7 minute read

Henk en Anja Stokvis

Next Article
Anouar

Anouar

‘WIJ GEVEN MENSEN RUIMTE OM TE DROMEN’

Advertisement

Henk en Anja Stokvis: altijd op zoek naar een positieve insteek

Of hij vijftien jaar Oranjeborg in één woord kan samenvatten? Voor het eerst deze avond wordt het stil aan tafel. Henk Stokvis noemt cijfers: ‘140 bewoners, 120 medewerkers, 5 locaties, hoe vat je dat kernachtig samen?’ Natuurlijk mag hij trots zijn, maar de directeur van Oranjeborg is wars van eigen roem. Successen behaal je samen. Het woord ‘samen’ is deze avond vaak gevallen en kenmerkt de kracht van de organisatie. Het zit in het DNA van de zorginstelling. Henk neemt een slok van zijn drinken. Ongetwijfeld gaat er van alles door zijn hoofd. Dan zegt hij: ‘Het is de moeite waard. Ja, dat is het.’

Hij is net terug van de voormalige jeugdherberg in Meppel – tegenwoordig Meppel’s Inn genaamd - waar een groep bewoners een fietstocht heeft afgesloten met een barbecue. Geheel in de stijl van Oranjeborg hebben Henk en zijn vrouw Anja, die de human resources verzorgt binnen het bedrijf, de mannen een hart onder de riem gestoken. Ze zijn de ploegleiders met oprechte belangstelling. Geen kunstje, alles is puur. En daarbij hoort ook het overhandigen van de medailles, wanneer de tocht is volbracht. Anja: ‘We zoeken altijd naar een positieve insteek.’ Het is de laatste woensdag van september. De avond valt over Meppel, buiten is het koud, binnen behaaglijk warm. Anja vertelt dat ze de zondag ervoor met collega’s en bewoners van Oranjeborg heeft deelgenomen aan de Mud Masters. Hoewel ze goed getraind is en veel hardloopt, heeft haar lichaam een paar dagen nodig gehad om te herstellen. De fysieke pijn weegt niet op tegen het plezier dat ze met elkaar hebben gehad. Ze laat foto’s zien van zwoegende en stralende mensen. Het evenement is misschien wel symbolisch voor de reis die ze, samen met Henk, ook met Oranjeborg heeft afgelegd. Van de moeilijke momenten in de beginperiode naar het

geweldige gevoel dat ze nu hebben. Voldoening, het besef dat de droom is gerealiseerd. Henk is de praktijkman, hij stapt op zijn 23ste vanuit de fabriek over naar de zorg. Het is een interessante periode in zijn leven, waarin hij zich steeds meer realiseert dat hij iets voor de maatschappij kan betekenen. Hij gaat terug naar de schoolbanken, volgt een mbo- en hbo-opleiding en krijgt na zijn stageperiode een vaste aanstelling bij Visio Echten. Daar loopt hij Anja tegen het lijf. Het is het begin van een interessante ontdekkingstocht door het zorglandschap. Hij werkt als groepsleider, ambulant begeleider en is als maatschappelijk werker actief bij zorggroep ’s Heeren Loo in Borculo. In die jaren staat hij elke zaterdagmorgen langs de lijn als jeugdleider van de F’jes van de Meppeler voetbalvereniging Alcides. Hij merkt dat de juiste aanpak van de mannetjes een optimaal resultaat oplevert. ‘We hadden een team waarin alle culturen samenkwamen, ook jongens die slecht luisterden. Als je ze goed behandelt, slaan ze elkaar niet voor de bek. Die overtuiging heb ik meegenomen naar de zorg. Ook de moeilijke jongens verdienen aandacht. Ik ben ervan overtuigd dat je voor ze moet zorgen.’ Die filosofie neemt hij, idealistisch als hij is, mee tijdens zijn verdere reis, waarin hij steeds meer zorginstellingen van dichtbij leert kennen en merkt dat de praktijk vaak niet overeenkomt met zijn denkwijze. ‘Er werd veel geluld, maar er gebeurde niks.’ Het is dan al zijn droom om de zorg anders te organiseren. Beter. Meer gericht op het welzijn van de mensen. Geen ingewikkelde protocollen, recht uit het hart. Hij deelt zijn ideeën met zijn collega Frank Fagel en vanaf dat moment is er sprake van een twee-eenheid. ‘We hadden een droom, maar om die te kunnen realiseren heb je mensen nodig die het willen ondersteunen. Die in je geloven.’ Dan komt er steun uit onverwachte hoek. Mas Boom, die hij zijdelings kent via het voetbal, is geïnteresseerd in de plannen. Er volgen geanimeerde gesprekken, waarin Henk vertrouwen voelt. Aan de tafel in zijn toenmalige woning aan de Jan van Galenstraat worden de ideeën verder uitgewerkt, na afloop van een interland tussen Nederland en Frankrijk in 2008. Oranjeborg kan starten. Anja: ‘We hadden een idee, wisten hoe we het wilden gaan doen, maar zeker in de beginperiode hebben we veel moeilijke momenten gehad. Daarnaast moest natuurlijk blijken of wij konden samenwerken. Als het niet had gewerkt, was ik eruit gestapt. Die afspraak hadden we gemaakt.’ Henk kan zich die tijd nog goed herinneren. ‘We geloofden er heel erg in, maar het was zeker niet eenvoudig. De oorspronkelijke bedoeling was om in Havelte te beginnen. Bleek dat er niet de goede vergunning op het pand zat. We hebben zes jaar geprocedeerd, tot aan de Hoge Raad toe. Zo zijn we via vakantiepark Westerbergen en verschillende campings uiteindelijk in Frederiksoord beland, voor tijdelijke huisvesting. Daarbij zijn we ontzettend geholpen door bouwbedrijf Kroes.’ Het is niet de gewenste droomstart. Henk: ‘De buurt verzette zich tegen onze komst, we moesten afrekenen met veel vooroordelen. Gekleurde jongens, dat zagen ze niet zitten. Maar als wij niet voor deze gasten opkomen, doet niemand het. We poetsen ze letterlijk op, ze krijgen bij ons een grote apk-beurt en worden weer mens. Voor mij persoonlijk was het een leerzame tijd, ik kende het niet om schulden te hebben, was het niet gewend om op mijn strepen te gaan staan.’ Anja: ‘We hebben er best wel wakker van gelegen. Er komt ineens zóveel op je af. Loon, vakantiegeld, persoonsgebonden budgetten. Het was allemaal nieuw voor ons.’ Na een

halfjaar overleeft Oranjeborg een kritiek moment. Henk: ‘Op de 18de van die maand hadden we nog 600 euro op de rekening staan. Het had zomaar afgelopen kunnen zijn. Gelukkig kwam toen ineens het zorgkantoor over de brug en konden we door. Het waren echt pioniersjaren, waarin de werknemers 180 procent inzet toonden.’ Intussen wordt er alles aan gedaan om de jongens te laten integreren in de samenleving en zo te laten zien dat ze er wel degelijk toe doen. Het acceptatieproces verloopt langzaam, maar uiteindelijk wint bij de meeste buurtbewoners het vertrouwen het van de scepsis. Wanneer de locatie in Frederiksoord wordt gesloten, veroorzaakt dat bij veel inwoners van het dorp zelfs een gevoel van weemoed. Henk is blij met de ontwikkeling die Oranjeborg daarna heeft doorgemaakt. Een verklaring voor het succes? ‘Wij geven mensen de ruimte om te dromen. Maar hou je wel aan de afspraken, aan gebakken lucht hebben we niks.’ Het past bij zijn karakter: een no-nonsensebenadering, waarin geen ruimte is voor uiterlijk vertoon. ‘Mijn vader was zeeman.

Van huis uit heb ik meegekregen dat, wanneer je voor een dubbeltje geboren bent, je nooit een kwartje wordt. Ik ben nog steeds dat dubbeltje, zo hou je de aansluiting. Ik hoef mezelf niet groter te maken dan ik ben, ik doe het voor de jongens. Wees jezelf, dat is belangrijk. Ik heb er knoerthard voor gewerkt, vanuit mijn visie en overtuiging. Dat het dan lukt, met de steun van heel veel mensen, is een mooi gegeven. Ja, ik kan me daar nog altijd oprecht over verwonderen.’ Anja: ‘Je ziet aan alles bij Henk dat het geen trucje is, het is echt. Zo beleven we het ook, we willen er elke dag een mooie dag van maken.’ Henk wijst naar een wand met veel foto’s van bewoners. ‘Het verhaal van Oranjeborg hangt hier aan de muur. Daar kijk je vaak naar en dan stel je jezelf de vraag: wie zijn we nu? Ik denk dat het samen durven dromen, het samen doen onze belangrijkste kernwaarde is. Iedereen pakt binnen de eigen rol verantwoordelijkheid. Wij zijn leidend en wat je geeft, is wat je krijgt. Er zijn veel mensen die in ons geloven. We worden bijvoorbeeld ondersteund door een geweldige raad van commissarissen.’ Ja, het is de moeite waard. Hij heeft de juiste woorden gevonden om zijn gevoel uit te drukken. Plezier, vertrouwen, een veilig huis, vrijheid: hij had nog zoveel meer kunnen bedenken waar Oranjeborg voor staat. En natuurlijk de enorme betrokkenheid van de werknemers. Dát maakt het verschil en bepaalt de kracht van de zorginstelling. Samen reizen zij hun droom achterna. Samen zijn zij sterk. Henk straalt. Vijftien jaar, rekening gehouden met verschillende scenario’s en dan nu vaststellen dat het bestcasescenario is uitgekomen. Bescheidenheid en nuchterheid sieren hem, maar het is inderdaad de moeite waard. De vele uren die zijn gestoken in het continu verbeteren van de kwaliteit hebben zich dubbel en dwars uitbetaald. ‘Uiteindelijk doen wij gewoon waar wij goed in zijn, namelijk mensen een thuis bieden waar zij zich gewaardeerd voelen, waar zij niet achterom hoeven te kijken, omdat het een veilige plek is met betrouwbare mensen om je heen die ertoe doen.’

This article is from: