
3 minute read
Portret van een blower
from High Life NL 12-09
by SoftSecrets
Op een mooie dag in de zomer krijgen we bezoek van een moeder en haar zoon van zestien jaar oud. De zoon woont sinds enkele maanden onder begeleiding op kamers in Utrecht. Een goede reden om de barbecue weer eens aan te zwengelen.
“Soms spookt het in mijn hoofd”, legt Tio uit. “Dan heb ik allemaal gedachten die ik helemaal niet wil hebben. Niet één gedachte, maar een hele stroom gedachten achter elkaar. Dat lijkt dan niet meer te stoppen en dat is behoorlijk vervelend. Het is alsof je niet meer de baas bent in je eigen hoofd.” Tio heeft ADHD en slikt daarvoor tegenwoordig medicijnen. Daarmee is de
situatie redelijk in de hand te houden. Daarnaast blowt de jongen ook. Veel jongeren en volwassenen in vergelijkbare situaties die blowen doen dat om wat rust en orde in hun systeem creëren.
Door: Michiel Panhuysen
De jongen heeft nogal wat ‘bagage’. Op jonge leeftijd scheiden zijn ouders. Zijn vader drinkt te veel en krijgt na de scheiding kanker waaraan hij sterft als Tio elf is. Dan begint een zware tijd voor Tio. Hij zou graag nog een vader willen hebben in zijn leven. Zijn moeder heeft steeds minder grip op hem. Tio start met blowen. “Het was iets dat ik deelde met wat oudere jongens”, aldus Tio. “Wat had ik te verliezen? Ik kon het goed vinden met dat groepje blowers.
Door het blowen kreeg ik in ieder geval ook een soort zekerheid over mezelf, een uitstraling. Verder vond ik het ook wel prettig om even ‘weg’ te zijn van alle vervelende gedachten. Als ik blowde had ik rust. Daarom blowde ik. Veel.”
Internaat
Tio doet het aanvankelijk goed op school, ondanks of misschien wel dankzij het feit dat hij veel blowt. Het sticker ADHD op je voorhoofd wil niet zeggen dat je dom bent. Maar op school is Tio ook een vervelende etterbak. Hij doet niet mee en zet de boel vaak op stelten in de klas. Hij is een plaag voor de leraren, omdat hij met gemak een deel van de klas op zijn hand krijgt. Als hij blijkt te dealen in de pauzes wordt hij van school getrapt. Intussen kan zijn moeder de opvoeding van de jongen niet meer aan en komt Tio in een internaat
terecht. Vanaf dat moment volgen enkele onderwijsinstellingen voor zeer moeilijk opvoedbare kinderen elkaar op. Die onderwijsinstellingen lijken het afvoerputje van de samenleving. Docenten en leerlingen proberen er te overleven. Kinderen slaan kinderen, huiswerk wordt er niet gemaakt. ‘En bijna iedereen zit aan de drugs’, voegt Tio toe. ‘Je kunt via via op die scholen aan alle drugs komen die je wil hebben. Ik heb zelf het meeste ook wel uitgeprobeerd.’
Slimme jongen
Tio is zestien jaar oud. Hij blowt al vijf jaar en giet tijdens de barbecue een half krat pils weg, zonder dat hij er aangeschoten door lijkt. Ook rookt hij zware shag. Hij blowt die avond niet. Zijn moeder zit de hele avond bij ons. Ik verbaas me over het feit dat zij niet ingrijpt als hij drinkt, rookt, of openlijk over zijn drugsgebruik vertelt. Ik voel me zelf niet de aangesproken persoon om dat te doen. Ik weet niet of dat in zo’n situatie bij een persoon als Tio verstandig is. Tio is een slimme jongen, een prettige gesprekspartner. Ik ben onder de indruk van zijn volwassenheid, maar zie ondanks veel wijsheid ook het kind in hem. Ik hoop dat het blowen voor hem een toevoeging aan het leven zal zijn en hem niet in nog meer problemen brengt. De toekomst zal het leren.