Nieuwe uitdagingen en kansen voor ondernemers.
1
Voorwoord
x
Colofon Opdrachtgever: Bart van Iersel en John Verdellen, Rabobank Roermond-Echt Conceptidee, -ontwikkeling en eindredactie: Richard Piechocki, team Sustainable Business Development, directoraat Coöperatie & Duurzaamheid Rabobank Nederland Conceptontwikkeling, tekst/schema’s en advies: Marieke Gombault, Susanne Ritskes en Kavita Ramdas, Beco / Ernst & Young Vormgeving: Creation Station, Roermond Drukwerk: ARS Grafi sch, Roermond
In een periode waarin ondernemers sterke economische tegenwind voelen, zoals op dit moment, lijkt er weinig ruimte te zijn voor productinnovatie en procesvernieuwing. Toch laat de praktijk zien dat er ook bedrijven zijn die juist dan gaan vernieuwen en veranderingen doorvoeren waardoor ze sterker uit de crisis komen. De economische crisis noopt tot vernieuwing. Een voorbeeld kan dit illustreren. Enerzijds zijn bedrijven kwetsbaar voor hogere grondstoffenprijzen. Anderzijds ontdekken zij dat er methoden zijn om grondstoffen en materialen meer dan één keer te benutten. Daardoor kan per saldo de winstgevendheid toch verbeteren. We zien steeds meer bedrijven die bij het productontwerp en in de bedrijfsvoering aandacht besteden aan het terugwinnen van grondstoffen en materialen. Dit gebeurt ook steeds vaker in samenwerking met andere bedrijven. Het resultaat is dat grondstoffen opnieuw hoogwaardig ingezet worden. Dit nieuwe ‘business concept’ wordt aangeduid met de term ‘circulaire economie’; een economie die slimmer omgaat met grondstoffen en het milieu minder belast, de kosten verlaagt en het bedrijf beter positioneert in de markt. We staan aan het begin van een verschuiving van de bestaande ‘lineaire economie’ naar een ‘circulaire economie’. Anticiperend op deze ontwikkelingen heeft de Rabobank in deze brochure het concept van de circulaire economie in kaart gebracht in drie productieketens: textiel, elektronica en landbouw. In elke keten komen ondernemers aan het woord die nu al volop met ‘circulair denken en ondernemen’ bezig zijn. Ik wens u veel leesplezier en inspiratie toe.
Deze brochure is met bio-inkten op duurzaam geproduceerd papier gedrukt
2 Circulaire Economie
Bart van Iersel Directeur Bedrijven & Private Banking Rabobank Roermond-Echt
Inhoud
4 Van lineair naar circulair
Lineaire economie Circulaire economie
6 Waar zit de waarde?
8 Landbouw en de biobased economy
10 11 12 13
Circulaire landbouwketen in beeld Voorbeelden uit de praktijk: • Maris Projects • Scelta Mushrooms • GRO • Waste2Chemical
14 Textiel
16 17 18 19
20 Elektronica
22 23 24
25 Circulair papier in Roermond
25 • ARS Grafisch en Van Houtum
26 Financiering
Circulaire textielketen in beeld Voorbeelden uit de praktijk: • Mud Jeans • VAR | Frankenhuis • G-Star Raw • Dutch aWEARness
Circulaire elektronicaketen in beeld Voorbeelden uit de praktijk: • Repair Café • ACE Re-use Technology • Techreturns
3
Van lineair naar circulair De maakindustrie werkt met een businessmodel dat aan vernieuwing toe is. De groeiende wereldbevolking, de grondstoffenschaarste en simpelweg de draagkracht van de aarde, vragen om een nieuw business model. Een model waarmee ook de voorspelde 9 miljard mensen in 2050 duurzaam in hun behoeften kunnen voorzien, dat wil zeggen voldoende mogelijkheden voor het hebben van welvaart en welzijn.
Lineaire economie Het huidige economische model is, door de lineaire opzet, afhankelijk van steeds nieuwe grondstoffen. In een lineair of rechtlijnig productieproces worden producten na het gebruik als afval afgedankt, waarna de producent weer een gloednieuw product levert. Het verdienmodel dat de maakindustrie tot nu toe voornamelijk heeft gehanteerd,
waarbij het vervangen van producten na een relatief korte levensduur centraal staat, versterkt de vraag naar nieuwe, nog niet eerder gebruikte, grondstoffen. Dit systeem werkte de afgelopen eeuw voor het gevoel prima, maar loopt nu tegen zijn grenzen aan. Tot 2000 daalden de grondstofprijzen, er was voldoende voorraad en de maatschappij omarmde de ‘wegwerp’consumptie van harte. Maar sinds 2000 zijn de gemiddelde grondstofprijzen behoorlijk toegenomen en hebben bedrijven in sommige sectoren steeds vaker te maken met toeleveringsrisico’s en plotselinge prijsschommelingen. Deze grilligheden worden veroorzaakt door onder meer de beperkte beschikbaarheid van niet alleen grondstoffen, maar ook van energie, schoon water en vruchtbare grond. Dit raakt bedrijven; niet alleen multinationals, ook het midden- en kleinbedrijf (MKB).
Gevolgen van schaarste en prijsstijgingen bij grondstoffen Uit onderzoek van Panteia/EIM blijkt dat één op de drie Nederlandse industriële MKB-bedrijven problemen ondervindt bij de inkoop van grondstoffen. Het grootste probleem is het niet (tijdig) kunnen beschikken over grondstoffen voor het productieproces met als gevolg stagnatie in de productie en ontevreden klanten. Maar liefst 57% van de bedrijven dat problemen ondervindt met de inkoop van grondstoffen, ervaart lagere winstmarges als gevolg van het niet op tijd geleverd krijgen van grondstoffen. Voor 55% is er sprake van verminderde omzet en 54% heeft te maken met onderbrekingen in de productie. 26% heeft problemen met liquiditeit en fi nanciering, bijvoorbeeld doordat men overstapt naar een nieuwe leverancier en bij deze leverancier geen krediet krijgt. Slechte beschikbaarheid van grondstoffen heeft als positief bijeffect dat 41% van de bedrijven wordt gestimuleerd zijn producten te vernieuwen om zo problemen te voorkomen. Voorbeelden zijn: het gebruik van alternatieve materialen en grondstoffen, effi ciëntere productieprocessen en een effi ciënter design van producten waardoor minder materiaal benodigd is. 33% van de bedrijven noemt recycling als mogelijke oplossing.
Een slimme ondernemer signaleert deze trends en past zijn businessmodel aan. Maar welk businessmodel benut de waarde van de grondstoffen optimaal, organiseert zijn productieprocessen het meest effi ciënt en vermindert
4 Circulaire Economie
leveringsrisico’s? Welk businessmodel voorziet in de behoeften van een toenemende wereldbevolking en benut de bijbehorende marktkansen, binnen de draagkracht van de aarde?
Circulaire economie Het concept van de duurzame circulaire economie lijkt een veelbelovend alternatief te bieden voor het huidige lineaire model. Circulaire economie is het maximaliseren van hergebruik van producten en grondstoffen en het minimaliseren van waardevernietiging. Kenmerkend voor de circulaire economie is dat grondstoffen en natuurlijke hulpbronnen niet worden uitgeput, maar efficiënt worden hergebruikt door bedrijven waardoor een productketen een kringloop wordt.
Het model van de circulaire economie is te onderscheiden in twee vormen van kringlopen: (zie figuur 1) • een kringloop van organische/biologische materialen waarin reststoffen na gebruik terugvloeien naar de natuur en daar opnieuw als grondstof dienen voor biologische processen; • een gesloten kringloop waarin anorganische/technische producten en materialen met zo weinig mogelijk verlies aan kwaliteit en waarde opnieuw gebruikt kunnen worden in hetzelfde of een ander productieproces. Essentieel hierbij is dat de producten zodanig worden ontworpen, geproduceerd en gebruikt, dat deze aan het einde van hun economische levensduur eenvoudig opgeknapt, hersteld of uit elkaar gehaald kunnen worden.
Duurzame energie
Biogas Biologische materialen
Technische materialen
Fabricage en ontwerp voor hergebruik
Grondstoffen (behouden hun waarde)
‘Biobased’: smartphonehoesje, gemaakt van biologisch restmateriaal.
Componenten (demontabel productontwerp, nieuwe toepassingen)
Producten (na update, onderhoud of reparatie naar nieuwe gebruikers)
Terughalen van producten, dankzij slimme leaseconcepten
Gebruiker
Circulaire economie
Compost
Het concept van de circulaire economie, aan de hand van het voorbeeld van een smartphone en de bijbehorende beschermhoes. Met stromen van: - biologische materialen; ‘groene’ grondstoffen vervangen fossiele bestanddelen; - technische materialen keren (hoogwaardig) terug in het productieproces als product, component of grondstof (‘cascades’). In de circulaire economie behouden producten, componenten en grondstoffen zoveel mogelijk hun waarde. Bij ontwerp en productie wordt rekening gehouden met demontage voor hergebruik. Klanten worden geen eigenaar meer, maar betalen leveranciers voor tijdelijk gebruik van een product.
Figuur 1: illustreert de twee vormen van kringlopen van de circulaire economie | Bron: Infographic MVO Nederland/Shootmedia
5
Waar zit de waarde? De circulaire economie kent vijf principes op basis waarvan bedrijven, hun leveranciers en hun klanten in een keten anders gaan (samen)werken. Hierdoor ontstaan kansen om steeds de maximale waarde te halen uit producten, materialen en afvalstromen. 1. Verbruik minder: minimaliseer de input van grond stoffen en elimineer afval en vervuiling. 2. Verhoog de prestaties: maximaliseer de waarde in elke fase van de keten door het optimaliseren van alle bedrijfsprocessen. Door voor effi ciënte en schone productieprocessen te kiezen gericht op nuttig hergebruik, wentelen ondernemers niet langer de kosten voor vervuiling en uitputting af op de maatschappij. Integendeel, bedrijven krijgen hiermee meer grip op hun milieuvoetprint en op hun kosten. Of zij maken een businesscase uit het oplossen van een maatschappelijk probleem, zoals Van Maris dat doet (zie pagina 10) door afvalwater als voedingsbodem te gebruiken. 3. M anage de grondstof- en hergebruikstromen: optimaliseer de stromen van organisch materiaal vanuit en weer terug naar de biosfeer én organiseer de hergebruikstromen van technische, anorganische grondstoffen in gesloten kringlopen en ketens.
6 Circulaire Economie
Waardecreatie Langer gebruik: Producten, componenten en materialen langer gebruiken, waarbij het ‘langer meegaan’ en ‘makkelijk te repareren’ uitgangspunten zijn bij het ontwerp of bij het businessmodel. Producten een tweede gebruiksleven geven: Hoe meer het lukt om het product en/of de materialen direct te hergebruiken en dicht bij het oorspronkelijke doel van het product te blijven, des te groter de besparingen op het gebied van materiaal, arbeid, energie, investeringen en milieubelasting. Hergebruik onderdelen: Naast het opnieuw gebruiken van het gehele product, kunnen ook goed functionerende onderdelen opnieuw ingezet worden, indien het product in z’n geheel niet meer bruikbaar is. Re- & upcyclen of cascaderen: Door materialen en grondstoffen opnieuw en effi ciënt in te zetten, in dezelfde of andere productieprocessen, zullen de kosten lager liggen dan door nieuwe grondstoffen te kopen. Zeker als we ook de milieu- en maatschappelijke kosten meenemen. Bij technische materialen gebeurt dat via recyclen of upcyclen van grondstoffen en halffabrikaten. Bij biologische materialen gebeurt dat trapsgewijs, aangeduid als cascadering: materialen worden via fermentatie afgebroken in organische grondstoffen die vervolgens worden gebruikt in andere biologische/chemische productiesystemen.
Welke van de hiervoor genoemde hergebruiksalternatieven het meest optimaal is, is afhankelijk van het product en de specifi eke situatie bij bedrijven en het type keten.
alleen betaalt voor daadwerkelijk gebruik. Het businessmodel van Mud Jeans (zie pagina 16) is een voorbeeld van hoe dit in de praktijk kan werken.
4. Van bezit naar vruchtgebruik: Maar het terugwinnen e n circulair inzetten van grondstoffen alleen is niet voldoende om ook op de langere termijn in de behoefte van een steeds toenemend aantal consumenten te kunnen voorzien. Naast ‘effi ciënt hergebruik’ gaat het concept van de circulaire economie ook uit van het voorzien in de tijdelijke gebruiksbehoefte van de gebruiker in plaats van het in het bezit hebben van producten. Ofwel, een verschuiving van bezit van producten naar vruchtgebruik als je het product nodig hebt. Dit kan zowel in de consumentengoederenmarkt als in de bedrijvenmarkt. Voordeel van het concept van circulaire economie voor de producent is dat het eigendom van de grondstoffen bij hem blijft. Voor de gebruiker is het voordeel dat hij
5. Werk samen: optimaliseer de samenwerking tussen bedrijven en diversiteit in de kringloop. Bedrijven zetten het risico van grondstoffenschaarste om in voortdurende beschikbaarheid door zelf, en in samenwerking met andere bedrijven, de stromen van grondstoffen, hulpbronnen, halffabricaten en producten te beheersen, deze maximaal te benutten en deze opnieuw effi ciënt in te zetten. Op deze wijze behouden de materialen hun waarde zo optimaal mogelijk. Een belangrijk aandachtspunt hierbij is het vinden van de juiste diversiteit tussen de samenwerkende bedrijven en organisaties die extra kennis en netwerken leveren, zoals accountants, banken en overheden.
Conclusie: Belangrijke factoren voor het halen van waarde uit de circulaire economie zijn: 1) de keuze voor materialen, 2) de manier waarop producten ontworpen, geproduceerd en gebruikt worden, 3) de wijze waarop bedrijven met elkaar in netwerken de kringloop van ketens duurzaam organiseren en beheren en 4) een waarde- en gedragsverandering van bezit naar (vrucht)gebruik. Immers, hoe makkelijker producten onderhouden, opgewaardeerd en hergebruikt kunnen worden, hoe meer waarde ze blijven vertegenwoordigen. Hoe makkelijker materialen te herwinnen en weer in te zetten zijn, des te minder investeringen nodig zijn om ze weer in te zetten als technische grondstof of als nutriënt in de biologische kringloop. Hoe beter de systemen zijn om de materialen weer in te zamelen en in eigendom van de producent te houden, des te meer waardecreatie.
Waardecreatie uitgedrukt in duidelijke voordelen Belangrijk is dat ondernemers en productgebruikers de voordelen kennen van de waarde die een circulair georganiseerde productieketen kan bieden. Het circulaire model is niet alleen een antwoord op toenemende economische grondstoffenschaarste, maar vooral ook een motor voor innovatie en groei. Het stelt bedrijven in staat om: • nieuwe technologie te ontwikkelen en daarmee een goed marktaandeel te veroveren; • hun concurrentiepositie te verbeteren met een slimmer ontwerp; • hun keten beter integraal te beheren en de beschikbaarheids- en leverrisico’s uit te sluiten; • kansen te grijpen in de nieuwe transportstromen binnen kringlopen; • te profi teren van de toegenomen handelswaarde van afvalstromen; • nieuwe verdienmodellen te ontwikkelen gebaseerd op het gebruik in plaats van het bezit van goederen.
Een overvloed aan kansen voor waardecreatie en waardevermeerdering, maar hoe werkt dit in de praktijk? Deze brochure toont drie voorbeelden van hoe circulaire ketens of netwerken er uit komen te zien en welke kansen MKB-ondernemers daarin kunnen hebben. De voorbeelden zijn: textiel, elektronica en landbouw.
7
Landbouw en de biobased economy Uitputting van aardolie, opkomst van biotechnologie en ontwikkeling van duurzame energietechnologie maken de ontwikkeling mogelijk naar een ‘biobased economy’ die haar energie en materialen haalt uit zonne-energie en landbouwproducten. In het concept van de biobased economy wordt plantenmateriaal of biomassa (eiwitten, zetmeel, suikers, plantaardige olie en lignocellulose) omgezet in grofweg vier categorieën: (1) voedsel, (2) diervoeder, (3) functionele stoffen en (4) energie.
Bij energie gaat het om benutting van de energie-inhoud van biomassa, ofwel bio-energie. De toegenomen kennis op het gebied van biochemie, microbiologie en genetica en de koppeling daarvan aan de procestechnologie stellen bedrijven steeds beter in staat om biologische processen uit de natuur op industriële schaal na te bootsen. Hierdoor kunnen stoffen veel milieuvriendelijker worden geproduceerd dan in de petrochemie, terwijl materiaalkringlopen gemakkelijker kunnen worden gesloten.
Bij functionele stoffen gaat het om farmaceutische produc-ten, cosmetica, fi jnchemie (zoals oplosmiddelen en enzymen), voedselsupplementen (zoals antioxidanten en omega-3 vetzuren), kleding en bouwmaterialen.
Vooral bedrijven in de chemische industrie – groot en klein – en in de landbouw groeien hierdoor naar elkaar toe: de chemie oriënteert zich steeds meer op biomassa (landbouw- en bosbouwproducten en organisch afval), terwijl steeds
Compost
Afval water andere sector
8 Circulaire Economie
Gewassen
meer bedrijven in de food & agri sector zelf gebruik maken van biotechnologie en raffi nageprocessen. Een belangrijk uitgangspunt bij het gebruik van biomassa als organische grondstof voor de technologische toepassingen in de biobased economy is dat de biomassa op een duurzame wijze geteeld en toegepast wordt met aandacht voor milieu, biodiversiteit, sociaal welzijn en voedselzekerheid. Weloverwogen keuzes zijn nodig voor het in stand houden van een goede balans tussen het gebruik van gewassen voor voedsel en biomassa voor andere toepassingen.
Een duurzame biobased economy ontstaat onder andere door de kringloop van organische grondstoffen zoveel mogelijk te sluiten en deze grondstoffen zo hoogwaardig mogelijk in te zetten. In een biobased economy kringloop gebruiken bedrijven elkaars reststromen (biomassastromen) en geven hier waarde aan, zoals onderstaand schema weergeeft.
Schema: circulaire landbouw en de biobased economyketen.
Logo-Styleguide Maart 2010
Basislogo
Afval Diapositief | Monotone
Variaties
Voedsel
Logo-Styleguide Maart 2010
Basislogo
Diapositief | Monotone
Farmaceutische grondstoffen
Voer Variaties
Bio chemicaliĂŤn
Biomassa
Bio based producten
Bio brandstof
9
LANDBOUW
Maris Projects Uit afvalwater nieuwe grondstoffen Bedorven voedsel, mest, afvalwater van leerlooierijen. Het zijn enkele stromen waar menigeen maar al te graag van af wil. Maar organisch afvalspecialist Maris Projects in Schijndel wordt er gelukkig van. Dit bedrijf bedenkt nieuwe technologische verwerkingsmethodes om van afval een hoogwaardig product te maken. Ruben van Maris, managing director bij Maris Projects vertelt: “De afgelopen jaren hebben we ons gericht op de kweek van microalgen. Na onderzoek en testen bleek
Ruben van Maris Managing Director dat algen heel goed kunnen groeien op bijvoorbeeld afvalwater en tegelijkertijd fosfaten, stikstof, kalium en andere zware metalen innemen. De algen zuiveren het afvalwater en zodra ze zijn volgroeid, oogsten we ze waarna ze als biobrandstof ingezet kunnen worden. Algen groeien goed in een tropische omgeving met veel zonlicht. Daarom zijn wij, samen met de Rabobank, gaan kijken naar internationale mogelijkheden. Wij zijn nu terechtgekomen in Lampung in Indonesië en in één van de meest vervuilde plekken van India, namelijk Kanpur aan de rivier de Ganges. In dit gebied zijn leerlooierijen enorme vervuilers met veel afvalwater. Via onze technieken zijn wij in staat om leerafval (fl eshing) om te zetten in bruikbare vetten en grondstoffen die onder andere gebruikt kunnen worden voor toevoeging van eiwitten in kippenvoer en zout voor het opnieuw pekelen van de huiden. In Indonesië verwerken we in een project palmafvalwater op basis van algentechnologie. Deze algen kunnen worden ingezet voor verschillende toepassingen zoals biobrandstof, diervoerder, food supplement en grondstof voor farmaceutische producten. Wat mij betreft mag de Rabobank nog veel meer haar internationale netwerk inzetten voor haar klanten. Zij beschikt over een kapitaal aan wereldmarktkennis en contacten, wat ons de mogelijkheid heeft gegeven om internationaal te kunnen groeien.”
www.maris-projects.nl 10 Circulaire Economie
LANDBOUW
Scelta Mushrooms Van steeltje tot bouwsteen “Champignontelers moeten betalen voor het afvoeren van champignonvoetjes,” vertelt Jan Klerken van Scelta Mushrooms. “En dat terwijl er nog hele waardevolle grondstoffen in zitten. Dat moet anders kunnen, vonden wij. Daarom hebben we een procedé ontwikkeld om van die champignonvoetjes concentraat te maken. Wij halen nu de champignonvoetjes kosteloos op en verwerken ze in onze fabriek. Zo verandert een kostenpost van onze leveranciers in omzet. Maar het concentraat heeft nog een ander voordeel. Champignons hebben van nature Umami, de vijfde smaak, in zich. Die versterkt de andere smaken. Tegenwoordig zitten veel kunstmatige smaakversterkers zoals MSG in ons eten. Bovendien eten we veel te veel zout. Dit concentraat is zowel een zoutvervanger als een natuurlijke smaakversterker. Veel gezonder dus.
Jan Klerken Directeur Wij passen het zelf toe in onze champignon ‘Fingerfoodballs®’, die we daardoor zonder kunstmatige kleur- en smaakstoffen en met veel minder zout kunnen maken. Dat past goed bij onze strategie. Die bestaat namelijk uit drie pijlers: Smaak, Gezondheid en Duurzaamheid.”
Fingerfoodballs®
www.sceltamushrooms.com
11
LANDBOUW
GRO De klant als leverancier Je levert een product af en haalt direct een belangrijke grondstof bij je klant op. Grondstof waar je klant graag vanaf wil. Dat klinkt als een sprookje, maar voor GRO Holland is het de dagelijkse praktijk. Jan Willem Bosman vertelt hoe dit in zijn werk gaat: “Het begon eigenlijk in ons kindertehuis in Zimbabwe. We leerden de kinderen allerlei landbouwtoepassingen met gebruik van organische afvalstromen, waaronder schillen van koffi ebonen. Wat bleek? Paddenstoelen groeien daar ontzettend goed op. Dit zette me aan het denken: in Nederland drinken we veel koffi e en eten we veel paddenstoelen! Toen ik terug kwam in Nederland ben ik in gesprek gegaan met La Place restaurants. Al snel konden we starten met het telen van onze paddenstoelen op hun koffi edik. De AGF groothandel van La Place ‘Vroegop-Windig’ haalt het koffi edik op en levert tegelijkertijd onze nieuwe lading paddenstoelen. Logistiek ook heel effi ciënt. Het koffi edik is na het telen van paddenstoelen een bodemverbeteraar met hoge organische waarde geworden. Dat is nog eens upcyclen!
Jan Willem Bosman Eigenaar en oprichter
Sinds kort maken en leveren we ook gezonde snacks van paddenstoelen. Deze leveren we via grote cateringorganisaties aan bedrijfsrestaurants, die op hun beurt weer hun koffi edik aan ons leveren. Het is een sterke combinatie want door de wederkerigheid versterken we de relatie met de klant.”
www.gro-holland.com 12 Circulaire Economie
Logo-Styleguide Maart 2010
LANDBOUW
Basislogo
Waste2Chemical Diapositief | Monotone
Hoogwaardige grondstoffen uit organisch afval Het genereren van energie uit vergisting van organisch afval is niet nieuw. Maar organische afvalstromen omzetten in nieuwe hoogwaardige grondstoffen is een echte innovatie. De technologie om dit te kunnen realiseren is afkomstig van Waste2Chemical.
Variaties
Kirsten Steinbusch Kirsten Steinbusch, één van de ontdekkers van deze nieuwe Medeoprichter technologie, vertelt hoe het proces in elkaar steekt: “Waar voorheen via vergisting alleen energie gewonnen kon laties, waardoor de vraag naar organische afvalstromen worden, beschikken wij over een techniek om organisch groeit. Als gevolg stijgen de prijzen van afval en wordt afval om te zetten naar zogenoemde middellange vetzuren. vergisting economisch minder rendabel. Daarom is het Kenners weten dat dit onder andere gebruikt wordt in belangrijk om er hoogwaardige grondstoffen van te maken. additieven in voedingsmiddelen, weekmakers, verf en Met de toenemende grondstoffenschaarste en groei van bijvoorbeeld smeermiddelen. de wereldbevolking bieden we een duurzaam alternatief. De belangrijkste randvoorwaarde voor het slagen van een Deze vetzuren worden nu gewonnen uit plantaardige oliën circulair concept is dat het zowel rendabel als duurzaam is. zoals kokos- of palmolie, maar ook uit fossiele olie. Met onze Op papier ziet dit er goed uit, de praktijk zal dit moeten techniek hebben wij organisch afval en ethanol nodig en uitwijzen. Dit jaar zal Waste2Chemical haar proces daarom kunnen wij dezelfde kwaliteit vetzuren produceren. op pilotschaal testen, om over enkele jaren de stap te Momenteel is er een overcapaciteit aan vergistinginstalkunnen maken naar een demo of een ‘full scale’ fabriek.”
www.waste2chemical.com
13
Textiel De textielsector is een sector die op het eerste gezicht al redelijk circulair is ingericht. Kleding leent zich om nogmaals te gebruiken en iedereen kent de kringloopwinkels en de textielcontainers van goede doelen, waar kleding een tweede kans krijgt.
Hiervan is 65% nog herbruikbaar, als product (35%) of als grondstof. Zo vindt er bij de productie van katoen een verspilling van waardevolle grondstoffen plaats, die veel vraagt van de draagkracht van de aarde. Katoen is verantwoordelijk voor 16% van het wereldinsecticidengebruik en kost het telen van een kilo katoen tussen de 10.000 en 20.000 liter water.
De manier waarop G-Star actief kleding terugneemt van haar franchisehouders om ze via het outlet centrum alsnog te verkopen, is ook een goed voorbeeld van een initiatief waardoor producten een langere levensduur krijgen en niet direct in het afval belanden op het moment dat ze uit de mode raken. Toch belandt in Nederland jaarlijks 124 miljoen kilo textiel via het restafval in de verbrandingsoven. Dat is de helft van de totale hoeveelheid afgedankt textiel.
Maar de grondstoffen zijn ook fi nancieel waardevol. In de VS zijn de prijzen voor katoen met 40% toegenomen sinds 2007 en de prijs van polyester steeg van USD 1.3/kg in 2010 tot USD 2.1/kg in 2011. Terwijl tegelijkertijd de prijs voor kleding juist zakte van een gemiddelde van USD 15.2 per kledingstuk in 2006 tot USD 14.9 per kledingstuk in 2011. De marges worden kleiner, het is dus steeds belangrijker
Extractie / raffinage (synthetische vezels)
Landbouw / veeteelt (natuurlijke vezels)
Afval andere sector
14 Circulaire Economie
Grondstof uit afval
Productie vezels / textiel
om fi nanciĂŤle- en milieuwinst te halen uit het optimaal benutten en recyclen van textiel en textielvezels. Kansen liggen in het intensiveren of verlengen van het gebruik van kleding of textiel door reparatie of het pimpen van de kledingstukken (MudJeans en Dutch aWEARness) en in het optimaliseren van tweedehands hergebruik.
teren voor hergebruik in een nieuw kledingstuk of tot een product in een andere sector. Zowel Mud Jeans, G-Star als aWEARness sluiten de cirkel en produceren nieuwe kleding van opnieuw gebruikte vezels en grondstoffen.
Nadat een kledingstuk aan het einde van zijn levensduur is, kan er een nieuw product van gemaakt worden (bijvoorbeeld isolatiemateriaal of vulling). Een andere optie is om terug te gaan naar de vezels of naar de kunststofkorrels en er weer nieuw materiaal van te maken. Frankenhuis laat zien dat technologische innovaties het mogelijk maken bruikbare kantoenen vezels en bestandsdelen te herkennen en te selecSchema: circulaire textielketen.
Bewerken en fabricage
Distributie / retail
Gebruik
Afval verbranding en stort
Langer gebruik
Herdistributie / 2e leven
Mechanisch / chemisch bewerken tot vezel
15
TEXTIEL
Mud Jeans - ‘Lease a Jeans’ Het is één van de meest gedragen kledingstukken in Nederland en voor het eerst gepatenteerd in 1873: de spijkerbroek. Je zou haast denken dat alle innovaties inmiddels de revue zijn gepasseerd. Maar niets is minder waar. Kledingfabrikant Mud Jeans geeft op een innovatieve wijze een boost aan het circulair omgaan met schaarse grondstoffen. Door 100% verantwoord te produceren met gebruik van zo min mogelijk grondstoffen. Want de katoenproductie heeft een negatieve impact op schaarse vruchtbare grond en water door het gebruik van gevaarlijke chemicaliën en pesticiden. Initiatiefnemer en directeur van Mud Jeans Bert van Son licht toe: “We willen een kwalitatief en trendy product dat het milieu en de mens zo min mogelijk belast. Dat spreekt aan. Ons circulaire concept van ‘Lease a Jeans’ is heel eenvoudig. Je kunt de jeans na de eerste lease periode retour sturen, ruilen of blijven dragen. De belangrijkste drijfveer achter ons leaseconcept is dat we onze ‘grondstoffen’ in eigen beheer houden. Onze jeans bestaan nu uit 30% gerecycled katoen, maar dat percentage moet omhoog. Ook willen we het gebruik verlengen. Voor de gebruiker hebben we daarom een
Bert van Son Directeur gratis reparatieservice. We zijn een concept aan het ontwikkelen om de na 1 jaar teruggestuurde jeans – de minimale leaseperiode – opnieuw op de markt te brengen. De ‘gedragen jeans look’ is nog steeds erg trendy. En waarom als fabrikant de broek machinaal stuk maken als hetzelfde effect bereikt wordt door een gedragen broek te dragen?! Wij willen met dit circulair concept een voorbeeld zijn voor andere bedrijven. Gezien de reacties die ik nu al ontvang, ben ik ervan overtuigd dat het gaat lukken. Duurzaam ondernemen is niet saai; integendeel het inspireert.”
www.mudjeans.nl 16 Circulaire Economie
TEXTIEL
VAR | Frankenhuis Textiel heeft een verhaal Het is wellicht nog moeilijk voor te stellen, maar de kans is groot dat het sjaaltje van een stewardess van KLM is gemaakt van hergebruikt textiel. Op het label van het sjaaltje zou zomaar eens de volgende informatie te lezen kunnen zijn: “Eerst gediend als uniform zijn de textielvezels nu verwerkt in een stewardess-sjaal. Wat zal het hierna zijn?” Immers, textielgebruik heeft steeds vaker een interessant verhaal dat het vertellen meer dan waard is. Peter Bos van textielbedrijf VAR | Frankenhuis vertelt zijn verhaal: “Textiel bestaat uit waardevolle grondstoffen waar na gebruik hele nuttige toepassingen voor zijn. Die benutten we graag. Voor het slagen van onze circulaire aanpak zijn samenwerking met de andere partners in de keten, een duurzame mind-set en goede scheiding vanaf de bron, belangrijke randvoorwaarden. Ook goede ketenregie is onmisbaar. Daarom heb ik samen met twee andere partners stichting Texperium opgericht. Als de randvoorwaarden kloppen, blijkt er ook veel mogelijk te zijn. Zo hebben wij onlangs een traject afgerond waarbij
Peter Bos General Director
oude KLM-uniformen zijn verwerkt tot onder andere aktetassen, schoenen en sjaals. Onze rol hierbij was het mechanisch verwerken van textielproducten tot nieuwe vezels. Onze machines verwijderen alle knopen, ritsen en andere obstakels. Daarna versnijden we de textiel tot vezels. Deze vezels worden vervolgens weer verwerkt tot nieuwe producten. Met deze recycling hebben we voor KLM circa 4700 ton CO2 bespaard. Hoewel, recycling? Het gaat hier eigenlijk om upcycling want de kwaliteit van het garen is hetzelfde als van nieuw garen.”
www.vanfrankenhuis.nl
17
TEXTIEL
G-Star Raw gaat circulair Ook voor internationaal denimmerk G-Star is het belangrijk te blijven innoveren en strategisch om te gaan met duurzaamheidsvraagstukken. Vanuit deze gedachte is onder andere opnieuw gekeken naar de herkomst en afdanking van haar producten. Frouke Bruinsma van G-Star vertelt welke stappen inmiddels zijn gezet. Frouke Bruinsma “Om de gebruiksfase van onze producten zo lang mogelijk te behouden, beschikken wij al geruime tijd over G-Star outlets. In deze outlets verkopen we onder andere verouderde modellen, soms B-keus kleding of eenmalig gedragen kleding voor modeshows of fotoshoots. Voor de recycling van onze producten zijn we vier jaar geleden een samenwerking aangegaan met KICI Foundation.
Corporate Responsibility Manager
Wij sturen onze producten naar hen. Zij sorteren, selecteren en prepareren (knopen, ritsen en dergelijke worden verwijderd) in hun keten de broeken, zodat deze vervolgens door een andere partner mechanisch vervezeld kunnen worden. Deze vezels komen uiteindelijk weer bij onze stoffenfabrikant terecht, die dit materiaal verwerkt in nieuwe denimstoffen. In onze collectie verkopen we nu producten die tot 20% van deze vezels bevatten, maar we streven natuurlijk naar meer. De vezels die niet meer geschikt zijn voor nieuwe denim- stoffen en uiteindelijke producten, worden door KICI ingezet voor andere toepassingen zoals isolatiemateriaal en paardendekens. We zijn er nog lang niet, maar de eerste stappen naar de circulaire economie zijn gezet. Een belangrijke succesfactor is samenwerking met partners in de keten die elk hun eigen specialisme en verantwoordelijkheid hebben. Op deze manier heeft elke partner een gelijkwaardig aandeel in het proces. Qua fi nancieringsvraagstukken heeft dit ook een voordeel; je deelt ook de kosten en tijdsinspanning.�
www.g-star.com 18 Circulaire Economie
TEXTIEL
Dutch aWEARness Het geheim van goede regie en sterke partners Na vele jaren research en het bouwen van een netwerk van ketenpartners heeft Rien Otto van Dutch aWEARness de essentie van circulaire economie in de vingers. Rien Otto: “Dutch aWEARness kun je zien als een organisatie die de regie voert van alle schakels in onze textielketen, een ketenregisseur. We beheersen dus met onze partners letterlijk alle stappen in de keten, van grondstof tot grondstof. Een absolute randvoorwaarde is dat de partners transparant zijn over hun primaire proces. Pas dan kun je de werkelijke kostprijs berekenen van het product om vervolgens de werkelijke prijs van het gebruik te kunnen bepalen. We hebben met elkaar een marge van niet meer dan 10-15% afgesproken, en dan kan het werken.
Rien Otto Directeur
Dutch aWEARness heeft vanuit het Eco-Innovation- programma van de Europese Commissie een subsidie ontvangen voor periode van drie jaar om het Returnityprincipe verder uit te werken.
Daar waar een fabrikant eerst nieuwe vezels nodig had voor het fabriceren van een product, krijgt hij nu zijn vezels via ons retoursysteem. Onze stof Returnity is 100% recyclebaar en gemaakt van een soort kunststof. We verlengen de levensduur van de kleding door met onze partners ook de reiniging en de reparatie van de kleding voor de klant te verzorgen. Als de kleding niet meer geschikt is om te dragen, verwerken we het weer tot kunststofkorrels waar we weer nieuwe vezels van schieten. Dit proces kan in principe eindeloos doorgaan. Doordat we met een leasesysteem werken, blijven we eigenaar van het materiaal en kunnen we ervoor zorgen dat het materiaal daadwerkelijk hergebruikt wordt. Naast Returnity werken we ook met biologische vezels zoals Halfagrass. Deze kleding kan weer in een biologische kringloop terecht komen. Bij circulaire concepten zijn goede ketenregie en een eerlijk verdienmodel wat mij betreft de belangrijkste succesfactoren.�
www.dutchawearness.com
19
Elektronica Wie heeft tegenwoordig geen elektronica of elektrische apparaten in zijn omgeving? Miljoenen computers, servers, laptops, mobiele telefoons, iPads en iPods, e-Readers en nog veel meer hardware zwerven over de wereld.
In 2010 is in Nederland totaal ongeveer 440 kton aan elektronische en elektrische apparaten op de markt gezet. Dit komt overeen met gemiddeld 26,5 kg per inwoner. In hetzelfde jaar kwam per inwoner 23,7 kg afval van elektronische apparaten vrij (392 kton). Hiervan wordt 14,1 Deze consumptiegoederen met een korte levensduur kg per inwoner ingezameld en recycled; 2,3 kg per inwoner worden gemaakt van kunststoffen en edele metalen zoals verdwijnt in het restafval (ieder jaar 38 miljoen kg) en 2,7 kg goud, zilver, platina, koper en de zogenoemde ‘zeldzame per inwoner wordt geëxporteerd. Deze geëxporteerde aardelementen’ zoals cerium, scandium, yttrium en andere elektronische hardware, soms voor tweedehands gebruik, ‘scheikundige verbindingen in ertsvorm’ waaronder vijftien belandt vaak als afval op vuilnisbelten in ontwikkelingssoorten lanthaniden. Grondstoffen waar een tekort van dreigt landen. Van de rest van het afval is niet bekend wat er door daadwerkelijke of door handelspolitiek veroorzaakte mee gebeurt. schaarste.
Extractie grondstoffen
20 Circulaire Economie
Raffinage / bewerking grondstoffen
Fabricage onderdelen
Dit biedt ruimte voor de circulaire economie. Door de levensduur van elektronische apparaten te verlengen kan nog veel additionele waarde uit het apparaat gehaald worden. Bijvoorbeeld door reparatie, goed onderhoud, pimpen en via tweedehands verkoop. Daarnaast kan er waarde gecreĂŤerd worden door bruikbare onderdelen van het apparaat te recyclen en opnieuw te installeren in nieuwe elektronische apparaten of door waardevolle grondstoffen uit afgedankte elektronica te herwinnen. Bedrijven zoals Repair CafĂŠ, Techreturns en ACE weten de waarde van producten en materialen te verlengen en te benutten.
Schema: circulaire elektronicaketen.
Fabricage producten
Distributie / retail
Gebruik
Afval verbranding en stort
Weggooien? Mooi niet!
Oranje RGB CMYKc PMS
255/66/18 0/70/100/0 1595C
Blauw RGB CMYKc PMS
29/18/132 85/85/0/20 7671C
Reparatie
2e hands verkoop
Herstel/vervangen componenten Scheiden en recyclen materialen
21
ELEKTRONICA
Repair Café Geen bier maar boor in het plaatselijk café. Er wordt gepraat, gelachen, gedronken maar bovenal; er wordt gerepareerd! In de zogenoemde Repair Cafés zijn mensen druk bezig om apparaten zoals stofzuigers, broodroosters en allerlei andere kapotte voorwerpen weer werkend te krijgen. Inmiddels is het honderdste café in Nederland geopend en werkt het concept ook in België, Duitsland, de VS en andere landen. Waarom dit zo’n succes is geworden vertelt initiatiefnemer Martine Postma. “Ongeveer drie jaar geleden heb ik het concept van de Repair Cafés gelanceerd. Veel kapotte voorwerpen zijn vaak met kleine handelingen weer perfect te gebruiken. Maar ik zag dat mensen vaak makkelijker nieuwe spullen kochten. Blijkbaar is reparatie nu te moeilijk en te onbekend, duur, saai en lastig. Wij zorgen er met het Repair Café voor dat reparatie nu makkelijk, leuk, goedkoop en bereikbaar in de buurt is. Voor het milieu natuurlijk gunstig maar wat dit concept extra bijzonder maakt is het sociale aspect.
Martine Postma Directrice Het Repair Café is feitelijk een ontmoetingsplek voor mensen die goed kunnen repareren en minder handige buurtgenoten die kapotte spullen hebben. Voorwaarde is dat je gezamenlijk werkt aan de reparatie. Daardoor ervaren mensen dat repareren vaak heel gemakkelijk en leuk is, en komen ze de volgende keer weer terug met een ander kapot product. Dit is het succes van het Repair Café. In de toekomst willen we ook meer met scholen samenwerken. Daar ligt toch onze toekomst en gezien de toenemende schaarste aan gekwalifi ceerd technisch personeel, denk ik dat daar een mooie uitdaging ligt.”
www.repaircafe.nl 22 Circulaire Economie
ELEKTRONICA
ACE Re-use Technology Weg met de wegwerpeconomie Volgens Ad Comperen, directeur van ACE Re-use Technology, leven we nog steeds in een wegwerpeconomie. Maar Ad gelooft in de circulaire grondstofeconomie en laat met zijn bedrijf zien hoe producthergebruik hierin een actieve rol kan spelen: “Ik ben opgegroeid in een Brabants arbeidersgezin met negen gezinsleden. Niets ging verloren. Als iets stuk ging, probeerde ik dit altijd te repareren, of onderdelen te gebruiken in andere toepassingen. Zodoende is mijn passie voor hergebruik gegroeid en heb ik eind jaren tachtig dit bedrijf opgezet. Sindsdien reviseren wij onder meer componenten van kopieermachines die opnieuw ingezet kunnen worden zonder kwaliteitsverlies. Een belangrijke randvoorwaarde voor het slagen van dit concept, is dat onze klanten een retoursysteem hebben voor de terugname van haar producten. Zo kiest onze klant Océ ervoor om geen kopieermachines maar de prestaties ervan te verkopen.
Op deze manier blijven de machines in zijn bezit. Vervolgens reviseren wij de componenten van deze machines, zodat Océ deze weer kan verwerken bij de productie van nieuwe machines. De besparingen voor de opdrachtgever kunnen variëren tussen 20 tot 50% van de nieuwwaarde. De ecologische footprint van de producten kan daardoor vaak met wel 50% worden verlaagd. Een belangrijke bottleneck is dat veel organisaties nog niet de stap durven te zetten naar een nieuw systeem. Dit kost nu eenmaal tijd en vergt dus een investering. Maar wij kunnen laten zien hoe snel deze investering is terug te verdienen. Om de circulaire economie echt van de grond te krijgen, is het belangrijk dat we met meer opdrachtgevers pilotprojecten kunnen draaien om aan te tonen dat deze aanpak werkt. Rabobank zou hierin kunnen faciliteren door klanten met elkaar in contact te brengen om op deze manier te werken aan de circulaire economie.”
Ad Comperen Directeur
www.acewikkeltechniek.nl
23
ELEKTRONICA
Techreturns / Closing the loop De waarde van afgedankte elektronica Wist u dat duizend kilo oude mobiele telefoons onder andere driehonderd gram goud, anderhalf kilogram zilver en 20 andere waardevolle grondstoffen bevatten? Je hoeft er geen rekensom voor te maken om je te realiseren dat dit veel geld waard is. Techreturns is een van de grootste in Nederland als het gaat om het opkopen van gebruikte consumentenelektronica om deze vervolgens een tweede leven te geven. Initiatiefnemer Marcel Stiphout licht toe hoe hij hiervan een succesvolle, duurzame business case weet te maken: �Wij kopen oude telefoons en computers op van consumenten. Na ontvangst van de producten maken we ze weer gereed voor de verkoop door de producten schoon te maken en onderdelen te vervangen. Via retailers en de groothandel komen deze producten onder andere in Europa, AziÍ en Afrika terecht. Door daar ter plekke gebruik te maken van retoursystemen zorgen we ervoor dat de producten die aan het einde van hun levensduur zijn, weer bij ons terechtkomen voor verdere verwerking. Deze producten worden dan gerecycled. Hiervoor werken we samen met vier
Marcel Stiphout Directeur
andere partijen, waaronder Umicore. Deze bedrijven kunnen de grondstoffen uit de producten halen, waarna de stoffen weer elders ingezet kunnen worden. Er is massa nodig om de waardevolle grondstoffen in de consumentenelektronica in groten getale retour te krijgen en deze vervolgens te kunnen terugwinnen en te verwerken. Een uitdaging voor ons is om consumenten over te halen eens kritisch te kijken naar welke spullen zij afgedankt thuis hebben liggen. Niet alleen om hen financieel daarin te belonen, maar ook om het principe van recycling te stimuleren en bij te dragen aan een duurzamere omgeving. “
www.techreturns.nl 24 Circulaire Economie
CIRCULAIR PAPIER IN ROERMOND
ARS Grafi sch en Van Houtum Duurzaam gedrukt en mogelijk circulair… Een brochure over circulaire economie, die wil je natuurlijk ook duurzaam drukken, vond John Verdellen van Rabobank Roermond-Echt. Hij benaderde reclame- en communicatiebureau Creation Station en drukkerij ARS Grafi sch die al meer dan 10 jaar samenwerken. Zij konden een duurzame oplossing leveren. ARS Grafi sch is een gecertifi ceerd FSC-drukker, gebruikt inkt op biologische basis, neemt groene stroom af en is actief bezig met het hergebruik van reststromen. Voor wat betreft dit laatste is ARS Grafi sch aangesloten bij een lokaal papier- recyclingbedrijf Peeters Recycling. Deze organisatie zorgt ervoor dat het snijafval van het papier weer terechtkomt bij Van Houtum in dezelfde regio. Van Houtum maakt er hygiënisch papier van dat 100% gerecycled papier is. Het snijafval van de brochure is dus onderdeel van de circulaire economie. Maar hoe zit het met de brochure die u nu in uw hand houdt? Bas Gehlen van Van Houtum vertelt: “Het kan heel goed dat de brochure, op het moment dat het afval wordt, ook in de circulaire economie terechtkomt.
Bas Gehlen Managing Director VanHoutum
De brochure komt in handen van lokale ondernemers en wij hebben met veel bedrijven een samenwerkingsovereenkomst waarbij deze klanten hun oud papier aan ons aanleveren en er weer hygiënepapier voor terugkrijgen. Zelfs als bedrijven de brochure lang bewaren, kan die uiteindelijk in de circulaire economie terechtkomen, want we zijn momenteel bezig met een pilot met Jalema waarbij we oude archieven vernietigen en verwerken. We kunnen niet alle vezels van dat oude papier gebruiken, maar daar hebben we weer een oplossing voor gevonden. We zijn constant aan het zoeken hoe we waarde kunnen creëren met wat er overblijft. De kleine vezels gaan naar Smurfi t Kappa Roermond Papier, ook regionaal, die er karton van maakt. Wij nemen die kartonnen dozen weer af, om ons product in te verpakken. Die wederkerigheid vind ik heel mooi aan de circulaire economie. Wij zijn al heel lang bezig met duurzaam ondernemen, maar Cradle to Cradle en de circulaire economie gaan weer een stap verder. Dan zoek je naar een positieve impact. Dat inspireert! Voor mezelf, maar ik zie het ook aan mijn medewerkers. Bovendien is het ook zakelijk slim. Wie een positieve impact kan realiseren voor alle stakeholders, inclusief je klanten, is verzekerd van continuïteit.”
www.ars-grafisch.nl
www.vanhoutum.nl 25
Financiering Financieringsvormen voor innovaties in de circulaire economie Diverse ondernemers hebben behoefte aan (risicodragende) fi nancieringsmogelijkheden om innovaties te realiseren op het gebied van effi ciënte productieprocessen, grondstoffenbeheer, productontwikkeling en duurzaam kringloopbeheer, allemaal elementen van de circulaire economie. De Rabobank is een toonaangevende en betrokken bank die ondernemers ondersteunt, ook wanneer het om een nieuwe oplossing of richting gaat zoals bij de circulaire economie.
De bank wil ondernemers bewust maken van de mogelijkheden die circulaire economie hen kan bieden (kostenbeheersing, commerciële kansen, versterking concurrentiepositie) en helpen de vernieuwingskansen te realiseren met kapitaal, kennis en/of netwerken. Het komt echter voor dat de mogelijkheden voor een reguliere bancaire fi nanciering beperkt zijn. Bijvoorbeeld wanneer er onzekerheid bestaat over de levensvatbaarheid van een technische innovatie of de verkoopbaarheid van het product of wanneer er onvoldoende eigen vermogen beschikbaar is. Risicokapitaalfondsen en andersoortige fi nancieringsinstrumenten kunnen een goede aanvulling zijn op de reguliere bancaire fi nanciering bij het mogelijk maken van innovatie.
Productassortiment Rabobank voor fi nanciering van innovaties in de circulaire economie De Rabobank heeft in haar productassortiment diverse bijzondere fi nancieringsmogelijkheden voor innovaties in verschillende fasen. Van de Pre-seed fase waarbij het eerste idee wordt ontwikkeld, tot herstructurering en voor zowel starters als bestaande (grotere) ondernemers. Daarbij kan het wat betreft ondersteuning gaan om: bancaire fi nanciering aangevuld met een garantiestelling, risicodragend kapitaal, kennis, een netwerk of een combinatie van deze mogelijkheden. In de box hiernaast en op pagina 27 staan enkele producten die van betekenis kunnen zijn voor klanten die bezig zijn met innovaties gericht op productontwikkeling en productie vanuit het circulaire principe van ‘effi ciënt en nuttig hergebruik’ en duurzaam keten- en kringloopbeheer.
26 Circulaire Economie
Er is een trend zichtbaar van bezit naar gebruik. Deze trend wordt gevoed door drie duurzame economische bouwstenen: (1) circulaire economie, (2) life cycle asset management en (3) het ‘delen’ van bedrijfsmiddelen. De Lage Landen (DLL) als ‘asset-based fi nance partner’ wil hierop anticiperen. DLL wil met de dienstverlening ‘Asset Sharing’ een platform aanbieden, waarop bezitters van bedrijfsmiddelen, zoals graafmachines, landbouwmachines, trailers of auto’s, deze in vruchtgebruik uitlenen aan bedrijven die een dergelijk middel tijdelijk nodig hebben. Door bedrijfsmiddelen via ‘Asset Sharing’ te delen, kunnen zij het maximale uit deze middelen halen en op een duurzame wijze optimaal fi nancieel rendement realiseren.
Pre-seed fase
Startersfase
Doorgroeifase
Money Meets Ideas Kenmerken:
Dutch Greentech Fund Kenmerken:
Rabo Ventures Kenmerken:
- V oor een breed scala aan bedrijven en initiatieven. - Bemiddelende instantie voor deelname in het aandelenkapitaal door informele investeerders (informal investors / business angels). - Maximaal € 1 miljoen à € 1,5 miljoen.
- V oor kansrijke Nederlandse groene technostarters in de sectoren food & agri, water, lucht en bio-energie, met minimaal een werkend prototype. - Ondersteuning van de ondernemer bij verdere productontwikkeling en marktintroductie met kapitaal, kennis en netwerken. - Deelname in aandelenkapitaal tussen € 250.000,- en € 2.500.000,-.
- V oor investeringen in de cleantech industrie. Specifi ek groeiende ondernemingen die de potentie hebben om toekomstige marktleiders te worden. - Deelname in aandelenkapitaal tussen de € 4 en € 10 miljoen.
Borgstelling voor innovatie (IBSK)*
Rabobank Stimuleringkapitaal
Kenmerken:
Kenmerken:
Borgstelling voor gevestigde ondernemers (BSK)* Kenmerken:
- V oor technisch-wetenschappelijk onderzoek of de ontwikkeling van technisch nieuwe onderdelen van fysieke producten of productieprocessen, alsmede daaraan voorafgaand systematisch georganiseerd haalbaarheidsonderzoek. - Borgstelling tot € 1.000.000,- en maximaal 2/3 van de fi nancierings- behoefte. - De garantiedekking bedraagt 90% van de borgstelling.
- V oor o.a. starters, doorstarters en uitbreiders. - MKB (incl. agrarisch) - Exclusief voor Rabobank-leden. - 50% van de gewenste fi nanciering tot maximaal € 500.000,- Achtergestelde lening.
- Voor bestaande ondernemingen. - Voor langer starters die de borgstelling voor starters volledig hebben benut. - Voor uitbreiding, overname en/of internationale expansie. - Borgstelling tot € 1.000.000,- en maximaal 50% van de fi nancieringsbehoefte. - De garantiedekking bedraagt 90% van de borgstelling.
Borgstelling voor starters (BSKS)*
Rabo Vermogens Versterkingslening* (Groeifaciliteit) Kenmerken:
Kenmerken: - V oor startende ondernemingen tot 3 jaar na oprichting. - Borgstelling tot € 200.000,- en maximaal 75% van de fi nancieringsbehoefte. - De garantiedekking bedraagt 90% van de borgstelling.
- V oor ondernemingen met voldoende rentabiliteits- en continuïteitsperspectief, maar onvoldoende eigen vermogen. - Achtergestelde lening. - Garantie voor 50% van het verstrekte risicokapitaal. - Voor fi nancieringsuitbreidingen (fresh money) van € 500.000,- tot € 5.000.000,-. Lening met GO-faciliteit (Garantie Ondernemingsfi nanciering)* Kenmerken: - V oor ondernemingen met voldoende rentabiliteits- en continuïteitsperspectief. - Niet-achtergestelde lening. - Garantie voor 50% van de lening. - Voor fi nancieringsuitbreidingen (fresh money) van € 1,5 miljoen tot maximaal € 50 miljoen. - Achtergestelde lening mogelijk als Uitgebreide Rabo Vermogens Versterkingslening.
met Agentschap NL * In samenwerking
27
Op weg naar een circulaire economie.
Nieuwe uitdagingen en kansen voor ondernemers.
rabobank.nl/roermond-echt Tel. (0475) 500 300 (bedrijven)
Samen sterker. Dat is het idee van coรถperatief bankieren.