Pennen over penselen

Page 1


Deze uitg ave verscheen ter g e l e g en h e i d va n h e t 20 0 - j a r i g j u b i l e um va n h e t Ma ur i t s hu i s


mauritshuis, den haag waanders uitgevers, zwolle





Mauritshuis 200 jaar Een museum is als een gebedshuis, een plek waar je komt voor bezinning en contemplatie. Je laat je bekoren door het hogere, het meesterlijke, het onwerkelijke, het onmogelijke. Een museum is als de Tuin der lusten, waar je in elk prieel of perk nieuwe kleuren, lijnen en vormen kan ontwaren. Een museum is als een stamcafé, waar je de publiekslievelingen op hun vertrouwde plek kunt vinden als de vaste gasten van het café, ieder op zijn eigen kruk. Maar een museum is nog zoveel meer. Zeker een museum als het Mauritshuis, waar sinds 1822 vele honderden mensen werkten en soms zelfs woonden. In tweehonderd jaar tijd is het museum verworden tot een bruisend instituut dat rijk is aan vele disciplines en vooral zo goed gedijt dankzij evenzovele vrienden en partners die hier onbenoemd blijven, het zijn er te veel om op te noemen. Al deze mensen samen maakten en maken het museum tot wat het nu is. En al deze mensen hielden en houden van het museum. Als je ooit iemand tegenkomt die er heeft gewerkt, zal een gesprek over het museum gepaard gaan met een grote glimlach. Eenieder koestert zijn Mauritshuis-herinneringen en -verhalen. Toch zijn wij allen ‘slechts’ passanten. Dat laten de verschillende memento mori in de collectie ons heel duidelijk weten. Wíj gaan. De collectie blijft. En die collectie inspireert ons, bevraagt ons, neemt ons mee. Soms naar een oude mythe die ons bij een eerste aanblik nog maar bar weinig zegt. Totdat we de betekenis ervan horen en toch iets van het verhaal menen te herkennen in ons eigen leven. Een verlangen, een dilemma, een levensvraag.


De sublieme Mauritshuis-collectie inspireert haar bezoekers al 200 jaar. Eerst alleen deftige dames en heren, nu verwelkomt het museum iedereen. In al die tijd laafden heel wat kunstenaars, fotografen, filmmakers, liedjesschrijvers, dansers, musici, auteurs en dichters zich aan de schilderijen. Van Vincent van Gogh tot Marcel Proust, van de musici van het Koninklijk Concertgebouw Orkest tot de dansers van het Nederlands Dans Theater. In het jubileumjaar viert het Mauritshuis zijn verjaardag met zoveel mogelijk feestelijkheden en zoveel mogelijk mensen. Maar steeds zijn de schilderijen leidend: geënt op de collectie worden de straten van Den Haag verrijkt met een aantal muurschilderingen, maken 16 fotografen voor de tentoonstelling flash |back nieuw werk en wordt het exterieur van het Mauritshuis het hele jaar door omgetoverd tot ‘een onmogelijk boeket’ à la De Heem uit omstreeks 1670 (op p. 362 zie je dit boeket, dat nooit zo heeft kunnen bloeien omdat de bloemen uit verschillende seizoenen komen). Kortom, de kunstvormen gaan samen het drama, de dans, de dialoog aan. Om deze eeuwige inspiratiebron te eren leek het ons avontuurlijk de collectie bloot te stellen en over te leveren aan De Literatuur. Maar dan wel levende literatuur: er moest een boek komen waarin 200 auteurs van nu een werk naar keuze beschrijven. Eerst stelden we, begeleid door de Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek (cpnb), een lange lijst op van auteurs, van aankomende talenten tot gevestigde namen. Merendeels Nederlandse schrijvers, maar ook enkele grote namen uit het buitenland. Deadlines of andere besognes maakten dat een enkeling niet kon meedoen aan het project, de meeste schrijvers stemden welhaast direct in. Zo kwam het dat er opeens 200 auteurs meededen, er kon niemand meer bij. Dit was onze vraag aan hen: ‘Produceer een tekst in proza, briefvorm, poëzie, een liedje, een droom, een conversatie, een bespiegeling, een recept of boodschappenlijstje. Historische feiten mogen een rol spelen, maar veel belangrijker vinden we de reflectie van de auteur.’ De schrijvers selecteerden hun werk uit een lijst van 250 schilderijen (en enkele beelden en pastels), aangeleverd door hoofdconservator Quentin Buvelot. We boden opzettelijk meer kunstwerken aan dan er teksten zouden zijn, zodat er genoeg te kiezen viel. Mede dankzij de zeer enthousiaste medewerking van vele uitgevers, waarvoor wij hen buitengewoon erkentelijk zijn, is het de onvolprezen redacteur Daniëlle Hermans gelukt binnen de gestelde tijd tweehonderd teksten te verzamelen. Inhoudelijk zijn deze bijdragen zonder restricties overgenomen; er is, op enig redactiewerk na, vrijwel geen pennenstreek veranderd.

