Landbouwbijlage Friesch Dagblad - 7 mei 2020

Page 1

Donderdag 7 mei 2020

“De biologische landbouw werkt veel meer in evenwicht met de natuur, daarmee kun je een veelheid aan problemen aanpakken zoals de stikstofcrisis, milieu- en klimaatproblemen.� Sybrand Bouma uit Grou, voorzitter van De Natuurweide

Landbouw

Pagina 8

L


Samenwerking onderwijs en onderzoek belangrijke meerwaarde voor agrarisch onderwijs Wereldwijd wordt onze agrofood sector als toonaangevend gezien. Deze positie is te danken aan zowel het grote innovatievermogen als de hoge en efficiënte productiviteit. Tegelijkertijd staat de sector onder druk door ontwikkelingen in de EU en op de wereldmarkt, maar ook door beleid en regelgeving als gevolg van maatschappelijke en politieke ontwikkelingen. Dit zorgt voor druk op de sector en de individuele bedrijven. De Nederlandse landbouwstructuur is echter altijd een krachtige gebleken met het gezinsbedrijf als basis en een fijnmazig netwerk van toeleverende en verwerkende bedrijven er omheen. Door actueel onderwijs, nauwe samenwerkingsrelaties met het werkveld en een uitgebreide onderzoeksgroep in de vorm van lectoraten zorgt hogeschool Van Hall Larenstein ervoor dat studenten van de agrarische opleidingen klaargestoomd worden voor de sector met het oog op de toekomst.

Agrarische opleidingen Van Hall Larenstein biedt in het Noorden al decennia lang opleidingen op hbo-niveau voor de agrarische sector. Dankzij deze jarenlange ervaring in het agrarisch onderwijs is anticiperen op de (veranderende) toekomst verweven in de verschillende programma’s. De opleidingen zijn kleinschalig met veel persoonlijke aandacht en staan dicht bij de praktijk. Studenten krijgen inzicht in de mogelijkheden voor het toekomstbestendiger maken van de individuele bedrijven en de sector. Binnen de opleiding Dier- en Veehouderij kunnen studenten zich specialiseren in melkveehouderij of toegepaste dierwetenschappen. De opleiding Bedrijfskunde en Agribusiness biedt de mogelijkheid om te specialiseren in agrarisch ondernemerschap of op bedrijfskundige functies in de toeleverende en verwerkende sector. Ondernemerschap, bedrijfskunde en management zijn kernvakken. Tuinbouw en Akkerbouw is een studie gericht op alle aspecten van gewasproductie, van veredeling tot teelttechnieken maar daarnaast ook de afzet van producten.

Onderzoek BinnenVanHallLarensteinwordtopverschillendethema’sonderzoekgedaan.Eenmooi voorbeeld hiervan is het project Koeien en Kruiden, dat binnen het onderzoeksthema Circulaire Landbouw (lectoraten Weidevogels en Duurzame Melkveehouderij) wordt uitgevoerd. Doel van dit project is om de meerwaarde van kruidenrijk grasland voor boer en omgeving in kaart te brengen. Van Hall Larenstein zoekt uit hoe het kruidenrijke grasland het beste aangelegd en beheerd kan worden en optimaal geïntegreerd kan worden in de agrarische bedrijfsvoering. Op Dairy Campus zijn drie verschillende kruidenmengsels ingezaaid voor onderzoek naar het effect op de opbrengst, voederwaarde, bodem, het insectenaanbod voor weidevogels maar ook naar het optimale beheer. In een meerjarig multidisciplinair project keken studenten naar wat dit betekent voor de veehouders in Noord Nederland.

Impactprijs Groen Onderwijs Deze samenwerkingen tussen onderzoek en onderwijs leveren naast resultaten ook de nodige erkenning op. De studenten betrokken bij Koeien en Kruiden zijn door GroenPact dit jaar beloond met de Impactprijs Groen Onderwijs. Hiermee werd eens te meer bevestigd dat de samenwerking tussen onderwijs en onderzoek binnen Van Hall Larenstein, studenten de juiste kennis en ervaring mee geeft voor de toekomst.

Wij bezorgen gratis in Noord-Nederland. Meer informatie op:

www.raadsma.nl/STIHL


Landbouw

Donderdag 7 mei 2020

3

‘Mei tweintich kij rêde wy ús wol’ Erik Wagenaar uit Eastermar wilde vroeger timmerman worden. Het leek hem geweldig om in de bouw werkzaam te zijn. Maar het liep anders. Toen hij thuis op de boerderij moest helpen, ontdekte Erik de charme van het boerenwerk. Hinne Bokma

N

u neemt hij het boerenbedrijfje aan de Seadwei over van zijn vader Marten en oom Piet. ,,Ik soe net oars mear wolle.” Het is een klein melkveebedrijf. Momenteel worden er dagelijks twintig koeien gemolken. Er is nog een traditionele grupstal, waar de dieren ’s winters vastgebonden naast elkaar staan. Er is daar ruimte voor zo’n dertig koeien. Op stal worden de koeien met behulp van een melkmachine gemolken. ,,Krekt dat melken fan de kij fyn ik sa moai”, aldus Erik. De twintigjarige boerenzoon volgt momenteel aan het Norwin College in Leeuwarden de vmbo-opleiding melkveehouderij. Het eindexamen staat voor eind mei op het programma. Als gevolg van de coronacrisis verloopt het examen anders dan gebruikelijk. Erik denkt nog na over een vervolgcursus. De aandacht richt zich nu op de overname van het boerenbedrijf. Het is een familiebedrijf. Eerder stond op deze plek aan de Seadwei in het Witveen bij Eastermar een Saksische boerderij, waar grootvader Freerk

Wagenaar naast de koeien zo’n 250 varkens verzorgde. Een drama voltrok zich op 17 juli 1967, toen de driehonderd jaar oude boerderij als gevolg van hooibroei in vlammen opging. Op dezelfde plek werd later een boerderij van het type kop-hals-romp gebouwd. De broers Marten en Piet namen het bedrijf van Freerk Wagenaar over. Ook broer Oebele hielp zo nu en dan mee. ,,Heit en omke wolle no in stapke werom dwaan”, vertelt Erik, die als enige zoon in aanmerking komt om het bedrijf over te nemen. Voorlopig zal heit Marten nog geregeld op het bedrijf actief zijn. ,,Foaral

Mei wat oare oanpassingen sil it mooglik wêze om biologysk te buorkjen

it fêstsetten fan de kij yn de grupstâl moat mei twa minsken dien wurde.” Verbouwplannen Erik heeft plannen om de bestaande grupstal te verbouwen tot potstal. Dat betekent niet alleen meer vrijheid voor de koeien, maar ook een verlichting van de werkzaamheden. In een potstal lopen de dieren vrij rond. Een stal met roosters heeft niet Eriks voorkeur, het verhoogt het risico op klauwproblemen bij de koeien. ,,In potstâl is wol wat makliker te bewurkjen dan in grupstâl”, geeft de jonge veehouder aan. De stro met mest uit de stal mag in dat geval bovengronds worden uitgereden. Met twintig koeien op stal voldoet de familie Wagenaar niet aan het beeld dat veel mensen van de moderne landbouw hebben. De schaalvergroting is aan het bedrijf in Eastermar voorbij gegaan. ,,Mei tweintich kij rêde wy ús wol”, stelt Erik. Het boerenbedrijf is vrij van schulden. Bovendien zijn de lasten bijzonder laag. De boerderij is energieneutraal. De energie wordt opgewekt met behulp van een houtvergasser en op het dak liggen 170 zonnepanelen. De kosten kunnen laag worden gehouden door gebruik te maken van eenvoudige boerenmachines, die boekhoudkundig zijn afgeschreven. Bij Wagenaar zien we geen moderne machines, technologische hoogstandjes en nieuwe snufjes. Aanpassingen Erik denkt in de toekomst de overstap naar de biologische landbouw te maken. Met de bouw van een potstal wordt daarbij aan de voorwaarde, dat de koeien vrij kunnen bewegen, voldaan. Kunstmest wordt nu al niet gebruikt. ,,Mei wat oare oanpassingen

Waarom mag Shell bomen planten voor CO2-reductie, maar tellen de houtwallen in het Witveen niet mee

sil it mooglik wêze om biologysk te buorkjen.” De melk wordt geleverd aan zuivelcoöperatie FrieslandCampina. Erik gaat ervan uit dat dit ook na de overstap naar biologische landbouw zo zal blijven. In de toekomst, na de verbouw van de stal, hoopt de veehouder zijn bedrijf iets uit te breiden. ,,Net ekstreem, hear. Nei tritich oant fjirtich kij soe ik wol moai fine.” Groeien is voor hem niet een must. In de jaren tachtig van de vorige eeuw telde het bedrijf dertig melkkoeien. Na de invoering van de superheffing, die de boeren in Europa het recht gaven een bepaalde hoeveelheid melk te produceren, ging het aantal koeien bij Wagenaar terug naar 22. Na de afschaffing van de melkquotering krijgt de melkveehouderij te maken met de stikstofregelgeving. Hoe zullen de nieuwe fosfaat- en stikstofwetgeving uitpakken? Ook voor Wagenaar zou de doorvoering van de regels grote gevolgen kunnen hebben. Onlangs maakte landbouwminister Carola Schouten de stikstofmaatregelen bekend om de uitstoot terug te dringen. Erik geeft aan dat nog onduidelijk is wat de gevolgen

van die maatregelen voor zijn bedrijf betekenen. Er werd in de Haagse politiek zelfs gepraat over een halvering van het aantal dieren. Het leidde tot boerenacties, het Malieveld in Den Haag stond vol met ronkende tractoren en boze boeren. Zelfs Erik Wagenaar, anders niet zo’n actievoerder, reisde af naar de residentiestad. ,,Ja, ik ha meidien yn Den Haach. It tal bisten mei de helte werom bringe, dat kin fansels net.” Voor het bedrijf van Wagenaar zou dat tot gevolg hebben dat er nog maar elf koeien overblijven. ,,Dan kinne wy net mear buorkje.” Natuur Erik is bereid zijn steentje aan de natuur bij te dragen. Het kan ook niet anders in de streek waar houtwallen het landschapsbeeld bepalen. De veehouder vindt het vreemd dat die houtwallen niet van invloed zijn op de CO2-reductie voor zijn bedrijf. Houtwallen tellen bij de reductie niet mee. Waarom mag een bedrijf als Shell wel bomen planten om de CO2 te reduceren, terwijl de houtwallen in het Witveen bij Eastermar niet meetellen?. ,,Ik kin der net by.” Hij heeft nog geen tel spijt gehad van zijn besluit om het bedrijf van zijn vader en oom over te nemen. Daarvoor is het boerenleven te mooi. ,,Ik ha eltse dei wer sin oan it wurk.” Het is Erik vooral te doen om de omgang met de dieren en om in de natuur te zijn. ,,Ik genietsje as ik simmerdeis de kij út it lân helje. Dan hear ik de fûgels en fiel mij sa frij.” Zijn dag begint steevast om zes uur ’s ochtends met het melken van de koeien. Zijn werkdag duurt tot zeven uur ’s avonds. ,,Wy dogge alles sels. Ha gjin help fan bûten it bedriuw nedich.”

Erik Wagenaar uit Eastermar tussen de twintig koeien die hij dagelijks melkt. Hij wil het bedrijf overnemen van zijn vader en oom. Foto: Jilmer Postma


ELECTRISCHE KLAUWBEKAPBOXEN

*

/

0

0%%)

#

*# -

- #

-0

0%

0 -'

'

/ #% 0 )1 ** !

)%!

-

# 1%) 1%) " - /3

% - /

-"

)

) %

0

0 # 0

Werpsterdyk 9 9088BZ WURDUM T. 058-2552129 www.sietsejorna.nl

*

4 % " 1 * -

UW SPECIALIST IN DE AGRARISCHE BOUWSECTOR • NIEUWBOUW •VERBOUW •ONDERHOUD

Bouwbedrijf Visser Dokkum B.V. Hogedijken 40 9101 WZ Dokkum T: 0519 518 563 E: info@visser-dokkum.nl - I: www.visser-dokkum.nl

% --

-

: @visserdokkum

1 -

* 0

#


Landbouw

Donderdag 7 mei 2020

5

Boer kan zelf op consument afstappen Van ‘melk is melk’ naar ‘dé lekkerste en klimaatvriendelijkste van allemaal’. In de voedselsector is een omslag gaande naar decommodificatie en gesloten ketens. Tijd voor de boer om daar zelf op in te haken. Peter Halbersma

T

oen ik tien jaar terug met boeren uit het Groene Woud naar FrieslandCampina ging, omdat ze een onderscheidend product wilden maken en verkopen, kreeg ik daar te horen: ‘Melk is melk’. En: ‘Met een eigen verhaal zet je je af tegen de gehele melkplas. Wij hebben alle melk even lief.’ Inmiddels mag je wél zeggen: wij maken de lekkerste melk, hebben de liefste koeien of de romigste kaas.” Aan het woord is Jan Willem van der Schans, senior onderzoeker bij Wageningen Economic Research. Van der Schans is al meer dan een decennium bezig met onderzoek naar kortere ketens. Dat wil zeggen: een snellere weg van boer naar consument. ,,Er is een differentiatie gaande in de markt. Ik noem het met een mooi woord decommodificatie. Melk was altijd een commodity, een basisbehoefte. Nu zie je verschillen: ElkeMelk, De Hooilanden, Amstelmelk, melk van Jerseykoeien. Je moet als boer je eigen consument proberen te zoeken en op basis van zijn of haar wensen je product proberen te maken”, aldus Van der Schans.

Albert Heijn zegt tegen A-ware: wij willen ons nu profileren, zoek de boeren die daar bij passen

,,Dat betekent onderscheidend zijn, en niet uitwisselbaar zijn, dus geen bulkproduct meer leveren. De boer moet zijn eigen verhaal vertellen. Sterker, elke koe kan haar eigen verhaal hebben. En dat is niet alleen in eigen land. De Chinezen willen goed betalen voor whisky’s uit Schotland en wijnen uit Frankrijk, waarom zou dat niet ook kunnen voor de melkstroom uit Nederland?” De-globaliseren De beweging naar kortere ketens, en een herkenbare koe, aardappel, tomaat, olijf én boer is van vóór de coronacrisis. Intussen wordt die crisis door velen gezien als een extra stimulans voor deze ontwikkeling. Ook wel het de-globaliseren van de voedselketens. Een van de pleitbezorgers daarvan is Barbara Baarsma, hoogleraar economie en directievoorzitter van Rabobank Amsterdam. ,,Het is wrang om te zeggen, maar deze vreselijke coronacrisis biedt een vruchtbare bodem om de beweging van de korte ketens – het consumeren van dicht bij huis geproduceerd voedsel – te versnellen. Consumenten hebben nu voor het eerst ervaren wat het is om mis te grijpen in de supermarkt, want bepaalde producten waren er simpelweg niet”, zegt Baarsma in een

interview op de website van Rabobank. Ze verwijst naar de exportfunctie van de Nederlandse landbouw, en tegelijkertijd de grote import van voedsel. ‘Een gemiddelde hap heeft 30.000 kilometer afgelegd, voor het op ons bord belandt’, schrijft Rabobank. In het bijzonder aardappelboeren en fritesmakers zitten nu in zwaar weer door de afhankelijkheid van de export, en van de al enige tijd gesloten horeca. ,,Ik ben niet tegen de import en export van voedsel in het algemeen, maar ik denk wel dat deze crisis aantoont dat we de kwetsbaarheden van de huidige sterk geglobaliseerde voedselketens moeten doordenken”, laat Baarsma optekenen. ,,We importeren voedsel omdat we graag producten eten die we hier niet kunnen verbouwen of die buiten onze seizoenen vallen. Maar als we inzetten op korte ketens naast de internationale ketens, is de leveringszekerheid van ons voedsel uiteindelijk beter geborgd.” Nog steeds 30 cent per liter Maar hoe zit het met de verdiensten voor de boer? In de protesten van afgelopen najaar was veelvuldig te horen: we krijgen al decennialang dertig cent voor een liter melk. In die periode heeft de landbouw door schaalvergroting en efficiënter werken wel een kostenreductie in de productie bewerkstelligd – al is dat vaak ook ten koste gegaan van natuur en milieu – maar de marges blijven smal. Baarsma denkt dat enkelvoudige productielijnen – dus van één boer naar een groep afnemers in de buurt – relatief te duur zijn. Die lijnen zouden moeten worden gebundeld. Samen met het momentum van de crisis – support your locals – zou dat tot kortere ketens en betere verdiensten voor boeren kunnen leiden. De Streekboer doet zoiets al in Fryslân. Het initiatief bundelt gewassen op een lokale streekmarkt en trekt daarmee consumenten uit de buurt. Van der Schans van Wageningen Economic Research ziet toch ook individuele successen. Hij noemt ElkeMelk uit Molenaarsgraaf, boven Dordrecht. ,,Eigenaar Matthijs Baan verkoopt daar single udder milk – melk uit één uier. De melk wordt per koe apart gemolken, en apart verpakt. Daar gaat een sticker op met het vetgehalte van de melk en informatie over de smaak. Dit wordt zelfs in de supermarkt verkocht, ook al is de levering per individuele koe niet te garanderen. ElkeMelk werkt daarom ook met smaakcategorieën: fris, romig et cetera. Dit is een bredere trend. De melkrobots van producent Lely kunnen ook al per koefamilie melk apart houden.” Zelfde, omgekeerde beweging Mogelijk gestimuleerd door de groeiende vraag van de consument naar traceerbare, herkenbare en milieuen diervriendelijke landbouwproducten, komen supermarktketens ook met een vergelijkbare beweging, maar dan vanaf de andere kant van de keten. Van der Schans noemt het de gesloten keten. ,,Albert Heijn heeft met A-ware aparte afspraken gemaakt waaraan een groep boeren moet voldoen. ‘Dit is wat we willen en een andere boer

Kippen in de diervriendelijke kippenstal Kipster, een voorbeeld van een gesloten keten. Foto: ANP

komt er niet in’, zegt AH tegen de melkverwerker. Zo is de boer niet meer inwisselbaar. Dus niet meer de gedachte: melk is een bulkgoed, dus het kan me niet schelen of het uit je zuivelfabriek in Polen, Engeland of Noord-Holland komt”, zegt Van der Schans. ,,Albert Heijn zegt: wij willen ons nu profileren, zoek de boeren die daar bij passen.” Het gaat om producten met het logo ‘Beter voor Koe, Natuur en Boer’. De productie van zuivel en kaas moet daarbij zo transparant en duurzaam mogelijk. Inmiddels driehonderd boeren krijgen, naast de weidepremie, nog eens vijf cent per liter extra. In 2021 moet het zorgen voor ‘klimaatneutrale melk’. En zo garandeerde Lidl aan Kipster, in Venray en Beuningen, vijf jaar lang eieren af te nemen zodat het concept zich kon ontwikkelen. Kipster laat op haar boerderijen de kippen onder meer rondscharrelen in een bosrijke omgeving, het voer komt uit regionale reststromen en er wordt duurzame energie opgewekt. Lidl laat ook de hanen van het bedrijf opgroeien om er vlees van te maken. Op veel plekken worden de mannetjes na geboorte direct gedood, omdat ze geen eieren geven en weinig vlees. Supermarktketen PLUS doet iets vergelijkbaars met zeventien Nederlandse varkensboeren ‘voor een betere smaak en een beter leven voor de dieren’. Het gaat onder meer om een keuze voor het type varken en een bepaald voerregime. ,,Waar de coöperatieve inkoopcombinatie Superunie, waar PLUS lid van is, eerder zoveel mogelijk de boeren uitkneep, is dat

De melk wordt per koe apart gemolken, en apart verpakt, daar gaat een sticker op met het vetgehalte en info over smaak

nu aan het veranderen. PLUS zegt: wij willen een eigen verhaal naar de consument.” Geen niche meer Decommodificatie en gesloten ketens dus. Waar Baarsma nog spreekt over niches, zegt Van der Schans dat de ontwikkeling dat stadium voorbij is. Er is ook hier sprake van schaalgrootte. ,,Lidl heeft zich gecommitteerd aan Kipster.” De boer is aan zet, zo houdt Van der Schans groepen boeren in masterclasses voor. De landbouwer kan in verzet blijven tegen overheidsmaatregelen en lage prijzen, en afhankelijk blijven van de keuzes in een grote coöperatie, of zichzelf in de spotlight gaan zetten. ,,Boeren weten van de inputkant van hun product ontzettend veel: het land, de nutriënten die er nodig zijn, de mest, de emissie die ze hebben. De vraag die

ze zich nu moeten stellen, is: hoe wil ik dat mijn ‘propositie’ beklijft bij de consument?”, zegt de Wageninger onderzoeker. ,,De meeste boeren zitten op een schaal die groter is dan we hier in Nederland kunnen opeten. Maar de korte keten in Nederland is een kraamkamer voor innovatie, zeg ik altijd. Op je thuismarkt kun je rechtstreeks in contact komen met je consument. De data van zijn ervaringen moet je naar je toe halen als boer. Je komt de klant namelijk fysiek echt tegen en je kunt vragen wat-ie van je kaas vond. Dan hoor je dat die van vorige week minder lekker was, of juist de lekkerste tot nu toe. Dan weet je wat bepaalde veranderingen in je productie hebben betekend. En daarmee kun je die dan weer verder ontwikkelen.” En niet iedereen kan of hoeft met een grote speler als Albert Heijn in zee, met de lokale supermarkt is ook een mooie korte keten op te zetten, denkt Van der Schans. Zelf naar de Chinees toe En via dataverzameling is de wereld van ver weg ook dichtbij. Van de online shoppende Chinees valt mogelijk ook duidelijk te krijgen welke smaak bij hem past. ,,Ik heb tegen die boeren uit het Groene Hart gezegd: maak een website in het Chinees en ga zo je producten zelf verkopen. En hoe groot moet een melkpoederfabriek eigenlijk zijn? Of kun je die ook miniaturiseren, net als de melk met pasteurisatie en verpakking bij ElkeMelk? Dan kun je je product via Alibaba verkopen, en aan de data zien wie het koopt en daarop aanpassingen doen.”


Hoogproductieve koeien droogzetten zonder antibiotica?

Meer weten?

www.ecostyle.nl/veehouderij

SPECIAAL ONTWIKKELD VOOR MELKVEEHOUDERS

BOERDERIJBOILERS Vervang nu uw gasverslindende heetwaterboiler door een ultrazuinige Remon boerderijboiler en bespaar per direct tot 90% op uw gasrekening!

STOP NU met gas verspillen! Een ouderwetse boiler houdt het water gedurende de gehele dag 24/7 op 80C. En dat terwijl u maar een paar uurtjes per

✔ Extreme besparing op uw gasrekening ❏ ✔ Geen stilstandsverliezen ❏ ✔ Standaard met zacht water door de ❏ Remon waterontharder

dag heet water nodig heeft voor de

❏ ✔ Subsidies mogelijk (EIA en KIA)

reiniging van de melktank

❏ ✔ Veel langere levensduur dan normale systemen

en de leidingen.

❏ ✔ Tot 910 liter heet tapwater (60 tot 85ºC)

Remon komt daarom nu

❏ ✔ Geheel RVS opgebouwd, geen kans op roestvorming

met een boerderijboiler

Alle Remon boerderijboilers nu standaard met waterontharder!

✔ Hoog rendement, korte terugverdientijd ❏

waarin het water alleen verhit wordt naar 85C wanneer u dat nodig heeft.

Hiermee bespaart

passie voor water

u wel tot 90% op uw

MARUM I OSPEL I DALFSEN

gasverbruik.

Schakelstraat 4 9363 TH Marum

t +31 (0)594 64 80 80 www.remon.com


“De kosten vielen ons alles mee!” Bjinse en Yme Lawerman Keuze uit 10, 15 OF 20 TON ASLAST Veilig aanrijden ZONDER RANDAFSTAND SNELLE LEVERING uit voorraad

Slim voeren loont met de Vector Voeren is op ons gezinsbedrijf een belangrijk focuspunt. Met de Vector voeren we onze koeien constanter en preciezer waardoor ze het voer zijn onze voerkosten met 2 cent per liter gedaald. Als je echt met voeren bezig wilt zijn, dan is de Vector een meerwaarde. Slim boeren is een keuze. Lely Center Heerenveen De Kuinder 3-4 8444 DC Heerenveen info@hee.lelycenter.com

0342 44 1050 | info@boschbeton.nl | w ww.mijnsleufsilo.nl

Praktijk en onderwijs maken samen melkveebedrijven toekomstbestendig Hogeschool Van hall Larenstein is in januari 2020, samen met Ekopart en de Feriening Biologyske Boeren Fryslan (FBBF), een driejarig project gestart waarin gericht advies en begeleiding wordt gegeven aan melkveehouders om hun bedrijf toekomstbestendig te houden. Hierbij gaat het over de optimale verduurzaming van het bedrijf, waarbij gekeken wordt naar omschakelingsmogelijkheden naar biologische landbouw en de bedrijfseconomische impact hiervan. Daarnaast biedt het project verdieping in bestaande begeleiding aan bedrijven die recent of al langere tijd met een biologische bedrijfsvoering werken. Dit project is een nauwe samenwerking tussen de praktijk en het onderwijs. Doel van het project is om door middel van individuele gesprekken en studiegroepen de omschakeling naar biologische landbouw (melkveehouderij) te stimuleren. De rol van het onderwijs is het verzamelen van kennisvragen en de uitwerking daarvan door studenten.

Keukentafelgesprekken op aanvraag Bedrijven kunnen voor dit project een individueel keukentafelgesprek aanvragen. Hierin is de huidige bedrijfsstructuur en management het vertrekpunt. Vervolgens wordt gekeken naar de kansen en mogelijkheden in de omgeving en vindt een check van de marktperspectieven plaats. Deze keukentafelgesprekken bieden concreet inzicht in zowel de technische mogelijkheden als de aandachtspunten van de omschakeling. Deelnemers krijgen advies over de te nemen vervolgstappen in de vorm van een rapport. Kosten van een eerste advies zijn zeer beperkt. Aan bedrijven in Fryslân wordt een eigen bijdrage gevraagd tegen een gereduceerd tarief van € 100,(excl. BTW). Ook een eventuele doorrekening kan gedeeltelijk financieel worden ondersteund. Dit project is mede gefinancierd door Provinsje Fryslân.

Associate degree (Biologische) Melkveehouderij Het biologische aspect krijgt ook steeds meer ruimte in het agrarische onderwijs. De biologische sector groeit en daarmee ook de behoefte aan goed opgeleide professionals in het biologische werkveld. Van Hall Larenstein biedt sinds enkele jaren binnen de associate degree Melkveehouderij een biologische richting aan. Een associate degree is een tweejarige opleiding op hbo-niveau. Na afronding van deze opleiding kunnen afgestudeerden zelfstandig en succesvol een biologisch melkveebedrijf runnen of adviseur worden bij bedrijven die zich bezighouden met biologische melkveehouderij.


8

Landbouw

Donderdag 7 mei 2020

Sybrand en Jolanda Bouma tussen de koeien op hun biologische melkveehouderij. Foto: Simon Bleeker

Nieuwe voorzitter Biologische landbouw, aparte sector Duurzaam, natuurinclusief, extensief of grondgebonden. Het zijn termen voor de richting die de boer volgens velen moet inslaan. Biologisch is veel meer dan dat, zegt de nieuwe voorzitter van de vereniging van biologische melkveehouders De Natuurweide. Simon Talsma

E

en spraakwaterval barst los wanneer Sybrand Bouma uit Grou, de nieuwe voorzitter van de vereniging van biologische melkveehouders De Natuurweide, wil uitleggen waarom de biologische landbouw volgens hem een bijzondere positie heeft binnen de agrarische sector. ,,We zijn een aparte sector die ook apart benaderd moet worden”, zegt hij ,,vooral ook in alle maatregelen waar de Nederlandse landbouw tegenwoordig mee wordt geconfron-

teerd. Juist bij het aanpakken van gebieds- en emissieproblemen waar we mee te maken hebben, kan de biologische landbouw worden ingezet.” Alleen investeringen in natuurinclusieve landbouw, of landelijke regels tegen een intensivering zijn volgens de voorman niet voldoende. Ook alleen regels voor beperking van de uitstoot zoals de fosfaatwetgeving of regels die leiden tot vermindering van uitspoeling van nutriënten zijn onvoldoende. Het zijn in de ogen van Bouma allemaal instrumenten voor de korte termijn en lossen de milieuen klimaatproblemen onvoldoende op. Een veel bredere aanpassing in de

bedrijfsvoeringen is volgens hem nodig en de biologische landbouw kan daarbij een voorbeeld zijn. De regelgeving waarmee de landbouw is geconfronteerd, heeft volgens Bouma bij een groot deel van de biologische boeren geleid tot grote (financiële) problemen. Veel van de maatregelen zijn door de overheid ingevoerd om vooral de te grote effecten op het milieu te reduceren. De biologische landbouw is daarbij onterecht getroffen, zo stelt de Grouster die sinds afgelopen jaar voorzitter is. Doordat deze sector, zo stelt hij, werkt met een evenwicht van aan- en afvoer van mineralen en zonder kunstmest en bestrijdingsmiddelen, is het effect op het milieu minimaal. Problemen De invoering van de fosfaatwetgeving heeft tot grote problemen in de sector geleid, zegt de voorzitter. ,,Een kwart heeft er enorm last van gehad en 5 procent gaat het met de huidige opzet niet redden.” Het betreft dan vooral biologische melkveebedrijven die op de referentiedatum, 2 juli 2015, al hadden geïnvesteerd in stallen of land om hun bedrijfsopzet uit te breiden, maar nog niet zoveel vee hadden aan kunnen houden om weer

Een kwart heeft enorm last van de fosfaatwetgeving gehad en 5 procent gaat het met de huidige opzet niet redden uit te komen op een gelijke verhouding land/vee. ,,Er zijn strenge eisen waaraan biologische veehouders moeten voldoen. Ze mogen niet te veel vee per hectare land hebben. Ze konden dus niet hun stal vol zetten om daarmee voldoende fosfaatrechten – die gebaseerd zijn op het aantal dieren – te krijgen. Een deel van de gangbare boeren heeft dat wel gedaan. Aankopen van dure rechten naderhand is voor veel biologische bedrijven geen optie.” Voor de betreffende boeren is dat zuur, zo zegt de voorman. ,,Biologische boeren hebben per definitie voldoende land waarop ze fosfaat uit de

mest kwijt kunnen. Zij zijn er niet verantwoordelijk voor dat Nederland boven het fosfaatplafond is uitgekomen.” Brede aanpak Wanneer de stap naar biologische landbouw in bredere zin kan worden gezet, kan dat volgens de melkveehouder veel milieuproblemen oplossen waar we nu mee worden geconfronteerd. Dan gaat het onder andere om uitspoeling van nutriënten, de grote uitstoot van broeikasgassen en klimaatproblemen. ,,Ieder individueel probleem aanpakken met specifieke maatregelen is onvoldoende. Een bredere en samenhangende aanpak is nodig en veel efficiënter. De biologische landbouw werkt veel meer in evenwicht met de natuur, daarmee kun je een veelheid aan problemen aanpakken zoals de stikstofcrisis, de fosfaatproblemen en klimaat- en andere milieuproblemen.” Als voorbeeld wijst hij op de stikstofproblematiek. ,,Met biologische landbouw wordt geen extra stikstof aangevoerd omdat we geen kunstmest gebruiken. Daarbij wordt er minder vee per hectare gehouden en komt er ook nog eens minder stikstof vrij uit mest.” Om toch voldoende stikstof in


Landbouw

Donderdag 7 mei 2020

9

die apart benaderd moet worden de planten te krijgen voor de vorming van eiwitten in de gewassen, wordt er in de biologische veehouderij meer klaver in grasland gehouden. Deze nemen stikstof op uit de lucht en leggen die vast in de bodem. Ook het fosfaatoverschot, ontstaan bij bemesting, kan met veel meer biologische landbouw worden verminderd in de ogen van de melk-

veehouder. Doordat er minder bemesting plaatsvindt, draagt de biologische landbouw niet bij aan een landelijk overschot en zouden landelijke beperkende maatregelen niet nodig zijn. Regie Een goede landelijke regie bij uitbreiding van de sector is en blijft daarbij

nodig, stelt Bouma. Vooral om ervoor te zorgen dat het aanbod niet ineens veel te groot wordt en de prijzen, die traditioneel hoger zijn dan die van gangbare producten, daardoor sterk onder druk komen. Hij pleit niet voor financiële ondersteuning van de boeren die willen omschakelen, in het omschakeltraject voor hogere kosten komen te staan en nog niet een hoge-

re prijs voor hun producten ontvangen. ,,We moeten zeker geen ongecontroleerde uitbreiding krijgen. Ook de markt moet mee. Melkveehouders die willen omschakelen zouden geholpen kunnen worden bij een betere verkaveling en ook de aanlevering van voldoende biologisch veevoer vanuit de akkerbouw moet meegroeien.”

De dieren worden gemolken met robots, drie stuks. Normaliter wordt er voor een goede doorstroom in de melkveehouderij gerekend met een robot per zestig tot zeventig dieren. Twee robots zou dan in principe kunnen volstaan. Iedere extra robot is namelijk een investering van vele tienduizenden euro’s. Toch is er een derde robot op het bedrijf van de Bouma’s. Reden is volgens de melkveehouder dat er anders – wanneer de dieren in de stal terugkomen van de ver-

plichte weidegang – er tweemaal daags een te grote vertraging dreigt bij het melken van de dieren. Sinds een halfjaar is Sybrand Bouma voorzitter van vereniging De Natuurweide. Die telt ongeveer driehonderd leden, ongeveer de helft van alle biologische melkveehouders in Nederland. Met andere biologische vakorganisaties uit andere deelsectoren van de landbouw werkt de vereniging samen in Biohuis. Daarbij zijn ongeveer achthonderd leden betrokken.

Melkkoeien

Bedrijfssituatie familie Bouma Sybrand en Jolanda Bouma hebben in Grou een biologische melkveehouderij met 130 melkkoeien en jongvee. Ze hebben ongeveer tachtig hectare aan land rondom de boerderij en daarbij veertig hectare zogeheten vaarland, land onder natuurbeheer dat over water te bereiken is en nog extensiever wordt gebruikt. Het jongvee graast zomers op dat vaarland en er wordt hooi gewonnen. Het melkvee krijgt vooral gras en graskuil te vreten en er

wordt geen krachtvoerbrok gevoerd. Om een evenwichtig rantsoen te krijgen, worden er ook graansoorten als gerst, haver en triticale geplet en via een voermengwagen aan het vee voorgeschoteld. In het voorjaar is het gras buiten energierijker met relatief minder eiwit. In het najaar is dat precies andersom. Dan levert het gras buiten minder energie en relatief meer eiwit. Om jaarrond toch een evenwichtig rantsoen te geven, wordt dit in elk seizoen met bijvoeren bijgestuurd.

Dit zijn enkele belangrijke punten waar boeren die willen overstappen tegenaan lopen. Vooral de te kleine beschikbaarheid van voldoende (ruw) voer in de nabijheid van het eigen bedrijf – gras en producten vanuit de akkerbouw – is nogal eens een drempel. Het verder ontwikkelen van de kringloop op zowel het eigen bedrijf als over de deelsectoren heen in de landbouw is een uitdaging waar de biologische sector mee aan de slag is. Wat de voorzitter betreft mag de landelijke overheid ook meer doen aan de promotie van biologisch eten. ,,We kunnen een oplossing bieden voor veel vraagstukken. In andere Europese landen zijn er mede daarom wel visies ontwikkeld om de sector uit te kunnen breiden met daarbij stimuleringsinitiatieven. Hier is dat niet of in veel mindere mate het geval. Gelukkig zijn we als sector met het ministerie van Landbouw in gesprek om een visie op te stellen en kijken we naar een evenwichtige wijze van uitbreiding.” Belangrijk is het betrekken van consumenten hierbij. Die hebben volgens de Grouster de sleutel in handen voor een omslag. Om dit meer vorm te geven is de vereniging de campagne ‘Ik ben bio.’ gestart.


10

Landbouw

Donderdag 7 mei 2020

Een akkerbouwer (foto boven) bezig met de voorjaarswerkzaamheden bij Nes (NEF), twee Amerikaanse toeristen bij een tulpenveld in Pietersbierum en opkomende bietenplantjes bij Anju

Droogte Poten en inzaaien vergt dit jaar mee Om met de hardere grond de pootaardappelen de grond in te krijgen, moeten trekkers met meer vermogen over het land. Grote kluiten moeten kapot. De regen van de afgelopen week was meer dan welkom. Ook andere gewassen profiteren daarvan. Simon Talsma

E

xtra trekkers worden ingezet en om alle grotere kluiten in het land fijner te krijgen en de pootaardappelen onder de grond te krijgen, wordt er dit jaar

flink meer brandstof gebruikt. Dat laat akkerbouwwoordvoerster Tineke de Vries weten van landbouworganisatie LTO Noord uit Hallum. ,,Wat werkzaamheden betreft zitten we mooi op schema, maar het vraagt wel meer werk en personeel. Naar verwachting eind deze week zitten de meeste pootaardappelen in de

grond, en dat is niet echt anders dan in de afgelopen jaren. Veelal zijn we begin mei klaar met dit werk.â€? Begin deze week moest het grootste deel van de pootaardappelen nog worden gepoot. In Fryslân zijn er amper verschillen in de hoeveelheid pootaardappelen die al in de grond zitten. De regen van de afgelopen week maakt dat het werk nu wel iets minder moeizaam gaat. Voor de aardappelen zijn de omstandigheden nu verder goed. Ook in de ondergrond zit er nog voldoende vocht. Het ontbreken van een echte winter heeft niet geleid tot een verkruimeling van grond. De structuur is dan ook niet optimaal. Neveneffect is dat er een grote kans is dat achtergebleven knollen zorgen voor nieuwe opslag in akkerbouwland waar dit jaar andere gewassen op wordt geteeld. Deze knollen moeten allemaal weggehaald worden om de kans op een voortdurende aanwezig-

Over het komende handelsseizoen zijn er wel zorgen, olielanden hebben minder geld voor pootaardappelen

heid van aardappelziekten in de grond te minimaliseren. Ook zijn aardappelen en aardappelplanten niet gewenst tussen de gewassen die nu geteeld en geleverd worden. Afzet Ondanks de droogte en het extra werk dat die met zich meebrengt, verloopt het poten in technisch opzicht prima. Zorgen hebben de akkerbouwers wel, met name over hoe de afzet van de nieuwe gewassen zal verlopen. De coronacrisis heeft daar grote invloed op. Vooral de afzet van aardappelen voor de fritesindustrie is ingezakt. De consumptie is door (deels) gesloten horeca en snackbars flink teruggelopen en grotere hoeveelheden aardappelen zijn afgevoerd als voer naar de veehouderij. De pootaardappelhandel is tot nu toe niet getroffen. ,,Gelukkig was de handel bij het uitbreken van de wereldwijde coronacrisis al achter de


Landbouw

Donderdag 7 mei 2020

11

um. Op de voorpagina staat een foto van het aardappelpoten tussen Marrum en Ferwert. Foto’s: Marchje Andringa, Jan Ligthart en Marcel van Kammen (laatste twee)

er aandacht rug. De pootaardappelen waren op dat moment al bij de klant”, zegt De Vries. ,,Maar over het komende handelsseizoen zijn wel zorgen. Vooral naar exportbestemmingen verder weg. Dat zijn toch landen die ook afhankelijk zijn van de oliehandel. De olieprijzen staan wereldwijd sterk onder druk en deze landen hebben daardoor minder te besteden. Dat heeft gevolgen voor de aankoop van onze pootaardappelen; hoeveel geld hebben ze daar nog voor over?” Ook de suikerbietprijs kan door de lagere olieprijs onder druk komen te staan, is de indruk. Wanneer de olieprijs hoog is, levert de ethanolproductie uit de suikerbieten ook meer op en zijn de opbrengsten uit de suikerbietenteelt hoger. Met een lage olieprijs is dat niet het geval. Suikerbieten Verwerker van de bieten, de Suiker Unie, constateert samen met het

kennisinstituut voor de suikerbietenteelt IRS dat er dit jaar meer sprake is van tweewassigheid. Dat betekent dat er nog steeds zaden in de grond zitten die door de droogte niet ontkiemd zijn, en zaden die al gekiemd zijn en waarbij er al vier blaadjes aanwezig zijn. Dit kan tot gevolg hebben dat er straks grotere verschillen ontstaan tussen de verschillende planten en vermindering van totale opbrengst. Een week geleden meldde Cosun, moederbedrijf van de Suiker Unie, dat in het zuidwesten van het land nog steeds enkele procenten van het totale suikerbietenareaal moest worden ingezaaid. Door de droogte was dit nog niet gebeurd. Normaliter is rond deze tijd al het areaal aan suikerbieten gezaaid. Ongeveer 150 hectare is nog eens gezaaid, mede omdat door verstuiving van grond en droogte het zaad verloren is gegaan.

De start van het fijne spul was niet optimaal, boeren zullen dus vaker besluiten om te beregenen

Ook bij andere gewassen heeft de droogte nu geleid tot verschillen in groei. Onder andere bij de uien is dit het geval. Om de verschillen zo minimaal mogelijk te houden zijn er al boeren begonnen met beregenen. De regen van de afgelopen week was zeer welkom om de net ingezaaide gewassen te kunnen laten ontkiemen en groeien. Akkerbouwers in het noorden van de provincie hebben afhankelijk van hun locatie ongeveer vijftien tot twintig millimeter regen gehad. ,,Niet veel, maar zeker welkom. De start van het fijne spul was niet optimaal. Wanneer het droog blijft zullen veel akkerbouwers de komende tijd hun gewassen blijven beregenen”, zegt de woordvoerster. In de pootaardappelteelt zal dat niet het geval zijn. Daar mag geen gebruik worden gemaakt van oppervlaktewater om de kans op be-

smetting met bruinrot zo klein mogelijk te houden. Granen Ook bij de teelt van granen is het afwachten hoe bepalend het effect is van de huidige weersomstandigheden. De zomergranen zijn net gezaaid en wachten net als de andere gewassen op voldoende vocht. De wintergranen die eind vorig jaar gezaaid zijn en komende zomer geoogst worden, hebben plaatselijk te lijden gehad van de grote hoeveelheid regen in de winterperiode. Op stukken land die lager liggen en waar de ontwatering niet goed is geweest, zijn granen verzopen. Doordat er nu sprake is van droogte, is er wintergerst dat al ‘in de aar schiet’. Dat betekent dat aren zich nu al beginnen te vormen en akkerbouwers rekening moeten houden met een graanopbrengst die niet maximaal is.


Welke richting kiest u? Snel, onafhankelijk en zorgvuldig!

STRATEGISCH ADVIES

FISCALE OPLOSSINGEN

FINANCIERINGSPLANNEN

BEDRIJFSOVERDRACHT

COACHING

EN MEER

Dick Bijlsma 06 - 5363 1544 | Jan van der Linde 06 - 1001 9885

Aangeboden en Gevraagd

•Fosfaatrechten •Betalingsrechten

www.bvdl-agroadvies.nl

Wurde jo útmolken troch de belestingtsjinst? Belje mei ús hoe’t it oars kin!

Tevens uw adres voor boothuur of vakantiewoning bij het Sneekermeer Quotumbemiddeling Tjitze Bouma Terkaple 06-51490813

" "

Hearresyl 1 Terkaple www.heerenzijl.nl

Betrouwbaar vanaf het 1e uur

Deskundig, betrouwbaar en betrokken jaarrekeningen • fiscale adviezen • loonadministratie • belastingaangiften • bedrijfseconomische adviezen • bedrijfsoverdrachten samenwerkingsvormen • subsidies

Wismastate 9 Wi Postbus 52 Pos bus 5 8900 AB Leeuwarden 89

T (0888) 18 18 18 F (0888) 18 18 00 E info@deelstrajansen.nl www.deelstrajansen.nl


Landbouw

Donderdag 7 mei 2020

13

Douwe en Jantiene Broersma in hun Wijngaard de Frysling in Twijzel. Foto: Marchje Andringa

Het weer heeft het hele jaar door invloed op de komende wijnoogst De liefhebber moet nog een jaartje geduld hebben, maar dan zijn de eerste rode wijnen van Wijngaard de Frysling uit Twijzel te koop. Tot nu toe leverde de wijnboer alleen witte wijnen, rosé en mousserende wijnen, omdat witte druivenrassen geschikter zijn voor het Nederlandse klimaat. Theo Klein

O

mdat Douwe Broersma een wijngaard met alleen witte druiven geen echte wijngaard vond, werden er, toen hij en Jantiene Broersma hun bedrijf in 2009 begonnen, naast de vierduizend stokken met witte druiven ook duizend stokken blauwe druiven geplant. Deze druiven waren tot nu toe voor de rosé en blanc de noir wijn. De rode wijn die nu op twee vaten rijpt, is te danken aan de superoogst van 2018 vertelt Jantiene Broersma. ,,Dat jaar klopte alles. Het voorjaar was warm en er volgde een enorm zonnige zomer en najaar. Halen we gemiddeld van onze vijfduizend stokken vijfduizend flessen wijn, in 2018 was de opbrengst haast het dubbele omdat er een tweede pluk mogelijk was. En die laatste trossen konden we extra lang laten hangen voor rode wijn.” Dat die eerste oogst aan rode wijn te danken is aan de klimaatcrisis, vindt ze te kort door de bocht. Al kent Nederland steeds warmere jaargemiddelden. ,,Een goed wijnjaar hangt niet alleen af van een warmer voorjaar of zonnig najaar. Het hele jaar door hebben weersomstandigheden invloed op het resultaat.” Zo was ook 2019 een droog en warm jaar maar was de oogst minder. ,,Begin mei was er dat jaar nog een

paar keer nachtvorst. Inmiddels hebben we een vernevelingsinstallatie, maar toen nog niet, waardoor er vorstschade was.” De beregeningsinstallatie heeft medio april haar nut bewezen. ,,Er was toen lichte nachtvorst, maar zelfs een halve graad onder nul geeft al schade als de eerste knoppen zijn gevormd.” Schimmels Dat Nederlandse wijnen vaak worden vergeleken met de Franse snapt Broersma, maar dat is toch echt appels met peren vergelijken. ,,Er zijn niet alleen verschillen in klimaat maar vooral in rassen. In Frankrijk hebben ze klassieke rassen maar die zijn schimmelgevoeliger. Ze moeten

Ons uitgangspunt is dat een gezonde bodem gezonde planten oplevert. Dat geldt net zo goed voor de druif als voor rode bieten

zeker twintig tot dertig keer per jaar preventief spuiten. Doordat de Nederlandse rassen hybride zijn en daardoor veel minder schimmel- en ziektegevoelig, hoeven we hooguit twee tot drie keer per jaar te spuiten en soms zelfs geen enkele keer.” De Broersma’s verbouwen de druivenrassen Johanniter, Solaris, Souvignier Gris, Cabernet Noir, Cabernet Cortis en Pinotin. Waar de Franse druiven ook last van hebben zijn de heftige slagregens die de afgelopen jaren door de klimaatcrisis steeds vaker voorkomen. Ze beschadigen de vruchten waardoor schimmels nog sneller vrij spel hebben. ,,Er wordt in Frankrijk steeds meer nagedacht om over te stappen op andere, minder ziektegevoelige rassen.” Arbeidsintensief Een wijngaard is enorm arbeidsintensief. Het begint al in het voorjaar met het leiden van de eerste uitlopers. Tot aan de oogst is het echtpaar druk bezig met het verwijderen van onkruid, het ‘boenen’ van de stokken met ruwe handschoenen om nieuwe scheuten aan de stam te verwijderen, snoeien en verwijderen van overtollig blad om zon en wind vrij spel te geven en het krenten van de druiven. En dan is er nog de handmatige oogst. Dankzij de vele vrijwilligers die meehelpen, blijven hun werkweken binnen de perken. ,,We hebben een lijst met zo’n 65 vrijwilligers, van jong tot oud. De meesten komen uit de directe omgeving, maar ook uit Heerenveen en Groningen.” Vooral bij de oogst is hun inzet belangrijk, maar ook bij grote snoeiklussen staan ze klaar. Hoewel de Broersma’s geen biologisch keurmerk hebben, werken ze zo natuurlijk mogelijk. ,,Ons uitgangspunt is dat een gezonde bodem gezonde planten oplevert. Dat geldt net zo goed voor de druif als voor rode bieten.” Een fles Fryslingwijn is met zijn twaalf euro duurder dan de gemiddelde wijn in de supermarkt. ,,Dat verschil zit hem vooral in onze arbeidsintensieve werkwijze. In het begin kregen we daar wel eens het com-

Een Frysling drinken is echt een heel andere ervaring dan een fles supermarktwijn leegtanken mentaar over, maar dat horen we nu eigenlijk nooit meer. We hebben een doelgroep gevonden die bereid is een eerlijke prijs te betalen voor een eerlijk product en die ook trots is op een Friese wijngaard.” Voor wie dieper nadenkt is het logisch dat je met vijf euro voor een fles Franse wijn geen goed product in huis kan halen, vindt ze. ,,Dat is massaproductie waarbij de boer ook nog eens het minst overhoudt. We krijgen wel eens mensen op bezoek die zeggen geen verstand van wijn te hebben en alleen zoete wijn lusten. Wij hebben alleen droge witte wijn. Laten we hen proeven dan geloven ze niet dat dat een droge wijn is. Maar onze wijn is zo smaakvol. Die is niet te vergelijken met wat je in de supermarkt koopt.” Wie een eerlijke prijs voor een zorgzaam geproduceerde wijn betaalt, gaat er volgens Broersma ook anders mee om. ,,Mensen denken dat wij hier elke dag aan de wijn zitten. Maar we drinken eigenlijk bijna nooit. Juist omdat je weet met hoeveel zorg de wijn is gemaakt, geniet je er heel anders van. Alleen bij bijzondere gelegenheden trekken we zelf een fles open. Ja, na een proeverij zitten we vaak met een aantal aangebroken flessen. Maar dan nodigen we vrienden uit om mee te komen genieten. Een Frysling drinken is echt een heel andere ervaring dan een fles supermarktwijn leegtanken.” Nevenactiviteiten Ondanks de hogere prijs dan de gemiddelde supermarktwijn, levert de

wijn alleen geen dik belegde boterham op. ,,Wij maken net een euro per fles winst. Van onze wijngaard alleen zouden we ook niet kunnen leven.” Hun inkomen vullen ze aan met diverse nevenactiviteiten zoals proeverijen, groepsrondleidingen en wijnmakers-diners. Juist dat deel van hun werk wordt nu getroffen door de coronaregels. ,,Op 5 april zouden we onze eerste proeverij van dit jaar hebben gehad. Veel bezoekers kopen dan ook een doos wijn. Zulke inkomsten lopen we mis.” Ook de verkoop aan de horeca stokt. ,,Ongeveer een kwart van onze omzet komt van de horeca. Ik zie wel dat de verkoop aan particulieren online doorloopt maar we zijn volop bezig met plannen maken om toch andere activiteiten te organiseren voor meer inkomsten.” Lokaal voedsel In samenwerking met Jouke-Piet Drijfhout van Jouke Kookt wil de Frysling afhaalmaaltijden organiseren waarbij ook wijn kan worden gekocht. ,,We hebben hier ruimte genoeg en helpen elkaar zo, Jouke-Piet kookt vaker diners op locatie.” Broersma hoopt dat door de coronacrisis mensen weer meer lokale voeding gaan kopen. ,,Jouke Kookt werkt ook veel met lokale producten. Zo gaat hij voor de afhaalmaaltijd bijvoorbeeld brandnetelsoep maken. Jonge brandnetelscheuten zijn nu overal te vinden en zitten vol met mineralen. Hopelijk inspireert hij mensen met zijn soepen om zelf meer gebruik te maken van lokale producten.” Corona-initiatieven als Support your locals worden wat haar betreft een opmaat voor meer regionale samenwerking, ook na de crisis. ,,Niet omdat het onze wijn is, maar eigenlijk zouden Friese restaurants en eetgelegenheden toch Frysling of een andere lokale wijn op de kaart hebben moeten staan. Je moet dan wel met een ander verdienmodel werken. Dus niet een goedkope fles een aantal keren over de kop laten gaan.”


BIJ FERUCOM BENT U VOOR AL UW RUBBERPRODUCTEN AAN HET JUISTE ADRES www.ferucom.nl | +31 (0)58 257 2390

WIJ LEVEREN MET NAME: Loofrollen (glad of bewerkt) / Axiaalrollen (spiraal en glad) / PU-spiraalrollen (koppelbaar of passend op Grimme) / Loofintrekrollen Zeefbanden / Zeefbandaandrijfrollen (PU of staal) / Zeefbandondersteuningsrollen / Reinigings- / voorsorteersterren / Loopvlak-vervanging van rupsaandrijf- en/of ondersteuningswielen / Bekleding van aandrijftrommels (transportbanden) / Drukwalsen voor de drukkerij-industrie / Diverse kunststof onderdelen voor de recyclingindustrie

Loon & Grondverzetbedrijf

DE KRACHTIGE GIANT KNIKLADER NU OOK IN ELEKTRISCHE UITVOERING LEVERBAAR Mandwijk 1A, BAKKEVEEN 0516 541741 Veenstrabakkeveen.nl

GEVEN OM MOLENS IS

GEVEN AAN

MOLENS molenfonds.nl


Advertorial

Een gezond bodemklimaat is essen�eel voor de agrarische huishouding in Nederland “Als het melkveehouders lukt om een gezond bodemklimaat te krijgen, dan maken ze écht grote stappen voorwaarts. Dan creëer je een klimaat waarin aerobe bacterie-eiwi�en omgevormd worden naar aminozuren voor de grasplant. Het resultaat is beter ruwvoer met eiwit dat de koe één op één kan omze�en in melkeiwit, dus amper nog uitstoot van s�kstof en broeikasgassen. Dat is in mijn ogen het verdienmodel voor de toekomst”, zegt bodemdeskundige Rinze Joustra. In november 2019 voorspelde Joustra dat met het huidige s�kstofuitstoot wel fout moest gaan en de natuur en mensheid daar de dupe van zou worden. “Ik denk dat alles met elkaar samenhangt, en dat ook de coronacrisis niet zomaar

is ontstaan. Het is nu de �jd om ook binnen de agrarische sector maatregelen te nemen die tot een significante reduc�e van s�kstof uitstoot zal leiden. We moeten de bodem weer haar natuurlijke waarden terug geven.” Rinze Joustra hee� veel kennis over de bodem. Hij maakt al jaren naam met Rinagro, een bedrijf in mineralenmengsels met bacteriën. Het meest bekende mengsel van het bedrijf heet Agrimestmix. Het toevoegen van deze ‘vloeistof met minerale zuurstof’ aan de mest zorgt ervoor dat in de voorheen vrijwel zuurstofloze drijfmest (anaerobe) een veel zuurstofrijkere omgeving (aerobe) wordt gecreëerd. “Met het mengsel switchen we binnen een week de microbiologie van anaerobe naar aerobe. En dan krijg je langzaam maar zeker weer gezond leven in de bodem en begint deze microbiologisch eiwit te leveren, met alle voordelen van dien.” Octrooi voor AgriMestMix Rinagro BV hee� in juli 2018 het Europese octrooirecht gekregen op het middel AgrimestMix. Uit ona�ankelijk onderzoek, van Buro Blauw, is bewezen dat toevoeging van het

Levende landbouw

natuurlijk mineralenmengsel de ammoniak in mest met gemiddeld 26 procent vermindert en de methaanuitstoot met 20 procent. AgriMestMix helpt in drijfmest de belangrijke biochemische processen op gang en s�muleert de groei van bacteriën, die organische s�kstof omze�en in ammoniums�kstof. De gebonden ammomiums�kstof komt voor het gewas eerder en gelijkma�ger vrij en werkt effec�ever. Het bedrijf uit Piaam claimde al langer dat het toevoegmiddel AgriMestMix in de opslagperiode van drijfmest het omze�en en rijpen en dus de kwaliteit versterkt. Directeur Rinze Joustra is blij met het verkrijgen van octrooi. Het gee� zijn bedrijf extra basis om een bijdrage te leveren aan het verbeteren van de kringloop op veehouderij-bedrijven. “Daar kunnen nog flinke slagen worden gemaakt.”

Voor bodem en biodiversiteit

Voor het milieu

Uitdagingen

Stikstof uitstoot Broeikaseffect Afname biodiversiteit Bodemkwaliteit loopt terug

Aerobe bacterie wint

Op korte en lange termijn

Aerobe benadering is leven toevoegen

MEST Anaerobe benadering huidige situatie

Effecten

De bodem kan zich beter herstellen Goed voor vogels & insecten Bodemleven verbetert Meer kruiden

Voor natuur en leven

Betere geur Afname uitstoot broeikasgassen Afname uitstoot ammoniak

Voor de boer

Rijping: de natuur doet zijn werk Rotting Gezonde dieren en fleurige mensen Tevreden consumenten Verantwoord geproduceerd voedsel Duurzaam van gras tot glas

Auke Stremler

Ik heb samen met mijn gezin een biologisch melkveebedrijf bij Jorwerd (Frl). Ik gebruik Agrimestmix inmiddels al jaren en ben er erg tevreden over. Het mengen van de mest gaat veel beter, het gras is veel smakelijker en wordt beter opgenomen. Ik zie verder een betere en diepere beworteling waardoor meer mineralen en sporenelementen worden opgenomen. Analyses laten zien dat er meer eiwitten in het gras zitten. Door de sponsachtige werking kan de bodem ook meer water vasthouden en zie ik meer biodiversiteit in de bodem. Wat verder heel erg opvalt, is dat de kosten voor diergezondheid nagenoeg nul zijn.

Hogere opbrengst van “lekkerder” gras Gras beter bestand tegen droogte Beter stalklimaat Betere benutting mineralen Gezondere dieren

Een totaal andere benadering

Wilbert Eppinga

Op mijn melkveebedrijf in Nijemirdum (Frl) gebruiken we al jaren Agrimestmix. Ik merkte na verloop van tijd veel positieve effecten: niet alleen is de mest veel beter verpompbaar, de stal is frisser en in het dorp ervaart men een veel betere geur. Niet vreemd, want uit metingen blijkt dat de ammoniakemissie fors daalt, net als die van methaan en lachgas. Ik zie ook dat het gras fris blijft en niet verbrandt bij droogte. Het gras wordt beter benut en dus kan ik met minder kunstmest en krachtvoer toe. Heel positief is tot slot dat ik met Agrimestmix de slootresten kan hergebruiken als compost.

Er zit een verhaal achter Agrimestmix, namelijk dat het in de veehouderij gaat om een totaal andere benadering van de bedrijfsvoering, om het bereiken van een levende landbouw. Na jaren van experimenteren en praktijkonderzoek bereiken gebruikers van Agrimestmix aansprekende resultaten. En niet op één onderdeel maar over de brede linie. Betere bewerking, gezonder bodem, betere waterhuishouding, betere geur, belangrijke bijdrage aan een beter klimaat, hogere baten en minder lasten. Het is een greep uit de resultaten die veehouders hiermee behalen. Is het te mooi om waar te zijn? Rinagro wil de komende jaren meer onderzoek (laten) doen om de effecten te monitoren en beter te begrijpen hoe we kunnen terugkeren naar een levende landbouw!

Monitoring

De effecten zijn duidelijk

Proces

3500 boerenbedrijven gebruiken AgriMestMix in binnen- en buitenland

Voortschrijdend praktisch onderzoek nodig

Bewuste consument Hetty van der Stap

Werking AgriMestMix in de praktijk ontdekt Vraagt om nieuwe visie microbiologie

Hetty houdt van een koel glas melk en is ook een kritische consument. “Natuurlijk moet wat je eet en drinkt lekker zijn. Maar ik vind het ook heel belangrijk dat dat we goed nadenken over de invloed die wij consumenten hebben op natuur en milieu. Gezondere koeien, meer vogels en insecten en ook nog eens minder uitstoot van stikstof, ja, daar heb ik graag wat voor over. Want ik vind het een goede zaak dat consumenten kritisch zijn in de keuze van hun voedsel en daarmee een bijdrage leveren aan een duurzame toekomst.”


16

Landbouw

Donderdag 7 mei 2020

Insecten Op zoek naar leven op de Zodra het voorjaar ontluikt, gaat Attje Meekma uit Damwâld bijna dagelijks de velden in van het eigen familiebedrijf VOF Hiemstra met melk- en jongvee, op zoek naar nieuw insectenleven. Jan Ybema

D

e kruidenrijke weideranden en elzensingels op het bedrijf trekken heel wat beestjes aan. De insectenstand staat op veel plekken in de wereld onder druk, maar met de hashtag ‘insecten op de boerderij’ en foto’s op Twitter wil Meekma laten zien dat ,,der gongber boerelân mei folop libben yn ’e brouwerij is”. De laatste nieuwe vondst? Het roomvleklieveheersbeestje, gisteren nog (22 april, red.). Die had ze nog niet eerder gespot. ,,Ik wie even in oerke achter yn ’t lân en dêr fûn ik ’m op in toarnbeiblêd yn ’e elzesingels.” Het bewijs is de foto op Twitter. Een jaar of drie geleden begon Meekma steeds meer aardigheid te krijgen aan het kleine leven rond de boerderij. ,,Ik hie my in kamera oanskaft en begûn wat mei blommen te fotografearjen. Dêr seach ik fansels ek flinters en oare bistjes by en sa is it begûn.” Ze lanceerde op Twitter de hashtag ‘insecten op de boerderij’ en maakte samen met een Drentse boerin met dezelfde interesse een account aan op Twitter, waar foto’s en andere tweets over ‘insecten op de boerderij’ verzameld worden. De motivatie achter het initiatief is niet louter interesse voor insecten, zegt Meekma. ,,It komt ek fuort út ûnfrede oer de byldfoarming. Dêryn liket it as is it tsjintwurdich in deade boel yn ’t fjild en is dat de skuld fan de lânbou, mar myn ûnderfiningen binne oars. Dat wol ik sjen litte.” De oud-voorzitter van agrarische natuurvereniging Noardlike Fryske

Wâlden, nu CDA-Statenlid, heeft op eigen terrein verschillende biotopen waar uiteenlopende soorten insecten van profiteren. De weilanden met elzensingels rond het jongveebedrijf van de maatschap in Damwâld trekken deels weer andere soorten aan dan het grasland met deels kruidenrijke percelen in het open weidegebied op het melkveebedrijf in Sibrandahûs, waar sinds kort een van de zoons woont. Kevers, bijen, vlinders, zweefvliegen – intussen kent Meekma al heel wat soorten. ,,Ik sil my gjin saakkundige neame. Mar hoe mear’t je derfan komme te witten, namste mear’t je ek sjogge. Ek wolris wat ûngewoane soarten, lykas de Waddenkaartmot en de moshommel.” Ook nachtvlinders hebben trouwens Meekma’s aandacht. Vorig jaar meldde ze zich aan voor een monitoringsproject van LTO, BoerenNatuur en de Vlinderstichting. ,,Ienris yn ’e fjirtjin dagen set ik trije amers op fêste plakken yn ’t lân. Der sit in ledlampe op dêr’t de flinters op ôf komme. De oare moarns tel ik dan wat der yn ’e amer krûpt is.” De verzamelde gegevens geeft ze door aan

Minsken tinke soms dat der neat foar biodiversiteit gebeurt yn ’e gongbere lânbou, mar dat is net sa

Onderzoeken

Kwart minder insecten in dertig jaar De wereldwijde populatie landinsecten neemt jaarlijks met 0,92 procent af, ofwel met ongeveer een kwart in dertig jaar. Dat stelt een internationaal team van onderzoekers in een overzichtsstudie in tijdschrift Science. Ze verzamelden gegevens uit 166 langetermijnonderzoeken uit 1925 tot 2018 op 1676 locaties wereldwijd. Lokale verschillen zijn fors. De achteruitgang zou het grootst zijn in delen van de Verenigde Staten en Europa en dan met name in de periode vanaf 2005. Als oorzaken wijzen de onder-

zoekers als eerste op verstedelijking en daarnaast op veranderingen in de landbouw. In 2017 ontstond commotie over een Duits onderzoek naar insectensterfte in 31 natuurgebieden in westelijk Duitsland, waaruit zou blijken dat de totale biomassa aan vliegende insecten de laatste 27 jaar met driekwart achteruit is gegaan. De studie ging niet in op de oorzaken van die achteruitgang. Wageningen Environmental Reseach rapporteerde daarop in opdracht van minister Caro-


Landbouw

Donderdag 7 mei 2020

17

het kleine boerderij

As boargers mear bioferskaat oan ynsekten wolle yn ’e lânbou, dan sille sy as konsumint wol ree wêze moatte om mear te beteljen

een landelijk meetnet. Intussen doen in het hele land zo’n vijftig boeren mee. ,,It is wol de bedoeling om it in jier as wat fol te hâlden, sa dat langjierrige mjitrigen ûntsteane.” Het is nu dus nog te vroeg om een trend aan te kunnen geven, ,,mar de earste resultaten fan ferline jier binne hoopfol”. Zelf is ze voorzichtig om het rijke insectenleven toe te schrijven aan het deels natuurinclusieve beheer van hun boerenbedrijf. ,,Dy singels en krûderike rânen binne fansels net ferkeard. Mar ek op oare perselen fine je ynsekten. Der wurdt ek yn fjilden sûnder agrarysk natuerbehear al minder keunstdong brûkt as earder en der komt mear fraach nei siedmingsels mei krûden. Minsken tinke soms dat der neat foar biodiversiteit gebeurt yn ’e gongbere lânbou, mar dat is net sa.” De melk van Meekma’s familiebedrijf gaat mee in het duurzame melkprogramma van A-Ware voor Albert Heijn. De toeslag gaat van twee naar vijf cent per liter. ,,Dêr binne wy wiis mei. Dat betsjut dat wy in bettere fergoeding krije foar in

oantal maatregels lykas it natuerynklusive behear mei in oantal krûderike rânen en perselen, dêr’t ek de ynsekten fan profitearje.” Mondiaal loopt de stand van landinsecten op veel plekken terug, blijkt uit onderzoek, maar Meekma vindt dat in de media te gemakkelijk de landbouw als schuldige wordt aangewezen. ,,Ferstêdliking, ferkear en yndustry spylje ek in belangrike rol. En foar nachtflinters is ljochtfersmoarging in probleem.” Hoe de insectenstand zich specifiek in landbouwgebieden ontwikkelt, is verrassend weinig onderzocht, zegt Meekma. ,,Boeren krije gau de skuld, mar konkrete gegevens binne der amper. It soe dus in goed ding wêze dat der struktureel en langjierrich ûndersyk komt nei ynsektepopulaasjes yn lânbougebieten.” Voor zover veranderingen in de landbouw oorzaak zijn, wijst Meekma nadrukkelijk ook op de rol van de consument. ,,Der binne genôch boeren dy’t fan alles wol wolle, mar it moat finansjeel wol mooglik wêze. Fan ynsekten kinne wy net libje. As boargers mear bioferskaat oan ynsekten wolle yn ’e lânbou, dan sille sy as konsumint wol ree wêze moatte om mear te beteljen foar lânbouprodukten.” Het Twitteraccount ‘insecten op de boerderij’ heeft intussen 522 volgers. De hashtag krijgt hier en daar navolging bij collega-boeren, zij het nog niet echt veel in Fryslân, en eerlijk is eerlijk, Meekma is zelf de fanatiekste Twitteraar. ,,It kostet wol tiid, fansels. Je moatte op syk, sjen dat dy lytse beweechlike bistjes wat knap op ’e foto komme, foto’s dellade. Net elkenien hat dêr nocht oan. Mar foar my is it echt in hobby wurden.”

la Schouten van Landbouw over de situatie in Nederland. Wat de landbouw betreft, is er volgens de Wageningse onderzoekers een kennishiaat. Er is in Nederland ‘vrijwel geen informatie over trends van insecten in het agrarisch gebied’. Gezien het grote areaal landbouwgrond en kennis over de milieus die de meeste insectensoorten nodig hebben om te overleven, schrijven de onderzoekers wel dat ‘duidelijk’ is ‘dat de landbouw een doorslaggevende rol speelt bij ontwik-

kelingen in de aantallen insecten in Nederland’. Het gaat dan om ‘intensivering en homogenisering van het agrarisch landgebruik, het gebruik van meer stikstof en fosfaat dan het landbouwkundig systeem kan vasthouden, het gebruik van insecticiden en de versnippering van het landschap’. Overigens heeft de mondiale overzichtsstudie ook goed nieuws te melden: de populaties wáterinsecten lijken wereldwijd gemiddeld juist toe te nemen, mogelijk door verbeteringen in waterkwaliteit.

Met de mobiele led-nachtvlinderval verzamelt Attje Meekma gegevens over het voorkomen van nachtvlinders in de weilanden. Vanaf linksboven is een kleine selectie weergegeven van insectenfoto’s die Meekma heeft gemaakt van: de bruinrode heidelibel (hjersthopke), moshommel, koningin (moasholder), oranjetipje (oranjetipke), gewone oeverlibel (kantsitter) en platbuik (wespbúkje). Foto hierboven: Marchje Andringa


Advertentie

‘Moov voeraanschuifrobot draagt bij aan welzijn van de koe’ Erwin Matthezing is blij met de Moov voeraanschuifrobot. De boer uit Assen heeft de praktische robot sinds begin dit jaar. De 36-jarige Matthezing wil niet meer zonder de robot, die hem veel werk uit handen neemt. Voorheen gebuikte de geboren en getogen Assenaar een aandruksysteem met behulp van twee trekkerbanden. Het voer kwam dan handmatig dichtbij de in totaal 190 koeien te liggen, maar ‘s nachts was er wat dat betreft geen activiteit. ,,En dat is juist wél nodig”, vertelt Matthezing. De voeraanschuifrobot is ook ‘s nachts actief en dat zorgt voor een goede en mooi

verdeelde loop van de koeien. Als er weer vers voer beschikbaar is, komt de koe rap in de benen. Gevolg is een veel stabielere loop richting de melkrobots en dat is positief voor de melkproductie. Het werken met de voeraanschuifrobot zorgt voor minder restvoer. Matthezing heeft het idee dat de koeien tegenwoordig meer voer tot zich nemen. De dertiger is dus blij met de voeraanschuifrobot. ,,Uit de cijfers die de melkrobot toont blijkt dat er simpelweg meer aanloop is door de koeien. Sterker, de eerste nacht mét de voeraanschuifrobot liet al een betere en meer actieve loop zien. In combinatie met de melkrobots - de koeien komen daar nu meer uit zichzelf heen - kan ik nu eerlijk gezegd niet meer zonder.” Verleden tijd Het gebruiksgemak is een belangrijk voordeel, zo stelt Matthezing. De veehouder hoeft nu overdag niet meer buiten op het land na te denken over de taak dat binnen nog voer moet worden aangeschoven. De afleidende factor van het handmatig voer aanschuiven is verleden tijd. ,,Deze robot verdient zich vast terug binnen een

aantal jaar. De exacte duur daarvan is niet aan te geven, denk ik.” De robot legt binnen 24 uur negen keer een vaste route af. De koeien waren in het prille begin nieuwsgierig en deden een stap achteruit, maar na 48 uur was alles volgens Matthezing weer gewoon. ,,Het zal wel, dachten ze.” De tegenwoordig meer gevulde koeien van Matthezing krijgen bijvoorbeeld kuilvoer, mais en een tarwegistconcentraat. ,,Ook koeien met een lagere rangorde krijgen nu goed voer voor de kiezen. De dieren zijn wat meer gelijkgesteld door de komst van de voeraanschuifrobot.” Matthezing denkt dan ook dat er zeker een markt is voor de voeraanschuifrobot van Moov. ,,Het welzijn van de koe wordt maatschappelijk gezien steeds belangrijker. En deze robot draagt bij aan dat welzijn. Sowieso zien we een stukje werkgemak steeds vaker in de veehouderij. Dat went heel snel.” www.joz.nl

Dáár gaat ’t om Even pas op de plaats voor een korte en krachtige terugblik. Het Friesch Dagblad bundelt voor u de belangrijkste en markantste verhalen van de afgelopen week.

gratis

Nieuwsbrief

Schrijf u in via: frieschdagblad.nl/wekelijks


EFFICIËNTE DOSERING VAN WAARDEVOLLE GRONDSTOFFEN

VOOR ONDERNEMERS DIE ERUIT HALEN WAT ERIN ZIT. HENK MULDER, MTS MULDER NIEUWEHORNE

Uw adviseur/makelaar voor landelijk gelegen onroerend goed aan- en verkoop landbouwbedrijven, landerijen, woonboerderijen, landelijk gelegen woningen, fosfaatrechten Uw ambities voor de volle 100% waarmaken. Door 24/7 met u mee te denken op het gebied van accountancy en fiscaal advies. Meer dan 100 betrokken topprofessionals die nooit concessies

taxaties bij aan- en verkoop, bedrijfsovername, bedrijfsbeëindiging

zullen doen aan uw doelen en uw plannen om ze te bereiken. In voor- en tegenspoed. Uw zaken

advies bij onteigeningszaken

raken ons immers net zo goed.

JOUWERT DE VRIES A G R A R I S C H E

www.kromhout.com

M A K E L A A R D I J

Tel. (058) 257 41 32 • E-mail: info@jouwertdevries.nl Wurgedyk 15 • 9051 LE Stiens • www.jouwertdevries.nl


HĂŠt moment dat je beseft: de beste oogst door de beste bemesting.

DĂŠ hoogwaardige meststof herkenbaar aan de oranje korrel. www.oci-nutramon.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.