GRAM juni 2018

Page 1

SAMEN VOOR SCHONE EN AFVALVRIJE GEMEENTEN

VAKBLAD VAN DE NVRD | JAARGANG 108 2017 109 #05 JUNI 2018 PERIKELEN ARBOCATALOGUS: RONDOM DE AFVALWERK IN UITVOERING STOFFENHEFFING

BIJPLAATSEN VANDAT? HOE DOEN ZIJ AFVAL BIJ ONDERGRONDSE DE NIEUWE AFVALCONTAINERS PRIVACYWET

OPLOSSING VOOR GROF HUISHOUDELIJK CIRCULAIRE VAN AFVALCOACH LUIERSIN STEEDS WEL OF NIET ECONOMIE TOTRESTAFVAL, ICT-MEDEWERKER DICHTERBIJ NASCHEIDEN? DE WIJK

st om ek to al ci pe .s cl In or ct se


[Advertorial]

Beheer en reiniging oPenBare ruiMte:

arBeidsBePerking geen Beletsel Beheer en reiniging van de openbare ruimte kan heel goed met behulp van mensen met een arbeidsbeperking. Dat bewijzen Het Groenbedrijf uit Deventer en Gildebor uit Hengelo. Bij Het Groenbedrijf – in 2005 ontstaan uit een samenwerking tussen de gemeente Deventer en het SW-bedrijf Sallcon - heeft bijna zestig procent van de 180 medewerkers een afstand tot de arbeidsmarkt. Zij draaien mee in ploegen die actief zijn in de openbare ruimte. Daar houden zij zich bezig met het reinigen en onderhouden van straatmeubilair, groenwerkzaamheden en wikkelen zij meldingen van

burgers af: over overhangende takken of losliggende stoeptegels bijvoorbeeld. Ook trekken de ploegen van Het Groenbedrijf samen op met afvalverwerker Circulus, bijvoorbeeld als het gaat om gladheidsbestrijding. In de maanden november en december maken zij bovendien samen de stad ‘bladschoon’. En het jaar rond hebben ze gezamenlijke schoonmaakacties in de verschillende wijken. Midden in de saMenleving Volgens directeur Jan Jette Donker passen deze werkzaamheden heel goed bij

mensen met een arbeidsbeperking. “Deze mensen hebben doorgaans een hoge betrokkenheid bij wat ze doen en een groot verantwoordelijkheidsgevoel. In een goed samengesteld team met andere vakmensen komen zij goed tot hun recht. Voordeel is dat zij ook nog eens midden in de samenleving staan. Omdat we vaak in wijken met vaste teams werken, ontstaan er bovendien verbindingen met inwoners uit wijken. Dat geeft energie, en dat zie je terug in de resultaten.” Buurtconciërges Ook bij Gildebor – een fusie van vakmensen uit de gemeenten Hengelo, Hof

van Twente en het leerwerkbedrijf SWB – heeft naar schatting 60 procent van de 290 medewerkers een afstand tot de arbeidsmarkt. Zij werken met passie aan het beheer en de ‘netheid’ van de openbare ruimte. Door zwerfvuil op te ruimen, afvalbakken te legen, maar ook sinds kort als ‘buurtconciërges’ die burgers in Hengelo de weg wijzen bij het ‘omgekeerd inzamelen’. Nieuw is dat Gildebor nu ook mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt opleidt tot veegmachinist. Directeur Bert Denekamp: “Zo’n veegmachine is alleen ren-

www.cedris.nl

dabel als ik ‘m tien uur per dag inzet. De vaste machinist kan ik daarmee ontzien. En iemand met een arbeidsbeperking kan ik een paar uur per dag uitdagender werk bieden.” Petflessen Denekamp ziet nog wel meer mogelijkheden in de toekomst: “Zo halen onze medewerkers met een afstand tot de arbeidsmarkt nu al schillen op aan huis in het kader van de circulaire economie. Dat gaan we in de toekomst wellicht ook met petflessen doen. Er komt immers Europese regelgeving aan, en ophalen van die flessen wil je vooral in het centrum

van de stad liefst niet met grote vrachtwagens. Daar kunnen wij dus ook een rol spelen.” Meer weten? Wilt u eens sparren over mogelijkheden om medewerkers met een afstand tot de arbeidsmarkt in te zetten voor uw werkzaamheden? Neem dan contact op met Cedris, de landelijke vereniging voor sociale werkgelegenheid en re-integratie. www.cedris.nl Zij kunnen u doorverwijzen naar een van hun leden bij u in de buurt.


COLOFON UITGEVER NVRD, WTC Arnhem Nieuwe Stationsstraat 10 6811 KS ARNHEM +31 (0)88 - 3770000 post@nvrd.nl www.nvrd.nl REDACTIECOMMISSIE Marc Veenhuizen, gemeente Apeldoorn (hoofdredacteur) Riny de Jonge, stadsdeel Amsterdam-Oost Addie Weenk, Rijkswaterstaat Diederik Notenboom, Meerlanden Folkert Starreveld, Cyclus Management Dico Kuiper, gemeente Alphen aan den Rijn Marianne Zegwaard, Stantec Bas Assink, Twente Milieu Ilse van der Grift, NVRD EINDREDACTIE Karin Hegeman en Berit Aagten Postbus 1218, 6801 BE Arnhem +31 (0)88 - 3770000 hegeman@nvrd.nl ADVERTENTIE-EXPLOITATIE Elma Media B.V. Silvèr Snoek - Sales Manager 0226 33 16 67 - s.snoek@elma.nl www.elma.nl REALISATIE EN DRUK Print2Pack, print2pack.nl Coverbeeld: David Rozing, Hollandse Hoogte ABONNEMENTENADMINISTRATIE NVRD, Postbus 1218, 6801 BE Arnhem Jaarabonnement ad €108 ex btw. België €125 (Europa en buiten Europa op aanvraag). Los: €11,50. BEËINDIGING ABONNEMENT Abonnementen moeten schriftelijk bij de NVRD en uiterlijk op 15 november worden opgezegd. Bij niet tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch verlengd. Gemeentereiniging en Afvalmanagement is het officiële vakblad van de NVRD. Hoewel door de uitgever de uiterste zorgvuldigheid is betracht, wordt voor de inhoud geen aansprakelijkheid aanvaard. ISSN 1569-0458 © NVRD RECYCLED Made from recycled material

C106833

GRAM wordt gedrukt op papier met het FSC®-keurmerk en verschijnt 10x per jaar.

INHOUD 16 08

IMPRESSIE NVRD JAARCONGRES Foto-impressie van NVRD Jaarcongres ‘De afvalsector maakt er wat van’ 31 mei 2018

ARBOCATALOGUS: WERK IN UITVOERING Tien jaar geleden zag de Arbocatalogus Afvalbranche het levenslicht. Het instrument is ontwikkeld om veilig en gezond werken in de sector te verbeteren.

15

RSC SCHIPHOL: KLEINE STAPJES NAAR REGULIERE BAAN “Als je mensen ontwikkelt, moet je ook kijken waar het bedrijfsleven behoefte aan heeft.” Martien Verwer, bedrijfsleider van het nieuwe Regionaal Sorteer Centrum (RSC) Schiphol weet waar hij over praat.

20

BINNENBRANDJES BIJ BATTERIJENINZAMELING Razend populair zijn ze, Lithium-ion batterijen (Li-ion). Ze laden telefoon, elektrische fiets en heggenschaar snel op, hebben een grote capaciteit en gaan lang mee.

05 BEZEM 06 HOE DOEN ZIJ DAT? DE NIEUWE PRIVACYWET 11 V AN P90 NORM NAAR LEIDRAAD FYSIEKE BELASTING 12 BURGERS BETREKKEN BIJ WIJKONDERHOUD? MAAK ZE DIRECTIELID! 18 OMGEKEERD INZAMELEN MET HUMOR 23 WIJ MAKEN WERK VAN CIRCULAIR 24 CIRCULAIRE ECONOMIE IN DE WIJK 26 DE LEDEN CENTRAAL 27 NVRD-NIEUWS 29 BRANCHENIEUWS 30 AGENDA 31 CLOSEUP

GRAM #5 juni 2018 | 3


[Advertorial]

sociale samenwerkinG aeb en weee nederland breidt verder uit

Een keuze geven aan gemeenten, producenten, importeurs en retailers. Dat is wat Weee Nederland bij haar oprichting wilde. Het bedrijf, een Social Enterprise, kiest bewust voor een andere en intensievere manier van (samen)werken. Door vanuit de keten te denken, leveren ze een bijdrage aan een duurzame samenleving. Door kennis te delen en door veel praktijkervaring spelen ze succesvol in op nieuwe ontwikkelingen. Weee Nederland zet zich in namens producenten en importeurs om de impact van elektronisch afval op het milieu en de maatschappij te minimaliseren en de positieve effecten juist te maximaliseren. De samenwerking met GAD en Milieuwerk is hiervan een mooi voorbeeld.

Centrum van AEB Amsterdam (RSC). Bij het RSC worden grote hoeveelheden ewaste gesorteerd, zodat de grondstoffen geschikt worden gemaakt voor recycling. De ambitie van het RSC is om op termijn ruim 6,2 miljoen kilo grondstoffen terug te brengen in de kringloop. Het RSC biedt daarbij werk aan mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt. reGuliere baan en vertrouwen David Jansen, namens Milieuwerk verantwoordelijk voor de begeleiding en het scholen van de medewerkers van het RSC, vertelt. ”Mensen met een uitkeringspositie willen bijna allemaal het liefste gewoon een betaalde baan. Waar het voor-

e-waste vanuit Gooien vechtstreek Weee Nederland en AEB Amsterdam werken al een aantal jaren op sociale en duurzame wijze samen. Sinds 1 januari 2018 maakt ook de GAD Gooi en Vechtstreek deel uit van deze samenwerking. De GAD verzorgt namens zeven gemeenten de e-waste inzameling en levert dit aan bij het Recycling Service

heen niet lukte, hebben onze mannen en vrouwen nu een reguliere betaalde baan. Dit is meestal bij Milieuwerk zelf, maar het kan ook bij partners zijn zoals AEB Amsterdam of bijvoorbeeld werkgevers in het GAD-werkgebied. Voor deze medewerkers is vertrouwen en zekerheid heel belangrijk. Dit maakt onze werkmethode dus ook helder: een normaal salaris hoort erbij en als je het goed doet, krijg je ook ‘gewoon’ een vast contract. Er zijn weinig dingen leuker dan mensen op deze manier te helpen! Door de samenwerking met AEB, GAD en Weee Nederland bieden we zo een veilige en beschutte werkomgeving voor meer dan 20 mensen. We zorgen ervoor dat mensen het vooral naar hun zin hebben en erbij horen. Milieuwerk richt zich met zijn activiteiten primair op een sterk groeiende circulaire economie. Meer werk voor iedereen én minder grondstoffenverspilling gaan zo hand in hand!” Wilt u meer voorbeelden wat er met e-waste kan in uw gemeente? Of informatie over Milieuwerk? kijk op www.weee.nl of op www.milieuwerk.nl

www.weee.nl


DIËTEN Dat ik wat kilo’s minder zou moeten meedragen, zeker. Maar afvallen zit niet in mijn systeem. Tot mijn verrassing moest ik dan toch ineens op dieet. Eentje waar je zelf niet voor kiest, is altijd lastig. Zeker als een ander je dwingend verzoekt om eraan mee te doen. Het waren de kleine bezempjes die mij met hun meest onschuldige oogjes, zoals de panda van het WNF, aankeken en dan is er weinig meer wat je nog ter verdediging kan inbrengen. Beetje gesputter nog “maar het is nodig” en “helemaal zonder kan echt niet”. Maar dat was op voorhand al kansloos. “Op school hebben we het erover gehad en dat moet echt hoor”. Moeiteloos schakelen ze van panda naar jonge-zeehonden-ogen en dan zit er niets anders meer op. Je gaat voor de bijl. Dus daar sta je dan, in de keuken. Verdrietig te zijn met je eerste mislukking; folie om de sla. Ja lieve lezers, ik ben aan het plasticdieet en de kilo’s vliegen er nog niet echt af. Een dappere poging in de supermarkt om een komkommer te vinden zonder folie ten spijt, bleek het een zoektocht waar het grootste gemis vooral kennis was. Want wat kan nu wel en niet zonder folie, of zonder plastic? Geen idee eigenlijk. Ja, ik kan in de winkel alles eraf halen en ter plekke achterlaten maar daarmee voorkom ik die kunststofverpakkingen niet. Ik heb ze dan niet meer thuis; dat klopt. Het probleem ligt dan op het bordje van de detaillist. Ik weet niet of die daar gelukkig van wordt. Ja, misschien als hij/zij die dan in de retourvracht meegeeft. Return to sender. Ik ervaar de emotie wel, maar raak er eigenlijk alleen maar meer van in de war. Die plastics zitten er toch niet voor niets omheen? Of wel? Voorkomen is beter dan genezen, ja maar hoe dan? Dit lijkt een dieet te worden als alle andere. Al moet ik toegeven, die krop sla neem ik nu wel zonder folie mee. Dat dan wel.

GRAM #5 juni 2018 | 5


HOE DOEN ZIJ DAT? DE NIEUWE PRIVACYWET AVG TEKST: HETTY DEKKERS

wijderen, anonimiseren? Dat was en is een hele puzzel. PRIVACY-CHECK LATEN DOEN? We hebben veel zelf gedaan, maar konden niet zonder ondersteuning van externe adviseurs. Soms spreken die elkaar tegen. Zo hebben we voor de zekerheid het smoelenboek afgeschaft. Met tegenzin, want het was nuttig voor de interne organisatie. Maar de ene specialist zei dat het wel kon, en de andere van niet. De mogelijke boetes zijn hoog en imagoschade is ongewenst, dus je wil geen risico’s lopen.

Jan van Delft, directiesecretaris Dar. Contact: j.vandelft@dar.nl

HEEFT U VEEL MAATREGELEN MOETEN NEMEN? Eigenlijk zijn we al meer dan een jaar geleden begonnen. We hebben potentiële datalekken geïnventariseerd, in overleg met gemeenten en onderaannemers een privacyregelement opgesteld en bewerkerovereenkomsten afgesloten. De aanpassingen in het bestandsbeheer kostten veel tijd. We zijn nu een heel eind, maar het houdt natuurlijk niet op sinds de wet is ingevoerd. WAT WAS DE LASTIGSTE MAATREGEL? We hebben in het verleden veel gegevens verzameld, van burgers uiteraard maar ook van eigen werknemers, zonder direct doel. Dat mag en kan dus niet meer. Je moet nu op voorhand aangeven waarom je bepaalde data verzamelt. In de toekomst kun je daar je werkwijze op aanpassen, maar met de gegevens die je al in je bestand hebt, is het lastiger. Moet je die ver-

6 | GRAM #5 juni 2018

HOE HEEFT U UW MEDEWERKERS GEÏNFORMEERD? Bij de kick-off hebben we ons eerst gericht op de sleutelfiguren. Met hen hebben we de inventarisatie opgemaakt en hen ingelicht met presentaties en dergelijke. Via de selecte groepen, zoals de salarisadministratie, personeelsadministratie, klantencontactcentrum en databeheerders, voeren we het communicatiebeleid verder uit door de hele onderneming. Uiteraard zijn er ook protocollen opgesteld: wat doe je als er toch gevoelige informatie is gelekt, wat mag je wel of niet tegen burgers zeggen die vragen stellen over hun data. TIPS VOOR ANDERE GEMEENTEN? Zoek alle gaten in je eigen privacybeleid op en ben je bewust van de risico’s. En acteer daarop. Zelf verwacht ik bijvoorbeeld veel meldingen van vooral burgers die willen weten welke data over hen verzameld zijn. Daar hebben ze ook recht op, maar voor jouw organisatie kan dat grote gevolgen hebben. Maak afspraken in de organisatie hoe deze vragen moeten worden behandeld. En maak iemand vrij die zich daarmee bezig kan houden en die weet hoe hij dat aan moet pakken.

Nico van Paridon, bestuurssecretaris Meerlanden. Contact: nvparidon@meerlanden.nl

HEEFT U VEEL MAATREGELEN MOETEN NEMEN? Al met al was het een fikse opdracht inderdaad. Er moest nieuw beleid gemaakt worden, procedures beschreven, modelovereenkomsten gemaakt of aangepast en functionarissen benoemd. Vier mensen zijn er in werkgroepverband zo’n drie maanden mee bezig geweest. Die werkgroep blijft overigens bestaan, want we moeten natuurlijk blijven controleren of we zorgvuldig met persoonsgegevens omgaan. WAT WAS DE LASTIGSTE? Met name het vullen van het privacyregister was een grote klus. Welke gegevens verzamel je, met welk doel, mag dat, hoe ga je er mee om en wat doe je in het geval niet zorgvuldig met persoonsgegevens wordt omgegaan. Bijvoorbeeld als iemand per ongeluk een usb-stick ergens laat slingeren of een sollicitatiebrief? Want dat moet snel gemeld worden, in ons geval eerst bij de Procesmanager KAM en vervolgens bij de Autoriteit Persoonsgegevens. PRIVACY-CHECK LATEN DOEN? We hebben een privacybeleid opgesteld, zelf geïnventariseerd welke gegevens we verzamelen en hoe die beveiligd zijn. Vervolgens hebben we alles in een privacyregister vastgelegd. Later dit jaar gaan we een audit doen op een bepaald onderdeel, om te controleren of het beleid naar behoren functioneert.


TIPS VOOR ANDERE GEMEENTEN? Het gaat natuurlijk om bewustwording. Iedereen binnen de organisatie moet zich bewust zijn van het belang zorgvuldig met persoonsgegevens om te gaan. Dat vraagt blijvende aandacht en ervan leren als dingen onverhoopt mis gaan.

TIPS VOOR ANDERE GEMEENTEN? Dit is echt een onderwerp dat je niet vanachter je bureau kunt doen. Ga en blijf in gesprek met je mensen. Enerzijds om bij hen de relevante en juiste informatie op te halen, anderzijds om te zorgen dat het bij iedereen tussen de oren gaat zitten. Als je het niet goed bespreekt, wordt het een papieren tijger. Nog een tip: op de website van de NVRD staat een dossier ‘Privacy’. Daar kun je allerlei info vinden over het onderwerp.

21-8000-0247 NVRD GRAM 2018 april

GRAM #5 juni 2018 | 7

17-04-18 13:31

w w w. curitas.n l

www.boe r g r oep.nl

w w w.b o e r g r oe p.n l

ww w.b oe r g r oep

www.b oe r g r oep.nl

w w w.b oe r g r oe p.n l

190x62.indd 1

PRIVACY-CHECK LATEN DOEN? Het meeste moet je toch zelf doen, maar

HOE HEEFT U UW MEDEWERKERS GEÏNFORMEERD? Onze organisatie is niet zo heel groot, met ongeveer vijftien mensen in vaste dienst. We hebben eens per maand structureel overleg met zijn allen, dan staat het punt AVG vast op de agenda.

www. curitas.nl

HEEFT U VEEL MAATREGELEN MOETEN NEMEN? Ik ben interim, maar toen ik hier kwam, begin maart, lag er gelukkig al een heel

w w w. curitas.n l

Barbara Langendoen, juridisch beleidsmedewerker NVRD a.i. Contact: langendoen@nvrd.nl

WAT WAS DE LASTIGSTE MAATREGEL? Het vullen van het verwerkingsregister was een groot item. Je moet je steeds afvragen: welke info leg je vast, wat doe je er mee, hoe lang bewaar je de data. Een ander groot item was het inzichtelijk maken van de persoonsgegevens die je in het verleden al verzameld hebt. Wij organiseren veel bijeenkomsten en congressen. De gegevens die je hebt genoteerd van de deelnemers zijn óók persoonsgegevens. Je wordt je wel bewust van het feit dat je eigenlijk al heel veel gegevens hebt. Door de nieuwe privacywet ga je daar anders mee om.

we hebben ons wel laten ondersteunen door externe adviseurs. Zij gaven vooral aan op welke zaken we moesten letten. Ook als dingen ingewikkeld zijn om uit te voeren, helpen ze ons daarbij.

ww w. curitas.nl

actieplan klaar. We hebben een interne werkgroep samengesteld die er druk mee bezig is. In die werkgroep zit een aantal vaste mensen en een aantal mensen dat per deelonderwerp ‘ingevlogen’ wordt. Zo weet je zeker dat er voldoende deskundigheid aanwezig is.

ww. curitas.nl

HOE HEEFT U UW MEDEWERKERS GEÏNFORMEERD? We hebben ons privacybeleid intern digitaal bekendgemaakt binnen de gehele organisatie en het maakt deel uit van het Kwaliteitshandboek van Meerlanden. Vervolgens is het beleid in bijeenkomsten eerst toegelicht bij de leidinggevenden. Daarna is de rest van de organisatie geïnformeerd middels speciale toolboxmeetings.


ARBOCATALOGUS: WERK IN UITVOERING Tien jaar geleden zag de Arbocatalogus Afvalbranche het levenslicht. Het instrument is ontwikkeld om veilig en gezond werken in de sector te verbeteren. De afgelopen jaren is hard gewerkt om de Arbocatalogus te vervolmaken, maar het werk is nooit echt af. TEKST LUCIEN JOPPEN

BEELD PIET DEN BLANKEN

De oorsprong van de Arbocatalogus in algemene zin ligt in een andere aanpak van Arbo-wetgeving, waarbij een centralistische aanpak door de overheid is vervangen door een gedecentraliseerde aanpak. Met andere woorden, de direct betrokkenen - werkgevers en werknemers - moe(s)ten het zelf regelen. Dat is ook logisch: zij hebben immers de beste kijk op gezond en veilig werken in hun sector, maar wel binnen het kader van de Nederlandse/Europese wetgeving. Dat geldt ook voor de afvalbranche. Hiervoor hebben de sociale partners en diverse branche-organisaties de Stichting Arbocatalogus Afvalbranche in het leven geroepen. Het doel van deze stichting is om de Arbocatalogus Afvalbranche actueel te houden, verder te ontwikkelen en het gebruik ervan te bevorderen. BOTTOM-UP "De Arbocatalogus heeft de sector de afgelopen tien jaar concrete handvatten gegeven om veilig(er) te werken zodat werknemers en ondernemingen gezond blijven." Aan het woord is MichaĂŤl van Hulst, regiodirecteur Randstad Noord van Renewi, en voorzitter in het bestuur van de voornoemde stichting. Van Hulst heeft aan den lijve meegemaakt wat ingrijpende bedrijfsongevallen doen met ondernemingen. "Als jouw collega overlijdt of zwaar gewond raakt, dan laat dat sporen achter die jaren blijven hangen. Ik heb het zelf twee keer meegemaakt in de 27 jaar dat ik werkzaam ben in de branche en het waren mokerslagen

8 | GRAM #5 juni 2018

voor mezelf en mijn collega's. Veilig en gezond werken is een issue waarin werkgevers en werknemers een gedeeld belang hebben. Samen moeten we de sector veiliger maken. Dat is ook een bottom-up issue. Als je alleen van bovenaf maatregelen op gaat leggen, is de effectiviteit aanzienlijk geringer." De Arbocatalogus is de afgelopen tien jaar regelmatig aangepast, zo stelt Van

Hulst. Het is een dynamisch document dat continu gereviseerd en/of aangevuld wordt als nieuwe inzichten (wetgeving, onderzoek etc.) daarom vragen. Dat kunnen nieuwe normeringen op gebied van fijnstof zijn of nieuwe inzichten die uit de praktijk naar voren komen, zoals de risico's van zware stormen. Jeroen Tan, Arboconsultant van de Arbocatalogus, is de spin in het web achter de Arbocatalogus. Hij houdt nauw


contact met de (zeven) werkgroepen in de stichting. "Het is mijn rol om de Arbocatalogus zo up-to-date mogelijk te houden. De werkgroepen leveren de input die ik moet vertalen in consistente en leesbare teksten. Vergeet niet dat de Arbocatalogus de status heeft van pseudo-wetgeving en als zodanig door de Inspectie SZW wordt gebruikt om te handhaven en - indien nodig - te beboeten." SCHERPE BOCHTEN Tan stelt dat een van zijn uitdagingen is om werkgevers en werknemers op een lijn te krijgen. Zoals zo vaak - maar niet altijd - ligt de oplossing in het midden. "Ik probeer de partijen samen te brengen om uiteindelijk een eenduidig advies richting stichtingsbestuur af te geven. Omdat het nogal eens gaat om specifieke situaties is dat niet altijd even gemakkelijk. Om een voorbeeld te noemen: er zijn inzamelroutes die veel scherpe bochten bevatten. Op deze trajecten moet de ophaler in de vrachtwagencabine plaatsnemen. Dan hangt het toch vaak van de lokale omstandigheden af of deze maatregel nodig is. Dat is een kwestie van gezond verstand en de keuzes die bedrijven en werknemers ter plekke maken. In een andere taak, zo-

minicontainers, wijkcontainers) en de leeftijdsgroep OVER DE ARBOCATALOGUS waartoe de afvalophaler behoort. Doordat burgers meer In een Arbocatalogus beschrijven werkgevers afvalstromen aan de bron en werknemers uit een sector hoe ze voldoen moeten scheiden, krijgen aan doelvoorschriften van de overheid voor gewerknemers minder afvalzond en veilig werken. In de catalogus van de zakken maar wel meer conafvalsector staan de volgende arbeidsrisico’s tainers met verschillende beschreven: psychosociale arbeidsbelasting lading en gewicht voor hun (agressie en geweld, werkdruk), fysieke belaskiezen. Het is een ander type ting (in- en uitstappen van voertuigen, laden belasting dat vraagt om anen lossen van ondergrondse containers, verdere normen en aanvullende plaatsen van containers, verplaatsen van afmaatregelen om de belasvalzakken), biologische agentia (aanraken van ting zodanig te beperken dat afval), fysische factoren (weer, trillingen, lawaai, geen overbelasting optreedt. verlichting, temperatuur), gevaarlijke stoffen Om die reden zijn we twee (dieselmotorenemissie, asbest, oplosmiddelen, jaar geleden begonnen om kwartsstof, verontreinigde grond), inrichting onderzoek te doen naar de arbeidsplaatsen (elektrische installaties, beslofysieke arbeidsbelasting van ten ruimten, explosiegevaar, valgevaar, vallende zowel mannen als vrouwen voorwerpen, verkeer & omgeving, werken op bij meerdere inzamelmethohoogte). den. De bedoeling is om nog dit jaar, de verkregen/berekende waarden van een zestal modaliteiten om te zetten in dagelijkse maximaal toegestane in te boekt om de Arbocatalogus aan te scherzamelen eenheden. Het resultaat moet pen. "We krijgen regelmatig feedback van leiden tot een nieuwe P-90 leidraad die gebruikers waarmee we aspecten als forna goedkeuring van Inspectie-SZW deel mulering/inhoud en vindbaarheid van de gaat uitmaken van de Arbocatalogus." informatie verhogen", aldus Tan. "Het is ook een kwestie van capaciteit. We hebben de laatste jaren vooral de 'witte vlekken' ingevuld. De nadruk lag dus meer op nieuwe content dan op optimalisatie van de bestaande inhoud."

MICHAËL VAN HULST: “VEILIG EN GEZOND WERKEN IS EEN ISSUE WAARIN WERKGEVERS EN WERKNEMERS EEN GEDEELD BELANG HEBBEN. SAMEN MOETEN WE DE SECTOR VEILIGER MAKEN.” als het verplaatsen van vuilcontainers, is de interpretatie meer eenduidig. Je kunt per type (afval)container aangeven wat de norm is qua werkbelasting." Over containers gesproken, de trend naar bronscheiding is een ontwikkeling die impact heeft op werken in de afvalbranche. Jan de Waal, Arbeidsvoorwaarden Adviseur bij het FNV en bestuurslid Arbocatalogus Afvalbranche, noemt deze ontwikkeling expliciet. "De opkomst van bronscheiding heeft vooral gevolgen voor de huidige P90-norm die gebaseerd is op een drietal modaliteiten (zakken,

COMPLETER EN DUIDELIJKER Het mag duidelijk zijn: de Arbocatalogus is werk in uitvoering. Het kan altijd completer of duidelijker. De drie gesprekspartners benadrukken dat de Arbocatalogus toegankelijker moet worden. Van Hulst: "De wortels van de Arbocatalogus liggen op de werkvloer. Dan moet deze ook in begrijpelijk Nederlands worden opgesteld. Ook bekijken we hoe we vaker visuele elementen in kunnen zetten en de Arbocatalogus verder kunnen laten landen op de werkvloer." Tan stelt dat hij de afgelopen jaren al vorderingen heeft ge-

De hamvraag, tot slot, is: heeft de Arbocatalogus Afvalbranche het werken veiliger en gezonder gemaakt? De Waal en Van Hulst stellen dat de precieze impact moeilijk te meten is. "Het ongevallenverzuim in de branche ligt nog steeds boven het landelijk gemiddelde", aldus Van Hulst. "We hebben nog een hele weg te gaan op dit gebied. Zelf ben ik meer geïnteresseerd in bijna-ongevallen: situaties waar het maar net goed ging. Veelal worden deze 'near misses' niet gerapporteerd, wat ik overigens zeer betreur omdat deze juist kunnen leiden tot preventieve maatregelen. Dat is ook een kwestie van een cultuurverandering. Ik weet dat onze sector gekenmerkt wordt door een no-nonsense houding, maar we zullen als branche - werkgevers en werknemers hier verandering in moeten brengen." >>

GRAM #5 juni 2018 | 9


GEEN KEUS De Waal geeft eveneens aan dat het lastig is om op brancheniveau met eenduidige cijfers te komen. "De winst van de Arbocatalogus zit vooralsnog in het concreet benoemen, borgen en handhaven van risico's. Wel zijn het minimumnormen waarbij het aan de individuele bedrijven zelf is om aanvullende of hogere normen te stellen. Uiteindelijk is het in het belang van werkgevers en werknemers om aan de veilige kant van de streep te blijven en niet op het randje te balanceren." De Waal benadrukt tot slot dat de sector nog een hele weg te gaan heeft. “Zolang er nog steeds in ons land jaarlijks circa 4100 sterfgevallen door werk te betreuren zijn en onze branche het hoogste ongeval percentage kent, moeten we daar als werkgevers en werknemers samen wat aan doen. Het mag en kan toch niet zo zijn dat wij deze afschuwelijke cijfers accepteren."

Beter samen sturen in het publieke domein? Gemeenten hebben op tal van terreinen, al dan niet op last of initiatief van de Rijksoverheid, samenwerkingsverbanden ingericht. De gemeenten, diensten en publieke bedrijven staan voor grote uitdagingen die alleen in onderlinge samenwerking gerealiseerd kunnen worden. Voor opdrachtgevers en opdrachtnemers betekent deze transitie een andere manier van samenwerken die vraagt om andere competenties. De werkwijze van gisteren past niet meer naadloos op de uitdagingen, die de situatie van morgen met zich meebrengt. Daarom heeft de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen samen met de NVRD en Stadswerk een leergang ontwikkeld voor deelnemers uit verschillende publieke domeinen: regisseurs, beleidsmedewerkers, coördinatoren, accountmanagers en contractmanagers. Brigitte Faber: “Door deelname van zowel opdrachtgevers als opdrachtnemers komt de samenwerking vanuit verschillende perspectieven aanbod. Er ontstaat begrip voor elkaars situatie van waaruit we toewerken naar gezamenlijke resultaten.” Drs. Brigitte Faber-de Lange is één van de trainers van de leergang Deelnemers: “De leergang is uitdagend en praktijkgericht.” Zie voor meer informatie: han.nl/samensturen

1_2_li_GRAM_190x130-B.indd 1

21-8000-0658-01 NVRD GRAM juni 2018

05-06-18 14:48


Van P90-Norm naar Leidraad Fysieke Belasting TEKST PETER KERRIS BEELD FLIP FRANSSEN

Het is alweer enige tijd geleden dat de gehele afvalbranche haar schouders zette onder een onderzoek naar de fysieke belasting in de afvalinzameling. In 2016 is ergonomiebureau vhp human performance van start gegaan om bij een brede en representatieve keur aan organisaties de fysieke belasting van medewerkers te meten. Negen diverse organisaties hebben meegewerkt aan het onderzoek en in totaal zijn 37 verschillende modaliteiten in kaart gebracht. Daarbij zijn niet alleen de energetische effecten van het werk in de afvalinzameling gemeten maar ook de mechanische belasting. Dat laatste was nieuw. Het onderzoek uit 1994 ging louter over energetische belasting. En daarnaast over alle stromen afval en niet alleen over de – toentertijd - actieve stromen. Daarmee is de nieuwe leidraad een verantwoord beschermingsmiddel voor alle activiteiten in de inzameling van huishoudelijk afval. Tevens wordt daarmee tegemoetgekomen aan een eis van de Inspectie SZW en wordt voorkomen dat de oude P90- Norm van toepassing wordt verklaard op alle stromen. Werkgroep Op basis van de metingen heeft vhp human performance samen met een werkgroep een concept voor de nieuwe leidraad opgesteld. Deze werkgroep bestond uit bureaumedewerkers van Vereniging Afvalbedrijven en NVRD, samen met het Ministerie van Sociale Zaken, het A+O Fonds Gemeenten en het O&O Fonds GEO de financiers van het onderzoek, uit deelnemers vanuit verschillende gemeentelijke en private bedrijven en een vertegenwoordiger van de vakbonden. In de eerste maanden van 2017 is vervolgens door planners en organisaties met de concept-leidraad gewerkt in de vorm van een zestal pilots. De pilots hebben nog enkele aanpassingen aan de leidraad opgeleverd die door de werkgroep unaniem zijn vastgesteld. Het onderzoek is daarmee in mei 2017 afgerond en door de werkgroep die de begeleiding vormde, geaccordeerd. Samen met de leidraad en de uitkomsten

van de pilots is ook een programma opgeleverd die het planners eenvoudig maakt om met de nieuwe leidraad te werken. Omdat het wenselijk is de leidraad op te nemen in de Arbocatalogus, zijn nu de sociale partners aan zet. Wettelijk gezien kan de Arbocatalogus pas gewijzigd worden als zowel werknemers als werkgevers

het erover eens zijn. Sinds augustus 2017 is een vertegenwoordiging van de vakbonden in gesprek met een afvaardiging van de werkgevers, met VA en met NVRD. In het najaar zal dit tot een besluit op de bestuurstafel van de Stichting Arbocatalogus komen, waarna in januari 2019 gewerkt kan worden met de leidraad.

De belangrijkste wijzigingen op een rij: P90

Leidraad Fysieke Belasting

Energetische belasting

Energetische en mechanische belasting

Restafval en gft-afval

Alle stromen

3 leeftijdscategorieĂŤn

Lineaire correctie op belastbaarheid

Geen correctie op geslacht

Correctie op geslacht

Zelf puzzelen

Aanpasbare rekentool

Normgestuurd

Uitlegbaar aan inzamelaars

Meer weten: Stichting Arbocatalogus Afvalbranche: www.arbocatalogus-afvalbranche.nl P90 Norm: www.arbocatalogus-afvalbranche.nl/samenvatting-p90-norm vhp human performance: www.vhphp.nl Voor vragen kunt u contact opnemen met Peter Kerris: kerris@nvrd.nl.

GRAM #5 juni 2018 | 11


Burgers betrekken bij wijkonderhoud?

Maak ze directielid! TEKST SANDER WAGEMAN BEELD IRADO

Het is misschien wel de droom van iedere groenbeheerder en iedere gemeente: actieve bewoners die harmonieus samenwerken met het professionele onderhoudsteam in de wijk en ook nog eens zelf de handen uit de mouwen steken. In Vlaardingen bedachten ze twee jaar geleden een manier om juist die samenwerking én burgerparticipatie te bevorderen. Er werd een virtueel wijkbedrijf gestart waarin bewoners een plek in de directie kregen en invloed hebben op het budget. De kip met de gouden eieren of is de praktijk weerbarstiger?

Wie zijn eigen raam schildert zal met andere ogen naar het

hoe we meer mensen kunnen enthousiasmeren om ook mee

resultaat kijken dan wanneer de professionele schilder is

te helpen.”

langs geweest. Met die gedachte in het achterhoofd zijn de gemeente Vlaardingen en afvalbeheerder en beheerder open-

Jeffrey van Steenes is manager Klantrelaties, Communicatie

bare ruimte Irado twee jaar geleden met een wijkbedrijf ge-

en Advies bij Irado. Ook hij zag met eigen ogen wat er in de

start in de wijk Babberspolder. Daarin namen twee actieve

wijk veranderde dankzij de opzet van het wijkbedrijf. “Het

burgers als directieleden plaats in de virtuele bestuurskamer.

belangrijkste wat we merken is dat er heel direct contact is

Iedere zes weken komt het bestuur bij elkaar om het groen-

tussen mensen in de uitvoering, de teamleiders en de bewo-

onderhoud in de wijk te bespreken. Peter van Hartingsveldt is

ners. Als er wat is, kan er direct op geacteerd worden.” En dat

operationeel manager bij Irado en weet hoe belangrijk het is

levert resultaat op, zo kan inmiddels gesteld worden, want het

om ook burgers aan boord te hebben bij het beheer van de

aantal meldingen uit de wijk is extreem laag. “Het is een wijk

openbare ruimte. “Het onderhoud alleen bij de aannemer be-

waar heel veel slooplocaties zijn geweest de afgelopen jaren.

leggen is niet ideaal, want die gaat toch op de kleintjes letten.

Het is een inbreidingswijk geworden. Er zijn flats platgegooid

Die gaat kijken of hij onder de bestekkosten uit kan komen.

en er is laagbouw voor teruggekomen. Er is door de gemeente

En als we alles aan de burger overlaten dan heb je geen con-

echt wel veel energie in gestoken om de wijk weer mooi te

tinue waarborging wat betreft het onderhoud in de wijk. Want

maken en daar zijn we nu heel ver mee. De meldingen over

die burger gaat bijvoorbeeld verhuizen of er gebeurt iets.

overlast in de openbare ruimte is inmiddels een stuk lager.”

Vandaar dat er in Vlaardingen een combinatie is gekomen van opdrachtgever, opdrachtnemer en bewoners. Het idee is dat

Van Hartingsveldt denkt dat die winst vooral te verklaren is

we eens in de zes weken bij elkaar komen en met elkaar pro-

door het toegenomen begrip nu bewoners zelf ook mogen

beren te bepalen hoe het beheer in de wijk moet gebeuren en

aanschuiven en meepraten bij overleg over het beheer. “We

Peter van Hartingsveldt: “Het idee is dat we eens in de zes weken bij elkaar komen en met elkaar proberen te bepalen hoe het beheer in de wijk moet gebeuren en hoe we meer mensen kunnen enthousiasmeren om ook mee te helpen.”

12 | GRAM #5 juni 2018


Samen aan de slag in de Vlaardingse wijk Babberspolder.

kunnen daarin uitleggen hoe we het uitvoeren, de gemeente

en initiatieven met bewoners hebben opgebouwd. We zijn er

kan vertellen wat de rollen binnen een gemeente zijn. En zo

nog niet want het duurt lang voor het enthousiasme bij bewo-

raken we met elkaar in gesprek waardoor ook begrip ontstaat

ners is gevonden.”

voor elkaars situatie. We houden wekelijks een schouw. Dat doen we voor ons onderhoud maar ook met de gemeente als

Van Steenes denkt dat het ook een beetje de tijdsgeest is.

opdrachtgever om te zien of die tevreden is. Daar kan de be-

“Mensen zijn toch iets minder snel bereid om met elkaar din-

woner tegenwoordig ook bij aansluiten. En punten aanbren-

gen op te pakken. Er worden voortdurend bewoners bena-

gen. De wijkbewoners weten dat er iedere woensdagochtend

derd. We hebben recent een communicatieplan vastgesteld

geschouwd wordt. Zij kunnen ons daardoor sneller bereiken

dat ook moet leiden tot meer actieve bewoners. Dat kan op

als het gaat om onvolkomenheden in de buitenruimte.”

verschillende gebieden zijn. Dat is ook per straat verschillend. We hebben bijvoorbeeld een straat waarin mensen bloeme-

INVLOED

tjes in bakken zetten. Die onderhouden ze zelf. Ook zijn er

Wat de Vlaardingse constructie extra bijzonder maakt is dat

mensen die in hun eigen straat het zwerfvuil opruimen.”

wijkbewoners zelf ook invloed kunnen uitoefenen op het bud-

Voor aanvang van de samenwerking had Irado niet de ver-

get. Van Hartingsveldt: “We bieden de bewoners de mogelijk-

wachting dat er opeens op iedere straathoek bewoners aan het

heid om taken over te nemen en daarmee geld te verdienen

schoffelen zouden slaan. Dat was wat hen betreft dat ook niet

waarmee ze wat leuks in de wijk kunnen doen. Bijvoorbeeld

de belangrijkste insteek. Het zorgen voor weinig meldingen

een extra speeltoestel of bankjes.” Maar van die burgerpar-

van burgers legt wat dat betreft veel meer gewicht in de schaal.

ticipatie blijkt in de praktijk niet heel veel terecht te komen.

Van Steenes: ”We willen de bewoner als partner, dat vind ik wel

“Het is niet problematisch”, meent de operationeel manager.

het grote voordeel nu. Het is de wijk waar de minste meldingen

“In ieder geval niet vanuit ons. Het liefst onderhoud ik de hele

bij de gemeente binnenkomen. Dat geeft ook wel aan dat het

wijk zelf tot een bepaald niveau. En als de bewoners wat extra

werkt. We zien nu ook dat bewoners ons benaderen met an-

willen doen is dat alleen maar fijn. Dit is nog steeds de in-

dere punten, zoals verkeersoverlast of hondenpoep op straat.

steek. Het handmatige zouden ze uit handen kunnen nemen.

Ze hebben in het wijkbedrijf een ingang gevonden naar de

Twee jaar na de start van het project zie je dat we contacten

gemeente. Met dank aan de korte lijnen.”

GRAM #5 juni 2018 | 13


[Advertorial]

‘het heeft zin oM te blijven investeren in jezelf’ Na een loopbaan bij een Belastingsamenwerking in het Zuiden van het land, maakte René Naaktgeboren even een pas op de plaats. Wat wilde hij eigenlijk? Wat was zijn droom? Het Publieke Domein begeleidde hem succesvol in zijn zoektocht naar passend en duurzaam werk. Bij veranderingen in de zittende organisatie, vraag je jezelf niet altijd af of het jasje je nog past. Je gaat met de flow mee. Totdat je beseft dat het werk je geen energie meer geeft. Je gaat niet meer voor het beste resultaat, je kan jouw passie er niet meer in kwijt. Ook René Naaktgeboren overkwam dat. Hij werkte als controller bij de Belastingsamenwerking WestBrabant (BWB), werd daarna waarnemend directeur en vervolgens weer controller. Een functie die hem op dat moment binnen die organisatie niet meer paste. Mentaal en praktisch Eerst probeerde René Naaktgeboren op eigen kracht een positieve draai aan zijn loopbaan te geven. Toen dit na een aantal pogingen niet lukte, besloot hij het over een andere boeg te gooien. ‘Ik kwam in contact met Het Publieke Domein. Zij begeleidden mij zowel op mentaal als praktisch vlak. Ik moest eerst het oude loslaten, voordat ik mijn blik op de toekomst kon richten. De energie die ik kreeg van de begeleiding van Het Publieke Domein, heeft mij hier enorm bij geholpen. Hun toewijding, aandacht en expertise gaf mij zo’n boost en nieuwe inzichten, dat ik toch in een redelijk korte tijd weer nieuw werk vond. Zo heb ik geleerd hoe je uit een advertentie de werkelijke vraag van een organisatie kunt halen, zodat je hier op kunt inspelen en kunt laten zien hoe jouw kwaliteiten hier op aansluiten.’ 14 | GRAM #5 juni 2018

schone lei Sinds 1 december is René aan de slag in een nieuwe baan. ‘Ik heb wederom werk als controller gevonden, en wederom bij een Belastingsamenwerking. Ik heb tijdens mijn zoektocht ontdekt dat de functie van controller mij op het lijf is geschreven en dat ik er goed mijn ei in kwijt kan. Even vond ik het nog spannend hoe mijn nieuwe collega’s op mij zouden reageren - ze zouden mij als die waarnemend directeur kunnen zien - maar dat is niet zo. Het is een warm welkom. Het idee dat je altijd - ook als je zoals ik 53 bent - met een schone lei kunt beginnen, vind ik enorm verfrissend. Het heeft zeker zin om te blijven investeren in jezelf, ook als je wat ouder bent.

het publieke DoMein Het Publieke Domein bemiddelt medewerkers naar een nieuwe baan bij een andere organisatie binnen de publieke sector. We begeleiden ze naar een volgende stap. Dit doen wij met gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden van de medewerker, inclusief pensioenopbouw. Iedereen vanuit de publieke sector die intrinsiek gemotiveerd is, is welkom! www.hetpubliekedomein.nl info@hetpubliekedomein.nl 030 - 208 11 53 Utrechtseweg 75, 3702 AA Zeist


RSC Schiphol: kleine stap naar reguliere baan “Als je mensen ontwikkelt, moet je ook kijken waar het bedrijfsleven behoefte aan heeft.” Martien Verwer, bedrijfsleider van het nieuwe Regionaal Sorteer Centrum (RSC) Schiphol weet waar hij over praat. Na maanden succesvol proefdraaien is het sorteercentrum deze maand officieel geopend. TEKST HETTY DEKKERS BEELD MEERLANDEN

Het nieuwe sorteercentrum verwerkt jaarlijks zo’n 3.000 ton e-waste van veertien regionale milieustraten plus 4.000 ton witgoed van het winkelbedrijf BBC. Het sorteren en demonteren gebeurt door vijftien mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. “Ik heb een sw-achtergrond”, verklaart Verwer. “Dertig jaar in het sociaalwerkbedrijf gewerkt. Vandaar dat we het RSC Schiphol goed doordacht hebben opgezet. De mensen worden begeleid en aangestuurd door een kernteam, dat de mensen veel aandacht geeft maar ook zorgt voor ontwikkeling en werkervaring. Bij ons worden ze zodanig begeleid, dat de stap naar een reguliere baan soepel verloopt. Bedoeling is dat ze gemiddeld na een half jaar door kunnen stromen naar het bedrijfsleven. Wij hebben een groot netwerk en nodigen de bedrijven ook uit in onze werkplaats, zodat ze zien wat onze mensen kunnen en wat ze waard zijn.” Volgens Verwer schort het nog wel eens aan doelmatigheid bij andere werkplekken voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. “In de praktijk zie je vaak dat de stap van een beschermde werkomgeving naar een reguliere baan veel te groot is. Wij zijn in januari gestart met onze doelgroep en de eerste medewerker hebben we al door kunnen plaatsen naar een reguliere baan. Door onze specialistische begeleiding, met veel aandacht voor ontwikkeling, kwaliteit en competenties, lukt dat.” DYNAMIEK RSC Schiphol verwerkt het ingeleverde witgoed van BCC omdat de winkelketen zijn depot voor ingenomen wasmachines en -drogers op Schiphol heeft. “De oude wasmachines die BCC overal in het

land in moet nemen, worden allemaal opgeslagen in het depot op Schiphol. Onze werknemers sorteren en demonteren het witgoed, zodat het afgevoerd kan worden naar een verwerker.” De andere tak van RSC Schiphol, e-waste van de milieustraten, bestaat voornamelijk uit flatscreens, computers, tablets en andere ict. “In de toekomst gaan we deze apparaten wellicht verder demonteren dan we nu doen”, aldus Verwer. “Denk aan het verwijderen van printplaten en het demonteren van kleine elektronische apparatuur. Koffiezetapparaten, föhns en dergelijke worden nu nog in een bak gedaan. Als we verder zijn, denken we aan uitbreiding in de diepte, dat wil zeggen verdergaande ontmanteling en demontage van de apparaten die we binnen krijgen.” Volgens Verwer draait het sorteercentrum ‘fantastisch’. “De dynamiek is enorm. De een is geschikt voor het lossen van de containers, de ander is goed in het fijnere werk. Het takenpakket in zo’n sorteercentrum is heel breed. Wat even lastig was in het begin, is de logistiek. Als hier 28 volle containers staan, moeten ze natuurlijk wel snel geleegd worden. Maar ook dat draait steeds beter, we hebben de logistiek nu aardig onder controle.” Het RSC is door Meerlanden opgezet om de circulaire economie te bevorderen én om de eigen maatschappelijke verantwoordelijkheid gestalte te geven. “We willen steeds meer grondstoffen terugwinnen uiteraard. Maar we willen met dit initiatief ook laten zien dat we als Meerlanden meer zijn dan een afvalverwerker. Zo’n dubbele doelstelling is krachtig. Als je mensen wil ontwikkelen, moet je altijd kijken waar het bedrijfsleven behoefte aan heeft. Het heeft geen zin iets op te zetten waar niemand op zit te wachten.”

GRAM #5 juni 2018 | 15


IMPRESSIE NVRD JAARCONGRES

‘DE AFVALSECTOR MAAKT ER WAT VAN’ 31 MEI 2018 FOTO'S HENK ROUGOOR

NVRDvoorzitter Han Noten hield zijn traditionele jaarrede.

16 | GRAM #5 juni 2018

Timothy Bouldry verzorgde een presentatie over het ISWA Scholarship Programma.


Plastic soup surfer Merijn Tinga strijdt tegen zwerfplastic in oceanen.

Bas Timmer oprichter van Sheltersuit inspireerde aanwezigen om te doneren.

Staatssecretaris Stientje van Veldhoven zet zich in voor het sluiten van de plastic kringloop.

GRAM #5 juni 2018 | 17


VAN AFVALCOACH TOT ICT-ER

OMGEKEERD INZAMELEN MET HUMOR In 2017 ging de gemeente Nissewaard aan de slag met omgekeerd inzamelen. Om inwoners goed voor te bereiden op de veranderingen die dit met zich meebracht, werden afvalcoaches ingezet. Een belangrijk doel was bovendien dat de afvalcoaches zouden uitstromen naar regulier werk. TEKST ANS AERTS

“We wilden inwoners faciliteren zodat ze vanaf de introductie van het omgekeerd inzamelen, wisten hoe ze hun afval moeten aanbieden. Goede communicatie is daarvoor belangrijk. Om die reden hebben we voor de inzet van afvalcoaches gekozen”, vertelt Ben Adelmund, directeur van inzamelaar Reinis. De gemeente Nissewaard en Reinis wilden de functie van afvalcoach laten vervullen door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Adelmund: “Het project met de afvalcoaches heeft een begin en een einde. Onze ambitie was dat mensen vanuit deze functie zouden doorstromen naar een passende, betaalde baan.” Drie partijen waren hiervoor verantwoordelijk. Reinis zorgde dat mensen als afvalcoach aan de slag konden en bood

BEELD REINIS

De taak van het uitzendbureau was ook om afvalcoaches voor te dragen voor passende functies als werkgevers aanklopten omdat ze op zoek waren naar personeel. HOOG KNUFFELGEHALTE Op 1 januari 2017 startte de gemeente Nissewaard met de voorbereidende fase van het omgekeerd inzamelen. In mei volgde de uitrol van het nieuwe inzamelsysteem. De afvalcoaches waren al vanaf de voorbereiding betrokken. Op de markt, in winkelcentra en op bewonersavonden gaven ze uitleg over het systeem en lichtten ze toe wat er van inwoners werd verwacht. Voor de functie van afvalcoach had Reinis een profiel opgesteld. Adelmund: “Eén van de belangrijkste vereisten was dat ze een

IN DE GEMEENTE NISSEWAARD IS DE AFVALCOACH EEN BEKEND FENOMEEN GEWORDEN. ZE HEBBEN HUN EIGEN VOERTUIGEN EN ZIJN HERKENBAAR EN GEMAKKELIJK AANSPREEKBAAR. begeleiding. Het Werkbedrijf bereidde de mensen voor op terugkeer in het arbeidsproces. Zo konden ze sollicitatietrainingen volgen en kregen ze ondersteuning bij het op orde maken van hun cv en het vinden van passend werk. Ten slotte zorgde uitzendbureau Start voor de betaling van de medewerkers, via een payroll-constructie.

18 | GRAM #5 juni 2018

hoog knuffelgehalte hadden. Ze moesten gemakkelijk aanspreekbaar zijn en inwoners kunnen verleiden om het gewenste inzamelgedrag te gaan vertonen. Ze zijn daar allemaal heel goed in geslaagd.” Albert Bijzitter is één van de afvalcoaches die aan de slag ging. De meeste inwoners

stonden positief tegenover het nieuwe inzamelsysteem, merkte hij. “We kregen wel veel vragen over de werking van het systeem en het gebruik van de pasjes en de verschillende containers.” Er waren echter ook mensen die niet zo enthousiast waren. “Die kwamen dan af en toe mopperen. Ik probeerde ze dan met humor over de streep te trekken, een beetje uit te dagen en in een positieve mood te krijgen. Elke afvalcoach doet dat op zijn eigen manier. We kijken altijd vanuit het oogpunt van de inwoner; ook als iemand zegt dat het systeem niet werkt. Als je naast iemand gaat staan, trek je die persoon gemakkelijker over de streep. Maar uiteindelijk is het maar een kleine minderheid die een negatieve houding heeft.” Bijzitter had een heel andere achtergrond en kwam uit de ict. Totdat hij afvalcoach werd, was hij drie jaar werkloos. Hij vertelt: “Ik was naar Nissewaard verhuisd en wilde weer de arbeidsmarkt op. De gemeente bracht mij in contact met Reinis. Ik was de eerste afvalcoach in de rij. Vanaf het begin had ik veel plezier in deze functie.” Hij kreeg er al snel een paar collega’s bij. “Het waren allemaal mensen die graag de handen uit de mouwen staken. Gaandeweg kreeg iedereen uit het team zijn eigen voorkeur en specialisatie. We kregen ook de ruimte om ieder onze eigen zaken op te pakken.” Zo waren er collega’s die zich focusten op het informeren van mensen met een beperking of op dementerende ouderen. Bijzitter kwam weer terug bij zijn oude beroep doordat hij zich ging bezighouden met de


De afvalcoaches van Reinis in de gemeente Nissewaard.

techniek rondom de ondergrondse containers en de inzameling via een pasjessysteem. “In feite heb ik hier mijn huidige baan aan te danken. Ik werk nu als ict-er bij Reinis.” Adelmund: “Bij Reinis hadden we de ict helemaal uitbesteed. Een deel daarvan hebben we weer teruggehaald. Rondom het omgekeerd inzamelen ontstond een grote behoefte aan expertise. We hadden toen het geluk dat we met Albert iemand in huis hadden met kennis en ervaring en hebben toen twee vliegen in één klap geslagen.” In eerste instantie werkte Bijzitter parttime als afvalcoach en parttime als ict-er. Sinds 1 januari is hij fulltime ict-medewerker. KRASSE DAME Van de negen afvalcoaches die bij Reinis aan de slag gingen, hebben er vijf een passende baan gevonden, onder meer in de logistiek en als gastvrouw. Bijzitter: “Zij zijn allemaal met pijn in het hart vertrokken. Er waren mensen bij die andere reïntegratietrajecten hadden gevolgd en dachten dat de functie van afvalcoach een verplicht nummer zou zijn, maar ze raakten al snel

enthousiast. Je zelfvertrouwen neemt ook toe door dit werk. Als iemand een half jaar afvalcoach is geweest en vervolgens aan tafel zit voor een sollicitatietraject, straalt hij dat uit.” Het werken als afvalcoach was elke een dag feest, volgens Bijzitter. “Je wist nooit wat je van tevoren kon verwachten. Zo kwam er vaker een krasse dame van in de negentig naar ons toe die haar kinderen en kleinkinderen aan het opvoeden was op het gebied van omgekeerd inzamelen. Ook was er een jongen van elf die zijn ouders overhaalde om extra inzamelbakjes in de keuken te zetten en zelf het afval naar de juiste container bracht. Zijn vader vond dat hij zo bij ons aan de slag kon. We hebben gezegd dat hij gerust mocht bellen als hij 18 jaar is en dan van harte welkom is”, zegt Bijzitter lachend. De afvalcoaches blijven nog gedurende ongeveer een jaar actief. “Enerzijds is de reden hiervoor dat een deel van het systeem voor omgekeerd inzamelen nog uitgerold moet worden. Anderzijds richten ze zich ook op specifieke projectonderdelen, zoals de ge-

wenste kwaliteit van de pmd-fractie voor de gestapelde bouw”, vertelt Adelmund. Door de aantrekkende arbeidsmarkt is het wel moeilijker geworden om mensen te vinden die helemaal in het profiel passen, merkt hij. “We moeten ook wat meer inspanningen doen om mensen vervolgens door te bemiddelen naar regulier werk.” Het werken met afvalcoaches was pionieren. “Ze hebben een grote mate van vrijheid gekregen bij de invulling van de functie; uiteraard wel binnen bepaalde kaders. We hadden het geluk dat we een goed kaliber afvalcoaches kregen die prima in staat waren om zelf te ontdekken wat de beste aanpak is om mensen te informeren over omgekeerd inzamelen.” In de gemeente Nissewaard is de afvalcoach een bekend fenomeen geworden. Ze hebben hun eigen voertuigen en zijn herkenbaar en gemakkelijk aanspreekbaar. Ondertussen zijn er alweer nieuwe plannen. Adelmund: “Zo willen we gaan focussen op het voorkomen van het ontstaan van restafval. Mogelijk gaan we daarvoor ook weer afvalcoaches inzetten.”

GRAM #5 juni 2018 | 19


BINNENBRANDJES BIJ BATTERIJENINZAMELING TEKST RENÉ DIDDE

BEELD HAROLD VERSTEEG

Razend populair zijn ze, Lithium-ion batterijen (Li-ion). Ze laden telefoon, elektrische fiets en heggenschaar snel op, hebben een grote capaciteit en gaan lang mee. Maar ze worden warm, vooral als ze vallen en daardoor beschadigd raken. Dan kunnen ze brandgevaar opleveren. Ook in de afdankfase kan nog kortsluiting ontstaan, weet de Afvalstoffendienst in 's-Hertogenbosch. En bij sorteerder Van Peperzeel in Lelystad ontstond drie jaar geleden een behoorlijke brand. Hoe moeten gemeenten en bewoners omgaan met deze batterijen?

“Lithium-ion batterijen zijn veilig. Ze worden overal ter wereld toegepast, dus fabrikanten gaan beslist niet over een één nacht ijs”, zegt Arie de Jong, general manager van Stibat, de organisatie die zich om batterijen in de afdankfase bekommert en overal in het land tonnetjes en zuilen laat plaatsen waar consumenten lege batterijen kunnen deponeren.

20 | GRAM #5 juni 2018

Maar voordat hij van wal steekt, wil Johan van Peperzeel, directeur van de gelijknamige metaalrecycelaar in Lelystad, een statement maken. “Bij juist gebruik is de Li-ion batterij net zo veilig als elke andere batterij.” De oplaadbare Li-ion batterij heeft een enorme opmars doorgemaakt. Elke mo-

biele telefoon en elke elektrische fiets dankt zijn langdurige en intense werkcapaciteit aan de batterij, die ook nog eens snel oplaadt en lang meegaat. Bij 'juist gebruik' is dus alles in orde. Maar telefoons vallen van tafel of bureau, accuboormachines schuiven van de werktrap of steiger en een elektrische fiets valt wel eens van de trekhaak. Kinderen


JOHAN VAN PEPERZEEL: "ER ZIJN HELAAS TE VAAK INCIDENTEN MET SLECHTE KWALITEIT GE-RECONDITIONEERDE ACCU'S".

schieten al voetballend tegen een geparkeerde scooter aan of hij valt om in de wind. En die mooie hybride of full-electric auto loopt soms een deuk op. “In al die gevallen”, doceert Johan van Peperzeel, “kan de batterij instabiel worden, kan intern kortsluiting ontstaan en kan het brandbare elektrolyt ontvlammen. Met alle gevolgen van dien.” De elektrolyt is het medium dat de verbinding vormt tussen de plus- en minpool. Op Koningsdag 2018 werd Van Peperzeel tot zijn verrassing geridderd tot Officier in de Orde van Oranje Nassau wegens zijn jarenlange inzet voor metaalrecycling en batterijenkennis. BRAND Uit alle windstreken van Nederland krijgt Van Peperzeel batterijen aangeleverd, sorteert ze en maakt ze geschikt voor verwerking en recycling elders in Europa. Het bedrijf in Lelystad leed in 2009 één miljoen schade door een brand met oude accu's van elektrische fietsen. “Toen heb ik slecht geslapen en me afgevraagd of ik door moest gaan met batterijensortering.” En in januari 2015 vloog een pallet met vier vaten batterijen in brand. “Bij de waarneming in de hal rookte één vat op de pallet al als een gek. Buiten hebben we onder toeziend oog van de brandweer de pallet met vier vaten laten uitbranden. We konden drie vaten totaal niet meer terugvinden en we vonden uitgebrande cellen op dertig meter afstand terug. Als kogels waren ze in de rondte gevlogen”, vertelt Van Peperzeel. “Uit onderzoek bleek dat er tussen deze partij consumentenbatterijen ook professionele batterijen zaten die bijvoorbeeld bij olieboringen dienstdeden. Het inzamelbedrijf – nee, ik noem geen naam maar het was geen NVRD-lid – had een enorme fout gemaakt.” Beide incidenten waren aanleiding om de maatregelen te

verscherpen door bijvoorbeeld opslagcontainers met blusinrichting te plaatsen en de voorlichting naar burgers, detailhandel, inzamelaars en gemeenten te verbeteren. In winkels, supermarkten en elektronica-zaken staan de bekende Stibat-tonnetjes. “Die hebben een opening waarin alleen de kleine batterijen inpassen”, zegt Arie de Jong van Stibat. “Grotere accu's zoals van fietsen moeten terug naar de fietsenzaak of scooterhandel. Daar halen wij ze op. Consumenten kunnen ze ook inleveren bij de milieustraat, tegenwoordig ook vaak open op zaterdag en soms zelfs op zondag.”

de zadelpen waren gemonteerd”, vertelt Verhoofstad. “Nou, die passen dus niet in tonnen of andere inzamelmiddelen. Burgers, maar helaas ook onwetende medewerkers in de milieustraten breken die batterijen dan doormidden. We hebben één keer gehad dat daardoor enorme lichtflitsen ontstonden in een ton. Het leek wel vuurwerk. Brand is er niet ontstaan.” Ondanks verbeterde voorlichting bij bewoners en medewerkers ziet hij nog steeds wekelijks bewust gebroken fietsaccu's. De ongekende opmars van de E-bike zal het probleem doen toenemen volgens Verhoofstad.

