• Regelgeving leidt tot inkomensval voor werkende jonggehandicapten
CNV in de bres voor Wajong’ers
Marieke de Koning heeft een Wajong-uitkering en (binnenkort) een betaalde baan. „Ik ga er waarschijnlijk nauwelijks op vooruit.” FOTO KOEN VERHEIJDEN
Jonggehandicapten met een Wajong-uitkering gaan er financieel op achteruit als ze werken. CNV Jongeren komt hiertegen in actie. Sylvie van Nieuwerburgh Jonggehandicapten kunnen er financieel op achteruit gaan zodra zij gaan werken. Dit is ontoelaatbaar vindt CNV Jongeren. In samenwerking met de CG-Raad (Chronisch zieken en Gehandicapten Raad Nederland) en Jopla, een platform voor mindervaliden, begint de jongerenafdeling van de vakbond morgen een speciale meldlijn. Daar kunnen jongeren met een beperking hun verhaal kwijt over de gevolgen van werk op hun financiële situatie. Mensen die al vanaf jonge leeftijd of sinds hun studententijd gehandicapt zijn, hebben recht op een zogeheten Wajong-uitkering (Wet Arbeidsongeschiktheidvoorziening Jonggehandicapten). Zij moeten minimaal voor 25 procent arbeidsongeschikt verklaard zijn. Dit percentage wordt vastgesteld door de verzekeringsarts en een arbeidsdeskundige. De hoogte van de uitkering is afhan-
kelijk van wat de jonggehandicapte nu nog kan verdienen, en van wat hij of zij had verdiend wanneer geen sprake van arbeidsongeschiktheid was geweest. De uitkering is maximaal 75 procent van het minimumloon (ongeveer 900 euro). Jongeren met een fysieke of verstandelijke handicap moeten deze uitkering gedeeltelijk inleveren als
’Ik heb geen flauw idee wat ik ga verdienen’ Marieke de Koning (26) bleek bij de geboorte spastisch. Haar spieren worden niet optimaal aangestuurd vanuit de hersenen. In september gaat ze als student-assistent bij de Radboud Universiteit Nijmegen werken. Dit heeft de jong gehandicapte laten weten aan het UWV. De uitkeringsinstantie kan haar echter nog niet vertellen wat dit betekent voor de hoogte van haar uitkering. Hierdoor heeft ze nauwelijks zicht op haar toekomstige financiële situatie. „Ik heb geen flauw idee wat ik straks ga verdienen. Pas nadat het UWV de loonstrookjes heeft, kunnen ze de hoogte van mijn uitkering berekenen. Ik ga ervan uit dat ik gekort wordt. Dan ga ik er nauwelijks op vooruit.”
ze gaan werken. Soms is het ingeleverde bedrag echter zo hoog dat ze per saldo minder te besteden hebben. „Dit kan voor deze jongeren rampzalig uitpakken”, zegt KlaasPieter Derks, voorzitter van CNV Jongeren. „Wij pleiten ervoor dat mensen werken, maar dan moet dat wel lonen.” Op dit moment mogen Wajong’ers maximaal 20 procent bijverdienen, anders wordt er gekort op hun uitkering. Derks: „Dit percentage moet hoger worden”. De vakbond gaat zich niet alleen sterk maken om financiële achteruitgang door dergelijke regelgeving te voorkomen, maar ook voor meer loon op zich. Daarnaast wordt gepleit voor duidelijkere voorlichting door uitkeringsinstantie UWV. Jongeren blijken vaak niet te weten waar ze aan toe zijn. „Klopt”, zegt een woordvoerder van het UWV. Hoeveel er in mindering wordt gebracht, blijkt afhankelijk van verschillende factoren: het aantal gewerkte uren, het loon, caobepalingen, begeleiding op het werk en loonwaarde. Deze laatste wordt bepaald door de mate van arbeidsproductiviteit. „Er is geen vuistregel. Het is allemaal erg afhankelijk van de individuele situatie. Pas op het moment dat het duidelijk wordt wie
waar en hoe lang gaat werken, kunnen wij zeggen wat dit betekent voor de uitkering.” De meldlijn is tot en met 7 september bereikbaar. Daarna volgt een onderzoek en wordt naar mogelijke oplossingen gezocht.
Ruim 4000 euro alsnog terugbetalen aan UWV Twee jaar geleden kreeg Alfons Heringa (23) een zeer zware epileptische aanval. Hierdoor moest hij zijn baan bij een autobedrijf opzeggen. Hij werd voor 100 procent afhankelijk van een Wajong-uitkering. Een jaar later vond hij een nieuwe baan als vuilnisman. Wekelijks stuurde hij zijn loonbriefjes naar het UWV. Vader Henk: „Wij hebben vanaf het begin laten weten dat mijn zoon weer werkte, omdat we weten dat een inkomen gevolgen heeft voor de Wajong-uitkering. Het instituut reageerde echter nooit. Pas later eiste ze plotseling zijn loon, verdiend als vuilnisman, op. Dit was niet gebeurd als het UWV de zaak goed en snel had afgehandeld.” In totaal moeten de Heringa’s meer dan 4000 euro terugbetalen. Hier hebben ze bezwaarschriften tegen ingediend.