8


Dit boek, waarin de 200 mooiste en beste werken uit ons museum – ook bekend onder de namen Bonbonnière, Juwelenkistje en Suikerpaleis – worden bezongen, bezielt de collectie van het Mauritshuis op de best mogelijke maar ook meest menselijke wijze. Je zult schunnige en mythische verhalen tegenkomen. Voorspellende en onheilspellende. Ontluisterende en gekmakende. Koninklijke en ongekunstelde. De verhalen zijn net zo rijk als de collectie zelf. Adriaan van Dis, de eerste auteur die we benaderden, koos zonder aarzeling voor ‘De stier’ van Potter, waardoor hij als klein mannetje al werd bevangen. We raadpleegden hem ook voor de Nederlandse titel van het boek, die moest lijken op de Engelse titel Pen meets Paint. Hij bedacht ‘Pen over Penseel’. Die is het geworden, maar dan in meervoud: Pennen over Penselen. Uitgever Marloes Waanders van Waanders Uitgevers durfde dit – laten we zeggen megalomane – project met ons aan. Zover wij weten is niet eerder een boek verschenen met bijdragen van 200 levende auteurs (op het moment van schrijven was de eerbiedwaardige kunsthistoricus en Rembrandt-expert Ernst van de Wetering nog onder ons). En dat zal niet zonder reden zijn. Het vergt een groot organisatietalent en een dosis bravoure om zoiets aan te gaan. Marloes nam vormgever Bart van den Tooren in de arm, die een uitzonderlijk boek heeft weten te creëren met zijn aandachtvolle en originele aanpak, een combinatie van klassiek en modern waarin het Mauritshuis zich volledig herkent. De volgorde van de teksten is er een van willekeur: we beginnen met de werken die als eerste de collectie zijn binnengekomen; het schilderij waarmee we afsluiten heeft de collectie als laatste – heel recent nog – verrijkt. Achterin is een lijst opgenomen van allen die hebben bijgedragen aan de totstandkoming van dit boek. Aan jullie dragen we het boek op, gulle gevers van ‘Pennen over Penselen’. Geniet van deze 200 pennenvruchten. Ma r ti ne Gos s eli nk a l gem een d i r ect eur m aur its h uis R e né e Jong e j a n z a k eli jk d i r ec t eur m aur its h uis

9


Jo l a n

gt

M ja i Vu

nti e

Sin

heffer S im o n S ch

tS

e

os

jk

jsj

Jo

S ha

Pa u l S c

g en

ar

lwi

art

Yu e r a n

ela rt W

lu

Sto

’t H

Z ha ng

bbe

rV

sje

de

ton

es

Wo r t e l

Ro

an

ij Vu

ev

rt

n

be

on

Ke

t

a nn

if er li

rma

Ro

r

m

nT ex

Ma a r t je

ing

ts

este kW

ij We

Fr a n

an ke

Si

ieg m

eter de W

ti a in

aT art

s

t va n

ng a

ris

dr

de

i thu i

ieri

Erns

yW

de W

m To m

li Ye r

Ch

er

es

Ka rin a Sc ha ap ma n

wa

r te

gh

a ma

r oo bi

M

B a rt v a n L

oo

oon va n L Pa u l

Je n

Ge

er t

Ma nif er N k ans ubu

ga

To m a s L

Ma

i e s ke

ku m

de iet gr ar

d ij k Jo ri s L u y en

y ten i a Lu

ubach

s Ma a na l d Cor Ma r c

A r je n L

en an na ate

l

n

yM lar Hi

r

kM

an

yo

yle

els do Di

lt be len eu M An

ja

M

d

s

sie

ia

eo

Dic

Ö

zc

Ak

en

an

M

at

h nt

cL

an

ic

as

M

rsm

N

a ol

ns

Ma

a

lM

g

t

Je

ier

eij

ke

M

e rc

in ör

or

o

L ie

aan

Cy

re

wi

n

en

a

jse

El l

b Om

Jo n

ita

rb

e

n

in

Er

nM

eN

ar

ste

stin

te Ot

ost

i

hi

G

O er t

rsk

N

ek ell

iet

in

en

e Ob

No

M

alm

die

es

m

j

ich

Ce

oo

r vl

M

sen

b ote

e ord

iM

huy

jffer

at

L

an uc P

Pf e i

Plei

Ne .J V.

M

n Pe

s eter

rd e ona

H

an erm

tel

er . R o em

za za d eh

art

L Il j a Ko e

eP nn i

ts d emm er Daan R o er k de B n Pr a e a t r m a hu Ma Po s t Ev a

ov

H

o el a n ts

Ge

o oy

S h o le h R e e Vr i e s

M

C a ro li en R

s

rn Wa

g ün

ha

at W

b elink

teld S

R ossem

ierets

o aO

Nil

Ma c h

er

Mo

aa

nn

arl

lsing

A s tr i d

ri Ch

Ou

Ch

e

Pa ul Sc hn ab el

Ma x v a n R

il Özd

d me

rij

Annet Schaap

n va n Ma a r t e

ri ma

n

ni

et

Zih

me

V ic to r S ch

u eb

Co

lde

H

lst

An

Wan da Re is

eter

im

he

Do

o

Stephan Sanders

Pe ag ar

el

l Short

a Sita

Ga ea Sc ho ete rs

P Fl e ur

sT

rV er

mit

Ja n S i e

rs

loe

te

er

Russel

ve Ev a R o

ne

Pe

ot

Pi

Sheil

Th oma s R

sch

g

an S

ef

x

kh

Jaa p Sc ho lte n

on

An hin

ho

ee nW

a l- S h a y

Ve rd

va

Ha n a n

rik Si

i

Ve r

ss

ets

gK

Sus Rode

ez We

jon

am

on

er

Vi

Sm e

éT

Ut

Le

th

rk

Es

Di

ica

an

e

ijn

der

Io n

av

ek

Ay u

Th

ch

sV erb

ol

lee

lie

ar

ry S

off

ta s

Ca r

kT uin

ne

C

Dic

An

lst

n

nU ph

hu

ma

no

he

er iV

Ma

eg

i tr

je T uin

ha

im

wk

Ve r

D

Vr o u

ul

Na

Pa


i

ey rn Bi d

ijn

r

fre

y

Al

Baa

ets vo er

no

aB

ko

Bl

oe

Ha

ga

to

e in

Bo

d

rs Ge

ar

io

n

tan

Al

ex

o Bo

ge

rs

Ha

rm

e Ed

Bo

ou

O

Be

Ba

nz

sB

ak

lo

r

kk

er

Bl

ed

Bo

m am M

oh

rt Ma

ok

k

Jo r i

er

s

va n

t Ca s

in

Pe t eren

n sse

er B

b

uw

o nn

om

k ro e

B Ia n

ur u

ma

Ge

B er t

uel

ens

tC Bar

ha b

Ad Anna

tt y

H

r

a ald

R o b va

E ls b et h E

Ja

o nB

n Essen

Enqu

ist

Jo n a h Fa lk

Ab del k

ader B

Bo

cia Ha

n

a sM

erm

B

an

Daa

M

ur

at

Is i

e G ra a f

Ma r t i n nH

e erm

k

a va

At

Vi

te Jo ng s tr

ee

a

oin

e Te s s a L

a nt

G

rt

nc

ed

va

n

S a nn

nV oss

e ke

e G oss

va n

Babs G on

elink

Ha s

Ha n s

Cog

o Pa o l

nett

er l int

sel

Li

en

ev

om

uw s ha

ek

Is t

tI

ck

da

Th

e

eJ

ke

Hu

as

He

erm

lst

av

He

an

len

fJ

d

Me

rie

ch

ilf

Ko

W

To e

ae

de

Ha n n e ar tog

E st h er G er

ke G r o

Ja g e r

o Ha

rati s

entema

c hw

He i

n Fa t a h

Cha

rem

er

bot

ijn va

n Dij

k

Vicky

- B la c k

e Fr a n c k

n

Ni cc i Fr en ch

Clarice Gargard

oo

g en

Ph ka

ilip

mp

Hu

an

St

iks

in

ne

ten

on Yv

rer rF

n

ste

ule

Ke

Ke

Ko o

pi

n

Su

za

nn

n

fo k ke & su

G er Gr

Sa id

Ha

ff

ng

ev

va n

Ja

ri ts en

jne

Jo n ur

ser

k ke

oot Arn on

Vo ss

aH

th

s

C Ja n

ili

r

Ar

ur a

M ira Fe tic u

Jo

nsj

Ke e s

sh o u t

wa st der K

ge

wa s

Jo ha n Fr etz

Ba s

is

an

t va n

ie Te d v a n L

Ern e s

rm

or

He

el

Au

om

ha

n Bro

d

o ia B

ena l i

Ju dit h Fa nt o

Nin

en

Na

m Wil le

Kar wa

ink

i

Dis

s

den H

e

r nB

ns

Sp

ot

va n riaan

l ma

se r us

Roelof van Gelder B ea tr ic e d

art

de

an nv

Sac

e

Ra dn a Fa bia s

n

a ev

tje

ar M

Ma a ood At w ret rg a Ma

Ja

l nB

h

n wi

jan

Be

Sim

rk

M

ar

eA on

r che r ten

Ass

An

m

nn

Be na

n Am Kari

Is a b e l ria g a mo Ar G u i l le r

M

er

oe

g ie Reg

atm o

A l le n d

e

e kri

m

Ta t j a n

a Alm

Erd

uli

al B

alc

B de

eJ

an

en

se

an

n

n

Au

r

ke Ko k

b ro u w er

Es

th

Ho

er

Ja

ns

m

a

den

Ha

lsl

r to

g Ja

i th

ag

ph

ne

Hu

Ca r o sti e

en

nH

emm

g er

He

ere c

line

de G

r uy t

rzb

er

hts Ste f

an H

er tm

erg

In g isd

erg

aji

Kri

Ju d

Da

se

uls

Ku i j e

Ja n Ku it en

Guus

Ke

aJ

ath

ns

el H

G r un b

ma

rH

Ma eyt

ze

r ti

nH

end

rik

sm

a

ans



mooi Alle plaatjes bekeken vond het mooiste het mooist. Maar na een poos werd het op één na mooiste het mooist en nog weer later het lelijkste het mooist. Hoe daarna nog ooit over mooi gekwinkeleerd.



Het oog van de schilder

hans holbein de jonge (omgeving) Portret van een Zuid-Duitse vrouw c . 1 5 2 0 -1 5 2 5

Ik voel vrijwel meteen de warme gloed van de kleuren die Holbein in de kleding van zijn model weergeeft. Het warme geel als van door de zon gebleekt koren, dat van de lange shawl van het portret afstraalt. De diepe siennas, de rode aarde, die in het okerbruine vest en de nauwkeurig geschilderde bontmanchetten verborgen zijn. Haar lippen opeengeklemd in stilte, smachtend naar liefde, met moeite in de plooi houdend. De lichte blos op haar wangen, een huid zo glad als die van een courtisane uit de grote stad die zij nog nooit bezocht heeft. Een gezonde huidskleur waarin de gloed van de zachte bries uit het Schwarzwald of de woedende zuidelijke stormwind permanent in haar gezicht is gebrand. De goudblonde vlecht, het wapen om een man mee te bekoren, verborgen onder haar hoofddoek. Dan haar amberkleurige ogen, zachte vriendelijke maar ook kordaatheid uitstralende ogen. Holbein is hier de onaantastbare uitdrukking in haar ogen meester. Streng gekleed in haar traditionele Beierse klederdracht, een goedogende jonge boerin. Deze onverzettelijke boerendeern straalt diepe warmte uit, zoals de meeste Duitse vrouwen eigen is. Misschien is zij de dochter van een rijke herenboer, wellicht is die zo welvarend dat hij de kunstenaar opdracht gaf. Aan de nagelranden is te zien dat ze op het land werkt, kortelings nog in de aarde heeft gewroet. De turkooizen achtergrond symboliseert het katholicisme als haar geloof. Ze kan met moeite een lichte glimlach verbergen, zich beheersend staart ze naar een niet-bestaande horizon. Straalt ze misschien minachting uit, onvrede omdat ze zo lang stil moet zitten, niet gewend te poseren, is ze bevreesd voor de schilder? Of is ze betoverd door de onbekende geur van terpentijn, olieverf en lijnolie, volgt ze gespannen de kwast in de handen van de schilder als die even vanachter het doek verschijnt. Betekent de voorzichtige ring aan haar linker pink dat ze al vergeven is aan de zoon van een andere welvarende herenboer. Wacht ze meedogenloos op het moment dat ze als een vervellende slang uit haar oude huid kruipt om zich in haar nieuwe natuurlijke vel in volle lust op de schilder te werpen. Haar hoofddoek van haar haren wegtrekkend, haar vlecht in vorm aaiend, bruusk haar zware kledij afwerpend. Haar knellende borsten tevoorschijn poppend uit haar ivoorkleurige wollen vest, de roze satijnen tepels eindelijk vrij om door de schilder gekneed te worden. Holbein zal niet kunnen uitleggen wat hij schildert, wel hoe hij schildert, maar gaat niet verklaren wat hij ermee bedoelt. Behalve dat er geen groter genot bestaat dan met perfecte penseelstreken dit ontroerende portret van een jonge Germaanse godin als ode aan de Duitse Vrouw in de wereld te zetten.


Boslandschap met jagers en waarzegster

Dat groepje mensen bij die omgebliksemde boom: is het op weg naar de veiligheid van de huizen in het dal, of neemt het straks het duistere pad onder de eikenbomen? Zodra ik dit schilderij van de drieëntwintigjarige Abraham Govaerts zag, waren mijn gedachten bij een tocht die ik – vierhonderd jaar later – maakte door de hoogvlaktes van Oost-Congo, in de voetsporen van een rebel die daar was geboren. Het was geen ongevaarlijke reis, maar net als de figuren in Govaerts’ schilderij had ik geen keuze: ik moest hem maken. De rebel had bloed aan zijn handen; ik wilde teruggaan naar zijn jonge jaren, naar de tijd waarin hij nog onschuldig was geweest. Met een SC.7 Skyvan vloog ik naar het hoofdplaatsje Minembwe, waar mijn voettocht door het bijbelse landschap begon. Ik reisde met David, een jonge gids die de dienstdoende kolonel me had toegewezen, en een wisselende groep dragers. Volksmilities struinden door de heuvels, ze ontleenden hun naam Maji Maji (Water Water) aan de mythe dat kogels op hen afketsten als water. We bleven dicht bij de marktkramers die van dorp naar dorp trokken, hun koopwaar op de rug, zichzelf moed inzingend. De mensen in de hoogvlaktes leven in ronde hutten en koken binnen op open houtvuurtjes. Witte rook sloeg van de strooien daken af, vanuit de verte leken de hutten net sudderende stoofpotjes. ’s Avonds zaten we bij het vuur en luisterden naar verhalen over onfortuinlijke reizigers die bezweken waren aan malaria of beroofd door Maji Maji en voor dood achtergelaten in het bos. Net als Govaerts’ wandelaars stopten we onveranderlijk als we reizigers uit de tegenovergestelde richting tegenkwamen en bevroegen elkaar: wat had de ander beleefd op weg hiernaartoe, wat had hij gezien en gehoord? Waarna we, enigszins gerustgesteld, onze tocht door het onheilspellende landschap voortzetten.

16




Vincent Icke abraham bloemaert Het godenmaal bij de bruiloft van Peleus en Thetis 1638

Zoals bankiers individuele hypotheken bundelen tot pakketten die zo giftig zijn dat ze de wereldeconomie ontwrichten, zo bundelen priesters individueel geloof tot verwoestende religies. Van die talloze bedenksels vind ik het GrieksRomeinse pantheon het meest begrijpelijk: een heelalmodel waarin de goden afspiegelingen zijn van onszelf. Niets menselijks is die Olympiërs vreemd. Zij zijn wreed, zacht, geil, kuis, achterbaks, openhartig, geniaal en dom. Ook zij waren onderworpen aan het toeval. Maar het resultaat van hun goddelijke gang is meestal gruwelijker dan wat mensen aanrichten: ten gevolge van de hier afgebeelde rotstreek werd heel Troje verwoest. Edelmoedig waren de goden soms ook. Zo wil ik ooit de slotscène schilderen van Ovidius’ verhaal over Baucis en Philemon, met die twee verstrengelde bomen. Sprekend over liefde: wie precies wil weten wat een fijne fielten die goden waren moet het verhaal van Orpheus en Euridice lezen. Wat religieuze ploertigheid betreft behoort de bruiloft van Peleus en Thetis tot de middenklasse. Bloemaerts schilderij is de opmaat naar het oordeel van Paris, die de twistappel aan Venus toekende omdat die hem de mooiste vrouw op Aarde had beloofd. Dat rijmt met de ‘mannelijke blik’ waarmee het werk is geschilderd, helemaal volgens de mores van dertig eeuwen geleden tot nu. Venus wist natuurlijk dat die vrouw al getrouwd was, maar dat was voor de goden juist een deel van de leut. Die oppermachtigen moesten toch voor wat reuring zorgen om zich niet te pletter te vervelen daar op hun Olympus. Dit schilderij is een schitterende samenvatting van wat religie doet, verscholen in het kreupelhout van de menselijke geest. De schilder ziet, mikt, en legt met één schot van zijn scherpgepunte penseel het hele concept godsdienst neer.

19


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.