FOLIE Op de milieustraat worden de Li-ion batterijen en accu's ook zoveel mogelijk apart gehouden, vertelt Govert Verhoofstad, sectiehoofd Klein Gevaarlijk Afval bij de Afvalstoffendienst 's-Hertogenbosch. “Op onze eigen milieustraten en in de chemokarren doen we ze in een ton, waarbij een laag steeds afdekken met vermiculiet. Dat is een beetje kattenbakkorrelachtig spul, een onbrandbaar mineraal.” Alle grote Li-ion batterijen worden met folie ingepakt. “Dat is heel effectief tegen kortsluiting”, zegt Verhoofstad. De Afvalstoffendienst haalt ook batterijen op in onder meer Roosendaal, Breda en Tilburg. Als die tonnen in Den Bosch aankomen, worden ze gecontroleerd en omgepakt naar verpakkingen van Stibat. Ze worden op pallets gezet in aparte containers op het centrale gevaarlijk afvaldepot. “We zorgen dat ze ver weg staan van het gevaarlijk afval."

SJACHERAARS Hij vindt het verder een zorgwekkende ontwikkeling dat er allerlei goedkope accu's via internet te koop worden aangeboden. “Er is geen zicht op wat de kwaliteit ervan is, ook niet bij de overheid want ze zijn niet gekeurd. Een fiets- of scooteraccu kost dan geen € 400 of € 500 maar € 150 – € 200. Je kunt ervanuit gaan dat deze accu's minder goed beschermd zijn.” Ook Johan van Peperzeel constateert dat er sprake is van een levendige handel is in E-bike-accu's op websites als E-bay. “De goede niet te na gesproken, zijn het vaak sjacheraars die onderdelen van oude exemplaren in elkaar knutselen tot nieuwe accu. Ik zou de mensen die dit soort accu's kopen echt willen adviseren om hun accu's bij gerenommeerde fietswinkels te kopen omdat er helaas te vaak incidenten zijn met slechte kwaliteit ge-reconditioneerde accu's.”

Net als Van Peperzeel meldt ook Verhoofstad een incident met Li-ion-batterijen. “Er zijn elektrische fietsen waarin de accu is verwerkt in het frame van de fiets. Het zijn van die lange staven van wel tachtig centimeter die verticaal langs

Het merendeel van de batterijen wordt veilig ingezameld en verwerkt. Bewust gebroken of door een val per ongeluk beschadigde Li-ion batterijen en door sjacheraars in elkaar geknutselde accu's kunnen dus gevaar voor brand opleveren. Reden waarom Van Peperzeel >>

GRAM #5 juni 2018 | 21


consumentenbatterijen, fiets- en scooteraccu's en beschadigde accu's uit de klussfeer opslaat en transporteert in een verpakking met een geïntegreerd blussysteem. “Het zijn containers met aan de binnenzijde een aerosol blussysteem (gasblussing). De activering verloopt bijvoorbeeld door temperatuurgestuurd inschakelen met een thermokoppel of met een rookdetectie. Bij detectie komt gas vrij dat de zuurstof wegvangt en dus voorkomt dat de brand kan overslaan naar de volgende verpakking. Op deze manier wordt de brand effectief gedoofd. Ook werken we met een gelblussing dat als een koelende laag eventuele beginnende brandjes smoort.” VOORLICHTING Tenslotte pleiten zowel De Jong, Van Peperzeel als Verhoofstad voor nog meer voorlichting. “Tegen consumenten zeggen 'koop een goede batterij en lever

hem in de afdankfase in waar je hem hebt gekocht’”, zegt Arie de Jong van Stibat. Voor accu's adviseert hij gekeurde exemplaren. “Breek ze na afdanking niet, doe ze niet in het huishoudelijk afval maar breng ze naar de milieustraat, of, in geval van fietsenaccu's, breng ze terug naar de rijwielhandelaar. Dan halen wij ze daar op.” Stibat verspreidt ook informatie op scholen en lobbyt bij de overheid en politiek voor meer aandacht voor de Li-ion-batterij. Verhoofstad licht ook consumenten voor en besteedt aandacht aan scholing van de medewerkers van milieustraten en chemokarren. Op zijn beurt doet Johan van Peperzeel aan voorlichting voor gemeenten. “En ik raad consumenten ook aan goed de gebruiksaanwijzing voor deugdelijk gebruik van batterij en accu te lezen. En de overheid zou beter moeten handhaven om verkoop van niet-gekeurde batterijen tegen te gaan.”

Inzameltonnen van Stibat voor allerlei soorten batterijen zijn te vinden op milieustraten.

22 | GRAM #5 juni 2018 0653-01.indd 1

31-05-18 16:18


WIJ MAKEN WERK VAN CIRCULAIR TEKST SIGRID SCHUURMANN

BEELD SKO OLDENZAAL

Wanneer medewerkers van de gemeente Enschede voortaan een nieuwe werkplek nodig hebben, kunnen zij de benodigde meubels kiezen uit een zogeheten refurbished collectie. Dit als gevolg van een circulaire aanbesteding voor kantoormeubilair.

De komende tien jaar zullen 1500 werkplekken in het stadskantoor, het stadhuis en diverse wijklocaties verspreid over de gemeente circulair worden gemaakt. Dit gebeurt door projectinrichter SKO uit Oldenzaal, die van de gemeente Enschede de opdracht gegund kreeg. De eerste stap is het in kaart brengen van het bestaande meubilair door SKO. Zijn de meubels nog in kwalitatief goede staat? Dan worden ze hergebruikt. Is meubilair overbodig? Dan krijgt het een herbestemming via SKO. Nieuw meubilair zal aan strenge circulariteitseisen moeten voldoen. Eind 2017 werd deze aanbesteding voor circulair kantoorinterieur uitgezet. Prijs stond hierbij niet centraal, in plaats daarvan werd gefocust op de lange termijnvisie van marktpartijen op circulaire kantoorinrichting, nieuwe verdienmodellen en een inclusieve samenleving. Om te verifiëren dat het om circulaire producten gaat, vroeg de gemeente ook om materialenpaspoorten van de producten. Openheid en vertrouwen SKO gaf tijdens het aanbestedingstraject volledige openheid in inkoopprijzen en opslagen van hun diensten en producten. Ondanks dat het assortiment van het meubilair nog niet vast ligt, gaan gemeente Enschede en SKO vol vertrouwen hun samenwerking tegemoet. Waarin verschilt zo’n circulair contract met een ‘gewoon’ contract? Willem Pouwels, teamleider Facilitaire Ondersteuning en Bestuursondersteuning bij de gemeente Enschede, legt uit: “De basis voor het con-

tract met SKO is vertrouwen. Daar komt meer partnerschap bij kijken dan bij een traditionele opdrachtgever-opdrachtnemer verhouding.” Het is een proces dat de komende jaren zijn uitwerking moet krijgen. Pouwels: “Hiervoor is volledige transparantie nodig van beide zijden. Ik verheug mij in de speurtocht om dit circulaire contract de komende jaren vorm te geven.” Het circulaire gedachtegoed is ook elders te vinden binnen de regio. Men kent elkaar en de lijnen zijn kort. “Wanneer je voor dezelfde uitdagingen staat, kan samenwerking helpen bij het versnellen van circulaire processen”, vertelt Mark Vrugteveen, projectleider facilitair bij de gemeente Hengelo. Hij beaamt dat circulaire oplossingen worden gekenmerkt door samenwerking: “De gemeente Enschede heeft inkoopcapaciteit kunnen leveren met kennis en ervaring met circulair inkopen. Zo leren we van elkaar.”

circulaire aanbestedingen graag toe binnen de gemeente. Dit heeft geresulteerd in een vijftal circulaire aanbestedingen - voor kantoorinventaris, catering, interieurbouw, koffieautomaten en een duurzaam wagenpark - die in 2018 zullen worden uitgezet. “De kunst is elkaar te inspireren over hoe nut (een circulaire oplossing) en noodzaak (de aanbestedingsprocedure) elkaar kunnen versterken in een beter resultaat voor de markt én voor de opdrachtgever”, aldus Vrugteveen.

Een circulair product… … i s gemaakt van zoveel mogelijk gerecyclede materialen … i s niet schadelijk of belastend voor mens, dier en milieu …w ordt gemaakt met hulp van hernieuwbare energiebronnen …b ehoudt ook na de gebruiksfase maximale waarde

Vrugteveen past zijn opgedane kennis van

GRAM #5 juni 2018 | 23


STUDIE IN APELDOORN: OPENBARE RUIMTE ALS HEFBOOM

CIRCULAIRE ECONOMIE IN DE WIJK Het Rijk & Wijk-project De Maten van het College van Rijksadviseurs leverde Apeldoorn waardevolle inzichten op in het aanjagen van een circulaire wijkeconomie. In woonwijk De Maten openbaarde de omvangrijke openbare ruimte zich als hefboom. Van kostenpost naar verdienmodel. TEKST PIETER VAN DEN BRAND BEELD MUST

De ruim vijftig jaar oude woonwijk De Maten is toe aan een opknapbeurt.

Het College van Rijksadviseurs (CRa) heeft in haar vorig jaar verschenen agenda ‘Ontwerpen aan een rijker, hechter en schoner Nederland’ de circulaire economie tot een belangrijk thema benoemd in haar advieswerk aan de Rijksoverheid. Een duidelijk beeld van de ruimtelijke gevolgen van de transitie naar de kringloopeconomie ontbreekt echter nog, constateerde het adviescollege. Ook spreekt de CRa van een barrière tussen de ambitieuze, abstracte rijksdoelstellingen en de lokale transformatieopgaven in de naoorlogse stadswijken in ons land. Om de kloof te slechten wil de CRa met het

24 | GRAM #5 juni 2018

onderzoeksproject ‘Rijk & Wijk’ concrete toepassingen op wijkniveau aanreiken. De wijk De Maten in Apeldoorn vormde een van de proefwijken. De gemeente doet mee aan de City Deal Circulaire Stad, waarin negen steden, drie ministeries en een aantal kennisinstellingen aan de volledig circulaire stad in 2050 werken – analoog aan de ambitie in het Rijksbrede Programma Circulaire Economie – juist om de verbinding tussen rijk en wijk te leggen. De ruim vijftig jaar oude woonwijk De Maten is toe aan een opknapbeurt. Bebouwing en

openbare ruimte zijn aan slijtage onderhevig. Maar van sociale problematiek is geen sprake. De circa 27 duizend inwoners zijn goed georganiseerd in wijk- en buurtraden. Het merendeel van de 11 duizend woningen is particulier bezit. Om aan haar ‘circulaire’ opgave voor 2050 te werken, koos de gemeente juist deze wijk uit. Doel: een beter beeld krijgen van de kansen die de circulaire economie biedt bij de stadsvernieuwing. In het onderzoek kwam al snel de openbare ruimte in beeld. “Naar Nederlandse maatstaven is er in De Maten een grote openbare ruimte, zo’n 55 procent van de totale wijk”,


Rijksbouwmeester Floris Alkemade: ‘Interessant voor heel Nederland’

zegt directeur Wouter Veldhuis van het Amsterdamse stedenbouwkundig bureau MUST, dat de studie trok. “Daarmee bezit de wijk een grote reserve aan grondstoffen.” Zo liggen er in de wijk zo’n 250 miljoen weinig duurzame en grotendeels versleten betonnen klinkers die voor een grauw en onverzorgd straatbeeld zorgen. Ook is er een groot bomenbestand dat om opschoning roept. En er komt jaarlijks zes miljoen kuub Veluws kwelwater in de wijk omhoog, naast de jaarlijkse hemelvracht aan regenwater. Dat ‘kapitaal’, stelt Veldhuis, biedt volop kansen om als hefboom te fungeren voor een lokale circulaire economie. Het water in de wijk is een interessante grondstof vanwege de ijzerrijke kwelstromen uit de Veluwe. De overdaad aan groen is een bron van organische grondstoffen, die in de wijk een eerste bewerking zouden kunnen krijgen. De houtoogst leent zich mogelijk voor het vervaardigen van straatmeubilair door de wijkbewoners. Kortom, aanknopingspunten genoeg om met een circulair concept aan de slag te gaan, meent Veldhuis. “Met slimme verdienmodellen is het mogelijk kosten om te zetten in opbrengsten. Als je de openbare ruimte verder doordenkt als reservoir van grondstoffen komt er een nieuwe dimensie in beeld: de openbare ruimte verandert van een kostenpost naar een kapitaalreserve. Het is nu alleen nog de vraag wie deze reserve gaat activeren en in gaat zetten voor een circulaire economie. Het speelveld in de openbare ruimte, dat nu beheerd wordt door de gemeente, zal gaan veranderen. In een circulaire economie gaan immers producenten de langdurige verantwoordelijkheid nemen voor producten en materialen. Andere partijen pakken daarmee de rol die de gemeente nu heeft.”

Toekomstscenario’s In workshops met stakeholders in het gebied, gemeente- en rijksambtenaren en circulaire-economiespecialisten van adviesbureau OverMorgen kwam MUST tot verschillende toekomstscenario’s. De ontwikkeling van een circulaire economie in De Maten kan in kleine of grote stappen – van een gefaseerde transitie tot disruptieve innovatie – en in collectieve (zonder winstoogmerk) of private vorm. De vier ontwikkelde toekomstscenario’s kregen de namen Buur VVE, Koo-op, Business as usual en Online. In het collectieve spectrum van de Buur VVE blijft de gemeente de hoeder van de openbare ruimte, maar ligt er meer zeggenschap bij de bewoners over de inrichting ervan. Buurten wijkinitiatieven vinden in kleine stappen plaats. In het Koo-op-scenario wordt er in één grote sprong door bewoners een publieke organisatie opgericht om bijvoorbeeld het watersysteem te beheren of een grondstoffenfabriek op te zetten naar het voorbeeld van de energiecoöperaties in ons land. De private route houdt in dat inwoners zich laten ontzorgen door de inrichting en exploitatie in handen te geven van een private onderneming die langdurig verantwoordelijk is voor de materialen, afvalbeheer en grondstoffen, maar de openbare ruimte ook kan verrijken met nieuwe producten en diensten. Dat kan met een risicomijdende insteek, waarbij de behoefte van wijkbewoners sturend blijft (Business as usual-scenario) of door alles volledig in handen van marktpartijen te geven die door de inzet van hightech-innovaties (zelfrijdend elektrisch vervoer, slimme infrastructuur en datasystemen) het gebruik van de openbare ruimte als dienst terug leveren. Hier plukken inwoners

Het Rijk- & Wijk-onderzoek naar een circulare economie in de Apeldoornse wijk De Maten is interessant voor heel het land, betoogt Rijksbouwmeester Floris Alkemade. “Deze wijk is een typische ‘bloemkoolwijk’, zoals dat in de planologie heet, opgebouwd uit besloten subwijkjes met woonerven en paden. Dit uit de jaren zeventig stammende type wijken vind je veel in Nederland, circa een vijfde van de woningvoorraad. Bijna al deze wijken zijn aan vernieuwing toe.” Veel andere gemeenten kunnen dan ook van het onderzoek in Apeldoorn leren, aldus Alkemade, hoe ook zij de openbare ruimte als verdienmodel in kunnen zetten om zo met de noodzakelijke transformatie naast economische kansen ook duurzame ambities te realiseren. “Studies als deze zijn juist waardevol, doordat ontwerpers in staat zijn probleemeigenaren nieuwe inzichten te geven. De vraagstukken die op ons afkomen, vragen om een blik die kansen ziet die niet direct voor de hand liggen. Ontwerpers zijn door hun andere blik bij uitstek in staat moeilijke vragen in praktische oplossingen te vertalen.”

de vruchten van de snelle technologische vooruitgang (Online-scenario). “Op basis van deze scenario’s kan worden bepaald welke strategie het beste bij De Maten past”, zegt Veldhuis. “Er zijn oneindig veel mogelijkheden. Iedere route heeft voor- en nadelen, zorgt dan weer voor draagvlak en in andere gevallen bijvoorbeeld weer voor meer risico’s maar ook meer comfort. Wat mij betreft is het aan de bewoners zelf om een keuze te maken. Omdat de openbare ruimte volledig in eigendom is van de gemeente, zal ook die haar rol moeten bepalen. De overheid heeft in elk geval een mooie troefkaart in handen om een hele grote stap vooruit te zetten richting een circulaire toekomst.”

GRAM #5 juni 2018 | 25


DE LEDEN CENTRAAL “EEN CIRCULAIRE ECONOMIE VRAAGT IETS VAN IEDEREEN” TEKST HETTY DEKKERS

In deze rubriek krijgen NVRDleden een stem in GRAM. De NVRD is er immers voor en door de leden. Deze keer aan het woord: Nico Spaansen, senioradviseur Strategie en Duurzame Ontwikkeling bij Omrin. WAT HOUDT JE FUNCTIE IN? Ik hou me bezig met duurzame ontwikkelingen, zoals het streven naar circulaire economie, en met de strategie van Omrin. Die laatste wordt samen met de aandeelhouders gemaakt. Verder ben ik het gezicht van Omrin in Groningen; relatiebeheerder, operationeel directeur vennootschappen en adviseur van een gemeenschappelijke regeling. WAT BETEKENT DE NVRD VOOR JOU? Het is van oudsher de vereniging die opkomt voor de publieke belangen en die staat voor ontmoeten en kennis uitwisselen. Ik zit zelf in het bestuur van NVRD Noord. VOLDOET HET LIDMAATSCHAP AAN JE VERWACHTINGEN? Zeker. Wat je wel ziet, is dat steeds meer adviseurs en private bedrijven aansluiten. We moeten daarbij oppassen dat we de eigenlijke focus van de NVRD niet uit het oog verliezen: opkomen voor het publieke belang. WAT ZIJN VOLGENS JOU DE BELANGRIJKSTE ONTWIKKELINGEN BINNEN DE AFVALBRANCHE? Als we de groeiende wereldbevolking van basisbehoeften en een beetje welvaart willen voorzien, móeten we met zijn allen richting circulaire economie. Dat vraagt om samenwerking met elkaar in de hele keten. Als je deelstromen inzamelt, zoals Omrin, kijk dan ook naar de verwerkingskant. Zoek naar partners die er mooie nieuwe producten van maken. Ik vind het vervelend als je merkt dat bepaalde partijen niet willen samenwerken. Een circulaire economie vraagt iets van iedereen.

26 | GRAM #5 juni 2018

WAT VIND JE HET LEUKSTE/MOOISTE AAN JE WERK? Ik ben altijd op zoek geweest naar maatschappelijke zingeving. Met deze functie kan ik daar een bijdrage aan leveren. Door me in te zetten voor publieke belangen als duurzaamheid, arbeidsparticipatie, herwinning van grondstoffen en fossielvrije energie. Werken voor een overheidsgedomineerd bedrijf is voor mij een bewuste keuze. Hoe geef ik het geld van de burgers goed en netjes uit, ofwel: op doelmatige en rechtmatige wijze. Ik vind dat je nutstaken niet moet privatiseren. Omrin zorgt voor lage tarieven en de winst wordt uitgekeerd aan gemeenten en burgers. Ik stoor me aan investeerders die snel winst graaien. WAAR STOOR JE JE AAN? Onder andere aan hoe restafval-cijfers worden gebruikt. Er wordt heel erg gefocust op getallen; de ene gemeente doet het nog mooier dan de andere, als het bijvoorbeeld gaat om het streven naar 30 kilo restafval per inwoner per jaar in 2025. Maar wat je tegelijkertijd ziet, is dat de stromen, zoals pmd en gft, vaak vervuild zijn. De vele afkeuren zouden natuurlijk gecorrigeerd moeten worden in de cijfers, maar dat gebeurt niet. De werkelijke hoeveelheid restafval is hoger dan het lijkt en zo verliezen we het hogere doel, herbruikbare grondstoffen, uit het oog. WELKE TIP WIL JE DE LEZERS VAN GRAM MEEGEVEN? Focus wat minder op de cijfers en werk harder aan de intrinsieke motivatie om afval te scheiden. Vertel je burger wáárom je grondstoffen wil scheiden, en markeer zo het hoger gelegen doel. Er zit een serieus maatschappelijk probleem achter. Oorlogen vanwege een gebrek aan grondstoffen acht ik niet ondenkbaar in de toekomst. We hebben het nu wel goed, maar we moeten verder kijken met zijn allen.


SAMEN VOOR SCHONE EN AFVALVRIJE GEMEENTEN

NIEUWS

ARGANG 108 #05 JUNI 2017

DELIJK OF NIET

OPLOSSING VOOR LUIERS STEEDS DICHTERBIJ

GRAM SPECIAL

ONDERZOEK

DE TOEKOMST

SAMEN VOOR SCHONE EN AFVALVRIJE GEMEENTEN

MAURICE DE HOND

VAKBLAD VAN DE NVRD | JAARGANG 108 #05 JUNI 2017 SPECIAL MEI 2018

Bij deze juni-uitgave van GRAM ontvangt u een speciale uitgave over de (afvalloze) toekomst van de afval- en reinigingssector. Een intensief traject doorlopen met strategiebureau De Ruyter en de Stuurgroep Toekomstverkenning, ligt ten grondslag aan deze special. Samen met de leden heeft de NVRD vier toekomstscenario’s opgesteld waarmee de sector op strategisch niveau aan de slag kan.

PERIKELEN RELEVANTE RONDOM DE AFVALONTWIKKELINGEN STOFFENHEFFING EN TRENDS IN DE SECTOR

BIJPLAATSEN VAN VIER TOEKOMSTAFVAL BIJ ONDERGRONDSE SCENARIO’S AFVALCONTAINERS OP EEN RIJ

OPLOSSING IN GROF GESPREK MET HUISHOUDELIJK ROVA, TWENTE VOOR LUIERS OLAF PRINSEN, RESTAFVAL, WEL OF NIET MILIEU EN STEEDS GEMEENTE DICHTERBIJ DIRECTEUR NVRD NASCHEIDEN? UTRECHT WERKEN AAN DE TOEKOMST

R DE TOEKOMST? BENT U KLAAR VOO over de toekomst van de sector Speciale uitgave GRAM

170029EL_NVRD_GRAMjuni2017_DRUK.indd 1

09-06-17 08:21

NIEUWE MEDEWERKER Sinds 16 april is Imelda Massop werkzaam bij de NVRD. Ze houdt zich bezig met bench-marking en kennismanagement. Imelda heeft in verschillende branches gewerkt waaronder de gezondheidszorg, marktonderzoek en de uitgeverij. Kennis van de afvalbranche had ze tot voor kort niet maar ze is ervan overtuigd deze snel op te doen. Imelda is bereikbaar op tel: 088-3770024 of 06-11035285 en e-mail: massop@ nvrd.nl

09-06-17 08:21

NVRD JAARVERSLAG 2017 Tijdens de Algemene Ledenvergadering op 30 mei in Amsterdam werd het Jaarverslag over 2017 aangenomen. Het Jaarverslag verschijnt dit jaar in compacte digitale vorm. Je bepaalt zelf wat

je wel of niet interessant vindt door er doorheen te klikken. Het Jaarverslag 2017 is te vinden op: www.nvrdjaarverslag2017.nl

In zes jaar tijd is de bereidheid van de Nederlanders om afval gescheiden aan te bieden sterk toegenomen. Dat lijkt vooral uit een intrinsieke motivatie te komen. Dit blijkt uit onderzoek dat Maurice de Hond presenteerde tijdens het NVRD Jaarcongres. 83 procent van de ondervraagden wil zoveel mogelijk afval gescheiden aanbieden. De toename zit vooral onder jongeren. De redenen om te scheiden liggen vooral bij de mensen zelf, zoals bijdragen aan een betere wereld. Nederlanders voelen zich meer verantwoordelijk voor hun gedrag in relatie tot afvalpreventie en afval scheiden en zijn ook meer bereid om er offers voor te brengen in handelen of in geld. De Hond herhaalde zijn onderzoek via peil.nl uit 2012 in opdracht van de NVRD en tot zijn verbazing waren de verschillen erg groot. "Ik heb nog nooit gezien dat over alle bevolkingsgroepen zo een gelijkmatige beweging in de richting van verantwoorder omgaan met aspecten rondom afval en milieu is waar te nemen. Het lijkt erop dat de bevolking in haar opvattingen vooruitloopt op de politiek en bedrijfsleven." Inmiddels is 80 procent van de ondervraagden voor statiegeld op flesjes, blikjes of op beide. De irritatie over zwerfafval is toegenomen van 82 naar 91 procent, terwijl het aantal vervuilers is afgenomen. Er is beduidend minder enthousiasme over beloningssystemen dan over statiegeld. 31 procent gaat daardoor niet meer scheiden en 16 procent laat het afhangen van het bedrag. Slechts 9 procent laat zich door een beloning overhalen om te gaan scheiden. Een belasting op plasticverpakkingen die niet gerecycled kunnen worden ziet een meerderheid wel zitten. 56 procent is voor een belasting van 10 cent voor niet-recyclebare verpakkingen.

GRAM #5 juni 2018 | 27


1-2Li_190x130.indd 1

21-7000-2972-1 GRAM 2018-februari

18-01-18 09:40

Cursus ADr VeiligheiDsADViseur WegtrAnsport van 2 t/m 6 juli te Nieuwegein Meer informatie en inschrijven: www.cursus-veiligheidsadviseur.nl

trAining pgs-15 opslAg VAn geVAArlijke stoffen 13 juli te Nieuwegein Meer informatie en inschrijven: www.cursus-pgs15.nl

28 | GRAM #5 juni 2018 1_2_li_GRAM_190x130-B.indd 1

Vermeld GRAM bij uw inschrijving in het vak mededeling en u ontvangt

5% korting

21-8000-0335-02 NVRD GRAM mei 2018

31-05-18 16:17


BRANCHE NIEUWS ZONNEPARK OP AFVALBERG AVRI Avri in Geldermalsen heeft op een voormalige afvalberg een zonnepark geplaatst. Met de bouw van het zonnepark, dat in mei officieel is geopend, krijgt de oude afvalberg aan de A15 een nieuwe en duurzame bestemming voor de toekomst. Het zonnepark is met een oppervlakte van 12 hectare het grootste van Gelderland. Ook landelijk behoort het tot een van de grootste zonneparken. De ruim 34.000 zonnepanelen leveren samen een vermogen van 9.3MWp op. Dit is voldoende om ongeveer 3.000 huishoudens van stroom te voorzien. Het zonnepark levert hiermee een belangrijke bijdrage aan de productie van schone en hernieuwbare energie in Rivierenland en het terugdringen van de uitstoot van CO2.

EU PLAN TEGEN AFVALDUMP IN ZEE Om het lozen van afval in zee door schepen te ontmoedigen, komt er een systeem met indirecte tarieven voor alle havens in Europa. De Europese Raad is op 7 juni akkoord gegaan met een voorstel daartoe. Het gaat om een herziening van de EURichtlijn Havenontvangstvoorzieningen voor Scheepsafval. Met het nieuwe systeem moeten alle schepen die een Europese haven aandoen een vast tarief betalen, ongeacht of ze afval afgeven of niet.

Momenteel moeten schepen nog betalen als ze afval afgeven, waarmee er een economische prikkel is om het afval op zee te dumpen. Er is wel een maximum aan de hoeveelheid afval die afgegeven mag worden, die mag namelijk niet groter zijn dan de opslapcapaciteit voor afval. Het tarief geldt ook voor vissersschepen en moet daarmee ook helpen de inzameling van oude visnetten te verbeteren. De

hoogte van het tarief wordt gebaseerd op de afvalverwerkingskosten van de havens. Daarnaast komt er een kortingsmogelijkheid voor ‘groene schepen’, schepen die aan kunnen tonen dat ze aan boord duurzaam met afval om gaan. Lidstaten zonder kustlijn, havens of schepen die onder hun vlag varen hoeven de richtlijn niet in nationale wetgeving om te zetten.

GRAM #5 juni 2018 | 29


UTRECHT KRIJGT ONDERGRONDSE PERSCONTAINERS De gemeente Utrecht plaatst de komende jaren meer dan 100 ondergrondse perscontainers in de stad. De perscontainers komen in drukke buurten en woongebieden met veel huishoudens en weinig openbare ruimte. De perscontainers zijn 100% herbruikbaar. Dit was ook een voorwaarde in de aanbestedingsprocedure. In Utrecht staan nu op verschillende plekken 10 perscontainers. De perscontainers zijn bedoeld voor restafval en plastic, blik en pak. De perscontainers voor restafval zijn alleen te openen met een pas waarvan het gebruik anoniem is. In een perscontainer kan drie keer zoveel restafval en maar liefst 10 à 14 keer zoveel plastic, blik en pak in vergelijking met een gewone afvalcontainer. Dit betekent dat Utrechters meer afval kwijt kunnen in de containers en dat het aantal vuilnisritjes flink verminderd kan worden. Middels vulgraadsensoren en het inzetten van ondergrondse perssystemen zullen de containers minder vaak maar wel tijdig geleegd worden.

AGENDA 4 JULI

NVRD Brainstormbijeenkomst duurzaam wagenpark, Arnhem

12 - 15 SEPTEMBER

AgroTechniek Holland, Biddinghuizen

3 OKTOBER

Afvalconferentie, Utrecht Organisatie: VA en NVRD

VOLVO TRUCKS INTRODUCEERT GEHEEL ELEKTRISCHE TRUCK

Volvo Trucks introduceert een geheel elektrische truck voor commercieel gebruik: de Volvo FL Electric voor onder andere stedelijke distributie en afvalinzameling. De verkoop en de serieproductie van het nieuwe model gaan volgend jaar in Europa van start. Het streven naar een betere luchtkwaliteit en minder geluidsoverlast in de stad

30 | GRAM #5 juni 2018

zorgt voor minder beperkingen. Een elektrische truck stoot geen uitlaatgassen uit en kan daardoor breed worden ingezet in bijvoorbeeld overdekte terminals en milieuzones. Het lage geluidsniveau van de trucks maakt het bovendien mogelijk om meer werk ‘s nachts uit te voeren, zodat de verkeersintensiteit beter verdeeld is en het overdag minder druk is op de weg.

Technische gegevens: • Truck met volledig elektrische aandrijving voor distributie, afvalinzameling en andere toepassingen in stedelijke omgevingen, GVW 16 ton; • Aandrijflijn: elektromotor van 185 kW max. vermogen/130 kW continu, versnellingsbak met twee versnellingen. Max. koppel elektromotor 425 Nm; • Energieopslag: 2-6 lithium-ion accu’s, in totaal 100–300 kWh; • Actieradius: tot 300 km; • Opladen: AC-opladen via het lichtnet (22 kW) of DC-snelladen via CCS/Combo2 tot max. 150 kW; • Oplaadtijd: Van lege naar geheel geladen accu’s: snelladen 1-2 uur (DC-opladen), ‘s nachts opladen tot 10 uur (AC-laden) met maximale accucapaciteit van 300 kWh.


aangeboden door

Route Management Solutions CLOSE-UP

PERSCONTAINER BIEDT VEEL VOORDELEN “Toen wij tien jaar geleden de eerste ondergrondse perscontainer op de markt brachten, trokken we de nodige aandacht”, weet Sidcon-directeur Reinier Siderius. “Het was destijds een opvallende noviteit.” Inmiddels zijn er al meer dan tachtig gemeenten in Nederland die deze speciale containers in gebruik hebben. En bijna elke gemeente denkt er wel over na, als de inzameling van huishoudelijk afval verbeterd moet worden. TEKST HETTY DEKKERS De ondergrondse perscontainer lijkt aan een onstuitbare opmars bezig. Het product werd tien jaar geleden ontwikkeld en op de markt gebracht door Sidcon zelf. “We zochten vooral naar een logistieke verbetering voor het inzamelen van plastic en restafval.”

binnensteden is de perscontainer interessant. Ook de landelijke en uitgestrekte gemeente Veere koos onlangs voor perscontainers. “Omdat de afstanden daar zo groot zijn”, weet Siderius. “Het levert dan een enorme kostenbesparing op als je minder vaak hoeft te legen. En je vermindert de CO2-uitstoot aanzienlijk.”

De perscontainer van Sidcon duwt het afval regelmatig en automatisch aan, zodat er veel meer in kan. Dat zorgt voor volumewinst. Daarnaast hoeft de container minder vaak geleegd te worden. Dat laatste scheelt aanzienlijk in de transportbewegingen en de kosten. “Waar je normaal vier of vijf gewone ondergrondse containers nodig hebt, kun je nu volstaan met één perscontainer”, aldus Siderius. “Die hoeft bovendien, afhankelijk van de inhoud, vijf tot tien keer minder vaak geleegd te worden dan een gewone container. Dat zorgt voor minder transportbewegingen en dus voor lagere kosten, minder verkeersopstoppingen én een beter milieu.”

Omdat steeds meer gemeenten overstappen op nascheiding, is er technisch goed nagedacht over de perskracht. “Het pmd of restafval wordt zodanig aangedrukt dat het later nog makkelijk sorteerbaar is”, verklaart Siderius. Voor het overige heeft de techniek de afgelopen tien jaar ook niet stilgestaan uiteraard. “Door slimme constructieen materiaalverbeteringen zijn onze containers 30 procent lichter geworden. Het afval blijft nu bijna nooit meer klem zitten en ook hebben we de stroomverbinding aangepast, zodat de chauffeur geen kabel meer hoeft los te koppelen bij het legen.” In verband met routeoptimalisatie zijn alle containers voorzien van vulgraadmeting. Die gegevens zijn makkelijk te integreren in bestaande containermanagementsystemen.

Amsterdam-Zuid liet zich overtuigen door deze voordelen en plaatste onlangs 250 ondergrondse perscontainers in drie wijken. “Voorheen zamelde men hier het huishoudelijk afval in via zakken, maar men wilde het liefst ondergronds gaan inzamelen”, aldus Siderius. “Zonder perscontainer had je 1000 gewone ondergrondse containers nodig gehad. Daar was echter geen ruimte voor en dat zou ook ten koste gaan van te veel parkeerplekken.” Maar niet alleen in smalle straatjes en historische

Nu de ondergrondse perscontainer Nederland veroverd heeft, er zijn er inmiddels meer dan 700 geplaatst, is het tijd voor het buitenland. Siderius: “We hebben onlangs de eerste ondergrondse perscontainers verkocht aan Noorwegen en Denemarken. Ik denk dat Europa er klaar voor is. Tien jaar geleden werd ons product nog gezien als iets exotisch bijna, nu denkt elke gemeente er serieus over na als er aan inkoopcontracten wordt gewerkt.”

GRAM #5 juni 2018 | 31


Acht miljoen oude autobanden inzamelen per jaar... …dat zijn alle ingeleverde gebruikte personenwagenbanden in Nederland …dat is gelijk aan de oppervlakte van 400 voetbalvelden

…op milieuverantwoorde wijze verwerkt …dit levert 32 miljoen kilo hoogwaardige grondstoffen …dit betekent bijna 60.000 ton minder CO2-uitstoot …daarmee besparen we CO2 gelijk aan de emissie van 400 miljoen autokilometers (10.000 keer de aardbol rond) of de aanplant van 400.000 nieuwe bomen

Inzamelen oude banden. Voor een schoner milieu. Alle gebruikte autobanden worden in Nederland door RecyBEM ingezameld en op een milieuverantwoorde wijze verwerkt. RecyBEM is een initiatief van uw bandenleverancier. Het RecyBEM-systeem is door het ministerie van I&M algemeen verbindend verklaard (AVV). Hierdoor heeft RecyBEM kracht van wet.

www.bandenmilieu.nl

Oude banden, nieuw leven.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.