Gram juni2017 def

Page 1

SAMEN VOOR SCHONE EN AFVALVRIJE GEMEENTEN

VAKBLAD VAN DE NVRD | JAARGANG 108 #05 JUNI 2017 Perikelen rondom de afvalstoffenheffing

Bijplaatsen van afval bij ondergrondse afvalcontainers

Grof huishoudelijk restafval, wel of niet nascheiden?

Oplossing voor luiers steeds dichterbij


Specialist in:

zoutstrooiers l sneeuwploegen l rolbezems l zoutoplossers l zoutloodsen l winterdienstopleidingen Meer informatie? Kijk op www.sr-schuitemaker.nl of mail naar sales@sr-schuitemaker.nl

Schuitemaker Industrial B.V. l Morsweg 18 - 7461 AG Rijssen - Holland Tel.: +31 (0)548 - 51 41 25 l sales@sr-schuitemaker.nl l www.sr-schuitemaker.nl

103

Containerwielen van Haco...

... besparen u mankracht! Haco wielen maken uw containers ĂŠcht mobiel. De garantie voor uitstekende rijeigenschappen.

Bel voor informatie: adv. 103 190x130 mm.indd 1

Protempo bv Postbus 21, 6500 AA NIJMEGEN Nederland Tel. +31(0)24-3711711. Fax +31(0)24-3711700 verkoop@protempo.eu www.protempo.eu 11-02-2010 13:55:19


Colofon Uitgever NVRD, WTC Arnhem Nieuwe Stationsstraat 10 6811 KS ARNHEM +31 (0)88 - 3770000 post@nvrd.nl www.nvrd.nl Redactiecommissie Marc Veenhuizen, gemeente Apeldoorn (hoofdredacteur) Riny de Jonge, stadsdeel Amsterdam-Oost Willy Brinkbäumer, Twente Milieu Addie Weenk, Rijkswaterstaat Diederik Notenboom, Meerlanden Folkert Starreveld, Cyclus Management Dico Kuiper, gemeente Alphen aan den Rijn Marianne Zegwaard, MWH Global Ilse van der Grift, NVRD Eindredactie Karin Hegeman en Berit Aagten Postbus 1218, 6801 BE Arnhem +31 (0)88 - 3770000 hegeman@nvrd.nl

INHOUD 10

Perikelen rondom de afvalstoffenheffing Regelmatig verschijnen er publicaties over ontwikkelingen in het gemeentelijk afvalbeheer waarbij feiten en meningen door elkaar lopen.

20

Grof huishoudelijk restafval, wel of niet nascheiden? Uit onderzoek van Tauw blijkt dat zelfs bij de best presterende milieustraten tot wel een derde herbruikbaar product achterblijft in de reststroom.

29

Advertentie-exploitatie Bureau Van Vliet Postbus 20, 2040 AA Zandvoort +31 (0)23 - 5714745 L.paap@bureauvanvliet.com

Wij maken werk van Circulair

CONCEPT EN REALISATIE Elma Media b.v., www.elma.nl

In deze nieuwe rubriek staat het product van de maand centraal.

druk Weevers, www.weevers.nl Coverbeeld: Peter Hilz, Hollandse Hoogte Abonnementenadministratie NVRD, Postbus 1218, 6801 BE Arnhem Jaarabonnement ad €106,04 ex btw. België €124,95 (Europa en buiten Europa op aanvraag). Los: €11,50. Beëindiging abonnement Abonnementen moeten schriftelijk bij de NVRD en uiterlijk op 15 november worden opgezegd.Bij niet tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch verlengd. Gemeentereiniging en Afvalmanagement is het officiële vakblad van de NVRD. Hoewel door de uitgever de uiterste zorgvuldigheid is betracht, wordt voor de inhoud geen aansprakelijkheid aanvaard. ISSN 1569-0458 © NVRD RECYCLED Made from recycled material

18

Onkruidspuit gaat BIJNa circulair Het onkruid op straten, stoep en pleinen bestrijden zonder chemicaliën en ook nog kosten-efficiënt. Nog altijd een stevige uitdaging voor gemeenten.

04 Bezem 05 Drastische afname bijplaatsingen in Den Haag en Nijmegen 08 Oplossing voor luiers steeds dichterbij 13 Opinie 14 Circulair bouwen met AEC-granulaat 16 Terugblik NVRD Jaarcongres 22 De Leden Centraal 23 NVRD nieuws 23 Column Olaf Prinsen 24 Informatie via de pop-up store 26 Arnhemse afvalpaszaak relevant voor de afvalbranche? 30 Branchenieuws 30 Agenda

C106833

GRAM wordt gedrukt op papier met het FSC®-keurmerk en verschijnt 10x per jaar.

GRAM #5 juni 2017 | 3


TOEVOEGEN Wat kun je toevoegen aan een zaal vol deskundigen? Afval- en schoondeskundigen. Managers, directeuren en uitvoerenden. Verwacht mag worden dat zij van alle inhoud wel op de hoogte zijn. Dat ze alles afweten van het kunststofdossier, wat je met PET-trays moet doen, precies weten hoe schoon belonen werkt, hoe circulariteit werkt en van hoeveel oud plastic een container gemaakt kan worden. Een zaal vol mensen die dagelijks bezig zijn met afval ophalen en straten reinigen, iets inhoudelijks bij-

4 | GRAM #5 juni 2017

brengen, dat valt niet mee. Een zaal vol met eigenzinnige types die het vaak al weten, en dat klopt dan ook nog. Na 110 jaar mag je ook aannemen dat ze veel weten. Een zaal vol mensen die elkaar opzoeken en van elkaar willen leren, niet per se van een externe spreker willen horen hoe en wat. De bezem was recent ook bij zo’n bijeenkomst, het NVRD Jaarcongres. Als Shell serieuze ambities ten aanzien van duurzaamheid niet overneemt, het Midden-Oosten volgezet wordt met wapens (want dat is goed voor de werkgelegenheid) en miljarden Euro’s via postbussen over Zuid-assen alle kanten de wereld over worden getransfereerd, blijkt er ineens licht aan het einde van de tunnel. Er valt wel degelijk iets te leren, wel degelijk iets mee te nemen. Het licht kwam uit Veghel. Ja, Veghel. De parel van de Meijerij. En nee, het licht kwam niet van Mars maar van ene heer Bob Hutten. Hij weigert op het podium te gaan staan, omarmt een willekeurige bezoeker en zegt dat die persoon 300 vrienden heeft en wil ketchup met 72% tomaten maar dan komt het niet uit de fles. Die Bob Hutten kwam, zag en overtuigde. Waarmee? Een les die we ons allen moeten aantrekken. Die les stond geschreven op een sheet die expres het langst bleef staan “Heeft een bedrijf dat niets toevoegt aan de maatschappij nog wel bestaansrecht?”


Drastische afname

bijplaatsingen in Den Haag en Nijmegen TEKST Hetty Dekkers BEELD Emmy de Graaf

Bijplaatsen van afval bij ondergrondse afvalcontainers; het levert een vervelend straatbeeld op, veel zwerfafval en ongemak bij de lediging van de containers. Den Haag en Nijmegen zijn al enkele jaren bezig met een grootscheepse aanpak van het bijplaatsingsprobleem. Vele gesprekken

uitvoerig getest. “Het onderzoek resulteerde in een aantal basisinterventies die eigenlijk altijd wel van toepassing zijn”, aldus Hanegraaff. “Zoals een super schone container, goede communicatie en voorzieningen die aansluiten bij de wensen van de bewoners. Als een afvalbrengstation alleen tijdens werktijden geopend is, maak je het de mensen erg moeilijk.” Naast de basisinterventies waren er ook speciale maatregelen die afhankelijk van de omstandigheden goed kunnen werken. Hanegraaff: “Local heros is er zo een. We nemen een bekende figuur uit de eigen wijk die algemeen gerespecteerd wordt. Het portret van die per-

met bewoners en diverse maatregelen die vooral op het onderbewuste zijn gericht, brachten verbetering in de zaak.

Wat ons opviel, is dat de redenen voor bijplaatsingen vaak onschuldiger zijn dan gedacht”, zegt Marco Hanegraaff, communicatieadviseur van de gemeente Den Haag. “Soms betreft het bewust asociaal gedrag, maar veel vaker gaat het om een wasrekje dat net niet door de opening past, of een kastje waarvan iemand denkt dat een ander het misschien nog kan gebruiken.” Toen Den Haag overstapte van vuilniszakken op ondergrondse containers, bleek het grote aantal bijplaatsingen een serieus probleem. Een gemeentelijke bijplaatsingscoördinator ging samen met een gespecialiseerd adviesbureau aan de slag en dat resulteerde in een grondig plan van aanpak. Hanegraaff: “Allereerst gingen de onderzoekers alles uitgebreid in kaart brengen. Wat zijn de hotspots, hoeveel bijplaatsingen zijn er daadwerkelijk, hoe is de sociale situatie in de wijk. Ook hebben ze met heel veel burgers gesproken. Daaruit bleek dus dat er lang niet altijd sprake is van kwade opzet. Ook ontdekten we dat we er ten onrechte van uitgaan dat mensen de regels wel kennen. Vaak weten ze het gewoon niet, waar ze met hun afval moeten blijven.” Na de uitgebreide monitoring bedachten de gedragswetenschapper en de coördinator een heel pakket aan mogelijke interventies. Op vijftien hotspots, verspreid door de hele stad en met variërende problematiek, werden de interventies toegepast en

GRAM #5 juni 2017 | 5


soon staat op borden in de omgeving van de container (zie foto). Met de begeleidende tekst ‘Ik heb respect voor deze straat’. Deze interventie is met name effectief in multiculturele wijken. We gebruiken bewust niet het woord ‘schoon’ maar ‘respect’. Omdat dat allochtone bewoners meer aanspreekt.” Placemaking is een andere speciale interventie. Hierbij wordt de omgeving van de container ontspannen aangekleed, met een bankje, een boom of een speelveldje. “Mensen ervaren de locatie als een prettige omgeving, dan ben je minder geneigd iets vies te maken.” Spiedende ogen op een bord of een muur en stevige handhavingsacties behoren ook tot de speciale interventies. “Als je het gevoel hebt bekeken te worden, gedraag je je vaak beter”, zegt de communicatieadviseur over dat eerste. De handhavingsacties bleken zeer effectief, maar hadden tevens een waarschuwende functie. “Vermoed je een grote kans gepakt te worden, dan ben je al geneigd de regels beter na te leven. Subjectieve pakkans, noemen we dat.”

Gemiddelde sociale cohesie Bewoners voelen zich iets sterker verbonden met elkaar en de wijk • Lokale heldenbijv. een plaatselijke ondernemer zichtbaar koppelen aan een schone straat via posters/borden • Foot-in-door, bewoners laten instemmen op klein verzoek en committeren aan schoon gedrag • Sociale normen activeren, bijv. door het plaatsen van bord met het gewenste gedrag

Lage sociale cohesie

Matige sociale cohesie

Gedrags interventies

Bewoners voelen zich enigszins verbonden met elkaar en de wijk

Bewoners voelen zich niet verbonden met elkaar en de wijk

• Eigenaarschap verhogen, bijv. adoptie, personaliseren afvalbak, betrekken school • Placemaking, bijv. plaatsen bloembakken, community art, sport- of speltoestel, kunstobject • Inzet autoriteit, bijv. imam • Inzet afvalcoaches

• (Perceptie van) handhaven • Faciliteer in (extra) voorzieningen voor (grof) afval • Afvallocaties duidelijker maken/ eenvoudiger voor goed gedrag

Check 2 - Hotspots Inventariseren Welke hotspots vormen nu nog een probleem?

Basis op orde Voorzieningen

Communicatie

Zorg voor schone, hele en werkende afvalcontainer plus directe omgeving

Zorg voor heldere communicatie bij bewoners thuis, op container en op website

Voeg extra beleving aan de afvalcontainer toe, bijv. door gebruik van frisse kleuren en glimmende oppervlakken

Check 1 - Hotspots Inventariseren

Veel van de interventies zijn gericht op het onderbewuste. “95 procent van onze beslissingen Interne samenwerking nemen we onbewust”, verklaart Juiste mensen aanschuiven die invloed Hanegraaff deze insteek. De hebben op de afvallocatie kracht zit hem volgens hem ook o.a. Voor communicatie, reiniging, afvalinzameling, beheer in herhaling. “Blijf er bovenop zitten, anders ebt het effect weg.” Alle maatregelen tezamen hebben Den Haag flink schoner gemaakt. “We zien een drastische afname van het aantal bijplaatsingen. Wat we wel merken, is Een goede aanpak vanaf het begin is een belangrijke randvoorwaarde dat op sommige locaties het provoor het succesvol terugbrengen van bijplaatsingen. bleem is verplaatst. Bij containers in de omgeving werd plots meer neergezet.” Maar de successen overheersen en motiveren beetje schoon en toonbaar te houden. “Daar viel niet tegenop te Den Haag structureel door te gaan met de interventies. “Ze worwerken”, zegt Ingeborg Smit. Als adviseur van ingenieursbureau den geleidelijk uitgebreid naar de hele stad.” Antea Group ontwikkelde ze een aanpak om het Nijmeegse bijplaatsingsprobleem te verkleinen. “Bij 22 containerlocaties waar De mens is een kuddedier de vervuiling bovengemiddeld was, zijn we aan de slag gegaan”, Ook Nijmegen is aan de slag gegaan om het aantal bijplaatsingen aldus Smit. “We hebben de situatie bekeken, metingen gedaan, te verminderen. Hier waren zelfs hotspots waar de reinigingshet reinigingsregime onder de loep genomen. Worden de condienst (DAR) meerdere keren per dag langs moest om de boel een tainers wel op tijd geleegd, staan ze niet op een donker achteraf Welke hotspots vormen nu echt een problemen?

STA

RT

6 | GRAM #5 juni 2017


Veel van de interventies zijn gericht op het onderbewuste. plekje waar de sociale controle minimaal is? Dat soort factoren tellen mee.” Na de inventarisatie kwam Smit met meerdere aanbevelingen, die in een pilot zijn getest. Sommige maatregelen werkten op de ene plek beter dan elders. “Een bord met spiedende ogen of spiegels heeft het meeste effect op plaatsen waar de container wat achteraf staat. De commitmentmethode met stickertjes op deur (zie kader Handreiking Bijplaatsingen, red.) bleek bijna overal goed te werken. Verder hebben we een team van coaches inge-

Handreiking ‘Bijplaatsingen’ vernieuwd ‘Welke maatregelen je ook neemt, pak het vanaf de basis goed aan. Het totaalplaatje moet kloppen, dan heb je de meeste kans van slagen.’ Kirsten Ruitenburg, gedragsexpert van adviesbureau Novi Mores, stelde de nieuwe handreiking samen die gemeenten kunnen raadplegen om bijplaatsingen bij ondergrondse containers te voorkomen of te verminderen. De handreiking is gemaakt in opdracht van Rijkswaterstaat, Nederland Schoon en de NVRD. “Er was al een handreiking, van een paar jaar terug, maar steeds meer gemeenten merkten dat de strategieën die daarin werden omschreven niet altijd succesvol waren. Er was vraag naar een geactualiseerde versie, die praktisch beter toepasbaar was”, aldus Ruitenburg. In de oude handreiking stond bijvoorbeeld de ‘foot-in-the-door’methode uitgebreid beschreven als zijnde een succesvolle aanpak. “Met foot-in-the-door bedoelde men gesprekken aangaan met de bewoners thuis, mensen een stickertje op hun eigen voordeur laten plakken, hun namen noteren. Kern van deze aanpak is dat je een commitment met de mensen aangaat. Je vraagt ze of ze een schone omgeving waarderen, je schrijft hun namen op een lijst, plaatst borden bij de ondergrondse container met een link naar de deurstickertjes. Op zich een prima strategie, maar ze werkt voornamelijk goed in een wijk waar de sociale cohesie sterk is. In een buurt waar bijvoorbeeld de doorloop hoog is en mensen zich minder betrokken voelen, is de foot-in-the-dooraanpak beduidend minder succesvol.” Ruitenburg en haar mede-onderzoekers raadpleegden beschikbare literatuur en interviewden voor de nieuwe handreiking tientallen gemeenten om in kaart te brengen wat er speelt, waar behoefte aan was, wat wel en wat niet werkte in de praktijk. “We ontdekten dat een succesvolle aanpak sterk afhankelijk is van de

zet, jongeren met herkenbare hesjes aan, die bij de containerlocaties gaan staan om mensen te helpen en te informeren. Dat is een positieve tegenhanger van de handhaver. Overigens viel het ons op dat containers in de regel te grijs en neutraal zijn. Hierdoor is het voor bewoners lastig in één oogopslag te zien welke afvalsoort in welke container hoort. Ons advies is om herkenbare kleuren te gebruiken. Voer niet alles uit in onopvallend grijs.” Bijna alle maatregelen zijn gebaseerd op gedragsinzichten uit de sociale psychologie. “De mens is een kuddedier, we zijn onbewust geneigd de groep te volgen”, verklaart Smit. “Om die reden hebben we bijvoorbeeld borden geplaatst met de tekst ‘De meeste mensen uit deze buurt gooien hun afval in de container’. Dat was heel effectief.” De gehele pilot leverde goede resultaten op. Uiteindelijk bleek het aantal bijplaatsingen in Nijmegen met 30 tot 50 procent afgenomen te zijn. Het plan van aanpak is nu overgedragen aan de DAR. De reinigingsdienst is al gestart met een wijkgerichte aanpak. “Wij hebben in de pilot laten zien wat het op kan leveren. Financieel is het ook haalbaar, want je hoeft veel minder kosten te maken voor zwerfafval en losse ophaalrondes voor bijplaatsingen. Op lange termijn verdient de aanpak zich hierdoor terug.”

omstandigheden. Zoals betrokkenheid en sociale cohesie. Maar wat echt belangrijk is, is een goede aanpak vanaf het begin. Zorg dat je containers er tiptop bij staan in een schone omgeving. Dus geen stickers of graffiti op de containers zelf, geen zwerfafval of onkruid eromheen, zelfs geen losse stoeptegels. Dat is een heel belangrijke factor om mee te beginnen. Combineer dat met goede communicatie. Geef bij de containers informatie over de milieustraat en ga met een frisse blik de wijk in. Luister goed naar wat mensen in te brengen hebben, wat hun ergernissen of problemen zijn. Een standaard vragenlijstje afwerken is vaak niet voldoende. Ga in gesprek met je bewoners, haal kennis op. Veel gemeenten denken dat hun bewoners wel op de hoogte zijn van de regels. Dat blijkt in werkelijkheid nogal eens tegen te vallen.” Schone, goede voorzieningen en adequate communicatie, dat zijn dus de basisregels voor een succesvol beleid tegen bijplaatsingen. Ruitenburg: “Pak het vanaf het begin goed aan en zorg dat alles klopt. Tijdens ons onderzoek hebben we gezien dat zo’n totaalaanpak het meest succesvol is. Met alleen losse maatregelen bereik je meestal weinig of geen resultaat.” De nieuwe handreiking ‘Voorkomen van bijplaatsingen’ van Rijkswaterstaat, Nederland Schoon en NVRD is te downloaden op de site van Kenniswijzer Zwerfafval. In het najaar worden ook werksessies in het gehele land georganiseerd, waar gemeenten aan mee kunnen doen. Deelnemers lopen met een plan van aanpak op zak deze werksessie uit en kunnen bovendien een beroep doen op een gedragsdeskundige voor verdere begeleiding bij hun project. Meer informatie over deze werksessies vindt u op de sites van de organisaties die de landelijke aanpak zwerfafval uitvoeren: Nederland Schoon, Rijkswaterstaat en NVRD.

GRAM #5 juni 2017 | 7


Oplossing

voor luiers steeds

dichterbij

Het zoemt al een jaar of twee rond dat de recycling van luiers eraan komt. Op dit moment staat er echter nog geen operationele fabriek die ingezamelde luiers kan verwerken. Hoe zijn de huidige ontwikkelingen? TEKST Geert Cuperus BEELD Casper Huurderman, Hollandse Hoogte

I

n de uitzending Nieuwsuur van

tie van nieuwe grondstoffen uitgespaard

Belangrijke vraag is wat de luierrecy-

1 mei jongstleden was te zien dat

en kan uit de natte inhoud door middel

cling gaat kosten. Gemeenten hebben

er inmiddels een proefinstallatie

van vergisting, energie worden terugge-

aangegeven dat dat niet veel meer kan

draait bij ARN en dat er bij an-

wonnen. Ook wordt het mogelijk om uit

zijn dan het huidige verbrandingstarief.

dere verwerkers vergevorderde

ontlasting meststoffen terug te winnen

Het tarief voor recycling is feitelijk nog

plannen zijn. Intussen zijn er meerdere

(luierafval bestaat voor meer dan 60%

niet bekend. Dat is ook nog niet exact

gemeenten die klaar staan om luiers in

uit fecaliën en urine). Tot slot kent de

aan te geven, de fabrieken staan er im-

te zamelen. Sommigen zijn uit service-

recycling van luiers ook een economisch

mers nog niet. De uiteindelijke kosten

overwegingen gestart met de geschei-

en sociaal aspect door het ontwikkelen

zijn afhankelijk van de resultaten van

den inzameling maar er zijn ook ge-

van recyclingtechnieken en het creëren

laatste testen en opschaling.

meenten waar de bestaande inzameling

van nieuwe werkgelegenheid.

is gestopt. Hoe staan de zaken in het

Secundaire materialen:

ketenproject luiers er nu voor?

hoog- of laagwaardig? Volgens de ideeën van de circulaire

Belang van luierrecycling

economie wordt een grondstof idealiter

Het is goed om nog eens na te gaan

Wat is milieurendement?

steeds weer opnieuw in dezelfde toepas-

waarom het belangrijk is luiers te re-

Vaak wordt de vraag gesteld welke op-

sing gebruikt, of in een toepassing die

cyclen. In de eerste plaats omdat door

tie voor luiers het beste is: recycling of

daarmee gelijkwaardig is. Voor grond-

de toenemende afvalscheiding het aan-

verbranden? In een circulaire econo-

stoffen in luiers is dit een uitdaging.

deel luiers in het restafval steeds groter

mie gaat de voorkeur uit naar recycling

Dat wil niet zeggen dat het onmogelijk

wordt. Gemiddeld 6% van het restafval

vanwege grondstofbesparing. Maar hoe

is, maar in eerste instantie kan gekozen

bestaat uit luierafval. In diftar-gemeen-

zit het dan met andere milieueffecten

worden voor een laagwaardigere oplos-

ten kan dit percentage zelfs oplopen tot

zoals CO2-uitstoot? Ook daarover is de

sing. Het vergt doorontwikkeling van de

zo’n 14%. In de tweede plaats zitten in

circulaire economie duidelijk: het stre-

circulaire aanpak om het steeds beter

luiers grondstoffen als plastics, papier-

ven is om gebruik te maken van duur-

te doen. Daarvoor is meer onderzoek

pulp en SAP’s die volgens het principe

zame energie. Een systeem met recy-

nodig, maar moet vooral ook gedacht

van de circulaire economie terugge-

cling maar zonder duurzame energie is

worden aan het opnieuw ontwerpen van

wonnen moeten worden. Deze grond-

dus nog niet volledig circulair. Er moet

luiers met materialen die zich beter le-

stoffen worden nu nog verbrand, iets

wel stapje voor stapje naar die circu-

nen voor recycling. De huidige initiatie-

dat we in een circulaire economie juist

laire economie toegewerkt worden, door

ven voor recycling geven goede hoop

willen voorkomen. Recyclen kost uiter-

grondstoffen steeds opnieuw te gebrui-

dat hoogwaardig en opnieuw gebruik

aard energie, maar dat geldt ook voor

ken, duurzame energie in te zetten en

van grondstoffen mogelijk gemaakt kan

het produceren van nieuwe grondstof-

overige milieueffecten te minimaliseren

worden.

fen. Door te recyclen wordt de produc-

in de hele keten.

8 | GRAM #5 juni 2017


Tijdspad

continentiemateriaal,

In september 2016 vond een bijeen-

verwekkers

komst plaats met gemeenten en recy-

risicostoffen mogen zich uiteraard niet

Een mogelijkheid om minder luiers te

clers. Vier recyclers hebben toen hun

verspreiden tijdens of na recycling. Di-

gebruiken is door over te gaan op was-

plannen gepresenteerd en gaven aan er

verse experts zijn daarom geraadpleegd

bare luiers. In enkele gemeenten is hier-

vertrouwen in te hebben dat er in 2018

om na te gaan wat er bij de recycling

mee inmiddels ervaring opgedaan. Door

luierrecycling kan zijn. Inmiddels heb-

nodig is om de risico’s tot een mini-

Milieu Centraal wordt gewerkt aan de

ben zich meer initiatiefnemers gemeld.

mum te beperken. Samen met het RIVM

verdere uitrol van dit concept. Op www.

Als de investeringen rondkomen, kun-

wordt onderzocht op welke wijze recy-

milieucentraal.nl

nen er op afzienbare termijn op enkele

clers tot een verantwoorde verwerking

hier meer informatie over vinden.

plekken in Nederland fabrieken staan

kunnen komen.

en

zitten

medicijnresten.

ziekteDeze

om het ontwerp van luiers te verbeteren.

kunnen

gemeenten

die luiers kunnen recyclen. Per installatie zal de capaciteit nog beperkt zijn

Recycling is niet alles

maar vaak is opschaling mogelijk. Mits

Het ketenproject zet nu sterk in op re-

Ketenproject ‘uit de luiers’

recycling veilig en haalbaar is, is dit ze-

cycling. Dat is de eerste grote stap die

Het Kernteam van het ketenproject Lui-

ker goed nieuws voor gemeenten die

gezet moet worden. Maar daarmee zijn

ers bestaat uit vertegenwoordigers van

nog steeds luiers apart (willen gaan)

we er nog niet. Ook besparing op het

het Ministerie van I&M, Rijkswaterstaat

inzamelen. Zij kunnen zich vast oriën-

gebruik van grondstoffen past bij het

Leefomgeving en NVRD. Alle ketenpart-

teren op de verschillende initiatieven die

sluiten van de keten. In het ketenproject

ners worden in het project betrokken.

er zijn.

gaan we met partijen aan de slag die

Meer informatie over het geformuleerde

preventie van het gebruik van luiers en

wensbeeld, bijeenkomsten en achterlig-

Risicostoffen

incontinentiemateriaal willen realiseren.

gende rapporten is te vinden op www.

Helaas zijn nog niet alle hordes geno-

Ook wordt er in het ketenproject geke-

VANG-HHA-nl. Binnenkort zal ook een

men. In luiers, maar vooral ook in in-

ken naar de wensen en mogelijkheden

kennisplatform luiers worden gestart.

Sommige gemeenten zijn uit service-overwegingen gestart met de gescheiden inzameling van luiers.

GRAM #5 juni 2017 | 9


Regelmatig verschijnen er publicaties en interviews in de media over nieuwe ontwikkelingen in het gemeentelijk afvalbeheer. Hierbij lopen feiten en meningen over kosten en de meest effectieve inzamelstructuur vaak door elkaar heen. De ene keer gaat over een specifieke afvalstroom zoals kunststoffen en de andere keer over de lokale keuze voor een bepaalde inzamelstructuur. GRAM besteedt hier in de komende nummers regelmatig aandacht aan.

Perikelen rondom de afvalstoffenheffing TEKST René Didde BEELD Tom van Limpt, Hollandse Hoogte

Veel argumenten over de kosten van diftar

inclusief vakantie, om niet duurder uit te zijn dan voorheen.

en omgekeerd inzamelen, bronscheiding of

De televisie-uitzending is koren op de molen van mensen die

nascheiding, met of zonder verpakkingsafval,

menen dat we veel te veel betalen aan de ‘zakkenvullers’ bij

zwerfvuil of fietswrakken; als appels en peren

bureau Coelo (Centrum voor onderzoek van de economie van

vliegen de cijfers over en weer. Hoe zit het

de gemeente. Daags na de uitzending plaatste onderzoekslagere overheden), dat meewerkte aan de uitzending en al jaren onder meer afvalcijfers van lagere overheden volgt, fijntjes

nu? Het blijft ingewikkeld. Maar: ‘Huishou-

op haar website dat de inwoners van de 42 procent diftar-

dens met diftar zijn goedkoper uit.’

gemeente met een vastrecht-heffing. Maar de website van

gemeenten in Nederland goedkoper uit zijn dan 58 procent Coelo heeft vast minder hits dan de kijkcijfers van Kassa, weet ook Corine Hoeben, Coelo-onderzoeker. De 42 procent diftar

Ik pik het niet langer, desnoods ga ik mijn afval dum-

gemeenten vertegenwoordigen overigens ‘slechts’ 28 procent

pen bij het gemeentehuis. Het zal burgerlijke onge-

van de huishoudens, omdat veel mensen in grote steden in het

hoorzaamheid zijn, maar ik zal het winnen. En niet

westen wonen waar amper diftar plaatsvindt.

de gemeente.” Een keurige heer doet voor het VARAprogramma Kassa zijn beklag. Laaiend is hij. Wat is de

Spraakverwarring

ophef? De gemeente Bunschoten zamelt sinds oktober vorig

Veel argumenten over de kosten van diftar en omgekeerd in-

jaar huishoudelijk afval in volgens de methode van het omge-

zamelen, bronscheiding of nascheiding, worden te pas en te

keerd inzamelen. De bewoners brengen het restafval zelf weg.

onpas verkeerd gebruikt of vergeleken. Het draait allemaal

De gemeente haalt verschillende fracties zoals PMD, gft en pa-

om de afvalstoffenheffing. Dat zijn de gelden die (bijna) alle

pier thuis op, gratis. Bewoners betalen voor elke zak restafval

huishoudens in Nederland aan hun gemeente betalen voor

€1,55 per keer met een pasje. Dat is even wennen.

de inzameling en verwerking van het huishoudelijk afval, ongeacht hoeveel afval ze aanbieden. “Meestal zijn de kosten

Vastrecht

van grofvuil en de milieustraat daarbij inbegrepen, net als de

Het programma concludeert dat 17 gemeenten het afgelopen

overheadkosten”, zegt Hoeben. De kosten voor de aanpak van

jaar dit soort vormen van gedifferentieerde tarieven (diftar)

zwerfafval, BTW en de kwijtschelding van de heffing voor ar-

hebben ingevoerd. De inwoners daar zouden allemaal duurder

mere huishoudens zijn de grootste verstorende factoren voor

uit zijn. Dat tegelijk met het invoeren van de variabele tarieven

een goede vergelijking tussen gemeenten. Het is uiterst ver-

ook het vastrecht dat bewoners betalen, fors daalde, vertelt

warrend. Soms worden deze posten betaald uit de afvalstof-

Kassa er niet bij. Meerpersoonshuishoudens kunnen gemid-

fenheffing, soms uit de algemene middelen (meestal gevormd

deld 29 keer restafval storten, meer dan eens per twee weken,

door de inkomsten uit de OZB-belasting). “Zwerfafval kan wor-

10 | GRAM #5 juni 2017


Uit cijfers van Rijkswaterstaat blijkt dat de afvalstoffenheffing in 2016 voor het zevende achtereenvolgende jaar daalde.

“Met diftar zijn huishoudens goedkoper uit dan bij conventionele afvalinzameling.”

den gezien als handhaving”, aldus de Coelo-onderzoeker. Hetzelfde geldt voor de veegkosten van de straat. “Soms worden die uit de afvalstoffenheffing betaald, soms uit de rioolheffing en soms uit de algemene middelen.” Die algemene middelen zijn het vangnet voor de gemeenten. Uit de algemene middelen worden ook vaak de kwijtscheldingen betaald voor personen of gezinnen die om wat voor reden de afvalstoffenheffing niet kunnen betalen. In 2016 werd minstens 6 procent van de huishoudens vrijgesteld. De gemiddelde afvalstofheffing in Nederland bedroeg in 2016 €205 voor eenpersoonshuishoudens en €257 voor meerper-

GRAM #5 juni 2017 | 11


voor. “Soms vallen de kosten voor de aanleg van ondergrondse afvalcontainers goedkoper uit dan het bedrag dat ervoor is gereserveerd. Dat kan leiden tot een eenmalig cadeautje voor huishoudens in de vorm van een lagere heffing, maar gemeenten boeken de meevaller soms ook bij de reserves om te voorkomen dat de heffingen te veel schommelen.” Coelo vindt dat het uiterst lastig is te beoordelen wat nu precies ‘duur’ is aan een afvalinzamelingssysteem. Toch stelt ook Corine Hoeben COELO dat diftar voor huishoudens goedkoper is dan de conventionele inzameling en verwerking. In landelijke gemeenten in het noorden, oosten en zuiden, en in ‘nette’ steden als Apeldoorn en Enschede is er voldoende sociale controle en blijft de hoeveelheid zwerfafval en afvaltoerisme beperkt, zo is haar indruk. “Diftar blijkt de afvalreductie te stimuleren, waardoor mensen goedkoper uit zijn. Ondanks aanloopproblemen en een gewenningsperiode.”

BENCHMARK Het is heel lastig om gemeenten eerlijk te vergelijken op grond van de hoogte van de afvalstoffenheffing, vindt Folkert Starsoonshuishoudens. Uit cijfers van Rijkswaterstaat blijkt overi-

reveld van Cyclus Management, uitvoerder van de landelijke

gens dat de heffing in 2016 voor het zevende achtereenvolgen-

benchmark huishoudelijk afval. “Doordat de lokale politiek

de jaar daalde. RWS verklaart dat doordat gemeenten intussen

zeer uiteenlopend omgaat met het doorberekenen van bijvoor-

een vergoeding ontvangen van het Afvalfonds Verpakkingen

beeld zwerfafvalkosten, BTW en kwijtscheldingen in de heffing,

voor de gescheiden inzameling van kunststof en metalen ver-

loopt een dergelijke vergelijking al snel spaak.”

pakkingsafval en drankenkartons. De tweede reden voor de

In de benchmark wordt daarom niet gekeken naar de hoogte

daling is dat veel gemeenten de laatste jaren nieuwe contrac-

van de heffing maar naar de feitelijke kosten voor het afval-

ten hebben afgesloten voor de verwerking van restafval. Door

beheer, dus zonder zwerfafval, kwijtschelding enzovoorts. Op

de dalende tarieven voor afvalverbranding, daalt ook de afval-

initiatief van NVRD en RWS worden jaarlijks zo’n 130 gemeen-

stoffenheffing, mits de gemeente de daling ten minste doorbe-

ten vergeleken op hun afvalprestaties, waaronder de afval-

rekent aan de inwoners.

scheidingsresultaten, de kosten en het serviceniveau. Op basis van de door de gemeenten aangeleverde gegevens worden

Feitelijke kosten in benchmark

de prestaties en kosten bepaald. Om een eerlijke vergelijking

Gemeenten voeren kortom een zeer uiteenlopend beleid, wat

van de kosten te bewerkstelligen zijn de gemeenten in hoog-

vergelijking lastig maakt. “Het meest extreem is de gemeente

bouwklasse A (50-100 procent hoogbouw, ‘minder optimale

Nijmegen. Ze hebben de vastrechtheffing vrijwel helemaal af-

afvalscheiding’) tot en met D (0-20 procent hoogbouw, meer

geschaft. De huishoudens betalen daar met een diftar-systeem

faciliteiten voor scheiding).

voor een dure zak. Dat geeft een prikkel om bijvoorbeeld de

Uit de benchmark blijkt dat de totale afvalbeheerskosten in

volumineuze kunststofverpakkingen uit het restafval te hou-

2015 gemiddeld €162 per huishouden bedroegen, €193 voor

den.” Ook de zogeheten kostendekkendheid is een begrip dat

klasse A-huishoudens en €141 voor klasse D. Starreveld: “Ge-

nog voor verwarring zorgt. Gemeenten houden soms bewust

meenten met diftar hebben minder restafval en minder kosten

kosten uit de afvalbegroting om de burgers zoveel mogelijk

(gemiddeld 130 kilogram en €137 per huishouden dan ge-

te ontzien met de afvalstoffenheffing. “Anderzijds hebben veel

meenten zonder diftar (240 kg en €182). Ze zijn minder geld

gemeenten ten tijde van de economische crisis meer kosten

kwijt aan de verbranding van restafval en krijgen meer voor de

voor afvalverwerking betaald uit de heffing. Toch daalde kos-

secundaire grondstoffen, met name kunststofverpakkingen”,

tendekkendheid volgens Rijkswaterstaat in 2016 met 0,3 pro-

aldus Starreveld.

cent tot 87,1 procent.”

Er zijn gemeenten waar inwoners wel €20 betalen voor elke keer dat ze een container aanbieden, maar doordat ze hun

En dan zijn er nog gemeenten die via een soort reserveaf-

afval goed scheiden, hoeven ze dit slechts een keer per vier

valstoffenheffing sparen voor toekomstige uitgaven, zoals een

of zes weken te doen en zijn ze per saldo dus goedkoper uit

kleine gemeente die nog een eigen afvalstoffendienst heeft en

dan voorheen’, aldus Starreveld. Uit de benchmark blijkt dat

een nieuwe vuilniswagen moet aanschaffen. “Om te voorko-

burgers van diftar-gemeenten 20 tot 30 procent goedkoper

men dat de heffing dan ineens enorm stijgt, sparen ze voor

uit zijn dan burgers in niet-diftar-gemeenten. De benchmark

dit soort voorzieningen”, aldus Hoeben. Omgekeerd komt ook

wordt sinds 2003 uitgevoerd en staat ook voor 2017 op stapel.

12 | GRAM #5 juni 2017


OPINIE Han Noten, voorzitter NVRD

N

ederland is gezegend met een succesvol afvalbeleid. Hier geen vuile straten, geen illegale storten en daarmee ziekmakende toestanden. De keuze in de 19e eeuw om gemeenten zorgplichtig te maken voor huishoudelijk afval en het reinigen van de openbare ruimte is hier een belangrijke reden voor. Destijds waren volksgezondheid en milieuhygiëne de belangrijkste drijfveren om dit tot taak van algemeen publiek belang te maken. En met succes. Inmiddels kunnen we stellen dat we een andere taak hebben. Dankzij een groeiend klimaatprobleem en de grondstoffenschaarste is het een maatschappelijke taak geworden om verspilling tegen te gaan. We transformeren ons afvalbeleid dan ook naar een grondstoffenbeleid en streven naar circulariteit. Maar dit kunnen we niet alleen. Niet alleen gemeenten en consumenten maar ook producenten hebben hierin hun verantwoordelijkheid. Op basis van de kennis over wat er in het restafval nog aan herbruikbare grondstoffen zit, is afgesproken de hoeveelheid restafval te verminderen van gemiddeld 250 kilo naar uiteindelijk 30 kilo per persoon per jaar. En op de middellange termijn wordt gestreefd naar volledige circulariteit. Wij hebben voor onszelf dus ambitieuze doelen gesteld en daarom het Publiek Kader opgesteld en het uitvoeringsprogramma VANG uitgerold. Om als gemeenten van elkaar te leren en om experimenten aan te gaan waarbij de Rijksoverheid voor het wettelijk en beleidskader zorgt. We zien dingen falen en succes hebben. Waarbij de belangrijkste les is dat er niet één systeem is dat het meest succesvol is. Omgevingsfactoren zijn van groot belang om tot het beste recept per gemeente te komen. Want afvalbeleid is altijd een recept van verschillende maatregelen per afvalstroom

die effect op elkaar hebben. Kiezen om te laten betalen voor restafval is alleen een succes als herbruikbare stromen eenvoudig apart aangeboden kunnen worden. Het laten wegbrengen van afval kun je alleen vragen als er voldoende voorzieningen beschikbaar en bereikbaar zijn. En nascheiding kan alleen goed functioneren als burgers de stromen die niet goed nagescheiden kunnen worden wel apart kunnen aanbieden (glas, papier, gft-afval, textiel, et cetera). De resultaten laten zien dat we flink op weg zijn in het bereiken van onze doelstellingen. Sterker nog, in de laatste jaren is een trendbreuk naar minder restafval ingezet. Maar om daadwerkelijk tot een circulaire economie te komen, zullen de verschillende schakels in de keten beter op elkaar afgestemd moeten worden. Het systeem is nu nog lineair ingericht. Iedere partij heeft zijn eigen al dan niet ambitieuze, doelstellingen. En we moeten eerlijk zijn, dat geldt ook voor ons. Als we onze maatschappelijke taak serieus nemen en verspilling tegen willen gaan, moeten onze doelen niet draaien om de hoeveelheid afval die wij gescheiden inzamelen, maar om de hoeveelheid die zo hoogwaardig mogelijk in nieuwe producten wordt toegepast. En dit moet het streven van alle partijen in de keten zijn. Om dit te bereiken moeten faalkosten in de keten op de goede plek terecht komen. Zamelen wij verkeerd in waardoor hergebruik bemoeilijkt of zelfs onmogelijk wordt gemaakt, dan is de rekening voor ons. Maar we zien natuurlijk ook veel zaken die op de markt gebracht worden waarbij helemaal niet is nagedacht over recycling. Zo blijkt bijvoorbeeld uit recent onderzoek van de Ellen MacArthur Foundation dat 30% van alle plastic verpakkingen in de basis niet geschikt is voor hergebruik of recycling. En hier geldt

dan weer producentenverantwoordelijkheid voor. Gemeenten en hun inwoners kunnen dan nog zo hun best doen om deze verpakkingen te scheiden van het restafval, een goede recycling is dan bij voorbaat al kansloos. Pet-trays en chipszakken zijn goede voorbeelden; dit zijn samengestelde materialen die niet (eenvoudig) te recyclen zijn en daardoor in de keten alleen maar negatieve kosten en verspilling veroorzaken. Het is dan ook duidelijk waar deze kosten horen te liggen. Maar dan hebben we het alleen nog maar over kunststof verpakkingen. Je kunt het hier ook hebben over pringlesen deodorantbussen. Verspilling tegengaan gaat om meer dan alleen grondstoffen. Het gaat ook om verspilling van geld. Alleen wanneer we echt goed gaan samenwerken hebben we de kans de maatschappelijke kosten te minimaliseren en daarmee een eventueel ketendeficit op te lossen. Samenwerking en overleg in de keten, waarbij in de overgangssituatie naar een circulaire economie de kosten en daarmee de prikkels bij de juiste partij worden neergelegd, is hiervoor onontbeerlijk. Voor sommige materialen zoals glas en papier is dat al nagenoeg gelukt. Voor kunststof verpakkingen en andere consumptiegoederen ligt daar nog een serieuze opgave voor alle partijen. Deze opgave lukt alleen als alle partijen in de keten hetzelfde doel nastreven en gaan voor samenwerking.

GRAM #5 juni 2017 | 13


Circulair

bouwen met AEC-granulaat TEKST Addo van der Eijk BEELD AEB

I

n Nijmegen, op een

parkeer-

plaats naast de nieuwe

Cine-

Mec-bioscoop,

liggen ze keurig naast elkaar: stenen

betonstraatwaarin

AEC-

granulaat is verwerkt. Ook de trottoirbanden en

betontegels

be-

staan deels uit opgewerkte

bodemassen.

Schone grondstoffen uit bodemassen: sinds kort komen ze in grote hoeveelheden op de markt. Dit jaar werken Nederlandse afvalenergiecentrales (AEC’s)

wen

tegemoet:

bodemassen

álle

opwer-

ken in 2020. Hét voordeel van AECgranulaat: de veront-

minstens de helft van hun bodemassen op tot een vrij

reinigingen

toepasbare bouwstof. Betonstraatstenen, betontegels,

grenzen. Eerder kleef-

zich

binnen

bevinden veilige

asfalt, fundering onder wegen: ze zijn nu verkrijgbaar

de aan bodemas een

mét AEC-granulaat. Voor overheden liggen hier kan-

boek als een zogehe-

sen voor circulair inkopen en bouwen.

Eén tegel is groen met

sticker: het stond te ten IBC-bouwstof uit het

Besluit

Bodem-

kwaliteit, waarbij IBC

een smiley, een teken dat hier sprake is van duurzaam be-

staat voor Isoleren, Beheersen en Controleren. “Vanwege de

ton. “Ze liggen er nu twee jaar”, vertelt William Josemanders,

kans op uitloging moeten civiele werken met IBC-bouwstoffen

rayonmanager van Betonindustrie De Hamer, leverancier van

ingepakt worden met folie. Voor AEC-granulaat zijn voor- en

de betonproducten. Hij licht het straatwerk toe: “Beton bestaat

nazorgmaatregelen niet meer nodig”, legt Born uit.

uit zand, grind, cement en water. Van de zand- en grindfractie, de grove fractie, vervangen we een deel door opgewerk-

Innovatieve technieken

te schone bodemassen. Enerzijds sparen we zo de primaire

De kwaliteitsslag kwam niet vanzelf. De afgelopen periode

grondstoffen zand en grind uit, anderzijds passen we een af-

investeerde de sector fors in nieuwe innovatieve technieken.

valstroom, namelijk bodemas, nuttig toe.” De parkeerplaats

Nederland telt inmiddels drie installaties om bodemas op te

beet destijds de spits af. “Inmiddels hebben we duurzame be-

werken, twee zijn in aanbouw. In 2020 draait volgens Born een

tonwaren ook op andere locaties toegepast”, zegt Joseman-

achttal installaties, goed voor het opwerken van de totale bo-

ders. Meerdere betonwarenproducenten passen AEC-granulaat

demas-stroom. Opwerken betekent: enerzijds zoveel mogelijk

toe. Dit jaar wordt in totaal circa 250.000 ton afgezet in de

metalen terugwinnen, anderzijds de asresten reinigen, oftewel

betonwarenindustrie.

zeven en wassen. Born: “Metalen, zoals koper, aluminium en zink, terugwinnen gebeurt al decennialang. Ze leveren immers

Green Deal

geld op. Onze nieuwe installaties halen er nóg meer metalen

Circa 1,8 miljoen ton. Zoveel AEC-bodemas komt jaarlijks in

uit. Het wassen gebeurt vooral om de zouten uit het bodemas

Nederland vrij bij het verwerken van huishoudelijk restafval.

te krijgen.”

Van dit restproduct een granulaat maken dat overal vrij toege-

Honderdduizenden tonnen AEC-granulaat brengt de sector

past mag worden: deze uitdaging ging de afvalsector in 2012

sinds kort nieuw op de markt. Grofweg dienen twee toepassin-

aan. In dat jaar ondertekenden de sector en de overheid een

gen zich aan: als toeslagmateriaal in beton en asfalt, of als op-

Green Deal. Doel: begin 2017 moet minstens de helft van de

hoog- en funderingsmateriaal in civiele werken. De kwaliteits-

bodemassen als schone bouwstof op de markt komen. “Dat

verbetering opent nieuwe deuren, verwacht Born. “Enerzijds

doel hebben we ruimschoots gehaald”, vertelt Jan-Peter Born,

zijn bij de aanleg van wegen, fly-overs en geluidswallen extra

voorzitter van de Werkgroep Reststoffen van de Vereniging Af-

maatregelen niet meer nodig, anderzijds geldt de minimum

valbedrijven. In deze werkgroep zitten alle Nederlandse AEC’s

afzet van 50 duizend ton niet meer. Hierdoor komen ook klein-

en bedrijven die bodemassen opwerken. Een mijlpaal, noemt

schalige toepassingen in beeld.” Als experiment is het schone

Born het resultaat. De volgende deadline ziet hij vol vertrou-

AEC-granulaat recent toegepast bij onder meer de omlegging

14 | GRAM #5 juni 2017


van de A9 bij Badhoevedorp en een wegconstructie op de Maasvlakte. “Als bouwmateriaal lijkt AECgranulaat beter dan nietopgewerkt bodemas. Het is ook goedkoper dan primaire grondstoffen. Rijkswaterstaat

onderzoekt

momenteel de civieltechnische aspecten.” Circulair beton De

gemeente

Nijmegen

- waar de betonstraatstenen bij Park&Ride Nijmegen-Noord liggen - maakt zich sterk voor duurzame producten. mag

de

Volgend

jaar

gemeente

zich

European

Green

noemen:

de

Capital

duurzaam-

ste stad van Europa. Die prestigieuze titel ontvangt Nijmegen mede door duurzaam en circulair in te kopen. “Wij nemen onze rol als

launching

customer

heel serieus”, vertelt Harriët Tiemens, wethouder duurzaam-

betrokken partijen vastgesteld: van brancheverenigingen tot

heid van Nijmegen. Vorig jaar ondertekende de wethouder het

betonmortelbedrijven, van overheden tot kennisinstituten. Wij

‘Manifest Maatschappelijk Verantwoord Inkopen 2016-2020’.

zijn niet over één nacht ijs gegaan. De betonsector zit niet te

Bij voorkeur kiest de gemeente voor duurzame materialen en

wachten op probleemstoffen in hun producten. Welke eigen-

CO2-reductie, ook in de openbare ruimte. “We hebben ervaring

schappen heeft het materiaal? Waar moet je op letten? Hoe-

met circulair beton dat secundaire grondstoffen bevat. Bij onze

veel kan je vervangen? Welke toepassingen wel, welke niet?

aanbestedingen nemen we circulair beton op als bestekseis.

Het materiaal is echt uitgebreid onderzocht.” De belangrijkste

Wij vragen minimaal vijftien procent. Met een hoger percen-

nadelige eigenschap, namelijk het metallisch aluminium, bleek

tage maken indieners een grotere kans om de aanbesteding

geen struikelblok. “Is het gehalte aluminium in beton te hoog,

te halen. Overheden kunnen veranderingen initiëren. Veer-

dan kunnen vervelende effecten optreden. De betonwaren zit-

tig procent van het beton wordt in Nederland door overhe-

ten echter ruim onder de veilige grens.”

den gekocht.” Betonnen straten, stoepen, parkeerplekken: het Nijmeegse straatwerk wordt nu voor deel met circulair beton

Kwaliteitsborging

uitgevoerd. Het merendeel bevat hergebruikt betongranulaat,

Betonwarenproducenten hebben inmiddels zo’n vier jaar erva-

maar Tiemens staat open voor circulair beton met AEC-gra-

ring met het materiaal. “De ervaringen zijn positief, zowel bij

nulaat als toeslagmateriaal. “We zijn blij dat de Rijksoverheid

de productie als de toepassingen. De hoekige vorm van de kor-

een actie is gestart om bodemas als volwaardige bouwstof af

rels maakt het materiaal zelfs geschikter dan zand en grind.”

te zetten. Essentieel voor ons is wel dat het materiaal niet uit-

De kwaliteit is gewaarborgd, stelt hij vast. “AEC-granulaat dat

loogt”, zegt Tiemens.

in betonwaren wordt toegepast voldoet aan de beoordelingsrichtlijn BRL 2507 en heeft het KOMO® productcertificaat. Be-

CUR-Aanbeveling

drijven beheersen het proces, leveren een constante kwaliteit

“De uitloging van betonwaren met AEC-granulaat voldoet ruim-

en worden geregeld gecontroleerd door certificatie-instellin-

schoots aan de wettelijke eisen”, verzekert Gert van der We-

gen.” Zijn hoofdconclusie: een inkoper hoeft geen bedenkingen

gen, directeur van advies-, onderzoeks- en certificatiebureau

te hebben om betonwaren met AEC-granulaat toe te passen.

SGS INTRON uit Sittard. “AEC-granulaat blijkt een geschikt

“Voor overheden passen deze producten naadloos binnen am-

toeslagmateriaal voor betonwaren als straatstenen en tegels”,

bities rond circulair bouwen en inkopen”, aldus Van der We-

stelt Van der Wegen vast. Hij baseert zijn uitspraak op een vijf-

gen. Binnen gemeenten gloort een mooie kringloop: bestrating

jarig onderzoek in CUR-verband. Het leidde tot een zogeheten

gemaakt van het huishoudelijk afval dat inwoners zelf in hun

CUR-Aanbeveling 116. “Een CUR-Aanbeveling wordt met alle

container aan de straat hebben gezet.

GRAM #5 juni 2017 | 15


Impressie NVRD Jaarcongres ‘Grenzeloos samenwerken’ 18 mei 2017 BEELD Aron Nijs

Bob Hutten sprak over grenzeloze kansen

Directeur communicatie Nelleke Barning over de geschiedenis van DSM

16 | GRAM #5 juni 2017

De jonge ondernemer Samuel Levie houdt zich bezig met voedselvraagstukken


Ere-schepen van Antwerpen en business development manager bij Ackermans en Van Haaren, Philip Heylen

ISWA-president Antonis Mavropoulis ontvangt een cheque uit handen van NVRD-voorzitter Han Noten voor het Scholarship Programme.

De enthousiaste dagvoorzitter Simone van Trier

GRAM #5 juni 2017 | 17


Gemeenten gecharmeerd van klimaatneutrale aanpak

Onkruidspuit gaat BIJNA circulair Het onkruid op straten, stoep en pleinen bestrijden zonder chemicaliĂŤn en ook nog kosten-efficiĂŤnt. Nog altijd een stevige uitdaging voor gemeenten. Het bedrijf Groen-Punt laat zien dat er goede resultaten te bereiken zijn met de combinatie van branden en kokend water. In technisch en ook financieel opzicht. En ook nog eens bijna circulair en CO2-neutraal. TEKST Pieter van den Brand BEELD Groen-Punt

18 | GRAM #5 juni 2017


B

ehendig stuurt Hans Grinwis zijn voertuig over het trottoir in een hagelnieuwe woonwijk in Benthuizen. In de dorpskern, onderdeel van de gemeente Alphen aan den Rijn, tieren de graskluiten welig tussen de stoeptegels. Maar niet lang meer. De brede kap voorop het voertuig daalt enkele centimeters boven het ongewenste groen. Spuwende vlammen blancheren kort de gevangen graspollen om verdere groei te smoren. Dat is nog niet alles. Grinwis parkeert het smalle wagentje met oranjekleurige aanhanger langs de kant van de weg. Eenmaal uit zijn cabine tilt de medewerker van het bedrijf Groen-Punt het brede deksel van de donkergroene kist voor op de wagen op en laat staafjes geperste houtpellets zien. “De nieuwe voorraad ligt achterin”, wijst Grinwis. “In plastic zakken. Ik kan ze zo pakken om de bak bij te vullen.” De vuurspuwende onkruidverdelger blijkt op pure biomassa te draaien. De groene brandstof is afkomstig van de bron: door het bedrijf gesnoeid en versnipperd hout. “Circulair, mooi hé”, zegt directeur Bastiaan Punt en samen met zijn tweelingbroer Matthijs de bedenker van het systeem, dat ‘Red-Green’ is gedoopt: onkruid bestrijden met vuur. Hun groen-aannemingsbedrijf in Rotterdam (circa 100 man personeel) heeft een eigen werkplaats, waarin een trouwe schare van deskundige monteurs zelf machines ontwerpt en bouwt. “Met water kan het ook”, legt

Geen chemicaliën, hoe zat het ook alweer? Sinds 31 maart 2016 geldt een verbod voor gemeenten op het gebruik van chemische onkruidverdelgers op verhardingen. In november 2017 geldt het verbod ook voor het bestrijden van onkruid op halfverhardingen en in de groenvoorziening. Maar er zijn ook nog veel uitzonderingen: op tram- en metrobanen, in jachthavens en op sportterreinen (tot 2020) zijn chemische middelen (glyfosfaat) nog steeds toegestaan. Ook voor het bestrijden van agressieve, gevaarlijke plantensoorten, zoals de Japanse Duizendknoop en de Reuzenberenklauw, mag het zware chemische geschut worden ingezet.

Punt uit. Kokend water welteverstaan, dat effectief de celwanden van planten stuk maakt. Hiervoor heeft het bedrijf de BlueGreen-methode ontwikkeld. “Toen we een aantal jaren terug verhuisden naar een nieuw bedrijfspand in Rotterdam, wilden we een nieuwe bestemming vinden voor ons houtafval. We vonden het zonde om het tegen betaling af te moeten laten voeren. We hebben twee biomassainstallaties gekocht om met de verbranding van ons afvalhout het kokend water te maken voor onze wagentjes die zo het onkruid bestrijden.” Het water is afkomstig uit de spoorsloot achter het bedrijf. Het kokende water gaat in een geïsoleerde container op een trailer, waar ook twee voertuigen op passen, die naar de werklocatie wordt gereden. “Onze wagens kunnen er de hele dag heet water uit tappen om hun werk te doen.” De wagentjes van Groen-Punt zijn allemaal elektrisch en rijden op groene stroom. Alleen de gasnozzles aan de zijkant van de branderkap draaien op LPG, omdat de chauffeur ze snel uit moet kunnen zetten, denk aan passerende fietsers. De op afvalhout gestookte brander werkt als een soort barbecue en moet langzaam doven. Obstakels De Blue- en Red-Green-systemen zijn complementair. “Uit ervaring weten we dat je verschillende methoden nodig hebt, om het onkruid op verhardingen te bestrijden”, vertelt Punt. “Kokend water is geschikt voor onkruid rond obstakels en kleine oppervlakten, denk aan steegjes en winkelpleinen met terrassen. Voor de grotere, makkelijker toegankelijke straten is branden juist een goede oplossing. Anders moet je wel heel veel kokend water aanvoeren. Als de wagentjes veel op en neer moeten rijden, zijn ze bovendien langer bezig. Dan gaat het te langzaam en tijd is geld. Een brander is bijna driekwart goedkoper in gebruik. Omdat we onze eigen brandstoffen maken en niet naar de benzinepomp hoeven, zijn we nog eens goedkoper uit. Voor ons geldt dat onze voertuigen effectief, snel en kosten-efficiënt een groot areaal aan verhardingen aan kunnen pakken”, zegt Punt. De prima duurzaamheidsprestatie van zijn bedrijf kan hij overigens aantonen met zijn certificaat op het hoogste niveau van de CO2prestatieladder.

Met al die pluspunten heeft Punt in elk geval zo’n 25 gemeenten voor zich kunnen winnen. Naast Alphen aan den Rijn onder meer Rotterdam, Dordrecht, Velzen, Heemskerk en Beverwijk. “Allemaal gemeenten die een honderd procent duurzame onkruidbestrijding willen”, zegt Punt. En nog iets belangrijks: gemeenten die inwoners met een achterstand op de arbeidsmarkt graag weer aan een baan helpen. “Vaak gaat het om laaggeschoolde mensen. De wagentjes zijn eenvoudig te bedienen. Er zitten weinig toeters en bellen op. In dat opzicht hebben we gemeenten dan ook veel te bieden.” Inventief Voorheen waren de Blue- en Red-Green voertuigjes al actief in Boskoop, een dorpskern aan de zuidkant van de gemeente Alphen aan den Rijn. Dico Kuiper van de gemeente is lovend over het in zijn ogen zeer innovatieve bedrijf. “De machines die ze gebruiken, zijn bijzonder en erg inventief”, zegt de regisseur Straatreiniging, Afval en Duurzaamheid. “Van niets maken ze iets en dat houden ze nog draaiend ook. Sterker nog, een paar maanden later hebben ze weer een verbeterde versie ontwikkeld. Als ambtenaar had ik dat zelf allemaal niet kunnen bedenken.” De gemeente had een aantal prangende eisen bij de nieuwe aanbesteding voor de onkruidbestrijding. Het moest zo duurzaam mogelijk, zonder gif. Er mocht geen overlast voor bewoners zijn en ook Alphen drong aan op de inzet van mensen uit de sociale werkplaats. En dat allemaal tegen zo laag mogelijke kosten. “Al die wensen heeft het bedrijf op miraculeuze wijze ingevuld”, zegt Kuiper. “Daar heb ik veel respect voor. Hun inschrijving op ons bestek las als een spannende roman.” Over de ervaringen van inwoners kan Kuiper nog niets zeggen. “Ik heb nog geen opmerkingen gehad. Bij de borstel-machines die we voorheen inzetten, was dat wel anders. Toen kregen we volop klachten over stof en beschadigde auto’s. Ik verwacht nu weinig kritiek. De wagentjes van het bedrijf doen vrijwel geluidloos hun werk. Misschien is het nog niemand opgevallen. Tijdens onze inloopavonden hebben we volop over de nieuwe methodes van Groen-Punt verteld. Uiteraard gaan we de beleving nog in ons digi-panel onderzoeken.”

GRAM #5 juni 2017 | 19


Grof huishoudelijk restafval,wel of niet

nascheiden? TEKST Sander Wageman BEELD Omrin

Hoe goed afvalstromen ook worden gescheiden, er blijft altijd nog wat bruikbaar mate-

ducten is het echt noodzakelijk om ze apart in te nemen op de milieustraat.”

riaal over in het grof huishoudelijk restafval.

Minimaal 18 stromen

Uit onderzoek van Tauw blijkt dat zelfs bij de

milieustraat. Het voldoet daarmee ruimschoots aan de norm

best presterende milieustraten tot wel een

besluit is opgenomen. Wie boven die norm zit hoeft niet na te

derde herbruikbaar product achterblijft in

En zo heeft Omrin inmiddels ruim twintig afvalstromen op de van minimaal achttien stromen, zoals die in het Activiteitensorteren, maar het is natuurlijk wel optioneel. “Vandaar ook dat we nu onderzoek doen. We zijn altijd bezig om te kijken

de reststroom. Met een goede nasortering is

hoe het nog beter kan.” Of erdoor nascheiding nog veel winst

er nog een hoop winst te halen, zo luidt de

bij de vraag wat de afzetbaarheid is van de stromen die je er-

conclusie.

secundaire brandstofprojecten doen, maar dat heeft eigenlijk

I

valt te halen, durft Bergsma niet te zeggen. “Het valt of staat uit haalt. Zit er bijvoorbeeld veel tapijt tussen, dan kun je wel geen hoger energierendement dan wanneer we het zelf zouden

nzamelaar Omrin in Friesland haalt hoge scores voor de

verbranden.”

inzameling van restafval. Negentig procent van alles wat

Drie jaar geleden deed de Friese inzamelaar ook al eens onder-

er binnenkomt is gescheiden ingezameld en dat resul-

zoek naar residu van milieustraten. Daaruit bleek dat er maar

taat haalt het bedrijf zonder na te sorteren. “We doen

weinig recyclebaar materiaal tussen zat. “Vooral veel kleine

het eigenlijk al best goed. Toch zijn we kortgeleden een

stukjes en brandbaar materiaal”, vertelt Bergsma. “Het was

onderzoek gestart om te kijken wat er nog aan herbruikbare

met name veel slecht sorteerbaar spul. En als je die delen

stoffen in het gehaalde grofvuil zit. Als we dat weten, kunnen we namelijk zien wat we er nog meer mee zouden kunnen”, vertelt Auke Bergsma, adviseur duurzaamheid bij Omrin. Omrin haalt de goede resultaten onder meer omdat bijna al het afval gescheiden naar de milieustraat

wordt

gebracht.

“Tegenwoordig wordt er zo min

toch in een na-traject meeneemt,

Als je voor tapijt een goede recyclemogelijkheid weet te vinden, dan is het geen probleem om op de milieustraat een extra bak neer te zetten

mogelijk grof afval aan huis op-

bijvoorbeeld door hout naar een aparte verbrander te brengen, dan blijkt het energierendement kleiner dan wanneer we het zelf zouden verbranden. Er is dus weinig winst te behalen. Wanneer we hier toch een extra slag in zouden maken, dan moet de bestemming wel recycling zijn om milieuwinst te halen.” Wat Bergsma betreft is Omrin op de goede weg richting een optimaal

gehaald. Dat doen gemeenten om ervoor te zorgen dat er juist

systeem. “In overleg met de gemeenten laten we zo veel als

zo veel mogelijk afval op de milieustraat wordt gescheiden.

maar mogelijk is naar het milieustation brengen. We zien dat

Slechts in enkele gemeenten halen we nog wel grofvuil op.”

daardoor de reststroom steeds kleiner wordt. En nu kijken we

Maar dat ophalen levert soms ook problemen op, legt Bergsma

wat we eventueel toch nog uit het restafval kunnen halen. Op

uit. “Matrassen zijn bijvoorbeeld niet meer te recyclen als we

basis van die uitkomst maak je keuzes: ga ik dat nasorteren

ze aan huis ophalen. Ze zijn dan te beschadigd door het ver-

of toch apart inzamelen. Als je bijvoorbeeld voor tapijt een

voer of te natgeregend om nog te hergebruiken. Voor die pro-

goede recycle mogelijkheid weet te vinden, dan is het geen

20 | GRAM #5 juni 2017


probleem om op de milieustraat een extra bak neer te zetten. Maar het staat of valt dus met de verwerkingsmogelijkheden.” Ook bij de Omgevingsdienst Brabant Noord (ODBN) werd altijd weinig aan nasortering gedaan. Maar daar komt binnenkort verandering in. Als resultaat

van

een

nieuwe

aanbesteding gaan ze in Brabant zelfs op twee manieren nasorteren: met de hand en machinaal. Volgens beleidsadviseur en projectleider Johan Bens van de ODBN zal het een belangrijke stap zijn in het doel om honderd procent restafval vrij te zijn in 2030. “We draaien eigenlijk al jaren mee in de top van de benchmark van de NVRD en het Rijk als het gaat om de hoge

percentages

geschei-

den afval die we inzamelen. En toch hebben we besloten om toch nog een stap extra te zetten.” ODBN gaat namelijk op korte termijn het aangeboden restafval Onderzoek effectiviteit milieustraten

handmatig nasorteren op de milieustraat. “De vergunningaan-

Rijkswaterstaat startte in 2013 in opdracht van de Tweede Ka-

vraag daarvoor loopt nog, maar ik verwacht uiterlijk net na

mer een onderzoek naar de effectiviteit van de Nederlandse

de zomer er mee te kunnen beginnen.” Maar de handmatige

milieustraten. Onderzoeksbureau Tauw werd gevraagd om de

sortering is slechts een deel van het verhaal, want alles wat er

kwaliteit van afvalscheiding in kaart brengen. Het bedrijf over-

over blijft wordt ook nog eens machinaal nagesorteerd. “We

handigde in 2015 een rapportage na een uitgebreide steek-

hebben sinds 1 februari een nieuw contract voor de verwerking

proef. Tauw-onderzoeker Jurgen Ooms legt uit hoe ze te werk

van restafval ondertekend met ARN Weurt. Dat bedrijf laat het

zijn gegaan. “We hebben bij milieustraten die zeventien of

restafval ook nog eens machinaal nasorteren door Baetsen.

achttien afvalstromen sorteerden en het dus behoorlijk goed

Door die machinale nascheiding zou ongeveer de helft van het

deden grof huishoudelijk restafval meegenomen en de inhoud

aangeboden restafval overblijven”, legt Bens uit. Door de com-

laten analyseren.” Uit de analyse van uiteindelijk ruim 200 ton

binatie van beide maatregelen zou er van de ongeveer 17 kilo

blijkt dat bij deze goed presterende milieustraten 13 tot 16

grof restafval die er nu per jaar per inwoner wordt binnenge-

procent als restafval in de container terechtkomt. Het over-

bracht nog maar ongeveer zes tot acht kilo overblijven.

grote deel is niet te hergebruiken, maar met een goede sor-

Dat er een prijskaartje hangt aan alle extra inzet om zo min

teermachine kan er van die 13 tot 16 procent nog eens 25 tot

mogelijk restafval over te houden, weet Bens ook. “Geschei-

35 procent meer gesorteerd en gerecycled worden. “Er is door

den inzameling brengt ook een gescheiden logistiek met zich

nascheiding dus een substantiële milieuwinst te behalen. Maar

mee en dat moet inderdaad wel allemaal betaald worden.”

uit onze steekproef bleek ook dat er onder de milieustraten

En toch zullen de Brabanders die met ODBN te maken hebben

die minder dan achttien afvalstromen hadden, nauwelijks aan

niets in hun portemonnee merken van de nieuwe nasortings-

nascheiding werd gedaan. Het meeste verdween gewoon in de

handelingen die de Omgevingsdienst straks toepast. “Het was

restbak. Die regels zijn nu een stuk strenger geworden.” In het

onderdeel van het pakket dat we uit de aanbesteding heb-

Activiteitenbesluit is opgenomen dat milieustraten die minder

ben gehaald en een van de dingen die ervoor zorgde dat we

dan achttien afvalstromen scheiden en geen goed scheidings-

voor ARN Weurt hebben gekozen. De aanbesteding heeft

beleid hebben verplicht moeten nasorteren. “Toen wij het on-

daarmee niet tot meer kosten geleid, maar wel tot meer

derzoek deden voldeed slechts 1 van de 80 milieustraten aan

milieuwinst.”

die eisen.”

GRAM #5 juni 2017 | 21


DE LEDEN CENTRAAL “Let op kwaliteit ingezamelde afvalstromen” TEKST Hetty Dekkers

Voor deze rubriek wordt iemand geïnterviewd die werkt bij een organisatie die lid is van de NVRD. Leden krijgen hiermee een stem in GRAM. De NVRD is er immers voor en door leden. Deze keer aan het woord: Sietse Agema, strategisch adviseur AEB Amsterdam. Wat is je functie? Ik houd me als strategisch adviseur met name bezig met innovatie en onderzoek naar nieuwe verwerkingstechnieken. Met de stad Amsterdam overleggen we bijvoorbeeld over nieuwe inzamelmethodes. Wat betekent de NVRD voor jou? Wat de NVRD doet, en wat ik zo goed vind aan ze, is dat ze alle gemeenten en belanghebbenden verenigt. Je weet daardoor wie wat doet en waarom. De NVRD geeft ook een goed overzicht van de stand van zaken rondom inzameling en verwerking in het hele land. Dat is voor ons belangrijk. De NVRD is een soort voelspriet van alles wat er gebeurt in de afvalwereld. Voldoet het lidmaatschap aan je verwachtingen? Ik heb laatst nog een enquête ingevuld, ik kan me niet herinneren dat ik daar iets negatiefs te melden had. Wat zijn volgens jou de belangrijkste ontwikkelingen binnen de afvalbranche? Het streven naar een circulaire economie. Er gebeuren al veel mooie dingen, zoals luierrecycling en onze nieuwe scheidingsinstallatie. De bewustwording bij de consument begint te komen, dat is een goede ontwikkeling. Maar aan de designkant moet nog veel gebeuren. Chipszakjes met allerlei laagjes, verschillende soorten pet, een papieren zak met een plastic venstertje. Al die dingen staan hoogwaardige recycling in de weg. Laatst zag ik een nieuwe stofzuiger waarvan de producent trots vermeldde dat hij voor 30 procent uit gerecycled plastic is gemaakt. Wat natuurlijk fantastisch is, maar dan doen ze weer wel vier ledlampjes bij de zuigmond, die voor de recycling een ramp zijn. Dan zie je dat marketing het wint van design voor recycling. Ook over het

22 | GRAM #5 juni 2017

consumptiepatroon, dat gebaseerd is op meer, meer, ben ik een beetje sceptisch. Maar zoals ik al zei, de bewustwording begint te komen, nu moet die alleen nog verder doorgezet worden. Wat vind je het leukste/mooiste aan je werk? Samen met collega’s werken aan mooie concepten, zoals de luierinzameling en –verwerking. Als we grondstoffen hoogwaardig kunnen hergebruiken, en de CO2 verminderen, werk je mee aan het verduurzamen van de wereld. Het is ook prachtig om dat samen te mogen doen met enthousiaste wetenschappers, entrepreneurs en collega’s van gemeenten die hier een succes van willen maken. Daar krijg je energie van. Waar stoor je je aan? Tegenwoordig wordt alles vertaald naar targets en cijfertjes zonder kwaliteitseisen. Gemeenten zijn ontzettend druk bezig om hun hoeveelheid restafval terug te dringen, maar gaan daarin voorbij aan de kwaliteit van hun gescheiden stromen. Diftar is bijvoorbeeld een goed instrument om minder restafval te krijgen, maar mensen gooien wel dingen in de papierbak die voor tachtig procent uit ander materiaal bestaan. Door die focus op cijfertjes krijg je meer vervuiling in de gescheiden stromen en het vermindert de kans op hoogwaardig hergebruik. Welke tip wil je de lezers van GRAM graag meegeven? Kijk eens meer naar de overall maatschappelijke kosten. Denk niet alleen aan je eigen afvalstoffenheffing, maar probeer ook de rest van de keten in beeld te krijgen. Tegen welke maatschappelijke kosten wil je je recyclingdoelstelling halen? Vaak zijn inzamel- en verwerkingsmethoden subsidiair gedreven, deze projecten lijken mooi, maar bieden zonder focus op de kwaliteit uiteindelijk geen perspectief. Richt je daarnaast vooral op functioneel hergebruik, dat is de werkelijke sleutel naar een circulaire economie. Hiervoor hebben we samenwerking in de hele keten nodig, uiteindelijk moeten we van bezit naar gebruik.


COLUMN

NIEUWS Van P90 Norm naar Leidraad Fysieke Belasting

de randvoorwaarden uit de nieuwe Leidraad zijn opgenomen. Doel van de pilot was om te testen of de nieuwe Leidraad werkbaar is in de praktijk en of de cijfers die uit het onderzoek fysieke belasting

In april zijn de laatste pilots in het wer-

kwamen ook in de praktijk klopten. Het

ken met de nieuwe Leidraad Fysieke

resultaat was een set aanbevelingen

Belasting afgerond. Deze Leidraad moet

voor de vormgeving van de Leidraad.

de P90 Norm vervangen. Aan de pilot

Het werken met de leidraad en de plan-

hebben meegedaan: Van Gansewinkel,

ningstool is unaniem als positief erva-

NV Man, Haagse Milieu Services, Ava-

ren. De resultaten uit het onderzoek en

lex, Brabants Afval Team, Twente Milieu

de pilots zullen door VA en NVRD wor-

en de Gemeente Amsterdam, stads-

den aangeboden aan de Stichting Arbo-

deel Centrum. De pilot bestond uit het

catalogus Afvalbranche.

werken met een planningstool waarin

Pitch NVRD Jaarcongres Tijdens het NVRD Jaarcongres droegen drie (ex) studenten van de Universiteit Maastricht oplossingen aan voor het probleem van illegale bijplaatsingen bij ondergrondse containers. Liard Kranen kwam als winnaar uit de bus met zijn 3-staps oplossing bestaande uit een combinatie van: • meer aansprekende (persoonlijke) communicatie; • zogenaamde ‘Green Agents’ als verbindende factor tussen bewoners; • bestickering van de saaie grijze containers, van afschrikking op een ludieke wijze tot inspiratie. Kern van Liard’s idee: iedere buurt is anders en daarom moet de focus aangepast worden naargelang de uitdaging in de specifieke buurt. Meedoen? Neem contact op met Liard via LinkedIn of email: liard.kranen@gmail.com

ISWA Normaal gesproken wacht ik met blij zijn over ons Jaarcongres tot het moment dat de evaluatie binnen is. Deze keer is het anders. Nu durf ik meteen al te zeggen dat het een fantastisch congres was. Samen met onze gastgemeente Maastricht bedachten wij in de aanloop naar het congres om geen cadeautje aan de gasten te geven, maar een cheque aan ISWA. De International Solid Waste Association heeft een fonds opgericht, waarmee kinderen die op de vuilnisbelt moeten werken, scholing kunnen krijgen. Met een relatief kleine bijdrage van 1700 euro kunnen wij een groot verschil maken in het leven van vier kinderen. Leuk om tijdens het NVRD Jaarcongres aan te kondigen en mooi om aan te bieden aan de president van ISWA, Antonis Mavropoulis. Maar wat er daarna gebeurde had ik niet durven dromen. Een groepje leden kwam met het goede nieuws dat ook zij ieder 1700 euro wilden bijdragen. En zij wilden meer leden overtuigen hetzelfde te doen. Pauze na pauze kon ik het podium op om weer een nieuwe tussenstand te melden. De dag na het congres reed ik samen met onze communicatieadviseur naar mijn afspraak en hebben we onderweg een persbericht opgesteld. Want het was een persbericht waard dat 25 leden zich hebben aangesloten, voor een bedrag van 42.500 euro! Dit feit maakt het sowieso tot een geslaagd congres. Ik vond het fantastisch hoe iedereen elkaar vond, hoe enthousiast er werd gereageerd door alle partijen en hoe maatschappelijk betrokken de mensen in onze sector zijn. Ik ben gewoon trots! Oh ja, wilt u ook nog iets bijdragen? Kijk op www.nvrd.nl/iswa

Bij deze GRAM ontvangt u ook het magazine ‘Mooi Werk’ over het Sectorplan AMBOR, waar niet alleen de NVRD maar de hele sector trots op mag zijn.

Olaf Prinsen

GRAM #5 juni 2017 | 23


Informatie via de

pop-up store

In één jaar tijd van 56 naar 77 procent afvalscheiding Vanaf half november 2015 tot eind januari 2016 konden inwoners van Veenendaal terecht in de ‘best apart! Pop-up store’ voor informatie over de veranderingen in de afvalinzameling in de gemeente. De pop-up store was een onverwacht groot succes.

I

Via de communicatiecampagne ‘Afval scheiden, best apart’ kregen inwoners informatie over de veranderingen. Anita Holstra, beleidsmedewerker gemeente Veenendaal: “In eerste instantie verliep dit via de gangbare communicatiekanalen, zoals internet, facebook en de ver-

24 | GRAM #5 juni 2017

In en rondom de pop-up store vonden allerlei activiteiten plaats. Zo waren er knutselworkshops waarin kinderen leuke dingen maakten uit afval en een quiz voor mensen met een beperking. In keukenopstellingen met producten van Kliko, IKEA en Binbang konden bezoekers zien hoe je afval efficiënt kunt scheiden. Holstra: “Het is natuurlijk geen taak van de gemeente of het inzamelbedrijf om zich te bemoeien met de manier waarop mensen hun keuken inrichten. Bezoekers bleken het echter fijn te vinden om inspiratie hiervoor op te doen. Afval scheiden begint tenslotte in de keuken.”

spreiding van folders. Naar aanleiding hiervan kwamen er veel vragen en we merkten dat mensen het fijn vonden om persoonlijk in gesprek te gaan.” Karin van Beek, communicatieadviseur bij afvalinzamelaar ACV, kwam op het idee om een leegstaande winkel om te toveren tot popup store: een tijdelijk informatiecentrum voor inwoners. Van Beek: “Via ons gezamenlijke netwerk konden we voor een relatief laag bedrag een mooi pand huren in het centrum van Veenendaal.” Kringloopwinkel Restore nam de inrichting van het pand voor zijn rekening. Het Veenendaalse bedrijf Kliko stelde zijn producten tentoon. De vier kliko’s voor restafval, gft, papier en pmd kregen een prominente plek in de winkel.

Inmiddels zijn de inzamelresultaten over 2016 bekend. Sinds de wijziging in het inzamelsysteem zijn ingevoerd, is de hoeveelheid restafval met ruim 50 procent gedaald en is de hoeveelheid ingezameld pmd met ongeveer een factor 2,5 gestegen. Holstra: “We zien dat over de gehele linie mensen veel beter hun afval zijn gaan scheiden. Er is ook meer glas, oud papier, gft en textiel ingezameld en de kringloop heeft meer herbruikbare goederen ontvangen en verkocht.” Van Beek vult aan: “Het doel was om 75 procent afval te scheiden in 2018, maar we hebben dit al in 2016 gehaald. In één jaar tijd zijn we gestegen van 56 naar 77 procent afvalscheiding.” Het blijft de vraag in hoeverre de resultaten zijn te danken aan de popup store. “Je weet het natuurlijk niet zeker, maar waarschijnlijk hadden we veel van onze bezoekers niet op een andere manier bereikt”, zegt Holstra.

Inspiratie De pop-up store was een onverwacht succes. In negen weken tijd kwamen er 5.000 bezoekers. Holstra: “Op een inwonertal van bijna 65.000 en 26.000 huishoudens is dat echt veel.” Van Beek: “We dachten

Schone buurtcoaches Via de pop-up store kwamen ook een paar aandachtspunten aan het licht. Bewoners van de hoogbouw bleken behoefte te hebben aan een andere benadering en andere informatie dan bewoners van laagbouw-

TEKST Ans Aerts

n 2015 voerde de gemeente Veenendaal een aantal wijzigingen door in de afvalinzameling. Inwoners van laagbouw kregen een vierde minicontainer voor pmd en gingen per keer betalen voor het inzamelen van hun restafval. Inwoners van hoogbouw gingen betalen voor het gebruik van brengcontainers waarin ze hun restafval kwijt kunnen. Zij verzamelen hun pmd in zakken die wekelijks worden opgehaald. De hoogbouw heeft geen aparte voorzieningen voor gft-afval. Bewoners worden gecompenseerd via een korting op het tarief voor restafval. Eventueel kunnen ze met een aantal mensen samen een gft-container aanschaffen.

eerst dat we de pop-up store met één medewerker zouden kunnen bemannen, maar al na twee dagen bleek dat er constant twee personen aanwezig moesten zijn. Daarnaast zijn Anita, mijn collega’s en ik regelmatig bijgesprongen vanwege de enorme toeloop. Deze vorm van informeren blijkt heel laagdrempelig te zijn. Er kwamen bijvoorbeeld veel ouderen, die je over het algemeen minder goed bereikt via onlinecommunicatie.”


“Buurtcoaches gaan de wijk in, om bewoners te informeren over het belang van afvalscheiding.” woningen. Holstra: “De bewoners van de laagbouw waren in de afgelopen decennia natuurlijk al geconfronteerd met containers voor gft-afval en oud papier en dus al meer bezig met afval scheiden.” Bewoners van hoogbouwwoningen hadden, tot de wijzigingen, de beschikking over een ondergrondse container bij hun flat. Hier konden ze 24 uur per dag, zeven dagen per week al hun afval in kwijt. Voor hen was de overgang ingrijpender. Van Beek: “We hebben gereageerd op signalen van de hoogbouwbewoners met de inzet van extra communicatiemiddelen, zoals folders, zodat ook zij zo goed mogelijk werden voorbereid en geïnformeerd. We zetten nu ook onze twee schone buurtcoaches in om persoonlijk in gesprek te gaan met bewoners. De buurtcoaches gaan de wijk in, soms samen met de BOA, om bewoners te informeren over het belang van afvalscheiding, over de regels die er zijn en om mensen te adviseren.” Holstra: “Zwerfvuil blijft ook een aandachtspunt, hoewel de schouwresultaten van de openbare ruimte laten zien dat er

nauwelijks extra zwerfvuil is. Wel zien we dat er voor een deel uitwijkgedrag plaatsvindt. In openbare vuilnisbakken en in blikvangers belandt regelmatig huisvuil. Daarmee gaan we aan de slag.” De pop-up store leverde ook mooie ontmoetingen op. Holstra sluit af met een anekdote. Toen ze zelf een keer de popup store bemande, kwamen een oudere man en vrouw binnen. De man woonde in een laagbouwwoning en de vrouw in een flat. De vrouw wilde graag haar gft scheiden. Bij de keukenopstellingen kwam de vrouw op het idee om twee kleine gftbakjes aan te schaffen. De man komt elke week bij haar koffie drinken en neemt dan haar volle bakje mee en leegt het in zijn eigen gft-kliko. Het lege bakje neemt hij de week daarna weer mee naar haar toe. Holstra, lachend: “Zo ontstond er een wekelijkse uitwisseling van gft. Ik weet niet wat zich verder heeft ontwikkeld tussen hen, maar ik kan me daar iets moois bij voorstellen.”



Arnhemse

afvalpaszaak relevant voor de afvalbranche? Na lang wachten heeft de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) een beslissing genomen in de Arnhemse afvalpaskwestie. De AP heeft geoordeeld dat de gemeente Arnhem in strijd met de Wet bescherming persoonsgegevens handelt. Toch handhaaft de AP niet. Hoe zit dat en wat kan de afvalbranche met deze beslissing? tEKst monique hennekens, advocaat bij hekkelman advocaten en notarissen BEELD marcel van den bergh, hollandse hoogte

D

e reden van het onderzoek door de AP bij de gemeente Arnhem was een verzoek tot onderzoek en handhaving van één inwoner. Deze Arnhemmer vroeg handhaving, omdat restafval alleen nog met een adres gebonden afvalpas kon worden gestort op ondergrondse containers. Hij vond dit in strijd met zijn recht op privacy. De AP heeft daarop de verwerking van persoonsgegevens met de afvalpas en de ondergrondse container onderzocht en geoordeeld dat de opslag van de gegevens op de container in strijd is met de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp). Op de containers in Arnhem worden alleen interne chipcodes (nummerreeks van de chip die in de pas zit), stortgegevens en technische gegevens opgeslagen. De chipcodes worden vervangen door generieke 999-nummers voordat deze in de back office worden geregistreerd. De gemeente Arnhem kan niet bij de gegevens op de ondergrondse container en ziet geen stortgegevens per chipcode of afvalpas. Toch zijn de stortgegevens die samen met de interne chipcodes staan opgeslagen op de container volgens de AP indirect identificeerbare persoonsgegevens, omdat de mogelijkheid bestaat om deze stortgegevens via diverse bestanden te koppelen aan het adres waarop de afvalpas is uitgegeven en daarmee aan een

persoon. Het feit dat de gemeente Arnhem deze koppeling in de praktijk niet maakt en deze koppeling ook niet wil maken, is volgens de AP niet relevant. Stortgegevens persoonsgegevens Een eerste relevant punt uit deze beslissing is dat stortgegevens beschouwd dienen te worden als persoonsgegevens, zelfs als ze niet direct toegankelijk zijn of alleen via koppeling van diverse bestanden herleidbaar zijn tot een adres. Dit brengt mee dat alle gegevens die aan adresgegevens kunnen worden gekoppeld persoonsgegevens zijn en dat daarop de privacyregelgeving van toepassing is. Op grond van de privacyregelgeving is voor iedere verwerking van persoonsgegevens een doel en een grondslag nodig. De mogelijke grondslagen staan opgesomd in de wet. De grondslag voor de verwerking van persoonsgegevens bij afvalinzameling is de vervulling van de publiekrechtelijke taak door de gemeente, namelijk de wettelijke zorgplicht voor het inzamelen van huishoudelijk afval. De doeleinden van de verwerking dient de gemeente vooraf te bepalen en vast te leggen. Er mogen niet méér persoonsgegevens worden verwerkt dan noodzakelijk is voor deze grondslag en om het vooraf bepaalde doel te bereiken. Daar gaat het voor de gemeente Arnhem mis. De AP oordeelt namelijk dat de

verwerking van stortgegevens op de ondergrondse container (wie wat wanneer stort) niet noodzakelijk is voor de goede vervulling van de publiekrechtelijke taak van de gemeente, waardoor daar geen grondslag voor bestaat en de verwerking bovenmatig is. Door de opslag van de stortgegevens op de ondergrondse containers handelt de gemeente Arnhem volgens de AP dus in strijd met de privacyregelgeving. Diftar heft strijdigheid op Ondanks dit oordeel handhaaft de AP niet. De gemeente Arnhem kent een vaste afvalstoffenheffing, maar dit gaat naar alle waarschijnlijkheid per 1 januari 2018 veranderen door de invoering van diftar. De AP geeft aan dat er met de invoering van diftar een nieuw doeleinde bij zal komen voor de verwerking van persoonsgegevens, namelijk het bepalen van het variabele deel van de afvalstoffenheffing. De gemeente zal bij diftar moeten weten wie wanneer restafval in de container stort om de heffing per huishouden te kunnen vaststellen. Daarom is het voor een gemeente met diftar wel noodzakelijk voor de goede vervulling van haar publiekrechtelijke taak om stortgegevens te verwerken en is die verwerking niet bovenmatig. Dit is het tweede relevante punt voor de afvalbranche: in geval van diftar is het verwerken van stortgegevens in overeenstemming met de privacyregelgeving.

GRAM #5 juni 2017 | 27


Mogen afvalpassen nog adres gebonden zijn? Dat mag! Een derde relevant punt van de beslissing is dat de AP heeft aangegeven dat het gebruik van adres gebonden afvalpassen mag. Daarvoor dient de gemeente wel een duidelijk doel te hebben en te voldoen aan de andere eisen van de privacywetgeving, zoals de informatieplicht en beveiligingsplicht. Het is aan de gemeente als verantwoordelijke voor de gegevensverwerking in het kader van de afvalinzameling om ervoor te zorgen dat wordt voldaan aan de privacyregelgeving. Oók als de gemeente de afvalinzameling en de verwerking van persoonsgegevens heeft uitbesteed aan een publiek afvalbedrijf of andere partij. De AP haalt de doelen die de gemeente Arnhem heeft bij het gebruik van een adres gebonden afvalpas uit de beleidsstukken van de gemeente. Dat heeft te maken met het feit dat doeleinden vooraf bepaald dienen te worden. Het gaat dan om de redenen die in de beleidstukken genoemd worden om bijvoorbeeld over te gaan op een systeem van ‘omgekeerd inzamelen’. Zo is bijvoorbeeld het voorkomen van ‘afvaltoerisme’ door inwoners van omliggende gemeenten en bedrijven volgens de AP een gerechtvaardigd doel om een adres gebonden afvalpas te gebruiken om ondergrondse containers voor restafval te kunnen openen. Ook het bepalen van de inzamelingsroute, informatieverstrekking per wijk en het kunnen invoeren van diftar worden door de AP als doeleinden beschouwd die passen binnen de goede vervulling van de publiekrechtelijke taak. Daarbij geeft de AP ook aan dat een anoniem alternatief niet gevergd kan worden van de gemeente. Dit oordeel ziet uitsluitend toe op de verwerking van adresgegevens gekoppeld aan een afvalpas voor het openen van de container, dus niet op de verwerking van stortgegevens. Niet méér gegevens dan noodzakelijk Zoals eerder opgemerkt mogen er niet méér persoonsgegevens worden verwerkt dan noodzakelijk is om het doel te bereiken. Zo oordeelt de AP dat stortgegevens mogen worden verwerkt in het kader van diftar. Jammer genoeg geeft de AP echter geen oordeel over andere doeleinden die

28 | GRAM #5 juni 2017

de verwerking van stortgegevens zouden kunnen rechtvaardigen. Dat wil niet zeggen dat de AP heeft geoordeeld dat stortgegevens voor geen enkel ander doel verwerkt zouden mogen worden. Maar er zal voor die verwerking wel een specifiek doel moeten bestaan. Dat is wat nogmaals duidelijk wordt uit deze beslissing: voor iedere verwerking van persoonsgegevens – direct of indirect – moet een doel zijn bepaald. Een goede actie naar aanleiding van deze beslissing is daarom het nagaan welke persoonsgegevens precies worden verwerkt en welke doelen de gemeente heeft bepaald voor die verwerking. Dit geldt niet alleen voor het gebruik van afvalpassen, maar ook bij het verwerken van persoonsgegevens op een andere wijze, zoals via chips in minicontainers. Wat als een gemeente nog geen duidelijk doel heeft bepaald? Dan moet alsnog een doel worden bepaald die in overeenstemming is met de reeds bepaalde doeleinden. Als dat niet mogelijk is, moet de gemeente de verwerking staken. Om twee vereisten uit de privacyregelgeving in één keer op te pakken, kan de gemeenten de doelen (nogmaals) beschrijven in de informatie die zij toch - al dan niet via het publiek afvalbedrijf – verplicht is aan haar inwoners te verstrekken over de verwerking van hun persoonsgegevens bij de afvalinzameling. Informatieplicht: een belangrijke eis van de privacyregelgeving Iedere gemeente moet haar inwoners informeren over het doel van de verwerking

Welke informatie moet worden verstrekt? Vanaf 25 mei 2018 geldt de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) in alle landen van de Europese Unie. Deze vervangt de Wet bescherming persoonsgegevens. In de AVG staat welke informatie aan betrokkenen (inwoners) verstrekt moet worden, zoals contactgegevens, de doelen van de verwerking, de wettelijke grondslag, de verstrekking aan derden en de rechten van de inwoners.

en de omgang met hun persoonsgegevens in het kader van de afvalinzameling. De AP wijst in haar nieuwsbericht over de Arnhemse afvalpaszaak ook expliciet op deze informatieplicht. Dit is een verplichting van de gemeente, maar het publiek afvalbedrijf kan ook namens de gemeente informeren. De informatie moet eenvoudig toegankelijk en begrijpelijk zijn. Dat kan via een brief bij het toesturen van de afvalpas, in een privacyverklaring op de website met vermelding van een hyperlink op de afvalpas en/of de minicontainer of in een folder die huis aan huis wordt verspreid. ROVA heeft als publiek afvalbedrijf voor meerdere gemeenten ervoor gekozen de inwoners actief te informeren over de verwerking van hun persoonsgegevens. De privacy-specialisten Monique Hennekens en Marieke Thijssen van Hekkelman Advocaten hebben op verzoek van ROVA een privacyverklaring opgesteld. Om gemeenten en publieke afvalbedrijven op weg te helpen bij het voldoen aan hun informatieplicht stellen ROVA en Hekkelman samen met de NVRD een model privacyverklaring voor gemeenten en een model privacyverklaring voor publieke afvalbedrijven ter beschikking. In deze modellen zijn alle aspecten opgenomen om te voldoen aan de huidige én komende privacyregelgeving. De modellen zijn, samen met een toelichting over het gebruik en de vereisten van de AVG, te vinden op het ledennet van de NVRD. Risico’s als inwoners niet worden geïnformeerd Het verwerken van persoonsgegevens via een afvalpas, chips in minicontainers of bij de milieustraat zonder inwoners daarover te informeren, is in strijd met de privacyregelgeving. Dat betekent dat de AP handhavend kan optreden. Dat gebeurt meestal alleen na een verzoek. Burgers zijn sneller geneigd een handhavingsverzoek in te dienen bij de AP als zij niet goed worden geïnformeerd over de verwerking van hun persoonsgegevens. Zoals de Arnhemse afvalpaszaak leert, kan een dergelijk verzoek van één burger leiden tot een langdurige juridische procedure. Extra belangrijk dus om inwoners goed te informeren.


Wij maken werk van Circulair

PRODUCT VAN DE MAAND TEKST Sigrid Schuurmann

BinBang is product van de maand. De BinBang bestaat uit stapelbare afvalscheidingsboxen gemaakt van gerecycled materiaal om op een makkelijke en efficiënte manier afval te kunnen scheiden.

Hoe is de BinBang ontstaan? BinBang is ontstaan vanuit de frustratie dat waardevolle grondstoffen in de verbrandingsoven verdwijnen. Anja Cheriakova (CEO en co-founder BinBang) ontwikkelde educatieprogramma’s over afval toen ze zag dat handige oplossingen om afval te scheiden ontbraken. De innovatieve, jonge startup BinBang heeft dankzij een crowdsourcing en crowfunding campagne de ‘ideale BIN’ kunnen ontwikkelen en financieren. Dit heeft inmiddels geresulteerd in 20.000 bins verspreid door heel Nederland en vijf gemeenten die meedoen met BinBangs activatie- en beloningscampagne. Wat is het circulaire verhaal achter de BinBang? De BinBang en zoveel mogelijk van de add-ons, zoals het compressiesysteem wat nu in de maak is, worden gemaakt van afvalmaterialen. “Hiermee maken we de waarde van grondstoffen en gerecycled materiaal zichtbaar. Daarnaast geeft een educatieve app inzicht in de impact op het milieu. Naast deze bewustwording wordt ook het aandeel waardevolle materialen vergroot, door zowel huishoudens als scholen en bedrijven hierin mee te nemen”, aldus Anja Cheriakova. Waarom zou de BinBang interessant kunnen zijn voor NVRD-leden? BinBang bekijkt voor verschillende doelgroepen hoe grondstoffen apart en schoon kunnen worden ingezameld, en faciliteert dit proces. Specifiek voor het verhogen van afvalscheidingspercentages in hoogbouw heeft BinBang een pilotprogramma ontwikkeld. Gemeente Wageningen is een voorbeeld van deze samenwerking, waarin hoogbouwbewoners worden voorzien van een BinBang en via een challenge inzicht krijgen in de impact van afvalscheiding. Nieuwsgierig? De app ‘The Waste Challenge’ is te downloaden in de appstore.

De gebruiker aan het woord: Gemeente Wageningen In samenwerking met BinBang heeft gemeente Wageningen Bins beschikbaar gesteld in een hoogbouwpilot. Rike van de Wiel, beleidsmedewerker afval en duurzaamheid: “De Bins zijn voor kleine keukens heel praktisch, omdat je de bakken opstapelt. Zo heb je weinig vloeroppervlak nodig, ze zien er mooi uit en zijn ook nog eens verantwoord gemaakt.” In de vorm van een wedstrijd tussen studentencomplexen, de ‘Zero Waste Challenge’, wil gemeente Wageningen de afvalscheiding verbeteren. Bij één complex worden hiervoor ook de Bins van BinBang ingezet voor het beter scheiden van glas en papier. Gemeente Wageningen is erg tevreden over het enthousiasme en de betrokkenheid van BinBang tijdens het project. “Naast het produceren van de Bins, werken ze samen met ons ook hard aan de ‘Bang’: bewustwording en verandering van gedrag.” Heeft u ook een voorbeeld van een circulair product in uw organisatie? Laat het ons weten via schuurmann@nvrd.nl en wie weet is uw product de volgende keer het product van de maand!

GRAM #5 juni 2017 | 29


BRANCHE AGENDA

NIEUWS

12-13-14 september

GroenTechniek Holland, voor professionals in de openbare ruimte Walibi Biddinghuizen

19 september

Met Pitpoint op weg naar zero emissie

NVRD Kennisbijeenkomst ‘Een leven lang inzetbaar’, Arnhem

4 oktober

TEKST Marco Fossen, PitPoint clean fuels

Afvalconferentie 2017 Organisatie: NVRD en VA

De Nederlandse afvalsector stapt steeds meer af van diesel. Logisch, vindt PitPoint clean fuels. Bedrijven als Omrin, Meerlanden en AVRI zijn prachtige voorbeelden van afvalinzamelaars die als het ware bij de burger komen tanken. Het afval dat ze verzamelen, verwerken ze tot Groengas. Over een circulaire economie gesproken! Groengas, Elektriciteit en Waterstof zijn de schoonste vormen van brandstof. Motoren die draaien op die laatste brandstof, zijn nu nog te duur, maar het is zaak om de ontwikkeling te blijven stimuleren. Tegenwoordig zijn er al wel ruim voldoende voertuigen beschikbaar die rijden op Groengas of Elektriciteit. En de fabrikanten staan niet stil: er komen telkens weer nieuwe voertuigen op de markt en de mogelijkheden om bestaande voertuigen om te bouwen worden ook steeds eenvoudiger.

23 november

Nationaal Congres Beheer Openbare Ruimte Organisatie: CROW

Schijn bedriegt En GTL dan? In onze ogen is GTL (Gas to Liquid, een synthetische brandstof, gemaakt van aardgas) geen optie. Groot voordeel ervan: het kan zonder aanpassing rechtstreeks worden toegepast in bestaande dieselmotoren. Zo líjkt het een voordelige keuze als alternatieve brandstof. Maar schijn bedriegt. Niet alleen is GTL aan de pomp duurder dan ‘gewone’ diesel, het is ook minder schoon en duurzaam. De energie die benodigd is om GTL te produceren is namelijk 1,5 keer zo hoog als de productie van gewone diesel, berekenden TNO en de Universiteit Delft. En kijken we naar de klimaat- en de gezondheidsschade van GTL: vergeleken met gewone diesel is GTL maar iets minder schadelijk voor de gezondheid en zelfs schadelijker voor het klimaat, berekende Natuur & Milieu. Voor Elektrisch, Waterstof en Groengas liggen de cijfers aanzienlijk lager, waarbij de Elektrische motor op groene stroom de wedstrijd wint. Dáár willen we allemaal naartoe: zero emissie. Natuurlijk bestaan er momenteel nog geen Elektrische motoren voor alle doeleinden en qua actieradius en pure power schieten ‘we’ nog tekort, maar Groengas is een veel betere tussenweg dan GTL. Sowieso voor de afvalbranche, door het opgehaalde gft-afval om te zetten in brandstof. Mooier kan toch niet?

30 | GRAM #5 juni 2017

GTH17_Adv_92x130mm_GRAM.indd 1

28-04-17



Acht miljoen oude autobanden inzamelen per jaar... …dat zijn alle ingeleverde gebruikte personenwagenbanden in Nederland …dat is gelijk aan de oppervlakte van 400 voetbalvelden

…op milieuverantwoorde wijze verwerkt …dit levert 32 miljoen kilo hoogwaardige grondstoffen …dit betekent bijna 60.000 ton minder CO2-uitstoot …daarmee besparen we CO2 gelijk aan de emissie van 400 miljoen autokilometers (10.000 keer de aardbol rond) of de aanplant van 400.000 nieuwe bomen

Inzamelen oude banden. Voor een schoner milieu. Alle gebruikte autobanden worden in Nederland door RecyBEM ingezameld en op een milieuverantwoorde wijze verwerkt. RecyBEM is een initiatief van uw bandenleverancier. Het RecyBEM-systeem is door het ministerie van I&M algemeen verbindend verklaard (AVV). Hierdoor heeft RecyBEM kracht van wet.

www.bandenmilieu.nl

Oude banden, nieuw leven.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.