Groenblauw speelweefsel kind en ruimte

Page 1

Kindvriendelijke publieke ruimte Kwalitatieve , speelse en kindvriendelijke ruimte. Opdracht binnen verschillende beleidsdomeinen

Studiedag groen speelweefsel Leuven 19 mei 2017 Peter Dekeyser


Kindvriendelijke publieke ruimte


Peter Dekeyser – stafmedewerker

Kind & Samenleving vzw Lange Ridderstraat 22 │ 2800 Mechelen - België Contact: +32 (0)487 023 215 │ pdekeyser@k-s.be

Algemeen telefoonnummer van K&S: + 32 (0)487 023 390 www.k-s.be





SPELEN

STEDELIJKHEID expertisedomeinen

RUIMTE


SPELEN

STEDELIJKHEID expertisedomeinen

RUIMTE

Onderzoek : analyse (kwantitatief, kwalitatief) participatie


SPELEN

STEDELIJKHEID

RUIMTE

expertisedomeinen

Onderzoek : analyse (kwantitatief, kwalitatief) participatie INSPIRATIE INNOVATIE AANBEVELINGEN

PRODUCTEN TOOLS METHODIEKEN


SPELEN

STEDELIJKHEID

RUIMTE

expertisedomeinen

Onderzoek : analyse (kwantitatief, kwalitatief) participatie INSPIRATIE INNOVATIE AANBEVELINGEN

PRODUCTEN TOOLS METHODIEKEN


Kindvriendelijke publieke ruimte 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

Types speelruimte Spreiding en inplanting van speelruimte Inrichting en uitrusting van speelruimte Beleidsinstrumenten Verkavelingen en woonprojecten Bespeelbare publieke ruimte Inspraak -> invloed


1. Types speelterreinen


1. Types speelterreinen “Speeltoestellen Speelterrein” “speeltuinkarakter”

Speellandschap


1. Types speelterreinen

Groen-avontuurlijk met/zonder toestellen

(speelnatuur)


1. Types speelterreinen

Groen-avontuurlijk Inspelen op natuurlijke potenties


1. Types speelterreinen

Sportgericht Verschillende types voetbal/basket


1. Types speelterreinen

Sportgericht Skate, bike, blade


1. Types speelterreinen

schoolspeelplaats Diverse vormen


1. Types speelterreinen

Buitenruimte jeugdwerk


1. Types speelterreinen

Passageplekken - stenig


1. Types speelterreinen

Passageplekken - stenig

Atelier dreiseitl


1. Types speelterreinen

Bespeelbare publieke ruimte <-> speelruimte ?

Typologieën van speelruimte (types inrichting)

Begrippen ‘inrichting’ en ‘uitrusting’


2. Spreiding en inplanting van speelruimte


2. Spreiding en inplanting van speelruimte

1.Schaalniveau’s en hun bereik


2. Spreiding en inplanting van speelruimte Schaalniveau Stedelijk/regionaal (regio, stad)

Schaalniveau Stadsdeel/Gemeente Schaalniveau Wijk/Deelgemeente Schaalniveau Buurt Schaalniveau straat


2. Spreiding en inplanting van speelruimte Schaalniveau Stedelijk/regionaal (regio, stad)

Schaalniveau Stadsdeel/Gemeente Schaalniveau Wijk/Deelgemeente Schaalniveau Buurt Schaalniveau straat


2. Spreiding en inplanting van speelruimte Schaalniveau Stedelijk/regionaal (regio, stad)

Schaalniveau Stadsdeel/Gemeente Schaalniveau Wijk/Deelgemeente Schaalniveau Buurt Schaalniveau straat


2. Spreiding en inplanting van speelruimte Schaalniveau Stedelijk/regionaal (regio, stad)

Schaalniveau Stadsdeel/Gemeente Schaalniveau Wijk/Deelgemeente Schaalniveau Buurt Schaalniveau straat


2. Spreiding en inplanting van speelruimte Schaalniveau Stedelijk/regionaal (regio, stad)

Schaalniveau Stadsdeel/Gemeente Schaalniveau Wijk/Deelgemeente Schaalniveau Buurt Schaalniveau straat


2. Spreiding en inplanting van speelruimte Schaalniveau Stedelijk/regionaal (regio, stad)

Schaalniveau Stadsdeel/Gemeente Schaalniveau Wijk/Deelgemeente Schaalniveau Buurt Schaalniveau straat


2. Spreiding en inplanting van speelruimte

1.Schaalniveau’s en hun bereik

Straatniveau

Buurtniveau

Wijkniveau

Gemeentelijk niveau

Enkel voor de straat

300 à 400 meter

600 à 800 meter

Voor volledige gemeente


2. Spreiding en inplanting van speelruimte

2. Focus op deelgebieden


2. Spreiding en inplanting van speelruimte

2. Focus op deelgebieden

Vb. Geel gehucht ‘Punt’


2. Spreiding en inplanting van speelruimte

2. Focus op deelgebieden


2. Spreiding en inplanting van speelruimte

2. Focus op deelgebieden


2. Spreiding en inplanting van speelruimte

3.Speelweefsel


2. Spreiding en inplanting van speelruimte

4.Inplanting in de directe omgeving • • • • • • •

De speelruimte is aanliggend aan bestaande (liefst trage) wegverbindingen voor zachte weggebruikers De toegang is op een visueel open manier verbonden met de omliggende wegverbindingen. Er is een goede mogelijkheid tot sociale controle. Wat betreft ligging ten opzichte van bewoning: voorkanten, eerder dan achterkanten. Er is gepaste aandacht voor buffering naar de omliggende bewoning. De ligging van het terrein is zo centraal mogelijk ten opzichte van de beoogde wijk. Dat het terrein aanliggend is aan publieke voorzieningen vormt een extra waarde .


2. Spreiding en inplanting van speelruimte

Begrippen:

spreiding (zie ook schaalniveau) inplanting in het speelweefsel in de directe omgeving (verbindingen / barrières)

schaalniveau “bedoeld bereik”

speelweefsel bestaande toestand gewenste toestand


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte

Kenmerken van een goede inrichting en uitrusting

3 basisvoorwaarden  Functioneel  Veilig  Geborgenheid en avontuurlijkheid


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte 3 basisvoorwaarden

Kenmerken van een goede inrichting en uitrusting

FUNCTIONEEL


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte 3 basisvoorwaarden FUNCTIONEEL  Functioneel = diverse leeftijdsgroepen

Kenmerken van een goede inrichting en uitrusting


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte 3 basisvoorwaarden  Functioneel = diverse spelvormen

Kenmerken van een goede inrichting en uitrusting

Receptief spel. Sociaal spel

Fantasiespel. Constructiespel.

Explorerend/experimenterend bewegen

Herhalend bewegen. Regelspelen.


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte 3 basisvoorwaarden  Functioneel = diverse spelvormen

Kenmerken van een goede inrichting en uitrusting

Receptief spel.

Genieten van iets dat aan het gebeuren is

Sociaal spel

Genieten van het samenzijn

Fantasiespel.

‘Doen alsof’ spel

Constructiespel.

Knutselen, prutsen, ineen steken, uiteenhalen, bouwen

Explorerend/experimenterend bewegen

uitdaging, ontdekken

Herhalend bewegen. Bewegen ‘om de beweging’ Regelspelen.

Spelen met reglementen, => winnaars, verliezers


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte 3 basisvoorwaarden  Functioneel = diverse spelvormen

Kenmerken van een goede inrichting en uitrusting

Receptief spel. Sociaal spel

Fantasiespel. Constructiespel.

Explorerend/experimenterend bewegen

Herhalend bewegen. Regelspelen.


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte 3 basisvoorwaarden

Kenmerken van een goede inrichting en uitrusting

GEBORGENHEID & AVONTUURLIJHEID


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte 3 basisvoorwaarden  Geborgenheid & avontuurlijkheid

Kenmerken van een goede inrichting en uitrusting


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte 3 basisvoorwaarden

Kenmerken van een goede inrichting en uitrusting

VEILIGHEID


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte

VEILIGHEID

KB veilige uitbating speelterreinen

Koninklijk besluit van 28 maart 2001 betreffende de uitbating van speelterreinen.


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte

VEILIGHEID

Koninklijk besluit betreffende de uitbating van speelterreinen Wetgeving heeft 3 grote luiken: 

Controleren of het speelterrein veilig is alvorens het opengaat.

Zorgen dat het speelterrein veilig blijft, door verder nazicht en onderhoud.

Administratie die laat zien dat je alle nodige controles en onderhoud hebt gedaan.


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte

VEILIGHEID

Koninklijk besluit betreffende de uitbating van speelterreinen Wetgeving heeft 3 grote luiken: 

Controleren of het speelterrein veilig is alvorens het opengaat. RISICOANALYSE

Zorgen dat het speelterrein veilig blijft, door verder nazicht en onderhoud. ONDERHOUDSACTIES

Administratie die laat zien dat je alle nodige controles en onderhoud hebt gedaan. ADMINISTRATIE


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte

VEILIGHEID

Koninklijk besluit betreffende de uitbating van speelterreinen RISICOANALYSE Normen / wetgeving. Normen zijn niet verplicht. speeltoestel dat in overeenstemming is met norm, wordt vermoed te voldoen aan de algemene veiligheidsverplichting.

ATTEST

ATTEST ATTEST

ATTEST


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte

VEILIGHEID

Koninklijk besluit betreffende de uitbating van speelterreinen ONDERHOUDSACTIES 

Risicoanalyse

Onderhoudsacties - regelmatig nazicht

- onderhoud - periodieke controle

Administratie


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte

VEILIGHEID

Koninklijk besluit betreffende de uitbating van speelterreinen ADMINISTRATIE 

Risicoanalyse

Onderhoudsacties - regelmatig nazicht

- onderhoud - periodieke controle

Administratie - inspectie- en onderhoudsschema - Het administratief bijhouden van bovengenoemde acties.


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte

VEILIGHEID


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte

Kenmerken van een goede inrichting en uitrusting

3 basisvoorwaarden  Functioneel  Veilig  Geborgenheid en avontuurlijkheid

Instrumentarium Zonering

Grondwerken Groenvoorziening Constructies


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte Instrumentarium - terrein

Kenmerken van een goede inrichting en uitrusting


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte Instrumentarium – zoneringsplan

Kenmerken van een goede inrichting en uitrusting


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte Instrumentarium - grondwerken

Kenmerken van een goede inrichting en uitrusting


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte Instrumentarium - groenvoorzieningen

Kenmerken van een goede inrichting en uitrusting


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte Instrumentarium - speelaanleidingen

Geconstrueerde elementen -

Kenmerken van een goede inrichting en uitrusting

* Speeltoestellen (uit de handel) * Andere speelaanleidingen,


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte

Kwaliteitsvolle inrichting van pleinen Zelfde principes voor pleinen: 1. Vlekkenplan: looplijnen + ‘kamers’ maken 2. Reliëf en groenvoorzieningen als bouwstenen 3. Straatmeubilair + speeltoestellen als ‘meubelstukken’


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte


3. Inrichting en uitrusting van speelruimte

3 basisvoorwaarden  Functioneel > spelvormen  Veilig > risicoanalyse  Geborgenheid en avontuurlijkheid

Instrumentarium Zonering

Grondwerken Groenvoorziening Constructies


4. Beleidsinstrumenten


4. Beleidsinstrumenten 1. Beleidsplannen

Een samenhangende en concrete visie. Met een uitvoerbaar actieplan. Gebaseerd op: • de bestaande ruimte, • ruimtelijke plannen (mobiliteit, R.O., enz…) • noden van burgers, • eigen “visie op speelkansen” van het bestuur Type Speelruimtebeleidsplan, jeugdruimteplan, speelweefselplan,… verweving van speelkansen in andere ruimtelijke plannen.

2. Inrichtingsplannen

Gericht op een specifiek project, terrein,

Keuze van typologie Keuze van schaalniveau


4. Beleidsinstrumenten 1. Beleidsplannen

Speelweefselplan, speelruimtebeleidsplan, jeugdruimteplan, masterplan speelruimte,..

Speelweefsel-idee "Een speelweefsel is een samenhangend geheel van plekken en verbindingen die belangrijk zijn voor kinderen en jongeren" • Formele ruimten (speelterreinen, schoolspeelplaatsen, buitenruimte jeugdwerk, sportveldjes,… • Informele ruimten (parkjes, pleinen, hoeken van de straat,…

• Verbindingen (wegstructuur, trage wegen,….)


4. Beleidsinstrumenten 1. Beleidsplannen

Speelweefselplan, speelruimtebeleidsplan, jeugdruimteplan, masterplan speelruimte,..

Speelweefsel-idee = basis van de beleidsplannen: Fase 1: bestaande structuur, knelpunten en potenties

voorbeeld Steenhuffel


4. Beleidsinstrumenten 1. Beleidsplannen

Speelweefselplan, speelruimtebeleidsplan, jeugdruimteplan, masterplan speelruimte,..

Speelweefsel-idee = basis van de beleidsplannen: Fase 2: Gewenste structuur speelweefsel

VISIE

voorbeeld Steenhuffel


4. Beleidsinstrumenten 1. Beleidsplannen

Deel 1: Informatief gedeelte

Analyse, synthese, knelpunten en potenties

Deel 2: richtinggevend gedeelte De gewenste toestand wordt uitgewerkt

Deel 3: Actieplan Verschillende acties worden uitgewerkt (budget, aanpak, Samenwerking,‌) Onderscheid tussen beleidsacties & acties gericht op ruimtelijke ingrepen.


4. Beleidsinstrumenten 1. Beleidsplannen

Hoe is het nu?

Hoe zou we willen dat het is?

Deel 1: Informatief gedeelte

Analyse, synthese, knelpunten en potenties

Deel 2: richtinggevend gedeelte De gewenste toestand wordt uitgewerkt

Wat gaan we ook daadwerkelijk uitvoeren?

Deel 3: Actieplan Verschillende acties worden uitgewerkt (budget, aanpak, Samenwerking,‌) Onderscheid tussen beleidsacties & acties gericht op ruimtelijke ingrepen.


4. Beleidsinstrumenten 2. Inrichtingsplannen


4. Beleidsinstrumenten 2. Inrichtingsplannen

Ingebed in een traject Visie, Typologie, schaalniveau, noden en behoeften gebruikers, ‌ Landschappelijk ontwerp !!!

Inhoudelijke fase

Ontwerpfase

Uitvoeringsfase

gebruiksfase


4. Beleidsinstrumenten

1. Beleidsplannen

2. Inrichtingsplannen


5. Verkavelingen en woonprojecten


5. Verkavelingen en woonprojecten

Werken aan mobiliteit

1.Fijnmazig fiets- en wandelnetwerk

Fiets- en wandelpaden; doorsteken Uitbouwen langsheen belevingselementen Doorsteken doorheen bouwblokken

Fietsparking, fietssluis, fietsbox gegroepeerd, ook voor fietskarren, met dakbegroening‌


5. Verkavelingen en woonprojecten

Werken aan mobiliteit

2.Gebundeld parkeren

Voordelen - verkeersruimte wordt: leef- en of speelstraat - de verkaveling is een fiets-, wandel- en speelparadijs

Open parkeerconstructie (Merelbeke)

Culemborg EVA-Lanxwijk: Parkeren mag enkel aan de rand van de wijk, waardoor een zeer autoluwe wijk ontstaat.

Collectieve carports in Burcht (Zwijndrecht)

Parkeren onder een bladerdak

Bewoners kunnen wel met de wagen tot aan de woning voor in- en uitladen (handbediende slagboom). Er zijn karretjes voorzien om winkelwaren e.d. te vervoeren.


5. Verkavelingen en woonprojecten

Werken aan mobiliteit

3.Weren van doorgaand verkeer in woonstraten

Visgraat-systeem > Woonstraten takken aan op wijkontsluitingsweg

Doodlopende woonstraten met trage wegverbinding

Geen rechte sluiproutes die alternatief zijn voor verbindingswegen > Bijv. door ‘verschuiving’ van raster

(RUP Diepenbroek Wetteren, Technum NV)


5. Verkavelingen en woonprojecten

Werken aan mobiliteit

4.Inrichting van woonstraten volgens wegcategorie

Type 1: Woonstraten met louter erfontsluiting = leef- en speelstraten! bijv. doodlopende straat > Gelijkvloers (geen stoepen): speel- en leefstraat / woonerf > Spelprikkels mogelijk


5. Verkavelingen en woonprojecten

Werken aan mobiliteit

4.Inrichting van woonstraten volgens wegcategorie

Type 2: Woonstraten met zekere lokale verbindingsfunctie bijv. buurtontsluitingsweg > Zo breed mogelijke stoepen, vooral aan zonnekant > Plaatselijke voetpadverbredingen op strategische plekken > Voetpadverbreding zorgt voor asverschuiving > Speelvriendelijke plaatsing van straatmeubilair


5. Verkavelingen en woonprojecten

Werken aan mobiliteit

4.Inrichting van woonstraten volgens wegcategorie

Type 3: Woonstraten met bovenlokale verbindingsfunctie bijv. wijkontsluitingsweg, steenweg > Optimale verkeersveiligheid > Voldoende breed voetpad min. aan een kant (bereikbaarheid buurtwinkels)


5. Verkavelingen en woonprojecten

Werken aan mobiliteit

5.Snelheidswerend ontwerp van woonstraten

1. Overdimensionering van het wegvak vermijden > Overmaat aan voetgangers toebedelen (vooral aan zonnekant) > Indien breedte voor voetgangers 3m: ruimte voor speelse zitbank of spelprikkel. Bomen bij verbreding voetpad (afstand woning)

2. Asverschuivingen om de 50 m > Door lay-out van stratenplan > Door voetpadverbredingen (vooral zonnekant) + zorgvuldig ingeplante bomen

3. Poorteffecten aan begin van de woonstraat > Door voetpaduitstulpingen = hoekpleintjes > 1 of 2 bomen aan toegang van de straat


5. Verkavelingen en woonprojecten

Compact bouwen, verscheidenheid in woontypologie en aantrekkelijke architectuur

1. compact bouwen = meer publieke ruimte! mix van woningen: van sociaal tot middenklasse, verschillende types, verschillende realisatievorm dus verschillende woonsferen

Vauban Freiburg woongroepen

rijwoningen rond erfpleintjes

meergezinswoningen

Trier


5. Verkavelingen en woonprojecten

Compact bouwen, verscheidenheid in woontypologie en aantrekkelijke architectuur

2.Meergezinswoningen

parkappartementen gericht naar de publieke ruimte.

Herkenbaarheid: afwisseling in vorm en kleur


5. Verkavelingen en woonprojecten

Compact bouwen, verscheidenheid in woontypologie en aantrekkelijke architectuur

3.Woongroepen kleinere private tuinen gemeenschappelijke tuinzone aan voor- of achterzijde

Voorbeeld 1: Privaat + gemeenschappelijk groen gekoppeld aan de tuinzijde

Voorbeeld 2: Groepswoningbouw met voorgevels gericht naar gemeenschappelijke tuinzone


5. Verkavelingen en woonprojecten

Compact bouwen, verscheidenheid in woontypologie en aantrekkelijke architectuur

4.Rijwoningen rond erfpleintjes’ als bespeelbare tussenruimte

Voorerf als onderdeel van het publiek domein > Te ontwerpen van gevel tot gevel > Bespeelbare ondergrond, gekoppelde parkeerplaatsen > Deurportalen, zitmuurtjes op de rooilijn,‌

Voorkanten van woningen zijn gericht naar de publieke ruimte > plein-type


5. Verkavelingen en woonprojecten

Compact bouwen, verscheidenheid in woontypologie en aantrekkelijke architectuur

5.Aandachtspunten

Vermijd blinde gevels en schermen gericht naar publieke domein In de verkavelingsvoorschriften wordt bij voorkeur opgenomen: > Voldoende ramen op gelijkvloers aan voorkant van de woning > Bij voorkeur geen afsluitingen en hoge groenschermen aan de straatkant


5. Verkavelingen en woonprojecten

Uitbouwen van speelweefsel

Een nieuw woonproject of verkaveling moet het bestaande (speel)weefsel versterken

nieuwe verkaveling geĂŻsoleerd

nieuwe verkaveling verweven


5. Verkavelingen en woonprojecten

1. 2. 3. 4.

Fijnmazig fiets- en wandelnetwerk Gebundeld parkeren Weren van doorgaand verkeer in woonstraten Inrichting van woonstraten volgens wegcategorie (erfonstluiting, lokale verbindingsfunctie, bovenlokale verbindingsfunctie) 5. Snelheidswerend ontwerp van woonstraten 6. Compact bouwen 7. Nieuw project => versterkt het bestaande speelweefsel


6. Bespeelbare publieke ruimte


6. Bespeelbare publieke ruimte

In woonstructuur

In waterstructuur

In mobiliteitsstructuur

In groenstructuur

In toeristisch recreatieve structuren


6. Bespeelbare publieke ruimte

In woonstructuur

NIET: In waterstructuur

In mobiliteitsstructuur

In groenstructuur

In toeristisch recreatieve structuren

DAAR WAAR ER WAT RUIMTE OVER IS (RUIMTE DIE NIEMAND ANDERS CLAIMT)


6. Bespeelbare publieke ruimte

In woonstructuur

In waterstructuur

In mobiliteitsstructuur

In groenstructuur

In toeristisch recreatieve structuren


6. Bespeelbare publieke ruimte

In woonstructuur

In waterstructuur

In mobiliteitsstructuur

In groenstructuur

In toeristisch recreatieve structuren


6. Bespeelbare publieke ruimte

In woonstructuur

In waterstructuur

In mobiliteitsstructuur

In groenstructuur

In toeristisch recreatieve structuren


6. Bespeelbare publieke ruimte

In woonstructuur

In waterstructuur

In mobiliteitsstructuur

In groenstructuur

In toeristisch recreatieve structuren


6. Bespeelbare publieke ruimte Speelweefsel en groenblauwe structuur Waterplein Rotterdam

In woonstructuur

In waterstructuur

In mobiliteitsstructuur

In groenstructuur

In toeristisch recreatieve structuren


6. Bespeelbare publieke ruimte

In woonstructuur

In waterstructuur

In mobiliteitsstructuur

In groenstructuur

In toeristisch recreatieve structuren


6. Bespeelbare publieke ruimte

In woonstructuur

In waterstructuur

In mobiliteitsstructuur

In groenstructuur

In toeristisch recreatieve structuren


6. Bespeelbare publieke ruimte

In woonstructuur

NIET: • DAAR WAAR ER WAT RUIMTE OVER IS • DAAR WAAR RUIMTE IS DIE NIEMAND ANDERS CLAIMT

In waterstructuur

In mobiliteitsstructuur

In groenstructuur

In toeristisch recreatieve structuren


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming

101


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming

bekommernissen en criteria van volwassenen

In the design and development of play opportunities (playground, playable public space in general) we often see that the specific needs and requirements of children are not really taken care of (despite all kinds of participation methods and techniques). They are often overruled by the concerns and criteria of adults aesthetic approach, safety issues, ease of maintenance, spatial isolation of play, overestimation of playground equipment, .... Van zeker belang, maar in welke mate substantieel onderdeel van noden van kinderen?

102


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming

De echte uitdaging = integreren van de professionele deskundigheid van de designer en de gebruikersdeskundigheid van de kinderen

-> managing van het proces: • Participatie op sleutelmomenten in het proces • Tools / methodieken toepassen

103


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming Participatie i.f.v. sleutelmomenten in het design proces

$

Inhoudelijke fase

104

Ontwerp fase

Uitvoeringsfase

Gebruiks fase


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming Participatie i.f.v. sleutelmomenten in het design proces

Waaraan zal het ontwerp moeten voldoen?

Een sterk ontwerp maken!

$

Inhoudelijke fase

105

Ontwerp fase

Uitvoeringsfase

Gebruiks fase


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming Participatie i.f.v. sleutelmomenten in het design proces

$

Inhoudelijke fase

106

ontwerp fase

Uitvoeringsfase

Gebruiks fase


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming Participatie i.f.v. sleutelmomenten in het design proces

participatieverloop

$ projectverloop

Inhoudelijke fase

107

Ontwerp fase

Uitvoeringsfase

Gebruiks fase


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming Participatie i.f.v. sleutelmomenten in het design proces

KLOOF

$

Inhoudelijke fase

108

ontwerp fase

Uitvoeringsfase

Gebruiks fase


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming Participatie i.f.v. sleutelmomenten in het design proces

TE LAAT

$

Inhoudelijke fase

109

ontwerp fase

Uitvoeringsfase

Gebruiks fase


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming Participatie i.f.v. sleutelmomenten in het design proces

$

Inhoudelijke fase

110

Ontwerp fase

Uitvoeringsfase

Gebruiks fase


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming Participatie i.f.v. sleutelmomenten in het design proces

$

$

Inhoudelijke fase

111

Ontwerp fase

Uitvoeringsfase

Gebruiks fase


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming Participatie i.f.v. sleutelmomenten in het design proces

$

$

Inhoudelijke fase

112

ontwerp fase

Uitvoeringsfase

Gebruiks fase


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming methodieken

Zicht krijgen op noden en behoeften van kinderen

Toetsen van oplossingen bij kinderen Kinderen ontwikkelen ontwerpideeĂŤn

$

$

Inhoudelijke fase

113

Ontwerp fase

Uitvoeringsfase

Gebruiks fase


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming

Kinderen ontwikkelen ontwerpideeën “maquette”

114


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming

“Picto-play”

Klimmen en ‘Doe alsof’ spel springen

115

Griezelen

Rustig zitten, chillen

Evenwicht

115


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming

Op een foto

luchtfoto

Plan

116


7. inspraak: Kinderen hebben impact op de besluitvorming

$

$ Inhoudelijke fase

117

Ontwerp fase

Uitvoeringsfase

Gebruiks fase


Kindvriendelijke publieke ruimte Kwalitatieve , speelse en kindvriendelijke ruimte. Opdracht binnen verschillende beleidsdomeinen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

Types speelterreinen Spreiding en inplanting van speelruimte Inrichting en uitrusting van speelruimte Beleidsinstrumenten Verkavelingen en woonprojecten Bespeelbare publieke ruimte Inspraak -> invloed

Studiedag groen speelweefsel Leuven 19 mei 2017 Peter Dekeyser


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.