34 minute read

Eikenprocessierups: geen kant en klare oplossing

De problematiek van de eikenprocessierups is

een recept met verschillende ingrediënten en

Advertisement

vraagt een uitgekiende strategie.

Biodiversiteit staat aan de basis. Dit geldt zowel

voor de aanplant, als voor onderbegroeiing,

alsmede voor het faciliteren van natuurlijke

vijanden en vogels. Voor de totale aanpak is

monitoren een belangrijk hulpmiddel en

vormen bestrijden en ruimen het sluitstuk.

Auteur: Wilma Windhorst

Epr Bestrijding met Nematoden Dieverbrug

De eikenprocessierups komt al veel langer incidenteel voor in Nederland. Het insect heeft zich sinds 1991 blijvend in Nederland gevestigd en verspreidt zich sindsdien vanuit het zuiden gestaag over het hele land. In deze bijna dertig jaar wisselden perioden met veel meldingen en overlast en jaren van minder plaagdruk elkaar af. De plaagdruk van de eikenprocessierups was erg hoog in 2019. Dit was een gevolg van de warme en droge zomer van 2018, met ideale omstandigheden voor het overleven en de verspreiding van de vlinders en daardoor massale ei-afzetting.

Door zomerstormen, begin juni en in augustus, waaiden veel oude en nieuwe nesten uit de bomen. De verspreiding van de brandharen zorgde vervolgens voor veel overlast voor mens en dier en leidde tot veel klachten over allergische reacties. En de rups had nieuwswaarde, getuige de verschillende media. Monitoring Vanwege de gezondheidsklachten die de eikenprocessierups veroorzaakt, wordt het populatieverloop al langere tijd gevolgd. Biocontrole – in de persoon van Silvia Hellingman – en Henri Kuppen waren rond 2009 de initiators van systematische monitoring met behulp van feromoonvallen met lokstoffen. De aantallen vlinders in de vallen hebben een voorspellende waarde voor de te verwachten plaagdruk en overlast in de directe omgeving van de vallen. Op kwetsbare locaties, zoals in de buurt van scholen en verzorgingshuizen en in recreatiegebieden en -parken, evenals bij grote evenementen, zoals de Drentse fietsvierdaagse, is de monitoring vanwege het volksgezondheidsaspect vrij constant.

Verwateren In jaren van beperkte overlast is er op minder kritieke locaties de neiging om de monitoring te laten verwateren. De vestiging van de eikenprocessierups in heel Nederland en de overlast van 2019 bewegen gemeenten, instanties en bedrijven ertoe om de populatie van het plaaginsect nu opnieuw structureel te volgen. Door de omvang van de plaag zijn de afgelopen zomer uit veel nesten vlinders uitgevlogen. De monitoring wees uit dat er weliswaar minder vlinders waren dan in 2018, maar dat er in 2020 toch een forse plaagdruk wordt verwacht.’

Bestrijding Monitoring kan ook worden gebruikt voor beslissingen rondom de bestrijding van de eikenprocessierups. Op plaatsen waar veel vlinders in de vallen zijn aangetroffen en waar overlast voor het publiek wordt verwacht, wordt ingezet op bestrijding.

Brede aanpak EPR

Ruimen

Bestrijding

Monitoring

Vitaliteit bomen

Om te kunnen bestrijden, moeten eerst de eieren van de vlinders uitkomen. Hiervoor vindt monitoring van eipakketjes plaats in eikenprocessierups-stations bij hoveniersbedrijf Roel Timmerman in Dieverbrug en bij de Nationale Bomenbank in Mill. Zodra de verzamelde eipakketjes in eiken in deze gazen kooien uitkomen, kan, bij de juiste weersomstandigheden, de eerste bestrijding worden uitgevoerd.

Bestrijdingsmethoden Door haar intensieve waarnemingen ontdekte Silvia Hellingman, destijds eigenaar van Biocontrole, in 2008 dat eikenprocessierupsen kunnen worden geparasiteerd door insectparasitaire aaltjes. Op basis van deze bevinding ontwikkelde zij een bestrijdingsmethode die vroeg in het seizoen kan worden ingezet. De aaltjes, die normaal gesproken in de grond leven, worden gemengd met een speciale draagstof en in eikenbomen gespoten. Omdat aaltjes gevoelig zijn voor uv-licht en uitdroging, wordt deze

SPECIAL EPR

Klimaat

Diversiteit bomen

Biodiversiteit omgeving

toepassing in het donker uitgevoerd. De aaltjes parasiteren de rupsen, waarna deze na een aantal dagen doodgaan.

Het gunstige van deze bestrijdingsmethode is dat hij vroeg in het seizoen kan plaatsvinden. In die periode is de kans kleiner dat er rupsen van andere en beschermde vlindersoorten voorkomen en ongewild ook worden gedood. Dat de toepassing geen nawerking heeft, is zowel een voor- als een nadeel: een voordeel als het gaat om schade aan andere insecten, een nadeel omdat de werking op de eikenprocessierups kort is en de toepassing en de heersende omstandigheden daardoor nauw luisteren. Omdat de aaltjes alleen insecten parasiteren, heeft de bestrijdingsmethode nauwelijks nadelen voor de omgeving. Daardoor is deze zeer geschikt om te worden toegepast in een woonomgeving.

‘Na jaren van beperkte overlast bestaat de neiging om de monitoring op minder kritieke locaties te laten verwateren’

Als de bomen in het blad lopen, kan ook gekozen worden voor bestrijding met een bacteriepreparaat. Dit middel wordt door vraat aan het blad opgenomen door de rupsen, die vervolgens doodgaan. Deze toepassing heeft een langere nawerking, wat gunstig is met het oog op de bestrijding. Daardoor, en vanwege de wat latere timing in het seizoen, zal het bacteriepreparaat echter ook meer effect hebben op andere rupsensoorten. Zowel nematoden als het bacteriepreparaat dienen te worden toegepast als de rupsen in het tweede en derde larvale stadium zijn en nog geen brandharen hebben.

Ruimen Rupsen die niet bestreden zijn, vormen nesten. Deze zitten vol met de brandharen die de overlast veroorzaken. De nesten zijn afgelopen jaar massaal verwijderd om populatieopbouw en overlast te voorkomen. Door de storm van begin februari zijn op veel plaatsen oude, niet

-Agro de Arend - Bestrijdt effectief, duurzaam en veilig de eikenprocessierups!

Eikenprocessierups Airbo zuiger

Effectieve oplossing voor het verwijderen van eikenprocessierupsen zonder gebruik van gif!

- Tweemotorige stofzuiger geschikt voor het verwijderen van de eikenprocessierups - Inclusief 3m Nuflex slang, carbon zuigbuis (1,80m), RVS gebogen schraapbuis en 10 filterzakken. - Maximale zuigkracht tot op 10 meter hoogte! - Veilig gesloten afzuigsysteem: geen contact met de processierups. - Complete, betaalbare set en direct leverbaar uit voorraad! - 23 L en 40 L Eikenprocessierups Stihl zuiger

- Geen afvoer van grote boxen - Slechts 1 zuigbox nodig voor een heel seizoen - Losse zuigzakken - Alles los te verkrijgen - Zeer gebruiksvriendelijk

Altijd te gebruiken i.c.m. de juiste PBM’s (persoonlijke beschermingsmiddelen)

Eikenprocessierups lint

Lint voor het markeren van bomen tijdens inventarisatie van de eikenprocessierups.

Persoonlijke beschermingmiddelen

Glove connector

De eenvoudige oplossing om handschoen op de overalls te bevestigen.

- Beschermoverall (ook verkrijgbaar met ventilatie) - 3M Versaflo - 3M Premium hoofdkap - 3M M-406 helm - Solvex handschoenen

Biologische plaagbeheersing met Staygreen 2

Soms gaat het openbaar groen gepaard met overlast. Zo brengen nesten van eikenprocessierupsen grote risico's met zich mee voor de volksgezondheid. Chemische bestrijding is niet altijd verantwoord en afzuigen is duur. Vaak bereiken we met biologische plaagbeheersing op de langere termijn meer. Met het StayGreen 2 creëert u een natuurlijk evenwicht in de buurt van eikenbomen met eikenprocessierups haarden. De vegetatie biedt een ideale habitatvoorsluipwespen, gaas- vlieglarven, roofwantsen, lieveheersbeestjes en op insecten afkomende kool- en pimpelmezen, allemaal natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups. Het zaaien van dit mengsel kan van maart t/m oktober.

Xentari

Xentari heeft een brede werking tegen rupsen van vlinders en motten. Zo is het o.a. zeer effectief tegen de eikenprocessierups. Het middel bestaat uit fijne korrels die gemengd dienen te worden met water. Door het vreten van de bespoten plantdelen verlammen de kaken van de rups en sterft deze uiteindelijk af.

SPECIAL EPR

Productietank van Enema 2019

Insectparasitaire nematoden Insectparasitaire nematoden worden al bijna veertig jaar gebruikt om bodeminsecten te bestrijden. De toepassing tegen de eikenprocessierups is van recenter datum en is door Silvia Hellingman geïnitieerd. Insectparasitaire aaltjes komen van nature in kleine hoeveelheden in de bodem voor. Daaruit zijn ze geïsoleerd om te worden vermeerderd.

De productie van insectparasitaire nematoden is hoogwaardige biotechnologie en vindt onder andere plaats bij E-nema in Duitsland. In enorme roestvrijstalen tanks

verwijderde nesten uit de bomen gewaaid. Wees hierop alert: ze zijn soms minder goed als zodanig te herkennen omdat ze niet meer intact zijn. De brandharen kunnen zich verspreid hebben in de omgeving; de verwachting is dat dat bij onderhoud en maaiwerkzaamheden tot overlast kan leiden.

worden aaltjes onder speciale condities met betrekking tot temperatuur, zuurstofgehalte en dergelijke gemengd met water en voeding om ze te vermeerderen. Vervolgens worden ze in een draagstof geformuleerd en zo verpakt dat ze enkele weken houdbaar zijn. Daarna kunnen de nematoden worden opgelost in water en verspoten.

Na toepassing ontstaat tijdelijk een verhoogd aantal in de grond. Als het aantal plaaginsecten waarop de nematoden parasiteren, afneemt, evenals bij uitdroging, zakt de populatie nematoden weer terug naar de natuurlijke aantallen.

zal plaatsvinden, zodat ze niet door de luchtstroom uit de bomen worden geblazen.

Biodiversiteit De eikenprocessierups is een blijver, dat mag duidelijk zijn. Een brede aanpak is nodig om tot beheersing van de plaag te komen. Al jaren houdt Henri Kuppen een pleidooi voor meer diversiteit in de aanplant, om te voorkomen dat een bomenlaan een EPR-snelweg wordt. Nog

Eikenprocessiestation Dieverbrug

steeds zien we dat eikenlanen worden aangeplant die vervolgens na een paar jaar bijna compleet met rood-witte EPR-lintjes gemarkeerd zijn.

Diversiteit in bomen en onderbegroeiing faciliteert een breed scala aan insecten, waaronder natuurlijke vijanden van de EPR. Deze insecten zullen de eikenprocessierups parasiteren of (in het geval van gaasvliegenlarven, lieveheersbeestjeslarven en sommige keversoorten, zoals de kleine poppenrover) de rups opeten. Ook zal een grotere insectenpopulatie leiden tot meer vogels en vleermuizen, die de rupsen en EPR-vlinders opeten.

Het is een illusie om te denken dat nestkastjes ophangen of bloemen inzaaien het probleem op korte termijn oplost. De biodiversiteit is decennialang gestaag achteruitgegaan, dus het zal ook veel tijd kosten om haar weer naar een beter niveau te tillen. Maar de overlast van 2019 heeft wel gezorgd voor bewustwording van de noodzaak tot een bredere aanpak!

Nader onderzoek We hebben aanwijzingen dat de veranderende klimaatomstandigheden niet alleen EPR faciliteren, maar ook de vitaliteit van bomen beïnvloeden; na een jaar zoals 2018 zouden ze vatbaarder zijn voor aantasting. Biocontrole gaat dit nader onderzoeken.

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32482/eikenprocessierups-geen-kant-en-klare-oplossing.

Goed bezochte studiedag eikenprocessierups bezorgt boombeheerder munitie

‘EPR-waarschuwingslint om bomen knopen is niet slim’

Vakblad Boomzorg was vorig jaar oktober aan

wezig bij de studiedag eikenprocessierups in

het Inspyrium te Cuijk, een dag georganiseerd

door de Nationale Bomenbank in samenwer

king met Terra Nostra en boomkwekerij Ebben.

De studiedag was uitsluitend toegankelijk voor

boombeheerders en andere gemeentelijke

groenmedewerkers. Het was een informatieve

dag, boordevol lezingen en kennissessies om

beheerders van munitie te voorzien in de strijd

tegen de jeukrups. In verband met deze studie

dag verscheen zelfs een speciale EPR-editie van

Boomzorg.

Auteur: Willemijn van Iersel

Mister EPR, Henry Kuppen – zich bewust van zijn bijnaam – opent de dag met de woorden: ‘Sommige mensen krijgen al jeuk als ze me zien.’ Maar algauw zijn de grapjes voorbij, want de zomer van 2019 was alles behalve grappig. Kuppen: ‘We hebben nog nooit zo’n seizoen gezien; het is idioot. Er komt nu veel informatie los rondom de eikenprocessierups en wij willen beheerders munitie geven.’

Rupsenweetjes Kuppen gaat door met wat wetenswaardigheden over de eikenprocessierups en de bestrijding ervan. Zo is bij het gebruik van nematoden gemiddeld een afname van 65 procent merkbaar na twee behandelingen. Verder is voor het gebruik van Xentari een bladontwikkeling van meer dan 40 procent nodig en is de gemiddelde afname na een behandeling hiermee zo’n 90 procent. Daarnaast moet je niet de vergissing maken om te denken dat de rupsen vanzelf doodgaan als de eiken pas laat blad krijgen; de ‘rotzakken’ zitten gewoon in de knoppen te eten.

Vanaf larvaal stadium 4 is spuiten geen optie meer. Vanaf dat moment zijn de brandharen actief. Door te spuiten zorg je voor luchtdrukverplaatsing, waardoor brandharen juist verspreid kunnen worden, wat de overlast alleen maar zou doen toenemen. Verder is het branden van rupsen en nesten volgens Kuppen ook een zeer slecht idee. Hij verwijst hierbij naar de inmiddels beroemde Attie uit Enschede die met haar verfbrander de rups te lijf ging onder het mom van recht op zelfbescherming.

Verder heeft wind uiteraard invloed op de overlast. Zo onthulden de recente stormen Ciara en Dennis ook weer diverse oude eikenprocessierupsennesten, die een gevaar opleverden voor onder andere huisdieren en groenmedewerkers. Kuppen benadrukt dat de eikenprocessierups echt een duidelijke voorkeur voor eiken heeft. De rups is weleens te vinden op een andere boomsoort, maar zal zijn eipakket nooit afzetten op een ander boomgeslacht dan eik.

Onrustige rupsen Het is opmerkelijk dat de eikenprocessierups de laatste twee jaren ander gedrag vertoont dan we van hem gewend zijn. Zo zijn de rupsen in stadium L4 veel onrustiger. Ze lopen over de bomen en maken grondnesten. Naar dit gedrag wordt momenteel onderzoek gedaan door het kenniscentrum eikenprocessierups, maar het ontbreekt aan structurele middelen om dit uit-

voerig te kunnen opnemen. Kuppen vraagt de zaal of de overlast is verergerd door de excessieve media-aandacht. De meningen in de zaal verschillen. Zo meent iemand dat de media-aandacht ook zorgt voor kansen, extra budget en waardering voor het werk van boombeheerders. Iemand anders meent dat de media-aandacht de overlast zeker heeft vergroot: ‘Ieder bultje, het geringste beetje jeuk is direct de schuld van de eikenprocessierups.’ Volgens Kuppen ligt het niet aan de media. ‘Alle cijfers laten zien dat de plaagdruk in 2019 ook werkelijk hoger lag. Je kunt de media niet van alles de schuld geven.’

Heilige graal Kuppen daagt de mensen in de zaal uit om kritisch naar hun eigen bomenbestand te kijken en dit waar mogelijk passief en actief om te vormen. Dat kan namelijk ook zeer verlichtend werken voor de plaagdruk. Kuppen sluit af met de opmerking: ‘Als u hier bent om de heilige graal tegen de eikenprocessierups te vinden, moet ik u teleurstellen; die zult u hier niet vinden. Er is een complex aan maatregelen nodig. Helaas zijn wij opgevoed met effecten op de korte termijn, zoals spuiten en zuigen. We moeten overstappen op langetermijndenken; daar liggen nog veel kansen. Dan kunnen we weer veilig gebruikmaken van de openbare ruimte. Want,’ zo zegt Kuppen, ‘zelfs strontvliegen prederen op de eikenprocessierups.’

Goede communicatie is pleister op de wonde Na Henry Kuppen komt Marije Wesselius, beleidsadviseur groen van de gemeente Ede, aan het woord. Zij bespreekt het belang van goede communicatie met bewoners rondom de eikenprocessierups. Als bewoners zich niet gehoord voelen, kan dit de overlast gevoels

‘Wij spuiten niet meer met Xentari, maar vernevelen met een biologisch bestrijdingsmiddel’

matig verergeren; de frustratie neemt snel toe en het begrip alleen maar af. In Ede zijn in 2019 enkele pijnpunten waargenomen. Zo duurde het veel te lang voordat een melding van een bewoner zichtbaar was op de EPR-kaart. Dit kwam door de vele schakels die ertussen zaten, maar voor bewoners leek het alsof er niets mee werd gedaan. Intussen werd de melding van persoon op persoon doorgegeven. Burgers belden dan meerdere malen terug, steeds geërgerder, met het gevoel dat niemand naar hen luisterde. Verder vertelt Wesselius dat Ede niet meer spuit met Xentari, maar vernevelt met een biologisch bestrijdingsmiddel, omdat dit een positievere indruk maakt op bewoners.

Geïntegreerd management EPR-beheerplan Het plenaire deel wordt vervolgd met een lezing van Gijs-Jan Roos en Jeroen Hendriks van de Nationale Bomenbank over het geïntegreerd managen van de eikenprocessierups. Een rups geïntegreerd managen, hoe werkt dat precies? De Nationale Bomenbank heeft hiervoor een systeem, waarmee het bedrijf zelfs garantie geeft op het beheerplan. Roos

SPECIAL EPR

valt met de deur in huis: ‘EPR-meldingen zeggen niet per se iets over data, maar meer over gezeik. Gebruik dus je data; anticipeer daarop en ga niet alleen af op meldingen.’ Verder raden de heren van de Nationale Bomenbank af om EPR-lint om bomen te knopen. In plaats daarvan moet je met een punaise een stuk lint in de boom duwen. Op deze manier komen de medewerkers die de linten ophangen zo min mogelijk met de boom in aanraking. Roos: ‘Ik heb meerdere malen gezien dat een groenmedewerker in een T-shirtje met korte mouwen rustig een hele eikenlaan af gaat met lint. Hij knuffelt letterlijk iedere boom. Dat is toch niet uit te leggen?’

Hierop komt vanuit de zaal een vraag van Ronald Loch, boombeheerder bij de gemeente Rotterdam. ‘Hoe stoppen we de EPR-cowboys en -girls? Ik heb het afgelopen jaar ploegen op non-actief moeten zetten.’

Tot slot komt in het plenaire gedeelte Gertjan Dieters van de gemeente Westerveld aan het woord, de gemeente van het succesverhaal

‘Veel mediaaandacht is niet alleen negatief. Je kunt het ook in je voordeel gebruiken’

Peter van Riel

Gemeente Zoetermeer

'Wij gebruiken telefoondata om prioriteit te geven aan bepaalde gebieden. Waar veel activiteit is, komen veel mensen. Ook gebruiken wij de kaart van de strooiroutes. Verder zetten we soms gewoon gebieden af en manen mensen tot geduld.Kinderdagverblijven roepen vaak het hardst, maar ook zij moeten bij ons achter aansluiten'

Ronald Loch Gemeente Rotterdam

van Wapserveen. Hier vond vanaf 2016 een pilot plaats om de plaagdruk van de eikenprocessierups te verminderen. Dat gebeurde door natuurlijke vijanden te stimuleren en te vermeerderen door vergroting van de biodiversiteit. Het verslag van deze pilot laat een verbluffende reductie zien in slechts twee jaar tijd. Dieters schat dat het hele project zo’n 10.000 euro heeft gekost. Het draaibroek hiervan is voor iedereen in te zien via de website van Boomzorg en van de gemeente. Het succes had ook een keerzijde. Dieters kreeg ook boze telefoontjes van burgers die zeiden: ‘Ik zie op RTL dat de EPR-bestrijding hier zo succesvol is, maar mijn zoon zit helemaal onder de bulten!’ Dit verhaal bewijst dat de plaagdruk sterk verminderd kan worden, maar de overlast blijft.

Feromoonvallen Wetenschappelijk medewerker Wendy Batenburg van Terra Nostra geeft uitleg over de beleidskaders en de inzet van feromoonvallen. Ze geeft hierbij aan dat iedere organisatie zijn eigen contactpersoon en coördinator voor de eikenprocessierups moet benoemen; deze personen zijn de spil in een organisatie. Daarbij

pleit ze voor eenduidige registratie van de eikenprocessierups, zodat verkregen data ook gebruikt kunnen worden voor de analyse van spuitresultaten en plaagdrukopbouw. Met het feromoonvallenonderzoek wordt extra informatie verkregen, ook uit gebieden die niet bij de boomeigenaar in beheer zijn. Zeker bij langjarig gebruik van de vallen kunnen hiermee trends worden vastgesteld. Hierbij maakt Batenburg de nuancering dat feromoonvalvangsten geen een-op-eenvertaling van de plaagdruk zijn. Er zijn ook andere invloeden, zoals bestrijding en de mogelijkheid van een diapauze. Batenburg geeft inzicht in het geïntegreerd managen van de eikenprocessierups. Op basis van de werkelijke plaagdruk en de potentie tot verspreiding worden voorspellingen voor het volgende seizoen gedaan. In relatie tot het overlastrisico conform de risicozonering vanuit de leidraad, worden vooraf specifieke maatregelen vastgelegd. Daarbij moet men zich bewust zijn van de verantwoordelijkheid voor ongewenste effecten op andere organismen dan de eikenprocessierups. De voorgestelde maatregelen variëren van preventief spuiten met BT’s of nematoden tot curatief verwijderen van nesten of alleen maar informeren. Het vastleggen van alle verkregen inspectiedata vormt het hart van geïntegreerd management. Daarbij wordt het opzetten van duurzame maatregelen, zoals het stimuleren van natuurlijke vijanden, gezien als een uitermate geschikt middel voor burgerparticipatie.

Informatiemarkt Verder is er op de studiedag nog een informatiemarkt, waar diverse bedrijven ideeën mogen pitchen. Een daarvan is JUB Holland met zijn speciale bloembollenassortiment voor de eikenprocessierups. Dit is een mengsel dat is verfijnd na vier jaar monitoren door onder andere Sylvia Hellingman. Je kunt tegenwoordig niet alleen een mengsel kopen bij een bollenbedrijf, maar zelfs een heel ‘beeld’, door middel van het concept Bonte Berm. In dit concept worden de krachten van een-, twee- en meerjarige inheemse zadenmengsels gebundeld in een op maat samengesteld bloembollenmengsel. Poel Bosbouw staat op de informatiemarkt met een zeer belangrijke taak: voorlichting over hoe we onze bestrijders zo goed mogelijk kunnen beschermen, want jezelf bescher-

Fotocredit Rene Post

Marije Wesselius Jolanda Wijsmuller

SPECIAL EPR

men tegen onzichtbare brandharen is lastig. Daarnaast geeft Bayer voorlichting over Xentari: op welke niet-doelorganismen zijn effecten te verwachten? Terra Nostra laat een digitaal monitoring- en beheersysteem voor EPR zien, en ook de Vlinderstichting is van de partij om te wijzen op de schadelijke effecten op de vlinderstand. Daarnaast is er op de informatiemarkt nog voorlichting van enkele andere bedrijven die gelinkt zijn aan de eikenprocessierups.

Rondleiding over kwekerij Synchroon aan de informatiemarkt neemt Toon Ebben de bezoekers van de studiedag mee in zijn befaamde Amerikaanse schoolbus voor een rit over de kwekerij. In de strijd tegen de eikenprocessierups is het volgens de bijgewerkte leidraad eikenprocessierups van belang om het monotone eikenbestand van veel Nederlandse gemeentes om te vormen. Het is raadzaam om te kiezen voor de 10-20- 30-diversiteitsrichtlijn van Santamour (Santamour 1990): maximaal 10 procent van het totale bomenbestand mag van dezelfde soort zijn, maximaal 20 procent mag van hetzelfde geslacht zijn, maximaal 30 procent mag van dezelfde familie zijn (zie hoofdstuk 4, update leidraad 2019). Maar omvormen naar wat? Ebben laat tijdens zijn rondrit zien dat er voldoende keus is uit diverse soorten. De heilige graal werd ook deze dag niet gevonden. Er werd wel een goed gevulde wapenkast opengetrokken, waardoor je als boombeheerder dit jaar zeker niet munitieloos de strijd hoeft aan te gaan tegen de eikenprocessierups. Ronald Loch van de gemeente Rotterdam: ‘Wij gebruiken telefoondata om prioriteit te geven aan bepaalde gebieden. Waar veel activiteit is, komen veel mensen. Ook gebruiken wij de kaart van de strooiroutes. Verder zetten we soms gewoon gebieden af en manen mensen tot geduld. Kinderdagverblijven roepen vaak het hardst, maar ook zij moeten bij ons achter aansluiten.

‘EPR-meldingen zeggen niet per se iets over data, maar meer over gezeik’

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32522/goed-bezochte-studiedag-eikenprocessierups-bezorgtboombeheerder-munitie

‘Zelfrijdend’ en ‘beperkte rijbreedte’ zijn sleutelwoorden bij Hemos

Directeur Mosterman: ‘Wij willen onderscheidend blijven en hechten aan langetermijnrelaties’

Nederlandse ingenieurs worden wereldwijd ingevlogen om water te bedwingen. Net zo vooruitstrevend op het gebied van waterbeheer zijn de

sloot- en bermmachines die Foppe Mosterman met zijn Hemos-team bedenkt en maakt. Mosterman brengt de stobbenfrees, bermschaaf en

slootreiniger voor het voetlicht.

Auteur: Karlijn Santi Raats

Bij de klimaatverandering is het beheer van water – de afvoer en het bufferen – een van de speerpunten. Open en schone sloten en watergangen zijn van groot belang in ons waterbeheer, maar ook goed dijkbeheer en bermbeheer. Bermbeheer bevordert de waterafvoer van de weg naar de berm tijdens piekbuien, in verband met de verkeersveiligheid. Hemos is specialist op al deze vlakken en is bezig met het innoveren van zijn sloot- en bermmachines. Die innovatiedrang is directeur-eigenaar Mosterman met de paplepel ingegoten.

Drie generaties machines en techniek Het Meppelse familiebedrijf Hemos bestaat sinds 1957. In dat jaar begon Henk Mosterman in Meppel met de productie van melkmachines, die hij landelijk verkocht. Tussen 1960 en 1970 specialiseerde hij zich in mesttanken en vanaf 1970 legde hij zich toe op sloot- en bermmachines. Zijn zoon Foppe, die een eigen bedrijf in zelfrijdende machines had (betondumpers en trikes voor mesttanken), nam het bedrijf in 1991 van zijn vader over en ging verder met diens activiteiten. Inmiddels wordt Hemos door Foppe Mosterman samen met zijn zoon Pascal gerund.

Machinebesturing Alle Hemos-machines zijn canbus-gestuurd door middel van een touchscreen, controllers en sensoren, waarmee alle machinefuncties worden bediend een aangestuurd. Voorheen kocht Hemos deze kennis in, maar tegenwoordig zorgt het bedrijf zelf voor de toepassing van alle software. ‘Een paar jaar geleden zijn we ons gaan verdiepen in besturingssoftware, want we willen niet afhankelijk zijn van derden en zelf vrij kunnen pionieren’, zegt Mosterman daarover. ‘Parker IQAN bleek een heel uitgebreid programma te hebben voor de aansturing van ventielen, pompen en motoren.’

Zelfrijders De nieuwste ontwikkelingen bij Hemos zijn onder andere de zelfrijdende bermschaaf en de zelfrijdende slootreiniger. Deze weg kon worden ingeslagen dankzij de gecombineerde ken

nis van vader Henk, zoon Foppe en kleinzoon Pascal. Mosterman: ‘Als er wielen onder zitten en het rijdt, is een toepassing altijd leuker. Het is ook een verfrissende invalshoek om een zelfrijder te bouwen: je bouwt het voertuig naar het werktuig. Als je een giek of ander werktuig aan een trekker of vrachtwagen bouwt, is het andersom; dan bouw je het werktuig naar het voertuig.’

YouTube Hemos-machines zijn inzetbaar op moeilijk begaanbare en bereikbare plaatsen langs de waterkant en de snelweg. Dat is goed te zien op de spectaculaire filmpjes die door Hemosgebruikers op YouTube worden geplaatst. Alhoewel Hemos geen tot nauwelijks reclame maakt, geen buitendienst heeft en zelden op beurzen staat, gaan de machinefilmpjes op YouTube soms ineens viral. ‘Dan krijgen we plotsklaps aanvragen uit bijvoorbeeld North Carolina’, grinnikt Mosterman. ‘We hebben geen dealernetwerk in Amerika. Ik heb geen intenties om daar te vermarkten, maar we verzenden de bestelde werktuigen en machines netjes naar de koper en verlenen telefonische support. Ik zal er echter niet snel heen vliegen.’

Niche Hoewel Mosterman de oceaan liever niet oversteekt en ook geen behoefte heeft om zijn niche te verbreden, is er een vaste groep in Europa, Noord-Amerika, Australië en NieuwZeeland die de Hemos-machines telkens weer weet te vinden. Deze klanten snappen waar het prijsverschil ten opzichte van doorsnee bermen slootmachines vandaan komt; zij gaan voor de innovatie, het comfort, de veiligheid en de kwaliteit. Mosterman: ‘Een Hemos-machine is met zijn dubbele capaciteit ook dubbel zo duur als een doorsnee Italiaanse machine, maar ik wil kwalitatief onderscheidend blijven. Ook hecht ik vooral aan langetermijnrelaties, dat klanten na tien jaar een Hemos-machine moeten vervangen en weer bij me terugkomen.’

Stobbenfrees Aan een maaiarm met klepelmaaier voor het maaien van bermen en sloten kan natuurlijk ook een stobbenfreeskop gemonteerd worden. Zo rolde Hemos in de bosbouw. Eind jaren tachtig bracht het familiebedrijf de Hemosstobbenfrezen op de markt. Deze stobbenfrezen zijn hydraulisch gezien de zwaarste van heel Europa. In een paar minuten tijd laten de frezen een mansdikke stobbe

ADVERTORIAL

in het niets verdwijnen. Hemos is dan ook marktleider op het gebied van hydraulische machines. De stobbenfrezen worden aan graafmachines of landbouwtractoren gekoppeld. Mosterman vertelt welke ontwikkelingen er momenteel spelen: ‘In opdracht van het Duitse boomverzorgingsbedrijf Böcker werken we aan een stobbenfrees op een MAN-vrachtwagen. Deze stobbenfrees op de ruim 400 pk sterke MAN krijgt een vierdelige giek met een bereik van 10 m. De grote draaikrans van de giek komt achter op het chassis van de MAN, waardoor ook dicht bij de cabine gewerkt kan worden aan beide zijden. Het zwenkbereik van de giek wordt meer dan 300˚. Net als bij alle andere Hemos-zwenkgieken van de laatste generatie is het zwenkwerk afgedicht. De bediening is radiografisch en werkdrukafhankelijk.’ Günther Böcker, de eigenaar van het boomverzorgingsbedrijf, vertelt: ‘Wij hebben stobbenfrezen van verschillende merken; daar is niets mis mee. Maar de Duitse verzekeringsmaatschappijen verplichten ons om zonder bescherming en afzetting een afstand van 8 tot 10 m tot de wortels aan te houden. Het bereik van zo’n freesgiek moet dus groot zijn. Wij zijn in april of mei om de tafel gegaan met Foppe Mosterman van Hemos. We waren direct overtuigd van zijn kunnen op technisch gebied. We hoefden niet verder te overleggen, want Mosterman legde zijn plannen kristalhelder uit. Uiterlijk begin maart is de stobbenfrees gereed.’

Ook voor het Duitse boomverzorgingsbedrijf Enbergs uit Bottrop werkt Hemos aan een zelfrijdende machine met een giek en draaibare cabine. ‘Dit bedrijf werkt al decennialang met Hemos-frezen. Ze hebben er een op een MANvrachtwagen, een in de driepunthefinrichting en een aan een heel lange giek van een kraan’, zegt Mosterman. ‘We gaan iets moois voor ze maken. Hemos-voertuigen onderscheiden zich door de draaibare cabine. De zelfrijdende stobbenfrees krijgt dan ook een roterende cabine. We voeren dit type uit met een 430 pk sterke MX11 Daf-motor achter op het voertuig. Doordat de motor achterop zit en de giek rechts voorop, is het gewicht beter verdeeld.’

Mathias Hemming, werkzaam bij Enbergs: ‘We hebben meerdere stobbenfrezen, maar we willen inzetten op tijdsbesparing en betere werkomstandigheden voor onze medewerkers. Normaal gesproken moeten we de stobbenfrees vervoeren in een laadbak. Het kost veel tijd om hem uit te laden en te installeren op de juiste plaats en weer in te laden na de klus. Bovendien moet de bestuurder telkens wisselen van de voertuigstoel naar de stobbenfrees. We hebben ook een stobbenfrees op een MANvrachtwagen, maar daarbij moet de bestuurder telkens uitstappen om goed zicht te hebben. Bij de zelfrijdende stobbenfrees hoeft de bestuurder de cabine niet meer uit. Dat is wel zo prettig bij regen of kou. Hij heeft direct goed zicht op het werk omdat de cabine roteert. Een tevreden medewerker levert het beste werk af, en met de zelfrijdende stobbenfrees gaat het ook nog eens sneller. Het is een grote machine, maar liever één grote machine dan twee losse machines die op zich ook al flink zijn. Soms staat er een extra vrachtwagen bij die het langskomende verkeer beschermt tegen rondvliegend gefreesd materiaal. Ook als we grond uitwisselen na het stobbenfrezen, staat er een extra vrachtwagen bij. Dan is het dus vol op de weg. Met de zelfrijdende stobbenfrees nemen we minder ruimte in en veroorzaken we minder hinder voor het verkeer en de hulpdiensten.’ Waarschijnlijk is de zelfrijdende stobbenfrees in juni of juli klaar, maar Enbergs houdt een slag om de arm: ‘We calculeren in dat het langer kan duren, maar dat is niet erg. We kennen de kwaliteit van de Hemos-machines. Het is de moeite waard om iets langer te wachten.’

Technische eigenschappen De zelfrijdende stobbenfrees haalt een transportsnelheid van 80 km per uur en heeft volgens Mosterman een zeer grote trekkracht op ruw terrein. Hij geeft een technische uitweiding: ‘Dit ontstaat door de rij-overbrenging van een tweetraps-varioversnellingsbak aan de Dafmotor naar een tweetraps-tussenbak met sperdifferentieel, die de voor- en achteras aandrijft.’

Tijdens de werkgang is er besturing op alle vier wielen, tijdens het transport sturen alleen de voorwielen. ‘Deze besturing heeft een mechanische overbrenging met bekrachtiging, in verband met goedkeuring voor het snelverkeer. Voor deze keuring werken we samen met Veldhuizen Wagenbouw.’ Het wendbare, snelle voertuig is volgens Mosterman ook geschikt voor andere toepassingen, zoals maaien en afzuigen, en eventueel voor een houtversnipperaar.

Bermschaaf Sinds de jaren zeventig produceert Hemos bermschaven, waarmee de grond van de wegberm wordt afgefreesd en in één werkgang

KAN JIJ BOMEN ‘LEZEN’?

Vacature: European Tree Worker

Werk je graag buiten, heb je geen hoogtevrees en kan je bomen ‘lezen’? Dan zit je bij ons goed! Wij zijn op zoek naar een European Tree Worker (ETW) die ons team versterkt. Binnen het werkgebied van JvESCH dragen wij zorg voor meer dan 50.000 bomen. Deze zorg voeren wij uit met een enthousiast team van ETW’ers en een modern machinepark. Als European Tree Worker ben je onderdeel van een hecht team dat zich dagelijks bezighoudt met alle voorkomende specialistische boomverzorgings- en rooiwerkzaamheden. Meer weten of direct solliciteren? Kijk voor de gehele vacature op jvesch.nl/werken-bij

SOLLICITEER NU

JVESCH.NL/WERKEN-BIJ

OPTIMALE BEWATERING EN VERANKERING

Samen met de RootBarrier® Gietrand vormen onderstaande producten hét totaalpakket voor het plantseizoen. De RootBarrier® Arbretio® is een houten boomplantwig, die de aanslag van de bomen en de stabiliteit aanmerkelijk bevordert en is 100% biologisch afbreekbaar. RootBarrier® Watertapes is een 100% biologisch afbreekbare tape op basis van jute, die zorgt voor optimale en langdurige bevochtiging van de bodem.

1. Installatie 2. Ontwikkeling 3. 100% biologisch afbreekbaar

ROOTBARRIER® ARBRETIO®

Hemos-slootreiniger

Hemos-bermschaaf

wordt opgeladen. De uitvoering die aan een landbouwtrekker wordt gekoppeld, wordt door Hemos het meest geëxporteerd. ‘De bermschaven dragen duidelijk onze signatuur’, vertelt Mosterman. ‘Ze onderscheiden zich van de rest. Onze klanten zitten in Europa, de Verenigde Staten, Australië en Nieuw-Zeeland.’

De freeskop bestaat uit een vooroverdraaiend werprad met verwisselbare hardmetalen beitels. Hiermee wordt de eerste 30 cm grond direct naast de weg afgefreesd en meteen op de transportband geladen. Naast dit werprad kan naar keuze een ploegmes, een vijzel of horizontale freeswielen worden gemonteerd, waarmee de rest van de berm wordt afgefreesd met een variabele werkbreedte. Aan het uiteinde van de transportband zit een extra draaibaar transportbandje. Daarmee kan het afgefreesde materiaal worden afgevoerd naar een kiepwagen of terug naast de berm. De achterzijde van de combinatie bevat een hydraulische veger die de weg schoonhoudt.

Bij de trekkeraanbouw-bermschaaf zit de frees naast de trekker. De transportband waarop het schaafsel wordt geladen, steekt voor de trekker uit. ‘Vooral in Europa geeft dit transportproblemen’, verklaart Mosterman. ‘De combinatie wordt te breed en de transportband steekt te ver vooruit.’ In opdracht van groenaannemer Rabus uit het Beierse Ettenstatt werkt Hemos nu aan een nieuwe uitvoering. Mosterman vertelt: ‘Wanneer de trekkeraanbouw-bermschaaf wordt klaargemaakt voor transport, zorgen we ervoor dat de bestuurder de freeskop zowel omhoog als naar achteren en naar binnen kan positioneren. De transportband, die aan de freeskop zit, wordt in deze beweging meegetrokken naar achteren en omhoog. Tijdens het transport ligt hij dus mooi weggewerkt boven de cabine.’

De concurrentie zit niet stil; daarvan is Hemos zich altijd bewust. ‘Een klepelmaaier of kraan kun je overal op maken; dat heeft internationaal gezien geen meerwaarde’, zegt Mosterman. ‘Met de bermschaaf en slootreiniger zijn we exclusiever. Maar omdat we ook hiermee voorop willen blijven lopen, produceert Hemos nu een zelfrijdende bermschaaf met een draaibare en uitschuifbare cabine. Hierdoor heeft de bestuurder een perfect zicht op het werk vanuit de cabine. Ook de gewichtsverdeling is beter.’

Slootreiniger De actueelste en relevantste markt van het moment is wellicht die van de slootreinigers. Of het nu gaat om irrigatie in Soedan of om drainage in het westen, slootreiniging is essentieel

ADVERTORIAL

In 2019 won Hemos samen met Veldhuizen de Publieksprijs op de vakbeurs Groentechniek Holland voor de Luctor 332, een zelfrijdend snelverkeermaaivoertuig. De combinatie met twee maaiarmen heeft een werkbreedte van slechts 1,74 m. Hierdoor kunnen snelwegbermen vanaf de vluchtstrook gemaaid worden, terwijl er meer dan 1,10 meter van de rechterrijbaan vrij blijft. Hierdoor hoeft de wegbeheerder geen rijstrook af te kruisen.

voor goed waterbeheer. De Hemos-bermschaaf is al zeer onderscheidend, maar de slootreiniger is écht een typisch Hemos-product. ‘Als het gaat om bepaalde types slootreiniger hebben we internationaal geen enkele concurrentie’, vertelt Mosterman. Dat geldt bijvoorbeeld voor vijzelslootreinigers en werpradslootreinigers, die de sloot schoonfrezen en het gefreesde materiaal over het land spuiten. ‘Ze weten ons hiervoor vanuit de hele wereld te vinden. We hebben deze types al verkocht in Soedan, Wit-Rusland, Hongarije en Duitsland en zijn in gesprek met een potentiële klant in Sint-Petersburg.’

Aan loonbedrijf Verburg bij Nieuwerbrug verkocht Hemos een slootreiniger met werprad via landbouwmechanisatiebedrijf De Bruin in Bodegraven. Hemos maakte hiervoor een getrokken uitvoering met een gestuurde, uitschuifbare as met grote wielen eronder: meer dan 1 m breed en bijna 2 m hoog. Mosterman: ‘Loonbedrijf Verburg zit in de polder en in veenland. Daar moet je niet te zware machines achter de trekker hangen, want dan zakken ze weg. De grote wielen onder de slootreiniger zorgen voor minder bodemdruk.’ De zelfrijdende slootreiniger heeft ook een draaibare cabine, zodat de bestuurder altijd optimaal zicht op het werk heeft en ergonomisch verantwoord zit.

www.hemos.nl

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32504/zelfrijdenden-beperkte-rijbreedte-zijn-sleutelwoordenbij-hemos

Met deze accukettingzaag hebben hoveniers geen benzineaangedreven zaag meer nodig

Husqvarna introduceert T540i XP en 540i XP als dominant alternatief in het 40 cc-klassement

Een vast onderdeel in de bus van iedere groen

voorziener of hovenier: een motorkettingzaag

van 40 tot 50 cc. Met dit soort machines is bijna

iedere groenklus te klaren, behalve misschien

een extreem zware velling. Husqvarna claimt

op een internationale persmeeting in de

Zweedse stad Huskvarna dat dit domein voort

aan is voorbehouden aan de accu. Hieronder

onze eerste impressie van de getoonde top

handle en rear handle en een nieuwe extra

dunne ketting, die geknipt is voor dit soort

Auteur: Hein van Iersel Beide zagen worden toegevoegd aan de range, die verder bestaat uit de 535i XP en de T535i XP, twee machines die in 2012 door het Zweedse concern op de markt zijn gebracht en veel hebben betekend voor de accuficering van vooral het vak van klimmers en urban foresters. In een gebruikerstest die vakblad Boomzorg in 2012 publiceerde, komt deze machine als de grote favoriet naar voren. En dat in een tijd dat een accu-aangedreven kettingzaag nog als een rare afwijking werd gezien. Deze petrolhead mentality is overigens nog steeds niet uitgebannen. Accumachines winnen in de professionele sector veel trager aan populariteit dan je op basis van de voordelen zou mogen verwachten. En het is duidelijk dat Husqvarna vooralsnog geen absolute accudominantie verwacht; anders zou de accu 540iXP wel als standalone machine worden uitgebracht, dus zonder dat er een benzine-aangedreven broertje op de markt is. H-team Een belangrijk onderdeel van de presentatie in Huskvarna op 5 en 6 februari waren de ervaringen van het zogenaamde H-team, een internationale club van ongeveer twintig boomspecialisten, onder wie de Nederlander Eric de Groot van EDG Boomverzorging en de Vlaamse boomverzorger Peter Vergote. Deze twintig gebruikers zijn niet in dienst van Husqvarna, maar hebben de nieuwe machines gedurende ongeveer een half jaar zeer intensief getest. Zij waren tijdens de persbijeenkomst dan ook de belangrijkste troef om de ongeveer vijftig kritische journalisten om te toveren in believers. Josephine Hedger is arborist in het Zuid-Engelse New Forest. Zij vertelde de aanwezige journalisten waar een goede klimzaag aan moet voldoen: hij vooral moet licht van gewicht zijn, krachtig en makkelijk te manoeuvreren. De T535i XP zou perfect aan deze eisen

ACHTERGROND

Husqvarna T540 i XP Top handle accu zaag zou 30 % meer vermogen hebben dan de T535iX

‘Alles wat de zware job van klimmers lichter kan maken, is meegenomen. Misschien helpt dit om te voorkomen dat klimmers al op hun dertigste afscheid moeten nemen van het vak’

voldoen. Deze klimzaag is 400 gram lichter dan zijn volledig vol getankte tegenvoeter op benzine, en volgens Hedger kunnen met de nieuwe zaag nu ook takken van 20 centimeter of meer gesnoeid worden, in tegenstelling tot de oude klimzaag. Ook de inzetbaarheid zou dik in orde zijn. Hedger, die een eigen boomverzorgingsbedrijf met tien medewerkers heeft, gebruikt voor een volledige dag werken eigenlijk nooit meer dan twee accu’s. Alleen op extreem drukke dagen wordt een derde accu aangesproken. Proof of the pudding Zonder de ervaringen van deze professionals te bagatelliseren, ben ik zelf redelijk snel overtuigd door een simpele praktijkproef. The proof of the pudding is in the eating, oftewel: wie zaagt het snelste een schijf van een circa 30 centimeter dikke boomstam af? De rear handle 540iXP met de maximale bladlengte van 40 centimeter wint met afstand. Natuurlijk zal een benzinemachine wat aan kracht winnen naarmate de motor warm draait, maar evengoed is dit zeer overtuigend.

Het verschil in productie tussen de oude en nieuwe ketting. Links en rechts de opbrengst van een volle accu

Husqvarna gebruikt het moment van de introductie van zijn nieuwe accuzagen ook om een nieuwe ketting te introduceren: de SP 21 G X-Cut. De complete uitleg van de typeaanduiding ben ik even kwijt, maar de P slaat op ‘pixel’. Zo smal is de ketting niet, maar het belangrijkste verschil met zijn voorganger is wel de dikte van de ketting. Hoe dunner een ketting, hoe soepeler hij door het hout snijdt en hoe langer je kunt doen met één acculading. De nieuwe ketting is een zogenaamde semi-chisel ketting, letterlijk vertaald een ‘halfhaakse beitel’.

Internationaal Tree Service

Poel Amsterdam International Tree Service B.V.

Rijksstraatweg 41a 1396 JD Baambrugge (Amsterdam) Nederland T: +31 (0)6 53491303 T: +31 (0)294 291090 info@itsfortrees.nl www.itsfortrees.nl

Poel Amsterdam B.V.

Rijksstraatweg 41a 1396 JD Baambrugge (Amsterdam) Nederland T: +31 (0)294 291090 info@poelamsterdam.nl www.poelamsterdam.nl

Poel Apeldoorn Poel Apeldoorn B.V.

Steenbokstraat 45 7324 AZ Apeldoorn Nederland T: +31 ((0)55 3032200 verkoop@poelonline.nl www.poelonline.nl

Hierdoor zou de zaag rustiger en sneller snijden en minder terugslag geven, wat de mensen van Husqvarna demonsteren door een zaag los op een stam te leggen en dan in te schakelen. De zaag begint dan te snijden zonder zich te weg te zoeken.

Accu’s Beide zagen, zowel de top handle als de rear handle, werken met alle bestaande Husqvarnaaccu’s, dus ook met de rug- en de riemaccu. Husqvarna voor de beide nieuwelingen een nieuwe accu op de markt gebracht, de BLI200x. Vooral voor de top handle lijkt dat rmet name relevant, omdat het daarbij nog meer gaat om gewicht en balans. Josephine Hedger daarover: ‘Klimmers hebben een zware job. Alles wat gedaan kan worden om die job een beetje lichter te maken, is meegenomen. Misschien kan dit soort ontwikkelingen voorkomen dat klimmers al op hun dertigste afscheid moeten nemen van het vak.’

Be social Scan of ga naar: www.boomzorg.nl/article/32260/met-dezeaccukettingzaag-hebben-hoveniers-geen-benzine-aangedreven-zaag-meer-nodig

Pierre Lanquist, Global product manager van Husqvarna presenteert de beide zagen

ACHTERGROND

T540i XP en 540 I XP Omschrijving top handle accukettingzaag rear handle accukettingzaag Type T540i XP 540i XP Aanbevolen accu BLi200X BLi300 Bladen 30 of 36cm 36 of 40 cm

This article is from: