3 minute read

Nicole Maalsté

Next Article
Grabbelton

Grabbelton

Naming and shaming

Soms heb ik het gevoel dat we weer terug in de Middeleeuwen zijn. We reageren met afschuw op landen die verdachten publiekelijk ophangen of stenigen, maar vinden het normaal om mensen die een uitglijder maken zodanig publiekelijk in de zeik te nemen dat ze zichzelf uiteindelijk ophangen. Zo werd een – weliswaar hoogst ongepaste – tongzoen van een Limburgse wethouder tijdens carnaval zijn Kiss of Death. Uit schaamte voor zijn daad en de reacties daarop pleegde de wethouder uit Meerssen onlangs zelfmoord.

Verontrustend

De burgemeester van Haren nam ontslag nadat hij overladen was met dreigementen, omdat hij een verkeerde inschatting

had gemaakt bij het Project X feest dat in zijn gemeente plaatsvond. Als er iets mis gaat moeten er koppen rollen! Zo lijkt het devies. Het volk is pas tevreden als er een schuldige is aangewezen. Persoonlijk vind ik dit een zeer verontrustende trend. Ik kijk al jarenlang met lede ogen aan hoe de politie huis-aan-huis flyers

uitdeelt waarin zij burgers oproept om henneptelers aan te geven. Of hoe de gemeente posters plakt op woningen van opgerolde henneptelers. Onder de vlag van naming and shaming zijn alle middelen toegestaan. Hoe onorthodoxer, hoe beter! Gelukkig is de clubpas voor coffeeshops nu van de baan. Want dat was natuurlijk ook een ideale manier om blowers te registreren en als blower te ‘taggen’. En vroeg of laat wordt zo’n registratie tegen je gebruikt.

Het recht op privacy is iets waar we als samenleving heel zuinig op moeten zijn. Burgers die roepen dat ze dat wel op willen geven, omdat ze zelf nooit een scheve schaats rijden, beseffen niet dat de toorn van de massa zich in de toekomst misschien ook wel eens zomaar tegen hen kan keren.

Tijden veranderen. Iets wat we nu normaal vinden, kan in de toekomst abnormaal worden gevonden. En omgekeerd. Gedragingen moeten daarom altijd in de context van de situatie worden beoordeeld. Dat is wat een rechter doet. En daarom is het riskant om mensen zomaar te veroordelen. Naming and shaming is uiteindelijk ook niet bevredigend. Of zouden de mensen die de Limburgse wethouder de rug toekeerden en hem door het slijk haalden vanwege een tongzoen, nu opgelucht op zijn graf dansen?

Het recht op privacy is iets waar we als samenleving heel zuinig op moeten zijn.

Halfgoden

Naming and shaming is hot! Gezagdragers en publieke figuren moeten bijna wel halfgoden zijn, met een onbesmet blazoen en een onberispelijke staat van dienst. Mochten ze ooit in het verre verleden een uitglijder hebben gemaakt, dan wordt het vroeg of laat voor hun voeten geworpen. Dat

geldt trouwens ook voor gewone burgers die in de ogen van de massa de fout in gaan. Jongeren die (in veel gevallen) voor het eerst in hun leven betrokken waren bij iets als de Facebookrellen, komen maanden na Project X Haren hun foto in kranten tegen bij artikelen over draaideurcriminelen en hooligans. Zonder balkje voor de ogen, want het recht op privacy hebben ze kennelijk verloren. En wat te denken van overijverige burgers die onder het mom van eigenrichting namen en foto’s op internet plaatsen van mogelijke pedofielen, verkrachters of relschoppers.

ternet plaat verkrachter d ee gev gela zien trouw en da nemen vindt da mag, zo worden v rechtstaat burgers dat vinger uit te berechten l

Hoongelach

Advocaten die journalisten oproepen om verdachten niet als daders neer te zetten voordat een rechter een oordeel heeft geveld, kunnen rekenen op hoongelach. De publieke reacties laten zien dat sommige burgers het vertrouwen in de overheid verloren zijn en daarom het recht in eigen hand nemen. Zo schrijft iemand: ‘Als men vindt dat “schandpaaljournalistiek” niet mag, zou er werk gemaakt moeten worden van een goed functionerende rechtstaat. Je kunt niet verwachten van burgers dat ze blijven toekijken zonder een vinger uit te steken. Als de overheid faalt in berechten loop je het risico op eigenrichting.’ Dat eigenrichting en schandpalen de rechtstaat ondermijnen is volgens een andere ‘nette’ burger ‘theoretisch gewauwel’.

This article is from: