Sozio special huiselijk geweld 2016

Page 1

VAKBLAD VOOR SOCIALE PROFESSIONALS EN HET SOCIALE DOMEIN NR 5 november 2016

INCLUSIEF

SPECIAL VOUCHERS IN DE ZWEEDSE OUDERENZORG

HUISELIJK

GEWELD WAT KUN JE DOEN OM HUISUITZETTING TE VOORKOMEN?

HET WIJKTEAM EN NIET-AANGEBOREN HERSENLETSEL (NAH)


P MAAT door Stan Verhaag

foto Goedele Monnens

(hoofdredacteur Sozio)

Huiselijk geweld Deze Sozio staat voor een groot deel in het teken van huiselijk geweld. In het openings­ artikel 'Een hardnekkige erfenis' schetst Sonja Onclin (Fier) een beklemmend beeld van het fenomeen huiselijk geweld. Ze doet dat aan de hand van twee boeiende voorbeelden uit de praktijk. Ook peilt ze de mening van twee experts, die en passant zinnige adviezen in huis hebben voor professionals. Vervolgens vertelt Janine Janssen welke vele gezichten geweld in afhankelijkheidsrelaties kan heb­ ben. Geweld en afhankelijkheid zijn nauw verbonden, niet alleen in de zin van oorzaak en gevolg, maar ook omdat in het Nederland van nu (met zijn grote nadruk op zelfred­ zaamheid) een slachtoffer dat hulp zoekt niet zelden een beroep doet c.q. moet doen op relaties van wie hij of zij afhankelijk is. Jans­ sen werpt relevante vragen op: 'Hoe ver kan

de overheid hierin gaan?' En: 'Moeten naast slachtoffers niet ook daders en professionals weerbaar zijn?' Sietske Dijkstra inventariseert welke meldingen er binnenkomen bij Veilig Thuis en trekt daaruit conclusies. 'Een effectie­ ve aanpak van huiselijk geweld moet per­ soonsgericht zijn, geeft geweld een gezicht en een verhaal, en houdt rekening met de betekenis van sekse en machtsverhoudin­ gen,' schrijft ze. 'Dit vereist vakmanschap van onderzoekende professionals.' Har Tortike ver­ telt hoe studenten zelf het bijzondere initiatief namen om in theatervorm aandacht te be­ steden aan huiselijk geweld. En tot slot wijdt Jurja Steenmeijer haar rubriek Crossmedia aan het thema van deze Sozio. Stan Verhaag ­

nieuwe inspiratie opdoen? Een greep uit ons opleidingsaanbod: • Post-hbo opleiding tot nVRG-systeemtherapeutisch werker • Opleiding infant mental Health • Post-hbo opleiding seksuologie Kijk op onze website of vraag het programmaboek aan: www.rinogroep.nl/sozio

Congressen 14 dec Samenwerken

in de wijk 3 feb Stressvol ouderschap van zeer jonge kinderen

St. Jacobsstraat 12-14 | 3511 BS Utrecht | T (030) 230 84 50 | e infodesk@rinogroep.nl

m e n s en k ennis


06

Een hard­ nekkige erfenis

Niet-aan­ geboren hersenletsel

Huiselijk geweld is als domino: je tikt het eerste steentje aan en elke nieuwe ­generatie dondert om, besmet door de ­verwoestende cyclus van geweld. Hoe kan slaan, schoppen, kleineren en misbruiken dagelijkse realiteit worden? En hoe zorgen we dat het stopt?

In verschillende wijkteams is behoefte aan deskundigheid op het gebied van niet-aangeboren hersenletsel (NAH). Ook professionals die geen expert zijn, vragen om basiskennis over niet-aangeboren hersenletsel. Vilans, Windesheim Flevoland en de ­Hersenstichting helpen je op weg.

30

Studiereis naar Zweden

Geweld in afhankelijkheids­ relaties

10

‘Geen zinnig mens is tegen weerbaarheid van slachtoffers van geweld. Maar moeten daders en professionals niet ook weerbaar zijn?’ De visie van Janine Janssen, lector ‘Veiligheid in afhankelijkheidsrelaties’ en werkzaam bij de nationale politie.

36

Huisuitzettingen Veilig Thuis Veilig Thuis – ontstaan uit een fusie van de AMK’s (Advies- en Meldpunten ­Kindermishandeling) en de Steunpunten Huiselijk Geweld – pakt in 26 regio’s ­huiselijk geweld aan. Wat voor meldingen komen hier binnen? En welke lessen ­kunnen daaruit worden geleerd?

14 Scènes die slecht aflopen

18

Hoe zorgen we dat de klant echt de regie krijgt en we niet blijven hangen in systeemdenken en aanbodsturing? Met die vraag in het achterhoofd gingen bestuurders en ­medewerkers van de gemeente Woerden en leden van de participatieraad op studiereis naar Stockholm.

De scènes van Forum Theater Amsterdam lopen altijd slecht af. Met opzet. Ze maken deel uit van Actie ENTER, een reeks ­initiatieven van studenten die beter onderwijs wilden over de omgang met (een vermoeden van) huiselijk geweld, kindermishandeling en seksueel misbruik.

44 04 20 23 25 26 29 35 40 43 47

Een huisuitzetting verergert de misère voor alle betrokkenen, inclusief de woning­ corporatie en de gemeente. Dat stelt Sylvita Meertens namens het Meldpunt Voorkomen Huisuitzettingen, waar sinds 2011 ­duizend meldingen zijn binnengekomen. Maar hoe voorkom je een huisuitzetting?

KORT NIEUWS CROSSMEDIA KARIN HOOIMAN OGENBLIK LVB-JONGEREN JOSÉ KOSTER NYNKE ANDRINGA WORSTELING VAKMANSCHAP VOLGENDE KEER Sozio 5 november 2016

|3


illustratie Arend van Dam

HET CITAAT ‘Ik mis in het geheel nog het ­(huiselijk) geweld en mishandeling (van vrouw of man, kind, huisdier) en alle gevolgen daarvan. Niet ­alleen in de directe kosten, maar ook in de kosten die dat weer ­voortbrengt, bijvoorbeeld een kind dat niet goed leren kan, zelf ­agressief wordt, gaat drinken, et cetera.’ C. Gubbels op de website van Het ­Financieele Dagblad (3 oktober 2016), naar aanleiding van een ­artikel over de berekening die het RIVM maakte van de kosten en baten van alcoholgebruik in ­Nederland.

4|Sozio 5 november 2016

INTUSSEN OP TWITTER... Jos Swartjes @JosSwartjes_SP Verwarde mannen worden niet geboren, maar zijn het vervolg op rigoureuze bezuinigingen in de psychiatrie waar deze mensen hulp nodig hebben. kirsten regtop @kirstenregtop Omdat ik alweer #70blogs over #huiselijkgeweld voor #sociaalwerkers gepubliceerd heb, deel ik ze allemaal nog een x!

Filosoof@FiIosoof Het gaat er niet om wie je verlaten heeft, maar om diegenen die bleven en je laten ­lachen. Firevaned @Firevaned Vanuit onwetendheid mensen niet geholpen vanuit de Wmo, maar doorgestuurd naar WLZ. Tijd voor een heldere analyse.


DUBIEUS Karin Hooiman is moeder van Kofi, een jongen van eenentwintig jaar die verstandelijk gezien twee jaar is. Hij is autistisch. Nog maar vijf jaar geleden. Ik lig plat op mijn buik in een greppel achter laag struikgewas en hoop dat hij me over het hoofd ziet, me akelig bewust van mijn knalrode winterjas die door de kale takken kiert. Ik druk mijn neus in de vochtige aarde en ruik bedorven bladeren. Brullend van frustratie banjert Kofi over het pad. Hij ziet me niet. Voor de zekerheid houd ik me nog even gedeisd – net genoeg rust om uit het onmiddellijke te treden – en zie mezelf liggen. Tijdens mijn studie had ik het een en ander gelezen over de loyaliteit van mishandelde vrouwen. Wat hun vent ook uitvrat, diep vanbinnen hieldie toch zoveel van haar. Langzamerhand raakten ze zo verstrikt in hun ­situatie dat ontsnapping onmogelijk leek. Ik dacht: dat zal mij nooit ofte nimmer overkomen. Een dreun terug kan-die dan krijgen! En zie me nu, ­besef ik met klamme neus. Hoe ben ik in dit absurde toneelstuk ­beland? Sja, net als al die anderen, stap voor stap. Al jong stuiterde Kofi bijtend, schoppend en slaand door de ­kamer. Eén keer sloeg ik terug. Nooit zal ik zijn onthutste gezicht vergeten. Wat doe je nou toch, mama? Later perkte ik hem in door boven op hem te gaan liggen met mijn handen om zijn hoofd. Ik had behoorlijk wat overwicht, maar zo rond zijn veertiende was het gedaan met mij; vrienden, buren en politie schoten te hulp. ­Gewapend met fietshandschoenen en armzwachtels tegen nagel­krassen, een pet tegen haren trekken en sleutels aan mijn riem om snel naar buiten te kunnen vluchten, ging ik door het leven. 's Avonds snoerden we hem in een Zweedse band en zetten zijn

bed met keilbouten vast aan de vloer. Op afstand keek ik toe hoe Kwame zijn Wolfskind van zich af trapte. Zag het wit van zijn wagenwijd opengesperde ogen flitsen. De methoden van zijn zelfverdediging waren op zijn zachtst gezegd dubieus. Na afloop trilde hij als een riet, je kon hem uitwringen en een emmer vullen met zijn zweet. Geen professional zou zo'n cao­ accepteren. Maar wij wel. Waarom ­eigenlijk? Je partner kies je, in voor en tegenspoed, maar uiteindelijk toch voorwaardelijk. Met een kind krijg je levenslang. Je gaat er blind voor. ­Moeders schijnen zelfs vast te houden aan de meest misdadige zonen. En Kofi was niet misdadig, alleen maar panisch. We wisten dat we risico's liepen, maar

dat namen we op de koop toe. Soms balanceerden we op het randje ('Dit is de laatste keer'), wilden hem verslagen terugbrengen naar de instelling ('Alsjeblieft, we kunnen het niet langer'), maar deden dat nooit. En nu loopt hij kalm naast me, als ­vanouds door bos en hei. Zijn geluk­ kige glimlach zou een ijsblok nog doen smelten. Hij kan me vermorzelen als hij wil, laatst nog nam hij een nare hap uit mijn arm toen ik koek verbood. De risico's zijn de wereld nog niet uit, maar ja, tegen zijn glimlach heb ik geen verweer. Hij heeft me zo nodig, ziet u. Lees meer op: http://dewereldvankofi.blogspot.nl/

Sozio 5 november 2016

|23


foto Mieke Meessen

AUWders AUWders? Ja, want ouderschap doet soms pijn – net als het werken met ­ouders. In deze column deelt José Koster haar ­ervaringen met ouders en ouderschap Zestien jaar is ze, bijna zeventien. Ze ging naar de huisarts en wilde niet dat ik meeging. Prima. Ze is al erg zelfstandig. Opgewekt komt ze thuis. Terwijl ik de was ophang, vraag ik haar hoe het bij de dokter was. ‘Goed hoor,’ antwoordt ze. ‘Wat zei de dokter?’ ‘O, het heeft met de thuissituatie te ­maken.’ ‘De thuissituatie?’ ‘Ja, er is eigenlijk niets aan te doen, zei ze, alleen maar uit huis gaan of in gezinstherapie.’ ‘Wát zei ze?’ ‘Uit huis gaan of in gezinstherapie. Met zijn allen dan, hè, dus ook met de jongens. Ja, want zij hebben echt ook heel veel last van de spanning, dat zie je misschien niet, maar aan mij vertellen ze dat wel.’ Mijn hartslag loopt op. ‘Inademen’ zeg ik tegen mijzelf terwijl ik mijn tong afbijt. ‘Oké, en wat vind jij van dat advies?’ Rustig blijven, inademen, gewoon doorgaan met de was ophangen. ‘Ik ben het ermee eens. Het liefst zou ik op mijzelf gaan wonen, maar dat mag

niet van jullie, en ik ben nog geen achttien. En ik weet niet of ik wel zin heb in gezinstherapie. Heb je trouwens geld voor het schoolfeest vanavond?’ Dan loopt ze naar beneden. Zingend bakt ze een eitje in de keuken. ‘Wil jij er ook eentje? Mam?’ Wat is dit nou? Uit huis gaan of gezinstherapie? Zoiets verzint ze toch niet? Wat heeft ze verteld aan de dokter? Schaamte. Wat zou ze van ons denken? Twijfel. Misschien is het wel waar. Misschien zijn wij wel echt slechte ouders. Let’s face it. Soms ben ik echt niet ­aardig. En onredelijk. Te veel met mijzelf bezig. Ik wankel. Mijn zelfvertrouwen is in één klap weg. Dan komt de woede: hoe kan een dokter nu zoiets zeggen? Een ­nieuwe arts nota bene! Ze heeft ons nog nooit gezien! Tegen een puber van zestien? Logisch toch dat zij ons als haar ouders afschuwelijk vindt? En dat noemt zich huisarts! Ze is nog heel jong, heeft zeker zelf geen pubers in huis! Ik wil weten hoe dit zit en loop naar de telefoon, maar weet mezelf bij de teugels te grijpen. Nee. Eerst afkoelen,

Ik gun het mijn dochter om p ­ uber te zijn, al kost mij dat soms mijn eer

José Koster

want anders bevestig ik juist dat ik een zeer emotionele, boze moeder ben. Ik wankel aan alle kanten. Stampend stofzuig ik de trap, briesend dweil ik de badkamer. Dochter ligt ondertussen op haar bed te bellen met vriendinnen, gierend van het lachen. Een week later vraag ik de huisarts naar het advies dat ze mijn dochter gaf. ­Helaas: dat is beroepsgeheim. Ik probeer haar uit de tent te lokken: 'Ligt het dan genuanceerder dan mijn dochter vertelt?' 'Ja,' antwoordt ze. En daar heb ik het mee te doen. Ik knap niet echt op van dit consult en besluit het los te ­laten. Die avond komt mijn dochter met een kopje thee op de bank tegen mij aan liggen. ‘Zullen we morgen samen naar de stad?’ ‘Hè gezellig!’ zeg ik. ‘Doen we!’ Ik gun het mijn dochter om puber te zijn. Al kost mij dat soms mijn eer.

José Koster biedt training, onderwijs en coaching aan beroepskrachten in onderwijs, zorg en welzijn. Ook leidt ze oudergerichte projecten (www.josekoster.nl).

Sozio 5 november 2016

|29


DIT IS DE NEGENDE VAN EEN SERIE COLUMNS VAN NYNKE ANDRINGA OVER DE VERANDERINGEN IN DE HULPVERLENING DOOR DE DECENTRALISATIES

Uit de frontlinie Verschil maken = langdurig present zijn Werken in wijkteams is niet: even je oude werk naar een locatie in een wijk verplaatsen. Er komt veel meer bij kijken. Denk aan werken in teamverband en omgaan met nieuwe collega’s met een eigen achtergrond, andere taken en verantwoordelijkheden. Ook start je met het onderhouden van langdurige relaties met de bewoners in de wijk. Met dit laatste aspect worden veel sociaal werkers geconfronteerd die nu zo’n twee jaar in hun wijk werken. Je kunt nu niet meer zomaar zeggen: ‘Ik ben klaar met deze meneer’ of ‘Met dit gezin wil ik niks meer te maken hebben’. Kon je deze groep mensen vroeger nog wel eens doorverwijzen naar een andere organisatie, dat is nu onmogelijk geworden om de simpele reden dat je nergens meer naar kunt doorverwijzen. Het wijkteam is de basisondersteuning waarop bewoners altijd een beroep kunnen

Langdurige relaties met bewoners maken het verschil

doen, zoals patiënten op hun huisarts. Dit betekent dat je als werker moet leren omgaan met gevoelens van machteloosheid, hopeloosheid en irritatie die er soms ook bij horen in je contact met bewoners. 'We zullen moeten blijven doormodderen,' zoals Andries Baart (geestelijk vader van de presentietheorie en -benadering) het noemt. Wanneer je als sociaal werker start met een bewoner, dan weet je dat je van alles gaat meemaken met hem of haar: goede tijden en moeilijke tijden; momenten om te vieren en confronterende gesprekken (als het bijvoorbeeld niet goed gaat met de kinderen). Je maakt voor lange tijd onderdeel uit van een leven en dat maak je van alle kanten mee. Of zoals een werker het onlangs mooi verwoordde: 'Ik leef mee en ben onderdeel van de context van het huishouden.' Dat is een hele verantwoordelijkheid en vergt veel van je. Niet alleen moet je kunnen stimuleren en verbinden, je moet ook kunnen confronteren en corrigeren. Waar nodig moet je met souplesse en zachtheid acteren en met hardheid reageren. Sociaal werker zijn betekent dat je uiterst sociaal vaardig bent en kunt doen wat nodig is.

Dit betekent dat je het werk als generalist en sociaal werker in de wijk niet in je eentje kunt uitvoeren. Je team ondersteunt je en daar kun je op terugvallen. Maar je team houdt je ook een spiegel voor en toont je de blinde vlekken. Waar nodig neemt het team zaken over waarmee jij als professional niet meer uit de voeten kunt. Langdurige relaties met bewoners ­maken het verschil, want als sociaal werker ken jij hen door en door, weet je wat werkt en wat niet, doe je geen overbodige zaken en zorg je dat er alleen passende trajecten worden ingezet. Voor ­bewoners betekent een langdurende relatie dat ze bij hun vertrouwde werker aan een half woord genoeg hebben. Eén gezin, één werker, één plan: het wordt meer en meer duidelijk wat het ­beroep van sociaal werker behelst. Hoe belangrijk een aanpak is die gericht is op langdurende relaties. Hoe belangrijk je team is. Hoe belangrijk jij bent. En het wordt ook steeds duidelijker dat deze aanpak zijn vruchten begint af te werpen. Nynke Andringa Teamleider Sociaal Wijkteam Zuidwest Leeuwarden

Lees meer over de sociale wijkteams in de gemeente Leeuwarden: www.amaryllisleeuwarden.nl

Sozio 5 november 2016

|35


de worsteling

Illustratie Rik Verharen

Is Kim gelukkig met Mike?

Kim is een spontane meid die zelfstandig woont. Ze heeft een lichte verstandelijke beperking. Omdat administratieve zaken lastig zijn voor Kim, krijgt ze ĂŠĂŠn keer per week twee uur ambulante begeleiding. Die begeleider helpt Kim met het ordenen van de post, het betalen van rekeningen en het overzicht houden in haar rekeningen. Kim

40|Sozio 5 november 2016

is open in haar communicatie. Als ze een brief niet begrijpt of hulp nodig heeft, kan ze dit makkelijk aangeven bij haar begeleider. Kim woont sinds twee jaar samen in haar appartement. Haar vriend Mike werkt fulltime, maar zijn contract wordt niet verlengd. Kim heeft binnen hun relatie een (ver)zorgende rol. Zo staat

Kim 's ochtends om vier uur op om voor Mike een kop koffie te maken voordat hij naar zijn werk gaat. Als de begeleiding vraagt waarom ze dit doet, zegt Kim dat Mike niet makkelijk uit bed kan komen. En dat de koffie af moet koelen. Dus als zij het voor hem maakt, is het op de goede temperatuur tegen de tijd dat Mike opstaat.


Coördinatie De Worsteling: Mirjana Petrovic

Kim doet alle huishoudelijke taken. Ze doet de was, want Mike kan dat niet. Kim doet en betaalt alle boodschappen en kookt. Mike houdt niet van boodschappen doen en koken. Wel is hij bepalend in de menukeuze. Kim vraagt hem altijd wat hij die dag wil eten. Als ze iets voorstelt waar hij geen trek in heeft, dan maakt ze het niet. Kim eet hierdoor vaak hetzelfde omdat Mike weinig dingen lekker vindt. Kim houdt ook het huis schoon. Kim lijkt in dienst van Mike te staan, maar zelf denkt ze hier niet zo over. Ze doet het gewoon graag, zegt ze. De b­egeleider heeft al meerdere malen geprobeerd een beter beeld te krijgen van Kims gevoelens over de gang van zaken, om op deze m ­ anier haar eigen keuzes belangrijker te maken. Op zulke momenten geeft ze wel haar mening, maar ze beweegt toch mee met wat Mike doet. Mike hangt als hij thuis is op de bank. Hij rookt dagelijks wiet en speelt online games. Kim houdt van sociale contacten en activiteiten. Zo zit ze op een theaterclub en paardrijden. Ook neemt ze regelmatig deel aan activiteiten die voor jongeren met een beperking georganiseerd worden. Mike heeft geen verstandelijke beperking en vindt deze activiteiten niet leuk. Kim gaat altijd alleen. Ze heeft in het verleden een angst ontwikkeld om alleen te zijn, waardoor het haar ook moeite kost om alleen thuis te zijn. De begeleider denkt dan ook dat Kim mogelijk de relatie in stand houdt zodat ze niet alleen hoeft te zijn. Aan de andere kant komt ze ook regelmatig gelukkig over op de begeleiding. Wat kan de begeleider doen om de ­autonomie van Kim te waarborgen en ervoor te zorgen dat Kim haar eigen keuzes blijft maken? Tot hoever is een (ver)zorgende rol geaccepteerd? Waar ligt de grens tussen verzorgen en onderdrukt worden? En welke rol kan de ambulant begeleider hierin spelen?

Jeroen Groenland, woonbegeleider ­Zideris Bilthoven Deze casus heeft veel kanten. Allereerst gaat het om onze eigen normen en waarden versus die van Kim en Mike. Wat vinden wij een gezonde en ongezonde, een gelijkwaardige en ongelijkwaardige relatie? En hoe zien Kim en Mike dat? Onze normen en waarden zijn vermoedelijk heel anders dan die van hen. Enige terughoudendheid om je te mengen in de relatie van mensen is geboden. Hoeveel ongelijkwaardigheid en afhankelijkheid is er in relaties van mensen zonder een verstandelijke beperking? Hoeveel angst is er voor eenzaamheid? Wat beleven beiden aan deze relatie? Wanneer hebben ze plezier en wanneer zijn ze blij met elkaar? Het lijkt me goed om hierover met hen in gesprek te gaan. Zoek het positieve in de relatie op: waar liggen kansen om de situatie positief te beïnvloeden? Een relatie is geven en nemen én in een relatie moet je jezelf kunnen zijn. Dit kan een uitgangspunt zijn om met Kim in gesprek te gaan. 'Hoeveel geef jij en wanneer krijg je? Kan je zijn wie je bent, als je bij Mike bent?' Nu Mike werkloos is, is het logischer voor Kim om van hem te vragen dat hij (om te beginnen) één keer per week kookt. Benadruk sterk richting Kim dat het belangrijk is voor ieder mens om zelfstandig dingen te ondernemen en dat het dus heel goed is dat zij gaat paardrijden en naar de theaterclub gaat. Benadruk het plezier dat ze eraan beleeft. Er is sprake van onderdrukking als Mike verhindert dat Kim naar haar clubs gaat. Zo ver moet het niet komen.

Lot Schenk, teamleider ambulante ondersteuning in verstandelijk gehandicaptenzorg In dit soort casussen vraag je je als begeleider af: ‘Is hier sprake van een ongelijkwaardige relatie? Doet Kim niet te veel? En levert ze daarvoor niet te veel in? Vaak vervullen de partners een bepaalde behoefte, ontlenen beiden iets aan de relatie en houden ze dat in stand. Voor Mike is dat de behoefte aan verzorging en voor Kim het kunnen zorgen (daginvulling) en het niet alleen hoeven zijn. In de praktijk lijk je als ambulant begeleider weinig invloed te hebben op de keuzes die je cliënt maakt. Maar je houding in het gesprek hierover kan wel een verschil maken. Een niet-veroordelende, oprecht nieuwsgierige houding zorgt ervoor dat onderwerpen bespreekbaar blijven. Het ‘veroordelen’ van Mike of de situatie kan averechts werken, Kim zal zich waarschijnlijk loyaal opstellen naar Mike en het moeilijker maken voor Kim om te zeggen wat ze van zaken vindt. Ook is het mogelijk dat ze sociaal wenselijke antwoorden geeft om de begeleider gerust te stellen. De begeleider kan in de gesprekken met Kim tijd besteden aan het ‘sterker’ maken van Kim. Door bijvoorbeeld een levensboek te maken, kan Kim meer zicht krijgen op haar eigenheid, haar wensen en dromen, haar krachten en aandachtspunten. Wat zijn haar behoeftes? Wat wil ze zelf? Heeft ze het idee dat ze zelf iets te willen of te kiezen heeft? Het kan ook zijn dat Kim gebaat is bij meer uitleg. Soms is het goed om als

Sozio 5 november 2016

|41


de worsteling

Soms is het goed om als begeleider het ‘gewone’ leven uit te leggen aan cliënten

➽ begeleider het ‘gewone’ leven uit te leggen aan cliënten. Of dat er meerdere of andere mogelijkheden bestaan. Maar ook wat er nodig is om zaken te veranderen. Als Kim iets anders doet, zal Mike ook iets anders gaan doen. Misschien wil Mike wel wat anders, maar wil Kim het graag zo blijven doen. Daarnaast speelt de omgeving van Kim een belangrijke rol. Is de begeleiding alleen gericht op Kim of wordt Mike er ook in meegenomen? Zijn er mensen in haar omgeving – ouders, broers en zussen, vriendinnen of vrienden – die kunnen meedenken? Werk je samen met het netwerk? Kortom, hoe je als ambulant begeleider met deze situatie omgaat, wordt bepaald door een heleboel factoren. Koen Kuijper, woonbegeleider Amerpoort Kim heeft een lichte verstandelijke beperking. Ze staat niet onder curatele en heeft geen bewindvoerder. De rol van de begeleider is die van ondersteuner. Hij mag tips geven en zijn mening met Kim bespreken. Als zij echter een andere weg

kiest dan de begeleider voorstelt, dan is dat haar recht. Voor mij geldt dat Kim zich veilig moet voelen. Ze blijkt regelmatig gelukkig over te komen op de begeleider. Kim heeft er geen probleem mee dat ze het huishouden doet. Ze lijkt het vroege opstaan om koffie te maken vrijwillig te doen. Ook is ze in staat om in gesprekken haar mening te geven. Dit alles geeft aan dat ze deze activiteiten vrijwillig doet, dat ze vrijheid heeft en ervaart om andere dingen te doen, zoals sociale contacten onderhouden. Voor mij is dit een waarborg van autonomie hebben en beleven. Wellicht dat de begeleider zou willen zien dat Kim soms andere keuzes maakt. Zo lijkt Kim in haar eentje verantwoordelijk te zijn voor de verzorging. Hierbij gaat de begeleider af op praktische zaken die hij ziet en lijkt hij te interpreteren dat Kim lijdt onder het alleen moeten verzorgen. Het ervaren van een relatie, zich er veilig en gewaardeerd bij voelen is mijns inziens niet afhankelijk van hoe de ‘huishoudelijke’ rolverdeling is, maar hoe beide personen die relatie ervaren. Je spreekt pas van onderdrukking als Kim er meerdere keren blijk van geeft dat ze het

REAGEREN? Benieuwd naar andere reacties? Surf dan naar www.sozio.nl/worsteling. Wil je zelf een reactie plaatsen, dan kan dat. Mail deze naar sozio@mailswp.com. Onder inzenders verloten we een boekenbon.

42|Sozio 5 november 2016

niet eens is met deze rolverdeling en zich ‘misbruikt’ voelt. Daarvan is geen sprake. Dat Kim moeilijk alleen thuis kan zijn zal, is voor haar vermoedelijk een extra reden om een relatie te hebben. Dat is legitiem en geen probleem zolang de veiligheid niet in geding komt. Persoonlijk zou ik als begeleider proberen Kim te ondersteunen zodat de kosten voor het huishouden meer gedeeld worden. Ik zou met Kim bespreken of ze ondersteuning van een bewindvoerder kan gebruiken. Hierdoor blijft de rol van begeleider zuiver en kom je niet in een dubbelrol van adviseur en degene die toestemming geeft voor een handeling.


vakmanschap Hoe komen containerbegrippen als competenties, beroepsvaardigheden, kernkwaliteiten en inzichten in de praktijk tot uiting? In de rubriek ‘Vakmanschap’ vertellen werkers uit ­uiteenlopende beroepsgebieden over hun vakmanschap. Peter Smit is oprichter, coach en begeleider van het ­opleidings- en trainingsbureau ‘Integraalleren’.

Waaruit bestaat jouw vakmanschap? Peter Smit: ‘Met mijn veelzijdige ervaringen in het werken met teams, groepen en organisaties neem ik de rust en de tijd om goed te luisteren en de juiste vragen te stellen. Zo worden voor mij de belevingen, visies en wensen binnen de organisatie helder. Er is over het algemeen te weinig tijd om écht te luisteren, problemen te doorgronden, achter­ gronden te ontrafelen. Zelfs frustraties ontstaan uit betrokkenheid, uit hart ­hebben voor de organisatie maar je ­onvoldoende gehoord en gezien voelen. Elke verandering begint met de individuele ontwikkeling van medewerkers. ‘Ik benoem wat ik zie en hoor en vraag na of dat klopt. Ik kan van een afstand een goede analyse maken. Ik doe vervolgens een gericht aanbod om training of begeleiding in te zetten, gericht op verbetering en het vergroten van het professioneel handelen van de uitvoerende werkers in die veranderende, ­dynamische organisatie. Ik stel realiseerbare alternatieven voor, inspireer en wakker de gedoofde passie weer aan. Ik daag professionals uit hun werk weer professioneel te doen.’ Hoe kom je aan jouw vakmanschap? ‘Ik ben gevormd door mijn socialisatie, werk- en levenservaring, opleidingen, persoonlijke ontwikkeling en leergierigheid. Ik leer nog steeds, maar terwijl ik vroeger vanuit één standpunt keek, stel ik nu de context centraal: de cliënten,

de organisatie en de werkers. Met mijn ervaringen weet ik dat je samen het beste resultaat boekt. Verbondenheid vind ik dan ook erg belangrijk. Ik kom uit de hulpverleningswereld, weet dus waarover ik praat en wat veranderingen teweeg kunnen brengen.’ Wat merkt de cliënt van jouw vakmanschap? ‘Ik merk aan de verbale en fysieke ­reacties dat de ander zich door mij ­begrepen voelt en kan meegaan in mijn voorstellen. Ik zie vooral dat mensen ­gemotiveerd raken om weer energiek aan de slag te gaan. Ze hebben weer een doel, ervaren mogelijkheden en perspectief in de eigen organisatie, ­terwijl het daarvoor een doodlopende weg leek te zijn.’ Wat kun je zelf nog beter ontwikkelen? Peter lacht voluit en geeft toe: ‘Ik ben geen schrijver, maar een bedenker, inspirator en uitvoerder. Ik overzie het ­geheel en de verbanden snel. Ik heb een hoog tempo, waardoor ik soms te ver vooruitloop en moet zorgen dat ­anderen me kunnen volgen. Maar dat ik de weg kan wijzen en een heldere koers uitzetten, zie ik ook als een kwaliteit.’ Wat is je ambitie? ‘Ik ben nog steeds inzetbaar als zzp’er bij zorginstellingen, omdat ik feeling wil houden met het uitvoerend werk.

foto Huub Wiltschut

‘Ook frustratie ontstaat uit betrokkenheid’ ­ atuurlijk wil ik ons opleidings- en N ­trainingscentrum uitbouwen, maar ik wil vooral dat professionals zich als professional gedragen. Verval niet in een klaagmodus. Vraag je af: word ik hier gelukkig van? Zo niet: wat vragen ­betere, uitvoerbare alternatieven van me? Stel je niet passief op, maar maak je sterk voor je idealen. Assertiviteit is niet alleen belangrijk voor onze cliënten. Investeer in je eigen ontwikkeling! Leren leidt tot inzicht en inzicht geeft meer zekerheid en rust. Ik wil professionele werkers tot volle bloei laten komen, want organisatiegeluk is het geluk van de uitvoerende werker, en omgekeerd.’ Huub Wiltschut

Peter Smit (40) werkte lange tijd als instructeur bij Defensie. Daarna maakte hij de overstap naar de Justitiële Jeugdinrichting Den Engh, waar groepsleiders werden gezocht voor groepen ernstig gedragsgestoorde jongeren. En passant volgde hij de hbo-opleiding SPH, de Supervisieopleiding en de Master Culture and Change met als specialisatie Persoonlijke Ontwikkeling. Peter omschrijft zichzelf als 'een doortastende begeleider' die het belangrijk vindt dat uitvoerende werkers tot hun recht komen in voortdurend veranderende organisaties. Zie ook www.integraalleren.nl

Sozio 5 november 2016

|43


volgende keer in

Colofon Nr. 5, 2016, 21e jaargang. Sozio verschijnt zes keer per jaar (februari, april, juni, september, november, december). Abonneeservice | Abonnementenland Postbus 20, 1910 AA Uitgeest www.aboland.nl 0900 226 52 63 (10 ct p/m) Opzeggingen (uitsluitend schriftelijk) dienen 8 weken voor afloop van de abonnementsperiode in het bezit te zijn van Abonnementenland. Prijswijzigingen voorbehouden.

DE DRIJVENDE AMBACHTSSCHOOL

Redactieadres | Postbus 12010, 1100 AA Amsterdam-Zuidoost (020) 330 72 00 sozio@mailswp.com Redactie | Zafanja Hartog, Michiel Lochtenberg, Mirjana Petrovic, Marc ­Räkers, Jurja Steenmeijer, Stan Verhaag (hoofd­redacteur), Jaap van Vliet, Huub Wiltschut. Vaste medewerkers | Ben Boksebeld, Fred Gijsberts (corrector). Uitgever | Paul Roosenstein Uitgeverij | B.V. Uitgeverij SWP Postbus 12010, 1100 AA Amsterdam-Zuidoost (020) 330 72 00 admi@mailswp.com www.swpbook.com Uitgeverij SWP kan niet aansprakelijk worden ­gesteld voor het gebruik of de overname van teksten door derden in deze uitgave. De aansprakelijkheid hiervoor berust bij de individuele auteur. Vormgeving | LandGraphics, Amsterdam Drukwerk | Drukkerij Holland, Alphen a/d Rijn

De Drijvende Ambachtsschool (DAS) in Harderwijk, met Jan Geyteman (foto) aan het roer, haalt jongeren aan boord die bij reguliere hulpverleningsinstanties buiten de boot vallen. Buitengaats (ofwel op volle zee) en op de eilanden worden de jongeren aan het werk gezet. Er is aandacht voor basale vaardigheden als het aanbrengen van dag- en nachtritme, uitbreiden van sociale vaardigheden, omgaan met regels en autoriteit en persoonlijke verzorging. Hun leergierigheid wordt geprikkeld en ze ontdekken hun talenten. Hoe ziet deze bijzondere vorm van hulpverlening eruit?

INTERVIEW LINEKE VERKOOIJEN Lineke Verkooijen is al ruim twintig jaar in de ban van vraagstukken over de eigen regievoering van cliënten. Ze is lector Klantenperspectief in Ondersteuning en Zorg bij Windesheim Flevoland. 'Vaak wordt in termen gesproken als: hoe kun je als professional ervoor zorgen dat je de eigen regievoering van de cliënt stimuleert, teruggeeft, overneemt of versterkt? Maar die termen kloppen niet. Ze suggereren dat de professional lijkt te weten hoe de ander zijn leven zou moeten leven. Het is maar de vraag of dat kan.'

ONDERWERPEN ONDER VOORBEHOUD.

DE VOLGENDE SOZIO VERSCHIJNT OP 16 DECEMBER.

Fotografie en illustraties | Johannes Abeling, Ebru Aydin, Bigstockphoto, Che, Arend van Dam, Jos Diender, Jannis Lootens, Mieke Meessen, Tiva Pam, Huub Wiltschut. Abonnementsprijs | Particulieren € 49,50 per jaar; instellingen € 97,50 per jaar; studenten € 39,50 per jaar. Collectieve abonnementen vanaf 10 ex. (op één adres) € 43,00 per ab. Collectieve abonnementen vanaf 50 ex. (op één adres) € 39,00 per ab. Collectieve abonnementen vanaf 10 ex. (op verschillende adressen) € 47,00 per ab. Collectief studentenabonnement vanaf 10 ex. € 34,00. Collectief studentenabonnement vanaf 100 ex. € 29,00.Toeslag buitenland € 11,50 (m.u.v. België). Los exemplaar € 9,95. Digitale losse nummers zijn verkrijgbaar via www.soziodigitaal.nl Advertenties | Voorwaarden en tarieven worden op aanvraag toegezonden. Bureau van Vliet. Accountmanager Luciène Paap, l.paap@bureauvanvliet.com (023) 571 47 45. Resterende verschijningsdatum in 2016: 16 december. Kopij | Richtlijnen voor auteurs zijn beschikbaar en op te vragen bij de redactie. Kopij digitaal aanleveren via e-mail: sozio@mailswp.com. © 2016 Uitgeverij SWP, Amsterdam. De Algemene Voorwaarden van B.V. Uitgeverij SWP zijn van toepassing. Zie: www.swpbook.com. Alle rechten voorbehouden. ISSN 1872-0072


Zorg & Welzijn Academy Cursus: Aansturen en begeleiden van wijkteams Om een werkwijze te ontwikkelen die in lijn is met de doelen van de transitie, namelijk innovatie van de zorg (transformatie) en tegelijk de zorg goedkoper uitvoeren (bezuiniging), hebben veel gemeenten wijkteams ingesteld. In dit transformatieproces is een teamleider een belangrijke spilfiguur tussen het wijkteam, de beleidslaag en het bestuur. Teamleiders blijken in de praktijk echter onvoldoende tijd en handvatten te hebben om de van hun verwachte rollen goed te vervullen. De noodzakelijke transformatie van het sociaal domein komt daardoor niet voldoende tot stand. Deze cursus helpt teamleiders om beter invulling te leren geven aan hun verschillende rollen.

Docent: Suzanne Bunnik Cursusduur: 2 dagen (4 dagdelen) Locatie: Bildung.City Amsterdam Aanmelden: www.zorgenwelzijn.academy

www.zorgenwelzijn.academy Logavak Opleidingsgroep |

đ&#x;“žđ&#x;“ž 020 622 77 95

|

www.logavak.nl |

info@logavak.nl

1-2_SoziO_ZorgenwelzijnAcademy_begeleiden wijkteams.indd 1

5e kenniscongres stoornissen In 1 dag een kennis-update over stoornissen!

5-10-2016 16:49:18

đ&#x;“…đ&#x;“…  ✎

8 december 2016 Reehorst Ede www.kenniscongres.nl

Het woord stoornissen wordt door veel mensen als negatief ervaren. Het wordt geassocieerd met etiketteren van bijvoorbeeld kinderen en jongeren om hen in een DSM-hokje te kunnen plaatsen. Handig voor behandelaars, maar stigmatiserend en hinderend voor de betrokkenen zelf. Kinderen en jongeren met een stoornis zijn niet minder goed of minder normaal, maar zij hebben wel meer of andere ruggensteunen nodig dan ‘gemiddeld’. Het 5e Kenniscongres Stoornissen gaat over hoe professionals in zorg en onderwijs deze kinderen en jongeren kunnen ondersteunen en begeleiden in groei en ontwikkeling. Onderwerpen die plenair aan bod komen zijn: • Het ondersteunen van leerlingen met leerproblemen. • De relatie tussen executieve functies en probleemgedrag • De relatie tussen hersenen en gedrag. in de klas. • Mogelijke alternatieve behandelingen voor ADHD.

Logacom BV

đ&#x;“žđ&#x;“ž 020-3203364 ⌂ www.logacom.nl Spaklerweg 79, 1114 AE Amsterdam-Duivendrecht

1-2_SoziO_LOGACOM_5e kenniscongres stoornissen.indd 1

7-10-2016 17:12:16


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.