ERIK HIJWEEGE NIBELUNGEN
Grootsheid van dynamiek in de natuur · Maartje van den Heuvel
Erik Hijweege (geb. 1963) zoekt met zijn fotografie naar indrukwekkende dramatiek van de natuur waar de mens zich klein bij voelt. Doorgaans, tot aan het project van dit boek toe, zocht hij dit ‘sublieme’ in overweldigende natuurfenomenen in het buitenland. Met Nibelungen vindt hij de dramatiek in de spreeuwenwolken in de Nederlandse lucht. Hij haakt daarbij niet alleen aan bij de tradities van spectaculaire luchten zoals de wolkenluchten in de Hollandse landschapsschilderkunst en ‘wolkenstudies’ in de fotografie. De grootsheid van de natuur in zijn werk raakt bovendien aan motieven uit de romantiek en Aziatische kunst.
Het geweld van dynamische natuurkrachten zocht Hijweege bewust op in de tijd dat hij tornadojager was. Vanaf 2006 presenteerde hij hier foto’s van. De spectaculaire foto’s maken de atmosferische spanning voelbaar. Met zijn foto’s van stormen past Hijweege in een oude traditie: die van de dramatische luchten uit de zeventiende-eeuwse landschaps- en zeeschilderkunst.1 Hercules Seeghers (1589/90-1633/40) was weliswaar een van de grondleggers van het geschilderde panoramische landschap met hoge luchten, maar Jacob van Ruisdael (1628/29-1682) en Jan van Goyen (1596-1656) brachten het beeldtype tot grote hoogtes. (ill. 01) De wolken bepalen in Van Ruisdaels Weids landschap met kasteelruïne en kerk (1665) in hoge mate het karakter van het schilderij.
Dat ook de Nederlandse kunstenaars oog konden hebben voor natuurlijk drama in de lucht, is te zien in een schilderij van Aelbert Cuyp (1620-1691). (ill. 02) Echter, het is vooral het zeegezicht waarin schilders van de zeventiende eeuw stormachtige wolkenluchten als natuurgeweld aan de kijker voelbaar maakten. De dreigende lucht van zeeschilder Ludolf Bakhuysen in het schilderij Oorlogsschepen tijdens een storm (ill. 03) is heel goed te vergelijken met bijvoorbeeld de series Supercell en Tempest van Hijweege. In beide speelt de lucht een belangrijke rol, is duidelijk dat de kunstenaar die dat aanschouwde zichzelf in het gevaar van de storm begaf, en brengt het aangezicht van het natuurgeweld dat gevoel van dreiging op de toeschouwer over. (ill. 04) In overdrachtelijke zin staan dreigende wolkenluchten en stormen in de schilderkunst van
ERIK HIJWEEGE’S NIBELUNGEN
The grandeur of nature’s dynamics · Maartje van den Heuvel
In his photography, Erik Hijweege (born 1963) searches for breathtaking drama in nature that makes people feel small. He generally seeks the “sublime” abroad, in overpowering natural phenomena. Until this project, Nibelungen, where he finds drama in Dutch skies, photographing starling flocks. He not only connects with the tradition of spectacular skies such as the cloudscapes in Dutch paintings and ‘cloud studies’ in photography, but the grandeur of nature in his work also touches on motifs from Romanticism and Asian art.
Hijweege consciously sought out the violent forces of nature during his time as a storm chaser, and exhibiting from 2006 onwards. His spectacular photographs make the atmospheric tension palpable. With his photographs of storms, Hijweege fits in with an old tradition: that of dramatic skies in seventeenth-century landscape and marine painting.1 While Hercules Seeghers (1589/901633/40) was one of the founding fathers of the painted panoramic landscape with high skies, Jacob van Ruisdael (1628/29-1682) and Jan van Goyen (1596-1656) gave the image type even greater prominence. (ill. 01) Clouds largely determine the character of the painting in Van Ruisdael’s Landscape with a Ruined Castle and a Church (1665).
That Dutch artists also have an eye for natural drama in the sky can be seen in a painting by Aelbert Cuyp (1620-1691). (ill. 02) However, seventeenth-century painters mainly used seascapes to make storm clouds palpable to the viewer as a force of nature. Maritime painter Ludolf Bakhuysen’s menacing sky in the painting Warships during a storm (ill. 03) is very similar to Hijweege’s Supercell and Tempest series, for example. In both, the sky plays an important role, it is clear that the artist beholding it had placed himself in the danger of the storm and the sight of a violent force of nature conveys a sense of menace to the viewer. (ill. 04)
In a metaphorical sense, threatening cloudscapes and storms in paintings have traditionally represented the tempestuousness that people are faced with in their life. That Erik Hijweege’s cloud photographs can also be understood in this way is one of the aspects that makes his work so intriguing.
3
oudsher voor de turbulentie waar men in een menselijk leven mee te maken kan krijgen. Dat ook de wolkenfoto’s van Erik Hijweege zo kunnen worden opgevat, is een van de aspecten die zijn werk zo intrigerend maken.
In het gematigde klimaat van Nederland zou je weinig Supercells verwachten. Toch wist Hijweege ook in de Nederlandse lucht dramatiek te ontdekken, en wel in de vorm van spreeuwenvluchten. Hijweege fotografeerde en filmde vanaf 2020 in Friese winterlandschappen hoe spreeuwen zich verzamelen en door de lucht vliegen in wervelende, krimpende, aanzwellende, pulserende formaties van soms eindeloos grote vluchten. Een duizelingwekkend schouwspel, zo weet iedereen die er wel eens verbluft onder heeft gestaan. Hijweege maakte er een korte film van, en meerdere foto’s onder de titel Nibelungen. Door zijn camera omhoog te richten en maar zelden een strookje horizon mee te fotograferen, concentreren de foto’s zich op de bijzondere formaties die de spreeuwen in hun vlucht maken.
Een beroemde sleutelfiguur uit de kunstgeschiedenis verwonderde zich net als Hijweege over stromingen en bewegingen in de natuur, die hij model vond staan voor de bewegingen van de kosmos. Leonardo da Vinci (1452-1519) was in zijn kindertijd in Florence bijna verdronken in de rivier de Arno toen die weer eens buiten zijn oevers trad. De angst voor water resulteerde bij Leonardo later in vele studies van de krachten en dynamiek van het natuurelement water.2 (ill. 05) Waar de Toscaanse kunstenaar vooral de destructieve kracht van waterstromen zag en de macht om bijvoorbeeld met watermanagement vijanden dwars te zitten, bekijkt Hijweege het wat positiever. In de bewegingen van de spreeuwenwolken ziet hij zoals hij het noemt ‘poëtische choreografie’.3 Beide, echter, voelen zich klein en onder de indruk bij de dynamisch bewegende schouwspelen van de natuur.
Het sublieme van de grootse natuurlijke dynamiek, dat is wat Hijweege steeds zoekt in zijn kunst. Die kant zien we ook terug bij de romantiek in de schilderkunst. Hierin openbaart zich de grootsheid van de natuur als een goddelijke dimensie aan de mens. In de schilderijen van bijvoorbeeld Caspar David Friedrich (17741840) zien we vaak een kleine menselijke figuur op de rug en word je uitgenodigd je in hem te verplaatsen. In de foto’s van Hijweege kijken we meteen met de fotograaf mee door de lens, naar het natuurlijke spektakel. De titel van het romantische muziekstuk Ring des Nibelungen (1876) van componist Richard Wagner (18131883) is de inspiratiebron voor de titel van Hijweege’s spreeuwenfoto’s.
Na de millenniumwisseling verwonderen kunstenaars zich niet alleen in het fysieke landschap over de oneindige grootsheid van bewegingen in de natuur, maar ook in de digitale omgeving van computer-
3
In the temperate climate of the Netherlands, you would expect few Supercells. Yet Hijweege managed to discover drama in the Dutch sky too, in the form of starling flights. From 2020 in Frisian winter landscapes, Hijweege photographed and filmed how starlings gather and fly through the air in swirling, shrinking, swelling, pulsating formations of sometimes endless flights. A dizzying spectacle, as anyone who has ever stood gazing in wonder below knows. Hijweege made a short film of it and several photographs, under the title Nibelungen. By pointing his camera upwards and only rarely including a strip of horizon, the pictures focus on the extraordinary formations the starlings make in their flight.
One famous key figure in art history marvelled, like Hijweege, at currents and movements in nature, which he considered to be models for the movements of the cosmos. In his childhood, Leonardo da Vinci (1452-1519) had almost drowned in the Arno river in Florence when it burst its banks again. Leonardo’s fear of water later resulted in many studies of the forces and dynamics of the natural element of water.2 (ill. 05) Whereas the Tuscan artist mainly saw the destructive power of water currents and by harnessing that, the power to thwart enemies for example, Hijweege takes a more positive view. In the movements of the starling clouds, he sees what he calls “poetic choreography”.3 Both, however, feel small and overwhelmed by the spectacle of nature’s dynamic movements.
The sublime of grand natural dynamics is what Hijweege always seeks in his art. We also see this side in Romantic painting. There, the grandeur of nature reveals itself to man as a divine dimension. In the paintings of Caspar David Friedrich (1774-1840), for example, we often see the back of a small human figure and you are invited to put yourself in their shoes. In Hijweege’s photographs, we are drawn through the photographer’s lens directly, to look at the natural spectacle. The title of the Romantic musical piece The Ring of the Nibelung (1876) by composer Richard Wagner (1813-1883) is the inspiration for the title of Hijweege’s starling photographs.
Since the turn of the millennium, artists have marvelled at the never-ending grandeur of movements in nature, not only in the physical landscape but also in the digital environment of computer software. In the latter, the movements of natural patterns and shapes are simulated as part of the law of physics through algorithms. For example, the wave movements and clouds in the artwork Sv_01/6 by Austrian artist Julie Monaco (b. 1973)
06. Julie Monaco, Sv_01/6 (volledig fictief, computer-gegenereerd landschap met wolkenlucht), 2005, computergegenereerd digitaal beeld, afgedrukt in heliogravuretechniek, ca. 50 x 100 cm, Universitaire Bibliotheken Leiden, PK-F-2010-0058.
programmatuur. In dat geval zijn het de bewegingen van natuurlijke patronen en vormen, die natuurkundig worden gesimuleerd door middel van algoritmen. De golfbewegingen en wolken in het kunstwerk Sv_01/6 van de Oostenrijkse kunstenares Julie Monaco (geb. 1973) bijvoorbeeld zijn geheel door de computer gegenereerd en vormen een compleet fictieve ‘landschapsfoto’ en ‘wolkenlucht’. (ill. 06)
Anders dan de schilders of deze digitaal werkende kunstenaars – die het werk fingeren – is het bij Hijweege, in die zin dat hij zijn foto’s vindt of ‘vangt’ ( framed ) in de natuur. De spreeuwenwolken heeft Hijweege daadwerkelijk zo aangetroffen. In die zin zijn de werken meer te vergelijken met de vele wolkenstudies die kunstenaars in de geschiedenis van de fotografie hebben gemaakt. De Amerikaanse kunstfotograaf Alfred Stieglitz (1864-1946) heeft bijvoorbeeld verspreid over zijn oeuvre vele wolkenstudies gemaakt. Aanvankelijk noemde hij deze Songs of the Sky; later Equivalents. 4 In Nederland waren het kunstfotografen als Ernst Loeb (1878-1957) en Willem Diepraam (geb. 1944) van wie wolkenstudies bekend zijn. (ill. 07) Net zozeer als deze kunstenaars van ‘straight photography’ framede Hijweege natuurlijk ontstane schouwspelen van de spreeuwen in de lucht. Digitaal paste Hijweege echter uitsluitend contrast en kleur aan, zodat het aangetroffen geheel iets meer veranderde in een grafisch spel van zwart op een zachtgele achtergrond.
Behalve bij westerse kunst haakt Nibelungen van Hijweege ook aan bij Aziatische kunst. Hiervoor is vanuit Europa recentelijk hernieuwde belangstelling. Meebewegend met de verschuivende opvattingen over de rol van de mens in de natuur, voelen Europeanen dat de controlerende positie die de mens ten opzichte van de natuur aannam, niet langer houdbaar is. In plaats daarvan kijken zij met interesse naar Aziatische kunst, waar al langer sprake is van een bescheidener houding. Ingegeven door onder meer het taoïsme en de natuurgodsdienst shinto zien zij de mens slechts als een nietig onderdeel van de natuur. Met het overbrengen van het sublieme van de grootsheid van de natuur nodigt ook de kunst van Hijweege uit tot deze bescheidener opstelling. Evenals in Aziatische kunst, is ook bij Hijweege sprake van een bijzonder gevoel voor materiaal. In ander werk maakt Hijweege bijvoorbeeld portretten in de arbeidsintensieve negentiende-eeuwse natte collodiumtechniek. Dit afdrukprocedé vergt veel schenk- en smeerwerk met chemicaliën op glas en brengt uiteindelijk een wat ruwer ogend eindresultaat voort. Hijweege doet dit om meer voeling met zijn fotografische medium te hebben en om in het eindresultaat de kwetsbaarheid van het menselijk bestaan uit te drukken. Deze tactiliteit speelde evenzeer bij de papierkeuze van een aantal van de foto’s van Nibelungen. Dit fluwelig-ruwe rijstpapier met de zachtgele kleur brengt een tederheid in de fotogravures die op een eigenwijze manier onverwacht goed past bij de dramatische poëzie van de spreeuwenformaties.
4 Judy Annear, ‘Clouds to Rain – Stieglitz and the Equivalents’, American Art, vol. 25 (2011)1, pp. 16-19
are entirely computer-generated and form a completely fictitious ‘landscape photo’ and ‘cloudy sky’. (ill. 06) Unlike painters or these digitally working artists - who fabricate the work – Hijweege is different, in that he finds or ‘frames’ his photographs in nature. The starling clouds are how Hijweege actually found them. In this sense, his works are more comparable to the many cloud studies made by artists in the history of photography. American art photographer Alfred Stieglitz (1864-1946), for instance, made many cloud studies throughout his oeuvre. Initially, he called these Songs of the Sky; later, Equivalents. In the Netherlands, the cloud studies by art photographers such as Ernst Loeb (1878-1957) and Willem Diepraam (b. 1944) are well known. (ill. 07) Like these artists of ‘straight photography’, Hijweege framed the natural formations of starlings in the sky. Hijweege only adjusted the contrast and colour of the digital images, slightly modifying the image as a whole into a more graphic play of black on a soft yellow background.
Hijweege’s Nibelungen is part of Western art but also ties in with Asian art. There has been renewed interest in this from Europe recently. Adapting to the evolving views on man’s role in nature, Europeans feel that the assumed position of man controlling nature is no longer tenable. Instead, they look with interest at Asian art, that has long portrayed a more modest attitude. Inspired by religious traditions including Taoism and Shinto, they see man as just an inconsequential part of nature. And so, although Hijweege’s art shows the sublime of nature’s grandeur, his work also invites a more modest attitude. As in Asian art, Hijweege likewise displays a distinctive sense for material. In other work, for instance, Hijweege created portraits in the labourintensive nineteenth-century wet collodion technique. This printing process involves a lot of pouring and smearing of chemicals on glass, with ultimately a somewhat rougher-looking end result. Hijweege does this to be more in touch with his photographic medium and to express the fragility of human existence in that end result. This tactility was also a factor in the choice of paper for a part of the Nibelungen photographs. The rough-velvety rice paper with its soft yellow colour brings an unexpected tenderness to the photogravures that fits in the dramatic poetry of starling formations.