Voorjaar 2022 Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience Hendrik Conscienceplein 4 www.consciencebibliotheek.be
© Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience, aquarel door Lies van Gasse
Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience De bibliotheek voor Nederlandse taal, cultuur en geschiedenis van Vlaanderen
GEFASCINEERD DOOR VOS Het voorjaar van 2022 in de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience staat in het teken van de vos. Onze directeur An Renard gaat op pensioen en dat vieren we met een programma rond haar sluwe naamgenoot: een boek over vossen in onze collectie dat bij Ans afscheid feestelijk wordt voorgesteld, een reeks Nottebohmlezingen en een cursus ‘Vossenstreken’ door Davidsfonds Academie. In deze Nottebohmkrant geven we al een voorsmaakje van dat nieuwe boek, en we blikken ook terug
op de voorbije twintig jaar met An. Daarvoor laten we vijf van haar compagnons de route aan het woord. Nog in deze krant vind je een interview met kunstenaar Camiel Van Breedam, die vanaf juni in de Nottebohmzaal tentoonstelt. Voorts halen we enkele bijzondere nieuwe aanwinsten voor het voetlicht. Daarnaast verneem je waarvoor je in onze leeszaal terecht kan en lees je alles over onze nieuwe workshop ‘Cirkelhelden’.
2
CAMIEL VAN BREEDAM Kunstenaar toont boekcollages en gaat in dialoog met de eeuwenoude collectie van de Nottebohmzaal.
3
BIJZONDERE AANWINSTEN De collectie van de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience groeit voortdurend aan. We stellen graag enkele bijzondere werken aan je voor.
DE LEESZAAL IN DE ERFGOEDBIBLIOTHEEK
6
Waarom een bezoek aan onze leeszaal ook voor jou de moeite waard is.
EDITORIAAL
Van den vos en de Erfgoedbibliotheek An Renard Directeur van de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience
2022 wordt in menig opzicht een bijzonder jaar en niet in het minst voor mij persoonlijk. De tijd is immers aangebroken om afscheid te nemen van de prachtige bibliotheek waarvoor ik gedurende meer dan 20 jaar met hart en ziel werkte. Net 20 jaar geleden pakten we uit met een rapport ‘Van Stadsbibliotheek tot Vlaamse erfgoedbibliotheek’. Die titel weerspiegelt ons parcours van de voorbije jaren. In 2004 startte vanuit de toenmalige stadsbibliotheek in Antwerpen een los samenwerkingsverband als een experimenteel project. Het resulteerde in de stevig verankerde netwerkorganisatie Vlaamse Erfgoedbibliotheken vzw. Die brengt kleine en grotere
bibliotheken met erfgoedcollecties bij elkaar, in gemeenschappelijke projecten die ze alleen niet voor elkaar zouden krijgen. Jaren later, in 2018, slaagde de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience er ook in erkend te worden als Vlaamse erfgoedbibliotheek. De weg daarnaartoe was veel langer dan ik ooit vermoedde, maar hij was absoluut de moeite waard. Met deze erkenning verstevigde de bibliotheek niet enkel haar positie, maar kreeg ze ook een broodnodige financiële injectie. Daarmee konden we nog veel meer dan voorheen inzetten op informatiegeletterdheid, digitalisering en onderzoek. In de loop der jaren bouwden we een professioneel en deskundig team uit dat voortdurend versterking kreeg van meer dan 100 vrijwilligers en tijdelijke werknemers, uit alle delen van de wereld. Die diversiteit hebben we altijd omarmd en vanzelfsprekend
gevonden, en ze verbreedde ons gezichtsveld. Het zijn al die handen samen die ervoor zorgden dat we vandaag staan waar we staan. De spraakmakende tentoonstellingen, de onvolprezen Nottebohmlezingen en de fel gesmaakte rondleidingen achter de schermen laten duizenden mensen nog steeds wegdromen in een wereld van kennis en verbeelding. De Nottebohmzaal, met haar hoge Harry Pottergehalte, groeide uit tot het kloppend hart van de publieksactiviteiten en ze maakt de ultieme beleving van het boekenerfgoed mogelijk. De wereld rondom ons verandert in een razend tempo en niet in het minst op vlak van informatievoorzieningen. De trend naar toenemende digitalisering en de dalende geletterdheid doen ons nadenken over de toekomst van onze werking, onze fysieke leeszaal en onze dienstverlening. En de epidemie van de twee laatste jaren dwingt ons om nog sneller te schakelen. In Antwerpen werken we daarom aan een masterplan rond Boeken en Letteren. We willen samen met het Letterenhuis, de Openbare Bibliotheken, Antwerpen Boekenstad en alle andere relevante stedelijke en niet-stedelijke partners antwoorden bieden op deze nieuwe noden. Naast de zorg voor het erfgoed moet onze rol zich verder toespitsen op kennis en expertisedeling.
Hoezeer de wereld ook verandert, in een erfgoedbibliotheek als de onze blijft alles draaien rond collecties. Dat maakt ons uniek en relevant. Hoe we daarmee omgaan, welke keuzes we maken, hoe we ze toegankelijk maken en houden voor iedereen die ze wil gebruiken: dat zijn de vragen die onverminderd onze aandacht vragen. In 2022 staat de verdere digitalisering van duizenden boeken door Google hoog op de agenda. Elke zes weken vertrekken karren vol boeken naar het scancentrum; daarna zijn ze online beschikbaar. Dat weegt op onze dagelijkse werking, maar de resultaten zijn verbluffend. Het voorjaar staat helemaal in het teken van de vos: een knipoog naar mijn naam, maar vooral een ode aan de onuitputtelijke schatten die de bibliotheek herbergt. De vos is een publiekslieveling, een rebelse geest en een creatief genie, maar ook een leugenachtige manipulator, een sluwe oplichter en een moordenaar. Kennelijk zit zijn grote succes net in die veelzijdigheid: elke samenleving ontdekt zichzelf in de vos en kan haar obsessies op hem projecteren. Met lezingen, publicaties, een minitentoonstelling en een feestelijke boekvoorstelling brengen we de vos voor het voetlicht: een intrigerend wezen dat blijft fascineren.
EXPO
Camiel Van Breedam exposeert boekcollages in de Nottebohmzaal “Alles begint bij de zoektocht naar een oude kaft met een mooie kleur en structuur. De bladen zaag ik eruit, en met houten plankjes reconstrueer ik het boekblok zodat het een soort kastje wordt. Binnenin ontstaat een nieuwe wereld, die ik als een collage met allerlei waardeloze (of moet ik zeggen: waardevolle?) dingen vormgeef. Het is een constant zoeken naar en voelen van de juiste balans en eenheid tussen de linker- en rechterhelft.”
wel eens iemand: “Dat kan mijn kind ook.” Wel, dat is waarschijnlijk ook zo. Een kind denkt immers nog veel vrijer dan wij. Kindertekeningen zijn dikwijls fantastisch.”
“moet Een kunstenaar spelen.
Als hij niet speelt, forceert hij zich.”
“Dit is mijn wereld, mijn leven.” Camiel Van Breedam herhaalt het meermaals, wanneer hij vertelt over zijn atelier, over zijn liefde voor schijnbaar onbenullige houten latjes en over mooie boekenkaften. In juni verplaatst een deel van die wereld zich naar de Nottebohmzaal van de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience, waar Van Breedam tot september een 40-tal boekcollages tentoonstelt. Het atelier van kunstenaar Camiel Van Breedam (1936) in Aartselaar is een heerlijke en bijzondere, geordende chaos. Het is een organisch gegroeid geheel, waar vrije ruimte een schaars goed is. In elke hoek en tegen elke muur staat iets: houten planken en kastjes, kartonnen dozen, metalen voorwerpen, oude boeken en farden met papier … Zelfs het plafond doet dienst als rek, met zijn eerste fiets en nog andere objecten die eraan ophangen. “Dat is één van mijn gebreken, en tegelijk is het ook een sterkte: ik houd alles bij. Het is zo een zonde dat alles wordt weggesmeten. Ik werk altijd met materiaal dat al een leven heeft gehad. Daar probeer ik nieuw leven aan te geven.” BOEKCOLLAGES De werken die Van Breedam in de Nottebohmzaal exposeert, grijpen allemaal terug naar zijn liefde voor boeken en literatuur. Met veel bewondering praat hij over de zwarte humor en het sarcasme in het werk van Thomas Bernhard, en over het werk van William Faulkner. Naast de inhoud is voor Van Breedam ook het tactiele van belang. Hij ‘recycleert’ oude boeken en ontdoet ze van hun oorspronkelijke verhalen. “Alles begint bij de zoektocht naar een
oude kaft met een mooie kleur en structuur. De bladen zaag ik eruit, en met houten plankjes reconstrueer ik het boekblok zodat het een soort kastje wordt. Binnenin ontstaat een nieuwe wereld, die ik als een collage met allerlei waardeloze (of moet ik zeggen: waardevolle?) dingen vormgeef. Het is een constant zoeken naar en voelen van de juiste balans en eenheid tussen de linker- en rechterhelft. Dat is het grote verschil met de harde elektronische wereld. Die zal nooit de mijne worden. Daar is geen poëzie mee gemoeid. De computer, telefoon, i-dit en i-dat,… Er is altijd wel iets dat niet werkt. Dat is toch verschrikkelijk.” Dat plezier merk je meteen op in Van Breedams werken die in zijn atelier staan opgesteld. Geen klassieke schilderijen of beeldhouwwerken, wel reliëfs, collages, assemblages en environments die vaak zeer architecturaal aandoen. Niet toevallig houdt hij vooral van de kunst die in de jaren ‘30 en in de traditie van Bauhaus is gemaakt. Een feest van geometrische lijnen, evenwichten en vooral veel fantasie. “Neem bijvoorbeeld dit werk (getiteld ‘15 revolutie’, uit 2014). Stelt dat de Russische revolutie voor? In mijn verbeelding wel. Vroeger zei
Wat Van Breedam toen nog niet wist, is dat hij nog geen twee jaar later zelf kunst zou maken. Omdat hij als kind graag tekende, ging hij naar Gent om er de nieuwe opleiding Plastische opvoeding, tekenen en handenarbeid te volgen. “Daar werd ik geconfronteerd met leerlingen die van de academie kwamen en dus met ‘kunst’ bezig waren. Ik vond dat ik mij moest verdedigen en greep terug naar wat ik goed kende. Ik kom uit een loodgietersfamilie. Mijn grootvader, vader en broer waren altijd met hun handen bezig. Onbewust heb ik die liefde voor handenarbeid overgenomen. Neem nu de boekcollages die in de Nottebohmzaal te zien zullen zijn. Alleen al de tijd die ik spendeer aan de voorbereiding is mij zeer dierbaar. Het snijden, zagen, plakken … Dat moet gewoon goed zijn.” Inspiratie haalt Van Breedam onder andere uit het werk van andere kunstenaars, met wie hij via zijn werk communiceert. Hij maakte een reeks collages met ‘groeten aan’ onder anderen Paul Klee en Oskar Schlemmer, later gevolgd door een reeks ‘brieven aan’ onder anderen William Faulkner en Joseph Cornell. Of de objectenreeks ‘Huis van Soutine’, gemaakt van tientallen op elkaar gestapelde
ROOD In de gehaaide wereld van de kunsten heeft Van Breedam zich altijd bewust afzijdig gehouden. Hij stelde zijn werk vaak tentoon, maar werkte nooit samen met een vaste galerist. Dat zou hem allicht meer bekendheid hebben opgeleverd. “Ik heb altijd voor mijn eigen plezier gewerkt. Mijn werk, dat zijn mijn kinderen. Als ik iets verkoop, gebruik ik het geld om werk van iemand anders te kopen. Maar het is dubbel. Iemand die jouw werk koopt: dat is het ultieme bewijs dat men het graag ziet.” Van Breedams rust en nuchterheid staan nochtans in contrast met de opvallende verschijning die hij is. Sinds de jaren ‘70 gaat hij consequent in het rood gekleed door het leven. Dat zijn grootvader langs moeders kant een voorvechter van het socialisme was, maakt hem trots. Maar dat doet eigenlijk niet ter zake. Rood is gewoon mooi. “Rood is een kleur die mij altijd heeft bekoord. Op de kermis ging ik in een rood autootje zitten. Een pompierswagen, dat fascineert mij. Vandaag loopt iedereen in het zwart of grijs gekleed: een begrafenis. Mijn rode kleren zijn een vorm van protest. Ik geef toe: het is één van mijn rariteiten. Want als ik mezelf in een etalage zie voorbijwandelen, denk ik: oei, oei.” De 85-jarige Van Breedam blijft creëren en exposeren. Hij is blij dat de Koninklijke Bibliotheek van België een plaats heeft gevonden om zijn eerste environment met boeken, ‘Livresse’ uit 2003, permanent tentoon te stellen. Gelijktijdig met de expo in de Nottebohmzaal exposeert hij in de Antwerpse galerij Art Partout recenter werk refererend aan schrijvers zoals Thomas Bernhard, Paul van Ostaijen en Eduardo Galeano. Het wordt een ode aan zijn inspiratiebronnen en aan bevriende kunstenaars zoals Remo Martini, die door de kunstwereld ten onrechte is vergeten. Een soortgelijk project ‘Associaties’ was er al in 1999 in het PMMK in Oostende, maar dan met Afrikaanse kunst. “Ik hoop dat ik, zo lang ik leef, kan blijven werken. Bezig zijn. En dat ik kan exposeren, zoals in de Nottebohmzaal. De opkasting van de boeken daar… Dat heeft toch een heel speciaal cachet. Voor mij is dat een droom.”
‘Journal pour rire’ (2017).
© Didier Verriest
© Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience, foto: Victoriano Moreno
HANDWERK Dat Van Breedam kunstenaar werd, lag niet voor de hand. Als jongeling kwam hij nooit in contact met kunst. “Ik herinner me nog wel dat we met het atheneum van Boom drie dagen naar Parijs gingen en onder andere het Musée d’Art Moderne de la Ville de Paris bezochten. Ik moest even hard lachen met al die kunstwerken als mijn klasgenoten.”
en aan elkaar geplakte houten latjes. “Dat zijn latjes uit de plafonds van vroeger. Daartussen werd kalk, paardenhaar en wat weet ik nog allemaal gesmeerd. Ik merk dat ik, met het ouder worden, steeds vaker teruggrijp naar mijn eigen jeugd. Wat je veel hebt gezien, komt later terug.”
PRAKTISCH De boekcollages van Camiel Van Breedam kan je van 15 juni tot 11 september 2022 bekijken in de Nottebohmzaal. Ze zijn elke donderdag en vrijdag te bewonderen tijdens een gegidste rondleiding in de bibliotheek.
De expo is ook vrij te bezoeken op Museumnacht op zaterdag 6 augustus, tijdens het Cultuurweekend op zaterdag 27 en zondag 28 augustus, en op Open Monumentendag op zondag 11 september. www.camielvanbreedam.com
COLLECTIE
3
Bijzondere aanwinsten
Bij de Amerikaanse antiquaar Robert McDowell (Concord, Minnesota) kochten we een Ethiopisch woordenboek uit 1638 dat in Rome werd gedrukt: het ‘Lexicon Aethiopicum’. Toch hoort dit werk absoluut in onze collectie thuis, want de auteur is de Antwerpse karmeliet Jacob Wemmers (1598 – 1645). Wemmers vertoefde in 1633 in het Vaticaan en ontmoette daar vier Ethiopische monniken. Van hen leerde hij de klassieke en liturgische taal van Ethiopië: het Ge’ez. Een woordenboek Ge’ez-Latijn en omgekeerd was een noodzakelijk middel om de plaatselijke clerus en elite te bereiken en te bekeren. Het boek is gebonden in een kwartlederen band uit de 18de eeuw en draagt op de titelpagina een handgeschreven herkomstmerk van het novitiaat van de Parijse dominicanen. Wellicht is het in die bibliotheek gebleven tot de Franse revolutie. De laatste eigenaar die zijn naam in het boek noteerde is Asa J. Davis (1922 – 1999). Davis was
in 1970 de eerste professor van het nieuwe Department of Black Studies, dat werd opgericht naar aanleiding van de moord op Martin Luther King anderhalf jaar eerder.
© collectie Stad Antwerpen, Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience [EHC 869356]
Nog een fascinerend kunstenaarsboek is de vertaling in het Russisch van Paul van Ostaijens gedicht ‘De Moordenaars’. In het Russisch wordt dat ‘Oebijtsy: kniga choedozjnika’ (‘Moordenaars: een kunstenaarsboek’). Beeldend kunstenaar Serge Chamchinov zette deze vertaling om in een zogenaamd leporello (harmonicaboek). De vertaling in het Russisch gebeurde door Anne Arc, die als brontekst de Franse vertaling ‘Les Assassins’ door Jan Mysjkin gebruikte.
17de-eeuws Ethiopisch woordenboek
© Collectie Stad Antwerpen, Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience [EHC 868194]
© Collectie Stad Antwerpen, Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience [EHC 867767:1]
Onze collectie kunstenaarsboeken konden we aanvullen met ‘Chambre d’ennemi’ (1991) van de Belgische surrealistische kunstenaar Marcel Mariën (1920 – 1993). Het bevat vijf originele foto’s van de kunstenaar in zijn atelier en één introductiepagina met een facsimile van zijn handschrift. Daarnaast bestaat dit werk uit een model op schaal van de werkkamer van Mariën (30:41:33 cm).
© Collectie Stad Antwerpen, Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience [EHC 867932]
Sedert de 19de eeuw is de geschiedenis van Vlaanderen en de Vlaamse beweging een belangrijke focus in onze collectie. Onlangs konden we een bijzondere partituur van de ‘Vlaamsche leeuw’ verwerven. Dit acht pagina’s tellende krantje werd in december 1914 uitgegeven in het neutrale Nederland, “ter herinnering van de heldhaftige verdediging van Vlaanderen”. De indrukwekkende afbeelding op de voorpagina is van de Nederlandse schilder, tekenaar en grafisch ontwerper Willy Sluiter (1873 – 1949). Emiel Hullebroeck (1878 – 1965), componist van het bekende strijdlied ‘De Blauwvoet’, schreef de inleiding.
© Collectie Stad Antwerpen, Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience [EHC 825188]
Kunstenaarsboeken
Drukwerk in de Marge Een andere opmerkelijke aanwinst is ‘All That Jazz & Other Stuff’. Het is een mooi voorbeeld van wat ‘Drukwerk in de Marge’ wordt genoemd: uitgaven die door ambachtelijke drukkers met de hand worden gedrukt op een eigen pers, vaak met originele grafiek erbij en met een zelfgemaakte boekband. Deze originele en kleurrijke ‘vriendendoos’ werd in 2011 gemaakt ter gelegenheid van de 65ste verjaardag van Dick Wessels van drukkerij Het Gonst. Alle bijdragen hebben met muziek te maken en ook het formaat (van een single) verwijst naar de muziek. Het werk bevat bijdragen van drukkers als Avalon Pers, de Boktor, Druksel en vele anderen.
Uilenspiegel Met meer dan 530 titels bezitten we al een indrukwekkende Uilenspiegel-collectie. Toch konden we een nog ontbrekende editie bemachtigen: het mooi ingebonden ‘La légende d’Ulenspiegel’ van Charles De Coster, in 1937 uitgegeven door De Sikkel. Bijzonder aan dit werk is het derde deel, dat 99 houtsneden van Frans Masereel bevat. Graficus, typograaf en letterontwerper Sem Hartz (1912 - 1995) gebruikte de originele blokken om ze op zijn eigen zogenaamde Tuinwijkpers te drukken op slechts twee exemplaren.
© Collectie Stad Antwerpen, Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience [EHC 868943]
De collectie van de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience groeit voortdurend aan. We stellen graag enkele bijzondere werken aan je voor.
GEFASCINEERD DOOR VOS
VOSSENFEEST Begin juni neemt directeur An Renard feestelijk afscheid van de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience. We vroegen aan vijf mensen uit de academische en culturele sector om het feest nu al op gang te trappen. Joke van Leeuwen, Koen Broucke, Erik Martens, Pierre Delsaerdt en Geert Buelens blikken met veel dankbaarheid terug op hun jarenlange samenwerking met An.
Varia Erik Martens Coördinator van De Cinema in Antwerpen en auteur van het onlangs verschenen boek ‘Bobonneke valt in de radijzen’
Op mijn zolder staat een kartonnen doos met het opschrift ‘Varia’. De doos wordt op geregelde momenten bijgevuld met nieuwe inhoud. Een hele reeks exotische relikwieën, souvenirs en andere symbolisch geladen objecten vonden er een laatste rustplaats. De inhoud van de doos is gevarieerd, zoals het leven zelf. En juister nog: ze is overgevarieerd, omdat ik, zoals An, niet iemand blijk te zijn van het ene ding. Ik hou niet alleen van literatuur of muziek, ik hou van alles tegelijk. En niet alleen van die ene film, maar van vele films, niet van één genre, maar van vele. An heeft een achtergrond in de geschiedenis en in de bibliotheekwetenschap. Los van haar academische voorgeschiedenis heeft ze een 360 graden-nieuwsgierigheid voor de wereld. Het kan dus niet anders dan dat ook An een doos ‘Varia’ heeft op de zolder of in de kelder. Ik vermoed een grote doos, mogelijk een reeks dozen: ‘Varia 1, 2 en 3’. In mijn doos vind ik meerdere objecten die mogelijk ook in de doos van An voorkomen. Mijn oudste relikwie binnen die categorie is de affiche ‘COCTEAU COCTEAU’ van 15-16-17 mei 1987. De affiche kondigt met luide stem een multimediaal evenement aan in Cultuurcentrum Deurne en Jean Cocteau is daarbij de lokvogel. Het is een groots opgezet spektakelweekend met film, theater, literatuur en een tentoonstelling. Blozend en blakend van vrolijke zelfoverschatting, denk ik nu.
Acrostichon door Joke van Leeuwen
Hoe ik 35 jaar geleden in Cultuurcentrum Deurne terechtkwam, weet ik niet meer. Ik vind het niet terug in mijn doos. In elk geval was An er toen directeur en gaf ze meteen blijk van een leuke dosis curiositeit, en zo kwam heel vlot van het een het ander. Alle latere projecten waar we samen bij betrokken waren, liepen volgens hetzelfde patroon. Het jaar na het Cocteau-evenement was er een nieuw project rond de figuur van Jeanne d’Arc (met onder meer de opvoering van ‘Het wel en wee van Jeanne Dee’, het magnum opus van mijn jonge jaren). Vanaf 1995 vind ik een hele reeks filmfolders terug, aanvankelijk onder de noemer ‘Winterfilms’.
