4 minute read

in de klas vrolijke noten

Dat muziek heilzaam is voor kinderen wordt keer op keer bewezen. Maar van structurele muziekles op de basisschool is geen sprake. Hoe komt dat? En wat valt eraan te doen? Drie experts delen hun visie. ‘Je kunt met muziek tegenwoordig zoveel meer dan vroeger.’

Muziekdocent André Accord ziet het vaak gebeuren. Geeft hij op een basisschool een workshop rappen of beatboxen, fleurt een complete klas op. ‘Kinderen lachen, hebben plezier, kruipen uit hun schulp. Soms verandert een leerling zo dat docenten verbaasd tegen me zeggen: zo kennen we hem niet!’ Het verbaast Accord niks. ‘Muziek prikkelt een ander deel van de hersenen dan rekenen of taal. Dat gun je toch elk kind?’

Onderzoek na onderzoek bevestigt Accords ervaring. Muziekles maakt kinderen blij en creatief. Het leert ze samenwerken en verrijkt het gevoelsleven. Jantien Westerveld hoef je van de zegeningen evenmin te overtuigen. Ze is directeur van Méér Muziek in de Klas, een stichting die zich sinds 2015 inzet voor structurele muzieklessen op de basisschool.

‘Samen zingen en muziek maken, geeft plezier. En plezier is een randvoorwaarde om überhaupt te kunnen leren. Dus ik zou zeggen: begin de schooldag met muziek. Dan gaat het leren daarna makkelijker.’ Maar

MUZIEK PRIKKELT EEN ANDER DEEL VAN DE HERSENEN. DAT GUN JE TOCH ELK KIND?’

Meer muziek in de podcast

In de podcast In gesprek met Méér Muziek in de Klas gaat Saskia Weerstand in gesprek met betrokkenen van muziekonderwijs. Waarom muziekonderwijs volgens Erik Scherder (neuropsycholoog) verplicht moet zijn op basisscholen, wat muziek doet met de ontwikkeling van kinderen en wat de kracht is van storytelling. De podcast is te beluisteren via de reguliere platforms.

kijk om je heen en je ziet: muziek op de basisschool heeft geen prioriteit. ‘Dat moet ik helaas onderschrijven,’ zegt Kristel Baele, voorzitter van de Raad voor Cultuur. ‘Ik zie veel goedwillende leerkrachten en scholen die muziekles willen aanbieden, maar het systeem stribbelt tegen.’

Hollandse Nuchterheid

Oppervlakkig beschouwd gebeurt er van alles. In de Amsterdamse Bijlmer wortelt bijvoorbeeld het Leerorkest Kinderen krijgen een instrument, muziekles en spelen samen. Rotterdam kent het programma Ieder Kind Een Instrument En ouders die boffen, treffen een kinderopvang waar peuters alvast kunnen snuffelen aan een xylofoon of een trom. Allemaal prachtig, zegt Jantien Westerveld, maar meestal buitenschools.

‘Binnenschools heerst helaas nog te vaak Hollandse nuchterheid. Zo van: rekenen en taal zijn tóch belangrijker.’ Kristel Baele, een geboren Vlaamse, herkent het. Voordat ze voorzitter van de Raad voor Cultuur werd, zat ze acht jaar in een ander adviescollege: de Onderwijsraad. ‘Nederland mag dan wel nuchter zijn, er speelt meer. Denk aan het lerarentekort of aan de nasleep van corona. Het kost scholen moeite alles weer op de rit te krijgen. Daar komt bij dat Nederland al jaren gestaag daalt op internationale onderwijslijstjes. Er heerst een sterk gevoel dat je moet focussen op de cognitieve vakken.’

Was het vroeger beter? ‘Ik kreeg op de basisschool in elk geval nog blokfluitles,’ zegt André Accord, ‘dat voelde voor mij als een verrijking.’ Jantien Westerveld herinnert zich het meerstemmige zingen in de klas. ‘En vanuit ons Twentse dorpje kon ik in de

Over N Ding Is Iedereen

jaren 70 naar een muziekschool verderop. Maar laten we het verleden niet idealiseren. Misschien had het basisonderwijs meer aandacht voor muziek en tierden de muziekscholen welig. Maar ook toen waren er genoeg kinderen die weinig meekregen.’

Didactisch Concept

André Accord behoort tot de Vliegende Brigadiers, oftewel de docenten die namens Méér Muziek in de Klas langs basisscholen reizen. Wat hij aantreft, wisselt sterk.

‘Sommige scholen hebben een vaste vakleerkracht muziek, andere doen helemaal niets. Maar na een workshop hoor ik steevast: goh, dat zouden we vaker moeten doen.’ En Jantien Westerveld meent: ‘Per stad of regio brengen we partijen bij elkaar. Dat reikt van schoolbestuurders tot vakdocenten tot pabo’s. Over één ding is iedereen het snel eens: elk schoolkind verdient structureel muziekonderwijs. Soms, zoals in de stad Groningen, trekt een wethouder de kar. In een Overijssels dorp begon het met een donatie van een gepensioneerde huisarts. We leggen alle afspraken vast in een MuziekAkkoord In Nederland en het Caraïbisch gebied hebben we er inmiddels 65 gesloten.’ Méér Muziek in de Klas bereikt rond de 900 duizend van de bijna 1,5 miljoen basisschoolkinderen. Mooie score, maar geen honderd procent. ‘Het onderwijs in Nederland is decentraal ingericht,’ zegt Jantien Westerveld. ‘Er zijn weliswaar kerndoelen, maar veel beslissingsbevoegdheid ligt bij de schoolleiders. Een regering kan niet zomaar zeggen: het moet.’ Kristel Baele: ‘Nederland heeft vrijheid van onder wijs, dat is een groot goed. Maar je kunt cultuuronderwijs, waarvan muziek onderdeel uitmaakt, binnen het curriculum wel degelijk verplichten. De Raad voor Cultuur pleit daar ook al jaren voor. Scholen hebben vervolgens alle ruimte om de lessen in te vullen op een manier die past in hun didactische concept.’

HET EENS: ELK SCHOOLKIND VERDIENT STRUCTUREEL MUZIEKONDERWIJS’

ZAADJES PLANTEN

Maar ja, zegt de scepticus, scholen moeten al zo véél. Er zijn de laatste jaren nogal wat taken over de schutting gegooid. Denk aan aandacht voor voeding en beweging. Lessen in tandenpoetsen en burgerschap. Westerveld: ‘Het wordt bijna een luxe om te denken dat muziek óók moet. Daarom zijn we op zoek naar slimme vormen van onderwijs. Dat begint bij goed opgeleide docenten. Samen met de pabo’s en conservatoria bekijken we hoe je muziek op een verantwoorde manier met andere vakken op de basisschool kunt integreren.’ Het wordt een kwestie van lange adem, denkt André Accord. ‘Maar ik heb er vertrouwen in. Ik geef geregeld workshops op pabo’s en voel bij de aankomende docenten volop enthousiasme. Niet iedereen hoeft een genie te zijn. En daarbij kun je met muziek tegenwoordig zoveel meer dan vroeger. Toen had je op pabo’s de verplichte blokfluitles, nu hebben we rap, songs, spoken word. Je kunt op allerlei manieren een zaadje planten.’

KANSENGELIJKHEID

Intussen waait de politieke wind niet ongunstig. Westerveld somt op: ‘De afgelopen jaren waren er impulssubsidies voor muziekonderwijs. Er kwam een programma Cultuureducatie met Kwaliteit Er vloeide geld naar scholen om de negatieve gevolgen van de pandemie te verlichten. Ze mochten zelf beslissen: sommige scholen kozen voor rekenen en taal, andere juist voor meer cultuur. En er ging extra subsidie naar de opleiders van toekomstige docenten: de pabo’s en de conservatoria.’

‘Grosso modo gaat het de goede kant op’, zegt Kristel Baele. ‘Regionalisering wordt de komende jaren belangrijk, daar kan het muziek- en cultuuronderwijs van profiteren. Een tweede positief element is dat bijna alle politieke partijen het belang inzien van kansengelijkheid. Je wilt toch niet dat alleen kinderen van gegoede ouders toegang hebben tot structureel muziekonderwijs?’

Met stille trom Studentensymfonieorkesten zijn ontzettend belangrijk voor de klassiekemuziekcultuur. Ze zijn een kweekvijver voor talent en ze trekken doorgaans een breder publiek dan de professionele orkesten. Toch hebben studentenorkesten het zwaar, met name om hun ledenaantal op peil te houden. De reden? Volgens de dirigenten van de orkesten ligt het aan de jarenlange bezuiniging op muziekonderwijs. De Groene Amsterdammer doet in het artikel ‘Met stille trom’ een rondje langs de velden bij diverse studentenorkesten en laat zien waarom toegankelijke muziekles essentieel is voor het behoud van een levendige klassieke-muziekcultuur. U vindt het complete artikel op: groene.nl/artikel/met-stille-trom

This article is from: