De rijke historie van het Rijks (met EEN KIJKJE IN HET RESTAURATIE-ATELIER VAN HET MUSEUM) edinburgh in beeld ITEMS OP WIT OVER DE ORANJES, BLOEMEN EN AMSTERDAM TE KOOP: De mooiste trouvailles uit de markt koninklijke kunst — van willem van oranje tot willem-alexander
8 717953 055637 >
THE NEXT GENERATION RANGE ROVER landrover.nl/rangerover
Min./max. gecombineerd verbruik: 7,5-13,8 l/100 km, resp. 13,3-7,2 km/l, CO2-uitstoot resp. 196-322 g/km.
3 jaar fabrieksgarantie tot 100.000 km. Consumentenprijs vanaf € 114.400 incl. BTW en BPM. Leaseprijs vanaf € 2.177 p.m. excl. BTW (bron: Land Rover Financial Services, full operational lease, 48 mnd., 20.000 km/jr.). Prijs- en specificatiewijzigingen voorbehouden. Kijk voor meer informatie op www.landrover.nl
voorwoord
Mijn eerste keer De eerste keer maakt vaak een onuitwisbare indruk. Ook op mij. Ik weet het nog heel goed. Ongeveer vier jaar was ik, toen mijn ouders me meenamen naar het Rijksmuseum. Met de auto. Nog hoor ik het geroffel van de klinkers van wat toen nog het kortste stukje snelweg heette te zijn op het moment dat we het Concertgebouw passeerden richting dat enorme rode gebouw. We parkeerden aan de rechterzijde en liepen, via de passage, naar de andere ingang. Om die te bereiken moesten we een levensgevaarlijk, maar ó zo karakteristiek fietspad oversteken. De eerste indruk is altijd de belangrijkste. In het museum stonden we oog in oog met die enorme trappen waar de bezoekers in de loop der decennia hun sporen in de treden hadden achtergelaten. Rechtsachter het Chinees porselein. Bovenaan de grote trappen het Delfts aardewerk, enkele zalen diep. En weer verder de grote zalen met Oude Meesters. En natuurlijk de poppenhuizen in de kelder. Ik zou er tijdens de vele bezoeken die volgden steeds weer iets nieuws ontdekken. Door de lange sluiting van het Rijksmuseum heeft een halve generatie helaas deze rite of passage moeten missen. Dat het museum een nauwe verbondenheid heeft met de kunsthandel en de Koninklijke Vereeniging van Handelaren in Oude Kunst, laten we u in dit nummer ook zien. In het interview met museumdirecteur Wim Pijbes (p.22-33), maar ook in het artikel over het Restauratie-atelier waar wetenschap en praktijk elkaar ontmoeten (p.40-46). Natuurlijk konden we niet voorbijgaan aan de troonswisseling. Een interview met de direc-
teur van Paleis Het Loo, Michel van Maarseveen, over de invloed van de Oranjes op de kunst, was dan ook een ‘must’ (p.76-80). Dat die invloed er was, is zeker, want we zien haar zelfs terug in de toegepaste kunst (Items op wit, p.87-93). De kunstwereld is enorm in beweging. Niet alleen in Nederland, maar eigenlijk juist daarbuiten. De wereld lijkt in rap tempo kleiner te worden. Vroeger dachten we in landen, nu in continenten. Dit geldt voor kunstbeurzen, die internationaliseren, maar ook voor de veilinghuizen. Sotheby’s bedacht het al een paar jaar geleden, Christie’s volgt nu in rasse schreden. Europa kan worden bediend vanuit Londen en Parijs. Het lijkt in eerste instantie een verarming voor Amsterdam, voor Nederland, maar het schept natuurlijk ook kansen. Want daar waar deze multinationale ondernemingen hun hielen lichten, blijven in eerste instantie lacunes over. Maar deze lacunes zullen worden gevuld. Onder meer door de kunsthandel, die van oudsher een spilfunctie heeft als het gaat om het tot stand brengen van contactmomenten tussen kunst — in de meest brede zin van het woord — en het grote publiek. Want een persoonlijke relatie, aandacht voor de behoeften van de verzamelaar en in het algemeen een diepere kennis zijn nimmer plaatsgebonden. Een laptop en een mobiele telefoon zijn voldoende om de hele wereld over te reizen. Hetgeen onverlet laat dat we de kunsttempel, die wij zó lang zó node hebben moeten missen, met veel enthousiasme zullen bezoeken. Elke keer weer. Robert D. Aronson Voorzitter van de Koninklijke Vereeniging van Handelaren in Oude Kunst in Nederland (KVHOK) vernis # 04
–
03
vernis inhoud
022
De rijke historie van het Rijks Na tien jaar verbouwen heeft het Rijksmuseum zijn grandeur terug. Een reis door de rijke historie van het Rijksmuseum, die niet los staat van die van de kunsthandel.
040 052 De specialisten van het restauratieatelier
Va banque
Om de collectie van het Rijksmuseum te beschermen tegen de tand des tijds, heeft het Rijksmuseum een task force van restauratoren die daar een dagtaak aan hebben.
De man die van het restaureren van Amsterdamse monumenten zijn levenswerk maakte, besloot een kleine twintig jaar geleden een gok te wagen. Die goed uitpakte.
060 Walhalla voor fashionista’s Ninke Bloemberg, conservator Mode & Kostuums van het Centraal Museum in Utrecht, opent voor Vernis de deuren van het depot annex walk-in closet.
068 Tussen Amsterdam en Isfahan In de 17de eeuw ontstonden innige handelsbetrekkingen tussen de Nederlanden en Perzië. Het zou resulteren in een hoogconjunctuur die vele decennia duurde. 004
–
vernis # 04
The Watch for Presidents. 50S PRESIDENTS’ WATCH AUTOMATIC Lyndon B. Johnson and his presidential Vulcain. Cricket mechanical alarm proprietary Vulcain V-21 calibre, equipped with the Exactomatic system. www.vulcain-watches.com
Importeur Nederland: HQ-Time - Postbus 75590 - 1070AN Amsterdam - www.hq-time.com - info@hq-time.com - telefoon +31655890504
vernis inhoud
076
De kunst van het koningshuis
Michel van Maarseveen, directeur van Paleis Het Loo, geeft een rondleiding langs de kunst die zich in de loop der eeuwen om de Oranjes heen heeft verzameld.
En verder... 003 Voorwoord 004 Inhoud 011 Trouvailles 034 Column - Ivo Weyel 050 Column - Yvo van Regteren Altena 094 Boeken 096 Ledenlijst KVHOK 098 Toekomstantiek Wat hebben een vla-gele eend en Louis Vuitton met elkaar gemeen? 006
–
vernis # 04
084
‘Herkomst: Ivo Bouwman’
Ter gelegenheid van het 40-jarig jubileum van kunsthandelaar Ivo Bouwman kwam een bijzondere gelegenheidstentoonstelling tot stand.
087
Items op wit (de vierde editie) Zowel in aard als herkomst een bonte verzameling antiek, thematisch gerangschikt en te koop bij leden van de KVHOK.
036 Mijn mooiste stuk “De uitstraling, de compositie, het enorme formaat, de kleuren... Wauw, dit is het helemaal. Liefde op het eerste gezicht.”
048 Mijn mooiste stuk “Een mammoet heeft 340 skeletdelen, die van mij is opgebouwd uit driehonderd delen.”
058 Mijn mooiste stuk “Ik heb twee stokken en metalen houders laten maken waarmee ik ze tegen de wand kan bevestigen, net als in de Veneto.”
Wijnkan Marthinus Logerath, Amsterdam 1780
A. Aardewerk Antiquair Juwelier | Jan van Nassaustraat 76 | 2596 BV Den Haag www.aardewerk.com | silver@aardewerk.com
colofon
...
vo o r ja a r /zo m er 2 0 1 3
|
JAAR G A N G 0 3 # 0 4
Hoofdredactie
Mischa van de Woestijne Eindredactie
Luc Matter
Art direction
Wolk Ontwerp Haarlem (info@wolkontwerp.nl) Uitgever en bladconcept
MI-7 Media Intelligence (www.mi-7.nl) | Mischa van de Woestijne (mischa@mi-7.nl) Medewerkers t e kst
Onno Aerden, Robert Aronson, Ali Foumani, Nelleke Koops, Aya Langeveld, Marietta Nollen, Els Quaegebeur, Yvo van Regteren Altena, Marita Smit, Ivo Weyel, Mischa van de Woestijne b ee ld
Menko ten Cate, Rogier Corbeau, Erik en Petra Hesmerg, Friso Keuris, Sigurd Kranendonk, Marte, Maxim Meekes, Tessa Posthuma de Boer, Rijksmuseum (Jannes Linders, Pedro Pegenaute), Tekenteam Met speciale dank aan
Robert Aronson, Ali Foumani, Caroline Eschbach, Sir John Leighton, Paul van Rosmalen, Jettie Rozemond, Nynke van der Ven, Belinda Visser Advertenties, abonnementen en nabestellingen
Koninklijke Vereeniging van Handelaren in Oude Kunst in Nederland Damrak 375 nl-1012 zj Amsterdam TELEFOON +31 (0)20-6238904 E-MAIL info@kvhok.nl INTERNET www.kvhok.nl Druk
Van Aalst Printmanagement, Zaandijk Distributie
Vernis verschijnt in een oplage van 18.000 exemplaren en wordt verspreid via de bij de KVHOK aangesloten leden en op de belangrijkste kunstbeurzen in binnen- en buitenland. vernis TIJDSCHRIFT VAN DE KONINKLIJKE VEREENIGING VAN HANDELAREN IN OUDE KUNST IN NEDERLAND (KVHOK)
DE RIJKE HISTORIE VAN HET RIJKS (PLUS: ACHTER DE SCHERMEN VAN HET RESTAURATIEATELIER) EDINBURGH IN BEELD ITEMS OP WIT OVER BLOEMEN, AMSTERDAM EN DE ORANJE’S TE KOOP: DE MOOISTE TROUVAILLES UIT DE MARKT VAN WILLEM VAN ORANJE TOT WILLEM-ALEXANDER: ORANJES IN DE KUNST
JAARGANG 03 VOORJAAR/ZOMER 2013 #04
8 717953 055637 >
001_Cover.indd 1
01-04-13 19:48
Cover: een op perkament gemaakte pastel van de Zwitserse kunstenaar Jean-étienne Liotard (foto: marte) © 2013 kVHOK/MI-7 Vernis is een uitgave van de kVHOK en MI-7 media intelligence. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, opgenomen in een elektronisch databestand of worden gepubliceerd, op welke wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de rechthebbenden (artikel 15 Auteurswet). ISSN 2211-4017
008
–
vernis # 04
Fine Arts and Antiques | Certi Certifi fied Appraiser
Allen Walker
Een Amsterdams staand horloge met speelwerk met 12 melodieën op 13 bellen, volledig kalenderwerk en maanfase vervaardigd door Allen Walker gevestigd in 1755 te Amsterdam aan de Kalverstraat hoek Spaerpotsteeg. De monumentale wortelnoten kast met rocaille in de voet kan worden beschouwd als een van de mooiste exemplaren uit het midden van de 18e eeuw. J. Zeeman, De Nederlandse staande klok, Assen, 1977, p. 408 ill.
E-mail: info@daatselaar.com | Web: www.daatselaar.com | Phone: +31 654.394.108 agent and advisor for purchasing and selling fine arts and antiques | appraisals for probate and insurance purposes KVHOK
BRUIL & BRANDSMA WORKS OF ART bv AMSTERDAM
Vanaf 1 mei gevestigd op de
JOHANNES COESERMANS - VOC SCHIP HET WAPEN VAN DELFT OP RUWE ZEE
Eerste helft van de zeventiende eeuw, penschilderij, 35 x 25 cm Gesigneerd op de balk linksonder
Nieuwe Spiegelstraat 68 te Amsterdam. Open van dinsdag t/m zaterdag van 11:00 tot 18:00 uur.
BRUIL & BRANDSMA WORKS OF ART bv
NIEUWE SPIEGELSTRAAT 68
WEBSITE
WWW.BB-ART.NL
TELEFOON +31 (0) 20 4207359
1017 DH AMSTERDAM
BBC@CHELLO.NL
MOBIEL
+31 (0) 6 5118 7930
rubriek
Trouvailles
In de kunsthandel hebben veel stukken een uniek verhaal, niet zelden het resultaat van een speciale zoekopdracht of van een onverwachte speling van het lot. Opnieuw tonen diverse bij de KVHOK aangesloten leden hun bijzondere
trouvailles met dank aan
Caroline Eschbach en Jettie Rozemond
Theekist met drie zilveren bussen John Endlich Antiquairs
Aan het eind van de 17de eeuw, toen in Nederland de eerste zilveren theebusjes werden gemaakt, was thee duur en theedrinken voorbehouden aan de hoogste klassen. In de tweede helft van de 18de eeuw was het nuttigen van thee nog steeds een luxe, maar het gezelschap werd groter. Er kwamen rijkelijk versierde theekisten met meerdere bussen. Deze kist van de hand van Anthonie Huys uit 1782 past geheel in die traditie. kist van ebbenhout en amboina-wortelhout, 19,5 x 14,4 x 2 0,7 cm , bussen eerste gehalte zi lver , prijs O p a anvr a ag
vernis # 04
–
011
rubriek
foto: erik en petra hesmerg
Trouvailles
Beatrix-lamp K u n s th a n d e l Frans Leidelmeijer
Dit lampje van Beatrix als 1-jarige uit 1939 is gekocht van een achternicht van kunstenaar Homme de Vries. Uitgevoerd in ‘plique-à-jour’ in een houder van gehamerd tombak op een ebbenhouten voet. Beatrix heeft het nooit ontvangen vanwege het uitbreken van WOII. 28 x 15 x 9 cm, €4.750
Aboriginal Art L e s l i e S m i th G a l l e r y
Bergmannsleuchter Jan Beekhuizen Kunst- en Antiekhandel
De onlangs overleden Nyurapaya Nampitjinpa of Mrs. Bennett (19352013) begon midden jaren negentig met schilderen. Haar werk wijkt in stijl af van dat van veel andere aboriginal kunstenaars en refereert vooral aan vrouwenceremonies en het leven in de woestijn. Dit schilderij uit 2008 beeldt een belangrijke waterplaats af.
Kandelaren als deze zijn uiterst zeldzaam. Dit exemplaar, gevonden in een Duitse particuliere verzameling, werd omstreeks 1685 door gieter J. Unger gemaakt voor het mijnwerkersgilde van Johanngeorgenstadt. De voet is aan de binnenkant gemerkt met het stadsmerk, de initialen IGS voor de stad, tweemaal een gietersmerk 74 en IV, de initialen van de gieter.
182 x 152 cm, €39.500
prijs op aanvraag
012
–
vernis # 04
Tin, H: 33,8 cm voet ø: 18,6 cm,
rubriek
Trouvailles
Interieur van een kathedraal bij kaarslicht Floris van Wanroij Fine Art
Pieter Neefs de Oude (ca. 1578-1660) was één van de belangrijkste architectuurschilders in de eerste helft van de 17de eeuw. Hij schilderde nocturnes: kerkinterieurs bij nacht, belicht vanuit twee lichtbronnen (doorgaans fakkels of kaarsen). Dit werk is aangekocht als van een onbekende meester, maar op stilistische gronden en na reiniging van de voorheen moeilijk leesbare signatuur en datering zelfs met zekerheid identificeerbaar als van de hand van Pieter Neefs. Een vrijwel identieke, maar ongesigneerde nocturne door Pieter Neefs de Oude bevindt zich in de collectie van De Jonckheere Gallery (Parijs), en een wat uitgebreidere versie van zijn hand is te vinden in het Amsterdamse Rijksmuseum. Olieverf op koper, 28 x 34 cm, €28.000
vernis # 04
–
013
rubriek
Trouvailles
Tijdbewaarder Gude Antique clocks
Dit uurwerk is afkomstig van dezelfde mensen die het twintig jaar geleden bij de handelaar kochten. Het echtpaar had geen kinderen, en na het overlijden van de weduwe — die haar bezit aan Natuurmonumenten naliet — meldde de executeur dat het echtpaar de uitdrukkelijke wens had dat deze Tijdbewaarder van Alexander Kaiser door Gude uit de boedel moest worden gekocht. De Kaiser nr. 38 is opnieuw in Amsterdam te koop.
Casino de Nice Kunsthandel Frans Jacobs
c. 1850, HxBxD: 103 x 25 x
Het gebouw op de niet meer bestaande Pier Promenade (‘la Jetée-Promenade’) langs de Promenade des Anglais in Nice, is meerdere malen geschilderd door Raoul Dufy. De pier werd oorspronkelijk gebouwd in dejaren 1882 en 1883, maar het geheel brandde de dag vóór de officiële opening af. In 1891 opende de Pier Promenade alsnog. In het begin van WOI werden de gebouwen gebruikt voor de opvang van gewonde militairen, maar in 1915 kreeg het zijn oorspronkelijke functie weer terug. Tijdens WOII werd het casino gesloten en gestript door de Duitsers die behoefte hadden aan metaal voor de oorlogs-industrie. Dufy schilderde dit werk tijdens de hoogtijdagen, rond 1930.
16 cm, prijs op aanvraag
olieverf op doek, 50 x 61 cm, prijs op aanvraag
014
–
vernis # 04
rubriek
Trouvailles
Dubbelzijdige processie-icoon Tóth Ikonen
Op bepaalde kerkelijke feestdagen worden in Rusland de zogenaamde ‘processie-iconen’ uit de kast gehaald. Men draagt deze bijzondere iconen — veelal de feestdag van de afgebeelde heilige — dan vooraan in de processie rond. Van dit exemplaar, met voorstelling van de oudtestamentische profeet Elia (tevens schutspatroon van de Russische boeren), zijn de stok en de icoon uit één stuk hout vervaardigd. Vermoedelijk afkomstig uit een Eliaskerk waar de icoon op de naamdag van de heilige — 20 juli — werd gedragen. T/m 4 augustus 2013 vindt in het Utrechtse Museum Catharijneconvent de tentoonstelling ‘Goddelijke inspiratie’ plaats, over de iconografische verschillen tussen orthodoxe en westerse schilderkunst. Hier zijn ook bijzondere ikonen uit particulier bezit te zien (www.catharijneconvent.nl). 1 9 d e e e u w s , E i t e m p e r a o p h o u t, 4 4 x 1 7, 6 c m ( i n c lu s i e f s t o k ) , € 8 . 8 5 0
vernis # 04
–
015
rubriek
Trouvailles
Portret van Frederik V van de Palts, de Winterkoning
Portret van Elizabeth Stuart, de Winterkoningin
H oog s t e d e r & H oog s t e d e r
In de Gouden Eeuw kende iedereen het verhaal van de Winterkoningin en Winterkoning. Precies 400 jaar geleden, op Valentijnsdag 1613 in Londen, trouwde Elizabeth Stuart, de Britse koningsdochter, met haar droomprins Frederik V van de Palts. Beiden waren 16 jaar oud en beiden hadden toen nog geen idee dat ze de loop van de geschiedenis zouden beïnvloeden. Ter gelegenheid van de 400ste huwelijksdag brengen Hoogsteder & Hoogsteder de tentoonstelling ‘Elizabeth & Frederik, 400 jaar huwelijk van de Winterkoningin en Winterkoning’ waar voor het eerst de Prinses Sophie Portretserie zal worden getoond die 350 jaar lang achter de muren van een Duits kasteel hing, maar ook persoonlijke brieven van de Winterkoningin, een Dutch Design-impressie van Elizabeth’s boudoir; hedendaags kant tussen 17de-eeuwse portretten vol kanten kragen, historische objecten en schilderijen, uitsluitend uit particulier bezit. T/m 31 mei 2013, toegang gratis. P e t e r O l i v e r ( Lo n d e n 1 5 9 4 – Lo n d e n 1 6 4 7 )
I s a a c O l i v e r ( Ro u e n c . 1 5 6 5 – Lo n d e n 1 6 1 7 ) ,
perkament, Gemerkt ‘PO’, c. 1620, N.T.K.
perkament, gemerkt ‘io’, c. 1613, N.T.K.
016
–
vernis # 04
rubriek
Trouvailles
Bronzen pendule Kunstconsult
Halverwege de jaren ’20 ontwierp Cris Agterberg (1883-1948) deze sculpturale met een sierlijk vrouwenfiguur bekroonde klok. Tot 2002 waren slechts drie exemplaren bekend. De landelijke publiciteit rondom de presentatie van één van deze klokken leverde echter informatie op over een vierde, die nu te koop is. brons, c. 1925, 34 x 21 cm, Prijs op aanvraag
De Groote Beurs
Die chinesische Jacke (Lotte Pechstein) kunsthandel Simonis & Buunk
inter-antiquariaat
handgekleurde aquatint,
Dit vrouwenportret van de Duitse expressionist Max Pechstein is afkomstig uit een privé-collectie. Herkomstgegevens ontbraken, maar een Pechstein-expert — die niet wist dat dit schilderij bestond — wist te melden dat het zeker gaat om een portret van de eerste vrouw van de kunstenaar. Pechstein ontmoette de piepjonge Charlotte Kaprolat in 1908 in Berlijn. Niet alleen werd ze als model de favoriet van de kunstenaar, in 1911 trad ze ook met hem in het huwelijk. Vooral op de Palau-eilanden, waar het echtpaar in 1914 en 1915 verbleef, vormde Lotte de inspiratiebron voor werk dat een hoogtepunt vormt in het oeuvre van Pechstein. Dit is één van de laatste portretten die hij van haar maakte, want kort daarop scheidde de schilder van zijn muze. Via de met een Nederlander getrouwde dochter van de Berlijnse bankier en kunstverzamelaar Carl Steinbart is het werk uiteindelijk in ons land terechtgekomen.
c. 1825, 20,4 x 28,2 cm, €925
olie op schildersboard, 34,9 x 30,3 cm, c. 1918, €98.000
Mefferdt & De Jonge
De eerste onderneming waarvan de aandelen publiekelijk verhandeld werden, was de VOC. De handel vond plaats in een imposant, speciaal voor dat doel ontworpen (en rond 1850 gesloopt) gebouw aan het Amsterdamse Rokin, hetgeen deze gedetailleerde prent van Ludwig Gottlieb Portman goed laat zien.
vernis # 04
–
017
rubriek
Trouvailles
Capriccio van een Italiaanse stad K u n s t h a n d e l P. d e B o e r
Jacob van der Ulft (Gorinchem 1621-Noordwijk 1689) was de zoon van de burgemeester van Gorinchem. Hij werd volgens de biograaf Houbraken geroemd om zijn glassschilderingen. Zijn Italianiserende landschappen, zoals dit schilderij van uitzonderlijke hoge kwaliteit, moet de schilder gebaseerd hebben op prenten: Van der Ulft is zelf nooit in Italië geweest. Desondanks heeft hij het mediterrane, gouden licht prachtig weten te reproduceren. olieverf op paneel , Gesigneerd en gedateerd ‘Jac. Van der Ulft fec. Gorcomiensis 1664’, 40 x 62 ,6 cm, €180.000
018
–
vernis # 04
rubriek
Trouvailles
Art deco vaas G alerie T in y E s v eld
Deze door Charles Schneider ontworpen glazen vaas met opgesmolten plaquettes wordt door de gebruikte techniek gerekend tot de top: het procédé maakt de vaas tijdens het maken extra kwetsbaar voor spanningsbarsten. Dit exemplaar is overigens in onberispelijke staat. fran k ri j k , 1 9 2 0 , H : 2 2 cm , € 1 7 . 5 0 0
Kistje van Kick BRUIL & BRANDSMA W O R KS O F A R T
Bolan kelim (c. 1900) F o u mani P er s ian G aller y
Willem Kick had in de eerste helft van de 17de eeuw van de Staten-Generaal het alleenrecht gekregen om kistjes naar het voorbeeld van het destijds zeer populaire Japans lakwerk te maken. Zeldzaam. met v erg u ld s el ,
Deze kelim is afkomstig uit de Varamin-regio, gelegen ca. 60 kilometer ten oosten van de hoofdstad Teheran. Dit gebied werd vanaf 1790 bevolkt door een tiental nomadenstammen, afkomstig uit heel Perzië. Het hoogtepunt was in de tweede helft van de 19de eeuw. Juist uit die periode heeft Foumani Persian Gallery, een collectie kunnen samenstellen die deels afkomstig is uit een particuliere verzameling.
2 4 x 1 7 x 2 1 cm , € 1 1 . 5 0 0
W O L , P L A N T A A R D I G E P I G M E N T E N , 2 7 5 X 1 3 5 C M , pri j s € 5 . 2 5 0
peren / ei k en h o u t
vernis # 04
–
019
rubriek
Trouvailles
Frans fregat ‘Ariel’ na expeditie op Schelde Kunsthandel Rob Kattenburg
Het Franse fregat Ariel was betrokken bij wat de geschiedenis inging als ‘Expeditie op de Schelde’. In 1793 had revolutionair Frankrijk de Republiek der Verenigde Nederlanden de oorlog verklaard. Na de verovering van Antwerpen wilde de Franse generaal Charles-François Dumouriez een vrije doorvaart over de Schelde forceren. Het paneel dat deze episode uit onze nationale geschiedenis verbeeldt, was de keerzijde van een 17de-eeuws paneel. Het werd uit een Spaanse particuliere collectie op een Nederlandse veiling ingebracht en miste een leesbare signatuur. Toch kon het schilderij betrekkelijk eenvoudig aan David Kleijne (1753-1805) worden toegeschreven. Kleijne, telg uit het meest wijdvertakte beulsgeslacht dat Nederland ooit heeft gekend en aan wie de gesel en het scherpzwaard niet waren besteed, was met stads- en tijdgenoot Engel Hoogerheyden de belangrijkste chroniqueur van Zeelands maritieme geschiedenis rond 1800. olieverf op paneel , 1793 43,2 x 56,2 cm, prijs Op aanvraag
020
–
vernis # 04
A N T I Q U A I R S Nieuwe Spiegelstraat 39, Amsterdam T. 020 - 623 3103 • mail@aronson.com www.aronson.com Hoofdsponsor van de expositie 'Het Wonder van Delfts Blauw'
Wij feliciteren het met de heropening.
Delfts melkaapje, circa 1755 Prov. Ivan B. Hart, Monte Carlo Volg ons ook op: www.facebook.com/Delftware
museum
De rijke historie
De rijke historie van het Rijks tekst
Nelleke Koops
beeld
Marte, KVHOK
Het Rijksmuseum is weer open. Na tien jaar verbouwen heeft het museum de grandeur terug die past bij de indrukwekkende collectie — waarbij de kunsthandel een niet onbelangrijke rol speelde. Aandachtig turend langs de dakrand inspecteert een man met een typerende baard en baret de lijn van het gebouw. Het is architect Pierre Cuypers die uit het raam leunt en, gadegeslagen door Rembrandt en Van der Helst, nog een laatste goedkeurende blik werpt op de renovatie van het door hem ontworpen museum. Zijn Rijksmuseum. Toen het museum in 2003 dicht ging voor een verbouwing van vijf jaar, had niemand kunnen bevroeden dat het proces twee keer zoveel tijd in beslag zou gaan nemen. Deels door getouwtrek over budgetten en bouwvergunningen, deels door de vele verrassingen die de verbouwing in petto had. Onder het motto ‘Verder met Cuypers’ werden de twee binnenhoven weer geopend en kwamen vanachter dikke pleisterlagen de oorspronkelijke ornamenten en schilderingen tevoorschijn. Na 022
–
vernis # 04
jaren waarin alles 01 vooral draaide om 1929: het organisehet optimaal be- rend comité van de nutten van de tentoonstelling in ruimte, heeft het het Rijksmuseum. gebouw zijn oorspronkelijke lichtval en ruimte weer terug. Er is weer aandacht voor de pracht en praal van de gotiek en renaissance en de talloze verwijzingen naar de vaderlandse geschiedenis. Cuypers ‘mag’ weer. Galerij
Het is twee weken voor de opening. Wim Pijbes, die in de zomer van 2008 Ronald de Leeuw opvolgde als hoofddirecteur, loopt als een trotse vader door de opnieuw aangelegde tuinen van ‘zijn’ museum. Om hem heen zijn mens en machine druk in de weer om de deadline van de opening te halen. We lopen ergens onder de galerij —
museum
De rijke historie
01
de veelbesproken ‘fietstunnel’ waar straks de bezoekers hun weg naar binnen zullen vinden — als hij plots blijft staan. “Daar” wijst hij. Boven zijn hoofd zit in de gewelven een groot luik verborgen waardoor de Nachtwacht straks omhoog getakeld zal worden...
Door KVHOKleden aan het Rijksmuseum verkochte objecten
Verbeeld ik het me, of glimlacht hij als ik het woord ‘galerij’ noem? De eindeloze discussie met het Amsterdamse stadsdeelZuid over de ruimte voor fietsers in het ontwerp was een pijnpunt dat de bouw flink heeft vertraagd. “Wat fijn dat ik iemand eens hoor praten over een galerij en
niet over een fietstunnel of onderdoorgang”, zegt Pijbes. Hij glimlacht. Aartsbisschoppelijk paleis
De eerste kennismaking van Pijbes met het Rijksmuseum, als jongetje van twaalf uit het Groningse Veendam, maakte veel in-
1949
Stoel
Aronson Antiquairs
Deze notenhouten stoel heeft een met fluweel beklede zitting, balustervormige poten en geribde, kruislings verbonden bolvoeten. De voorpoten zijn versierd met acanthusblad en kelkbladeren. De hoge rug is prachtig opengewerkt. Hierin is een reliëf met een vrouwenbuste en profil te zien.
vernis # 04
–
023
museum
De rijke historie
FOTO: jannes linders
druk. “Ik herinner me dat ik door de gangen rende en dat ik ineens een harde hand op mijn schouder voelde. Het was een suppoost, die mij met een zware stem bestraffend toesprak. Hij wees naar boven en zei: ‘Niet rennen, kijken!’ Zo’n man in zo’n imposant gebouw, dat ben ik nooit vergeten.” Het imposante gebouw is als museum gebouwd. De architect Pierre Cuypers, tot dan toe voornamelijk bekend als bouwer van kerken, kreeg in 1876 de opdracht. Zijn ontwerp combineerde gotische torens en ronde kerkramen met strakke renaissancelijnen. Er kwamen sprookjesachtige decoraties, indrukwekkende tegeltableaus en beelden van de grote schilders uit de 17de eeuw. De uitbundigheid van zijn plan- 02 nen kreeg veel kri- De nieuwe eretiek en werd door galerij van het velen als ‘te katho- Rijksmuseum. liek’ beschouwd. 03 Dit weerhield Cuy- Het herontdekte pers er niet van nog Atrium van twee bijgebouwen Pierre Cuypers. te ontwerpen en zich intensief te bemoeien met de directe omgeving. Zo liet hij het bouwterrein ophogen, omdat het lager lag dan de binnenstad. Zijn museum moest goed te zien zijn, vond hij. Meteen ontwierp hij het Museumplein erbij, omdat Cuypers vond dat openbare gebouwen thuishoorden in grote, open ruimtes.
02
De architect Pierre Cuypers, tot dan toe voornamelijk bekend als bouwer van kerken, kreeg in 1876 de opdracht voor de bouw van het Rijksmuseum
1975
Hangertje in de vorm van een Madonna-hoofdje in vierpas Kunsthandel Inez Stodel
In de jaren ’70 was het Rijksmuseum een goede klant van Kunsthandel Inez Stodel. Vanwege deze goede relatie en de gedeelde passie schonk Inez Stodel het Rijksmuseum in 1975 deze kleine maar fijne neogotische hanger: een 18-karaat gouden beeldhouwwerkje, een schitterend geciseleerde madonna in een nisje in de vorm van een vierpas, omringd door parels en saffieren. Historisme ten top! Het hangertje uit circa 1906 is van de hand van Louis Wièse die met zijn vader Jules tot de belangrijkste edelsmeden uit de 19de eeuw behoren. Louis nam Jules’ werkplaats over in 1880 en werkte in dezelfde traditie. Ook hij gebruikte een speciale techniek waarbij kwikoxide het goudoppervlak ‘beschadigt’ om ouderdom te imiteren. 024
–
vernis # 04
museum
De rijke historie
FOTO: Pedro Pegenaute
03
Ook toen al liepen de discussies over het gebouw hoog op. Koning Willem III noemde het ‘een aartsbisschoppelijk paleis’ en weigerde de opening in 1885 bij te wonen. Maar er waren ook positieve geluiden te beluisteren. In het tijdschrift De Gids schreef Max Rooses in 1886 over het
nieuwe Rijksmuseum: ‘Aan de Nederlandsche kunst is een tempel gebouwd, die door zijn rijkdom getuigenis aflegt van den eerbied, verschuldigd aan de goden en helden, die daar in hunne werken tronen. Voortaan zal niemand zich nog hoeven te schamen om het enge en bescheiden verblijf, waarin de roemrijke scheppin-
gen onzer groote meesters bewaard werden. […] Voortaan mag Nederland roemen op het bezit van een waardig Pantheon.’ Nationale Kunstgalerij
In het nieuwe museum kwamen verschillende collecties samen. De basis van de col-
1979
1981
kunsthandel
Algemeene Ethnogr a-
Vaas met vier oren Fr ans Leidelmeijer
De Plateelfabriek Rozenburg had een depot in Parijs. Die is er gekomen na de Parijse Wereldtentoonstelling van 1900, waar het Rozenburg eierschaalporselein voor het eerst geïntroduceerd.
Schenkkan
fica- en Kunsthandel A alderink
Gendi’s in de vorm van een dier werden voor het eerst tijdens de Wanli-periode vervaardigd. Een gendi in draakvorm is echter uiterst zeldzaam. vernis # 04
–
025
museum
De rijke historie
FOTO: Pedro Pegenaute
lectie vormde een verzameling Italiaanse schilderijen, portretten van de Oranjes en vaderlandse rariteiten die eerder was ondergebracht in Huis ten Bosch in Den Haag. Deze voorloper van het Rijksmuseum geldt als het eerste nationale museum en opende in 1800 zijn deuren als Nationale Kunstgalerij. Onder de bezielende leiding van de Amsterdamse kunsthandelaar Cornelis Sebille Roos werd de collectie in rap tempo uitgebreid. Zijn eerste aankoop als directeur was het schilderij De bedreigde zwaan van Jan Asselijn, dat hij kocht voor honderd gulden. Dit werk wordt nog steeds beschouwd als een van de topstukken van het museum. Verhuizing
In 1808 verhuisde de collectie op in- 04 stigatie van koning Het Atrium is aan Lodewijk Napole- weerszijden van de on naar het Paleis fietspassage op de Dam, waar ze gelegen en vormt werd samenge- het schitterende voegd met de verza- middelpunt van het meling van de stad vernieuwde Rijks. Amsterdam. De Nachtwacht en de Staalmeesters, maar ook De Schuttersmaaltijd van Van der Helst kregen zo een plek in het Koninklijk Museum. In die jaren kocht het museum nog eens zo’n tweehonderd schilderijen aan uit twee particuliere verzamelingen, waardoor het accent kwam te liggen op de Hollandse 17de-eeuwse school.
04
1987
Gelegenheidsglas
Peter Korf de Gidts Antiquair
Over de graveur Hubert van Lokhorst die in Den Haag werkzaam was is bijna niets bekend, behalve dat hij van 1725 tot 1810 leefde. Het Rijksmuseum had al sinds 1877 een gesigneerd Van Lokhorst-glas in de collectie, tot dan toe het enige gesigneerde glas van deze getalenteerde graveur. 110 jaar later kocht men het enige bekende gave gesigneerde exemplaar met de inscriptie: ‘Het welvaren van de Krimpenze-waand’ in diamantgravure. Bijzonder is de samengestelde stam van het glas, die bestaat uit twee secties met een knoop en een meervoudige luchtspiraal. Van Lokhorst had wellicht een persoonlijke voorkeur voor dit weinig voorkomende type glas, want ook het andere in het Rijksmuseum aanwezige glas heeft eenzelfde stamformatie. 026
–
vernis # 04
museum
De rijke historie
Spatie
Met de terugkeer van Willem I als nieuwe koning kreeg het museum in 1813 zijn huidige naam: ‘Rijks Museum’. Mèt spatie. De spatie in het nieuwe logo, waar taalpuristen zoveel kritiek op hadden en die het museum zelfs de ‘grootste spatieblunder van 2012’ opleverde, is in deze historische context dus zo gek nog niet. Samen met de nationale prentencollectie uit Den Haag, kreeg de collectie een nieuw onderkomen in het Trippenhuis, een 17de-eeuws stadspaleis aan de Amsterdamse Kloveniersburgwal. Niet alles kon mee: de historische voorwerpen gingen naar het Kabinet van Zeldzaamheden in Den Haag en de moderne 19de-eeuwse kunst kreeg een eigen museum in Haarlem. In de jaren daarna werd het stil rondom het museum. Er werden vrijwel geen grote aankopen gedaan en legaten werden argwanend bekeken. Toen de Amsterdamse bankier Adriaan van der Hoop in 1854 zijn indrukwekkende verzameling van ruim 250 schilderijen (waaronder Het Joodse Bruidje van Rembrandt) naliet aan
de stad Amsterdam, ontstond er flinke discussie over de kosten. Het stadsbestuur geloofde nog niet zo in het belang van het werk van Vermeer, Rembrandt, Steen en Ruysdael voor het aantrekken van bezoekers naar de stad en voelde er weinig voor de 50.000 gulden aan successierechten voor zijn rekening te nemen. Uiteindelijk voorkwamen een paar rijke burgers ervoor dat de schilderijen naar het buitenland verdwenen, door 40.000 gulden bijeen te brengen, een geste die het gemeentebestuur over de streep trok. De 250 schilderijen kregen aanvankelijk een eigen ‘Museum van der Hoop’ in de Oudemanhuispoort, zonder deel uit te maken van de collectie van het Rijksmuseum. Pas in 1870, dankzij een legaat van de suikerraffinadeur Leendert Dupper Wzn., kon het Rijksmuseum zijn collectie uitbreiden met topstukken uit de Gouden Eeuw. Omdat het Trippenhuis als museum eigenlijk ongeschikt was, kreeg Pierre Cuypers de opdracht een nieuw gebouw te ontwerpen waar de verschillende collecties zouden worden samengevoegd: die van het
Omdat het Trippenhuis als museum eigenlijk ongeschikt was, kreeg Pierre Cuypers de opdracht een nieuw gebouw te ontwerpen 1992
Trippenhuis, de verzameling van Van der Hoop, de ‘moderne’ kunst uit Haarlem en een groot deel van de voorwerpen uit het Haagse Kabinet van Zeldzaamheden. Al gauw was de collectie in het nieuwe gebouw bijna verdrievoudigd, van zevenhonderd tot tweeduizend stukken. Grote tentoonstellingen
In de tweede helft van de 19de eeuw werd de rol van antiquairs en handelaren steeds belangrijker. Zo was het Rijksmuseum één van de vaste klanten van de Amsterdamse antiquair Julius Boas Berg, wiens naam regelmatig is terug te vinden in de inventarisboeken als leverancier van glas, zilver, textiel, meubilair en militaria. Later speelde de bekende kunsthandelaar en VHOK-voorzitter Jacques Goudstikker een grote rol in het contact tussen handel en museum. In 1929 organiseerde hij in het Rijksmuseum voor het eerst een expositie van oude kunst, bijeengebracht door de Nederlandse handelaren. Een derde van de schilderijen kwam uit de collectie van Goudstikker zelf. De tentoonstelling werd geopend door koningin Wilhelmina, voor 6 cent kon het publiek naar binnen. In de zomer van 1936 kreeg de VHOK, nog steeds onder leiding van Goudstikker, opnieuw toestemming voor een grote — ditmaal zelfs internationale — tentoonstelling in het Rijksmuseum. Hoofddirecteur Schmidt-Degener stelde een van de binnenhoven van het museum beschik-
1996
Punchkom
Specerijenservies
Jacques Fijnaut
Dit specerijenservies is het vroegst bekende Nederlands zilveren ensemble voor wereldlijk gebruik. Dit servies is gemaakt door de uit Augsburg afkomstige Anthonie Grill.
KUNSTHANDEL
Deze punchkom was één van de pronkstukken en de aanleiding voor de tentoonstelling De ‘lelijke’ tijd, Nederlandse interieurkunst 1835-1895 en had als catalogusnummer 82.
John Endlich Antiquairs
vernis # 04
–
027
museum
De rijke historie
baar en overtuigde de verantwoordelijke minister dat het in deze ‘slappe’ tijd van belang was om de aandacht te vestigen op Nederland als internationale kunstmarkt. Bovendien had de tentoonstelling in 1929 geleid tot belangrijke schenkingen aan het Rijk en aan de Vereniging Rembrandt. Op de tentoonstelling zelf mocht niets worden verkocht en prijskaartjes bleven derhalve achterwege. De opening was spectaculair. Voor het eerst sinds 1885 werd de passage een paar dagen afgesloten voor verkeer en uitbundig versierd met Perzische tapijten, schilderijen, palmen en grote bloemstuk- 05 ken. Dit was de in- Wim Pijbes gang naar een van vastgelegd door de binnenhoven, Vincent Mentzel. waar niet alleen 06 Hollandse Mees- De bedreigde ters hingen, maar zwaan van Jan ook Gainsborou- Asselijn, de eerste gh, El Greco en aankoop van de Tintoretto. Ook Nationale Kunstgawas er aandacht lerij, voorloper van voor Engelse en het Rijksmuseum. Franse meubelen en tapijten en Delfts aardewerk. Afgaande op de tienduizenden bezoekers bewees de samenwerking tussen de handel en het museum zich opnieuw. Vertrouwen
Nog steeds is de relatie tussen museum en handel erg belangrijk, erkent Wim Pijbes.
2004
Karton voor wandtapijt (Landing van Scipio Africanus) Kunsthandel Rob K attenburg
Wouter Kloek van het Rijksprentenkabinet zag het karton in de galerie van Kattenburg. Hij toonde zich direct enthousiast, maar het museum was niet erg liquide: er was een Jan Steen aangekocht en ook voor de verwerving van de collectie-Visser, bestaande uit 17de- en 18de-eeuwse vuurwapens was diep in de buidel getast. Afgesproken werd dat de restauratie zou plaatsvinden in de ateliers van het museum. Naarmate de restauratie vorderde, bleef het budget ontoereikend. Inmiddels had Arthur Wheelock jr., conservator van de National Gallery in Washington, lucht gekregen van het 16de-eeuwse karton. Hij vond een verband tussen de gouache en een tapijt uit de collectie van het Californische Hearst Castle en wilde het verwerven. Dat werd verijdeld door de Vereniging Rembrandt. 028
–
vernis # 04
05
museum
De rijke historie
“Deze werelden zijn minder gescheiden dan het lijkt: ze groeien juist meer en meer naar elkaar toe. Vertrouwen is daarbij essentieel.” Om die reden koopt Pijbes liever van de kunsthandel dan op de veiling. “Een veiling is meer een circus, daar gaat het om the heat of the moment. Met de handel is er meer tijd om een één op één relatie op te bouwen.” Bovendien, zegt Pijpes, biedt zo’n samenwerking ook meer mogelijkheden om stukken op zicht te krijgen en voor fondsenwerving. Op die manier versterken handel en museum elkaar. Pijbes weet wat hij zegt, want gevraagd naar recente aankopen van het Rijksmuseum bij handelaren, antwoordt Pijbes, zonder aarzelen: “Het Surinaams plantageglas bij Frides Laméris, Japanse prenten bij Ariëns Kappers, de beelden Heilige Familie van Jan van Doorne en Drinkebroers van Jan Pieter van Baurscheit bij Constant Vecht. En dat is dan alleen nog hier in de omgeving. De handel speelt echt een belangrijke rol bij de uitbreiding van onze collectie.” Bron van informatie 06
‘Kunsthandel en musea zijn minder gescheiden dan het lijkt: ze groeien juist meer en meer naar elkaar toe. Vertrouwen is daarbij essentieel’
Daarnaast zijn de verzamelaars, die vaak begeleid worden door handelaren, voor het museum van onschatbare waarde. “Zonder verzamelaars zou onze collectie er heel anders uitzien”, meent Pijbes. “Denk aan alle schenkingen en legaten die het museum in het verleden heeft ontvangen. De schenking Loudon bijvoorbeeld, die de basis vormde voor onze collectie Delfts aardewerk. Dat is een traditie die wij
2008
Plaquette met wapen C. Schippers en J. Bartholomeussen Ruben A ardewerk Antiques
Na aankoop van deze plaquette door het Rijksmuseum, moest kunsthistorisch onderzoek worden verricht om het in parelmoer gegraveerde alliantiewapen te achterhalen. Toevallig bevond zich een porseleinen schotel met hetzelfde alliantiewapen in het Museum Boijmans Van Beuningen te Rotterdam. De parelmoeren plaquette is in Canton vervaardigd en heeft als voorbeeld gediend voor de porseleinschilders bij de decoratie van de schotel ter gelegenheid van het huwelijk van Cornelis Schippers met Judith Bartholomeussen in 1732.
vernis # 04
–
029
museum
De rijke historie
koesteren. Veel particuliere verzamelaars weten echt alles van een heel klein deelgebied, zoals Amsterdams zilver, en kunnen ons daar enorm veel over vertellen. Zij vormen een waardevolle bron van infor-
“Volgens de één was het vals, volgens de ander was het laat en volgens weer een ander klopte het juist precies. Wat te doen? We hebben met het Rijksmuseum een collectie van vergelijkbare objecten samengesteld in het depot in Lelystad en daarin een tijdslijn aangebracht. Het object bleek twintig jaar later dan de handelaar dacht.” Uiteindelijk waren alle partijen tevreden. “Het museum vond het leuk om mee te werken, de keuring had de zekerheid dat het echt was en de handelaar had een goed onderbouwd verhaal.” Het depot in Lelystad barst van de kunstwerken en objecten die met het oog op documentatie zijn aangekocht. Vooral rond de eeuwwisseling werden veel gedateerde en gesigneerde werken van onbekende schilders verworven om het beeld van de Nederlandse schilderkunst compleet te maken. Topstukken
07
matie voor het museum.’ Andersom is ook de kennis van het museum waardevol voor verzamelaars en handelaren. Robert Aronson, voorzitter van de KVHOK, herinnert zich een keuring op de PAN Amsterdam, waarbij er onder de leden van de keuring discussie ontstond over de leeftijd van een object.
In de loop van de 20ste eeuw verschoof de aandacht naar de aankoop van topstukken. Deze ambities kwamen tijdelijk op een zijspoor door het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. In augustus 1939 werd het Rijksmuseum voor publiek gesloten vanwege de gespannen situatie in Europa. De schilderijen werden aanvankelijk opgeslagen in dorpen in de kop van Noord-Holland, maar in 1941 werden ze heimelijk overgebracht naar schuilkelders, eerst in de duinen bij Zandvoort, later in de onderaardse gangen van de Sint-Pie-
vernis # 04
Met iedere uitbreiding van de collectie werd de beschikbare ruimte schaarser.
2010
Antiquariaat FORUM
Frides LamÉris kunst- en
Handgemaakte schaalmodellen, zoals deze van een Javaanse marktstal uit 1825-1850, werden vervaardigd voor de Europese markt. De scène is bedoeld als staalkaart van de exotische diversiteit ter plaatse. –
Cuypers in ere hersteld
2009
Schaalmodel
030
tersberg bij Maastricht. Het bijna lege museum werd gebruikt voor concerten en tijdelijke tentoonstellingen, zoals de expositie Onze kunst van heden in 1939 en 1940. Na de oorlog richtte het tentoonstellingsbeleid zich vooral op de ondergewaardeerde aspecten van de schilderkunst van de Gouden Eeuw. Schilderijen van onder andere Hendrick Goltzius, Pieter Codde en Cesar van Everdingen kregen een plaats in het museum. Toen er meer fondsen beschikbaar kwamen en het museum minder afhankelijk werd van schenkingen, werd ook een flink aantal klassieke Hollandse meesterwerken aangekocht, waaronder de grote stillevens van Floris van Dijck, Pieter Claesz. en Willem Heda en monumentale landschappen van 07 Aelbert Cuyp en Hoofddirecteur Wim Pijbes in ‘zijn’ Philips Koninck. De afgelopen Rijksmuseum. decennia is de col- 08 lectie aangevuld Openingsfeest van met karakteristieke de VHOK-tentoonwerken van laat stelling (1936). 17de-eeuwse schilders, classicisten en 18de-eeuwers. Ook kocht het museum topstukken aan van buitenlandse schilders, waaronder Jacob Jordaens, Claude Lorrain en Pietro Longhi.
Bokaal
antiekhandel
Op 1 juli 1863, dit jaar 150 jaar geleden, werd de slavernij in Suriname afgeschaft. Op deze zeldzame 18de-eeuwse bokaal zijn slaven en slavenhutjes op een Surinaamse plantage afgebeeld.
museum
De rijke historie
08
Aan het begin van de 20ste eeuw werd de huidige Philips-vleugel aangebouwd en in de jaren vijftig en zestig werden de oorspronkelijke twee binnenhoven volgebouwd met een labyrint aan kleine zaaltjes. Van de heldere indeling van Cuypers was nog maar weinig over.
In het ontwerp van het Spaanse architectenduo Cruz y Ortiz wordt deze indeling in ere hersteld. In de Eregalerij, de Voorhal, de Nachtwachtzaal en de trappenhuizen zijn studenten conservering en restauratie — een jonge studierichting bij de Universiteit van Amsterdam — de afgelo-
pen jaren bezig geweest om alle versieringen met engelengeduld te reconstrueren. Ook de terrazzovloer in de Voorhal, die in de jaren twintig onder het linoleum werd verstopt en vervolgens werd gesloopt, is steentje voor steentje nagemaakt aan de hand van archiefbeelden.
2011
Diadeem van Jan Eisenloeffel kunstconsult
Dit soort Art Nouveau-juwelen is uitert zeldzaam. Dirk-Jan Biemond, conservator Metalen van het Rijksmuseum, kon zijn ogen dan ook bijna niet geloven toen hij dit diadeem tijdens de PAN Amsterdam 2011 bij deze galerist ontdekte. Het was namelijk de missing link in de beoogde juwelenpresentie van het museum, die in de vorm van een tijdlijn de ontwikkeling van het juweel door de eeuwen heen weergeeft. Het is nu permanent te zien in de spectaculaire juwelenvitrine van het Rijksmuseum. vernis # 04
–
031
museum
De rijke historie
De bibliotheek, waar Cuypers’ signatuur het mooist bewaard is gebleven, is nu — voor het eerst — voor publiek toegankelijk. Nieuw is verder het Aziatische paviljoen: een gebouw van glas en natuursteen dat uit een vijver in de nieuw aangelegde tuin is verrezen. Tussen de Villa van Cuypers en de Teekenschool hebben de architecten een modern gebouwtje geplaatst voor het studiecentrum en de diensteningang. Over dit ontwerp, dat aanvankelijk even hoog was als de torens van het museum, werd net zo lang geruzied met de welstandscommissie van het stadsdeel, totdat het in omvang was gehalveerd. De Nederlandse nuchterheid en pragmatische inslag dreef de Spaanse architecten tot wanhoop. Meerdere keren overwogen ze om de opdracht terug te geven, met de discussie over de ruimte voor de fietsers in de passage als absoluut dieptepunt. Maar het duo schikte zich naar stadsdeel en fietsersbond en wist met een paar aanpassingen het overweldigende gevoel te behouden, wanneer je als bezoeker voor het eerst het atrium van ruim tweeduizend vierkante meter betreedt.
gisch geheel van 800 jaar Nederlandse geschiedenis. “We hebben gekozen voor de combinatie van voorwerpen en schilderijen om een nieuwe look en feel te krijgen”, legt Wim Pijbes uit. “Je moet als bezoeker echt het gevoel hebben dat je door de geschiedenis loopt, dat je je per verdieping kunt laten meevoeren door de tijd: van de Middeleeuwen tot Mondriaan. Geschiedenis alleen kan nog wel eens saai zijn, maar op deze manier geef je een lepeltje of een glas veel meer context.”
Van Middeleeuwen tot Mondriaan
De reis door de geschiedenis moet leiden tot ‘besef van tijd en gevoel voor schoonheid’ — het nieuwe motto van het Rijksmuseum
Alleen de Nachtwacht keert terug naar zijn vertrouwde plaats in de Nachtwachtzaal. Alle andere objecten hebben na de verbouwing een nieuwe plek gekregen. Schilderkunst, kunstnijverheid en geschiedenis zijn niet langer aparte afdelingen, maar worden gecombineerd in een chronolo-
Rococo
In de afdeling Speciale Collecties zien we het ‘bulkwerk’, al is dat volgens Pijbes eigenlijk te oneerbiedig voor de prachtige stukken die er staan. Het zijn verbluffende hoeveelheden porselein, zilver, juwelen, glas en aardewerk. “Er zitten fantastische verzamelingen bij, zoals toverlantaarnplaatjes en sleutels. Maar ook een spannende collectie scheepsmodellen, die spectaculair staan opgesteld.” Een persoonlijke favoriet van Pijbes is een stijlkamer — inclusief mahoniehouten
dubbele deuren, trap en schouw — uit het Beuninghuis. Dit pand aan de Amsterdamse Keizersgracht moest het veld ruimen bij de aanleg van de Raadhuisstraat. Het interieur werd overgebracht naar het Stedelijk Museum, waar het jaren in de opslag stond. Nu is het geheel gerestaureerd en opgebouwd te zien in het Rijksmuseum. “Je kunt echt door het grachtenpand lopen en je in de 18de eeuw wanen”, zegt Pijbes met onverholen enthousiasme. “Het is absoluut de mooiste rococostijlkamer van Nederland.” De reis door de geschiedenis moet leiden tot ‘besef van tijd en gevoel voor schoonheid’ — het nieuwe motto van het Rijksmuseum. Niet alleen de collectie, maar ook het gebouw zal daar in hoge mate aan bijdragen. Het gigantische glazen dak met stalen constructie doet niet onder voor de piramides van het Louvre en geeft de ingang internationale allure. Cuypers mag niet alleen weer, hij oogt zelfs bijna modern. Rijksmuseum Amsterdam www.rijksmuseum.nl
2013
Ontwerptekening van een lijst Bruil & Br andsma Works of Art
Het Rijksmuseum had budget vrijgemaakt speciaal voor het aankopen van ontwerp- en ornamenttekeningen. Deze zeer gedetailleerde ontwerptekening van een vroeg 17de-eeuwse spiegellijst past prachtig binnen de collectie van het Rijksmuseum. De lijst is gedecoreerd met acanthusbladeren, putti, bloem- en vruchtfestoenen. De ontwerper heeft twee ovalen opengelaten aan de bovenkant en aan de onderkant van de lijst. Waarschijnlijk waren deze gereserveerd voor een monogram of het familiewapen van de eigenaar van de lijst. Deze tekening is afkomstig uit de collectie Lodewijk Houthakker, een kunsthandelaar die een indrukwekkende collectie ornamenttekeningen verzamelde. 032
–
vernis # 04
Ga in de leer bij een Oude Meester
CURSUS KUNST & ANTIEK IN DE PRAKTIJK Ook in 2013 geeft de Koninklijke Vereeniging van Handelaren in Oude Kunst (KVHOK) in het voorjaar en het najaar de cursus Kunst en Antiek in de Praktijk. Deze praktische en toegankelijke cursus wordt gegeven door gerenommeerde kunsthandelaren, vaak bekend van het televisieprogramma Tussen Kunst & Kitsch. Op elf dinsdagmiddagen delen zij hun unieke kennis en ervaring met de cursisten. In het programma is ook een aantal excursies opgenomen naar musea, beurzen of tentoonstellingen. De cursus wordt gegeven in groepen van maximaal 16 deelnemers. Er zijn ook mogelijkheden voor een exclusieve cursus op maat voor uw relaties of vriendengroep. Neem voor meer informatie contact op met de KVHOK via info@kvhok.nl of 020-6238904.
Zie ook www.kvhok.nl
column
tekst
Ivo Weyel
oud en nieuw illustratie
Tekenteam.nl
Is verandering altijd goed? Ivo Weyel relativeert onze soms onbedwingbare neiging tot vernieuwing. Elke keer als ik de lade opentrek van mijn art decobureau zie ik mijn grootvader voor me die hetzelfde deed. Hij pakte dan zijn ivoren Ottomaanse briefopener — die er trouwens nog steeds in ligt — om zijn post te openen. En als ik aan de antieke gouden parfumverstuiver ruik, een ander erfstuk, ruik ik mijn grootmoeder. Nou ja, Chanel numéro 5 dan, want dat gebruikte ze, haar hele leven lang. Familieantiek houdt de herinnering levend. Open ik de lade, dan open ik mijn jeugd. Als ik naar het Perzische tapijt kijk dat in mijn grootouderlijk huis lag, zie ik in een Pavlovreactie het wegennet dat ik langs de lijnen van het patroon aanlegde voor mijn Dinky Toys. Mijn grootouders woonden hun hele leven in hetzelfde huis. Ze roken hun hele leven hetzelfde. Zo deed men dat toen. Maar als ik straks de spullen van mijn ouders erf, zal dat anders zijn. Hun generatie was er een van vernieuwen en verbouwen. Het nieuwe wonen uit de jaren zestig rekende af met het oude wonen. Keukens en badkamers werden gemoderniseerd, Biedermeier werd Pastoe, vaders Late Georgian-stoel werd een Charles Eames, het bellenbord voor het personeel ging van de muur — het personeel was immers vertrokken — antiek parket werd kamerbreed moquette, vroeg 19deeeuws tafelzilver werd roestvrij Zweeds fifties design, het impressionistische bloemstuk een Karel Appel. Zij hadden niet meer hun hele leven dezelfde spullen. Moeder rook niet meer alleen naar Chanel numéro 5, maar ook naar Shalimar en l’Air du Temps en nu zelfs naar Acqua di Parma. Mijn herinneringen zullen straks diffuser zijn, 034
–
vernis # 04
verdeeld over zoveel meer spullen, zoveel meer geuren, zoveel meer plekken ook. Stond grootvaders bureau zijn hele leven als het ware rotsvast aan de vloer verankerd, de dingen die mijn ouders niet wegdeden, wisselden voortdurend van plaats. Ik kan nog steeds exact de plattegrond van mijn grootouderlijk huis uittekenen, maar van het huis van mijn ouders lukt dat al niet meer. Ze braken kamers door waaarbij muren en schuifdeuren sneuvelden en plafonds werden verlaagd. En later weer verhoogd. Hoe zal dat straks gaan, als ik uit de tijd ben en de volgende generatie erft? Ikzelf weet al niet meer hoe mijn huis er vorig jaar uitzag, want woontrends wisselen elkaar sneller op dan de seizoenen, en ik wissel mee. Hoeveel stoelen, banken, tafels en kunst heb ik niet al versleten? Ik ging van Philippe Starck naar zen en van Memphis weer terug naar Pastoe — naar nieuw Pastoe, want Pastoe is weer in. Ik ging ook andersom, van strak Hema-bestek retour naar vroeg 19de-eeuws tafelzilver, want revival en vintage zijn je-van-het. Al die spullen die te kort in mijn leven waren om bij mijn neefje en mijn nichtje herinneringen op te wekken, zou dat verwarrend voor ze zijn? Hoe moet het dan met hun herinneringen? Aan de andere kant: in hun nog jonge leventjes zijn zij vaker van huisraad gewisseld dan ik. En mijn nichtje ruikt elke dag anders. Wat dat betreft zijn ze me nu al de baas. Ivo Weyel is publicist
FiduCiAir VerMogeNsBeheer FiduCiAir VerMogeNsBeheer iNVesTMeNT CoNsulTiNg iNVesTMeNT CoNsulTiNg FAMily oFFiCe serViCes FAMily oFFiCe serViCes
Providence Capital N.V. Meerweg 7, Capital 1405 BAN.V. Bussum Providence Meerweg 7, 1405 BA Bussum
T 035 69 26 750 www.providencecapital.eu T 035 69 26 750 www.providencecapital.eu
rubriek
Mijn mooiste stuk
036
–
vernis # 04
rubriek
Mijn mooiste stuk
mystieke uitstraling tekst
Mischa van de Woestijne
beeld
Friso Keuris PAN “We waren eigenlijk helemaal niet van plan om iets te kopen. Mijn man en ik liepen in november 2008 tijdens het eerste weekend over de PAN Amsterdam toen ik dit schilderij van Sam Drukker zag hangen. Het werk hing in een lange stand met een prikkelend uitzicht op dit enorme schilderij, geplaatst tegen de achterwand. We werden er volledig naar toe getrokken. Je hart slaat over en je voelt meteen: ‘Wauw, dit is het helemaal. Liefde op het eerste gezicht’. De uitstraling, de compositie, het enorme formaat, de kleuren. Hoewel we vrijwel direct wisten dat we dit schilderij zouden aankopen, hebben we eerst een optie genomen. De volgende dag zijn we opnieuw gaan kijken, samen met onze kinderen, waarna we de deal snel hebben beklonken. Je kunt het zien als een soort impulsaankoop, maar wel een van het zeer overtuigende soort.” betsy “Hoewel de officiële titel van het schilderij Hoepelrok 2006 is, hebben wij de vrouw op het doek de naam Betsy gegeven. Een soort ‘eigen maken’. Ze heeft een mystieke uitstraling en een bijzondere oogopslag, hiermee lijkt onze Betsy alles in de gaten te houden. Toen Museum Flehite in Amersfoort vorig jaar een overzichtstentoonstelling van het werk van Sam Drukker organiseerde hebben we Betsy ruim vijf maanden uitgeleend. Volgens ons is het naa m belangrijk om als eigenaar je steentje bij te dragen saskia wibaut aan zo’n grote tentoonstelling. Gelukkig hadden beroep we een voorstudie van ons schilderij aan de muur communicatieadviseur hangen, waardoor het gemis wat verzacht werd.” voorwerp
Schilderij van Sam Drukker ann o
2006 in bezit sinds
2008 bijzonder
‘Het was liefde op het eerste gezicht’
markies “Wat het werk voor mij ook zo bijzon-
der maakt is de combinatie van modern en klassiek. Sam Drukker heeft het geschilderd op een oude, oranje markies, zo’n klassieke zonwering. Dat geeft iets hips, met een bijzondere diepgang. De vrouw op de voorgrond heeft daarentegen een hele klassieke uitstraling, wat bovendien wordt versterkt door het feit dat het doek met olieverf is geschilderd. Deze combinatie van klassiek en modern geeft een schitterend spanningsveld wat het schilderij extra diepgang geeft.”
rembrandt “Ik denk niet dat we ooit afstand zullen doen van dit werk.
Het hoort bij ons. Ik kan me er nu al op verheugen dat mijn kinderen straks van dit schilderij zullen genieten zoals wij er nu van genieten. En dan hebben ze toch de Rembrandt van hun tijd te pakken, want Drukker wordt nu al gezien als een van de meest talentvolle schilders van onze tijd….”
vernis # 04
–
037
in beeld
Edinburgh
tekst
Luc Matter
Society of Antiquaries
Old Saint Paul’s Church
Dovecot Studio’s
Onze guide for the day Sir John Leighton neemt ons mee naar de bibliotheek van de Society of Antiquaries (www.socantscot. org) in Chambers Street, onderdeel van National Museums of Scotland en gevestigd in een prachtig arts and crafts-gebouw. ‘Een prima plek om op adem te komen.’ Wij bewonderen mee en vervolgen de tocht naar het volgende adres.
De Old Saint Paul’s Church (www.osp.org. uk) werd aan het eind van de 17de eeuw gebouwd. Behalve dat dit kerkje, dat in de nabijheid van het station ligt, een heerlijk rustpunt is om even aan de drukte van alledag te ontsnappen, is er een prachtig monumentaal schilderij te bewonderen (Still) van de hedendaagse kunstenares Alison Watt, wier werk ook al in de National Gallery in Londen werd geëxposeerd. ‘Het is groot en intrigeert nogal’, zegt onze gids. Wij kunnen het met hem eens zijn.
Voorheen het gemeentelijke zwembad, sinds enkele jaren beter bekend als Dovecot Studio’s waar monumentale tapijten worden geweven naar ontwerpen van hedendaagse kunstenaars. De wevers zijn in hun natuurlijke habitat te bewonderen, er worden regelmatig ‘vrij aardige’ tentoonstellingen georganiseerd, ‘en er is een leuk inpandig café waar het uitstekend toeven is’ (www.dovecotstudios.com).
038
–
vernis # 04
in beeld
Edinburgh
Edinburgh (Gaelic: Dùn Èideann), is de hoofdstad van Schotland. Vanaf de 7de eeuw kreeg de dominante Keltische cultuur Germaanse invloeden en in de Middeleeuwen werd de stad de belangrijkste handelsplaats van Schotland. Sir John Leighton, voormalig directeur van het Van Gogh Museum en tegenwoordig algemeen directeur van de National Gallery of Scotland, leidt Vernis rond langs locaties die zelfs voor de gemiddelde Schot niet altijd te vinden zijn.
Ingleby Gallery
Royal College of Surgeons
Talbot Rice Gallery
De grootste en mooiste privé-verzameling van hedendaagse kunst’, zegt Leighton over de Ingleby Gallery (www.inglebygal lery.com). ‘Cutting edge en een prachtige plek, precies tegenover de begraafplaats Old Calton.’
Voor mensen met een sterke maag is er het museum van het Royal College of Surgeons of Edinburgh. De collectie schilderijen, instrumenten doorsnedes en ledematen op sterk water was aanvankelijk bedoeld voor studenten medicijnen, maar werd in 1832 voor het publiek opengesteld. Dit oudste Schotse museum omvat één der grootste historische pathologische verzamelingen van Groot-Brittannië (www.rcsed.ac.uk).
De Talbot Rice Gallery is gevestigd binnen de muren van de University of Edinburgh. ‘Er worden leuke tentoonstellingen georganiseerd en het is meteen een goede reden om de “Old Quad” te gaan bekijken’, zegt onze gids. We vragen even door en ontdekken dat dit de geboortegrond is van de in de 16de eeuw gestichte universiteit en dat hier vele eeuwen geschiedenis samenkomen (meer informatie op www. ed.ac.uk). Het gebouw is ontworpen door de beroemde Schotse architect Robert Adam (1728-1792).
vernis # 04
–
039
de specialisten
Het restauratieatelier
restauratieatelier tekst
Yvo van Regteren Altena
01
beeld
Marte
Om de collectie van het Rijksmuseum te beschermen tegen de tand des tijds en ze voor het publiek toonbaar te houden, heeft het Rijksmuseum een eigen restauratieatelier. Vernis nam er een kijkje en sprak met een aantal restauratoren.
040
–
vernis # 04
de specialisten
Het restauratieatelier
vernis # 04
–
041
de specialisten
Het restauratieatelier
Centimeters dikke glazen deuren, gedoe met pasjes en veel andere veiligheidsmaatregelen: de bezoeker die niet beter weet, zou zich zomaar in het hart van de AIVD kunnen wanen. Maar het Ateliergebouw, een dependance van het Rijksmuseum, is bestemd voor hogere doeleinden. Op de bij elkaar bijna ĂŠĂŠn hectare vloeroppervlak, wordt het Nederlandse cultureel erfgoed met verve beschermd door de task force die zich hier heeft verschanst. Want de kennis die in Nederland bestaat op het gebied van restauratie en conservering komt in dit gebouw samen. Niet toevallig, want restauratie, conservering en onderzoek zijn een wezenlijk onderdeel van de taken die het Rijksmuseum in de loop der tijd naar zich toe heeft getrokken. Onder het dak van het Ateliergebouw zetelen de specialisten van het Rijksmuseum, de Rijksdienst voor het Cultureel 02, 03, 04, 05 en 06 Erfgoed en de Diverse materialen Universiteit van in het restauratieAmsterdam. Daar- atelier.
02
05
03
mee is dit een centrum van expertise geworden dat niet alleen uniek is voor Nederland, maar ook internationaal een belangrijke rol speelt. Wie een specialist zoekt met kennis van conservering en restauratie van textiel, wandtapijten, meubelen, glas, keramiek, steen, tekeningen, prenten, fotografie, metalen, schilderijen 04 of -lijsten, is hier aan het juiste adres. 042
–
vernis # 04
06
de specialisten
Het restauratieatelier
07
Scalpel
De aanblik van de afdeling schilderijenrestauratie heeft iets weg van een Zwitsers horlogeatelier. Ook daar doen mensen in stille concentratie onder ferme lampen minutieus hun werk. Voor een leek is het een openbaring om te zien hoe letterlijk millimeter voor millimeter een schilderij met een scalpel wordt aangepakt. Met het oog op de aanstaande heropening van het Rijksmuseum worden twee kleinere werken van de 17de eeuwse schilder Frans Post onder handen genomen. Als een van de eerste Europeanen die in de Nieuwe Wereld schilderde, vertoefde hij onder meer in Brazilië. ‘Alleen daarom al van kunsthistorisch belang’, zegt restaurator Anna Krekeler. Destijds is de lucht van het werk overgeschilderd met een hellere kleur lichtblauw. Het is de taak van de restaurator eerst de vernislaag te verwijderden om vervolgens met behulp van microscoop en vaste hand de oorspronkelijke donkere
‘Voordat je begint, is er altijd eerst zorgvuldig onderzoek. Je moet je best doen om een schilderij te beschadigen’ lucht van Post weer bloot te leggen. De twee schilderingen hebben nauwelijks de omvang van een iPad, maar toch zal het minstens twee weken toegewijde aandacht verlangen voordat het werk gedaan is. Wat brengt iemand ertoe het restaureren van schilderijen als vak te nemen? Voor Erika Smeenk-Metz was dat een documentaire die zij in haar middelbareschooltijd zag over schilderijen die tijdens de Roemeense revolutie door kogelgaten waren beschadigd. Na haar studie kunstgeschiedenis aan de Vrije Universiteit van 07
De Blaeu-atlas, een delicaat en kostbaar project.
Amsterdam vertrok ze naar Maastricht voor de vierjarige opleiding tot restaurator, specialisme Oude Kunst. “Een lange weg”, vat Smeenk haar studie samen. Inmiddels heeft zij haar sporen verdiend in diverse ateliers en musea, waaronder het Van Gogh, en werkt ze al weer enige jaren in het Rijksmuseum. Meekijken
Smeenk is niet bang om een schilderij van wereldfaam te restaureren. ”Voordat je begint, is er altijd eerst zorgvuldig onderzoek en alles verloopt stap voor stap. Je moet bijna je best doen om een schilderij te beschadigen”, relativeert ze. “Maar als een vernis # 04
–
043
de specialisten
Het restauratieatelier
08
Na de vernisafname wordt gecontroleerd of alle retouches en overschilderingen zijn verwijderd schilderij over de hele wereld bekend is, voelt het misschien nét even anders omdat je beseft dat velen met je meekijken.” Dat meekijken is letterlijk: bij dergelijke projecten zijn vaak begeleidingscommissies, kunsthistorici en conservatoren die de voortgang op de voet volgen. Naast kennis is ook de techniek om een schilderij in kaart te brengen en te restaureren aan verandering onderhevig. Er worden stabielere vernissen gemaakt die niet vergelen. En voor het onderzoek naar schilderijen worden nieuwe gimmicks bedacht. Smeenk noemt een ‘röntgenfluorescentiespectrometer’ of XRF waarmee het mogelijk is te zien wat zich onder het 044
–
vernis # 04
zichtbare oppervlak bevindt. Zo wordt het bijvoorbeeld mogelijk te zien of een schilder onder de huidige voorstelling eerst iets anders had geschilderd. Een uniforme methode om een schilderij aan te pakken, bestaat niet. “Binnen een atelier heb je min of meer dezelfde zienswijze en wensen over hoe ver je wil gaan met een restauratie. Onze ethiek is redelijk hetzelfde, maar de manier waarop je je doel bereikt, kan per persoon verschillen”, zegt Smeenk, die in 2005 met collega Barbara Schoonhoven anderhalf 08
Erika SmeenkMetz, restaurator van schilderijen bij het Rijksmuseum.
jaar in de weer was met een groot 16deeeuws schuttersstuk, Het korporaalschap van kapitein Dirck Jacobsz. Rosecrans door Cornelis Ketel. de restauratie van het uit 1588 daterende doek met de imposante afmetingen van ruim twee bij vier meter was noodzakelijk, omdat de oude vernislagen sterk waren vergeeld. De helderheid van de kleuren, de licht-donkerwerking en de detaillering in de voorstelling kwamen hierdoor niet meer tot hun recht. Met behulp van een zesstappenplan werd het schuttersstuk aangepakt. Alleen al de eerste stap, die van de verwijdering van de vernislaag en het vastzetten van loszittende verfdeeltjes, vergde zes maanden. Na de vernisafname wordt met ultraviolet licht gecontroleerd of alle vernis, oude retouches en overschilderingen geheel zijn verwijderd. Dat is stap twee. Stap drie is het aanbrengen van een nieuwe vernislaag, dat een buffer moet vormen tussen het originele schilderij en de toevoegingen die de
de specialisten
Het restauratieatelier
09
Restauratie binnen de KVHOK
10
11
Ook binnen de KVHOK is veel kennis en kunde aanwezig over het conserveren en restaureren van kunst en antiek. De meeste handelaren hebben nauwe contacten met gerenommeerde restauratoren, sommige handelaren restaureren zelf. Zo restaureert Jan Ruitenberg alle door hem geleverde 17de- en 18de-eeuwse meubels zelf. Door zijn jarenlange ervaring en zijn atelier met een uitgebreide voorraad antiek hout en fineer, is hij in staat meubels op een unieke wijze te restaureren, waarbij het originele patina zoveel mogelijk behouden blijft. Antiquair Jacob J. Roosjen doet in zijn Silver Research Institute (SRI®) veel onderzoek en begeleidt restauraties van zilver, zodat de restauraties correct worden uitgevoerd. Ook voor educatie, publicatie, beschrijving en waardering van collecties kan men zich tot het SRI® wenden. De verkochte voorwerpen krijgen bij aflevering een rapport mee, voorzien van het SRI® nummer.
restauratoren zullen aanbrengen. Vervolgens worden de gaatjes in de verflaag of het doek op hetzelfde niveau gebracht als het verfoppervlak en wordt het oppervlak geretoucheerd. Tot slot wordt het slotvernis aangebracht met als doel het egaliseren van de glans, het optimaal integreren van de retouches en het verzadigen van de kleuren. Toch verloopt een restauratie zelden volgens plan. Vrijwel altijd zijn er onverwachte zaken waar niemand rekening mee heeft gehouden. Het klinkt als een wonderlijke ambitie, maar kort samengevat is het voor Smeenk een uitdaging om onzichtbaarheid na te streven. Iemand die oog in oog staat met een gerestaureerd schilderij moet het gevoel hebben dat hij kijkt naar een oorspronkelijk schilderij en mag niet gestoord worden door de opgeheven bescha09, 10 en 11 Joosje van Bennedigingen. “Het kom restaureert handwerk, maar zilver en andere daarnaast ook het metalen. besef dat je letterlijk met een uniek object in de weer bent, houdt ons werk zo spannend”, zegt Smeenk. Papier
Dat onderschrijft ook Leila Sauvage op de afdeling papier. De jonge Française heeft zowel een scheikundige als een kunsthistorische achtergrond en heeft daarna nog een gespecialiseerde opleiding gevolgd voor boek- en papierrestauratie. Op haar afdeling belanden ook gravures, foto’s, etsen en boeken. Met het oog op de heropening van de Wetenschapszaal wordt er op het moment hard gewerkt aan de omvangrijke delen van de 17de eeuwse Blaeu-atlas. En jaarlijks komen er honderden stukken binnen. Nieuwe acquisities en natuurlijk de eigen collectie van het Rijksmuseum. Sauvage is al van jongs af aan in de ban van papier. Het restaureren van pastelwerk heeft haar bijzondere belangstelling. Ze schrijft zelfs haar dissertatie over het vervoer van zeer trillinggevoelige pastelwerken, waarvoor nog niet alle gegevens in vernis # 04
–
045
de specialisten
Het restauratieatelier
kaart zijn gebracht. Onder haar handen ligt een op perkament gemaakte pastel van de bereisde Zwitserse kunstenaar Jean Etienne Liotard. Het Rijksmuseum heeft een van de grootste verzamelingen van deze kunstenaar. “Naar mijn idee is hij de beste pastellist die er heeft geleefd en het gegeven dat je het werk niet mag aanraken, maakt het zo spannend. Je moet echt heel inventief zijn tijdens een restauratie.” Omdat er geen vloeistof mag worden gebruikt, is de restaurator aangewezen op mechanisch reinigingmethoden met hulp van onder meer een ingenieus zuigapparaatje. Net als Smeenk wimpelt ook Sauvage de vraag of ze vrees heeft om een priceless piece zoals de Liotard aan te pakken: “Als je bang bent, kom je tot niks en het is nu juist de uitdaging om het zonder sporen te herstellen. Ik weet precies wat ik doe, net als een dokter.” Sauvages moment 12, 13, 14 en 15 of glory is als zij Leila Sauvage, haar gerestaureer- restaurator op de de werk weer terug- afdeling Papier. ziet in het museum.
12
Zwaard
Heel anders is de sfeer op de afdeling metaalrestauratie, die rijkelijk is gevuld met zulke uiteenlopende zaken als oude wapens, juwelen, bronzen beelden, fraaie bestekfoedralen en middeleeuws zilver. Onder de stukken ook de nodige zaken die letterlijk historie hebben gemaakt. Zo is er de grote tinnen plaat die ontdekkingsreiziger Dirck Hartog, die als eerste Europeaan de westkust van Australië bij Sharksbay ontdekte en in kaart heeft gebracht. Als triomf liet hij er het tinnen bord achter met eigen geschreven inscriptie. Onder handen van de restauratoren kwam ook het harnas van Piet Hein en het zwaard waarmee Johan van Oldenbarnevelt in 1619 werd onthoofd. Als vaste medewerker van de afdeling werkt Joosje van Bennekom aan diverse projecten. Met een achtergrond als biologe, belangstelling voor kunstgeschiedenis en een opleiding als metaalrestaurator 046
–
vernis # 04
14
13
15
de specialisten
Het restauratieatelier
16
werkte ze onder meer aan het grafmonument van Willem van Oranje in Delft. Ze is ook nauw betrokken geweest bij de restauratie van een van de absolute hoogtepunten van de verzameling Europese edelsmeedkunst van het Rijksmuseum. Het betreft een zogenaamd tafelstuk uit 1549 van de beroemde humanist en zilversmid Wenzel Jamnitzer. Het werk is één meter hoog en bestaat volledig uit (verguld) zilver. Het tafelstuk bezingt moeder natuur en alles wat zij voortbrengt en is gemaakt in zilverstad Neurenberg. Volgens Van Bennekom heeft het object met zijn prachtige uitwerking van slangetjes, hagedissen en plantjes in Renaissance-stijl. “Er gebeurt van alles en de uitgebeelde voortwoekerde natuur is bijzonder mooi gedetailleerd uitgebeeld”, zegt ze. De veelzijdige kunstenaar Jamnitzer kon volgens Van Bennekom ook prachtig tekenen, was wiskundige en heeft ook allerlei uitvindingen gedaan.
Indertijd was zijn status zo groot dat talloze hoven en vorstendommen projecten van hem wilden hebben, maar zelfs persoonlijke verzoeken van de Duitse Aartshertog moest hij wegens een teveel aan werk afwimpelen. Alleen al met het vooronderzoek was ze een jaar lang één dag per week bezig. “Er was niet veel documentatie, maar tenslotte komt op basis van diverse bronnen toch het verleden bovendrijven. Misschien is het stuk zelfs oorspronkelijk gemaakt als cadeau voor Karel V. Tot 1808 stond het stuk in Neurenberg bij de stadsraad die het door geldnood gedwongen aan de familie Rothschilds verkocht om later te belanden in de Collectie Mannheimer en tenslotte in het Rijksmuseum”, zegt de restaurator, die de taak kreeg om het zwart geworden object terug te brengen in zijn oude staat.
16
Pigmenten voor de restauratie van schilderijen.
Omdat het geheel zo fragiel is uitgevoerd, moest er zelfs een speciale methode worden ontwikkeld zonder druk. Vooral de gegoten planten en diertjes op het stuk, de zogenaamde ‘life casts’, vergen precisie en subtiliteit. “Planten en dieren werden geplukt en gevangen, in een mal van gips gegoten, uitgestookt in de oven, waarna het as eruit werd gehaald. De leegte in het gips werd dan volgegoten met zilver. Maar al snel bleek dat de traditionele methoden om de oxidatie te verwijderen niet goed aansloegen”, zegt Van Bennekom. En ook een behandeling met zeepkruit en laser waren verre van ideaal. Een commercieel bekend middel als silver dip — bestaande uit een zuur en een stof die graag zwavel wil vangen, ‘thiourea’ — bleek te heftig en zou teveel van de tere zilveren plantjes aantasten. Een methode die het zilver wel veilig kon reinigen was de electrolytische methode: hier werd zilversulfide door middel van stroom gereduceerd tot zilver en waterstofsulfide. Lokaal met een pennetje kon het zwart verwijderd worden op proefstukjes. Maar dat bleek op het object zelf niet te werken. Vermoedelijk is er door vroegere behandelingen een residu achtergebleven, waardoor behandeling op deze manier onmogelijk was geworden. Pas op de plaats
Onder de microscoop ontdekte Van Bennekom dat het stuk brozer was dan gedacht. Daarmee zou de ideale aanpak voor het compleet verwijderen van het zwart vooralsnog buiten bereik blijven. “Het stuk moet echt voor de eeuwigheid bewaard blijven en daarom moet je soms pas op de plaats maken.” Misschien bestaan er over tien jaar nieuwere technieken en in het museum wordt uitgelegd waarom het zwart niet helemaal is verdwenen. Daar heeft ze vrede mee. “Het hele proces is een combinatie van geschiedenis die aan je voorbij trekt, de verhalen die er aan vastzitten en de mystiek die het voor ons restauratoren zo spannend maakt.” vernis # 04
–
047
rubriek
Mijn mooiste stuk
048
–
vernis # 04
rubriek
Mijn mooiste stuk
harde resten tekst
Mischa van de Woestijne
beeld
Friso Keuris 30.000 “Wat nu de Noordzee is, was vroeger land, en op dit land heb-
ben gedurende tienduizenden jaren honderdduizenden wolharige mammoeten rondgelopen. De laatste is hier circa 21.000 jaar geleden overleden, maar de zeebodem ligt nog vol met ‘harde resten’: botten en tanden. Ik ben talloze keren gaan vissen naar deze overblijfselen en heb ongeveer 30.000 objecten, waaronder vier mammoetschedels.” samengesteld “Net als veel andere jongens verzamelde ik ik in mijn
jeugd fossielen, maar ik raakte al gauw gegrepen door de mammoet. Inmiddels besteed ik er in ieder geval de afgelopen 45 jaar al mijn vrije tijd aan. Ondanks de overvloed naam aan mammoetbotten is een geheel skelet van een Dick Mol dier heel zeldzaam. In Europa zijn er nog geen tien, beroep in Nederland geen enkele. Maar er zijn ook weinig douanebeambte op samengestelde skeletten die kloppen. Een mamLuchthaven Schiphol moet heeft 340 skeletdelen, die van mij is opgemaar voor al amateurbouwd uit 300 delen; de resterende 40 zijn zo klein paleontoloog en dat ze de tand des tijds niet hebben doorstaan. Behonor air onderzoekslangrijk daarbij is dat alle botten van onze wolharige medewerker van het mammoet uit hetzelfde tijdvak komen – 30.000 tot Natuurhistorisch 40.000 jaar oud – en dat het allemaal botten zijn Museum Rotterdam van een stier. Ter vergelijking: er zijn in Nederland voorwerp andere samengestelde skeletten, maar niet een is zo skelet van een Wolhanauwkeurig als het onze. En ondanks bood iemand rige Mammoet een samengesteld skelet aan voor pakweg tweeënanno halve ton; jammer daarbij is alleen dat het de kop 30.000 tot 40.000 jaar oud van een mannetje is en het lijf van een vrouwtje.” in bezit sinds
afgelopen 10 jaar samengesteld
build your own “Ik geef binnenkort een le-
zing over deze mammoet op een conferentie in Polen. De titel van mijn presentatie is What to do with Mol heeft de botten 100.000 bones; how to build your own mammoth. De zelf opgevist uit de gevestigde wetenschap kijkt daar overigens met eniNoordzee ge bevreemding naar. Daar is het gebruikelijk om elk botje te conserveren, te beschrijven en diep in een la op te bergen. Het is natuurlijk goed om een bepaalde hoeveelheid botten te bewaren voor het nageslacht, maar ik wil het grote publiek ook kennis laten maken met deze fantastische dieren. Daarom ben ik ook zo blij dat deze mammoet vanaf het einde van dit jaar voor iedereen te zien is in een nieuw te openen historisch museum in Hellevoetsluis. Daar wordt ook het hele verhaal van de mammoeten in de prehistorie verteld en getoond.” bijzonder
vernis # 04
–
049
column
tekst
Yvo van Regteren Altena
het grote aftellen illustratie
Tekenteam.nl
Na tien jaar verbouwen, opent het Amsterdamse Rijksmuseum zijn poorten. Waarom, vraagt Yvo van Regteren Altena zich hardop af. Maandenlang konden Amsterdammers en passanten reusachtige neoncijfers op de gevel van het Rijksmuseum zien. Het symboliseerde de dagen tot de grand opening, alsof we, net als vroeger, de nachtjes slapen tot onze eigen verjaardag afvinkten. Maar deden we dat wel? Natuurlijk, door de opening zal een bezoek aan de hoofdstad weer hoog op het wensenlijstje staan van de internationale kunstliefhebber. Met dank aan onze Grote Meesters zullen de van heinde en verre ingevlogen Japanners, Amerikanen, Chinezen en Europeanen de wachtrijen, volle toonzalen en de geur van broeierige garderobes willen doorstaan. Maar zonder op deze grootse transformatie van het Rijksmuseum te willen afdingen, een enquête onder Rome-gangers heeft aangetoond dat reeds een maand na thuiskomst het musea- en basiliekbezoek vrijwel volledig is vervaagd, laat staan dat één van de driehonderd Romeinse kerken bij naam kan worden genoemd. Kortom, er beklijft aan cultuur maar bitter weinig bij de gemiddelde reiziger en het is dus nog maar de vraag of die lange reis uit New York, Tokio of Hongkong naar het Rijksmuseum überhaupt wel zin heeft voor dat contingent cultuurzoekers. Om de Britse auteur G.K. Chesterton te citeren: ‘They say travel broadens the mind; but you must have the mind.’ Opvallend was dat het Romeinse onderzoek ook liet zien dat de cultuurreiziger zich wèl triviale details wist te herinneren. Neem de befaamde Trevifontein. De naam van de bouwer, historische data en andere relevante informatie waren verdampt, maar vrijwel iedereen wist zich het verhaal van de speciale Trevi-stofzuiger te herinneren, die elke 050
–
vernis # 04
maand zo’n tienduizend euro en vijftienduizend euro in buitenlandse valuta naar de oppervlakte haalt en dat de opgezogen euro’s naar het jaarlijkse onderhoud vloeien terwijl de opbrengst uit buitenlandse valuta naar het Rode Kruis gaat. Het vormt een aardig bewijs dat mensen te prikkelen zijn met trivialiteiten. Kunsthistorische verhandelingen en complexe exposés zullen bij de meeste reizigers direct na de incheckbalie op Schiphol vervliegen. Maar onbenullige details en anekdoten over een stad, een kunstwerk of een Grote Meester maken een veel grotere kans mee terug te reizen naar het thuisland. Zo laat het onderzoek ook zien wat reizigers onthouden hebben van hun bezoek aan de Chiesa di Santa Maria della Concezione, waar hun in het knekelhuis een stevige stapel botten wacht van vierduizend kapucijner monniken. Hoe oud de kerk was, de namen van de beeldhouwers en de bouwperiode, na een maand kon hoegenaamd niemand meer iets daarvan reproduceren. Het enige dat bij velen nog wèl in het geheugen stond gegrift, was die stapel en de verwijzing van de gids naar een roestig bordje met als opschrift ‘Quello che voi seite noi eravamo; quello che noi siamo, voi sarete.’ Wat u nu bent, waren wij; wat wij nu zijn, zult u worden. Daarom een goedbedoelde aanbeveling van deze columnist voor de organisatoren en gidsen van het Rijksmuseum: voed de culturele reiziger vooral met triviale details en bewaar complexe kunsthistorische verhandelingen voor die enkele geëngageerde kunstminnaar die daadwerkelijk heeft afgeteld. Yvo van Regteren Altena is journalist en schrijver
En u denkt dat uw kunst wél goed is verzekerd? Classicus Private Insurance levert uitsluitend verzekeringen op maat en is dé onafhankelijke specialist voor het verzekeren van exclusieve en bijzondere bezittingen van verzamelaars alsmede galeries, kunsthandelaren en musea.
Op basis van onze risicoanalyse sluiten de door ons geselecteerde verzekeringen naadloos aan bij een specifiek risicoprofiel. Hiervoor werken wij samen met gerenommeerde verzekeraars in Nederland, Engeland en de Verenigde Staten. Classicus Private Insurance is door Lloyd’s of London benoemd tot Open Market Correspondent. en door Chubb Insurance Company aangewezen als exclusief aanbieder van het Masterpiece concept. Naast ons verzekeringsaanbod op maat beschikken wij tevens over een uitgebreid netwerk van verschillende adviseurs en bedrijven. Als het gaat om taxatie, beurzen, transport, aan- en verkoop van kunstobjecten bieden wij u een breed scala aan eersteklas bedrijven. Kortom, u kunt altijd een beroep op ons doen.Wilt u dat uw kunst wel goed verzekerd is? Dan kiest u voor Classicus Private Insurance. U kunt ons bereiken op 020-7949048. ®
Uw exclusieve kunst verdient een even bijzondere verzekering
portret
Booker
tekst
Onno Aerden beeld
Va banque Sigurd Kranendonk
Rudolf Booker woont in een voormalig bankgebouw. Wie binnentreedt, ontwaart luister die ouder is dan het pand zelf. Dit is de woonstede van een man die van het restaureren van Amsterdamse monumenten zijn levenswerk heeft gemaakt. En die een kleine twintig jaar geleden een gok nam die goed uitpakte. 052
–
vernis # 04
portret
Booker
01
Op een mooie winterochtend, begin 1995, fietst Rudolf Booker over de gracht. Dat is niet zo vreemd, hij doet dat bijna elke dag. Maar vandaag is niet als andere dagen. Vandaag stopt de rijzige Amsterdammer op de brede brug die de Vijzelstraat over de Keizersgracht leidt. Hij kijkt in oostelijke richting, waar het voorname huis van de regentenfamilie Van Loon staat. Hij weet dat de bewoner, Maurits van Loon — nazaat van één der oprichters van de VOC — nog steeds het bezit van zijn familie beheert. Booker, ooit uitgever en inmiddels ondernemer, schaft monumentale panden aan die hij vakkundig laat restaureren door een vast team van ambachtslieden en vervolgens verhuurt. Zijn onderneming loopt goed. Het onroerend-goedbestand neemt in omvang toe en omvat inmiddels ook kantoorpanden en zelfs een hotel op de Nieuwezijds Voorburgwal. Na de geboorte van zijn zoon hebben Booker en zijn echtgenote zelf echter de ruimte gezocht. Op een perceel bij Broek in Waterland verrees een fraai landhuis waar ze en famille genieten van de zegeningen van het platteland. Toch blijft de stad trekken. Op deze winterse morgen laat Booker zijn oog gaan over het imposante buurpand van Van Loon. Een neoklassiek gebouw, dat ooit dienst deed als bank en al jaren leeg staat. Zijn secretaresse had hem getipt. Of liever gezegd, ze had hem meermalen de vraag doorgegeven van de eigenaar van het pand: “Waarom koopt jouw baas het niet?” Ja, waarom niet eigenlijk? Omdat het een onwaarschijnlijk 01 groot pand is. OmEen motorfiets in de dat het heel veel entree overbrugt werk is om de plaats en tijd. systeemplafonds, de ouderwetse leidingen en de bejaarde bedrading te vervangen. Omdat de indeling onmogelijk is en het nog méér werk zou zijn om die zodanig te wijzigen dat het pand stijl zou uitstralen, de historie zou laten herleven. Hij denkt na. Zijn zoon is nu achttien. Volwassen. Had hij niet laatst zelf aangegevernis # 04
–
053
kocht bij een antiquair uit Heemstede. Oorspronkelijk gestookt met echt haardhout, maar daar ging het hele huis naar ruiken. Een gashaard is wel zo handig. Met afstandsbediening, zelfs, haha.” Het vuurtje geeft een intieme touch aan de ruimte. Dit was dus ooit de typekamer waar de meisjes van de bank driekwart eeuw geleden de boekingen verwerkten. Een zaal van hardboard. Je kunt het je niet meer voorstellen. “Dit pand is in 1938 gebouwd in neoklassieke stijl door de architect Christiaan Posthumus Meyjes”, zegt mijn gastheer. “Hij ontwierp het met zijn collega Jacob van der Linden. Ik zal laten zien hoe ze het hier aanpakten.” Hij vraagt me uit het Empire-bureau een dikke map met foto’s, tekeningen en zelfs een originele blauwdruk van het ontwerp uit de jaren ’30 te pakken. En meer. Krantenknipsels en foto’s van het leggen van de eerste steen. Twee bleke bankdirecteuren, twee nog blekere dames, vaag lachend tussen het beton. Beton? “Jazeker. Het was een modern gebouw, met een neoklassieke façade. Het oogde ouder dan 02
ven dat hij liever zou wonen in de stad waar hij straks gaat studeren? En zou het hem lukken dit bijkantoor van de voormalige Javasche Bank om te bouwen tot een woonhuis? Het zou het pièce de résistance zijn van zijn carrière. Booker neemt, intuïtief, de gok.
‘Soms komen hier mensen binnen die het een prachtig monument vinden. Maar het was helemaal geen monument’ hand geweven in een 400 jaar oud Florentijns atelier. Ik ben er geweest, 03 uiteraard.” Met de vele Uiteraard. Alle stijlmeubelen wordt decoraties en meueen sfeer gecreëerd belstukken in de die het pand als grote woonzaal met bankgebouw uitzicht op een genimmer had. weldige Toscaanse grachtentuin zijn hand picked. Een van de blikvangers is een enorme schouw. “Meteen geplaatst, ge02
Het is 2013, bijna twee decennia later. “Neem plaats. Ik blijf even zitten, als je het niet erg vindt”, zegt Rudolf Booker (73). Hij is gevallen met skiën en teruggekomen met vier gebroken ribben. Het heelt vanzelf, wuift de gastheer bij voorbaat eventuele bezorgde opmerkingen weg. Ik vlij me op een prachtige sofa en onwillekeurig grijpt mijn hand naar de stof waarop ik zit. “Een zijde-katoenweefsel”, zegt Booker. “Zestig centimeter brede banen. Met de 054
–
vernis # 04
Een passie voor klassieke vormen en materialen.
het was, meteen al. Soms komen hier mensen binnen die het een prachtig monument vinden. Maar het was helemaal geen monument. Ja, de buitenkant, die wel. Maar de sfeer hier is zo geworden ná de verbouwing.”
Er valt een stokoud fotootje uit de map. Een gelambriseerd interieur met een groot hemelbed in het midden. “Dat was op de plek van deze kamer”, zegt Booker, het beeld bestuderend. “Voordat de bank
portret
Booker
03
hier ging bouwen, stond hier een dubbel huis: ‘Huize Zeerust’, uit de 17de eeuw. De gevelsteen herinnert nog aan die periode. De voorgevel is verder nog exact als bij de oplevering. Maar binnen…” Meer foto’s volgen. Bouwwerken. Grote bouwwerken. Kale ruimtes. Wanden van tufsteen. “Het is een grote klus geweest. Achter elke gesloopte wand kwam géén verrassing naar voren, haha. Van top tot teen hebben we alles aangepakt — dat duurde twee jaar. We verkochten het huis in Broek in Waterland en trokken in de woning hiernaast, die we ook konden kopen. Nu bewoon ik deze beletage en een halve etage hier boven, en een gedeelte van het souterrain met daaronder, naast de kluizen, een zwembad. Acht meter onder de grond. Heerlijk. De rest verhuur ik. Net als mijn andere huizen. Wie in een monument wil wonen, belt mijn makelaar. Eh…” Hij
rommelt wat met een klapper. “Hier: Parker Williams. Aardige jongen.” Bij wie het pand voor het eerst betreedt, stokt onwillekeurig de adem. De imposante hal met enorme afmetingen, de sierlijk langs de wand kolkende trap, de blikvangerindevormvanhetglas-in-loodraam van elf meter hoog van de hand van Heinrich Campendonk, die deel uitmaakte van Der Blaue Reiter, de expressionistische stroming waartoe onder anderen Kandinsky en Klee behoorden. Volgens de beschrijving van Monumentenzorg herinnerde het raam aan het schilderij De behouden thuiskomst uit Indië van Cornelis de Houtman (1597). De bakstenen van de voor de bouw van het pand gesloopte percelen werden door de beeldhouwer Gerrit van der Veen in een mozaïek verwerkt, voorstellende Jan Pietersz. Coen. Verder afgebeeld: de wapens
van Hoorn, Batavia en de Oostindische Compagnie. Het oogt groots. Bijna verscholen in de gelambriseerde wand geeft een deur toegang tot de woonkamer. Of liever, gezien de afmetingen, de woonzaal. Ze omvat een vleugel, een zithoek, een bureau, en, om de hoek, een eettafel. Adembenemend is vooral de ruimte. En het licht dat door de zes ramen van elk vijfenhalve meter hoog aan de zuidzijde naar binnen valt.
“Ik wist meteen: In deze ruimte ga ik wonen”, zegt de eigenaar. “Van hieruit heb ik bedacht hoe het pand eruit moest gaan zien. Belangrijk principe: symmetrie. De gulden snede, die de Grieken hadden uitgedokterd en toegepast op bouwstijlen. Een perfecte vlakverdeling en maatvoevernis # 04
–
055
macht & pracht Dit jaar viert Amsterdam het 400jarig bestaan van de grachtengordel, vanaf het begin van de 17de eeuw het kloppende hart van de hoofdstad. Vooral in de 18de eeuw is vanaf de (voor Amsterdammers: het) Singel ‘naar buiten toe’ tot aan de Prinsengracht gebouwd. Bureau Monumenten en Archeologie Amsterdam organiseert kort voor de (landelijke) Open Monumentendag op 14 en 15 september drie extra open dagen: de Amsterdam Heritage Days. Verschillende grachtenpanden zullen dan vrij toegankelijk zijn, onder het motto Macht & Pracht. Het Grachtenfestival, van 16 t/m 25 augustus, staat dit jaar eveneens in het teken van het jubileum, met 150 concerten op 50 locaties, onder meer in grachtenpanden. Meer informatie: www.canonvanam sterdam.nl | www.hetgrachtenhuis.nl | www.grachtenfestival.nl 04
ring. Wist je dat Bach componeerde volgens de gulden snede?” Zijn voorliefde voor klassieke vormen en materialen leidde Booker meer dan eens naar Italië. “Dat land is het grootste monument ter wereld. Dat merk je al zodra je voorbij Menton de grens over gaat. De stijl, de finesse, de zorg voor smaak en kleur. Ik was twintig en zal nooit vergeten hoe ik in mijn MG-A voor het eerst, alleen, die grens over reed, San Remo in. Een openbaring. Met de Vereniging De Poorters van Venetië, waar ik bestuurslid van was, ontfermden we ons destijds over de laat 15de-eeuwse San Zaccariakerk, de oudste kerk van Venetië, die ernstig in verval was geraakt. Enkele kostbare schilderijen werden gerestaureerd — werken van Giovanni Bellini en Vassilacchi. Plus het interieur, de marmeren vloer, het Callido Orgel en het houten Christusbeeld.” 056
–
vernis # 04
Hij schuimt veilinghuizen en kunst- en antiekbeurzen af, al dan niet in het gezelschap van vrienden. Kunst vormt, net als stenen, een vaste waarde in Bookers leven. Hij schuimt kunst- en antiekbeurzen af, veilinghuizen in binnen- en buitenland, al dan niet in het gezelschap van kunstminnende vrienden. De mooiste stukken verschijnen op zeker moment in dit huis. “In de rode kamer, aan de grachtkant, hangen de meeste maritieme werken. Maritieme schilderijen doen iets met me. Ik ben zeiler. Met een scherp jacht zeil ik vanuit de haven in Zuid-Frankrijk 04
Herinneringen aan lang vervlogen tijden.
elk jaar over de Middellandse Zee. Overigens uitsluitend naar landen waar de Guide Michelin over schrijft... ik vermijd plaatsen zonder goede keuken. Marokko? Welnee. Nou ja, het Mamounia Hotel in Marrakech is natuurlijk geweldig. Ik vaar alleen, of met mijn partner Saskia. Sta vaak te koken in een keukentje aan boord, kleiner dan de bank waarop jij nu zit. Verse vis, met mijn vouwfietsje eerder die dag in de haven gekocht. Dat is leven.” Een zeeslag boven de vleugel — een metershoog doek — beheerst de woonzaal: De Slag bij Scheveningen in 1653, geschilderd
TÓTH IKONEN ADRESWIJZIGING
NIEUW ADRES Botterwijnseweg 1 1272 EG Huizen Tel: + 31 (0) 6 53 468236
www.tothikonen.com info@tothikonen.com
zitten. Nu fiets ik al jaren regelmatig langs een antiekrestaurator op de Lijnbaansgracht. Had die man ineens een tafel met twaalf stoelen staan. ‘Ga maar eens zitten’, zegt hij. Ik ga zitten. Hier kan ik wel een avond vertoeven, inderdaad. Directoirestijl, vlak voor Napoleon. In Nederland gemaakt. Af.” Over moderne kunst: “Nee, moderne kunst komt het huis aan de gracht niet in. Mensen willen dat zo graag. Moderne kunst hier? Een koekoeksei. Snap je?”
Booker kookt graag, entertaint regelmatig. Als oprichter van de Stichting Jazz Talent reikt hij in zijn huis elk jaar in november aan een talentvol musicus een stipendium uit, gefinancierd door jazz liefhebbers en in samenwerking met het Amsterdamse conservatorium. Hij sponsort de stoelen, de happen en de drank voor tweehonderd gasten. “Dat zijn erg mooie middagen. Verder zijn hier regelmatig fundraisers, zoals bijvoorbeeld voor de renovatie van de Portugees-Israëlitische 05
door A. Levolger. Twee trompe l’œuils van Hendrik Willem Schweickhardt, aan weerszijden van de ruimte. “Zie je? Dan is het vol. Gevoelsmatig. De gulden snede, hè.” De wanden zijn bekleed met zijde: verschillende handgemaakte Italiaanse appliqués van lindenhout en bladgoud. Twee kroonluchters, vuurverguld, een grote boven het zitgedeelte en een kleinere boven de eettafel. “Die kronen komen uit Rusland. Mooi verhaal trouwens. Ik bood bij Christie’s op deze grote. Ik was enige bieder. Ik had net gemijnd, toen verzamelaar Alexander Orlov binnen liep. Gelukkig maar, het was een bloedbad geworden, haha. En nu wil het uitzonderlijke toeval dat ik een half jaar later met vriend en klokkenspecialist Bert Degenaar door Londen liep, een beetje op zoek naar bijzondere stukken. Pats boem: een exact ge058
–
vernis # 04
‘Ik ga hier nooit meer weg. Ook toen mijn huwelijk over was, had ik besloten dat ik zou blijven’ lijk exemplaar, in een kelder. Meteen gekocht natuurlijk: dat ze hier samen hangen, maakt het echt uniek.” De ene anekdote volgt de andere op. Over de eettafel: “Jaren was ik op zoek naar een Époque-tafel, eind 18de-eeuws, met twaalf stoelen. Zo’n complete set is onbetaalbaar, dan ga je naar de half miljoen euro. Over de hele wereld heb ik gekeken, gewikt en gewogen... en het telkens níét gedaan. Op zo veel geld kan ik niet rustig 05
Tijdens diners vormt de Russische kroon het stralende middelpunt.
Synagoge. En het strijkorkest Combattimento Consort treedt hier regelmatig op. Twintig mannen en vrouwen, zo mooi.” De gastheer zit achterover in zijn fauteuil en glimlacht. “Ik ga hier nooit meer weg. Ook toen mijn huwelijk over was, had ik besloten dat ik zou blijven. Mensen zeggen: ‘Jij, alleen, in zo’n ruimte?’ Ga toch weg. Ik voel me helemaal verweven met dit huis.” De map die herinnert aan de bouw van een levenswerk, een goed gecalculeerde gok, gaat dicht. Een levenswerk is ver wezenlijkt.
Hotei Japanese Prints
ART2013 20-28 April 2013 Jaarbeurs Utrecht
Stand 61
rubriek
Mijn mooiste stuk
Objets d’art tekst
Mischa van de Woestijne
beeld
Friso Keuris balans “Ik verzamel antiek en objets d’art, maar streef niet een verza-
meling na in de klassieke zin van het woord. Ik heb geen acht lantaarns of zestien stoelen. Ik houd van Franse en Noord-Italiaanse meubels en voorwerpen uit de 18de eeuw. Het samenbindende element vormen de lijnen en de beeldtaal die in deze periode volledig in balans was. De verhoudingen, de maten en stijlelementen kloppen.” vorm “Tien jaar geleden was ik voor mijn werk veel in Zuid-Duitsland.
In de vrije uren ging ik vaak naar antiekzaken. In de buurt van Bamberg kwam ik in een antiekwinkel zoals je ze vaak ziet: enigszins onoverzichtelijk, vol met meubels, een vitrine met enkele objecten en een paar schilderijen, waarbij het bovendien niet duidelijk was wat te koop was en wat niet. Ver achterin de winkel stonden deze Venetiaanse lantaarns op knullige stokken. De ruitjes hadden die specifieke Italiaanse vorm, de patina was niet verpest door een quasi-restaurator. Ik vond ze meteen prachtig maar kocht ze niet onmiddellijk.” veneto “Ik had een paar jaar eerder een reis gemaakt door de NoordItaliaanse regio Veneto. Ik heb toen prachtige villa’s bezocht en heb daar de liefde opgevat voor de Italiaanse Barok. Wat ik in die villa’s had gezien zag ik terug in deze lannaam taarns. Het is een kwestie van detaillering, verPatrick Stoppelman houdingen, balans en kleur. Ik heb meer objecten beroep uit die periode, en ondanks het feit dat er een enormanager toegepaste me variatie in zit, is het één geheel, een eenheid.” satelliettechnologie voorwerp
kaarslampje “Toen ik een paar maanden la-
ter weer in Zuid-Duitsland was, ben ik opnieuw langs die winkel gegaan. De lantaarns stonden daar 18de-eeuws nog steeds, en opnieuw was ik getroffen door de in bezit sinds prachtige vorm van de ruitjes, de verhoudingen, de 2004 balans en de prachtige ongerestaureerde staat. bijzonder Deze lantaarns zijn een perfect voorbeeld van de k ar akteristieke rijkheid van objecten uit de 18de eeuw, zonder de venstertjes kitsch die een eeuw later zijn intrede deed. Oorspronkelijk werden in dit soort lantaarns natuurlijk kaarsen gebrand, wat een betoverende lichtgloed geeft. Dit is nu niet doenlijk, maar een subtiele fitting en dito kaarsgloeilampje zullen de authenticiteit geen geweld aandoen. Ik heb twee stokken en metalen houders laten maken waarmee ik ze tegen de wand kan bevestigen, net als in die prachtige villa’s in de Veneto. Ik hoop dat ze nog lang bij ons blijven en ons vaak terugvoeren naar hun oorsprong.”
Venetiaanse lantaarns anno
060
–
vernis # 04
rubriek
Mijn mooiste stuk
vernis # 04
–
061
het depot
Centraal Museum
062
–
vernis # 04
het depot
Centraal Museum
Walhalla voor fashionista’s tekst
Aya Langeveld
beeld
Tessa Posthuma de Boer
Ninke Bloemberg, conservator Mode & Kostuums van het Centraal Museum in Utrecht, opende voor Vernis de kledingkasten in het depot.
vernis # 04
–
063
02
03
01
Het depot van het 01 Centraal Museum Conservator Ninke is geen blikvanger. Bloemberg toont Ver verwijderd van een selectie het museum in de japonnen van rond Utrechtse binnen- 1770 tot circa stad, worden zo’n 1925. vijftigduizend ob- 02 jecten veilig be- Schoen uit 1988 waard tussen be- van de hand van tonnen muren. De Lola Pagola (uit de collectie Mode & serie ‘Harig’). Kostuums is één van de in totaal vijf deelcollecties van het Centraal Museum. Met negenduizend accessoires en kledingstukken in alle soorten en maten is het de ultieme walk-in closet voor kunsthistorici. Kasten vol jurken en 064
–
vernis # 04
jasjes, stellingen met genummerde schoenendozen. Soort bij soort, van top tot teen en door 04 de eeuwen heen. De witte handVan schoenen van schoenen worden Jan Jansen, nieuw gedragen om direct in doos, tot een contact tussen huid 16de-eeuws kinen voorwerp te dermutsje, van vermijden. waaiers en parasolletjes tot recent werk van hedendaagse, jonge ontwerpers als Iris van Herpen. En stukken uit de jaren ’90 van Viktor & Rolf, die het beginpunt markeren van de opmars van het Dutch Design. 03
Parasolletjes vragen om een speciale manier van opbergen.
04
het depot
Centraal Museum
Europeana Fashion
De kledingcollectie wordt digitaal ontsloten in kader van het ‘Europeana Fashion’project. Daar komen, online, de kledingcollecties samen van diverse internationale musea, waaronder het Engelse Victoria and Albert Museum. “Het is interessant om de geschiedenis van de kleding vanuit een breder perspectief te kunnen bekijken”, zegt conservator Mode & Kostuums Ninke Bloemberg. “Frankrijk heeft in de 18de eeuw bijvoorbeeld de mode in Nederland op een andere manier beïnvloed dan Engeland. Zulk soort ontwikkelingen kun je straks goed bestuderen.” Dat mag zo zijn, in het echt is het leuker. Opwindender vooral. De geheimzinnige sfeer, de geur, het gedimde licht, de overweldigende hoeveelheid objecten die je tegelijkertijd aanstaren... En alles systematisch geordend, zonder de context van een tentoonstelling. Een depot wakkert iets aan, vooral de nieuwsgierigheid naar meer, het gevoel dat je alle laatjes en dozen wel open zou willen maken. Dit is een walhalla voor fashionista’s. Koud
Net als dat voor andere museale objecten geldt, vraagt het conserveren van textiel en kleding om zorg op maat. Tot 1996, het moment dat het huidige centrale depot werd betrokken, werden de collecties bewaard op verschillende locaties in de stad en onder minder ideale omstandigheden. Licht, tocht en vocht zijn de natuurlijke vijanden die in een depot zoveel mogelijk vermeden dienen te worden. Hier kan dat. Toch dreigen er nog andere gevaren. Motten en andere beestjes kunnen alsnog voor een waar ‘kostuumdrama’ zorgen. Vandaar de grote diepvrieskast die in digitale cijfers de temperatuur aangeeft. Min 22. Voor die motten en die andere beestjes te koud. Als de conservator de deur opent, liggen er diverse kledingstukken in diepvrieszakken. “Sommige objecten laten we vijf weken liggen voordat ze opgeslagen worden, zoals bont. Het kan lang duren voordat dat vrij is van ongenode gasten.”
05
Vlekken en vuil worden meestal niet verwijderd uit oude stoffen, omdat die vaak te kwetsbaar zijn Naast de vriezer bevindt zich een aanrecht waarop flessen gedestilleerd water staan. Toch worden vlekken en vuil meestal niet verwijderd uit oude stoffen, omdat die vaak te kwetsbaar zijn. Dat vraagt dus om bijzondere voorzorgsmaatregelen. Zo zijn de kleerhangers bij05
Caraco (damesjak) gemaakt van hergebruikte zijde; het patroon werd zo goed mogelijk voortgezet.
voorbeeld met de hand gemaakt, en groot en breed zodat de stof van de voor- en achterzijde van een item elkaar niet kunnen raken. Voor sommige stukken kan zelfs de zwaartekracht al te veel zijn. Die worden daarom in kasten opgeborgen waar ze tussen zuurvrij karton op de planken liggen. Items die in lades worden opgeborgen, verpakt men eerst in ongebleekt katoen. Als extra bescherming. vernis # 04
–
065
het depot
Centraal Museum
legd is en gemaakt is van stof uit een ander kledingstuk.” Tijdsbeeld
06
De modetentoonstellingen duren nooit lang en dat is hoofdzakelijk vanwege de kwetsbaarheid van het materiaal Bovenklasse
Het mag bijna een wonder heten dat de kledingstukken — sommige zelfs na honderden jaren nog — intact zijn. Het zijn museumstukken en niet zonder reden: in de tijd waarin ze gedragen werden, waren ze al bijzonder. Gemaakt voor gegoede dames en heren en met een prijskaartje waar je ook u tegen zegt. “De historische kleding van de ‘gewone man’ zul je hier niet vinden, simpelweg omdat die niet bewaard 066
–
vernis # 04
is gebleven”, zegt Bloemberg. “Dat soort kleding werd in het verleden gedragen tot die op de draad versleten was. Bovendien was het materiaal van mindere kwaliteit. Textiel was duur. Daar was men zuinig op. Ook de bovenklasse trouwens. Kijk maar naar deze ‘caraco’, een 18de-eeuws damesjakje. Je ziet hier duidelijk dat hij een keer uitge-
06
Bordeauxrode fluwelen luifelhoed uit circa 1845.
“De geschiedenis van de kleding verwijst naar de geschiedenis van de mens”, zegt Bloemberg tussen twee rekken met veelkleurige jurken. “Kleding is meer dan een gebruiksvoorwerp. Mode is alles tegelijk: kunst, cultuur, geschiedenis, sociologie, de weerslag van een tijdsbeeld. Je kunt het op zoveel verschillende manieren zien en interpreteren. Dat is ook meteen de uitdaging bij het samenstellen van een tentoonstelling. Het gaat niet om het geven van een lineair overzicht of een modeshow. Vroeger werd mode vooral getoond om de geschiedenis van de beschaving te illustreren, de laatste decennia is het — en terecht — een zelfstandige discipline geworden die volop in ontwikkeling is. Door combinaties te maken met de andere deelcollecties van het museum kun je kledingstukken in een andere context een groter verhaal laten vertellen. Maar het kan ook gaan om het presenteren van nieuwe inzichten door onderzoek. In de tentoonstelling Blue jeans bijvoorbeeld, hebben we een belangrijke aanvulling willen geven op de bestaande kennis over de alledaagse spijkerbroek. We hebben de geschiedenis van de spijkerbroek heel breed geïllustreerd. Aan de hand van bijvoorbeeld een 17de-eeuws schilderij, opdrachten aan hedendaagse ontwerpers, maar ook een atelier, waar het publiek — midden in de tentoonstelling — zelf achter de naaimachine kon kruipen. Dat spreekt een heel uiteenlopend publiek aan, dat is leuk.” Helaas duren de modetentoonstellingen — die in verhouding erg goed bezocht worden — nooit lang en dat is hoofdzakelijk vanwege de kwetsbaarheid van het materiaal. Het tentoonstellen van textiel is beperkt mogelijk, zelden langer dan drie maanden. Nieuw talent
Er wordt door het de conservator en haar collega’s doorlopend gezocht naar nieuw
het depot
Centraal Museum
talent. Al dan niet aanstormende couturiers krijgen opdrachten om speciaal iets voor het museum te ontwerpen. Dat is onderdeel van het collectieplan, waardoor er veel hedendaags werk te vinden is in het depot. “Bij hedendaagse ontwerpers wil je er het liefst zo vroeg mogelijk bij zijn”, zegt Bloemberg. “Maar je weet natuurlijk nooit zeker of iemand zal doorbreken. Het besluit om iets in de collectie op te nemen, is soms best lastig. Het is eerder een Fingerspitzengefühl dan een wetenschap. Met mode is het net als met schilderijen of andere kunst, de handtekening van de maker is van in-
08
07
vloed op de waarde. Maar wie de nieuwe iconen zijn, kun je vaak pas achteraf vaststellen. Een kledingstuk kan 08 overigens natuurSchoenendozen vol lijk om veel meer met bijzondere redenen interesparen ‘oud’ en sant zijn om in de modern schoeisel. collectie op te nemen. Vanwege het tijdsbeeld dat het neerzet. Of de bijzondere manier waarop het vervaardigd is.” 07
Deze Jan Jansen is uit 1989, maar past ook prima in het modebeeld van 2013.
Centraal Museum Nicolaaskerkhof 10 3512 XC Utrecht
Een beetje historie Het Centraal Museum, dat dit jaar als instituut 175 jaar bestaat, is het oudste stedelijk museum van Nederland. Aanvankelijk omvatte de collectie vooral archeologische voorwerpen die direct met de stad Utrecht te maken hadden. De collectie werd bewaard en sinds 1838 getoond in de bovenste verdieping van het stadhuis. In 1921 verhuisde collectie naar het voormalige Agnietenklooster op het Nicolaaskerkhof, waar ze werd samengevoegd met de collecties van het genootschap Kunstliefde, het Aartsbisschoppelijk Museum en het Utrechtsch Museum van Kunstnijverheid. Sindsdien draagt het museum de naam Centraal Museum. De collectie kan inmiddels worden onderverdeeld in
de hoofddisciplines Stadsgeschiedenis, Oude Schilderkunst, Moderne Kunst, Toegepaste Kunst en Mode & Kostuums. Het museum heeft de grootste collectie Rietveld-objecten ter wereld, waaronder het Rietveld Schröderhuis. Ook het huis van Dick Bruna is onderdeel van het museum. De collectie is alles behalve verstopt: vierentwintig uur per dag, zeven dagen per week kunnen belangstellenden via de site van het museum (www.centraalmuseum.nl) opzoeken wat er allemaal te zien is. Dat wil zeggen, het deel dat is gefotografeerd en beschreven, want het project om de museumobjecten en archiefstukken te digitaliseren loopt nog. Vrijwel alles zal straks digitaal te benaderen zijn.
vernis # 04
–
067
historie
Tussen Amsterdam en Isfahan
Tussen Amsterdam en Isfahan tekst
Ali Foumani
beeld
Foumani Persian Gallery
In de 17de eeuw ontstonden innige handelsbetrekkingen tussen de Nederlanden en Perzië. Dit resulteerde in een versterking van de positie van Nederland als zeevarende natie en een hoogconjunctuur die vele decennia duurde. Maar weinigen weten dat Nederland en Perzië een gemeenschappelijke geschiedenis delen die begon bij de Tachtigjarige Oorlog. Of liever gezegd, vlak na het einde ervan. Wat formeel een religieuze twist was tussen katholieken en protestanten, was feitelijk een protest tegen de aankondiging van de invoering van een zogenaamde ‘tiende penning’ (een omzetbelasting van 10 procent). De bestuurlijke eenheid die daarna was ontstaan en die de Republiek der Zeven Vereenigde Nederlanden of de Vereenigde Provinciën werd genoemd, zag zich geconfronteerd met de in 1580 aangetreden Spaanse koning Filips II die ons — achteraf — nog een lesje wilde leren. De Hollanders hadden de Spanjaarden namelijk behoorlijk gezichtsverlies bezorgd door ze het land uit te werken, hetgeen voor de Spaanse koning voldoende reden was hen buiten de zeer lucratieve handel in specerijen te willen houden. Om die reden liet hij de haven van Lissabon voor de Hollandse schepen sluiten, wat hem overigens maar ten dele lukte omdat de Hollanders zich handig om de boycot heen wisten te manoeuvreren en dusdoende de voor ons land belangrijke handel in specerijen, thee, katoen, porselein en dergelijke te laten continueren.
01
VOC
De Hollanders waren, naast de Spanjaarden, Portugezen, Fransen en Engelsen, een succesvol zeevarend volk geworden. Ooit leefden we van landbouw, veeteelt en visserij, maar 068
–
vernis # 04
historie
Tussen Amsterdam en Isfahan
02
door onze kwalitatief hoogstaande scheepsbouw en de opgebouwde kennis van maritieme navigatie, hadden we ons in de loop der tijd opgewerkt tot de grootste vervoerders van West- en Noord-Europa: de Hollanders hadden een indrukwekkende vloot van meer dan tweeduizend schepen — meer dan die van de Engelsen en Fransen samen. Toen in 1594 alle Spaanse mazen gedicht waren, viel de handel voor de Nederlandse schepen stil. Inmiddels was wel steeds meer bekend geworden over de routes naar de Oost, waarop de Portugezen — die hun zeekaarten altijd angstvallig geheim hadden gehouden — tot dusver in de praktijk een monopolie hadden. De Hollanders zetten handelscompagnieën op om de koopwaar zelf uit het Verre Oosten te halen. Omdat ze vooral elkaar beconcurreerden, werd al snel besloten de ver-
Toen in 1594 alle Spaanse mazen gedicht waren, viel de handel voor de Nederlandse schepen stil schillende compagnieën samen te voegen. Vanaf 1602 handelden ze onder één vlag: die van de Vereenigde Oost-Indische Compagnie (VOC, zie het kader). Perzische Golf
De wereld was destijds een stuk minder overzichtelijk dan nu. Boottochten waren lang en gevaarlijk, de concurrentiestrijd was hevig en werd niet zelden met wapens uitgevochten. In een door de Perzen onbewaakt ogenblik hadden de Portugezen het eiland Hormoz bezet en daarmee de feitelijke controle van de Perzische Golf in
handen gekregen. Zinde dat de Perzen niet, andere zeevarende naties 02 die geen verbond Gezicht op Isfahan hadden met de (1656, door Adam Portugezen waren Olearius). er zo mogelijk nog minder over te spreken. Met name de Engelsen waren erop gebrand de Portugezen van het eiland te verdrijven, wat in 1622 lukte dankzij een innige militair-diplomatieke samenwerking met de Perzen. Hiermee hadden de 01
Shah Abbas (15711629) besteeg de troon in 1587.
vernis # 04
–
069
historie
Tussen Amsterdam en Isfahan
Engelsen weliswaar goede sier gemaakt bij de Perzen, voor het bestendigen van de handel in zijde — in die periode behalve het voornaamste Perzische exportproduct vooral een zeer gewilde en kostbare handelswaar — hadden ze onvoldoende financiële middelen, niet in de laatste plaats omdat hun vloot in deze regio te zwak was om de Portugezen blijvend onder controle te houden. Om die reden vroegen de Engelsen de Hollanders deel te nemen aan deze in potentie bijzonder lucratieve handel met de Perzen. Zo kon het gebeuren dat de VOC in 1623 vanuit de VOC-handelspost in India een handelsdelegatie onder leiding van een zekere Huybert Visnich naar Perzië stuurde, die tot taak had te bekijken of de handel met dat land zo veelbelovend was als de Engelsen altijd beweerden.
het gemiddelde weekloon van een ambachtsman van 15 gulden destijds, is dat het equivalent van ongeveer 150.000 euro nu. In 1640 bood een nieuwe Directeur een schilderij aan, de ‘Zeeslag bij Gibraltar onder bevel van van Heemskerk’, met een waarde van 1.230 gulden. Er was de Hollanders kennelijk veel aan gelegen de relatie met de Perzen goed te houden. Mousa Beig
03
waardoor de doorgaande wegen in Perzië veiliger waren dan destijds bij ons. Het intellectuele klimaat in Perzië werd gestimuleerd door de tegenstelling tussen de orthodoxe theologen en de pantheïsten en de vele honderden jaren van bloeiende cultuur en wetenschap in de regio maakten Perzië ook in dat opzicht superieur aan Europa, dat zich eigenlijk nog maar een paar eeuwen aan de donkere Middeleeuwen had weten te ontworstelen. In Perzië werd Visnich ‘Directeur’, de titel voor de plaatselijke vertegenwoordiger van de VOC. Na diverse avontuurlijke reizen trad in diezelfde periode Jan Lucasz. van Hasselt in dienst als hofschilder van Sjah Abbas I en verbleef enkele jaren later ook een andere Hollandse kunstenaar, Philip Angel, aan het hof. De laatste gaf de sjah zelfs schilderles (in archieven zijn diverse bestellingen van de sjah voor kwasten en verf teruggevonden). Net als andere kunstenaars en handwerkslieden aan het hof van de Safavidische vorsten stonden de Hollanders hoog in aanzien. Vijf kleine portretten van Angel leverden niet minder dan 6.000 gulden op: uitgaande van 03
Schilderles
Perzië had nauwelijks zilver- en goudmijnen om zelf geld te kunnen munten. Dat geld was wel hard nodig, want het land was in permanente staat van oorlog met de Ottomanen en soldaten vechten niet gratis. De handel in zijde, die werd geteeld in de kuststreek bij de Kaspische Zee, was dus een goed middel om buitenlands geld naar Perzië te halen. Met de heerser van Perzië, sjah Abbas I, werd een handelsovereenkomst gesloten. Er kwam een handelspost in Bandar Abbas (in het Westen meestal Gamron genoemd, naar het Perzische Kamaron), dat de positie van het eiland Hormoz als belangrijkste handelsplaats had overgenomen. De Safaviden-dynastie waartoe sjah Abbas I behoorde, heerste over Perzië van 1501 tot 1722. Afgezien van gewoonten en religie waren de verschillen in levensstandaard tussen de Perzen en Europeanen aan het begin van de 17de eeuw niet erg groot. De gezondheidszorg lag in die tijd op een hoger niveau dan in Europa. Sjah Abbas I liet strenge straffen uitdelen voor beroving en diefstal en gaf opdracht tot het bouwen van een groot aantal rustplaatsen voor karavanen — de ‘karavanserais’—, 070
–
vernis # 04
Stichter van de Safaviden-dynastie Shah Ismael I.
