5 minute read

DAR-DIRECTEUR BART DE BRUIN: ‘ECONOMISCHE EN CIRCULAIRE WIELEN MOETEN GELIJK OPGAAN’

Next Article
BRANCHENIEUWS

BRANCHENIEUWS

Voor publieke afvalbedrijven liggen volop kansen om met hun kennis en ervaring ketens meer circulair te maken, stelt Dar-directeur Bart de Bruin. “Het is een hell of a job, maar beslist interessant en leuk.”

TEKST: PIETER VAN DEN BRAND

Advertisement

GRAM interviewt een aantal reinigingsdirecteuren over hun toekomstbeeld rond de inzameling en verwerking van huishoudelijk afval en grondstoffen. In 2050 is het Rijksdoel om geen (rest)afval meer te hebben. 100% circulair is het adagium. Hoe ziet de gemeentelijke afvalinzameling er dan idealiter uit? En hoe is de rolverdeling met andere actoren in de keten, zoals (verpakkings) producenten, consumenten en verwerkers en maatschappelijke organisaties? In deze editie: directeur Bart de Bruin van Dar

‘D ar, en ’t is weer fris!’ luidt het motto van Dar. Het woordje ‘fris’ zegt meer dan alleen dat iets ‘schoon’ is. ‘Fris’ staat ook voor jong en nieuw, dus ambitieus zijn en altijd open staan voor nieuwe ontwikkelingen, nieuwe talenten, nieuwe uitdagingen en nieuwe samenwerkingsmogelijkheden. Met deze uitleg heeft de slogan een plek gekregen in het strategisch plan 2020-2024 van Dar. ‘Fris’ is ook beslist van toepassing op de transitie naar de circulaire economie, vindt directeur Bart de Bruin van Dar. Het Gelderse afvalbedrijf richt zich op de afvalinzameling en het beheer van de openbare ruimte in de gemeenten Berg en Dal, Beuningen, Druten, Heumen, Mook en Middelaar, Nijmegen en Wijchen: alle onderdeel van de Regio Rijk van Nijmegen. “De wereld staat niet stil, dus je moet altijd ruimte hebben voor frisse gedachten. Zo proberen we ook naar circulariteit te kijken. Er liggen tal van kansen en uitdagingen om met onze kennis en ervaring te helpen de verschillende ketens meer circulair te maken. Honderd procent circulair is een illusie. Dat kan niet en hoeft ook niet met de beschikbaarheid van hernieuwbare grondstoffen, zoals hout. Met de innovatiekracht bij alle partijen in de keten moet het lukken om op termijn de juiste balans te vinden tussen de beschikbaarheid en het gebruik van grondstoffen.”

Vanuit de traditionele afvalinzameling zet Dar forse stappen naar voren en achteren in de keten. Vorig jaar werd leer- en werkbedrijf Road2work@Dar opgericht. Het doel is tweeledig: een circulaire keten voor elektronica-afval inrichten en mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt een baan bieden in de ontmanteling van e-waste, als opstap naar regulier werk. Op initiatief van partner Road2work Nederland heeft Dar een intentieverklaring ondertekend om met Stichting OPEN en andere partijen werk te maken van de Europese ‘Right-to-Repair’wetgeving. “We willen de drempels voor de reparatie van elektronica wegnemen. De arbeidskosten zijn hoog. Het is goedkoper om een nieuw apparaat te kopen dan het te laten repareren. Ook zijn er juridische vragen: hoe zit het met aansprakelijkheid als je in een koffiezetapparaat een onderdeel vervangt en het ding onverhoopt in brand vliegt? Allemaal vraagstukken waar we een oplossing voor moeten vinden.”

KETEN

Aan de voorkant van de keten zoekt Dar de samenwerking met kringloopbedrijven op. “Hoe mooi is het immers”, zegt De Bruin, “wanneer producten die mensen op de milieustraat inleveren,

foto: Dar.

Foto: Linde Dorenbos.

eventueel na reparatie of bewerking, een tweede leven krijgen. Of het nou om textiel, elektronica of hout gaat. Verzin het maar. Stromen genoeg, denk ik zo. Tot voor kort was de samenwerking beperkt, zowel onderling als met de gemeenten erbij. Het is goed dat we nu samen nadenken over de kansen en het wegnemen van belemmeringen om de levensduur van producten te verlengen.”

