& .uu
l/ lj
•S Sonieru/c?i
x
H u ls T .n o
I th
> V „
l / ‘" ’
v//
B t ; r g r à v . u t - A f t c / l c / n ftru a q e
n
< •
\ ï ï e t u r b in \ f e r
"
r-a m f t o o </iA t < i rV ^8. n J „) uiji oer van BcUvt/i - T\ u u j 'i/ tw M / ih r9 , r / A r * - * s -
W "è. v i
J'ietvtc/tlire
1£Az
Lov jj i
■
*ƒ
O T V ilie n d m e x
I.anJeahem
jst
, .V.v vV
tR ecd eh r
l i w
*
i À A
i ViVXrj'eluv
pA
. g L yg -r J h h n /t i'e Cn\ap. t 1 ^
à
t ï m
^
^
achten
S l 'o ) W H *
%fiveckboe(in
.
r. L r
n d f^ ? n v y { '- - ^ li
'Bosterhou/A
5t_-, d e K tre k t
^
L jiï
i
....
A " \
^ T
/ . V
r ^ / r / i j f i i r ^ s
Jtavn/ioven -8- un 1 .^ .tJ h W
31 < A tiet?!,
,
o
*'i[$Iuvo'Chat ° n o ,*T
; V?\te t :
,-ö. Vbtiu’Chui^~&TK$gMu,,<^ }IÏ. i/uieït/w/r^ •i»
^ ^ ^ S
lüÿjr A 7
■
5Æz/,ii' OKUVtrhou/vn *
■
jj
e
,j
/V » "» W \K * * V f 'JVturbeck^ ___ dcqkhtn Miüeahem%2£. A V iV 1 /TA \ * V $ \c \ Iff/ovehoe. Abehijac. ■ v i ^ ï w i 4- » lf
w
H la c h d m W m M . s ,/// dJ.anaeve/d/ liïrclle -e .4
’/Z/Âa tyern. >WJ
*****
óuetehe/nltn.
3/j,
t\7)en te^ivwf
% - l£
/A f
Ttrinic
Hm . é m y , ~ j
Claerhoutr
^A ï-.
'~ ^ i y £ r s
i h  t k -’o/Jf. ~
^
'
■ 3. .....
m t V e dloeckUvn c V ? B ' % A W tt&om eX . otïs i h bv f&e Ê î ï Vk * * • J â m ô s w
Jf,
Y d v e l e ’-C&r
-Poe.! v o o r d
J^otrnffu)dt (te,
1
«
^ /J v
tîV
(J P. " ^ O tr /j'S tr /r e r o 7 A
-. k -k
' "
St C ï ^
w
r
y i o-
*- l
—-
a
Ordes
ï
L
[W'i p /tv ^ ■,inj}f\.f»é«? i A/.À) Driemaandelijks Heemkupdig Tijdschrift
Jesutteirt ZanJsbi
'dekt
j, nr. 1, maart 1976 i btya/jcrn <s 1 ^ y J & / t<„ t jj*
'ierchem nnereyt . O u a rp ic n l)
X S r'S [ i ^ 7 - ■ fitn rr ’.h f,1 r S ]}utverde f; ( tO IW ( JWnLfirenie
1,Ar. 1: /oi/ca7lcrn\.
T~| "7— e'Acarr
) ifnt*stfK-tttA
\
'
v^ce &
Ü .-& »:
* '•■•••■f a
if A\ ~e ~- n
,?- 'ï ' 3>É 5, \zz ’/<
l
n
/fn/ —.—^ej. Kaijeeeiu
... •/"*y Z * e y r )/ c_ ^
. , lV ..’.rryt dt hTrmft! f 0 /'uwe
4 oPecW>^
ooo ï?e Ao<
'Anima icc
,
ol
aliuct
----
* fi>
i Z^luu/n, ° a ‘ö ' A
ONTELBAAR
zijn de diensten die de Bank U kan-verstrekken zowel wat geldbeleggingen als wat kredieten betreft. Een goede raad ... bespreek in vertrouwen al uw financiĂŤle zaken met een deskundige van de
BANK VAN ROESELARE EN W EST-V LAA N DEREN
zo wint U zeker tijd en geld !
Agentschap Tielt, Markt 24
DE ROEDE VAN TIELT Heemkundige Kring voor Tielt en de gemeenten van de vroegere Roede van Tielt. Lid van het Westvlaams Verbond van Kringen voor Heemkunde
Voorzitter :
P. Vandepitte, Driesstraat 9, 8880 Tielt. Tel. 051/40.17.00 Ondervoorzitter : Gh. Vandeputte, Statiestraat 83, 8780 Oostrozebeke. Tel. 056/66.60.91 Secretaris: Ph. De GrysĂŠ, Kastanjelaan 1, 8880 Tielt. Tel. 051/40.18.38. Redactie : J. Billiet, Tielt, redactiesecretaris P. Vandepitte, Tielt Gh. Vandeputte, Oostrozebeke Ph. De Gryse, Tielt F. Thiers, Tielt A. Van Doorne, Gent O. Vanlaere, Wingene R. Vanlandschoot. Tielt Lidmaatschapsbijdrage : 250 fr. (te storten op P.R. 000-398411-32 van De Roede van Tielt, Kastanjelaan 1, 8880 Tielt). Verschijnt viermaal per jaar. Er worden geen losse nummers verkocht
INHOUD VAN DIT NUMMER Het Boekenhoekje
blz. 2
Fr. De Poorter, Wat lazen onze voorouders ?
blz. 3
Het Boekenhoekje
blz. 12
P. Vandepitte, DeThieltsche Broederband
blz. 13
W.VI. Verbond : Prijs voor Heemkunde
blz. 24
Grasduinend in andere tijdschriften
blz. 27
J. Billiet, Boekbespreking. De moeder van G. Gezelle
blz. 34
Van Thielt tot Tielt. Aanvullingen en verbeteringen
blz. 37
Divers
blz. 39
W ettelijk depot : D/1976/1624-1
Druk. E. Veys, Tielt
HET BOEKENHOEKJE VAN DE HEEMKUNDIGE
Dr. V. Vermeersch, Grafmonumenten te Brugge voor 1578, Raaklijn, Noordzandstraat 24, Brugge. 3 delen, 955 blz., 395 illustr. 3000 fr. tot 30 juni 76, daarna 4500 fr. Fr. Gevaert, De republikeinse kalender en de volledige vergelijkingstabellen met de Gregoriaanse kalender, Heule, UGA, 1975, 4°, 90 blz., 215 fr. Louis en Lieve Vos-Gevers, Dat volk moet herleven. Het studententijdschrift De Vlaamse Vlagge 1875-1933, Leuven, (Davidsfonds), 1976 Verleden jaar was er in Roeselare heel wat te doen rond de 100-jarige herdenking van de Vlaamse studentenrevolte aan het Klein Seminarie in de zelfde stad. Wij wijzen hier speciaal op de publicatie van een lijvig boekdeel van 431 blz. onder de titel «De Groote Stooringe 1875. Historische bijdrage tot de geschiedenis van de Vlaamse studentenbeweging», Roeselare, 1975. Onder de dertien bijdragen waaruit het boek is samengesteld, vermelden we o.m. : R. Boucquey, Bij de honderste verjaardag van de Groote Stooringe. Een storm in een glas water, maar dan met maritieme gevolgen; M. De Bruyne, De Groote Stooringe te Roeselare in 1875; De bond «Voor taal en volk» en de Vlaamse beweging in West-Vlaanderen, 1870-1890: A. Demedts, Hugo Verriest en de Blauwvoeterij. Verantwoording: L. Vos-Gevers, In het spoor van de vernederlandsing. Het Nederlands als vak- en voertaal in het katholiek middelbaar onderwijs van het aartsbisdom Mechelen en het bisdom Brugge 1864-1893. Van Michiel De Bruyne verscheen eveneens het uitstekende artikel «Genesis van een studentenrevolte, de 'groote stooringe' te Roeselare in 1875» in het tijdschrift Eertijds, VII, 1, januari 1975, pp. 3-44. In zekere mate hierbij aansluitend verwijzen we nog naar P.F. Beekman, De studentenrevolte van 1924/25 te Leuven, De Nederlandsche Boekhandel. 1975. Antwerpen/Amsterdam.
G.F. Tanghe, Parochieboek of Beschryving van Marialoop, Brugge, 1861, 64 64 blz. G.F. Tanghe, Parochieboek van Oostrozebeke, Brugge, 1874, 218 blz. Samen onder één band heruitgegeven in 1976 door Familia et Patria, Handzame.
WAT LAZEN ONZE VOOROUDERS?
In 1898 ging mijn oom, Deodatus De Poorter, met zijn zuster, Clemence. rentenieren op een mooie doening, die hij gebouwd had niet ver van de voorouderlijke hoeve bij Aarsele-Kapelle aan de Oude Tieltstraat. In vroegere tijden was dit de Gentsche Straete, die Tielt verbond met Gent langs de oude herberg De Flessche — in de huidige Kanegemstraat — en langs het «Lindeke» en het «Lammeke» te Aarsele. Op zondagnamiddag en tijdens de winter zat nonkel Deodatus «’t getrouwe Maeldeghem» te lezen of een boek dat ik niet mocht inzien. Zijn stilzwijgendheid boezemde mij ontzag in en ik keek vol eerbied en vrees naar zijn «tweeloop» die tegen de schouw hing, In mijn ogen was hij een geleerd man en moeder zei dat hij schepen was en kerkmeester. Later werd hij zelfs voorzitter van de Kerkraad. In de grote ingemaakte kast achter de «buizestoof» staken een hoop boeken, waarvan ik de titels en de inhoud maar later heb leren kennen, na zijn dood. Ik had nooit in die kast durven rommelen, laat staan de boeken inkijken. Nu acht ik mij gelukkig dat ik nog enige daarvan bewaard heb. Een tastbaar voorouderlijk erfdeel! Het spijt mij dat de zogenaamde bijbel verdwenen is. Eigenlijk was tiet een gewijde geschiedenis met uittreksel uit de bijbel. Wat bezit ik nog? 1° Het oudste werk is een fraai gedrukt boekje met lederen band. Het draagt als titel : «De Heylige Nederlandsche SUSANNA, ofte
Het Leven van de Heylige Princesse GENOVEVA, Huys-vrouwe van den Doorluchtigen Palatyn SIFRIDUS». Deze titel wordt voorafgegaan door een «VOORREDEN» van 9 bladzijden: «Waerom dat Godt toe laet dat de goede menschen gelastert worden». Hierop volgt nog de «TAFEL VAN DE CAPITTELS» van 5 bladzijden en dan de geschiedenis zelf die 224 bladzijden be slaat. Deze oude historie werd in de loop der eeuwen menigmaal in het Nederlands uitgegeven. Ook Stijn Streuvels heeft ze naverteld. In mijn boekje is in de band op de rug een oude uitnodiging inge naaid die als volgt luidt: «Confrateresse. ... Word begroet op maendag wesende den 7 November 1768 in de parochiale Kerke van St. Jocobs (sic) 's morgens ten 9 uren om te ... het Jaergetijde van alle Overledene Confraters en Con ... omvoor (sic) de Over ledene tkomen (sip) bidden. Requiescant in Pace». 3
UK OPVOEDING DER JONGF. KINDEKEN MOET ZOODANIGALS MEM D E Z E HUN
C5¥ü!
L E V E N LANG H E B B E N W I L
DE
HEYLIGHE
NEDERLAÎÎTSCHE
S U S A N N A, O F t l Het Leven van de Heylighc Prince(Te
GMuys-vrouwc ENO VEVA, van den Doorluchtigften P A
L
A
T
Y
N
&
S IF R ID U S . HET
I.
C A P I T T E L, g
De Geboorte , en den Maegdeiyken Street xmü„ Genovev*. , r ; '.ju.
Ls den klaer-Minkenden j|fetfs: van dén grooten begonfie verduylUrif téïWbf<$&» ’ende zijne Kir^erén.v^fcUft Voor-vaders helt-dadigff w&rç» ken ocfcerdig te worden , fóo is cke^ Dochter ia NederJant uj t de Doe ’ ■ A
Genoveva was de dochter van de hertog van Brabant, die «ten houwelyck» gegeven werd aan Siegfried, Paltsgraaf van Trier. Maar weldra moet deze onder het bevel van Karei Martel mede ten oorlog trekken tegen de «Sarazynen», nadat hij Golo aange steld heeft tot burchtvoogd. Deze «min-eedige» valsaard verdrukt het volk en tracht Genoveva te verleiden. Daar zij hem kordaat afwijst ontsteekt hij in een helse woede. In een brief aan Siegfried beschuldigt hij Genoveva van echtbreuk met de tafelmeester en weet het zo sluw aan boord te leggen dat Siegfried er geloof aan hecht en zijn vrouw ter dood veroordeelt. Daarop gelast Golo twee dienaren «dat zy Genoveva met haer kindeken in een bosch souden leyden ende selve aldaer in stilligheid vermoorden». Maar zij krijgen medelijden en laten haar in de wildernis achter, nadat ze een eed heeft moeten zweren nooit dit groot woud te verlaten. Zij vindt een onderkomen in een spelonk, waar een hinde haar «kind te zuigen geeft», wijl de wilde beesten haar komen dienen. Zo gaan zeven jaren voorbij. Terug van de oorlog ontdekt Sieg fried dat hij door Golo bedrogen werd. Zekere dag gaat hij diep in het bos jagen en vindt er Genoveva en zijn kind, die hij vol vreugde en berouw tegelijk naar zijn paleis brengt. «Den mineedigen» Golo doet hij uyt de gevangenisse voor de Gravinne en voor al den Adel brengen en ter doodt verwijzen. Ondermijnd door de lange ontberingen sterft Genoveva en Siegfried doet op de plaats van de spelonk een kapel bouwen ter ere van Onze Lieve Vrouw, waar hij de rest van zijn leven samen met zijn zoon als kluizenaar gaat boete doen. 2° Een ander oud boek is het zeer populaire werk van de jezuïet Adriaen Poirters, geboren te Oisterwijk in Noord-Brabant op 2 november 1605 en overleden te Mechelen 4 juli 1674, nl. «HET MASKER VAN DE WERELD AFGETROCKEN». Op een geestige manier steekt hij de draak met de ijdelheid van de wereld, vooral van de modepoppen, die hele dagen «voor de spiegel zich op zetten met palleeren, blanketten, rozetten en al hun geld verdoen in strikken, sjaals, waaiers, een friseerpriem, blanketsel, poeierdozen, gouden ketenen, juweelen, pendanten, braseletten, parel snoeren, baggen en conterfeitsels allerhande; ijdeltuijten alle dagen één dag ouder en twee dagen zotter». Ze laten hun kop ver draaien door «waterheerkens» die «in een caros gezeten den tour van à la mode doen» langs de nieuwe brug te Brussel. Zeer aanschouwelijk met het woord en in «emblemata» (afbeel dingen die als toonbeelden in dichten ondicht uitvoerig beschre ven worden) toont Pater Poirters het noodlottig en belachelijk verloop van allerhande ondeugden, waardoor het «heele leven 5
ijdellijk verkwist wordt» : «In de wieg is ’t snotterbel, Op de straat is ’t kinderspel, In de jeugd is ’t malligheid, In den wijste is ijdelheid, In den oudste sufferij : Ziet, zoo gaat de tijd voorbij.» (p. 38). En hoe duchtig ging het er aan toe aan de kermistafel : «Zoo van gezoden spijs als allerlei gebraad, . Van wild en kort gebeente, tot lust en overdaad, En zoete konfituur en lekkre marmaladen, En allerhande fruit en schotels vol sukaden; En allerleie wijn ging langs de tafel rond, Die 's zomers, in het ijs bewaard, te koelen stond. Hoe menig dertle tong en ongezouten reden, En zwarten achterklap en werd daar niet geleden, En veel brooddronkenheid en onbeschoft geluid! Want waar de wijn gaat in, daar gaat de wijsheid uit. Dan ging men in ’t prieel, of met een jachtje varen, Om nieuwen appetijt te scheppen op de baren ... Zoo kwam het avonduur; dan ging het op een zingen, Dan gingen het heel de nacht op dansen en op springen, Op losse vrijerij, die kwalijk dient gezeid. De moeder van het kwaad is vast de duisterheid.» (p. 287). «Het Masker van de-wereld afgetrocken» beleefde een zestigtal herdrukken. Van het mijne ontbreken de eerste bladzijden; waar schijnlijk dateert het van omstreeks 1850. 3° Is het niet treffend dat er onder het zestal boeken, die in de familie De Poorter van geslacht tot geslacht worden overge leverd, twee werken van Pater Poirters te vinden zijn? Is het mis schien omdat mijn familie in de volksmond steeds «Poirters» ge noemd werd? Dit ander werk van de hand van Pater Poirters kreeg bij zijn verschijnen volgende kerkelijke goedkeuring: «Het H. HOF VAN DEN JONGEN KEIZER THEODOSIUS, door pater Adrianus Poirters, priester der sociëteit Jesu, met zinne beelden, rymdichten en zedeleeringen versierd, stichtig en dienstig voor allen staet en ouderdom, mag, tot profyt en vermaek der godvruchtigen, in druk gegeven worden. Actum te Ypren 1695 den 22 october. J. Viny, can. en aersdiaken der Kathedrale van Ypren» (p. 252). Het werk dat ik van mijn voorouders geërfd heb, is een herdruk gedagtekend onderaan onder vorige goedkeuring op de laatste bladzijde: «GOEKEURING. Vidi Gandae 21 Nov. 1844.» (Goed 6
gekeurd te Gent). P.F. Velleman, Can. Theol. L.C. (Librorum censor: boekenkeurder). De eerste 12 bladzijden van het boek ontbreken. Evenals «Het Masker van de wereld afgetrocken» is het ge ïllustreerd met fijn getekende zinnebeelden of «emblemata» waarop de leerdichten gebrodeerd zijn. De taal is ietwat ouder: voor spelling van de «ij» wordt een ypsilon gedrukt : «y». In het BESLUIT (p. 248) lezen wij : «Tot hiertoe ontvangt gy, goedjonstige lezer, het heilig Hof van den jongen Theodosius, van zyne geboorte af, tot het dertigste jaar zyner regering ... Op al dien tyd en was in dat leven niets te vinden dan wat lof- en prysbaer was, en diesvolgens ook niet anders dan vollen vrede, met voorspoed voor 't Ryk en ruste voor de Kerk; dat is zoo lang als de wyze en voorzichtige Pulcheria het oppergezag by den keizer haren broeder had ... Maer wat is er in de wereld gestadig? Hoe heilig eenig hof is, nyd en afgunst weten er zich in te draeijen (sic) en de oorblazers en zyn nergens meer tevinden, namelyk w aer de prins goedaerdig zynde, te ligt van geloof is, gelyk de jonge Theodosius was». Welnu : de geschiedenis leert dat Theo dosius feitelijk nog geen twintig jaar keizer geweest is (van 379 tot 395), maar toch de laatste keizer van formaat, die het Oost- en W estromeins keizerrijk opnieuw verenigd heeft en dit voor de laatste keer en voor niet lang. Want in 379 werd hij om zijn merk waardige verdiensten als legeraanvoerder door keizer Gratianus aangesteld tot keizer van het Oosten. Hij onderwerpt de Wisigoten. die het christendom van de ketter Arius. aankleefden. In 388 overwint hij Maximus, die keizer Gratianus vermoordde, alsook de usurpator Eugenius. Na zijn dood in 395 wordt het Rijk opnieuw verdeeld onder zijn twee zonen: Arcadius heeft het Westen en Honoruis het Oosten. Het definitief verval is nabij : door intriges en heerszucht van barbaarse legeraanvoerders en theologische twisten en ketterijen. V o o r de grote geschiedenis heeft Pater Poirters weinig oog; des te meer beschrijft hij op zijn gekende moraliserende toon het gekuip van jaloerse en heerszuchtige vrouwen aan het hof. dat dus feitelijk ook niet lang «heilig» geweest is, hoe vroom en moedig Theodosius ook mocht zijn ... Over Pater Poirters heeft Prof. Dr. E. Rombauts een meesterlijke studie laten verschijnen omstreeks 1930 in de Keurreeks van het Davidsfonds. 4° Een ander sappig boekje vol wijze raad is : «DE WELMEYNENDE BOERE-DOGTER, OFT Hoe eene Dogter ten platten lande zig moet voegen, om onder het bestier van haere Ouders, of 7
Meesters christelyk te leven, afwagtende den tyd, om in den Houwelyken Staet te treeden. Opgesteld by manier van gemeyne Saemen-spraeken, in welke de hedendagsche gemeynste fouten, zoo van de Ouders als van de Kinders, op het behendigste berispt worden». «Een Boekxken zeer nut zoo voor d'een al voor d'ander die begeerig is tot zyne eeuwige zaligheyd. Door J. CLAES, Priester van 't Order van Premonstreyt, Pastor in Oost-ham. ACHTSTEN DRUK. Door deszelfs Autheur vermeerderd en verbeterd. Tot St. TRUYDEN, Uyt de Drukkerey van J.B. SMITS, Boekdrukker in de Steen-straet. 1816. MeTApprobatie». Op de laatste bladzijde (p. 88) lezen wij de aanvraag gedagtekend 20 augustus 1802, door H. SCHOUTERDEN, Pastor in Hou-pperingen, gericht tot de Vicaris-Generaal van het Bisdom Luik om het boekje te voorzien van de vereiste toelating. Hierbij verklaart hij dat de twee boekjes «De Welmeynende Boere-dogter» en «Den Welmeynenden Boeren-zoon» enige jaren te voren uitge geven, reeds verscheidene herdrukken gehad hebben en dat er in de nieuwe uitgave niets voorkomt tegen geloof of zeden. Waarop Vicaris-Generaal H. ROUGRAVE te Luik op 4 september 1802 toe lating verleent op voorwaarde dat de naam van de schrijver er uit drukkelijk zou op vermeld staan. In zeven «Saemen-spraeken» tracht de pastoor in een smake lijke, schilderachtige, volkse taal raad te geven aan ouders en kinderen, vooral inzake eerbaarheid en voorbereiding tot de «houwelyken staet». De «Tusschen-spreekers» (personages van het toneel) zijn: «Den Pastoor. Joseph, den Vader. Marie, de Moeder. Barbara, oudste dogter van 20 jaeren. Dorothée, tweede dogter van 18 jaeren. Cathrien, derde dogter van 11 jaeren. Laurens, zoontje van 9 jaeren. Matant uyt 't Wout. President Schepene». De vader, die ziek te bed ligt («hij heeft zig in den oogst verhitst en het zou op eene teering kunnen uytkomen») bekent aan de pastoor wat volgt: «Onze dogter Barbara, sedert dat zy in de jongheyt begonst heeft te gaen, en is half zoo gevoegzaam niet meer; noyt zoude zy iet tegengezegd hebben, maer nu wilt zy alles beter weeten. Het chagrineert my, als ik haer met de Moeder in dispuyt hoor; dan wilt zy dat de Moeder haer zoo een kleed koope; dan heeft zy zoo een faitzoen van neusdoeken gezien; dan heeft zy behaegen in zulke groote gespen; dan is ’t: die en die draegen dat, en waerom en mag ik dat ook niet hebben? enz. Den Pastoor : Gy zeyde daer, Joseph, dat ze in de jonkheyd heeft beginnen te gaen, wat verstaet gy daer door? ... Joseph: Wel, Mynheer Pastoor, dat is: zedert dat'ze begonnen 8
heeft verzoek te krygen; zedert dat die Jongere hier uyt en mloopen met den avond, of 's nachts aen haer venster zitten en fezelen : zedert dat'ze heeft beginnen gaen naer den Speelman, enz. (= byeenkomsten en dansen rond een harmonicaspeler). Den Pastoor: Joseph. Joseph, Gy geeft my daer materie ... om naer behooren te ondervraegen, te onderwysen, en dat berispelyk is, te berispen. ... Joseph : Marie, komt eens hier ... Den Pastoor : Wel, Marieken, gy hebt zeker nu al ondervonden de waerheyt van die oude spreekwoorden: kleyn kinderen, kleyn leed: groote kinderen, groot leed; of: kleyn kinderen zyn (door hun geschreeuw) hoofdzweer, en groote kinderen hertzweer... Marie: Jae, M.P., dat hebbe ik wel ondervonden, en ik ondervinde het dagelijks nog meer. Als de kinderen kleyn waeren, alles at men hun kogt was willekom en aengenaem; maer nu, als’ze groot beginnen te worden, ’t is den geheelen dag: Moeder ik moet dit hebben, Moeder ik moet dat hebben. Die was in de kerk zoo gekleed, d'ander had dat aen, enz. Ziet! Dat is al een van myne dagelijksche kruyssen. Den Pastoor: Maer, Moeder, zoud gy somtyds daer niet ten deele, of misschien ten geheele oorzaek van syn? ... Gy hebt zeker die fout gemeyn met veele Moeders, van de kinderen te prysen, als ze kleyn zyn en iet nieuws aen hebben ... 't is alzoo dat gy hun de hooverdye en de pracht der kleederen hebt ingesteken... Joseph ... zoo gaat het met de dogters. Zy en komen noyt uyt de Mis, of uyt het Lof; of zy weeten te zeggen wat die en die aen hadden. Dat ik hun wilde involgen, ik zoude wel twelf maenden op een jaer den Kleermaeker in huys moeten hebben ... Ik was lestemael zoo ontzint: onze tweede, Dorothée, die hadde uyt haer Beursken eenen Strik gekogt, om met kermis aen haer hoofd te doen, ik hebbe hem uyt haer hand gesnapt, en hebbe hem op de kermis aen de hesp gebonden, om haer uyt te lagchen. Ik hebbe hun Poederdoos met de Pomade, en den heelen peupelen zik-zak op den mesthof gesmeeten. Noyt en hebbe ik iet diergelyks in myn Ouders huys gezien; ik zeyde : koopt liever eenen kam, om de luysen en neten te vangen (p. 13)... Den Pastoor : Het is zeker dat er menigen Ouder in de Hel eeuwig ligd en brand, niet om hunne zonden (want hun leven was, om zo te zeggen onberispelyk) maer om de zonden van hunne kinderen, daer zy d'oorzaek van zyn geweest, als zy hun al te veel vryheyd gegeven hebben ... als zy hun in plaetsen lieten slaepen, daer zy vensters hadden, alwaer zy met den nacht aenspraek konden ge nieten. 9
Marie : Onze dry meyskens slaepen daer byeen in dien afgank, en ik en hoore niet, dat'er 's nachts imand ontrent komt, alhoewel dat er een vensterken langs den hotkant staet. Den Pastoor: Hoord gy dat niet? Ik hoore het nog minder; maer ik zien het. Want alswanneer ik de laeste reize hier geweest ben, ben ik langs daer gekomen, en ik zag, dat daer onder dat sprootvensterken veel voetstappen staen, die gy nog kunt zien : want ik verzekere u, dat'er nog geen gras over gewassen en is. Joseph : M.P. niet langer als morgen zal ik die venster doen toemaeken, of ik zal hun ergens anders doen slaepen gaan : ik ben beschaemt dat ik niet nauwkeuriger gelet en hebbe wat in myn huys al omgink. M.P. gy maekt op alles reflexie. Den Pastoor: Joseph, gy spreekt als een braef man. Dat alle myne Parochianen zoo gevoegzaem waeren als gy, men zoude alle dagen zoo veele schandaelen niet zien : ’t is een schand voor ons Dorp, dat ik nu gaen zeggen: zedert dit, en onderhalf jaer, hebbe ik achttien houwelyken gehad, en daer waeren 'er maer vier die aen malkanderen niet verbonden en waeren» (p. 27). In 1802 waren er dus ook reeds veel huwelijken-van-moeten ... En nochtans sedert de Katholieke Hervorming was het godsdienstig en zedelijk peil van de bevolking ten zeerste gestegen. Maar in de Franse tijd was door de Franse bezetting het peil opnieuw ge voelig gedaald. Op blz. 67 zegt de pastoor «dat de zeden nu honderd mael meer verslapt zyn als in uwen tijd». 5° Nonkel Deodatus De Poorter, geboren te Aarsele 12 november 1851, was liefhebber van almanakken en weersvoorspellingen. Zijn zuster Clemence was prefecte van de Mariacongregatie en zeer nauwgezet van geweten. Zij las liever gebedenboeken en de NAVOLGING VAN CHRISTUS door de H. Thomas van Kempen. Samen met haar heb ik als klein kind de Litanie van alle heiligen leren bidden en als wij, kinderen, in een lach schoten bij het lezen van de raarste Latijnse namen, gaf ze ons een zalige vermaning. Maar we kregen het dan nog meer op de zenuwen en die litanie duurde toch zo lang! Van al die gebedenboeken en almanakken is alleen de Almanak van het bisdom Brugge van 1868, bij mij overgebleven en dan nog maar vanaf bladzijde 33, midden de lijst van de parochie priesters. De ALPHABETISCHE TAFEL met aanduiding van de bladzijde volgend, stip ik enkel het meest treffende aan : «bargiën en beurtschepen: 17; Bedelaarswerkhuis: 69: Bureelen van het provinciaal bestuer met al de afbeeldingen, commissiën en namen : 65; Burgerlijke Godshuizen te Brugge : 103; Diligentiën : 10
19; Foiren in Belgien: 24; Gemeentebesturen met al de namen van burgemeester, schepenen, secretaris, ontvanger, onderwyzers en veldwachter : 140; Kamer der volksvertegenwoordigers met al hun namen: 59; Koninglyke Familie: 50; Ministeries met de namen van de ambtenaren : 54; Notarissen in Westvlaen. : 94: Registratie : 22; Rechtbanken : 87; Senaat met al de namen : 57 ; Souvereinen van Europa: 166; Wegwyzer van Brugge: 113-135 met de namen van al de ambachtslieden en andere nuttige adres sen; W erkklok (luiden der) te Brugge : 100; Ijzeren Weg : 76. De bevolking van «Belgien» telde 4.984.351 zielen; die van de Provincie : 670.280; die van «Rousselare» : 14.152; die van Tielt : 10.429; die van «Ceurne» :2832; die van «Waereghem» : 7119. Hugo Conscience was arrondissementscommissaris te Kortrijk. «KRONYK van het byzonderste dat er voorgevallen is van 3 october tot 26 september 1867 : 22 januari : een koopwarentrein bleef tusschen Libramont en Poix in den sneeuw zitten. Wolven, ter plaets gelokt door den reuk der schapen die den (sic) trein vervoerde, deden herhaalde pogingen om de mannen en het vee aan te vallen. 1, 2, 3 Februari. Een zeer ernstige opstand is te Marchiennes uit geborsten ten gevolge van de werkstaking ... De gendarmen hebben aldan eene losbarsting gedaen en vier werklieden zyn op de plaets gedood. 9 Maert. Aenkomst van de belgische vrywilligers uit Mexico. 1 April. Heden is de wereldtentoonstelling door den keizer der Fransen te Parys met veel toestel geopend (in het Frans = apparat?) 19 Juli. Keizer Maximiliaen wordt door de Mexicaensche repu blikeinen door den kop geschoten. 2 augusti. De ongelukkige weduwe van keizer Maximiliaen, prinses Charlotte, heeft op het kasteel van Tervueren haren intrek genomen. Onder het drukken van den Almanak: Mgr. Dechamsp, bisschop van Namen, Benoemd tot aertsbisschop van Mechelen, in vervanging van Z.Em. den kardinael Sterckx.» 6°. Boerenwijsheid in dicht en rijm door Th. Van Nieuwenhuyse. I. Vanderpoorten, Gent, 1914. Ik stip aan : «Januari nat, Ledig vat, In Februari klagen de boeren minst. Natte Februaar brengt een vruchtbaar jaar. Een drooge Meert is goud weerd. April doet wat hij wil. Brengt April veel regen, zoo beduidt dit:zegen. Vroege Paschen, vroege zomer. Meië koel en nat, Is koren in den zak. In Juni weinig regen, Voorspelt een grooten zegen. Slechts in Juli gloed worden vruchten goed. Oogst geschoren, Winter geboren. Herfst warm en klaar Is goed voor 't volgend jaar. Sint Andries brengt den vries. Te Kerstmis op strate. Te Paschen bij 't vier.» Fr. DE POORTER 11
HET BOEKENHOEKJE VAN DE HEEMKUNDIGE — H. Verschraegen. Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische bede huizen. Kanton Tielt, Brussel, 1974, 40 blz. 100 fr. op rekening 210-0661206-09 van het Koninklijk Instituut voor het Kunst patrimonium, 1040 Brussel. De foto's vermeld in het repertorium kunnen op hetzelfde adres worden besteld.
Het ligt in de bedoeling van de heemkundige kring, indien nog m ogelijk einde 1976, een inventarisend overzicht te publiceren van alle 'publicisten’ uit Tielt en de gemeenten die vallen onder het werkgebied van de Roede van Tielt. Met de term publicisten bedoelen we alle personen die totnog toe publiceerden zonder uitsluiting van enig genre (dus romans, poëzie, historische bijdragen, essay, enz...). Wie ons kan helpen met het signaleren van deze personen, met vermelding van pubIicatie(s) en andere gegevens, kan steeds terecht op het adres van het secretariaat.
ou ö kinöeRspeelQoeö Vlaams Openluchtmuseum te Bokrijk-Genk 12 juni
12
—
29 augustus 1976
DE THIELTSCHE BROEDERBAND BLADEREND IN DE GAZETTE VAN TIELT
1872 Op 7 februari 1872 publiceerde de Gazette een belangrijk verslag van de Thieltsche Broederband. Op zondag 4 january, om 3 ure, had op de Concert-zael in het lokael van de Maetschappy der Goede Vrienden, de jacrlyksche algemeene vergadering plaels voor al de werkende en ecrcleden van de Maetschappy van Onderlingen bysland « De thieltschc Broederband ». Hieronder laten vvy liet m erkweerdig verslag volgen dat afge lezen en aen de leden medegedeeld is geworden; het zal de Maet schappy, haer inzigt, haren gang en haren toestand, best van al doen kennen, en welsprekender zyn dan lange redens en bewyzen ten dien opzigte.
Jacrhjktsch verslag aen de Leden, Eereleden en Weldoeners der Maetschappy,opgedragen den 4 i'ebruary 1872. M v n i i i u '.i i e n ,
W y beleven droevige tyden. De geest van dwaling en letigentacl w erkt meer dan ooit,om valsche denkbeelden te verspreiden en alle gemoederen in volkomenc ve rw a rrin g te brengen, ’t Is nu byzonderlyk de werkm an, die het gedurig voorwerp is der ver pestende leerstelsels die men overal tracht in te printen. Me ne walgelyke sociëteit, genoemd de Internationale, heeft zich in al de landen der wereld gevestigd, en tracht er zooveel werklieden mogelvk onder hare banier te scharen. Hare leering is dat alle goederen moeten gemeen zyn, dat alle verschil van toestand moet verdwynen, dat alle middels goed zyn om tot dat einde te geraken. Mn dewyl de godsdienst de hyzonderste loom is die hare neigingen tegenhoudt, w il zy alle kriste lyk en gods dienstig gevoelen in het hert der werklieden uitdooven. Ongelukkige en verblinde menschen ! Hetgene zy w illen, is volstrekt onmogclyk. Volkoinene gelyklieid brengen in het bezit van geld en goederen, en is niet meer mogelyk als liet verschil afschallen tussehen de ligchamelyke krachten en de geestelyke vermogens. Mr zullen dan altvd armen en ryken, werklieden en meesters zyn, gelyk men altyd kloeke, sterke menschen,en flauwe, teere mannekens, grooteen kleene verstanden, neerstige w e r kers en leegaerds, trelfelyke menschen en deugenieten zal v in den. Voor het overige,voor ons, kristene menschen, is die wacrbeid onbetwistbaer. Onze Zaligm aker Jesus-Christus, die de eeuwige waerheid is en wiens woorden al de wvsheiden de magt der we reld niet zullen verydelen, heeft het ons geleerd wanneer hy gezeid heeft : Daer zullen altijd armen onder u zijn.
13
Ja, Geachte Medebroeders, ’t is God zelve die de samenleving gemackt heeft gelyk zv gaet en staet, die het verschil der staten en conditiën gewild heeft, en vruchteloos zal men tegen Gods w il opstaen. Maer ter zelfder tyde, heeft Iïy aen alle staten en conditiën plichten voorgeschreven. De meesters moeten hunne werklieden en dienstboden met liefde handelen,en aenzien, niet als slaven, maer als vrienden en broeders in Christus. Zy moeten hunne werklieden den verdien den loon betalen, indachtig zyndc dat het eene wraekrocpende zonde is, van den loon der werklieden achter te houden, De werklieden integendeel, zyn hunne meesters genegenheid en getrouwigheid schuldig; zy moeten ze dienen met een regtzinnig geweten, en door een iteerstig w erk geheel hunne daghuer ver dienen, wel wetende dat het eenc ware diefte is, van den tyd te verspelen of te verkwisten. De ryken moeten den noodlydenden arme door milddadige aeimoesen edelmoedig ter hulpe komen. De armen zyn integen deel hunne weldoeners herlclyke dankbaerheid schuldig. Zoo heeft liet de Almagtige geschikt, en w y tillen zyn verpligt ons acn zync schikkingen te onderwerpen. Met vreugde mogen wv u zeggen, Geachte Medebroeders, dat de valsehe leorin;xen der Internationale, in Belgenland min dan j overal elders byval gevonden hebben. Tot in de grootste steden i toe, w il het w erkvolk, v o o r’t algemeen, mier die apostels van bederf niet luisteren. Of zy te T liie lt reeds geproefd hebben, of zy zullen proeven om hunne verderfelykeleeringen te versprei den, weten wy niet. Maer alswanncer ik deze zoo schoone V e r gadering zie, samengesteld uit krishdyke en deugdzame w e rklie den, die i h hun lii'i't en in hunnen moed den middel vinden, niet alleen om hun hui gezin te onderhouden, maer zelfs om zich te wapenen t-gen dagen van tegenspoed en om ten op/.igte van an deren de !.ristel)l.e lieMadi'',lieid te oefenen; ah ! dan dtirve ik ten minsten /eg-.ai,dat nooit een onder u zich door dieongerymde leerstelsels zal laten verleiden. Meen, gv zult ecrlyke, deugdzame, kristelyko werklieden blyI ven. Gy zult u aen onze maetschanpy vastkleven; in hare zoo I heilzame uitwerksels, zult gy troost en hulp zoeken voor den ; tyd der beproeving, lie t verslag der werkingen onzer maetI sehappy in 1^71. dat wy nu laten volgen, zal u een klaer bewys ! j zyn dat de sociëteit sterk genoeg geworden is, om geenszins meer | te moeten vreezon dat zy cens zou wankelen of vallen.
T o e s ta n d v a n de k a s op 31 D e c e m b e r 1 8 7 1 . Ontvangen van de werkende leden . . . . fr. 2,011,40 Idem van de e e re lc d o n ........................ •> 243,00 Idem gift van de stad T h ie lt .................. * 13,00 Intresten van geplaetst g e l d .............................. » 207,00 Total, fr, 3,076,40
14
•
UITGAVEN : Bctacld aen 78 werkende leden, voor 122-2 dagen ziekte, aen fr. fr. 1,833,00 1,30 d a e g s .............................. Idem voor 3 begravingen, aen .. 53,23 fr. 1 7 , 7 3 ............................... Idem aen den heer doktoor, voor honorairen, leveringvan me» 507,50 dicamenten en bloedzuigers . . Cctaeld aen den commissionnai* 8ô,G0 ris voor ja c n v e d d e .................... Idem voor druk-en burcaukos.. 15,10 t e n ......................................... Idem voor verschenen intre s ten, commissie en courtage van aengekochte obligation beigische » 7,87 schuld 4 1/2 ten,/° . . . . Overschot der ontvangsten o p .................... de u i t g a v e n ....................................................... fr. 574,08 Soldo der vorige r e k e n i n g ......................... » 4,020,50 IJlyl't in kas op l ”"' Januarv 1872 . . . fr. 5,203,04 De insehnld is verdeeld als volgt : 180,24 Geld in k a s .............................. fr. Obligation Belgische schuld 4 1/2 ten 7„, kapital nominal fr. 5,000 . » 5,023,40 Gedurende het afgcloopen jaer, z y n e r dry werkende leden overleden : D ieuckens L ouis , D efauw J oseph en A llaeut C hau les. Het getal werkende leden op 31 December 1871, was 251 ld. id. ecreleden beliep op zelfden date tot . . . 42 Total 2!)3
Dy gevolg is het getal der werkende leden van 0 mannen ve r meerderd. lie t bureel voor 1871, was samengesteld uit : ALM. D E S C lilE T E I'.E DE L01MIE.M, Voorzitter; M U L L E DE TEKSCIIUEREN,0/irfer-i'0<>r’;rfU er;P .VA N D E IvE R K IIU Y E , Sc.hatbe.wacrder; 11. LO O N TJE N S, Secretaris; J. VEKSGUUOWVj , Ordonnateur; C. L A M B L IN , J.-IL L O O S V E L D T en J. DÜONE, Leden. De hoofdmannen voor hetzelfde jacr waren : G. S e v m ia e v e , M. B uunekl , C. H oste, F .V an L a m iu v t , D. R osseel , L . E eckiiout ,!. Sawse , A. V ëkmkeusc », II. V anhekf.u k iio ve , C. W i e u 'aeht , F. V a nd ew eu iie , G. D esmet en J. P let TINCK.
M o "e d it versla" u behagen, aciitbare Medebroeders; moge de gunstige toesiaml der sociëteit, u var-icr en nauwer er a*n vasthechieii, mo;;e de neerstiet! en hertel y kc medehulp van het b a reel en van deecreleden, u doen versteen hoe men hier te T tiie lt de i)clan;:en der werklieden b e h e rlr t ! 't Zal de zoetste beieHanfrzyn der po;,in"en die wy voor uw welzyn aenwenden. Tuir.i.r, den 4 February 1S72.
De Secretaris,
l)e Voorzitter,
11. L oomtj ess .
1). Or.sr.iiir.ir.nt: i »k Loi>itr.M-I'u;lTiAt<K
ACHTERGROND. De 19e eeuw is de eeuw van de Industriële Omwenteling. De machine deed haar intrede, fabrieken verrezen, de steden werden altijd groter, de plattelandsbevolking kwam, ten dele gedwongen door de omstandigheden, naar de grote stad en deed daar de groep van de proletariërs aangroeien. Vóór 1887 was ervan enige sociale wetgeving geen sprake, pas in 1893 kwam er een einde aan het cijnskiesrecht. In 1871 werkten in onze mijnen 83 kinderen onder de 8 jaar, 2556 tussen 10 en 12 jaar, 7886 tussen 10 en 14 jaar. Wetsvoorstellen om de kinder arbeid te verbieden beneden de 12 jaar voor jongens en 13 jaar voor meisjes werden afgewezen. Er waren wel privé-initiatieven om de hoogste nood te lenigen, ook met de bedoeling het opkomend socialisme de wind uit de zeilen te nemen. Eén van deze initiatieven was de oprichting op 23 juli 1862 van de Tieltschen Broederband, een 'Maetschappy van onderlingen bystand voor werklieden'. Van deze maatschappij is een lijvig verslagboek (35 cm x 22,5 cm) bewaard waarin de verslagen opgetekend staan vanaf de stichting tot 14 maart 1920. Afzonderlijk zit er nog een getypte ledenlijst in van 1936 en ook twee gestencilde verslagen van ver gaderingen met de middenstandsmutualiteit, gedateerd 22.5. 1958 en 2.7.1958. Dat laatste verslag vermeldt o.m.: Er zal een statuut worden opgemaakt waarin dus zal vervat zijn : — dat de Tieltse Broederband als dienst is ingeschakeld in het N.C.M.V. en er niet uit weg kan; — dat deze clausule slechts kan gewijzigd worden mits een meerderheid van stemmen. Om de optiek en de strekking van deze Broederband verdertoe te lichten, geven we hier de integrale tekst van de 'voorrede' en de statuten, zoals die opgetekend zijn in het verslagboek. 16
VOORREDE Den arbeid is het lot van den mensch op deze aerde. leder wel geschapen mensch kan door zich zelven, als hij bezield is met gevoelens van zelfsweerdigheid en orden, in zyne noodwendig heid voorzien, leder gevoelt een echt vermaek met deaendenking dat zyne arbeid en behendigheid hem het welvaren bezorgd hebben, en is bevreesd dat een nootlottig geval hem van dit geluk zoude konnen berooven. Dit grievende voorgevoelen, deze in geest bestaende benauwd heid teistert byzonderlyk de werkende klas, welkers middelen te beperkt zyn om gedurende eenigen tyd te konnen worstelen tegen een ongeval, tegen eene ziekte. Hoe menig huisgezin hebben wy niet alreeds ontmoed, en vinden wy nog hedendaegs, voortyds door zijne neerstigheid, door zynen iever in eenen staet van welvaren en voldoening levende, door de ziekte van eene vader in de aermoede gedompeld, worstelende tegen drukkende noodwendigheden en tegen eene bloozende schaemte, de bittere gevolgen uitstaende van ver geten en verlaten te zyn. De onderlinge vereeniging, wiens leden wekelyks eenig geld uit leggen om hunne zieke medebroeders te ondersteunen en ..., is geschikt om dusdanige rampen te bestryden om by den schamelen werkman dit droef vooruitzigt van ziekte te lenigen, om hem eene spaerkas te openen uit dewelke hy zonder schaemte in tyd van ongeluk zyne eigene gespaerde penningen mag komen terug vraegen. Door de onderlinge vereeniging wordt alles ligt en gemakkelyk, want het last waeronder een alleen zoude bezwyken, wordt niet meer gemerkt als het door vele gedragen wordt en bovendien moet ieder welopgebragten mensch toch eenige voldoening in zich zelven genieten by het aendenken dat door zyne geringe bybrengst het ongelukkig lot van zynen medebroeder verligt wordt. Uit dien hoofde hebben in een byzonderlyke vergadering de heeren Charles Denys, pastoor-deken, Adile Mulle de Terschueren, Léopold de Schietere de Lophem, Stanislas Ysenbrant, Florent Priem. Prudent Van de Kerckhove, Jean Verschoore. Désiré Ryffranck, Constant Lambli-n-Wauters en Henri Loontjes besloten de stichting te bewerkstelligen in onze stad van eene maetschappij van onderlingen bystand voor werklieden onder de kenspreuk van Thieltschen Broederband, waervan zy de onderstaende voorwaerden aen de goedkeuring van het stedelyk bestuur en der hooge overheid zullen onderwerpen. 17
STATUTEN Eerste hoofdstuk: doelwit der maetschappy. Art. 1
De Maetschappy heeft voor doelwit: 1° De verzorgingen van geneesheer en medecynen te verschaffen aen de zieke maetschappelyke leden. 2° Gedurende de ziekte hun eene schadeloosstelling te betalen.
Tweede hoofdstuk : samenstelling der maetschappy. Art. 2 Art. 3
Art. 4
De maetschappy is samengesteld uit werkende leden en eerleden. Zyn werkende leden degene die overeenkomstig de sta tuten aenvaerd zyn geworden om de weldaden van de maetschappy te genieten. De eerleden zyn degene die door hunne zorgen, raedgevingen of medewerkingen helpen tot den voorspoed der maetschappy zonder deel te konnen nemen in deszelfs voordeelen.
Derde hoofdstuk : voorwaerden en wyze van aenvaerding en uitsluiting. Art. 5
Art. 6 Art. 7
18
De werkende leden worden aenvaerd .in de maendelyksche vergadering bestaende uit het besturende comiteit en de hoofdmannen. Alle persoonen die den ouder dom bereikt hebben van achttien jaren en niet meer dan 45 jaren, konnen als werkende leden aenveerd worden op voorwaerde nogtans dat zy een geregeld gedrag be zitten en aen geene ziekte of verborgen gebreken onderworpen zyn. De eerleden worden aenveerd op voorstel van het be sturende komiteit. Houden op deel te maken van de maetschappy de leden welke hunnen inleg sedert dry maenden niet betaeld hebben. Nogtans kan deze toepassing opgeschorst worden als het besturende bureel geoordeeld heeft dat de vertraging voortspruit uit omstandigheden onafhankelyk van den wil van het werkende lid. De uitsluiting wordt uitgesproken zonder regt van voorder beroep door het besturende komiteit bygestaen door ten min sten de helft der hoofdmannen :
1° Voor de veroordeling tot lyfstraffen of tot een gevang van meer dan zes maenden. 2° Voor vrywillig gepleegd nadeel aen de maetschappy. 3° Voor ongeregeld en opentlyk schandalig gedrag. De naem uitschrabbing en uitsluiting geven geen aenleiding tot eenige terugbetaling. Vóór de uitsluiting uitgesproken wordt is de voorzit ter of ondervoorzitter gelast het lid welkers uitslui ting voorlopig besloten is, te aenhooren ten einde te onderzoeken over de hem ten laste gelegde feiten.
Vierde hoofdstuk : bestuer, geneeskundige dienst, medecijnen. Art. 8
Art. 9
Art. 10
Art. 11
Het bestuer is toevertrouwd aen een bureel of komiteit saemgesteld uit eenen voorzitter, twee ondervoorzitters, eenen sekretaris, eenen schatbewaerder, twee leden en tien hoofdmannen of bezoekers. De leden des bureels worden gekozen in algemeene vergadering, by stemming, in de vereeniging bepaeld by art. 12, voor de overlevering der rekeningen. Zy worden gekozen door de werkende en eerleden. De vernieu wing der bureelleden heeft 's jaerlyks plaets by derde deel behalve de vervanging der overledene of ontsla gene leden. De uittredende leden zyn erkiesbaar. De voorzitter bewaekt en verzekert de uitvoering der statuten; hy onderteekent al de akten, besluiten of beraedslagingen. De ondervoorzitters vervangen des noods den voorzitter die hun zyn volmacht kan afstaen. Het bureel beheert en bestuert de maetschappy. De se kretaris is gelast met den opstel der processen verbal, der briefwisselingen en bewaring der handvesten. De schatbewaerder bewerkstelligt de ontvangsten en betalingen der maetschappy: hy betaeld alleenlyk op mandaten gezien en geteekend door het lid daertoe door het bureel aengewezen : hy levert aen de leden, op den oogenblik hunner aenveerding, een zakboekjen af, op hetwelke de betalingen van een inleg bestatigd worden en bevattende eene korten uittrek dezer tegen woordige statuten. Het bureel wordt geholpen door bezoekers of hoofd mannen zooals by art. 8 bepaeld is, gelast met de zieken te bezoeken en ten hunnen opzichte de uitvoering van 19
het reglement te verzekeren. De hoofdmannen worden gekozen door het bureel. Art. 12 De maetschappy vereenigt zich in algemeene vergade ring den lesten zondag der maend february van elk jaer ten einde het verslag over den toestand te hooren, uitspraek te doen over de vraegstukken haer door het bureel onderworpen, de rekening en den staet van de kas van den schatbewaerder te aenhooren, dezelven het proces verbal der zitting vast te stellen ten einde aen het overzigt en de goedkeuring van den stedelyken raed te onderwerpen. De voorzitter kan op het verzoek van het besturende bureel, zoals by art. 8 bepaeld is, eene algemene ver gadering beroepen. Art. 13 Het bureel vereenigt zich alle maenden op gestelden dag en telken mael dat het door den voorzitter byeengeroepen wordt. Het beraedslaegt nopens de zaken der maetschappy en gaet over tot de aenvaerding der wer kende leden die zich gedurende de maend zullen aan geboden hebben om deel in de vereeniging te nemen. Art. 14 De geneeskundige en apothekers dienst wordt geregeld door het bureel. Den geneesheer of de geneesheren, die de leden der maetschappy verzorgen, genieten hono raria ofwel voor elk bezoek ofwel by abonnement vast te stellen door het besturende bureel. Zoodra een lid ziek of gekwetst is verwittigt het dezen geneesheer daer van, welken laetsten gebonden is aen de schatbewaerder eenen bulletyn af te leveren behel zende den aerd der ziekte, ongesteldheid of verwonding van het lid, de noodzakelijke voorschriften en bevelen, het verlof of verbod van te werken, of uit te gaen, wel kers staet zal bestatigd worden door den hoofdman van iederen wyk, alwaer het lid is komen ziek te worden, welken zal gehouden zyn het huisgezin te bezorgen met de geldmiddelen bepaeld op art. 17. Deze geldmiddelen zullen afgeleverd worden door den schatbewaerder op eenen bon aenduidende het getal ziektedagen, het bedrag der somme uit de kas te putten, onderteekend door den hoofdman en goedgekeurd door het lid deswege door het bureel aengesteld luiden de art. 10. In geval de honoraria aen de geneesheer voor elk be zoek betaeld worden, zoo zal de schatbewaerder genoodzaekt zyn aen het ziek lid eenen bulletin af te leve20
Art. 15
ren op welken de geneesheer zal inschryven den dag en uer van ieder bezoek. Het bureel duidt den geneesheer aen, gelast met het onderzoek of de kandldaet op den oogenblik zijner aenvaerding gezond is; zonder getuigschrift van den ge neesheer kan niemand als werkend lid aenveerd worden. Het bureel zal de noodige overeenkomst aengaen met de apothekers nopens de levering der medicamenten. Er zullen geene geneesmiddelen op rekening der maetschappy afgeleverd worden dan tegen overhandiging van eenen bon bekleed met het aenteeken des aengestelden geneesheers, aenduidende de naem, voornaem en woonplaats van het lid voor wien de geneesmiddelen bestemd zijn, alsmede de naem en woonplaets der apo thekers, gelast met dezelve te verschaffen. De geneesheer is verpligt, als hy het ziekelyk lid in staet zal gevonden hebben om zyne werkzaemheden te her nemen, daervan het bureel aenstonds kennis te geven. Het besturende bureel, onder welke voorwendsel het ook mag wezen, zal nooit gemagtigd zyn zich eenige schadeloosstelling aen te wyzen. Alle bedieningen worden zonder vergelding uitgeoeffend, uitgezonderd deze van den geneesheer, en eenen knegt genoodigd voor de inzamelingen der inschryvingen. Bureel en drukkosten worden door de kas der maetschappy gedragen.
Vijfde hoofdstuk : over de verpligtingen jegens de maetschappy. De maetschappelyke leden verbinden zich eenen inleg van twin tig centimen ter week te betalen en met vlyt en nauwkeurigheid de bedieningen te vervullen, hun door het bureel of vergadering toevertrouwd. Naer ondervinding en goedkeuring van het bureel zal er in de maetschappy ene tweede klas van werkende leden konnen aen veerd worden welkers inleg bepaeld zal konnen worden op veer tig centimen per week. Deze zullen dan ook in evenredigheid van de eerste klas de schadeloosstelling genieten. Een reglement van inwendige orde zal de wyze bepalen volgens de welke de inleg ingezameld wordt. Het maetschappelyk lid kan voor zoo veel tyd op voorop betalen als hy zulks geraedzaem acht. 21
Het aenveerd lid zal onmiddelyk in de handen des schatbewaerders het bedrag van den inleg voor twee maenden moeten storten; daervan zal hem rekening gehouden worden.
Zesde hoofdstuk : over de verpligtingen der maetschappy jegens hare leden. Art. 17
Art. 18 Art. 19
Art. 20
Art. 21
Art. 22
Art. 23
De voorzorgingen des geheesheer en der geneesmid dels worden aen het zieke maetschappelyk lid gegeven tydens den loop der ziekte behoudens de uitzonderin gen afzonderlyk aengestipt in de statuten. De schade loosstelling wordt bepaeld op eenen frank en vijftig centimen per dag gedurende den tyd der ziekte, de zon dagen en heiligdagen uitgezonderd. Niemand zal meer dan twaelf maenden in twee jaren de schadeloosstelling konnen genieten. De leden aengedaen door eene ongeneesbare kwael en niettegenstaende art. 5 van de maetschappy deel makende, zullen voor ziekten hieruit voortspruitende geenen onderstand genieten. Er zal geenen onderstand worden toegestaen voor ziek ten, breuken, kwetsuren, enz, welke door gevechten, baldadigheden, dronkenschap of gevaerlyke kunsten zouden veroorzaekt zyn. Het maetschappelyk lid heeft maer regt op de voordeelen der vereeniging, twee maenden naer zyne eerste geldstorting. De persoonen welke van de maetschappy zouden af scheid nemen, of welker uitsluiting zal uitgesproken zyn luidens art 7, zullen geene gelden mogen terugeisschen. Eene ongesteldheid van dry dagen geeft geen regt op schadeloossteling; eene langdurige ziekte geeft regt op eene schadeloosstelling te rekenen van den vierden dag.
Zevende hoofdstuk : maetschappelyk kapitael en geldplaetsing. Art. 24
22
Het maetschappelyk kapitael wordt gevormd : 1° uit de stortingen der leden; 2° uit de toelagen door den staet en gemeente verleend; 3° uit de giften en bezetten van byzonderen.
Art. 25
Zoo haest het kasgeld of kapitael de som van vyf hon derd franc te boven gaet, kan een deel daervan gestort worden in de spaerkas of besteed worden in aenkoop van Belgische renten of waerdyen door den staet erkend en goede waerborgen opleverende, naer besluit van het besturende bureel.
Achtste hoofdstuk : verandering aen de statuten, ontbinding en likwidatie, uitwyzing der betwistingen. Art. 26
Alle wyziging aen de statuten en reglementen moet eerst onderworpen worden aen het bureel, welke oor deelt of het gevolg moet geven aen het voorstel. Geene wyziging kan aenvaerd worden dan door de meerderheid van twee derde der leden uitmakende het bestuer, luidens art 8. Voor de goedkeuring der wijzigingen aen de statuten door de hooge overheid, zal men de formen volgen, aengeduid by art 2 der wet 3 april 1861.
Art. 27
De maetschappy kan door haer zelve niet ontbonden worden, dan ingeval van bestadige ontoereikendheid harer hulpmiddelen. De ontbinding kan niet uitgesproken worden dan in eene algemeene vergadering ten dien einde byeen ge roepen en door een aental stemmen gelykstaende met de helft der ingeschrevene leden. De betwistingen, welke in den boezem der maetschappy zouden opryzen, zullen altyd geoordeeld worden door de meerderheid van het bureel. De beslissig derzelve zyn zonder hooger beroep. Aldus gedaen en beraedslaegd in vergadering. Thielt den 23 juny 1800 twee en zestig. A. Mulle de Terschueren S. Ysenbrant L. Deschietere de Lophem L.-H. Loontjens P. Vandekerkhove J. Verschoore
/ Art. 29
Paul VANDEPITTE
23
HET WESTVLAAMS VERBOND VAN KRINGEN VOOR HEEMKUNDE BEKROONDE DE BESTE HEEMKUNDIGE BIJDRAGEN UIT 1974 en 1975
Voor de tweede keer schreef het Westvlaams Verbond van Kringen voor Heemkunde een prijsvraag uit voor de beste heem kundige bijdrage. Ter gelegenheid van de gouwdag van het verbond die doorging in Poperinge op zaterdag 24 april II. werden de prijzen bekendgemaakt. We meenden er goed aan te doen het juryverslag volledig te publiceren omdat het nuttige aanduidingen geeft voor de heemkundige en omdat het tevens verwijst naar de bekroonde publicaties die verschenen in diverse tijdschriften die op ons secretariaat bewaard zijn.
Algemene opmerkingen: Namens de raad van beheer van het Westvlaams Verbond van Kringen voor Heemkunde en de jury van de prijsvraag wijs ik erop, dat het de bedoeling van de prijsvraag was, om het niveau van de bij het Verbond aangesloten heemkundige verenigingen en tijdschriften op te tillen. De jury meent, dat het Verbond daarin is geslaagd en stelt vast, dat de ingestuurde bijdragen stuk voor stuk van grondig werk en veel studieijver getuigen en haast allemaal een benijdenswaardig peil bereikt hebben. Bovendien neemt de provincie West-Vlaanderen op het gebied van de heemkunde onder de overige provincies een vooraanstaande plaats in, en daaraan is de werking van het Verbond zeker niet vreemd. Toch willen we ons een paar algemene aanmerkingen veroor loven. Sommige opstellen vallen ten opzichte van het behandelde onderwerp te lang uit. Sommige auteurs rekken vooral hun in leiding eindeloos uit vooraleer ze tot hun eigenlijke onderwerp komen. Daardoor worden sommige bijdragen veel te opstel achtig. Geschiedenis, en wetenschap in het algemeen, is geen literatuur. Sommige auteurs willen in hun bijdrage alles samen brengen wat ze gevonden en bijeengegaard hebben. Ook hier geldt Goethes stelregel «In der Beschrànkung zeigt zich der Meister». Om een goede heemkundige bijdrage samen te stellen, komt het er vaak op aan het materiaal te schiften en te selekteren. Niet elke gevonden tekst, niet elk loflied of gelegenheidsvers moet in extenso weergegeven worden. 24
Andere bijdragen zijn niet voldoende uitgediept. Het is dus beter een beperkt onderwerp te kiezen, maar het dan grondig te be handelen. In ons vorige juryverslag hebben we langdurig stilgestaan bij de vorm en de presentatie van de bijdragen en de tijdschriften in het algemeen. We herhalen hier de wens, dat elk tijdschrift een kundige redaktiesekretaris aan zou stellen, of toch in elk geval een corrector die de taal van de ingestuurde bijdragen grondig nakijkt en de systeemloze voetnoten in de korrekte vorm giet. De meeste bijdragen krioelen nl. nog van storende taalfouten. Ik las «gevoelig aan» i.p.v. «voor»; er worden nog altijd personen «vervoegd», ofschoon je alleen werkwoorden kunt vervoegen, je kunt je wel bij iemand voegen; cafés en winkels worden aan de lopende band «uitgebaat», i.p.v. gehouden»; «een feest gaat door» i.p.v. «vindt plaats»; we lezen «hij had zich daaraan ver wacht» i.p.v. «hij had dat verwacht», want in het Nederlands kun je jezelf niet verwachten, wel in het Frans; in het Nederlands ligt iets niet «aan de basis van» maar wel «ten grondslag aan»; een wet is niet «in voege» maar «wordt van kracht». Dan zijn er de verouderde woorden als «gans» voor «heel», het betr. vnw. «welke» i.p.v. «die, dat», «vermits» i.p.v. «aangezien», «dikwerf» i.p.v. «dikwijls». Een auteur spreekt over een «eerste-plansrol» i.p.v. «eersterangsrol». Ook de afwijkingen van de korrekte woordorde zijn legio, b.v. de bekende Vlaamse woordorde «of schoon hij wilde ingenieur worden» i.p.v. «ofschoon hij ingenieur wilde worden» of «dat hij het zou gezegd hebben» i.p.v. «dat hij het gezegd zou hebben». Voor overige aanmerkingen verwijs ik naar het vorige juryverslag dat nog altijd aktueel en geldig is. De jury stond bij de puntentoekenning voor een moeilijk probleem, omdat de inzenders zich inderdaad niet met gelijke krachten konden meten. Het spreekt vanzelf, dat een akademisch gevormd historicus een degelijker bijdrage kan schrijven dan een amateur en het ligt dan ook voor de hand, dat de eerste prijzen naar akademisch gevormde historici zijn gegaan. De jury is met deze toestand niet gelukkig en drukt hier de wens uit, dat in het vervolg de wedstrijd in twee kategorieën gesplitst zou worden. De prijzen zouden om de beurt aan amateurs en aan aka demisch gevormde medewerkers verleend kunnen worden. De jury was samengesteld uit drie leden van de raad van beheer : de sekretaris, dr. F. Debrabandere; de historicus, dr. jur. M. De Bruyne; de volkskundige. Hervé Stalpaert; en uit twee nietleden : Lucien Vanacker en prof. dr. R. Van Eenoo. Deze jury maakt de volgende uitslag bekend : 25
Een achtste prijs, ter waarde van 1000 frank gaat ex aequo naar Hendrik Demarest «’t Brugs Bertje» verschenen in ’t Brugs Ommeland XV (1975), 59-106. René De Keyser «Piéter van Oostkerke» in Rond de Poldertorens XVI (1974), 36-49. De zevende prijs, ter waarde van 1000 frank gaat naar Paul Vandewalle «Stene na het beleg van Oostende» in Ostendiana II (1975), 79-92. De zesde prijs, ter waarde van 1000 frank gaat naar Raoul Boucquey «Anabaptisme in het Roeselaarse» in Rollariensia VI (1975), 115-127. De vijfde prijs, ter waarde van 1000 frank gaat naar Jozef Heus «Gazette van Kortrijk 1916» in De Leiegouw XVI (1974) , 307-326. De vierde prijs, ter waarde van 2000 frank is voor Filip Despriet «Romeins Harelbeke» in De Leiegouw XVII (1975) , 195-211. De derde prijs, eveneens ter waarde van 2000 frank gaat naar N. Maddens voor zijn «Bibliografie 1973-1975 van de ge schiedenis, taal en volkskunde in het Kortrijkse» in De Leiegouw XVII (1975), 369-403. De jury wenst hiermee het uitzonderlijke belang van dit voor de heemkundige zo noodzakelijke werkinstrument te onder strepen. De tweede prijs, ter waarde van 3000 frank gaat naar Mw. Hilde Lobelle-Caluwe voor «De bouw van de SintSalvatorskerk in Harelbeke» in De Leiegouw XVII (1975), 7-142. De jury brengt hulde aan de auteur, voor de grondigheid waarmee ze de hele bouwgeschiedenis van de Harelbeekse kapittelkerk uit de doeken gedaan heeft. De eerste prijs ten slotte, ter waarde van 5000 frank werd toege kend aan Jozef Vermaut voor zijn studie «Nieuwe gegevens over het industrieel verleden van Roeselare en ommeland» in Rollariensia VI (1974), 134-182. Deze bijdrage was niet alleen een heel verzorgde en weten schappelijk degelijke studie, maar meteen wellicht de origi neelste en nieuwste bijdrage onder de ingestuurde antwoor den. De sekretaris van het Verbond en van de jury, F. DEBRABANDERE. 26
GRASDUINEND IN ANDERE TIJDSCHRIFTEN ...
In vele heemkundige en geschiedkundige tijdschriften ver schijnen regelmatig bijdragen waarin gegevens worden vermeld die van belang zijn voor de kennis van het werkgebied van de Roede van Tielt. Hier dan enkele 'korreltjes’.
1. Vrijmetselaars te Gent tijdens het Empire en de Hollandse Periode (1894-1824). Onder deze titel verscheen een bijdrage van Hugo De Schampeleire, Els Witte en Fernand V. Borné in Handelingen der Maat schappij voor Geschiedenis en Oudheidkunde te Gent, nieuwe reeks, deel XXV, 1971, blz. 73-209. In de lijst opgenomen op het einde van het artikel vinden we volgende personen geboren binnen het werkterrein van onze kring : — De Beil Constant, geboren te Aarsele 24.12.1779. In de Loge «Septentrion» vermeld als gewoon lid in 1812, 1813, en 1816; komt niet meer voor op latere tabellen. Beroep : négociant. — De Smet Jean-Joseph, geboren te Vinkt. Aangenomen in de Loge «La Constance Couronnée» in Montluçon (Allier; Fr.); in 18 i 7 vermeld als Uitverkoren Meester der IX. Oprichter van de Loge «Amis du Roi et de la Patrie»; in 1817 Eerste Diaken. Beroep : Officier Nederlands leger; in 1817 : tweede luitenant, 9e regiment der kurassiers. — D’Haeyere Pierre, geboren te Tielt. Aangenomen als Leerling in de Loge «Vrais Amis» op 5.4.1823. Beroep: student in de rechten aan de Gentse universiteit. — Steven Ive, geboren te Tielt, 6.5.1785. Vermeld als Meester in de Loge «Vrais Amis» in 1818. Aangesteld als Tweede op ziener op 16.12.1822. Beroep: négociant. — Tytgat Louis, geboren te Tielt 24.3.1784. Aangenomen als Leerling in de Loge «Félicité Bienfaisante» op 6.8.1810; in 1810 tot Meester verheven. In 1810 en 1812 vermeld als lid van de Loge «Félicité Bienfaisante»; ontbreekt op latere lijsten. Beroep: négociant, Onderbergen, Gent. 27
— Van Zantvoorde Guillaume (soms Van Santvoorde gespeld), geboren te Tielt 1779. Gewoon lid in de Loge «Septentrion» 1816-1818; ontbreekt op latere lijsten. Beroep: négociant te te Gent.
2. Kortrijks aardewerk in de 19de en 20ste eeuw. Onder deze titel verscheen een bijdrage van E. Van Hoonacker in De Leiegouw, jg. XVI, 1974, afl. 1, blz. 3-23. Hieruit halen we volgende gegevens betreffende Tieltse potten bakkers : In Tielt waren de Willemyns pottenbakkers van 1783 tot 1870 in «De Rode Poort» ... Constant Willemyns komt in 1826 voor als pottenbakker in de Meensestraat 53 (te Kortrijk). Hij was de zoon van Antonius Willemyns-Devos, pottenbakker in «De Rode Poort» te Tielt ... Pieter Willemyns-Van Gheluwe, geboren in Tielt in 1808, als zoon van Antonius Willemyns-Devos, vestigde zich omstreeds 1836 in K o rtrijk ... In het artikel wordt ook verwezen naar de bijdrage van A. Impe & A. Lenoir, Pottenbakkerij De Rode Poort te Tielt, in Ons Heem, XV, 1961, blz. 219-220.
3. Het Kortrijks Begijnhof in de kunst. Onder deze titel verscheen een bijdrage van F. De Vleesschouwer in De Leiegouw, jg. XVI, 1974, afl. 1, bl£. 33-46. In de bijdragen worden twee geboren Tieltenaren vernoemd : W ijlen apoteker Jozef Impe (Tielt 1882 - Kortrijk 1960), die een vaardig en gemoedelijk dichter en een verdienstelijk folklorist was, woonde in Kortrijk op een boogscheut van het begijnhof, waar hij in zijn schaarse vrije tijd als zoveel anderen de vaak zalvende rust heeft gezocht, waaraan hij als gevoelig en religieus ingesteld kunstenaar behoefte had. In zijn bundel «Verzen II» (Kortrijk 1935), figureert op de blz. 24 en 25 het gedicht: «Bij zomeravond in 't begijnhof». Van Jozef Impe is ook het gedicht bekend : De Begijntjes van ons Land, dat echter, zoals de titel duidelijk aanwijst, niet uitsluitend door het Kortrijks hof werd geïnspireerd ... Laat er ons nog even de aandacht op vestigen dat wijlen de ge vierde declamator en toneelspeler Antoon Vander Plaetse (geb. te Tielt en in 1973 overleden te Kortrijk) een paar jaren voor zijn dood, aangemoedigd door enkele vrienden, waaronder Jacques 28
Coryn'en Bert De Wilde, het initiatief had opgevat in het St.-Elisabethsbegijnhof in de vorm van klank- en lichtspel, toneelop voeringen te houden van het vermaarde middeleeuwseMaria-spel, Mariken van Niemegen. Hij was de overtuiging toegedaan dat de struktuuren de atmosfeer van het hof zich daar uitstekend tot lenen
4. Samenstelling van de dekenij Gent in 1455. In zijn bijdrage «Gent in de XlVe en XVe eeuw» (Appeltjes van het Meetjesland, nr. 24, 1973, blz. 102-145) wordt door Dr. Paul Rogghé herhaaldelijk de studie aangehaald van J. Warichez : «Etat bénéficiai de la Flandre et du Tournaisis au temps de Philippe Le Bon (1455)». Deze laatste auteur vermeldt o.m. de samenstelling van de dekenij Gent in 1455; uit de lijst halen wij : Kanegem, Lotenhulle, Poeke, Ruiselede, Vinkt.
5. Oprichting van het bisschoppelijk seminarie te Gent. Uit de zeer uitgebreide studie van Jan Roegiers, «De oprichting en de beginjaren van het bisschoppelijk seminarie te Gent (1569-1623)» (Handelingen der Maatschappij voor Geschiedenis en Oudheidkunde te Gent, nieuwe reeks, deel XXVII, 1973, blz. 3-192) halen we enkele gegevens die interessant kunnen zijn voor onze lezers: — «... op 25 november 1569, feestdag van Sint Catharina, werd de administratie van het Sint-Hiëronymushuis door de bisschop en zijn afgevaardigden overgenomen en werd het seminarie geopend. In de kapel van het huis werd een plech tige mis opgedragen en de aartspriester Pieter Simons hield een lange toespraak tot de scholieren van het fratershuis, die vanaf die dag seminaristen werden ... Pieter Simons, geboren te Tielt in 1538, studeerde te Leuven theologie onder Cornélius Jansenius, en kwam als sekretaris van deze mee naar Gent. In 1570 benoemde de bisschop hem tot aartspriester. Terwijl hij, voor de Calvinisten uit Gent gevlucht, te Kortrijk verbleef, werd hij in 1584 benoemd tot bisschop van leper. Hij overleed in zijn bisschopsstad in 1605. Zie A.C. De Schrevel, art. Simons Pierre, — Biographie Nationale, XXII, 1914-1920, kol. 597619,, en A. Viaene, Vlaamse vluchtelingen te Douai, Hande lingen van het Genootschap «Société d'Emulation» te Brugge, XVIII, 1956, p. 13-14... De werkzaamheden (van de eerste Diocesane Synode, 5-7 fe bruari 1571 ) werden besloten met een plechtige zitting in SintBaafs; na de mis en het sermoen van — hoe kon het anders? 29
— aartspriester Pieter Simons, werden de synodale statuten voorgelezen door Jan David, sekretaris van de bisschop ... Jan David (Kortrijk 1546 — Antwerpen 1613) studeerde met Pieter Simons te Leuven en werd samen met deze aangewor ven als secretaris van bisschop C. Jansenius, zijn professor te Leuven en zijn pastoor te Kortrijk ... In 1609 liet hij Plantijn de verzamelde werken van zijn vriend Simons in druk uitgeven («Petri Simonis Tiletani episcopi Yprensis, de Veritate libri sex, et reliqua eius quae supersunt multae eruditionis et pietatis opera») ... Het «Matricule de l'Université de Louvain», uitg. A. Schil lings, IV, Brussel, 1961, p. 536-537, vermeldt op 30 augustus 1556 de inschrijving van Franciscus de Fraye de Engelmunster en Petrus Simoens Tiletanus als leerlingen van' de pedagogie het Castrum; bij de promotie van 20 maart 1559 eindigde Petrus Simons als tweede en Franciscus de Fraeye Tiletanus als twintigste: E.H. J. Reusens, Promotions de la Faculté des Arts de l’Université de Louvain, Leuven, 1869, p. 216.». «Voor een verdere en blijvende dotatie van zijn seminarie, greep Jansenius naar het derde middel ... : de inkorporatie van beneficia simplicia, beneficies waaraan geen taak in de zielzorg was verbonden ... In de loop van 1571 werd een eerste stap gezet door de inkor poratie van ... de kapelanie van Onze-Lieve-Vrouw in de kerk van Tielt (Franciscus Broeders) ... Tegen 31 oktober 1571 riep bisschop Jansenius de patroons en de bezitters van deze beneficies bijeen te Gent ... Verder verschenen nog : ... het kapittel van Harelbeke (om de kapela nie te Tielt), ... de kapelaans van Tielt en ... Het kapittel van Harelbeke ging tegen de inkorporatie van de kapelanij te Tielt in beroep bij de Officiaal van Mechelen en vroeg hem deze inlijving te vernietigen: Het appel werd op 31 augustus 1573 verworpen ... In 1616 werden de kapelanij van Onze-Lieve-Vrouw te Tielt en ... afgestaan, respektievelijk aan het pastoreel inkomen van Tielt voor 5 Ib. gr. en ... De kapelanij van Onze-Lieve-Vrouw te Tielt bezat oorspronke lijk twee pachten, die in 1611-1614 samen 12.3.4 Ib. gr. op brachten. In 1614 teruggeschonken door bisschop Van der Burch, en in 1616 geïnkorporeerd in het vice-pastoreel beneficie van Tielt, mits een rente van 5 Ib. gr. op de stad Tielt, gesticht bij schepenbrieven van 2 december 1614. Tevoren werd voor de missen 2 Ib. gr. per jaar uitgegeven».
«Van 1591 tot bij zijn dood in 1600 fungeerde ook kanun nik Jan van Ravesteyn als provisor, blijkbaar in de functie benoemd door de bisschop. (Jan van Ravesteyn uit Tielt werd in 1588 door de Universiteit van Leuven tot kanunnik te Gent benoemd) ... Adriaan de Vare (Vareus) uit Meulebeke. S.T.L. en aanvanke lijk kanunnik te Brugge in Sint-Donaas, werd kanunnik-penitencier van Sint-Baafs in 1584. aartsdiaken in 1585 en werd door de aartshertogen, buiten het kapittel om, in 1600 tot proost van Sint-Baafs benoemd. Hij fungeerde nadien verschillende malen als vicaris «sede vacante» en overleed op 97-jarige leeftijd in 1633.». «Een nieuwe lijst van de taksen voor de dekenij Dendermonde werd ingelast in de «Acta Episcopatus» van 25 februari 1618: ... Volgens ARG, Bisdom. B. 134. f. 133v°-135. werden ook de taksen in de dekenijen Waas, Oudenaarde en Tielt door bisschop Boonen aangepast; het gold hier misschien slechts een deel van de parochies van deze dekenijen.». De seminarietaks. «Hieronder volgt de lijst van de taxaties, in ponden groten, zoals die eruit zag onder de bisschoppen Maes (1610-1612) en Vander Burch (1613-1616) (1e kolom) en na aanpassing door Boonen (1617-1621) of Triest (1622-1623) (2e kolom). De parochies aangeduid met 0 waren sinds 1571 vrij van het betalen van de taks door de afstand van hun rechten op het «Papenhuus». Dekenij Tielt. Tielt Ruiselede A a lte r0 Knesselare 0 U rs e l0 Bellem ° o
C
>
Lotenhulle 0 Kanegem 0 Aarsele Wontergem Grammene Gottem Dentergem
0.12.6 0.12.6 0.10.0 0. 8.4 8.11.8 0. 8.4 0. 7.6 0. 8.4 0. 6.8 0.10.0 0. 7.6 0. 5.0 0.11.6 0.15.0
0.15.0
0. 6.8 0.80 0. 0.1 0.11.0 0.15.0 31
Markegem Oeselgem Wakken Sint-Baafs-Vijve Wielsbeke Rozebeke Meulebeke Emelgem
0. 5.0 0. 6.8 0.10.0 0. 6.8 0. 6.8 0. 6.8 0. 6.8 0. 5.0
0. 5.6 0. 8.0 0.10.0 0. 6.8 0. 6.0 0. 4.0 0. 8.0 0. 9.0
Zuivelgelden. «Op 26 februari 1612 publiceerde bisschop Maeseen vasten brief die o.a. een algemene dispensatie bevatte voor het ge bruik van zuivelprodukten tijdens de vasten, behalve op aswoensdag, de vigilie van Onze-Lieve-Vrouw-Boodschap en Goede Vrijdag. Voor deze dispensatie moesten de gelovigen dagelijks driemaal het Vaderons en het Weesgegroet bidden, ofwel ineens een stuiver storten in de speciaal daarvoor be stemde «vastenblok». Van de stuiver was de helft bestemd voor de plaatselijke kerk en de andere helft’ voor het bis schoppelijk seminarie. De dekens moesten instaan voor het inzamelen en het overbrengen van deze gelden. Daar deze be schikking voortaan elk jaar opnieuw gepubliceerd werd, maakte vanaf dat jaar het «lacticinium» of «zuivelgeld» een vast deel uit van de inkomsten van het seminarie. De opbrengst hiervan bedroeg in het totaal voor 1612: 19.8.6 Ib. gr., voor 1613: 21.8.10 Ib. gr. en voor 1614: 11.8.10 Ib. gr. In de rekening over 1623-1625 vindt men volgende cijfers: 21.19.10 Stad Gent, 1623-1625 Dekenij Oudenaarde, 1622 4. 8.10 Dekenij Dendermonde, 1622-1625 7. 0. 3 7.17. 8 Dekenij Waas, 1622-1625 2.17. 3 Dekenij Hulst, 1623-1624 Dekenij Tielt, 1620 en 1625 2. 4. 6 2.12. 3 Dekenij Deinze, 1623-1625 Dekenij Evergem, 1622-1625 geen ontvangsten Dekenij St.-Lievens-Houtem, 3. 2.10 1620-1624 Samen 52. 3. 5 Ib. gr.» In de lijst van de bekende seminaristen tot ca. 1623 vinden wij één enkele naam terug van een persoon die in verband te brengen is met het werkterrein van onze Kring, namelijk: Schoorman, Alexander, fs. Philips. Bursaal Vinderhoute 1615-1616. Na 1618 tot 1623 student in Vigliuscollege te
Leuven; licentiaat in de theologie. Op 19 mei 1629 benoemd tot pastoor te Aarsele; in 1639 afgezet en verbannen.
6. Verplichte leveringen onder het Frans Tijdperk. In «Ten Mandere» nr. 43 vinden we de laatste aflevering van R. Bekaert over «Izegem onder het Frans Tijdperk». Daarin o m. volgende voor ons interessante gegevens : «Op 18 Nivose jaar 8, moest het Leie-departement 573 paarden leveren. Ze moesten tussen 5 en 9 jaar zijn en het mochten geen «merien zijn met een veulen of ook geen springhengsten.». In bijlage leert een officieel document hoe deze 573 paarden over de verschillende cantons waren verdeeld : Nieuport 10, Ostende 3, Ghistelles 33, Pervyse 14, Loo 30, Dixmude 30, Fûmes 17, Ypres 3, Haringhe 18, Poperinghe 9, Elverdinghe 15, Dickebusch 11, Warneton 8, Neuve-Eglise 12, Wervick 17, Zonnebeke 24, Roulers 4, Hooglede 15, Rumbeke 3, Ardoye 3, Thourout 27, Bruges 13, Damme 24, West-Cappelle 17, Houttave 35, Oostcamp 30, Thielt 11, Ruysselede 5, Pitthem 14, Meuleke 4, Wacken 15, Ingelm unster 9, Courtray 8, Moorzeele 19, Belleghem 20, Avelghem 19, Haerlebeke 16, Iseghem 3, Menin 6. De paarden uit de cantons Thielt, Ruysselede, Pitthem, Meulebeke, Wacken en Ingelmunster moesten te Thielt worden gele verd, «sur la grande place, et en cas de mauvais tems dans un local convenable qui sera désigné par l'Administration muni cipale».
7. Tieltse messagier in 1495. In «Ten Mandere» nr. 43, onder de rubriek «Snippers», wordt melding gemaakt van het volgende: «Uit de rekeningen van de stad Tielt 21 maart 1494 — 8 maart 1496. G illis de Breemont, messagier, van dat hij den XVIJen in december XCV (1495) ghesonden was te Ghendt met lettren van der wet an Martin Vanden Bundert van iij daghen te xx p x daghen comt xxx si p Deselve messagier van dat hij ghesonden heeft ghesijn te Muelebeke bij wijlen mer Janne Machefoing dae hooghbaillie van Thielt. Item ooc te Deynze bij den commissarissen uit de wet ver makende Item ende tYseghem bij den dher Pieter Vanden Broucke, pbre, over al van iij daghen xxx si p.» 33
Boekbespreking : Robert Lagrain
«DE MOEDER VAN GUIDO GEZELLE» Lannoo, Tielt en Amsterdam, 1975.
Op zondag 7 september 1975 werd in Wingene huide gebracht aan Monica Devriese, moeder van Guido Gezelle. In de voormiddag was er een grootse acade mische zitting waar gastspreker André Demedts sprak voor een overvolle zaal in het parochiaal centrum en waar Robert Lagrain zijn pas verschenen boek, gewijd aan de figuur van Gezelle's moeder, voorstelde. De tentoonstelling, ingericht door de culturele raad van Wingene en gewijd aan Monica Devriese en Guido Gezelle, was merkwaardig door het vele materiaal dat men er had bijeengebracht en door zijn presentatie.
Op 30 april 1875, zowat 100 jaar geleden, overleed te Heule Monica Devriese, de moeder van onze gekende priester-dichter Guido Gezelle. Wie ook maar van verre met Gezelle heeft kennis gemaakt, weet welke onmiskenbare karakteriële en emotionele invloed de dichter heeft ondergaan via zijn moeder. Ons dient zij des te meer te boeien, daar zij Wingense is van geboorte en de wijdvertakte Devriezestam in de gehele provincie sporen heeft nagelaten. Waarom raakte Robert Lagrain in de ban van deze geheimzinnige vrouw, die door verscheidene biografen «overgevoelig, melan cholisch, gesloten, scrupuleus en aarzelziek» wordt genoemd? Loonde zijn ongetwijfeld moeizaam en langdurig speurwerk naar de familiale, culturele en sociale achtergronden van de families Gezelle, Devriese, Lateur e.a. werkelijk de moeite om er ca. 170 blz. aan te wijden? Wat hebben wij, als min of meer geïnteres seerde buitenstaander aan dit werk? Allemaal vragen waarop m oeilijk een neutraal antwoord te geven valt. In*het eerste en langste gedeelte van zijn werk wordt de levens loop van Monica Devriese zeer uitvoerig beschreven. Haar jeugd te Wingene (1804-1829), haar huwelijksleven met Pier-Jan Gezelle te Brugge (tot 1871), haar levensavond te Heuleonthullen ons de gehele familiale sfeer waarin zij het levenslicht zag en haar leven doorbracht. Wie zich doorheen dit eerste gedeelte heeft gewerkt, kan zich niet van de indruk ontdoen dat hier wel iswaar genealogisch en heemkundig, met minitieus bronnen materiaal gestijfd, onderzoek werd gedaan (240 aanvullende noten), maar dat hierdoor de titel van het boek evengoed in «de 34
Families Gezelle-Devrieze» kan worden omgedoopt. De figuur van moeder Gezelle komt er mijns inziens minder uit de verf dan die van zijn vader, broers en zusters. Lagrain heeft dit in zijn voor woord dan ook reeds duidelijk gesteld : slechts via de vele ge tuigenissen van de familieleden krijgen wij van haar een schets matig beeld. Daardoor is juist het gebruik van het bronnen materiaal zo boeiend te noemen: het RA. van Kortrijjk, de «Kroniek van de familie Gezelle», van Streuvels, «Rond den Heerd» (verscheidene jaargangen), Caesar Gezelles biografie «Guido Gezelle», de «Gezelliana», het Gezellearchief (Stadsbibl. Brugge) en verder verscheidene grotere en kleinere werken. Het tweede gedeelte «Moederlijk erfdeel» gaat dieper in op de vraag of de artistieke aanleg in de Gezellestam wel via Monica als erfelijkheidsfactor in deze familie is gebracht. Vooral het studie w erk van Frank Baur wordt hier geciteerd. In het derde deel, «Gedichten», wordt uitvoerig nagegaan hoe de relatie tussen moeder en zoon en hun karakterovereenkomst geleid hebben tot enkele van Gezelle's meest emotionele gedichten. Dit gedeelte vormt zeker voor lesgevers en studenten in de literatuur een niet te versmaden bron van gegevens. Even terug naar ons uitgangspunt: is dit ongetwijfeld degelijk studiewerk voor ons, leden van de Heemkundige kring, practisch bruikbaar?— Voor de genealogen en alle stamboom- en familiekundefans : zeer zeker. Zowel inwoners van Wingene als mensen uit Tielt, Pittem, Heule (familie Lagae), Rumbeke-Roeselare (families Gezelle-Dumoulin en MuyIIe) en andere kunner, hier misschien aanvullende of ver rassend nieuwe gegevens vinoen omtrent hun verwantschap met de voorouders van de famines Devrieze-Gezelle. Judocus Devrieze, een geboren Tieltenaar, en Anna Dujardin, zijn vrouw, waren haar grootouders langs moederszijde. JasparScherrensen Maria De Smet waren de grootouders langs vaderszijde. Allen waren eigenaars van hun hofstede in het kwartier Poelvoorde, toen eigendom van de familie Adornes (1). Misschien vinden enkelen hier reeds een aanknopingspunt of een reden tot lezen van dit werk. — Voorde heemkundigen (en historici in het algemeen) : Een schat van gegevens— zelfs direct in de klas bruikbaar— valt zomaar af te lezen uit de inventarissen en verkoopakten, die in extenso zijn weergegeven in het boek. Zo heb je op p. 23 de inventaris (1797) van het huis van Jozef Devrieze, een uitstekende gelegenheid om de gesloten bedrijfseconomie van het boerenbe-
(1 ) Zie over de Adornes : «De Roede van Tielt», 6e jaargang, nr. 4. p. 21.
35
drijf uit die tijd te leren kennen; op p. 38 e.v. de uitgebreide beschrijving van Monica s erfenis uit 't Walleke (= de ouderlijke boerderij). De inventaris van alle gebruiksvoorwerpen wordt «ver taald» in een lange noot. Voeg daarbij de foto's van het hof van Poelvoorde, de molen, de huwelijksakte van Gezelle s ouders uit de Hollandse tijd. enz. en je begrijpt dat hier een kluif klaarligt voor elke geïnteresserde. Op p. 42-43 leer je veel over prijzen en lonen van die tijd met alle passieve en actieve verklaringen van de familie. Vergelijk deze getallen met de onkosten voor de studies van Guido en later zijn broer Jozef, en je kan heel wat afleiden over de sociaal-economische toestanden in de vorige eeuw ... Verder dienen we de interessante briefwisseling te vermelden tussen Guido en zijn familie : de gebrekkige communicatiemoge lijkheden van die tijd en het quasi-analfabetisme door het hanteren van de streektaal doet ons beter de eenzaamheid van de afgezonderde familieleden begrijpen en daarbij het emotionele karakter van de ontmoetingen op huwelijksfeesten, begrafenis sen, doopfeesten en dergelijke. De zorg waarmee bv. de peters voor de kinderen werden uitgekozen, toont duidelijk dat Monica uit een goed bemiddelde familie stamde. Uit dit alles dient niet te worden afgeleid dat men nu direct om dit boek naar de dichtstbije boekhandel dient te hollen; anderzijds kunnen we het boek zomaar niet afdoen als een curiosum. Iedereen kan uit dit werk putten wat voor hem belangrijk blijkt. Als buitenstaander kan ik hierbij zeker niet overgaan tot detailkritiek; wel kan men het enigszins jammer vinden dat in het boek niet meer aandacht is uitgegaan naar de politieke achtergronden — nationale zowel als plaatselijke — waarin Guido Gezelle en zijn familie evolueerden. Heel even werd Guido's optreden in de Brugse «woelige» politiek geciteerd, maar daar bleef het bij. Ook bleven de motieven en achtergronden voor het «Engels avontuur» van Guido en zijn broer Jozef vrij duister. Hoe de Gezelle’s stonden tegenover de verschrikkelijke jaren 1840-1850 — de periode van de grauwste armoede in Vlaanderen — en de gebeurtenissen van 1870 (FransDuitse oorlog, Parijse commune) is evenmin duidelijk. Maar misschien zijn dit opmerkingen, die met het uiteindelijk doel van het werk weinig uitstaans hebben. In zijn werk legde Robert Lagrain hoofdzakelijk een familiale puzzle samen, waardoor de lezer een overzicht krijgt van de impact, die de dichter en zijn familie hebben ondervonden via hun moeder. Hierin is hij mijns inziens dan ook zeer goed geslaagd. Jaak BILLIET.
36
DIVERS
— Wij danken dhr Fritz Vandendaele en mevr. Quaegebuer (beiden uit Tielt) voor de documenten die ze voor onze verzameling schonken. — Inventaris van het verenigingsleven. WINGENE. Van ons medelid, dhr Guido Lams te Wingene, ontvingen wij onderstaande lijst van verenigingen en verantwoordelijken. Beste dank. N.C.M.V. Mulier Roger, Tieltstr. 4 C.M.B.V. Mevr. Vanlaere Omer, Rozendalestr. 4 B. G.J.G. Braeckevelt Marcel. Beernemstraat 59 Fanfare St.-Caecilia De Brabandere Jozef, Hoogweg 13 Boerenbond Wingene Depestel Lucien, Sarosweg 1 Boerenbond St.-Jan Schepens Raymond, Vriesestr. 1 K.V.L.V. Mevr. Depestel Lucien, Sarosweg 1 Gezinsactie Boeren Mevr. Lambert Paul, Romerijstr. 1 K.L.J. Walter Yde, Beukendreef 2 K.L.J.M. Van Cauwenberghe Diana, Ratelingestr. 15 C. M. Maenhout Valère, Beernemstr. 12 A.C.W. Creytens Wilfried, Beernemstr. 39 A.C.V. Lescroart Willy, Zandbergstr. 5 K.W.B. Depla Wilfried, Futselstr. 28 K.A.V. Mevr. Coopman André. Kozijnhoekstr. 10 V.K.A.J. Vandewyngaerde Magda, Egemsestr. 13 K.B.G. Pyfferoen Firmin, Kerkplein 4 Brandweer Kdt Deryckere Roland, Futselstr. 13 Oudstrijders 1940-45 Braeckevelt Remi, Zandbergstr. 44 Oudstrijders 1914-18 Lievens Robert, Beernemstr. 1 Cantemus Kesteloot Georges, Pastorijstraat, Zwevezele
Davidsfonds Van Canneyt Willy, P. Termotestr. 7 Missiebond Neirinck Daniël, Hillcstwg 2 Missienaaikring Mevr. Vanlaere Omer, Rozendalestr. 4 Feestcomité Pluys André, Rakestr. 23 Culturele Raad Ryckaert Philippe, Markt 3 Jeugdraad Verhenne Eric, Pastorijstr. 42 De Mickrobe Van Overschelde Mare, Ratelingestr. 5 Ouderscomité - H. Hart, Jongens Willy Lescroart, Zandbergstr. 5 Ouderscomité - meisjes Declercq Walter, Hondsweg 2 Ouderscomité - St.-Elooi Maenhout Gérard, Hertsbergeveldstr. 4 Ouderscomité - Wildenburg Lambert Gontran, Keukelstr. 7 Ouderscomité - St.-Jan Lannoo Marcel, Keukelstr. 64 St.-Elooisgilde Wingene Nauwynck Willy, Bruggestr. 72 St.-Elooisgilde St.-Jan Vandecaveye Leon, Predikherenstr. 25 St.-Elooisgilde Wildenburg Yde Godfried, Beukendreef 2 Veebond Persyn Willy, Ratelingestr. 11 Breughelfeesten Depamelaere Noël, Bruggestr. 55 Boerensyndicaat Vandewalle André, Floogweg 12 Moeder Gezelle Verkest Hendrik, Beernemstr. 69 Milac Van Hootegem Robert, Egemsestr. 4 Volksunie Derudder Herman, Leenmolenstr. 70
39
Beenhouwersbond M illier Roger, Tieltstr. 4 Chiro Jongens Vanduynslager Hendrik, Tieltstr. 10 Chiro Meisjes Lievens Marleen, Kapellestr. 45 Voetbalclub Hoger-Op Huys André, Rakestr. 23 Voetbalclub St.-Jan Demil Florent, Leendreef 19 Atletiek Vandergunst Maurits, Hillestwg 16 Veloclub De Stoempers Van Wanseele Georges, Nieuwstr. 1 Breugheltrappers Variacker Daniël, H. Sacramentstr. 43 Duivenbond De ware vrienden De Groote Gaston, Bruggestr. 66 Tafeltennis Sinaeve Frans, Bruggestr. 5 Wildenburgse Wielersport Brengman René, Beernemstwg 73
Karabijnschutters Devooght Wilfreed. Rozendalestr. 106 Boogschutters Algoedt Wilfried, Kerkplein 7 St.-Jansvink Deroo Adolf, Balgerhoekstr. 64 St.-Elooisvink Poelvoorde Remi, Vusakkerstr. 1 Komen is Gaan Deserranno Julien Flandria-crossers Denolf Eric. Bedelfstr. 20 Beiradioclub Kesteleyn Oscar, Predikherenstr. 49 De Schakel (ROOG) Mommerency P., Strokotwijk 238 Ruiselede Zwemclub Nico Detavernier, Leenmolenstr. 47
ERRATA
Bij het artikel van K. Haazen, Notities over enkele weldoeners van het patersklooster te Tielt in de 17e eeuw, 1975, nr. 4. p. 18 : Het wapenschild rechts moet worden omgekeerd. Dan komt de beschrij ving overeen met de tekening, p. 19 : Het vierde wapenschild. In het hart staan de stukken in sabel op goud (en niet op zilver zoals de tekening uiteindelijk aangeeft). Nog in het hart : er staan niet drie, wel vijf niet-geïdentificeerde figuurtjes, p. 21 : Het Tielts Toeristje (april 1976) vermeldt dat het wapenschild van de fami lie Adornes in de kerk van Ronsele is aangebracht.
40
ADRESSEN VAN DE AUTEURS : Frans De Poorter. Hospitaalstraat 21, 8110 Kortemark. Paul Vandepitte, Driesstraat 9, 8880 Tielt. Jaak Billiet. Wingensesteenweg 108. 8880 Tielt.
leder auteur is verantwoordelijk voor de inhoud van de door hem ingestuurde bijdrage. Bijdragen verschenen in ÂŤDe Roede van TieltÂť mogen slechts overgenomen worden met toestemming van de redactie.
* '/ .
— m
J ie rw o h e tn
C
•
' *
4 1
-Z. H inttenhorp^Z ^
\ T
-z * i f "'tz
- J u ..-
d ï_ _
-OU "
ar-
J
^ . v-.
/>/7///rV V 71
~y
^
'T & ll,c h e h 'hap"
K ° e^ V
I t 'h f a w n
/
P l a i n e d e T o h Æ lu n it t
^ Z W A lX g
''ouh-iyion t tm'■>imin ^ ts r ÊsTftP
/ y J Â 'd è ^ T T P ^ -
^luiiZiltrloo'Pflk t^'c k e
& J it’i/e n ’,i//e ifc/uieeketi
0 ^ e rte tru u 'c k o ■ e t'K t’n e £ B < ? u /ü rtM .* jr ITati-toainen ‘ nJ ■ J*-u<uiJi. ~ ^O U cot ^
A tt^, 7 v
d ^ J a n 'e n
^
e % x w \ cJ ti£nfunl
C rP tp ty e " ï t<rJ)0Ïu'k
Hei*ei* \ ( i. r .i j . * * 's *
, ^ M
' ï - - i ï f « r T ....
\tvrkrtm fr
... 454 % •;.. ,
£■*
*.
M.
***£ --*,*•*VJ» â le o c n i
• ■ x.
t
j m u e !
l.
'’L ür un/ dun rai Lhf ck * -1*A l f ,.j
. L. ,/,u,
, -*ï -- u i /
« M * * ® * * ? * m * h jiK * ,
,
s " ‘:* p
1 *>taemiwu.
* .I /
TJ Td-,i lt -9
.... J?«>i
Su L I oo
r0 R
B
^
t !).
'FoOtfiAé
G
Loi
I
& fit’/lr7ll Jintch/O
'
1,
r u ',,
>./
£ Som eroen R A Y
j
HgJJeervon B r ü e in
tiluu. '\/>.vihl.i /jSa A ,lte n
'
° Belle, WiLlendri/e landeu/ieu
, Bteite t ReeeIete | 7T« 1 77>7\rj-p/, ïer *****
ter Liercke t * Food v o o r d i •<)»' ï ' j ) ) ,
o / '
*’ l . leanllcdct nest,
' X ~ . V -' « 'Heeekhoorn « •iifi-ij ATVkllekomeX -
inetn
&
C\
ç pI. *•■ .
„ ï / b le r ^ e l,
iJ f lilk e lle /.
* lA i r'jter. 'L t/jhein/\ ■ ■ /“ !
.(fu.ieletah/i.
^
V W !f j f
O
& B o eck b o o n rt
o )
ÉlerfrXnL
^oiy{Alaelo’tiiRi'l -, Moeheljfu:~^Ù%i:f.
),-Syl)en teÿ,,
ï de K t rek e
?Z
^ —* *l)/et'duri\ck **\1en l e l v k e / d '
_
.
ÇV
$
< ; > ; ,• /
* —i'Aonouten
G.A-J f
î lle lîorçt \i ■/t*L
r» V ■ r /^ T r'lyX &
,
& ,c U li? e u e ld ( M o r A ie
"0
, °
» /^"
1
J lé fh /X /A je y A a tiJ e r
,io e /tn r r l\U e A >
/£ & P .
/7/~' ' c X&Booe/’Peke " / 'ó d jl)
I^TenJa
T B , ie t l -
le/
'j
/f/omoiv
rjeq Z œ m )/ValI<yhem ^ J f .
Abelcfyipf
c:—
° '?Stm\rhoe.v
^
^
O jtijh/m >\
^ ^
^
^ i f p rie
B o sch gü ' i
Z e n d e lP
JLF^ lF
'''
a / / / r^ r /Avte/ievoi ï M f S ^ W o tw . On™ J n eVn 'ïl}L l V/ , , i U , r / / -
^
\
/
^ 9
f
■ ''/'V.Ç 3‘A',» 'yzrf.rt-jhei’/ ï, . T \ t , V
f
îllZ/x} eereohen
O r'nFix
Peteohein ■ a* °:
1
DE ROEDE VAN TIELT Heemkundige Kring voor Tielt en de gemeenten van de vroegere Roede van Tielt. Lid van het Westvlaams Verbond van Kringen voor Heemkunde
Voorzitter :
P. Vandepitte, Driesstraat 9, 8880 Tielt. Tel 051/40.17.00 Ondervoorzitter : Gh. Vandeputte, Statiestraat 83, 8780 Oost rozebeke. Tel. 056/66.60.91 Secretaris: Ph. De Grysè, Kastanjelaan 1, 8880 Tielt. Tel 051/40.18.38. Redactie : J. Billiet, Tielt, redactiesecretaris P. Vandepitte, Tielt Gh. Vandeputte, Oostrozebeke Ph. De Gryse, Tielt F. Thiers, Tielt A. Van Doorne, Gent O. Vanlaere, Wingene R. Vanlandschoot. Tielt Lidmaatschapsbijdrage : 250 fr. (te storten op P.R. 000-39841-1-32 van De Roede van Tielt, Kastanjelaan 1, 8880 Tielt). Verschijnt viermaal per jaar. Er .worden geen losse nummers verkocht.
INHOUD VAN DIT NUMMER
Enkele belangrijke publikaties
blz.42
Guido Lams, Joannes Baptista van Loken 1686-1731
blz.43
Luc Goeminne, De geschiedenis van de Hartemeersmolen van Poeke
blz.57
Het boekenhoekje van de heemkundige
blz.59
Divers
blz.60
Philippe De Gryse, Wilfried Devolder en Jozef Neirinck, Zo leefde gedurende de jongste zes maand...
blz.61
Wettelijk depot : D/1976/1624-1
Druk. E. Veys, Tielt
ENKELE BELANGRIJKE PUBLICATIES
A Wyffels, inventaris van het archief. Tielt, 1976 Zopas nam het stadsbestuur de taak op zich de volledige inventaris van het stads archief in gedrukte vorm uit te geven. De uitgave is nu op de markt en omvat zowel de inventaris van het oud als van het modern archief. Als chronologische begrenzing tussen beide delen geldt het jaar 1794 Het modern archief omvat in principe alle stukken tot 1950. In het voorwoord wordt er tevens op gewezen dat de stukken m verband met de rechtspraak, de heerlijkheden en het leenhof (tot 1794) zich bevinden in het Rijksarchief in Kortrijk. Daarvan is alleen een voorlopige inventaris op steekkaarten voorhanden van de hand van wijlen Laurent van Werveke. We kunnen alleen zeggen dat deze uitgave onontbeerlijk is voor wie ernstig archiefonderzoek wil doen. 250 fr. ( + 20 fr verzendingskosten) storten op PR 000-00255300-80 van Gemeen tebestuur Tielt. met vermelding inventaris archief, of afhalen bij Robert Vanneste op het stadhuis.
De geschied- en heemkundige kring van de Gaverstreke brengt opnieuw een jaar boek dat veelbelovend is. Voor de streek van Tielt zit er wel iets speciaals in. In een uitvoerige bijdrage van ca. 120 blz wordt de Negenjarige oorlog (16881697) in de kassei rij Kortrijk behandeld Dit betekent dat ook de gemeenten van de Roede van Tielt erin aan bod komen. Het artikel is vergezeld van een plaatsnamenindex zodat wie speciaal iets over zijn eigen gemeente wil opzoeken, gemakkelijk zijn weg zal vinden Een uitzonderlijke kans voor wie even wil terugduiken naar het einde van de 17e eeuw, die voor onze gewesten rampspoedig is geweest Dat jaarboek is te bekomen door storting van 300 (na het verschijnen 350 fr.) op rekeningnummer 068-0503010-92 van de Ge schied- en heemkundige kring Waregem.
Van Guido Vermeulen verscheen Sint-Antonius-Abt in het bisdom Brugge Deze studie volgende delen. 1) De iconografie van Sint-Antonius-Abt. 2) Sint-Antomus-Abt in het volksleven; 3) De geschiedenis van de Antometen te Belle en te leper; 4) De volksdevotie — oorsprong en evolutie — in het bisdom Brugge (o m Schuiferskapelle). Het boek (305 gestenc blz.. waarvan 93 blz geïllustreerd, in roodlinnen band met goudopdruk) kost 500 frank (+ 50 fr. verzendingskosten). Te bestellen door storting op pr 000-0854027-39 van Guido Vermeulen, Guido Gezellelaan 10. 8688 Zonnebeke
42
JOANNES BAPTISTA VAN LOKEREN 1687-1731
Pastoor Van Lokeren was een zeer omstreden pastoor. De ene schreef : «Hij was een jonge geleerde priester, die een verborgen leven leidde, een vriend van geleerdheid en onderwijs. Hij zou ge schitterd hebben, hadde hij aan 't hoofd gestaan van een Latijnse schole of een ander opvoedingsgesticht». Een andere tijdgenoot beschreef hem als volgt : «Hij was niet voor plechtigheden of versieringen om het volk ter kerKe te trek ken, zodat alles op Wingene verflauwde». Als we echter de «voorgeschiedenis» van dichterbij bekijken, be grijpen we iets meer van het lange herderschap van pastoor Van Lokeren. Pastoor Van Lokeren is geboren te Tielt (1) in 1656. Hij was pas 25 jaar toen hij onderpastoor en tevens «leermeester» werd te Pittern. Na slechts drie jaar kreeg hij zijn benoeming tot pastoer van Wingene, dus 28 jaar «oud». De parochie was reeds een viertal jaren zonder pastoor. De kerk was inde zomer 1679 afgebrand en bleef zo staan daar er weinig mensen woonden en deze bovendien zeer arm warer. De paro chie zou nog bediend geweest zijn door de Paters va i Tieit. Wingene was zo arm dat zij in 1684 haar transporten n et ken be talen. Ook de volgende jaren mocht de gemeente het bedrag, dertien ponden groot, voor de armen gebruiken. In zo'n arme ge meente kwam pastoor Van Lokeren nu aan. Als hij enige tijd te Wingene was, schreef hij in de kerkregisters deze vermaarde aantekening : «Ten jare 1687 ben ik. alhoewel onweerdig, pastor benoemd der parochie van Wingene, aldaar heb ik gevonden een ruw, barbaars en onbeschaafd volk, met een verlaten kerk, enz.» (2) Beide bovenaangehaalde uitspraken kunnen wij onderschrijven én tegenspreken.
(1) Ignatius Van Lokeren, zoon van Joannes, weduwnaar van Johanna Becuwe en van Catharina van Brabant, overleed te Wingene op 9 oktober 1715, 83 jaar oud en werd in de kerk van Wingene begraven. (2) «Anno 1687, curatus surn (licet indignus) pastor loei de Winghene, inveni populum rudem. barbarum et inscultum, ecclesiamque desertam, etc.» 43
— Groot geleerde : Pastoor Van Lokeren deed veel voor het onderwijs. Hij richtte scholen en zondagscholen in om oud en jong te onderwijzen (3). Hij schreef twee werken : «De parochiale Schole» en «De Christelijke Academie». Deze schoolboeken werden vroeger erg aangeprezen door Mgr. Van Susteren, bisschop van Brugge (4). D. Minnaert, in een meeting voor de schoolstrijd in 1879, be schreef pastoor Van Lokeren als volgt: «Pastoor Van Loke ren, Tieltenaar van geboorte was een groot geleerde, die schitterende studies deed aan de universiteit van Douay, welke destijds zo vermaard was, en die verscheidene boeken heeft geschreven ... (5). — Hij deed niet veel voor zijn kerk! Inderdaad: toen hij stierf stond de kerk van Wingene er nog steeds half afgebrand, zo als hij ze 44 jaar voordien van zijn voorganger overgenomen had. De kerk was halverwege afgesloten met een muur. Toch was de kerk voorzien van een orgel (6), waren er de nodige
(3) «Alvorens is dese prochie schuldig aen den eerweerden heer Pastor deser prochie, over den jaerlyckschen bylech van het uytdeelen van de beeldekens. binnen dese prochiekercke aen de kynderen in de cathycysmus ghedurende het verschenen jaer St Jansdagh XVI dryentnegentich; vier pon den groote, ... 1693» (Kerkrek. 1693). (4) (a) «De parochiale schoole, leydende tot de hemelsche wysheyt» door J.B.V.L.P. seer dienstigh voor de catholijke schoolieren. Ghedruckt tot Duynkercke, bij Pieter Labus in den Bloemkorf. In de Gentse editie van J. Beggijn, met approbatie van 1811, telt dit boekje 56 p.. A.C.F.F. II 354. Van hem is ook «De kleyne christelijke Academie». Over hem en zijn twee schoolboekjes, zie E. Van Heurck in «De Gulden Passer», IV (1926, 159-164 en 248-249). (4) (b) Deze boekjes dienden echter niet voor schoolkinderen maar waren beter geschikt voor geleerde mensen en hebben zelfs een letterkundige waarde. (Dr. Carton in een beschrij ving van de werken van pastoor Van Lokeren). (5) Verslag van de meeting die plaats had in de Katholieken Kring te Wingene op 30 maart 1879. (Gazette van Thielt, woensdag 2 april 1879). (6) «Aen den coster over syn extraordinaire diensten van te spelen op den ORGELE binnen dese prochiekercke van 45
kerkbedienaars (7) en kwamen de paters van Tielt regelmatig de pastoor helpen en bijstaan, zowel bij biechthoren, ser moenen als andere kerkelijke aangelegenheden (8). Pastoor Van Lokeren kende echter slechte tijden. Voortdurend was de streek betrokken in de verschillende oorlogen en was Wingene niet steeds in het slagveld gelegen, toch werden er regelmatig soldaten gehuisvest (9), grepen er plunderingen plaats en moesten oorlogslasten betaald worden (10).
Wynghene. vier ponden gr.» (kerkrek. 1691-1693). (7) — «Item is dese prochie schuldig aen Judocus Wydooghe, COSTER, deser prochie van Wynghene, vier ponden grooten over syn jaerlycx pensioen van het stellen van de oorlogie». — aen Gillis Lagache. KERCKBAILLIUY over syn jaerlycx pensioen van het luyden van de kloek drymael daghs drie ponden gr.» (kerkrek. 1691-1693). (8) «... over het tracteren van de paters commende alhier predieken ende biechte hooren, ten dienste van de ghemeente, der voorseyde prochie, vier ponden gr.» «... aen de Paters recoletten binnen Thielt over het predicken van de passie een pond grooten». (kerkrek. 1693). (9) Over een party soldaten, zoo spaansche als fransche betaald ... 1691. (10) (a) 1695 Spaansche impositie Wingene omtrent 5.000 pon den grooten. (10) (b) «Ten jaere 1704 en is het voornoemde gars (van 't kerk hof) niet connen verpacht worden, midts die maer en wort verpacht omme te snyden enne niet omme te bedrijven, en de dat men ten voornoemden jaere 1704 het kerekhof heeft doen effen, gheel inégael ende volle putten gheworden door lancheyt van tyde ende voorgaende orloghe ... voor memorie (Kerkrek. 1717, Niklaas de la Fontaine). (10) (c) «Item ontfaen van Pieter d'hooghe ende van den Heer Pastor, 't saemen een pont groot over ruffelinge van vette op het kerekhof van de GHEVLUCHTE BEESTEN, vercocht den 15 July 1706. Item breng ht den rendant noch voor ontfanek de somme van seven ponden, ses grooten vlams. Soo veele bedraghen heeft de vercoopynghe van de vet op het kerekhof bevon den op den vyfden december naer de vlucht, bij den rendant doen vergaederenende vercoopen. 7-0-6» (Kerkrekening, Niklaas de la Fontaine). 46
Steeds moesten grote bedragen geleend worden om het dorp te beschermen (11 ) en vrij te kopen, anderzijds brachten de kerk- en disgronden verscheidene jaren niets op, daar ze «vague» lagen (12) en er overal armoede was (13). Toch kunnen we sporadisch zien dat pastoor Van Lokeren de kerk liet versieren (14) en probeerde op te knappen (15).
(10) (d) «Alvooren ghecocht van Jaspaert Scheerens, eene crooserende obligatie van een hondert sesthien ponden gr. per missie wisselgelt ... tot laste deser prochie van Wynghene in daete van den vyfthienden october 1696 — opghelicht omme daer mede te betaelen de noodighe oncosten van SAUVE GARDE synde in dienste der selve prochie van den heere Maréchal de Villeroy, bedraeghende in courant een hondert vyf en dertich ponden ses schelI. acht gr ...». (disrek. Geeraert Muylle, 1715). (11) «13 oktober 1708 leent de prochie aan de dis 67 ponden gr. vl. tot betaling van DIVERSCHE SAUVEGARDEN, gehaald tot conservatie van de prochie. Dese sauvegarden werden gehaald tot Rousselaere, alwaer alsdan de Hertog van Malbarouch gelegerd was», (disrek. 1708). (12) Uit de kerkrekeningen van 1684 - 1685 - 1686 - 1687 en ook uit de disrekeningen van 1699 - 1700 - 1701 blijkt dat de kerk- en disgronden in die jaren «vaghe» lagen ofwel «verpagt voor de lasten». (13) (a) «Ontfaen by my onderschreven, van Nicolaas de la Fon taine, de somme van drie pondt gr. over het maecken ende leveren van TWALF BOSSEN ofte cassen om te imployeren in de herberghen voor den voorseyden aermen van Wynghene ten jaeren 1707. (rek. Charel Van de Walle, 1707). (13) (b) De grote oorlogsjaren weerspiegelen zich ook in het sterftecijfer. Gedurende de Negenjarige oorlog van de bond genoten tegen Frankrijk, 1688-1697. zien we het sterftecijfer in Wirigene toenemen. 1687 42 — 1688 82 — 1689 76 — 1690 72 — 169: 81 — 1692 48 — 1693 116 — 1694 202 — 1695 69 1700 53 (in 1697 werd de Vrede van Rijswijk afgesloten). (14) — 11690 «over de lampe hanghende in de kercke 2 16-8 (rek. Lieven Scherrens). — 1695 «over vier kopre candelaers 9-9-4 (rek Siivester Hellebuyck). — 1691 «Item betaelt over coop van meyen tot vercieren vande kercke H. Sacramantsdach 1691. twee sch. ses gr. 47
Wingene
48
1710 (zie voe tnoo t 15 (b))
Was de dungezaaide bevolking arm, daarbij verloor pastoor Van Lokeren ook de genegenheid en de «bate» van de kasteelheren van Wingene. De heren van Wingene. Poelvoorde en Wildenburg.
— 1697 «aen den kerckballiu over het haelen ende bezorghen vande meyen ende het uytsteken van 't vaentje 0-3-0 — 1719-1725 «Gevende den rendant te kennen dat hij den tijdt van seven jaeren heeft ghelevert ende doen cappen van syn hout, alle de meyen die 't elcken jaere in alle hooghtijden ende sulcx verheescht noodigh sijn gheweest in de kercke, ende pretendeert daerover tot vijf sch. gr. tscairs ...» (kerkrek. Jan de Tavernier 1719-1725). (15) (a) «Ghelevert tot reparatie vande kercke : Jan Clayen, coopman tot Ghendt 4.000 armentierssteenen — Silvester Houttekier, gherepareert het kerckportael — Hendrik van Eenoo, over 4.000 conynckxsteen voor de kercke van Wynghene». 4 ponden 8 sch. 4 — 7 brs. 1725 (kerkrek. 1725 Jan de Tavernier). (15) (b) Een kaartje van de heerlijkheid van den Hauweelschen gedateerd van 1710, geeft ons een tekening van de kerk en het dorpsplein. De kerk staat er met zijn scherpe toren op de middenbeuk ingeplant. Schijnbaar dus helemaal her bouwd. Het proces tegen de grote tiendeheffers voor de HERBOUWING DER VERBRANDE KERK, werd in 1712 in de Raad van Vlaanderen afgewezen en ging in beroep voorde Hoge Raad van Mechelen. De uitspraak werd pas in 1735 door zijn op volger pastoor De Busschere bekomen, «’t Hof al gezien, condemneert de verweerders te doen de behoorlijke repara tie breeder bij requeste instelder zake vermeld ...». Dat de kerk van Wingene in slechte staat was, bewijzen ons de woorden van pastoor De Busschere genoteerd bij zijn aankomst in Wingene: «Als wanneer ik, te St Jansmesse 1732 door de Voorzienigheid Gods gekomen ben aan de pastorij van Winghene, heb ik deszelfs kerke in ZEER SLECHTEN staat bevonden, alsook van zeer weinige en dan nog voor de meestendeel zeer slechte ornamenten voor zien ...». Pastoor De Busschere begon alras aan de heropbouw en Mgr. van Susteren, bisschop van Brugge, schreef na de visi tatie en herwijding van de kerk : «Winghene, ... ecclesiam habet sati splendidam». (Kroniekboek van Wyngene, deel 1, p. 132). 49
a. Hof van Wingene
In 1687 vinden we het einde van de heerlijkheid van Wingene, bij het afsterven van het geslacht van Haveskercke, de milde schen kers van dorp, dis en kerk (16). De opvolgers, de graven van Schoore bewoonden het kasteel van Wingene niet meer. Het goed, waarvan alleen de boerderij overbleef, zal dan ook weinig of niets ter verrijking of verfraaiing van de kerk bijgebracht hebben (17).
(16) Op 25 oktober 1687 zien we volgend dénombrement: «Ik. Charles François Lowi Grave van Schore, ben houdende te leene ende manscepe van onze geduchle Heere den Koning van Spanjen ... mij toekomende bij coope ten décrété ...» Hof ende Baronnije van Winghene, groot wesende achttien bun der winnende lands en 33 bunder woestine of daaromtrent ...» (Rijksarchief Brussel, acq. Rekenk. Pak n° 3110). (17) Pastoor Van Lokeren verloor de genegenheid van de kasteelheren van Wingene. Het ging zover — indien men de overlevering mag geloven — dat de Baron vari Wingene met zijn familie de kerk verliet telkens pastoor Van Lokeren op de preekstoel verscheen. Dit kwetste natuurliIk pastoor Van Lokeren. Men voegde er bij dat hij zich eens op dat ogen blik tot zijn parochianen wendde en luid zegde : «Even als gij die drie heren daar een voor een hebt zien uit de kerk gaan, even zo zult gij ze ook eens, een voor een, ten onderen zien gaan !» 50
b. Poelvoorde
Op 28 november 1689 verkocht Anselm Ing. ADORNES (+ 21 sept. 1732) aan de We J.B. D'Hane, de heerlijkheid van Poelvoorde (18). Hij stierf ongehuwd in 1718. zodat pastoor Van Lokeren in al die jaren niet veel geldelijke steun moest verwachten van de heer, die dan nog meestal op zijn andere heerlijkheden verbleef (19).
(18) Op 28 nov. 1689 verkocht Ans. Adornes zijn heerlijkheid van Poelvoorde aan Jr Olivier d'Haene : <<so over syn selven als over de douagiere ende hoors van wijlent Jr J.B. d'Haene als ghed. comm. van den procureur Daubricour, cooper van de selve bij décrété voor de somme van twee-duysent ses hondert ponden grooten». (Rijksarchief Brussel, Acquits de la chambre des comptes, nr 3110). (19) Jan Baptist d'Hane, broer van Olivier volgde hem op. Op 19 juli 1718 deed Frans Roelants, greffier van Poelvoorde, het leenverhef van Poelvoorde in naam van Jan Baptist, heer van Poelvoorde. Nieuland, Paridaen, Lubbeke, enz. Zijn kin deren werden in Gent geboren. 51
c. Wildenburg
De familie Wyts de la Boucharderie, heren van Wildenburg, die bijna 250 jaar eigenaar van het uitgestrekte domein waren, moes ten het landgoed in 1727 gerechtelijk, ten laste van W. Wyts, laten verkopen. Zo kwam het domein in handen van advokaat J. Van Hoonacker (20).
Pastoor De Busschere, zijn opvolger, schreef in 1732, toen hij hier in Wingene toekwam : «Wanneer ik in Wingene toekwam, heb ik de kerk in zeer slechte toestand bevonden, alsook weinige en dan nog voor het merendeel slechte ornamenten». Pastoor Van Lokeren bekommerde zich niet om het bestuur der kerk- en disgoederen, noch om het nazicht der rekeningen, zelfs niet om deze der altaren van O.-L.-Vrouw en St.-Marcou. Alles werd aan de willekeur van de baron of zijn gevolmachtigde over gelaten. Zo gebeurde het ook dikwijls dat de nieuwe kerk- en dismeesters aangesteld werden zonder dat de aftredende meesters hun reke ningen voorgelegd hadden en soms verlieten ze het dorp zonder enige rekening af te leggen. Al deze onregelmatigheden brachten (20) «J. Van Hoenacker, advokaat te Brugghe, cooper ten décrété van jor Guillaume f. Ferdiande Wyts, filius jor George-Ferdinande. (R.A. Brugge, aanwinst 2860). Georges Ferdinand overleed op 11 febr. 1725: «11 februarii 1725 obiit nobilissimus D. georgius ferdinandus Wyts, Dnus vulgo la boucharderie of Wyldenborgh, aetatis anno 86». (Dodenregister Wingene). 52
grote en zware processen mee en schade aan de kerk, «de ge mene arme» en de hele parochie (21). Pastoor Van Lokeren gebruikte zijn beschikbare middelen voor Tielt. Daar hielp hij o.m. met juffrouw Petrouille Van Rijckeghem het wezenhuis stichtten. Twee bijzondere giften van hem staan aangetekend (22).
(21) De opvolger van pastoor Van Lokeren, pastoor De Busschere probeerde deze onregelmatigheden van de baan te helpen. Hij gaf kennis van deze feiten aan de bisschop. Het duurde echter tot 1764 eer de pastoor zijn rechten terug kon beheren en de archieven van dis en kerk van het kasteel naar de kerk verhuisden, (nota van pastoor De Busschere in het kerkarchief van Wingene). (22) (a) Twee bijzondere giften staan opgetekend in datum van 18 april 1721 en 27 maart 1728. Krachtens deze giften mocht de pastoor van Wingene, ten eeuwigen dage, drie weeskin deren van zijn parochie in het weeshuis van Tielt plaatsen. (22) (b) E.H. Van Lokeren heeft in 1721 en volgende jaren in rui mere mate geholpen aan het stichten en onderhouden van de school der arme wezenkinderen te Tielt, aldaar opgericht door Pieternelle Van Ryckeghem en later overgebracht naar het Oudenmannehuis. Pastoor Van Lokeren had aan die Armenschool geschon ken : 1. De som van 100 pond grooten, in de handen van de Be stuurder E.H. L. Lambrecht. 2. Een hofstedeken gelegen te Tielt en een stuk land van 1300 lands, al te samen een bunder en half. 3. Verschillende hulpgelden. Deze gift behelsde, salvo juste, de weerde van 300 pond groote courant, zonder te rekenen veel onkosten van reizen naar Brussel enz., die E.H. Pastoor Van Lokeren, «uyt liefde Gods ende d'arme weezekens uytgestaen had», maar wilde dat ze in consideratie vielen opdat men ten eeuwigen dage zijne diensten «indagtig uyt inzicht van diere wel zou doen aen zijne schaepkens ende voorseyde weezekens der paro chie van Wyngene». Hij wilde ook dat deze goederen nooit tot ander doel zouden mogen gebruikt worden. Zij moesten blijven dienen «om daermede ten eeuwigen dagen in die arme school te onder houden ende volgens dezers regels ende constitutien be53
Ontfaen van Sr Danneels de Vriese. dischmeester, vyf schellingen, om te gaen haelen het H. Chrisma actum den XI april 1689 Joannes b. Van Lokeren
pastor
De overlevering zegt dat pastoor Van Lokeren de laatste jaren van zijn leven blind geworden was. J.B. Van Honacker is de laatste tijd coadjutor geweest (23).
nevens de andere arme kinders van dit gemeente in christe lijke zeden op te voeden DRIE ARME WEESDOGTERKENS der prochie van Wyngene, by hem ende zyn successeurs in de pastory van het zelve Wyngene te assigneeren». Deze akte werd gepasseerd op 21 april 1721. In het kerkar chief van Wingene is een authentieke kopie van het origi neel, geschreven op zegel van zes guldens, dat berust in het godshuis te Tielt. Daarbij steken een uittreksel uit de regelen en de constitutie van de Armschool, een kopie van 1751, een stuk voor rente van 1782. (Gedenkboek van Wingene. deel III, Fondatie te ontvangen door den Openbaren Onderstand van Thielt, pp. 166-167). (23) J.B. Van Honacker tekent op 2 juli 1731 codj. Hetzelfde jaar tekent hij deservitor. Hij tekent nog tot 11 mei 1732 Bij testa ment van 2 febr. 1785 schenkt Kan. Van Honacker aan de dis van Wingene een som van 100 ponden gr. wisselgeld met last dat er op of omtrent zijn sterfdag zal gecelebreerd wor den een zingende mis van requiem tot iavenisse van zijn ou ders, broeders en zusters en zijn ziele. 54
Einde 1697 werd pastoor Van Lokeren tot pastoor van Ardooie benoemd op voorstel van de abdis van Montreuil. Hij moest ech ter deze post opgeven en keerde naar Wingene terug (24). Op het einde van zijn leven deed pastoor Van Lokeren een gift aan de kerk. tot waarborg van een gefondeerd jaargetijde dat ieder jaar op de donderdag van Wingene-kermis moest gezongen worden ten laste van de kerk (25). Pastoor Van Lokeren overleed te Wingene op 6 oktober 1731. Het overlijdensregister, tegen de gebruiken van die tijd, heeft geen enkel woord ten beste en het zegt eenvoudig : «6 octobris 1731 obiit. R.dus D. us Joannes Baptistu van Lokeren, fs Ignatii, pastor hujus parochioe, aet. 73 annorum». Pastoor Van Lokeren, in leven een grote weldoener der paters te Tielt, schonk bij testament zijn rijke bibliotheek aan het klooster te Tielt (26).
(24) (a) In 1701 tekent A. Dullynck, pastoor van Egem de boeken en vult in : quod attestor A. Dullynck, pastor in Eeghem, in absentia pastoris. Zie ook INFRA p. 129 waar vermeld staat dat de benoeming in 1697 als pastoor te Ardooie mislukt was. Zie ook 24 b. (24) (b) De Hogeschool van Leuven had van Paus Leo X in 1513 het voorrecht bekomen sommige pastorijen en beneficiën te mogen benoemen. Zo werd te Ardooie in 1699 E.H. Van Turnhout door de Hogeschool benoemd. (Handel, der Soc. d'Emulation. 1939, pp. 105-108). (25) Fondation in de parochiekerk van den H.-Amandus. October 1. Dinsdag na Kerkwijding: zingmis en libéra — voor Pastor Van Lokeren (p. 103 Ged. III). Reductie 1920: dinsdag na Kerkwijding een gelezene re quiemmis fund. Pastoor Van Lokeren en fund. Baron Louis D'Haveskercke (p. 109). Reductie 1930 : 1 gelezen mis de fondatiën Karei de Winter — Baron van Haveskercke en Pastoor Van Lokeren (p. 113). (26) Pastoor Van Lokeren was een grote vriend en weldoener van het klooster (Ad van Puymbroeck, Klooster van Thielt, p. 243). «E.H. J.B. Van Lokeren, gedurende 24 jaar pastoor te Winghene, liet bij zijnen dood zijn bibliotheek aan 't klooster: stierf op 6 October 1731 ». (P A. Verscheure, De Minderbroe ders te Thielt, 1933). Bij navraag in Tielt en ook in de andere Minderbroeder kloosters schijnt dat van deze bibliotheek niets overgebleven 55
Aan de kerk van Wingene schonk hij zijn zilveren kelk en pateen : ÂŤWylent Jan Van Lokerene, overleden pastor deze prochie, by syn testament ... gelegateerd eenen synen SILVEREN KEILCK, ende dat naerderhandt door deszelfs hoors eensweeghs ten prouffytte van de kercke is afgestaen de SILVEREN PATENE, als synde een ghevolgh met den selven keilck, op conditie dat ten laste van de kercke ende tot laefmisse soude worden ghefondeert een jaerghetydeÂť. (R.A. Kortrijk II 1741)
G. LAMS
is. Wellicht zullen deze werken, samen met een groot deel van de bibliotheek, gedurende de Franse Revolutie verkocht of verbrand geweest zijn (zie ook p. 151). 56
DE GESCHIEDENIS VAN DE HARTEMEERSMOLEN VAN POEKE (1810)
Vlaanderen was eens een bloeiend molenland : «Flandria Molendina Terra». Een windmolen geeft aan het landschap een bijzon dere kleur en uitzicht. Rond 1850 waren er in Oost-Vlaanderen ongeveer 818 windmolens, waarvan 346 stenen windmolens en 472 houten windmolens. Van deze 818 molens blijven er in 1976 amper 40 over (5 t.h.). In de streek van Deinze bestaan aldus nog enkel de houten wind molen van St.-Martens-Latem en de stenen molen van Poeke. Deze molen is een ronde stenen korenwindmolen zonder gaan derij, op een molenberg gebouwd in 1810. De molenbouwer was vermoedelijk Karei Wibo. De molen staat op de grens tussen Oost- en West-Vlaanderen. dicht bij de gemeentegrens van Poeke en Kanegem.
Hartemeersmolen (1810). De molen na zijn restauratie in 1976.
57
De Delmerensmolen van Aarsele, en de Mevrouwmolen, de grote stellingmolen van Kanegem, behoren met de Hartemeersmolen van Poeke tôt de bekende molenlandroute rond Tielt. Deze omvat een 10-tal molens, waarvan deze te Ruiselede nog steeds in wer king is. Deze molen is 15 m hoog. De binnendiameter aan de basis van de molen bedraagt 7,5 m, waar de muurdikte 80 cm bedraagt. Deze molen omvat 4 verdiepingen of zolders : het gelijkvloers of magazijn (nu restaurant), de maalzolder (1ste verdieping), de steenzolder (2de verdieping), de luizolder (3de verdieping) en de kapzolder (4de verdieping). Het plaatijzeren wiekenkruis heeft 23 meter vlucht en weegt 4.000 kg. Het vangwiel meet 2,8 meter en weegt 1.400 kg. De oude houten molenas van 1846 weegt 2.700 kg, en de volledig nieuwe eiken molenkap weegt 14.000 kg. De vertikale koningsspil dateert nog van 1846. De molen beschikt over 2 koppels witte Franse stenen van 160 cm diameter met 2 klauwijzers en 2 lantarens of gelopen. Van 1877 tot 1974 behoorde deze molen aan de familie Delmeire, een oud molenaarsgeslacht uit Kanegem. In november 1951 werd de molen tijdens zwaar stormweder defi nitief stilgelegd, toen gevaar dreigde dat de molen onder het stormgeweld zou bezwijken. In 1976 zal de molen na 25 jaar rust, opnieuw maalvaardig zijn, onder de leiding van Roger Van Poucke uit Bellem, de vroegere molenaar.
Luc GOEMINNE
Jan Neirinck uit Aarsele pleegde monnikenwerk... Hij zocht in de 18 delen van het Woordenboek der Topo nymie van Karel de Flou alle verwijzingen naar Aarsele op. Hij noteerde die nauwkeurig en bezorgde ons het resultaat van zijn opsporingswerk. Een lijvig geheel dat niet leest als een roman, maar een belangrijk instrument is voor speurders naar het verleden. In ons 3e nummer publiceren we deze tekst in zijn geheel.
58
HET BOEKENHOEKJE VAN DE HEEMKUNDIGE
Editions de l'Université de Bruxelles, Parc Léopold, Brussel : ’ Marie-Jeanne Tits-Dieuaide : La formation des prix céréaliers en Brabant et en Flandre, 1975, XLIV + 406 + 48 blz., 1.545 Fr. * Ph. Moureaux : Les préoccupations statistiques des Pays-Bas autrichiens et le dénombrement des industries dressé en 1764. 1971, 775 Fr. * A. André-Félix : Les débuts de I industrie chimique dans les Pays-Bas autri chiens. 1971, 220 Fr. Ernest Pichal : De geschiedenis van het protestantisme in Vlaanderen. 233 blz., Standaard Wetenschappelijke Uitgeverij, Antwerpen-Amsterdam, 1976, 360 Fr. Commissie van Monumenten en Landschappen van de Raad van Europa : Het bouwkundig erfgoed. 1976, 128 blz., talrijke pentekeningen, Uitgeverij Kluwer, Deurne, 275 Fr. Edmond de Coussemaker: Chants populaires des Flamands de France (avec les mélodies originales, une traduction française et des notes). Gand, 1856. Anastatische herdruk, Werkgroep Malegijs, Kemmel-Steenvoorde, 1976. 452 blz. + 14 buitentekstplaten. Beperkte oplage : 1.000 exemplaren. 1.200 Fr. op rekening 068-0561880-83 van Malegijs te Kemmel. D. Anselm Hoste : Het Necrologium van de Sint-Godelieveabdij te Gistel en te Brugge 1455-1873. 1976. 105 blz.. 200 fr. op pr 000-1118364-51 van F.J. De Vries, 8320 Brugge 4. (Het boek bevat 522 namen van personen — monialen, weldoeners — die in en rond de St-Godelieveabdij te Gistel (tot 1578) en te Brugge (tot 1873) een be langrijke rol speelden. Deze personen zijn afkomstig uit o.m. : Oostrozebeke, Pittem, Tielt, Wielsbeke, Zwevezele). Luc Schepens : De Provincieraad van West-Vlaanderen 1836-1921. Sociopolitieke studie van een instelling en haar leden. — Lannoo, Tielt. 1976, 672 blz. - 16 blz. ill . 1.350 Fr Rosé Coombs : Before endeavours. 136 blz., groot formaat, rijk geïllust. (Dit is een soort gids over de slagvelden van W.O. I in West-Europa. Meer dan 40 blz. worden aan West-Vlaanderen gewijd). 250 Fr. (port inbegrepen) op PR 000-0437336-60 van Westtoerisme, Brugge.
59
DIVERS
— Wij danken de heren Jan Vandermeulen (Tielt), Raymond Verbeke (Tielt), Georges D'havelooze (Tielt) en Karei Debusschere (Pittem) voor de boeken en/of dokumenten die zij aan de kring hebben overgemaakt. — Klassering. Bij K.B. van 11.06.76 werd de «Sint-Caroluskerk met het neogotisch mobilair» te Ruiselede geklasseerd. — Boeken, tijdschriften, enz... gratis ter beschikking van de leden op het sekretariaat. Aanwinsten sedert december 1975. * Hugonne Verschraegen : Fotorepertorium van het meubilair van de Belqische bedehuizen. Provincie West-Vlaanderen. Kanton Tielt. — Brussel. 1974. * A. Verschuere : Deken Darras en zijn hospitaal. — Lannoo, Tielt, 1938 , 60 blz., ill. * Paul Mommerency : Zo is Doomkerke. Een historisch overzicht samen met het ontstaan en de groei van de parochie. — Hertsberge, 1976. 80 blz., ill, * Jozef Van Overstraeten : Gids voor Vlaanderen 1966. Toeristische encyclo pedie van de Vlaamse gemeenten. — VAB, Antwerpen, 1965, 960 blz. * G.F. Tanghe : Parochieboek of Beschrijving van Marialoop. — Brugge, 1861, 64 blz. G.F. Tanghe: Parochieboek van Oostrozebeke. — Brugge, 1874, 218 blz. Samen onder één band heruitgegeven in 1976 dooi Familia et Patria, Hand zame. * Koenraad Degroote : Wakken in oude prentkaarten. — Zaltbommel, 1974. 78 blz., 38 foto's. — Museumvoordrachten, Groeningemuseum, Dijver 12, 3rugge. * Zondag 30 januari 77, te 10.30 u : Landschappen van P P Rubens, door dr. Willy Laureyssens. * Zondag 27 februari 77, te 10.30 u : De Lukas-Madonna van Rogier van der Weyden, door mevr. Paulette Van Belle-Lauwers. De voordrachten worden steeds geïllustreerd met dia's. De toegang is gratis.
60
ZO LEEFDE GEDURENDE DE JONGSTE ZES MAAND ...
I. AARSELE.
1. B ij een verkeersongeval op de autostrade, op 10/2, komen twee renpaarden van de bekende stal van Remi Bals om het leven; gelukkig zijn er geen menselijke slachtoffers te betreuren. 2. Op uitnodiging van de plaatselijke CVP komt W. Martens, op 17/2, in De Gilde spreken over actuele problemen en over de komende fusies. 3. Meester Roger Lambert overlijdt te Brugge op 12/3/76. Tus sen 1926 en 1961 was hij te Aarsele achtereenvolgens on derwijzer en schoolhoofd van de gemeenteschool. Hij was geboren te Aarsele op 9/2/04. 4. In april worden de werken aan de sporthalle aangevat, (zie 1975/6) 5. De kerk wordt geschilderd en er worden nieuwe aangepaste brandglasramen in de rouwkapel aangebracht. 6. Op 3 juli «Spel zonder grenzen» op de Marktplaats tussen de brandweerkorpsen van Aarsele, Deinze, Nevele, Kruishoutem. Waregem en Gavere. 7. Wegens het aanleggen van een grote parking achter de kerk verdwijnen binnenkort enkele kleine, zeer oude huisjes, waaronder de vroegere herbergen «’t Kistje» en «De Klok ke». Ook de laatste Aarseelse openbare pomp, die achter de kerk tussen de huisjes nr 6 en 7 staat, zal meteen verdwij nen. 8. Het aanleggen van de waterleiding over de hele gemeente is nagenoeg ten einde, (zie nr 1973/126 en 1975/9)
II. DENTERGEM.
9. Onrust onder de plaatselijke landbouwers : het tracé van de geplande A 9 (Mechelen-Veurne) zou ongeveer 3 km over Dentergems grondgebied lopen en de onteigening mee brengen van circa 18 ha goede landbouwgrond. De onrust wordt verwoord in een motie, die naar Brussel gestuurd wordt. 61
10. Tussen 1973 en einde 1975 bouwde Antoine Michels nage noeg volledig zelf en alleen zijn eigen huis. 11. Een zeldzaamheid: briljanten huwelijksjubileum (65 jaar huwelijksleven !) voor Jan De Boever (thans 90 jaar) en Irma De Blauwe (thans 94 jaar). Viering op 26 januari, (zie 1971/ 18) 12. Einde januari vieren de handboogschutters Oscar Tack om dat hij reeds 50 jaar in de maatschappij «Vrij en Blij» de boog hanteert. 13. Zondag 21 /3 : jaarlijkse kinderkarnaval, deze keer onder lei ding van de nieuwe Meibruid, Caroline I. 14. In maart overlijdt in een Tieltse kliniek gemeenteraadslid Albert Lagaisse (° Ooigem 21/4/14). Hij was schoonzoon van de jubilarissen Jan De Boever - Irma De Blauwe. Zijn op volger in de gemeenteraad wordt René Vande Walle. 15. De pensioenkas « t Vooruitzicht» gaat, na 76 jaar activiteit, zelf met pensioen. Laatste voorzitter: Mare Opsomer; laat ste schrijver-schatbewaarder : Baziel Decocker, die dit ambt vervulde sedert 1933 ! 16. In aanwezigheid van een resem vooraanstaanden werd, op 3 april, de nieuwe woonwijk «Nellekenshof» ingehuldigd, alsook het nieuwe sport- & jeugdcentrum «Kernelle».
Het nieuwe Sport- en Jeugdcentrum dat de naam kreeg van ,,KERNELLE” opgericht door de Dentergemse Jeugdraad, wordt officieel geopend door Minister Vandekerckhove op zaterdag 3 april. (VIC)
17. In april wordt Willy De Neve vast benoemd als schoolhoofd van de gemeenteschool op het «Hoenderveld». 62
18. Marcel Nachtergaele, 10 jaar lang voorzitter van de Bond der Gepensioneerden, waarvan hij het ledenaantal van 100 tot 380 opvoerde, wordt nu ere-voorzitter. Zijn opvolger als voorzitter: Baziel Decocker (zie nr 15).
Na 11 jaar voorzitterschap bij de bond der gepensioneerden werd Marcel Nachtergaele erevoorzitter en liet een bloeiende vereniging met bijna 400 leden aan zijn opvolger over.
Baziel DECOCKER uit Dentergem zal wel de laatste schrijver-schatbewaarder zijn van de Dentergemse Pensioenkas â&#x20AC;&#x2122;t Vooruitzicht.
19. Einde april vieren 250 leden van de stam Van Quathem feest te Dentergem. 20. En op 29 mei is het de beurt aan VKAJ en KAJ om te vieren : 50-jarig bestaan.
III. EGEM.
21. De 23-jarige Egemnaar Geert Roygens stelt zijn keramiekwerken tentoon op het gemeentehuis van Pittem. Inleider: Tieltse dichter Gwij Mandelinck. 22. Het jaarverslag 75 leert ons dat de gemeente sinds 1975 precies evenveel inwoners telt als einde 1970, nl. 1.371. (zie 1971/23 en 1973/13) 63
Geert Roygens
23. Gemeenteraadszitting zonder burgemeester: de opcentie men blijven op 1.100. Gemeenteraadszitting met burge meester: de opcentiemen worden vastgelegd op 1.400. Dit betekent een meeropbrengst van circa 300.000 Fr. 24. Egemnaar Freddy De Geyter, missionaris in Guatemala, seint dat alles goed is met hem : op het ogenblik van de he vige aardbeving, begin januari, was hij gelukkig niet in het zwaarst getroffen gebied, waar hij gewoonlijk verblijft. 25. Op 20 maart speelt Antigone van Kortrijk «Suiker» van H. Claus in het Parochiaal Centrum.
IV. KANEGEM.
26. Franky Mussche wordt gehuldigd door Kanegem en A.V. Molenland: hij won elf wedstrijden, waaronder de «Cross der Jongeren» te Wingene en het provinciaal en nationaal kampioenschap. 27. A. Van Overbeke, burgemeester, vereremerkt wegens 25 jaar trouwe dienst aan het ACV. 28. In de tweede helft van mei brengt een reeks branden, mees tal van veldschuren, en altijd tijdens het weekend, felle be 64
roering onder de bevolking. De boeren vragen zich angstvallig af wie het volgende slachtoffer wordt van de pyromaan.
V. MEULEBEKE.
29. De mannen geboren in 1925 en die te Meulebeke op de schoolbanken zaten, werden bijeengeroepen naar aanlei ding van hun 50e verjaardag. Op de 136 zijn er nog 95 in leven. Bijna 30 stierven in hun eerste levensjaren, na de lagere school overleden er nog 12. 30. Ook te Meulebeke autowegenprotest (zie nr 9). Op een ver gadering van het Arrondissementsverbond der Boerengil den wordt er van leer getrokken tegen zowel de minister van Openbare Werken, als tegen de gemeentebesturen en de parlementsleden uit het gewest. 31. De bouw van een nieuw gemeentehuis wordt in het vooruit zicht gesteld. Het gebouw zou opgetrokken worden op het plein achter de kerk. 32. Op 21 december wordt Leonie Vandekerckhove op een grootse en uitbundige wijze gevierd door de Meulebeekse gemeenschap. Het is de vierde keer in 15 jaartijd dat Meule beke een 100-jarige mag vieren, (zie 1971/46 en 1971/217)
65
33. Gareelmaker Remi Deconinck (zie 1975/162) v\ jrdt uitge roepen tot sportfiguur van het jaar. 34. De Bosterhoutmolen blijft in zijn oorspronkelijke omgeving staan : zijn verplaatsing wordt verboden door de Commissie van Monumenten en Landschappen, (zie 1971/214 en 1974/94) 35. Momenteel is de lijnvissersclub «Ter Borcht» de grootste in de hele provincie. 36. Politie-agent Caenepeel op rust van 1 februari af. 37. In de gemeenteraad onthoudt de oppositie (BSP en Ge meentebelangen) zich bij de stemming over de begroting 1976. Op een vraag van een raadslid deelt burgemeester Abeele mee dat het sportcentrum «Ter Borcht» reeds ongeveer 22 miljoen heeft gekost. De gemeentelijke bouw- en geboortepremies worden met niet minder dan 20 % verhoogd ! 38. Te Heverlee wordt Johan Veys tot priester (Salesiaan) ge wijd. 39. Het 50-jarig bestaan van de biljartclub «Hoger Op» wordt passend gevierd. 40. Na een loopbaan van meer dan 39 jaar bereikt onderwijzer Albert Strosse de pensioengerechtigde leeftijd. Hij wordt bij die gelegenheid gehuldigd en vereremerkt. 41. Burggraaf de Jonghe d'Ardoye wint een rechtsgeding tegen de gemeente Meulebeke i.v.m. een ingewikkelde zaak van waterbezoedeling op de St.-Antoniusparochie of ’t Veld. Het gemeentebestuur ging in beroep. 42. Het Vrij Instituut voor Lichamelijke Opvoeding (V.I.L.O.) viert zijn tienjarig bestaan.
VI. OESELGEM.
43. Roger Singier uit Wakken wint de 3e zangwedstrijd in «Het Hof van Vlaanderen».
VII. OOSTROZEBEKE.
44. In december 75 voert de toneelgroep «Meer Vreugde» het stuk «4 x anders» op. Dit ter gelegenheid van het zilveren toneeljubileum van Gérard Vandekerckhove en Trees Van Acker, beiden tevens hoofdacteurs in dit stuk. 66
De toneelgroep „M eer Vreugde" voerde op 7, 8 en 13 december het stuk „4 x anders” op van Pierre B r ille t en Jean-Pierre Grédy. Hier de hoofdacteurs Trees van Acker en Gérard Vandekerckhove.
45. Vijftig jaar geleden (1925) werd de voetbalclub Scor Oostrozebeke gesticht door Gérard Verbeke, geholpen door Leon Seynaeve en Jozef Vaernewijck. Gérard Verbeke is sedert 1925 tot op heden onafgebroken voorzitter geweest. De club speelt thans in 4e Provinciale, maar speelde reeds tweemaal in 1e Provinciale. In het begin werd gespeeld op een terrein gelegen langs de Ingelmunstersesteenweg, sedert 1932 (en dit seizoen vermoedelijk voor de laatste maal) op een terrein in de Statiestraat. 46. De gemeenteraad beslist : voor 1976 geen verhoging van de belastingen. De Jeugdraad, die een toelage gevraagd had van zowat 900.000 Fr. voor speelpleinwerking, kreeg maar 100.000 Fr. 47. Een 15-tal hectaren van de vroegere hoeve «De Gavers» of «Het Hof van Calonne» (in totaal 35 ha) werden een tiental jaren geleden verkaveld in een 400-tal bouwpercelen. Ruim 275 daarvan zijn op heden reeds bebouwd. 48. Begin 1976 wordt door Roger Kerwijn een atletiekclub ge sticht. 49. Het tweede stuk, dit seizoen, van de toneelgroep «Meer Vreugde» : «Souvenir uit Liedekerke». 67
VIII. PITTEM. 50. Tijdens het jaarlijks Ste-Ceciliafeest van de plaatselijke fan fare worden eretekens uitgereikt aan José Bossuyt (15 jaar trommelen), Georges Snauwaert en Georges Vandecaveye (25 jaar spelende leden) en aan ondervoorzitter Firmin Alliet (15 jaar spelend lid en 35 jaar lid), (zie 1975/45) 51. Kampioen van België bij de nieuwelingen (veldrijden), Geert Wittevrongel, krijgt een passende hulde op het gemeente huis. 52. Als deken van de St.-Elooisgilde wordt Frans Van Huile ver kozen. Hij wordt dus de nieuwe centrale figuur op Zotte Maandag 1976. (zie 1973/32) 53. De toneelgroep Loridan’s Kring «Met Hert en Ziel» brengt opvoeringen te Egem en Pittem van «Met blote voeten in het park», (zie 1975/47 en 1975/55) 54. Aan de gevolgen van een verkeersongeval, op 7 juli 1975, overleed ere-burgemeester Elie De Laere op 4 januari 1976 in een Tielts ziekenhuis. Hij werd geboren te Pittem op 26/ 1/1910. Hij was schepen van 1947 tot 1959, burgemeester van 1959 tot 1970. Zijn opvolger in de gemeenteraad wordt Henriette AlIiet-De Coster.
68
55. Op zaterdag 27 maart 1976 wordt E.H. Orner Van Rie (° Donk 15/8/1885) ten grave gedragen. Deze grote Vlaming werd door velen uitgeleide gedaan. Deken Lefebvre hield de homelie: «In de rij van Westvlaamse priesters die simpelgroot waren, was E.H. Van Rie wel een zeer kenmerkend man». Omer Van Rie had de humaniora gevolgd aan het Tieltse college, waar hij de diepgaande invloed van De Smedt en Verschaeve had ondergaan. Hij verbleef te Pittem sinds 1963. als aalmoezenier van St.-Remi.
56. De KLJ-Pittem bestaat 50 jaar; viering in mei 1976. De Vendelgroep Telstar viert dit jaar zijn 10-jarig bestaan. De groep werd in 1966 gesticht, met als grote promotor José Spriet. De Yamashita’s (turngroep) viert zijn 5-jarig bestaan, (zie 1973/163) IX. RUISELEDE.
57. Januari : Germain Vandeweghe wordt de nieuwe bevelheb ber van de brandweer, in vervanging van Joris Van Hecke die op rust werd gesteld, (zie 1974/28) 58. In februari betrekt de rijkswachtbrigade-Ruiselede (ook be voegd voor Schuiferskapelle) nieuwe administratieve ge bouwen. De brigade bestaat uit zes man. 69
59. Op 1 mei opent de Ruiseleedse sporthalle voor het eerst haar deuren. Meer dan 1.200 mensen komen bij deze ge legenheid naar Marva luisteren, (zie 1975/194)
60. Op 20 juni viert Doomkerke 100 jaar parochiegemeenschap. Hoogtepunt : de historische praalstoet Van de hand van Paul Mommerency verschijnt een voortreffelijk historisch overzicht van Doomkerke, getiteld : «Zo is Doomkerke».
X. SCHUIFERSKAPELLE.
61. Michel Staelens (° Esen 17/9/1913), sedert juli 1972 pastoor te Schuiferskapelle (zie 1972/205), overleed op 21 januari.
70
62. Aurel Steyaert wordt voorzitter van de Vinkenmaatschappij «Die wint die lacht» in opvolging van André Vande Voorde, die eind 1975 zijn ontslag aanbood na een ambtstermijn van 25 jaar. (zie 1975/198)
63. Op 13 februari, brand bij schepen G. Quintyn. Misdadig op zet is onmiddeliijk duidelijk. Einde maart wordt de (Ruiseleedse) dader aangehouden; zijn daad was een gevolg van een oude jachtruzie. 64. G. Vandenhende, gedurende 20 jaar gemeentesecretaris, veroordeeld tot 5 jaar cel wegens een reeks oplichtingen en verduisteringen. 65. Op 4 april wordt Kamiel Six (° Geluwe 5/6/1926) ingehuldigd als nieuwe pastoor. Hij was voordien op post in Deerlijk.
71
XI. SINT-BAAFS-VIJVE. 66. Op 7 februari waren «Les petits chanteurs de Lourdes» te St.-Baafs voor een H. Mis én een optreden. De volgende dag waren ze te Oostrozebeke. 67. De fanfare «Steeds beter» hoopt in 1976 nieuwe uniformen te kunnen aankopen voor alle spelende leden. Dit dank zij een geldomhaling bij de bevolking in 1975, een flinke tus senkomst van het gemeentebestuur en het welslagen van de traditioneel geworden ponykoersen op Ommegangszondag 30 mei. 68. Toneelgroep «De Kallegasten» brengt «Het derde woord» onder regie van N. Guillemijn uit Wielsbeke. (zie 1975/72)
XII. TIELT.
69. Guido Samoy (° Izegem 6/7/1940), sinds 1965 werkzaam op het St.-Jozefscollege, wordt medepastoor op St.-Pieters ter vervanging van E.H. Vertriest. (zie 1975/179) 70. Van 21 november 1975 af tot 19 maart 1976 publiceert «De Zondag» de geschiedenis van «45 jaar K. Tieltse Sportclub» van de hand van Gilbert Ameye. Op 7 december wordt die 45e verjaardag met luister gevierd. Het huidig bestuur: G. Biebuyck, J. Vandeputte, M. Baertsoen, M. Vanhoutte (voorzitter), J. Gurdebeke (ere-voorzitter), M. Vertriest (proost, ook na zijn benoeming te Pittem), F. Warnez, G. Dhondt, R. Vandendaele en W. Debrabandere. 71. De gemeenteraad weigert, in november, wegmarkeringen aan te brengen op de weg Tielt-Schuiferskapelle : te duur. 72. Muzikaal optreden op een zeer hoog peil : het Amsterdams Strijkkwartet in de raadzaal van het stadhuis, op uitnodiging van BRT-W.-VI. en onze muziekakademie. 73. Op 20 november: feest van de 3e leeftijd. In zaal Movy. 550 aanwezigen. 74. En op 24 november brengt Zanglust een 400-tal mensen naar de feestzaal van het St.-Jozefsinstituut voor een puike belcanto-avond. 75. December : 350 aanwezigen op de statutaire vergadering van het ACV, dat voor het ogenblik zowat 2.446 leden telt. 76. E.H. Leo De Cruyenaere (37 jaar), leraar aan de meisjesnor maalschool H. Familie, wordt nationaal proost K.A.V. 72
77. Op 12 december wordt het nieuwe RVA-gebouw op de Lakenmarkt officieel in gebruik genomen. Wellicht nuttig, maar esthetisch geenszins verantwoord.
78. Na een eerste samenwerking voor de opvoering van «Juf frouw Margriet» brengen Malpertius + Harlekijn + Vermey lenfonds nu «Vive la République» van Bert Verhoye (18 december). 79. Bij waterleidingswerken wordt een 350 kg wegende Engelse bom uit W.O. II ontdekt in de Ontvangerstraat op 22 decem ber. Ze wordt daags daarop tot ontploffing gebracht in een verlaten kleigroeve te Pittem. 80. De V.U. schildert dan maar zelf die aslijn op een stukje van de weg Schuiferskapelle-Tielt (zie nr 71). 81. Oud-Tieltenaar Jozef Vergote gehuldigd te Leuven naar aanleiding van zijn 65e verjaardag. Dr. J. Vergote is profes sor aan de K.U.L.. waar hij zijn akademische loopbaan be gon als Lector in 1939. Hij is internationaal bekend als egyptoloog. Zijn jongste wetenschappelijk boek (1973) is een koptische spraakkunst. 82. Het gastronomisch festival lokt 822 deelnemers, tegen 408 in 1974. (zie 1975/218) 83. Er wordt heraangeknoopt met een oude rijke Tieltse tradi tie : er wordt een nieuw operettengezelschap gesticht onder de naam «Tielts Operettepodium». Stichters: Willy Vande Walle, Gilbert Maes, Marc Baertsoen, Jef Debusschere, Mevrouw Eric Vande Walle en Rudy Maes. 84. Op 10 januari gaat de Vrije Jeugdraad, reeds geruime tijd werkzaam, officieel van start met voorzitter Norbert Bethu73
O u d - T ie lt e n a a r Jozef, Antoon, Leo, M aria V E R G O TE werd op 16 maart 191Ü te Gent geboren.
85.
86.
87. 88.
89.
74
ne, ondervoorzitter Toon Vannieuwenhuyse en secretaris Hans Lemey. Er wordt een informatiebrochure uitgegeven, (zie 1975/90) Het Tieltse distributie-apparaat komt vrij gunstig voor uit de E.S.I.M.-studie, opgemaakt in opdracht van het stadsbe stuur en vrijgegeven in januari. Maar de studie stelt geen enkele concrete maatregel voor. Kiwanis-Tielt bedenkt in januari vijftig verlaten en gehandikapte kinderen van het Instituut H. Hart te Bachte-MariaLeerne met een nieuwjaarsgeschenk, (zie 1975/207) Vermaak na Arbeid : 50 jaar. Inzet van de feestelijkheden op 7 februari in de Gilde, (zie 1972/233) Eén enkel verrassend besluit uit de studie van J. Theys : «Studeren in het arrondissement Tielt» (A.P.T.) : voor het middelbaar onderwijs is de aantrekkingskracht van Tielt be duidend laag : zelfs Aarsele, Ruiselede en Oostrozebeke zijn voor minder dan 50 % op Tielt gericht ! Tieltenaar Mare Lambrecht behaalt aan de K.U.L. de titel van Doctor in de Toegepaste Economische Wetenschappen. Hij woont thans te Kessel-Lo.
90. Uit de begroting 1976 : 11,8 miljoen als stadsaandeel in de werkingskosten van de C.O.O. (tegen 9,9 miljoen in 1975). 91. Begin februari is het op het Tieltse stadhuis dat de Week van de Soldaat voor West-Vlaanderen voor open verklaard wordt. Dit ter gelegenheid van 30 jaar Milac-Tielt. (zie 1971 / 131) 92. Met 291 inwijkingen tegen 405 uitwijkingen, en 160 geboor ten tegen 124 overlijdens, daalt ons inwonersaantal tot 14.098. (zie 1974/54) 93. Op 14 februari wordt 50-jaar KAJ-VKAJ geestdriftig gevierd in de Europahal, waar receptie, tentoonstelling, toespraken, Eucharistieviering, breugeliaanse maaltijd voor 550 disge noten, klank- & lichtspel, en ten slotte een dansavond een rijkgevuld programma vormden. Een geschiedkundig over zicht van die halve eeuw KAJ-VKAJ werd naar aanleiding van dit jubileum opgemaakt en onder gedrukte vorm ver spreid. 94. «De Kiste», lokaal van de St.-Elooisgilde en tal van landbouwersverenigingen, kreeg nieuwe uitbaters : Antoon Allaert Hilda Verhaeghe. Simonne Desmet, die tientallen jaren de zaak had uitgebaat, gaat met rust. 95. De plaatselijke judoclub moest instaan voor het inrichten van het Westvlaams interploegenkampioenschap (10 ploe gen). 96. Dr. Leo Demeulenaere benoemd tot buitengewoon lector aan de RUG. (zie 1975/85) 97. Uit een statistiek opgemaakt door de politiecommissaris blijkt dat in 1975 de Kortrijkstraat de gevaarlijkste straat van Tielt was: op 300 ongevallen op ons grondgebied kwamen er 23 voor in de Kortrijkstraat. (zie 1974/55) 98. Vereremerking voor Bertrand Derudder, 25 jaar onderwijzer; hij is thans verbonden aan de St.-Pietersschool (B.L.O. of Bijzonder Lager Onderwijs), (zie 1974/153) 99. Fusie tussen Pro Musica (Tielt) — thans aangevuld met leer lingen uit Regina Pacis en de H. Familie; nog steeds o.l.v. Gilbert Flinnekint — en Colliemando (Klein Seminarie Roeselare; o.l.v. A. Loose). Die fusie groeide uit de samenwer king voor «Op enen Kerstnacht», LP uitgebracht einde 1974. Het nieuwe geheel heet: Tinteling. Het eerste optreden kreeg als titel : Dag lieve gekke mensen, (zie 1975/77) 100. De gemeenteraad aanvaardt voorlopig het B.P.A. «Stedemolenwijk», waardoor zowat 130 ha landbouwgrond een woonbestemming krijgen. 101. Op de eerste ientedag : 4e kinderkarnaval, met een 500-tal 75
102.
103. 104.
105.
106.
107. 108.
109.
110.
76
deelnemers, waarvoor Nice zijn «grosses têtes» even uit leende. Voor het eerst werden ook deelnemers toegelaten boven de 16 jaar; deze namen voornamelijk plaatselijke toe standen op de korrel, o.m. de ontworpen A-weg. (zie 1974/ 66 ) Van 25 maart tot 14 april stelt Pjerpol Rubenszijn foto's ten toon in Focusgalerij 5-6 te Gent, onder het thema «New-York City». De 24 foto's werden ook opgenomen in een fotoboek. Marcel Li nel au op 28 maart in het Textiel hu is gehuldigd; hij is 30 jaar onafgebroken gemeenteraadslid en provincie raadslid. (zie 1972/82). Op 30 maart weet J. Goddeeris, op uitnodiging van onze kring, een grote zaal luisteraars te boeien met zijn flink ge documenteerde uiteenzetting over de Westvlaamse pause lijke zoeaven. Op 7 april gaat in de Shamrock een drukbijgewoond paneelgesprek door over stadskernvernieuwing tussen G. Leer school (NCMV-Brussel), D. Vander Meulen (stadsbestuur Tielt) en Ph. De Gryse (J.E.K.). (zie 1975/214) De St.-Sebastiaansschuttersgilde (die minstens sedert 1394 bestaat) in haar bestaan bedreigd door het aanleggen van het nieuw sportstadion : de bestaande wip moet worden verwijderd; een nieuwe vestiging lijkt moeilijk te vinden (bij het ontwerpen van het stadion werd niet aan de schutters gedacht) en een nieuwe wip is overigens voor de vereniging onbetaalbaar: 250.000 Fr. ! Op 4 april vieren De Goede Vrienden om 125 iaar goede vriendschap en goede muziek, (zie 1971/170) Robert Denys (° Vlamertinge 1/5/1936), sinds 1/9/1962 politie-agent en sinds 5/6/1969 adjunct-politiecommissaris te Tielt, wordt met ingang van 16/4/1976 politiecommissaris te Aalter. Op 27 april meesterlijke uiteenzetting door dhr. A. Ryserhove over «De moorden van Beernem». Het duurde bijna 4 uur, voor de meeste toehoorders had het er zeker 6 mogen duren. Een activiteit van onze Kring. Bescheiden viering (16 juni) van de 100-jarige Alfons Vande Wiele. Hij is de tweede Tieltenaar die, deze eeuw, de 100 be reikt. Immers, Leonie De Leye die alhier op 104-jarige leef tijd overleed, was afkomstig uit Rumbeke. In 1932 vierde Tielt Eugenie Neirinck, weduwe Charles Benoot, toen 100 jaar oud. (zie 1975/98)
111. Op Paaszondag op Hoogserlei, twee wielerwedstrijden met matig succes : kleine deelname van renners, weinig toe schouwers. 112. Op 7/8/9 mei werd het 1e lustrum van Harlekijn gevierd met een zeer uitgebreid programma; o m. een gratis kindernamiddag, een voetbalmatch met kk-vedetten, een vrij podium (gewonnen door de groep Marjorijke uit Gent), (zie 1974/ 130) 113. Met ingang van 1976, te vinden in de kerk der Paters Min derbroeders : «Franciscus, herstel mijn huis» (verschijnt 6 x per jaar). «Het blaadje wil een bindmiddel zijn tussen de mensen van Tielt en buiten Tielt en de paters en broeders van het klooster». 114. In mei wordt dokter Ferdinand Vande Walle door zijn colle ga's m besloten kring gevierd: hij oefent sinds 50 jaar het beroep van geneesheer uit. 115. F.C. Tielt eindigt het seizoen in 2e Provinciale op de 3e plaats. De kadetten eindigen als kampioen, (zie 1975/103 en 1975/105) 116. Eerste wielerzesdaagse op rollen van AV Molenland : groot succes. Eindoverwinnaars: Maurice Devrieze en André Huys. 117. Het Vlaamse Kruis - Tielt bestaat amper 1 jaar en heeft reeds vier cursussen EHBO ingericht: er werd nu ook een zieken wagen aangekocht. De afdeling werd officieel ten stadhuize 77
Ferdinand Vande Walle. 50 jaar dokter.
ontvangen. Voorzitter is Dr. Wilfried Decreus, scretaris is Dirk Debaere. 118. Politiecommissaris L. Remmerie (in dienst sedert augustus 1956) klaagt openbaar het personeelstekort van zijn korps aan. Waar hij in 1956 effectief beschikte over 13 manschap pen, is het aantal nu gedaald tot 9, niettegenstaande bevolkingsaangroei, stijging van het werkvolume en vermin dering van de arbeidsduur. 119. Tijdens zijn jubileumjaar (nr 87) speelt de harmonie «Vermaak na Arbeid» zich, op het provinciaal muziektornooi te Tielt, naar de klas «Uitmuntendheid». XIII. WAKKEN.
120. Begin februari wordt officieel de «Creatieve Jeugdclub Uilenspiegel» gesticht. Lokaal : «D'Uilepanne», die officieel wordt geopend op 29 februari. De initiatiefnemers willen de vereniging uitbouwen tot een open jeugdraad. Er zal wor den gedaan aan sport, cultuur en feestelijkheden; men wil ook oog hebben voor de 3e leeftijd en de hulpbehoevenden. Op 22 februari start men met de popgroep Moonfreak uit 78
Kortrijk, waarvan Patrick Vannieuwenhove uit Wakken deel uitmaakt. 121. Tijdens de Mandelfeesten werd een wereldrekord «hangen» georganiseerd: deelnemers moesten zo lang mogelijk met beide handen aan de haak van een kraan blijven hangen.De 9-jarige Miet Haerynck (Poperinge) vestigde het wereldre kord met 14 minuten, 18 sekonden; de 11 -jarige Thierry Debouver (Wakken) werd 2e met 9 minuten, 6 sekonden. Alle volwassenen moesten het onderspit delven. 122. De gemeenteraad beslist : 8,5 miljoen voor het gepland ont moetingscentrum (waarvan 2 miljoen ten laste komen van de provincie).
XIV. WINGENE.
123. Maandag 24/11 : officiële opening van nieuwe gebouwen voor het Rijksopvoedingsgesticht (R.O.G.). 124. Gouden medaille voor Willy Persyn (Wingene) en A. Vande Casteele (Dentergem) in de provinciale prijskamp voor hoeveverfraaiing. 125. Er komt een nieuwe kruisweg in de St.-Amandskerk, ver vaardigd door een beeldhouwer uit Luik. 126. Het Centrum voor Sport en Cultuur wordt officieel geopend op 12 december. Er loopt een eerste tentoonstelling met werken van de Wingense schilder Jan Anseeuw. 127. Negen brandweermannen worden vereremerkt tijdens het St.-Barbarafeest. 128. Op 1 februari wordt Emmanuel Borgonie, ondercommissaris te Koksijde, politiecommissaris te Wingene. 129. Tijdens een ontvangst op het gemeentehuis worden veer tien brevetten uitgereikt aan jongeren die onlangs met succes 8 lessen EHBO volgden. 130. In het gemeentelijk zwembad wordt een redderscursus ge geven, waaraan 22 cursisten deelnemen, uit o.m. Ruiselede, Aalter, Wingene, Oostrozebeke, Brugge, Tielt en Oostkamp. 131. August Cornilly, onderwijzer en koster, is sinds 1938 be stuurslid van het Davidsfonds. Dat was wel een huldiging waard. 132. Begin mei loopt in het Centrum voor Sport en Cultuur een boeken- en platenbeurs, alsook een tentoonstelling van de Tieltse schilder Willy Verbrugge. 79
133. Medepastoor N. Maekelbergh viert op 16 mei, met familie en leden van de plaatselijke verenigingen, zijn zilveren pries terjubileum.
XV. ZWEVEZELE.
134. Het Centrum voor Cultuur en Leefgemeenschap «’t Lieverke» wordt de opvolger van «Die Minstrele» (zie 1975/134), die een tiental jaren in de gemeente actief was. Met ingang van januari 1976 wordt een bescheiden gestencild tijd schriftje uitgegeven. De vereniging beschikt ook over een eigen lokaal : 't Lieverke, in de Lichterveldestraat (voorheen café Kerlinga), dat officieel geopend werd op 2-3 april. In middels liep reeds in dat lokaal, op 5-6 en 12-13 juni een tentoonstelling van de Tieltse schilder Joris Houwen. Op 14 mei kwam E. Debrabandere spreken over : Westvlaamse spreuken en gezegden. XVI. ARRONDISSEMENT.
135. Volgende gemeenten uit het arrondissement namen aan de Boemerangactie deel, en haalden volgende bedragen op: Tielt 90.550, Pittem 60.000. Ooigem 58.200, Oostrozebeke 50.000, Wielsbeke 39.000, St.-Baafs-Vijve 38.800, Dentergem 13.120, Wingene 12.300, Meulebeke 12.000.
Ph. DEGRYSE voor Tielt
(Clichés «De Zondag»)
80
W. DEVOLDERE & J. NEIRINCK voor de andere gemeenten.
_ ^ -o "
—yd/l,iy,d e \ J V
i L
fw fc é / V ^ ,
^
71
Ar ^ --------' 5 ( d l 1revo ir
ia v e l/e
v i:/!/,w /v
-M , ‘ v ’
i
| ' */
/., v •rivej/tvrn
^
«
t '
;
V
-^ .U .r'ttu n
\‘
A-
0 //i >« tenhor ’/ ’ —T ^
r,7/f</t\ o
-Jt. -JA V ^ /& v v / vj<
y
A
J U 'U l/t’i 't
ó'.Mit'helCJhXf'
A re / /
•item
h V_Bhiiiiren l/,t't’ / J
Î
I ' / l h ’Otrm ~ n / * *■ y . . 4U. , “ « t£ P è ' ■& y P l a i n t 1 d e I o iJ r r h o u * ^ÆrV.rŸ ]ƒ le e n i l v>_ n / ^ &H'i/nern/til'
\e lt\rM . &
CandiJ
(Terre o
r
Hahot
nne’
*
i fA v i 'e k e n ^ k e n ic k e
« '/ - à
‘H a
,
/
S
T o \u r lu n it
V
7Ö
'" '
j
,t ^
^ T h u id e U fO F t ’d e u ’iille 7lölmTvve* p iT J le ^ d u r M ).J $ s m a 3 £ l Beven J T goeden /Ie r'l\o isi'knnskerke * - .* . A P o rten n irck , ° ^ /T ^ W h B e u te rtil^ K u e iiH [V -. H a titJ iW is ti f*~\cO licotr *- tH a sn k * /x o ° Ji hJacob l fZ ap. tJ ie L e n Rn......... lient. r l'/t. ï r Jlborrieri tloon ten
i
-X i& t i fila n k a e rt
.
J c m k e r.rh e v e n
rV
V
T b h / LUfffdeeole
*
-
t
ï^
± ( X j ULtt * i «t n
\
~
f o i h U i g S 1*'’’? *
-* ¥ tO
t?V.. JVi’inyeIM •
)tevae,/}K ^_
IWU'Jncone X 'd, tTKwtÆ»/-{\ \ ^JRantéH V tlttk l
&•/■ a:V....'V f
.: rr o . ' \
- i nUimerJut idn note midden0 ■dén,/a~ jl- Pireunkiil e ; ï
Wueh.vn, j \ 4P a
:
J ,, = t
r \
' t
< SUienChaS.
r T ^ V . ./ ^
\
A
(V/vliefieek
■
\X%
..._
JleeeUe ± \
b u te n d \
,r /ïr// ///■:
■ lut,
.ig
«
tdiAirrt s *8’ /
a
u
H0ipi^ek
_
j
/
OjygeChap
Hfuner, A U
d d t d r d . • TefuiiPiu a o.
'TlKv^C,ifinu, t 't
/,>,..
Œ S
*- - - ,
^ d .!'_[ *j«
jA l
,f * a ' virent
l'Aeifuiiit/Ai
j^ 0
HoogledeM. P a l e d e
•-
P etitde Steerurtratc
,
‘ j * ' “ ........... ,
n'tvuril d in r’Ak. ZiZ Af.,
-1%' / •'*J ta e n b e rv M :
\b .
*- ,
^
J 'tn r n e o A c
C r i’j -tp e p re
italaneCh. terM*----eea't l, /f/< i,lon,-'bu / U’ l'lt
,
jS ï Toorts d iJ ir te
°
J B ie /p n /\jïo d ie c k
* ,,•
J
L
^ y & S a rre n
c <' 7 /; te u te
SSTieiuapelk j j T
^
(
^ N l/d e d
Gobhtr dab. s< üim nine. o :
V
aV i
*1
ieGuelkeiy?
ek/Xtet mp i p
'deChc
ÂJhruye re('ah '
Hen in
1
>.^Z,
ivacgj*
i/u/et
,.
J h ’.rrA *
S v m r r it m
>J - l / j ^ ,V i / Ji >
X
V ' * i,’
« . . „1,8-
S é të m W
V 7/<’/h> lu '/■</<’/ ’
m
ÏW
iX ,
4 M . r
J ir r r tc J te tr e
B t; v ,/ ‘ 1,1 /,/-^'
ii' i ,
<.
k
r À v A B r /lr/n H rv jtU '
^
/•
i
B r U rm
i » .. « » AtD.ltl 1.7.•v ,./fW *BH// ;/, >-W , w Ai ^x ^
° B e lle J>n
MiU'ê •vorJe !>V>V
IViiirvdrter
ftex/i ten H u lk -L
i/drXn Iddua m m ite k
tRecelete ^ >
tc r llr r c k i
1,
m -- *
- O
«
1 ‘opJ v o o r d o*
in i
° ) K-'
11
■
£ ftM K
sBoeckbooj'n
è m^ ; T
^
7’/ ? ^
\
u ’>'
^
(7*
,/ I[acTMo/l
^ '! A
erQr,m( t
-B j i <<’
XAbehiiap,
‘ B C d J T t
Bu.iel'otd/
x .■' ' ^
A la r & iu p r l -. ? t; Ua rotte ' 0
R d id ,,/,,^ v
jB/imvCtuip Mu..-. r y , * , R * \ 4 & z y / H, .inne,fli<’>rr -^ , r ° \
^Tm daIe.
r\/U 9 d d ------
i ¥ , ^
_ l
/
f
a
<>7
-*™ t
, ,A 'tinVh'ooty .
-l j A ï i t t r
° ÏP rtrtih rm )" r
u?i3f, Hp,'jlm<.r° ï •<' •X’ ’
t uttdprvhf .®X-A-rX^r>,^
JejïHfa Hôpital.
V.1,/,yu>l/lt’ï>.
'ef'O
MülaiieCh /v - os '- - if v <* î M d i’-.ÇLire/ ^-<;■••■_. . * ^ \ }^ ^
^ 'C l’f u it rs*(
° fb \L A r e i- ie
J tip r r k ifl
On a r knort t.
,/<’ LiTruir tmim xi OOo ‘
^7 _j.
J ° t'Wifc/nÿÀÿ 'jijpedelt __S
R u tr c r d e /; C r tfiU f/
( oi/crf/lein Tc'i »//i i hw<
*
x°
v ^ ' ^ d^Bamedn dV llrhèrk,^, ^ , j1 (I \ Y| V iïi, , thuj/irm \ \ J ) / o , ' j i v i F V
'■Jroonkm j/lot/o/zet/i$?.U.
’ j x>> ®
i'Ax; j iTJuuo Chat o Ziiushjuten ‘ 0 :y,~
”C f " °
tv . C7>.
^
~*
& /; a m je v e /d (
V \trlSoryf- ' ; i ' & Z s lv>
j
T \d
V>
Ji-Rih’.•'/>?<•/(,•
j
/JA iy>t yjr. ^ i ' : ■
^ " tarhrlrti , V t i
^ jj
1,roti^~7~^ zjh e f'd itm ck
>) i/' x
\lT tilly fte -
\,n "'d u' ( 7
,
' ) ± '] " y d £ o n A r . £ _
iLBoj-ch L v n d r,
*
Virf\rj'é>/n 'i ' A )'., JranJxdn 'm SJ',U" W *'>, . ■vrhtrn O
I ) i VN '
çfd'Utrrcjl
irlueWtrnSin
Vh/oirdl^), 1/ nota
.drvere^
a
aer'/wit t ' ' " ' ' iV ’ " /* W W / jr
kt
*>h,3 eelr
j^ m n è k o .
"? • J* Ulr/dAip^jp ^
■3- \
T.andeijfu .R,v vV
*-
*
Hhat-.du.Vw f* 5
i - • '" • " 7 ;
r.„<
‘AttknujU\r
ONTELBAAR
zijn de diensten die de Bank U kan-verstrekken zowel wat geldbeleggingen als wat kredieten betreft. Een goede raad ... bespreek in vertrouwen al uw financiĂŤle zaken met een deskundige van de
BANK VAN ROESELARE EN WEST-VLAANDEREN
zo wint U zeker tijd en geld !
Agentschap Tielt, Markt 24
DE RO EDE VAN TIELT Heemkundige Kring voor Tielt en de gemeenten van de vroegere Roede van Tielt. Lid van het Westvlaams Verbond van Kringen voor Heemkunde
V oo rzitte r :
P. Vandepitte, Driesstraat 9, 8880 Tielt. Tel 051/40.17.00 Ondervoorzitter : Gh. Vandeputte, Statiestraat 83, 8780 Oost rozebeke. Tel. 056/66.60.91 Secretaris: Ph. De Gryse, Kastanjelaan 1, 8880 Tielt. Tel 051/40.18.38. Redactie : J. B illiet, T ie lt, redactiesecretaris P. Vandepitte, T ie lt Gh. Vandeputte, Oostrozebeke Ph. De Gryse, Tielt F. Thiers, Tielt A. Van Doorne, Gent O. Vanlaere, Wingene R. Vanlandschoot. T ie lt
Lidmaatschapsbijdrage : 250 fr. (te storten op P.R. 000-39841-1-32 van De Roede van Tielt. Kastanjelaan 1, 8880 Tielt). V erschijnt viermaal per jaar. Er worden geen losse nummers verkocht.
INHOUD VAN DIT NUMMER
Jan Neirinck, Aarsele in Het Woordenboek der toponymie van Karel De Flou
Wettelijk depot : D/1976/1624-1
blz. 85
Druk. E. Veys, Tielt 81
A A RS E LE
in het Woordenboek der Toponymie (18 delen) door Karel de De Flou, Gent, 1e en 2e dl, verschenen resp. in 1914 en 1921 Brugge, 3e-18e dl, verschenen resp. in 1923, 1924, 1925, 1926, 1927, 1928, 1929, 1930, 1931, 1932, 1934, 1935, 1936, 1938.
Opgesteld door Jan Neirinck aan de hand van de Indices op het Woordenboek der Toponymie door D. Floribertus Rommel O.S.B.. Steenbrugge (Sint-Pietersabdij), 1953.
Jan NEIRINCK
83
Een tijd geleden dntvingen we dit ÂŤhistorisch documentÂť. Het is niet gedateerd en werd gedrukt door G. Horta. â&#x20AC;&#x2DC;Kan iemand ons aanduiden om welke folkloristische gebeurtenis het gaat ?
84
WOORDENBOEK DER TOPONYMIE
1ste deel
97
98 130
134
AENEBILCK : een stuk land. den Aenebilck. ± 1700 (Reg. Th. ten Hove, 2, 13). AENSBEKE : een heerlijkheid. ... dans la commune d ’Aerseele, seigneurie d'Aensbeke, châtelle nie de Courtrai. 1449 (Invent. Courir., I, 205). Aanmerking : wellicht is Hansbeke bedoeld geweest. AENWYS : een herberg. 1859 (Carte V. d. Maelen). AERMEERSCH BEELC : land te Aarseele. .C. Ixiiij. roeden lands, heet de aermeersch beelc. 1432 (Even Rente Aersele, f. 4). AERMEERSCH HOFSTEDE : land te Aerseele. .xciiij. r. lands gheheeten de aermeersch hofstede. 1432 (Even Rente Aersele, f. 4). AERSEELE : een gemeente van het arrondissement Thielt. in Arcela mansum unum. 1037 (Chart. S. P., I, 84); Arcela. 1037 (Cart. S. P., I, 119); ecclesia de Harsella, 1119 (Cart. Thér., 430); + Gualterus de Harcele. ± 1130 (Cart. S. Bav., 35); in Hersele in castellania Curtracensi. 1164 (C. S. P., I, 296); quandam terram in Arsella et in Curna iacentem. 1198 (Nonnenb., 73); + S’ Boudewijn van Arcela. 1206 (Aers., 99); Et Willaumes Darsiele doit ceste rente ... 1225 (S. Mart. Tournai, I, 317); ... dat ic Lodewijc van Arsele, riddre, ... 1274 (Vad. Museum, 3, 432); Item in parochia de Arsela. 1280 (Chart. S. P., I, 401); Pieter van Arselle. 1280 (Cart. S. Mich., 63); Pieter van Arsele (Cart. S. Mich., 63) Item in parochia de Arse le, ... 1281 (C. S. P., I, 896); Jan van Aersele. 1302 (Inv. Arch. Brug., I, 143); Jans wedewe van Harsele. 1302 (Inv. Arch. Burg., I, 97); Jans wedewe van Harsele. 1302 (Fland., XIII, 422); Jehan de Arsele, eschevins. 1304 (Inv. Arch. Brug., I, 196); En arsele. 1304 (Rol balj. Courtray); ... gisant en Ie paroche de Arsele. 1307 (Charte fonds S. Génois n° 1175, Staatsarch. Gent); Jan van Arsele. 1319 (Cart. S. Mich., 48); Pieter f. Jans van arselle. 1326 (Renten Syss. en Oed., f. 32); Gilles de Arsiele. 1328 (Inv. Arch. Brug., I, 395); Arsielle. 1330 (Emul., 22, 200); + S’Pieter van Arsele. 1331 (Inv. Arch. Brug., I, 432); + (Si)gill ... iohann ... de harsela. 1339 (Sceaux de Fland., I, 135); Item van Fransen van Aersele. 1342 (Rek. Gent, 2,168); ... ligghende in de prochie van Arcele. 1363 (C. S. Mart., 2, 420); Pieter 85
136
van arsele. 1364 (Carthus., f. 40); Joncvr. Beele van Pouke, xv. b. te Aerseele. 1365 (Cout. Courtr., XXIV); van mer Woultre van Eersele. 1380 (Rek. Gent, 5, 176); Ghecalengiert een olivier van poucstraets goet in aerssele. 1381 (Rol. balj. Thielt); Johannes de arsele. 13... (S. Salv., f. 28); Dits de Rente van Arsele, ... XIV°e. (Rente Ars., f. II); Balduinus de Arsele. XIV°e. (Nécrol. S. Jean, Gand, 213); In Haersele. 1402 (Kring Kortr., 6, 75); Aerssele. 1413 (Frag., 2, 73); In Aerssele. 1415 (Dent., f. 25); ... jn aerssele. 1415 (Dent., f. 56). Even Rente miins heeren vanden gruuthuze in Aersele. 1432 (Even Rente Aersele, f. 1); Dit es de Rente midsgaders dmout ende pennynckschult myns heeren vanden gruuthuuse jn aersele. 1443 (Rente Gruuth., 84); ... dans la commune d'Aerseele. 1449 (Invent. Courtr., I, 205); Ecclesia parochialis de Aersele. 1455 (Ann. ecclés., 1911, 100); Djt es de rente van aersele die men ghelt een waerven siaers telken lichtmesse. 1457 (Scalclede, f. 35); Van .ij. ghemeten merssche in aerssele. 1474 (Dent., f. 43); Hier naer volghen de bu ten prochien. Eerst jn aersele. 1474 (Dent., f. 53); Aerssele. XV°e. (Frois., 209); Arsele. XV°e. (Froiss., 329); Dit naervolghende es de rente van aersele diemen ghelt een waerf jaers telkent lichtmesse. ± 1510 (Wulpit, f. 9); Aerseele. 1541 (R.P., 1906, 243); Caneghem ende Aerseele. 1548 (Rtb. S. P. xj); Dit zyn de Renten gheleghen in Aersele, ... 1548 (Rtb. S. P., Ixvij); Ruuslede, Aerchele ende Cane ghem. 1548 (Rtb. S. P., Ixxxxvj); In Arseele. ± 1556 (Oyghem, f. 9); Betaelt den trompers van Arsele van in sente Pieters ommeganck te trompene, ... 1572 (Aars., 100); Aersele. 1613 (Aers., 5); In de prochie van Kerseele'l. Aerseele». 1614 (Comm. Caestre, f. 165); Aertzele. Latijnsche oorkonde van 1617 (Fragm., I, 39); In de prochie van Arseelle. 1629 (ten Broucke, f. 9); In de prochie van ar seele. 1635 (Aers.-zantv., f. I); Noort de prochie van aerselle. 1637 (Dent. Th., 10); Aerseele. 1641 (Kaart in Sanderus, 2, 412); ... seig neur de Tilleghem, Edewalle, Eerzeele, Terwalle, etc. 1643 (Mergh., Epit., 44); Pieter Poucke, temmerman, van hantwerck gedaen in de coorenmeulen tot Aertseele. 1648 (Aers., 101); Arsele. 1650 (Carte Bleau); Aerseele. 1651 (Aars., 102); ... binnen der prochie van Aersele. 1665 (Landboek Denterghem, art. 37); binnen de prochie van ... Artsele. 1686 (Schalckl., I); Arseele ende vinckt. 1690 (Vlienderghem, f. 2); Aerseele. 1695 (Aars., 7); Daer den voetwegh van thielt naer Aersel ligt. 1725 (Gheijse th., f. 17); ... het ghescheedt van thielt ende aersseele. 1725 (Gheijse th., f. 27); Jor ... Cobbrijse, heere van harsseele, 1726 (Wat. Woumen, 21); de prochie van Aerseel. ± (Reg. Th. t. Hove, 2 , 1); Aerseele. 1744 (Car te Frickx); jegens tgescheet deser prochie ende Aersseele. 1762 (Caneghem, I, 44); ... in Aerzeele. 1764 (Aerz. Straetsch., f. I). De straete van aerseele naer ... 1764 (Aerz. Straetsch., f. 20); Caene86
138
139
175
239
252
267
287
ghem en Aerseele. 1790 (Canegh. Caerteb., 2° canton); Aerzeele. Arr. 14 fruct. an III; by d’Hof-stede van den borger Van Arzecle. 1796 (Adv.); en la Commune d’Arzeele. 1798 (Adv.); haertseele. XVIIl°e. (Leenen van Oyghem, f. 7); Aerzeele. 1818 (Régi. Platte land); Aersele. 1820 (Carte Waterstraat); Tusschen Thielt en Aer seele. 1823 (Tableau); Caneghem en Arzeele. Juni 1825 (Ad.); Te Aerzeele. Dec. 1825 (Adv.); Aerzeele. Gemeente. 1826 (Naaml. 5); Gemeente van Aerzeele. Juni 1834 (Adv.); Aerseele. Wet van 30 Maart 1836; Aerseele ou Aerzeele. 1836 (Dict. V. d. Maelen, 2); Ar zeele. 1840 (Barrières); Aerzeele. 1850 (Kaart V. d. Maelen); Te Aer seele, ... 1860 (Adv.); Aerseele. 1875 (Carte Guerre); Aerseele. 1880 (Carte Popp.); Aarsele; 1903 (Comm. Speling); Aerseele. Zie ook / Bec d’Arzeel. Familienaam : Van Aerseele, Van Arzeele, van Aersel. AERSEELE-CAPELLE : een wijk van Caneghem en Aerseele. Aerseele Capelle. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 62); Aerseel Capp. 1641 (Kaart in Sanderus, 2, 412); jeghens de straete, zoomen van duijpelbraeme gaet naer aerseel cappelleken. ± 1700 (Reg. Th. T. Hove, 2, 24); Aerseele Cap. 1744 (Carte Frickx); Straete commende van aerzeele Capelle naer den aert van Gotthem op de Suijt Leije 1764 (Aerz. Straetsch., f. 12); Aerzeele-Kapelle. (Eene w ijk te Caneghem. 1842 (BW.); Aerseele-Capelle. 1880 (Carte Popp.). AERSEELE-KAPELLE : een herberg. 1842 (BW.). AERSELE COUTERE : een kouter te Aerseele. Ligghende jn aersele coutere. 1548 (Rtb. S. P., Ixix). AERSEELE LANDT : landen behoorende tot het leengoed van Aer seele, in Dudzeele. AERTZEELE MEULEN : de molen der parochie Aerseele. ... jegens den heirwech, zoomen gaet van thielt naer aertzeele meulen. ± 1700 (Reg. Th. t. Hove, I, 26). ACKERKIN : een stuk land. Land ... was gheheeten Dackerkin. 1432 (Even Rente Aerseele, f. II); dAckerkin. 1443 (Rente Gruuth., 99). AMMEKIN : een kleine meersch. een meerschelkin heedt dammekin, ligghende ande noortzide van houtkins brugghe. 1443 (Rente Gruuth., 92. ANKELAARBEEK : een waterloop. de Anklaarbeke. 1880 (Waterloopen); de Ankelaarbeek. 1905 (Lijst). APPELBRUG : een herberg. Appelbrug, cabaret. 1850 (Carte V. d. Maelen). APPELBUIZE : een duiker te Aerseele. 1842 (BW.). AREMEERSCH BEILCK : een stuk land. 87
314
315
405 420
421
425
573
C. Ixiiij R. lands heedt de aremeersch beilck. 1443 (Rente Gruuth., 89). AR(R)EMEERSCHEN : meerschen te Aerseele. De Arremeerschen, behooren(de) tClooster van Baudeloo, in Gent, te Aerseele. 1636 (Renteb. Thielt-ten-Hove, art. 99). AREMEERSCH HOFSTEDE : een stuk land. Jan vander hulst ■xciiij- R. lands gheheeten de aremeersch hof stede. 1443 (Rente Gruuth., 89). ARTEMEERSCHEN : meerschen te Aerseele, Caneghem en Poucques. Met de hartemeersch, noort streckende lancx de beke. 1690 (Viienderghem, f. 114); de Hartemeerschen, te Aerseele. 1790 (Aars., 94); den Artemeersch. 1842 (BW.); de Hartemeersch te Poeke. 1906 (Lijst); den Hardenmeersch, te Poucques. 1907 (Adv.); de Artemeerschen. 1910 (Lijst). ARTEMEERSCH-BRUG : een brug te Aerseele. 1842 (BW.). Artemeersch-Buize : een duiker te Aersele. 1842 (BW.). ARTEMEERSCH-STRAAT : een weg. de Artemeersch-straet. 1842 (BW.); de Artemeersch-straat. 1902 (Lijst). AXPOEL-MOLEN : een molen te Aerseele. 1843 (BW.). AXPOEL-MOLEN-STRAET : een weg te Aerseele. 1842 (BW.). BAELBERGHE : een leengoed zijnde eene hofstede, te Aarseele. te Baelberghe. S.d. (Aars., 43); van 'lx' R. lands ligghende jnden baelbeerch. 1443 (Rente Gruuth., 98); Baelberghe, 8 bunder, 272 roen. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 117); een leen ... genaempt baelberghe, ... consisterende eerst in eene behuysde hof stede, met den waterput op de zuijtoost zijde van den hove, e tc .... ± 1700 (Reg. Th. t. H„ 2, 24). BAELBERCH : een stuk land, afhangende van het leengoed te Baelberghe, te Aerseele. Een Stic lands heet den baelbeerch. 1432 (Even Rente Aerseele, f. II); den Baelberch. 1443 (Rente Gruuth., 98); den Baelberch, 249 roen. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 237). BAENJAERT : een stuk land. den Baengaert. 1443 (Rente Gruuth., 92); Aenden bainjaert gheordonneert de straete te verbreeden. 1764 (Aerz. Straetschauw., f. 29). BAUDELOO : een hofstede en leengoed, benevens een kapel, af hangende van het klooster van Baudeloo, te Aerseele. Item, domi no de Boudero (sic). 1455 (Ann. eccl., 37,107); tcloester te Bodelo. XV°e. (Froiss., 534, 536); tgoet van Baudeloo, oost de Poucstrate. 1548 (Rtb. S. P., Ixix); ’t Goed te Baudeloo. 1676 (Aers., 8); in aer seele: de heerlykheid Baudeloo. XVIII°e. (Reg. C. Carton, IV); Baudeloo/1. Baudeloo/. 1836 (Dict. V. d. Maelen, 2 en 5); Bauwloo, 88
574
635
642 644 651
776 777
786 840
ferme. 1846 (BW.); Baudeloo, wijk. 1846 (BW.); ferme de bameloo. 1850 (Carte V. d. Maelen); Baudeloo, chapelle. 1877 (Carte Guerre); Fe de Baudeloo. 1880 (Carte Popp.); Baudeloo. 1906 (Kaart Wvla.). Aanmerking/ is een oude boerderij der voormalige abdij van Bau deloo. BAUDELOO-BOSCH : een bosch te Aerseele. vanden bussche van baudeloe. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 10); een ghemet lands ... an doostzide van Boudeloo busch. 1443 (Rente Gruuth., 98); den Bouloo Busch. 1443 (ld., 106); het Boudeloo-Bosch. 1907 (Lijst). BAUDELOO-DREEF : een weg te Aerseele. 1908 (Lijst). BAUDELOO-LINDE : een groote lindeboom, geplant in 1638 en ge veld in 1847. Baudeloo-Linde. 1638-1845 (Aers., 6); Bauwloo-Linde, arbre. 1846 (BW.); Bameloo Linde. 1850 (Carte V. d. Maelen). Baudeloo-Meersch : een meersch. Der Muenkevan boudeloe, een Stic meerschen. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 14); Ande oostzide vanden boudeloe meersch. 1432 (ld., f. 16); ligghende an doostzyde vanden boudeloo meersch. 1443 (Rente Gruuth., 105); den Meirsch van Baudeloo. ± 1700 (Reg. Th. t. Hove, 2, 32). BAUDELOO-STRAET : een weg te Aerseele. 1902 (Lijst). BEECKSTUCK : een stuk land. Sr Jacobus de brabandere aen sijn beeckstuck, ... 1764 (Aerz. Straetsch., f. 28). BEELEMEERSCH : een meersch te Aerseele. de westzide neffens de beelemeersch. 1443 (Rente Gruuth., 94). BEELPUT : een waterplas te Aerseele. 1901 (Lijst). BEELPUTBEKE : een waterloop te Aerseele. 1880 (Wtl.). BEERNAERTS BEELC : een stuk land. ... ende es gheheeten beernaerts beelc. 1432 (Even Rente Aersee le, f. 7). BERENBOSCH : een bosch te Aerseele. 1907 (Lijst). BERCH : een stuk land. Van eenen sticke lands, heet den beerch, groot een bundre. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 6); 'Ixvj' R. lands ligghende beneden Jans muelene vander eecke, gheheeten den fontein beilck, neffens den berch toebehoorende dhoyrs crane. 1443 (Rente Gruuth., 91); van 'j' sticke landts heedt den beerch groot 'j' bunder. 1443 (Rente Gruuth., 92). BERGE : een leengoed te Aerseele. t ’ Leen ten Berghe± 1700 (Reg. Th. t. Hove, 2, 40). BERCHIN DAM : een plaats te Aerseele. 89
844
845
889
940
Van 'iiijxx' Roeden meersche jnde smaelmeersch anden berchin dam. 1474 (Dent., f. 53). BERNAERT : land. Deselve, jnden bernaert oost vander selver stede / de stede te berbaerts/. 1443 (Rente Gruuth., III). BERNAERTS (de stede te —) : een hofstede. 1443 (Rente Gruuth., III). BERNAERTS BILCK : land te Aerseele. van C. xxiij R. eerven ligghende ande noortzide van gs tashuuse ende es gheheeten bernaerts beilck. 1443 (Rente Gruuth., 93). BETSBRUGGE : een heerlijkheid. Olivier van Betsbrugge. 1418 (Aud. Meng., 4, 420); Eloy van Betsbrugghe. s.d. (Aars., 4); jegens den landen van rijcke ende eloij van betsbrugge. ± 1700 (Reg. Thielt-ten-Hove, 2, 25). Familienaam : Johannes van Betsbrugge, te Aerseele. 1906. BEYAERDS (thof te —) : hofstede en land te Aerseele. Van 'vij' ghemeten lands, lettel min of meer, gheheeten tgoedekin te beyaerds, ende es eene behuusde stede al deen an dandere coppelende. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 5); van 'vij' ghemeten, gheheeten tgoedekin te beyaerds, ende es eene behuusde hof stede al deen an dandre coppelende. 1443 (Rente Gruuth., 91); tHof te Beyaerde, vervallen hofstede, 300 roen. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 226).
2de deel
32
BIESTKIN : een stuk land. Item .j. Stic heet dbiestkin. 1432 (Even Rente Aersele, f. 19); van eenen sticke lands heetet biestkin, groot 'c' R. 1443 (Rente Gruuth., 92). 43 BILKBOSCHBEKE : een waterloop. 1880 (Wtl.). 56 BINNENWEGBEKE : een waterloop. 1880 (Wtl.). 131 BLAUWHOF : een hofstede. 1909 (Adv.). 145 BLEEKEN MEERSCH : een stuk meersch. Item de zelve, sbleeken meersch groot .Ixxxxvj. roeden. 1432 (Even Rente Aersele, f. I). BLEEKEN STEDE : een hofstede. 90
199
333
340 366 417 429
473
579
581 603 788
Ande noortziide van sbleeken stede. 1432 (Even Rente Aersele, f. I). BODEM : een meersch. Een bunder meersch ... gheheeten den bodem gheleghen inde gavere. 1432 (Even Rente Aersele, f. 9); Een bunder meerschen ende xliiij R. gheheeten den bodem, gheleghen jnden gavere. 1443 (Rente Gruuth., 96); den Bodem, meersch, 120 roen. 1636 (Rente boek Thielt-ten-Hove, art. 193). BOOCHSTAEL : een stuk land. Een Stic lands gheheeten (sic) de boochstael. 1432 (Even Rente Aersele, f. 12); een stick lands gheheeten den boochstael. 1443 (Rente Gruuth., 97); Den Boochstael, land, 2 gemete. 1636 (Renteb. Th.-t.-Hove, art. 269). BOOMFOREST : een bosch. Aerzeele : t' Boomforest. 1810 (Arch. de la Tour, pak 538). BOONENS BOSCH : een bosch. 1907 (Lijst). Familienaam : Boone. BOSCHKEETE : een stuk land. 1784 (Aars., 108). BOSSCHE ('t Goed ten —) : een hofstede, oud leengoed, te Ruysselede en ten dele op Aerseele. In Ruussele, ... een leen ghenaempt theerscip ten bossche. ± 1556 (Oyghem, f. 5); In t west hende vander prochie aldaer onder theerschip ten bossche genaempt het Westaemsche. XVI°e. (Dîmes, art. 228); zuut ’t Goet ten Bossche. ± 1620 (Fragm. landboeck v. Ruysselede, f. 14); 2 sticken lants gaende met den goede tenbossche. 1644 (Thienden Ruusselede, 64); ten Bosse. Eene heerlijkheid on der Aerseele. 1762 (RP., 1908); ten Bossche. Een leengoed te Aarsele. s.d. (Aars., 43). BOUCKBUSCH : een bosch te Thielt-Buiten. Gruuthuiszerk : den boukbusch. 1729 (Th. Buyten, I, 341). BOUCKE : een leengoed, toebehorende aan het kapittel van Door nik, te Aerseele. 't Goed ten Boucke. 1636 (Renteboeck Thielt-ten-Hove, art. 285). BOYS HOFSTEDE : hofstede en land. zijn stede groot. I. roeden gheheeten boeys hofstede. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 8); groot C. Roen gheheeten boys hofstede. 1443 (Rente Gruuth., 94); Boys hofstede, 100 roen land. 1636 (Renteboeck Thielt-ten-Hove, art. 167). Brabanderstraet : een weg. 1846 (BW.). BRAEMBOSCH-HOEK : een wijk. 1846 (BW ). BROEK : land te Aerseele. De selve, den brouck groot .iijc. Ixxiiij. R. 1443 (Rente Gruuth., 84); c. Ixiiij R. lands ligghende jnden brouck neffens willems poorters lande was. 1443 (Rente Gruuth., 94). 91
832
938
1009 1088
1109
1123
BROUC OVER DE MEERSCH : een stuk land. Een sticlands heet inden brouc over de meersch. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 17). BRUGHSTOCK : een voetbrug. Mitsgaeders eene Leene te doen aenden Brughstock. 1764 (Aerz. Straetsch., f. 29). BUIZEKESBEKE : een waterloop, uitloopende in de Bilkboschbeke. 1880 (Wtl.). BUSCH : een stuk land. Een Stic lands heet den busch. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 10); Een Stic lands ... Heet de busch. 1432 (ld., f. II); een stick lands heedt den busch. 1443 (Rente Gruuth., 98). BUSSCHE : een leengoed, zich betrekkende in de gemeenten Aarsele, Thielt, Oyghem, Ruysselede en Wyngene. /Een leen / Ten Bussce, / in Ruslede, Thielt ende Winghene /. 1348 (Inv. Arch. Brug., I, 503); ten Bussche. Eene heerlijkheid zich betrekkende op Ruysselede, Thielt, Wyngene en Oyghem. 1635. (RP., 1898, 226); Theerschip Ten bussche, jn Ruuselede, Thielt en足 de Wijnghene. 1635 (Ten Bussche, titel); Up de hofstede ghenaempt tgoet ten bussche,... oost tgoet ter vlaecht. 1635 (ten Bus足 sche, f. I); Bussche. Eene heerlijkheid te Ruysselede. 1664-1785 (RP., 1892, 213); Land, ... onder Bussche. 1729 (Th. buyten, VIII, 272); Ten Bossche. Eene heerlijkheid onder Aerseele. 1762 (RP., 1908). BUUCX BEILCK : land te Aerseele. Een sticxkin lands, heet sbuucxbeelxkin, ... up den houc vander strate. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 5); Land, ligghende zuud van足 den vivere te poelvoorde, gheheeten buucx beelc. 1432 (Even Ren足 te Aerseele, f. 15); een sticxkin lands heedt.
3de deel
77
105
DALE (ten) : een leengoed te Aerseele. ten Dale. s.d. (Aars., 43); het leen ten Dale, behuisde hofstede in Aerseele. 1704 (Leenhof Thielt). DAMME (ten) : een leengoed te Aerseele en Thielt-Buiten. tLeen ten Damme, onderThielt ten Hove. 1443 (Rente Gruuth., 41); up den dam ant capelleken. 1572 (Thieltsche Meng., 22); 't Leen 92
107
135
159 160
183 248 248 293
334 369
375
Damme. 1635 (Thieltsche Meng., 110); Ten Damme, leen in Aerseele en Thielt. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 165); t ’ Leen ten Damme. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 4); t ’ leen ten damme, wesende bosch. ± 1700 (ld., 5); 6° zerk van tLeen Damme, palen de oost het maerelstraetken, zuid parochie Meulebeke (Maerloope), west de maerloopstrate, noord ST. Amandsstraetken. 1729 (Th. Buyten, II, 219); Vijf bunder, onder land, busch ende meersch, zijnde het leen ten Damme, palende oost het Maerel straetken, west de maerloopstrate, ... 1729 (ld., II, 250); ’t Leen ten Damme, gehouden van ... 1729 (ld., III, 227); ten Damme. Eene heerlijkheid te Aerseele. s.d. (RP., 1898, 227). Aanmerking : «De dam eigentlijk was de boord der oude heide van Stookt, langs den weg naar Gruuthuise, tot aan de plaats (nu tra vers) waar de dreve naar Maarloope begint». (Thieltsche Meng.). DAMMEKENS : een meersch te Aerseele. Een meersschelkin heet tdammekin. 1432 (Even Rente Aersele, f. 5); Een meerschelkin, heet tdammekin. 1432 (Even Rente Aersele, f. II); een meerschelken genaempt Dammekens, 50 roen. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 216). ' DAMMEKENS-MEERSCHEN : Meerschen tusschen Aerseele en Caneghem. Dammekens-meersch. 1846 (BW., Aerseele); Dammekens-Meerschen. 1846 (BW., Caneghem); Dammekens-Meerschen. Weiland te Aerseele. 1907 (Lijst). DAUWBEKE : een waterloop te Aerseele, Wonterghem, Vynckt en Grammene. de Dauw. 1843 (C. d ’eau); Dauwbeke. 1880 (Aerseele, Wtl.). DEYNSCHE MARKTWEG : een weg te Aerseele. 1846 (BW.). DEIJNSCHE STRAETE : een weg te Aerseele. ± 1700 (Reg. Th.t. Hove, 2, 37). DEINZE-STEENWEG : een weg. 1902 (Lijst). DENTERGHEM-STRAAT : een weg. 1912 (Kzl.). DIERDONCK S STRAAT : een weg. Dierdonck’s straet. 1846 (BW.). DIEREKOOP : een bosch te Aerseele. 1784 (Aars., 107). DISSCHE BOSCH (den) : een bosch. à Aerzeele : den Dissche bosch, in de neiringhe. 1810 (Arch. de la Tour, pak 538). DOBBELHAGE : een bosch. 1907 (Lijst). DONCK (ter) : een plaats, voortijds eene heerlijkheid, te Aerseele. ter Doncq. Eene heerlijkheid, s.d. (Aars., 43); Van vier ghemeten busch ende velt, metten zuuthende ande veltstrate, noort den vyvere ..., ende is ghenaempt den Donc. 1548 (Rtb. S. P., XXX); ter Doncq. 1750 (Aars., 63); Donck. 1901 (Lijst). DOCKERBOSCH : een bosch. 1907 (Lijst). 93
388
390
400
470 499
520
573 624
692
765
DONSEGHEM : een heerlijkheid onder Aerseele. Donseghem. s.d. (Aars., 43); Donseghem. 1699-1772 (Aars., 55); Donseghem. 1717 (RP., 1907). DOODAKKER : een stuk land te Aarseele. Parcelle de terre (Cadastre n° 385 de la 9° section), connue de temps immémorial sous le nom de Doodsakker, situé au nord de la commune d’Aerseele, d’Une superfice de 50 ares 79 centiares, sera aménagée comme nouveau cimetière. 1909 (Dossier Prov. Best, van W.-VI.). DOOLAGHE (ter) : een hofstede, later land. Stede te Cuttins ter Doolaghe. 1432 (Even Rente Aerseele, Rente boek Aerseele); Vander stede ter Doolaghe, groot .c. roeden. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 5); an doostzijde van heinricx bouden stede te cuttins ter Doolaghe. 1432 (ld., f. 14); over Callekin ende trijskin vander Doolaghe, inde stede ter Doolaghe plach tzine. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 15); Béatrice vander Doolaghe. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 15); de stede te cuttins ter Doelaghe. 1443 (Rente Gruuth., 101); ligghende bachter de stede die beatricen vander doolaghe plach te zijne. 1443 (Rente Gruuth., 103); De selve, over callekin ende trysken vander doelaghe, jnde stede ter doe laghe plach te zijne. 1443 (Rente Gruuth., 103); Fransoys vander doolaghe. 1478 (Rtb. ter Eist, f. 19); de stede te cuttins ter doolaeghe. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 233, 4°); 200 roen land, de Doolaege. 1729 (Th. buyten, X, 208). DOSWEGH : een weg te Aerseele. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 40). DRAEYERSCLAEREN : een hofstede te Aerseele. Ande zuutzijde vander Stede sDraeyersclaeren. 1432 (Even Rente Aerseele, f. I). DREVE THALLINCBROOTS : een weg te Aerseele. Ande westzijde vander dreve thallincbroots. 1432 (Even Rente Aersele, f. 17). DRIEMEERSCH : een meersch. 1907 (Lijst). DROOGENBROOD : een stuk land te Aarsele. het Droogenbrood. 1784 (Aars., 108); een stuksken land, genoemd het droogenbrood, groot twee honderd en half. 1789 (Aars., 10); het Droogenbrood. 1907 (Lijst). DUIVELSPUT : een waterput, langs de baan van Aarsele naar Caneghem. 1873 (Rd H., 9, 7). Aanmerking : ook de klokput geheeten. DIJCHAGHE : land te Aerseele. Landt ... ende heet de dichaghe. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 2); Land ende heet de Dichaghe. 1432 (ld., f. 9); ... ligghende oost van den lande heedt de dijchaghe. 1443 (Rente Gruuth. 87); van '5' bundre lands gheheeten de dickhaghe. 1443 (ld., 102); van '5' 94
822
837 886 887 893
895 999
bundre lands gheheeten de dichaghe. 1443 (Id., 109); de Dichage, 200 roen, in aerseele. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 234). EECKACKERKEN : een stuk land te Aerseele. Inden heerackere. 1432 (Renteboek Aerseele); Van ,j. sticke lants heet Deecackerkin. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 2); tEeckackerken, 201 roen land. 1636 (Renteboeck Thielt-ten-Hove, art. 213). EEKELINGEN : een stuk land. 1846 (BW.). EEKELING-HOEK : een wijk van Aerseele. 1846 (BW.). EELBO-KAPELLEKEN : een kapel. 1846 (BW.). Familienaam : Eelbo, aldaar. EELBO-KAPELLEKEN-STRAET : een weg te Aerseele. 1846 (BW.). EENODE : een plaats te Aerseele. Gillis vander Enoeden. XIV°e. (Rente Ars., f. II); ... ende Stevins landt vander Eenode / te Aerseele /. 1443 (Rente Gruuth., 97); fransen vander eenode. 1478 (Rtb. ter Eist, f. 15). EERACKERKIN : land te Aerseele. van een sticke lands heedt deerackerkin. 1443 (Rente Gruuth., 87). ELSBEKE : een waterloop te Aerseele. 1880 (Wtl.).
4de deel
23 82
166
243
ESSCHE : een herberg. 1846 (BW.). EVERAERD : land en meerschen. Land ende meerschen ligghende ande zuudziide vander meulen damme brugghe, gheheeten den everaerd. 1432 (Even Rente Aer., f. 12); V Ixxx R. landts ende meerschen, ligghende ande zuutzide vande meulendam brugghe, gheheeten den everaerd. 1443 (Rente Gruuth., 99). FEROENSCHE : een heerlijkheid te Aarsele. ’T Feroensche. 1611-1750 (RP., 1907); In Aerseele : de heerlykheid van T Fervensche. XVIII°e. (Reg. C. Carton, II). FONTEINBEELC : land te Aerseele. .Ixvj. roeden lands, ... gheheeten den fonteinbeelc. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 2); Den Fonteinbeelc. 1432 (Renteboeck Aer seele); van .Ixvj. R. lands ligghende beneden Jans muelne vander eecke, gheheeten den fontein beilck neffens den berch toebehoorende dhoyrs crane. 1443 (Rente Gruuth., 91). 95
249
420
421 479
489 492 502
606
618 654
669
FONTEINHOEK : een stuk land. een stuck land, groot een ghemet ende 12 roeden, ghenaemt de Fonteinhoek. 1698 (Aers., 105); de Fonteinhoek. 1900 (Lijst). GANZEMEERSCH : een meersch. Tusschen der gans meersch ende der strate. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 2); Den nieuwen lochtin ende de gans meersch, groot onder beede .C. Ixx. r. 1432 (Even Rente Aersele, f. 9); .I. R. meerschen ligghende voor de stede ten witteweghe tusschen der gans meersch ende der strate. 1443 (Rente Gruuth., 86); de gansmeersch met den bussche ligghende an doostzide van ... 1443 (Rente Gruuth., 92); den nieuwen Lochtynck ende de gans meersch groot onder beede clxx. R. 1443 (Rente Gruuth., 96); De Gansmeersch, met wat bosch, 196 roen. 1636 (Renteb. Thielt-ten-Hove, art. 207); Den Gansemeersch, met wat bosch 180 roen. (ld., art. 218); de Ganzenmeersch. 1784 (Aars., 108); de Ganzemeersch. 1907 (Lijst). GANZEMEERSCHBEKE : een waterloop. 1880 (Wtl.). GAVERE : meerschen te Aerseele. Loy vander gavere. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 7); Meersch gheheeten den bodem, ghelegen in den gavere. 1432 (ld., f. 9); Een bunder meerschen ende xliiij R. gheheeten den bodem gheleghen jnden gavere. 1443 (Rente Gruuth., 96); de We Joos vanden gavere / te Aerseele /. 1443 (ld., 99); de Gavers, meerschen in Aerseele. 1636 (Renteb. Thielt-ten-Flove, art. 194); ... ende licht by den gavere jnde prochie van aerseele. 1637 (Dent. Th., 3); noch een gemet meirsch gelegen in de gaver. ± 1700 (Reg. Th. t. Flove, 2, 32). GAVERMEERSCHEN : weilanden te Aerseele. 1907 (Lijst). GAVERSFIOEK : een wijk van Aerseele. 1846 (BW ). GHEENINS : een stuk land te Aerseele. Een Stic lands heet te gheenins. 1432 (Even Rente Aerseele, f. II); een stick lands heedt te gheenins. 1443 (Rente Gruuth., 98). GHEENSTBEILCK : land te Aerseele. 1443 (Rente Gruuth., 110). GENTSCHE HEERWEG : een weg te Aerseele en te Thielt. In thielt, ... west sijnen smijtenberch, noort den ghentschen herwech. 1649 (Leenb. Cotr., f. 381); land ... palende aen den Gentschen Heerweg. 1729 (Th. buyten, IX, 379); langst den Gentschen heirweg, in ’t schéén van Aerseele en Thielt. 1903 (Slosse, R.K., 831). GENDWECH : een weg te Aerseele. Upde noortzide vanden ghendweghe. 1548 (Rtb. S.P., Ixvij). GEWEED : een weide te Aerseele. het Geweed, weide. 1901 (Lijst). GEWEEDSTRAETJE : een weg te Aerseele. 1846 (BW.). GINST : een stuk land. 94 roen land in een meerder stick genaemt Den Gheynst. 1636 96
(Renteboeck Thielt-ten-Hove, art. 237); de Ginst, land. 1901 (Lijst). 697 GISTELMAN : bosch en zaailand te Aerseele. 1784 (Aars., 108). 720 GLAERDEKIN : land te Aerseele. Een beelcxkin heetet tglaerdekin groot .xlij. roeden. Dit glaerdekin behoort toe Janne vander meersch, f. Jans. 1432 (Even Rente Aer seele, f. 15); een beilcxkin heetet glaerdekin. 1443 (Rente Gruuth., 103). 752 GOEDLEVENS-STRAAT : een weg te Dentherghem en Aerseele. Goedleven-straet. 1846 (BW.); Goedleven-straat. 1902 (Lijst). 753 GOED TER DONCK : een hofstede te Aerseele. het Goed ter donck hofstede. 1901 (Lijst). 975 GROENESTRAET : een weg. 1846 (BW.). 1040 GROOTE BILK : een stuk land. 1784 (Aars., 108). 1058 GROOTE HEESBEKE : een waterloop te Aerseele. Up de noortziide vander grooter heesbeke. 1432 (Even Rente Aer seele, f. Il); van C. R. lands up de noortzide vander grooter hees beke. 1443 (Rente Gruuth., 99). 1071 GROOTE KOUTER : land te Aerseele. 1901 (Lijst). 1109 GROTEN GAVER : een meersch te Denterghem. Up twee ymete merschen in den grooten gaver, ligghende an capittel hiltewerre van Dornike, an de westzide van den damme die men heet Pouke dam, ligghende in de prochie van Arcele. 1363 (C. S. Mart., 2, 420).
5de deel
85 92
96
GROOT WALLANT : Een Hofstede te Aerseele. 1905 (Lijst). GRUTERE : volksbenaming van het gebied der heerlijkheid van Gruuthuse, te Thielt-Buiten, Aarseele en Wyngene. 1910 (Nota de Somviele). Familienamen : Grutere en De Gruytere; Bele Gruterigghe. 1330 (Bul. Corn. roy. Hist., tome 79, 200). GRUUTHUSE : een hofstede, oud leengoed, te Thielt-Buiten, Aer seele, enz. Gruuthuise. 1416 (Thieltsche meng., 127); ande noordzyde vanden muelen walle alsomen gaet te gruuthuuse waert. 1443 (Rente Gr., 51); Van hueren hove ende heerelichede van gruuthuuse gheseyt tyelt ten hove. 1528 (Bulscampvelt); ’t Hof te Gruuthuise, te Thielt. 97
144 208 211
212 217 283 305
1635 (Thieltsche meng., 110); Gruuthuyse, gezeid Thielt-ten-Hove. Een heerlijkheid te Thielt, Aerseele, Wyngene en Pitthem. 16361653 (RP., 1895, 229); Een leen ghehouden vander heerlichede van Thielt ten hove, gheseyt Gruythuyse, groot in erve tsestick roeden, ghelegen in de prochie van Thielt. 1664 (Bethune, Mér., 157); Register ... Thielt ten hove geseijt gruijthuijse. ± 1700 (Reg. Th. t. H., I); Zerk ten Driessche, ^uid het straetken van den grooten Kapelrijmeersch naer Gruuthuyse. 1729 (Th.-Buiten, I, 98); Gruuthuiszerck. 't Hof te Gruuthuise, met het stuck achter het huis ende het vyverken, palende oost den voetweg naer Wacken, zuid den Zaelbusch, west ende noord de strate naer Wacken, groot 3 B. 203 roen. 1729 (Th. buyten, I, 297); ... ter stede van Thielt buyten, ... ten onder de heerlychede van Gruythuyse. 1777 (Emul., 34, 97); ... gelegen ter stede van Thielt buyten, ten deele onder de heerlyckhede van Haeghe ende ten deele onder de heerlyckhede van Gruythuyse. 1777 (Adv.); Gruuthuyse. Een heerlijkheid onder Aarseele s.d. (Aars., 43); Te Thielt, wyk van Gruythuyze. Juni 1825 (Adv.); Remarquabele Verkooping der voordezen Heerlykheyd van Gruythuyse, te Thielt. Jan. 1827 (Adv.); Gruuthuse, hofstede. 1846 (BW.); Groot Huys, ferme. 1877 (Carte Guerre); het Groothuis. Een hofstede te Thielt. 1907 (Adv.). GULDEMEERSCH : een meersch te Aerseele. 1636 (Renteb. Thielt-ten-Hove, art. 234). HAENEBOSCH : een bosch te Aerseele. 1636 (Renteb. Thielt-ten-Hove, art. 256). HAENS MOER : land te Aerseele. lant ... ende heet den Haens moer, groot .xlviij. roeden. 1432 (Renteboeck Aerseele, art. I); Land ... ende heet den haens moer. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 14); de Haens Moer. 1443 (Rente Gruuth., 101). HAENTJE : een herberg. 1846 (BW.). HAANTJESSTRAAT : een weg te Aerseele. Haentjes straet. 1846 (BW.); Haantjesstraat. 1905 (Lijst). HALF BUNDERKEN : een stuk land. 1901 (Lijst). HALLINCBROOTS : een omwalde hofstede, zijnde leengoed, te Aerseele. land, ande westzide van der dreve thallincbroots. 1432 (Renteb. Aerseele). Ligghende voor de stede te hallincbroots. 1432 (Even Rente Aerseele. f. 4); Neffens philips hallincbroots leene. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 9); de Stede te Hallinc Broots, te Aerseele. 1443 (Rente Gruuth., 88); ande westzide vander dreve thallinc broots. 1443 (Rente Gruuth., 106); Halincbroots, bewalde hof stede, leen 13 gemete. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 242); een leen van desen hove, genaempt halincbroots ... ± 1700 (Reg. 98
Th. t. Hove, 2, 34). Familienaam: Gillis hallijncbroot. 1448 (Poorterie, Brug., f. 115, v.). HALLINCBROOTS STRAETKEN : een weg te Aerseele. het Salinebroot Straetken, te Aerseele. ± 1700 (Reg. Th. t. H., 2, 36). 357
360
363 391 417
492
495 501 532 604 626 642
HAMME : een hofstede, oud leengoed.
An tricen stede vanden hamme. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 16); Ten Hamme Leen, ... bewalde mote, tneerhof ook behuyst ende bewalt, 9 bunderen. 1636 (Renteb. Thielt-ten-Hove, art. 115); een ander leen ... genaempt t'leen ten hamme, wesende eene bewalde mote, t'neerhof oock behuijst ende bewalt, met de landen ende meirsschen daer mede gaende.. ± 1700 (Reg. Th. t. Hove, 2, 23); ter Hamme. Een leengoed te Aarseele. s.d. (Aars. 43); ter Hamme. Een leengoed te Aarseele, afhangende van de heerlijkheid van Hammes van Caneghem. 1800 (Aars., 63); het Goed ter Hamme. 1846 (BW.); het Goed ter Hamme. Een hofstede te Aerseele. 1905 (Lijst). HAMME MEERSCH : een meersch te Aarseele. •xxv. r. meerschen ligghende ande hamme meersch. 1432 (Even Rente Aersele, f. 15); xxv R. meerschen ligghende ande hamme meersch. 1443 (Rente Gruuth., 104). HAMME-VOETWEG : een voetpad te Aarseele. 1846 (BW.). HANE BEILCK : land te Aerseele. 1443 (Rente Gruuth., 110). HANSBEKE : een heerlijkheid onder Aerseele, Caneghem en Ruysselede. Hansbeke. s.d. (Aars., 43); Hansbeke. 1449 (Aars., 52); Hansbeke. 1517 (Aars., 52); heerlykhede van Hansbeecx, op eene quantiteyt van gronden in Ruysselede, Caneghem en Aerseele. 1762 (Leen hof van Thielt); in Ruysselede : de heerlykheid van Hansbeke. XVIIl°e. (Reg. C. Carton, IV). HASAERTS HALVE DIENST : landen, met heerendienst belast, te Aerseele. Hasaerts halve dienst .x.s.iij d. Item ij halstren mouds uphoopte. Item ij hinnen, ende houdt jn v. bundre, vichtich Roeden min. 1443 (Rente Gruuth., 67). HASEN BEILCXKIN : een stuk land. 1443 (Rente Gruuth., 94). HASTELT : een leengoed te Aerseele s.d. (Aars., 43). Familienaam : Van Hastelt, te Aerseele. 1881 (Aars., 63). HAUWTJES-BOSCH : een bosch te Aerseele. 1901 (Lijst). HAZEWEIDE : een weide te Aerseele. 1589 (Aars., 50). HEENEWEI : Land te Aerseele. 1901 (Lijst). HEERACKERE : Land te Aerseele. 1443 (Rente Gruuth., 107). HEERENTHOUT : een leengoed te Aerseele. 99
676
679
695 712 724 737
738
767
772
1025
Boidin de Herenthout. ± 1220 (Van Hoorenbeke, 88); ex dono Hugonis de Hernenhot. 1224 (Mém. Acad. Boul., 15, 78); Banglin van den Eerenthoute. 1376 (Rek. Gent, 5, 23); vanden hoyre Banghelins vanden Heerenthoute. 1377 (Rek. Gent, 5, 66); Gillis van den Herenthoute capitain van Iseghem. 1382 (Fragm., 2, 16); 6 roeden ligghende up theerenthout. 1432 (Renteboeck Aerseele); .C. Ixvij. r. lands, ligghende up theerenthout. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 10); Van ,C. roeden ligghende up theerenthout. 1432 (Even Rente Aerseele, f. II); .lv. R. lands upt theerenthout. 1443 (Rente Gruuth., 90); c. Ixxvij R. lands ligghende up theerenthout. 1443 (Rente Gruuth., 96. HEERPLASCH : een weg te Aerseele. de noordzide jeghen den caneghemschen wech, ghenaemt den heerplasch. 1443 (Rente Gruuth., 112). HEERSTRAAT : een weg te Aerseele. Commende metten hende ter heerstrate. 1432 (Even Rente Aersele, f. 6); de Heerstrate, te Aerseele. 1443 (Rente Gruuth., 93). HEERWEG-BEKE : een waterloop te Aerseele. Heirwegbeke. 1880 (Wtl.); de Heerweg-Beke. 1902 (Lijst). HEETACKERE : een landerij te Aerseele. Neffens den heetackere. 1432 (Even Rente Aersele, f. 18). HEIBOSCH : een bosch. 1846 (BW.). HELICHS GHEEST MEERSCH : een meersch te Aerseele. Ande noordziide van shelichs gheest meersch van Aersele. 1432 (Even Rente Aersele, f. 16); ande noordtzide van shelich gheest meersch van aersele. 1443 (Rente Gruuth., 104). HEILIG-SACRAMENTS-KAPELLEKEN : een kapel op der grens met Thielt, te Aerseele. Suijt Oost vande kercke van thielt, ende beghint eerst aent Cappelleken dat men noemt het h. sacraments Cappelleken. 1725 (Gheijse th ., f. 26); H. Sacraments-Kapelleken. 1846 (BW.); Chap. St Sacrement. 1850 (Carte V. d. Maelen). HECKE : een leengoed te Aerseele. In de prochie van arseele, de hofstede met de Landen, mersch ende busch wesende tLeen ende heerlichede ghenaempt ten hecke, ghehouden van thielt ten hove. 1635 (Aers.-Zantv., f. I); Ten Hecke, hofstede ende leen, bij Aerseele Capelle. 1636 (Renteboeck thielt-ten-Hove, art. 98); ten Hecke. Een leengoed te Aerseele. ± 1700 (Reg. Th. t. Hove, 2, 15). HECKE MEERSCH : een meersch te Aerseele. .I. roeden meerschen ligghende inde hecke meersch. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 2). HEUPELBRAME : een stuk land te Aersele. De heupelbrame, palende aan de strate loopende van de heupel100
1030
1035
brame naer Aersel Kerke. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 117, 12°); de heupelbrame, land 200 roen. 1636 (ld., 117, 15°); jegens de straete, zoomen van duijpelbraeme gaet naer aerseel cappelleken. ± 1700 (Reg. Th. t. Hove, 2, 24); aende straete loopende vande Heupelbraeme naer aerseele kercke. 1700 (Reg. Th. t. Hove, 2, 27); jtem een stuck landts genaempt de heupelbraeme. ± 1700 (ld., 2, 28). HUEST : Land te Aerseele. Item up de huest, boven den calverbeelck meersch, ... 1443 (Rente Gruuth., 87). HEYDE ; Land en meerschen te Aerseele. Twee bundren ij x. R. lands ende meerschen gheheeten de heyde. 1443 (Rente Gruuth., 92); Land ende merschen gheheeten de heyde. 1432 (Even Rente Aersele, f. 5); Land ende meersch ghe heeten de heyde. 1432 (ld., f. Il); de Heyde, land. 1636 (Renteb. Thielt-ten-Hove, art. 224).
6de deel
56
81
HINNEBOSCH VAN BAUDELOO : een bosch. den Hinnebosch van Baudeloo. 1646 (Renteb. Thieltten Hove, art. 253); west den baudeloo hinnebosch, ... ± 1700 (Reg. Th. t. Hove, 2, 36). HINNEDRIESCH : een stuk land. Een ghemet lands gheheeten den hinnedriesch an doostziide van boudeloe busch. 1432 (Even Rente Aersele, f. 10); Oost vanden henne driesche, ande westziide vander dreve thallincbroots. 1432 (ld., f. 17); een ghemet lands gheheeten den hinnedriesch an doostzide van boudeloo busch. 1443 (Rente Gruuth., 98). HINNEGOED : land te Aersele. Land ... gheheeten thinne goed J4 3 2 (Even Rente Aersele, f. 3); .C. Ixx. r. lands gheheeten thinne goed. 1432 (ld., f. 12); Van Ixxxv roen lands geheeten thinne goed. 1432 (Renteboek Aerseele); C. Ixx R. lands gheheeten thinnegoedt. 1443 (Rente Gruuth., 99). HOELBEKE : leenlanden. te Hoelbeke. Leen-landen 5 bunder. 1636 (Renteboeck Thielt-tenHove, art. 130). 101
121
132 157 192
275
279
280
280
296
HOFSTEDEKEN TE MOOREGHEM : een hofstede. 1443 (Rente Gruuth., 108). HOFSTEDEKIN : een stuk land. Een beelxkin ende heet thofstedekin. 1432 (Even Rente Aersele, f. I); een beilcxkin ende heedt thofstedekin. 1443 (Rente Gr., 85). HOUTHAGE : een hofstede. 1903 (Lijst), «hof van». HOLDESTRAETE : een weg te Aerseele. Inde holdestraete. 1764 (Aerz. Straetsch., f. 14). HOLLEN WECH : een weg. Ande cruuswech alzoe men gaet te Deinse waert up dende vanden holenweghe. 1432 (Even Rente Aersele, f. 17); up dhende vanden holen weghe. 1443 (Rente Gruuth., 106). HONTKINS BRUGGHE : een brug te Aerseele. Ligghende ande noordzide van hontkins brugghe. 1432 (Even Rente Aersele, f. 5). HOOBEKE : een leengoed. Lambrecht vander hoobeke. 1432 (Even Rente Aersele, f. 13); het Leen te Hoobeke. 1443 (Rente Gruuth., 100); Lambrecht van hoo beke. 1443 (ld., 100); t ’Leen ten Hoelbeke, te Aersele. ± 1700 (Reg. Th. t. Hove, 2, 29). HOOBUSCH : een bosch en leengoed te Aerseele. Willem van hoobusche. 1432 (Even Rente Aersele, f. 5); Bachten Willems lochtin vanden hoobussche. 1432 (Even Rente Aersele, f. 14); Item up den keersackere ligghende ande oostziide van den hoobussche. 1432 (Even Rente Aersele, f. 19); den Hoobusch, te Aerseele. 1443 (Rente Gruuth., 102); ... ligghende an doostzide vanden hoobussche. 1443 (ld., 108); Over Janne van Hoobusch ... 1474 (Dent., f. 21); Jans van hobusch land ... 1474 (Dent., f. 36); Jan van hoobusch. 1474 (Dent., f. 68); den Hooghbosch. Een bosch te Aerseele. ± 1700 (Reg. Th. t. Hove, 2, 27). HOOBUSCH BEELCXKIN : een stuk land. .S. bunder lands ende heetet thoobusch beelcxkin. 1432 (Ev. Rente Aersele, f. 14); tHoobusch Beilcxkin, te Aerseele. 1443 (Rente Gruuth., 103); jnt hobusch beilcxkin. (ld., 103). HOOBUSCH DIENST : Land, met heerendienst belast, te ThieltBuiten en Aerseele. Land ... onder ’t Roosebeeksche, inden Dienst vanden Kleene Schuld en de Hoobusch. 1729 (Th. buyten, IX, 197). HOOGE : een hoogte en een herberg te Aerseele. T’hooghe, Aerzeele. 1811 (Recueil arr. dép. Lys, 346); Thooge. 1836 (Dict. V. d. Maelen, 2); Arzeele, ... jusqu’au cabaret Ie Hooge. 1840 (Barrières); het Hooge, wyk. 1846 (BW.); het Hooge, herberg. 1846 (BW.); het Hoog, cabaret. 1850 (Carte V. d. Maelen); T’Hooge. 1875 (Carte Guerre); het Hooge. Een heuvel te Aerseele. 1881 102
339 351
356 380
391
396
487
488 504 545
632
(Aars., I); het Hooge. 1906 (Kaart Wvl.). HOOGE KWÂKOOP : een stuk land. 1784 (Aars., 108). HOOGE MEERSCH : een meersch. van .xciij R. meerschen, ligghende jnde hoochmeersch. 1443 (Rente Gruuth., 91); de Hoogemeersch. 1907 (Lijst). HOOGE-MOLEN : de molen der wijk het Hooge, te Aerseele. 1901 (Lijst). HOOGEN BROUCK : een landerij te Aerseele. Lant ligghende up den hooghen brouc. 1432 (Even Rente Aersele. f. 5); van eenen ghemete lands ligghende up den hooghen brouck. 1443 (Rente Gruuth., 90); een gemet land in den Hoogen Brouck. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 149). HOGHEN FREYT : een stuk land. eenen beilck voor zine stede, groot ij° xx R., heedt den hoghen freyt. 1443 (Rente Gruuth., 85). HOOGENHOVE : een hofstede, voormalig leengoed, wijk het Hooge. Hooghen hove. 1688 (Aars., 49); Hooghen hove, 156 bun der. 1723 (Leenhof Thielt); Hooghen hove. 1782 (Leenhof Thielt); Hoogenhove. s.d. (Aars., 43); Hoogenhove. 1802 (Aars., 49); Hoghenhove, à Aerseele. s.d. (Mergh., 223). HOOGENHOVE-MEERSCH : een meersch. de Hooghenhove-Meerschen, te Aarseele. Gelegen waar, voor 1802, het kasteel en het Neerhof van Hoogenhove stonden. 1881 (Aars., 49); Hoogenhove-Meersch. 1907 (Lijst). HOOCHMEERSCH : meersch te Aerseele. Van .xciij roeden meersch inde hooch meersch. 1432 (Even Rente Aersele, f. 5); den Hoochmeersch, 100 roen. 1636 (Renteb. Thieltten-Hove, art. 224). HOOGMOLENSTRAETJE : een weg. 1846 (BW.). HOOGSTRAAT : een weg. 1902 (Lijst). HOORNE HOFSTEDE : land te Aerseele. .j. ghemet lands heet de hoorne hofstede. 1432 (Even Rente Aer sele, f. 3); een ghemet lands heedt den hoorne hofstede. 1443 (Rente Gruuth., 88); Een gemet land genaemd Hoorne hofstede. 1636 (Renteboeck Thielt-ten-Hove, art. 146). HOUTHAGE : een hofstede, oud leengoed. Jan van der Houthaghe. 1382 (Fragm., 2, 143); Het goed ende leen te Houhaeghe, in Aerseele. 1462 (Dischregister Thielt, art. 292); Willem vander Houtaghe, ... Wouter vanden (sic) Houtaghe. 1462 (ld., 292); Houthaghe. Hofstede, enz. Leen ende heerlyckhede. 1636 (Renteb. Thielt-ten-Hove, art. 102); Houthaeghe. 1686-1787 (Aars., 62); een leen, genaempt ter houtage. ende is nu eene bewalde hofstede, met wal ende landen ontrent liggende. ± 1700 (Reg. Th. t. Hove, 2, 18); Houthaghe. 1730-1786 (RP„ 1907); Hout103
633
650 657
716 747
747
748
782
783
haeghe. s.d. (Aars., 43); Houthage, hofstede. 1901 (Lijst). Familienaam : dns. willelmus de houthaghe capellanus domus leprosariae «nl. van Dixmude». 1552 (Reg. S. Nic. Dixm., f. 5 a, v°). HOUTHAGHE ACKERE : land, onder Thielt ten Hove. C. R. lands ligghende jnden houthaghe ackere up de vuulgracht. 1443 (Rente Gruuth., 55). HOUTHAGHE ACKERE : een landerij, belast met heerendienst, onder Thielt-ten-Hove. Den houthaghe ackere, xix d. Item j. halstre mouds uphoopte. Item xiiij. capoenen, ende houdt jn xviij° Roeden lands lettel min of meer. Ende es jaerlix schuldich eenen keernepot ende alle de teelen diemen upt goedt oorboert. 1443 (Rente Gruuth., 72). Aanmerking : is feitelijk hetzelfde land als vermeld onder voor gaand punt. HOUTJESBOSCH : een bosch. 1846 (BW.). HOUTKINS BRUGGHE : een brug te Aerseele. een meerschelken heedt dammekin ligghende ande noordzide van houtkins brugghe. 1443 (Rente Gruuth., 92). HOIJWEEDE : een weide. aen de hoijweede. 1764 (Aerz. Straetsch., f. 20). HULLE : een landerij. Land, ligghende ande noordzide van jans huile vander meersch. 1432 (Even Rente Aersele, f. 6). Aanmerking : hier komt huile veeleer als stofnaam voor. HULLEBEKE : een waterloop tussen Aerseele en Thielt. Hullebeke. 1843 (C. d ’eau); Hullebeke. 1880 (Wtl. Aerseele). HULLEBEKE-BRUG : een brug tussen Aerseele en Thielt. Hullebeek Brug. 1876 (Carte Guerre); de Hullebeke-Brug. 1906 (Lijst). HULLEBROUCKE : een hofstede tussen Aerseele en ThT^lt. Behuisde hofstede genaamd Hullebroucke, palende oost aende beke die Aerseele ende Thielt scheedt. 1729 (Th. buyten, X, 306). HUNSELE : een heerlijkheid en een wijk te Aerseele. Hunsele. 1636 (Renteb. Thielt ten Hove, art. I); Hunsele, een vlie gende leen. eenen balliu die schepenen van Gruthuse moet ontleenen. 1636 (ld., art. 285); ... ende is genaempt t' heerschip van hunsele, gelegen in hunselenacker. ± 1700 (Reg. Th. t. Hove, 2, I); een ander vliegende leen van desen hove, genaempt hunsele, consisterende in xxxiij halsteren evene, ... op diversche gronden van dies gehouden. ± 1700 (Reg. Th. t. Hove, 2, 38); een vliegende leen genaemd Hunsele. ± 1752 (Aars>52); ten Hunsele. s.d. (Aars., 43). HUNSELENAKKER : een landerij. Hunsele-en-Acker, ... Hulsenacker. 1636 (Renteb. Thielt-ten-Hove, art. Ibis en 6); ... ende is genaempt t ’heerscip van hunsele, qe104
788
801 922 984
1153 1182
legen in Hunselenacker. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, I); Hulzelen Acker, ... Huize ten Acker. 1732 (Aars., 52). HUNSELBOOM : een boom of een plaats te Aerseele. Land ligghende anden hûensel boom ande zuutziide vander heerstraete. 1432 (Even Rente Aersele, f. 19); Deselve .c. R. lands an den huenselboom ande zuutzide vander heerstrate. 1443 (Rente Gruuth., 107); alsomen gaet van thielt naer aersele byden hunselboom. 1443 (Rente Gruuth., 112). HURST : een landerij. Item up de hurst boven den calverbeelc meersch, .xlj. roeden. 1432 (Even Rente Aersele, f. 2); Een Stic lands, heet de hurst. 1432 (Even Rente Aersele, f. 19); xlvij. C. R. lands ligghende up de hurst neffens gillis stede vander meersch. 1443 (Rente Gruuth., 54); de Heunst (sic). 1784 (Aars., 107); den Huest. 1846 (BW.). HUUSEBEILCXKIN : land te Aerseele. 1443 (Rente Gruuth., 110). JHANEN BEILCK : land te Aerseele. 1443 (Rente Gruuth., 111). JONCKEDAM : een dam, in de meerschen, te Aerseele. Van .ij. ghemeten mersschen gheleghen anden Jonckedam jn aerssele. 1415 (Dent., f. 56). KALLANTSTUK : een stuk land. 1784 (Aars., 108). KALSIJBEKE : een waterloop te Aerseel. 1880 (Wtl.).
7de deel
3 4 8
CALVERBEELC : een landerij. Item de calverbeelc. c. Ixix roeden. 1432 (Even Rente Aersele, f. 2). CALVERBEILCK MEERSCH : een meersch. Item, de calverbeilck meersch houdt .I. R. 1443 (Rente Gruuth., 87). CALVERMEERSCH : een meersch. Item de calvermeersch .c. I. roeden. 1432 (Even Rente Aersele, f. 2 ).
79
106 127
CANEGHEMSCHEN WECH : een weg te Aersele. 1443 (Rente Gruuth., 112). CANEGHEM-STRAAT : een weg. Caneghem-straet. 184 (BW.); Caneghem-straat. 1905 (Lijst). KAPELBOSCH : een bosch. 1908 (Lijst). KAPELLEBOSCH : een bosch te Aerseele. 1901 (Lijst). 105
135 194 195
196
198
247
248
274
355 385 441 441 442 453
516 527 530 532 571 590
KAPELLE-DUIKER : een duiker. 1846 (BW.). KAPITTELBEKE : een waterloop. 1880 (Wtl.). CAPITALEN MEERSCH VAN DOORNICKE : een meersch. merschen ligghende inde gavere an capitalen meersch van dornike. 1432 (Even Rente Aersele, f. 16); ligghende jnden gavere, an capitalen meersch van doornicke. 1443 (Rente Gruuth., 105). CAPITTEL LANDT : land te Aerseele. tCapittel landt. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 2); jegens 't capittel van Doornijck landt. ± 1700 (ld., 2, 29). KAPITTELS : Land te Aerseele. 1907 (Lijst). CAPITEL STRAETKEN : een weg. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove. 2, 2). KAPITTEL VAN DOORNIK : een heerlijkheid. In Aerseele : de heerlijkheid van ’t Kapittel van Doornik. XVIII°e. (Reg. C. Carton, II). KARMSTRAAT : een weg. Carmestraet. 1846 (BW.); de Karmstrate. 1881 (Aars., 74); de Karmstraat, te Aerseele. 1907 (Lijst). CARMSTRAATHOEK : een wijk. Carmestraethoek. 1846 (BW.); te Aerseele, Carmestraethoek. 1913 (Adv.). CASINS : een boerderij. de Stede te Casins. 1443 (Rente Gruuth., 110). CASINO-STRAET : een weg. 1846 (BW.). KATELINE SPAENS LEEN : een leen. 1443 (Rente Gruuth.. 98). KATTEKNOK : een plaats. 1846 (BW.). KAZERNS : een reeks huizen te Aerseele. 1846 (BW.). KAZERNBEKE : een waterloop. 1880 (Wtl.). KAZERNHOEK : een wijk van Aerseele. 1846 (BW.). KAZERNSTRAET : een weg. 1846 (BW.). KEIBOSCH : een bosch en een wijk van Aerseele. Keibosch, bois. 1846 (BW.); de Keibosch, bosch. 1901 (Lijst) de Keibosch. 1912 (Adv.); te Aerseele, wijk keibosch. Dec. 1919 (Adv.). KERKEBOSCH : een meersch. Kerkbosch. 1846 (BW ); de Kerkebosch, meersch. 1901 (Lijst). KERCKEDYCK : de gracht rondom het kerkhof. den Kerckedyck. 1706 (Aars., 8); den Kerckedyck. 1773 (Aars., 9). KERCKEN : een leengoed, zijnde een hofstede. ter Kerken. 1723 (Aars., 49); ter Kercken. 1782 (Leenhof Thielt). KERCKEN BOSCH : een bosch, afhangende van de heerlijkheid ter Kercken. KERKEMEERSCH : een meersch te Aerseele. 1443 (Rente Gruuth., 87). KERCSTRATE : een weg. Item een hapte stick lants zuut de kerstrate. 1629 (ten Broucke, 106
609
637 646
665
667 726
742 806
944 999 1005 1011 1019
f. 9). KERCKWECH : een weg. jnden smedebeilck beneden den kerck-weghe. 1443 (Rente Gruuth., 110). KERMISKOUTER : een stuk land. 1846 (BW.). KERMISKOUTER-WEG : een weg. 1846 (BW.). KERSACKERE : een landerij te Aerseele. Lant ligghende inden keersackere. 1432 (Even Rente Aesele, f. 5); Item, up den Keersacker. 1432 (Rentebouc Aerseele); Item up den keersackere, ligghende ande oostziide vanden hoobussche 1432 (Even Rente Aersele,f. 19); c. R. lands ligghende jnden kersackere. 1443 (Rente Gruuth., 96). KERSSEMANS : een stuk land, zijnde leen. tLeen te Kerssemans, land, enz. drie bunder. 1636 (Renteboeck Thielt-ten-Hove, art. 108); t ’Leen te Kerssemans. ± 1700 (Rtb. Th.t. Hove, 2, 19); te Keerseman. s.d. (Aars., 43). KERSSENE : een leengoed te Denterghem, Aerseele en Marckeghem. Casin vander kerssene. 1432 (Even Rente Aersele, f. 18); Gillis brunkin van zinen leene ter kerssene. 1432 (ld., f. 19); Willem vander Kerssene. 1432 (ld., f. 21 ); De selve, de stede ter kerssene ... 1443 (Rente Gruuth., 10); jn doude hofstede ter kerssene ande straete. 1443 (Rente Gruuth., 10); commende vuten huuse Casins vander kerssene. 1443 (Rente Gruuth., 107). KERSSENE EECK : een plaats. tHuus ter Kerssene Eeck, te Aerseele. 1443 (Rente Gruuth., 110). KIES BEILCK : een landerij. .C. xxx. roeden gheheeten skies beelc. 1432 (Even Rente Aers., f. 7); An tricen stede vanden hamme an skies beelc ten heerweghe toe commende. 1432 (ld., f. 16); ande noordzide van tricen stede vanden hamme, an skies beilck ten heerweghe toecommende. 1443 (Rente Gruuth., 105); ligghende up de gavere ande westzide van kies beilck. 1443 (ld., 108). KLAAIKE’S STUK : een stuk land. 1901 (Lijst). CLAVERSTICK : een stuk land. 1636 (Renteb. Th.t.Hove, art. 251). CLAVERSTICK : een ander stuk land. 1636 (Renteboeck Thielt-ten-Hove, art. 233, 3°). KLEINE TOLLENAERE : een meersch. 1901 (Lijst). KLEIN-THIELT-STRAET : een weg. 1846 (BW.). KLEIN WALLANT : een hofstede. 1905 (Lijst). KLEITE : een stuk land. 1907 (Lijst). CLEMMEN BEILCK : een stuk land. .iij° xv. roeden lands gheheeten clemmenbeelc. 1432 (Even Ren. Aersele, f. 4); Land ... heet clemmen beelc. 1432 (Even Rente Aer sele, f. 18); iij° xv. R. lands gheheeten clemmen beilck 1443 (Rente 107
1078
Gruuth., 89) xc. R. lands ... heedt clemmen beilck. 1443 (ld., 96). KLOKPUT : een waterput te Aerseele. 1874-1884 (RdH., IX, 7 en XIX, 105).
8ste deel
14
71 244 359 368 425 426 526
530
KNOK : een wijk van Aarsele. de knok ± 1827 (Aars., 88); de knok 1846 (BW.); de knok 1881 (Aars., 88); de knok, een wijk van Aarsele 1907 (Lijst); de knok 1911 (Adv.). COEIJWEEDE : een weide te Aarsele. Pieter Vervaeck aen syn coeijweede. 1764 (Aerz. Straetsch.,f. 20). COOLIN COTTINS (te) : een hofstede te Aarsele. De stede te coolin cottins. 1432 (Even Rente Aersele, f. 14). KORTE LIJNE : een stuk land te Aarsele. de korte lijne, land- 1901 (Lijst). KORTE MOLENSTUK (’t) : een stuk land. 't Korte molenstuk, Land. 1901 (Lijst). KOSTERINNENMEERSCH : een meersch. 1784 (Aars., 107). OOSTERS LEEN : een leenland. 1443 (Rente Gruuth., 107). COUSE : een hofstede, zijnde leengoed, te Aerseele en ThieltBuiten. De selve, over beelkin vander couse. 1443 (Rente Gruuth., 13); Denys haghelynck vandenbeilcke ter couse. 1443 (Rente Gruuth., 41); de stede ter couse groot 5 bundre. 1443 (Rente Gruuth., 53). Familienamen : Pieter vander cousse. 1316 (Rek. Brug., Vlote, f. II, r.); Pieter vander cousse. 1317 (Rek. Coorne, Brug., f. I, v.); Pieter van der Cousse. 1318 (Fland., XI, 47); Pierre de Ie Cauche. + S'pie-t. (va.) der kouse. 1328 (Inv. Arch. Brug., I, 397); Jan vander cousse. 1331 (Rek. Brug., f. 29, r.); bi heinric vander cousse. 1344 (Rek. Brug., f. 24, v.); Jan van der cousse. 1359 (Cartul. Artevelde, 733); Carstiaen van der Couse. 1361 (Inv. Arch. Brug., 2, 115); Oli vier van der Cousse. 1382 (Fragm., 2, 143); her Jan van der Couse, prochipape van Axele. 1384 (Rek. der Baljuws, 188); broeder Omaer van der Cousse, fremineur. 1393 (Rek. Brugge). COUSSENS BRUG : een brug. Coussens brug, pont. 1850 (Carte V. d. Maelen); Coussens brug. 1876 (Carte Guerre). 108
533 560 561
562 569 619
665
713
748 829 844 922
938
968
COUSSENS' BUIZE : een duiker Coussens buize. 1846 (BW.). COUSSENS' STRAET : een weg. Coussens straet. 1846 (BW.). Familienaam : Coussens. COUTERE (den) : een stuk land. ± 1700 (Reg. Th.-t.-Hove, 2, 6). KOUTER-DUIKER : een duiker te Aarsele. 1846 (BW.). KOUTER HOFSTEDE : een hofstede, onder Thielt ten Hove, te Thielt-Buiten. ... C. R. lands ligghende an kouter hofstede. 1443 (Rente Gruuth., 49). COUTERKE (’t) : een stuk land. t couterke, land 350 roen. 1636 (Renteb. Thielt-ten-Hove. art. III). KOUTERLANDEN : land te Aarsele. 1901 (Lijst). CRABBERE (de) : een stuk land. Een ghemedt landts ... ende heet de crabbere. 1548 (Rtb. S. P., Ixvij). CRAEGHMEERSCH (de) : Meerschen te Aarsele. 1/2 bunder ligghende in de Craechmeersch. 1432 (Renteboeck Aerseele); ... bunder meerschen ligghende in de craechmeersch. 1432 (Even Rente Aersele, f. 3); Jan de vos van craechmeersch zijn stede groot iiij. ghemete. 1432 (Even Rente Aersele, f. 17) C. iiijxx R. meerschen ligghende inde craechmeersch. 1443 (Rente Gruuth., 104); Craghmeersch, 4 bunder land en busch. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 79); de Craeghmeirsschen te Aer seele. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 12); de Craeijmeirschen (sic) te Aerseele. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 44); jnde craijmeerschen (sic). ± 1700 (ld., 2, 44); de craechmeirsch, te Aerseele. 1771 (Aanteek. 1771 in Reg. Th.t.Hove, 2, 47). Aanm. Ook hier ging craech tot craey over. CREKELMUYTE : een herberg. Item een huys op de prochie van Aerseele, wesende een herberge genaemt de crekelmuyte. 1693 (Aars., 105). KRIEKERIJ : een stuk land. 1784 (Aars., 108). KROMMEMEERSCH : een meersch. 1784 (Aars., 107). KROMME VEURE : een stuk land. 1907 (Lijst). CRUYSCOUTERE : land te Aarsele. de cruyscoutere, land. 1636 (Renteboeck Thielt-ten-Hove, art. 58 7°). KRUISSTRATE : een plaats te Thielt-Buiten. de cruustrate, te Tielt. 1443 (Rente Gruuth., 29); de cruustraete te Thielt, (bij den Cruusbrouck gelegen) 1443 (Rente Gruuth., 35); Westwaerts tot de cruustrate ... 1649 (Oml. Th., f. 4); de Cruystraete. ± 1700 (Reg. Th.t.H., 26); ... palende zuidoost aen Aerseele, noord de Kruisstrate. 1729 (Th. buyten, X, 424). CRUUSWECH : een weg. 109
973
980
984
1022
1132
Ligghende aen de Cruuswech alzoe men gaet te Deinse waert. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 17). Zie : ten cruusweghe, hofstede. CRUUSWEGHE : een plaats. Bouwin de hane ghelt van synder stede ten cruusweghe groot xxv. R. Ob’. 1443 (Rente Gruuth., 86); West vanden Cruusweghe upde zuutzide vanden ghentweghe. 1548 (Rtb. S. P., Ixvij). CRUP-IN : een plaats. de Cruysstraete bij den crup-in. 1636 (Renteboeck Thielt-tenHove, art. 279). KEUKELAERS HOF : een hofstede. Lant ligghende neffens skeukelaers hove an doostzijde, neffens de beke, neder gaende tote kateline spaens leene. 1432 (Even Rente Aersele, f. Il); ... ligghende neffens skeukelaers hove an doostzide neffens de beke. 1443 (Rente Gruuth., 98). Familienamen : Maertin de kuekelaere. 1432 (Even Rente Aersele, f. 4); uuter schuit van maertin den Kuekelare. 1443 (Rente Gruuth., 89); Jan de Cuekelare (Ibid., 89). KUEKELBERCH : een hoogland. een stick lands ip den kuekelberch. 1432 (Renteb. Aerseele); j. ghemet landts ligghende up den kuekelbeerch. 1432 (Even Rente Aersele, f. 4); j. ghemet lands ligghende up den cuekelberch nef fens claeys peynaerds lande was up doostzide. 1443 (Rente Gruuth., 89); een sticke lands up den cuekelbeerch, groot ij ghemeten. 1443 (Rente Gruuth., 97). CUTTINS (te) : een hofstede. Oost neffens cuttins stede. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 9); AN doostzijde van heinricx bouden stede te cuttins ter Doolaghe. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 14); Stede te Cuttins ter doolaghe. 1432 (Renteboec Aerseele); de stede te cutins. 1443 (Rente Gruuth., 101); de stede te Cutkins. 1443 (Rente Gruuth., 109); de stede ter Cuttines ter doolaeghe te Aersele. 1636 (Renteb. Thielt ten Hove, art. 33); De stede te Cuttins. 1636 (ld., art. 281). KIJVER ; een weide. 1907 (Lijst).
9de deel
34
LAKEPLAS : een waterloop te Thielt, Dentergem, Aerseele en Gotthem. 1843 (C. d’eau); 1846 (BW. Thielt); 1906 (Lijst). 110
39 47 50 108 156
178 198 207 208 235 341
393 421 564
662
728
800
LAKEPLAS-BEKE : een waterloop te Aarsele. Lackevlas beek, cours d’eau. 1850 (Carte V. d. Maelen); Laekeplaetsbeke. 1880 (Wtl.); Lakeplasbeke. 1900 (Lijst). LAMBERT-BEKE : een waterloop. 1880 (Wtl.). LAMMEKEN : een herberg. 1846 (BW.). LAMMEKENS-STRAAT : een weg. Lammekensstraet. 1846 (BW.); Lammekensstraat. 1905 (Lijst). LANT VAN ST. BAAFS : Land te Aarsele. In arseele, ... west ti_ant van st.baafs. 1635 (Aers.-Zantv., f. I). LANGHE GRACHT : een waterloop. Neffens der langher gracht. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 8); zuudt van svoors, willems stede, neffens der .langher gracht ande zuutzide. 1443 (Rente Gruuth., 95); den langegracht. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 42). LANGE LIJNE : een stuk land. 1901 (Lijst). LANGE MEERSCH : meersch. 1901 (Lijst). LANGE METEN : een stuk land. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2. 46). LANG MOLENSTUK : een stuk land. 1901 (Lijst). LANGE STUCK ('t) : een stuk land. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 6). LAUWERS BILCK : land te Aarsele. den lauwersbilck, land. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 181); Zuijt jegens de prochie van dentergem, west den lauwers bilck van marijn de mei ere. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 4). LEEGE KWÂKOOP : een stuk land. 1784 (Aars., 108). LEEN (het) : een stuk land. 1907 (Lijst). LENDE (ter) : een hofstede. En arsele Jehans dele lende. 1304 (Rol bailli Courtray); van eenen sticke lands ligghende ande zuutzide vander stede ter lende. 1443 (Rente Gruuth., 97). LEYTINS DAMME : een plaats. Ande zuutzide van leytins damme neffens der strate. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 9); ligghende ande zuutzide van Leytins damme neffens derstrate. 1443 (Rente Gruuth., 98); ligghende ande zuut zide van Leytins damme neffens der strate. 1443 (Rente Gruuth., 109). LINDE (de) : een plaats. Van aen de linde tot beneden de schaepweijde. 1764 (Aerz. Straetsch., f. 7). LOBBES : een heerlijkheid, afhangende van de abdij van lobbes. Lobbis. 1687 (Aars., 55); Baudeloo, Lobbes et St. Baefs in aerzeele. 1764 (Aers. Straetsch., f. I); Lobbis. 1776 (Aers. 56); den Bailliu der heerlykhede van Lobbes ter kercken t'Aerseele. 1787 (Aars., 53); In Aerseele : De heerlykheid van Lobbes XVIII e. (Reg. C. Carton, II); Lobbis s.d. (Aers, 43). 111
805
996
997
1084 1143
Aanm. : Men onderscheidde St. Pol Lobbes van Lobbes ter Kerke. LODDERBOSCH : een bos. Lodderbosch, in Aerseele, 359 roeden. 1636 (Renteboeck Thielt ten Hove, art. 79); Een leen ... ligghende in de craeghmeirsschen, genaempt te mooregem, ende lodderbosch. ± 1700 (Reg. Th.t. Hove, 2, 12 en 13); aen ... haeren voorgaenden loddelbosch (sic). ± 1700 (ld., 2, 13). LUDICK : Een omwalde hofstede, oud leengoed, te Aarsele. Jan poucstrate van zinen leene dat Jans van Ludieke was. 1432 (Renteb. Aerseele van 1432); ’t Goed te Ludich, leen, hofstede met de wallen ende 6 1/2 bunder. 1636 (Renteb. Th.t.Hove); een leen van desen hove, genaempt ’t goed te ludiek, consisterende in eene hofstede, met de wallen, ende grachten ende andere gronden daer mede gaende tot ses bunderen en half. ± 17000 (Reg. Th.t.Hove, 2, 33); te Ludiek. 1783 (Aars., 51); te Ludiek, s.d. (Aars., 43); Ludiek, hofstede. 1901 (Lijst). LUEKE LAND : land te Aarsele. 243 roen land ende es gheheeten der lueke land. 1432 (Renteboek Aerseele); Land ... ende es gheheeten der lueke land. 1432 (Even Rente Aersele, f. 12); Ende es gheheeten der lueke land. 1432 (ld., f. 22); van ij0 xliij. Roeden ende es gheheeten der lueke landt. 1443 (Rente Gruuth., 109); der luecken lant, 243 roen. 1636 (Rente boeck, Thielt-ten-Hove, art. 246). MAENBEEK : een waterloop, Z.O. van Aarsele. De maenbeek. 1875 (Carte Guerre). MAILLESTRAATJE (’t) : een weg. s.d. (Aars., 50).
10de deel
116
177 295
296
MAERLESTICK : een stuk land. jn tgoedt te Coninghinne Walle dmaerlestick. 1443 (Rente Gruuth., 14). MARKT-STRAAT : een weg. 1902 (Lijst). MEERLAENHOEK : een wijk tussen Aarsele en Kanegem. Meirelaens hoek. 1800 (Carte maillart); Meirelaens Hoeck. 1820 (Carte Waterstraat); Meerbaenshoek, lieu dit. 1850 (Carte V. d. Maelen); te Aerseele, wijk Meirlaanshoek. 1913 (Adv ). MEERLAENSTRAET : een weg. 1846 (BW.). 112
301
329
384
385
386 404
768
MEERSCH (ter) : een leengoed te Aarsele en ten dele te Tielt. ... ende daerin erve ... Philipse van der Mersch, legghende de splitinghe vorseid tsinen leenen van der Mersch, ghehouden vanden vorseiden here van den Gruuthuse van sinen vorseid(en) goed(e) ten Hove te Thielt. ± 1358 (Cart. L. de Male, 2, 274); Tgoedt ter meersch. xx. S. ende houdt jn xij bundre lettel meer of min. 1443 (Rente Gruuth., 61); ’t Goed ter Meersch, te Thielt. 1635 (Thieltsche meng., 110); Ter Meersch, leen, bewalde hofstéde, te Aerseele, bij de limiten van Thielt. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 139); tGoed ter Meersch, 18 bunder. 1636 (ld., art. 656); Hof stede en goed ter meersch, te Thielt. 1664-1665 (Kohier, perka ment); ter Meersch. Een leen te Aerseele. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 36); t ’leen ter Meersch, ... zynde eene behuijsde hofstede met diversche partijen van landt, meirsch ende bosch. ± 1700 (Reg. ld., 2, 6); t ’Goed ter Meersch. ± 1700 (ld., 15); Varentackerzerk : west het straetje voor het Goed ter Meersch. 1729 (Th. Buyte, III, I); 5° Zerk van ’tGoed ter Meersch, palende oost het straetje voor het zelve goed, zuid het straetje naar het goed t'Huffeseel, west St. Amandsstraetje, noord west den Kortrijkschen heerweg. 1729 (ld., III, 175); Hofstede ... 't leen ter Meirsch, gehouden van Gruuthuise. 1729 (ld., III, 211); Derd. schoof van t ’goet ter meersch. 1768 (Cart. Harl., 122); ter Meersch. Een leengoed ter Aerseele. s.d. (Aars., 43); het Goed ter Meersch, hofstede. 1901 (Lijst). MEERSCH VAN BOUDELOE (den) : een meersch. Neffens den meersch van boudeloe. 1432 (Even Rente Aersele, f. 9). MEIKEN : een herberg en een wijk, nabij Aarsele-Kapelle, te Aar sele. Tmeijken. 1641 (Kaart in Sanderus, 2, 412); zuijt den heirwegh, loopende van tmeyken naer aerseele. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 28). De straete van Aerseele naer het Meijken. 1764 (Aerz. Straetsch., f. 20); Meyken. 1836 (Dict. V. d. Maelen, 2); het Meiken, herberg. 1846 (BW.); Meyken, cabaret. 1850 (Carte V. d. Maelen); Te Aer seele, wyk Meyken. 1860 (Adv.); het Meiken, wijk. 1901 (Lijst). MEIKENSHOEK : een wijk. de meikenshoek. 1881 (Aers., 2 en 74); Meikenshoek. 1905 (Lijst); de Meykenshoek. 1911 (Adv.). MEIKENSSTRAET : een weg. 1902 (Lijst). MEIKENSBEKE : een waterloop. 1880 (Wtl.). MELCKBILCK : een stuk land. den Melckbilck, land, 473 roeden, onder Houthaeghe, in Aerseele. 1636 (Renteboek Thielt ten Hove, art. 103). MOL : een herberg. 113
775 795
797
842
845 880
916 1040
1065
1069
de mol, herberg. 1846 (BW.); de Mol, cabaret. 1850 (Carte V. d. Maelen). MOLENAKKER : een stuk land. 1901 (Lijst). MEULENDAM : een plaats. Neffens de meulendamme. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 1); De selve, neffens den muelendamme. 1443 (Rente Gruuth., 84). MUELENDAM BRUGGHE : een brug. Ande zuudzijde van der muelen damme brugghe. 1432 (Even Rente Aersele, f. 12); de Muelendam Brugghe, te Aerseele. 1443 (Rente Gruuth., 99). MUELEN STEDE : een stuk land. van eenen sticke lands gheheeten de muefen stede metden busschen ende watere daeranne coppelende. 1443 (Rente Gruuth., 100) . MOLENSTRAAT : een weg. 1902 (Lijst). MOLENWAL : een stuk land. Oost met den lande ghenaempt den muelenwal. 1548 (Rtb. S. P., Ixix); de Molenwal. 1907 (Lijst). MEULENWYK : een wijk. 1846 (BW.). MOOREGHEM : een leengoed. Boudene van Morenghem. 1302 (Cte. cl. Brug., 144); Pietere van Morenghem. 1302 (ld., 175); gillis van morenghem. 1339 (Rek. Herev. Brug., f. 33, r.); Vranke van Morengheem. 1351 (Bog, 206); te Mooreghem, leen in aerseele, erve, bosch ende water, 4 bund. 1636 (Renteboeck, Thielt ten Hove, art. 79); Een leen ... ligghende in de craeghmeirsschen, genoemt te mooregem. Âą 1700 (Reg. Thielt ten Hove, 2, 12). MOORTERE (den) : een stuk land. ande westzijde vander vors. stede, up den mortere. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 16); den Moortere. 1443 (Rente Gruuth., 105). MOORTELKEN : een stuk land. 't Moortelken, 120 roen land. 1636 (Renteboek, Thielt ten Hove, art. 15).
11de deel
26
MOIJKEN : een plaats tussen Thielt-ten-Hove en Aerseele-kapel. t â&#x20AC;&#x2122;Moijken (Moleken ?). 1651 (Kaart in Sanderus, I, 280). Van elders niet bekend. Mogelijks werd Moleken bedoeld. 114
38 43 57
68
93
115
119 134
135
173
174
MUIZEBUNDER : een stuk land. 1901 (Lijst). MUIZENHOL : een plaats. 1846 (BW.). MUENKEN MEERSCH VAN BOUDELOO : een meersch. Byden muenken meersch van boudeloo. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 20). MURREKIN : een stuk land. van c.xvj. R. jnde stede te murrins, ... heedt tmurrekin. 1443 (Rente Gruuth., 89). MURRINS ACKERE : een stuk land. Inden murrins ackere. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 1); landt ligghende in muerins ackere. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 4); 5 gemete lands in Muerins acker, te Aerseele. 1432 (Renteboek Aer seele); De selve, jn murrins ackere. 1443 (Rente Gruuth., 85); jn murrins ackere ande zuudzide van maertins cuekelaren lande. 1443 (Rente Gruuth., 89). MURRINS HOUCK : een wijk. een sticxkin inde houc te murrins. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 19); den Houc te Murrins. 1443 (Rente Gruuth., 107). MURRINS STEDE : een hofstede. de Stede te Murrins, te Aerseele. 1443 (Rente Gruuth., 89). NAEYERS HOFSTEDE : een stukje land. Met eenen cleenen beelxkine, heet snaeyers hofstede. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 18); een bundre lans ligghende ande zuutzide van willem wyts was met eenen cleenen beilcxkin heedt snaeyers hofstede. 1443 (Rente Gruuth., 96). NAILLIE STRAET : een weg. t'Naille straetken, te Aerseele. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 20); Het Nailie straetjen. 1764 (Aerz. Straetsch., f. 18); Nai11iestraet. 1846 (BW.). NAILLIE-STRAET-HOEK : een wijk. 1846 (BW ). NASTELAERE GOED : een hofstede. Nastelaere Goed, ferme. 1850 (Carte V. d. Maelen). NEDEREN BROUCK : een stuk land. Lant ligghende inden nederen brouc. 1432 (Even Rente Aerseele f. 5); iij. ghemeten lands ligghende jnden nedren brouck teenen stcke. 1443 (Rente Gruuth., 90); Neeren brouck. 1606 (Renteb. Th.t.Hove, art. 152). NEDEREN FREYT : een stuk land. ij xxxvj, palende anden voorsch. beilck (nl. den hoghen freyt), heedt den nederen freyt. 1443 (Rente Gruuth., 85). NEIRINGHE : een landerij te Aarsele. à Aerzeele : den Dissche bosch, in de Neiringhe. 1810 (Arch. de la tour, pak 538). NERINGBEKE : een waterloop tussen Aarsele en Kanegem. 115
175
177 181
327
332
394
490
574 666
736
783
de Neringbeke. 1843 (C. d’eau); Neringbeek. 1875 (Carte Guerre); Neringbeke. 1880 (Wtl. Aers.); Neringbeke. 1880 (Wtl. Caneg.); de Neeringbeke, te Aerseele. 1881 (Aars., 2); Neiring- of Reijgerbeek. 1910 (Lijst). Aanm. : Ook tusschen Poucke en Vynckt, de Reigersbeke geheeten. Etym. : loopt door de neringen. NEERINGEN : Meerschen te Aarsele en Kanegem. Neringen, te Aerseele. 1836 (Dict. V. d. Maelen, 2); Aerseele, Neringen. 1843 (C. d'eau); De Neringen. 1875 (Carte Guerre); ... de aangename valleie der Neeringen. 1881 (Aars., 2). NEERINGENHOEK : een wijk. 1846 (BW.). NEERLE CAPELLE : een herberg. Neerle Cap. cabaret. 1850 (Carte V. d. Maelen). NEERWEG : een weg te Thielt-Buiten. Land, daer den neêrweg naer Aerseele op ligt. 1729 (Th. buyten, X, 338). NIEUWENHUYSE : een heerlijkheid te Aerseele, Ruiselede, enz. Olivier van Nieuwenhuyse. 1647 (Aars., 47); Eerst Jor pieter Adorne heere van poelvoorde, nieuwenhuyse, etc. 1648 (Rtb. Ronesvalsche, bijlage A); Nieuwenhuyse. 1769 (Aars., 52); Nieuwenhuyse, een leengoed te Aerseele s.d. (Aars., 43). NIEUWEN LOCHTINCK : een stuk land. Den nieuwen lochtin. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 9); den nieu wen lochtynck ende de gans meersch groot onder beede clxx R. 1443 (Rente Gruuth., 96); den nieuwen lochtinck, land 1636 (Renteboek Th.t.Hove, art. 205). NIEUW LANDT : land te Aarsele. van ij Iviij R. lands, ... heedt tnieuwe landt. 1443 (Rente Gruuth., 86 ) . NONNEBEELC : een stuk land. een ghemet lands in den nonnebeelc. 1665 (Renteboeck Aerseele, art. 1432). NOORDOOSTHOEK : een wijk. 1905 (Lijst). NOTELAREN GOED : een hofstede, oud leengoed, te Aersele. 't Notelarengoed s.d. (Aars., 43); het Notelare-Goed, hofstede. 1846 (BW.); het Notelarenhof. Eene hofstede, 1880 (Aars., 114); het Notelaren-Goed. 1890-1901 (Lijsten). OKER : een herberg. In den Oker woonde Leenaerd DeSmet. 1802 (Aars., 109); de Oker, herberg, 1846 (BW.); Ooker, cabaret. 1850 (Carte V. d. Maelen). OKER-DUIKER : een duiker. 1846 (BW ). OKERSTRAAT : een weg. 1902 (Lijst). ONDANK-HOEK : een wijk. 1846 (BW.). 116
784 893
895 911
969
ONDANK MOLEN : een molen. Den Ouden Oeval (L. den Ondanc Molen). 1641 (Kaart in Sanderus, I, 280). ONDANK STRAAT : een weg. Ondankstraat. 1846 (BW.); Ondank-straat. 1912 (Kzl.). OOSTERHEM : een heerlijkheid. Oosterhem s.d. (Aars., 43); Oosterhem. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 237); Oosterhem. 1756-1773 (Aars., 62). Familienaam : in riddervoorde ende in zwevezele : Johan van oosterhem. 1388 (Rtb., f. 69). OOSTERKOUTER : een stuk land. 1846 (BW.). OOSTHOEK : een wijk. de Oosthoek. 1877 (Adv.); de Oosthoek. 1907 (Lijst); te Aerseele, Oosthoek. 1912 (Adv.). OOSTKOUTER : een stuk land. Een ghemedt landts ligghende jnde oostcoutere upde noortzide vanden ghendweghe. 1548 (Rtb. S. P., Ixvij); Ligghende taerseele inden oost coutere, ande zuutzide van den Ghendtweghe. 1548 (Rtb. S. P., Ixix); den Oostcoutere. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 37); de Oostkouter, te Aarseele s.d. (Aars., 104); de Oostkouter 1907 (Lijst).
12de deel
79 81 99 104
139 175
OUDE STRAETE : een weg. 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 14). OUDE THIELTSCHE HEIRWEG : een weg. 1846 (BW.). OUDE THIELT-STRAET : een weg. 1902 (Lijst). OUDE WONTERGHEMSCHE-PAROCHIEWEG : een weg. 1846 (BW.). OUDE ZAVERANDE : een stuk land. Een ghemet lands an doude zaverande. 1432 (Even Rente Aersele, f. 7); van eenen sticke lands en de heet den scrijnmakere lig ghende ande westzide vander ouder zaverande. 1443 (Rente Gruuth., 88); ... j ghemet lands an doude zaverande. 1443 (Rente Gruuth., 94); d'oude Saverande, land. 1636 (Renteboeck Thieltten-Hove, art. 184). OUSSELGHEMSCHE PONTWEG : een weg. 1846 (BW.). OVERDYCK : een plaats. De selve, jnden overdyck doostzide. 1443 (Rente Gruuth., 110). 117
287 327
437 438 455 464
527 697 779
785 810 861
903
910
PAMABEEK : een waterloop. Pamabeek, cours d'eau. 1850 (Carte V. d. Maelen). PANTINS BEKE : een meersch. Michiel pantin. 1432 (Even Rente Aerseele, f. II); 1/2 bunder en 22 roen meerschen gheheeten de pantins beke, te Aerseele. 1432 (Renteboeck Aerseele); meerschen gheheeten de pantinsbeke. 1443 (Rente Gruuth., 98). Familienaam : Pantin, te Thielt. PASTORIE-MEERSCH : een meersch. 1907 (Lijst). PASTORIJSTRAAT : een weg. 1902 (Lijst). PATRIJSHOEK : land. 1907 (Lijst). PAULIJNE STUCK : een stuk land. ’tPaulynestick, land, een bunder, te Aerseele. 1636 (Renteboeck Th.t.Hove, art. 142); het Paulijn Stuck. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 31). PEERDEWEË : een weide. 1881 (Aars., 49). PIETER SHASEN LEEN : een leengoed. 1443 (Rente Gruuth., 105). PLAETSAERT : een leengoed. Van zinen leene, ghenaemt den plaetsaert. 1432 (Even Rente Aer seele, f. 16); land, leen genaemt den Plaetsaert, te Aerseele. 1432 (Renteboeck Aerseele); den Plaetsaert. Land te Aerseele. 1443 (Rente Gruuth., 105); den Plaetsaert, leen, land 142 roen te Aer seele. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 185); den Plaetsaert. Een leengoed te Aerseele. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 32). PLAETSEBEKE : een waterloop te Aerseele en Denterghem. 1843 (C. d'eau). PLANKE : een stuk land. 1784 (Aars., 108). PLEUNIS BILK : een stuk land te Thielt-Buiten. Zerk van ’t Goed ter Meersch : de Pluenis bilk. 1729 (Thielt buyten, III, 214). PLEUNTJES : een klein bosch te Thielt-Buiten. Een busselken : de Pluentjes, palende oost aen de prochie van Aerseele, onder haege. 1729 (Th. buyten, X, 4172). POELVOORDE : een heerlijkheid. tLeen te Poelvoorde, hofstede, 15 bunder, in Aerseele. 1636 (Ren teboek Thielt-ten-Hove, art. 53); ... Ridderheere van Poelvoorde in Arsele. 1680 (Processen Raed van Vlaanderen, 2° reeks, n° 7332); ... zijnde eene behuijsde hofstede, met diversche stucken landt ende bosch daer mede gaende, geheeten t ’leen te Poelvoorde. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 8); In Aerseele : de heerlykheid van poel voorde. XVIII0 (Reg. C. Carton, II). POELVOORDE VIVERE : een vijver. Ligghende zuud vanden vivere te poelvoorde. 1432 (Even Rente Aersele, f. 15); ... ligghende an poelvoorts vivere, ... jn poelvoorts 118
984 1007
1011
1138
1140 1141
1142
vivere, ... 1443 (Rente Gruuth., 45). PONTACKER : land. 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 28). PONTSTRAAT : een weg. de pontstraete, te Aerseele. 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 39); de Pontstraat. 1902 (Lijst). PONTWEGH : een weg. Straete loopende naer den pontwegh. 1764 (Aerz. Straetsch., f. 27). POUCKEDAM : een dam. ande westzide van den damme die men heet Poucke dam, ligghende in de prochie van Arcele. 1363 (C. S. Mart., 2, 420); Meersschen inden gavere anden pouckedam. 1474 (Dent., 3); Van .ij. ghemeten meerschen in aerssele, anden poucke dam. 1474 (Dent., f. 43); een vierendeel meersch ligghende binnen der prochie van Aersele ligghende in een bunder meersch by den Pouckedam. 1665 (Rente boek Denterghem, art. 37); Pouckendam op Denterghem bij het li miet van Aerseele. 1665 (Renteboek Denterghem, art. 39, 40 en volg.). POUCKSCHE BINNENWEG : een weg. 1846 (BW.). POUCKSCHE LEIWEG : een weg. 1846 (BW.). POUCQUES-STRAAT : een weg. Zuudt tgoet van Baudeloo, oost de poucstrate. 1548 (Rtb. S. P., Ixix); Poucques-straat. 1902 (Lijst). POUCSTRAETE : een leengoed. Ghecalengiert een olivier poecstraets goet in Aerssele. 1382 (Rol. balj. Thielt); een Olivier Poucstraets goet in Aerssele. 1382 (Rek. der baljuws, 209); Jan Pouc strate, «te Aerseele» van zinen leene dat Jans van Ludeke was. 1443 (Rente Gruuth., 96). Familienamen : Olivier poucstrate. XIV0 (Rente Ars., f. II); Bi Janne van poucstrate. 1431 (Poorterie, Brug., f. 130, V); de wed. Olivier poucstraets. 1432 (Even Rente Aersele, f. 2); Olivier poucstrate. 1457 (Scolclede, f. 36); de wedewe van Heindric van Poucstrate. 1533-34 (Fland., 2, 60); Ontfaen van der wedewe van Heindric van der Poucstrate. 1534-35 (Fland., 2, 56); de Poucqstraete. s.d. (Mergh.. 259). POUCSQUES-WEG : een weg. een stuck landts daer de pouckwegh op de oostsyde lanckxt gaet. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 22).
119
13de deel
33 226
254
266 330
380
398
499
533 725 737 802 987
988
PROCESSIE-STRAET : een weg. 1846 (BW.). RACHT NIEUWENHUYSE : een heerlijkheid, gehouden van den hove van Oyghem, betrekkende op vele gronden in Aerseele. 1762 (leenhof Thielt). RAÇONS-BEKE : een waterloop. 1880 (Wtl.). RAMAERS BEILCK : land en meersch. .§. budre onder landt ende meersch heet de Ramaers beilck. 1443 (Rente Gruuth., 94). RAMAERTS LAND : land. Item Ramaerts land c xxiij roeden. 1432 (Even Rente Aersele, f. 2); Item Ramaers landt C. xxiij R. 1443 (Rente Gruuth., 87). RAMSHOEK : een wijk. 1846 (BW.). RAVERS BEELC : land en meersch. Land ende meersch, heet den Ravers beelc. 1432 (Even Rente Aer sele, f. 7). REGGERSBEEK : een waterloop te Caneghem en Aerseele. 1912 (Lijst). REGGERBEEK : een andere benaming der Neeringbeek te Aer seele. 1912 (Lijst). REIGERSBEKE : een waterloop. de Reigersbeke. 1881 (Aars., 2); Neiring- of Reigersbeke. 1910 (Lijst). Aanmerking : Ook, ten dele, Neeringbeke, geheeten. RENNEBILCK : een landerij. Een ghemet lands inden Rennebeelc. 1432 (Even Rente Aersele, f. 16); .j. ghemet lands jnden Rennebeelc. 1443 (Rente Gruuth., 104); de Rennebilck, een gemet land. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 805). RIEDE : een plaats. De weduwe Jans van den riede. XIV°e. (Rente Ars., f. II). ROOBEKE : een waterloop. 1880 (Wtl.). ROODE MEIRSCH : een meersch. den Rooden Meersch, te Aerseele. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 33). ROOSE : een herberg, ten Z. van Aerseele. In de Roose, Cab. 1875 (Carte Guerre). RUIFELKEN : Een plaats tusschen, Aerseele, Caneghem en Thielt. het Ruifelken. 1846 (BW. Aers.); ’t Ruifelken. 1846 (BW. Can.); het Ruifelken, lieu dit. 1846 (BW. Thielt). RUIFELSTRAAT : een weg te Aerseele. 1902 (Lijst). RUIFELSTRAETJE : een weg. 1846 (BW.). 120
988 1200
RUIFELWEGEL : een votpad te Aerseele. 1846 (BW.). SACRAMENTSLANDT : land. Upde zuutzide van Racens Muelenwalle, ande oostzide van tsacraments landt, zuudt den heerwech. 1548 (Rtb. S. P., Ixvij); jeghen over tsacraments land van Aerseele. 1548 (Rtb. S. P., Ixvij).
14de deel
109
213 235
301
313 424
525 555
SCHAEPWEIJDE : land. Van aen de Linde tot beneden de Schaepweijde. 1764 (Aerz. Straetsch., f. 7). SCHEER : een herberg. de Scheer, cabaret. 1850 (Carte V. d. Maelen). SCHEP : een stuk land. tSchep, land te Aerseele. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 204); den Schep, 50 roen land, te Aerseele. 1636 (ld., art. 221-224). SCHOBBEJAK'S HOOGTE : een hoogte, langs de baan tusschen Thielt en Aerseele. 1900 (Lijst). Volketym. : Men zegt dat die bijnaam voortkomt van deze omstan digheid : de arbeiders, die aan de afdelving dezer hoogte wroch ten (1770), kwamen in werkstaking en gaven aan den aannemer, die hun te weinig betaalde, den bijnaam van Schobbiak (Vanden Berghe, Stad Thielt, hist. herinneringen, blz. 16). SCHOOLSTRAAT : een weg. Schoolstraetje. 1846 (BW.); Schoolstraat. 1902 (Lijst). SCRIJNMAKERE : een stuk land. L a n t... ende heet de scrijnmakere. 1432 (Even Rente Aersele, f. 3); 164 roeden ... ende heet den scrijnmaker, te Aarseele. 1432 (Rente boek Aersele); C. Ixiiij R. ende heedt den scrijnmakere, ligghende by zeghers vanden voorde was. 1443 (Rente Gruuth., 88); van eenen sticke lands heet den scrijnmakere ligghende ande westzide vander ouder zaverande, groot ij .I. R. 1443 (Rente Gruuth., 88). SIMPOL-OYGHEM : een heerlijkheid. 1745 (Aars., 62). Familienaam : heiric simpol. 1368 (Vern. Wet Brug., f. 54, r.). SINT-BAAFS : Eene heerlijkheid, afhangende van de St. Baafsabdij te Gent, in de gemeenten Aerseele, Caneghem.Oostroosebeke en Lendelede. 121
769
774
867 868
938
948
961 989
996
Sinte Baefs. 1350 (Aars., 59); Sinte Baefs. 1390-1419 (Aars., 59); Sint-Baefs. Heerlijkheid onder Aerseele. 1699-1716 (RP., 1907); Sint-Baefs. 1700-1764 (Aars., 60); Baudeloo, Lobbes en Ste Baefs in Aerzeele : 1764 (Aerz. Straetsch., f. I); Sint-Baefs. 1789 (Aars., 61); In Aerseele: de heerlijkheid Ste Baefs. XVIII°e. (Reg. C. Car ton, II); Sint-Baefs. ± 1860 (Thanghe, 136). SINT PAUL : een heerlijkheid. in ... Aerseele, onder de heerlijchede van St. poel. ± 1610 (Staatsarch. Brug., Oyghem, n° 2861); In Aerseele : de heerlijkheid van St. Paul. XVIIl°e. (Reg. C. Carton, II). SINT-PIETERS-BOOMKENS : Eene wijk tusschen Aerseele en Thielt. Sint pieters-boomken. Eene plaats te Thielt. 1635 (Thieltsche meng., 110); Tegen Aerseele, ... palende noord de gentsche strate, d'Erfve van St. Pieters-boomkens, aen den heerweg, competerende aen de kercke van Thielt tot Groeden, ... 1729 (Th. buyten, X, 304); bij de Sinte-Pietersboomkens, langst den Gentschen heirweg, in ’t schéén van Aerseele en Thielt. 1903 (Slosse, R.K., 831). SLIER : een herberg en een wijk. de Slier, herberg. 1846 (BW.); de Slier, wijk. 1907 (Lijst). SLIERHOEK : een wijk. de Slierhoek. 1881 (Aars., 74); de slierhoek. 1910 (Adv.). SLIERSTRAAT : een weg. 1902 (Lijst). SLIER-WEG : een weg. 1846 (BW.). SMALLEN GAVER : een meersch, later ten dele bos. Landt ende mersch gheleghen jnden smalen gaver. 1415 (Dent., f. 3); van .j. bundere lands ontrent den smalen gavere. 1415 (Dent., f. 8); Eenen meersch, heet den smalen gavere, groot .C. XXV.I? 1432 (Even Rente Aersele, f. 3); Van eenre meersch, heet den smalen gavere. 1432 (Even Rente Aersele, f. 10); van eenen meersch heedt den smallen gavere. 1443 (Rente Gruuth., 88); den Smallen Gavere. 1443 (Rente Gruuth., 97); den Smallen gaver, bosch aen de beke die Denterghem van Aerseele scheet. 1665 (Renteboeck Denterghem, art. 384). SMEDEBEILCK : laaggelegen land. jnden smedebeilck beneden den kerckweghe naerst der oostziden. 1443 (Rente Gruuth., 110). SMESSE : een stuk land. Tstic boven der smesse. 1432 (Even Rente Aersele, f. 19). SNAEYERS HOFSTEDE : een stuk land. een bunder land met eenen cleenen beelxkine, heet snaeyers hof stede. 1432 (Renteboeck Aerseele). SNELLAERT : een stuk land. Een ghemet lands an doude Zaverande gheheeten den snellaerd. 122
1005 1006
1030
1432 (Even Rente Aerseele, f. 8); Een ghemet lands, gheheeten den snellaerd. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 7); .j. ghemet lands an doude zaverande gheheeten den snellaert. 1443 (Rente Gruuth., 94) den Snellaert, land, een gemet, te Aerseele. 1636 (Renteboeck Thielt-ten-Hove, art. 184). den Snellaert. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 32). Familienamen : Lambrecht Snellaert. 1443 (Rente Gruuth., 28). SNEPHOEK : een wijk. Snephoek. 1846 (BW.); Te Aerseele, Snephoek. 1912 (Adv.). SNEPPE : een herberg. de Sneppe, herberg. 1846 (BW.); de Sneppe, cabaret. 1850 (Carte V. d. Maelen). SOLDERLAND : land te Thielt-Buiten. 't Solderland, oost aen de beke tegen Aerseele. 1729 (Th. buyten, X, 324).
15de deel
33
187 215 217 285
409
SPEIBEEK : een waterloop te Aarsele en Dentergem. Le Speybeke, ruisseau de trois mètres et demi de largeur ... 1836 (Dict. V. d. Maelen, 2); Le Meulen ou Speybeke. 1836 (Dict. V. d. Maelen, 29); de speibeek, te Dentergem. 1863 (Dent., 120); Speybeek, Raü. 1875 (Carte guerre); Speibeke. 1880 (Wtl. Aarsele); Speibeek. 1880 (Wtl. Dentergem); de Speibeke. 1881 (Aars., 2); de Speibeek. 1901 (Lijst). Aanmerking / wordt te Dentergem ook de watermolenbeek ge noemd. STAMPKOT : een oliemolen. Het Stampkot, molen. 1846 (BW.). STATIESTRAAT : een weg. 1902 (Lijst). STATIEWIJK : een wijk van Aarsele. 1905 (Lijst). STEENBUUCX HOFSTEDE : een hofstede. De hofstede daer zoe woont gheheeten Steenbuucx hofstede. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 18); hofstede steenbuucx hofstede 1432 (Renteb. van Aerseele); de hofstede daer zou wuendt gheheeten steenbuucx hofstede. 1443 (Rente Gruuth., 107). STEERT : een stuk land en bosch. 1443 (Rente Gruuth., 100). 123
428
430
432 435 436 438 444
453 487
600 677
703
707 708
719 834 835 836
STENINS BROUCK : Meerschen te Aerseele. .xc. R. meerschen gheheeten den stenins brouck. 1443 (Rente Gruuth., 94). STERKE BEKE : een stuk land. Twee beilcken jnden nieuwen ackere ende heedt de sterke beke. 1443 (Rente Gruuth., 7). STERRE : een herberg. 1846 (BW.). STERREBEKE : een waterloop. 1880 (Wtl.). STERREHOEK : een wijk. 1846 (BW.). STERRESTRAAT : een weg. sterrestraat. 1846 (BW.); sterrestraat. 1905 (Lijst). STEVINS BROUC : een meersch. .xc. roeden meerschen gheheeten de stevins brouc. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 7). STIERSHOEK : een wijk. 1900 (Lijst). STOUTS MERSCH : een meersch. In Aerseele, ... van .c. xliiii. R. mersschen gheheeten stouts mersch. 1415 (Ldb. Aerssele). STOVE : een stuk land. 1907 (Lijst). STICK BOVEN DER SMESSE : een stuk land te Aarsele. 1443 (Rente Gruuh., 107). TAERTE : een stuk land. de Taerte, een gemet land te Aerseele. 1636 (Renteboeck Thieltten-Hove, art. 277). TARWE BEILCK : land te Aerseele. .c. roeden gheleghen inden taerwe beelc. 1432 (Even Rente Aersele, f. 10); ... ligghends jnden tarwe beilck. 1443 (Rente Gruuth., 96). TARREWE STICXKEN : een stuk land. 1636 (Renteboeck Thielt-ten-Hove, art. 136). TASHUUS : ... te Aerseele. De selve vuter schuit Jans vanden moerackere vander stede daer tashuus up staet ende den beilck oost daer bachten. 1443 (Rente Gruuth., 53). Aanmerking : misschien is hier enkel Tashuus=schuur bedoeld. TEEKELINGEN : een wijk van Aerseele. 1901 (Lijst). THIELTSCHE STRAAT : een weg te Aerseele. 1902 (Lijst). THIELT-STRAAT : een weg te Aerseele. 1902 (Lijst). THIELT-TEN-HOVE : een heerlijkheid, ook Gruuthuse geheeten, te Thielt-Buiten. Van den vorseiden here van den Gruuthuse van sinen vorseid goed ten-Hove te thielt. ± 1358 (Cart. L. de Male, 2, 274); Van sinen leene ten Hove, ligghende in de prochie van Thielt. ± 1358 (Cart. L. de Male, 2, 274); Thielt ten Hove. Eene heerlijkheid te Thielt. 1416 124
940 1151
(Thieltsche meng., 127); Thielt-ten-Hove. 1427 (Thieltsche meng., 128); Mher Jan van Brugghe, heere van den Gruuthuse, van Thielt ten hove, van Steenhuse, ... 1435 (Inv. Arch. Brug., 2, 356); Thielt ten hofe. 1488 (Chart. Arch. Magd. Brug.); Van hueren hove ende heerelichede van gruuthuuse gheseyt tyelt ten hove 1528 (Bulscampvelt); Thielt-ten-Hove. 1585 (RP., 1904, 266); Thielt ten Hove. 1641 (Kaart in Sanderus, 2, 412); ook in Sanderus, I, 280; Thieltten-Hove, gezeid gruuthuyse. Eene heerlijkheid te Thielt, Aerseele, Wynghene en Pitthem. 1636-1653 (RP.,1895, 229); Register ... Thielt ten Hove geseijt gruijthuijse. ± 1700 (Reg. Th.t.H., I); Thielt ten (sic) Hoven. 1744 (Carte Frickx). TJIEPMEERSCHEN : weiland te Aarsele. 1907 (Lijst). UITPACHT : een wijk van Aarsele. 1846 (BW.). UITPACHT-BOSCH : een bosch te Aarsele. 1908 (Lijst). UITPACHTHOEK : een wijk. Hofstede, te Aerseele en Thielt, wijk Uitpachthoek. JUNI 1919 (Adv.). Aanmerking : Is identisch met Uitpacht. UITPACHT-STRAAT : een weg. 1902 (Lijst). UITPACHT-WEG : een weg. 1846 (BW.).
16de deel
67
122 172 250 263
267
VAN MAELE'S KAPELLEKEN : een kapel tussen Aerseele en Caneghem. Van Maele’s kapelleken. 1846 (BW.); Van Maelens kapelleken. 1850 (Carte V. d. Maelen). VEERDENKAPELLE : een kapel te Aerseele. 1901 (Lijst). VELDEN’S KAPELLEKEN : een kapel. 1846 (BW.). VERDEN KAPELLEKEN : een kapel. Verden Kapelleken. 1850 (Carte V. d. Maelen). VERGHYSSELS : land en meersch. de Verghissels, land en meersch te Aerseele. 1636 (Renteboeck Thielt-ten-Hove, art. 2333°); De Verghyssels, 100 roen. 1636 (ld., art. 250). VERCAMPS’S KAPELLE : een kapel te Aerseele. Vercamp’s kapelleken. 1846 (BW.); Vercamp Kapelleken. 1850 (Carte V. d. Maelen); Vercamp's Kapelle. 1901 (Lijst). Familienaam : Vercamp, aldaar. 125
339
395 396
399
431
692
716 727
727
770 777
820
VETTE WEEDE : een stuk weide en bosch. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 7). VIEREKESTUCXKEN : een stuk land. Aen t Vierekestucxken. 1764 (Aerz. Straetsch., f. 9). VIERENDEEL : een stuk land te Thielt-Buiten. Zerk van 't Goed ter Meersch : land genaemd het Vierendeel. 1792 (Th. buyten, III, 194). VIER GEMETE : land, zijnde leengoed, te Aerseele. De Vier gemete, land. Leen, te Aerseele. 1636 (Renteboek Th. ten Hove, art. 114); de Vier Gemeten, leen. ± 1700 (Reg. Th.-t.-Hove, 2, 22); de Vier Gemete, land. 1901 (Lijst). VIERSCHARE : een Vierschaar te Aerseele. Ligghende up de vierweechstede daer de vierscare staet. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 9); De Vierschare, ... land zuut vander kerken, daer de Vierschare staet. 1636 (Renteboek Thielt-tenHove, art. 283). VOGELZANG : een stuk land en eene herberg te Aerseele. de Vogelzang. 1784 (Aars., 108); In den Vogelzang, Cab. 1875 (Carte Guerre). Aanmerking : ten zuiden van gezegd land staat thans de herberg de Vogelzang. VONDELBEKE : een waterloop tussen Aerseele en Wontherghem. 1881 (Aars., 2). VOORDERKOUTER : een landerij zijnde leengoed. Voordre Coutre. Land Thielt ten Hove. 1443 (Rente Gruuth., 45); den Voorderkouter. 1635 (Thieltsche meng., 110); Voorder coûter. Leen. Land, 604 roeden te Aerseele. 1636 (Renteboek Thielt ten Hove, art. 120); Voorder Coutter. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 28). VOORDEKOUTERZERK : een sectie van Thielt-Buiten. Hazelaerzerk, ... jegens den voorderkouterzerk, ... 1729 (Th. buy ten, III, 53); 3° den Voorderkouterzerk, een drijhoek, palende oost Maerloopstrate, zuid S. Amandsstraetje noord aen den hazelaerkouterzerk ende zerk van 't Goed ter Meersch. 1729 (Th. Buyten, III, 76). VOORDER PLASCH : een plaats onder Thielt ten Hove onder Aer seele. Jnde meersch anden voorder plasch. 1443 (Rente Gruuth., 58). VOSKEN'S WEGEL : een weg. 1846 (BW.). VOSSEBRUG : een brug, over de Neeringbeek, tusschen Aerseele en Caneghem. de Vossebrug, brug. 1846 (BW., Aers.); Vossebrugge, pont. 1846 (BW. Can.); de Vossebrug. 1875 (Carte Guerre); de Vossebrug. 1901 (Lijst). VROOYE STRAETJEN : een weg te Aerseele. 1846 (BW.). 126
829 836
855 874
875 905 923 939 952
956
962 981
1041
1042
1068
VROUWESTRAAT : een weg. 1902 (Lijst). VRYBUSCH LEENE : een plaats te Aerseele. Ligghende an doostziide van vrybuschleene. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 11); an doostzide van vribusch leene. 1443 (Rente Gruuth., 98). VRIJE VAN RYSSEL : vrijlanden o.a. in de gemeenten Gheluwe, Aerseele, Iseghem, enz. VUIJLE MEERSELKENS : meerschen. Aen de Vuijle meerseikens geordonneert de straete souffisantelijck te vermaecken ... 1764 (Aerz. Straetsch., f. 27). VUYLMEERSCHBEKE : een waterloop. 1843 (C. d’eau). VIJF GEMETE : land te Aerseele. 1901 (Lijst). VYFSCHE PONTWEG : een weg te Aerseele. Vyfsche pontweg. 1846 (BW.); Vyfsche Pontweg. 1905 (Lijst). VYNCKT-STRAAT : een weg te Aerseele. Vynckt-straet. 1846 (BW.); Vynckt-straat. 1902 (Lijst). VYVERGOED : een hofstede tussen Aerseele en Denterghem. het Vyvergoed, hofstede. 1846 (BW. Aerseele); ’t Vyvergoed, hof stede. 1846 (BW. Dent.). VYVERGOEDHOEK : een wijk. 1876 (Carte Guerre). VYVERKENS : een bosch. Aan de Vijverkens geordonneert de straete te verbreeden. 1764 (Aerz. Straetsch., f. 26); de Vyverkens, bosch. 1846 (BW ). VIJVERS : een meersch. 1901 (Lijst). WAELS BEILCK : land. ligghende an doostzyde van mulaers bussche gheheeten waels beilck. 1443 (Rente Gruuth., 23). WALBUSCPI : een bosch. Ande westziide van den Waelbussche. 1432 (Even Rente Aers., f. 7); ... ligghende an de westzide vanden waelbusch. 1443 (Rente Gruuth., 94); een half bundre busch, ande westzide van symoen daens meersch, gheheeten den waelbusch. 1443 (Rente Gruuth., 95). WALBRUGGE : een plaats. land ligghende in de Waelbrugghe, te Aerseele. 1432 (Renteboek Aerseele); Lant ligghende ande Waelbrugghe. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 3); xxv. R. lands ligghende ande Waelbrugghe. 1443 (Rente Gruuth., 87); de Walbrugge, over de beke, te Aerseele. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 192); de Walbrugge, te Aerseele. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 32). WALLANT : een leengoed. 't Wallant. s.d. (Aars., 43); het Goed 'T Wallant, hofstede. 1901 (Lijst). Aanmerking / men onderscheid het groot goed te Wallant en het klein goed te Wallant. 127
17de deel
44
45 63
117
121
194 212
240 312
366 400 401
WATERBOSCH : een stuk land. den Waterbosch, een gemet land. 1636 (Renteboek Th.t.Hove, art. 276). WATERBOSCHBEKE : een waterloop. 1880 (Wtl.). WATERHUIS-BUIS : een duiker en brugje. Waterhuis-buize. 1846 (BW.); wateruys buys, pont. 1850 (Carte V. d. Maelen). WATERRATBEKE : een waterloop. 1880 (Wtl.). WATERRATTE : een wijk tussen Aerseele en Denterghem. de Waterratte, lieu dit. 1846 (BW. Dent.); de Waterratte. 1846 (BW. Aerseele). WATERSTRAAT : een weg. De waterstrate souffisantelijck te vervasten met haut en aerde. 1764 (Aerz. Straetsch., f. 11); Waterstraetje. 1846 (BW.); Water straat. 1902 (Lijst). WAEYBERG-HOEK : een wijk. 1846 (BW.). Familienaam / W. van Wayberghe. 1377 (Rek. Gent, 5, 121). WEDERGRATE : een leengoed te Aerseele. Maria de Wedergrate. 1420 (Ann. archéol. Gand, IV, 343); par monsr de Goux et de Wedergrate. 1466 (C. Bergues, I, 330); by den leene van Charles van wedegraete. 1466 (Renteb. Hauweelsche, f. 10a, r.); Charlekin de Wedergrate. 1495 (Rap. sur Arch. de Lille, par Gachard, 289); Roeland van wedergraete. XV°e. (Gentsche ColI., 25, 85, 467, 486); Rolandt van wedergrart (sic). 1502 (Reg. fiefz Courtr., f. 81); Neyghen ou Wedergrate. 1538 (Kaart V. d. Beke); vanden Lande van Rotselaere ende Wedergraete. 1579 (De Schrevel, Doc., III, 178); Wedergraet, te Aarseele. 1687 (Aars., 62); Ie baron de Wedergraet. 1740 (Charter Warn., n° 6491, blauw); In Aerseele : de heerlijkheid van Wedergraet. XVIII°e. (Reg. C. Carton, II); Wedergraet. Eene heerlijkheid onder Aarseele. s.d. (Aars., 43). Familienaam : de Wedergraete. s.d. (Mergh., 262). WEITHOEK : een wijk van Aerseele. 1908 (Lijst). WESTACKERE : een landerij. Up dnoorthende vanden westackere. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 4); Eenen beelc, heet de westackere. 1432 (Even Rente Aersele, f. 17); den Westackere. 1443 (Rente Gruuth., 90). WESTHOEK : een wijk. Westhoek. 1846 (BW.); de Westhoek. 1908 (Lijst). WESTKOUTER : een stuk land. 1907 (Lijst). WESTKOUTERLOS : een weg. 1880 (Wtl.). 128
533
692
693
710
727 737
790 804
808
WESTKOUTERSTRAAT : een weg. 1902 (Lijst). WILDEMEERSCH : een meersch. Lij. r. meerschen ligghende inde Wildemeersch. 1432 (Even Rente Aersele, f. 9); Van .lij. roeden meerschen gheheeten Wildemeersch neffens der meersch van boudeloo. 1432 (Even Rente Aersele, f. 22); van lij R. meerschen gheheeten wildemeersch neffens der meersch van boudeloo. 1443 (Rente Gruuth., 109); den Wilde meersch, te Aersele. ± 1700 (Reg. Th.t.Hove, 2, 34); den Wilde meersch, deel ... 152 roen. 1686 (Renteboeck Thielt-ten-Hove, art. 249). WITTEWEGHE : een hofstede. Meerschen ligghende voor de stede ten Wittenweghe. 1432 (Even Rente Aersele, f. 2); An doostziide van margrieten stede van den wittenweghe. 1432 (Even Rente Aersele, f. 11); Ligghende voor de stede ten Witteweghe. 1432 (Even Rente Aersele, f. 22); De stede ten Wittenweghe. 1432 (Renteboeck Aerseele); .I. R. meer schen ligghende voor de stede ten witteweghe, tussen der gans meersch ende der strate. 1443 (Rente Gruuth., 86). WITTEWEGHE : een stuk land. een stick lants ghenaempt te witteweghe. 1636 (Renteboeck van Thielt-ten-Hove, art. 204). WITTEWEÊ : een weide. 1784 (Aars., 107). WOESTYNE : land en bosch. .I. xxxiij. r. lands ligghende inde woestine. 1432 (Even Rente Aer sele, f. 3); Land ende bosch ligghende inde Woestine. 1432 (Even Rente Aersele, f. 6); In de vier berecken gheheeten de Woestijne. 1443 (Rente Gruuth., 3); C.xxxiij. R. Lands ligghende jnde Woestine an zine stede. 1443 (Rente Gruuth., 88); de Wostyne, 592 roen land. 1636 (Renteboeck Thielt-ten-Hove, art. 161). WOLFSKOT-WEG : een weg. 1846 (BW.). WONTERGHEMSCHE PAROCHIEWEG : een weg. 1846 (BW ). WONTERGHEMSCHE SLAG : een voetpad. 1846 (BW.). WONTERGHEM-STRAAT : een weg. 1902 (Lijst). WULFHOF : een wijk. 1901 (Lijst). WULFSKOT : land, alsook later een huis, te Aerseele. Inden gavere ant wulfscot. 1474 (Dent., f. 49); Van 80 roen Lants ghenaempt t Wulfs Cotken, ende licht by den gavere jnde prochie van Aerseele. 1637 (Dent., Th., 3); Wulfscot, huis. 1846 (BW. Aer seele). WULGENBOSCHBEKE : een waterloop. 1880 (Wtl ).
129
18de deel
230
330
666
ZACHMOORTERE : een hofstede tussen Aerseele en Denterghem. Familienaam : Wouter van Schachmortre. 1415 (Dent., f. 84); Wauter van Zachmortere. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 9); Jan van Zachmoortere. 1443 (Rente Gruuth., 99); Hendric van sachmoortere (te Aerseele). 1548 (Rtb. S. P., Ixvij). ZAVERANDE : een hofstede en landen te Aerseele en Denterghem. Van lande commende vander saverande. 1415 (Dent., f. 40); Van x. roeden, heet de zaverande. 1432 (Even Rente Aerseele, f. 3); 110 roeden heet de zaverande, te Aerseele. 1432 (Renteboek Aerseele); van c. x. R. heedt de zaverande. 1443 (Rente Gruuth., 94); van ij0 xx R. lands heedt de zaverande. 1443 (Rente Gruuth., 97); van ontrent .j. ghemete lands voor de stede te zaverande. 1474 (Dent., f. 18); Van .j. ghemete lants voor de stede te zaverande, ... 1474 (Dent., f. 71); Voor de stede te zaverande, daer den Rijtwech duer gaet. 1474 (Dent., f. 71); de Saverande, land, 110roen te Aerseele. 1636 (Renteboek Thielt-ten-Hove, art. 183); De Stede te Save rande, groot met Lant daeran een bunder. 1637 (Dent., Th., 10); de stede te Zaverande heet de Beijts. 1665 (Renteboek Denterghem, art. 334). ZUIDKOUTER : een kouter. 1846 (BW.).
AANVULLINGEN :
912
de cijfers na de bepaling van sommige toponiemen verzenden naar het deel en de kolom waar deze woorden reeds behandeld zijn. AERSEELE : een gemeente van het arrondissement Thielt. I, 134. te ... Aerseele. 1439 (Kring Kortr., 10, 234); Aarzele. 1735 (Verheerl. Vla., 2, 26); à Aerzeele. 1810 (Arch. de la Tour, pak 538); Aarseele. 1915 (Verzeichnis); Aarzeele. 24 Dec. 1917 (Uebers. Ortschaften).
BRONNEN : gebruikt door Karel de Flou tot het opstellen van zijn woor denboek. 1045 AARSELE : Ed. de Clercq. Geschiedenis van Aarseele. Brugge, 1881 in 8°. 1049 AARSELE : D. de Somviele. De Pastoors van Aerseele. Thielt, 1876. Aerz. Straetsch., 1764 : Baudeloo, Lobbes en St Baafs in aerzeele. Straet schauwinge. 1764. Cahier foliopapier. (Staatsarchief te Brugge, n° 4696 acq.). 130
1055
ATLAS BW., 1842. Atlas des Chemins vicinaux de la Flandre occidentale. 1842-1846, en 250 atlas grand in folio. (Provinciaal archief van West-Vlaanderen). 1074 BW., 1842. Atlassen der Buurtwegen in de gemeenten van West-Vlaanderen (per gemeente). 1842 (Archief van het prov. bestuur van WestVlaanderen te Brugge). 1087 C. D’EAU, 1843 Relevé général des Cours d’eau non navigables ni flottables de la Flandre occidentale, 1843 (Prov. Arch. van West-Vlaanderen). 1113 DICT. V. D. MAELEN, 1836 Ph. van der Maelen et le Dr Meisser. Dictionnaire géographique de la Flandre occidentale. Brux., 1836, Un vol. in 8°. 1125 EVEN RENTE AERSELE, 1432 Even Rente miins heeren vanden gruuthuze in Aersele anno xiiij ende xxxij. Cahier klein 4°. Papier. (Staatsarchief te Brugge, 5115, acq.). 1245 REG. TH. T. HOVE, ± 1700 Register ende leenboeck vanden leenhove ende heerlijckheidt van thielt ten hove gheseyt gruijthuyse, inhoudende alle de leenen vanden voorseyden leenhove ende heerelyckheyd, soo degone ge legen op de prochien van thielt, meulebeke en puthem, als degone gelegen op de prochien van aerseel en wijngene ende noortberquin, etc. ... ± 1700 (Staatsarchief te Brugge, N° 4706, acq.). 1275 RTB. S. P., 1548. Dit naervolghende es den Rentbouc van mynen heere den aelmoessenier der kercken van Sente Pieters neffens Ghendt. En de dat van zynder heerlichede gheleghen binden der prochie van Ruuslede, Caneghem ende Aerseele. Vernieut by Dieric de Tem merman als Bailliu. Ende dat by ottroye vander K. M* jn daten kerstmesse xv° acht ende veertich, by laste ende ten coste van heer zegher de visschere, Prior ende aelmoessenier jn dien tijt. Register kwarto, papier. (Staatsarchief te Gent, n° 254. St. Pieterabdij). 1280 SCHALKL, 1686. Rentebouck der heerlicheijt van Ste Pieters gheseyt Schalcklede, toebehorende d'Aelmoesenye van het Clooster van ste pieters nef fens Ghent, haer bestreckende binnen de prochie van Ruyselede, Caneghem ende Artsele, etc. ten jare 1686. Groot Register (Idem, n° 256. St Pieters.). 1323 V. D. MAELEN, 1850 van der Maelen. Carte topographique de la belgique. 131
1331
1338
Bruxelles, 1850 (West-Vlaanderen en een deel van Oost-Vlaanderen daaruit geĂŤxerpeerd). 34 blad. 1/20.000. WATERLOOPEN, 1880 Aanwijzingsstaat der niet bevaarbare noch bevlotbare waterloopen van West-Vlaanderen, opgemaakt ingevolge de wet van 7 Mei 1877, in het jaar 1880. (Archief van het Provinciaal bestuur van West-Vlaanderen). WTL. 1880 Aanwijzingsstaten der niet bevaar- noch bevlotbare waterloopen van West-Vlaandeen. 250 tafels met plans, enz. (Provinciaal archief van West-Vlaanderen).
Wij wensen al onze leden een voorspoedig 1977 132
Iedere auteur is verantwoordelijk voor de inhoud van de door hem ingestuurde bijdrage. Bijdragen verschenen in ÂŤDe Roede van TieltÂť mogen slechts overgenomen worden met toestemming van de redactie.
L -~ 4 ^ — '-**■-
e
'
t
o
^ p A > r/ Ifu c n
A ï. '
t,r ‘ce,>/e
j
1/oere
'ÏSlVisr.s C. .
^
-B Hou /enfio r T
-»A, "üfc
t- kk
ifilild .
i'c / t o r c
, .. - / / ?/ r /
o\
■ terme *P d l/
.
» ÏVT
B ovenM .
T l Æ )
I B e //o io Ch
/£
>,3-' »v ; >; B j M V r U G TT
,
°
\° J tc e n /i
fto check
__
A i/ e r k e n *
je n B h m k a e r t /
^
'Juieekcn
y ^ / 7 e/'kt 7 ie g, Beu fort.11 ï . JCuenJl. K o n B r o jn e r i / ^ tp lic o t ï. t-H aent o 'n u n cc t c '^g. ^ C r ie lp e p p & S i i n 'B U
ï.c W ,,,
,
J
o K o r f d n n u •<7 ’
H o o rn e n
,
fï JC ‘ ■
}
^ K r d e iv d lle
ï
o
v i. y V f
,i'f'icnncc
M
7 Kieken w
^ llu rc n J o ic
ï
—T K oene
S .J .ic e k ^hdp
t
&
(5 ^ £ ^
K asokpnokerke *
/ ï
p, , , 7 / a a i « (W/t5 u r ü - ,
«p /tin h u
- r ~
-'t ' 15.& / '/ < / z iiP d p i o ^ r h u u t ^ ^A
’tk e rky ’
- x —
I c h à ’û i’m
^BcCOt .11 I
f/ir f/ifa \ lb r r c ’
^
_/>f'in/tV v* ■=j“"
r,/jT
j/k w /^ r
~
T .e rn e d h e n i
( <irr> r
zcii^Trjtit'M — ' -VSi
j rt'W K f<f t u t t i
-’ iy p
*
,v,
te r /h u ic i ° ù c /~
,
\
tn'.H eeo't KÇh lii[? /2 S a u
rttla
; 1
7 / ^ 7 *
)3).
,/
*
ï.iW < w rv (’ J f .
* * * * *
Beu<
Zm , ....... *£ «< /w, . . . . . . . . • - ./ ƒ ,
Kok,n^--hoe< H w
*
*
t SUienCfuiü.
/%.’
"J
'o , b r:l
T>>
/
m
ƒ
- 'W
A fJ V e m to h V f - ï ' W ) 03 Ï y u lw e tb p e 'i 7c u ,\ ' m
i m
*
.'^ B p c r ’/ ietc ^ Ijó 'iïrb ï
')d,ttlelen °
eùouinerAt ■W
;l
^ ■; ffc p iù l/
e';
^
ï
v •■ - i i ) .. W w r • W W
î ■A ^ r" , 7,kj
y 4 A f’//<&i\cÂd<reCab ' jrdeCKtve f? , Tiiehc*
- u ' 1' 1
M a tin
A i IKita Icei-M X <>A’<7V7/ ï^.w/z/j /Wvÿ: / -- ., „ , *H>u.Zo£»w ■ 7r U-a ;â. V-, i A
- K .ç k e rh o f
ix
‘
vr-t-.
O 7> ,//. -
r
tkturUht’l r
' i' '
i >//< Vh' lu ’/ •,/,>/’
.
' iA?>‘ 1i ’i’rur NL
a
■
J 'n '/\r tc /iïir e
/<
"
*. ÏU
>
-1 -DdJ<’t’r v iin B ellcrn
*>/ N i/ i/.ryhm ui.. yÙa . ‘ I A lt è r e •f a
•in1/'tl' •4 »V À
TYilhrrub 'ies
.
I.a n J e ,ih e “« ...... .
X
*
n l7 \t o
M ,nte
%Ree Plets ^ ]
te r H e r e k t t * P o e lv o o r d
a
k ^ .V p l’ e’/ t ’
a
*t)'., iéanfxdiv 'tie SJi u " W nichten
:& h X iï)}t à-.iï''V'.rf a * " jiuW ^ l û -hrii.o r 0 / • c_
>h h mm 'o t/h e m
W
Èu/Jelu>eije
*■
,
.
.C
m
Clurp
i
PoolUT.
2 h ie lt
Ctaerhou t
■' J I
H h tl*
P ï£- _
c / e it jr
\ > »
J ila e L fin p c l ,
< E tèh S
t
f t é i)h e n i/\ '-2!' /iu .ie k ’tth
,/
)ln )//h ,
2<’ K ire L e
* * fe u leb eke
^
l
v ïv it ó i
eU t
| IH ilh e h e / 2 )7 y Pr '" * '
y .iu u ie v e m / asrA P
1' -Vf;
•••
neet-. a '
‘/
*
"„
*
\x H u u sC hat 7 i - i% 'yuusnsuten .rijp.
v V / / r#
t/i/ptVh/et’T ^ /rl lAyeJjpryf- 1} y\
— *-—50 7
» oa-l/tie
a/aj. ,
1A.-r? '
\irttl’C /i.u i^*^^P u „
r\.
jS */ <& i \ n en JW ^ett? v, ^T en Ja le / [ l p ( i 1111 Z’ m^ v ^ ^ a , r>z;«
\/la//c,j/iem % J.C. -4?- j/j.. %n o r r h
L v /u ie lv
s-gT'
V$i'e\
>'■ fiiL S s K v O 7
Jtavu'*wvm ^ jhievet'm
/- k tr C a t/ie iw e -,
n e le l
C u rn e J ')
i\/,n<i'e/A/io7 .ÀJ \ i.
E .irU c k
x-. , a
4 i i iï, i
1<J}'U y ï'ie n ÎC
hrteJH
) iV
, ,h e ’ ’ ~/^LJfoer y h
\J Z ~ ç
rV
Tiel
1) v J J
%
N
—
O n»]
°f-fl'/r
7L\ r^ i
• y >1 ^ V « p r * x:^ h r- ‘y Zimp t r/
r£fh<>t>y
M r h it^ Sarek
\ lKLeWeekje W olLy/n • r
;
ö7 ^U'
'pEt, ■„,. è /ë
,}V a . a
v/
7Èoprh.->eB7tl7y * r '
üiuirliturnt. -iV îfJ t
Jiel/[t£]/]^’n r
(eekem „ r? °Jh\unrerte Septtal
V,ve/iem 7 \> rie
*
t^uttis A i 7\ ooo
fo < te h $ tr y d e /} ( rtVl f>72
* ■'••••' Ij' ^ /zgrry
o
(
R .iZ .i v . 'Anunw lés lu tJ u n W x ,^ ' y Ru
*z-^ur
/.
k
ONTELBAAR
zijn de diensten die de Bank U kan-verstrekken zowel wat geldbeleggingen als wat kredieten betreft. Een goede raad ... bespreek in vertrouwen al uw financiĂŤle zaken met een deskundige van de
BANK VAN ROESELARE EN W EST- V LAA NDEREN
zo wint U zeker tijd en geld !
Agentschap Tielt, Markt 24
DE ROEDE VAN TIELT Heemkundige Kring voor Tielt en de gemeenten van de vroegere Roede van Tielt. Lid van het Westvlaams Verbond van Kringen voor Heemkunde
Voorzitter :
P. Vandepitte, Driesstraat 9, 8880 Tielt. Tel 051/40.17.00 Ondervoorzitter : Gh. Vandeputte, Statiestraat 83, 8780 Oost rozebeke. Tel. 056/66.60.91 Secretaris: Ph. De Gryse, Kastanjelaan 1, 8880 Tielt. Tel 051/40.18.38. Redactie : J. Billiet, Tielt, redactiesecretaris P. Vandepitte, Tielt Gh. Vandeputte, Oostrozebeke Ph. De Gryse, Tielt F. Thiers, Tielt A. Van Doorne, Gent O. Vanlaere, Wingene R. Vanlandschoot, Tielt
Lidmaatschapsbijdrage : 250 fr. (te storten op P.R. 000-398411-32 van De Roede van Tielt, Kastanjelaan 1, 8880 Tielt). Verschijnt viermaal per jaar. Er worden geen losse nummers verkocht.
INHOUD VAN DIT NUMMER
J. Goddeeris, Zouaven uit het Tieltse
blz. 134
Ph. De Gryse, Zo leefde gedurende het jongste halfjaar...
blz. 157
Ledenlijst 1976
blz. 177
Wettelijk depot : D/1976/1624-1
Druk. E. Veys, Tielt
ZOUAVEN UIT HET TIELTSE I. INLEIDING.
De wetenschappelijke litteratuur is weinig mild geweest bij het bestuderen van het epos der Pauselijke Zouaven. Wat er over te vinden valt, beperkt zich tot een reeks bepaald tendentieuze studies die overal in de vorige eeuw het licht zagen. Tendentieus omwille van het feit dat vooral de ultramontaanse katholieken hun dichterlijk brein — veeleer dan hun streng wetenschappe lijke visie — hebben laten uitvloeien over het standbeeld — een gipsen dan nog — van onze helden. De meeste Franstalige werken dateren van 1870-1890, en de paar Nederlandstalige ge schriften van net vóór de Eerste Wereldoorlog, op een ogenblik dat de euforie voor een komende strijd hoogtij vierde. Bijgevolg hebben wij onze toevlucht moeten nemen tot ander, objectiever (?) materiaal. De pers van de periode 1860-1870, de zouaventijd, geeft ons ruime informatie, want zowel uiterst rechts als uiterst links volgen met de loupe de exploten van onze jongens in het verre Rome. Daarnaast hebben we nog het geluk gehad verschil lende zouavenbrieven terug te vinden, bij zoverre dat uit een ver tekend boekenbeeld toch een duidelijke foto van het zouavenepos ontwikkeld werd. Hoe scherper de contouren zich afteke nen, hoe meer we overtuigd raken dat het allemaal «umsonst» geweest is. De bewering, die praktisch een eeuw standgehouden heeft, als zouden de enkele honderden vrijwilligers de tijdelijke macht van de paus nog 10 lange jaren uit de klauwen van het Risorgimento hebben gehouden, houdt geen steek. Het is Napo leon III, en hij alleen — of moeten wij zeggen : zijn vrouw Eugénie alleen — die de eenmaking van Italië verhinderd heeft in genoem de periode. Al die jaren, en zelfs reeds van 1849, hebben hele garnizoenen regelmatige Franse troepen de handen boven het hoofd van Rome gehouden, en het is slechts op het ogenblik dat Napoleons’ zwaard in Sedan definitief gebroken was en alle Fransen uit de Romeinse Staten wegwaren, dat dit laatste onaf hankelijk gebied bij het grote Italië gevoegd werd. Tien jaar lang heeft Napoleon III het been stijfgehouden tegen het aandringen van het democratisch Engeland en tegen de heroveringspolitiek van een vegeterend Oostenrijk, maar in 1870 luidde fataal de doodsklok voor Rome. Op 20 september 1870 trokken de regel matige Italiaanse troepen van Koning Victor Emmanuel II de eeuwige stad binnen en werd Italië van die dag EEN : de periode van het Risorgimento was voorbij. De zouaven gooiden hun 134
wapens weg en mochten wachten op het geschikt konvooi om af te druipen, noch min, noch meer. Ze kwamen bij ons terug, ziek, gekwetst, gehavend. Hun uniform diende verder alleen nog om jaarlijks in de processie op te stappen met het vaandel van hun Pio Nono. Voor sommigen was het zelfs een bron van inkomsten, want verschillende oudgedienden van Rome bedelden er de straten van West-Vlaanderen mee af. Alleen in de dorpen bleven ze de glorierijke incarnatie van de grootste edelmoedigheid voor de paus en daar luisterde men met gezag en eerbied naar hen want : waren zij niet in Rome geweest ?
II. VOORBEREIDING VAN DE CRISIS.
Dank zij de Schenkingen van Pavia (754) en het Pact van Ouiercé (756), schonk de Merovingische nieuwe koning Pepijn de Korte aan Paus Zacharias, bisschop van Rome, een landsstrook middendoor Italië. Dit was het juridisch begin van het Patrimo nium Petri; het morele gezag van de stadhouder van Rome be stond reeds sedert Gregorius de Grote. In de loop van de Middel eeuwen zou dit gebied nog vergroten, bij zoverre dat de totale oppervlakte van 1789 rond de 46.000 km2 bedraagt en het aantal «zielen» om en bij de 3 miljoen. Keizer Napoleon Bonaparte zal wel heel eventjes het puzzle-schiereiland met de gekende laarsvorm door elkaar gooien en er voor nog geen twintig jaar de naam «Cisalpijnse Republiek» aan geven (1797-1814); bij het Ver drag van Wenen in 1815 wordt alles weer netjes hertekend zoals het was in het Ancien Régime. Maar, daarmee is alleen het uit wendige gelaat van Europa gerestaureerd, het brein is echter aangetast. Inderdaad, de liberaliserende invloedssfeer die vanuit de Bastille heel West-Europa geïntoxiceerd heeft, waait ook over de Alpen, naar Italië. Dit Italië beleeft een trieste situatie : heel de noorderstrook — met uitzondering van Piëmont — zucht onder de ijzeren verknechting van Oostenrijk. In het Zuiden, het Koninkrijk der Beide Siciliën, zwaaien de Spaanse Bourbons de plak. Ten slotte is de situatie in de Pauselijke Staten evenmin rooskleurig, daar Paus Gregorius XVI er met strakke hand, en zonder fluwelen handschoen, de conservatieve teugels zo strak mogelijk houdt. Alleen in het lethargische Rome, waar het zó warm is, en waar 1 op 3 personen de soutane draagt, laat men Gods water over de akker lopen. Rond 1820 zal vooral vanuit het Noordelijke Pië mont de filosofie van eenheid en vrijheid groeien en de ideeën uitdragen naar de verongelijkte broeders. De romans van Alexan135
dro Manzoni en Silvio Pellico, de geschriften van Giuseppe Mazzini, Massimo d’Azeglio en priester Vincenzo Gioberti, roepen alle Italianen op tot opstand tegen Oostenrijk. Daar, in het Noor den, zal uiteraard de eerste slag geleverd worden, aangezien Lombardië en Venetië vlakbij liggen ... Koning Karel Albert van Piémont heeft een flink gedrild leger uitgerust en zal — met be hulp van de rest van Italië, Rome incluis, de indringer over de Alpen jagen. De februari-revolutie in Frankrijk, anno 1848, waait dadelijk over en tegen eind maart worden de zwaarden ge scherpt. Karel Albert is hoopvol gestemd : het is duidelijk dat de nieuwe Paus Pius IX (juni 1846) dadelijk zijn 20.000 mannen zal laten aanrukken; dat heeft de liberale paus toch al in omfloerste termen gezegd toen hij het had over ITALIA. Zonder concrete toe stemming van de Heilige Vader heeft generaal Giovanni Durando reeds 6.000 pauselijken in de richting van Milaan gestuurd en honderden Lombardische en Toscaanse seminaristen zijn ook reeds van uniform veranderd. En dan, veel harder dan een donderslag bij heldere hemel, klinken over de Italianissimi, de onthutsende woorden van Pius IX, in een consistoriale toespraak van 29 april 1848 : «Gehoorzaam aan de verplichtingen van ons opperste apostolaat, omhelzen wij ALLE landen, ALLE volken en ALLE naties, in eenzelfde gevoel van vaderlijke liefde». De onstui mige genegenheid van de Italianen voor hun «Papa» slaat om in blinde haat en de woede der revolutionairgezinde Romeinen manifesteert zich duidelijk tot vóór de vensters van het Vatikaan. Precies dit gebaar van Pius IX zal eigenlijk aan heel de vrijheidsstrevende politiek een nieuwe felle antiklerikale kleur bezorgen. Tot vóór 29 april hadden de Italiaanse sociologen de wens uitge drukt dat Italië één zou worden en dat aan het hoofd van deze uniforme natie de Paus zou tronen, even hoog als steeds. Nooit hadden Mazzini, Gioberti of zelfs Garibaldi het primaatschap van de paus in twijfel getroffen, al waren enkelen fervente groot meesters van de Italiaanse Vrijmetselarij. Nooit hadden deze voormannen er zelfs aan gedacht de tijdelijke bezittingen van de Kerk te ontnemen, maar op die dag werd alles anders. Nu, en pas nu, zal de revolutie zich rechtstreeks tegen Rome en zijn prelaten richten. Van dit ogenblik af wordt Rome dé doorn in het oog van de revolutionairen en zullen alle krachten aangewend worden om in de troonzaal van Petrus de tempel van de «Massoneria» op te richten. Het feit dat de Piëmontese troe pen harde klappen krijgen van Generaal Radetzky der Oosten rijkse troepen, is olie op het vuur. Erger nog wordt het als Pius IX de diplomatieke fout begaat een conservatief als Pelligrino Rossi tot eerste minister van Rome te promoveren. Diens lot is be 136
zegeld : op 15 november 1848 wordt Rossi met een typische «vrijmetselaarssteek» op de trappen van het Quirinaal gedood. Dit is het sein tot de revolutionaire opstand, een bloedige burgeroorlog in Rome, van waaruit de paus wijselijkheidshalve het hazenpad kiest en naar Gaeta vlucht op 24 november. Daar zal hij de hulp inroepen van de katholieke mogendheden, om de intussen opge richte Romeinse Republiek de kop in te drukken. Eind april 1849 stuurt Napoleon III 6.000 soldaten onder Generaal Oudinot naar Rome, maar Garibaldi vangt de schok moedig op. Er wordt echter versterking gestuurd uit Frankrijk, 30.000 man liefst, en begin juli valt de Republiek van Rome uiteen. De paus kan terugkeren, Rome zal bewaakt blijven door een flink Frans garnizoen (± 23.000 man) tot in 1867. Nu komt in Piémont een minister op het podium die langs sluwere diplomatieke weg de droom der Italianen zal verwezen lijken : Camillo Benso, graaf van Cavour. Deze handige, onscru puleuze protestant kan Napoleon in 1858 ertoe brengen dat de Fransen zullen meehelpen bij een nieuwe aanval op de Oosten rijkers. Eind maart 1859 breekt de vrijheidsoorlog uit in NoordItalië : Magenta en Solferino bezaaien hun bodems met bloed (25.000 doden) en de Vrede van Villafranca, op 11 juli 1859, be paalt dat Lombardië bij Piémont komt. De eerste stap is gezet. Spontaan sluiten Parma, Modena, Toscane en de Romagnazich bij het nieuwe koninkrijk aan. Erg is dit niet voor Rome ... tenzij dat Romagna een deel is van de Pauselijke Staten ! Wanneer de Paus en zijn raadgever, staatssecretaris Antonelli, met ontzetting vaststellen dat de Marken en Umbrië dit ook willen doen, is de vrede definitief verkorven. De opstand in de laatste gebieden wordt bloedig onderdrukt eind 1859 en Rome zal nu alles in het werk stellen om ook Romagna naar de ware schaapstal terug te brengen.
III. CASTELFIDARDO.
Zó start 1860, het jaar waarop de zouaventrek een aanvang neemt. De paus, die op de rest van Italië niet kan rekenen om zijn ver meend recht te laten opeisen, richt zich nu tot de katholieke wereld. In eerste instantie ontbreken de nodige fondsen om een degelijke legerhervorming onder de pauselijke troepen zelf door te voeren. Daartoe wordt in de katholieke landen een driedubbele hulpactie opgericht. In de loop van januari-april circuleert o.m. in West-Vlaanderen een intekenlijst «ADRES» genoemd, waarop 137
ieder rechtgeaard katholiek die kan schrijven, zijn handtekening mag plaatsen onder een tekst die de verkleefdheid aan Rome illustreert. Daarnaast is een geldelijke gift uiteraard welkom. In juni trekken de lijsten van West-Vlaanderen, met 44.743 namen, naar Rome. Daarnaast wordt een lening uitgeschreven, met de bedoeling voor 50 miljoen frank coupons te verkopen, om de legerkosten van Rome te helpen dekken. De ultramontaanse kranten, vooral de «Gazette van Tielt», maken dagelijks reklame voor deze zaak. Ten slotte zal de St.-Pieterspenning, die reeds in 1849 opnieuw in leven geblazen werd, aanbevolen worden. Dit bestaat uit een jaarbijdrage van minimum 25 ct, om op die manier jaarlijks een vaste som op de rekeningen van Rome te kunnen overschrijven. In 1860 zal het Bisdom Brugge 100.000 frank stor ten, België in het totaal 800.000 frank. In tweede instantie is het Pauselijke leger aan dringende hervor ming toe. De eer gaat naar een Belg, Mgt Félix de Mérode, ge heim kamerheer van de paus, om als eerste de idee voorgesteld te hebben, naast het bestaand vegeterend troepenkorps van Rome, een vrijwilligerskorps op te richten, bestaande uit katho lieke jongeren. Het voorstel valt in goede aarde en de Mérode richt begin maart een rondschrijven naar alle pauselijke nuntii' om de zaak aan te bevelen. Ook Mgr. Jean Baptiste Malou, bisschop van Brugge, wordt op de hoogte gebracht en op 11 april 1860 stuurt Malou een brief naar alle dekens en pastoors van zijn bisdom. Deze moeten de potentiële kandidaten een getuig schrift van «Katholiek geloof» overhandigen, daar dit een der noodzakelijke documenten is voor inlijving. Malou voegt eraan toe : «Si la chose dépendait de moi, le nombre de ces certificats serait considérable». Dit is duidelijk. Maar de bisschop is wel zó voorzichtig om onderaan te noteren : «Van dit rondschrijven mag niets op de preekstoel vermeld worden». En de zaak begint te rol len, ondanks de heel bedekte reklame in de plaatselijke kranten. Op 20 maart 1860 heeft de Mérode ervoor gezorgd, samen met Pater August Dechamps, de latere aartsbisschop, dat in de Alexianenstraat in Brussel een inlijvingsbureau wordt openge steld. Voor de coördinatie hiervan zorgt Graaf de Villermont, volksvertegenwoordiger uit de provincie Namen. Op 17 april staan de eerste 6 vrijwilligers vóór de Villermont, op 24 april ver trekt een eerste groepje Bruggelingen. Wat waren de voorwaarden voor inlijving ? — Iedere kandidaat moest de volgende documenten voorleg gen : geboortecertificaat, bewijs van katholiek geloof, toe stemming der ouders voor minderjarigen en een doktersge138
tuigschrift. Voor oud-militairen volstond een regelmatige «verlofbrief». — De kandidaten moesten Rooms-katholiek zijn. — Men moest ongehuwd zijn of weduwnaar zonder kinderen. — Leeftijd tussen 18 jaar en 35 jaar. Indien alles in orde was, tekende men een «feuille d’enrôlement» voor 6 maand, 2 jaar of 4 jaar. (De meesten zullen voor 2 jaar tekenen, althans tussen 1861 en 1870). Daarbij kreeg men een premie van 160 frank, een niet te versmaden bedrag in die tijd. Deze premie, die door verschillende idealisten geweigerd werd, zal echter reeds vanaf juli 1860 afgeschaft worden, allicht bij ge brek aan fondsen. Op die manier zullen in het totaal 2.003 verbin tenissen getekend worden in Brussel, door landgenoten. De tocht gaat vanaf juni 1860 met de trein van Brussel naar Mar seille, vanwaar ingescheept wordt naar Civita Vecchia, en dan verder met de trein naar Rome. Ter plaatse wordt dan nog eens een definitieve verbintenis getekend en kan men als het meevalt zijn zouavenkostuum aantrekken. Op die manier zullen in 1860 25 Westvlamingen hun diensten bij de Paus aanbieden en zich in het bataillon «Franco Beige» inlijven. Bij die 25 man echter niemand uit de streek van Tielt. de Mérode heeft er niets beters op gevon den dan de Franse en Belgische vrijwilligers in één enkel batail lon onder te brengen, ondanks het grote verschil in sociale laag, cultuur en taal. Als argument durft hij te zeggen : «Les Français et les Belges ont a peu près le même caractère. Ils iront fort bien en semble». Maar deze mening wordt niet gedeeld door de kommandant van het groepje, dat stilaan tot 300 man is aangedikt. Dikwijls beklaagt Kdt Louis de Becdelièvre (° Puy) zich erover dat de Vlamingen ongedisciplineerd zijn en niettemin azen op een graad, die ze echter toch niet zullen krijgen ! Deze discriminatie zal heel de zouavenperiode voortduren : niet één Westvlaming brengt het tot officier ! Er wordt vanaf eind juni duchtig getraind in het oefenkamp te Terni, want elk ogenblik kan herrie uitbreken. Vooral nu Garibaldi van plan is uit Sicilië naar het vasteland over te steken en de duidelijke bedoeling heeft heel Italië, Rome incluis, voor de voeten van Victor Emmanuel te leggen, de Mérode, minister van oorlog geworden, ziet de zaken echter rustig tegemoet, want het korps is op enkele maanden tijd van 15.000 naar 25.000 aange groeid, vooral door een zeer aanzienlijke inbreng van Oostenrijk, Zwitserland en Ierland. En dan begint het voorspel. Op 28 augustus 1860 ontmoet Napo leon III twee Piëmontese legergeneraals in Chambéry om de 139
situatie te bespreken : Garibaldi is reeds in Calabrië geland en deze republikeinsgezinde opmars moet ten alle prijze vermeden worden. Piémont stelt voor met haar troepen dóór de Pauselijke Staten te trekken en Garibaldi tegen te houden vóór hij de kans krijgt de eeuwige stad te bedreigen. De tocht zal gaan door de Marken en Umbrië en er zal geen aanval tegen Rome gebeuren. Napoleon gaat akkoord : «Faites le, mais faites le vite». Op 9 sep tember wordt aan Kardinaal Antonelli en legeroverste, Generaal de la Moricière, een ultimatum gestuurd waarbij zonder om wegen gevraagd wordt de «huurlingen-troepen» dadelijk te ont binden en de Piëmontese legers — die met 35.000 man aan de grenzen klaarstaan — door te laten. Het antwoord is een trotse NEEN. Op 11 september schuiven 2 Piëmontese legercolonnes over de grenzen der Pauselijke Staten : 25.000 man onder Cialdini trekken van Rimini naar Pesaro en beogen Ancona in te nemen; 10.000 man onder délia Rocca vallen via Arezzo binnen, richting Perugia. Nu moet Generaal La Moricière heel vlug den ken en beslist de volgende strategie uit te voeren : aangezien een sterk Frans garnizoen Rome (± 15.000 man) bewaakt, zal hij praktisch al zijn manschappen in de richting van Ancona sturen, om daar het leger van Cialdini tegen te houden. Bovendien is hij stellig zeker Franse en Oostenrijkse hulp te krijgen via de Adriatische Zee. Onze zouaven rollen dus op 12 september in allerijl hun matten op en trekken — dwars door en over de Apennijnen — naar Ancona. Intussen zijn de legers van Cialdini genaderd tot Loreto en Osimo : de schok is gereserveerd voor zondag 18 sep tember, op de vlakten van Loreto — Castelfidardo. Maar de par tijen zijn hopeloos ongelijk verdeeld : La Moricière staat met nog geen 8.000 man tegen een fris en gedrild leger dat het driedubbel telt ! De strijd is dan ook vlug beslecht : in de tijd van 4 u. wordt het pauselijk legertje aan flarden geschoten door de Piëmontezen en ligt de grond van Castelfidardo bezaaid met zouaven. Een voorbeeld : Emiel Van den Heede, 19 jarig student uit Brugge, acteerde in de 1e compagnie. Van de 72 man blijven er nog 8 over, schrijft hij verdrietig naar huis, terwijl hij aan zijn ongeruste ouders een bedroevend relaas verkoopt van de moordpartij. De volgende morgen wordt het pauselijk leger ontbonden en mogen de zouaven naar huis terug. Enkele dagen later zal Ancona ook vallen onder Piëmontese kanonnen. De Marken en Umbrië worden bij het Koninkrijk Piémont ge voegd, bij zoverre dat de Paus alleen nog het Patrimonium Petri overhoudt, ongeveer een vierde van het oorspronkelijk gebied dat hij begin 1859 nog bezat.
140
IV. RELATIEVE RUST TOT 1867.
Alhoewel het zouavenkorps definitief ontbonden is, zal de Mérode toch dadelijk opnieuw het bataillon proberen her in te richten. Het is zijn bedoeling met een supplementair vrijwilligers leger van ± 8.000 man de Paus effectief te beschermen en zelfs, indien mogelijk, de veroverde gebieden terug af te nemen. Vanaf 20 november 1860 starten de inschrijvingen opnieuw in Brussel, bij graaf de Villermont. Tegen het jaareinde zijn er reeds een 300-tal man samengekomen in Rome, en wachten maar af, wat precies moet gebeuren met hen. Op 10 januari 1861 wordt defini tief het korps ingericht en krijgt voor het eerst de benaming «Pauselijke Zouaven». En reeds dadelijk graaft de Mérode de strijdbijl op, want er zijn Piëmontezen gemeld aan de Noorde lijke grens, in Ponte di Correse. De groep, die reeds tot 600 man aangegroeid is, zal op 25 januari 1861 zonder veel slag of stoot een 60-tal Piëmontezen uit een grensherberg verjagen. Aangemoedigd door deze overwinning willen Becdelièvre en zijn kor nuiten de zegetocht voortzetten, desnoods tot in Florence, maar er komt dadelijk een bericht van Rome dat de zouaven zich moe ten terugtrekken en hun tenten opslaan in het meer zuidelijk ge legen Anagni. Becdelièvre is woedend, de zouaven zijn ontgoo cheld. «Des circonstances politiques ne nous ont permis de ren contrer l’ennemi qu’une seule fois» knarsetandt Becdelièvre. Inderdaad, Frankrijk zal ervoor zorgen dat de afgenomen gebie den in geen geval terugkeren naar de Paus, want dit zou een «fausse queue» zijn in het Europese biljartspel van 1860-1870. Nu pas zien we de eerste Tieltenaars naar Rome trekken, om er hun diensten aan te bieden. Op 15 februari 1861 staat een eerste groepje van 4 streekgenoten in Brussel, om er hun verbintenis te tekenen. Ze zullen de reis ondernemen onder leiding van de «ancien» uit Ardooie, Charles De Ronghe. Het zijn : 1. Vanhulle Jan Frans, z.v. Louis en Verschaeve Francisca. Ge boren te Tielt, op de wijk «Hageland» op 8.8.1839. Als zoon van koster en wever Louis komt hij in Rome aan op 20 februari, wordt er in de eerste compagnie ingelijfd en vertrekt dadelijk naar het garnizoen in Anagni. Na zijn tweejarige diensttijd, zal hij zich in 1866 voor een twee de maal engageren. In Rome zwaait hij af in 1868... om een eeuwige verbintenis aan te gaan als Broeder Zeferinus bij de Broeders van O.L.V. Barmhartigheid in Rome. Vanhulle wordt gekleed op 8.9.1868 en sterft reeds op 16.5.1871. 141
2. Verleye Honoré, z.v. August en Van Zwijnsvoorde Victorine. Geboren te Tielt op 4.4.1834. Net als zijn vader is hij kleer maker, wanneer hij naar Rome trekt. Ook hij tekent bij, eerst voor één jaar in 1863 en dan nog eens voor 4 jaar, op 11.5.1864. Op die manier maakt hij de veldslag van Mentana mee op 3 november 1867. Na zijn diensttijd keert hij op 28.6. 1868 terug naar België. Hij verhuist dadelijk naar Antwerpen en sterft er, ongehuwd, op 2.11.1876. 3. Callewaert Pierre, z.v. Joseph en Van de Vondele Angèle. Geboren te Meulebeke op 9.8.1836. waar hij wever is. Hij ver nieuwt twee maal zijn verbintenis, namelijk op 12.11.1863 en op 21.3.1866. Hij zal een der eerste slachtoffers worden van de cholera-epidemie in Rome, waar hij sterft op 9.7.1867. 4. D'Hoop Félix, z.v. Jan en Lessens Ooleta. Geboren te Tilet op 1.3.1839. Nadat zijn engagement verlopen is in 1865, tekent hij na een korte vakantie thuis, in 1866 op nieuw bij. Hij maakt de gevechten van Mentana en ook van Rome mee, op 20.9.1870. Op die manier heeft hij de eer het langste engagement te hebben van de Westvlamingen, liefst 9 jaar in Pauselijke dienst. Félix heeft blijkbaar de smaak van de vreemde te pakken, want in juni 1879 trekt hij — met oudzouaven Adolf Loosveldt en Jules Van Oost — naar het verre Afrika om als privé-militie van de Witte Paters de nieuwe missieposten aldaar te beschermen. Deze kleine zelfmoordexpeditie bloedt in hoop en al een jaar dood : D'Hoop zelf wordt vermoord door de pijlen van een opstandige buurstam. aan de oevers van het Tanganika-meer. Een week later, op 22 februari 1861 staat een tweede groepje vrij willigers in het bureau van de Villermont. Daartussen vinden we opnieuw twee streekgenoten. 1. Lefevere Clement, z.v. Pieter en Vandecapelle Agnes. Geboren te Meulebeke op 31.8.1829. Hij is werkzaam als dienstknecht in Pittem, wanneer hij, met een kruisje, zijn ver bintenis tekent in Brussel. Met tussenpozen zal ook hij tot 1870 dienst doen en aldus het beleg van Rome meemaken. Terug in België wordt hij dienstknecht in het Klein Seminarie te Roeselare. Hij sterft er, ongehuwd, op 12.3.1876. 2. D Hondt Camille, z.v. Félix en Hoste Barbara. Geboren te Schuiferskapelle op 12.3.1842. Als 19-jarige leer ling van de 4e Latijnse in het College van Tielt, vertrekt hij naar Rome. Na twee jaar dienst, keert hij terug en voltooit zijn humaniorastudies, in gezelschap van Adolf Loosveldt. Daarna begint hij zijn priesterstudies in Roeselare, waar hij de stichter 142
zal worden van het «Roeselaars Zouavenkorps». Hij verhuist dan naar het Engels Seminarie in Brugge en wordt er priester gewijd op 23.12.1871. Dadelijk vertrekt hij naar de missies, in de streek van Manchester. Hij sterft reeds op 6.3.1872 in Pendleton, aan de gevolgen van de tyfus, opgelopen bij het verzorgen van de zieken in de stad. Van deze zouaaf wonen nog rechtstreekse verwanten in de streek. Een broer van Camille, Vitalis, zal in een tweede huwe lijk, met Declercq Marie, 3 zonen en 3 dochters verwerven. Eén zoon, Georges, heeft 6 kinderen in Schuiferskapelle, op de grootvaderlijke boerderij. Een andere zoon Marcel (+) is in Schuiferskapelle vertegenwoordigd door zoon Gabriël, hoofd onderwijzer. Een derde zoon Albert woont op dit ogenblik in Watou. In maart 1861 vermelden we nog twee streekgenoten. 1. Vlaminck Bruno, z.v. Augustin en Lambert Amélie. Geboren te Wingene op 29.3.1837. Als landbouwer in Kanegem, tekent hij in Brussel op 8.3.1861. Gezien zijn grote ge stalte, kan hij overstappen naar de Pauselijke Cavalerie en daar een 4-jarige verbintenis tekenen. De voorwaarden waren veel interessanter dan voor de infanterie. De engageringspremie bedroeg 53,75 F waarvan de helft bij de start betaald werd, en de helft na één jaar dienst. (De zouaven van 1861 kregen al lang geen premie meer ...). De dagelijkse soldij was 50 ct tegenover 16 ct voor de zouaven. 2. Cornelis Benoot, z.v. Petrus en Ameye Virginie. Geboren te Tielt op 6.11.1842. Hij is smid, wanneer hij op 15.3. 1861 tekent in Brussel. Na twee jaar keert hij terug naar huis en oefent er verder zijn beroep uit. Hijzelf huwt niet en zijn twee andere broers sterven kinderloos. Een maand later vinden we de laatste twee streekgenoten van de lichting 1861. 1. Speeckaert Henri, z.v. Jan en De Dobbelaere M.-Thérèse. Geboren te Wingene-op 27.3.1842. Op 5 april tekent hij in Brussel, maar wij vinden hem nergens terug in de matricules van de Pauselijke Zouaven. Het is mogelijk dat hij zich dadelijk geëngageerd heeft bij de artillerie of bij de cavalerie, maar daarvan bestaan helaas geen matricules. In elk geval heeft hij dienst gedaan in Rome, want hij is jaren lid van de «Westvlaamsche Pauselijke Soldatenmaatschappij” , waarvan de Pauselijke dienst een hoofdvereiste was. 2. Rosseel Charles, z.v. Jan en Van Rijckeghem Caroline. 143
Geboren te Meulebeke op 23.4.1841. Na twee en een half jaar dienst, keert hij op 11.10.1863 terug naar zijn ploeg. In de loop van 1861 zullen ongeveer 700 zouaven gekazerneerd zijn in het St.-Augustinusklooster van Anagni. Luxe is er niet : ze slapen er op harde «paillassen», zonder lakens en met hun kleren aan, anders lopen ze kans 's nachts te bevriezen in deze berg streek. Gaston d'Arschot, een Brabantse jonker, beschrijft het als volgt: «En Belgique on n’y logerait pas les porcs ...». Dagelijks hebben ze 6 u. oefening en af en toe krijgen ze inspectie van de Mérode uit Rome. De dag begint reeds om 6 u., met koffie en een stuk brood van 2 pond. ’s Middags is de hoofdmaaltijd : soep met vleesbrokken en brood. Na de oefeningen volgt het avondeten : ratatou. De dag sluit met een avondgebed. Dit laatste mag misschien hoogst verwonderlijk klinken, maar er moet toch op gewezen worden dat er in 1861 en later een bepaald religieuze atmosfeer heerst bij onze Vlaamse zouaven. In 1860 waren er heel wat avonturiers die, aangetrokken door de hoge premie, hun ge luk zochten in Rome. Door het feit dat deze premie afgeschaft is en dat de Villermont geregeld moet horen dat hij erg streng moet zijn bij de engageringen, vooral voor wat het geloof en de moraal betreft, verbetert de faam der Vlamingen aanzienlijk bij de Romeinen. In mei 1861 wordt er trouwens een Mariacongregatie opgericht en elke avond verzamelen vele zouaven in de kapel om er te bidden en te zingen voor hun Hemelse Moeder. Lieft 2/3 der Westvlamingen zijn er lid van. Huurlingen kan men dit toch moei lijk noemen. De meeste van onze jongens zullen tot eind 1863 in Anagni blijven, af en toe afgewisseld met een kort verblijf in Rome. De verplaatsing naar de hoofdstad is voor de eenvoudige dorpsjon gens een hele belevenis. Ze geraken niet uitgekeken op de prachtige kathedralen en paleizen die welig tieren in de Pause lijke stad. Velen brengen dan ook hun tijd door met het ene ge bouw binnen te lopen en het andere buiten. De inhoud van hun brieven is dan ook overgoten met het brokaat van Rome. Het aan tal zouaven zal stagneren en zelfs achteruitgaan in de volgende jaren. bij zoverre dat er eind 1864 maar een 300-tal vrijwilligers meer zijn. De reden is vooral op politiek vlak te zoeken : de Mérode vindt het totaal der pauselijke troepen ruim voldoende en bovendien verblijft nog steeds een sterk Frans garnizoen, om en bij de 23.000 man, in Rome, bij zoverre dat de rust verzekerd blijft. Cavour is gestorven en met hem zijn de veroveringspogingen van Noord-ltalië ook geluwd voor een poosje. Wanneer men daarbij nog bedenkt dat het Brussels bureau een aanvangs144
premie eist van de sollicitanten om naar Rome te trekken, is het erg begrijpelijk dat West-Vlaanderen erg weinig manschappen kan leveren. In 1862 trekt geen enkele streekgenoot op. In 1863 vermelden we : Herman Pierre, z.v. Joseph en Callewaert Rosalie. Geboren te Meulebeke op 5.7.1845. Deze 17-jarige wever trekt naar Rome in april, en zal na twee jaar dienst terug naar Vlaande ren komen. In 1864 vinden we ook nog één verbintenis : Desloovere Leon, z.v. Joseph en Debacker Rosalie. Geboren te Meulebeke op 2.1.1840. Hij is landbouwersknecht, wanneer hij in juni naar het verre Rome trekt. Hij kan blijkbaar de Italiaanse zon niet verdragen want na 11 dagen dienst wordt hij, ziek, naar huis teruggestuurd. Dit jaar 1864 zal de Romeinse Kwestie weer uit de ijskast halen. Op 15 september tekenen Frankrijk en Italië de «septemberconventie» waarvan artikel twee luidt: Frankrijk zal geleidelijk zijn bezettingstroepen terugtrekken naarmate het pauselijk leger zal georganiseerd worden. De volledige evacuatie zal voltooid zijn tegen eind 1866. Groot alarm in Rome, temeer daar de Paus niet eens betrokken werd bij deze overeenkomst. De ultramontanen verkeren in een begrijpelijke paniek : binnen twee jaar is de Heilige Vader een hulpeloze prooi voor de gieren uit het Noorden die niet zullen nalaten hun begerige blikken naar Rome te rich ten, en mét het Patrimonium Petri zien de zwartkijkers het hele kerkgebouw instorten. De klerikale pers uit onze provincie nodigt de gelovigen uit om dagelijks deze donderwolk boven Rome weg te bidden en de Goddelijke Voorzienigheid tot drastisch optreden aan te sporen. De paus reageert scherp en met zijn excommuni cerende bliksem slingert hij op 8 december 1864 zijn beruchte encycliek «Quanta Cura» met de «Syllabus» over de wereld. Daar mee meent de paus de doodsteek te kunnen toebrengen aan het Liberalisme, de oorzaak van alle onheil. Vooral de Vrijmetselarij, het werktuig van de Liberalen, moet het ontgelden en vanaf dit ogenblik slaan deze dan ook resoluut een hatelijk antiklerikale richting in. Vanaf deze periode ook zullen regelmatig kleine groepen Italianen de grensposten van de Kerkelijke Staat onveilig maken en dikwijls aanleiding geven tot nachtelijke achtervolgin gen en aanvallen vanwege de zouaven. Het Katholieke Vlaande ren reageert eveneens: in 1865 wordt een «Middencomité voor Pauselijke Werken» ingericht te Brussel, waar de gelovigen het 145
jaar door hun financiële steun kunnen overmaken aan de paus. Regelmatig vermeldt ook de «Gazette van Tielt» de lijsten van de milde schenkers, al of niet met een korte tekst die de verknocht heid aan de paus manifesteert. De opbrengst voor West-Vlaanderen tijdens dit eerste jaar bedraagt 43.651 F; voor heel België 286.738 F. Daarnaast bloeit nog steeds, en dat in toenemende mate, de St.-Pieterspenning. Deze laatste zal bij voorbeeld in 1867, méér dan 700.000 Belgische frank naar Rome overmaken. Vooral het Bisdom Gent zal een serie vrijwilligers naar Rome sturen in 1865. In mei zijn er reeds 108 mannen naar Rome opge trokken : de acties in de «Bien Public» van Graven J. de Hemptinne en Willem Verspeyen zullen daar wel niet vreemd aan zijn. In diezelfde periode zal eveneens een stroom Nederlanders de richting van Rome kiezen. Deze worden vooral aangemoedigd door het Katholieke blad «De Tijd» van Pastoor Brouwers. De schuilkerkenmentaliteit van de Katholieke minderheidsgroep in Nederland roept, precies om de verdrukking, tot onberekende heldhaftigheid op voor de Vader in nood. Nederland zal trouwens het meest zouaven leveren voor de hele campagne, liefst méér dan 3.000. In 1865 trekt slechts één streekgenoot op. Goemaere Camille z.v. Joseph en Vanderlinden Françoise. Geboren te Wakken op 30.1.1841. Hij tekent met een kruisje zijn verbintenis op 6.1.1865. Na zijn diensttijd tekent hij opnieuw bij, maar dan niet meer bij de zouaven. Intussen zijn de 8 compagnies zouaven verhuisd van Anagni naar het grotere Frascati, dat ook wel dichter bij Rome ligt. Het aantal bedraagt in oktober van dit jaar 500 man en zal 5 maand later reeds verdubbeld zijn. Voor 1866 hebben we 2 nieuwe verbintenissen. 1. Van der Bruggen Charles. Geboren te Wingene op 24.11.1845. Als jong advokaat zegt hij vaarwel aan een bloeiende carrière en trekt op eigen kosten naar Rome. Na 6 maand dienst zwaait hij reeds af. Hij zal in 1875 door enkele stropers gedood worden op zijn eigen jacht gebied. De nazaten van deze vrijwilliger wonen nu nog op het «Blauwhuis» te Wingene. 2. Van Oost Jules, z.v. Leon en Debrabandere Annemarie. Geboren te Aarsele op 2.2.1842. Hij biedt zich aan in Brussel op 10.12.1866 en maakt het beleg van Mentana en Rome mee. Samen met D'Hoop en Loosveldt vertrekt hij in 1879 naar Afri 146
ka. Hij zal als eerste sterven in Tabora, aan de gevolgen van dissenterie, op 27.1.1880. V. FRANKRIJK BLIJFT HELPEN TOT 1870.
Op het eind van dit jaar, wanneer de Franse troepen weggetrok ken zijn, verzamelt Minister Kanzier (opvolger van de Mérode) alle zouaven in Rome. Op 1 januari 1867 wordt een regiment op gericht, gezien het groeiend aantal verbintenissen. Het ene bataillon zal in Rome blijven, om de ondergrondse revolutie te onderdrukken, het tweede bataillon zal verspreid worden over de Noordergrens, want uit die richting kan elk ogenblik Victor Emmanuel of Garibaldi komen opdagen ! In 1867 kunnen we een hele serie streekgenoten vermelden. 1. Loosveldt Adolf, z.v. Isidoor en Mariens Francisca. Geboren te Tielt op 13.9.1845. Als student in de filosofie - af deling van het Klein Seminarie te Roeselare, tekent hij zijn ver bintenis op 13 januari 1867 in Rome. Hij maakt het beleg van Mentana mee en zal er trouwens in de «Gazette van Tielt» van 1 december 1867 een uitvoerig relaas over brengen. Wegens ziekte keert hij terug naar huis op 11.6.1870. Hij zet zijn pries terstudies niet verder, maar wordt muziekleraar in het Tieltse college. Ook hij trekt naar Afrika in juni 1879 en sterft in Zanzi bar op 19.3.1880. Adolf had o.m. een broer Joseph Isidoor, die voor een nageslacht in de streek zal zorgen. Diens kleinzoon Albert is nu juwelier in de Kortrijkstraat te Tielt en een klein dochter Arlette (x Degroote) woont eveneens in de stad. 2. Farasijn Bruno, z.v. Joseph en Malfait Sidonie. Geboren te Meulebeke op 9.9.1843. Na twee jaar diensttijd zwaait hij af in 1869 en zal reeds in 1873 broeder worden in de congregatie van O.L.V. van Lourdes. 3. Bel lef roid Pascal, z.v. Jan en Engelborgs Marie. Geboren te Kanegem op 12.3.1828. Na twee jaar tekent hij op nieuw bij en zal aldus het beleg van Rome meemaken. Hij keert dan terug naar het Limburgse dorpje Rutten, waar hij werkte vóór zijn verbintenis. 4. Roos Augustin, z.v. Jan en Callewaert Sophie. Geboren te Pittem op 2.4.1849. Hij is «schilder van gebouwen» als hij op 9 februari in Rome tekent. Hij zwaait precies twee jaar later af, na het beleg van Mentana meegemaakt te hebben. 5. Demeester Jan, z.v. Cornelis en Dierkens Blondine. Geboren te Kanegem op 14.3.1847. Hij tekent op 26.5.1867 en 147
zal twee jaar kloppen in de «mess» der pauselijke officieren. 6. Van Gaver Petrus, z.v. Charles en Declercq Antonia. Geboren te Dentergem op 25.1.1841. Hij verbindt zich op 8.6. 1867, maar zal reeds in 1868 de soldatenkleren ruilen voor de pij, want ook hij gaat binnen bij de Broeders van O.L.V. van Barmhartigheid, in Rome. Broeder Anastaas sterft er op 17.12.1908. Al deze laatsten zullen de strijd van Mentana, op 3 november 1867, meemaken. Dit jaar hebben de revolutionairen gereserveerd om de een making van Italië, en dit betekent dan eenvoudig het innemen van het Patrimonium Petri als laatste hindernis, te realiseren. Hun werkwijze staat echter los van de Piëmontese aspiraties op dit ogenblik : de Europese politiek en de beschermende houding van Napoleon laten inderdaad niet toe dat Victor Emmanuel zelf de wapens zou opnemen tegen Rome. Garibaldi zal het dan maar alleen doen, achter de schermen gesteund door geld en wapens uit Noord-ltalië ! Maar alle ondergrondse popgingen der republi keinen en vrijmetselaars om de vonk in Rome zelf te ontbranden, blijken nutteloos : de lethargische Romeinen hebben liever geen miserie of wapengekletter aan hun voordeur. Wel zullen reeds vanaf eind februari, tijd van het jaarlijks karnaval, vlugschriften en aanplakbiljetten heel duidelijk maken dat men liever de Zouaven dood heeft, en dat daartoe de nodige pogingen zullen aangewend worden. Als reactie daarop worden onze jongens verplicht steeds ge wapend op straat te komen en bij de minste aanval de tegenstan der zonder meer af te maken ! Maar zo'n vaart loopt het eigenlijk allemaal nog niet, althans niet voorlopig. Pas eind september worden de eerste schermutselingen gemeld aan de grens. Gari baldi heeft een vrijwi11igerlegertje opgetrommeld en wil nu voor eens en voor goed het addernest Rome uitroeien : «Roma o morte». Alhoewel Victor Emmanuel de vrijbuiter inrekent en hem naar Caprera zendt, in verzekerde bewaring, zal Garibaldi na enkele dagen ontsnappen en staat hij halfweg oktober opnieuw aan de grens der Pauselijke provincies. Op 23 oktober zal hij met een 7.000-tal roodhemden de grens overschrijden in Ponte Correse. Hij stoot door naar Monte Rotondo en verjaagt de pauselijke troepen en zouaven uit deze strategische burcht op 26 oktober 1867. Zonder verwijl richt hij zijn bajonet naar Rome dat een 20-tal km verderop ligt. Op 29 oktober staat de held van Caprera aan de buitenrand van de stad, in Castel Giubbileo. Maar juist op dit ogenblik melden zijn voorposten hem dat de Fransen aange148
komen zijn in Rome. Inderdaad, na lang aarzelen en onder per manente druk der Franse katholieken, heeft Napoleon III beslist een paar regimenten naar Rome te sturen, om een mogelijke in val van Garibaldi te verijdelen. Bij het horen van deze ongeluks bode, acht deze het wijselijker terug te trekken naar Monte Rotondo en andere plannen te smeden om de droom waar te maken. Intussen moeten toch een paar belangrijke schermutse lingen gemeld worden : — op 30 september werd de grensstad Aquapendente door de Garibaldisten, onder leiding van zoon Menotti, overvallen, maar een paar dagen later kunnen de pauselijken het verloren terrein herwinnen; — Bagnorea, dat bezet was door de revolutionairen, zal op 5 oktober op een bloedige manier gezuiverd worden door de zouaven. Eerst wordt het Franciscanerklooster ter plaatse ontruimd met bijlen en bajonet en dan trekken 800 pauselijken en een kanon naar de stad zelf. Na een gevecht van 3 u., kun nen de zouaven de stad in bezit nemen : 55 Garibaldisten zijn gestorven, 11 zijn gewond en 110 gevangenen worden naar Rome gebracht: de pauselijken hebben slechts 6 gewonden. — op 19 oktober zal ook Nerala schoongemaakt worden door luitenant-kolonel de Charette en een 900-tal Zouaven. In Rome zelf is de datum voor de opstand gepland op 22 oktober. Het teken zal de ondermijning zijn van de 4 pauselijke kazernes aldaar : San Agostino, Zocolette, San Calixte en Serristori. Het complot lekt gedeeltelijk uit, maar de Serristori-kazerne zal toch om 19 u. van die dag in de lucht vliegen. In het totaal zullen 33 zouaven deze ramp niet overleven; de meesten zijn echter Ita liaanse zouaven, die juist op dit ogenblik hun muzikale repetitie hielden. Vanaf die dag durft niet één zouaaf meer in de kazernes blijven, uit vrees voor ondermijning. Ze blijven buiten slapen en slaan hier en daar het hoogstnoodzakelijkste voedsel op, om niet ziek te worden in de kille oktobernachten. Er wordt in de hoofdkwartieren van het Vatikaan beslist Garibaldi aan te vallen op 3 november. Een 5.000-tal man trekken in de nacht van 2 op 3 november 1867 door de modder en in een gut sende regen, via de Porta Pia, in de richting van Monte Rotondo. De jongens hebben voor ongeveer 40 kg bagage op de rug, wat het stappen bepaald vermoeiend maakt: een Minié-geweer van 12 kg, 144 kogels, een tentje, schop, mantel, eten voor meerdere dagen. Het humeur lijdt er echter helemaal niet onder en regel matig wordt, in overtuigd enthousiasme, de «Viva Pio Nono» aan geheven en het lied dreunt doorheen alle rangen en warmt de 149
doorweekte zouaven wat op. Halfweg wordt er halt gehouden : koffie wordt bedeeld en aan een paar grote vuren kan men zijn kleren drogen. Er wordt zelfs een H. Mis opgedragen om de hulp van God af te smeken, en gesterkt door de H. Communie nemen allen geweer en bajonet op en trekken door. Tegen 12 u. ’s mid dags botsen de voorposten tegen de eerste linies Garibaldisten, die zich op een paar heuveltjes vóór Mentana verschanst hebben. Meter voor meter wordt het terrein heroverd, à la bajonette. De moed der zouaven is onweerstaanbaar en tegen 15 u. zijn alle Garibaldisten achteruitgeslagen en hebben zich in Mentana-stad verschanst. Deze uitputtende charge heeft echter veel krachten gekost aan onze jongens, en wanneer Garibaldi een massale uit val lanceert, voelt Generaal Kanzier dat frissere troepen voor ver vanging moeten zorgen. Hij laat de 2.000 Fransen vooruittrekken, en — gewapend met nagelnieuwe chassepots — zullen dezen dood en vernieling zaaien in de republikeinse rangen. De paniek slaat in en de meesten zoeken hun heil achter de grenzen, via Monte Rotondo naar Ponte Correse. Wanneer de avond valt, zijn hoop en al nog een paar duizend Garibaldisten in Mentana; de rest is gevlucht met hun leider, Garibaldi zelf. De volgende mor gen wordt de kapitulatie getekend : 1.700 gevangenen zullen op 4 november de weg naar Rome inslaan. Garibaldi wordt gevanke lijk weggevoerd en bijna 1.000 man zal op de grond van Mentana blijven liggen, voorgoed. Geen enkele Tieltenaar raakt gekwetst in deze veldslag, aldus het verslag van Adolf Loosveldt. Twee dagen later keren de doodvermoeide zouaven, onder een regen van bloemen en ovaties, in Rome terug. Maar laten we Loosveldt zelf aan het woord : «Wij hadden reeds 6 u. gemarcheerd met den zak op den rug eer wij de poort van Roomen binnenkwamen : bijna niet één kon nog op zijne beenen staen. Nogtans, wanneer wij de Porta Pia binnentrokken, waren wij allen opeen verligt: verscheidene muzieken stonden ons af te wachten en gingen ons vooruit al spelende; duizende en duizende Romeinen stonden langs diezelfde strate, gedurig roepende: Viva i Zuavi ! Viva i Zuavi ! Hunne zakdoeken zwierden in den lucht, bloemen en bla deren wierden boven ons hoofd geworpen, wij wisten van geene vermoeidheid meer, men betoonde ons teveel eer». Alle deel nemers zullen achteraf bedacht worden met een ereteken «Fidei et Virtuti» en een dienst voor de overledenen. In het totaal vinden wij voor deze campagne: 84 doden en 96 gekwetsten. De enige Westvlaming die sterft op het veld van eer is Decoester Leopold uit Oostduinkerke. Daarmee zal de Romeinse Kwestie, nu Garibaldi een verpletteren de nederlaag geleden heeft, voor een paar jaar in de politieke ijs150
Menîana
fêait-forie <k E. Helle, cilehé Bihlknhèttue Nationale.)
MENTANA
MEDAILLE FIDEI ET VIRTUTI
Helemaal op de voorgrond : Vigna Santucci.
Geschonken aan alle deelnemers van de Slag van Mentana. Voor zwaar-gekwetsten of zeer moedigen was er een gouden uit voering. Voorzijde : HINC VICTORIA. Ommezijde : Het Pauselijk wapen schild en de letters PIUS IX
ZOUAVENFOTO ROME 13 JUNI 1862 Frans Vanhulle uit Tlelt en zijn vriend Félix D’Hoop (rechts).
ZOUAVENBRIEF De brief is geschreven door Jules Van Oost uit Aarsele, gedateerd Monte Rotondo 18 december 1867. De inhoud verhaalt de Slag van Mentana.
kast gestopt worden. Er blijft een stevig Frans garnizoen in Rome en Civita Vecchia en het Zouavenkorps kent een buitengewone bloei, bij zoverre dat Rome zich veilig mag noemen. Nog een paar streekgenoten trekken op het eind van 1867 naar Rome : 1. Leleu Désiré, z.v. Filip Jacob. Geboren te Dentergem op 27.5.1835. Als vurig lid van de plaat selijke congregatie zal hij zijn dorpsgenoot Petrus van Gaever volgen naar Rome. Hij komt er aan op 17 november en zal, na een rimpelloze dienst, afzwaaien op 19 mei 1870, nadat hij nogmaals voor 6 maand bijgetekend had. 2. Bergez Jan Baptist, z.v. Charles Louis en Dekie Charlotte. Geboren te Dentergem op 29.11.1846. Deze 21-jarige wever tekent in Rome op 1 december en zwaait 2 jaar later af, op 23.12.1869. 3. Deneve Constant, z.v. Joseph en Ive Colette. Geboren te Aarsele op 17.6.1838. Ook hij was wever in zijn ge meente, wanneer hij het getouw ruilt voor de bajonet. Hij tekent op 22 december en zwaait af op 6 januari 1870. Deze laatste twee zullen allicht sterk aanbevolen worden om op het einde van hun diensttijd bij te tekenen, want de verloven zijn eind 1869 zodanig groot, dat de Zouavengelederen een bedenke lijk lage bezetting zullen vertonen op dit ogenblik. In Rome zal men zelfs de «anciens» minder soldij betalen, wanneer ze de idee koesteren niet bij te tekenen ! Voor de meesten zijn de nostalgie en de gedwongen werkloosheid in Rome zó sterk, dat ze toch maar liever de terugtocht aanvangen naar hun oude vaderland. In 1868 trekken de volgende streekgenoten op : 1. Devos Joseph Gustaaf, z.v. Pieter en Bertheel Julie. Geboren te Oostrozebeke op 19.3.1842. Hij is leraar in Jumet wanneer hij op 5 februari tekent in Rome. Na een goed jaar dienst wordt hij op «ordre ministériel» ontslagen op 2 mei 1869. Voorlopig is de reden van deze wegzending ons nog niet duidelijk. We weten alleen dat hij in Rome sterft in 1929. 2. Allegaert Valentin, z.v. Joseph Fernand x Dorothée Hoornaert. Geboren te Harelbeke op 6.10.1844. Hij is als reiziger werk zaam in Oostrozebeke, wanneer hij in Rome tekent op 8 februari. Hij zal slachtoffer worden van het vochtige zomerklimaat en de «ongezonde» manoeuvres in de zomer van datzelf de jaar : hij sterft in Rome op 30.10.1868. 3. Desmet Jan, z.v. Jan en Kindt Marie-Thérèse. 152
Geboren te Meulebeke op 9.11.1848. Deze 19-jarige wever doet twee jaar dienst in Rome, van juli 1868 tot juni 1870. In 1881 zal hij met een 18-tal jongeren de opleiding tot zouaafmissionaris doormaken in het Maison Carrée te Algiers, van februari tot oktober. Hij zal echter niet bij de uitverkorenen ge rekend worden, en keert onverrichterzake terug naar Meule beke. 4. Legrand Désiré, z.v. Frans x Jamar Eugénie. Geboren te Tielt op 7.9.1838. Deze 30-jarige wever tekent op 9 september in Rome en zal er blijven tot na het beleg van Rome. Terug in Tielt wordt hij jarenlang krantenverkoper, huwt met Debackere Julie in 1872, en heeft ook een zoon Frans, die net als zijn vader, dagbladverkoper wordt in Tielt. Deze zoon sterft echter kinderloos in 1953, zodat ook van deze zouaaf geen rechtstreekse afstammelingen bestaan. 5. Cluyse Evarist, z.v. Frederik x Cabbeke Françoise. Geboren te Dentergem op 20.8.1847. Als ijverig lid der congre gatie trekt hij op 9 september op naar zijn Heilige Vader. Hij zal echter reeds op 18 maart 1869 sterven aan de gevolgen van typhus. 6. Legrand Walter, broer van Désiré. Geboren te Tielt op 23.2.1841. Enkele maanden na zijn broer trekt ook hij,' als oud-wever, naar Rome. Hij wordt er echter ziek en zal vóór het eind van zijn diensttijd noodgedwongen teruggestuurd worden. Hij huwt met Deceuninck Ursula maar zal reeds in 1899, kinderloos, sterven in Tielt.
Het zijn rustige jaren voor de zouaven : geen revolutionaire werking in Rome, geen brigands die de grenzen onveilig maken, geen woelige internationale politiek betreffende de pijnlijke Romeinse Kwestie. Men probeert het de vrijwilligers dan ook naar hun zin te maken in het verre Rome. Victor Mousty, tussenper soon voor België, zal begin 1868 in Rome een lokaaltje huren, waar alle Belgische jongens ’s avonds kunnen samenkomen om er een goede pijp Belgische tabak te roken en er een Vlaamse of Waalse katholieke krant te lezen. Thuis zorgt men ervoor dat de voorraden regelmatig aangevuld worden in Rome en met de gelden van de «Nieuwjaarsgiften voor de Paus» worden snoepgoed, sigaren, boeken, stoelen en kasten aangekocht om de nieuwe «Cercle militaire St Joseph» zo ge zellig mogelijk te maken. Het succes van deze Belgische primeur is zó groot, dat de Fransen, de Zwitsers en de Duitsers ook hun lokaal willen ... en krijgen. 153
In de zomer van 1868 worden grote «manceuvers» gehouden in Rocca di Papa, van begin augustus tot midden september 1868. De plaats is vochtig, moerassig en ongezond, de zomer is heet dit jaar. Vele zouaven zullen ziek worden tijdens de afmattende oefe ningen, temeer daar de nachten onder de dunne tentdoeken erg koud zijn op 1.000 m hoogte. Honderden vrijwilligers zullen ziek naar Rome gestuurd worden, tientallen zullen het zelfs niet over leven. Het getal verpleegden in het Roomse San Spirito-ziekenhuis stijgt tot boven de 1.000 ! Het pauselijk hoofdkwartier ziet de fysieke aftakeling, en men schorst begin september de oefenin gen; het kamp wordt opgebroken. Toch hebben de jongens voor één ogenblik alle vermoeienissen vergeten bij het zien van hun Heilige Vader, die op 10 augustus de troepen is komen bezoeken. We kunnen ons moeilijk voor stellen hoe gelukzalig de dag voor hen moet geweest zijn, en hoe ze elk ogenblik alles hebben ingezet om hem te zien, hem te horen, zijn kleed aan te raken... Daarom deelt de paus ook mild medailles, relikwieën en paternosters uit aan de geknielde zoua ven en deze kleinnoden zullen als een kostbaar reliek naar huis gebracht worden. in löby trekken nog 2 streekgenoten op : 1. Vantomme Henri, z.v. Pierre x Byttebier Eu Ial ie. Geboren te Tielt op 27.12.1845. Hij is koetsier in Wontergem als hij begin 1869 in Rome aankomt. Hij zal bij de inval der Ita liaanse troepen in 1870 gevangen genomen worden in zijn garnizoen te Ciorta Castellana, op 12 september 1870 en aldus het beleg van Rome niet meemaken. Deels te voet, deels met de trein trekt zijn compagnie terug naar het Noorden. In Tielt gekomen heeft Vantomme blijkbaar de militaire microbe te pakken, want hij zal van 1873 tot 1887 als Nederlands vrijwilli ger naar Indonesië, «den Oost» gaan strijden. Hij huwt in 1892 met Degroote Romance en heeft een dochter Emma, die nu nog in Tielt woont. Die lange afzondering in vreemde streken moet hem toch geen goed gedaan hebben, want na enkele jaren trekt hij naar Hoogstraten en verdrinkt er zich in een waterput, in 1906... 2. De Rynck August, z.v. Florent x Vermandere Virginie. Geboren te Koolskamp op 28.3.1847. Als leerling van het Engels Seminarie in Brugge, vertrekt hij op 8 oktober 1869 naar Rome. Tijdens het beleg van Rome staat hij, met de meeste zouaven, aan de frontlinie, tussen de Porta Pia en de Porta Salara. Hij wordt er gekwetst aan de linkerhiel door een obusstuk en blijft er liggen tot tegen de avond, wanneer de ge 154
kwetsten met een vuilniskar opgehaald worden. Nadat hij en kele maanden in Tyrol zal verzorgd worden door Graaf Van Schönberg, keert hij begin juli 1871 naar Koolskamp terug. De wonde verergert en de jongeling sterft op 17.11.1871. Dit jaar wordt alles in het werk gesteld voor de opening van het Vatikaans Concilie, op 8 december 1869. Het grote dispuut zal gaan over de onfeilbaarheid van de paus, en de pers is reeds sedert maart in heftige polemiek gewikkeld. Vlaanderen zal duidelijk achter het Jezuiëten-standpunt staan en de dogmaver klaring ten allen prijze willen aanmoedigen. Nadat tientallen sprekers hun pro of contra met klem betoogd hebben tussen de meer dan 900 prelaten, wordt de «placet» toch uitgebracht op 18 juli 1870 en het concilie wordt, wegens de grote hitte in het zonovergoten Rome, geschorst. De dag erop breekt echter de Frans-Pruisische oorlog uit, en dit wordt het einde van de Romeinse Kwestie. Inderdaad, Napoleon III trekt ijlings zijn troepen terug om de Pruisische opmars te stuiten, maar de Franse nederlagen volgen in een moordend tempo : Wissemburg, Wörth, Förbach, Verdun, Bar-le-Duc, Sedan. Daar breekt het zwaard van Napoleon voorgoed (2 september 1870); het Keizerrijk is uit. Begin september beslist Italië Rome in te palmen en zodoende het laatste overgebleven deel van het schiereiland bij de rest van Italië te voegen. Met 70.000 man worden drie in valswegen getekend : Cadorna valt via Orte binnen. Bixio via Bagnorea en Civita Vecchia en Angioletti zal vanuit de Zuidelijke provincies naar Rome doorstoten. De pauselijken zelf, met hoop en al 11.000 weerbare mannen, weigeren trots elke tegemoet koming en nemen de handschoen op. Op 20 september 1870 be gint de beschieting van Rome: de strijd is kort, want na een goede drie uur is de bres aan de verweerde Porta Pia volledig en de witte vlag wordt op de St.-Pietersbasiliek gehesen, Rome kapituleert. Vanaf die dag wordt het Patrimonium Petri, na 11 eeuwen onafhankelijkheid, bij Italië gevoegd. En alhoewel Koning Victor Emmanuel in mei 1871 de «Garantiewet» zal voorstellen aan Pius IX, waardoor deze een volledige souvereiniteit zou hebben over enkele domeinen in Rome én een jaarlijks pensioen van 3.225.000 lire, weigert de Heilige Vader en zal zich — tot zijn dood in 1878 — als gevangene van het Vatikaan beschouwen. Het zal duren tot 11.2.1929 eer deze pijnlijke ideologische kwestie geregeld wordt tussen het geestelijk en wereldlijk bestuur in Italië : Mussolini en Pius XI tekenen beiden het «Verdrag van Lateranen», waardoor de Paus souverein wordt over een gebied van 44 ha, Vatikaanstad. Deze situatie bestaat op de huidige dag nog. 155
VI. NAWOORD.
Zo eindigt het epos der zouaven. De jongens keren naar huis en hernemen er hun gewone werkzaamheden, aan de ploeg, het weefgetouw of als dienstknecht. Indien we peilen naar de impact van deze vrijwilligers op het Vlaanderen van het einde der vorige eeuw, dan valt de diagnose erg pover uit. Praktisch geen enkel zouaaf treedt naar voor in het sociaal, politiek of economisch leven van onze streek. Zij zijn niet meer dan de incarnatie van die diepe devotie voor de paus, die de meeste onzer voorouders met hart en ziel beleefden en beleden. Beweren dat dergelijk onberekend en fanatiek-na誰ef idealisme slechts in een 19e eeuws museum thuishoort, is niet juist. Of waren onze Oostfrontjongens, kinderen veelal nog, in 1940, niet een even heldhaftige heruitgave van onze zouaven ?
J. GODDEERIS
PAUS PIUS IX Geboren Giovanni Masta-Ferretti in Sinigaglia op 13 mei 1792. Volgt Paus Gregorius XVI op van 1846 tot 1878. Hij sterft, na een der langste pontificaten uit de kerkgeschiede足 nis, op 7 februari 1878.
156
GENERAAL ATHANASE de CHARETTE Geboren te Nantes op 18 septem足 ber 1832. Wordt Luitenant-Kolonel der Pau足 selijke zouaven in december 1866. Is Generaal der Volontaires de l'Ouest van 1870 tot 1871. Hij sterft in zijn kasteel La Basse Motte, in Ile-et-Vilaine (Bretagne) op 9 oktober 1911.
ZO LEEFDE GEDURENDE HET JONGSTE HALFJAAR ...
I. AARSELE.
136. Kleinkunstavond in jeugdclub Tetoet (zie nr 1975/5) : Johan De Craemer (Aarsele) (zie nr 1973/131), Rudy De Meyer (exAarselenaar), Linda Naert (Dentergem). 137. Gemeenteraad juni: ontslag, wegens op pensioenstelling, van gemeentesecretaris Oscar Cloet. 138. Vereremerking voor meester Frans Daenens (zie nr 1972/2) : 25 jaar dienst in het onderwijs te Aarsele en te Dentergem. 139. Talrijke beslissingen op gemeenteraad augustus: bureelmachines van gemeentehuis overgemaakt aan gemeente school (om te voorkomen dat ze na 1.1.77 gewoon naar Tielt verhuizen ...) / met 8 tegen 4 wordt beslist geen inhuldigingsfeest te houden voor de Tuinwijk-West (zie nr 1975/8); daar het schepencollege (blijkbaar bevoegd terzake) voor dien besliste dat feest wel te houden, zal het inderdaad ook doorgaan op 18 september / vakantietoelage voor zieken en gehandikapten : 1.500 Fr / opnieuw geen toelage voor het Arrondissementeel Promotiecomité. 140. Ook Aarsele heeft nu een wandelpad : het Baudeloowandelpad, officieel geopend en ingewandeld op 5 september.
II. DENTERGEM.
141. Op 18 juni: inhuldiging nieuwe vleugel rustoord Mariaburcht. 142. In het kader der Ommegangsfeesten : opening van de 5e feestmarkt door Jimmy Frey; als opvolger dus van Willy Sommers (zie nr 1973/134), Will Tura (zie nr 1974/85) en Marva. 143. Verkiezingen : De Nieuwe Toekomst (met de burgemeesters Beels van Oeselgem en Cluysse van Wakken) : 5 verkozenen; Volksbelangen (burgemeester De Keyzer van Denter gem en schepen Goetry van Markegem) : 8 verkozenen; Ver enigd Sterk : 6 verkozenen. Van de 19 verkozenen zijn er 7 uit Dentergem, 7 uit Wakken, 3 uit Markegem, 2 uit Oesel gem. 157
144. Tijdens verlengd week-end van 11 november gaan de Zonnekloppers (zie nr 1972/145) even voetballen op ... Mallorca. Met een 6-2 overwinning en een beker komen ze terug. 145. St.-Anna Koortskapel, daterend uit 1752, langsheen Tieltstraat en eigendom familie Loosveldt te Tielt, op initiatief van pastoor L. Van Houtte hersteld.
III. EGEM.
146. Voor Antoon Vanlaere, eervolle 3e vermelding op de 19e PoĂŤzieprijs van Knokke. 158
147. Ook Egem krijgt nog vóór de fusie een nieuwe sociale woonwijk: 34 woningen op de Molenakker, officieel inge huldigd op 26 juni. 148. De gemeenteraad heeft niet minder dan 9 miljoen over voor herstelwerken aan de kerk (zie nr 1972/154).
IV. GOTTEM.
149. Zoals vier andere kerken in de streek Deinze-Tielt (Hansbeke, Zulte, Vinkt, Grammene) kreeg de kerk alhier op 8 november ongewenst en nieuwsgierig nachtelijk bezoek : dieven hadden het op de offerblokken gemunt: de buit was overal bijzonder mager.
V. KANEGEM.
150. Honderd deelnemers aan Kanegem Bebloemd reizen voor één dag naar de Antwerpse Kempen : 1/11e van het dorp op verplaatsing ! 151. Gruwelijk drama : bij z'n 7e brandstichting lokt de 15-jarige brandstichter een 68-jarige gebuur, Raymond Tack, naar de brandende schuur en slaat er hem met een hamer dood. De 159
Kanegemse landbouwers herademen en zullen opnieuw rustig slapen (zie nr 1976/28), nu de dader gevat is. 152. De 14-jarige Joost De Zutter werd het Gulden Boek 1976 toegekend wegens het oprichten en instandhouden van de Kanegemse Lezersvrienden, leesclub in eigen boekerij, ge vestigd in de gerestaureerde ouderlijke ast (zie nr 1975/25). Overhandiging door minister De Backer op de 40e boeken beurs te Antwerpen. 153. Gemeentesecretaris Paul De Zutter neemt in London de 2e prijs in ontvangst die in een internationale bebloemingsprijskamp toegekend werd aan Kanegem. In 1961 had het Bloemendorp een provinciale prijs, in 1967 een nationale prijs veroverd.
154. Een historisch document: het jaarverslag over 1976. Niet omdat het al klaar was medio november, maar omdat het het laatste is voor Kanegem. Enkele cijfers : 220 van de 248 aansluitbare woningen worden nu bediend door het open baar waterleidingsnet (zie nr 1971/209 en 1975/24); voor het eerst in de geschiedenis is er een huisarts gevestigd in de gemeente; 32 leerlingen in de gemeenteschool, waaronder 4 meisjes; de vrije school fusioneerde met Aarsele en had 32 leerlingen in de bewaarschool en 55 in het lager onderwijs. 155. Hulde op gemeentehuis voor Roger Danneels: 25 jaar lang stond hij, met paard en kar, in voor het ophalen van het huisvuil. 160
VI. MEULEBEKE.
156. Rerum Novarum : 4e fietsrally (66 deelnemers), 9e zangwedstrijd (zie nr 1971/210). 157. Kunstenaarskring Kutena sluit zijn 2e jaargang boetseerlessen af (15 deelnemers, vanaf 8 jaar). De kring werd ge sticht in 1972 en telt thans 40 leden; hij heeft intussen heel wat geslaagde activiteiten op zijn actief (zie nr 1975/164). Voorzitter is J. Vancraeynest.
161
158. Na 11 jaar lang in Bevordering te hebben gespeeld (zie nr 1975/167), tuimelt F.C. Meuïëbeke ineens naar 2e Provin ciale : bij een spijtige degradatie naar 1e kwam nog een degradatie naar 2e als straf na een beschuldiging van om koperij bij een match tegen Izegem. 159. Hulde aan 80-jarig Triphon Van Quickelberghe, nog steeds actief als koster te Marialoop.
160. In juli kende 't Veld weerz'n Tabakommegang, met allerlei volkse activiteiten en de jaarlijkse tabakworp. 161. Voor de 4e maal batjes te Marialoop. Met verkeersvrije straten! En muziekkorpsen uit Meulebeke en St.-BaafsVijve, en de kabaretgroep De Luwilus uit Oostrozebeke. 162. In de verkaveling Ter Borcht krijgen de nieuwe straten vol gende namen : Ter Borchtweg, Peter Benoitstraat, Hugo Verrieststraat, Thienpontlaan. 163. Het eeuwenoud ’s Heerenshoofdkapelletje (in de volks mond: het zeer-hoofdkapelletje), waar «gediend» kan worden tegen hoofdpijn, is totaal vervallen en kan omzeg gens niet meer gerestaureerd worden; het werd (nog) niet afgebroken, maar toch werd reeds een modern kapelletje in de onmiddellijke nabijheid gebouwd. 164. Jeugdclub 't Krullenaercke richt voor de 3e maal De Gulle Krulle-dag in (4 september), deze keer met een internatio naal muziekfestijn. 165. Vijfde treinreis vanuit het plaatselijk station. Deze keer sporen 700 Meulebekenaren naar Antwerpen. Kathy Galle wordt verkozen tot 1e Miss Trein (zie nr 1975/166). 166. Vijfde afreis van Pater Albert Vanhove, naar Pakistan. Hij hééft al 27 jaar missiewerk achter de rug. 162
167. Gemeenteraad september: 5,5 miljoen voor aankoop van oude Brouwerij Vondel (1 ha); de brandweer zal er zijn in trek nemen; in één van de 5 loodsen zal allerlei materiaal van de gemeente ondergebracht worden; een andere loods zal omgevormd worden tot ontspanningszaal. Spijtig ge noeg zal dit alles sloping meebrengen van mouterij, brouwbal en schoorsteen. 168. Op batjeswoensdag van de kermisweek in de Statiestraat : voddenmarkt voor kinderen. 169. En 6e afreis naar Zaïre van Pater Michel Verkinderen uit Marialoop (° 9.9.12). Hij reisde voor het eerst af in 1938. 170. Verkiezingen: burgemeester dr. Abeele haalt met z’n Kristelijke Eenheidslijst 12 zetels, de groep Volksbelangen 6, de BSP 3, de PVV geen. 171. De «Noordzeevissers», zeehengelclub voor MeulebekeTielt, gesticht in mei 75, start op 4 december zijn 2e jaar programma.
VII. OESELGEM.
172. Origineel : op 22 mei legt burgemeester Beels laatste steen én eerste dakpan van de bijna 40 woningen op «Vlassenhove». 173. Rerum Novarum : 2e interscholencross, met deelnemers uit Markegem, Dentergem, St.-Baafs-Vijve, Wakken en Oeselgem. 174. Gemeenteraad augustus: 20.000 fr voor de Chiro om hun «lokaal» (afgedankte varkensstallen) op te knappen. Par keerplaats voor 80 wagens achter de kerk.
VIII. OOSTROZEBEKE.
175. Rerum Novarum met fietsrally (zie nrs 1973/151 en 1974/ 105). 176. Op het feest der Christelijke Gepensioneerden optreden van o.m. Groep Ontspanning Derde Leeftijd uit Zwevezele (1 juli). 177. De 6-jarige kindervolksdansgroep De Ginsteblomme ont vangt te Antwerpen de Rika De Backer-ereprijs. 178. Tijdens de verbroederingsfeesten met Wetter (Duitsland), o.m. een fototentoonstelling «Oostrozebeke vroeger en nu» en een voetbalwedstrijd tussen de gemeentelijke overheden 163
van Wetter en van Oostrozebeke (6-7-8 augustus). 179. N.a.v. 200 jaar onafhankelijke U.S.A. gaat volksdansgroep Die Rooselaer (gesticht in 1862, thans 62 leden) van 14 tot 30 augustus op toernee in dat land, als enige culturele am bassadeurs uit Vlaanderen. De groep werd door de Natio nale Volkskunstcentrale omschreven als «het meest com plete volkskunstensemble» van Vlaanderen (zie nrs 1971/ 220, 1972/178, 1975/43). 180. Op 20 augustus : zeer origineel uitgewerkt Jeugdparlement, waar een 30-tal jongeren het hebben over gemeentelijk jeugdbeleid. 181. De vzw Speelpleinwerking organiseert in augustus een handtekeningaktie «S.O.S. Koetjeboe»; doel is de hofstede, die totvooreen kleine vijf jaaronderdie naamwerd gebruikt door studenten, uitgebouwd te zien tot jeugdatelier. De ge meenteraad van oktober trof geen beslissing, bij gebrek aan voldoende voorafgaande contacten met de eigenaar. 182. Door de kersverse kunstkring, bezield door Daniël Deblaere, werd een tentoonstelling ingericht van Oostrozebeekse kunstenaars. Een succes: 1.000 bezoekers. 183. Verkiezingen : Algemene Volksbelangen (met o.m. uittre dend oppositielid J. Van Loo) : 11 verkozenen; C.V.P. : 6 verkozenen. Uittredend burgemeester Van Acker was geen kandidaat meer. 184. De Ware Scorvrienden : nieuwe supportersclub voor de plaatselijke voetbalploeg. 185. De toneelkring «Meer Vreugde» durft ook Hugo Claus aan : «Een bruid in de morgen» (zie nrs 1975/44 en 49).
IX. PITTEM.
186. Voor de 85e keer Rerum Novarum : eucharistieviering, toe spraken, muziek, dans, vinkenzetting, kaarting, biljart. 187. Inhuldiging op 12 juni van het nieuw ACW-dienstencentrum op de Markt, op de plaats van het vroegere Volkshuis (zie nr 1975/51). 188. 12 juni 1876 — 12 juni 1976 : Pharaïldis De Caigny als hon derdjarige gevierd. Ze kreeg zelfs bezoek van Mgr De Smedt, die meteen ook «Moederke Spriet» te Egem (zie nr 1975/148) en Alfons Vande Wiele te Tielt (zie nr 1976/110) ging groeten. 189. Om Loridans Toneelkring (zie nr 1975/53) te zien optreden in ciné Alfa : 550 mensen op de been. En nog eens 250 voor 164
dezelfde kring bij een opvoering (ÂŤWie krijgt een baby?Âť) te Egem. 190. Het 4e wandelpad van Pittem, het Berghoekpad, wordt op 20 juni ingewandeld onder de hutsende regen. Het pad 165
191. 192.
193. 194. 195. 196. 197.
198.
kwam tot stand door samenwerking DF - KWB - KAV (zie ook nr 1975/171). Feest omdat S.V. Pittem volgend seizoen in 3e Provinciale zal voetballen. Driehonderd jaar geleden kreeg de kerk van Pittem een relikwie van de H. Godelieve. Dit feit wordt nu luisterrijk her dacht op 8 en 9 juli met een Godelieveevocatie met circa 200 deelnemers. Drie dagen verbroedering met Beilen (NI) in Pittem zelf (nr 1975/177). Op het programma o.m. een uiteenzetting door de burgemeester van Beilen over de beruchte treinkaping. Voor de 16e maal: gewestelijke prijskamp van het warmbloedpaard. Frits Bouvry te Oostkamp priester (Oblaat) gewijd. Verkiezingen : 16 verkozenen voor de CVP. Voor het eerst is er een BSP-verkozene. Egem is goed bedeeld met 5 ver kozenen. Telstar : 10 jaar. In die tijd 186 optredens. Dit jaar werden de vendels gezwaaid o.m. in België te Jemappes, leper, Pittem. Tielt, Nivelles, Koksijde, Aalter, Antwerpen, Brugge: in Frankrijk te St.-Quentin, Lomme, Barly, Parijs; in Nederland te Leiden (zie nrs 1972/39 en 188). 21 november 1926 : de eerste zusters-missionarissen, vier in aantal, van de Zusters van Maria vertrekken naar BelgischKongo. In die 50 jaar waren er in totaal 214 missionaris sen, waarvan thans nog 85 ter plaatse. Het jubileum wordt natuurlijk herdacht. Geschiedenis van «50 jaar missie» in «De Zondag» vanaf nr 26 tot nr 33.
X. POEKE.
199. De heemkundige Kring «Het Land van Nevele» richt op 27 juni te Poeke een «kruidenwandeling» in o.l.v. mevrouw Tack uit Lotenhulle. 80 deelnemers. 200. Diezelfde kring organiseert in september een hulde aan Hendrik Van Doorne : leerling, volgeling en vriend van Guido Gezelle. In z'n geboortedorp Poeke werden door de VAB-VTB twee gedenkplaten aan zijn geboorte- en sterfhuis aangebracht.
166
XI. RUiSELEDE.
201. Een vlag voor de wielerclub Het Haantje n.a.v. het 5-jarig be staan. Voorzitter is Hubert Busschaert. 202. Vijfde Molenfeesten, met molenprinses Viviane De Baets, moeten het deze keer weer stellen zonder avondmarkt en zonder stoet. Toch een succes, dank zij een reeks andere activiteiten (nr 1975/189). 203. Tweede na-oorlogse uitgave, op 23 augustus, van de grote vlucht- en drafkoersen op de drafpiste Paul Hallaert. Ware volkstoeloop. 204. Paul Mommerency, regisseur van de stoet «100 jaar Doomkerke» en auteur van het boekje «Zo is Doomkerke» (zie nr 1976/60) op het Ruiseleedse gemeentehuis gehuldigd. 205. In de sporthalle. op 11 september: voorstelling aan het publiek van de nieuwe ploegen van Pervol (volleyballclub). Het bestuur werd vernieuwd: voorzitter: Dirk Arrieel. En er is nu ook een damesploeg. 206. C.M.B.V. — 183 leden — voorzitster: mevrouw Frans Verstraete — in feest wegens 20-jarig bestaan 207. De openbare bibliotheek verhuist naar het vroegere secreta riaat van de ziekenbond. Er werd een beroep gedaan op de schoolgaande jeugd voor de verhuizing.
167
208. Verkiezingen : de lijst van burgemeester Dupont behaalt 10 zetels, de CVP moet het stellen met 7. 209. Banana Peel viert zijn 10-jarig bestaan met een 7-tal hoog staande jazz-activiteiten tussen 31 oktober en 12 december (nr 1975/197).
XII. SCHUIFERSKAPELLE.
210. Ongelooflijke warboel tijdens de gemeenteraadszitting van 4 juni i.v.m. het al dan niet verkopen (en slopen) van de oude pastorie, thans gebruikt als lokaal door de Chiromeisjes. Het enige vrouwelijke raadslid bestempelt dat lokaal zelfs als een «hoerenkot», wat in de gemeente de volgende dagen natuurlijk zorgt voor de nodige deining. En als be sluit wordt er geen beslissing getroffen. 211. Op 11 en 12 september: parochianenkoers met volgende winnaars : Marnix Verbeke (vedetten), Palmer Verbeke (seniors), Luc Gelaude (jeugd), Mieke Lambert (dames).
XIII. SINT-BAAFS-VIJVE.
212. Urbanus Van Anus op 27 juni in zaal Den Aert voor jeugd club Den Aert. 213. Eretekens voor Germain Planckaert als gemeentesecretaris; Constant De Meyer, 25 jaar ontvanger C.O.O.; Hilaire Vandenhende, burgemeester en provincieraadslid; André Debel (redden van een mensenleven). 214. De gemeenteraad keurt eenparig het voorontwerp goed voor een turn- en sportzaal : raming 6,5 miljoen. 215. De plaatselijke wielrenners (liefhebbers) Hendrik en Patrick Devos nemen deel aan de ronde van Slowakije.
XIV. TIELT.
216. Vlaams Tienerballet (o.l.v. mevrouw Mullebrouck) en Judo club op Europafeesten (27-30 mei) te Brignoles. Terloops: in 1967 stichtte mevrouw Mullebrouck haar balletschool Menuet; deze telt thans om en bij de 750 leden, gespreid over verschillende afdelingen : Tielt (328), Wielsbeke (112), Oostrozebeke (107), Zulte (40), Desselgem (64), Ruiselede (57), Meulebeke (48). 168
217. Gemeenteraad juni voert vakantiegeld (750 fr) in voor zieken en gehandikapten. 218. Rerum Novarum : vinkenzetting, duivenvlucht, optreden en rondgang «Vermaak na Arbeid», dansavond (met weinig publiek). 219. Vijftig zieken en gehandikapten nemen deel aan de 5e natuurzoektocht van de CM. 220. Pinksteren : Patrick Lassuyt nationaal kampioen der nieu welingen motorcross. De finale ging door te Oostrozebeke. P. Lassuyt is leerling laatste jaar VTI-Tielt. 221. Enkele jongere leden van de Beheerraad van Watewy staken zelf de handen uit de mouwen om het totaal verwaarloosde en dus weinig bezochte speelplein op te frissen, te herstel len en wat beter uit te rusten. Op 27 juni wordt Watewy «her opend» met een uitgebreid feestprogramma. 222. Civiele Bescherming en Rode Kruis houden voor het eerst een gezamelijke oefening : Seyntex werd verondersteld ge troffen te zijn door een grote ontploffing. 223. Op de 17 boeken weerhouden door de jury van de PlantinMoretusprijs, werden er 5 bij Lannoo-Tielt uitgegeven ! (zie ook nr 1972/70). 224. Vóór de Europafeesten wordt met man en macht gewerkt aan de voltooiing van een reeks openbare werken, o.m. het «moderniseren» van Europalaan, Pontstraat en Pontweg : het worden moderne stadsautostrades : heel veel asfalt, geen groen.
225. C.V.P.-Jongeren (zie nr 1973/105) houden op 3 juli een Europese studiedag met o.m. professor Coppée en profes sor Brugmans. 226. De 18e Europafeesten (zie ook nr 1975/209) staan in het teken van de Europese en Tieltse muziek. De kortste, daar om niet de minst-geslaagde, stoet uit de Europafeestenge169
227.
228.
229.
230.
schiedenis. Tevens de feesten met het kleinste aantal bui tenlandse groepen. Hulde wordt gebracht aan 9 personen die sinds de 1e uitgave actief bij de inrichting zijn betrok ken : Jozef Baert, Félix Dupont, Léon Impe, Edgard Lievens, Henri Loosveldt, Jozef Mathys, Jozef Tack, Staf Verkest, Fons Vermeersch. Roland Nemegeer (Oude Pittemstraat) op 10 juli door Mgr De Smedt tot priester gewijd. Zes dagen voordien werd Ber nard De Cock (leperstraat) eveneens tot priester (Dominikaan) gewijd. Voor de 75e uitgave van de Berenfeesten (zie nrs 1971/265 en 1972/221) richt de St.-Janstraat een gentlemenkoers in met oud-straatdekens en een reeks roemrijke oud-wielerkampioenen. Chris Van Daele (zie nrs 1972/74 en 1973/221), samen met een schoolvriend uit Kortrijk, met een 2 PK, einde juli in 7 weken heen en terug naar Bombay : méér dan 26.000 km. ! De 3e Kloeffeesten, waarop o.m. oude ambachten werden uitgeoefend, lokken weer heel wat volk (zie nr 1975/208).
231. Oogstfeest, 8 augustus, op de hoeve van Frans Van Huile op de Poelberg. Volkstoeloop. Een aloude traditie terug tot leven geroepen door Boerengilde + KLJ + KVLV. 232. Op Stationswijk, tussen 8 en 21 augustus : 6 wielerwedstrij den, o.m. kampioenschap van Tielt voor -40 (kampioen : 170
233.
234. 235.
236. 237.
Guido Baesen) en +40 (kampioen : René Mertens) (zie ook nrs 1973/202 en 1974/152). Het Marktcomité pakt uit met een reeks voorstellen om de Markt gedeeltelijk verkeersvrij te maken en, mede door groen, bloemen en water terug leven in te blazen in deze natuurlijke openbare ontmoetingsplaats. Tijdens de nacht van 14 op 15 augustus overlijdt oud-wielrenner Florent Martens (zie nr 1975/230); weinige weken later overlijdt ook zijn echtgenote. De Tieltenaars reizen massaal naar hun zustersteden : deze zomer méér dan 2.500 overnachtingen uit Tielt en omgeving in Bruneck (It.); van 31 juli tot 10 augustus maken 24 Tieltse jongeren daar ook een jeugdkamp mee. Negentien meisjesgidsen gingen op kamp in Brignoles (fr.). Tieltse Anita Dewitte stelt haar keramiekwerken tentoon in het stadhuis, van 4 tot 19 september. En nog maar eens een 100-jarige te Tielt ; Maria Depoovere (° Alveringem 9.9.1876), weduwe van Jozef D'haene, sinds 1957 woonachtig te Tielt (zie nr 1976/110).
238. Guido Baesen (zie nr 232) wordt te Turnhout Belgisch kam pioen wielrennen bij de brandweermannen. 239. Méér dan 125 jaar lang had Tielt, bijna onafgebroken, één of méér eigen weekblad(en). Komt hieraan nu een einde? 171
VRIJDAG 24 SEPTEMBER 1976
33e JAARGANG — Nr 39
LOS NUMMER : 18 FR.
16 BLADZIJDEN
Zondag
W E E K B LA D VOOR A R R O N D ISSE M E N T T IE L T EN OMLIGGENDE
UITGEVER, REDACTIE, PUBLICITEIT EN BEHEER : L. VERVENNE, TRAMSTR. 7, 8880 TIELT - Tel. 051/40 15 61 - P.R.K. 0004)429255-30 V. Druk. Vervenne. PRIJS PER NUMMER : 18 fr. — JAARABONNEMENT : 850 fr. — 6 maand : 425 fr. — 3 maand : 215 fr. — Buitenland : 1150 fr. jaarab.
3 3 e J a a rg a n g
N r 40 vrijd a g
Per
lo s
nummer •
20 fr.
oktober 1976 DE ZONDAG: gesticht door JOZEF VERVENNE Redaktie en Publiciteit L VERVENNE Tramstraat 7 8880 Tielt Tel 051-40 15.61
2 8 b lz .
DE WEEKBODE Boheer, redaktie en publiciteit
DE ZONDAG
ROULARTA N V. Meiboomlaan 33, 8800 Roeselare - Tel. 051-20.31.90 (10 lijnen). Postrekening 000-00121.45-20. Telex 81642 Verantwoordelijke uitgever : Dr. Jr. Willy De Nolf Abonnementen : België 900 fr. per jaar; 475 fr. per half jaar; 260 fr. per 3 maanden
240.
241.
242.
243.
244. 245.
246.
247. 248.
Op 24 september verschijnt voor de laatste maal «De Zon dag», weekblad gesticht door Jozef Vervenne, en dat aan zijn 33e jaargang toe was. Er wordt een fusie aangegaan met «De Weekbode», uitgegeven te Roeselare. De in het Tieltse verspreide editie krijgt de naam «De Weekbode - De Zondag». Op initiatief van De Zonnegroep, op 16 september: een avond waarop de 5 lijsten deelnemend aan de gemeente raadsverkiezingen (een unicum te Tielt!) hun visie op ge meentelijk gehandikaptenbeleid brengen. Op initiatief van de Vrije Jeugdraad (zie nr 1976/84) gaat enkele dagen later een gelijkaardige avond door over gemeentelijk jeugdbe leid. Marnix Dobbelaere (zie nrs 1971/159 en 1975/204) behaalt brons (3e plaats) op de Europese judokampioenschappen voor politieagenten te Helsinki (17/18 september). Op 25/26 september: bescheiden viering 20 jaar Socialis tische Bibliotheek Volksontwikkeling (zie nr 1972/124) en 20 jaar Atlas-turnclub (zie nr 1975/224). Nationale EHBO-wedstrijd van het Vlaamse Kruis, 12 september, Roeselare : de jongste afdeling, d.i. de Tieltse, behaalt met 90 % der punten de wisselbeker (zie nr 1976/ 117). Als propaganda voor de volleyballsport wordt een wedstrijd georganiseerd op de Markt. Harlekijn (Tielt) tegen Paco (Zedelgem). De gemeenteraad van oktober spreekt wat rond het B.P.A. Ontvangerstraat. Dit plan omvat o.m. : toegang tot Diensten centrum vanuit de St.-Michielsstraat + grote parking; toe gang tot parking Paters vanuit de leperstraat; uitbouw en modernisering Manestraat. Verkiezingen : CVP, 16 verkozenen; VU, 6 verkozenen: BSP, 4 verkozenen. De Onafhankelijke Kandidaten, met 5,8 % der stemmen, krijgen geen verkozene; Amada evenmin. Aarsele heeft 4 vertegenwoordigers, Kanegem en Schuiferskapelle elk 2. Op 16 oktober viert Broeder Gaspar (° St.-Niklaas 11.6.07), de «bedelbroeder», zijn gouden kloosterjubileum in de orde der Minderbroeders. Maurits Buyse (° Pittem 1914, sedert 1941 woonachtig te Tielt) is 50 jaar muzikant. Te Tielt speelt hij bij «Vermaak na Arbeid». Maar hij speelt ook bij een korps te Beervelde, Hul ste, Lotenhulle, Nazareth en Eke. (Ook Tieltenaar André Lafosse is spelend lid van al die korpsen !) Deze drie laatste 173
249. 250. 251.
252. 174
korpsen staan onder leiding van oud-Tieltenaar Jozef Vande Wiele. En alle drie kwamen ze Maurits op 17 oktober te Tielt huldigen. Eerste organisatie van het Tielts Operettepodium : in het Feestpaleis, «In het Witte Paard» : natuurlijk overrompelend succes (16 oktober) (zie nr 1976/83). Europahal, 25 oktober: Tiroleravond met o.m. 55-koppige muziekkapelle uit Toblach. Robert Desaever (° Ruiselede 14.04.07), 40 jaar lang koster-orgelist in de St.-Pieterskerk, half-oktober over leden. Schrijver Martin Gray lokt, op 22 oktober, 600 toehoorders naar de Shamrock. Organisatie : Lions.
253. Johan Callens en Philip Verhaeghe worden te Kortrijk Westvlaamse kampioenen snelschaken, respectievelijk in de klassen B en D. 254. Op het St.-Krispijnfeest te Roeselare: vereremerking voor Lucien Thiriaux wegens 30 jaar zelfstandige arbeid als meester-schoenmaker. 255. Op 6 november overlijdt te Kortrijk Maurice Jolie (° Bottelare 7.11.92). Hij was politiecommissaris te Meulebeke van 7.7.22 tot 31.12.36, te Tielt van 1.1.37 tot 21.2.56. 256. Op 7 november brengt een groepje leden van onze kring een geleid bezoek aan de tentoonstelling «De Pacificatie van Gent», te Gent. 257. Enkele belangrijke punten op de gemeenteraadszitting van november: I. De Driesstraat zal worden verbreed en ge moderniseerd. De bestaande populieren zullen verdwijnen: hun vervanging zal afhangen van de goodwill van de aanpalende landbouwers. Mede dank zij een actie van de straatbewoners komen er wel fietspaden en boompjes in het voetpad zelf. — II. De Poelbergmolen zal worden gerestau reerd, maar niet maalklaar gemaakt: dit wegens verzet van de eigenaar. — III. Vernomen wordt dat twee aloude schut tersgilden zullen samensmelten: de nieuwe naam : SintJoris en Sint-Sebastiaansgilde (zie nrs 1976/106).
XV. WAKKEN.
258. De gemeenteraad beslist eenparig, in augustus, het maan delijks zakgeld van de bejaarden uit het COO-rusthuis van 1.000 fr tot 1.250 fr op te trekken. 259. Vijfde vogelshow (20/21 november): 1004 vogels door 80 liefhebbers samengebracht. Opening door de burgemees ter, bijgestaan door de voorzitter van de organiserende vereniging «De Groene Papegaai» en door Miss Papegaai... 260. Inmiddels werd Midwak (corporatief voetbal) ook 10 jaar.
XVI. WINGENE.
261. De vorig jaar opgerichte Ziekenzorgkern van de C.M., o.l.v. Jozef Moeyaert, richtte in juni een feestnamiddag in, met als eerste doel de deelname van de zieken en gehandicapten zelf aan de actie van de kern in de toekomst te vergroten. 175
Nr. 259
262. De plaatselijke Boerinnengilde werd gesticht op 2 februari 1926 door onderpastoor Soenen; thans is de vereniging KVLV geworden en telt ze 200 leden, tegen 300 bij de start. Dergelijk goud moest natuurlijk gevierd. 263. Vijfentwintig jaar geleden werd op de Zandberg eerst een voorlopige (10.5.51), daarna een duurzame (14.10.51) Lourdesgrot opgericht. 264. Gemeenteraadszitting van september: 30 minuten voorbe spreking van de 11 dagordepunten van de meerderheid, 2 uur voor de 13 punten van de minderheid. 265. Al dan niet in navolging van de Tieltse Koperwiek (zie nr 1975/100): de vogelliefhebbersvereniging «De Sneppe» heeft een ruime vogelkooi in het rustoord St.-Amand ge plaatst. 266. Verkiezingen: 13 verkozenen op de lijst van VU-senatorburgemeester W. Persyn, 10 verkozenen voor de oppositie. Op de 23 verkozenen zijn er 13 uit Zwevezele.
XVII. ZWEVEZELE.
267. De amper 5 maanden oude hondenafrichtersclub «De Mandebijters» telt reeds 45 leden en beschikt ook al over een terrein. Voorzitter is Werner Claeys. Ph. DE GRYSE (Clichés De Zondag en De Weekbode - De Zondag) 176
LEDEN EN ERELEDEN 1976 (De ereleden worden vermeld in hoofdletters).
AALTER (9980) Stockman Luk, Brugstraat 103 AARSCHOT (3320) Van Hecke Guido, Herseltsesteenweg 4 AARSELE (8890) Claeys Frans, Waterstraat 7 De Cock André, Molenweg 16 Degraer Hugo, Poekestraat 2 De Smet Adiel, Vinktstraat 73 Everaert André, Staatsbaan 59 Houtteman Léon, Stationsstraat 63 Neirinck Jan, Kanegemstraat 74 Neirinck Jozef, Vinktstraat 54 Van Bruwaene Luc, Staatsbaan 116 Van Overschelde Jos, Hoogstraat 18 Van Renterghem Ivan, Staatsbaan 96 Van Ryckeghem Hubert, Hoogstraat 25 Verbrugghe Frans, Marktplaats 13 Verstraete Jozef, Hoogstaat 27 Werniers Georges, Statiestraat 32 AMSTERDAM Instituut voor Dialectologie, Volkskunde en Naamkunde, Keizersgracht 569-571 ANTWERPEN (2000) Stadsbiblioteek, H. Conscienceplein 4 ARDOOIE (8850) Vanacker Lucien.Beverenstraat 22 BAMBANG (Filippijnen) De Lodder Julien, Catholic Mission BAVIKHOVE (8752). Maertens-Verkinderen Maria, Kervijnstraat 57 BEVEREN-LEIE (8749) De Bel Etienne, Deken Debostraat 71 BRUGGE Bleyaert Gérard, Ketsbruggestraat 11 Brugse Boekhandel, Dijver 2 Dewulf Romain, Oude Zak 13
177
Franchoo Gérard, Rijselstraat 59 Gidsenbond Brugge, Sint-Jansdreef 31 Lagrain Robert, Sint-Salvatorkoorstraat 8 Ronse Hubert, Oude Oostendesteenweg 33 Stalpaert Hervé, Bossuytlaan 9 Vrielinck Marcel, Notelarendreef 2 BRUSSEL (1050) Office International de Librairie, Marnixlaan 30 - bus 19 DENTERGEM (8898) Marysse Marcel, Kerkstraat 1 Spiessens José, Nellekenshof 5 Vandekerckhove Fr., Groeneweg 7 Van Houtte Louis, Kerkstraat 2 DRONGEN (9810) Huys Paul, Steenweg Gent-Deinze 28 Van Daele Sylvère, Moerstraat 22 EGEM (8871) Bibauw Michel, Drogenbroodstraat 22 De Bever Patrick, Drogenbroodstraat 30 De Boot Antoon, Kortrijksteenweg 15 De Witte Paul, Kasteeldreef 28 A Gardeyn Gontrand, Veldweg 7 Vandecaveye Emiel, Kolonel Naessensstraat 22 Vandecaveye Joseph, Drogenbroodstraat 4 Vande Kerckhove Lucien, Veldweg 5 A Vens Marnix, Drogenbroodstraat 24 GENT (9000) E. Story - Scientia, P, Van Duyseplein 8 GOTTEM (9803) Gaublomme Valère, Ardeense Jagersstraat 5 HEULE (8710) Verbeke Jozef, leperstraat 161 HOBOKEN (2710) Poelvoorde Etienne. L. Mastplein 42 IEPER (8900) De Lille Karel, Cartonstraat 40 Katholieke Centrale Vereniging voor Lektuurvoorziening, Meenseweg 29 IZEGEM (8700) Colpaert Roger, Koornmarkt 15 KANEGEM (8891) Aangenomen Openbare Biblioteek St-Bavo. Kerkstraat 16 Danneels Henri, Tieltstraat 7 De Zutter Paul, Markt 6
178
Vande Voorde Maurits, Vinktstraat 1 KNESSELARE (9890) Goegebuer Louis-Michel, Kloosterstraat 85 Ryserhove Alfons, Kloosterstraat 46 KOOLSKAMP (8851) Delesie Albert, Ardooiestraat 16 Strobbe Karei, Lichterveldestraat 3 KORTEMARK (8110) DE POORTER FRANS, Hospitaalstraat 21 KORTRIJK (8500) Arickx Valeer, Sint-Denijsseweg 4 Demedts André, Condédreef 21 Hostens Jozef, Diksmuidekaai 6 KUNKURI (India) Vanderkerckhove Willy, Box 496.225 LEUVEN (3000) Universiteitsbiblioteek, Mgr Ladeuzeplein 21 LOVENDEGEM (9920) Coppens Romain, Oostveldkouter 29 Neirynck Willem, Brouwersstraat 24 MALDEGEM (9990) Van Maldeghem Jeroom, Kleitkalseide 45 MARKE (8510) De Bethune Emmanuel, Kasteeldreef 10 MEETKERKE (8002) Geldhof Joseph C., Dorpweg 22 A MERELBEKE (9220) Wyffels Carlos, C. Buyssestraat 2 MEULEBEKE (8860) Casteleyn Robrecht, Spoorweglaan 4 Demeurisse Walter, Oude Gentstaat 11 Mattelin Edgard, Spoorweglaan 3 Verkest Jules, Karei Van Manderstraat 16 NEVELE (9850). Janssens Antoine, A.C. Vandercruyssenstraat 60 OEKENE (8811) Houthaeve Robert, Stampkotstraat 1T
OOSTENDE (8400) De Gryse Arsène, Albert I Promenade 42/5 Volckaert-Eeckhout A.. Konlnginnelaan 28, l/A OOSTROZEBEKE (8780) Bonte Jean-Marie, Vlissingestraat 19 Bonte Marcel, Stationsstraat 122 Coucke Luc, Nieuwstraat 44 Defoer A., Meulebekesteenweg 1 Degroote Caroline, Wielsbekestraat 65 Demedts Lieven, Dentergemstraat 66 Dhont Bernard. Hoogstraat 3 Openbare Biblioteek Centrum, Stationsstraat 15 Vaernewijck Georges, Hoogstraat 7 Van Acker Remi, Molstenstraat 44 Vandekerckhove (Mevrouw), Rietbeekstraat 36 Vandeputte Ghislain. Statiestraat 83 Vankeirsbilck Etienne, Kalbergstraat 101 Van Loo Karel Jaak, Meulebekesteenweg 5 Van Overbeke Jozef, Markt 23 OUD-HEVERLEE (3031) De Mey A., Waversebaan 99 PITTEM (8870) Coussens Anna, Egemstraat 6 Debusschere Karel, Nieuwstraat 9 Détour Guido, Tiengebodenstraat 13 Devoldere Wilfried, Oostwijk 21 GEMEENTEBESTUUR Lambrecht Jozef, Kauwstraat 37 Vande Wiele Albert, Egemsestraat 4 Van Hessche Gérard, Heidenskerkhofstraat 46 Vergote Gillis, Kauwstraat 47 RIJMENAM (2830). De Winter - Vandekerckhove Madeleine. Hoogstraat 50 ROESELARE (8800) Denys Frans, Knapenstraat 30 Huyghebaert Jozef. Beverenaardeweg 42 PERSYN MARCEL, Stijn Duboislaan 2 RUISELEDE (8080). De Muyt Maurice, Waterboordstraat 4 Van Wonterghem Laura, Kruisbergstraat 19 Vanhaeghe Félix, Kasteelstraat 15 SCHUIFERSKAPELLE (8881) Vandermeulen Erik, Dorp 57 Vrije Aangenomen Openbare Biblioteek,'Dorp 68 A SINT-AMANDSBERG (9110) Gheysen Louisa-M., Schoolstraat 38
180
SINT-BAAAFS-VIJVE (8799) Vanhoutte Michel, Molenstraat 2 SINT-DENIJS-WESTREM (9820) Gelaude Cyriel, Borluutplein I SINT-ELOOIS-WINKEL (8768) Carton Robert, Rollegem-Kapelsestraat 28 SINT-MARTENS-LATEM (9830) Van Maele Jules, Twee Dreven 8 TIELT (8880) Ailliet Lucien, Schuiferkapelsesteenweg 29 Ameye Gaston, Stationsstraat 14 Ameye Marcel, Beernegemstraat 36 Ampe Joseph, Hoogstraat 40 Averhals Frans, Markt 10 BANK VAN ROESELARE EN W.VI„ Markt 24 BOONE ETIENNE, Vijverstraat 1 Baert Jozef. St.-Janstraat III Billiet Germain, Kortrijkstraat 81 Billiet Jaak, Wingesesteenweg 108 Carlier Bernard, F. D’Hoopstraat 22 Carlier Henri, Deken Darraslaan 7 Chevrolet Paul, Beernegemstraat 40 Craye Jozef, leperstraat 25 De Bleeker André, Kortrijkstraat 59 De Brabant Nestor, Rame 16 De Buck Hubert, Hollandlaan 14 Declerck Robert, Hondstraat 6 Declercq Aimé, Blekerijstraat 11 Declercq Robert, Oude Stationsstraat 122 Decock Albert, Grote Hulststraat 63 DECREUS WILFRIED, Hoogstraat 75 Dedeurwaerder Gérard (mevrouw), Kasteelstraat 119 De Gryse Philippe, Kastanjelaan 1 Delember Bonfils, Beernegemstraat 34 Demarey Frans, Plantinstraat 27 De Muelenaere Mare, Hulststraat 17 De Rammelaere Luc, Kistestraat 16/3 Devos Emiel, Ruiseledesteenweg 5 D'haveloose Georges, Hulstplein 16 Dhondt Gérard, Stationsstraat 103 Dierckens Eugène, Sterrestraat 23 Elslander Robert, Hulststraat 20 Gellynck Siegfried, Kastanjelaan 13 Gernaey Maurits, Klijtenstraat 54 Ghekiere Yvonne. Kortrijkstraat 37 Goethals Lydie, Lindenlaan 61 Gryp Odile, Tramstraat 6 Haazen K., Kortrijkstraat 17 Haeck Luc, Waaiberg 6 Huys Léon, Stationsstraat 32
Instituut H. Familie, Hulstplein 32 Langerock Jan, Kortrijkstraat 29 Lannoo Godfried, Kasteelstraat 99 LAUWERYNS MARCEL, Driesstraat 15 Lavens Maria, Stedemolenstraat 36 Lefebvre Léopold, leperstraat 15 Lemey Jean, Ontvangerstraat 2 Lenoir Jozef, Nieuwstraat 23 Linclau Marcel, Huttegemstraat 18 Loontjens Louis, Kortrijkstraat 59 Loosveldt Henri, Krommewal 20 Mesuere Rudolf, Sterrestraat 25 Neirinck Maurice, Europalaan 16 Nemegheer Joris, Kasteelstraat 55 Neyt Luc, Luxemburglaan 21 Nolf Marguerite, Stationsstraat 41 O.A.K. Bibiioteek, Lakenmarkt Paters Minderbroeders, Kortrijkstraat 17 Puype Geert, Begonialaan 16 Rooryck Frans, Gross Geraulaan 30 Rosseel Roland, Sterrestraat 13 Rotsaert André, W. Pantinlaan 1 Rubens Frans, Kistestraat 20 St.-Jozefscollege, Kortrijkstraat 59 Snauwaert Lucien, Hondstraat 75 Stevens Noël, Oude Pittemstraat 33 Tack Jozef, Beneluxlaan 51 Tack Luc, Sint Michielsstraat 46 Tanghe A. Robert, Oude Statiosstraat 101 Tuyttens Arsène, Europalaan 40 Vanacker Noël, Stocktmolenstraat 9 Van Daele Adiel, Lindenlaan 18 Vandenberghe Piet, Kastanjelaan 18 Vanden Bulcke Michel, leperstraat 3 Vandenbussche Georges, Kerkebosstraat 2 Vandepitte Paul, Driesstraat 9 Vandeputte André, Kasteelstraat 142 Vander Meeren Maurits, Waaiberg 4 Vander Meulen Daniël, F. D'hoopstraat 48 Vander Meulen Jan, Kasteelstraat 26 Vander Plaetse Germaine, Sint-Janstraat 107 Vander Plaetse Maurice, Kortrijkstraat 92 Vande Walle Fernand, Hoogstraat 44 Van Doorne Walter, Beneluxlaan 6 Van Eygen Jean, Kortrijkstraat 49 Vanhazebrouck Marie-Louise, Kortrijkstraat 37 Van Houtte Hendrik, Hoogstraat 26 Van Huile Nick, Hoogstraat 62 Vanlandschoot Romain, Hondstraat 4 Van Maele Franz, Deinzesteenweg 6 Vanneste Robert, leperstraat 84 Vannieuwenhuyze Roger, Hulstplein 28 Vanthemsche Esther en Jozef, Sint Janstraat 36 Van Wonterghem Antoon, Sint Janstraat 40
182
Verbeke Albert, Sterrestraat 16 VERBEKE ANDRE, F. D'hoopstraat 17A Verbeke Arsène, Driesstraat 107 B Verbeke Raymond, Nieuwstraat 8 Verbrugge Julien, Pontweg 8 Verqucht Luc, Galgenveldstraat 12 VERGUCHT MARCEL, Vande Vyverelaan 26 Verhelst Marcel, Lindelaan 12 Verkest Ernest, Rame 23 Verleye Marcel, Sint Janstraat 138 Vermeire José, Keidam 73 Verslype Herman, Kasteelstraat 188 Vervaeke Gérard, Pontstraat 45 Vervenne Jozef, Hoogstraat 70 Vervloet Victor, Luxemburglaan 3 VEYS ERIK, leperstraat 18 Viaene Johan, Meulebeeksesteenweg 11 A WARNEZ FIRMIN, Bedevaartstraat 82 Wauters Gabriël, leperstraat 27 Wittevrongel Albert, Sint Michielsstraat 76 Wittevrongel Robert, Stedemolenstraat 46 Wostyn Lutgart, Nieuwstraat 18 VARSENARE (8202) Dhondt Rik, De Manlaan 20 VEURNE (8480) Stadsbiblioteek, Grote Markt 1 Van Gelder Etienne, Weststraat 6 VINKT (9806) Michem Frans, Heerdweg 13 WAKKEN (8788) Beel L., Molenstraat 32 Haerynck Michel, Molenstraat 15 Vandenbulcke Roger, Markegemstraat 146 WAREGEM (8790) Temmerman Eddy, Stationsstraat 14 Vandewiele André, Zultseweg 53 WEMMEL (1810) Lemey Cyrille, Koningin Astridlaan 168 WEVELGEM (8610) Vanduynslager Hubert, Grote Markt 32 D WINGENE (8050) Anseeuw Antoon, Kerkplein 5 Braeckevelt Remi, Zandbergstraat 44 Callebaut Roger, Predikherenstraat 33 Cappoen Albrecht, Pastorijstraat 38 Christiaens André, Beernemstraat 8
De Schepper Robert, Bruggestraat 63 Desoete Joris, Lammersdam 3 Gemeentebestuur Lams Guido, Galgenstraat 29 Maes Rafaël, Egemsestraat 67 PERSYN WILLY, Ratelinge 11 Ryckaert Philippe, Markt 17 Van Canneyt Jozef, Bruggestraat 28 Van Parys Jozef, Tieltstraat 18 ZEDELGEM (8210) Claeys Léon-Jozef, Ruddervoordestraat 40 ZELE (9140) Coucke Albert, Dendermondsesteenweg 4 ZWEVEZELE (8060) Callewaert Marcel, Lichterveldestraat 28 Deldycke (mevrouw), Lichterveldestraat 8 Verbeure Raoul, Bruggestraat 29 RUILABONNEMENTEN Rollariensia, Roeselare; Franciscana, Sint-Truiden; Handelingen Kon. Geschied en Oudheidkundige Kring, Kortrijk; 't Beertje, Brugge; Jaarboek Geschied- en Heemkundige Kring, Waregem; De Leiegouw, Kortrijk; Ons Doomkerke, Oostkamp; Tijdschrift van het Gemeentekrediet van België, Brussel; Bachten de Kupe, Westende; Het Brugs Ommeland, Brugge: De Gidsenkring, Brugge, Het lepers Kwartier, leper; Appeltjes van het Meetjesland, Knesselare; Ter Cuere, Bredene; Berichten van het A.P.T., Tielt; Ten Mandere, Izegem; Jaarboek Kunst- en Oud heidkundige Kring, Deinze: Bos en Beverveld, Oedelem; Wamblinis, Wëmmel: Handelingen Maatschappij voor Geschiedenis en Oudheidkunde, Gent; Het Graafschap Jette, Brussel; Het Land van Nevele, Landegem; Eertijds, Roeselare; De Zonnebeekse Heemvrienden, Zonnebeke. VERLENEN EEN WERKINGSTOELAGE : Stad Tielt Provincie West-Vlaanderen.
184
ADRESSEN VAN DE AUTEURS :
J. Goddeeris, Spechtendreef 9, 8800 Roeselare. Ph. De Gryse, Kastanjelaar! 1,8880 Tielt.
leder auteur is verantwoordelijk voor de inhoud van de door hem ingestuurde bijdrage. Bijdragen verschenen in ÂŤDe Roede van TieltÂť mogen slechts overgenomen worden met toestemming van de redactie.
'J '<C«
O ei v < v /V f î tCZî'Av’,'’/’ï/r
C
I
l'.e rn e o h e ru A
ï'
r J e .e tk in
à
;
<1 il
.//<7<V’
J )r,n /e o e -
è^/ierebnC * /w V /
*
À e ttn n
■ke)reM
1A
'/Vf _ TAli4 tiv e n
£. \ Î77/./Y
1 / / , • « .//
fe r? v
v/v/7.$?<7;Lv( t* 'Va' *
'lle r b y j^ '1
a ou'itermont ter. i J jJ jJ
*•
M i'4 , ).\
B-3iï/ynen.ia7e
•& t <,lt' lm ll(’
B e v e n Af.
TDÏ
4= •*» ' ‘ ^jL- ,,
A
& ter Jeu.ie A 's.rttliZihrloo 4 a
rto'ekhnAerL’ A
i
t o 'ie t e n C h Jr% U o I le n C t'h .^ j Z j fl;,o n ,e n e u e a y e l l ^ ^g l l i f j , . i/ V ^ 7 V ,
J
Æ 'J T j f \\ i-=
,/
7
o f t o r t e n n ir e k o » BeufhrtAfO L
" enk ene
A, / W
^ u -le ^ o e A e d
A X lorken
{leu J U a n k c ie rt
*
4
\V ih n e C h
■ ^ ^ M ia n o in .
,Y
,,
if U u n c o t = fW < 7 /w v /
.....
lo ir in tf i- - 'b e e e le
t v - {f e e e t dl'h i aunl ee nn ..-- 'oe u n 1• °-I -I, O'hiemU A 'hl e t U n ihrrw
^LieJitei
c ^
Ko
°Jften/io
te n 7>o°/ick
(
Zn>.
°j
C ris tp ty e 1
vSÈJkJ**'«rn-"-;,
MolettTuiv*'^
. fe/uieeken
O
O'. Jacob
rï
*-
P l a m e J e T o fâ 7 i< > i< y à &/Jt ’i /n en , ta i ’e ... ,,i ■..... ,. / / . , , u u ile ^ T o [iit'l
«
.J A e e u f
'1/
-
C le e .U A l t
Ha b o t <
L ' h t . v u ’m
, 'V / / .
7nYe ’r e i U /e tTuiry
o.
£
.................
- f O n ê a n c k Af.
7 1 q le, Jf.e M„ . &H o e d le, d ,e
X ? ..
j«.v
•■•JÆ;
S L ie n C hnü.
Be
'•K * • '• ' c ,
_
PentdeStperurh-aie
(
\Ceu<dèq}'^~.
,.
„ X
N o . /
7«
* » a
w t j K 'K 'i le r'cu ety t 't \,t-d re iy y . lÿ 'jZ 'X R o n ib e
tT X
Jl'> *-
¥.
ll'atlttr
S te in jc lM ■
H.B.Oj'o'eM-* V itd
r aèXointol' r j )
m m M
% , . X- \ L ie ta - ije lm h m y '" .jl. n c h „ h e rt * \ Annulalte 'ifijf ’.iteOuell'ft'q rjuiùtikeno K fe h /J o l >^ /K K tV ; C x jj •? ' ' i A._ y .e u n r ,y (Z y vjlie t>ee k f lt’VPPK v x if1 ^ - * Z ' fliruj , UHio'vent, eCeh >|(V t rx .ï«" Cf.ntzU fr j heAyriiiereJtt‘J jTJe ■’ truuU > s_ c ( ï \ Q^cy J&ruiè&f ' 7/7^ , (yig <r~ c M enin j Oufdeeftte't'v. . JHtkZveyVe TW ^y»^ W n M v t J f fA -Ax V. /- >57- S** y?ï f />y./ /■ MiiurjnJuJ>iablfCk/^ \ HJ, ■ / U{P ,b/h.J S L w t > g r ^ -4 * 4 1 - ' T f O -yfr.i/JénTi./<zho C l e lteek \{trVc'nû&> J in ;' Æ'A’S sî/
,wts
'J U
r «ï^utk (^« ® %
,C
:J C
C
.C
‘' U,P'. S ' K f e r h e f Antoine ^
,U»
Z
Æyu
& „ ./t.v ;,,,« r \
1 S C
M
r
.
o
,
CjoIjtK
W
A
fe/wenii
^robdiru'krt
1ab XU
V /" .