7 minute read

PORTRET / SHARON EYAL Half Life: een futuristisch ensemble op pulserende beats

‘Ik hou ervan unisono te zien. Maar dan scheve unisono’

Tussen mens en machine, mechanisch maar sensueel. Met Half Life kijken de Israëlische choreograaf Sharon Eyal en haar partner in crime Gai Behar ver vooruit en verbeelden een toekomst. Het resultaat is een futuristisch cyborg-ensemble op pulserende beats.

— door Tim Taveirne

PORTRET SHARON EYAL

BIJ EYAL BEWEGEN DE DANSERS ZICH ALS EEN LEVEND ORGANISME IN STRAKKE FORMATIES OVER DE SCÈNE. DENK AAN EEN ZWERM VOGELS, EEN SCHOOL VISSEN

Via de populaire cultuur heeft dans lang geleden makkelijk de weg gevonden naar fysieke en psychologische extremen, waarbij de esthetisering van het instinctieve een belangrijke parameter was. Denk bijvoorbeeld aan Suspiria (1977), een Italiaanse horrorfilm waarin de elementaire, primitieve krachten het klassieke decorum van de dans verscheuren. Die eeuwenoude associatie met de oerextase maakt van het dansende lichaam iets exotisch. Maar de klassieke dans – en in het bijzonder ballet – heeft het verlangen naar de vorm van lyriek en gratie nooit echt losgelaten. Tot de komst van Sharon Eyal en Gai Behar. Zij zijn erin geslaagd een nieuwe, ontwrichtende relatie te creëren tussen klassieke dans en popcultuur die hun gezelschap L-E-V naar de belangrijkste internationale podia heeft gebracht, waaronder Sadler’s Wells (Londen) en Sydney Opera House.

Vraag Eyal naar haar beroep en je krijgt dit als antwoord: ‘Ik creëer een droom. Ik hou ervan om te dromen, ’s nachts en overdag, en die droom naar buiten te brengen. Natuurlijk is dit mijn werk maar het maakt niet uit hoe je het noemt. Het is iets dat er voor mij altijd al was.’ Ze schuwt de term ‘choreograaf’ en toch is dat wat ze al bijna heel haar leven is. Eerst als huischoreograaf bij Batsheva Dance Company in Tel Aviv – waar ze ook haar carrière als 19-jarige danseres begon –, later voor gezelschappen in onder meer Duitsland, Noorwegen en Noord-Amerika. Samen met levenspartner Gai Behar richtte ze in 2013 in Israël haar eigen ensemble op, L-E-V Company.

Ondertussen zijn Sharon Eyal en Gai Behar niet meer weg te denken uit de Europese en internationale dansscene. Ze ontmoetten elkaar in het bruisende nachtleven van Tel Aviv en vormen al bijna twintig jaar een paar. Een synergie die zich overal ter wereld laat voelen. Ze ontvingen verschillende prijzen voor hun baanbrekende voorstellingen, waaronder de Duitse theaterprijs Der Faust voor Soul Chain (2018). Ze zijn een graag geziene gast op internationale festivals zoals Julidans, Ruhrtriennale en Montpellier Danse. Daarnaast is het duo verbonden aan Nederlands Dans Theater in Den Haag. Hun kenmerkende esthetiek levert interessante samenwerkingen op zoals met het modehuis Dior en de New Yorkse indierockband The National. Met een opmerkelijk minimalisme zoeken voorstellingen als OCD Love (2015), Killer Pig (2009) en Bill (2010) de diepten van emotie en expressie op om te laten zien hoe het lichaam een stem geeft aan diepmenselijke gevoelens: angst, liefde, obsessie. VASLAV NIJINSKI

Groepen in contrast met het individu, seksualiteit tegenover genderinclusiviteit, archaïsche types en hippe clubgangers. Bij Eyal bewegen de dansers zich als een levend organisme in strakke formaties over de scène. Denk aan een zwerm vogels, een school vissen. De abrupte, soms vloeiende bewegingen resulteren in een grote fysieke krachttoer, gedreven door de beats van componist Ori Lichtik. De dansers bewegen precies en uniform op het ritme van de muziek. Soms slaat iemand zijn eigen weg in, bijna onmerkbaar. Het individu wordt uitgewist en opgenomen in een groot lichaam.

ANDROGYN GEKLEDE LICHAMEN WORDEN VERLICHT ALS SCULPTUREN OF ER ONTSTAAT EEN SAMENSMELTING VAN MENS EN MACHINE

De gedisciplineerde lichamen lijken soms ingesnoerd in korsetten. De herinnering aan het ballet is nooit veraf. Denk aan de iconische choreografieën van Vaslav Nijinski voor de Ballets Russes. Toch verzet Eyal zich tegen het idee dat haar artistieke praktijk bewust afwijkt van het historische traject van het classicisme. Haar werk is geen correctie maar een continuüm. ‘Alles is dansen, het is beweging, het gebeurt binnen en buiten het lichaam. Je kunt het ene uiterste niet hebben zonder het andere.’ Wanneer de dansers in Half Life eindelijk uit hun hechte formatie breken, is dat om misschien wel het meest klassieke moment van de voorstelling uit te voeren: uitgewaaierd op het podium doen ze een reeks entrechat dix, sprongen met gekruiste voeten – Nijinski’s bekendste sprong nota bene.

Half Life waant zich ergens tussen het Zwanenmeer en Berghain, een iconische nachtclub in Berlijn. Dat is niet toevallig want Ori Lichtik, de componist met wie Eyal en Behar al jarenlang samenwerken, is een van de grondleggers van de technoscene in Tel Aviv. De beats van Lichtik en het Tsjaikovski’s Zwanenmeer delen in eenzelfde soort minimalisme. ‘Je hoeft niet veel te doen om het te doen’, zegt Eyal. Zelfs de beste dansers beschikken over een beperkt bewegingsbereik. Ze begrijpt als geen ander dat het bereik intern bestaat. Herhaling is daarom een belangrijk instrument om

het bereik binnen de eigen beperkingen te onderzoeken. Het choreografische werk van Eyal toont een uitgesproken interesse voor de betekenis en rol van het individu in een dwingende omgeving. ‘Ik hou ervan mensen te zien die hetzelfde zijn maar toch heel verschillend. Dezelfde timing, dezelfde vorm, hetzelfde idee, dezelfde stijl maar toch anders. Ik hou ervan unisono te zien. Maar dan scheve unisono.’ De structuur van Eyals voorstellingen is klassiek contrapuntisch, maar de presentatie doet futuristisch aan: androgyn geklede lichamen worden verlicht als sculpturen of er ontstaat een samensmelting van mens en machine.

DANS ALS DOORSNEDE VAN DE ZIEL

Eyal interpreteert ‘choreografie’ als een medium waarin het hoogstpersoonlijke, onzichtbare verhaal van de danser via het lichaam gecommuniceerd wordt. Choreografie betekent niet louter de weergave van een stuk dans maar refereert ook aan de innerlijke gevoelswereld van de danser. Creëren of repeteren is een proces dat zich voltrekt vanuit het onderbewuste. Omdat Eyal geïnteresseerd is in het lichaam als een geschiedenis op zichzelf, wil ze in haar voorstellingen niet op zoek naar de weergave van een lineair verhaal. Het verhaal bestaat immers al op de scène in de aanwezigheid van de dansers.

Haar voorstellingen ontstaan niet vanuit een bedoeling iets over de wereld te zeggen. Veeleer probeert ze de inherente logica van het repetitieproces te begrijpen en te volgen. Zo ontstaat een choreografie die ook de weergave is van iets wat eigenlijk onzichtbaar en onvatbaar is voor de toeschouwer; de onderlinge dynamiek en energie tussen de dansers. Dans toont zo de doorsnede van het innerlijke verhaal, de ziel.

Vandaag werkt Eyal samen met dansers over de hele wereld. Ze staat bekend als een extreem veeleisende choreograaf. Voor Eyal dansen is een ‘reality check’, een diepgaande oefening in zelfbewustzijn en technische vaardigheid. ‘Iets in het werk is inderdaad veeleisend’, zegt Eyal. ‘Je kunt je niet verschuilen achter de beweging en je kunt niet alleen maar de beweging doen, want dan zou het stom en leeg zijn… Het is alsof je een baby moet zijn met een oude ziel. Om puur te zijn en zonder enig maniërisme, maar met de kennis van iemand die het leven echt leeft. Het is extremiteit – het is beide kanten.’

PALMOS : VAN HET KLEINE SCHERM NAAR DE GROTE ZAAL

In maart 2021 – toen we van onze huiskamers noodgedwongen theaters moesten maken – toverde de Griekse choreograaf Andonis Foniadakis de voorstelling Palmos op onze schermen. Speciaal gemaakt om te streamen verbeeldden de dansers van Opera Ballet Vlaanderen toen waar we op dat moment naar hunkerden: menselijke connectie, sociaal contact, we hadden huidhonger.

De Süddeutsche Zeitung schreef toen over de voorstelling: ‘ Noch keine Digitalkreation hat unsere Sehnsucht nach Kontakt und Kommunikation in eine derart hypnotische Traumlandschaft verwandelt.’ (Geen enkele digitale creatie heeft onze heimwee naar contact en communicatie in zo’n hypnotiserend droomlandschap omgezet.)

Ook andere media waren enthousiast. The Guardian gaf de voorstelling vier sterren en De Morgen stond ‘paf van bewondering voor zoveel kracht, tempo, dynamiek, virtuositeit’.

Nu staat Palmos, met muziek van Active Child, live op de scène. Aangepast aan de live-ervaring en hierdoor nog intenser gaat het in dialoog met het hypnotiserende Half Life van Sharon Eyal.

PALMOS / HALF LIFE

Geniet van ballet in een hedendaags jasje: Palmos werkt met nummers van de Amerikaanse popzanger Active Child, in Half Life wordt gedanst op elektronische muziek. Samen vertellen ze een verhaal van verbinden en durven loslaten.

This article is from: