ISSO-publicatie 82 1 2015

Page 1

publicatie

KENNISINSTITUUT VOOR DE INSTALLATIESECTOR

82.1

Methode 2014

Energieprestatie Woningen Energie-Index-Rapport


ISSO

Kennisinstituut voor de Installatiesector

Kruisplein 25 3014 DB Rotterdam Postbus 577 3000 AN Rotterdam Tel. 010-2065969 Fax 010-2130384 E-mail: isso@isso.nl

ISSO houdt zich bezig met het identificeren van kennisvragen binnen de installatiesector, het ontsluiten en toegankelijk maken van deze kennis in de vorm van praktische ISSO-publicaties en het bevorderen van het gebruiken van ISSO-publicaties als normstellende richtlijnen.

De in ISSO deelnemende organisaties zijn: NLingenieurs: Organisatie van advies- en ingenieursbureaus PIT: Stichting Promotie Installatietechniek TVVL: Nederlandse Technische Vereniging voor Installaties in Gebouwen UNETO-VNI: Ondernemersorganisatie voor de installatiebranche en de technische detailhandel De werkzaamheden worden begeleid door de Raad van Begeleiding, welke ten tijde van het tot stand komen van deze publicatie als volgt was samengesteld: De realisatie van de ISSO-publicatie 82.1 werd verzorgd door de ISSO-kontaktgroep 76, die als volgt was samengesteld: De heer ing. C.A.M. Arkesteijn ISSO Mevrouw ir. C. Bouwens Neprom Mevrouw ir. S.J.M. Dictus Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) De heer R. Geraerts VERO DUCO Ventilation & Sun Control (namens Natuvent) De heer G. Gijsbers AvEPA De heer N. van Haastrecht Essent De heer J. de Jong Brink Climate Systems B.V. (namens VLA) Mevrouw D. Landzaat F&B De heer ir. H.E. Las Kingspan Unidek (namens NII) De heer P. Overman VFK (Vereniging van Nederlandse Fabrikanten) De heer O. van Rijsbergen Woonbond De heer C.J. Saffrie Van den Hoff Installatiebedrijf B.V. De heer ing. D. Struik Struik Consultancy & Services B.V. De heer F.A. Vos UNETO-VNI De heer ir. E.J. Wagenaar Adviesbureau E.J. Wagenaar Werkgroep EPA FEDEC De ontwikkeling van ISSO-publicatie 82.1 is mede tot stand gekomen door een financiële bijdrage van:

Stichting ISSO en degenen die aan de samenstelling van deze publicatie hebben medegewerkt, hebben een zo groot mogelijke zorgvuldigheid betracht bij zowel het verzamelen als bij het verwerken en opstellen van de in deze publicatie vervatte gegevens. Nochtans moet niet worden uitgesloten, dat deze publicatie onvolledig is of dat zij onjuistheden of onvolkomenheden bevat. Degene die van deze publicatie en de daarin vermelde gegevens gebruik maakt, aanvaardt dan ook daarvoor zelf het risico. Stichting ISSO en degenen die aan de samenstelling van deze publicatie hebben medegewerkt sluiten iedere aansprakelijkheid uit voor zowel schade die mocht voortvloeien uit het gebruik van de publicatie als schade die zou kunnen ontstaan als gevolg van eventuele (druk-)fouten, onvolledigheden en onvolkomenheden van deze publicatie. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze publicatie mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het bestuur van Stichting ISSO. Voorzover het maken van kopieën uit deze publicatie is toegestaan op grond van artikel 16h t/m 16m Auteurswet 1912 jo het Besluit van 27 november 2002, Stb 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp). All rights reserved. No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted in any form by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise, without the written permission of the foundation ISSO. Op alle publicaties van Stichting ISSO zijn de Algemene Leveringsvoorwaarden van toepassing. Deze kunt u lezen op www.isso.nl of opvragen bij Stichting ISSO. Aanvullingen en eventuele errata zijn te raadplegen via onze website: www.isso.nl Eventuele opmerkingen en vragen kunnen doorgegeven worden aan ISSO, Postbus 577, 3000 AN Rotterdam, e-mail: isso@isso.nl © Stichting ISSO – Rotterdam, Herziene 3e uitgave, oktober 2015


ISSO-publicatie 82.1

Energieprestatie woningen Energie-Index-Rapport (methode 2014)

ISBN: 978-90-5044-280-0



INHOUDSOPGAVE Samenvatting

5

Summary

5

Symbolenlijst

7

1

Inleiding

2

Energie-Indexrapportage

11

3

Energie-Index

13

4

Standaardomstandigheden

15

5 6

4.1

Standaardklimaatgegevens

15

4.2

Binnentemperaturen

15

4.3

Standaard aantal bewoners en tapwatergebruik

16

Standaard energiebesparende maatregelen

17

Opnameprotocol woningen (Nader Voorschrift)

19

6.1

Bron

21

6.2

Instrumentarium

23

6.3

Stappenplan woningopname

23

6.4

Bepaal de rekenzone (stap 1)

24

6.4.1

Ruimten die altijd bij de rekenzone horen

24

6.4.2

Overige ruimte

24

6.5

6.6

6.7

6.8 6.9

ISSO-publicatie 82.1

9

Algemene woningkenmerken (stap 2)

29

6.5.1

Woningtype

30

6.5.2

Bouwjaar van de woning

30

6.5.3

Renovatiejaar

31

6.5.4

Bouwtype

31

6.5.5

Gebouwafmetingen

31

6.5.6

Type dak

34

6.5.7

Gebruiksoppervlakte

34

6.5.8

Voorzetgevel aan minimaal drie zijden van de woning in een appartementengebouw

34

Thermische schil (stap 3)

34

6.6.1

Oppervlakte constructies

38

6.6.2

Begrenzing constructies

45

6.6.3

OriĂŤntatie

47

6.6.4

Hellend of plat dak

47

6.6.5

Hellingshoek van de ramen

47

6.6.6

Rc-/U-waarde bepalen

47

Installatiebepaling (stap 4)

58

6.7.1

Installatie voor ruimteverwarming

58

6.7.2

Installatie voor ruimtekoeling

65

6.7.3

Installatie voor warmtapwaterbereiding

65

6.7.4

Zonneboiler

69

6.7.5

Ventilatie/infiltratie

70

6.7.6

Elektriciteitsopwekking

72

Bepaling woningtype en gebouwtype

74

6.8.1

74

Opnameprotocol woningtype

Aandachtspunten bij aantal typen woningen en huurwoningen

77

6.9.1

Woningen in appartementencomplex

77

6.9.2

Niet-zelfstandige woonruimten (o.a. studentenwoningen/kamers)

78

6.9.3

Huurwoningen

78

3

Energieprestatie woningen


7

6.10

Voorbeelden voor de bepaling of de overige ruimte tot rekenzone behoort

79

6.11

Aanwijzingen voor begrenzingen bij woningen in appartementencomplexen

80

6.12

Verschil methode voor 2015 en vanaf 2015

83

6.13

Opmerkingen over het opnameprotocol

83

Representatieve woningen

85

7.1

Afwijkingen van bouwkundige aard bij tussen-, hoek- of vrijstaande woning

85

7.2

Afwijkingen van bouwkundige aard bij woningen in appartementencomplex

87

7.3

Afwijkingen in oriĂŤntatie bij alle woningen/appartementencomplex

87

7.4

Afwijkingen van installatietechnische aard bij alle woningen

88

Aanwijzingenvoor het herkennen van bouwkundige constructies

89

Bijlage 1A Bijlage 1B

Aanwijzingen voor het herkennen van installaties

Bijlage 2

Energie-index rapport

131

Bijlage 3

Definitief opnameformulier behorend bij het opnameprotocol NV

132

Literatuurlijst

ISSO-publicatie 82.1

94

151

4

Energieprestatie woningen


SAMENVATTING

SUMMARY

ISSO-publicatie 82.1 bevat het opnameprotocol om de gegevens van een woning te verzamelen, waarmee de Energie-Index van een woning kan worden bepaald. De Energie-Index geeft de energetische prestatie van een woning aan. Een hoge index betekent dat er nog veel energiebesparende maatregelen in een woning mogelijk zijn, een lage Energie-Index betekent dat er veel energiebesparende maatregelen aanwezig zijn. Voor professionele woningbezitters is het onder andere de Energie-index die bepaald wat de huurwaarde van een bepaalde woning wordt. In de BRL 9500-serie zijn de kwaliteitseisen geformuleerd waaraan bedrijven moeten voldoen die zich bezighouden met werkzaamheden op het gebied van energieprestatieadvisering. BRL 9500-1 heeft betrekking op de kwaliteitsborging van het proces van de Energie-Indexrapportage van woningen. ISSO-publicatie 82.1 is een onderdeel van ISSOpublicatie 82. ISSO-publicatie 82 heeft betrekking op woningen en bestaat uit een aantal delen:  Deel 1 Energieprestatie woningen, EnergieIndexrapport (Methode 2014);  Deel 2 maatwerkadvies;  Deel 3 de formulestructuur maatwerkadvies.

ISSO-publication 82.1 contains the inspection method to collect the data of a residential building, which is needed to make the Energy-Indexreport. The Energy Index indicates the energy performance of a residential building. A high index means that there are many energy-saving measures possible, a low energy index means that many energy-saving measures are present in the residential building. For professional residential building owners the Energy index is one of the factors that determined the rental value. Reference is made to the BRL 9500 series for the requirements that the Energy-indexreport and the realization of the Energy-indexreport have to meet. This part of ISSO-publication 82 provides the tool to help meet the requirements as stated in the BRL 9500. ISSO-publication 82.1 is part of ISSO-publication 82. ISSO-publication 82 relates to residential buildings and consists of a number of parts:  Part 1 Energy performance of residential buildings, Energy Index Report (Method 2014);  Part 2 Made-to-measure advice;  Part 3 Formula structure, made-to-measure advice.

In deel 1 is beschreven hoe de woning voor het maken van het Energie-Indexrapport moet worden opgenomen en hoe het Energie-Indexrapport tot stand komt. In dit deel van deze ISSO-publicatie komen aan de orde:  Energie-Indexrapportage;  De berekening van de energie-index;  De standaardomstandigheden voor de berekening van de Energie-index;  De opname van de woning;  Representatieve woningen.

ISSO-publicatie 82.1

Part 1 describes how to include the residential building in the Energy-Index and how the Energy-Indexreport is finalized.  Energy Indexreport;  The calculation of the energy index;  The standard conditions for the calculation of the energy index;  The inspection method for residential buildings;  Residential buildings that are representative.

5

Energieprestatie woningen


ISSO-publicatie 82.1

6

Energieprestatie woningen


SYMBOLENLIJST Als

is de totale verliesoppervlakte van het gebouw of gedeelte van een gebouw behorende tot de categorie woningbouw, bepaald volgens 6.8 (NEN 7120)

[m2]

Ag;usi;W

is de gebruiksoppervlakte van het gebouw of gedeelte van het gebouw met gebruiksfuncties usi in de categorie woningbouw bepaald volgens 6.6.2 (NEN 7120)

[m2]

Ag;W

is de totale gebruiksoppervlakte van het gebouw, voor het gebouw of gedeelte van het gebouw met gebruiksfuncties usi in de categorie woningbouw, bepaald volgens 6.6 (NEN 7120)

[m2]

CEI,W

is de getalswaarde van de naar gebruiksoppervlakte gemiddelde correctiefactor voor de Energie-Index voor het gebouw of gedeelte van het gebouw behorende tot de categorie woningbouw. De getalswaarden voor CEI,usi worden ontleend aan de desbetreffende wet- en regelgeving

[-]

CEI,usi

is de getalswaarde van de correctiefactor voor het referentie-energiegebruik voor de [-] Energie-Index voor het gebouw of gedeelte van het gebouw met gebruiksfunctie usi in de categorie woningbouw

EIusi

is de Energie-Index EI van gebruiksfunctie usi

[-]

EP;adm;tot;bb;usi

is het referentie-energiegebruik van het gebouw of gedeelte van een gebouw behorende tot de categorie woningbouw, voor de Energie-Index

[MJ]

EPTot

is het karakteristieke energiegebruik van het gebouw of gedeelte van een gebouw behorende tot de categorie woningbouw, bepaald volgens 5.4 (NEN 7120)

[MJ]

fg;W;adm;bb

is een factor waarmee, voor de Energie-Index, het referentie-energiegebruik per m2 gebruiksoppervlakte is vastgelegd, voor bestaande gebouwen of gedeelten van bestaande gebouwen behorende tot de categorie woningbouw

[MJ/m2]

fls;W;adm;bb

is een factor waarmee, voor de Energie-Index, een compensatie voor het effect van de [MJ/m2] transmissieverliezen op het energiegebruik is vastgelegd, voor bestaande gebouwen of gedeelten van bestaande gebouwen behorende tot de categorie woningbouw, in MJ/m2 verliesoppervlakte

fstart;W;adm;bb

is een post waarmee, voor de Energie-Index, een constante bijdrage aan het referentie- [MJ] energiegebruik van bestaande gebouwen of gedeelten van bestaande gebouwen behorende tot de categorie woningbouw is vastgelegd, onafhankelijk van gebruiks- of verliesoppervlakte

NW

is het aantal woningbouweenheden in het gebouw, bepaald volgens 6.6.6 (NEN 7120) [-]

W

is de index waarmee specifiek de gebruiksfuncties in de categorie woningbouw worden aangeduid

ISSO-publicatie 82.1

7

[-]

Energieprestatie woningen


ISSO-publicatie 82.1

8

Energieprestatie woningen


1

INLEIDING

Per 1 januari 2015 is de systematiek van het Energielabel voor woningen aangepast. De uitgebreide methode die tot 31-12-2014 werd gebruikt voor het opstellen van een Energielabel wordt vanaf 2015 alleen gebruikt om de EnergieIndex van een woning te bepalen. Voor professionele woningbezitters is het onder andere de Energie-index die bepaald wat de huurwaarde van een bepaalde woning wordt. Elke particuliere woningeigenaar, die voor januari 2015 nog geen label had, heeft begin 2015 een voorlopig Energielabel toegestuurd gekregen. De woningeigenaar kan zelf de woningkenmerken van zijn woning in een webtool aanvullen/invoeren en dit door een erkend deskundige laten controleren. Als de erkend deskundige akkoord is, ontvangt de eigenaar een definitief Energielabel. Nader Voorschrift De bepalingsmethode voor de Energie-Index is aangepast, dit komt voort uit de wens om de energieprestatie voor nieuwbouw en bestaande bouw in ĂŠĂŠn norm (NEN 7120) onder te brengen. In opdracht van de overheid is er een zogenaamd 'Nader voorschrift' opgesteld. Het Nader Voorschrift is gebaseerd op de NEN 7120, NEN 1068 en NEN 8088. Door de invoering van het Nader Voorschrift is de bepalingsmethode voor zowel nieuwbouw als bestaande bouw praktisch gelijk. De bepalingsmethode voor de bestaande bouw is wel minder gedetailleerd dan de methode voor nieuwbouw, er wordt bij bestaande bouw uitgegaan van een aantal vaste waarden uit de NEN 7120. Het gevolg van de aansluiting op de NEN 7120 is dat er een nieuw opname-protocol is opgesteld waarin op een aantal onderdelen uitbreidingen/aanpassingen zijn gedaan om aan te sluiten bij het Nader Voorschrift. In hoofdstuk 6 wordt het gewijzigde opnameprotocol toegelicht. Er is om de Energie-Index te rapporteren eveneens een Energie-Index rapportage opgesteld, zie hoofdstuk 2. Kwaliteitsborging Het proces om te komen tot een Energie-Indexrapportage moet uitgevoerd worden door gekwalificeerd personeel en/ of erkende deskundigen. De onafhankelijkheid van dit gekwalificeerd personeel en/of deze erkende deskundigen moet aangetoond worden met objectieve criteria. Om de kwaliteit van het proces te borgen en de onafhankelijkheid van de deskundige objectief te kunnen beoordelen is de BRL 9500-serie ontwikkeld. In de BRL 9500-serie zijn de kwaliteitseisen geformuleerd waaraan bedrijven moeten voldoen die zich bezighouden met werkzaamheden op het gebied van energieprestatieadvisering. BRL 9500-01 heeft betrekking op de kwaliteitsborging van het proces van de Energie-Indexrapportage van woningen. De Nederlandse regelgeving schrijft voor dat de Energie-Indexrapportages voor woningen alleen mogen worden afgegeven door bedrijven die gecertificeerd zijn volgens de BRL 9500-01. In dit deel van ISSO-publicatie 82 zijn de middelen (gereedschappen) gegeven waarmee kan worden voldaan aan de gestelde proceseisen die de BRL 9500-01 stelt ten aanzien van de gebouwopname en rapportage.

ISSO-publicatie 82.1

9

Energieprestatie woningen


ISSO-publicatie 82.1

10

Energieprestatie woningen


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.