie en economisch rendement. Dit gebeurt door kennisdeling, kennisvergaring en het organiseren van contactmomenten tussen bedrijven, overheden en kennisinstellingen. Daarnaast versterkt iMMovator de rol van de crossmedia industrie als innovatiemotor voor andere economische en maatschappelijke sectoren. Innovatieve concepten die door crossmediabedrijven zijn ontwikkeld kunnen bijvoorbeeld toegepast worden in de zorg. Denk aan games en simulatie ter bevordering van het revalidatieproces. Als netwerkorganisatie brengt iMMovator verschillende partijen bij elkaar om kennis uit te wisselen over de nieuwste ontwikkelingen binnen de crossmedia industrie. Tijdens deze bijeenkomsten is er altijd ruimte om te netwerken waardoor nieuwe verbindingen tussen organisaties kunnen ontstaan. Als expertisecentrum vergaart iMMovator, vaak in samenwerking met andere partijen, ook zelf informatie over de sector: waar liggen innovatiekansen en hoe kunnen we die benutten? Om nieuwe ontwikkelingen te versnellen en innovatiekansen te benutten organiseert iMMovator geregeld projecten gericht op specifieke onderwerpen. Het projectbureau is daarbij vaak de aanjager en initiator van innovatie en brengt daarbij partijen samen om nieuwe verbindingen te leggen. Tenslotte stimuleert iMMovator ondernemerschap door haar activiteiten af te stemmen op het MKB.
om snel te leren van de ervaringen van anderen en daarover met anderen in gesprek te raken. Nieuwe business cases, veranderingen in de sector en marktonderzoeken zijn een aantal van de onderwerpen die binnen een thema aan bod komen. Elk Cross Media Café is georganiseerd rond een bepaald thema. De bijeenkomsten zijn grootschalig opgezet en vinden plaats in een mediaomgeving zoals een studio op het Mediapark. Een aantal presentaties van experts wordt gevolgd door een paneldiscussie onder leiding van een deskundige dagvoorzitter. Het panel wordt gevuld met vooraanstaande personen uit de crossmedia industrie. Ook is er elke keer een pitchronde waarin startende bedrijven hun product of dienst kort presenteren. In de pauze en tijdens de borrel
Het Cross Media Café van 1 december 2009
kan er met deze bedrijven verder gepraat worden in het demo café. De bedrijven kunnen zich bij een statafel presenteren aan de bezoekers. Doorgaans komen er zo’n 300 à 400 leden uit het netwerk op de Cross Media Cafés af. Meer informatie (ook voor actuele thema’s en data) op: www.immovator.nl/crossmediacafe
Media Park Jaarcongres Het Mediapark Jaarcongres is een jaarlijks terugkerend inspiratieen netwerkevent voor crossmedia professionals. In tegenstelling
12.2 Netwerkorganisatie Als netwerkorganisatie organiseert iMMovator een aantal activiteiten om kennisdeling tussen bedrijven, overheden en kennisinstellingen te bevorderen. Het organiseren van deze contactmomenten gebeurt in Cross Media Cafés, HD Dagen, het Mediapark Jaarcongres en ondersteuning van postdoctorale opleidingen.
Cross Media Cafés De Cross Media Cafés zijn vakbijeenkomsten waarin leden van het iMMovator Cross Media Network in korte tijd worden bijgepraat over een relevante ontwikkeling in het crossmedia veld. Cross Media Cafés zijn de plek bij uitstek om op de hoogte te raken van de stand van zaken in de crossmedia industrie. Het is een plek
128
iMMovator Cross Media Network
Tijdens het Mediapark Jaarcongres op 23 juni 2009
tot de Cross Media Cafés waar elke keer een specifiek thema centraal staat, probeert het Mediapark Jaarcongres de belangrijkste nieuwe ontwikkelingen in de cross media industrie in volle breedte te presenteren. Het congres biedt in één dag een overzicht van de belangrijkste nieuwe mogelijkheden met presentaties van topsprekers, interessante interviews en videoreportages. In 2009 is dit congres voor de tweede keer georganiseerd door iMMovator en de Media Academie in samenwerking met een groot aantal partners. Lees meer over het eerste Mediapark Jaarcongres in hoofdstuk 5. Meer informatie op: www.mpjc.nl
HD Dagen Met de explosieve verkoop in HD-beeldschermen groeit bij Nederlandse omroepen het besef dat de beschikbaarheid van HDTV-content van levensbelang is. Om de ontwikkeling van HDTV een extra stimulans te geven, organiseert iMMovator de Nederlandse HD Dagen. Deze hebben als doel de industrie te ondersteunen de introductie van HD in Nederland te versnellen. Tijdens de HD Dagen wordt de ontwikkeling van HDTV vanuit verschillende perspectieven bekeken. Er is aandacht voor onder andere ontwikkelingen in de televisieketen, consumentenelektronica, productie in HD, de filmindustrie en de rol van sport in de ontwikkeling van HDTV. De HD Dagen brengen diverse stakeholders bijeen: management, beleidsmakers, technici en programmamakers. In 2008 werden de HD Awards in het leven geroepen om de productie van HD-programma’s te stimuleren. De eerste winnaar was Marco Borsato Symphonica in Rosso van The Entertainment Group. Meer informatie op: www.hddagen.nl
ontwikkelingsfasen stimuleert het samenspel van enthousiasme, ervaring, kennis en professie. De formule van het Cross Media Innovation Center (innovatiecentrum) faciliteert de drie ontwikkelingsfasen van veelbelovende student via kansrijke starter naar jonge innovatieve ondernemer. Doel hiervan is om de samenhang tussen deze drie fasen zodanig te versterken dat het geheel als een krachtige innovatiemotor gaat functioneren. De fasen worden binnen het Cross Media Innovation Center als volgt ingevuld:
Fase 1: Leerbedrijf De eerste ontwikkelingsfase vindt plaats in het Leerbedrijf. Een leerbedrijf is een bedrijf waarin studenten uit het hoger en middelbaar beroepsonderwijs in een interdisciplinaire omgeving innovatieve opdrachten voor (MKB) ondernemers uitvoeren. Het betreft opdrachten in het kader van een keuzesemester, stage en afstuderen. In 2009 waren er twee leerbedrijfen: GNR8 in Haarlem en CELL in Hilversum. GNR8 is tot stand gekomen in samenwerking met Hogeschool INHolland. Daarnaast biedt iMMovator studenten van de Hogeschool Utrecht werkruimte en opdrachten op het Mediapark, in het kader van CELL (zie kader op pagina 132). De samenwerking tussen het onderwijs en het bedrijfsleven zorgt ervoor dat theorie en deskundigheid bijeenkomen. Per opdracht worden de vereiste competenties/disciplines bijeengebracht in een projectgroep. Deze interdisciplinaire aanpak leert de studenten over de muren van het eigen vak heen te kijken en is een belangrijke voorwaarde voor innovatie. Opdrachtgevers zijn veelal afkomstig uit het crossmedia veld maar zijn daarbinnen zeer divers. Opdrachten variëren van het verbeteren van een website tot het onderzoeken en ontwikkelen van een communicatieplan. Naast het werken aan de concrete projecten leveren de studenten ook een bijdrage aan het runnen van het Leerbedrijf, bijvoorbeeld door bij te dragen aan de externe communicatie. • De winst voor de studenten is het ervaren van ondernemerschap en het in teams kunnen werken aan daarmee grotere en complexe opdrachten. • De winst voor de opleidingsinstituten is dat zij teruggekoppeld krijgen wat er schort aan de curricula en een pakket van workshops kunnen overnemen van het Leerbedrijf. • De winst voor de ondernemers is dat ze grotere en complete opdrachten kunnen plaatsen zonder zich te hoeven bekommeren over het huisvesten en begeleiden van een team van studenten.
GNR8 Paneldiscussie tijdens de HD Dagen van 9 november 2009
Hoogtepunten 2009
12.3 Innovatiecentrum
Voor GNR8, het leerwerkbedrijf van de Hogeschool INHolland, was 2009 een goed jaar!
Een van de succesvolle concepten van iMMovator is het Cross Media Innovation Center. Met het innovatiecentrum wil iMMovator de economische functie van de crossmedia (en creatieve) industrie versterken, door kansrijke snel groeiende bedrijven te ondersteunen. Deze unieke formule mobiliseert en stimuleert de innovatiekracht in de ontwikkelingsfasen van de student naar het ondernemerschap. De combinatie van en samenwerking in de drie
TVents TVents is een crossmediaal platform dat evenementen vastlegt in de nieuwe media/creatieve industrie. Deze crossmedia tak heeft ook dit jaar op vernieuwende wijze verslag gedaan van verschillende creatieve evenementen.
Hoofdstuk 12. Over iMMovator
129
Enkele van deze evenementen waren: • Creative Company Conference • 3 dagen lang PicNic09 • Mediapark Jaarcongres • Game in the City, • Dutch Bloggies • Glazen Studenten Huis GNR8 naar NY In een experimentele (online) samenwerking met State University New York, New Paltz heeft GNR8 een project in het kader van de Hudson400 viering gerealiseerd. Dit bestond uit 4 Live webshows en de documentaire ‘This Land may be profitable to those that will adventure it’. Tijdens het bezoek aan New York en de universiteit in New Paltz troffen de studenten de laatste voorbereidingen voor de première. De documantaire is een co-productie van GNR8, State University New York en de INHolland alumni’s van Helemaalloos Producties.
CELL Creative Experience Learning Lab (CELL) wordt georganiseerd in samenwerking met Hogeschool Utrecht. In het CELL programma zullen studenten, docenten, onderzoekers en bedrijven in projecten gaan samenwerken aan o.a. productinnovaties. Deze projecten moeten gaan resulteren in o.a. een aantal start-ups, succesvolle marktintroducties en duurzame partnerships tussen de HU en bedrijven en instellingen in de mediasector. Een aantal, verrassende, nieuwe werkvormen wordt daarbij ingezet. IMMovator faciliteert een projectruimte buiten de HU waar studenten werken voor partijen uit de crossmedia sector. Ook inventariseert iMMovator opdrachten uit het bedrijfsleven.
Het verslag van deze bijzondere reis is terug te lezen via: http://www.gnr8.nl/blog/2009/9/17/hudson400-verslag-vande-ny-reis.html Sociale media campagne Gaanwedoen.tv Voor de Provincie Noord-Holland organiseerde GNR8 de succesvolle campagne Gaanwedoen.tv. Maar liefst 51 ideeën zijn ingestuurd n.a.v. de oproep aan jongeren om na te denken over leuke, zinvolle plekken of activiteiten in Noord-Holland. De website had 14.000 bezoekers en er werd ruim 8.000 keer gestemd. Verder nog: • Kick Off GNR8 Amsterdam • Design en realisatie website video-competitie Stadspelen • Design en realisatie INHolland Orkest community site • Netwerk023: van 250 naar 1000 leden (en 5 netwerkbijeenkomsten, 6 sprekers en 3 workshops) • Video serie over de toekomst van INHolland iov INHolland Meer informatie op: www.gnr8.nl
In de werkruimte van CELL
Fase 2: Starterscentrum De tweede ontwikkelingsfase vindt plaats in het Starterscentrum. Er zijn twee starterscentra: een in Hilversum (Mediacentrum op het Mediapark) en een in Haarlem. Veelbelovende (groepen van) studenten en jonge ondernemers kunnen in aanmerking komen voor een starterhuisvesting. Naast het aanbieden van betaalbare huisvesting wordt gewerkt aan een programma waarbij de ondernemers worden ondersteund in de startfase van hun bedrijf. Er wordt op deze manier gebouwd aan een hechte samenwerking tussen Leerbedrijf en Starterscentrum. Met de organisatie van kennisoverdracht, de ervaringsuitwisseling en de georganiseerde netwerkverbanden ontstaat zo een broedplaats voor nieuw ondernemerschap.
Mediacentrum op het Media Park Hiversum
130
iMMovator Cross Media Network
In Haarlem werkt iMMovator mee aan de netwerkvorming en kennisdeling tussen bedrijfsleven en opleidingen binnen de Haarlemse creatieve industrie. Hiervoor zijn verschillende workshops en bijeenkomsten georganiseerd in de regio Haarlem. Netwerk023 is het netwerk voor bedrijven in de media, reclame en internet met als bindende factor Haarlem. Het netwerk is geïnitieerd door Urbanology, Wazooky, Blutarsky en GNR8. Thuisbasis van het netwerk is de Internetsite: www.netwerk023.nl. Omdat enkel een online netwerk niet voldoende is wordt er om de twee maanden een netwerkborrel gegeven in de Lichtfabriek. Een van de belangrijkste reden van de oprichting het is gemis van een netwerk voor freelancers, ondernemers en studenten werkzaam in de creatieve industrie van Haarlem. Netwerk023 vult dit gat en biedt zowel online als offline de mogelijkheid dat creatieven elkaar ontmoeten. Daarnaast biedt het netwerk voor studenten die starten in de creatieve industrie een goede startlocatie om in contact te treden met dé creatieve bedrijven.
12.5 Projectbureau Naast de kernactiviteiten zoals de Cross Media Cafés en de Cross Media Monitor initieert iMMovator projecten. Deze projecten zijn erop gericht innovatie te stimuleren en brengen overheden, kennisinstellingen en het bedrijfsleven bij elkaar. Om verbindingen te leggen, samenwerking te bevorderen, kennisuitwisseling te stimuleren en partijen te mobiliseren rond een bepaald thema. IMMovator heeft projecten gestart als ‘Expertgroep Digitale Televisie’, ‘BreedNet’, ‘Dutch Media Hub’ en is verder penvoerder voor de IPC regeling (Innovatie Prestatie Contracten). Door deze brede invulling van haar rol kan iMMovator goed anticiperen op kansen en ontwikkelingen in de crossmediasector. IMMovator Cross Media Network maakt latente vragen en innovatiekansen expliciet en neemt initiatieven waaraan bij participanten, bedrijven, kennisinstellingen, overheden en andere partijen in de crossmediasector behoefte blijkt te zijn.
Fase 3: Snel groeiende ondernemers De derde fase is het snel groeiende innovatieve bedrijf. Naast fysieke ondersteuning biedt iMMovator de bedrijven toegang tot haar uitgebreide netwerk van contacten op directieniveau van alle relevante bedrijven in de crossmediasector. Hiermee wordt de groeisnelheid van de bedrijven bevorderd. Daarnaast weten financiële instellingen en participatiefondsen via iMMovator hun weg te vinden naar bedrijven die extra kapitaal willen inzetten. Expertisecentrum. Als expertisecentrum bundelt iMMovator kennis over de crossmedia industrie. Onderzoek heeft geleid tot twee sectorale publicaties: de Cross Media Monitor en het rapport ‘Investeren in verbindingen’. Deze documenten bieden een overzicht van potentiële kansen binnen de crossmediasector. Daarnaast brengt iMMovator op kwartaalbasis een monitor uit over de introductie en toepassing van digitale tv in Nederland.
12.4 Cross Media Monitor De Cross Media Monitor is een analyse van de ontwikkelingen binnen de ICT en creatieve industrie in de Noordvleugel van de Randstad. Crossmediale innovaties en ontwikkelingen concentreren zich bij uitstek in dit gebied en in deze sectoren. Diverse beleidsen bedrijfstrategieën zijn erop gericht deze innovaties en ontwikkelingen te stimuleren of commercieel te benutten. De Cross Media Monitor laat zien waar de creatieve sector staat en wat de belangrijkste ontwikkelingen in de clusters en steden zijn en is daarom bijzonder geschikt als input voor beleids- en bedrijfsstrategieën. De Cross Media Monitor, opgesteld in samenwerking met Rabobank en TNO, biedt een gedegen basis om kennis en inzichten te genereren en vooral om de innovatiekansen die zich voordoen beter en effectiever identificeren en te benutten. De editie van de Cross Media Monitor 2008 bevat daarnaast een opiniërende ontwikkelingvisie op de crossmedia in de Noordvleugel.
Expertgroep Digitale Televisie In 2006 verloopt de adoptie van digitale televisie in Nederland langzaam, langzamer dan in ons omringende landen. Begin 2006 staat de teller pas op 1,2 miljoen aansluitingen. iMMovator neemt dan het initiatief om samen met de belangrijkste partijen uit de televisiesector om een Expertgroep Digitale Televisie op te richten, gericht op versnelling van de adoptie van digitale tv. Sindsdien is het snel gegaan. Gedreven door ongeëvenaarde verkopen van ‘platte’ televisietoestellen stapt Nederland in rap tempo over naar digitale televisie. Eind 2009 zijn we het punt gepasseerd dat meer dan 60% van de huishoudens een digitale aansluiting heeft. Een betere beeldkwaliteit, meer kanalen, maar bovenal een basisvoorwaarde op weg naar gebruik van nieuwe diensten als interactieve tv, High Definition tv, video on demand. De belangrijkste doelstelling van de Expertgroep (adoptie door 70% van de huishoudens per eind 2010) zal komend jaar worden gerealiseerd. De Expertgroep Digitale Televisie brengt verschillende partijen uit de televisiesector bij elkaar, waaronder omroepen als NOS en RTL Nederland, facilitaire bedrijven als United Broadcast Facilities en Technicolor, kabelnetwerken als UPC en Ziggo, en telecombedrijven als KPN en Tele2. Met het realiseren van de oorspronkelijke doelstellingen zal in 2010 een nieuwe vorm worden gezocht om met de sector de adoptie van nieuwe diensten te versnellen. Meer informatie op: www.immovator.nl/expertgroep-digitale-tv.
BreedNet Het project BreedNet maakt een snelle glasvezelverbinding voor kleinere en middelgrote bedrijven en instellingen betaalbaar en toegankelijk. BreedNet levert zelf geen aansluiting of diensten, maar bundelt de vraag naar glasvezel. Hierdoor kunnen gunstige
Hoofdstuk 12. Over iMMovator
131
tarieven worden afgesproken met de glasvezelaanbieders. Gerenommeerde marktpartijen realiseren en exploiteren de infrastructuur. Op BreedNet kunnen zowel commerciële als niet-commerciële partijen hun diensten aanbieden. BreedNet is waardevol voor alle sectoren waar grote hoeveelheden informatie worden gedeeld. Zoals onderwijs, zorg, logistiek, overheid, handel, ICT, beveiliging en de financiële sector. BreedNet is ook ideaal voor het delen van professionele content als films, video en foto’s. Diensten die via traditionele verbindingen nauwelijks mogelijk zijn. Daarom is BreedNet van groot belang voor de creatieve sector. Meer informatie over BreedNet in hoofdstuk 6 en via www.breednet.nl
Dutch Media Hub De Dutch Media Hub is een groot en ambitieus project vanuit het bedrijfsleven uit de media industrie om de digital gateway to Europe te worden. Wat Schiphol is voor het vervoer van goederen en mensen wordt Dutch Media Hub voor het verspreiden van digitale content. Digitale content komt Nederland binnen en Dutch Media Hub verspreidt dat voor haar opdrachtgevers verder Europa in. Maar de hub is meer dan alleen opslag en distributie. Het is een combinatie van allerlei diensten zoals ondertiteling, rechtenbeheer, afrekenen en streaming die toegevoegd kunnen worden aan internationale content. De kansen voor Nederland om de Digital Gateway to Europe te worden zijn uitstekend. Alle elementen zijn aanwezig: grote nationaal en internationaal opererende media en ICT-bedrijven, een spraakmakende creatieve industrie, hoogwaardige breedbandinfrastructuren, internationale verbindingen (o.a. op het Media Park en bij de AMS-IX), kritische consumenten met een hoge breedbandinternet dichtheid en verschillende kennis- en onderwijsinstellingen. Met het project Dutch Media Hub presenteert de Nederlandse mediaindustrie zich gezamenlijk aan de internationale contenteigenaren. Meer informatie in hoofdstuk 7 en op: www.dutchmediahub.com.
IPC De IPC-regeling is bedoeld om ondernemers uit het midden- en kleinbedrijf te stimuleren tot innovatie. Bedrijven werken binnen het IPC drie jaar aan een individueel of gezamenlijk innovatietraject rondom een thema. Samenwerking en kennisoverdracht spelen hierbij een belangrijke rol. De bedrijven werken aan innovaties met als doel economische groei en doen hiervoor onderzoek. Ze bepalen zelf welke innovaties zij willen realiseren, hoe en met wie. Het kan gaan om producten, diensten, processen of een combinatie daarvan.
BreedNet IPC breedbandige diensten Het ingediende iMMovator-project ‘BreedNet IPC breedbandige diensten’ is in oktober 2009 door SenterNovem goedgekeurd waarmee subsidie is toegekend aan 25 van de 27 aanvragende bedrijven. Bij elkaar ongeveer 1.250.000 euro aan subsidie, be-
132
iMMovator Cross Media Network
schikbaar gesteld door het Ministerie van Economische Zaken. IMMovator zal optreden als penvoerder van dit project. Dinsdag 1 december was de kick off van het nieuwe IPC project, in foyer 3 van het studiocentrum op het Mediapark. De 25 deelnemers kwamen bij elkaar om vooruit te kijken op het nieuwe IPC project en elkaar door middel van vijf speeddate rondes beter te leren kennen en mogelijke samenwerkingsprojecten te bespreken. Frank Visser, projectleider van iMMovator gaf een korte presentatie waarin vooruitgekeken werd naar de nieuwe IPC regeling. Wat wordt er van de deelnemende bedrijven verwacht en welke rol speelt iMMovator in dit project? Arno Bouwens, de projectleider van iMMovator die het vorige IPC project leidde, keek terug op zijn IPC en gaf de bedrijven enkele nuttige tips mee. Om de bedrijven kennis met elkaar te laten maken waren er vijf speeddate rondes georganiseerd. Een belangrijke voorwaarde van de IPC subsidie is samenwerking tussen de IPC deelnemers. Omdat nog niet alle bedrijven dit geregeld hadden konden zij elkaar tijdens de speeddate beter leren kennen. Twee bedrijven werden aan elkaar gekoppeld en hadden ieder twee minuten om zichzelf voor te stellen. Vervolgens waren er nog twee minuten om een samenwerking te bespreken en contactgegevens uit te wisselen.
De kick off van het IPC project op 1 december 2009
IPC creatieve industrie Begin 2010 wordt iMMovator’s eerste IPC project over creatieve digitale content afgesloten. In 2005 is men begonnen met een groep van 32 bedrijven om met steun van de IPC-regeling innovatie en samenwerking te ondersteunen. Inmiddels is deze groep bedrijven 2 tot 3 keer zo groot geworden als het gaat om medewerkers en omzet. Een mooi succesverhaal dus. Ook is er een tiental onderlinge samenwerkingen gestart, vooral gericht op gecombineerde pilots richting markt. Lees meer over dit IPC project in hoofdstuk 9, Media en uitvinders.
12.6 De organisatie iMMovator is een netwerkorganisatie en bestaat grotendeels uit zelfstandige professionals. Deze vormen het projectbureau en de kern van de uitvoeringsorganisatie. iMMovator kent een bestuur dat afgevaardigd wordt vanuit de in iMMovator participerende bedrijven, overheden en kennisinstellingen. Deze werkvorm maakt ons flexibel, biedt de mogelijkheid te werken met de beste mensen uit het
veld en sterk resultaat gedreven. Momenteel (2009) werken er elf mensen, alle in parttime, voor iMMovator. Hieronder een overzicht: Ton van Mil (directie) “Werken voor iMMovator is een voorrecht. iMMovator maakt het mogelijk onbeperkt kennis op te doen en deze belangeloos te delen met eenieder die dat wil. iMMovator maakt het daarmee ook mogelijk concurrenten samen te brengen en nieuwe samenwerkingsvormen te ontwikkelen. De combinatie van strategie ontwikkelen voor de sector en ten uitvoer brengen met een individuele ondernemer is uniek. De compactheid van iMMovator is daarbij een groot goed. Geen eindeloze discussies maar Act Strategy!” Freek van ’t Ooster (financiën en programma’s) “2009 was duidelijk het jaar van de adem inhouden terwijl de crisis hard toesloeg. Nu weer vol stoom door in 2010 om consumenten steeds verder op maat in staat te stellen de diensten te gebruiken die in onze sector worden gecreëerd. Met de Dutch Media Hub nu ook op internationale schaal!” Monique van Dusseldorp (organisatie events) “De iMMovator Cross Media Cafés laten keer op keer zien met hoeveel plezier en toewijding in Nederland gewerkt wordt aan crossmediale producten en diensten. Ik probeer altijd die mensen op het podium te krijgen die ook echt praktisch inzicht willen geven in hun projecten. Dat levert dan ook vaak hele waardevolle bijeenkomsten op, met veel nieuws. De Cross Media Cafés leggen de vinger aan de pols van de crossmedia industrie in Nederland.” George Freriks (senior consultant) “Ik vind het leuk om bij iMMovator betrokken te zijn omdat er een mentaliteit heerst van aanpakken en doen. Veel innovatieclubs kletsen alleen maar en bij iMMovator worden echt dingen in beweging gezet en dat inspireert.” Arno Bouwens (projecten) “Doordat iMMovator de ruimte krijgt om zich als expertisecentrum van de media verder te ontwikkelen gaat het de komende jaren nog leuker worden. Doorbraakprojecten, onderzoek en meer samenwerking met innovatieve bedrijven.” Marlies Hakvoort (communicatie) “In 2009 hebben we met iMMovator weer een aantal succesvolle bijeenkomsten en projecten georganiseerd! Zo worden de Cross Media Cafés steeds drukker bezocht en begint de demomarkt steeds meer vorm te krijgen. Met
Dutch Media Hub zetten we onszelf inmiddels ook internationaal op de kaart. In 2010 zijn we van plan al onze activiteiten verder te ontwikkelen en te experimenteren met nieuwe formats. Met ons team van enthousiaste mensen gaan we ervoor om het beste uit alles te halen. Spannend en leuk om hier bij betrokken te zijn!” Frank Visser (projecten) “IMMovator heeft in 2009 weer een aantal successen behaald. Het bijzondere aan iMMovator is de combinatie van het team. Bij iMMovator werkt iedereen ‘above the line’, wat zoveel betekent als dat ieders bijdrage van substantiele invloed is op het eindresultaat en iedereen verantwoordelijkheid neemt voor zijn eigen bijdrage aan dat eindresultaat. Dat heeft tot gevolg dat veel intiatieven slagen, en waar dat niet lijkt te lukken, ze snel worden vervangen door kansrijker projecten".” Simone Smid (projecten) “De iMMovator organisatie bestaat, net als het netwerk, uit een zeer gevarieerde groep mensen. En allemaal dragen ze met enthousiasme, passie en hun eigen unieke expertise bij aan het gezamenlijke doel. Het is mooi om van zo’n groep deel uit te mogen maken en om daar een extra stukje van de puzzel aan toe te kunnen voegen.” Charlot Schrijvers (projecten) “Sinds een maand mag ik onderdeel uitmaken van het team iMMovator. Mijn interesse in deze organisatie werd gewekt door de hoeveelheid en diversiteit van de projecten. De sfeer die er heerst is energiek en ondernemend. En daar ga ik graag in mee.” Jouko Huismans (projecten, BreedNet) “Wat iMMovator uniek maakt is het organiseren van projecten en activiteiten die in de praktijk daadwerkelijke meerwaarde hebben. Het zijn de complexe projecten waarvoor overheidsinstanties, bedrijven of instellingen niet in de positie zijn om ze individueel te kunnen organiseren. IMMovator spot de kansen, pakt deze op, organiseert de samenwerking en realiseert daarmee businessvernieuwing. Hieraan deelnemen en het verschil maken maakt het werken voor iMMovator zeer bijzonder.” Mark Filius (projecten, BreedNet) “Iedere keer opnieuw ben ik verrast met de originaliteit en diversiteit van de projecten van iMMovator. Een mooi staaltje van visie, ondernemersgeest en pragmatisme. Dat maakt de resultaten bijzonder en het werken bij iMMovator de moeite waard!
Hoofdstuk 12. Over iMMovator
133
Bestuur Het bestuur bestaat uit de volgende personen: • Bob Verburg (voorzitter) • Gaston Crolla (penningmeester) • Dirk Minne Vis (lid) • Mir Wermuth (lid)
12.7 Participanten IMMovator zou niet kunnen bestaan zonder de steun van participanten. Op dit moment zijn dit zestien enthousiaste partijen met diverse achtergronden. Maar ze hebben allemaal een ding met elkaar gemeen: ze dragen een warm hart toe aan de media industrie. Het zijn bijvoorbeeld gemeenten, die met hun beleid de creatieve industrie stimuleren en aanmoedigen. Het zijn kennisinstellingen die met hun expertise bijdragen aan een gedegen begrip van de werking van deze sector. Ze kunnen door middel van onderzoek de mediasector helpen om tot een next level te komen. Maar onze participanten zijn ook bedrijven. Het zijn grote spelers in de media industrie die met hun business van belang zijn voor de sector. Maar het zijn ook bedrijven van buiten de mediasector die de ontwikkelingen binnen de media met belangstelling volgen en geïnteresseerd zijn in crossovers. Deze participanten zijn belangrijk voor iMMovator om verschillende redenen. Belangrijkste wel is dat je innoveren niet alleen kan doen. Samen met onze participanten krijgen we veel meer gedaan dan dat we alleen zouden kunnen. Ze bieden ons een groter netwerk en bieden ons nieuwe kansen door ons bij hun werkzaamheden te betrekken. Onze activiteiten en onderzoeken worden versterkt door hun inzichten en betrokkenheid. De intensieve samenwerking op inhoudelijk gebied is van grote waarde voor iMMovator. Daarnaast is ook hun financiële bijdrage belangrijk voor iMMovator. Het is fijn om van onze participanten het vertrouwen te krijgen om projecten, evenementen en onderzoek te organiseren. Dankzij hun steun kunnen we onze Cross Media Cafés gratis houden en voor het MPJC een laag tarief vragen. Dankzij de participanten kunnen we ons inzetten om glasvezel voor iedere ondernemer toegankelijk te maken. Dankzij de steun van participanten kunnen we onderzoek blijven doen naar de ontwikkelingen in de crossmedia sector en nieuwe kansen op tijd identificeren en hierop anticiperen. Een woord van dank voor de participanten is hier daarom op zijn plaats! Participanten: bedankt voor het vertrouwen dat jullie ons gaven in 2009, en op een mooie toekomst! Bob Verburg Bestuursvoorzitter iMMovator
Gemeente Almere “Almere staat voor een economische schaalsprong. De ambities van B&W Almere, verwoord in de Economische Visie Almere 2030, is om Almere te ontwikkelen tot een complete stad met een eigen identiteit en de concurrentiepositie van de Metropoolregio Amsterdam te versterken. De crossmediasector is een voornaam economisch speerpunt, dat vanuit Almere op (inter)nationale markten kan worden uitgebouwd vanwege de grote marktdynamiek en de kansrijke positie van Almere. Almere heeft de ruimte en het passende ICT-profiel. In iMMovator ziet Almere een partner om haar economische doelstellingen mede te realiseren.”
Gemeente Amersfoort “In de versterking van onze economische structuur levert de creatieve en innovatieve kracht van de stad en het potentieel daarbinnen een belangrijke bijdrage leveren. Vooral de regionale concentratie van ICT en creatieve industrie zien wij als kans. Om die kans volledig te kunnen benutten hebben wij een samenhangend programma van activiteiten opgesteld en onder de noemer ‘Amersfoort Innovatief Sterk’ een aanvraag voor EFRO-subsidie ingediend. Passend binnen de ambitie om met de uitvoering van dit programma onze economische kracht verder te versterken waarbij ‘het ontmoeten’ een belangrijk kernelement vormt, participeren wij in iMMovator. iMMovator heeft zich bewezen als een netwerkorganisatie op stedelijk, regionaal en bovenregionaal niveau ,die zowel sterk is in het faciliteren van het bedrijfsleven als in het samenbrengen van stakeholders. In de uitvoering van ons programma van activiteiten zullen wij ook zeker een beroep blijven doen op de kracht van iMMovator en daar ondersteuning zoeken.” Han Engels Gemeente Amersfoort
Gemeente Haarlem “Gemeente Haarlem heeft de ambitie in de Noordvleugel een substantiële speler te zijn binnen de creatieve industrie. Door als participant deel te nemen aan het iMMovator Cross Media Network krijgt de gemeente de mogelijkheid om invloed uit te oefenen op de ontwikkelingsrichting en de keuze voor projecten. Deelname van Haarlem is onder meer van belang voor de werving van nieuwe fondsen (bijvoorbeeld in het kader van Pieken in de Delta) en met het oog op de extra inzet voor de al in gang gezette projecten. De samenwerking komt vooral tot uiting in het project ‘Nieuwe Energie op de Creatieve As’ (de doorontwikkeling van het Leerbedrijf in Haarlem en Amsterdam en het Starterscentrum voor de creatieve industrie en de uitbouw van het creatieve netwerk) en in de vraagbundeling ten behoeve van het project BreedNet).” Andre Alberga Gemeente Haarlem
134
iMMovator Cross Media Network
Gemeente Hilversum “De gemeente Hilversum is van oudsher het centrum van de Nederlandse AV-gerelateerde multimediasector. Er vinden momenteel vele ontwikkelingen plaats die de sector voor grote uitdagingen stelt en tegelijkertijd ook kansen biedt. Door digitalisering en convergentie groeit de multimedia industrie door naar een crossmedia industrie. De gemeente Hilversum hecht grote waarde aan het behoud, de versterking en verbreding van de multimediasector als de economische motor van de regio. Het iMMovator Cross Media Netwerk fungeert als een katalysator. Zo is iMMovator een drijvende kracht achter het project ‘Contenthub’. Crossmediale content die van overzee komt en exploitatie mogelijkheden zoekt op het Europese continent moet doorgaans tal van bewerkingen ondergaan en op een juiste en veilige manier over het continent worden gedistribueerd. Nederland behoort tot de internationale kopgroep en staat uitstekend voorgesorteerd om zich te ontwikkelen tot de ‘Mediagateway to Europe’. Voor de mediabedrijven in Hilversum liggen hier – met de kracht van de Amsterdam Internet Exchange AMS-IX, het grootste internetknooppunt ter wereld, en de infrastructuur op de as Amsterdam-Hilversum – uitgelezen kansen. De gemeente Hilversum ondersteunt en werkt samen met iMMovator om ook in de toekomst het centrum van de multimediasector te zijn.” Jan Rensen Wethouder EZ en Media van de Gemeente Hilversum
Hogeschool INHolland “Nederland dient zich te onderscheiden als kennisland waarbij de creatieve industrie binnen de Noordvleugel als een van de belangrijkste speerpunt geldt. Niet alleen blijft ondanks de kredietcrisis een krachtig groeipotentieel opportuun, de spin-off voor de Nederlandse industrie als geheel is cruciaal om je binnen de internationale competitieve dynamiek te onderscheiden. De aansluiting tussen het bedrijfsleven, de overheid en kennisinstellingen dient nauwkeurig te zijn om talent tot bloei te laten komen en implementatie van het potentieel te bewerkstelligen. INHolland profileert zich bij uitstek als kennisinstelling teneinde het toekomstige talent in de creatieve industrie op te leiden voor verschillende disciplines binnen én buiten haar domein. Als founder van de opleiding Media- en Entertainment Management verbond zij zich als eerste kennisinstituut aan relevante spelers in de markt en stemt sindsdien haar curriculum af op de opleidingsbehoefte van de creatieve industrie. Met iMMovator en GNR8 voorziet INHolland in de vraag naar ‘leerwerkbedrijven’ om de professionals van de toekomst goed uit te rusten. Studenten leren spelenderwijs innoveren en implementeren nieuwe business concepten voor uiteenlopende opdrachtgevers uit de creatieve as van Hilversum tot Haarlem zodat we die koploperspositie als kenniscentrum kunnen garanderen. In de aanloop naar de Hudson 400 viering, werkten studenten van GNR8 samen met studenten van de New York State University New Paltz ten behoeve van de promotie van Nederlandse ondernemers. In New York was de première van hun film en de uitreiking van de Hudson Award. Een ander aansprekend voorbeeld zijn de
registraties van TVents, dit is een interactief crossmediaal platform dat zich bezighoudt met het registreren van B2B evenementen gericht op innovatie, creativiteit en media. De online publicaties worden vastgelegd door middel van traditionele media maar ook met innovatieve tools zoals: (live)blogs, twitter en gabcasting. Vanuit onze leerwerkbedrijven leveren wij jaarlijks met trots 10 jonge entrepreneurs af. In de toekomst wensen we nog een stap verder te gaan zodat wij ook als incubator een platform bieden voor young professionals.” Mir Wermuth Faculteitsdirecteur School for Communication, Media & Music Hogeschool INHolland
Hogeschool Utecht “Hogeschool Utrecht heeft als één van haar speerpunten Creatieve Industrie. Zij levert door middel van de ontwikkeling van onderwijs en onderzoek een bijdrage aan de ontwikkeling van Creatieve Industrie binnen de Randstedelijke Noordvleugel. Ze doet dat vanuit een samenwerkingsverband tussen de faculteiten Communicatie & Journalistiek, Economie & Management, en Natuur & Techniek. Concreet realiseert de hogeschool vanaf september 2010 een afstudeerrichting Creatieve Industrie binnen deze faculteiten. In de relatie met iMMovator speelt met name het lectoraat Cross Media Content and Business Models een belangrijke rol. Dit lectoraat trekt de komende tweeen-een-half jaar de uitvoering van het project Creative Excellerator (CELL), dat met geld van Economische Zaken (Pieken in de Delta) gerealiseerd wordt. IMMovator maakt deel uit van het consortium van dit project. IMMovator is voor de Hogeschool Utrecht een belangrijke netwerkpartner: zij vormt a.h.w. de ‘hub’ met het bedrijfsleven in de regio op het gebied van (cross) media ontwikkelingen.” Désirée Majoor Directeur Faculteit Communicatie & Journalistiek Hogeschool Utrecht
Kamer van Koophandel Gooi- en Eemland “De crossmedia industrie is één van de drijvende sectoren in de regio. Dat is ook de reden dat de Kamer van Koophandel voor Gooi-, Eem- en Flevoland al sinds de start actief participeert in iMMovator. De kracht van iMMovator zit in het feit dat zij in staat is te denken vanuit de economische kansen voor de sector. Het gebied waarin iMMovator actief is strekt zich inmiddels uit over de gehele Metropool Regio Amsterdam. Dit maakt het mogelijk ook zaken op te pakken die een nationale en internationale uitstraling hebben. Een mooi voorbeeld is Dutch Media Hub, een initiatief dat de kennis van het regionale bedrijfsleven bundelt en nieuwe markten aanboort, ook internationaal. Daarnaast zijn er vele initiatieven gericht op het MKB bedrijfsleven, bij uitstek de groep bedrijven waar de kamer zich voor in zet. Zo is de verdere uitrol van BreedNet een prima initiatief. Ook het stimuleren van het gebruik van kennis uit de crossmedia sector in andere secto-
Hoofdstuk 12. Over iMMovator
135
ren zorgt voor een innovatie impuls buiten de crossmedia industrie. Op deze wijze draagt iMMovator bij aan goede randvoorwaarden voor het bedrijfsleven om continu te blijven innoveren.” Gaston Crolla Manager Regiostimulering Kamer van Koophandel Gooi-, Eem- en Flevoland
Media Academie “Als hét opleidingsinstituut voor professionals in de mediabranche is de Media Academie al enkele jaren partner van iMMovator. Die samenwerking is ontstaan vanuit de gedachte dat beiden in dezelfde branche opereren, branchebreed denken en het stimuleren van kwaliteit, innovatie en inspiratie hoog in het vaandel hebben staan. Uitingen hiervan zijn bijvoorbeeld onze bijdrage aan het Mediapark Jaarcongres, waar de Media Academie afgelopen jaar haar toekomstvisie deelde op het Medialandschap in 2015. Maar ook het uitwisselen van ideeën met andere professionals tijdens de Cross Media Cafés. Onze samenwerking met iMMovator ervaart de Media Academie als zeer inspirerend en werkt als voedingsbodem bij het ontwikkelen van nieuwe trainingen, seminars en workshops. We nodigen dan ook alle iMMovator leden van harte uit om gebruik te maken van onze trainings- en kennisexpertise in de diverse media vakgebieden. Spreek ons aan tijdens de Cross Media Cafés of maak een afspraak met een van de Media Academie professionals zodat we ook het komende jaar samen innovatieve en inspirerende initiatieven kunnen ontplooien.” Vicky Kuyk Directeur Media Academie
radio en tv. En het waar nodig gezamenlijk dieper duiken in de materie en opstellen van aanbevelingen. iMMovator is in staat deze discussie en projecten op een juiste manier te faciliteren, niet in het minst door haar omvangrijke netwerk en plaats in de industrie. Daarnaast zien we meerwaarde in het begeleiden van nieuwe starters op mediagebied en hebben we als participant al een aantal keer gebruik kunnen maken van de diensten van deze starters.” Michel Mol Directeur Innovatie en nieuwe media, NPO
Rabobank “Rabobank stimuleert graag innovatieve initiatieven van iMMovator zoals de Cross Media Monitor. Hiervoor heeft Rabobank een analyse gemaakt van de financiële resultaten van de creatieve branche. Ook waren we hoofdsponsor van het Media Park Jaarcongres. Dit initiatief van de media waarbij Hilversum ‘op de kaart’ wordt gezet, kan rekenen op onze steun. Als Rabobank zijn we blij datwe in 2009 een actieve rol konden vervullen en we zijn tevreden over de bereikte resultaten. iMMovator biedt media-ondernemers een uitstekend netwerk en stelt ons in staat Rabobank steeds meer te positioneren als dé Mediabank. Rabobank heeft alle trends, kansen, bedreigingen en vooruitzichten voor de creatieve industrie inzichtelijk gemaakt. Raadpleeg hiervoor gratis Rabobank Cijfers en Trends via www.rabobank.nl/cijfersentrends.” Frenk Theunissen Directeur Rabobank Hilversum – Vecht en Plassen
Syntens Provincie Noord-Holland “Ook het afgelopen jaar is de stichting iMMovator weer een belangrijke partner geweest bij de uitvoering van het Innovatiebeleid van de provincie Noord-Holland. Ik verwacht dan ook voor 2010 hetzelfde. Om internationaal onderscheidend te zijn en te blijven in de AVindustrie, is het van belang de ontwikkelingen in de digitalisering en de crossmedia op de voet te volgen. Met de kennis en het netwerk van iMMovator kunnen we dit waarborgen. Daarom helpen wij iMMovator graag door bijvoorbeeld het Cross Media Expertisecentrum te steunen. Ook maken wij de ontwikkeling van de Dutch Media Hub mede mogelijk. Ik ben zelf een van de initiatoren van de Dutch Media Hub en ik hoop u volgend jaar op deze plaats dan ook al enkele successen ervan te kunnen melden!” Jaap Bond Gedeputeerde economische zaken Provincie Noord-Holland
Nederlandse Publieke Omroep “De NPO hecht waarde aan het tijdig informatie uitwisselen met de belangrijke spelers en collegae in de markt op het gebied van produceren, uitzenden en distribueren van
136
iMMovator Cross Media Network
“Het waarom van de samenwerking met en onze participatie in iMMovator? Met één woord: symbiose. In de crossmediale sector speelt iMMovator een belangrijke en cruciale rol. Met visie, netwerk en kennis ziet iMMovator de kansen in de sector en benut die. Denk aan de Cross Media Cafés, die zeer waardevol zijn en waar Syntens vanaf het begin nauw bij betrokken is. En de samenwerking binnen het EFRO-project iMMovator Cross Media Expertise Centrum waarin we in 2009, 2010 en 2011 het MKB binnen de crossmediale sector nog meer kunnen ondersteunen. Waar iMMovator een projectenbureau is en initieert op basis van visie, vult Syntens aan met praktische ondersteuning door middel van het kosteloos geven van advies en het organiseren van voorlichtingsbijeenkomsten en workshops. Met onze expertise over en netwerken binnen het MKB en relevante stakeholders kunnen we die taak goed aan. Voor ons is die samenwerking essentieel, omdat het ons de MKBer oplevert die wil én kan innoveren in deze prachtige sector. iMMovator ziet de door vaart en passie gecreëerde kansen via onze dienstverlening slagen. Een perfecte symbiose, volgens Van Dale: “Het samenleven van twee ongelijksoortige organismen die daar beide voordeel bij hebben”.” Erwin Bos Teamleider Creatieve Industrie Syntens Noord-Holland
TCN Media Park “TCN Media Park draagt iMMovator een warm hart toe. Samen met iMMovator konden wij invulling geven aan het huurconcept Mc3 in het Mediacentrum. Dit pand is nu tot de nok toe gevuld met ambitieuze, vaak jonge mediabedrijven en bedrijfjes. Een aantal ervan groeit alweer uit hun jas, waarmee een lobby met de naaste buren begint en vraag ontstaat naar meer vierkante meters ruimte. Laat dat nu juist onze tak van sport zijn... De Cross Media Monitor die iMMovator jaarlijks presenteert, geeft een duidelijk inzicht in de ontwikkelingen van de sector. De Monitor is voor ons een waardevol instrument tijdens gesprekken met potentiële huurders op het Media Park. En tot slot, maar ze mogen ook bovenaan staan: de Cross Media Cafés dragen ertoe bij dat het Media Park spraakmakend op de kaart blijft staan!” Jacco Zwerver Projectmanager TCN Media Park
Technicolor Nederland “Technicolor steunt iMMovator omdat het een brede basis vormt voor ontwikkeling van multimedia diensten. Het is van belang dat de hele bedrijfskolom in iMMovator vertegenwoordigd is, van content via bewerking tot distributie, en dat ook de overheden actief deelnemen. De mogelijkheden die de technische ontwikkelingen bieden zijn eindeloos. Het is de kunst om daaruit die diensten te selecteren die voor bedrijven tot rendabele omzet leiden en die voor een grote groep gebruikers (zowel consumenten als bedrijven en instellingen) toegevoegde waarde bieden. iMMovator biedt ruimte aan experimenten en verschaft toegang tot kennis en internationale netwerken. Daarvan kunnen de aangesloten bedrijven en instellingen leren. iMMovator kan daarmee een bijdrage leveren aan een verantwoorde en zinvolle ontwikkeling van de multimedia dienstverlening, een kernactiviteit van Technicolor.” Jeroen Wilmes Directeur Marketing en Sales, Technicolor
United Broadcast Facilities “Lineaire televisie is een volwassen medium. Interactiviteit en play-out naar allerlei (mobiele) devices vraagt om IT gedreven oplossingen. In dit domein wordt nog volop gepionierd en zullen door ‘trial and error’ nieuwe successen tot ontwikkeling komen. Als toonaangevend televisie faciliteiten bedrijf willen wij een actieve bijdrage leveren aan het stimuleren van innovatieve initiatieven. We laten ons graag uitdagen en inspireren door startende ondernemers om daar ook zelf ons voordeel mee te kunnen doen. Daarom zijn we participant in iMMovator.” Markus Bos Directeur United Broadcast Facilities
Hoofdstuk 12. Over iMMovator
137
Register Agis Jeroen Crasborn Hoofdstuk 10: Games en zorg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . 115 www.agis.nl
BT Edwin Hageman Hoofdstuk 7: Dutch Media Hub . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 90 www.bt.com
Anastasia Aletta Becker Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 71 www.squareweb.org
Cam-a-lot Philippe ViĂŠ Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 www.camalot.nl
AVRO David Linssen Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . 37 www.avro.nl
CanalDigitaal Rene Tensen Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 www.canaldigitaal.nl
Basisboek Cross Media Concepting Indira Reynaert Daphne Dijkerman Hoofdstuk 8: Nieuw seizoen, nieuwe plannen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 100 http://crossmediaforum.web-log.nl
Celluloid Remix Thijs van Exel Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53 www.celluloidremix.nl
BBC Andy Quested Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . 34 www.bbc.co.uk Beeld en Geluid Eerde Hovinga Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52 www.beeldengeluid.nl Jan Muller Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75 www.beeldengeluid.nl Blyk Eric Kip Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . 10 www.blyk.nl BNN Berend Jan Verheijen Hoofdstuk 8: Nieuw seizoen, nieuwe plannen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 98 www.bnn.nl Branded Channels Richard van den Boogaard Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54 www.brandedchannels.com Brava HDTV Jur Bron Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . 35 www.bravahdtv.com
138
iMMovator Cross Media Network