In 1626 werd met de Perzen een overeenkomst gesloten om jaarlijks peper, andere specerijen en textiel uit India te leveren tot een bedrag van 30.000 toman, plus 10.000 toman contant. Toen was de waarde van één toman 40 gulden, maar de Hollanders zouden betaald worden in zijde. De aankopen dat jaar liepen op tot meer dan 1.500.000 gulden (in hedendaags geld zo’n 40 miljoen euro). De goederen werden verkocht in Europa. In datzelfde jaar had de VOC een winst van honderd procent. Niet alleen was 1626 een topjaar voor bestuurders en aandeelhouders van de VOC, het was ook het jaar dat gezant Mousa Beig — ‘beig’ wordt uitgesproken als ‘beek’ en is een aanspreektitel voor hoogwaardigheidsbekleders, enigszins vergelijkbaar met de Engelse titel ‘Sir’ — werd ontvangen door de prins Frederik Hendrik en de regering van de Republiek. Hun overhandigde hij zijn geloofsbrieven, tapijten en andere kostbare geschenken uit zijn vaderland. Na een lange reis arriveerde hij op 9 februari van dat jaar in Nederland. Hij vestigde zich in ’s-Gravenhage waar hij zich mengde tussen de Hollandse adel en feesten en banketten bezocht. Het tijdelijke verblijf van de Perzische gezant had mogelijk een effect op de Hollandse schilderkunst, in het bijzonder die van Rembrandt, die in diezelfde periode ten minste twee maal een schilderij met een ‘man in Oosterse Kleding’ vervaardigde. Sommigen geloven dat de man in het schilderij is geïnspireerd op Mousa Beig, maar in de tijd van Sjah Abbas I droegen hoogwaardigheidsbekleders nooit een baard.
historie
Tussen Amsterdam en Isfahan
04
Dat de aanwezigheid van Mousa Beig niet altijd zonder problemen verliep, blijkt uit een in de archieven teruggevonden brief van de Heren XVII: “Zijn eigenaardige gedrag met betrekking tot drank en vrouwen, en het uiten van krenkende beschuldigingen, niet alleen tegen de Compagnie als geheel en tegen zijn individuele leden, maar ook tegen de overheid van het land en zijn ambtenaren, is te erg om hier te beschrijven, uit respect voor de hoge positie, toevertrouwd aan hem door de Koning [Shah], in wiens belang wij er van afzien verder op de zaak in te gaan. Van tijd tot tijd dreigde hij naar Engeland en zelfs naar Spanje te gaan, onze vijanden, want naar zijn mening werd hij met onvoldoende hoffelijkheid behandeld, terwijl wij oprecht kunnen verklaren dat geen andere gezant van vorsten van buurlanden of bondgenoten met zoveel hoffelijkheid is
Met de Perzen werd een overeenkomst gesloten voor de levering van peper, andere specerijen en textiel uit India overstelpt, zo vermaakt en doorlopend betaald is als deze Mousa.” Opvallend was dat de Hollandse belangen zeer goed behartigd werden door hofschilder Van Hasselt. In 1630 sloot hij namens — de overigens inmiddels overleden — Sjah Abbas I een verdrag met de Staten-Generaal over de positie van Perzische onderdanen in de Republiek, waarin hun vrije handel en vrijheid van religie werd verleend. Door
04
Isfahan: het Naghsh-e Jahanplein met zijn Savafidische gebouwen.
dit verdrag werden de diplomatieke banden verder aangehaald. De Engelsen pakten het intussen minder goed aan. In dezelfde periode zond de Perzische Vorst een delegatie naar Engeland met aan het hoofd een zekere Naqdi Beig. Zijn ontvangst stond in schril contrast met die van zijn Perzische tegenvoeter in de Hofstad en op de terugreis beroofde Naqdi Beig zich zelfs van het leven, uit angst voor de toorn van de Sjah wegens het falen van zijn missie. Concurrentie
De Hollanders trachtten altijd door midvernis # 04
–
071
historie
Tussen Amsterdam en Isfahan
del van monopolies de inkoopprijzen laag te houden. Ze slaagden daarin in enkele delen van Indonesië, zoals op de Molukken waar de nootmuskaat vandaan kwam, maar in Perzië lukte dat niet. Daar werden concurrerende partijen tegen elkaar uitgespeeld en de prijzen zomaar verhoogd. Dit leidde enkele malen tot conflicten, die twee keer uitmondden in Hollandse acties tegen het eiland Kisj en die in beide gevallen werden opgelost door eindeloze onderhandelingen: de eerste maal in 1652 (de Cunaeus-delegatie), de tweede in 1684-1685 (de Van den Heuvel en de Jager-delegatie). De delegaties hebben hierover uitgebreide rapporten uitgebracht die bewaard zijn gebleven. Er is zelfs een overzicht van alle geschenken aan de verschillende hovelingen, en uit de documenten blijkt ook dat de Hollanders verontwaardigd zijn omdat tevens over de geschenken 15 procent ‘tol’ betaald moest worden. Waren Engeland en Holland soms bondgenoten tegen een gezamenlijke vijand, zoals Spanje, ze waren af en toe ook onderling in oorlog (1652-1654, 16651667 en 1672-1674, waarvan de laatste tot de Vrede van Westminster leidde. Niettemin waren de contacten tussen de leiding van de VOC en de English East India Company over het algemeen zeer vriendschappelijk. Ze ondersteunden elkaar bij financiële en andere problemen en stuurden elkaars post door. Tegelijkertijd waren ze in een hevige concurrentiestrijd gewikkeld en probeerden ze elkaar aan het Perzische hof en bij plaatselijke hoogwaardigheidbekleders zwart te maken. De Hollanders accepteerden zelfs verliezen om de concurrentie te ondermijnen. Zij konden het zich veroorloven door de financiële rugdekking van de VOC en, indirect, de Republiek, terwijl de Engelsen moesten lenen tegen hoge marktrentes. Bovendien moest de EEIC wedijveren met andere Engelse handelscompagnieën, in tegenstelling tot de VOC, wier oprichting de onderlinge concurrentie van de diverse handelscompagnieën tot nul had weten te reduceren. In 1664 richtten de Fransen 072
–
vernis # 04
De VOC De Vereenigde OostIndische Compagniebestond uit zes Kamers van de steden Amsterdam, Rotterdam, Delft, Hoorn, Enkhuizen en Middelburg. De deelnemende kooplieden waren verdeeld in bewindhebbers en aandeelhouders. De aandeelhouders hadden geen zeggenschap in het beleid, maar deelden wel in de winst. Het centrale orgaan — de Vergadering der Heren XVII — werd samengesteld uit zeventien gekozen afgevaardigden van de Kamers. Het startkapitaal bedroeg 6,44 miljoen gulden, waarvan de helft voor rekening van de Amsterdamse Kamer kwam (Amsterdam was niet alleen het belangrijkste centrum voor handel en scheepvaart in Europa, maar ook een financieel centrum vanwege zijn wisselbanken en beurshandel).
De Staten-Generaal, het in ’s-Gravenhage zetelende bestuur der zeven provinciën, verleende aan de VOC het monopolie op de handel met Azië. De VOC mocht handelsposten stichten, forten bouwen, vijandelijke schepen kapen (met de zogenaamde ‘kapersbrieven’), had een eigen militaire macht om in den vreemde de belangen te beschermen of handel met de lokale bevolking af te dwingen. Ook kon zij zelfstandig verdragen sluiten met de Oosterse vorsten. De residentie van de Gouverneur-Generaal der VOC bevond zich in Batavia, het huidige Jakarta. Hij had de leiding over een wijdverspreid netwerk van handelsposten maar ook over het ambtenarencorps. Was de primaire taak van de Heren XVII het maken van winst, de
Gouverneur-Generaal was belast met de diplomatie en belangenbehartiging van de Hollandse handelsposten. Elke handelspost had een eigen Directeur, wiens salaris 200 gulden per maand bedroeg. Ter vergelijking: dat van een junior-koopman bedroeg 36 gulden en dat van een assistent 25 gulden, kost en inwoning inbegrepen. Ook voor die tijd geen royale salarissen, dus er werd ook voor eigen rekening gehandeld, in eigen spullen of handel van de VOC. De VOC, die in de 17de eeuw zou uitgroeien tot de grootste commerciële onderneming ter wereld, werd krap twee eeuwen na haar oprichting opgeheven, verzwakt door interne corruptie en ook omdat handelswijze en structuur niet meer in overeenstemming werden geacht met de toen heersende denkbeelden.
historie
Tussen Amsterdam en Isfahan
05
hun eigen Compagnie des Indes op en vervoegden zij zich aan het Perzische hof in Isfahan. Maar op het gebied van de handel was hun aanwezigheid ter plaatse onbelangrijk. De Engelsen en de Hollanders hadden in de hoofdvestiging te Gamron, het centrum voor overzeese handel waar Perzische, Armeense, Arabische, Indiase en Europese kooplieden de touwtjes in handen. Armeniërs
In Isfahan hadden de Hollandse kooplieden wel een handelskantoor, maar de Directeur verbleef gewoonlijk in Gamron. De Hollanders realiseerden zich vrij snel dat iemands rang en positie in Perzië zeer belangrijk was en met uiterlijkheden moest worden bevestigd. De positie van de Directeur was vergelijkbaar met die van de Gouverneur van Shiraz en dus waren het tuig van zijn paard en zijn waterpijp van
De contacten tussen de VOC en de English East India Company waren over het algemeen zeer vriendschappelijk goud en had hij een lijfwacht, ordonnansen en tolken in vaste dienst. Als de Directeur zich verplaatste door de straten bestond zijn gevolg uit ten minste een dertigtal personen. Het ‘hoofd’ van de kooplieden in Isfahan evenaarde de Directeur in uiterlijk vertoon, aangezien hij dikwijls aan het Perzische hof zijn opwachting moest maken. Ook de andere Nederlanders kleedden zich als Perzen. Dat was niet alleen praktischer gezien het moordend hete en
05
Gezicht op Gamron door Cornelis de Bruijn (1704).
vochtige klimaat, het trok ook minder aandacht van passanten. Hier stopte de integratie overigens wel. Sommige Hollandse kooplieden spraken wel een beetje Perzisch, maar het was uitzonderlijk als iemand de taal goed beheerste. In de handel maakten ze daarom gebruik van tussenpersonen, de zogenaamde ‘makelaars’, meestal Armeniërs die fungeerden als bemiddelaar en tolk. Armeniërs zaten overal, van Londen tot de Filippijnen. Het feit dat ze christenen waren, gaf hun bij rivaliserende islamitische twisten een grote voorsprong. Zo vernis # 04
–
073
historie
Tussen Amsterdam en Isfahan
dien. De eens zo veilige handelsroutes werden geteisterd door overvallen van struikrovers en de inval van de Afghanen deed de handel geheel stilvallen. Na enkele maanden van beleg werd Sjah Sultan Husein in 1722 uit Isfahan verdreven, de stad die onder Sjah Abbas I in 1598 de hoofdstad van het Perzische rijk was geworden. In 1740 — de niet langer door de sjah beschermde kooplieden werden jarenlang door plaatselijke potentaten afgeperst — besloot men de VOC-vestiging in Isfahan, Kirman en Shiraz te sluiten. 06
Genadeklap
Halverwege de 18de eeuw was de bezetting in Gamron, de enig overgebleven handelspost, inmiddels tot de helft gereduceerd. Hierdoor was de handel weliswaar nog enigszins winstgevend, desondanks wilde Batavia ook de VOC-vestiging in Gamron opheffen. De plaatselijke VOC-resident, een zekere Tido von Inn- und Kniphausen, wist GouveneurGeneraal Mossel echter te overtuigen van het belang van het handhaven van een bruggehoofd in Perzië. Op het eiland Khark zou daartoe een nieuw fort worden gebouwd, dat de slim gekozen naam ‘Mosselstein’ moest gaan dragen. Mossel ging akkoord, maar toen Von Kniphausen in 1760 naar Europa terugkeerde en Mossel een jaar later overleed, was het lot van Fort Mosselstein feitelijk al bezegeld. Nog voor de VOC het eiland goed en wel had kunnen verlaten, werden het fort en de loodsen in 1766 door Perzische troepen geplunderd. Dit bleek de genadeklap voor de relatie tussen de VOC en Perzië: het doek voor de handel was definitief gevallen. Man in oosterse kledij, door Rembrandt (1635).
06
kon, ondanks de permanente vijandelijkheden tussen de Ottomanen en de Perzen, de handel via het Ottomaanse Rijk plaats blijven vinden. Tussen de christelijke Armeniërs en de Hollanders ontwikkelden zich hechte relaties. Hollanders trouwden soms met Armeense vrouwen in Perzië, maar ook in Amsterdam ontstond een Armeense gemeenschap: het verdrag van 1630 gaf hun immers als Perzische onderdanen dezelfde rechten als de Hollanders in Perzië. Eerder al had Sjah Abbas I trouwens Armeniërs naar Amsterdam gestuurd. Hij had zelfs geld gedoneerd om ter plaatse een Armeense kerk te laten bouwen. Mosselstein
Aan het einde van de 17de eeuw bekoelde de relatie tussen de Perzen en de Hollanders. Niet alleen als gevolg van de toegenomen concurrentie, die maakte dat andere partijen elkaar bij Perzische hoogwaardigheidsbekleders zwart probeerden te maken, maar ook door communicatiestoornissen en door Perzische machtsspelletjes waar de Hollanders de vinger niet achter wisten te krijgen. De diplomatieke vaardigheid om de in de loop der tijd bij de Perzen ontstane wrevel over onze handel 074
–
vernis # 04
marc mulders De Islamitische cultuur vormt al eeuwenlang een bron van inspiratie voor Westerse kunstenaars. Zo ook voor de Nederlandse kunstenaar Marc Mulders (1958), die veel van zijn motieven aan de Christelijke én Islamitische cultuur ontleent. Ter gelegenheid van de heropening van het geheel verbouwde en uitgebreide Noordbrabants Museum in ‘s-Hertogenbosch is er van 25 mei de tentoonstelling The Moonlight Garden te zien. In deze grote overzichtstentoonstelling zijn 80 werken uit alle door Mulders beoefende genres te zien: schilderijen, glaskunst, aquarellen, natuurfotografie, politieke collages en tapijten. Expositie The Moonlight Garden (25 mei t/m 21 september 2013).
Dit artikel is een bewerking van
en wandel geheel glad te strijken, ontbrak. Bovendien verloor het hof zijn grip op het land. De heersende sjahs vonden staatszaken steeds minder belangrijk en het leger werd verwaarloosd, met alle gevolgen van
A. Foumani’s onderzoek ‘PerzischHollandse betrekkingen in de 17e eeuw’ op te vragen via info@foumani.com. Met dank aan de heer W. Beumer voor aanvullend bronnenonderzoek.
De nieuwe voorjaarbeurs ART 2013 toont moderne- en oude kunst, antiek en design van ruim 75 deelnemers uit binnen- en buitenland. Genieten van schilderijen, beelden en juwelen om te bewonderen of mee naar huis te nemen. Laat u verrassen door de tentoonstelling FEEST! naar aanleiding van de aanstaande troonswisseling en laat uw zintuigen prikkelen op ART 2013!
w w w. a r t 2 0 1 3 . n l
portret
Paleis Het Loo
076
–
vernis # 04
museum
Paleis Het Loo
De kunst van het koningshuis tekst
Mariëtta Nollen
beeld
Sigurd Kranendonk
Wat hebben stadhouders, koningen en kunst met elkaar te maken? Michel van Maarseveen, directeur van Paleis Het Loo, leidt Vernis rond langs de kunst die zich in de loop der eeuwen om de Oranjes heen heeft verzameld.
02
01
In zijn Politeia (geschreven rond 380 v. Chr.) waarschuwde de Griekse wijsgeer Plato al voor de emoties en begeerten die kunst kan oproepen. Machtige figuren maakten gebruik van die wetenschap. Door de eeuwen heen hebben ze zicb altijd via de beeldende kunst geprofileerd als 01 dapper, opgewekt, vriendelijk, aantrekkelijk en wijs. Als Koning Willem I de kunst gecontroleerd wordt ingezet, kun je er je onderda- in hermelijnen nen zelfs mee betoveren. Dat hebben de Spaanse, Britse koningsmantel. en Franse vorsten wel bewezen, met hun praalpaleizen, 02-03 Exterieur paradijstuinen, kostbare juwelen en gewaden. We lopen met Michel van Maarseveen, directeur van Paleis Het Loo. Paleis Het Loo, langs de portretten van Willem van Oranje, van de vele Willems die volgden en die van Beatrix, haar moeder en haar grootmoeder. De eerste stadhouders tonen nog bescheiden, met hier en daar een — ongetwijfeld gewichtige — onderscheiding, maar in de loop der eeuwen worden de portretten steeds zelfverzekerder, vorstelijker ook. Ze zijn duidelijk gemaakt om de Oranjes status en gezag te geven. Het kunstwerk als kunstje van de monarchie. “De Oranjes begrepen wat Plato bedoelde, maar waren vergeleken met de andere Europese vorstenhuizen opvallend bescheiden”, relativeert Van Maarseveen. “Hun portretten waren kleiner en hun kleding minder decadent. Een enkeling heeft geposeerd als mythische held, maar vooral omdat dat in de 17de eeuw mode was.” vernis # 04
–
077
museum
Paleis Het Loo
Die bescheidenheid laat zich eenvoudig verklaren. De Oranjes begonnen hun loopbaan immers als republikeinen. En toen ze zich in de 19de eeuw eindelijk koning mochten noemen, kregen ze niet de kans zich te ontwikkelen tot despoten: Nederland transformeerde toen al naar een parlementaire democratie. In de decennia daarna brokkelde de macht van de Oranjes verder af. Momenteel bekleden ze vooral een ceremoniële functie en bestaat de monarchie bij de gratie van hun populariteit. De eerste Oranjes
Het begon allemaal in 1581, toen de Staten van Holland en Zeeland zich achter de opstandige prins Willem van Oranje schaarden en met het Plakkaat van Verlatinghe afstand namen van de ‘koning van Hispanje’. “Dat was het feitelijke begin van Nederland als natie”, doceert Van Maarseveen. Willem werd toen al als held gezien, want na zijn ontijdige dood als gevolg van de aanslag door Balthasar Gerards, besloten de Staten-Generaal dat hij een praal03
‘Wie in de Europese vorstenwereld aan het eind van de 17de eeuw iemand wilde zijn, bouwde zijn eigen Versailles’ graf verdiende. 04 Hendrick de Key- Van Maarseveen ser werd gevraagd toont portret van voor het ontwerp en Koning Willem II. ook de benodigde 05 financiën werden Koning Willem II door Charles Pieter alvast geregeld. Met de Tachtig- Verhulst (1817). jarige Oorlog in volle gang hadden de eerste Oranjes weinig tijd voor vorstelijke ambities. Vechtersbazen en rokkenjagers waren het, vooral Willems zonen Maurits en ‘Stedendwinger’ Frederik Hendrik. Maar in de 17de eeuw kwam er rust en ruimte. Ook al werd de strijd na het Twaalfjarig Bestand weer 078
–
vernis # 04
05
04
museum
Paleis Het Loo
hervat, de welvaart in de steden groeide. Van Maarseveen: “Er werd alleen nog maar in de randgewesten gevochten. In de Gouden Eeuw floreerde de kunst. Rijke burgers lieten zich portretteren en bestelden stillevens en landschappen op huiskamerformaat. De Oranjes deden precies hetzelfde. Ook zij kozen voor burgerlijke onderwerpen of poseerden zelf voor schilders uit hun tijd. Maar ze lieten zich daarbij als statige bestuurders neerzetten, niet als vorstelijke heersers. Willem van Oranje liet graag zien dat hij lid was van de Orde van het Gulden Vlies. Zijn zoon Maurits was lid van de Orde van de Kousenband. Die onderscheidingen werden soms later nog aan de schilderijen toegevoegd.” Kunst voor een koning
Stadhouder Maurits leefde zowat op het slagveld en bleef vrijgezel. Zijn veel jongere halfbroer Frederik Hendrik (1584-1647) trouwde pas op latere leeftijd met de ambitieuze gravin Amalia van Solms (16021675). In de Gouden Eeuw steeg de waarde van aandelen explosief en zo ook het inkomen van het paar. Hierdoor slaagde de stadhouder er in voor zijn kinderen voorname huwelijken te regelen. Hoogtepunt was het huwelijk van zoon Willem met de Engelse prinses Maria Stuart, de dochter van koning Karel I. Frederik Hendrik regelde verder dat het stadhouderschap erfelijk werd verklaard. “Frederik Hendrik was de eerste Oranje die echt tijd en geld investeerde in kunst”, vertelt Van Maarseveen. “In de vele paleizen die hij liet bouwen, had hij werken van Rembrandt, Rubens, Van Honthorst, Poelenburgh en Van Dyck. Verder gaf hij ook geld uit aan tuinen, wandtapijten, juwelen en kunstwerken die het roemrijke Oranjeverleden belichtten. Hofschilder Michiel Jansz. van Mierevelt schilderde bijvoorbeeld veel portretten van helden uit de Tachtigjarige Oorlog. Eerder — in 1607 — portretteerde hij prins Maurits, die niet van stilzitten hield.” Frederik Hendrik overleed in 1647, één jaar voor de Vrede van Münster. Na zijn
06
dood besloot Amalia van Solms haar nieuwe buitenhuis op te dragen aan de herinnering van haar echtgenoot: De Oranjezaal in Huis ten Bosch. Het project, bestaande uit 31 grote doeken, was één van de belangrijkste opdrachten uit de Gouden Eeuw. Lodewijk XIV
Amalia’s plannen leken te mislukken toen haar zoon, stadhouder Willem II, jong overleed. Nederland dacht het toen even zonder de Oranjes te kunnen stellen. Maar na het Eerste Stadhouderloze Tijdperk kwam er toch weer een Oranje aan de macht. “Dat was in het rampjaar 1672”, vertelt van Maarseveen. “Toen werd de republiek van alle kanten aangevallen. Willem III, die nog niet eens was geboren toen zijn vader stierf, was inmiddels oud genoeg om te vechten en het stadhouderschap op zich te nemen. Hij werd als als ‘redder des vaderlands’ binnengehaald.” En hij werd
koning, alleen niet hier: de Glorious Revolution van 1688 leverde hem de koningstitel van Engeland, Schotland en Ierland op. Als hoogste in rang van een republiek zou Willem III nooit kunnen tippen aan de grandeur en decadentie van het Franse hof, waar op dat moment Lodwewijk XIV de scepter zwaait. Toch was Paleis Het Loo daar wel een afspiegeling van. Van Maarseveen: “Wie aan het eind van de 17de eeuw ‘iemand’ wilde zijn in de Europese vorstenwereld, bouwde zijn eigen Versailles. Hofarchitect Jacob Roman liet zich door het Franse paleis inspireren en ook de symmetrische tuin van Marot leek op die van Versailles, maar dan kleiner. Met zijn Koningssprong-fontein — met een straal van maar liefst dertien meter hoog de hoogste van heel Europa — wist hij de Zonnekoning zelfs te overtroeven.” 06-07
Bedkamer en bibliotheek (stadhouder Willem III).
vernis # 04
–
079
museum
Paleis Het Loo
Patriotten
Op de schilderijen uit de tweede helft van de 17de eeuw verdween de oorlog steeds meer naar de achtergrond en werden de Oranjes geportretteerd in prachtige gewaden. Ze ontleenden hun status toen vooral aan hun rijkdom. Willem III stierf kinderloos in 1702. Zijn erfgenaam, Prins Johan Willem Friso, was dan wel stadhouder van Friesland, maar de andere gewesten hadden weinig met hem op. Toen de Fransen weer eens oprukten, kwam de eigen bevolking echter in opstand. Opnieuw moest een Oranje de boel sussen en in 1747 werd de zoon van Johan Willem Friso, Willem IV, de nieuwe stadhouder. In de 18de eeuw moesten de Oranjes meer op de centen letten. Er werden minder portretten geschilderd, minder paleizen gebouwd. De kunstnijverheid floreerde nog wel, maar vooral omdat Orangisten en Patriotten hun politiek tegengestelde loyaliteit verpakten in aardewerk en glas. Van Maarseveen toont ons borden en gla07
In de 18de eeuw werden minder portretten geschilderd, minder paleizen gebouwd zen in de vitrinekasten met de Oranjeboom, het symbool van de Orangisten, en keeshondjes, waar de Patriotten zich mee vereenzelvigden. Tussen het vaatwerk ontwaren we een glas waarop een keeshondje tegen een Oranjeboom watert. “Dat was in die tijd natuurlijk een inkoppertje.”
hier op Het Loo, exotische dieren. Olifanten, apen, giraffen, die na de Franse bezetting naar Frankrijk verhuisden.” Met de Franse inval in 1795 kwam een einde aan het stadhouderschap en de Republiek. Willem V vluchtte naar Engeland, verdween roemloos van het toneel en overleed in Braunschweig (Brunswijk), ruim voordat in 1813 het Koninkrijk der Nederlanden zou worden uitgeroepen.
