Vraag met verzoek om schriftelijk antwoord aan de Commissie Artikel 130 van het Reglement Annie Schreijer-Pierik (EPP) Betreft:
Effectief ganzenbeheer door lidstaat Nederland en haar provincies
De Grauwe gans (Anser anser) en de Kolgans (Anser albifrons) zijn voor Nederland beiden bejaagbare soorten volgens de Vogelrichtlijn1. Deze diersoorten zijn in Nederlandse wetgeving2 niet aangemerkt als bejaagbaar wild. Tegelijkertijd worden er wel derogaties toegepast voor deze soorten, volgens het derogatierapport Vogelrichtlijn 20163. Is de Europese Commissie het met mij eens dat lidstaten maximale ruimte zouden moeten bieden voor het effectief beheren van de populaties grauwe ganzen en kolganzen, ter voorkoming van vermijdbare schade aan landbouw en natuur, vóórdat gebruik wordt gemaakt van andere beheermethoden zoals vergassen en afschot van broedende ganzen en ganzen met kuikens? En is de Commissie het met mijn eens dat in dit kader aanvullende inperkende maatregelen (bijvoorbeeld in periodes voor beheer) voor uitvoer ten aanzien van het beheer van deze ganzensoorten onwenselijk zijn?
1 2 3
Richtlijn 2009/147/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2009 inzake het behoud van de vogelstand (PbEU 2010, L 20) Wet natuurbescherming (Stb. 2016, 34) National Report on Derogations under the Birds Directive of the Netherlands in the year 2016, http://cdr.eionet.europa.eu/nl/eu/habides/envwc_uw/overview.