9 minute read

Rabobank Utrechtse Waarden e.o

Next Article
George Terberg

George Terberg

‘KAAS MET DROPSMAAK? WIJ KUNNEN HET MAKEN HOOR!’ Kaasboerderij Verweij zet langetermijnkoers uit met hulp van Rabobank Utrechtse Waarden en omstreken.

‘Alles wat niet standaard is, proberen we te produceren’

Advertisement

Interview

Tekst: Kelly Bakker | Fotografie: Menno Ringnalda

Als agrariër met melkvee moet je veel petten op kunnen zetten. Je moet oog hebben voor je dieren, je product verkopen, rekening houden met alle wet- en regelgeving en ondertussen ook nog ondernemen. Cock Verweij van Kaasboerderij Verweij uit Polsbroek kun je dat wel toevertrouwen. Dankzij een nuchtere, maar doortastende houding én Rabobank Utrechtse Waarden als financiële sparringpartner, loopt de kaasboerderij als een trein.

De vader van Cock nam dit agrarische bedrijf in 1975 over van een oom. Er werd toen alleen nog kaas gemaakt in de zomer, als de koeien naar buiten gingen. Toen Cock eind jaren ’90 aan boord kwam, gingen ze ook in de winter kaas maken. ‘Ik vond het jammer dat die machine de hele winter stilstond.’ In 2007 werd het bedrijf groter door de samenwerking met een andere boer en in 2009 namen Cock en zijn broer Pieter de onderneming officieel over van hun vader. ‘Mijn broer had in eerste instantie de intentie om met tuinbouw verder te gaan. Dat ging op zich aardig, maar het opschalen was moeilijk. We hebben toen besloten om ons volledig op de kaas te richten; we hebben meer koeien aangeschaft en de kaasproductie vernieuwd. Rabobank – waar we al jaren bankierden – was destijds niet direct overtuigd; het waren onzekere tijden. We hebben toen dus in eerste instantie alleen de kaas- en pekelbak vernieuwd en sjouwden de kazen zelf naar de opslag. Het begon steeds beter te lopen. We gingen steeds meer specialistischere kazen maken en leverden die aan de coöperatie De Producent, waar mijn vader al jaren lid van was en die onze kazen verkocht. Er was een soort vliegwieleffect ontstaan.’

.. Cooperatie Cock zit in het bestuur van de coöperatie De Producent, waar de kaas aan geleverd wordt. Daarin zitten zo’n dertig leden. ‘De coöperatie vermarkt onze kaas, daar doen wij zelf niks aan. Er komen wel klanten uit de buurt bij ons thuis kaas kopen, maar verder brengt de coöperatie het aan de man. Dankzij de coöperatie kunnen we flexibel inspelen op de marktvraag. Een consument wil iets en wij maken het. Wil de consument pestokaas met pijnboompitten, of kaas met dropsmaak, dan maken we dat. Wil je een hele kaas van dertig kilo? Ook dat kan. Alles wat niet standaard is, proberen we te produceren. We krijgen

vanuit de producent ook wel eens vraag naar een bepaald recept. Dat gaan we dan testen; we maken eerst een proefemmer. Bevalt het? Dan wordt het een bak en uiteindelijk een vast product. We krijgen als het ware een blauwdruk en gieten er ons eigen sausje overheen. We hebben inmiddels een eigen programma samengesteld op onze machines, waarbij al onze ingrediënten instelbaar en traceerbaar zijn. We kunnen daarmee veertig soorten kruidenkaas maken.’

‘Bij Kaasboerderij Verweij zijn ze meer bezig met de consument en het eindproduct’

Kapitaalintensief Dat gedreven karakter maakt van Kaasboerderij Verweij een serieuze onderneming, waar de nodige investeringen gedaan worden. ‘We denken alleen dat het gangbare kaasassortiment momenteel niet groter wordt. Het onderscheid zit niet in naturel kaas, daar pak je geen volumes mee. Vandaar dat wij het meer zoeken in de specialistische tak en daar ons bedrijf steeds weer op aanpassen.’ Verweij krijgt daarbij ondersteuning van Rabobank Utrechtse Waarden, met name in de persoon van accountmanager Grootzakelijk Arnout Reincke. ‘Bij agrarische bedrijven gaat het meestal om kapitaalintensieve investeringen, zoals de aankoop van grond, stallen en machines’, zegt Hans Benard, directievoorzitter Rabobank Utrechtse Waarden. ‘Er moet vaak flink wat geld op tafel komen. Onze accountmanagers – in dit geval Arnout – maken een inschatting van de onderneming en de ondernemer om te bepalen wat we voor hem kunnen betekenen. We hebben daarvoor allerlei processen en

Petra Aben, Cock Verweij en Hans Benard

rekenmodellen, maar de echte onderneming is hier en dat sluit nooit precies aan op de modellen. Het is de kunst van de bank om mee te bewegen met de ondernemer en hem aan te voelen.’ Cock vult aan: ‘Het is bij een boer ook moeilijk te voorspellen wanneer een investering nodig is. Je moet de kansen pakken die er zijn en je weet nooit wanneer dat is. Het is heel fijn dat de Rabobank steeds weer met ons meedenkt.’

Melkprijs Dat doet de bank ook in minder goede tijden. ‘Er kunnen ook bepaalde kansen voorbijkomen op het moment dat bijvoorbeeld de melkprijzen in een dip zitten’, zegt Petra Aben, Directeur Food & Agri Midden-Nederland. ‘We proberen daar doorheen te kijken omdat we altijd de lange termijn cyclus van de melkprijs in de gaten houden en daar ook een standpunt over innemen. Zo kunnen we met een ondernemer bespreken of een investering op de lange termijn haalbaar is. Dat is het voordeel van de sectorkennis die bij de Rabobank aanwezig is; je kunt de ondernemer helpen en samen bepalen of de investering zich uitbetaalt.’ Het begint echter allemaal bij de ondernemer zelf. Hans: ‘We moeten als bank een bepaald vertrouwen krijgen in de ondernemer en aanvoelen of hij weet wat er gevraagd wordt en voor de lange termijn een goed plan heeft. Cock is wat dat betreft een heel mooi voorbeeld. Hij heeft aangevoeld dat het bedrijf gemoderniseerd en uitgebouwd moest worden. Dat begon al toen hij besloot om – in tegenstelling tot veel andere boeren – ook in de winter kaas te gaan maken. Door de krachten te verenigen in een coöperatie, kan hij bovendien invloed uitoefenen op de keten. Er is niets mis met een regulier melkveebedrijf, maar hier zijn ze meer bezig met de consument en het eindproduct.’ Cock sluit zich daarbij aan: ‘Consumenten zijn kritischer geworden. Als ze een bepaalde kaas hebben die ze lekker vinden, dan willen ze

dat die de week erop precies hetzelfde smaakt. Het gaat dus om de continuïteit van een goed product en dat kan alleen maar door onder andere automatisering – je hebt een computer nodig die elke dag honderd procent hetzelfde doet. Je moet blijven investeren om aan de marktvraag te kunnen voldoen en op hoog niveau te blijven presteren.’

Positiever sentiment

Daar waar boeren begin dit jaar nog negatief in het nieuws kwamen vanwege het stikstofprobleem, is die focus volgens Hans tijdens de coronacrisis wat verschoven. ‘Je ziet dat mensen aan het herontdekken zijn welke mooie producten er in de buurt gemaakt worden. Dit is een hele waardevolle sector voor onze regio, dus het is goed om te zien dat het sentiment weer een béétje positiever is.’ Petra: ‘Kaas wordt vooral naar Europese landen geëxporteerd. Het grootste gebied is West-Europa, Duitsland voorop. De export reikt dus helemaal niet zover als de meeste mensen denken. Door de komst van corona – en het hamsteren dat hieruit voortvloeide – is toch wat meer de voorzienende kant van de boer naar voren gekomen. Bovendien zijn de productiestandaarden in Nederland veel hoger dan in andere Europese landen; ook iets waar we trots op kunnen zijn.’

‘Door de coronacrisis is de voorzienende kant van de boer meer naar voren gekomen’

Cock hoopt de positieve flow bij Kaasboederij Verweij – waar jongste broer Jaco ook bij aangesloten is – nog lang vast te kunnen houden. Alle bijkomende wetten en regels, waaronder het uitgestelde stelsel van fosfaatrechten, slaan hem daarbij niet uit het veld. ‘Het belangrijkste is om in kansen te denken en geen problemen te zien. Ik vaar mijn eigen koers – al overleg ik alles met mijn broers en personeel en een aantal adviseurs – en laat me daarbij niet te veel afleiden door anderen. Het is een kwestie van gewoon rustig doorgaan. Met de intentie dat God ons leven leidt. Je moet niet alles willen uitdenken. Ik hou van die vrijheid en in de Rabobank heb ik daarin een fijn klankbord gevonden.’ Petra vult aan: ‘Cock baalt natuurlijk wel eens van alle regeltjes, maar blijft daar niet te lang in hangen. Hij zet stappen die binnen zijn eigen invloedssfeer passen en gaat daarmee door. Dat is alleen maar goed; je kunt niet ambitieus genoeg zijn.’

Rabobank Utrechtse Waarden e.o. Overtoom 5 3401 BK IJsselstein 0348559669 (bedrijven) www.rabobank.nl/lokale-bank/utrechtse-waarden

Kaasboerderij Verweij Zuidzijdseweg 142a 3415 PS Polsbroek 0615431419

‘Misschien moeten we het wel “asociale” media gaan noemen’

Facebook en Twitter “helden”

Column

ROB

Een paar weken geleden op 26 mei, de geboortedag van mijn moeder, hoorde ik op de radio dat de moeder van Mark Rutte overleden was. Een dag later lees ik een stukje op de website van RTL Nieuws waarin wordt bericht dat er op de Facebookpagina van RTL veel reacties zijn gekomen op het overlijdensbericht. De meesten zijn begaan en meelevend van aard, maar er zijn ook verrassend veel negatieve reacties bij. RTL noemt het “onaardige reacties”, reacties die ik met stijgende verbazing lees. In de negatieve uitlatingen staan onder andere uitspraken als “Geen medelijden mee” en “Nu weet die kwallenbak ook eens wat andere mensen meemaken”. Sommigen gaan nog verder, zoals een man met kinderen die schreef: “Nu hij nog”. Nu kan je het eens of oneens zijn met de heer Rutte en zijn beleid of keuzes, maar de fatsoensnorm wordt in mijn optiek toch echt overschreden met het plaatsen van dit soort reacties. Ik realiseer mij (opnieuw) dat het niet de eerste keer is dat dit soort reacties worden gepost want het is natuurlijk lekker makkelijk om maar iets te roeptoeteren op sociale media, vooral als het anoniem kan. “Asociale” media moeten we het misschien gaan noemen.

Rob van Weerdenburg onderneemt sinds 1997. Hij helpt zijn relaties met het optimaliseren van communicatie- en beveiligingssystemen vanuit Montfoort. Daarnaast blogt hij tweewekelijks op zijn Dynamx-site, houdt hij van Karin en zijn kids, een potje voetbal kijken

en motorsport. 0655753161 | rvanweerdenburg@dynamx.nl Een plek waar een bepaalde groep zich uit durft te spreken over alles dat hem of haar bezighoudt en zo ongegeneerd commentaar de wereld in helpt zonder na te denken over hoe je anderen hiermee kunt kwetsen.

Die groep met “onaardige” reacties bestaat vaak uit een bepaald type mens, de frustratie en boosheid straalt er vanaf. Vaak stellen zij iemand verantwoordelijk voor een situatie zonder te kijken naar hoe ze er zelf een draai aan kunnen geven en daarvoor verantwoordelijkheid te nemen. En als we het dan weer over fatsoen hebben ben ik benieuwd of ze een tekst als “Nu jij nog” ook recht in het gezicht van Mark Rutte zouden zeggen.

Toen moest ik even aan mijn moeder terugdenken. Ze had er vast wel raad mee geweten en woest geroepen “of ze gek waren geworden en wel helemaal goed bij hun hoofd zijn”. Vervolgens moest je dan meestal snel bukken om een goeie draai om de oren mis te lopen. Geen “twittertje” maar face to face. Zo ging dat “vroeger” bij opa en oma op de boerderij onder de rook van Amsterdam, toen ik nog een jochie van vijf was en het internet nog niet bestond.

This article is from: