1 minute read
Regionale spoorwegen in Nederland, deel 6 Zuid-Holland
GERRIT NIEUWENHUIS EN ANTON EGELIE
De spoorlijnen in het westen van Nederland maken nagenoeg allemaal (weer) deel uit van het Hoofdrailnet (HRN), waarvan de exploitatie onderhands aan NS is gegund. NS had in 1996 weliswaar enkele Noord-Hollandse lijnen aangemeld voor de contractsector (zie OdR 2022-8, blz. 390), maar de provincie Noord-Holland had te kennen gegeven geen interesse in decentralisatie te hebben. Een van de redenen daarvoor was de verwevenheid van de Noord-Hollandse contractsectortreindiensten met de NS-diensten op het HRN in combinatie met onzekerheid over de mogelijkheid om de gedecentraliseerde treindiensten te laten doorrijden naar hun oorspronkelijke eindpunt. Omdat decentralisatie niet in zicht was, werden de treindiensten met ingang van 1 januari 2005 weer toegevoegd aan het HRN.
Advertisement
De provincie Zuid-Holland telde vijf onrendabele treindiensten: Gouda – Alphen aan den Rijn, Dordrecht –Geldermalsen alsmede de in het gebied van de Stadsregio Rotterdam en het Stadsgewest Haaglanden gelegen lijn Rotterdam – Hoek van Holland en de Zoetermeer- en Hofpleinlijn. De stadsregio’s werden in december 2014 samengevoegd tot Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH). De Zoetermeer- en Hofpleinlijn maken inmiddels deel uit van RandstadRail en de Hoekse Lijn maakt nu deel uit van het Rotterdamse metronet; de twee andere lijnen worden in opdracht van de provincie Zuid-Holland geëxploiteerd.
RandstadRail
De door NS verzorgde treindiensten op de Hoekse Lijn, de Hofplein- en Zoetermeerlijn waren flink verlieslatend. De Zoetermeerlijn kende weliswaar veel reizigers, maar had te lijden onder een scherpe spits-dal-verhouding (veel reizigers in de spits en weinig daarbuiten) en eenzijdigheid in het vervoer (’s morgens reisde iedereen naar Den Haag, ’s middags reisde iedereen terug). De capaciteit van de treindienst was afgestemd op de spitsvraag, waardoor sprake was van hoge exploitatiekosten en beperkte vervoeropbrengsten. De Hoekse lijn kende hetzelfde euvel, al was bij strandweer wel sprake van grotere drukte richting de kust. De Hofpleinlijn trok erg weinig reizigers door de ongunstige ligging ten opzichte van de bebouwing, wat werd versterkt door de weinig aantrekkelijke dienstregeling.
De plannen voor RandstadRail ontstonden al in de jaren tachtig, toen de HTM in de nota HOV-stad een regionaal sneltramnet voorstelde waar ook de Zoetermeer- en Hofpleinlijn deel van uitmaakten. Vrijwel gelijktijdig kwam de gemeente Rotterdam met de nota ‘Logistructuur’, met daarin het voorstel om de Hofpleinlijn en de Hoekse Lijn te koppelen aan het metronet. In deze nota wordt ook voor het eerst de term ‘RandstadRail’ gebruikt. In 1992 werd de stichting RandstadRail opgericht door NS, RET, HTM, busvervoerder ZWN-Groep en de regionale overheden, met
Wissels zonder tongen of met maar één tong waren gebruikelijk bij paardentrams. De splitsingen van normaalen smalspoor van GVB en NZH in Amsterdam hadden ook zo’n tongstuk. De flens van het andere wiel op de as zorgde dat de tram de goede kant op reed. Een Beijnes-tramstel op de Admiraal de Ruyterweg bij De Krommert; 19 augustus 1957.