special van het Rotterdams Philharmonisch Orkest
Van coronalockdown naar de start van een nieuw concertseizoen
zomer 2020
inhoud Coverfoto: Marie Cécile Thijs
welkom
Popelen In maart kwam er een abrupt einde aan onze concerten. Maar over een maand beginnen we aan een nieuw seizoen.
Deze zomermaanden werken we hard aan alles wat ervoor nodig is om straks weer de zaaldeuren te kunnen openen. Onlangs maakten we de agenda bekend voor de start van het nieuwe concertseizoen, met onder meer Lahav Shani en Valery Gergiev; later dit najaar volgt de terugkeer van Yannick Nézet-Séguin en nog veel meer prachtigs. We staan te popelen om eraan te mogen beginnen. Niet alleen uit liefde voor de muziek, maar vooral ook vanwege onze band met u, ons trouwe publiek. Een van de moeilijkste dingen, toen het concertleven stilviel, was dat we u moesten missen. Een van de mooiste dingen, direct daarna, was dat uw steun alleen maar toenam. Een van onze grootste drijfveren, nu, is het vooruitzicht om straks weer voor u te kunnen spelen. Ik heb het al vaker gezegd, maar het betekent nu meer dan ooit: graag tot ziens in de concertzaal.
inhoud 3
Column - Lahav Shani
4 Orkest gaat viraal met Beethoven video 8 Interview directeur George Wiegel 11 Bedankjes en steun
4 12 12 Ministers op bezoek 16 Musici over de corona-tijd 18 Corona-aanpak 23 Column - Eelco Beinema
George Wiegel algemeen directeur
Colofon Contact: marketing@rpho.nl Redactie: Eelco Beinema, Bart Diels, Rien van Genderen (Vriendenvereniging) en Ingrid Sikking Medewerkers: Joke Dame, Sanne Grijsen, Bart Hoogveld, Jolanda van der Ploeg, Marie Cécile Thijs, Antim Wijnaendts van Resandt, Hans van der Woerd Vormgeving: Studio Goedhart
18
Deze uitgave werd mede mogelijk gemaakt door de Vrienden van het Rotterdams Philharmonisch Orkest; de artikelen verschenen ook in Intrada, het kwartaalblad van het orkest en de Vrienden.
2
18
column
Lahav Shani
T
Afstand
oen mijn grootste teleurstelling over de afgelaste Amerikatournee met het Rotterdams Philharmonisch Orkest was weggezakt, begon de coronacrisis voor mij even als een vakantie te voelen. Thuis in Berlijn speelde ik wat piano voor mijn eigen plezier, ik kookte, keek Netflix-series en kwam tot rust. Maar hoe meer kwam vast te staan dat deze crisis nog lang zou gaan duren, hoe bezorgder ik werd over de toekomst van het muziekleven. We deden een paar onlineprojecten waarbij de musici elk hun eigen partij opnamen, en het was mooi om zoiets te kunnen doen voor ons publiek. Maar tegelijkertijd werd des te pijnlijker voelbaar dat samenspelen en live-concerten geven onvervangbaar zijn.
Dus zodra het kon, reisde ik naar Rotterdam om weer met het orkest te werken. Ik was diep onder de indruk hoe de musici na al die weken nog steeds in topvorm waren. Maar samenspelen ging moeizaam in het begin, vanwege de verplichte onderlinge afstand. Strijkers en blazers kwamen zover uit elkaar te zitten, dat ze elkaar niet meer konden horen. De eerste repetitie liep uit op complete chaos. We experimenteerden met andere podiumopstellingen en draaiden uiteindelijk het hele orkest 180 graden, zodat alle musici naar de achterwand toe speelden. Zo wisten we onze klank terug te vinden, waarna we al
snel de zaaldeuren weer konden openzetten.
‘ Ik was diep onder de indruk hoe de musici na al die weken nog steeds in topvorm waren’
3
Eerlijk gezegd was ik wat sceptisch over het maximale aantal van dertig bezoekers per concert, waar we er tot voor kort tweeduizend hadden gehad. Maar het pakte heel goed uit. We speelden de Pastorale, en ik dacht: Beethoven zelf had helemaal geen groot publiek voor ogen toen hij deze symfonie schreef. De musici en de luisteraars stonden in zijn tijd ook veel dichter bij elkaar, het waren nog niet twee afzonderlijke groepen. In deze eeuw is er van die intimiteit niet veel meer over, maar nu, voor een zaal van dertig, voelde ik een zeldzaam sterke verbondenheid tussen publiek en orkest.
Het is lastig te voorspellen hoe de toekomst eruit zal zien. Ik hoop dat we langzaam maar zeker weer terug zullen kunnen naar uitvoeringen van het grote repertoire voor een groot publiek. Maar wat me wel duidelijk is geworden, is dat we moeten proberen om die hervonden intimiteit vast te houden, ook als we straks weer tweeduizend mensen in de zaal zouden mogen toelaten. Dat is natuurlijk moeilijk in zo’n grote ruimte, maar ik denk dat het kan. En als we dat voor elkaar krijgen, dan durf ik ook optimistisch te zijn over de toekomst van het muziekleven. ◆
Tekst: Jolanda van der Ploeg Foto's: Bart Hoogveld
Orkest gaat viraal Laten we een bijzondere versie van Beethovens Alle Menschen werden Brüder maken, was het idee toen op 12 maart het concertleven door corona werd stilgelegd. In amper een week tijd monteerde marketeer Stijn te Hennepe de video en zette innovator Mike Schläperhaus de audio eronder. De video is inmiddels door miljoenen mensen bekeken. ‘We hadden echt geen idee wat de impact zou zijn.’
Mike: ‘Ik verwachtte wel reacties uit de kunstwereld en was de eerste dag echt bang: was het niet te corny?’
Beethovenvideo
Stijn: ‘Iedereen stelde zich flexibel op waardoor we snel konden handelen. Als we één week hadden gewacht, had het filmpje nooit zoveel opzien gebaard’
S
tijn: ‘Iedereen stond op scherp voor
de tournee naar Amerika. Toen die plots niet doorging, was er deceptie, maar vooral ook de drang om tóch iets van ons te laten horen. We laten ons als orkest niet uit het veld slaan. André Heuvelman (innovator en trompettist - red.) kwam met het idee voor de video, waarin musici vanuit huis toch samen zouden spelen.’ Mike: ‘De besluitvorming ging razendsnel. Musici spelen thuis hun partij, filmen zichzelf en nemen dat op. Met hun eigen telefoon. Dat was nog nooit vertoond! Zij sturen de opnamen naar mij en ik mix het tot één geheel. Heel spannend: hoe krijg je het zo dat het ook echt klinkt als ons orkest?’ Stijn: ‘De briefing was miniem: zorg dat de camera horizontaal is, film niet tegen het licht en kijk niet te veel omlaag. Kleine, praktische regels die toch wel even wennen waren. Iedereen stelde zich flexibel op waardoor we snel konden handelen. Als we één week hadden gewacht, waren we in de filmpjesvloed terechtgekomen en hadden we nooit zoveel opzien gebaard.’ Mike: ‘Ik heb een aantal musici persoonlijk gevraagd of ze mee wilden doen. In het begin waren ze best sceptisch. Begrijpelijk: je gaat met je muziek toch het internet op. Ik heb beloofd het materiaal niet te gebruiken als ze het zelf niet goed vonden.’ Stijn: ‘Voor de musici was het echt anders spelen: in één keer thuis in je eentje je partij opnemen. Zonder de muzikale ruggensteun van het hele orkest. Dat voelt kwetsbaar. En dan moet je ook nog een deel van je huis laten zien. Dat is bij elkaar best een grote drempel.’
Mike: ‘Technisch gezien komt mijn werk
erop neer dat ik zorg dat alle musici gelijk spelen, zonder dirigent of hun eigen sectie. Ik heb een basistrack voor ze gemaakt met het juiste tempo, op de video zie je ze daar tijdens het spelen naar luisteren over hun koptelefoon. Toen de filmpjes binnenkwamen, stopte ik ze in mijn studiosoftware om het geluid professioneel te mixen. Soms heb je tien noten die door iedereen anders gespeeld worden. Die moet je dan nootje voor nootje op elkaar leggen om het gelijk te laten klinken. Monnikenwerk! Stijn was intussen de video aan het monteren. Toen hij klaar was, kon ik de hele gemixte audiotrack in een keer onder die beelden zetten.’ Stijn: ‘Mijn grootste uitdaging was om al die video’s bij elkaar technisch kloppend te krijgen. Normaal gesproken werk je met drie, vier lagen over een videobeeld, om wat meer te kunnen laten zien. Bij Beethoven moest ik 19 lagen op elkaar leggen en synchroniseren. Dat is zweten geblazen. Zeker als je wilt dat alles precies gelijkloopt. Want dit orkest stelt hoge eisen: het moet er niet alleen goed uitzien, het moet bovenal goed klinken. Mike en ik hebben voortdurend geschakeld.’
En dan gaat de film From us, for you viraal. Miljoenen mensen bekijken het filmpje, het komt op het Journaal en in de krant, bij de BBC en CNN, bij De Wereld Draait Door, en eind maart prijst Oprah Winfrey online de ‘really cool tape’ van het Rotterdam Philharmonic Orchestra. Wereldnieuws! Mike: ‘Ik verwachtte wel reacties uit de
Stijn:
‘Sommige musici werden karakters en kregen fans. Zoals altviolist Galahad Samson met z’n Vegan Power petje’
20
kunstwereld en was de eerste dag echt bang: was het niet te corny? Was dit het wel het geluid van het orkest? En ineens zag ik het gebeuren: Yannick likete het, Jaap van Zweden noemde het op tv, het ging helemaal los.’ Stijn: ‘Een week nadat het uit was, kreeg ik het filmpje via mijn eigen netwerk en familie toegestuurd. Zo van: moet je zien Stijn, wat een mooi filmpje! Ze wisten niet dat ik het gemonteerd had.’ Mike: ‘Een vader uit Australië stuurde een filmpje van zijn zoon, ik schat hem 3, 4 jaar oud, die met een speelgoedtrompetje voor de tv meespeelt met de Beethovenvideo. Hij doet dit werkelijk de hele dag, schreef hij.’ Stijn: ‘Ik hoorde van vaste bezoekers dat ze heel erg ontroerd waren. Een vrouw was het heel lang niet gelukt haar tranen te laten vloeien, maar dit raakte haar zo dat haar emoties weer loskwamen.’ Mike: ‘Ik noem het de perfectie van de imperfectie. Het is niet zo goed als een cd-opname of concert in de zaal, maar het is echt en recht vanuit het hart. Ontroerend. De musici doen niet het orkestleven na, met nette zwarte kleren aan en zo. Het is net als facetimen met intimi. Zo breng je het orkest dichter bij de mensen dan ooit.’ Stijn: Sommige musici werden karakters en kregen fans. Altviolist Galahad Samson met z’n vegan power petje en Jan Jansen, die met z’n klarinet mensen weer dat vertrouwde gevoel gaf. De inkijkjes in hun woningen maken het puur en eigen. Zo zie je de violisten Wim en Saskia samen thuis spelen. Dat is een koppel en dat wist niet iedereen.’
Na Beethoven volgt nog een aantal video’s. Een nieuw gearrangeerde versie van Avicii’s Wake me up met Jamai, de klassieke versie van Love shine a light tijdens het Eurovisie Songfestival en de productie Music in Motion, in samenwerking met het Scapino Ballet. Mike: ‘Het succes van het
Beethovenfilmpje heeft veel creativiteit losgemaakt en vertrouwen gegeven. We hadden opeens de 19 beroemdste musici ter wereld. Wie wil meedoen met Jamai, vroeg ik per mail. Geen musicus die níet wilde. De Matthäus Passion op een clicktrack spelen voor de talkshow M? Geen probleem. Dat was vier maanden geleden ondenkbaar.’ Stijn: ‘Musici hebben in een keer zelf een stem en een gezicht gekregen. Letterlijk en figuurlijk. Ze zijn veel meer ambassadeur geworden van het orkest. Het concert is nu het filmpje
dat ze zelf maken. Online content werkt, dus laten we nu doorpakken en hiermee doorgaan.’ Mike: ‘Ik hoop ook dat we dit soort online-producties blijven doen naast de reguliere programmering. Het publieksbereik is enorm uitgebreid, we kunnen inspringen op actualiteit, relevanter worden voor de samenleving, een platform bieden voor andere kunstenaars en samenwerken met andere disciplines. Als alles over vier maanden weer dicht moet, zitten wij nog steeds in de driver’s seat.’ Stijn: ‘Zo wordt klassieke muziek laagdrempeliger: je hoeft er niet voor naar een concertgebouw, je kunt het ook op je telefoon bekijken. Natuurlijk beleef je niet hetzelfde als in de zaal, maar je kunt zo wel nieuwe doelgroepen bereiken. Mensen vinden het leuk om dat inkijkje te hebben bij de musici thuis, zodat ze wat meer te weten komen van degene naar wie ze luisteren in de zaal. 7
Mike: ‘In de klassieke muziek zijn
we altijd wat bang dat het oude vervangen wordt. Van die angst moeten we af. Nieuwe dingen zijn er ter aanvulling en versterking van datgene wat je het liefste doet en waar je goed in bent. Als je nu in Amerika op tournee gaat en je begint met die laatste paar maten van Beethoven, dan weet iedereen in de zaal wie je bent. Ik zou zelfs de 19 mensen van de Beethoven-video eerst laten spelen en dan het hele orkest erbij. Dit orkest gaat geen zee te hoog.’ Stijn: ‘Een beetje flirten met andere artiesten, zoals met Jamai, en crossover-projecten, zoals met Scapino vind ik wel leuk. Stel je een technoparty voor met een beroemde dj én ons orkest. Raakvlakken met klassieke muziek zijn er altijd. Zo houd je als orkest de muzikale traditie in stand én levend.’ ◆
George Wiegel:
‘Alle Menschen werden Brüder: die positieve boodschap was precies wat iedereen nodig had in deze tijd van isolatie’
Tekst: Bart Diels Foto: Hans van der Woerd
Interview directeur
Orkestdirecteur George Wiegel over de lessen van de coronacrisis
De sjablonen voorbij ‘We kunnen een hele lijst maken van wat er allemaal niet meer kan,’ zegt George Wiegel over de coronacrisis. ‘Maar ik vind het interessanter om erover na te denken wat we morgen kunnen doen.’ De maatregelen lijken hem Siberisch te laten. Des te warmer spreekt hij over de musici van zijn orkest en over het trouwe publiek.
J
e vertelt erg nuchter over de coronacrisis. Het was toch geen kleinigheid toen die over ons heen kwam?
En achteraf?
‘Alle Menschen werden Brüder: die positieve boodschap was precies wat iedereen nodig had in deze tijd van isolatie. Het was het eerste signaal dat je niet bij de pakken neer hoefde te zitten. Dat kreeg een enorme lading, en het was erg prettig dat dat gewoon in drie minuten kon in plaats van in zeventig. Je kon het als een oppepper gebruiken. Ik kreeg reacties van mensen uit de gezondheidszorg, die verschrikkelijke periodes hebben meegemaakt. Die zeiden: ik heb de video op mijn telefoon gezet; als ik er even doorheen zit, dan luister ik ernaar en dan kan ik er weer tegen. Dan denk ik: het is goed als we ons bewust worden dat we die impact dus niet alleen live kunnen maken, maar ook online. Juist omdat je daar niet dogmatisch aan het origineel hoeft vast te houden om het maximale effect te bereiken. In de online wereld zijn de triggers van de emotie aan andere wetten onderhevig dan in de concertzaal, waar je langdurig geconcentreerd bent, en met elkaar in dezelfde stemming komt. Toch kan een filmpje van drie minuten, die je in je huiskamer bekijkt, dezelfde uitwerking hebben. Ook als je een aantal wetten overtreedt. Niet de originele bezetting. Ingekort. In elkaar geknutseld. Zonder dirigent. Allemaal dingen die normaal not done zijn. Maar het werkt. Ik vind dat buitengewoon fascinerend.’
‘Het hele verhaal is begonnen met een gigantisch drama. We moesten onze grote Amerikatournee afblazen toen we zo ongeveer op het punt stonden om te vertrekken. De instrumenten waren al op het vliegveld, klaar om op transport te gaan, we konden ze nog net tegenhouden. En toen ging Nederland in lockdown. De eerste week waren we vooral bezig met de schade-afhandeling van alles wat niet meer doorging. Maar geleidelijk aan begon ik me te realiseren dat de musici heel lang niks te spelen zouden hebben, en dat dat het allerergste was. Ik zei tegen André Heuvelman en Mike Schäperclaus, ons innovatieteam: verzinnen jullie iets waarmee we hun weer wat te doen geven, want hun hele wereld is in één keer ingestort. Samen met onze videomaker Stijn te Hennepe produceerden ze onze opname van Beethovens Ode an die Freude. Die video heeft zóveel goeds gedaan, in de hele wereld. Maar eigenlijk maakten we hem dus omdat we iets wilden doen voor onze eigen mensen. Heel egoïstisch. Ik had er althans van tevoren nooit bij stilgestaan dat het zo’n indruk zou kunnen maken.’
9
maar een eerste probeersel: die vernieuwing, die het op video heel goed doet, willen we graag ook naar een live-ervaring vertalen. Dat is een tweede creatief spoor dat we voor onszelf uitzetten, naast alles wat we online blijven doen. Het experiment aangaan, het past wel bij ons om daar nu nog iets meer ruimte voor te maken. Maar niet ten koste van ons derde, oorspronkelijke creatieve spoor, de traditionele programmering. Wij zullen nooit ons trouwe publiek in de steek laten. De nieuwe dingen die we proberen, ontwikkelen we naast die traditie: daar is ruimte genoeg voor. En dat doen we om een nieuw publiek op te bouwen, naast het bestaande. Want onze kwetsbaarheid waar ik het over had, die zit hem ook in de homogeniteit van ons bestaande publiek. Dus we moeten harder werken aan meer variatie. Niet omdat ons traditionele publiek niet zou deugen – we kunnen ons geen beter publiek wensen – maar omdat we met een bredere publieksbasis beter zijn opgewassen tegen een onzekere toekomst.’
Mooi, dat online succes. Maar wat voor perspectief hebben we de liefhebbers van live te bieden?
‘We zijn nu voor de korte termijn heel hard bezig om te kijken wat er overeind kan blijven van het komende seizoen. Vast staat dat er op alle geplande data concerten zullen zijn; mensen die daar nu kaarten voor hebben, zijn dus in ieder geval zeker van een plaats. Maar we hebben de kaartverkoop wel tijdelijk stilgezet, omdat we nog niet weten hoeveel bezoekers we na de zomer per concert mogen toelaten – dat aantal hangt af van het nieuwe veiligheidsprotocol dat nu nog wordt ontwikkeld. We hebben met de Doelen uitgerekend: als we anderhalve meter afstand aanhouden, kunnen er zo'n vijfhonderd bezoekers in de Grote Zaal. De concerten zullen maar één uur duren, zonder pauze, want er is misschien nog geen koffie of thee, en toiletbezoek is nog ingewikkeld. We gaan twee van zulke concerten per avond geven. Met de huidige veiligheidsvoorschriften past het orkest met 65 tot 68 musici op het podium. Welke stukken overeind blijven, en welke vervangen zullen moeten worden door ander repertoire, dat moet nog bepaald worden. En kunnen alle geplande dirigenten en solisten wel bij ons komen? Gelden er reisbeperkingen voor hen? Ook dat moeten we allemaal uitvinden. Wat we zeker weten: als alles over is – er is een vaccin en we zijn weer veilig – dan hebben we een prachtig programma klaar staan, dat we dan normaal gaan uitvoeren.’
George Wiegel:
Hoe staat het orkest tegenover die nieuwe ideeën?
‘Ik werk niet voor niks graag hier. Dat is omdat het Rotterdams Philharmonisch als orkest en als organisatie een van de meest enthousiaste clubs is die ik ooit heb meegemaakt. Natuurlijk: als je een beetje uit je comfort zone stapt, dan zijn er mensen die dat ingewikkeld vinden en ter discussie stellen. Maar ik denk dat we met elkaar een vorm gevonden hebben waarin steeds meer mensen het durven te proberen, en daarná beoordelen of we ermee door moeten of niet. En dat is volgens mij hoe het moet gaan. Mensen en organisaties denken vaak in sjablonen. En wij hebben door de coronacrisis gemerkt: als je de sjablonen die niet meer van toepassing zijn wegdoet, dan geeft dat heel veel ruimte om alternatieven te ontwikkelen. Veel collega’s hebben daar lol aan gehad. Sommigen hebben zich achter de oren gekrabd, maar ik denk dat ze aangenaam verrast zijn door het succes: er zitten echt mensen op te wachten. Het kan dus wel degelijk een toekomst zijn – en laten we het er dan over hebben hoe we het nog beter gaan doen. Dat is typisch Rotterdams: naar morgen werken, en vooral niet tevreden zijn over hoe we het vandaag doen. Het kan altijd weer beter. Die denkhouding, die vind ik nog steeds het allerbeste medicijn tegen de verzuring.’ ◆
‘ Het experiment aangaan, het past wel bij ons om daar nog meer ruimte voor te maken’
Terug naar vroeger is het streven?
‘Weet je, ik denk dat deze crisis laat zien hoe kwetsbaar we zijn. Dat geldt voor iedereen individueel, maar ook voor ons orkest. Concerten geef je met veel mensen bij elkaar, in kleine ruimtes. Als dat opeens niet meer veilig is, dan kun je somber gaan zeggen: onze business is kapot. Maar dat is natuurlijk niet waar, want mensen blijven nog steeds naar muziek luisteren en kijken. Dus het gaat ook om de vraag: ben je bereid om erover na te denken dat het misschien wel helemaal nooit meer wordt zoals het was? Zo’n virusuitbraak kan vaker gebeuren, dus we moeten ons op een onzekere toekomst voorbereiden. Daarom is dat wat we online hebben gedaan en uitgevonden van enorme waarde, want daarmee kun je de wereld blijven bereiken als live concerten wegvallen, of als we maar weinig publiek in de zaal mogen toelaten. Een ander gevolg van de crisis: reizen wordt ingewikkeld, dus we zijn opeens veel afhankelijker van het lokale. Dat zet ons als orkest ook aan het denken over onze verhouding tot andere Rotterdamse kunstenaars. Het Rotterdams Philharmonisch en het talent van dichtbij: wat kunnen we voor elkaar betekenen? Kunnen we met elkaar de dialoog oppakken die zo lang op een laag pitje heeft gestaan? Onze video’s van de afgelopen tijd – met Y.M.P, Roufaida, Scapino – laten zien dat daar mogelijkheden zijn die beide partijen passen. En dat is nog 10
Dat concerten werden geannuleerd, betekende niet dat er de afgelopen maanden geen contact was tussen musici en publiek. Integendeel. Een bloemlezing uit de vele bedankjes en steunbetuigingen.
Tranen in mijn ogen, wauw wat is dit prachtig!! Zo mooi verbonden. Jullie hebben de ‘covid-19 talk’ van Oprah Winfrey op Apple TV gehaald met deze prachtige uitvoering! Het gaat de hele wereld over, prachtig! hank you for the uplifting video of you T playing Beethoven together but from home. I have sent to dozens of friends and family here in.
Beethoven 9 Eurovision
I would like to share some encouragement during these difficult and challenging times. Our family, like many across the world is cooped up in our home and thankful to be healthy. We introduced our 3 year old son Harvey to your music and it has opened his little heart to music. Please see this attached video of our boy enjoying the Nutcracker suite. We appreciate the important work that your orchestra does and are thankful for you. Droom en daad Dat muziek onze wereld mooier maakt bewijzen jullie al jaren. Maar dat muziek verbindt en helend is, werd nog niet eerder zó duidelijk als bij het zien en horen van jullie online uitvoering van Beethovens Alle Menschen Werden Brüder, die via Youtube de wereld overging en kleur gaf aan deze onzekere dagen. Namens jullie publiek, namens Rotterdam, namens meer dan twee miljoen muziekliefhebbers over heel de wereld, bij wie jullie een gevoelige snaar hebben geraakt is het nu onze beurt voor een krachtig: applaus en dank, dank, dank! The video of your orchestra working remotely to perform Beethoven’s 9th is beautiful. It brought tears to my eyes. Stay well and safe, all of you.Beth Aspinall (Calgary, Canada). Een Braziliaanse vriendin stuurde mij met een enthousiaste tekst het filmpje. Vol trots kon ik haar toen laten weten dat het om Ons Orkest gaat.
I just wanted to email you to say I was blown away by your rendition of ‘Love Shine a Light’ on this years Eurovision contest. Once again, thank you for such a beautiful rendition. It was extremely moving. Your talents are exceptional. Onwijs gaaf gedaan, heb heel persoonlijke herinneringen en emoties bij dit lied, bedankt voor jullie versie! Zo mooi en aangrijpend! Thank you all! Geweldig! Zo fijn om te zien maar zeker ook om te horen. Wat een bijzondere uitvoering!
Kaartjesactie
Fantastisch gedaan! Enorm bedankt! Ik ben erg geëmotioneerd geraakt, ook om jullie te weerzien! Dank dank dank!!!!
Ik word hier héél blij van. Dank jullie wel.
Wij missen jullie enorm - meer nog dan we ooit hadden kunnen bedenken. We konden niet met droge ogen naar jullie prachtige ode luisteren en kijken. Ook omdat we ons zo goed realiseren hoe zwaar en moeilijk dit voor jullie moet zijn. Houd alsjeblieft moed. Er komt een tijd waarin we meer van jullie concerten genieten dan ooit - en jullie zelf wellicht ook! Ik kan me voorstellen dat u het samen musiceren vreselijk zal missen. Zelf had ik mij geweldig verheugd op de uitvoering van de 2e symfonie van Mahler. Voor de musici zijn de gevolgen ingrijpender. Ik ben geweldig trots op ons orkest en met Ode an die Freire heeft u de hele wereld bereikt! Ik mis jullie erg. Sterkte in de komende maanden. Hopelijk gaat het niet al te lang duren allemaal.
Prachtig! Wat een mooi initiatief! Hoop jullie snel weer in de concertzaal te zien.
11
Tekst: Joke Dame Foto's: Ministerie van SZW/Rotterdams Philharmonisch Orkest
Je ' wilt wel weer eens iemand horen kuchen in de zaal' Ministers Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) en Van Engelshoven (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) kwamen op bezoek bij het orkest om te worden bijgepraat over de gevolgen van de coronacrisis. Hoe redden de musici zich met alle beperkingen?
M
aandagochtend 6 juni zat een slank orkest voor het eerst weer op het podium van de Doelen tegenover zijn eigen chef Lahav Shani. Opwinding onder de musici na drie maanden corona-afwezigheid. En waardering onder de ministers Van Engelshoven en Koolmees die langskwamen voor ‘een verkenning van het veld’. Aan het eind van de repetitie roept Lahav ‘Bravo’ en begint te klappen voor de 65 musici die zich coronaproof, dat wil zeggen op anderhalve meter afstand van elkaar, door Beethovens Pastorale heen hebben bewogen. Zo’n twintig paar handen in de zaal vallen hem bij in een onwennig dun applausje. De orkestbode reikt violiste Quirine Scheffers via een lange aangeefstok met grijper een bos bloemen aan, ze is jarig. Niemand omhelst haar, geen hand wordt gedrukt. Maar de gezichten van de musici, die even gedisciplineerd het podium verlaten als ze het een paar uur eerder beklommen, staan op zonnig, opgetogen zelfs. Het viel nog niet mee,
is de gezamenlijk reactie, ‘maar we zijn begónnen’. Morgen beter Concertmeester Marieke Blankestijn schrok wel bij die eerste repetitie. ‘Wat raak je snel veel kwijt! Je hebt samen iets opgebouwd, in al die jaren: een klank, een stijl, een interpretatie, en nu klinkt het zo anders.’ Marieke slaakt die verzuchting als opening van het kringgesprek met de bezoekende bewindslieden en vertegenwoordigers uit verschillende geledingen van het orkest. ‘Het gaat morgen misschien al beter,’ knikt Wouter Koolmees haar vaderlijk toe. Op het podium werden de ministers bijgepraat over de gevolgen van de coronacrisis voor het orkest. Hoe redden de musici zich met alle beperkingen? Er zijn flinke zorgen, maar we gaan eraan wennen, was de boodschap die de orkestleden – behalve Marieke ook violist Wim Ruitenbeek en trombonist Pierre Volders – de ministers meegaven. We zijn zo blij om weer te kunnen spelen. Maar wel met een stip op de 12
horizon graag. Pierre: ‘Het is belangrijk dat we terug zijn op het podium, dat we een doel hebben. We hebben fantastische dingen online gedaan, maar uiteindelijk wil je wel weer eens iemand horen kuchen in de zaal.’ Die stip op de horizon konden de ministers niet geven. Als maximale zaalbezetting gold nog het onwerkbare getal van dertig. Inmiddels is die beperking opgeheven. Maar met de anderhalve meter maatregel blijft het aantal bezoekers in de zaal die een capaciteit heeft van 2100, nog steeds beperkt tot zo’n vijfhonderd. Online Er was een strategie merkbaar in het gesprek met de ministers. Niet blijven hangen in de zorgen en problemen – die er natuurlijk zijn, zeker voor de remplaçanten en andere zzp’ers – maar vooral schetsen hoe alle geledingen van het orkest ook kansen zien en nieuwe mogelijkheden oppakken. De ‘fantastische dingen online’, waarover Pierre Volders sprak, sprongen in het oog. Vanaf het overrompelende
Ministers op bezoek
' In een tijd dat we elkaar niet kunnen aanraken, kunnen we elkaar nog wel raken met nieuwe muziek’ -componist Mathilde Wantenaar
13
Ministers op bezoek
Beethoven-filmpje waarmee het orkest de hele wereld overging – tot Oprah Winfrey aan toe – en vervolgens al die andere onlineprojecten, is er een enorme stap gezet in de cultuurverandering waarmee we als organisatie toch al bezig waren, zeggen innovators Martin Baai en Mike Schäperclaus. ‘Een stap in de digitale wereld die ons technische knowhow heeft geleverd waarvan we in de toekomst gebruik kunnen blijven maken en waarmee we blijven inspelen op de actualiteit.’ Met de digitale projecten is ook een nieuwe, jongere doelgroep aangeboord en dat heeft zelfs geleid tot nieuwe donateurs. Martin: ‘Ik kreeg een mailtje van een advocaat uit Amerika, Rochester, die wilde weten waar hij een donatie kon achterlaten. Zo internationaal werd het.’
blijven binden en te garanderen dat we blijven spelen, al is het niet onder ideale omstandigheden. Zo kunnen we het topniveau waar we trots op zijn, meenemen naar betere tijden.’ Die nieuwe muziek moet komen van de jonge makers, hier vertegenwoordigd door componist Mathilde Wantenaar en woordkunstenaar YMP, die ook vooral kansen zagen. Mathilde: ‘In een tijd dat we elkaar niet kunnen aanraken, kunnen we elkaar nog wel raken met nieuwe muziek. Het is van belang dat we als één lichaam door deze crisis heen worden geloodst. Een punt op de horizon is fijn, maar we hoeven niet te wachten tot we weer verder kunnen. We moeten kijken hoe we nú, op dit moment, kunnen investeren en kunnen maken.’ YMP: ‘Ik sta open voor samenwerking: let’s do it!’
Kleine bezetting Programmeur Floris Don zag zijn programmering voor seizoen 2020–2021 volledig in duigen vallen. ‘We zijn een groot symfonieorkest,’ schetst hij het probleem nog eens. ‘Eind februari speelden we met Yannick en een bomvol orkest, een rij zangsolisten en een groot koor, voor een zaal van tweeduizend mensen. Lévensgevaarlijk.’ Dat kan nu niet meer, maar wat we wel kunnen doen is proberen iets van het Beethovenjaar te redden in het najaar. Normaal spelen we Beethoven in flinke bezetting, maar Beethoven, u heeft dat vanochtend kunnen horen, kan ook met minder spelers en kan dan met inachtneming van de veiligheidsregels worden uitgevoerd. We gaan een slankere Beethoven combineren met nieuwe muziek voor een kleinere bezetting. We hopen zo ons publiek aan ons te
Optimisme Wat nemen ze mee van hun bezoek aan het orkest, luidde de slotvraag van kringgespreksleider Jaap Lampe aan de bewindslieden. ‘Het optimisme,’ vond minister Koolmees. ‘Het ruimte zien voor vernieuwing, voor nieuwe producties en voor het aanboren van nieuw publiek. In de afgelopen maanden kreeg ik meestal te horen: we hebben meer steun nodig, dus dit verhaal vind ik heel erg mooi. Wat ik wel problematisch vind, dat zijn de verschillende arbeidsrelaties – dit is een complexe sector met veel zzp’ers en hybride werkenden. Het is vaak die flexibele schil die het eerst buiten de deur wordt gezet.’ Minister Van Engelshoven: ‘Het belang van het behoud van de keten is goed zichtbaar geworden. Er is geld toegevoegd aan alle cultuurfondsen om juist in deze tijd nieuwe muziek te
‘ Dat je elkaar weer hóórt, is gewoon heel goed en heel lekker. Dan ervaar je dat je onderdeel van een orkest bent. Dat je samen iets maakt’ –cellist Eelco Beinema
14
maken en om anders te programmeren. Het is goed dat de instellingen weten dat ze extra subsidie kunnen krijgen voor opdrachten aan de makers.’ Orkestdirecteur George Wiegel hield daarna toch nog een warm pleidooi voor meer ondersteuning voor cultuur vanuit het Rijk voor de tweede stad van het land. ‘Rotterdam stopt veel geld in cultuur. Het is een van de jongste steden, waar de hiphop en r&b vandaan komen, maar ook een arme stad. We hopen op meer Rijkssteun zodat we over vijf jaar kunnen zeggen: Rotterdam is ook uit deze crisis heel veel sterker gekomen.’ Strenge choreografie Bij binnenkomst in de Doelen, die ochtend, bleek dat de musici zich moesten houden aan een strenge choreografie. Cellist Eelco Beinema: ‘We kregen een nummer – ik was C28
– en moesten pijlen volgen, eerst naar C en dan tot aan je nummer, en daar moest je je instrument en je spullen neerleggen, en wachten tot we gehaald werden om het podium op te gaan. Alles volgens strikte regels, langs lijnen en pijlen en elkaar vooral niet aanraken. George Wiegel heeft ons op het hart gedrukt die regels te respecteren en niet slordig te worden, omdat dit de enige manier is om te mogen werken. Maar het is lastig voor ons, je versloft al gauw een beetje. Als je iemand even iets moet vragen op het podium, dan loop je algauw binnen de anderhalve meter van een ander, dat is niet te vermijden. En je mag je stoel niet verschuiven, want alles is heel precies uitgemeten.’ Tegennatuurlijk, zo voelde die eerste repetitie voor de musici, maar tegelijkertijd voelde het ook heel goed. Eelco: ‘Dat je elkaar weer ziet, maakt 15
voor mij persoonlijk niet eens zo heel veel uit, maar dat je elkaar weer hóórt, is gewoon heel goed en heel lekker. Dan ervaar je dat je onderdeel van een orkest bent. Dat je samen iets maakt.’ Het grootste obstakel voor de musici was toch wel de anderhalve meter. Violist Wim Ruitenbeek: ‘Het is een heel andere manier van spelen. Je kan minder op je oren vertrouwen, omdat de afstand onderling zoveel groter is. De klank komt iets later. Hoe verder weg je zit, hoe eerder je moet spelen, dus moet je meer naar voren kijken, naar de dirigent. En je ademt niet makkelijk samen.’ Eelco: ‘Ik speel graag op mijn oren, maar we zitten wel vaker in een andere opstelling en dan klinkt de muziek ook anders. We zijn redelijk flexibel, dat hoort bij in een orkest spelen. En er is ook een voordeel: je hoort wat meer van jezelf.’ ◆
Tekst: Sanne Grijsen Beeld: Marie Cécile Thijs en privébezit
Je bent musicus, staat op het punt op tournee te gaan naar de Verenigde Staten als je hoort dat deze niet kan doorgaan en dat vele andere concerten ook worden geannuleerd. Musici over twijfels, het verlangen naar samen spelen en de liefde voor muziek. Maria Dingjan, eerste viool:
Wim Ruitenbeek, tweede viool:
‘ Hoe gaat de toekomst zijn?’
‘Wie ben ik zonder die groep?’
‘Het was een mooi moment toen de directeur mij belde en zei: we kunnen voorzichtig weer aan het werk. Als voorzitter van de Ondernemingsraad was ik snel op de hoogte was van alles. Maar toen het ene concert na het andere werd geannuleerd, was dat toch heel onwerkelijk. Een enorme impact. Het Beethoven 9 filmpje waar Saskia (Otto, partner van Wim, red) en ik in speelden was het eerste positieve signaal. Het was echt onwerkelijk om elke dag op televisie te komen. Maar toch was ons optreden bij talkshow M voor mij het meest emotionele moment. De crisis was al even bezig. Ik hoorde Erbarme Dich en dacht aan de gevolgen. Hoe gaat de toekomst zijn, vroeg ik me af. Je gaat mensen missen die je normaal gesproken niet eens mist. Het belangrijkste is het delen met je collega’s, samen spelen en dat delen met een volle zaal.’
‘We zouden voor een tournee naar de Verenigde Staten gaan en ineens was ik twee weken thuis. De eerste vijf dagen zonder mijn viool, die was al in Luik voor de reis. Daar werd ik rusteloos van. Ik wilde me violist blijven voelen. Orkestmusicus zijn is niet zomaar werk, het is een deel van je identiteit. Wie ben ik zonder die groep? En wat is een symfonie-orkest zonder haar publiek? Ik heb me echt zorgen gemaakt. Zou ik alles verliezen? Het maken van het Beethoven 9 filmpje was een eerste geruststelling. Ik voelde de strijdlust, de wil om bij elkaar te blijven. Toen ik laatst de Doelen weer binnenkwam en mijn collega’s hoorde inspelen, voelde ik hoe ik dit gemist had: die verwachtingsvolle spanning die dan weer Saskia Otto, plaatsvervangend concertmeester: opborrelt. Ik hoop dat we snel weer met veel mensen ‘Hopen dat de baby niet gaat huilen’ tegelijkertijd van hetzelfde ‘Daar stond ik in m’n corona-huiskloffie. Of ik even wat voor het orkest kunnen genieten. Het blijft wilde doen, ze hadden nog violen nodig voor een stukje Beethoven 9. bizar om dat niet hebben.’ Natuurlijk! Ik was net moeder geworden dus ik hoopte dat de baby niet zou huilen. Het moest even snel tussendoor. Ik had geen idee waar ik aan mee ging doen, dat dit filmpje een paar dagen later de hele wereld over zou gaan. Ik ben heel trots op het orkest. Bij alles wat we de afgelopen tijd hebben gedaan, zijn we niet afwachtend geweest en hebben we niet gedacht: het kan niet. De afgelopen maanden ging ik soms ook twijfelen aan onze rol. Er gaan mensen dood, hoe belangrijk is het bespelen van een viool dan? Maar muziek hoort erbij. Kunst is de ziel en is zeker ook essentieel. Met z’n allen maken we de samenleving. Dus toen ik op mijn fiets stapte om weer te gaan spelen, had ik vlinders in mijn buik. Om gezondheid kunnen we niet heen, maar muziek is ook ongelofelijk belangrijk.’ 16
Anja van der Maten, hobo:
‘Stiekem geniet ik nu meer van mijn eigen partij’
Simon Wierenga, trompettist:
‘ Een rustperiode kan soms juist goed zijn’ ‘Onze vorige tournee in Amerika was fantastisch. Ik verheugde me er zo op om weer te gaan. Samen op pad zijn, in prachtige zalen spelen en dan ook nog één van mijn favoriete stukken op het programma: Concert voor orkest van Bartók. Dus toen ik hoorde dat we niet zouden vertrekken, kwam dat als een klap. Ik heb nog meegespeeld in het Beethoven 9 filmpje. Daarna werd het stil. In eerste instantie ben ik blijven studeren, wilde ik mijn routines volhouden. Maar inmiddels neem ik wat meer rust. Ik ben een fanatiek wielrenner en lees veel over topsport. Een rustperiode kan soms juist goed zijn voor je prestaties. Ik hoop zo wat positiefs uit deze periode te halen.’
‘Teleurstelling, dat is wat ik me vooral herinner van dit voorjaar. Eerst de tournee, vervolgens iedere week meer concerten die worden geannuleerd: de Matthäus Passion, Mahler 2. Het werd steeds groter. Iedere dag pakte ik mijn hobo, maar zonder doel en zonder collega’s vond ik het zo moeilijk. Ik wilde ook graag iets betekenen voor het orkest. Dus toen werd gevraagd of we ideeën hadden, kwam ik met het idee voor de odes, filmpjes waarin musici een ode brengen aan bijzondere Rotterdammers en persoonlijke bedankfilmpjes aan begunstigers. Ik ben de coördinatie van dat proces gaan doen. Uiteindelijk hebben we vijftig odes gemaakt. Het enthousiasme van collega’s en de talloze – vaak ontroerende – reacties van mensen brachten me veel energie. Gelukkig zijn we nu weer live aan het spelen. Als blazer zit je wel op een eilandje omdat je nog meer afstand moet bewaren tot je collega’s waarmee je normaal gesproken bijna samen ademt en samen beweegt. Je moet nu dus nog beter kijken en luisteren dan anders. Maar ik geniet stiekem wel wat meer van mijn eigen partij.’ Joséphine Olech, fluit:
Musici over de corona tijd
‘Ik miste de magie’ ‘Je kunt alles oefenen, behalve adrenaline. Pas wanneer je de zaal binnenkomt, de interactie voelt met andere musici, het publiek ziet, komt de gezonde spanning die je nodig hebt. Alleen in een kleine kamer spelen, is zo anders dan het echte werk. Je ontwikkelt zelfs een ander geluid. Ik heb het nodig om samen te spelen, ik ben verslaafd aan muziek en het orkest. Dus toen ik twee weken geleden weer naar de Doelen mocht voor een repetitie werd ik echt geraakt. Ik heb die magie zo gemist. Nu we afstand van elkaar moeten houden, is het samen spelen veranderd. Je moet meer op zoek naar je collega’s, anders luisteren. Maar het is altijd beter dan helemaal niets.’ 17
Voor alles is een oplossing
Corona-officieren Edwin Steketee (links) en Danny van der Weel (rechts)
18
Tekst: Jolanda van der Ploeg Foto's: Antim Wijnaendts van Resandt
Het veiligheidsprotocol van de Doelen en het RPhO bestond medio maart uit twee A-viertjes en is inmiddels uitgegroeid tot een boekwerk van 81 pagina’s. Het is tekenend voor de aanpak van de corona-officieren Danny van der Weel van het orkest en Edwin Steketee van de Doelen: ‘We doen het stap voor stap. En we hebben elkaar hard nodig.’
Coronaaanpak
‘ Dit fantastische gebouw is ontworpen voor 2000 man. En zelfs daarvoor is het ruim. Er is veel mogelijk’
O
p een loeihete dag in juni druppelen een voor een en soms met z’n tweeën de gasten binnen door de ingang van de Eduard Flipsezaal. Ze zijn uitgenodigd om een repetitie van het orkest bij te wonen en ogen duidelijk opgetogen. Eindelijk, het mag weer! Ook het personeel dat hen in gele hesjes ontvangt en ze meevoert naar de hal van de Grote Zaal straalt dat uit. Ook al zijn het er maar dertig. Iedereen heeft een protocol per mail ontvangen, met regels over hygiëne, afstand houden en plaats nemen. Premier Mark Rutte heeft aangekondigd dat er per 1 juli geen maximum aantal bezoekers binnen een gebouw meer telt, mits vaste zitplaatsen, reservering en gezondheidscheck vooraf. Edwin Steketee, hoofd events & faciliteiten van de Doelen, heeft diploma-uitreikingen van het Marnix en Erasmiaans voor juli op de planning staan en kreeg meteen een telefoontje of er nu niet veel meer mensen mogen komen. ‘Maar dat gaan we nu nog even niet doen. We gaan dit
langzaam opbouwen, voor zowel bezoekers als onszelf.’ Het typeert de aanpak van het Rotterdams Philharmonisch Orkest en de Doelen om een concertbezoek coronaproof te maken. Stapje voor stapje wordt gekeken wat haalbaar is. Van het orkest is eventmanager sponsoring & relatiebeheer Danny van der Weel aangesteld als corona-coördinator. Samen met Edwin werkte hij aan een plan om de veiligheid van bezoekers, personeel en musici tijdens een evenement te waarborgen. Zij zijn continu op de werkvloer aanwezig om mensen aan te spreken op de regels. Vanaf september mogen we in de Grote Zaal circa vijfhonderd bezoekers per concert toelaten. Hoe verliep jullie samenwerking? Danny: ‘Daniël Rosenquist, manager producties en tournees,
is onze tweede corona-officier. De Doelen en het orkest zijn al vaak twee handen op een buik. Zo besloten wij al snel om ook op coronagebied met de Doelen samen te werken. Zo 20
Corona-aanpak
kun je dingen combineren én bij elkaar neerleggen.’ Edwin: ‘We versterken elkaar en hebben elkaar meer dan hard nodig.’ Danny: ‘De Doelen is meer van de praktische kant, het orkest van de artistieke. Richten wij ons op de opstelling van het orkest op het podium, dan buigen zij zich over de pijlen voor de bezoekersstromen. Elk besluit heeft nu een domino-effect. Als wij met z›n allen repeteren, moet het podium natuurlijk groter. En nu de musici zich niet in de kleedkamers kunnen omkleden, moet dat elders in het gebouw kunnen.’ Edwin: ‘Het podium is van 200 vierkante meter uitgebreid naar 275. De musici hebben nu allemaal een plek in de foyer, met kamerschermen eromheen. Voor alles is een oplossing. Danny en ik hebben al menig ingewikkeld evenement meegemaakt. Zoals het jaarlijkse gala met bewaking als topprioriteit en veiligheidseisen voor van alles. Ik kan net als Danny met mijn ogen dicht door het gebouw lopen. Zo hebben we dit protocol ook aangepakt. Je kijkt waar de bezoeker letterlijk tegenaan loopt. Dat begint al bij de rij op straat, de kaartjescontrole, de bar, het toilet. Hoe doen we dat? En dan zitten de mensen nog niet eens in de zaal!’ Danny: ‘We zijn terug naar af gegaan. De basis móet goed zijn: en dat is dat mensen op de juiste plaatsen kunnen zitten in de zaal en dat het orkest kan spelen in de juiste opstelling. Daarna kijken we wat we doen met het kopje koffie, waar de Vriendenwinkel komt te staan en naar de ruimte voor de inleidingen. Dan kunnen we gaan opschalen. Dat gebeurt ook al: we schenken nu weer koffie voor de orkestleden!’ Het nieuws over de maatregelen verandert voortdurend. Hoe spelen jullie in op de actualiteit? Edwin: ‘Het protocol bij de Doelen is begonnen met een
A-viertje of twee, drie zodat we snel aan de slag konden, en is na een maand of twee uitgegroeid tot 81 bladzijden. Alles staat erin op alfabet: van de A van artiesteningang – de huidige van anderhalve meter breed is niet meer te gebruiken voor grote groepen – en de G van garderobe, tot de Z van de zaalindeling. Daarbij komen er ook nieuwe adviezen van de VSCD, de bedrijfstak waar wij onder vallen.’ Danny: ‘Er zijn steeds vragen. Neem het besmettingsgevaar via papier. Hoe ga je dan om met bladmuziek? Leggen wij dat neer of nemen de musici het zelf mee? Wij willen al die onzekerheid wegstrepen. Door desinfectie van de lessenaars en gefaseerde opkomst van de orkestleden. Die is door de nieuwe opstelling op het podium ingrijpend veranderd. Lahav Shani staat nu in het midden. Tussen de strijkers zit anderhalve meter, tussen de blazers twee tussen de zangers acht, maar die hebben we nog niet gehad.’
‘ We versterken elkaar en hebben elkaar meer dan hard nodig’
21
Corona-aanpak
‘ Je gaat heel anders over de gewoonste zaken denken’
Edwin: ‘Als je het omrekent in de formule kan er eigenlijk
maar één zanger op het podium staan, in een straal van acht meter. Een koor zit er voorlopig niet in, al mogen die nu, afhankelijk van de regioveiligheid, wel weer repeteren. Heel goed, maar best verwarrend allemaal.’ Danny: ‘Het verandert voortdurend, bij ons en in de Doelen, daarom is het zo belangrijk dat wij continu met elkaar overleg hebben. Op het moment dat wij bedenken dat we drie in plaats van twee stoelen tussen mensen vrijhouden, dan kunnen er nog maar 400 mensen in de zaal. Is dat commercieel gezien ook haalbaar? Dan moeten we even de directie bellen.’ Edwin: ‘Straks komen er 500 mensen binnen die allemaal moeten laten zien dat ze gezond zijn. Die kun je niet vragen even een formulier in te vullen. Dus maken we een app: door een smiley op je telefoon kun je laten zien dat je gezond bent.’ Danny: ‘Bij ons zit de oplossing meer in de reserveringsmodule. We vragen de mensen de korte vragenlijst digitaal in te vullen, zoals met hoeveel ze komen. Dan placeert het kassasysteem ze in de zaal met de juiste hoeveelheid zitplaatsen ertussen.’ Welke maatregelen zijn er zoal genomen? Danny: ‘We hebben schermpjes met slide shows waarbij
expliciet wordt gezegd: zit alleen op de plekken die wij reserveren want die zijn exact uitgemeten. We observeren de bezoekersstromen. Snappen ze wat wij bedacht hebben? We gaan het mooie gebouw niet helemaal verzieken met pijlen, bordjes en strepen.’ Edwin: ‘We zijn in gesprek met graffiti artists voor een mooie oplossing buiten voor de ingang. Het moet wel een leuke beleving blijven. We maken met onze schoonmaakploeg een duidelijk en ludiek filmpje over hoe goed er wordt gereinigd. Dat iedereen weet: wacht eens even, ook dáár is over nagedacht.’ Danny: ‘We hebben nu al alle toiletten aangepast, er zijn naast de zeepdispensers nu ook overal ook desinfectiepunten. Die kun je contactloos gebruiken.’ Edwin: ‘Dat geldt ook voor het papier. Daarom hebben we handautomaten met papier in plaats van handdoekrollen. Bedenk wel: in een gebouw als dit betekent het dat je 73
handdoekautomaatjes moet vervangen. We hebben infrarood thermometers aangeschaft voor in de EHBO-kit en duizend mondkapjes voor het personeel, die we gelukkig nog niet hoefden te gebruiken. Corona kost geld: niet alleen hebben we minder inkomsten, we moeten ook investeren in de veiligheid.’ Danny: ‘Alles wat we bedenken moet wel uitvoerbaar en betaalbaar zijn. Het kost tienduizenden euro’s als je in een groot gebouw als de Doelen overal scancamera’s wilt ophangen om de lichaamstemperatuur van de bezoekers te meten.’ Edwin: ‘Je gaat heel anders over de gewoonste zaken denken. Dat is best leuk. Iemand mag in de lift alleen omhoog en, als die dat kan, met de trap naar beneden. Dat is toch gezond!’ Hoe gaan jullie handhaven? Danny: ‘We kunnen alleen de veiligheid garanderen als
de bezoekers de regels naleven. Dat is mijn grootste zorg. We observeren ze nu en bedenken wat strakker en beter kan. Uiteindelijk is het aan de bezoeker om het gebouw te gebruiken en daar zullen we kritisch in blijven, maar hoe het dadelijk in september gaat hangt voor een groot deel van hen af.’ Edwin: ‘We zullen wel zichtbaar aanwezig zijn, zoals met deze gele hesjes aan. Dan weet de bezoeker dat hij in de gaten wordt gehouden en dat wij als bedrijf die regels serieus nemen. Met die anderhalve meter moet je constant worden geconfronteerd. Anders denk je al snel dat alles weer normaal is, maar niks is meer normaal.’ Danny: ‘Als wij in september weer opengaan, hoop ik toch dat die anderhalvemeter-samenleving is ingeburgerd. Kraaijvanger heeft dit fantastische gebouw ontworpen voor 2000 man, en zelfs daarvoor is het ruim. Er is veel mogelijk. De trappen zijn zo groot, daar kan je makkelijk tweerichtingsverkeer houden. De essentie is dat mensen hier prachtige muziek kunnen horen en dat gaan ze ook zeker doen, want ons orkest is gewoon aan het repeteren en dat gaat op een veilige manier. We kunnen niet wachten op het moment dat we een grote groep binnen krijgen die de zaal weer uitkomt van: oh, wat heb ik dit alles gemist. Het moment dat je de grande finale hoort, zoals nu de Tragische ouverture van Brahms, dat is toch prachtig!’ ◆ 22
column
Eelco Beinema
Historische tijden
H
et is nog niet zo heel lang geleden dat we een boek uitbrachten over de geschiedenis van ons orkest, maar de tijd lijkt alweer rijp voor een nieuw deel. Het zijn historische tijden. En wat dat ook moge betekenen, het geldt zeker voor het Rotterdams Philharmonisch. Neem alleen al die ene week in maart.
Op dinsdag kwamen we bij elkaar voor de voorbereiding van een reeks concerten in de Verenigde Staten. Het is voor elk orkest belangrijk om daar goed te presteren, maar de repetities waren rommelig, ongeconcentreerd. Dat lag niet aan Lahav. Die was zeer gemotiveerd en zou nog diezelfde middag een contract ondertekenen om zich voor een langere periode aan ons te binden. Het wederzijds vertrouwen is groot en dat konden we de Amerikanen laten horen. Maar grote onzekerheid over de ontwikkelingen van het corona-virus beheersten ieders gemoedsrust en het dramatische besluit de volgende dag om thuis te blijven zorgde niet alleen voor een enorme teleurstelling maar ergens ook opluchting. Het sluiten van de Amerikaanse grenzen maakte het vervolgens onvermijdelijk, maar het had allemaal ook heel anders kunnen lopen. Net als met het ambitieuze project een paar weken daarvoor met Yannick, toen we nog met een reizende monsterbezetting van strijkende, blazende en zingende musici een
Eelco Beinema is cellist in ons orkest, daarnaast ook schrijver over muziek. → Lees zijn bespiegelingen op zijn weblog: philharmonischenotities.blogspot.nl
opera van Strauss in volle zalen uitvoerden. Gelukkig mocht het toen nog en is er niemand ziek geworden, maar het virus waarde al rond en we kunnen het ons in de nabije toekomst even niet meer voorstellen. Terwijl de behoefte aan intense muziekbeleving misschien wel extra groot is in een tijd dat zekerheden wegvallen en mensen op zichzelf worden teruggeworpen. Hoe we een week na de afzegging ons publiek in Amerika en de rest van de wereld alsnog bereikten, met een filmpje van vier minuten, is inmiddels ook een stukje geschiedenis. Ik moet eerlijk zeggen dat ik er niet veel vertrouwen in had toen ik gevraagd werd om in alle haast mijn cellopartij in te spelen en op te sturen, maar die timing was zeker onderdeel van het enorme succes. En ik heb goede herinneringen aan de tijd dat we elkaar via een app-groep dagelijks op de hoogte hielden van alle enthousiaste reacties die van alle kanten binnenstroomden. Het lot was ons niet ongunstig gezind en we hebben veel geleerd in deze moeilijke tijd, zoals hoe belangrijk het samen spelen in het orkest voor ons is en hoe bevredigend als je dat, op gepaste afstand, weer kunt doen. Niemand weet hoe we hier over een paar jaar op zullen terugkijken, maar deze directe ervaringen zijn dan zeker vervaagd. Laat iemand maar vast beginnen met schrijven. â—†
23
Aan alle
3.024.750
mensen die de afgelopen maanden onze video’s bekeken, alle 70.729 die ze liketen en deelden, alle 630 van over de hele wereld die ons een lief mailtje of kaartje stuurden, alle 587 die hun concertkaartje omzetten in een donatie, alle 63 die juist in deze moeilijke tijd Vriend of Begunstiger zijn geworden, aan u dus, lezer van deze special, dank voor uw steun en betrokkenheid!