CM groep Jeroen van Glabbeek Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74 www.cm.nl Connected people/ 3 frogs Paul Janssen Hoofdstuk 2: Aflevering: Digitale tv . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 www.3-frogs.com Crowntech Jan-Pieter Gerritsen Hoofdstuk 2: Aflevering: Digitale tv . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 www.crowntech.nl Dance TV Arno van Boven Hoofdstuk 2: Aflevering: Digitale tv . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 Jeffrey van der Veer Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35 www.dancetv.nl DanceRadio & Qooler Fried Broekhof Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 105 www.djtrx.com Diabetesvereniging Nederland Margot van den Beuken Hoofdstuk 10: Games en zorg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 116 www.dvn.nl
ED*IT Mascha Visser Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55 www.ed-it.nu
Gerd Leonhard Gerd Leonhard Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64 www.mediafuturist.com
Eerste Hulp Bij Plaatopnamen Niels Aalberts Hoofdstuk 11: Crossmedia marktontwikkelingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 125 http://eerstehulpbijplaatopnamen.blogspot.com
GetMarvia Arnoud Haverlag Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 73 www.getmarvia.nl
Eredivisie Live Jan de Vries Hoofdstuk 2: Aflevering: Digitale tv . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 www.eredivisielive.nl
GfK Intomart Liesbeth Nekkers Hoofdstuk 11: Crossmedia marktontwikkelingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 122 www.gfk.nl
Erfgoed 2.0 Theo Meereboer Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55 http://erfgoed20.wordpress.com/
GfK Retail and Technology Barbara Schouten Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Maikel Verhaaren Hoofdstuk 11: Crossmedia marktontwikkelingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 123 www.gfk.nl
Ericsson Frank Hermans Hoofdstuk 2: Aflevering: Digitale tv . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29 www.ericsson.nl Eurosport Danny Menken Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . 40 www.eurosport.nl Gemeente Amersfoort Han Engels Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . 134 www.amersfoort.nl Gemeente Haarlem Andre Alberga Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . 134 www.haarlem.nl Gemeente Hilversum Jan Rensen Hoofdstuk 7: Dutch Media Hub . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . 90 Hoofdstuk 10: Games en zorg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . 114 Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . 135 www.hilversum.nl Gemeente Purmerend Berent Daan Hoofdstuk 6: BreedNet . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 85 www.purmerend.nl Gemeente Zaanstad Hans Luiten Hoofdstuk 6: BreedNet . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 85 www.zaanstad.nl
Greetinq Arthur Tolsma Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 www.greetinq.com Hans Hulscher Hans Hulscher Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35 Het Gesprek Ruud Hendriks Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 www.hetgesprek.nl HU CELL Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 130 www.hucc.nl Désirée Majoor Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 135 www.hu.nl Hyves Yme Bosma Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19 www.hyves.nl Iens Iens Boswijk Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 www.iens.nl iFanzy/Stoneroos Annelies Kaptein Hoofdstuk 2: Aflevering: Digitale tv . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 www.ifanzy.nl
Register
139
ilse media Erik Rovers Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . 17 www.ilsemedia.nl iMMovator Freek van 't Ooster Hoofdstuk 2: Aflevering: Digitale tv . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 Bob Verburg Hoofdstuk 6: BreedNet . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 85 Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . 134 George Freriks Hoofdstuk 7: Dutch Media Hub . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . 90 Arno Bouwens Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 104 www.immovator.nl INHolland GNR8 Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . 129 Mir Wermuth Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . 135 www.inholland.nl Instore Digital Printing Jelmer Pott Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 104 www.supermet.nl KVK Gooi-, Eem- en Flevoland Gaston Crolla Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . 135 www.kvk.nl Logica Raph Bode Hoofdstuk 2: Aflevering: Digitale tv . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 106 www.logica.nl/studenten/400011253
140
Ministerie van Economische Zaken Frank Heemskerk Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68 Hoofdstuk 6: BreedNet . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 84 www.ez.nl Ministerie van OC&W Ronald Plasterk Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 78 www.ocw.nl Mobypicture Matthijs van Abbe Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 73 www.mobypicture.com MoCaH Willem Doevendans Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 105 www.MoCaH.nl Movels Thomas Engel Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 www.movels.eu NARB James Burke Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57 www.narb.me NHTV Hans Bouwknegt Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 107 www.nhtgv.nl
Lunaforte Richard Hazenberg Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 105 www.lunaforte.nl
NOS William Valkenburg Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 Jan de Jong Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39 Roeland Stekelenburg Hoofdstuk 8: Nieuw seizoen, nieuwe plannen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 96 www.nos.nl
MarketDrums Wilfred Stegeman Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 72 www.marketdrums.com
Noterik Naftalie Herschel Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54 www.noterik.nl
Media Academie Aristoteles Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74 Vicky Kuyk Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . 136 www.media-academie.nl
Novay Cristian Hesselman Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 106 www.novay.nl
iMMovator Cross Media Network
One Shoe Michel van Velde Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 www.oneshoe.nl
Opalio Rik Wagter Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 106 www.opalio.com
RTL Arno Otto Hoofdstuk 11: Crossmedia marktontwikkelingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43 www.rtl.nl
Pim Pam Ronald van der Lingen Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . 15 http://pimpam.mobi/
Sanoma Michiel Buitelaar Hoofdstuk 11: Crossmedia marktontwikkelingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 125 www.sanoma.nl
PowNed Dominique Weesie Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70 Marianne Zwagerman Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70 www.powned.nl
SBS Eric Eljon Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37 Boudewijn Vos Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59 www.sbs.nl
Proact Klaus Buenk Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53 www.proact.nl
Schedjoules Wilfred Stegeman Hoofdstuk 2: Aflevering: Digitale tv . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 www.schedjoules.nl
Proskope Corne Bouman Hoofdstuk 8: Nieuw seizoen, nieuwe plannen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 100 www.proskope.nl
Screen Digest Tom Morrod Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34 www.screendigest.com
Provincie Noord-Holland Jaap Bond Hoofdstuk 7: Dutch Media Hub . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . 89 Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . 136 www.noordholland.nl
Second Sight Andrea Wiegman Hoofdstuk 11: Crossmedia marktontwikkelingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 125 www.secondsight.nl
PSV Peter Kentie Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 69 www.psv.nl Publieke Omroep (NPO) Michel Mol Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52 Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . 136 Henk Hagoort Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75 www.omroep.nl RAB George Bohlander Hoofdstuk 11: Crossmedia marktontwikkelingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 122 www.rab.nl Rabobank Dan Armstrong Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . 11 Frenk Theunissen Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . 136 www.rabobank.nl
Sense Company Martijn van Jole Hoofdstuk 10: Games en zorg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 116 Ewoud Kuyper Hoofdstuk 10: Games en zorg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 116 www.sense-company.com Sense Studios Hidde Kros Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 72 www.sensestudios.com Sharewire Ivo Wentholt Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 www.sharewire.nl Silverfit Joris Wiersinga Hoofdstuk 10: Games en zorg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 117 www.silverfit.com SMS9009 Joost Ligtvoet Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 www.sms9009.nl
Register
141
Spil Games Asia Marc van der Chijs Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74 www.spilgames.com
Tele 2 Hans Broekhuis Hoofdstuk 2: Aflevering: Digitale tv . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 www.tele2.nl
Sport1 Rende Luitjes Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . 39 www.sport1.nl
The Yardman Philippe Tammes Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 www.yardmen.nl
Sport2media Guido Bouw Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59 www.sport2media.nl
Tijdsbeeld Media Wim-Jan Kolpa Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58 www.tijdsbeeldmedia.nl
SPOT Paul van Niekerk Hoofdstuk 11: Crossmedia marktontwikkelingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 122 www.spot.nl SPRXmobile Claire Boonstra Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . 15 www.sprxmobile.com
TNO ICT Erik Huizer Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 108 Mark van Staalduinen Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 108 Frits Klok Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41 Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 108 www.tno.nl
STER Arian Buurman Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75 www.ster.nl
Treasuremytext Paul Stringer Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 www.treasuremytext.nl
Stichting Game Accessibility Brian Bors Hoofdstuk 10: Games en zorg . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . 115 www.game-accessibility.com
Tunin.FM Dennis Kokkelink Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 http://w3.tunin.fm/
Stichting Kijkonderzoek Bas de Vos Hoofdstuk 2: Aflevering: Digitale tv . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27 www.kijkonderzoek.nl
United Broadcast Facilities Markus Bos Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40 Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 137 www.ubf.nl
Syntens Erwin Bos Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . 136 www.syntens.nl TCN Media Park Jacco Zwerver Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . 137 www.mediapark.nl Technicolor Nick Ceton Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55 Jeroen Wilmes Hoofdstuk 12: Over iMMovator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . 137 www.technicolor.nl
142
iMMovator Cross Media Network
UPC Ivo Lochtman Hoofdstuk 2: Aflevering: Digitale tv . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29 www.upc.nl UT Twente Roeland Ordelman Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 107 www.universiteittwente.nl UvA Arnold Smeulders Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 107 Cees Snoek Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 108 Maarten de Rijke Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 108 www.uva.nl
Vereniging van Nederlandse Bioscoopexploitanten Ron Sterk Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . 41 www.nvbinfocentrum.nl
Zero Creative Jean-Pierre van Maasakker Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 106 www.zerocreative.nl
Video Active Wietske van den Heuvel Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54 www.videoactive.eu
Ziggo Yoram Levi Hoofdstuk 3: Aflevering: HDTV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39 Mirko Mensink Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75 www.ziggo.nl
VINEX Peter Wiegman Hoofdstuk 11: Crossmedia marktontwikkelingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 124 www.vinex.nl Virtua Gym Paul Braam Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 105 www.virtuagym.nl Volkskrant Rob Haans Hoofdstuk 5: De toekomst van het medialandschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75 www.volkskrant.nl VPRO Erik van Heeswijk Hoofdstuk 8: Nieuw seizoen, nieuwe plannen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99 www.vpro.nl VWS Advocaten Jerome Michel Hoofdstuk 11: Crossmedia marktontwikkelingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 125 www.vwsadvocaten.nl Waisda Maarten Brinkerink Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54 http://waisda.nl/ Watwaswaar Leila Liberge Hoofdstuk 4: Digitale archieven springlevend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57 www.watwaswaar.nl World Trade Center Almere Fons van der Ham Hoofdstuk 7: Dutch Media Hub . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . 90 www.wtcaa.nl Wuzzon Louise Verschuren Hoofdstuk 1: Mobiele media . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . 14 www.wuzzon.nl Yellowbird RafaĂŤl Redczus Hoofdstuk 9: Media en uitvinders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 106 www.yellowbirdsdonthavewingsbuttheyflytomakeyouexperiencea3dreality.com
Register
143
Colofon Trends en ontwikkelingen in crossmedia, editie 2009-2010 ŠiMMovator Cross Media Network Dankwoord Wij danken graag de dagvoorzitters en sprekers van de Cross Media CafÊs, het Mediapark Jaarcongres, Game in the City en de HD Dagen, de verschillende projectleiders en alle andere betrokkenen voor hun bijdrage aan deze uitgave.
Colofon Trends en ontwikkelingen in crossmedia, editie 2009-2010 is een uitgave van iMMovator Cross Media Network. Disclaimer De teksten in deze publicatie zijn gebaseerd op door iMMovator verzamelde informatie die zo zorgvuldig mogelijk is verwerkt. Als er desondanks toch wat is misgegaan of als er verzuimd is bij specifiek materiaal de rechthebbende te vermelden, dan kunt u contact opnemen met iMMovator. Ondanks alle aan de samenstelling van de tekst bestede zorg, kan noch de redactie, noch de uitgever, aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele schade, die zou kunnen voortvloeien uit enige fout, die in deze uitgave zou kunnen voorkomen. In dit boek komen namen voor van gedeponeerde handelsmerken. Deze namen zijn in de tekst niet voorzien van een handelsmerksymbool, omdat ze slechts fungeren als aanduiding van de besproken producten of diensten. Hierbij wordt op geen enkele wijze getracht inbreuk te maken op de rechten van de handelsmerkhouder. Tekst en redactie Frank Janssen Lia Vieveen Peter Olsthoorn Marlies Hakvoort Arno Bouwens Simone Smid Fotografie Mark Janssen Frank Janssen Lia Vieveen Vormgeving Helmi Scheepers Druk Comprenz
iMMovator Cross Media Expertisecentrum is mede gefinancierd met steun van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling van de Europese Commissie.
144
iMMovator Cross Media Network
Contactgegevens iMMovator Cross Media Network Bezoekadres: Mediacentrum/MC3 Media Park Sumatralaan 45 1217 GP Hilversum Postadres: Postbus 124 1200 AC Hilversum Telefoon: 035 - 677 75 07 E-mail: info@immovator.nl Website: www.immovator.nl
Trends en ontwikkelingen in crossmedia geeft een overzicht van de relevante ontwikkelingen in de Nederlandse crossmedia sector in 2009. Aan de hand van de door iMMovator georganiseerde evenementen, zoals de Cross Media Cafés, de HD Dagen en het Mediapark Jaarcongres, projecten en onderzoeken komen verschillende thema’s aan bod. 2009, het jaar waarin heel Nederland gebruik begon te maken van mobiele diensten, HDTV zich langzaam verder ontwikkelde, digitale archieven springlevend zijn en serious health gaming de belofte voor 2010 werd. Trends en ontwikkelingen in crossmedia biedt een boeiend overzicht van de ontwikkelingen in de crossmedia sector in 2009 en inzicht in prille trends die in 2010 de markt kunnen veranderen!
Meer informatie is te vinden op
WWW.IMMOVATOR.NL
ANDERE UITGAVEN VAN IMMOVATOR: • Trends en ontwikkelingen in crossmedia, editie 2007-2008 (januari 2008) • Trends en ontwikkelingen in crossmedia, editie 2008-2009 (januari 2009) • Cross Media Monitor 2006 (december 2006) • Cross Media Monitor 2008 (juni 2008) • Kwartaalmonitor Digitale Televisie (vanaf september 2007 ieder kwartaal) • Investeren in Verbindingen (juni 2006)
IMMOVATOR • TRENDS EN ONTWIKKELINGEN IN CROSSMEDIA • EDITIE 2009-2010
TRENDS EN ONTWIKKELINGEN IN CROSSMEDIA, EDITIE 2009-2010
IMMOVATOR TRENDS EN ONTWIKKELINGEN IN CROSSMEDIA EDITIE 2009-2010