De grootste uitdaging bij de circulaire opgave, stelt De Bruin, is het vinden van gezamenlijke doelen en vervolgens ook daadwerkelijk gaan samenwerken. “In alle ketens waar het mis gaat, blijft het op deze twee punten steken. Je moet geen verschillende doelen nastreven in dezelfde keten. De een vindt bijvoorbeeld 50 procent recycling genoeg, maar de ander wil voor 100 procent gaan. Je moet elkaar juist vinden op gemeenschappelijkheid en niet in tegenstellingen verzanden. Wellicht zou je per keten een onafhankelijke stichting moeten hebben, die los staat van de partijen in de keten maar wel verantwoordelijk wordt om de doelen van deze keten te halen.”

Naast de elektronicaketen is de keten van luiers en incontinentiemateriaal van belang voor Dar. De gemeenten zamelen deze stroom apart in voor verwerking in de recyclingfabriek van ARN in Weurt. “Sommige van onze gemeenten zitten op 40 kilo restafval per persoon per jaar. Dat is al heel mooi. Als je dan ook nog het aandeel vieze luiers van twintig procent daaruit kunt halen, scheelt dat ontzettend veel. Sterker nog, het gaat om de laatste grote stroom in het restafval. We zijn nu de infrastructuur aan het optimaliseren door het aantal inzamelcontainers uit te breiden en de inzamelfrequentie te verhogen. Het aanbod is groot, omdat inwoners deze service erg waarderen. Bovendien is het goed voor het klimaat en het past helemaal in de circulaire economie. Het is mooi dat het Rijk voor deze stroom producentenverantwoordelijkheid in wil voeren.”

BIODIVERSITEIT

Ook de activiteiten van Dar rond het beheer van de openbare ruimte zijn fors gegroeid. Het bedrijf heeft inmiddels voor vrijwel de gehele gemeente Nijmegen de groenvoorziening onder zijn hoede en sinds enkele jaren ook voor Berg en Dal en Heumen. “Biodiversiteit is onbetwist een trend”, weet De Bruin. “Ik denk dat publieke bedrijven als Dar zeker hun rol kunnen pakken bij de uitvoering van het gemeentelijk beleid. Een van onze kerncompetenties is het vertalen van maatschappelijke doelen naar de straat. Bij klimaat en biodiversiteit spelen dezelfde soort vraagstukken als bij de circulaire economie. Met onze kennis en kunde over het gedrag van mensen kunnen we gemeenten hierbij goed adviseren. We investeren daar ook zelf in door de juiste mensen met de juiste kennis in dienst te nemen, zoals recent een nieuwe collega met een ecologie-achtergrond.”

De Bruin is nu vier jaar directeur van Dar, na een korte interim-periode in 2015. In 2012 begon hij als manager Advies en Relatiebeheer bij het publieke afvalbedrijf. “Het werk bevalt me nog altijd erg goed, vooral de combinatie van bedrijvigheid en bezig zijn met het realiseren van maatschappelijke doelen. Je zit dicht op het democratisch proces van de gemeenten en de ambities die daar spelen.” De sector zelf, constateert de Dar-directeur, staat bol van de technologische ontwikkelingen, denk aan het gebruik van sensoren en camera’s in de openbare ruimte. “Het vakgebied is super breed en dat maakt het enorm interessant. Als we nog een tijd op deze aardbol willen leven en genieten, zullen we gezamenlijk in ons productie- en consumptiepatroon de juiste modus moeten vinden tot een voor iedereen aanvaardbaar welvaartsniveau. Deze verantwoordelijkheid dragen we samen. Het economische wiel moet gelijk opgaan met het circulaire wiel, zodat alle partijen in de keten een gezonde businesscase hebben. Heeft een partij dat niet, dan stokt het. Dat gelijk opgaan kun je met wetgeving afdwingen of door het belastingstelsel te vergroenen. Dan komt de transitie vanzelf op gang. Het is een hell of a job, maar beslist interessant en leuk.”

This article is from: