Zorgalert nr.3 2008

Page 1

Het magazine van CenE Bankiers NUMMER 3 2008

JET BUSSEMAKER

De toekomst van de AWBZ VisionClinics: Succesvol privaat initiatief Orthodontisten worden massaal tandarts De laatste keer: Visie van Hanso Idzerda ZorgAlert_0308.indd 1

Voor professionals in de medische sector 28-10-2008 11:08:50


FOTOGRAFIE: DE BEELDREDAKTIE/VINCENT BOON

COLOFON UITGEVER CenE Bankiers Herculesplein 5 3584 AA Utrecht www.cenebankiers.nl CONCEPT EN REALISATIE Scripta Media, Amsterdam ARTDIRECTION / VORMGEVING Trudy Bruil, Utrecht LITHOGRAFIE Grafimedia Amsterdam DRUKWERK WC den Ouden REDACTIE Jan Bakker, Jeroen Dekker, Resi Kösters, Suzanne Kroot, Kasper Marinus, Stephan van de Vusse, Peter van Vuuren en Karin Willems PERSCONTACT Etienne te Brake Tel.: (073) 548 30 26 E-mail: E.teBrake@vanlanschot.com

ZorgAlert wordt toegestuurd aan relaties van CenE Bankiers. De artikelen in ZorgAlert worden geschreven door onafhankelijke, gespecialiseerde journalisten. Bij de productie van het magazine wordt door uitgever en producent uiterste zorgvuldigheid nagestreefd. CenE Bankiers is een handelsnaam van F. van Lanschot Bankiers NV gevestigd te ’s-Hertogenbosch, Handelsregister 16038212. Beide zijn echter niet aansprakelijk voor onjuistheden in het blad. ISSN 1574-1524

Z

oals altijd is ZorgAlert gericht op mensen en ontwikkelingen in de gezondheidszorg. In de regel hebben de ontwikkelingen in de financiële sector een lagere human interest nieuwswaarde dan die in de zorg. Het zijn echter dermate bijzondere tijden in onze financiële wereld dat nu eens banken midden in het nieuws staan. Voor een visie op de financiële wereld verwijs ik naar de bijdrage van Michel van der Stee, economisch strateeg van Van Lanschot Bankiers. Zijn blik op de materie is helder en scherp, maar wellicht gedeeltelijk achterhaald. De ene actualiteit volgt de andere immers in rap tempo op. Terug naar de kern van ZorgAlert. Wij zijn verheugd met de tijd en moeite die staatssecretaris mevrouw Bussemaker heeft genomen om onze vragen over de toekomst van de Care te beantwoorden. De openheid waarmee de staatssecretaris onze prangende vragen beantwoordt, dwingt respect af. Het resultaat is een lezenswaardig en bijzonder informatief tweegesprek. Verder neemt Michiel Luger ons mee in de wereld van VisionClinics, een van de succesverhalen in de private zorg. Nico Heerkens en Henk Buurma laten zien dat de consistente hoogwaardige uitvoering van het vak van orthodontist respectievelijk apotheker het antwoord is op alle tariefdiscussies. Ten slotte geeft Hanso Idzerda zijn mening over marktwerking in de zorg ter afsluiting van zijn jarenlange ervaring als bankier in de gezondheidszorg. Veel leesplezier! Stephan van de Vusse,

Directeur CenE Bankiers

4 INTERVIEW JET BUSSEMAKER CenE Bankiers-directeur Stephan van de Vusse in gesprek met de staatssecretaris van VWS.

8 VISIONCLINICS De snelle ontwikkelingen in de wereld van ooglaseren en lensimplanteren is soms onnavolgbaar.

12 WEER MASSAAL TANDARTS Orthodontisten die zich uit het specialistenregister schrijven en als tandarts-orthodontologen door het leven gaan. Het is aan de orde van de dag. Voor Nico Merkens de enige optie om het hoge niveau van zijn behandelingen te handhaven.

14 IDEALIST IN APOTHEKERSLAND In een tijd dat apothekers naar eigen zeggen het hoofd financieel amper boven water kunnen houden, klinkt er vanuit Henk Buurma een andere roep: kwaliteit boven alles.

20 ZORGMANAGEMENT COMPETITIE Op 11 december wordt de finale van de eerste Nationale Zorgmanagement Competitie gespeeld. Wat behelst dit simulatiespel?

21 PERSOONLIJK Tandarts Bert Veldhuis ging zijn jongensdroom achterna en neemt nu deel aan klimexpedities.

2

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd 2

23-10-2008 09:47:43


INHOUD Het magazine van CenE Bankiers ZorgAlert, nummer 3 2008

22 WENEN Zenuwarts en psychiater Sigmund Freud is waarschijnlijk de bekendste medicus die Wenen heeft gekend. Maar er is meer dan het roemrijke Weense Allgemeines Krankenhaus in de hoofdstad van Oostenrijk. ZorgAlert zet de mooiste plekjes op een rij.

28 DYSLEXIE VINDT ERKENNING Jarenlang werkte Michel Ekkebus aan de erkenning van dyslexie: het is een aandoening die behandeld kan worden, constateerde hij. Per 1 januari 2009 wordt een behandeling van dyslexie opgenomen in het basispakket van de ziektekostenverzekering.

32 AFSCHEID VAN 4 12

28

HANSO IDZERDA Op 1 oktober nam Hanso Idzerda afscheid als lid van de raad van bestuur van Van Lanschot Bankiers. Voor de laatste keer geeft hij zijn visie op de financiële ontwikkelingen in de zorg. ‘Financierbaarheid is niet langer vanzelfsprekend.’

34 HERORIËNTATIE VAN DE ZORG Ziekenhuisbestuurders en andere hoofdpersonen in de medische wereld kwamen op 3 oktober bij CenE Bankiers in Utrecht bijeen om te filosoferen over de heroriëntatie van de zorg in ziekenhuizen. Een terugblik in beeld.

EN VERDER 11, 31 Voor u geselecteerd 17 Korte berichten 18 Beleggingsvisie Van Lanschot Bankiers 35 Column ZorgAlert 3 ZorgAlert_0308.indd 3

28-10-2008 11:09:38


INTERVIEW FOTOGRAFIE: HOLLANDSE HOOGTE

Staatssecretaris Jet Bussemaker aan het woord

‘De professional moet weer DEEL 1 ONTWIKKELING EERSTELIJNSZORG EN THUISZORG

rijk dat de cliënt zo veel mogelijk regie houdt over de benodigde zorg, zodat hij zijn zelfstandigheid en leefstijl zo veel mogelijk behoudt. Ik zie dat terug in succesvolle ontwikkelingen, zoals Buurtzorg en het Transitieprogramma in de Langdurige Zorg.’

Stephan van de Vusse: Uw beleid is ondermeer gericht op extramuralisering, waaronder de scheiding van wonen en zorg voor mensen met somatische beperkingen en lichamelijk en zintuiglijk gehandicapten. Daartoe is de ontwikkeling van de eerstelijnszorg en van de thuiszorg noodzakelijk. Hoe ziet u deze ontwikkeling gestalte krijgen, juist nu veel thuiszorgorganisaties in financieel zwaar weer zitten?

Hoe wordt die professionalisering verder gevoed?

‘Extramuralisering is gericht op het vergroten van keuzevrijheid als het om zorg gaat, maar ook om diversiteit in wonen. Uitgangspunt is dat de kwaliteit van de zorg voor iedereen goed en gelijk is. Het financieel scheiden van wonen en zorg komt de diversiteit in wonen ten goede. In de praktijk zien we dit concreet terug in het programma Volledig Pakket Thuis, maar ook in de stimulering van meer zorggeschikte woningen in de wijk. Het wordt daardoor in de toekomst voor meer mensen die zorg nodig hebben mogelijk om in de eigen woning en de eigen vertrouwde omgeving zorg te krijgen. Het volledige pakket aan zorg zoals dat nu intramuraal wordt geboden, varierend van bijvoorbeeld hulp bij het huishouden en gezinsverzorging tot verpleeghulp, kan veelal ook in de eigen thuissituatie worden georganiseerd.’

‘In de opleidingen zou meer aandacht moeten worden besteed aan een duidelijkere positie van de professional. Helderheid komt ook de thuiszorg ten goede in de relatie met de huisarts.’ U spreekt regelmatig over de ketenrelatie met de curesector als u over de thuiszorg praat: welke beleidsprogramma’s dragen specifiek bij aan het toenemende aantal zorgbehoevende ouderen en oudere ouderen?

‘Het door ZonMw [Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie red.] uitgevoerde Nationaal Programma Ouderenzorg richt zich op effectievere diagnostiek ten aanzien van ouderen met meer aandoeningen, experimenten om geriatrische zorg beter vorm te geven en ontwikkeling van kennis en brede verspreiding van deze kennis. Op grond van allerlei innovatieve ontwikkelingen, onder andere op het terrein van zorg op afstand, verwacht ik overigens dat de plaatsonafhankelijkheid van zorg sterk zal toenemen en dat het onderscheid intra- en extramurale zorg uit de tijd zal raken.’

Welke belemmering ziet u in de branche?

‘De branche heeft zich de afgelopen jaren sterk geprofessionaliseerd. De verschillende werksoorten, zoals bijvoorbeeld verpleeghulp, gezinsverzorging en hulp bij het huishouden, zijn nu vaak samengebracht binnen één grote organisatie. Dat brengt risico’s met zich mee. Een fusiegolf heeft tot nog grotere (thuis)zorgorganisaties geleid en daarnaast tot verregaande arbeidsverdeling en een uitgebreide managementlaag binnen deze organisaties. Deze ontwikkelingen kunnen ten koste gaan van de mogelijkheid om zorg goed af te stemmen op de individuele cliënt en op elementen waar professionals hun werkplezier aan ontlenen.’

‘Een deel zal nog van de nacalculatie profiteren’

Hoe zou u dit kunnen verbeteren?

Stephan van de Vusse: Het bouwregime voor de AWBZ-instellingen vervalt. Dit jaar worden nog ruim duizend vergunningen afgegeven, met name voor capaciteitsuitbreiding in de GGZ, gehandicaptenzorg en de Verpleging en Verzorging. Na gereedkoming hiervan, vallen deze initiatieven in 2011 onder het regime van integrale tarieven, waarbij instellingen verantwoordelijk zijn voor de huisvesting. Is op deze vergunningen een overgangs- cq. ingroeitraject van toepassing? Welke mate van vrijheid krijgen zorginstellingen om te differentiëren op de woonkwaliteit en prijs (waarbij meerkosten niet ten laste hoeven te worden gebracht van de collectief opgebrachte premie)?

‘Het vergroten van de professionele autonomie zie ik als een belangrijke kans om de ontwikkeling van de thuiszorg in een positieve richting te buigen. Dit vergroot het werkplezier voor de professional, die weer meer ruimte krijgt om op basis van best practices per cliënt voor een aanpak te kiezen. Zo kan kleinschalig en territoriaal worden gewerkt, maatwerk eenvoudiger tot stand worden gebracht en kan de managementlaag dunner worden.’ Waar moet die professionelere inbreng toe leiden?

‘De cliënt en zijn behoeften dienen centraal te staan in het zorgproces. Het is belang-

4

DEEL 2 DE TOEKOMST VAN DE AWBZ

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd Sec2:4

22-10-2008 18:19:16


De toekomst van de AWBZ staat momenteel onophoudelijk in de schijnwerpers. Evenals de zorgkantoren en innovaties in de sector. CenE Bankiers-directeur Stephan van de Vusse stelde de verantwoordelijke staatssecretaris (VWS) Jet Bussemaker kort na Prinsjesdag een reeks prangende vragen. Het hoe en waarom achter de keuzes van Den Haag.

meer ruimte krijgen’

Jet Bussemaker

ZorgAlert 5 ZorgAlert_0308.indd 5

23-10-2008 09:51:58


Scherpe, resultaatgerichte ‘Inderdaad ben ik voornemens het bouwregime met ingang van 1 januari 2009 te laten vervallen. Ik doe dat vooruitlopend op de introductie in 2011 van integrale zorgzwaartebekostiging. Dat is de volgende stap na de invoering van de zorgzwaartepakketten per 1 januari 2009. In het nieuwe systeem krijgen instellingen geen geld voor de beschikbare capaciteit, maar voor de geleverde prestatie per cliënt. De hoogte van het beschikbare bedrag per cliënt wordt bepaald aan de hand van de zorgzwaarte van de cliënt. Van het zorgzwaartepakket maken dan zowel de zorg- als de huisvestingslasten onderdeel uit. Tot die tijd wordt door de NZa nog nagecalculeerd op de kapitaallasten. Tegelijkertijd heb ik eerder dit jaar een omvangrijk bouwprogramma voor de langdurige zorg vastgesteld. Van dat programma zullen vanaf nu gefaseerd – de kleine projecten zullen het snelst tot realisatie komen, de omvangrijke pas na de introductie van integrale tarieven – projecten gereedkomen. Een deel zal dus nog van nacalculatie kunnen “profiteren” gedurende een korte periode, een groter deel zal dat in tijd geredeneerd, niet redden.’ De introductie van de integrale tarieven in 2011 behoeft enige voorbereiding: wat gaat u doen?

‘Dat klopt. Ik vraag op korte termijn aan de NZa voor mij tarieven te berekenen waarmee instellingen, los van de vraag of zij voldoende productieafspraken kunnen maken voor hun capaciteit, in principe in staat zijn hun betalingsverplichtingen aan de hypotheekverstrekkers te voldoen.’ Wat zijn voor u de belangrijkste uitgangspunten van die tarieven?

‘Daarover beraad ik mij op dit moment nog. Ik betrek in die overwegingen mijn beleidsinitiatieven voor het scheiden van wonen en zorg en de bredere inzet van het Volledig Pakket Thuis, als ook de reeds langer ingezette trend van de extramuralisering. Overigens betekent de afschaffing van het bouwregime meteen al dat aanbieders niet langer gehouden zijn bij het opstellen van hun bouwplannen rekening te houden met van overheidswege vastgestelde eisen aan de vormgeving. Behalve het Bouwbesluit van VROM, dat geldt onverkort.’ Wat adviseert u initiatiefnemers?

‘Zij doen er in ieder geval goed aan aandachtig te luisteren naar de wensen van huidige en toekomstige cliënten en zij moeten ook vooral nadenken over de restwaarde van hun gebouwen na de gebruiksduur als zorginstellingen. Instellingen hebben ruimte en vrijheid om over de woonkwaliteit en prijs na te denken, maar de investeringen die zij doen zullen wel gedekt moeten worden uit hun inkomsten. Ook geldverstrekkers zullen zekerheden willen en daarvoor moet een goed plan onder de investeringen liggen. Eigen betalingen voor zorggerelateerde zaken zijn

6

in mijn opvatting aanvaardbaar en geven de instellingen armslag voor het bereiken van een hoger kwaliteitsniveau.’

‘Ik wil naar een cliëntgerichte uitvoering van de AWBZ’ DEEL 3 BEHOUD VAN ZORGKANTOREN Stephan van de Vusse: De aanwijzing van zorgkantoren loopt per 2009 af. Het zorgkantoor wordt door zorgaanbieders vaak ervaren als een instituut dat niet echt meer past in het huidige stelsel. Toch wordt de aanwijzing van zorgkantoren met drie jaren verlengd. Het gevaar is dat de sector met een complexer en administratief belastend model moet gaan werken. Wat zijn de keuzes achter het behoud van het zorgkantoor en hoe ziet u de werking van het zorgkantoor de komende jaren?

‘Ik wil naar een cliëntgerichte uitvoering van de AWBZ. We zijn nog niet toe aan het afschaffen van zorgkantoren, omdat we nog geen cliëntvolgend financieel systeem hebben en ook de AWBZ-aanspraken niet glashelder zijn. Met de zorgverzekeraars en zorgkantoren zijn scherpe, op resultaten gerichte afspraken gemaakt die moeten stimuleren tot vernieuwing in de AWBZ.’ Waar doelt u op?

‘Bijvoorbeeld dat zorgkantoren aanspreekpunt zijn voor de AWBZ-verzekerden, zorgaanbieders en gemeenten in de regio, mede gelet op de wenselijke ketenzorg voor bepaalde doelgroepen en de afbakening en samenhang met aan de AWBZ rakende gebieden van maatschappelijke zorg daarbij.’ Hoe ziet dat er concreet uit?

‘Het zorgkantoor zal verzekerden en zorgaanbieders en gemeenten informeren over de wijze waarop een en ander wordt georganiseerd. Daarbij zal het zorgkantoor het inkoopbeleid en de informatievoorziening voor verzekerden afstemmen op de regionale behoefte. Ook zullen zorgkantoren onnodige informatie-uitvraag bij zorgaanbieders voorkomen. Een goed voorbeeld hiervan is de wijze waarop de keten zich heeft georganiseerd bij de zorg voor mensen met dementie.’ De AWBZ blijft dus bestaan?

‘Ja. De Sociaal-Economische Raad heeft in een advies over de toekomst van de AWBZ

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd 6

23-10-2008 09:56:26


afspraken ‘Ik bestrijd dat mijn beleid terughoudend is’ DEEL 4 INNOVATIEF VERSUS TERUGHOUDENDHEID Stephan van de Vusse: De vernieuwing in het zorgstelsel leidt tot initiatieven van bestaande maar ook tot de toetreding van nieuwe partijen. De zorgaanbieders ervaren vaak een ambivalente houding vanuit Den Haag en de NZa ten opzichte van de nieuwe initiatieven. Enerzijds wordt innovatie gewaardeerd, anderzijds voelt men terughoudendheid om een stabiel klimaat voor nieuwe initiatieven te scheppen. Is dit een beeld dat u herkent en welke zekerheden kunt u deze initiatiefnemers aanreiken?

aangegeven te verwachten dat er op termijn voor grote cliëntengroepen veel winst is te behalen als dat gebeurt. Dan heb ik het over: kwaliteit, samenhang van zorg en doelmatigheid.’ Dat is niet zomaar geregeld.

‘Nee, hiervoor moet eerst een aantal voorwaarden worden ingevuld. Daarbij gaat het om de introductie van risicodragendheid voor de verzekeraars, persoonsvolgende in plaats van instellingsgerichte bekostiging, stabiele tarieven voor de zorgverlening en administraties en declaraties op individueel cliëntniveau.’ U zet daarbij in op zorgverzekeraars die zelf aan de slag gaan met de voorbereiding van de uitvoering van de AWBZ voor eigen klanten?

‘Ja, ik verwacht dat de zorgverzekeraars en zorgkantoren voor eigen verzekerden maatregelen uitvoeren die ik randvoorwaardelijk acht voor een cliëntgerichte uitvoering van de AWBZ. Aan de hand van de ervaringen bij de invoering van de maatregelen wil ik over twee jaar bezien of aan de voorwaarden is voldaan om een verandering in de uitvoering door te voeren.’

‘Dat zorgaanbieders de houding vanuit “Den Haag” als ambivalent ervaren, hoor ik wel vaker. Maar ik bestrijd dat mijn beleid terughoudend is. Ik heb de eerste stappen gezet om in het zorgstelsel een duidelijker plaats in te ruimen voor innovaties en de onzekerheden en risico’s die daar onlosmakelijk aan verbonden zijn. Dit jaar is in mijn opdracht de NZa-beleidsregel innovatie uitgebreid tot de AWBZ en voorzien van een geoormerkt innovatiebudget. De mogelijkheden van instellingen en zorgverzekeraars om daarmee te experimenteren zijn vergroot. Het eerder genoemde Transitieprogamma in de Langdurige Zorg en het Programma Ouderenzorg richten zich met experimenten eveneens op zorginnovaties en zorgverbeteringen. Vanwege de kwetsbare positie van cliënten moet je tijd nemen voor de invoering van veranderingen. Er zijn tal van mogelijkheden voor innovatie, maar instellingen krijgen geen blanco cheque. Laat ze vooral bewijzen wat ze kunnen, want er zijn zo veel mogelijkheden.’ Zekerheid dat deze innovaties altijd in het reguliere beleid worden opgenomen is er niet.

‘Dat kan ook niet. Die garanties wil ik ook niet geven. Innovaties zullen zich eerst in experimenten moeten bewijzen. De zekerheid die initiatiefnemers wel hebben is het commitment van dit kabinet om ook op lange termijn te kunnen voorzien in de zorgvraag van kwetsbare burgers.’ 왏

ZorgAlert 7 ZorgAlert_0308.indd 7

28-10-2008 11:11:29


VISIONCLINICS TEKST: ARNOUD KLUITERS FOTOGRAFIE: VISIONCLINICS

‘Je moet uitgaan van het

A

fgelopen zomer verscheen een man op het spreekuur van oogarts Michiel Luger. Niet voor de eerste keer, vier jaar geleden was hij ook al eens langs geweest om zijn ogen te laten laseren. Tot zijn grote teleurstelling had Luger zijn verzoek afgewezen: met een oogsterkte van minus 7 en een cilinder van 2,5 was laseren niet mogelijk. ‘Maar een lens implanteren kan ik wel, als u dat wilt’, had Luger hem nog meegegeven als stof tot nadenken. Vier jaar lang had hij erover nagedacht. Vier jaar lang gehuiverd, getwijfeld. Maar na het inwinnen van veel informatie was hij er nu wel klaar voor. En wat verkondigde de oogarts dit keer doodleuk: ‘Inmiddels kan ik uw ogen wél laseren, als u daar nog behoefte aan heeft...’

Het voorbeeld is typerend voor de snelle ontwikkelingen in de wereld van de refractiechirurgie. In de volksmond beter bekend als ooglaseren en lensimplanteren. Luger: ‘De man had me vol ongeloof aangestaard. Na alles wat hij erover gelezen had? Na alle emoties? Nadat ik hem eerst had afgewezen, opende ik nu opeens wel de deuren? Na enige uitleg ging hij snel overstag. Laaiend enthousiast loopt hij nu rond.’ Behalve oogarts is Michiel Luger medisch directeur van VisionClinics. Hij was in 1999 een van de medeoprichters van het bedrijf. Intussen zijn er zes vestigingen in het land en heeft VisionClinics zich ontwikkeld tot marktleider met 7000 behandelingen per jaar. Landelijk zijn dit er ongeveer 30.000, verspreid over enkele tientallen ooglaserklinieken en ziekenhuizen. De voortvarende groei van het bedrijf en nieuwe behandelingstechnieken hebben VisionClinics min of meer gedwongen om dit jaar het roer om te gooien. ‘We zijn niet alleen zelf aanzienlijk groter geworden in het afgelopen decennium, de markt dijt ook

VISIONCLINICS IN EEN NOTENDOP 1999 Oprichting VisionClinics door Michiel Luger en Jaap Maljers. Eerste vestiging geopend op Rotterdam Airport. VisionClinics was de eerste kliniek die zich full-time bezighield met ooglaserbehandelingen en contactlensimplantaties. 2000 Opening VisionClinics Amsterdam 2001 Opening VisionClinics Bussum 2003 Verhuizing vestiging Rotterdam naar Delft 2003 Opening VisionClinics Velp 2003 Consumentenbond beoordeelt VisionClinics als beste ooglaserkliniek in Nederland 2004 Opening VisionClinics in Zwolle en Den Bosch 2007 Consumentenbond beoordeelt VisionClinics opnieuw als ‘zeer goed’ 2008 Opening VisionClinics in Utrecht

8

steeds verder uit. De grenzen zijn nog lang niet bereikt. Het zou me niet verbazen als over enkele jaren jaarlijks 100.000 mensen refractiechirurgie ondergaan. De vraag ernaar is gigantisch’, aldus Luger.

Slechte reclame Kwaliteit heeft bij ons altijd bovenaan gestaan, zegt de oogarts. ‘En enthousiasme! We hebben vanaf de start in 1999 gezegd: als we dit gaan doen, gaan we het ook goed doen. Het kan in deze markt veel uitmaken hoe andere aanbieders te werk gaan. Als er elders maar eentje in de marge rommelt, kan dat gevolgen hebben voor de andere aanbieders: er wordt immers veel gepraat over een behandeling aan je ogen! Slechte reclame kan ons allemaal treffen. Dat kun je maar op één manier het hoofd bieden: zorg dat je aanpak op-en-top is. Zo hebben we ons vanaf het eerste uur naar buiten toe gepresenteerd.’ Dat werkte blijkbaar goed. Kort na elkaar openden zich nieuwe vestigingen. Nieuwe panden met ook weer nieuwe kostbare apparatuur. ‘Op een gegeven moment merkten we dat niet iedere machine altijd volledig bezet was. Zonde. We kozen ervoor om, waar nodig, mensen voor of na te behandelen in een andere vestiging, waar anders een machine onbenut bleef. Als het gaat om de eigen gezondheid blijkt dat mensen het niet erg vinden extra kilometers te maken. Zolang iemand van begin tot eind de eigen arts behoudt, dat is veel belangrijker. Dat gebeurde dus ook.’ In deze fase klopte nog een vraagstuk aan de deur: die van de voortschrijdende techniek. Ter illustratie: wie voorheen een zogeheten LASIK-behandeling wilde ondergaan, stuitte soms op de grenzen van de bestaande apparatuur. ‘Bij die methode snijdt een soort mesje een weefselflapje in het hoornvlies’, legt Luger uit. ‘Daaronder werd dan de sterkte gelaserd. Maar met de oude machines konden we nooit exact de gewenste dikte afstellen, waardoor met marges moest worden gewerkt. Je moet namelijk altijd uitgaan van het worst case scenario. Hetzelfde gold voor de corrigerende laser, waarbij ook grotere marges moesten worden gehanteerd. Dit betekende dat we mensen moesten laten afvallen die mogelijk wel behandeld hadden kunnen worden. Zoals die man dus die afgelopen zomer terugkeerde.’

Mega-investering Dat probleem is nu verholpen dankzij vernieuwde apparatuur. Er was een megainvestering voor nodig, met het risico dat de machines over pakweg vijf jaar alweer verouderd zijn. ‘Dat is dan maar zo’, zegt Luger. ‘Risico van het vak. Maar waar het om gaat is dat meer mensen nóg preciezer kunnen worden behandeld met deze veel nauwkeuriger apparatuur. Bovendien beschikken we nu over nieuwe scannende middelen, waarmee tijdens het vooronderzoek nóg beter het kaf van het koren is te scheiden.’