Olifanten
Drie koningen
08
Koningin-Moeder Emma (Pieter Pander, c. 1930).
08
Inmiddels zijn we bij Willem V aanbeland, die leefde van 1748 tot 1806. “Een zwakke stadhouder”, zegt Van Maarseveen. “Maar hij kocht wel weer veel kunst. En hij hield, 080
–
vernis # 04
In 1813 werd de zoon van stadhouder Willem V tot koning gekroond. Van Maarseveen wijst op een staatsieportret zoals die veel van Willem I — de eerste Nederlandse
NEDERLANDSE TURMUHR - gesigneerd ‘Francois de Mey Amsterdam’ - Circa 1675 - Nederland Het uurwerk is voorzien van gaandwerk op spillegang met slinger en slagwerk op sluitschijf dat de hele uren voluit slaat op een bel. Op de hoeken van de vuurvergulde messing kast zijn zuiltjes geplaatst met daarbovenop een van de vier jaargetijden, voorzien van de gravure ‘Winter’ ‘Lenten’ ‘Somer’ ‘Herst’. Loopduur: 24 uur Afmetingen: 45 x 29 x 29 cm.
Molenstraat 22 - 4031 JS Ingen - The Netherlands - P +31 344 603 606 info@mentinkenroest.com - www.mentinkenroest.com
museum
Paleis Het Loo
koning — zijn gemaakt. Hij poseert trots en koninklijk, staand en in vol militair ornaat. Zijn zoon, Willem II, trouwde met de schatrijke Russische prinses Anna Paulowna. Hij liet paleizen verbouwen in neogotische stijl en verzamelde kunst, onder andere werken van Oude Meesters als Rembrandt, Van Ruysdael, Hobbema, Raphaël, Titiaan en Van Eyk. Maar Willem II had bij zijn dood in 1849 nog een miljoen gulden aan schulden uitstaan, met zijn kunstcollectie als onderpand. Zijn nabestaanden besloten de verzameling te veilen. “En de Staat der Nederlanden stak geen vinger uit om de kostbare schilderijen voor het land te behouden”, zegt Van Maarseveen, met enige understatement. In de 19de eeuw vond men het tijd de eeuwenlang beschreven en geschilderde heldhaftigheid der Oranjes te bekronen. In 1824 maakte hofschilder Jan Willem Pieneman (1779-1853) De slag bij Waterloo. De Nederlandse kroonprins, de latere Willem II wiens moedige optreden hem de bijnaam ‘De Held van Waterloo’ bezorgde, ligt gewond op een brancard. De macht van de koning is dan al tanende, Nederland ontwikkelt zich tot parlementaire democratie. Zijn opvolger, de impopulaire Willem III wiens bijnaam ‘Koning Gorilla’ luidde, zorgt niet bepaald voor een positief beeld van de monarchie. “Toch stond het voortbestaan van het instituut eigenlijk nooit ter discussie”, zegt Van Maarseveen. “Met de koloniale expansie groeide het Nederlandse zelfbewustzijn en de nationale trots. Beïnvloed door de Romantiek werden de helden van weleer opnieuw vereeuwigd, bijvoorbeeld als standbeeld, zoals dat van Willem van Oranje te paard tegenover Paleis Noordeinde.” Drie vorstinnen
De 20ste eeuw was van de vorstinnen: Wilhelmina, Juliana en Beatrix. De industriële revolutie, de modernisering en de democratisering van de samenleving veranderden hun rol en maakten het ko082
–
vernis # 04
09
In de 19de eeuw vond men het tijd de eeuwenlang beschreven en geschilderde heldhaftigheid der Oranjes te bekronen ningschap vooral tot een ceremoniële functie. Er kwam meer tijd voor andere dan staatszaken. Van Maarseveen neemt ons mee naar het kantoorgedeelte van het paleis. Hier hangen onder meer werken van de hand van Wilhelmina, zoals een landschap van een fjord in Noorwegen. “Wilhelmina schilderde vooral landschappen. Op Het Loo, in Noorwegen of in de duinen. Ze schilderde soms ook ’s nachts, bij volle maan. En ze had talent, dat werd herkend toen ze in 1932 werd toegelaten als lid van het Haagse schilderkunstig genootschap Pulchri Studio.” Met haar grove streken heeft de vorstin zich duidelijk laten beïnvloeden door
Thérèse Schwartze (1851-1918), de Amsterdamse schilderes die de beau monde van Nederland en verschillende leden van het koningshuis portretteerde, waaronder koningin-moeder Emma, Wilhelmina, en later ook Juliana als kind. Van Juliana weten we dat ze wel eens tekende en schilderde, maar Beatrix was veel intensiever met kunst bezig. De kunstzinnige aspiraties van de Oranjes bleven meestal privé, vertelt Van Maarseveen. “Beatrix doet aan beeldhouwen. Bij uitzondering maakte ze het beeldje voor de 09
Prins Hendrik (Maria Margaretha van Rees, 1936).
museum
Paleis Het Loo
stichting Jantje Beton en boetseerde ze ook De Appeltjes van Oranje voor het Oranjefonds. En in 2000 was ze gastconservator van het Rijksmuseum en toonde ze een voorkeur voor abstracte kunst.” Het beroemdste kunstwerk uit de 20ste eeuw met een Oranje in de hoofdrol is wellicht de serie zeefdrukken van Andy Warhol. In 1985 portretteerde hij de vier regerende vorstinnen van dat moment: Beatrix, Elizabeth II van Groot-Brittannië, Margarethe van Denemarken en koningin-regentes Ntombi van Swaziland. “Paleis Het Loo heeft in 1986 de — zeldzame — Royal Edition van deze reeks gekocht, met contourlijnen die zijn afgezet met diamantstof”, vertelt Van Maarseveen. “Warhol zei later dat hij met het
portret van Beatrix het meeste plezier had beleefd — ze was ‘the best-looking of the bunch.’ ” Een nieuwe koning
Met Willem-Alexander I en Máxima breekt er een nieuwe tijd aan voor het koningshuis. En voor de detailhandel, want rondom de troonswisseling gaan de herdenkingsproducten als warme broodjes over de toonbank. Dat is overigens van alle tijden. Bij elke troonsopvolging worden er herdenkingsborden, -serviezen, -munten en -zegels gemaakt. Sommige spullen hebben antiquarische waarde, andere zijn al populaire collectors’ items geworden. Daarnaast moeten de staatsieportretten van Beatrix in alle ambtelijke ruimten worden vervangen voor die van
Willem-Alexander en Máxima. Liet Beatrix zich officieel portretteren door kunstenaars als Marthe Röling en Jeroen Henneman, het nieuwe vorstelijke paar zal ongetwijfeld voor kunstenaars van de eigen generatie kiezen. Dat kan een schilder zijn, maar noodzakelijk is dat niet. Máxima heeft zich al eens laten vereeuwigen door fotograaf Erwin Olaf. Hoe dan ook, het moet wel iemand zijn die de magie begrijpt. Want de Oranjes kunnen hun mythe alleen handhaven, als ze ons keer op keer weten te betoveren. Of dat is gelukt, weten we als we over enkele decennia Paleis Het Loo bezoeken. Paleis Het Loo, Koninklijk Park 1, Apeldoorn (www.paleishetloo.nl)
Kunsthandel Inez Stodel period jewellery - antiques Nieuwe Spiegelstraat 65 - 1017 DD Amsterdam www.inezstodel.com * info@inezstodel.com
Een paar uitzonderlijke girandole oorbellen van zilver met roosdiamanten, Portugal, 18e eeuw. (ware grootte)
profiel
Ivo Bouwman
‘herkomst: ivo bouwman’ tekst
Marita Smit
beeld
Gemeentemuseum Den Haag
Ter gelegenheid van het 40-jarig jubileum van kunsthandelaar Ivo Bouwman kwam een bijzondere gelegenheidstentoonstelling tot stand: vijfentwintig meesterwerken uit het fin de siècle, voor het eerst samen in het Gemeentemuseum Den Haag.
Vele werken van Van Gogh, Monet, Isaac Israels, Van Dongen, Jongkind en Breitner gingen door zijn handen en verlieten hun tijdelijke opslag met het predicaat ‘Herkomst: Ivo Bouwman’. Bij het grote publiek verwierf hij bekendheid als expert bij het televisieprogramma Tussen kunst en kitsch. En de kunsthandelaar, beëdigd taxateur en vooral specialist op het gebied van Nederlandse en Franse kunst uit het fin de siècle, zit dit jaar veertig jaar in het vak. Sluijters 01
084
–
vernis # 04
Op zijn zestiende koopt Ivo Bouwman zijn eerste kunstwerk. Hij loopt mee met Hans Cramer, handelaar in oude meesters, en bezoekt tentoonstellingen. Maar het is een bevlogen lerares kunstgeschiedenis op de Koninklijke Academie die hem inspireert voor de kunsthandel te kiezen. Als assistent van Cramer reist hij vervolgens de wereld over om zijn oog te oefenen op veilingen, in musea en galeries. In 1972 be-
02
gint hij voor zichzelf. Zijn zaak neemt een grote vlucht, onder andere dankzij een grote tentoonstelling over Jan Sluijters, één van de vele beroemde schilders die een rol zullen spelen in zijn leven.
profiel
Ivo Bouwman
03
Kwaliteit
Naar aanleiding van Bouwman’s 40-jarig jubileum heeft het Gemeentemuseum Den Haag hem gevraagd van de topstukken die hij in de loop der jaren heeft verkocht, een selectie te maken. Daar zitten pareltjes bij, zoals Kustlandschap in Normandië (Claude Monet), twee prachtige portretten van Kees van Dongen en een klein, maar prachtig werk van G.H. Breitner: Drie schoolmeisjes. Andere grote namen: J.B. Jongkind, Jan Toorop, Marc Chagall en Jan Sluijters. Doede Hardeman is conservator Moderne Kunst van het museum en erg enthousiast over de gelegenheidstentoonstelling. “Door de jaren heen heeft Ivo Bouwman prachtige werken verkocht. Schilderijen van een kwaliteit die je nu zelden in de handel tegenkomt. Neem bijvoorbeeld Les femmes qui s’embrassent van Jan Sluijters. Schilderijen als deze verdwijnen in de loop der jaren veelal in museale collecties — dit doek ook: het is aangekocht door het Van Gogh Museum.” Een andere persoonlijke favoriet is het schilderij Vrouw met perzik van Leo Gestel. “Een schit01 Ivo Bouwman terend voorbeeld tijdens de TEFAF, van vroeg moderdit jaar. nisme in Neder02 land.” Leo Gestel Ondanks de (1881-1941): warme banden tus‘Vrouw met perzik’. sen Bouwman en 03 het museum, heeft Kees van Dongen hij hun nooit iets (1877-1968): ‘De verkocht. “Wij koblauwe japon’. pen kunst als de 04 kunstenaars nog Kees van Dongen: keven”, zegt de ‘Femme rose sur conservator. “Maar fond rouge’. we zijn ontzettend blij dat we deze fantastische schilderijen kunnen tonen.” de tentoonstelling ‘Herkomst: Ivo Bouwman’ is nog T/m 12 mei 2013 te zien in het Gemeentemuseum Den Haag 04
(www.gemeentemuseum.nl)
vernis # 04
–
085
wij wensen het rijksmuseum & het noordbrabants museum een wervelende opening!
Slingervazen, China, Kangxi Periode, ca. 1720
Nachtegaalslaantje 1 ’s-Hertogenbosch Tel . +31 (0)73 - 614 62 51 www.vanderven.com info@vanderven.com
porcelain • terracotta • works of art
rubriek
Items op wit
De kunsthandel is van oudsher een bron van inspiratie. Oud en nieuw, rijp en groen, door Vernis op thema gerangschikt en tegen neutrale achtergrond voor de eeuwigheid vastgelegd. Voor deze editie werd gekozen voor de thema’s ‘Floraal’, ‘Oranje boven’ en ‘Amestelledamme’.
items op wit fotogr afie
Maxim Meekes
styling
Rogier Corbeau
productie
Caroline Eschbach en Jettie Rozemond
vernis # 04 –
087
rubriek
Items op wit
2
1
6
3
4
5
Van links naar rechts: 1 Van Nie Antiquairs ‘Petit Feu’ Kraankan met figuratief teken van fabriek ‘De Roos’, Delft c. 1740, polychroom Delfts aardewerk, H 32 cm, €34.000 2 Bruil & Brandsma Works of Art Tulp met vlinder, Nederlanden, eind 17de eeuw, inkt en aquarel op papier, 24,5 x 15 cm (exclusief lijst), €8.500 3 Vanderven Oriental Art ‘famille verte’-pul met deksel, China, Kangxi-periode (1662-1722), porselein met tinnen montuur, H 17,3 cm, prijs op aanvraag 4 Verbeek Schuttelaar Broche Belles Feuilles ‘Van Cleef & Arpels’, Frankrijk, 1956, 18-karaat geelgoud, diamant, saffier en smaragd, de diamant is briljantgeslepen, 5 x 8 cm, €19.000 5 Frides Laméris Kunst- en Antiekhandel Twee tafelversieringen die deel uitmaakten van een tuin waarmee in de 18de eeuw tijdens diners tafels werden versierd, Venetië, derde kwart 18de eeuw, glas in verschillende kleuren, hout en ijzerdraad, H 8,5 cm, prijs op aanvraag 6 firma p. Hoogendijk Een paar Kwam Yin-kandelaars, China, Qianlong-periode (1736-1795), monturen
088
–
vernis # 04
rubriek
Items op wit
Floraal De mens houdt van bloemen en laat zich er graag door inspireren. Dat is nauwelijks aan tijd, plaats of cultuur gebonden, zoals deze bloemlezing laat zien...
9
7
12
8
10
11
tweede helft 18de eeuw, porselein en brons, H 30,5 cm, €50.000 7 Kunstconsult Plateel vaas met rozendecor van Theo Colenbrander voor plateelfabriek RAM, 1920-1922, keramiek, H 26 cm, €3.500 8 A. Aardewerk Antiquair Juwelier Zilveren bierpul van Johannes Schiotling, Amsterdam 1770, H 22 cm, 1.529 gram, prijs op aanvraag 9 Douwes Fine Art Bloemstilleven van Jacques de Claeuw (c.1620-Dordrecht na 1689), olieverf op paneel, B 22,5 x H 20 cm, €24.000 10 Gude Antique clocks Carriageclock gesigneerd H.L. (waarschijnlijk Henry- Lepaute), Frankrijk, 1870, email cloisonné, HxBxD 18 x 10,2 x 8,7 cm, €12.500 11 A. Aardewerk Antiquair Juwelier Diamanten bloembroche, Frankrijk, c. 1860 zilver op goud bezet met briljant oud slijpsel, ø 5,2 cm, prijs op aanvraag 12 Robert Schreuder Antiquair Paar kandelaars in vaasvorm met drie bloemtakken (Frankrijk of Zweden) c. 1780, vuurverguld en gepatineerd brons met wit marmer H 37 cm, €6.200
vernis # 04 –
089
rubriek
Items op wit
Oranje boven Niet altijd waren de Oranjes even populair, maar in zware tijden werden ze als helden en bevrijders ontvangen, ook buiten de grenzen van hun rijk...
7 3 6
2
5
8 1
4
Van links naar rechts: 1 Jan Beekhuizen kunst en antiekhandel Gegraveerd glas met wapen van Willem van Oranje, Duitsland, derde kwart 18de eeuw, sodaglas H 19 cm, €2.500 2 Kunstconsult Door Cris Agterberg ontworpen jubileumbeker t.g.v. 25-jarig regeringsjubileum van Koningin Wilhelmina, 1923, glas en emailverf, H 11 cm, €450 3 Kunstconsult Oranjevaas, ontworpen door A.D. Copier voor Glasfabriek Leerdam. in 1926, het jaar waarin Koningin Wilhelmina en Prins Hendrik hun zilveren huwelijksfeest vierden, werd het eerste oranje vaasje uitgebracht. bij die gelegenheid verscheen ook deze vaas in kleine oplage. H 25,5 cm, €2.100 4 Robert Schreuder Antiquair Bronzen leeuw met sporen van oude vergulding op roodmarmeren sokkel, Frankrijk, c. 1800, H 15,5 cm x B 23 cm, €1.950 5 Frides Laméris Kunst- en Antiekhandel Gelegenheidsglas om te drinken op Willem V (1748-1806), gesigneerd door Jacob Sang, Nederland of Engeland, loodglas met radgravure (Amsterdam 1757), H 19 cm, prijs op aanvraag 6 Frides Laméris Kunst- en Antiekhandel Gelegenheidsglas om te drinken op Willem V en zijn vrouw Wilhelmina van Pruisen (1751-1820), gesigneerd I. Spaan 1787, loodglas Engels, 1690-1700, diamantlijngravure Nederlands, 1787, H 15,2 cm, prijs op aanvraag 7 Frides Laméris Kunst- en Antiekhandel Gelegenheidsglas om te drinken op de gezondheid van stadhouder
090
–
vernis # 04
rubriek
Items op wit
10
13
12
9
11
Willem III (1650-1702) en de Zeven Verenigde Provinciën, Nederlands glas met Nederlandse gravure 1672-1689, kristallijn met radgravure, H 19,8 cm, prijs op aanvraag 8 Aronson Antiquairs Portretbord, Delft, 1749, aardewerk, ø 22,3 cm, €8.750 9 Vanderven Oriental Art zegel van jade met de met de karakters van Keizer Guangxu (1875-1908), China, eind 19de eeuw, HxBxD: 10 x 11 x 11 cm, prijs op aanvraag 10 Antiquariaat FORUM boek in kalfsleer met goudversierde rug, getiteld ‘Komste van Zyne Majesteit Willem III. Koning van Groot Britanje, enz. in Holland; ofte Omstandelyke Beschryving van alles, het welke op des zelfs komste en geduurende Zyn verblyf, in ’s Graavenhaage en elders, ten teeken van vreugde en eere, is opgerecht en voorgevallen’, Govert Bidloo / Romeyn de Hooghe, Den Haag, 1691, B 26,5 x H 41,5 cm, €5.850 11 Vanderven Oriental Art een paar peervormige porseleinen vazen met ijzerrode spiraaldecoratie, China, Kangxi periode (1662-1722), c. 1720, porselein, H 25,2 cm, prijs op aanvraag 12 Jan Beekhuizen Kunst en Antiekhandel tinnen drinkbeker met William en Mary door Andreas Rentrop, Amsterdam, 1711-1728, H 14,9 cm, €1.500 13 Ruben Aardewerk Antiques Portret-miniatuur van Martinus Verbrugge (1802-1888), aquarel op ivoor in een zwart houten lijstje met verguld metalen binnenrand, Nederland, c. 1832, ø portretje 7,5 cm, lijstje 14 x 13,5 cm, €875
vernis # 04 –
091
rubriek
Items op wit
2
1
4 3
Van links naar rechts: 1 Bruil & Brandsma Works of Art Laat 19de-eeuwse Amsterdamse lantaarn van blik, H 41 cm, €450 2 Inter-Antiquariaat Mefferdt & De Jonge kopergravure van Cornelis Brouwer naar het ontwerp van Jurriaan Andriessen, getiteld ‘Het te water loopen, der drie scheepen, van de werff der Oostindische Compagnie te Amsterdam, op den 2de July 1783’, uitgegeven door P. Yver, F.W. Greebe en J.W. Smit, 1783, HxB 35 x 44,5 cm, €1.350 3 A. Aardewerk Antiquair Juwelier Zeldzame terrine met onderschotel, Johannes Schiotling, Amsterdam, 1786, gegoten zilver met gedreven hoogte van 13,5 cm, prijs op aanvraag 4 Mathieu Hart Antiquiteiten Delftse hengselbak met portret van Jan Wagenaar, Delft, c. 1766, faïence LxBxH 30 x 22 x 10 cm, €7.800 5 A. Aardewerk Antiquair Juwelier Zilveren wijnkan Martinus Logerath, Amsterdam, 1780, H 29,5 cm, gewicht 1.142 gram, prijs op aanvraag 6 Kunsthandel Jacques Fijnaut Zilveren kaarsensnuiter in standaard, Jacob van den Bergh II, Amsterdam, 1700, H 20 cm, prijs op aanvraag 7 Frides Laméris Kunst- en Antiekhandel Gelegenheidsglas om een dronk mee uit te brengen op
092
–
vernis # 04
rubriek
Items op wit
Amestelledamme De stad die ooit begon als dam, heeft zich in de ruim zeven eeuwen van haar bestaan op velerlei vlak bewezen. Ze bloeit en groeit, vrijwel onafgebroken…
5 8
12 10
7
9 6 11
‘HET WELVAREN VAN DE PRINSSEGRAFS BUERT 27-10-1771’, Nederlands of Engels loodglas met Nederlandse diamantlijngravure, H 18,3 cm, prijs op aanvraag 8 Kunstzalen A. Vecht Glazen bokaal met gegraveerd Westerkerk te Amsterdam, eerste helft 18de eeuw, H 25,2 cm, €7.500 9 Frides Laméris Kunst- en Antiekhandel Gelegenheidsglas om een dronk uit te brengen op het Amsterdamse doktersgezelschap ‘Uno Animo’, Nederlands of Engels loodglas met Amsterdamse radgravure, derde kwart 18de eeuw, H 22 cm, prijs op aanvraag 10 Frides Laméris Kunst- en Antiekhandel Gelegenheidsglas om een dronk mee uit te brengen op het Amsterdamse echtpaar Van de Stadt, toegeschreven aan Jacob Sang (Erfurt c.1720-Nigtevecht 1786, werkend in Amsterdam van 1748-1785), inscriptie ‘J. Sang fec. 1757’, Engels of Nederlands loodglas met Amsterdamse radgravure, H19,8 cm, prijs op aanvraag 11 Jan Beekhuizen Kunst en Antiekhandel Tinnen maatkan van de hand van Andries Jildens, Amsterdam, 1776-1797, H 24,6 cm, €9.500 12 Aronson Antiquairs Tabakspot van aardewerk van De Drie Klokjes, Delft, c. 1845, H 28,3 cm zonder deksel, €5.750
vernis # 04 –
093
RUBRIEK
Boeken
Wat lezen professionals, verzamelaars en natuurlijk ook de geïnteresseerde leek? Een overzicht van naslagwerken die de laatste tijd aan het firmament verschenen.
boeken met dank aan
Caroline Eschbach
A collection of filigrana glass Kitty Laméris uitg.: Frides Laméris €20
Er is al veel over 16de- en 17de-eeuws filigraanglas geschreven. Toch weet de auteur een aantal nieuwe elementen toe te voegen. Niet alleen omdat veel teksten voor het eerst uit het Italiaans in het Engels zijn vertaald, maar ook omdat ze ontdekte dat bepaalde technieken pas rond 1700 werden gebruikt, hetgeen nieuwe mogelijkheden biedt om filigraan glas te dateren.
101 Netsuke Ton & Mies Becker uitg.: Meijering Art Books
Cultuurgoederen, een praktische handleiding
IS B N 9 7 8 9 0 7 9 9 2 0 0 2 0 , €95
Antoon ott u i t g . : k v h o k , IS B N 9 7 8 9 4 9 0 7 8 2 0 6 1 , € 2 4 , 9 5 . T e b e s t e ll e n v i a i n f o @ k v h o k . n l
Met het vervoer, de handel en het bezit van kunstvoorwerpen zijn tal van nationale en internationale regels gemoeid. Hoe unieker het voorwerp, des te strenger de regels. Voor musea, vervoerders, handelaren of verzamelaars is lang niet altijd duidelijk wanneer je een object mag uitvoeren en aan welke voorwaarden moet worden voldaan. Vandaar het initiatief van de KVHOK tot deze publicatie, waarin ook voor niet-juristen wet- en regelgeving op een begrijpelijke manier worden behandeld. 094
–
vernis # 04
In de afgelopen 15 jaar wisten de auteurs — gepensioneerde artsen met een passie voor kunst en kunstvoorwerpen India, Nepal, Tibet, China en Japan — een grote collectie Japanse gordelknopen bij elkaar te brengen. In dit boek nemen ze 101 topstukken uit hun ‘netsuke’-verzameling onder de loep, met nadruk op vakbekwaamheid en schoonheid. Tweetalige uitgave met verzorgde fotografie.
RUBRIEK
Boeken
The Atlas Blaeu-Van der Hem of the Austrian National Library (facsimile) J o a n B l a e u / La u r e n s v a n d e r H e m u i t g . : h e s & d e g r aa f ( 2 0 1 1 ) , v i a a n t i q u a r i aa t f o r u m p r i j s o p aa n v r aa g
Het origineel van de even unieke als kostbare Atlas Blaeu-Van der Hem wordt bewaard in de Österreichische Nationalbibliothek in Wenen. Deze door Laurens van der Hem (1621-1678) onder meer met een verzameling originele VOC-kaarten uitgebreide versie van Joan Blaeu’s Atlas Maior (verschenen tussen 1660 en 1663) is de enige collectie in zijn soort die intact is overgeleverd vanuit de 17de eeuw. In 2004 werd de Atlas opgenomen in de Memory of the World Register van de Unesco. Deze schitterende en tot slechts honderd exemplaren gelimiteerde facsimile maakt het werk voor een breder publiek bereikbaar. Deze serie bestaat uit acht banden van 58 x 44 cm, gebonden in vellum en in vier drukgangen (inclusief een gouddruk) vervaardigd op Mellotext Natural White papier.
Engraving and Etching Ad Stijnman u i t g . : h e s & d e g r aa f ISBN 978 90 6194 591 8 €150
Dit boek is de weerslag van meer dan een kwart eeuw onderzoek door de auteur naar de geschiedenis van alle aspecten van manuele diepdruktechnieken, vanaf de uitvinding rond 1430-1440 tot nu. In NRC schreef Paul Steenhuis dat “Stijnman met deze omvangrijke studie een nieuw internationaal standaardwerk voor de geschiedenis van de manuele diepdruk [heeft] geschreven.” In het Engels.
Dordts en Weerter Tin J.F.H.H. Beekhuizen uitgegeven in eigen beheer info@janbeekhuizen.nl €45
Jan Beekhuizen is antiekhandelaar en voorzitter van de Nederlandse Tin Vereniging. Zijn specialisme leidde tot diverse publicaties, waaronder dit boekwerk over twee privéverzamelingen met respectievelijk Dordts en Weerter tin. In het boek zijn twaalf stuks Dordts en drieëntwintig stuks Weerter tin opgenomen, beide collecties met merken. In totaal 134 pagina’s full-colour. vernis # 04
–
095
Ledenlijst
Alle contactgegevens van de leden der Koninklijke Vereeniging van Handelaren in Oude Kunst in Nederland, plus informatie over hun specialisme. amsterdam
Bruil & Brandsma works of art
Algemeene Ethnograficaen Kunsthandel Aalderink
nieuwe spiegelstraat 68 1017 DH Amsterdam 020-4207359 bbc@chello.nl www.bb-art.com kunst uit Middeleeuwen en Renaissance, volkskunst
Spiegelgracht 15 1017 JP Amsterdam 020-6230211 info@aalderinkorientalart.nl www.aalderinkorientalart.nl Aziatische kunst, etnografica, Pre-Columbiaanse kunst
Archea Ancient Art Nieuwe Spiegelstraat 37 1017 DC Amsterdam 020-6250552 info@archea.nl www.archea.nl archeologie
E.H. Ariëns Kappers Prinsengracht 677 1017 JT Amsterdam 020-6235356 info@masterprints.nl www.masterprints.nl oude (Japanse) prenten, land- en zeekaarten
Gallery Delaive Modern and Contemporary Art Spiegelgracht 23 1017 JP Amsterdam 020-6259087 gallery.delaive@wxs.nl www.delaive.com moderne en hedendaagse kunst
Douwes Fine Art (anno 1805) Stadhouderskade 40 1071 ZD Amsterdam 020-6646362 info@douwesfineart.com www.douwesfineart.com Oude Meesters, 19de- en 20steeeuwse schilderijen
Aronson Antiquairs
Kunsthandel Jacques Fijnaut
Nieuwe Spiegelstraat 39 1017 DG Amsterdam 020-6233103 mail@aronson.com www.aronson.com Delfts aardewerk
Nieuwe Spiegelstraat 31 1017 DC Amsterdam 020-6256374 office@kunsthandelfijnaut.nl www.kunsthandelfijnaut.nl algemeen antiquair
Kunst en Antiekhandel Jan Beekhuizen
Foumani Persian Gallery
Nieuwe Spiegelstraat 49 1017 DD Amsterdam 020 6263912 info@janbeekhuizen.nl www.janbeekhuizen.nl Europees tin, sculpturen, volkskunst
J.P. Beeling Van Eeghenstraat 20 1071 GG Amsterdam 06-24905541 jp@beeling.nl Aziatisch porselein)
Kunsthandel P. de Boer Herengracht 512 1017 CC Amsterdam 020-6236849 06-21520044 info@kunsthandelpdeboer.com www.kunsthandelpdeboer.com Oude Meesters
Borzo Kunsthandel Keizersgracht 516 1017 EJ Amsterdam 020-6263303 06-53163808 paul@borzo.com www.borzo.com moderne en hedendaagse kunst
096
–
vernis # 04
Peter Korf de Gidts Antiquair
Kunsthandel Peter Pappot
Marjan Sterk Antiquair-Juwelier
Brouwersgracht 869 1015 GK Amsterdam 020-6252625 korfdegidts@xs4all.nl glas, aardewerk, porselein
Nieuwe Spiegelstraat 30-34 1017 DG Amsterdam 020-6242637 info@pappot.com www.peterpappot.com 19de- en 20ste-eeuwse schilderijen
Nieuwe Spiegelstraat 63 1017 DD Amsterdam 020-6248703 info@marjansterk.nl www.marjansterk.nl juwelen, zilver
Frides Laméris Kunst en Antiekhandel Nieuwe Spiegelstraat 55 1017 DD Amsterdam 020-6264066 info@frideslameris.nl www.frideslameris.nl glas, aardewerk, (Aziatisch) porselein
Kunsthandel Frans Leidelmeijer Lijnbaansgracht 369H 1017 XB Amsterdam 020-6254627 frans@leidelmeijer.nl www.leidelmeijer.nl Art Nouveau, Art Deco, 20ste-eeuws design
Inter-Antiquariaat Mefferdt & De Jonge Bernard Zweerskade 18 1077 TZ Amsterdam 020-6640841 interantiquariaat@chello.nl www.inter-antiquariaat.nl antiquarische boeken, tekeningen, prenten, land- en zeekaarten
Joseph M. Morpurgo
Beethovenstraat 107A 1077 HX Amsterdam 020-6797430 info@foumani.com www.foumani.com tapijten, kelims
Herengracht 119 (rechter deur) 1015 BG Amsterdam 020-6235883 j.m.morpurgo@wafelman.nl www.antiqueartmorpurgo.com algemeen antiquair, Aziatische kunst
Gude antique clocks
Jan Morsink Ikonen
Overtoom 150 1054 HP Amsterdam 020-6129742 lars@gude.nl www.gudeantiqueclocks.com klokken, barometers, instrumentaria
Keizersgracht 454 1016 GE Amsterdam 020-6200411 info@morsink.com www.morsink.com ikonen
Mathieu Hart antiquiteiten sinds 1878
Van Nie Antiquairs
Polak Works of Art Spiegelgracht 3 1017 JP Amsterdam 020-6279009 jeanine.p20@gmail.com www.fineartdealers.info/ jaappolak Aziatische kunst, etnografica
Premsela & Hamburger Rokin 98 1012 KZ Amsterdam 020-6275454 wiet@premsela.com www.premsela.com juwelen, goud, zilver
Antiquair Van Rossum & Co. Amsterdam 020-6221010 antiquair@vanrossumco.nl algemeen antiquair
Kunsthandel Rueb
Kunsthandel Inez Stodel Nieuwe Spiegelstraat 65 1017 DD Amsterdam 020-6232942 inez@inezstodel.com www.inezstodel.com juwelen
Salomon Stodel Antiquités Rokin 70 1012 KW Amsterdam 020-6231692 stodel@wxs.nl www.salomonstodel.com algemeen antiquair
Kunstzalen A. Vecht Nieuwe Spiegelstraat 40 1017 DG Amsterdam 020-6234748 a.vecht@planet.nl www.vecht-worksofart.nl algemeen antiquair
Verbeek-Schuttelaar
Banstraat 4 1071 JZ Amsterdam 020-6767566 E info@rueb.nl www.rueb.nl 20ste-eeuwse schilderijen
Keizersgracht 642 1017 ES Amsterdam 020-3304343 am@verbeekschuttelaar.nl www.verbeekschuttelaar.nl juwelen, zilver
Paul Rutten Asiatic & Tribal Art
Dr. A. Wieg Fine Art
Keizersgracht 574 1071 BN Amsterdam 020-6277057 paulrutten@asiatic-art.nl www.asiatic-art.nl Aziatische kunst, etnografica
Kunsthandel Schlichte Bergen P.C. Hooftstraat 53 1071 BN Amsterdam 020-6751701 schlicht@xs4all.nl Oude Meesters
Robert Schreuder Antiquair
Rokin 122 1012 LC Amsterdam 020-6231658 mhart@xs4all.nl www.hartantiques.com algemeen antiquair
Keizersgracht 600 1017 EP Amsterdam 020-6261594 info@vannieantiquairs.com I www.vannieantiquairs.com algemeen antiquair
Ceintuurbaan 368HS 1073 EL Amsterdam 020-6754867 info@robertschreuder.nl www.robertschreuder.nl Grand Tour souvenirs, 18de- en 19de-eeuwse meubelen
Kunsthandel Frans Jacobs
Noortman Master Paintings
Leslie Smith Gallery
The Terraze Building Emmy Andriessestraat 582 1087 NE Amsterdam 020-6381729 info@jacobsfineart.com www.jacobsfineart.com 20ste- en 21ste-eeuwse schilderijen
Van Eeghenstraat 82 1071 GK Amsterdam 020-3332222 info@noortman.com www.noortman.com Oude Meesters, 19de- en 20ste-eeuwse schilderijen
Minervaplein 10H 1077 TP Amsterdam 020-6265945 info@lesliesmith.nl www.lesliesmith.nl 19de- en 20ste-eeuwse schilderijen, hedendaagse Aboriginal kunst
Minervalaan 77-1 1077 NT Amsterdam 020 6762094 wiegfineart@gmail.com oude meesters, 19de- en 20ste-eeuwse schilderijen
Kunsthandel M. Zilverberg Rokin 60 1012 KV Amsterdam 020-6259518 info@miekezilverberg.com www.miekezilverberg.com archeologie, antieke numismatiek
NOORD-HOLLAND (overigE) John Endlich Antiquairs Spekstraat 10 2011 HM Haarlem 023-5320274 info@johnendlich.nl www.johnendlich.nl zilver
Fontijn Antiek Stellingmolen 51 1444 GV Purmerend 0299-436493 mfontijn@chello.nl www.fontijnantiek.com barometers
Ledenlijst Firma P. Hoogendijk
Firma S. van Leeuwen
Jacob J. Roosjen, SRI®
Amsterdamsestraatweg 31 1411 AW Naarden 035-5420459 info@phoogendijk.nl www.phoogendijk.com algemeen antiquair
Noordeinde 164-164A 2514 GR ‘s-Gravenhage 070-3653907 alexander@vanleeuwenantiquairs.nl www.vanleeuwenantiquairs.nl 17de- en 18de-eeuws antiek, (Aziatisch) porseleinDirk en
Eendrachtlaan 33 3621 DD Breukelen 06-53268280 jacob.roosjen@gmail.com www.jacobroosjen.com www.silverresearchinstitute.com zilver
Gallery Rob Kattenburg Eeuwigelaan 6 1861 CM Bergen 072-5895051 info@robkattenburg.nl www.robkattenburg.nl marineschilderijen, -tekeningen, -prenten
D.A. Kinébanian Graaf Willem de Oudelaan 123 1412 AR Naarden 035-6953002 kinebanian@telfort.nl tapijten
Kunstconsult Fort a/d Middenweg Zuiddijk 13-fort 1461 EB Zuidoostbeemster (Beemster) 0299-690858 info@kunstconsult.nl www.kunstconsult.nl Art Nouveau, Art Deco, 20ste-eeuws design
Tóth Ikonen botterwijnseweg 1 1272 EG HUIZEN 06-53468236 info@tothikonen.com www.tothikonen.com ikonen
Kunsthandel E.J. van Wisselingh & Co
Dirk-Jan Limburg Denneweg 45 2514 CD ‘s-Gravenhage 070-3455103 limburgantiquairs@casema.nl www.limburgantiquairs.com algemeen antiquair
Simons Juweliers Plaats 16 2513 AE ‘s-Gravenhage 070-3658800 info@simonsjuweliers.nl www.simonsjuweliers.nl juwelen
zuid-HOLLAND (overigE) Ruben Aardewerk Antiques Zwaluwlaan 9A 2261 BP Leidschendam 070-4190575 ruben@aardewerkantiques.com www.aardewerkantiques.com 17de-, 18de- en 19de-eeuwse kunstvoorwerpen en verzamelobjecten
Adriaan Groenewoud Antiquiteiten & Oude Kunst Aelbrechtskolk 3B 3025 HA Rotterdam 010-4258011 info@adriaangroenewoud.nl www.adriaangroenewoud.nl 16de-, 17de- en 18de-eeuwse meubelen
Kunsthandel F.A. Enneking
’s-Gravenhage
Hotei Japanese Prints
Jan van Nassaustraat 76 2596 BV ‘s-Gravenhage 070-3240987 silver@aardewerk.com www.aardewerk.com zilver, juwelen
Kunsthandel Ivo Bouwman Jan van Nassaustraat 80 2596 BW ’s-Gravenhage 070-3283660 info@ivobouwman.nl www.ivobouwman.nl 19de- en 20ste-eeuwse schilderijen
Hoogsteder & Hoogsteder Lange Vijverberg 15 2513 AC ‘s-Gravenhage 070-3615575 info@hoogsteder.com www.hoogsteder.com Oude Meesters
Bernard C.M. Grijpma Kunst en Antiek Gedempte Zuiderdiep 121-123 9711 HE Groningen 050-3137703 info@grijpmaantiek.nl www.grijpmaantiek.nl antieke wapens, nautica, zilver
Marevista 22 2202 BX Noordwijk 071-3647645 Oude Meesters Rapenburg 19 2311 GE Leiden 071-5143552 ukiyoe@xs4all.nl www.hotei-japanese-prints.com Japanse prenten, schilderkunst en boeken
Kunsthandel Pieter Overduin Dorpsstraat 28 3381 AG Giessenburg 0184-652652 info@kunsthandelpieteroverduin.nl www.kunsthandelpieteroverduin.nl 19de- en 20ste-eeuwse schilderijen
UTRECHT Antiquariaat Forum “westrenen” Tuurdijk 16 3997 MS ’t Goy Houten 030-6011955 info@forumrarebooks.com www.forumrarebooks.com antiquarische boeken, land- en zeekaarten
Kastanjelaan 38 6828 GM Arnhem 026-4422009 antiques@petervanos.com www.petervanos.com algemeen antiquair
Simonis & Buunk Kunsthandel Notaris Fischerstraat 30 6711 BD Ede 0318-652888 info@simonis-buunk.nl www.simonis-buunk.nl 19de- en 20ste-eeuwse schilderijen
DRENTHE Wijermars Fine Art
Baan 41 2012 DC Haarlem 023-5310505 wdewinter@wisselingh.com www.wisselingh.com 19de- en 20ste-eeuwse schilderijen en tekeningen
A. Aardewerk Antiquair Juwelier
GRONINGEN
Peter van Os Antiques & Fine Art
Dorpsstraat 10 7957 AV De Wijk 0522-440170 info@wijermars.com www.wijermars.com sculpturen
OVERIJSSEL Heutink Ikonen Ahnemstraat 21 8043 RE Zwolle 038-4659524 heutinkikonen@gmail.com www.heutinkikonen.nl ikonen
Firma Jan Ruitenberg Spoorstraat 1 8012 AV Zwolle 038-4213687 ruitenberg.antiek@hetnet.nl www.ruitenbergantiquair.com algemeen antiquair
GELDERLAND Doornhof Antiquairs Schapenhoek 12/14 3841 BM Harderwijk 0341-421015 pdoorn12@caiway.nl www.doornhofantiek.nl meubelen, Aziatisch porselein, klokken, schilderijen
Theo Daatselaar Antiquairs Oenselsestraat 50 5301 EP Zaltbommel 0418-712300 info@daatselaar.com www.daatselaar.com algemeen antiquair
De Eenhoorn Waterstraat 33 5301 AH Zaltbommel 0418-515233 aadpenders@hotmail.nl kunst uit Middeleeuwen en Renaissance, meubelen
NOORD-BRABANT Bastings & Van Tuijl Molenstraat 60 5341 GE Oss 0412-623843 bastings@bastingsantiquairs.com www.bastingsantiquairs.com aardewerk, Aziatisch porselein
Kunsthandel A.H. Bies Boschdijk 221A 5612 HC Eindhoven 040-2431377 info@kunsthandelbies.nl www.kunsthandelbies.nl 19de- en 20ste-eeuwse schilderijen
Crijns & Stender Landgoed “Oosterheide” Tilburgsebaan 1 4904 SP Oosterhout 076-5875700 m.crijns@planet.nl www.crijns.info klokken, horloges, barometers, instrumentaria
Essing Antiquairs Kerkstraat 12 5386 AC Geffen 073-5322457 wijchen@essing-antiquairs.nl www.essing-antiquairs.nl algemeen antiquair
Floris van Wanroij Fine Art Bergstraat 52 5551 AX Dommelen 040-2040596 info@floris-art.com www.floris-art.com Oude Meesters, kunst uit Middeleeuwen en Renaissance
ZEELAND Fabery de Jonge Rondweg 14 4524 KC Sluis 06-53923227 faberydejonge@hetnet.nl juwelen
LIMBURG Jan Roelofs Antiquairs & Contemporary Arts Batterijstraat 21C 6211 SE Maastricht +32(0)12-394534 info@janroelofsantiquairs.com www.janroelofsantiquairs.com algemeen antiquair
Buitenlandse leden Blue elephant Oriental Art (part of Blue Art) Oude Jekerweg 10 B-3770 Kanne (Riemst), België +41(0)78-8839887 blue.art.3@hotmail.com Aziatische kunst, archeologie
Galerie Tiny Esveld Frilinglei 9 B-2930 Brasschaat, België +32(0)3-3125190 galerie@tinyesveld.com www.tinyesveld.com Art Noveau, Art Deco, glas, meubelen
Jan van Kranendonk Duffels Jan van Rijswijcklaan 58 B-2018 Antwerpen, België +32(0)47-6466951 vankranendonkduffels@gmail.com juwelen
Limburg Glen Prosen Lodge Kirriemuir DD8 4SD Glen Prosen, Schotland +44(0)1575-540207 antiques@koos-limburg-jnr.com algemeen antiquair
Kollenburg Antiquairs Postbus 171 5688 ZK Oirschot 0499-578037 info@kollenburgantiquairs.com www.kollenburgantiquairs.com algemeen antiquair
Mentink & Roest
Vanderven Oriental Art
Molenstraat 22 4031 JS Ingen 0344-603606 info@mentinkenroest.com www.mentinkenroest.com klokken, horloges, barometers
Nachtegaalslaantje 1 5211 LE ’s-Hertogenbosch 073-6146251 info@vanderven.com www.vanderven.com Aziatische kunst
ereleden: mevrouw a. wafelmanmorpurgo de heer a.c. beeling
kijk ook op www.Kvhok.nl/leden
vernis # 04
–
097
rubriek
Toekomstantiek
Sommige steamer trunks en andere vintage koffers hebben alles in zich om gewild antiek te worden, stelt verzamelaar Yvo van Regteren Altena. Mits goed geconserveerd en in het bezit van een stamboom. tekst
Yvo van Regteren Altena
hutkoffers beeld
Collectie Menko ten Cate
In de jaren ’70 tufte ik als jonge verzamelaar van oude koffers in een vla-gele eend van nog geen vijfhonderd gulden met een paar vrienden naar Parijs. Daar viel op een vlooienmarkt mijn oog op een oude Louis Vuitton steamer trunk. De spreekwoordelijke Nederlandse handelsgeest ontbrak, want toen ik 1.200 francs bood in plaats van de gevraagde 1.500, trok de verkoper minzaam één wenkbrauw op. Dat werd dus 1.500 francs. De koffer, even duur als de
098
–
vernis # 04
eend en bijna even groot, ruilde ik vele jaren later in voor een nog fraaier exemplaar. Mijn vlooienmarkt-Vuitton bleek een waarde te vertegenwoordigen van zevenduizend euro, dertig keer meer dan ik er dertig jaar geleden voor betaalde. Mits goed geconserveerd en met pedigree — Goyard, Hermès of Vuitton — zijn koffers in de nabije toekomst handel, en ik zal u uitleggen waarom. Met een historie van meer dan anderhalve eeuw is Louis Vuitton nog altijd aan het expanderen, dwars tegen alle recessiegolven in en ongetwijfeld tot genoegen van Vuitton-baas Bernard Arnault. Om de versgeopende Aziatische flagship stores de juiste allure te verschaffen, schuimen Arnaults vazallen internationale veilingen af om de nog te openen winkels op te tuigen met vintage modellen, hetgeen de prijzen niet onberoerd laat. Voor liefhebbers van vintage luggage zonder financiële belemmeringen is Bentleys in Londen (www.bentleyslon don.com) het ultieme adres. Nederland heeft Vuitton-liefhebbers weinig te bieden, met uitzondering van Pinth Vintage Luggage (Haarlem) en Fitzroy & Everest (Kralingen). Weet overigens wel waaraan u begint met dit ‘antiek van de toekomst’. Voor de immens grote Vuitton-hutkoffer van wijlen krantenmagnaat William Randolph Hearst vragen ze bij Bentleys tegenwoordig vijftigduizend pond. De prijs van, inderdaad, een goede tweedehands Bentley.
Dirck Hals Haarlem 1591 – 1656 Haarlem A merry company playing tric-trac in an interior Oil on panel 31 x 40,5 cm
Provenance Dr. Ernst Hölscher, Mülheim His deceased sale, Berlin Lepke, 5 December 1916, lot 23 Collection Camillo Castiglioni Vienna His sale, Amsterdam Frederik Muller, 17-20 November 1925, lot 62 (3400) Private collection Italy
Gude Antieke Klokken
tijdbewaarder van Alexander Kaiser nummer 38, (103 x 25 x 16 cm), circa 1850
Gude Antieke Klokken is al sinds 1980 toonaangevende op het gebied van antieke klokken en barometers. De collectie bestaat uit Europese klokken en barometers van de 17e t/m begin 20e eeuw en wordt gekenmerkt door hoogwaardige kwaliteit en originaliteit. Al onze klokken en barometers zijn vakkundig gerestaureerd en worden gegarandeerd.
Gude Antieke Klokken Overtoom 150 1054 HP Amsterdam Nederland Tel. +31 (0) 20 - 612 97 42 Mob. +31 (0) 653 162 962 Lars@gude.nl www.gudeantiqueclocks.com