Twee jaar later werden dat wekelijkse filmvertoningen en was de publieke belangstelling meer dan wishful thinking geworden. Dan wordt het een aantal jaren stil, wat alles te maken heeft met veranderde omstandigheden. An verhuisde in die periode van de De Gryspeerstraat in Deurne naar het Conscienceplein, het mooiste plein van Antwerpen. Je kunt haar geen ongelijk geven. Dan vind ik een dvd-uitgave uit 2002 die ik destijds voor Cinematek maakte met daarop een vrij uniek interview met Hugo Claus in de Nottebohmzaal. Het gesprek ging over zijn verhouding met de zevende kunst, en de Nottebohmzaal was even beeldig als de auteur-cineast welbespraakt. Het potentieel van de Nottebohmzaal als ambassadeur voor de latere Vlaamse Erfgoedbibliotheek was van in het begin glashelder voor An. Niet veel later vonden de eerste tijdschriftenlezingen plaats op dezelfde plek, toen nog als een initiatief vanuit de vereniging van culturele en literaire tijdschriften. Dat engagement voor de periodieke culturele publicaties is ook een periodiek engagement geweest in mijn leven. De restanten ervan zitten eveneens in mijn doos. Later nam Koen Broucke het project over en bouwde hij de reeks samen met An uit tot het succesvolle initiatief dat het vandaag is. Ook recent raakte ik nog zijdelings betrokken bij de werking van de Nottebohmzaal. Twee tentoonstellingsprojecten hadden elk een bescheiden filmluikje: ‘Helden in harnas’ en in 2019 ‘Porno, pulp en literatuur’. In onze samenwerking kon over alles gesproken worden. Terugblikkend op de dingen die we samen ondernamen, valt me vooral de variëteit op, dat heb ik al gezegd. Maar ook: de heel eigen flow van die samenwerkingen, recht vanuit het hart voor de zaak en vanuit een trefzekere intuïtie voor wat elke context vereist. Als je het mij vraagt, was An een hele carrière lang de ideale Civil Servant. Met twee hoofdletters en met de juiste dynamiek en de juiste emotionele en andere intelligentie. Steeds vanuit een oprechte interesse en nieuwsgierigheid. Hoe fijn kan de wereld zijn wanneer je mooie projecten met pretoogjes kan uitwerken. Wat de volgende projecten met An zullen zijn, weet ik niet, maar ik hou er in elk geval een ruimte voor vrij in mijn doos ‘Varia’.
Zondagsvreugde Koen Broucke Beeldend kunstenaar, historicus en performer
Niemand heb ik zo vaak gezien op zondagen als An Renard. Dat komt zo. Sinds september 2003 organiseer ik met haar de Nottebohmlezingen in de gelijknamige voormalige leeszaal van de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience, waar zij al die jaren directeur was. En die lezingen vinden steeds plaats op zondagen. De laatste dag van de week blijft een speciale en feestelijke dag. Zo zijn ook mijn herinneringen aan de lezingen en de samenwerking met An speciaal en feestelijk. De lezingen voltrekken zich via een eigen ritueel. Er is de afgelegde weg naar de bibliotheek, die door mijn verhuis drie en een half jaar geleden, een lange en avontuurlijke treinrit werd. An komt met de fiets van Brasschaat (bij slecht weer met de auto). Maar er is vooral de vreugde van de aankomst en het binnen-
treden via de monumentale deur aan het Conscienceplein. Ik geraak keer op keer in vervoering door de rust en studie-ijver waartoe deze heerlijke ruimtes inspireren. Ik verwelkom de spreker en overloop met een technicus nog even de praktische kant: projectie, geluidsversterking, licht, spreekgestoelte of niet, plat of spuitwater, en sinds enige tijd: de noodzakelijke sanitaire afstanden tussen de aanwezigen. Dan komt An binnen. Ik stel haar voor aan de spreker. We blikken even terug en vooruit, en vaak ontstaat er al een kort gesprek over het leven zelf. De inleiding neem ik voor mijn rekening. An modereert de vragen en verzorgt de uitleiding. In illo tempore, vóór de coronacrisis, was er een receptie als kers op de taart. Het was de gelegenheid voor het publiek om bij een goed glas meer intieme vragen aan de spreker te stellen en de gesprekken over het leven, de literatuur, de boeken… verder te zetten. De causerie van Frans Boenders over Marguerite Yourcenar (2003) duurde twee uur. Zowel spreker
als luisteraar was de tijd uit het oog verloren. Was het een toeval dat het uurwerk van de spreker - een erfstuk - na de lezing onvindbaar bleef? We hadden het tijdens de receptie over de toevalligheid van ontmoetingen, de evolutie van affectieve banden door de generaties heen. Zou het kunnen dat wanneer je verder in je herinneringen terugkeert, deze herinneringen donkerder kleuren? In mijn doctoraat in de kunsten ‘Onder de roze duisternis van het slagveld’ (2019) probeerde ik om te expliciteren hoe verschillende geschiedkundige data verbonden zijn met verschillende kleurenassociaties. Hoe vroeger hoe donkerder. Zo ging er in het meer duistere Nottebohmverleden wel eens iets mis. Een spreker die niet kwam opdagen, een spreker die in plaats van een powerpoint een verouderde dialader bij zich had. Met An en haar team kwamen we steeds tot snelle en praktische oplossingen.
Een andere metafoor voor het verleden is het opgestapelde stof. Eén van Ans illustere voorgangers, Emmanuel De Bom, heeft in het begin van de 20ste eeuw letterlijk het stof van de boeken afgenomen. De bibliotheek werd acht dagen gesloten en met indrukwekkende stofzuigers werd 37,5 kilo stof afgehaald van circa 70.000 boeken. Het is de verdienste van An Renard dat ze in het begin van de 21ste eeuw het figuurlijke stof afnam. Zij blies de bibliotheek nieuw leven in. Zij transformeerde de wat ingeslapen, ernstige instelling, waar vooral wetenschappers zich diep in hun onderwerpen kwamen ingraven, in een open instelling met een rijke publiekswerking. En hiervan zijn de feestelijke Nottebohmlezingen slechts een aspect. Emmanuel De Bom beschikte over uitgebreid personeel en de noodzakelijke brandweerlieden (de stofzuigers werkten op mazout). An Renard over een door haar begeesterde, enthousiaste en hardwerkende staf. Het is een samenwerking waaruit ik veel heb geleerd en die ik bijzonder koester.
5
Leiderschap en lichaamstaal Pierre Delsaerdt Hoogleraar aan de Universiteit Antwerpen en deeltijds hoogleraar aan de KU Leuven. Hij doceert en publiceert over de geschiedenis van boek, bibliotheek en bibliofilie en over het beheer van documentair erfgoed. Van 2008 tot 2016 was hij voorzitter van de Vlaamse Erfgoedbibliotheek vzw.
Laatst bestelde ik een meeneemkoffie in de bar van de Leuvense letterenfaculteit. Een collega sprak me aan over de toen lopende vacature voor directeur van de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience. “Een moeilijke opvolging”, zei ik hem. En toen hij me vroeg wat het werk van An Renard, afscheidnemend directeur, het meest typeert, kwam één woord als vanzelf opborrelen: leiderschap. Dat leiderschap liet zich niet alleen voelen in de Antwerpse bibliotheek-met-de-lange-naam zelf. Het was ook een cruciale voorwaarde voor het succes van een ontwikkeling die het hele Vlaamse bibliotheekveld raakte: de positionering en erkenning van bibliotheken met erfgoedcollecties als volwaardige spelers in het bonte universum van het cultureel erfgoed. Wat als? Wat als An Renard in oktober 2000 de sprong naar de bibliotheekwereld niet had gewaagd? En wat als ze niet had geijverd voor meer samenwerking tussen bibliotheken, zelfs als dat af en toe conflicteerde met de plannen die ze voor haar eigen instelling koesterde? Dan zou er vandaag hoogstwaarschijnlijk geen organisatie met de naam ‘Vlaamse Erfgoedbibliotheken’ bestaan. De pioniersjaren ervan mocht ik van nabij meemaken, samen met enkele andere goede collega’s. We noemden ons toen ‘Vlaamse Erfgoedbibliotheek’, in het enkelvoud, en moesten daarom elk verhaal starten met de mededeling dat de VEB eigenlijk geen bibliotheek was, maar een netwerk van zes bibliotheken. Ik denk formeel te mogen zijn: Ans visie, haar aanvaarding van voortschrijdend inzicht en haar kritische en vastberaden houding waren voor deze organisatie essentiële succesfactoren. Ook al koos ze er resoluut voor om het voorzitterschap aan anderen te laten. (Sinds 2008 en tot vandaag bekleedt ze in het bestuur de functie van secretaris-penningmeester.) Laten we in de redenering een trapje afdalen: wat als die organisatie ‘Vlaamse Erfgoedbibliotheken’ niet tot stand was gekomen? Dan zou de Vlaamse overheid erfgoedbibliotheken nog steeds als een anomalie beschouwen, ergens
tussen openbare bibliotheken, universiteitsbibliotheken en archieven in. Dan zou ook het brede publiek onvoldoende bewust zijn van de rijkdom en diversiteit van de collecties oude boeken, kranten en handschriften die opgeslagen liggen in weinig bekende instellingen. Mag het concreter? Dan zouden onderzoekers in binnen- en buitenland niet kunnen steunen op de ‘Short-Title Catalogus Vlaanderen’, de online bibliografie van het oude boek in Vlaanderen. De fundamenten ervan werden in 1997 gelegd dankzij een door de Nederlandse Taalunie gefinancierd vooronderzoek. En de opbouw van de databank was al in januari 2000 gestart, toen An Renard nog werkte als directeur van het cultuurcentrum van Deurne. Maar het ambitieuze, langlopende project werd kort na 2008 structureel ingebed in de werking van de vzw Vlaamse Erfgoedbibliotheek. Volgens de website telt de STCV vandaag meer dan 26.500 beschrijvingen. Minstens even belangrijk: dan zouden meerwaardezoekers het moeten stellen zonder ‘Abraham’, het naar volledigheid strevende overzicht van Vlaamse historische kranten. Het is de onmisbare opstap naar de grootscheepse digitalisering ervan. Geef de ontwikkelaars van ‘Abraham’ nog wat tijd, en dan komen die eersterangsbronnen digitaal beschikbaar voor een hele reeks toepassingen in onderwijs en wetenschap, in nieuwsgaring en literatuur. Een laatste voorbeeld: dan zou de Vlaamse literatuur nog steeds te weinig zichtbaar zijn in de ‘Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren’ of DBNL. De onderhandelingen die leidden tot een structurele samenwerking tussen de Nederlandse Taalunie, de Koninklijke Bibliotheek van Nederland en de vzw Vlaamse Erfgoedbibliotheken waren destijds taai, zeer taai. Dat er een productieve oplossing uit de bus kwam, was behalve aan het werk van de coördinator voor een groot stuk te danken aan het onderhandelaarstalent van de Antwerpse bibliotheekdirecteur – en aan haar lichaamstaal, die bij momenten zelfs de meest zelfzekere gesprekspartner aan zichzelf deed twijfelen. “Op mensen komt het aan”, zo schreef een van An Renards voorgangers aan het hoofd van de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience 30 jaar geleden, toen ze nog gewoon ‘Stadsbibliotheek Antwerpen’ heette. Wat geldt voor een bibliotheek gaat des te meer op voor een organisatie die het werk van verschillende bibliotheken ondersteunt en voortstuwt. An Renard toont als weinig anderen aan dat het ook op het hoogste bestuursniveau op mensen aankomt.
Een bibliotheek voor de 21ste eeuw Geert Buelens Dichter, essayist en hoogleraar Moderne Nederlandse Letterkunde aan de Universiteit Utrecht.
Stel je voor: Je wordt de grote baas van de belangrijkste bibliotheek van jouw regio. Precies op dat moment voorspelt iedereen die er beweert verstand van te hebben dat bibliotheken geen toekomst meer hebben. Een grote verzameling dode bomen zijn het, collecties vergelend en verbrokkelend papier, predigitale archieven die samen met de babyboomers aan hun eind zullen komen. Eén taak rest bibliothecarissen nog: gewoon de hele zwik door de scanner van Google Books laten halen. Daarna zal jouw kleine bibliotheeklogo tot het einde der tijden online voor de hele wereld zichtbaar blijven, als een herinnering aan het Tijdperk der Bibliotheken - niet zo uitgestorven als de dinosauriërs, maar vanuit het digitale heden bekeken toch ook best wel paleo. Maar zo hoefde het dus niet te gaan en zo ging het ook niet. Onder leiding van An Renard begon Google in 2020 weliswaar aan de digitalisering van een groot deel van de collectie - ongeveer een tiende van uiteindelijk 100.000 titels is nu al gratis, wereldwijd te bekijken, via Google Books. Maar in het licht van de transformatie die de Erfgoedbibliotheek onder haar leiding doormaakte, is dit lang niet de belangrijkste verwezenlijking. Het zou raar zijn te beweren dat de bibliotheek vandaag een bruisende plek is geworden. Bruisen hoort nu eenmaal niet bij papier. Maar alles wat boeken wel vermogen, voltrekt zich wel degelijk in de Erfgoedbibliotheek. Boeken, kranten en tijdschriften worden er vak kundig bewaard. Maar ze worden er ook getoond in prachtige thematische tentoonstellingen die altijd opnieuw grote groepen bezoekers naar de onvergetelijke Nottebohmzaal lokken. In die zaal vinden ook lezingenreeksen plaats die telkens opnieuw bewijzen hoe onverminderd
groot de honger naar kennis en schoonheid is en hoe graag mensen, ook in tijden van YouTube en Netflix, komen luisteren naar andere mensen. De lezingen en tentoonstellingen maken van de Erfgoedbibliotheek een belangrijke culturele ontmoetingsplek. Wat weinigen 20 jaar geleden hadden durven voorspellen: de Erfgoedbibliotheek werd bijna te populair als studieplek voor scholieren en studenten. Tijdens examenperiodes kan de leeszaal zo vol zitten, dat gewone onderzoekers er nauwelijks nog een plekje kunnen vinden. Een echt probleem is dat overigens niet. Dat hele generaties digital natives hun weg naar de bibliotheek weten te vinden, zal de volgende decennia een ongelooflijke troef blijken te zijn. Een onschatbaar archief was de Stadsbibliotheek altijd al. Maar waar voorheen het bewaren van die schatten de belangrijkste prioriteit leek, werd voor de Erfgoedbibliotheek het ontsluiten, presenteren en aan lezers en onderzoekers ter beschikking stellen van de collectie minstens even belangrijk. Het absolute wereldrecord in het ondersteunen van onderzoekers breken An Renard en haar team sinds de eerste COVID-19-lockdown: de scanservice die ze vandaag aanbieden aan onderzoekers die niet kunnen reizen, kunnen we niet genoeg prijzen. Meer nog: mijn laatste boek en meest recente wetenschappelijke artikelen had ik zonder deze dienstverlening eenvoudigweg niet kunnen voltooien. Niet alleen vergeten boekjes en tijdschriftartikelen bezorgen ze gezwind aan thuiszittende onderzoekers. Wanneer je slechts een vaag vermoeden hebt van wat er wanneer in een bepaalde oude krant of perio diek gestaan zou kunnen hebben, gaan de bibliotheekmedewerkers zelf voor jou op zoek in boekband of microfilm. En dat alles ook nog eens gratis. Dat de Erfgoedbibliotheek dit alles onder An Renard voor mekaar kreeg, is een enorm geschenk voor elke gebruiker, voor elke burger.
“ Het absolute wereldrecord in het
ondersteunen van onderzoekers breken An Renard en haar team sinds de eerste COVID-19-lockdown: de scanservice die ze vandaag aanbieden aan onderzoekers die niet kunnen reizen, kunnen we niet genoeg prijzen.” - Geert Buelens
WORKSHOP
Cirkelhelden Interactief en creatief naar meer inzicht en leesplezier
© Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience, foto: LUCID
Maart, ‘de jeugdboekenmaand’, staat in het thema van ‘Helden en schurken’. Voor de Erfgoedbibliotheek is dit het uitgelezen moment om een gloednieuwe workshop te lanceren. Die komt er naast de populaire workshop ‘Heldenflix’ die aan bod kwam in de Nottebohmkrant van najaar 2021. LEESBEVORDERING Met ‘Cirkelhelden’ zetten we ons in voor leesbevordering bij jongeren. Die is broodnodig. Recent onderzoek toont aan dat slechts de helft van alle 9- tot 13-jarigen wekelijks een boek of strip leest. In de categorie 14 tot 17 jaar daalt dat cijfer verder naar een derde.
DE LEESZAAL
Vijf goede redenen voor een bezoek aan onze leeszaal Alleen al de inspirerende omgeving maakt een bezoek aan de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience meer dan de moeite waard. Maar voor onderzoekers, studenten, lezers en andere geïnteresseerden zijn er nog minstens vijf andere goede redenen om langs te komen. 1. WIE ZOEKT, DIE HELPEN WIJ VINDEN Iedereen is welkom in onze leeszaal. Je hoeft geen professionele onderzoeker te zijn om je gading te vinden in de collectie. Heb je een zoekvraag, klein of groot? Onze leeszaal medewerkers helpen je graag vooruit. Ze maken je wegwijs in onze online catalogus en tonen hoe je een microfilm op het toestel zet of hoe je de scanner gebruikt. Kan je niet zelf naar de bibliotheek komen, dan kan je een beroep doen op de gratis scanservice. Via email kan je scans aanvragen van tijdschrift artikels of passages uit boeken. Volledige werken scannen we niet. Stel ons jouw vraag via consciencebibliotheek@antwerpen.be of op het nummer 03/338.87.34.
“Iedereen is
welkom in onze leeszaal. Je hoeft geen professionele onderzoeker te zijn om je gading te vinden in de collectie.”
2. DE KRANTEN EN TIJDSCHRIFTEN Ook wie in alle rust zijn favoriete krant of tijdschrift wil lezen, kan in onze leeszaal terecht. Wij bieden dagelijks alle Vlaamse dagbladen aan, plus drie buitenlandse kwaliteitskranten (‘NRC’, ‘Le Monde’, ‘Frankfurter Allgemeine’). Onze collectie Belgische kranten uit de 18de en 19de eeuw is uniek. Interessante pagina’s kan je downloaden of afdrukken. De collectie tijdschriften omvat de algemene Vlaamse en Nederlandse tijdschriften, zoals ‘Knack’ en ‘De Groene Amsterdammer’. Je vindt bij ons ook literaire, historische en culturele vaktijdschriften. 3. HET GRATIS LIDMAATSCHAP Lid worden van de Erfgoedbibliotheek is gratis. Een A-kaart of studentenkaart volstaat. Na je online registratie krijg je een mail met een voorlopige login en wachtwoord. Daarmee kan je alvast je materialen bestellen. Bij een eerste bezoek wordt je inschrijving afgerond en liggen de materialen op jouw naam klaar achter de balie. Krijg je niet alles in één keer rond? Geen probleem: je kan je materialen 14 dagen (en indien nodig, langer) opzij laten houden. Materialen uitlenen kan niet, maar je kan wel artikels, hoofdstukken uit een boek en zelfs krantenpagina’s scannen en naar jezelf mailen, of op een eigen USB-stick zetten. Je kan ook fotokopieën en/ of prints laten maken, dan betaal je 0,15 euro per pagina (zwart-wit) of 0,65 euro (kleur). 4. DE DIGITALE TOEPASSINGEN De Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience bewaart niet alleen papieren drukwerk, maar is ook digitaal helemaal mee. Wij hebben een ruim aanbod digitale bronnen omtrent geschiedenis, kunst en literatuur. Op onze website vind je een handig alfabetisch overzicht. Het digitale archief van ‘Gazet van Antwerpen’ is bijzonder populair. Net zoals bij boeken, kranten en tijdschriften kan je ook pagina’s uit de digitale bronnen downloaden en/of printen. In een aparte ruimte staan 12 internet-pc’s opgesteld. Gebruik ervan is gratis en zonder tijdslimiet – tenzij er andere gegadigden zijn. 5. DE ZALIGE STILTE De Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience is een stille plek. Het is een van de weinige plaatsen in Antwerpen waar je nog ongestoord kan studeren, een krant kan lezen, of gewoon tot rust kan komen.
De Erfgoedbibliotheek richt zich voor het eerst op een jonger publiek: de derde graad basisonderwijs en eerste jaar secundair onderwijs. Dat doen we net omdat de leesfrequentie bij jongeren zo rond de overgang naar het secundair onderwijs dramatisch daalt. OPZET Van oudsher gaan veel verhalen over helden. Maar met de tijd veranderden ook de helden. In deze workshop leren jonge tieners al doende over de tijdloosheid van helden en verhalen. Ze staan ook stil bij de vraag wat een held nu kan zijn en wat een held voor hen betekent. Interactiviteit en leesplezier staan centraal in deze workshop. Jongeren zetten eerste stappen richting tekstinzicht en verhaalanalyse, en leren om hun eigen creatie te presenteren. Na een algemene introductie op wat een held kan zijn, gaan de jongeren in groepjes aan de slag met fragmenten. Die komen van vijf representatieve – want zeer diverse – heldenverhalen uit onze gigantische collectie jeugdliteratuur: - ‘Gilgamesj. De zoektocht naar de onsterfelijkheid’ in ‘Liefde en duisternis. Heldenverhalen uit vervlogen tijden’ van Ed Franck, Davidsfonds/Infodok, 2018; - ‘Het meisje zonder armen’ in ‘Het vogeltje en andere Armeense sprookjes’ van Hovhannes Toemanjan, Rubinstein, 2019; - ‘Emiel en zijn detectives. Een roman voor kinderen’ van Erich Kästner, Lebowski, 2014; - ‘Ronja de roversdochter’ van Astrid Lindgren, Ploegsma, 2016; - ‘Tor’ van Brian Elstak en Karin Amatmoekrim, Das Mag, 2017.
De jongeren lezen en puzzelen verhaalfragmenten in elkaar en maken zo kennis met de ingrediënten en de (cirkel)structuur van heldenverhalen. Vervolgens gaan ze, onder andere geholpen door een digitale inspiratietool, creatief aan de slag om zelf een verhaal over een eigen held te schrijven. Deze workshop werd professioneel uitgewerkt door Oetang Learning Designers. We lieten ons adviseren door de educatieve experts van de Openbare Bibliotheek Antwerpen. De workshopsessies vinden natuurlijk plaats in het boekenhart van onze stad: de Nottebohmzaal. Met ‘Cirkelhelden’ leveren we aan onze jongeren het overtuigende bewijs van hoe belangrijk en plezierig lezen wel is. BIBCHALLENGE Na deze workshop boordevol heldhaftige verrassingen, samenwerking en creativiteit zijn de leerlingen klaar voor hun eigen avontuur: de bibchallenge. Alleen of samen met de leerkracht duiken ze heldhaftig de openbare bibliotheek in. Ze gaan zelf op zoek naar een boek dat ze lezen en waarvan ze een cirkelboekbespreking maken en/of presenteren. Dat doen ze aan de hand van de hulpmiddelen die ze aangereikt kregen in de workshop. En zo is de cirkel rond.
PRAKTISCH De workshop is geschikt voor de derde graad basisonderwijs en het eerste jaar secundair onderwijs. Deelnemers: maximum 25 per groep. Duurtijd: 2 uur. Wanneer: elke werkdag. Mogelijke tijdssloten: 9-11 uur, 11-13 uur, 13-15 uur. Locatie: Nottebohmzaal, Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience, Hendrik Conscienceplein 4, 2000 Antwerpen. Kostprijs: 95 euro, alles inclusief. Leerkrachten en onderwijsbegeleiders kunnen deze workshop boeken via experienceantwerp.be. Meer info nodig? Mail naar educatie_ehc@antwerpen.be. Het volledige educatieve pakket staat klaar op cirkelhelden.be om gratis in de klas te gebruiken. Benodigdheden: laptop met beamer of smartboard, minimale hoeveelheid prints, knutselmateriaal.
WELKE INFORMATIE VIND JE IN DE ERFGOEDBIBLIOTHEEK? In totaal bevinden zich in onze magazijnen anderhalf miljoen boeken. Deze immense collectie omvat zowel unieke boeken uit de begindagen van de boekdrukkunst als de krant van vandaag. Natuurlijk verzamelen wij niet alles. Wel focussen wij zeer grondig op een aantal (verzamel)domeinen: - Wij verzamelen alle publicaties van en over Vlaamse auteurs. Wij bewaren niet alleen alle werken, maar ook alle edities van een werk. Ben je op zoek naar een zeldzaam exemplaar dat in de handel niet meer verkrijgbaar is, dan maak je veel kans dat bij ons te vinden. - Wij zijn ook dé uitvalsbasis voor wie meer wil weten over de geschiedenis van Vlaanderen en Nederland. Als stedelijke bibliotheek van Antwerpen bewaren wij zowat alle publicaties rond Antwerpen.
- Publicaties over Nederlandse taalkunde worden systematisch aangekocht, en dat al sinds het midden van de negentiende eeuw. Ook verzamelen we belangrijke bronnen voor het onderzoek naar de geschiedenis van het Nederlands, zoals oude woordenboeken, schoolboeken en grammatica’s. - Boeken die het dagelijkse leven en de volkscultuur in beeld brengen, vind je in overvloed in onze collectie. Denk bijvoorbeeld aan almanakken, devotieboekjes, goochelboeken, kookboeken, liedbundels, moppenboekjes, oude straat- en marktliederen, boekjes met lokale gebruiken, mythen, sagen en legenden. - Wij bewaren ongeveer 40.000 boeken uit de periode voor 1800. Deze collectie ‘oude drukken’ bevat werken uit heel Europa en daarbuiten over alle mogelijke onderwerpen.
COLLECTIE
Gefascineerd door vos
7
‘Dialogus Creaturarum’ (Antwerpen, Gheraert Leeu 1491). De vos bedriegt een kapoen in dialoog 61.
Tegenwoordig twijfelen sommige onderzoekers aan het historische bestaan van Aesopus, maar hoe dan ook staat vast dat er al in de late vijfde eeuw v.Chr. allerlei verhalen over hem de ronde deden. En veel van de fabels die we nog kennen, gaan terug op de fabels die aan Aesopus werden toegeschreven. Anders dan de ‘Vita Aesopi’ werden de zogenaamde Esopische fabels al in de eerste eeuw n.Chr. uit
© Collectie Stad Antwerpen, Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience [EHC A 16128]
Titelpagina van ‘Dat wonderlijck ende ghenuechlijck leven van Esopus’ (Antwerpen 1623).
het Grieks naar het Latijn vertaald door de fabeldichter Phaedrus. Een deel hiervan werd rond de vijfde eeuw omgezet in proza, vermoedelijk door de auteur Romulus.
volkstalen werd vertaald en vele malen herdrukt is. De Middelnederlandse tekst is getiteld ‘Twispraec der creaturen’. Die tekst is enkel in gedrukte vorm overgeleverd; er bestaan geen handschriften meer van.
MIDDELNEDERLANDSE DIERENFABELS In de middeleeuwen gingen de Esopische fabels in Europa een eigen leven leiden. Niet alleen kwamen de oorspronkelijke fabels van de legendarische Aesopus in tal van versies voor, maar er ontstonden ook veel nieuwe fabels in het Latijn. Vanaf de 13de eeuw werden deze Latijnse fabels bewerkt en vertaald in de volkstalen. In het Middelnederlandse taalgebied speelden vijf grote fabelverzamelingen een belangrijke rol in de overdracht van fabels: de ‘Esopet’, de ‘Parabelen van Cyrillus’, de ‘Twispraec der creaturen’, de ‘Historien ende fabulen van Esopus’ en het ‘Leven ende fabulen van Esopus’. De laatste twee, de titel zegt het al, bestaan grotendeels uit Esopische fabels en zijn alleen in vroege drukken bekend.
FABELS IN DRUK De vroegste fabelverzamelingen gedrukt in het Middelnederlands zijn die van Gheraert Leeu, een drukker uit Gouda die in 1484 naar Antwerpen verhuisde. In zeker dertien boeken die hij drukte, spelen dieren een hoofdrol. Van ‘Reynaert die vos’ verzorgde Leeu zowel een prozadruk als een versie op rijm. Van zijn ‘Dialogus creaturarum’ zijn minstens acht drukken bekend (vijf Latijnse, twee Nederlandse en een Franse editie). Leeu bracht ook enkele edities uit van het leven en de fabels van Aesopus, zowel in het Latijn als in het Middelnederlands. Zijn ‘Historien ende fabulen van Esopus’ is een vertaling van de Franse fabelverzameling, de ‘Esope’, van Julien Macho.
De oudste van die verzamelingen, de ‘Esopet’, die bestaat uit een voorwoord en 67 Esopische fabels, stamt uit het midden van de 14de eeuw. Anders dan de ‘Esopet’ hebben de ‘Parabelen van Cyrillus’ veeleer een Bijbelse en theologische oorsprong, en staan hierin de cardinale deugden centraal die klassieke filosofen en middeleeuwse theologen hoog waardeerden – Prudentia (Voorzichtigheid), Justitia (Rechtvaardigheid), Fortitudo (Moed), en Temperantia (Gematigdheid). Eeuwenlang heeft men gedacht dat de auteur van deze fabelverzameling de heilige Cyrillus was, al was de vraag welke van de drie: Cyrillus van Alexandrië (376-444), van Jeruzalem (313-386) of van Thessalonica (827-869). Tegenwoordig schrijft men de tekst toe aan de dominicaner monnik Bonjohannes de Messana, die in de 14de eeuw actief was. Deze fabels gaan niet terug op de Esopische fabels, maar De Messana was hier zeker mee bekend, want de plots van sommige van zijn fabels zijn ervan afgeleid. De fabelverzameling ‘Dialogus creaturarum’ is net als de ‘Parabelen van Cyrillus’ in het midden van de 14de eeuw in het Latijn geschreven, mogelijk door een kloosterling. De tekst bestaat uit een honderdtal moraliserende dialogen tussen zowel werkelijk bestaande als fantastische wezens. Deze tekst was zo populair in de middeleeuwen dat hij in diverse
Fabelboekjes waren ook ideaal voor het onderwijs, omdat fabels kort waren en eenvoudig in een tweetalige editie gedrukt konden worden. Begin 16de eeuw zagen Antwerpse drukkers snel in dat er een groeiende afzetmarkt was voor schoolboeken. Volgens schattingen bestond circa dertig procent van de drukken in de periode 1500-1540 in de Nederlanden uit schoolboeken. Zo bracht de drukker Gregorius de Bonte, die gespecialiseerd was in schoolboeken, in 1548 een editie van ‘Dleven ende fabulen van Esopus’ uit in het Frans en het Middelnederlands. Er verschenen bijvoorbeeld ook schooledities in het Grieks en het Latijn. DE MORAAL VAN HET VERHAAL Wat is een fabel eigenlijk? Volgens het ‘Algemeen letterkundig lexicon’ is een fabel “een kort, fictioneel verhaal of dichtwerk dat een algemeen bekende waarheid of wijsheid aan de hand van een treffend (voor)beeld (exempel) illustreert en bevestigt. De toon van de fabel kan spitsvondig of satirisch zijn, maar ook moraliserend en belerend.” Meestal is de hoofdrol voor dieren weggelegd. Daarnaast komen allerlei wezens, planten en zelfs zaken voor, die zich als mensen gedragen en die denken, praten en handelen. En ook mensen kunnen natuurlijk een rol spelen in fabels. Meestal bezitten dieren en andere personages in fabels een combinatie van menselijke en dierlijke eigenschappen. Neem nu Aesopus’ bekende
© Collectie Stad Antwerpen, Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience [EHC C 9143]
AESOPUS, DE FABELVERTELLER De krekel en de mier, de schildpad en de haas, de raaf en de vos, wie kent deze fabels niet? Deze en een honderdtal andere bekende fabels zouden afstammen van de legendarische fabelverteller Aesopus, die in de vroege zesde eeuw v.Chr. in KleinAzië (een deel van het huidige Turkije) zou hebben geleefd en als slaaf geboren zou zijn. Buiten enkele sporadische verwijzingen naar zijn fabels door klassieke auteurs zoals de historicus Herodotus (ca. 485425 v.Chr.) en de filosoof Aristoteles (384-322 v.Chr.) is er eigenlijk niet veel bekend over het leven van Aesopus. De enige bron die er is, de Βίος Αισώπου (‘bios Aisopou’, ‘het leven van Aesopus’), is een levensbeschrijving uit de eerste eeuw, die mogelijk al in de vijfde eeuw v.Chr. is neergeschreven. Hiervan circuleerden bovendien drie verschillende versies in Griekse handschriften, die sterk uiteenlopen. Begin veertiende eeuw vond de Byzantijnse monnik Maximus Planudes (ca. 1255-1305) een van die Griekse handschriften en bracht dat naar Italië. Deze versie werd voor het eerst gedrukt in 1479 in Milaan door Bonus Accursius. Ondertussen werkte Rinuccio da Castiglione (1395-1457) aan een Latijnse vertaling, de ‘Vita Aesopi’, die voor het eerst gedrukt werd in 1474 in Milaan door Antonius Zarotus. Da Castiglione voegde er honderd fabels aan toe die men toen aan Aesopus toeschreef.
© Collectie Stad Antwerpen, Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience [EHC G 151656]
Ter gelegenheid van het pensioen van onze directeur An Renard duiken we in de collectie op zoek naar sporen van de vos. De resultaten van die zoektocht worden in juni 2022 gepresenteerd in een rijk geïllustreerde publicatie. De fascinatie voor de vos brengt ons op heel diverse en onverwachte paden, van vlinders, plakboeken tot modebladen. Zo ontdekten we een uitzonderlijk rijke verzameling fabelboeken en embleemboeken. Conservator Marie-Charlotte Le Bailly licht alvast een tipje van de sluier op over vossenfabels.
‘Fabulae Aesopi Graecè & Latinè, nunc denuo selectae’ (Leiden 1632). Tweetalige (Grieks en Latijn) schooleditie van de fabels van Aesopus en andere Latijnse fabels. Fabel van de vos en de braamstruik.
fabel over de vos en de bok. De vos en de bok zijn in een waterput afgedaald om hun dorst te lessen. Als ze merken dat ze niet meer uit de put kunnen geraken, stelt de vos voor dat de bok hem eerst uit de put helpt en hij belooft hem daarna uit de put te trekken. De bok gaat op zijn achterpoten staan, met zijn voorpoten tegen de muur van de put, zodat de vos via zijn schouders en horens uit de put kan springen. Maar de vos laat de bok achter en lacht hem uit. De vos roept hem na dat als hij net zoveel verstand had als zijn baard lang is, hij niet zo lichtzinnig in deze put zou zijn afgedaald. De moraal van dit verhaal is duidelijk en gaat terug op de gulden regel ‘Bezint eer gij begint’. Wordt vervolgd…
8
Ontdek en beleef
© Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience, foto: Ans Brys
Onze lezingen en activiteiten
Nottebohmlezingen Een andere kijk op de collectie en de actualiteit Tijdens de Nottebohmlezingen brengt de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience maandelijks een spraakmakende spreker. Die geeft een persoonlijke blik op een thema dat gelinkt is aan de collectie van de bibliotheek en de actualiteit. De vijf lezingen in het voorjaar van 2022 staan, naar aanleiding van de pensionering van directeur An Renard, in het teken van ‘de vos’. Karel Vingerhoets, Lisanne Vroomen en Marnix Beyen gaan aan de slag met Reinaert, wellicht de bekendste vos in Vlaanderen. Yvan de Maesschalk gaat nog een stapje verder en zoekt ook naar andere vossen als personage, symbool of motief in de moderne literatuur. Dirk Draulans neemt de vos voor wat hij echt is: een dier dat net als de wolf aan een comeback bezig is.
Rondleidingen RONDLEIDINGEN ACHTER DE SCHERMEN Zaterdagen 26 februari, 26 maart, 30 april, 28 mei, 24 september, 29 oktober en 26 november van 10 tot 11.30 uur. Ga mee op wandel door de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience – van de magnifieke Nottebohmzaal, langs de indrukwekkende magazijnen tot in de leeszaal. Plots gaan er deuren open die anders gesloten blijven en zie je met eigen ogen hoe 1,5 miljoen boeken gekoesterd, bewaard en ter beschikking gesteld worden. Tickets: 10 €
PROGRAMMA ZO 20/2 Karel Vingerhoets Walter had nog een vos in zijn schuif liggen … ZO 13/3 Dirk Draulans De parabel van de Vos en Demir
ZOMERRONDLEIDINGEN | CAMIEL VAN BREEDAM Van 16 juni tot 11 september, elke donderdag en vrijdag om 10 uur, 11.30 uur en 14 uur. Deze zomer zwaaien de deuren van de Nottebohmzaal opnieuw open voor het publiek. Elke donderdag en vrijdag kan je aansluiten bij een gegidste rondleiding voor individuele bezoekers. Je maakt kennis met de prachtige zaal, de rijke collectie en 400 jaar geschiedenis van het gebouw, het plein en de bibliotheek. Toemaatje deze zomer is de tijdelijke expo van Camiel Van Breedam, die een prachtige symbiose creëert tussen zijn eigen bibliofiele boekcollages en de eeuwenoude werken in de Nottebohmzaal. Tickets: 10 €
ZO 10/4 Yvan de Maesschalck De vossenfiguur in de moderne literatuur ZO 15/5 Marnix Beyen De beeldhouwer Albert Poels
GROEPSRONDLEIDINGEN Wil je de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience met een groep bezoeken? Boek een rondleiding en één van onze gidsen neemt jullie mee op pad in de bibliotheek en de Nottebohmzaal. Je kan kiezen tussen de rondleiding ‘Achter de schermen’ en een rondleiding die focust op de ‘Schatten van de Nottebohmzaal’. Tickets: www.experienceantwerp.be
PRAKTISCH Lezing van 11 tot 12.30 uur Tarief per lezing: 5 € Abonnement (5 lezingen): 20 €
Kalender FEBRUARI – MAART ZA 19.02, ZA 12.03 & ZA 19.03 | 10-12 uur Cursus Davidsfonds Academie door Rik Van Daele Vossenstreken: Antwerpen en de Reynaert ZO 20.03 | 11-12 uur Theatervoorstelling ‘Een held, Gawein en de Groene Ridder’ Gezinsvoorstelling vanaf zes jaar door Lies Van Gasse, Anke Verschueren en Sien De Smet
ZO 27.03 | 14-15 uur Boekvoorstelling ‘Homo Digitalis’ door Thierry Geerts De topman van Google over de kansen en gevaren van de digitale revolutie. I.s.m. Herita en Lannoo
APRIL
MEI
WO 20.04 | 19 uur Miraeus Lecture door Anton van der Lem Priesterbibliotheken ten tijde van de Republiek
VR 06.05 & ZA 07.05 | 20 uur Wat betekent perversiteit vandaag? Voorstelling door Katarina Antunovic en Maarten Degraeuwe
ZO 24.04 | 10-18 uur Erfgoeddag maakt school Doorlopend: presentatie in de leeszaal, bezoek de Nottebohmzaal of volg een rondleiding achter de schermen MA 25.04 t.e.m. VR 29.04 Erfgoedweek voor scholen Iedere dag gratis workshops voor scholen
V.U.: Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience, An Renard, Hendrik Conscienceplein 4, 2000 Antwerpen
Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience Hendrik Conscienceplein 4 www.consciencebibliotheek.be
INFO & TICKETS op consciencebibliotheek.be/kalender
IN DE KIJKER
ZO 27/3 Lisanne Vroomen De kromme paden van Reynaert de vos in de Nederlandse letterkunde