Column / Kolumne Kroese Wevers

Harold Oude Smeijers

Column

Bestuurders Duitse GmbH fors benadeeld door mogelijk nieuwe regelgeving bestuurdersbeloning

Bestuurders die werkzaam zijn voor een Duitse GmbH, opgelet! Wijzigingen in regelgeving ten aanzien van de bestuurdersbeloning kan nadelige gevolgen voor u hebben. Graag lichten wij dit toe aan de hand van een voorbeeld.

Neem nu bestuurder Robert-Jan. Robert-Jan is woonachtig in Nederland en werkzaam als bestuurder. Drie dagen voor zijn Nederlandse BV, twee dagen voor zijn Duitse GmbH. Robert-Jan ontvangt van zijn Nederlandse BV een salaris van € 60 000 en van zijn Duitse GmbH € 40 000. Daarnaast wordt een Duitse auto ter beschikking gesteld door de GmbH. Op grond van het belastingverdrag Nederland-Duitsland is Robert-Jan belastingplichtig voor zijn bestuurderswerkzaamheden in het land waar de vennootschap is gevestigd. De ‘Duitse’ werkzaamheden zijn dan ook in Duitsland belast, ongeacht waar de werkzaamheden worden verricht. Nederland geeft hiervoor voorkoming op grond van de vrijstellingsmethode.

Robert-Jan behaalt een fors fiscaal voordeel, doordat zijn inkomen tevens in Duitsland wordt belast en de tarieven in Duitsland aanzienlijk lager zijn. Helaas voor Robert-Jan is de Tweede Kamer van plan een wijziging door te voeren. Niet langer de vrijstellingsmethode zal als ‘voorkomingstechniek’ gelden, maar de ‘verrekeningsmethode’. Op grond hiervan zijn alle loonbestanddelen in Nederland belast, en wordt ‘slechts’ voorkoming gegeven voor de daadwerkelijk in Duitsland betaalde belasting. Het fiscale voordeel van Robert-Jan is niet meer aanwezig, meer belasting zal verschuldigd zijn. Waardoor is nu meer belasting verschuldigd? De auto van Robert-Jan wordt naar Nederlandse maatstaven belast in Nederland. Voorkoming wordt echter gegeven voor de daadwerkelijk betaalde belasting in Duitsland, op grond van de Duitse regelgeving. In Duitsland is de bijtelling lager dan in Nederland, waardoor in Nederland ‘nabetaald’ zal moeten worden. Naar onze mening is dit niet reëel, nu Robert-Jan in Duitsland zijn werkzaamheden uitoefent en ook de auto zal gebruiken voor zijn werkzaamheden in Duitsland. Deze wijziging kan Robert-Jan wellicht duizenden euro’s gaan kosten.

De oplossing ligt naar onze mening in het splitsen van zijn werkzaamheden in ‘werknemersactiviteiten’ en ‘bestuurdersactiviteiten’. Voor werknemers geldt immers wél de vrijstellingsmethode. Is dit ook op u van toepassing? Neem dan contact met ons op en laat ons kijken naar de mogelijkheden.

Het hiervoor genoemde voorbeeld betreft iemand die aandeelhouder is van zijn BV en zijn GmbH. Ook als er sprake is van bestuurder bij een GmbH welke zelf geen aandelen houdt in de GmbH moeten de fiscale consequenties goed worden getoetst. \

Mariëlle Kisfeld-Mommer

Kolumne

Geschäftsführer einer niederländischen BV durch Anwendung des geänderten Steuerabkommens von 2016 benachteiligt

Sind Sie Geschäftsführer einer niederländischen BV, wohnen aber in Deutschland? Die im Jahr 2016 erfolgte Änderung des niederländisch-deutschen Steuerabkommens über Geschäftsführervergütungen könnte möglicherweise negative Auswirkungen haben, wenn Sie als Geschäftsführer Einkünfte in den Niederlanden haben. Wir möchten dies für Sie anhand eines Beispiels erläutern.

Nehmen Sie Geschäftsführer Pieter. Pieter lebt in Deutschland und arbeitet als Geschäftsführer. An vier Tagen in der Woche arbeitet er für seine deutsche GmbH, an einem Tag für seine niederländische BV. Pieter erhält ein Gehalt in Höhe von 80.000 EUR von seiner deutschen GmbH und weitere 20.000 EUR Gehalt von seiner niederländischen BV. Nach dem Steuerabkommen ist Pieter für seine Geschäftsführertätigkeit in dem Land steuerpflichtig, in dem das Unternehmen seinen Geschäftssitz hat. Die „niederländischen” Tätigkeiten werden in den Niederlanden besteuert, unabhängig davon, wo die Arbeit ausgeführt wird. Deutschland gewährt hierfür Erleichterungen auf Grundlage der Anrechnungsmethode.

Das Gehalt, das Pieter in den Niederlanden bezieht, ist niedriger als in Deutschland. Da Pieters Gehalt in den Niederlanden in die niedrigste Steuertarifstufe (9,42%) fällt, erhält er auch in Deutschland eine Erleichterung für die in den Niederlanden zu entrichtende Steuer gemäß dieser Steuerklasse. In Deutschland wird das weltweite Gesamteinkommen von Pieter mit 42% besteuert. Aufgrund der Anrechnungsmethode gilt die Steuererleichterung, die Pieter gewährt wird, nur für die in den Niederlanden tatsächlich geschuldete Steuer. Die Erleichterung bezieht sich daher auf einen „niedrigeren Steuersatz” (9,42%) als dem für Deutschland geltenden Satz (42%). Nachdem das weltweite Gesamteinkommen in Deutschland besteuert wurde, wird die Differenz der Steuersätze somit noch eine Nachzahlung in Deutschland nach sich ziehen.

Hätte Pieter die Tätigkeiten als „Arbeitnehmer” ausgeübt, wäre die Freistellungsmethode zur Anwendung gekommen. Die Lösung, wie der Nachteil der Anrechnungsmethode vermieden werden kann, besteht darin, die Tätigkeiten eines Geschäftsführers in „Arbeitnehmertätigkeiten” und „Geschäftsführertätigkeiten” aufzuteilen. Auf diese Weise lässt sich die Befreiungsmethode dennoch teilweise anwenden. Trifft dies auch auf Sie zu? Nehmen Sie Kontakt mit uns auf und lassen Sie uns die Möglichkeiten prüfen. \