Concerttoelichting
Anders als die Andern
do 4 juli 2024 • 20.30 uur
do 4 juli 2024 • 20.30 uur
dirigent, curatie en concept Manoj Kamps host en verteller Ma’Ma Queen tenor Freddie Ballentine tekst en research Ben Miller, benwritesthings.com
arrangementen Konrad Koselleck1, Steven Verhelst2 en Manoj Kamps3
Richard Strauss (1864–1949)
Uit Capriccio, op. 85 (1940–41)
• Strijksextet (fragment)
Kurt Weill (1900–1950)
Berlin im Licht (1928)1
Konrad Koselleck (1971)
Uit Drei Männer im Schnee (2018)
• Am schönen Nollendorfplatz
Leo Smit (1900–1943)
Uit Symfonie in C (1934–36)
• Menuetto – Trio
Mischa Spoliansky (1898–1985)
• Ich bin ein Vamp (1933)2
• Maskulinum Femininum (1923)2
• Das Lila Lied (1920)2
Otto Reutter (1870–1931)
Das Hirschfeldlied (1908)1
Kurt Weill
Berlin im Licht1
Alban Berg (1885–1935)
Uit Sieben frühe Lieder (1905–08)
• Liebesode (ork. P.L. Schäffer)
Paul Hindemith (1895–1963)
Amor und Psyche (1943)
Mischa Spoliansky
Uit Alles Schwindel (1931)
• Alles Schwindel2
Kurt Weill
Uit Symfonie nr. 2 (1933–34)
• Largo
Karl Amadeus Hartmann (1905–1963)
Uit Concerto funebre voor viool en strijkorkest (1939/1959)
• Choral (Langsamer Marsch)
Paul Abraham (1892–1960)
Uit Viktoria und ihr Husar (1930)
• Reich mir zum Abschied3
Cover: Cabaretzangeres, tekening
van Erna Schmidt Caroll (1928)
Treinstation Nollendorfplatz bij nacht. Schilderij van Lesser Ury (1925), coll. Märkisches Museum
De Rijksdag in de schijnwerpers, een tapijt van lampjes boven de Leipziger Straße, lichtzuilen overal in de stad: in oktober 1928 is Berlijn vier dagen lang lichthoofdstad van Europa.
Het festivalBerlinimLicht brengt de hele stad op de been. Tien jaar na het pijnlijke einde van de Eerste Wereldoorlog kan Berlijn zich weer een stralende metropool wanen. ‘Niet zomaar een plaatsje, maar nogal een stad,’ aldus Bertolt Brecht in zijn tekst voor de BerlinimLicht-Song, het lied dat hij samen met Kurt Weill speciaal voor dit festival heeft geschreven.
De BerlinimLicht-Song is onmiddellijk een hit, en meer dan dat. Niet zomaar een liedje, maar het muzikale embleem van een tijdperk: de GoldeneZwanziger. De Eerste Wereldoorlog is voorbij, Europa probeert de draad weer op te pakken, en er is misschien geen stad die gretiger de ellende achter zich probeert te laten dan Berlijn. Iedereen zoekt afleiding, de bruisende Berlijnse cabaretscene heeft een overvloedig aanbod.
In de Wintergarten, een variététheater aan de Friedrichstraße, is veteraan Otto Reutter de ongekroonde koning van het cabaretlied. Reutter heeft in het eerste decennium van de twintigste eeuw al naam gemaakt met zijn satirische teksten over actuele zaken die hij zelf zingzeggend ten gehore brengt. Bijvoorbeeld het Hirschfeld-Lied, over de spraakmakende Berlijnse seksuoloog die voor ophef zorgt met zijn onderzoek naar seksuele, geslachts- en gendervariaties.
Aan de overkant van de Spree, in de kelder van het Großes Schauspielhaus, is de
thuishaven van cabaretgezelschap Schall und Rauch. Daar is Mischa Spoliansky, musicus van Joods-Russische komaf, een rijzende ster. In 1914 is hij op 15-jarige leeftijd naar Berlijn gekomen, om daar al snel zijn weg te vinden in de cabaretscene. Nu werkt hij als pianist en componist samen met tekstschrijvers als Kurt Tuscholsky. Samen met Kurt Schwabach schrijft hij in 1920 Das LilaLied, dat een lijflied voor de queergemeenschap wordt.
Na Schwabach wordt Marcellus Schiffer de vaste tekstschrijver voor Spoliansky. Een van hun eerste hits is MaskulinumFemininum, een lied over genderfluïditeit waarmee Trude Hesterberg in 1923 furore maakt op haar cabaretpodium Wilde Bühne. Ook met hun revues – in feite zijn het de eerste Duitse musicals, maar dat woord is in Duitsland dan nog niet ingeburgerd – heeft het duo veel succes. En niet alleen met Spoliansky timmert Schiffer aan de weg: hij werkt ook samen met componist Paul Hindemith, die zijn serieuzere werk graag afwisselt met komische muziektheaterstukken. Hun operaparodie NeuesvomTage, waarin klassieke stijlfiguren, cabareteske frivoliteit en jazz-idioom hand in hand gaan, is in 1929 een sensatie in de sjieke Kroll-Opera.
Het jaar daarop is Berlijn in de ban van ViktoriaundihrHusarvan de JoodsHongaarse Paul Abraham, die zich kort daarvoor in de stad heeft gevestigd. Het gevoelige lied ‘Reich mir zum Abschied noch einmal die Hände’ uit die operette is een instant-klassieker, Abraham is in één klap de meest gevraagde theatercomponist van heel Europa. Het succes krijgt in de jaren daarna een vervolg met nieuwe operettes, maar de sfeer in Berlijn is dan al niet meer zoals ze in het gouden decennium daarvoor is geweest. Bij de Rijksdagverkiezingen van 1930 is
uit ‘Sanctuarium’
Hitlers NSDAP de op één na grootste partij geworden, en daarmee de leider van de oppositie. De SA, die al in de jaren ’20 het straatbeeld is gaan domineren, treedt steeds intimiderender op. Als op oudjaarsavond 1932 Spoliansky’s revue 100MeterGlück in première gaat, verstoren bruinhemden de voorstelling in het Metropoltheater. Nog geen drie maanden later hebben de nazi’s de absolute macht in handen. Vijf jaar na het lichtfestival wordt het donker in Berlijn.
Duisternis
Otto Reutter maakt het niet meer mee: hij is in 1931 op 60-jarige leeftijd overleden. Kurt Weill vlucht in 1933 naar de Verenigde Staten en componeert onderweg zijn indringende Tweede symfonie. Datzelfde jaar zoeken ook Mischa Spoliansky, Paul Hindemith en Paul Abraham een veilig heenkomen. In Duitsland verdwijnt hun werk van de concertprogramma’s.
Tijdens de Rijksmuziekdagen van 1938 komen de nazi’s met een ‘muziekpolitieke beginselverklaring en koersbepaling’. De tentoonstelling EntarteteMusik laat zien welke componisten nu officieel in de ban zijn gedaan. Onder hen is ook Alban Berg, die het stempel ‘cultuurbolsjewiek’ heeft gekregen –‘linkse elite’ zou dat nu worden genoemd. Dat predicaat zal hij vast niet te danken hebben aan zijn zinnelijke Liebesode, die de betovering van een liefdesnacht verklankt. In zijn muzikale taal staat dat lied dicht bij die van Richard Strauss. En Strauss komt niet voor op de zwarte lijst. Sterker nog, om de presentatie van die lijst op te luisteren dirigeert hij hoogstpersoonlijk een uitvoering van eigen werk. Niet uit ideologische overtuiging – Strauss ziet zichzelf als apolitiek – maar omdat het hem voor zijn carrière wel goed uitkomt.
Karl Amadeus Hartmann vindt dat nogal onnozel van Strauss. Kunstenaars die schone handen willen houden kunnen volgens hem niet simpelweg doen alsof hun neus bloedt. Hartmann heeft zich daarom demonstratief
teruggetrokken uit het Duitse muziekleven. Voor de nazi’s bestaat hij officieel niet meer als Duits componist, zijn naam komt dan ook niet voor op de lijst van ontaarde musici. Maar voor de buitenlandse podia blijft Hartmann doorcomponeren. Zo gaat in 1940 zijn aangrijpende Concertofunebre in première in Bazel. Het zal zijn bekendste werk worden, vooral vanwege het lyrische laatste deel. Het is een koraal zonder woorden, gebaseerd op een Russisch lied waarin de slachtoffers van een wreed regime worden toegezongen: ‘Jullie stierven voor het recht dat nog moet komen.’
Maar er zullen eerst nog veel meer slachtoffers vallen. Onder hen de JoodsNederlandse componist Leo Smit, die in 1936 een briljante symfonie heeft geschreven. Op 27 april 1943 wordt hij op transport gesteld naar vernietigingskap Sóbibor, waar hij direct bij aankomst wordt vermoord.
Een niet te dimmen licht
Nu is het 81 jaar later. Maar het verstrijken van de tijd heeft bepaald niet alleen maar vooruitgang gebracht. De nieuwe dageraad, die het LilaLiedin de slotregels aankondigt, is nog steeds niet aangebroken. Hoopvol is wel dat de ontembare geest van Mischa Spoliansky, Marcellus Schiffer en hun tijdgenoten nog altijd voortleeft. Vijf jaar geleden ging DreiMännerimSchnee in première, een gloednieuwe revue van tekstdichter Thomas Pigor en een team van componisten onder aanvoering van Konrad Koselleck. Met virtuoos dubbelzinnige songs als AmschönenNollendorfplatz pakten zij de draad op die hun voorgangers moesten laten vallen. En in de nieuwe arrangementen van Koselleck, Steven Verhelst en Manoj Kamps klinken vanavond ook de oude liederen wrang actueel. De LHBTQ+-gemeenschap staat ook nu nog altijd onder druk, maar de vervolging en onderdrukking door de nazi’s en hun nazaten hebben haar licht niet kunnen dimmen.
BartDiels
Geboren: Doetinchem, Nederland
Studie: Mode aan de Willem de Kooning Academie Debuut als dragqueen: 2012, tijdens een show van transartiest Amanda Lepore
Doorbraak: 2020, als finalist van de tv-talentenjacht
Drag Race Holland
Daarna: internationaal social-mediafenomeen, ambassadeur van Rotterdam Pride, politicus (Bij1), inclusiviteits-activist, optredens als dragqueen, museumrondleider, spreker, voorleesmoeder Project: House of Holographic Hoes, een zelfgekozen familie van dragqueens
Debuut Rotterdams Philharmonisch: 2024
Manoj Kamps • dirigent/theatermaker
Geboren: Colombo, Sri Lanka
Studie: Compositie, koor- en orkestdirectie (Koninklijk Conservatorium, Den Haag), Junior Fellowship (Royal Northern College of Music, Manchester)
Daarna: Dirigent/co-creator van opera’s; recent o.a.The Shell Trial(Ellen Reid, De Nationale Opera), Verdi’sLa Traviata (Opera North), MozartsCosì Fan Tutte(Orkest v.d. 18e Eeuw),Harriet(Hilda Paredes, Muziektheater Transparant/HERMESensemble).
Concerten bij o.a. Royal Philharmonic Orchestra, BBC Philharmonic, Philharmonia, Radio Filharmonisch Orkest, London Sinfonietta, Asko| Schönberg
Debuut Rotterdams Philharmonisch: 2023
Geboren: Norfolk, Virginia, USA
Studie: University of Cincinnati’s Conservatory; Rice University
Prijzen: Grammy Award 2021, Kennedy Center’s Marian Anderson Award 2021
Doorbraak: 2019, debuut Metropolitan Opera New York
Opera: rollen bij Seattle Opera, LA Opera, Washington National Opera, Cincinnati Opera, Opera Louisiane, Houston Grand Opera, English National Opera, De Nationale Opera, Staatstheater Kassel, Opera Ballet Vlaanderen, Mostly Mozart Festival
Debuut Rotterdams Philharmonisch: 2024
vr 13 sep 2024 • 20.15 uur
zo 15 sep 2024 • 14.15 uur
dirigentValentin Uryupin
klarinet Paul Meyer
Mozart Klarinetconcert
Smetana Mijn vaderland
Proms: A Night at the Opera vr 20 sep 2024 • 20.30 uur
za 21 sep 2024 • 20.30 uur
dirigent BassemAkiki
sopraan Eva-MariaWestbroek
Rossini,Verdi en Puccini
Ouvertures en aria’s
Babar in de dierentuin (4+) zo 22 sep 2024 • 13.15 en 15.15 uur dirigent BassemAkiki
solisten pianoduo Scholtes & Janssens
acteur Filip Jordens
regie Lise-Lott Kok
ons
uw review
Hebt u een momentje? U helpt ons dooreen Google review achterte laten. Het kost u één minuut: scan de onderstaande QR-code en laat weten wat u van ons orkest vindt. Dank u wel!
Chef-dirigent
Lahav Shani
Eredirigent
Yannick Nézet-Séguin
Vaste gastdirigent
Tarmo Peltokoski
Eerste viool
Marieke Blankestijn, concertmeester
Quirine Scheffers
Hed Yaron Meyerson
Saskia Otto
Arno Bons
Mireille van der Wart
Rachel Browne
Maria Dingjan
Marie-José Schrijner
Noëmi Bodden
Petra Visser
Sophia Torrenga
Hadewijch Hofland
Annerien Stuker
Alexandra van Beveren
Tweede viool
Charlotte Potgieter
Cecilia Ziano
Frank de Groot
Laurens van Vliet
Elina Staphorsius
Jun Yi Dou
Bob Bruyn
Eefje Habraken
Maija Reinikainen
Babette van den Berg
Melanie Broers
Lana Trimmer
Altviool
Anne Huser
Roman Spitzer
Galahad Samson
José Moura Nunes
Kerstin Bonk
Lex Prummel
Janine Baller
Francis Saunders
Veronika Lénártová
Rosalinde Kluck
León van den Berg
Olfje van der Klein
Cello
Emanuele Silvestri
Eugene Lifschitz
Joanna Pachucka
Daniel Petrovitsch
Mario Rio
Gé van Leeuwen
Eelco Beinema
Carla Schrijner
Pepijn Meeuws
Yi-Ting Fang
Contrabas
Matthew Midgley
Ying Lai Green
Jonathan Focquaert
Robert Franenberg
Harke Wiersma
Arjen Leendertz
Ricardo Neto
Fluit
Juliette Hurel
Joséphine Olech
Fluit/piccolo
Beatriz Da Baião
Hobo
Remco de Vries
Karel Schoofs
Anja van der Maten
Hobo/althobo
Ron Tijhuis
Klarinet
Julien Hervé
Bruno Bonansea
Klarinet/ basklarinet
Fagot
Pieter Nuytten
Lola Descours
Marianne Prommel
Fagot/ contrafagot
Hans Wisse
Hoorn
David Fernández Alonso
Felipe Santos Freitas Silva
Wendy Leliveld
Richard Speetjens
Laurens Otto
Pierre Buizer
Trompet
Alex Elia
Simon Wierenga
Jos Verspagen
Trombone
Pierre Volders
Alexander Verbeek
Remko de Jager
Bastrombone
Rommert Groenhof
Tuba
Hendrik-Jan Renes
Pauken/slagwerk
Danny van de Wal
Ronald Ent
Martijn Boom
Adriaan Feyaerts
Harp
Charlotte Sprenkels
Jazzpiano
Jochem Braat
Accordeon
Claudio Jacomucci
Romke-Jan Wijmenga