Beste lezer,
Namens het College van Bestuur heet ik u van harte welkom bij deze tweede editie van ons magazine Onderwijs in Beweging. Met grote trots presenteren wij de vele prachtige projecten die de afgelopen jaren binnen onze stichting zijn gerealiseerd. Elk project, groot of klein, weerspiegelt de toewijding, creativiteit en samenwerking van onze betrokken medewerkers.
De verhalen in dit magazine zijn een bewijs van onze gezamenlijke inspanningen en ons gedeelde doel om ons onderwijs naar een hoger niveau te tillen. Na de uitdagingen die de coronaperiode met zich meebracht, hebben vele betrokkenen waaronder medewerkers, ouders, leerlingen, projectleden, werkgroepen, programmamanagers, domeinverantwoordelijken en stakeholders zich ingezet om voor iedere leerling het beste onderwijs te kunnen bieden. Dankzij de ondersteuning van het Nationaal Programma Onderwijs hebben we de kansen optimaal benut en blijven we streven naar het beste resultaat.
We willen iedereen bedanken die heeft bijgedragen aan dit resultaat. Het enthousiasme en de toewijding waarmee dit gebeurt, is niet alleen inspirerend, maar geeft ook hoop voor de toekomst van het onderwijs. We blijven ons onderwijs innoveren en verbeteren om een veilige en inclusieve leeromgeving te creëren waarin iedere leerling zichzelf kan zijn en zijn of haar volledig potentieel kan benutten.
Wij willen iedereen bedanken die heeft bijgedragen aan deze prestaties. Jullie harde werk, enthousiasme en inzet zijn van onschatbare waarde en hebben ervoor gezorgd dat we als stichting een diversiteit aan onderwijsbewegingen in gang hebben gezet. We zijn trots op wat we samen hebben bereikt en kijken met vertrouwen uit naar de toekomst.
We hopen dat u geniet van deze editie van het magazine en dat de verhalen en successen die erin worden gedeeld u zullen inspireren.
Met vriendelijke groet,
Ron Bonekamp & Marjon Epema College van Bestuur Stichting Voortgezet Onderwijs Parkstad Limburg
2
VOORWOORD
“Voor elk kind het beste onderwijs”.
Voor vragen of meer informatie over de projecten: info@svopl.nl
3
4
Inhoudsopgave
Onderwijs anders inrichten Basis+: Van Sterkte tot Kracht Burgerschap in Eigen Huis en Wonen Inspirerende Burgerschap op het Bernardinuscollege 10 12 14 16 Onderwijs in Beweging Inleiding Kennis delen en activiteiten: samen vooruit 6 8 Welzijn Welzijn in Beweging op De Nieuwe Thermen Welzijn in Veiligheid en Groepsdynamiek 34 36 38 LOB LOB in Actie: Ontdek, groei en wordt wie je wilt zijn Het Verweven Pad van Loopbaanoriëntatie en -begeleiding op BcPL - Holz OiB Kruiswoordpuzzel 40 42 44 46 Taal en rekenen
onderwijs bij BcPL - Herle
op het Techniekcollege: Bouwen aan succes Bouwen aan Taalvaardigheid en een Leescultuur Wiskunde aan de Biljarttafel 18 20 22 24 26 Executieve Functies Executieve Functies: Essentiële Bouwstenen voor Optimaal Leren 28 30 5
Taalrijk
Taal
Welkom bij de tweede editie van het magazine Onderwijs in Beweging. Dit magazine dient als een podium waarop we de projecten en initiatieven van onze organisatie in de schijnwerpers zetten. Grotendeels ontstaan binnen het kader van het Nationaal Programma Onderwijs (NPO).
Als SVO|PL hebben we onze eigen aanpak ontwikkeld binnen het Nationaal Programma Onderwijs (NPO). We hebben de door de overheid verstrekte ‘menukaart’ omgezet naar vijf hoofddomeinen, waardoor we een stevige basis hebben gelegd voor onze inzet van NPO-middelen. Deze benadering stelt ons in staat om niet alleen aan te sluiten bij lopende initiatieven en projecten, maar ook om flexibel in te spelen op actuele en toekomstige ontwikkelingen binnen het
Inleiding
onderwijslandschap. Deze domeinen vormen het fundament waarop het NPO en alle daaruit voortvloeiende projecten zijn gebaseerd. Ze lopen ook synchroon met de doelstellingen uit onze strategienota.
Vier jaar na de start van de coronacrisis mogen we met trots zeggen dat NPO niet alleen heeft geleid tot afzonderlijke projecten of thema’s, maar dat het ook een rode draad heeft gevormd in ons streven naar bewustwording en integratie van innovaties binnen onze organisatie.
Het NPO heeft niet alleen geholpen door extra middelen te verschaffen voor uren, materialen, methoden en trainingen, maar heeft ook het bewustzijn van bepaalde onderwijsgerelateerde thema’s vergroot. Hierdoor dringt de gedachtegang
achter de projecten en domeinen steeds dieper door in onze organisatie. Bijna de helft van alle medewerkers van SVO|PL houdt zich op de een of andere manier bezig met NPO, wat het belang ervan onderstreept.
Kennisdeling is hierbij ook een belangrijk onderdeel geworden, niet alleen tussen scholen en projecten om van elkaar te leren, maar ook om de resterende 50% van de organisatie te betrekken bij de beweging waar we aan werken. Dit magazine is een uitvloeisel van deze kennisdeling, net zoals diverse andere activiteiten met hetzelfde doel.
De afgelopen jaren zijn er talloze initiatieven en onderwijsprojecten ontstaan, allen gericht op de belangrijke thema’s binnen het onderwijs van SVO|PL, met de vijf domeinen als
6
Benieuwd naar de eerste editie van het magazine?
Scan de QR-code OF Klik hier
leidraad. We hebben bewust gekozen om extra nadruk te leggen op basisvaardigheden en burgerschap, thema’s die ook in de strategienota als speerpunt genoemd zijn
Al deze projecten en initiatieven zijn niet uit de lucht gegrepen; de organisatie van NPO en de uitwerking ervan is zorgvuldig voorbereid en opgezet. Met domeinverantwoordelijken, programmamanagers, xx bovenschoolse werkgroepen en projectteams op elke school, waarbij leden uit verschillende vakgebieden samenwerken om vakoverstijgend te implementeren en integreren.
Als SVO|PL werken we met negen scholen hard om voor elk kind het beste onderwijs te bieden. Dit magazine is één van de uitingen van onze voortdurende inspanningen en successen.
7
Kennis delen en activiteiten: Samen vooruit
In ons streven naar voortdurende verbetering heeft kennisdeling een centrale plaats ingenomen. Wat ooit een ondergeschoven kindje was, krijgt nu steeds meer aandacht waarin we samen stappen vooruit zetten. Dit magazine is daar een levendig voorbeeld van, maar ook fysiek zoeken we elkaar steeds vaker op.
Op alle niveaus binnen onze organisatie wordt hieraan gewerkt. Op stichtingsniveau organiseren we bijvoorbeeld de onderwijsmarkt “Onderwijs in Beweging”. Tijdens onze jaarlijkse dag van de onderwijsmedewerker staat deze onderwijsmarkt centraal, waar afgelopen jaar 18 stands bemand werden door collega’s die de verschillende projecten en initiatieven presenteerden. Een waardevolle gelegenheid voor het vergaren van informatie, leren kennen van projecten en het delen van kennis onder collega’s.
Daarnaast worden bovenschoolse studiemiddagen georganiseerd rondom verschillende domeinen, waarbij collega’s kennis vergaren en het gesprek met elkaar aangaan met behulp van sprekers. Ook wordt de mogelijkheid geboden voor scholing in het kader van professionalisering en vullen andere activiteiten zich steeds meer met een focus op verschillende domeinen door het aanbieden van sprekers, workshops en meer, zoals de dag van de onderwijsmedewerker.
8
Op schoolniveau besteedt iedere school op eigen manier aandacht aan de domeinen en de projecten die daaruit voortkomen. Dit doen ze bijvoorbeeld door middel van studiemiddagen, overleggen over onderwijsontwikkelingen en het delen van kennis via nieuwsbrieven en andere kanalen. Een toonaangevend voorbeeld hiervan is de recente Speeddate op BcPL - Praktijkschool. Tijdens deze dag kregen alle collega’s de kans om een kijkje te nemen in de onderwijsontwikkeling binnen de school. Projectleden informeerden hun collega’s op een interactieve manier over wat er speelt op school, via workshops, presentaties en ludieke ervaringen.
In de toekomst zal onderlinge kennisdeling binnen SVO|PL steeds belangrijker worden en zullen we streven naar steeds meer samenwerkingen en uitwisselingen van ideeën en praktische uitwerkingen van projecten.
9
Het domein “Onderwijs anders inrichten” is voortgekomen uit een dringende behoefte aan verandering in de onderwijspraktijk. Deze behoefte is ontstaan als gevolg van de veranderingen die plaatsvinden in de arbeidsmarkt en de maatschappij als geheel. De focus ligt op het bieden van uitdagend, toegankelijk, gedifferentieerd en maatschappelijk relevant onderwijs.
Het is belangrijk dat leerlingen worden voorbereid op de veranderende arbeidsmarkt en de uitdagingen van de hedendaagse maatschappij. Daarom wordt er hard gewerkt aan een curriculum dat inspeelt op de vaardigheden en kennis die nodig zijn voor toekomstige beroepen en actieve deelname aan de samenleving. Zo wordt er meer focus gelegd op burgerschap, als
vak op zichzelf of thematisch binnen het bestaande curriculum. Hierbij worden verschillende versies van zelfredzaamheid en zelfstandigheid behandeld die van de leerling verwacht wordt na het voortgezet onderwijs, volledig afgestemd per onderwijsvorm en niveau.
Het doel is om een stimulerende onderwijsomgeving te creëren waarin leerlingen worden uitgedaagd om hun grenzen te verleggen en hun volledige potentieel te benutten. Door uitdagende leermaterialen, opdrachten en activiteiten aan te bieden, worden de leerlingen aangemoedigd om actief betrokken te zijn bij hun eigen leerproces. Het is daarnaast essentieel dat onderwijs voor iedereen toegankelijk is, ongeacht achtergrond, vaardigheden of eventuele belemmeringen.
10
11
Basis+: Van Sterkte tot Kracht
in Onderwijsbeweging
In de dynamiek van het onderwijs is er een voortdurende zoektocht naar manieren om elke leerling de beste kansen te bieden. Bij BcPL - Herle hebben ze deze uitdaging omarmd met hun innovatieve programma genaamd Basis +. Een initiatief dat niet alleen de zwakkere basisleerlingen ondersteunt, maar hen ook de kans geeft om te gedijen en te groeien, zelfs voorbij de grenzen van traditionele onderwijsnormen.
Het programma is ontworpen om zwakkere basisleerlingenteondersteunen en te begeleiden, met als doel hen een stevige basis te geven voor succes in hun verdere onderwijsloopbaan en daarbuiten. Door de reguliere middelen anders in te zetten, worden niet alleen reken- en taalvaardigheden versterkt, maar ook de executieve functies van de leerlingen ontwikkeld. Met een nadruk op positieve formuleringen, heldere verwachtingen en nauwe samenwerking tussen docenten, onderwijsassistenten, teamleiders en andere betrokkenen, is Basis + een levendig en effectief programma dat elke leerling de kans biedt om te groeien.
Het programma wordt zowel in leerjaar 1 als 2 ingezet, waarbij de groepen parallel aan elkaar ingeroosterd worden. en daarmee onderwijsassistenten gekoppeld zijn aan deze klassen. Dit betekent dat één vakdocent samen met twee onderwijsassistenten lesgeeft aan beide groepen in één leerjaar. Dit schooljaar is gestart met differentiatie in drie niveaugroepen, wat heeft geleid tot een betere rolverdeling onder collega’s en een meer gepersonaliseerde benadering voor de leerlingen.
Binnen Basis+ neemt de mentor ook meerdere lessen voor zijn rekening, waarbij elke klas is gekoppeld aan een onderwijsassistent die bij verschillende lessen ondersteuning biedt. Mentor en onderwijsassistent werken samen om de leerlingen in hun mentorklas te begeleiden.
Lars Reijnders, de bevlogen projectleider achter Basis+, deelt zijn inzichten over dit programma dat met trots onderdeel is geworden van de onderwijsbeweging bij BcPL - Herle.
Een nieuw perspectief
Het Basis+ programma ontstond als een antwoord op de behoefte aan meer ondersteuning voor zwakkere basisleerlingen, vaak aan de rand van praktijkonderwijs. Met de steun van het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) kregen ze de kans om deze behoefte aan te pakken en een verschil te maken in het leven van deze leerlingen.
12
“Echt leren kennen doe je in de praktijk. Na twee lesblokken meegemaakt te hebben, heb ik geleerd wat de basisplus klas inhoudt en vooral betekent voor deze groep leerlingen. Enthousiast en trots over een initiatief van leraren en schoolleiding, gerealiseerd in samenwerking met onderwijsassistenten en met steun vanuit het NPO.
Een prachtig voorbeeld, ook voor andere scholen en leerlingen” -
Voorzitter college van bestuur SVO|PL Ron Bonekamp
Van zwakte naar kracht
Lars benadrukt dat het doel van Basis+ verder gaat dan alleen ondersteuning bieden. Het gaat erom deze leerlingen een stevige basis te geven die hen in staat stelt om te bloeien, zelfs nadat het NPO-geld is uitgeput. De extra middelen vanuit NPO zijn daarom ook ingezet voor het creëren van ontwikkeltijd bij de collega’s betrokken bij Basis+.
Veranderende doelgroep
Het programma evolueerde naarmate de behoeften van de leerlingen veranderden. Wat begon als een initiatief om kansrijke leerlingen te ondersteunen, groeide uit tot een programma dat ook twijfelende leerlingen of zij die dreigen af te zwakken, omarmt. Lars erkent dat het een proces van vallen en opstaan was, maar door kritische evaluatie
en nauwe samenwerking met collega’s van de vloer, hebben ze een programma gecreëerd dat de behoeften van deze veranderende doelgroepen weerspiegelt.
Lesmodel van onderop
Het succes van Basis + ligt in het feit dat het niet van bovenaf werd opgelegd, maar ontstond vanuit de praktijk. Het lesmodel werd herzien en verfijnd door de input van docenten, onderwijsassistenten, teamleiders en leerlingen zelf. Dit resulteerde in duidelijke regels, positieve formuleringen en heldere verwachtingen die de basis vormen van het programma.
Een toekomstgerichte aanpak
Het Basis + programma bij BcPL- Herle is een schoolvoorbeeld van hoe onderwijs in beweging blijft, altijd zoekend naar manieren om elke leerling te ondersteunen en te inspireren. Het werken met een klein en betrokken team maakt dat er mooie resultaten geboekt worden. Niet alleen in groei en doorstroom van de leerlingen, maar zeker ook in de aanpak en sfeer binnen Basis+.
13
Burgerschap in Eigen Huis en Wonen: Praktisch Zelfredzaam
Op BcPL – Praktijkschool wordt burgerschap niet alleen gezien als een theoretisch concept, maar ook als een praktische vaardigheid die leerlingen voorbereidt op het leven na school. Onder leiding van Edwin Ruth en Ramona Linssen zijn de programma’s voor Burgerschap gesplitst in de praktische vakken Burgerschap Eigen Huis en Burgerschap – Wonen. Beide kartrekkers hebben een essentiële rol gespeeld, niet alleen bij de herziening van het curriculum, maar ook bij het realiseren van de huidige en toekomstige ontwikkelingen binnen de vakken.
Focus Op Zelfredzaamheid
Hoewel de inhoud van beide programma’s op zichzelf staat, vullen ze elkaar perfect aan, wat heeft geleid tot de vorming van het Burgerschap op de Praktijkschool. Met een gedeelde focus op het ontwikkelen van praktische vaardigheden en het bevorderen van zelfredzaamheid bij leerlingen, vormen ze samen de stevige basis voor het leerproces op de school. Leerlingen volgen beide vakken dan ook voor minimaal 20 weken.
Concrete Vaardigheden
Dit vernieuwde programma is ontstaan uit de noodzaak om leerlingen praktische kennis en vaardigheden bij te brengen die essentieel zijn voor het dagelijks leven. Edwin heeft zich hierbij gericht op vier domeinen: energie, water, inrichten/schilderen en fietstechniek/vervoer. In de eerste twee leerjaren van onder- en middenbouw krijgen leerlingen de kans om zich te verdiepen in deze domeinen, waarbij ze concrete taken en projecten uitvoeren die hen voorbereiden op het leven als zelfstandige volwassenen.
In het domein van energie en water leren leerlingen bijvoorbeeld over stroomvoorziening, meterkasten, en basisreparaties van sanitair. Door praktijkgerichte opdrachten, zoals het ontstoppen van afvoeren en het oplossen van kleine storingen, krijgen leerlingen niet alleen theoretische kennis, maar ook de praktische vaardigheden die nodig zijn om zelfstandig problemen op te lossen in een huiselijke omgeving.
Bij Burgerschap Wonen ligt de nadruk op praktische vaardigheden en kennis die nodig zijn voor het zelfstandig beheren van een huishouden zoals schoonmaken, huishoudadministratie, koken, planten en persoonlijke verzorging. Door middel van praktijkgerichte opdrachten en projecten leren leerlingen hoe ze hun woonruimte moeten onderhouden, financiële beslissingen moeten nemen en dagelijkse taken moeten uitvoeren die essentieel zijn voor het creëren van een gezonde en evenwichtige leefomgeving. Door de aanwezigheid van huisdieren krijgen de leerlingen een gevoel van verantwoordelijkheid voor dieren en leren ze de praktische zaken die komen kijken bij het nemen van huisdieren.
Vakoverstijgend Onderwijs
Een belangrijk aspect van beide programma’s is de integratie van vakoverstijgende thema’s en vaardigheden. Zo leren leerlingen niet alleen technische vaardigheden, maar ook sociale en financiële vaardigheden die essentieel zijn voor het leven na school. Door de koppeling van vakinhoudelijke kennis met breder toepasbare vaardigheden, zoals teamwork, planning en communicatie, worden leerlingen uitgedaagd om zich op meerdere vlakken te ontwikkelen en voor te bereiden op een succesvolle toekomst.
Toekomstgericht Leren
Met een sterke focus op praktische vaardigheden, vakoverstijgende thema’s en persoonlijke ontwikkeling, bieden deze programma’s een waardevolle aanvulling op het traditionele curriculum en dragen ze bij aan de vorming van zelfstandige en zelfverzekerde burgers van de toekomst.
15
Inspirerende Burgerschap op het Bernardinuscollege: het vormen van bewuste wereldburgers
In de wereld van het onderwijs is vernieuwing een constante behoefte. Het Bernardinuscollege, met zijn oog op vooruitgang en het vormen van wereldburgers, heeft een project gelanceerd dat niet alleen de geesten van hun leerlingen prikkelt, maar ook een impact heeft op de gemeenschap: het Burgerschapsproject onder leiding van de gepassioneerde Jan de Heer.
Jan de Heer heeft zich gedurende zijn 26-jarige carrière gewijd aan het lesgeven in maatschappijleer en -wetenschappen. Door deze expertise en toewijding is hij dan ook lid van de werkgroep Burgerschap op het Bernardinuscollege. Jan vertelt met veel enthousiasme over de initiatieven die in de afgelopen jaren zijn opgezet op de school met betrekking tot burgerschap.
16
Een Rode Draad
Bij aanvang van de werkgroep kwam het besef dat hoewel de school al veel deed op het gebied van burgerschap, deze inspanningen vaak versnipperd waren. Jan de Heer en het team gingen vastberaden aan de slag om een rode draad te creëren die al deze initiatieven met elkaar zou verbinden. Ondanks enkele uitdagingen, waaronder wegvallen van verschillende teamleden, hebben ze de koers weten te behouden en zijn ze nu bezig met het ontwikkelen van een duidelijke richting voor de toekomst.
Alliantie Heerlen-Noord
De grootste trots van Jan is een project dat hij zelf heeft opgezet met oudleerling Ron Meyer, die een belangrijke rol speelt in de Alliantie Heerlen-Noord. Dit partnerschap heeft geleid tot een uniek onderzoeksproject waarbij een groep van 25 leerlingen van het Atheneum 5 naar Heerlen-Noord gaat om onderzoek te doen naar diverse sociale kwesties. Van laaggeletterdheid tot de beweegkloof en gezondheid, de leerlingen duiken diep in de kern van deze vraagstukken en doen daarbij zelf onderzoek door bijvoorbeeld gesprekken aan te gaan in de buurt. Na een aantal weken gaan de leerlingen hun bevindingen presenteren aan de werkgroep Heerlen-Noord.
EPA-School
Een ander hoogtepunt van het Burgerschapsproject is de erkenning als een EPAschool (European Parliament Ambassador School), waarbij de school actief de Europese burgerschapsdoelen integreert in het curriculum. Een aantal leerlingen hebben de kans gekregen om de EUROSCOLAsessie in Utrecht te bezoeken. Samen met 1000 leerlingen uit 43 verschillende landen hebben ze verschillende activiteiten ondernomen op het gebied van Europees burgerschap, een unieke gelegenheid om hun horizon te verbreden en verbindingen te leggen met medeleerlingen uit heel Europa. Het volgende bezoek staat ook al gepland voor de school: het Euroscola-programma in Straatsburg waar leerlingen de Europese parlementaire democratie in de praktijk kunnen ervaren.
Het Bernardinuscollege gaat nog een stap verder door internationale mobiliteit
te bevorderen, waardoor leerlingen de kans krijgen om in het buitenland te studeren of in eigen omgeving te studeren met leerlingen uit het buitenland. Daarnaast worden regelmatig verschillende activiteiten georganiseerd met het oog op burgerschap zoals tripjes naar Brussel of Aken, waarbij leerlingen cultureel worden uitgedaagd.
De komende periode zal de werkgroep proberen om de losse activiteiten rondom Burgerschap meer in een rode draad te krijgen. Daarnaast wordt het HeerlenNoord project uitgebreid naar meerdere klassen en is het streven om nog meer activiteiten rondom burgerschap te organiseren, waardoor burgerschap steeds meer geïntegreerd raakt in het onderwijs. Met deze focus toont het Bernardinuscollege aan dat onderwijs niet alleen gaat om het overdragen van kennis, maar ook om het stimuleren van betrokkenheid, empathie en actief burgerschap.
17
TAAL EN REKENEN
Al voor de corona pandemie werd duidelijk dat er aanzienlijke taalachterstanden bestonden in de maatschappij, zowel op nationaal als regionaal niveau. Bijna een op de zes Nederlanders beheerst basisvaardigheden onvoldoende, zo meldt De Limburger. In tien Zuid-Limburgse gemeenten, waaronder Heerlen en Kerkrade, ligt dit aantal zelfs boven het landelijk gemiddelde, waarbij bijna een derde van de bevolking tussen 16 en 65 jaar een achterstand heeft, aldus De Limburger. Met name VMBO-leerlingen ondervonden moeilijkheden, en ook het rekenniveau liet te wensen over.
SVO|PL heeft op stichtingsniveau strategische maatregelen en doelgerichte interventies genomen om het taalbeleid aan te pakken. Zo is er een bovenschoolse
werkgroep opgericht om het taalbeleid door de hele organisatie te implementeren en wordt daarmee de focus steeds meer gelegd op taal en rekenen als basisvaardigheden.
Op schoolniveau zijn aparte onderwijstrajecten ontwikkeld voor zowel taal als rekenen. Dit omvat zowel extra lesaanbod als de integratie van deze vakgebieden in het reguliere curriculum. Hierdoor krijgen leerlingen meer gelegenheid om hun taalen rekenvaardigheden te verbeteren. Door middel van extra lessen en gerichte begeleiding wordt er specifiek aandacht besteed aan het wegwerken van deze achterstanden.
Om leerlingen een steuntje in de rug te geven, zijn er innovatieve methodes ontwikkeld en aangekocht.
Deze methodes zijn gericht op bijvoorbeeld leesbegrip en het omgaan met taalvraagstukken. Zo krijgen leerlingen het aanbod om op een speelsere manier bezig te zijn met taal en rekenen waarbij iedere leerling kan gaan leren op eigen niveau.
Daarnaast worden leerlingen gemotiveerd om meer bezig te zijn met taal buiten de context van het klaslokaal door middel van (landelijke) activiteiten en wedstrijden. Op deze manier wordt ook buiten de reguliere Nederlands les taalvaardigheden vergroot.
Elke school hanteert zijn eigen aanpak om het taal- en rekenbeleid vakoverstijgend te integreren in andere lessen. Hierdoor worden de basisvaardigheden niet beperkt tot specifieke vakken, maar krijgen ze aandacht binnen het volledige curriculum.
18
19
Taalrijk onderwijs bij
BcPL - Herle
BcPL - Herle is toegewijd aan het creëren van een inclusieve leeromgeving waar taal centraal staat als een krachtig instrument voor groei en ontwikkeling. Als projectleider taal bij BcPL - Herle heeft Lisa Brosius samen met haar team van negen gepassioneerde werkgroepleden een reeks taalprojecten opgezet die de leerlingen van nu op een innovatieve manier helpt met de problematieken die rondom taal spelen bij de jeugd.
NUMO: Kunst van het leren
Een van deze initiatieven is het programma NUMO, dat zich nog in de opstartfase bevindt maar nu al veelbelovende resultaten laat zien. NUMO richt zich op rekenen, taal en adaptieve vaardigheden, met als doel elke leerling te ondersteunen bij het behalen van zijn volledige potentieel. Door samen te werken met andere SVO|PL - beroepscollege scholen zoals BcPL - Holz en BcPL - TcPl wordt een aanpak gecreëerd om de effectiviteit van het programma te vergroten. NT2 Begeleiding: Een brug naar integratie
20
Een Brug Naar Integratie
Een ander indrukwekkend programma is de NT2begeleiding, ontwikkeld om leerlingen met een nietNederlandstalige achtergrond te ondersteunen bij taalbegrip en integratie binnen de school. De begeleiding ondersteunt bij het ontwikkelen van verschillende deelvaardigheden van deze basisvaardigheden en is uitgegroeid tot een waardevolle bron van ondersteuning voor deze leerlingen, waarbij niet alleen taal- of rekenvaardigheden worden ontwikkeld, maar ook aandacht wordt besteed aan culturele verschillen en sociaalemotionele aspecten.
Ter ondersteuning van het NT2-beleid is een scala aan creatieve en interactieve taalactiviteiten geïntroduceerd. Door het schrijven van recepten uit eigen cultuur en het spelen van levensgroot Jenga of een detectivespel kunnen leerlingen taalvaardigheden leren en toepassen in een speelse context. Door taal te integreren in verschillende
leerconcepten wordt niet alleen het taalniveau van de leerlingen verhoogd, maar worden ook belangrijke vaardigheden zoals lezen, schrijven, spreken, kijken en luisteren ontwikkeld. Zo ligt de focus niet alleen op het leren van de Nederlandse taal, maar worden de leerlingen ook geholpen bij integratie binnen de school.
Persoonlijke Benadering
Het dyslexiebeleid van BcPL - Herle is dit schooljaar aangepast om een nog effectievere ondersteuning te bieden aan leerlingen met dyslexie. Door middel van onderzoek en overleg met experts in het onderwijs is er een vernieuwde aanpak ontwikkeld die gericht is op het bieden van gepersonaliseerde ondersteuning op maat.
De school besteedt veel aandacht individuele begeleiding en ondersteuning voor leerlingen met dyslexie. Aan de hand van de methode Dyslexiesleutels worden specifieke strategieën aangeleerd die leerlingen
helpen te kunnen omgaan met hun dyslexie. Bovendien is er een faciliteitenkaart ontwikkeld waarop leerlingen kunnen aangeven welke hulpmiddelen zij nodig hebben, zoals geel papier, extra tijd of het gebruik van een computer tijdens lessen of toetsen.
Taal ook buiten de taalles
Het taalonderwijs bij BcPL – Herle beperkt zich niet tot het klaslokaal, maar strekt zich uit tot alle aspecten van het curriculum. Door middel van initiatieven zoals taalkaarten, het “Woord van de week” en een leesplein worden leerlingen aangemoedigd om hun taalvaardigheden op een leuke en interactieve manier te verbeteren.
Met een sterke focus op taalrijk onderwijs en taalvaardigheid bij elke leerling, zet BcPL – Herle zich door middel van samenwerking en creativiteit in voor het creëren van een stimulerende leeromgeving waarin elke leerling de kans krijgt zich op de eigen manier te ontwikkelen.
21
Taal op het Techniekcollege: Bouwen aan succes
Bij het Techniekcollege staat vernieuwing centraal, niet alleen in technologische vooruitgang, maar ook in onderwijsontwikkeling. Zo heeft de school het afgelopen jaar, onder leiding van projectleider Kyra Vanovermeere, aanzienlijke stappen gemaakt op het gebied van taal.
Alle Teksten De Baas
Een van de meest opvallende initiatieven die de school omarmt ‘Alle teksten de baas’. Een methode aanvankelijk gemaakt voor het primair onderwijs, maar speciaal voor het Techniekcollege omgezet naar het voortgezet onderwijs. De methode belicht het belang van begrijpend lezen als een cruciale vaardigheid, niet alleen binnen de muren van het klaslokaal, maar ook in de bredere maatschappij.
Met een scherp oog voor de individuele behoeften van elke leerling, wordt er gewerkt aan het versterken
een gestructureerde wijze.
De methode ‘Alle teksten de baas’ biedt leerlingen hier alle handvatten die nodig zijn om dit te kunnen bereiken.
De aanpak van het Techniekcollege is verre van eenzijdig. Het taalbeleid richt zich niet alleen op het vergroten van de taalvaardigheid, maar streeft ook naar een integrale aanpak waarbij taal wordt geïntegreerd in verschillende vakgebieden. Door een schoolbrede strategie te hanteren, wordt de basis gelegd voor een vakoverstijgende benadering van taalonderwijs, waarbij de leerlingen worden aangemoedigd om zelfstandig de essentie van teksten te doorgronden en schriftelijke opdrachten effectief aan te pakken.
22
Vakoverstijgende Aanpak
Zo richt de methode zich niet enkel op de taalvakken, maar zijn er ook speciale stappenplannen gemaakt voor andere vakken die op een eigen manier weer helpen bij het begrijpend lezen van bepaalde teksten of vragen. Het helpt de leerlingen bijvoorbeeld om de belangrijke informatie uit wiskunde- of rekenvragen te halen. Zo zorgt de methode ervoor dat de leerling iedere tekst de baas wordt. Ook zal klaslokaal van het Techniekcollege voorzien worden van borden waar beide stappenplannen opstaan, zodat alle docenten hier gebruik van kunnen maken.
De resultaten van het project zijn veelbelovend. Uit metingen blijkt dat de leerlingen significant vooruitgang boeken in hun leesvaardigheid en
het begrijpen van teksten. Door een combinatie van herhalende stappenplannen en een planmatige aanpak worden concrete resultaten behaald.
Samenwerking
Een ander mooi voorbeeld van ontwikkeling op taalonderwijs zijn de taalkaarten, ontwikkeld door collega school BcPL – Herle. De kaarten geven middels simpele stappen aan hoe leerlingen met verschillende taalvraagstukken om moeten gaan. In het kader van oefening baart kunst is de verwachting dat door herhaling, net als bij de stappenplannen van “Alle teksten de baas”, leerlingen uiteindelijk zelf weten hoe ze kunnen omgaan met taalvraagstukken en teksten. Het Techniekcollege zal komend schooljaar doorgaan met het ontwikkelen van het
taalbeleid door te werken met het adaptieve programma NUMO en het NT2-aanbod uit te breiden.
Met het voortdurende streven naar vernieuwing en de focus op taalontwikkeling legt het Techniekcollege de fundamenten voor onderwijs waarin elke leerling de kans krijgt om zijn of haar volledige potentieel te bereiken. Door initiatieven als “Alle teksten de baas” en de taalkaarten toont de school haar toewijding aan het bieden van een inspirerende en stimulerende leeromgeving. Terwijl de school vooruit kijkt naar verdere ontwikkelingen, blijft één ding duidelijk: op het Techniekcollege wordt niet alleen aan techniek gewerkt, maar ook aan de kracht van taal als motor voor iedere leerling.
23
Bouwen aan Taalvaardigheid en een Leescultuur
Het Eijkhagen College heeft zich het afgelopen jaar ingezet om innovatieve taalprojecten te ontwikkelen en te implementeren, met als doel het stimuleren van lezen en het versterken van taalvaardigheid binnen de school. Onder leiding van projectleider Annebeth Kanis en aanvoerder van de schoolbibliotheek Janine Koolen heeft de projectgroep taal zich enthousiast beziggehouden met het ontwikkelen van diverse initiatieven die de leescultuur op school versterken en de taalvaardigheid van leerlingen vergroten.
De Weddenschap
Zo heeft de school verschillende activiteiten opgezet, bijvoorbeeld deelname aan landelijke campagnes die gericht zijn op het bevorderen van leesplezier en het stimuleren van een liefde voor boeken onder leerlingen. De Weddenschap is een landelijke leesbevorderende campagne van Stichting Lezen waar drie TL-klassen gedurende zes maanden deelgenomen hebben aan de leesuitdaging: het lezen van drie boeken waarbij bekende Nederlanders Boaz, Sophie Straat en Wieger Hoogendorp, de uitdaging met de leerlingen aangaan en fungeren als rolmodel en als leescoach. De boeken worden zowel gezamenlijk als individueel gelezen, waarna de leescoaches ook tussentijdse feedback en persoonlijke vlogs sturen om het doorlezen te stimuleren.
24
Vakoverstijgend Onderwijs
NPO
Read2Me
Daarnaast hebben alle brugklassers van zowel Eijkhagen College als het Bernardinuscollege deelgenomen aan de Read2Me voorleeswedstrijd, een initiatief van Stichting Lezen en de Openbare Bibliotheken. Door middel van klassikale en schoolrondes hebben leerlingen de kans gekregen om hun voorleestalent te laten zien, wat heeft geleid tot spannende finales op zowel school- als regionaal niveau. Deze wedstrijd heeft niet alleen het plezier in lezen vergroot, maar heeft ook bijgedragen aan het ontwikkelen van de spreekvaardigheid en het zelfvertrouwen van de deelnemende leerlingen. Zo heeft eerstejaars leerling Geyria Barut van Eijkhagen College de Limburgse Finale gewonnen en mag daarmee de provincie vertegenwoordigen tijdens de landelijke finale van de voorleeswedstrijd. Ook Rubin Brandts van het Bernardinuscollege heeft SVO|PL trots gemaakt met een tweede plek in de Limburgse finale.
Naast de landelijke campagnes wordt er op het Eijkhagen College steeds meer aandacht besteed aan vakoverstijgende projecten die de leescultuur op school versterken en de leerlingen voorbereiden op een leven lang leren en ontdekken. Zo wordt ingezet op activiteiten als studiemiddagen Taal, verschillende schrijversbezoeken en het Eijkhagen leeskwartiertje. Bovendien wordt er gewerkt aan het betrekken van alle niettaal vakken bij het stimuleren van taalvaardigheid, waarbij docenten worden ondersteund om taalbewust les te geven en gebruik te maken van diverse werkvormen die de taalvaardigheid van leerlingen vergroten.
Het Nationaal Programma
Onderwijs heeft het Eijkhagen College de mogelijkheid geboden om intensief te werken aan het verbeteren van de leescultuur en het versterken van de taalvaardigheid van leerlingen. Dankzij deze extra ondersteuning is er tijd en ruimte om projecten op te zetten en te implementeren, en worden er stappen gezet richting een schoolbreed beleid dat de leescultuur en taalvaardigheid duurzaam verankert binnen de school. Met het oog op de nieuwbouw van de school, welke eind dit kalenderjaar wordt opgeleverd, zien Annebeth en Janine nog meer potentie om het taalbeleid uit te breiden en
25
MEE MET HET LIMBURGS KWARTIERTJE
DOE
Maak het verschil met 15 minuten vrij lezen in de klas.
www.limburgskwartiertje.nl
Wiskunde aan de Biljarttafel
Het Sintermeertencollege heeft wiskunde naar een nieuw niveau getild door een unieke samenwerking tussen wiskundedocent Ruben Knippenbergh en de Koninklijke Nederlandse Biljartbond (KNBB). In plaats van enkel uit boeken te werken, krijgen leerlingen nu de kans om wiskundige principes in de praktijk te ervaren, en dat allemaal dankzij een innovatieve biljarttafel die speciaal is ontworpen voor educatief gebruik.
Biljart als Leermiddel
Het idee ontstond toen Ruben Knippenberg, een gepassioneerde wiskundedocent en fervent biljarter, de mogelijkheden zag om wiskunde tastbaarder te maken voor zijn leerlingen. De KNBB heeft in samenwerking met een wiskunde docent deze methode, SmartCue, bedacht en uitgewerkt. Dit trok Ruben zijn aandacht: “Veel wiskundige concepten zoals hoeken, lijnen en houdingen komen perfect tot uiting in biljart,” legt Ruben uit. “Door deze abstracte ideeën op een biljarttafel te laten zien, blijven ze veel beter hangen.”
De biljarttafel, iets kleiner en verrijdbaar, biedt in combinatie met de lesmethode leerlingen de mogelijkheid om praktisch te werken met wiskundige principes zoals de hoek van inval en de hoek van uitkaatsing. Door het plaatsen van een ‘spatje’ voor een bal kunnen leerlingen werken aan het berekenen van de juiste lijnen en hoeken om een bal in een pocket te krijgen. Deze visuele en praktische aanpak maakt wiskunde niet alleen begrijpelijker, maar ook leuker.
26
Enthousiaste leerlingen
Het enthousiasme onder de leerlingen is groot. De introductie van biljart in de wiskundeles heeft geleid tot een nieuw soort betrokkenheid vertelt Ruben; “Ze worden enthousiaster over wiskunde en zien in dat ze het wel degelijk kunnen.”
Tijdens een introductieles worden alle leerlingen meegenomen in de basisprincipes van biljarten en de wiskunde erachter. Vervolgens wordt aan geïnteresseerde leerlingen de mogelijkheid geboden om een lessenreeks te volgen. Dit jaar zijn er twee groepjes van twaalf leerlingen die buiten de reguliere lessen om werken aan hun biljarten wiskundeskills.
Overwinningen aan de Tafel
Wat Ruben het meest aanspreekt, is het moment waarop leerlingen ontdekken dat ze meer kunnen dan ze dachten. “Veel leerlingen denken eerst dat ze het niet kunnen, maar zodra ze de eerste bal hebben geraakt, zie je ze ook echt glunderen.”
Deze innovatieve aanpak laat zien dat wiskunde niet alleen uit boeken geleerd hoeft te worden. Door praktische toepassingen zoals biljart kunnen leerlingen op een speelse en interactieve manier kennismaken met complexe wiskundige principes. Dit project toont aan dat door outof-the-box te denken, wiskunde niet alleen begrijpelijker maar ook veel leuker kan worden gemaakt.
27
EXECUTIEVE FUNCTIES
De ontwikkeling van executieve functies speelt een cruciale rol in het leerproces van leerlingen. Deze functies omvatten diverse aspecten zoals planning, timemanagement en taakinitiatie, ofwel de verschillende functies die essentieel zijn bij het leervermogen van een kind.
Door gebrek aan onderzoek en daarom juiste werkvormen over de functies is het een vrij recent onderwerp binnen het onderwijs. Tijdens de middelbare school zijn de executieve functies van leerlingen nog vol op in ontwikkeling. Daarom is het essentieel dat het voortgezet onderwijs de leerlingen begeleiding biedt bij deze
ontwikkeling en daarmee het leerproces ondersteunt. Om deze begeleiding te bieden ligt er momenteel een brede focus op het stimuleren van executieve functies. Dit streven wordt ondersteund door de bovenschoolse werkgroep Executieve Functies, die zich inzet voor volledige integratie binnen de hele stichting. Deze werkgroep verricht onderzoek, biedt tools en kennis aan, en organiseert studiemiddagen rondom het onderwerp.
Het stimuleren van executieve functies is direct gerelateerd aan de manier waarop leerlingen leren en kan daarom effectief zijn bij het inhalen van achterstanden. Door
leerlingen te ondersteunen bij het ontwikkelen van vaardigheden zoals plannen, organiseren en zelfreflectie kunnen zij hun leerervaring verbeteren en betere resultaten behalen. Tegelijkertijd bevordert dit veerkracht en helpt het bij het ontwikkelen van een positieve mindset.
Dit alles draagt bij aan het creëren van een samenhangende en ondersteunende leeromgeving waarin leerlingen optimaal kunnen groeien en leren.
28
29
EF HULPKAARTEN flexibiliteit
Executieve Functies: Essentiële Bouwstenen voor Optimaal Leren
Het onderwijslandschap ondergaat voortdurend veranderingen, maar er zijn fundamentele elementen die essentieel blijven voor het succesvol leren van elke leerling. Een van deze essentiële bouwstenen zijn de executieve functies (EF), die fungeren als de dirigent van ons brein en leiden bij elke stap van het leerproces. Executieve functies omvatten een breed scala aan cognitieve processen, van plannen en organiseren tot zelfregulatie en sociaal gedrag die zich tot ongeveer 23-25 jaar door ontwikkelen in het brein. Het zijn deze bouwstenen die bepalen hoe effectief een leerling leert en gedijt in een educatieve omgeving. Binnen SVO|PL wordt het belang en de urgentie van deze functies op verschillende niveaus binnen de hele organisatie benadrukt.
Van top tot teen
Zowel op stichtingsniveau als op schoolniveau wordt met toewijding gewerkt aan het versterken van deze cruciale vaardigheden. Op stichtingsniveau heeft een bovenschoolse werkgroep zich sinds de heropening van het reguliere onderwijs na de impact van corona ingezet voor de versterking van executieve functies. Aan het hoofd van deze beweging staat Debora Herveille, de domeinverantwoordelijke voor executieve functies. Samen met de bovenschoolse werkgroep zet zij zich in om kennis te vergaren en te delen over deze voorheen relatief onbekende functies, en daarmee de urgentie ervan te benadrukken.
Samen weten we meer
Debora Herveille, rector van het Sintermeertencollege, benadrukt het belang van
kennisdeling en bewustwording binnen de gehele organisatie. “We bedenken veel voor onze leerlingen, maar hebben we ze ooit gevraagd wat ze echt nodig hebben?” Haar vraag markeert een verschuiving naar een meer inclusieve aanpak, waarbij de stem van de leerlingen zelf wordt gehoord en geïntegreerd in het onderwijsproces.
Collega’s aan boord
Buiten het vraagstuk gericht op de leerlingen is het volgens projectlid Inge Pouw ook essentieel om de collega’s mee te krijgen. “Welke meerwaarde heeft het voor de docent? Hoe helpen de theorieën, de methodieken en modellen de leraren?”
Deze vragen onderstrepen het belang van het meenemen van collega’s in het proces, kennis te verspreiden en hen te overtuigen van de waarde van deze aanpak. Volgens Inge is
30
het daarnaast vooral belangrijk om de juiste mate hulp te bieden op de verschillende momenten van de ontwikkeling van het jeugdbrein: “De ondersteuning in executieve functies fungeert als een steiger: net hoog genoeg om jongeren zelfstandig te laten functioneren en hen te stimuleren, maar ook als vangnet wanneer ze nog niet volledig zelfstandig kunnen opereren.”
Brug tussen theorie & praktijk
Om deze beweging te realiseren, heeft de bovenschoolse werkgroep verschillende initiatieven ontplooid. Ze organiseren studiemiddagen die de brug slaan tussen theorie en praktijk, met hulp van experts zoals orthopedagogen, trainers en coaches. Tijdens deze sessies worden diverse activiteiten aangeboden, zoals keynotes over het puberbrein en
keuzenworkshops, waarmee wordt ingespeeld op de uiteenlopende behoeften van het onderwijs leerlingen. Zo worden handvatten geboden die collega’s in de praktijk kunnen gebruiken. Ook krijgen leerlingen een stem in deze bijeenkomsten. Zo hebben bijvoorbeeld twee leerlingen van het BcPL – Herle onlangs deelgenomen, en dit aantal zal in de toekomst toenemen.
Gereedschap voor succes
Daarnaast is de bovenschoolse werkgroep bezig met het ontwikkelen van een Toolbox; een verzameling praktische middelen, die in de afgelopen jaren geïmplementeerd zijn op schoolniveau, voor het versterken van executieve functies. Deze Toolbox biedt diverse tools om collega’s te ondersteunen bij de integratie van executieve functies in de lessen. Daarnaast wordt er scholing aangeboden, zowel
op stichtings- als schoolniveau, om kennis te delen en specifieke ondersteuning te bieden. Het Sintermeertencollege heeft bijvoorbeeld acht experts in executieve functies die fungeren als aanspreekpunten en ondersteuning bieden bij problemen.
Streven naar verbetering
Hoewel de bovenschoolse werkgroep al grote stappen heeft gezet, merkt Debora op dat de uitdaging blijft bestaan om de executieve functies op een meer consistente en alomvattende manier binnen de stichting te integreren, zodat ze gezamenlijk voorbereid zijn op wat de leerlingen nodig hebben. Dit, samen met het feit dat het onderwerp met behulp van wetenschappelijk onderzoek steeds meer naar voren komt en een steeds meer gevalideerde en gerichte aanpak kan krijgen, zorgt ervoor dat er voortdurend wordt gewerkt aan verbeteringen en wordt gestreefd naar een leeromgeving waarin elke leerling gedijt.
31
Executieve Functies: Essentiële Bouwstenen voor Optimaal Leren
Naast de bovenschoolse inspanningen zijn er binnen de individuele scholen ook toegewijde teams die werken aan het versterken van executieve functies bij leerlingen, aangepast aan de specifieke behoeften van elke school.
De Nieuwe Thermen
De Nieuwe Thermen heeft diverse initiatieven ontwikkeld die passen bij hun gepersonaliseerde leermethode. De focus op Executieve Functies (EF) heeft een grote impact op het onderwijsproces en de individuele groei van leerlingen.
Het frequente persoonlijke contact tussen leraren en leerlingen, dankzij de vele mentoruren, biedt kansen om EF-vaardigheden zoals plannen en organiseren te versterken. Hiervoor zijn interventiekaarten beschikbaar om taken op te splitsen in behapbare stappen.
De school heeft handleidingen en een
Daarnaast organiseert De Nieuwe Thermen leerlabs met externe partners die workshops geven over EF-gerelateerde onderwerpen. Binnen diverse projecten, individueel en in groepsverband, wordt gewerkt aan EF-ontwikkeling.
Afgelopen jaar heeft De Nieuwe Thermen geïnvesteerd in het innovatieve lesprogramma Schoolblocks van LessonUp, ondersteund door het Nationaal Programma Onderwijs. Dit programma biedt interactieve lessen die leerlingen actief betrekken en hun EFvaardigheden versterken, met als doel een leeromgeving te creëren waarin elke leerling succesvol kan leren op hun eigen manier.
32
EF HULPKAARTEN Emotieregulatie
BcPL - Herle
Bernardinuscollege
Op het Bernardinuscollege speelt de ontwikkeling van executieve functies (EF) een centrale rol. Onder leiding van Inge Pouw wordt gewerkt met de 11 executieve functies van Dawson en Guare (2012). Specifiek lesmateriaal en docentkaarten ondersteunen docenten, personeel, ouders en leerlingen.
Belangrijk zijn de Executieve Functie kaarten, die per functie uitleg, casussen, gedragsindicaties, actiepunten en interventies bieden. Ze helpen docenten bij het herkennen en ontwikkelen van onderontwikkelde functies bij leerlingen. Aangepaste kaarten voor ouders bieden eenvoudige handvatten om EF ook thuis te ondersteunen.
Elke klas heeft posters genaamd “Executieve Functies In Beeld” die de elf functies visualiseren. Dit helpt docenten snel te verwijzen naar specifieke functies en biedt leerlingen visuele herinneringen aan hun taken, waardoor abstracte begrippen toegankelijker worden.
Inge Pouw en haar team zijn vastbesloten om EF systematisch in het onderwijs te integreren. Door deze aanpak worden EF steeds meer onderdeel van het dagelijkse schoolleven, wat leerlingen beter ondersteunt in hun cognitieve ontwikkeling en prestaties.
Bij BcPL - Herle, onder leiding van Esther Nijsten, staan het komende schooljaar initiatieven gepland voor de ontwikkeling van executieve functies (EF). Geleerd van eerdere ervaringen, heeft de school haar aanpak verfijnd om beter te voldoen aan de behoeften van leerlingen en docenten, met een nadruk op bewustwording.
De introductieweek markeert het startpunt, met een EF-hindernisbaan die abstracte begrippen tastbaar maakt. Leerlingen ontdekken hun sterke punten en uitdagingen, ondersteund door activiteiten zoals de complimentenboom, die EF-vaardigheden erkent en waardeert.
EF-integratie is zichtbaar in de hele leerlijn, vooral in leerjaar 1, waar planvaardigheden worden ontwikkeld met begeleiding en het gebruik van een agenda. Speciale evenementen zoals de week van respect en complimentendag stimuleren positieve interacties met activiteiten zoals de complimentenmuur.
Groepsvorming is een belangrijke focus, vooral in leerjaar 1 en 3. Kennismakingsactiviteiten bevorderen een positieve en ondersteunende groepscultuur, waarin EF-vaardigheden worden ontwikkeld en gedeeld.
Herle richt zich ook op het versterken van docenten door middel van trainingen en workshops, zodat zij EF-vaardigheden effectief kunnen integreren in hun lessen.
Deze aanpak toont Herle’s toewijding aan de algehele ontwikkeling en groei van leerlingen, met EF als cruciale factor in het creëren van een positieve en stimulerende leeromgeving.
33
Casus Inge is niet in staat om haar gevoelens negatief of positief te verbloemen.
Emotieregulatie: “Het
te
te realiseren,
te
of
te
Wanneer zij de klas in komt, herken je meteen of ze een goede en slechte dag heeft. Beide gemoedstoestanden hebben een enorme impact op de les, omdat Inge sterk aanwezig is. Bij onduidelijkheden worden negatieve emoties versterkt. INFORMATIE VOOR DE DOCENT
vermogen om emoties
reguleren om doelen
taken
voltooien
gedrag te controleren of
sturen.”
WELZIJN
De afgelopen jaren is er op de scholen een focus gelegd op het welzijn van de leerling. De mentale gezondheid van jongeren komt steeds meer onder de aandacht en is een groeiend probleem in de maatschappij. Het HBSC-onderzoek wijst uit dat Nederlandse jongeren tussen 11 en 16 jaar in de afgelopen twintig jaar aanzienlijk meer mentale problemen en school gerelateerde druk ervaren dan leeftijdsgenoten in de afgelopen twintig jaar.
Als reactie hierop wordt op elke school hard gewerkt aan het creëren van een veilig pedagogisch klimaat. De focus ligt hierbij op het stimuleren van welzijn, niet alleen om eventuele achterstanden in te halen, maar ook om een gevoel van veiligheid en geborgenheid te bevorderen. Elke school besteedt op zijn eigen manier aandacht aan het onderwerp door bijvoorbeeld
de organisatie van thematische weken rondom specifieke welzijnsonderwerpen.
Samenwerkingen met externe partijen, die workshops, activiteiten en cursussen verzorgen zijn ingezet om het welzijn van leerlingen te verbeteren en bepaalde onderwerpen onder de aandacht te brengen. Door de waardevolle blik van externe expertise krijgen zowel leerlingen als medewerkers de mogelijkheid om moeilijke of beladen onderwerpen op een andere manier te behandelen.
Bovendien staat scholing en informatievergaring van collega’s ook hoog in het vaandel binnen dit domein met als doel dat iedere medewerker handvatten heeft in de omgang met leerlingen die problemen ervaren op het gebied van welzijn.
34
35
Welzijn in Beweging op De Nieuwe Thermen
In de levendige gangen van De Nieuwe Thermen staat één ding als een paal boven water: welzijn is geen bijzaak, het is de kern van streven naar een gezonde, gebalanceerde leeromgeving. Maud Thijssen, lid van de werkgroep Welzijn, geeft een kijkje achter de schermen van de verschillende initiatieven die op de school zijn genomen om voor leerlingen een prettige en veilige leeromgeving te creëren.
Welzijn in de breedste vorm
“Leerlabs omtrent welzijn, antipesten, zelfvertrouwen, faalangst... de lijst gaat maar door,” vertelt Maud enthousiast. De leerlabs zijn een vast onderdeel van het rooster van De Nieuwe Thermen, waarbij theorie en kennis samenkomen. De leerlabs worden ingericht op verschillende thema’s waarbij welzijn een essentiële rol speelt om leerlingen te helpen bij begrip en ontwikkelen, zowel op
academisch als persoonlijk vlak. Van leerlab ‘Happy Stones’, waar ‘doe eens iets voor een ander’ centraal staat, tot een sportief leerlab ‘kickboxen’. Daarnaast biedt de school diverse activiteiten, zoals een kookworkshops, en educatieve programma’s bij Discovery Museum, om het welzijn van leerlingen te bevorderen.
Externe Experts
Met toewijding en vastberadenheid heeft de school het afgelopen jaar samengewerkt met externe experts, zoals @Ease, om leerlingen de tools te geven die ze nodig hebben om mentaal veerkrachtig te zijn. Een ander belangrijk onderdeel is de Gezonde School. De Nieuwe Thermen is druk bezig met het behalen van het eerste certificaat.
Het draait niet alleen om de leerlingen; ook de training van medewerkers staat hoog op de agenda om duurzaamheid van het thema te bewerkstelligen. Teamactiviteiten en trainingen over
angst, depressie en suïcidale gedachten benadrukken het belang van de school om een ondersteunend klimaat te creëren waarin iedereen zich gehoord en gesteund voelt.
Schoolbrede aanpak
Maar het gaat verder dan alleen maar praten over welzijn. De werkgroep is druk bezig met een aanpak om welzijn te integreren in de hele school. “Ons groepsplan voor gedrag biedt concrete richtlijnen voor docenten, zodat ze beter kunnen reageren op de behoeften van hun klas”, vertelt Maud. Ook in de mentoruren heeft welzijn een vaste plek waarbij maatschappelijke ontwikkelingen worden besproken met de leerlingen. Door middel van individuele ondersteuning en workshops zorgen ze ervoor dat elke leerling de kans krijgt om zich te kunnen ontwikkelen, ongeacht de uitdagingen die ze tegenkomen.
Kleine dingen, groot verschil
“Bij ons draait het om de kleine dingen die een groot verschil maken. Het uitdelen van boeken aan leerlingen die wat extra steun kunnen gebruiken, het organiseren van workshops over welzijn tijdens draaideurweken, of het aanbieden van leerlabs over pestproblematiek en autisme” vervolgt Maud. Door de verscheidenheid aan activiteiten en initiatieven wordt het belang en vooral het begrip voor welzijn versterkt binnen de school, zowel bij collega’s als leerlingen.
In de voortdurende inzet voor welzijn binnen De Nieuwe Thermen is één ding duidelijk: het is niet alleen een prioriteit, maar ook een gedeelde verantwoordelijkheid van de hele schoolgemeenschap. Met een sterk fundament van ondersteuning, begrip en samenwerking is De Nieuwe Thermen vastbesloten om een omgeving te creëren waarin leerlingen kunnen leren in een fijne en veilige leeromgeving.
37
Welzijn in veiligheid en groepsdynamiek
In gesprek met sectordirecteur Peter Claessen van BcPL – Brandenberg wordt al snel duidelijk hoezeer de school zich inzet voor het welzijn en de ontwikkeling van haar leerlingen. Trots vertelt hij over de
Het Nieuwe Normaal
“Na de coronaperiode merkten we dat leerlingen anders terugkwamen dan daarvoor”, begint Peter Claessen. “Om hen weer
onderlinge relaties, maar versterken ook de teamgeest en samenwerking binnen de groepen.
Ondersteuning en Zorg
De coronatijd heeft ook gezorgd voor een toename in de behoefte aan ondersteuning bij de leerlingen. “Ons zorgteam stond onder druk, dus we hebben subsidies gebruikt om het team uit te breiden,” legt Peter uit. “Vooral leerlingen met complexe thuissituaties of persoonlijke problemen hadden extra begeleiding nodig.” Dankzij extra uren leerlingbegeleiding gefinancierd vanuit het Nationaal Programma Onderwijs kunnen leerlingen nu intensiever worden begeleid met gesprekken en adviezen. Opmerkelijk is dat waar voor corona de school meestal zelf noodzakelijke hulp signaleerde, meer leerlingen na corona zelf zijn gaan aangeven dat ze hulp nodig hebben.
Een Stevige Basis
Een ander speerpunt van de school is veiligheid. “We hebben extra toezicht en een maatwerkklas ingericht,” vertelt Peter. Deze maatwerkklas, mede gefinancierd door het samenwerkingsverband en het NPO, biedt een veilige haven voor leerlingen die tijdelijk niet in een reguliere klas kunnen functioneren. “Het doel is altijd om deze leerlingen terug te laten keren naar hun reguliere klas, nadat ze de nodige ondersteuning hebben gekregen.” Deze aanpak heeft al geleid tot succesverhalen van leerlingen die met behulp van de maatwerkklas weer volledig hebben kunnen deelnemen aan het reguliere onderwijs.
Samen Ontwikkelen
Op bovenschools niveau werkt BcPL - Brandenberg nauw samen met andere
scholen binnen Stichting SVO|PL. “We gebruiken het als een soort professionele leergemeenschap, waar we regelmatig samenkomen om thema’s als veiligheid en pesten aan te pakken,” aldus Peter. Dit heeft onder andere geleid tot de recente update van het pestprotocol, waarbij nu ook aandacht is voor hedendaagse onderwerpen zoals cyberpesten.
De Pitstopklas
Naast de reguliere maatregelen blijft de school ook vooruitkijken met andere initiatieven zoals de pitstopklas. “Dit is een nieuw initiatief voor leerlingen die op het gebied van gedrag extra hulp nodig hebben, legt Peter uit. “Het doel is ook hier om deze leerlingen weer terug te laten keren naar hun klas.”
Peter Claessen en zijn team zijn trots op wat er tot nu toe is bereikt: “Met deze initiatieven en projecten zetten we al een goede stap richting de ondersteuning en veiligheid die onze leerlingen nodig hebben.” Zo creëren ze een veilige en prettige omgeving waarin iedere leerling zichzelf kan zijn en op zijn eigen manier kan leren.
39
LOOPBAANORIËNTATIE EN -
BEGELEIDING
Het domein LOB (Loopbaanoriëntatie en -begeleiding) heeft altijd al een essentiële rol gespeeld op de scholen. Met de steun van het Nationaal Programma Onderwijs krijgen scholen nu de kans om LOB verder te ontwikkelen en te versterken. Dit omvat het verkennen van nieuwe mogelijkheden, het uitproberen van innovatieve benaderingen, het organiseren van meer activiteiten en het aangaan van versterkte samenwerkingen. Deze uitbreiding stelt scholen in staat om LOB nog meer te integreren als vakoverstijgend onderdeel van de scholen.
De veranderende aard van de arbeidsmarkt vereist dat leerlingen worden voorbereid op toekomstige banen die momenteel nog niet bestaan, vanwege de voortdurende ontwikkelingen op technologisch en maatschappelijk gebied. Met een overvloed aan beroepen en opleidingsmogelijkheden is het van belang om leerlingen te begeleiden bij het maken van de juiste keuzes.
Om deze uitdagingen
aan te gaan, werkt het domein LOB aan een meer gerichte aanpak. Naast het ondersteunen van leerlingen
bij het ontdekken en ontwikkelen van hun talenten en vaardigheden, richt LOB zich ook op het vergroten van het begrip van de veranderende arbeidsmarkt. Dit omvat het bieden van informatieve sessies, workshops en individuele begeleiding waarbij aandacht wordt besteed aan onderwerpen zoals beroepskeuze, studiekeuze, stageen werkervaring, en het ontwikkelen van ondernemersvaardigheden. Op deze manier worden leerlingen beter voorbereid om weloverwogen beslissingen te nemen met betrekking tot hun toekomstige loopbaantrajecten.
40
41
LOB in Actie: Ontdek, groei en wordt
wie je wilt zijn
Op het Bernardinuscollege wordt ijverig gewerkt aan het versterken van Loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB) om leerlingen te begeleiden naar een betekenisvol vervolg van de middelbare schooltijd. Met de steun van het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) krijgt LOB hier niet alleen meer aandacht, maar wordt het ook een integraal onderdeel van het curriculum. Achter dit alles staat een bevlogen LOB-coördinator, Jos Golsteijn.
“Voorheen werd LOB vooral gezien als een aanvulling, maar nu is het een integraal onderdeel geworden van de schoolcultuur”, vertelt Jos. Met de aanstelling van Jos als LOB-coördinator is er een verschuiving ontstaan naar een meer gestructureerde aanpak, waarbij de focus ligt op het ondersteunen van zowel leerlingen als docenten. Elke leerling wordt uitgedaagd en ondersteund om zijn of haar weg te vinden in de wereld van mogelijkheden die voor hen ligt.
Ontdekken & Experimenteren
Wat maakt LOB op het Bernardinuscollege zo bijzonder? De verscheidenheid in alle verschillende activiteiten en initiatieven die zijn opgezet of waaraan is aangehaakt om leerlingen de meest passende begeleiding te geven. Van inspirerende bezoeken aan Girls Day, waar jonge vrouwen kennismaken met de wereld van techniek, tot boeiende initiatieven zoals Teenz College, waarbij leerlingen via verschillende invalshoeken worden uitgedaagd om na te denken over wereldontwikkelingen en -problemen zoals oorlog. Deze initiatieven bieden leerlingen de kans om te ontdekken, te experimenteren en te groeien, terwijl ze worden aangemoedigd om na te denken over hun toekomstige carrièremogelijkheden.
42
Interactie en samenwerken
Maar LOB gaat verder dan alleen activiteiten en is zeker niet beperkt tot formele bijeenkomsten of evenementen, het zit verweven in de kleinste interacties en momenten. Jos noemt als voorbeeld: “Een gesprek over te laat komen kan een leerling inzicht geven in verantwoordelijkheid en punctualiteit. Dat is ook LOB in actie”. Maar ook door het aangaan van samenwerkingen met externe partners en het bedrijfsleven krijgen leerlingen de kans om hun interesses te verkennen en waardevolle vaardigheden op te doen.
Verder met ontwikkelen
Daarnaast is het volgens Jos belangrijk dat LOB niet alleen over de leerlingen gaat. Het strekt zich uit tot ouders en personeel, met regelmatige nieuwsbrieven die iedereen op de hoogte houden van de laatste ontwikkelingen en mogelijkheden.
De school is ook bezig het ontwikkelen van een gestandaardiseerde LOBmethode, die ervoor zal zorgen dat alle activiteiten en initiatieven naadloos op elkaar aansluiten. Deze uniformiteit zal niet alleen de effectiviteit van LOB vergroten, maar ook de samenhang tussen verschillende onderdelen van het onderwijs versterken.
De visie en aanpak van het Bernardinuscollege transformeert LOB van een losstaand concept naar een integraal onderdeel van het onderwijs. Door de combinatie van het uiteenlopende aanbod van activiteiten en de individuele aanpak worden de leerlingen aangemoedigd om te ontdekken wie ze zijn en wie ze willen worden.
43
Het Verweven Pad van Loopbaanoriëntatie en -begeleiding op
BcPL - Holz
Bij BcPL - Holz vormt Loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB) al meer dan 12 jaar een centraal onderwerp in het onderwijs, met als doel leerlingen te begeleiden bij zelfreflectie, toekomstplanning en het ontdekken van hun passies. Binnen dit onderwerp zijn vele activiteiten opgezet, geleid door de gedrevenheid van de projectleden Angela Curfs, Yildez BejasReutelingsperger en Manon Elemans.
Leerling aan het roer
Een kenmerkend aspect van het LOB-programma zijn de ‘pitstop’-gesprekken die elke leerling drie keer per jaar voert. Tijdens deze gesprekken krijgen leerlingen de ruimte om hun zelfbeeld, ambities en doelen te verkennen en te presenteren, zowel aan de coach als aan hun ouders. Hierbij staat de leerling zelf aan het roer.
eerste jaren draait het om het ontdekken van competenties en het maken van profielkeuzes. Leerlingen krijgen in Leerjaar 1 en 2 daarom ook alle profielen van de school aangeboden om een weloverwogen keuze te kunnen maken. In latere jaren verschuift de focus naar het voorbereiden op vervolgstappen, zoals stages en de overstap naar het mbo. Hierbij worden leerlingen gestimuleerd om actief na te denken, niet alleen over benodigde kennis en competenties die nodig zijn voor deze vervolgstappen, maar ook over hoe het eigen netwerk benut kan worden om
44
Baas van Morgen
Een opmerkelijk onderdeel van het LOB-programma is het ‘Baas van Morgen’-initiatief, waarbij 5 leerlingen de kans krijgen om een dag mee te lopen met de bazen uit diverse organisaties. Dit biedt hen waardevolle inzichten in de professionele wereld en helpt bij het vormen van realistische carrièredoelen. Tot nu toe hebben leerlingen mogen meelopen met directeuren van DSM, de Rabobank, Arriva en de Gemeente Kerkrade.
Gesprekken met Knuffels
LOB uit zich in een verscheidenheid aan activiteiten en opdrachten. Zo worden individuele gesprekken gevoerd waarbij leerlingen zoveel mogelijk de leiding hebben. Het team is hierop getraind en gebruikt eenvoudige tools
zoals het meenemen van een persoonlijk voorwerp als gespreksstarter. Het meenemen van een knuffeldier kan vervolgens leiden tot gesprekken over eventuele interesse in toekomstig werken met dieren. In de bovenbouw maken leerlingen bijvoorbeeld ‘moodboards’ van beroepen die hen aanspreken, waardoor ze gedwongen worden om zelf na te denken over hun interesses.
De Inspiratiebox
LOB is echter niet alleen van belang voor leerlingen. Het heeft ook een impact op het werk van docenten en mentoren. Door middel van
Een belangrijk hulpmiddel voor de collega’s op de school is de inspiratiebox. Deze bevat verschillende praktische tools die gebruikt kunnen worden om LOB te behandelen, zoals beroepenkaarten, gesprekswaaiers, een lobbelspel en het OMdenken kaartspel.
Dankzij de ondersteuning van het Nationaal Programma Onderwijs heeft LOB bij BcPL - HOLZ een flinke impuls gekregen. Trainingen en praktische hulpmiddelen zoals een toolbox dragen bij aan een levendig en effectief LOBprogramma dat de leerlingen voorbereidt op de uitdagingen van de toekomst. Het heeft daarnaast ook geholpen
Kruiswoordpuzzel
Goed opgelet tijdens het lezen? Dan moet deze kruiswoordpuzzel met gemak te maken zijn!
Horizontaal
2. Hoe heet het nieuwe initiatief, van BcPL - Brandenberg, voor leerlingen die op het gebied van gedrag extra hulp nodig hebben?
3. In samenwerking met welke oud-leerling is het burgerschapsproject op het Bernardinuscollege opgezet?
6. Hoe noemen we de persoon die aan het roer staat van een domein?
11. Wat ontwikkelde BcPL – Herle om leerlingen te helpen met verschillende taalvraagstukken?
13. Met behulp van welk voorwerp/activiteit maakt BcPL - Herle het abstracte begrip Executieve Functies tastbaarder?
15. Welk initiatief op BcPL - Holz biedt leerlingen inzichten in de professionele wereld?
17. Welk certificaat probeert De Nieuwe Thermen te behalen als onderdeel van hun inspanningen op het gebied van welzijn?
18. Wat helpt leerlingen bij het ontwikkelen van vaardigheden zoals plannen, organiseren en zelfreflectie?
20. Wat was een recent voorbeeld van kennisdeling op BcPL - Praktijkschool, waar alle collega’s de kans kregen om inzicht te krijgen in onderwijsontwikkelingen binnen de school?
Verticaal
1. Wat heeft BcPL - Holz om collega’s te helpen op het gebied van LOB?
4. Wat is de voornaam van de leerling op het Eijkhagen college die de Limburgse Finale won van de Read2Me voorleeswedstrijd?
5. Wat is de achternaam van de projectleider Executieve Functies op het Bernardinuscollege?
7. Hoeveel domeinen vormen de basis voor de aanpak van SVO|PL binnen het Nationaal Programma Onderwijs
8. Welke methode, gebruikt door BcPL - Techniekcollege, belicht het belang van begrijpend lezen als cruciale vaardigheid binnen en buiten het klaslokaal?
9. Welke erkenning heeft het Burgerschapsproject op het Bernardinuscollege ontvangen?
10. Hoe heet de methode die wiskunde tastbaarder maakt met biljart?
12. Welk innovatief lesprogramma heeft De Nieuwe Thermen geïntroduceerd op het gebied van Executieve Functies?
14. Met welk programma werken veel van de BcPL locaties op het gebied van taal en rekenen?
16. Welk programma ontstond als reactie op de behoefte aan meer ondersteuning voor zwakkere basisleerlingen op BcPL - Herle
19. Hoeveel domeinen zijn er binnen het vak Burgerschap Eigen Huis op de Praktijkschool?
Magazine JUNI 2024