Essay vakvisie Beeldende Vorming
Meten van creativiteit(sontwikkeling) op micro en macroniveau
Pedagogiek / Didactiek Mieke van Os 4 DT- 249391, November 2013
Docent Judith Boessen
MvOMieke4dt Fontys Hogeschool voor de Kunsten docentenopleiding Beeldende Vorming, Pedagogiek / Didactiek onder begeleiding van Mevrouw Judith Boessen Pagina 0
Essay vakvisie Beeldende Vorming
Creativiteit(sontwikkeling) In dit essay neem ik creativiteit(sontwikkeling) onder de loep. Ik focus daarbij en houd een pleidooi voor het inzichtelijk monitoren van creativiteit(sontwikkeling) en neem daarbij positie tegen de stellingname dat creativiteit en creatieve ontwikkeling niet meetbaar zijn, een gedachtengoed wat lange tijd de overhand heeft op beide niveaus. Op microniveau binnen het onderwijs en op macroniveau vanuit overheid en culturele wereld. Dit kantelt. “Onze beste hoop voor de toekomst is de ontwikkeling van een nieuw paradigma van menselijke capaciteit, dat op maat gesneden is voor een nieuw tijdperk van het menselijk bestaan (...). We moeten omgevingen scheppen – op scholen, op werkplekken en in banen ‐ waar iedere persoon wordt geïnspireerd om creatief te groeien.” Sir Ken Robinson, 2009
[NRC 2 november ingezonden brief van Geert ten Dam, voorzitter van de Onderwijsraad] De Onderwijsraad stelt zich de vraag of het Nederlandse onderwijs klaar is voor de toekomst. De nieuwe generatie moet volgens de onderwijsraad goed/beter presteren in Nederlands en wiskunde, maar om een weg in de samenleving te vinden zijn andere vakken zoals geschiedenis, filosofie, cultuureducatie, burgerschaps-vorming, ICT ook van belang. [...] Ten tweede is de bemoeienis van de overheid met de inhoud van het onderwijs en de leerprestaties toegenomen. Scholen moeten vanuit een eigen visie een voor hun leerlingen passend onderwijs kunnen realiseren - en de kwaliteit ervan bewaken. Daarbij gaat het ook om de manier waarop zij leerlingen hun persoonlijkheid of beroepsidentiteit helpen te vormen. [...] Ten derde dreigt de eigenwaarde van leerlingen die cognitief niet goed presteren, een deuk op te lopen. Maatschappelijk succes en verdiensten lopen steeds vaker via het pad van goede prestaties in het onderwijs. [..] Tot slot pleit de Raad voor meer waardering van niet-cognitieve capaciteiten. De samenleving heeft ook behoefte aan creativiteit, probleemoplossend vermogen, samenwerking, culturele en morele sensitiviteit, zorgzaamheid en vakmanschap. [...] Een samenleving die werk maakt van goed onderwijs voor elke burger is rijker, socialer en democratischer dan een samenleving die dit niet doet.
Context, 'Een kind onthoudt pas echt iets als het er iets bij voelt' Ik hanteer creativiteit als een breed begrip en duid daarmee zowel op de competentie zoals die in engere zin binnen het 1 beeldende domein voorkomt , als ook op de creativiteit die iemand aanwent bij al hetgeen hij of zij doet. In die zin is (Treffinger et al., 2002) het complex, kent meerdere facetten . Ik vind creativiteit belangrijk en verwonder me dan ook over het feit dat dat stelsel van vaardigheden in de dagelijkse (onderwijs)praktijk niet altijd vanzelfsprekend aandacht krijgt. Creativiteitsontwikkeling is naar mijn idee onderdeel van mensontwikkeling, in die zin dat een mens een autonoom wezen is en zelf tot op zekere hoogte regisseur, createur is van zijn eigen bestaan. Zingeving is daarbinnen belangrijk: je 2 creëert waarde en geeft betekenis aan je leven . Essentieel voor iedereen! TOENAME VAN ‘COMPLEXITEIT’ IS DE GROOTSTE UITDAGING VOOR DE TOEKOMST
Veranderende wereld Zelfverwezenlijking is een manier om de eigen identiteit te verstevigen, te behouden en vorm te geven. In de Westerse wereld zijn verschuivingen te zien: van een product- of materiële economie, naar een ‘experience economie’, naar een betekeniseconomie. Door ontwikkelingen op het gebied van internet is er een netwerkmaatschappij ontstaan. Mensen verworden van consument naar prosument. Deze volgt niet, deze leidt. Vragen komen naar boven: waar staat iets voor? Spreekt het idee me aan? Vind ik het belangrijk? Geeft het zin? Wat is relevant voor mij? En welke partij past daarbij? In de huidige maatschappij wordt dan ook van je verwacht dat je zelf nadenkt. Er heerst een gevoel van vrijheid en eigen verantwoordelijkheid. Er ligt een focus op talentontwikkeling. Persoonlijke ontwikkeling wordt steeds belangrijker. Tegelijkertijd is de wereld ingewikkelder dan ooit en smachten mensen weer naar een beetje eenvoud, authenticiteit en uniciteit. De werkelijkheid zoals we die ervaren is altijd een constructie in de tijd. Onze samenleving staat op een keerpunt, morgen moet er anders uit gaan zien dan vandaag. De huidige manier van denken volstaat niet meer. De roep om mensen die kunnen scheppen, met een sterke intuïtie, die patronen kunnen herkennen en zin
1
Competentieprofiel Beeldende Vorming ABV Fontys Hogeschool voor de Kunsten [Verbeeldende Vorming] http://www.cultureelpersbureau.nl/2013/08/kunst-videos-om-onwetenden-te-overtuigen/; http://www.youtube.com/watch?v=4FrFxMf73Fc#t=1344; http://www.youtube.com/watch?v=BG46IwVfSu8; 2
MvOMieke4dt Fontys Hogeschool voor de Kunsten docentenopleiding Beeldende Vorming, Pedagogiek / Didactiek onder begeleiding van Mevrouw Judith Boessen Pagina 1
Essay vakvisie Beeldende Vorming
kunnen geven. Een meer holistische kijk, in een synthese tussen linksbreinige analytische en rechtsbreinige 3 verbeeldingskrachtige wijzen van denken . Uit de comfortzone komend, gevoed uit allerlei invalshoeken. Ben je eigen motor: het ‘nieuwe creatieve denken en handelen’ ratio en emotie – hoofd en hart – dichtbij jezelf – analytisch en structuur – fragmentarisch en verbanden – denken door doen – vertrouwen geven en vertrouwen krijgen – zijn wie je graag wilt zijn – eigen waarden bepalen – inventiviteit, empathie en zingeving – motivatie, overtuigingen en interesses – disciplinevrij denken – vastgeroeste denkbeelden ter discussie stellen – open minded – lenig denken – over grenzen heen denken – bewust waarnemen – echtheid en passie – uitstappen en inzoomen – in de huid van een ander kruipen – de juiste vragen stellen – kritisch denken – sceptisch zijn over vooronderstellingen – onderzoeken - meerdere oplossingen voor een probleem en antwoorden op een vraag bedenken – onafhankelijk van anderen eigen conclusies trekken uit eigen waarnemingen - oplossingen manipuleren, verkennen en verbeteren - durven twijfelen – onzekerheid verdragen – anders durven zijn – spelen met mogelijkheden – feedback geven en ontvangen - reflecteren en selecteren – technieken ontwikkelen, maken, combineren, uitwerken en verbeteren – in de praktijk onderzoeken en kritisch verkennen – conceptualiseren, metaforiseren, visualiseren, expliciteren, actualiseren, synthetiseren, transformeren en innoveren - voorbij de gangbare aanpakken komen – delen is het nieuwe hebben – intuïtie toepassen, verbindingen leggen met anderen, bijdragen aan andermans ideeën – 4 samenwerken waar nodig - doorzetten, devotie aan kennis én kunde Brainwave: een analytische kijk en een creatieve geest De drang naar het begrijpen en grijpen van onze werkelijkheid, de drang naar uiting, is er altijd en overal. Daarin zit mogelijk de ware betekenis en plaats van creativiteit, kunst en cultuur. Dit staat op het eerste gezicht misschien veraf van het ‘gecreëerde product’ als louter objectiverende aanwezigheid, toch heeft het er alles mee van doen. Want wie vormgeeft, zet in een bepaalde orde zijn werkelijkheid neer. Zodoende is creativiteit, of het nu voor kinderen of groteren is, eerder een gebeuren dan een product. Elk mens neemt zijn werkelijkheid waar, ordent zijn weten en niet weten, drukt zich uit door dat inzicht. Het is net dié zich ontwikkelende intelligentie die ons inzicht en relativeringsvermogen verschaft om te worden tot wie en wat we zijn. Dit ontmoeten, beleven, proberen te begrijpen, is een stuk van onszelf begrijpen. Desalniettemin is onze verhouding met creativiteit, kunst en cultuur een ambivalente. Ook al verrijkt het een mens en zijn de meesten het sec genomen daarover ook nog eens, van tijd tot tijd bloeit evengoed de verwerping als “teveel, overbodig” om dan bij tegenslag vertroosting of vervulling te vinden in muziek, film, dans en een gevoel van geluk te ontlenen aan schoonheid. Het lijkt iets te zijn waar de mensheid niet zonder kan, terwijl juist op dit gebied steevast de vraag wordt geopperd ‘wat is het nut, de zin ervan?’. Naast alle andere inzichten van wetenschap en ervaringen is het ‘nutteloze nuttige bezig zijn” met creativiteit en kunstbeleving door alle eeuwen heen blijkbaar ook een absolute noodzaak. De piramide van Maslow is te klein. Onze behoefte aan zingeving en betekenisgeving transformeren naar een nóg hoger niveau. Waarom zouden we dat niet iedereen en élk kind gunnen? Verbeeldingskracht, “Zien wat iedereen heeft gezien en denken wat niemand ooit heeft gedacht” Wanneer een kind een natuurlijke behoefte heeft om uit zichzelf, uit eigen wil en groeikracht op zoek te gaan naar uitingsvormen, ligt het toch eigenlijk voor de hand deze ontwikkelingseigenschap de helpende hand toe te steken om dit te bevorderen, te verruimen, te stimuleren? Csikszentmihalyi (1996) verwoordt het belang van creativiteit als volgt: “ Without creativity, it would be difficult indeed to distinguish humans from apes.“ Bij andere ontwikkelingslijnen valt dit gewoon onder opvoeden. Wanneer ‘de grote mensenwereld’ spontaan veelvuldig commentaar ‘prachtig, mooi, goed gedaan’ geeft, stimuleert dat een kind en maakt het tegelijkertijd nieuwsgierig. Iets wat ook aan opvoeden eigen is: uitgaan van de nieuwsgierigheid en het nieuwsgierig maken. En wanneer het milieu tekortschiet, ligt binnen de maatschappij de afspraak: dan springt de omgeving bij. Daarom hebben we onderwijs, jeugdwerk, gespecialiseerde organisaties, allemaal ontstaan uit de noodzaak van het gemis of uit de wil om toe te voegen waar het niet aanwezig is. Creativiteit is zoals het nieuwe denken laat zien, een combinatie van eigenschappen die de wereld in deze eeuw heel hard nodig heeft en die een kind nodig heeft om zich tot de veranderende wereld te verhouden. Die juist in het onderwijs een goede basis kan vinden. In een onderling sterk verbonden en snel veranderende globaliserende wereld, wordt onze zelfkennis als individuele lerende en als lerende in een groep steeds belangrijker. De sociale en 5 communicatieve componenten maken er zwaarwegend onderdeel van uit . De laatste tijd wint de opvatting dat 6 creativiteit gedijt binnen een collectiviteit . Toch wordt ‘leren’ vaak nog als een individueel proces beschouwd.
3
http://www.youtube.com/watch?v=dFs9WO2B8uI; Eça, 2004; Lindström, 1999; Way of looking (Tate Modern), Nicolas Bourriaud, Yuko Hasegawa, Alain Badiou, Rancière, Hornik Ron Richart et al. 2011) (Palincsar & Brown Bhabha: basis voor visible thinking routines ( , reciprocal teaching, critical thinking. Reciprocal teaching 1984) , of rolwisselend onderwijzen is gericht op instructie in de vorm van een dialoog tussen docent en leerlingen. 5 http://mvomieke.wordpress.com/2013/10/28/lerende-omgeving/ 6 ‘Kan ik via meervoudige wegen tot een oplossing komen?’(voorbeeldvraag van critical thinking) of ‘Lukt het mij om ideeën aan elkaar te verbinden op een interessante en creatieve manier om tot een uniek idee te komen?’ of ‘Hoe werken de dingen en hoe zou ik ze anders kunnen laten werken?’ (voorbeeld van creatief denken). 4
MvOMieke4dt Fontys Hogeschool voor de Kunsten docentenopleiding Beeldende Vorming, Pedagogiek / Didactiek onder begeleiding van Mevrouw Judith Boessen Pagina 2
Essay vakvisie Beeldende Vorming
Oefenruimte pur sang, “Visie op ontwikkeling, reikt verder dan onderwijs alleen” Pedro De Bruyckere (pedagoog en onderzoeker aan de Artevelde-hogeschool) stelt de vraag: ‘Betekent dit dat kinderen vandaag de dag anders leren?’. Zijn antwoord is duidelijk: ‘Nee!’ Wat is dan in deze tijd vooral belangrijk? ‘Meesterschap’, zegt De Bruyckere, ‘mensen die iets kunnen. De taak van educatoren is leerlingen oppikken uit hun leefwereld en ze meenemen op reis. Wat kun je en hoe breng je dit over? Als je geeft wat je altijd al gaf, krijg je wat je altijd al kreeg. Kunsteducatie is een ode aan durven 'niet-weten'. Het vraagt van een leerkracht dat hij een kind werkelijk ziet en daarop afgestemd zijn kennis en ervaring inzet in het moment’. In een beeld: als docent kijk je welke leerling wanneer aan welk snufje kunstmest toe is, in plaats van met een gierwagen over een bed viooltjes te denderen. HET VERSCHIL MAKEN, letterlijk en figuurlijk
Zaden, kiemen, wortelen De kunstvakken als eigenstandige vakdomeinen leren leerlingen een attitude aan die hen helpt om op een boeiende 7 manier, vanuit veiligheid en een open blik op de wereld, te groeien als mens in eigen tempo. Kunstvakken bestaan uit leerbare symbooltalen. En juist de school waar iedereen komt, kan daar de basis voor leggen. De kunstvakken kennen niet perse goed en fout en toch is wel aan te geven wanneer iets wel klopt en wanneer niet. Dat leren ontdekken is een proces dat je enkel en alleen onder de knie krijgt door oefening en kennisvergaring. Hoe meer, hoe groter het belevingsrepertoire. Juist het beleven is van groot belang bij de kunstvakken. Eigen(w)aardige toegevoegde waarde op een eigen specifieke wijze van belang voor het onderwijs. Leerlingen die een kunstvorm , ongeacht het type medium, leren beheersen (groeigerichte creativiteitsontwikkeling) kunnen hun levenswerk of passie ontdekken binnen een ‘onbesmette, niet-stigmatiserende ‘vrije ruimte’. Maar voor alle kinderen is het leren over en door kunst een ándere manier van leren dan het wetenschappelijke leren. Waarbij het noodzakelijk is om tijd te hebben om te oefenen (dus inclusief praktisch bezig zijn, de ‘ambachtelijkheid ervaren om deze te kunnen doorbreken’) en theorie te verwerken. Omdat in de kunst geen goed of fout bestaat kunnen leerlingen op een vrije manier exploreren en experimenteren. Kunst biedt daarnaast ruimte voor introspectie en het vinden van wat betekenisvol kan zijn voor iemand vanuit een diepgaande ontmoeting met jezelf en de ander[afbeelding 1 en 2]. In die zin zijn de kunstvakken bij uitstek vakken om je zelfbeeld uit te drukken en zelfverwezenlijking tastbaar te maken.
[De Volkskrant van 13 april 2013] Interview met filosoof Alain de Botton: "Kunst is een geconcentreerde dosis van goede dingen in de wereld. Het herinnert ons aan wat liefde is, wat creativiteit is, goedheid, vrijheid. Kunstwerken kunnen ons leven beter maken, deels omdat we emoties herkennen en deels omdat we opnieuw in aanraking komen met emoties die we verloren waren. We moeten zo vaak sterk zijn dat we steeds slechter worden in zacht en aardig zijn. Kunst nodigt ons uit weer aardig te zijn.' 8
Interessante insteek van de Botton . Zijn pleidooi om meer aandacht te besteden aan datgene wat menselijk en herkenbaar is in kunst is waardevol, zeker als aanknopingspunt om kunst voor een breder publiek toegankelijk te maken. Iedere kunstenaar, kunstdocent of kunsthistoricus weet ook dat de specifieke vormgeving, het leren zien van details in de vormgeving van kunst ('dat ingewikkelde technische gedoe' dus), maar bovenal het narratieve van het beeld, het kijken naar kunst nu juist bijzonder en boeiend maakt. Of zoals een leerling in mijn les zijn leerwens samenvat: "Ik zou meer en beter willen leren zien en begrijpen wat ik zelf nog niet zie of snap." [Wow, daar wil je wel een klas vol van!]. En inderdaad is het door de menging van concept, materie, proces, gerichtheid en context een hele weg naar interpreteren, begrijpen, adapteren en – misschien - appreciëren. “Science must begin with myth, and with the criticism of myth” Karl Popper
beleven creatie begrijpen
8
bestuderen
Talentvolle leerlingen gedijen bij uitdaging en aansporing om hard aan hun talenten te werken. Het gaat om het ontdekken en laten bloeien van alle mogelijke talenten, niet alleen die talenten die met een IQ-test of CITO-toets aan het licht komen. Creativiteit wordt niet gemeten. Creatief dan niet in de zin van handelingsbekwaam creëren, maar creatief in de zin van het nieuwe denken. Daarin onderscheiden de beste wetenschappers, artsen, technici, ontwerpers, automonteurs en kunstenaars zich van gewone stervelingen, eigenlijk al van oudsher af aan. Hoezo ‘nieuwe’ denken? Leonardo da Vinci en Michael Angelo als homo universalis getuigen daar al van.
http://www.bbc.co.uk/news/magazine-12136511
MvOMieke4dt Fontys Hogeschool voor de Kunsten docentenopleiding Beeldende Vorming, Pedagogiek / Didactiek onder begeleiding van Mevrouw Judith Boessen Pagina 3
Essay vakvisie Beeldende Vorming
Van onschatbare waarde? De intuïtieve, creatieve geest een geheim cadeau? [vrij naar Einstein] 9 10 Uitgangspunt en stellingname van mij is dat creativiteit in hoge mate is aan te leren , . Het is geen mysterieuze eigenschap waarmee je als uitverkorene wordt geboren! En ook creatie vraagt om inzet, komt niet aangevlogen. ‘Het wezen van de genie is 1% inspiratie en 99% transpiratie’. [vrij naar Thomas Edison] Het bestaat ook niet op zichzelf. (Lave and Wenger, 1991) Context en sociale factoren zijn van invloed .Nieuwe gedachten, uitvindingen, kunstwerken, 11 sportprestaties ontstaan door samenwerking en voortbouwen op prestaties van anderen . Translatio, imitatio, aemulatio… Het heeft ook alles te maken met hoe je wereld ziet: ben je een deel van het probleem of van de oplossing? Een soort van gepassioneerd, naïef optimisme? Kunst-ZINNIG Creativiteit is heel goed te meten. Dit blijkt ook uit een studie onder auspiciën van de OECD door Bill Lucas, Guy Claxton en Ellen Spencer van de Universiteit van Winchester, UK. Een onderzoek naar hoe de ontwikkeling van creativiteit bij leerlingen het beste te meten. Ze hebben een methode van formatieve (diagnostische) toetsing ontwikkeld in nauwe samenwerking met een groot aantal docenten en scholen. Divergent denken, het vermogen meerdere ideeën te ontwikkelen vanuit verschillende gezichtspunten zonder zich te laten beperken door vooropgezette ideeën, is één aspect van creativiteit. Het andere is een combinatie van discipline, reflectie en vasthoudendheid om die ideeën ook echt tot het einde te ontwikkelen. Min of meer de convergente tegenhanger, die nodig is om creatief te zijn. Een goede creativiteitsmeting kijkt naar zowel divergente als convergente persoonlijkheidskenmerken, dus naast ‘speelsheid’ ook naar ‘focus’ en ‘doorzettingsvermogen’. Creativiteit is op individueel niveau analyseerbaar. De meting geeft leerling en docent inzicht in de vorderingen op verschillende aspecten van creatieve ontwikkeling. [afbeelding 3] Creativiteit en onderwijs in combinatie, voer voor stevige debat De tegenwerping om creativiteit te meten worden vaak verwoord met uitingen als: “Wat creativiteit precies is, weet niemand. Net zoals bij intelligentie” [wat wel wordt gemeten….] “Creativiteit moet je stimuleren, niet meten” [de context kan zowel voorwaardenscheppend of stimulerend zijn voor het ontwikkelen van creativiteit als ook beoordelend, wanneer dit onderdeel is van meten kun je erop sturen]
“Creativiteit is een spontaan proces. (Formatief) Meten van creativiteit is tegenstrijdig aan creativiteit” “Creativiteit is kunstzinnig, wat zo uniek is. Testen creëert concurrentie. Concurrentie breek het af. Of: Het kan leiden tot het afrekenen van leerlingen op onvoldoende creativiteit”. [geldt dat niet voor de andere vakken?] “Creativiteit meten is overbodig, omdat docenten (intuïtief) wel weten wie creatief is en wie niet ”.[is dat zo aangezien het begrip creativiteit een soort van containerbegrip is en er verschillende perspectieven op zijn?]
“Creativiteit bestaat uit fantasie en nieuwsgierigheid. Discipline, doorzettingsvermogen en samenwerking zijn hooguit versterkende factoren”.
Het ongrijpbare in kunst grijpbaar maken Meningen die allemaal uit een overtuiging en kijk op naar voren komen. Maar als je iets kunt volgen, verklaren, of 12 inzicht in materie hebt, wil dat toch niet zeggen dat je daarmee het unieke daarvan wegneemt of minder maakt? Ik zie het dan ook eerder als een coachingsinstrument om leerlingen gericht te laten reflecteren op hun eigen leeractiviteiten voor inzicht in hun creatieve vermogen; zodat je als docent een gesprek met de leerling over de door beiden genoteerde scores kunt aangaan met daarbij gerichte feedback; waarbij jezelf met behulp ervan ook reflecteert op het effect van je lessen en de gebruikte leermiddelen. Nooit weg om ook zelf een beter inzicht in de eigen creativiteit te hebben. Actie, reactie, interactie geldt ook hier. Ieder mens is op zijn heel eigen wijze creatief, daarbij past begeleiding op maat en het methodisch monitoren kan helpen in het begeleiden in de eigen, unieke creatieve ontwikkeling. Dat geldt voor àlle vakken, inclusief de (praktiserende) beeldende, kunst- en cultuurvakken. Zinvol leren wordt mede gevormd door de passie en interesse van de docent. Zinvol leren is ook gericht op relaties met de wereld buiten het klaslokaal. Het delen met andere leerlingen, met de docent en met anderen zorgt ervoor dat het sociale proces verankerd is in het leren. Essentieel, omdat het meerdere perspectieven, interpretaties en het vormen van theoretische concepten mogelijk maakt. Ook prospectief: het vormt de context van toekomstige (leer)processen.
9
Csikszentmihalyi, 1996. De rijpheid van creativiteit groeit door ervaringen opdoen in een rijke context en door een complex stelsel van gerichtheid van gedachtenvorming, handelingen en persoonskenmerken. 10 http://youtu.be/gMj2mPjUsjs / http://youtu.be/NLkm3vuPrKY 11 http://www.youtube.com/watch?v=NugRZGDbPFU; http://www.youtube.com/watch?v=AC7ANGMy0yo; 12 http://www.volkskrant.nl/vk/nl/14553/Arnon-Grunberg-doorgemeten/article/detail/3547359/2013/11/19/Proefkonijn-Grunberghoe-werkt-een-schrijversbrein.dhtml
MvOMieke4dt Fontys Hogeschool voor de Kunsten docentenopleiding Beeldende Vorming, Pedagogiek / Didactiek onder begeleiding van Mevrouw Judith Boessen Pagina 4
Essay vakvisie Beeldende Vorming
Interpretatie Jet Bussemaker In het kader van het OESO project ‘Education and social progress’ hanteert het ministerie van OCW een indeling in vier groepen competenties: (1) vakinhoudelijk, cognitief; (2) metacognitief, zelfregulatie (van eigen leerproces); (3) advanced skills; (4) burgerschap en sociale competenties. [zie bijlage 2] Kapitaal [Dag van de Cultuureducatie, 5 november 2013] Creativiteit, zegt van Barend van Heusden in zijn keynote, is omgaan met verandering of verschil. Door oude zekerheden achter te laten kun je nieuwe verbindingen genereren. Creativiteit groeit naarmate je meer herinneringen hebt. Tijdens het proces van confrontatie met iets onbekends, put je uit herinneringen en maak je combinaties met nieuwe dingen. In hoeverre vraagt van Heusden zich af, sluit het onderwijs aan op de natuurlijke groei van de creativiteit? Kunst, zegt van Heusden, is nog maar één van de vele manieren waarop je artistiek kunt zijn. We moeten creativiteit niet meer verbannen naar kunst. En kunst niet meer naar de periferie. Holland got talent, is dat genoeg? Kunstzinnige creativiteit als een specifiek creatief proces met een eigen beginfase (‘onbenoemdheid’) en een afrondingsfase (‘confrontatie’), met daarin aandacht voor de invloed van de omgeving en voor interne relaties over en weer. 13 Het beschikbaar en/of bruikbaar maken van creatieve kwaliteiten is naar mijn idee ook relevant voor draagvlak en maatschappelijke manouvreerruimte. De idee is dat professioneel creativiteitsonderwijs niet alleen bijdraagt aan het economisch kapitaal, maar ook dat professionalisering van belang is vanuit het perspectief van het vollediger benutten van menselijk-, sociaal- en besluit-vormingskapitaal.[afbeelding 4] Van belang dit zichtbaar te maken. Kunst- en cultuur en commercie voelen zich nochtans enigszins oncomfortabel in elkaars gezelschap. [afbeelding 5,6] Dat komt deels denk ik doordat nog niet duidelijk is waar cultuur het omslagpunt maakt voor stad en mensen, waar het er het meest toe doet. Denken met een wijdse blik, spanningsveld enculturatie versus acculturatie?! Voorbij ‘lobbynomics’ Kunst en cultuur kunnen helpen bij het re-humaniseren van een economisch, meritocratische, geopolitiek losgeslagen omgeving en dragen bij aan een beter werk- en leefklimaat met hechte netwerken, en moedigen aan je een blik te vormen van verschillende toekomsten. Dat vraagt dan wel ook op dit niveau om een out-of-the box denken, nieuwe partnerships aangaan, je rol zoeken én afdwingen in sociale vernieuwing. Hoe deze te meten, zodat het makkelijker is de vinger op je bestaansrecht te leggen? Hoe bundel je krachten als kunst- en cultuurwereld en verenig je ambities? Step Het onderzoeksgebied naar de specifieke relatie kunstzinnige creativiteit en bedrijfsinnovaties op ondernemersniveau (Van den Borne, Heinsius, Huiskens, 2012) bevindt zich nog slechts in een pioniersfase . Om deze rol kritisch te kunnen vervullen is onderzoek nodig, waarbij eerdere aannames over vraagstukken, door zowel kunstenaars en ontwerpers als opdrachtgevers, partners ter discussie kunnen worden gesteld. Een gedeeld gevoel van zelfeffectiviteit en van daaruit meer naar het centrum van debat te bewegen. Hoewel design, architectuur, film, muziek, games, een hoog exportgehalte kennen, is er niet echt sprake van strategisch beleid, eerder van een afwachtende houding van onderzoekscommissies of (al dan niet economische) denktanks. Dat vraagt naar mijn idee ook om een meer universeel gehanteerd frame, zowel op micro als op macroniveau. Er ontbreekt eigenlijk een formele overall behartiging met brede acceptatie. Kompasloos? analyse van potentie op veel grotere schaal: over de grenzen heenkijken; strategisch inzetten van culturele en creatieve industrie; kunst en cultuur kunnen vanuit het conceptdenken nietkunst gerelateerde onderwerpen mee tot leven brengen ondersteund door praktijkervaring in een breed scala van activiteiten en daarbij ook oog hebben voor de verbinding tussen terreinen als natuur- en techniek, natuur en gezondheidszorg als ook cultuur- en maatschappij. Daarvoor ook gelden vrijmaken, niet ten koste van de operationele budgetten en tijd om sterke verbanden op te bouwen. Een niet-onderhandelbaar aandeel binnen de (school)omgeving: the music makes the message. Cultureel leiderschap! beter begrip van de dynamiek publieke investeringen, commerciële en sociale innovatie; meer inzicht in de complexe waardenketen met de culturele sector als strategische partner. Publieke meningen en houdingen zijn geen vaststaand gegeven. Dat vraagt steeds om reframing van argumenten voor publieke investering in de kunstwereld en creatieve industrie. Een herpositioneren en vinden van balans in het morele (verlichting), het sociale (educatie, sociaal activisme, netwerkkwaliteit, publieke service en welbevinden) en economische argument. 13
Oostwood Wijdenes (2012), Griffin (2011), Robinson (2009)
MvOMieke4dt Fontys Hogeschool voor de Kunsten docentenopleiding Beeldende Vorming, Pedagogiek / Didactiek onder begeleiding van Mevrouw Judith Boessen Pagina 5
Essay vakvisie Beeldende Vorming
Dialoog verwoordt de strategie Rol intermediaire organisaties op mesoniveau van groot belang jezelf beschouwen als een belangrijk segment binnen het educatieve systeem en als culturele sector meer optreden als een soort van consortiums en een aanbod doen wat past binnen het huidige tijdsbestek; resources verenigen. Er zijn nu bij wijze van spreken meer ondersteunende organisaties dan bijvoorbeeld scholen: de datingmarkt is overvol! duidelijke stellingname scholen over kunst- en cultuur en het niet ‘afdoen’, ‘time-out, teveel gedoe om het goed te doen’. Projectgedreven partnerships zijn niet toereikend. Kiezen en voort- en uitbouwen van de krachtigste 0 netwerkonderdelen. Wat draagt het beste bij aan de minimale set voor een kind voor een 360 blik op de wereld. Best practises en evidence based implementatie. Een meer integrale agenda tussen de educatieve en culturele sector. een volwaardig curriculum: specialistische kennis, hoogwaardige culturele contacten, inbreng van autonome kunstenaars in residentie en op school, gastlessen met vertaalslag naar beroepen waar creatieve vaardigheden toegevoegde waarde hebben, langdurige buitenschoolse momenten, minder traditionele inhoudsbenadering, ruimte / studio’s, … Kunstvakken nu veelal gezien als onderdeel van een ‘zwakteprofiel’. Barometer van de samenleving Hoe belangrijke stakeholders mee te krijgen? De belangen zijn verdeeld en de middelen eerder minder dan meer. De wereld verandert snel en daarmee de fundamenten van betrokkenheid, activisme en civiele mobilisatie. Het gaat om het geheel: intrinsiek, instrumenteel, maatschappelijk, het gezamenlijke van de kunstvakonderdelen en museale en kunstenaarswereld. Het gehéél van waarden met esthetiek (schoonheidsbeleving, emotionele beroering) en verbeelding als middelpunt! [Onderdelen kunnen namelijk ook door bijvoorbeeld sportwereld of jeugdverenigingsleven worden bereikt]. Bedreiging of kans: beschavingsverlies, zielsverlies of opening naar nieuwe vitale beschavingsvormen? --------------------------------------------------------------------------mvo-------------------------------------------------------------------------------
MvOMieke4dt Fontys Hogeschool voor de Kunsten docentenopleiding Beeldende Vorming, Pedagogiek / Didactiek onder begeleiding van Mevrouw Judith Boessen Pagina 6
Essay vakvisie Beeldende Vorming
Bronnen Centre of Economic and Business Research (2013), ‘The contribution of the arts and culture to the national economy, Art Council England. Csiksz entmihalyi, M. (1996) , Creativity: Flow and the Psychology of Discovery and Invention, HarperCollins, New York. ste Devey, A. (2013), Towards Plan A: A new political economy for arts and culture, RCA 21 century enlightenment, ACE Londen http://www.artscouncil.org.uk/media/uploads/pdf/RSA-Arts-Towards-Plan-A.pdf Elias, W. (2010). Tegencultuur als gemene deler. In Demos vzw (Ed.), Kaas met Gaten. Momenten met focus op actieve cultuurparticipatie van kinderen en jongeren (pp. 15-20). (Momenten 6). Brussel: Demos vzw. Giep Hagoort (2012), Onderzoeksverslag naar aanleiding van Cultuur-Economie Programma ONGEZOUTEN van het Kunstenlab, Lectoraat Kunst en Economie, Hogeschool voor de Kunsten Utrecht Innovation and Creativity in Higher Education: the Role of the Humanities in the Knowledge Triangle Prof. Dr. Dirk Van Damme Head of the Innovation and Measuring Progress Division – OECD/EDULeader, Directorate for Education. http://oecdeducationtoday.blogspot.be/2013/01/creativity- in- schoolswhat-countries- do.html Kärkkäinen, K. and S. Vincent-Lancrin (2013), Sparking Innovation in STEM Education with Technology and Collaboration: A Case Study of the HP Catalyst Initiative, OECD Education Working Papers, No. 91, OECD Publishing. http://dx.doi.org/10.1787/5k480sj9k442-en. Kennis, G., (2012), Toetsen van creativiteit. Onderzoek naar ontwikkelingsgerichte toetsing van creativiteit in de lerarenopleiding. HogeSchool InHolland, Master Leren en Innoveren. Looney, J. W. (2009), “Assessment and Innovation in Education”, OECD Education Working Papers , No. 24, OECD Publishing. http://dx.doi.org/10.1787/222814543073 Lucas, B., G. Claxton en E. Spencer (2013), Progression in Student Creativity in School: First Steps Towards New forms of formative assesments, OECD, Education Working Paper No. 86. http://dx.doi.org/10.1787/5k4dp59msdwk- en pdf OECD (2013), Innovative Laerning Environment, Educational Resaerch and Innovation, OECD. http://dx.doi.org.10.1787/9789264203488-en Pratt, A. C. 2012. “A world turned upside down: the creative economy, cities and the new austerity”. Smart, Creative, Sustainable, Inclusive: Territorial Development Strategies in the Age of AusterityLondon: Regional Studies Association Newbigin, J. (2010), The creative Economy Report. UNCTAD/UNDP, Genève Vincent, S. (2013), Creativity in schools: what countries do (or could do). http://oecdeducationtoday.blogspot.com/2013/01/creativity-in-schools-what-countries-do.html Treffinger, D., G. Young, E. Selby, and C. Shepardson (2002), Assessing Creativity: A Guide for Educators, The National Research Centre on the Gifted and Talented, Connecticut. http://www.eric.ed.gov/PDFS/ED505548.pdf
http://en.wikipedia.org/wiki/Relational_art http://courses.washington.edu/art361a/readings/Relational%20Aesthetics_entire.pdf / http://www.eyemagazine.com/feature/article/part-of-the-process [Nicolas Bourriaud (filosoof), geraadpleegd 19 november 2013] / http://transform.eipcp.net/correspondence/1196340894#redir [kritiek op Baurriaud] http://en.wikipedia.org/wiki/Alain_Badiou / https://www.nexus-instituut.nl/nexus-review/159-ethics [Alain Badiou (filosoof) geraadpleegd op 19 november 2013] http://nl.wikipedia.org/wiki/Jacques_Ranci%C3%A8re http://metropolism.com/magazine/2005-no4/jacques-ranciere-esthetiek-ispo/english / http://classic.skor.nl/4416/nl/nicolas-bourriaud-precaire-constructies-een [Jacques Rancière (filosoof), geraadpleegd 19 november 2013] / http://www.jaconlinejournal.com/archives/vol18.1/olson-encountering.pdf http://digitalcommons.law.yale.edu/cgi/viewcontent.cgi?article=3436&context=fss_papers [Hornik Bhabha, geraadpleegd 19 november 2013] http://www.arteducators.org/advocacy/NAEA_WhitePapers_3.pdf [geraadpleegd op 16 november 2013]. http://youtu.be/KDhhIghXxfo [geraadpleegd op 16 november 2013, vind je passie]. http://www.expertisecentrum-kunsttheorie.nl/cms_data/waaromkunstvakken.pdf [geraadpleegd op 16 november 2013]. http://vimeo.com/28154647 [leren in een contextrijke omgeving. Cosmipolitanisme = helpen om de wereld te verkennen waarin je leeft] [geraadpleegd op 16 november 2013]. http://www.youtube.com/watch?v=A5QqcymWSkY&feature=youtu.be [Howard Gardner over innovatie]
MvOMieke4dt Fontys Hogeschool voor de Kunsten docentenopleiding Beeldende Vorming, Pedagogiek / Didactiek onder begeleiding van Mevrouw Judith Boessen Pagina 7
Essay vakvisie Beeldende Vorming
Bijlage 1 Het praktische en theoretische dragen samen bij aan 21 Afbeelding 1
ste
vaardigheden:
Centre of Economic and Business Research (2013), ‘The contribution of the arts and culture to the national economy, Art Council England. OECD (2013), Innovative Laerning Environment, Educational Resaerch and Innovation, OECD. http://dx.doi.org.10.1787/9789264203488-en
Afbeelding 2 Activerende methoden effectiever:
Afbeelding 3 Monitoren creatieve ontwikkeling: De vorderingen worden in kaart gebracht door het inkleuren van de hokjes van de roos, volgens de sleutel rechts [zie afbeelding]. Van binnen naar buiten worden vier niveaus onderscheiden: geringe ontwikkeling (awakening) ,
MvOMieke4dt Fontys Hogeschool voor de Kunsten docentenopleiding Beeldende Vorming, Pedagogiek / Didactiek onder begeleiding van Mevrouw Judith Boessen Pagina 8
Essay vakvisie Beeldende Vorming
beginnende ontwikkeling (accelerating), goed ontwikkeld (advancer) en sterk ontwikkeld (adept, rolmodel) . Bij ieder deelkenmerk weer onderscheid gemaakt in sterkte, onafhankelijkheid (strength), breedte, creativiteit in nieuwe 14 contexten gebruiken (breadth) en diepgang (depth) .
Conclusie OECD-rapport Winner, Goldstein en Vincent-Lancrin doen in opdracht van de OECD onderzoek naar transfereffecten van kunstonderwijs op: academische vaardigheden, kritisch en creatief denken en sociale vaardigheden en attitudes. Daarvoor selecteren zij experimentele en quasi-experimentele onderzoeken die gericht zijn op het vaststellen van (positieve) effecten van kunstonderwijs op andere vaardigheden (= transfer) zoals academische vaardigheden (wiskunde, taal) en hogere orde denkvaardigheden als kritisch en creatief denken en sociale vaardigheden. Op basis daarvan stellen zij vast dat causale effecten vooralsnog niet of beperkt kunnen worden vastgesteld en dat over het algemeen (te) weinig empirisch onderzoek is gedaan naar de (transfer)effecten van kunstonderwijs op andere vaardigheden. [let wel: zij stellen dus niét dat er geen transfereffecten zijn!] Winner, Goldstein en Vincent-Lancrin besluiten Art for Art's Sake met het beleidsadvies dat de belangrijkste rechtvaardiging van kunsteducatie is gericht op het verwerven van artistieke vaardigheden: niet alleen technische of ambachtelijke vaardigheden, maar ook vaardigheden als nauwkeurig observeren, je voorstellingsvermogen leren gebruiken (envisioning), durven verkennen, exploreren, doorzettingsvermogen, expressie, samenwerken en reflecteren - en vaardigheden in denken en creativiteit en de sociale vaardigheden en attitudes die door kunstonderwijs worden ontwikkeld. Zij geven verder aan dat de kunsten zo oud zijn als de mensheid, onderdeel uitmaken van alle culturen en een belangrijk domein van de menselijke ervaring zijn, net als wetenschap, technologie, wiskunde.
14
“ Progression in Student Creativity in School: First Steps Towards New Forms of Formative Assessments”. Het doel van de OECDstudie is het ontwikkelen van een instrument dat bruikbaar en toch voldoende onderscheidend is voor regelmatige toepassing in de klas. Niet te gebruiken in klassen waar de lessen onder druk staan van examens. In Nederland tot in 3- vmbo, 4- havo en 5- vwo/gym. Niet geschikt voor jonge kinderen onder de 6 jaar. Omdat het leren voor die leeftijdsgroep voornamelijk uit spel bestaat, is er ook geen grote noodzaak om creativiteit op deze manier te monitoren. Het is verstandig om de indeling in sub kenmerken aan te houden. Onderscheid op alleen de vijf hoofdkenmerken blijkt in de praktijk een te grof instrument te zijn. Een andere bekende creativiteitstest is de Torrance Test of Creative Thinking: http://www.creashock.be/media/DOWNLOADS/Torrance%20Test%20of%20Creative%20Thinking%20Creativititeitstest%20TTCT.pdf. [Geraadpleegd 17 november 2013]Ook Keenis heeft onderzoek gedaan naar een wijze van meten in zijn masterthesis. In deze tijd van focus op testen en prestatiegerichtheid, kunnen deze alternatieve – meer kwalitatieve - manier van zichtbaar maken van leeropbrengsten een tegenwicht bieden tegen de cijfermatige, kwantitatieve benadering van de leeropbrengsten én bijdragen aan een ‘verantwoording’ van het vakdomein.
MvOMieke4dt Fontys Hogeschool voor de Kunsten docentenopleiding Beeldende Vorming, Pedagogiek / Didactiek onder begeleiding van Mevrouw Judith Boessen Pagina 9
Essay vakvisie Beeldende Vorming

Devey, A. (2013), Towards Plan A: A new political economy for arts and culture, RCA 21 ste century enlightenment, ACE Londen http://www.artscouncil.org.uk/media/uploads/pdf/RSA-Arts-Towards-Plan-A.pdf
MvOMieke4dt Fontys Hogeschool voor de Kunsten docentenopleiding Beeldende Vorming, Pedagogiek / Didactiek onder begeleiding van Mevrouw Judith Boessen Pagina 10
Essay vakvisie Beeldende Vorming
Afbeelding 5 Spanningsveld kunst- en cultuurwereld en creatieve industrie en bedrijfsleven [mvo] culturele waarde economische waarde privémarkten publieke infrastructuur schoonheid prijs persoonlijke identiteit massamedia samenwerking ondernemerschap creativiteit innovatie De gesubsidieerde sector speelt een essentiële rol in het mogelijk maken Poreuze scheidslijnen high en low art in toenemende van experimenteren en creatieve risico’s durven nemen en zorgt daarmee mate irrelevant, al blijft het lastig te duiden in het hele voor een flow van nieuw werk! Opmaat naar hits én missers. Meervouecosysteem van kunst- en cultuur dat deze een dige formats die tal van creatieve disciplines naar zich toetrekken zijn van kritische factor vormt in het overall succes op de lange belang. termijn van de creatieve economie als een totaliteit. ‘Geen hype en ook niet ‘the next big thing’. Meer op waarde schatten van de interafhankelijkheden tussen het publieke en private: geldstromen, bereik, opbrengsten, distributiesystemen, gerelateerde culturele disciplines, arbeidsmarkten, training en onderwijs stromen. In die zin zijn de fundamenten van de culturele wereld veel breder dan vaak wordt gezien. De impact op de ‘resteconomie’ kan dan wel eens groter zijn dan voorzien. Afbeelding 6 framewerk [mvo]
Ook kunst en cultuur heeft haar ‘prijs’ en wordt ‘gewaardeerd’.
waardenpropositie lerende omgeving en verbeteringen tonen toegevoegde waarde en wat werkt en wat ga je daarvoor doen? resultaatverantwoording hoe wijze van leren en evalueren delen? Welke gezamenlijke waar wil je het indicatoren? identificeerbare verschil? welk onderzoek doen? Wat kun je van verandering individueel en elders samen aanpassen en gebruiken? samenlevingsniveau? Voor wat hangt met wat samen? wie en waardoor? meest effectieve oplossingen? wat betekent dit (nieuwe wat is makkelijk inzetbaar? benefits, afbouwen: ja voor, nee tegen) wat is een goede (consensus)uitkomst voor de sector? welke data hoe vergaren en gegevens analyseren? welke interpretatieverschillen?
motivatoren en bekrachtigers hoe ziet netwerk-map eruit? (onderlinge relaties/ over de grenzen) wie werkt met wie samen? waar vind je samen draagvlak en hoe groot is ieders betrokkenheid? wie houdt de boel bij elkaar, leidt, zorgt voor continu support? hoe maak je gezamenlijke succesfactoren? Waar ben je bereid consessies te doen ten bate van het geheel? hoe over de buhne brengen? wat zet het geheel op losse schroeven?
bestuur, financiën en fondsen hoe bronnen (breed zien) zo goed mogelijk in te zetten? wie dragen bij en investeren wat? wat is de diversiteit? welke opbrengsten? Hoe flexibel kunnen / mogen ze zijn? wat basaal nodig? aanbiedende organisaties welke aanpakken en denkwijzen delen? wat draagt een interventie individueel en collectief bij met als afgeleiden…x? waarom verwacht je dat het dit in gang zet? (aantoonbaar? wat zijn aannames? ) praktijk en participanten wat versterkt participatie? welke sociale en culturele geledingen?
MvOMieke4dt Fontys Hogeschool voor de Kunsten docentenopleiding Beeldende Vorming, Pedagogiek / Didactiek onder begeleiding van Mevrouw Judith Boessen Pagina 11
Essay vakvisie Beeldende Vorming
15
Bijlage 2 “Cultuur beweegt, de betekenis van cultuur in een veranderende samenleving”[uit brief Jet Bussemaker] Ik zie cultuur als onderdeel van een maatschappelijke agenda. Het bestaansrecht van kunstenaars en culturele instel-lingen ligt niet zozeer in de sector zelf, maar in de verbinding met de samenleving. Ik kies daarom voor een beleid dat prioriteit geeft aan de maatschappelijke waarde van cultuur en aan het belang van creativiteit. Maatschappelijke vraagstukken op bijvoorbeeld het gebied van zorg, maatschappelijk verantwoord ondernemen, energie- en voedsel-voorziening, krimp of vergrijzing worden steeds complexer. Voor de aanpak van deze vraagstukken groeit het belang van creativiteit en innovatie. Cultuur en cultuuronderwijs leveren daaraan een belangrijke bijdrage. Cultuur verrijkt ons, verbaast ons en biedt schoonheid. Het geeft inspiratie en bezieling. Kwaliteit is daarin een leidend motief. Kwali-teit die gepaard gaat met ondernemerschap, waarmee de cultuursector zijn inkomsten vergroot, zijn kosten verlaagt, maar vooral zijn maatschappelijk draagvlak verbreedt. Cultuur verbindt en heeft een socialiserende functie. Met de verbeeldingskracht van cultuur kunnen oude patronen worden doorbroken en nieuwe relaties worden gesmeed. Door cultuur samen te beleven en te beoefenen, deel je ervaringen, leer je elkaar kennen en ontwikkel je een gemeenschappelijk referentiekader. Cultuur houdt ook een spiegel voor en reflecteert op ontwikkelingen in de samenleving gebeurt. Cultuur speelt een belangrijke rol in het vormen en ontwikkelen van onze (nationale) identiteit en imago en kan ook bijdragen aan trots. Om inhoud te geven aan de socialiserende functie van cultuur is het van belang dat kinderen in aanraking komen met kunst en cultuur, zelf leren bepalen wat mooi of lelijk is en de kans krijgen hun talenten te ontwikkelen. Ik richt mij vooral op inhoudelijke thema’s die in mijn beleving in het hart van het cultuurbeleid staan: de ontplooiing van het individu, ontwikkeling van creativiteit en verbinding in de samenleving. Voor de komende jaren ligt mijn prioriteit daarom bij het cultuuronderwijs, de creatieve industrie, talentontwikkeling en digitalisering. Cultuuronderwijs staat voor mij voorop omdat het een belangrijke bijdrage kan leveren aan de vorming en ontwikkeling van het individu en onze samenleving. Aan talentontwikkeling wil ik aandacht besteden omdat dit kwetsbaar is en tegelijkertijd van groot belang voor de dynamiek in de cultuursector en onze internationale positionering. Mijn doel is dat álle kinderen en jongeren een ‘startkwalificatie’ meekrijgen voor een rijk, inspirerend en betekenisvol leven. Het gaat daarbij zowel om het verwerven van kennis, als om het ontwikkelen van een creatieve, onderzoekende houding. Het ontwikkelen van innovatief vermogen en de vaardigheid om je snel en flexibel aan te passen worden steeds belangrijker. Dat staat aan de basis van de 21st Century Skills waar nu en in de toekomst om wordt gevraagd. Dit met het fascinerende vooruitzicht dat volgens onderzoekers 65% van de kinderen in groep 1 en 2 van de basisschool een baan zal krijgen die nu nog niet bestaat. Met het oog op de toekomst is het van belang dat we weten wat de cruciale voorzieningen voor de actieve cultuurparticipatie van burgers zijn, bijvoorbeeld die op het gebied van talentontwikkeling of de ondersteuning van het amateurveld. Lokale overheden kunnen zo gefundeerd keuzes in hun uitgavenpatroon maken. Samen met de VNG vraag ik de Raad voor Cultuur aan te geven welke voorzieningen voor actieve cultuurparticipatie van belang zijn in het licht van de hierboven geschetste veranderingen. Vanuit mijn portefeuilles onderwijs en cultuur leg ik de nadruk op een sterke verbinding tussen het cultuurbeleid en de creatieve industrie, het verder ontwikkelen van creatieve vaardigheden in het onderwijs en het stimuleren van toegepast en praktijkgericht onderzoek. Daarmee heeft mijn inzet voor de creatieve industrie zijn eigen accenten. Ik beschouw deze brief als de start van een inhoudelijke dialoog over cultuur. Juist het gesprek over de maatschappelijke waarde van cultuur en de legitimatie van cultuurbeleid moeten we voeren. Ik verwacht stevige (zelf)reflectie, dispuut en bijdragen aan maatschappelijk debat over de waarde en betekenis van cultuur. Daarnaast wil ik ook aan anderen, buiten de cultuursector, de vraag stellen naar de betekenis van kunst en cultuur. Ik wil zo een beter beeld krijgen van de verwachtingen die men heeft van de cultuursector en de wijze waarop cultuur en creativiteit kunnen bijdragen aan het aanpakken van maatschappelijke vraagstukken.
[Kunst, waar was dat ook alweer voor nodig?, Volkskrant 11 november 2013] Jeroen Bartelse en Mathieu Weggeman, leden van de Raad voor Cultuur, zijn kritisch over het beleid van Minister van Cultuur Jet Rademakers omdat een heldere visie op kunstbeleid ontbreekt. Een die breed gedragen wordt door makers en burgers. Gemeenten staan aan de vooravond van een ongekende decentralisatie, met nieuwe verplichtingen voor werk en inkomen, zorgvoorzieningen en jeugdzorg bij minder gel. Niet voor cultuur, dus een vrij schootsveld. Er is geschreeuwd, vooral door de kunstenaars en het culturele veld zelf. Nauwelijks door burgers en politici.De brief benadrukt de waarde van cultuur, maar dat is nog geen visie. Geef ‘linksom’of ‘rechtsom’aan wat de beleidsdoelen zijn. Kunstbeleid is daarbij meer dan sturen op resultaat, op de eindproducten. Dat vereist denken in ketens. Anders is het voor kunstmakers en kunstliefhebbers varen op een schip met een kapitein zonder plan, altijd klagend dat de wind van de vereerde kant komt. “Ik zeg liever: we moeten in deze tijd van bezuiniging zorgvuldig omgaan met de gelden die ons worden toevertrouwd en zorgen dat duidelijk is wat voor maatschappelijk belangrijke dingen we doen met die gelden” Irene
Asscher-Vonk16
15
http://search.mywebsearch.com/mywebsearch/GGmain.jhtml?searchfor=cultuur+beweegt&ts=1385072321000&p2=^HJ^xdm069^ YY^nl&n=77fc4552&ss=sub&st=hp&ptb=0DA53BFD-0C1D-4D79-B1E8-912C8483F4F1&si=pconverter&tpr=sbt 16 per januari 2014 voorzitter van De Museumvereniging (fusie van Nederlandse Museumvereniging en de Vereniging van Rijksmusea)
MvOMieke4dt Fontys Hogeschool voor de Kunsten docentenopleiding Beeldende Vorming, Pedagogiek / Didactiek onder begeleiding van Mevrouw Judith Boessen Pagina 12
Essay vakvisie Beeldende Vorming
[Cultuur in zwaar weer, Eindhovens Dagblad 13 november 2013] Het BKKC maakt in een actuele studie Culturele Atlas Brabant voor de provincie Noord Brabant duidelijk dat de provinciale subsidie sinds 2011 met 42% is teruggelopen, de rijkssubsidies zelfs met 83%, er ruim 200 – van de 700 banen- zijn vervallen, de infrastructuur van beeldende kunst nagenoeg van de kaart is geveegd. Een inwoner van Brabant krijgt nu gemiddeld € 2,80 cultuursubsidie, een Randstedeling € 51,40 …Bij de overheden is nauwelijks voldoende kennis over de cultuurwereld en exacte cijfers en gegevens ontbreken. De vraag is of de sector afgelopen jaren niet teveel is beschadigd om op korte termijn weer op te kunnen bloeien. Particulieren en bedrijven kunnen of willen ook steeds minder geld in cultuur steken. In 2013 wordt wel al meer dan 50% van de omzet aan eigen inkomsten binnengehaald. [Andere sectoren halen dat vaak echt niet!] Er moet gecoördinerend overleg komen tussen de diverse overheden én beleid voor beeldende kunst en letteren. ------------------------------------------------------------------000---------------------------------------------------------------------------------------
MvOMieke4dt Fontys Hogeschool voor de Kunsten docentenopleiding Beeldende Vorming, Pedagogiek / Didactiek onder begeleiding van Mevrouw Judith Boessen Pagina 13