Ledenblad van
België – Belgique
KONINKLIJKE
P.B. – B.P.
IMKERSGILDE
1840 Londerzeel
NEERBRABANT
BC25171
Verschijnt 5x per jaar: jan/feb. – mrt/april – mei/juni – sept/oct – nov/dec. Afgiftekantoor 1840 Londerzeel Erkenningsnr. P509236 Afzender: Jef Beuckelaers, Sneppelaar 4, 1840 Londerzeel Tel: 0479/51 46 04 e-mail: info@imkersgildeneerbrabant.be 22ste jaargang, nummer 3, mei – jun 2022
KONINKLIJKE IMKERSGILDE NEERBRABANT
Secretariaat:
Imkersgilde Neerbrabant, Eeckhout 39, 1840 Londerzeel Tel: 0479/51 46 04 E-mail: secretariaat@imkersgildeneerbrabant.be Rekeningnummer: BE55 9731 4593 7544
Bestuur: Voorzitter:
Jef Beuckelaers, Sneppelaar 4, 1840 Londerzeel Tel: 0479/51 46 04 E-mail: mex.b.j.snep@gmail.com
Secretaris, penningmeester:
Ria De Donder, Eeckhout 39, 1840 Londerzeel
Ledenadministratie:
Tel: 0473/48 26 13 E-mail: ria.dedonder@telenet.be
Bestuursleden:
Marc De Bont Tom De Pauw
Redactie:
Jef Beuckelaers
Lay-out:
Rudi Moeyersons
Opleidingsteam:
Jef Beuckelaers, Marc De Bont,
Bijenweide:
Marc De Bont
Webbeheer:
Marnik De Bont
Onze website:
www.imkersgildeneerbrabant.be
Tel: 0477/23 33 02 Tel: 0479/60 79 53
In de kijker Marcel Van Moer Zie pagina 53 50
Woordje van de voorzitter, Ons klimaat, dat voortdurend in verandering is laat ons duidelijk zien dat het, ondanks het zomerweer dat we al enige tijd gekregen hebben en er ook van genoten hebben, ook wel minder aangename omstandigheden zal meebrengen waarin we wel moeten leren leven en ons moeten aanpassen aan datgene wat er komt. De knappe koppen die nog altijd ijveren om bomen en andere planten, die ze exoten noemen, af te zagen en uit te roeien zullen hun kar mogen keren want door warmte en droogte lopen onze gewassen de kans dat ze niet overleven en het de exoten zullen zijn die primeren. Tussen deze geviseerde exoten zitten er ook een aantal goede bijenplanten, wat wil zeggen dat men bezig is om het voedsel van bijen en andere nectaretende insecten af te pakken. Met slogans over biodiversiteit en maai in mei niet, prent men de mensen een bepaald beeld in! Stel u voor dat niemand in mei nog het eerder proper gehouden gras maait, en dat de hele omgeving vol met prachtige, bloeiende planten staat – van waar komen die plotseling? – zodat er eten is in overvloed voor de insecten, zoals men aankondigt. En op 1 juni begint men te maaien en het voedselveld verdwijnt, waar moeten de insecten en hun nakomelingen, want die zullen er ook ruim aanwezig zijn door het vele voedsel, dan hun eten halen? Er zal in grote aantallen gestorven worden van honger. Is het dat wat men op het oog heeft? Of werd er niet goed nagedacht? Door het zomerweer van de laatste tijd is de lentedracht zo goed als voorbij en is de honing geslingerd en wacht in de rijper om ingepot te worden. Let op dat de bijen niet 51
zonder eten vallen door een verminderd nectaraanbod! En denk aan een bestrijdingsmanier tegen de varroa! Op het internet wordt er volop gecommuniceerd over diverse vormen van bijenwoningen en bijenteeltmethoden, net alsof men het warm water heeft uitgevonden. Een aantal beginnende bijenhouders laten zich onwetend vangen en meeslepen tot aan het punt dat ze vaststellen dat het toch dat niet was, wat ze op het oog hadden of wat ze voorgespiegeld gekregen hadden! Weet dat die oude dingen eerder al beproefd en uitgetest werden en opzij geschoven werden als onvoldoende. Kijk eerder naar een ervaren imker en volg zijn of haar manier van doen en denken over de bijen! En volg zijn of haar werkwijze! Wat er vandaag ook al gebeurt, is dat men zogenaamd milieu bewust iets wil doen voor de bijen en een kast bijen in de tuin zet. En dat is het! Er wordt niet naar om gekeken, de bijen trekken hun plan wel. Een poos later wordt er een imker met de telefoon lastig gevallen, dat er dit of dat te zien is en wat moet men doen?! Plezant en juist is wel iets anders! Maar ja, de tijden veranderen en de mensen zijn al veranderd. Het is het “ ik “ dat telt en de rest moet er zich naar richten! Waar is de tijd dat imkers als buren bij elkaar kwamen voor nen babbel of een vraag, en om elkaar te helpen? Vandaag primeert het internet! Er werden het voorbije jaar, zeg maar de hele coronaperiode, nogal vragen gesteld en berekeningen gemaakt en waarden van honing voorgesteld. De imkers die honing lieten onderzoeken bij Honeybee werden betrokken in een enquête over de honingprijs. Hier kwam een honing prijs uit afhankelijk over welke honing het ging van 5 tot 10 euro. Na overleg werd er bepaald, gezien de hogere kosten voor het bijenhouden, zo worden de glazen 52
honingpotten ook duurder, dat men geen adviesprijs meer aanbeveelt. Een aantal imkers vragen voor 500 g verpakte honing vanaf 2022 toch 7 euro. Wie er met de bijen reist weet iets over energiekost. En de doorsnee voeding stijgt voortdurend in prijs! Zo een goei 50 jaar geleden en nog eerder – we hadden hier een verhaal over in ’t Polleken van jan/feb 2021, - Met de hondenkar – speelde de energiekost niet direct mee omdat de imkers hun volken naar de Heide brachten met de fiets of met de hondenkar. Kunnen we dat opnieuw doen, om onze eigen portemonee te redden en om het milieu te sparen? De voorzitter.
Melding Op 27 april 2022 is imker Marcel Van Moer, uit Tisselt, op 92-jarige leeftijd onverwacht overleden. Wij delen in het verdriet van zijn echtgenote, Yvonne en zijn kinderen met hun partner: dochter Gysele en zoon Didier, die ook imker is in onze gilde.
53
VERMEERDERING VAN DRACHTPLANTEN (deel 8) Stekken van planten Stekken is een vermenigvuldigingsmethode die vaak toegepast wordt bij dicotyle planten. Het stekken biedt verschillende voordelen. Het is meestal eenvoudig toepasbaar, maar het grootste voordeel is dat dat de stek dezelfde eigenschappen heeft dan de plant waarvan de stek genomen is. We spreken in dat geval ook van de moederplant. Er bestaat een zeer kleine kans dat er in één bepaalde stek cellen aanwezig zijn die afkomstig zijn van één gemuteerde cel en dat deze mutatie een meerwaarde biedt, op esthetisch of commercieel vlak. Bovendien zullen meestal de niet gemuteerde cellen sterker groeien en er alles aan doen om de mutatie te niet te doen. Dus we gaan ervan uit dat we na het stekken identieke planten bekomen. Een kleine zoektocht laat duidelijk zien dat er zeer veel verschillende stekmethoden bestaan. Ook gebruiken verschillende auteurs voor eenzelfde methode een andere naam. Toch kunnen we de methoden als volgt indelen. 1. Op het moment dat de stek genomen wordt van de moederplant? 2. Op het moment dat de stek gestoken wordt (soms zal men de stekken een tijdje bewaren op een koude plaats)? 54
3. De plaats waar de stek genomen wordt a. een deel van de stengel i. Verhouten stengel ii. Jonge stengel b. een deel van het blad c. een deel van de ondergrondse plantendelen 4. De vorm van de stek a. lengte van de stek, aantal ogen b. eindigt de stek op een eindknop c. wordt de stek afgesneden of afgescheurd 5. Worden er hulpmiddelen gebruikt, denk aan groeihormonen? 6. Welk steksubstraat wordt er gebruikt? 7. Onder welke omstandigheden worden de gestekte planten geplaatst? 8. Hoe lang duurt het vooraleer de stek voldoende wortels heeft om uitgeplant te worden? In de bovenstaande opsomming staat groeihormonen vetgedrukt omdat het toch interessant is om dit begrip te verduidelijken. Groeihormonen zijn stofjes die in een plant, en ook in alle andere levende organismen, aangemaakt worden en doorheen heel de plant worden getransporteerd. Ze regelen allerlei levensnoodzakelijke lang- en kortlopende groeiprocessen. Hieruit kan je enerzijds besluiten dat ze eigen zijn aan de plant en anderzijds de vraag stellen waarom we ze nog extra zouden toedienen. Eerlijkheidshalve moet vermeld worden dat groeihormonen, die als stekpoeder verkocht wordt, eerder uitzondering dan regel zijn. Het gebruik ervan is zeker ook niet nieuw, want vanaf de jaren 50 van de vorige eeuw werd er zelfs veel meer aandacht besteed aan groeihormonen in het tuinbouwonderricht dan nu. 55
Reeds in 1941 schreef men aan de unief van Wageningen artikels over groeistoffen.
Ook onder laboratoriumomstandigheden wordt er “gestekt”, we spreken dan van IN VITRO TEELT. Bij deze technieken draait alles om hormonen zoals in een latere bijdrage uitvoerig aan bod zal komen. Een belangrijk plantaardig groeihormoon dat gebruikt wordt bij het stekken is INDOL(YL)BOTERZUUR, waarvan je hiernaast de structuur ziet. Dit hormoon behoort tot de groep van de AUXINES. Rhizopon is een bekend handelsmerk (maar niet het enigste) van dit groeihormoon. Het wordt verkocht als stekpoeder of als oplosbare tabletten. Stekken kunnen met het wondvlak in de poeder gedopt worden juist voor het stekken. Soms lost men eerst een tablet op in water en zet men de stekken een tijdje in de oplossing voor het stekken.
56
Voor ons is het gebruik van stekhormonen enkel interessant voor moeilijk te stekken planten. De kweker wil natuurlijk met deze methode het slagingspercentage maximaliseren
(Bron Rhizopon - Snelle beworteling voor elk gewas) Het is onmogelijk om in dit kader alle planten en alle stekmethoden te behandelen. Daarom zullen de volgende bijdragen zich concentreren op enkele interessante bijenplanten. Tot volgende keer en veel succes bij het tuinieren. Freddy Franck
57
De grote verhuis: Hoe miljoenen honingbijen plots tussen de bloesems in Haspengouw belanden Elk voorjaar zoemen plots miljoenen honingbijen rond in Haspengouw. Miljoenen, ja: dat lees je goed. Die komen, net zoals echte toeristen, allemaal even op vakantie in Haspengouw. Om daarna weer te vertrekken. Hoe? Met dank aan imkers van over het hele land. Kizzy van Horne
Enig idee hoe al die fruitbomen in Haspengouw binnenkort ook peren, appelen en kersen zullen kunnen dragen? Dankzij de bij, die een torenhoge verantwoordelijkheid op zijn vleugeltjes draagt. Wereldwijd is 75 procent © RR van ons voedsel, van fruit tot groenten, granen en meer, afhankelijk van de bestuiving door insecten. 58
Ook de fruitstreek heeft bijen en andere bestuivende insecten nodig. En dus ook Haspengouw. “Fruittelers kunnen rekenen op de wind of op wilde bijen en insecten voor de bestuiving van de bloesems tijdens het bloeiseizoen, maar dat is niet voldoende. Ze hebben ook de honingbij nodig voor een goede bestuiving”, zegt Wim Tollenaers van het Steunpunt Bijenteelt. Om die gigantische klus - het bevruchten van zoveel fruitbomen - te klaren: daar is een hele volksverhuis voor nodig. Of beter gezegd: een bijenverhuis. Imkers van over het hele land plaatsen dezer dagen honderden bijenkasten tussen de fruitbloesems, waar de bijen kunnen genieten van een groot nectarbanket. Die honingbij is een gedomesticeerde bij. Imkers houden zich bezig met de bijenteelt en ziet erop toe dat de bijen in de beste omstandigheden in hun bijenkasten kunnen leven. “De imker staat ervoor in dat de honingbij nooit uitsterft”, zegt de Alkense entomoloog Peter Berx, die samen met tv-gezicht Lieven Scheire het boek Insecten schreef. Een imker plaatst zijn kasten tussen de fruitbloesems bij Karel Vaes, teler van kersen, appels en peren in Borgloon. — © Sven Dillen
Miljoenen “Een goed bestoven vrucht zorgt voor een hoog oogstvolume en voor een regelmatige, mooi gevormde vrucht”, zegt Wim Tollenaers van Steunpunt Bijenteelt. Voor een appel- en perenboomgaard van een hectare heb je twee tot drie bijenvolken nodig. Voor een 59
hectare kersen en krieken vier tot zes bijenvolken. “Een bijenvolk bestaat in de lente uit zo’n 40.000 à 45.000 bijen bijen. In de zomer is een bijenvolk op z’n sterkst met 60.000 bijen.” Er staan honderden kasten in de fruitstreek, we kunnen dus spreken van miljoenen bijen. Conference Die honingbij blijft de belangrijkste bestuiver in de fruitteelt. Omdat ze in groten getale ingezet worden en bloemvast zijn, wat wil zeggen dat ze gedurende de hele bloei op dezelfde bloemen vliegen. De bij kruipt diep in de bloem om nectar te zoeken. Hierbij raakt ze de meeldraad aan en blijven er stuifmeelkorrels aan haar lijfje plakken. Daarna vliegt de bij door naar een andere bloem. Een deel van het stuifmeel op haar rug zal bij de volgende bloem aan de stamper blijven kleven. Zo worden de bloesems bestoven en zal er dus straks fruit aan de bomen groeien.
Vooral appels en kersen zijn grotendeels afhankelijk van de bij. “De conferencepeer geeft ook vruchten zonder bestuiving”, zegt Tim Beliën van Proefcentrum Fruitteelt in SintTruiden. “Al zijn die dan van minder goede kwaliteit. Bijen zijn enorm belangrijk voor de fruitteelt. We zetten in Haspengouw meer in op het aantrekken van wilde bijen door gemengde hagen rondom de akkers te planten en in voldoende nestkasten te voorzien. Het werpt z’n vruchten af.” 60
Egyptenaren Al zijn die wilde bijen nog lang niet genoeg in aantal om de bloesems te bestuiven. Daarom plaatsten imkers van uit heel Limburg en ver daarbuiten bijenkasten in de fruitstreek, goed dus voor miljoenen bijen. “De Egyptenaren zetten meer dan 4.000 jaar geleden al bijen in. Ik heb niet anders geweten dan dat fruittelers tijdens het bloesemseizoen een beroep doen op imkers”, zegt Karel Vaes van Fruit met Hart en Ziel, teler van kersen, appels en peren in Borgloon. “We werken mee aan het voortbestaan van de wilde bij door meer biodiversiteit rond de boomgaarden en akkers te creëren, maar de honingbij blijft belangrijk voor de bestuiving tijdens het seizoen. De inzet van de gedomesticeerde bij is goed voor de fruittelers, maar ook voor de imker die straks lekkere Haspengouwse honing heeft.” Nog goed nieuws: er is een groeiende interesse voor de imkerij, met heel wat nieuwe imkers als gevolg. Helaas heeft die imker niet alles in handen, zoals de aanwezigheid van de varroamijt, die op bijen parasiteert, maar ook winter- en verdwijnziektes. En de verarming van de florale biodiversiteit doet de bijen ook geen goed. “Iedereen kan zijn steentje bijdragen door veel bloemen in de tuin te planten. Laat klavers en paardenbloemen in het gras staan en zorg ervoor dat bijen en andere insecten voldoende nectar in de tuin vinden”, zegt entomoloog Peter Berx. 3 x honing uit Haspengouw Zelf lekkere bloesemhoning proeven? Dat kan bij deze imkers. 1. Imkerij De Kevie De imkerij ligt in natuurgebied de Kevie in Tongeren. De imkerij verkoopt behalve Kevie honing ook andere soorten uit de streek, 61
zoals de Haspengouwse voorjaar- en zomerhoning van de fruitbloesems in de regio. Een pot kost 6,5 euro. Imkerij De Kevie, Oude Blaarstraat 130 in Tongeren. Info: imkerij-dekevie.be 2. Imkerij ’t Fleurtje Imker Freddy Schotsmans van imkerij ’t Fleurtje uit Genk bracht zopas zijn bijenkasten naar verschillende kersentelers in de fruitstreek. Dat levert hem straks lekkere Haspengouwse kersenhoning op. Die kun je bij de imkerij kopen voor 8 euro. Imkerij ’t Fleurtje, Info via de Facebookpagina.
© Imkerij De Kevie Spoorstraat
11
in
Genk.
3. Pipo Fruitbedrijf Pipo, bekend van de appelsappen, nodigt elk jaar tijdens het bloesemseizoen imkers uit om bijenkasten in de plantages te plaatsen. Samen met de imkers bracht het bedrijf Pipo Honing uit. De bloesemhoning kun je kopen via de website of in de hoevewinkel. Een pot kost 6,10 euro. Pipo Appelsappen, Naamsesteenweg 389b in SintTruiden. pipoappelsappen.be © Imkerij 't Fleurtje 62
Een register bijhouden als hobby-imker, wat houdt dat in ? Henri Van Lierde De noodzaak van een minimum registratie geïllustreerd door de actualiteit De wedervaren van het bedrijf Ferrero (chocolades « Kinder ») zijn uitgebreid aan bod gekomen in de media. Het begon met enkele loten van enkele producten die uit de handel moesten genomen worden omdat deze besmet waren met Salmonella. Op zich is dat geen uitzonderlijke maatregel, opgelegd door het Federaal Agentschap voor Veiligheid van de Voedselketen : dat gebeurt vaker. Maar toen kwam de kat op de koord: er werd overgegaan tot het schadelijk verklaren van de gehele productie, en ook het intrekken van de uitbatingsvergunning van het bedrijf. Waarom ineens deze extreme maatregel? Het was zeer onwaarschijnlijk dat de algehele productie besmet kon zijn; er moest een andere reden zijn. En deze reden was te vinden in de onduidelijke administratie, registratie en communicatie van het bedrijf. Een zeer belangrijk onderdeel van deze administratie is de traceerbaarheid. Deze term omvat alle registraties welke het mogelijk maken om te weten te komen wat er gebeurd is in geval van accidenten zoals hoger vermeld bij Ferrero. 63
Europa eist dat. En Belgie heeft deze eis omgezet in het Koninklijk Besluit van 14 november 2003. Traceerbaarheid kan men terugvinden in Art 6 van dit Besluit : Art. 6.§ 1. Elke operator moet beschikken over systemen of procedures waarmee van de ontvangen producten wordt geregistreerd : de aard, de identificatie en de hoeveelheid van het product, de ontvangstdatum, de identificatie van de vestigingseenheid die het product levert en, in voorkomend geval, andere gegevens die door de Minister worden voorgeschreven… § 2. Elke operator moet beschikken over systemen of procedures waarmee van de afgevoerde producten wordt geregistreerd : de aard, de identificatie en de hoeveelheid van het product, de leveringsdatum, de identificatie van de vestigingseenheid die het product afneemt en, in voorkomend geval, andere gegevens die door de Minister worden voorgeschreven… § 3. Elke inrichting moet beschikken over systemen of procedures waarmee het verband tussen de aangevoerde en de afgevoerde producten kan worden gelegd en waarmee ze in alle stadia van productie, verwerking en distributie traceerbaar zijn. Een imker is ook een operator in de voedselketen. Maar er bestaan versoepelingen voor kleine producenten, waaronder vanzelfsprekend de hobby-imker. De definitie van kleine producent kan men terugvinden in de Gids voor goede Bijenteeltpraktijken ook voorzien in het Koninklijk Besluit van 14 november 2003. 64
In deze Gids wordt er gesproken van bijhouden van een register. Wat bedoelt men met dit Register ? Wanneer we ons steunen op de Gids stellen we vast dat deze registratie vrij uitgebreid kan zijn. Dit zal zeker van toepassing zijn voor grote producenten. Maar is dat ook zo voor de Hobby imker ? We kunnen toch eens een idee krijgen over wat er belangrijk zou kunnen zijn om te noteren op een register. Iets verder maken we een voorstel om dit zo eenvoudig mogelijk te houden. Er bestaan vier grote categoriën van gegevens : Inkomend register, met registratie van alle inkomende goederen, grondstoffen en gereedschap Gegevens over de productie Gegevens over incidenten en problemen Uitgaand register Het inkomend register -aankoop van kolonies, zwermen, koninginnen. Hier moet de identificatie van de verkoper vermeld worden en de aangekochte aantallen (niet aantal bijen natuurlijk). -aankoop van was met vermelding van verkoper, hoeveelheid lotnummers of indentificatie ten einde stroomopwaarts te kunnen traceren (eventueel van « sjoemelwas », contaminaties) -aankoop van honing van andere imkers voor eventuele doorverkoop of voor samenstellen van mengloten. Met vermelding verkoper, en lotnummers. -aankoop van geneesmiddelen, met vermelding van verkoper, lotnummer, eventueel voorschrift. 65
-aankoop van voeder (suiker, siroop, deeg) met i.d. verkoper en lotnummer. -aankoop gereedschap: wanneer van toepassing (vooral tijdens de bereiding van honing vanaf het slingeren), moet het gereedschap van « foodgrade » kwaliteit zijn, en moet men beschikken over de nodige attesten, die de verkopers moeten afleveren. Foodgrade kwaliteit wordt gesignaleerd door een logo (vorkje en lepel). Honingpotten moeten van foodgrade kwaliteit zijn. -reinigings-, onstmettingsmiddelen moeten ook toegelaten zijn voor in de voedingsector ; -andere : eventueel brandstof voor beroker, kasten, ramen. Productiegegvens of bedrijfsdagboek -het oogsten van de honingraten. Best vermelden : watergehalte, aantal, of hoeveelheid, identificatie van de kasten. -het slingeren, en de samenstelling (herkomst kasten) van de rijpingsketels, en het/de lotnummer(s) toegekend aan de slingerbeurt. Gebruikte slinger, indien gemeenschappelijk (materiaal van de vereniging). Lotnummer : datum slingerbeurt + 6 maand is het simpelste. -het reizen : identificatie van de reizende kasten, plaats van bestemming, datum terugreis. -smelten van de was (eigen productie): herkomst kasten, lotnummer toegekend aan de was. Eventueel gebruikte toestellen indien gemeenschappelijk (materiaal van de vereniging) -bijvoederen : gebruikte voeders en lotnummers, identificatie van de kasten.
66
-geprogrammeerde varroabehandelingen : aard van de behandeling, gebruikte producten, lotnummers bestrijdingsmiddelen. -de verenigingen die materiaal beheren en uitlenen houden ook een register bij met de identificatie van de gebruikers, en datum van het uitlenen. -reinigingsbeurten, ontsmettingen met de aard van de behandelde objecten, de gebruikte (toegelaten) reinigigingsen ontsmettingsmiddelen. Gegevens over incidenten en problemen De gegevens hieronder vermelden telkens : de observaties en vaststellingen, en daarna de ondernomen (correctieve) acties. -observatie van de kast, de vliegplank, de bodem rond de kast. -openen van de kast, onderzoek van de ramen en bijen. -observatie van abnormale sterfte, ziekteverschijnselen, zichtbare letsels (vervormde vleugels). Mogelijke diagnose en oorzaak, ondernomen onderzoeken en analyses, resultaten van de analyses (verwijzen naar de farde waarin deze bewaard worden, behandelingen, gebruikte geneesmiddelen ; resultaten van de ondernomen acties. -bemonsteringen uitgevoerd door de overheid (FAVV), uit eigen initiatief, resultaten van de analyses, ondernomen acties, resultaten van de acties, opvolging. Uitgaand register Het is niet nodig de verkoop aan particulieren te registreren. -enkel de verkoop of levering van honing, koninginnen, zwermen, volken, was, propolis aan andere imkers, handelaars, 67
transformatiebedrijven moet geregistreerd zijn. Het register vermeldt de identificatie van de ontvanger, de aard van het product en de geleverde hoeveelheid, de lotnummers. voorstel van eenvoudige registratie We maken een eenvoudige tabel in word met drie kolommen : Datum code Registratie van de nuttige gegevens 1 2 3 4 met de 4 bestaande categoriën van gegevens als leidraad, registreren we de gegevens die we belangrijk vinden, gewoon chronologisch, per datum in de tabel, met vermelding van de categorie van gegevens : 1. voor inkomende registratie : aankopen 2. voor routine handelingen 3. Voor problemen en hun oplossing 4. Voor uitgaand registratie, verkoop. Maar dit laatste is niet nodig voor verkoop aan particulieren. We moeten niet bevreesd zijn voor vermelding van problemen, die gegevens kunnen ook heel nuttig zijn voor onszelf, en wanneer de acties die ondernomen werden om de problemen op te lossen ook geregistreerd zijn, dan is dat ook geen probleem voor de inspectiediensten. Vergeten we niet dat de Koninklijke Imkervereniging Neerbrabant ter beschikking staat bij 68
het helpen oplossen van moeilijke (en minder moeilijke) problemen. Het oproepnummer staat in ‘t Polleken !! Al bij al, als we de bijenhal hebben verlaten, en achter de computer zitten, neemt dat een of twee minuten in beslag. O nog iets ! heel nuttig : wekelijkse of twee wekelijkse mijtenvaltelling op de luier: ook noteren op het register of -dagboek : zo weet u hoe het staat met Varroa infestatie !
Zwermen Josfien De manier waarop een natuurlijke voortplanting bij honingbijen gebeurt noemt men zwermen. Het woord zwerm, wil zeggen – een grote hoeveelheid bijen bij elkaar die zich samen verplaatsen, waarbij ze een typisch zwermgeluid maken! Wanneer een imker wil vermijden dat er onverwacht een zwerm voorkomt uit een van de eigen volken zal zij/hij een aantal ingrepen doen die zwerm beheersing noemen. Tijdens het zwermen zullen een hoeveelheid bijen, zeg maar zo een 10.000 tal, samen met hun moeder, de koningin, het nest verlaten om op een andere plaats een nieuwe woning te gaan bevolken. Hoe verloopt deze handeling, of handelingen? De werkbijen in de 69
kast bepalen wanneer er een aanvang gemaakt wordt om te gaan zwermen! In onze streken gebeurt het meestal in mei, die daarom de zwermmaand genoemd wordt; al gebeurt het de laatste jaren ook vroeger. Dit is heel waarschijnlijk het gevolg van de klimaat veranderingen! Wanneer er in een volk veel eten binnenkomt waardoor de koningin veel eitjes zal leggen ontstaat er plaatsgebrek en zullen de bouwbijen grotere cellen bouwen – doppen . Wanneer de koningin hier een eitje in legt, zal het verzorgd worden om uit te groeien tot een koningin. Het kan ook voorkomen dat er een reeds belegde cel vergroot wordt tot een dop. (Later vernemen we ook nog een andere mogelijkheid waarom er gezwermd wordt) Uit een eitje komt na 3 dagen een larfje, dat gevoed wordt met koninginnebrij. Dit voedsel dat uit kopklieren van de jonge voederbijen komt laat het larfje uitgroeien tot een flinke koninginnelarve die zich na 5 dagen zal inspinnen in de ondertussen groter gebouwde dop. Uit deze koninginnedop die ook dicht gebouwd wordt zal er na 8 dagen ( 3 – 5 – 8 ) een volgroeide koningin geboren worden. Wanneer de temperatuur in het volk iets hoger of lager uitvalt zal de ontwikkeling van de koningin ook korter of langer duren en kan er een dag verschil op zitten wanneer ze geboren wordt. Nu even terug! De bouwbijen zullen tegen de buitenzijde van het broednest grotere cellen bouwen waarin de koningin onbevruchte eieren zal leggen waaruit er darren geboren worden – van ei tot dar is 24 dagen. Deze darren zullen met de toekomstige jonge koningin, die eigenlijk een maagdelijke prinses is, in de lucht tijdens de bruidsvlucht, paren! In een volk waar er koninginnelarfjes verzorgd worden ontstaat er een zwermstemming en treed er zwermkoorts op! Wanneer de eerste koninginnedop door de bijen 70
gesloten wordt met was beginnen de bijen met zwermkoorts zich te verzamelen, en wordt de oude koningin al eens aangepord Als het weer geschikt is stormen de bijen naar buiten. Ze rollen als knikkers uit de kast en vullen de lucht met een donkere wolk, rond en boven de kast! Indien de koningin niet is meegekomen zullen ze terug de kast induiken en morgen opnieuw beginnen. Na een korte tijd – 10 tot 15 min. – zal de zwerm in een nabije boom aan een tak gaan hangen. Speurbijen gaan op zoek naar een geschikte woonplaats en komen terug om de zwerm op te halen. Voor ze vertrekken kan de imker deze zwerm scheppen; zoals dat noemt! Met een plantenspuit wordt er water over de zwerm gesproeid zodat de vleugels nat worden en het vliegen moeilijk is. Het eenvoudigste is wanneer de zwerm aan een gemakkelijk bereikbare tak hangt. Er wordt een zwermkorf onder de zwerm gehouden en er wordt met de tak geschut zodat de zwerm er af valt in de korf. De korf wordt op de grond gezet – uit de zon – met de rand op een steen zodat er ruimte onder is om de nog rond vliegende bijen binnen te laten. Een bijenborstel ( of ganzenvleugel ) is heel handig om bijen van de tak te borstelen. Tegen dat het donker is zijn alle bijen binnen, als de koningin ook in de korf zit! Wanneer de bijen terug naar de tak vliegen is de koningin er niet bij en moet er opnieuw geschept worden. De geschepte zwerm zal ik morgen, tegen de avond, in een vrije kast zetten, door hem voor de kast op een doek uit te gieten. 71
Na enkele minuten beginnen ze het vlieggat binnen te lopen. Ik kijk na hoe de koningin, die over de bijen loopt, er uit ziet. Als ze niet gemerkt is zal ik ze vastpakken bij het borststuk, met duim en wijsvinger, zonder te knijpen. Ik zal ze merken met een kleur van vorige jaren, en zet ze terug! Zwermende bijen hebben voedsel mee en ze mogen niet gevoederd worden de eerste dagen of de kans bestaat dat ze vertrekken. Door de opgelopen zwermkoorts zijn de bijen een deel van hun geheugen kwijt en mogen ze gerust naast hun vorige woonplaats gezet worden! Tip bij een bijensteek:
Als je gestoken bent door een bij, altijd de angel verwijderen zoals op de foto te zien is. Schuif met de nagel van je vinger over de angel zodat los komt van de huid. Probeer nooit met 2 vingers de angel uit je hand te trekken omdat je dan al het gif dat nog in het gifzakje zit in je lichaam duwt. 72
Het voedsel van de bijen Jef Beuckelaers De honingbijen zorgen zelf voor hun voeding, door het te zoeken en op te halen in de natuur. Voor de larven die moeten groeien en ontwikkelen zijn er eiwitten nodig, zo ook voor de melkklieren bij de voederbijen. Deze eiwitten, want er zijn meerdere soorten, worden naar het bijennest gebracht in het stuifmeel. Dit stuifmeel zijn de mannelijke cellen in de bloemen die voor het bestuiven en bevruchten, van de planten, op de vrouwelijke stamper moeten terecht komen. Voor hun energiebehoefte hebben de bijen suikers nodig, die ze als nectar ophalen in de bloembodems en in hun nectarblaas meebrengen naar het bijennest. Door een gewijzigd milieu, kijk naar de uitgestrekte maïswoestijnen die voor de bijen eerder ongunstige stoffen afgeven, waar er vroeger een bloemenweelde aanwezig was op de akkers, tussen het gras en het graan, kan er gebrek aan voedsel voor de bijen ontstaan! Hier moet de imker aandachtig voor zijn en tijdens het 10 daagse nazicht ook de voedselaanwezigheid nazien.
Bij gebrek aan gepast eten moet er gevoederd worden! - siroop van suiker in water 3 – 2 langs een voederbak - droge deeg met eiwitten wordt op de ramen gelegd
73
Voederrecept
Bereiding in keukenrobot
ingrediënten: alle ingrediënten op kamertemperatuur 1 kg. Poedersuiker 3 eieren 50 g droge honing 100 g biergist
suiker en eieren mengen tarwekiemolie bijvoegen honing bijvoegen protifar + kruiden toevoegen
1 soeplepel tarwekiemolie, bij te vochtig extra biergist 1 schepje Protifar ( apotheek ) bij te droog een extra ei 1 soeplepel gedroogde tuinkruiden: zoals : Basilicum, Salie, Dille, Munt, Citroenmelisse, Koriander, Rozemarijn, Oregano, Tijm, …
Toedienen op de ramen het deeg op een plaatje of in een honingdeksel leg er een stokje op zodat de afdekfolie op de kast niet aansluit op het deeg!
74
Ik maak een aflegger Josfien Een aflegger is een nieuw volk, gemaakt uit een bestaand volk! En wordt gewoonlijk in een kleine kast gezet, zoals een 6 ramer, maar het kan even goed in een gewone bijenkast. Een aflegger wordt gemaakt wanneer er veel bijen in de kast zijn. Dat is tijdens de drachtperiode of net er na! – dat is meestal ook in de zwermperiode! Een aflegger dient om uit te breiden of als reserve tegen bijensterfte! Een aflegger kan niet ter plaatse blijven want de vliegbijen kennen het gebied en vliegen terug naar hun gekende woonplaats. In een aflegger: Moet er open broed, eitjes en larfjes, aanwezig zijn Moeten er veel jonge bijen aanwezig zijn om het broed te verzorgen en om het warm te houden Is het aangewezen dat er stuifmeel in zit 75
Moet er voldoende eten aanwezig zijn Mag er uitlopend darrenbroed, uit een ander volk, aanwezig zijn om de koningin die ze zullen opkweken te bevruchten! Ik zet de 6 raams kast klaar naast of achter de kast die de aflegger zal leveren, het vlieggat dicht. Ik hang zowel links als rechts in de kast een uit te bouwen wasraat, er naast komen twee volle ramen met eten Voor de middelste open plaatsen neem ik twee broedramen met eitjes uit de broedromp, met de opzittende bijen maar zonder de koningin! Dan borstel ik van drie ramen uit de honingzolder de bijen af in de aflegger Ik leg de folie op de ramen en plaats het deksel er op Dan plaats ik het kastje 24 uur in een koele, droge plaats, zoals een kelder, waardoor ze 1 volk vormen, want ze ondervinden wel dat er geen koningin aanwezig is. Hierna breng ik het kastje naar een plaats op 3 km. afstand en zet het vlieggat op een spleetje, tegen mogelijke roverij! Zo een 10 dagen later kom ik naar de opgetrokken koninginnen doppen kijken en zal op 2 na, alle doppen wegnemen. Ik verwacht dat 2 weken later de jonge koningin aan de leg zal zijn! Er kunnen ook nog andere types van afleggers gemaakt worden, waar ik later zal over uitweiden! 76