Het Maxx Magazine #36

Page 1

NR. 36 | JAARGANG 7 | NR. 3 | DEC.‘12 | PRIJS: € 2,00

MAXX MAGAZINE

Zet je aan het denken

Hoe goed is een

goed doel?

12

Alcoholleeftijd naar

6

18!?

Studente UvA én Ajax-speler

18 Tessel Middag


Redactioneel

Wilders’ Aristoteles-succes Max van Geuns - ‘Het is geen voetbalprobleem, het is een Marokkanenprobleem’ was Geert Wilders’ te verwachten reactie op het tragische overlijden van de mishandelde grensrechter van SC BuitenBoys. Zoals altijd schittert de reactie van de meest besproken Nederlander in koeienletters op Teletekst, pagina 101. Gelukkig valt het daarom niet meer op en ook in de Tweede Kamer achten ze de uitspraken van de PVV-man geen tijd meer waard. Toch valt niet te ontkennen dat het juist dit soort uitspraken zijn, die de PVV-hype laten opwaaien. Door simpele uitspraken als ‘Nederland is de Islam beu’ en ‘niet alle moslims zijn terroristen, maar bijna alle terroristen zijn moslim’ en door het blaffen over grootheden als ‘massa-immigratie’ is het Wilders gelukt om in twee verkiezingscampagnes 24 zetels te halen. Voor de normale rationele Nederlander onbegrijpelijk. Echter eenvoudig te verklaren aan de hand van Ars Rhetorica van Aristoteles... Want alhoewel je het niet zou zeggen; Wilders en Aristoteles hebben, als je even de deugdenethiek van Aristoteles buiten beschouwing laat, best wat gemeen. Beiden maken ze gebruik van retoriek. Hierbij moet je de nadruk leggen op ‘gebruik maken van’: voor de meeste filosofen van vóór de tijd van Aristoteles en voor de meeste politici nu nog is de redekunst namelijk slechts een truc waarmee anderen misleid worden. Een redekunst waarmee de waarheid wordt misvormd. Voor hun genoeg reden om het geen analyse waard te achten. Deze twee filosofische tegenhangers (gebruik maken van en neerkijken op retoriek) waren bij de verkiezingen van 2010 duidelijk op het politieke toneel te herkennen: Wilders’ nieuwe aardsrivaal van de PvdA werd de waarheid-, normen- en waarden-koesterende Job Cohen. En onterecht of niet, vooral dit was de oorzaak van het verlies van de PvdA en de winst van de PVV. Aristoteles zou trots zijn op de wijze waarop Wilders zijn kiezers heeft overtuigd (hiermee zeg ik niet dat hij het inhoudelijk eens zou zijn!). Volgens hem heeft Wilders het talent van het voldoen aan de drie basisvoorwaarden van retoriek: ethos (geloofwaardigheid), pathos (het vermogen om de emoties van het publiek aan te spreken) en logos (logisch redeneren). Hoe gek het ook klinkt: deze drie wijze Griekse woorden zijn terug te vinden in de eerder genoemde oneliners van Wilders.

Ethos bereikt Wilders door zich als volksvertegenwoordiger neer te zetten, wat natuurlijk ook moet als democratisch gekozen kamerlid. Hij vat dit echter erg letterlijk op: wanneer hij zich weer eens uitlaat over de Islam, zegt hij nadrukkelijk niet ‘ik ben de Islam beu’, maar ‘Nederland is de Islam beu’. Pathos bereikt Wilders door aan de ene kant abstract te zijn en te overdrijven, maar aan de andere kant door verschrikkelijk duidelijke kreten. Waar hij het eerst nog heeft over een vage ‘massaimmigratie’ (uit angst voor het onbekende willen we hier niks mee te maken hebben), praat hij later over een glashelder verbod op de Koran. Gevolg: het publiek voelt zich van buiten bedreigd en zoekt bescherming bij de PVV. Last but not least: door met aannemelijke stellingen zoals ‘niet alle moslims zijn terroristen, maar bijna alle terroristen zijn moslim’ overtuigd Wilders mensen, omdat het klinkt als een logische redenering. Dit verklaart ook het gemiddelde lage opleidingsniveau van de PVV-stemmer: een weldenkend mens zal tot de conclusie komen dat de meerderheid van terroristen niet moslim is, maar lid van de Sri Lankaanse Tamil Tigers... Aan de hand van deze theorie van Aristoteles verklaar ik niet alleen de successen van Wilders, maar ook de grote tekortkoming van linkse politici als Job Cohen. Deze politici beroepen zich liever op ‘zuivere waarheid’ en ‘rechtvaardige principes’ dan op retoriek. Als je de droevige dood van de grensrechter van de Buitenboys buiten beschouwing laat, kan ik toch terugkijken op een geslaagd ‘politiek’ 2012. Nederland staat namelijk weer onder een fatsoenlijk en bovenal positief bewind dat geweld op het veld niet oplost door enkel Marokkanen aan te pakken, maar door de opvoeding van probleemjongeren in het algemeen te verbeteren. En laat dit nou net een bewind zijn mét een PvdA-man in de voorhoede. Het zou me dan ook niets verbazen als de intellectuele Diederik Samsom, in tegenstelling tot die (te) lieve Cohen, wél de Rhetorica van Aristoteles gelezen heeft... Ik heb mij laten inspireren door het boek ‘En mijn tafelheer is Plato’ van Rob Wijnberg.

Hoofdredacteur Max van Geuns

Vormgever Olivier Overberg

Adviseur Julie Overberg

Adviseur Roeland van Geuns

Adviseur Hans Zilversmit

Tekstredactie Nicolás Quarles van Ufford

Tekstredactie Roswitha van Geuns

Tekstredactie Margot van der Sande

2

Het Maxx Magazine

Adviseur/Tekenafdeling Aart van Zoest

Eindredacteur Tim Bender

Tekenafdeling Pieter Dik

Drukwerk Marco Mulder

december 2012


Inhoud

Albumtip Jake Bugg Boekentip De Duivenhoudsters

4 Cultuur

6

MAKS Column ‘Ik ben HSGK’

5 Opinie

Alcoholleeftijd 10 naar

18!?

Bruggen slaan: zo heet het bereikte regeerakkoord tussen VVD en PvdA. Klinkt mooi, elkaar wat gunnen. Maar de alcoholleeftijd verhoging, dat gaat niet over VVD- of PvdA-stemmers. Dat gaat over kinderen, die voor het overgrote deel nog geen politieke mening hebben en ‘gewoon’ lekker willen feesten... mét een biertje. Omdat dit ook een groep betreft, die niet mag stemmen, hebben wij maar een poging gewaagd om hun mening aan het licht te brengen...

12

Hoe goed is een

goed doel?

Vaak denken we er niet eens bij na: een muntje in een bus, een smsje; het gaat snel, kost je niet veel en het goede doel loopt binnen. Volgens de Trouw top-50, samengesteld op basis van de databank van Kennisbank Filantropie, is Kinderpostzegels momenteel het beste goede doel. Viola Lindboom, directrice van de kennisbank, legt uit waarop gelet moet worden bij het kiezen van een ‘goed’ doel.

20 Co-piloot Dubbeltest in Assen Opel Astra OPC & Ford Focus ST ‘We hebben deze ochtend het hele circuit voor onszelf, en hier gaan we dan ook gebruik van maken door de twee meest recent uitgebrachte hot hatches aan de tand te voelen. We zetten ze even naast elkaar, en het is na enkele seconden al duidelijk dat de Astra er veel strakker uitziet. De Focus ziet er, zeker als je hem naast de Astra zet, wat gewoontjes uit. We gaan de baan op met beide auto’s...’

Election day Politiek

Heather Hughes en Alex Liu studeren nu een tijdje in Nederland. Daarvoor leefden zij in een totaal ander land: Amerika. In verschillende staten hebben ze nu drie presidentsverkiezingen meegemaakt, waarvan de meest recente zojuist in 2012. Echter wisten ze nog niet ten tijde van een buitengewoon boeiende speech dat ook nu de President luistert naar de naam Obama. Lees hier over hun ervaringen en verwachtingen en alles wat betreft de verkiezingen.

17 Koken 18

Promille in het eten

Tessel Middag

Young star

Zo young is ze niet meer, maar zeker een star! Tessel Middag (20) studeert nu voor het tweede jaar aan de UvA geschiedenis. Vorig seizoen speelde ze daarnaast ook nog eens bij ADO Den Haag, nu voetbalt ze om de hoek, namelijk bij Ajax. Een heel nieuw team, maar al vol sterren. Hoe heeft Tessel het zo ver geschopt? En lukt het haar om, net zoals vorig jaar met ADO, kampioen te worden met de Amsterdamse dames? Een inspirerend interview...

22 Getest

Oliebollen

Een nieuwe rubriek. Mandula van den Berg en Dieuwke de Vos combineren hun verfijnde smaak, brede kennis en kritische houding in het testen van... oliebollen! Na vijf Amsterdamse standjes bezocht te hebben, hebben ze een bol gevonden die bestempeld kan worden als de ‘bol der bollen’. Smullen maar!

Colofon Het Maxx Magazine, Rubensstraat 44, 1077 MT Amsterdam. Directie: Max van Geuns, Olivier Overberg. Uitgever: Max van Geuns. Hoofdredactie: Max van Geuns, Olivier Overberg. Tekstredactie: Max van Geuns, Olivier Overberg, Roswitha Heyn, Nicolás Quarles van Ufford, Margot van der Sande. Tekenafdeling: Aart van Zoest, Pieter Dik. Fotografie: Olivier Overberg. Vormgeving: Olivier Overberg. Marketing: Max van Geuns. Financiën: Max van Geuns. Eindredactie: Tim Bender. Drukkerij: Drukkerij Jan Nagel. Drukwerk: Marco Mulder. Medewerking in dit nummer/met dank aan: Chris van Kalkeren, Abel Nijkerk, Aleid Truijens, Isidor Ilic, Chiara Staal, Leonie Hemelrijk, Ruthy Fraterman, Sytze Bouma, Heather Hughes, Alex Liu, Marieke Barendse, Jantine Swagerman, Viola Lindeboom, Kennisbank Filantropie, Trouw, Tessel Middag, Dieuwke de Vos en Mandula van den Berg. Het is niet toegestaan zonder schriftelijke toestemming van de uitgever dit blad op te nemen in de leesportefeuille. Het Maxx Magazine is ervan overtuigd dat de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van haar abonnees, klanten en bezoekers van de website van groot belang is voor haar activiteiten. Persoonlijke gegevens van abonnees en bezoekers worden dan ook met de grootst mogelijke zorgvuldigheid behandeld en beveiligd. Service en Informatie Wilt u een abonnement: bel 06-81177725 (op werkdagen 16.30-20.00). Voor vragen over abonnementen: neem contact op met de klantenservice via onze mail: redactie@maxxmagazine.nl. Tijdschrift niet ontvangen? (laatst verschenen nummer): bel 06-81177735 (op werkdagen 16.30-20.00) of mail naar redactie@maxxmagazine.nl. Adreswijziging: stuur uw adreswijziging uiterlijk 2 weken van tevoren op naar: Het Maxx Magazine, Rubensstraat 44, 1077 MT, Amsterdam. Adverteren: Neem contact op met Max van Geuns (m.vangeuns@maxxmagazine.nl). Prijzen: Adviesprijs in de normale verkoop € 2,- per nummer. Abonnementsprijzen per 5 nummers: € 8,- (Amsterdam Zuid), € 17,20 (Nederland), € 23,80 (buitenland).

december 2012

Het Maxx Magazine

3


Cultuur

Albumtip: Jake Bugg - Jake Bugg Chris van Kalkeren - Niets zo irritant als mensen die zeggen dat de muziek van ‘vroeger’ veel beter was en er nu alleen maar troep wordt gemaakt. Er worden genoeg voorbeelden bijgehaald om me te overtuigen: een vals zingende Rihanna, een playbackende Justin Bieber en een Boyband die alleen maar beroemd is om de goede looks. Maar ik ben niet overtuigd. Er zijn nu net zoveel goede artiesten als vroeger, het enige verschil is dat, door de ontwikkeling van de muziekindustrie en de media, er nu ook mensen op een podium staan die hun succes inderdaad voor een groot deel te danken hebben aan goede genen. Wat zo jammer is is dat de mensen die zo druk zijn met het uitschelden van de Nicki’s en Katy’s de werkelijk goede muzikanten van nu (die vaak technisch beter zijn dan de muzikanten van vroeger, door de betere toegankelijkheid van muzieklessen, opleidingen en betere instrumenten), vaak over het hoofd zien. En speciaal voor deze mensen zal ik hier een album bespreken van een artiest die van deze tijd is, maar je ook meeneemt naar vroeger: Jake Bugg. Wanneer ik namelijk voor het eerst de hits ‘Lightning Bolt’ en ‘Trouble Town’ van deze jongen hoorde, kon ik maar aan één iemand denken: Bob Dylan. Door het stemgebruik, de manier waarop hij zijn gitaar bespeelt en zelfs de teksten laat Bugg horen waar hij zijn inspiratie vandaan haalt. Hij zegt zelf ook beïnvloed te zijn door artiesten zoals Jimi Hendrix, Oasis en The Beatles. Hij weet er echter wel een hele eigen draai aan te geven, waardoor hij zijn helden absoluut niet imiteert en hij een eigen herkenbare sound heeft. Jake Bugg, wiens echte naam Jacob Edwin Kennedy is, groeide in de Engelse plaats Nottingham op. Hij is pas 18 jaar en stond op 17-jarige leeftijd al op het podium op het bekende Engelse festival Glastonbury Festival. In mei 2012 trad hij op bij het

BBC muziekprogramma Later… with Jools Holland. Hoe De Wereld Draait Door is voor Nederlandse artiesten, is dit programma voor Engelse muzikanten; na het optreden in dit programma begon het balletje echt te rollen en op 15 Oktober 2012 lag daar het allereerste album, Jake Bugg, in de schappen. Net zoals in Engeland, werd het album ook in Nederland goed ontvangen en kreeg het vier sterren in de Volkskrant. Een geweldige nieuwe aanwinst in de muziekwereld volgens mij en ik kan maar niet ophouden met het luisteren naar Country Song, een prachtig, kwetsbaar nummer. Mij zal je dan ook zeker op 8 maart in de Melkweg zien, waar Jake een concert geeft. En er zijn nog kaarten!

Lightning Bolt (& Iain Archer) Two Fingers (& Iain Archer) Taste It (& Iain Archer) Seen It All (& Iain Archer) Simple As This (& Matt Prime) Country Song Broken (& Crispin Hunt) Trouble Town (& Archer) Ballad of Mr. Jones (& Archer) Slide (& Archer) Someone Told Me Note to Self (& Archer) Someplace Fire

Boekentip: De Duivenhoudsters - Alice Hoffman

Wat een veelomvattend verhaal! Gebaseerd op de geschiedschrijving van Flavius Josephus bedenkt de bekende Amerikaanse schrijfster Alice Hoffman een ongelooflijk verhaal over vier sterke joodse vrouwen, twee nog heel jong en twee wat ouder. Ze komen vanuit verschillende richtingen, om verschillende redenen en met verschillende achtergrond in het jaar na de verwoesting van Jeruzalem naar de vestingstad Masada om te overleven onder de meest onbeschrijfelijke omstandigheden. Door de zorg voor de duiven raken hun levens verweven. Na een behoedzaam begin kon ik het boek niet meer wegleggen; het meeslepende verhaal toont weer aan dat ook oude geschiedenis de ogen kan openen voor actuele situaties. In ieder hoofdstuk merk je de grondigheid van het onderzoek dat aan het verhaal vooraf is gegaan, waardoor je een levendig beeld krijgt van de verbijsterende levensomstandigheden in die oorlogstijd 2000 jaar geleden. Een page turner om je echt in te verdiepen! Dit boek is natuurlijk te koop bij...

4

Het Maxx Magazine

december 2012


IK BEN HSGK Margot van der Sande - Op zomaar een middagje bank hangen met mijn moeder komt Jan Smit ter sprake. Sowieso geen onderwerp om vrolijk van te worden, maar dit was wel heel ernstig; Moeder: ‘ “Jan Smit had altijd zijn vader als manager, maar die heeft hij een half jaar geleden ontslagen. Sindsdien komt de vader op geen enkele gelegenheid, huldiging of ander feestje van Jan meer langs.” Nou, dat heeft wel voor een aardige breuk in de familie gezorgd zeg!’ ‘Ja, maar dan had hij ook niet zo een knuppel moeten zijn die zijn eigen vader tot manager benoemt… Alhoewel, toen hij begon was hij natuurlijk nog wel klein, dan is er niet veel andere keus dan die razend enthousiaste (lees: opdringerige) ouders van je als manager te nemen…’ ‘Nou ja zeg! Je zou eens moeten weten wat ik allemaal voor jullie snotapen doe en heb opgegeven!’ ‘HA, en dan ook nog zeuren! Wie wilde er hier nou kinderen?’ ‘Natuurlijk, natuurlijk, jij bent zo een typisch, uitermate triest gevalletje van HSGK: Happy Single Gewenst Kinderloos.’ ‘Oh...’ Het valt me tegenwoordig wel vaker op; kinderen krijg je niet, je neemt ze. Laatst las ik een interview met een lerares die een half jaar geleden een tweeling heeft gekregen. ‘Ik kreeg kaarten waarop stond; “Geniet ervan!” Genieten?, dacht ik dan. Waarvan?!’ Dat is toch vreemd? Die kinderen, die je tenslotte NEEMT, zorgvuldig ingepland in je leven, perfect uitgestippeld opdat ze je carrière niet in de weg zitten, zijn toch gewild lijkt me zo? Waarom zou je anders zoiets vrijwillig doen? Een beetje van ze genieten lijkt me daarom niet al te veel gevraagd. Mocht ik ooit toch niet meer happy single willen zijn (wat een verschrikkelijke term trouwens) en dan toch toegeven aan het hebben van een stel jengelende kutkotertjes, dan, (en alleen dan!)

Opinie

wil ik een huisman. Mijn man hoeft zich geen zorgen te maken over zijn carrière, die maak ik wel. Hij krijgt het heerlijk rustig: De kinderen opwachten met een kopje thee, boodschapjes doen, wasje draaien. En natuurlijk neem ik een mamadag. Op die dag koop ik de kids lekker om. Ik doe alleen maar leuke dingen met ze, geef ze alles wat hun Margot van der Sande hartje begeert, we eten patatjes. Dan vinden ze mij veel leuker dan die zeur van een vader die de spruitjes telt. En als we gaan scheiden (wat we natuurlijk gaan doen; hartstikke hip!) zit ik helemaal goed; Ik heb carrière gemaakt (en dus geld en connecties) en hij heeft slechts kennis van het beste afwasmiddel en waar het zachtste wc-papier te kopen. Natuurlijk zijn we niet in gemeenschap van goederen getrouwd, dus mij na het huwelijk een poot uitdraaien zit er voor m’n man ook niet in. Er is alleen één probleempje… de kinderen! Aangezien ze mij door mijn geweldige mamadag veel leuker vinden, willen ze natuurlijk bij mij wonen. Maar wat moet ik met ze? Ten slotte ben ik carrière aan het maken! Kwestie van planning hoor ik u zeggen. Nou, ik weet het goed gemaakt, voorlopig blijf ik nog lekker even veilig HSGK.

Pieter Dik

december 2012

Het Maxx Magazine

5


Alcohol

Alcoholleeftijd naar

!?

Max van Geuns - ‘Overmatig alcoholgebruik door met name jongeren is zeer zorgelijk en leidt tot grote schade. De minimumleeftijd voor de verstrekking van alcohol gaat naar 18 jaar. Dit gaat gepaard met intensieve voorlichting en adequate handhaving.’ Dit is wat er in het regeerakkoord staat over de alcoholleeftijd, ondertekend door Mark Rutte en Diederik Samsom. Wanneer deze nieuwe regeling in zal gaan is niet bekend, er is de laatste tijd weinig over verschenen in de media en het laatstbekende bericht op www.rijksoverheid.nl luidt: ‘De Tweede en Eerste Kamer moeten het voorstel nog goedkeuren. Het streven is wel de verhoging in 2013 in te laten gaan.’ So this is serious. Daarom vragen wij maar eens wat verschillende mensen om hun mening: een biologiedocente, een journaliste en vijf jongeren met verschillende leeftijden; allen hebben ze een andere mening...

‘Matigheid moet je leren’ Aleid Truijens (columniste Volkskrant) - Juist als ‘iedereen’- de politiek, de hulpverleners, de publieke opinie – een enorme misstand erkent, blijkt die vaak al op z’n retour. Jongeren en alcohol, dat is een enorm probleem. Niet alleen in de gevaarlijke grote steden. Ook dorpen worden ieder weekend geteisterd door pubers, die ladderzat ronddweilen en de boel vernielen. Elke week staat er wel weer een berichtje in de krant over piepjonge zuiplapjes die op de Eerste Hulp belanden, nadat ze zich in een coma hebben gezopen. En toch lees ik in diezelfde krant dat Nederlandse jongeren, volgens een onderzoek van de Wereld Gezondheids Organisatie, beduidend minder alcohol drinken dan acht jaar geleden. Mooi zo. Maar toch: één op de vijf van de jongens tussen 11 en 21 jaar slaat op een uitgaansavond zo’n 20 biertjes naar binnen. Dat is meer dan onvolgroeide hersenen aankunnen. Eén alcoholvergiftiging op je veertiende, opgelopen bij het indrinken voor een schoolfeest, kan een hersenbeschadiging veroorzaken die je leven verwoest – voor altijd een zombie. Blowen is evenmin gezond en richt op den duur schade aan. Voor veel bewindslieden is een probleemjongere iemand met een afgezakte broek, een petje en een piercing, lurkend aan een joint. In werkelijkheid zijn het de frisse jongens en meisjes die zich in de sportkantine spotgoedkoop volgieten, die de grootste maatschappelijke schade aanrichten. Bij veel vecht- en steekpartijen, verkrachtingen, bedreigingen, vernielingen en verkeersongelukken is drank in het spel, geen wiet. Een 16-jarige jongen met twintig bier in zijn kinderlijf is een levensgevaarlijke bom van testosteron en alcohol.

6

Het Maxx Magazine

Als moeder – goddank zijn ze nu volwassen en doen hun hersens het nog – ben ik dus vóór een verhoging van de leeftijdgrens voor het kopen van zowel wiet als alcohol naar 18 jaar. Stop het grote kinderzuipen en het suffe blowen. Leve het frisfeest. Tegelijk mompel ik in mezelf: wat ben jíj hypocriet. Want ja, hier spreekt wel een geduchte ex-blower en nog altijd stevige ‘sociale’ drinker. In mijn puberteit ben ik, ogenschijnlijk een keurig gymnasium-meisje, in gevaarlijke situaties beland, op vakanties zonder ouders. Volkomen stoned zwom ik in de Griekse zee, sliep op het strand en werd bestolen. Scheel van de alcohol bestuurde ik brommertjes zonder remmen en zat ik in gevaarlijk zwabberende auto’s. Het is een mirakel dat ik nooit ben verdronken, en niet om een boom gekruld ben geëindigd. Maar het gevoel van vrijheid was overweldigend. Braaf stuurde ik een ansicht naar huis: ‘Alles goed, leuk hier, groetjes A.’ En dan dat hippiefeest in een oud schoolgebouw. Ik had mijn mooiste Indiase jurk aangetrokken. Glimlachende mensen, heel oud - wel twintig - zaten in kleermakerszit rondom kringelende wierook. De waterpijp ging plechtig rond, en talloze joints. Een schattig meisje deelde zelfgebakken hasjcakejes uit. Er werd loom gezoend. Iedereen hield van elkaar. Later op de avond was ik weg. Ik werd pas gevonden tegen de ochtend, toen de stapel Afghaanse jassen in een hoek van het lokaal slonk. Halverwege die berg lag ik, verzeild in dromenland. Er werd paniekerig aan me geschud. Ik opende mijn ogen en daar stond mijn vader, in zijn keurige winterjas - toch een vertrouwde gestalte in dit rookhol. ‘Kom’, zei hij strak, ‘we gaan.’ In de auto sliep ik alweer, en drie dagen later nog steeds.

december 2012


Alcohol Blowen of zuipen, het liefst wil je als hypocriete ouder dat je schatjes geen van beide doen. Maar wij geven geen goed voorbeeld. Vrijwel elke volwassene drinkt: politici, leraren, talkshowgasten, ouders. Zelfs opa en oma - het drankgebruik van 65-plussers is even groot als dat van jongeren. Een drinkend kind is gewoon een van ons, hij doet gezellig mee. Wat je een puber verbiedt, doet-ie zeker. Nergens gebeuren er zoveel ongelukken met alcohol als onder Amerikaanse jongeren, die tot hun 21ste niet mogen drinken. Natuurlijk doen ze het toch, stiekem, en na hun 21ste gaan ze helemaal uit hun dak. Misschien is het toch beter om langzaam te wennen aan alcohol. Matigheid moet je leren. En eerlijk is eerlijk: toen ik met mijn dochter, toen een jaar of 17, voor het eerst samen een glaasje wijn dronk, had ik maar één gedachte: wat gezellig!

‘Verbieden is nooit een garantie tot succes’ Chiara Staal (scholier, 16 jaar)- Je 16e verjaardag. Na jaren van zwetende handjes bij de kassa als je een fles wijn wilde afrekenen en het triomfantelijke gevoel als het dan tóch een keer lukte zijn voorbij. Eindelijk kan je met trots je ID laten zien aan de caissière als ze vraagt of je ‘misschien een identiteitsbewijs bij je hebt’. 16 jaar worden voelt voor de meeste tieners als het bereiken van een soort pre-volwassen leeftijd, maar het kabinet wil daar verandering in brengen. Comazuipen is een opkomend fenomeen. Jongeren proberen zoveel mogelijk te drinken en het liefst ook nog binnen een tijdsbestek van een uur om ladderzat over straat te zwalken. De regering wil dit tegengaan door de leeftijd om een een biertje of een wijntje te kopen omhoog te gooien naar 18, maar daarmee pak je het probleem niet aan. Niemand is heilig en een enkeling wacht daadwerkelijk met het drinken van zijn of haar eerste biertje totdat ze de leeftijd van 16 hebben bereikt. Degenen die dit daadwerkelijk doen zijn juist de mensen die op hun 16e verjaardag lallend op straat eindigen zonder sleutels, schoenen of jas. Het probleem aanpakken door de leeftijd omhoog te brengen, waarom zou dit werken? Laten we Amerika eens als voorbeeld nemen, waar de leeftijd zelfs 21 is. Is het probleem daar kleiner? Integendeel! Uit onderzoeken valt duidelijk af te lezen dat het percentage comazuipende Amerikanen vele malen hoger is dan het aantal Nederlandse jongeren wat eens een keertje van het padje afgaat. Waarom wordt er niet geïnvesteerd in voorlichtingen over de gevolgen van alcohol bij de risicogroepen? Het besluit van de regering om dat drankje van de vrijdag- of zaterdagavond van jongeren af te pakken zal weinig zin hebben. Want laten we eerlijk zijn: wie herinnert zich niet het opzoeken van

december 2012

een 16 plusser om een biertje of wijntje te regelen? Jongeren zullen altijd op een of andere manier alcohol weten te bemachtigen. Hoe ‘illegaler’ het wordt, des te groter zal de kick zijn als het dan toch lukt om alcohol te bemachtigen. Verbieden is nooit een garantie tot succes. Beste regering, laten we van die biertjes of wijntjes in het weekend afblijven. Gun de jeugd hun pleziertje van de week.

‘Een beetje hypocriet’ Leonie Hemelrijk (scholier bijna 16 jaar)De regering wil de alcoholleeftijd van 16 jaar naar 18 jaar verhogen. Dit zou gezonder zijn voor pubers, omdat hun hersenen nog niet volledig ontwikkeld zijn. Maar de hersenen van de mens zijn pas volledig ontwikkeld rond de 24 jaar. Dus waarom de alcoholleeftijd naar 18 jaar verhogen? Maak er dan meteen 24 jaar van. En als de regering dan toch bezig is: Alcohol kan ook op de (volledig ontwikkelde) hersenen van volwassenen een erg slechte invloed hebben bij overmatig gebruik. De hersenen van iemand die te lang meer dan 25 glazen alcohol per week drinkt, kunnen echt gaan krimpen. Een beetje hypocriet dus. Dan kan de regering alcoholische dranken beter meteen helemaal verbieden. Dat is alleen al geprobeerd in de jaren 20 in de VS (The Great Drought). En dat ging helemaal mis: niemand hield op met alcohol drinken. De georganiseerde criminaliteit steeg drastisch en mensen als Al Capone konden rijk worden door de illegale handel in alcoholische dranken. Mensen vinden altijd wel een manier om verboden goederen te pakken te krijgen. Wiet bijvoorbeeld, dat is ook pas te koop vanaf 18 jaar. Maar minderjarigen die echt wiet willen roken kunnen die ook wel ergens vinden. Waarom zou de regering denken dat dit met alcohol anders zou zijn? Het verhogen van de alcoholleeftijd zal voor pubers onder de 18 jaar geen groot obstakel vormen. Alcohol is tenslotte gewoon nog te koop in de supermarkt. En er zijn veel manieren om het laten zien van de eigen identiteitskaart te omzeilen. Met een beetje geluk wordt er helemaal niet gevraagd naar je ID en met pech moet je een valse maken. En dat is helemaal niet moeilijk. Ik begrijp heel goed dat het kabinet wil voorkomen dat kinderen zichzelf voor het leven beschadigen door te gaan coma-zuipen op hun zestiende. Maar ik denk toch niet dat het gaat helpen om de alcoholleeftijd omhoog te doen naar 18 jaar. Als alcohol moeilijker te krijgen wordt, zal het dus een hele prestatie zijn voor een 16-jarige om eraan te komen. En daarbij komt: de extreme gevallen die zoveel drinken dat ze bewusteloos raken, kunnen zelf ook heus een manier vinden om aan genoeg alcohol te komen. Die gevallen kun je dus vast niet beperken door de alcoholleeftijd te verhogen naar 18 jaar.

Het Maxx Magazine

7


Alcohol ‘Deze wet pakt overmatig alcoholgebruik goed aan’ Isidor Ilic (scholier, bijna 18 jaar) Persoonlijk zou ik het niet erg vinden als de alcohol leeftijd naar 18 zou gaan. En niet alleen omdat ik dan al 18 ben. Jongeren zullen altijd eerder beginnen met drinken dan voor hun door de wet is toegestaan. Op deze manier beginnen ze ten minste echt pas op 16-jarige leeftijd. Want niet veel 14-jarige hebben vrienden van 18 jaar die hun drank willen verschaffen. Wel denk ik dat er van een geleidelijke inwerking sprake moet zijn. Zo zal deze drastische verandering beter kunnen worden aangepakt. Overmatig alcoholgebruik is een probleem en ik denk dat het door middel van deze wet doel-gericht en bij de bron aangepakt kan worden. In vele Europese landen is de alcohol leeftijd al 18, dus zouden wij hiermee niet uit de boot vallen. 18 jaar is de leeftijd waarop men volwassen wordt, hiermee gaat het verantwoordelijk zijn voor je daden samen. Wanneer men dan dus dronken schade aanricht zijn zij hiervoor zelf aansprakelijk, dat haalt dus ook een last van de schouders van ouders af. Al met al vind ik het dus een goed wetsvoorstel.

‘De oplossing ligt bij de jongeren’ Sytze Bouma (scholier, 16 jaar)- Het voorstel om de minimum leeftijd voor het kopen van licht alcoholische dranken van zestien naar achttien jaar te verhogen was in mijn ogen niet zo onrechtvaardig als sommigen beweren. Het is bijna iedereen vandaag de dag wel duidelijk dat alcohol niet goed is voor de ontwikkeling van de hersenen. Als je het vanuit dat perspectief bekijkt is het helemaal niet vreemd dat deze regeling zou kunnen worden ingevoerd. Maar waarom dan toch die verontwaardigde reacties? Omdat de jongeren die nu zestien zijn wel hun hersenen zouden mogen belemmeren in de groei en de jongeren van lagere leeftijd niet? Als men het zo bekijkt zijn die verontwaardigde reacties ook grote onzin. De werkelijkheid is dus anders. Het gaat hier niet om het ontbreken van de kennis bij jongeren dat alcohol slecht voor je is, en ook niet om het feit het oneerlijk zou zijn omdat anderen onder de regeling zouden door glippen omdat zij toevallig eerder geboren zijn. Het is een sociale kwestie. Alcohol is cool, gezellig en lekker. Maar waarom? Alcohol drinken wordt door veel jongeren gezien als een manier om te laten zien dat je stoer bent (omdat je tegen het reglement in treedt), dat je er bij hoort (omdat anderen het ook doen) en dat je volwassen bent. Ik drink geen alcohol, omdat ik er niet van houd, en ik er geen voordeel in zie het wel te drinken. Anderen, zo merk ik, zien er een groot voordeel in doordat het zo’n grote sociale betekenis heeft. Bij mij gaat het niet om die sociale betekenis,

8

Het Maxx Magazine

maar om wat het is: een gifstof. Men moet zelf maar bepalen welke sociale waarde je eraan hecht. Van mij mag de regering de sociale waarde van alcohol proberen te verkleinen middels een leeftijdslimiet; de oplossing echter ligt in het inzicht van de jongeren.

‘Niet drinken vóór je 22ste!’ Ruthy Fraterman (biologiedocente en DJ) - Als het op alcohol aankomt ben ik een buitenstaander. Ik drink af en toe één biertje of wijntje als ik zin heb in de smaak, maar mijn vrienden blijven me uitlachen om het belachelijk lage tempo waarmee ik mijn glas leeg. En ik lach mee. In de periode dat ik op de middelbare school zat heb ik geen druppel aangeraakt. Ik hield er de typisch puberale gedachte op na dat ik het slap vond dat volwassenen het blijkbaar alleen leuk konden hebben met alcohol en drugs en rebelleerde daar tegen. Niet dat ik er op tegen was dat anderen het gebruikten, de werkelijkheid is denk ik dat het mij simpelweg niet interesseerde en dat doet het nog steeds niet. Uitgaan vond ik leuk maar ik kon niet begrijpen waarom mensen daar alcohol bij wilden nuttigen. Experimenteerdrift is mij vreemd. Ik probeer me erin in te leven maar het gaat me net zo slecht af als een autistisch persoon die de emoties van een ander probeert te begrijpen. Beter dan dat, kan ik het niet uitdrukken. Met deze houding maakte ik het mezelf niet makkelijk; ik weet als geen ander hoe extreem groepsdruk kan zijn op dit gebied. Toen ik begon met studeren moest ik op ieder feestje opnieuw uitleggen dat ik geen bier wilde en liever fris dronk. Men accepteerde het wel maar liet ook duidelijk blijken hoe vreemd ze dat vonden. Ondertussen wende ik eraan dat mensen zich naarmate het later op de avond werd steeds idioter gingen gedragen en paste me aan… voor gek doen heb ik geen alcohol nodig. Waardoor - ironisch genoeg - mensen om me heen weer niet wilden geloven dat ik niets gedronken had! Als mensen maar lang genoeg doorzeuren kan het toch gebeuren dat je aan groepsdruk bezwijkt. De eerste keer dat ik dronken werd was ik uit met studiegenoten. Ze hadden ontdekt dat ik dropshots lekker vond omdat ze niet naar alcohol smaakten maar naar limonade. Na er drie gedronken te hebben binnen anderhalf uur, ontdekte ik dat ik de controle over mezelf kwijt was. Ik kon niet meer stoppen met onzin uitkramen tegen iedereen en hoorde mezelf aan alsof de persoon binnenin mij een toeschouwer was. Een vriend was zo lief me door een taxi naar huis te laten brengen en ik besloot het nooit meer zover te laten komen. Maar ja, wie ben ik? Nu er plannen zijn om de leeftijdsgrens om alcohol te mogen drinken te verhogen naar 18 jaar overheerst bij mij de gedachte dat het zo wellicht makkelijker voor jongeren wordt om weerstand te bieden tegen deze groepsdruk. Als ze zich aan deze regel houden tenminste – jongeren kennende gaat dat natuurlijk nooit gebeuren. Overigens iets waar je jongeren niet

december 2012


de schuld van kan geven. Het zijn vaak volwassenen die ze het drinken aanleren. Uit onderzoek is gebleken dat ouders die hun kinderen toestaan thuis te drinken – uit angst dat ze het anders ‘zonder toezicht’ buiten de deur gaan doen – er zo voor zorgen dat hun kinderen een grotere kans krijgen alcoholverslaafd te raken dan kinderen van ouders die dit niet toestaan. Daarnaast is alcohol drinken zo ‘normaal’ in onze samenleving… hoe kan je verwachten dat jongeren niet met alcohol willen beginnen als ouders zelf het verkeerde voorbeeld geven? Dat laatste punt maakt het verdomd moeilijk de alcoholconsumptie onder controle te houden. Feit blijft dat alcohol extra schadelijk is voor hersenen die nog in ontwikkeling zijn, wat in de praktijk betekent dat het beter is niet te drinken vóór je 22ste levensjaar. Daar komt bij dat je beter in staat bent risico’s in te schatten met volwassen hersenen. Pubers zijn hier nog niet toe in staat; comazuipers zijn bijna altijd jonger dan 20 jaar!

Alcohol ‘Ik houd het bij een colaatje’

Abel Nijkerk (scholier, bijna 16 jaar)- Ik had er wel vaag over gehoord, dat drankverbod. Ze willen de alcoholleeftijd verhogen naar achttien ofzo.

Nou, dan krijg je een hoop gezeur. Mensen die nu zeventien zijn, al een jaar mogen drinken en nu opeens nuchter moeten blijven op feestjes. En mensen die zich er zó op hadden verheugd: eindelijk zestien! Nu mag ik me volzuipen... Nou, mij maakt het niet zoveel uit, die nieuwe regeling. Ik word één maand erna zestien en mag dus nét niet drinken. Boeiend: ik was het toch al niet van plan. Te veel mensen gezien die kotsend op de vloer liggen en de volgende keer toch weer door gaan. Ik heb er ook geen behoefte aan. Ik houd het gewoon bij een colaatje.

In dat licht gezien is deze nieuwe regel eigenlijk al geslaagd als het ervoor kan zorgen dat de gemiddelde leeftijd waarop jongeren met alcohol drinken beginnen hoger wordt dan nu. Het vergemakkelijkt ook wellicht de handhaving van veiligheid op schoolfeesten en -reizen, nu nog een nachtmerrie voor veel docenten. Balen als je moet wachten tot 18 jaar? Denk even aan het volgende: ik heb nooit minder lol gehad dan mijn drinkende vrienden en heb ook nooit last gehad van zeurende katers. Goed, op één ochtend na dan.

Word Abonnee!

Ik ontvang graag een abonnement van 5 nummers! Die ik krijg overhandigd voor € 8,- per jaar.

Ik ontvang graag een abonnement van 5 nummers! Die per post naar ergens in Nederland geleverd worden voor € 17,20 per jaar.

Ik ontvang graag een abonnement van 5 nummers, die per post naar het buitenland geleverd worden voor € 23,80 per jaar.

Naam Postcode:

Adres: Woonplaats

E-mail adres

Telefoonnummer

Stuur deze gegevens op naar: Of e-mail deze gegevens naar:

Het Maxx Magazine redactie@maxxmagazine.nl

Rubensstraat 44 II

1077MT Amsterdam

Voor meer informatie zie: www.maxxmagazine.nl/abonnee-worden december 2012

Het Maxx Magazine

9


Politiek

Election day Het is 6 november 2012. De dag van de Amerikaanse presidentsverkiezingen. Niet alleen in The United States is dit de orde van de dag: ook in Nederland wordt op veel plekken aandacht geschonken voor de spannende tweestrijd tussen democraat ‘President’ Barack Obama en republikein Mitt Romney. Max van Geuns Bijvoorbeeld op het Vossius Gymnasium te Amsterdam. Hier zijn ‘s middags alle vierde klassers, in het kader van maatschappijleer, uitgenodigd voor een presentatie over de verkiezingen, verzorgd door twee Amerikanen die nu een tijdje in Nederland wonen. Heather Hughes is nu promovendus op het gebied van kunstgeschiedenis en Alex Liu is bezig met zijn master in biomedical engineering. Maar vandaag doet dat er allebei even niet toe: today it’s all about America! Als het verwelkomende Amerikaanse volkslied voor de tiende keer is geëindigd, mag Heather beginnen met haar inlichting over de Amerikaanse verkiezingen... Illegaal stemmen

Heather heeft tot aan vandaag drie keer ‘mogen’ meedoen aan de Amerikaanse verkiezingen. Voor het eerst toen ze zeven was... Nu zul je waarschijnlijk denken: ‘Zeven? Dan mag je toch nog helemaal niet stemmen?’ Dat klopt, alhoewel toezicht op het stemmen in Amerika een stuk minder strikt is als in Nederland. Destijds (1992) mocht Heather namelijk mee met haar moeder, die het niet echt uitmaakte of George Bush senior (republikeinen) of Bill Clinton (democraten) zou winnen. Heather zelf had gek genoeg op zevenjarige leeftijd wel al een duidelijke mening en daarom mocht zij voor haar moeder het vakje van Clinton inkleuren. Trots vertelt ze hoe ook haar (illegale) stem Bill Clinton tot Amerikaans president heeft gemaakt.

Voter registration

Daarna heeft ze toch maar tot haar achttiende gewacht en vervolgens in 2004, toen ze net studeerde, legaal op John Kerry gestemd. Dat deed ze in New Hampshire, maar ze kwam uit New Jersey. Geheel bewust heeft ze haar voter registration laten overzetten naar New Hampshire: immers zou haar stem in New Jersey, dat traditioneel blauw kleurt (democraten), niet veel uitmaken, terwijl dat wel anders is in ‘swing state’ New Hampshire. Ook na de uitslag realiseerde ze zich hoeveel haar individuele stem uitmaakte: Kerry won er nipt van George Bush senior, die (helaas) wel genoeg andere staten binnenhaalde voor de herverkiezing. Heathers laatste stem ging in 2008 uit naar Barack Obama, toen ze vanuit Manhattan voor New York stemde. Dit vond ze de indrukwekkendste verkiezing, vooral door de vreugde na de uitslag. Dit jaar stemt Heather voor Pensylvania, waar ze voor het laatst woonde en studeerde. Ook dit jaar gaat haar stem uit naar Obama, maar ze denkt dat het ontzettend spannend wordt. Volgens haar is de belangrijke keuze die mensen moeten maken: ‘Kiezen we voor economische vooruitgang voor een paar mensen of voor sociale vooruitgang voor een enorme bevolkingsgroep?’

10

Het Maxx Magazine

Onderzoek

Heather heeft wat onderzoek gedaan naar welk soort Amerikaan naar de stembus gaat. Hieruit is bijvoorbeeld gebleken, dat een oorzaak van de (onder Amerikaanse begrippen) hoge opkomst van 60% in 2008 de populariteit van Obama onder jongeren, black Americans, Latino Americans en Asian Americans was. Leeftijd, geslacht, herkomst, opleiding en het socio-economic level zijn de belangrijkste factoren die de doorslag geven óf iemand stemt, en zo ja op wie. Zo is de opkomst onder 65-plussers meer dan 70% terwijl maar 40% van de mensen tussen 18 en 24 stemmen. Van de Amerikanen die hun middelbare schoolopleiding niet hebben afgerond blijkt slechts 30% te gaan stemmen. Daar staat tegenover dat maar liefst 85% van de Amerikaanse studenten met een voltooide studie en daarnaast een extra degree naar de stembus gaat. Als je hier ook nog eens de getallen bij neemt van de stemopkomst onder bepaalde inkomensgroepen, kom je tot de conclusie dat onder relatief rijke, goed opgeleide Amerikanen meer gestemd wordt dan onder de armere mensen met een lagere opleiding.

Blauwe en rode staten/steden

Alex is opgegroeid in een, zacht gezegd, wat ‘rodere’ staat: Texas. Toen hij ging studeren verhuisde hij naar Baltimore (Maryland). Om het verschil duidelijk te maken: in 2008 verloor Obama in Texas met 43,6% tegen 55,4% voor McCain. Datzelfde jaar won Obama in Maryland met 61,9% tegen 36,5% voor McCain. Nog heftiger is het verschil in de nieuwe nabije omgeving van Alex: in Baltimore stemde bijna 90% op Obama... Overal in Amerika zie je deze trend terugkomen: bij vergelijking van staten zijn de meeste kuststaten ‘blauw’ en de wat meer landinwaarts gelegen staten ‘rood’. Binnen de staten stemmen stadsmensen over het algemeen op de democraten en platte landsmensen op de republikeinen.

december 2012


Politiek Big issues

Volgens Alex zijn vandaag de dag, naast natuurlijk de grote economische crisis waarin we allemaal verkeren, de grote issues: Obamacare (het nieuwe gezondheidssysteem) en womans rights (vooral over abortus). Ook zegt hij dat de invloed van Hurricane Sandy, die de Verenigde Staten de afgelopen tijd heeft geplaagd, te merken zal zijn in de verkiezingsuitslag morgenochtend.

Democraat in Texas

Een negatief gevolg van het statensysteem (the winner takes it all) is, dat je als deel van de minderheid in een non-swing state snel geneigd bent om niet te gaan stemmen. Zo geldt dit ook voor Alex, die nog steeds geregistreerd is in Texas. Zijn stem, die net zoals van Heather, uitgaat naar Obama, zal niks uitmaken. Hij geeft echter ook aan dat hij niet zoals Heather altijd op de democraten stemt, maar deze verkiezingen zijn voorkeur geeft aan Obama omdat zijn plannen het beste uitpakken voor het overgrote merendeel van de Amerikanen. Nadat ook Alex zijn interessante verhalen heeft verteld, krijgen de vierde klassers een uitgelezen kans om vragen te stellen. Helaas zijn het vooral de docenten die hiervan gebruik maken... Marieke Barendse (geschiedenisdocente): ‘Alex, gezien dat jij afziet van stemmen in Texas: hoe democratisch is jullie systeem eigenlijk?’ Alex: ‘Dat is een probleem waarmee elke democratie te maken krijgt. Je kunt mensen namelijk moeilijk gaan dwingen om naar de stembus te gaan. Het is mijn keuze om niet te stemmen en daar heeft ons systeem weinig mee te maken.’ Ook ik pakte mijn kans: ‘Hoe hebben jullie de Nederlandse verkiezingen ervaren en wat zijn de grote verschillen tussen jullie en onze verkiezingen?’ Alex: ‘Ik heb de verkiezingen niet intensief gevolgd, maar ik weet bijvoorbeeld dat er een heleboel verschillende partijen zijn in het Nederlandse systeem. Bij ons heb je wel degelijk ook nog een Green Party en een Libertarian Party, maar die komen bij elkaar nooit uit op meer dan 1%. Daarnaast is jullie systeem een stuk democratischer, wat wel met zich meebrengt dat het moeilijker is om wetten en regels door te voeren. Met maar twee partijen gaat dat een stuk sneller.’ Heather: ‘Een ander belangrijk verschil is het debatteren. Ik merk hier dat entertainment een belangrijke voorwaarde is voor een goed debat. In Amerika zijn de debatten een stuk serieuzer. Om nog terug te komen op de verschillende partijen: hier nemen vrijwel alle ‘grote’ mensen deel aan de debatten, in Amerika krijgen de leiders van Green Party en Libertarian party die kans niet... Tenslotte is het bedrag dat in de verkiezingen wordt gepompt een wereld van verschil. Alle Nederlandse partijen hebben gezamenlijk zo’n 10 miljoen euro besteed tegenover een dikke biljoen euro in de VS...’

Alex & Heather alle mannen op hun achttiende een oproep voor dienst krijgen. Dat vinden ze bij ons blijkbaar belangrijker.’ Maina van Ierland (geschiedenisdocente): ‘In Nederland is het vrij normaal om met vrienden te praten over politiek, meestal komen vriendengroepen hier politiek gezien ook overeen. Hoe zit dat bij jullie?’ Heather: ‘Bij ons worden gesprekken over politiek en religie meestal vermeden omdat ze meestal enkel leiden tot ruzie. Daarom letten we er ook minder op in vriendengroepen; die dingen hoeven we niet van elkaar te weten. Als gevolg daarvan is het dus best mogelijk om in een vriendengroep met zowel democraten als republikeinen te zitten.’ Leonie Hemelrijk (leerling): ‘Democraten en republikeinen liggen nogal tegenover elkaar. Is er geen middenweg? Om bijvoorbeeld Romney’s ideeën over de economie te steunen maar Obama’s ideeën over sociale thema’s?’ Alex: ‘Wat jij nu beschrijft is exact de gedachte van de Libertarain Party. Zoals eerder gezegd is er helaas geen enkele manier om ze een kans te geven. Dat soort partijen zijn er in Amerika echt alleen voor de show. Een stem naar zo’n partij kun je bestempelen als protest-stem.’ Na deze laatste vraag mogen Heather en Alex, na een staande ovatie voor hun komst en tijd, weer naar huis. Of ze vannacht goed slapen? Valt te betwijfelen. Indien wel, dan mogen ze de morgenochtend vroeg de wekker zetten voor het Amerikaans ontbijt op het Vossius! En stiekem weten de Vossianen vandaag heus wel al dat ze morgenochtend onder het genot van een bagel of donut in hun blauwe trui een juichende Obama-menigte op het scherm mogen aanschouwen...r

Jantine Swagerman (geschiedenisdocente): ‘Waarom krijgt in Amerika niet iedereen, net zoals in Nederland, een stemoproep?’ Alex: ‘Waarschijnlijk vanwege de immense omvang van de Amerikaanse bevolking. Het kost ontzettend veel moeite en geld om iedereen zo’n oproep te sturen. Het paradoxale is echter wel dat

december 2012

Het Maxx Magazine

11


Onderzoek

Hoe goed is een goed doel? Max van Geuns - Het is winter: we hebben het koud en zoeken, zowel fysiek als mentaal, de warmte op. Onder ijskoude omstandigheden eerst inkopen doen en sneeuwballengevechten houden om vervolgens onder een deken met een kop warme chocomelk voor de open haard uit te rillen. ‘s Avonds volgt het gezellige familiediner... Op zo’n dag besef je je (hopelijk) hoe goed en leuk we het toch hebben in Nederland. Daarom stop je natuurlijk iets in de bus van alle collecteurs die om de haverklap aanbellen. En je doneert online, via sms en op straat aan een paar van de duizenden goede doelen die wel wat kunnen gebruiken. Gebruiken? Daar mag inderdaad best een vraagteken achter...

Een korte geschiedenis

Goede doelen in de zin van grote organisaties kennen nog niet zo een heel lange geschiedenis. De meeste grote bekende organisaties (Unicef, Greenpeace, WNF, KWF Kankerbestrijding, etcetera) zijn in de decennia na de Tweede Wereldoorlog opgericht. Echter bestaan er ook nog geregistreerde goede doelen uit de 19e eeuw. Als je het dan ook nog eens enkel over het principe zelf gaat hebben, bestaat een ‘goed doel’ natuurlijk al sinds mensenheugenis: al snel heeft iemand of een groep mensen geld nodig voor een belangrijk doel en het is niet moeilijk om even met de pet rond te gaan. Makkelijk, leuk en moreel zeer verantwoord. Maar inmiddels zijn er alleen in Nederland al meer dan 5.600 geregistreerde goede doelen. Er is een heuse markt ontstaan in de filantropische sector. Wetend dat filantropie ‘liefde voor de mensheid’ betekent, ga je je dan toch even achter de oren krabben...

Kennisbank Filantropie

Want hoe goed is een goed doel eigenlijk? Om deze vraag te kunnen beantwoorden dient te worden gekeken naar vele verschillende factoren. Dit betreft lang niet altijd informatie waar het publiek inzage in heeft. Om het ons allemaal wat makkelijker te maken, is eind 2006 de databank Kennisbank Filantropie opgericht. Deze is ontstaan vanuit een samenwerking tussen het Centraal Informatiepunt Goede Doelen (CIGD) en de Samenwerkende Brancheorganisaties Filantropie (SBF). Het is een onafhankelijke organisatie die als doel het bevorderen van transparantie in de filantropische sector stelt. Daarnaast streeft ze naar verbetering van efficiëntie voor filantropische instellingen voor dataverstrekking.

Viola Lindeboom

Als er iemand is die veel weet over wat er gaande is in de filantropische instellingen en waar de consument op moet letten bij het kiezen van een goed doel, dan is dat wel Viola Lindeboom. In 2006 solliciteerde ze op een marketingfunctie van Independer. nl (een vergelijkingssite, vergelijkbaar met de consumentenbond). Behalve dat ze - net zoals de meeste Nederlanders - donateur is, had ze niet echt iets met goede doelen. Toch werd Viola gevraagd om een goede doelenproject te gaan leiden en ze ging de uitdaging aan. ‘Dit project vloeide voort uit de gedachte dat er een woud

12

Het Maxx Magazine

aan goede doelen is, maar we weten niet eens hoeveel... Hoe moet de consument dan een keuze maken? Hulp hierbij is nodig en deze rol wilde Independer dus wel vervullen via de website www. goededoelenmonitor.nl. Echter wil Independer.nl geen databank beheren en die heb je wel nodig. Toen is de stichting Centraal Informatiepunt Goede Doelen (CIGD) opgericht, die de databank zou beheren. Niet alleen voor Independer.nl, maar ook voor andere partijen die data zouden kunnen gebruiken.’

‘Alleen in Nederland zijn al meer dan 5600 geregistreerde goede doelen’ ‘Gefinancierd door tussengebruiker, consument gratis bereikt’

Hoe de informatie van deze databank bij de consument terecht komt? Viola legt uit: ‘Het belangrijkste kanaal is het web. Dit is echter niet onze eigen website: we hebben ervoor gekozen dat wij het informatiepunt zijn en we werken samen met diverse partijen die iets met deze informatie kunnen doen. Dit zijn bijvoorbeeld financiële instellingen en media. ABN AMRO MeesPierson gebruikt de databank voor het geven van onafhankelijk filantropie advies aan haar private banking klanten.Trouw maakt op basis van onze databank een jaarlijkse top-50 van goede doelen (zie blz. 16). Maar ook onderzoeksbureaus als het Erasmus Centre for Strategic Philantropy gebruiken onze cijfers. Op deze manier hebben we samenwerkingen met verscheidene soorten partijen die elk andere belangen hebben, met de voorwaarde dat het einddoel altijd de consument is, in dit geval dus de (potentiële) donateur, en deze informatie gratis ter beschikking komt. Op deze manier worden wij dus gefinancierd door de tussengebruiker, maar komt de informatie terecht bij de consument waardoor ons doel bereikt kan worden.’

december 2012


Onderzoek Kwaliteitsprocessen

Volgens Viola biedt Kennisbank Filantropie niet alleen de infobron over en transparantie van goede doelen, maar zet deze transparantie ook kwaliteitsprocessen in beweging. ‘Goede doelen gaan, door de vragen die ze voorgelegd krijgen, kijken naar hun eigen functioneren.’ Zij voeren zo nodig verbeteringen door in hun eigen organisatie of stimuleren hun partnerorganisaties om dit te doen.

Uitgavenposten van goede doelen

Hoeveel van het geld, dat een donateur geeft, komt bij het uiteindelijke goede doel terecht? Viola benadrukt hierbij nog eens dat er een enorme diversiteit aan goede doelen organisaties bestaat, waarvan de ene super professioneel is georganiseerd, meerdere grote afdelingen heeft en veel mensen in vaste dienst heeft en de andere een kleine, pure vrijwilligersorganisatie is. De kostenpatronen verschillen hierbij natuurlijk. Het grote goede doel heeft meer administratiekosten, personeels- en huisvestingskosten. Maar er zijn richtlijnen. ‘Richtlijn 650 is een belangrijke richtlijn voor het opstellen van een jaarrekening. Van je totale inkomsten kan je drie posten maken. Post één is het deel dat je weer besteed aan fondsenwerving. Post twee heet administratie en beheer, dus puur organisatiekosten. De derde post wordt besteed aan de doelstelling. Deze informatie moet vrijgegeven worden. De richtlijn is hierbij, dat maximaal vijfentwintig procent van het geld dat je krijgt uit eigen fondsenwerving, weer mag worden uitgegeven aan fondsenwerving (post een). Het probleem vind ik hierbij echter dat je als nieuw goed doel nooit groot kunt worden. Want hoe kun je, als je begint bij nul, een goed doel opbouwen als je nauwelijks mag investeren in je eigen fondsenwerving?’ Voor post drie, het uiteindelijke goede doel, is slechts een vage richtlijn, maar volgens Viola moet dat toch wel tachtig procent zijn. Een belangrijke vraag die de donateur zich moet stellen, is: ‘kies je voor een grote, professionele organisatie waarvan je weet dat er kosten aan verbonden zijn of kies je voor het kleinschalige goede doel waarbij je mag verwachten dat nagenoeg het volle bedrag naar het doel gaat?’ Dat laatste komt alleen vrijwel nooit voor, omdat je bijna altijd kosten maakt. Anders maak je er als organisatie verlies mee. Bovendien staat er een groot vraagteken achter de professionaliteit van zo’n kleinschalig goed doel dat helemaal geen kosten maakt.

Keurmerk

Een onafhankelijke, toezichthoudende partij is er niet onder goede doelen. Wel zijn er diverse keurmerken, maar dat moet je als goed doel zelf aanvragen en je moet er zelfs voor betalen. Heel raar eigenlijk: je koopt een keurmerk. De grote jongens doen dit natuurlijk, omdat ze dan aan het publiek kunnen laten zien dat ze getoetst worden en betrouwbaar zijn. Maar er ligt een document bij de overheid: ‘Visie op toezicht en verantwoording’. Dat wordt, hoopt Viola, volgend jaar ingevoerd. Het komt erop neer dat er één keurmerkstelsel komt. Nu heb je namelijk meerdere keurmerken met elk hun eigen eisen, wat verwarrend is voor de consument en bovendien niet betrouwbaar. De grote kritiek op bijvoorbeeld het CBF (Centraal Bureau voor Fondsenwerving), is dat ze wel uitzoeken aan welke thema’s wordt besteed binnen een goed doel, maar daar ook stoppen. Een volgende stap is dat de donateur weet waaraan precies en hoe effectief het bedrag wordt besteed. Dit is een ingewikkelde invalshoek, omdat impact moeilijk te meten is.

december 2012

Viola Lindenboom

‘Kies je voor professionaliteit of kleinschaligheid?’ Performance Predicition Scan-methodiek

Om meer inzicht te geven in prestaties van goede doelenorganisaties hebben Kennisbank Filantropie en het Erasmus Centre for Strategic Philantropy in 2010 een pilot gehouden en ze zijn tot een methodiek gekomen die Performance Prediction Scan (PPS) heet. Deze bestaat uit 26 criteria (zie blz. 15) die allen in relatie staan tot impact. Dit geeft een beeld van de kans op een grote positieve maatschappelijke prestatie van een goede doelenorganisatie. Kortom, dat zij effectief is op het behalen van een eigen doelstelling. Het maakt hierbij niet uit of je een groot of klein goed doel bent: de criteria zijn voor alle goede doelenorganisaties haalbaar. Het Maxx Magazine

13


Onderzoek Slechte goede doelen

Het is al vaak genoeg voorgekomen dat Kennisbank Filantropie een goed doel is tegengekomen dat niet deugt. Echter doet Viola niet aan naming and shaming. Dat doet ze heel bewust: ‘Als goede doelenorganisaties informatie aan ons leveren en wij zien dingen waar we vraagtekens bij zetten, dan mogen ze niet gestraft worden voor het feit dat ze ons informatie hebben geleverd.’ Wat ze wel doen, is op de website een waarschuwingsteken bij het betreffende goede doel zetten met een linkje naar bijvoorbeeld het persbericht waaruit blijkt dat er iets aan de hand is met dit goede doel. ‘Er zijn ook dingen gebeurd die echt niet door de beugel kunnen. Een meneer uit het bestuur van een stichting was bijvoorbeeld bezig zichzelf te verreiken. Toen wij navraag gingen doen, was de stichting ineens spoorloos verdwenen, net zoals die man. Probleem opgelost, maar wel veel geld onnodig weggesluisd.’ Volgens Viola is het altijd weer een lastige situatie. Er is immers geen organisatie in Nederland die de belangen van donateurs beschermt. Ook bij Kennisbank Filantropie ligt deze rol niet.

Concurrentie

In principe leidt concurrentie tot kwaliteitverbetering aan beide kanten. Maar geldt dit ook voor goede doelen? Viola: ‘Dat ligt er aan. Als er twee partijen zijn die precies op dezelfde locatie met precies hetzelfde bezig zijn, heeft concurrentie weinig zin. Meestal stimuleren wij dan ook samenwerking tussen goede doelen. Zo vullen ze elkaar aan. Ook op het gebied van fondsenwerving zie ik het nut van concurrentie niet echt in. Je pikt elkaars donatiegeld

‘Het vreemde nu, is dat je min of meer een keurmerk koopt en niet krijgt’ alleen in. In die gevallen is concurrentie dus geen goede zaak.’ Tot samenwerking komt het helaas niet vaak. Stichtingen kunnen in hoofdlijnen misschien wel hetzelfde doen en willen, maar verschillen dusdanig in detail dat ze liever niet samenwerken. Een rampzalig gevolg hiervan is dat er veel geld verloren gaat omdat bijvoorbeeld een bepaald onderzoek dubbel wordt gedaan. Hiervoor is het dan weer belangrijk om zoveel mogelijk goede doelen in kaart te brengen, zodat ze elkaar kunnen vinden.

Economische crisis

Tot voor kort was er nog niet veel zichtbaar van de economische crisis in de filantropische sector. Maar nu komen we toch aan bij het punt dat er flink wordt gesneden in de sector door de overheid en ook donateurs gaan de handen op de knip houden. Dit is een logisch gevolg van de piramide van Maslow: je bevredigt eerst je eigen basisbehoeften en pas als je wat over hebt ga je denken aan andere zaken.

Performance Prediction Scan-methode De organisatie is bereikbaar per post, email en telefoon De organisatie heeft een website De organisatie heeft een klachtenprocedure Er is een opvraagbaar beleidsplan Er is een opvraagbaar jaarverslag Het jaarverslag bevat resultaten t.o.v. doelen, jaarrekening en begroting De organisatie publiceert het beleidsplan op haar website De organisatie publiceert het jaarverslag op haar website De identiteit van minimaal 3 bestuursleden staat op de website De statutaire doelstelling beschrijft specifiek doelstelling, doelgroep en (hoofd)aanpak De activiteiten vloeien direct voort uit haar doelstelling Het beleidsplan beschrijft de plannen en strategie voor minimaal 3 jaar De doelstellingen zijn specifiek en tijdsgebonden geformuleerd Andere organisaties met soortgelijke doelen hebben invloed op het definiëren van de doelstelling Er wordt naar samenwerking met andere organisaties gezocht

14

Het Maxx Magazine

Alternatieve activiteiten worden overwogen Op basis van de resultaten van een risicoanalyse wordt de strategie aangepast De doelgroep wordt betrokken bij de opzet van de strategie Het toezicht houden is gescheiden van de uitvoer van dagelijkse activiteiten De organisatie heeft een onafhankelijk en onbezoldigd bestuur Er is bewijs uit de wetenschap en/of praktijk voor de ondernomen activiteiten De doelgroep/ontvangers/experts worden betrokken bij het opzetten van de activiteiten De doelgroep/ontvangers/experts worden tussentijds betrokken voor een goede voortgang van de activiteiten De doelgroep/ontvangers/experts worden betrokken in de evaluatie van de activiteiten De (eind)evaluatie van de activiteiten leidt zo nodig tot aanpassing van de strategie De organisatie evalueert de neveneffecten van haar activiteiten december 2012


Onderzoek

Tien vragen bij het kiezen van een goed doel: 1. Bestaat de organisatie? Eenvoudig te checken via de website van de Kamer van Koophandel (www.kvk.nl). 2. Is het een echt goed doel? Een goed doel (definitie: een non-profit organisatie die zich inspant voor de situatieverbetering van een bepaalde doelgroep of de maatschappij en die haar doelen realiseert met behulp van financiële middelen uit fondsenwerving in Nederland) moet aan de volgende eisen voldoen: - Rechtsvorm: de rechtsvorm is een stichting of vereniging - Registratie: de instelling is geregistreerd in het handelsregister van de KvK - Non-profit: de instelling is zonder winstoogmerk en heeft géén politieke, religieuze of commerciële doelen - Doelstelling: de doelstelling is situatieverbetering van de doelstelling waar men zich op richt - Doelgroep: de doelgroep is een andere dan de oprichter(s) zelf en er is aanwezigheid van hulpbehoevendheid - Activiteiten: de activiteiten zijn van structureel maatschappelijke betekenis met veelal een sociaal, medisch of cultureel karakter - Inkomsten: de belangrijkste bron van inkomsten bestaat uit fondsenwerving 3. Heeft het de ANBI-status? De ANBI-status is een fiscale status, toegekend door de Belastingdienst, waarbij een organisatie wordt aangemerkt als Algemeen Nut Beogende Instelling. Met deze status kan er belastingvrij geschonken worden. 4. Wat is de verwachte effectiviteit? Zie de 26 criteria van de Performance Prediction Scan-methode. 5. Wat is de bekendheid? De wat grotere en bekendere goede doelenorganisaties in Nederland, ruim 200, komen regelmatig onder de aandacht van donateurs via de media en diverse acties en genieten een grote tot redelijke bekendheid. Je weet zo ongeveer wel waar ze voor staan. Dit maakt dat men vertrouwen heeft in een dergelijk goed doel. 6. Waarmee heeft de gever affiniteit? Met welk thema of welke doelgroep heeft de gever affiniteit? Voor een grotere of juist een kleine organisatie? Op welke wijze moet de interventie plaatsvinden? 7. Wat is de gewenste betrokkenheid? Laat je de organisatie bepalen waar de donatie aan wordt besteed of is de donatie specifiek bedoeld? Welke mate van terugkoppeling van de resultaten wordt er verwacht? 8. Wat zeggen de cijfers? Let op richtlijn 650, het vermogen van een organisatie, groei/reserves van een organisatie, een acceptabel deel van de inkomsten dat naar de doelstellingen gaat en de overheadkosten (salarissen van directie). 9. Heeft het een keurmerk? Een keurmerk wekt vertrouwen, maar is niet altijd duidelijk en zegt weinig over de verwachte prestatie. 10. Wat vinden andere donateurs? Welke positieve of negatieve ervaringen hebben andere donateurs met een organisatie?

