6 minute read
Allerheiligen en Allerzielen troost op de Stadsbegraafplaats
by Stad Leuven
Allerheiligen en Allerzielen: Leuvenaars herdenken hun overledenen
‘Het gemis draag je je hele leven mee’
Op 1 en 2 november gaan veel mensen naar de begraafplaats om hun overledenen te herdenken en een bloemetje bij het graf, de urne of het sterretje te zetten. LVN wandelde over de Stadsbegraafplaats en vroeg bezoekers wie zij komen gedenken.
Ilse Craps (48) en Koen Adolf (47) komen langs bij hun sterrenkindje Thomas. Ilse: ‘Thomas was ons eerste kindje. Dat we hem meteen bij de geboorte moesten afgeven, voelde heel onwezenlijk. Tegennatuurlijk, ook. Zo hoort het niet te gaan. Ons verdriet was immens, en dat is het twintig jaar later eigenlijk nog steeds.’ ‘We komen regelmatig bij Thomas kijken. Ik vind het fijn dat hij hier op de sterrenweide een plekje heeft gekregen. Daar put ik troost uit. Koen is hier vlakbij opgegroeid, en ook zijn ouders passeren wekelijks langs Thomas’ sterretje. Alleen komen doe ik niet snel, ik heb de steun van mijn man nodig.’
Koen: ‘We hebben na Thomas nog een tweede zoontje gekregen: Jonathan. Dat betekent ‘geschenk van God’, en zo voelt het ook echt. De zwangerschap verliep moeizaam, net als de eerste keer. Ilse was niet alleen ’s ochtends misselijk, maar heel de dag. Hoe erg ik ook met haar inzat, voor mij was die misselijkheid ook een geruststelling. Het was een teken dat het goed ging met ons kindje. Na de vele controles in Gasthuisberg voelde de geboorte van Jonathan als een enorme opluchting.’ Ilse: ‘We zullen het verdriet om Thomas heel ons leven met ons meedragen. Rond zijn geboortedatum op 26 september hebben we het extra moeilijk. Ook als we op tv iets horen over 9/11, denken we meteen aan hem. Toen, twintig jaar geleden, was de wereld volledig in de ban van de aanslagen. Maar wij hadden een eigen strijd te voeren.’
‘Ons verdriet doet nog veel pijn’
Clementine Nees (70), haar zoon Benny Frederickx (52) en zorgkundige Christel Decoster (54) brengen een bezoek aan Willy.
Clementine: ‘Mijn man Willy is nog maar drie maanden geleden overleden. Het ging opeens zo snel. Hij was dement, maar eigenlijk was dat het probleem niet. Hij kende ons nog goed en we konden nog heel fijn met hem babbelen. Op een bepaald moment is hij in het ziekenhuis beland. Het was medisch niet verantwoord om Willy naar huis te laten gaan, maar dat kon hij zelf niet plaatsen. Hij moest en zou naar huis, hij was enkel daar nog mee bezig. We gingen elke dag trouw bij hem op bezoek, maar we zagen zijn moed wegzakken. Hij gaf het op, at niet meer, wilde sterven. En zijn gezondheid ging mee achteruit.’ ‘Het gemis kan me op elk moment van de dag overvallen. We deden alles samen. We zijn nog maar anderhalf jaar geleden verhuisd naar een appartement, maar daar heeft Willy maar een jaartje van kunnen genieten. Ons verdriet is heel groot. Het valt me moeilijk om over hem te praten, maar hier op de begraafplaats heb ik wel het gevoel dat ik wat dichter bij hem ben.’
Een najaar vol troost
Tussen 15 oktober en 12 december organiseert de stad in samenwerking met Huis van het Kind en verschillende Leuvense organisaties tientallen troostacties rond verlies, rouw en hoop. Op zaterdag 20 november is er de creatieve workshop ‘Nooit meer beter’, voor kinderen tussen 7 en 9 jaar. Zaterdag 20 en 27 november is er een bijeenkomst voor mensen met een abortuservaring. 27 november kan je ook naar een ontmoetingsmoment met volwassenen in rouw, en dinsdag 30 november wordt er een lotgenotengroep voor jongeren in rouw georganiseerd.
Alle activiteiten vind je op www.huisvanhetkindleuven.be/rouw-en-verlies
Christel: ‘Ik kwam al jaren helpen bij de zorg voor Benny. Ik heb het overlijden dus van heel dichtbij meegemaakt. Ik kon het goed met Willy vinden, en het doet me pijn om zijn gezin nu zo te zien worstelen met hun verlies. Samen naar hier komen is een goede aanleiding om er even uit te zijn. Ik steun hen waar ik kan.’
Marceline Verhoeven (66) wandelt langs het graf van haar neef. Marceline: ‘Elke twee weken maak ik een wandeling over de Stadsbegraafplaats. Ik woon aan het provinciehuis, dus ver is het niet. Het graf van mijn neef is een vaste tussenstop. Hij overleed een jaar geleden aan kanker. Hij was nog maar 63, dat vind ik toch nog jong. Joël had al een tijd last van z’n buik, maar naar de dokter gaan wilde hij niet. ‘Het gaat wel over’, zei hij dan. Uiteindelijk bleek hij galblaaskanker te hebben. Een gezond leven is zoveel waard, dat zouden we eigenlijk wat meer moeten beseffen. Het kan zo snel keren, en dus probeer ik te genieten van elke dag.’ ‘Een tweewekelijks bezoekje aan de begraafplaats vind ik genoeg. Allerheiligen of Allerzielen zijn voor mij geen extra reden om te gaan. Ik ben Jehova’s getuige: die twee feestdagen hebben sowieso weinig betekenis voor mij. Ik kom liever als ik er nood aan heb, en ik raad iedereen aan hetzelfde te doen. Wie weet kom je op de begraafplaats nog wel een oude bekende tegen – zoals ik daarnet. Opeens kruiste ik een vriendin die ik al twintig jaar niet meer gezien of gehoord had. Ze kwam hier het graf van haar man bezoeken. Zo’n onverwacht gesprek kan deugd doen.’
Knappe koppen, slimme stad
Slimme pil
Een pil die als een kleine sensor door je lichaam reist en gegevens doorstuurt over je gezondheid: het klinkt haast futuristisch. Toch doen ze er in onderzoekscentrum imec alles aan om het mogelijk te maken.
Nick Van Helleputte, Scientific Director Circuits & Systems for Health: ‘Wie aan het prikkelbaredarmsyndroom of een chronische darmontsteking lijdt, weet het maar al te goed: maag- en darmaandoeningen zijn moeilijk vast te stellen en gaan vaak gepaard met vervelende onderzoeken als een endoscopie of een stoelganganalyse. We willen daarom een elektronische pil ontwikkelen die via allerlei sensoren meet hoe je maag en darmen op bepaalde voedingsstoffen reageren. Wat lokt een ontsteking uit? Wat eet je te veel of net te weinig om je goed te voelen?’ ‘Zo’n slimme pil maken is een enorme uitdaging. Niet alleen moet de chip in de pil heel klein zijn, hij moet ook een heleboel sensoren hebben én tegen de zure omgeving van onze maag en darmen bestand zijn. Bovendien moeten alle gegevens die de chip verzamelt, worden doorgestuurd naar een arts. Er moet dus ook een heel kleine radiozender in zitten.’ ‘Begin dit jaar hebben we een radiozender gemaakt die dertig keer kleiner is dan de bestaande zenders voor medische communicatie. Een belangrijke stap in de goede richting. Maar er zijn ook nog veel vragen: hoelang blijft de pil het best in je lichaam? Meet hij voor of na het eten? Kan hij ook op één plaats blijven? Dat zijn uitdagingen voor de toekomst.’
Leuven werd door de Europese Commissie uitgeroepen tot Europese Hoofdstad van de Innovatie. Daarom zet LVN elke maand een straffe innovatie van eigen bodem in de kijker. Meer info: www.leuven.be/capitalofinnovation