10 minute read
WANDELREPORTAGE | Duitsland
50 tinten herfst op de Goldsteig
Regen tikt op het raam van mijn hotelkamer en sloom kruip ik mijn bed uit. Door het bloemetjesgordijn zie ik het fleurige stadhuis van Marktredwitz. De rode contouren van het historische gebouw slagen er niet in om het immense grijs op te vrolijken. Het nog warme dekbed probeert me te verleiden tot een passieve dag. Zou ik hier een dag niksen, lekker lui in dit hotel droger weer afwachten? Een hete douche, drie koeken en twee koffies later, steekt mijn wandelpassie op. Neen, voor geen duizend regenbuien stel ik mijn start uit! Gewapend met poncho en regenbroek gooi ik mijn rugzak om. Guten Morgen Goldsteig!
Æ Tekst en foto’s Bart Vermeyen
Goud of zout
Ik daal af naar de brug over de Kössein en steek de 50° breedtegraad over. Aan de overkant vind ik een rots met een gebeiteld Goldsteiglogo en een infobord. De eerste 140 km door het Oberfälzerwald zijn ideale opwarmetappes voor het latere werk. Pas bij Thanstein splitst de Goldsteig zich op in twee varianten. De mildere zuidroute laveert langs knusse Beierse dorpjes en voert doorheen zacht glooiende landschappen. De pittige noordroute zoekt de grens met Tsjechië op en gaat over de bergtoppen die de grens flankeren. Hoewel het hoogste punt maar 1452 m telt, is de noordroute een stevige tocht door een verlaten middelgebergte. Beide routes gebruiken oude wandelwegen, waarlangs het zout van de Donau bij Passau naar Bohemen werd vervoerd. Het zout was niet enkel belang
Herwonnen schoonheid na het inferno.
Op deze verlaten weidegronden bedekken bosbessenstruiken de zompige bodem.
rijk voor het bewaren van voedsel, maar ook onmisbaar bij het vervaardigen van glas of voor de metaalbewerking. Zout was het middeleeuwse goud.
Hebel drücken
Een koor van kunstige schoppen doet me uitgeleide en tussen een breed scala van wandellogo’s zoek ik de goudgele S van de Goldsteig. Het pad golft aangenaam door velden vol koolzaad of vlas en bossen in roesttinten. In het landschap verschijnen merkwaardige granietrotsen, waarop vaak een oude vesting troont. Bij ruïne Weissenstein klim ik via steile trappen tot een uitzichttoren, waar ik de uitgestrektheid van het Oberfälzerwald kan inschatten. Via een reeks smalle dijken doorkruist de Goldsteig een overstromingsgebied met visvijvers en belandt bij een gesloten overweg. Na twintig minuten wachten verschijnt er nog steeds geen trein. Mopperend over Duitse Gründlichkeit begin ik ongeduldig te ijsberen. Naast het pad bemerk ik tussen het woekerende onkruid een gele paal met een hendel. Ik trek de klimop eraf en lees een vaag op het bordje: ‘Schranke wird geöffnet, Hebel drücken’. Ik waag het erop en uit de paal schettert plots een onverstaanbare stem en een schelle bel. Met veel gepiep zet de slagboom zich in opwaartse positie.
Drie keer ééntje
Het Waldnaabtal krijgt steevast de term wildromantisch mee. Erg wild is het dal niet, maar het aantal kuierende koppeltjes scoort wel hoog. Met enige moeite vind ik een vrije plek op een terras van een Stube. De kastelein geeft me een introductie in de Beierse biersoorten. Hij ploft drie halve liters voor mijn neus neer: weissbier, kristalbier en Zoigl. Nieuwsgierig wacht hij mijn oordeel af. Na drie slokken duid ik Zoigl als favoriet aan en dat valt meteen in goede aarde! Als beloning moet ik niet betalen, maar 1,5 liter bier is me toch te veel. “Eéntje voor je linkervoet, ééntje voor je rechtervoet en ééntje voor de dorst die komt”, zegt de kastelein al lachend. Welkom in Beieren!
Toeterconcert
Na de splitsing van de zuid- en de noordroute wordt het snel pittiger. Ik krijg smalle paden onder de voeten, de bossen worden donkerder en de hoogteverschillen nemen toe. De herfst lijkt elke dag verder af te dalen en ik kan de berghoogtes inschatten op basis van de bladkleuren. Het herfstpalet is indrukwekkend en zelden zag ik zoveel schakeringen. Geef mij maar 50 tinten herfst in plaats van 50 tinten grijs! Een bord waarschuwt me voor een gevaarlijk tracé langs de Steinerne Wand, maar het traject over de rotsen is netjes beveiligd. Halverwege kruis ik een ouder koppel dat uitgeput en angstig stilstaat. Ik versta vaag iets over hartziektes, slecht weer en onderkoeling. In de ogen van de vrouw lees ik paniek en bij haar echtgenoot ergernis. Met veel geduld neem ik haar op sleeptouw tot de andere kant van het rotspad. Gelukkig voor hen is de parking vlakbij. Wanneer ze me opgelucht voorbijrijden, trakteren ze me op een heus toeterconcert!
Spergebied
De noordroute doorkruist drie natuurparken en volgt een keten van bergtoppen langs de grens. Decennialang vormden ze één groot spergebied tussen Duitsland en Tsjechië. Enkel militairen kregen toegang. Als wandelaar riskeerde je hier een celstraf of de dood. Op de Tsjechische bergruggen ontdek ik loerhutten en uitzichttorens, vanwaar men de Duitsers bespiedde en vluchtelingen opspoorde. De natuur kon in afwezigheid van menselijk ingrijpen haar gang gaan en zelden zag ik zo’n ongerepte bossen. Overal ontdek ik de prachtigste paddenstoelen en zwammen in de gekste kleuren. Sommige exemplaren lijken op geraspte pompoenen, andere op paraplu’s van kristal. Voor mycologen is dit het aards paradijs. Naast waarschuwingsborden voor lynxen en wolven lees ik oproepen om de uiterst zeldzame auerhoen niet te storen. Het aantal bruine en zwarte eekhoorns is ontelbaar en op mijn pad paraderen vuursalamanders.
8-duizenders
De koninginnenetappe van de noordroute voert over 8 bergtoppen boven 1000 meter. Bij helder weer is het een feest van panorama’s. Ik trek helaas het lot van dichte mist, regen en ijskoude wind. Bij de uitzichtpunten tuur ik steevast in het grote witte niets en met moeite vind ik de juiste weg doorheen de verwilderde natuur. Het smalle pad is verdwenen onder een tapijt van gevallen bladeren en de mist geeft me amper een tiental meter zicht. Een gele S als logo is in deze omgeving niet de beste keuze. Op veel bomen
Soms is zelfs de herfst een beetje grijs.
Maar soms ook geel van koolzaadvelden.
groeien immers gele mossoorten die echte looka-likes zijn. Verkleumd bereik ik nog net op tijd de Charmer Hütte. Het personeel maakt zich al klaar om af te dalen en met tegenzin bereiden ze nog snel een warme hap. Nadat ze de hut hermetisch afsluiten, blijf ik alleen achter voor een koude nacht in een krakend gebouw. Bij het eerste ochtendlicht sta ik op. Het bos is gehuld in dikke nevelwolken. Enkel de wind en de vallende druppels doorbreken de intense stilte. Ik trek door dit spookachtig woud en waan me het enige levende wezen in de wijde omgeving. Opeens dondert er van dichtbij een intens gebrul door de bomen. Het klinkt als een koe met een longontsteking. Ik versteen en besluit te wachten. Na twee sierlijke hindes verschijnt er een lustige hertenbok met een imposant gewei op het toneel. Wat een prachtig schouwspel! Zijn verleidingsgebrul slaagt duidelijk aan bij de gecharmeerde dames, maar voor mensen lijkt me deze aanpak minder geschikt.
Catarina
De Groβer Arber is het letterlijke hoogtepunt van de tocht, maar opnieuw belet een dichte mist het zicht. Ik kan enkel op gps de weg vinden. Pas als ik er vlak voor sta, ontwaar ik de bollen van de spionageradars die het luchtverkeer in het oude Oostblok observeerden. Na een lange glibberige afdaling bereik ik het dal en een B&B die wordt uitgebaat door een koppel jonge Tsjechen. Catarina is een echte taterwater, maar bij mijn wandelplan valt ze stil. Iemand die de ganse Goldsteig in oktober loopt? Die had ze nog nooit ontmoet! Prompt krijg ik allerlei goedbedoelde waarschuwingen en bezorgdheden over me heen. Als ik haar zou geloven, lijkt mijn tocht een halve zelfmoordmissie. Ik neem afscheid met een “Ik red me
wel” en hoofdschuddend waait ze me uit. Het station van Bayerisch Eisenstein lijkt zo weggerold uit een modelbouwetalage. Met een antieke stoomlocomotief zou het plaatje compleet zijn. In het bos komt er rook uit de schoorsteen van de romantische Schwellhäusl en het potgerammel uit de keuken is onweerstaanbaar. Mijn schnitzel heeft een familieformaat en het gebak bestaat meer uit bosbessen dan uit taart. Met een overvolle buik klim ik omhoog en al lachend zet ik de buikriem van mijn rugzak iets breder!
Kyrill
Onder waarschuwingsborden voor omvallende dode bomen bereik ik enkele schachten. Schachten zijn verlaten weidegronden waar uitgestrekte bosbessenstruiken de zompige bodem bedekken. In 2007 trok de zware storm Kyrill met windsnelheden tot 200 km per uur over deze toppen en liet een gigantisch spoor van vernieling achter. Op de bergflanken ontdek ik uitgestrekte zones van dode boomstammen en omgewoelde aarde. De bomen werden in groten getale als lucifers geknakt en door de lucht geslingerd. Bossen veranderden in onbruikbare, vernielde velden. Men koos ervoor om deze zones te laten verwilderen. Via een vlonderpad kan ik het geteisterde gebied doorkruisen. Tijdens Kyrill was deze plek de hel op aarde, maar vandaag is het een parel van natuurschoon! De witte gebroken stammen steken schril af tegen de dieprode bosbessenstruiken en de blauwe lucht: een prachtig resul
Of lilablauw van de vlasvelden.
De ruïne van Weissenstein.
taat van een vreselijk inferno.
Voetterreur
Op het einde van een glibberig vlonderpad bots ik op een fraai sculptuur. Een houten reuzenhand houdt een glazen kom vast. Het is een eerbetoon aan de voormalige glasindustrie. Het grote beeld heeft iets intiems en de ligging diep in dit woud is uniek. Het kaarsrechte pad naar Lüsen stopt bij een steile zee van granietblokken. Ik maak een ijsballet over de chaos van gladde rotsen tot ik het kruis op de top bereik. Aan de horizon ontwaar ik de 8-duizenders. De hele bergkam die dagen in de mist gevangen zat, schittert even in de zon. De ijskoude wind legt een dun laagje ijs over de top van Lüsen en behoedzaam daal ik af. In de verte ontwaar ik de Donauvlakte. De weergoden zetten opnieuw regen en smeltende sneeuw op het menu. Mijn poncho scheurt overlangs en de sterke Vibramzolen van mijn bergschoenen komen los. Met tape probeer ik een noodherstelling uit te voeren, maar de nattigheid is sterker dan de lijm. Bij elke stap zwemmen mijn sokken in het vocht, maar ik geef niet op. Bij de hagelwitte burcht boven Passau eindigt de Goldsteig. Mijn voetterreur is bijna voorbij. Beneden zie ik de samenvloeiing van de drie rivieren en de fraaie barokstad aan de Donau. Zie je wel Catarina dat ik het red!
85 mm PRAKTISCHE INFO
Spiegelbeeld
In een verkeerspiegel moet ik lachen om mijn evenbeeld: een verzopen wandelaar met een gescheurde poncho, getapete schoenen, doorweekte voeten, een baard van drie weken en een brede smile op zijn gezicht! In het centrum koop ik snel een hemd en nieuwe schoenen. ’s Avonds zit ik keurig gekleed in de Dom van Passau en luister naar een orgelconcert. Met gesloten ogen laat ik de hemelse barokmuziek over mij heen spoelen, net zoals de miljoenen regendruppels van de afgelopen weken. Maar één ding staat vast! Als morgen het warme dekbed me opnieuw verleidt, slaap ik lekker uit.
Cheb Op Weg
Marktredwitz 2020
Plzen Chodová Planá Planá Tachov Waldmünchen Neunburg Oberviechtach Weiden Neustadt Domažlice Ober Pfälzer Wald Bohemen Klatovy TSJECHIË km 0 20 40 vorm Wald Strakonice Grosse Arber, 1456 m Regensburg Hauzenberg Breitenberg Mauth Bayerisch Eisenstein Volary Vimperk Kašperské Hory Zenting Dingolng Lailing Straubling SanktEnglmar Wiesenfelden Bodenwöhr Furth im Wald Nýrsko Sušice DUITSLAND Bayerischer Wald Sumava Donau Landshut Passau OOSTENRIJK
Route en bewegwijzering
Met 660 km is de Goldsteig de langste gecertificeerde kwaliteitswandelroute van Duitsland. Na een aanloop van 140 km vanuit Marktredewitz koos ik voor de noordelijke, meer bergachtige variant langs de Tsjechische grens. In 19 etappes legde ik 488 km af. Op de uitstekende website www.goldsteig-wandern.de vind je alle info (interactieve kaart, overnachtingslijst, etappeprofiel, gpx-tracks per etappe, enz ...).
Kaarten en gidsen
Ik gebruikte de wandelgids Goldsteig van Rother Wanderführer en de geplastificeerde vouwkaart van Leporello.
Info
In principe is de Goldsteig heel het jaar door te wandelen, maar in de winter is de noordroute een echt alpiene tocht en zijn de hutten vaak gesloten.