december 2012

Het Maxx Magazine

15


Onderzoek

Trouw goede doelen top-50 2012 1. Kinderpostzegels

2. Burung Manyar 3. Projecten Zuid-Afrika 4. Kies voor Leven 5. LIGHT FOR THE WORLD Nederland 6. Barcode For Life 7. Kinderhulp Bodhgaya 8. Coraid 9. Karuna foundation 10. Harambee 26. BizWorld 27. The Hunger Project 28. CHILD 29. Opkikker 30. Vluchteling 31. Astma Fonds 32. Ypsilon 33. Sathsathai 34. Terre des Hommes Nederland 35. Rising Stars 36. UAF 37. Nederland-Batam 38. Dierenbescherming

11. WorldGranny 12. Tear 13. Edukans 14. Ondersteuning Kitale Project 15. ActieZwerfhonden 16. Muziek In Huis 17. ICCO 18. Oxfam Novib 19. Liliane Fonds 20. Nederlandse Coeliakie Vereniging

21. Nierstichting Nederland 22. Red een Kind 23. Woord en Daad 24. Nederlandse Cystic Fibrosis Stichting

25. LEPRA zending

39. Vrienden van Wi Oso 40. Diabetes Fonds 41. Simavi 42. Alzheimer Nederland 43. Hivos 44. SNV Netherlands Development 45. Metakids 46. Het Passion 47. Hester 48. Aflatoun 49. Medisch ComitĂŠ Nederland-Vietnam 50. Zonnebloem

Meer weten over deze goede doelen? Kijk op www.goededoelenmonitor.nl

16

Het Maxx Magazine

december 2012


Cook it easy

Promille in het eten Roswitha van Geuns - De winter is de tijd dat we graag een scheutje alcohol aan het eten toevoegen, zoals bij de kaasfondue met witte wijn en kirschwasser, de coq au vin of de pudding met amaretto. De alcohol is slechts voor de smaak, zo zegt de kok(kin), het verdampt meteen weer. Dat is een groot misverstand. Alcohol verdraagt een heleboel hitte, het kookpunt is lager dan bij water.

Het alcoholpercentage dat in een met wijn of sterkere drank gekookte saus of soep over blijft is tamelijk hoog: 85 procent kwam nog op tafel. Des te langer de vloeistof kookt, des te kleiner is het percentage. Na een half uur koken is nog 35 procent over. Zelfs een maaltijd die bijna drie uur op het fornuis staat bevat toch nog 5 procent van de oorspronkelijk toegevoegde alcohol.

Het belangrijkste onderdeel van coq au vin is om het gevogelte goed te bruinen alvorens flink lang te laten sudderen. Sauteer in een grote pot met wat olijfolie de wortelen, uien en bleekselderij tot ze na ongeveer 10 minuten zacht zijn. Haal uit de pan. Voeg de kip en de bloem toe en laat goed bruinen. Doe de gestoofde groenten terug, net als de wijn, tomaten en tijm Breng aan de kook, doe het deksel op de pot en laat zachtjes sudderen voor ongeveer 1 uur. Roer zo nu en dan om. Doe het deksel van de pot, verwijder de takjes tijm en laat nog 30 minuten langer sudderen, voeg indien nodig meer vocht toe.

Dus ook bij het kerstdiner geldt: voorzicht met alcohol als kinderen of zieken aan tafel zitten! Maar voor de 18-plussers hier toch nog maar een recept van een makkelijk te bereiden...

Coq au vin

Advertentie

Like HetMaxxMagazine

Follow 500 gram kipfilet 500 ml witte wijn, bijvoorbeeld Sauvignon Blanc 1 blikje tomatenblokjes 2 wortelen, geschild en in stukjes gesneden 2 middelgrote uien, fijngehakt 2 stengels bleekselderij olijfolie 1 tot anderhalve eetlepel bloem zout en peper naar smaak 3 takjes verse tijm

december 2012

@HetMaxxMagazine

Surf maxxmagazine.nl Blijf altijd op de hoogte van het Maxx Magazine door ons te Liken en Followen! Het Maxx Magazine 17


Young Star

Tessel Middag

‘Zes dagen in de week studeren én voetballen’

Door Max van Geuns - Ze heeft twee NRCrecensenten als ouders, heeft keurig in zes jaar het gymnasium afgerond en studeert nu geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam: Tessel Middag (1992) hoeft zich waarschijnlijk geen zorgen te maken om haar toekomst. Zeker niet aangezien ze, als klap op de vuurpijl, sinds dit seizoen ook nog godendochter is. Na een buitengewoon succesvol seizoen bij ADO Den Haag (kampioen) maakt ze nu deel uit van het nieuwe sterrenteam van de Ajax-dames... Op haar vijfde begon Tessel met voetballen, bij Taba in Watergraafsmeer. ‘Al mijn vriendjes van de basisschool speelden daar, de keuze was dus snel gemaakt.’ Voor de meisjes was ze altijd al te goed, ze speelde dus ‘gewoon’ mee met de Taba-jongens. Op haar tiende, in 2002, werd ze voor het eerst opgeroepen voor het Nederlands Elftal (nu wel met andere meisjes). Daarom werd het maar eens tijd voor een overgang naar een betere club. Deze kwam er toen ze in de tweede klas van het Vossius zat, en wel naar Swift, waar ze in de C1 terecht kwam. ‘Er waren qua ligging twee kandidaten: AFC en Swift. Dan zou je zeggen, gezien de club, dat je voor AFC kiest. Maar die laten geen meisjes toe, dus bleef Swift over.’ Bij Swift was ze het enige meisje dat zo hoog meedraaide. Er

18 18

Het Maxx Magazine

december 2012


Young Star waren wel andere meisjes, maar verder dan de C5 kwamen die niet. ‘Ik heb twee jaar C1 gedaan, vervolgens een jaar B1 en twee jaar A1.’ Op haar achttiende zat Tessel in een spannend jaar: eindexamen op het Vossius en het laatste seizoen bij de junioren. De twee grote vragen die logischerwijs door Tessels hoofd spookten: ‘Wat ga ik studeren, en waar?’ en ‘waar ga ik voetballen?’ Ze heeft het nooit overwogen om niet te gaan studeren of juist een einde te maken aan haar voetbalcarrière. ‘Ook op het Vossius had ik het af en toe al hartstikke druk, maar ik zag ook dat ik dat aankon. Overigens moet wel gezegd worden dat iedereen daar het me zo makkelijk mogelijk maakte, gezien mijn drukke agenda.’ Qua voetbalclub waren er eigenlijk weer twee mogelijkheden: FC Utrecht of ADO Den Haag. Eerst had ze een gesprek in de domstad, maar daar voelde ze zich niet prettig bij. Echter was dat wel anders bij de politieke hoofdstad: ‘Ik werd meteen goed ontvangen door iedereen bij de club, ik kreeg vrijwel direct een goede band met de trainster, Sarina Wiegman. Dat was eigenlijk de belangrijkste reden om er te gaan spelen.’ Haar andere levenskeuze kwam uit bij de UvA, waar ze geschiedenis zou gaan studeren. Nieuwe agenda: vrijwel elke dag op de universiteit, vijf keer per week trainen bij ADO en elke week een wedstrijd. ‘We trainden om vier uur, dat betekent half vier aanwezig zijn. Dan moet je wel om half drie weg van Amsterdam. Er waren wel vijf of zes andere meisjes in dezelfde situaties, dus we reden altijd met elkaar.’

haar krabbel onder een mooi contract gezet in Mokum. ‘Het was wel echt een lastige beslissing. Bijvoorbeeld omdat het nog lang onduidelijk was wie onze trainer zou worden en ik kon het geweldig vinden met Sarina bij ADO. Daar komt natuurlijk bij dat we een seizoen achter de rug hadden dat haast niet beter kon.’ Ook financieel zou ze er niet op vooruitgaan bij Ajax: net zoals bij ADO gaat het niet verder dan een onkostenvergoeding. ‘Ik denk dat vrouwen hierdoor een betere intrinsieke motivatie hebben: de mannen doen het vaak voor het geld, vrouwen enkel en alleen omdat ze het leuk vinden.’ Bij Ajax was het grote verschil met ADO volgens Tessel vooral het publiek. Ik kreeg meteen overweldigende reacties over mijn komst via Twitter en Facebook. Ook tijdens de wedstrijden merk je het enthousiasme. ‘Een tijd geleden speelden we uit tegen PSV, toen waren er vijftig tot honderd supporters mee. Dat klinkt niet veel, maar voor een uitwedstrijd is dat flink dat. Bij thuiswedstrijden is het al helemaal geweldig: elke twee weken komen zo’n tweeduizend supporters naar ons kijken op de Toekomst.’

vallen wel goed in de smaak, zoals Iniesta, van der Vaart, Sneijder en Eriksen. Verstand van mannenvoetbal heeft ze dus zeker: Studio Sport is een vast uurtje voor de buis. Vrouwenvoetbal komt sterk op in Nederland, maar er is nog veel te verbeteren: ‘Wat we nog kunnen leren van de mannen is wat je doet bij een voorsprong en bij een achterstand. Bij ons zie je vaak dat we voor staan, dat de tegenstander vervolgens veel meer druk gaat zetten en dat wij dan meegaan in het spel van de tegenstander. Vooral op mentaal gebied moeten we dus nog vooruitgang boeken. Andersom zouden de mannen ook zeker wat van ons kunnen leren. Zoals ik eerder al zei: de motivatie is er altijd bij vrouwen, die is bij de mannen soms ver te zoeken.’ Om geen fout beeld te schetsen: de mannen en vrouwen bij Ajax kunnen het goed met elkaar vinden en regelmatig gaan Tessel en haar medespeelsters kijken in de ArenA. ‘Maar soms mag mijn zusjes Nora mijn kaartje hebben: als je zes dagen in de week studeert en voetbalt heb je ook wel eens behoefte aan een dag niets doen.’

Een groot voorbeeld heeft Tessel niet echt gehad, maar topspelers op haar positie Rechts Tessel Middag in duel met Carmen Manduapessy

Haar eerste professionele seizoen werd een groot succes en Tessel speelde eind mei zelf de hoofdrol in de kampioenswedstrijd: ze scoorde twee keer in de met 4-2 gewonnen wedstrijd tegen Telstar en de champagneflessen mochten open. De periode daarvoor dacht Tessel niet alleen aan ADO: begin mei werd bekend dat Ajax nog voor het aankomende seizoen een damesteam wilde gaan samenstellen. Vrij snel werden internationals Daphne Koster en Anouk Hoogendijk gecontracteerd en dus begonnen de topploegen in het damesvoetbal al nerveus te worden. ADO kon dat in de kampioensfase absoluut niet hebben en verbood al het contact tussen Ajax en de spelers tot de schaal binnen was en de bekerfinale gespeeld was. Nadat ook de beker naar ADO was gegaan, ging het dan ook snel. Na een paar dagen al werd Tessel gebeld en binnen een week had ze

december 2012

Het Maxx Magazine

19 19


Co-piloot

Opel Astra OPC & Ford Focus ST

Dubbeltest in Assen Nicolás Quarles van Ufford

Deze keer zijn we zowaar afgereisd naar het wereldberoemde TT-Circuit te Assen, om de twee heetste hatches te testen; de Opel Astra OPC & Ford Focus ST.

Het is een (te) vroege woensdagochtend als ik samen met de redactie van AutoWeek (ik loop hier stage voor een week) op het lege TT-Circuit sta, op dezelfde plek waar eens per jaar mannen als Valentino Rossi klaarstaan om de MotoGP van Assen te gaan rijden. Het circuit staat dan bomvol met pers en teamleden, en honderdduizend fans die allemaal zijn afgereisd om hun favoriete coureur aan te moedigen. Het voelt raar om op de finishlijn te staan; alle tribunes zijn leeg, het is doodstil. De enige sporen van alle races die hier zijn gereden zijn de bandensporen, die bij bijna elke bocht te vinden zijn. We hebben deze ochtend het hele circuit voor onszelf, en hier gaan we dan ook gebruik van maken door de twee meest recent uitgebrachte hot hatches aan de tand te voelen. We zetten ze even naast elkaar, en het is na enkele seconden al duidelijk dat de Astra er veel strakker uitziet. Dikke

20

Het Maxx Magazine

velgen, stoere en agressieve uitstraling; We moeten de design-afdeling van de mannen uit Rüsselsheim een compliment geven. De Focus ziet er, zeker als je hem naast de Astra zet, wat gewoontjes uit. Hij zal je op straat wel opvallen, maar je zal hem niet gelijk met een hele snelle auto associëren, terwijl hij dat zeker wel is. We gaan de baan op met beide auto’s, en we zien bij het uit-accelereren van bochten dat de Opel wel wegtrekt, maar niet zo veel als je zou verwachten. De OPC heeft 30 pk meer, maar je krijgt pas hoog in de toeren beschikking over al die kracht. Daarom is de Focus ook sneller in de tussenacceleraties, omdat je simpelweg veel sneller beschikking hebt over het volle vermogen. Maar in mijn opinie is de Astra in het bochtenwerk veel directer. Druk de OPCknop in op het dashboard, en je hebt naast een bottenverbrijzelend hard onderstel ook

veel directere stuurbewegingen. Niet leuk als je ‘m als familieauto gebruikt, maar heerlijk op momenten zoals deze. Ik vind dat de Focus hier een paar steken laat vallen. Hij heeft geen adaptief onderstel zoals de Astra, en daarmee voelt hij simpelweg minder direct aan dan de Duitser. Wat er overigens nog wel eens wou gebeuren, zeker op zo’n natte dag, is dat je wat overstuur in veel bochten. Als de neus te veel induikt in de bocht als je instuurt, en je het gas losgaat, dan ga je gegarandeerd driften. Dit zelfde probleem had de RS ook, en dit komt waarschijnlijk omdat er te veel vermogen op de voorwielen staat. Al genoot ik er stiekem wel van. Het is eigenlijk jammer dat we ons steeds meer beginnen te realiseren dat Ford de ST expres minder extreem heeft gemaakt dan de OPC, omdat dit waarschijnlijk beter zal gaan verkopen. Want zeker nu in

december 2012


Co-piloot crisistijd willen mensen veelzijdige auto’s, zodat ze er geen twee hoeven te kopen. En de Focus is veel veelzijdiger dan de Astra. Je ziet het aan alles; veel minder opvallend design, geen kuipstoelen maar comfortabele stoelen om langere afstanden mee af te kunnen leggen, compleet interieur, meer beenruimte achter, enzovoort. De Focus hoort meer thuis in de categorie Golf GTI, en dat is toch wel jammer, want we weten dat Ford veel en veel beter kan. Ze lieten nog zien wat ze in huis hadden met de RS, een monster op wielen, maar nu slaan ze een andere weg in. (Overigens begrijp ik niet dat ze geen RS meer willen maken, het was een enorm succes.) Maar dit nadeel wat de Focus heeft is ook een voordeel. Want de Astra is te stijf voor dagelijks gebruik. Ik merkte op de weg terug naar Amsterdam dat ik me steeds meer begon te irriteren aan de keiharde vering, en ik zou ‘m dan ook nooit gebruiken om op reis te gaan.

En daarom kan ik ook niet echt een conclusie trekken. Als je een auto zoekt om op een zondagmiddag te scheuren op de provinciale wegen, dan ben je veel beter uit met de Astra. Hij ziet er veel beter uit, krachtiger, directer, gewoon sneller. Zoek je echter een auto die snel is, maar waarmee je ook boodschappen kan doen, en waarmee je naar Zuid-Frankrijk kan rijden, dan zou ik voor de Focus gaan. Ik heb voorlopig nog geen verantwoordelijkheden, dus ik zou 100% voor de veel dikkere Astra gaan. Ze zijn eigenlijk niet met elkaar te vergelijken.

Opel Astra OPC Ford Focus ST

Motor

Motor

Inhoud: 2.0 L turbo

Inhoud: 2.0 L

Vermogen: 280pk/400Nm

Vermogen: 250pk/360Nm

Verbruik: gem. 8.1 liter/100km

Verbruik: gem. 7.1 liter/100km

CO2-uitstoot: 189g/km

CO2-uitstoot: 69g/km Prestaties

Prestaties 0-100 km/u in 6,0 sec Topsnelheid: 250 km/u (beg.)

0-100 km/u in 6,5 sec Topsnelheid: 248 km/u Prijs

Prijs

vanaf € 33.135,- (het prijsverschil lijkt groot,

vanaf € 43.395,-

maar de OPC is vele malen rijker uitgerust en de door ons gereden modellen waren even duur.)

Oordeel: december 2012

8,5

Oordeel:

8-

Het Maxx Magazine

21


Getest Getest

DE GROTE

OLIEBOLLENTEST

Het is winter, wat betekent dat iedereen zich weer ongehinderd vol mag stoppen met die lekkere frituurbommetjes! Ja, we hebben het hier over de in olie gebakken deegbol, in de gewone volksmond ook wel ´oliebol´ genoemd. Dieuwke de Vos & Mandula van den Berg Al sinds half november schieten overal de oliebollenkramen als paddenstoelen uit de grond. Maar waar koopt u de bol der bollen? Het bakken van een geslaagde oliebol blijkt een hele kunst. Wij hebben voor u uitgezocht waar de lekkerste oliebollen te koop zijn…

Museumplein

7.8

€ 0,75

Voor slechts drie kwartjes in het midden van het culturele centrum van onze hoofdstad krijgt u hier dé oliebol die uw oudejaarsavond tot een succes zal maken. Mochten de gesprekken doodgelopen en de laatste druppels champagne opgedronken zijn, dan is dit uw redder in nood! Deze bol is mooi goudbruin, heel erg krokant, maar had best iets warmer gemogen. Het robuuste karakter van deze bol vergeet je niet snel, een beetje een bouwvakkersbol. Maar toch zeker een omweg waard.

Heinekenplein

6.9

€ 0,80

het motto van deze oliebollenkraam. De oliebol is niet bijzonder rond, niet bijzonder bobbelig, niet bijzonder donker en niet bijzonder licht. Een niemendalletje. Misschien een tikkeltje klef van binnen maar verder is er weinig meer over te zeggen dan deze allesomvattende woorden van een van onze journalisten: ‘Tja… een oliebol?’

Leidseplein

6.4

€ 1,00

Prima bol, alleen jammer dat je hier amper iets van proeft door de overdosis suiker. De kleur is mooi, maar de bol is koud en slap. Bovendien is hij behoorlijk duur, vettig en alles behalve krokant. Maar toch, als je de bol een paar keer heen en weer hebt geschud om hem te ontdoen van zijn witte laag, is daar die fijne oliebollensmaak waar je zo naar verlangde. Toeristen zullen hier iets eten wat ze nog nooit gegeten hebben en ook de simpele voorbijganger hapt lekker door.

Waar je vorig jaar al vanaf kilometers afstand de borden kon zien, lijken deze dit jaar te zijn opgelost. Geen geld meer naar het reumafonds. Wij besloten te kijken of de kwaliteit van deze bollen nog wel de moeite waard is. Dat blijft echter een beetje in het midden. ‘Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg’ lijkt

22

Het Maxx Magazine

december 2012


Drukkerij Jan Nagel drukken en printen drukwerk

geboorte

-en

trouwkaarten

canvasfoto’s

Getest

Magazines

Al bijna 20 jaar volop in beweging! Drukkerij Jan Nagel is al jaren gevestigd in Amsterdam Zuid en pakt alle uitdagingen van vandaag en de toekomst met veel enthousiasme aan. Wij laten drukwerk digitaal en in offset in alle soorten en maten van onze machines rollen. Drukwerk waarop u en wij trots kunnen zijn en dat u met overtuiging kunt inzetten om uw commerciële, creatieve en communicatieve doelstellingen kracht bij te zetten. Wij blijven investeren in technologie, kennis en zorgen dat wij over het beste materiaal beschikken om u van goed en duurzaam drukwerk te kunnen voorzien. Drukkerij Jan Nagel is uw garantie voor perfecte kwaliteit en service! Maak een afspraak en kom langs in onze winkel.....

aalsmeerweg 40-42, amsterdam zuid 020 6171719 drukkerij-jannagel.nl Advertentie

Cornelis Troostplein

4.7

€ 0,90

Beeld je een slappe deegbal in. Onder een dikke laag suiker vandaan kijkt hij je wanhopig aan. Je besluit hem te verlossen uit zijn lijden. Geen goed plan. Deze oliebollen zijn ongaar, klef, en kwabbig. De suiker lijkt het meest op een vergeefse poging om de smaak van de bol te verbloemen. Maar: hij was warm en bijzonder rond. Nee, niet genoeg om ons te overtuigen. Ook als je haast hebt is dit geen goed plan, het praatgrage meisje begint wanhopig een gesprek en is vervolgens niet meer stil te krijgen. Gewikkeld in een servetje verdween de half opgegeten bol in de prullenbak. Wie komt ons troosten?

Kwekkeboom

4.3

€ 0,95

“U kiest voor Kwekkeboom, u kiest dus voor de ultieme combinatie van kwaliteit en traditie”, zo prijst deze patisserie zichzelf graag aan. Helaas lijkt dit niet altijd op te gaan. Ondanks het grote uithangbord dat er oliebollen worden verkocht, treffen wij binnen slechts krentenbollen aan. Dan die maar. De chagrijnige vrouw kijkt ons boven haar brilletje pinnig aan. Twee? Nee, eentje is genoeg.

Een per persoon bedoelt u? Nee mevrouw, gewoon een. Een grote, maar veel te donkere broodachtige bol wordt ons aangereikt. De krenten zijn verbrand. De rozijnen binnenin zijn snotterig en doen de textuur van de rest van de bol weinig goeds. Dag mevrouw, tot nooit meer ziens.

Oliebollenfeiten

- Op oudjaarsavond verslindt de Nederlandse bevolking een monsterachtige hoeveelheid oliebollen. Gemiddeld eet men maar liefst 8 oliebollen, baby’s en bejaarden meegerekend. - Slechts 40% van de huishoudens durft zelf het oliebollenbakken aan: de rest is overgelaten aan de vakkundigheid van de oliebollenkramen in de buurt, is op dieet of houdt niet van oliebollen. - Al in 1667 maakte men de eerste voorloper van onze oliebol: de oliekoek, een platte variant die rijkelijk gevuld werd met rozijnen, kruidnagel, kaneel, amandelen en appel.

Dieuwke en Mandula bij de winnende kraam op het Museumplein

december 2012

Het Maxx Magazine

23


Warmoesstraat 15 Amsterdam

Het Maxx Magazine wenst iedereen een gezond en gelukkig 2013 met veel leesplezier!


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.