D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21
DE EVENEMENTENBRANCHE
‘SPORT, THEATER, BEURS EN CONGRES KUNNEN HEEL GOED OP VEILIGE WIJZE’ WILLEM DE KOK PAGINA 16
ADVERTENTIE
Door anders te kijken naar talent, hebben organisaties in Noord-Nederland alles in huis om de krapte de baas te zijn Werkgevers luiden de noodklok wegens oplopende personeelstekorten. De markt is krap, het aantal vacatures bereikt een hoogtepunt en de economische groei trekt verder aan. Tempo-Team ziet mogelijkheden om deze krapte de baas te zijn. Een van die oplossingen is: dat we anders moeten kijken naar talent , zegt Willemien van der Stelt, directeur van Tempo-Team in Noordoost Nederland. Daarnaast is aantrekkelijk werkgeverschap cruciaal voor het vinden en binden van personeel. Een interessante visie op de arbeidsmarkt. Dat neemt niet weg dat de arbeidsmarkt krap is. Hoe kijk jij hier naar? Dat ligt er maar aan hoe je het bekijkt. Je kunt ook zeggen dat de arbeidsmarkt ruim is. Er zijn immers op dit moment meer dan elf miljoen mensen aan het werk, meer dan ooit. Er zijn dus niet te weinig kandidaten of werkenden, de vraag is alleen waarom ze niet in jouw bedrijf werken, geeft Van der Stelt aan. Desondanks is het aantal vacatures in het noorden met 53 procent gestegen en staan er in heel Nederland 370 duizend vacatures open. Ik begrijp dat het veel vraagt van organisaties om de juiste mensen aan boord te krijgen en te houden, daar denken wij graag in mee. Dat meedenken zie ik als onze plicht, een tekort aan personeel betekent namelijk een rem op de economische groei, dat is zorgelijk. Heb jij een oplossing voor deze krapte? Zoals gezegd is de belangrijkste vraag: waarom werken al die mensen die aan de slag zijn niet bij jou? Ons geheim is werkplezier. En in werkplezier zien we ook de oplossing. In samenwerking met de universiteit van Leuven hebben we onderzoek gedaan naar het belang van werkplezier. 75 procent van de ondervraagden gaf aan werkplezier even belangrijk te vinden als salaris. Werkplezier wordt voor een groot deel bepaald door balans, inhoud van het werk en groei. Balans in de meest eenvoudige vorm op gebied van werk/privé. Maar ook breder: denk aan verschuiving van werktijden of ruimere lunchtijd om even te kunnen sporten. Of ziekenhuizen die experimenteren met kinderopvang op de locatie zelf. Of bedrijven die hun mailserver na 18.00 uur uitzetten. Kortom, balans is zo ontzettend veel breder dan werk/privé en thuis/kantoor. En juist dat bredere perspectief is wat veel leiders en bedrijven vergeten, waardoor je altijd terugvalt op de al uitgekauwde werk-privé mindset. Als dat in orde is, ervaren mensen meer werkplezier en dat draagt bij aan een tevreden gevoel op en over het werk. Bij Tempo-Team zijn we er van overtuigd dat werkplezier de sleutel is voor het aantrekken èn behouden van personeel. Een medewerker met werkplezier is over het algemeen productiever, minder snel ziek en hij blijft langer bij je werken. Om werkplezier te bieden moet je een aantrekkelijk werkgever zijn. Dat betekent dat je ervoor open moet staan om kritisch naar je organisatie te kijken en die aantrekkelijkheid naar buiten uit te stralen. Ik voer regelmatig gesprekken met organisaties over deze zogenaamde employer branding en daar liggen verbeterkansen op gebied van beloning, werksfeer, werkinhoud, zichtbaarheid en werkzekerheid.
Willemien van der Stelt
Om werkplezier te bieden moet je een aantrekkelijk werkgever zijn Verder zetten wij onze doelgroepscan in en kijken wij scherp naar de kandidaten die we zoeken: waar zijn ze nu? Hoe kunnen we ze bereiken? Via welk communicatiekanaal? Welke taal spreekt ze het meest aan? Online of offline? Heel gericht zoeken en op maat je doelgroep aanspreken is belangrijk. Welke verwachtingen heb jij voor het komende jaar? De economie in het Noorden groeit door, waardoor de vraag naar personeel verder Werkplezier staat bij Tempo-Team voorop. Passend werk zal altijd verbonden zijn met plezier in ons leven. De HR dienstverlener ziet het als haar taak om iedere werkdag een bijdrage te leveren aan die 8+ beleving. Tempo-Team ziet overal kansen en oplossingen. Dichtbij, met persoonlijke aandacht en het vermogen om mee te bewegen, brengt Tempo-Team de behoeften van mens en organisatie bij elkaar. Dat doet zij voor het MKB tot grote organisaties en in vrijwel alle sectoren en functieprofielen.
toeneemt. Als organisatie wil je daarop voorbereid zijn. Het is belangrijk dat we daarbij kijken naar alle doelgroepen binnen onze regionale arbeidsmarkt in onze zoektocht naar nieuwe collega s. Zijn er nog zaken die kunnen verbeteren? Kijk niet welke competentie, achtergrond, vaardigheid of kennis bij een kandidaat ontbreekt, maar redeneer vanuit iemands talent. Hoe je dit talent optimaal kan benutten voor je organisatie en wat je kunt toevoegen aan iemands ontwikkeling door training, opleidingen en coaching. Daar investeren we nu extra in. Ook vinden wij het van belang naar de toekomst te kijken. Organisaties die al een aantal jaar geleden keken naar de banen van de toekomst, de banen van nu dus, ervaren veel minder krapte dan de bedrijven die vooral in het hier en nu hun personeelsbeleid voeren. Tempo-Team is uitstekend op de hoogte van de kansen en de mogelijkheden die er liggen. Daarover gaan wij graag met ondernemers om tafel, want oplossingen liggen vaak dichterbij dan je denkt. www.tempo-team.nl
ONDERNEMERS: DEN HAAG KAN WEL WAT HULP GEBRUIKEN idden in de coronacrisis iets nieuws beginnen in de horeca. Is dat wat je noemt ondernemerschap, of is dat je energie en geld in een bodemloze put gooien? In deze laatste NoordZ van 2021 spreken we initiatiefnemers in Drenthe, Friesland en Groningen. Wat hen bindt is een verhaal waarin ze geloven. Een lockdown of horeca-onvriendelijke sluitingstijden zijn vervelende hobbels, maar houdt ze niet tegen. ,,We staan zó achter hetgeen we doen, dat we niet twijfelen.’’ Het zijn mooie verhalen die het verdienen om realiteit te worden.
M
Het citaat op de cover ‘Sport, theater, beurs en congres kunnen heel goed op veilige wijze’ is de samengebalde mening van directeur Willem de Kok van Martiniplaza in Groningen en zijn branchegenoot Patrick Drenthen, pr-man van Evenementenhal Hardenberg (pagina 16). Er is in hun business veel meer mogelijk dan de huidige coronaregels toestaan, vinden zij. En veilig ook. „Een dancefeest organiseren in deze tijd is niet handig, dat is logisch.”
Fijne inspiratie zo tegen het einde van het jaar om 2022 tegemoet te treden. Daarbij horen natuurlijk de lijstjes: wie deden het goed in 2021 en op wie is onze hoop voor volgend jaar gevestigd? Met dank aan de NOM, Venture Lab Groningen, Founded in Friesland en Young Business Award twee overzichten. Wat je deze bedrijven niet hoeft te vertellen, maar dat wel iets is om ondernemers mee te geven, is het advies van Sierdjan Koster, universitair hoofddocent economische geografie aan de RUG: blijf investeren! Ondanks dat veel ondernemers druk bezig zijn om het hoofd boven water te houden, is het belangrijk om innovatief te blijven, te investeren in personeel en productie omdat
dit anders op de langere termijn voor problemen zorgt. Als er dan nog ondernemers zijn die tijd over hebben, wordt hun hulp gevraagd in de politiek. Leiderschapsdeskundigen Janka Stoker en Harry Garretsen pleiten in hun bijdrage voor meer ondernemersvisie in Den Haag. Het kabinet vaart volgens dit duo veel te veel op de dagkoersen van het RIVM; het drukt voortdurend op het gaspedaal of juist hard op de rem zonder een consistent beleid te voeren. ,,Het grote verschil met een gemiddeld bedrijf is dat het kabinet geen duidelijke langetermijnvisie heeft, en daardoor een kader mist waarin duidelijk staat wat, waarom, wanneer te doen.’’ We gaan ook langs bij twee grote evenementenhallen in Noord-Nederland. Driekwart van de omzet is daar verdampt door de coronacrisis. Ook Willem de Kok (Martiniplaza) pleit voor een langetermijnvisie. Een beleid uitstippelen voor een samenleving die het met corona zal moeten doen en dan kijken naar wat wél kan. ,,Want je kunt niet om het halfjaar de samenleving op slot zetten omdat er een pandemie is.’’ Namens de redactie, veel leesplezier.
COLOFON
INHOUD
Noordz is een bijlage van Mediahuis Noord
05
De hardlopers van 2021 Welke noordelijke bedrijven deden het ondanks corona goed het afgelopen jaar?
Samenstelling & eindredactie Jan Rozendaal Roel Snijder Theo Zandstra
06
De beloften voor 2022 Op welke noordelijke start-ups moeten we komend jaar letten?
Vormgeving Alie Veenhuizen
08
Telefoon bijlagenredactie 050-5844229 058-2845477
Een horecabedrijf kopen in coronatijd? Mooie uitdaging of niet goed snik? Drie ondernemers die zich niet laten tegenhouden en gaan voor hun verhaal
13
Hoogste tijd voor een ondernemersvisie in het coronabeleid Column Janka Stoker en Harry Garretsen
14
‘Ondanks de moeilijke situatie moeten ondernemers blijven investeren’ Sierdjan Koster, universitair hoofddocent economische geografie
16
Evenementenhallen houden het vol, maar niet voor eeuwig Martiniplaza Groningen en Evenementenhal Hardenberg kijken vooruit
19
Dubbeltjes en kwartjes Columnist Ronald Mulder over kwartjes die ook dubbeltjes kunnen worden
22
Gouddelver als voorbeeld Ondernemer René Bolhuis leert ruziemaken van een tv-held
26
‘Ondernemers stellen zich nu kwetsbaarder op’ Sjoerd Anjema over de veranderende rol van ondernemer en accountant
E-mail bijlagen@ndcmediagroep.nl Advertenties/branded content Multiplus Media, Drachten 06-44911263 s.osinga@multiplusmedia.nl
Volg Noordz ook online op het blog www.noordz.nl
L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21 3
ADVERTENTIE
Regionaal investeren in kwaliteit van leven Stichting De Friesland bestaat in 2022 10 jaar. Ze ondersteunt vernieuwende zorg- en preventieprojecten die bijdragen aan de kwaliteit van zorg en het leven van mensen. Klinkt goed. Maar wie of wat is de stichting, waar komt het geld terecht? Steven Hofenk en Nynke van der Meulen van Stichting De Friesland over t Stationnetje, Gezonde Nieren, Sport op Basisscholen, Handscan en de nieuwe 10 x 10.000 euro- actie. In 2011 fuseerden zorgverzekeraar De Friesland en Achmea en wordt met vrijkomende middelen ook de onafhankelijke Stichting De Friesland in het leven geroepen. In de jaren daarna nog aangevuld met geld dat vrijkwam uit de verkoop van het voormalige De Friesland pand aan de Harlingertrekweg in Leeuwarden Er is in de stichting geld beschikbaar om innovatieprojecten op gebied van zorg, preventie en vitaliteit in Friesland te steunen. Tot nu toe is 15 miljoen euro uitgegeven aan uiteenlopende projecten. De stichting heeft op dit moment nog 4 miljoen euro beschikbaar voor nieuwe projecten. We steunen projecten maximaal drie jaar als co-financier, dus partijen moeten ook zelf investeren in het project. We overleggen vaak met de initiatiefnemers voor ze het indienen, juist omdat je graag wilt dat projecten een zo groot mogelijke kans van slagen hebben en impact hebben op de omgeving. Kort geleden hebben we aan het 108ste project financiering toegezegd , vertelt Nynke van der Meulen, manager Strategie & Propositie De Friesland die bij de innovatieve projecten betrokken is. Steven Hofenk, directeur De Friesland zit ook in het Stichtingsbestuur. Van welke projecten is hij blij geworden? Ik vind het project t Stationnetje in Tytsjerksteradiel en Achtkarspelen echt een geslaagd voorbeeld. Het is lokaal en laagdrempelig, het is heel goed samen met jongeren opgezet om ze weer op het spoor te zetten naar perspectief in hun leven. Sport en beweging zijn verankerd in het project, we hebben tastbare doelen afgesproken en we zien nu al dat Ziekenfondsgeld goed besteed Met het verdwijnen van de ziekenfondsen in 2006, werd uit vrijkomende reserves een landelijk fonds opgezet, kortweg de RVVZgelden genoemd, om in alle regio s zorgvernieuwing te stimuleren. Met een deel van dat geld heeft De Friesland in deze regio de afgelopen twintig jaar zo n 6 miljoen euro kunnen investeren, onder meer in de projecten School als Werkplaats, Netwerk Dementie Fryslân en het al eerder benoemde Sport op Basisscholen. Inmiddels zijn de RVVZ-gelden volledig besteed. Nynke van der Meulen: Netwerk Dementie Fryslân steunt het netwerk van zorgorganisaties die aan de basis stonden van de nu bekende casemanager als vast aanspreekpunt voor patiënten met dementie. Het functioneert voortvarend, wat vooral te danken is aan het bestuurlijk commitment van de betrokken zorgorganisaties. Steven Hofenk licht graag School als Werkplaats toe: Ik vind dit een mooi voorbeeld van gezonde samenwerking, met het onderwijs, de gemeente, instellingen voor geestelijke gezondheidszorg en de jeugdzorg. Het richt zich sinds 2010 op vroegtijdige schooluitval in het MBO. Ik ben blij dat wij het vanuit RVVZ-gelden hebben kunnen steunen. Het geld van de ziekenfondsen is landelijk en regionaal heel goed besteed. Het fonds is nu opgeheven, maar het maakt duidelijk dat we met Stichting De Friesland voorzien in de behoefte aan zorgvernieuwing en preventie en de kracht van de Friese samenleving daarbij.
Steven Hofenk en Nynke van der Meulen
het werkt, ondanks dat corona ze het in de uitvoering niet makkelijk maakt. De deelnemende jongeren zijn enthousiast, ze nemen regie, hun kwaliteit van leven neemt toe. Het laat zien dat met de juiste opzet, jongeren zichzelf kunnen motiveren tot een gezonde leefstijl, waardoor ze zelfredzamer worden en meer perspectief krijgen.
We voorzien met Stichting De Friesland in behoefte van zorgvernieuwing Ook de app Dokter Appke is in eerste instantie als project gestart met geld van Stichting De Friesland en wordt nu structureel ondersteund door De Friesland. En zo vind ik de Handscan voor reumapatiënten ook vanuit innovatie en technologie een hele goede: met behulp van die Handscan zijn we in staat om heel eenvoudig reuma-ontstekingen te ontdekken, zodat we sneller en pijnvrij ontdekken wat er aan de hand is en effectiever kunnen behandelen. Eenvoud, technologie en resultaat in één. Het project Gezonde Nieren is meer zorginhoudelijk en sterk gericht op verbeteren van samenwerking in de keten om zo vroeg mogelijk nierschade op te sporen. Een heel bekend ander project is Sport op Basisscholen. Hierdoor kwam op basisscholen weer geld beschikbaar voor een vakdocent lichamelijke opvoeding. Het project is opgezet met Sport Fryslân en werd medegefinancierd vanuit de RVVZ-gelden (zie kader Ziekenfondsgeld goed besteed ). Waar voorheen op slechts 7 procent van de basisscholen een vakdocent was, is dat nu al weer op 72 procent van de Friese basisscholen het geval. Het wetenschappelijk onderzoek naar de effecten,
Doe mee: 10 x 10.000 euro voor uw goede idee Nynke van der Meulen: Omdat Stichting De Friesland volgend jaar 10 jaar bestaat, hebben we een speciale actie. We hebben 10 x 10.000 euro beschikbaar voor kleine, lokale initiatieven rond preventie of vitaliteit. Uw idee voor preventie of stimuleren van vitaliteit moet het ontmoeten van in elk geval 25 mensen bevorderen. Het gaat in deze speciale actie dus om relatief kleinschalige, lokale projecten in wijken of dorpen. U kunt vanaf begin januari uw idee indienen via de website van Stichting De Friesland. Ook hier geldt: we denken graag met u mee, dus neem gerust contact met ons op. Doet u ook mee?! toont aan dat sport bijdraagt een betere mobiliteit van kinderen en aan verhoogde concentratie in de andere lessen. Het is mooi om te zien dat het breed wordt omarmd en daardoor structureel is geworden. Nynke van der Meulen: Het innovatieve karakter van de projecten betekent dat ze niet allemaal even succesvol zijn, dat hoort er nu eenmaal bij. Toch zien we dat het grootste deel goed wordt afgerond en dat een deel zo goed aanslaat dat het daarna doorgaat zonder financiële ondersteuning of structureel geborgd wordt. Stichting De Friesland roept organisaties op een aanvraag te doen. Wij steunen graag goede, vernieuwende ideeën om de gezonde basis van de Friese samenleving te versterken. Overleg gerust met ons als u twijfelt of uw projectidee haalbaar is en voldoet aan onze voorwaarden. Daar zijn we voor! www.stichtingdefriesland.nl
DE HARDLOPERS VAN 2021 oordZ zet de snelstgroeiende bedrijven op een rijtje, zonder strikte kwalificatieregels en zonder rangorde. Hoewel: de bovenste drie ondernemingen werden door meer dan één van onze experts genoemd. Wie de zeven net niet haalden: Susphos (Leeuwarden), Seaqurrent (Groningen), Pulmotech (Leek), Symeres (Groningen), ZiuZ (Gorredijk), Data B (Tolbert), WebIQ (Groningen), Kooiker Group (Grou), Campooz (Assen), Witec (Ter Apel), Voys (Groningen), Elzinga van der Krieke (Drachtstercompagnie), Deepgroves (Leeuwarden), Mr. Chadd (Groningen), Yobbers (Leeuwarden), Flow Money Automation (Tijnje – zie toppers van 2022), Odyssey (Groningen), Simplicate (Groningen) en Vipio (Assen).
N
EV BIOTECH CEO Linda Dijkshoorn begon EV Biotech (zie foto) in Groningen drie jaar geleden samen met Sergey Lunev en Agnieszka Wegrzyn. Inmiddels werken meer dan twintig mensen in het snelgroeiende bedrijf dat micro-organismen optimaliseert. EV Biotech combineert chemie, biologie en ICT om uitstootvrije grondstoffen voor de industrie te maken. Grondstoffen voor medicijnen en bioplastic, geur- en smaakstoffen; bij EV Biotech maken ze het allemaal door bacteriën op een slimme manier te modificeren. Uniek is dat EV Biotech experimenten digitaal uitvoert. In plaats van duizenden proeven op micro-organismen, kan de Groningse onderneming de experimenten uitvoeren in een digitaal laboratorium. Dat maakt dat de productie enorm wordt versneld. REDUCEPT Patiënten met chronische pijn zijn erg gebaat bij een behandeling op basis van Virtual Reality (VR). Het in Leeuwarden gevestigde Reducept maakte de afgelopen jaren snel naam als ontwikkelaar van zo’n behandeling. Die gaat veel verder dan het leveren van een VR-game. Reducept bedient behandelaars en patiënten (via aangesloten zorgaanbieders) in de vorm van een complete training. Daarnaast werkt de jonge onderne-
Wie gingen er – ondanks corona – als een raket afgelopen jaar? NoordZ vroeg het vier mensen die er iets van kunnen weten: Dina Boonstra (NOM), Jan Cees Groen (Venture Lab Groningen), Erwin Damberg (Founded in Friesland) en Niels Palmers uit Emmen (Young Business Award). Om die laatste te citeren: ,,Er zijn veel jonge ondernemingen met een mooie opmars bezig. Zo veel, dat ik er best één of twee vergeten kan zijn.’’
Tekst Jean-Paul Taffijn Foto Geert Job Sevink
ming continu aan verder wetenschappelijk onderzoek naar effectieve pijnbestrijding. Inmiddels werden al meer dan vijfduizend patiënten geholpen door de methode. Psycholoog Louis Zantema en gezondheidswetenschapper Margryt Fennema richtten het bedrijf eind 2017 op. Inmiddels werken er twintig mensen in binnen- en buitenland. HYDRALOOP Het gaat heel hard met waterrecyclebedrijf Hydraloop uit Leeuwarden. Sinds de start-up begin vorig jaar de meest prestigieuze prijzen won op de beurs CES in Las Vegas, stromen de aanvragen binnen. Daar hielp de rol van het bedrijf in de Netflix-documentaire Brave Blue World nog extra aan mee. Hydraloop ontwikkelde een apparaat dat afvalwater uit de keuken en de badkamer reinigt en hergebruikt. Intussen worden de apparaten wereldwijd verkocht en zijn nieuwe modellen in ontwikkeling. Dertig medewerkers in binnen- en buitenland helpen mee aan de productie en verkoop. Oprichters Arthur Valkieser en Sabine Stuiver zijn er druk mee. KLIPPA Corona betekende voor het Groningse Klippa misschien wel een steuntje in de rug. Voor de specialist in slimme documentverwerking was 2021 een topjaar. Oprichter Yeelen Knegtering zag dat zijn formule om slimmer met papierwerk om te gaan door meer digitaliseren, naast het verminderen van fysiek contact, in goede aarde valt in deze tijd. Klippa breidde vorig jaar zijn activiteiten uit naar de Verenigde Staten, nadat een flink deel van Europa al was veroverd. Hart van Klippa is de zelfontwikkelde Scan en Herken-software. Die herkent tekst in afbeeldingen en zet die om in tekst in het gewenste formaat (CSV, JSON, XLSX, XML.) Klippa zag in 2015 het levenslicht en biedt nu werk aan zo’n veertig mensen. PARKOS Na een vliegende start, gevolgd door een moeilijke coronaperiode, vond de Groningse start-up Parkos de weg afgelopen jaar weer
steil omhoog. Sterker nog: 2021 betekende een recordzomer. Via het platform kun je op steeds meer vliegvelden in de wereld van tevoren parkeerplaatsen boeken. Pieter Bosma en Arne Bos richtten het bedrijf in 2014 op en sieren sindsdien steevast de lijstjes van snelgroeiende bedrijven van Nederland. Inmiddels werken er zo’n veertig mensen in het bedrijf. CODESANDBOX In 2019 waren ze al Sprout-start-up van het jaar, Bas Duursma en Ives van Hoorne. Met hun programmeurstool CodeSandbox haalden ze vorig jaar dik 10 miljoen euro investeringsgeld op en dat resulteerde in een enorme groei. Het in 2017 in Assen opgerichte bedrijf zetelt inmiddels in Amsterdam, maar wij blijven het graag Drents noemen. De jonge oprichters worden door sommigen getipt binnenkort een reuzensprong te gaan maken met hun tool, omdat Sillicon Valley ze scherp in de gaten houdt. CodeSandbox maakt het voor programmeurs mogelijk om codes te schrijven via een browser. Programmeurs wordt het werk veel gemakkelijker gemaakt en ze kunnen eenvoudig communiceren door comments achter te laten bij elkaars werk. LIFE COOPERATIVE Een start-up is Life Cooperative strikt gezien niet, een potentieel baanbrekend Noordelijk initiatief is het wel. Uit de drie noordelijke provincies verenigen zich veertig Life Science & Medtech-bedrijven, start-ups en organisaties in de Cooperative. Dat resulteerde al in veel gezamenlijke projecten – veelal gecombineerd met wetenschappelijk onderzoek - die revolutionaire uitkomsten kunnen hebben. Meest aansprekende voorbeeld is misschien de serieuze poging om geneesmiddelenproductie naar Noord-Nederland te halen. De Life Cooperative – goed voor een omzet van 400 miljoen euro - maakte afgelopen jaar flinke stappen om te verbinden en te verduurzamen.
L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21 5
DE
BELOFTEN VOOR 2022
In de toekomst kijken. Als het aankomt op de economische ontwikkelingen zijn er wat dat betreft weinig uitdagender tijden te bedenken dan die van nu. Toch hebben vier noordelijke ‘waarzeggers’ zich gewaagd aan een voorspelling. Erwin Damberg (Founded in Friesland), Dina Boonstra (NOM), Cees Jan Groen (Venturelab Groningen) en Niels Palmers (Young Business Award) vertellen op welke start-ups we moeten letten komend jaar. Tekst Jean-Paul Taffijn Illustratie Job van der Molen
e lijst van belangwekkende start-ups is divers. Het zijn beginnende ondernemingen die de potentie hebben om flink te gaan groeien. Ondanks, of dankzij corona. Onze waarzeggers noemen heel verschillende start- en scale-ups. Sterker nog: slechts drie jonge ondernemingen (Tapp.online, Paques Biomaterials en Flow Money Automation) kregen meer dan één stem. Ook zijn de branches waarin die zich bewegen nogal uiteenlopend. Toch zijn er wel wat algemeenheden te onderscheiden. De opvallendste zaken hebben we gelabeld als Impact, Branche, Tech en Friesland.
D
Om maar met het eerste te beginnen: het is leuk om mooie businessplannen te ontwikkelen, maar als de planeet intussen naar de knoppen gaat, kopen we er weinig voor. Impact maken is een overkoepelend thema bij de ondernemingen die als kansrijk voor komend jaar worden gezien. Dat is niet verrassend, maar wel erg evident. Het gaat van manieren om schone energie op te wekken via water en papier besparen tot het upcyclen van afvalstromen. Impact gaat verder dan zorgen voor de aarde, hoewel elke beginnende onderneming dat openlijk van belang vindt. Veel van de kansrijke start-ups bewegen zich in de Life Science & Health en daar betekent impact wat anders. Het gaat om het verbeteren van de kwaliteit van leven. NoordNederland is goed op dit terrein, dat voor de overheden ook al een hele tijd als speerpunt geldt. Dat werpt zijn vruchten af. Nog zo’n speerpunt is IT, in wezen een containerbegrip. Alle kansrijke ondernemingen maken gebruik van de slimme inzet van digitale technologie om hun doelen te bereiken. In de afwikkeling van financiële producten, in het streven naar efficiënter werken, in de maakindustrie, overal. Enkele bedrijven die zich volledig op digital storten om klanten te faciliteren, scoren goed op de verwachtingsladder. Nog altijd. En dan is er nog een opvallend element in de ingestuurde lijstjes: Friesland doet het heel goed. Waar Groningen de start-upwereld van Noord-Nederland jarenlang domineerde, is het verschil in deze rangschikking bijna weg. Onze experts noemden twaalf Groningse ondernemingen, tegenover tien Friese. Drenthe komt er met drie nominaties iets bekaaider vanaf. FLOW MONEY AUTOMATION Bij banken en andere financiële instellingen kennen ze de start-up uit Tijnje gewoon als Flow. De app die automatisch je inkomende geld verdeelt over verschillende rekeningen en je een beter financieel
6 L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21
overzicht geeft, werd dik een jaar geleden gelanceerd. Inmiddels zijn duizenden rekeningen aan de app gekoppeld. Het aantrekken van investeerders afgelopen jaar, moet in 2022 gaan zorgen voor een verdere expansie in Europa. Dat oprichters Daan van Klinken en Niels Mulder er vertrouwen in hebben, bleek tijdens het tv-programma Dragon’s Den. Verschillende Dragons wilden investeren, maar de Friezen sloegen hun biedingen (anderhalf miljoen euro tegen 20 procent van de aandelen) resoluut af. TAPP.ONLINE Intelligent papier. Dat is wat Niels Postma uit Joure met zijn Tapp maakt. Door chips, sensors, batterijen en printplaatjes toe te voegen, neemt het papier de rol van elektrische apparaten over. De oplossing maakt naam in de internationale logistieke keten. Daarin wordt veel gebruik gemaakt van meetinstrumenten (gemaakt van plastic, metaal en niet-recyclebare onderdelen) om variabelen als temperatuur, locatie en luchtvochtigheid van goederen in de gaten te houden. Het inmiddels in Leeuwarden gevestigde Tapp.online maakt die instrumenten overbodig. Het slimme papier, gemaakt van honderd procent landbouwafval, registreert dezelfde variabelen, die simpel met een smartphone uit te lezen zijn. Een eigen cloudplatform maakt de gegenereerde data direct inzichtelijk. PAQUES BIOMATERIALS Paques ontwikkelt in Balk al dertig jaar waterzuiveringssystemen die tegelijkertijd biogas produceren. Met de spin off Paques Biomaterials komt daar een zeer kansrijke positie bij. Uit afvalwater produceert de start-up natuurlijke, biologisch afbreekbare PHBV-biopolymeren. Dat zijn belangrijke bouwstenen van biokunststof. René Rozendal en Joost Paques leiden het bedrijf, dat het afgelopen decennium gebruikte om de technologie te vervolmaken. Voor komend jaar staat de bestorming van de markt op het programma. De verwachtingen zijn hooggespannen. CURE TECHNOLOGY Coca-Cola investeerde vorig jaar flink in de proeffabriek van Cure in Emmen. Dat is een stap naar de verdere vercommercialisering van de plasticrecycler. Komend jaar wordt de belofte verder ingelost, is de verwachting. Cure is een samenwerking tussen Cumapol en Morssinkhof. DSM Niaga, Dufor, Coca-Cola en NHL Stenden sloten later aan. De proeffabriek in Emmen maakt 24/7 polyesterkorrels uit gebruikt polyester. De doorbraak is dat Cure ook polyester kan hergebruiken dat vertroebeld is door kleurstoffen en andere materialen. Wie bedenkt dat tot nu toe slechts 9 procent van het wereldwijde polyester gerecycled kon worden vanwege de ver-
troebeling, snapt dat de kansen voor Cure reusachtig zijn. Marco Brons, Josse Kunst en Mark Ruesink leiden de start-up. GMAK ‘Disruptive’ is een term die Chris van der Voorn uitgevonden had kunnen hebben. De directeur van internetbureau Tres in Heerenveen is oprichter van Gmak, dat de traditionele huizenmarkt aanvalt. Particulieren kunnen op het platform hun huis verkopen zonder tussenkomst van een makelaar. Dat het platform een succes kan worden, blijkt uit het chagrijn dat Funda tentoonspreidt. Dit jaar weerde de bekendste huizenverkoopsite start-up Gmak van zijn platform. Gmak kaartte vervolgens de zaak aan bij de Autoriteit Consument en Markt (ACM). De messen zijn geslepen, de groei gaat voor het Friese bedrijf vrolijk door. Als de huizenmarkt komend jaar net zo vrolijk doorgroeit, ziet de toekomst van Gmak er rooskleurig uit. SUSPHOS Fosfaten zijn in grote hoeveelheden schadelijk voor het milieu. Tegelijkertijd zijn ze nodig als grondstof voor kunstmest en brandwerende producten. De wereldwijde voorraden fossiele fosfaten raken op. Tel die drie feiten bij elkaar op en de conclusie dat de recycling van fosfaten een goed idee is, is snel getrokken. Dat lukte nooit goed op een efficiënte manier, tot nu. Met collega-onderzoekers ontwikkelde CEO Marissa de Boer aan de UvA een nieuw recyclingproces. De pilotfabriek in Leeuwarden werkt geweldig. Voor komend jaar staat de opschaling naar een grote fabriek gepland. Mede door de aankomende verplichting tot fosfaatrecycling in Duitsland (2026) zijn de haast en de kansen voor de Friese startup van het jaar groot. BRANCHKEY Vanuit de Rijksuniversiteit Groningen ontstaan regelmatig start-ups, waarvan sommigen zeer succesvol worden. Branchkey kan wel eens één van die succesverhalen worden. Robin Schut en Diarmuid Kelly, onderzoekers uit de richting van artificial intelligence (AI) en Computer Science, besloten in 2017 een probleem op te lossen. Ze ontwikkelden een privacybestendige manier voor banken, ziekenhuizen en andere instanties om samen te werken zonder dat gevoelige data gedeeld hoeft te worden. Dat doen ze met behulp van Federated Machine Learning. Die technologie laat informatie delen via modellen, in plaats van via data. In wezen leren AImodellen van elkaar dankzij deze nieuwe vorm van AI. Daardoor kan het nut van kunstmatige intelligentie binnen de organisaties benut worden zonder dat bescherming van persoonsgegevens in het geding komt. De lancering op de Europese markt zit eraan te komen.
L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21 7
HORECABEDRIJF KOPEN IN CORONATIJD? MOOIE UITDAGING OF NIET GOED SNIK?
EEN UITDAGING, JUIST NÚ
DENKEN IN MOGELIJKHEDEN Het licht valt op deze heldere herfstochtend in uitbundige stralen naar binnen bij STEEF, dat op 1 september dit jaar zijn deuren opende aan de Tweebaksmarkt in Leeuwarden. Eigenaren Stefan Visser (28) en zijn vriendin Elke Valk (27) zitten aan een van de tafels van hun op dit tijdstip nog uitgestorven restaurant.
Last van coronastress of slapeloze nachten hebben ze niet, vertellen Janneke (51) en René Waninge (53). Ondanks de onzekere tijden kochten ze eind oktober Herberg De Loohoeve in Schoonloo. Eind januari krijgen ze de sleutel. ,,De één houdt een baan tot het pensioen en de ander zoekt een uitdaging. Wij horen bij die tweede categorie.”
Tekst Willy Schouwstra Foto Niels Westra Tekst Yke Bremer Foto Marcel Jurian de Jong r is niemand die tegen ons heeft gezegd dat we wel niet goed snik lijken om aan zoiets nieuws te beginnen in deze tijd”, aldus het echtpaar Janneke en René Waninge, dat bij het zien van Herberg De Loohoeve in Schoonloo meteen verkocht was. ,,We waren direct verliefd op het pand en de plek, maar we willen er wel meer een gezellige herberg van maken met een huiskamersfeer”, zeggen ze over hun plannen.
’E
In het restaurant in combinatie met hotel en een groot terras zien ze veel perspectief. ,,Het grote voordeel is dat er ook hotelkamers bij zitten. We hebben in het begin ook wel naar een ‘gewoon’ restaurant gekeken, maar door de corona hebben we besloten dat we er toch ook zeker kamers bij wilden hebben. We hebben nu iets wat altijd doorloopt. Als je alleen een avondrestaurant hebt is het op het moment vreselijk met de regel dat je om vijf uur ’s middags de deuren alweer moet sluiten”, meent het paar, al begrijpen ze ook wel dat je het als overheid nooit iedereen naar de zin kunt maken in deze moeilijke tijd.
‘Wij denken in oplossingen en niet in problemen. Wij zien het juist nu wel zitten hoor’
Janneke en René zien de herontdekking van Nederland juist als een voordeel van de coronacrisis. ,,Natuur, wandelen, fietsen en een terrasje pakken staan hoger op de agenda van de Nederlanders dan ooit. De Loohoeve ligt aan het Pieterpad. Er ligt veel natuur rondom Schoonloo en de grote oppervlakte van de Loohoeve biedt veel mogelijkheden. We kunnen inzetten op wandel- en fietsarrangementen in combinatie met overnachtingen. Wij denken in oplossingen en niet in problemen. Wij zien het juist nu wel zitten hoor.’’ VERANDERING Het stel heeft al laten zien dat het wel in is voor verandering. Janneke deed zo’n vijftien jaar geleden horeca-ervaring op in Oost-
8 L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21
René is werkplaatschef bij een mechanisatiebedrijf in Gieten. Per eind december hebben ze allebei hun baan opgezegd en begin januari verhuizen ze van Westerbork naar Schoonloo om zich daar voor honderd procent te gaan toeleggen op De Loohoeve. ,,We willen onze eigen draai aan de plek geven. De huidige Michelinster hoeven we niet, we willen het restaurant en de hotelkamers vooral gezelliger maken.” ZOEKTOCHT Ze hebben de zoektocht naar een geschikt horecabedrijf wel uitgesteld nadat de wereld vanaf maart 2020 in de greep van corona kwam. ,,We zochten al langere tijd. Toen de eerste coronagolf kwam wilden we toch even afwachten wat er precies ging gebeuren. We hebben ongeveer een jaar gewacht en in die
Stefans ouders gingen uit elkaar toen hij 14 jaar was. Het leverde een onverwacht bijkomend voordeel op; moeder moest meer gaan werken waardoor de maaltijdbereiding een ondergeschoven kindje werd. Toen Stefan haar vroeg of ze ook eens iets anders konden eten (,,heel vaak Chicken Tonight, ik kan die potten nog steeds niet zien”), was het antwoord: ‘Waarom ga jij het niet proberen?’
tijd hebben we een paar dingen laten lopen. Deze zomer leek het allemaal de goede kant uit te gaan. We zijn bijna allemaal gevaccineerd en we dachten dat we er helemaal af waren, maar nu zitten we weer midden in een opleving. Een paar maanden geleden had niemand dat gedacht.” Zorgen over corona en alle regeltjes? Dat heeft weinig zin, vinden René en Janneke. ,,We kunnen er veel over nadenken, maar dat heeft geen nut. We moeten afwachten wat er wel en niet kan als we opengaan rond 1 maart volgend jaar. Worden de coronaregels strenger of juist niet? We kunnen dan pas goed bekijken wat wel en niet loont.’’ ,,We hebben er alleen maar zin in. Het is spannend en uitdagend. Het geeft energie om met iets nieuws bezig te zijn. Onze vier kinderen, familie en vrienden zeggen ook allemaal dat De Loohoeve precies bij ons past. We vinden het fijn om met mensen om te gaan en dat gaan we in de prachtige setting van de Loohoeve doen.”
E
Visser en Valk leerden elkaar drie jaar geleden kennen. Zij is een telg uit een horecafamilie. Haar moeder stond hoogzwanger in het Leeuwarder eetcafé Spinoza waarvan zij destijds mede-eigenaar was, haar opa en oma runden het goedlopende hotel Bellevue in de binnenstad. Zelf studeerde ze modemanagement, maar het zelfstandig ondernemerschap werd met de paplepel ingegoten. Toch was het nooit haar ambitie de horeca in te gaan. Dat wil zeggen: tot ze haar partner Stefan tegenkwam.
JANNEKE EN RENÉ WANINGE
Duitsland met een eigen restaurant met pension, terwijl René een melkveehouderij runde. Op dit moment werkt Janneke als filiaalleidster bij een beddenwinkel. ,,Ja, dat is heel wat anders”, beaamt ze lachend.
en eigen horecazaak beginnen in coronatijd – en dan nog wel eentje in het luxere segment dat zich uitsluitend richt op gasten die komen dineren, vaak meer dan de gebruikelijke drie gangen. Het klinkt onlogisch, maar de jonge Leeuwarder ondernemers Elke Valk en Stefan Visser laten zich niet van de wijs brengen door welke beperkende maatregelen dan ook. ,,Onze kracht is het verzinnen van nieuwe dingen, waardoor we het ook in rustige periodes druk kunnen hebben.”
EXPERIMENTEREN Zo geschiedde. De jonge Stefan sloeg aan het experimenteren en ontdekken. En kreeg in dezelfde tijd bovendien zijn eerste baantje in een eetcafé. ,,De chef ging gewoon om zes uur naar huis. Stond ik daar, moest ik gepocheerde zalm maken voor de gasten. Ik wist niet eens wat pocheren was.”
‘We moeten vindingrijk zijn. Maar dat geldt ook voor onze gasten’
Dat hij ooit een eigen restaurant zou beginnen was voor Visser niet of maar wanneer. ,,Daar was ik op mijn 18de al zeker van. Ik heb een uitgesproken visie op eten en koken die ik graag wil delen. Wat ik maak, daar zit een verhaal achter, ik wil er iets mee vertellen.” Jaren van ervaring opdoen in diverse restaurants leidde uiteindelijk, na een uitgebreide zoektocht naar een geschikt pand, tot het openen van STEEF.
STEFAN VISSER ELKE VALK
De timing is bijzonder, daarvan is het horecakoppel zich bewust. Toen de twee in september begonnen mocht de horeca nog tot middernacht openblijven. Niks aan de hand dus. Sterker: wel prettig, een duidelijke eindtijd. Iedereen om 12 uur de deur uit, genoeg tijd om uitgebreid schoon te maken en toch nog op een enigszins normaal tijdstip in bed te liggen. Werkweken van 90 tot 100 uur zijn het koppel namelijk niet vreemd. In november liepen de besmettingscijfers op en moesten ook restaurants er weer aan geloven: om 8 uur ’s avonds ging de deur op slot. En sinds de ‘avondlockdown’ van kracht is wordt de avond niet eens gehaald: alles gaat om 5 uur in de middag dicht. VINDINGRIJK ZIJN Spijt dus, van het starten in deze tijd? Valk en Visser lachen, schudden hun hoofden, relativeren. ,,We moeten vindingrijk zijn. Maar dat geldt ook voor onze gasten. Ons restaurant gaat gewoon eerder open nu. Je kunt tussen de middag de gerechten eten die we anders ’s avonds serveren.” Dat is in elk geval in het weekend geen nadeel. Door de week is het wel stukken rustiger sinds de nieuwe maatregelen werden ingevoerd; het aantal gasten is gehalveerd terwijl dat aantal bij de vorige ronde van beperkingen, toen het restaurant nog tot 20 uur geopend mocht zijn, met 10 procent afnam.
Maar toch: uitdagingen in plaats van beperkingen, dat is hoe Visser en Valk het benaderen. En: het kan altijd erger. ,,We mogen tenminste nog open zijn.” De eerste maanden liep de zaak ‘als een trein.’ Nu is het improviseren: eerder open, diner aan huis verzorgen (Steef thuis), nieuwe initiatieven ontplooien. De chef-kok blijft daarbij trouw aan zijn visie. ,,Alles omgooien is niet de oplossing. We gaan hier geen tosties of hamburgers verkopen.” GOEDE AANVULLING Het koppel gaat zelf ook graag uit eten. Elke: ,,We letten beiden op heel andere dingen. Ik erger me er bijvoorbeeld aan als bedienend personeel verschillende, en dan ook nog vieze of afgetrapte schoenen draagt. Details zijn belangrijk. Wij vullen elkaar in dat opzicht perfect aan. Stefan kookt, ik weet veel van styling en administratieve processen. We zijn een goede aanvulling op elkaars talenten.” Straks, als de maatregelen versoepeld kunnen worden, zitten ze gewoon weer vol, daarvan zijn de ondernemers overtuigd. Valk: ,,We weten dat het niet aan ons ligt.” Visser: ,,Wij staan zó achter hetgeen we doen, dat we niet twijfelen. Ik weet niet of dat arrogant is maar ik ben ervan overtuigd dat we iets goeds te bieden hebben. Natuurlijk moeten we geld verdienen, maar het gaat er in het leven vooral om datgene te doen waar je achter staat. Wij willen onze passie leven.”
L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21 9
ADVERTENTIE
Dokwurk: Ga het vooral doen! Het sociale ontwikkelbedrijf van Noordoost Fryslân staat er goed voor. Met dank aan de heldere visie van de betrokken gemeenten groeit Dokwurk in omvang en betekenis. De inzet is iedereen te ondersteunen naar werkgeluk. Nannette Jonker en Patricia Schiphorst over de essentie van ontwikkelen en participeren.
Dokwurk is het sociaal ontwikkelbedrijf van Noordoost Fryslân, de plek waar we iedere dag bezig zijn met de ontwikkeling van mensen. Het gaat om maatwerk, voor iedereen is de weg naar werkgeluk anders. De inzet is participeren. Meedoen, daar waar jij je werkgeluk vindt, welk niveau dat ook is. Voor een deel van de mensen is dat bij Dokwurk in bijvoorbeeld productiewerk, schoonmaak of het groen, maar voor steeds meer mensen is dat extern bij één van de vele partners die we hebben, of dat nu de bibliotheek is, een bollenteler, een groen- of schoonmaakbedrijf, industriële productie, de supermarkt, noem maar op. Het zijn allemaal bedrijven, ondernemers en organisaties met een groot sociaal hart. Voor de meeste mensen geldt dat ze meer kunnen dan ze zelf wel eens denken. Het is aan ons om iedereen op het eigen ontwikkelpad te blijven begeleiden. Bovenaan staat: ga het doen. In welke fase je ook zit, wat het niveau ook is: ga het doen. Probeer iets uit, stap naar buiten, ontdek, ga het aan. Met praten alleen kom je er niet. Nannette Jonker en Patricia Schiphorst zijn als respectievelijk manager Ontwikkeling & Detachering en manager HR iedere dag bezig met verbinden. We kijken naar wat iemand wel kan, wat iemand wil, wat de volgende stap kan zijn. En als mensen eenmaal hun plek hebben gevonden, dan blijken ze iedere keer weer enorme betrokken, loyale medewerkers te zijn. Inspiratie Voorheen heette Dokwurk NEF, maar dat was niet zo aansprekend dat het paste bij deze tijd. Dokwurk is de samenvoeging van werk met het
dok : een tijdelijke, veilige haven om bij te komen en aan te sterken tot je weer verder kunt. Zeker sinds het invoeren van de Participatiewet in 2015 is er veel veranderd. We moeten veel beter kijken wat waar en wanneer nodig is om mensen naar werk te begeleiden, te zorgen voor duurzaam passend werk en dito werkplek. Werken door ontwikkeling, ontwikkeling door werken, (weer) meedoen in de samenleving. Een complexe samenleving, die niet altijd even makkelijk is als je, om welke reden ook, op afstand staat. Als je statushouder bent uit een ander land, omdat je een bijstandsuitkering hebt aan moeten vragen, omdat je een SW (sociale werkvoorziening)indicatie hebt vanwege je psychische, lichamelijke of verstandelijke beperking. Bij Dokwurk zijn er ongeveer 1.100 mensen die begeleiding van Dokwurk krijgen en onder de verschillende regelingen vallen. Wat ons heel erg heeft geholpen is dat we, naast onze bestaande locaties in Dokkum en Kollum, deze geweldig mooie nieuwe zichtlocatie aan de Hendoweg in Dokkum erbij hebben gekregen. Dat vernieuwende onderstreept de trots van heel veel mensen bij Dokwurk, het maakt perspectief zichtbaar. En we hebben het geluk dat de betrokken gemeenten Dantumadiel en Noardeast-Fryslân een heldere visie hebben: de verantwoordelijkheid voor gesubsidieerde arbeid en (arbeids-)integratie van de doelgroepen ligt bij ons. Dat geeft ons het vertrouwen waarop we kunnen bouwen. Inschatten van waarde Voor iedereen, die bij ons binnen komt, stellen we in overleg met de betrokkene een Talent
Ontwikkelings Plan op. Wat wil je, waar word je gelukkig van, wat wil je bereiken, hoe pakken we het aan? Iedereen moet leren zijn eigen werkgeluk te vinden, zijn eigen weg en tempo. Er zijn mensen die vrij snel een baan vinden via ons, bij anderen is het complexer. Daar moeten we meer investeren in het achterhalen van de oorzaken, is er veel meer werk aan de winkel in de zin van structuur, ritme, sociaal contact en communicatie. Sommigen stromen snel door naar werk buiten, waar ze een contract krijgen bij een externe partij, al dan niet met een mate van loonkostensubsidie. Anderen blijven eerst binnen Dokwurk werken, omdat ze langer in een fase zitten met meer behoefte aan de veiligheid en beschutting die ze bij ons vinden. Bij weer anderen, kijk naar statushouders, kan er ook nog een afstand zitten in het culturele domein, zeker op het gebied van taal. Het is de kunst op ieders niveau en tempo de ontwikkeling te laten plaatsvinden.
Mensen stappen zien zetten in werkgeluk is een cadeautje Het is aan ons om mensen te verleiden naar ontwikkeling en werk, want dat is lang niet altijd even vanzelfsprekend of logisch. Zelf zijn we de afgelopen jaren ook gegroeid in wat we willen en kunnen bereiken: zoveel mogelijk mensen extern aan de slag helpen, omdat we ervan overtuigd zijn dat dat altijd de grootste participatie oplevert. Doen vanuit een realistische inschatting en benadering. Beter dan voorheen, weten we waarde en competenties van mensen in te schatten en hebben we een gezond zakelijk bewustzijn in wat we daarmee kunnen. Enerzijds gaat het om eigenwaarde van mensen en de waarde die iemand hecht aan de wijze van ontwikkeling, structuur, werk, activiteiten, omgeving of collega s, anderzijds om de waarde die iemand heeft of kan hebben voor een ander bedrijf of organisatie. Werkgeluk voor iedereen Als je mensen stappen ziet zetten in hun werkgeluk, is dat altijd een cadeautje , vatten Nannette Jonker en Patricia Schiphorst het samen. We hebben het afgelopen jaar meerdere succesvolle projecten gehad bij werkgevers in de buurt, die voor het eerst met ons gingen samenwerken en konden ervaren wat dat betekent. Voor de mensen, die er gingen werken, was het van een tikje spannend tot bijna onvoorstelbaar. Maar eenmaal aan de slag op de nieuwe werkplek kwamen ze terug met geweldige, enthousiaste en motiverende verhalen. Het was iets nieuws, dat heel goed bij een aantal mensen bleek te passen en dat is prachtig om te ervaren. Dat zijn momenten die vaker zichtbaar mogen zijn: het motiverende en bereikbare perspectief van werkgeluk voor iedereen. www.dokwurk.nl
Nannette Jonker (links) en Patricia Schiphorst van Dokwurk. Foto: Simon van der Woude)
TERUG NAAR VROEGER September was het toen ze besloten ervoor te gaan, een tijd waarin coronamaatregelen amper speelden. Over een paar weken is restaurant Pernikkel in Groningen echt van hen. Marcel Romeijn, Dennie Postma en Peer Wagenaar hebben er ondanks alles vertrouwen en zin in.
Tekst Jean-Paul Taffijn Foto Marjorie Noë
at ons bezielt? Goede vraag. Maar serieus: het is de liefde voor het vak.’’ Het mag dan wat pathetisch kinken; wat Marcel Romeijn zegt is echt wat erachter zit. Dat is precies de reden ook van zijn diametrale carrièreswitch. Tot voor kort was hij nog directeur-eigenaar van kozijnenproducent Harryvan in Slochteren. ,,Nu ga ik gewoon in het restaurant werken, onder de bedrijfsleider. Heb ik echt zin in.’’
’W
Datzelfde geldt voor Dennie Postma en Peer Wagenaar. Samen zijn de jonge twintigers al een tijd eigenaar van brasserie Jachtlust in het Drentse Steenbergen. En nu krijgen ze de Groningse ontbijt- en lunchtent erbij. ,,We hebben heel duidelijke ideeën over hoe we een zaak willen laten draaien, en zeker ook over wat er op de menukaart staat.’’
‘Nu ga ik gewoon in het restaurant werken, onder de bedrijfsleider. Heb ik echt zin in’
Dat laatste bracht Romeijn – die in Roderesch woont en steeds frequenter brasserie Jachtlust bezocht – en de twee horecaondernemers bij elkaar. ,,Voeding en gezondheid hebben al veel langer mijn aandacht. Mijn vrouw is ernstig ziek geweest. Dat heeft me veranderd. Allereerst realiseerde ik me dat je van elke dag een mooie dag moet maken. Ik was wel klaar met de bouwwereld, dus stoppen met Harryvan was voor mij een logische stap. Daarnaast zag ik wat goede voeding voor goeds kan betekenen. En daar wilde ik verder mee.’’ FILOSOFIE Discussies over menu’s, over mooie groenten, échte producten, terug naar hoe het moet. De drie voerden ze steeds meer. Sterker nog: ze gingen op zoek naar een plek om hun ideeën werkelijkheid te maken. En toen stond Pernikkel aan de Aweg in Groningen opeens te koop. Binnen een paar weken hadden ze het koopcontract getekend. De gekende lunchtent past namelijk precies in de filosofie die de ondernemers verder willen uitdragen. Die filosofie gaat veel verder dan lekker eten serveren. Ze gaat over lokaal, over huisgemaakt, over gezondheid.
DENNIE POSTMA (VOOR) MARCEL ROMIJN (LINKS) PEER WAGENAAR (RECHTS)
Peer Wagenaar: ,,Daar zijn we in Jachtlust ook al mee bezig. Wij gebruiken geen pakjes en zakjes. We kopen zo lokaal mogelijk in en maken er mooie gerechten van. Die veranderen dus met het seizoen mee. Bij ons staan er in de winter geen aardbeien op de kaart.’’ De horecagroothandel laten de drie links liggen. Dat maakt het wel wat lastiger. Dennie Postma: ,,We vergroten ons netwerk van leveranciers continu. Dat kost veel tijd ja, omdat we het liefst bij allemaal langsgaan van tevoren. Kwaliteit staat voorop. Lokaal en goed is de kern van onze visie, daar gaan we niet aan tornen.’’ Om die visie mogelijk te maken, werken de drie aan veel meer dan het runnen van Pernikkel. Romeijn: ,,Het hart van ons grote idee wordt een plek waar we als een soort groothandel de beste lokale producten verzamelen. We hebben er al een locatie voor. Daar gaan we veel mise-en-place doen. We maken in wezen halffabricaten die in keukens verder kunnen worden verwerkt. Een voorbeeld? We koken en snijden onze rode bieten er vast. Vervolgens wordt er in Pernikkel een lekker broodje of een fijne salade van gemaakt en in Jachtlust een carpaccio. Dat kan met veel meer producten.’’ NIETS WEGGOOIEN Het idee heeft veel van het ‘terug-naar-vroegerprincipe’. Dat betekent: gebruiken wat er
is en niets weggooien. Peer Wagenaar: ,,Groenten zijn het hart van onze gerechten, al dan niet aangevuld met vlees of vis. De biologische kippen en varkens die we gebruiken, verwerken we helemaal. Van de botten trekken we bouillon, wat over is gaat terug als gemalen voer voor nieuwe kippen en varkens. Want we willen ook nog een zo klein mogelijke footprint achterlaten.’’ Marcel Romeijn denkt dat de restaurants in Steenbergen en Groningen wendbaarder blijven met de daartussenin geplaatste mise-en-placegrootkeuken. ,,Dat flexibele is natuurlijk steeds belangrijker geworden in coronatijd. Door de grootkeuken annex groothandel hebben we de mogelijkheid om op te schalen en bijvoorbeeld zorgcentra te gaan bedienen, of woonvoorzieningen. Daarnaast kan er een marktplaats voor lokale producten ontstaan.’’ Deel van het langetermijnplan is dat er veel meer restaurants zijn aangesloten. Romeijn is wat dat betreft ronduit ambitieus. ,,Ik wil de komende 10 jaar zeker tien zaken openen. Allemaal met dezelfde visie: huisgemaakt, lekker, gezond en lokaal. In de tenten zelf sturen we maar op twee dingen: honderd procent klanttevredenheid en honderd procent medewerkertevredenheid. Ik ben ervan overtuigd dat het een succes wordt. Corona of geen corona.’’
L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21 11
ADVERTENTIE
Het moet werken en het moet betaalbaar zijn Specialisatie, lange termijn relaties en flexibiliteit, dat zijn volgens Eugène Tuijnman, oprichter en CEO van SLTN, de pijlers waarmee het IT-bedrijf zich onderscheidt in de markt. IT is voor elk bedrijf momenteel misschien wel de belangrijkste grondstof voor het dagelijks functioneren. Als geen ander weet SLTN wat dat in de praktijk betekent. Niet voor niets heeft het bedrijf zowel de technische kennis als de data en applicaties in huis, als één van de weinige IT-bedrijven in ons land. Dat, naast de nuchtere aanpak, zorgt ervoor dat SLTN de wind in de zeilen heeft.
Dat blijkt onder meer uit het contract dat het bedrijf, met vestigingen in Leeuwarden en Hilversum, onlangs sloot met de Belastingdienst. We hebben een grote aanbesteding gewonnen en mogen bij de Belastingdienst storage apparatuur plus de bijbehorende software en dienstverlening leveren, voor een periode van drie jaar. Dit houdt in dat we de IT-omgeving van de Belastingdienst duurzaam en veilig gaan inrichten, oftewel future proof, zoals wij dat noemen , zegt een trotse Tuijnman. De opdrachtwaarde is ruim 87 miljoen euro. Portfolio Wat in 1997 begon als start-up is uitgegroeid tot een toonaangevend bedrijf in de IT. Niet voor niets kan SLTN, wat staat voor Solution zonder klinkers, bogen op een keur aan grote en kleinere klanten, afkomstig uit allerlei sectoren van de Nederlandse economie en dienstensector. Ministeries, provincies, gemeenten, waterschappen, alle Academische Ziekenhuizen, energiebedrijven, de drie grootste banken, verzekeringsmaatschappijen, industrie en nu dus ook de Belastingdienst; SLTN beschikt over een prachtige klantenbase en een sterk portfolio. Het bedrijf kent drie pijlers: IT-producten, ITdiensten en IT-Professionals voor de detachering. We zijn één van de weinige IT-bedrijven die zowel de techniek als de data en applicaties in huis heeft. We kunnen derhalve de klant een complete IT-oplossing bieden. En dat heeft voordelen. Tuijnman: De meeste klanten willen op IT-gebied maar één ding en dat is ontzorgt worden. Ze zijn daarvoor op zoek naar een IToplossing die veilig is, schaalbaar moet zijn, inclusief een schil van cybersecurity daar omheen. Voor veel IT-bedrijven is dat te complex, wij hebben daar vanaf dag één op ingezet en daardoor veel expertise en know how opgebouwd en met onze omvang en aantal personeelsleden kunnen wij dit waarmaken. Verlengstuk De wijze waarop SLTN werkt wordt door klanten als prettig ervaren. Flexibel, specialistisch en inzetten op lange termijn relaties blijkt bijvoorbeeld wanneer er een probleem is bij de klant. Tuijnman: We lossen dat eerst op en praten over de kosten pas daarna. En niet andersom. Veel klanten zien SLTN als verlengstuk van hun bedrijf. En dat is precies waarnaar wij streven. Wij kennen geen standaard oplossingen. Elke klant is anders en vraagt derhalve om een andere invulling van de IT-omgeving. Daarom denken we mee, in oplossingen die passen bij die ene specifieke klant. Daarnaast proberen we de complexiteit van IT weg te houden van de business van de klant. Wij zien IT als een soort nutsvoorziening. Het moet werken en het moet betaalbaar zijn.
Eugène Tuijnman
SLTN kan volledig merkonafhankelijk opereren. We mogen een breed scala aan A-merken voeren, omdat we alle kennis en certificeringen daarvoor in huis hebben. Daardoor kunnen we te allen tijde kiezen voor de beste oplossing voor de klant. Dat SLTN daarmee voorop loopt, blijkt onder andere ook uit het feit dat het IT-bedrijf inmiddels drie back-upsystemen die beschermen tegen ransomware kan leveren. En dat is, gezien de actualiteit, uitermate interessant.
Wij kunnen bedrijven helpen met oplossingen waardoor men sneller kan herstellen van een ransomeware-aanval Veiligheid De veiligheidsvragen rondom IT nemen alleen maar toe, zeker gezien het feit dat we tegenwoordig altijd en overal willen kunnen werken. Dat betekent niet alleen investeren in verbindingen, maar zeker ook in de vraag waar data zich bevindt en wie bij deze data kan. Dan heb je het dus over zeer bedrijf kritische situaties. Echter, 90 procent van alle securityproblemen ontstaat door een fout of een vergissing van de mens, vertelt Tuijnman. Vanuit SLTN wijzen we klanten erop dat het scherp houden van medewerkers een continu proces is. Dat heeft niet alleen met bewustzijn te maken, maar ook met het trainen van medewerkers, vaak
kort en bondig, maar wel nodig om cybercrime buiten de deur te houden. Bij elk bedrijf of organisatie voert SLTN vooraf een veiligheidsscan uit waarbij de vraag hoe gezond is je IT centraal staat. Daaruit komt de kleur groen, oranje of rood naar voren , legt Tuijnman uit. En de klant moet dan beslissen of er eventueel actie moet worden ondernomen. Ja, bedrijven en organisaties zijn bereid om te investeren in veiligheid, zeker vanwege alle ransomware-gevallen, waardoor je organisatie volledig op slot wordt gezet. Wij kunnen bedrijven helpen met oplossingen waardoor men sneller kan herstellen van een ransomewareaanval. Ondertussen groeit SLTN gestaag door. Hoewel, met 30 procent over het afgelopen fiscale jaar tot 204 miljoen euro, kun je rustig spreken van een behoorlijke groei. We groeien in nieuwe klanten, maar ook bij bestaande klanten , zegt Tuijnman, waarmee onze aanpak, waarbij we gaan voor lange termijn relaties, goed werkt. Aspiraties om naar het buitenland te gaan hebben we niet, er is in Nederland genoeg te doen. SLTN gaat normaal en nuchter door op de ingeslagen weg. Immers, steeds meer klanten bevestigen dat dat de juiste weg is. www.sltn.nl
COLUMN Hoogste tijd voor een ondernemersvisie in het coronabeleid van ons kabinet, daarvoor pleiten leiderschapsdeskundigen aan de Rijksuniversiteit Groningen Janka Stoker en Harry Garretsen in deze bijdrage. e coronacrisis is terug van weggeweest. Nog geen drie maanden geleden was het gedaan met de anderhalvemetermaatregel, en konden de mondkapjes worden opgeborgen. Echt weg was het coronavirus natuurlijk niet, maar met een vaccinatiegraad van ruim 80 procent leek het pandemiegevaar geweken. Dat was althans de hoofdboodschap van het kabinet eind september: terug naar het oude normaal, zeker voor diegenen met de juiste QR-code.
D
De werkelijkheid bleek helaas anders. Evenals eind vorig jaar werd het bijna code zwart in de zorg, en bevindt ons land zich opnieuw in een (halve) lockdown. In omringende landen bleek de coronacrisis ook verre van voorbij, maar met de omslag van zo ongeveer alle remmen los naar de teugels weer strak aanhalen, viel Nederland uit de toon. En dat was niet voor het eerst. In de zomer van 2020, met de eerste lockdown net achter de kiezen, nam onze regering ook al een voorschot op het einde van de crisis – maar in het najaar moest Nederland alweer dicht. In dezelfde categorie valt de ‘Dansen met Janssen’-uitglijder van demissionair minister Hugo de Jonge van afgelopen zomer. Krap een week na deze vrijbrief aan vooral jong Nederland moesten de versoepelingen na een piek in het aantal besmettingen rap worden teruggedraaid.
STUREN ZONDER RICHTING
Janka Stoker en Harry Garretsen Janka Stoker is hoogleraar Leiderschap en Organisatieverandering aan de Rijksuniversiteit Groningen (RUG)en Harry Garretsen is hoogleraar International Economics & Business, samen vormen ze de directie van het expertisecentrum van de RUG op het gebied van leiderschap. Zij laten op regelmatige basis in deze krant hun licht schijnen over leiderschapskwesties.
Het patroon dat zich aftekent is van politiek leiders die in deze crisistijden te veel gasgeven om vervolgens hard op de rem te gaan staan. Positieve trends in de coronacijfers worden te snel aangegrepen om het beleid te versoepelen, waarna, bij stijgende besmettingscijfers, ‘opeens’ niets anders rest dan opnieuw fors ingrijpen. Dit proces is een klassiek voorbeeld van stop & gobeleid. Dat is een vorm van beleid waarbij de overheid voortdurend in een haasje-over met zichzelf verkeert: zaken eerst fors aanjaagt (go) en dan noodgedwongen sterk afremt (stop). We kennen dit proces vooral uit de economie. Daar doet zich dit voor wanneer extra overheidsuitgaven, of een renteverlaging, de bestedingen dusdanig stimuleren dat uiteindelijk een oververhitting van de economie ontstaat, die alleen door hardhandige bezuinigingen of renteverhogingen een halt kan worden toegeroepen. Hierdoor raakt de economie in het slop, wat dan weer de volgende aanjaagfase rechtvaardigt – en de cyclus begint opnieuw. Met ons nationale coronabeleid lijkt iets soortgelijks aan de hand: te snel en te ruim versoepelen, waarbij de tegenvaller van een paar maanden later al ingebakken zit. Als model van bedrijfsvoering is het voortdurend en abrupt indrukken van het gas- en rempedaal niet aan te raden. Het is sturen zonder richting. Iedere ondernemer weet hoe gevaarlijk het is om uitsluitend op dagkoersen te varen. En alhoewel een kabinet natuurlijk geen bedrijf is laat deze vergelijking wel zien waar de pijn zit. Het grote verschil met een gemiddeld bedrijf is namelijk dat het kabinet geen duidelijke langetermijnvisie heeft, en daardoor ook een kader mist waarin duidelijk staat wat, waarom, wanneer te doen. Het resultaat is dat consistent en helder beleid afwezig is en het handelen van de regering vooral bestaat uit acties die worden gestuurd door de dagcijfers van het RIVM. De verschillende routekaarten, die een soort langetermijnperspectief zouden moeten bieden, spelen in het feitelijke coronabeleid geen rol. Hierdoor ‘overkomen’ ons, met onze politiek leiders voorop, de coronacrisis en de benodigde maatregelen voortdurend. In het begin van de pandemie was de noodzaak tot acuut en actiegericht crisismanagement natuurlijk groot. Maar dat is ondertussen bijna twee jaar geleden. Demissionair premier Mark Rutte heeft een hekel aan het woord, maar zijn nieuwe kabinet ontkomt niet aan een ‘visie’ hoe Nederland structureel denkt om te gaan met een virus dat zich, gelijk de wolf, hier definitief lijkt te hebben gevestigd. JANKA STOKER EN HARRY GARRETSEN
L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21 13
Al ruim anderhalf jaar hebben we te maken met de coronacrisis. Welke effecten heeft corona op de economie? Zijn er zekerheden voor de toekomst? We blikken terug en kijken vooruit met Sierdjan Koster, universitair hoofddocent economische geografie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Tekst William Zijlstra Foto Geert Job Sevink
‘ONDERNEMERS, BLIJF INVESTEREN’ We kunnen nu zo’n anderhalf jaar terugkijken, hoe kenmerkt de coronacrisis zich? ,,Het is een crisis die vooral met consumptie te maken heeft. We kunnen niet naar theater, café en restaurant. Dat verandert de structuur van de economie niet zo erg. Hoe vervelend het ook is voor ondernemers in die sectoren, want zij hebben heel zware jaren gehad. Als je dat tegenover de industrie zet, zie je dat zij in het begin van de crisis wel wat problemen had, met export bijvoorbeeld. Maar in feite hebben de meeste in die sector wel goed door kunnen produceren. Omdat het een crisis aan de consumptiekant is, die de structuur van de economie minder raakt, zie je ook dat er bij aantrekkende consumptie snel herstel plaatsvindt. In de zomer, toen de meeste beperkingen werden opgeheven, ging het weer los. Ik verwacht dat dat opnieuw gaat gebeuren zodra er weer versoepelingen zijn.’’
SIERDJAN KOSTER
14 L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21
In een moeilijke situatie je weten aan te passen, is dat niet écht ondernemen? ,,Ja en nee. Ik heb veel bewondering voor hoe flexibel ondernemers zijn. De ene dag maatregelen, de volgende dag alles aangepast. Dat is knap. Gedeeltelijk is het waar dat de degenen die dat niet kunnen of willen, die faseren uit. Het aantal faillissementen is laag gebleven, maar het aantal stoppers is wel groot. Tegelijkertijd zie je ook dat veel zelfstandigen gedwongen zijn om die positie in te nemen. Dat komt omdat er de afgelopen jaren een flexibiliseringstrend gaande is. Deze zelfstandigen zitten in een onzekere situatie in de arbeidsmarkt en vangen daardoor ook de klappen op. Juist in hard getroffen sectoren als horeca, kunst en cultuur is de arbeidsmarkt erg flexibel en zelfstandigen hebben het daardoor moeilijk. Mensen maken graag gebruik van deze sectoren, maar door de maatregelen zijn ze minder goed te bereiken. Sommige werkenden hebben toevallig in deze crisis pech met hun vaardigheden. Daarom verdient deze groep ook ondersteuning.’’
Wat is voor ondernemers nu belangrijk om te doen? ,,Een van de gevaren nu is dat ondernemers alleen druk bezig zijn met het hoofd boven water te houden. Dat begrijp ik, maar het is ook belangrijk om te blijven investeren in productiecapaciteit, productiemiddelen en in personeel. Het blijkt dat dit wel wat achterblijft en dat vind ik zorgelijk. Bedrijven worden namelijk minder innovatief als ze niet blijven investeren en dat kan op de middellange termijn structureel negatieve gevolgen hebben. Het Noorden moet wel stappen blijven maken. De krapte op de arbeidsmarkt zal niet weggaan. Een deel van de oplossing hiervoor zit in automatiseringsprocessen en daarin lopen we niet voorop. Dit is en blijft een heel belangrijk punt op de ontwikkelingsagenda voor de komende jaren.’’ Hoezo blijft het Noorden achter? ,,Investeringen door ondernemers lopen hier in het Noorden over het algemeen achter. Dat wordt nog eens uitvergroot door corona. Daarnaast is innovatie ingewikkeld. Als je echt goede nieuwe ideeën wilt ontwikkelen dan zul je vaker bij elkaar moeten zitten. Profiteren van elkaars kennis, van elkaars mensen, daarbij geldt als voorwaarde dat je elkaar zo nu en dan ook ziet. Dit gebeurt te weinig in het Noorden. Niet zozeer omdat we het niet
‘Webwinkels hebben veel groei doorgemaakt, mede door hun investeringen en innovatie’
willen, want het heeft ook met dichtheid te maken. Daarnaast bemoeilijkt corona dit ook nog eens. Daar zit ook wel mijn zorg voor de langere termijn. Die face-to-facecontacten vallen deels weg en informele netwerken zijn tot op heden lastig om online te bouwen. Dit zet een rem op innovatie, maar maakt ook de arbeidsmarkt stroperiger – het is moeilijker om de juiste mensen bij de juiste baan te krijgen. Ten slotte is het vertrouwen behouden van producenten in moeilijke tijden ook onmisbaar. Deze zaken allemaal samen maken de toekomst onzeker. Dit kan leiden tot vertraagde groei over twee of drie jaar.’’ Bij wie gaat dit wel goed? ,,Webwinkels hebben veel groei doorgemaakt, mede door hun investeringen en innovatie. Denk bijvoorbeeld aan Gadero of EasyToys. Dat zijn bedrijven die veel ruimte, veel opslag nodig hebben en die is er ook in het Noorden. Deze bedrijven bewijzen dat als je het online goed voor elkaar hebt, dat het niet uitmaakt of je in Franeker, Veendam of Emmen zit.’’ En als we vooruitkijken naar 2022, hoe gaat het ondernemersklimaat er dan uit zien? ,,Dat is afwachten. Als we iets verder kijken, over twee of drie jaar, dan gaat het voor mkb’ers en de economie van het Noorden belangrijk zijn of je hebt stilgestaan of dat het gelukt is om de structuur van je economie te versterken, erin te investeren. Tegelijkertijd, voor volgend jaar, zal de conjunctuur tegen de zomer wel weer aantrekken.’’ Praten we over dertig jaar nog steeds over de coronacrisis? ,,Dat hangt er vanaf hoelang de crisis duurt. Hij is impactvol omdat iedereen ermee te maken heeft. De samenleving is daadwerkelijk anders dan dat-ie was. Als je naar de financiële crisis kijkt dan was dat een grote economische schok, maar de samenleving veranderde amper. Nu is dat anders. Ik denk dat we vooral daarop zullen terugkijken. Duurt de coronacrisis langer dan is de grote uitdaging dat we manieren vinden waarop we onze economie toch kunnen vernieuwen.’’
Sierdjan Koster Dr. Sierdjan Koster is universitair hoofddocent economische geografie aan de faculteit Ruimtelijke Wetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen. Hij houdt zich bezig met de vraag hoe ondernemerschap en arbeidsmarktontwikkelingen bijdragen aan economische groei. Als geograaf is hij geïnteresseerd in regionale verschillen hierin. Als noorderling volgt hij de ontwikkeling van de Noord-Nederlandse economie op de voet.
L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21 15
EEN HINDERLIJKE VLIEG
HOPELIJK EEN MOOI JAAR
Martiniplaza in Groningen ging dankzij corona van de place to be voor grote evenementen, spetterende feesten en topsportwedstrijden naar prik- en testlocatie. Evenementen gingen soms door, op halve kracht of minder. En de agenda moest weer worden leeggeveegd. Samen met directeur Willem de Kok blikken we terug en vooruit op de coronaperiode.
Onvoorspelbaar en toch uitdagend, zo omschrijft Patrick Drenthen van Evenementenhal Hardenberg de laatste anderhalf jaar. Corona sloeg een groot gat in het programma, maar de agenda van 2022 staat voller dan ooit. ,,Het klinkt misschien gek in deze tijd, maar ik zie de toekomst van onze evenementenhal rooskleurig in.” Tekst Yke Bremer Foto Jan Anninga
Tekst Wigger Brouwer Foto Peter Wassing
a die laatste persconferentie zat ik op kantoor in een leeg pand, buiten regende het en onze agenda moesten we leegvegen dankzij de nieuwe maatregelen.” Willem de Kok zegt het met de lach van een boer met kiespijn. De directeur van Martiniplaza is allesbehalve te spreken over de coronamaatregelen van het demissionaire kabinet. ,,Natuurlijk zijn er maatregelen nodig. Je moet de volksgezondheid garanderen, de zorg ontlasten. Maar of het op deze manier moet, vraag ik me af. Er wordt steeds weer met twee maten gemeten.”
’N
De frustratie is voelbaar bij De Kok. Voor het Groningse evenementenbedrijf was en is corona als een hinderlijke vlieg die, hoe vaak je ’m ook verjaagt, steeds terugkomt. De Kok zag driekwart van de omzet verdampen: een groot deel van de gebruikelijke voorstellingen en evenementen bij Martiniplaza werd afgelast of uitgesteld. De meest recente domper is het uitstel van alle evenementen van deze winter, waarin de besmettingen sterk opliepen. Allemaal doorgeschoven naar het voorjaar. En dan is het maar hopen dat de besmettingen dan meevallen.
‘Er gloort hoop en licht aan de horizon. Die horizon ligt alleen wat verder weg dan we hoopten’
Toch houdt De Kok de moed erin. ,,Tijdens elke vorige lockdown stokte de programmering. Maar zodra de lockdown erop zat, zag je dat de evenementen toch weer op gang kwamen.” Zo konden veel dingen toch doorgaan. De topsport liep redelijk door, met de basketballers van Donar en de volleyballers van Lycurgus. Ook waren er theatervoorstellingen, tentamens en examens voor scholen en konden zowaar beurzen en congressen doorgaan. ,,Alles was een beetje op halve kracht, natuurlijk. Hoewel we de Noordelijke Promotiedagen wel hebben kunnen doen op bijna de volle capaciteit.” TESTEN EN PRIKKEN Daarnaast werd Martiniplaza een grote en belangrijke locatie voor de GGD, als teststraat en als vaccinatielocatie. Niet hetgeen waarop je gewoonlijk inzet als bedrijf voor beurzen, topsport en feesten. Maar het was nodig, ook om het tekort aan inkomsten op te vangen.
16 L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21
Martiniplaza kan de klappen opvangen door de kosten laag te houden. Het personeel bestaat uit een klein kernteam van ongeveer 25 mensen. De rest huurt Martiniplaza steeds tijdelijk in. ,,Dat is weinig, als je kijkt naar de omvang van het bedrijf. Maar gedurende de economische crisis in 2008 hadden we het tot en met 2014 moeilijk, door zowel programmeerkeuzes als een grote personeelsbezetting. Daarom hebben we in 2016 gereorganiseerd. En dat kleine team is nu onze redding geweest. Je kunt de klappen opvangen, maar natuurlijk niet voor eeuwig.” De Kok uitte eerder in de media al zijn ongenoegen over de huidige maatregelen en benadrukt dat nu weer. ,,We zijn het er niet mee eens dat onze branche steeds weer getroffen wordt. Dat komt onder andere doordat er geen onderscheid wordt gemaakt tussen evenementen. Een dancefeest organiseren in deze tijd is niet handig, dat is logisch. Maar als het gaat om sportwedstrijden, theatervoorstellingen of congressen, dan kan dat heel goed op een veilige manier. Ik vind dat wij in deze branche de ruimte moeten krijgen om met
een scherpe toegangscontrole mensen toe te laten tot zulke evenementen.” STRATEGIE Dat betekent vooral dat we als samenleving leren leven met corona en voor langere termijn op een veilige manier evenementen kunnen bezoeken. Volgens De Kok is de huidige vorm van maatregelen, steeds een volledige lockdown en daarna weer nauwelijks restricties, niet de manier om met corona om te gaan. ,,Het is telkens op en af en daardoor loopt het steeds uit de hand, omdat er geen regie is. Ik hoop op structurele maatregelen zodat we jaren verder kunnen. Want je kunt niet om het halfjaar de samenleving en daarmee deze bedrijfstak op slot zetten omdat er een pandemie is.” Ondanks alle coronabeslommeringen blijft De Kok positief gestemd. ,,We kijken vooral naar wat wél kan. Wij zijn voortdurend in gesprek met klanten, samen op zoek naar oplossingen. Iedereen denkt mee, de creativiteit viert hoogtij. Ook omdat iedereen natuurlijk zijn evenement wil organiseren is men erg gemotiveerd.’’ ,,En ik heb zelf genoeg te doen: we zijn bezig met een visie voor de komende jaren voor Martiniplaza. Daarnaast hebben we een theateralliantie, waarmee we zelf voorstellingen produceren. Er gloort hoop en licht aan de horizon. Die horizon ligt alleen wat verder weg dan we hoopten.”
I
De eerste anderhalf jaar van de coronacrisis waren zwaar, geeft pr-man Patrick Drenthen toe. ,,Gelukkig hebben we als onderdeel van Easyfairs een groter vangnet en kunnen we sneller schakelen omdat we zelf eigenaar zijn van de hallen. We krijgen regelmatig een update van ons hoofdkantoor in België en we staan er nog goed voor. Natuurlijk heeft corona een groot gat in onze omzet geslagen. Er kwam anderhalf jaar beduidend minder binnen. Via de overheid hebben we steun gehad onder meer in de vorm van de NOW-regeling, een tegemoetkoming in de loonlasten. We hebben een vol voorjaar voor de boeg en dan moeten we wel draaien.”
WILLEM DE KOK
,,Het is voor ons ook gewoon een commerciële verhuring: je springt in op de marktomstandigheden. Sinds november is de GGD hier weg, maar we namen met een dubbel gevoel afscheid. We hadden toen al het vermoeden dat het aantal besmettingen daarna uit de hand kon lopen.”
n Hardenberg staan zeven hallen met een totale oppervlakte van 25.000 vierkante meter. Evenementenhal Hardenberg is daarmee het grootste evenementencomplex in Noordoost-Nederland. Vakbeurzen en consumentenbeurzen zorgen voor een groot deel voor de invulling van de jaarlijkse agenda. De evenementenhal is onderdeel van de internationale beursorganisatie Easyfairs met locaties in onder meer Nederland, België en Zweden.
‘Ze denken dat je bij beurzen wel over de koppen kunt lopen, maar dat is niet zo’
Wat vooral duidelijk is geworden na bijna twee jaar corona is dat mensen graag weer bij elkaar willen komen op veilige, fysieke ontmoetingsplekken en dat ze alle online meetings via zoom en teams beu zijn, aldus Drenthen. ,,We hebben een enquête afgenomen onder zesduizend bezoekers. Van hen geeft 90 procent aan dat ze elkaar weer in de ogen willen kijken en bereid zijn om beurzen te bezoeken. Als je dan toch iets positiefs wil zeggen is dat de mensen hunkeren om elkaar weer te ontmoeten. Het idee dat alles online kan bleek een illusie.” MEER AANBOD Het verdwijnen van de IJsselhallen in Zwolle en de verkoop van Expo Assen – twee andere evenementenhallen in het Noorden – zorgden voor meer aanbod in Hardenberg. ,,Zo werd de dierenparade Noordshow in Assen gehouden, maar die is nu in Hardenberg. Ook lanceren we zelf een nieuwe huis- en woonbeurs in oktober 2022. De huizenmarkt is krap en mensen gaan vaker hun eigen huis opknappen of verbouwen. We breiden onze agenda op het moment alleen maar uit en verstevigen onze positie.” Om goed te draaien wil Drenthen wel dat de
PATRICK DRENTHEN
overheid een belangrijke misvatting over beurzen uit de wereld helpt. Dat beurzen gewoon mogen doorgaan is bij veel mensen niet bekend. ,,Ze denken dat je bij beurzen wel over de koppen kunt lopen, maar dat is niet zo. Beurzen worden gezien als zogeheten doorstroomevenementen. Dit betekent dat de beurzen te bezoeken zijn met een coronatoegangsbewijs. Bij de laatste persconferentie werd dat voor het eerst hardop gezegd en dat vinden wij heel belangrijk.” Samen met concullega’s als de RAI in Amsterdam, Ahoy in Rotterdam en de Brabanthallen in Den Bosch is er een gezamenlijk lobby via de evenementenbranche organisatie CLC VECTA opgezet. ,,We krijgen zo samen één stem in Den Haag. We willen een eenduidig beleid van de overheid en daarbij moet goed worden aangegeven dat zakelijke beurzen gewoon mogen doorgaan. Wij hebben enorm veel ruimte en doen er alles aan om de beurzen veilig in te richten. Mensen gaan allemaal wel naar IKEA, maar daar lopen soms veel meer bezoekers rond dan bij ons. En wij nemen nog veel meer maatregelen door alles ruimer op te zetten met bredere gangpaden, ruimere terrassen en we hebben onze luchtbehandelingssystemen geoptimaliseerd. We creëren dus een heel veilige plek om samen te komen.” LOS IN JANUARI Aan het begin van de coronacrisis moest er nog een goede weg worden gevonden met het
verplaatsen van de evenementen. ,,In maart 2020 dachten we nog dat corona wel snel zou overwaaien. We schoven de evenementen een paar weken of maanden vooruit, maar al snel bleek dat dit kortetermijndenken niet werkte. We gingen meer langetermijndenken en dat bracht meer duidelijkheid voor onze klanten. Afgelopen zomer leek het erop dat we het ergste hadden gehad en in dit najaar hebben we goed gedraaid met de beurzen.” Met het stijgende aantal besmettingen en ziekenhuisopnames in november kwam de donkere coronawolk weer boven Nederland drijven. ,,We hadden het gevoel dat we terug bij af waren. In december is het meestal rustig op het gebied van de beurzen, maar in januari gaan we weer los. Begin januari staat de Groene Sector Vakbeurs het eerst gepland, voor onder anderen hoveniers, boomkwekers en tuin- en landschapsarchitecten. Deze mensen hebben in januari meer tijd om handen en we kunnen een dergelijke beurs niet een paar maanden vooruitschuiven want dan zijn ze allemaal weer druk aan het werk.’’ ,,Ook retailers willen graag dat de beurs doorgaat. Ze kopen één keer per jaar op een beurs in. Beurzen waarop alleen wordt bijgepraat en genetwerkt, die besluiten gemakkelijker om het een jaartje uit te stellen. Het verschilt dus erg per beurs. Maar met de huidige coronaregels en het grote aanbod van beurzen gaan we in 2022 hopelijk een mooi jaar tegemoet.”
L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21 17
ADVERTENTIE
Van Braak Accountants 2021 mag met recht een bijzonder jaar worden genoemd. Ondanks de pandemie en de gevolgen die dat meebracht, groeit de Nederlandse economie dit jaar met maar liefst 4 procent. Het is opvallend dat wij weinig vragen krijgen over de laatste maatregelen die de overheid heeft afgekondigd, maar dat ondernemers vooral geïnteresseerd zijn in de kansen voor 2022 , zegt Hennie van Braak van Van Braak Accountants.
Hennie van Braak Natuurlijk zijn er branches die hard getroffen worden door de avondlockdown , zoals horeca, bioscopen en de culturele sector. Maar, het bedrijfsleven draait in grote lijnen door. Daar is niet corona het gesprek van de dag, maar eerder de tekorten op de arbeidsmarkt of het tekort aan grondstoffen. De meeste branches hebben het dit jaar verrassend goed gedaan , vindt Van Braak. En dat zie je nu terug in de enorme korten aan personeel. Dat wordt volgens mij dan ook de grootste bedreiging voor de economische ontwikkelingen in 2022. Het tekort aan allerlei grondstoffen zorgt ondertussen voor behoorlijke prijsstijgingen. Het is afwachten hoe zich dat verder ontwikkelt en welke gevolgen dat gaat hebben voor ondernemend Nederland. Een antwoord daarop heeft Van Braak niet, wel weet hij wat ondernemers nog kunnen doen om 2022 zo goed mogelijk te beginnen. Zo kun je denken aan het wijzigen van de ondernemersvorm van je bedrijf per 1 januari. Als je bijvoorbeeld een éénmanszaak hebt, laat dan eens uitrekenen wat de gevolgen zijn wanneer je een BV wordt. Of wat betekent het wanneer de BV een VOF met BV wordt. Uit ervaring weten wij dat dit vaak interessante uitkomsten kan opleveren. Ook op het gebied van investeringen is het volgens Van Braak verstandig om vooraf allerlei mogelijkheden te onderzoeken. Uiteraard is dit afhankelijk van de persoonlijke situatie en wat je als ondernemer wilt, maar de deskundige medewerkers van Van Braak Accountants rekenen dit graag uit. Van Braak: Als voorbeeld noem ik
een investering tot 300.000 euro, die je, afhankelijk van de situatie, twee keer kunt afschrijven. Zo mag een startende ondernemer alle investeringen afschrijven in een tempo waarvoor hij zelf mag kiezen. Stel nu dat je 300.000 euro in 2022 in één keer afschrijft. Dat betekent dit dat het waarschijnlijk tot een negatief inkomen zal leiden. Dat mag je verrekenen met de positieve inkomsten van 2019, 2020 en 2021. Dat levert dus heel snel geld op. Bovendien kun je over 2017 en 2018 dan nog geld terugkrijgen, dankzij de middelingsregeling.
Uit ervaring weten wij dat dit vaak interessante uitkomsten kan opleveren Wanneer je vervolgens besluit om aan het einde van 2022 de ondernemingsvorm te wijzigen in een BV, dan mag je die investering, die gezorgd geeft voor een negatief belastbaar bedrag, voor een tweede keer afschrijven. De fiscus betaalt in dit geval fors mee. Echter, over de winst die je daarmee maakt, moet je vervolgens belasting betalen, maar dit kun je veelal wel over een periode van 30 jaar uitsmeren. Verder adviseert Van Braak om de premie voor de arbeidsongeschiktheid verzekering voor 2022 al in 2021 te betalen. Dat levert in dit jaar nog belastingvoordeel op, omdat de aftrek van de premie een jaar eerder is en tevens het positieve vermogen daardoor afneemt. En dat is simpel te realiseren door de premie drie dagen eerder te betalen.
Tenslotte kun je er nog aan denken om dit jaar extra schenken aan je kinderen, binnen de kaders die daarvoor bestaan. Verstandig schenken kan volgens Van Braak geld besparen. Stel een ondernemer van 40 jaar schenkt op papier aan twee kinderen 250.000 euro. Daarmee wordt hij rentedragend schuldig en is het bedrag op te eisen op de datum van overlijden van de langstlevende man of vrouw. Over die 250.000 euro betaal je 10 procent schenkbelasting, is 25.000 euro. Nu schenken betekent dat je jaarlijks 6 procent rente over die 250.000 euro moet betalen. Stel dat de ondernemer in kwestie 80 jaar wordt, dan betekent dat 40 keer 6 procent rente = 240 procent rente. 240 procent van 250.000 euro is 600.000 euro in 40 jaar, waardoor de kinderen in totaal uiteindelijk 850.000 euro krijgen, waarover ze maar 25.000 euro schenkbelasting betalen. Dat is natuurlijk bijzonder interessant. Blij is Van Braak met de coulance die de fiscus betracht bij het betalen van achterstallige belastingen, die zijn ontstaan in de coronaperiode. Daarmee voorkom je een hoop problemen bij veel ondernemers. Ja, de belastingdienst is niet onze vriend, maar zeker ook niet onze vijand. Bij Van Braak Accountants kijken we altijd naar de mogelijkheden die er zijn en passen we de regels toe. En als je als ondernemer minder hoeft te betalen, dan slapen we allemaal beter. www.vanbraakaccountants.nl
COLUMN en van mijn hobby’s is genealogie. Stambomen uitpluizen. Ik ben daarbij niet tevreden met alleen de namen en jaartallen, maar probeer ook wat meer over die voorverwanten te weten te komen. Waar woonden ze? Wat deden ze? Het heeft geen enkel praktisch nut, maar dat geeft niet, want het is een hobby.
E
Ronald Mulder is ondernemer en econoom. Man van weinig woorden. @ronaldmulder
Toch kom je onderweg ook weleens interessante dingen tegen. Zo ontdekte ik dat er één verklarende variabele is die iemands beroep voor een belangrijk deel voorspelt. In meer dan de helft van de gevallen is dat het beroep van de vader. Zo heb ik in mijn uitgebreide stamboom generaties van textielwerkers, schoenmakers, vroedvrouwen, onderwijzers en dominees. Wat minstens zo interessant is: dit verband verdwijnt na pakweg 1900 vrijwel helemaal. Ik bedoel, je kunt artikelen lezen over sociale mobiliteit en boeken over voor een dubbeltje geboren worden en wel of geen kwartje kunnen worden, maar in zo’n stamboom kun je het gewoon zien.
Dat hele leenstelsel is een ramp voor de gelijke kansen, daar is inmiddels iedereen het wel over eens
DUBBELTJES EN KWARTJES
De trendbreuk aan het begin van de vorige eeuw was niet het gevolg van ondernemerschap, wetenschap of innovatie, maar van wetgeving. Kinderarbeid werd verboden, de leerplicht en het algemeen kiesrecht werden ingevoerd. Gelijke kansen voor iedereen, dat was een strijdpunt voor zowel socialisten als liberalen. Gelijke kansen houdt niet alleen in dat iedereen dezelfde kansen heeft om een kwartje te worden, maar ook om een dubbeltje te worden. Solidariteit van kwartjes met dubbeltjes is alleen duurzaam als kwartjes een reële kans lopen om ooit een dubbeltje te worden. Of anders hun kinderen. Dat is het principe van verzekeren. En daarom zijn sommige verzekeringen en andere collectieve regelingen verplicht: omdat de kwartjes zich anders onder de solidariteit uit wurmen. Een geslaagd voorbeeld van afgedwongen solidariteit, en ik zeg dit zonder enig cynisme, is onze gezondheidszorg. Vrijwel geheel gefinancierd uit de belastingen en de verplichte ziektekostenpremie, voor iedereen toegankelijk en van hoge kwaliteit. Natuurlijk is het niet perfect, maar er gaat hier niemand dood omdat hij het ziekenhuis of de verzekeringspremie niet kan betalen. En blijkbaar is het collectieve niveau voor bijna iedereen goed genoeg, want het aanbod van extra zorg voor de rijken is vrij beperkt. Waar het al een hele tijd ernstig misgaat is in het onderwijs. Een duidelijk bewijs hiervoor is het floreren van particuliere instituten die bijles, huiswerkbegeleiding, examentraining en complete ‘sprintjaren’ aanbieden. Door het leenstelsel en de inperking van de studieduur is het moeilijker geworden om opleidingen te ‘stapelen’, dus in één keer doorstomen naar een vwo-diploma is belangrijk. Dat hele leenstelsel is sowieso een ramp voor de gelijke kansen maar daar is inmiddels iedereen het wel over eens, geloof ik. Het ontbreekt er nog maar aan dat ouders hun kinderen belastingvrij een ton mogen schenken om de studieschuld af te lossen. Zo kom je in een situatie als voor 1900, waarin alleen de kinderen van de kwartjes zelf ook kwartjes kunnen worden. Doe er iets aan, en snel, anders moet een van mijn zoons straks stukjes voor de krant schrijven.
L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21 19
ADVERTENTIE
Van afval naar waarde Onlangs opende Subcoal Production FRM BV, onderdeel van N+P Group BV, een bijna volledig nieuwe fabriek in Farmsum. Al sinds 1992 produceert het familiebedrijf alternatieve brandstoffen uit niet recyclebaar afval. Afvalstromen die niet verwerkt kunnen worden, zetten wij om in materialen waarmee het gebruik van fossiele bronnen sterk verminderd kan worden , verduidelijkt CDO Lars Jennissen. Daarmee wordt significant bespaard op de CO₂ uitstoot.
Niels Wiek, plantmanager N+P Subcoal Farmsum En dat is in deze tijd, waarin bedrijven steeds meer geld betalen voor hun CO₂ uitstoot, interessant. De locatie Farmsum behoort na de ingrijpende verbouwing tot de meest moderne ter wereld. Niet voor niets ontvangt N+P Group gasten vanuit de hele wereld. We zijn voorloper en marktleider in ons vakgebied , zegt plantmanager Niels Wiek. We bieden alternatieven voor het gebruik van fossiele brandstoffen en grondstoffen in verschillende sectoren van de industrie. Kwaliteit en maatwerk staan daarbij voorop, elke branche zoekt specifieke oplossingen. Pas als je het proces van de eindgebruiker goed kent, weet je welk product en welke kwaliteit je moet behalen. Zo maakt de N+P Group onder andere pellets in verschillende formaten, daarnaast de zogenaamde fluff, wat in balen naar de klant gaat en PAF, Pulverised Alternative Fuel. Grondstof Afval waar grote afvalverwerkers niets meer mee kunnen, in de praktijk zo n 20 procent van de totale afvalstroom, vormt voor N+P de grondstof voor genoemde producten. Vroeger werd dat restafval gestort, later verbrand en nu maken wij er een alternatieve brandstof van waarmee afnemers een schoner fabricageproces kunnen realiseren. Ze stoten daardoor namelijk aanzienlijk minder CO₂ uit. Van iedere ton die met onze producten verstookt wordt is de besparing CO₂ uitstoot ten opzichte van de gebruikte fossiele brandstof 1,3 ton. Onder andere energiebedrijven, de staalindustrie, de kalk- en cementindustrie en chemie zijn grote afnemers. Niet in ons land Opvallend genoeg mag N+P, vanwege wet- en regelgeving, niet leveren aan de Nederlandse markt. Klopt , reageert Jennissen, wij
exporteren naar klanten in heel Europa, en zelfs daarbuiten. In ons land worden onze producten als afval gezien en kan het door wet- en regelgeving niet tot nauwelijks ingezet worden als vervanger van bijvoorbeeld steenkool. Het is niet eenvoudig om de wet- en regelgeving daaromtrent aan te passen. En dus doet zich het feit voor dat de energiecentrale in de Eemshaven wel houtpellets en snippers, die uit alle delen van de wereld per schip worden aangevoerd, mag bijstoken, maar geen oplossingen die N+P biedt. Dat weerhoudt het bedrijf er overigens niet van om met de ontwikkelingen door te gaan. Jennissen: Op termijn denken wij zelfs vliegtuigbrandstof van het restafval te kunnen maken. Dankzij onze alternatieve brandstoffen besparen klanten jaarlijks 150.000 CO₂ uitstoot. Vertrouwen De realisatie van de vernieuwde fabriek in Farmsum onderstreept dat vertrouwen. We hebben de nieuwste technologieën toegepast en kunnen bovendien nu veel grotere hoeveelheden alternatieve brandstoffen in allerlei vormen produceren , geeft Wiek aan. In de oude situatie konden we het restafval nog minder goed scheiden. Waar we toen vier zogenaamde opschoningsmomenten hadden, hebben we er nu zeven. Daardoor kunnen we de kwaliteit sterk verbeteren. Bovendien wordt de productie behoorlijk verhoogd en daarvoor is onder andere het aantal medewerkers fors uitgebreid met ruim 20 mensen. In de oude fabriek werd 80.000 ton alternatieve brandstoffen geproduceerd, in de nieuwe fabriek gaat dit naar 170.000 ton. Dat is nodig , zegt Wiek, want de vraag neemt sterk toe. Begrijpelijk, ten eerste is Subcoal® een goed
alternatief voor onder andere steenkool, daarnaast schiet de prijs die je betaalt voor CO₂ uitstoot omhoog. Bovendien willen ondernemers in toenemende mate een groen label aan hun bedrijf kunnen hangen. Dat kan met Subcoal®. Verbeteringen De ontwikkelingen in Farmsum staan nooit stil. Zo is de afdeling R&D continu bezig om verbeteringen te realiseren. Zowel in het product als de manier waarop het gemaakt wordt. We willen het energieverbruik zo veel mogelijk verminderen en de operationele kosten zo laag mogelijk houden , legt Wiek uit. Daarom zijn we nu aan het kijken of we restwarmte van andere bedrijven in de Eemsdelta kunnen gebruiken, waardoor we geen aardgas meer nodig hebben. De uitdaging met deze vernieuwde fabriek was en is vernieuwen, veranderen en verbeteren, dat proces is nooit af. Om aan de toenemende vraag naar alternatieve brandstoffen te voldoen, verbaast het niet dat N+P plannen voor verdere uitbreiding heeft. De komende acht jaar wil men op diverse plekken in Europa nieuwe fabrieken bouwen. Jennissen: Veel bedrijven zoeken naar duurzame oplossingen voor hun CO₂ uitstoot, wij hebben die oplossing in huis. Zon en wind wijzen we niet af, maar het zijn niet de enige alternatieven richting toekomst. N+P zorgt voor een goed en verantwoord einde van de afvalstroom en draagt tegelijkertijd bij aan een schoner milieu, waar onze klanten baat bij hebben. www.npgroup.com
ADVERTENTIE
Gemeenten hebben net als het bedrijfsleven de sleutel voor de verduurzaming van Friesland De komende jaren zijn cruciaal voor meer duurzaamheid in Friesland en de stap naar de meest circulaire regio van Europa. De sleutel daarvoor ligt ook bij de Friese gemeenten. Bestuurslid Anja Kanters en directeur Evert Jan van Nijen van Vereniging Circulair Friesland doen een dringende oproep. 2022 is het jaar van de omslag; u heeft de sleutel voor verduurzaming in handen.
Dit voorjaar kiezen we nieuwe gemeenteraden en komen er nieuwe colleges. In onze ogen is het van cruciaal belang om duurzaamheid en circulariteit bovenaan de lijst te zetten tijdens de coalitiebesprekingen. Iedere gemeente heeft handvatten om te zorgen dat we in Friesland sneller kunnen verduurzamen. Iedere Friese gemeente is lid van Circulair Friesland. Wij roepen de gemeentefracties met een brief en met dit interview op om daar veel meer en nog beter gebruik van te maken. Samenwerking en kennisuitwisseling zijn wezenlijk om duurzame doelen te halen , stelt Evert Jan Nijen. De urgentie van een circulaire economie is groter dan ooit, mede door het steeds groter wordend tekort aan allerlei grondstoffen. Alleen met elkaar kunnen we dat door gezonde ambities en met innovatieve oplossingen positief beïnvloeden. Maak die 1,5 miljard euro circulair! Op het gebied van inkoop bijvoorbeeld, kan veel meer. Binnen de samenwerkingsagenda Fryslân koopt Circulair zijn de ambities aangescherpt. Een aantal Friese gemeenten gaat daar al in mee en zet concrete stappen. Wij roepen iedere gemeente in Friesland op die ambitie te ondertekenen en uit te voeren. Het geeft een enorm positief signaal als overheden meer circulair gaan inkopen en aanbesteden. Vergeet niet dat alleen de Friese overheden voor 1,5 miljard euro per jaar aan fysieke goederen inkopen! Bedrijven hebben perspectief nodig: laat ze zien dat een steeds groter deel van die inkoop circulair moet zijn. De markt vraagt om duidelijkheid. We kunnen meer met elkaar doen, juist omdat alle gemeenten al lid zijn van Circulair Friesland, naast alle onderwijsinstellingen en meer dan 70 Friese bedrijven. Maak gebruik van dat podium om samen écht te versnellen in onze regio. Evert Jan van Nijen benadrukt dat de stap naar een circulaire economie zeker niet alleen grondstoffen en materialen omvat. Circulair gaat veel verder dan dat; het gaat ook over hernieuwbare energie, over biodiversiteit, duurzame waterwinning, gezondheid en welzijn en culturele diversiteit. Juist in de synergie van al die thema s liggen kansen voor het ontwikkelen van toegevoegde waarde. Niet voor niets onderschrijven we vanuit onze circulaire visie de 17 Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties; het houdt allemaal verband met elkaar, het dient altijd een veel breder doel. Wees kwetsbaar, daag elkaar uit Anja Kanters is bestuurslid van Vereniging Circulair Friesland en in het dagelijks leven directeur mede-eigenaar (samen met medewerkers) van Donker Groep in Sneek. Het is halen en brengen wat mij betreft. Ieder van ons, alle leden van de vereniging, mag en moet zich afvragen: wat kan ik bijdragen aan
verduurzaming en de stap naar circulariteit in Friesland? Binnen VCF hebben we heldere ambities, we helpen elkaar bij het vinden van de weg naar een circulaire samenleving. We hebben met elkaar de kennis, we weten elkaar te vinden. Ik zou het geweldig vinden als gemeenten, op welk niveau dan ook, ambtelijk en bestuurlijk én graag vanuit onderlinge samenwerking, niet ieder voor zich het wiel uitvindend, zich bewuster worden van wat zij kunnen betekenen voor de circulaire regio Friesland. Naar burgers, naar bedrijven. Als de overheid de lat hoog legt, gaan bedrijven bewegen. We wachten als bedrijven overigens niet af maar samen ontstaat gewoon meer energie en synergie. Maar je moet wel het lef hebben om in de vereniging je beste beentje voor te zetten, je kwetsbaar op te stellen, elkaar uit te dagen, te durven brainstormen over hoe iets wel zou kunnen. Er is veel dat we nog niet weten, maar ik zie iedere dag wat mogelijk is. Verduurzaming loont, voor ons allemaal.
Ieder van ons mag zich afvragen, wat kan ik bijdragen? Het gaat om de kunst van het verbinden. Stel dat iemand een innovatieve oplossing heeft, maar zich beperkt ziet in de uitvoering omdat er nu eenmaal aanbestedingsregels zijn vanuit overheden. Dan is het de kunst met elkaar het gesprek aan te gaan: wat kan ieder van ons doen zodat we wel verder komen want elke hobbel is gewoon te nemen of ergens anders al genomen. Bedrijven die nieuwe, circulaire producten bedenken, hebben niet zelden een launching customer nodig om een verdienmodel te kunnen opzetten. Een gemeente kan die rol prima op zich nemen en op die manier helpen een volgende stap te bereiken. Dan ontwikkelen jonge, innovatieve spelers in de regio zich sneller, waardoor ze eerder bestaansrecht hebben, waardoor werkgelegenheid gestimuleerd wordt en die uitstraling werkt aanstekelijk. Ambitie loont en werkt, gemeenten kunnen dat faciliteren en hebben zelf ook baat bij een duurzaam imago als werkgever. En hoe meer kennis over verduurzaming er binnen overheden op ieder niveau is, hoe beter ze in staat zijn duurzame doelen te realiseren. We hebben dat ook gezien met het Swettehûs, in dit geval door provincie Fryslân die het lef had om een circulaire uitvraag in de markt te zetten; daar is in een gezonde samenwerking gewerkt met een geweldig resultaat. En de plannen die er zijn voor verduurzaming van wijken en bedrijventerreinen, samen met bewoners en bedrijven, bieden volop kans. Als iedere gemeente komend jaar een
Bestuurslid Anja Kanters en directeur Evert Jan van Nijen van Vereniging Circulair Friesland
Uitvoeringsagenda Circulaire Economie opstelt, budgetten reserveert en arbeidscapaciteit toewijst, ontstaat een enorme synergie naar klimaat, energie, biodiversiteit en de ontwikkeling naar een circulaire economie. Ambtelijk en bestuurlijk meedoen Evert Jan van Nijen: Dat laatste is een mooi voorbeeld, omdat naast een hogere circulaire ambitie op het gebied van inkoop, de rol van gemeenten bij circulair en biobased bouwen of de aanbesteding van infrastructuur enorm groot is. Net als bij het opzetten van grondstoffenhubs voor secundaire materialen of de verduurzaming van bedrijventerreinen: de mogelijkheden om te verduurzamen zijn groot als we ontdekken wat ieder van ons daarin kan betekenen. De rol van het onderwijs hierin is ook cruciaal, we zien dat bij allerlei projecten binnen Circulair Friesland. Kennisontwikkeling, digitalisering, het zijn hele belangrijke factoren binnen de verduurzaming van de Friese regio en jonge mensen hier te houden. Onze oproep aan iedere Friese gemeente is daarom volop mee te doen, ambtelijk en bestuurlijk. 2022 is het jaar van de omslag. U heeft de sleutel in handen. Met onderwijs en bedrijfsleven kunt u zich maximaal inspannen om Fryslân leidend te laten zijn als duurzame, circulaire regio in Europa. Doe mee! circulairfriesland.frl
DE SPIEGEL Elke ondernemer kent ze: van die momenten waarop je moeite hebt te ontdekken wat de juiste keuze is. In zo’n geval is het handig als je een groot voorbeeld hebt, iemand die je inspireert, aan wie je je even kunt spiegelen. Vandaag aflevering 23: René Bolhuis, oprichter en eigenaar van SmartDelta in Bedum. Tekst Jean-Paul Taffijn Foto Peter Wassing
GOUDDELVER ALS VOORBEELD Mensen kennen je vooral van Horus View & Explore, denk ik. Hoe zit dat? ,,Dat bedrijf heb ik opgericht en tien jaar geleid. Vorig jaar ben ik er vertrokken na een meningsverschil met de investeerders die ik had aangetrokken. Daarna ben ik weer voor mezelf begonnen onder de naam SmartDelta. Ik zit in dezelfde business, maar doe dingen net anders.’’ Hoe dan? ,,Het gaat me nu meer om de software die we ontwikkelen. Die is het hart waarop snel en gemakkelijk hardware is te koppelen. 360 graden-camera’s kunnen dat zijn, sensoren en nog meer. Dat is denk ik het verschil met mijn vorige bedrijf . Daar leverden we camera’s, bij SmartDelta leveren we een oplossing. Het gaat ons om het makkelijk toepasbaar maken van in wezen ingewikkelde technologie.’’ Je zit al niet meer alleen, zie ik… ,,We zijn met zijn twaalven. Dat is nog lang niet de 35 die we op het hoogtepunt bij mijn vorige bedrijf hadden. Toch is de output groter. Ik werk veel meer samen met experts van buiten. Dat maakt ons flexibeler, wendbaarder en ook beter.’’ Welke inspirerende voorbeelden helpen je het juiste pad te kiezen? ,,Ik moest bij die vraag meteen denken aan Parker Schnabel.’’
RENÉ BOLHUIS
2 2 L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21
Wie? ,,Parker Schnabel is al een paar jaar te zien op Discovery in de serie Gold Rush. Daarin volg je het team dat onder zijn leiding naar
SmartDelta Het in Bedum gevestigde SmartDelta levert vooral oplossingen in de gebieden Security en Mobile Mapping. Geavanceerde mobiele camera’s en sensoren brengen real time in beeld wat er op bepaalde plekken gebeurt. De laatste tijd komt daar veel remote Presence bij, aangespoord door de maatregelen tegen corona. Bijeenkomsten worden van alle kanten in beeld gebracht en gedeeld. Ook excursies en veldbezoeken worden steeds vaker dankzij technologie uit Bedum verzorgd.
‘Ik doe er alles aan om te voorkomen dat ik ‘sorry’ moet zeggen tegen mijn klanten’
goud zoekt op verschillende plekken in de wereld. Elke aflevering gaat er van alles mis. Machines die stuklopen, vergunningen die niet kloppen, van alles. En iedere keer lost hij het op door zijn hele team er een schepje bij te laten doen. Die veerkracht en werklust vind ik echt inspirerend.’’ Herken je dat bij jezelf ook? ,,Dat veerkrachtige is wel één van mijn sterkste punten. Ik doe er alles aan om te voorkomen dat ik ‘sorry’ moet zeggen tegen mijn klanten. Als dat betekent dat ik langer door moet werken, dan doe ik dat graag. Dat is trouwens wel iets wat ik geleerd heb: dat ik niet alles zelf moet willen doen. Eén van mijn belangrijkste taken met SmartDelta is ook om het bedrijf niet afhankelijk te maken van mij als persoon. Dat is een valkuil voor me. Door meer uit te besteden en samenwerkingen aan te gaan, lukt het me al veel beter.’’ Die Peter Schnabel is niet altijd even aardig trouwens… ,,Soms maakt hij enorme ruzie met zijn team maar uiteindelijk zijn ze weer blij samen als ze hun doel bereikt hebben. Ik ben niet zo’n ruziemaker geloof ik, maar ik vind de populariteitsprijs ook niet van belang. Het gaat om de gezamenlijke doelen. Dat waardeer ik enorm in Schnabel. Ook hoe hij zijn team samenstelt. Verschillende types met eigen specialismen. Dat streef ik ook na. Zeker nu ik in wezen opnieuw ben begonnen, kijk ik veel beter naar dat soort dingen. Gold Rush is wat dat betreft echt leerzaam voor me.’’
L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21 2 3
ADVERTENTIE
De groene toekomst moeten we samen maken In 2021 was de Eemsdelta één van de best presterende regio s van ons land. Misschien is dat voor veel mensen een verrassing, maar voor ons eigenlijk niet , zegt Frans Musters, voorzitter van Samenwerkende Bedrijven Eemsdelta, kortweg SBE. De industrie, de chemie en de havens hebben over het algemeen een goed jaar gehad. De extreem hoge energieprijzen van dit moment gooien wel roet in het eten. Het is voor sommige bedrijven spannend hoe dat volgend jaar uitpakt.
Frans Musters en Frans Alting Het was een bijzonder jaar, waarin wij als vereniging een belangrijk doel hadden, namelijk dat de fabrieken in onze regio open moesten blijven en dat de continuïteit niet in gevaar zou komen , voegt Frans Alting, directeur SBE toe. Talloze bedrijven in deze regio zijn door het ministerie van Economische Zaken namelijk aangemerkt als essentieel. Wat onder andere betekent dat deze bedrijven te allen tijde moeten kunnen produceren, omdat ze producten leveren die wij elke dag nodig hebben en die de maatschappij draaiende houden. Zo is de Eemsdelta verantwoordelijk voor een derde van onze energieproductie en vormt de basischemie tussen de 15 procent van de totale chemische sector in ons land. Om deze bedrijven draaiende te houden, richtte SBE bijvoorbeeld een eigen teststraat in. Verdubbeling N33 Het verbaast Musters en Alting, mede om die reden, des te meer dat de verdubbeling van de N33, inclusief de vervanging van de brug over het Eemskanaal door een aquaduct, op een laag pitje is gezet. Musters: Bedenk wel dat er in de Eemsdelta 11.000 werknemers werkzaam zijn en dan heb ik het nog niet eens over alle tijdelijke krachten. Veel mensen wonen buiten de regio en komen elke dag deze kant op. Maar een goede verbinding over de weg is er niet. Ondernemers komen graag naar deze regio, er vinden grote investeringen plaats, in vergroening van bestaande bedrijven, nieuwe duurzame bedrijven, in waterstof en er is ruimte om te ondernemen, maar de bereikbaarheid laat echt te wensen over. Circulair De vergroening komt goed op gang, vindt Alting. In 2050 wil de Eemsdelta circulair zijn en hoewel er op het oog misschien niet zoveel gebeurt, zijn diverse bedrijven bezig met het investeren in duurzame oplossingen. Circulair willen zijn in
2050 is niet zomaar een kreet , legt Alting uit. Daar ligt een concreet plan achter waarmee we al volop bezig zijn. We hebben in 2016 een eerste agenda gemaakt, als leidraad voor de route naar een circulaire Eemsdelta. Daarmee waren we het eerste industriecluster in ons land met een duurzame visie. Mede vanuit de overtuiging dat als je dat vroegtijdig doet, dus koploper durft te zijn in duurzaamheid, dit uiteindelijk een economische voorsprong oplevert.
De energietransitie vraagt scherpe keuzes die we met elkaar moeten durven maken En er gebeurt al veel. Zo is de CO2 uitstoot van fabrieken in deze regio ten opzichte van 1990 met 40 procent gedaald. We liggen op koers. Circulair willen zijn in 2050 is voor ons dus geen visie, het is een plan in uitvoering waarin concreet stappen worden gezet en waar we al jaren mee bezig zijn. Fabrieken die zich hier willen vestigen, kunnen duurzaam produceren. Je stapt hier in de nieuwe groene economie. Als voorbeelden noemt Alting de productie van groene methanol voor de scheepvaart, het maken van plastics uit houtsnippers en de productie van groene stoom, waar talloze fabrieken in de chemie gebruik van maken. Vertrouwen De rol van SBE is daarin onmiskenbaar. Wij zijn de plek waar bedrijven met elkaar in contact komen , geeft Musters aan. Zo organiseren we zo n 6 à 8 keer per jaar een directietafel, waar directeuren de dagelijkse praktijk en knelpunten met elkaar bespreken, waar nieuwe ideeën ontstaan en men elkaar weet te vinden. We zorgen voor samenhang in dit gebied , gaat Alting verder. Bij de SBE zien en praten vertegenwoordigers uit allerlei sectoren, van
totaal verschillende bedrijven, met elkaar. Die basis zorgt voor samenhang en vooral voor vertrouwen. Dat laatste heb je keihard nodig om met elkaar tot resultaten te komen, daar geloven wij sterk in. Als je elkaar kent en vertrouwt kom je sneller tot beslissingen die goed zijn voor de hele regio. Anderen op de rem Terug naar de verduurzaming, waarin volgens beide heren nog belangrijke slagen te maken zijn. Daarbij speelt de overheid een vooraanstaande rol. Onze indruk is wel eens dat het tempo dat wij hanteren hoger ligt dan wat onze omgeving aankan. Wij weten waar de oplossingen liggen en het is frustrerend als allerlei discussies de daadwerkelijke realisatie in de weg zitten. Daar maken we ons wel zorgen over. Sterker nog, wij hebben wel eens het gevoel dat partijen die het hardste roepen om verduurzaming, deze groene initiatieven juist tegenhouden. De energietransitie vraagt scherpe keuzes die we met elkaar moeten durven maken. Elke keuze heeft een keerzijde, daar ontkomen we niet aan. Hier wordt aan een beter klimaat gewerkt, daarin wordt fors geïnvesteerd. Wij hopen dat onze omgeving daarin mee kan en wil. Zowel Frans Alting als Frans Musters roemen de mogelijkheden die de Eemsdelta biedt. Voor de economie, de werknemers, maar ook voor het prachtige landschap en de Stad vlakbij. We moeten goed bereikbaar zijn, goede leefbare dorpen behouden en mensen opleiden voor de vele vacatures die er nu al zijn. Een integrale aanpak ligt daarbij voor de hand. Hier gebeurt het, in Groningen. Daar wil ik zijn, daar wil ik werken, daar wil ik leven. Met elkaar aan de slag, samen op weg naar een groene toekomst. www.sb-eemsdelta.nl
ADVERTENTIE
Wij zijn GERRIT; verbinder van zorg In het septembernummer van NoordZ stonden we uitgebreid stil bij de dienstverlening van GERRIT. Adequate digitale gegevensuitwisseling in de zorg kan niet alleen tijd besparen, maar ook de gezondheid bevorderen en zelfs levens redden.
Wim Hodes GERRIT bestaat dit jaar 25 jaar en is voor de zorg in Noord-Nederland hét aanspreekpunt voor veilige digitale gegevensuitwisseling. Wie het nieuws volgt, weet dat er een enorme druk op de gezondheidszorg is. Dit is een ongekende crisis , zegt Wim Hodes, directeur-bestuurder van GERRIT. De druk die COVID-19 nu oplevert, zal uiteindelijk afnemen, maar een andere druk op de gezondheidszorg is aanstaande. Gelukkig wordt er op de toekomst geanticipeerd. Een groot programma waarin we dit doen is PGO Netwerk Noord . Daarover willen we in deze editie meer vertellen. Burgers doen actief mee in de gezondheidszorg De zorg verandert door vergrijzing: mensen leven langer en hebben ook langer zorg nodig. Daarnaast neemt de complexiteit van de zorg toe, omdat oudere mensen ook steeds vaker meer dan één aandoening hebben. Tegelijkertijd daalt het aandeel werkende jongeren: de vraag neemt dus toe, maar het zorgaanbod kan niet meegroeien. Is dit op te lossen? Ja , zegt Wim, de zorg zet al volop in op efficiëntie en kwaliteitsverbetering, maar daarmee zijn we er nog niet. De volgende stap is dat mensen zelfredzamer worden; waar we naartoe moeten, is dat ze steeds minder afhankelijk worden van professionele zorg. Dat kan als we mensen steeds beter in staat stellen om te werken aan hun eigen gezondheid. Dit vermindert de directe vraag aan zorgverleners en leidt tot minder zorgdruk. De app als medicijn Met PGO Netwerk Noord doen we dit door het bevorderen van de ontwikkeling en het gebruik van Persoonlijke Gezondheidsomgevingen (PGO s). Een PGO is een persoonlijke toepassing of app die gevuld wordt met zorginformatie waar de zorggebruiker, jij en ik, mee aan de slag
kunnen. Dat klinkt ingewikkeld, maar als we gebruik kunnen maken van apps die in staat zijn deze informatie te vertalen naar gepersonaliseerde gezondheidsadviezen, dan zien we duidelijk de meerwaarde. De app helpt mee om ziektes te verminderen of erger te voorkomen, eigenlijk net zoals een medicijn dat doet.
De app helpt mee om ziektes te verminderen of erger te voorkomen, eigenlijk net zoals een medicijn dat doet Dat verdient meer uitleg Er worden al veel apps ontwikkeld die activiteiten, hartslag, bloeddruk en dergelijke bijhouden. Veel daarvan zijn niet wetenschappelijk gevalideerd. We willen alleen met gevalideerde apps werken. In PGO Netwerk Noord zijn er verschillende partijen die deze ontwikkelen. Wij realiseren vervolgens projecten waarin deze in de zorgpraktijk worden ingezet en er dus nieuwe vormen van zorg ontstaan. Naast een verbetering voor de zorg, is dat ook een aanjager voor economische activiteiten en innovatie. Er zijn al goede apps die kunnen helpen bij chronische patiënten. Een COPD-app bijvoorbeeld houdt je activiteiten en lichamelijke data, zoals hartslag, ademfrequentie en temperatuur bij. Met Artificial Intelligence (AI) kan de app leren wat specifiek jouw persoonlijke triggers zijn voor een longaanval. Met een waarschuwing van je app voorkom je vervolgens een longaanval en de daarmee gepaard gaande lange herstelperiode met vaak blijvend letsel.
PGO Netwerk Noord is een consortium van diverse partijen uit de zorg en het bedrijfsleven in Noord-Nederland. Het doel is met innovatieve projecten de zorg ontlasten en burgers actief te laten participeren in hun vitaliteit en gezondheidsvraagstukken. Veiligheid en betrouwbaarheid staat daarbij voorop. Dat geldt voor informatievoorziening die gevalideerd moet zijn, maar ook voor toegang tot die informatie die aan de hoogste veiligheidseisen moet voldoen. Het consortium wordt financieel ondersteund door subsidies van Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN), de Europese Unie en het ministerie van Economische Zaken. Daarnaast is er ondersteuning vanuit Stichting De Friesland en verschillende gemeenten en provincies. GERRIT is penvoerder van het consortium en heeft daarmee de verantwoordelijkheid over de subsidiestromen. Met deze unieke samenwerking tussen zorginstellingen en bedrijfsleven worden kansen gecreëerd voor het MKB én voor betere en meer betaalbare zorg. Meer informatie: www.pgonetwerknoord.nl Een ander belangrijk voordeel is dat een specialist op basis van de door de app verzamelde data preciezer de ziekte, zoals deze zich bij de individuele patiënt ontwikkelt, kan volgen en behandelen. De zorgvrager en de zorgverlener kunnen, geassisteerd door de diverse gezondheidsapps, samenwerken aan een lang en vitaal leven. De druk op de gezondheidszorg neemt hiermee af. wijzijngerrit.nl
Bijna dertig jaar heeft Sjoerd Anjema (Dokkum, 1964) als accountant jaarrekeningen gecontroleerd en advies gegeven aan noordelijke ondernemers. Hij heeft in die jaren het vak, zichzelf én de ondernemers zien veranderen: ,,Als je een ondernemer 25 jaar geleden vroeg hoe het ging, dan zei hij alleen maar ‘Goed’. Nu stellen ze sneller de hulpvraag.’’ Tekst Willem van Reijendam
‘ONDERNEMERS STELLEN ZICH NU KWETSBAARDER OP’ njema werd in 1997 partner bij het Friese accountants- en advieskantoor Bentacera waar hij, nu nog, commercieel directeur is. Mede onder zijn leiding ontwikkelde dit bureau zich tot een grote noordelijke accountant met 300 medewerkers, zes kantoren en binnenkort ook een vestiging in de stad Groningen. Een logische ontwikkeling, vindt hij: ,,We hebben weliswaar Friese wortels, die maar liefst honderd jaar teruggaan, maar de mensen die hier werken hebben veelal hun opleiding in Groningen gedaan en ook onze klanten komen uit een steeds groter gebied. Vandaar dat we nu het hele Noorden bestrijken. Van warme bakker tot groot aannemersbedrijf.’’
A
Die groei is ook noodzakelijk omdat het vak van accountant de laatste decennia steeds specialistischer is geworden. Het vereist zoveel kennis dat het onmogelijk is geworden om nog allround accountant te zijn. ,,Je wilt als kantoor een compleet pakket bieden om klanten onder één dak oplossingen te kunnen bieden. We willen, met een breed dienstenpalet, het beste advieskantoor zijn en dat gaat veel verder dan alleen de administratie doen en de jaarrekening controleren.’’
SJOERD ANJEMA
Dat hij als accountant zo’n adviserende rol heeft verworven werd mede mogelijk omdat er steeds meer informatie uit de beschikbare data te vissen valt. Zeker nu, met behulp van kunstmatige intelligentie en data-analyse, komt er beter zicht op de toekomstperspectieven van een bedrijf. De moderne accountancy verbreedt de horizon, ziet Anjema: ,,De spreekwoordelijke stip aan die horizon ligt dus misschien wel in een andere richting dan waar je naartoe kijkt. De verschillende disciplines in ons kantoor, waar data-analyse er één van is, geven ondernemers daar inzicht in.’’ Hij merkt dat zijn klanten daar meer dan vroeger ook open voor staan, zeker in coronatijd: ,,Ze komen nu ook veel vaker met
2 6 L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21
een hulpvraag en stellen zich daarmee kwetsbaarder op. Als je 25 jaar geleden vroeg hoe het ging dan zeiden ze gewoon ‘Goed’. Nu delen ze bijvoorbeeld hun zorgen met je over de krappe arbeidsmarkt, de problemen om goede medewerkers te vinden. In die zin is ons werk, en wijzelf dus ook, veranderd.’ Een ontwikkeling waar de accountancy ook mee te maken heeft gekregen zijn internationale boekhoudschandalen, zoals bij Enron-affaire en Ahold in de VS, in het begin van deze eeuw en meer recent, bij de Britse supermarktreus Tesco en betaaldienst Wirecard in Duitsland. Daardoor kwam de hele sector onder vuur te liggen. Toezichthouders maken zich zorgen over de kwaliteit van de rapportages en dat is begrijpelijk vindt Anjema: ,,Er is inderdaad een kwaliteitsslag nodig en deze kwaliteitsslag maken wij ook. De incidenten spelen zich vaak af bij grote beursgenoteerde ondernemingen, maar ook wij hebben grote stappen moeten zetten om aan de eisen te blijven voldoen. Dat geldt vooral het auditsegment, onze taak om onafhankelijk onderzoek te verrichten naar de cijfers bij bedrijven.’’
‘Ze komen nu ook veel vaker met een hulpvraag en stellen zich daarmee kwetsbaarder op’
Bentacera heeft er destijds voor gekozen om de AFM-vergunning te verkrijgen om dat, met de verscherpte regels, te blijven doen: ,,We hadden al een behoorlijk grote auditpraktijk en we zijn dus flink gaan investeren om zowel jaarrekeningen als de wettelijke controles te blijven doen. En met succes, want juist in het auditsegment groeien we in het Noorden.’’ Anjema staat op het punt om zijn werkzaamheden bij Bentacera en in de accountancy te beëindigen, maar heeft op de valreep nog wel een beeld gekregen van hoe het noordelijke MKB het eerste coronajaar is doorgekomen: ,,Ik stel vast dat het bedrijfsleven hier veel veerkracht heeft getoond, mede natuurlijk dankzij de steunmaatregelen. Ze zijn creatief, switchen naar andere markten, bedienen andere klanten. Over het algemeen zijn ze de crisis tot nu toe goed doorgekomen. Maar ik zie, bij de afrekeningen van de NOW en de TVL (voor personeel respectievelijk vaste lasten, red.) ook dat die steunregelingen per bedrijf heel verschillend uitpakken. Vooral snelle groeiers die ineens stilstaan hebben daar last van want die laten vaak geen omzetdaling zien. Voor hen is het coronajaar echter wel een jaar van stilstand. Maar het is jammer dat ze daarom geen steun krijgen want juist dat soort bedrijven zijn grote aanjagers voor innovatie en werkgelegenheid in de regionale economie.’’ Anjema vindt het tijd dat hij als langstzittende partner van Bentacera het stokje aan anderen overdraagt maar zijn belangstelling voor ondernemers en hun dilemma’s is onverminderd. Hoe hij dat vorm gaat geven weet hij nog niet. Wel dat hij straks tijd heeft voor zijn hobby als imker: ,,Het heeft wel raakvlakken met mijn werk als accountant: je moet ook als imker de bijen zoveel mogelijk met rust laten en gewoon hun werk laten doen. Jij bent er voor hen, zij niet voor jou. Zo heb ik ook altijd naar mijn werk als accountant gekeken.’’
L E E U W A R D E R C O U R A N T D O N D E R D A G 16 D E C E M B E R 2 0 21 2 7
ADVERTENTIE
Ook in de toekomst gaat het nog steeds over mensen willen helpen In 2022 bestaat verzekeraar Unigarant 50 jaar. Mooie groeicijfers kenmerken de afgelopen jaren. Hoe ziet de toekomst er uit? Directeur Innovatie & ICT Marin Roos over betrouwbaarheid en risico s nemen en vernieuwende verzekeringsproducten. Innovatie betekent uitvoeren wat je bedenkt. In november 1971 stapt ANWB in het verzekeren van fietsen, auto s, reizen en bagages. De naam Garant wordt na een jaar omgezet in Unigarant en in 1977 verhuist het verzekeringsbedrijf van Amsterdam naar Hoogeveen. Unigarant is nog steeds een volle dochter van ANWB. Het verzekeringsbedrijf verkoopt zowel producten onder de merknaam Unigarant, als verzekeringen van ANWB. Ze doet dat rechtstreeks en via tussenpersonen. In 2012 had Unigarant een omzet van ongeveer 250 miljoen, nu is dat zo n 500 miljoen. Het aantal personeelsleden is gegroeid naar ongeveer 650. Martin Roos: Gewoon in Hoogeveen, hier zijn we geworteld. We zijn er trots op uitgegroeid te zijn tot een belangrijke speler in de particuliere schademarkt en we hebben de ambitie de beste werkgever van het Noorden worden. Innovatie is een van de belangrijkste pijlers voor ons als relatief kleine verzekeraar. Technologie onmisbaar voor innovatie De synergie tussen Unigarant en ANWB is groot en daar profiteren we van. Niet alleen omdat het merk ANWB betrouwbaar is, ook omdat we dankzij ANWB met vernieuwende verzekeringsproducten rondom mobiliteit en wonen kunnen komen. Dankzij de diensten van de ANWB en de manier waarop we ze in onze producten kunnen vervlechten geeft ons de mogelijkheid producten te maken die niet of nauwelijks door concurrenten te kopiëren zijn. Daarbij helpt dat we relatief klein zijn in omvang, we zijn flexibel. Daarmee hebben we bewezen een slagvaardig bedrijf te zijn. Tegelijkertijd betekent, innoveren ook risico s nemen, verzekeren is vooral risico s mijden en uitsluiten. In dat spanningsveld moeten wij onze innovaties ontwikkelen.
Innovatie gaat over het uitvoeren van je ideeën Om succesvol te kunnen innoveren blijven we investeren in onze medewerkers én in onze omgeving. Vroeger was een verzekering gewoon een afspraak op papier. Maar de verzekeringen van nu komen met apps, zenders en sensoren. Dat vraagt hele andere skills van je werknemers. Het is voor ons belangrijk IT-talent voor de regio te behouden. We doen dat binnen SamenWerkingNoord, met het onderwijs en door de oprichting van IT Hub Hoogeveen, o.a. samen met TVM en Fokker. Innovatie gaat niet over ideeën bedenken. Het gaat over die ideeën tot uitvoer te brengen. Ik ben er trots op dat dat de afgelopen jaren is gelukt. We hebben drie vernieuwende verzekeringsproducten ontwikkeld die bovendien bijdragen aan het oplossen van dagelijkse maatschappelijke problemen: Veilig Rijden, Blijven Fietsen en Veilig van Huis. En ook de komende jaren blijven we nieuwe producten in de markt zetten. Producten die niet alleen commercieel interessant zijn, maar die ook echt het verschil maken voor onze klanten als het er op aan komt. Nederland Veiliger door data veilige rijders ANWB Veilig Rijden combineert korting op je premie bij een goede rijstijl aan het verbeteren
Marin Roos van Unigarant
van de verkeersveiligheid. Het helpt de rijder bij bewustwording: een betere rijstijl betekent minder schade, minder uitstoot, minder slijtage van banden, minder brandstof. Met een app word je rijstijl bijgehouden, krijg je feedback om die te verbeteren en zie je je korting. Steeds meer mensen kiezen voor beloning van hun verkeersgedrag en vinden het goed dat hun gegevens, niet herleidbaar, worden gebruikt voor het verbeteren van verkeersveiligheid. Gemeente Rotterdam heeft de proef op de som genomen. Met de data in de hand konden wegen veiliger gemaakt worden. Door inzicht in gas geven of hard remmen, plotseling uitwijken en bochten nemen werd duidelijk waardoor onveiligheid ontstond. Zo werden bestaande kruisingen veiliger te maken, zodat het aantal verkeersslachtoffers in de stad sneller kon dalen. Inmiddels zijn er 67 lokale en regionale overheden aan de slag gegaan met deze data. De data is ook beschikbaar voor wegbeheerders in Nederland, want die inzichten kun je natuurlijk ook gebruiken bij het slimmer ontwerpen van nieuwe wegen in elders in Nederland. Binnen 48 uur je fiets terug Als grootste fietsenverzekeraar van Nederland weten we hoeveel fietsen er jaarlijks gestolen worden en hoe weinig ze teruggevonden worden. Met de enorme populariteit van e-bikes is het probleem toegenomen, de schadepost stijgt en dat zet op termijn de premies onder druk. Onze gedachten om fietsen uit te rusten met een sensor hebben we voorgelegd aan KPN, dat thuis is in internet-of-things oplossingen en goed aanvoelt dat technologie kansen biedt als je er problemen mee oplost. Dat hebben we gekoppeld aan het verbeteren van opsporing. Door samenwerking met FRIS Nederland kunnen wij nu hun opsporingsmensen voorzien van digitale locatieinformatie over de gestolen fiets. Hoe sneller die informatie daar is, hoe groter de kans dat de fiets wordt teruggevonden, de eerste 48 uur zijn cruciaal. De sensor op de fiets staat niet constant aan. Activering gebeurt pas als de eigenaar
ontdekt dat zijn fiets gestolen is door een simpele druk op de knop in de ANWB Eropuit app. Die 48 uur als optimale termijn om een gestolen fiets nog terug te vinden, is gekoppeld aan de Blijven Fietsen Verzekering. Mensen kunnen er met deze verzekering kunnen uiterlijk na 48 weer fietsen: op hun eigen fiets, of op een nieuwe. Uit cijfers blijkt het succes, onze ambitie is tussen de 60 en 70 procent van de gestolen fietsen terug te vinden. Daar zijn we nog niet. Op dit moment zit het terugvindpercentage rond de 40 procent. Daarom experimenten we nu bijvoorbeeld met een nieuwe zender. Een innovatie stopt wat dat betreft niet bij de lancering van een product. Voorkomen is beter dan genezen Met het derde product Veilig Wonen combineren we ook een bewezen technologie, verzekeren en ANWB diensten. We wilden een woonverzekering voor onze klanten en ANWB- leden die meer bood dan alleen het verzekeren van je huis en de spullen die erin staan. In plaats van het vergoeden van schade, willen we schade voorkomen door klanten de tools te geven om hun huis in de gaten te houden. Dat is gelukt door samen te werken een Engelse partij die al zoiets had ontwikkeld. Dankzij de app op je telefoon krijg je direct via de ANWB Alarmcentrale een waarschuwing bij wateroverlast, rookontwikkeling of inbraak in je huis. Via de camera s in je huis die er aan gekoppeld zijn kun je zien wat er loos is en direct actie ondernemen om schade zoveel mogelijk te beperken. We schatten in dat we de schadelast hiermee met twintig procent kunnen terugdringen. Bij ANWB en Unigarant zit mensen helpen in de genen, kijk naar Wegenwacht, ende Alarmcentrale. Dankzij innovaties kunnen we dat nog beter en effectiever doen voor klanten, voor onze leden en voor de samenleving. www.unigarant.nl
ADVERTENTIE
Continental Candy Industries Drachten; Waardevol private label Wij maken verschillende merken drop en ander snoepgoed, maar die merken zijn niet van ons , zegt Alfred Attema, algemeen directeur van CCI. Het betreft namelijk eigen merken van de diverse retailers. Wie ergens in Noordwest Europa zo n zakje snoep koopt, heeft waarschijnlijk snoep gekocht dat door Continental Candy Industries (CCI) ontwikkeld en gemaakt is.
Alfred Attema Marktonderzoek is de basis. De wensen van de consument veranderen. Onze producten moeten mee veranderen. Veranderen en innoveren is de basisstand van de ondernemer. Ook wijzelf, als producent van private label snoepgoed, zijn in transitie. Daar vertellen we graag iets over. Een wereldprestatie Laten we er niet omheen draaien, we komen uit een moeilijke periode, zegt Alfred. Hij doelt op de gevolgen van de Brexit, natuurlijk op de coronacrisis die impact heeft op de werkprocessen en de omzet en op de brand die in april een groot deel van de fabriek platlegde. Er is een groot appel gedaan op onze flexibiliteit en stuurmanskunst. Ik heb het eerder gezegd, maar ik zeg het opnieuw: een groot compliment voor onze medewerkers. Zij hebben de schouders eronder gezet en enorme flexibiliteit getoond. Er werden extra uren gedraaid. Niet alleen hier in Drachten, maar ook in de andere twee vestigingen in Nederland gingen we aan de slag. Soms zelfs de grens over, naar ons fabriek in Duitsland. Dat we zo snel weer volledig in bedrijf zijn, is een wereldprestatie. Daar ben ik dankbaar voor. Waardevol overdragen Ook voor de covidpandemie werden we al geconfronteerd met vraagstukken die aandacht verdienen zegt Alfred. Misschien zijn het crises die zaken versnellen of misschien de aandacht vestigen op wat van waarde is, hoe dan ook, nu er
iets van rust is weergekeerd bij CCI, wordt er vaart gemaakt met wat Alfred noemt: creëren van sociale impact. We willen een waardevol bedrijf, succesvol overdragen op nieuwe generaties. Waarde zit niet alleen in winst maken. Door waarde te creëren houd je wel bestaansrecht. Niet dat die gedachte nieuw is, maar we willen hiermee meer voortvarend en doelgericht aan het werk en daarover communiceren, zoals nu. De drie pijlers voor de toekomst Covid maakt opnieuw duidelijk wat we al wisten: gezond leven is belangrijk. We willen een gezonde consument. We hebben al suikervrij snoepgoed, we gebruiken alleen natuurlijke hulpstoffen en we hebben vegetarisch snoepgoed. Oftewel, we doen al veel, maar we zetten in op verbeteringen. Kijk, jezelf verwennen met iets lekkers, moet blijven kunnen, maar als we kunnen finetunen richting gezondheid, dan moeten we dat doen.
We willen een waardevol bedrijf, succesvol overdragen op nieuwe generaties. Naast de gezonde consument, worden de pijlen gericht op een gezonde planeet . Op dit moment hebben we al onze CO2-uitstoot per fabriek, per productie-eenheid en ook van de logistieke keten
in kaart gebracht. Nu we dat gemeten hebben, kunnen we engineeren op minder uitstoot. Wat heeft de meeste impact, op welke manier. Dat proces is gaande en we verwachten in de komende jaren grote stappen te zetten. Last but not least, willen we een gezond CCIteam. We wisten het al, maar nu we door deze moeilijke tijd zijn gegaan, staat het helemaal scherp op ons netvlies. We doen het met elkaar en daarom moeten we zorg dragen voor elkaar. Als manager ben je in de positie om dat te faciliteren. Wat vinden de werknemers, wat gaat goed, waar zijn verbeteringen mogelijk? Dat hebben we onderzocht en dat leverde aandachtspunten op. Op basis daarvan hebben we het afgelopen jaar onder andere benut om zorgvuldig een goed personeelshandboek te ontwikkelen, dat per januari 2022 geïntroduceerd gaat worden. Een handboek waarin zaken benoemd staan die niet in de CAO overeengekomen zijn, maar wel bijdragen aan een fijne werkomgeving met ruimte voor persoonlijke ontplooiing. Wat we op dit gebied kunnen, willen we doen; dat is ook waarde creëren. www.ccicandy.nl
ADVERTENTIE
Alles op alles zetten om beste ouderenzorg te blijven leveren Zorgen dat zoveel mogelijk Friese burgers zo gezond en gelukkig mogelijk oud kunnen worden in hun vertrouwde omgeving. Dat is het uitgangspunt van Zorgpartners Friesland, waarin Noorderbreedte, MCL en Tjongerschans samenwerken. Directeur-bestuurder Martin Kirchner van zorgorganisatie Noorderbreedte over personeelstekorten, inzet van technologie en lokaal initiatief. De zorgketen beter organiseren en samenwerken om de beste (ouderen)zorg te kunnen blijven leveren. Het is Martin Kirchner op het lijf geschreven. Als directeur-bestuurder van Noorderbreedte ging hij afgelopen oktober de fusie aan met Thuiszorg Het Friese Land. En als bestuurder van Noorderbreedte heeft hij een belangrijke rol in het samenwerkingsverband Zorgpartners Friesland, waarin de (gespecialiseerde) ouderenzorgorganisatie samenwerkt met de ziekenhuizen MCL en Tjongerschans en met Thuiszorg Het Friese Land. Samen hebben ze zo n 9.500 medewerkers. De komende jaren moeten we alles op alles zetten om de beste ouderenzorg overal in Friesland te kunnen blijven leveren. Met de toenemende vergrijzing en de krimpende beroepsbevolking, is het daarom belangrijk de keten zo optimaal mogelijk te organiseren. De meeste mensen willen als het kan graag thuis of in hun vertrouwde omgeving blijven wonen. Het grootste deel wordt ook nog steeds gezond ouder. Een deel van hen heeft tijdelijk zorg nodig, maar kan zichzelf in hoofdzaak daarna goed redden. Een klein deel echter, en zeker op hogere leeftijd, heeft te maken met complexere of gespecialiseerde problematiek en verblijft voor kortere of langere tijd in een ziekenhuis, revalidatiecentrum of verpleeghuis. Om die tijd in te korten, moet de doorstroom zo soepel mogelijk zijn. Van thuis naar ziekenhuis of verpleeghuis, van ziekenhuis naar revalidatie en daarna van revalidatie naar verpleeghuis of huis, al dan niet omgeven met complexe thuiszorg. Hoe eerder oudere en kwetsbare mensen uit de ziekenhuisdynamiek zijn, hoe beter dat voor hun herstelproces is. Goede ketenzorg betekent goede onderlinge communicatie en de inzet van de juiste middelen en herkenbare zorgverleners op het juiste moment. Als ouderenzorgorganisatie staan wij voor zorg op maat, als het even kan in de vertrouwde omgeving. Door de fusie met Thuiszorg Het Friese Land kunnen we die complexe en specialistische (ouderen)zorg beter blijven leveren, ondanks verdere vergrijzing en de krimp op de arbeidsmarkt. Aantrekkelijk en aangenaam De verbetering van de ketenzorg met Zorgpartners Friesland en de fusie met Thuiszorg Het Friese Land is zowel vanuit het cliëntperspectief belangrijk, als vanuit het perspectief van de ruim 5.000 medewerkers. Bij Noorderbreedte hebben we de afgelopen jaren gelukkig een groei gezien van ongeveer 200 FTE. Daar zijn we heel blij mee, maar het is niet voldoende. We zullen de mensen die nu in de zorg werken moeten behouden en moeten zorgen voor voldoende goed opgeleide mensen. En we hebben nieuwe mensen nodig om op zoveel mogelijk plaatsen ouderenzorg te kunnen blijven leveren. Daarom is het belangrijk dat we een aantrekkelijk perspectief kunnen bieden. Zorgmedewerkers moeten weten dat er veel mogelijkheden zijn om zich te ontwikkelen, in functies en in opleidingen. Je wilt zien dat je bijvoorbeeld na jaren aan het bed, gericht wetenschappelijk onderzoek kunt
Martin Kirchner van Noorderbreedte
gaan doen. Of juist vanuit theorie kunt switchen naar de praktijk, of van ouderenzorg naar thuisof naar gespecialiseerde verpleeghuiszorg. De samenwerking in de keten versterkt die kansen. Het is wezenlijk dat de zorg aangenaam en aantrekkelijk is om in te werken.
We staan voor zorg op maat, als het even kan in de vertrouwde woonomgeving Samen zijn we beter in staat om technologisering in de zorg handen en voeten te geven. Ik ben er van overtuigd dat we met de juiste inzet van technologie, de zorg beter betaalbaar en bereikbaar kunnen houden, zowel op zorglocaties als in de thuiszorgsituatie. Meekijken en adviseren van zorgverleners via Google Glass door een arts op afstand, aansturen en monitoring van zorgapparatuur, de technologische mogelijkheden zijn er en nemen hand over hand toe. Slimmer werken in de zorg is hard nodig om zorg te kunnen blijven leveren. Thuis blijven wonen als het kan, is de wens van veel mensen. Als we dat willen, zullen we het met z n allen wel mogelijk moeten maken. Bouwkundig bijvoorbeeld, want er schort nog veel aan huisvesting als je het bekijkt vanuit zo lang mogelijk thuis blijven wonen. Je zal moeten kijken waar mensen dan kunnen gaan wonen als hun eigen huis niet meer zo ideaal is. Dat vergt meer woningen die geschikt zijn voor ouderen, bedacht vanuit het (op den duur) leveren van zorg. Ook zijn er meer intramurale woonvoorzieningen nodig. Maar dat is geen simpele puzzel, omdat je daar niet direct het
personeel voor hebt: dat blijft een zorg. Tegelijk moeten we meer investeren in de netwerken om de ouderen heen, de sociale structuren om zorg en mantelzorg mogelijk te blijven maken. Een waardevolle dag Het is goed te realiseren dat we een brede mix van maatregelen, samenwerking en inzet nodig hebben om de ouderenzorg in Friesland op orde te houden. En wat in de steden deels relatief eenvoudig is doordat er meer voorzieningen zijn, is dat in dorpen of bepaalde wijken, veel lastiger. Wat kan waar? In dat licht vind ik het heel interessant om te kijken welke lokale initiatieven er zijn op het gebied van het blijven wonen in de vertrouwde omgeving, al dan niet met een mate van georganiseerde zorg. Het is belangrijk met die initiatiefnemers in welk stadium ook, het gesprek aan te gaan. Of dat nu een oud schoolgebouw is dat voor bewoning geschikt wordt gemaakt, of een ondernemer die graag een zorgboerderij wil opzetten. Met elkaar kunnen we hele waardevolle projecten realiseren, die bijdragen aan zo gezond mogelijk ouder worden in de eigen omgeving. Dat past bij Noorderbreedte: niet voor niets willen wij iedereen een waardevolle dag bieden. Aan onze bewoners en cliënten door onze zorg en aan onze medewerkers door ze een waardevolle werkdag te bieden. Met elkaar kunnen we de ouderenzorg en de zorg voor elkaar in Friesland mogelijk blijven maken. www.noorderbreedte.eu
ADVERTENTIE
Smids en Schakel, een hechte club mensen in accountancy en advies Een accountants- en advieskantoor met 30 heel verschillende mensen. Wat ze gemeen hebben is hun passie voor cijfers en klanten zo goed mogelijk ontzorgen. Al decennia betrouwbaar, betrokken en benaderbaar Smids en Schakel Accountants en Adviseurs in Leeuwarden. Kwaliteit is voor ons pas kwaliteit als de klant dit ook zo ervaart.
De vijf vennoten van Smids en Schakel: v.l.nr. Jettie Veltman-Elsinga, Peter Steenhuis, Watze Tigchelaar, Warner Veltman, Sebastiaan Veldkamp. Foto: Jeannette de Groot Drie jaar geleden verhuisde Smids en Schakel van de oostkant van Leeuwarden naar de Hidalgoweg op De Hemrik aan de westkant van de stad en betrok er een vernieuwd, ruim opgezet kantoor. Een oase van rust en groen op de Hemrik, zo voelt het. Drie van de vijf vennoten van Smids en Schakel vertellen hun verhaal: Peter Steenhuis, Jettie Veltman en Warner Veltman. Net als de andere vennoten Watze Tigchelaar en Sebastiaan Veldkamp zijn ze ondernemers in hun bedrijf. We werken zelf volledig mee, het vak is wat ons boeit, met elkaar aan het werk om andere ondernemers te ontzorgen. Zo hebben we dit kantoor ook georganiseerd en ingericht, met dertig medewerkers samen op de vloer. Van eenmanszaak tot mkb- onderneming Het zelfstandige en fullservice accountants en advieskantoor, met eigen vergunning voor wettelijke controles van de jaarrekening, werd opgericht midden jaren vijftig door de van Ameland afkomstige Posthumus. Na de derde naamswijziging door diens opvolger, staat vanaf midden jaren negentig de naam van Smids en Schakel op de gevel en dat is wat het nu blijft. Ook al zijn de personen niet meer verbonden aan het kantoor, onder die naam zijn we al meer dan twintig jaar bekend, en dat houden we zo , licht Peter Steenhuis toe. Drie jaar geleden werd het tijd voor een nieuw en ruimer kantoor. Dat hebben we hier aan de Hidalgoweg gevonden, een goed bereikbare setting die ons prima past te midden van mkb- bedrijvigheid. Daarmee is de klantenkring voor een belangrijk deel geduid. Van de timmerman met eenmanszaak tot familie en mkb- bedrijven en organisaties van 20 tot 150 man. De meeste klanten hebben we in Friesland en op de Waddeneilanden, een kleiner deel in Groningen en Overijssel en inmiddels ook
internationaal. Van veruit de meeste klanten is de eigenaar degene met wie wij het contact hebben , zegt belastingadviseur en vennoot Peter Steenhuis, sinds veertien jaar bij Smids en Schakel. De vennoten typeren hun bedrijf als compleet en tegelijk klein en regionaal, een kantoor met korte lijnen zodat het snel kan schakelen voor een optimale klantbediening. Het bedrijf groeit de laatste jaren gestaag, in klanten en in medewerkers. Een hechte club Accountancy en advieswerk is mensenwerk, het is wezenlijk dat we goed kunnen luisteren , zegt Warner Veltman. We zijn mensen met liefde en aandacht voor ons vak, vinden persoonlijk contact belangrijk en we zijn rechtstreeks bereikbaar. We zijn goed opgeleid en dienstverlenend. Of het gaat om advisering bij de keuzes voor het stroomlijnen en automatiseren van administraties, over HRMadvies, over belastingadvies of bedrijfsopvolging, of het gaat over loonadministratie, de essentie is dat wij goed moeten luisteren naar wat onze klanten willen. En of wetgeving en regeldruk nu toenemen, digitalisering steeds wezenlijker wordt in bedrijfsvoering, of controle en toetsing van wat wij doen voor onze klanten steeds meer toeneemt: het gaat om de kwaliteit die wij onze klanten bieden en de norm die wij hebben. Kwaliteit is wat onze klanten als zodanig ervaren. Dat is waarom we doen wat we doen met de mensen die bij ons werken. Met een hechte club mensen, met vaste aanspreekpunten voor onze klanten, als mede-ondernemers die andere ondernemers begrijpen. Betrokken, nuchter, betrouwbaar en een goed werkgever , vult Warner Veltman aan, sinds drie jaar werkzaam bij Smids en Schakel en sinds vorig jaar vennoot.
Blijven investeren in de lange termijn We moeten ons vak goed blijven uitoefenen met alle vertrouwelijkheid die daarbij past, wat er ook in de wereld om ons heen gebeurt, wat er ook van ons gevraagd wordt om dat werk goed te doen. Dat kan alleen als we er voor zorgen een goed werkgever te zijn en te blijven. We investeren in mensen, in opleiding en ontwikkeling, we zorgen dat jonge mensen hun kennis uitwisselen met ervaren mensen en andersom, we stimuleren een open professionele cultuur waarin we elkaar versterken. Er is ruimte voor ontspanning en het werk richt je in naar eigen inzicht. We zijn hecht met elkaar, we geven vrijheid en verantwoordelijkheid. We zijn met dertig heel verschillende mensen omdat we ook heel verschillende klanten hebben. En we zijn naast Smids en Schakel betrokken bij onze omgeving. Die zichtbaarheid zit in ons, binnen Smids en Schakel en daarbuiten , vult Jettie Veltman aan, achttien jaar bij het bedrijf, sinds vorig jaar vennoot en daarbuiten actief binnen Ladies Circle, waarin vrouwen tot 45 jaar geld bijeen brengen voor goede doelen. Andere collega s zijn actief binnen CNCO, Rotary, VNO-NCW en diverse commerciële clubs in de regio. Meedoen in de samenleving hoort bij ons, bij de mensen van Smids en Schakel. Trots op wie we zijn en wat we kunnen betekenen. Continuïteit voor onze klanten en van ons kantoor vinden we belangrijk. Accountancy is mensenwerk. Daarom blijven wij investeren in de lange termijn, in relaties met klanten en in onze mensen. smidsenschakel.nl
ADVERTENTIE
Gerko Riedstra en Leo Wijnsma bouwen aan een Gezonder Nederland We zijn twee nuchtere Friese jongens met een grote broek aan. Zeggen Leo Wijnsma en Gerko Riedstra over hun Gezonder Nederland. Ondernemingsdrift, veelomvattend. Met ruim 25 jaar ervaring van TIGRA op zak bouwen ze aan gestaag een nieuw platform met een diversiteit aan merken. Gezonder Nederland? Toen ik 26 jaar geleden met TIGRA begon, had ik al meer in het hoofd dan wat TIGRA is gaan doen. Preventie was toen iets dat totaal niet gewoon was. De tijden zijn veranderd, TIGRA voor vitale werknemers staat als een huis met 30 vestigingen en nu bouwen we sinds twee jaar aan een platform voor gezondheid, vitaliteit, beweging en preventie en inzetbaarheid , licht oprichter en eigenaar van TIGRA Beheer, Gerko Riedstra toe. Gezonder Nederland is het overstijgende label met daaronder nu de eerste vijf merken. TIGRA is volwassen geworden en wat Leo en ik graag willen in de brede zin van gezondheid en vitaliteit, past niet onder die TIGRA-vlag. Daarom besloten we een breder platform op te zetten en andere merken te bouwen of over te nemen die zich richten op het toevoegen van specialistische waarde op gezondheid, vitaliteit of inzetbaarheid. We willen ons hiermee niet alleen richten op de B2B markt, maar ook op de consumentenmarkt en zo maatschappelijke impact creëren. TIGRA is het eerste merk onder de paraplu van Gezonder Nederland , vult mede-eigenaar van TIGRA Beheer Leo Wijnsma aan. Een grote broek Samen bouwen we aan Gezonder Nederland. We zijn het gestart. Echt samen en zonder inmenging van investeerders of fondsen. We willen zo lang mogelijk in deze setting van zelfstandigheid samen opereren en bouwen, met de ondernemers en franchisenemers van de verschillende merken. Ja, Gezonder Nederland klinkt veelomvattend en dat is het ook. We hebben allebei een optimistische levenshouding en de overtuiging dat een gezondere leefstijl voor iedereen toegankelijk is. We willen maatschappelijke problemen niet uitvergroten, maar ons zoals we dat ook met TIGRA doen, richten op oplossingen. Wat dat betreft zijn we twee nuchtere Friese jongens met een grote broek aan.
We hebben allebei een optimistische levenshouding Naast TIGRA dat zich richt op duurzame inzetbaarheid van werknemers, hebben Wijnsma en Riedstra inmiddels vier andere merken onder de paraplu van Gezonder Nederland. Gerko Riedstra: Naast TIGRA, werd SmokeFree het tweede merk. Het bedrijf werd ons aangeboden toen we nog volop aan het brainstormen waren. Een bestaand merk dat zich met een duidelijke boodschap richt op alle rokers. Het werkt aan een rookvrije generatie, het wordt volledig vergoed door alle verzekeraars en dat past natuurlijk uitmuntend bij een Gezonder Nederland. Het derde merk is de het leefstijlbedrijf VytL, waarmee we de link leggen naar de belangrijke inzet van technologie en de rol van innovatie voor Gezonder Nederland. Het vierde merk is Cure4Life, dat zich met 30 consulenten landelijk richt op duurzaam en verantwoord afvallen door een uniek persoonlijk voedingsprogramma, gebaseerd op natuurgeneeskunde. Daarnaast richten we ons op het ontwikkelen van een consultancy en adviespoot, omdat we door veel mensen benaderd worden om ze te helpen bij
Gezonder Nederland oprichters Leo Wijnsma (links) en Gerko Riedstra.
maatschappelijke uitdagingen op het gebied van inzetbaarheid, bewegen en vitaliteit, voeding en preventie. Tech startup als verbinder Leo Wijnsma: Daarom zijn we blij dat we gaan deelnemen in een tech start-up, Taem.io, dat zich richt op data gedreven teamoplossingen binnen organisaties. Wat ze doen is wetenschappelijk getest en gevalideerd. We zien veel mogelijkheden in die technologie en synergievoordelen in het gebruik, in de verbinding naar andere merken en onderdelen van Gezonder Nederland. Om deze reden zijn we samen in het bedrijf gestapt als aandeelhouder. Een jong bedrijf met potentie, ze staan niet voor niets op uitnodiging van de overheid op de Las Vegas techbeurs CES voor consumenten dit voorjaar. Bij een beetje grote broek hoort gezonde ambitie. Gezonder Nederland blijft vast niet bij vijf merken? Nee, daar blijft het niet bij, we hebben allerlei plannen en voeren gesprekken die daarmee verband houden. Dat zegt niet zoveel, maar wat we wel kunnen zeggen is dat in de loop van komend jaar meer duidelijk wordt. We worden ook van verschillende kanten benaderd door mensen die interesse hebben in aansluiting bij Gezonder Nederland, het zingt kennelijk rond, het momentum is er. De aandacht die er in brede zin is voor gezondheid, speelt ons juist door corona gelukkigerwijze in de kaart. Veel van wat we willen en bespreken speelt zich af op landelijk niveau of heeft de potentie om op te kunnen schalen naar landelijk. Gezonder Nederland moet z n naam natuurlijk wel eer aan doen en anders zou het ook geen impact hebben , licht Leo Wijnsma de plannen toe.
De potentie van DNA Gerko Riedstra: Er zijn natuurlijk veel zaken die onder die paraplu passen, maar er zijn er een paar die natuurlijk heel snel in het hoofd opkomen, zoals mentale gezondheid. Zeker op dat gebied hebben we al onze ervaringen van ruim twee decennia TIGRA, de uitkomsten van onze Preventieve Medische Onderzoeken en de samenwerking vanuit TIGRA met verschillende psychologie organisaties en praktijken. Het voorkomen van burnouts, alle aspecten van mentale gezondheid in het werk en in de privésfeer, er valt heel veel mee te doen en aan te doen. Er is werk aan de winkel om het zo te zeggen. Leo Wijnsma: Een andere hele interessante materie is de relatie vanuit DNA met gezondheid. We praten daar veel over met diverse partijen, ook buitenlandse, om te kijken welke mogelijkheden die studies bieden voor Gezonder Nederland. Een vrij nieuw vakgebied, maar daarom zeker niet minder interessant. Gezondheid en vitaliteit zijn voor de meeste Nederlanders de belangrijkste voorwaarden voor een goed en gelukkig leven. Het mooie is natuurlijk dat een Gezonder Nederland nooit af is, het gaat altijd door. Met z n allen kunnen we Nederland een beetje gezonder maken, iedere dag. Het is maatwerk en mindset voor ons allemaal. Dat is waar we aan bouwen, een Gezonder Nederland voor iedereen. gezondernederland.nl