
8 minute read
Dieren als kunstobject
from High Life NL 12-07
by SoftSecrets
Zijn dieren kunstobjecten?
Wereldwijd in opspraak: Kunstenaar Bart Jansen bouwde zijn doodgereden kat om tot een vliegende helikopter. Maar hij heeft een hele rits voorgangers die dieren – al dan niet levend – gebruikten in hun kunstuitingen. Is het toelaatbaar? Ethisch verantwoord? Dient het een positief doel? Moet kunst vrij zijn of gaan we het juist verbieden?
Al in 1955 gebruikte kunstenaar Robert Rauschenberg een opgezette geit in een installatie. In 1997 liet Jeroen Elsinga een schaap op zijn rug kronkelen en filmde dat. Het schaap had geen lucky day, maar leefde nog lang en gelukkig. Slechter liep het af met de hond die een Costa Ricaanse kunstenaar in een museum liet verhongeren. Het etensbakje net buiten zijn bereik. In 2000 installeerde de Chileense kunstenaar Marco Evaristti een aantal blenders, met daarin een levende goudvis. Er werd niet gesuggereerd dat de bezoekers de vis konden
doden, maar een aantal van hen drukte wel degelijk op de knop. Enkele vissen werden door goedwillende bezoekers meegenomen om te worden gered. Uiteindelijk stierven er 16 goudvissen. De rechter vond het echter geen dierenmishandeling, omdat de vissen op slag dood waren. De kunstenaar wilde iets zeggen over de menselijke superioriteit over dieren. De toeschouwers maakten daar deel van uit. Hij classificeerde ze als sadisten, voyeurs en moralisten. over:
“Vreemd toch, dat ik geen vier of zes varkens mag tatoeëren, terwijl een vriend van mij in Eeklo er wel regelmatig honderden naar het slachthuis mag brengen.” De wereldberoemde Damien Hirst vindt dat kunst over leven moet gaan, en ook gebruik van dieren mag maken. “Mensen gaan dan nadenken over dingen waarover ze niet willen nadenken.” Zo plakte hij levende vlinders op, liet een haai speciaal voor zijn installatie doden en maakte een opstelling met levende vliegen, waarvan een aantal werd geëlektrocuteerd. Sommige kunstenaars verander-
den het dier: Eduardo Kac ontwikkelde een groen fluorescerend konijn en de Japanse kunstenaar Lori Tomita manipuleert beesten zodanig dat ze transparant worden, behalve hun botten. Het zijn een soort kleurige levende schilderijen.
door: Marian Henderson
Dubbele moraal
Ook met ‘’Save the Males’’ liet Tinkebell weer van zich spreken. Kuikentjes van een dag oud konden door het publiek worden gekocht. Deed men dat niet, dan zou aan het eind van de dag het overschot aan kuiken-
tjes door de versnipperaar gaan. Uiteindelijk kocht de galeriehouder ze allemaal op, er waren pas negen verkocht, omdat hij vreesde voor een rel. Tinkebell vindt
Fluorescerend konijn.
De Belg Wim Delvoye redde een aantal varkens uit slachthuizen, die hij vervolgens tatoeëerde. De varkens mochten daarna blijven leven tot aan hun natuurlijke dood. Per saldo waren ze er dus wel mee opgeschoten, maar ze werden wel ongevraagd tot kunstwerk gebombardeerd. Delvoye daarbeesten behalve urige lereemde se, ben 2004 dier zou ndtas 000 ard op, er waren pas negen verkocht, omdat hij vreesde voor een rel. Tinkebell vindt
Tinkebell
Ook op eigen bodem gebeuren vreemde dingen met dieren. Katinka Simonse, beter bekend als Tinkebell, wurgde in 2004 eigenhandig haar kat Pinkeltje, het dier zou toch al depressief zijn, om er een handtas van haar te maken. Ze ontving 100.000 e-mails. In het overgrote deel daarvan werd haar een gruwelijke dood toegewenst. Levend villen was nog maar het minste. Tinkebell heeft 800 van deze hatemails gebundeld in het boek Dearest Tinkebell. In 2008 kwam ze weer opzienbarend in het nieuws omdat ze 95 hamsters in hamsterbollen door een galerie liet lopen. De dieren werden daar steeds vier uur in opgesloten, terwijl de gebruiksaanwijzing een half uur als maximum noemt. Er was nauwelijks eten en drinken beschikbaar en na de show werden de beestjes met zijn allen in twee kooien gestopt. De rechter veroordeelde Tinkebell niet, omdat niet was aangetoond dat de hamsters hadden geleden.
onze omgang met dieren van een dubbele moraal getuigen. “Mensen vinden kuikentjes schattig, maar ze eten ze tegelijkertijd op en laten de beestjes die ze niet nodig hebben sterven.” Daarmee verwijst ze naar de bio-industrie, waarin inderdaad overbodige haantjes worden verhakseld. Op dit moment werkt ze aan het Baby Bunnie Project, waarbij ze dode dieren ombouwt tot speelgoedobjecten. Voor de installatie met het paard op
rolschaatsen, bijvoorbeeld, liet ze wél weer een paard doden. Toch eet Tinkebell geen vlees en heeft ze een uitgesproken mening over onze hypocriete manier van omgaan met dieren. Is het een op aandacht beluste psychopate, die geen respect voor dierlijk leven heeft, of legt ze juist de vinger op de zere plek als het om onze eigen relatie met dieren gaat?
Helikopterkat
Tijdens de Kunstrai werd vriend en vijand geschokt door de vliegende kat van Bart Jansen. Deze Arnhemse kunstenaar bouwde zijn doodgereden kat Orville, genoemd naar een van de luchtpioniers Wright, om tot een
werkelijk vliegende kat, inclusief propellers en landingsgestel. Het dier werd vliegend getoond en er is inmiddels al een ton op geboden. Jansen zegt dat geen dier het beter heeft gehad dan deze kat en ziet er weinig kwaad in. “Ik heb tien jaar voer in hem gestopt. Weet je waar dat van gemaakt is? Van koeien. Die hebben een slechter leven gehad dan hij.” In de Volkskrant konden we erover lezen: een bizar kunstwerk dat evenzeer doet denken aan de blijheid van een kind dat een speelgoedhelikopter bestuurt, als aan een tiener die zijn donkere kanten bot viert op de kat van de buren. ‘Deze vliegende kater roept de vraag op: heeft een dood dier een eigen waardigheid die je moet respecteren? Ga je met een gestorven beest
anders om dan met een dode binnen je familie? Ik moet eerlijk zeggen dat ik wel even om deze vliegende kat heb moeten glimlachen. Toch wel een beetje: waauww! Maar dan wel met het gevoel: dit kan helemaal niet. Het is volkomen respectloos ten opzichte van de lichamelijke integriteit van het dier. Zou ik dit

met mijn eigen poezen willen doen? Geen denken aan. Die zou ik levend of dood geen snorhaartje willen krenken.’
Falen van de mens
Een kort interview met de kunstenaar nuanceert. “Word je in een schoenenwinkel ook overmand door emoties?”, vraagt hij. Die vraag moet ik ontkennend beantwoorden. Sterker nog: ik koop regelmatig leren schoenen. “De lichamelijke integriteit van mijn kat is maar één keer geschaad en dat was toen er een auto over hem heen reed. Hij is niet meer, wat over is dat zijn veranderde eiwitketens, een velletje. We gaan allemaal een keer dood. We zijn gewoon spul. Orville was een kat die altijd mis sprong, hij viel overal af en hij ving nooit vogels. Nu vliegt hij zelf. Overigens lijkt hij niet meer helemaal op zichzelf, want de vulling die in de kop is geplaatst is een standaardvorm, dus hij heeft een spitsere kop gekregen en de oren staan te ver uit elkaar. Het is net-niet Orville. Zijn broertje leeft nog. Daar ga ik later ook iets mee doen, maar ik ga natuurlijk geen kopie maken. Kopiëren moeten we maar aan de Chinezen overlaten.”
Hij vervolgt:
“Wat ik met mijn kunst beoog? Het moet ook grappig zijn, maar het terugkerende thema is het falen van de mens. We willen iets goeds creëren, maar gelijkertijd gaan er dingen mis. Een soort bijvangst. We willen Oma bezoeken en we rijden een hert dood. Ook met Orville is er zo iets mis gegaan. Dergelijke dingen verwerk ik in mijn schilderijen. Wat ik met mijn kat heb gedaan is niet raarder dan wat de bio-industrie doet. Mensen moeten er even aan wennen. Al mijn werk heeft wel iets wringends. De combinatie van dier en machine maakt het vreemd. Of ik het ook met mijn familie zou willen doen? Nou eigenlijk wel met mezelf. Ik zou mijn lichaam na mijn dood wel in blikjes willen laten stoppen, maar dan wel met een uiterste houdbaarheidsdatum, zodat mijn vrienden ze later weg zouden gooien. Ik heb trouwens al een reactie gehad van iemand die na overlijden zelf een vliegend mens wil worden. Hij schreef: na mijn dood kun je me komen ophalen. Het was geen grap. Maar met de wet op de lijkbezorging zal dat moeilijk worden.”
Leren van immorele kunst
Rianne Groen, studente kunstgeschiedenis, schreef een afstudeerscriptie over het gebruik van dieren in de kunst. Zij schrijft: “Kunstenaars zoeken de grenzen op waar de artistieke houding ophoudt en de morele houding begint. Een immoreel kunstwerk geeft meestal geen antwoord op hoe we met een moreel dilemma moeten omgaan, maar legt het vooral bloot zodat we daar zelf over na kunnen denken. Wanneer we op een goede manier weten om te gaan met immorele kunst, door haar als zodanig te erkennen en haar ethische boodschap te aanvaarden, kunnen we veel leren.”

Ethische code
Het Comité Dierennoodhulp is stellig tegen manipulaties met dieren. Sandra van de Werd: “Bij misbruik van levende dieren grijpen we in, bijvoorbeeld door aangifte te doen, zoals bij de hamsters van Tinkebell. Deze mensen zoeken media-aandacht over de rug van dieren. Soms sta je met lege handen. Het is ook een afweging, want met al die media-aandacht krijgt zo’n project ook weer alle publiciteit. Ook met dode dieren willen wij dit niet. Je geeft een verkeerd beeld af. Zoiets zou je toch ook niet met een dood kind doen? Dan stond de wereld op zijn kop.”
Esther Ouwehand van de Partij voor de Dieren: “Als het om levende dieren gaat, willen we de wetgeving aanscherpen. Maar dode dieren? Dat staat op gespannen voet met de vrijheid van kunst. Het is niet respectvol en we zijn er ook geen voorstander van, maar als wetgever moet je wegblijven van wat respectvol is, je kunt niet op de stoel van de samenleving gaan zitten. We hopen wel dat er, mede door initiatief van de Dierenbescherming, een gedragscode tot stand komt, doordat men in de kunstwereld zelf deze discussie gaat voeren. Want ook daar is veel verzet.”