2 minute read
NIMH: crowdsourcing project
NIMH onderzoekt koopvaardijkaarten
Het is voor veel mensen een onbekend verhaal: de inzet van de Nederlandse koopvaardij tijdens de Tweede Wereldoorlog. Vlak voor het uitbreken van de oorlog zijn ruim 32.000 personen in dienst van de Nederlandse handelsvloot. Tijdens de Duitse inval in mei 1940 bevindt het merendeel van deze vloot zich buitengaats. De instelling van de Vaarplicht ontneemt bemanningen elke keuzemogelijkheid: ze worden verplicht door te blijven varen.
Advertisement
Wie zijn deze mannen die met gevaar voor eigen leven blijven varen voor de geallieerde oorlogsvoering? Het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH) zoekt samen met Netwerk Oorlogsbronnen antwoord op die vraag.
Bombardementen en schipbreuk
Na de Duitse inval in mei 1940 bevinden honderden schepen van de Nederlandse handelsvloot zich buitengaats. Van de één op andere dag maken de opvarenden ongevraagd deel uit van de oorlog. De koopvaardij gaat onvoorbereid en vrijwel onbewapend de oorlog in. Zo assisteren Nederlandse schepen vanaf mei 1940 bij operatie Dynamo, waarbij ruim 22.000 Britse en Franse troepen vanuit de Franse kustplaats Duinkerke worden geëvacueerd. Gedurende de oorlog vervoeren passagiersschepen duizenden geallieerde militairen. Andere schepen worden omgebouwd tot hospitaalschip, waar talloze patiënten een medische behandeling krijgen. Op weg naar de bevrijding ondersteunen koopvaarders in juni 1944 de geallieerde landing op de Normandische stranden. Eén van de Nederlandse bemanningsleden is Ary Romijn, kapitein van de Almkerk. Dit schip wordt op 16 maart 1941 vlak bij het West-Afrikaanse Freetown getorpedeerd en tot zinken gebracht. De bemanning weet op tijd te ontkomen, waarna een Engels schip ze twee dagen later in veiligheid brengt. Ruim een jaar later ontsnapt Romijn als kapitein van de Aagtekerk wederom ternauwernood aan de dood. Duitse bommenwerpers vallen het schip op weg naar Tobruk aan. Romijn raakt tijdens de aanval zwaargewond, maar weigert zijn post te verlaten. Als laatste man verlaat hij het schip, om vervolgens met ernstige verwondingen in het ziekenhuis te belanden. Voor zijn daden tijdens de oorlog ontvangt Romijn meerdere onderscheidingen. In 1948 wordt hij benoemd tot ridder in de Militaire Willems-Orde (vierde klasse).
Help mee!
Informatie over opvarenden zoals Romijn wordt tijdens de oorlog administratief bijgehouden op persoonskaarten. Op deze kaarten staan niet alleen demografische gegevens, maar ook bijzondere voorvallen zoals huwelijken, desertie, wangedrag of vermissing. Het NIMH beheert deze persoonskaarten in haar collectie. In samenwerking met Netwerk Oorlogsbronnen start een bijzonder crowdsourcingproject: het digitaal toegankelijk maken van ruim 65.000 koopvaardijkaarten uit de Tweede Wereldoorlog. Zo kan de zoektocht van nabestaanden en geïnteresseerden vereenvoudigd worden, en worden persoonlijke verhalen van opvarenden beter vindbaar. Ook biedt de toekomstige online database tal van mogelijkheden voor nieuw wetenschappelijk onderzoek. Dit project is afhankelijk van de inzet van vrijwilligers. Samen maken we dit belangrijke deel van het Nederlands maritiem verleden zichtbaar. Iedereen kan een bijdrage leveren aan de voortgang. Van vrijwilligers wordt gevraagd de data van de gedigitaliseerde persoonskaarten in te voeren. Meewerken kan vanuit huis, op elk gewenst tijdstip. Helpt u mee de Nederlandse koopvaardij tijdens de Tweede Wereldoorlog in kaart te brengen?
MAART 2021 – 25 CROWDSOURCING
Ridder in de Militaire Willems-Orde (vierde klasse) Ary Romijn.
NIMH
Twee koopvaardij bemanningsleden op de brug van zeer waarschijnlijk een Nederlandse Merchant Aircraft Carrier (MAC).
NIMH
Persoonskaart van de Nederlandse koopvaardij.
NIMH