2 minute read

Natuurrapport 2020: bossen als Vlaamse hoop

Om de twee jaar publiceert het Instituut voor Natuur en Bosonderzoek (INBO) een natuurrapport voor Vlaanderen. Het laatste rapport ziet er helaas niet rooskleurig uit. We zijn op veel vlakken bij de slechtste leerlingen van de klas. Toch ziet de situatie er niet volledig hopeloos uit: het voornaamste lichtpuntje komt vanuit de boshoek.

Slecht rapport voor Vlaanderen

De Europese streefdoelen voor 2020 waren:

– de bestaande vogel- en habitatrichtlijnen uitvoeren

– gedegradeerde ecosystemen herstellen en een groenblauw netwerk creëren

– de bijdrage van land- en bosbouw aan het biodiversiteitsherstel verhogen een duurzame visserij realiseren

– de druk van invasieve soorten op onze biodiversiteit verlagen

– de Europese impact op de mondiale biodiversiteit verbeteren.

Vlaanderen kon geen enkel van die doelen realiseren. Sterker nog: als we vergelijken met het jaar 2010, verbeterde de situatie enkel (deels) voor de invasieve soorten. Een inhaalbeweging dringt zich op, vooral omdat de Europese Unie voor 2030 nog hogere ambities nastreeft.

Bedreigingen voor onze bossen

Vlaanderen is de Europese regio met het grootste percentage bebouwing en het kleinste aandeel bos en natuur. Maar liefst 99,9 % van de biomassa in Vlaanderen bestaat uit mensen, runderen en varkens, tegenover slechts 0,1 % wilde zoogdieren zoals everzwijnen en reeën. Een groot deel van de Vlaamse habitats van Europees belang gaat achteruit. Voor bossen zijn de belangrijkste bedreigingen voor biodiversiteit de vermesting (via de lucht, het grond- en oppervlaktewater en de bodem), versnippering, verandering van landgebruik (met name de omzetting van schraal weiland naar akker of inten- sief grasland), verdroging en onaangepast of achterstallig beheer. Andere factoren die bijdragen aan biodiversiteitsverlies zijn de verstoring van de hydro- en geomorfologie, verzuring, invasieve uitheemse soorten, klimaatverandering en algemene verstoring.

De afname van open ruimte maakt dat de resterende oppervlakte steeds intensiever gebruikt wordt, met een uitgeputte bodem en een daling van het grondwater tot gevolg. Door de versnippering kan verontreiniging makkelijker doordringen in alle ecosystemen. De klimaatverandering verhoogt de druk op de bossen en de biodiversiteit nog eens.

Bossen bieden hoop

In het Natuurrapport focust het INBO op verschillende habitats, waaronder bos. Vlaanderen is de bosarmste regio van Europa. Slechts 10 % van ons oppervlakte bestaat uit bos. Het is evenwel het grootste halfnatuurlijke ecosysteem van Vlaanderen, met een grote diversiteit aan mogelijke habitats, van wilgenvloedbossen tot droge dennen-eikenbossen, die zeer diverse ecosysteemdiensten leveren.

De oppervlakte bos en houtige vegetatie bleef tussen 2013 en 2016 netto ongewijzigd. Die status quo is het resultaat van ontbossing en bosuitbreiding die elkaar compenseren. Die omzetting hypothekeert de ontwikkeling van oude bossen met een typische en grote biodiversiteit.

De versnippering van het landschap maakt ook dat al die kleine en overwegend jonge bossen functioneren als eilanden, met een grotere kans op het lokaal uitsterven van populaties. De instandhouding van boshabitats van Europees belang is over de hele lijn ongunstig.

Nu het goede nieuws: de functionele diversiteit en natuurlijkheid van het Vlaamse bos nemen toe, met meer boomsoorten en meer dood hout en een hoger houtvolume. Het omvormen van monotone naaldhoutbestanden naar inheems loofbos draagt daaraan bij. Ook de typische flora van oude bossen (bosanemoon, hyacint, daslook, …) herstelt langzaam.

Aanbevelingen INBO voor bossen

– Zorg voor een betere bescherming van bossen, ook in harde gewestplanbestemmingen en voorzie meer ruimte voor bebossing.

– Versterk oude bossen en zoneer het beheer in grotere bossen. Zo houd je het microklimaat in stand. Centraal in het complex komen de onbeheerde zones en zones met kleinschalige kappingen. Natuurdoelen van meer open vegetaties, open plekken en kapvlaktes concentreer je in de buitenrand van een bos.

– Maak van duurzaam bosbeheer de norm, ook in kleine privébossen.

– Werk ook buiten de bossen aan boskwaliteit, bijvoorbeeld via landschappelijke verwevenheid en het verlagen van de stikstofuitstoot en zet in op diversiteit.

– Zet verder in op de verfijning van meetinstrumenten om de oppervlakte en kwaliteit van bossen te monitoren.

Dit artikel is gebaseerd op een artikel van de Antwerpse Bosgroepen (Simon De Smedt). Met dank aan de auteurs van Natuurrapport 2020: Anik Schneiders, Katrijn Alaerts, Helen Michels, Maarten Stevens, Peter Van Gossum, Wouter Van Reeth, Inne Vught

This article is from: