Igor Mitoraj

Page 1


1


2

3


Inhoud/ Contents

Igor Mitoraj, Centaur

6

Voorwoord - j a n

8

De reis van Mitoraj - j o h n

24

De verdieping in de façade - d i c k

76

Chronologie Igor Mitoraj

78

Lijst van tentoongestelde werken / Exhibited works

80

Foreword - j a n

82

Mitoraj’ s journey - j o h n

87

Penetrating the façade - d i c k

94

Chronology Igor Mitoraj

96

Colofon, afbeeldingsverantwoording / Colophon, images

teeuwisse sillevis va n b r o e k h u i z e n

teeuwisse sillevis va n b ro e k h u i z e n


Onder deze titel besteedt museum Beelden aan Zee voor de tweede maal in haar toch jonge geschiedenis aandacht aan het werk van de Pools-Italiaanse beeldhouwer Igor Mitoraj (1944 – 2014). De eerste keer was in het vroege voorjaar van 1997, bijna een kwart eeuw geleden. Het museum bestond nog geen drie jaar en Mitoraj behoorde met beeldhouwers als Alfaro, König en Spronken tot de favorieten van het verzamelaarsechtpaar Theo en Lida Scholten die met voorrang werden geëerd met een tentoonstelling in het kersverse museum. Mitoraj vormde voor de Scholtens wellicht de ideale combinatie van het eigentijdse mensbeeld in de grote, historische traditie van het door hen zo geliefde Italië. Reeds in 1979 kochten zij hun eerste Mitoraj, de bronzen kop Éclipse II. Tête couchée die in hetzelfde jaar vervaardigd was en getoond werd door Galerie Mathilde – vernoemd naar de in 1977 overleden Mathilde Willink - in Amsterdam. Bij dezelfde galerie verwierven de Scholtens een jaar later de marmeren Titan uit 1978, de vroegste Mitoraj in de huidige museumcollectie. Na deze aankopen zouden er nog drie volgen. Het marmeren reliëf Conversation uit 1983 werd twee jaar later op Art Cologne verworven. In 1994, pal voor de opening van het museum, werd het monumentale Tsuki-no-hikari (Light of the Moon) uit 1992, direct van de kunstenaar aangeschaft en vanuit het Yorkshire Sculpture Park naar Scheveningen overgebracht om daar als betekenisvolle façade van het in de duinen ingegraven museumgebouw te gaan dienen. Voorlopig sluitstuk van deze specifieke acquisitiedrift was de bronzen Terra Amara uit 1990 die eveneens regelrecht van de kunstenaar werd gekocht en wel in 1997 tijdens Mitoraj’s one-man-show in Beelden aan Zee. Twee andere destijds geëxposeerde werken vonden hun weg naar particuliere collecties in Wassenaar en alle zeven beelden zijn nu te zien op de huidige retrospectief. Betrokken bij de tentoonstelling in 1997 werden de Amerikaanse kunsthistoricus Donald Kuspit en de Nederlandse archeoloog Robert Lunsing Scheurleer. Waar de eerste het classicisme van Mitoraj als ‘elegisch’ bestempelde, karakteriseerde de laatste het oeuvre gevoelvol met ‘gewonde gratie’. Mitoraj was op dat moment 53 jaar oud en zijn monumentale werk beleefde een internationale opmars in de openbare ruimte van steden over de hele wereld. Met Balkenhol, Cragg, Plensa, Tahon en Wurm behoort Mitoraj tot de beeldhouwers die tegenwoordig internationale faam genieten maar in het begin van hun loopbaan al door de Scholtens werden opgemerkt en verzameld. Beelden aan Zee is er trots op die erfenis te mogen beheren.

Façade Jan Teeuwisse

Theo Scholten en Igor Mitoraj, Pietrasanta, 9 mei 1995

6

7

Mijn grote dank gaat uit naar de Mitoraj Estate voor hun geweldige medewerking aan dit project. Mart Visser maakte een prachtig inrichtingsconcept. John Sillevis dank ik voor zijn bijdrage aan de catalogus en Team Beelden aan Zee voor een prachtige en gedenkwaardig retrospectief van de beeldhouwer die ooit zijn Nederlands debuut in Beelden aan Zee heeft beleefd, een project dat niet georganiseerd had kunnen worden zonder de ondersteuning van het Atelier Mitoraj, galerie Contini Venetië, de BankGiro Loterij, Aegon, Van Lanschot Kempen, Stichting Retourschip, het Kickstart Cultuurfonds, het Lida Fonds en de Board of Trustees, Formidable Patronen, Zakenvrienden, Sculpture Club, Gouden Vrienden, Vrienden en Vriendinnen van museum Beelden aan Zee.


De reis van Mitoraj John Sillevis

Afb. 1. Igor Mitoraj, Ikaria, bij de Tempel van Concordia, Agrigento.

8

9


De reis van Mitoraj als beeldhouwer begon in mei 1976. Toen toonde hij voor het eerst zijn sculptuur in Parijs, in de Galerie La Hune, gevestigd aan de Rue de l’Abbaye. Zijn bronzen beelden, toen nog bescheiden van formaat, waren het resultaat van twee jaar werk in de Franse hoofdstad, waar hij zijn opleiding voltooide aan de Ecole des Beaux-Arts. In Polen, zijn geboorteland, was hij leerling geweest van een inspirerende docent, Tadeusz Kantor, die hem aan de Kunstacademie van Krakau niet alleen een klassieke opleiding bezorgde, maar hem en zijn medestudenten tijdens clandestiene sessies deelgenoot maakte van westerse, avant-gardistische manifestaties en happenings. Zijn eerste plastische experimenten waren bijeen vergaarde stukken afval verpakt in plastic. In Parijs begon hij bronzen voorwerpen te maken waaruit een duidelijk plezier sprak om te modelleren, om het metaal langdurig te polijsten en het zo te laten glanzen dat het licht erin weerkaatste. Voor het eerst treffen we hier zijn kop in bandages gewikkeld (afb. 2) – een thema dat in allerlei vormen, materialen en formaten zal terugkeren in zijn latere werk. De Franse kunstkritiek karakteriseerde zijn benadering meer als verlegen dan als brutaal.1

Afb. 2. Mitoraj, Titan 1978, marmer, coll. museum Beelden aan Zee

Gelukkig verkochten de bronzen sculpturen goed, zodat Mitoraj in staat was zijn schulden bij zijn bronsgieter te betalen. In Parijs raakten meer galeries in zijn werk geïnteresseerd. Dikwijls verwezen critici naar zijn inspiratie op de kunst van de klassieke oudheid, maar Mitoraj streefde nooit naar artistieke perfectie. Hij moest niets hebben van het neoclassicisme van Canova. Hij beschouwde zijn eigen werk als een commentaar en een beleving van zijn eigen tijd, confronterend, verontrustend, introvert. Associaties met de klassieke oudheid waren echter niet uitgesloten, zoals in de gedichten van Kavafis, een favoriet van Mitoraj. “Versterkt door meditatie en studie Vrees ik mijn passies niet, als een lafaard; mijn lichaam is er voor sensuele genoegens voor het plezier waar ik van droomde, voor de meest gewaagde erotische verlangens, de wellustige drift in mijn bloed”… Kavafis laat in dit gedicht een jonge student spreken uit Alexandrië in de tijd van Keizer Constantijn. Beroemd is ook zijn gedicht Ithaka, over een gedroomde reis naar een onbekende bestemming, een imaginair avontuur dat pas eindigt bij het bereiken van het reisdoel.2 David Hockney deelt deze voorliefde voor de poëzie van Kavafis; hij maakte een indrukwekkende reeks etsen

Afb. 3. Pietrasanta, Piazza del Duomo

10

11

bij de beschrijvingen van het moderne Alexandrië, de woonplaats van Kavafis. Ook voor Mitoraj is de kunst een reis, een ontdekkingstocht vol risico’s en valkuilen, maar gevoed door de tomeloze energie van de bevlogen kunstenaar en zijn verbeeldingskracht. Kavafis zei: “Koester maar geen angst voor Poseidon of de Cyclopen, want die bestaan niet, behalve in je hoofd.” Het duurde niet lang voordat het werk van Igor Mitoraj ook in Nederland te zien was, voor het eerst in een groepstentoonstelling in Galerie Krikhaar in Amsterdam in 1976, in een hommage aan Henry Moore. Zijn eerste eenmanstentoonstelling vond plaats in Den Haag in 1979, in de vooraanstaande design-galerie Studio 40 aan het Noordeinde. In 1980 volgde een expositie bij Galerie Mathilde



mens (afb. 29). Kunsthistorische visuele vivisectie levert alleen een een tamelijk neutraal masker op, dat golvend is afgesneden boven de wenkbrauwen. De zorgeloze voorbijganger ziet een symbool van een open geest. Het eclecticisme van Igor Mitoraj, stilistisch en iconografisch zo schatplichtig aan de geschiedenis en aan zijn eigen tijd, leidde tot een beeldhouwkunst die wezenlijk objectief en relatief abstract is, maar die eveneens de mogelijkheid kan bieden om gevoelswereld van de toeschouwer de vrije teugel te geven. Misschien wordt er soms wat teveel gevoel in Mitorajs beelden geprojecteerd, maar voor de kunstminnende beschouwer is dat integraal onderdeel van het genieten van zijn kunst. En dat is veel waard.

Dick van Broekhuizen is conservator moderne en hedendaagse beeldhouwkunst van museum Beelden aan Zee.

erachter, waardoor de suggestie wordt gewekt van een wijdse gedachte, een open mind of: de wereld om de kop heen is onderdeel van de ongebreidelde gedachten van die sculptuurfiguur. Het zijn Denkers, met de echte wereld als restruimte in hun gedachten. Het gezicht is contemplatief en meditatief van sfeer, wat bijdraagt aan die focus op het geestelijke. Een laatste observatie sluit hierop aan, want deze beelden zijn fotogeniek. In het platte vlak ervaar je dit wegvallen van de ruimte, het samenvallen van de ruimte van de sculptuur met de ruimte eromheen, veel beter. Het museumgebouw lijkt te ontspruiten aan de geest van de figuur, de omringende lucht en stad lijken onderdeel van de gedachten van de mens. Museum Beelden aan Zee krijgt regelmatig aanvragen om een foto van het beeld in het duin af te beelden op de omslag van een medisch-psychologisch proefschrift of een zelfhulpboek over rouwverwerking. Dat de auteurs het beeld op hun omslag willen hebben, heeft niet te maken met de therapeutische inhoud van hun geschrift, maar met de hoop die zij willen geven aan de lezer. Het beeld is een verbeelding van de openstaande geest, de geest die zich in vrijheid en in alle openheid kan ontplooien tot een nieuwe

Boven: afb. 28. Igor Mitoraj, Per Adriano in Angers Links: afb 29. Light of the Moon op het omslag van “Humanist”, 3 maart 1996

Literatuur Beaulieu, C., Pellet, C., & Leblond, J. (1987). Igor Mitoraj, un sculpteur intemporel. Vie Des Arts, 32(128), 52-55. Causey, Andrew (1998). Sculpture since 1945. Oxford ; New York: Oxford University Press, 1998. Curtis, Penelope (1999). Sculpture 1900-1945 : after Rodin. Oxford ; New York: Oxford University Press. Haddad, Elie. ‘Charles Jencks and the historiography of Post-Modernism’. Journal of Architecture 14, nr. 4 (1 augustus 2009): 493–510. Heynen, Hilde. ‘Dat is architectuur’: sleutelteksten uit de twintigste eeuw. Uitgeverij 010, 2001. Parnell, Stephen. ‘The Birth and Rebirth of a Movement: Charles Jencks’s Postmodern Odyssey in AD’. Architectural Design 91, nr. 1 (januari 2021): 48–55. Robert Rosenblum, Giovanni Testori (1989). Igor Mitoraj. Sculptures, New York Academy of Art.

42

43


V.l.n.r. / L-R: Massinissa, 2012; Le Mani, 1989; Hermanos, 2010; Ikaria, 2008

44

45


Osiride Addormentato, 2004 Volgende pagina’s / next pages: V.l.n.r. / L-R: Angelo, 2006; Maria, 2006; Osiride Addormentato, 2004; 46

47

Teseo Screpolato, 2011


48

49


50

51


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.