7 Inhoudstafel INHOUD Woord vooraf 5 Deel I Fundamentele elementen van het economisch recht 19 Hoofdstuk 1 De bronnen van het economisch recht 21 1 Wetgeving 21 1.1 Het internationale recht 21 1.2 Het traditionele internationale recht 21 1.3 De Europese Unie 21 1.4 Nationale wetgeving 23 2 Rechtspraak 24 3 Gewoonte 24 4 Rechtsleer 25 Hoofdstuk 2 De ondernemingsrechtbank 27 1 Samenstelling 27 2 Bevoegdheden 27 3 Procedures 28 Hoofdstuk 3 Het bewijs in ondernemingszaken 31 1 Algemene regels en begrippen 31 2 Bijzondere bewijsmiddelen 35 2.1 De boekhouding 35 2.1.1 Algemeen 35 2.1.2 Bewijskracht van de boekhouding 35 2.1.2.1 Geschillen tussen ondernemingen onderling 35 2.1.2.2 Geschillen van een niet-ondernemer tegen een ondernemer 35 2.1.3 Procedureel gebruik van de boekhouding 36 2.2 De factuur 36 2.2.1 Algemeen 36 2.2.2 Inhoud van de factuur 37 2.2.3 Bewijskracht van de factuur 38 2.2.3.1 De factuur kan als bijzonder bewijsmiddel worden gebruikt. 38 2.2.3.2 Het gebruik van de factuur als bewijs 38 3 Casussen 40 4 Voorbeeld van een factuur 41
Inhoudstafel 8 Deel II Ondernemingsrecht 43 Hoofdstuk 1 Vrijheid van ondernemen en algemene verplichtingen van de onderneming 45 1 De onderneming 45 2 De vrije en intellectuele beroepen 46 3 Het statuut van de ondernemer 47 3.1 De toegang tot ondernemingsactiviteiten 47 3.1.1 De vrijheid van ondernemen 47 3.1.2 De juridische bevoegdheid 47 3.1.2.1 Handelingsbekwaamheid 47 3.1.2.2 Onverenigbaarheden 47 3.1.2.3 Beroepsverboden 48 3.2 De formele verplichtingen van de onderneming 48 3.2.1 Inschrijven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) 48 3.2.2 Openen van een zakelijke betaalrekening 50 3.2.3 Bekendmaken van de huwelijksovereenkomst 51 3.2.4 Een boekhouding voeren 51 3.2.5 Voldoen aan de vestigingswet 52 3.2.5.1 De vestigingswet en de bevoegdheden van de gewesten 52 3.2.5.2 De afschaffing van de vestigingswet voor gereglementeerde beroepen in Vlaanderen 52 3.2.5.3 De vestigingswet in het Brusselse Gewest en Wallonië 52 3.2.5.4 Hoe het bewijs van basiskennis bedrijfsbeheer aantonen in het Brusselse en het Waalse Gewest? 53 3.2.5.5 Vergunningen en toelatingen aanvragen en specifieke regels 54 3.2.6 Een btw-nummer aanvragen 55 3.2.7 Aansluiten bij een sociaal verzekeringsfonds 56 3.2.8 Registreren in het UBO-register (Ultimate Beneficial Owner) 56 3.2.9 Afsluiten van verzekeringen 56 3.3 Enkele algemene verplichtingen van ondernemingen 57 3.3.1 Algemene verplichting van informatie, transparantie en niet-discriminatie 57 3.3.2 De Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) of General Data Protection Regulation (GDPR) 57 3.3.2.1 Wat is GDPR of AVG? 57 3.3.2.2 Wettelijke basis 58 3.3.2.3 Een aantal belangrijke regels en rechten van de betrokkene 58 3.3.2.4 Op welke ondernemingen is GDPR van toepassing? 60 3.3.2.5 Wie houdt toezicht op de GDPR? 60 3.3.2.6 De functionaris voor gegevensbescherming of Data Protection Officer (DPO) 61 3.3.2.7 Het verwerkingsregister 61 3.3.2.8 Wat als bedrijven niet in orde zijn, welke sancties kunnen zij krijgen? 61
9 Inhoudstafel Hoofdstuk 2 Ondernemen en intellectuele eigendom 63 1 Situering 63 2 Wat verstaan we onder intellectuele eigendom? 63 3 Waarom zijn intellectuele eigendomsrechten belangrijk? 64 4 Hoe ontstaan de intellectuele eigendomsrechten en wat wordt beschermd? 65 4.1 Hoe ontstaan intellectuele eigendomsrechten? 65 4.1.1 Automatisch zonder registratie 65 4.1.2 Na registratie 65 4.2 Registreren 66 5 Inbreuken op intellectuele eigendomsrechten 67 6 Registraties opzoeken 67 Hoofdstuk 3 De handelszaak 69 1 Het begrip 69 2 Het huurcontract 69 2.1 Situering 69 2.2 Het huurcontract op basis van de handelshuurwet 70 2.2.1 Toepassingsgebied 70 2.2.2 Duurtijd en opzegging 70 2.2.3 Huurprijs, indexering en herziening 71 2.2.4 Verbouwingswerken 71 2.2.5 Overdracht van huur 72 2.2.6 Huurhernieuwing 72 2.3 Het korte termijn handelshuurcontract in Vlaanderen 73 2.3.1 Toepassingsgebied 73 2.3.2 Duurtijd en beëindiging 73 2.3.3 Huurprijs 74 2.3.4 Verbouwingen 74 2.3.5 Overdracht van huur en onderverhuring 75 2.3.6 Vervreemding van het verhuurde goed 75 2.4 Het kortetermijnhandelshuurcontract in het Brussels Gewest en in Wallonië 75 2.4.1 Het Waals decreet 75 2.4.2 De Brusselse ordonnantie 75 3 Verkoop van een handelszaak 76 4 Inpandgeving roerende goederen 77 4.1 De gewijzigde wetgeving op inpandgeving is op 1 januari 2018 in werking getreden. 77 4.2 De bestaande waarborgen ‘pand op de handelszaak’ 77 5 Elektronisch contracteren voor onroerend goed 78
Inhoudstafel 10 Hoofdstuk 4 Betalingsachterstand bij handelstransacties – schulden van de consument 81 1 Betalingsachterstand bij handelstransacties 81 1.1 Toepassingsgebied 81 1.2 Betalingstermijn 82 1.2.1 Betalingstermijn afgesproken of niet 82 1.2.2 Laattijdige betaling 83 1.3 Rechtsplegingsvergoeding 83 2 Schulden van de consument 84 Casussen 85 Hoofdstuk 5 Overeenkomsten met handelstussenpersonen 87 1 Inleiding 87 1.1 Definitie en situering 87 1.2 Waarom werken met een handelstussenpersoon? 87 1.3 Toepasselijke bepalingen 88 2 De overeenkomst van handelsagentuur 88 2.1 Definitie 88 2.2 Toepasselijke bepalingen 89 2.2.1 Vergoeding van de handelsagent 89 2.2.2 Duur en einde van de overeenkomst 90 2.2.3 Uitwinningsvergoeding 91 2.2.4 Het concurrentiebeding 91 3 De commissieovereenkomst 92 3.1 Definitie 92 3.2 Toepasselijke bepalingen 92 3.2.1 Verplichtingen van de commissionair 92 3.2.2 Verplichtingen van de committent 92 4 De concessieovereenkomst 92 4.1 Definitie 92 4.2 Toepasselijke bepalingen 93 4.2.1 Duur en beëindiging van de overeenkomst 93 4.2.2 Vergoedingen wegens beëindiging van de overeenkomst 94 4.2.3 Overige toepasselijke bepalingen 94 5 De franchiseovereenkomst 94 5.1 Definitie en situering 94 5.2 Toepasselijke bepalingen 95 6 De makelaarsovereenkomst 96 6.1 Definitie 96 6.2 Toepasselijke bepalingen 96
11 Inhoudstafel 6.2.1 Verplichtingen van de makelaar 96 6.2.2 Verplichtingen van de opdrachtgever 96 7 Precontractuele informatieverplichting bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten 97 8 Schematisch overzicht overeenkomsten met handelstussenpersonen 98 9 Overeenkomsten met handelstussenpersonen: casussen 99 Begeleidende casus: Een eigen zaak van klein naar groter 100 1 Eerste etappe 100 2 Het idee 101 3 Klein beginnen 101 3.1 Welke vorm neemt de onderneming aan? 102 3.2 Welke stappen moeten Joris en Yasmina ondernemen en wat moeten ze weten? 103 3.3 Hoe gaat het verder? 104 Hoofdstuk 6 Inleiding: eenmanszaak of vennootschap 105 1 De voor- en nadelen van een eenmanszaak 105 2 De voor- en nadelen van een vennootschap 106 Hoofdstuk 7 Vennootschapsrecht 107 1 Inleiding 107 1.1 De krachtlijnen van het WVV 107 1.2 Toepassing van het WVV 107 2 Wat is een vennootschap? – Welke vennootschappen bestaan er? 108 3 Het vermogen van de vennootschap – de rechtspersoonlijkheid 109 3.1 Het vermogen van de vennootschap 109 3.2 Rechtspersoonlijkheid 109 4 Algemene regels die gelden voor alle vennootschappen 110 4.1 Naam en zetel van de vennootschap 110 4.2 Oprichting – openbaarmakingsvereisten – website 110 4.3 Algemene regels met betrekking tot het bestuur van een vennootschap 111 4.4 Uitsluiting – uittreding van een vennoot 112 4.4.1 Uitsluiting 112 4.4.2 Uittreding 112 4.5 Ontbinding en vereffening 113 4.5.1 Ontbinding 113 4.5.2 Vereffening 113 4.5.2.1 Eendagsvereffening 113 4.5.2.2 Wie wordt vereffenaar? 113 4.5.2.3 De bevoegdheden van de vereffenaars 114 4.5.2.4 Verrichtingen van de vereffening 114 4.5.2.5 De sluiting van de vereffening 115 4.5.2.6 Aansprakelijkheid van de vereffenaars – strafsancties 115
Inhoudstafel 12 4.6 Verjaring 115 4.7 Op welke vennootschappen is het Belgisch recht van toepassing? 115 5 Jaarrekening – controle – inzagerecht vennoten 116 5.1 Jaarrekening 116 5.2 Commissariaat 116 5.2.1 Beginselen 116 5.2.2 Benoeming – duur van het mandaat 116 5.2.3 Onafhankelijkheid en bezoldiging 116 5.2.4 Bevoegdheden 117 5.2.5 Aansprakelijkheid 117 5.3 Individuele onderzoeks- en controlebevoegdheden van vennoten en aandeelhouders 117 6 De maatschap – de vennootschap onder firma – de commanditaire vennootschap 117 6.1 Inleiding 117 6.2 Definitie – kenmerken 118 6.3 Het aandeel van de vennoten 119 6.4 Bestuur van de vennootschap – vergadering van vennoten 119 6.5 Het vennootschapsvermogen en de rechten van de schuldeisers 119 6.6 Ontbinding van de vennootschap, terugtrekking en uitsluiting van een vennoot 120 6.7 Bepalingen die bijkomend specifiek gelden voor de vennootschap onder firma en de commanditaire vennootschap 120 7 De besloten vennootschap (bv) 120 7.1 Algemeen 120 7.2 Oprichting 121 7.2.1 Aanvangsvermogen 121 7.2.2 Plaatsing van de aandelen 121 7.2.3 Storting van de inbrengen 122 7.2.4 Oprichtingsformaliteiten 122 7.2.5 Nietigheid 122 7.3 Effecten en hun overdracht 123 7.3.1 Algemeen 123 7.3.2 De verschillende soorten effecten 123 7.3.2.1 Aandelen 123 7.3.2.2 Obligaties 124 7.3.2.3 Inschrijvingsrechten 124 7.3.3 Overdracht en overgang van effecten 124 7.4 Vennootschapsorganen en algemene vergadering van aandeelhouders en obligatiehouders 125 7.4.1 Het bestuur 125 7.4.1.1 Samenstelling 125 7.4.1.2 Bezoldiging 125 7.4.1.3 Bevoegdheid en werkwijze 126 7.4.1.4 Dagelijks bestuur 126
13 Inhoudstafel 7.4.2 Algemene vergadering van aandeelhouders 127 7.4.2.1 Bepalingen die gelden voor alle algemene vergaderingen van aandeelhouders 127 7.4.2.2 Gewone algemene vergadering 128 7.4.2.3 Bijzondere algemene vergadering 128 7.4.2.4 Buitengewone algemene vergadering 128 7.4.3 Vennootschapsvordering en minderheidsvordering 128 7.4.4 Algemene vergadering van obligatiehouders 129 7.5 Het vermogen van de besloten vennootschap 129 7.5.1 Bijkomende inbrengen – uitgifte van nieuwe aandelen, van converteerbare obligaties en van inschrijvingsrechten 129 7.5.2 De instandhouding van het vermogen van de vennootschap 130 7.5.2.1 Uitkeringen aan aandeelhouders – tantièmes 130 7.5.2.2 Verkrijging van eigen aandelen of certificaten 131 7.6 Uittreding en uitsluiting lastens het vennootschapsvermogen 132 7.7 Duur en ontbinding 132 8 Coöperatieve vennootschap (cv) 133 8.1 Algemeen 133 8.2 Oprichting 133 8.3 Effecten en hun overdracht en overgang 133 8.4 Vennootschapsorganen en algemene vergadering van obligatiehouders 134 8.5 Het vermogen van de vennootschap 134 9 Naamloze vennootschap (nv) 135 9.1 Algemeen 135 9.2 Oprichting 135 9.2.1 Het kapitaal 135 9.2.2 Oprichtingsformaliteiten 136 9.2.3 Nietigheid 136 9.3 Effecten en hun overdracht en overgang 137 9.3.1 Algemeen 137 9.3.2 De verschillende soorten effecten 137 9.3.2.1 Aandelen 137 9.3.2.2 Winstbewijzen 137 9.3.2.3 Obligaties 138 9.3.2.4 Inschrijvingsrechten 138 9.3.3 Overdracht en overgang van effecten 138 9.4 Vennootschapsorganen en algemene vergadering van obligatiehouders 139 9.4.1 Het bestuur 139 9.4.1.1 Het monistisch bestuur 139 9.4.1.2 De enige bestuurder 140 9.4.1.3 Duaal bestuur 140 9.4.1.4 Dagelijks bestuur 141
Inhoudstafel 14 9.4.2 Algemene vergadering van aandeelhouders 141 9.4.2.1 Gemeenschappelijke bepalingen 142 9.4.2.2 Gewone algemene vergadering 143 9.4.2.3 Buitengewone algemene vergadering 143 9.4.3 Vennootschapsvordering – minderheidsvordering – deskundige 143 9.4.4 Algemene vergadering van obligatiehouders 144 9.5 Kapitaal 145 9.5.1 Kapitaalsverhoging 145 9.5.1.1 Algemeen 145 9.5.1.2 Kapitaalverhoging bij wijze van inbreng in geld 146 9.5.1.3 Kapitaalverhoging bij wijze van inbreng in natura 146 9.5.1.4 Het toegestane kapitaal 146 9.5.1.5 Kapitaalverhoging ten gunste van het personeel 146 9.5.1.6 Garantie en aansprakelijkheid 146 9.5.2 Kapitaalvermindering 147 9.5.3 Instandhouding van het kapitaal 147 9.5.3.1 Winstverdeling 147 9.5.3.2 Verkrijging van eigen aandelen, winstbewijzen of certificaten. 147 9.5.3.3 Alarmbelprocedure 148 9.6 Duur en ontbinding 148 9.7 Strafbepalingen 148 10 Vereniging zonder winstoogmerk (vzw) 149 11 Verdere bepalingen 150 12 Basisvragen om je vennootschapsvorm te kiezen 150 13 Vergelijkende tabel vennootschapsvormen 151 14 Vennootschapsrecht: casussen 153 Hoofdstuk 8 De onderneming in moeilijkheden: de insolventiewetgeving 155 1 Inleiding 155 2 Toepasselijke bepalingen 155 3 Toepassingsgebied boek XX WER 155 4 Insolventieregister 156 5 Vroegtijdige waarschuwing, kamers voor ondernemingen in moeilijkheden en ondernemingsbemiddeling 156 6 Minnelijk akkoord buiten gerechtelijke reorganisatie 157 7 Gerechtelijke reorganisatie 157 7.1 Openbare gerechtelijke reorganisatie en overdracht van onderneming onder gerechtelijk gezag 157 7.2 Besloten gerechtelijke reorganisatieprocedure 158 7.3 Overdracht onder gerechtelijk gezag 158 8 Het faillissement 159 8.1 Inleiding 159 8.2 Voorwaarden voor faillietverklaring 159
15 Inhoudstafel 8.3 Inleiding van de procedure – faillietverklaring 159 8.3.1 Inleiding 159 8.3.1.1 De schuldenaar die heeft opgehouden te betalen 159 8.3.1.2 Eén of meer schuldeisers 160 8.3.1.3 De Procureur des Konings 160 8.3.1.4 De voorlopige bewindvoerder 160 8.3.2 Vonnis van faillietverklaring 160 8.3.2.1 Beoordeling van de faillissementsvoorwaarden 160 8.3.2.2 Aanduiding van het personeel van het faillissement 160 8.3.2.3 Vaststelling van de datum van het ophouden van betalen 161 8.4 Gevolgen van het faillissement 161 8.4.1 Buitenbezitstelling en niet-tegenstelbaarheid van bepaalde handelingen 161 8.4.1.1 Verlies van het beheer 161 8.4.1.2 Beschikkingsonbevoegdheid 161 8.4.1.3 Verdachte periode 161 8.4.1.4 Niet-tegenwerpelijke handelingen tijdens de verdachte periode (art. XX.111 WER) 161 8.4.2 Opschorting van de tenuitvoerlegging 163 8.4.3 Opeisbaarheid van de schulden 163 8.4.4 Stuiting van de interesten 163 8.5 Beheer en vereffening van het faillissement 163 8.5.1 Rol van de curator 163 8.5.2 Lopende contracten 163 8.5.3 Aangifte en verificatie van de schuldvorderingen 164 8.5.4 Eigendomsvoorbehoud en terugvordering 165 8.5.4.1 Begripsbepaling 165 8.5.4.2 Tegenstelbaarheid 165 8.5.4.3 Terugvordering 165 8.5.5 Vereffening van het faillissement 166 8.6 Verdeling en sluiting 166 8.6.1 Verdeling 166 8.6.2 Sluiting 166 8.7 Kwijtschelding 167 8.8 Aansprakelijkheid van bestuurders 167 9 De onderneming in moeilijkheden: casussen 168 Begeleidende casus: Een eigen zaak van klein naar groter 169 1 Tweede etappe 169 1.1 Een groeiend bedrijf 169 1.2 Dat ook enkele problemen kent 169
Inhoudstafel 16 Deel III Marktrecht 171 Hoofdstuk 1 Boek VI WER ‘Marktpraktijken en consumentenbescherming’ 173 1 Inleiding 173 2 Toepassingsgebied 173 3 Informatie van de markt 174 3.1 Inleidende oefening 174 3.2 Basisprincipes ‘informatie’ 175 3.2.1 De totale prijs van het product 175 3.2.2 De voornaamste kenmerken van het product 175 3.2.3 De identiteit van de onderneming (naam, adres, ondernemingsnummer …) 176 3.2.4 Een herinnering aan het bestaan van de wettelijke garantie, de commerciële garantie en de voorwaarden van diensten na verkoop 176 3.3 Meer informatieverplichtingen 176 3.4 Prijsaanduiding: hoeveel moet de consument betalen? 178 3.4.1 Inleidende oefening 178 3.4.2 De juiste prijs(aanduiding) 178 3.4.3 Prijsaanduiding voor goederen 179 3.4.3.1 Basisprincipe 179 3.4.3.2 Goederen te koop uitgestald 179 3.4.3.3 Prijsaanduiding per meeteenheid 179 3.4.4 Prijsaanduiding voor diensten 180 3.4.4.1 Homogene diensten 180 3.4.4.2 Niet-homogene diensten 181 3.4.5 Prijspromoties: hoeveel moet de consument betalen? 181 3.4.5.1 Gewone prijsverminderingen 182 3.4.5.2 Uitverkopen 182 3.4.5.3 Opruiming of solden 183 3.4.5.4 Waardebonnen 184 3.5 Benaming, samenstelling en etikettering van producten: wat koopt de consument? 184 3.5.1 Taal 185 3.5.2 Aanduiding van de hoeveelheid: hoeveel en wat koopt de consument? 185 3.5.3 Geregistreerde benamingen 186 3.5.4 Vergelijkende reclame 187 3.5.5 Uitgeputte voorraad 188 3.6 Van wie koopt de consument: overeenkomsten met consumenten 188 3.6.1 Inleiding 188 3.6.1.1 De precontractuele fase 188 3.6.1.2 De contractfase 188 3.6.1.3 De uitvoeringsfase 188 3.6.2 Algemene regels m.b.t. consumentencontracten 189 3.6.2.1 Levering 190
17 Inhoudstafel 3.6.3 Overeenkomsten op afstand 190 3.6.3.1 Inleiding 190 3.6.3.2 Overeenkomsten op afstand met betrekking tot niet-financiële diensten 192 3.6.3.3 Overeenkomsten op afstand met betrekking tot financiële diensten 202 3.6.4 Buiten verkoopruimten gesloten overeenkomsten 203 3.6.4.1 Toepasselijke situaties 203 3.6.4.2 Uitzonderingen 204 3.6.4.3 Precontractuele informatie 204 3.6.4.4 Modaliteiten voor informatieverstrekking 205 3.6.5 Openbare verkoop 206 3.6.6 Gezamenlijk aanbod 206 3.6.7 Onrechtmatige bedingen 207 3.6.7.1 Onrechtmatige bedingen tussen ondernemingen en consumenten 208 3.6.7.2 Onrechtmatige bedingen tussen ondernemingen 208 3.6.8 Verlenging van dienstenovereenkomsten 210 4 Verboden praktijken 210 4.1 Inleiding 210 4.2 Oneerlijke handelspraktijken t.a.v. consumenten 211 4.2.1 Toepassingsgebied 211 4.2.2 Structuur 211 4.2.3 Oneerlijke handelspraktijken 212 4.2.4 Misleidende handelspraktijken 213 4.2.4.1 Misleidende handelingen 213 4.2.4.2 Misleidende omissie 215 4.2.4.3 Zwarte lijst van misleidende handelspraktijken 216 4.2.5 Agressieve handelspraktijken 219 4.2.6 Analyseschema ‘oneerlijke handelspraktijken’ 221 4.3 Oneerlijke marktpraktijken tussen ondernemingen 222 4.3.1 Oneerlijke marktpraktijken 222 4.3.2 Misleidende marktpraktijken 222 4.3.2.1 Spookfacturen 223 4.3.2.2 Reclameronselaars 223 4.3.2.3 Gedwongen verkoop 224 4.3.2.4 Piramidesystemen 224 4.3.3 Agressieve marktpraktijken 224 4.4 Ongewenste communicaties 225 4.5 Verkoop met verlies 226 5 Vordering tot staking 227 6 Handhaving 228 7 Marktpraktijken en consumentenbescherming: casussen 229
Inhoudstafel 18 Hoofdstuk 2 De wettelijke garantie 233 1 Het basisprincipe van de wettelijke garantie 233 2 Over welke consumptiegoederen gaat het? 233 3 Wanneer stemt het product (niet) overeen? 234 4 Termijnen 235 5 Uitvoering van de wettelijke garantie 235 6 De commerciële garantie 236 7 Bescherming van de consument: casussen 236 Hoofdstuk 3 Consumentenkrediet 239 1 Inleiding 239 2 In grote lijnen 239 2.1 Reclame 239 2.2 Kredietbemiddelaar 240 2.3 Kredietgever 240 2.4 Kredietovereenkomst 240 2.5 Bedenktermijn 241 2.6 Verschillende soorten 241 3 Consumentenkrediet: casussen 243 Hoofdstuk 4 Betaalrekeningen en betalingsdiensten 245 1 Vergelijkbaarheid van de vergoedingen voor betaalrekeningen 245 2 De overstap naar een andere betaalrekening (bankrekening) 245 3 De toegang tot betaalrekeningen met basisfuncties 246 Overzicht van het extra online materiaal 249