INVESTING AND EMPOWERING: VISIES OP HET EUROPESE JEUGDBELEID
Drie betrokken jongeren zijn op uitnodiging vanuit ONE WORLDcitizens met elkaar in gesprek gegaan over de thema’s Youth Empowerment en het aangaan van structurele dialogen met de jeugd. Zij hebben vanuit hun eigen expertise en visie een aantal aanbevelingen geformuleerd, om mee te geven aan beleidsmakers die inzetten op het opstarten en aanhouden van deze dialoog.
INVESTING AND EMPOWERING: EEN EUROPEES JEUGDBELEID
Jeugdbeleid en jeugdparticipatie maken sinds 2001 deel uit van het beleid van de Europese Unie. Alhoewel de EU geen wetgevende bevoegdheden heeft op het gebied van jeugdbeleid, lidstaten dragen zelf de verantwoordelijkheid voor het jeugdbeleid in eigen land, stimuleert zij wel samenwerking en consistentie op dit terrein. Het Witboek Jeugd (COM (2001) 681) vormt het begin van het gezamenlijk jeugdbeleid van Europese lidstaten. Het doel van het witboek is tweevoudig. Het witboek ontwerpt een nieuw samenwerkingskader voor Europese lidstaten op het gebied van jeugdzaken. De belangrijke pijler van dit jeugdbeleid is om ‘jongeren volwaardig te betrekken bij het reilen en zeilen in democratische, open en solidaire samenlevingen’. Met de EU Jeugdstrategie 2010-2018 (COM (2009) 200) zet de EU haar jeugdbeleid voort. Centraal in de jeugdstrategie staat de visie dat jongeren hun mogelijkheden optimaal moeten kunnen benutten door middel van een tweeledige aanpak: ‘Investing and Empowering’. Dit houdt in dat overheden van lidstaten moeten investeren in jongeren, om zo jongeren in staat te stellen initiatieven te nemen en hun talenten te ontplooien. Het doel hiervan is jongeren de mogelijkheid te geven zich als actieve burgers te ontwikkelen en zich in te zetten voor de samenleving. Een belangrijk middel dat de EU inzet om haar doelstellingen op het gebied van jeugdbeleid te bereiken is de gestructureerde dialoog. Deze dialoog, die regelmatig plaatsvindt, wordt gevoerd tussen jongeren enerzijds en beleidsmakers anderzijds. In 2012 heeft de Europese Commissie de voortgang van de Europese Jeugdstrategie 2010-2018 geëvalueerd (2012/C 394/03). De Commissie constateert dat in alle Europese lidstaten initiatief is genomen om de gestructureerde dialoog te laten plaatsvinden. Tevens beveelt de Europese Commissie aan tot het verdiepen en verbreden van de dialoog met jongeren.
Een succesvol praktijkvoorbeeld van de gestructureerde dialoog is het OWC EVENT 2014, georganiseerd door ONE WORLDcitizens. Tijdens dit event gingen jongeren met beleidsmakers in dialoog over actuele thema’s zoals jongerenrechten, jeugdparticipatie en jeugdwerkgelegenheid, maar ook zorg en onderwijs. Beleidsmakers die deel namen aan deze dialoog zijn werkzaam voor nationale, provinciale en gemeentelijke overheden. Het OWC EVENT 2014 is tevens de aanzet geweest voor een gestructureerde dialoog tussen jongeren en beleidsmakers van overheden van verschillende niveaus. In februari 2015 heeft reeds een dialoog plaatsgevonden tussen jongeren en beleidsmedewerkers van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu; het vervolg hierop staat al gepland voor maart 2015. Tevens staan er dialogen gepland met beleidsmakers in ’s-Hertogenbosch, en worden de mogelijkheden verkend om op provinciaal niveau in Noord-Brabant een gestructureerde dialoog tot stand te brengen. Mijns inziens is het goed dat de EU jeugdparticipatie in beleidsvorming stimuleert. Vanuit democratisch perspectief is het belangrijk dat diegenen op wie beleidsbeslissingen van toepassing zijn, kunnen participeren in het besluitvormingsproces. Omdat beleidsmaatregelen ook op jongeren van toepassing zijn, moeten ook zij de mogelijkheid krijgen tot participatie. De gestructureerde dialoog tussen jongeren en beleidsmakers is hiertoe een belangrijk middel. Jongeren staan midden in de maatschappij, hierdoor hebben zij vaak een goed beeld van wat er onder jongeren leeft en waar behoefte aan is. Door middel van dialoog kunnen zij hun visie aan beleidsmakers ten gehore brengen en zodoende bijdragen aan de totstandkoming van beleid. Bovendien stimuleert participatie maatschappelijke betrokkenheid en actief burgerschap op jonge leeftijd.
Om het democratische gehalte van beleidsvorming te waarborgen is het echter wel van belang ervoor te zorgen dat de uitkomsten van de gestructureerde dialoog en de visies van jongeren die hierin naar voren komen worden meegenomen in het besluitvormingsproces. Dit wordt erkend door de Europese Commissie; in het evaluatierapport over de Europese jeugdstrategie beveelt de Commissie aan ervoor te zorgen dat beleidsmakers de visies en aanbevelingen van jongeren vollediger in aanmerking nemen. Bovendien is het is belangrijk dat jongeren zich serieus genomen voelen, en hun bijdrage kunnen herkennen in beleidsbeslissingen. Want wanneer jongeren het gevoel hebben dat hun mening ertoe doet zal dit verdere participatie stimuleren, niet alleen wanneer zij jong zijn, maar ook wanneer zij volwassen worden. Kortom, gezien de waarde die jeugdparticipatie heeft voor democratische legitimiteit van besluitvorming en de ontwikkeling van jongeren, is het een goede zaak dat de EU blijft inzetten op het stimuleren van de gestructureerde dialoog. Linda Hindriks Linda heeft recentelijk een research master afgerond en is geïnteresseerd in maatschappelijke vraagstukken.
DE JEUGD IN DIALOOG Jeugdparticipatie is niet slechts interessant en van belang voor jongeren en hun omgeving, maar een officieel, vastgelegd recht. Jongeren hebben het recht om hun mening te geven, om mee te denken en te beslissen. Zij moeten de kans krijgen om zich vrij te kunnen uiten, om kennis op te doen en vaardigheden te ontwikkelen (Coyne, 2008). De jeugd moet, ongeacht afkomst of culturele achtergrond, altijd in staat worden gesteld om mee te denken, te beslissen en om mee te doen in de maatschappij. Dit houdt in dat overheden, onderwijsinstellingen en betrokken professionals de handen ineen moeten slaan en de verplichting hebben om deze jongeren te betrekken, te onderwijzen en te stimuleren.
Naast dat jongeren een unieke kijk hebben op maatschappelijke vraagstukken, is er een duidelijke samenhang aangetoond tussen het actief zijn op jonge leeftijd en participeren op latere leeftijd. Genoeg reden om in te zetten op de jeugd. Er moet gestart worden vanuit de eigen kracht van jongeren en zij moeten de ruimte krijgen om hun stem te ontdekken en leren te gebruiken. Professionals moeten hier op inspelen door kinderen en jongeren te ondersteunen in hun persoonlijke en sociale ontwikkeling. Zo is het van belang dat er, onder andere in het onderwijs, gewerkt wordt aan de zogeheten ‘21th century skills’. Deze skills (samenwerking, kennisconstructie, ICT gebruik, planmatig werken en probleemoplossend denken & creativiteit) zijn het startpunt en een inmiddels onmisbaar pakket van vaardigheden binnen de kennissamenleving waarin wij leven. Leerlingen hebben binnen deze manier van leren en werken elkaar nodig om tot een product te komen. Zo hebben ook beleidsmakers jongeren nodig om tot een passend beleid te kunnen komen. Onze samenleving is geglobaliseerd, en compleet verweven met technologie en (social) media. De inzet van media heeft een interactieve en democratiserende werking, waardoor steeds meer mensen betrokken raken bij besluitvorming en zich actief opstellen binnen hun leefomgeving. Meningen zijn snel gevormd en gedeeld met de hele wereld en het vervagen van grenzen leidt tot nieuwe samenwerkingen en kansen. Jongeren moeten zichzelf hierin staande kunnen houden en zichzelf weten te positioneren. Daarom is het van groot belang dat leerlingen de kans krijgen om de juiste competenties en vaardigheden aan te leren, om actief te kunnen participeren in deze kennissamenleving. Deze ‘blended society’, de steeds actievere en gedigitaliseerde samenleving, waarin wij leven vraagt tevens om een andere houding en aanpak vanuit beleidsmakers en overheden. Niet alleen moeten beleidsmakers en overheden zich middels nieuwe mediakanalen richten tot hun doelgroep, ook is het, zeker in het geval van jongeren, belangrijk dat zij de juiste ‘taal’ spreken.
Wanneer beleidsmakers en overheden de dialoog aan willen gaan met jongeren, moeten zij zich onderdompelen in hun leefen beleefwereld en deze serieus nemen. Wat houdt deze jongeren bezig? Wat prikkelt hen en wat zet hen aan tot actie? Pas hier je boodschap op aan. Welke middelen en kanalen gebruiken zij om zich te uiten en informatie tot zich te nemen? Stem hier je media uitingen op af: dompel jezelf bijvoorbeeld in de wereld van het bloggen en vloggen. Participatie is gestoeld op vertrouwen. Jongeren moeten het vertrouwen hebben dat er echt naar hen wordt geluisterd. Dit is te bewerkstelligen door binnen hun leef- en belevingswereld op zoek te gaan naar vraagstukken die de jongeren bewegen en vanuit hier draagvlak op te bouwen voor dialoog en verandering. Leg jongeren geen thema of stelling voor waar zij hun mening over moeten geven, maar prikkel hen tot het bedenken van een thema of stelling waar zij graag iets over kwijt willen en luister hier naar. Koppel terug naar de jongeren, laat concreet zien dat hun mening er daadwerkelijk toe doet en zorg er op deze manier voor dat veranderingen van onderaf op gang komen. Rachella Dubbeldam Rachella werkt als mediacoach en is daarnaast zelfstandig professional binnen de domeinen cultuur, media en welzijn. www.razzworks.nl
HERLEVING IN HET ONDERWIJS VOOR OPKOMENDE JONGEREN “De vraag is niet, wat de mens moet kunnen en weten teneinde zich in de bestaande sociale orde te kunnen invoegen; maar wel wat er in aanleg in de mens aanwezig is en in hem ontwikkeld kan worden. Pas dan kan de opgroeiende generatie de maatschappij steeds opnieuw met nieuwe krachten verrijken”. Dit is een uitspraak van Rudolf Steiner, de grondlegger van de antroposofie. Deze quote heeft mij geïnspireerd tot een idee gebracht over hoe wij jongeren kunnen laten participeren in de maatschappij, en samen met beleidsmakers een gestructureerde dialoog kunnen voeren.
Om jongeren zich optimaal te laten ontwikkelen tot actieve, participerende burgers is het belangrijk dat er in het onderwijs oog is voor de unieke kwaliteiten van het kind. Hierbij moeten docenten zich bewust worden van het feit dat zij een voorbeeldfunctie hebben. We moeten jongeren ruimte aanbieden om geregeld een gesprek te kunnen voeren en evalueren. Scholen zijn een geschikte plek waar jongeren en beleidsmakers samen kunnen komen om een dialoog over maatschappelijke vraagstukken en toekomstig beleid te voeren. De antroposofie beschouwt het kind niet als een onbeschreven blad, maar als een mens met een eigen talent, een eigen voorgeschiedenis en individualiteit. Het is de kunst om: te herkennen wat voor verborgen drijfveren en interesses een kind heeft; een klimaat te scheppen waarin het kind zich kan ontplooien. Hierom is het van belang dat wij als mensen altijd correct handelen tegenover anderen en het goede blijven koesteren, zodat we dit goede kunnen stimuleren en het de generatie na ons kunnen meegeven. De kern van elk mens begint bij het opvoeden. Door te zien wat de ander doet, en dit onbewust over te nemen. Daarom biedt het onderwijs de basis dat elk kind de ruimte geeft om het goede dat in hen zit te ontwikkelen en hen uiteindelijk tot betrokken burgers te maken. Hier ligt een belangrijke kans voor beleidsmakers, door zich te positioneren binnen scholen staan zij dicht bij de leerlingen en kunnen zij hier goed op inspelen. Daarom is het belangrijk dat onderwijs erop gericht is ieder kind de kans te geven te ontwikkelen, te participeren en in staat te stellen een actieve bijdrage aan de maatschappij te leven. Tot slot een quote van de filosoof Plutarchus (45-125); “Opvoeden is geen vat vullen, maar een vuur onsteken”. Mark Menig Mark zijn interesse ligt bij het herontdekken van het huidige onderwijs, waarbij kansen gegeven worden aan jongeren.