15 minute read

De Roma begint aan een nieuw avontuur

2003

De Roma begint aan een nieuw avontuur

Borgerhout gaat prat op de mooiste concertzaal van Antwerpen en omstreken. Van heinde en verre komen muziekliefhebbers naar hier. Zonder De Roma zou Borgerhout niet zijn wat het vandaag is. Dat is de verdienste van vele honderden vrijwilligers die De Roma in 2003 uit zijn as deden herrijzen nadat die in 1982 de deuren had gesloten. Paul Schyvens was de drijvende kracht achter die wederopstanding. Na zijn pensioen in 2017 nam Danielle Dierckx de fakkel van hem over.

Paul Schyvens over de beginjaren van De Roma

“Toen we in 2002-2003 met De Roma begonnen, zat daar van in het begin ook een maatschappelijk idee achter. In 2002 waren er rellen geweest op de Turnhoutsebaan na de racistische moord op Mohamed Achrak in de Schapenstraat. Ook de opkomst van het Vlaams Blok zorgde voor heel wat onrust.

Geraniums

In 1997 zijn we gestart met theaterwerkplaats Rataplan in het voormalige Gildenhuis H. Anna in de Wijnegemstraat. Op de vensterbanken hadden we bloembakken met rode geraniums gezet, maar die werden er altijd afgetrokken. Toch bleven we die er opnieuw zetten. Iemand anders zette vervolgens ook een bloembak en nu staan er bloembakken op bijna elke vensterbank in de straat. Dat bleek een kwestie van volhouden. In diezelfde periode ontstond ook de jaarlijkse Lentepoets, waarbij bewoners de handen uit de mouwen steken om hun straat te poetsen. Het zijn allemaal kleine dingen, maar soms met grote gevolgen.”

Racisme

Ook acteur Johan Petit is aanwezig op ons gesprek. Hij woont al zijn hele leven in Borgerhout en herinnert zich die periode nog levendig: “Er heerste toen veel moedeloosheid, maar ook een grimmige sfeer. Ik was bang van de eerste generatie Marokkaanse migrantenjongeren die hier opgroeiden, maar niet van hun ouders. Veel van die ouders konden amper lezen en schrijven. Die waren heel gedwee en trokken nooit hun mond open. Ze hadden een minderwaardigheidsgevoel tegenover al die witte Belgen. Aan de andere kant had je een echt virulent racisme. Ik weet nog goed dat onze bakker hier in Borgerhout geen Marokkaanse gast durfde aan te werven

– hoewel die veel geschikter was – puur uit schrik om al zijn klanten kwijt te zijn. Vandaag is zoiets in Borgerhout niet meer mogelijk. Diversiteit werd hier compleet vanzelfsprekend. Op andere plekken in Vlaanderen maak je dat wel nog mee, maar in het Borgerhout van vandaag is dat volledig gedaan. Het verschil tussen die jongeren en hun ouders was gigantisch. Die jongeren voelen zich afgewezen door de samenleving omdat ze vaak horen dat ze niet mee mogen doen. Als iemand het dan in zijn hoofd haalt om bloemekes op zijn vensterbank te zetten, trekken zij die eraf… Dat zijn de wetten van de straat.”

Krugerplein

Paul Schyvens: “Hoe zijn we dan bij De Roma terechtgekomen? Rataplan marcheerde goed, maar we wilden uit onze muren breken. Geregeld organiseerden we concerten in de Sint-Annakerk in de Goedendagstraat en in Hof ter Lo (nu muziekcentrum Trix). In 2001 hadden we het idee iets heel groot te doen op het Krugerplein met Circus Ronaldo en een spiegel- en danstent met een Decap orgel. We hadden dat vanuit ons veilige kantoor bedacht, maar helemaal niet stilgestaan bij hoe de situatie op het Krugerplein was. Marokkaanse jongeren beschouwden dat als hun terrein en zagen ons als indringers. De dag dat de opbouw begon, vonden de aanslagen van 9/11 in New York plaats, op het centrum van het wereldkapitalisme en dat maakte de sfeer extra grimmig. Daar waren gasten bij waar ik echt bang van was. Ik dacht toen: dit is de laatste keer in mijn leven dat ik iets in openlucht organiseer.” Stort

“Ik werkte toen onder andere voor theatergezelschap De Zweep, met Bart Meuleman, Mark Verstraete en Herwig Ilegems. Die maakten toen een voorstelling die zich deels afspeelde in de Pekfabrik op de Kattenberg en deels in De Roma. Dat was de eerste keer in mijn leven dat ik in De Roma kwam. Of juister: ik was er 5 jaar eerder eens geweest om een document af te geven, maar toen was ik snel binnen en weer buiten. Anno 2002 keek ik totaal anders naar het potentieel van die ruimte, vanuit dat maatschappelijk engagement van Rataplan om uit de muren te breken. We zijn dan een gesprek begonnen met de huisbaas, een tandarts uit Tessenderlo. We konden De Roma zes maanden gratis gebruiken op voorwaarde dat we al het puin ruimden dat er lag.”

Johan Petit: “Die huisbaas was al zes jaar aan leuren met die zaal. Wij hebben in 1998 met ons theatergezelschap MartHa!tentatief een voorstelling gemaakt over Baron von Münchausen. Toen zijn wij ook naar De Roma gaan zien: dat was één stort. Die huisbaas vertelde ons dat hij De Roma kocht op aanraden van zijn boekhouder. Hij moest iets kopen om onkosten te maken. In De Roma was hij eigenlijk niet geïnteresseerd, maar wel in alle appartementen erboven. En die heeft dat voor een belachelijk laag bedrag gekocht in de jaren 1990. Vervolgens gooide hij alles wat hij liet uitbreken van die appartementen beneden in die zaal. Waar nu die stoelen staan, was er een stort van één meter hoog. Die huisbaas zei tegen ons: je mag die zaal gratis hebben. Het enige dat je moet doen is die rommel eruit halen. Dan zijn wij beginnen tellen en kwamen uit op 40 containers. Dat is duurder dan wanneer je zo’n zaal gewoon zou huren. Het regende er ook nog eens binnen…”

De bouw van De Roma eind jaren 1920.

Huisbaas

Paul Schyvens: “Het zijn er 30 geworden. Dertig grote containers haalden wij eruit. Maar er passeerden inderdaad nog andere potentieel geïnteresseerden. Ook concertorganisator Herman Schueremans, Symfonieorkest De Philharmonie en Samson en Gert zijn komen kijken, maar niemand wilde dat huren. Wie huurt nu zoiets? Je moet dat kopen, zei iedereen. Die huisbaas wou niet verkopen en zijn zonen vandaag ook niet. Als De Roma 20 jaar geleden 5 miljoen euro waard was, is dat nu op zijn minst 50 miljoen euro of meer. Mark Wellens, de toenmalige schepen van Sociale Zaken van Antwerpen, voerde flink wat gesprekken met die huisbaas. Wellens beschikte over heel wat Europese gelden en over het Stedelijk Impulsfonds (SIF). Daarmee heeft hij onder meer Park Spoor Noord gekocht, het Permekegebouw op het De Coninckplein waar nu de bibliotheek zit en het Werkhuys in de Zegelstraat, maar de onderhandelingen rond De Roma raakten niet rond.”

Erfpacht

In december 2002 sloten we een eerste overeenkomst met de huisbaas: een contract van negen jaar. Dat was amper getekend of een hoop mensen zeiden: dat is stom. Dat moet een contract zijn van minstens 12 jaar, want je kan geen subsidies krijgen als die termijn korter is. We hebben dan snel een erfpachtregeling van 20 jaar onderhandeld, waarbij die prijs natuurlijk weer omhoog ging, maar waardoor we wel de broodnodige subsidies konden krijgen.

Dat zijn allemaal afwegingen die we in het begin maakten en ongetwijfeld al die anderen

Jaren 1970.

ook die het uiteindelijk niet hebben gedaan. Wij beslisten om het wel te doen. Op lange termijn gaan er veel meer mensen beter worden van De Roma en dat is het allerbelangrijkste. Zo is dat gestart. We hielden een opendeurdag met 1500 aanwezigen en zochten vrijwilligers, maar ik heb nooit een plan op papier gezet. Zo ben ik niet: we sprongen omdat we een zwemdok zagen met water in… Als ik dat beredeneerd had gedaan, met eerst een masterplan en met volk met een rekenmachine, waren we er nooit aan begonnen. Ik startte omdat ik niet wist waaraan ik begon. Zo eenvoudig is het. Ik had ervaring met Rataplan en met Sfinks in Boechout dat ik half jaren 1970 mee uit de grond had gestampt. Ik zag het potentieel van De Roma. Zodra ik eraan begon, wist ik wat ik moest doen: schaalvergroting en accenten leggen.

Potentieel

Wij hadden het naïeve idee om aan de stad te willen tonen wat het potentieel is van dat gebouw en wat het zou kunnen betekenen voor de wederopstanding van Borgerhout. Door die rellen kwam Borgerhout heel negatief in de pers. In Antwerpen was er de Visa-crisis geweest waarna er een nieuw stadsbestuur aantrad met Patrick Janssens als jonge burgemeester en Eric Antonis als verlicht schepen van Cultuur. Ik kende Eric goed van de theatervoorstellingen die ik in De Warande in Turnhout organiseerde, waar hij toen directeur was. Iedereen dacht: ze kunnen niet anders dan ons steunen…, maar al snel bleek dat dat allesbehalve een prioriteit was voor de stad.

Geld vinden is altijd een probleem geweest. Ik vroeg aan Eric Antonis 100.000 euro. Die wilde dat niet geven. Die zei: binnenkort sta je hier weer en wil je geld voor 50 personeelsleden, want ik weet hoe groot dat hier is en ik heb mijn ervaring met De Warande. Ik legde uit dat wij met vrijwilligers wilden werken. Dan gingen we dat geld dus maar zoeken bij de mensen. Zo begon onze bedeltocht langs alle mogelijke en onmogelijke potten. Via EFRO, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling, was

er heel wat geld beschikbaar. Ook Mark Wellens had daar een vinger in de pap. Enig probleem: we lagen net buiten de zone die in aanmerking kwam. De Turnhoutsebaan was net de grens. Park Spoor Noord bijvoorbeeld lag wel aan de goede kant. We hebben dan Robert Kaerts in dienst genomen om dat op te lossen. Met veel geduldig lobbywerk is hij erin geslaagd om toch dat Europees geld binnen te halen. Iemand – ik weet niet wie – was zo goed om de Turnhoutsebaan binnen die EFRO-zone op te nemen. Met die 600.000 euro Europees geld hebben we onze eerste renovaties gedaan.

Openingsfeest

Op 23 januari 2003 begonnen we met onze vrijwilligers puin te ruimen. Vrijwilligers vinden is nooit een probleem geweest. Al die containers – 30 in totaal dus – kregen we gelukkig gratis. Er kwam ook veel persaandacht waardoor we een groot positief verhaal konden zetten tegenover al die negatieve berichtgeving na die rellen. We mikten op een openingsfeest op 15 mei 2003. We hadden dus krap vier maanden om erin te vliegen. Er kwamen drie keer 600 mensen naar ons openingsfeest waarvoor we Eric Melaerts gevraagd hadden om een showorkest te maken. Onder meer Bart Peeters speelde daarin mee.

We zijn dan zes maanden open geweest en gingen tegen half oktober weer dicht voor zes maanden om verder te renoveren. Dat hebben we zo drie jaar volgehouden. In die periode zijn er centen bijgekomen. De verhouding met de stad werd ook beter. Plots leek het alsof iedereen ons geld wilde toestoppen, tot en met Yves Leterme die hier in 2004 met een cameraploeg in zijn zog een cheque van 60.000 euro kwam afgeven. Het was duidelijk dat De Roma veel weerklank begon te krijgen.

Niettemin is De Roma altijd heel slecht gesubsidieerd gebleven. De Roma krijgt slechts 18% overheidsgeld, sommige andere cultuurhuizen 80%. Dus hadden we een eigen verdienmodel nodig, met onze bar en met populaire optredens. Toch bleven we het belangrijk vinden ook maatschappelijk relevante thema’s aan bod te laten komen, waarvoor we ook twee werkkrachten in dienst namen. Al zijn we veel te laat begonnen om werkkrachten aan te trekken vanuit de Marokkaanse gemeenschap. Je leert dat met vallen en opstaan…

In onze programmatie moest er van in het begin voor elk wat wils zijn: La Esterella, Will Tura, Willeke Alberti, Lou Roman of Luc Caals, maar ook Circus Ronaldo, kinderfilms of arthouse films. We hadden een grote expo over Stan Ockers. Robbe De Hert bracht er zijn filmproject Hollywood aan de Schelde. We kenden dus meteen een bliksemstart. Wat De Roma uniek maakt, is dat je er elke dag iets kan doen, 365 dagen lang. De mogelijkheden zijn hier onuitputtelijk.

“In onze programmatie moest er van in het begin voor elk wat wils zijn”

“Door allemaal aan hetzelfde project te werken creëer je verbinding”

Danielle Dierckx

Danielle Dierckx over De Roma vandaag

“In 2017 volgde ik Paul op als coördinator van De Roma. Ik woonde toen al 15 jaar in Borgerhout. Ik kende De Roma al als bezoeker en organiseerde met hen buurtacties. Ik was daarvoor professor op de universiteit en werkte rond stedelijke uitdagingen, sociale ongelijkheid en armoedebestrijding. Ik ben ook sociaal werker geweest op het Kiel en op den Dam. Dat alles kwam voor mij samen in het project van De Roma: het maatschappelijke verhaal, de sociale impact, de cultuur, het genieten en ook het vrijwilligerswerk. Dat kende ik van mijn verleden bij de scouts.”

600 vrijwilligers

“Dat vrijwilligerswerk was voor mij ook een heel grote aantrekkingspool. 600 vrijwilligers hebben we vandaag. Dat is reusachtig veel. Toen we na heel die coronamiserie in september 2021 er weer volop tegenaan konden gaan, stonden er 70 op de wachtlijst. Van de 500 vrijwilligers die we voor corona hadden, haakte bijna niemand af. Wel zijn er veel die op een lager tempo willen ‘vrijwilligen’. Die willen geen late concerten meer doen of minder shiften op een maand. Het is een groep die continu in beweging is: er stromen mensen uit, er komen nieuwe mensen bij en er blijven vrijwilligers die zich na een tijd op een ander niveau willen inzetten.

We hebben elk dag gemiddeld 55 vrijwilligers nodig. Om te kuisen, te koken, rondleidingen te geven, artiesten te vervoeren, de toog te bedienen of tickets te scannen… Alles gebeurt samen met één of meerdere vaste medewerkers. We proberen vrijwilligers altijd een taak te geven die ze plezant vinden. We gaan niemand met rugproblemen in de winter aan de vestiaire zetten. Dat is telkens weer puzzelen. Twee mensen zijn er heel intensief mee bezig om die planning op te stellen.”

“Bijzonder is ook dat onze vrijwilligersgroep de sociaaleconomische verschillen overstijgt”

Iedereen gelijk

“We hebben ook samenwerkingen met Atlas en andere inburgeringstrajecten voor nieuwkomers die in Nederlandse les zitten. Die stromen sneller uit. Ze blijven minder lang omdat ze betaald werk vinden of een opleiding gaan volgen, maar ze zijn hier wel gepasseerd. Zo kunnen we een springplank of hefboom zijn voor die mensen. We maken bewust tijd vrij om daar echt mee bezig te zijn, om hen in te werken en te begeleiden. Dat is een verrijkende ervaring voor beide partijen.

Drie vierde van onze vrijwilligers woont in Antwerpen, maar er komen er ook van verder:

uit Duffel, Herentals of Turnhout bijvoorbeeld. Bijzonder is ook dat onze vrijwilligersgroep de sociaaleconomische verschillen overstijgt: arm of rijk, ongeschoold of hoogopgeleid, zelfstandigen of werklozen. We hebben mensen uit alle lagen van de bevolking. Van zodra je De Roma binnenstapt is iedereen gelijk. Dan gaat het over: het moet hier proper zijn, het eten moet lekker zijn, de deuren moeten op tijd open zijn... Door allemaal aan hetzelfde project te werken creëer je verbinding. Ook buiten de muren van De Roma zie je dat sociaal kapitaal renderen en verbanden ontstaan: mensen gaan bijvoorbeeld elkaar helpen verhuizen.”

“De Roma is een ontmoetingsplek. Wat voor soort ontmoeting dat is, verschilt van dag tot dag”

Ontmoeting

“De Roma is een ontmoetingsplek. Wat voor soort ontmoeting dat is, verschilt van dag tot dag. De ene dag zijn we bijvoorbeeld een ontmoetingsplek voor muziekliefhebbers. Van hen krijgen we de feedback dat de groepen en de muziekprogrammatie doorheen de jaren altijd maar straffer zijn geworden. Dat heeft natuurlijk te maken met onze investeringen in betere akoestiek, waardoor we bij bookers in een andere klasse van groepen kunnen spelen. We zijn ook een ontmoetingsplek voor mensen die willen dansen. Op onze t-dansants op zondagnamiddag met Radio Minerva is De Roma één grote dansvloer. Dat is telkens weer vollen bak. En we blijven wekelijks de betere films tonen, zodat de filmliefhebbers voor een prikje binnen kunnen in onze schone cinema.

We zetten ook in op maatschappelijk debat met mensen die samenkomen om hun boodschap te vertellen aan een groot publiek. We kunnen hun megafoon zijn. Door onze vele promotiekanalen en onze aantrekkingskracht kan De Roma die stem luider doen klinken. We werken hiervoor samen met verenigingen en gaan samen rond de tafel zitten om tot een aantrekkelijk programma te komen. Daardoor kunnen we een bredere groep aanspreken dan alleen de eigen achterban van die verenigingen. Zoiets organiseren is financieel verlieslatend voor ons, maar levert wel veel sociale impact op. Daar kiezen we bewust voor.

En dan zijn er ook nog de ontmoetingen bij de Iftars, de solidariteitsacties rond sinterklaas en oudjaar, of de opendeur tijdens de Reuzenstoet. Dat is een beetje warmte en buurtwerking waar we voor tekenen.”

Reputatie

“Heeft de Turnhoutsebaan een slechte naam? Dat is zo’n uitspraak die alles plat slaat. Voor mij heeft de Turnhoutsebaan een slechte naam als het gaat over de slechte inrichting. Zelf moedigen we bezoekers aan om met de fiets te komen. Sinds we in 2018 de parking van Modelbouw Baillien na de kantooruren als fietsparking mogen gebruiken,

De Roma interieur vandaag.

zien we meer en meer mensen met een elektrische fiets komen die anders misschien de auto hadden genomen. We hebben iemand voltijds in dienst om die parking te bewaken. We verbieden ook tourbussen van onze artiesten in de buurt. We huren op de Zomerfabriek een aantal parkeerplaatsen voor tourbussen, zodat die niet meer over de Turnhoutsebaan moeten of door de Appelstraat.

Voor mij heeft de Turnhoutsebaan een goede naam op vlak van economische activiteit. De diversiteit in het aanbod kan nog beter, maar je ziet toch meer zaken opduiken die investeren om middenklasse consumenten aan te trekken van allerlei kleur. De Roma speelt daarin ook een belangrijke rol. Zonder De Roma zou de Turnhoutsebaan niet zijn wat ze vandaag is. Veel horeca hier in de buurt draait mede dankzij De Roma. Denk De Roma hier weg en de buurt gaat hier helemaal anders zijn.

Er zijn verschillende eethuisjes die hun personeelsinzet plannen op de kalender van De Roma: is er een groot concert, dan weten ze dat het drukker gaat zijn en voorzien ze meer personeel. Weet je dat ze tot in Zurenborg op de Dageraadplaats een Roma-menu aanbieden? Bij het openen van restaurant Amor naast de deur was dat één van onze argumenten: we investeren in de Turnhoutsebaan omdat de Turnhoutsebaan dat kan gebruiken, dat nodig heeft zonder dat we andere ondernemers in het vel moeten snijden. Er is hier publiek en behoefte genoeg om dat succesvol te maken.

De Roma is een landmark of een vlaggenschip voor Borgerhout. Het geeft Borgerhout in zijn geheel een uitstraling. De Roma trekt mensen aan die zo zien dat Borgerhout geen no-go-zone is, maar dat je hier ook gezellige pleinen en terrasjes hebt, waar je lekker kan eten.”

“Een evenwicht tussen duurzaam en betaalbaar. Dat vinden wij erg belangrijk”

Farid en Jamal El Morabit

This article is from: