7 minute read

Babylon Circus

Next Article
Grabbelton

Grabbelton

“Er zijn 1000 soorten wiet hier, ongelooflijk”

De Franse band Babylon Circus zorgt met hun mix van rock, reggae, balkan en patchanka geheid voor een feest. Highlife sprak met frontmannen David Baruchel en Manuel Nectoux, vlak voor een van hun zoals gebruikelijk stomende optredens in Nederland.

door: Arjan van Sorge

David (38) oogt doorleefd, Manu (37) wat frisser, maar evengoed filosoferen ze er gezamenlijk op los. Met humor, zwier en David: “Toen we jong waren hebben we het ook wel over de situatie van drugs in Frank-

rijk gehad. Maar dat betekent nog niet dat je in een liedje zoiets politiek expliciet uitlegt, wij doen het liever op een poëtische manier. We vinden het fijn om zoiets met schoonheid te doen, en feest en dans, we gaan er niet gewoon bot over praten. Dat is niet genoeg. Hoe preciezer je ergens over praat, hoe verder je er van weggaat. Met poëzie kan je

verder komen, en de mensen echt raken; als je iets over de natuur wil zeggen dan kun je dat bijvoorbeeld in een liefdesliedje doen, en zo dieper komen.”

souplesse, en David met een zware, doorrookte stem. Het is niet de eerste keer dat ze in Nederland zijn, helemaal niet zelfs volgens Manu: “We deden eerder Appelpop, Paaspop, Pinkpop, poppoppop poppoppop! We zijn ook een paar keer zonder de band in Amsterdam geweest, omdat een goede vriendin van ons er een

Alles op tafel

Manu: “We veranderen altijd met muziek.” David: “Iedere keer vinden we het leuk om alles op tafel te leggen, en iets nieuws te doen. Het is nooit hetzelfde. We zijn altijd nieuwsgierig en komen mensen tegen die weer andere dingen doen, dus we blijven in beweging. Er zijn bands die altijd hetzelfde blijven doen, en er zijn bands die zichzelf elk album doodmaken. En dan overnieuw beginnen.”

Rock ‘n roll

Reggae, rock, balkan en patchanka blijven er altijd wel inzitten, dat is de keuken van Babylon Circus. Manu: “We hebben een hoop groenten en kruiden, en iedere keer koken we op een nieuwe manier, met dezelf-

de ingrediënten. Wat er uiteindelijk op tafel komt is steeds verschillend.” David: “Je kan een liedjesalbum koken, of een rockplaat.” Manu: “Het nieuwe album is meer rock ’n roll dan voorheen, de voorganger was wat meer richting chanson dan degene daarvoor. Hoe de volgende gaat klinken weet ik niet, maar die van nu is belangrijk voor ons omdat het meer organisch is, en meer rock ’n roll, poëzie en emoties in zich heeft. Dat zat al lange tijd diep in ons, en dat moest er uit. Weinig opsmuk, heel eenvoudig.”

Er zijn geen coffeeshops in Frankrijk, maar je kan op veel plekken gewoon op straat roken. Dat is sowieso een gewoonte daar, je ruikt het altijd wel.

paar jaar lang woonde. We kwamen haar af en toe opzoeken. Nu komen we vaker in Amsterdam, maar dan met de band. Het voelt soms als een tweede huis, en het is zo dichtbij Parijs. We spelen hier zeker vijf keer per jaar.”

Inspiratie

Babylon Circus treedt vaak – maar niet alleen – op omdat ze bij een bepaald onderwerp betrokken zijn. David: “Dat is echt een fantastisch iets van de job die we nu doen. Over de wereld reizen, praten met mensen die vechten voor de goede zaak, en begrijpen wat hen bezighoudt. Dat is ook wat ons inspireert. Het milieu is toch echt wel een van de belangrijke zaken van dit moment, en een van de grootste angsten.” Manu: “Het gaat niet alleen om het milieu, er zijn veel sociale vraagstukken, de economie - al die dingen die de wereld regeren, daar moeten we in contact mee blijven. We hebben meer informatie daarover nodig, en niet alleen slikken wat de televisie je voorzet.” kwamen we elkaar tegen. Dat was in 1992, en sinds die tijd zijn we altijd bij elkaar gebleven.” David: “We droomden altijd van reizen, van weggaan. En dat hebben we ook gedaan. We zaten aan de kant van de weg en wilden verderop. Zo zijn we in Lyon terechtgekomen, en de rest van de wereld. We moesten weg, dat is rock ’n roll, je vergeet over je toekomst, je gaat gewoon. Je raakt verdwaald en je voelt je stukken beter. Ach, nu beginnen we wel iets over de toekomst na te denken, maar dat is nog maar net.”

Pfwiet de lucht in

Manu: “Het punt is dat we geen les willen geven. Als je het over poëzie hebt in een liedje, dan is dat een van de manieren om je opinie te geven, terwijl je nooit zegt wat goed of slecht is, het is gewoon een gedachte. En dan gaat het zo pfwiet in de lucht en iedereen die het wil pakken kan dat zich eigen maken, en iedereen interpreteert dat voor zichzelf.”

Weg van hier!

Babylon Circus begon zo’n twintig jaar geleden als band. David: “We kennen elkaar van school, we komen uit hetzelfde kleine stadje waar nooit iets gebeurd.” Manu: “Samen met een vriend had ik een band, we hadden een drummer nodig, David was toen drummer, zo

Stevige blowers

Zowel David als Manu zijn niet onbekend met wiet en hasj, blijkt al snel. David: “Als twintigers waren we allemaal stevige blowers in de band, het was blowen, blowen, blowen! Nu smoken er misschien nog drie of vier, en die roken niet zo heel veel. Je wordt er moe van... We reizen veel, we moeten goed op het podium staan, we moeten helder zijn als we liedjes schrijven, je hebt je hersens erbij nodig. Maar op zich is niks zo goed als smo-

ken en een liedje maken! Soms heb je zulke momenten, maar dat kun je niet de hele tijd door doen, dan ga je dood.”

Eigen veld

Manu: “Bij mij ligt het anders, als ik drie trekjes neem van een joint, kan ik niet meer schrijven, ik kan niet eens een pen vasthou-

den. Ik heb alles van mijn brein nodig om te werken. Maar twaalf jaar geleden hadden we een huis op het platteland, toen waren we echt zware blowers. We hadden een veld vol en rookten van de ene tot de andere ochtend. Ik vind het nog steeds heerlijk, maar niet al te vaak. Nu vind ik het lekker om thuis wat te roken, met mijn vrouw op de bank, helemaal niks doen. En dan liever niet met meer mensen erbij.”

We zijn al wel een paar keer opgepakt in Frankrijk, terwijl we in de bus zaten.

Echt een trip

David: “Het is veel beter als je het niet de hele tijd door doet. Als je een week niet blowt maar je praat en denkt er wel over… Als het dan komt en ik neem drie hijsen, dan is dat echt een trip. Dat geldt ook voor de muziek, dan zit ik met mijn broertje achter de computer te componeren, dan roken we twee dagen lang en maken muziek. Maar als het elke dag is dan verlies je de kracht ervan.”

Grootste verbruikers

Wiet en hasj zijn heel makkelijk te krijgen in Frankrijk, volgens David. “De Fransen blowen het meest van heel Europa, het zijn de grootste wietverbruikers. Want het leven is er hard, en dan rook je meer. La douce France? Het is er geweldig ja, maar ook vreselijk. Politiek gezien is het een slechte situatie nu. Frankrijk was een droom, maar dat hebben ze afgebroken. In de 70’s en 80’s ging het ergens heen, tussen socialisme en kapitalisme, maar die weg zijn ze kwijtgeraakt. Ze waren niet sterk genoeg om dat hetzelfde te houden.”

Cadeautje

Hij vervolgt: “Er zijn geen coffeeshops in Frankrijk, maar je kan op veel plekken gewoon op straat roken. Dat is sowieso een gewoonte daar, je ruikt het altijd wel. Maar als je opgepakt wordt, heb je een probleem, er is veel repressie. Als we in Nederland zijn, gaan we altijd naar coffeeshops. Zelfs al was het maar om een grammetje wiet te kopen voor de vrienden thuis, het is een leuk cadeautje. In Frankrijk hebben al je vrienden het er altijd over dat ze in Amsterdam zijn geweest. Met z’n vijven in een wagen, slapen in de auto. Het is een El Dorado! Als je jong bent is dat zeker zo, later zie je dat er nog andere interessante dingen zijn in Nederland.” Manu: “Bloemen, haha!”

Duizend soorten wiet

Manu: “Je kan hier spul kopen dat er niet is in Frankrijk; we hebben daar alleen Maroc, zelden wiet. Hier heb je zwarte hasj, duizend soorten wiet, ongelooflijk.” David: “We zijn al wel een paar keer opgepakt in Frankrijk, terwijl we in de bus zaten. Ze komen naar binnen met honden, ze vinden wat en je krijgt een boete. Maar soms moeten we zelfs posters signeren voor ze! Evengoed komen we er gewoon door, er zijn manieren genoeg. We verstrooien bijvoorbeeld de inhoud van een zakje wiet door de bus, als de hond dan naar binnenkomt wordt die helemaal gek, die springt overal in het rond, en kan niet vinden waar we wat hebben liggen.”

www.babyloncircus.net

This article is from: