6 minute read
van West-Europa’s hoogste 200 jaar Compagnie des Guides
Het gidseninstituut van Chamonix 200 jaar klimhistorie
Advertisement
Wie gaat klimmen in het Mont Blancgebied kan er niet omheen: de Compagnie des Guides de Chamonix. Omdat je in het Bureau des Guides op zoek gaat naar informatie over het weer en de condities van de route die je wilt klimmen, of omdat je erover denkt een gids in te huren voor een avontuur dat voor jou alleen een maatje te groot is. Maar hoe is dit gidsenbureau geworden tot wat het is, een instituut in de wereld van het alpinisme, waar meer dan 200 gidsen werken? Dat verhaal begint 200 jaar geleden.
Tekst Ico Kloppenburg
Het gidsenbureau van Chamonix, strategisch gelegen aan de voet van de Mont Blanc, is een prestigieus instituut, net als het gidsenbureau van Zermatt onder de Matterhorn. Lang was het een gesloten bolwerk, waar alleen de locals een plek als gids konden claimen. De eerste die daar doorheen brak was Roger Frison-Roche, die in 1930 als gids werd toegelaten. Frison-Roche houdt het op 14-jarige lee ijd voor gezien op school en trekt vanuit Parijs naar de bergen. Hij ontwikkelt zich tot een sportieve duizendpoot, raakt in Noord-Afrika krijgsgevangen en zit een maand in een dodencel in Napels. Deze schrijver van romans die spelen in Chamonix, maakt in zijn lange leven meer mee dan een guur in een actieroman.
Fonds
Voor het begin van de geschiedenis van de Compagnie moeten we terug naar het begin van de 19e eeuw, toen de toppen van de Alpen één voor één werden beklommen en vooral Engelse klimmers gebruikmaakten van de kennis van lokale boeren en jagers. Tijdens een expeditie van dokter Hamel naar de Mont Blanc in 1820 kwamen drie lokale gidsen om het leven. Zij lieten hun familie achter zonder vorm van inkomen. Dat was voor de gemeenschap van Chamonix het startsein om in 1821 een fonds op te richten om dit soort tragedies in het vervolg tenminste nancieel te verzachten. Twee jaar later, in 1823 werd de Compagnie o cieel door de koning erkend.
Beroemde gidsen
Grandes Jorasses, Les Drus, Grand Capucin, het zijn maar een paar van de bergen in het Mont Blancgebied die het hart van vrijwel iedere alpinist sneller laten slaan en bij iedereen enorm tot de verbeelding spreken. Het zijn in alle opzichten spectaculaire bergen met daarop ook nog eens spectaculaire routes. Chamonix wordt ook wel de geboorteplaats van het alpinisme genoemd. Veel van de gidsen die werken bij de Compagnie hebben dan ook palmares om jaloers op te zijn.
Hans Peter Roersma stuurde ons deze ansichtkaart uit zijn familiearchief. Hij schrij : “30 juli 1920 op de Bossonsgletsjer, Chamonix. Derde van rechts is Elbert van Ruller, de opa van mijn vrouw. De man helemaal links en de twee rechts zijn zeer waarschijnlijk hun gidsen.”
Christophe Pro t is zo’n bekende naam. Inmiddels is hij 60, maar in 1982 werd hij beroemd door zijn solo op de Directe Americaine, op de Dru. Ik herinner me mijn klamme handen toen ik de lm daarover uit 1985 zag: Christophe alleen in de beroemde versnijding van 90 meter, een serieuze 6c. In 2007 klom hij voor de tiende keer de Eiger Noordwand met een cliënt. Uit meer recente jaren is het Sam Beaugey die tot de verbeelding spreekt. Hij skiede in 1995 de Grandes Jorasses af via de beroemde Linceul, wat Frans is voor lijkwade. Verder is hij beroemd geworden als basejumper: iemand die al dan niet met een wingsuit van objecten afspringt en na een vrije val zijn parachute opent. Maar ook Thierry Renault, die met Ma Dalton een iconische 7b+ opende in de zuidwand van de Aiguille du Midi is nog steeds actief als gids.
Niet alleen alpinisme
Toch zijn het niet alleen extreem goede alpinisten die zijn aangesloten bij de Compagnie des Guides. De Compagnie staat open voor alle gediplomeerde gidsen, waarbij het vooral een voorwaarde is dat je woont en werkt in het dal van Chamonix. Door de jaren heen is het accent ook verlegd van zuiver alpinisme naar andere activiteiten, zoals bergwandelen, toerskiën of mountainbiken. De klimaatverandering speelt daarin een grote rol: de grote routes zijn steeds minder vaak in goede conditie. Maar ook de wensen van de klanten veranderen: minder klanten komen elk jaar terug om met hun vaste gids nieuwe routes te klimmen. Veel klanten willen één keer in hun leven op de Mont Blanc staan en werken daar gericht naartoe, om daarna verder te gaan met een nieuw project.
Familielijnen
Opvallend bij het lezen van de namen van alle berg- en wandelgidsen die werken voor de Compagnie des Guides, is dat veel familienamen vaker terugkomen in de lijst. Er zijn nog drie Balmats actief, vier Simonds en vijf Charlets. Maar de naam Ravanel spant de kroon. Maar liefst 15(!) gidsen met die achternaam staan op de ledenlijst van de Compagnie. En dan is er ook nog de bekende winkel van Ravanel & Co (sinds 1897) die is gevestigd op, jawel, Place Gilbert Ravanel. De band tussen de familie en de bergsport in Chamonix gaat al even terug en is hecht. Wie duikt in de stamboom van de familie Ravanel stuit al snel op Joseph Ravanel, een gids en boer die leefde van 1869 tot 1931. Vanwege zijn haarkleur noemde iedereen hem Rouge. Hij schreef heel veel eerstbeklimmingen op zijn naam en had ook de eer om Koning Albert I van België te gidsen. Hij vroeg in 1925 de 19-jarige Frison-Roche als drager mee te gaan naar de Mont Blanc en speelt een belangrijke rol in het boek Premier de cordée van Frison-Roche. Denk daar nog maar eens aan als je in Chamonix over de Avenue Ravanel le Rouge gaat.
Het bureau en de berg
De aanwezigheid van de Mont Blanc is voor de welvaart van het dal natuurlijk een lot uit de loterij. De normaalroute naar de top loopt via de Goûterhut, op 3835 meter hoogte, met 120 slaapplekken. Die hut is samen met de gevreesde Goûter-couloir de bottleneck in de route en een punt van ergernis voor veel zelfstandige klimmers. Want hoe gaat het in de praktijk? Vanaf 21 januari kunnen gidse bedden reserveren in dit futuristische gebouw. De Compagnie, maar vooral ook het gidsenbureau van St. Gervais, de gemeente waar de hut onder valt, weten door jarenlange ervaring hoeveel plekken zij in het seizoen nodig zullen hebben. Zij boeken vervolgens de bulk van de bedden en de andere gidsen en gidsenbureaus boeken ook een deel. Zelfstandige alpinisten vissen achter het net en zijn a ankelijk van eventuele afmeldingen door ziekte of slecht weer. In de wandelgangen krijgen de gidsenbureaus hierdoor een slechte naam, terwijl zij alleen maar gebruikmaken van hun kennis en mogelijkheden om vooruit te plannen.
Al met al wordt de situatie in het Mont Blancgebied er niet eenvoudiger op, met de toenemende druk van het toerisme en het veranderende klimaat. De Compagnie had dit jaar haar 200-jarige bestaan groots willen vieren, maar door COVID-19 lijkt dat voor een belangrijk deel in het water te vallen. Toch is er één ding waar niemand aan twijfelt: zolang de Mont Blanc in hun achtertuin ligt, is er een toekomst voor de roemruchte Compagnie des Guides de Chamonix.
Met dank aan UIAGM-berggids Martijn Schell voor zijn advies.
Gidshistorie online, in lm, boek en magazine
Film: Les Drus en solo, Christophe Pro t (1985). Te bekijken op youtube via cutt.ly/ EbtzX. Boek: The Compagnie des Guides de Chamonix - A history van Mario Colonel. Online: over 200 jaar Compagnie des Guide de Chamonix: chamonix-guides.com/ en/200-year-of-guides-company en een artikel in Outside over Le Probatoire: outsideonline.com/2405575/chamonix-mountain-guide-test-probatoire.
Download de brochure met tips voor het beklimmen van de Mont Blanc via nkbv.nl/kenniscentrum/tips-voor-beklimmen-van-de-mont-blanc.html.