Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
12-03-2008
12:19
Pagina 1
ketens [1] JAARGANG 2
SAMENWERKING EN EFFICIENCY
MAART/APRIL 2008
ERIK HELDERMAN directeur bij Action Pearl Growers
‘Ons doel is de tomaten zo snel mogelijk in het schap krijgen’
Category management
‘STAY CLOSE TO YOUR CUSTOMER’
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
10-03-2008
16:47
Pagina 2
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
10-03-2008
16:47
Pagina 3
[ OOG OP DE WERELD ] De retail kent meerdere pieken per jaar. Na Sinterklaas en Kerstmis vraagt tegenwoordig ook Pasen om een uitgebreid seizoensassortiment. Winkeliers liggen hier niet wakker van. Zij hebben in feite het hele jaar door ‘actie’.
ALTIJD
FEEST
t e k s t PA U L A V O S / b e e l d Z O LTA N KO R A Ï
Acties zijn voor retailers en fabrikanten een dankbare bron van inkomsten. Vanwege het unieke karakter en de grote volumes waarmee acties gepaard gaan, vereisen de actieartikelen wel een andere logistieke aanpak. Deze artikelen leggen dan ook een andere weg af dan het reguliere assortiment. Zo ook bij de HEMA. Acties en pieklogistiek leveren voor het bedrijf relatief weinig problemen op. Dat heeft te maken met de volledig geïntegreerde keten van het warenhuis. Van design tot product, alles heeft het warenhuis in eigen beheer. Ook als het gaat om de paasproducten. Een pool van vaste leveranciers produceert het paasassortiment. Alle producten komen terecht in het centrale distributiecentrum van de HEMA, vanwaar ze verder verdeeld worden naar de winkels. Hoewel actieartikelen met dezelfde vrachtwagens vervoerd worden als de reguliere producten, is er toch een belangrijk verschil. Waar het gewone assortiment continu automatisch wordt bijbesteld op basis van de verkoopcijfers, geldt voor de seizoensartikelen een push-logistiek. Ongeveer drie maanden voor de paasperiode geeft elke winkel aan hoeveel paaseitjes, eierwarmers en tafelversiering hij wil bestellen. Daarmee is het proces in principe compleet en kan de consument de paasservetten in de winkel vinden. Of het nu voor Kerstmis, Valentijnsdag of Pasen is, in de winkels is het altijd feest.
ketens | 01–2008
3
Meer rendement met e-Business U vraagt zich misschien af hoe u EDI kunt inpassen binnen uw bedrijfsvoering, of uw huidige EDI-omgeving kunt vereenvoudigen. Wellicht wilt u meer rendement halen uit uw onderneming door het inzetten van webshops of simpelweg aan de wensen van uw afnemers te voldoen. InterCommIT is al jarenlang een betrouwbare partner voor uw B2B-communicatie en biedt diensten en oplossingen die naadloos integreren met uw backoffice. Of het nu gaat om Web EDI, communicatie, e-facturatie of webshops, de geschikte oplossing om mĂŠĂŠr uit uw bedrijf te halen verzorgen wij. Meer weten over de diensten en oplossingen, of wilt u de mogelijkheden voor uw bedrijf bespreken? Bel dan met Johan Dillerop (033 479 08 91) of bezoek de website www.intercommit.nl/ketens1. InterCommIT bv T 033 479 0891 E sales@intercommit.nl I www.intercommit.nl
There is no limit to our CommITment
ketens_advertenties.indd 4
11-03-2008 10:26:42
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
13-03-2008
11:04
Pagina 5
Inhoud N R
1
M A A R T / A P R I L
2 0 0 8
PAGINA 2-11
De Opening
Oog op de wereld, Nieuws, Over de grens
PAGINA 14
Best Practice
Wat moet je doen om het beste internetwarenhuis van Nederland te worden? En vooral, wat moet je doen om dat te blijven? PAGINA 18
In Beeld
Besparen door standaards. Tijd is geld.
PAGINA 20
Dossier
Derving goed definiëren.
PAGINA 28
Het Gesprek
20
Blijf luisteren naar de consument.
‘We kunnen ook op internet sturen naar bepaalde producten en merken’ A N D R I E S VA N D A A L E N , D I R E C T E U R H A R DWA R E B I J W E H K A M P
PAGINA 13 + 27 + 33
Podium
‘De consument kan in de winkel niet snel genoeg vinden wat hij zoekt.’ Drie reacties
PAGINA 32
Agenda & Opfrisser PAGINA 35
Column Walther Ploos van Amstel & Colofon
28
14
2
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
13-03-2008
10:23
Pagina 6
[DE OPENING ]
Schone lucht De luchtkwaliteit in de hoofdstad moet beter. Ook het goederenvervoer moet hieraan een steentje bijdragen. Schoner en efficiënter is het motto. Een van de maatregelen die de gemeente Amsterdam daartoe heeft genomen, is het instellen van een milieuzone voor vrachtverkeer binnen de ring A10, uitgezonderd Amsterdam-Noord en enkele bedrijvengebieden. Eind van dit jaar worden in deze milieuzone alleen nog voertuigen toegestaan met minimaal een Euro II dieselmotor en roetfilter. De maatregelen zijn nodig om te kunnen voldoen aan de Europese luchtkwaliteitsnormen. In 2010 worden de eisen nog strenger. Deze maatregelen mogen de bereikbaarheid, leefbaarheid en het economisch functioneren van de stad echter niet hinderen. Het vrachtverkeer dat wel de stad in mag, profiteert daarom straks van een ‘kwaliteitsnet’: een netwerk van wegen waar veel vrachtverkeer op rijdt en waar maatregelen worden getroffen die zorgen voor een betere doorstroming. Bijvoorbeeld een ‘groene golf’, of ‘tovergroen’ – lussen in de weg die vrachtauto’s herkennen zodat het verkeerslicht langer groen geeft. Daarnaast stimuleert de gemeente alternatieve vormen van bevoorrading (bijvoorbeeld per vrachttram), worden mogelijkheden onderzocht om transport te bundelen en bekijkt men de optie van vervoer over het water. Meer informatie: www.gezondelucht.amsterdam.nl
MILIEUVRIENDELIJKHEID TREKT KOPERS OVER DE STREEP Nederlanders willen graag ‘schone’ goederen kopen. Tenminste, als ze hier duidelijke informatie over hebben. Die blijkt in de praktijk nogal eens te ontbreken. Dat concludeert kieskeurig.nl. Onderzoekers vroegen 2204 Nederlanders over de bereidheid tot het aanschaffen van milieuvriendelijke producten, van voedsel tot speelgoed. Die bereidheid is er, maar de bestaande milieukeurmerken bieden de consumenten weinig houvast. Ze kennen ze niet of weten niet wat de labels inhouden. De onderzoekers zien hier een taak voor producenten. Onderscheiden zij zich met milieuvriendelijkheid, dan kunnen ze daarmee de consument voor zich winnen. Mits ze hun boodschap over de bühne krijgen natuurlijk. Het is de moeite waard om daar aandacht aan te besteden, blijkt uit de cijfers. Nederlanders houden van milieuvriendelijke producten en meer dan de helft accepteert daarvoor zelfs een hogere prijs. Maar dan wil men wel weten waarvoor men betaalt. De ondervraagden hebben vooral behoefte aan duidelijke voorlichting (46 procent) of één vast keurmerk (40 procent). Het lijkt erop dat branchebrede of zelfs brancheoverschrijdende initiatieven hier nodig zijn.
6
ketens | 01–2008
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
10-03-2008
16:47
Pagina 7
FLASH BACK>
FORUM
MORE IS LESS? Hoe groter de supermarkt, hoe minder effectief de promoties, blijkt uit onderzoek van Hans Haans, marketingeconoom aan de Universiteit van Tilburg. Hij promoveerde in december 2007 op ‘multiformat retailing’.
Wachten verleden tijd Tot 1976 was de allerbelangrijkste vaardigheid van een caissière: razendsnel en foutloos bedragen kunnen intikken op de kassa. Competentie nummer twee: een uitstekend geheugen. Als het prijsstickertje ontbrak, moest ze de prijs uit haar hoofd kennen. Intussen vond ze toch nog tijd om met de klanten een praatje te maken. Multitasking van het zuiverste soort. Nu gaan producten razendsnel langs een scanner en in steeds meer gevallen doen we dat nog zelf ook. Nog even en er komt helemaal geen mensenhand meer aan te pas. Dan lopen we met een kar boodschappen door een poortje en is het afrekenen gebeurd voordat we er erg in hebben. En het wachten bij de kassa? Dat behoort waarschijnlijk over niet al te lange tijd tot het verleden.
‘Wat me vooral opviel is dat retailers vaak een uniform marketingbeleid hanteren, onafhankelijk van het format van de winkel. Uit analyse van winkeldata blijkt echter dat de effectiviteit van promoties wel degelijk samenhangt met de winkelgrootte. Promoties in grote supermarkten of superstores hebben aanzienlijk minder nut dan in de kleinere (gemaks)winkels. Hoe komt dat? Een shopper komt in een grote supermarkt voor de weekboodschappen. Dat moet snel en efficiënt gebeuren en de koper is niet in de stemming om verleid te worden met aanbiedingen. Bovendien heeft deze shopper een lange boodschappenlijst, waar het actieproduct vaak al op staat. De aanbieding kan hem wel bewegen om van merk te wisselen.’ ‘Voor een fabrikant kunnen de aanbiedingen dus aantrekkelijk zijn. Hij kan er nieuwe merkfans mee creëren. Voor de categorie is het minder gunstig, omdat er producten verkocht worden met een lagere marge. Om dat te voorkomen, kan de grote supermarkt de prijsdaling van een aanbieding minder diep maken. Zo heeft brand switching een minder ongunstig effect op de categorie. Of hij kan zich beperken tot aanbiedingen in categorieën die in de grote winkels niet vaak gekocht worden. Dan kunnen de totale verkopen wél toenemen door de aanbieding.’
ketens | 01–2008
7
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
10-03-2008
16:47
Pagina 8
[DE OPENING ]
[ FOOD FOR THOUGHT ] Taal is iets machtigs. Hoe meer mensen eenzelfde taal spreken, hoe makkelijker de communicatie. Ook nieuwe tekstvormen ontstaan door moderne media. Sms (short message service) is hier een mooi voorbeeld van. Honderdzestig tekens staan tot de beschikking van de mobiele telefoongebruiker die een tekst wil zenden. Zijn
TAAL krachtige hulpmiddelen: afkortingen, klinkerloze woorden, cijfer-letterwoorden en emoticons. Door afspraken te maken over de betekenis van deze hulpmiddelen, verstaan we elkaar en blijken die honderdzestig tekens toch voldoende te zijn voor liefdesverklaringen, feuilletons en zelfs bijbelteksten. Hetzelfde principe komen we tegen in de supply chain. Daar praten de computers met elkaar door middel van barcodes en EDI-berichten.
8
ketens | 01–2008
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
10-03-2008
16:47
Pagina 9
QUOTE
‘
HET WINKELPERSONEEL IS DE SLEUTEL TOT HET SUCCES VAN ACTIES OP DE WINKELVLOER
‘
’ ‘
REMCO BOL, SENIOR CATEGORY MANAGER DEODORANTS & HAIR BIJ UNILEVER, OVER HET GROTE SUCCES VAN DE REXONA/IDOLS ACTIES BIJ KRUIDVAT
VOOR U GESPOT
MARKETINGMANAGEMENT, DE ESSENTIE
KNOW HOW Door de toenemende filedruk worden winkels vaker ’s nachts beleverd. Dan gelden echter strengere geluidsnormen dan overdag. Hiervoor maken bedrijven gebruik van ‘stil materieel’. Bij Albert Heijn is nu al 40 procent van de trucks fluisterstil. In 2010 moet dit 100 procent zijn. Peter Leegstraten, accountmanager centraal transport bij Albert Heijn, legt uit wat er zo stil is aan de wagens. ‘Vooral het laden en lossen wordt stiller, daarvan hebben mensen namelijk het meest last. Daartoe zijn onder andere de koelmotor, laadklep en laadbak aangepast, bijvoorbeeld door extra isolatie.’ Albert Heijn werkt met ongeveer vijfentwintig transporteurs samen om winkels te beleveren. Gaan die nu allemaal nieuw materieel aanschaffen? ‘Ongeveer de helft van de 700 opleggers waarmee voor ons gereden wordt, huren we zelf. Onze vervoerders maken hier gebruik van. De andere helft is eigendom van onze transporteurs. Zij schaffen nieuwe opleggers aan of laten bestaand materieel aanpassen. Via een verhoging van de transportfee betalen we daaraan mee.’ Medio 2010 is 100 procent van de vrachtwagens fluisterstil, zegt Leegstraten. ‘We maken geen onderscheid tussen wagens die overdag of ’s nachts rijden. Het wagenpark wordt immers op beide tijdstippen gebruikt. Ook overdag wordt het dus stiller.’
STILLE BELEVERING PER 2010
Marketingmanagement, de essentie geeft een duidelijk overzicht van het moderne marketingmanagement. Het boek is een bewerkte, Nederlandstalige versie van A Framework for Marketing Management van Philip Kotler en Kevin Lane Keller. Naast de sterke inhoud van het Engelstalige origineel, is de Nederlandstalige uitgave aangevuld met veel Belgische en Nederlandse cases. Elk hoofdstuk opent met een speciaal voor deze uitgave geschreven casestudy. Daarin wordt beschreven hoe marketingmanagers de besproken kernconcepten in hun eigen bedrijf hebben toegepast. Wat volgt is een interessante uiteenzetting van het begrip marketingmanagement, waarbij relaties tussen theorie en praktijk bij bedrijven en merken als TomTom, ING, InBev en Barco aan de orde komen. Marketingmanagement, de essentie is een samenwerking tussen wetenschappers en bedrijfsadviseurs. Het boek bevat een heldere uitleg over de marketingmanagementtheorie, gebaseerd op het hedendaagse Belgische en Nederlandse bedrijfsleven. Tit el: Marketingmanagement, de essentie A ut eurs : Philip Kotler, Kevin Lane Keller, Henry Robben, Maggie Geuens, Onno Ponfoort, Martijn Laar, Cristel Peters, Titia Tamminga Verkrijgbaar: Bij de betere boekhandel en online workshops (Pearson Education, 2007. ISBN 978 9043013345)
ketens | 01–2008
9
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
12-03-2008
12:20
Pagina 10
[ OVER DE GRENS ] GROOT-BRITTANNIË
Marks & Spencer telt broeken voor beter voorraadbeheer
WERELD
SUPPLY CHAIN-TOPPERS VERSLAAN DOW JONES Elk jaar publiceert AMR Research de top 25 van best presterende bedrijven in termen van supply chain-prestaties. De bedrijven blijken niet alleen operationeel uit te blinken. Ze excelleren ook in omloopsnelheid, omzetgroei en aandelenkoersen. Zouden we met deze top 25 een beursindex samenstellen, dan versloeg deze de Dow Jones Industrial Average, de S&P500 en de Nasdaq. Volgens AMR is dit eenvoudig te verklaren. Bedrijven die een goed functionerende supply chain hebben, kunnen namelijk snel en efficiënt reageren op kansen in de markt. Ook zijn ze in staat snel in te spelen op veranderende consumentenwensen. Ze zijn daarmee niet alleen efficiënt maar ook uitermate effectief en concurrerend.
Marks & Spencer verbetert de schapbeschikbaarheid van kleding in haar 120 grootste winkels door gebruik te maken van RFID. Leveranciers leveren de kleding voorzien van een RFID-tag. Met mobiele scanners inventariseert Marks & Spencer continu op de winkelvloer of alle items nog in alle maten beschikbaar zijn. Waar nodig wordt direct bijbesteld. Een woordvoerder van Marks & Spencer licht toe: ‘Door de grote variëteit in kledingmaten, is het nauwkeurig bijhouden en bijbestellen van kleding een lastige klus. Dat wordt op deze manier veel makkelijker, accurater en efficiënter. Maar het belangrijkste is dat we hiermee de service aan klanten verbeteren. Die geven aan dat ze merken dat er een betere beschikbaarheid is van alle maten.’ In 2003 testte Marks & Spencer voor het eerst de mogelijkheden van RFID om de beschikbaarheid van kleding op de winkelvloer te verbeteren. Verschillende succesvolle pilots in de afgelopen jaren hebben geleid tot de uitrol naar de 120 belangrijkste winkels in Groot-Brittannië.
10
ketens | 01–2008
VERENIGDE STATEN
Nooit meer in de rij Een samenwerking tussen winkelwagenproducent MediaCart, de Amerikaanse supermarktketen Shoprite en Microsoft zou er wel eens voor kunnen zorgen dat shoppers nooit meer in de rij hoeven te staan voor de kassa. Shoprite testte in 2007 een nieuw intelligent winkelwagentje. Met succes. In de tweede helft van 2008 introduceert Shoprite de nieuwe generatie karretjes in haar winkels. Klanten winkelen dan met een klein beeldscherm voor hun neus. Als ze hun klantenkaart scannen, verschijnen op het scherm gerichte aanbiedingen. En de winkelwagen wijst hen de weg naar producten in het schap. Iets dat mogelijk is door het gebruik van RFIDtechnologie. Automatische prijsvergelijkingen en het oproepen van ingrediënteninformatie op het scherm besparen de shoppers nog meer tijd. Het afrekenen gaat volledig automatisch, want het karretje fungeert tevens als kassa. Shoprite wil hiermee het winkelen voor haar klanten prettiger maken. Voor leveranciers biedt het intelligente winkelwagenconcept ook interessante mogelijkheden, bijvoorbeeld voor het nauwkeurig analyseren van acties.
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
12-03-2008
12:20
Pagina 11
FRANKRIJK , GROOT-BRITTANNIË, NEDERLAND, VERENIGDE STATEN
WAT CONSUMENTEN WENSEN
GROOT-BRITTANNIË
HET VERHAAL ACHTER HET PRODUCT De Britten zijn dol op ‘premium’ producten. Uit onderzoek van het Engelse instituut IGD blijkt dat deze categorie de komende jaren tot 7 procent per jaar kan groeien, meer dan dubbel zo hard als het gewone supermarktassortiment. De meerwaarde zien consumenten vooral in het verhaal achter het product. Gavin Rothwell, senior business analyst van IGD: ‘De meest succesvolle producten combineren kwaliteit met helderheid over hun herkomst. Of het nu gaat om geografische herkomst, productiemethoden (biologisch) of andere factoren, zoals fair trade. Meer dan ooit wordt van retailers en producenten verwacht dat ze een goed verhaal over hun product hebben. Hoe ze dat kunnen doen? Ze moeten allereerst begrijpen wat de consument belangrijk vindt, en de hele keten zo inrichten dat ze dat ook kunnen bieden. Retailers en fabrikanten werken daarin steeds meer samen. Een aantal Britse retailers heeft bijvoorbeeld regionale inkoopcentra opgezet om kwaliteitsproducten af te nemen van lokale producenten. De volgende stap is dat ze de meerwaarde van de producten goed aan de consument communiceren. We zien bijvoorbeeld dat de marketing steeds meer aandacht besteedt aan het “verhaal achter het product”, inclusief de moeite die is gedaan om de kwaliteit en smaak optimaal te maken.’
Echt luisteren naar de consument valt nog niet mee, blijkt uit het internationale CapGemini onderzoek naar de ‘Future Consumer’. Schrikbarend weinig consumenten zijn nu tevreden met hun winkelomgeving. Maar 9 procent is blij met zijn of haar supermarkt, de maximumscore is voor boeken- en cdwinkels 19 procent. Wat kunt u doen om de consument wél gelukkig te maken? Uit het onderzoek onder ruim 2000 consumenten in vier landen (Nederland, Frankrijk, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten) komen een aantal duidelijke thema’s naar voren. Allereerst kunt u hoge ogen gooien met het aanbieden van producten die gezond zijn of waarvan u de duurzame aspecten goed kunt uitleggen. Ten tweede moet u naar de consument toe: twee derde wil de boodschappen graag thuisbezorgd hebben. Voor boeken en cd’s is dat zelfs 80 procent. Tijd om uw supply chain te verlengen. Maar het allerbelangrijkste is dat u zélf van uw klanten hoort wat ze wensen. En dat kan: de helft van de respondenten gaf aan best informatie kwijt te willen over hun koopgedrag. Als ze er maar wat voor terugkrijgen, bijvoorbeeld persoonlijke aanbiedingen. Het rapport concludeert dat een dialoog met de consument de enige manier is om ze werkelijk te (blijven) begrijpen – en de concurrentieslag te winnen.
ketens | 01–2008
11
CREATING
SUSTAINABLE SHOPPING VALUE 13TH FORUM
© ECR Europe 2007-2008
••• ••• ••• •••
SEE TOP SPEAKERS HEAR THE HOTTEST TOPICS TALK THE PLACE TO MEET AND NETWORK EXPLORE WHAT’S NEW IN THE MARKETPLACE
ECR EUROPE CO-CHAIRS Dick BOER Executive Vice President and COO Europe, Ahold President, Albert Heijn
Peter BRABECK-LETMATHE Chairman and CEO Nestlé Group
D E TA I L E D PROGRAMME available at
http: // forum.ecrnet.org
Adv_SRC_2008.indd 1 12 ketens_advertenties.indd
13-02-2008 13-03-2008 17:51:23 10:28:45
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
10-03-2008
16:48
Pagina 13
stelling
De consument kan in de winkel niet snel genoeg vinden wat hij zoekt. reactie
‘De zoektocht van de consument is erg afhankelijk van de omvang van de winkel. Met name in de grotere supermarkten is het soms lastig zoeken voor klanten. Natuurlijk spelen we daar als retailer op in. Bijvoorbeeld door een transparante indeling. Daarbij helpt het dat de winkelinrichting van de meeste supermarkten in Nederland vrijwel identiek is. Dat vergroot het winkelgemak voor consumenten.
PODIUM ROB VAN
[1]
FOTOGRAFIE: HANS VAN DEN HEUVEL TEKST: PETRICK DE KONING
DER LAAN
vestigingsdirecteur Albert Heijn in Zaltbommel Het is echter onvermijdelijk dat bepaalde producten in verschillende productcategorieën vallen. Neem nou de pasteibakjes die zowel bij ragout als bij deegwaren passen. In die gevallen speelt de behulpzaamheid van medewerkers een cruciale rol. Behalve door het bieden van deze zoekhulp, proberen we de zoektijd van consumenten ook op nieuwe manieren te verkorten. Ons Kies & Kook-concept is daarvan een goed voorbeeld. Daarmee bieden we klanten een gezonde en betaalbare maaltijd met maximaal vier producten. Consumenten vinden die allemaal op één plek, zodat ze niet hoeven zoeken en snel aan de slag kunnen.’
ketens | 01–2008
13
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
10-03-2008
16:48
Pagina 14
BEST PRACTICE
VAKER BESTELLEN & SNELLER LEVEREN tekst TED KONINGS beeld KATO TAN
WEHKAMP & WITGOEDLEVERANCIER ETC WARENHUIS EN LEVERANCIER: CONCURRENTEN OF PARTNERS ? Wat moet je doen om het beste internetwarenhuis van Nederland te worden? En vooral, wat moet je doen om dat te blijven? Wil je de klant binnen een dag kunnen bedienen, hét verkoopargument van Wehkamp, dan moeten artikelen wel in huis zijn. Om leverzekerheid in stand te houden en de voorraden niet te hoog te laten oplopen, besloten Wehkamp en haar belangrijke leverancier van computers en toebehoren ETC de banden aan te halen. Oftewel: waartoe ketensamenwerking kan leiden...
14
ketens | 01–2008
Voor ruim 700.000 euro verkoopt Wehkamp, iedere dag van de week, ook op zondag, via internet. Nog maar twintig procent van wat Nederlands bekendste webwarenhuis afzet, wordt op de conventionele manier aan de man of vrouw gebracht. Internet heeft als belangrijkste verkoopkanaal de klassieke catalogus van de eerste plaats verdrongen, net zoals de telefonische orderontvanger is opgevolgd door een server van bits en bytes. Een belangrijk segment in Wehkamps verkopen is wat Andries van Daalen ‘grijsgoed’ noemt. Van Daalen is zelf als directeur hardware bij Wehkamp onder andere verantwoordelijk voor de verkopen van het grijsgoed, ‘alles tussen bruin- en witgoed in’. Computers, modems, printers, telefoons, tot en met computerspelletjes en TomTommetjes toe.
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
12-03-2008
12:20
Pagina 15
Andries van Daalen, directeur hardware bij Wehkamp: 'Vroeger brachten we twee keer per jaar een catalogus uit. Op internet kun je iedere dag een nieuw product introduceren.'
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
10-03-2008
16:48
Pagina 16
ETC ETC is onderdeel van het Britse bedrijf Specialist Computer Holdings (SCH) en distribueert vanuit Bodegraven een keur aan ICT-producten en -diensten in Nederland. Het doet dit met 110 medewerkers. Praktisch alle bekende merken levert ETC aan grote gebruikers en het detailhandelskanaal. SCH presenteert zich als pan-Europese aanbieder van IT-diensten. Het bedrijf heeft negentig vestigingen in zeven landen en zet jaarlijks ruim drie miljard euro om. SCH ambieert een positie in de top tien van grootste distributeurs in Europa en schurkt tegen een dergelijke positie aan ETC boekte in Nederland in 2007 een omzet van 330 miljoen euro.
Belangrijk leverancier van dat grijsgoed is ETC. Vanuit Bodegraven distribueert dat bedrijf een keur aan computers en computertoebehoren van de bekende merken. ETC-directeur Henk Snijders vertelt hoe de banden tussen zijn bedrijf en het webwarenhuis het afgelopen jaar werden aangehaald. ‘We vroegen Wehkamp om eens samen te praten over hoe we elkaar beter van dienst konden zijn.’
Uitwisseling Er was een logica voor Snijders en Van Daalen om hun gezamenlijke logistiek onder de loep te nemen. ‘Onze verkopen van computers en computeraccessoires stijgen sterk’, zegt Van Daalen. ‘Het is typisch een product dat zeer geschikt is voor verkoop via internet; mensen die via internet kopen doen dat immers via de computer.’ Qua percentage ligt de omzet in dit segment dat Wehkamp via internet aan de man of vrouw brengt, hoger dan het gemiddelde van tachtig procent voor het hele bedrijf. ‘Dat loopt wel tegen de negentig’, aldus Van Daalen. Maar de productcategorie heeft nog andere eigenschappen die maken dat een betrouwbare en strakke organisatie van de logistiek belangrijk is. ‘Vroeger brachten we twee keer per jaar een catalogus uit en daar deden onze klanten het mee. Op internet kun je iedere dag een nieuw product introduceren’, aldus Van Daalen. Het is een beetje de kip-of-eivraag: maakt het nieuwe verkoopkanaal een snellere opvolging van nieuwe producten mogelijk of vraagt het hogere vernieuwingstempo van producten om nieuwe distributiemethoden als internethandel? In ieder geval is er nu amper meer een computer die het drie maanden in het assortiment van Wehkamp uithoudt. Vanwege die hoge omloopsnelheid loont het om de keten zo kort mogelijk te houden, legt Snijders uit. Verouderde producten kosten immers geld. ‘Ieder nieuw product kent een vaste cyclus. De verkoop groeit, bereikt een piek en loopt vervolgens weer terug. Hooguit een prijsverlaging kan dan voor een nieuwe piek zorgen.’ De tijden dat computerproducenten en de tussenhandel goud geld verdienden met computers, ligt volgens Snijders ver ach-
16
ketens | 01–2008
Henk Snijders, directeur ETC: 'Voorheen waren zes van de vijftien notebooks die dagelijks verkocht worden van ons, nu zijn dat er acht.' ter ons. ‘De marges zijn flinterdun.’ Actieverkopen is dus iets dat de ETC-directeur niet graag doet. En Van Daalen evenmin. Dat komt in de meeste gevallen neer op het met verlies verkopen van producten. Dus konden beide heren elkaar – eenmaal in gesprek – wel vinden op het uitwisselen van logistieke data.
Dagelijks beleveren Snijders: ‘Hoe snel gaat een voorraad? Wat is de leverbetrouwbaarheid? Welk kapitaal en welke menskracht gaat er in zitten?’ Wehkamp ging over op dagelijks bestellen. Met wat omzet-
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
10-03-2008
16:48
Pagina 17
BEST PRACTICE
Wehkamp Wehkamp is sinds twee jaar eigendom van Industri Kapital. Deze Europese vermogensbeheerder van Scandinavische origine heeft een belegd vermogen van 4 miljard euro. Sinds 1989 kocht het bedrijf voornamelijk in West-Europa 64 ondernemingen. Momenteel heeft het 24 ondernemingen in portefeuille, samen goed voor een omzet van 9,3 miljard euro. Ruim 258 miljoen daarvan komt van Wehkamp, een bedrijf dat in 1952 werd opgericht door Herman Wehkamp, eigenaar van een manufacturenzaak te Slagharen. Vandaag de dag werkt Wehkamp vanuit een hoofdkantoor in Zwolle en distributiecentra in Dedemsvaart (‘kleine producten’) en Maurik (‘grote producten’). Het bedrijf biedt direct werk aan 675 mensen. Samen verzorgden deze in 2007 ongeveer 4,6 miljoen zendingen, waarvan het leeuwendeel via Dedemsvaart.
tingen in de bestelstructuur was dat relatief snel te realiseren. Van Daalen: ‘In Dedemsvaart staat ons distributiecentrum van waaruit we onze klanten sinds kort dagelijks beleveren. Nu bevoorraden onze leveranciers het distributiecentrum op afroep. Dat waren tot voor kort wekelijkse orders.’ Vanaf augustus levert ETC ieder dag aan Wehkamp. Dat maakt de per keer geleverde aantallen kleiner (en dus de vervoerder die ETC inschakelt wat duurder), maar zorgt ook voor lagere voorraden. Bij Wehkamp, maar ook bij de computerleverancier. ‘In een keten werkt ieder met een buffervoorraad’, aldus Van Daalen. Zeker bij Wehkamp, waar de garantie aan de klant – ‘vandaag besteld, morgen in huis’ – heilig is. Maar ook ETC kan het zich dan niet permitteren om nee te moeten verkopen. ‘Dat zorgt voor opslingereffecten: ieder doet er wat bovenop, bestelt net even meer dan strikt nodig is.’ Met een dagelijks bestelritme is zo’n zekerheidsmarge nauwelijks meer interessant. Behalve van de ruimte die in het distributiecentrum is ontstaan door de lagere voorraden, profiteert Wehkamp nog op een andere manier van de herziene logistiek. Het stelt het bedrijf in staat een dieper en breder assortiment te voeren. Immers: een flinke voorraad aanleggen voor een nieuw product hoeft niet meer. Hierdoor neemt het risico op derving af en zijn de kosten om een nieuw product in de markt te zetten lager. Hierdoor kan het webwarenhuis zijn assortiment fors uitbreiden. ‘We lopen op de marktvraag vooruit’, is Van Daalens min of meer vanzelfsprekende conclusie.
Voordelen Ook ETC profiteert van de verhoogde leverfrequentie. Het bouwt immers een concurrentievoordeel op ten opzichte van de andere leveranciers in hetzelfde segment. Wehkamp bestelt het liefst bij de aanbieder met de meest efficiënte logistiek, aldus Van Daalen. Hetgeen de omzet en dus ook de eerdergenoemde gemiddelde zendinggrootte bij de leverancier weer opdrijft. De Wehkamp-directeur: ‘We kunnen ook op internet sturen naar bepaalde producten en bepaalde
merken.’ Als ETC bij Wehkamp in een goed boekje staat vanwege de logistieke afspraken die zijn gemaakt, zal het de verkopen van het bedrijf zeker ten goede komen, zo weet Snijders ook. Van Daalen schat dat zijn inkopen bij de computerleverancier in het afgelopen halfjaar met tien tot vijftien procent zijn gestegen. ‘Afgezien nog van de autonome groei die het segment doormaakt.’ ETC vergroot dus zijn marktaandeel. ‘Voorheen waren zes van de vijftien notebooks die dagelijks verkocht worden van ons, nu zijn dat er acht. Niemand wil wachten op zijn computer.’
Samenspel Overigens betekent de verbeterde afroepprocedure niet dat het werk van Wehkamps inkopers en verkopers, en hun samenspel, overbodig is geworden. Want op welke verkoopcijfers durf je in te schieten als je de inkoopafspraken met in dit geval ETC maakt? En hoe schat je de piek in de verkopen in; zal de trend de komende week nog stijgen, of is een product over zijn top heen en zal de afzet teruglopen? Ga je daar nog wat aan doen, in samenspraak met de verkoopafdeling? Wat wel weer zo is, is dat door de frequentere toelevering, die inschatting iets minder belangrijk is geworden. Je hoeft immers niet meer pakweg een week vooruit te kijken, maar nog maar één of enkele dagen. De twee bedrijven willen nu vooral verder investeren in de onderlinge communicatie. ‘Ik kan me voorstellen dat er een soort ETC-desk in Zwolle komt’, aldus Van Daalen. ‘Met iemand die nieuwe producten en introducties begeleidt. Dus een ETC-medewerker die puur ondersteunend voor Wehkamp te werk gaat.’ Snijders verheugt zich op het uitbouwen van de samenwerking. ‘Het is echt leren praten zonder oordeel. Je moet de sterktes bij elkaar willen zien en durven gebruiken. Zo ontstaat er een kruisbestuiving. Je moet uit je traditionele rol willen stappen.’ Waar ETC uitkomt als het zo handelt, is ongewis. ‘Onze doelstelling is: voor de klant werk uit handen nemen, waarde toevoegen. Al het werk dat wij beter, sneller of goedkoper kunnen doen, nemen we graag van onze klanten over.’
Van push naar pull Voor het aantrekken van hun banden, zijn Wehkamp en ETC veel dank verschuldigd aan Vivacadena, een Nederlands softwarebedrijf. ‘Zij heeft veel ervaring met het optimaliseren van voorraden en processen’, aldus Snijders. Wat ontstond als ‘eens gaan praten’, werd zo volgens Snijders een heus ‘project’. Wehkamp is zijn voorraad- en verkoopgegevens gaan delen met ETC (uiteraard van die producten die het van het bedrijf betrekt). ‘We zijn dus van push naar pull aan het gaan’, aldus Van Daalen. ‘We bestellen wat we verkopen.’ Met een buffertje dat als het goed is de verkopen van één dag betreft, is dan het ideale voorraadstramien bereikt. ‘De producten die de klant vandaag bestelt, worden morgen aan hem geleverd, maar ook morgen direct weer aangevuld door ETC.’
ketens | 01–2008
17
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
10-03-2008
16:48
Pagina 18
TIJD IS GELD GELDBESPARING DOOR STANDAARDS Door vereenvoudiging van het goederenontvangstproces kunnen retailers en fabrikanten maar liefst 1 Ă 2 euro per pallet besparen, blijkt uit Frans onderzoek. Vertaald naar de totale retailmarkt met 50 miljoen palletbewegingen in Nederland, kan dit jaarlijks een besparing opleveren van gemiddeld 75 miljoen euro. De besparing zit in de gehele logistieke keten, maar het meeste geld wordt bespaard met de kortere wachttijden van vrachtwagens bij de distributiecentra. Zo blijkt maar weer: tijd is geld.
Aflevering zonder standaards 4. Palletlabel maken 3. Houdbaarheidsdata en hoeveelheden noteren
1. Uitladen truck
2. Barcodes apart scannen (dozen openen)
Aflevering met standaards (palletlabel en EDIverzendbericht)
4. Palletlabel scannen voor opslag/picking
1. Uitladen truck
18
ketens | 01–2008
2. Palletlabel scannen (en linken aan EDI-verzendbericht)
3. Houdbaarheidsdata en hoeveelheden automatisch checken aan de hand van EDI-verzendbericht
5. Nieuwgemaakte label scannen voor opslag/picking
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
10-03-2008
16:48
Pagina 19
Gewone opslag
minder dan 5 productsoorten
Hiernaast is te zien hoe lang de processen duren op basis van een vrachtwagen geladen met 33 pallets met verschillende producten. De tijdwinst die het gestandaardiseerd werken oplevert, kan oplopen tot maar liefst 5 tot 60 productsoorten twee uur!
Met palletlabel en EDI-verzendbericht
meer dan 60 productsoorten
Zonder standaards
weinig productsoorten
veel productsoorten
Gekoelde opslag Ook bij gekoelde opslag levert het gebruik van standaards aanzienlijke tijdwinst op. Als er sprake is van een truck met veel productsoorten, kan de duur van het proces zelfs worden gehalveerd. ketens | 01–2008
19
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
20
12-03-2008
Erik Helderman, directeur Action Pearl Growers: 'Het verpakken op consumentniveau in eigen hand nemen.' ketens | 04–2007
12:21
Pagina 20
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
10-03-2008
16:48
Pagina 21
DOSSIER DERVING
JAARLIJKS VERDAMPEN VELE PROCENTEN VAN DE BEDRIJFSWINST DOOR DERVING. WE HEBBEN HET DAN OVER CRIMINALITEIT (WINKELDIEFSTAL EN FRAUDE), ADMINISTRATIEVE FOUTEN EN BEDERF VAN VERSE GOEDEREN. OP ZOEK NAAR OPLOSSINGEN OM DEZE VERLIEZEN TE DRUKKEN, WERKEN DE VERSCHILLENDE SCHAKELS IN DE KETEN MEER EN MEER SAMEN. DE VOORTSCHRIJDENDE TECHNOLOGIE IS DAARIN EEN BELANGRIJKE SLEUTEL.
DERVING GOED DEFINIËREN tekst JACQUELINE KUIJPERS fotografie MARTIN DIJKSTRA
ketens | 01–2008
21
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
12-03-2008
12:21
Pagina 22
DOSSIER DERVING BATTERIJEN? BIJ DE KASSA! Waarschuwing! Hoe groot het probleem van derving precies is weet niemand. Zoveel onderzoeken zoveel cijfers, zeggen de deskundigen die Ketens hierover heeft geïnterviewd. De redenen daarvoor zijn divers. Om te beginnen is derving een veelomvattend begrip. We hebben het over winkeldiefstal, vernielingen, interne fraude, administratieve fouten, schades door verkeerde handling, bederf van verse producten, snijverliezen, afprijzingen van artikelen rondom de uiterste houdbaarheid. Ieder bedrijf hanteert voorts een andere definitie van derving, neemt bepaalde cijfers wel of juist niet mee in het bepalen van het percentage derving van zijn omzet. ‘Het is heel belangrijk dat je goed definieert wat je onder derving verstaat’, zegt Joost van der Laan, zelfstandig adviseur Retail, Marketing & Logistiek en voormalig lid van de ECR Commissie Shrinkage. Tot slot hebben we te maken met schaamte: managers zijn niet trots op hun dervingsscijfers. Dat maakt het heel lastig om deze cijfers boven water te krijgen. ‘Het is toch een graadmeter voor hoe je je zaakjes op orde hebt’, zegt Woody Maijers, lector Integrale Voedsel- en Productieketens aan de Hogeschool INHOLLAND en directeur van de stichting Agro Keten Kennis. Al deze factoren maken onderzoek naar het fenomeen derving niet gemakkelijk en leveren een caleidoscoop aan cijfers op. Kortom: u bent gewaarschuwd.
IN DE PRAKTIJK: De strijd tegen diefstal en administratieve fouten De oplossingen in de strijd tegen diefstal en fraude zijn legio. Van beveiligingsapparatuur (camera’s, poortjes et cetera) tot bedrijfsrecherche en een ‘blacklist voor oplichters’. Maar soms is de oplossing een stuk eenvoudiger: een andere plek in de winkel bijvoorbeeld. Batterijenfabrikant VARTA adviseert zijn klanten hierover. Andere oplossingen die dankzij samenwerking in de keten tot stand komen bevinden zich vooral op het vlak van communicatie.
Logistiek proces Bronbeveiliging door middel van het aanbrengen van RFID. De invoering van RFID is een goed voorbeeld van ketensamenwerking: de tags worden bij de fabrikant op de producten gezet waarna deze in een doos gaan. Via identificatiepoortjes is het product gedurende het hele traject te volgen. In het distributiecentrum kan via een shelf- of handscanner de hele doos ineens gescand worden. Voordeel: de doos hoeft niet geopend te worden om te weten dat alle producten er nog inzitten. RFID is een veelbelovende ontwikkeling. Het zou het ideale middel zijn in de strijd tegen diefstal, omdat geen doos ongemerkt van de vrachtwagen kan vallen. Boven-
22
ketens | 01–2008
VARTA IS PRODUCENT VAN ALKALINEEN OPLAADBARE BATTERIJEN MET EIGEN FABRIEKEN EN EEN GROOT DISTRIBUTIECENTRUM IN DUITSLAND. IN NEDERLAND IS EEN TWEEDE DISTRIBUTIECENTRUM GEVESTIGD. ‘Batterijen zijn een dervinggevoelig product. Toch wordt hier door onze partners weinig aandacht aan besteed. De reden is de hoge marge. Op een pakje sigaretten bijvoorbeeld zit geen hoge marge. Op een pakje batterijen juist wel. Kortom: je hoeft maar één pakje batterijen te verkopen om de diefstal van een pakje goed te maken. Een gestolen pakje sigaretten maak je nooit goed. Batterijen worden in alle verkoopkanalen verkocht: de supermarkt, drogisterij, het benzinestation, de bouwmarkt, speelgoedwinkel, fotohandel. Wat wij zien is dat het bepalend is of batterijen achter de balie verkocht worden of in de open verkoop. Overwegend zijn het vooral de goedkope (alkaline)batterijen die in de open verkoop hangen. Dure batterijen worden bij speciaalzaken altijd achter de balie verkocht en daar is het dervingspercentage een stuk lager. Wij adviseren winkels die het dervingsprobleem willen aanpakken om batterijen in het zicht te plaatsen. Voor de winkelier is dat gunstig omdat enerzijds het dervingspercentage terugloopt en anderzijds de verkoop van batterijen zal toenemen. Het is namelijk bewezen dat consumenten in de winkel niet op zoek gaan naar batterijen, maar ze pas kopen als ze er “tegenaan lopen”. Wie dervingsgevoelige artikelen bij de counter verkoopt ziet het dervingspercentage teruglopen van 20 procent naar 1 procent. Maar je verkoopt ook minder, omdat die counter toch een barrière is waar mensen misschien even moeten wachten. Bovendien is het een dure plek, vanwege de personeelskosten. De beste plek voor batterijen is daarom de kassagroep. De caissière zit er toch al, dus qua loonkosten maakt het geen verschil. Het is een plek waar mensen sowieso langskomen, dus waar ze nog een impulsaankoop kunnen doen. Kortom: in het zicht van de kassajuffrouw verhoog je je omzet en verklein je de kans op diefstal. Een win-winsituatie dus.’
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
12-03-2008
12:21
Pagina 23
het
Probleem
het probleem
Het afgelopen jaar leden Nederlandse retailers naar schatHet afgelopen leden Nederlandse naar schat ting ting 1,2 jaar miljard euro verlies door retailers diefstal en admi nistra 1,2 miltieve jard fouten. euro verlies diefstal envan administratieve fouten. Dat isdoor 1,24 procent de totale omzet Dat is 1,24% van deRetail totaleTheft omzet. (bron: Global Retail Theft(bron: Global Barometer, het eerste wereld Barometer, eerste wereldwijde onderzoek naar wijdehet onderzoek naar dervings percentages indervings de retail). percentages inlijking de retail) vergeWest-Europese lijking met andere WestIn verge met In andere landen liggen Europese landen liggen de Nederlandse cijfers iets onder het de Neder landse cijfers iets onder het gemiddelde. In Nederland is winkeldiefstal met 47,5 procent (560 gemiddelde. miljoeniseuro) de belangrijkste bron van derving. Opeuro) de In Nederland winkeldiefstal met 47,5% (560 miljoen tweede plaats diefstal door winkel personeel de belang rijkste bronstaat van derving. Op de tweede plaats(26,7 staat op de derde plaats diefstal levediefstalprocent), door winkel personeel (26,7 %), opendefraude derdedoor plaats ran ciers en fabri kanten (8,6 procent). Ruim 17 procent diefstal en fraude door leveranciers en fabrikanten (8,6%). van de derving veroor zaakt doorzaakt admini straadmini tieve fouten. Ruim 17% van dewordt derving wordt veroor door straVoor beel den hiervan zijn een slechte prijzen re gistratie, tieve fouten. Voorbeelden hiervan zijn een slechte prijzen repickfouten in het maga zijn, scanscan fouten, prijsprijs fouten. gistratie, pickfouten in het magazijn, fouten, fouten. Los hiervan staat derving in de verssector. De kosten hierLos hiervan staat derving in de verssector. De kosten hiervan van (het letterlijk moeten weggooien van rotte appels, (het letterlijke weg moeten gooien van rotte appels, maar ook maar ook afprijzingen van artikelen die de uiterste houdafprijzingen van artikelen die de uiterste houdbaarheidsdatum baarheidsdatum naderen) worden jaarlijks op 2 miljard naderen) worden jaarlijks op 2 miljard euro geschat (circa euro geschat (circa 4,5 procent van de omzet), evenveel 4,5 % als vande deverliezen omzet), die evenveel alszijn de verliezen diesupermarkt gemoeid zijn gemoeid met de hele met deoorlog. hele supermarkt oorlog. Dezegrof verliezen worden grofweg Deze verliezen worden weg voor een derde voor eenderde in de derde in en de voor keteneen en gemaaktgemaakt in de retail, eenretail, derdeeen in de keten voor eenderde door consu ment zelf. Voor de de duilijk deheid: lijkheid: derde door dede consu ment zelf. Voor de dui iedere iedere Neder Nederlander landergooit gooitper perjaar jaarcirca circa50 50kilo kilovoedsel voedsel weg. weg.
de de oplossingen
Oplossingen
Sommige bedrijven hebben lagere dervingscijfers dan andere. Wat zijn hun succesfactoren en wat kunnen andere bedrijven daar van leren? Het ECR onderzoek ‘Effective Retail Loss prevention – 10 ways to keep shrinkage low’ (Adrian Beck, DepartSommige hebben lagere dervingscijfers dan andere. ment ofbedrijven Criminology, University of Leicester, February 2007) Wat zijnop hun succesfactoren en wat kunnen andere bedrijven heeft deze vragen antwoord proberen te geven. Een panel daar leren? Het ECR-onderzoek Effective Retail Loss Prevanvan deskundigen heeft een lijst van Amerikaanse bedrijven vention – 10 die Ways to Keep Low (Adrian Depart- opgesteld in de marktShrinkage bekend staan om hunBeck, lage dervings ment of Crimi of Leicester, February cijfers, metno alslogy, top University 5: The Target Company, Limited2007) Brands, heeft deze vragen ant woord proberen geven. Eenven panel van BestopBusinterviews met mana gers vantedeze bedrij is een deskundigen heeft een lijst van Amerikaanse bedrijven opgesteld lijst van tien kritische succesfactoren gedefinieerd in de aanpak die in de markt bekendstaan om hun lage dervingscijfers, met als en het voorkomen van derving (door diefstal en administratieve top 5: The Target Company, Limited Brands, Best Buy, CVS en fouten). Deze zijn verdeeld over drie sectoren: strategie, The Gap. Op basis van interviews met managers van deze bedrijbedrijfscultuur en operations: ven is een lijst van tien kritische succesfactoren gedefinieerd in de aanpak en het voorkomen van derving (door diefstal en adminiO tieve P S Tfou R AT E GDeze I S Czijn H Nver I Vdeeld E A Uover de sectoren strategie, stra ten). 1 Zorg vooren senior management committment bedrijfs cultuur operations: 2 Zorg dat de hele organisatie doordrongen is van het belang Maak vast O P3S T R ATvan E G derving I S C H Neen IVE A Uagendapunt
Esther Peek is junior trade marketeer bij VARTA-batterijen. Het hoofdkantoor van VARTA Benelux is gevestigd in Utrecht.
1 Zorg voor senior management commitment O P B E D R I J F S C U LT U R E E L N I V E A U 2 Zorg dat de hele organisatie doordrongen is van het belang ervan 4 Sterk leiderschap – focus/energie op voorkoming derving 3 Maak van derving een vast agendapunt 5 Verzamel gerichte data: meten is weten O P6B Werf E D Ren I J Fbehoud S C U LT REEL NIVEAU deUjuiste mensen 4 7Sterk leiderschap – focus/energie op voorkoming derving Stimuleer innovatie en experimenten 5 8Verzamel gerichte meten–ispraat wetenerover! Houd derving opdata: de agenda 6 9Werf mensen Legen debehoud nadrukde opjuiste controle van het bedrijfsproces 7 Stimuleer innovatie en experimenten O P derving E R AT Iop O NdeE agenda E L N I V– Epraat A U erover! 8O P Houd Creëer winkelmanagement 910Leg de nadruk op controle van verantwoordelijkheid het bedrijfsproces
O P O P E R AT I O N E E L N I V E A U ketens | 01–2008 10 Creëer winkelmanagement-verantwoordelijkheid
23
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
13-03-2008
10:04
Pagina 24
Erik Helderman
TOMATENROUTE ACTION PEARL GROWERS IS EEN GROEP VAN VIJFTIEN NEDERLANDSE TOMATENTELERS DIE SINDS 1995 NAUW SAMENWERKEN. ‘Ons doel is een goede kwaliteit product zo snel mogelijk in het schap te krijgen. De eerste stap die we daartoe gezet hebben is het verpakken op consumentniveau in eigen hand te nemen. Concreet betekent het dat onze tomaten een keer minder in de hand genomen worden en dat komt de kwaliteit ten goede. Verder is dagordering belangrijk, want daardoor is er minder voorraad in de keten en is het tijdspad tussen teler en consument korter. Goede communicatie binnen de keten is cruciaal. Het ideale plaatje is dat de kassascan automatisch gekoppeld is aan de inkoop. Dat werkt het snelst. We hebben ook te maken met derving door kwaliteitsverlies. Bijvoorbeeld doordat verse tomaten bij de oudere tomaten liggen. Zelf ben ik wel eens teleurgesteld in mijn eigen product. Dan kom ik bij de supermarkt en denk ik “dat zou verser kunnen” als ik de productsticker zie en dus weet wanneer ze geoogst en verpakt zijn. Om een domper bij consumenten te voorkomen, ben ik een groot voorstander van een uiterste verkoopdatum voor tomaten. In Groot-Brittannië zie je dat al met display until-sticker. Momenteel doen wij mee aan een project met GS1, samen met onze telersvereniging FresQ, salesprovider Hollander en Plus Supermarkten. De kern hiervan is dat door middel van één unieke barcode de communicatie tussen de schakels in de keten verbetert, zodat de route die een tomaat aflegt van productie naar consumptie sneller verloopt. Deze geavanceerde tracking & tracing komt de kwaliteit van de tomaten in het schap zeker ten goede. En dat is waar het wat ons betreft allemaal om draait.’
DRUPPELENDE PIJPLEIDING IAN CARTER IS HOOFD PROFIT PROTECTION (WINSTBESCHERMING) BIJ B&Q, EEN ENGELSE KETEN VAN BOUWMARKTEN. CARTER STAAT AAN HET HOOFD VAN VIER INTERDISCIPLINAIRE PROFIT PROTECTION-TEAMS MET IN TOTAAL VIJFTIG MENSEN. DE TEAMS RICHTEN ZICH OP WINKELS, BEVEILIGING EN FRAUDE, DE INKOOP EN OP DE SUPPLY CHAIN.
24
ketens | 01–2008
‘Vijf jaar geleden groeide ons dervingscijfer onacceptabel hard. Op dat moment hebben we hiervan echt een speerpunt gemaakt. We hebben cursussen opgezet voor ons personeel, beveiligingsapparatuur verbeterd, zijn werknemers gaan screenen en hebben in de zogenoemde hot stores (de winkels met hoogste dervingscijfers) profit protection-managers geplaatst. Ook hebben we twee datasystemen opgezet: data mining – het analyseren van de kassatransacties om voorraadgerelateerde verliezen in kaart te brengen – en line level shrinkage reporting – het percentage derving op pro-
ductniveau in kaart brengen om de meest risicovolle producten en leveranciers te identificeren. Dit laatste was voor ons een fundamenteel keerpunt. In het algemeen zijn dervingpreventieteams vooral gericht op der ving in winkels. Wij weten nu dat onze winkels vooral de plaats zijn waar de derving zichtbaar wordt. Maar de oorzaak ligt vaak eerder in de keten. Winkeldiefstal is bij ons niet de nummer één. De grootste derving wordt veroorzaakt door slechte verpakkingen, verkeerde containers, inefficiënte logistieke routes. Wij hadden bijvoorbeeld veel der ving door beschadigde
producten (keukenblokken, aanrechtbladen). Uit de geanalyseerde data bleek dat twaalf producten voor 80 procent van de schade verantwoordelijk waren. Op dat moment zijn we met de leveranciers rond de tafel gaan zitten. Uiteindelijk zijn er nieuwe, verbeterde verpakkingen ontworpen die deze artikelen veel beter beschermen. Dit heeft een halvering van de derving tot gevolg gehad. Wie zich in de strijd tegen derving alleen op beveiliging richt, laat kansen liggen. Derving is als water in een pijpleiding: het water komt er niet alleen aan het einde uit, maar druppelt overal weg.’
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
10-03-2008
16:49
Pagina 25
TOP 10 VAN DE MEEST GESTOLEN ARTIKELEN De meest diefstalgevoelige producten kenmerken zich door een hoge prijs, een klein formaat en het feit dat ze goed door te verkopen zijn. Voorbeelden hiervan zijn scheermesjes en batterijen. Andere kenmerken die artikelen gewild maken onder het dievengilde zijn ‘beschikbaarheid’: artikelen die voor het grijpen liggen en makkelijk mee te nemen zijn (daaronder vallen ook gebruiksartikelen als koffie, ook interessant voor mensen met een krappe beurs), ‘waardevol’ (elektronische hebbedingetjes, vooral aantrekkelijk voor professionele dieven) en ‘lekker’ (snoepgoed voor de jeugdige dieven). 1 2
3 4 5 6 7 8 9 10
DOSSIER DERVING
dien zou het vanwege de tracking & tracing-mogelijkheden de supply chain aanzienlijk transparanter maken. Daarnaast versnelt het het logistieke-proces: geen efficiëntere goederenontvangst dan met RFID, geen snellere voorraadcontrole dan met RFID.
Business intelligence De techniek staat voor niets. Kassa’s die automatisch scannen, internetklanten: retailers kunnen over steeds meer data beschikken. Investeringen in (standaardisering van) deze technologie werpen overwegend snel hun vruchten af, zegt Joost van der Laan. Hij heeft al diverse onderzoeken verricht naar derving en de mogelijkheden om verliezen terug te dringen. ‘We zien dat de cijfers van administratieve derving behoorlijk gedrukt worden door technologische vernieuwingen als automatisch bestellen en voorraadregistratie. Retailers die dit invoeren zien algauw een halvering van hun dervingscijfer. Dat geldt ook voor diefstal. Als er sprake is van een goede automatische voorraadregistratie heb je heel snel mogelijke diefstalhaarden in beeld. En kun je dus snel actie ondernemen. Bovendien heb je minder kans op out-of-stocks, zodat er echt sprake is van een win-winsituatie.’
Informatie delen ALCOHOLISCHE DRANKEN COSMETICA EN HUIDVERZORGINGSPRODUCTEN DAMESKLEDING PARFUMS EN DURE LOTIONS SCHEERMESJES DVD’S EN CD’S KINDERKLEDING ACCESSOIRES DESIGN- OF MERKPRODUCTEN DURE EN GESPECIALISEERDE VOEDING (VLEES, KAAS, ZEEVRUCHTEN)
Het goed doorspelen van productinformatie van leverancier naar retailer is essentieel. Joost van der Laan: ‘Vooral bij actieproducten en nieuwe producten zie je hierin nogal eens wat haperingen.’ Als retailers bij acties bijvoorbeeld te weinig actieproducten bestellen, worden ze geconfronteerd met lege schappen en dus derving. Er had meer verkocht kunnen worden. Leveranciers kunnen bij acties met een andere vorm van derving te maken krijgen: overproductie. Retailers nemen de geproduceerde voorraad niet af en de leverancier blijft ermee zitten. Bij nieuwe producten zijn procesfouten vaak de oorzaak van derving. Door onzorgvuldige invoering van nieuwe producten, zoals ontbrekende barcodes, onbekende prijzen of niet-scanbare artikelen bij de kassa, kunnen retailers het product niet verkopen. ‘Leveranciers wachten uit concurrentieoverwegingen liefst zo lang mogelijk met het verstrekken van prijzen en dergelijke, terwijl retailers die informatie een maand van tevoren nodig hebben om het proces goed te laten verlopen’, aldus Joost van der Laan.
Betere controle op en afspraken over retourmaterialen Containers, kratten en boxen maken onderdeel uit van de totale prijs van een artikel. Het probleem is dat ze nogal eens achterblijven en zoekraken. ‘Een onderschatte bron van derving’, aldus Van der Laan.
‘Administreren is de sleutel. Inmiddels zijn er bedrijven die zich helemaal toeleggen op het ophalen en schoonmaken van deze transportmiddelen. Als nieuw onderdeel van de keten.’
IN DE PRAKTIJK: De strijd tegen derving in de verssector Derving in de verssector vindt in de hele keten plaats: de leverancier die te veel produceert, de logistieke dienstverlener die te traag is, de retailer die de spullen te lang in het schap heeft, de consument die te veel heeft gekocht. Concreet betekent dit dat hele bergen voedsel worden weggegooid. Het betekent ook dat de strijd tegen deze derving op vele niveaus kan worden gevoerd. Maar. Het is niet écht een issue in de markt, vertelt Woody Maijers. ‘Het management heeft het er liever niet over. In opleidingen is er geen aandacht voor de verliezen door bederf en afprijzingen. Er is heel weinig samenwerking in de keten om dit aan te pakken.’ Hij verwacht overigens wel dat dat gaat veranderen. Want het past in de huidige tijdgeest van duurzaam consumeren. ‘We zien dat Britse supermarktketens al heel ver zijn op dit vlak. Daar kunnen consumenten op de productverpakking lezen wat de CO2-belasting is. Duurzame consumptie houdt ook in dat je streeft naar weinig afval. Supermarkten spelen daar op in door artikelen aan te bieden in kleinere porties. Het belang van de retailer is dat deze op de lange termijn baat heeft bij een imago van supermarkt die met zijn klanten meedenkt.’ Waar het bij derving in de verssector vooral om draait is tijdwinst. Innovatieve technieken als het toevoegen van gassen en zuren (aan kant-en-klaarproducten) en goede verpakkingen verbeteren de houdbaarheid van verse producten. Dat geeft de logistieke keten meer lucht. Tracking & tracing wordt steeds belangrijker. Een essentiële sleutel daarin is een goede informatievoorziening. Als alle schakels dezelfde barcodering gebruiken en daar steeds informatie aan toevoegen, vereenvoudigt dat de doorloop van producten. Technisch is dit inmiddels geen probleem meer. Het Nature & More-concept is hier een voorbeeld van: op deze producten kunnen consumenten zien waar en hoe hun biologische groente en fruit geteeld en geoogst is.
Balans Derving kost de handel miljarden euro’s. De aanpak van derving is ook niet gratis. De balans tussen de dervingskosten en investeringen in het terugdringen van derving zal in ieder deel van de keten anders doorslaan. Het is afhankelijk van de belangen die men heeft, van de absolute kosten, van de marge op producten. Waar het om draait is het vinden van de beste mogelijkheden om de verliezen te reduceren tegen de laagste kosten. ketens | 01–2008
25
CONNECTING BUSINESS
De EDI | XML Specialist Producten en Diensten: Business 2 Business communicatie Vertaal- en communicatie software Stand-alone oplossingen ERP maatwerk koppelingen Outsourcing Deskundige helpdesk
LWFP FJLK >OJFDDBIQELC ‚ „‡‡‚ B QBBD EB BQEBOI>KAP BIÂ’ Â¸Â ÂŞÂˆÂŤÂ€Â„ ÂŚ  „ ‚„ ˆ >U Â¸Â ÂŞÂˆÂŤÂ€Â„ ÂŚ  „ …€‡ ŒJ>FI P>IBPÂľOLWFPÂ’KI KQBOKBQ TTTÂ’OLWFPÂ’KI
Rozendaal Interchange Systems
ketens_advertenties.indd 26
11-03-2008 10:27:03
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
12-03-2008
12:22
Pagina 27
stelling
De consument kan in de winkel niet snel genoeg vinden wat hij zoekt. reactie
‘Uit ons onderzoek naar keuzestress bij consumenten blijkt dat dit in de supermarkt in het algemeen meevalt. Zeker als je het afzet tegen de aanschaf van complexere producten zoals verzekeringen of mobiele telefonie. Die keuzes hebben ook grotere consequenties. Productkeuze in een supermarkt is in dat licht dus vrij risicoloos en eenvoudig. Klanten kennen het aanbod, hebben een vaste route en kopen vaak dezelfde merken. Ze vinden meestal snel wat ze nodig hebben.
FOTOGRAFIE: HANS VAN DEN HEUVEL TEKST: PETRICK DE KONING
PODIUM
[2]
BERLINDA HARKINK merkenexpert bij MarketResponse
De situatie verandert als de consument nieuwe producten wil proberen of afwisseling zoekt, zoals met snacks en frisdrank. Voor die categorieën geeft 62 procent en 55 procent van de respondenten aan dat er een te grote keuze is. De ervaring leert dat consumenten bij een te groot aanbod van deze producten gaan twijfelen en meer tijd nodig hebben om het juiste product te vinden. Soms besluit men dan om niets te kopen. Te veel keuze kan dus contraproductief werken voor de winkelier.’
ketens | 01–2008
27
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
12-03-2008
12:22
Pagina 28
Category management speelt sleutelrol in het veranderende
Blijf
luisteren naar de consument 28
ketens | 01–2008
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
11-03-2008
09:14
Pagina 29
< <
het gesprek
> >
winkelgedrag Niemand zal tegenspreken dat het winkelgedrag per generatie sterk kan verschillen. En dat het winkelgedrag door nieuwe winkelvormen in sneltreinvaart verandert. Des te geruststellender is de boodschap van Karen Bevan en Gerardine Padbury van IGD: of je nu via de winkelvloer of de webshop goederen verkoopt, de principes van category management blijven gelijk. In goed Engels luidt de essentie: ‘Stay close to your customer’. tekst RUUD SLIERINGS illustratie HAN HOOGERBRUGGE
Het Britse IGD is een internationaal expert op het gebied van voedsel en winkelen, met een goede reputatie op het gebied van consumentenonderzoek. De organisatie is in ruim veertig landen actief, kent fmcg-markten van haver tot gort en publiceert geregeld trendonderzoek. Gerardine Padbury is senior consumer analyst, Karen Bevan head of consumer and category management. Samen schetsen zij een beeld van de min of meer dwingende relatie tussen trends, koopgedrag en retailaanbod.
Snelle bevrediging Je zou verwachten dat het vooral de kloof tussen jong en oud is die de retailer anno 2008 voor problemen stelt. Ouderen zouden nog vooral in de winkel kopen, terwijl jongeren ‘het’ vooral online doen. In grote lijnen is dat misschien zo, maar laten we ons daar vooral niet op blindstaren. Padbury: ‘Waar het jongeren vandaag de dag met name om gaat, is de snelle bevrediging. Bijvoorbeeld muziek. Die kunnen ze gelijk downloaden en à la minute beluisteren. Met levensmiddelen 컄
ketens | 01–2008
29
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
11-03-2008
09:15
Pagina 30
do’s& dont’s Stem je retail- en productaanbod af op de (nieuwe) waarden die voor de consument van belang zijn. Ethiek is een sterk in belang toenemend keuzecriterium: research van IGD toont aan dat 27 procent van de
컄 werkt dat anders. Dan is het nog altijd het snelst om naar de winkel te gaan.’ IGD heeft in 2006 onderzoek gedaan naar het winkelgedrag van jongeren en de mogelijke toekomstscenario’s voor de levensmiddelenbranche: wel of niet online? Padbury: ‘Er was niet veel verschil tussen jong en oud. Ongeveer de helft van de jongeren ziet een combinatie van online en supermarkt. In de groep 25tot 40-jarigen was dat percentage ongeveer gelijk. Wat je ziet is dat ouderen het winkelen beter plannen, jongeren zijn impulsiever. Praat je over levensmiddelen dan kan dat dus een probleem opleveren: in de winkel kun je bedenken wat je ’s avonds wilt eten, online boodschappen doen betekent dat je meer moet plannen.’
consumenten vanwege ethische redenen gestopt is om bepaalde producten te kopen. Zie in dat duurzaamheid een doorslaggevende factor in aankoopbeslissingen is en nog meer zal worden: 44 procent van de consumenten zegt een beslissing te veranderen als daarmee het milieu gediend is, 65 procent is bereid van merk te veranderen als er minder verpakking gebruikt wordt. Tesco heeft zich om die reden ten doel gesteld 25 procent minder verpakkingsmateriaal te gebruiken in 2010. Wal-Mart wil in 2025 compleet ‘afval-neutraal’ zijn. Negeer de gezondheidstrend niet. In veel landen lijdt meer dan 10 procent van de bevolking aan obesitas (in Duitsland en Groot-Brittannië meer dan 20 procent, in de VS meer dan 35 procent). Veel campagnes ter bestrijding van overgewicht richten zich op het verstrekken van informatie op de producten en in de winkel om zo consumenten te ondersteunen bij hun keuze voor gezondere voedingsmiddelen. Meer dan de helft van de consumenten wil, volgens IGD-onderzoek, informatie prominent op de verpakking. Onthoud dat category management een sleutelrol speelt in het begrijpen van veranderend consumentengedrag, in het vertalen van trends naar strategieën voor productontwikkeling, en in het optimaliseren van assortimentpresentaties en schaptactieken. Onderzoek van IGD toont aan dat 86 procent van de category managers langetermijntrends in de categorieplanning betrekken.
30
ketens | 01–2008
Ongemakkelijke ontwikkelingen Een misschien wel belangrijkere breuk met vertrouwde winkelpatronen is het feit dat er meer keuzes komen per productcategorie, en niet de generatiekloof. Padbury: ‘Gezondheidsproducten, maatschappelijk verantwoorde productiewijzen, de mate waarin het milieu gespaard wordt, dat houdt consumenten vandaag de dag bezig. Dat is van alle leeftijden. Krachten van buiten de food-sector hebben daar veel invloed op. De film An Inconvenient Truth van Al Gore bijvoorbeeld, of het groeiende bewustzijn van gezondheidsrisico’s als zwaarlijvigheid en diabetes.’ Dat moeten ‘ongemakkelijke ontwikkelingen’ voor fabrikanten en retailers zijn in het licht van hun category management. Bevan: ‘Ik zou zeggen: het zijn zowel kansen als bedreigingen. Consumenten maken vroeg of laat keuzes tussen de hen bekende producten en producten die ethisch verantwoord zijn geproduceerd of oog hebben voor dierenwelzijn of fair trade. In welke mate is nog niet te voorzien, maar zeker is dat fabrikanten en retailers die daarop inspelen een voorsprong nemen op de concurrentie.’ Dat betekent nogal wat voor het category management: meer keuze, meer variëteit, meer producten. Bevan: ‘Toch verandert er in principe niet zo veel. Category management is een leidraad waarmee je fabrikanten en retailers helpt om het assortiment te bepalen. In essentie gaat het er dus om: begrijp je wat de klant wil? En of dat nu om de breedte van het assortiment gaat, de prijsstelling of bijvoorbeeld het promotiebeleid, category management is niet meer dan een instrument om aan de behoeften tegemoet te komen. Neemt niet weg dat retailers ook keuzes moeten maken: waar leg je de focus? Dat zijn niet altijd gemakkelijke keuzes, maar zoals de consumenten in de winkel hun koers bepalen, zo moeten retailers in hun assortiment de route uitstippelen.’
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
11-03-2008
09:15
Pagina 31
< <
Dit houdt consumenten (en category managers) anno 2008 bezig volgens IGD: Ethiek: is het product
mens- en/of diervriendelijk tot stand gekomen? Productiewijze: is er sprake van bijvoorbeeld ongezonde toevoegingen? Milieu: in hoeverre zijn productie en/of consumptie schadelijk voor het milieu? Gezondheid: draagt consumptie bij tot een gezonder dieet (buiten de deur houden van bijvoorbeeld obesitas of diabetes)? Gemak: vindt de consument wat hij zoekt, van ingrediënt tot en met kant-en-klaar? Tijd: kan de consument op elk gewenst moment boodschappen doen? Verkoopkanaal: kan de consument boodschappen doen via het kanaal dat hij wil?
Website als winkelvloer Het zou goed kunnen dat die route in toenemende mate over de elektronische snelweg loopt. Want ook al zal webwinkelen nooit het ‘live’ winkelen verdrijven, feit is dat door de hoge penetratie van breedband het de consument steeds gemakkelijker wordt gemaakt om thuis achter de computer te shoppen. De fabrikant of retailer die dit als een kans ziet – wat het volgens Bevan zeker is – heeft er een communicatie- of verkoopkanaal bij. En zo moeilijk is het vanuit de optiek van category management niet, want volgens Bevan gelden dezelfde uitgangspunten: ‘Net als in de winkel is category management ook voor online shopping leidraad. Je website is feitelijk je winkelvloer. Begrijp wat je klanten willen en bedien hen zo gebruiksvriendelijk mogelijk. Dat zal in veel gevallen betekenen dat je producten anders moet groeperen: wat op het fysieke schap verschillende categorieën zijn, kun je online meer clusteren. Dat zie ik als een kans, want je kunt bijvoorbeeld een Chinese of lunchtijdsectie maken, of fair trade- of milieuvriendelijke pagina’s inrichten. Dat is het voordeel van een website: je kunt je assortiment op veel verschillende manieren aanbieden.’ Een ander groot voordeel van internet is dat je extra’s kunt bieden. Recepten bijvoorbeeld, desgewenst gekoppeld aan boodschappenlijstjes. Bevan: ‘Je kunt ongelofelijk veel dingen samenbrengen, combinaties maken, suggesties geven, kant-en-klaremaaltijden voorstellen. En ja, dat is iets wat momenteel jongeren meer aanspreekt dan ouderen, vooral vanwege het gemak dat het brengt.’ Blijft de vraag of fabrikanten en retailers die gewend zijn aan schappen en winkelvloeren, de stap naar online category management kunnen zetten. De principes mogen gelijk zijn, de technieken en tools zijn anders. Bevan: ‘Dat is een forse uitdaging. Maar een hele kansrijke die je extra voordeel kan brengen. Bedenk ook dat je online bijvoorbeeld het zoekgedrag van consumenten kunt volgen, terwijl je dat in de winkel niet of nauwelijks kunt. Door gebruikmaking van internet kun je je assortiment dus beter afstemmen op de behoefte.’ Heldere strategie Een klacht die nog wel eens gehoord wordt, is dat consumenten mede door al die kanalen
het
gesprek
> >
steeds meer onvoorspelbaar worden in hun koopgedrag. Bevan relativeert: ‘Tja, dat zijn trends. Elke consument is in zekere zin onvoorspelbaar als het gaat om zijn dagelijkse doen en laten. Wat je moet doen om niet al te veel verrast te worden, is de trends volgen en je daarop voorbereiden. Wij benadrukken voortdurend de principes: begrijp wat er gaande is in de maatschappij, wees helder in je strategie en train je mensen. Ontdek waar de kansen liggen, zie in dat jouw klant toegang heeft tot talloze communities en dus over een enorme schat aan informatie kan beschikken. Zorg dat je daarbij aansluit.’ Padbury: ‘Sluit aan bij de consument en focus niet alleen op bepaalde generaties, want mensen handelen lang niet altijd zoals verwacht en conform hun leeftijd.’ Wat volgens Bevan vooral not done is, is op veel paarden tegelijk wedden: ‘Sta open voor nieuwe ideeën en veranderingen, maar maak ook duidelijke keuzes. Dat is de essentie. Als je dat in de vingers hebt, wordt het steeds duidelijker wat klanten van je willen, en is het steeds beter mogelijk om daar je strategie op af te stemmen.’
ketens | 01–2008
31
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
12-03-2008
12:22
Pagina 32
Agenda
Opfrisser Een verklaring van de in deze Ketens gebruikte vaktermen.
9 APRIL
What’s going on in retailing?!, NBC, Nieuwegein Hét congres waar beslissers binnen de food en non-food zich op de hoogte kunnen stellen over actuele thema’s in de retailwereld. Topsprekers uit binnen-en buitenland behandelen hot items als productvernieuwing, duurzaam ondernemen, online retailing en consumer insight. Ook krijgt de retailer die in 2007 de beste aansluiting bij de klant heeft gevonden, tijdens het congres de ‘Re-connect’ Retail Award uitgereikt. www.retailing.nl 21 MEI
7de Nationaal Supply Chain Management Congres & Expo, Spant!, Bussum ‘Innovatieve toepassingen in supply chain management’ is dit jaar het centrale thema. Onderwerpen als smart supply chains, supply chain als mensenwerk, risk management en ICT-toepassingen passeren de revue. Naast de plenaire sessies is er ook een parallel gedeelte over inkoop, productie, distributie en sustainable logistics. www.scmcongres.nl
Category management Fabrikanten en retailers bundelen hun kennis over de wensen van consumenten en richten zich daarbij op een categorie van producten door de hele keten heen. Het doel is om een optimale samenstelling van de categorie te bepalen die maximale waarde heeft voor de consument. Hierbij wordt gekeken naar assortiment, acties en productintroducties.
Data mining Het analyseren van de kassatransacties om voorraadgerelateerde verliezen in kaart te brengen.
Line level shrinkage reporting Het in kaart brengen van het percentage derving op productniveau om de meest risicovolle producten en leveranciers te identificeren.
Multiformat retailing Retailers passen het marketingbeleid aan het winkelformat aan in plaats van een uniform beleid te hanteren onafhankelijk hiervan.
Pull-logistiek De retailer plaatst bestellingen bij de leverancier op basis van productverkoop. Zodra de voorraad van een bepaald product opraakt, wordt er bijbesteld.
Push-logistiek
27 – 29 MEI
ECR Europe Forum & Marketplace, ICC, Berlijn De dertiende editie van dit congres draait om shopping value. Hiermee gaan de organisatoren terug naar de basisprincipes van ECR: de consument beter, sneller en tegen lagere kosten bedienen. Deskundigen uit de wereld van de fast moving consumer goods vertellen u wat shopping value precies inhoudt en hoe u deze creëert, behoudt en verbetert ten behoeve van de consument. U bent in één keer op de hoogte van de laatste ontwikkelingen op ECR-gebied. www.ecrnet.org
32
ketens | 01–2008
De retailer bestelt een vaste hoeveelheid van een bepaald product bij de leverancier, los van productverkoop. Wanneer deze artikelen geleverd worden, is daarmee in principe het proces compleet.
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
10-03-2008
16:49
Pagina 33
stelling
De consument kan in de winkel niet snel genoeg vinden wat hij zoekt. reactie
‘Deze stelling klopt zeker als het gaat om de supermarkt in mijn buurt. Die is in mijn ogen onlogisch ingedeeld. Het gros van de producten ligt op merk en niet op soort product. Als ik de prijs van bijvoorbeeld bami wil vergelijken, moet ik soms wel in drie verschillende rijen zoeken. Dat kost veel tijd, terwijl ik juist snel boodschappen wil doen.
FOTOGRAFIE: HANS VAN DEN HEUVEL TEKST: PETRICK DE KONING
PODIUM
[3]
PETRA DORENSTOUTER consument Ook vind ik de vaste winkelindeling die met groente begint, onpraktisch. Ik wil eerst de zwaardere producten zoals literpakken zuivel en flessen frisdrank in mijn karretje kunnen zetten. Dat beperkt de kans dat groente en fruit in de kar beschadigen. Een ander punt dat het zoeken bemoeilijkt, is het gebrek aan wegwijzers. Al met al ben ik van mening dat het consumenten bepaald niet makkelijk wordt gemaakt om even snel boodschappen te doen. Maar dat is misschien ook wel de bedoeling... ’
ketens | 01–2008
33
Een scherp handboek Category Management J O U W C AT E G O R I E ALS SMAAKMAKER
Category Management is een sleutelproces in retail en groeit uit tot een vak. Het boek ‘een scherp handboek Category Management’ is gebaseerd op de kennis en ervaring van tien jaar Category Management in Nederland. Het boek dient als introductie en leidraad voor category managers en mensen uit andere disciplines die met Category Management te maken krijgen.
Een scherp handboek Category Management
Bestel nu het boek Category Management Het boek kost € 42,50 exclusief verzendkosten.
JA N - W I L L E M G R I E V INK E M B R E C H T VA N G ROESEN
U kunt het boek bestellen via www.gs1.nl Plaatsing_Adv_4_2007.indd 38
06-12-2007 20:38:11
Ketens_0108_DEF:GS1-2carla
12-03-2008
12:22
Pagina 35
Column
De Russen waren prettig voorspelbaar
De Koude Oorlog was vanuit logistiek oogpunt een rustige periode. De vijand was bekend en als er een aanval zou komen, was dat vanuit het oosten. Je kon zelfs bij benadering bepalen waar de schermutselingen dan plaats zouden vinden. Kortom, logistiek met een hoge mate van voorspelbaarheid. Die situatie is inmiddels compleet anders. Allereerst zijn we op meerdere fronten actief en nemen we nu veel meer mee. Gemiddeld een zeecontainer per soldaat. Daardoor is op locatie ook veel meer – kwetsbare – voorraad. Bovendien moeten we sneller ter plaatse zijn. Waar we voorheen honderd dagen voor nodig hadden, moet nu binnen vijf dagen gerealiseerd zijn. Het is een hele klus om de logistieke footprint zo klein mogelijk te houden. Zeker als je bedenkt dat de concurrentie letterlijk moordend kan zijn.
Complex De variëteit, snelheid en onvoorspelbaarheid van defensieoperaties maken de logistiek nogal complex. Daarbij ligt der-
ving op de loer. Een aspect is de houdbaarheid van materiaal onder extreme omstandigheden. En dan gaat het niet alleen om voedsel. Hoewel een noodrantsoen dat te lang aan hitte wordt blootgesteld in plaats van jaren nog maar een paar maanden houdbaar is. Ook ander materiaal heeft een houdbaarheidsdatum. Zo moeten scherfwerende vesten en gasmaskers jaarlijks gekeurd worden. Dat vraagt om een scherpe planning en alert ketenmanagement. Waar mogelijk benutten we daarbij de kennis van leveranciers via collaborative planning. Zo koppelen we het aantal vlieguren van een F-16 of helikopter aan de benodigde reserveonderdelen. Op basis van die informatie is veel beter in te schatten welke onderdelen in ieder geval mee op missie moeten. Of welke onderdelen missiepartners meenemen. Dat alles ondersteunt de vijf P’s van defensielogistiek: Perfect Preparation Prevents Poor Performance.
Vlieguren Samenwerking betekent ook leveranciers laten meekijken in de defensieketen. Soms is het zelfs slimmer om delen van het proces uit te besteden. Een goed voorbeeld is de bevoorrading en bereiding van maaltijden. In Afghanistan is dat momenteel uitbesteed aan een externe partij. Daarmee doet performance-based logistics zijn intrede. De betaling is dan op beschikbaarheid gebaseerd, bijvoorbeeld in vlieguren van
een helikopter of draaiuren van een scheepsmotor. De leverancier neemt een deel van de keten- en voorraadverantwoordelijkheid over. De concrete locatie van voorraad is ook van belang. Juist bij gelijktijdige internationale missies is de vraag waar voorraad zich in de keten bevindt cruciaal. Met tracking & tracing en situational awareness is de bevoorrading aanzienlijk efficiënter te maken. Dan kun je een specifieke lading prioriteit geven en sneller leveren. RFID is een praktisch hulpmiddel dat al verdergaat dan alleen het lokaliseren van voorraad. De beschikbaarheid van informatie over omstandigheden, zoals temperatuur van noodrantsoenen tijdens vervoer of de gevoeligheid van munitie, is zeer bruikbaar. We noemen dat sense & respond logistics.
Mens beslist Technologische innovaties zorgen voor ontzettend veel keteninformatie. Maar juist bij defensie blijft de mens een cruciale schakel. Hij of zij moet beslissen op basis van de beschikbare informatie. En zeker in een situatie waarin de vijand niet meer per definitie uit het oosten komt. Het ontbreken van informatie bij een militaire operatie heeft verstrekkende gevolgen. Dat gaat verder dan een leeg schap in de winkel. Walther Ploos van Amstel is hoogleraar logistiek aan de Nederlandse Defensie Academie
COLOFON
Ketens is een initiatief van GS1 Nederland. Dit magazine vormt een platform voor discussies en informatie over samenwerking binnen de keten. Het magazine wordt vier keer per jaar gratis verspreid onder beslissers. UITGEVER GS1 Nederland PRODUCTIE EN REALISATIE Scripta Media bv REDACTIE Frits van den Bos, Irma Dorenstouter, Inez Evers, Embrecht van Groesen, Jolanda van Heukelom, Marco van der Lee, Kasper Marinus, Rob Oosterhof, Jacques Vermeulen, Friso van Weelden, Monetta Wuring VORMGEVING Carla Goossens Marc van Meurs MET MEDEWERKING VAN Evelyn Jongman, Ted Konings, Petrick de Koning, Jacqueline Kuipers, Ruud Slierings, Paula Vos BEELD Martin Dijkstra, Hans van den Heuvel, Han Hoogerbrugge, Johan Kleinjan, Erik Kriek, Zoltan Koraï, Rik van Schagen, Kato Tan, Hollandse Hoogte, Spaarnestad Photo LITHOGRAFIE Grafimedia Amsterdam DRUKWERK Loodswerk ADVERTENTIE-EXPLOITATIE: ImagePress BV, Kim Taris
ketens | 01–2008
35
Connecting business, creating value
www.gs1.nl
Plaatsing_Adv_4_2007.indd 40
06-12-2007 18:57:14