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd Sec2:8

22-10-2008 18:19:31


In 1999 werd VisionClinics uit particulier initiatief geboren. In krap tien jaar groeide het bedrijf uit tot marktleider van refractiechirurgie, met zes vestigingen in het land. Om de groei het hoofd te kunnen bieden vond recentelijk een koerswijziging plaats en ging de tweede levensfase van de kliniek in. Hoe gaat VisionClinics met haar positie om? Wat zijn de ingrediĂŤnten van het succes?

worst case scenario’

ZorgAlert 9 ZorgAlert_0308.indd 9

23-10-2008 10:08:07


‘Kwaliteit, precisie, perfectie: daar gaat het om’

‘Deze techniek is zoveel nauwkeuriger geworden. We hoeven veel minder vaak nee te verkopen en kunnen nu bij twijfelgevallen in een vroeger stadium resoluut ja of nee zeggen. Intussen blijft de veiligheid voorop staan: nooit verliezen we de strengheid uit het oog om iemand al dan niet te behandelen. Als het niet kan, kan het niet.’ Hij vervolgt: ‘We zagen kans een enorme kwaliteitsverhoging door te voeren. Hiermee konden we de aantrekkelijkheid van ooglaseren nog groter maken, terwijl we er parallel aan ook onze capaciteit hebben vergroot om de grotere vraag aan te kunnen. Dit soort machines is zo duur, je kunt er niet zes vestigingen mee inrichten. Sinds augustus werkt VisionClinics gecentraliseerd vanuit Utrecht. Een gloednieuwe vestiging, terwijl we afscheid namen van die in het nabijlegen Bussum.’ ‘In Utrecht staan alle apparaten die nodig zijn van het eerste vooronderzoek tot en met de laatste controles en bijbehandelingen. De vijf andere vestigingen zijn een soort satellieten geworden: hier vinden alleen nog de voor- en nafase van de werkelijke behandeling plaats. Die ingreep zelf wordt alleen nog in Utrecht uitgevoerd. Daarvoor moet dus worden gereisd. Nogmaals: dat durfden we aan omdat de ervaring ons had geleerd dat mensen voor dit soort behandelingen graag extra kilometers maken. Als de kwaliteit maar is gegarandeerd en ze tijdens de afspraken gegarandeerd hun eigen arts aantreffen.’

Gratis vakantie De tweede levensfase van de kliniek komt in een tijd waarin tientallen bedrijven dingen naar de gunsten van die groeiende groep potentiële klanten. De strijd is hevig. De een stunt met zeer lage behandeltarieven, een ander biedt nog meer kwaliteit, een derde koppelt er zelfs een gratis vakantie of een ander geschenk aan vast. Intussen wisselt Jan en alleman ervaringen uit op internet. Een koud kopje koffie of een te lange wachtrij aan de telefoon kunnen een bedrijf maken of breken, hoe onterecht dat ook mag zijn. Luger: ‘Ik weet het. Maar we hebben besloten onze energie niet in dit soort discussies te stoppen. Als iemand een bommetje op het net gooit, dan wordt dat vechten tegen de bierkaai. Dat win je toch niet. Kwaliteit, precisie, perfectie. Daar gaat het om, meer kunnen we niet bieden. Mond-tot-mondreclame en de kracht daarbij van internet moeten hun verdere werking doen.’ 왏

10

MARKETING EN RECLAME Uitgaan van je eigen medische kwaliteiten is, hoe betrouwbaar ook, niet alles op een markt waarin de concurrentie hevig is. Dat beseft ook Su Yin Timp, manager marketing en communicatie bij VisionClinics. ‘We willen marktleider blijven, vooruitstrevend zijn én commercieel. Tegelijkertijd willen we laagdrempelig blijven, niet commercieel overkomen, maar wel uitdragen dat we kwaliteit bieden.’ ‘In onze communicatie naar buiten toe is dat een boeiend spel. Aan één uitgangspunt wordt in elk geval nooit getornd: we kijken niet wat de andere bedrijven aanbieden. We gaan uit van de eigen kwaliteit. Maar we zeggen niet: wij zijn beter dan x of y. Dat levert geheid en terecht discussies op, die tijd en energie kosten. We geven die aandacht liever aan onze klanten, stoppen die liever in ons eigen verhaal.’ ‘Die aanpak kunnen we ons als marktleider ook permitteren’, zegt Timp. ‘Onze klanten geven aan ontzettend tevreden te zijn. In vijftig procent van de gevallen doet de tamtam de rest, waar-

door nieuwe mensen blijven komen. Verder blijkt uit onderzoek van de Consumentenbond uit 2007 dat we “goed” tot “zeer goed” bezig zijn.’ VisionClinics bekijkt de zaak in haar uitingen vanuit de klant. Mensen met interesse voor een refractiebehandeling hebben namelijk veel vragen en twijfels. Wat gaat er gebeuren? Krijg je rode, branderige ogen? Heb je veel napijn? Zijn er risico’s aan verbonden? Wanneer kun je weer aan de slag? Om die reden ook is de site www.meekijken.nl gelanceerd. Hier volgt het bedrijf drie mensen en kan (de aanloop naar) hun volledige behandeling worden beleefd. Zo kunnen geïnteresseerden zelf bepalen of ooglasertherapie iets voor ze is. ‘Hoewel het rechtstreekse contact met mensen het belangrijkst blijft, speelt internet een heel voorname rol in onze communicatie. Wat we daarbij willen uitstralen: VisionClinics mag dan wel marktleider zijn, maar als mens ben ik degene die met twijfels zit. Dat is onze focus.’

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd 10

23-10-2008 10:14:20


SELECTIE

In elk nummer van ZorgAlert: de leukste uitstapjes en hebbedingen

Stappenteller deluxe

Sfeervolle gotiek In het centrum van Maastricht staat het voormalige 15de-eeuwse Kruisherenklooster. Het complex is getransformeerd tot een zeer bijzonder hotel met zestig sfeervolle kamers. In de bijbehorende monumentale gotische kerk kunt u terecht voor de lunch, het diner of een van de heerlijke wijnen die worden geserveerd in de wijnbar. Laat u verrassen. Meer informatie op www.chateauhotels.nl.

De Fitbit Tracker is meer dan alleen een stappenteller. In tegenstelling tot andere apparaten houdt deze namelijk ook het aantal verbruikte calorieën in uw slaap bij. Wanneer u vervolgens in de buurt van het ‘basisstation’ loopt, worden alle gegevens automatisch overgezet naar www.fitbit.com. Hier kunt u zien of u uw sportdoelen bereikt. Meer informatie op www.fitbit.com.

Neogotische b & b In het Belgische Bellegem is een bijzonder bed & breakfast gevestigd: Het Verloren Gedicht. Twee romantische kamers en een luxueuze bruidssuite zijn gevestigd in een neogotische kloosterkapel uit 1872. Hoewel de kapel vlak bij het centrum van Kortrijk ligt, vindt u in de groene omgeving schitterende vergezichten, pittoreske wandelpaden en mooie fietsroutes. Kijk voor meer informatie op www.hetverlorengedicht.be

Geluidseiland In de Sonic Chair zit u in feite midden in een geluidssysteem. Terwijl u comfortabel zit, wordt u omringd door uw favoriete muziek die nauwelijks hoorbaar is voor uw omgeving. U kunt cd’s en audioboeken beluisteren, maar u kunt er ook een mp3-speler of laptop op aansluiten. Verkrijgbaar (in diverse kleuren) vanaf € 5850,Kijk voor meer informatie op www.sonic-chair.com.

ZorgAlert 11 ZorgAlert_0308.indd 11

23-10-2008 10:31:22


INTERVIEW TEKST: KOOSJE DE BEER FOTOGRAFIE: DE BEELDREDAKTIE/ERIK VAN ‘T HULLENAAR

De bijzondere combinatie van esthetiek en mechanica was voor Nico Merkens reden om voor de specialisatie orthodontie te kiezen. Sinds deze zomer is Merkens echter geen orthodontist meer. Vanwege het vergoedingensysteem. ‘Als tandarts-orthodontoloog heb ik een grotere vrijheid in de verrichtingen die ik declareer. Daardoor kan ik de kwaliteit van mijn behandelingen handhaven of zelfs verhogen. Bizar natuurlijk dat ik mij daarvoor uit het specialistenregister heb moeten schrijven.’

‘Orthodontisten worden ‘Als orthodontist krijg ik behandelingen die gericht zijn op het parodontium niet vergoed, als tandartsorthodontoloog wel’

ORTHODONTIE DOOR DE JAREN HEEN 1953 Orthodontie erkend als eerste tandheelkundig specialisme. 1968 Orthodontie wordt opgenomen in de Ziekenfondswet. 1979 Ontwikkeling etstechniek en komst vastgelijmde bracket. Introductie nikkeltitaniumdraden. De orthodontische apparatuur (beugel) wordt meer en meer geaccepteerd in straat- en schoolbeeld. 1985 Eerste bezuinigingen in de gezondheidszorg en tariefdalingen orthodontie. 1990-1999 Orthodontie verdwijnt grotendeels uit het Ziekenfondspakket en is het eerste specialisme dat onder leiding van CTG (nu NZa) tarieven moet onderbouwen. Opleidingen orthodontie in Utrecht en Groningen moeten sluiten. 2000-2008 Introductie van de zelfligerende bracket. NZa wil tariefsverlaging in stappen van 29 procent.

12

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd 12

23-10-2008 10:48:44


weer massaal tandarts’

I

n mijn derde studiejaar raakte ik verslingerd aan de orthodontie. Ik dacht erover mij te specialiseren, maar na mijn kennismaking met dit specialisme wist ik dat zeker. Ik was erg onder de indruk van de resultaten die orthodontisten toen al, meer dan dertig jaar geleden, konden bereiken.’ Het maken van een plan en het bepalen van een strategie om het mooiste en meest functionele resultaat te bereiken vindt tandarts-orthodontoloog Nico Merkens nog steeds een van de boeiendste onderdelen van zijn beroep. ‘Ik besteed veel aandacht aan het bestuderen van het gebit en maak op grond daarvan een totaalplan. Dan is het prachtig om te zien hoe het resultaat in een, twee of drie jaar vorm krijgt.’ Hoewel veel mensen denken dat gebitscorrectie bestaat uit het rechtzetten van zes voortanden, doet een orthodontist meer. Doel van de behandeling is de gebitsfunctie te optimaliseren met behoud of verbetering van de harmonie van het gezicht. Een behandeling die in de loop van de tijd door steeds meer mensen wordt ondergaan, ziet ook Merkens. ‘Orthodontie is tegenwoordig zeer betaalbaar en ligt daardoor financieel binnen bereik van veel mensen. In mijn praktijk komen ook steeds meer volwassenen. Vanzelfsprekend om een mooier gebit te krijgen. Daar is toch niets mis mee? Ik zie de tegenstelling esthetiek versus functionaliteit niet zo. Wanneer iemand door een gebitsverandering beter in zijn vel zit, verbetert dat vaak ook het algemeen functioneren.’

Innovaties De afgelopen decennia heeft onderzoek binnen de orthodontie een grote vlucht genomen. Mede daardoor is ook in de techniek flink geïnnoveerd. Waren begin jaren zeventig van de vorige eeuw bandjes om tanden en kiezen nog gemeengoed, een kleine tien jaar later ontdekten orthodontisten de voordelen van de zogenoemde plakbrackets: een betere mondhygiëne en minder lange behandelingen. ‘In mijn opleiding was ik een van de eerste die mocht plakken’, herinnert Merkens zich, ‘maar het was nog niet in het curriculum opgenomen. Ik heb een nichtje bereid moeten vinden als proefkonijn voor plakbrackets.’ Later werd deze bracket opgevolgd door de tandspecifieke voorgeprogrammeerde bracket en helemaal nieuw is de zelfligerende bracket waar de tandarts-orthodontoloog sinds 2002 mee werkt. Deze ontwikkelingen hebben de voorspelbaarheid van de behandeling vergroot.’

Lean denken Een lezing in Parijs over de zelfligerende bracket was voor Merkens aanleiding om dit materiaal ook in de eigen praktijk te gaan gebruiken. ‘Ik zat daar tussen allemaal

Fransen als enige Nederlandse orthodontist, maar na een halve dag wist ik dat ik hiernaartoe moest. Het werd mij duidelijk dat ik met dit type bracket het resultaat van mijn behandeling nog nauwkeuriger zou kunnen bepalen.’ Hoewel de diagnose even complex blijft, sluit de voorspelbaarheid van dit nieuwe materiaal goed aan op lean thinking, een denkwijze die de tandarts-orthodontoloog in zijn ondernemerschap zoveel mogelijk probeert toe te passen. Uitgangspunt hierbij is dat tijd-, energie- en materiaalverspilling moeten worden voorkomen. Als voorbeeld van lean thinking noemt Merkens het terugbrengen van het aantal brackets dat tijdens een behandeling los gaat zitten. ‘In de literatuur staan cijfers van zeven tot tien procent, maar ook van één procent. Het percentage loslatende brackets in mijn praktijk lag naar mijn mening te hoog. In het kader van lean thinking, ging ik bijhouden welke brackets loslieten en waarom. Deze resultaten heb ik gebruikt om veranderingen door te voeren en procedures gelijk te schakelen. Met succes! Tegenwoordig blijft 98 procent van de brackets die ik plaats vastzitten.’

Mean handelen Lean denken staat haaks op het mean handelen van de overheid, zegt Merkens. In mei vorig jaar heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) bekendgemaakt dat het tarief voor orthodontie voor orthodontisten in stappen met 29 procent omlaag gaat. In april is de meest recente verlaging van zes procent doorgevoerd. Door deze focus op de orthodontietarieven is nu de vreemde situatie ontstaan dat een algemeen practicus als een tandarts hogere tarieven mag declareren voor correcties aan het gebit dan de gespecialiseerde orthodontist. Ook kan een orthodontist die zich uit het specialistenregister laat schrijven, en nu tandarts is, verrichtingen declareren die hem als specialist niet zijn toegestaan. ‘Om mijn behandeling een optimale kans van slagen te geven, is het bijvoorbeeld nodig dat het tandvlees in goede conditie is’, legt Merkens uit. ‘Als orthodontist krijg ik behandelingen die gericht zijn op het parodontium niet vergoed, als tandartsorthodontoloog wel. Door mijzelf voor de wet te vestigen als algemeen practicus, kreeg ik de mogelijkheid om te investeren in apparatuur hiervoor.’ Innovaties worden door de kortingen geremd, constateert de Vereniging van Orthodontisten en noemt onder meer de zelfligerende bracket. Uiteindelijk is vooral de patiënt de dupe van de bezuinigingsdrift van de overheid. Mensen die een gebitscorrectie nodig hebben krijgen niet langer de meest optimale behandeling. In de sector zelf zal het zeker voor kleine praktijken lastig worden het hoofd boven water te houden, verwacht Merkens. ‘Met vijf behandelstoelen lukt het mij net. Maar het is hard werken en goed op de declaraties letten. Lean thinking eigenlijk: effectief op het juiste doel afgaan en zijpaden vermijden.’ 왏

‘Ik zie de tegenstelling esthetiek versus functionaliteit niet zo’ ZorgAlert 13 ZorgAlert_0308.indd 13

23-10-2008 10:59:31


INTERVIEW TEKST: MARLEEN BAKKER ILLUSTRATIES: VIJSELAAR EN SIXMA

In een tijd dat apothekers naar eigen zeggen het hoofd financieel amper boven water kunnen houden, klinkt er vanuit Henk Buurma een andere roep: zorg voor kwaliteit. Een verhaal over passie voor het vak, risicomanagement en de balans van een apotheker tussen ondernemerschap en zorg.

Kwaliteit boven alles

D

e recente rechtszaken tussen apothekers en zorgverzekeraars over het preferentiebeleid bekeek Henk Buurma van een afstand. Het is een kant van de farmacie die de apotheker minder boeit. ‘Specialisten komen af en toe slecht in het nieuws wegens vermeende hoge inkomsten, met apothekers is dat al jaren aan de hand.’ Nu is het weer zo’n periode, concludeert Buurma nuchter. ‘We zijn nog maar net op weg, het nieuwe beleid geldt sinds 1 juli. We moeten nog zien wat dit gaat betekenen. Al sinds de Middeleeuwen hebben apothekers een dubbele rol: van de ene kant zijn zij toezichthouder op de kwaliteit van geneesmiddelen, tegelijkertijd zijn zij ondernemer. Ik sta vooral aan de kant van de inhoud, daar heeft de lol voor mijn vak altijd ingezeten.’ Opvallend: in een tijd dat apothekers de noodklok luiden en sommigen zelfs op personeel bezuinigen, weigert Buurma zich bovenmatig druk te maken over de ondernemerskant. Als het aan hem ligt gaat het over één ding: kwaliteit van de zorg. Hij legt uit: ‘Apothekers hebben een belangrijke rol in de geneesmiddelenwereld, die geneesmiddelen hebben niet alleen positieve effecten.’

Risicomanagers Fouten uitbannen zou het mooiste zijn, maar is een illusie. Buurma vertelt over het systeem van clinical risk management, een concept overgenomen uit de vliegtuigindustrie. Een risicosysteem waarin artsen, de apotheker en de patiënt elk een rol vervullen. Ieder heeft zijn kennis en zwakheden. Door samen te werken vangt de kennis van de één de zwakheid van de ander op en worden de risico’s tot een minimum beperkt. ‘Zo moeten apothekers bijvoorbeeld letten op interacties, doseringsproblemen en contra-indicaties, maar ook op therapietrouwproblemen bij de patiënt en te vroeg stoppen of te lang doorgaan met medicijngebruik.’ Veel dokters rekenen volgens Buurma al op het controlerende oog van de apotheker. ‘Onder het mom van “als het niet goed is, hoor ik het wel”, wordt een recept voorgeschreven. Maar zolang er geen landelijk dekkend patiëntendossier bestaat, is dat systeem niet waterdicht.’ De schakel die een apotheker vormt tussen arts en patiënt, maakt het vak voor hem extra interessant. ‘De huisarts kan niet zien of een patiënt zijn medicijnen heeft opgehaald. Apothekers hebben die informatie wel. Als wij merken dat veel patiënten te vroeg stoppen met het slikken van bijvoorbeeld antidepressiva kunnen we daar de voorlichting op aanpassen.’ Een probleem is dat er weinig onderzoek naar de apotheekpraktijk is gedaan, een liefde van Buurma. ‘Gezondheidsonderzoek naar artspraktijken bestaat al lang, onderzoek in en naar apotheken is pas de laatste tien jaar van de grond gekomen. Jammer, want evaluatie is ontzettend belangrijk. Gelukkig is er nu sprake van flinke groei.’

14

‘Zonder landelijk dekkend patiëntendossier is het systeem niet waterdicht’

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd 14

23-10-2008 11:12:40


HENK BUURMA Henk Buurma (57) studeerde farmacie in Groningen. Vanaf 1985 is hij directeur van apotheek Stevenshof en van het daaruit voortgekomen onderzoeksinstituut SIR Institute for Pharmacy Practice and Policy, beide in Leiden. Sinds kort is hij onderwijsdirecteur namens beroepsvereniging KNMP in het kader van het Specialisme Openbare Farmacie. Auteur van diverse artikelen en boeken.

Buurma heeft volop ideeën om de zorg te verbeteren. Hij pleit voor een periodieke analyse van medicijnen. ‘Medicijnen voor iemand van zeventig, zijn soms tien jaar later door bijvoorbeeld een verminderde nierfunctie niet meer de juiste.’ Slimme computers kunnen een steentje bijdragen aan betere kwaliteit. ‘Bij bepaalde risicovolle factoren geven deze een seintje, zoals bij een interactie tussen een bepaald geneesmiddel en een ziekte die iemand heeft. Het HARM-onderzoek [Hospital Admissions Related to Medication red.] heeft laten zien dat we nieuwe soorten signalen nodig hebben. Bijvoorbeeld een signaal bij iemand van zeventig jaar of ouder, die een NSAID krijgt voorgeschreven. Zo iemand heeft maagbescherming nodig. Of een signaal bij iemand die morfine krijgt voorgeschreven. Veelal is een laxeermiddel nodig om verstopping te voorkomen.’ Ook intakegesprekken met nieuwe patiënten kunnen verkeerd medicijngebruik voorkomen. Buurma schat dat veertig tot vijftig procent van de apotheken intakegesprekken houdt. ‘Dat moet zeker naar honderd procent, omdat de informatie van patiënten kan bijdragen aan minder risico’s.’ Wegen de kosten in dit geval wel op tegen de baten? Nederland staat immers toch goed bekend als het om medicijnenveiligheid gaat? Buurma beaamt de goede kwaliteit: ‘Maar wie bijvoorbeeld overgevoelig is voor penicilline kan bij gebruik op de intensive care van een ziekenhuis belanden. Als bij een intakegesprek een penicillineovergevoeligheid wordt vastgelegd kan een dergelijk ongeluk in de toekomst worden voorkomen.’ Maar dan komt deze patiënt er toch via de bijsluiter achter dat een medicijn niet geschikt is? ‘Bijsluiters mogen de rol van voorlichting aan de balie niet overnemen. Denk aan analfabetisme of het feit dat veel patiënten de bijsluiter niet lezen “omdat daar van die enge dingen in staan.”’

Beloning Uit de recente HARM-studie bleken 16.000 patiënten per jaar door verkeerd medicijngebruik in het ziekenhuis te belanden. ‘Die zijn vermijdbaar’, benadrukt Buurma. ‘Naar aanleiding van de HARM-studie heeft de Tweede Kamer besloten dat apothekers een belangrijke rol moeten spelen. Ik wil die klus van harte aanpakken.’ Buurma heeft echter één groot voorbehoud: de zorgkwaliteit van een apotheker wordt niet beloond. ‘De vergoeding geschiedt per nieuw uitgeschreven recept. Terwijl juist de kwaliteitsslag veel menskracht kost.’ Hij vreest dat apothekers bij financieel slechtere tijden op menskracht gaan bezuinigen. ‘Arbeid is duur. Als de menskracht terugloopt dan gaat veel kwalitatief goede zorg verloren.’ Buurma weet waarover hij spreekt. Apotheek Stevenshof – waar Buurma de eerste apotheker was en nu directeur - staat bekend om zijn arbeidsintensieve kwaliteits-

ZorgAlert 15 ZorgAlert_0308.indd 15

23-10-2008 11:13:07


‘Wij hebben altijd het idee gehad dat het goed is om professionele kennis te vertalen naar consumenten’

projecten. Regelmatig krijgt Stevenshof apothekers uit den lande op bezoek die willen meekijken. Zij zien de apothekers van Stevenshof elke morgen de receptenlijn bemannen en communiceren met patiënten over aangevraagde recepten. ‘Een controle-instrument om de veiligheid te bewaken. Heel arbeidsintensief, maar nodig.’ De apotheker pleit voor een omslag in betaling van de sector: niet langer receptgerichte betaling, maar ook zorggerelateerde. ‘Als ik een ochtend achter de herhaaltelefoon zit, krijg ik daar niet voor betaald. Of als we oma Jansen thuis bezoeken als ze uit het ziekenhuis komt en haar begeleiden met haar ontslagmedicatie en huidige medicijnen, staat daar geen vergoeding tegenover.’ Hij verwijst naar nog zo’n project van Stevenshof dat de kwaliteit in de gezondheidszorg ten goede komt, maar waar geen financiële vergoeding tegenover staat: twee assistentenkoppels (buddy’s) geven palliatieve zorg. ‘De hele dag door kunnen mensen in hun laatste levensfase, maar vooral hun naasten, contact met de apotheek leggen. Met deze assistenten ontstaat een laagdrempelig en heel persoonlijk contact over allerlei zaken die met kwaliteit van leven te maken hebben, zoals bijvoorbeeld het soort voeding. De assistenten hebben op hun beurt een laagdrempelig contact met de artspraktijk.’

Idealist Betere kwaliteit start bij de opleiding. En daarom maakt Buurma zich sterk voor een gewijzigde opleiding tot openbaar apotheker. ‘Net als bij ziekenhuisapothekers en medisch specialisten zou de postuniversitaire vervolgopleiding van openbare apothekers moeten leiden tot de aantekening “specialist”. Daartoe moet de huidige privaatrechtelijke registratieopleiding verder geprofessionaliseerd worden.’ Buurma is bij de KNMP aangesteld om die slag te maken. Buurma is een idealist. Eentje die niet altijd lekker bij zijn vakgenoten ligt, zo merkte hij al snel. Tijdens zijn studie schreef hij - samen met anderen - voor het eerst een bijdrage voor de Consumentengids over zelfzorggeneesmiddelen: dit medicijn is goed, dat minder en dat ronduit slecht. ‘Wij hebben altijd het idee gehad dat het goed is om professionele kennis te vertalen naar consumenten. In het begin, jaren zeventig en tachtig, werd dat niet altijd op prijs gesteld, zoals ons bleek bij de eerste artikelen in de Consumentengids en het verschijnen van het boek Geneesmiddelen in Nederland.’ Buurma haalde zijn schouders op en schrijft nog regelmatig voor onder meer de Consumentengids.

is een innovatieve tak. Onderzoekers worden geprikkeld nieuwe ontdekkingen te doen, doordat op zekere tijd het patent verloopt. Dan moeten zij innoveren en nieuwe medicijnen ontwikkelen om te verdienen.’ Buurma wil niet te veel tijd verliezen aan ondernemerschap, maar vooral bezig zijn met de kwaliteit. Maar heeft de apotheker dan geen enkel probleem met het preferentiebeleid van de zorgverzekeraars? Hij blijft gematigd: ‘De voorschrijfvrijheid is enorm. Het wordt vooral lastig als verzekeraars onderling erg verschillen. Als verzekeraar A alleen merkloze medicijnen van fabrikant X vergoedt en verzekeraar B alleen fabrikant Y vergoedt. Voor de patiënt maakt het niet uit, die middelen zijn dezelfde. Maar de apotheker heeft dan een enorme voorraad nodig van één en hetzelfde middel maar met een ander doosje, dat moeten we absoluut niet willen.’

KWALITEITSPROJECTEN Apotheek Stevenshof staat bekend om zijn kwaliteitsprojecten. Zo heeft Stevenshof gespecialiseerde assistenten op het gebied van astma en COPD, diabetes, ontslagmedicatie en incontinentie. De apotheker is altijd aanspreekbaar voor vragen en extra informatie. Ook is een thuisbezoek

De kwaliteit van de zorg gaat hem na aan het hart. Voor de rest is hij een gematigd man. Vraag hem naar actuele situaties in het vak en hij duikt de geschiedenis in. Tijdens zijn studietijd waren er al noodsignalen uit de farmacie. ‘De komst van generieke middelen zou de dood in de pot betekenen voor onderzoek naar medicijnen. Nu, bijna 2010, wordt er nog steeds onderzoek gedaan. De farmaceutische industrie

16

mogelijk voor degenen die niet naar de apotheek kunnen komen. Er is een project rond medicatie na ontslag in een ziekenhuis. Een apotheker bekijkt of de ontslagrecepten en de gebruikelijke medicijnen bij elkaar passen.

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd Sec2:16

22-10-2008 18:20:18


N E T H C I R E B E KORT In elk nummer van ZorgAlert: nieuws, facts en updates

C EN E C R E D I T C A R D

pAn Amsterdam pAn Amsterdam is de eigentijdse kunst- en

Zelf uw pincode kiezen Uw CenE Creditcard Gold

antiekbeurs. Voor beginners en voor

(MasterCard) is met chip en

gevorderden. Voor zoekers en vinders. De

pincode nu nog veiliger.

kwaliteit staat buiten kijf. De pAn opent dit

Met de komst van de

jaar haar deuren van 23 tot 30 november 2008

nieuwe betaalstandaard

in de RAI – Parkhal in Amsterdam. Van

gaan betalingen met uw

Lanschot Bankiers is hoofdsponsor van dit

creditcard steeds vaker

evenement. Indien u een bezoek brengt

gepaard met het intoetsen

aan de beurs, dan bent u van harte uitge-

van uw pincode, in plaats

nodigd op onze stand. Kijk voor meer

van het zetten van een

informatie op www.pan-amsterdam.nl.

handtekening.

En om het u nog gemakkelijker te maken kunt u de pincode van uw CenE Creditcard Gold voortaan zelf wijzigen. Dit is mogelijk bij elke geldautomaat van de Rabobank. Het wijzigen van de pincode is gratis. U hebt uiteraard uw huidige pincode nodig om te kunnen wijzigen.

Voor contante opnamen van grote bedragen (tot € 5.000,-) kunt u al langer terecht bij de geldautomaten van de Rabobank. Wij adviseren u hiervoor uw Wereldpas of Europas te gebruiken.

INFORMATIE De adviesgroepen van CenE Bankiers zijn bereikbaar op de volgende telefoonnummers: Zorginstellingen

(030) 659 90 20 Apothekers

(030) 659 90 30 Artsen/Medisch specialisten

(030) 659 90 12

Lezersonderzoek ZorgAlert wordt met uiterste zorg gemaakt door CenE Bankiers. Speciaal voor u. Om ervoor te zorgen dat ZorgAlert zo goed mogelijk aan uw behoeften voldoet, willen wij graag uw mening over ons relatiemagazine weten. We stellen het op prijs als u de bijgevoegde vragenlijst invult en aan ons retourneert. Onder alle inzendingen worden 100 theaterbonnen van € 25,- verloot.

AIOS

(030) 659 90 35 Tandheelkundige beroepen

(030) 659 90 15 Dierenartsen

(030) 659 90 04 Chiropractors

(030) 659 90 18 Kijk voor meer informatie ook op www.cenebankiers.nl

ZorgAlert 17 ZorgAlert_0308.indd 17

23-10-2008 11:24:13


BELEGGINGSVISIE TEKST: MICHEL VAN DER STEE ILLUSTRATIE: DEVON RESS FOTOGRAFIE: DE BEELDREDAKTIE/MARC BOLSIUS

Alternatieven zijn er niet

Kredietcrisis gaat laatste De internationale kredietcrisis houdt de financiële markten nu al meer dan een jaar in een ijzeren greep, maar het lijkt erop dat de crisis nu haar laatste en beslissende fase is ingegaan. De gebeurtenissen hebben zich de afgelopen tijd in ieder geval in razend tempo opgevolgd.

F

annie Mae en Freddie Mac, de twee grootste hypotheekbanken van Amerika, zijn vorige maand genationaliseerd en dat lot trof ook AIG, de grootste verzekeraar ter wereld. Bij AIG leek het er aanvankelijk nog op dat de autoriteiten het in serieuze liquiditeitsproblemen verkerende bedrijf niet te hulp zouden schieten, maar de paniek die daarop uitbrak op de financiële markten – koersen van sommige banken daalden met wel dertig tot veertig procent -, heeft de Federal Reserve, het stelsel van centrale banken, en de Treasury (ministerie van Financiën) binnen vierentwintig uur anders doen besluiten. In ruil voor 79,9 procent van de aandelen heeft de Treasury via de Federal Reserve Bank van New York een noodkrediet van liefst $ 85 miljard ter beschikking gesteld, waarmee tijd wordt gekocht om de posities van het bedrijf af te wikkelen. Voor de aandeelhouders van AIG blijft er weinig over. De koers van het aandeel noteert rond de drie dollar, waar begin dit jaar nog zo’n zestig dollar op de borden stond. Kort daarna viel het doek voor zakenbank Lehman Brothers. Op 15 september werd faillissement aangevraagd. De Amerikaanse brokeractiviteiten van het bedrijf zijn inmiddels verkocht aan het Britse Barclays en enkele onderdelen in Europa en Azië zijn in handen van het Japanse Nomura overgegaan. Ook bij Lehman staan de aandeelhouders met lege handen. Wrang en in mijn ogen volstrekt immoreel is wel dat de topbestuurders van het bedrijf ieder nog tien tot vijfentwintig miljoen mee naar huis mogen nemen, terwijl de meeste werknemers het met een laatste maandsalaris moeten doen. Maar dat is nog niet alles. Merrill Lynch, de zakenbank die als gevolg van de hypotheekcrisis al ruim $ 50 miljard heeft moeten afschrijven, is ondertussen overgenomen door Bank of America en de twee overgebleven Amerikaanse zakenbanken,

18

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd Sec2:18

22-10-2008 18:20:26


Michel van der Stee is beleggingsstrateeg bij Van Lanschot Bankiers

‘Be careful out there, dit is niet de tijd om veel risico’s te nemen’

en beslissende fase in Goldman Sachs en Morgan Stanley, zullen voortaan als gewone commerciële banken door het leven gaan. Daarmee krijgen zij toegang tot de leenfaciliteiten van de Federal Reserve en kunnen zij voor hun financiering voortaan ook op de depositomarkt terecht. Hier staat tegenover dat beide banken, die onder toezicht stonden van de Securities and Exchange Commission nu onder het veel strengere toezicht komen te staan van de Federal Reserve. Als klap op de vuurpijl is Washington Mutual, de grootste Amerikaanse spaarbank, inmiddels over de kop gegaan, waarmee het grootste faillissement in de Amerikaanse bankgeschiedenis een feit is. Verder werd in het Verenigd Koninkrijk Halifax Bank of Scotland, de grootste Britse hypotheekverstrekker, van een zekere ondergang gered door verzekeraar Lloyds.

Het reddingsplan van Paulson Alle tot nu toe genomen maatregelen, waaronder de steunoperaties door de Federal Reserve en de Amerikaanse overheid, de omvangrijke extra liquiditeitsinjecties door de grote centrale banken in de wereld en de invoering van regels die het naakt short gaan van aandelen (verkopen van aandelen zonder deze te bezitten) van financiële instellingen verbieden, hebben tot nu toe niet het gewenste effect opgeleverd. Het vertrouwen in het banksysteem is alleen maar verder afgenomen en risicopremies zijn tot recordhoogten opgelopen. Zo is de Amerikaanse TED-spread, het verschil tussen het tarief op driemaands interbancair geld en driemaands Treasury Bills (schatkistpapier) opgelopen tot boven de 3 procent. In de zomermaanden lag dat verschil nog rond de 1 procent. Ook in Europa zijn de interbancaire tarieven de laatste weken scherp opgelopen, terwijl de kans op een renteverlaging door de ECB juist is toegenomen. Verder moeten banken vandaag aanzienlijk hogere rentes betalen op nieuw uit te geven schuldpapier dan enkele maanden geleden en zijn de

premies voor het verzekeren tegen faillissementsrisico voor de meeste financiële instellingen (credit default swaps) eveneens fors opgelopen. Daarom zullen minister Paulson en zijn topambtenaren, gedacht hebben dat er nu grover geschut in stelling moet worden gebracht om een einde aan de crisis te maken. Het plan dat Paulson op tafel heeft gelegd komt er in grote lijnen op neer dat de Amerikaanse overheid tot een bedrag van $ 700 miljard aan illiquide, zeg maar besmette activa gaat overnemen van de banken. Die krijgen daardoor meer ruimte op de balans, waardoor de normale kredietverlening aan bedrijven en consumenten, die nu vrijwel is opgedroogd, weer op gang kan komen. En daarmee moet dan worden voorkomen dat de Amerikaanse economie in een zware recessie of erger belandt. Het reddingsplan lijkt veel op de reddingsoperatie die in 1989 werd opgezet om een einde te maken aan de spaarbankencrisis.

Positieve reacties, geen reden tot veel optimisme Het plan van Paulson is met enthousiasme ontvangen door de meeste economen en beleggers. Begrijpelijk, want een echt alternatief is er niet. Dat betekent echter absoluut niet dat de problemen nu allemaal zijn opgelost. Hooguit is er een begin gemaakt aan het einde van de crisis. Er zullen zeker nog financiële instellingen gaan omvallen en het plan betekent evenmin het einde aan de daling van de Amerikaanse huizenprijzen. De Amerikanen kunnen zich opmaken voor een langdurige recessie en in Europa ziet het er voor het komende jaar niet veel beter uit, al zal het herstel hier waarschijnlijk eerder inzetten, omdat er fundamenteel minder mis is dan in de VS. Tegen beleggers kunnen we alleen maar zeggen: ‘Be careful out there, dit is niet de tijd om veel risico’s te nemen.’ 왏

ZorgAlert 19 ZorgAlert_0308.indd 19

23-10-2008 11:26:30


SIMULATIESPEL

Nationale Zorgmanagement Competitie

Risicoloos ervaring opdoen

O

geldt dat al volop voor de extramurale zorg. Voor de verblijfszorg wordt het komende jaar een belangrijke stap gezet met de invoering van zorgzwaartepakketten en het vervallen van het bouwregime. CenE Bankiers wil vanuit haar expertise als gespecialiseerde bank voor de zorgsector de ontwikkeling naar ondernemerschap graag extra ondersteunen. De Nationale Zorgmanagement Competitie is hiervoor een vernieuwende en effectieve manier.’

Scherpe blik

De deelnemers krijgen door het simulatiespel een scherpe blik op de toekomst en kunnen op een risicoloze manier alvast ervaring opdoen met marktwerking. Kösters: ‘Doordat er in teams wordt gespeeld, brengt het spel discussies op gang en zet het mensen aan het denken over een nieuwe manier van werken.’ Ze licht toe dat het spel een bruikbaar middel kan zijn voor raden van bestuur om de bewustwording in hun organisatie een impuls te geven.

p 11 december wordt de finale van de eerste Nationale Zorgmanagement Competitie gespeeld. In dit managementsimulatiespel staat een fictief zorgbedrijf centraal dat zowel intramuraal als extramuraal actief is. De deelnemende teams vormen elk het management van de instelling en moeten op basis van een casus de strategie bepalen en keuzes maken op het gebied van onder andere marketing, productaanbod, investeringen, HRM en huisvesting. Het team dat ‘ziel en zakelijkheid’ het best weet te combineren, is de winnaar van de competitie waaraan tientallen teams uit het hele land meedoen.

CenE Bankiers heeft zich al in een vroeg stadium als partner verbonden aan de Nationale Zorgmanagement Competitie. Resi Kösters bij CenE Bankiers verantwoordelijk voor kennismanagement en actief voor de adviesgroep Zorginstellingen: ‘Van zorginstellingen wordt steeds meer ondernemerschap gevraagd. In de Care

Praktijkgerichte input Het fenomeen managementsimulaties heeft in het bedrijfsleven zijn sporen inmiddels ruimschoots verdiend. Milo Hendriks, commercieel directeur Bedrijfssimulaties.nl, vertelt dat het bedrijf simulatiespellen maakt voor verschillende sectoren, van de reisbranche tot de agrarische sector. ‘Elke branche heeft zijn eigen specifieke uitdagingen. Om de Nationale Zorgmanagement Competitie 2008 zo goed mogelijk te laten aansluiten op de branche hebben we samengewerkt met partners die precies weten wat er speelt. Zoals CenE Bankiers, maar ook zorgverzekeraar CZ en adviesbureau Usus. Een klankbordgroep die bestaat uit diverse bestuurders, beleidsmakers en adviseurs uit de zorgsector van ActiZ, VGN en enkele zorgorganisaties en adviesbureaus heeft belangrijke praktijkgerichte input gegeven.’ ‘Ook sponsor CenE heeft inhoudelijk bijgedragen, onder meer voor de ronde waarin de teams keuzes moeten maken op het gebied van investeringen, over de invulling van de dienstverlening en over renterisico’s.’ In totaal bestaat de Nationale Zorgmanagement Competitie uit vijf ronden die elk een jaar representeren. Deelnemers spelen het spel grotendeels vanuit hun eigen organisatie, via internet. Tussen de rondes door vinden realistische interventies en incidenten plaats. Na afloop van elke ronde worden de effecten van de beslissingen zichtbaar gemaakt. Hendriks: ‘In grafieken laten we bijvoorbeeld de effecten op klanttevredenheid of personeelstevredenheid zien.’

Wie wordt de winnaar? Binnenkort is bekend welke tien teams de afgelopen weken hun fictieve zorgonderneming het best hebben bestuurd en het best hebben gescoord op het gebied van klanttevredenheid, financiën, medewerkertevredenheid en marktaandeel. In de finale op 11 december komen deze tien teams tegen elkaar uit en zal bekend worden welk team zich het Zorgmanagement Team van 2008 mag noemen. In het volgende nummer van ZorgAlert leest u er meer over. 20

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd Sec2:20

22-10-2008 18:20:36


TEKST: MARLEEN BAKKER FOTOGRAFIE: EIGEN FOTO

PERSOONLIJK Het liefst leeft hij zijn leven als in een avonturenboek. Tandarts Bert Veldhuis (42) wandelde op zijn vijfde al met zijn ouders in de bergen. Tegenwoordig neemt hij deel aan klimexpedities. ‘Enge sprongen willen maken zit in het aard van het beestje’, legt de tandarts uit die praktijk houdt in Amersfoort en Baarn. Veldhuis neemt deel aan internationale Himalaya-expedities. ‘Niet weten bij welke mensen je terecht komt en er dan samen iets van maken is onderdeel van de fun. En ik ben gek op reizen, dat is mijn belangrijkste drijfveer. Expeditieklimmen is als een jongensdroom.’

T

ijdens het klimmen denkt hij niet aan de risico’s. ‘Dat werkt niet.’ Ook op de top wordt er niet te lang stilgestaan bij het behaalde succes. ‘Het is snel weer naar beneden: op de top ben je pas halverwege en tijdens de afdaling is een mens het kwetsbaarst, dan gebeuren de meeste ongelukken.’ Een berg bedwingen is niet het belangrijkste voor Veldhuis; het zijn de verhalen van de expedities die eeuwig blijven voortleven. De mooiste is wel uit 2006. ‘Op Pumori deden we boven 7000 meter een grootscheepse reddingsactie van 72 uur. We hebben drie mensen van onze eigen expeditie gered.’

De jongensdroom van een tandarts

Minder blij was de tandarts afgelopen voorjaar. Veldhuis slaagde er niet in als eerste Nederlander de vier na hoogste berg op aarde, de Lhotse (Nepal), te bedwingen. ‘Als expeditieklimmer moet je je wapenen tegen teleurstellingen en geduld hebben: nog geen een op de drie expedities boven de 8000 meter is succesvol.’ Een droom van veel klimmers is de Everest. Zo ook die van Veldhuis. Volgend jaar staat de Reus der Reuzen op het programma, maar hij twijfelt: in oktober verwacht Veldhuis een dochter. Afgelopen voorjaar viel het hem al zwaar om op expeditie te zijn, ver weg van zijn zwangere vriendin. Voor het eerst had hij last van heimwee. ‘Expeditieklimmen is vooral wachten en dan is er plots ruimte voor gedachtedwalingen. Dan denk ik na over thuis en weet ik dat ze daar aan mij denken. Dat is een loodzware rugzak gebleken. Maar toch, op de top van Everest wil ik ooit staan!’ 왏

ZorgAlert 21 ZorgAlert_0308.indd 21

23-10-2008 11:37:17


STADSREPORTAGE TEKST: KASPER MARINUS FOTOGRAFIE: HOLLANDSE HOOGTE, GETTY IMAGES

Z Ignaz Semmelweis

22

enuwarts en psychiater Sigmund Freud is waarschijnlijk de bekendste medicus die Wenen heeft gekend. Hij studeerde aan de medische faculteit van de Universiteit van Wenen en was vanaf 1882 verbonden aan het Weense Allgemeines Krankenhaus. Minder bekend is Ignaz Semmelweis, die bijna veertig jaar eerder in datzelfde ziekenhuis kwam werken. Toen een pathaloog-anatoom zich verwondde met een ontleedmes en dezelfde symptomen kreeg als die zich voordeden bij kraamvrouwenkoorts, vermoedde Semmelweis dat deze ziekte het gevolg was van ‘lijkstof’ in de bloedsomloop. Medische studenten bezochten immers veelal de kraamafdeling direct na de anatomiecolleges. Semmelweis droeg daarom iedereen op om zijn handen met bleekwater te wassen alvorens onderzoek te verrichten op de kraamzaal en het aantal geïnfecteerden in het ziekenhuis daalde spectaculair. Semmelweis overleed in 1865, maar het duurde nog jaren voordat zijn ideeën over antiseptisch onderzoek algemeen ingang vonden. Chirurg Joseph Lister gaf hem de eer die hem toekwam, maar een aan hem gewijd museum in Wenen heeft hij, in tegenstelling tot Freud, nooit gekregen. 컄

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd 22

23-10-2008 11:39:44


Wenen

Keizerlijk en beeldschoon

ZorgAlert 23 ZorgAlert_0308.indd 23

23-10-2008 11:40:09


Kerstsfeer

Evenementen KERSTMAGIE Rond de kerstdagen is het toch al sprookjesachtige Wenen nóg mooier. Het centrum is prachtig verlicht en versierd met kerstbomen. Met name op de kerstmarkt op het Rathausplatz, waar u terecht kunt voor cadeautjes en lekkernijen, heerst een feestelijke sfeer. KAISERBALL Wals het nieuwe jaar in op de keizerlijke Hofburg. Met oud en nieuw vindt hier namelijk het exclusieve Kaiserball plaats, waarbij zo’n drieduizend feestgangers worden begeleid door muziek van meer dan tien gerenommeerde orkesten. Geniet van een heerlijk banket en de beste champagne. Meer informatie op www.kaiserball.at.

JAAR VAN HAYDN In 2009 is het tweehonderd jaar geleden dat componist Joseph Haydn stierf. Omdat hij aan het begin en eind van zijn carrière in Wenen woonde, worden het hele jaar door speciale concerten en tentoonstellingen georganiseerd in de stad. In plaats van ter plekke bepalen wat u wilt zien kunt u ook speciale ‘Haydnpakketten’ boeken waarbij het programma al voor u is samengesteld.

De Kus van Gustav Klimt xxxxxxxxxxxxxxxxxxx

Meer informatie op www.wien.info.

KLIMT De bekendste kunstenaar van de Wiener Secession is waarschijnlijk Gustav Klimt. Zijn De Kus werd honderd jaar geleden voor het eerste getoond en om dat te vieren is dit beroemde schilderij, samen met vele andere werken, tot en met 18 januari 2009 te zien in de Österreichische Galerie Belvedere. Wie geen genoeg kan krijgen van de Oostenrijkse jugendstil kan ook nog een kijkje nemen bij het Secessiongebäude, waar Klimt op een van de binnenmuren een fries schilderde. Meer informatie op www.belvedere.at.

24

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd 24

23-10-2008 11:52:18


Naturhistorisches Museum

Typisch Wenen KEIZERLIJK BRUNCHEN Zoals van een keizerlijke stad kan worden verwacht, wemelt het in Wenen van de prachtige bezienswaardigheden. Zo is daar het Habsburgse zomerpaleis Schloss Schönbrunn met in de schitterende omliggende tuin de oudste dierentuin ter wereld, hortus botanicus Palm House en Gloriette, een luxe 18de-eeuwse eetgelegenheid waar ’s zondags de brunch wordt opgeluisterd met live muziek. Meer informatie op www.schoenbrunn.at.

MUSEUMSQUARTIER In de buurt van het Keizerlijk Paleis ligt het zogenoemde MuseumsQuartier. Naast indrukwekkende musea als het Leopold Museum, MUMOK en Kunsthalle Wien vindt u hier diverse gezellige restaurants en cafés. De museumwijk, een prachtige mix van barok en moderne architectuur, is al een kunstwerk op zich. Raakt u maar niet uitgekeken, dan kunt u in de buurt ook nog langs het Kunsthistorisches Museum, een van de belangrijkste musea voor Europese schilderkunst, en het tegenoverliggende Naturhistorisches Museum. Meer informatie op www.mqw.at en www.khm.at.

OPERA Wenen is onlosmakelijk verbonden met opera en operette. Liefhebbers kunnen altijd wel ergens terecht voor een heerlijk avondje uit: in de Volksoper Wien, Theater an der Wien, Wiener Kammeroper, of natuurlijk de Wiener Staatsoper. De laatste wordt gezien als een van de beste operahuizen ter wereld, waar beroemde solisten samen met het topballet en het voortreffelijke Wiener Philharmoniker de indrukwekkendste voorstellingen verzorgen. Op de donderdag voor Aswoensdag vindt hier elk jaar het feestelijke Operabal plaats. Mocht u geen kaartje hebben kunnen bemachtigen voor een van de voorstellingen dan kunt u altijd terecht in La Divina, een smaakvol ingerichte champagnebar waar u kunt kijken naar filmbeelden van voorstellingen in de Wiener Staatsoper. Bent u er toch een beetje bij geweest. Meer informatie op www.wiener-staatsoper.at, www.volksoper.at, www.theater-wien.at, www.wienerkammeroper.at, www.ladivina.at.

ZorgAlert 25 ZorgAlert_0308.indd 25

23-10-2008 11:52:36


Wiener Kaffee

Eten en drinken JAZZBARS Naast operaliefhebbers komen ook liefhebbers van jazz aan hun trekken in Wenen. Porgy & Bess is een sfeervolle jazzclub waar muzikanten spelen in 19de-eeuwse ruimtes. Jazzland is de oudste jazzclub van de stad: al ruim dertig jaar vertonen internationale artiesten hier hun muzikale kunsten. www.porgy.at, www.jazzland.at.

HEURIGER Binnen de stadsgrenzen van Wenen liggen maar liefst 700 hectaren aan wijngaarden. Geniet van de lokale wijnen in een van de vele traditionele Heuriger waar u zich met lekker eten kunt onderdompelen in de ontspannen, plaatselijke cultuur of heerlijk op het tuinterras in de najaarszon kunt zitten. KOFFIETIJD Tussen de stadswandelingen door gezellig ergens neerploffen voor een kopje koffie met wat lekkers. Dat kan in een van de honderden koffiehuizen. Wenen kent een lange koffietraditie en er zijn dan ook zeer veel verschillende soorten te bestellen. Bestel bijvoorbeeld een Einsp채nner met slagroom en poedersuiker, een sterke Maria Theresa met sinaasappellikeur of een Kaisermelange met eigeel en cognac.

Museum of Traditional Medicine Art Nouveau

MEER DAN SCHNITZELS Wie denkt dat in Wenen niet meer te krijgen is dan alleen Apfelstrudel, Sachertorte en Wiener Schnitzel heeft het mis. Overal zijn leuke internationale restaurants te vinden en ook exclusievere gelegenheden zijn er volop. Zo verrast Indochine 21 u met de FransVietnamese keuken en kunt u in het luxe Palais Coburg genieten van vele heerlijke wijnen en gerechten bereid door een topkok.

26

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd 26

23-10-2008 11:54:01


Winkelen

Haus der Musik Marktplatz

MARKTEN Wenen kent maar liefst zesentwintig permanente markten. De Naschmarkt, met alle mogelijke verse plaatselijke en exotische producten, is de bekendste en populairste. Ook de omgeving is aantrekkelijk. U vindt er de meeste jugendstilgebouwen van de stad en in de naburige Freihaus-wijk liggen galerieën en trendy bars en restaurants. De laatste jaren zijn ook de wijken rondom de Karmelitermarkt, Brunnenmarkt en Yppenmarkt uitgegroeid tot levendige buurten.

Kids HAUS DER MUSIK Op een speelse manier muziek ontdekken en ervaren, daar draait het om in dit museum. Reusachtige instrumenten en de allernieuwste technische snufjes helpen hierbij. Hoor hoe muziek klinkt voor baby’s in de baarmoeder, maak muziek met doodgewone omgevingsgeluiden of dirigeer het Wiener Philharmoniker. Aan de klassieke componisten uiteraard geen gebrek. Meer informatie op www.hdm.at.

PRATER Oorspronkelijk een keizerlijk jachtgebied, biedt het Prater tegenwoordig met zo’n 250 attracties vermaak voor het hele gezin. Daarnaast vindt u hier talloze eettentjes, een theater, een planetarium, een museum over het park en een heuse dwergstaat: Kugelmugel, een bolvormig huis van kunstenaar Edwin Lipburger. Als u aan de drukte wilt ontsnappen kunt u ook rustig kuieren in het groen.

ZorgAlert 27 ZorgAlert_0308.indd 27

23-10-2008 11:58:41


INTERVIEW TEKST: RIETJE KRIJNEN FOTOGRAFIE: DE BEELDREDAKTIE/ERIK VAN ‘T HULLENAAR ILLUSTRATIES: DEVON RESS

De overwinning van dyslexie

‘Het heeft lang geduurd, maar

T

wintiger Michel Ekkebus vertrok eind jaren tachtig na zijn psychologiestudie naar Los Angeles in Amerika om zich daar te richten op neuropsychologische taalstoornissen. Hij zette er een centrum voor dyslexie op. In die periode had hij veel contact met goede vriend en psycholoog Karel van den Bosch. ‘Hij had op de Universiteit van Nijmegen een aio-aanstelling gekregen. Eigenlijk de baan die ik had gewild, maar goed. Karel hield zich toen al wetenschappelijk bezig met onderzoek naar taalstoornissen. Ik probeerde taalproblemen van mensen te behandelen.’

Eerste RID Mijmerend tijdens een gezamenlijke vakantie kwamen ze tot de conclusie dat een dyslexiecentrum in Nederland nog beter zou zijn. Ekkebus zou zich kunnen richten op het onderzoek en de behandeling. Van den Bosch zou de behandeling wetenschappelijk kunnen onderbouwen. ‘Zo is eigenlijk het eerste Regionaal Instituut voor Dyslexie (RID) er gekomen’, vertelt Ekkebus. ‘Ik wilde niet een duistere therapie starten die nergens op gebaseerd zou zijn. Je moet je voorstellen dat in die tijd allerlei ideeën opgeld deden. Zo zou je een speciaal dieet moeten volgen om van dyslexie af te komen. Fysiotherapie zou de uitkomst zijn. Niets ten nadele van andere beroepsgroepen, maar dyslexie pak je er niet mee aan. Dat dacht ik allang, alleen moest die gedachte nog wetenschappelijk worden onderbouwd.’

Scans Hij had het tij mee. Een bevriende arts signaleerde dat het MRI-apparaat in zijn ziekenhuis vaak beschikbaar was. Ekkebus kon zo scans maken van kinderen en volwassenen met dyslexie. Al snel kwam naar voren dat in het taalcentrum in de hersenen duidelijk een onderactiviteit te zien is bij mensen met dyslexie. ‘Met andere woorden: het is gewoon een aandoening. Maar hoe moet die worden behandeld? Daar waren en zijn nog altijd uiteenlopende theorieën over. In samenwerking met de Universiteit van Maastricht zijn we onze behandelmethode gaan onderzoeken en evalueren. Ik vind namelijk dat je je behandelwijze transparant moet maken. Dat betekent dat je niet volgens een nattevingergevoel aan de slag gaat, maar duidelijk onderzoekt wat de effecten van de behandeling zijn. Niet bij één kind, maar bij een grote groep. En niet alleen op korte termijn.’

Klanken Het RID heeft de dyslexiebehandeling GRAMMA én de ondersteunende software zelf ontwikkeld. De dyslexiebehandeling biedt een training in het snel en accuraat herkennen van de letters en klanken. Kinderen en volwassenen leren zo goed met de klanken van de Nederlandse taal omgaan waardoor ze beter gaan lezen en schrijven. Het blijkt te werken.

28

‘Een tijd terug zat hier een ventje te wachten op een behandeling. Hij had een Harry Potter-boek meegenomen. Zegt hij tegen mij: het is toch maar goed dat ik hier ben gekomen, anders had ik nooit Harry Potter kunnen lezen. Dat doet mij dus wel wat! Taal is zo belangrijk in onze samenleving. Wij krijgen hier ook volwassenen binnen. Via ministeries, de Belastingdienst of defensie. Mensen die jaren doorgeploeterd hebben en dan uiteindelijk kunnen lezen. Die zijn echt superfanatiek, want ze hebben aan den lijve ondervonden wat ze missen.’

Noodzaak Van de ene vestiging in Arnhem is het RID inmiddels uitgegroeid tot een netwerk dat eind dit jaar twaalf vestigingen kent. Ekkebus heeft dus goed geboerd. Hij ziet dat zelf heel anders. ‘Ten eerste heb ik het niet alleen gedaan. Ik ben wel algemeen directeur, maar in deze branch moet je het samen doen. Alle mensen die werken bij het RID, dus de psychologen, orthopedagogen, dyslexiedeskundigen en niet te vergeten mensen op het secretariaat, hebben met hun enthousiasme gezorgd voor de groei die we doormaken. Je moet een passie hebben voor dit vak om het goed te kunnen doen.’ De opening van nieuwe vestigingen, zo legt hij uit, heeft niets te maken met de expansiedrift van hemzelf. ‘Het was gewoon bittere noodzaak. Dyslexie treft ongeveer drie tot vier procent van de bevolking. Als je ziet dat veel mensen uit Almere naar Amersfoort moesten komen, dan is het belangrijk dat er dus een vestiging bijkomt. Je kunt het niet maken dat mensen van heinde en verre moeten komen om hun kind te laten behandelen, vind ik. Ik hoor ook vaak dat mensen de opening van nieuwe vestigingen vertalen in “het grote geld” verdienen. Maar zo werkt het gewoon niet. Wij krijgen € 66,- per behandeluur. Daar moet dus alles en iedereen van worden betaald. Dat is echt geen vetpot. Hoeft ook niet hoor, want daar gaat het niet om. Het principe is dat iedereen hier terecht moet kunnen: dus ook mensen met een laag inkomen.’

Protocol Zijn missie om behandeling van dyslexie voor iedereen toegankelijk te maken, heeft behoorlijke vormen aangenomen. Ekkebus heeft zich ook in de politiek geroerd. ‘Sinds 1999 zijn we al bezig om de diagnostiek en behandeling van dyslexie vergoed te krijgen in de zorgverzekeringswet. Dat heeft veel voeten in de aarde gehad. Uiteindelijk heeft de Universiteit van Maastricht, gesteund door het RID en in samenwerking met het ministerie van VWS en het College voor Zorgverzekeringen, een protocol voor diagnostiek en behandeling kunnen opstellen. Een absoluut waardevol document. Die richtlijnen in het protocol zijn nodig om voor een minister inzichtelijk te maken dat dyslexie geen vage ziekte is met een dito behandeling. Aan de andere kant betekent het dus ook dat wij en andere behandelaars in Nederland aan die richtlijn moeten gaan voldoen. Ik vind dat een goede ontwikkeling. Bovendien wordt 컄

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd 28

23-10-2008 12:04:01


Jarenlang is Michel Ekkebus samen met ‘zijn’ medewerkers van de Regionale Instituten voor Dyslexie bezig geweest om dyslexie de erkenning te geven die zo broodnodig was: het is een aandoening die behandeld kan worden. Die constatering heeft inmiddels duidelijke gevolgen, want per 1 januari 2009 wordt een behandeling van dyslexie opgenomen in het basispakket van de ziektekostenverzekering. Wat drijft iemand om zoveel tijd te steken in diagnostiek en behandeling van kinderen en volwassenen?

het is zover’

‘Met andere woorden: het is gewoon een aandoening’ ZorgAlert 29 ZorgAlert_0308.indd Sec2:29

22-10-2008 18:21:51


‘Als je van een barkruk dondert en je hebt daardoor hersenletsel, krijg je de behandeling ook vergoed’

per 1 januari 2009 diagnostiek en behandeling van dyslexie in het basispakket van de zorgverzekering opgenomen. Dat betekent dus dat ouders niet langer zelf voor de kosten hoeven op te draaien, maar dat ze die vergoed krijgen.’ ‘Het heeft lang geduurd, maar eindelijk is het dan zover! En terecht. Ik zeg altijd: als je van een barkruk dondert en je hebt daardoor hersenletsel, dan krijg je de behandeling vergoed. Waarom dan niet voor dyslexie? We moeten nog even wachten voordat alle kinderen met ernstige dyslexie in aanmerking komen. Nu is besloten alleen de zeven- en achtjarigen toe te laten. Elk jaar komt er een levenscategorie bij, totdat in 2013 alle kinderen van zeven tot twaalf jaar de behandeling vergoed krijgen.’

Nieuwe ontwikkelingen Het is al met al een soort levenswerk geworden voor Ekkebus. Hij gaat met plezier elke dag naar zijn werk en hij kijkt om zich heen naar nieuwe mogelijkheden. ‘We gaan in samenwerking met de Universiteit van Maastricht meer participeren in wetenschappelijk onderzoek naar ontwikkelingsstoornissen als autisme, ADHD en dyscalculie. Kwaliteit staat hoog in het vaandel bij het RID dus we starten niet zomaar een behandeling, maar zoeken naar wetenschappelijke onderbouwing. Pas als we weten dat een behandeling echt nut heeft, zullen we ermee naar buiten treden. Zo hebben we het altijd gedaan. En dat is volgens mij ook de enige manier om op dit vlak actief te kunnen blijven.’ 왏

Michel Ekkebus

30

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd 30

23-10-2008 12:07:39


SELECTIE

In elk nummer van ZorgAlert: de leukste uitstapjes en hebbedingen

Wit licht Hotel De Witte Lelie staat in de oudste straat van diamantstad Antwerpen. In drie 17de-eeuwse panden bevinden zich tien verschillend ingerichte en lichtovergoten kamers. Al dan niet gelegen onder het prachtige houten dakgewelf bieden de suites een mix van antiek en modern design. Het feestelijke en uitgebreide ontbijt vormt de ideale brandstof voor een dag de stad in. www.dewittelelie.be.

Hoog en droog overnachten

Baden in het licht

Op vierentwintig meter hoogte genieten van het fenomenale uitzicht over de Waddenzee terwijl u uw ontbijt eet. Dat kan in de vuurtoren van Harlingen. De faciliteiten bevinden zich opp drie etages: de badrenkam amer er eenn he et lilich chth thuis. Daar kunt u onder de orig ginele etage, de torenkamer het lichthuis. originele kkoperen opere renn ko koep epel el aanschuiven aan een tafel vvoor oorr tw oo twee ee. koepel twee.

Om een lekker kleurtje te krijgen en uw dagelijkse portie vitamine D aan te maken stapt u ’s zomers gewoon de zon in. In de winter stapt u hiervoor onder de douche. Met de Sunshower zont u namelijk terwijl u doucht. Er zijn twee modellen: de Sunshower Deluxe en de Sunshower Comfort. De eerste wordt in de muur ingebouwd, de tweede kan met een beugel in de hoek van vrijwel elke douche worden gemonteerd. Begin de winterdagen zonnig!

Kijk voor meer informati informatie ie op op www. w www.vuurtoren-harlingen.nl. ww.vuu vuurto t ren-harlingen.nl..

Meer informatie op www.sentavi.com.

Het H et u ultieme l zeilhorloge De Omega SSeamaster eam NZL-32 Chronograph is onmisbaar voor iedere iede ere zei zeilfanaat. eilflfanaa Dit geavanceerde horloge is een automaat, speciaal spe eciaall ontwikk ontwikkeld voor deelname aan zeilwedstrijden. Het is waterdicht wat terdiccht tot 155 Bar en uitgerust met een bijzonder countdownsysteem sys steem m voor dee start van de regatta, weergegeven door vijf gekleurde bollen ge bollen. n. De D e verkoopprijs iis â‚Ź 3380,-

ZorgAlert 31 ZorgAlert_0308.indd 31

28-10-2008 11:39:36


INTERVIEW TEKST: CHRISTEL WITTEVEEN

FOTOGRAFIE: DE BEELDREDAKTIE/VINCENT BOON

Visie van een afscheid nemende Hanso Idzerda:

Hanso Idzerda

‘De uitdaging is te komen tot dzerda heeft ook persoonlijk affiniteit met de zorgsector. Al vroeg in zijn carrière als bankier kwam hij in het bestuur van een Provinciale Kruisvereniging en een stichting met gezondheidscentra. ‘Deze maatschappelijk belangrijke sector met zijn hoogopgeleide professionals is sinds die tijd sterk veranderd. Ik zie dat instellingen steeds meer nadenken over de vraag op welke markten ze zich gaan richten’, vertelt Hanso Idzerda. ‘Dat heeft gevolgen voor financieringen in de sector. Vroeger hielden bankiers bij kredietverlening aan gezondheidsinstellingen vooral in de gaten in hoeverre zij zich aan geldende formele spelregels houden. Tegenwoordig letten ze veel meer op aspecten als ondernemerschap, marktpositie en kwaliteit van het management.’

I

‘Ziekenhuizen en zorginstellingen migreren wat kredietverlening betreft naar een algemeen prijsprofiel, ze zullen een hogere rente moeten betalen’

Ondernemende initiatieven

Risico en prijs

Door de liberalisering van de zorgsector komen er allerlei initiatieven op het pad van banken. Deze initiatieven doen zich zowel in de medisch specialistische zorg, de GGZ als de Care voor. Er is een grote diversiteit aan initiatiefnemers, zoals bestaande instellingen, medische en andere professionals uit de zorgsector en investeerders. CenE Bankiers is actief betrokken bij de financiering van een groot aantal initiatieven. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om zelfstandige klinieken, woon-zorgcomplexen en investeringen vanuit instellingen met een commercieel tintje, zoals zorgboulevards.

Hij legt uit welke gevolgen de liberalisering heeft voor de financiering van investeringen. Bankiers zullen bij kredietaanvragen veel meer aandacht gaan schenken aan vragen als ‘hoe spelen ziekenhuizen in op de nieuwe ontwikkelingen?’. Ook zullen ze meer letten op de kwaliteit van het management en of het ziekenhuis beschikt over sterke medische teams. ‘Er vinden nu investeringen plaats in vastgoed die de komende dertig jaar voor een groot deel de richting van een ziekenhuis bepalen’, aldus Idzerda. ‘Maar de investeringen kunnen de nodige spanning opleveren. Niemand kan immers voorspellen hoe de patiëntenstromen tussen ziekenhuizen onderling en tussen ziekenhuizen en andere zorgaanbieders in de toekomst gaan verschuiven.’

Vanwege de grote verschillen, en het feit dat het vaak zorgondernemingen in een start- of groeifase betreft wordt bij de beoordeling sterk gekeken naar de kwaliteiten van de ondernemer en het businessplan. ‘Hierbij komen de kwaliteiten van CenE optimaal tot hun recht’, vindt Idzerda. ’De specialisten van CenE hebben een goed overzicht over de ondernemende markt, en zijn met die bagage een uitstekende sparringpartner voor de ondernemer in kwestie. Waar dat aan de orde is wordt ook de privésituatie daarbij betrokken. CenE verleent primair bancaire financiering, maar kan wanneer dat nodig is om het financieringsplaatje rond te krijgen, zelfs een participatie nemen.’

Herijking Idzerda begrijpt dat professionals in de gezondheidszorg ruimte zoeken om te ondernemen. Hij vindt dat ook verstandig. ‘Meer marktwerking is goed voor de sector omdat er meer dynamiek ontstaat. Maar dit levert ook nieuwe spanningsvelden op. Door het ontstaan van specialistische klinieken voor plastisch chirurgie behandelingen of flebologie, kan het percentage patiënten dat wegvalt in een traditioneel ziekenhuis flink oplopen. Als dit soort behandelingen, die een grote bijdrage leveren aan de dekking van de kosten, wegvallen, wordt het voor ziekenhuizen lastiger om hun verplichting na te komen om dure, acute zorg te bieden.’ Dit laat zien dat de verhouding medisch specialist – ziekenhuis dringend aan een herijking toe is.

32

Idzerda: ‘Reputatierisico van een instelling zal een belangrijkere rol gaan spelen. Helemaal nu de mondigheid van patiënten toeneemt. Als patiënten in de krant lezen dat een bepaald ziekenhuis minder goed scoort op een bepaalde behandeling zullen ze ervoor kiezen om zich in een ander ziekenhuis, desnoods een eind verderop, te laten behandelen. Ook zorgverzekeraars spelen hierbij een belangrijke rol. Een bank zal goed opletten hoe het bestuur van een gezondheidsinstelling dit soort risico’s beheert.’ ‘Vroeger betrof het financieren van ziekenhuizen en zorginstellingen een activiteit met een zeer laag risicoprofiel. Als een instelling zich maar gewoon aan de regels hield, was de kans op financiële problemen bijzonder beperkt. Banken werken daarom met smalle marges in deze sector. Door meer marktwerking, neemt het marktrisico toe. Dat betekent dat instellingen wat kredietverlening betreft migreren naar een algemeen prijsprofiel. Ze zullen een hogere rente moeten betalen. Dit zal bij instellingen ongetwijfeld leiden tot een scherpere afweging bij het doen van investeringen, en tot meer aandacht voor het managen van het risicoprofiel en de relatie met hun huisbankier(s). Door deze ontwikkelingen blijft de medische sector voor banken interessant.’

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd 32

23-10-2008 12:38:56


Als bankier raakte Hanso Idzerda onder de indruk van de motivatie van bestuurders, professionals en medewerkers in de gezondheidszorg. Op 1 oktober nam hij afscheid als lid van de raad van bestuur van Van Lanschot Bankiers. Idzerda was binnen de RvB eerste aanspreekpunt voor CenE Bankiers, het onderdeel van Van Lanschot dat gespecialiseerd is in financiële dienstverlening aan de zorgsector. Voor de laatste keer geeft hij zijn visie op de financiële ontwikkelingen in de zorg. ‘Financierbaarheid is niet langer vanzelfsprekend.’

een houdbaar model’ Marktwerking geen panacee Meer dynamiek prikkelt onmiskenbaar tot meer kwaliteit en efficiëntie. Een ziekenhuis zal zich door marktdruk proactiever opstellen. ‘Ik zie dat bepaalde ziekenhuizen zich in toenemende mate organiseren langs patiënt- of productlijnen. Er ontstaat dan een heel gerichte aanpak. Bij cardiologie betekent het bijvoorbeeld een intensievere samenwerking met de eerstelijnszorg en met apotheken. Ook zie ik door meer transparantie in de markt discussie ontstaan over de vraag of het verstandig is bepaalde behandelingen wat meer te concentreren bij zich specialiserende ziekenhuizen.’ ‘Wat blijkt namelijk? Sommige ziekenhuizen voeren een bepaalde behandeling gewoon te weinig uit waardoor de kosten per behandeling stijgen en de kwaliteit niet optimaal is. Andere ziekenhuizen gebruiken hun operatiekamers inefficiënt. Ik constateer dat “kosten voor de klant” nu een rol speelt bij instellingen. Zelfs de medicus gaat zich afvragen “welke instrumenten zet ik in?”.’

Solidariteit Marktwerking heeft niet alleen maar voordelen. Een punt waar de politiek terecht naar kijkt is dat marktwerking kan leiden tot een onnodig grote vraag naar behandelingen. Meer omzet is uiteraard in het voordeel van de zorgaanbieders. Het is nog maar de vraag in hoeverre dat een wenselijke ontwikkeling is. Daar komt bij dat privatisering kan leiden tot meer ongelijkheid tussen wie toegang heeft tot zorg. Idzerda: ‘In Amerika maakte marktwerking de zorg juist duurder. We zien ook dat instellingen daar complexe behandelingen weigeren omdat die hun statistieken negatief beïnvloeden. Zo’n hoge prijs willen we in Nederland echt niet betalen voor meer marktwerking in de gezondheidszorg. In ons land zal daarom altijd worden gekozen voor gereguleerde marktwerking. De solidariteit die is ingebouwd in ons stelsel van ziektekostenverzekeringen is een groot goed en illustreert dat.’ Zelf vindt Idzerda de huidige ontwikkelingen in de sector uitermate interessant. ‘Ik ben positief onder de indruk van de manier waarop het management van ziekenhuizen en zorginstellingen reageert en anticipeert op alle ontwikkelingen. Natuurlijk zijn er ook grote verschillen in de manier van aanpak. Overal zie ik een sterk toegenomen dynamiek. De omschakeling naar een model dat stand houdt in de toekomst biedt een uitdaging. Ik heb er alle vertrouwen in dat, gezien de kwaliteit en inzet van de betrokkenen, de zorgsector die uitdaging goed zal weten te benutten.’ 왏

‘In Amerika weigeren instellingen complexe behandelingen omdat die hun statistieken negatief beïnvloeden’ ZorgAlert 33 ZorgAlert_0308.indd 33

23-10-2008 12:39:30


SYMPOSIUM FOTOGRAFIE: PETRA DORENSTOUTER

Ondernemende pro’s als professionele ondernemer

‘Zijn we er klaar voor?’ Een dagvullend programma in Galgenwaard. Ziekenhuisbestuurders en andere hoofdpersonen in de medische wereld kwamen op 3 oktober bij CenE Bankiers in Utrecht bijeen om te filosoferen over de heroriëntatie van de zorg in ziekenhuizen. CenE Bankiers was een van de organisatoren van het aansprekende symposium waarover het laatste woord nog lang niet is gesproken.

V

ooraf werd geconstateerd dat steeds meer ziekenhuizen met een scherp oog naar de huidige zorgverlening kijken, waarbij door planbare zorg en verdere doorvoering van specialisaties het medisch bedrijf in de nabije toekomst drastisch zal veranderen. Veel medisch specialisten broeden, al dan niet samen met het ziekenhuis, op meer ondernemende initiatieven. ‘Maar in hoeverre zijn initiatiefnemers voorbereid op deze nieuwe uitdaging’, was de start van een waardevolle dag in Utrecht. Interessante discussies - die werden gevoed door tal van sprekers - volgden. Het borreluurtje, laat in de middag, werd gebruikt om afspraken te maken om nog eens verder te bomen over professioneel ondernemerschap in de zorg. 왏 34

ZorgAlert

ZorgAlert_0308.indd 34

28-10-2008 12:40:32


COLUMN

In elke uitgave van ZorgAlert: de persoonlijke visie van een CenE Bankiers-medewerker. Wat speelt er in de branche?

AIOS in de schijnwerpers

I

n 2006 heeft CenE Bankiers een volledig op de AIOS (Arts in Opleiding tot Specialist) toegesneden bancaire propositie op de markt gebracht. Vanaf de eerste dag bleek dit een gouden greep te zijn. Inmiddels hebben wij honderden AIOS als nieuwe CenE-relatie mogen begroeten. Hoe valt dit succes te verklaren?

Ruim vijfduizend AIOS in Nederland vormen sinds jaar en dag de ruggengraat van de artsen in de Nederlandse ziekenhuizen. En dat zal in de toekomst ook niet veranderen. Uit onderzoek is namelijk gebleken, dat het overgrote deel van de basisartsen na afronding van de initiële opleiding geneeskunde kiest voor een medische vervolgopleiding. Vooral de opleiding tot medisch specialist is in trek en heeft de voorkeur van ruim zestig procent van de basisartsen. Een AIOS maakt een intensieve leerperiode door. Hiertoe blijft het echter niet beperkt. Het toewerken naar de positie van medisch specialist betekent ook het in aanraking komen met de gewijzigde inkomensstructuur (DBC), met alle consequenties van dien. Ook zal een AIOS moeten gaan nadenken over de juridische, financiële en fiscale consequenties van het toetreden tot de maatschap. En dat zijn lastige vraagstukken, temeer nu ook het verschijnsel ‘personenvennootschap’ zijn intrede doet. En of dat nog niet genoeg is gaat het privéleven door. Het aangaan van relaties, het krijgen van kinderen en het kopen van de eerste woning zijn gangbare zaken in de leeftijdscategorie van de AIOS. De conclusie is helder: een arts in opleiding heeft behoefte aan een bank die bekend is met de sector en dus ook met de specifieke positie van de AIOS. Deze rol vervult CenE Bankiers graag.

FOTOGRAFIE: DE BEELDREDAKTIE/VINCENT BOON

Wij hebben veel kennis en ervaring opgedaan over de diverse medische opleidingen, de inkomensontwikkeling nu en straks en de financiële behoefte van de AIOS tijdens de opleiding. Vanuit een gedegen cashflowanalyse hebben wij een unieke propositie ontwikkeld, die naadloos aansluit bij de financiële positie en het behoeftepatroon van de AIOS. Het CenE AIOS-team geeft persoonlijk advies op maat en regelt alle bancaire zaken, van betalingsverkeer tot hypotheek, van het afdekken van diverse risico’s tot het toetreden tot de maatschap. Met de vele vraagstukken die op hen afkomen, kan een AIOS immers wel een steun in de rug gebruiken. FRITS MULDER Directeur Adviesgroep Medici F.Mulder@cenebankiers.nl

Het AIOS-team bestaat uit: Drs Susanne Versteege, Senior Healthcare Banker, telefoonnummer: 030-6599035 Drs Daphne Jansen, Healthcare Banker, telefoonnummer: 030-6599045 Pieter Steenhuizen, Healthcare Banker, telefoonnummer: 030-6599049 Diana van Loenen-van der Goot, Assistant Healthcare Banker, telefoonnummer: 030-6599024

ZorgAlert 35 ZorgAlert_0308.indd Sec2:35

22-10-2008 18:22:44


Financiële expertise vindt u bij veel banken. Diepgaande kennis van de sector niet. Al eens met een bankier gepraat over gevolgen van de nieuwe bekostigingssystematiek? Over mogelijkheden om uw medische specialisten aan u te binden? Of over optimalisering van uw kasstroom? CenE Bankiers weet wat er speelt in uw wereld. Onze innovatieve aanpak richt zich niet alleen op uw privévermogen of op uw zakelijke financiën. Als gespecialiseerde bankiers voor de medische sector houden wij ons bezig met álle aspecten van het medisch ondernemerschap. Hierdoor kan CenE Bankiers u optimaal van dienst zijn met financieel maatwerk en advies. Bent u op zoek naar een partner met verstand van úw zaken? Bel dan met Henny Claessen via (030) 659 90 20 of kijk op www.cenebankiers.nl.

CenE Bankiers is onderdeel van Van Lanschot Bankiers.

VOOR PROFESSIONALS IN DE MEDISCHE SECTOR

-750

057-0051 Adv zorgalert 225x285.i1 1

16-10-2007 10:33:05


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.