8 minute read

Lange termijn asset beheerder is een andere rol

Next Article
Casus

Casus

Foto: WCM

Lange termijn asset beheerder

Advertisement

is een andere rol

Slim bezig zijn met Asset Management en Onderhoud gaat niet alleen over ‘nieuwe’ technologieën, zoals virtual reality en digital twins, en big data. Het gaat ook over andere manieren van samenwerken, andere contractvormen en anders naar je business kijken, zegt Bianca Coolen van Heijmans Infra.

“Wij profi leren onszelf als ‘bouwers van een gezonde leefomgeving’ en om dat te bewerkstelligen willen we continu verbeteren, verslimmen en verduurzamen. En dat heeft alle drie raakvlakken met onderhoud”.

> Digitaliseren. Coolen is projectleider bij Systeemintegratie en Techniek. “Verduurzamen gaat om zaken als het verlagen van de CO2-uitstoot en het (her)gebruiken van duurzame materialen. Verbeteren gaat over het realiseren van een steeds hogere kwaliteit door procesoptimalisatie en over veiliger werken. Door te digitaliseren werken we slimmer, waardoor we just in time onderhoud kunnen doen, wat weer impact heeft op het thema duurzaamheid, maar ook op kwaliteit, veiligheid en kosten”.

> Transformatie. Eigenlijk maakt Heijmans Infra een transformatie door van een traditioneel bouwbedrijf naar een strategische partner die Asset Management-oplossingen biedt over de hele life cycle, van ontwerp, tot bouw, tot onderhoud en beheer, legt Coolen uit. “Dat is een ontwikkeling die ook elders plaatsvindt. Wat ons denk ik onderscheidt, is onze integrale visie en aanpak. Door de be-

‘‘Het is voor ons ook een groeipad; van aannemer van de techniek ’ naar eindverantwoordelijke van de verkeersdoorstroming’

heerder in de ontwerpfase al te betrekken, kunnen we sturen op een optimale prestatie door te kijken naar de total cost of ownership. Dit doen we door met virtual reality bijvoorbeeld de geometrie van een tijdelijke situatie en de eindsituatie te modelleren. Zo kunnen we verifi ëren met degene die het gaat onderhouden of dit veilig kan. Of er speciaal materieel nodig is en daar kan komen, hoe looppaden moeten liggen en of die veilig zijn, hoe draairichtingen van kasten zitten, et cetera. Je kunt zelfs mensen al trainen in het toekomstige onderhoud door VR toe te passen”.

> Optimaliseren. “Dit is op zich een vrij statische benadering maar levert al heel veel op; je kunt namelijk je ontwerp valideren met de beheerder. We doen dit nu op de Piet Hein Tunnel in Amsterdam. Door de digital twin vervolgens echt als dynamische digitale tweeling toe te passen - dus data uit het veld komt in het model - kun je nog verder gaan. Zo kunnen we tunneloperators al opleiden terwijl er buiten nog niets fysiek te zien is. Op het nieuwe avioduct van Schiphol passen we sensoren toe en hebben we een volledige digital twin die doorbuiging, weersinvloeden en dergelijke van het avioduct monitort. Dit stelt ons in de toekomst in staat om degradatie, en dus de benodigde interventie, ruimschoots op tijd te zien aankomen, te plannen, zo nodig ‘droog te oefenen’ en vervolgens met minder risico op eventuele fouten uit te voeren. We willen door deze aanpak de bouw en instandhouding ‘buiten’ echt optimaliseren door zoveel mogelijk ‘binnen’ al te verifi ëren en valideren”.

> Gestandaardiseerde confi guratie. Een geheel ander voor-

beeld van een digitale oplossing is een mobiele app waarin de monteurs de storingsmeldingen zien en zelf hun routes kunnen inplannen op basis van de geldende afspraken. “Hierdoor kunnen ze hun routes optimaliseren en zorgen dat ze de benodigde onderdelen bij zich hebben. Je kunt meer doen met dezelfde mensen”. Slimmer werken betekent niet dat digitale oplossingen altijd leidend zijn, zegt Coolen. “Traditioneel stelt een aannemersbedrijf een projectteam samen om een nieuw verkregen bouwproject te realiseren. Dat betekent bijvoorbeeld dat als je twee sluisprojecten hebt, dat die niet noodzakelijkerwijs op dezelfde manier gerealiseerd worden. Wij werken nu aan een meer gestandaardiseerde confi guratie, waardoor we in de ontwerp- en bouwfase effi ciënter kunnen werken, maar het betekent ook dat je beter over de verschillende assets heen data kunt verzamelen en vergelijken”. > DaeS. Een exemplarisch voorbeeld voor de transitie die het bedrijf doormaakt, is een twintigjarig (vier periodes van vijf jaar) contract dat het infrabedrijf samen met ingenieursadviesbureau Sweco afsloot met de gemeenten Almelo en Enschede. Sweco en Heijmans zijn hierin verantwoordelijk om de verkeersdoorstroming in beide gemeenten te garanderen en te optimaliseren. “We noemen dit Doorstroming als een Service (DaeS). Het is nieuw in de manier van samenwerken, in de contractvorm, in de contractperiode van twintig jaar en ook in de technieken. We proberen technieken toe te passen die toekomstige ontwikkelingen niet in de weg zitten. Zo ontwikkelen we één softwareschil waarbinnen we de gehele keten kunnen gaan monitoren. We starten met het meten van de KPI’s op hardware, daarna meten we de verkeerskundige prestatie-indicato- >

Bianca Coolen Foto: Heijmans

Foto: WCM

> ren en groeien door naar het monitoren van multimodale doorstroming van het areaal. Hiermee hebben we straks een referentie, een concept, wat voor andere wegbeheerders interessant is en ze een geïntegreerde oplossing biedt”.

> Groeipad. Binnen DaeS dragen de vier partijen samen de eindverantwoordelijkheid voor het verslimmen van het verkeersmanagementsysteem. Het contract is een publiek-private samenwerking en omvat onder meer cultuur- en organisatieverandering, businesscasevorming en het werk zelf: beheer en instandhouding. “Niet als opdrachtgever versus uitvoerder, maar als één team. Maar we hebben natuurlijk wel alle vier ons eigen belang. Een van de uitdagingen is om daar chocola van te maken. Het is voor ons ook een groeipad; van aannemer van de techniek naar eindverantwoordelijke van de verkeersdoorstroming”.

> Integreren is een hele klus. Het gaat binnen DaeS om het integreren van de hardware van verschillende leveranciers, het integreren van de verschillende betrokken organisaties en hun verschillende ‘dialecten’ en dan nog de integratie over de keten heen. “Dat alles integreren is een hele klus en dan moet je het ook nog onderhouden, terwijl de business – het verkeer – gewoon doorgaat. Het heeft ook een grote digitale component. De kennis zit nu verspreid over verschillende mensen in verschillende organisaties. Die kennis willen we inzichtelijk en beschikbaar maken met een digitaliseringsslag. Het gaat ook nog om de data van de verkeersregelinstallaties (VRI). Die VRI’s zijn van verschillende fabrikanten, ieder met hun eigen dataprofi el. Dan heb je nog de data van het eerstelijnsonderhoud en voor het verbeteren van de verkeersdoorstroming heb je het over weer andere data. Als je overal verantwoordelijk voor bent, wil je dat wel in een overzicht. Daarvoor ontwikkelen we een dashboard”.

> Uiteenlopende belangen. Bijzonder in de samenwerking is dat de belangen van Sweco en Heijmans eigenlijk uiteen lopen. Sweco is een ingenieursadviesbureau met onder andere mobiliteitsexperts; Heijmans richt zich op het Asset Management van de installaties en de ontwikkeling van een platform. “Het mooie is dat we elkaar aanvullen; we beschikken over verschillende competenties en zijn daarmee een complementair team wat elkaar versterkt. Ook de individuele verdienmodellen verschillen, om te borgen dat de gelijkwaardigheid in stand blijft, zijn we transparant in alles. Ongeacht hoe het zwaartepunt qua werkzaamheden zich ontwikkelt binnen DaeS, we zijn en blijven gelijkwaardige partners, we delen risico, winst en verlies met elkaar.”

> Rol verandert. “Je rol verandert. Van bouwer die een project oplevert naar lange termijn asset beheerder. Van uurtje-factuurtje naar langjarige contracten waarbij je volledig verantwoordelijk bent voor de asset en bij downtime het risico loopt op een beschikbaarheidskorting. Maar ook van ‘doen wat voorgeschreven is’ naar predictief onderhoud. En als de opdrachtgever zegt ‘spring’, dan springen wij niet meer automatisch, maar kijken we eerst of het niet beter is om te wachten. Of misschien hebben we een storing al opgelost voordat de opdrachtgever het signaleerde”.

“Een langetermijncontract, zoals bij DaeS, geeft je ook de ruimte om te investeren en te kiezen voor duurzame oplossingen. Uiteindelijk is dat goed voor de opdrachtgever, voor ons en voor de gebruiker. Voor ons betekent het bijvoorbeeld dat je het risico op downtime verkleint en daarmee boetes voorkomt, dat je een goede band opbouwt met je opdrachtgever en dat het een goed imago oplevert. Maar ook heel praktisch: je hebt ook minder storingsmonteurs nodig. En het levert ook op dat we data genereren over een langere periode die voor andere projecten waardevol kan zijn en ons bijvoorbeeld in staat stelt scherper in te schrijven. Bijvoorbeeld omdat je leert dat je minder materiaal kunt gebruiken voor een deklaag, zonder in te boeten aan kwaliteit” <

‘‘Strategie en uitvoering aan elkaar knopen ’ is een grote uitdaging’

Nieuwe inzichten ophalen

Er komt nogal wat op je af met een dergelijk contract en dat was aanleiding voor Coolen om de samenwerking binnen DaeS in te brengen als case in de jaarlijkse WCM Summer School, een samenwerkingsverband van zeven Nederlandse universiteiten, het ministerie van Defensie en WCM. Deelnemers nemen een case onder de loep, volgen colleges en maken in teamverband verbetervoorstellen. “Door de DaeS-case voor te leggen in de Summer School hoopten we nieuwe inzichten op te halen. We zijn inmiddels anderhalf jaar bezig binnen dit contract. Dat is misschien nog relatief kort, maar de wereld verandert continu. Of misschien ontwikkelden we al wel tunnelvisie. Iedereen is met de beste bedoelingen gestart, maar het kan altijd beter. In de operatie en op strategisch niveau. Strategie en uitvoering aan elkaar knopen is sowieso een grote uitdaging”. De tips en ideeën die Coolen opdeed, zijn zeker bruikbaar, zegt ze. “Het was sowieso leerzaam, omdat je met verschillende partijen, ook uit andere branches, en los van het contract met elkaar erover praat. Het geeft een ander soort gesprekken, andere invalshoeken en zorgt voor nieuwe energie. Het feit dat we de case inbrachten, laat ook zien dat we anders naar de business durven te kijken”.

This article is from: